Aangetekend alsmede per fax: Gemeenteraad van Langedijk Postbus ZG ZUID - SCHARWOUDE GEMEENTE LANGEDIJK NR I ING.

Transcriptie

1 : D O M M E R H O Ľ Aangetekend alsmede per fax: Gemeenteraad van Langedijk Postbus ZG ZUID - SCHARWOUDE GEMEENTE LANGEDIJK NR I ING. CLnr - I - W 7 / Z AFD. J M w m t ; B W y R A A D Datum 3 augustus 2015 Inzake Liefting/ gemeente Langedijk; ontwerp facet-bestemmingsplan "Parkeren" Dossier Advocaat Mr. S. Maakal s.maakal(5)dommerholt.nl Telefoon (0513) Geachte dames en heren, Hierdoor maak ik van de gelegenheid een zienswijze in te dienen naar aanleiding van de ter visie legging van het ontwerp (facet)bestemmingsplan "Parkeren, Langedijk". Ik doe dat namens de heer Johannes Liefting, wonende op het adres Voorburggracht 178 (1722 GT) te Zuid Scharwoude. Daarbij merk ik op dat de heer Liefting voornoemd te dezen respectievelijk handelt zowel voor zich in privé; namens zijn echtgenote mevrouw Nelly Elisabeth Geel en tenslotte ook in de hoedanigheid van directeur van de besloten vennootschap Liefting Doe - Het - Zelf B.V., statutair gevestigd op het adres Voorburggracht 178 (1722 GT) te Zuid Scharwoude (welke vennootschap zich blijkens haar statuten - mede - ten doel stelt: het beheren van vermogen). Norm(en) In artikel van de regels wordt verwezen naar de parkeercijfers, 'zoals opgenomen in de meest recente CROW - publicatie'. Deze verwijzing is naar de mening van belanghebbenden in strijd met de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 8 april 2015 in de zaak "Oisterwijk" (ECLI:NL:RVS:2015:1091, BR 2015/53). Daaruit volgt namelijk dat parkeernormen concreet omschreven dienen te worden in de regels van het van toepassing zijnde bestemmingsplan. Een verwijzing naar één of meer bepaalde CROW - publicaties in de toelichting die bij een bestemmingsplan behoort, volstaat derhalve (ook) niet. De tekst van de in de vorige alinea bedoelde bepaling dient dan ook aangepast te worden voor het moment van vaststelling van het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan. Hetzelfde geldt daarnaast ook voor het gestelde in artikel van de (ontwerp) regels en de daarmee corresponderende regels voor het bouwen (art. 5). Dommerholt Advocaten T (0513) Stichting Derdengelden De praktijk wordt gevoerd door Oommerholt Advocaten N V Abe Lenstra Boulevard 44 F (0513) Dommerholt Advocaten (KVK nr ) Onze algemene voorwaarden die zijn te Postbus 225 heerenveen@dommerholt.nl Zwole vinden op www dommerholt nl/av pdf en deels afgedrukt op 8440 AE Heerenveen www dommerholt.nl ABN AMRO de achterzijde zijn van toepassing op alle werkzaamheden

2 Bouwverordening Op dit moment is het toetsingskader voor ingekomen aanvragen om omgevingsvergunningen voor het bouwen en/ of afwijkend gebruik, voor zover het gaat om het onderwerp parkeren, in algemene zin nog opgenomen in artikel van de Bouwverordening van Langedijk. Daarin staat het volgende: Artikel Parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden bij of in gebouwen» 1. Indien de omvang of de bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft, moet ten behoeve van het parkeren of stallen van auto's in voldoende mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. Deze ruimte mag niet over-bemeten zijn, gelet op het gebruik of de bewoning van het gebouw, waarbij rekening moet worden gehouden met de eventuele bereikbaarheid per openbaar vervoer.» 2. De in het eerste lid bedoelde ruimte voor het parkeren van auto's moet afmetingen hebben die zijn afgestemd op gangbare personenauto's. Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan: O a. indien de afmetingen van bedoelde parkeerruimten ten minste 1,80 m bij 5,00 m en ten hoogste 3,25 m bij 6,00 m bedragen; O b. indien de afmetingen van een gereserveerde parkeerruimte voor een gehandicapte - voor zover die ruimte niet in de lengterichting aan een trottoir grenst - ten minste 3,50 m bij 5,00 m bedragen. «3. Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet in deze behoefte in voldoende mate zijn voorzien aan, in of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. «4. Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in het eerste en het derde lid: O a. indien het voldoen aan die bepalingen door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit; of O b. voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte, dan wel laad- of losruimte wordt voorzien. In de gemeentelijke (bouw)verordening in kwestie is niet aangegeven wat precies onder het begrip 'voldoende' parkeergelegenheid moet worden verstaan. De uitwerking daarvan vond in het verleden plaats aan de hand van de door het CROW ontwikkelde normen. Dat wil zeggen; voor zover er in het verleden al werd getoetst aan de in de vorige alinea bedoelde normen. In de praktijk is daarvan namelijk veelal geen sprake geweest (...). Wanneer dat wel zou zijn gedaan (zoals eigenlijk had gemoeten), dan zou er in veel gevallen geen omgevingsvergunning verleend hebben kunnen worden. Of deze vergunningen zouden al verleend hebben moeten worden met toepassing van de bevoegdheid, die Burgemeester en Wethouders kunnen ontlenen aan het gestelde in art lid 4 van de Bouwverordening van de gemeente Langedijk. Maar dat is uiteraard altijd bedoeld geweest als een uitzondering (...). Pagina 2 van 6

3 Gevolgen voor met name de detailhandel Aan de gronden en panden van Liefting is de bij de vaststelling van het bestemmingsplan "Noord- en Zuid - Scharwoude" de bestemming "Gemengd" toegekend. Op basis daarvan is onder meer het gebruik van de betreffende gronden voor de uitoefening van detailhandel toegestaan. De oppervlakte van de bedrijfsbebouwing van Liefting (de voormalige bouwmarkt) beslaat ongeveer m2. Uitgaande van een parkeernorm van 4 parkeerplaatsen per 100 m2 (bvo), zouden ter plaatse in beginsel dus rond de 52 parkeerplaatsen aanwezig moeten zijn om in de praktijk ook daadwerkelijk gebruik te kunnen maken van de toegekende planologische rechten. Zoals bekend, zijn in werkelijkheid slechts ongeveer 26 á 30 parkeerplaatsen aanwezig (...). Voor de overige planologische functies die bij de vaststelling van het bestemmingsplan "Noorden Zuid - Scharwoude mogelijk is gemaakt, gelden ten opzichte van de functie detailhandel iets 'soepeler' parkeernormen, maar ook ten aanzien van deze functies geldt dat hier bij onverkorte toepassing van de meest recent gepubliceerde CROW - cijfers slechts gedeeltelijk gebruik van kan worden gemaakt (!). Vraag: Is de consequentie van de vaststelling van het nu in voorbereiding zijnde facetbestemmingsplan voor het parkeren nu werkelijk dat mensen zoals Liefting in de praktijk helaas voor hen (...) geen gebruik meer kunnen maken, dan wel nog maar beperkt gebruik kunnen maken van de planologische mogelijkheden die nog maar kort geleden zijn toegekend bij de vaststelling van het bestemmingsplan "Noord- en Zuid - Scharwoude"? Of wordt in voorkomende gevallen 'vrijstelling' verleend? (waarbij overigens ook nog kan worden gedacht aan het instellen van een parkeerfonds, van waaruit op termijn bijvoorbeeld de bouw van een centrale parkeergelegenheid - al dan niet in de vorm van een parkeerkelder of - dek - wordt bekostigd). Nota Bene: dit probleem speelt niet alleen voor het plangebied waarvoor nu volgens voornemen het facet- bestemmingsplan "Parkeren" wordt vastgesteld, maar (op termijn) voor het hele plangebied van het bestemmingsplan "Noord- en Zuid - Scharwoude" en verder ook ten aanzien van alle bestemmingsplannen die daarna nog herzien zullen moeten worden als gevolg van de inwerkingtreding van de zogenoemde reparatiewet BZK. Met andere woorden: er is sprake van 'een gemeente-breed' probleem ü! Bestaande rechten Belanghebbenden beschikken, als het gaat om de in planologische zin toegelaten bouw- en gebruiksmogelijkheden van hun gronden en panden die zijn gelegen binnen de begrenzing van het onderhavige plangebied over bestaande rechten. Pagina 3 van 6

