De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie."

Transcriptie

1 Raad van de Europese Unie Brussel, 14 januari 2016 (OR. en) 5430/05 DCL 1 CRIMORG 4 DERUBRICERING van document: ST 5430/05 RESTREINT UE d.d.: 24 januari 2005 nieuwe status: Publiek Betreft: EVALUATIEVERSLAG BETREFFENDE DE DERDE RONDE VAN WEDERZIJDSE EVALUATIES MET BETREKKING TOT DE UITWISSELING VAN INFORMATIE EN INLICHTINGEN TUSSEN EUROPOL EN DE LIDSTATEN EN TUSSEN DE LIDSTATEN ONDERLING VERSLAG OVER NEDERLAND Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie. 5430/05 DCL 1 hw DG F 2A NL

2 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 januari 2005 (04.02) (OR. en) 5430/05 RESTREINT UE CRIMORG 4 EVALUATIEVERSLAG BETREFFENDE DE DERDE RONDE VAN WEDERZIJDSE EVALUATIES MET BETREKKING TOT DE UITWISSELING VAN INFORMATIE EN INLICHTINGEN TUSSEN EUROPOL EN DE LIDSTATEN EN TUSSEN DE LIDSTATEN ONDERLING VERSLAG OVER NEDERLAND 5430/05 gar/pm/lv 1 DG H III RESTREINT UE NL

3 INHOUD 1. INLEIDING ALGEMENE INFORMATIE EN STRUCTUREN INTERNE ORGANISATIE VAN DE UITWISSELING VAN INFORMATIE EXTERNE UITWISSELING VAN INFORMATIE UITWISSELING VAN INFORMATIE TUSSEN LIDSTATEN EN EUROPOL EVALUATIE DOOR HET DESKUNDIGENTEAM ALGEMENE CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN VAN HET DESKUNDIGENTEAM BIJLAGEN BIJLAGE A: Programme of visits BIJLAGE B: List of persons met BIJLAGE C: List of abbreviations /05 gar/pm/lv 2 DG H III RESTREINT UE NL

4 1. INLEIDING 1.1. Na de vaststelling van het Gemeenschappelijk Optreden van 5 december 1997 is een mechanisme voor de beoordeling van de nationale toepassing en implementatie van internationale verbintenissen inzake de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit ingevoerd Een door het voorzitterschap overgenomen voorstel van de Zweedse delegatie om de verstrekking van informatie en inlichtingen aan Europol en de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen de lidstaten te evalueren is door de MDG tijdens haar vergadering van 3 en 4 juni 2002 aangenomen Op 3 december 2002 heeft de MDG haar goedkeuring gehecht aan de vragenlijst over de derde ronde van wederzijdse evaluaties met betrekking tot de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen Europol en de lidstaten en tussen de lidstaten onderling Na de besprekingen van de MDG op 9 januari 2003 is overeenstemming bereikt over de volgorde waarin de lidstaten worden bezocht. Nederland is de negende lidstaat die in de derde ronde wordt geëvalueerd De vragenlijsten en de doelstellingen van deze evaluatie staan in document 11679/3/02 REV 3 CRIMORG De volgende deskundigen waren belast met deze evaluatie: mevrouw Elke ABÉE (Duitsland), de heer Esko HIRVONEN (Finland), de heer Vassilis TRIANTAFYLLIS (Griekenland). Voorts waren twee waarnemers, de heer Olivier CHEVREUL (Europol) en de heer Sönke SCHMIDT (Commissie), aanwezig, samen met vertegenwoordigers van het secretariaat-generaal van de Raad Het evaluatieteam heeft met assistentie van het Raadssecretariaat het volgende verslag opgesteld, op basis van de opmerkingen en conclusies van de deskundigen en de antwoorden van de Nederlandse autoriteiten op de vragenlijst. 5430/05 gar/pm/lv 3 DG H III RESTREINT UE NL

5 1.8. In het verslag komen eerst algemene informatie en structuren aan de orde (2), gevolgd door de interne organisatie van de uitwisseling van informatie (3) en de externe uitwisseling van informatie (4), en vervolgens wordt meer specifiek ingegaan op Europol (5). In het laatste hoofdstuk maken de deskundigen een algemene en technische evaluatie en stellen zij enkele aanbevelingen voor om de samenwerking en effectiviteit bij de uitwisseling van informatie binnen Nederland en met andere lidstaten en Europol te verbeteren. 2. ALGEMENE INFORMATIE EN STRUCTUREN RECHTSGRONDSLAG Hieronder volgt een overzicht van de overeenkomsten, wetgeving en regelgeving inzake de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen Nederland en de andere lidstaten van de EU. De tekst van de betrokken artikelen staat in de bijlage bij de vragenlijst Verdragen van de Raad van Europa waarbij de lidstaten van de EU partij zijn * Europees Verdrag aangaande de wederzijdse rechtshulp in strafzaken, 20 april 1959 (Tractatenblad 1965) * Aanvullend protocol bij voornoemd verdrag (Tractatenblad 1979) * Verdrag inzake witwassen van geld van 8 november 1990 (Straatsburg) * Aanvullende overeenkomst tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk van Groot- Brittannië en Noord-Ierland, 15 september 1993, Tractatenblad VN-verdragen waarbij de lidstaten van de EU partij zijn * Verdrag van 20 december 1988 tegen de sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen (Verdrag van Wenen), Tractatenblad 1990, 94 * Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad (december 2000). 1 Dit deel van het verslag is grotendeels gebaseerd op de antwoorden op de vragenlijst. 5430/05 gar/pm/lv 4 DG H III RESTREINT UE NL

6 Met de EU verband houdende verdragen RESTREINT UE * Schengenovereenkomst, Tractatenblad 1990, 145, en Tractatenblad 1997 * Toepassing in de EG van het Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme, Tractatenblad 1980 * EU-Overeenkomst betreffende de wederzijdse rechtshulp in strafzaken van 29 mei 2000 (nog niet van kracht) * Overeenkomst inzake wederzijdse bijstand en samenwerking tussen de douaneadministraties (18 december 1997) (Napels II) Andere: * Verdrag inzake psychotrope stoffen, Tractatenblad 1989, Bilaterale/trilaterale overeenkomsten met lidstaten van de EU * Benelux-verdrag van 27 juni 1962 aangaande de uitlevering en de rechtshulp in strafzaken, Tractatenblad 1962, gewijzigd bij het protocol van 11 mei 1974 * Overeenkomst van Wittem (overeenkomst tussen Nederland en Duitsland ter aanvulling van het rechtshulpverdrag) * Overeenkomst inzake de administratieve en strafrechtelijke samenwerking op het gebied van de regelingen die verband houden met de verwezenlijking van de doelstellingen van de Benelux, met aanvullende protocollen, Tractatenblad 1969, Nationale wetgeving: * Titel X van het wetboek van strafvordering, en met name artikel 552 i daarvan * Wet Politieregisters in samenhang met artikel 13 van het Besluit betreffende gegevensbescherming (politieregisters) (zie ook het antwoord op vraag A1 (b)) * Wet bescherming persoonsgegevens (met betrekking tot de uitwisseling van persoonsgegevens die niet afkomstig zijn uit een politieregister). 5430/05 gar/pm/lv 5 DG H III RESTREINT UE NL

7 Nationale regelgeving * Richtlijn van 23 november 1994 betreffende wederzijdse bijstand (Richtlijn 552i) * Verscheidene interne politierichtsnoeren inzake de uitvoering van de verordening betreffende Criminele Inlichtingeneenheden (CIE-verordening) * Circulaire van 20 mei 1927 betreffende de wederzijdse kennisgeving van veroordelingen (NL-UK) (spontaan uitwisselen van informatie tussen NL en UK) * Ministeriële brief van 29 december 1981 betreffende Benelux-overeenkomsten inzake de toepassing van artikel 22 van het Benelux-verdrag aangaande de uitlevering en de rechtshulp in strafzaken op verkeersovertredingen. De uitwisseling van informatie tussen Europol en Nederland is gebaseerd op artikel 13 van het "Besluit Politieregisters". De bevoegdheid om dit besluit uit te vaardigen is neergelegd in artikel 18, lid 1, van de "Wet Politieregisters". Aangezien Europol de taak heeft de uitwisseling van gegevens, al dan niet verrijkt door analyse, tussen de lidstaten te vergemakkelijken, kan de verstrekking van gegevens aan Europol begrepen worden als de verstrekking van gegevens aan een ander land zoals vermeld in artikel 18, lid 1, van de Wet Politieregisters en artikel 13 van het Besluit Gegevensbescherming (politieregisters). Lid 1 van artikel 18 van de Wet Politieregisters luidt als volgt: Artikel Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld omtrent de verstrekking van gegevens uit een politieregister - hetzij door tussenkomst van Interpol, hetzij anderszins - aan politieautoriteiten in andere landen, alsmede omtrent de daarbij te stellen voorwaarden aan het gebruik daarvan door die politieautoriteiten. 5430/05 gar/pm/lv 6 DG H III RESTREINT UE NL

8 Artikel 13 van het Besluit Gegevensbescherming (politieregisters) luidt als volgt: Artikel Uit een politieregister kunnen gegevens worden verstrekt aan politieautoriteiten in een ander land indien dit noodzakelijk is: a) voor de goede uitvoering van de politietaak in Nederland of voor de uitvoering van opdrachten voortvloeiende uit de signalering van personen door Nederlandse autoriteiten; b) ter voorkoming van een ernstig en dreigend gevaar of ter opsporing van een misdrijf waardoor de rechtsorde in dat land ernstig is geschokt of c) voor de goede uitvoering van de politietaak in dat land, op grond van een verzoek met betrekking tot een bepaalde persoon of een bepaald geval. 2. In de grensgebieden kunnen gegevens als bedoeld in het eerste lid, aanhef en onder c, ook zonder een daartoe strekkend verzoek worden verstrekt. 3. Uit een politieregister bij het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties kunnen gegevens worden verstrekt aan van overheidswege aangewezen administratieve of politiële meldpunten in het buitenland die een vergelijkbare taak hebben als het meldpunt. Het zevende lid vindt geen toepassing. 4. Bij de beoordeling van de vraag of gegevens ingevolge het eerste of derde lid zullen worden verstrekt, wordt rekening gehouden met de mate waarin waarborgen in het andere land aanwezig zijn met betrekking tot een juist gebruik van de verstrekte gegevens en met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. 5. De gegevens worden steeds verstrekt onder de algemene voorwaarde dat deze slechts zullen worden gebruikt voor het doel waarvoor zij zijn verstrekt. De beheerder kan in bijzondere gevallen op verzoek van de buitenlandse politieautoriteiten toestemmen in gebruik voor een ander doel voor zover dit noodzakelijk is voor de goede uitvoering van de politietaak in dat land. 5430/05 gar/pm/lv 7 DG H III RESTREINT UE NL

