Dit hoofdstuk volgt de ontwikkeling op de tijdlijn tot waar de mensachtige voor het eerst tot een kunstuiting toekwam.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Dit hoofdstuk volgt de ontwikkeling op de tijdlijn tot waar de mensachtige voor het eerst tot een kunstuiting toekwam."

Transcriptie

1 1 7 Ontstaan Homo sapiens aestheticus 6-0,03 Ma De toevoeging aestheticus is door mij bedacht en tussen aanhalingstekens gezet om aan te duiden dat het een niet erkende benaming betreft. In het vorige hoofdstuk is de aannemelijkheid van intelligentietheorie aangetoond. Dit is echter niet het laatste woord hierover. In de rest van het boek zal dat aantonen steeds weer in andere vormen terugkeren en zal er een stevige basis voor theorie gelegd worden. Dit hoofdstuk volgt de ontwikkeling op de tijdlijn tot waar de mensachtige voor het eerst tot een kunstuiting toekwam. a. Wieg der mensheid Het vorige hoofdstuk ging over de chimpansee en zijn voorgangers op de tijdlijn. Dat waren allemaal boombewoners gedurende een periode van 50 Ma. Zij bewoonden de regenwouden in de tropische gebieden van heel Afrika. Dit laatste steunt op spaarzame vondsten van fossielen. Zoals gezegd fossielvorming in beboste gebieden vindt nauwelijks plaats. Maar het is toch aannemelijk dat er in de regenwouden onder de evenaar dieren van de tijdlijn daar vertoefden. Voor een klein deel van deze immense populatie gingen vanaf 10 Ma geleden de levensomstandigheden veranderen. Het betrof de dieren die in een smal gebied in het huidige Ethiopië, Kenia en Tanzania leefden, het waren chimpansee-achtige dieren. Als we de kaart van figuur 18 bekijken op de plekken, waar in Oost-Afrika fossielen van hominiden gevonden zijn, valt direct op dat deze voornamelijk geconcentreerd zijn in een smalle band lopend van Noord naar Zuid. Het blijkt samen te vallen met de zogenaamde riftvallei. Het woord rift (ook wel slenk genoemd) duidt op een geologisch verschijnsel dat in bijlage 1a beschreven is. Even ter herinnering: de aardkorst bestaat uit schollen die voortdurend in beweging zijn ten opzichte van elkaar, met een snelheid van enkele millimeters tot centimeters per jaar. De breuklijnen van die schollen bevinden zich overwegend op oceaanbodems, ze heten daar trogs, zie bijlage 1a. In Oost-Afrika doet dit verschijnsel zich voor op het vaste land, het is één van de weinige plekken op aarde waar dat gebeurt. Somalië drijft langzaam weg van het overige Afrika. Die breuklijn is de zojuist genoemde slenk of rift. Die rift begint overigens in Syrië, loopt door de Jordaan vallei, volgt de middens van de Rode Zee, en loopt dan zuidwaarts door Oost-Afrika, dat is het gebied met de vele fossielen, en eindigt bij Madagaskar. In feite is er in Oost-Afrika niet één rift maar meerdere die min of meer parallel aan elkaar lopen. Kenmerkend voor de deze riftvalleien is dat er zich grote en zeer diepe meren gevormd hebben met het Turkana- en Victoriameer als de bekendste. Het proces van uiteen drijven is nog maar pas begonnen, zo n 10 ma geleden en zal op den duur zorgen voor een nieuw continent in de Indische Oceaan met de naam Somalië.

2 2 MFhand Figuur 18 Kaart van Oost-Afrika met vindplaatsen van fossielen van hominiden Deze figuur is een herhaling van figuur B7 (in bijlage 2) en een gedeeltelijke herhaling van de bijbehorende tabel De rode stippellijnen geven de riftvallei aan Plustekens stellen de vindplaatsen voor. De hominiden op de tijdlijn en in de tekst staan hieronder. Het plaatsje Laetoli waar voetstappen van hominiden zijn gevonden is nr. 39 bron: Extensie 20 en 25, atlas National Geographic, algemeen Nr. Orientatie NB/OL (in decimalen) Naam 10 10,43/40,45 Ardipithecus ramidus (Ardi) 8 11,13/40, ,13/40,60 Australopithecus afarensis (Lucy) 27 4,13/35,93 Homo habilis ,91/36,33 10,25/40,56 3,91/36,33-2,99/35,35 Homo erectus 23 4,59/36,19 Homo heidelbergensis 39-3,36/35, ,25/40,56 Homo sapiens

3 3 MF hand Figuur 19 Doorsnede over riftvallei in Oost- Afrika 10 Ma geleden begon een opzwelling van de binnenmantel de brosse lithosfeer omhoog te tillen. Er ontstond een scheur waarna de landmassa s aan beide kanten uit elkaar gingen drijven door stromingen in de asthenosfeer. De ontstane ruimte wordt opgevuld door magma. Er vloeide ook magma over de randen Door deze werking ontstonden hooggebergte langs de randen van de scheur. De bodem van de riftvallei is 50 tot 60 km breed. Als u dat bedrag deelt door 10 Ma dan vindt u een verbreding van 5 à 6 mm per jaar. Is er een oorzakelijk verband tussen dit natuurverschijnsel en de aanwezigheid van de vele resten van tweebenige hominiden? Ja, die is er volgens meerdere wetenschappers, o.a. Gani-2008, Sepulchre-2006, Rodman en McHenry volgens WIKI. Na de magmavloed ontstonden hoge gebergten langs de rift met toppen die 2500 meter hoog reiken, figuur 19. Die gingen een hindernis vormen voor de vochtige luchten die vanuit de Indische Oceaan zorgden voor het in stand houden van de regenwouden. Daardoor veranderde het constante vochtigwarme klimaat tussen de bergruggen in een seizoenklimaat. Dit ging gepaard met afwisselende droge en natte seizoenen (Ruddiman 1997). De regenwouden veranderde in savana-achtige gebieden met veel minder bomen. Paragraaf 4i ging over hoe een wijziging in habitat het bedenken van nieuwe dingmanipulaties weer op gang kan brengen.. Welnu hier ontstond een nieuwe habitat: open savana s met hier en daar met nog wat bomen, rivieren, beken en wat keien op de grond maar ook kudden met hoefdieren. Dit zou leiden tot weer nieuwe dingmanipulaties. Maar dat niet alleen: de apen in dat gebied werden gedwongen hun kost meer op de grond te zoeken, men schat dat dit ca 6 Ma geleden begon. Dat ging gepaard met steeds meer rechtop lopen en een ingrijpende anatomische ombouw hetgeen tot een perfecte tweevoeter zou leiden. Bovendien zorgden die gebergten voor rivieren en beken in de vallei. Die stroomden jaarlijks over en zetten daarbij sediment af. U weet dat dit een fossiliseren van gebeenten van gestorven dieren mogelijk maakt. Zie Bijlage 1b. Zo wordt als het ware de geschiedenis van de mensheid ons op een presenteerblaadje aangeboden. Dat gebeurde dus in de smalle band, tussen de rode stippellijnen, waar deze paragraaf mee opende. Daar waar de riftvallei uitloopt in de Rode Zee loopt hij trechtervormig uit, dat gebied noemt men de Afar-driehoek. Hier zijn bijzonder veel fossielen van tweebenige hominiden gevonden. Op grond van gevonden fossielen in dit gebied leidt men af dat de eerste tweebenige hominiden zo n 4,5 Ma geleden leefden. Hij kreeg de wetenschappelijke naam Ardipithecus ramidus ramidus met de roepnaam Ardi. Hij was maar 120 cm lang en had een herseninhoud van ca 350 cm3.

4 4 Later werd in hetzelfde gebied de beroemde Lucy gevonden, ze kreeg de wetenschappelijke naam Australopithecus afarensis, ze leefde tussen de 2,7 en 4,0 Ma geleden en had al en iets grotere herseninhoud: cm3 en was ca 150 cm lang. Het absolute bewijs van de tweebenigheid ontstond toen Mary Leaky in 1976 een spoor van voetstappen ontdekte die tweebenige hominiden hadden achtergelaten in vers gevallen vulkaanas eveneens in het slenkgebied in Oost-Afrika (in Noord-Tanzania bij de plaats Leatoli). De ouderdom werd bepaald op 3,5 Ma en zou gemaakt kunnen zijn door hominiden van de soort als Lucy. Een deel van figuur 3, met de voedstappen die een Lucy zou kunnen hebben achtergelaten, wordt herhaald. Herhaling figuur 12 Kolom 7 boven zie aldaar voor Dus een reeks van natuurverschijnselen heeft er voor gezorgd dat er in Oost- Afrika er een nieuwe habitat ontstond waar de aap zich ging vormen tot een hominide. Een plek die letterlijk de wieg der mensheid is. hominide betekent mensachtige, wel tweebenig maar nog niet volledig mens. Er is nog een plek die men met deze naam aanduidt: nabij Johannesburg, o.a. in Malapa, Sterkfontein en Swartkrans. Daar zijn in voormalige marmergroeven resten van hominiden gevonden die 3 tot 1,4 Ma geleden leefden. Het zijn belangrijke vondsten waarvan er drie uniek zijn in de wereld van hominiden. Hiervan Australopithecus sediba de belangrijkste omdat uit de resten een vrijwel compleet skelet gereconstrueerd kon worden, 1,9 Ma oud. Hier zijn echter geen natuurverschijnselen aan te wijzen die de overgang van aap naar mens in gang zetten. Ze zouden dus resten van een afsplitsing of van migratie van hominiden uit de echte wieg der mensheid kunnen betreffen. b. Anatomische gevolgen door overgang naar grondbestaan Een dier, dat helemaal in elkaar zit om van tak naar tak te slingeren en te springen, moest zich bekwamen om zich over de grond te verplaatsen. Hij vertoefde al vaak op de grond en kon zelfs al een paar stappen rechtop lopen. Maar over langere afstanden ging dat met steun van de knokkels van de handen. De anatomie van het dier moest volkomen anders worden. De benen van een aap zijn heel kort in verhouding tot de armen (die armen waren de voornaamste voortbewegingorganen in de bomen). Om sneller en verder op de grond te lopen (o.a. wegvluchten voor een roofdier) werden de benen langer en daarmee de lichaamslengte. De anatomie van de voet veranderde, zijn lopen evolueerde tot een veerkrachtige tred. Het lopen van een chimpansee is daarbij vergeleken strompelen. Het slingeren van tak naar tak had al een schouderscharnier opgeleverd dat de arm een zeer grote bewegingsvrijheid geeft, hij kan een vrucht boven en opzij van zijn hoofd plukken; geen enkel ander dier is daar toe in staat. Daardoor kon hij met keien en stokken gooien en slaan. Hij kon zijn onderarm een halve slag torderen, ook heel bijzonder voor een dier waardoor later we een schroevendraaier konden bedienen. Er ontstond een dier dat anatomisch een uniek verschijnsel was in de dierenwereld. Hij kon zich over de grond rechtop snel en behendig voortbewegen, hij kon voorwerpen manipuleren dankzij zijn handen met oponeerbare duim, hij kon slaande en torderende bewegingen maken. Die ontwikkelingen kwamen evolutionair tot stand. Dus alleen de mutaties in erfelijke eigenschappen, die bijdroegen aan sneller en behendiger lopen of efficiënter slaan en gooien, werden gehandhaafd. Het voordeel om sneller en behendiger te lopen is duidelijk: grotere kans te ontkomen aan roofdieren. We gaan deze ontwikkeling wat nader bekijken. Het begon dus zo n 6 Ma geleden en zou vervolgens 3,5 Ma in beslag nemen. Dit is af te leiden uit het feit dat de oudste stenen gereedschappen op 2,5 Ma gedateerd worden. Op dat moment was zijn behendigheid aanzienlijk toegenomen. Men schrijft de uitvinding van steenbewerken toe aan een hominide met de naam Homo habilis (betekent: de handige mens). Hij leefde 2,2 tot 1,5 Ma geleden en was al weer iets groter. 3,5 Ma is een gigantisch lange tijd en die wordt begrijpelijk als men de zojuist beschreven anatomische ombouw beschouwt. Bedenk dat de eerste tweebenigen fysiek niet in staat waren om stenen van de vereiste omvang te hanteren. Lucy woog maar 42 kg. Keien moeten een minimum aan massa bezitten en met een zekere kracht tegen elkaar geslagen worden om er stukken ervan te kunnen afslaan. Lucy was nog maar een dwerg en had gewoon niet voldoende kracht om grote keien tegen elkaar te slaan. Het was ook niet alleen de onvoldoende kracht maar nog meer de greep die nog te onbeholpen was om stenen te bewerken. Allemaal redenen dus dat er 3,5 Ma nodig waren voor de ombouw Nu meer details over die ombouw.

