Regeling landbouwtelling 1998 LNV

Transcriptie

1 Regeling landbouwtelling 1998 LNV «Landbouwwet» 30 maart 1998/Nr. J Directie Juridische Zaken De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, Gelet op de artikelen 24 en 25 van de Landbouwwet; Besluit: Artikel 1 In deze regeling wordt verstaan onder: a. Minister: Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij; b. LASER: de dienst Landelijke service bij regelingen van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij; c. beschrijvingsbiljet: het in bijlage I opgenomen modelformulier voor de periodieke inventarisatie in de land- en tuinbouw; d. opgaveplichtige: degene die, anders dan in het kader van de teelt van griendhout, riet en biezen, in de landbouw zijn hoofdbestaan of een gedeelte van zijn bestaan vindt, voor zover aan hem een beschrijvingsbiljet, bedoeld in onderdeel c, dan wel anderszins een oproep voor de landbouwtelling is uitgereikt of toegezonden. Artikel 2 In het tijdvak dat loopt van 1 april 1998 tot en met 26 juni 1998 wordt een landbouwtelling gehouden als bedoeld in de artikelen 24 en 25 van de Landbouwwet. Artikel 3 1. Ten behoeve van de telling, bedoeld in artikel 2, wordt een beschrijvingsbiljet uitgereikt of verzonden door of vanwege de Minister. 2. De opgaveplichtige verstrekt de ten aanzien van de veestapel gevraagde gegevens naar de toestand op 1 april De opgaveplichtige verstrekt de ten aanzien van de oppervlakten gevraagde gegevens naar de toestand op 1 april Indien een oppervlakte op 1 april nog niet is beteeld, dan moet de eerstvolgende geplande teelt worden opgegeven. 4. Onverminderd het bepaalde in het tweede en derde lid, verstrekt de opgaveplichtige de op het beschrijvingsbiljet gevraagde gegevens naar de toestand op de datum van ondertekening, tenzij op het biljet of door LASER anders is aangegeven, en neemt daarbij de overige op het biljet of door LASER gestelde aanwijzingen in acht. 5. De opgaveplichtige ondertekent het beschrijvingsbiljet en doet dat binnen 14 dagen na dagtekening van de aanbieding aan LASER toekomen. 6. Indien het beschrijvingsbiljet aangetekend aan de opgaveplichtige is toegezonden, doet deze dat binnen vijf dagen ingevuld en ondertekend aan LASER toekomen. Artikel 4 1. Voor de bepaling van de bedrijfsomvang geldt dat één Nederlandse grootte-eenheid gelijk is aan 14oo ecu bruto standaardsaldo. 2. De bruto standaardsaldi respectievelijk de standaard-bedrijfseenheden worden vastgesteld als vermeld in bijlage II. 3. Bruto standaardsaldi worden overeenkomstig bijlage II omgerekend in Nederlandse grootte-eenheden. Artikel 5 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. 2. Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling landbouwtelling Deze regeling zal met de bijlagen I en II en de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. s-gravenhage, 30 maart De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, J.J. van Aartsen. Toelichting De Regeling landbouwtelling 1998 bepaalt dat er in de periode van 1 april 1998 tot en met 26 juni 1998 wederom een landbouwtelling wordt gehouden. Evenals in 1997 vind deze telling geheel schriftelijk plaats. De opgaveplichtige is gehouden het aan hem toegestuurde beschrijvingsbiljet ingevuld en ondertekend te retourneren. Als de opgaveplichtige ondanks herhaalde uitnodiging het beschrijvingsbiljet niet aan LASER heeft doen toekomen, wordt aan hem per aangetekend schrijven een beschrijvingsbiljet toegestuurd. In dat geval is hij verplicht het beschrijvingsbiljet binnen vijf dagen ingevuld te retourneren. Evenals in voorgaande jaren zal bij de landbouwtelling 1998 de bedrijfsomvang worden bepaald aan de hand van de Nederlandse grootte eenheid (Nge). De Nge vertegenwoordigt een aantal bruto standaardsaldi (bss) Voor 1998 is vastgesteld dat één Nge gelijk is aan bss. Deze bss worden voor de verschillende gewassen en diersoorten door het LEI berekend. In bijlage II is een lijst met bss weergegeven. Het totale bruto standaardsaldo van een bedrijf is gelijk aan de som van de waarden die worden verkregen door voor elk kenmerk (rubriek van de landbouwtelling) het brutostandaardsaldo per eenheid te vermenigvuldigen met het overeenstemmende aantal eenheden. Met deze bss-norm is het mogelijk om een beoordeling te maken van de productie-omvang van het gehele bedrijf en de afzonderlijke productierichtingen. Ter vermindering van de administratieve lastendruk voor het agrarisch bedrijfsleven wordt een aantal gegevens dit jaar niet aan iedere opgaveplichtige gevraagd. In het bijzonder ten aanzien van de ten behoeve van statistische doeleinden opgenomen vragen geldt dat volstaan kan worden met een steekproefsgewijs onderzoek. Afhankelijk van de vragenlijst en het bijbehorende formulier dat de opgaveplichtige heeft ontvangen, dient een uitgebreide dan wel verkorte vragenlijst te worden beantwoord. In beginsel zullen alleen bedrijven worden geïnventariseerd, waarvan het aannemelijk is dat zij ten tijde van de landbouwtelling een omvang hebben van drie of meer Nge. Niettemin wordt Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 1