4 Daarbij gaat het om te beginnen om de bouw en gebruiksmogelijkheden die voortvloeien uit de in het verleden verleende bouwvergunning met vrijstelling(en) als bedoeld in artikel 19 WRO (oud). Concreet gaat het daarbij in ieder geval, doch niet uitsluitend, om de bouwvergunning (met vrijstelling) die op 7 maart 1994 is verleend onder het nummer Deze vergunning ziet zoals bekend mag worden verondersteld op de uitoefening van detailhandel (ongeclausuleerd). In de aanvraag, als ook in de verleende vergunning wordt namelijk gesproken over 'winkelruimte' (zonder beperkingen). Daarnaast kunnen belanghebbenden op dit moment nog beschikken over de bouw en gebruiksmogelijkheden die aan hun gronden en panden zijn toegekend op het moment dat uw gemeenteraad heeft besloten tot de vaststelling van respectievelijk het bestemmingsplan "Noorden Zuid Scharwoude" en het facetbestemmingsplan voor het betreffende bestemmingsplan dat specifiek ziet op gronden en panden met de bestemming "Gemengd" (zie hiervoor). Dit gebruik omvat mede het gebruik van de gronden en panden van belanghebbenden voor de uitoefening van een (grote) supermarkt. Als gevolg van de vaststelling van het laatstgenoemde bestemmingsplan is immers niet langer sprake van een belemmering van dit gebruik in verband met de in de gemeentelijke Bouwverordening opgenomen parkeernormen (!). In dit verband verwijs ik uw gemeenteraad onder andere naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 20 mei 2015 in de zaak "Halderberge" (ECLLNL: RVS:2015:1580). De vorenbedoelde bouw en gebruiksmogelijkheden dienen in beginsel door uw gemeenteraad gehonoreerd te worden. Dat blijkt onder andere uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 24 april 2013 in de zaak "Leudal" (ECLkNĽRVS: 2013: BZ8412, BR 2013/01). Gebeurt dat op grond van zwaarwegende maatschappelijke belangen en/ of gewijzigde politieke inzichten in uitzonderingssituaties evenwel niet, dan behoren belanghebbenden daarvoor op adequate wijze schadeloos te worden gesteld. In dit verband is vermeldenswaardig dat belanghebbenden de voormalige bedrijfsbebouwing aan de Voorburggracht en de Dorpsstraat te Zuid Scharwoude alweer meer dan vijfjaren te koop hebben staan, zonder dat zich ook maar één enkele gegadigde heeft gemeld (...). Tegelijkertijd bestaat er al die tijd (en nog altijd) concrete belangstelling voor de vestiging van een (grote) supermarkt van een landelijk opererende 'grootgrutter'. Gemeentelijk beleid Naar de mening van belanghebbenden getuigt het van een vergaande willekeur door een bestemmingsplanregeling in procedure te brengen en later ook vast te stellen, die ziet op slechts twee nader omschreven percelen in het dorpsgebied van Zuid Scharwoude. Tegen deze gekozen begrenzing van het voorliggende bestemmingsplan verzetten belanghebbenden zich dan ook uitdrukkelijk. Dit bezwaar klemt temeer nu uit het gestelde op bladzijde 11 van de toelichting die behoort bij het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan blijkt dat er sprake is van een gemeentelijk parkeerbeleid dat naar verwachting zal worden vastgesteld in Dit beleid dient naar de mening van belanghebbenden op dezelfde wijze van toepassing te zijn op het grondgebied van de hele gemeente Langedijk en niet slechts op één of meer onderdelen daarvan. Pagina 4 van 6