5 De configuratie van een chimpanseehand laat niet toe dat een zogenaamde honkbalgreep wordt toegepast. U kunt dat zien in figuur 20 5 MFfoto Figuur 20 De honkbalgreep Bij de honkbalgreep, die de mens machtig is, wordt een object tussen duim en vingers vastgepakt, een chimpansee omklemt een object met de volle hand. U kunt goed zien dat de duim verder van de vingers ingeplant is dan bij de mens en vooral meer op een aanhangsel lijkt. Hij kan daardoor geen honkbalgreep toepassen en daardoor minder goed manipuleren. ext.20 Figuur 21 Samenstelling van botten in chimpansee- en mensenhand Ze lijken op het eerste oog veel op elkaar. Het belangrijkste verschil zit in de duim en het bijbehorende middenhandsbeentje, bij beiden ontspringen ze op dezelfde hoogte vanuit de handwortelbeentjes maar bij de mens is hij veel zwaarder en vooral langer. Daardoor staat bij de chimpansee het vingergedeelte van de duim verder van de overige vingers. Daarnaast zijn de middenhandbeentjes en vingers bij de mens ook veel forser. MFhand en ext. 20 In figuur 21 kunt u zien dat die lagere inplanting van de duim niet een gevolg was van een lagere inplanting van de botjes die bij de duim horen. Het zichtbare deel van de vingers zijn a.h.w. een verlenging van een inwendige botjes: de middelhandbeentjes. Die ontspruiten zowel bij de chimp als de mens op de handwortelbeentjes. De lagere inplanting bij de chimpansee is een gevolg is van een kortere lengte van de combinatie: middenhandsbeentje en duimkootjes. Tevens zijn de botjes in de duim veel minder fors. Bij de chimpansee is de duim een ondergeschikt deel van de hand. Bij het slingeren van tak naar tak krullen zijn vingers als een haak er omheen, de duim heeft daar een beperkte functie in. Zijn duim komt in actie bij plukken van bladeren en vruchten, wat een betrekkelijk lichte inspanning vergt. Door het grondbestaan kreeg die duim een meer prominente functie bij het vastpakken van stenen en stokken als gereedschap. Die gereedschappen zorgden voor meer welvaart en dat werd de motor die een evolutie naar een zwaardere duim gaande hield. Dat proces had 3,5 Ma nodig maar toen was er een hominide ontstaan die wel een honkbalgreep kon toepassen, men neemt aan dat Homo habilis de eerste was die dat kon omdat bij zijn fossielen veel vuistbijlen zijn gevonden. Volgens Susman, 1998 bereikte hij nog niet de perfectie van de huidige mens maar voldoende om een slagsteen te bedienen om schilvers van een kernsteen af te slaan. Ook de anatomische analyse en experimenten van Marzke, 2000 en Key, 2011 wijzen in die richting. Helaas zijn er buiten de schedel niet veel andere botten ontdekt dus we weten niets over zijn lichaamsomvang en gewicht (er zijn schattingen van 120 tot 155 cm lang). De herseninhoud met 680 cc was vanaf de chimpansee met 360 cc aanzienlijk toegenomen.

6 We gaan ons nu bezig houden met de drijfveer achter die veranderingen. c. De tweevoeter werd aaseter Richard Young, 2002 meent dat het slaan met een stok en gooien van voorwerpen de drijvende kracht was in de ontwikkeling naar een sterkere duim. Degene die dat het beste kon had macht over zijn soortgenoten en kon zo het beste overleven. Naar mijn mening is dit een zeer mager argument voor zo n drastische aanpassing van de hand. Er steekt een veel sterkere aandrijving achter deze ontwikkeling. Zo dadelijk wordt dat aangetoond. Eerst moet gestel worden dat het niet alleen de anatomische opbouw was die grondige veranderingen onderging. Er moest ook een nieuwe levensstijl aangemeten worden. Dat betreft twee belangrijke zaken: slapen en eten, dat eerste op een veilige manier. 6 In het begin van zijn grondbestaan sliep hij waarschijnlijk nog heel lang in een boom, daar was zijn veiligheid gegarandeerd. Maar er kwam een eind aan toen hij te groot en te zwaar werd. Ik veronderstel dat hij geleidelijk aan begon met stokken en gebladerte onderkomens op de grond te bouwen die hem beschermden tegen roofdieren en de elementen. De vergankelijkheid van deze materialen is de oorzaak dat hier niets van is bewaard. Dit is een mogelijke gang van zaken. Hij was al gewend met stokken een onderbouw voor zijn boomnest te maken dus het is dan niet zo n grote stap om met hetzelfde materiaal iets van een beschutting op de grond te bouwen, misschien aanvankelijk met de vertrouwde boomstam als hoofdelement. Waarschijnlijk was de groepsvorming toen ook zover geëvalueerd dat dit een in gezamenlijke arbeid werd voor gemeenschappelijk gebruik. Deze passage moest eerst voordat een betere theorie voor de sterke duim op tafel komt. Er is heel lang de opvatting gehuldigd dat de tweebenige hominide al vroeg zijn menu uitbreidde met vlees van dieren die hij zelf doodde, hij was naast verzamelaar ook jager. Men kan echter vaststellen dat hij in het begin van zijn grondbestaan daartoe nog niet in staat was. Hij had er doodeenvoudig de middelen er niet voor. Je kunt een zebra, gnoe, antiloop of buffel niet doden met een kei of blote handen, bovendien waren die beesten hem te vlug af. Hij kwam alleen aan vers vlees van kleine zoogdieren of vogels die hij per toeval of in groepsverband met zijn handen kon vangen. Uit een uitgebreid onderzoek van Blumenschine (1988, 1992, 2007) is het zeer aannemelijk geworden dat de tweebenige hominide aan het begin van de steentijd een aaseter was en zodoende zijn plantaardige menu aanvulde met, en op den duur grotendeels verving door, dierlijk voedsel. Ook andere wetenschappers zoals Domínguez- Rodrigo, 2006, Shipman, 1986 en Potts, 2011 hebben studies verricht aan dit fenomeen waardoor het niet geheel onomstreden is. Echter de bijna levenslange studie van Blumenschine klinkt zeer overtuigend. Blumenschine veronderstelt ook dat de tweevoetige Australopithecus Afarensis er al mee begonnen is, dus betrekkelijk kort nadat de aap de boom verlaten. Pas veel later toen hij beschikte over (stenen) steekwapens, werd hij een echte jager die grote hoefdieren kon doden. Aanvankelijk werd verondersteld dat hij langs achtergelaten prooidieren struinde, de vleesresten van de botten afknaagde en merg uit de botten peuterde. Maar van alle hoefdieren sterven er waarschijnlijk meer door honger, gebrek, ziekte of ouderdom. De zo ontstane kadavers waren dus veel talrijker maar ze waren ontoegankelijk voor de hominiden. Hij had niet de middelen om een huid open te scheuren maar kon wel met keien de schedels verbrijzelen en de hersenen oppeuzelen. Als de professionele aaseters zoals aasgieren en hyena s botten achter lieten kwam de hominide die iets kon wat roofdieren en aasgieren niet konden: botten en schedels verbrijzelen en zo het voedzame merg en hersenen bereiken. De hyena s zijn notoire botkrakers en waren dus een geduchte concurrent voor onze nieuwbakken aaseter. Blumenschine heeft echter waargenomen dat bij de huidige aaseters in vele gevallen er enige tijd voorbijgaat voordat hyena s komen opdagen en dat de hominid dus dan de hyena voor kon zijn. Hij veronderstelt dat de hominied op den duur de rol van de hyena overnam omdat sommige soorten hyena s in die tijd uitstierven. Kijkt u naar figuur 22, hoe de homonid te werk ging: hij trof een bot van een kadaver aan dat het roofdier of hyena achter gelaten had. Hij was echter beter in staat, dan het roofdier of andere aaseters, merg uit de botten te halen.

7 7 1. Het begon met kraken van eieren en noten. 2. De notenkraaktechniek werd toegepast op botten van kadavers vanwege het merg. 3. Weer een stapje verder tilde hij de aambeeldsteen op om zwevende botten te kunnen kraken. Figuur 22 De evolutie van keien als hamer voor het kraken van botten Dit speelde zich af toen hij zich ontwikkelde tot aaseter MFhand De stappen in figuur 22 zijn even zovele toepassingen van zijn Creatio Plus, -Abstract en Trial-anderror. Zijn intelligentie bracht hem er toe botten met een kei te verbrijzelen. Hij had al kort na zijn bomenbestaan ontdekt hoe je een ei kan kraken met een steen, zijn Creatio Plus bracht hem er toe die techniek op botten toe te passen. Zijn dieet kreeg dus een voedzame aanvulling die mede bijdroeg tot ontwikkeling van een sterker lichaam. Het gold voor elk individu in de groep,. Het slaan met keien om merg te verkrijgen werd door alle leden van de groep beoefend, het werd een belangrijk middel van bestaan. Het perfectioneren van die techniek leidde tot een sterkere duim en het beheersen van honkbalgreep. Met die greep kon hij effectiever botten kraken en dus beter overleven.

8 8 Hier kunnen we vaststellen dat hij door zijn intelligentie tot een manipulatie was geraakt die tot een anatomische aanpassing (sterkere duim) voerde. Naar mijn mening is dit een betere verklaring van dit verschijnsel dan het gooien en slaan met een stok om de baas over een soortgenoot te spelen. Dat inderdaad een oponeerbare duim ontstond, al bij vóór dat er echte stenen gereedschappen gemaakt werden, wordt bevestigd in een artikel door David M. Alba (2003) Naschrift: In augustus 2016 verscheen er een publicatie (Wilson ea, 2016) over een mogelijk gebruik van rolkeien als projectielen om wild mee te doden. Het artikel beschrijft de vondst van vele bolvormige keien en berekent dat de impact van een overhands gegooide kei ter grootte van een tennisbal voldoende kan zijn geweest om middelkleine prooien belangrijke schade toe te brengen. Dit zou kunnen betekenen dat mensachtigen nog voor de komst van stenen pijl- en lanspunt in staat was om vers wild te bemachtigen. Toch lijkt het onwaarschijnlijk dat dit middel tot structureel verkrijgen van eiwitrijk voedsel heeft geleid. Een prooi verschalken berust meestal op een onverhoedsheid of vanuit een hinderlaag opereren. Dat is met het gooien van een steen niet mogelijk, de jager moet zich in volle omvang aan het prooi tonen om de werpbeweging te kunnen uitoefenen en die heeft dan gelegenheid om te vluchten. Ook de trefkans is gering met het gooien van een steen. Een honkbalwerper moet de bal op 18 meter van de slagman door een denkbeeldig vierkant van ca 30 x 30 cm gooien. Zelfs als een mensachtige tot die nauwkeurigheid in staat was dan is de kans, om bijvoorbeeld een hoender of zwijn, uit te schakelen nog heel klein. d. Rolkeien als gereedschap Hoe kwam hij aan keien? De tweebenige hominiden hadden in het begin van hun bodembestaan nog geen middelen om voorwerpen mee te dragen dan alleen hun handen. Als er een noodzaak tot gebruik van keien als gereedschap zich voordeed (vinden van taaie vrucht, kadaver van een hoefdier met vleesresten aan botten en merg in diezelfde botten) dan moesten er ter plekke geschikte keien voor het grijpen zijn. Zou dat niet zo zijn dan kwam het bovenbeschreven proces van vervolmaking niet op gang. Als we er van uit gaan dat dit proces op gang kwam dan moet het gebied, waar de tweebenige hominiden zich ontwikkelden, bezaaid zijn geweest met keien. Uit een studie van Stout (2005) blijkt dat dit zowel in Oldvaikloof en Gona in de Afardriehoek dat ruimschoots het geval is. Uit diezelfde studie blijkt dat in een later stadium toch transport over grote afstanden van geschikt steenmateriaal plaats vond. Dat was echter veel later toen het maken van gereedschap door afslag van scherven op gang was gekomen. De herkomst wordt ook duidelijk als we kijken naar het slenkgebied in Oost-Afrika waar de wieg van de mensheid stond (figuur 18). Deze lange strook wordt grotendeels geflankeerd door bergruggen die tot 2500 meter hoog reiken. De vele rivieren en beekje die water afvoerden naar het slenkgebied sleepten keien met zich mee die al buitelend hun hoekigheid verloren en rolkei werden. Deze werden op de bodem en langs oevers afgezet toen de stromen vlakker landschap bereikten, het is beschreven in Bijlage 1b. Dáár kon het proces van ontwikkeling, zoals in de vorige paragraaf geponeerd wordt, zich afspelen. De afgeronde vormen van deze keien speelden tevens een bevorderende rol in dat proces. Ze liggen beter in de hand en er kan beter mee gericht worden of anders gezegd het effect van de slag is beter beheersbaar dan met een hoekige kei. De rolkei functioneerde, met de arm als steel, als een moker en die combinatie was ideaal om botten mee te verbrijzelen. Het zou zelfs heel goed kunnen dat de gebieden met rolkeienmede een oorzaak waren dat apen de bomen verlieten, ze konden daardoor aan beter voedsel komen. Dus nog vóór dat het bewerken van steen tot snijdgereedschap begon, droeg de kei al bij aan de groei van de intelligentie. Bedenk dat een karkas veel verschillende botten bezit. Dat vroeg evenzoveel aangepaste technieken die het arsenaal aan opgeslagen manipulaties almaar vergrootten. e. Het stenen tijdperk Dus 3,5 Ma nadat hij de boom verliet was de chimpansee getransformeerd tot een behoorlijk behendige tweevoeter, hij was een mensachtige (homoniem) geworden. De rolkei had daar een leidende rol in gespeeld en het zou blijken dat die rol daarmee nog lang niet uitgeput was. In hoofdstuk 5 is uitgelegd hoe volgens mij door de steentechniek spreektaal ontstond. Na het voorgaande kan duidelijk gemaakt worden hoe die techniek ontstond.