9 6. Gegevens die betrekking hebben op de in artikel 5, eerste lid, van de wet genoemde kenmerken, worden slechts verstrekt indien dit met het oog op een juiste beantwoording van een door een buitenlandse politieautoriteit gestelde vraag onvermijdelijk is. Daarbij wordt een aanduiding omtrent de betrouwbaarheid van het gegeven vermeld. 7. De verstrekking vindt plaats door tussenkomst van het Korps landelijke politiediensten. De verstrekking kan echter rechtstreeks plaatsvinden overeenkomstig afspraken met politieautoriteiten in het buitenland, voor zover met deze afspraken is ingestemd door: a) Onze Minister van Justitie, indien het gegevens betreft uit een register dat is aangelegd met het oog op de uitvoering van een taak onder het gezag van de officier van justitie of b) Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, indien het gegevens betreft uit een register dat is aangelegd met het oog op de uitvoering van een taak onder het gezag van de burgemeester. 8. Niettegenstaande het bepaalde in artikel 552h van het Wetboek van Strafvordering worden geen gegevens verstrekt: a) wanneer een vermoeden bestaat dat de gegevens zullen worden gebruikt voor een onderzoek, ingesteld met het oogmerk een verdachte te vervolgen, te straffen, of op andere wijze te treffen in verband met zijn godsdienstige of staatkundige overtuiging, zijn nationaliteit, zijn ras of de groep van de bevolking waartoe hij behoort; b) voor zover het verstrekken van gegevens zou strekken tot het verlenen van medewerking aan een vervolging of een berechting welke onverenigbaar is met het aan artikel 68 van het Wetboek van Strafrecht en artikel 255, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering ten grondslag liggende beginsel; c) ten behoeve van een onderzoek naar feiten terzake waarvan de verdachte in Nederland wordt vervolgd; d) ten behoeve van een onderzoek naar feiten als bedoeld in artikel 552m van het Wetboek van Strafvordering, dan krachtens een overeenkomstig die bepaling verleende machtiging van Onze Minister van Justitie. 9. Indien grond bestaat voor het vermoeden, bedoeld in het achtste lid, onder a, wordt het verzoek aan Onze Minister van Justitie voorgelegd. 5430/05 gar/pm/lv 8 DG H III RESTREINT UE NL

10 10. Het eerste, tweede en vierde tot en met zevende lid is niet van toepassing op de politieambtenaar uit een ander land die als contactambtenaar is geplaatst bij, bij enig politiekorps of bij het Wapen der Koninklijke marechaussee, voor zover met het land door welke hij is gezonden, daarvan afwijkende afspraken zijn gemaakt waarmee Onze Minister van Justitie heeft ingestemd. Aan hem kunnen gegevens worden verstrekt op gelijke voet als aan Nederlandse politieambtenaren voor zover in overeenstemming met deze afspraken. 11. Het eerste, tweede en vierde tot en met zevende lid is evenmin van toepassing op de Nederlandse politieambtenaar of de ambtenaar van de Koninklijke marechaussee die als contactambtenaar of anderszins is gezonden naar het buitenland. Aan hem kunnen gegevens worden verstrekt als ware hij in Nederland. Het eerste, tweede, vierde tot en met zesde alsmede het achtste, negende en twaalfde lid zijn van toepassing bij de verstrekking van de door hen ontvangen gegevens aan politieautoriteiten in het land waar zij werkzaam zijn. 12. De artikelen 11 en 12 zijn van overeenkomstige toepassing. De Nederlandse tekst van deze wet en dit besluit kunnen worden gevonden op website Tik onder "3 Zoek op woord of zinsdeel" het woord "politieregisters" in het eerste vak ("In de titel") en klik op "vind" in de rechter benedenhoek. U krijgt dan twaalf hits waaronder "Wet Politieregisters" en "Besluit Politieregisters". De teksten zijn niet in andere talen op internet beschikbaar. De wetgeving betreffende politieregisters wordt momenteel herzien. Welke wijzigingen deze herziening met zich mee zal brengen voor de bepalingen inzake de uitwisseling van informatie met buitenlandse rechtshandhavingsinstanties kan nu nog niet worden beoordeeld. 5430/05 gar/pm/lv 9 DG H III RESTREINT UE NL

11 2.2. STRUCTUREN In beginsel vinden alle uitwisselingen van operationele informatie tussen Europol en Nederland plaats via het verbindingsbureau van Europol in Nederland (hierna "het Dutch Desk" te noemen). Het Dutch Desk bevindt zich fysiek binnen Europol en maakt gebruik van de door Europol beschikbaar gestelde infrastructuur. Het stuurt door Europol ontvangen vragen betreffende informatie uit politiedossiers door aan de Dienst Internationale Netwerken (DIN) van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) in Zoetermeer, waarvan het operationeel deel uitmaakt. In Zoetermeer worden verzoeken om informatie van Europol geregistreerd, wordt de informatie die ter beantwoording is verzameld gecontroleerd, wordt een antwoord naar Europol gestuurd en/of wordt het verzoek voorgelegd aan de regionale politiedienst (via het bevoegde IRC) voor verdere actie. De DIN kan het verzoek ook aan een andere afdeling van het KLPD of aan de bijzondere opsporingsdiensten doorsturen Tussen Nederland en Europol kan op twee wijzen operationele informatie worden uitgewisseld. Onderzoeksdiensten in Nederland kunnen informatie rechtstreeks verstrekken aan het Dutch Desk, dat deze dan doorzendt aan de bevoegde Europol afdeling(en). Een afschrift van de informatie wordt vervolgens voor archivering toegezonden aan de DIN in Zoetermeer. Een tweede mogelijkheid is dat de Nederlandse onderzoeksdiensten de informatie aan de DIN in Zoetermeer verstrekken, die deze informatie dan doorgeeft aan Europol. DIN Zoetermeer zal de informatie dan via het Dutch Desk toezenden aan Europol. De tweede procedure geniet de voorkeur omdat daarmee informatie het gemakkelijkst centraal kan worden gecoördineerd en het beste besluit kan worden genomen over het kanaal waarlangs de informatie aan andere landen moet worden toegezonden. In gevallen waarin de Nederlandse onderzoeksdiensten betrokken zijn bij de analyse van een werkbestand van Europol (AWF) wordt eventuele relevante operationele informatie via het Dutch Desk uitgewisseld tussen Europol en de Nederlandse onderzoeksdienst, zonder enige tussenkomst van de DIN in Zoetermeer Via het Dutch Desk worden ook rapporten uitgewisseld die geen verband houden met een specifieke operatie tussen Europol en de Nederlandse onderzoeksdiensten. Het Dutch Desk stuurt Europolrapporten aan de Eenheid Internationaal Beleid en Vertalingen (IBV), dat deel uitmaakt van de DIN, met het oog op verdere verspreiding. 5430/05 gar/pm/lv 10 DG H III RESTREINT UE NL

12 Aangezien Europol in Nederland gevestigd is, hebben de Europol-personeelsleden vaak rechtstreeks contact met de onderzoeksdiensten in Nederland en bezoeken zij die ter plaatse. Bij dergelijke gelegenheden kan algemene informatie worden uitgewisseld die geen verband houdt met specifieke operaties. De procedures met personeelsleden van Europol worden zo eenvoudig mogelijk gehouden zodat zij eventuele operationele informatie van een vertegenwoordiger van een Nederlandse onderzoeksdienst aan het Dutch Desk kunnen doorgeven ter legitimering van die informatieverstrekking. Dat vereist een permanente waakzaamheid van het personeel van het Dutch Desk Uitwisseling van politie-informatie en -inlichtingen is op de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de Nederlandse regionale politie. De douaneautoriteiten controleren in nauwe samenwerking met de politie voorwerpen aan de grens. Hiertoe voeren zij zowel fiscale als nietfiscale taken uit. Een fiscale taak is de heffing en inning van douanerechten bij invoer. Belastingontduiking is een strafbaar feit. De Koninklijke Marechaussee is verantwoordelijk voor de politietaken op de (internationale) luchthavens en wisselt dagelijks informatie op internationaal niveau uit. In de antwoorden op de vragenlijst zal dit niet meer worden vermeld De Nederlandse politieorganisatie bestaat uit 26 politiekorpsen, waarvan er 25 op regionaal niveau werkzaam zijn. Naast die 26 politiekorpsen is er het LSOP (Landelijk Selectie- en Opleidingsinstituut Politie), het Politie onderwijs- en kenniscentrum. Elk regionaal korps is verantwoordelijk voor de uitvoering van politietaken in de eigen regio. Het 26e korps, het Korps Landelijke Politiediensten, is een nationale politiedienst die afdelingen omvat voor het patrouilleren van het vervoer over het water, de weg, de lucht en het spoor, alsmede diensten voor koninklijke en diplomatieke beveiliging. Het KLPD verstrekt tevens criminele inlichtingen, gespecialiseerde opsporingsexpertise en misdaadanalyses op nationaal niveau, en is verantwoordelijk voor de behandeling van internationale verzoeken om wederzijdse bijstand De DIN (Dienst Internationale Netwerken) van het KLPD beheert vijf internationale kanalen voor de uitwisseling van politie-informatie: Interpol, Sirene (Schengen), buitenlandse verbindingsofficieren, Nederlandse verbindingsofficieren in het buitenland en het Dutch Desk van Europol, als onderdeel van het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC). Het team internationale zaken binnen het openbaar ministerie maakt ook deel uit van het LIRC. Het heeft de taak de communicatie in verband met rechtshulp te coördineren. Voor meer informatie over het openbaar ministerie zie /05 gar/pm/lv 11 DG H III RESTREINT UE NL