5 I : D O M M E R H O Ľ I Goede ruimtelijke ordening Zoals in het voorgaande reeds werd gesteld, zijn belanghebbenden bang dat één of meer van de bestaande bouw en gebruiksmogelijkheden waarover zij thans nog wel kunnen beschikken, naar aanleiding van de vaststelling en inwerkingtreding van de in voorbereiding zijnde parkeerregeling zullen komen te vervallen. In dit verband is van belang dat kennelijk het voornemen bestaat om de mogelijkheid om gebruiksmogelijkheden uit te wisselen binnen één en dezelfde bestemming (in dit geval: op gronden met de bestemming "Gemengd") afhankelijk te stellen van een toetsing aan de CROW normen die op een bepaald moment 'toevalligerwijs' zullen gelden. Met deze wijze van bestemmen hebben belanghebbenden grote moeite. Hierdoor zouden immers één of meer van de in algemene zin geboden bouw en gebruiksmogelijkheden feitelijk illusoir kunnen worden gemaakt en op die manier dus: 'weg kunnen worden bestemd' als gevolg van een toetsing aan 'de' op een bepaald moment geldende parkeernormen. Aldus wordt feitelijk ook 'een nader afwegingsmoment' geïntroduceerd, waarbij het op voorhand telkens onzeker is of en zo ja in hoeverre van de door uw gemeenteraad als bestemmingsplanwetgever geboden planologische bouw en gebruiksmogelijkheden gerealiseerd kunnen worden. Dat verdraagt zich naar de mening van belanghebbenden niet met het beginsel van 'een goede ruimtelijke ordening'. Belanghebbenden verwijzen ter onderbouwing van hun standpunt graag naar de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State die betrekking heeft op het opnemen van milieu hygiënische normen in bestemmingsplannen en daarnaast naar de jurisprudentie die ziet op het opnemen van de zogenoemde voorwaardelijke verplichtingen in bestemmingsplannen. Belanghebbenden zijn met andere woorden van mening dat alvorens wordt besloten tot de vaststelling van enige nieuwe bestemmingsplanregeling eerst op adequate wijze onderzocht behoort te worden in hoeverre de bouw en gebruiksmogelijkheden die zijn en opnieuw worden toegekend aan gronden en gebouwen met de bestemming "Gemengd" in de praktijk ook nog als zodanig kunnen worden gebruikt, bij/ na toetsing aan 'de' parkeernorm (dat is: een concrete norm, die bij de vaststelling van enig bestemmingsplan in dat plan behoort te worden opgenomen). Daarbij behoren bestaande rechten gerespecteerd te worden en ook positief bestemd te worden. Gebeurt dat, op grond van een gedegen motivering en ook op basis van een reële weging van belangen, in voorkomende gevallen (bij wijze van uitzondering op de in algemene zin geldende hoofdregel) niet, dan hoort daar een aanbod tot schadeloosstelling bij (!). MET CONCUSIE Op grond van het vorenstaande verzoek ik uw gemeenteraad om het bestemmingsplan "Parkeren, Langedijk" niet vast te stellen overeenkomstig het ontwerp, zoals dat ter visie heeft gelegen. Pagina 5 van 6

6 «É Meer in het bijzonder concludeer ik tot een gewijzigde vaststelling in die zin dat de mogelijkheid om een supermarkt te exploiteren op de gronden en panden van belanghebbende(n) die thans nog bestaat op grond van de in het verleden verleende bouwvergunning met (een) ongeclausuleerde vrijstelling voor de uitoefening van detailhandel, gehandhaafd blijft. Daarnaast verzoek ik uw gemeenteraad om in ieder geval geen bestemmingsplan vast te stellen alvorens het nieuwe gemeentelijke parkeerbeleid is vastgesteld en zulks in ieder geval ook niet ten aanzien van slechts een klein gedeelte van het gemeentelijke grondgebied. Tenslotte verzoek ik uw gemeenteraad om uit te spreken dat belanghebbenden in aanmerking komen voor een adequate schadeloosstelling, daar waar één of meer van de bestaande bouw- en gebruiksmogelijkheden waarover zij thans nog kunnen beschikken, onverhoopt zou(den) worden weg-bestemd. Hooaa aak Pagina 6 van 6

7 PostNL Afz AE 225 ĮBBSr B " r f 7, 9 5 NEDERLAND NetSetFM Aangetekend Brief: D-A-l Pakket: B-P-3

