Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift"

Transcriptie

1 Maandelijkse bijwerking Statistisch tijdschrift

2 ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet--commerciële doeleinden is toegestaan mits bronvermelding. ISSN (print) ISSN (online) Gegevens verwerkt tot 07 februari 2007

3 Inhoudstafel Financiële kwartaalrekeningen: 3 de kwartaal Financiële rekeningen van België 9 1. Conceptuele en methodologische aspecten Rekeningenstelsel De financiële rekeningen Definities en nomenclaturen Principes voor het boeken van financiële transacties Statistische bronnen, verwerkingsproces en publicaties Statistische bronnen Verwerkingsproces van de informatiebronnen Publicaties Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Beknopte beschrijving van de oude methodologie Belangrijkste kenmerken van de nieuwe methodologie Vergelijking van de resultaten tussen de oude en de nieuwe methodologie Beleggingen van de particulieren bij buitenlandse verzekeringsinstellingen Andere methodologische wijzigingen 24 Tabellen Conjunctuurtests Maandelijks conjunctuuronderzoek Gezamenlijke synthetische curve en commentaar Verwerkende nijverheid, handel, dienstverlening aan de bedrijven en bouwnijverheid Getalwaarde van de synthetische curven Bevolking, werkgelegenheid, werkloosheid Werkloosheid Nijverheid Industriële productie Diensten Betalingssystemen en -instrumenten Interbancaire betalingssystemen - aantal operaties Interbancaire betalingssystemen - bedrag van de operaties Prijsindexcijfers Prijsindexcijfers van de grondstoffen Indexcijfers van de afzet- en invoerprijzen en zijn bestanddelen Afzetprijsindexen - synthese tabel Consumptieprijzen in Belgïe 45 3

4 8. Buitenlandse handel van België volgens het nationale concept Buitenlandse handel van België volgens het nationale concept: maandelijks verloop Buitenlandse handel van België volgens het nationale concept: gecumuleerd verloop Buitenlandse handel van België volgens het nationale concept: maandelijkse indexcijfers Buitenlandse handel van België volgens het nationale concept: veranderingspercentages, gecumuleerde gegevens Wisselkoersen Referentievalutakoersen van de euro Wisselkoersakkoord - II Spilkoersen van de euro en verplichte interventiekoersen Agio of disagio t.o.v. de euro Nominale effectieve wisselkoers Onherroepelijk vastgelegde omrekeningskoersen van de euro Overheidsfinanciën Detail van de ontvangsten geïnd door de Schatkist Schuld van de overheid Financieel saldo van de overheid Officiële schuld en netto te financieren saldo van de Schatkist Schuld en netto te financieren saldo van de gemeenschappen en gewesten Financiële nationale rekeningen van België Middelenstroom per sector Vorderingen en verplichtingen per sector Financiële rekening Rekening van financieel vermogen Monetaire financiële instellingen Eurosysteem Geconsolideerde financiële weekstaat van het Eurosysteem Monetaire financiële instellingen, gegevens op niet- geconsolideerde basis Nationale Bank van België Kredietinstellingen Gezamenlijke monetaire financiële instellingen Financiële activa van de niet--financiële vennootschappen en de huishoudens Monetaire aggregaten van de eurozone Belgische bijdrage tot de monetaire aggregaten van de eurozone Belgische bijdrage tot de monetaire aggregaten van de eurozone (tot december 2001) Belgische bijdrage tot de monetaire aggregaten van de eurozone (vanaf januari 2002) Vorming van financiële activa door de particulieren Financiële activa in het bezit van de particulieren Vorming van financiële activa door de niet-financiële vennootschappen Financiële activa in bezit van de niet-financiële vennootschappen Verplichtingen van de huishoudens en van de niet--financiële vennootschappen Synthesetabellen Nieuwe financiële verplichtingen van de particulieren Financiële verplichtingen van de particulieren Nieuwe financiële verplichtingen van de niet-financiële vennootschappen Financiële verplichtingen van de niet-financiële vennootschappen 107 4

5 16.2 Consumptiekrediet: verkoop op afbetaling, lening op afbetaling, financieringshuur en kredietopening Consumptiekrediet: achterstallige contracten Hypothecair krediet Hypothecair krediet: ingediende aanvragen Hypothecair krediet: verleden kredieten Hypothecair krediet: achterstallige contracten Kapitaalmarkt Vastrentende effecten Openbare uitgiften, door de overheidssector, van in nationale munt luidende obligaties voor meer dan één jaar Uitstaande bedragen van de lineaire obligaties Aandelen en overige deelnemingen Uitgiften van aandelen Beursactiviteit Geldmarkt Uitgifte van driemaands schatkistcertificaten Uitgifte van zesmaands schatkistcertificaten Uitgifte van twaalfmaands schatkistcertificaten Transacties op de secundaire markt van gedematerialiseerde effecten opgetekend door het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België Rentetarieven Officiële rentetarieven Voornaamste rentevoeten van het monetaire beleid van het Eurosysteem Referentietarieven op de secundaire markt voor schatkistcertificaten uitgegeven door de Belgische Staat Eonia en Euribor MFI interest rates (mir) Rentetarieven op nieuwe contracten in EUR Rentetarieven op nieuwe contracten in EUR Rendementspercentages op de Belgische secundaire markt voor lange termijn effecten uitgegeven door de Belgische overheid Rente op driemaands euro-deposito s Brutorendementen op de secundaire markt van de referentieleningen (Benchmark op 10 jaar): internationale vergelijking Officiële tarieven of interventietarieven van buitenlandse centrale banken 135 Algemene opmerkingen 137 Conventionele tekens 139 Lijst van afkortingen 141 5

6

7 Financiële kwartaalrekeningen: 3 de kwartaal 2006 Tijdens het 3 de kwartaal van 2006 is het netto financiële vermogen van de particulieren met 12 miljard euro toegenomen van 624,7 tot 636,7 miljard euro, vooral dankzij de beurswinsten die werden geboekt op de beleggingen in genoteerde aandelen en in deelbewijzen van ICB's. Het saldo van de financiële transacties viel lager uit dan gewoonlijk, en beliep tijdens de beschouwde periode slechts 1 miljard euro. De nettoaankopen van financiële activa door de particulieren zijn slechts met 0,7 miljard gestegen. Van deze activa waren de zicht- en termijndeposito's evenals de verzekeringsproducten het meest in trek, net als in het vorige kwartaal. Daarentegen hebben de particulieren afstand genomen van de gereglementeerde spaardeposito's, waarvan het uitstaande bedrag is teruggelopen met 3,4 miljard euro. Ze hebben tevens nettoverkopen van genoteerde aandelen verricht. Toch is het uitstaande bedrag van deze aandelen toegenomen dankzij de beursmeerwaarden. De uitstaande financiële verplichtingen van de particulieren zijn nagenoeg stabiel gebleven op 145 miljard euro, doordat de toename van de hypothecaire kredieten werd gecompenseerd door de seizoensgebonden daling van de verschuldigde maar nog niet betaalde bijdragen en belastingen, die worden opgenomen in de andere te betalen rekeningen. TABEL 1 ONTWIKKELING VAN HET NETTO FINANCIËLE VERMOGEN VAN DE PARTICULIEREN IN HET 3 DE KWARTAAL VAN 2006 (miljarden euro s) Netto financieel vermogen op 30 juni 2006 Financiële transacties van het 3 de kwartaal 2006 Andere stromen 1 Netto financieel vermogen op 30 september 2006 Financiële activa 769,8 0,7 10,9 781,4 Biljetten en munten 17,1 0,6 0,0 17,7 Zicht- en termijndeposito s 61,3 2,2 0,2 63,8 Gereglementeerde spaardeposito s 153,2-3,4 0,0 149,8 Vastrentende effecten 77,2-0,2-0,8 76,2 Genoteerde aandelen 78,0-1,3 7,1 83,8 Deelbewijzen van ICB s 130,1 0,8 4,4 135,2 Verzekeringsproducten 182,0 3,6 1,2 186,8 Diversen 2 70,9-1,6-1,1 68,2 Financiële verplichtingen 145,1-0,3 0,0 144,8 Hypothecaire kredieten 104,0 2,6 0,0 106,6 Andere kredieten 30,9 0,1 0,0 31,0 3 Andere te betalen rekeningen 10,2-3,0 0,0 7,1 Netto financieel vermogen 624,7 1,0 10,9 636,7 Bron: NBB 1 De andere stromen bestaan uit de prijs- en wisselkoersveranderingen. Ze omvatten tevens specifieke elementen zoals de herindelingen van transacties naar andere sectoren. 2 Niet-genoteerde aandelen en andere participaties, andere te ontvangen rekeningen in de betekenis van het ESR 1995 en statistische aanpassingen. 3 In hoofdzaak de sociale bijdragen en de verschuldigde, maar nog niet betaalde belastingen. 7

