Proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel Geel

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel Geel"

Transcriptie

1 Proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel Geel Jaarverslag 2015

2 Colofon Verantwoordelijke uitgever: Johan Zoons, directeur Depotnummer: D/2015/0180/67 Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid EVAP Proefbedrijf Pluimveehouderij VZW Poiel Geel Telefoon: Fax: Ondernemingsnummer: BE

3 Inhoud Voorwoord...4 Proefbedrijf Pluimveehouderij vzw...6 Onderzoek...12 Vleeskuikens...12 Leghennen...19 Biologische pluimveehouderij Voorlichting Evenementen Communicatie Partners Jaarverslag Pluimveehouderij

4 4 Jaarverslag Pluimveehouderij Voorwoord In 2015 is de Oscar voor beste film naar Birdman van de regisseur Alejandro González Iñárritu gegaan. Een verhaal over een man die al zijn tijd, energie en geld steekt in een zelfgeschreven Broadway-stuk en alles doet om er een succes van te maken. Ondanks de naam heeft de prent niets met kippen te maken. Toch zie ik wat gelijkenissen met het verhaal van het Proefbedrijf Pluimveehouderij. Ook wij de provincie Antwerpen, de Vlaamse Overheid, en de pluimveesector hebben zowel onze liquide middelen als onze goede naam geïnvesteerd in de nieuwe stallen van het Proefbedrijf. En dit met de bedoeling om deze site uit te bouwen tot een onderzoekscentrum van Europees topniveau. Daarom hebben we in 2015 veel aandacht gegeven aan het uitbreiden van ons internationaal netwerk. Zo organiseerden we in juni een workshop rond het onderzoek naar de rode vogelmijt, in de schoot van een COST-actie (de European Cooperation in Science and Technology ). Hiervoor kwamen twintig onderzoekers uit twaalf Europese landen naar het Proefbedrijf om kennis en ervaringen uit te wisselen. In juli trokken we naar de Wereldexpo in Milaan, samen met 8 andere bedrijven en 3 onderzoeksinstellingen, om deel te nemen aan het B2Bevenement van de provincie Antwerpen. Tal van Europese én internationale bedrijven maakten daar hun opwachting. De perfecte gelegenheid om nieuwe contacten te leggen, dus. En het houdt niet op: in maart 2016 komt ook de Europese Werkgroep rond Management en Dierenwelzijn van de World s Poultry Science Association samen in Antwerpen.

5 Het onderzoek op het Proefbedrijf is er steeds op gericht om de pluimveehouders te helpen op een efficiënte en duurzame manier kippenvlees en eieren te produceren. Maar we gaan ook verder. Om te verduurzamen en maatschappelijk verantwoord te ondernemen, hebben we zes pijlers om in het achterhoofd te houden. Zo streven we naar betere voeding en volksgezondheid; minder kosten, beter investeren en rendement; meer tewerkstelling en betere arbeidsomstandigheden; zuiniger omgaan met grondstof en energie; minder impact, uitstoot en hinder; en beter dierenwelzijn. Iedereen op deze aarde heeft wel dromen, ambities, doelen te verwezenlijken. Je hebt ze in kleine en grote vormen, van een diep persoonlijke aard of met een breed maatschappelijk draagvlak. Soms mikken we op iets vanuit een persoonlijke passie, soms doen we het voor de prestige en erkenning, en soms proberen we gewoon van de wereld een betere plek te maken. In een utopische wereld is geen droom te groot, en geen dromer te klein. In de realiteit moeten we echter vaak compromissen sluiten en zelfs van bepaalde wegen afstappen. Vooral samenwerking is belangrijk om zoveel mogelijk doelen te bereiken. Zowel de samenwerking binnen een team, als de samenwerking met partners. Het Proefbedrijf is 2016 gestart met de uitbreiding van het team door enkele nieuwe aanwervingen zowel bij de onderzoekers als de dierverzorgers. En de zoektocht naar projecten in samenwerking met andere onderzoeks- en onderwijsinstellingen gaat ook verder. Zo zorgen we er voor dat de kwaliteit van het onderzoek op het Proefbedrijf Pluimveehouderij nóg stijgt. Of onze inspanningen vruchten afwerpen, gaat u kunnen zien op de jaarlijkse studiedagen van het Proefbedrijf, en in de onderzoeksrapporten die we publiceren. Ondertussen kunt u in dit jaarverslag lezen wat onze onderzoekers en dierverzorgers in 2015 alvast gepresteerd hebben om onze dromen waar te maken. Ludwig Caluwé Gedeputeerde voor landbouw 5 Jaarverslag Pluimveehouderij

6 6 Jaarverslag Puimveehouderij Pluimveehouderij Proefbedrijf Pluimveehouderij vzw Het Proefbedrijf Pluimveehouderij is als provinciaal praktijkcentrum voor de pluimveehouder uniek in België. We voeren open en neutraal praktijkonderzoek. Dit gebeurt in dezelfde omstandigheden als bij de leghennen- en vleeskippenhouder. De theoretische kennis wordt getest en aangetoond onder praktijkomstandigheden. De klemtoon ligt op de efficiëntie van de pluimveehouderij, economische duurzaamheid en maatschappelijke oplossingen voor dierenwelzijn, zowel voor leghennen als voor vleeskippen. Door directe communicatie met de pluimveehouders, kunnen actuele thema s onderzocht worden met het oog op huidige en toekomstige vragen en noden uit het veld. Het Proefbedrijf Pluimveehouderij beschikt over alle faciliteiten om deze vragen te onderzoeken. We werken ook samen met andere onderzoekscentra en pluimveehouders. Bovendien werken we mee aan praktijkonderzoek biologische pluimveehouderij. Hoewel we een bedrijf zijn van de provincie Antwerpen en gevestigd zijn in Geel, werken we uiteraard over de provincie- en zelfs landsgrenzen heen, en dus voor elke geïnteresseerde pluimveehouder. In België zijn we trouwens het enige proefstation dat specifieke expertise in de pluimveesector op praktijkschaal heeft opgebouwd.

7 Om te verduurzamen en maatschappelijk verantwoord te ondernemen, stellen we aan onszelf zes belangrijke streefdoelen, die ook in al ons onderzoek terugkomen: > Betere voeding en volksgezondheid > Minder kosten, beter investeren en rendement > Meer tewerkstelling en betere arbeidsomstandigheden > Zuiniger omgaan met grondstof en energie > Minder impact, uitstoot en hinder > Beter dierenwelzijn Met deze pijlers in het achterhoofd, brengen we het duurzaam evenwicht in praktijk. Doelstellingen Strategische doelstelling Het opzetten van eigen, objectief en praktijkgericht onderzoek met betrekking tot relevante productietechnische bedrijfsaspecten Een efficiënte en zinvolle communicatie en een intensieve dialoog met de Vlaamse vleeskuikenhouders en de Vlaamse leghennenhouders onderhouden De operationele doelstellingen voor 2015 Op basis van praktijkonderzoek publieke kennis genereren voor de vleeskuikenhouders/vleeskuikensector en leghennenhouders/leghennensector. In groepsverband leerlingen en studenten uit het landbouwonderwijs ontvangen omdat ze potentiële nieuwe pluimveehouders zijn. Actief participeren in de volgende externe netwerken: Technopool Pluimvee, Praktijkcentrum Pluimvee, World s Poultry Science Association (WPSA) en Coördinatie- Centrum praktijkonderzoek Biologische Teelten (CCBT) Behaald 7 Jaarverslag Pluimveehouderij

8 8 Jaarverslag Pluimveehouderij Organogram Stielmannen (4/5) Ivo Hoekx Sofie Dams Stielmannen (1/2) Chris Smets Ger Dekkers Proefbedrijf Pluimveehouder vzw Stielmannen Hüseyin Celik Jeroen Brands Silke Sterckx Els Vleugels Marcel Verreydt Veerle Vanberghen Bram Dockx Experts Kris De Baere Ine Kempen Nathalie Sleeckx Ellen Vervaet Teamverantwoordelijke Johan Van Turnhout Ploegverantwoordelijke Johan Zoons Directeur Johnny Nys polyvalent medewerker Hilde Huybrechts boekhoudster* Evelien Aerts communicatieadviseur* Gert Verhoeff Poetsman (1/2) * 1 dag per week ondersteuning vanuit het hoofdbestuur

9 Infrastructuur Onze stallen zijn conform heel wat nieuwe milieueisen voor landbouwers, en we passen de nieuwste inzichten toe om het energieverbruik en de milieu-impact te minimaliseren. Omwille van de hygiëne zijn de stallen van elkaar gescheiden door middel van hekken en een zogenaamde hygiënesluis, waar je verplicht wordt bedrijfskledij en laarzen aan te trekken en door ontsmettingsbakken te lopen. Op die manier vermijden we dat er ongewenste bezoekers in de vorm van bacteriën, virussen en dergelijke in de stallen komen. Toch is de toegankelijkheid van de stallen voor externe bezoekers erg belangrijk. Pluimveebedrijven bezoeken is wegens de sanitaire veiligheidsvoorschriften van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) een omslachtige bezigheid. De nieuwe stallen hebben daarom aparte bezoekersgangen gekregen, die voldoen aan de voorschriften. 9 Jaarverslag Pluimveehouderij

10 10 Jaarverslag Pluimveehouderij Leghennenstal De nieuwe leghennenstal heeft een capaciteit van leghennen. Ze zijn ondergebracht in de meest courante systemen en zijn onderverdeeld in 12 proefafdelingen: - 4 afdelingen met volière waar de leghennen zich omhoog bewegen binnen het systeem (colony-type van Big Dutchmann); - 4 afdelingen met volière waar de leghennen zich omhoog beweging buiten het systeem (Bolegg Terrace van Vencomatic); - 4 proefafdelingen met verrijkte kooien (Specht). Elke afdeling heeft een afzonderlijke klimaatsturing. Een gedeelte van de inkomende lucht kan verwarmd worden door een warmtewisselaar. Uitgaande lucht wordt via een centraal kanaal afgezogen naar een uitlaattoren. Het is een geautomatiseerd systeem dat zorgt voor voldoende luchtverversing met een minimaal energieverbruik. Dit maakt het mogelijk om de warmte te recupereren, de mestdroging energetisch efficiënter te maken en technieken te onderzoeken die de emissies van fijn stof, ammoniak en andere schadelijke stoffen reduceren. De eieren worden automatisch per proefgroep verzameld. Zo kunnen de eieren van verschillende proefgroepen met elkaar vergeleken worden. Via de centrale spijlenband worden ze getransporteerd naar een gloednieuwe sorteer- en inpakmachine, de Staalkat Alpha van Sanovo. Deze machine gebruikt een cameratechniek om de eikwaliteit te bepalen en slaat deze op voor verdere analyse. Nadien worden de eieren automatisch gesorteerd om vervolgens ingepakt te worden door één en dezelfde machine.

