ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL. DE NAMEN WAARMEE DE DELEN EN DE plaatsen van de beenderen worden aangeduid. Hoofdstuk III.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL. DE NAMEN WAARMEE DE DELEN EN DE plaatsen van de beenderen worden aangeduid. Hoofdstuk III."

Transcriptie

1 ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 12 DE NAMEN WAARMEE DE DELEN EN DE plaatsen van de beenderen worden aangeduid. Hoofdstuk III.

2 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 13 INDEX VAN DEZE PLAAT EN HAAR LETTERTEKENS A B C D 1,2,enz. E.F.G. H.I,II, III,enz. HH. Op de hier voorgestelde plaat worden slechts énkele beenderen afgebeeld om de delen en de plaatsen van de beenderen, waarvan ik de namen in dit hoofdstuk zal behandelen, ten minste bij een aantal beenderen op een duidelijke wijze weer te geven. Hierom, wanneer er in de contekst van dit hoofdstuk sprake is van een bot dat hier niet is afgebeeld, zult gij het met goed gevolg opzoeken bij de afbeeldingen van zijn eigen hoofdstuk of bij de overzichtstekeningen die aan het einde van het eerste boek zullen aangebracht worden. Het is trouwens niet nodig bij de beschrijving van die plaatsen alle beenderen die ik bij wijze van voorbeeld zal aanhalen te bekijken, daar het hier ruimschoots zal volstaan hetgeen verteld wordt eens goed te bekijken bij één enkel bot en de betrokken naam, daar die ook elders voorkomt, te onthouden. Welke beenderen hier echter wél worden afgebeeld zal door de index der lettertekens worden verduidelijkt. Het rechter dijbeen, waarvan wij de aanhangsels van hun plaats hebben verwijderd en als het ware door een tussenruimte van de rest van het bot hebben gescheiden. Het rechter dijbeen waarvan de aanhangsels nog op hun plaats vastgehecht zijn. De onderkaak samen met de onderste tandenrij. Hier is de buitenkant afgebeeld van het bot dat met de rechterzijde van het heiligbeen gewricht maakt. Evenmin als Galenus geven wij het een speciale naam, maar naargelang de plaats ervan hebben wij het aangeduid met een drievoudige naam, namelijk het darmbeen, het heupbeen en het schaambeen. Het zal beschreven worden in het negenentwintigste hoofdstuk. Onder het zopas vermelde bot en de onderkaak zijn de beenderen van de rechter voet op deze wijze te zien, doordat de vier beenderen van de voetwortel, aangeduid met de tekens 1,2,3,4, samen met het bootvormig been dat met een E is aangeduid, het met een F gemerkte sprongbeen en het hielbeen, getekend met een G, op zo een manier gescheiden zijn van de vijf beenderen van de middenvoet die met I,II,III,IV,V getekend zijn en de beentjes van de tenen, aangeduid door H & H, dat men de plaats kan bekijken waar de beenderen van de middenvoet verbonden zijn met de beenderen van de voetwortel. Op deze wijze immers worden de uithollingen die slechts oppervlakkig

3 ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 14 I K L enz. M enz. NN O enz. P Q R S enz. T VV X YY ingesneden zijn en de koppen die even licht vooruitspringen, gunstig weergeven. Onder de voet ligt het opperarmbeen, of de humerus, die zijn voorzijde toont. Het ruggedeelte van het schouderblad, zo afgebeeld dat het zijn doorn toont met het aanhangsel van de schoudertop, dat met lijnen doorkruist is en dat opgebouwd is uit verschillende delen. De huidige plaat toont dus deze beenderen. De overige lettertekens dienen ondertussen om de délen van de beenderen te tonen op de volgende wijze. De vier L's geplaatst op het eerste dijbeen dat met een A getekend is, geven de vier dijbeenaanhangsels aan. De vier M's geplaatst op het andere dijbeen doelen eveneens op de vier aanhangsels van het dijbeen, waarvan de lijnen waarmee zij om zo te zeggen van het dijbeen gescheiden worden, hun omtrek aangeven. De bovenste N in het bot dat met de zijkant van het heiligbeen verbonden is en dat met een D is aangegeven, toont het aanhangsel van het darmbeen, de onderste N echter, het aanhangsel van het heupbeen. Er werden enkele O's gezet in de beenderen van de middenvoet, namelijk in deze die gemerkt zijn met I, III en V, en verder ook in het eerste en tweede beentje van de grote teen, en in het eerste en tweede beentje van de middenteen bemerkt gij eveneens een O. Zij tonen de aanhangsels van deze beenderen. Niet dat slechts deze beenderen die met een O getekend zijn aanhangsels zouden bezitten, maar de enkele lettertekens tonen voldoende aan dat de toestand dezelfde is bij de gelijksoortige beentjes. Aanhangsel van het opperarmbeen. Aanhangsel van de schouderbladdoorn of schoudertop. De lijnen, die tussen de talrijke stukken van het aanhangsel van de schouderbladdoorn doorlopen. In de beide dijbeenderen hebben wij twee S'en geschreven die een uitsteeksel van het dijbeen aangeven. Door de T wordt het scherp uitsteeksel van de onderkaak aangeduid en bijgevolg dus de 6@DT<0. Dit zijn de twee uitsteeksels van het andere bot dat tegen de zijkant van het heiligbeen gedrukt is. Uitsteeksel van het bovenste aanhangsel van het beentje van de middenvoet dat met een V getekend is en dat voor de kleine teen gelegen is. De twee uitsteeksels of knobbels aan de onderkant van het opperarmbeen waar het met de voorarmbeenderen gewricht maakt.

4 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 15 a enz. b c d e enz. f gg hh i k ll m n o ppp qq rr In de beide dijbeenderen is drie maal een a geplaatst die de drie dijbeenkoppen toont. Wij hebben bovendien in het eerste, met een A gemerkte dijbeen, de a in het bovenste aanhangsel geplaatst. In het dijbeen dat met een B gemerkt is echter, buiten het aanhangsel, opdat men niet zou denken dat deze kop soms via het aanhangsel alleen gewricht maakt met het heupbeen. De rechter kop van de onderkaak. De kop van het sprongbeen die naar onder toe de holte van het scheepvormig been binnendringt. De kop van het sprongbeen die onder de uitholling van het scheenbeen komt, die ook met een F aangeduid is. In de figuur van de middenvoet komt enige malen een e voor die de koppen aanduidt van de beenderen van de middenvoet en van de teenbeentjes. De bovenste kop van het opperarmbeen die met het schouderblad gewricht maakt. De twee onderste koppen van het opperarmbeen waarmee de ellepijp en het spaakbeen gewricht maken. In de beide dijbeenderen is één h gezet, die de hals aanduidt van de kop die in het heupbeen zit. De hals van de onderkaak. De hals van het sprongbeen. De hals van de beenderen van de middenvoet. Er is slechts in II en IV een l geplaatst opdat de overige halzen niet te donker zouden uitvallen. De hals van het opperarmbeen. De gewrichtskom in het heupbeen, waarmee het dijbeen gewricht maakt. De gewrichtskom van het opperarmbeen; maar de o ligt verscholen tussen de twee Y's. De oppervlakkig uitgesneden holten die in de beenderen van de voetwortel te zien zijn. De lichtjes uitbultende knobbels van de beenderen van de middenvoet; wij hebben er echter slechts twee q's bij gezet omdat de andere in de schaduw zouden verborgen zijn en zo de tekening bovendien zouden overladen. De beenderrichels van het heupbeen, zichtbaar aan de bovenkant van de gewrichtskom. Indien men soms bij de kraakbeenderen deze delen en plaatsen wenst te bekijken zoals bij de beenderen, dan zullen de

5 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 13 afbeeldingen van de kraakbeenderen vooraan het achtentwintigste hoofdstuk alles tonen wat bij de kraakbeenderen te zien valt.//

6 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 17 ET GROOT aantal termen en hun wisselend gebruik bij de verschillende en dikwijls bij dezelfde auteurs maakt een beschrijving van deze aangelegenheid moeilijk. Er is althans geen enkele nomenclatuur die even verscheiden is en zo vol tegenspraak als deze waarmee de delen en plaatsen van de beenderen worden aangeduid en die bij de beschrijving van de beenderen voortdurend moet gebruikt worden. Daar ik mij nu echter bedien van de verschillende benamingen, waarmee in het volgende hoofdstuk de soorten verbindingen worden aangeduid die de beenderen bijeenhouden, wordt er hier enkel naar verwezen: 6T8@<, B4NLF4H, B@NLF4H, 6@DT<0, 6@DT<4H, 6,N"80, 6,N"8"4@<, D2D@<, 6@<*L8@H, JD"P08@H, "ÛP0<, 6@JL80, 6@JL80*T<, Ï>L$"N@<, (80<0, ÆJL,H, ÏNDL,H, µ$@<,h, P,480, $"2µ4*,H, en zeer veel dergelijke benamingen van Griekse oorsprong. Bij de Latijnse schrijvers echter worden, ook al hebben zij zelf er slechts enkele, door de buitensporigheid van de vertalers, wijd en zijd verspreid zoveel talloze namen aangetroffen dat er nu reeds één apart is voor elke afzonderlijk Griekse benaming. Wat zouden de ouden, die thuis aan de jongeren de nauwgezette manier van disseceren aanleerden, eronder begrepen hebben? Hierbij komt ook dat er moet beslist worden welke benaming wij dan wel zullen gebruiken in de ganse tekst van de uiteenzetting. Zo vertalen zij 6T8@<, een benaming die de vertalers van de Grieken ook dikwijls gebruiken, nu eens met lid, dan weer als lidmaat. De Grieken gebruikten slechts vier ledematen, namelijk de bovenarm, de voorarm, het bovenbeen en het onderbeen, en het blijkt dat Galenus ook nooit een ander lichaamsdeel bedoelt met deze benaming. Slechts zelden of nooit valt het mij voor deze benaming aan te wenden, daar ik meen dat zij niet langer moet gebruikt worden. 'EB4NLF4H, dat de Latijnen met aanhangsel, aanhechting, annex, toevoegsel, aangroeisel en inderdaad op talloze andere wijzen vertalen, zal ik in het vervolg aanhangsel noemen. Een B4NLF4H of aanhangsel is dus een bot dat aan een ander bot vastzit, een eigen omgrenzing heeft maar niet echt een onderdeel is van het bot waarmee het gewricht maakt. Men kan kennis maken met de natuur van een dergelijk aanhangsel telkens één of ander kalfje, een geitebokje, een lam of een ander jong dier aan tafel wordt opgediend. Want wanneer Dat de benam i n g e n waarmee de delen en de plaatsen van de beenderen worden a a n g e d u i d sterk uiteen lopen. 5T8@<. Lid. Lidmaat. '+B4NLF4H. Aanhangsel.