2 ook een beschrijvingsbiljet gezonden aan bepaalde bedrijven met een kleinere bedrijfsomvang. Daarbij valt met name te denken aan bedrijven, waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de schommeling in de bedrijfsomvang- of exploitatie een tijdelijk karakter draagt, waardoor zij, op langere termijn beschouwd, wel voor inventarisatie in aanmerking behoren te komen. Er wordt op gewezen dat ook deze bedrijven, uit hoofde van het bepaalde in artikel 24 van de Landbouwwet, gehouden zijn de op het beschrijvingsbiljet gevraagde gegevens volledig en naar waarheid te verstrekken en vervolgens daarmee te handelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van de onderhavige regeling. In het kader van een aantal andere regelingen zal het, tenzij anders wordt bepaald, noodzakelijk zijn te beschikken over op de landbouwtelling 1998 betrekking hebbende standaardbedrijfseenheden. Ten behoeve van deze toepassing is een lijst met standaardbedrijfseenheden vastgesteld. Deze lijst is in bijlage II bij de regeling opgenomen. De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, J.J. van Aartsen. Bijlage I Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 2

3 Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 3

4 Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 4

5 Bijlage II Code Rubrieknaam SBE 1997 BSS 1994 Nge 1994 C Veestapel Rundvee (geen vlees- of weidevee) 201 Ov.vrl.rundvee< 1 jr 0, , Ov.mnl.rundvee< 1 jr 0, , Ov. vrl. jongvee 1-2 jaar 0, , Mnl. jongvee 1-2 jr 1, , Ov. vaarzen 2 jaar en ouder 0, , Melk- en kalfkoeien 2, , Fokstieren 2 jaar en ouder 1, ,658 Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 5

