stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf (SUB) in liquidatie Jaarverslag 2014

Transcriptie

1 stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf (SUB) in liquidatie Jaarverslag 2014 colofon administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. Rijnzathe 10, 3454 PV De Meern Postbus 3183, 3502 GD Utrecht telefoon (030)

2 Inhoud 1 Kerncijfers 3 2 Algemene gegevens 4 3 Verslag van het bestuur (vanaf 24 november 2014 de vereffenaars) inleiding Inhoud van de regeling Cao, statuten en reglement VUT-breuk Vrijstelling van premiebetaling Premie Begrottng VUT-uitkeringen Financieel beleid Risicomanagement Beleggingsbeleid Belangrijke bestuuriijke voornemens en besluiten na balansdatum Liquidatte van het fonds Slotopmericingen 11 4 Jaarrekening Balans per 31 december 2014 na resultaatverdeling Staat van baten en lasten over het boekjaar Algemene toelichttng Toelichttng op de balans Toelichting op de staat van baten en lasten 20 5 Overige gegevens Statutaire llquldatteregelingen Bestemming van het saldo van baten en lasten Gebeurtenissen na balansdatum Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 24

3 1 Kerncijfers Aantallen Lopende uitkeringen (ultimo jaar) Uitkeringslast (x 1.000) Leeftijd Aanvuilingsregeiing Bijdragepercentage 0% 1,58% 1,93% 1,93% 1,58% Financiële gegevens (x 1.000) Premiebaten Beleggingsopbrengsten Kosten VUT uitkeringen Resultaat boekjaar Eigen vermogen VUT verplichtingen ^ stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bloscoopbedrlif in liquidatie pagina 3 24

4 2 Algemene gegevens STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF (SUB) in liquidatie per 24 november 2014 De stichting is een rechtspersoon met als vestigingsadres Rijnzathe 10 in De Meern. Samenstelling bestuur Leden werkgevers' De heer R. Sterk (Secretaris) De heer M.L. Wolff (Plaatsvervangend Secretaris) Benoemd door de NFC Leden werknemers' De heer J.P. van den Berg (Plaatsvervangend Voorzitter) De heer P. ten Kate (Voorzitter) «Benoemd door FNV KIEM In het verslagjaar is het bestuur hweemaal in vergadering bijeen gekomen. Tijdens de ontbindingsvergadering van 24 november 2014 zijn alle bestuursleden benoemd tot vereffenaars en als zodanig ook aangemeld bij de Kamer van Koophandel. Vertegenwoordigende organisaties in het bestuur: Van werkgeverszijde: Nederiandsé Federatie voor de Cinematografie (NFC) Postbus AB Amsterdam. Van werknemerszijde: FNV KIEM Postbus AJ Amsterdam. Accountant De heer drs. C.A. Harteveld RA Mazars Paardekooper Hoffman Accountants N.V. Postbus KC Rotterdam. ' Jaarverslag 2014 pagina 4 j 24

5 Administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende te De Meern. Bezoekadres: Rijnzathe PV De Meem. Postadres: Postbus GD Utrecht. ^ Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf In liquidatie pagina 5 24