13 De Koninklijke Marechaussee heeft verscheidene verbindingsofficieren in de lidstaten van de EU. Hun belangrijkste taak houdt verband met de bestrijding van mensenhandel Nederland is lid van Interpol, en het Nationale Centrale Bureau (NCB) van Interpol maakt deel uit van het LIRC. De door regionale politie of KLPD-diensten of bijzondere opsporingsdiensten ingediende verzoeken om uitwisseling van (in een politiedossier bewaarde) informatie worden via het LIRC naar de NCBs in andere lidstaten toegezonden. Daarnaast geeft het KLPD een zo ruim mogelijke regionale verspreiding aan buitenlandse verzoeken om de buitenlandse instantie de meest actuele en gedetailleerde informatie te verstrekken De regionale centra voor internationale rechtshulp (IRC's), waarvan er momenteel acht zijn, fungeren als contactpunten voor het LIRC in de regio's en werken elk voor verscheidene politiedistricten en kantoren van het openbaar ministerie. Administratieve politie-informatie over vrijwel elk aspect van de misdaadbestrijding wordt met andere landen via Interpol gedeeld. In beginsel wisselt Nederland geen informatie via Interpol uit vanwege de mogelijke schadelijke neveneffecten. Aangezien niet alle lidstaten een dergelijk onderscheid maken, kan dit type informatie wel door het NCB worden ontvangen (zie hieronder) Met landen die partij zijn bij de Schengenovereenkomst wordt tevens informatie uitgewisseld via Sirene. Hoewel het hier voornamelijk gaat om "hits" in reactie op signaleringen van Nederland in het Schengeninformatiesysteem, kan tevens, al dan niet op verzoek, informatie over misdaadpreventie en -onderzoek worden verstrekt Een ander veel gebruikt kanaal, met name voor gevoelige of gecompliceerde onderzoeken, is dat van de verbindingsofficieren. Het KLPD heeft momenteel 19 verbindingsofficieren op post in het buitenland 1, die vaak rechtstreeks informatie uitwisselen met buitenlandse onderzoeksdiensten en daarbij desgewenst de DIN in Zoetermeer op de hoogte houden en/of gebruiken. De Koninklijke Marechaussee heeft vier verbindingsofficieren in de lidstaten van de EU. In Nederland zijn tientallen buitenlandse verbindingsofficieren gestationeerd die ook rechtstreeks politie-informatie en -bijstand van het LIRC ontvangen. 1 In Frankrijk, Spanje, Hongarije, Turkije, Roemenië, Polen, Rusland, de Nederlandse Antillen, Colombia en Thaïland, Marokko en de Verenigde Staten van Amerika. 5430/05 gar/pm/lv 12 DG H III RESTREINT UE NL

14 Nederland beheert tevens een Dutch Desk binnen Europol. Dit kanaal kan worden gebruikt om informatie uit te wisselen met lidstaten van de EU en met landen en organisaties waarmee Europol overeenkomsten heeft gesloten. Het gaat om operationele en strategische informatie die wordt uitgewisseld met het oog op de preventie en het onderzoek van misdrijven die onder de Europol-overeenkomst vallen. Dit kanaal is tevens zeer geschikt voor gevoelig of gecompliceerd onderzoek dat een intensieve coördinatie vergt Tenslotte zij vermeld dat de minister van Justitie en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties met hun collega's grensoverschrijdende overeenkomsten betreffende samenwerking met grensregio's in Duitsland (de deelstaten) en België hebben gesloten. Op basis van die overeenkomsten kunnen IRC's wier werkterrein grenst aan Duitsland en België rechtstreeks, zonder tussenkomst van het LIRC/het KLPD, informatie met naburige regio's in het andere land uitwisselen. Deze afwijking van de algemene regel (het Besluit en de Wet betreffende politieregisters bepalen dat het KLPD de centrale autoriteit is) vloeit voort uit de wens grenscriminaliteit snel en effectief aan te pakken. De IRC's of de politiedistricten zelf communiceren ook rechtstreeks met andere landen buiten die grensgebieden en buiten het specifieke gebied van grenscriminaliteit In verband met de uitwisseling van informatie met andere landen verdient ook het volgende vermelding. Nederland maakt een onderscheid tussen operationeel nuttige en niet-rechtstreeks operationeel nuttige informatie. Het laatste type informatie is vaak afkomstig van contacten met informanten, in welk geval het van essentieel belang is de bron te beschermen. Criminele inlichtingen-eenheden (CIE's) zijn als enige verantwoordelijk voor dergelijke contacten. Deze CIE's, die afzonderlijk als gesloten informatiecircuit binnen alle 26 politiedistricten zijn georganiseerd, de vier speciale onderzoeksdiensten en de Koninklijke Marechaussee kunnen informanten beschermen, en controleren of informatie voldoende betrouwbaar is voor operationeel gebruik. Na een positieve beoordeling kan het hoofd van de CIE de informatie via een officieel rapport beschikbaar stellen aan een tactisch onderzoeksteam. De informant hoeft dan niet voor de rechtbank gehoord te worden. Uiteraard kan bepaalde informatie die beschikbaar is in of afkomstig is uit het CIE-circuit voor andere landen van belang zijn en vice versa. In beginsel vinden in dergelijke gevallen internationale uitwisselingen van informatie buiten de (L)IRC's om plaats vanwege het grote gevaar van schadelijke neveneffecten bij de behandeling van dergelijke informatie. Het openbaar ministerie moet overigens altijd zijn toestemming geven voordat dergelijke informatie in de vorm van een officieel rapport aan een ander land kan worden toegezonden. 5430/05 gar/pm/lv 13 DG H III RESTREINT UE NL

15 Allereerst zij opgemerkt dat de term "rechtshandhavingsinstanties" hier zo is opgevat dat alleen een lijst van gemachtigde onderzoeksinstanties wordt vermeld. Het openbaar ministerie is verantwoordelijk voor de vervolging van misdrijven in Nederland, maar is ook betrokken bij de uitvoering van dwangmaatregelen of speciale onderzoeksbevoegdheden in de onderzoeksfase. Ten aanzien van de daadwerkelijke uitwisseling van politie-informatie met andere landen - waar deze vragenlijst over gaat - speelt het openbaar ministerie in beginsel geen enkele rol. Het is echter wel op afstand verantwoordelijk voor de juridische inkadering van uitwisselingen van politieinformatie. In dit antwoord is dan ook geen rekening gehouden met het openbaar ministerie Alle 26 politiekorpsen en de Koninklijke Marechaussee zijn bevoegd om misdrijven te onderzoeken die in hun eigen district zijn begaan op gebieden die vallen onder een mandaat van Europol. In beginsel worden gevallen van ernstige of georganiseerde criminaliteit echter op nationaal niveau onderzocht omdat dergelijke misdrijven de taakstelling van de regionale politiekorpsen te buiten gaan. Maar regionale politiekorpsen en de 6 Bovenregionale Rechercheteams onderzoeken ook zware of georganiseerde misdrijven. Op 1 juli 2003 zijn de oude kernteams, de Unit mensensmokkel en de Unit synthetische drugs samengevoegd tot een Nationale Recherche, met ongeveer 900 functionarissen. Binnen specifieke gebieden onderzoekt de Nationale Recherche vormen van ernstige en georganiseerde criminaliteit die, naar categorie of type, nationaal of internationaal van aard zijn. Tevens worden er onderzoeken van nationaal belang uitgevoerd en de Dienst Nationale Recherche speelt een sleutelrol bij de behandeling van gecompliceerde rechtshulpverzoeken van andere landen. Ook stelt zij capaciteit beschikbaar voor internationale samenwerkingsverbanden, zoals de gezamenlijke onderzoeksteams, en door Europol en Eurojust gevraagde onderzoeken De Dienst Nationale Recherche is momenteel actief op de volgende gebieden en geeft prioriteit aan de bestrijding van de volgende vormen van georganiseerde criminaliteit: Latijns-Amerika (cocaïne), Oost-Europa en Turkije, Criminele netwerken in Nederland, Haven van Rotterdam, Luchthaven Schiphol, 5430/05 gar/pm/lv 14 DG H III RESTREINT UE NL

16 Financiële en economische criminaliteit, Mensensmokkel en -handel, Synthetische drugs, met name de productie en uitvoer van ecstasy. Voorts houdt zij zich bezig met de bestrijding van terrorisme, oorlogsmisdaden, vervoerscriminaliteit en computercriminaliteit wanneer het raakvlak tussen georganiseerde criminaliteit en terrorisme bijzondere aandacht vraagt. Naast de Dienst Nationale Recherche zijn er zes permanente Bovenregionale Rechercheteams (BRT's), die zijn opgezet om bovenregionale criminaliteit aan te pakken. Tijdens die werkzaamheden kunnen die teams zich ook bezighouden met onderzoeken met betrekking tot zware georganiseerde criminaliteit op nationaal of internationaal niveau. Met ingang van 11/11/04 zijn de prioriteiten gewijzigd in de volgende zes speerpunten: terrorisme, handel in cocaïne en heroïne, mensenhandel en -smokkel, handel en gebruik van vuurwapens en explosieven, handel en productie van synthetische drugs en witwassen Er zijn vier bijzondere opsporingsdiensten (BODs), de FIOD (Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst)/ECD (Economische Controledienst (van de belasting- en douaneadministratie)), Team Opsporing Piraterij van de FIOD/ECD (voorheen BUMA/STEMRA), de Algemene Inspectiedienst (AID), de Inlichtingen- en Opsporingsdienst (IOD) van het ministerie van VROM en de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) hebben alle onderzoeksbevoegdheden op hun specifieke werkterrein Naast de politie voert ook de Koninklijke Marechaussee onderzoek uit in het kader van haar algemene politiewerk op Schiphol en andere luchthavens, in overeenstemming met haar politietaken in het kader van de vreemdelingenwet (grenstoezicht en mobiele immigratiecontrole) en door de politie te assisteren met haar teams grensoverschrijdende criminaliteit (GOCs). De Koninklijke Marechaussee houdt zich voornamelijk bezig met de bestrijding van immigrantensmokkel, grensoverschrijdende mensenhandel en identiteitsfraude in verband met reisdocumenten. 5430/05 gar/pm/lv 15 DG H III RESTREINT UE NL