7 a) Bekijk de aanh a n g s e ls van het d i j b e e n, fig. A. b) De a ingesloten tussen A en L in de fig. van dit hoofdstuk. c) N,N fig. D. d) Hst.21, fig. 1,2 X,Y,E,K. e) Fig. K: Q,R. f) Hst. 17, fig. 1, 2 A,B enz. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL wat steviger wordt getrokken aan een gereinigd dijbeen, opperarmbeen of spaakbeen, of aan een ander gelijkaardig bot dat van zijn resten ontdaan is, dan zien wij er als het ware een ander bot van loskomen, waaraan de naam van aanhangsel gegeven wordt. Maar dit zien wij enkel bij jonge dieren. Bij de oudere immers zijn de aanhangsels zo vast met hun beenderen vergroeid dat zij niet van het bot kunnen losgetrokken worden, nauwelijks de lijn van de samenvoeging vertonen en echte delen van hun beenderen lijken te zijn. Bij pasgeborenen verschijnt er echter tussen het aanhangsel en het bot waaraan het vastzit een groot stuk kraakbeen, dat net als lijm het aanhangsel met het bot verbindt. Deze vergroeiing bestaat niet uit een glad of plat oppervlak, a maar het bot waarmee het aanhangsel samenkomt is overvloedig voorzien van bepaalde gaatjes en oneffenheden waarin de knobbeltjes en gaatjes van het aanhangsel stevig passen doordat zij in elkaar schuiven. Daarenboven is deze verbinding b speciaal juist hier gevormd, daar het bot er werkelijk op geen enkele plaats weker of minder hard of stevig uitziet dan ter hoogte van de verbinding zelf. Want op deze plaats zit het bot binnenin steeds vol talrijke gaatjes, net als een puimsteen of een spons, en alhoewel het onmiddellijk daarna bijna over de rest van zijn lengte een brede holle ruimte omvat die enkel met merg is opgevuld, is het volgens de lengte van zijn holte zeer hard en stevig. Niettemin houdt deze holte echter op vooraleer het bot aan het aanhangsel vastgehecht is, en er zelf weker door gemaakt wemelt het van gaatjes net zoals het aanhangsel zelf. Dit is zo vervaardigd dat Galenus vermeldde dat de aanhangsels de deksels zijn van de mergholten. Alsof de gaatjes van de aanhangsels werkelijk van merg zouden verstoken zijn en niet zoveel mogelijk beenderen, die geen holten bezitten met door benige vezels doorvlochten merg, zich een aanhangsel toeëigenen. Er is immers helemaal geen dergelijke holte in de brede beenderen die vastzitten aan de zijkanten van het heiligbeen, maar niettemin versmelt er een aanhangsel c met de ganse doorn van het darmbeen evenals met de ganse onderkant van het zitbeen. Zelfs aan het schouderblad dat bijna nergens merg bevat zijn er vier aanhangsels d vastgehecht. Twee namelijk aan de basis ervan, één aan de punt van het onderste schouderbladuitsteeksel, en een vierde aan de schoudertop, die typisch uit meerdere deeltjes e is opgebouwd. Verder missen de ruggewervels een dergelijke holte, maar toch eisen hun lichamen boven- en onderaan aanhangsels f op. Wat meer is, niet alleen de wervellichamen hebben aanhangsels, maar er zitten zelfs aanhangsels vast aan de punten van de dwarsuitsteeksels van de 18 In 'De functie van de lichaamsdelen', 11. Dat de aanh a n g s e l s geen deksels zijn voor de mergholten.

8 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 19 g) Fig.A de 4 L's en fig.b de 4 M's. h) OO in de fig. van de voet. wervels in de borstkas en de lenden en aan de [wervel-] doornen. Bovendien is de wortel van de ribben die met de wervels gewricht maakt vergezeld van een aanhangsel, zelfs al beschikken de ribben niet over een brede mergholte. Overigens wijzen de wervels en de tanden van kinderen die eveneens van aanhangsels voorzien zijn, er niet alleen op dat beenderen die van deze holten verstoken zijn aanhangsels krijgen, maar zij vormen tevens het bewijs dat de Natuur niet enkel aan de grote beenderen aanhangsels geschonken heeft, ofschoon voorname anatomen vroeger het tegendeel leken te verzekeren daar zij enkel aan de grote beenderen aanhangsels toeschreven. Verder heeft, onder de beenderen die een dergelijke holte bezitten, het dijbeen zelfs vier aanhangsels g : één voor de kop waarmee het gewricht maakt met het heupbeen, één voor zijn onderste stuk dat verbonden is met het scheenbeen en twee andere, voor zijn twee uitsteeksels die wij gewoonlijk draaiers noemen.// Met het scheenbeen en het kuitbeen zijn er aanhangsels vergroeid ter hoogte van de knie en de voet. Ook het spaakbeen krijgt aanhangsels ter hoogte van de handwortel en het opperarmbeen. Maar het opperarmbeen beschikt enkel bovenaan over een aanhangsel, waar het naar het schouderblad kijkt. Hetzelfde geldt voor de ellepijp tegenaan de handwortel. Toch zijn deze beenderen tamelijk groot en werden zij door de Natuur van aanzienlijke holten voorzien. De kleine echter die eveneens een dergelijke holte kregen, zoals wij tegen de mening van Galenus in leerden, zijn helemaal niet van een aanhangsel verstoken. De hand- en voetwortelbeentjes h eisen immers, alle tot de laatste, zonder enige twijfel een aanhangsel op waar zij in de gewrichtsholte treden van het eerste kootje. Bovenaan echter waar deze beenderen beantwoorden aan de hand- en voetwortel, hebben zij weliswaar dikwijls een aanhangsel, maar het is steeds steviger met zijn bot vergroeid dan het onderste deel. Meestal zijn alle kootjes bovenen onderaan eveneens van aanhangsels voorzien, de meest extreme uitgezonderd, die enkel bovenaan aanhangsels bezitten. Deze zijn alle heel goed te zien bij kinderen. Bij hen echter die reeds volledig volgroeid zijn is de aanhechting van de aanhangsels moeilijk te zien, bij de ouden is zij verborgen en onzichtbaar. '!B@NLF4H, dat de vertalers weergeven met uitsteeksel, uitschieter, uitgroeisel, toevoegsel en ik weet niet welke andere termen, zal door ons uitsteeksel genoemd worden. Het is een gedeelte van het bot dat in niets van zijn bot verschilt tenzij dat het als een knobbeltje of een bult buiten het bot uitsteekt, juist zoals men bij een boomstam Dat niet enkel de grote b e e n d e r e n aanhangsels hebben. Galenus in h e t b o e k ' O v e r d e beenderen'. '!B@NLF4H. Uitsteeksel.

9 i) Aangegeven met n u m m e rs in hst. 15, fig. 8. j) T-i, fig. C. k) YY, fig. I. l) SS, fig. A en B. m) Hst.24 fig. 1,2 de R. n) Hst.31, fig. 3, i. o) X in de voet. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL de wortels en takken ziet uitbotten en opschieten. Dergelijke uitsteeksels komen zeer frekwent voor in de beenderen. Er is immers geen enkele ruggewervel die er geen talrijke bezit. Zo zullen wij op de desbetreffende plaatsen uiteenzetten dat heel wat halswervels, i zelfs de meeste, elf uitsteeksels bezitten, de borstwervels echter zeven, de lendenwervels negen. Bovendien beschikt ook de onderkaak j beiderzijds over twee uitsteeksels, net zoals het opperarmbeen k en alle beenderen van het lichaam uitsteeksels opeisen telkens zij op één of andere plaats buiten het zuiver plat oppervlak uitsteken. Verder bestaan er onder de uitsteeksels evenals onder de aanhangsels talrijke verschillen. Aan bepaalde uitsteeksels is er immers een aanhangsel vastgegroeid, want de uitsteeksels van het dijbeen die draaiers l worden genoemd, en de schouderbladdoorn - die een uitsteeksel is van het schouderblad - krijgen een aanhangsel, net als het binnenste uitsteeksel van het schouderblad dat met een anker vergeleken wordt. Ter hoogte van andere uitsteeksels komen er geen aanhangsels voor. Aanhangsels komen namelijk uiterst zelden voor aan de uitsteeksels van de onderkaak, het hielbeen, het sprongbeen en de overige zwamachtige beenderen, vermits de uitsteeksels van deze beenderen eveneens zwamachtig zijn. Er zijn evenmin aanhangsels bevestigd aan de uitsteeksels van het opperarmbeen, die voorkomen aan het ellebooggewricht, en ook niet aan de uitsteeksels van de ellepijp die met het opperarmbeen gewricht maken. De aanhangsels zelf eisen op hun beurt zeer dikwijls weer uitsteeksels op. Op het aanhangsel van de ellepijp m komt er immers een uitsteeksel voor dat diegenen met ervaring in de dissectie vergelijken met een zuil of een schrijfstift. Het onderste aanhangsel van het scheenbeen bezit ook een uitsteeksel. n Wij noemen het de binnenenkel. Vervolgens heeft het bovenste aanhangsel van het middenvoetsbeen dat de kleine teen draagt een uitsteeksel o waaraan, zoals zal aangetoond worden, de achtste spier voor de beweging van de voet zich vasthecht. Ook het aanhangsel van het opperarmbeen evenals het onderste aanhangsel van het dijbeen zijn in twee zeer duidelijke uitsteeksels gesplitst, zodat gij zult horen dat zij elk apart de benaming van kop verdienen. Zoals wij straks zullen uiteenzetten worden de koppen, halzen, holten, knobbels en kammen van de beenderen daarom teruggebracht tot aanhangsels en uitsteeksels. Alhoewel het echter beter ware de benaming uitsteeksel alleen te gebruiken voor deze uitsteeksels die geen gewricht maken met een ander bot. De koppen van het dijbeen en het opperarmbeen immers noemen wij inderdaad geen uitsteeksels, wat wij wél doen voor de scherpe uitsteeksels van de onderkaak en de knobbeltjes van 20 Verschillen tussen de uitsteeksels e n d e aanhangsels.

