Geschiktheid van potentiële bodemverbeteraars in de sportveldsector

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Geschiktheid van potentiële bodemverbeteraars in de sportveldsector"

Transcriptie

1 Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen Academiejaar Geschiktheid van potentiële bodemverbeteraars in de sportveldsector Lennert Nachtergaele Promotor: Prof. dr. ir. Wim Cornelis Tutor: ir. Davy Ottevaere Masterproef voorgedragen tot het behalen van de graad van Master in de bio-ingenieurswetenschappen: Land- en Waterbeheer

2

3 Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen Academiejaar Geschiktheid van potentiële bodemverbeteraars in de sportveldsector Lennert Nachtergaele Promotor: Prof. dr. ir. Wim Cornelis Tutor: ir. Davy Ottevaere Masterproef voorgedragen tot het behalen van de graad van Master in de bio-ingenieurswetenschappen: Land- en Waterbeheer

4

5 De auteur en de promotor geven de toelating dit werk voor consultatie beschikbaar te stellen en delen ervan te kopiëren voor persoonlijk gebruik. Elk ander gebruik valt onder de beperkingen van het auteursrecht, in het bijzonder met betrekking tot de verplichting uitdrukkelijk de bron te vermelden bij het aanhalen van resultaten uit dit werk. The author and the promotor give the authorization to consult and to copy parts of this work for personal use only. Any other use is limited by the Laws of Copyright, particulary concerning the obligation to mention the source when reproducing parts of this work. Gent, juni 2016 De Auteur: De Promotor: De Tutor: Lennert Nachtergaele Prof. Dr. ir. W. Cornelis Ir. Davy Ottevaere

6

7 WOORD VOORAF Van de eerste woorden in deze scriptie wil ik graag gebruik maken om enkele mensen te bedanken die bijgedragen hebben in de totstandkoming van dit eindwerk. Om te beginnen wil ik graag mijn promotor, Prof. dr. ir. Wim Cornelis, bedanken voor zijn bijdrage tijdens dit onderzoek. Hij heeft me de kans gegeven om deze masterproef te voltooien en gaf me interessante tips en ondersteuning waar nodig. Ook wil ik hem graag bedanken om me mee te nemen naar de eerste sportveldendag in Lokeren, waardoor ik volledig verkocht was aan dit onderwerp. Verder wil ik graag ir. Davy Ottevaere bedanken voor de begeleiding tijdens het onderzoek. Zijn gedeelde passie voor voetbal en sportvelden sprak me enorm aan en hield me gemotiveerd. Zijn ervaring met grasproeven heeft me ontzettend geholpen om op een goede manier verschillende resultaten te verzamelen en te verwerken. Mijn dank gaat ook uit naar Maarten Volckaert voor de hulp en begeleiding tijdens de verschillende analyses in het labo op de faculteit. Vervolgens wil ik mijn vrienden op school bedanken voor de onvergetelijke jaren die we beleefd hebben in onze studententijd. We zaten allemaal in hetzelfde schuitje bij het schrijven van onze thesis, waardoor we veel steun hadden aan elkaar. Bedankt voor de ontelbare, leuke momenten. Tot slot wil ik graag mijn ouders en zus bedanken voor de onvoorwaardelijke steun en het vertrouwen doorheen mijn studententijd. Bedankt voor alle kansen die ik gekregen heb en voor alle goede raad die jullie me hebben gegeven. Dankjewel mama, papa en Marlies. Bij het indienen van deze masterproef komt het studentenleven stilaan op zijn einde. Men zegt dat dit de beste periode is van je leven, maar dit is iets wat de toekomst nog zal moeten uitwijzen. Het waren in ieder geval onvergetelijke jaren. Lennert Nachtergaele 3 juni 2016 ii

8 SAMENVATTING Elke sportclub waarbij een grasveld vereist is, zoals een voetbal- of golfclub, streeft naar een kwaliteitsvolle, degelijke grasmat. De aanleg en het onderhoud van dergelijke sportvelden heeft een belangrijke impact op de groei en de kwaliteit van het gras. Bij de meeste sportclubs worden de budgetten voor aanleg en onderhoud op voorhand vastgelegd, waardoor er weinig ruimte is voor extra inspanningen om een zo goed mogelijke grasmat te realiseren. Met extra inspanningen wordt o.a. bodemverbetering bedoeld. In België wordt dit slechts heel sporadisch toegepast. De kostprijs is meestal een doorslaggevende factor bij de aanleg van sportvelden en er is vaak een gebrek aan kennis, zowel bij de aannemers, die de velden aanleggen, als bij de opdrachtgevers. In deze masterproef werd getracht op de markt aanwezige bodemverbeteraars in kaart te brengen en werd nagegaan welke best geschikt zijn voor introductie in de sportveldsector. Er werd onderzocht welke effecten dergelijke bodemverbeteraars teweeg brengen op de gras- en wortelgroei en op de fysische eigenschappen van een zandige bodem. Er werden verschillende metingen uitgevoerd om de droge stof-opbrengst, worteldichtheid, bodembedekking, water use efficiency en microbiële biomassa te bepalen, verder werd de doorlatendheid, vochtretentie en bodemdichtheid bepaald. De uitvoering van het onderzoek gebeurde in potproeven bij serrecondities. Verder werd er een kostprijsanalyse opgesteld, waarin de totale kostprijs berekend werd om dergelijke producten in te werken in de toplaag van een sportveld. Aansluitend bij dit onderzoek werd een hybridemat nader bekeken. Er werd een horizontaal gelegen, gemaasd worteldoek, bestaande uit kunststofvezels, aangebracht op verschillende dieptes en er werd nagegaan hoe dit doek de gras- en wortelgroei beïnvloedt, zowel zonder en met de toevoeging van een bodemverbeteraar, met name TerraCottem Turf. Uit de resultaten bleek dat verschillende bodemverbeteraars wel degelijk een positief effect induceren op de eerder vermelde parameters. Onder meer GFT-compost, TerraCottem Turf, zeoliet, polymeren en gedroogd slib (residuen uit het waterzuiveringsproces) vertoonden veel potentieel om te introduceren in de sportveldsector. Andere verbeteraars bleken noch een positief, noch een negatief effect te hebben. De resultaten van enkele parameters bleken ook sterk afhankelijk te zijn van andere factoren, die niet rechtstreeks het gevolg waren van de ingewerkte bodemverbeteraars. De aanwezigheid van het worteldoek had in de meeste gevallen weinig invloed op de gras- en wortelgroei, ook de diepte speelde hierbij amper een rol. Enkel na toevoeging van TerraCottem Turf bleek het doek toch een remmende werking te hebben. TerraCottem Turf bracht wel telkens een positief effect teweeg. In dit onderzoek dient er te worden opmerkt dat de afwezigheid van compactie en betreding, iets wat onvermijdelijk is in de praktijk bij sportvelden, een vertekend beeld kan geven van enkele verkregen resultaten. In de toekomst moet blijken of de positieve resultaten van de verschillende verbeteraars uit dit onderzoek wel degelijk behouden blijven bij veldcondities. iii

9 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 Inleiding... 1 Hoofdstuk 2 Literatuurstudie Bedrijfsachtergrond: TerraCottem Bedrijfsvoorstelling Bodemverbeteraars Anorganische bodemverbeteraars Organische bodemverbeteraars Samengestelde bodemverbeteraars Hybridesystemen voor sportterreinen Kwaliteit van de grasmat Keuze van de grassoort Factoren die de grasgroei beïnvloeden Wortelgroei Microbiële biomassa Bemesting Fysische karakteristieken van het groeimedium Opbouw van de toplaag Dichtheid van de toplaag De waterberging Doorlatendheid van de toplaag Hoofdstuk 3 Materialen en methode Proefopzet van het onderzoek Locatie Opbouw en dimensionering van de gebruikte potten Zandtype (M32 Sibelco zand) Ingewerkte bodemverbeteraars Behandelingen Lano-hybridesysteem Groeicondities Fysische bodemkarakteristieken Bodemdichtheid Vochtgehalte Doorlatendheid iv

10 Vochtretentiecurves Gras- en wortelgroei Droge stof-opbrengst Worteldichtheid Bodembedekking De nutriënten- en watergift Watergift Bemesting Water use efficiency (WUE) Microbiële biomassa Statistische dataverwerking Hoofdstuk 4 Resultaten De gras- en wortelgroei Droge stof-opbrengst Worteldichtheid WUE Bodembedekking Microbiële biomassa Fysische bodemkarakteristieken Doorlatendheid Vochtretentie Bodemdichtheid Kostprijsanalyse Hoofdstuk 5 Discussie De gras- en wortelgroei De grasgroei Worteldichtheid Microbiële biomassa, bodembedekking en WUE Fysische bodemkarakteristieken Interpretatie in relatie tot veldcondities en de praktijk Hoofdstuk 6 Conclusie Hoofdstuk 7 Bibliografie Hoofdstuk 8 Annex Productvoorstelling Lineaire regressie DS vs. VG Worteldichtheid v

11 8.4. Waterverbruik Bodembedekking Vochtretentie Technische fiches vi

12 AFKORTINGEN TCU: TerraCottem Universal TCC: TerraCottem Complement TCT: TerraCottem Turf CEC: Kationenuitwisselingscapaciteit (Cation Exchange Capacity) BV: Bodemverbetering OM: Organisch Materiaal USGA: United States Golf Association WTR: Water Treatment Residuals DS: Droge Stof SAP: Super Absorbent Polymer PAM: Polyacrylamide WUE: Water Use Efficiency PWP: Permanent verwelkingspunt (Permanent Wilting Point) FC: Veldcapaciteit (Field Capacity) GFT: Groente-, Fruit- en Tuinafval LAI: Leaf Area Index VG: vers gewicht LSD: least significant difference NPK: Stikstof-Fosfor-Kalium SD: Standaarddeviatie SE: Standard Error SED: Standard Error of the Difference VF: Vegetation Fraction PAWC: Plant-beschikbaar water (Plant Available Water Content) M50: Mediaan van de korrelgrootteverdeling V: Volume (m³) ρ: Bodemdichtheid (Mg/m³) θ v : Volumetrisch vochtgehalte (m³/m³) θ g : Gravimetrisch vochtgehalte (g/g) ψ m : Matrixpotentiaal pf: Log(-h) h: Drukhoogte (cm) K s : Hydraulische geleidbaarheid (cm/u) C microbial : Microbieel koolstofgehalte (mg/g) K c : Correctiefactor voor microbiële biomassa T: Temperatuur ( C) Q: debiet (m³/s) vii

