Titel: Keuring en inspectie van aardingsgarnituren (TenneT GS) Procesdeskundige: Procesbeheerder: (Sr)IV (KEV) IV (KEV) Afdeling:

Transcriptie

1 Keuring en inspectie van aardingsgarnituren (TenneT GS) Omschrijving Titel: Keuring en inspectie van aardingsgarnituren (TenneT GS) Proceseigenaar: Procesdeskundige: Procesbeheerder: (Sr)IV (KEV) IV (KEV) Procesbeheerder KEV AM Publicatiedatum: Reviewdatum: Afdeling: Documenttype: Service Provider: WRK Tennet GS Versienummer: Documentnummer: Opgesteld door: Gecontroleerd door: 1.04 IV Ing. J. Dirksen MBA Ir M.J.M. Boone Doel Het zekerstellen dat de keuring/inspectie van aard- en kortsluitinrichtingen, de vastlegging en archivering van de resultaten op een eenduidige wijze worden uitgevoerd binnen TenneT GS. Toepassingsgebied Deze werkinstructie is van toepassing bij het in eigen beheer keuren/ inspecteren van aardingsgarnituren binnen de service provider TenneT GS. Werkwijze Definities en begrippen Keuring: Handeling waarbij een arbeidsmiddel naast een visuele inspectie ook gemeten, getest, beproefd, gekalibreerd, herijkt wordt, volgens een vooraf vastgestelde procedure. Inspectie: (Visuele) Inspectie is een handeling waarbij een arbeidsmiddel visueel geïnspecteerd/gecontroleerd wordt door een checklist. Meting: het vergelijken met een standaard. Meetstaat: Lijst waarop de te keuren/inspecteren/controleren aandachtspunten / items per arbeidsmiddel vermeld staan. Pagina 1 van 7

2 Veiligheid Overtuig dat de DSM200 op een geaarde groep is aangesloten. Koppel de meetklemmen niet aan of af terwijl de teststroom aanwezig is, er kan vonkvorming optreden. Raak de meetklemmen niet aan tijdens het uitvoeren van een test. De DSMN 200 kan tot 200 A stroom genereren waardoor een magnetisch veld om de kabels en meetklemmen ontstaat, Houd rekening met magnetisch gevoelige apparatuur. Personeel met magnetisch gevoelige implantaten (pacemaker) mag de apparatuur niet bedienen of in de directe omgeving aanwezig zijn. Meting m.b.v. doorstroomapparaat T&R Test Equipment, type DSM 200 Na controle of de uitgang van het doorstroomapparaat is uitgeschakeld, moet de dubbele meetklem (stroom/ spanning) aan beide kanten van het te meten object worden aangesloten. Met de DSM kan een maximale stroom worden gegenereerd tot 200 Ampère. Voor de meting van aarde- en kortsluitinrichtingen moet het apparaat m.b.v. de regelknop worden ingesteld op 100 Ampère. Schakel de uitgang van het apparaat in en stel de stroom m.b.v. de regelknop in op 100 Ampère en schakel de uitgang uit. De gemeten waarde is op het display af te lezen. De volgende meetpunten moeten worden gemeten en genoteerd: Tussen L1 en L2 Tussen L2 en L3 Tussen L1 en aarde Tussen L2 en Pagina 2 van 7

3 Tussen L1 en L3 aarde Tussen L3 en aarde Berekening Weerstandswaarde Kabeldiameter in mm² Weerstandswaarde in mw per meter 16 1, , , , , , ,161 Bij het berekenen wordt uitgegaan van de weerstandswaarde uit bovenstaande tabel. De berekende waarde moet worden vermenigvuldigd met een factor 10 omdat in de berekening geen rekening wordt gehouden met (pers) verbindingen. Waarde tussen L1 en L2 = lengte L1(m) (L1 tot knooppunt) + lengte L2 (m) (L2 tot knooppunt) x weerstandswaarde x factor 10 Voorbeeld Waarde tussen L2 en aarde, kabel 50 mm²: 0,6 m + 1,0 m x 0,386 mw x 10 = 6,176 mw Waarde tussen L2 en L3, kabel 70 mm²: 0,6 m + 0,6 m x 0,272 mw x 10 = 3,264 mw Pagina 3 van 7