10 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 21 p) T in fig. C en A,B in de 6e spierplaat. q) Fig. 4 en 5 van hst. 6, het éne k, het andere i. r) Hst. 6, fig. 5, ll. het opperarmbeen die opzij van het ellebooggewricht uitsteken. Verder menen wij dat het beter ware de uitsteeksels voorzien van aanhangsels niet aanhangsels maar eenvoudigweg uitsteeksels te noemen. Want de draaiers van het dijbeen en de uitsteeksels van het schouderblad en de wervels zullen wij, zelfs al dragen zij aanhangsels, naar de gewoonte van andere anatomen uitsteeksels noemen. Deze verwarren dikwijls XB4NLF4H met "B@NLF4H. Het uitsteeksel van een aanhangsel zullen wij echter nooit vernoemen zonder het aanhangsel te vermelden. Hierom zeggen wij dat de binnenenkel het uitsteeksel is van het onderste aanhangsel van het scheenbeen. Doch wanneer men deze benamingen ondertussen maar begrijpt zal dit alles duidelijk worden bij de beschrijving van de beenderen, omdat de functie van de uitsteeksels bij de verschillende beenderen duidelijk naar voor zal treden. De uitsteeksels dragen immers hoofdzakelijk bij tot een aangepaste gewrichtsvorming en verbinding tussen de beenderen, en verder tot de oorsprong en aanhechting van vele delen. Indien de beenderen immers nergens zouden uitzwellen of zich niet als in een hals zouden uitrekken of anderzijds als wallen zouden ingesneden zijn, zouden er slechts zeer weinig [lichaamsdelen] kunnen op ontstaan en eraan vasthechten. Nu echter steken de uitsteeksels uit als bergen, waarbij zij talrijker omhoog schieten dan in een vlakte en er tevens - om zo te zeggen - andere op uitschieten en er bovenop gebouwd zijn. Dat uitsteeksels zelfs een bescherming vormen tegen geweld bewijzen de uitsteeksels van de schouderbladen en van de wervels. Een 6@DT<0 of 6@DT<4H wordt door sommige vertalers kraai genoemd. Maar de oude Grieken duidden met deze term een scherp uitsteeksel aan bij de beenderen, dat zij vergelijken met het gebogen uiteinde van een boog en de inkeping waarin de pees ligt. De onderkaak heeft er aan weerszijden een dergelijk p waarop de pees van de slaapspier zich vasthecht. Verder is er aan het slaapbeen een ander q te zien, dat zij vergelijken met borsttepels. In hetzelfde bot bestaat er ook nog een ander, q dat met de sporen van een haan en met een // schrijfstift vergeleken wordt. Maar Galenus schijnt niet alleen dergelijke scherpe uitsteeksels, gemaakt voor de aanhechting en de oorsprong van spieren, zo genoemd te hebben, maar ook verschillende koppen van beenderen die dan toch binnen in de gewrichtsholte van andere beenderen zitten. De kopjes r van het achterhoofdsbeen, die gewricht maken met de holten van de eerste halswervel, noemde hij immers meer dan eens met deze term, hoewel zij ondertussen en dit vooral bij de mens, geenszins de naam van scherpe uitsteeksels verdienen. Funktie van de uitsteeksels. 5@DT<0. In het boek ' O v e r d e beenderen'.

11 s) Te meten van D tot B in fig. 1 van hst. 30. t) Fig. 1, van m tot f. u) q,q in de voet. v ) V g l. s,t,u in fig. 1 3 v a n hst.33 met n,m,l in fig. 10. w) Hst. 15, fig. 9, * en de fig. van hst. 16, X,Y. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 5,N"80 en 6,N"8"4@< worden door de Latijnen met de benaming kop aangeduid. Zij duiden met deze benaming het beenknobbeltje aan dat de gewrichtsholte van een ander bot binnendringt in het geval van een willekeurige beweeglijkheid. De kop noemen wij verder vooruitstekend ofwel ingedrukt, hiermee verwijzend naar zijn hals. Want de kop van het dijbeen s die gewricht maakt met de heupbeenholte, wordt gezegd vooruit te steken omdat hij vanaf zijn hals tot bovenaan zijn top een lang verloop kent, net zoals wij de kop van het opperarmbeen t die met het schouderblad verbonden is eveneens tot de vooruitstekende koppen rekenen, aangezien hij met zijn meest vooruitstekende gedeelte ver boven de hals of nek komt. Maar de koppen van de middenvoetsbeentjes, u die samenkomen met de beenderen van de middenvoet, zijn zo sterk ingedrukt en afgevlakt, dat gij nauwelijks kunt zeggen of zijzelf de holten van de middenvoetsbeenderen binnentreden of dat zij de knobbeltjes van de middenvoetsbeenderen in zich opnemen. Bij de verbinding van de drie middenvoetsbeenderen v met het bot dat gelijkt op een boot is het evenmin mogelijk de koppen van de holten te onderscheiden, en dat verder de meeste wervels dergelijke kopjes w bezitten, zullen wij op de desbetreffende plaats aantonen. Voorlopig volstaat het immers hieraan toe te voegen dat de Grieken, die blaken van ijver voor de natuurwetenschappen, déze koppen vooruitstekend hebben genoemd die een duidelijke knobbel vertonen en meer in hun midden - van wat het oppervlak betreft - dan aan de zijkanten, of cirkelvormig, uitsteken en opzwellen. Het staat echter onvoldoende vast of zij de ingedrukte [koppen] die bestaan uit een zeer onduidelijke knobbel of bult kop, dan wel holte moeten genoemd hebben. Maar de ervaren anatomen schenen deze laatste koppen 6@<*L8@4 te noemen, de eerste echter eenvoudig 6,N"8"4". Maar over de kondylus zullen wij hier niet veel meer aan toevoegen, aangezien velen aan deze benaming zo veel verschillende betekenissen toekennen. '!D2D@<, dat wij gewricht noemen, noemden de Grieken hoofdzakelijk de verbinding tussen de beenderen die instaat voor de beweging. Maar, voornamelijk in de boeken 'Over de fracturen' en 'Over de gewrichten', noemde Hippocrates een gewricht herhaaldelijk het ronde gedeelte van een bot dat binnentreedt in de uitholling of holte van het nabij gelegen bot en dat met de benaming kop wordt aangeduid, net zoals Galenus in zijn 'Commentaren' over dezelfde boeken. Doch de Latijnen schijnen een dergelijke kop ook vertebrum of vertebra te noemen, aangezien zij de kop van het dijbeen x die de holte 22 5,N"80, 6,N"8"4@<, Kop. S o m m i g e koppen steken vooruit, zijn ge- andere omlaag drukt. '!D2D@<. Gewricht. Vertebrum. Vertebra.

12 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 23 xx) Stop A van fig. 1, hst. 30 in e,f,g van fig. 1, hst. 29. y) Fig. van hst. 14, 15, 16, 17. van het heupbeen x binnendringt zo noemen. Ofschoon anderen dan weer liever het ganse gewricht van het heupbeen met het dijbeen deze naam geven. Het ware echter beter de naam wervel alleen te gebruiken voor de ruggebeenderen, y zodat wervel voor ons hetzelfde betekent als FB@<*L8@H voor de Grieken, namelijk zoveel als ruggebeen, wat door sommigen ook verticulum wordt genoemd, wegens de vorm van een haspel namelijk, waarmee de vrouwen spoelen opwinden. Verder beschikken sommige beenderen over enkelvoudige koppen die op de daarnet vermelde wijze uitstulpen, zoals deze waarmee het dijbeen gewricht maakt met het heupbeen en deze waarmee de middenvoets- en middenhandsbeenderen de eerste kootjes binnentreden. Bij andere zijn zij dubbel en dus tweevoudig en door een zekere holte van elkaar gescheiden, zoals het dijbeen waar het samenkomt met het scheenbeen en de eerste en tweede kootjes waar zij met hun onderste gedeelten de holten van de daarop volgende beenderen binnentreden. Weer andere koppen zien er rond uit zoals de bovenste kop van het dijbeen, andere zijn van rechts naar links langwerpig uitgerokken en zijn bijgevolg wat verbreed zoals de koppen van de onderkaak, andere zijn van voor naar achter langwerpig uitgebouwd zoals de koppen van het achterhoofdsbeen die de holten van de eerste wervel binnendringen. Inderdaad, zelfs indien de geneesheren, die de naam van geneesheer waardig zijn, deze vormen en soorten van de koppen, omwille van de ontwrichtingen even goed moeten kennen als hun eigen broekzak, heb ik het echter helemaal niet nuttig geoordeeld ze hier verder in te delen, daar ik ze bij elk bot apart zeer zorgvuldig zal pogen te behandelen. Verder werden de koppen van de beenderen door Galenus meermaals B4NLF4H, of aanhangsels genoemd, misschien wel doordat verschillende onder ze bestaan uit een aanhangsel zoals de koppen van het dijbeen, de bovenste kop van het opperarmbeen en de koppen van de middenvoets- en middenhandsbeenderen die tegen de eerste kootjes aanliggen. Maar toch bestaan de meeste koppen van de beenderen helemaal niet uit een aanhangsel. Het sprongbeen immers mist juist een aanhangsel, evenals het opperarmbeen waar het met de voorarm verbonden is, en ook de onderkaak bezit koppen, maar geen aanhangsels. Hierom dient de stelling van Galenus niet al te zeer gevolgd te worden, volgens dewelke hij aanleerde de 6T8" - dit zijn de gewrichtskoppen - B4NLF4H en 6@<*L8@H te noemen. Verder vertalen de Latijnen 6@<*L8@H nu eens met knoop, dan weer met bochel, kop, kopje en kootje. Deze zeer verscheidene benamingen erkennen zij aan de Grieken te hebben ontleend. In de juist FB@<*L8@H. Soorten koppen. In boek 11 ' O v e r d e functie van de lichaamsdelen'. 5@<*L8@H.

13 z) G,H in fig. 2 van hst. 27. a) h,h in de fig. A en B. b) i in fig. C. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL aangehaalde uitspraak van Galenus blijken de gewrichtskoppen immers zo genoemd te worden. Maar in zijn boeken 'Over de techniek van de lijkschouwing' noemt hij de twee onderste dijbeenkoppen en de onderste knobbeltjes of koppen van het opperarmbeen op die manier, alsof met deze naam dubbele beenderkopjes zouden aangeduid worden, hetgeen ook Hippocrates suggereert in zijn boek 'Over de gewrichten', waar hij leert dat een ontwricht opperarmbeen met behulp van de 6@<*L8@4 - dit is met de gewrichten van de vingers - dient gereduceerd te worden. Het is waarschijnlijk zo dat de kootjes door sommigen op die manier genoemd worden, omdat zij dubbele koppen z hebben net als de onderkant van het dijbeen, en vooral de eerste vier kootjes, die zij bij de reductie van een ontwricht opperarmbeen buitenwaarts en vervolgens stevig omhoog duwen. Verder noemt Galenus // in het eerste [boek] 'Over de beweging van de spieren' een 6@<*L8@H een neergedrukt beenderkopje, terwijl een 6,N"80 of kop zich in een 6@JL80 of acetabulum - een diepe of hoge uitholling - bevindt. Wij beweren echter dat een 6@<*L8@H zowel een neergedrukt en weinig uitstekend vlak kopje, een (80<0, is als een uitholling die zo weinig in het bot weggedoken zit dat gij nauwelijks kunt uitmaken of het om een uitholling of een kopje gaat. Zonder enige twijfel werd door de eerste professoren in de anatomie de naam van 6@<*L8@H ook op deze wijze begrepen, hoewel ik er ondertussen in elk geval voor gezorgd heb dat deze benaming elders in ons betoog geen onduidelijkheid zou teweegbrengen, aangezien het even duidelijk is zowel de buitenste als binnenste kop van het dijbeen ter hoogte van de knie een 'onduidelijk en licht uitspringend kopje' te noemen in plaats van in de uiteenzetting een dubbelzinnige term te gebruiken als kondylus, of knoop, of iets dergelijks. Daarom ook zullen wij ons bij de beschrijving van elk bot steeds aan deze benaming houden, waarvan wij later, bij de uiteenzetting over de spieren, aders, slagaders en de overige lichaamsdelen nooit zullen afwijken. ID"P08@H en "4P0< noemen de Latijnen een hals en een nek, met deze benamingen het gedeelte van een bot aanduidend dat overeenkomt met onze hals. De hals en de nek zijn immers slanke uitsteeksels van de beenderen, waarvan het dikkere uiteinde in de kop van het bot uitloopt. Dergelijke halzen worden nergens op dezelfde wijze aangetroffen als in het dijbeen a tegenaan zijn bovenste kop die met het heupbeen gewricht maakt. Verder dient zich in de onderkaak een zeer aanzienlijke hals aan, b waarvan wij door de anatomen weten dat de onderkaak omwille van de hals over een kop beschikt. Hoe dan ook, ter hoogte van het sprongbeen verschijnt er eveneens een hals c 24 ID"P08@ H, "4P0<. G a l e n u s, aan het begin van het