13 Hoofdstuk 1 Inleiding Elke sportclub die haar sport beoefent op een grasveld, zoals een voetbal- of golfclub, streeft naar een kwaliteitsvolle, goede grasmat. De manier waarop deze aangelegd en onderhouden wordt, heeft een belangrijke impact op de groei en de kwaliteit van het gras. Bij veel sportclubs liggen de budgetten voor aanleg en onderhoud vast, waardoor er weinig ruimte is voor extra inspanningen om een zo goed mogelijke grasmat te realiseren. Een belangrijk onderdeel van deze extra inspanningen is bodemverbetering. In België wordt dit weinig tot niet toegepast. Om de kosten te drukken, wordt meestal geopteerd om de bestaande bodem, waarop het grasveld wordt gezaaid, te verschralen met een bepaalde hoeveelheid zand. Zo wordt een zandige ondergrond met toch wat organisch materiaal, afkomstig uit de oorspronkelijke bodem, die dan als bodemverbetering moet dienen, verkregen. Het kostenplaatje is dus in de meeste gevallen de doorslaggevende factor bij de aanleg en het onderhoud, wat bijvoorbeeld in Engeland veel minder het geval is door de grote budgetten van de sportclubs. Wie in België een project voorlegt aan een sportclub of gemeente voor aanleg van een grasveld, inclusief bodemverbetering en zand, prijst zich boven de concurrentie en wat in de meeste gevallen de kans op het verwerven van het project heel sterk reduceert. Vaak is er een gebrek aan kennis, zowel bij de aannemers, die de velden aanleggen, als bij de opdrachtgevers. Het aanbod aan bodemverbeteraars is enorm, maar er zijn nauwelijks vergelijkende studies waarin het effect van verschillende bodemverbeteraars op de fysische bodemkenmerken van de toplaag van natuurgrasvelden, op de gras- en wortelgroei én op de waterproductiviteit wordt onderzocht (Shaddox, 2004), en al zeker niet voor in Vlaanderen verdeelde producten. Ook is het van een aantal bodemverbeteraars niet duidelijk of het financieel haalbaar is om ze op te nemen in het lastenboek voor aanleg van een sportveld. Naast bodemverbeteraars worden tegenwoordig ook synthetische materialen aangeboden om de grasmat te versterken, o.a. door het inbrengen van een horizontaal gelegen, gemaasd doek. Het uiteindelijke doel is om een bepaalde hoeveelheid kunstgrasvezels tussen het natuurlijk gras aan te brengen. Zo ontstaat een hybride-grasmat die nog steviger en sterker is dan een natuurlijk grasveld. Wat het effect van de doeken op de gras- en wortelgroei is, al dan niet in combinatie met een bodemverbeteraar, is echter niet duidelijk. In deze masterproef wordt getracht de op de markt aanwezige bodemverbeteraars in kaart te brengen en wordt, als globale doelstelling, nagegaan welke het best geschikt zijn voor introductie 1

14 Hoofdstuk 1: Inleiding in de sportveldsector. Specifieke onderzoeksvragen waarop deze masterproef zal trachten een antwoord te formuleren zijn: Hoe beïnvloeden bodemverbeteraars de fysische bodemkenmerken van de toplaag van natuurgrasvelden? Wat is het effect van bodemverbeteraars op de gras- en wortelgroei? Is het financieel haalbaar om dergelijke bodemverbeteraars te introduceren in de sportveldsector? Hoe beïnvloedt een horizontaal gelegen, gemaasd doek de gras- en wortelgroei, zowel met en zonder toevoeging van een geselecteerde bodemverbeteraar? Speelt de diepte van het doek hierbij een rol? Dit onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met TerraCottem BVBA, een bedrijf dat verschillende bodemverbeteraars produceert. De meeste bodemverbeteraars en de gemaasde doeken getest in deze masterproef waren echter rechtstreeks afkomstig van hun specifieke producent. Hoofdstuk 2 van dit werk bevat een literatuurstudie waarin verschillende verbeteraars onder de loep worden genomen. Er wordt nagegaan hoe ze worden toegediend en wat hun oorsprong en functie in de bodem precies is. Verschillende bodemkarakteristieken, die belangrijk zijn voor een kwaliteitsvolle grasmat, worden besproken. De bodembedekking, worteldichtheid, bovengrondse biomassa, doorlatendheid, microbiële biomassa, het waterverbruik en de vochtretentie komen aan bod. Aansluitend wordt een hybridesysteem nader bekeken. Hoofdstuk 3 bevat de gebruikte materialen en methoden tijdens de proeven en de proefopzet van het experiment. Hoofdstuk 4 geeft vervolgens de resultaten weer, waarbij er wordt nagegaan of er significante verschillen zijn tussen de verschillende bodemverbeteraars a.d.h.v. een statistische variantieanalyse (ANOVA), dit zowel tussen de verbeteraars onderling als in vergelijking met de referentietoestand (puur zand). In hoofdstuk 5 wordt de discussie gevoerd over de verkregen resultaten van dit onderzoek en wordt er een link gelegd met conclusies uit de literatuur. Hoofdstuk 6 bevat de eindconclusies van het onderzoek, in hoofdstuk 7 kan de bibliografie teruggevonden worden en in hoofdstuk 8 de annex. 2

15 Hoofdstuk 2 Literatuurstudie 2.1. BEDRIJFSACHTERGROND: TERRACOTTEM BEDRIJFSVOORSTELLING TerraCottem BVBA is een Belgisch bedrijf dat zich gespecialiseerd heeft in bodemverbeteringstechnologie. Er is ook een internationale tak, TerraCottem International SL, gevestigd in Spanje. De TerraCottem-bodemverbeteraar ontstond door een onderzoeksprogramma in 1983 onder leiding van Prof. Dr. Willem Van Cotthem en een team van onderzoekers van het laboratorium plantmorfologie, systematiek en ecologie van de Universiteit Gent (TerraCottem, 2015). Het onderzoek bestond erin planten te kweken in de Sahel-regio in Afrika met de bedoeling waterverlies te reduceren. Een grote verscheidenheid aan materialen en hun effecten op de plantengroei werden hierbij bestudeerd, o.a. compost, hydro-absorberende polymeren, turf, zeoliet, etc. Uit het onderzoek werd duidelijk dat door het mengen van verschillende hydroabsorberende, substantiële en wortelgroei-stimulerende componenten, een superieure bodemverbeteraar ontstond, met name de TerraCottem-bodemverbeteraar. Dit product bestaat uit een mengsel van meer dan 20 componenten die nauw samenwerken om de groeicondities in de bodem en de plantengroei te stimuleren (Danneels & Van Cotthem, 1994) (TerraCottem, 2015). Het bedrijf TerraCottem werd opgericht in 1993 waarbij de wetenschappelijke kennis, vergaard aan de universiteit, op de markt werd gebracht samen met de nodige bronnen om de TerraCottembodemverbeteraar te produceren en te commercialiseren op een globale schaal. Vandaag wordt de TerraCottem-technologie verdeeld in meer dan 40 landen wereldwijd (TerraCottem, 2015). TerraCottem biedt drie verschillende producten aan (zie annex 8.1.) BODEMVERBETERAARS Bodemverbeteraar: stof die gebruikt wordt om de bodem kwalitatief beter te maken. (Pidpa-waterlexicon, 2007) A soil conditioner is defined as a substance that improves the physical properties of soil. Soil conditioners include both synthetic and natural products. (Wallace & Terry, 1998) Soil conditioners are substances that improve the physical properties of soils and promote plant growth (Deying et al., 2014) 3

16 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie Bovenstaande definities van bodemverbeteraars tonen niet duidelijk aan wat hun precieze functie is. Uiteraard beogen bodemverbeteraars wel een positief effect te induceren op verschillende aspecten van de bodem. Hierbij kan een onderscheid gemaakt worden tussen enerzijds fysische, anorganische bodemverbeteraars, waarin geen basisbemesting aanwezig is, en anderzijds (gedeeltelijk) organische bodemverbeteraars, waarin wel verschillende voedingstoffen aanwezig zijn. Een bodemverbeteraar zal, algemeen gezien, trachten de fysische (en soms ook chemische) eigenschappen van de bodem te verbeteren. Het uiteindelijke doel is om te compenseren voor de niet-optimale toestand van de bodem, die een limiterende werking kan hebben op de ontwikkeling van de plant. Bodemverbeteraars zullen voornamelijk volgende aspecten in de bodem trachten te verbeteren (Coello & Piqué, 2016): de waterretentiecapaciteit: zandige (grof-getextureerde) bodems hebben vaak een tekort aan bodemaggregaten en hebben daardoor een verminderd waterbergend vermogen, de bodemdoorlatendheid en structuur: zware (fijn-getextureerde) bodems (met hoge kleigehaltes) zijn vaak gevoelig aan compactie, wat een negatief effect heeft op de doorlatendheid en aeratie in de bodem, het nutriëntengehalte in de bodem: bodemverbeteraars kunnen de nutriëntenretentiecapaciteit verhogen en de beschikbaarheid van nutriënten verbeteren door een verhoging van de kationenuitwisselingscapaciteit (CEC). Bodemverbeteraars werden al uitgebreid geïntroduceerd in de landbouwsector sinds de jaren 50. Bij sportvelden wordt de toplaag vaak verwijderd en vervangen door zandrijke media om verdichting te vermijden en de drainage te verbeteren. Nadelen van zandrijke toplagen zijn echter de lagere water- en nutriëntenbergingscapaciteit, een hogere evaporatie, een lager organisch materiaalgehalte en ze zijn minder vruchtbaar dan leem- en kleibodems. Anorganische of organische bodemverbeteraars kunnen in deze zandrijke toplagen worden geïntroduceerd om het plant-beschikbaar water en de CEC te verhogen en tegelijkertijd de drainage en aeratie voldoende hoog te houden (Al-Omran et al., 2002; Deying et al., 2014) ANORGANISCHE BODEMVERBETERAARS Verschillende studies over het gebruik van anorganische bodemadditieven bij grassportvelden, voornamelijk golfterreinen, werden uitgevoerd. Deze kunnen financieel aantrekkelijk zijn doordat ze o.a. de frequentie van irrigeren sterk kunnen beperken. Bovendien hebben ze, in vergelijking met organische bodemverbeteraars, vaak een langere levensduur (Shaddox, 2004). Anorganische bodemverbeteraars zullen in eerste instantie trachten de fysische bodemkarakteristieken te verbeteren. Een studie van Githinji et al. (2011) concludeerde dat de toevoeging van verschillende anorganische bodemverbeteraars, met o.a. zeoliet en diatomiet, de fysische en hydraulische eigenschappen in de wortelzone van de bodem significant verbetert. Concreet werd een verhoging vastgesteld van het volumetrisch watergehalte en de wateropslag in de toplaag en werd de drainage gereduceerd. Een onderzoek van Deying et al. (2014) vertoonde gelijkaardige resultaten na de inwerking van anorganische bodemverbeteraars in een zandige bodem van een golfterrein. Maar anorganische substanties in de bodem kunnen ook een positief effect induceren op de plantengroei. De inwerking van hydro-absorberende polymeren, een synthetisch vervaardigd, 4

17 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie anorganisch product, veroorzaakte een significante verhoging van de droge stof-opbrengst, de hoogte, de bladwijdte en het aantal maïskolven van maïsplanten (El-Rehim et al., 2004). Synthetische bodemverbeteraars zijn anorganische verbeteraars, maar niet alle anorganische bodemverbeteraars zijn synthetisch. Verschillende studies zijn uitgevoerd over het gebruik van natuurlijke (anorganische) afzettingsmaterialen, die de bodemproductiviteit kunnen verhogen. (Al- Omran et al., 2002). In deze studie worden enkele natuurlijke afzettingsmaterialen en gesteenten opgenomen die als anorganische bodemverbeteraar worden aangeboden, met name zeoliet, lava, diatomiet en bentoniet. Alsook wordt er een synthetisch vervaardigd product getest, namelijk hydroabsorberende polymeren. Zeoliet Zeolieten en zeoliet-rijke materialen beslaan een breed gamma aan poreuze, kristallijne gesteenten. Hun structuur is voornamelijk gebaseerd op een netwerk van tetraëders waarin zich vele kanalen en holtes bevinden. Er zijn al ruim 80 verschillende structuurtypes vastgesteld bij zeolietgesteenten (Ramesh et al., 2015). Zeoliet wordt wereldwijd ontgonnen uit verschillende mijnen, o.a. in India, Italië en Iran. Een aantal studies hebben aangetoond dat zeoliet-rijke gesteenten toegepast kunnen worden als bodemverbeteraar. Door hun sterk poreus karakter hebben zeolieten een groot contactoppervlak en een hoge CEC (Shaddox, 2004). Zeolieten zijn in staat, door hun hoge CEC, verschillende kationen uit te wisselen met ammonium (NH 4 ) uit de bodemoplossingen, om het dan opnieuw geleidelijk aan vrij te geven onder gunstige condities. Een gecontroleerde NH 4 -vrijlating zorgt voor optimale groeicondities voor de plant en vermijdt eutrofiëring en uitspoeling van nitraat (NO - 3 ) (Malferrari et al., 2013). Een zandige bodem heeft immers een groter risico op uitspoeling van nitraat en door toevoeging van zeoliet aan de bodem kan dit gereduceerd worden via volgende mechanismen (Sepaskhah & Barzegar, 2010): vastlegging van ureum in de poriën van de zeolietkristallen, vermindering van transformaties van ureum via nitrificatie, een vermindering van het nitrificatieproces door NH 4 -absorptie van zeoliet. Zeoliet, waarvan clinoptiloliet het meest gebruikt wordt voor landbouwkundige doeleinden, induceert ook een positief effect op de waterretentiecapaciteit (Shaddox, 2004). Een studie van Sepaskhah & Barzegar (2010) op een zandige bodem heeft aangetoond dat het waterverbruik tussen verschillende stikstofdoseringen bij rijstplanten amper verschilt. Echter, bij verschillende zeolietdoseringen werd vastgesteld dat het waterverbruik sterk reduceerde, waarbij de grootste reductie overeen kwam met de hoogste zeolietdosering (8 ton ha -1 ). Dit was voornamelijk te wijten aan de hoge waterabsorptiecapaciteit en de hydratatie/dehydratatie-eigenschappen van zeoliet. Figuur 1 toont het effect van twee soorten zeoliet op de waterretentiecurve, i.e., het vochtgehalte in functie van de drukhoogte, van een zandbodem. Zeoliet verhoogt de waterretentiecapaciteit en het vochtgehalte bij een bepaalde drukhoogte van een zandige bodem (Shaddox, 2004). 5

