Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie"

Transcriptie

1 Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme Versie Ingangsdatum 1 januari 2015

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding Oogheelkunde Diagnosetypering KNO Diagnosetypering Heelkunde Diagnosetypering Plastische chirurgie Zorgvraagtypering Diagnosetypering Orthopedie Diagnosetypering Gynaecologie Diagnosetypering Dermatologie Diagnosetypering Inwendige geneeskunde Diagnosetypering Kindergeneeskunde Zorgvraagtypering Diagnosetypering Maag-, darm- en leverartsen Diagnosetypering Cardiologie Diagnosetypering Longgeneeskunde Diagnosetypering Revalidatiegeneeskunde Zorgvraagtypering Consultatieve psychiatrie Zorgvraagtypering Diagnosetypering Radiotherapie Zorgvraagtypering Diagnosetypering Audiologie Diagnosetypering Wijzigingen DBC-Onderhoud 2 55

3 18.1 Wijzigingen versie t.o.v Wijzigingen versie t.o.v Wijzigingen versie t.o.v Wijzigingen versie t.o.v Wijzigingen versie t.o.v Wijzigingen versie t.o.v DBC-Onderhoud 3 55

4 1 Inleiding In deze toelichting vindt u de diagnose- en zorgvraaginformatie per specialisme. Deze informatie maakte in 2012 deel uit van de specialismespecifieke toelichtingen en in de DBC-systematiek tot 2012 was dit een onderdeel van de instructies per specialisme. Met ingang van 1 januari 2013 zijn de specialismespecifieke toelichtingen geïntegreerd in het document Algemene Toelichting Registratieregels. Om de diagnose- en zorgvraaginformatie niet verloren te laten gaan is het document Toelichting Diagnose- en Zorgvraagtypering ontwikkeld. De informatie in dit document is afkomstig van de diverse Wetenschappelijke verenigingen en uit de informatie die voortkomt uit wijzigingen op de typeringslijst. Per specialisme worden specifieke diagnosecodes en/of zorgvraagcodes toegelicht. Voor alle specialismen gelden dezelfde uitgangspunten bij het typeren van diagnosen en zorgvragen. Diagnose De typerende diagnose is de diagnose die de zorgvraag bij het sluiten van het subtraject, het beste typeert. Dit is de eind- of definitieve diagnose binnen het subtraject. Indien bij het sluiten van het subtraject de eind- of definitieve diagnose nog niet bekend is, wordt de meest passende werkdiagnose getypeerd. De diagnose kan veranderen tijdens de looptijd van een subtraject. Als op basis van veranderd inzicht de diagnose voor de patiënt in de loop van de behandeling anders wordt, dan kan dit leiden tot een andere typerende diagnose. De diagnose kan per subtraject verschillen. Zorgvraag Zorgvraag heeft in het DBC-systeem twee betekenissen. Doorgaans wordt met de zorgvraag het probleem bedoeld waarvoor een patiënt zich meldt bij de specialist. Bij een aantal specialismen is de zorgvraag ook een DBC-component voor de DBC-registratie. Het betreft de specialismen plastische chirurgie, urologie, kindergeneeskunde/neonatologie, revalidatiegeneeskunde, radiotherapie (tot 1 januari 2014) en consultatieve psychiatrie. Bij deze specialismen maakt de zorgvraag deel uit van de DBC-typering (zorgtype, zorgvraag, diagnose). De typerende zorgvraag speelt een rol bij de afleiding van DBC-zorgproducten in een grouper en kan daarnaast een voorspellende waarde voor de inzet van de medisch specialist en de kosten van het ziekenhuis hebben. DBC-Onderhoud 4 55

5 2 Oogheelkunde Diagnosetypering Voor een beperkt aantal diagnosen heeft het NOG (Nederlands oogheelkundig gezelschap) aanvullende informatie opgesteld. 101 Geen oogheelkundige pathologie 102 Doorgemaakte pathologie 103 Risico op oogaandoening 107 Systemische aandoening zonder oogheelkundige pathologie Indien er geen oogheelkundige pathologie wordt geconstateerd, en geen sprake is van doorgemaakte pathologie, risico op oogaandoening of systemische aandoening zonder oogheelkundige pathologie (zie hieronder) Bij voorkeur wordt bij controletrajecten de oorspronkelijke aandoening getypeerd, ook als er gedurende langere tijd geen controle plaatsvindt. Alleen in die gevallen waarbij een nieuwe patiënt bij u op controle komt, nadat behandeling elders (ander ziekenhuis) voor oogpathologie heeft plaatsgevonden en er op moment van controle geen sprake meer is van actieve pathologie, zou diagnose 102 getypeerd kunnen worden. In alle andere gevallen wordt bij voorkeur de oorspronkelijke aandoening getypeerd. De code is bedoeld voor gevallen waarbij het primaire doel van het consult is om bij een patiënt met een verhoogd risico op een oogheelkundige aandoening te screenen op afwijkingen, en er geen afwijkingen worden aangetroffen. Uitzondering Voor screening op glaucoom wordt code 901 glaucoom risico / oculaire hypertensie gecodeerd. Voorbeeld Een patiënt met hoge myopie komt voor oogheelkundig onderzoek van de retina. U vindt hierbij geen oogheelkundige pathologie: code 103. De code is bedoeld voor gevallen waarbij een systemische aandoening (hypertensie, sarcoïdose, ROP, reuma) aanleiding is voor een oogheelkundige screening, en waarbij geen oogheelkundige afwijkingen worden gevonden. 404 Sicca syndroom Alle traanfilmproblematiek hieronder coderen. 452 Keratitis Alle vormen van keratitis, zowel infectieus als autoimmuun. Hieronder valt ook een ulcus cornea. 559 Overige pathologie lens Hieronder vallen ook problemen met implantlenzen of afakie. 704 Subretinale neovascularisatie Gebruik deze code voor alle vormen van subretinale neovascularisatie ongeacht de onderliggende oorzaak. Voorbeeld Een patiënt met hoge myopie komt met klachten van metamorphosie. U constateert een subretinale neovascularisatie. U codeert dan de diagnose Maculadegeneratie Hieronder vallen alle droge vormen van maculadegeneratie. Indien een subretinale neovascularisatie ontstaat, dient de diagnosecode omgezet te worden naar 704 subretinale neovascularisatie. Voorbeeld Een patiënt die u behandelt voor een leeftijdsgeboden maculadegeneratie DBC-Onderhoud 5 55

6 ontwikkelt een subretinale neovascularisatie. Verander de diagnose van 707 maculadegeneratie naar 704 subretinale neovascularisatie. DBC-Onderhoud 6 55

7 3 KNO Diagnosetypering De Wetenschappelijke Vereniging KNO heeft per diagnosecode een nadere toelichting gegeven. Deze is daar waar nodig in lijn gebracht met de wijzigingen in de typeringslijst. Otologie 11 Afwijkingen oorschelp 12 Cerumen, radikaalholte, otitis externa, corpus alienum 13 OMA, OME, tubadysfunctie 14 Chronische otitis media 15 Ossiculaire afwijkingen 16 Perceptieve slechthorendheid O.a. erysipelas, perichondritis, othematoom, standdeviaties, atheroomcyste, pre-auriculaire sinus, trauma, nodularis helicis, exostose, stenose meatus acusticus externus. O.a. maligne otitis externa en operatie hiervan, danwel opname met intraveneuze antibiotische behandeling, revisie radikaaloperatie. Myringitis, tubadysfunctie (ook bij schisis), trommelvliesbuisje, adenotomie bij OME. Cholesteatoom, chronische otitis media, atelectase, (traumatische) trommelvliesperforatie. Otosclerose, ketenluxatie. hereditair, ototoxisch, presbyacusis, tinnitus, zeer ernstige perceptieve slechthorendheid (indicatie cochleair implantaat). 17 Vertigo Ménière, BPPD, labyrintitis, perifeer vestibulair, centraal vestibulair,neuritis, vertigo e.c.i. 18 Afwijkingen van de nervus facialis 19 Tumor lateraal schedelbasis Bell, Zoster, Lyme, Melkersson-Rosenthal, sarcoïdose. Tumor os petrosum, glomustumor, cholesterolgranuloom of cholesteatoom in apex petrosum. 20 Brughoektumor Acusticus-, facialisneurinoom. 21 Maligne tumoren oor Maligne tumor meatus acusticus externus, maligne middenoor tumoren, uitgebreide carcinomen van de oorschelp. Rhinologie 31 Allergie / hyperreactiviteit Verder geen toelichting nodig. 32 Septumafwijkingen Deviatie, perforatie, hematoom, abces. 33 Vormafwijkingen Functioneel, cosmetisch. 34 Neustrauma, corpus alienum Contusie, fracturen. DBC-Onderhoud 7 55

8 35 Epistaxis Verder geen toelichting nodig. 36 Sinusitis Acuut: verder geen toelichting nodig. Chronisch: polyposis nasi, overige slijmvliespathologie. 38 Congenitale neusafwijkingen 39 Reuk- en smaakstoornissen Mediane neuscyste, neusafwijking bij schisis (te openen als de neusafwijking daadwerkelijk wordt behandeld. Deze kan dan naast OME 13 worden geopend), choanale atresie. Als zelfstandig ziektebeeld, geen geleidingsanosmie bij polyposis = diagnose Tumor neus Maligne tumoren vestibulum nasi, grotere tumoren van de uitwendige neus. 41 Tumor neusbijholten 42 Tumor voorste schedelbasis Lokalisatie in de bijholten c.q. orbita. Esthesioneuroblastoom, neusbijholten met tumordoorgroei voorste schedelbasis, hypofysetumoren. Mondholte, pharynx, larynx 06 Snurken Behandeling van niet medisch geïndiceerde slaapproblematiek (na 57) (zie ook de toelichting Diagnosetypering bij OSAS/slaapstoornissen/snurken) 51 Afwijkingen mondholte Slijmvliesafwijkingen, kleine speekselsteen, frenulum linguae, biopt 52 Ziekten van adenoïd en tonsillen Tonsillitis, peritonsillair abces, adenoïditis als zelfstandig ziektebeeld, de adenotomie bij de indicatie OME bij kinderen hoort in diagnose 13 (met buisjes = 13) 53 Dysfonie Functioneel, organisch (epiglottitis, laryngitis subglottica: bij 92) 55 Globus / slikklachten Globus, analyse; cricopharyngeuspathologie, neurologische slikklachten,zenker (niet slikklachten na ablatieve chirurgie: dan bijvoorbeeld diagnose 62). 56 Corpus alienum hypopharynx / oesophagus 57 Diagnostiek slaapstoornissen 58 Spraak / taalstoornissen Verder geen toelichting nodig. Diagnostisch traject waaruit geen medische indicatie blijkt (snurken). Zie ook de toelichting Diagnosetypering bij OSAS/slaapstoornissen/snurken Verder geen toelichting nodig. 59 OSAS Voor diagnostiek en behandeling: als na diagnostiek medische indicatie blijkt, wordt de diagnose omgecodeerd van 57 naar 59 (zie ook de toelichting Diagnosetypering bij OSAS/slaapstoornissen/snurken) 60 Maligne cavum oris tumor stadium I en II 61 Maligne cavum oris tumor stadium III en IV Verder geen toelichting nodig Verder geen toelichting nodig DBC-Onderhoud 8 55