11 Vleeskuikenstallen Onze twee klassieke vleeskuikenstallen hebben samen een capaciteit van kuikens. Elke stal is opgedeeld in een linker- en rechtergedeelte. Zo krijg je in totaal vier onafhankelijk gestuurde klimaatafdelingen (A, B, C en D). Elke klimaatafdeling bestaat op haar beurt nog eens uit vier zogenaamde proefeenheden (1, 2, 3 en 4). Elke proefeenheid heeft een eigen voeder- en watersturing. Al die verschillende proefeenheden hebben we nodig om zoveel mogelijk verschillende technieken tegelijkertijd uit te testen in ons vleeskuikenonderzoek. Door hun unieke indeling weet je steeds over welke proefeenheid er gepraat wordt. In de nieuwe vleeskuikensstal is plaats voor extra vleeskuikens. Dit brengt de capaciteit van het Proefbedrijf Pluimveehouderij op vleeskuikens. De nieuwe stal bestaat uit 8 volledig gescheiden klimaatafdelingen voor telkens 2250 kuikens, die dan ook nog eens telkens in twee proefgroepen worden gesplitst. Per afdeling is er een aparte klimaatregeling voorzien, die ook alle klimaatgegevens registreert. De buitenlucht komt binnen via openingen in de zijmuur van de stal. De lucht passeert eerst door een conditioneringsruimte waar ze gekoeld of opgewarmd kan worden. De uitgaande lucht wordt met ventilatoren afgezogen naar twee uitlaattorens. In deze torens is ruimte voorzien om in de toekomst ook technieken voor luchtzuivering te analyseren. 11 Jaarverslag Pluimveehouderij

12 12 Jaarverslag Pluimveehouderij

13 Zowel de Algemene Vergadering als de Raad van Bestuur van de vzw zijn voor het grootste deel samengesteld uit provincieraadsleden uit de provinciale Raadscommissie Landbouw. De Algemene Vergadering en Raad van Bestuur zijn samengekomen op 22 januari, 18 juni en 19 november. In de Algemene Vergadering van 22 januari werd de vervanging goedgekeurd van Didier Lauwerysen door Danny Coulier. Algemene vergadering en Raad van Bestuur Leden Algemene Vergadering Raad van Bestuur Ludwig Caluwé * X X Frank Geudens X Jürgen Godden X Eric Janssens X X Jan De Haes X X Loes Van Cleemput X X Bart Van Hove X X Sener Ugurlu X X Koen Dillen X X Nicole Boonen X X Katleen Van Hove X X Koen Helsen X X Nicole Naert X X Danny Thijs X X Els Baeten X Aysel Bayraktar X Maarten Puls ** X Danny Coulier *** X X Wouter Wytynck **** X X * gedeputeerde voor landbouw ** departementshoofd Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid *** vertegenwoordiger van de Vlaamse Vereniging voor Bedrijfspluimvee- en Konijnenhouders vzw **** vertegenwoordiger van de feitelijke vereniging Belgische Boerenbond. 13 Jaarverslag Pluimveehouderij

14 14 Jaarverslag Pluimveehouderij Onderzoek Vleeskuikens Eigen onderzoek: Voer en tarwe bijmengen i.f.v. darmgezondheid Het onderzoek bij de vleeskuikens Waarom is onderzoek naar een betere is vooral gericht op de optimalisatie van darmgezondheid nodig? het bedrijfstechnische rendement binnen Kris De Baere: In de eerste plaats voor een het wettelijke kader van de Europese richtlijn die de bezetting op een vleeskuikendere dieren hebben minder geneesmiddelen beter dierenwelzijn, dat is logisch. Gezonbedrijf bepaalt. De grote uitdaging voor nodig. Dat verlaagt dus het antibioticagebruik, de vleeskuikensector is het beperken waardoor we betere voeding en daardoor ook van de sterfte bij de vleeskuikens conform de Europese richtlijn, en dit met darmgezondheid heeft natuurlijk ook effect op de betere volksgezondheid krijgen. En een betere een beperkt gebruik van antibiotica. mestproductie. Daar krijgen we dus minder impact, uitstoot en hinder.

15 En het bijmengen van tarwe is een manier om dat te verwezenlijken? Kris: Klopt. In augustus 2015 zijn we een nieuwe proef gestart, die over vier vleeskuikenrondes liep. We mengden tarwe bij vanaf dag 9, en vergeleken vier voedercombinaties: een compleet voeder, zonder bijmengen van tarwe; een aanvullend voeder met bijmenging van hele tarwe; een aanvullend voeder met bijmenging van gebroken tarwe; en tenslotte een aanvullend voeder met bijmenging van eerst hele tarwe tot dag 19, en daarna gebroken tarwe. Ine Kempen: Dat was het proefplan in onze klassieke vleeskuikenstal. In de nieuwe stal vergeleken we twee voedercombinaties: een aanvullend voeder met bijmenging van hele tarwe, waarvan het startvoeder eerst bestond uit kruimel en daarna korrelvoeder; en een analoog voederprogramma maar dan voeder in de vorm van grof meel i.p.v. korrel, zonder hele tarwe, van dag 10 tot dag 18. Kris: In de eerste ronde zagen we bij de toevoeging met gebroken tarwe duidelijk een lagere uniformiteit van de kuikens. Bij handwegingen was er een hogere variatiecoëfficient, en bij de automatische dierwegers een lagere uniformiteit. We kregen ook lagere eindgewichten. Om dit te verklaren, moeten we alle gegevens nog verder in detail bekijken. Het komt wellicht door het verschil in structuur, een selectieve opname en/of de samenstelling. > Beter dierenwelzijn > Minder impact, uitstoot en hinder > Betere voeding en volksgezondheid 15 Jaarverslag Pluimveehouderij

16 16 Jaarverslag Pluimveehouderij Eigen onderzoek: ESBL-screening i.h.k.v. volksgezondheid Wat zijn eigenlijk ESBL s, en wat doen ze in een vleeskuikenstal? Kris De Baere: ESBL is de afkorting van Extended Spectrum Bèta-Lactamases, enzymen die door bacteriën aangemaakt worden en antibiotica kunnen afbreken. Alle levende organismen bevatten bacteriën, en dus ook onze vleeskuikens. Daar is geen weg naast. Nathalie Sleeckx: Onderzoek heeft ontdekt dat er ook ESBL s zitten in het kippenvlees dat je in de winkel kunt kopen. Daarom hoor en lees je zo vaak dat je vlees goed moet verhitten tijdens het koken. Die tip is niet zomaar verzonnen. Om de grootte van het probleem in te schatten, hebben we de voorbije twee jaar een monitoring gedaan naar de aanwezigheid van ESBL s in de stallen. Zo hebben we ze één week na de opzet van de ééndagskuikens al bij een groot deel van de dieren aangetroffen. Hoe doe je dat nu precies, zo n monitoring naar ESBL s? Kris: We hebben stalen genomen door middel van cloaca-swabs. Dit deden we bij 10 kuikens per afdeling, en op drie tijdstippen tijdens de ronde: op dag 0 (bij aankomst en voordat de kuikens in de stal kwamen), op dag 7 en op dag 35. En de resultaten? Nathalie: Op dag 0 konden we weinig of zelfs geen EBSL s aantonen. Behalve in ronde 5 en 11; daar waren op respectievelijk 9 en 12 van de 40 onderzochte swabs ESBL s aanwezig. Op dag 7 zagen we dan dat de ESBL s sterk waren toegenomen, met gemiddeld 15 van de 40 stalen positief. Dit aantal bleef stijgen, zodat op dag 35 gemiddeld 22 van de 40 stalen positief waren. Tussen de rondes zagen we tevens grote verschillen in het aandeel kuikens met ESBL s. Is er misschien een verschil tussen jullie nieuwe vleeskuikenstal en de klassieke stallen? Ine Kempen: Nee. Toen we de nieuwe vleeskuikenstal in september 2014 in gebruik namen, zijn we daar ook meteen gestart met het nemen van de cloaca-swabs. Hierdoor bleek dat het aandeel kuikens met ESBL s in de nieuwe stal gemiddeld op hetzelfde niveau ligt als bij de klassieke stal van 20 jaar oud. Opvallend was wel dat het aandeel kuikens met ESBL s al vanaf de eerste ronde heel hoog was. ESBL s zijn dus sowieso aanwezig. Maar kun je er ook iets tegen doen? Kris: ESBL s komen inderdaad nog steeds voor bij vleeskuikens, ook al wijst onze monitoring op een dalende resistentie. Maar er is een globale aanpak nodig over de hele vleeskuikenproductiekolom om de ESBL-resistentie te verlagen. Het is noodzakelijk dat alle schakels in die keten aan goede hygiëne en bioveiligheid doen, niet alleen de pluimveehouder op bedrijfsniveau. Nathalie: Om resistentie te verminderen, moet je eerst het antibioticagebruik verminderen. Of als er

17 toch een behandeling nodig is, het antibioticum correct en verantwoord gebruiken: enkel op basis van de diagnose van de dierenarts, aangevuld met bacteriologische testen en een antibiogram, en natuurlijk ook steeds aan de juiste dosis. Zo kan de pluimveehouder via het bedrijfsmanagement inspelen op een betere diergezondheid en zo de nood aan diergeneesmiddelen verminderen. > Beter dierenwelzijn > Betere voeding en volksgezondheid > Zuiniger omgaan met grondstof en energie > Minder impact, uitstoot en hinder Onderzoek met partners: Project Gezonde kuikens door een optimale ventilatie / klimaatregeling De grote uitdaging voor de vleeskuikensector is om de sterfte in de hand te houden en tegelijk het gebruik van diergeneesmiddelen te verminderen. Maar hoe pakt een pluimveehouder dit concreet aan? Kris De Baere: De klimaatregeling is de belangrijkste technische managementtool waarmee de pluimveehouder hierop kan inspelen. Door een optimale instelling beïnvloed je niet alleen de gezondheid van de kuikens, maar ook de techni- sche prestaties van de kuikens en de milieu-impact van het bedrijf op de omgeving. Bovendien moet je de klimaatregeling ook zo afstellen, dat de energiekosten op je bedrijf in balans zijn met de andere productiekosten. Wat wil zeggen dat ze niet hoger moeten zijn dan noodzakelijk. Ellen Vervaet: Er is weinig andere keuze. De Europese wetgeving hieromtrent legt immers strikte normen op aan de toelaatbare bezettingsdichtheid. Deze hebben een grote impact op het bedrijfsrendement. Door de toenemende antibioticaresistentie, is de maatschappelijke druk op het verminderen van het diergeneesmiddelengebruik sterk toegenomen. Tijd dus voor een project. Wat onderzoeken jullie dan precies? Kris: We willen de pluimveehouders informeren en sensibiliseren via de demonstratie van goede en vernieuwende ventilatietechnieken. Dit doen we gedurende een tiental rondes. Het stalconcept van onze nieuwe vleeskuikenstal laat toe om inkomende lucht te conditioneren. We koelen of verwarmen de verse buitenlucht vooraleer deze in de dierruimte komt. De stal beschikt 17 Jaarverslag Pluimveehouderij

18 18 Jaarverslag Pluimveehouderij over acht afdelingen van 112,5m². We kunnen het klimaat van elke afdeling afzonderlijk regelen. Ook is er een interne luchtcirculatie en een centrale luchtafzuiging. Perfect dus om nieuwe technieken toe te passen en te vergelijken. Nathalie Sleeckx: Ook in de klassieke vleeskippenstal met vier afdelingen is het mogelijk om het klimaat te regelen op basis van temperatuur, relatieve vochtigheid en CO2. Ze beschikt immers nog steeds over de vereiste verwarmings-, ventilatie- en vernevelingstechnieken. Waarom is het stalklimaat eigenlijk zo belangrijk? Kris: Stalklimaat beïnvloedt ook de strooiselkwaliteit. En bij vochtig strooisel neemt de incidentie aan borstbevuiling en voetzool- en hakletsels toe. Daarom scoren we deze parameters op het einde van de ronde. De bevindingen koppelen we aan de diergezondheid, zoötechnische prestaties van de kuikens en het stalklimaat. Gedrag, dierenwelzijn en gezondheid zijn drie belangrijke parameters in het kader van duurzaamheid. Ellen: Onze partner in dit project, de onderzoeksgroep Dier & Welzijn van de K.U. Leuven campus Geel, volgt tijdens deze proeven een aantal gemerkte kuikens op. Dit zowel via gedragsobservaties als automatische systemen. Het voordeel van automatische systemen is dat de kuikens 24 uur op 24 worden opgevolgd, ook in het duister. Het gebruik van de ruimte (spatiale distributie en activiteit) is onder andere ook aan het stalklimaat gerelateerd. In dit project werken het Proefbedrijf Pluimveehouderij en de onderzoeksgroep Dier & Welzijn van K.U.Leuven - campus Geel samen rond de optimalisatie van het stalklimaat. Dit demonstratieproject loopt over een periode van 2 jaar. Dit project wordt gesubsidieerd door het Departement Landbouw en Visserij in het kader van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling (PDPO). > Beter dierenwelzijn > Minder kosten, beter investeren en rendement