8 De vennootschappen hebben in het 3 de kwartaal van 2006 een financieel overschot geboekt. Hun netto financiële passiva zijn tijdens de periode evenwel toegenomen van 287,7 tot 298,6 miljard euro, omdat het effect van de beursmeerwaarden in netto termen hun verplichtingen meer beïnvloedt dan hun activa, wegens het grotere gewicht van de aandelen binnen deze verplichtingen. Daarentegen heeft de overheid een licht tekort laten optekenen, zoals traditioneel het geval is in het 3 de kwartaal. Aangezien de overheidsparticipaties in waarde zijn gestegen, is het financiële vermogen van de overheid nauwelijks veranderd, en stabiliseerde het zich op 244 miljard euro. Al met al is de nettovordering van België op het buitenland licht omhooggegaan tot 94,1 miljard euro. TABEL 2 ONTWIKKELING VAN HET NETTO FINANCIËLE VERMOGEN VAN DE GROTE ECONOMISCHE SECTOREN IN HET 3 DE KWARTAAL VAN 2006 (miljarden euro s) Netto financieel vermogen op 30 juni 2006 Financiële saldi van het 3 de kwartaal 2006 Andere stromen 1 Netto financieel vermogen op 30 september 2006 Particulieren 624,7 1,0 10,9 636,7 Vennootschappen -287,7 1,8-12,7-298,6 Overheid -244,3-1,2 1,4-244,0 Buitenland -92,8-1,7 0,4-94,1 Bron: NBB 1 De andere stromen bestaan uit de prijs- en wisselkoersveranderingen. Ze omvatten tevens specifieke elementen zoals de herindelingen van transacties naar andere sectoren. Methodologische toelichting De rekeningen van het financiële vermogen geven een overzicht van de financiële activa en verplichtingen van de nationale institutionele sectoren (particulieren, financiële en niet-financiële vennootschappen, overheid). Die activa en verplichtingen zijn ingedeeld naar financieel instrument (chartaal geld en deposito s, kredieten, vastrentende effecten, aandelen, deelbewijzen van instellingen voor collectieve belegging, verzekeringsproducten). Het netto financiële vermogen van de verschillende sectoren komt overeen met het verschil tussen het totaal van hun respectieve financiële activa en verplichtingen. Wanneer het netto financiële vermogen van een sector negatief is, wordt de term netto financieel passief of netto financiële verplichting gebruikt. Aangezien elk door een sector aangehouden financieel activum overeenstemt met een financiële verplichting voor een andere sector, vloeit daaruit voort dat de som van de netto financiële vermogens van de binnenlandse sectoren gelijk is aan het netto financiële passief van het buitenland ten aanzien van België of, wat op hetzelfde neerkomt, aan de netto crediteurpositie van België ten opzichte van het buitenland. De verandering in het netto financiële vermogen tussen het begin en het einde van een kwartaal resulteert enerzijds uit de tijdens de periode verrichte financiële transacties en anderzijds uit de andere stromen, die voornamelijk bestaan uit de prijs- en wisselkoersveranderingen. De financiële transacties worden geboekt in de financiële rekeningen, die weergeven op welke wijze de verschillende institutionele sectoren hun financiële besparingen aanwenden of de benodigde financiële middelen vinden. In het Europees systeem van nationale rekeningen hangen de financiële rekeningen samen met de niet-financiële rekeningen van de verschillende institutionele sectoren. Terwijl uit de niet-financiële rekeningen financieringssaldi kunnen worden afgeleid aan de hand van de ontvangsten en de uitgaven, verklaren de financiële rekeningen aldus hoe de diverse sectoren hun overschotten beleggen of hun tekorten financieren. In de praktijk zijn er evenwel verschillen tussen de reële en de financiële saldi merkbaar, vooral ten gevolge van het gebruik van uiteenlopende bronnen. Statistische gegevens: Belgostat Online 8

9 Financiële rekeningen van België De financiële rekeningen geven een uitvoerig overzicht van de ontwikkeling van de vorderingen en de financiële schulden van de nationale institutionele sectoren tegenover elkaar (niet--financiële vennootschappen, financiële vennootschappen, overheid, huishoudens) en van de nationale economie tegenover de rest van de wereld. Die rekeningen maken integrerend deel uit van het Systeem van nationale rekeningen, dat bestaat uit een coherente reeks aaneengeschakelde en gecoördineerde rekeningen. Al die rekeningen berusten op de concepten, definities, nomenclaturen en boekhoudregels van het Europees Systeem van nationale en regionale rekeningen (ESR 1995) 1 van het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen (Eurostat). Het eerste deel van dit artikel zal de plaats belichten die de financiële rekeningen in het Systeem van nationale rekeningen innemen. Een tweede deel zal de voornaamste bronnen beschrijven die worden gebruikt om de Belgische financiële rekeningen op te maken, met enkele technische aanwijzingen over de gepubliceerde gegevens. Aangezien de huidige versie van de financiële kwartaalrekeningen ten slotte wordt beïnvloed door een belangrijke hervorming die voornamelijk betrekking heeft op de gegevensbronnen inzake de verzekeringsinstellingen en de deposito s in het buitenland, leek het nuttig aan het einde van dit artikel de voornaamste wijzigingen als gevolg van die hervorming te beschrijven. 1. Conceptuele en methodologische aspecten 1.1 Rekeningenstelsel Het Systeem van nationale rekeningen is opgebouwd rond een reeks van aan elkaar gekoppelde stromen, die verband houden met diverse economische activiteiten gedurende een beschouwde periode, en van vermogensrekeningen, die de waarden bevatten van de uitstaande activa en passiva die de institutionele sectoren aan het begin en het einde van de beschouwde periode aanhouden (zie kader 1). In elke stroomrekening wordt een welbepaalde activiteit geschetst: de productie, de inkomensvorming, en de verdeling of herverdeling en de aanwending van het inkomen. Het saldo van elke rekening vertegenwoordigt het nettoresultaat van de in die rekening geschetste activiteiten: toegevoegde waarde, beschikbaar inkomen, besparingen, nettofinancieringsvermogen of --behoefte. Die boekhoudsaldi vormen dan weer de eerste post van de volgende rekening, wat de aaneenschakeling tussen de opeenvolgende rekeningen garandeert. De stroomrekeningen zijn nauw verbonden met de vermogensrekeningen, aangezien de veranderingen in de tijd van de activa en passiva van de institutionele eenheden of sectoren systematisch in passende stroomrekeningen worden geboekt. 1. Het ESR 1995 is volledig in overeenstemming met het SNA 93 (Verenigde Naties, Systeem van nationale rekeningen 1993, New -York, 1993), dat geldt als referentie op wereldvlak voor het opmaken van de nationale rekeningen. De handleidingen van het ESR 1995 en het SNA 93 zijn respectievelijk beschikbaar op de volgende adressen: -new.htm en 9