9 62 Maligne oropharynx tumor stadium I en II 63 Maligne oropharynx tumor stadium III en IV 64 Maligne hypopharynx tumor stadium I en II 65 Maligne hypopharynx tumor stadium III en IV 66 Maligne larynxtumoren stadium I en II 67 Maligne larynxtumoren stadium III en IV 68 Maligne nasopharynxtumor stadium I en II 69 Maligne nasopharynxtumor stadium III en IV Verder geen toelichting nodig Verder geen toelichting nodig Verder geen toelichting nodig. Verder geen toelichting nodig Verder geen toelichting nodig Verder geen toelichting nodig Verder geen toelichting nodig Verder geen toelichting nodig Speekselklieren 71 Sialoadenosen, sialoadenitis 72 Maligne tumor speekselklieren 73 Benigne tumor speekselklieren Immunologische oorzaak, grote speekselstenen, etc. Maligniteiten van de grote speekselklieren. Warthin tumor, pleiomorf adenoom, etc. Hals 81 Congenitale afwijkingen hals 82 Zwelling in de hals diagnostiek Congenitale halscysten, vaatanomalieën, etc. Diagnostiek voor bijvoorbeeld hematologische tumoren, tuberculose, schildklier 83 Diepe hals abces Parapharyngeaal, retropharyngeaal, mediastinitis. 84 Maligne tumor hals Metastasen van buiten de regio, onbekende primaire. DBC-Onderhoud 9 55

10 Luchtweg 91 Aangeboren / trauma larynx / trachea afwijking 92 Acute luchtwegobstructie 93 Corpus alienum larynx/trachea Subglottische tracheastenose, uitgebreid larynxtrauma, laryngomalacie, tracheomalacie, post-intubatie sequelen. Epiglottitis, laryngitis subglottica, Quincke s oedeem, etc. Verder geen toelichting nodig. Restgroep 01 Infectie/ huidtumoren hoofd/hals 02 Trauma capitis/aangezicht Erysipelas, atheroomcyste, klein basalioom /plaveiselcelcarcinoom aangezicht, etc. Orbita-zygomacomplexfracturen, Le Fort fracturen, rotsbeenfractuur, fractuur sinus frontalis 03 Overige Bijvoorbeeld craniomandibulaire dysfunctie, clusterhoofdpijn. 04 Geen KNOafwijking Deze is niet leeg. Er kunnen diagnostische verrichtingen gedaan worden. 05 ICC Intercollegiaal consult. 07 Defect weke delen Voor het toedienen van injectabels bij defecten die ontstaan zijn na bijvoorbeeld een operatie of een trauma. 08 Congenitale afwijkingen aangezicht 09 Incongruentie genderidentiteit Voor de typering van congenitale afwijkingen aan het aangezicht, die niet onder één van de andere hoofdgroepen valt. Ten behoeve van de nieuw ontwikkelde zorgproducten voor genderproblematiek. Diagnosetypering bij OSAS/slaapstoornissen/snurken 57 Diagnostiek slaapstoornissen Voor typeren van diagnostisch traject indien blijkt dat het geen OSAS is. 59 OSAS Voor diagnostiek en behandeling: als na diagnostiek medische indicatie blijkt, wordt de diagnose omgecodeerd van 57 naar Snurken Indien na het diagnostisch traject geen medische indicatie blijkt, maar wel tot behandeling wordt besloten, kan deze behandeling met diagnosecode 06 worden getypeerd. DBC-Onderhoud 10 55

11 4 Heelkunde Diagnosetypering Diagnosetypering bij trauma s 610 ATLS-opvang Trauma ISS < ATLS-opvang multitrauma ISS >=16 Deze code wordt geregistreerd bij traumapatiënten met een ISS<16 die opgevangen worden volgens de ATLS 1 systematiek door een medisch specialist die bevoegd en bekwaam is in het diagnosticeren en stabiliseren van verschillende typen (organische) letsels en/of perforaties. Deze diagnose omvat het traject rondom de ATLS opvang. Deze diagnose wordt parallel geregistreerd aan diagnosen voor de eventuele letsels die geconstateerd worden bij de screening. Voorbeelden Patiënt wordt na een trauma opgenomen ter observatie volgens de ATLS systematiek. Er wordt geen letsel geconstateerd. Het subtraject wordt getypeerd met diagnose 610. Binnen dit subtraject wordt zorgactiviteit ATLS traumaopvang - diagnosticeren en stabiliseren van verschillende typen (organische) letsels en/of perforaties onder verantwoordelijkheid van een ATLS gecertificeerd medisch specialist. geregistreerd. Na een ATLS opvang blijkt dat enkel een conservatieve behandeling van een distorsie van de knie noodzakelijk is. Er worden in dit geval 2 subtrajecten getypeerd. Enerzijds een subtraject met diagnose 610 welke de ATLS opvang van de patiënt omvat (binnen dit subtraject wordt zorgactiviteit geregistreerd). Anderzijds een subtraject voor de conservatieve behandeling van de distorsie van de knie (252 distorsie knie). Tijdens de ATLS opvang blijkt sprake te zijn van een wervelfractuur. Er worden in dit geval 2 subtrajecten getypeerd. Enerzijds een subtraject met diagnose 610 welke de ATLS opvang van de patiënt omvat. Daarnaast wordt een parallel subtraject met diagnose 203 Fractuur wervelkolom geregistreerd voor de behandeling van de wervelfractuur. De bijbehorende verpleegdagen worden toegewezen aan het subtraject met diagnose 203. Deze diagnose wordt getypeerd bij multitrauma patiënten die met een ISS 16 volgens de ATLS systematiek worden opgevangen door een medisch specialist die bevoegd en bekwaam is in het diagnosticeren en stabiliseren van verschillende typen (organische) letsels en/of perforaties. Deze diagnose kan parallel geregistreerd worden aan diagnosen voor de eventuele letsels die geconstateerd worden bij de screening. In dat geval wordt een parallel zorgtraject geopend voor het te behandelen letsel. Hierbij zijn de bij diagnose 610 genoemde voorbeelden van toepassing (maar dan met ATLS-opvang van letsels met een ISS 16). Screening van patiënten na een trauma waarbij geen letsel wordt geconstateerd wordt getypeerd met diagnosecode 299 Overige trauma / SEH diagnosen. Divers Monoletsel Monoletsels worden geregistreerd met de traumatologie codes van de typeringslijst. Bij meerdere gelijktijdig gepresenteerde letsels kunnen parallelle zorgtrajecten 1 Advanced Trauma Life Support DBC-Onderhoud 11 55

12 geopend worden indien aan de voorwaarden voor parallelliteit is voldaan. 292 Verwijderen osteosynthesemateriaal Indien osteosynthesemateriaal wordt verwijderd tijdens de looptijd van het subtraject waarbinnen het materiaal is geplaatst, maakt het verwijderen onderdeel uit van hetzelfde subtraject. Er wordt hiervoor geen parallel zorgtraject geopend. Indien het osteosynthesemateriaal verwijderd wordt na sluiting van het subtraject waarbinnen het materiaal geplaatst is, valt het verwijderen binnen het vervolgtraject en wordt de diagnose van het vervolg subtraject eventueel aangepast. Als het zorgtraject al gesloten is, wordt een nieuw zorgtraject geopend voor het verwijderen. Als het osteosynthesemateriaal verwijderd wordt in het kader van een andere zorgvraag (bijvoorbeeld bij dubbelzijdige fracturen) kan het subtraject voor het verwijderen van het osteosynthesemateriaal parallel geregistreerd worden. Toelichting op de registratie diagnose 603 Screening colorectaal carcinoom (bevolkingsonderzoek) Een subtraject met diagnose Screening colorectaal carcinoom (bevolkingsonderzoek) bevat alle zorgactiviteiten die uitgevoerd worden in het kader van het bevolkingsonderzoek. Als er bij de screening een aandoening geconstateerd wordt waarvoor een behandeltraject start, mag een apart zorgtraject geopend worden. Toelichting op de registratie voor brandwondencentra Tot 1 januari 2011 was voor de brandwondencentra alleen diagnose 284 Brandwond ernstig beschikbaar. Deze diagnose werd als veel te algemeen ervaren. De brandwondencentra willen graag het percentage verbranding in de typering terugzien. Vanwege deze wens is de diagnosetypering van de ICD-10 overgenomen. Op deze manier wordt de medische herkenbaarheid vergroot en sluit de diagnosecodering aan op de ICD-10 diagnosetypering. 701 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met < 10% lichaamsoppervlak aangedaan 702 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 703 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 704 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 705 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 706 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 707 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 708 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 709 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met % lichaamsoppervlak aangedaan 710 Brandwonden in gespecialiseerd brandwondencentrum met 90 % lichaamsoppervlak aangedaan DBC-Onderhoud 12 55

13 Code-informatie vanuit de NVvH De NVvH heeft vragen ontvangen over het typeren bij sommige specifieke diagnosen. Het NVvH heeft hiervan een lijst met vragen en antwoorden samengesteld. Vraag Welke code voor hyperhidrosis (overmatig zweten) als de patiënten d.m.v. een thoracoscopie worden behandeld? Antwoord Diagnosecode 310 mediastinoscopie/- tomie of thoracoscopie Welke code registreer ik voor geïnfecteerde vaatprothese? Afhankelijk van de lokalisatie bijvoorbeeld code 409 Vaatafwijkingen abdominaal / bekken. Als deze complicatie optreedt tijdens een nog geopend zorgtraject waarbinnen de vaatprothese is geplaatst, maakt de complicatie deel uit van het nog lopende subtraject. Eventueel kan de diagnose van dit subtraject worden aangepast. Het aanleggen van een tracheostoma bij een primair niet chirurgische patiënt? Stel: een huisarts stuurt een patiënt in met pijn in de benen. De chirurg kijkt of er sprake is van vaatproblematiek. Dat is niet het geval en stuurt de patiënt direct terug. Welke code moet worden gebruikt? Mastitis is dit te typeren als een abces van de weke delen? Een patiënt met een verhoogde kans op borstkanker komt regelmatig voor pre-controle. Hoe te typeren? Welke diagnosetypering hoort bij een amputatie? Dit is een ondersteunende activiteit waarvoor geen apart Heelkunde zorgtraject geopend wordt. De zorgactiviteit wordt geregistreerd binnen het zorgtraject van het aanvragend specialisme. Afhankelijk van de situatie van de patiënt kiest u hier voor 442 uitsluiten PAOD of 441 uitsluiten CVI (dus niet beide tijdens één onderzoekstraject). Ja, typeren met diagnose 163 abces weke delen Diagnose = benigne neoplasma mamma / mastopathie (317). Een amputatie is een zorgactiviteit, vaak gevolg van een diagnose met vaatlijden. In dat geval kiest u voor de P.A.O.D. 4 (420) of één van de andere vaatdiagnosen of een andere relevante diagnose zoals bv. 427 ulcus cruris voor onderste extremiteiten. Welke diagnosecode krijgt: Sepsis Huidspierfasciebiopt op verzoek van internist Bursitis schouder Loge/compartiment syndroom Onderste extremiteiten Code 179 Overige algemene diagnosen Deze diagnosen is alleen van toepassing als de heelkunde hoofdbehandelaar is en de sepsis geen complicatie binnen een lopend subtraject is. Dit is een ondersteunende activiteit waarvoor geen apart Heelkunde zorgtraject geopend wordt. De zorgactiviteit wordt geregistreerd binnen het zorgtraject van het aanvragend specialisme. 159 klachten bewegingsapparaat n.n.o. (surmenage, PHS etc.) Is een complicatie bij een aandoening; 159 klachten bewegingsapparaat n.n.o. (surmenage, PHS etc.). Als DBC-Onderhoud 13 55