18 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie Figuur 1: Vochtretentiecurve van een zandige toplaag na toevoeging van zeoliet (clinoptiloliet) volgens een verhouding 85/15 in volume (Shaddox, 2004). Lava Lavagesteente kan in verschillende vormen aangetroffen worden: puimsteen, vulkanische as, puzzolaan, perliet, vulkanische klei, etc., elk met hun specifieke eigenschappen. Lavagesteente bestaat voornamelijk uit kiezelzuur (SiO 2 ), alsook bepaalde hoeveelheden calcium, fosfor, magnesium en kleimineralen (van Straaten, 2002; Marti & Ernst, 2005). Lavagesteenten zijn voornamelijk nuttig om de bodemporositeit te verhogen. Puimsteen en (geëxpandeerd) perliet worden vaak aangeprezen als bodemverbeteraar om de fysische eigenschappen van de bodem te verbeteren. Zo wordt beweerd dat vulkanische gesteenten de bodem verlichten, de bodembeluchting verbeteren en de nutriënten- en waterretentiecapaciteit verhogen. Puimsteen, ingewerkt in de bodem, kan dienen als nutriëntenregulator van vloeibare meststoffen. Geëxpandeerd perliet kan tot 20 keer zijn oorspronkelijk volume uitzetten. In de bodem is het in staat om bodemverdichting tegen te gaan, kan het de waterretentiecapaciteit verhogen en de drainage verbeteren (van Straaten, 2002; Marti & Ernst, 2005). Diatomiet Diatomiet of diatomeeënaarde bestaat uit gemalen fossielen van kiezelwieren. Dit zijn eencelligen met een exoskelet uit kiezelzuur (SiO 2 ) die zowel in zoet- als zoutwater voorkomen. Na het afsterven van de cellen blijft enkel een kiezelschaaltje over dat bewaard wordt in het sediment, waarbij de grootte kan variëren tussen 10 en 100 µm. Diatomiet is een volledig natuurlijk product ontgonnen uit de bodem van rivieren, meren en zeeën (Shaddox, 2004). Diatomiet heeft een hoge doorlatendheid, een hoge porositeit en is chemisch inert, waardoor het niet afbreekt in de bodem. Uit onderzoek blijkt dat diatomeeënaarde een positieve invloed heeft op de waterbergingscapaciteit en doorlatendheid van zandrijke bodems bij golfterreinen (Al- 6

19 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie Ghouti et al., 2003; Deying et al., 2014). Figuur 2 illustreert de invloed van diatomeeënaarde op een zandige toplaag. De waterretentie en het vochtgehalte bij een bepaalde drukhoogte verhogen na toevoeging van diatomiet. De meeste zandrijke golfterreinen, waarvan de opbouw gelijkaardig is aan voetbalterreinen, worden gestabiliseerd met organisch materiaal (OM), vaak door toevoeging van turf, om de nutriënten- en waterbergingscapaciteit te verhogen (Shaddox, 2004). Diatomiet kan beschouwd worden als een anorganische bodemverbeteraar en als alternatief voor turf. Zoals eerder vermeld is diatomiet inert, waardoor het ongevoelig is aan biologische degradatie. Dergelijke producten blijven langer in de bodem aanwezig dan organische bodemverbeteraars (Bigelow et al., 2001). Figuur 2: Vochtretentiecurve van een zandige toplaag na toevoeging diatomiet volgens een verhouding 85/15 in volume (Shaddox, 2004). Bentoniet Bentoniet is een natriumrijke kleisoort die in de meeste gevallen een vulkanische oorsprong heeft. Het belangrijkste mineraal dat in bentoniet-afzettingen voorkomt, is montmorilloniet (Martí & Ernst, 2005). Dit natuurlijk materiaal heeft een hoge CEC en een hoge ionen-adsorptiecapaciteit. De retentie van potentiële sporenelementen (Zn, Fe, Mn) door bentoniet kan een positieve invloed hebben op de groei van de plant (Iskander et al., 2011). Bentoniet, toegevoegd aan een zandige bodem, kan de retentie en de beschikbaarheid van bodemvocht gevoelig verhogen, alsook de snelheid van het neerwaarts watertransport reduceren zodat de uitspoeling van nutriënten wordt verhinderd. Een studie met twee kleisoorten in verschillende doseringen op een zandige bodem, met name Bentonite ( low-grade bentonite ) en Aquagel ( high-grade bentonite ), heeft een positief effect aangetoond op de beschikbare hoeveelheid water (bepaald als het verschil in watergehalte bij -10 cm en cm) (Al-Omran et al., 2002), zoals weergegeven in Figuur 3. Een studie van Das & Dakshinamurti (1975) onderzocht de doorlatendheid van een zandleembodem 7

20 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie na toevoeging van bentoniet. De doorlatendheid daalde van 4,92 x 10-1 cm/uur (controle) naar 3,93 x 10-1 cm/uur (1% bentoniet) en 2,21 x 10-1 (2% bentoniet). Figuur 3: Beschikbare hoeveelheid water van een zandige bodem behandeld met vier doseringen van twee bentoniet-kleiafzettingen (Bentonite en Aquagel) (Al-Omran et al. 2002). Een studie van Heijnen (1992) toont aan dat de toevoeging van bentoniet aan een lemig-zandige bodem Rhizobium sp. beschermt tegen predatie van protozoa. Bentoniet kan dus de overlevingskansen van verschillende bacteriën in de bodem vergroten, wat een positief effect heeft op de aanvoer van nutriënten, op de biologische controle van pathogenen en de stimulatie van de groei van de plant. Polymeren Hydro-absorberende polymeren (SAP s) zijn functionele macromoleculen die in staat zijn om bepaalde hoeveelheden water te absorberen. Wanneer de poedervormige SAP s in water ondergedompeld worden, transformeren ze in hydrogel. Deze gel kan het geabsorbeerde water vertraagd vrijlaten in het groeimedium. Synthetische polymeren worden meer gebruikt dan natuurlijke polymeren door hun resistentie tegen natuurlijke degradatie (Parvathy et al., 2014). Super-absorberende hydrogel, op basis van polysachariden, wordt vaak gezien als een ecologisch en economisch alternatief voor bodemverbetering, voornamelijk door zijn niet-toxiciteit, biodegradatie en beschikbaarheid (Guilherme et al., 2015). Polymeren kunnen water absorberen tot 1000 keer hun oorspronkelijk gewicht en grootte. De toevoeging van deze polymeren in de bodem kan dus de waterbergingscapaciteit en nutriëntenefficiëntie verhogen, alsook het waterverlies verminderen. In een studie van Xi Li et al. (2014) wordt aangetoond dat alle behandelingen met polymeren, toegevoegd aan een leembodem (Luvisol), resulteren in een significante verhoging van de waterbergingscapaciteit en de microbiële activiteit. Ondanks de verhoging van de waterberging werd echter geen verhoging 8

21 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie van het plant-beschikbaar water vastgesteld, waardoor de invloed van SAP s op de gewasgroei eerder minimaal was. El-Rehim et al. (2004) toonden echter aan dat de toevoeging van polymeren in de wortelzone de gewasproductiviteit van maïsplanten gevoelig verhoogde. Verschillende studies hebben aangetoond dat een te grote hoeveelheid aan hydrogelpartikels nefast kan zijn voor de waterinfiltratie. Zo kan een gel shell ontstaan die de oppervlakkige waterafvoer verhoogt. Een correcte dosering is dus aangewezen (Wei & Durian, 2014). De grotere dimensies van de gezwollen hydrogel verhogen de porositeit van de bodem. Het uitzetten en krimpen van SAP s door absorptie en evaporatie van water verhoogt het luchtgehalte in de bodem, zodat meer zuurstof beschikbaar is voor de wortels (Parvathy et al., 2014) ORGANISCHE BODEMVERBETERAARS Organische bodemverbeteraars zijn gevormd uit koolstof-houdende materialen die vaak makkelijker en sneller afbreken dan synthetische materialen en die, na afbreken of stabilisatie, humus aan de bodem toevoegen. Humus is de relatief immune, gedeeltelijk afgebroken, donkerbruine substantie met een complexe chemische en fysische structuur. OM in de bodem is cruciaal voor de fysische en chemische eigenschappen die de vruchtbaarheid en gewasproductie in stand moeten houden. Organische additieven kunnen enerzijds de waterbergingscapaciteit en gewasproductiviteit verhogen en anderzijds de bodemdichtheid verlagen (Stratton & Rechcigl, 1998). OM heeft een positief effect op de vorming van bodemaggregaten, gezien het fungeert als een bindmiddel voor kleipartikels (Lal & Shukla, 2004) Turf Turf is het meest gebruikte organisch bodemadditief op golfterreinen. Turf, ook wel gedroogd veen genoemd, is een natuurlijke grondstof die ontmijnd wordt in koele, overstroomde gebieden. De lage temperaturen, die de microbiële activiteit verlaagt, en de anaerobe omstandigheden zorgen voor een accumulatie van turf in dergelijke veenbodems. De fysische en chemische eigenschappen van turf zijn sterk afhankelijk van de omgevingsfactoren en het moedermateriaal. Ondanks deze verschillen werden er door Shaddox (2004) geen afwijkingen geobserveerd in kwaliteit van de grasmat, wanneer verschillende soorten turf aan zand werden toegevoegd. Turf kan gezien worden als een bron van organisch materiaal, waardoor via mineralisatie veel meer N vrijkomt dan in een schrale zandgrond (Visscher, 2010). De Amerikaanse Golffederatie (USGA) raadt aan om turf toe te voegen volgens een volumetrische verhouding van 85% zand en 15% turf, met als door (Shaddox, 2004) genoteerde positieve gevolgen: vrijkomen van oplosbare nutriënten en geleidelijke vrijlating van nutriënten door microbiële degradatie, verhoging van de CEC voor de retentie van nutriënten en chemische buffering, verhoging van de vochtretentie, door een verhoging van de totale bodemporositeit. Maar, zoals elke organische bodemverbeteraar, is turf onderhevig aan biologische degradatie. Afbraak van turf kan op lange termijn nadelige gevolgen hebben voor de grasmat (Shaddox, 2004). Lokale schaarste van turf en stijgende kosten voor transport zorgen ervoor dat ook andere materialen onderzocht moeten worden als alternatief (Carlile et al., 2015). 9