17 Binnen het KLPD coördineert de dienst Nationale Recherche Informatie (NRI) het verzamelen en verspreiden van informatie van en namens de onderzoeksautoriteiten (FIOD, Koninklijke Marechaussee, politie). Gegevens inzake ernstige en georganiseerde criminaliteit, bijvoorbeeld, worden vrij lang bewaard in het register voor ernstige criminaliteit. Binnen de NRI zijn er deskundigen op alle gebieden waarvoor Europol een mandaat heeft (en andere gebieden) en zij hebben nationale taken inzake het bundelen van informatie en het delen van deskundigheid Zowel de NRI als de regionale autoriteiten hebben deskundigen die informatie aan de NRI verstrekken en daarvan ook informatie ontvangen. Op informatie die onder de bevoegdheid van een CIE valt, is uiteraard de CIE-regeling van toepassing. Dergelijke informatie kan alleen in een onderzoek worden gebruikt indien de bron wordt beschermd en eerst een interne evaluatie heeft plaatsgevonden. 3. INTERNE ORGANISATIE VAN DE UITWISSELING VAN INFORMATIE 3.1. STRUCTUREN 3.2. KEUZE VAN HET COMMUNICATIEKANAAL Het Interpol-kanaal, het Europol-verbindingskanaal, het Schengenkanaal en het (buitenlandse/nederlandse) verbindingskanaal worden binnen het LIRC/de DIN beheerd en de meeste internationale uitwisselingen van politie-informatie vinden via die kanalen plaats. De DIN/het LIRC heeft een intern model opgezet dat ervoor zorgt dat bij de behandeling van uitgaande verzoeken om rechtsbijstand per geval systematisch het meest efficiënte en geschikte kanaal voor de toezending van die informatie wordt geselecteerd op basis van wetgeving, internationale overeenkomsten, een kosten/batenanalyse en ervaring. In 2004 zal dit kanaalselectiemodel ook worden ingevoerd voor de andere IRCs Het is niet mogelijk voor inkomende verzoeken om rechtsbijstand een specifiek kanaal te kiezen. Die keuze wordt gemaakt door de verzoekende autoriteit van het andere land en moet worden gerespecteerd, omdat de keuze van een ander kanaal voor de reactie op het verzoek tot verwarring en onzekerheid leidt. Alleen binnen het Europol-kanaal of, heel sporadisch, binnen een van de andere kanalen kan - in overleg met het verzoekende land - om gegronde redenen worden besloten dat een ander kanaal geschikter is. Hieronder volgt een korte beschrijving van het kanaalselectiemodel. 5430/05 gar/pm/lv 16 DG H III RESTREINT UE NL

18 Het Sirene-(Schengen)kanaal wordt gebruikt om alle signaleringen betreffende personen of goederen binnen het Schengengebied alsmede alle rapporten in verband met die signaleringen door te geven. Daarnaast kunnen ingevolge artikel 39 van de Schengenovereenkomst eenvoudige verzoeken om politie-informatie onder andere via het Sirene-kanaal worden uitgewisseld Het Europol-kanaal (d.w.z. het Dutch Desk) wordt gebruikt om politie-informatie uit te wisselen in gevallen van ernstige georganiseerde criminaliteit op gebieden waarvoor Europol een mandaat heeft. Voorts gaat het alleen om een gemeenschappelijk onderzoeksbelang indien er ten minste twee lidstaten bij betrokken zijn. Indien het Dutch Desk een verzoek uit Nederland ontvangt dat niet als relevant voor Europol wordt aangemerkt, zal het dit via een ander informatiekanaal aan de bevoegde eenheid binnen de DIN/het LIRC doorsturen voor verdere actie De in het buitenland gestationeerde Nederlandse verbindingsofficieren worden ingezet om via de DIN-unit, politie-informatie uit te wisselen over in Nederland lopend onderzoek naar ernstige en/of georganiseerde criminaliteit die zich om een van de volgende (niet-cumulatieve) redenen minder leent voor uitwisseling via een ander kanaal: - de complexe aard van de zaak; - het risico van schadelijke neveneffecten; - de urgentie van de zaak; - het gevaar dat een officieel verzoek om rechtsbijstand zou leiden tot een onaanvaardbare vertraging bij de oplossing van de zaak (het smeerolie-effect). Overigens heeft Nederland binnen de EU momenteel alleen verbindingsofficieren in Frankrijk en Spanje (politie en Koninklijke Marechaussee). De Koninklijke Marechaussee heeft ook verbindingsofficieren in België en Duitsland De in Nederland gestationeerde buitenlandse verbindingsofficieren worden ingezet om via de DIN-units informatie uit te wisselen in gevallen waarin: - het verzoek betrekking heeft op ernstige of georganiseerde criminaliteit; - het vanwege de complexiteit of de urgentie van de zaak of het risico van schadelijke neveneffecten minder raadzaam is via een ander kanaal te communiceren, bijvoorbeeld wanneer geen Nederlandse verbindingsofficier gestationeerd is in het aangezochte land. 5430/05 gar/pm/lv 17 DG H III RESTREINT UE NL

19 Het Interpol-kanaal wordt onder andere in de volgende gevallen gebruikt: - voor de communicatie met landen die geen partij zijn wanneer er geen ander, geschikter kanaal is; - voor signaleringen buiten het Schengengebied; - voor het verstrekken van afschriften van justitiële verzoeken om rechtsbijstand voor coördinatiedoeleinden; - indien het aangezochte land aandringt op het gebruik van het Interpol-kanaal of indien dit kanaal duidelijk veel sneller is Zowel de plaatselijke IRC's als de politiedistricten zelf werken rechtstreeks samen met buitenlandse politiekorpsen, vooral met de naburige korpsen. De IRC's nemen de inkomende en uitgaande verzoeken op in het voor dat doel opgerichte LURIS-registratiesysteem. De regionale politiekorpsen hebben echter geen toegang tot LURIS en hun verzoeken worden niet geregistreerd wanneer zij samenwerken zonder het IRC als intermediair. Daardoor loopt niet alle informatie via de IRC-structuur (dat wil zeggen de structuur die is opgezet om ervoor te zorgen dat alle inkomende en uitgaande verzoeken voor wederzijdse bijstand worden geregistreerd en gecontroleerd door een IRC). Alleen van de lokale en nationale IRC's en BIRS ontvangen en door hen verzonden informatie wordt opgenomen in het LURIS-systeem. LURIS kan door alle regionale IRC, het nationale IRC en BIRS worden geraadpleegd. Doel van het LURIS-systeem is alle verzoeken om rechtshulp en politie-informatie te registreren. Het LURIS-systeem voorkomt ook dat verzoeken verkeerd terechtkomen of niet (volledig) worden beantwoord. Alle justitiële en politieverzoeken om rechtsbijstand moeten in het systeem worden geregistreerd en korte tijd daarna worden links naar de fysieke documenten ingevoerd. In beginsel wordt bij de keuze van het kanaal geen onderscheid gemaakt tussen bilaterale en multilaterale samenwerking. De ervaringen met de effectiviteit van elke soort samenwerking spelen echter wel een rol bij de kanaalkeuze. Verder wordt het Europol-kanaal gemakkelijker gebruikt wanneer snel tussen meer dan twee landen contacten moeten worden gelegd Hoewel het antwoord voornamelijk betrekking heeft op het Europol-kanaal, zij vermeld dat ook de andere kanalen worden gestandaardiseerd. In het algemeen tracht Nederland zijn infrastructuur te standaardiseren door middel van door alle partijen gebruikte protocollen of producten. Die standaardisering wordt voornamelijk via internet tot stand gebracht. Alle links naar het politiedomein worden beschermd met brandmuren. 5430/05 gar/pm/lv 18 DG H III RESTREINT UE NL

20 Bij het opzetten van het Europol-kanaal heeft Nederland besloten dat alle operationele aangelegenheden via het Dutch Desk moeten lopen. Ter ondersteuning van dat beleid heeft het op het KLPD-netwerk een link aangebracht om het personeel van het Dutch Desk in staat te stellen de nationale systemen te raadplegen. Sinds oktober 2002 is er geen rechtstreekse mailverbinding tussen Europol en Nederland. Europol en de Nederlandse autoriteiten overleggen momenteel over het herstel van die verbinding. De toe te passen technologie is voldoende compatibel om efficiënte verbindingen mogelijk te maken Met de invoering van het Europol-Informatiesysteem zal het aantal verbindingen met Europol toenemen. Naast eerder vernoemd kanaal zal ook een interface worden gecreëerd om de toezending van gegevens van Nederland naar het EIS mogelijk te maken. Gemachtigde politiefunctionarissen in Nederland zullen naar verwachting ook toegang tot dat kanaal krijgen Het Europol-VPN wordt gebruikt voor verbindingen met Europol. Die verbinding is gekoppeld aan het Nederlandse politienetwerk. Brandmuren zorgen voor de beveiliging. Hoewel brandmuren het efficiënt functioneren van de diensten geenszins belemmeren, moeten de diensten zo worden ontworpen en ontwikkeld dat zij erlangs kunnen komen Wat het Schengeninformatiesysteem betreft is de verbinding tussen het nationale systeem en het Schengeninformatiesysteem in Straatsburg gestandaardiseerd. De informatie wordt binnen Nederland verspreid via de infrastructuur van de Nederlandse politie. De verbinding met andere partners wordt op soortgelijke wijze tot stand gebracht, bijvoorbeeld met het Interpol-register voor gestolen motorvoertuigen. 4. EXTERNE UITWISSELING VAN INFORMATIE 4.1. UITWISSELING VAN GEGEVENS Het aantal door het Dutch Desk verzonden verzoeken en ontvangen antwoorden is tussen 1999 en 2003 vrijwel gelijk gebleven. De Nederlandse deelneming aan AWFs is aanzienlijk toegenomen. 5430/05 gar/pm/mj 19 RESTREINT UE NL

21 Wat Interpol betreft, worden in de tabellen de jaren 2001 en 2002 vergeleken wat betreft het aantal ontvangen en verzonden rapporten. De gegevens laten een lichte stijging zien in het aantal ontvangen (2,63%) en verzonden (7%) rapporten. De kwaliteit van de uitwisseling van informatie tussen Nederland en andere lidstaten van de EU kan niet objectief worden beoordeeld omdat er geen internationale normen zijn opgesteld. Naar het oordeel van het Dutch Desk heeft Nederland meer gemeen met zijn rechtstreekse buren dan met verder weg gelegen landen. Uiteenlopende procedures voor de behandeling van informatie kunnen echter af en toe tot communicatieproblemen leiden. Nederland vindt soms dat andere landen bij hun verzoeken te weinig achtergrondinformatie voegen, waardoor het moeilijk wordt Nederlandse normen toe te passen bij de beoordeling van de haalbaarheid van een verzoek (bijvoorbeeld nagaan of er raakvlakken zijn met lopende onderzoeken in Nederland). Dergelijke verschillen in benadering zijn, onder andere om culturele redenen, moeilijk op te lossen. De tijd die sommige lidstaten nodig hebben om vragen te beantwoorden is niet bevorderlijk voor de effectiviteit van Europol als geheel. Zes maanden tot een jaar is in sommige landen niet ongebruikelijk Wat de operationele uitwisseling van rapporten via het Europol-verbindingskanaal (tussen het Dutch Desk en desks van andere landen) betreft, dienen het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Denemarken momenteel de meeste verzoeken om bijstand van Nederland in. Het Verenigd Koninkrijk en Duitsland doen dat al langer terwijl Denemarken sinds 2003 meer verzoeken indient via het Europol-verbindingsnetwerk, terwijl het voorheen meer gebruik maakte van het netwerk van buitenlandse verbindingsofficieren De meeste verzoeken uit Nederland zijn gericht tot Spanje, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Italië. Ook dit is een tendens die al langer zichtbaar is. Het lijkt dat Nederlandse onderzoeksdiensten meer gebruik maken van het Europol-kanaal wanneer de taal duidelijk een probleem vormt, zoals bijvoorbeeld bij de communicatie met in het bijzonder Zuid-Europese landen. Veel Nederlandse rechercheurs denken dat ze het Engels en het Duits zo goed machtig zijn dat zij vaak kiezen voor rechtstreekse persoonlijke contacten. Voorts betekent het feit dat criminele organisaties Nederland gebruiken als distributiecentrum voor met name drugs (45% van de binnen het Europol-netwerk uitgewisselde informatie houdt verband met drugs) dat het Dutch Desk vrij vaak wordt relatief wordt geraadpleegd in verhouding tot de desks van andere landen. 5430/05 gar/pm/mj 20 RESTREINT UE NL