9 Het voorgaande ging over hoe de homoniem botten kraakte met gebruik van een aambeeld- en slagsteen Verondersteld wordt dat van een aambeeldsteen wel eens doormidden brak tijdens het verbrijzelen van botten. Eén helft kon nog dienst doen of er werd een andere aambeeldsteen opgezocht. 9 Duizenden jaren zal men af en toe het breken van een aambeeldsteen meegemaakt hebben. Waarschijnlijk waren er al bij die een scherpe rand hadden, hoewel dat op zich weer zeldzamer voorkwam. Maar het kon gewoon niet uitblijven: iemand pakte een keer uit nieuwsgierigheid zo n scherpe steen op en ontdekte dat je er prima vleesresten van botten kunt afschrapen en zelfs snijden. De volgende stap was om doelgericht stukken van een steen af te slaan. Meestal zonder dat er een echt scherpe rand ontstond want het zou blijken dat die alleen maar ontstaan onder speciale voorwaarden. Met het ontdekken van de juiste afslagtechnieken gingen weer duizenden jaren voorbij. Bedenk dat er alleen maar een verlangen bestond om een scherpe steen te maken maar er geen enkel inzicht bestond hoe je dat kon bereiken. Misschien ging zelfs de ervaring van een scherpe steen weer verloren en moest alles overnieuw beginnen. Maar op den duur kreeg men door hoe je pas echt resultaat bereikte met het afslaan van dunne plakken. Dat je een aambeeldsteen van een scherpe rand kunt voorzien door afslaan van scherven. Zo ongeveer kwam de techniek, om uit steen snijdend gereedschap te maken, op gang. Gedurende de daar op volgende twee miljoen jaar zou die techniek zich steeds meer perfectioneren en leiden tot onvoorstelbare goed gevormde pijl- en speerpunten. In Bijlage 3f is die techniek uitgebreid weergegeven. We moeten bedenken dat ook hier het proces zich afspeelde in vele opeenvolgende generaties. Dat dus de oude generatie zijn verkregen peil van steen breken doorgaf aan de nieuwe generatie. Dat overdragen zal zeker niet optimaal geweest zijn, het wiel moest steeds weer een beetje opnieuw uitgevonden worden. Maar iets van die ervaring werd toch doorgegeven en de volgende generatie wist de manipulatie weer iets te verbeteren. Het botkraken was hiermee naadloos over gegaan in de steentechniek Het verbeteren zorgde er wel voor dat het proces gaande bleef. Want er ontstonden steeds nieuwe toepassingen met het betere gereedschap, denk aan de vuistbijl voor het opgraven van eetbare wortels, afhakken van takken en twijgen, en in een later stadium afschillen van bast om er buidels van te vlechten en het opensnijden van kleine prooidieren en aasdieren. De vuistbijl werd een universeel gereedschap dat miljoenen jaren dienst zou doen. We zeiden het al eerder: deze techniek werd de aanloop naar de huidige grote welvaart die we aan de techniek te danken hebben. Het zal duidelijk zijn dat door deze gang van zaken het arsenaal aan dingmanipulaties aanzienlijk groeide en daarmee de intelligentie toenam. In het begin van deze paragraaf is aangegeven dat de kei al, vóór het bewerken van steen tot snijdend gereedschap, een cruciale rol heeft gespeeld in de menswording. Als men het gebruik van een kei wil zien als kenmerkend voor de menswording dan zou de steentijd feitelijk moeten beginnen op 6 in plaats van 2,5 Ma voor het heden. Immers bij het ontstaan van tweevoetigheid vanaf 6 Ma kwam ook het verkrijgen van eiwit rijk voedsel op gang door het kraken van botten en schedels van aasdieren met keien. De periode 6-2,5 Ma zou men het proto-paleolithicum kunnen noemen, de periode dat onbewerkte keien als gereedschap werden gebruikt. Het bemachtigen van vers vlees kwam pas op gang toen de steentechniek zo ver gevorderd was dat men lanspunten kon maken om daar hoefdieren mee te doden. De oudste aanwijzingen van die methode stamt uit 0,5 Ma voor het heden, McGlaun, Volgens bovengenoemde gang van zaken zouden er massa s versplinterde botten in de wieg der mensheid geproduceerd moeten zijn. Die zijn bij het zoeken naar fossielen niet gevonden en dat komt omdat sowieso weinig botten van klein formaat als fossiel zijn bewaard gebleven. Ze overleven de tand des tijds minder goed dan schedels, de forsere dijbeen en opperarmbeen en kiezen omdat die beschermd zijn met een glazuurlaag. Wel zouden, bij gericht zoeken, gebroken rolkeien als aanloop naar de vuistbijl gevonden moeten worden. De rolkei wordt genoemd omdat die waarschijnlijk de voorkeur kreeg vanwege makkelijkere hanteerbaarheid en ook omdat een onnatuurlijke breuk goed herkenbaar is. Naschrift: Op 21 mei 2015 verscheen in de Volkskrant een artikel geschreven door Maarten Keulemans onder de titel: Aap maakte al stenen werktuigen.

10 10 Het was een weergave van een wetenschappelijk artikel (Sonia Harmand ea, 2015) dat de ontdekking van afgeslagen schilvers van keien beschrijft. Vindplaats nabij het Turkanameer, dus in de wieg der mensheid. Het bijzonder van de vondst was dat deze gedateerd wordt op 3,3 Ma geleden dus bijna 1 Ma eerder als tot dusver werd aangenomen. Deze ontdekking doet niets af aan voorgaande redeneringen maar logenstraft mijn veronderstelling dat Lucy nog niet mans genoeg was om schilvers van keien af te slaan. Maar er is meer. In het artikel van Sonia Harmand ea in het tijschrift Nature valt op dat de foto s van bewerkte keien zeer grof zijn en vaak dwarse breukvlakken vertoont. In bovenstaande boektekst werd al op de mogelijke aanwezigheid van gebroken aambeeldkeien gewezen. Mogelijk dus dat de bewerkte keien eenmalige probeersels zijn omdat de techniek nog niet doorgegeven kon worden wegens ontbreken van taal. f. De technische mens U weet nu hoe de aap, nadat hij gedwongen was de boom te verlaten, tweebenig werd en keien ging bewerken tot snijdend gereedschap en dat tot hoge perfectie bracht. Dank zij de onvergankelijkheid van steen hebben wetenschappers dat aan de hand van opgedolven werktuigen kunnen vaststellen. Maar naast de botten die ons zoveel geleerd hebben over de prehistorische mens en zijn voorgangers zijn er ook bewerkte botresten gevonden. Het blijkt dat in het begin van de steentijd men uit brokstukken van botten priemen en schrapers fabriceerden. Mogelijk kwam dat op gang door het brijzelen van beenderen voor het merg. Een bot kan hierbij scherpe splinters opleveren. Vooral in Zuid-Afrika zijn veel toepassingen van bot als wapen en gereedschap gevonden zoals, pijlpunten en een schouderblad van rund als graafschop. Maar ook in Olduvaikloof zijn botgereedschappen gevonden die dienden als slagers- en graafgereedschap op de zelfde vindplaatsen van fossielen van Homo erectus die halverwege de steentijd leefde. We mogen aannemen dat daarnaast nog andere technieken tot ontwikkeling kwamen. Dat ging met gebruik van vergankelijk materiaal zoals hout, boombast, dierenhuid, bladeren, grassen en plantenvezels waardoor er geen sporen zijn achtergebleven. De steen- en bottechniek de opende weg naar tal van andere technieken omdat er snijden, afhakken of splijten aan te pas komt. Een heel belangrijke daarvan is het maken en gebruiken van bindmaterialen. Het in elkaar draaien van grassen of afgeschraapte of gespleten vezels van planten tot touw. Zodra je touw hebt wordt er van alles mogelijk: stokken aan elkaar binden om een tent te bouwen, bedekkende bladeren of huiden van die hut op zijn plaats houden, een benen- of stenen punt aan een stok of pijlschacht vastbinden, een vuistbijl aan het eind van stok vastbinden om er een bijl met steel van te maken en een gespannen boog maken om een pijl weg te schieten. Tot op de huidige dag is touw een heel handig middel om dingen tijdelijk of permanent aan elkaar vast te binden, het lost vaak lastige situaties op. Bedenk dat het idee om losse delen met touw tot een geheel te maken alleen al een vondst van de eerste orde was. Hoe kwam men er toe om een voorwerp met een touw aan een ander voorwerp vast te binden? Het zou als volgt gebeurd kunnen zijn: Het ontstond vermoedelijk toen men afdaken ging bouwen om zich tegen de elementen en roofdieren te beschermen. Men zette kale takken, van een wat fors formaat, schuins tegen een boomstam om een schuilplaats te maken. De takken werden bedekt met bebladerde twijgen als afdichting. Die hadden steeds neiging naar beneden te glijden. Men verhielp dat door de dunne einden tussen de ondersteunende takken door te vlechten en er omheen te draaien. Als die er niet voldoende waren plukte men dunne twijgen en op den duur grashalmen. Die bundels bleken beter te functioneren als ze in elkaar gedraaid werden. Om te voorkomen dat die losschoten stak men het eind tussen de laatste winding en zo ontstond de knoop in touw. Niemand weet of het zo precies gebeurd is, maar we mogen wel stellen dat een geleidelijk ontwikkelingsproces, in welke vorm dan ook en met vele tussenstapjes, er aan ten grondslag lag. Ook zal niemand tegenspreken dat dit alleen maar gebeurde omdat de intelligentie al die stapjes mogelijk maakte de creatio s waren volop actief. Ons punt is dan dat volgens onze theorie het arsenaal aan manipulaties almaar groeide en dat de intelligentie zelf er door toenam. Ook ontstond er behoefte om voedsel en gereedschappen handsfree te kunnen vervoeren (Glynn, 1978). Dit leidde tot het fabriceren van buidels van gevlochten vezels en later, na de komst van snijdend