10 Kader 1 - Rekeningenstelsel Het rekeningenstelsel is opgebouwd rond drie soorten rekeningen: de lopende rekeningen, de accumulatierekeningen en de vermogensrekeningen. Lopende rekeningen Deze rekeningen hebben betrekking op de productie van goederen en diensten, de daaruit voortvloeiende inkomensvorming, de verdeling en herverdeling van het inkomen over de institutionele eenheden en de besteding ervan voor consumptie of sparen. De productierekening schetst de activiteiten voor de productie van goederen en diensten. Het saldo ervan is de bruto toegevoegde waarde, die overeenstemt met de waarde van de productie verminderd met die van het intermediaire verbruik. De toegevoegde waarde is de bron waaruit de primaire inkomens worden afgeleid. De rekeningen voor de inkomensverdeling en - besteding beschrijven hoe de inkomens worden gegenereerd door de productieve activiteiten, hoe ze worden verdeeld over institutionele eenheden die aanspraak kunnen maken op een deel van de toegevoegde waarde van de productieve activiteiten, hoe ze worden herverdeeld over institutionele eenheden via belastingen, socialezekerheidsbijdragen of --uitkeringen of andere overdrachten, en hoe ze uiteindelijk worden aangewend voor de consumptieve bestedingen en besparingen. Het boekhoudsaldo van die reeks van rekeningen -- de besparingen -- wordt overgeboekt naar de kapitaalrekening, de eerste rekening van het stelsel van de accumulatierekeningen. Accumulatierekeningen Die rekeningen bevatten de aan- en verkopen van zowel financiële als niet--financiële activa en van verplichtingen van de institutionele eenheden ten gevolge van transacties of andere gebeurtenissen. Indekapitaalrekening zijn de aan-- en verkopen van niet--financiële activa opgenomen die voortvloeien uit operaties met andere eenheden of uit interne boekingen in verband met de productie (voorraadwijziging en verbruik van vaste activa). Het saldo van die rekening, de financieringscapaciteit of de financieringsbehoefte van elke groep van eenheden of van elke institutionele sector, wordt traditioneel beschouwd als de scheidingslijn tussen de reële rekeningen (niet--financiële rekeningen) en de financiële rekeningen. Indefinanciële rekeningen zijn de nettoaankopen (aankopen min verkopen) van financiële activa weergegeven alsook de nettotoename (emissies min terugbetalingen) van de passiva die resulteren uit operaties (of transacties). In de financiële rekening verschijnt geen boekhoudsaldo dat naar een andere rekening moet worden overgeboekt; het resultaat ervan stemt conceptueel overeen met het saldo van de kapitaalrekening. Een derde groep van rekeningen, de rekening van de overige mutaties in activa, is onderverdeeld in twee categorieën: de rekening van de overige volumemutaties (kwantitatieve veranderingen als gevolg van andere factoren dan operaties, zoals herindelingen van eenheden van de ene sector naar een andere) en de herwaarderingsrekening (waardeveranderingen ten gevolge van veranderingen in de prijzen van activa en passiva). De accumulatierekeningen en de inkomensrekeningen houden met elkaar verband omdat het noodzakelijk is de besparingen aan te wenden voor de aankoop van financiële en niet--financiële activa. Wanneer de besparingen negatief zijn, moet het verschil tussen de consumptie en het beschikbare inkomen worden gedekt door de verkoop van activa (financiële of niet--financiële) of door in te tekenen op nieuwe verplichtingen. Vermogensrekeningen De vermogensrekeningen geven de waarden weer van de uitstaande financiële en niet--financiële activa en van passiva van de institutionele eenheden of sectoren aan het begin en het einde van een boekjaar. De uitstaande bedragen variëren tijdens de periode naargelang van de operaties (transacties) en de prijsveranderingen en overige volumemutaties van die activa en passiva (overige stromen). Die bewegingen worden in de ene of andere accumulatierekening geboekt, zodat de verklaring voor het verschil tussen de bij de opening en de sluiting in de vermogensrekeningen opgenomen waarden te vinden is in de overige rekeningen van het stelsel. 10

11 Vermogensrekening Transacties Andere stromen Vermogensrekening Productierekening Toegevoegde waarde Rekening van de inkomensverdeling en -besteding Besparingen Openingsbalans van de niet-financiële activa Kapitaalrekening Financieringscapaciteit / financieringsbehoefte [B.9] Overige mutaties in activa Eindbalans van de niet-financiële activa Openingsbalans van de financiële activa en passiva Financiële rekening Financieringscapaciteit / financieringsbehoefte [B.9F] Overige mutaties in activa Eindbalans van de financiële activa en passiva Wijzigingen in het vermogen 1.2 De financiële rekeningen In de niet--financiële rekeningen wordt traditioneel de nadruk gelegd op de activiteiten inzake de productie van goederen en diensten en op de inkomsten die deze activiteiten tijdens een bepaalde periode opleveren. De financiële rekening, die formeel de laatste rekening van het rekeningenstelsel vormt, vult dat beeld van de economie echter aan met de transacties die tot de financiële sfeer behoren. De financiële operaties omvatten aldus transacties die kunnen voortvloeien uit (i) lopende transacties in de economie, (ii) beslissingen om besparingen aan te wenden voor investeringen in vast kapitaal en investeringen in financieel kapitaal en (iii) arbitrages in de samenstelling van de portefeuille van financiële activa en verplichtingen. Sommige boekingen van de financiële rekening hebben dus een tegenpost in andere rekeningen van het Systeem, terwijl andere volledig in het kader van de financiële rekening passen. De financiële rekeningen worden gebruikt om de kenmerken en de opgetekende bewegingen van de beleggingen en de financieringen in de economie te analyseren. Voor elke institutionele sector vermeldt de financiële rekening de soorten van financiële instrumenten die worden gehanteerd om verplichtingen aan te gaan en/of financiële activa te verwerven. Om bovendien te preciseren tegenover welke sectoren de verplichtingen werden aangegaan, of bij welke sectoren de vorderingen werden verworven, worden de financiële transacties vaak voorgesteld in de vorm van een matrix van het type Middelenstromen. De tabellen van de Middelenstromen vergemakkelijken de studie van de spaar--/investeringsprocessen; aan de hand ervan kan immers worden nagegaan langs welke circuits de spaarmiddelen resulteren in de finale leningen, na diverse financiële instellingen te hebben doorlopen en verschillende vormen van activa te hebben aangenomen. Met name uit de analyse van de financieringskanalen kan de rol van de financiële intermediairs worden afgeleid, door de nadruk te leggen op de verbanden tussen de financiering via krediet en via andere financieringsbronnen (effectenmarkten, andere vormen van financiële intermediatie, beroep op buitenlandse kredietverstrekkers). De per crediteur-- en debiteursector uitstaande financiële activa en passiva die met de middelenstromen overeenstemmen, worden tabellen van Vorderingen en verplichtingen per sector genoemd. 11

12 In de terminologie van de macro--economische rekeningen van België omvatten de financiële rekeningen evenzeer de middelenstromen (financiële transacties) en de vorderingen en verplichtingen (uitstaande bedragen) per sector als de chronologische reeksen van de financiële rekening en de rekening van het financiële vermogen van elk van de sectoren. 1.3 Definities en nomenclaturen De financiële rekeningen worden opgemaakt aan de hand van de concepten uit het ESR 1995, met andere woorden volgens de geharmoniseerde definities, nomenclaturen van instrumenten en sectoren, en waarderingsregels. De financiële activa vormen een categorie van economische activa die is samengesteld uit het geheel van betaalmiddelen, financiële vorderingen en economische activa die assimileerbaar zijn met financiële vorderingen (zoals de aandelen en andere participaties en de derivaten). In het Systeem van rekeningen hebben alle financiële activa een passivum als tegenpartij, uitgezonderd die uit de categorie «Monetair goud en bijzondere trekkingsrechten (SDR)». Een kruiselingse vergelijking van de nomenclaturen van financiële instrumenten (kader 2) en institutionele sectoren (kader 3) geeft een gedetailleerd beeld van de wijze waarop de financiële middelen ter beschikking van de economie worden gesteld, namelijk door wie, voor wie, in welke mate, met welk instrument en via welk kanaal. Kader 2 -- Nomenclatuur van de financiële instrumenten De nomenclatuur van de financiële instrumenten in de financiële rekeningen van België is identiek aan die van het ESR Dit classificatiesysteem is voornamelijk gebaseerd op twee criteria: de liquiditeit van het actief en de juridische aard van de relatie tussen crediteur en debiteur. AF.1 AF.2 AF.21 AF.22 AF.29 AF.3 AF.331 AF.332 AF.34 AF.4 AF.41 AF.42 AF.5 AF.511 AF.512 AF.513 AF.52 AF.6 AF.61 AF.62 AF.7 Monetair goud en bijzondere trekkingsrechten (SDR) Chartaal geld en deposito s Chartaal geld Girale deposito s Overige deposito s Effecten met uitzondering van aandelen Kortlopende effecten (exclusief financiële derivaten) Langlopende effecten (exclusief financiële derivaten) Financiële derivaten Leningen Kortlopende leningen Langlopende leningen Aandelen en overige deelnemingen Beursgenoteerde aandelen Niet--beursgenoteerde aandelen Overige deelnemingen Participaties in beleggingsinstellingen Verzekeringstechnische voorzieningen Voorzieningen pensioen-- en levensverzekering Vooruitbetaalde premies en voorzieningen voor openstaande aanspraken Handelskredieten en transitorische posten (inclusief correcties) De definities van de financiële instrumenten van het ESR 1995 vindt u op het hierna volgende adres: 12