6 3 Verslag van het bestuur (vanaf 24 november 2014 de vereffenaars) 3.1 Inleiding Het is ons een genoegen hierbij verslag uit te brengen over het boekjaar 2014 van de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf (SUB) in liquidatie per 24 november 2014 (SUB). in dit verslag wordt de inhoud van de VUT-regeling uiteengezet. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de premie-inning en wordt een overzicht gegeven van het aantal (toegekende) VUT-uitkeringen. in het verslagjaar is het bestuur tweemaal in vergadering bijeen gekomen. Tijdens de eerste vergadering is het jaarverslag 2013 goedgekeurd en vastgesteld. In de vergadering van 24 november 2014 heeft het bestuur formeel besloten tot liquidatie van het VUT-fonds per 24 november 2014 en zijn alle leden benoemd tot vereffenaars. 3.2 Inhoud van de regeling Uittredingsregeling VUT-cao De VUT-cao werd niet voor een bepaalde tijdsduur overeengekomen; deze werd telkens stilzwijgend met één jaar verlengd, tenzij de VUT-cao was opgezegd. Aangezien in het verslagjaar geen der partijen deze cao heeft opgezegd, berustte in 2014 de uittredingsregeling op deze overeenkomst. De cao werd in 1979 door partijen afgesloten en is op 1 januari 1980 in weri<ing getreden. Partijen hebben besloten vanaf 2010 de regeling te versoberen en het bijdragepercentage aan te passen. Voor 2010 bedroeg dat percentage 1,58%. Gebleken is dat dit percentage onvoldoende was om de toekomsttge lasten te financieren. Voor 2011 en 2012 is dan ook besloten het percentage te verhogen naar 1,93%. Het maximale loon waarover per werknemer premie moet worden afgedragen, is vanaf 2011 opgetrokken van naar Mede gelet op de minder florissante financiële positie van het fonds in 2010, is besloten de regeling te versoberen. De uitkering bedraagt voor nieuwe toekenningen na 1 januari 2011 nog 80% bmto van maximaal Ophoging door uitstel tot 100% boito van bleef mogelijk bij een tijdige aanvraag. Deze aanpassingen zijn opgenomen in de cao. De vanaf 2011 genomen maatregelen hebben geresulteerd in een zodanige veridetering van de financiële positie van het fonds, dat voor 2013 kon worden besloten tot een veriaging van het bijdragepercentage tot 1,58%. In 2014 bedroeg het bijdragepercentage 0,0%. r Jaarverslag 2014 pagina 6 24

7 Hoofdpunten van de regeling De VUT-regeling gold alleen voor werknemers die: zijn geboren vóór 1950, én vanaf 31 december 2000 onafgebroken deelnemen aan de pensioenregeling, én op het moment van uittreden ten minste 10 jaar onafgebroken werkzaam zijn in de bedrijfstak. Deze werknemers konden (op z'n vroegst) gebmik maken van de VUT-regeling op basis van navolgend schema. De uitkering ging lopen vanaf de maand waarin de werknemer de vereiste leeftijd heeft bereikt. Geboren in 1!, Leeftijd waarop kan worden uitgetreden jaar Daarnaast bestond de mogelijkheid om op een later tijdstip uit te treden. De uitkering was echter nooit hoger dan 100% van de voor de werknemer geldende uitkeringsgrondsiag. Deze grondslag werd vastgesteld op het moment dat de werknemer voor het eerst gebmik kon maken van de regeling (vroegst mogelijke uittredingsleeftijd). Bovendien moest de uitkering in ieder geval ingaan als de werknemer de leeftijd van 64 jaar en 9 maanden had bereikt. Als de uitkering bij uitstel boven 100% van de uitkeringsgrondslag uitkwam werd het meerdere gereserveerd om te worden overgedragen naar de voor de werknemer geldende pensioenregeling. De overdracht vond plaats ais de weri<nemer de pensioengerechtigde leeftijd had bereikt. Daarbij golden de regels voor waardeoverdracht zoals het van toepassing zijnde pensioenregeling hanteert. Indien de weri<nemer geen tijdige aanvraag had ingediend, verviel het recht op uitkering. Bij arbeidsongeschiktheid kon geen gebmik worden gemaakt van de regeling en bij vroegtijdig overiijden verviel de reservering aan het VUT-fonds. Financiële positie van het fonds Uit de staat van baten en lasten blijkt een negatief saldo. De algemene reserve wordt ultimo boekjaar nul als gevolg van schenking. Door de stichting werd een iange tennijn prognose opgesteld van de vermogens- en liquiditeitspositie van de stichting, waarbij eveneens rekening werd gehouden met in de toekomst te ontvangen premies en beleggingsrendementen. Doel van de Stichting Het doei van de stichting was om aan werknemers, die van de in de collectieve art)eidsovereenkomst inzake vervroegde uittreding voor het bioscoopbedrijf geboden mogelijkheid om vervroegd uit het arbeidsproces te treden gebmik maken, de daarvoor bij reglement vast te stellen uitkeringen te doen. 3.3 Cao, statuten en reglement Gedurende het boekjaar 2014 zijn geen wijzigingen in de cao, de statuten en het reglement bekrachtigd door het bestuur. 3.4 VUT-breuk r Door de (wettelijke) verhoging van de AOW-leeftijd konden VUT-gerechtigden van ons VUT-fonds een extra Inkomenstekort (AOW-gat) ondervinden. VUT-fondsen hebben van de Belastingdienst geen mimte gekregen om dit AOW-gat vanuit het VUT-fonds te compenseren. Dit is namelijk in strijd met de fiscale regelgeving. Het Ministerie van Financiën hield vast aan deze regelgeving omdat de regering het langer doon«eri<en wil stimuleren. Wel konden betrokkenen het AOW-gat compenseren door over deze periode te kiezen, voor zover de betreffende pensioenregeling daarin voorziet, voor een hoger pensioen gevolgd door een levenslang lager pensioen. stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie pagina 7 24