14 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 25 c) k in de voet. d) l,l in de voet. e) De fig. 1, 2 van hst. 21, C,D. f) n in fig. D. g) Hst.33, fig. 11, k. h) p,p,p in de voet. i) Hst.33, fig. 1 0, n,m,l. j) Hst. 25, f i g. 6, M,L,K. die zichtbaar is voor zijn afgeronde kop, waarmee hij gewricht maakt met het scheepvormig been. Daarnaast vertonen de middenvoets- en middenhandsbeentjes d een hals waar zij met de kootjes gewricht maken. Bij de overige beenderen echter is die niet zo duidelijk zichtbaar. Overigens worden niet alleen de dunnere gedeelten van de beenderen die op een kop uitlopen soms halzen genoemd, maar zelfs dunne uitsteeksels die na verbreding een holte vormen waarmee een ander bot gewricht maakt noemen wij zo. En wanneer dit in één bot vooral zeer duidelijk te zien valt, dan is dat in het schouderblad, waarvan het meer gedrongen gedeelte e gelegen voor de holte waarmee het opperarmbeen gewricht maakt door de professoren in de anatomie eveneens de benaming van hals kreeg. 5@JL80 en 6@JL80*T< en vervolgens Ï>L$"N@< noemen de Latijnen bij de beschrijving van de beenderen - het enige wat ons immers nog ontbreekt is een maatsoort - azijnnapje, maatkroesje en op volkse wijze 'doosje' en soms 'een beet', met deze benamingen de holten aanduidend die tamelijk hoog of diep afdalen of uitgehold zijn en de beenderkoppen ontvangen. Dergelijke holten of azijnnapjes worden immers aangetroffen in het heupbeen f, waarin de dijbeenkop zit en verder in het scheepvormig been g waarin de kop van het sprongbeen binnentreedt. In het lichaam bestaan er volstrekt geen andere holten waarmee beenderkoppen gewricht maken, die dieper zijn dan deze twee. Maar ik meen dat door de eerste professoren in de ontleedkunde niet alleen de zeer diepe holten met deze benaming werden aangeduid, maar elke holte die de kop van een ander bot ontvangt, van zodra deze iemand op het eerste gezicht als een holte toescheen. '80<0 echter wordt - voor zover ik vermoed - wegens de oogvormige holte, gezegd tegen die soort holte die slechts lichtjes en oppervlakkig uitgehold is, en dit is het geval wanneer men niet weet of zij één of ander bot ontvangt of in een ander bot binnendringt, precies zoals twee vlakke en gepolijste borden op elkaar geplaatst zijn. En zo komt (80<0 overeen met een ingedeukte kop, die - naar ik meen - aanvankelijk 6@<*L8@H werd genoemd. Er komen zo een holten voor in de beenderen van de voetwortel, h waar de middenvoetsbeentjes ermee verbonden zijn. Gelijkaardig zijn de vlakken van het scheepvormig been, i waarmee het de beenderen van de middenvoet ontvangt, verder zijn er nog in de verschillende beenderen van de handwortel j waarmee de middenhandsbeentjes gewricht maken, en bovendien in de eerste halswervel waar hij de ingedrukte kopjes van de tweede wervel ontmoet. Maar ik wil hiermee niet de indruk wekken te willen verhinboek 'Over de beenderen'. Galenus in h e t b o e k ' O v e r d e beenderen'. J L 8 0, Ï>L$"N@<. Acetabulum, enz. '80<0.

15 ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 26 k) Hst. 31, fig. 7, F,G. l) n in fig. D. m ) Hst. 24, fig. 8, x,z,y. n) Hst. 27, fig. 2, I,K. o) Hst. 23, fig. 1 en 2, K,L,M. p) Hst. 24, f i g. 1, E,C,D. q) r,r in fig. D. deren dat bepaalde holten - die zelfs al vertonen zij duidelijk de vorm van een holte, toch niet zeer diep uitgehold zijn - eveneens (80<"4 genoemd worden. Ik wens er immers niet over te redetwisten of de holten van het scheenbeen k waarin de onderste koppen van het dijbeen rusten de naam van 6@JL8"4 of van (80<"4 verdienen. Maar wanneer wij de gewrichtsoorten in detail zullen bespreken, zullen wij een zichtbare holte terecht 6@JL80 noemen, maar een zeer onduidelijke holte (80<0, zodat wij ons afvragen of wij aan de holten geen nummer moeten toekennen. Om welke reden door de Schepper van de wereld nu eens lichte en dan weer diepe holten werden uitgesneden, zullen wij uiteenzetten in het volgende hoofdstuk dat de soorten gewrichten bespreekt, aangezien voor een gewricht zowel holten als koppen worden gevormd. Het volstaat hier echter de benamingen te verklaren, maar met uw goedvinden weze het mij toegestaan hier aan dit vertoog terloops ook de soorten holten toe te voegen. Want behalve dat de éne diep en de andere slechts oppervlakkig ingesneden worden, zijn weer andere rond en cirkelvormig, zoals de holte van het heupbeen l die de dijbeenkop ontvangt en de holten van de kootjes waarin de middenhandsbeentjes articuleren. Andere echter zijn langwerpig, zoals de holte van het spaakbeen m die de handwortel omvat, en de holten van de eerste wervel die de kopjes van het achterhoofdsbeen ontvangen, en tot deze groep van holten behoren ook de holten van de bovenkaak gemaakt om de onderkaak te ontvangen. Andere zijn dubbel zoals de scheenbeenholten die de onderste dijbeenkoppen ontvangen. Verder menen de meesten dat ook de holten van de kootjes n dubbel zijn. Andere beantwoorden aan katrollen en wieltjes, zoals de holte o van het opperarmbeen die de ellepijp ontvangt. Andere gelijken op een C, zoals de holte van de ellepijp p waarin het opperarmbeen binnentreedt. Overigens, zoals de holten en koppen // bestaan omwille van de gewrichten, zo zijn er ook "µ$@<,h en P,480 die door de Latijnen randen en lippen genoemd worden. Het zijn immers de uitsteeksels die aan de omtrek van de holten als lippen uitsteken en de diepte van de holte vergroten. Hoewel deze in bijna alle gewrichten en verbindingen van de beenderen te zien zijn, laten zij hun aard echter het duidelijkst zien in de diepste holten. Hierom ook zijn de hoogste en meest vooruitstekende beenranden q te zien ter hoogte van de holte van het heupbeen waarmee het dijbeen gewricht maakt, zodat zij van de holte een grotere ruimte maken en efficiënter een ontwrichting van het dijbeen verhinderen. De beenderen bezitten immers op de De functie van de holten en de koppen. De soorten holten. "µ$@<,h, P,480; randen, lippen.

16 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 27 r) Hst. 23, fig. 1, N. s) Hst. 23, fig. 2, O. t) Hst. 24, f i g. 1, C,D. u) Hst. 24, f i g. 1, C,E,D. v) Hst. 30, fig. 1, R. w) Hst. 33, fig. 4, T,T en fig. 7,8: v,v. x) Hst. 24, f i g. 2, (,*,,. eerste plaats beenranden opdat zij minder gemakkelik zouden ontwrichten. #"2µ4*,H echter zijn bepaalde holten die als een basis of een versteviging het bot volstrekt niet toelaten verder te bewegen dan voor het lichaam nuttig is. Aan de voorzijde r en de achterzijde s van het opperarmbeen is er immers een holte uitgesneden die de afzonderlijke uitsteeksels van de ellepijp t ontvangt. De voorste holte laat immers het voorste uitsteeksel van de ellepijp binnen wanneer de voorarm sterk gebogen wordt, het achterste uitsteeksel van de ellepijp echter gaat de achterste holte binnen bij het strekken van de voorarm. Aangezien nu de achterste holte niet in de voorste doorloopt laten deze de ellepijp helemaal niet toe verder te bewegen dan dienstig is. Indien zij echter zouden doorlopen en de uitsteeksels niet blokkeren, zouden zij de voorarm in een even scherpe hoek kunnen strekken als wij hem nu kunnen plooien. De eerste professoren in de ontleedkunde noemden deze holten bijgevolg terecht $"2µ4*,H, alhoewel niet alleen dergelijke holten door Hippocrates zo werden genoemd, maar ook de andere waarin zich de binnentredende beenderknobbels bevinden. Immers, de holte u van de ellepijp die als een C is uitgesneden en die onderaan tegen de ronding van het opperarmbeen komt, noemde hij $"2µ4H, terwijl anderen het ganse gewricht van de voorarm met de bovenarm zo [noemden]. Deze holten in het opperarmbeen die ik zopas besprak, hebben voor zich dat gemeen, dat zij alleen onder bijna alle holten die voor gewrichtsbewegingen een uitsteeksel van een ander bot ontvangen, nauwelijks met kraakbeen bedekt zijn, zoals de meeste andere beenderholten die niet gemaakt zijn voor het articuleren van de beenderen maar alleen uitgesneden zijn opdat de ligamenten en spieren er steviger en beter zouden op aanhechten en bepaalde [structuren] er soms ook een gemakkelijker aanhechting zouden op vinden. Een dergelijke holte v is te zien aan de binnenkant van het grote buitenste uitsteeksel van het dijbeen, en in het sprongbeen en het hielbeen, temidden de twee gewrichten w waarmee deze beenderen onderling verbonden zijn. Naast al deze zullen er bij de beschrijving van de afzonderlijke beenderen nog meer ontmoet worden (zoals de holten waarlangs de pezen geleid worden en vastgehouden worden opdat zij niet van hun ligging zouden afwijken; onder andere deze x die voorkomen aan de buitenkant van het spaakbeen tegenaan de handwortel). Indien ik hier een of andere benaming die bij de beschrijving van de beenderen zal gebruikt worden, zou vergeten hebben, dan zal ik die in de volgende hoofdstukken vermelden. Ik vrees immers dat deze #"2µ4*,H. H e t b o e k ' O v e r d e fracturen'. Holten die n iet voor gewrichten g e m a a k t zijn.