8 21001/006 Aangetekend alsmede per fax: Gemeenteraad van Langedijk Posticus ZG ZUID - SCHARWOUDE G. ^ NR. ING. AUG/ CLnr. AFD. (ŶÌJÌ /BW/RAAD Datum 3 augustus 2015 Inzake Liefting/ gemeente Langedijk; ontwerp facet-bestemmingsplan "Parkeren" Dossier Advocaat Mr. S. Maakal E mail s.maakaksidommerholt.nl Telefoon (0513) Geachte dames en heren, Hierdoor maak ik van de gelegenheid een zienswijze In te dienen naar aanleiding van de ter visie legging van het ontwerp (facet)bestemmingsplan "Parkeren, Langedijk". Ik doe dat namens de heer Johannes Liefting, wonende op het adres Voorburggracht 178 (1722 GT) te Zuid Scharwoude. Daarbij merk ik op dat de heer Liefting voornoemd te dezen respectievelijk handelt zowel voor zich in privé; namens zijn echtgenote mevrouw Nelly Elisabeth Geel en tenslotte ook in de hoedanigheid van directeur van de besloten vennootschap Liefting Doe Het Zelf B. V., statutair gevestigd op het adres Voorburggracht 178 (1722 GT) te Zuid Scharwoude (welke vennootschap zich blijkens haar statuten mede ten doel stelt: het beheren van vermogen). Norm(en) In artikel van de regels wordt verwezen naar de parkeercljfers, 'zoals opgenomen in de meest recente CROW publicatie'. Deze verwijzing is naar de mening van belanghebbenden in strijd met de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 8 april 2015 in de zaak "Oisterwijk" (ECLI:NL:RVS:2015:1091, BR 2015/53). Daaruit volgt namelijk dat parkeernormen concreet omschreven dienen te worden in de regels van het van toepassing zijnde bestemmingsplan. Een verwijzing naar één of meer bepaalde CROW publicaties in de toelichting die bij een bestemmingsplan behoort, volstaat derhalve (ook) niet. De tekst van de in de vorige alinea bedoelde bepaling dient dan ook aangepast te worden voor het moment van vaststelling van het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan. Hetzelfde geldt daarnaast ook voor het gestelde In artikel 4.1,1 van de (ontwerp) regels en de daarmee corresponderende regels voor het bouwen (art. 5). DfMIMMNtlOt Advocaten T (0513) SUŵtng Derdengelden Da praktijk wordt gevoerd door Dommerholt Advocaten N,V Abe Lenstra Boulevard 44 F (0513) Domm«rhoit Advocaten (KVK nr.0s061783). Onze Blgemene voorwaarden die zijn te Postbus 225 hserenveenqdommerhollnl Zwole vinden op afgedrukt op 8440AE H«an»nv#«n ABNAMRO do achlenfjü» zijn van toepassingpp a'ie werkzaamheden.

9 03/ MAA 15i21 FAX 0002/006 Bouwverordening Op dit moment is het toetsingskader voor Ingekomen aanvragen om omgevingsvergunningen voor het bouwen en/ of afwijkend gebruik, voor zover het gaat om het onderwerp parkeren, in algemene zin nog opgenomen in artikel van de Bouwverordening van Langedijk. Daarin staat het volgende: Artikel 2,5,30 Parkeergelegenheid an laad- an losmogallļkheden bij of in gebouwen» 1. Indian da omvang of da bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft, moet tan bahoava van hat parkeren of stallen van auto's In voldoende mate ruimte zíjn aangebracht in, op of onder het gebouw, dan wal op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. Deze ruimte mag niet ovar-bemetan zijn, gelet op het gebruik of de bewoning van het gebouw, waarbij rekening moat worden gehouden met de eventuele bereikbaarheid per openbaar vervoer.» 2. De in het eerste lid bedoelde ruimte voor het parkeren van auto's moet afmetingen hebben die zijn afgestemd op gangbare personenauto's. Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan: O a. Indien de afmetingen van bedoelde parkeerruimten tan minste 1,80 m bij 5,00 m en ten hoogste 3,25 m bij 6,00 m bedragen; O b. indien de afmetingen van een gereserveerde parkeerruimte voor aan gehandicapte - voor zover die ruimte niet in de lengterichting aan een trottoir grenst - ten minste 3,50 m bij 5,00 m bedragen. * 3. Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moat in deze behoefte In voldoende mate zijn voorzien aan, in of onder dat gebouw, dan wal op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort.» 4. Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning vertenen in afwijking van het bepaalde In het eerste en het derde lid: O a. Indien het voldoen aan die bepalingen door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit; of O b. voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte, dan wel laad- of loarulmte wordt voorzien. In de gemeentelijke (bouw)verordening in kwestie is niet aangegeven wat precies onder het begrip 'voldoende' parkeergelegenheid moet worden verstaan. De uitwerking daarvan vond in het verleden plaats aan de hand van de door het CROW ontwikkelde normen. Dat wil zeggen; voor zover er In het verteden al werd getoetst aan de in de vorige alinea bedoelde normen. In de praktijk is daarvan namelijk veelal geen sprake geweest (...). Wanneer dat wel zou zijn gedaan (zoals eigenlijk had gemoeten), dan zou er in veel gevallen geen omgevingsvergunning verleend hebben kunnen worden. Of deze vergunningen zouden al verleend hebben moeten worden met toepassing van de bevoegdheid, die Burgemeester en Wethouders kunnen ontlenen aan het gestelde In art lid 4 van de Bouwverordening van de gemeente Langedijk. Maar dat is uiteraard altijd bedoeld geweest als een uitzondering (...). Pagina 2 van 6

10 MAA 15i 21 PAX 0003/006 Gevoloen voor met name de detailhandel Aan de gronden en panden van Liefting is de bij de vaststelling van het bestemmingsplan "Noord- en Zuid - Scharwoude" de bestemming "Gemengd" toegekend. Op basis daarvan is onder meer het gebruik van de betreffende gronden voor de uitoefening van detailhandel toegestaan. De oppervlakte van de bedrijfsbebouwing van Liefting (de voormalige bouwmarkt) beslaat ongeveer m2. Uitgaande van een parkeernorm van 4 parkeerplaatsen per 100 m2 (bvo), zouden ter plaatse In beginsel dus rond de 52 parkeerplaatsen aanwezig moeten zijn om in de praktijk ook daadwerkelijk gebruik te kunnen maken van de toegekende planologische rechten. Zoals bekend, zijn in werkelijkheid slechts ongeveer 26 á 30 parkeerplaatsen aanwezig (...). Voor de overige planologische functies die bíj de vaststelling van het bestemmingsplan "Noorden Zuid - Scharwoude mogelijk is gemaakt, gelden ten opzichte van de functie detailhandel iets 'soepeler' parkeernormen, maar ook ten aanzien van deze functies geldt dat hier bij onverkorte toepassing van de meest recent gepubliceerde CROW - cijfers slechts gedeeltelijk gebruik van kan worden gemaakt (!). Vraag: 18 de consequentie van de vaststelling van het nu in voorbereiding zijnde facetbestemmingsplan voor het parkeren nu werkelijk dat mensen zoals Liefting in de praktijk helaas voor hen (.) geen gebruik meer kunnen maken, dan wel nog maar beperkt gebruik kunnen maken van de planologische mogelijkheden die nog maar kort geleden zijn toegekend bij de vaststelling van het bestemmingsplan "Noord- en Zuid - Scharwoude"? Of wordt In voorkomende gevallen Vrijstelling' verleend? (waarbij overigens ook nog kan worden gedacht aan het Instellen van een parkeerfonds, van waaruit op termijn bijvoorbeeld de bouw van een centrale parkeergelegenheid - al dan niet in de vorm van een parkeerkelder of - dek - wordt bekostigd). Nota Bene: dit probleem speelt niet alleen voor het plangebied waarvoor nu volgens voornemen het facet- bestemmingsplan "Parkeren" wordt vastgesteld, maar (op termijn) voor het hele plangebied van het bestemmingsplan "Noord- en Zuid - Scharwoude" en verder ook ten aanzien van alle bestemmingsplannen die daarna nog herzien zullen moeten worden als gevolg van de inwerkingtreding van de zogenoemde reparatiewet BZK. Met andere woorden: er is sprake van 'een gemeente-breed' probleem Ml Bestaande rechten Belanghebbenden beschikken, als het gaat om de in planologische zin toegelaten bouw- en gebruiksmogelijkheden van hun gronden en panden die zijn gelegen binnen de begrenzing van het onderhavige plangebied over bestaande rechten. Pagina 3 van 6