8 Degenen die nog met VUT konden gaan, hadden de mogelijkheid om het AOW-gat wel zelf op te vangen door langer te blijven wericen. Voor deelnemers die per 1 januari 2013 al een VUT-uitkering ontvingen, geldt vanaf 2013 onder strikte voonwaarden een overbruggingsregeling AOW-leeftijdsverhoging. 3.5 Vrijstelling van premiebetaling Op 14 december 2011 (Staatscourant 16 december 2011) heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloten tot algemeen verbindend verklaring (AW) van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf Dit besluit trad in werking op 1 januari 2012 en verviel met ingang van 1 januari Geen AVV, dan alleen premieheffing bij georganiseerde werkgevers. Het Ministerie van Sociale Zaken en Weri<gelegenheid heeft vastgesteld dat er fondsen zijn die bij hun bijdrageheffing geen onderscheid maken tussen georganiseerde en ongeorganiseerde werkgevers, in een AW-loze periode mag het fonds geen bijdrage in rekening brengen bij ongeorganiseerde werkgevers. Daarom werd voorgeschreven dat de administratie van het fonds gescheiden moet zijn in georganiseerde en ongeorganiseerde werkgevers. Binnen deze sector zijn alle wericgevers georganiseerd. 3.6 Premie VUT-premie Vanaf 2008 werd de premie geheven over de totale loonsom van de werknemers van 21 jaar en ouder. Onder loonsom werd verstaan al hetgeen aan de werknemer wordt betaald. Hierbij gold wel met ingang van 2011 een maximum van per weri<nemer. Gelet op de afbouw van de regeling - waarvan de laatste deelnemer eind 2014 met pensioen is gegaan - en het financieringstekort in 2010, hebben sociale partners besloten de premie met ingang van 1 januari 2011 te verhogen van 1,58% naar 1,93%. Dit besluit heeft geresulteerd in een verbetering van de financiële prognose van het verwachte saldo van baten en lasten inzake afwikkeling van de VUTregeling. Vanaf 2013 kon door cao-partijen worden besloten het bijdragepercentage te veriagen naar 1,58%. De premie is in 2014 verder veriaagd naar 0,0%. De premie kwam geheel ten laste van de werkgever Indexatie Op grond van artikel 8 van de VUT-cao werden de VUT-uitkeringen periodiek aangepast in overeenstemming met de prijscompensatieregeling, zoais overeengekomen in de cao voor het bioscoopbedrijf. Deze automatische aanpassing van de lonen aan de prijsstijging (artikel 18 lid 1 van de cao voor het bioscoopbedrijf) is buitenwerking gesteld. Het financiële evenwicht van het VUT-fonds is immers kwetsbaar. Daarom hebben partijen besloten in 2012 de VUT- uitkeringen niet aan te passen. De vanaf 2011 genomen maatregelen hebben geresulteerd ln een zodanige verbetering van de financiële positie van het fonds, dat voor 2013 en 2014 kon worden besloten tot een toeslagveriening van 2%. 3.7 Begroting ingevolge Richtlijn 640, iid 305, inzake de verslaglegging van organisaties zonder winststreven, dient het fonds de begrotingscijfers in de staat van baten en lasten op te nemen. Van deze verplichting wordt een fonds ontslagen indien de begroting slechts in beperkte mate als sturingsmiddel wordt gehanteerd. Dit laatste is voor dit fonds het geval. r Jaarverslag 2014 pagina 8 24