17 ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 28 uitwijding, hoe nuttig zij ook weze, vóór de beschrijving van enig been, iemand zou afbrengen van het verlangen om zich met ijver op de anatomie toe te leggen en dat hij, na geen geringe geldverspilling, een ander winstgevend bedrijf zou opzoeken, hoewel het niettemin zeer nuttig was de benamingen op deze wijze vooraf aan te raken, zowel omwille van de verwijzingen naar de boeken van Galenus als voor de beschrijving van de beenderen die zal volgen.

DE ONDERKAAK. Hoofdstuk X.

DE ONDERKAAK. Hoofdstuk X. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 107 DE ONDERKAAK. Hoofdstuk X. DE EERSTE figuur. DE LAATSTE. INDEX VAN DE BEIDE FIGUREN VAN HET TIENDE HOOFDSTUK en van hun lettertekens. A1,2 B1,2 C1,2 D2 E1,2

Nadere informatie

DE ACHT BEENDEREN VAN DE HERSENPAN EN DE naden die ze bijeenhouden. Hoofdstuk VI.

DE ACHT BEENDEREN VAN DE HERSENPAN EN DE naden die ze bijeenhouden. Hoofdstuk VI. 50 DE ACHT BEENDEREN VAN DE HERSENPAN EN DE naden die ze bijeenhouden. Hoofdstuk VI. DE EERSTE FIGUUR VAN HET ZESDE HOOFD- STUK, die de twee beenderen van de kruin voorstelt, een beetje van elkaar gescheiden,

Nadere informatie

HET BOT, ZIJN FUNCTIE EN DE VERSCHILLENDE soorten. Hoofdstuk I.

HET BOT, ZIJN FUNCTIE EN DE VERSCHILLENDE soorten. Hoofdstuk I. ANDREAS VESALIUS VAN BRUSSEL EERSTE BOEK OVER DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM, GEWIJD AAN DE LICHAAMSDELEN DIE HET GANSE LICHAAM rechthouden en ondersteunen en waardoor alles verstevigd wordt en aaneenblijft.

Nadere informatie

HET DIJBEEN. Hoofdstuk XXX

HET DIJBEEN. Hoofdstuk XXX ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 316 HET DIJBEEN Hoofdstuk XXX INDEX VAN DE LETTERTEKENS DIE GEBRUIKT zullen worden voor de twee figuren van dit Hoofdstuk, die op de volgende bladzijde voorgesteld worden.

Nadere informatie

DE WERVELS VAN DE BORSTKAS. Hoofdstuk XVI.

DE WERVELS VAN DE BORSTKAS. Hoofdstuk XVI. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 173 DE WERVELS VAN DE BORSTKAS. Hoofdstuk XVI. DE EERSTE FIGUUR DE TWEEDE van hoofdstuk XVI. DE DERDE DE VIERDE ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 174 INDEX VAN DEZE

Nadere informatie

DE SLEUTELBEENDEREN. Hoofdstuk XXII.

DE SLEUTELBEENDEREN. Hoofdstuk XXII. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 241 DE SLEUTELBEENDEREN. Hoofdstuk XXII. D E E E R S T E FIGUUR tweeëntwintigste hoofdstuk. DE TWEEDE. DE DERDE. INDEX VAN DE DRIE HIER VOORGESTELDE FIGUREN en

Nadere informatie

platte botten Langwerpige en smalle botten met aan één kant een gewricht, of botten met brede, platte kanten en een gewrichtskom.

platte botten Langwerpige en smalle botten met aan één kant een gewricht, of botten met brede, platte kanten en een gewrichtskom. Welk bot is dit? Welk bot is dit? let op de vorm lange botten Botten die bestaan uit een lange staaf met aan beide uiteinden een gewricht. platte botten Langwerpige en smalle botten met aan één kant een

Nadere informatie

HET HEILIGBEEN EN HET STAARTBEEN. HOOFDSTUK XVIII. EERSTE FIGUUR VAN DE TWEEDE het achttiende hoofdstuk.

HET HEILIGBEEN EN HET STAARTBEEN. HOOFDSTUK XVIII. EERSTE FIGUUR VAN DE TWEEDE het achttiende hoofdstuk. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 191 HET HEILIGBEEN EN HET STAARTBEEN. HOOFDSTUK XVIII.. EERSTE FIGUUR VAN DE TWEEDE het achttiende hoofdstuk. DE DERDE. INDEX VAN DE DRIE HIER VOORGESTELDE FIGUREN

Nadere informatie

3,7. Antwoorden door een scholier 706 woorden 15 april keer beoordeeld

3,7. Antwoorden door een scholier 706 woorden 15 april keer beoordeeld Antwoorden door een scholier 706 woorden 5 april 0,7 keer beoordeeld Vak Biologie Vita: In beweging schedelbeenderen spaakbeen bovenkaak 5 ellepijp onderkaak 6 opperarmbeen halswervels 7 borstbeen 5 sleutelbeen

Nadere informatie

DE RUG, EN EEN ALGEMEEN OVERZICHT van zijn beenderen. Hoofdstuk XIV.

DE RUG, EN EEN ALGEMEEN OVERZICHT van zijn beenderen. Hoofdstuk XIV. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 140 DE RUG, EN EEN ALGEMEEN OVERZICHT van zijn beenderen. Hoofdstuk XIV. INDEX VAN DE HIERNAVOLGENDE FIGUUR EN HAAR LETTERTEKENS. MET de figuur op de volgende bladzijde hebben

Nadere informatie

DE HUMERUS OF HET BEEN VAN DE ARM. Hoofdstuk XXIII. INDEX VAN DE LETTERTEKENS VAN DE TWEE FIGUREN VAN dit hoofdstuk (die de volgende pagina toont).

DE HUMERUS OF HET BEEN VAN DE ARM. Hoofdstuk XXIII. INDEX VAN DE LETTERTEKENS VAN DE TWEE FIGUREN VAN dit hoofdstuk (die de volgende pagina toont). ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 248 DE HUMERUS OF HET BEEN VAN DE ARM Hoofdstuk XXIII INDEX VAN DE LETTERTEKENS VAN DE TWEE FIGUREN VAN dit hoofdstuk (die de volgende pagina toont). A,B,C, D,E,F, G,H A,B,C

Nadere informatie

DE BEENTJES DIE TUSSENKOMEN bij de bouw van het gehoororgaan. Hoofdstuk VIII.

DE BEENTJES DIE TUSSENKOMEN bij de bouw van het gehoororgaan. Hoofdstuk VIII. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 85 DE BEENTJES DIE TUSSENKOMEN bij de bouw van het gehoororgaan. Hoofdstuk VIII. DE INDEX VAN DEZE FIGUUR wordt voorgesteld op de volgende bladzijde. ANDREAS VESALIUS

Nadere informatie

OVER DE BEENDEREN DIE MET DE zijkanten van het sacrum samenkomen. HOOFDSTUK XXIX

OVER DE BEENDEREN DIE MET DE zijkanten van het sacrum samenkomen. HOOFDSTUK XXIX DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 303 OVER DE BEENDEREN DIE MET DE zijkanten het sacrum samenkomen. HOOFDSTUK XXIX DE EERSTE FIGUUR DE TWEEDE DE DERDE het negenentwintigste hoofdstuk INDEX VAN DEZE

Nadere informatie

DE SCHOUDERBLADEN. Hoofdstuk XXI. EERSTE FIGUUR VAN DE TWEEDE DE DERDE HET EENENTWINTIGSTE hoofdstuk

DE SCHOUDERBLADEN. Hoofdstuk XXI. EERSTE FIGUUR VAN DE TWEEDE DE DERDE HET EENENTWINTIGSTE hoofdstuk ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 226 DE SCHOUDERBLADEN Hoofdstuk XXI EERSTE FIGUUR VAN DE TWEEDE DE DERDE HET EENENTWINTIGSTE hoofdstuk DE INDEX VAN DE DRIE FIGUREN DIE HIER voorgesteld worden en van hun lettertekens,

Nadere informatie

DE BEENDEREN VAN DE VOET. Hoofdstuk XXXIII.

DE BEENDEREN VAN DE VOET. Hoofdstuk XXXIII. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 339 DE BEENDEREN VAN DE VOET. Hoofdstuk XXXIII. DE EERSTE DE LAATSTE. figuur van het drieëndertigste hoofdstuk.. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 340 DE DERDE VIERDE

Nadere informatie

HET SCHEENBEEN EN KUITBEEN. HOOFDSTUK XXXI. EERSTE FIG. DE TWEEDE DE DERDE DE VIERDE van hoofdstuk XXXI.

HET SCHEENBEEN EN KUITBEEN. HOOFDSTUK XXXI. EERSTE FIG. DE TWEEDE DE DERDE DE VIERDE van hoofdstuk XXXI. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 324 HET SCHEENBEEN EN KUITBEEN. HOOFDSTUK XXXI. EERSTE FIG. DE TWEEDE DE DERDE DE VIERDE van hoofdstuk XXXI. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 325 DE VIJFDE DE ZESDE

Nadere informatie

DE HALS- OF NEKWERVELS. Hoofdstuk XV.

DE HALS- OF NEKWERVELS. Hoofdstuk XV. 148 DE HALS- OF NEKWERVELS. Hoofdstuk XV. DE EERSTE FIGUUR van hoofdstuk XV. DE TWEEDE. DE DERDE. DE VIERDE. DE VIJFDE. DE ZESDE. DE ZEVENDE. DE ACHTSTE. DE NEGENDE. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK

Nadere informatie

DE ONDERLINGE SAMENHANGVAN DE beenderen en de structuur ertussen. Hoofdstuk IV.

DE ONDERLINGE SAMENHANGVAN DE beenderen en de structuur ertussen. Hoofdstuk IV. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 29 DE ONDERLINGE SAMENHANGVAN DE beenderen en de structuur ertussen. Hoofdstuk IV. E beenderen van het menselijk lichaam konden niet als één enkel doorlopend been

Nadere informatie

Geraamte vmbo-b12. banner. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/62359

Geraamte vmbo-b12. banner. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/62359 banner Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 03 juli 2017 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/62359 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.