19 De ontwikkeling van het verteringstelsel begint pas na de opname van het eerste water en voeder. Vermits het maagdarmstelsel het grootste afweerorgaan vormt, is de immuniteitsopbouw rechtstreeks verbonden aan de ontwikkeling van het verteringsstelsel. Het is dus belangrijk dat de kuikens zo snel mogelijk voeder en water gaan opnemen. proefbedrijf pluimveehouderij vzw departement welzijn, economie en plattelandsbeleid poiel Geel mededeling 74 proefbedrijf pluimveehouderij vzw een vlotte opstart legt de basis voor een gezond koppel en goed resultaat KrIs DE BaErE Onderzoek met partners: Project Een goede start van jonge vleeskuikens, de sleutel voor lager antibioticagebruik, beter dierenwelzijn en een verhoogd bedrijfsmanagement Waarom is het cruciaal de jonge ééndagskuikens op een juiste manier op te vangen? Ine Kempen: Dat is een essentiële start voor het verloop van een goede vleeskuikenronde. Hierbij zijn het stalklimaat, de vloertemperatuur, en de water-, voer- en kuikenkwaliteit van belang. Dit geeft je een technische managementtool om de sterfte te beperken. Belangrijk, want volgens de Europese richtlijn kun je zo de bezetting optrekken tot 42kg per m². Kris De Baere: Dankzij onze proefstal met 12 apart te sturen klimaatafdelingen, vangen we ééndagskuikens op van verschillende tomen moederdieren. Die houden we in gescheiden compartimenten. We verzamelen alle kennis rond opvang van ééndagskuikens uit literatuur, expertise, en de resultaten van monitoring en coaching. Die passen we toe tijdens zes rondes. De focus ligt tegelijk op het beheersen van het stalklimaat. Hoe werkt die monitoring en coaching precies? Ine: Eerst gaan we op zoek naar 50 vleeskuikenbedrijven. Via monitoring kijken we naar de Het gebruik van diergeneesmiddelen beperken en de sterfte in de hand houden zijn de komende jaren grote uitdagingen voor de vleeskuikensector. Enerzijds vormt de toenemende antibioticaresistentie een grote bedreiging voor zowel mens als dier, anderzijds is de sterfte (in de Europese wetgeving m.b.t. dierenwelzijn) de bepalende factor voor het mogen aanhouden van de bezettingsdichtheid van 42 kg/m². Maximaal inzetten op het gezond houden van de kuikens is de boodschap. Een goede opstart van de ronde is heel belangrijk bij deze snelgroeiende dieren met een korte cyclusduur. Op het Proefbedrijf Pluimveehouderij hebben we de voorbije jaren veel aandacht besteed aan het optimaliseren van de opvang van ééndagskuikens. In dit artikel bespreken we een aantal belangrijke vaststellingen uit het onderzoek. Kuiken in ontwikkeling Bij hun aankomst op het vleeskuikenbedrijf zijn de ééndagskuikens nog volop in ontwikkeling: hun immuniteitssysteem functioneert nog niet optimaal, het darmslijmvlies en de darmflora zijn nog in opbouw, de kuikens zijn afhankelijk van de omgevingswarmte om hun eigen lichaamstemperatuur op peil te houden. Vlakbij de drinklijnen een strook kuikenpapier leggen met daarop een laagje voeder, maakt het voeder vlot bereikbaar vlakbij het water en draagt zo bij tot een snelle voeder- en wateropname. Belangrijk is om de drinklijnen op de juiste hoogte te hangen en op de drinklijnen een gepaste waterdruk te voorzien. Het knisperende geluid van het kuikenpapier werkt tevens stimulerend, het trekt andere kuikens aan naar de plaats waar water en voeder vlak bij elkaar vlot bereikbaar zijn. Bovendien vormt het kuikenpapier dat bovenop de strooisellaag ligt, ook een isolerende laag ten opzichte van de (koudere) vloer. Naast het vlot beschikbaar stellen van water en voeder is het noodzakelijk om te zorgen voor een optimaal klimaat op dierniveau, dus op het strooisel net boven de vloer. Op dierniveau is een ideaal klimaat nodig qua temperatuur, relatieve vochtigheid, luchtsnelheid en luchtkwaliteit. De jonge kuikens kunnen immers nog maar in héél beperkte mate hun eigen lichaamstemperatuur regelen en zijn dus afhankelijk van de omgevingswarmte om hun temperatuur op peil te houden. Het duurt tot dag 12 à 14 vooraleer het vermogen om hun eigen lichaamstemperatuur te regelen, volledig ontwikkeld is. Klimaat op dierniveau Bij de opzet van de kuikens wordt meestal een staltemperatuur van 34 à 35 C vooropgesteld. Maar eigenlijk zegt de staltemperatuur op zich onvoldoende over het werkelijk klimaat op dierniveau. Dit wordt niet alleen bepaald door de temperatuur net boven het strooisel, maar ook door de relatieve vochtigheid en luchtsnelheid. Voor de jonge kuikens mag er op dierniveau enkel een heel rustige luchtbeweging zijn. Een luchtsnelheid van 0,1 à 0,2 m/s geldt hier als norm. 1 MEDEDELING 74 wijze waarop de pluimveehouders hun ééndagskuikens opvangen. Hun bedrijfsdierenartsen volgen voor ons enkele parameters op. Op dag 0 registreren ze het gemiddeld gewicht, de gemiddelde rectale temperatuur, de stal- en vloertemperatuur, en de kwaliteit en temperatuur van het drinkwater. Kris: Op dag 1 bekijken ze de kropvulling, en berekenen ze opnieuw de gemiddelde rectale temperatuur. Ine: En op dag 7 is het terug de beurt aan het gemiddeld gewicht, de drinkwaterkwaliteit, en ook de uniformiteit van de ééndagskuikens. De pluimveehouder houdt dan nog zelf dagelijks de sterfte bij. Nathalie Sleeckx: Daarnaast zorgen we voor een intense coaching van vijf vleeskuikenbedrijven gedurende zes rondes. Dit doen we uiteraard in samenspraak met de broeierijen en bedrijfsdierenartsen. We voeren dezelfde metingen uit als bij de monitoring. Ook bepalen we de kuikenkwaliteit via de Pasgar-score. En volgen we het temperatuurverloop tijdens de eerste levensweek. 19 Jaarverslag Pluimveehouderij

20 20 Jaarverslag Pluimveehouderij In samenwerking met Vakgroep Pluimvee van Boerenbond, de Vlaamse Vereniging voor Bedrijfspluimveehouders, de Beroepsvereniging Fokkers en Broeiers en de bedrijfsdierenartsen startten we in 2015 met het project rond opvang van eendagskuikens. Dit onderzoek volgt de Europese richtlijn over bezettingsnormen bij vleeskuikens. Het project loopt gedurende drie jaar. Dit demonstratieproject wordt gesubsidieerd door het Departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse Overheid in het kader van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling (PDPO). > Beter dierenwelzijn > Minder kosten, beter investeren en rendement

21 Onderzoek met partners: Biocamrisk In 2015 is het project Biocamrisk van start gegaan. Dit is een project rond het gebruik van biociden op varkens- en pluimveebedrijven en relatie tot de antimicrobiële resistentieproblematiek. In 2015 heeft het Proefbedrijf nog geen bijdrage geleverd aan dit project, daar dit pas voorzien is vanaf Onderzoek i.s.m. bedrijven In de subsidieportefeuille voor KMO s van het IWT stelden we onze proefstallen en kennis ter beschikking voor de firma Porphyrio en hun ontwikkeling van een algoritme voor automatische wegingen bij vleeskuikens. Dit project wordt gefinancierd door Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Projectleider is het Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek (ILVO). Universiteit Gent (UGent) is ook een partner. Het project loopt voor het Proefbedrijf Pluimveehouderij in het 2de werkjaar van het project en de eerste helft van het 3de projectjaar. Het project startte op 1/1/ Jaarverslag Pluimveehouderij

22 22 Jaarverslag Pluimveehouderij Leghennen Het onderzoek bij de leghennen wordt vooral ingegeven door het verbod op klassieke batterijkooien, waardoor de grootste uitdaging voor de sector het produceren van eieren op een duurzame wijze is geworden. Het aspect duurzaamheid behelst hier niet enkel dierenwelzijn, maar ook milieuaspecten en arbeidsomstandigheden. In de nieuwe leghennenstal op het Proefbedrijf worden drie verschillende huisvestingssystemen opgevolgd. In het onderzoek legden we de focus op het verlengen van de legcyclus en het verbeteren van arbeidsomstandigheden door middel van stofreductie. Eigen onderzoek: effect van lichtsturing tijdens de eerste weken op het leghennenbedrijf, én het effect van verschillend calciumgehalte in voor- en namiddagvoer Waarom is het zo interessant om leghennen langer aan te houden? Nathalie Sleeckx: Om te beginnen heb je dan minder kosten, kun je beter investeren en heb je een beter rendement. Je moet als pluimveehouders immers minder vaak een koppel aankopen. Welke factoren spelen een rol bij het langer aanhouden van leghennen? Ine Kempen: De grootste uitdaging voor de pluimveehouders is de eikwaliteit. De reden hiervan, is de manier waarop een hen de