14 Welke diagnosecode krijgt: Code deze complicatie optreedt tijdens een nog geopend zorgtraject waarbinnen de initiële aandoening is behandeld maakt de complicatie deel uit van het nog lopende subtraject. Eventueel kan de diagnose van dit subtraject worden aangepast. Teenluxaties Sympathectomie lumbaal regio i.v.m. bijv. hyperhydrosis Hallux valgus operaties Morton's neuralgie Bursitis calcanei Extirpatie os coccygis i.v.m. afw.stand Diagnose 129 Overige (buik)klachten algemeen versus 329 Overige niet maligne gastrointestinale aandoeningen 239 falangen van de voet 449 overige vaat-diagnosen 239 falangen van de voet 170 ganglion, groot lipoom, unguis incarnatus 141 bursitis prepatellaris 159 Klachten bewegingsapparaat n.n.o. (surmenage, PHS etc) Diagnose 329 kan alleen getypeerd worden als er sprake is van een gastro-intestinale aandoening waar geen specifiekere diagnose voor beschikbaar is. Buikklachten n.n.o. beschrijft geen aandoening maar een symptoom en hoort dus niet onder 329 thuis maar wordt met 129 getypeerd. DBC-Onderhoud 14 55

15 5 Plastische chirurgie Zorgvraagtypering Onder de component Zorgvraag wordt voor de plastische chirurgie de zogenaamde opwaardering vastgelegd. Zorgvraag heeft binnen dit specialisme daarom een dubbele betekenis. Doorgaans wordt het probleem waarmee een patiënt zich presenteert bij de specialist bedoeld, dat zich uit in een specifieke diagnose. In enkele gevallen wordt met zorgvraag de DBC-component bedoeld. De opwaardering wordt als volgt gehanteerd: Standaard wordt 0 ingevuld. Er wordt uitsluitend een opwaardering gehanteerd bij een niet-maagdelijk operatiegebied, waardoor de operatieve behandeling wordt bemoeilijkt, te weten: Code Omschrijving 1 Status na één of meerdere ingrepen in hetzelfde operatiegebied; 2 Uitgebreid crushletsel in operatiegebied; 3 Operatiegebied met congenitale afwijkingen, na bestraling of SRD 4 Noodzaak voor tweede operateur 5 Kinderen =< 10 jaar, behalve bij ingrepen die regulier bij =< 10 jaar uitgevoerd worden 6 Twee of meer van bovenstaande Deze opwaardering wordt niet vastgelegd bij operatieve behandelingen waarbij deze situaties standaard van toepassing zijn, zoals traumata, defecten, tumoren, schisis en vervangen protheses. 5.2 Diagnosetypering 001 Eenvoudig 1 malig consult zonder behandeling < 20' 002 Complex 1 malig consult zonder behandeling >20', second opinion 230 Overige technieken bij mammareconstructie Kunnen alleen getypeerd worden, indien er geen verdere behandeling zal plaatsvinden. Het reconstrueren van een geamputeerde borst of het corrigeren van contour of volumedefecten na eerdere borstsparende therapie of reconstructie, door middel van Autologe vettransplantatie (AFT), eventueel in combinatie met het BRAVA systeem (BRAVA-AFT borstreconstructie), wordt getypeerd met diagnosecode 230. DBC-Onderhoud 15 55

16 6 Orthopedie Diagnosetypering 4104 Te verwijderen osteosynthesemateriaal wervelkolom 4105 Te verwijderen overig osteosynthesemateriaal (exclusief wervelkolom) Indien osteosynthesemateriaal verwijderd wordt tijdens de looptijd van het subtraject waarbinnen het materiaal geplaatst is, maakt het verwijderen onderdeel uit van hetzelfde subtraject, en wordt hiervoor geen parallel zorgtraject geopend. Indien het osteosynthesemateriaal verwijderd wordt na sluiting van het subtraject waarbinnen het materiaal geplaatst is, valt het verwijderen binnen het vervolgtraject en wordt de diagnose van het vervolgsubtraject eventueel aangepast. Als het zorgtraject al gesloten is, wordt een nieuw zorgtraject geopend voor het verwijderen. Als het osteosynthesemateriaal verwijderd wordt in het kader van een andere zorgvraag (bijvoorbeeld bij dubbelzijdige fracturen) kan het subtraject voor het verwijderen van het osteosynthesemateriaal parallel geregistreerd worden ATLS-opvang trauma ISS < ATLS-opvang multitrauma ISS >=16 Deze code wordt geregistreerd bij traumapatiënten met een ISS<16 die opgevangen worden volgens de ATLS systematiek door een medisch specialist die bevoegd en bekwaam is in het diagnosticeren en stabiliseren van verschillende typen (organische) letsels en/of perforaties. Deze diagnose omvat het traject rondom de ATLS opvang. Deze diagnose wordt parallel geregistreerd aan diagnosen voor de eventuele letsels die geconstateerd worden bij de screening. Voorbeelden Patiënt wordt na een trauma opgenomen ter observatie volgens de ATLS systematiek. Er wordt geen letsel geconstateerd. Het subtraject wordt getypeerd met diagnose Binnen dit subtraject wordt zorgactiviteit ATLS traumaopvang - diagnosticeren en stabiliseren van verschillende typen (organische) letsels en/of perforaties onder verantwoordelijkheid van een ATLS gecertificeerd medisch specialist. geregistreerd. Na een ATLS opvang blijkt dat enkel een conservatieve behandeling van een claviculafractuur noodzakelijk is. Er worden in dit geval 2 subtrajecten getypeerd. Enerzijds een subtraject met diagnose 4110 welke de ATLS opvang van de patiënt omvat (binnen dit subtraject wordt zorgactiviteit geregistreerd). Anderzijds een subtraject voor de conservatieve behandeling van de claviculafractuur (diagnose 3006). Tijdens de ATLS opvang blijkt sprake te zijn van een wervelkolomfractuur. Er worden in dit geval 2 subtrajecten getypeerd. Enerzijds een subtraject met diagnose 4110 welke de ATLS opvang van de patiënt omvat. Daarnaast wordt een parallel subtraject met diagnose 3004 Fractuur wervelkolom geregistreerd voor de behandeling van de wervelkolomfractuur. De bijbehorende verpleegdagen worden toegewezen aan het subtraject met diagnose Deze diagnose wordt getypeerd bij multitrauma patiënten die met een ISS 16 volgens de ATLS systematiek worden opgevangen door een medisch specialist die bevoegd en bekwaam is in het diagnosticeren en stabiliseren van verschillende typen (organische) letsels en/of perforaties. DBC-Onderhoud 16 55

17 Deze diagnose kan parallel geregistreerd worden aan diagnosen voor de eventuele letsels die geconstateerd worden bij de screening. In dat geval wordt een parallel zorgtraject geopend voor het te behandelen letsel. Hierbij zijn de bij diagnose 4110 genoemde voorbeelden van toepassing. DBC-Onderhoud 17 55

18 7 Gynaecologie Diagnosetypering G14 G22 Buikpijn zonder gynaecologische oorzaak Psychosomatisch te behandelen gynaecologische klachten Deze code is geen diagnose maar een klacht. Omdat er vaak geen diagnose voorhanden is blijft dit item opgenomen in de typeringslijst onder de groep diagnosen. Deze code is geen zuivere diagnose maar werd op verzoek van de Werkgroep Psychosomatische Obstetrie en Gynaecologie toegevoegd. Het gaat hier om een behandeling waarbij de intensieve gesprekstherapie op de voorgrond staat en is voorbehouden voor gynaecologen met specifieke vaardigheden hiervoor. Op termijn zal de Werkgroep Psychosomatische Obstetrie en Gynaecologie hier verder invulling aan geven en zal een tijdsbeslag worden herbezien. Typering van de diagnosen obstetrie. In de registratie bij obstetrie zijn drie fasen te onderscheiden; diagnosen Z11 t/m Z40 voor zwangerschapsbegeleiding, diagnose B11 t/m B40 voor begeleiding partus inclusief complicaties, nazorg en nacontrole, diagnosen K11 t/m K25 voor complicaties na partus uit de 1e en 2e lijn met nazorg en nacontrole. Voor iedere fase wordt een eigen (zo nodig parallel) zorgtraject geopend. Om inzichtelijk te maken welke zorg wordt geleverd aan welke patiënten is de diagnosetypering voor de obstetrische zorg per 1 januari 2014 uitgebreid. Met deze uitbreiding is het mogelijk de diagnosen specifieker vast te leggen. In principe betreffen de diagnosen Z20 t/m Z29, B11 t/m B21 en K11, K12, K14 t/m K25 aandoeningen die in de derdelijn (Obstetrisch High Care (OHC)) behandeld worden, maar kunnen ook in de tweedelijn plaatsvinden. De diagnosen Z40, B40, K13 (en eventueel K14 en K25) zijn over het algemeen van toepassing op zorg geleverd in de tweede lijn. Vanwege de uitbreiding van de diagnosecodes voor verloskunde is de opbouw voor deze diagnosegroep gewijzigd. De codes voor verloskunde beginnen nu niet meer met een V, maar zijn ingedeeld naar Z (zwangerschap), B (bevalling), K (kraambed/postpartum). De nog bestaande V-codes zijn vanwege deze nieuwe indeling omgecodeerd. Nieuwe subgroepcodes Z Zwangerschap B Bevalling K Kraambed/postpartum Overgaan naar volgende fase tijdens klinische episode. Naar aanleiding van het niet mogen verdelen van verpleegdagen bij parallelle zorgtrajecten volgt hier het registratieadvies over hoe te handelen bij een klinische partus tijdens een opname voor zwangerschapsbegeleiding. Indien een patiënte klinisch behandeld wordt voor een probleem tijdens de zwangerschap en tijdens diezelfde opname bevalt, wordt op het moment dat de patiënte in partu komt een zorgtraject geopend voor de begeleiding bij de partus (B-codereeks). De uitgevoerde zorgactiviteiten tijdens de DBC-Onderhoud 18 55