6 Code Rubrieknaam SBE 1997 BSS 1994 Nge 1994 Rundvee (vlees- of weidevee) 214 Vleeskalveren voor de witvleesproductie 0, , Vleeskalveren voor de rosevleesproductie 0, , Vrl. vleesvee< 1 jr 0, , Ov.mnl.vleesvee< 1 jr 0, , Vrl. vleesvee 1-2 jr 0, , Mnl. vleesvee 1-2 jr 0, , Vrl. vleesvee 2 jaar en ouder 0, , Mnl. vleesvee 2 jaar en ouder 0, , Zoogkoeien 0, , Vlees- en weidekoeien 0, ,223 Varkens 235 Biggen bij de zeug 0, Biggen niet bij zeug (alleen indien code 247 t/m 251 = 0) 0, , Vleesvarkens kg 0, , Vleesvarkens 50 kg en meer 0, , Opfokzeugen + -beertjes kg 0, , Opfokzeugen 50 kg en meer 0, , Gedekte zeugen 0, , Zeugen bij biggen 0, , Ov. fokzeugen 0, , Opfokberen 50 kg en meer 0, , Dekrijpe beren 0, ,271 Kippen (per 100 dieren) * 269 Vleeskuikens 0, , Moederdieren vleesrassen< 18 wkn 0, , Moederdieren vleesrassen 18 wkn en ouder 1, , Leghennen< 18 wkn. 0, , Leghennen 18 wkn.-20 mnd. 0, , Leghennen ouder dan 20 mnd. 0, ,319 Eenden en kalkoenen (per 100 dieren) * 287 Jonge eenden voor vlees 1, , Jonge vleeskalkoenen 1, , Kalkoenen voor de eierproductie<7 mnd. 3, , Kalkoenen voor de eierproductie>7 mnd. 7, , Ov. pluimvee (o.a. ganzen, parelhoenders, struisvogels) 1, ,425 Paarden en pony s 260 Paarden< 3 jaar 0, , Paarden> 3 jaar 6, , Pony s 3, ,227 Schapen en geiten 265 Lammeren (alleen indien rubriek 266 = 0, anders 0) 0, , Ooien 0, , Ov. schapen mnl. (alleen indien rubriek 266 = 0, anders 0) 0, , Melkgeiten 0, , Ov. geiten (alleen indien rubriek 282 = 0, anders 0) 0, ,022 Konijnen 232 Vleeskonijnen (excl. moederd.) (Alleen indien code 233 = 0, anders 0) 0, , Voedsters 0, ,067 Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 6

7 Code Rubrieknaam SBE 1997 BSS 1994 Nge 1994 Edelpelsdieren 290 Nertsen (moederdieren) 0, , Vossen (moederdieren) 0, , Overige pelsdieren (moederdieren) 0, ,076 D Tuinbouw open grond Groenten 401 Aardbeien , Andijvie , Asperges , Bewaarkool , Bloemkool , Broccoli , Herfstkool + vroege sluitkool 6, , Knolselderij >= 100 are 9, , Knolselderij < 100 are , Kroten 6, , Sla , Prei , Schorseneren 8, , Spinazie >= 200 are 2, , Spinazie < 200 are 6, , Spruitkool 11, , Stamsperziebonen (groen) >= 150 are 2, , Stamsperziebonen < 150 are 8, ,1 461 Tuinbonen >= 150 are 2, , Tuinbonen < 150 are 6, , Was- en bospeen >= 50 are 7, , Was- en bospeen < 50 are ,2 469 Winterpeen >= 150 are 9, , Winterpeen < 150 are , Witlofwortel 7, , Overige groenten >= 200 are 7, , Overige groenten < 200 are ,02 Fruit 501 Appelen , Appelen , Peren , Peren , Overige pit- + steenvruchten , Klein fruit (ex mach. geoogst) , Machinaal geoogst fruit 7, ,02 Tuinbouwzaden 530 Groentezaden 6, , Bloemzaden 11, ,35 Bloemkwekerijgewassen 540 Droogbloemen , Ov. Bloemkwekerijgew ,89 Bloembollen en -knollen 571 Hyacinten , Tulpen , Narcissen , Gladiolen , Krokussen , Lelies , Irissen ,38 Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 7