9 3.8 VUT-uitkeringen Algemeen in het verslagjaar is het aantal uittreders gedaald van 14 eind 2013 naar O eind Het aantal betaalde maanduitkeringen daalde van 229 in 2013 naar 77 in Gedurende het verslagjaar zijn 14 uittreders gepensioneerd. De totale uitkeringslasten bedroegen in en in in 2014 zijn geen premies ontvangen omdat het fonds voldoende resen/es had om de lopende uitkeringen te betalen. Verloop aantal uitkeringen Het aantal lopende uitkeringen bedroeg per 31 december Aantal toegekende aanvragen Aantal beëindigde uitkeringen 14 Aantal lopende uitkeringen per 31 december 2014 aantal lopende uitkeringen ultimo boekjaar O 2011 ^ - ' Financieel beleid De VUT-regeling is geëindigd op 31 december Uit de staat van baten en lasten blijkt een negatief saldo. De algemene resen/e wordt ultimo boekjaar O als gevolg van schenking. Door de stichting is in het verieden een lange termijn prognose opgesteld van de vermogens- en liquiditeitspositie van de stichting, waarbij eveneens rekening is gehouden met in de toekomst te ontvangen premies en beleggingsrendementen; in 2014 is elk kwartaal een prognose opgesteld. Gebleken is dat er bij de stichting ultimo 2014 een positief saldo resteert van Zoals ven/vacht konden alle uitkeringen tot het einde van de regeling betaald worden. Sticiiting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie pagina 9 24

10 Op basis van de meest recent opgestelde prognose werd een beperkt overschot verwacht aan het eind van de looptijd van de regeling. Het bestuur heeft in 2014 ten aanzien van het overschot besloten het venwachte batig saldo van als volgt te verdelen. Een deei van het batig saldo wordt overgeheveld naar Algemeen Nut Beogende Instellingen (ANBI's). Deze instelling betreffen Stichting Bio Kinderrevalidatie en Stichting Abraham Tuschinskifonds.Bij de besluitvorming om een deel van het batig saldo te schenken aan de ANBI's speelde de directe relatie met de branche, maar ook de ovenweging dat de VUT-premie volledig is opgebracht door werkgevers en de beperkte uitvoeringskosten een doorslaggevende rol. Het overige deel van het batig saldo is verdeeld over (oud)-vutgerechttgden. in het verieden heeft het bestuur, op basis van onzekerheden over de betaalbaarheid en continuïteit van het fonds, moeten besluiten om de hoogte van de uitkering uit hoofde van het VUT-reglement naar beneden toe bij te stellen. De betreffende 19 (oud)-vut-gerechtigden zijn hierdoor geraakt. Ter compensatie hiervan heeft het bestuur besloten om de betreffende (oud)-vutgerechtigden, naar rato van de 'misgelopen'vut-uitkering (deels) te compenseren. Aan de Stichting Bio Kinderrevalidatie is in inmiddels een bedrag betaald van Aan de (oud)-vut-gerechtigden is, door middel van betaling aan Pensioenfonds PNO Media, overgemaakt. Het restant van het batig saldo zal in 2015 worden overgemaakt naar de Stichting Abraham Tuschinskifonds Risicomanagement Vanuit de maatschappelijke onhwikkeling is het van steeds groter belang om het risico die het fonds loopt te managen. Het belangrijkste risico dat het bestuur onderkent, is het concentratierisico. Concentraties kunnen ertoe leiden dat het fonds bij grote veranderingen, in bijvoorbeeld de waardering(marktrisico) of de financiële positte van een tegenpartij (kredietrisico), grote (veelal financiële) gevolgen hiervan ondervindt. De belangrijkste vorm van concentratierisico in de bezittingen van het fonds is de concentratie van de liquide middelen bij één bank. Het fonds onderkent dit risico, maar acht de kans dat dit risico een mogelijke negatieve impact heeft op het fonds beperkt. De VUT-regeling is beëindigd ultimo Het bestuur van het fonds heeft het afgelopen jaren regelmatig prognoses opgesteld en Indien nodig het beleid aangepast Alle uitkeringen konden worden voldaan Beleggingsbeleid Het beleggingsplan is door het bestuur vastgesteld in Rekeninghoudend met de omvang van het fonds, de wens om zo min mogelijk risico te lopen en de beperkte horizon tot eind 2014, voorzag het plan in een afbouw naar liquide categorieën. Tot 2013 belegde het fonds haar overtollige gelden in een beperict aantal participaties van het F&C Geldmarktfonds. In december 2012 zijn de laatste participaties verkocht en houdt het fonds enkel nog liquide middelen aan. Voor de beleggingen heeft het fonds afspraken gemaakt over de hoogte van de minimale opbrengst na liquidatie van het Geldmarktfonds. In 2013 heeft de administratieve afwikkeling hiervan plaatsgevonden Belangrijke bestuurlijke voomemens en besluiten na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen belangrijke stellige bestuuriijke voornemens en besluiten voorgedaan. r Jaarverslag 2014 pagina 10 24