11 11 gereedschap, van dierenhuiden.. Ook daar lag weer een lange ontwikkelingsweg aan ten grondslag. Ook weer met even zoveel nieuwe manipulaties en groei van de intelligentie. Zonder de verdere ontwikkeling tot steeds beter nog verder te beschrijven zal het duidelijk zijn dat het aantal nieuwe dingmanipulaties enorm toenam en dat de intelligentie daarmee gelijke tred hield. Zoeven werd met nadruk over nieuwe manipulaties gesproken omdat er tegelijkertijd oude manipulaties wegvielen. Toen eenmaal merg uit botten op het menu kwam zal het vissen naar mieren gestopt zijn. En zo zullen vele dingmanipulaties uit het chimpanseeleven verdwenen zijn, ze werden op een zeker moment niet meer doorgegeven aan de volgende generaties. Het wordt nu lastig om te beweren dat, ondanks het in onbruik raken van manipulaties, het netto aantal manipulaties toch groeide. Toch moet het zo gegaan zijn omdat de diversiteit en het potentieel in gereedschappen veel groter werd. De takjes, bladerproppen en keien tussen duim en zijkant van de wijsvinger waren vervangen door de veel effectievere handgrepen op stenen- en botgereedschappen. De nieuwe manipulaties rolden als het ware er bij bosjes uit. Het is hier dan ook de plaats om vast te stellen dat het gebruik van steen en bot als gereedschap de opmaat was tot het uitbreiden van het manipuleervermogen tot vrijwel ongelimiteerde omvang in deze tijd. Dit betekent een even zo grote groei in intelligentie want in het slot van hoofdstuk 2 is vastgesteld: Het dier met de grootste verscheidenheid in manipuleervermogen zal het verste komen in de ontwikkeling van zijn intelligentie. Het waren daarom dieren met handen die waren voorbestemd om mens te worden. g. De sociale mens, goed zijn voor elkaar Bij de apen die zich aanpasten aan het grondbestaan en daarbij tweebenig werden ging iets ingrijpend veranderen. Ze waren al gewend aan een leven in groepen, het ontstaan ervan is in hoofdstuk 5 uitgelegd. In de vorige paragraaf is beschreven hoe hun nakomelingen, in een grondbestaan, zich tegen de roofdieren en de elementen gingen beschermen door het bouwen van hutten. Hier aan wordt aan toegevoegd dat ringvormig opgestelde palissades ook als bescherming gebruikt kunnen zijn en zelfs nog waarschijnlijker zijn. Het ontstaan van touw dat bij de hutten beschreven is blijft overeind want voor de onderlinge samenhang zal men twijgen en halmen gevlochten hebben met hetzelfde resultaat: in elkaar draaien van halmen. Nog veel later, toen ze Afrika verlaten hadden, vormden grotten een goede verblijfplaats maar in het slenkgebied komen die nauwelijks voor, de kalksteen gebergten waar water holten uitspoelt ontbreken daar. Het leven op de grond dwong ze tot een veel sterker groepsleven want de gevaren en bedreigingen waren daar veel talrijker en sterker, ze waren daar veel meer op elkaar aangewezen. Vroeger zat men verspreid in de toppen van de bomen, nu op een kluitje bij elkaar in een hut of binnen een palissade. Dat vroeg om een groepsleven met meer onderlinge verdraagzaamheid. De wetenschapper Richard Potts,2011 beschrijft de vorming van campsites als een vorm van samenleving van de vroege homonids in de Olduvaikloof. Hij rept niet over hoe ze zich s nachts beschermden tegen roofdieren. Hier wordt dus verondersteld dat dit gebeurde door de bouw van primitieve afdaken of omheiningen. Coolidge, 2006 veronderstelt dat de tweebenige hominid de rooddieren op afstand hield door vuur. Dat vuur kwam op zijn vroegst bij Homo erectus die al 180 cm lang was en 63 kg woog.. Zijn voorgangers waren al veel eerder te lang om nog in bomen te slapen en moeten dus wel hutten of omheiningen gebruikt hebben. Overdag zullen ze zich waarschijnlijk nooit in volkomen boomloze gebieden vertoeft hebben zodat ze bij gevaar altijd een vluchtheuvel in de buurt hadden. Het vuur zal zeker ook gediend hebben hun veiligheid te waarborgen maar dat was in een veel later stadium. Die grotere compactheid dwong ze tot nieuwe gedragregels. De oude regel: een ieder voor zich veroorzaakt in een compacte leefgroep te veel fission. Om als groep te overleven moest men meer voor elkaar over hebben. Dat ontstond dus puur op grond van het overleven en niet omdat autonoom men elkaar aardig en sympathiek ging vinden. Dat laatste ontstond omdat bleek dat je als groep dan beter overleefde. In andere woorden gezegd: als binnen een groep te veel na-ijver en afgunst bestond dan was deze gedoemd om te verdwijnen, ze kwamen niet toe aan beschermende taken die op de grond noodzakelijk waren, ze werden opgegeten of kwamen om door gebrek.

12 12 The struggle for live bracht ze tot goed-zijn voor elkaar. Als u soms moeite heeft deze redenatie te volgen dan lukt het misschien wel als u de groep als een nieuw organisme ziet. De evolutieleer zegt: als een dier door een mutatie een eigenschap ontvangt die hem in staat stelt beter te overleven dan komt hij in het voordeel t.o.v. zijn soortgenoten die deze eigenschap niet hebben. Vervang in deze zin dier door groep en zijn soortgenoten door andere groepen. De mutatie is dan het ontstaan van de eigenschap, bij de meerderheid van de groepsleden, om elkaar te willen helpen. U ziet dan hoe het werkt. Dat ontstaan van de meerderheid is een proces op zich zelf. De goed-zijn-instelling ontstond bij één lid, door een mutatie in erfelijke eigenschappen. Het had dan nog geen noemenswaardig effect. Maar een deel van zijn of haar nakomelingen hadden dezelfde instelling. Dus de invloed van de goedwillers nam toe en begon al een gunstig effect te krijgen. Dus dat op een kluitje zitten niet tot ruzie en gevecht leidde en dat ze zo tot een betere huttenbouw kwamen. Dat de groep daardoor beter kon overleven. Het wordt hiermee duidelijk dat deze ontwikkeling zeer traag verliep, dat er waarschijnlijk miljoenen jaren met dit proces gemoeid waren. De volle ontwikkeling tot tweebenigheid was er van afhankelijk, want zonder een veilig bestaan op de grond zou die niet tot stand komen. U zult zich misschien afvragen waarom het woord altruïsme niet gebruikt is bij de eigenschap goed-zijn. Dit woord houdt toch te veel een instelling van zelfopoffering in. Men kan best onbaatzuchtig zijn zonder er zelf onder te lijden. Je kunt iets doen voor je soortgenoot zonder daar baat bij te hebben maar ook zonder er zelf nadeel van te hebben. De meerderheid van de huidige mensheid zit zo in elkaar, men ziet het dagelijks om zich heen. Er zijn vele verhandelingen geschreven om het evolutionaire ontstaan van altruïsme te verklaren. Die van wetenschapper William D. Hamilton ( ) heeft veel aanhang verkregen (WIKI). In zijn theorie is er sprake van altruïsme als de altruïst aan zijn familieleden meer voordelen verleent die hijzelf als nadeel ondervindt (hier wordt toegevoegd: en daardoor de leden beter overleven). Deze theorie rept niet van het ontstaan van altruïsme maar ondersteunt het volgende: goed zijn voor elkaar is een aangeboren eigenschap, ooit door een mutatie in erfelijke eigenschappen ontstaan, maar dan zonder zelfopoffering. Deze eigenschap bleef bestaan omdat het de groep voordeel bracht. Als men over de eigenschap goed zijn voor anderen nadenkt dan gaat men inzien dat het van doorslaande betekenis is geweest voor het ontstaan van de mens. Bij dieren treft men deze eigenschap ook aan maar toch in beperkte mate: bijvoorbeeld ouders die hun jongen beschermen en voortrekken als er voedsel verdeeld moet worden en dieren die elkaar waarschuwen bij gevaar. Echter bij de mens was het een eigenschap, ontstaan door een gedwongen dicht op elkaar zijn om zo een betere beschutting tegen gevaren te bereiken. Die had tevens als effect dat er een samenwerking ontstond. Namelijk dat goed voor anderen inhield dat men bereid was in overleg met soortgenoten manipulaties tot stand te brengen waartoe een enkeling niet in staat is. Het is een eigenschap die tot de huidige dag werkzaam is en het functioneren van de maatschappij op een hoog hoge niveau van ontwikkeling in stand houdt en nog tot hoger niveau doet groeien. Ook is overgrote meerderheid van de mensen bereid in het dagelijkse omgang om te helpen. Dat uit zich ook meer gestructureerd door het vele vrijwilligerswerk waarmee de maatschappij doordesemd is. De huidige maatschappij zou zonder vrijwilligerswerk slecht functioneren. Ethiek is een tak van de filosofie, het gaat over wat een mensenhandeling tot goed of fout bestempelt. Hierin wordt het goed zijn voor de medemens als goed aangemerkt. Men ziet het als een eigenschap van hogere orde. Gelovigen noemen het goddelijk, maar de oorsprong is beter overleven. Het zien als iets hogers is een gevolg van de opvatting dat iedereen van nature in de eerste plaats uit is op eigen belang. Iemand die het tegendeel doet verheft zich tot iets bovennatuurlijks. Dick Swaab stelt in zijn nieuwe boek dat een mensenleven zinloos is. Strikt genomen heeft hij gelijk, we zijn door een reeks toevalligheden ontstaan. Maar er kan een zin ontleend worden aan die eigenschap om goed voor elkaar te zijn. Die verschaft ons op de duur een maatschappij met vrede en welvaart voor iedereen, een soort hemel op aarde. Onze goed-zijn- eigenschap zou men dus kunnen zien als een zinvol streven.

13 13 Figuur 23 Hoe kan ik veilig slapen? De chimpansees sliepen in boomnesten en hadden geen last van de jaguar die onder hen door sloop. De tweebenige hominiden bouwden primitieve hutten om de leeuwen van het lijf te houden. MF, bron: boven: algemeen, onder: MF Naschrift: Op 10 maart 2015 schreef Arnon Grunberg in de Volkskrant in zijn voetnoot over het ontstaan van altruïsme. Hij haalde een boek aan van David Sloan Wilson (besproken door Orr 2015) die voert exact dezelfde argumenten aan: So then how can group function and altruism evolve? Simple, says Wilson: groups that include more altruists generally perform better as groups than groups that include fewer altruists. MFhand i. De sociale mens, die een ander manipuleert In hoofdstuk 5 is de sociaal-intelligentie geïntroduceerd, die was bij de onze voorouder van 6 Ma geleden (de chimpansee) maar tot een IG = intelligentie getal van 3 gevorderd. Het is het vermogen van de mens om een andere te bewegen hem een dienst te verlenen., dus om hem welwillend te stemmen om op een verzoek in te gaan. Er kwam pas een uitbreiding van dat vermogen toen de onderlinge communicatie door taal op gang kwam en dat begon pas op 1 Ma zoals aangetoond in 5f. Maar zou de dichtere nabijheid van elkaar zoals hiervoor beschreven is al niet tot taalvorming geleid kunnen hebben? Zou de druk om elkaar te manipuleren niet even groot kunnen worden als die als die voor het doorgeven van de steentechnieken? Die bij de steentechnieken was een zaak van blijvende stijging in welvaart, zonder taal was er stilstand. Dat kan men van elkaar manipuleren niet zeggen, een uitbreiding van het vermogen tot elkaar manipuleren kwam heel lang met lichaamstaal tot stand, zelfs een uitbreiding van het knor- en kreun repertoire kan men niet uitsluiten. Maar de weg omhoog werd er niet door tegengehouden. Dat gevaar dreigde wel bij het doorgeven van de steentechnieken.