23 economie en plattelandsbeleid poiel Geel proefbedrijf pluimveehouderij vzw departement welzijn, proefbedrijf pluimveehouderij vzw effect van lichtsturing tijdens de eerste weken op het leghennenbedrijf Resultaten van de eerste ronde in de nieuwe leghennenstal deel 1 NathaLIE SLEEckx Licht speelt een belangrijke rol bij leghennen. Het bepaalt het dag/nacht-ritme en stimuleert de leg bij de hennen. Met het oog op het langer aanhouden van leghennen of dus het verlengen van de legronde keken we naar het effect van lichtsturing. We voerden de lichtproef uit in alle 12 afdelingen (4 met verrijkte kooi, 4 met 1 rij volière en 4 met een 2 rijen volière) van onze nieuwe leghennenstal. In de verrijkte kooien hebben we zowel bruine als witte hennen opgezet (6144 Lohmann Brown Classic en 6144 Lohmann LSL Classic hennen in totaal). Zowel in de 1 rij volières als in de 2 rijen volières hebben we bruine hennen opgezet (respectievelijk 7680 en Lohmann Brown Classic hennen). Alle hennen kwamen van hetzelfde opfokbedrijf dat zowel over een kooi als over een volière opfok beschikt. Ze kregen allemaal hetzelfde lichtschema in de opfok. De hennen kwamen op 17 weken leeftijd op ons bedrijf aan met 10u licht. Zowel in de afdelingen met verrijkte kooien als in deze met volièrehuisvesting pasten we vanaf het aankomen op het bedrijf bij de ene helft van de hennen een trager lichtschema en bij de andere helft een sneller lichtschema toe (Figuur 1, 2, 3 en 4). We spreken hier van trage en snelle groepen maar dit verschil was niet zo extreem. Het grootste verschil tussen de twee groepen was maximum anderhalf uur (Tabel 1, 2 en 3). Bij de volièrehennen bouwden we bij de lichten ook een afbouwtijd in om het op stok gaan van de hennen te bevorderen. Een deel hiervan (t.e.m. afbouw van de hoofdverlichting) was steeds in de totale lichtduur inbegrepen. Op het moment van de opzet kregen de hennen dus 10 uur licht per dag. De trage groepen hebben we dan nog anderhalve week op 10 uur licht laten zitten terwijl de snelle groepen onmiddellijk naar 11 uur zijn gegaan. Vervolgens verlengden we wekelijks de lichtduur in functie van de conditie van de hennen. Het grootste verschil tussen beide groepen is te zien van week 18 tot en met week 21. De snelle groepen kregen tijdens die 3 weken anderhalf uur meer licht dan de trage groepen. Vanaf 22 weken waren ook de trage hennen niet meer te remmen en hebben we beslist om per halve week de hennen licht bij te geven tot ze aan het maximum aantal lichturen waren. De snelle groepen kregen een week vroeger dan de trage groepen het maximum van 15 uur licht. Op dat moment was de lichtsterkte ongeveer 18 lux. 1 MEDEDELING 76 proefbedrijf pluimveehouderij vzw departement welzijn, economie en plattelandsbeleid poiel Geel Hennen worden steeds langer aangehouden. De grootste uitdaging voor de pluimveehouders hierbij is de eikwaliteit. De reden hiervan ligt in de manier waarop een hen de schaal vormt. Een eischaal bestaat voor 97% uit calciumcarbonaat. Bij een eigewicht van g weegt de schaal zo n 7 à 7,5 gram. De calcium (Ca) in de eischaal komt via twee wegen: via de voeding (darm en dan bloed) en via de reserves van het medullair been. Deze reserves worden normaal aangevuld op het moment dat er geen eischaal wordt gevormd. Gedurende de productie van een ei moet er ongeveer 2 à 2,5 gram Ca in de eischaal worden afgezet. De calcium die op dat moment nodig is, is afkomstig uit het bloed (via de darm) en uit de botreserves. De hoeveelheid die uit het bot onttrokken wordt, hangt af van de Ca-voorziening via de voeding en het tijdstip van de dag. Het grootste deel van de eischaal wordt gevormd gedurende de nacht wanneer geen voedsel wordt opgenomen. Op dat moment wordt de extra benodigde Ca gemobiliseerd uit het medullair (=centrale of meest interne gebied) bot. Deze reserves kunnen heel snel beschikbaar worden gemaakt. Naarmate 1 MEDEDELING 77 mededeling 77 proefbedrijf pluimveehouderij vzw effect van verschillend calciumgehalte in voor- en namiddagvoer bij leghennen Resultaten van de eerste ronde in de nieuwe leghennenstal - deel 2 NathaLIE SLEEckx de hen ouder wordt, gaat de snelheid en efficiëntie waarmee dit Ca gemobiliseerd wordt, achteruit. Dit gaat vaak samen met een verminderde efficiëntie van calciumopname in de darm. Op dat moment krijgen de hennen problemen met de Ca- voorziening tijdens de nacht en gaat de schaalkwaliteit achteruit. De calciumbehoefte hangt af van het legpercentage, de ei-grootte en de calciumabsorptie ter hoogte van de darm. Oudere hennen hebben zwaardere eieren en een lagere calciumbenutting. Voor een goede werking van het calciummetabolisme en het vrijzetten van calcium uit het medullair bot zijn ook de gehaltes aan fosfor (P) en vitamine D3 belangrijk. In de huidige voerproef werd er gewerkt met P- en vitamine D3-gehaltes zoals geformuleerd in standaard scharrel legvoer (Tabel 1). voersamenstelling Voor deze eerste ronde in onze nieuwe legstal hebben we gekozen voor een voerproef bij de verrijkte kooiafdelingen. In totaal gaat het hier om hennen waarvan 6144 Lohmann Brown Classic en 6144 Lohmann LSL Classic hennen. Bij elke lijn kreeg de helft van de hennen een standaard legvoer en de andere helft een splitvoer bestaande uit een voormiddagvoer en een namiddagvoer met een verschillende formulering. De voerproef werd pas gestart bij volgroeide hennen die een stabiele voeropname hadden. Het doel van deze proef was om in de voor- en de namiddag een voer aan te bieden met een verschillend calciumgehalte. Het voormiddagvoer had een lager calciumgehalte (2,4%) ten opzichte van het namiddagvoer (3,9%). Bovendien is het totale calciumgehalte dat een hen die voor- en namiddagvoer opneemt, iets lager (3,3%) dan bij de hen die op standaardvoer (een commercieel legvoer) staat (3,6%). De bedoeling was om het calcium toe te dienen op het moment dat de hen deze het meest kan benutten ( het juiste voer op het juiste moment ) en om te kijken of de hen op deze manier in totaal een iets lager calciumgehalte kan krijgen. Calcium werd voornamelijk toegevoegd als krijtsteentjes schaal vormt. Een eischaal bestaat voor 97% uit calciumcarbonaat. Daarom hebben we een voor- en namiddagvoer vergeleken. Die hadden een verschillend calciumgehalte. Nathalie: Licht speelt ook een belangrijke rol bij leghennen. Het bepaalt niet alleen het dag/ nacht-ritme, maar stimuleert ook de leg. Daarom voerden we in alle 12 afdelingen van onze nieuwe leghennenstal een lichtproef uit. We vergeleken een traag en een snel lichtschema, en dit zowel in de verrijkte kooien als de volières. Kris De Baere: De resultaten die uit dit eigen, verkennend onderzoek naar boven zijn gekomen, waren best interessant. Daarom hebben we in samenwerking met het ILVO een doctoraatsproject opgezet, zodat we deze thema s dieper konden uitwerken. Daarover lees je verderop in dit jaarverslag meer. Onderzoek met partners: Project Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae bij pluimvee in de praktijk Waarom is de rode vogelmijt, of de zogenaamde bloedluis een ernstig probleem binnen de pluimveesector? Nathalie Sleeckx: Bij de behandeling van een besmetting met rode vogelmijt, lopen pluimveehouders tegen een aantal moeilijkheden aan. Strenge wettelijke beperkingen, risico op residu, en opbouw van resistentie beperken de beschikbare middelen. Toch moet er iets aan gedaan worden, zowel voor het dierenwelzijn als de arbeidsomstandigheden. Ellen Vervaet: Daarom hebben we samen met Dierengezondheidszorg (DGZ) Vlaanderen een project ingediend bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. We testen potentiële behandelingsmethoden uit onder praktijkomstandigheden, en optimaliseren het algemeen management van de pluimveehouder. Wat voor onderzoek gaan jullie dan concreet uitvoeren? Nathalie: We testen een geïntegreerde bloedluisbestrijding uit die bestaat uit een combinatie van biologische bestrijding onder de vorm van roofmijten en het gebruik van mijtafdodende producten, die lokaal worden toegepast. De mededeling Jaarverslag Pluimveehouderij

24 24 Jaarverslag Pluimveehouderij hennen zullen dus niet rechtstreeks in contact komen met de producten. Bestaand laboratoriumonderzoek (DERGAL) toonde al het potentieel aan van een dergelijke combinatie. De toepasbaarheid in de praktijk is echter nog niet gekend. Wij testen dus deze behandelmethoden uit en beoordelen de efficiëntie en toepasbaarheid onder praktijkomstandigheden, zowel in verrijkte kooien als in volières. Ellen: Daarnaast onderzoekt onze partner DGZ welk effect een gestructureerde en planmatige begeleiding door een bedrijfsdierenarts heeft op het bedrijfsmanagement. In samenwerking met Dierengezondheidszorg Vlaanderen startten we op 1 september 2015 met het project rond de bestrijding van rode vogelmijt. Het project loopt gedurende twee jaar. Dit project wordt gefinancierd door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Onderzoek met partners: Layerhouse We hebben in het verleden al veel gehoord over het project Layerhouse. Kun je nog even samenvatten wat daar de bedoeling van was? Ine Kempen: Met de steun van de FOD Volksgezondheid en in samenwerking met het ILVO, hebben we getracht om de volièresystemen van commerciële bedrijven te optimaliseren tot een diervriendelijkere en productievere huisvesting voor leghennen. We richtten ons daartoe op vijf veel voorkomende knelpunten binnen dit type huisvesting: borstbeenletsels, sterfte, vederpikken, productieresultaten en stofconcentratie. Het project bestond uit 4 werkpakketten, waarvan het Proefbedrijf Werkpakket 2 en 3 heeft uitgevoerd. Het project is in november 2015 beëindigd. Kris De Baere: In werkpakket 2 hebben we op een groep bedrijven het temporele verloop van verschillende knelpunten opgevolgd, en dat op verschillende tijdstippen. Werkpakket 3 was een experimentele studie in onze nieuwe stallen. We hebben een ionisatietechniek en een maatregel die de pluimveehouder zelf kan nemen, geëvalueerd naar reductie van fijn stof. > Beter dierenwelzijn > Betere arbeidsomstandigheden Hoe heb je in werkpakket 2 die knelpunten op de deelnemende pluimveebedrijven opgevolgd? Ine: We hebben hun leghennen beoordeeld op verschillende leeftijden: weken (na opzet), weken (pre-legpiek), weken (post legpiek), 60 weken, weken (einde van de legronde), en na transport naar het slachthuis.

25 Op 12 bedrijven hebben we ze opgevolgd tot en met de leeftijd van 35 weken, en op zes bedrijven tot en met de slachtleeftijd. We hebben de leghennen gescoord voor afwijkingen aan het borstbeen en de staat van het vederkleed. Nathalie Sleeckx: Gemiddeld 12% van de hennen hebben bij de opzet reeds een milde deviatie aan het borstbeen. Dit percentage loopt op tot 17.8% op 35 weken. Bij zes bedrijven bedraagt het gemiddeld percentage hennen met een milde afwijking 35.8% op 60 weken leeftijd. Dit loopt op tot 55% op slachtleeftijd terwijl het percentage hennen met een ernstige deviatie stabiel blijft rond 14% tijdens de tweede helft van de legronde. Kris: Mediale en caudale breuken komen weinig voor bij opzet van een ronde. Het percentage hennen met een mediale breuk loopt echter snel op en bij 12 bedrijven bedraagt het gemiddelde al 19.7% op 35 weken. Bij zes bedrijven stijgt het percentage hennen met een mediale breuk tijdens de tweede helft van de legronde verder naar gemiddeld 54% op 60 weken en gemiddeld 60% op slachtleeftijd. 25 Jaarverslag Pluimveehouderij

26 26 Jaarverslag Pluimveehouderij proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement welzijn, economie en plattelandsbeleid poiel Geel Figuur 1: Herstelmateriaal van een breuk op het borstbeen bij leghennen mededeling 78 proefbedrijf pluimveehouderij vzw BorstBeendeviaties en -Breuken in de praktijk INE KEMpEN In 2012 startte het project Layerhouse, een samenwerking tussen ILVO en het Proefbedrijf Pluimveehouderij. Dit project streeft naar een verbetering van volièresystemen voor de huisvesting van leghennen. Binnen dit project keken we op Belgische praktijkbedrijven naar het voorkomen van deviaties en breuken van het borstbeen van leghennen op verschillende leeftijden. In volière- en scharrelsystemen komen deviaties en breuken van het borstbeen veel voor bij leghennen. Zowel deviaties als breuken kun je zelf bij de hennen voelen. Als je met je vingers over het borstbeen gaat, voel je bij een deviatie een afwijking van het borstbeen in de vorm van een S. Bij een breuk voel je een duidelijke knobbel op het borstbeen. Dit is het herstelmateriaal van een breuk dat je voelt. Deviaties en breuken hebben niet dezelfde oorzaak. Er wordt aangenomen dat deviaties gevormd worden doordat hennen in een scharrelsysteem een groot deel van hun tijd de zitstok gebruiken. De druk die een zitstok op het borstbeen uitoefent, zou voor een geleidelijke vervorming van het been kunnen zorgen. Breuken worden veroorzaakt door plotse trauma s bv.: slecht landen op de vloer, botsingen met het volièresysteem of de zitstokken. methodiek We bezochten 12 bedrijven op 3 tijdstippen: rond de opzet, rond 25 weken leeftijd en rond 35 weken leeftijd. 6 van de 12 bedrijven volgden we ook nog op rond 60 weken leeftijd, op het einde van de ronde, en in het slachthuis. Tijdens een bezoek kozen we 100 kippen willekeurig doorheen de stal waarvan we het borstbeen bekeken. Indien er een breuk voelbaar was op het borstbeen, gaven we aan de kip een score 1 (Figuur 1), anders een score 0. Daarnaast keken we ook naar het voorkomen van een deviatie. Indien het borstbeen geen deviatie vertoonde, zoals op het linkse luik van Figuur 2, kreeg de kip een score 3. Een lichte deviatie of ernstige deviatie kreeg resp. een score 2 en 1 (middelste en rechtse luik van figuur 2). De observaties werden telkens door eenzelfde persoon uitgevoerd. In het slachthuis kozen we ervoor om steeds zo vroeg mogelijk in het verwerkingsproces te meten. Figuur 2: Deviatie van het borstbeen bij leghennen 1 MEDEDELING 78 Kun je iets meer vertellen over die reductie van fijn stof in werkpakket 3? Ine: We hebben gekozen om niet enkel de ionisatietechniek te bekijken, aangezien deze techniek nog steeds een dure investering is voor de pluimveehouder. Per volièretype voorzagen we één afdeling waarin het strooisel niet werd verwijderd, één afdeling met een stofreductietechniek via ionisatie en waar maandelijks het strooisel werd verwijderd, één afdeling waarin maandelijks het strooisel werd verwijderd, en één afdeling waarin elke 8 weken het strooisel werd verwijderd. Nathalie: Met een stofmeter op basis van lasertechniek, hebben we stoffracties grof stof, PM10, PM2.5 en PM1 gemeten. Bij de bruine hennen in een 1-rij volièresysteem kunnen we stellen dat de combinatie ionisatietechniek en elke 4 weken strooisel verwijderen een goed resultaat geeft, maar dat regelmatig strooisel verwijderen uit de stal ook goede resultaten oplevert. Bij de witte hennen in een 1-rij volièresysteem kunnen we concluderen dat voor elke fractie de ionisatietechniek in combinatie met elke 4 weken strooisel verwijderen het beste resultaat oplevert. Ine: De verschillende fracties werden ook gemeten tijdens het uitvoeren van dagelijkse werkzaamheden. Ten opzichte van een controle van de dieren uitvoeren in de volière (als 100% uitgezet) verhouden voor de fractie grof stof de andere activiteiten zich op deze manier: mest afdraaien (gemiddeld 512%), controle van de dieren uitvoeren in de verrijkte kooi (gemiddeld 18.2%), werken in de gang tussen de afdelingen (gemiddeld 9.1%), werken op de bureau (gemiddeld 3.2%), eieren afrapen (gemiddeld 1.7%) en buiten werken ter hoogte van de bureau (gemiddeld 0.9%). In 2011 keurde FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu het project Layerhouse: Onderzoek naar de verbetering van niet-kooisystemen voor de huisvesting van leghennen goed. Het ILVO is promotor van dit project en het Proefbedrijf Pluimveehouderij treedt op als copromotor. > Beter dierenwelzijn > Betere arbeidsomstandigheden