19 zwangerschapsperiode worden gekoppeld aan het zorgtraject voor de zwangerschap (Z-codereeks). Op het moment dat de patiënte in partu komt worden de uitgevoerde zorgactiviteiten (behalve de verpleegdagen) gekoppeld aan het zorgtraject dat geopend wordt voor de bevalling. De verpleegdagen van de gehele opname worden gekoppeld aan het subtraject met een diagnose uit de Z-codereeks, bij parallelliteit tijdens een klinische periode moeten de verpleegdagen namelijk aan één subtraject worden gekoppeld (verdelen van verpleegdagen is niet toegestaan). Vindt de opname echter plaats voor begeleiding van de partus, ook al vindt deze pas na enkele dagen plaats, wordt er direct een zorgtraject met een diagnose uit de B-codereeks Begeleiding partus inclusief complicaties, nazorg en nacontrole geopend (en wordt de klinische opname aan het subtraject met een diagnose uit de B-codereeks gekoppeld). Voorbeelden a) Patiënte met ernstige pre-eclampsie wordt opgenomen om de bevalling in te laten leiden. Op de dag van opname wordt een zorgtraject geopend met een subtraject met diagnose B12. Indien hier een zorgtraject met een subtraject met een diagnose voor begeleiding van de zwangerschap aan vooraf ging, wordt dat subtraject afgesloten volgens de algemene sluitregels. Er worden aan dit subtraject geen zorgactiviteiten meer gekoppeld vanaf het moment dat het zorgtraject voor B12 is geopend. b) Patiënte wordt in de 35 e week van de zwangerschap opgenomen met een ernstige groeiachterstand van het ongeboren kind. Patiënte blijft tot aan de partus in de 39 e week opgenomen. De uitgevoerde zorgactiviteiten tijdens de zwangerschapsperiode vallen binnen het zorgtraject met een subtraject met diagnose Z22. Op het moment dat de patiënte in partu komt wordt een zorgtraject met een subtraject met diagnose B13 geopend. Vanaf dat moment worden alle zorgactiviteiten in het kader van de bevalling en eventuele complicaties en nazorg (behalve de verpleegdagen), gekoppeld aan het zorgtraject met subtraject B13. Omdat verpleegdagen niet verdeeld mogen worden over parallelle subtrajecten, worden de verpleegdagen gekoppeld aan het subtraject met diagnose Z22. Een nieuwe zwangerschap rechtvaardigt een nieuw zorgtraject. Dit nieuwe zorgtraject moet eventueel parallel kunnen lopen aan een zorgtraject van een vorige zwangerschap (een vervolgsubtraject kan immers 120 dagen lopen en er kan inmiddels sprake zijn van een nieuwe zwangerschap). Vandaar dat het mogelijk is diagnosen voor zwangerschap, bevalling en kraambed parallel aan elkaar te registreren. Deze regel geldt echter niet voor diagnose Z11 Verloskundig adviesconsult (max. 2 consulten). In het algemeen geldt dat parallelliteit voor een adviesconsult niet is toegestaan, ook voor situaties waarin het adviesconsult plaats vindt in het kader van een nieuwe zwangerschap. Let op: Tijdens eenzelfde zwangerschap mag geen sprake zijn van parallelle trajecten voor eenzelfde fase. Indien tijdens één fase meerdere problemen bestaan, bijvoorbeeld een groeivertraging en dreigende vroeggeboorte, wordt slechts één zorgtraject geopend waarbij de zwaarste diagnose getypeerd wordt. Zorgtrajecten voor prenatale diagnostiek en intra-uteriene ingrepen ( Z14, Z15 en Z16) kunnen wel parallel geregistreerd worden omdat dit zorgtrajecten betreffen voor advies en verrichtingen naast een eventueel zorgtraject voor de zwangerschapsbegeleiding. Voor Z14 geldt echter wel dat dit bedoeld is voor feitelijke voorlichting over antenatale diagnostiek en bij preconceptioneel advies. Als het onderwerp slechts terloops aan de orde is geweest tijdens de reguliere zorg begeleiding zwangerschap, wordt dit gerekend te behoren bij de normale zorg, en valt binnen het subtraject met diagnose Z20 t/m Z40. DBC-Onderhoud 19 55

20 8 Dermatologie Diagnosetypering Per diagnosecode is door de Wetenschappelijke Vereniging Dermatologie een nadere toelichting gegeven. 01 Acneïforme dermatosen Acne (alle vormen), rosacea (alle vormen), dermatitis perioralis, overige. 02 Allergologisch probleem Atopie, wespen - bijenallergie, atopische patiënt, etc. 03 Benigne tumoren Fibromata, verruca seborrhoica, benigne adnex tumoren, lipomata, cysten, keratoacanthoom, chondrodermatits nodularis helicis, overige benigne tumoren. 04 Dermatosen door micro-organismen Pyodermiën: folliculitis, impetigo, erysipelas, cellulitis, gistinfecties:pityrosporon, candida, mycosen (alle vormen), (ecto)parasitaire infestaties en import ziekten, virusinfecties: molluscum contagiosum, herpes, viraal exantheem, overige infecties. 05 Eczeem, constitutioneel Verder geen toelichting nodig. 06 Eczeem. contactallergisch Verder geen toelichting nodig. 07 Eczeem, seborrhoisch Verder geen toelichting nodig. 08 Eczeem, overig Acrovesiculeus, orthoergisch, hyperkeratotisch en rhagadiform, nummulair, overige. 09 Flebologie overig en lymfologie Thromboflebitis, thrombose, postthrombotisch syndroom, chronische veneuze insufficiëntie, lymfoedeem (alle vormen), oedeem nno, flebologische afwijkingen nno. 10 Geneesmiddeleneruptie Erythrodermie, fixed drug, medicamenteuze fotodermatosen en EEM, TEN. 11 Genodermatosen Ichtyosen, etc. 12 Haar- en nagelafwijkingen 13 Inflammatoire dermatosen Alopecia (alle vormen), hirsutisme, nageldystrofie, habit tic deformity, etc. Bulleus pemphigoïd, pemphigus (alle vormen), cutane LE (alle vormen), dermatits herpetiformis, overige. 14 Maligne dermatosen Basaalcelcarcinoom, spinocellulaircarcinoom, lentigo maligna melanoom, maligne melanoom, lymfomen, metastasis cutis, overige. 15 Naevi Alle vormen. 16 Pigmentstoornissen Hyperpigmentatie: melasma, lentigo, post inflammatoir, hypopigmentatie (alle vormen), vitiligo, overige. 17 Premaligne dermatosen Keratosis actinica, erythroplakie:morbus Bowen, Queyrat, lentigo maligna, klinisch atypische naevus, lichen sclerosus, leukoplakie, overige. 18 Proctologische dermatosen Haemorrhoïden, fissura ani, perianale fistel, mariske, perianaal thrombose, mucosa prolaps, overige. 19 Pruritus/Prurigo Prurigo parasitaria, prurigo nodularis, neurodermitis circumscripta, pruritus, overige. DBC-Onderhoud 20 55

21 20 Psoriatiforme dermatosen Psoriasis (alle vormen), lichen planus, PLEVA, pityriasis lichenoides chronica, niet hereditaire keratosen, overige. 21 SOA Viraal, condylomata, herpes, kaposi sarcoom, chlamydia trachomatis, gonorrhoe, lues (alle vormen), LGV, granuloma inguinale, HIV, niet specifieke urethritis, overige. 22 Ulcus cruris Verder geen toelichting nodig. 23 Urticaria Angio-oedeem. 24 Varices Alle vormen. 25 Vasculaire dermatosen Vasculaire naevi (alle vormen), vasculitiden, arteriële insufficiëntie, ulcus arteriosum, overige. 26 Verrucae Alle vormen, verruca seborrhoica is een benigne tumor! 27 Diagnose niet nader omschreven 28 Geen dermatologische diagnose Granulomateuze dermatosen, stapelings dermatosen, panniculitiden, sclerodermieën, decubitus, dermatitis artefacta, littekens, geen classificeerbare diagnose, CPD. Verder geen toelichting nodig. 29 ICC Verder geen toelichting nodig. DBC-Onderhoud 21 55

22 9 Inwendige geneeskunde Diagnosetypering Diagnose 028 Screening colorectaal carcinoom (bevolkingsonderzoek) Een subtraject met diagnose Screening colorectaal carcinoom (bevolkingsonderzoek) bevat alle zorgactiviteiten die uitgevoerd worden in het kader van het bevolkingsonderzoek. Als er bij de screening een aandoening geconstateerd wordt waarvoor een behandeltraject start, mag een apart zorgtraject geopend worden. Diagnosen 090 t/m 095 Ouderengeneeskunde Met ingang van 1 januari 2014 worden diagnosen voor ouderengeneeskunde toegevoegd voor de registratie van geriatrische zorg geleverd door de internisten ouderengeneeskunde. Hiermee is het voor inwendige geneeskunde mogelijk geriatrische zorgproducten te declareren. Voor deze specifieke zorg sluit inwendige geneeskunde aan bij de regels die gelden voor het afsluiten van subtrajecten bij het opnieuw uitvoeren van een CGA (zie de Algemene Toelichting op de registratieregels). Daarnaast is het niet toegestaan, behalve bij een klinisch intercollegiaal consult en bij klinische medebehandeling, parallelle zorgtrajecten te openen met diagnosen uit de groep ouderengeneeskunde. DBC-Onderhoud 22 55

23 10 Kindergeneeskunde Zorgvraagtypering Het specialisme kindergeneeskunde is onderverdeeld in kindergeneeskunde algemeen en neonatologie. Deze hebben elk een eigen typeringslijst. De component Zorgvraag is binnen de kindergeneeskunde onderscheidend voor het gebruik van de typeringslijst algemene kindergeneeskunde of neonatologie. Dit hoofdstuk beschrijft waarmee u rekening dient te houden bij het typeren van de zorgvraag. De zorgvraag bij Neonatologie wordt bepaald door de zwangerschapsduur, omdat deze voor een groot gedeelte de tijd bepaalt die de kinderarts besteedt aan de zorg voor het kind tot aan het moment van ontslag. Omdat er een duidelijk verschil in tijdsinvestering is tussen de per sectio geborene en de vaginaal geborene (hieronder vallen ook forceps, vacuüm) wordt ook dit element bij een aantal zorgvragen onderscheiden. Zorgvraag neonatologie Code Omschrijving 505 Prematuur onder 28 weken 515 Prematuur 28 tot 30 weken 525 Prematuur 30 tot 32 weken 530 Prematuriteit (32 tot 34 weken) zonder sectio 540 Prematuriteit (32 tot 34 weken) met sectio 550 Prematuriteit (34 tot 37 weken) zonder sectio 560 Prematuriteit (34 tot 37 weken) met sectio 570 A terme (meer dan 37) weken zonder sectio 580 A terme (meer dan 37) weken met sectio Zorgvraag algemene kindergeneeskunde Code Omschrijving 061 Kind Het is niet in alle gevallen even duidelijk welke typeringslijst gehanteerd moet worden voor de zorg die verleend wordt bij pasgeboren kinderen. Bepalend bij de typering is de leeftijd van de pasgeborene in combinatie met de aandoening die aan de zorgvraag ten grondslag ligt. DBC-Onderhoud 23 55