Nadere informatie

Opdrachten Pathologie Hoofdstuk 3 / Bouw van het skelet

Opdrachten Pathologie Hoofdstuk 3 / Bouw van het skelet Opdrachten Pathologie Hoofdstuk 3 / Bouw van het skelet Het Skelet: Schedel Romp, bestaat uit: o Borstkas: 12 paar ribben/cotae: 7 paar ware ribben; 3 paar valse ribben; 2 paar zwevende ribben. o Borstbeen/Sternum:

Nadere informatie

MIND & MOVEMENT COACH. Bewegen

MIND & MOVEMENT COACH. Bewegen Bewegen Om te kunnen bewegen hebben we spieren nodig, maar ook een skelet dat ons lichaam vorm geeft en de beweging mogelijk maakt. Onze gewrichten zorgen er voor dat dit mogelijk is binnen ons lichaam.

Nadere informatie

OVER DE TANDEN, DIE OOK TOT de beenderen gerekend worden. Hoofdstuk XI.

OVER DE TANDEN, DIE OOK TOT de beenderen gerekend worden. Hoofdstuk XI. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 112 OVER DE TANDEN, DIE OOK TOT de beenderen gerekend worden. Hoofdstuk XI. INDEX VAN DEZE FIGUUR VAN HET ELFDE HOOFDSTUK en haar lettertekens. AA BB 1,2 3 4,5,6, 7,8 IN DEZE

Nadere informatie

DE BEENDEREN VAN DE VOORARM, namelijk de ellepijp en het spaakbeen. Hoofdstuk XXIV.

DE BEENDEREN VAN DE VOORARM, namelijk de ellepijp en het spaakbeen. Hoofdstuk XXIV. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 258 DE BEENDEREN VAN DE VOORARM, namelijk de ellepijp en het spaakbeen. Hoofdstuk XXIV. DE EERSTE figuur van het vierentwintigste hoofdstuk. Deze figuur beeldt de twee linker

Nadere informatie

Spreekbeurtpakket - het skelet

Spreekbeurtpakket - het skelet Spreekbeurtpakket - het skelet Inleiding spreekbeurt voor de leerling: het skelet De voorbereiding van de spreekbeurt over het skelet. 10 tips 1. Start met het verzamelen van materiaal. Heel veel over

Nadere informatie

,B4(8TJJ4H genoemd wordt.

,B4(8TJJ4H genoemd wordt. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 361 DE KRAAKBEENDEREN VAN DE LUCHTPIJP, en wat door de Grieken (8TJJ4H en,b4(8tjj4h genoemd wordt. Hoofdstuk XXXVIII EERSTE FIGUUR van het achtendertigste hoofdstuk,

Nadere informatie

1 e een anker op het onderbeen fig 5 2e anker op de voet

1 e een anker op het onderbeen fig 5 2e anker op de voet Anatomie Het enkelgewricht is een gecompliceerd geheel, vooral omdat het een aaneenschakeling van diverse gewrichten is, die op hun beurt weer noodzakelijk zijn om aan de voet zowel stabiliteit alsook

Nadere informatie

DE VINGERS. Hoofdstuk XXVII.

DE VINGERS. Hoofdstuk XXVII. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 288 DE VINGERS. Hoofdstuk XXVII. De eerste twee figuren vooraan hoofdstuk 25 tonen de volledige reeks vingerkootjes, net als de drie overzichtsfiguren aan het eind van dit

Nadere informatie

Hoe zit je skelet in elkaar? In je lichaam zitten 206 botten. Samen vormen ze je skelet.

Hoe zit je skelet in elkaar? In je lichaam zitten 206 botten. Samen vormen ze je skelet. Tekst over skelet, gewrichten en spieren pag. 1/5 Hoe zit je skelet in elkaar? In je lichaam zitten 206 botten. Samen vormen ze je skelet. De botten in je hoofd vormen je schedel. Je schedel wordt gedragen

Nadere informatie

OVER DE TWAALF BEENDEREN VAN DE BOVENKAAK, WAARTOE OOK DE neusbeenderen gerekend worden. Hoofdstuk IX.

OVER DE TWAALF BEENDEREN VAN DE BOVENKAAK, WAARTOE OOK DE neusbeenderen gerekend worden. Hoofdstuk IX. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 91 OVER DE TWAALF BEENDEREN VAN DE BOVENKAAK, WAARTOE OOK DE neusbeenderen gerekend worden. Hoofdstuk IX. DE EERSTE FIGUUR VAN HET NEGENDE HOOFDSTUK. DE INDEX VAN

Nadere informatie

( Hoe moet deze oefeningen doen? )

( Hoe moet deze oefeningen doen? ) Relaxatieoefeningen ( Wat zijn Relaxatieoefeningen? ) Deze opdracht bestaat uit oefeningen die je kunnen helpen om te relaxen. ( Waarom relaxatieoefeningen? ) Mensen weten dikwijls niet meer hoe ze kunnen

Nadere informatie

De basis van de ondervoet bij het paard! Inleiding:!

De basis van de ondervoet bij het paard! Inleiding:! Dierenarts van Leeuwen www.vanleeuwenvoorpaarden.nl De basis van de ondervoet bij het paard Inleiding: Omdat de vraag naar uitleg mij meermaals wordt voorgeschoteld, heb ik een zeer korte maar hopelijk

Nadere informatie

DE BOUW VAN DE SCHEDEL en enkele schedelvormen. Hoofdstuk V.

DE BOUW VAN DE SCHEDEL en enkele schedelvormen. Hoofdstuk V. DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I 45 DE BOUW VAN DE SCHEDEL en enkele schedelvormen. Hoofdstuk V. INDEX VAN DE VIJF VOLGENDE FIGUREN DOOR de eerste afbeelding van het vijfde hoofdstuk wordt het

Nadere informatie

De beenderen in het hoofd vormen samen de schedel. De schedel word gedragen door de wervelkolom die in de romp naar beneden loopt.

De beenderen in het hoofd vormen samen de schedel. De schedel word gedragen door de wervelkolom die in de romp naar beneden loopt. THEMA 8 Paragraaf 1 het skelet De mens heeft ( net als alle andere gewervelden) een inwendig skelet of geraamte. Dit skelet bestaat uit vele beenderen (botten). De beenderen in het hoofd vormen samen de

Nadere informatie

Geraamte hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Geraamte hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 09 november 2018 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/62506 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van

Nadere informatie

DE BEENDEREN VAN DE THORAX. Hoofdstuk XIX. Index van de lettertekens van de zeven figuren van het negentiende hoofdstuk.

DE BEENDEREN VAN DE THORAX. Hoofdstuk XIX. Index van de lettertekens van de zeven figuren van het negentiende hoofdstuk. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 206 DE BEENDEREN VAN DE THORAX. Hoofdstuk XIX Index van de lettertekens van de zeven figuren van het negentiende hoofdstuk. 1,2,3,4,- 5, enz. A, A 1,3 Aangezien de nu volgende

Nadere informatie

Geraamte vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Geraamte vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 13 July 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/63335 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

Belangrijkste anatomische structuren van de wervelkolom

Belangrijkste anatomische structuren van de wervelkolom Belangrijkste anatomische structuren van de wervelkolom Om uw rugklachten beter te kunnen begrijpen is een basiskennis van de rug noodzakelijk. Het Rughuis heeft in haar behandelprogramma veel aandacht

Nadere informatie

Nederlandse handleiding

Nederlandse handleiding Nederlandse handleiding Het plaatsen van de kous op de EZY-AS Stap 1. Plaats de EZY-AS voor u met de ronding naar u toe. Let op dat de kous niet binnenste buiten gekeerd is. Stap 2. Zorg ervoor dat de

Nadere informatie

HOE IK EEN BALG MAAK

HOE IK EEN BALG MAAK HOE IK EEN BALG MAAK Gespreid over verschillende jaren, bouwde ik houten camera s. De grootste uitdaging was het zelf maken van een balg. Om het geheim hiervan te achterhalen, ontlede ik enkele oude balgen.

Nadere informatie

Cursus Ontspanningsmassage. Bijlage spieren. Trapezius

Cursus Ontspanningsmassage. Bijlage spieren. Trapezius Cursus Ontspanningsmassage Bijlage spieren. Trapezius De trapezius (monnikskapspier) is een ruitvormige spier boven aan de achterkant van het lichaam. De trapezius loopt van de schedelbasis tot aan het

Nadere informatie

De bouwonderdelen bij dit nummer

De bouwonderdelen bij dit nummer De bouwonderdelen bij dit nummer U ontvangt onderdelen voor rompen dekdetails en voor de tuigage. Houten latten 1 houten lat van 2 x 3mm, 0 mm lang Beslag 0 mm messingdraad van 1 mm dik Bruin garen van

Nadere informatie

Naam: BOTTEN EN SPIEREN Het menselijk lichaam

Naam: BOTTEN EN SPIEREN Het menselijk lichaam Naam: BOTTEN EN SPIEREN Het menselijk lichaam Waarom heb je botten nodig? Het skelet is onmisbaar. Het houdt je overeind en geeft je lichaam vorm. Zonder het skelet zou je een soort pudding zijn. Je skelet

Nadere informatie

Werkblad schedels groep 1

Werkblad schedels groep 1 Werkblad schedels groep 1 De lengte van het dier is ongeveer 5 keer de lengte van de schedel Hoe lang is de schedel? Meet langs de zijkant Hoe breed is de oogkas? Schedel nr 1 Schedel nr 2 Schedel nr 3

Nadere informatie

1250-1330 1340-1440 1450-1650 1660-1700

1250-1330 1340-1440 1450-1650 1660-1700 Nederlandse Hangoor Dwerg Het land van oorsprong is Nederland. Is in Nederland erkend in 1964 Puntenschaal Groep 6.Hangoren. Pos. Onderdeel Punten 1 Gewicht 10 2 Type, bouw en stelling 20 3 Pels en pelsconditie

Nadere informatie

Capabel Examens 2011 Pagina 1

Capabel Examens 2011 Pagina 1 1. Bij welke ontharingsmethoden is het besmettingsrisico het grootst? A) Bij chemische en elektrische ontharingsmethoden. B) Bij elektrische en mechanische ontharingsmethoden. C) Bij mechanische en chemische

Nadere informatie

Ik en de maatschappij. Gezondheid

Ik en de maatschappij. Gezondheid Ik en de maatschappij Gezondheid Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Gerda Verhey Inhoudelijke redactie: Ina Berlet Eindredactie: Daphne Ariaens

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Boek 2: Je lichaam

Samenvatting Biologie Boek 2: Je lichaam Samenvatting Biologie Boek 2: Je lichaam Samenvatting door S. 823 woorden 12 oktober 2014 6,8 15 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Basisstof 2. De 4 functies van het skelet : Stevigheid

Nadere informatie

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info Skelet Hoofdstuk 1 Waarom een spreekbeurt over het skelet? Ik wil graag een spreekbeurt over het skelet houden omdat ik het een interessant onderwerp vind. Ik wil aan jullie laten zien dat het skelet niet

Nadere informatie

OVER DE GATEN IN DE BEENDEREN van de schedel en van de bovenkaak. Hoofdstuk XII.