27 Onderzoek met partners: Doctoraatsbeurs ILVO- Proefbedrijf: Verlengde legcyclus bij leghennen Een doctoraatsbeurs op het Proefbedrijf, dat is ook een primeur! Nathalie Sleeckx: En we zijn er trots op! In ons eigen leghennenonderzoek merkten we enkele zaken op die zeker een diepere uitwerking waard zijn: het effect van de lichtsturing, én het effect van verschillend calciumgehalte in vooren namiddagvoer. Allebei zeer interessant in de oefening om leghennen langer aan te houden. Daarom hebben we in samenwerking met het ILVO dit doctoraatsproject opgestart. Anikó Molnár was de laureate. Anikó Molnár: Door genetische vooruitgang komen we dichter bij een legronde tot 100 weken leeftijd (zonder te ruien). Maar aansluitend bij deze genetische vooruitgang, is er mogelijks een nieuwe aanpak vereist in leghennenvoeding. Leghennen hebben gedurende de dag een variërende nutriëntenbehoefte en calciumbenutting. In een nieuw voerconcept, namelijk split -voeding, voederen we op basis van de behoefte van de hen. Hoe gaat het geven van zo n split -voeding precies in zijn werking? Aniko: In de verrijkte kooien vergelijken we het split -systeem met een standaard voerconcept. In een conventioneel voederverstrekkingsysteem krijgen de hennen de hele dag één soort voer, terwijl in het split -systeem in de voormiddag een energie- en eiwitrijker voeder, en in de namiddag een calciumrijker voeder wordt verstrekt. In dit systeem krijgen de hennen in de voormiddag snel opneembare, fijngemalen kalksteentjes, terwijl we in de namiddag grove kalksteentjes geven die in de maag voor een langere periode aanwezig zijn, en dus s nachts ook voor meer beschikbare Ca zorgen. Deze voederproef met het split -systeem wordt met witte en bruine leghennen in de verrijkte kooien uitgevoerd, en bruine leghennen in een 2-rij volièrehuisvesting. En waar in het onderzoek komt die lichtsturing te pas? Kris De Baere: Naast de voederproef testen we twee lichtschema s met witte leghennen in een 1-rij volièrehuisvesting. Tijdens de opfok werden de poeljen ook al op twee verschillende lichtschema s gehouden. De helft van de hennen kreeg een conventioneel lichtschema, terwijl bij de andere helft van de dieren een vertraagd lichtschema gebruikt werd, waardoor de poeljen later in de leg gingen komen. Wie kiest voor langere legduur kan in het begin van de legronde hiermee reeds rekening houden door jonge hennen later in productie te laten komen. 27 Jaarverslag Pluimveehouderij

28 28 Jaarverslag Pluimveehouderij Nathalie: Het resultaat van een vertraagd lichtschema in het begin van de leg zullen we op het einde van de ronde in 2017 zien. De verwachting is dat de hennen die in de opfok en in het begin van de legperiode trager gestimuleerd werden, langer een hogere persistentie zullen behouden. Zowel bij de voerproef als bij de lichtproef volgen we naast productie, ook eikwaliteit en botontwikkeling van de hennen op vanaf opzet tot het einde van de legronde. Dit sandwich doctoraatsproject is een onderzoeksproject dat kadert in de voorbereiding van een doctoraat in een domein waarin beide onderzoeksinstellingen ervaring en interesse hebben. De financiering gebeurt door het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) en het Proefbedrijf Pluimveehouderij, terwijl de uitvoering ervan door de doctoraatstudent in beide instellingen zal gebeuren, in principe volgende de 50/50 verdeling. De doctoraatstudent zal gedurende de 4 jaren werkzaam zijn op het Proefbedrijf én het ILVO.

29 Biologische pluimveehouderij De biologische pluimveehouderij is een groeiende sector met veel uitdagingen. Op vraag van BioForum fungeert het Proefbedrijf als informatiepunt waar je terecht kunt met vragen en problemen. Samen met biologische onderzoekscentra zoeken we antwoorden op deze en nog veel meer vragen. Wij helpen met literatuurstudies voor CCBT- en ADLO-projecten en werken mee aan bedrijfsbegeleiding. Vinden er op het Proefbedrijf Pluimveehouderij ook proeven plaats voor biologische pluimveehouderij? Johan Zoons: Nee. Om volwaardige proeven te kunnen doen, moet een onderzoekscentrum volledig volgens de principes van de biologische land- en tuinbouw. Dit is voor ons organisatorisch niet haalbaar. Daarom dat we op het Proefbedrijf Pluimveehouderij vzw zelf geen biologische praktijkproeven opzetten. Dat wil niet zeggen dat we de biologische pluimveehouders vergeten. Net zoals we het afgelopen jaar aan onderzoeken van derden hebben meegewerkt wat betreft het courante leghennenonderzoek, doen we hetzelfde voor de biologische pluimveehouders (ca. 20 in Vlaanderen). 29 Jaarverslag Pluimveehouderij

Ronde Eerste ronde in nieuwe leghennenstal Opzet: 11 juni 2014 Laden: 25 juni 2015 op 70 weken leeftijd

Ronde Eerste ronde in nieuwe leghennenstal Opzet: 11 juni 2014 Laden: 25 juni 2015 op 70 weken leeftijd Ronde 2014-2015 Eerste ronde in nieuwe leghennenstal Opzet: 11 juni 2014 Laden: 25 juni 2015 op 70 weken leeftijd 5-29/10/2015 Verrijkte kooi - 4 behandelingen per ras Snel lichtschema standaardvoer Snel

Nadere informatie

PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW. Jaarverslag. Poiel Geel

PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW. Jaarverslag. Poiel Geel PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Jaarverslag 2016 Poiel 77-2440 Geel www.provincieantwerpen.be 2 Jaarverslag Pluimveehouderij Colofon Verantwoordelijke

Nadere informatie

Verlengde legcyclus bij leghennen

Verlengde legcyclus bij leghennen Verlengde legcyclus bij leghennen Doctoraatsproject 2013-2017 Proefbedrijf Pluimveehouderij Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek Anikó Molnár Promotoren: Evelyne Delezie Luc Maertens Johan Zoons

Nadere informatie

Neem contact met ons op voor meer informatie T E

Neem contact met ons op voor meer informatie T E Het Proefbedrijf Pluimveehouderij in Geel (België) is het enige praktijkonderzoekscentrum voor pluimvee in Vlaanderen met een internationale uitstraling. Het proefbedrijf beschikt over een unieke, hoogtechnologische

Nadere informatie

Een goede start van jonge vleeskuikens, de sleutel voor lager antibioticagebruik, beter dierenwelzijn en een verhoogd bedrijfsmanagement

Een goede start van jonge vleeskuikens, de sleutel voor lager antibioticagebruik, beter dierenwelzijn en een verhoogd bedrijfsmanagement Een goede start van jonge vleeskuikens, de sleutel voor lager antibioticagebruik, beter dierenwelzijn en een verhoogd bedrijfsmanagement 1-25/03/2016 Project informatie Projectduur: 1 april 2015-31 maart

Nadere informatie

Stofreductie in volièresystemen

Stofreductie in volièresystemen Stofreductie in volièresystemen 1-1/04/2016 Algemene info Project: Layerhouse Financiering: FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Looptijd: einde ronde 2014-2015, start ronde

Nadere informatie

Stalklimaat op dierniveau. Kris De Baere juni 2015

Stalklimaat op dierniveau. Kris De Baere juni 2015 Stalklimaat op dierniveau Kris De Baere juni 2015 1-7/08/2015 Studiemiddag Hoe klimaatregeling bij vleeskuikens optimaliseren i.s.m. Praktijkcentrum pluimvee i.k.v. lopend demonstratieproject duurzame

Nadere informatie

Opvang ééndagskuikens: adviezen uit de praktijk

Opvang ééndagskuikens: adviezen uit de praktijk proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement Economie, Streekbeleid en Europa Poiel 77-2440 Geel mededeling 91 PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW Opvang ééndagskuikens: adviezen uit de praktijk Ine Kempen

Nadere informatie

LEGLANGER: Naar een hoger rendement door het verantwoord verlengen van de legperiode

LEGLANGER: Naar een hoger rendement door het verantwoord verlengen van de legperiode LEGLANGER: Naar een hoger rendement door het verantwoord verlengen van de legperiode Sarah Teerlynck, Evelyne Delezie, Tommy Van Limbergen, Johan Van Erum, Olivier Oben, Nathalie Sleeckx en Ine Kempen

Nadere informatie

PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel 77-2440 Geel JAARVERSLAG

PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel 77-2440 Geel JAARVERSLAG PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel 77-2440 Geel JAARVERSLAG 2013 2 Jaarverslag 2013 Inhoud Voorwoord...3 1. Proefbedrijf Pluimveehouderij vzw...

Nadere informatie

Proefbedrijf voor de Veehouderij

Proefbedrijf voor de Veehouderij Gebruik van strooisel en voeders met lager eiwitgehalte bij vleeskuikens Pluimvee nr. 43 Kris De Baere INLEIDING Op 27 september jl. organiseerde het Proefbedrijf voor de Veehouderij van de Provincie Antwerpen

Nadere informatie

Ventilatie en verwarming: de sleutel tot een optimaal stalklimaat

Ventilatie en verwarming: de sleutel tot een optimaal stalklimaat Ventilatie en verwarming: de sleutel tot een optimaal stalklimaat Proefbedrijf Pluimveehouderij Sofie Cardinaels 1-22/11/2017 Ventilatie en verwarming: de sleutel tot een optimaal stalklimaat Klimaatinstellingen

Nadere informatie

Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae in de praktijk. Proefbedrijf Pluimveehouderij. Nathalie Sleeckx

Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae in de praktijk. Proefbedrijf Pluimveehouderij. Nathalie Sleeckx Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae in de praktijk Proefbedrijf Pluimveehouderij Nathalie Sleeckx 1-10/7/2016 Algemene info Start: opzet leghennen september 2015 Financiering: FOD

Nadere informatie

Proefbedrijf Pluimveehouderij

Proefbedrijf Pluimveehouderij Proefbedrijf Pluimveehouderij Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae in de praktijk Proefbedrijf Pluimveehouderij Nathalie Sleeckx 2-10/19/2017 Algemene info Start: opzet leghennen september

Nadere informatie

Project demo-project duurzame landbouw: Gezonde kuikens door een optimale ventilatie. sectordagen 2016

Project demo-project duurzame landbouw: Gezonde kuikens door een optimale ventilatie. sectordagen 2016 Project demo-project duurzame landbouw: Gezonde kuikens door een optimale ventilatie sectordagen 2016 1-25/03/2016 Demonstratieproject: Gezonde vleeskuikens door een optimale ventilatie Looptijd: 2 jaar

Nadere informatie

Welzijn, gezondheid en sanitaire status van legkippen in verrijkte kooien versus nietkooisystemen

Welzijn, gezondheid en sanitaire status van legkippen in verrijkte kooien versus nietkooisystemen Welzijn, gezondheid en sanitaire status van legkippen in verrijkte kooien versus nietkooisystemen Door Bas RODENBURG, Frank TUYTTENS, Koen DE REU, Lieve HERMAN, Johan ZOONS en Bart SONCK Traditionele batterijkooien

Nadere informatie

Een goede start van jonge vleeskuikens, de sleutel voor lager antibioticagebruik, beter dierenwelzijn en een verhoogd bedrijfsmanagement

Een goede start van jonge vleeskuikens, de sleutel voor lager antibioticagebruik, beter dierenwelzijn en een verhoogd bedrijfsmanagement Een goede start van jonge vleess, de sleutel voor lager antibioticagebruik, beter dierenwelzijn en een verhoogd bedrijfsmanagement 1-2/10/2017 Project informatie Projectduur: 1 april 2015-30 juni 2017

Nadere informatie

PLUIMVEE HARTSLAG #26

PLUIMVEE HARTSLAG #26 Een publicatie van MSD Animal Health Juli 2018 - Jaargang 7 PLUIMVEE HARTSLAG #26 door Peter gemeten Bloedluizen bestrijden rendeert! DYNAMIC IMMUNITY Doeltreffende bestrijding van rode vogelmijt loont!