11 3.13 Liquidatie van het fonds in november 2014 vond de laatste uitkering vanuit de Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden voor het Bioscoopbedrijf plaats. Hierna zijn er geen deelnemers meer die recht hebben op een VUT-uitkering vanuit het fonds. De cao voor het fonds liep af op 31 december Alle uitkeringen tot het einde van de regeling konden worden betaald. Op basis van de meest recent opgestelde prognose werd een beperkt overschot venwacht aan het eind van de looptijd van de regeling. Het bestuur is in 2014 overgegaan tot besluitvorming over de ontbinding van het fonds en, in overleg met cao-partijen, de bestemming van het batig saldo. Het bestuur streefde emaar om een eventueel batig saldo zo laag mogelijk te laten zijn. Op 24 november 2014 vond de ontbindingsvergadering van de stichting plaats, waama het fonds formeel in liquidatie is. Tijdens de ontbindingsvergadering zijn alle leden van het bestuur benoemd tot vereffenaars. Het overschot bedraagt : de verdeling van het overschot is in paragraaf 3.9 nader gespecificeerd Slotopmerkingen Nadere gegevens met betrekking tot de financiële gang van zaken gedurende het afgelopen boekjaar zijn vermeld in de op de volgende pagina's opgenomen jaarrekening. Wij danken iedereen die in het verslagjaar heeft bijgedragen aan het goed functioneren van de stichting. Amsterdam, 11 mei 2015 STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF (SUB) in liquidatie De heer J.P. van den Berg, vereffenaar De heer P. ten Kate, vereffenaar De heer R. Sterk, vereffenaar De heer M. Wolff, vereffenaar r stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie pagina 11 24

12 4 Jaarrekening 4.1 Balans per 31 december 2014 na resultaatverdeling Activa (X looo; Toelichting *) Vorderingen Premiedebiteuren Overige vorderingen en overiopende activa Liquide middeien Totaai *) De nummering venwijst naar de toelichting Jaarverslag 2014 pagina 12 24

13 Passiva (X 1.000) Toelichting Eigen vermogen Algemene reserve Voorzieningen VUT-verplichtingen Schulden Uitkeringen, belastingen en premies sociale verzekeringen Overige schulden Totaai ' Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf In liquidatie pagina 13 24

14 4.2 Staat van baten en lasten over het boekjaar 2014 (X 1.000) Toelichting Premiebaten Beleggingsopbrengsten Onttrekking aan de voorziening VUT-verplichtingen Baten Uitkeringslasten Sociale lasten en pensioenpremies Overige bedrijfskosten Lasten Financiële baten en lasten Totaal Bestemming van het saldo van baten en lasten Algemene reserve Jaarverslag 2014 pagina 14 j 24