22 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie Compost Compost is een donkerbruin tot zwart, 100% natuurlijk, kruimelig, humusrijk product bestaande uit plantaardige resten en vervaardigd na een composteringsproces (Stratton & Rechcigl, 1998; Vlaco vzw, 2015). Het composteringsproces houdt in dat verschillende micro-organismen, aanwezig op het OM, het plantaardig materiaal (o.a. tuinafval) afbreken. Dit afbraakproces kan perfect gecontroleerd worden door optimalisatie van verschillende parameters zoals het zuurstof- en vochtgehalte. Na enkele maanden is al het OM uit het plantaardig materiaal afgebroken. Wat overblijft, kan gezien worden als compost, een organische bodemverbeteraar (Vlaco vzw, 2015). Een studie van Dudeck (1997) testte de fysische karakteristieken van verschillende soorten compost, die dienden als groeimedium voor St. Augustinusgras (Stenotaphrum secundatum). Vergeleken met de controlebehandeling, een pure zandgrond, hadden alle composttypes een lagere dichtheid, een hoger OM-gehalte en een hogere retentie voor beschikbaar water. Deze eigenschappen van compost kunnen de nadelige gevolgen van een zandige toplaag voorkomen. De Bodemkundige Dienst van België voerde een 14-jarig onderzoek uit over het effect van compostgebruik op de fysische en biologische bodemkwaliteit op een lichte leembodem. Hiervoor werden verschillende doseringen van GFT-compost gebruikt. Uit de resultaten bleek dat deze GFTcompost de basisbemesting deels kan vervangen (P, K en Mg). Door de toevoeging van OM in de bodem werd de bodemvruchtbaarheid en kwaliteit gevoelig verbeterd. Deze verbetering was zowel chemisch, door vasthouden en vrijgeven van nutriënten, als fysisch, door een verbeterde bodemstructuur en aggregaatvorming, en ook biologisch, door een verhoogde microbiële activiteit. Ook kon er een significante verhoging van de infiltratiesnelheid, waterbergend vermogen en waterbeschikbaarheid vastgesteld worden na toevoeging van compost op een lichte leembodem (Elsen, 2011). Onderzoek aan het Proefcentrum voor Groententeelt op een zandige bodem toonde dan weer aan dat jaarlijkse compostdosissen, met o.a. GFT-compost, na 9 jaar slechts gedeeltelijk positieve resultaten oplevert. Compost verhoogt de macroporositeit en het vochtgehalte bij verzadiging en verlaagt de bodemdichtheid van een zandige bodem, maar deze verbetering is onvoldoende op lange termijn (Arthur et al., 2011). Kokosvezels Kokospalmen groeien voornamelijk in tropische en subtropische gebieden. Daar worden ze gezien als de belangrijkste palmboomsoort voor allerlei doeleinden, o.a. voedsel- en houtproductie, olie, cosmeticaproducten, etc. (Ghavami et al., 1999). Omdat turf geen hernieuwbare bron is, worden kokosvezels vaak naar voren geschoven als vervangmateriaal. Deze kokosvezels worden geëxtraheerd uit het dikke omhulsel (mesocarp) van de kokosvrucht en hebben verschillende eigenschappen die de vervanging van turf zou kunnen rechtvaardigen: een hoge waterbergingscapaciteit, goede drainage, fysisch resistent (tegen samendrukking), duurzaam zonder ecologische gevolgen en een trage natuurlijke decompositie (Meerow, 1994). De vezels zijn 50 tot 350 mm lang en bestaan voornamelijk uit lignine, tannine, cellulose en pectine. Het hoge gehalte aan lignine verklaart waarom kokosvezels veel trager afbreken dan andere natuurlijke vezels en dus langer werkzaam blijven in de bodem (Hejazi et al., 2012). 10

23 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie Kokosvezels hebben een hoge treksterkte, voornamelijk in natte condities, wat het mogelijk maakt om de bodem te verstevigen. Dit zorgt ervoor dat de bodem meer weerstand kan bieden tegen schuifkrachten en verdichting, alsook de doorlatendheid kan verbeteren (Hejazi et al., 2012). Figuur 4 toont de interactie van natuurlijke vezels en een drogende bodem. De vezels zetten uit doordat ze water absorberen, waardoor de bodem errond gedeeltelijk wordt weggeduwd. Na het drogen verliezen de vezels het vocht en krimpen ze opnieuw tot hun oorspronkelijk volume. Zo ontstaan kleine poriën rond de vezels. Dit bevordert het water- en luchttransport (Ghavami et al., 1999). Figuur 4: De interactie van natuurlijke vezels en een drogende bodem (Ghavami et al., 1999). Gedroogd slib Gedroogd slib (WTR) is het eindresultaat van een waterzuiveringsproces. Dit slib bevat humines, fulvinezuren en ijzer (Fe), die essentieel zijn voor de groei van de plant. Een aantal studies hebben aangetoond dat slib een positieve invloed heeft op de waterhuishouding en beluchting van de bodem (Asghari et al., 2011). Ook wordt de gewasgroei gestimuleerd door de inwerking van gedroogd slib. Een onderzoek van Shaddox (2004) over de droge stof-opbrengst met Bermudagras heeft aangetoond dat potten met gedroogd slib een droge stof-opbrengst hadden van 26 g pot -1, terwijl de controlebehandeling slechts 15 g pot -1 produceerde. Dit werd grotendeels verklaard door de hoge gehaltes aan N, P, K, Ca, Mg en Fe in het slib (Shaddox, 2004). De toevoeging van gedroogd slib wordt meer en meer overwogen doordat het de bodemvruchtbaarheid potentieel kan verhogen, maar ook door een vermindering van beschikbare afzettingsmogelijkheden voor slib. Het kan gezien worden als een duurzame manier om nutriënten en OM in het slib te recycleren. Maar het gebruik van gedroogd slib houdt enkele gezondheidsrisico s in door de aanwezigheid van pathogenen, zware metalen en organische polluenten (Armenta et al., 2012) SAMENGESTELDE BODEMVERBETERAARS TCT TerraCottem Turf is specifiek ontwikkeld voor gebruik in grassportvelden. De TerraCottembodemverbeteraar is een mengsel van meer dan 20 synthetische substanties, bestaande uit o.a. hydro-absorberende polymeren, groeistimulatoren, en minerale en organische meststoffen (Danneels & Van Cotthem, 1994). Figuur 5 toont de samenstelling van TCT. Er werden humuszuren 11

24 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie toegevoegd in vergelijking met de originele formule van TerraCottem Universal (TCU) en het dragermateriaal is zeoliet (clinoptiloliet) (Ottevaere, 2011). Figuur 5: Samenstelling van TCT (Ottevaere, 2011). Studies van Danneels & Van Cotthem (1994) en Lobo et al. (2012) hebben aangetoond dat toevoeging van TCU een significante verbetering van de bovengrondse biomassa en water use efficiency (WUE) oplevert in experimenten met groene peper, maïs en bonen in zowel potexperimenten als op een zandige bodem. TCT versnelt de kieming van de graszaden na zaaien en zorgt voor een sneller contact van de graszoden met de bodem. Het verhoogt de waterretentie en de CEC en zorgt voor een efficiënter meststoffengebruik (Ottevaere, 2011) HYBRIDESYSTEMEN VOOR SPORTTERREINEN Een breed gamma aan versterkende synthetische materialen werd al geïntroduceerd in de sportveldsector om de grasmat te versterken en te verbeteren. Deze materialen bestaan meestal uit plastiek of kunststofvezels. Er kunnen twee grote groepen onderscheiden worden. Enerzijds hybridesystemen die een horizontale laag vormen op of onder het terreinoppervlak, waar de wortels doorheen kunnen groeien en anderzijds systemen die gemengd of ingewerkt zijn in de wortelzone (Baker, 1997; McNitt & Landschoot, 2005). Dergelijke synthetische materialen kunnen door verschillende mechanismen in staat zijn om de bespelingsintensiteit en kwaliteit van de grasmat te verbeteren (Baker, 1997; McNitt & Landschoot, 2005): door de belasting op het terrein beter te verspreiden, waardoor de impact van bodemverdichting gereduceerd wordt, door verminderde effecten van schuifkrachten, door bescherming van het (kroon)weefsel van de grasplant, door een verbeterde grip op het veld als gevolg van de interactie tussen de synthetische vezels en de studs van de spelers. In deze studie wordt gefocust op een hybridesysteem die een horizontale laag vormt onder het terreinoppervlak. Dit hybridesysteem is een combinatie van natuurlijk gras, kunstgras en versterkende materialen onder het terreinoppervlak. 12

25 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie 2.4. KWALITEIT VAN DE GRASMAT KEUZE VAN DE GRASSOORT Een grasveld met sportieve doeleinden zal bijna altijd bestaan uit een mengsel van grassoorten. Het aanbod aan grassoorten is hiervoor enorm. Dergelijke mengsels zorgen in theorie voor een buffer tijdens perioden van stress, doordat het de stabiliteit en veerkracht van de grasmat verbetert. Vaak geldt dat de sterkte van één soort, de zwakte van andere soorten compenseert (Reheul, 2006). De combinatie van Engels raaigras (Lolium perenne L.) met veldbeemdgras (Poa pratensis L.) is een aangewezen keuze voor de aanleg van een sportveld. Engels raaigras is de meeste verkochte grassoort in West-Europa en verdraagt het betreden relatief goed, maar heeft het voornamelijk in de winter moeilijk. De aanwezigheid van veldbeemdgras is nodig om verschillende open plekken in de grasmat te bezetten en vertoont een uitstekende tolerantie tegen betreden. Maar, in tegenstelling tot Engels raaigras, heeft deze soort tijd nodig om zich te ontwikkelen omwille van een langzaam kiemproces en trage begingroei. Hier knelt het schoentje vaak: het veld zou in principe een 3 à 4-tal maanden tijd moeten krijgen na het inzaaien, maar dit gebeurt amper in de praktijk waardoor het veldbeemdgras onvoldoende aanwezig is (Reheul, 2006). Bij grassoorten voor sportvelden is de opbrengst en voederwaarde (bij begrazing) van weinig belang en komen andere eisen aan bod die nauwer verbonden zijn met de esthetische waarde en het onderhoudsen gebruiksgemak. Zo wordt o.a. aandachtig gekeken naar de kleur, zodedichtheid, droogtetolerantie, ziekteresistentie, bladtextuur en betreding. Vaak worden onrealistische eisen verwacht zonder de fysiologische beperkingen van een grasveld mee te rekenen, de ontwikkeling van kunstgras is grotendeels opgekomen door de tekortkomingen van levend gras (Morris & Shearman, 1998; Reheul, 2006) FACTOREN DIE DE GRASGROEI BEÏNVLOEDEN De belangrijkste omgevingsfactoren die de kieming en groei van grassoorten beïnvloeden zijn temperatuur, vochtgehalte, lichtintensiteit, wind, bodem en geografie. Hiervan zijn bodem en geografie meest stabiel. De andere factoren variëren constant. Aangezien de klimatologische factoren en omgevingscondities in grote mate voorspeld kunnen worden voor verschillende seizoenen en locaties, zijn er optimale groeiperiodes ontwikkeld voor verschillende grassoorten in variërende klimatologische regio s (Watschke & Shmidt, 1992). In deze studie wordt er gefocust op de lichtintensiteit, de temperatuur en het vochtgehalte DE LICHTINTENSITEIT De hoeveelheid licht die op het gras invalt, is van groot belang voor de kwaliteit en groei van de grasmat. De duur van de instraling, de frequentie en de golflengte van het licht zijn de belangrijkste factoren. Als het gras onderhevig is aan een lagere lichtintensiteit, dan kan (Ottevaere & Gabriels, 2000): 13