14 14 Toen eenmaal de taal op een niveau was dat er genuanceerd gecommuniceerd kon worden, zo n 0,5 Ma geleden, ontstond er een grotere verscheidenheid in welwillendheidsopwekkers. Men kon elkaars Gemoed meer genuanceerd manipuleren. Een paar voorbeelden: de ene dienst is de andere waard, een klein geschenk stemt altijd mild. j. Welzijnsniveau Dat is een nieuw begrip. In paragraaf 4i is de groei van de intelligentie beschreven. Die groei maakte het mogelijk nieuwe manipulaties aan het arsenaal toe te voegen. Dit proces bleef doorgaan omdat het dier op de tijdlijn in betere doen raakte. Toen dit proces begon, betekende dat voornamelijk: makkelijker en meer voedsel verkrijgen, denk aan het mieren vangen met een twijgje. Dat was nog bij de chimpansee maar de dieren op de tijdlijn na zijn afsplitsing gingen hun leven ook op een andere manier op een hoger plan brengen. Naast de technieken tot betere manieren om voedsel te vergaren ontstonden er door hun intelligentie ook technieken waardoor ze niet meer in bomen hoefde te slapen: ze gingen hutten bouwen. Ze waren al mensachtig geworden die ook lichaamsbedekking konden bedenken. Ze vlochten buidels om voedsel en gereedschappen te vervoeren en leerden ze het vuur te gebruiken om voedsel beter klaar te maken. Kortom hun welzijnsniveau kwam geleidelijk op een hoger plan als gevolg van het almaar toenemen van hun arsenaal aan dingmanipulaties. Dat proces bleef in stand omdat niemand een stapje terug wil doen. Het proces is ook in deze tijd nog gaande. Even terug naar een eerdere uitspraak dat vele manipulaties in onbruik raakten. Homo heidelbergensis viste niet meer mieren met een stokje. Ergens op de tijdlijn na de afsplitsing van de chimpansee stopte men met het doorgeven van die techniek aan de volgende generatie. Dus er kwamen steeds nieuwe technieken bij maar er vielen er ook regelmatig af maar netto groeide het arsenaal toch omdat het assortiment aan manipulaties steeds breder werd zoals zoeven is beschreven. Het porren met takken en noten verbrijzelen met stenen werd vervangen door naaien, vissen, weven en koken. Het geniale in dit hele proces is dat de intelligentie in de genen verankerd werd, elke baby kreeg die mee in de omvang die op dat moment bereikt was. Maar de manipulaties moest elke baby weer van vrijwel nul opbouwen. Daardoor werd het mogelijk overbodig geworden manipulaties af te stoten. Dat zou veel trager gaan als de manipulaties ook erfelijk waren geweest. De denkkracht bleef behouden in het hoofd, de daadkracht bleef behouden in de gemeenschap. In hoofdstuk 5 is aangetoond dat dit zo is dank zij de taal, weet u nog? Taal is het gen van de mensheid die de know-how doorgeeft. Dat kan men een geniale constructie noemen. Men kan ook zeggen: het is de enige constructie die leidde tot de mens en daarom bleef deze constructie als enige van de velen over. We moeten bij dat verankeren van intelligentie in de genen nog even stilstaan. Het is een eigenschap die de dieren op de tijdlijn naar de mens op een hoger welzijnsniveau bracht. Dat laatste kan nog scherper geformuleerd worden: een hoger welzijnsniveau betekende een groter reproductievermogen waardoor dieren die de mutatie naar een hogere intelligentie niet ondergaan hadden, en dus een lager reproductieniveau hadden op den duur overvleugeld werden en ophielden te bestaan. Zo had elk individu ongeveer hetzelfde peil aan intelligentie. Dit verband werd geleidelijk minder toen er een specialisatie in technieken ontstond. Er kwamen landbouwers en vissers die zich toelegden op productie van voedsel, er kwamen vaklieden zoals de timmerman, smid en metselaar die huizen en machines maakten. De producten ruilden ze tegen elkaar uit, er ontstond geld en handel. Kortom er ontstond een samenwerking tussen mensen met regels en wetten die de samenwerking regelen. In deze maatschappij konden mensen die met wat minder intelligentie behept werden uitstekend overleven omdat ze een nuttige specialisatie beoefenden. De harde regel van survival of the fittest was als evolutionaire motor overwonnen omdat er een maatschappij is ontstaan waarin ook de minder begaafde een bestaan kan vinden. Het verschijnsel specialisatie komt nog uitgebreid terug in hoofdstuk 10 k. Naar een continent met nieuwe uitdagingen.

15 15 De nu volgende gebeurtenissen geven een vrijwel algemeen aanvaard scenario van menselijke ontwikkeling weer. De ontwikkelingen tot steeds hogere levensvormen speelde zich voornamelijk af in het slenkgebied van Oost-Afrika. Het waren Australopithecus afarensis, Homo habilis, Homo erectus en Homo heidelbergensis op de tijdlijn van figuur 12 die daar achtereenvolgens door hun creatio s steeds meer op een mens gingen lijken. Al vanaf 1,5 Ma gingen hominiden zich voornamelijk in Noordelijke richting zich verspreiden over Zuid- Azië en die ontwikkelden zich in zekere mate tot een hogere welstand. Maar ook kwamen er stammen in Zuid-Afrika terecht die zich tot een behoorlijk niveau ontpopten. Die ontwikkelingen worden geboekstaafd door vondsten van fossielen en van gereedschappen gemaakt van botten en schelpen en door ingekraste tekens op voorwerpen. Maar die beschavingen kregen geen vervolg. Men denkt dat Homo erectus en Homo heidelbergensis meer succes hadden zij verlieten de slenk, zo n 0,5 Ma of nog langer geleden, er zijn fossielen gevonden in Algerije, China en Java. Nakomelingen zouden rond 0,2 Ma in Europa terecht zijn gekomen en men vermoedt dat de Homo neanderthalis er uit is ontstaan. De echt succesvolle emigrant was Homo sapiens, hij was in de slenk rond 0,2 Ma ontwikkeld tot vrijwel onze gelijke. Op grond van fossiele vondsten buiten dat gebied leidt men af dat hij zich buiten het slenkgebied ging begeven Er zijn fossielen in Afrika, Azië en Europa aangetroffen. Ze waren verder doorontwikkeld dan Homo heidelbergensis. Homo sapiens arriveerde rond 0,125 Ma in het nabije Oosten en zwermden van daaruit naar Azië en Europa. Dat laatste continent bereikte hij rond 0,043 Ma en trof daar Homo Neanderthalis een nakomer van eerdere emigranten. Die was eerder in Europa, maar kwam niet tot verdere ontwikkeling. Hij had een iets grovere lichaamsbouw en zijn herseninhoud zeker niet kleiner dan die van Homo sapiens. Beide soorten hebben een korte tijd (misschien 0,01 Ma) naast elkaar geleefd. Tot zover het immigratieverhaal Naschrift: Ewen Callaway meldt in Nature News van 15 october 2015 dat 47 tanden van de moderne mens in een grot in China zijn gevonden. Ze worden gedateerd op 0,08 tot 0,12 Ma. Dit wijst er op dat Homo sapiens minstens 0,04 Ma eerder in Azië arriveerde dan in Europa. Dat is verrassend nieuws maar past in voorgaande beschouwing en zal ook geen enkele afbreuk doe aan de komende bespiegeling. Nu enige bespiegelingen van mijn kant. Men kan zeggen dat eerdere emigraties te vroeg kwamen om in een nieuwe omgeving stand te houden. Het was Homo sapiens die de Westerse beschaving tot stand ging brengen. Misschien wordt dat meer duidelijk wordt als we volgende samenhangen beschouwen. De ontwikkeling van homoniden in het slenkgebied was zo goed als tot stilstand gekomen. Dat kwam omdat alle uitdagingen van hun habitat waren benut in de zin van bedenken van nieuwe manipulaties. Een ontwikkeling naar een hoger welzijn kon alleen nog maar komen door een andere habitat. Homo sapiens trof in Europa een aantal omstandigheden aan die anders waren dan in Afrika en Azië waar soortgenoten ook naar toe getrokken waren. Toen Homo sapiens ca 0,04 Ma geleden in West-Europa arriveerde kreeg hij daar meteen met grote uitdagingen te maken vanwege een klimaat met wisselende seizoenen van koud tot gematigd. Kennelijk was dat geen reden om meteen rechtsom keer te maken, waarschijnlijk vanwege een overvloed aan herten en runderen. Dus wéér een geheel nieuwe habitat en we weten inmiddels dat het bedenken van dingmanipulaties dan weer verder kan gaan en dat gebeurde ook. Hun creatio s bracht ze tot maken en aan elkaar naaien van dierenvachten tot kleding, bouwen van tenten, gebruik van vuur als verwarming. Allemaal zaken die in de slenk niet nodig waren terwijl hun brein wel in staat was ze te bedenken. En passant groeide de intelligentie ook weer aan. Hun soortgenoten die, volgens het naschrift, al veel eerder in Zuid-China arriveerden ontmoetten vermoedelijk niet die uitdagingen of maar in geringe mate. Daardoor slaagden ze er minder in om een maatschappij van Westerse omvang tot stand te brengen. In hoofdstuk 10 wordt het verschijnsel groei-intelligentie opgevoerd, een niet evolutionaire groei van intelligentie die vanaf 0,4 Ma Homo sapiens ten deel viel. Vermoedelijk waren de eerdere Europagangers al vertrokken vóór dat deze mutatie optrad en bleven ze verstoken van deze nieuwe wijze van intelligentiegroei. Dat zou een reden geweest kunnen zijn dat eerdere immigraties niet succesvol waren

Dit hoofdstuk volgt de ontwikkeling op de tijdlijn tot waar de mensachtige voor het eerst tot een kunstuiting toekwam.

Dit hoofdstuk volgt de ontwikkeling op de tijdlijn tot waar de mensachtige voor het eerst tot een kunstuiting toekwam. 1 7 Ontstaan Homo sapiens aestheticus 6-0,03 Ma De toevoeging aestheticus is door mij bedacht en tussen aanhalingstekens gezet om aan te duiden dat het niet een erkende benaming betreft. In het vorige

Nadere informatie

En toen kwam Darwin. On the origin of species. 1. Het ontstaan van het leven. Fossielen. 2. Getuigen van deevolutietheorie

En toen kwam Darwin. On the origin of species. 1. Het ontstaan van het leven. Fossielen. 2. Getuigen van deevolutietheorie On the origin of species En toen kwam Darwin 1. Het ontstaan van het leven 2. Getuigen van deevolutietheorie Verklaring voor het ontstaan van leven komt voor in alle culturen. Creationisme Nemen de bijbel

Nadere informatie

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT V.O.B.o.W. nr. 76 november 2012 België-Belgique P.B. 8800 Roeselare 1 BC 6675 P 409155 WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT West-Vlaamse Archeokrant: Driemaandelijks tijdschrift, jaargang 20, afgiftekantoor Roeselare,

Nadere informatie

Voor/na het bezoek. Museum voor Natuurwetenschappen.be Vautierstraat, 29 1000 Brussel info@natuurwetenschappen.be

Voor/na het bezoek. Museum voor Natuurwetenschappen.be Vautierstraat, 29 1000 Brussel info@natuurwetenschappen.be Voor/na het bezoek Museum voor Natuurwetenschappen.be Vautierstraat, 29 1000 Brussel info@natuurwetenschappen.be Wat is de prehistorie? Prehistorie betekent letterlijk voorgeschiedenis, het tijdperk voor

Nadere informatie

1 Belangrijk in deze periode

1 Belangrijk in deze periode 1 Belangrijk in deze periode Het is niet zo makkelijk voor de wetenschappers om het leven van de eerste mensen correct voor te stellen. Het is ook al heel lang geleden. De mensen van toen lieten geen dagboeken

Nadere informatie

De steentijd Jagers en verzamelaars

De steentijd Jagers en verzamelaars De steentijd Jagers en verzamelaars De prehistorie is de geschiedenis van de mensheid voordat mensen konden lezen en schrijven. We hebben uit de prehistorie daarom geen boeken, dagboeken of andere geschreven

Nadere informatie

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info Apenheul Geschiedenis Apenheul ging voor het eerst open in 1971. Het eerste en enige park ter wereld waar apen vrij in het bos leefden en vrij tussen de bezoekers konden lopen. Het begon met wolapen, slingerapen

Nadere informatie

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT V.O.B.o.W. nr. 75 - aug./sept. 2012 België-Belgique P.B. 8800 Roeselare 1 BC 6675 P 409155 WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT West-Vlaamse Archeokrant: Driemaandelijks tijdschrift, jaargang 20, afgiftekantoor Roeselare,

Nadere informatie

Ik houd mijn spreekbeurt over de eerste mensen en mensachtigen op aarde, zoals de Neanderthalers.