Nadere informatie

Proefbedrijf voor de Veehouderij

Proefbedrijf voor de Veehouderij Bezetting bij vleeskuikens: hoe omgaan met de bezettingsnorm uit de EU-richtlijn? Pluimvee nr. 5 Kris De Baere AANLEIDING Vanuit economisch standpunt is het in West- Europa gebruikelijk om een hoge bezettingsgraad

Nadere informatie

Proefbedrijf Pluimveehouderij

Proefbedrijf Pluimveehouderij Proefbedrijf Pluimveehouderij Ronde 7-8 Pikkerij Proefbedrijf Pluimveehouderij Nathalie Sleeckx Ine Kempen - /9/8 HOOFDTHEMA PIKKERIJ drinkwater supplement Voer Voer A A3 Proeffactoren: T. Snavelbehandeling.

Nadere informatie

mededeling 88 1 MEDEDELING 88 proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel Geel

mededeling 88 1 MEDEDELING 88 proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel Geel proefbedrijf pluimveehouderij vzw Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Poiel - Geel mededeling PROEFBEDRIJF PLUIMVEEHOUDERIJ VZW Verband tussen verschillende eischaalkwaliteitsparameters,

Nadere informatie

Panbonis in Pluimvee

Panbonis in Pluimvee Panbonis in Pluimvee Panbonis Panbonis bestaat uit een mengsel van tarwemeel en bladeren van Solanum glaucophylum, deze laatste bevatten 1,25- dihydroxyvitamine D3 glycoside, dit kan beschouwd worden als

Nadere informatie

Strooisel: alternatieve materialen en toevoegingen aan het strooisel

Strooisel: alternatieve materialen en toevoegingen aan het strooisel 64 Strooisel: alternatieve materialen en toevoegingen aan het strooisel Kris De Baere Houtkrullen en gehakseld tarwestro zijn traditioneel de meest gebruikte strooiselmaterialen. Door het toenemend gebruik

Nadere informatie

Kostprijs volière-eieren gemiddeld 1,2 cent hoger.

Kostprijs volière-eieren gemiddeld 1,2 cent hoger. Kostprijs volière-eieren gemiddeld 1,2 cent hoger. P. van Horne, LEI gedetacheerde bij het Praktijkonderzoek voor de Pluimveehouderij Op semi-praktijkschaal is gedurende meerdere ronden het etagesysteem

Nadere informatie

PLUIMVEE HARTSLAG #30

PLUIMVEE HARTSLAG #30 Een publicatie van MSD Animal Health September 2019 - Jaargang 8 PLUIMVEE HARTSLAG #30 door Peter gemeten Angst voor Gumboro hoeft niet... of toch? DYNAMIC IMMUNITY Neemt de kans op Gumboro toe? Een terugkerend

Nadere informatie

Proefbedrijf voor de Veehouderij

Proefbedrijf voor de Veehouderij Pluimvee nr. 36 Strooiselkwaliteit bij vleeskuikens: een belangrijk aandachtspunt Kris De Baere Johan Zoons INLEIDING Na de dioxinecrisis werd het gebruik van dierlijke producten in veevoeders sterk in

Nadere informatie

Noden in de biologische pluimveehouderij. Ine Kempen (Proefbedrijf Pluimveehouderij) An Jamart (Bioforum)

Noden in de biologische pluimveehouderij. Ine Kempen (Proefbedrijf Pluimveehouderij) An Jamart (Bioforum) Noden in de biologische pluimveehouderij Ine Kempen (Proefbedrijf Pluimveehouderij) An Jamart (Bioforum) 1 2 Proefbedrijf Pluimveehouderij Sector Biologische pluimveehouderij Leghennen: 47 bedrijven 500-10,000

Nadere informatie

Bezettingsdichtheid en productieresultaten

Bezettingsdichtheid en productieresultaten Intro Bezettingsdichtheid en productieresultaten Focussen op de resultaten innen het IWT project Proeven zijn, zeker ij vleeskippen, niet specifiek opgezet om de productieparameters te epalen Indien mogelijk

Nadere informatie

Evalueren van de mestuitscheidingscijfers en de mestsamenstellingscijfers voor pluimvee

Evalueren van de mestuitscheidingscijfers en de mestsamenstellingscijfers voor pluimvee Proefbedrijf voor de Veehouderij Poiel 77-2440 Geel - tel.: 014 56 28 70 - fax: 014 56 28 71 - e-mail: info@proefbedrijf.provant.be Bodemkundige Dienst van België v.z.w. W.de Croylaan 48-3001 Heverlee

Nadere informatie

1. Inleiding. Reductie van gebroken eieren in verrijkte kooien: legnesten aantrekkelijker maken of zitstokken verlagen? 1. Inleiding. 1.

1. Inleiding. Reductie van gebroken eieren in verrijkte kooien: legnesten aantrekkelijker maken of zitstokken verlagen? 1. Inleiding. 1. 1. Inleiding Reductie van gebroken eieren in verrijkte kooien: legnesten aantrekkelijker maken of zitstokken verlagen? Frank Tuyttens EU: Batterijkooien verboden vanaf 1 (bedrijven > 35 hennen) VS: United

Nadere informatie

Symposium Kiplekker Topklimaat LUCHTWASSEN IN DE PLUIMVEEHOUDERIJ FICTIE OF WERKELIJKHEID? I r. M a u r i c e O r t m a n s

Symposium Kiplekker Topklimaat LUCHTWASSEN IN DE PLUIMVEEHOUDERIJ FICTIE OF WERKELIJKHEID? I r. M a u r i c e O r t m a n s Symposium Kiplekker Topklimaat LUCHTWASSEN IN DE PLUIMVEEHOUDERIJ FICTIE OF WERKELIJKHEID? I r. M a u r i c e O r t m a n s Schone lucht Duurzame energie Gezond klimaat Wie is Inno+: Actief op 3 kerngebieden:

Nadere informatie

Kippen houden tot 95 weken: niet elk koppel hennen is er klaar voor!

Kippen houden tot 95 weken: niet elk koppel hennen is er klaar voor! 62 Kippen houden tot 95 weken: niet elk koppel hennen is er klaar voor! Witte en bruine hennen in grote verrijkte kooien Ine Kempen Het langer aanhouden van de hennen is een trend die zich de laatste jaren

Nadere informatie

Proefbedrijf voor de Veehouderij

Proefbedrijf voor de Veehouderij Strooiselmateriaal in pluimveestallen Pluimvee nr. 40 Kris De Baere Johan Zoons INLEIDING Bij de huisvesting van pluimvee op de grond is goed strooisel van belang. Een goed strooiselmateriaal kan omschreven

Nadere informatie

Proefbedrijf voor de Veehouderij

Proefbedrijf voor de Veehouderij Huisvesting van leghennen in verrijkte en en volière Pluimvee nr. 44 Kris De Baere INLEIDING Op 27 september jl. organiseerde het Proefbedrijf voor de Veehouderij van de Provincie Antwerpen haar jaarlijkse

Nadere informatie

Copyright Boerenbond. Het Proefbedrijf Pluimveehouderij. DOSSIER Onderzoek in de pluimveehouderij PRAKTIJKONDERZOEK ALS KATALYSATOR

Copyright Boerenbond. Het Proefbedrijf Pluimveehouderij. DOSSIER Onderzoek in de pluimveehouderij PRAKTIJKONDERZOEK ALS KATALYSATOR PRAKTIJKONDERZOEK ALS KATALYSATOR Het Proefbedrijf Pluimveehouderij in Geel voert al meer dan 20 jaar praktijkgericht onderzoek. Met de recente opening van 2 nieuwe stallen is het volgens kenners nu het

Nadere informatie

Enquête Bedrijfsmanagement

Enquête Bedrijfsmanagement Project Evalueren van de mestuitscheidings- en mestsamenstellingscijfers voor de pluimvee Volièrehuisvesting Proefbedrijf voor de Veehouderij Bodemkundige Dienst van België Poïel 77 W. de Croylaan 48 2440

Nadere informatie

Dit demonstratieproject werd medegefinancierd door Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland

Dit demonstratieproject werd medegefinancierd door Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland Beste lezer, In het kader van het ADLO Demonstratieproject Optimalisatie van het houden van intacte beren en immunocastraten bezorgen we u graag een zesde en laatste nummer van onze nieuwsbrief ivm de

Nadere informatie

Sturen op voetzoollaesies: niet eenvoudig, maar betaalt zich terug

Sturen op voetzoollaesies: niet eenvoudig, maar betaalt zich terug Sturen op voetzoollaesies: niet eenvoudig, maar betaalt zich terug Pluimvee relatiedag, 13 juni 2013, Barneveld Jan van Harn Afsprakenkader In oktober 2009 is er overeenstemming bereikt tussen de pluimveesector

Nadere informatie

Bloedluisbestrijding vraagt totaalaanpak

Bloedluisbestrijding vraagt totaalaanpak Dierengezondheidszorg Vlaanderen Bloedluisbestrijding vraagt totaalaanpak Studienamiddag leghennenhouderij Geel 10/10/17 Viviane Aerts FOD project DERMANYSSUS Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus

Nadere informatie

Effect van uitkomen in de stal op dierenwelzijn en diergezondheid

Effect van uitkomen in de stal op dierenwelzijn en diergezondheid Effect van uitkomen in de stal op dierenwelzijn en diergezondheid Onderzoek aan het X-treck systeem Ingrid de Jong, Theo van Hattum, Ilse Poolen, Henk Gunnink Inleiding Uitkomen in de stal wordt in toenemende

Nadere informatie

PLUIMVEE HARTSLAG #25

PLUIMVEE HARTSLAG #25 Een publicatie van MSD Animal Health Maart 2018 - Jaargang 7 PLUIMVEE HARTSLAG #25 door Peter gemeten Een goed kuiken maken begint bij het moederdier DYNAMIC IMMUNITY MATERNALE ANTISTOFFEN BELANGRIJK VOOR

Nadere informatie

Praktijkcentra Dierlijke productie

Praktijkcentra Dierlijke productie Praktijkcentra Dierlijke productie Vlaamse overheid Departement Landbouw en Visserij Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling Landbouw en Visserij 1 Nood aan praktijkonderzoek? Veeteelt productiewaarde van

Nadere informatie

(p=0,012) % kalkst leeftijd (week)

(p=0,012) % kalkst leeftijd (week) Provinciale Dienst voor Land- en Tuinbouw Mededeling nr. 115 Pluimvee nr. 27 Tarwe bij leghennen ir. J. Zoons ing. K. De Baere Op het Proefbedrijf voor de Veehouderij van de Provinciale Dienst voor Land

Nadere informatie

BIJLAGE IIIb: VOORSCHRIFTEN LEGEINDBEDRIJVEN, KOOIHUISVESTING (BEHORENDE BIJ BIJLAGE 1 VOORSCHRIFTEN IKB EI)

BIJLAGE IIIb: VOORSCHRIFTEN LEGEINDBEDRIJVEN, KOOIHUISVESTING (BEHORENDE BIJ BIJLAGE 1 VOORSCHRIFTEN IKB EI) BIJLAGE IIIb: VOORSCHRIFTEN LEGEINBERIJVEN, KOOIHUISVESTING (BEHORENE BIJ BIJLAGE 1 VOORSCHRIFTEN IKB EI) Geldend voor bedrijven met kooihuisvesting Inhoud Wilt u direct naar een bepaald onderdeel van

Nadere informatie

Verwarming vleeskuikenstallen

Verwarming vleeskuikenstallen Verwarming vleeskuikenstallen Kris De Baere, Jenny Löffel 15 juni 2011 1 Verwarmingssystemen Directe systemen: verbrandingsproces in stal zelf Warmtekanon => meest gebruikte verwarmingssysteem - zonder

Nadere informatie

Bezettingsdichtheid en regelgeving. Economische impact van bezettingsdichtheid. Bezettingsdichtheid en regelgeving

Bezettingsdichtheid en regelgeving. Economische impact van bezettingsdichtheid. Bezettingsdichtheid en regelgeving Kleinveehouderij: naar een meer diervriendelijke productie? Overzicht van recent onderzoek Studiedag 29 september 2011, IlVO-Dier Melle Bezettingsdichtheid vanuit bedrijfseconomisch oogpunt Bezettingsdichtheid

Nadere informatie

Onderzoeksverslag: Reductie van ammonia bij pluimvee, opfokbiggen en melkvee door negatieve luchtionisatie.