26 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie de biomassaproductie verminderen, de hoeveelheid bladeren afnemen, er een meer verticaal groeipatroon van de grasmat ontstaan, het watergehalte van de plant toenemen en de transpiratie en respiratie verminderen. De mate waarin het grasveld onderhevig is aan schaduw is belangrijk. Tribunes, gebouwen, bomen en dergelijke kunnen de grasmat een geruime tijd in de schaduw zetten, voornamelijk tijdens lage zonnestanden in de winter. Hierdoor ontstaat er een tragere dooi en een vermindering van de grasgroei en bodembedekking. Er kunnen zich allerlei mossen en wieren nestelen in de grasmat op plaatsen waar de grasplanten zwakker zijn en gevoeliger worden voor betreding en bladziekten. Een samenloop van deze kwalen is vaak terug te vinden in gesloten stadions (Baker, 1995; Reheul, 2006). Een vertraagde groei, vochtige bodemcondities, lagere temperatuur en hoge relatieve vochtigheid kunnen de ziektegevoeligheid van de grasmat verhogen (Ottevaere & Gabriels, 2000) DE TEMPERATUUR Zoals bij alle planten hebben ook grassoorten een optimale temperatuur voor zowel de boven- als ondergrondse groei. Voor veldbeemdgras (Poa pratensis L.) werd de optimale temperatuur vastgelegd tussen 21 C en 27 C. De groei daalt sterk wanneer temperaturen boven 30 C worden bereikt. De kritische temperatuur bedraagt 38 C, waarboven er geen grasgroei meer mogelijk is. Dergelijke hoge temperaturen zijn in onze regio s echter zeldzaam (Ottevaere & Gabriels, 2000). Engels raaigras (Lolium perenne L.) sterft gemakkelijk af bij strenge wintervorst en is weinig droogtetolerant. Bij een lange, intensieve droogte kan de groei volledig stilvallen (Reheul, 2006). De combinatie lichtintensiteit/temperatuur is ook van belang en varieert sterk tussen het voorjaar en het najaar. De optimale temperatuur voor de grasgroei ligt lager bij een lage lichtintensiteit en hoger bij een hoge lichtintensiteit. Bij de combinatie van hoge temperaturen en lage lichtintensiteit zal de assimilatie klein zijn en is de ademhaling van het gras relatief belangrijk, met als gevolg dat in het najaar de groei zal verminderen. Dus voor de grasproductie zal in het voorjaar de temperatuur eerder remmend werken en in het najaar de lichthoeveelheid (Visscher, 2010) HET VOCHTGEHALTE Een grasplant heeft water nodig voor de fotosynthese. Een tekort aan water zorgt voor een groeireductie, waarbij de bladgroei meer gehinderd wordt dan de wortelgroei. De huidmondjes sluiten zich om verdamping tegen te gaan en de opname van stikstof en andere essentiële elementen gaat moeizamer (Visscher, 2010; Vreman et al., 2015). Er kan een (ecologische) zomerdepressie in de grasgroei vastgesteld worden en voornamelijk in juli, augustus of september kan de grasmat onderhevig zijn aan droogte (Reheul, 2006). Gedurende het groeiseizoen, gaande van maart tot oktober, is er in onze regio s vaak een tekort aan neerslag. Dit tekort houdt in dat de referentie-gewasverdamping hoger is dan de beschikbare hoeveelheid neerslag. Maar dit tekort leidt nog niet direct tot droogte aangezien het bodemvochtgehalte het tekort kan compenseren. 14

27 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie Op zandgronden is deze bodemvochtvoorraad echter snel verbruikt, waardoor sportvelden vaak worden beregend. Irrigatiesessies hebben ook een financiële impact. Deze impact kan zo klein mogelijk gehouden worden door het aantal irrigatiesessies te minimaliseren, waarbij er rekening gehouden moet worden met de verschillende bodemeigenschappen, die betrekking hebben op de vochtvoorziening, bij de aanleg van grassportvelden (Visscher, 2010; Timmerman & Gabriels, 2011). Er kunnen ook nadelige gevolgen ontstaan voor de kwaliteit van de grasmat door te snel en teveel beregenen. Wanneer minder water beschikbaar is, in droge perioden, ontstaat een beter ontwikkeld wortelgestel en een sterkere graszode. Teveel beregenen kan leiden tot een verzwakking van de grasmat. Door een tekort aan zuurstof zal de wortelgroei afnemen, met als gevolg dat ongewenste grassoorten zich kunnen vestigen (Visscher, 2010; KNVB, 2015). Een droge toplaag is niet per definitie een droog veld. (KNVB, 2015) WORTELGROEI De scheut/wortelverhouding wordt herhaaldelijk verstoord door het vele maaien. In een wortelzone met een sterk ontwikkelde doorworteling zal het water in de bodem volledig gebruikt kunnen worden, waarbij de maximale diepte tot waar graswortels kunnen groeien ongeveer 50 cm bedraagt. Meer dan 90% van de wortelmassa bevindt zich in de bovenste 5 cm van de bodem (van Wijk, 1980). Een zandige toplaag heeft een goede aeratie, wat cruciaal is voor de zuurstoflevering aan de wortels (Timmerman & Gabriels, 2011). Graswortels vormen een barrière tegen externe invloeden, zoals bodemverdichting en schuifkrachten, en verhogen de stabiliteit van de toplaag. Open plekken in de grasmat, waar dus weinig tot geen wortels aanwezig zijn, zijn veel minder beschermd. De grasbedekking van een voetbalveld zou niet onder de 20 à 30% mogen dalen (Timmerman & Gabriels, 2011). De graswortels zijn zeer gevoelig aan afnames in lichtintensiteit en lage temperaturen, met als gevolg dat de graszoden makkelijker kunnen loskomen en moeilijker herstellen door de schuifkrachten van de studs van voetbalschoenen en slidings van de spelers (Reheul, 2006) MICROBIËLE BIOMASSA Ondanks de verschillende voordelen die een zandige toplaag biedt, hebben dergelijke artificiële opgebouwde bodems initieel een minder aanwezige microbiële gemeenschap dan natuurlijke bodems, voornamelijk door hun lagere gehaltes aan OM en klei. De toevoeging van OM heeft eerder al aangetoond dat het de microbiële activiteit kan verhogen (Kaminski et al., 2004). Microorganismen in de bodem hebben een invloed op de beschikbaarheid van N, voornamelijk door mineralisatie- en immobilisatieprocessen. De balans tussen deze twee processen is afhankelijk van de kwaliteit van het OM en de mate van het microbieel leven in de bodem (Shi et al., 2006) BEMESTING Het basisprincipe van de bemesting van grassportvelden is: er wordt aan de grond teruggegeven wat er door de grasgroei uit verdwijnt. (Ottevaere & Gabriels, 2000) 15

28 Hoofdstuk 2: Literatuurstudie Een juiste bemestingsmethode is cruciaal voor een kwaliteitsvolle grasmat en wordt gezien als één van de belangrijkste onderhoudsmaatregelen. Het toedienen van een voldoende hoeveelheid op de juiste tijdstippen bevorderd de dichtheid en het vermogen om te herstellen van de grasmat (Ottevaere & Gabriels, 2000). Dit herstel is mogelijk door de opgestapelde reserves, maar bij een te hoge stikstofbemesting en een productief voorjaar kunnen deze reserves snel verdwijnen. Zo ontstaat een risico op zomersterfte met veel open plekken als gevolg, zeker in combinatie met laat maaien (Reheul, 2006). Op basis van een bodemanalyse kan er een onderhoudsbemesting voor een specifiek veld opgesteld worden. In de praktijk wordt hiervoor meestal een NPK-meststof (N: stikstof, P: fosfor en K: kalium) gebruikt (Ottevaere & Gabriels, 2000) FYSISCHE KARAKTERISTIEKEN VAN HET GROEIMEDIUM De toplaag kan beschreven worden als de laag die direct in aanraking komt met of onder invloed staat van de voeten of schoenen van de spelers (Stuurman, 1970). De toplaag van het terrein, die dient als groeimedium voor het gras, heeft verschillende vitale functies voor het aanleggen en behouden van een kwaliteitsvolle grasmat. In de natte winteromstandigheden moet ze de uitgeoefende krachten kunnen opvangen zodat bespeling mogelijk is en blijft, wat dient te resulteren in een minimale beschadiging van het groeimedium. Ook moet de toplaag het overtollige regenwater opvangen en snel transporteren naar diepere lagen. De toplaag bepaalt dus in grote mate de doorlatendheid, die voldoende groot moet zijn om plasvorming en versmering te voorkomen. In de zomer, met eerder droge omstandigheden, wordt er gestreefd naar een optimale vochtvoorziening zodat de grasmat voldoende kan herstellen. (Boekel et al., 1980; Ottevaere & Gabriels, 2000) OPBOUW VAN DE TOPLAAG Bij de aanleg van een grassportveld zal in meeste gevallen het gehalte aan OM en kleideeltjes in de toplaag moeten dalen, en er wordt daarvoor zand geopteerd. Dit zand moet aan specifieke eisen voldoen. Dergelijke zandige toplagen moeten o.a. zorgen voor een voldoende en blijvende doorlatendheid van de bodem, een voldoende waterberging in de bodem, die onmiddellijk beschikbaar is, en ze moeten stevig zijn (in tegenstelling tot een toplaag met veel klei). De eerste en derde eigenschap zijn onafhankelijk van de dikte van de toplaag, terwijl de tweede dit niet is (Ottevaere & Gabriels, 2000). Deze eigenschappen hangen nauw samen met de kwaliteit van het zand (Boekel et al., 1980). GANDA-criteria Aan de Universiteit Gent werden verschillende criteria opgesteld voor de opbouw van grassportvelden, ook wel de GANDA-criteria genoemd (Ottevaere & Gabriels, 2000; Timmerman & Gabriels, 2011): Maximaal 10% leem en klei (<50 µm) in de toplaag. De toplaag moet dus 90% of meer zand bevatten. Dit werd vastgelegd om een goede drainage van de toplaag te verkrijgen. 16

Leading soil conditioning technology

Leading soil conditioning technology Leading soil conditioning technology Meer Groei, Minder Water universal TerraCottem Universal De originele TerraCottem formule ontwikkeld voor verbetering van de wortelgroei, de biomassaproductie, het

Nadere informatie

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar 17-1- Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar BODEM De Bodem Van Groot naar Klein tot zeer klein 2 1 17-1- Bodemprofiel Opbouw van de bodem Onaangeroerd = C Kleinste delen = 0 en A Poriënvolume

Nadere informatie

SUMMARY MASTER THESIS

SUMMARY MASTER THESIS SUMMARY MASTER THESIS Thesis door Lennert Nachtergaele Universiteit Gent, België Departement bodemmanagement Geschiktheid van potentiële bodemverbeteraars in de sportveldsector Alle clubs die een sport

Nadere informatie

SUMMARY TRIAL REPORT

SUMMARY TRIAL REPORT SUMMARY TRIAL REPORT Onderzoek geleid door: Professor María Remedios Romero Aranda Plantenfysioloog op het departement plantenveredeling en biotechnologie Het effect van TerraCottem op de biomassa productie

Nadere informatie

TerraCottem. voor natuurlijk gazon

TerraCottem. voor natuurlijk gazon TerraCottem voor natuurlijk gazon De TerraCottem bodemverbeteringstechnologie Elke afzonderlijke component van TerraCottem heeft zijn eigen positieve invloed op de plantengroei, maar het is vooral het

Nadere informatie

Goede bemesting geeft gezonde planten

Goede bemesting geeft gezonde planten Goede bemesting geeft gezonde planten Door: HortiNova Opbouw van presentatie: Doel van gezonde bodem & plant Hoe groeit een plant? Hoe kan een plant ziek worden? Waarom moeten we bladgroen en wortels promoten

Nadere informatie

BAM - Bemonsterings- en analysemethodes voor bodem in het kader van het mestdecreet Bodem Bepaling van snel vrijkomende organische stikstof

BAM - Bemonsterings- en analysemethodes voor bodem in het kader van het mestdecreet Bodem Bepaling van snel vrijkomende organische stikstof - Bemonsterings- en analysemethodes voor bodem in het kader van het mestdecreet Bodem Bepaling van snel vrijkomende organische stikstof VERSIE 3.0 juni 2010 Pagina 1 van 5 BAM/deel 1/12 1 PRINCIPE Het