13 Kader 3 -- Nomenclatuur van de institutionele sectoren De rekeningen worden opgemaakt voor elke institutionele sector van het ESR 1995 en worden uitgesplitst per tegenpartijsector volgens dezelfde nomenclatuur. De nomenclatuur van de sectoren gebruikt in de publicaties van de financiële rekeningen van België is vereenvoudigd ten opzichte van het ESR 1995, omdat enkele sectoren worden samengenomen. S.11 Niet-financiële vennootschappen S.12 Financiële instellingen S S.122 Monetaire financiële instellingen: centrale bank (S.121) en overige monetaire financiële instellingen (S.122) S S.124 Overige niet-monetaire financiële instellingen (S.123) en financiële hulpbedrijven (S.124) S.125 Verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen S.13 Overheid S.14 + S.15 Particulieren: huishoudens (S.14) en instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens (S.15) S.2 Buitenland De definities van de institutionele sectoren van het ESR 1995 vindt u op het volgende adres: Principes voor het boeken van financiële transacties In het Systeem van de nationale rekeningen, net als in de bedrijfsboekhouding, geldt het principe van het dubbel boekhouden, volgens welke elke transactie tweemaal moet worden geregistreerd, eenmaal bij middelen (of verandering van de passiva) en eenmaal bij bestedingen (of verandering van de activa). Daar de meeste operaties twee institutionele eenheden impliceren, brengt het principe van het dubbel boeken in feite vier registraties met zich (viervoudige registratie). De aankoop van een dienst, door een gezin, in contanten impliceert bijvoorbeeld de registratie van een besteding als consumptieve besteding en een vermindering van de activa in de vorm van chartaal geld en deposito s voor het gezin, alsook de registratie van middelen en een positieve verwerving van activa in de vorm van chartaal geld en deposito s voor de producent van de dienst. Evenzo vergt een verkoop van effecten tegen contanten tussen institutionele eenheden (interne transactie op de financiële rekening) vier registraties: een vermindering van de effecten en een vermeerdering van het chartaal geld bij de verkopende eenheid en de twee omgekeerde registraties bij de eenheid die de effecten verwerft. De toepassing van de viervoudige registratie vergt aan de basis: de gelijktijdige registratie van de transacties in de verschillende rekeningen, dat wil zeggen op het ogenblik van het ontstaan, van de omzetting of van de vernietiging van de rechten en verplichtingen. Er moet dus een onderscheid worden gemaakt tussen de transactie en de overeenkomstige vereffening, die op verschillende ogenblikken kunnen plaatsvinden. In principe worden de nationale rekeningen niet opgesteld op kasbasis maar op basis van de geconstateerde rechten. In de meeste gevallen verloopt er enige tijd tussen de twee «gebeurtenissen», wat aanleiding geeft tot registraties in het financieel instrument «andere te ontvangen/te betalen rekeningen»; dezelfde waardering van de transacties in de rekeningen van de beide betrokken sectoren. De transacties worden gewaardeerd tegen de tussen de partijen overeengekomen effectieve prijzen, waarbij de marktprijzen de basisreferentie zijn voor de waardering van de verhandelbare activa. Voor de vermogensrekeningen worden de activa en de passiva gewaardeerd tegen de lopende prijzen die golden op de datum waarop die vermogensrekeningen betrekking hebben en niet tegen hun aanschaffingsprijs. De kredieten en de deposito s worden gewaardeerd tegen de nominale waarde; 13

14 stromen tussen in principe niet--geconsolideerde eenheden. De consolidatie bestaat erin de transacties tussen in dezelfde sector of subsector geklasseerde eenheden te elimineren. Het is echter mogelijk geconsolideerde rekeningen op te stellen in het kader van aanvullende analyses. De geconsolideerde rekeningen worden in het bijzonder gebruikt voor de overheidssector, teneinde de netto verhoudingen tussen de overheid en de andere sectoren in het licht te stellen. In de praktijk is de invoering van die principes verre van eenvoudig en statistische verschillen worden derhalve opgetekend tussen de saldi van de kapitaalrekeningen (niet--financiële rekeningen) en die van de financiële rekeningen op het niveau van de sectoren en de subsectoren. Die verschillen zijn voornamelijk te wijten aan het gebruik van verschillende bronnen in de twee categorieën rekeningen. Ze kunnen ook veroorzaakt worden door imperfecties in de sectorisatie en in de waardering van de transacties 1, maar tevens doordat de niet--financiële en financiële rekeningen deels berusten op ramingen. 2. Statistische bronnen, verwerkingsproces en publicaties 2.1 Statistische bronnen Als zodanig bestaat er geen gegevensbron die direct beantwoordt aan de behoeften van de financiële rekeningen. Het opstellen van de financiële rekeningen berust op het samenvoegen van bronnen waarvan de concepten vaak moeten worden aangepast teneinde te beantwoorden aan de eisen van het ESR Er worden verscheidene bronnen gebruikt in de financiële rekeningen. In dat verband beschikt men over sectorale bronnen, die informatie verstrekken inzake alle financiële instrumenten van een bepaalde economische sector en transversale bronnen die gegevens verstrekken over een bepaald financieel instrument voor het geheel van de sectoren. Voor de niet--financiële vennootschappen (S.11) zijn de gegevens vooral afkomstig van de totaalgegevens van de bij de Balanscentrale van de Nationale Bank van België (NBB) neergelegde jaarrekeningen. Ook andere statistische bronnen worden gebruikt, met name het periodieke boekhoudschema van de kredietinstellingen (schema A) voor de kredieten en de deposito s bij de kredietinstellingen, de kwartaalenquêtes met betrekking tot de houders van gedematerialiseerde effecten, de maandverslagen van Euronext voor de beursgenoteerde aandelen, de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad voor alle emissies van aandelen. De gegevens voor de centrale bank (S.121) worden bezorgd door de Dienst Boekhouding van de NBB. Voor de overige monetaire financiële instellingen (S.122) worden de gegevens verzameld door de NBB. Ze betreffen vooral het schema A van de kredietinstellingen en sommige van zijn bijlagen, alsook een globalisering van de gedetailleerde portefeuille van die kredietinstellingen. De gegevens betreffende de overige niet--monetaire financiële instellingen ongerekend de verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen (S.123) zijn afkomstig van talrijke bronnen: voor de instellingen voor collectieve belegging (ICB s), inclusief de monetaire ICB s die opgenomen zijn in sector S.122, is de voornaamste bron de Commissie voor het Bank--, Financie-- en Assurantiewezen (CBFA), die elk kwartaal de gegevens bezorgt uitgesplitst over de verschillende categorieën van ICB s. Die gegevens worden aangevuld met gegevens van de Belgische Vereniging van Asset Managers (BEAMA). De gegevens van de beursvennootschappen worden eveneens elk kwartaal door de CBFA verstrekt. Gezien hun geringe aantal, worden de financiële holdings afzonderlijk gevolgd via de gegevens van hun jaarrekening en gegevens die elk kwartaal op vrijwillige basis worden verzameld. Min of meer gedetailleerde gegevens worden ook verzameld voor de vastgoedbevaks, de instellingen voor belegging in schuldvorderingen, de regionale huisvestingsmaatschappijen, de hypothecaire vennootschappen en de in consumentenkrediet gespecialiseerde vennootschappen. 1. De meeste gegevens inzake financiële transacties worden meer bepaald afgeleid van gegevens over uitstaande bedragen na te zijn gezuiverd voor de andere mutaties, en de waardering van de uitstaande bedragen volgt niet altijd letterlijk de boekhoudkundige voorschriften. In de Belgische financiële rekeningen is dit bijvoorbeeld het geval voor de waardering van de niet -genoteerde aandelen uitgegeven door de niet -financiële vennootschappen, die worden geregistreerd aan de waarde van het eigen vermogen. 14