OVER DE GATEN IN DE BEENDEREN van de schedel en van de bovenkaak. Hoofdstuk XII. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 118 OVER DE GATEN IN DE BEENDEREN van de schedel en van de bovenkaak. Hoofdstuk XII. ANGEZIEN de beschrijving van de aders, de zenuwen en de arteries zonder kennis van de schedelgaten

Nadere informatie

Alle spieren rond je ruggengraat aanspannen door te 'bracen'

Alle spieren rond je ruggengraat aanspannen door te 'bracen' Alle spieren rond je ruggengraat aanspannen door te 'bracen' Hey WordFit'er, Graag je aandacht... Dit is namelijk een essentieel onderdeel als je je rugpijn wil gaan aanpakken! De kans is groot dat je

Nadere informatie

Meer dan Botten van Dieren

Meer dan Botten van Dieren Meer dan Botten van Dieren o 1 Hoi! Ik ben Veerle Linseele, archeozoöloge. "Op de opgravingen te Tell Tweini in Syrië, onderzoek ik de resten van dieren die tussen het andere archeologische materiaal gevonden

Nadere informatie

Het Schietpatroon INHOUDSOPGAVE

Het Schietpatroon INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE Overzicht... 3 De Houding aan de lijn... 4 Pijl opzetten (Kepen)... 5 Booghand en koordhand plaatsen... 6 Concentratie... 7 Vooraantrek... 8 Aantrek... 9 Ankeren... 10 Mikken... 11 Doortrekken

Nadere informatie

Vertaling Uitgave maart 2014 Bonsaiblad Satsuki Kenkyu

Vertaling Uitgave maart 2014 Bonsaiblad Satsuki Kenkyu Vertaling Uitgave maart 2014 Bonsaiblad Satsuki Kenkyu Les 3: De basis methodes om jonge planten te vormen door bedrading(deel 2) Door Isamu Enomoto (officieel lector van de Japanse Satsuki Vereniging)

Nadere informatie

Samenvatting Biologie H2

Samenvatting Biologie H2 Samenvatting Biologie H2 Samenvatting door Fenna 1050 woorden 7 januari 2018 5,4 5 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie pww toets 2.1 Botten Borstkas = ribben + borstwervels + borstbeen Bekken = heupbeenderen

Nadere informatie

Artrose van de voet en enkel

Artrose van de voet en enkel Artrose van de voet en enkel Bij voet- en enkelartrose is er sprake van slijtage in het enkel- of een voetgewricht. Pijn bij (het opstarten van) bewegen, pijn in rust, zwellingen en bewegingsbeperkingen

Nadere informatie

DE TECHNIEK WAARMEE DE BEENDEREN EN KRAAKBEENDEREN VAN HET MENSELIJK LICHAAM MOETEN KLAARGEMAAKT WORDEN VOOR ONDERZOEK. HOOFDSTUK XXXIX.

DE TECHNIEK WAARMEE DE BEENDEREN EN KRAAKBEENDEREN VAN HET MENSELIJK LICHAAM MOETEN KLAARGEMAAKT WORDEN VOOR ONDERZOEK. HOOFDSTUK XXXIX. ANDREAS VESALIUS UIT BRUSSEL 370 DE TECHNIEK WAARMEE DE BEENDEREN EN KRAAKBEENDEREN VAN HET MENSELIJK LICHAAM MOETEN KLAARGEMAAKT WORDEN VOOR ONDERZOEK. HOOFDSTUK XXXIX. RTSEN die de kunst van Hippocrates

Nadere informatie

DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I

DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I ab) Fig. 1 en 2. cde) Fig. 2 "4,,4,@4 en fig. 6 DE BOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM BOEK I ET is van het grootste belang dat de hersenen, de zetel der rede, (die zoals een koningin gezeten op de allerhoogste

Nadere informatie

Statische stretching

Statische stretching Statische stretching We hebben een aantal statische stretchoefeningen op een rijtje gezet, gesorteerd op welke spieren je stretcht: 1. arm- en schouderspieren 2. onderarmen 3. borstspieren 4. schouders,

Nadere informatie

Voorste kruisband reconstructie Het plaatsen van een nieuwe kruisband (donorpees)

Voorste kruisband reconstructie Het plaatsen van een nieuwe kruisband (donorpees) ORTHOPEDIE Voorste kruisband reconstructie Het plaatsen van een nieuwe kruisband (donorpees) Uw orthopedisch chirurg heeft u geadviseerd om de voorste kruisband van uw knie te vervangen en daarmee de stabiliteit

Nadere informatie

voetverzorging uit Bakens & Zadkine Informatie mbtstof Anatomie Voetverzorging eindtermen

voetverzorging uit Bakens & Zadkine Informatie mbtstof Anatomie Voetverzorging eindtermen Voetverzorging Informatie mbtstof Anatomie voetverzorging uit Bakens & Zadkine eindtermen Beenderen onderste extremiteiten Focus bekken Oefening locatie beenderen in menselijk lichaam http://www.memorizer.net/nl/menselijk_lichaam/skelet/0

Nadere informatie

Samenvattingen. Samenvatting Thema 8: Stevigheid en beweging. Basisstof 1. Stevigheid bij dieren door:

Samenvattingen. Samenvatting Thema 8: Stevigheid en beweging. Basisstof 1. Stevigheid bij dieren door: Samenvatting Thema 8: Stevigheid en beweging Basisstof 1 Stevigheid bij dieren door: - uitwendig skelet (pantser bij bv. insecten aan de buitenkant) - inwendig skelet (botten aan de binnenkant) Alle botten

Nadere informatie

Bijlage 16: Handleiding

Bijlage 16: Handleiding Bijlage 16: Handleiding Hier volgt een zeer gedetailleerde handleiding van hoe de lasercutte Mendel geassembleerd kan worden. Eerst zal er begonnen worden met enkele kleinere tussenassemblees. In de handleiding

Nadere informatie

NAAIEN Alle onderdelen worden vastgezet met een overhandse steek. Kijk in het Voorwoord gedeelte voor meer info.

NAAIEN Alle onderdelen worden vastgezet met een overhandse steek. Kijk in het Voorwoord gedeelte voor meer info. 0 1 EEN NOTE OVER SYMMETRIE Bekijk uw draak vanuit alle invalshoeken voordat u vast gaat spelden, om er zeker van te zijn dat alle onderdelen symmetrisch geplaatst worden en dat de ene helft van uw draak

Nadere informatie

Opmerking. Het schietpatroon is samengesteld voor een rechtse schutter. De linkse schutter moet alles identiek doen, maar wel in spiegelbeeld.

Opmerking. Het schietpatroon is samengesteld voor een rechtse schutter. De linkse schutter moet alles identiek doen, maar wel in spiegelbeeld. Het schietpatroon is samengesteld voor een rechtse schutter. De linkse schutter moet alles identiek doen, maar wel in spiegelbeeld. De houding moet tijdens het volledig schietpatroon behouden blijven.

Nadere informatie

DE TOENEMENDE LAGENSNIT MET PROJECTIE (vanaf 120 )

DE TOENEMENDE LAGENSNIT MET PROJECTIE (vanaf 120 ) DE TOENEMENDE LAGENSNIT MET PROJECTIE (vanaf 120 ) Algemeen Als klanten met lang haar geen massieve snit hebben, is het meer dan waarschijnlijk dat zij lagen in het haar hebben en meestal toenemende lagen.

Nadere informatie

Til les, les 2. A : Hogerop in bed verplaatsen bij een persoon die nog veel zelf kan Beginsituatie: Een persoon onderuitgezakt in bed

Til les, les 2. A : Hogerop in bed verplaatsen bij een persoon die nog veel zelf kan Beginsituatie: Een persoon onderuitgezakt in bed Til les, les 2 Inhoudsopgave : Algemene instructies : blz. 1 A : hogerop in bed verplaatsen (geleid) actief blz. 1 A 1 : even uit bed blz. 1 A 2 : met een bruggetje blz. 2 A 3 : bruggetje en glijzeil blz.

Nadere informatie

Anatomische terminologie

Anatomische terminologie 1 Skelet Anatomische terminologie links / rechts proximaal / distaal lateraal / mediaan / mediaal centraal / perifeer ventraal / dorsaal intern / extern craniaal / caudaal magnus (major / maximus) / parvus

Nadere informatie

Conservatieve behandeling van lage rugklachten

Conservatieve behandeling van lage rugklachten 6074p ORT.039/1209.CV Zorgcommunicatie www.amphia.nl Conservatieve behandeling van lage rugklachten Wervelkolom Orthopedie Inleiding Deze folder geeft u meer informatie over uw lage rugklachten, welke

Nadere informatie

klas 3 beeldende vormgeving buitentekenen

klas 3 beeldende vormgeving buitentekenen ZOEKEN Weet jij wat een zoeker is? Hierboven is er een getekend. Hij wordt gebruikt bij het zoeken naar een geschikt gedeelte om te tekenen. Zo n zoeker heeft brede randen en geeft je als het ware een

Nadere informatie

Artrose van de voet en enkel

Artrose van de voet en enkel Artrose van de voet en enkel ARTROSE VAN DE VOET EN ENKEL INLEIDING Bij voet- en enkelartrose is er sprake van slijtage in het enkel- of een voetgewricht. Pijn bij (het opstarten van) bewegen, pijn in

Nadere informatie

Voet- en enkelartrose

Voet- en enkelartrose Voet- en enkelartrose Orthopedie: zorg voor beweging De orthopedisch chirurg houdt zich binnen de geneeskunde bezig met de behandeling van patiënten die problemen hebben met hun bewegingsapparaat. Daaronder

Nadere informatie

Conservatieve behandeling van lage rugklachten

Conservatieve behandeling van lage rugklachten Conservatieve behandeling van lage rugklachten Wervelkolom Orthopedie Inleiding Deze folder geeft u meer informatie over uw lage rugklachten, welke u met uw behandelend orthopeed besproken heeft. Anatomie

Nadere informatie

Vertaling van een gedeelte uit het Korte Boek over het Rekenen met Restauratie en Confrontatie (al-kitāb al-mukhtaṣar fī l-jabr wa l-muqābala)

Vertaling van een gedeelte uit het Korte Boek over het Rekenen met Restauratie en Confrontatie (al-kitāb al-mukhtaṣar fī l-jabr wa l-muqābala) Vertaling van een gedeelte uit het Korte Boek over het Rekenen met Restauratie en Confrontatie (al-kitāb al-mukhtaṣar fī l-jabr wa l-muqābala) van Muḥammad ibn Mūsā al-khwārizmī (ca. 830). De onderstaande

Nadere informatie

OPGAVE A. Bijlagen Bijlage A1: brief van de cliënt Bijlage D1: gepubliceerde octrooiaanvrage

OPGAVE A. Bijlagen Bijlage A1: brief van de cliënt Bijlage D1: gepubliceerde octrooiaanvrage OPGAVE A Uw cliënt ontwikkelt en fabriceert onder meer snoerstellen voor het aansluiten van elektrische apparaten op het lichtnet. Hij is van mening een uitvinding gedaan te hebben die de veiligheid van

Nadere informatie

KWALIFICATIEDOSSIER. Dierverzorging MODULE NIVEAU 3/4. Anatomie en fysiologie HOOFDSTUK 2. Het bewegingsstelsel

KWALIFICATIEDOSSIER. Dierverzorging MODULE NIVEAU 3/4. Anatomie en fysiologie HOOFDSTUK 2. Het bewegingsstelsel KWALIFICATIEDOSSIER D OF S MODULE Anatomie en fysiologie HOOFDSTUK 2 Het bewegingsstelsel HO TUK PRO EF Dierverzorging NIVEAU 3/4 2.1 Oriëntatie Het bewegingsstelsel Om te kunnen bewegen hebben dieren

Nadere informatie

FICHE 12: GRAFISCHE DOCUMENTEN INPAKKEN

FICHE 12: GRAFISCHE DOCUMENTEN INPAKKEN FICHE 12: GRAFISCHE DOCUMENTEN INPAKKEN Welke verpakkingsmethode u kiest, hangt af van de aard en het formaat van het werk, van het budget, enz. De materialen die u gebruikt, moeten chemisch inert zijn.