15 4.3 Algemene toelichting Algemeen Het bestuur van de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het bioscoopbedrijf (sub) in liquidatie, statutair gevestigd te Amsterdam (hierna 'het fonds' of 'de stichting'), heeft op 24 november 2014 besloten om per 24 november 2014 conform artikel 11 van de statuten tot ontbinding van de stichting over te gaan. Het fonds is in liquidatie per 24 november Doei Het doel van de stichting, is om aan werknemers, die van de in de collectieve artseidsovereenkomst inzake vervroegde uittreding voor het bioscoopbedrijf geboden mogelijkheid om vervroegd uit het arbeidsproces te treden gebmik maken, de daarvoor bij reglement vast te stellen uitkeringen te doen. De laatste uitkeringen hebben in 2014 plaatsgevonden. Grondslagen van waardering, resuitaatbepaiing en resultaatbestemming Algemene grondslagen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 'Organisaties zonder winststreven'. Ingevolge Richtlijn 640, lid 305, dient het fonds de begrotingcijfers in de staat van baten en lasten op te nemen. Van deze verplichting wordt het fonds ontslagen indien de begroting slechts in beperkte mate als sturingsmiddel wordt gehanteerd. Dit laatste is voor het fonds het geval. Alle bedragen zijn vermeld in euro's x Waarderingsgn)ndslagen Het voltallige bestuur heeft op 24 november 2014 unaniem besloten de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf te liquideren per 24 novernber Bij het opstellen van de Jaarrekening 2014 is rekening gehouden met dit besluit. Voor zover niet anders is vermeld zijn de acttva en passiva gewaardeerd tegen liquidatiewaarde. Vorderingen en schulden Deze posten bestaan uit handels- en overige vorderingen, leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen posten. Liquide middelen Onder de liquide middelen worden banktegoeden opgenomen welke onmiddellijk opeisbaar zijn. De liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Algemene Reserve Deze reserve is een saldopost en dient ter opvang van tegenvallers anders dan waarvoor een specifieke reserve respectievelijk voorziening is getroffen. Liquidatiesaldo Dit betreft het batig saldo na liquidatie. Het liquidatiesaldo wordt in overeenstemming met het liquidatiebesluit aangewend conform de doelstelling van het fonds. Voorziening VUT-verplichtingen De voorziening VUT-verplichtingen is ultimo boekjaar nihil. Er kunnen geen deelnemers meer gebmik maken van de vutregeling. De laatste uitkeringen hebben plaats gevonden in r stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie pagina 15 24

16 Grondslagen van resultaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. In verband met de liquidatie van het fonds zljn de kosten verband houdende met de afwikkeling van de liquidatie in 2015 veranhwoord in de lasten van het huidig verslagjaar. Rest//faa(bes<e/77m/ng Het saldo van baten en lasten wordt gedoteerd aan of onttrokken uit het eigen vermogen. ^ Jaarverslag 2014 pagina 16 24

17 4.4 Toelichting op de balans Vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. Tenzij anders is vermeld. De reële waarde wijkt niet materieel af van de nominale waarde Premiedebiteuren De post premiedebiteuren is als volgt opgebouwd: (X 1.000) 2ÖÏ Openstaande facturen Voorziening dubieuze debiteuren -_ -153 Totaai - 21 in 2014 is een bedrag van - vrijgevallen van de voorziening. (2013: 153 vrijgevallen) Overige vorderingen en overlopende activa (X 1.000) 2ÖÏ Nadere vaststelling van premie in volgend boekjaar over lopend boekjaar Liquide middelen De samenstelling van de liquide middelen is als volgt: (x 1.000) 2ÖÏ Rekening Courant Staalbankiers Spaarrekening Zakelijke Staalbankiers 60_ 345 Totaal Onder de liquide middelen worden opgenomen die tegoeden op bankrekeningen die direct opeisbaar zijn. ^ Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie pagina '

18 4.4.3 Eigen vermogen Algemene Reserve Het verioop is als volgt weer te geven: (X looo; Stand per 1 januari Resultaatbestemming Dotatie aan liquidatiesaldo Stand per 31 december De VUT-regeling is per 31 december 2014 beëindigd. De laatste uitkeringen hebben in 2014 plaats gevonden. In de bestuursvergadering van 24 november 2014 heeft het bestuur unaniem besloten de Sttchting per 24 november te liquideren. Het verioop van het liquidatiesaldo is als volgt: (X 1.000) Liquidatiesaldo Schenking aan Bio Kinderrevalidatie Compensatie Vutgerechtigden Stand per 31 december Conform het liquidatiebesluit wordt het restant van het liquidatiesaldo in 2015 uitgekeerd aan de Stichttng Abraham Tuschinski Fonds Voorzieningen De voorziening VUT-verplichtingen ultimo boekjaar is nihil. Er vinden geen lopende of toekomstige uitkeringen meer plaats. (X 1.000) Stand per 1 januari Mutatie Stand per 31 december Jaarverslag 2014 pagina 18 24