Ik houd mijn spreekbeurt over de eerste mensen en mensachtigen op aarde, zoals de Neanderthalers. Ik houd mijn spreekbeurt over de eerste mensen en mensachtigen op aarde, zoals de Neanderthalers. Ik vind het zelf erg leuk om hier meer over te weten, heb hier veel over opgezocht en wil jullie daar nu

Nadere informatie

Spreekbeurt ANW Evolutie van de mens

Spreekbeurt ANW Evolutie van de mens Spreekbeurt ANW Evolutie van de mens Spreekbeurt door een scholier 2265 woorden 7 januari 2009 6,4 87 keer beoordeeld Vak ANW Evolutie van de mens. - Scheppingsverhaal. - Charles Darwin» evolutieleer.

Nadere informatie

Andere boeken in deze serie:

Andere boeken in deze serie: Andere boeken in deze serie: 978-94-6175-157-7 (HB) 978-94-6175-964-1 (e-book) 978-94-6175-218-5 (HB) 978-94-6175-960-3 (e-book) 978-94-6175-216-1 (HB) 978-94-6175-158-4 (HB) 978-94-6175-958-0 (e-book)

Nadere informatie

Werkstuk Biologie Evolutie van de mens

Werkstuk Biologie Evolutie van de mens Werkstuk Biologie Evolutie van de mens Werkstuk door een scholier 2033 woorden 27 januari 2011 6,2 101 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Inleiding. Ik heb voor dit onderwerp gekozen

Nadere informatie

TIJDLIJN. Een reis door de geschiedenis

TIJDLIJN. Een reis door de geschiedenis De OERKNAL! Wetenschappers denken dat zo n 13,7 miljard aardse jaren geleden alles in het heelal samengeperst was tot een gloeiend heet punt. Tijdens een enorme oerexplosie ontstonden uit dat punt materie

Nadere informatie

Oerboeren in de Friese Wouden.

Oerboeren in de Friese Wouden. Stichting IJstijdenmuseum Buitenpost. www.ijstijdenmuseum.nl. Oerboeren in de Friese Wouden. Het grootste deel van de geschiedenis van ons mensen ligt in de prehistorie. Met prehistorie duiden we een tijd

Nadere informatie

De filosofie van het voeren

De filosofie van het voeren Terug naar Voorwoord Terug naar Inhoudsopgave Verder naar volgende hoofdstuk De filosofie van het voeren Inhoudsopgave van dit hoofdstuk: Het algehele beeld Hoe voeding in de Natuur er uit zou zien...

Nadere informatie

1. Ontstaan van de mens

1. Ontstaan van de mens 1. Ontstaan van de mens Zoals je wel weet hebben de mens en de mensapen dezelfde voorouders. We stammen dus niet af van de mensapen maar we hadden wel dezelfde voorouders. Hoe deze splitsing is kunnen

Nadere informatie

Korte inhoud. De prehistorie

Korte inhoud. De prehistorie Naam :. Datum :... Korte inhoud 1. Ontstaan van de mens...2 2. Evolutie van de mens...4 3. Jagers en verzamelaars...5 4. De eerste boeren...6 5. Kleding...8 6. Werktuigen...9 7. Vuur maken... 10 8. Eerste

Nadere informatie

3000 v. Chr v. Chr v. Chr v. Chr.

3000 v. Chr v. Chr v. Chr v. Chr. 6 prehistorie oudheid 3000 v. Chr. 2500 v. Chr. 2000 v. Chr. 1500 v. Chr. Jagers en Boeren De oudste bewoners Jos en Mirthe fietsen in de zomervakantie op de Elspeetse heide. Ze maken met hun ouders een

Nadere informatie

Project Prehistorie, Grieken en Romeinen ABC

Project Prehistorie, Grieken en Romeinen ABC Project Prehistorie, Grieken en Romeinen ABC Week 1ABC: Algemeen Info: Prehistorie De geschiedenis in Nederland begint al heel lang geleden. Lang voordat de Romeinen in Nederland kwamen, waren er al mensen.

Nadere informatie

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur. Psalmen Psalm 78 1 Een lied van Asaf. De lessen van het verleden Luister allemaal naar mijn woorden. Luister goed, want ik wil jullie iets leren. 2 Wijze woorden wil ik spreken, wijze woorden over het

Nadere informatie

6,7. Praktische-opdracht door een scholier 2169 woorden 28 juni keer beoordeeld. Inleiding

6,7. Praktische-opdracht door een scholier 2169 woorden 28 juni keer beoordeeld. Inleiding Praktische-opdracht door een scholier 2169 woorden 28 juni 2005 6,7 64 keer beoordeeld Vak ANW Inleiding Ons verslag gaat over Het ontstaan van de hedendaagse mens. We hebben dit verslag geschreven naar

Nadere informatie

Evolutie. Basisstof 4 thema 5

Evolutie. Basisstof 4 thema 5 Evolutie Basisstof 4 thema 5 Wat is evolutie? Planten en dieren zijn in de loop van een hele lange tijd stapje voor stapje ontstaan door het proces dat we evolutie noemen. Een zwaar bestaan eerste verschijnsel:

Nadere informatie

b. Bekijk het laatste deel van de maquette, de kwelders. Waarom staat daar geen dorpje, denk je?

b. Bekijk het laatste deel van de maquette, de kwelders. Waarom staat daar geen dorpje, denk je? Kijktocht OER! basis 6000 jaar geleden woonden er al mensen in dit gebied. Het is de tijd van de jagers en verzamelaars. De mensen noemen we Swifterbantmensen. Hoe ze leefden en hoe hun gebied eruitzag,

Nadere informatie

De presentatie rond de trap

De presentatie rond de trap Kijktocht OER! Plus 6000 jaar geleden woonden er al mensen in dit gebied. Het is de prehistorie; de tijd van de jagers en boeren. De mensen noemen we Swifterbantmensen. Deze kijktocht helpt je ontdekken

Nadere informatie

e-book: gebonden versie: e-book: gebonden versie: Chris Oxlade

e-book: gebonden versie: e-book: gebonden versie: Chris Oxlade Chris Oxlade Chris Oxlade Anita Ganeri Anita Ganeri Boeken in deze serie e-book: 978-94-6175-825-5 gebonden versie: 978-90-5566-931-8 e-book: 978-94-6175-822-4 gebonden versie: 978-94-6175-285-7 e-book:

Nadere informatie

Evolutie: De ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.

Evolutie: De ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen. Evolutie: De ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen. Evolutietheorie: Vanaf de 18 de eeuw. Het is niet te bewijzen, maar er zijn genoeg argumenten die

Nadere informatie

Werkstuk door M woorden 15 juni keer beoordeeld. Wat zijn Pterosauriërs Inleiding:

Werkstuk door M woorden 15 juni keer beoordeeld. Wat zijn Pterosauriërs Inleiding: Werkstuk door M. 1487 woorden 15 juni 2001 7 70 keer beoordeeld Vak Biologie Wat zijn Pterosauriërs Inleiding: Dit werkstuk gaat over Pterosauriërs, ik heb hiervoor gekozen omdat ik dit nog de meest interessantste

Nadere informatie

2. We nu nog levende katachtige is volgens deze stamboom het meest verwant aan de Poema? A de Cheeta B de Europese lynx C de Huiskat D de Jaguar

2. We nu nog levende katachtige is volgens deze stamboom het meest verwant aan de Poema? A de Cheeta B de Europese lynx C de Huiskat D de Jaguar 14 C datering De techniek van werken met het verval van 14 C is afkomstig uit onderzoek naar de ouderdom van bepaalde fossielen. De halfwaardetijd van 14 C is 5730 jaar. Over dit onderzoek worden twee

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: evolutieleer 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: evolutieleer 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: evolutieleer 6/29/2013 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) en studenten van forum http://www.toelatingsexamen-geneeskunde.be

Nadere informatie

11. o - 8 ... ... ... ... f e. d i. Apenrots Leeuwenterras Kleine-Zoogdierenhuis Uilenruïne Californische zeeleeuwen Insectarium

11. o - 8 ... ... ... ... f e. d i. Apenrots Leeuwenterras Kleine-Zoogdierenhuis Uilenruïne Californische zeeleeuwen Insectarium o - 8 11. We hadden al gezien dat sommige dieren toevallig bepaalde voordelige eigenschappen hebben. Je kunt je voorstellen dat zo n dier-met-voordeel meer nakomelingen krijgt dan andere dieren. En die

Nadere informatie

Werkstuk Levensbeschouwing De prehistorie

Werkstuk Levensbeschouwing De prehistorie Werkstuk Levensbeschouwing De prehistorie Werkstuk door een scholier 2068 woorden 28 november 2006 5,5 250 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Hoofdstuk 1: Wat is prehistorie? Prehistorie betekend:voor

Nadere informatie

Samenvatting Geschiedenis Jagers en Boeren

Samenvatting Geschiedenis Jagers en Boeren Samenvatting Geschiedenis Jagers en Boeren Samenvatting door B. 771 woorden 7 oktober 2016 2,9 8 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Tijdvak 1 Tijd van jagers en boeren Jagers en boeren -3000 v. Chr. Pagina

Nadere informatie

Onthullingen van Kennis

Onthullingen van Kennis Onthullingen van Kennis Caleidoscoop van Kennis Facetten verschuiven door tijd Vorm en structuur doemen op Gestalte gegeven door Kennis Patronen behouden het ritme De potentie van het punt Hoofdstuk 2

Nadere informatie

Scouts instructie: hakken Hoe je veilig je houtvoorraad aan kan leggen

Scouts instructie: hakken Hoe je veilig je houtvoorraad aan kan leggen Scouts instructie: hakken Hoe je veilig je houtvoorraad aan kan leggen Als je een kampvuur of een kookvuur gaat maken, zal het je zelden gebeuren dat al je hout precies de goede afmetingen heeft. Je hebt

Nadere informatie

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van LESPAKKET ECOLOGIE VMBO Naam Docent Klas LEKKER BEESTEN TUSSEN DE DIEREN Dierenrijk is onderdeel van WELKOM IN DIERENRIJK SPOREN Om ervoor te zorgen dat je een leuke en leerzame excursie hebt, volgen hier

Nadere informatie

vissen amfibieën reptielen zoogdieren dinosauriërs primaten

vissen amfibieën reptielen zoogdieren dinosauriërs primaten Big Bang eencelligen meercellige wieren + dieren vissen amfibieën reptielen dinosauriërs zoogdieren primaten Australopithecus Waarom liep de Australopithecus rechtop? De eerste mens, de Australopithecus,

Nadere informatie

Veel bezoekers van de dierentuin blijven geboeid voor het verblijf van één van de

Veel bezoekers van de dierentuin blijven geboeid voor het verblijf van één van de 1 Mensen kijken graag naar apen Veel bezoekers van de dierentuin blijven geboeid voor het verblijf van één van de apensoorten staan. Of de apen eten, spelen, lopen, of gewoon een beetje voor zich uit zitten

Nadere informatie

Keuze 1: In welk gebied laten we de leeuwen los?

Keuze 1: In welk gebied laten we de leeuwen los? Keuze 1: In welk gebied laten we de leeuwen los? In Zuid Afrika ligt het natuurgebied Hluhluwe-Umfolozi Game Reserve. In dit gebied leven veel soorten wilde dieren, waaronder verschillende leeuwen. Op

Nadere informatie

DE ORANG OETAN. Bosmens

DE ORANG OETAN. Bosmens DE ORANG OETAN Bosmens Sommige mensen hebben last van hoogtevrees. Dit langharige bosmens heeft het omgekeerde. Hoog in de bomen van het tropische regenwoud zoekt hij naar rijp fruit om te eten. Hij komt

Nadere informatie

Braziliaanse regenwoud. Jesse Klever. Groep 7

Braziliaanse regenwoud. Jesse Klever. Groep 7 Braziliaanse regenwoud Jesse Klever Groep 7 Voorwoord Ik heb dit onderwerp gekozen omdat ik dit een heel interessant onderwerp vind. We hebben er al op school over gesproken en het leek mij wel een leuk

Nadere informatie

Werkbladen Voortgezet onderwijs. Naam leerling:

Werkbladen Voortgezet onderwijs. Naam leerling: Werkbladen Voortgezet onderwijs Naam leerling: Inhoud: Uitleg werkblad Dit werkblad hoort bij de film Giganten uit de IJstijd. Een film die je meeneemt naar de laatste ijstijd, zo n 116.000 tot 10.000

Nadere informatie

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Toen God begon met zijn schepping, was het donker en leeg. Maar God zei: Laat er licht zijn! En opeens was er licht. Nu was het niet donker meer, maar nog

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding blz. 3. Wat is een fossiel? blz. 4. Hoe fossielen ontstaan blz. 5. Fossielen van zacht weefsel blz. 6. Zeedieren blz.