15 De sector van de financiële hulpbedrijven (S.124) omvat op dit moment de beleggingsondernemingen andere dan de beursvennootschappen. De gegevens zijn afkomstig van de driemaandelijkse boekhoudstaten die zij aan de CBFA verstrekken. Wat betreft de verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen (S.125), zijn de door de CBFA verzamelde gegevens de voornaamste informatiebron. Voor de verzekeringsinstellingen wordt het driemaandelijks boekhoudschema van de CBFA gebruikt, aangevuld met gedetailleerde gegevens uit haar jaarverslag en met de gegevens van de beroepsvereniging (Assuralia). Inzake de gegevens betreffende de pensioenfondsen, worden de basisbronnen op jaarbasis opgesteld. Voor de overheid worden de gegevens direct bij de verschillende subsectoren verzameld. De administratie van de Thesaurie van de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën is de voornaamste gegevensbron voor de federale overheid (S.1311). Die gegevens omvatten zowel de activa als de officiële overheidsschuld en de gedebudgetiseerde schuld van de Schatkist. De informatie betreffende de andere instellingen die deel uitmaken van de federale overheid (ALESH, Federale Participatiemaatschappij, Credibe, Rentenfonds, Muntfonds, Deposito-- en Consignatiekas, enz.), worden rechtstreeks bij die instellingen verkregen, hetzij via hun jaarrekening, hetzij door directe contacten. Voor de gemeenschappen en de gewesten (S.1312) zijn de gegevens voornamelijk afkomstig van de thesaurie van de verschillende deelgebieden, terwijl de gegevens van de lokale overheid (S.1313) afkomstig zijn, enerzijds, van de schema s A van de kredietinstellingen en, anderzijds, van het effectenvereffeningsstelsel (Clearing) van de NBB wat betreft de schuldenlast in de vorm van effecten. Voor de sociale--zekerheidssector (S.1314), ten slotte, worden alle gegevens betreffende hun activa verkregen via de FOD Financiën. Alle bovengenoemde gegevens worden hetzij maandelijks hetzij driemaandelijks verzameld. Er bestaat geen directe informatiebron om de gegevens te registreren betreffende de financiële rekening van de particulieren, dat wil zeggen het geheel bestaande uit de huishoudens (S.14) en de instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van de huishoudens (S.15). Er zijn echter sommige indirecte bronnen beschikbaar, zoals de schema s A voor de kredieten en de deposito s bij de kredietinstellingen. Sommige financiële instrumenten, zoals de Staatsbons, worden per conventie uitsluitend aan die sector toegekend. In de financiële rekeningen wordt de sector van de particulieren het vaakst berekend per saldo. Zo zal het uitstaande bedrag van de door die sector aangehouden aandelen bijvoorbeeld het resultaat zijn van het verschil tussen de uitgegeven aandelen en de aandelen die via andere bronnen kunnen worden opgenomen in de portefeuilles van de andere binnenlandse sectoren en van het buitenland. De financiële rekening van het buitenland (S.2) wordt maar gedeeltelijk aan de hand van de gegevens van de betalingsbalans (opgesteld in de NBB) opgemaakt. Aanvullende gegevens worden verzameld voor de op de Belgische markt gecommercialiseerde buitenlandse ICB s en voor de verzekeringen die in Luxemburg werden aangegaan. Zo ook zijn de gegevens betreffende de deposito s van de niet--bancaire ingezetenen bij niet--ingezeten kredietinstellingen afkomstig van door de Bank voor Internationale Betalingen (BIB) opgestelde statistieken. Sommige aanvullende gegevens die beschikbaar zijn in de bronnen die worden verzameld voor de diverse binnenlandse sectoren, maken een meer gedetailleerde sectorale opsplitsing mogelijk dan in de betalingsbalans, zoals vereist wordt door de nomenclatuur van de financiële rekeningen. 2.2 Verwerkingsproces van de informatiebronnen De Belgische financiële rekeningen hebben de specifieke eigenschap dat ze opgesteld worden op basis van de identificatie van de tegenpartij. Om in het stelsel van de Belgische financiële rekeningen te worden verwerkt, moet elk basisgegeven vijf kenmerken vertonen: de identificatie van de debiteursector, de identificatie van de crediteursector, de identificatie van het financieel instrument, het type gegeven (uitstaande bedragen/voorraden of transacties/stromen) en een verwijzing naar de betrokken datum of periode. Indien een of meer van die eigenschappen niet voorkomen in de primaire bron, zijn ramingen noodzakelijk om de vereiste gegevens te verkrijgen, eventueel aan de hand van een indirecte bron, namelijk de informatie die op het niveau van de tegenpartij beschikbaar is in het systeem. In theorie moet het systeem van de financiële rekeningen, naast de financiële bedragen en de uitstaande bedragen, eveneens informatie verstrekken over de prijsveranderingen en de andere volumemutaties. Dat is thans echter nog 15

16 maar gedeeltelijk het geval, zodat aanvullende ontwikkelingen noodzakelijk zullen zijn om een totaal geïntegreerd tijdsprofiel van de financiële rekeningen te verkrijgen. Indien de basisgegevens enkel beschikbaar zijn op grond van de uitstaande bedragen, wat meestal het geval is, worden de gegevens inzake financiële transacties daarvan afgeleid, eventueel met inachtneming van de prijs-- en wisselkoersveranderingen en andere volumemutaties. In het geval van de betalingsbalansgegevens worden de gegevens inzake uitstaande bedragen daarentegen verkregen op basis van de gecumuleerde gegevens van de stromen, wat hun ramingen minder precies maken. Voor andere basisgegevens (aandelen en deelbewijzen van ICB s), zijn de stromen en de uitstaande bedragen tegelijkertijd beschikbaar. Aangezien het systeem van de financiële rekeningen gebaseerd is op de identificatie van de tegenpartijen, komt het vaak voor dat men over twee informatiebronnen voor hetzelfde gegeven beschikt. De door de kredietinstellingen aan de overheid verstrekte leningen zijn bijvoorbeeld zowel beschikbaar in het schema A van de kredietinstellingen als in de direct van de overheid verkregen statistieken. In dat geval moet aan een van beide bronnen de voorkeur worden gegeven. Er is dus een hiërarchie van de bronnen in het systeem van de financiële rekeningen. De directe bronnen krijgen de voorkeur omdat ze geacht worden betrouwbaar te zijn (in het bovenvermelde voorbeeld wordt de bij de kredietinstellingen verkregen informatie niet opgenomen, want die gegevens kunnen onderhevig zijn aan fouten bij de identificatie van de tegenpartijen). De hiërarchie van de bronnen is echter niet onveranderlijk. Er moet voortdurend worden op toegezien en ze moet eventueel ter discussie worden gesteld naar aanleiding van de beschikbaarheid van nieuwe informatiebronnen. Ter illustratie worden de voornaamste informatiebronnen per sector en per instrument in de twee onderstaande tabellen weergegeven met hun eigenschappen: dekking in termen van sectoren en/of instrumenten, type van beschikbare gegevens (uitstaande bedragen of transacties), informatie over de tegenpartijen, frequentie en termijn voor het verkrijgen van de gegevens. TABEL 1 BELANGRIJKSTE BRONNEN PER SECTOR Sector Beschikbare informatie Freq. 1 Termijn Niet-financiële vennootschappen (S.11) Jaarrekeningen (Balanscentrale van de NBB) Instrument Uitstaande bedragen Transacties Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen NBB (S.121) Balans van de NBB Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Overige monetaire financiële instellingen (S.122) Overige monetaire financiële instellingen (S.122) Monetaire en nietmonetaire instellingen voor collectieve belegging (S.122 en S.123) Monetaire en nietmonetaire instellingen voor collectieve belegging (S.122 en S.123) Financiële holdings (S.123) Financiële holdings (S.123) Periodiek boekhoudschema van de kredietinstellin-gen (NBB) Detail van de portefeuille van de kredietinstellingen (NBB) Periodiek boekhoudschema van de instellingen voor collectieve belegging (CBFA) Trimestriële netto inventariswaarde (BEAMA) Enquête (NBB) Jaarrekeningen (Balanscentrale van de NBB) Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen AF.3 en AF.5 Ja 16 Afgeleid van de uitstaande bedragen Alle Ja Ja: AF.52 (passief) Afgeleid van de uitstaande bedragen voor andere instrumen-ten AF.52 per type ICB AF.2, AF.3, AF.4 en AF.51 Ja Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Afgeleid van de uitstaande bedragen Alle Ja Ja: AF.51 Afgeleid van de uitstaande bedragen voor andere instrumenten Informatie over de tegenpartijen J/H/ D/M (maanden) Nee J t+9 (staal van 80 pct.) t+15 (totaal) Ja M t+0,5 AF.2 en AF.4: Ja Andere instrumenten: S.1/S.2 M t+2 Ja D t+2,5 Nee D t+3 Gedeeltelijk (AF.3 en AF.5) D t+2,5 Nee D t+2,5 AF.2, AF.4 en AF.5: Gedeeltelijk op basis van gegevens gepubliceerd in de jaarverslagen J t+7