24 Situatie Typeren vanaf typeringslijst: a) Ziekenhuisgeboren met aandoening die relatie heeft met Neonatologie (diagnose 9902) de geboorte/perinatale periode 2 b) Ziekenhuisgeboren met aandoening die geen relatie heeft met de geboorte/perinatale periode Algemene kindergeneeskunde Let op: Bij subtrajecten met zorgvraagtypering Neonatologie is geen parallelliteit toegestaan. Het neonatologie subtraject omvat alle zorg die tijdens de looptijd van het subtraject geleverd wordt. Naast een neonatologie subtraject mogen dus geen andere kindergeneeskunde zorgtrajecten geopend worden. c) Thuisgeboren, binnen 28 dagen na de à terme datum 3 Neonatologie (diagnose 9902) gezien/opgenomen voor aandoening die relatie heeft met de geboorte/perinatale periode d) Thuisgeboren, binnen 28 dagen na de à terme datum gezien/opgenomen voor aandoening die geen relatie heeft met de geboorte/perinatale periode e) In perifeer ziekenhuis geboren en overplaatsing naar tertiair ziekenhuis binnen 28 dagen na de à terme datum voor aandoening die relatie heeft met de geboorte/perinatale periode f) In perifeer ziekenhuis geboren en overplaatsing naar tertiair ziekenhuis binnen 28 dagen na de à terme datum voor aandoening die geen relatie heeft met de geboorte/perinatale periode g) Ziekenhuisgeboren, overplaatsing vanuit tertiair ziekenhuis naar perifeer ziekenhuis binnen 28 dagen na de à terme datum voor aandoening die relatie heeft met de geboorte/perinatale periode h) Ziekenhuisgeboren, overplaatsing vanuit tertiair ziekenhuis naar perifeer ziekenhuis binnen 28 dagen na de à terme datum voor aandoening die geen relatie heeft met de geboorte/perinatale periode i) Ziekenhuisgeboren, overplaatsing vanuit tertiair ziekenhuis naar perifeer ziekenhuis na 28 dagen na de à terme datum j) Thuisgeboren, gezien/opgenomen na 28 dagen na de à terme datum Algemene kindergeneeskunde Neonatologie (diagnose 9902) Algemene kindergeneeskunde Neonatologie (diagnose 9902) Algemene kindergeneeskunde Algemene kindergeneeskunde Algemene kindergeneeskunde 2 Perinatale aandoeningen zijn aandoeningen waarvan de oorsprong ligt in de perinatale periode, bijvoorbeeld een slechte start van de zuigeling of een vroeggeboorte. Deze periode is de periode voor en rond de geboorte waarbij voor de diagnosetypering een uiterste termijn van 28 dagen na de à terme datum gehanteerd wordt. De medisch specialist is verantwoordelijk voor de juiste diagnosetypering en dient aan te geven of er een relatie bestaat tussen de aandoening en de perinatale periode. 3 Met 28 dagen na de à terme datum wordt de periode van 28 dagen na de uitgerekende datum bedoeld. De 28 e dag valt binnen deze periode. Bv. Bij een kindje geboren na exact 37 weken zwangerschap loopt de 28 dagen na de à terme datum tot en met de 49 e dag na de geboortedatum. DBC-Onderhoud 24 55

25 10.2 Diagnosetypering Diagnosetypering bij pasgeborene na ontslag uit het ziekenhuis. Bij ontslag naar huis wordt het eventuele volgende subtraject getypeerd met zorgvraag 061. De diagnosetypering is dan als volgt: voor éénmalige eenvoudige nacontrole van een neonaat is dit: diagnose 9902 Basiszorg pasgeborene/kind voor langdurige nacontrole van een neonaat: 8905 Follow-up neonatale problematiek (niet NICU) voor langdurige nacontrole van een neonaat met een NICU-voorgeschiedenis: 8906 Follow-up NICU populatie. Indien zuigelingen tijdens deze follow-up nieuwe zorgvragen blijken te hebben worden hiervoor nieuwe zorgtrajecten geopend. Deze zorgtrajecten kunnen, als aan de regels voor parallelliteit wordt voldaan, parallel lopen aan een zorgtraject voor de lopende follow-up. Als niet aan de regels van parallelliteit wordt voldaan, wordt het subtraject getypeerd met de diagnose die gedurende de looptijd van het subtraject het meest typerend is Bedreigde ontwikkeling kind Deze omschrijving is per 1 januari 2013 gewijzigd in de neutralere omschrijving Bedreigde ontwikkeling kind maar blijft de te typeren diagnosecode voor (verdenking op) kindermishandeling Chronische thuisbeademing Als een patiënt in een instelling begeleid wordt voor chronische thuisbeademing en daarnaast zorg ontvangt voor de aandoening waarvoor de chronische thuisbeademing plaatsvindt, wordt een parallel zorgtraject geopend. Door het aanmaken van de diagnose Chronische thuisbeademing, is het eenvoudiger de zorgactiviteiten voor de thuisbeademing aan het juiste zorgtraject te koppelen. Op deze wijze is er duidelijk in beeld welke zorg behoort tot de chronische thuisbeademing en de zorg die in het ziekenhuis is verricht voor de onderliggende ziekte. DBC-Onderhoud 25 55

26 11 Maag-, darm- en leverartsen Diagnosetypering Op een aantal diagnosecodes is door de Wetenschappelijke Vereniging MDL een nadere toelichting gegeven. 199 Diagnose n.n.o. Eventueel te gebruiken voor zorgtype ICC als er geen specifiekere diagnose beschikbaar is voor de zorgvraag waarvoor het ICC plaatsvindt. 201 Functionele dyspepsie Post-cholecystectomiesyndroom, dumpingsyndroom. 204 Chronische buikpijn Adhesies, chronische buikpijn ± obstipatie/diarree. 205 Prikkelbaar darmsyndroom ± diverticulose 206 Chronische intestinale pseudoobstructiesyndroom 301 Gastro-oesofageale refluxziekte/oesofagitis Functionele diarree, flatulentie. Systemische sclerosis, diabetische enteropathie. m.u.v. stenose, Barrett 302 Benigne stenose Peptische stenose, stenoserende buismaaganastomose. 305 Overige oesofagus motiliteitsstoornissen Oesofagusspasmen etc. 308 Overige oesofaguspathologie Infectieuze oesofagitis, pilgeïnduceerde oesofagitis, para-oesofageale hernia, externe oesofaguscompressie, caustisch oesofagusletsel. 401 Gastritis diversen Ziekte van Ménétrier, benigne maagwandafwijkingen, vit B12-deficiëntie (pernicieuze anemie). 402 (benigne) Peptisch ulcus NSAID gastroduodenopathie, peptische pylorusstenose. 403 Oorzaken acuut bloedverlies (niet varices) Bloedend peptisch ulcus, Mallory-Weiss lesie, Dieulafoy lesie, acute hemorrhagische (stress) gastritis. 404 Oorzaken chronisch bloedverlies. Watermelon (GAVE), angiodysplasieën 405 Ischemie Mesenteriaal trombose. 407 Maagcarcinoom, exclusief cardiacarcinoom 410 Overige dunne darmaandoeningen Duodenummaligniteit, secundaire gastroduodenale maligniteit, Kaposi sarcoom. Malabsorptie, maldigestie, lactoseintolerantie, ziekte van Whipple, HIV enteropathie, Graft-versus-Host Disease, galzurendiarree, radiatieenteritits ± stenose. 602 Colitis ulcerosa (idiopathische) Proctitis, pouchitis. 605 Infectieuze (entero-)colitis Microscopische colitis, ischemische colitis, medicatie-geassocieerde 606 Adenomateuze poliepen Hyperplastische poliep. colitis, niet classificeerbare colitis, parasitaire infestaties. DBC-Onderhoud 26 55

27 608 Familiaire poliepsyndromen FAP, syndroom van Peutz-Jeghers. 610 Colorectale maligniteit Follow-up na coloncarcinoom. 611 Ileus Ileus ± adhesies, coprostase met (sub-) ileus, Ogilvie s syndroom, D.I.O.S. (cystic fibrosis), darmnaadstenose. 612 (acute)bloeding distale tractus digestivus Divertikelbloeding, angiodysplasieën, colonvarices, vasculitis, endometriose. 631 Proctologie Fissura ani, perianale fistel, hemorroïden, radiatie (procto-) sigmoïditis, proctalgia fugax. 632 Bekkenbodemproblematiek Incontinentia alvi, solitair rectum ulcus, anisme, prolaps, rectocèle, invaginatie, enterocèle. 701 Hepatitis algemeen (acute) Virale hepatitis, toxische hepatitis (alcohol), steato-hepatitis, granulomateuze leverziekten, cryptogene hepatitis. 708 Cirrose gecompenseerd Geen behandeling van oesofagusvarices, ascites, of spontane bacteriële peritonitis noodzakelijk. 709 Cirrose gedecompenseerd Leverinsufficiëntie, oesofagusvaricesbehandeling, ascites, spontane bacteriële peritonitis, encephalopathie. 711 Benigne levertumor Hemangioom, leveradenoom, focale nodulaire hyperplasie. 712 Maligniteit in lever Primaire en secundaire maligniteiten in lever. 713 Metabole leverziekten Hemochromatose, ziekte van Wilson, stapelingsziekten / porfyrieën, erfelijke leveraandoeningen (alfa-1-antitrypsinedeficiëntie). 714 Overige aand. van lever en (portale) circulatie 736 Overige extrahepatische galwegpathologie Cholestase, vena portae trombose, ziekte van Caroli, levercysten, parasitaire infestatie, leverabces, Budd-Chiari syndroom. Galwegobstructie, gallekkage/stenose na (lap.) cholecystectomie, sfincter van Oddi-dyskinesie. 753 Chronische pancreatitis (pijn) Pijn, insufficiëntie 755 Pancreasneoplasieën Papilcarcinoom, pancreascarcinoom, cystische tumoren, mucineuze ductale ectasieën. 800 Niet classificeerbare diversen Obesitas. 820 Negatieve analyse/geen G.E. diagnose 830 Screening colorectaal carcinoom (bevolkingsonderzoek) Na analyse/screening verdenking op (GE) aandoening uitgesloten. Een subtraject met diagnose Screening colorectaal carcinoom (bevolkingsonderzoek) bevat alle zorgactiviteiten die uitgevoerd worden in het kader van het bevolkingsonderzoek. Als er bij de screening een aandoening geconstateerd wordt waarvoor een behandeltraject start, mag een apart zorgtraject geopend worden. DBC-Onderhoud 27 55

28 Met betrekking tot het gebruik van een aantal specifieke diagnosen is het volgende nog van belang : De Beroepsbelangen Commissie ontraadt het overvloedig gebruik van diagnosecode 800 (Niet classificeerbare diversen). Er is een aparte code toegevoegd: code 820 (negatieve analyse/geen MDL diagnose). Daarnaast ontraadt de Beroepsbelangencommissie het overvloedig gebruik van de codes betreffende de Inwendige Geneeskunde (900-codes). Deze codes zijn alleen bedoeld voor de typering van zorgvragen die daadwerkelijke inzet en kosten met zich brengen en geheel door de MDL-arts worden behandeld. Nadrukkelijk zijn ze niet bedoeld om nevendiagnosen vast te leggen die ook door de internist nog worden behandeld dan wel geen behandeling behoeven. Tenslotte: een preoperatief consult bij een eigen patiënt wordt niet apart geregistreerd en valt onder het lopende zorgtraject. DBC-Onderhoud 28 55

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Dermatologie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Dermatologie Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Dermatologie v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Toelichting diagnosecodes... 4 DBC-Onderhoud Pagina 2 van 5

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels KNO

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels KNO Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels KNO v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Toelichting diagnosecodes... 4 DBC-Onderhoud Pagina 2 van 6 1 INLEIDING

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Maag-Darm-Leverartsen

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Maag-Darm-Leverartsen Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Maag-Darm-Leverartsen v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Toelichting diagnosetypering... 4 3 Zorgactiviteiten...