Inhoud. Inleiding blz. 3. Wat is een fossiel? blz. 4. Hoe fossielen ontstaan blz. 5. Fossielen van zacht weefsel blz. 6. Zeedieren blz. Door: Oscar Zuethoff Groep 6b - Meneer Jos & Ingrid Februari 2008 Inhoud Inleiding blz. 3 Wat is een fossiel? blz. 4 Hoe fossielen ontstaan blz. 5 Fossielen van zacht weefsel blz. 6 Zeedieren blz. 7 De

Nadere informatie

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7.

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7. De wolf inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 4 2. Ruiken, horen en zien 6 3. De roedel 7 4. De taal van de wolf 9 5. Wolf en hond 10 6. Soorten wolven 11 7. Sprookjes 12 8. Filmpje 13 Pluskaarten 14 Bronnen

Nadere informatie

Vissen op prehistorische botten

Vissen op prehistorische botten Doel Materialen Vak Niveau Duur Werkwijze Veldwerktip De leerlingen kunnen: vertellen hoe de Noordzee er 10.000 jaar geleden uitzag, vertellen waarom er botten van prehistorische zoogdieren in de Noordzee

Nadere informatie

Hunebedden de steentijd

Hunebedden de steentijd Deze les hoort bij het prentenboek Het grote bouwwerk, geschreven door Rian Visser in de serie Terugblikken van Uitgeverij Delubas. Met tekeningen van Irene Goede. Doel: leerlingen bekend maken met hunebedden

Nadere informatie

Thuisgekomen van een scoutingkampweek met een beschadigde koffer, mamma boos.

Thuisgekomen van een scoutingkampweek met een beschadigde koffer, mamma boos. John van Schoor Medewerker educatie van NCB Naturalis in Leiden schatrijk Thuisgekomen van een scoutingkampweek met een beschadigde koffer, mamma boos. Ongelooflijk vuil ondergoed en sokken die verdwijnen

Nadere informatie

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Over dit boek De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel gaat over een man die vlucht naar Europa.

Nadere informatie

De overeenkomsten tussen de ziekte van Parkinson en de ziekte van Huntington

De overeenkomsten tussen de ziekte van Parkinson en de ziekte van Huntington Wetenschappelijk nieuws over de Ziekte van Huntington. In eenvoudige taal. Geschreven door wetenschappers. Voor de hele ZvH gemeenschap. Succesvolle gentherapiestudie bij de ziekte van Parkinson geeft

Nadere informatie

3. Van wie is de kreet? 4. Wat wil Albor met het zwijntje doen?

3. Van wie is de kreet? 4. Wat wil Albor met het zwijntje doen? Lees het verhaal over de Albor de jager. Albor is de jongste van de 5 jagers. De speer van Albor is van vuursteen. De jagers vinden een spoor van een hert Het spoor is vers, het hert is dichtbij. De jagers

Nadere informatie

Samenvatting Levensbeschouwing LV \'Over wondere feiten\' Hoofdstuk 1

Samenvatting Levensbeschouwing LV \'Over wondere feiten\' Hoofdstuk 1 Samenvatting Levensbeschouwing LV \'Over wondere feiten\' Hoofdstuk 1 Samenvatting door L. 887 woorden 16 juli 2013 7,1 10 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Samenvatting LV Over wondere feiten Hoofdstuk

Nadere informatie

Wat is? filosofie? Wat is. en kwaad. Hoofdstu

Wat is? filosofie? Wat is. en kwaad. Hoofdstu Wat is filosofie? Hoofdstuk 1 1 filosoferen: doordenken! 5 e vragen 6 2 gewone vragen en filosof isch 9 3 aanleidingen om te filosoferen 12? eren 4 waarom filosof 5 samen filosoferen 14 17 6 filosof ie

Nadere informatie

Evolutie, wat is dat nu feitelijk?!

Evolutie, wat is dat nu feitelijk?! Evolutie, wat is dat nu feitelijk?! Heb je je wel eens afgevraagd waarom er zo veel verschillende soorten vlinders, vogels of vissen zijn? Waarom is er niet gewoon één soort van die dieren? Er is toch

Nadere informatie

Werkstuk Biologie De Sneeuwuil

Werkstuk Biologie De Sneeuwuil Werkstuk Biologie De Sneeuwuil Werkstuk door Rikaatje 1148 woorden 25 juni 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou De Sneeuwuil Gemaakt door: Rika van Breemen 1HVC 2017 Inleiding

Nadere informatie

Wat zijn apen? Is een aap mijn oom? Oud en nieuw. Kennismaking met de bende. Groot en klein. Sociaal leven. De koning van de slingeraars

Wat zijn apen? Is een aap mijn oom? Oud en nieuw. Kennismaking met de bende. Groot en klein. Sociaal leven. De koning van de slingeraars ALLEMAAL APEN INH UD 6 8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 Wat zijn apen? Is een aap mijn oom? Oud en nieuw Kennismaking met de bende Groot en klein Sociaal leven De koning van de slingeraars

Nadere informatie

Dinosauriërs. Inhoudsopgave. 1. Inleiding. 2. Wat is een dinosauriër?

Dinosauriërs. Inhoudsopgave. 1. Inleiding. 2. Wat is een dinosauriër? Dinosauriërs Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Wat is een dinosauriër? 3. Wanneer leefden de dinosauriërs? 4. Waar leefden dinosauriërs? 5. Hoe leefden de dinosauriërs? 6. Waarom waren de dinosauriërs zo groot?

Nadere informatie

Wilt u laten weten wat u van deze TLPST vond? Hebt u tips voor de volgende aflevering? Mail ons:

Wilt u laten weten wat u van deze TLPST vond? Hebt u tips voor de volgende aflevering? Mail ons: Lesbrief 54: januari 2019 Wilt u laten weten wat u van deze TLPST vond? Hebt u tips voor de volgende aflevering? Mail ons: redactie@onzetaal.nl. Alarm! 3660 talen worden bedreigd! Uit een recent onderzoek

Nadere informatie

Samenvatting Mensen ABC

Samenvatting Mensen ABC Samenvatting Mensen ABC Week 1ABC: Wie zijn wij? Info: Wie zijn wij mensen Mensen zijn verschillend. Iedereen is anders, niemand is hetzelfde. Dat noem je uniek. Een mens heeft een skelet van botten. Daarom

Nadere informatie

Intelligentie is het vermogen van de hersenen om een nieuwe manipulatie te bedenken die het dier beter doet overleven

Intelligentie is het vermogen van de hersenen om een nieuwe manipulatie te bedenken die het dier beter doet overleven 4 De grondslagen van intelligentie In dit hoofdstuk wordt de grondgedachte verder uitgewerkt.. De tussen gevoegde figuurtjes behoren niet tot het echte figurenbestand, ze zijn ongenummerd en ontleend aan

Nadere informatie

THEMA 5 BOEK 4 ORDENING EN EVOLUTIE. Biologie HAVO Drs. L. Grotenbreg

THEMA 5 BOEK 4 ORDENING EN EVOLUTIE. Biologie HAVO Drs. L. Grotenbreg THEMA 5 BOEK 4 ORDENING EN EVOLUTIE Biologie HAVO Drs. L. Grotenbreg Basisstof 6 EVOLUTIE OVERTUIGINGEN TOT 1859 Ontstaan van het leven op aarde volgens de theorie van de schepping (Creationisme) Ontstaan

Nadere informatie

Hoe stierf Ötzi? hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Hoe stierf Ötzi? hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 16 January 2017 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/62209 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken

Nadere informatie

6 Australopithecus afarensis

6 Australopithecus afarensis 1 Deze tabel uitbreiden met Europees deel zie werk/e6 tabel hominiden Extensie 24- tabel hominiden en de vindplaatsen van hun fossielen in Afrika en Azië Ouderdom fossielen in Ma= miljoenen jaren 3 ) jongst

Nadere informatie

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol? Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.

Nadere informatie

1 In het begin. In het begin leefde alleen God. De Heere God is er altijd geweest. En Hij maakte de hemel en de aarde.

1 In het begin. In het begin leefde alleen God. De Heere God is er altijd geweest. En Hij maakte de hemel en de aarde. 1 In het begin GENESIS 1:1-25 In het begin leefde alleen God. De Heere God is er altijd geweest. En Hij maakte de hemel en de aarde. De aarde is nat en donker. God wil van de aarde iets heel moois maken.

Nadere informatie

Toetsvragen Geschiedenis Toelatingstoets Pabo. Tijdvak 1 Toetsvragen

Toetsvragen Geschiedenis Toelatingstoets Pabo. Tijdvak 1 Toetsvragen Tijdvak 1 Toetsvragen 1 De meeste kennis over de periode waarin de eerste mensen leefden, komt van archeologen. Wat houdt het werk van archeologen in? A Zij bestuderen de verschillende theorieën over de

Nadere informatie

DINOSAURIËRS. Marthe Terny

DINOSAURIËRS. Marthe Terny DINOSAURIËRS Marthe Terny 1. INLEIDING Ik hou mijn spreekbeurt over dinosauriërs, omdat ik dit een erg leuk en interessant onderwerp vind. We weten al veel over de dinosauriërs, maar nog niet alles. Ik

Nadere informatie

Kunstgeschiedenis Weten is Zien. Ron Augustus Basiscursus Westerse kunstgeschiedenis 2009

Kunstgeschiedenis Weten is Zien. Ron Augustus Basiscursus Westerse kunstgeschiedenis 2009 Kunstgeschiedenis Weten is Zien Ron Augustus Basiscursus Westerse kunstgeschiedenis 2009 1 Les 1: Prehistorie Alle begin is moeilijk 30.000 VOOR CHRISTUS - 1.000 VOOR CHRISTUS Lascaux - Frankrijk - Grotschilderingen

Nadere informatie

96-(224) 2.0 LOSSE GESTEENTEN

96-(224) 2.0 LOSSE GESTEENTEN 96-(224) 2.0 LOSSE GESTEENTEN Grondboor en Hamer, jrg. 43, no. 5/6, p. 225-227, 3 fig., november 1989 AFZETTINGEN VAN RIJN EN MAAS IN LIMBURG W.M. Felder* In de loop van het Mioceen, 10 tot 7 miljoenn

Nadere informatie

Tijd van jagers en boeren

Tijd van jagers en boeren Tijd van jagers en tot 3000 v. Chr. De prehistorie Prehistorie 3000 v. Chr. Evolutietheorie: Eerste mensen ong. 3 miljoen jaar geleden in Afrika ontstaan. Hij is geëvolueerd (Theorie Charles Darwin) en

Nadere informatie

Inleiding Begrijpend lezen Spelling Woordenschat Grammatica

Inleiding Begrijpend lezen Spelling Woordenschat Grammatica Taal Groep 7/8 Inleiding Begrijpend lezen Spelling Woordenschat Grammatica Begrijpend lezen Slim als een kraai Opgave 1 1. Jij hebt vast weleens een paar kraaien gezien. Wat wil de schrijver met deze tekst?

Nadere informatie

1. Fossielen, dood of levend?

1. Fossielen, dood of levend? 1. Fossielen, dood of levend? Op veel plaatsen op aarde kun je fossielen vinden. Deze oeroude overblijfselen van organismen vertellen een deel van het levensverhaal van de aarde. Soms worden er planten

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 HET ONTSTAAN VAN HET LEVEN OP AARDE BLZ 3. HOOFDSTUK 3 DE VELOCIRAPTOR BLZ 5. HOOFDSTUK 4 DE SPINOSAURUS BLZ 6.