17 Sector Beschikbare informatie Freq. 1 Termijn Beleggingsondernemingen (S.124) Verzekeringsinstellingen (S.125) Verzekeringsinstellingen (S.125) Pensioenfondsen (S.125) Pensioenfondsen (S.125) Federale overheid (S.1311) Federale overheid (S.1311) Gemeenschappen en gewesten (S.1312) Gemeenschappen en gewesten (S.1312) Sociale zekerheid (S.1314) Periodiek boekhoudschema (CBFA) Periodiek boekhoudschema (CBFA) Jaarrekeningen (CBFA) Jaarrekeningen (CBFA) Instrument Uitstaande bedragen Transacties Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Alle Ja Ja: AF.6 Afgeleid van de uitstaande bedragen voor andere instrumenten Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Informatie over de tegenpartijen Gedeeltelijk (AF.4) (maanden) D t+3 AF.3:Ja D t+3 Nee D t+8 AF3: S.13/ S.2/andere sectoren Beroepsorganisatie Alle Ja Nee AF.3 en AF.5: S.1/S.2 Maandelijkse AF.2, Ja Afgeleid van Ja, met Schatkisttoestand, AF.3, AF.4 de uitstaande uitzondering van Federale Staatsschuld en AF.7 bedragen AF3 (passief) Boekhoudkundige gegevens van de andere entiteiten van de federale overheid (ALESH, Federale Participatiemaatschappij, Credibe, Rentefonds, Muntfonds, Depositoen Consignatiekas, etc) Maandelijkse Schatkisttoestand van de gemeenschappelijke en gewestelijke entiteiten Boekhoudkundige gegevens van de andere gemeenschappelijke en gewestelijke eenheden Trimestrieel verslag over de financiële activa Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen AF.2, AF.3, AF.4 en AF.7 Buitenland (S.2) Betalingsbalans (NBB) AF.2 (passief), AF.3, AF.4 en AF.5 Buitenland (S.2) Buitenlandse instellingen voor collectieve belegging (S.2) Buitenlandse verzekerings -instellingen (S.2) Deposito's van nietbancaire residenten bij buitenlandse banken (BIB) Trimestriële netto inventariswaarde (BEAMA) Jaarverslag van het Commissariaat der verzekeringen (Luxemburg) Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Alle Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen AF.2 (actief) AF.52 per type ICB Afgeleid van de transacties Ja Ja Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Afgeleid van de uitstaande bedragen AF.6 Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Ja, met uitzondering van AF.3 (passief) Ja, met uitzondering van AF3 (passief) Ja, met uitzondering van AF.3 (passief) Ja, met uitzondering van AF3 (passief) S.121/S.122/ S.13/andere sectoren J/H/ D/M J t+8 J t+8 M t+1 M/D Tussen t+1 en t+3, in functie van de entiteit M D/J Van t+1,5 tot t+4, in functie van de entiteit Van t+2 tot t+4, in functie van de eenheid D t+2 D t+3 (trimestriële versie) Gedeeltelijk D t+5 Gedeeltelijk D t+2,5 Nee J t+9 Bron: NBB 1 Jaarlijkse (J), halfjaarlijkse (H), driemaandelijkse (D) of maandelijkse (M) frequentie 17

18 TABEL 2 BELANGRIJKSTE BRONNEN PER INSTRUMENT Instrument Bron Beschikbare informatie Freq. 1 Ter-mijn AF.21 Chartaal geld AF.331 Kortlopende effecten met uitzondering van aandelen AF.331 Kortlopende effecten met uitzondering van aandelen AF.332 Langlopende effecten met uitzondering van aandelen AF.332 Langlopende effecten met uitzondering van aandelen AF.511 Beursgenoteerde aandelen Informatie over de tegenpartijen Gedeeltelijk (S.122) Schatting van het bezit van bankbiljetten in de lidstaten van de Monetaire Unie (ECB) Effectenclearingstelsel van de NBB Enquête betreffende het houderschap van gedematerialiseerde effecten (NBB) Enquête betreffende het houderschap van lineaire obligaties en andere gedematerialiseerde effecten (NBB) Statistieken van de uitgiften van effecten (BIS) Maandrapport Euronext Emissiesectoren Uitstaande bedragen Transacties S.121 Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Alle sectoren Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen S.122/S.13/ andere S.1/ S.2 Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen S.13 Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen J/D/ M/d (maanden) J t+4 Nee D t+1 Ja D t+3 Ja D t+3 S11 Ja Ja Nee D t+4 Binnenlandse sectoren (S.1) Ja Ja Nee M t+1 AF.511 Beursgenoteerde aandelen AF.512 Nietbeursgenoteer de aandelen en AF.513 Overige deelnemingen AF.7 Handelskredieten en transitorische posten Database NBB van het houderschap van genoteerde aandelen (gebaseerd op de verplichte meldingen van wijzigingen in het aandeelhouderschap) Bijlagen tot het Belgisch Staatsblad Niet-financiële nationale rekeningen (NBB) Binnenlandse sectoren (S.1) Binnenlandse sectoren (S.1) Ja Nee Gedeeltelijk (pct.) Trimestriële gegevens afgeleid van de transacties Ja S.13 Ja Afgeleid van de uitstaande bedragen Ja (sinds 2003) D t+3 d t+3 Ja D t+3 Bron: INR, NBB 1 Jaarlijkse (J), driemaandelijkse (D), maandelijkse (M) of dagelijkse (d) frequentie 2.3 Publicaties In de terminologie die in de macro--economische statistieken van België wordt gehanteerd, omvatten de financiële rekeningen in de ruime zin de financiële rekening (transacties) en de rekening van financieel vermogen (uitstaande bedragen). De officiële publicatie van de financiële rekeningen gebeurt via het kanaal van het Statistisch Tijdschrift en de internetsite van de NBB (database van de economische en financiële statistieken van België: Belgostat online). In de enge zin worden de financiële rekeningen gepubliceerd in de vorm van 4 tabellen (hoofdstuk 12 van het 18