Onderzoeksverslag: Reductie van ammonia bij pluimvee, opfokbiggen en melkvee door negatieve luchtionisatie. Onderzoeksverslag: Reductie van ammonia bij pluimvee, opfokbiggen en melkvee door negatieve luchtionisatie. & Slim 2, dr. ir. Laura M Rabet HAS Kennistransfer en Bedrijfsopleidingen s Hertogenbosch, Lotte

Nadere informatie

INRICHTING VRIJE UITLOOP

INRICHTING VRIJE UITLOOP INRICHTING VRIJE UITLOOP OVERGANG VAN STAL NAAR UITLOOP BESCHUTTING TEGEN ZON/REGEN/WIND/ROOFDIEREN VOORZIE RECHTE LIJNEN VOORZIE VERHARDING VOORZIE AFLEIDING DIERGEDRAG SCHARRELEN VERENPIKKEN KANNIBALISME

Nadere informatie

Spinfeeder laat veel stof opwaaien

Spinfeeder laat veel stof opwaaien Spinfeeder laat veel stof opwaaien Ing. H.H. Ellen, onderzoeker bedrijfsuitrusting en klimaat Tijdens de opfok van vleeskuikenouderdieren heeft het Praktijkonderzoek Pluimveehouderij (PP) Het Spelderholt

Nadere informatie

Gebruikershandleiding rekenmodel Vee-combistof (pluimvee) (Versie: mei 2019)

Gebruikershandleiding rekenmodel Vee-combistof (pluimvee) (Versie: mei 2019) Gebruikershandleiding rekenmodel Vee-combistof (pluimvee) (Versie: mei 2019) Algemeen Bij pluimveestallen kunnen verschillende technieken worden gebruikt om de emissie van fijnstof (PM 10 ) te reduceren.

Nadere informatie

Komt er een oplossing?

Komt er een oplossing? Komt er een oplossing? Onderzoek ammoniak en fijn stof Hilko Ellen Hoe ammoniak reduceren? Hoe ammoniak reduceren? Via voer: toevoegingen lager eiwitgehalte controle / handhaving? Geen vorming in mest/

Nadere informatie

Omzendbrief betreffende het toekennen van een unieke stempelcode aan pluimveebedrijven voor het stempelen van eieren

Omzendbrief betreffende het toekennen van een unieke stempelcode aan pluimveebedrijven voor het stempelen van eieren Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief betreffende het toekennen van een unieke stempelcode aan pluimveebedrijven voor het stempelen van eieren Referentie PCCB/S2/1583899

Nadere informatie

HENNEN OP LEEFTIJD VANUIT FOKTECHNISCH PERSPECTIEF

HENNEN OP LEEFTIJD VANUIT FOKTECHNISCH PERSPECTIEF HENNEN OP LEEFTIJD VANUIT FOKTECHNISCH PERSPECTIEF Frans van Sambeek Institut de Sélection animale Technisch Directeur De Schothorst seminar 25 November 2009 Ede Trend in het aanhouden van hennen Bruine

Nadere informatie

Opfok en transitie. Management. Voeding en nutritie. Stalinrichting en inventaris. Dier. Schijf van vijf

Opfok en transitie. Management. Voeding en nutritie. Stalinrichting en inventaris. Dier. Schijf van vijf Management Opfok en transitie Schijf van vijf Voeding en nutritie Stalinrichting en inventaris Dier opfok & transitie Iedere ronde vraagt een goede start. De opstart bepaalt de prestaties van uw hennen

Nadere informatie

Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae bij pluimvee in de praktijk

Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae bij pluimvee in de praktijk Potentiële bestrijdingsmethoden van Dermanyssus gallinae bij pluimvee in de praktijk 1-25/03/2016 Algemene info Start: opzet leghennen september 2015 Financiering: FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de

Nadere informatie

PLUIMVEE HARTSLAG #23

PLUIMVEE HARTSLAG #23 Een publicatie van MSD Animal Health September 2017 - Jaargang 6 PLUIMVEE HARTSLAG #23 door Peter gemeten Rode vogelmijt, grote verliespost bij leghennen DYNAMIC IMMUNITY EFFICIËNTE BESTRIJDING VAN RODE

Nadere informatie

Fokken, Broeden en Opfokken Een partner met ervaring

Fokken, Broeden en Opfokken Een partner met ervaring Fokken, Broeden en Opfokken Een partner met ervaring Relatiedag 1 juni 2016 Gerrit Morren Productmanager Broedei, Kuiken, Leghen Zuivere lijnen Moederdieren Broeden en kuikenkwaliteit Opfok Broedei, Kuiken,

Nadere informatie

Impact van worminfecties op de algemene gezondheidsstatus van leghennen in niet-kooisystemen.

Impact van worminfecties op de algemene gezondheidsstatus van leghennen in niet-kooisystemen. Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Impact van worminfecties op de algemene gezondheidsstatus van leghennen in niet-kooisystemen. Eva Pierré () Hilde Van Meirhaeghe Mieke Geerinckx (DGZ

Nadere informatie

Je hebt het beter in de hand

Je hebt het beter in de hand Je hebt het beter in de hand Uniform koppel Meer eieren per hen Betere voerbenutting SOLIQ is een gezamelijk concept van: SOLIQ Het nieuwe voeren SOLIQ is het nieuwe voeren. Hiermee mengt u droog kernvoer

Nadere informatie

Pluimvee Relatiedag Integrale oplossing voor rendement

Pluimvee Relatiedag Integrale oplossing voor rendement Pluimvee Relatiedag Integrale oplossing voor rendement Deze presentatie wordt gepresenteerd door: Iman de Zwarte Milieuspecialist Jan van den Brink Pluimveespecialist Erik den Besten Technisch directeur

Nadere informatie

9th European Poultry Conference

9th European Poultry Conference 9th European Poultry Conference Kernpunten uit de sessies Housing and management, Welfare and behaviour, Welfare and light Thea van Niekerk Housing and management Housing and Management Opfok van kooihennen

Nadere informatie

Nedap Varkens Prestatie Test

Nedap Varkens Prestatie Test Complete oplossingen voor varkenshouderij Nedap biedt middels elektronische individuele dieridentificatie efficiënte en slimme oplossingen voor dierverzorging in de gehele varkenshouderij. Nedap Varkens

Nadere informatie

copyright Boerenbond AB Register brengt antibioticagebruik in kaart Dossier: Antibioticareductie bij vleeskuikens en moederdieren

copyright Boerenbond AB Register brengt antibioticagebruik in kaart Dossier: Antibioticareductie bij vleeskuikens en moederdieren Dossier: Antibioticareductie bij vleeskuikens en moederdieren Volgens het sectorconvenant met de overheid zou het gebruik van antibiotica in de diergeneeskunde met 50% moeten dalen tegen 2020. In 2017

Nadere informatie

Bijlage 12: Beoordelingssysteem vleeskuikens

Bijlage 12: Beoordelingssysteem vleeskuikens IKB KIP Beoordelingssysteem vleeskuikens IKB Kip Bijlage 12: Beoordelingssysteem vleeskuikens Het bestuur van het Productschap Pluimvee en eieren heeft, gelet op Bijlage 1.1B Voorschriften IKB Kip slachterijen

Nadere informatie

Fijnstof reduceren met perspectief?

Fijnstof reduceren met perspectief? Fijnstof reduceren met perspectief? Metingen pilots PEV: stand van zaken, ervaringen, reducties en kosten 13 februari 2019, Hilko Ellen Vraag Wat is de uitstoot aan totaalstof per dag: volièrestal met

Nadere informatie

bevrijd van de rode vogelmijt?

bevrijd van de rode vogelmijt? bevrijd van de rode vogelmijt? 2.0 rode vogelmijt? waar? De rode vogelmijt, Dermanyssus gallinae, in de volksmond bloedluis genoemd, is een veel voor komende huidparasiet en de belangrijkste ectoparasiet

Nadere informatie

de Achterhoek Uw pluimvee, onze zorg!

de Achterhoek Uw pluimvee, onze zorg! Uw pluimvee, onze zorg! Pluimveepraktijk de Achterhoek Spoorstraat 88 7261 AG Ruurlo Telefoon 0573 45 11 68 Fax 0573 45 38 31 info@ppda.nl www.ppda.nl P l u i m v e e p r a k t i j k de Achterhoek Uw pluimvee,

Nadere informatie

Werkpakket dierenwelzijn. Vleeskippen Verschil in groepsgrootte. Vleeskip Verschillende groepsgroottes

Werkpakket dierenwelzijn. Vleeskippen Verschil in groepsgrootte. Vleeskip Verschillende groepsgroottes Werkpakket dierenwelzijn Hoe ervaren vleeskippen en -konijnen meer ruimte? Hoe beïnvloedt bezettingsdichtheid Dierenwelzijn Stephanie Buijs ILVO studiedag (29 september 211) Instituut voor Landbouw- en

Nadere informatie

Het Varkensloket Scheldeweg 68 9090 Melle 09 272 26 67 info@varkensloket.be

Het Varkensloket Scheldeweg 68 9090 Melle 09 272 26 67 info@varkensloket.be Het Varkensloket Scheldeweg 68 9090 Melle 09 272 26 67 info@varkensloket.be Vraag: We gaan een vleesvarkensstal bouwen en hebben nog enkele vragen i.v.m. de ventilatie. De buitenafmetingen van de stal

Nadere informatie

Protocol pluimveetransport bij hoge / lage omgevingstemperaturen Vastgesteld door het bestuur van Stichting AVINED op 15 mei 2018.

Protocol pluimveetransport bij hoge / lage omgevingstemperaturen Vastgesteld door het bestuur van Stichting AVINED op 15 mei 2018. Protocol pluimveetransport bij hoge / lage omgevingstemperaturen Vastgesteld door het bestuur van Stichting AVINED op 15 mei 2018. Inleiding Transport van dieren dient altijd plaats te vinden met aandacht

Nadere informatie

Provinciale Dienst. voor. Land- en Tuinbouw. Mededeling nr. 117 Pluimvee nr. 29. die lang genoeg is, dat wil zeggen ongeveer een derde van de

Provinciale Dienst. voor. Land- en Tuinbouw. Mededeling nr. 117 Pluimvee nr. 29. die lang genoeg is, dat wil zeggen ongeveer een derde van de Provinciale Dienst voor Land- en Tuinbouw Mededeling nr. 117 Pluimvee nr. 29 Lichtschema's bij leghennen, verrassende resultaten ing. K. De Baere, ir. J. Zoons Op het Proefbedrijf voor de Veehouderij van

Nadere informatie

Provinciale Dienst. voor. Land- en Tuinbouw. Mededeling nr. 116 Pluimvee nr. 28. MATEruAAL EN METHODE. Tabel 1: Kenmerken van de batterijkooien.