8 Code Rubrieknaam SBE 1997 BSS 1994 Nge Ov. bol- knolgewassen ,38 Boomkwekerijgewassen 551 Bos- en haagplantsoen , Laan- en parkbomen , Vruchtbomen ,6 555 Rozestruiken , Sierconiferen , Ov. sierh.+klimplanten ,23 Vaste planten 561 Vaste planten ,2 E Paddestoelenteelt Champignons 806 Champignons teeltb. opp. z. doorgr. comp. (per ha) ** , Champignons teeltb. opp. m. doorgr. comp. (per ha) ** , Overige eetbare paddestoelen (per ton vers substraat) 0, ,152 F Bollenbroei en witloftrek 911 Tulpenbroei (per 1000 stuks) 0, , Narcis.broei (per kg) 0,0025 0,685 0, Witloftrek ,51 G Tuinbouw onder glas Groenten 601 Tomaten , Komkommers ,3 610 Aardbeien onder glas , Aardbeien in betreedbare plastic tunnels , Asperges in betreedbare plastic tunnels , Paprika , Radijs , Aubergines , Overige groenten , Groentezaden onder glas , Opkweekmateriaal groenten ,23 Fruit 635 Fruit onder glas ,9 Bloemkwekerijgewassen 641 Rozen , Anjers ,4 645 Anthurium , Chrysanten (snijbl.) , Freesia s , Orchideeen , Gerbera s , Alstroemeria , Gypsophila , Eustoma Russellianum , Lelies (snijbloemen) ,4 656 Nerine , Overige snijbloemen , Potplanten voor de bloei: Kalanchoe ,23 Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 8

9 Code Rubrieknaam SBE 1997 BSS 1994 Nge Potplanten voor de bloei: Begonia , Overige potpl. voor de bloei , Bladplanten: Ficus , Bladplanten: Dracaena , Overige bladplanten , Amaryllisbollen , Perkplanten , Overige bloemkwekerijgewassen , Opkweekmateriaal snijbloemen ,23 Boomkwekerijgewassen en vaste planten 670 Boomkw. en vaste planten: Verm. en/of aantrekking , Boomkw. en vaste planten: Voll. teelt onder glas ,1 H Akkerbouw 301 Wintertarwe 2, , Zomertarwe 1, , Wintergerst 1, , Zomergerst 1, , Rogge-geen snijrogge 1, , Haver 1, , Triticale 1, , Groene erwten (droog te oogsten) + schokkers 1, , Kapucijners + grauwe erwten 2, , Bruine bonen 2, , Veldbonen 1, , Erwten (groen te oogsten) 2, , Koolzaad 1, , Karwijzaad 2, , Blauwmaanzaad 2, , Vlas 2, ,9 341 Graszaad 2, , NAK-Pootaardappelen -zd/vn 6, , NAK-Pootaardappelen -klei 11, , Cons.aardappelen zand/veen 2, , Cons.aardappelen klei 6, , Fabr.aardappelen incl.pootgd 2, , Suikerbieten 7, , Voederbieten 4, , Luzerne 1, , Snijmais 2, , Korrelmais 1, , Corn-cob mix 2, , Groenbemestingsgewassen 0, , Cichorei 3, , Hennep 1, , Poot- en plantuien 4, , Zaaiuien 7, , Zilveruitjes 4, , Ov. akkerbouwgewassen 5, ,56 I Bedrijfsindeling 703 Blijvend grasland 2, ,9 715 Tijdelijk grasland 2, ,9 727 Snelgroeiend productiehout 1, , Braakland 0, , Cultuurgronden niet in gebruik 0,0 0 0 Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag. 15 9

10 Code Rubrieknaam SBE 1997 BSS 1994 Nge Natuurlijke graslanden 1, , Bos (inclusief kerstdennen) 1, , Overige gronden 0,0 0 0 * LET OP! Voorheen was sbe van kippen en eenden per dier en bss en nge per 100 dieren; nu beide per 100 dieren ** LET OP! Voorheen was sbe van champignons per 100 m2 en bss en nge per ha; nu beide per ha Uit: Staatscourant 1998, nr. 61 / pag