Nadere informatie

HUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN

HUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN HUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN OPBRENGST EN KWALITEIT VAN RAAIGRAS BIJ VERMINDERDE BEMESTING Greet Verlinden, Thomas Coussens en Geert Haesaert Hogeschool Gent, Departement Biowetenschappen

Nadere informatie

Organische stof, de kern van bodemkwaliteit voor de aardappel. Wageningen Potato Centre 20 september 2017 Janjo de Haan

Organische stof, de kern van bodemkwaliteit voor de aardappel. Wageningen Potato Centre 20 september 2017 Janjo de Haan Organische stof, de kern van bodemkwaliteit voor de aardappel Wageningen Potato Centre 20 september 2017 Janjo de Haan Persoonlijke introductie Janjo de Haan Onderzoeker Bodem Water Bemesting Akkerbouw

Nadere informatie

Organische stof in de bodem

Organische stof in de bodem Organische stof in de bodem Theorie C1 Wat is organische stof in de bodem? Organische stof in de bodem bestaat uit materiaal zoals bv. oogst- en plantenresten, compost en mest, maar ook het bodemleven

Nadere informatie

De Scandinavische manier van bemesten. Nationaal Golf & Groen symposium, 10 december 2015

De Scandinavische manier van bemesten. Nationaal Golf & Groen symposium, 10 december 2015 De Scandinavische manier van bemesten Nationaal Golf & Groen symposium, 10 december 2015 Programma 1. Situaties 2. Referentie 3. De optimale mix van voedingstoffen 4. Grassoorten en hun groei potentieel

Nadere informatie

Veel leesplezier! Bertus Stip, Hoveniersbedrijf Stip

Veel leesplezier! Bertus Stip, Hoveniersbedrijf Stip Het bodemboek aanleg en onderhoud van de tuin Voorwoord De grond in de tuin, wat moeten we daar nu weer mee? Misschien heeft u zichzelf deze vraag wel eens gesteld. Wij van Hoveniersbedrijf Stip stellen

Nadere informatie

Info 1 Openbaar groen: Bodemverbetering

Info 1 Openbaar groen: Bodemverbetering april 14 Info 1 Openbaar groen: Bodemverbetering Beste groenvoorziener, Onze eerste infomailing richtte zich op de verankering van bomen en de opbouw van de plantput. In deze infomailing willen we graag

Nadere informatie

Chemievrije sportvelden: praktijkervaringen

Chemievrije sportvelden: praktijkervaringen 1 Chemievrije sportvelden: praktijkervaringen 2 Aan de slag met sportvelden De regelgeving en de organisatie Wetgeving Gemeentes Haaren, Helmond, Bladel (en Schijndel) Leertraject: informatie en kennis

Nadere informatie

Kansen voor weerbaar telen

Kansen voor weerbaar telen Kansen voor weerbaar telen Literatuuronderzoek : Werkingsmechanismen en toepassingen 6 september 2011 1 : Wat verstaan we hieronder? Condities aanleggen waardoor het gewas weerbaarder wordt tegen ziektes

Nadere informatie

Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman. Saalland Advies 1

Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman. Saalland Advies 1 Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman Saalland Advies 1 Wat ga ik vertellen? Wie ben ik? Wat is het? Eigen stappen Tips Vragen Saalland Advies 2 Introductie Akkerbouwbedrijf

Nadere informatie

Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek

Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek Bram Van Nevel Bram.van.nevel@inagro.be 051/27.33.47 Waarom groenbedekkers? 1. Restnitraat 2. Verhogen bodemvruchtbaarheid 3. Verlagen

Nadere informatie

7 jaar digestaat: wat is het resultaat? Elke Vandaele

7 jaar digestaat: wat is het resultaat? Elke Vandaele 7 jaar digestaat: wat is het resultaat? Elke Vandaele Veldproef met digestaat i.s.m. Ugent - Proefhoeve Melle akkerbouwrotatie : maïs - aardappelen suikerbieten granen sinds 2010 focus op P bemesting

Nadere informatie

Teelt de grond uit en substraat. 17 Januari 2013, Henk van Reuler

Teelt de grond uit en substraat. 17 Januari 2013, Henk van Reuler Teelt de grond uit en substraat 17 Januari 2013, Henk van Reuler Inhoud Aanleiding Substraat Water en lucht Alternatieven voor veen Slotopmerkingen substraat Teelt op de grond uit 2013 Aanleiding Nederland

Nadere informatie

(Ver)ken je tuinbodem. Annemie Elsen Stan Deckers

(Ver)ken je tuinbodem. Annemie Elsen Stan Deckers (Ver)ken je tuinbodem Annemie Elsen Stan Deckers Tuinbodems in Vlaanderen ZUURTEGRAAD (ph) 2/3 tuinen = overbekalkt 3/4 gazons = overbekalkt voedingselementen minder beschikbaar voor planten nooit blindelings

Nadere informatie

Organische stof in de vollegronds tuinbouw. 4 november 2013, Henk van Reuler

Organische stof in de vollegronds tuinbouw. 4 november 2013, Henk van Reuler Organische stof in de vollegronds tuinbouw 4 november 2013, Henk van Reuler Inhoud Factoren die OS gehalte beinvloeden OS gehalte in Nederland OS onderzoek Slot opmerkingen Factoren die het OS gehalte

Nadere informatie

Thema 4: Een gezonde bodem

Thema 4: Een gezonde bodem Thema 4: Een gezonde bodem Bodemanalyse en de gezonde plant Emile Bezemer Eurofins Agro Minder chemie met steenmeel Bert Carpay Carpay Advies 25 september 2018 ConGRAS 1 Bodemanalyse en gezonde grasplant!

Nadere informatie

EEN BETERE BODEM. Op goede gronden een gezonde groei. Inhoudsopgave

EEN BETERE BODEM. Op goede gronden een gezonde groei. Inhoudsopgave EEN BETERE BODEM Op goede gronden een gezonde groei Inhoudsopgave Over Heicom Onze producten Zand en grond Zuurstof Bodemverdichting Water lucht en poriën PF curve Eigenschappen van zand Normen ISA sport

Nadere informatie

Eiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven

Eiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven Eiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven Larven van de zwarte soldatenvlieg zijn in staat om heel wat verschillende reststromen om te zetten tot nutritionele biomassa. In het kader van de projecten

Nadere informatie

ORGANISCH BODEMVERBETEREND

ORGANISCH BODEMVERBETEREND DCM VIVISOL - Stimuleert en diversifieert het bodemleven! Inbreng van het organisch bodemverbeterend middel DCM VIVISOL creëert de ideale omstandigheden voor de ontwikkeling van een actief en gevarieerd

Nadere informatie

BSNC Kennisdag Sportclub Feijenoord, Rotterdam BSNC gaat ondergronds!

BSNC Kennisdag Sportclub Feijenoord, Rotterdam BSNC gaat ondergronds! BSNC Kennisdag Sportclub Feijenoord, Rotterdam BSNC gaat ondergronds! 1 2 3 4 5 6 7 8 Waar gaan we voor!! Dit veld? Of dit veld? 11-4-2011 Nr.17 Profielopbouw Eisen vanuit de plant 40% mineraal 25-30%

Nadere informatie

Het beste tijdstip om grasland te vernieuwen

Het beste tijdstip om grasland te vernieuwen Het beste tijdstip om grasland te vernieuwen Auteur Alex De Vliegher 16/04/2014 www.lcvvzw.be 2 / 7 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 3 Wanneer grasland vernieuwen in het najaar? Wanneer in het voorjaar?...

Nadere informatie

Programma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit

Programma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit Programma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit 1) Geïntegreerde gewasbescherming 2014 2) Selectieve gewasbescherming d.m.v. foggen 3) Mogelijkheden biologische bestrijding 4) Waarschuwings- en adviessystemen

Nadere informatie

Brochure en poster bemesting

Brochure en poster bemesting Brochure en poster bemesting Lore Schoeters 1 Bemesting Wat gebeurt er met meststoffen in de bodem? Hoe kan ik de nutriënten die in de bodem zitten optimaal gebruiken? Hoe kan ik ervoor zorgen dat de uitspoeling

Nadere informatie

WEERBAAR Telen = Veerkracht in de plant brengen. Mijn naam: Eddo de Veer

WEERBAAR Telen = Veerkracht in de plant brengen. Mijn naam: Eddo de Veer WEERBAAR Telen = Veerkracht in de plant brengen Mijn naam: Eddo de Veer HOE? Begin met een goede bodem analyse Ik werk met de Bodem Balans Analyse Het gaat om de verhoudingen van de mineralen aan het complex

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 1. Onderscheidende product(ie) kenmerken van Bio-Trio 2

Inhoudsopgave. 1. Onderscheidende product(ie) kenmerken van Bio-Trio 2 Inhoudsopgave Document: Pagina: 1. Onderscheidende product(ie) kenmerken van Bio-Trio 2 2. Bio Spring NSE 18-0-3(+2)+12 4 3. Bio Allround NSE 10-4-6(+3)+12 6 4. Bio Pre-Seed NSE 10-10-0(+HF)+12 8 5. Bio

Nadere informatie

Bijeenkomst PN DA. Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV

Bijeenkomst PN DA. Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV Bijeenkomst PN DA Jongenelen oktober 2013 Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV Waarom een grondanalyse? Inzicht krijgen in de beschikbare voeding voor de plant; Hoofdelementen; Sporenelementen; ph van de

Nadere informatie

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR.   PaccoParameters PACCO-PARAMETERS PH DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR PH De ph geeft de zuurtegraad van het water weer. Ze varieert doorgaans op een schaal

Nadere informatie

Bodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1

Bodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1 Bodemkunde Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1 Bodems en hun eigenschappen 3 Bodems en hun eigenschappen Opdracht: - Zoek op wat het bodemprofiel is waar je zelf woont / werkt / stage loopt 4

Nadere informatie

Stalmestopslag op de kopakker: Hoe risico op uitspoeling beperken en een waardevol product maken?

Stalmestopslag op de kopakker: Hoe risico op uitspoeling beperken en een waardevol product maken? Stalmestopslag op de kopakker: Hoe risico op uitspoeling beperken en een waardevol product maken? Jarinda Viaene, Victoria Nelissen, Koen Willekens, Bart Vandecasteele, Bert Reubens CriNglooP Collectief

Nadere informatie

SILICIUM, HET VERGETEN ELEMENT. Natasja Poot

SILICIUM, HET VERGETEN ELEMENT. Natasja Poot SILICIUM, HET VERGETEN ELEMENT Natasja Poot 1 Wat is Silicium? Silicium (Si): Op zuurstof na het meest voorkomende element in de aardkorst (28%) Silicaten (kwartszand, klei) Slechts klein deel beschikbaar

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/61514 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Silva Lourenço, Késia Title: Linking soil microbial community dynamics to N2O emission

Nadere informatie

Praktijkgerichte oplossingen voor organische stofopbouw in biologische landbouw onder MAP 5

Praktijkgerichte oplossingen voor organische stofopbouw in biologische landbouw onder MAP 5 Praktijkgerichte oplossingen voor organische stofopbouw in biologische landbouw onder MAP 5 Projectduur: 1 januari 2016 31 december 2017 Financiering: Verantwoordelijke: Partners: Praktijkgerichte oplossingen

Nadere informatie

Bossen en hun groeiplaats

Bossen en hun groeiplaats Bossen en hun groeiplaats Too poor, too rich and too hard Too hard to be good Evy Ampoorter Intro 1 Intro? 2 VERDICHTING VERSMERING poriëncontinuïteit? VERVORMING (plastisch) Opmerking: spoorvorming door

Nadere informatie

De positieve kant van onkruid Boomkwekerij Hans Puijk - Vlamings

De positieve kant van onkruid Boomkwekerij Hans Puijk - Vlamings De positieve kant van onkruid Boomkwekerij 13-02-2016 Hans Puijk - Vlamings Inhoud Bodem, balans en elementen (herh) Bewerkingen en bodem management Wat zeggen onkruiden op het perceel Uitbreiding, nieuw

Nadere informatie

Duurzame landbouw door bodemschimmels

Duurzame landbouw door bodemschimmels Duurzame landbouw door bodemschimmels Omdat er in natuurgebieden over het algemeen veel bodemschimmels leven, wordt vaak gedacht dat de aanwezigheid van schimmels in een akker of in grasland een kenmerk

Nadere informatie

Informatieavond natuurgras en onderhoud RKAVV / SEV 28 september Welkom Peter Mook Senior medewerker buitensport

Informatieavond natuurgras en onderhoud RKAVV / SEV 28 september Welkom Peter Mook Senior medewerker buitensport Informatieavond natuurgras en onderhoud RKAVV / SEV 28 september 2011 Welkom Peter Mook Senior medewerker buitensport Doel Informeren over aanleg / geschiedenis Wat doen wij aan onderhoud en waarom Rol

Nadere informatie

Een gezonde bodem. Dr. Marianne Hoogmoed Wetenschappelijk medewerker afdeling Kennis & Ontwikkeling

Een gezonde bodem. Dr. Marianne Hoogmoed Wetenschappelijk medewerker afdeling Kennis & Ontwikkeling Een gezonde bodem Dr. Marianne Hoogmoed Wetenschappelijk medewerker afdeling Kennis & Ontwikkeling 1 Introductie Afdeling Kennis en Ontwikkeling Precisielandbouw Bodem en Bemesting Vergroening en Gewasbescherming

Nadere informatie

Bemesting kool en relatie tot trips.