22 De Nederlandse privacy-wetgeving voldoet aan de normen in de Europese wetgeving betreffende gegevensbescherming. De Nederlandse Wet Politieregisters beperkt de internationale verspreiding van gegevens uit politiedossiers tot erkende rechtshandhavingsinstanties, waartoe uiteraard ook Europol behoort. Dezelfde wet eist ook behoedzaamheid bij de spontane verspreiding van gegevens uit politiedossiers in gevallen waarin bij die verspreiding geen Nederlands belang gediend is. Hoewel in de onmiddellijke grensregio's een minder beperkte vorm van informatie- -uitwisseling toegestaan is, kan elders alleen spontaan informatie aan buitenlandse politieautoriteiten worden verstrekt indien daarmee een ernstig of dreigend gevaar wordt afgewend of met het oog op het onderzoeken van een misdrijf dat de rechtsstaat in het betrokken land ernstig heeft verstoord. Eventuele opgeworpen belemmeringen houden meer verband met bilaterale samenwerking en minder met de verstrekking van informatie aan de Europol-organisatie. In ieder geval vloeit de verplichting om informatie aan Europol te verstrekken voort uit de Europol-overeenkomst. De wetgeving betreffende politiegegevens wordt momenteel grondig herzien en in het kader daarvan zullen ook de rechtskaders voor de uitwisseling van informatie met buitenlandse politieautoriteiten opnieuw worden bestudeerd. Die nieuwe wetgeving zal in een ruimere regeling voor informatieverstrekking voorzien. Toch zal worden bezien hoe de verwerking van gegevens met andere landen kan worden verbeterd EIGENDOM VAN INFORMATIE Verschillen tussen de lidstaten belemmeren stellig de operationele uitwisseling van informatie. Verschillen in de bevoegdheden van de politie en de openbare aanklager leiden bijvoorbeeld regelmatig tot discussies tussen desks. Het ene land kan een gerechtelijk verzoek om rechtshulp eisen, terwijl dezelfde kwestie in een ander land binnen de bevoegdheid van de politie blijft en betrokkenheid van de vervolgingsinstantie nodig noch wenselijk wordt geacht. Ook kan de "afstand" tussen de politie en de openbare aanklager van lidstaat tot lidstaat verschillen. Die afstand is in Nederland erg klein, maar dat kan in andere landen uiteraard heel anders liggen. Afhankelijk van de omstandigheden kan dit een belemmering vormen voor een snelle en effectieve samenwerking in gevallen waarin de openbare aanklager een belangrijke rol speelt. Het toenemende aantal Europawijde overeenkomsten, de invoering van het Europese aanhoudingsbevel en de naderende uitvoering van de Europese overeenkomst betreffende rechtshulp in strafzaken zullen er evenwel alle toe bijdragen dat de verschillen in wetgeving en de daaruit voortvloeiende hinderpalen worden weggewerkt. 5430/05 gar/pm/mj 21 RESTREINT UE NL

23 Het beginsel van eigendom van informatie wordt in Europa vrijwel algemeen aanvaard en is tevens expliciet geformuleerd in overeenkomsten als de Europol-overeenkomst. Dat is echter geen minpunt: integendeel, het wederzijdse vertrouwen wordt erdoor versterkt, de drempel voor de uitwisseling van informatie wordt verlaagd en de samenwerking vaart er dus wel bij Ten slotte vloeien sommige belemmeringen gedeeltelijk voort uit cultuurverschillen en soms uit taalbarrières. Intensievere samenwerking binnen Europa zal die belemmeringen helpen verdwijnen. Wij gaan ervan uit dat deze vraag betrekking heeft op verzoeken die buitenlandse autoriteiten via het Europol Dutch Desk tot Nederland richten. In het algemeen kan het volgende worden opgemerkt: - verzoeken die door het LIRC/de DIN zelfstandig kunnen worden behandeld, worden snel en volledig beantwoord; - In gevallen waarin een buitenlandse autoriteit hulp vraagt om onmiddellijk speciale onderzoeksbevoegdheden in Nederland te kunnen uitoefenen (iets dat altijd een gerechtelijk verzoek om rechtshulp vereist), kan snel en effectief actie worden ondernomen; - In gevallen waarin verzoeken aan de regionale IRCs moeten worden gezonden, is het LIRC afhankelijk van de snelheid waarmee deze op regionaal of plaatselijk niveau worden behandeld. Over die snelheid is tot dusver niet veel bekend. Voor 1 januari 2005 zal een norm zijn vastgesteld voor de snelheid waarmee verzoeken afgehandeld moeten worden. Dat is het resultaat van de samenwerking tussen het ministerie van Justitie, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het parket-generaal en de politie. Met deze zogenaamde prestatie-indicatoren zullen de gereorganiseerde IRC's meer eenduidig op het ontvangen en afhandelen van rechtshulpverzoeken gericht zijn. 5. UITWISSELING VAN INFORMATIE TUSSEN LIDSTATEN EN EUROPOL 5.1. DEFINITIE VAN INFORMATIE EN INLICHTINGEN De termen "informatie" en "inlichtingen" worden niet in de wetgeving of elders gedefinieerd. In het taalgebruik wordt "inlichtingen" meer geassocieerd met informatie die "zacht" of onvoldoende gestaafd is, zoals in CIE (Criminele Inlichtingeneenheden). Wat de bewaring betreft wordt in de privacy-wetgeving een onderscheid gemaakt tussen harde en zachte informatie in die zin dat de bewaring en verstrekking van informatie over personen die verdacht worden van betrokkenheid bij criminele activiteiten, maar die (nog) niet formeel als verdachten kunnen worden aangemerkt, aan meer beperkingen zijn gebonden. 5430/05 gar/pm/mj 22 RESTREINT UE NL

24 Zoals eerder vermeld, wordt in Nederland een onderscheid gemaakt tussen criminele inlichtingen (CIE) en rechtstreeks te gebruiken informatie in verband met opsporing/vervolging. Voor CIE-informatie worden codes gebruikt om de betrouwbaarheid en het gebruik van de informatie binnen de Nederlandse onderzoeksdiensten aan te geven. In beginsel komt alle informatie in aanmerking voor doorgifte aan Europol, behoudens de drie uitsluitingsgronden zoals geformuleerd in de Europol-overeenkomst. In verband met de uitwisseling met andere landen bestaat het probleem dat het KLPD niet de eigenaar/houder is van de in het internationale register voor zware criminaliteit (ZwaCri - CIE) opgenomen informatie. Daarom moet in alle gevallen waarin informatie uit dit het register aan Europol wordt toegezonden, eerst toestemming van het bevoegde parket worden verkregen Het KLPD krijgt af en toe dergelijke informatie, maar er zijn geen statistische overzichten beschikbaar. Op plaatselijk/regionaal niveau wordt geëvalueerd of de informatie van dien aard is. Zodra het Dutch Desk dergelijke informatie ontvangt, geeft het deze door aan Europol Over de verstrekking van informatie uit onderzoek kan het volgende worden opgemerkt. Wat AWFs betreft kan informatie worden verstrekt in verband met onderzoek dat nog moet beginnen, reeds gaande is of al is voltooid. Dat hangt af van het geval en van het doel van het AWF. Over het EIS valt weinig te zeggen want dat is nog niet operationeel. Het is onwaarschijnlijk dat het EIS alle informatie uit lopend onderzoek toegevoerd zal krijgen, ten dele om juridische redenen maar ook omdat wordt gevreesd dat andere landen de informatie niet altijd zullen gebruiken voor het doel waarvoor deze bestemd was. Momenteel is de meeste van de verstrekte informatie afkomstig uit voltooid onderzoek. Dit probleem wordt overal in Europa onderkend en er bestaat thans veel enthousiasme voor de "doelgerichte aanpak" waarbij informatie uit lopend onderzoek wordt gedeeld met een beperkt aantal partners. Zowel Nederland als andere landen beginnen hiervoor warm te lopen en dergelijke informatie wordt reeds verstrekt (onder andere door Nederland) NATIONALE EENHEID VAN EUROPOL Het Dutch Desk is een soort loket van de ENU voor de operationele uitwisseling van informatie. De ondersteunende dienst is gevestigd in de DIN in Zoetermeer en opereert binnen elk van de drie geografische eenheden van het LIRC (waarvan UZWE en UNOE de grootste zijn, zie ). Voorts valt de beleidscomponent onder de IBV-eenheid. 5430/05 gar/pm/mj 23 RESTREINT UE NL

25 De volgende opmerkingen kunnen worden gemaakt over de technische middelen: het personeel van de drie geografische eenheden in Zoetermeer en van het Dutch Desk hebben toegang tot alle nationale computerbestanden van de politie (zijnde het Zwa-Cri Register [Register zware criminaliteit]; HKS [Herkenningsdienstsysteem]; VROS; VIS [Verificatie Informatiesysteem voor gestolen, vermiste of ongeldig verklaarde documenten]; IPS [internationale politiesamenwerking]; CIOT - LIRC-registratie; VIP en de N.SIS-lijst) In januari 2004 had het Dutch Desk het volgende personeelsbestand: - 1 teamleider; - 2 informatiespecialisten; - 1 informatiecoördinator; - 1 verbindingsofficier van de bijzondere opsporingsdienst van de FIOD/ECD; - 0,2 aandeel verbindingsofficier van de eenheid terrorismebestrijding (van de dienst Nationale Recherche). Qua voorlichting verzorgt het personeel van het Dutch Desk voor personen die betrokken zijn bij onderzoeken en vervolgingen in Nederland, bijna elke week lezingen over mogelijkheden tot samenwerking met en via Europol. In dit verband zij er tevens op gewezen dat de oprichting van de IRCs (tussen 1998 en 2001) de politiedistricten zelf bewuster heeft gemaakt van de mogelijkheden tot internationale samenwerking (en bijgevolg van de door Europol geboden mogelijkheden). Helaas betekent dit nog niet dat die mogelijkheden thans een ruime bekendheid binnen de Nederlandse opsporingsdiensten genieten Via de nationale eenheid van Europol (ENU) wordt door en voor Europol-steun en bijstand verstrekt. Administratief maakt deze eenheid deel uit van de Dienst Internationale Netwerken (DIN) van het KLPD. Het hoofd van de DIN fungeert daarom als hoofd van de Nationale eenheid van Europol (HENU). De taken van de ENU omvatten de verstrekking van informatie aan Europol - hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek - en het verzoeken om informatie van Europol namens de nationale opsporingsdiensten Nederland heeft een geïntegreerd systeem dat alle informatiekanalen samenbrengt binnen de DIN. Afhankelijk van het onderwerp en de beveiligingsclassificatie moet de Nederlandse desk de dienst Nationale Recherche Informatie aanspreken voor informatie uit het register zware criminaliteit. 5430/05 gar/pm/mj 24 RESTREINT UE NL

De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie.