4 Controle Meting tussen Berekende waarde Goedkeur indien Afkeur indien L* en L* L* en L* Gemeten waarde kleiner of gelijk is aan berekende waarde Gemeten waarde groter is dan berekende waarde of, Gemeten waarde een factor 2 afwijkt van overige gemeten waarde ¹ L* en aarde L* en aarde Gemeten waarde kleiner of gelijk is aan berekende waarde Gemeten waarde groter is dan berekende waarde of, Gemeten waarde een factor 2 afwijkt van overige gemeten waarde ¹ ¹ Gemeten waarde mag niet meer dan een factor 2 afwijken van de overige meetwaarden, hiermee wordt bedoeld opvolgend op elkaar. Voorbeeld: L1 en L2 = 0,5 mw L2 en L3 = 1 mw L1 en L3 = 3 mw Dit resulteert in een afkeur omdat tussen L1/L2 en L1/L3 een factor zit die groter is dan 2, tussen L1/L2 en L2/L3 is deze factor kleiner dan 2, dus dit is een goedkeur. Afkeur vindt ook plaats wanneer tijdens de visuele controle blijkt dat: De isolatie van de kabel is beschadigd, (mechanische bescherming, binnendringen water) De krimpkous om de kabel en de kabelschoen is beschadigd, (binnendringen water) De (pers) verbindingen zijn beschadigd. Er mechanische tekortkomingen zijn. Noot: een doorzichtige ader isolatie is geen vereiste maar verdient wel de voorkeur i.v.m. controle op vochtinwerking, een geïsoleerde clamp is geen verplichting, maar verdient wel de voorkeur i.v.m. elektrische veiligheid. Pagina 4 van 7

5 Resultaten Bij goedkeur wordt het object voorzien van een keursticker met daarop een zichtbare verwijzing naar de volgende keur datum. Het object kan hierna weer worden ingezet. Bij afkeur mag het object niet meer worden ingezet. Het object moet worden voorzien van een rood afkeurlabel of apart worden opgeslagen. De inspecteur neemt contact met de eigenaar van het object om in overleg het vervolg traject te bepalen. Vastlegging De resultaten van de visuele inspectie en de gemeten waarden moeten worden verwerkt in de meetstaat " keuring/ inspectie aardingsgarnituren" met vermelding van keurdatum, objectnummer en goed of afkeur. De inspecteur verwerkt de resultaten tevens in de beheersmodule. Archivering De originele (papieren) meetstaat moet worden gearchiveerd. Wanneer het object zich op een station bevindt, is de beheerder verantwoordelijk voor de archivering ter plekke. Wanneer het object zich bij de gebruiker bevindt, is deze verantwoordelijk voor de archivering ter plekke. Tevens voorziet de beheersmodule in een digitale archivering. Documenten Meetstaat " keuring/ inspectie aardingsgarnituren". 7. Referenties en bijlagen Gebruiksaanwijzing DSM 200 NEN 3840; Bedrijfsvoering van elektrische installaties hoogspanning NEN 3140; Bedrijfsvoering van elektrische installaties laagspanning NEN-EN-IEC 61230; Elektrische leidingen voor draagbare aardings- en kortsluitapparatuur NEN-EN-IEC 61238; Portable equipment for earthing or earthing and short-circuiting Pagina 5 van 7

6 MEETSTAAT KEURING/INSPECTIE AARDINGSGARNITUREN Locatie; Regio; Beproeving door; Datum beproeving; Materieelstuk; Aardingsgarnituur Merk; TenneT Nummer; Langste lengte; meter Doorsnede kabel; ² Gebruikte meetapparatuur; Apparatuurnummer; Gekalibreerd tot; Micro-Ohmmeter DSM 200 T&R 6TE0880 Werkinstructie keuring/ inspectie aardingsgarnituur d.d Visuele inspectie Is de isolatie van de kabel onbeschadigd? Ja Nee Is de isolatie-mantel nog soepel? Ja Nee Is er vervuiling (vocht) zichtbaar tussen de mantel en de kabel? Ja Nee Zijn de kabelschoenen onbeschadigd? Ja Nee Is de kleminrichting onbeschadigd? Ja Nee Zijn de krimpkousen om de kabelschoen en kabel onbeschadigd? Ja Nee Zijn er mechanische tekortkomingen? Ja Nee Meting en beproeving Hoogst gemeten weerstandswaarde bij 100 Ampere Zijn de onderlinge weerstandswaarden kleiner dan een factor 2? Ja Nee Pagina 6 van 7

7 Conclusie Resultaat; Opmerkingen Handtekening Controleur Pagina 7 van 7