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Heelkunde. v20110701

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Heelkunde. v20110701 Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Heelkunde v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Dubbelzijdige behandelingen... 4 2.1 Zorgtrajecten bij dubbelzijdigheid...

Nadere informatie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme Versie 20140717 Ingangsdatum 1 januari 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Oogheelkunde 0301... 5 2.1 Diagnosetypering... 5 3 KNO 0302...

Nadere informatie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme Versie 20131114 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Oogheelkunde 0301... 5 2.1 Diagnosetypering... 5 3 KNO 0302...

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Oogheelkunde. v

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Oogheelkunde. v Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Oogheelkunde v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitzonderingen op de algemene registratieregels... 4 2.1 Sluiten

Nadere informatie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme Versie 20130926 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Oogheelkunde 0301... 5 2.1 Diagnosetypering... 5 3 KNO 0302...

Nadere informatie

Toelichting op de Typeringslijst per specialisme. Versie

Toelichting op de Typeringslijst per specialisme. Versie Toelichting op de Typeringslijst per specialisme Versie 20140717 Ingangsdatum 1 januari 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Wat is de functie van de Typeringslijst... 3 1.2 De wijzigingen in het kort...

Nadere informatie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie 20130425

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie 20130425 Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme Versie 20130425 Ingangsdatum 1 juli 2013 Inhoudsopgave Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme v20130425 1 Inleiding...

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Gynaecologie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Gynaecologie Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Gynaecologie v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitzonderingen op de algemene registratieregels... 4 2.1 Sluiten

Nadere informatie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme Versie 20120927 Ingangsdatum 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Oogheelkunde 0301... 4 2.1 Diagnosetypering... 4 3 KNO 0302...

Nadere informatie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie

Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme. Versie Toelichting op de diagnose- en zorgvraagtypering per specialisme Versie 20121120 Ingangsdatum 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Oogheelkunde 0301... 4 2.1 Diagnosetypering... 4 3 KNO 0302...

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Plastische Chirurgie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Plastische Chirurgie Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Plastische Chirurgie v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitzonderingen op de algemene regels... 4 2.1 Sluiten

Nadere informatie

Instructie DBC-registratie KNO v ingangsdatum instructie 1 januari 2012

Instructie DBC-registratie KNO v ingangsdatum instructie 1 januari 2012 Instructie DBC-registratie KNO v20110701 ingangsdatum instructie 1 januari 2012 Deze instructie bevat de regels die gelden voor alle DBC s die geopend zijn vanaf 1 januari 2011 en eventueel doorlopen in

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Kindergeneeskunde. Versie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Kindergeneeskunde. Versie Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Kindergeneeskunde Versie 20120726 1 september 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitzondering op de algemene regels... 4 2.1 Sluiten van subtrajecten

Nadere informatie

Toelichting op de (papieren) typeringslijsten per specialisme Ingangsdatum: 1 januari 2011

Toelichting op de (papieren) typeringslijsten per specialisme Ingangsdatum: 1 januari 2011 Toelichting op de (papieren) typeringslijsten per specialisme Ingangsdatum: 1 januari 2011 Versie 20101118 Utrecht, 18 november 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld...

Nadere informatie

Toelichting op de Typeringslijst per specialisme

Toelichting op de Typeringslijst per specialisme Toelichting op de Typeringslijst per specialisme Versie 20110701 Ingangsdatum: 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Wat is de functie van de tabel...

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Longgeneeskunde

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Longgeneeskunde Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Longgeneeskunde v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitzonderingen op de algemene registratieregels... 4 2.1

Nadere informatie

Specialismespecifieke toelichting op de Registratieregels Klinische Geriatrie. Versie

Specialismespecifieke toelichting op de Registratieregels Klinische Geriatrie. Versie Specialismespecifieke toelichting op de Registratieregels Klinische Geriatrie Versie 20120329 1 mei 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitzonderingen op de algemene regels... 4 2.1 Sluiten van subtraject

Nadere informatie

Toelichting op de Specialismespecifieke Toelichtingen. Versie

Toelichting op de Specialismespecifieke Toelichtingen. Versie Toelichting op de Specialismespecifieke Toelichtingen Versie 20120726 1 september 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Wat is de functie van de specialistspecifieke

Nadere informatie

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel. Versie

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel. Versie Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel Versie 20120927 Ingangsdatum 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Wat is de functie van de tabel... 3

Nadere informatie

Release RZ15a + RZ15b Chirurgie

Release RZ15a + RZ15b Chirurgie Release RZ15a + RZ15b Chirurgie Op 17 juli 2014 heeft DBC-onderhoud de RZ15a gepubliceerd. In aanvulling op deze publicatie is op 17 november 2014 de RZ15b gepubliceerd. De RZ15a en RZ15b bevatten de inhoud

Nadere informatie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie 20140717

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie 20140717 Algemene Toelichting Registratieregels Versie 20140717 Ingangsdatum 1 januari 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Relatie tussen zorgtrajecten en subtrajecten... 4 3 Openen en sluiten van zorgtrajecten

Nadere informatie

Registratieregels RZ15a

Registratieregels RZ15a Implementatiecongres DBC-pakket 2015 4 september 2014 Marjolein Hildebrand 2 Wijzigingen: Registratieregels Registratieaddendum Wijzigingen in de Diagnose en zorgvraagtypering toelichting 3 Aansluiting

Nadere informatie

Instructie DBC-registratie Dermatologie v

Instructie DBC-registratie Dermatologie v Instructie DBC-registratie Dermatologie v20101118 ingangsdatum instructie 1-1-2011 Contactgegevens Stichting DBC-Onderhoud Telefoon Helpdesk: 030-285 08 88 Fax: 030-285 08 01 E-mail Helpdesk: info@dbconderhoud.nl

Nadere informatie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie Algemene Toelichting Registratieregels Versie 20141113 Ingangsdatum 1 januari 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Relatie tussen zorgtrajecten en subtrajecten... 4 3 Openen en sluiten van zorgtrajecten

Nadere informatie

Bijlage 9. Toelichting op tabel indeling DKG s

Bijlage 9. Toelichting op tabel indeling DKG s Toelichting op tabel indeling DKG s Bijlage 9 Indeling in ndxg 173,174 en 176 is gebaseerd op de in de tabel genoemde DBC-behandelcodes. Indeling in ndxg 175 is gebaseerd op in de tabel genoemde DBC-diagnosecodes

Nadere informatie

Toelichting op de Elektronische Typeringslijst v Ingangsdatum tabel 1 januari 2012

Toelichting op de Elektronische Typeringslijst v Ingangsdatum tabel 1 januari 2012 Toelichting op de Elektronische Typeringslijst v20110701 Ingangsdatum tabel 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Samenhang simuleren, schaduwdraaien

Nadere informatie

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel. Versie 20130926

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel. Versie 20130926 Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel Versie 20130926 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Wat is de functie van de tabel... 3 1.1.1 Combinaties van verschillende diagnosen...

Nadere informatie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie Algemene Toelichting Registratieregels Versie 20130926 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Relatie tussen zorgtrajecten en subtrajecten... 4 3 Openen en sluiten van zorgtrajecten

Nadere informatie

Tabel indeling DKG s (ten behoeve van risicovereveningsmodel 2011)

Tabel indeling DKG s (ten behoeve van risicovereveningsmodel 2011) Bijlage 8 (herzien, december 2011) Tabel indeling DKG s (ten behoeve van risicovereveningsmodel 2011) Toelichting op de tabel indeling DKG s Indeling in ndxgroepen 173,174 en 176 is gebaseerd op de in

Nadere informatie

Registratieaddendum RZ19b

Registratieaddendum RZ19b V20180920 Ingangsdatum 1 januari 2019 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Wijzigingen ten opzichte van vorige versie... 10 3 Nadere toelichtingen, voorbeelden en hiërarchie... 11 3.1 Voorbeeld afsluitregel...

Nadere informatie

Opgenomen aandoeningen per specialisme in ZorgInzicht april 2014

Opgenomen aandoeningen per specialisme in ZorgInzicht april 2014 Opgenomen aandoeningen per specialisme in ZorgInzicht april 2014 Allergologie Astma Cardiologie Acuut myocard infarct Angina pectoris Coronaire hartziekte Decompensatio cordis Endocard- en klepafwijking

Nadere informatie

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel. Versie

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel. Versie Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel Versie 20140717 Ingangsdatum 1 januari 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Wat is de functie van de tabel... 3 1.1.1 Combinaties van verschillende diagnosen...

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum maart Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer PAK/ mw. drs. A.J. Link (020)

Uw brief van Uw kenmerk Datum maart Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer PAK/ mw. drs. A.J. Link (020) Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport t.a.v. mevrouw D.M.J.J. Monissen Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Uw brief van Uw kenmerk Datum ---- ---- 31 maart 2008 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Verduidelijking registratie en declaratie bij overloop-dbc's. Versie 2.0

Verduidelijking registratie en declaratie bij overloop-dbc's. Versie 2.0 Verduidelijking registratie en declaratie bij overloop-dbc's Versie 2.0 20120312 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Algemene regels overgangsperiode... 4 2.1 DBC s en subtrajecten in één zorgtraject... 4

Nadere informatie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie Algemene Toelichting Registratieregels Versie 20120927 Ingangsdatum 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Relatie tussen zorgtrajecten en subtrajecten... 5 3 Openen en sluiten van zorgtrajecten

Nadere informatie

Tabel indeling DKG s (ten behoeve van risicovereveningsmodel 2009)

Tabel indeling DKG s (ten behoeve van risicovereveningsmodel 2009) Bijlage 9 Tabel indeling DKG s (ten behoeve van risicovereveningsmodel 2009) Toelichting op de tabel indeling DKG s Indeling in ndxgroepen 173,174 en 176 is gebaseerd op de in de tabel genoemde DBC-behandelcodes.

Nadere informatie

Registratieaddendum RZ16b

Registratieaddendum RZ16b Registratieaddendum RZ16b Versie 20151119 Ingangsdatum 1 januari 2016 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Wijzigingen ten opzichte van vorige versie... 10 3 Nadere toelichtingen, voorbeelden en hiërarchie...

Nadere informatie

Toelichting op de Afsluitreden tabel. Versie

Toelichting op de Afsluitreden tabel. Versie Toelichting op de Afsluitreden tabel Versie 20120927 Ingangsdatum 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Wat is de functie van de tabel... 3 1.3 Afsluitredenen...