De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie. Raad van de Europese Unie Brussel, 14 januari 2016 (OR. en) 5430/1/05 REV 1 DCL 1 CRIMORG 4 DERUBRICERING van document: d.d.: 8 maart 2005 nieuwe status: Betreft: ST 5430/1/05 REV 1 Publiek EVALUATIEVERSLAG

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE PUBLIC ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4 NOTA van: van het voorzitterschap aan: het Comité van artikel

Nadere informatie

1. Punt 43: Samenwerking in het kader van een gezamenlijk team waarbij functionarissen van Europol betrokken zijn

1. Punt 43: Samenwerking in het kader van een gezamenlijk team waarbij functionarissen van Europol betrokken zijn RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 april 2000 (17.04) (OR. en) 7316/00 LIMITE EUROPOL 4 NOTA van: Europol aan: de Groep Europol nr. vorig doc.: 5845/00 EUROPOL 1 + ADD 1 + ADD 2 + ADD 3 Betreft: Artikel

Nadere informatie

7079/17 gys/van/sv 1 DG D 1C

7079/17 gys/van/sv 1 DG D 1C Raad van de Europese Unie Brussel, 16 maart 2017 (OR. en) 7079/17 ENFOPOL 116 JAI 225 NOTA van: aan: het voorzitterschap de delegaties nr. vorig doc.: 7078/17 Betreft: Ontwerpuitvoeringsbesluit (EU) 2017/

Nadere informatie

Inhoudstafel. Europese Unie Verdrag van 25 maart 1957 betreffende de Werking van de Europese Unie 153

Inhoudstafel. Europese Unie Verdrag van 25 maart 1957 betreffende de Werking van de Europese Unie 153 Inhoudstafel Nationaal... 13 Artikelen 3-4 Strafwetboek (Wet 8 juni 1867) 15 Wet 1 oktober 1833 op de uitleveringen 16 Uitleveringswet 15 maart 1874 17 Artikelen 6 14 Voorafgaande Titel Wetboek van Strafvordering

Nadere informatie

Benelux... 121 Verdrag 27 juni 1962 aangaande de uitlevering en de rechtshulp in strafzaken tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom

Benelux... 121 Verdrag 27 juni 1962 aangaande de uitlevering en de rechtshulp in strafzaken tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom INHOUD Nationaal... 13 Artikelen 3-4 Strafwetboek (Wet 8 juni 1867)... 14 Wet 1 oktober 1833 op de uitleveringen... 15 Uitleveringswet 15 maart 1874... 17 Artikelen 6 14 Voorafgaande Titel Wetboek van

Nadere informatie

Nationaal... 13 Benelux... 89 Prüm... 115 Europese Unie... 133

Nationaal... 13 Benelux... 89 Prüm... 115 Europese Unie... 133 Inhoudstafel Nationaal... 13 Artikelen 3-4 Strafwetboek (Wet 8 juni 1867)... 15 Wet 1 oktober 1833 op de uitleveringen... 16 Uitleveringswet 15 maart 1874... 17 Artikelen 6 14 Voorafgaande Titel Wetboek

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 oktober 2004 (07.10) 12561/04 LIMITE EUROJUST 78

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 oktober 2004 (07.10) 12561/04 LIMITE EUROJUST 78 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 oktober 2004 (07.10) PUBLIC 12561/04 LIMITE EUROJUST 78 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de delegaties Ontwerp-conclusies van de Raad over een

Nadere informatie

Deze herziene versie van het verslag is opgesteld na bespreking in de Groep materieel strafrecht van 23 juni 2004.

Deze herziene versie van het verslag is opgesteld na bespreking in de Groep materieel strafrecht van 23 juni 2004. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 juli 2004 (23.07) (OR. en) 0369//04 REV PUBLIC LIMITE DROIPEN 24 NOTA van: het voormalige Ierse voorzitterschap aan: het Comité van artikel 36 nr. vorig

Nadere informatie

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 september 2006 (12.09) (OR. en) 8082/1/06 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2005/0104 (COD)

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 september 2006 (12.09) (OR. en) 8082/1/06 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2005/0104 (COD) Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 september 2006 (12.09) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2005/0104 (COD) PUBLIC 8082/1/06 REV 1 LIMITE SIRIS 72 SCHENGEN 32 CODEC 311 COMIX 339 NOTA

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad betreffende de beveiliging van de bijeenkomsten

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2002 (24.01) (OR. es) 5159/02 STUP 4

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2002 (24.01) (OR. es) 5159/02 STUP 4 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 januari 2002 (24.01) (OR. es) 5159/02 STUP 4 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de Groep drugshandel Ontwerp-aanbeveling van de Raad over de noodzakelijke

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117 NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal aan: het Coreper / de Raad nr. vorig doc.: 12712/3/12

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.11.2014 COM(2014) 715 final 2014/0339 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 februari 2003 (10.03) (OR. en) 6927/03 CRIMORG 16

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 februari 2003 (10.03) (OR. en) 6927/03 CRIMORG 16 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 februari 2003 (10.03) (OR. en) 6927/03 CRIMORG 16 TOEZENDING NOTA van: het voorzitterschap en de Duitse delegatie aan: de Multidisciplinaire Groep georganiseerde criminaliteit

Nadere informatie

9337/16 rts/pau/as 1 DG D 2A

9337/16 rts/pau/as 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 27 mei 2016 (OR. en) 9337/16 NOTA I/A-PUNT van: aan: de Groep e-recht (e-justitie) EJUSTICE 86 JUSTCIV 130 DROIPEN 97 JAIEX 51 het Comité van permanente vertegenwoordigers

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 oktober 2000 (31.10) (OR. fr) 11037/2/00 REV 2 LIMITE ENFOPOL 58

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 oktober 2000 (31.10) (OR. fr) 11037/2/00 REV 2 LIMITE ENFOPOL 58 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 oktober 2000 (31.10) (OR. fr) 11037/2/00 REV 2 LIMITE ENFOPOL 58 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité van artikel 36 nr. vorig doc.: 11037/1/00 ENFOPOL 58

Nadere informatie

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol P5_TA(2002)0269 Toekomstige ontwikkeling van Europol Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad over de toekomstige ontwikkeling van Europol en zijn volledige opneming in het institutioneel bestel

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding voor het onderzoek

Samenvatting. Aanleiding voor het onderzoek Samenvatting Aanleiding voor het onderzoek Het nationale bestuursrecht is van oudsher verbonden met het territorialiteitsbeginsel. Volgens dat beginsel is een autoriteit alleen bevoegd op het grondgebied

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 juni 2000 (30.06) (OR. fr) 9639/00 LIMITE EUROPOL 18

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 juni 2000 (30.06) (OR. fr) 9639/00 LIMITE EUROPOL 18 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 juni 2000 (30.06) (OR. fr) 9639/00 LIMITE EUROPOL 18 NOTA van: het toekomstige Franse voorzitterschap aan: de Groep Europol nr. vorig doc.: 7370/00 EUROPOL 6 Betreft:

Nadere informatie

Alle teksten zijn bijgewerkt tot 1 januari Gert Vermeulen

Alle teksten zijn bijgewerkt tot 1 januari Gert Vermeulen Toelichting Deze uitgave bundelt de voornaamste, voor België relevante beleidsdocumenten en nationale en multilaterale regelgeving inzake internationaal en Europees strafrecht. Bijzondere aandacht is gegeven

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 225 Wet van 19 juni 2013 tot wijziging van de Opiumwet en de Wet wapens en munitie in verband met de verruiming van de kring van ambtenaren,

Nadere informatie

Steun bij internationale samenwerking in strafzaken voor praktijkmensen. Europees justitieel netwerk en Eurojust. Wat kunnen zij betekenen?

Steun bij internationale samenwerking in strafzaken voor praktijkmensen. Europees justitieel netwerk en Eurojust. Wat kunnen zij betekenen? Gezamenlijk Task Force document Steun bij internationale samenwerking in strafzaken voor praktijkmensen Europees justitieel netwerk en Eurojust Wat kunnen zij betekenen? 6 mei 2014 1 Inleiding Dit document

Nadere informatie

(Resoluties, aanbevelingen en adviezen) RESOLUTIES RAAD

(Resoluties, aanbevelingen en adviezen) RESOLUTIES RAAD 19.1.2017 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 18/1 I (Resoluties, aanbevelingen en adviezen) RESOLUTIES RAAD RESOLUTIE VAN DE RAAD BETREFFENDE EEN MODELOVEREENKOMST TER INSTELLING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJK

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Initiatief van het Koninkrijk Denemarken met het oog op de aanneming van

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 16 juni 2009 (24.06) (OR. en) 10964/09 JAI 391 E FOPOL 170

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 16 juni 2009 (24.06) (OR. en) 10964/09 JAI 391 E FOPOL 170 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 16 juni 2009 (24.06) (OR. en) 10964/09 JAI 391 E FOPOL 170 I ITIATIEF van: Betreft: de Zweedse en de Spaanse delegatie Initiatief van het Koninkrijk Zweden en het Koninkrijk

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING VAN DE

Nadere informatie

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I Besluit van, houdende wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in verband met de implementatie van de richtlijn 2011/93/EU van het Europees Parlement en de Raad ter bestrijding

Nadere informatie

Onderzoek bij het KLPD naar door Nederland ingevoerde gegevens in het Europol Informatiesysteem. z

Onderzoek bij het KLPD naar door Nederland ingevoerde gegevens in het Europol Informatiesysteem. z Onderzoek bij het KLPD naar door Nederland ingevoerde gegevens in het Europol Informatiesysteem z2009-01069 Rapport van definitieve bevindingen (uittreksel) 13 april 2010 1 INLEIDING Op grond van de Europol