19 4.4.5 Schulden Alle schulden hebben een looptijd korter dan één jaar, tenzij anders is vermeld Uitkeringen, belastingen en premies sociale verzekeringen De post is als volgt gespecificeerd: (x 1.000) Loonheffing - 20 Sociale lasten - 3 Totaal Overige schulden De post is als volgt gespecificeerd: (X 1.000) Kosten accountant 7 6 Administratiekosten 25 8 Schenking aan Stichting Abraham Tuschinski Fonds 39 Terug te betalen premies aan werkgevers 7 54 Diversen - 2 Totaal ' Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie pagina 19 24

20 4.5 Toelichting op de staat van baten en lasten Baten Premiebaten De premiebaten zijn als volgt opgebouwd: (x 1.000) Premie boekjaar Nadere vaststelling over voorgaande jaren Mutatie inzake voorziening dubieuze debiteuren Afschrijving premievorderingen Totaal De premiebaten voorgaande jaren zijn verantwoord conform de door de werkgevers verstrekte definitieve loonopgaven. Het premiepercentage voor 2014 is 0% (2013 1,58%) Beleggingsopbrengsten Hieronder worden de gerealiseerde en ongerealiseerde waardemutaties veranhwoord. in 2013 is de beleggingsovereenkomst beëindigd. (X 1.000) (koers)resultaat liquiditeiten - 61 Jaarverslag 2014 pagina 20 j 24

21 4.5.2 Lasten Uitkeringslasten Hieronder zijn de aan het verslagjaar toegerekende uitkeringen opgenomen. Deze post is als volgt opgebouwd: (X 1.000) (Bruto) uitkeringen Spaarvut en Overkookrechten 20_ 52_ Totaal Sociale lasten en pensioenpremies Deze post Is als volgt opgebouwd: (x 1.000) Sociale lasten Pensioenpremies 29_ 96_ Totaal Overige bedrijfskosten Deze post is als volgt gespecificeerd: (X 1.000) Administratiekosten Geraamde kosten uit hoofde van liquidatie 48 Kosten accountant; controle van de jaarrekening 7 6 Bestuurskosten 3 3 Overige kosten -_ 2_ Totaal Bestuurdersbezoldiging Onder de bestuurskosten is een bedrag van 3 aan vacatiegelden verantwoord (2013: 3) ^ Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie pagina 21 24

22 Personeel Het fonds heeft geen personeel in dienst. De beheeractiviteiten worden op basis van een uitvoeringsovereenkomst verricht door personeel in dienst van Syntms Achmea Pensioenbeheer Financiële baten en lasten (x 1.000) Rente liquide middelen Amsterdam, 11 mei 2015 Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf in liquidatie De vereffenaars. De heer J.P. van den Berg De heer P. ten Kate De heer R. Sterk De heer M. Wolff Jaarverslag 2014 pagina 22 24

23 5 Overige gegevens 5.1 Statutaire liquidatieregelingen In artikel 11 van de statuten is voor de ontbinding van het fonds het volgende vermeld: 1. De stichting kan worden ontbonden bij een besluit van het bestuur. Een besluit tot ontbinding van de stichting kan slechts genomen worden in een uitdrukkelijk daartoe bijeengeroepen vergadering. 2. Indien tot ontbinding wordt besloten, treedt de stichting op een door het bestuur te bepalen datum in liquidatie. Tenzij het bestuur een liquidateur benoemt, geschiedt de liquidatie door het bestuur, dat in dat geval aanblijft tot de liquidatie is geëindigd. 3. Het bestuur wendt een eventueel overschot zoveel mogelijk aan in overeenstemming met het doel van de stichting. 4. De slotrekening van de liquidatie behoeft de goedkeuring van de Nederiandsé Federatie voor de Cinematografie en FNV KIEM. 5.2 Bestemming van het saldo van baten en lasten Het resultaat boekjaar is onttrokken uit de algemene reserves. 5.3 Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan met belangrijke financiële gevolgen voor de Stichting. ^ Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Bioscoopbedrijf In liquidatie pagina 23 24