11 03/ MAA 15i 22 FAX 0004/006 Daarbij gaat hat om te beginnen om de bouw- en gebruiksmogelijkheden die voortvloeien uit de in het verleden verleende bouwvergunning met vrijstelling(en) als bedoeld in artikel 19 WRO (oud). Concreet gaat het daarbij in ieder geval, doch niet uitsluitend, om de bouwvergunning (met vrijstelling) die op 7 maart 1994 is verleend onder het nummer Deze vergunning ziet zoals bekend mag worden verondersteld op de uitoefening van detailhandel (ongeclausuleerd). In de aanvraag, als ook in de verleende vergunning wordt namelijk gesproken over 'winkelruimte' (zonder beperkingen). Daarnaast kunnen belanghebbenden op dit moment nog beschikken over de bouw- en gebruiksmogelijkheden die aan hun gronden en panden zijn toegekend op het moment dat uw gemeenteraad heeft besloten tot de vaststelling van respectievelijk het bestemmingsplan "Noorden Zuid - Scharwoude" en het facetbestemmingsplan voor het betreffende bestemmingsplan dat specifiek ziet op gronden en panden met de bestemming "Gemengd" (zie hiervoor). Dit gebruik omvat mede het gebruik van de gronden en panden van belanghebbenden voor de uitoefening van een (grote) supermarkt. Als gevolg van de vaststelling van het laatstgenoemde bestemmingsplan is immers niet langer sprake van een belemmering van dit gebruik in verband met de in de gemeentelijke Bouwverordening opgenomen parkeernormen (!). In dit verband verwijs ik uw gemeenteraad onder andere naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 20 mei 2015 in de zaak "Halderberge" (ECLľNL; RVS:2015:1580). De vorenbedoelde bouw en gebruiksmogelijkheden dienen in beginsel door uw gemeenteraad gehonoreerd te worden. Dat blijkt onder andere uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 24 april 2013 ín de zaak "Leudal" (ECLI:NL:RVS: 2013: BZ8412, BR 2013/01). Gebeurt dat op grond van zwaarwegende maatschappelijke belangen en/ of gewijzigde politieke inzichten in uitzonderingssituaties evenwel niet, dan behoren belanghebbenden daarvoor op adequate wijze schadeloos te worden gesteld. In dit verband is vermeldenswaardig dat belanghebbenden de voormalige bedhjfsbebouwing aan de Voorburggracht en de Dorpsstraat te Zuid Scharwoude alweer meer dan vijfjaren te koop hebben staan, zonder dat zich ook maar één enkele gegadigde heeft gemeld (...). Tegelijkertijd bestaat er al die tijd (en nog altijd) concrete belangstelling voor de vestiging van een (grote) supermarkt van een landelijk opererende 'grootgrutter'. Gemeentelijk beleid Naar de mening van belanghebbenden getuigt het van een vergaande willekeur door een bestemmingsplanregeling in procedure te brengen en later ook vast te stellen, die ziet op slechts twee nader omschreven percelen in het dorpsgebled van Zuid Scharwoude. Tegen deze gekozen begrenzing van het voorliggende bestemmingsplan verzetten belanghebbenden zich dan ook uitdrukkelijk. Dit bezwaar klemt temeer nu uit het gestelde op bladzijde 11 van de toelichting die behoort bij het In voorbereiding zijnde bestemmingsplan blijkt dat er sprake is van een gemeentelijk parkeerbeleid dat naar verwachting za\ worden vastgesteld in Dit beleid dient naar de mening van belanghebbenden op dezelfde wijze van toepassing te zijn op het grondgebied van de hele gemeente Langedijk en niet slechts op één of meer onderdelen daarvan. Pagina 4 van 6