Nadere informatie

(Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie)

(Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie) bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 39 van 11/02/2000 (Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie) RAAD Initiatief van het Koninkrijk

Nadere informatie

Prüm Verdrag 27 mei 2005 tussen het Koninkrijk België, de Bondsrepubliek Duitsland, het Koninkrijk Spanje, de Republiek Frankrijk, het Groothertogdom

Prüm Verdrag 27 mei 2005 tussen het Koninkrijk België, de Bondsrepubliek Duitsland, het Koninkrijk Spanje, de Republiek Frankrijk, het Groothertogdom Inhoudstafel Nationaal Strafwetboek (extracten)... 15 Artikelen 6-14 V.T. Wetboek van Strafvordering (extract)... 17 Wetboek van Strafvordering (extracten)... 23 Artikelen 11 en 873 Gerechtelijk Wetboek

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 juni 2009 (08.06) (OR. en) 10523/2/09 REV 2

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 juni 2009 (08.06) (OR. en) 10523/2/09 REV 2 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 juni 2009 (08.06) (OR. en) 10523/2/09 REV 2 JAI 346 COMIX 469 COTER 60 ENFOPOL 159 USA 39 ASIM 57 COHOM 126 COJUR 15 POLGEN 97 RESULTAAT BESPREKINGEN van: de Raad datum:

Nadere informatie

9116/19 JVB/jvc/srl JAI.2

9116/19 JVB/jvc/srl JAI.2 Raad van de Europese Unie Brussel, 21 mei 2019 (OR. en) 9116/19 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: JAI 490 COPEN 200 CYBER 153 DROIPEN 79 JAIEX 75 ENFOPOL 229 DAPIX 177 EJUSTICE 63 MI

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 september 2000 (29.09) (OR. fr) 11702/00 LIMITE CATS 58 COPEN 63 JAI 97

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 september 2000 (29.09) (OR. fr) 11702/00 LIMITE CATS 58 COPEN 63 JAI 97 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 september 2000 (29.09) (OR. fr) 11702/00 LIMITE CATS 58 COPEN 63 JAI 97 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité van artikel 36 nr. vorig doc.: 10597/00 COPEN

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 september 2003 (15.09) (OR. en) 11374/1/03 REV 1 LIMITE CRIMORG 53 MIGR 66 ENFOPOL 69

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 september 2003 (15.09) (OR. en) 11374/1/03 REV 1 LIMITE CRIMORG 53 MIGR 66 ENFOPOL 69 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 september 2003 (15.09) (OR. en) PUBLIC 11374/1/03 REV 1 LIMITE CRIMORG 53 MIGR 66 ENFOPOL 69 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Multidisciplinaire Groep

Nadere informatie

Uit: DE GRENZEN VERKEND Juridisch Kader informatieuitwisseling tussen Nederland en Duitsland

Uit: DE GRENZEN VERKEND Juridisch Kader informatieuitwisseling tussen Nederland en Duitsland Uit: DE GRENZEN VERKEND Juridisch Kader informatieuitwisseling tussen Nederland en Duitsland Het doel van dit juridisch kader is om een beschrijving te geven van de mogelijkheden en beperkingen in het

Nadere informatie

10159/17 mak/gra/fb 1 DG D 1C

10159/17 mak/gra/fb 1 DG D 1C Raad van de Europese Unie Brussel, 12 juni 2017 (OR. en) 10159/17 ENFOPOL 301 PROCIV 54 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 8 juni 2017 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

1. In artikel 126nba, eerste lid, onderdeel d, wordt het woord verwerkt telkens vervangen door : opgeslagen.

1. In artikel 126nba, eerste lid, onderdeel d, wordt het woord verwerkt telkens vervangen door : opgeslagen. 34 372 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 2 Wet van 11 december 2013 tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de uitbreiding van het gebruik van biometrische kenmerken

Nadere informatie

PUBLIC 14277/10 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 1 oktober 2010 (11.10) (OR. en) LIMITE GENVAL 12 ENFOPOL 270 NOTA

PUBLIC 14277/10 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 1 oktober 2010 (11.10) (OR. en) LIMITE GENVAL 12 ENFOPOL 270 NOTA Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 1 oktober 2010 (11.10) (OR. en) PUBLIC 14277/10 LIMITE GENVAL 12 ENFOPOL 270 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de Groep algemene aangelegenheden,

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0399 (COD) 6932/18 LIMITE NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap INST 96 JUR 109 CODEC 343 JUSTCIV

Nadere informatie

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,.

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,. Artikel PM1 A.4 Bijlage 4 De Wet veiligheidsregio s wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van het artikel door een puntkomma, toegevoegd korpschef:

Nadere informatie

(2002/C 42/07) Gelet op de Overeenkomst tot oprichting van een Europese Politiedienst ( 1 ), inzonderheid op artikel 43, lid 1,

(2002/C 42/07) Gelet op de Overeenkomst tot oprichting van een Europese Politiedienst ( 1 ), inzonderheid op artikel 43, lid 1, C 42/8 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 15.2.2002 II (Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie) Initiatief van het Koninkrijk Belgiº en het

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.10.2017 COM(2017) 606 final 2017/0265 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van het Verdrag van de Raad van Europa

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 november 2004 (29.11) (OR. en) 14504/1/04 REV 1 LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 november 2004 (29.11) (OR. en) 14504/1/04 REV 1 LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 23 november 2004 (29.11) (OR. en) PUBLIC 14504/1/04 REV 1 LIMITE NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper/de Raad - het gemengd comité Nr. vorig doc.

Nadere informatie

2. Het CATS heeft op 22 november 2010 deze ontwerp-conclusies van de Raad goedgekeurd.

2. Het CATS heeft op 22 november 2010 deze ontwerp-conclusies van de Raad goedgekeurd. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 23 november 2010 (25.11) (OR. en) 16419/10 ENFOPOL 336 TRANS 337 SIRIS 166 NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers/de

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2004 (05.11) (OR. en) 14028/04 EUROPOL 50 JAI 409

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2004 (05.11) (OR. en) 14028/04 EUROPOL 50 JAI 409 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 november 2004 (05.11) (OR. en) 14028/04 EUROPOL 50 JAI 409 NOTA van: de Franse, de Duitse, de Italiaanse, de Spaanse en de Britse delegatie aan: het Comité van artikel

Nadere informatie

STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT

STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT De Regeringen van de hierna genoemde landen: De Bondsrepubliek Duitsland, Oostenrijk, België, Denemarken, Spanje, Finland, Frankrijk,

Nadere informatie

III BESLUITEN OP GROND VAN TITEL VI VAN HET EU-VERDRAG

III BESLUITEN OP GROND VAN TITEL VI VAN HET EU-VERDRAG L 348/130 Publicatieblad van de Europese Unie 24.12.2008 III (Besluiten op grond van het EU-Verdrag) BESLUITEN OP GROND VAN TITEL VI VAN HET EU-VERDRAG BESLUIT 2008/976/JBZ VAN DE RAAD van 16 december

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 oktober 2003 (08.10) (OR. it) 11051/2/03 REV 2 CORDROGUE 66

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 oktober 2003 (08.10) (OR. it) 11051/2/03 REV 2 CORDROGUE 66 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 2 oktober 2003 (08.10) (OR. it) 11051/2/03 REV 2 CORDROGUE 66 NOTA van: het Italiaanse voorzitterschap aan: de horizontale Groep drugs nr. vorig doc.: 11051/03 CORDROGUE

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2005 COM(2005) 858 definitief. VERSLAG VAN DE COMMISSIE over de juridische omzetting van het kaderbesluit van de Raad van 13 juni 2002 inzake gemeenschappelijke

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 november 1999 (23.11) (OR. en) 12393/2/99 REV 2 LIMITE EJN 17 CRIMORG 155 COPEN 51

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 november 1999 (23.11) (OR. en) 12393/2/99 REV 2 LIMITE EJN 17 CRIMORG 155 COPEN 51 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 november 1999 (23.11) (OR. en) 12393/2/99 REV 2 LIMITE EJN 17 CRIMORG 155 COPEN 51 NOTA I/A-PUNT van: het Comité van artikel 36 aan: het Comité van Permanente Vertegenwoordigers/de

Nadere informatie

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0279 (COD) 7566/17 PI 33 CODEC 463 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN KADERBESLUIT VAN DE RAAD over de accreditatie van activiteiten van gerechtelijke laboratoria

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN KADERBESLUIT VAN DE RAAD over de accreditatie van activiteiten van gerechtelijke laboratoria RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 juli 2009 (OR. en) 11419/09 JAI 424 ENFOPOL 181 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: KADERBESLUIT VAN DE RAAD over de accreditatie van activiteiten van

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave Europees Parlement 204-209 AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave P8_TA-PROV(208)049 Bescherming van de financiële belangen van de EU - Terugvordering van geld en activa van derde landen in fraudegevallen

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 911 definitief 2011/0447 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) 13967/03 LIMITE PUBLIC JUSTCIV 208 TRANS 275 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 170 Wijziging van de Politiewet 2012 en de Wet op de medische keuringen in verband met het screenen van personen die ambtenaar van politie willen

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

1. Het Coreper heeft het ontwerp-besluit van de Raad op 1 december 2004 besproken aan de hand van document 15281/04 + COR 1.