HOOFDSTUK 1 HET ONTSTAAN VAN HET LEVEN OP AARDE BLZ 3. HOOFDSTUK 3 DE VELOCIRAPTOR BLZ 5. HOOFDSTUK 4 DE SPINOSAURUS BLZ 6. INLEIDING BLZ 2. HOOFDSTUK 1 HET ONTSTAAN VAN HET LEVEN OP AARDE BLZ 3. HOOFDSTUK 2 DE IRRITATOR BLZ 4. HOOFDSTUK 3 DE VELOCIRAPTOR BLZ 5. HOOFDSTUK 4 DE SPINOSAURUS BLZ 6. HOOFDSTUK 5 TYRANOSAURUS REX

Nadere informatie

een zee Rendierjagers De rendierjagers leefden in de prehistorie in ons land. Dat is de tijd voordat de van tijd een zee van tijd

een zee Rendierjagers De rendierjagers leefden in de prehistorie in ons land. Dat is de tijd voordat de van tijd een zee van tijd Werkblad Ω Een tijd geleden... Ω Les : Rendierjagers Rendierjagers De rendierjagers leefden in de prehistorie in ons land. Dat is de tijd voordat de mensen konden schrijven. Ze woonden niet op een vaste

Nadere informatie

reeks ontmoetingen 2 een ontmoeting met Heraclitus

reeks ontmoetingen 2 een ontmoeting met Heraclitus reeks ontmoetingen 2 een ontmoeting met Heraclitus Toelichting Door deze ontmoeting met Heraclitus gaan we terug naar het begin van de westerse filosofie. Zo rond 600 voor Christus komen we in het KleinAziatische

Nadere informatie

Uit: Niks relatief. Vincent Icke Contact, 2005

Uit: Niks relatief. Vincent Icke Contact, 2005 Uit: Niks relatief Vincent Icke Contact, 2005 Dé formule Snappiknie kanniknie Waarschijnlijk is E = mc 2 de beroemdste formule aller tijden, tenminste als je afgaat op de meerderheid van stemmen. De formule

Nadere informatie

Tijd van jagers en boeren

Tijd van jagers en boeren 1.1 Van jagers verzamelaars naar tot 3000 v. Chr. De prehistorie : levenswijze van jagers verzamelaars ontstaan van landbouw, landbouwsamenlevingen Onderzoeksvraag: Welke gevolgen had de Neolithische Revolutie

Nadere informatie

Naam Klas Datum. Klaar met schieten? Sneller dan je buurman/-vrouw? Noteer hier je resultaten. Je bent gestart met 50 Dots van elke kleur.

Naam Klas Datum. Klaar met schieten? Sneller dan je buurman/-vrouw? Noteer hier je resultaten. Je bent gestart met 50 Dots van elke kleur. Naam Klas Datum DotWorld level 1 Klaar met schieten? Sneller dan je buurman/-vrouw? Noteer hier je resultaten. Je bent gestart met 50 Dots van elke kleur. aantal overlevende Dots van kleur 1: kleur 1 =

Nadere informatie

Bamboe verbindingen. Een analyse van mogelijke verbindingen met bamboe op basis van kracht opname, sterktes, zwaktes en oplossingen

Bamboe verbindingen. Een analyse van mogelijke verbindingen met bamboe op basis van kracht opname, sterktes, zwaktes en oplossingen Bamboe verbindingen Een analyse van mogelijke verbindingen met bamboe op basis van kracht opname, sterktes, zwaktes en oplossingen Bamboe verbindingen maken Bamboe is rond. Dit zorgt voor een hoop uitdagingen

Nadere informatie

De steen die verhalen vertelt.

De steen die verhalen vertelt. De steen die verhalen vertelt. Heel lang geleden kenden de mensen geen verhalen, er waren geen verhalenvertellers. Het leven zonder verhalen was heel moeilijk, vooral gedurende de lange winteravonden,

Nadere informatie

Tijger. Een machtige streepjeskat

Tijger. Een machtige streepjeskat Tijger Een machtige streepjeskat Aan de manier waarop tijgers sluipen en op hun prooi afspringen, is goed te zien dat ze uit de familie van katachtigen komen. De tijger is binnen die familie zelfs de grootste

Nadere informatie

infprg03dt practicumopdracht 4

infprg03dt practicumopdracht 4 infprg03dt practicumopdracht 4 W. Oele 31 augustus 2008 1 Evolutie Het volgende citaat komt letterlijk van Wikipedia: Met evolutietheorie (soms ook wel evolutieleer genoemd) wordt de wetenschappelijke

Nadere informatie

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info Kangoeroe Inhoud De ontwikkeling van de kangoeroe De meeste bekende soorten De kenmerken van een kangoeroe De levensloop van de kangoeroe Hoe komt hij aan zijn naam? De ontwikkeling van de kangoeroe Toen

Nadere informatie

Weerleggingen van pagina 255

Weerleggingen van pagina 255 Weerleggingen van pagina 255 "De groep homo onwikkelde zich verder..." Homo-habilis Over de homo habilis hoeft na de vorige pagina niets meer gezegd te worden dus gaan we door naar de homo erectus. Homo-erectus:

Nadere informatie

Werkstuk Biologie Zee-otter

Werkstuk Biologie Zee-otter Werkstuk Biologie Zee-otter Werkstuk door een scholier 1340 woorden 8 maart 2003 5,8 129 keer beoordeeld Vak Biologie Waar leeft de zee-otter? Vroeger kwamen ze nog in het grootste deel van de grote oceaan

Nadere informatie

Levenswijze van jagers-verzamelaars. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

Levenswijze van jagers-verzamelaars. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 11 april 2019 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie https://maken.wikiwijs.nl/103270 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van

Nadere informatie

inhoud blz. 1. Roofdieren 2. De leeuw 3. De tijger 4. De luipaard 5. De wolf 6. De ijsbeer 7. De bruine beer 8. Filmpjes Pluskaarten

inhoud blz. 1. Roofdieren 2. De leeuw 3. De tijger 4. De luipaard 5. De wolf 6. De ijsbeer 7. De bruine beer 8. Filmpjes Pluskaarten Roofdieren inhoud blz. 1. Roofdieren 3 2. De leeuw 4 3. De tijger 6 4. De luipaard 8 5. De wolf 10 6. De ijsbeer 12 7. De bruine beer 14 8. Filmpjes 16 Pluskaarten 18 Bronnen en foto s 19 Colofon en voorwaarden

Nadere informatie

Lesbrief Slakkenevolutiespel 1

Lesbrief Slakkenevolutiespel 1 Slakkenevolutiespel 1 Doelgroep: Groep 5 t/m 8 Lesduur: Werkvorm: Leerstofgebied: ± 15 minuten Klassikaal Wereldoriëntatie Doel van de opdracht: Het begrijpen waarom slakken verschillende kleuren hebben

Nadere informatie

Evolutie. Tommie Van Moorsel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/68381

Evolutie. Tommie Van Moorsel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/68381 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Tommie Van Moorsel 05 februari 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/68381 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.

Nadere informatie

Ontdek de topstukken van het Museum voor Natuurwetenschappen. Voor kinderen van 6 tot 8 jaar

Ontdek de topstukken van het Museum voor Natuurwetenschappen. Voor kinderen van 6 tot 8 jaar Ontdek de topstukken van het Museum voor Natuurwetenschappen Voor kinderen van 6 tot 8 jaar Inkomhal De walvis in de inkomhal Dit is geen dino maar een bultrugwalvis. Bekijk het skelet goed: wat heeft

Nadere informatie

Apen. Inhoud. Orang-oetan. Gibbons. 1. Orang-oetan. 2. Gibbons 3. Handen en voeten 4. Bavianen 5. Zuid-Amerikaanse apen 6. Chimpansees 7.

Apen. Inhoud. Orang-oetan. Gibbons. 1. Orang-oetan. 2. Gibbons 3. Handen en voeten 4. Bavianen 5. Zuid-Amerikaanse apen 6. Chimpansees 7. Apen Inhoud 1. Orang-oetan 2. Gibbons 3. Handen en voeten 4. Bavianen 5. Zuid-Amerikaanse apen 6. Chimpansees 7. Apengeluiden Orang-oetan Orang-oetans zijn zeldzame maar ook schuwe apen die alleen voorkomen

Nadere informatie

Opwindende ontdekkingen in oud-oosterhout! Wo uter is

Opwindende ontdekkingen in oud-oosterhout! Wo uter is rcheobode Opwindende ontdekkingen in oud-oosterhout! Wo uter is archeoloog. Hij hoort bij de groep archeologen die nu aan het opgraven is in Oosterhout in het gebied Vrachelen. Daar wordt over een jaar

Nadere informatie

GEHEIMEN VAN EEN GOOCHELAAR

GEHEIMEN VAN EEN GOOCHELAAR GEHEIMEN VAN EEN GOOCHELAAR INHOUD INTRO 8 01 BEDROG BETOVERT 10 James Hydrick 12 Lepels buigen 14 Traagheid is de sleutel 18 Dit is de truc zoals Rob hem bracht 20 Geknipte oortjes 22 02 TOEVAL 26 Strippers

Nadere informatie

Ontmoetingskerk Laren NH - 16 juli Preek over Lucas 5: 1-11

Ontmoetingskerk Laren NH - 16 juli Preek over Lucas 5: 1-11 Ontmoetingskerk Laren NH - 16 juli 2017 - Preek over Lucas 5: 1-11 Soms is het zonde om het in het leven niet over een andere boeg te gooien. Zonde? Dat is voor velen een beladen, bekrompen woord van vroeger.

Nadere informatie

GROEP 1-2. Wat valt er buiten te BELEVEN?!

GROEP 1-2. Wat valt er buiten te BELEVEN?! GROEP 1-2 Wat valt er buiten te BELEVEN?! * Is evenveel ook even zwaar? Is een emmer met bladeren even zwaar als een emmer met stenen of takken? Hoeveel stenen zijn net zo zwaar als een emmer bladeren?

Nadere informatie

Er zijn 3 soorten hefbomen. Alles hangt af van de positie van het steunpunt, de last en de inspanning ten opzichte van elkaar.

Er zijn 3 soorten hefbomen. Alles hangt af van de positie van het steunpunt, de last en de inspanning ten opzichte van elkaar. Lesbrief 1 Hefbomen Theorie even denken Intro Overal om ons heen zijn hefbomen. Meer dan je beseft. Met een hefboom kan je eenvoudig krachten vermenigvuldigen. Hefbomen worden gebruikt om iets in beweging

Nadere informatie

DIERENPASPOORT GIRAFFE. Giraffa camelopardalis

DIERENPASPOORT GIRAFFE. Giraffa camelopardalis DE GIRAFFE Langnek Over de giraffe wordt wel eens gezegd dat hij uit restjes bestaat. Dat is natuurlijk onzin, maar een giraffe is wel een apart dier. Met zijn prachtige wimpers, lange nek, gespleten hoeven,

Nadere informatie

Slijpmal voor messen SVM-45

Slijpmal voor messen SVM-45 Slijpmal voor messen SVM-45 MESSEN Minimumlengte lemmet 60 mm. RECHTE TREKMESSEN Positie van de machine Opm. Zorg dat de slijpmachine niet te hoog staat bij het slijpen van messen. Afhankelijk van uw lengte

Nadere informatie

Film en. Een boerendorp. Thema 2 Vergelijken. Les 2.1 Een film over Willem Adriaensz. WOORDWEB: Een boerendorp. Woordweb : filmen

Film en. Een boerendorp. Thema 2 Vergelijken. Les 2.1 Een film over Willem Adriaensz. WOORDWEB: Een boerendorp. Woordweb : filmen Les 2.1 Een film over Willem Adriaensz WOORDWEB: Een boerendorp 1. Een boerendorp : een dorp met boerderijen 2. Leem: een soort grond die op klei lijkt. Leem wordt tussen het hout gesmeerd, waarna het

Nadere informatie

Antwoorden door een scholier 1825 woorden 28 februari keer beoordeeld

Antwoorden door een scholier 1825 woorden 28 februari keer beoordeeld Antwoorden door een scholier 1825 woorden 28 februari 2005 6 511 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie Thema 5 Opdracht 1 1. Het uiterlijk is een fenotype van een organisme. 2. Alle erfelijke informatie

Nadere informatie

Profielwerkstuk Biologie De verschillen tussen aap en mens

Profielwerkstuk Biologie De verschillen tussen aap en mens Profielwerkstuk Biologie De verschillen tussen aap en mens Profielwerkstuk door een scholier 3587 woorden 20 maart 2009 5,3 121 keer beoordeeld Vak Biologie Ardipithecus ramidus. Ardipithecus Ramidus.

Nadere informatie