19 Statistisch Tijdschrift): de Middelenstromen per sector, de Vorderingen en verplichtingen per sector, de Financiële rekening en de Rekening van het financieel vermogen. In de ruime zin omvatten ze momenteel tevens de tabellen over het financieel saldo en de schuld van de overheid (hoofdstuk 11), de tabellen over de financiële activa en verplichtingen van de particulieren en van de niet--financiële vennootschappen (hoofdstukken 15 en 16), een aantal tabellen over de markt van de vastrentende effecten (hoofdstuk 17) en de financiële rekeningen van de instellingen voor collectieve belegging (hoofdstuk 14). TABEL 3 DE OFFICIËLE PUBLICATIE VAN DE FINANCIËLE REKENINGEN Product Publicatietermijn 1 1 Publicatieformaat Financiële rekeningen (volledige kwartaalaggregaten) t+115 dagen 3 - Statistisch Tijdschrift 4 : Hoofdstuk 12 - Belgostat online: domein van de financiële rekeningen Kwartaalaggregaten voor de instellingen voor collectieve belegging Kwartaalaggregaten voor de overheid en geconsolideerde 5 brutoschuld Statistieken afgeleid van de financiële rekeningen: financiële activa en verplichtingen van de particulieren en van de nietfinanciële vennootschappen t+95 dagen - Statistisch Tijdschrift 4 : Hoofdstuk 14 tabellen en Belgostat online: domein van de financiële statistieken en financiële markten t+90 dagen - Statistisch Tijdschrift 4 : Hoofdstuk 11 tabellen 11.4 en Belgostat online: domein van de overheidsfinanciën t+115 dagen 3 - Statistisch Tijdschrift 4 : Hoofdstukken 15 en 16 - Belgostat online: domein van de financiële statistieken en financiële markten Bron: NBB 1 Publicatietermijn voor de elektronische versie van de gegevens (Belgostat online). De publicatie op papier vindt plaats enkele dagen na de elektronische versie. 2 Het Statistisch Tijdschrift is beschikbaar in PDF -formaat op het volgende adres: De gegevens van de financiële rekeningen zijn eveneens beschikbaar op de site van de NBB op het volgende adres: 3 De publicaties met betrekking tot het 3de kwartaal van het jaar kunnen afwijken van het gebruikelijke tijdschema om rekening te houden met de verschijningsdatum van het jaarverslag van de NBB. 4 Tijdschrift of maandelijkse bijwerking van het Tijdschrift. 5 De geconsolideerde brutoschuld van de overheid heeft betrekking op het schuldconcept zoals gedefinieerd in de Europese Verordening EG 3605/93 van 22 november 1993 betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Verdrag van Maastricht) gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten van 7 februari Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Om tegemoet te komen aan de voorschriften van het ESR 1995, werd de op de verzekeringsinstellingen toegepaste methodologie volledig herzien. Deze hervorming is grotendeels van toepassing op de door de CBFA gecontroleerde verzekeringsinstellingen. Om een volledig beeld te geven van de op de sector toegepaste methodologie, zal tevens de raming van de voorzieningen van de huishoudens ten aanzien van de Luxemburgse verzekeringsinstellingen in het kort worden toegelicht. 3.1 Beknopte beschrijving van de oude methodologie Vóór de hervorming was de toegepaste methodologie gebaseerd op gedeeltelijke gegevens. Aan de actiefzijde werden enkel de representatieve activa van de technische voorzieningen opgenomen. Aan de passiefzijde was de registratie ruimer, hoewel deze toch onvolledig bleef. Het totaal van de technische voorzieningen van de levensverzekeringstakken werd geregistreerd onder de rubriek AF.61 «voorzieningen pensioen-- en levensverzekering», terwijl het totaal van de technische voorzieningen van de niet--levensverzekeringstakken werd ondergebracht in de rubriek AF.62 «vooruitbetaalde premies en voorzieningen voor openstaande aanspraken». Aan de actiefzijde werd een onderverdeling gemaakt tussen de verschillende instrumenten en tegenpartijen, naargelang de van de CBFA ontvangen informatie en op basis van bepaalde interne hypothesen. De financiële transacties waren gelijk aan de verandering van de uitstaande bedragen, met uitzondering van tak 23 1 waarvoor 1. Levensverzekeringscontracten waarbij het verloop van de resultaten van de verzekeringsonderneming gekoppeld is aan een investeringsfonds, en waarvan de beleggingsrisico s worden gedragen door de verzekeringnemers, en niet door de verzekeringsonderneming. 19

20 de transacties werden afgeleid van de uitstaande bedragen, rekening houdend met de prijs-- en wisselkoersveranderingen. In de tot dusver toegepaste methodologie werden het financiële saldo en het netto financiële vermogen van deze sector beschouwd als zijnde nihil bij hypothese, zoals het geval was voor de overige categorieën van financiële vennootschappen. Om deze hypothese te respecteren, werd het verschil tussen de opgetekende activa en passiva in rekening gebracht in de overige transitorische posten (AF.7). 3.2 Belangrijkste kenmerken van de nieuwe methodologie De hervorming, die van toepassing is op de gegevens vanaf eind 1998, is erop gericht: de in de financiële rekeningen opgenomen gegevens uit te breiden tot het geheel van de financiële activa en passiva van de verzekeringsinstellingen, waarbij ze volledig tegen marktprijzen worden gewaardeerd; de definitie van de rubriek AF.6 «verzekeringstechnische voorzieningen» te inspireren op de door het ESR 1995 vooropgestelde definitie; rekening te houden met de prijs-- en wisselkoersveranderingen voor het berekenen van de vorming van financiële activa door de verzekeringsinstellingen en, voor instrument AF.6 van het passief, een rechtstreekse verrekening van de instroom en uitstroom van middelen tijdens de beschouwde periode uit te voeren aan de hand van de gegevens van de resultatenrekeningen Het rekening houden met het geheel van de financiële activa en passiva tegen marktwaarde Een volledige dekking van de sector van de verzekeringsinstellingen in de financiële rekeningen impliceert dat het geheel van hun financiële activa en passiva in aanmerking wordt genomen, en niet alleen een aantal van hen, zoals het geval was in de oude methodologie. Bovendien dienen al deze gegevens, volgens de voorschriften van het ESR 1995, te worden gewaardeerd tegen marktprijzen. Aan de hand van de door de CBFA verzamelde gegevens (kwartaalbalansen en aanvullende tabellen) kan nu een volledige kwartaalbalans (activa en passiva) worden opgemaakt aan marktwaarde. Deze nieuwe methodologie heeft een herziening met zich meegebracht van de cijfers die voorheen aan marktwaarden werden geraamd met behulp van minder nauwkeurige technieken. Bovendien is, voor sommige financiële instrumenten, de informatie over de tegenpartijsectoren beschikbaar. De ontbrekende tegenpartijen worden geraamd aan de hand van andere indirecte informatiebronnen. In de toekomst zou de registratie van de informatie nog verder moeten worden verbeterd door het nieuwe systeem voor het verzamelen van gegevens met betrekking tot de portefeuille per effect van de verzekeringsinstellingen. Het dient opgemerkt dat de vervanging van de gegevens over de representatieve activa van de technische voorzieningen door balansgegevens het onmogelijk maakt een onderscheid te maken tussen de deelsector van de levensverzekeringen en die van de niet--levensverzekeringen, gezien het belang van de gemengde verzekeraars in België en het ontbreken van een afzonderlijke balans voor elk van de activiteiten. Al met al lijkt dit bezwaar geen al te groot probleem te vormen, aangezien het belang van de scheiding van deze twee deelsectoren veeleer speelt op het niveau van instrument AF.6 van het passief Definitie van instrument AF.6 «Verzekeringstechnische voorzieningen» Zoals reeds eerder aangegeven, werd het geheel van de technische voorzieningen van de levensverzekeringstakken tot dusver opgenomen onder instrument AF.61, en werd het geheel van de technische voorzieningen van de niet--levensverzekeringstakken geboekt onder instrument AF.62. Om tegemoet te komen aan de voorschriften van het ESR 1995, wordt de aard van de verschillende technische voorzieningen voortaan in aanmerking genomen in plaats van de oorspronkelijke takken. Bijgevolg worden onder instrument AF.61 nog slechts de voorzieningen opgenomen die gevormd zijn in het kader van levensverzekeringscontracten, inclusief die waarvoor het beleggingsrisico wordt gedragen door de verzekeringnemer (tak 23), en de voorzieningen voor winstdeling en ristorno s. Alle andere voorzieningen zijn inbegrepen in instrument AF.62. Het betreft in eerste instantie de voorzieningen voor niet--verworven premies en voor lopende risico s, dat wil zeggen het gedeelte van de uitgegeven brutopremies dat moet worden toegewezen aan het volgende boekjaar als gevolg van het feit dat de verzekeringspremies dienen te 20