1. Het Coreper heeft het ontwerp-besluit van de Raad op 1 december 2004 besproken aan de hand van document 15281/04 + COR 1. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, december 004 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 004/038 (CNS) 58//04 REV LIMITE COPEN 44 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 374/04 COPEN 8

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 juni 2004 (23.06) (OR. en) 10665/04 Interinstitutioneel dossier: 2003/0270 (C S) LIMITE COPE 74

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 juni 2004 (23.06) (OR. en) 10665/04 Interinstitutioneel dossier: 2003/0270 (C S) LIMITE COPE 74 eil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE PUBLIC Brussel, 18 juni 2004 (23.06) (OR. en) 10665/04 Interinstitutioneel dossier: 2003/0270 (C S) LIMITE COPE 74 OTA van: aan: nr. Comv.: Betreft: het voorzitterschap

Nadere informatie

6074/15 pro/adw/mt 1 DG B 3A

6074/15 pro/adw/mt 1 DG B 3A Raad van de Europese Unie Brussel, 16 februari 2015 (OR. en) 6074/15 Interinstitutioneel dossier: 2014/0258 (NLE) SOC 55 EMPL 21 MIGR 5 JAI 78 NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Comité

Nadere informatie

OTA het voorzitterschap de delegaties Routekaart voor een betere bescherming van verdachten en beklaagden in strafprocedures

OTA het voorzitterschap de delegaties Routekaart voor een betere bescherming van verdachten en beklaagden in strafprocedures RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 1 juli 2009 (03.07) (OR. en) 11457/09 DROIPE 53 COPE 120 OTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de delegaties Routekaart voor een betere bescherming van verdachten

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. Raad van de Europese Unie Brussel, 29 oktober 2018 (OR. en) 7223/04 DCL 1 JUSTCIV 42 DERUBRICERING van document: 7223/04 d.d.: 11 maart 2004 nieuwe status: Betreft: Publiek Ontwerp-aanbeveling voor een

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 oktober 2004 (28.10) (OR. en) 13824/04 Interinstitutioneel dossier: 2003/0198 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 oktober 2004 (28.10) (OR. en) 13824/04 Interinstitutioneel dossier: 2003/0198 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 22 oktober 2004 (28.10) (OR. en) 13824/04 Interinstitutioneel dossier: 2003/0198 (COD) SIRIS 112 CODEC 1150 COMIX 638 NOTA I-PUNT van: het secretariaat-generaal aan:

Nadere informatie

De directeur-generaal Belastingdienst in Nederland en de Adjunct-administrateur-generaal van de belastingen in België,

De directeur-generaal Belastingdienst in Nederland en de Adjunct-administrateur-generaal van de belastingen in België, Regeling tussen de bevoegde autoriteiten van Nederland en België met betrekking tot een grensoverschrijdende samenwerking inzake de rechtstreekse uitwisseling van fiscale inlichtingen 3 januari 2011 DGB

Nadere informatie

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord bij de eerste editie... v. Hoofdstuk 1. Inleiding tot het internationaal en Europees strafrecht... 1

INHOUD. Voorwoord bij de eerste editie... v. Hoofdstuk 1. Inleiding tot het internationaal en Europees strafrecht... 1 INHOUD Voorwoord bij de eerste editie............................................ v Hoofdstuk 1. Inleiding tot het internationaal en Europees strafrecht................... 1 1. Begripsomschrijving................................................

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 juli 2009 (OR. en) 11944/09 EUROPOL 48

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 juli 2009 (OR. en) 11944/09 EUROPOL 48 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 juli 2009 (OR. en) 11944/09 EUROPOL 48 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: ONTWERP BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van de uitvoeringsregels voor

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2010 (20.04) (OR. en) 8570/10 ENFOPOL 99

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2010 (20.04) (OR. en) 8570/10 ENFOPOL 99 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 16 april 2010 (20.04) (OR. en) 8570/10 ENFOPOL 99 NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal aan: het Coreper/de Raad nr. vorig doc.: 7984/10 ENFOPOL 78 + COR 1 + ADD

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.5.2017 COM(2017) 218 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Commissie wordt gemachtigd onderhandelingen te openen over een akkoord met het Verenigd Koninkrijk

Nadere informatie

11064/09 nes/jel/sv 1 DG H 3A

11064/09 nes/jel/sv 1 DG H 3A RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 juni 2009 (13.11) (OR. en) 11064/09 EUROPOL 39 NOTA van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties Besluit van de Raad van Bestuur van Europol

Nadere informatie

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het Europees justitieel netwerk

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het Europees justitieel netwerk RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2008 (OR. en) 14914/08 COPEN 199 EUROJUST 87 EJN 65 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het Europees justitieel

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2003 (21.01) (OR. fr) 5252/03 JUR 10 FIN 10 EUROJUST 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2003 (21.01) (OR. fr) 5252/03 JUR 10 FIN 10 EUROJUST 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2003 (21.01) (OR. fr) 5252/03 10 FIN 10 EUROJUST 1 BIJDRAGE VAN DE IDISCHE DIENST AAN DE BESPREKINGEN VAN HET BEGROTINGSCOMITE nr. Comv.: 12130/02 FIN 333

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie.

De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie. Raad van de Europese Unie Brussel, 8 januari 2016 (OR. en) 8877/95 DCL 1 UEM 37 DERUBRICERING van document: d.d.: 14 juli 1995 nieuwe status: Betreft: ST 8877/95 RESTREINT Publiek Aanneming in de talen

Nadere informatie

Datum 4 juni 2012 Vragen lid Schouw (2012Z02139) over het verstrekken van biometrische gegevens aan de Verenigde Staten

Datum 4 juni 2012 Vragen lid Schouw (2012Z02139) over het verstrekken van biometrische gegevens aan de Verenigde Staten > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Constitutionele Zaken en Wetgeving Juridisch Advies Schedeldoekshaven 200

Nadere informatie

6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen

6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen 6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt

Nadere informatie

De bevoegde autoriteiten van België en Nederland verklaren, na overleg,

De bevoegde autoriteiten van België en Nederland verklaren, na overleg, 1 APRIL 2008.- Regeling tussen de bevoegde autoriteiten van België en van Nederland inzake de aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat ten behoeve van

Nadere informatie

voor politiefunctionarissen.

voor politiefunctionarissen. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 april 2010 (12.04) (OR. en) 8309/10 ENFOPOL 93 NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal aan: het Coreper / de Raad nr. vorig doc.: 5025/4/10 EUROPOL 3 Betreft:

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 10 december 2002 (12.12) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 15171/02 LIMITE ELARG 405 CAB 22

PUBLIC. Brussel, 10 december 2002 (12.12) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 15171/02 LIMITE ELARG 405 CAB 22 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 10 december 2002 (12.12) (OR. en) 15171/02 LIMITE PUBLIC ELARG 405 CAB 22 NOTA I/A-PUNT van: de Groep uitbreiding aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers/de

Nadere informatie

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T DE RAAD Brussel, 4 februari 2009 (OR. en) 2008/0026 (COD) PE-CO S 3706/08 STATIS 156 CODEC 1456 WETGEVI GSBESLUITE E A DERE I STRUME TE Betreft: VERORDENING VAN HET

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. CONSULTATIEVERSIE Wijziging van de Politiewet 2012 en de Wet op de medische keuringen in verband met het screenen van personen die ambtenaar van politie willen worden of zijn en personen die krachtens

Nadere informatie

De Directeur-generaal Belastingdienst in Nederland en de Adjunct-administrateur-generaal van de belastingen in België,

De Directeur-generaal Belastingdienst in Nederland en de Adjunct-administrateur-generaal van de belastingen in België, TIJDELIJKE REGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN NEDERLAND EN BELGIE MET BETREKKING TOT EEN GRENSOVERSCHRIJDENDE SAMENWERKING INZAKE DE RECHTSTREEKSE UITWISSELING VAN FISCALE INLICHTINGEN. De Directeur-generaal

Nadere informatie

wet aangenomen, maar ratificatie nog niet bekendgemaakt

wet aangenomen, maar ratificatie nog niet bekendgemaakt Brussel, 23 Mei 2001 Bijna zes jaar nadat de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen (de BFB-overeenkomst) werd opgesteld, werkt het ontbreken van

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. Raad van de Europese Unie Brussel, 29 oktober 2018 (OR. en) 6512/04 DCL 1 JUSTCIV 28 DERUBRICERING van document: 6512/04 d.d.: 20 februari 2004 nieuwe status: Betreft: Publiek Ontwerp-aanbeveling voor

Nadere informatie

ANNEX BIJLAGE. bij. voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

ANNEX BIJLAGE. bij. voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.2.2018 COM(2018) 74 final ANNEX BIJLAGE bij voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.03.2004 COM(2004)190 definitief 2004/0064 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een overeenkomst tussen de Europese

Nadere informatie

12892/15 van/sl 1 DGD1C

12892/15 van/sl 1 DGD1C Raad van de Europese Unie Brussel, 9 oktober 2015 (OR. en) 12892/15 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 9 oktober 2015 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig doc.: 12449/15 Betreft:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 351 Wijziging van enige bepalingen van het Wetboek van Strafvordering en de Wet politieregisters en aanvulling van het Wetboek van Strafrecht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 352 (R 1721) Goedkeuring van het op 16 oktober 2001 te Luxemburg tot stand gekomen Protocol bij de Overeenkomst betreffende de wederzijdse rechtshulp

Nadere informatie

15349/16 ASS/mt 1 DG D 2A

15349/16 ASS/mt 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 8 december 2016 (OR. en) 15349/16 JUSTCIV 318 EJUSTICE 213 RESULTAAT BESPREKINGEN van: het secretariaat-generaal van de Raad d.d.: 8 december 2016 aan: de delegaties

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 juli 1999 (07.09) (OR. en) 10456/99 LIMITE DROIPEN 5

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 juli 1999 (07.09) (OR. en) 10456/99 LIMITE DROIPEN 5 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 juli 999 (07.09) (OR. en) 0456/99 LIMITE DROIPEN 5 RESULTAAT BESPREKINGEN van : de Groep Materieel Strafrecht d.d. : 9 juli 999 nr. vorig doc. : 9966/99 DROIPEN 4

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 3 februari 2010 Betreft: Voorstel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 906 Wijziging van artikel 53d van de Politiewet 1993 houdende regels met betrekking tot de instandhouding door het Rijk van informatie- en communicatievoorzieningen

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 juli 2003 (04.08) (OR. en) 11836/03 DOCUMENT GEDEELTELIJK TOEGANKELIJK VOOR HET PUBLIEK LIMITE

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 juli 2003 (04.08) (OR. en) 11836/03 DOCUMENT GEDEELTELIJK TOEGANKELIJK VOOR HET PUBLIEK LIMITE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 juli 2003 (04.08) (OR. en) DOCUMENT GEDEELTELIJK TOEGANKELIJK VOOR HET PUBLIEK 836/03 LIMITE CIREFI 33 FRONT 07 COMIX 475 NOTA van: het voorzitterschap aan: de delegaties

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 27 april 2009 (OR. en) 2008/0122 (COD) PE-CONS 3735/08 JUSTCIV 269 JURINFO 90 CODEC 1904 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 13.5.2019 COM(2019) 221 final 2019/0107 (COD) Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot machtiging van Duitsland om zijn huidige bilaterale overeenkomst

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 276 Wijziging van de Mededingingswet en van enige andere wetten in verband met de implementatie van EG-verordening 1/2003 Nr. 1 KONINKLIJKE

Nadere informatie

Rechtshulpvoorziening Nederland

Rechtshulpvoorziening Nederland 1 Rechtshulpvoorziening Nederland Bijlage nummer 2 Rechtshulpvoorziening Nederland Internationale rechtshulp is ondersteuning in een (straf)zaak door justitie- of politieautoriteiten van de ene staat aan

Nadere informatie