Nadere informatie

Voet- en enkelartrose

Voet- en enkelartrose Voet- en enkelartrose Orthopedie Beter voor elkaar Orthopedie: zorg voor beweging De orthopedisch chirurg houdt zich binnen de geneeskunde bezig met patiënten die problemen hebben met hun bewegingsapparaat.

Nadere informatie

Opgemaakt door Arno Kanters Geplaatst 24-10-2005

Opgemaakt door Arno Kanters Geplaatst 24-10-2005 RUGSPANNING Inleiding. Als je een goede schutter vraagt wat het belangrijkste is bij een goede schiettechniek, dan krijg je gegarandeerd het antwoord: "het opbouwen van een goede rugspanning". Als je vraagt

Nadere informatie

pagina 2 van 5 Laten we maar weer eens een willekeurige groep voorwerpen nemen. Er bestaan bijvoorbeeld -- om maar iets te noemen -- allerlei verschil

pagina 2 van 5 Laten we maar weer eens een willekeurige groep voorwerpen nemen. Er bestaan bijvoorbeeld -- om maar iets te noemen -- allerlei verschil pagina 1 van 5 Home > Bronteksten > Plato, Over kunst Vert. Gerard Koolschijn. Plato, Constitutie (Politeia), Amsterdam: 1995. 245-249. (Socrates) Nu we [...] de verschillende elementen van de menselijke

Nadere informatie

Asus F6A-X2 Speaker Replacement

Asus F6A-X2 Speaker Replacement Asus F6A-X2 Speaker Replacement Een stap-voor-stap handleiding over de luidsprekers van de laptop te vervangen. Geschreven door: Jonathan INTRODUCTIE Luidsprekers audio van uw laptop. Zorg ervoor dat u

Nadere informatie

13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER

13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER 13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER De badkamer is een uitgelezen plek voor MicroBewegingen. Als het goed is, kom je er ook meerdere malen per dag. Een mooie ruimte om eens te bekijken wat je daar

Nadere informatie

Bursitis, tendinitis en enthesitis/enthesopathie

Bursitis, tendinitis en enthesitis/enthesopathie Reumatologie Bursitis, tendinitis en enthesitis/enthesopathie i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Inleiding De reumatoloog heeft de diagnose bursitis, tendinitis of enthesitis/enthesopathie bij

Nadere informatie

Het huis van vertrouwen

Het huis van vertrouwen Het huis van vertrouwen Handleiding bij het kartonnen MODEL van IDGP. A. Het huis bestaat uit volgende onderdelen: 1. Grondvlak 2. Fundamenten: hoop liefde roeping 3. De bodem: lichaam 4. De binnenmuren:

Nadere informatie

Checklist toestellen 2016 Commissie Agility, Raad van Beheer 1

Checklist toestellen 2016 Commissie Agility, Raad van Beheer 1 Hoogtesprong Hoogte L: 55-60 cm, M: 35-40 cm, S: 25-30 cm Vleugels De staander moet tenminste 100cm hoog zijn. Het begin van de vleugel begint op tenminste 75 cm hoogte op de staander. De breedte van de

Nadere informatie

A. Schedel B. Romp C. Bovenste extremiteit (Arm) D. Bekken (Pelvis) E. Onderste extremiteit (Been)

A. Schedel B. Romp C. Bovenste extremiteit (Arm) D. Bekken (Pelvis) E. Onderste extremiteit (Been) A. Schedel B. Romp C. Bovenste extremiteit (Arm) D. Bekken (Pelvis) E. Onderste extremiteit (Been) A B C D E pagina 1 Invuloefening vul bij de letters de juiste teksten in controleer op pagina 1. A. B.

Nadere informatie

Jane. Montage instructie. Montage instructie... 1 Het inklappen van Jane Tips en aandachtspunten Wat er mis kan gaan...

Jane. Montage instructie. Montage instructie... 1 Het inklappen van Jane Tips en aandachtspunten Wat er mis kan gaan... Jane Montage instructie Montage instructie... 1 Het inklappen van Jane... 12 Tips en aandachtspunten... 13 Wat er mis kan gaan... 14 Version: Jane-V6-NL Montage instructie - 6 Texsolv aanbindkoorden voor

Nadere informatie

Het skelet in de achtste klas document bij Opleiding Fenomenologie Ger van de Ven (2017)

Het skelet in de achtste klas document bij Opleiding Fenomenologie Ger van de Ven (2017) Het skelet in de achtste klas document bij Opleiding Fenomenologie Ger van de Ven (2017) De hieronder volgende ideeën voor de achtste klas zijn voor een groot gedeelte ontleend aan het inspirerende werkje

Nadere informatie

H E U P F R A C T U U R P R O T H E S E

H E U P F R A C T U U R P R O T H E S E H E U P F R A C T U U R P R O T H E S E Hier het identificatie-etiket van de patiënt aanbre n g e n. Betreft M. Mevr. Mej... Fractuur opgetreden op / / ZIJDE Links - Rechts Operatie uitgevoerd op / / door

Nadere informatie

Artrose in de schouder

Artrose in de schouder Afdeling: Onderwerp: Orthopedie Bij schouderartrose is er sprake van slijtage in het schoudergewricht. Pijn in de schouder, voortdurend aanwezig of alleen als u uw arm wilt bewegen, kan wijzen op artrose.

Nadere informatie

Waar komt het vaste (vogel) gaas te hangen?

Waar komt het vaste (vogel) gaas te hangen? Waar komt het vaste (vogel) gaas te hangen? Aan de binnenkant of aan de buitenkant? In de markt bestaan er verschillende manieren van werken en elke fabrikant kiest uiteindelijk voor de ene of de andere

Nadere informatie

Checklist toestellen Commissie Agility, Raad van Beheer 1

Checklist toestellen Commissie Agility, Raad van Beheer 1 Hoogtesprong Vleugels De staander moet tenminste 100cm hoog zijn. Het begin van de vleugel begint op tenminste 75 cm hoogte op de staander. De breedte van de vleugel is 40 tot 60 cm. Het mag niet mogelijk

Nadere informatie

Orthopedie. Voorste kruisband

Orthopedie. Voorste kruisband Orthopedie Voorste kruisband 1 Tijdens sporten of een ongelukkige beweging kan de voorste kruisband scheuren. Uw orthopedisch chirurg zal in veel gevallen adviseren de voorste kruisband te vervangen. In

Nadere informatie

Knooptechnieken Binana

Knooptechnieken Binana Knooptechnieken Binana Basis knooptechniek > Kommahouding > Buik-tegen-buik Dragen over één schouder > Liggend > Heup Kangoeroe Rughouding met hulp Rughouding zonder hulp Vanaf wanneer te gebruiken? http://www.binana.net

Nadere informatie

HET IS EEN PRISMA, OF TOCH NIET...

HET IS EEN PRISMA, OF TOCH NIET... In dit artikel laten we zien hoe je een kubus, een rombendodecaëder en een afgeknotte octaëder kunt omvormen tot een. Om de constructie zelf uit te voeren, heb je de bouwtekeningen nodig die bij dit artikel

Nadere informatie

Wat zorgt voor de stabiliteit? Instabiliteit ontstaat wanneer er iets mis met het actieve of passieve systeem.

Wat zorgt voor de stabiliteit? Instabiliteit ontstaat wanneer er iets mis met het actieve of passieve systeem. (In-) Stabiliteit Inleiding Wat is instabiliteit? Instabiliteit van het schoudergewricht houdt in dat de weefsels in en rond de schouder niet in staat zijn de kop van de bovenarm op een juiste manier in

Nadere informatie

De basis van de hals en de rug wordt gevormd door de wervels. De hals is opgebouwd uit zeven halswervels.

De basis van de hals en de rug wordt gevormd door de wervels. De hals is opgebouwd uit zeven halswervels. Relatie exterieur en gebruikseigenschappen De hals, rug en het kruis De basis van de hals en de rug wordt gevormd door de wervels. De hals is opgebouwd uit zeven halswervels. De eerste en tweede halswervels

Nadere informatie

De bouwonderdelen bij dit nummer

De bouwonderdelen bij dit nummer De bouwonderdelen bij dit nummer Bij deze aflevering ontvangt u houten latten voor de verschansingen en onderdelen voor het dekbeslag. Gevormde houten onderdelen 0 roosterelementen, 33 mm lang rondhout

Nadere informatie

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis Het is belangrijk om de oefeningen die u in het ziekenhuis hebt gedaan thuis dagelijks voort te zetten. Dit om de gewrichten en spieren in een goede conditie te houden. Probeer op een vast tijdstip te

Nadere informatie

WERKDOCUMENT KLEINE GRASPARKIET

WERKDOCUMENT KLEINE GRASPARKIET WERKDOCUMENT KLEINE GRASPARKIET Bedenker van dit document: Filip RESO voorzitter technische commissie Parkieten Opsteller van dit document: Frans COPPIETERS lid technische commissie Parkieten Werkdocument

Nadere informatie

Welkomstgroet. Proficiat met de aankoop van een Mountain Buggy Reiswieg.

Welkomstgroet. Proficiat met de aankoop van een Mountain Buggy Reiswieg. Welkomstgroet Proficiat met de aankoop van een Mountain Buggy Reiswieg. We zijn er ons van bewust hoe dierbaar en inspirerend een nieuwe kleine persoon kan zijn in uw leven. Het is zo belangrijk om uw

Nadere informatie