Provinciale Dienst. voor. Land- en Tuinbouw. Mededeling nr. 116 Pluimvee nr. 28. MATEruAAL EN METHODE. Tabel 1: Kenmerken van de batterijkooien. Provinciale Dienst voor Land- en Tuinbouw Mededeling nr. 116 Pluimvee nr. 28 De invloed van de bezetting op de productie bij leghennen ir. J. Zoons ing. K. De Baere Op het Proefbedrijf voor de Veehouderij

Nadere informatie

Onderzoek biologische landbouw en voeding 2015. Een greep uit de Vlaamse onderzoeksthema s ter gelegenheid van BioXpo 2015

Onderzoek biologische landbouw en voeding 2015. Een greep uit de Vlaamse onderzoeksthema s ter gelegenheid van BioXpo 2015 Onderzoek biologische landbouw en voeding 2015 Een greep uit de Vlaamse onderzoeksthema s ter gelegenheid van BioXpo 2015 1 Contact Vlaams onderzoeks en kennisnetwerk voor biologische landbouw & voeding

Nadere informatie

A. Persoonlijke gegevens. B. Bedrijfsgegevens

A. Persoonlijke gegevens. B. Bedrijfsgegevens A. Persoonlijke gegevens 1. Naam 2. Adres 3. Postcode 4. Stad 5. Land 6. Telefoonnummer B. Bedrijfsgegevens 7. Hoeveel jaar relevante ervaring in het houden van pluimvee heeft de bedrijfsverantwoordelijke?

Nadere informatie

PLUIMVEE HARTSLAG #24

PLUIMVEE HARTSLAG #24 Een publicatie van MSD Animal Health December 2017 - Jaargang 6 PLUIMVEE HARTSLAG #24 door Peter gemeten Het afweersysteem vroeger activeren biedt voordelen DYNAMIC IMMUNITY NIEUWE-GENERATIE VACCINS BIEDEN

Nadere informatie

PLUIMVEE HARTSLAG #29

PLUIMVEE HARTSLAG #29 Een publicatie van MSD Animal Health April 2019 - Jaargang 8 PLUIMVEE HARTSLAG #29 door Peter gemeten Veel geleerd in 1 jaar strijd tegen de bloedluis met Exzodus DYNAMIC IMMUNITY De weg naar succes volledig

Nadere informatie

Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak

Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak Auteur: Steven Sarrazin Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak Veelal wordt de bestrijding van het Boviene Virale Diarree-virus (BVD) enkel geassocieerd met vaccinatie. Echter, met vaccinatie

Nadere informatie

Eieren & Pluimvee. afrekenen met bacteriën, virussen + schimmels

Eieren & Pluimvee. afrekenen met bacteriën, virussen + schimmels Eieren & Pluimvee Eieren en Pluimvee Vires5 Animalia laat steeds weer enorme resultaten zien. Dieren die dagelijks 3% Vires5 Animalia in hun drinkwater drinken, zien er gezonder uit, zijn fitter en minder

Nadere informatie

Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan

Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan Auteur: Steven Sarrazin Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan Boviene Virale Diarree (BVD) is een aandoening met een veel ruimer ziektebeeld dan de naam laat vermoeden. Daarom is

Nadere informatie

HPAI H5N8 Raadgevend comité

HPAI H5N8 Raadgevend comité Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen HPAI H5N8 Raadgevend comité - 26.11.14 Philippe Houdart Directeur crisispreventie en crisisbeheer UITBRAKEN IN DE EU MET H5N8 05/11: 31.000 kalkoenen

Nadere informatie

Dierengezondheidszorg Vlaanderen. Tip en Tricks voor een antibiotica-arm varken

Dierengezondheidszorg Vlaanderen. Tip en Tricks voor een antibiotica-arm varken Dierengezondheidszorg Vlaanderen Tip en Tricks voor een antibiotica-arm varken Onze missie DGZ is dé betrouwbare partner van de Vlaamse veehouder om met gezonde dieren op duurzame wijze veilig voedsel

Nadere informatie

Projectvoorstelling. De afstelling van een voederbak moet kritisch bekeken worden. Het verschil wordt niet boven maar onder in de voederbak gemaakt!

Projectvoorstelling. De afstelling van een voederbak moet kritisch bekeken worden. Het verschil wordt niet boven maar onder in de voederbak gemaakt! Nieuwsbrief 1 April 2015 Nieuwsbrief Demoproject Reductie van het voederverbruik als sleutel tot rendabel varkens produceren Beste lezer, In het kader van het demoproject reductie van het voederverbruik

Nadere informatie

Uitdagingen en oplossingen milieu pluimveesector

Uitdagingen en oplossingen milieu pluimveesector Uitdagingen en oplossingen milieu pluimveesector Symposium Innoplus Het Kippenparadijs Patrick Herijgers 14/11/2017 Geel Carl De Braeckeleer 21/11/2017 Tielt Grote veranderingen omgevingsvergunning? Bepaalde

Nadere informatie

Tot 10 euro extra per vleesvarken dankzij een goede eindbeer! Sander Palmans, Steven Janssens, Sam Millet, Jef Van Meensel

Tot 10 euro extra per vleesvarken dankzij een goede eindbeer! Sander Palmans, Steven Janssens, Sam Millet, Jef Van Meensel Tot 10 euro extra per vleesvarken dankzij een goede eindbeer! Sander Palmans, Steven Janssens, Sam Millet, Jef Van Meensel Hoe belangrijk is de keuze van de eindbeer voor de uiteindelijke bedrijfsresultaten?

Nadere informatie

AANVULLENDE VOORSCHRIFTEN LEGEINDBEDRIJVEN KOOI EN KOLONIEHUISVESTING (VOORSCHRIFT 5B)

AANVULLENDE VOORSCHRIFTEN LEGEINDBEDRIJVEN KOOI EN KOLONIEHUISVESTING (VOORSCHRIFT 5B) AANVULLENDE VOORSCHRIFTEN LEGEINDBEDRIJVEN KOOI EN KOLONIEHUISVESTING (VOORSCHRIFT 5B) INHOUDSOPGAVE TOELICHTING WEGING BIJ AFWIJKINGEN 2 F1. ALGEMEEN 3 F3. INRICHTING / DIERENWELZIJN 3 Aanvullende voorschriften

Nadere informatie

VRAGENLIJST BIOVEILIGHEID OP PLUIMVEEBEDRIJVEN

VRAGENLIJST BIOVEILIGHEID OP PLUIMVEEBEDRIJVEN VRAGENLIJST BIOVEILIGHEID OP PLUIMVEEBEDRIJVEN - 2012 I. IDENTIFICATIE VAN HET BEDRIJF (**) beslagnummer: adres: gelegen in een gevoelig natuurgebied? (*) verantwoordelijke: naam: tel: adres: dierenarts:

Nadere informatie

VPF vzw. Inleiding. Beste lezer, In dit nummer

VPF vzw. Inleiding. Beste lezer, In dit nummer DEMOPROJECT REDUCTIE VAN HET 11/ 05/ 201 5 Nummer 1 VOEDERVERBRUIK ALS S LEUTEL TOT RENDABEL VARKENS PRODUCEREN Inleiding Beste lezer, In het kader van het demoproject reductie van het voederverbruik als

Nadere informatie

Bioveiligheid, mijn bedrijf is beschermd!

Bioveiligheid, mijn bedrijf is beschermd! STOP dierenziekten Bioveiligheid, mijn bedrijf is beschermd! Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen STOP dierenziekten Het voorkomen van besmettelijke dierenziekten is van het grootste

Nadere informatie

Resultaten bloedluis-enquête

Resultaten bloedluis-enquête Resultaten bloedluis-enquête Op ongeveer 80% van de bedrijven werd bloedluis waargenomen. Op 32% van de deelnemende bedrijven waren de bloedluizen in gaten en kieren te vinden; een lichte tot matige besmetting.

Nadere informatie

Resultaten bloedluis-enquête

Resultaten bloedluis-enquête Resultaten bloedluis-enquête 29-03-2017 Op ongeveer 80% van de bedrijven werd bloedluis waargenomen. Op 32% van de deelnemende bedrijven waren de bloedluizen in gaten en kieren te vinden; een lichte tot

Nadere informatie

Het ontwapenen van kippen

Het ontwapenen van kippen Het ontwapenen van kippen Voorzorgsprincipe dierenwelzijn Wouter Wytynck Boerenbond Dierenwelzijn Dierenwelzijn wordt getoetst aan vijf vrijheden: - Vrij van honger en dorst - Vrij van ongemak - Vrij van

Nadere informatie

NUMMER SEMI-BRUTOWINST Broeierijen Legbedrijven vrije kwekers (leghennen op verrijkte kooien)

NUMMER SEMI-BRUTOWINST Broeierijen Legbedrijven vrije kwekers (leghennen op verrijkte kooien) NUMMER 551 Forfaitaire grondslagen van aanslag voor de BEDRIJFSPLUIMVEEHOUDERS Aanslagjaar 2018 Inkomsten 2017 Overeenkomst op 25.05.2018 afgesloten met de afgevaardigden van de Belgische Boerenbond en

Nadere informatie

Pluimvee met Smaak De rol van fokkerij in duurzamere vleeskuikenhouderij

Pluimvee met Smaak De rol van fokkerij in duurzamere vleeskuikenhouderij Fokkerij en Genetica Connection Dagen Pluimvee met Smaak De rol van fokkerij in duurzamere vleeskuikenhouderij 29 November 2012, Arni Janssen Inhoud Aanpak: Reflexief Interactief Ontwerp Resultaten Follow-up

Nadere informatie

Inspiratie voor een bezoek aan Varkens Innovatie Centrum Sterksel

Inspiratie voor een bezoek aan Varkens Innovatie Centrum Sterksel Inspiratie voor een bezoek aan Varkens Innovatie Centrum Sterksel Voorbeelden van onderwerpen en projecten Introductie Een bezoek aan Varkens Innovatie Centrum Sterksel is een inspirerende ervaring. Op

Nadere informatie

DE JUISTE BEER VOOR ELK BEDRIJF

DE JUISTE BEER VOOR ELK BEDRIJF Tekst: Sander Palmans (KU Leuven), Sam Millet en Jef Van Meensel (ILVO), Luc Martens (PVL), Jürgen Depuydt (VVS), Wouter Merckx en Steven Janssens (KU Leuven) DE JUISTE BEER VOOR ELK BEDRIJF Hoe representatief

Nadere informatie

Forfaitaire grondslagen van aanslag vastgesteld voor de BEDRIJFSPLUIMVEEHOUDERS. Aanslagjaar 2016 Inkomsten 2015

Forfaitaire grondslagen van aanslag vastgesteld voor de BEDRIJFSPLUIMVEEHOUDERS. Aanslagjaar 2016 Inkomsten 2015 NUMMER 551 Forfaitaire grondslagen van aanslag vastgesteld voor de BEDRIJFSPLUIMVEEHOUDERS Aanslagjaar 2016 Inkomsten 2015 Opmerking : de overeenkomst werd door de afgevaardigde van de Belgische Boerenbond

Nadere informatie

Protocol pluimveetransport bij hoge / lage omgevingstemperaturen Vastgesteld door het bestuur van Stichting AVINED op 16 mei 2017.

Protocol pluimveetransport bij hoge / lage omgevingstemperaturen Vastgesteld door het bestuur van Stichting AVINED op 16 mei 2017. Protocol pluimveetransport bij hoge / lage omgevingstemperaturen Vastgesteld door het bestuur van Stichting AVINED op 16 mei 2017. Inleiding Transport van dieren dient altijd plaats te vinden met aandacht

Nadere informatie

Economische gevolgen verlaging bezettingsdichtheid vleeskuikens

Economische gevolgen verlaging bezettingsdichtheid vleeskuikens Economische gevolgen verlaging bezettingsdichtheid vleeskuikens Ir. P. van Horne Ing. L. Puister P.O. Postbus 35 6700 AA Wageningen peter.vanhorne@wur.nl Maart 2005 Project 30472 Landbouw-Economisch Instituut

Nadere informatie

EVALUATIE VAN DE LEGPERIODE IN COMMERCIËLE LEGHENLIJNEN

EVALUATIE VAN DE LEGPERIODE IN COMMERCIËLE LEGHENLIJNEN SFR-2009-33 Lelystad, 15 januari 2010 EVALUATIE VAN DE LEGPERIODE IN COMMERCIËLE LEGHENLIJNEN North Carolina State University in de Verenigde Staten heeft een programma opgezet ter ondersteuning van legpluimveehouders

Nadere informatie

VRAGENLIJST BIOVEILIGHEID OP PLUIMVEEBEDRIJVEN - 2008

VRAGENLIJST BIOVEILIGHEID OP PLUIMVEEBEDRIJVEN - 2008 VRAGENLIJST BIOVEILIGHEID OP PLUIMVEEBEDRIJVEN - 2008 I. IDENTIFICATIE VAN HET BEDRIJF (**) beslagnummer: adres: gelegen in een gevoelig natuurgebied? (*) verantwoordelijke: naam: tel: adres: dierenarts:

Nadere informatie