Nadere informatie

Veelgestelde vragen over DOT

Veelgestelde vragen over DOT Veelgestelde vragen over DOT Openen Mag bij een faxverwijzing alvast een zorgtraject door het secretariaat geopend worden? Kan in DOT in een vervolgtraject (met zorgtype=21) ook een klinische episode worden

Nadere informatie

Elkerliek Ziekenhuis Standaard prijslijst DBC DOT / Overige Producten (OVP) 2014 Prijzen geldig voor zorgproducten geopend vanaf 1 januari 2014

Elkerliek Ziekenhuis Standaard prijslijst DBC DOT / Overige Producten (OVP) 2014 Prijzen geldig voor zorgproducten geopend vanaf 1 januari 2014 Elkerliek Ziekenhuis Standaard prijslijst DBC DOT / Overige Producten (OVP) 2014 Prijzen geldig voor zorgproducten geopend vanaf 1 januari 2014 Declaratie 14B167 972804003 Operatie bij Verminderde vruchtbaarheid

Nadere informatie

Bijlage 4: Rapportage uitvalreductie RZ18a

Bijlage 4: Rapportage uitvalreductie RZ18a Bijlage 4: Rapportage uitvalreductie RZ18a In deze bijlage vindt u de rapportage reductie. Hieronder lichten we eerst het overzicht kort toe, daarna vindt u de rapportage in tabelvorm. De Rapportage Uitvalreductie

Nadere informatie

Toelichting op de Typeringslijst per specialisme. Versie 20130926

Toelichting op de Typeringslijst per specialisme. Versie 20130926 Toelichting op de Typeringslijst per specialisme Versie 20130926 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Wat is de functie van de Typeringslijst... 3 1.2 De wijzigingen in het kort... 3 1.2.1

Nadere informatie

Registratieregels. Versie

Registratieregels. Versie Registratieregels Versie 20131114 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Registratiemodel en definities... 4 2.1 Registratiemodel... 4 2.1.1 Registreren... 5 2.1.2 Samenvatten...

Nadere informatie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie

Algemene Toelichting Registratieregels. Versie Algemene Registratieregels Versie 20120329 1 mei 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Relatie tussen Zorgtrajecten en Subtrajecten... 4 3 Openen en sluiten van zorgtrajecten en subtrajecten... 6 3.1 Openen

Nadere informatie

Verwijs indicaties en diagnostiek cardiologie

Verwijs indicaties en diagnostiek cardiologie Verwijs indicaties en diagnostiek cardiologie Bij NB staat aangegeven welke aanvullende ELD noodzakelijk is bij of naast het Regio poli consult. Diagnostiek In tarief Buiten Tarief Zo nodig 2 e consult

Nadere informatie

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary VII Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary naar Algemeen 538 Epidemiologie 538 1. Screening 538 2. Diagnostiek 538 2.1 Anamnese

Nadere informatie

Registratieaddendum RZ19a

Registratieaddendum RZ19a Registratieaddendum RZ19a v20180118 Concept Ingangsdatum 1 januari 2019 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Wijzigingen ten opzichte van vorige versie... 10 3 Nadere toelichtingen, voorbeelden en hiërarchie...

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Nadere Regel NR/CU-220. Regeling medisch specialistische zorg

Inhoudsopgave. Nadere Regel NR/CU-220. Regeling medisch specialistische zorg Nadere Regel Regeling medisch specialistische zorg Inhoudsopgave Inleiding... 2 Artikel 1. Grondslag... 2 Artikel 2. Reikwijdte... 2 Artikel 3. Inwerkingtreding... 2 Artikel 4. Begrippen en afkortingen...

Nadere informatie

Toelichting op de Elektronische Typeringslijst. Versie

Toelichting op de Elektronische Typeringslijst. Versie Toelichting op de Elektronische Typeringslijst Versie 20131114 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Wat is de functie van de tabel... 3 1.2 Algemene gegevens van de tabel... 3

Nadere informatie

TRANSMURAAL PROTOCOL CHIRURGIE

TRANSMURAAL PROTOCOL CHIRURGIE TRANSMURAAL PROTOCOL CHIRURGIE (VOOR KLEINE VERRICHTINGEN) Telefoonnummer overleg (voor artsen): 020-566 2992 Telefoonnummer afspraken (voor patiënten): 020-566 2714 Directe verwijzing naar de behandelkamer

Nadere informatie

DOT-handleiding SEH-artsen KNMG

DOT-handleiding SEH-artsen KNMG Auteurs: D. Bijlmakers en M.P. Gorzeman Datum: juli 2015 2 Inleiding Voor u ligt de eerste versie van het handboek DOT handleiding voor SEH-artsen KNMG (SEHarts). Per 1 januari 2015 is vastgelegd door

Nadere informatie

Erratum Addendum. Release RZ15a. Versie

Erratum Addendum. Release RZ15a. Versie Erratum Addendum Release RZ15a ersie 20141103 3 november 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Errata op document Wijzigingen DBC-release RZ15a v20140717... 4 2.1 Parallelle zorgtrajecten... 4 2.2 Parallelliteit

Nadere informatie

Instructie DBC-registratie Klinische genetica v ingangsdatum instructie 1 januari 2012

Instructie DBC-registratie Klinische genetica v ingangsdatum instructie 1 januari 2012 Instructie DBC-registratie Klinische genetica v20110701 ingangsdatum instructie 1 januari 2012 Deze instructie bevat de regels die gelden voor alle DBC s die geopend zijn vanaf 1 januari 2011 en eventueel

Nadere informatie

Registratieaddendum RZ16a

Registratieaddendum RZ16a Registratieaddendum RZ16a Versie 20150701 Ingangsdatum 1 januari 2016 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Wijzigingen ten opzichte van vorige versie... 10 3 Nadere toelichtingen, voorbeelden en hiërarchie...

Nadere informatie

Registratieaddendum RZ17b

Registratieaddendum RZ17b Ingangsdatum 1 januari 2017 V20161117 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 6 2 Wijzigingen ten opzichte van Registratieaddendum RZ16b... 11 3 Nadere toelichtingen, voorbeelden en hiërarchie... 12 3.1 Voorbeeld

Nadere informatie

Toelichting op de Afsluitreden Tabel. Versie

Toelichting op de Afsluitreden Tabel. Versie Toelichting op de Afsluitreden Tabel Versie 20131114 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Wat is de functie van de tabel... 3 1.2 Afsluitredenen... 3 1.2.1 Afsluitredenen voor

Nadere informatie

RELEASE RZ17AB 0316 KINDERGENEESKUNDE

RELEASE RZ17AB 0316 KINDERGENEESKUNDE RELEASE RZ17AB 0316 KINDERGENEESKUNDE INLEIDING Op 1 juli 2016 heeft de NZa de RZ17a gepubliceerd. Een aanvulling op dit document is medio november openbaar gemaakt, de RZ17b. Deze releasedocumenten bevatten

Nadere informatie

VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties

VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties Doel Het doel van dit protocol is preventie, herkenning, optimalisering van diagnostiek en behandeling van early-onset

Nadere informatie

Nadere Regel NR/CU-266. Regeling medisch specialistische zorg

Nadere Regel NR/CU-266. Regeling medisch specialistische zorg Nadere Regel NR/CU-266 Regeling medisch specialistische zorg Artikel 19. Uitzonderingen op opening- en afsluitregels subtraject met ZT11 of ZT21 Van de in artikel 17 en 18 vermelde algemene afsluitregels

Nadere informatie

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel v20111115. Ingangsdatum tabel 1 januari 2012

Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel v20111115. Ingangsdatum tabel 1 januari 2012 Toelichting op de Diagnose Combinatie Tabel v20111115 Ingangsdatum tabel 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Samenhang simuleren, schaduwdraaien

Nadere informatie

Registratieregels. Versie

Registratieregels. Versie Registratieregels Versie 20140717 Ingangsdatum 1 januari 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Registratiemodel en definities... 4 2.1 Registratiemodel... 4 2.1.1 Registreren... 5 2.1.2 Samenvatten...

Nadere informatie

Instructie DBC-registratie Gynaecologie v20110701

Instructie DBC-registratie Gynaecologie v20110701 Instructie DBC-registratie Gynaecologie v20110701 ingangsdatum instructie 1 januari 2012 Deze instructie bevat de regels die gelden voor alle DBC s die geopend zijn vanaf 1 januari 2011 en eventueel doorlopen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Inhoudsopgave

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Inhoudsopgave STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19075 29 juli 2015 Regeling medisch specialistische zorg REGELING NR/CU-263 Vastgesteld op 30 juni 2015 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Nadere Regel NR/CU-266. Regeling medisch specialistische zorg

Inhoudsopgave. Nadere Regel NR/CU-266. Regeling medisch specialistische zorg Nadere Regel Regeling medisch specialistische zorg Inhoudsopgave Artikel 1. Reikwijdte... 3 Artikel 2. Doel van de regeling... 3 Artikel 3. Begripsbepalingen... 3 Hoofdstuk I Zorgtrajecten... 7 Artikel

Nadere informatie

Registratieaddendum. Ingangsdatum 1 januari v

Registratieaddendum. Ingangsdatum 1 januari v Registratieaddendum Ingangsdatum 1 januari 2018 v20170119 Registratieaddendum v20170119 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Wijzigingen ten opzichte van vorige versie... 10 3 Nadere toelichtingen, voorbeelden

Nadere informatie

TARIEVEN RUYSDAEL CLINICS decl. code Zorgproduct tarief 2016 en 2017

TARIEVEN RUYSDAEL CLINICS decl. code Zorgproduct tarief 2016 en 2017 TARIEVEN RUYSDAEL CLINICS decl. code Zorgproduct tarief 2016 en 2017 15A259 29499016 770.10 Een operatie huid en/of weke delen en/of bot bij huidkanker of voortekenen daarvan 15A264 29499021 474.30 Een

Nadere informatie

Elkerliek Ziekenhuis Standaard prijslijst DBC DOT 2013 Prijzen geldig voor zorgproducten geopend vanaf 1 juli 2013

Elkerliek Ziekenhuis Standaard prijslijst DBC DOT 2013 Prijzen geldig voor zorgproducten geopend vanaf 1 juli 2013 Elkerliek Ziekenhuis Standaard prijslijst DBC DOT 2013 Prijzen geldig voor zorgproducten geopend vanaf 1 juli 2013 Declaratie 14B167 972804003 Operatie bij Verminderde vruchtbaarheid 2.565,08 1.928,13

Nadere informatie

Registratieregels. Versie

Registratieregels. Versie Registratieregels Versie 20121120 Ingangsdatum 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Registratiemodel en definities... 4 2.1 Registratiemodel... 4 2.1.1 Registreren... 5 2.1.2 Samenvatten...

Nadere informatie

4 april 2011 Advies DBC-Onderhoud inzake uitbreiding B-segment 2012

4 april 2011 Advies DBC-Onderhoud inzake uitbreiding B-segment 2012 Europalaan 40 3526 KS Utrecht Postbus 2774 3500 GT Utrecht Nederlandse Zorgautoriteit De heer drs. M.S. Mulder Postbus 3017 3502 GA Utrecht TELEFOON 030 285 08 00 FAX 030 285 08 01 HELPDESK 030 285 08

Nadere informatie

0307 Gynaecologie Technische uitwerking F21 en toelichting blok B en D

0307 Gynaecologie Technische uitwerking F21 en toelichting blok B en D 0307 Gynaecologie 3. Wijzigingsverzoeken 3.1 Wijzigingen in regelgeving 3.1.3 Technische uitwerking 2.0307.1 F21 en toelichting 1.0000.1 blok B en D Dit wijzigingsverzoek bestaat uit aanpassingen in twee

Nadere informatie

Passantenprijslijst Amphia Ziekenhuis voor zorgproducten uitgevoerd vanaf 1 januari 2014 tot en met 31 mei 2014 Declaratie code.