12 03/ MAA 15i 22 FAX /006 Goede ruimtelijke ordening Zoals in het voorgaande reeds werd gesteld, zijn belanghebbenden bang dat één of meer van de bestaande bouw- en gebruiksmogelijkheden waarover zij thans nog wel kunnen beschikken, naar aanleiding van de vaststelling en inwerkingtreding van de In voorbereiding zijnde parkeerregel in g zullen komen te vervallen. In dit verband is van belang dat kennelijk het voornemen bestaat om de mogelijkheid om gebruiksmogelijkheden uit te wisselen binnen één en dezelfde bestemming (in dit geval: op gronden met de bestemming "Gemengd") afhankelijk te stelten van een toetsing aan de CROW normen die op een bepaald moment 'toevalligerwijs' zullen geiden. Met deze wijze van bestemmen hebben belanghebbenden grote moeite. Hierdoor zouden Immers één of meer van de ín algemene zin geboden bouw- en gebruiksmogelijkheden feitelijk illusoir kunnen worden gemaakt - en op die manier dus: 'weg kunnen worden bestemd' - als gevolg van een toetsing aan 'de' op een bepaald moment geldende parkeernormen. Aldus wordt feitelijk ook 'een nader afwegingsmoment' geïntroduceerd, waarbij het op voorhand telkens onzeker is of en zo ja in hoeverre van de door uw gemeenteraad ais bestemmingsplanwetgever geboden planologische bouw- en gebruiksmogelijkheden gerealiseerd kunnen worden. Dat verdraagt zich naar de mening van belanghebbenden niet met het beginsel van 'een goede ruimtelijke ordening'. Belanghebbenden verwijzen ter onderbouwing van hun standpunt graag naar de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State die betrekking heeft op het opnemen van mllleu-hyglënische normen in bestemmingsplannen en daarnaast naar de Jurisprudentie die ziet op het opnemen van de zogenoemde voorwaardelijke verplichtingen in bestemmingsplannen. Belanghebbenden zijn met andere woorden van mening dat alvorens wordt besloten tot de vaststelling van enige nieuwe bestemmingsplanregeling eerst op adequate wijze onderzocht behoort te worden in hoeverre de bouw- en gebruiksmogelijkheden die zijn en opnieuw worden toegekend aan gronden en gebouwen met de bestemming "Gemengd" in de praktijk ook nog als zodanig kunnen worden gebruikt, bij/ na toetsing aan 'de' parkeernorm (dat is: een concrete norm, die bij de vaststelling van enig bestemmingsplan in dat plan behoort te worden opgenomen). Daarbij behoren bestaande rechten gerespecteerd te worden en ook positief bestemd te worden. Gebeurt dat, op grond van een gedegen motivering en ook op basis van een reële weging van belangen, in voorkomende gevallen (bij wijze van uitzondering op de in algemene zin geldende hoofdregel) níet, dan hoort daar een aanbod tot schadeloosstelling bij (1). MET CONCUSIE Op grond van het vorenstaande verzoek ik uw gemeenteraad om het bestemmingsplan "Parkeren, Langedijk" niet vast te stellen overeenkomstig het ontwerp, zoals dat ter visie heeft gelegen. Pagina 5 van 6

13 03/ MAA 15î 22 FAX 0006/006 Meer in het bijzonder concludeer Ik tot een gewijzigde vaststelling in die zin dat de mogelijkheid om een supermarkt te exploiteren op de gronden en panden van belanghebbende(n) die thans nog bestaat op grond van de in het verleden verleende bouwvergunning met (een) ongeclausuleerde vrijstelling voor de uitoefening van detailhandel, gehandhaafd blijft. Daarnaast verzoek ik uw gemeenteraad om in ieder geval geen bestemmingsplan vast te stellen alvorens het nieuwe gemeentelijke parkeerbeleid is vastgesteld en zulks in ieder geval ook niet ten aanzien van slechts een klein gedeelte van het gemeentelijke grondgebied. Tenslotte verzoek Ik uw gemeenteraad om uit te spreken dat belanghebbenden in aanmerking komen voor een adequate schadeloosstelling, daar waar één of meer van de bestaande bouw- en gebruiksmogelijkheden waarover zij thans nog kunnen beschikken, onverhoopt zou(den) worden weg-bestemd. Pagina 6 van 6