Bemesting kool en relatie tot trips. Bemesting kool en relatie tot trips. Programma Nutri Growing concept Trips tabaci Bemesting kool Beheersing van trips in de teelt van kool. Bodemvruchtbaarheid Het vermogen van een bodem een gewas van

Nadere informatie

De effecten van steenmeel op de grasgroei.

De effecten van steenmeel op de grasgroei. `. De effecten van steenmeel op de grasgroei. Bert Westerhuis Rijnveste 18 Wageningen Bert.westerhuis@wur.nl Tony van Dijke Dijkgraaf 4 1c-1 Tony.vandijke@wur.nl Samenvatting. In dit onderzoek word onderzocht

Nadere informatie

Organische stof: Impact op bodem en bodemleven

Organische stof: Impact op bodem en bodemleven Organische stof: Impact op bodem en bodemleven Aad Termorshuizen Gouden Gronden, 26 januari 2018, Aduard Even voorstellen Aad Termorshuizen Specialist bodemkwaliteit en plantenpathogenen 20 jaar als docent

Nadere informatie

Werken aan bodem is werken aan:

Werken aan bodem is werken aan: DE BODEM ONDER EEN VRUCHTBARE KRINGLOOP Van knelpunten naar maatregelen Sjoerd Roelofs DLV 06-20131200 Werken aan bodem is werken aan: 1. Organische stof 2. Bodemchemie 3. Waterhuishouding 4. Beworteling

Nadere informatie

Inleiding. Grond is uw kaptitaal. Waarmee kunnen we de ondernemer helpen zo nauwkeurig mogelijk te sturen?

Inleiding. Grond is uw kaptitaal. Waarmee kunnen we de ondernemer helpen zo nauwkeurig mogelijk te sturen? Suikerbieteninformatiedagen Grond is uw kapitaal Grond is uw kaptitaal Waarmee kunnen we de ondernemer helpen zo nauwkeurig mogelijk te sturen? Waar willen we als Blgg naar toe om de ondernemer in zijn

Nadere informatie

Meer theorie over bodem & compost

Meer theorie over bodem & compost Basiscursus Ecologische Moestuin Meer theorie over bodem & compost Inhoud van de presentatie 1. Waarom biologisch? 2. Waar een moestuin aanleggen? 3. Inleiding bodem 4. Bodem: Minerale bestanddelen 5.

Nadere informatie

GAZON ONDERHOUD. De graszoden zijn aangelegd, wat moet ik nu doen? 1

GAZON ONDERHOUD. De graszoden zijn aangelegd, wat moet ik nu doen?  1 GAZON ONDERHOUD De graszoden zijn aangelegd, wat moet ik nu doen? WWW.TUINENGRAS.NL 1 INHOUDSOPGAVE Premium graszoden... 2 De graszoden zijn aangelegd, wat moet ik nu?... 4 Maandelijks onderhoud... 8 Gazonvoeding...

Nadere informatie

Growth and Functioning of the Microbial Plankton Community: Effects of Temperature, Nutrients and Light V.S. Brauer

Growth and Functioning of the Microbial Plankton Community: Effects of Temperature, Nutrients and Light V.S. Brauer Growth and Functioning of the Microbial Plankton Community: Effects of Temperature, Nutrients and Light V.S. Brauer Samenvatting 140 Plankton vormt de basis van de voedselketens in meren, zeeën en oceanen.

Nadere informatie

Click to edit Master title style. De bodem viert feest na 20 jaar compost! Annemie Elsen

Click to edit Master title style. De bodem viert feest na 20 jaar compost! Annemie Elsen Click to edit Master title style De bodem viert feest na 20 jaar compost! Annemie Elsen aelsen@bdb.be Click Compost to edit in Master de akkerbouw? title style bemestingswaarde? effect op bodemkwaliteit?

Nadere informatie

ILVO. Nieuwe organische meststoffen: wat zijn ze waard?

ILVO. Nieuwe organische meststoffen: wat zijn ze waard? Nieuwe organische meststoffen: wat zijn ze waard? Thijs Vanden Nest, Bart Vandecasteele, Fien Amery & Chris Van Waes CriNglooP Collectief studienamiddag 5 oktober 2017 ILVO In samenwerking met 2 Teeltsystemen

Nadere informatie

Bemesting. Fosfaatgebruiksnormen. Mestwetgeving Wettelijk op maisland: 112 kg N/ha/jaar en bij hoge PW 50 kg P205/ha/jaar 1-2-2016.

Bemesting. Fosfaatgebruiksnormen. Mestwetgeving Wettelijk op maisland: 112 kg N/ha/jaar en bij hoge PW 50 kg P205/ha/jaar 1-2-2016. Even Voorstellen Pascal Kleeven Akkerbouw/vollegrondgroentebedrijf Sinds1999 in dienst bij Vitelia-Agrocultuur Bemesting Wie teelt er maïs? Vragen Wie heeft er een mestmonster? Wie heeft er actuele grondmonsters?

Nadere informatie

BEGRIPPEN. Grond en Bodem. Kuipers maakt in zijn boek Bodemkunde onderscheid.

BEGRIPPEN. Grond en Bodem. Kuipers maakt in zijn boek Bodemkunde onderscheid. BEGRIPPEN Grond en Bodem Kuipers maakt in zijn boek Bodemkunde onderscheid. GROND Het losse materiaal zo we dat aan de oppervlakte van de aardkorst aantreffen. BODEM De manier waarop gronddeeltjes, in

Nadere informatie

Greater contribution of belowground than aboveground maize biomass to the stable soil organic matter pool

Greater contribution of belowground than aboveground maize biomass to the stable soil organic matter pool Greater contribution of belowground than aboveground maize biomass to the stable soil organic matter pool Hui Xu, Bart Vandecasteele, Steven Sleutel CriNglooP Collectief studienamiddag 5 oktober 2017 Bijdrage

Nadere informatie

NATÚÚRLIJK GRAS OP SPORTVELDEN

NATÚÚRLIJK GRAS OP SPORTVELDEN NATÚÚRLIJK GRAS OP SPORTVELDEN DUURZAAMHEID TOEKOMST CULTUURTECHNIEK GRASZAAD BEMESTING NATÚÚRLIJK GRAS We zien sportbeoefening steeds meer als een belangrijk onderdeel van ons leven en gezondheid. Dat

Nadere informatie

N-index: wat zeggen de cijfers?

N-index: wat zeggen de cijfers? Beste klant, N-index: wat zeggen de cijfers? U heeft een analyse ontvangen van de Bodemkundige Dienst met bepaling van de N-index en met het bijhorend N-bemestingsadvies. Hieronder vindt u een verduidelijking

Nadere informatie

Is spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt?

Is spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt? Is spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt? J. Bonnast (BDB), W. Odeurs (BDB) Samenvatting Het optimaliseren van de teelttechniek is een uitdaging voor iedere

Nadere informatie

Vruchtkwaliteit. Meer is zeker niet altijd beter!!! Stikstofbemesting. Bemesting bij appel en peer. Er zijn zeer grote jaarsinvloeden

Vruchtkwaliteit. Meer is zeker niet altijd beter!!! Stikstofbemesting. Bemesting bij appel en peer. Er zijn zeer grote jaarsinvloeden 6 Bemesting bij appel en peer Vruchtkwaliteit Ann Gomand 18 januari 19 Meer is zeker niet altijd beter!!! Proefcentrum Fruitteelt vzw Fruittuinweg 1, B 38 Sint Truiden 3 ()11 69 7 8 pcfruit@pcfruit.be

Nadere informatie

Porositeit van Compost Watervasthoudend vermogen van Compost Gehalte organische stof van Compost Buffervermogen van Compost

Porositeit van Compost Watervasthoudend vermogen van Compost Gehalte organische stof van Compost Buffervermogen van Compost Porositeit van Compost Watervasthoudend vermogen van Compost Gehalte organische stof van Compost Buffervermogen van Compost door Page 1/21 Inhoud Experimenten Compost Wat is het effect van compost op bodemeigenschappen?...

Nadere informatie

Inhoud. Naar een levende bodem. Beworteling en bodemleven Meer of minder een wereld van verschil. Functies beworteling

Inhoud. Naar een levende bodem. Beworteling en bodemleven Meer of minder een wereld van verschil. Functies beworteling Inhoud Beworteling en bodemleven Meer of minder een wereld van verschil Nick van Eekeren, Louis Bolk Instituut 1. Beworteling Functies Invloed op bemestingsadvies Invloed bemesting op beworteling 2. Bodemleven

Nadere informatie

Weidemengsels 2017 Informatie en productenoverzicht

Weidemengsels 2017 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels 2017 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels Voor de veehouder wordt het steeds belangrijker om zo veel mogelijk ruwvoer zelf te telen. De lagere melkprijs van het afgelopen jaar heeft

Nadere informatie

VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST. ir. Koen Willekens

VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST. ir. Koen Willekens VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST ir. Koen Willekens INHOUD Compost en ziekteweerbaarheid Agro-ecosysteem Compost Compostthee Proeven met compost en compostthee

Nadere informatie

Beplantingen en grasvelden theorie. Les 1 van 2. MK Publishing L21GRR005. Toelichting hfst. 1, 5 en 10

Beplantingen en grasvelden theorie. Les 1 van 2. MK Publishing L21GRR005. Toelichting hfst. 1, 5 en 10 Beplantingen en grasvelden theorie Les 1 van 2 MK Publishing L21GRR005. Toelichting hfst. 1, 5 en 10 Doel Lessen Weten wat er nodig is om te zorgen voor een goed eindresultaat als het gaat om het toepassen

Nadere informatie

Kansen voor NKG op zand

Kansen voor NKG op zand Kansen voor NKG op zand Sander Bernaerts DLV plant 14 juni Vessem NKG Niet Kerende Grondbewerking betekent het systematisch vermijden van intensief kerende of mengende grondbewerking en het zoveel mogelijk

Nadere informatie

Bodem en bodemstructuur

Bodem en bodemstructuur Bodem en bodemstructuur De basis voor een mooie tuin en beplanting! Wilma Windhorst, VHG docentendag 5-10-2017 Voorbereiding aanplant Tuin en beplanting : groen visitekaartje van bewoner, gemeente, wijk,

Nadere informatie

Kennisdocument bodembeheer

Kennisdocument bodembeheer Kennis en tips uit de bodembijeenkomsten Kennisdocument bodembeheer In september 2015 startte het project Vruchtbare Kringloop Overijssel. Samen werken wij aan een vruchtbare bodem en een efficiënte benutting