Passantenprijslijst Amphia Ziekenhuis voor zorgproducten uitgevoerd vanaf 1 januari 2014 tot en met 31 mei 2014 Declaratie code. Passantenprijslijst Amphia Ziekenhuis voor zorgproducten uitgevoerd vanaf 1 januari 2014 tot en met 31 mei 2014 Declaratie 14B167 972804003 Operatie bij Verminderde vruchtbaarheid 2.365,34 603,80 2.969,14

Nadere informatie

TARIEVEN RUYSDAEL CLINICS decl. code Zorgproduct tarief 2018

TARIEVEN RUYSDAEL CLINICS decl. code Zorgproduct tarief 2018 TARIEVEN RUYSDAEL CLINICS decl. code Zorgproduct tarief 2018 15A259 29499016 770.10 Een operatie huid en/of weke delen en/of bot bij huidkanker of voortekenen daarvan 15A264 29499021 474.30 Een tot 2 operatie(s)

Nadere informatie

Toelichting op REGELING CI/NR

Toelichting op REGELING CI/NR Toelichting op REGELING Toelichting op Regeling Inleiding Recentelijk heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de regeling Declaratiebepalingen DBC-bedragen en overige bedragen medisch specialistische

Nadere informatie

Standaard prijslijst DBC-zorgproducten

Standaard prijslijst DBC-zorgproducten Standaard prijslijst DBC-zorgproducten DBCzorgproductcode 972804003 Operatie bij Verminderde vruchtbaarheid 14B167 20150401 20151231 2.962,25 972804004 Injectie van sperma met stimulatie - punctie - labonderzoek

Nadere informatie

Anesthesiologie. Anesthesiologie/ Pijnbestrijding. tarief honorarium. zorgproductcode met omschrijving. declaratiecode tarief kosten

Anesthesiologie. Anesthesiologie/ Pijnbestrijding. tarief honorarium. zorgproductcode met omschrijving. declaratiecode tarief kosten Anesthesiologie Anesthesiologie/ Pijnbestrijding kosten 990089002 Pijnbestrijding bij Lage rugklachten 15B410 2.085,00 598,28 2.683,28 990089004 Pijnbestrijding bij Lage rugklachten 15B411 1.015,00 359,53

Nadere informatie

Tweeledige presentatie:

Tweeledige presentatie: Tweeledige presentatie: 1. Zorgactiviteiten 2014: Toinny van Schendel 2. Registratieregels in RZ14a/b: Marjolein Hildebrand Zorgactiviteiten 2014 Congres Implementatie DBC-pakket 2014 7 oktober 2013 Toinny

Nadere informatie

Hoeveel kost mijn behandeling? De gemiddelde gedeclareerde prijzen van veel voorkomende aandoeningen

Hoeveel kost mijn behandeling? De gemiddelde gedeclareerde prijzen van veel voorkomende aandoeningen Hoeveel kost mijn behandeling? De gemiddelde gedeclareerde prijzen van veel voorkomende aandoeningen Januari 2014 Inhoudsopgave 1. Huidtumoren... 4 2. Cataract... 4 3. Hartritmestoornissen... 5 4. Spataderen...

Nadere informatie

Congres Implementatie DBC-pakket Zorgactiviteiten in RZ14a/b. Wijzigen zorgactiviteiten: projecten en individuele verzoeken.

Congres Implementatie DBC-pakket Zorgactiviteiten in RZ14a/b. Wijzigen zorgactiviteiten: projecten en individuele verzoeken. Congres Implementatie DBC-pakket 2014 1. Zorgactiviteiten in RZ14a/b: Toinny van Schendel 2. Registratieregels in RZ14a/b: Marjolein Hildebrand 29 november 2013 Zorgactiviteiten in RZ14a/b Congres Implementatie

Nadere informatie

Factsheet NABON Breast Cancer Audit (NBCA)

Factsheet NABON Breast Cancer Audit (NBCA) Factsheet NABON Breast Cancer Audit () [1.0.; 15-09-] Registratie gestart: 2011 Als algemene voorwaarde voor het meenemen van een patiënt in de berekening van de kwaliteitsindicatoren is gesteld dat ten

Nadere informatie

Ten geleide 1. Over de auteurs 3

Ten geleide 1. Over de auteurs 3 Ten geleide 1 Over de auteurs 3 1 Bouwenfunctievandehuid 5 1.1 Epidermis 5 1.2 Het gebied tussen epidermis en dermis: de basale membraan 10 1.3 De adnexen: haren, talg- en zweetklieren 11 1.4 Dermis 14

Nadere informatie

Registratieaddendum RZ17a

Registratieaddendum RZ17a Registratieaddendum RZ17a Versie 20160701 Ingangsdatum 1 januari 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Wijzigingen ten opzichte van vorige versie... 10 3 Nadere toelichtingen, voorbeelden en hiërarchie...

Nadere informatie

Passantenprijslijst 2016 - Martini Ziekenhuis

Passantenprijslijst 2016 - Martini Ziekenhuis 14B169 972804005 Operatie aan de eileider(s) bij Verminderde vruchtbaarheid 4.017,97 14B170 972804006 Onderzoek(en) of behandeling tijdens een polikliniekbezoek of dagbehandeling bij verminderde vruchtbaarheid

Nadere informatie

Ikazia Ziekenhuis Rotterdam Passantenprijslijst 2012. Behandeling van een abces rond de keelamandelen bij Een acute infectie van de bovenste

Ikazia Ziekenhuis Rotterdam Passantenprijslijst 2012. Behandeling van een abces rond de keelamandelen bij Een acute infectie van de bovenste DBC-zorgproduct consumentenomschrijving Totale prijs Behandeling van een abces rond de keelamandelen bij Een acute infectie van de bovenste 100101002 15A847 luchtwegen 729,00 582,21 146,79 100101004 15A848

Nadere informatie

Toelichting op het koppelalgoritme. Versie

Toelichting op het koppelalgoritme. Versie Toelichting op het koppelalgoritme Versie 20130926 Ingangsdatum 1 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Koppelen van zorgactiviteiten aan aanvragend of uitvoerend poortspecialisme... 4 Bijlage:

Nadere informatie

Registratiehandleiding interne geneeskunde 2013

Registratiehandleiding interne geneeskunde 2013 Registratiehandleiding interne geneeskunde 2013 versie 1.6 Een handleiding voor internisten over het registreren in het DOT-tijdperk. 2 Inhoud: 1. Wat moet worden geregistreerd? 2. Algemene registratieregels

Nadere informatie

KLACHTEN AANDOENINGEN BLOK 1 (TOP 100-150) Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

KLACHTEN AANDOENINGEN BLOK 1 (TOP 100-150) Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. KLACHTEN EN AANDOENINGEN BLOK 1 (TOP 100-150) LIJST VAN KLACHTEN EN AANDOENINGEN BLOK I (top 100-150) Inleiding Enige jaren geleden bleek dat er behoefte bestond aan

Nadere informatie

Verwijsoverzicht Radiologie

Verwijsoverzicht Radiologie Verwijsoverzicht Radiologie Versie maart 2007 SKELET ALGEMEEN Trauma 2 e lijn CT-scan, MRI, isotopenscan Sinus Kaakkopjes OPG via de kaakchirurg Schüller opnamen (met open en gesloten mond) Osteomyelitis

Nadere informatie

Logopedie in de DBC systematiek

Logopedie in de DBC systematiek Logopedie in de DBC systematiek 28 november 2012 Ingeborg van Dijke/ Jolien Ewalds DBC-Onderhoud i.van.dijke@dbconderhoud.nl 2 Inhoud 1. Hoezo Diagnose Behandel Combinaties (DBC s)? 2. Hoe werkt het systeem

Nadere informatie

Incidentie en prevalentie van aan de huisarts gepresenteerde klachten en aandoeningen per ICPC-code naar verzekeringsvorm, geslacht en leeftijdgroep

Incidentie en prevalentie van aan de huisarts gepresenteerde klachten en aandoeningen per ICPC-code naar verzekeringsvorm, geslacht en leeftijdgroep Incidentie en prevalentie van aan de huisarts gepresenteerde klachten en aandoeningen per ICPC-code naar verzekeringsvorm, geslacht en leeftijdgroep Deze tabel biedt een overzicht van aan de huisarts gepresenteerde

Nadere informatie

Typeringslijst per specialisme Toelichting. Versie 20120927

Typeringslijst per specialisme Toelichting. Versie 20120927 Typeringslijst per specialisme Toelichting Versie 20120927 Ingangsdatum 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Wat is de functie van de Typeringslijst...

Nadere informatie

Archief Frequently Asked Questions DBC-systematiek ziekenhuiszorg (ARCHIEF FAQ ZZ) Versie 1.0

Archief Frequently Asked Questions DBC-systematiek ziekenhuiszorg (ARCHIEF FAQ ZZ) Versie 1.0 Archief Frequently Asked Questions DBC-systematiek ziekenhuiszorg (ARCHIEF FAQ ZZ) Versie 1.0 Laatste update 06-09-2011 V OORWOORD In dit document staan de veelgestelde vragen (FAQ) die door uiteenlopende

Nadere informatie

Handleiding RZ15b. Versie 20141113

Handleiding RZ15b. Versie 20141113 Handleiding RZ15b Versie 20141113 Ingangsdatum 1 januari 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitlevering RZ15b... 4 3 Inhoud release... 5 3.1 Soorten wijzigingen... 5 3.2 Informatieproducten RZ15a gelden

Nadere informatie

incidentie en prevalentie van aan de huisarts gepresenteerde klachten en aandoeningen per ICPC-code naar geslacht en leeftijdgroep

incidentie en prevalentie van aan de huisarts gepresenteerde klachten en aandoeningen per ICPC-code naar geslacht en leeftijdgroep A ALGEMEEN A01 Pijn, gegeneraliseerd Inc 359 1,0 0,8 1,2 0,7 1,2 0,0 1,2 0,5 0,1 0,2 0,2 0,3 0,4 0,6 1,0 0,9 1,6 1,3 1,4 1,9 4,3 A01 Prev 1514 4,0 2,9 5,1 2,6 5,4 0,6 3,5 1,1 0,6 0,4 0,7 0,6 1,3 1,7 3,6

Nadere informatie

Registratieregels. Versie

Registratieregels. Versie Registratieregels Versie 20120329 1 mei 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Registratiemodel en definities... 4 2.1 Registratiemodel... 4 2.1.1 Registreren... 5 2.1.2 Samenvatten... 6 2.1.3 Afleiden...

Nadere informatie

RELEASE RZ17AB 0302 KNO

RELEASE RZ17AB 0302 KNO RELEASE RZ17AB 0302 KNO INLEIDING Op 1 juli 2016 heeft de NZa de RZ17a gepubliceerd. Een aanvulling op dit document is medio november openbaar gemaakt, de RZ17b. Deze releasedocumenten bevatten de wijzigingen

Nadere informatie

TRANSMURAAL PROTOCOL CHIRURGIE

TRANSMURAAL PROTOCOL CHIRURGIE _Chirurgie_Chirurgie 15-01-10 09:26 Page 1 TRANSMURAAL PROTOCOL CHIRURGIE Telefoonnummer overleg (voor artsen): 020-566 2992 Telefoonnummer afspraken (voor patiënten): 020-566 2714 Directe verwijzing naar

Nadere informatie