Nadere informatie

DUURZAME BEMESTING EN DUURZAAM BODEMBEHEER. 16 mei 2019

DUURZAME BEMESTING EN DUURZAAM BODEMBEHEER. 16 mei 2019 DUURZAME BEMESTING EN DUURZAAM BODEMBEHEER 16 mei 2019 Banken van een druivenserre met Krilium. De man rechts is Pieter Michiels, serrist uit Eizer Overijze (januari 1957) (Foto uit het archief BDB) Bodemstaalname

Nadere informatie

Bemesting Gras Hogere ruwvoeropbrengst

Bemesting Gras Hogere ruwvoeropbrengst Bemesting Gras 2017 Hogere ruwvoeropbrengst oktober 2016 Top Flow entec fl voor in drijfmest Top Flow entec fl: hogere benutting stikstof uit drijfmest Plant N 2 O lachgas Organische stikstof Mineralisatie

Nadere informatie

4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING - LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 2002 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI

4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING - LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 2002 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI 4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 22 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI (in samenwerking met de Vlaamse Compostorganisatie, VLACO) DOEL In een lange termijnproef wordt de bodemverbeterende

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/37037 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/37037 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/37037 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Lupatini, Manoeli Title: Microbial communities in Pampa soils : impact of land-use

Nadere informatie

Invloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans. Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan Heverlee

Invloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans. Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan Heverlee Invloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan 48 3001 Heverlee www.bdb.be ph in relatie tot N ph beïnvloedt opneembaarheid nutriënten te zuur

Nadere informatie

Memo. Datum 21 december 2016 Aantal pagina's 5 Van Bas van der Zaan. Doorkiesnummer +31(0)

Memo. Datum 21 december 2016 Aantal pagina's 5 Van Bas van der Zaan. Doorkiesnummer +31(0) Memo Aantal pagina's 5 Van Bas van der Zaan Doorkiesnummer +31(0)88335 7179 E-mail bas.vanderzaan@deltares.nl Onderwerp Samenvatting onderzoek thermische verwarming van de bodem voor stimulatie biologische

Nadere informatie

Organische stof: stof tot nadenken

Organische stof: stof tot nadenken Wereld Bodemdag Organische stof: stof tot nadenken Steven Sleutel Universiteit Gent Vakgroep Bodembeheer Bodem organische stof (BOS) O,H C S P N Landbouwgrond organische koolstof (OC) voorraad 0-30cm Bron:

Nadere informatie

Opties voor duurzaam stikstof- en koolstofbeheer in intensieve teelten

Opties voor duurzaam stikstof- en koolstofbeheer in intensieve teelten Opties voor duurzaam stikstof- en koolstofbeheer in intensieve teelten De Vliegher A. De Waele J. Agneessens L. CriNglooP Collectief 9 oktober 2014 Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek Eenheid

Nadere informatie

Waterplanten en Waterkwaliteit

Waterplanten en Waterkwaliteit Waterplanten en Waterkwaliteit Leon van den Berg Moni Poelen Monique van Kempen Laury Loeffen Sarah Faye Harpenslager Jeroen Geurts Fons Smolders Leon Lamers Platform Ecologisch Herstel Meren Vrijdag 11

Nadere informatie

NIEUW. De stikstofstabilisatie voor een verhoogde efficiëntie van stikstof in drijfmest

NIEUW. De stikstofstabilisatie voor een verhoogde efficiëntie van stikstof in drijfmest NIEUW De stikstofstabilisatie voor een verhoogde efficiëntie van stikstof in drijfmest Organische meststoffen efficiënte benutting van stikstof Stikstofbemesting is een elementair onderdeel van de moderne

Nadere informatie

Graszoden en Big Slabs

Graszoden en Big Slabs Graszoden en Big Slabs De periode van inzaai tot graszode neemt ongeveer anderhalf jaar in beslag. Dan is de zode sterk genoeg om geoogst te worden.. Welke periode van het jaar is de beste zaaitijd? Gedurende

Nadere informatie

Proosten op het leven in de bodem

Proosten op het leven in de bodem Proosten op het leven in de bodem Nick van Eekeren Marleen Zanen Inhoud Bodemleven onderdeel van bodemkwaliteit Functies bodemleven Effect management op bodemleven 1 Diensten en functies bodem Productie

Nadere informatie

Weidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht

Weidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels Mengselwijzer Kies het juiste weidemengsel De fosfaatrechten zijn een feit, daardoor komen er minder melkkoeien per ha. Het belang voor

Nadere informatie

Bodemverdichting door gemechaniseerde houtoogst: noodzakelijk kwaad of vermijdbare schade? Evy Ampoorter Kris Verheyen

Bodemverdichting door gemechaniseerde houtoogst: noodzakelijk kwaad of vermijdbare schade? Evy Ampoorter Kris Verheyen Bodemverdichting door gemechaniseerde houtoogst: noodzakelijk kwaad of vermijdbare schade? Evy Ampoorter Kris Verheyen http://dfwm.ugent.be/lavobo/ 1. Inleiding Evolutie oogstmethoden productiviteit, veiligheid,

Nadere informatie

VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST. ir. Koen Willekens INHOUD

VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST. ir. Koen Willekens INHOUD VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST ir. Koen Willekens INHOUD Compost en ziekteweerbaarheid Agro-ecosysteem Compost Compostthee Proeven met compost en compostthee

Nadere informatie

Bijeenkomst. Boomkwekerij Knol. Inhoud. Bedrijf. Horticoop BV. 1. Bedrijf. 2. Grondstoffen. 3. Eigenschappen januari 2009

Bijeenkomst. Boomkwekerij Knol. Inhoud. Bedrijf. Horticoop BV. 1. Bedrijf. 2. Grondstoffen. 3. Eigenschappen januari 2009 Inhoud 1. Bedrijf 2. Grondstoffen Bijeenkomst 3. Eigenschappen 4... Boomkwekerij Knol 6 januari 2009 Horticoop BV Bedrijf Het bedrijf: Lentse Potgrond en Slingerland Potgrond Horticoop BV Lentse Potgrond

Nadere informatie

Bodemverdichting, een sluipend probleem. Jan van den Akker et al

Bodemverdichting, een sluipend probleem. Jan van den Akker et al Bodemverdichting, een sluipend probleem Jan van den Akker et al Inleiding Bodemfysische criteria Oorzaken Gevolgen Preventie Conclusies De volgende stap Opbouw voordracht Bodemfysische criteria (1) Pakkingsdichtheid

Nadere informatie

Vragen. Groeien en bloeien

Vragen. Groeien en bloeien Groeien en bloeien Kamerplanten staan langer in de huiskamer dan een boeket of bloemstuk. Een plant heeft bepaalde zaken nodig om goed te kunnen groeien en bloeien. Om een goed advies te kunnen geven moet

Nadere informatie

BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING

BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING Wat gaan we doen De bodem Bodemleven Voorstellen van verschillende groepen Wat doen deze beestjes in de bodem Goede bodemkwaliteit Regenwormen Petra van Vliet Blgg - Oosterbeek

Nadere informatie

meststoffen vloeibare bladmeststoffen groei door kennis

meststoffen vloeibare bladmeststoffen groei door kennis meststoffen 2013 vloeibare bladmeststoffen groei door kennis Foliplus Foliplus bladmeststoffen is een complete range van vloeibare meststoffen voor toepassing op het blad. CropSolutions heeft de beste

Nadere informatie

Basiscursus Compostering

Basiscursus Compostering Basiscursus Compostering Uw aangeboden door : OVAT Gegeven door Vincent de Wolff Wat gaan we vanavond doen? Wat is composteren Hoe verloopt het proces Wat wel, wat niet in de compost Waarom is compost

Nadere informatie

CCBT-project: Optimalisatie bemesting in de biologische kleinfruitteelt

CCBT-project: Optimalisatie bemesting in de biologische kleinfruitteelt CCBT-project: Optimalisatie bemesting in de biologische kleinfruitteelt Doelstelling: Inzicht in nutriëntenbehoefte en analyses (bodem, blad, plantsap, nitraatresidu) bij de biologische teelt van kleinfruit

Nadere informatie

Heidebeheerresten: probleem of opportuniteit?

Heidebeheerresten: probleem of opportuniteit? Heidebeheerresten: probleem of opportuniteit? HEATH4PEAT SOS Peat 25 oktober 2017 Audrey Miserez KU Leuven Campus Geel HEATH4PEAT, een samenwerking tussen 2 HEATH4PEAT, een samenwerking tussen 2 Koolstof-stikstof

Nadere informatie

Impact van éénmalige organische bemesting op de stikstofnalevering in meerjarige sierteelten

Impact van éénmalige organische bemesting op de stikstofnalevering in meerjarige sierteelten Impact van éénmalige organische bemesting op de stikstofnalevering in meerjarige sierteelten Mineralisatieproef: invloed onkruidbestrijding en groenbemesters Incubatieproef: lange termijn N-nalevering

Nadere informatie

Een mooie tuin? Bemest! Top 5 vragen en antwoorden over bemesting! + 5 tips van onze specialist

Een mooie tuin? Bemest! Top 5 vragen en antwoorden over bemesting! + 5 tips van onze specialist Een mooie tuin? Bemest! Top 5 vragen en antwoorden over bemesting! + 5 tips van onze specialist Inhoudsopgave 1 Waarom is bemesten zo belangrijk? p5 Hoe vaak moet ik eigenlijk bemesten? p6 4 3 Wat is het

Nadere informatie

Erwin Hyndrikx Sales manager - Belgium. Agribex 2017

Erwin Hyndrikx Sales manager - Belgium. Agribex 2017 Erwin Hyndrikx Sales manager - Belgium Agribex 2017 Samenstelling Humifirst Gehaltes: 7% Organische koolstof 12% Huminezuren 3% Fulvozuren Humifirst Humuszuren 15% Huminezuren 12% Fulvozuren 3% Humus :

Nadere informatie

Fysische eigenschappen

Fysische eigenschappen Fysische eigenschappen Fysische bodemkengetallen - structuur - - Hoe snel is de grond te berijden - Hoe snel verslempt de grond - Hoe groot is de doorwortelbaarheid - Storende laag/ploegzool - Watervasthoudend

Nadere informatie

Weidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht

Weidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels De fosfaatrechten zijn een feit, daardoor komen er minder melkkoeien per ha. Het belang voor een maximaal rendement wordt steeds belangrijker

Nadere informatie

ORGANISCHE STOF BEHEER

ORGANISCHE STOF BEHEER ORGANISCHE STOF BEHEER Weet wat je bodem eet! Anna Zwijnenburg van A tot Z landbouwadvies EVEN VOORSTELLEN Zelfstandig landbouwadviseur voor de akkerbouw/groenvoeder gewassen voor de thema s bodem, vruchtwisseling

Nadere informatie

Resultaten meerjarenproef: bewerking van de ploegzool bij nietkerende grondbewerking (NKG)

Resultaten meerjarenproef: bewerking van de ploegzool bij nietkerende grondbewerking (NKG) PROSENSOLS Resultaten meerjarenproef: bewerking van de ploegzool bij nietkerende grondbewerking (NKG) Doelstellingen De ploegzool is een verdichte laag in de bodem die weinig water doorlaat en moeilijker

Nadere informatie

Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven

Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven V. De Blauwer (Inagro), W. Odeurs (BDB), M. Goeminne (PCA) Samenvatting Het is moeilijk voor een teler om het nitraatresidu na de teelt

Nadere informatie

3. Bodem, water en bouwplan. Voedergewassen

3. Bodem, water en bouwplan. Voedergewassen 3. Bodem, water en bouwplan Voedergewassen Bodem vormt basis voor goede nutriëntenen vocht voorziening Wanneer is bodem geschikt: 1. Ontwatering en vochtvoorziening 2. Structuur 3. Temperatuur 4. Bodemkwaliteit

Nadere informatie