21 worden betaald aan het begin van de gedekte periode, die gewoonlijk niet samenvalt met het eigenlijke boekjaar. Deze voorzieningen worden pro rata temporis berekend voor de nog resterende looptijd tot de vervaldag van het contract. In tweede instantie omvat instrument AF.62 de voorzieningen voor schadegevallen, die de geraamde totale eindkostprijs vertegenwoordigen van de regeling van alle al dan niet aangegeven schadegevallen, na de realisatie van de risico s opgetreden tot het einde van het boekjaar, en na aftrek van de reeds voor deze schadegevallen uitbetaalde sommen. Tot slot worden tevens de voorzieningen opgenomen voor egalisatie en rampen en de overige technische voorzieningen. Teneinde te voldoen aan de behoeften van de gebruikers, werd een meer gedetailleerd onderscheid dan dat van het ESR 1995 voor instrument AF.61 «voorzieningen pensioen-- en levensverzekering» ingevoerd in de database van de financiële rekeningen. Worden momenteel derhalve onderscheiden onder instrument AF.61: de voorzieningen van de individuele levensverzekeringen, uitgesplitst al naargelang het risico wordt gedragen door de verzekeringnemer of door de verzekeringsmaatschappij, de voorzieningen van de groepsverzekeringen, eveneens uitgesplitst naargelang de persoon die het risico draagt, en de nettorechten van de huishoudens op de pensioenfondsen. Het dient opgemerkt dat deze gedetailleerde gegevens nog niet afzonderlijk worden gepubliceerd, maar wel op eenvoudig verzoek door de geïnteresseerde personen kunnen worden opgevraagd. De volgende tabel vergelijkt op schematische wijze de verschillen in de dekking van de activa en passiva tussen de oude en de nieuwe methodologie. TABEL 4 DEKKING VAN ACTIVA EN PASSIVA Oude methodologie Nieuwe methodologie ACTIVA Representatieve activa van de technische voorzieningen Ja Ja Andere activa Nee Ja PASSIVA Eigen vermogen Ja Ja Verzekeringstechnische voorzieningen Ja Ja Levensverzekeringstakken Technische voorzieningen mbt levensverzekeringscontracten AF.61 AF.61 Andere technische voorzieningen AF.61 AF.62 Andere verzekeringstakken AF.62 AF.62 Deposito's van herverzekeraars Ja Ja Kredietverstrekking door kredietinstellingen Ja Ja Andere passiva Nee Ja Bron: NBB Berekening van de transacties Wat de activa van de verzekeringsinstellingen betreft, kan hun waardering worden beïnvloed door prijs-- en wisselkoersveranderingen. In de oude methodologie werd enkel voor de activa van tak 23 rekening gehouden met deze herwaarderingseffecten voor de berekening van de transacties. Nu wordt de vorming van financiële activa, voor het geheel van de verzekeringstakken, afgeleid van de gegevens over de uitstaande bedragen, rekening houdend met de eventuele prijs-- en wisselkoersveranderingen. Daarnaast moeten voor instrument AF.6 van het passief, volgens het ESR 1995, de financiële transacties alle instromen (premies, rente--inkomens, enz.) en uitstromen van middelen (betalingen van vergoedingen, enz.) omvatten die in de beschouwde periode zijn uitgevoerd, met uitzondering van de waarderingsverschillen, die moeten worden geregistreerd in de herwaarderingsrekening. Dankzij de technische rekeningen en de 21

22 resultatenrekeningen op kwartaalbasis die momenteel door de CBFA worden verzameld, kan een raming worden uitgevoerd met betrekking tot het verloop van de kwartaaltransacties. Deze raming wordt bijgesteld op het ogenblik van de publicatie van de definitieve jaargegevens. 3.3 Vergelijking van de resultaten tussen de oude en de nieuwe methodologie De uitvoerde hervorming beïnvloedt hoofdzakelijk de rekening van financieel vermogen (uitstaande bedragen). De financiële rekening (transacties) werd eveneens gewijzigd, maar zonder effect op de tendensen die werden opgetekend op basis van de oude methodologie. De volgende tabel vat de op 31 december 2005 geregistreerde veranderingen samen: TABEL 5 REKENING VAN FINANCIEEL VERMOGEN VAN DE VERZEKERINGSINSTELLINGEN (uitstaande bedragen per eind 2005, in miljoenen euro s) Vóór de hervorming Na de hervorming Verschil Financiële activa AF.2 Chartaal geld en deposito's AF.3 Effecten met uitzondering van aandelen AF.4 Leningen AF.5 Aandelen, overige deelnemingen en participaties in beleggingsinstellingen AF.6 Verzekeringstechnische voorzieningen AF.7 Transitorische posten waarvan: statistische aanpassingen Totaal van de financiële activa Passiva AF.2 Chartaal geld en deposito's AF.3 Effecten met uitzondering van aandelen AF.4 Leningen AF.5 Aandelen, overige deelnemingen en participaties in beleggingsinstellingen AF.6 Verzekeringstechnische voorzieningen AF.61 Voorzieningen pensioen- en levensverzekering AF.62 Vooruitbetaalde premies en voorzieningen voor openstaande aanspraken AF.7 Transitorische posten Totaal van de passiva Bron: NBB De activa en de passiva van de verzekeringsinstellingen nemen toe door de uitbreiding van de gegevensverzameling. Voorts kan de rubriek statistische aanpassingen in de nieuwe methodologie worden geschrapt als gevolg van het opheffen van de conventie dat het financiële vermogen gelijk is aan nul. 3.4 Beleggingen van de particulieren bij buitenlandse verzekeringsinstellingen Het financiële vermogen van de Belgische particulieren omvat niet alleen de verzekeringstechnische voorzieningen die werden ondertekend bij door de CBFA gecontroleerde verzekeringsmaatschappijen, maar zou ook de polissen moeten inhouden die werden afgesloten bij in het buitenland gevestigde maatschappijen. Bij gebrek aan informatie worden die laatste bedragen echter niet geregistreerd in de Belgische financiële rekeningen, met uitzondering van 22

23 de transacties met Luxemburg, die worden geraamd aan de hand van informatie in het jaarverslag van het Commissariat luxembourgeois aux assurances. Dat laatste bevat onder meer de levensverzekeringspremies per land van intekening, waaronder België, het totaal van de uitkeringen inzake levensverzekeringen, alsook het totale uitstaande bedrag van de levensverzekeringstechnische voorzieningen op de passiefzijde van de Luxemburgse verzekeringsinstellingen. Op basis van die gegevens kunnen de rechten van de Belgische huishoudens op de technische voorzieningen van de Luxemburgse verzekeringsinstellingen worden geraamd. De financiële transacties worden berekend aan de hand van de premiestortingen die worden toegerekend op basis van een raming van de uitkeringen die aan de Belgische verzekerden werden betaald. De uitstaande bedragen worden berekend als het verschil tussen het bedrag van de gecumuleerde premies, gecorrigeerd voor mogelijke waarderingsverschillen, en het totale bedrag van de betaalde uitkeringen. Daarbij moet worden opgemerkt dat de door het Commissariat luxembourgeois aux assurances gepubliceerde gegevens jaargegevens zijn die herleid worden tot kwartaalcijfers, rekening houdend met het verloop van de prijs-- en wisselkoersveranderingen zoals die worden berekend voor de door de CBFA gecontroleerde verzekeringsinstellingen. 4. Andere methodologische wijzigingen Behalve door de herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen, wordt deze versie van de financiële rekeningen op kwartaalbasis beïnvloed door twee andere belangrijke methodologische aanpassingen. Ten eerste zijn het financiële saldo en het netto financiële vermogen van de sector van de overige niet--monetaire financiële instellingen (S.123), net als bij de verzekeringsinstellingen, thans niet langer gelijk aan nul. Vroeger werd hun pure intermediatiefunctie geïsoleerd, wat betekent dat de som van de identiek was aan de som van de aangetrokken middelen op de passiefzijde, waardoor een correctierubriek moest worden toegerekend in de transitorische posten (AF.7). Van die benadering werd afgestapt, omdat ze in het ESR 1995 niet wordt toegepast. Toch werd ze voorlopig behouden voor de monetaire financiële instellingen (S.121 en S.122), aangezien de afschaffing ervan teveel volatiliteit zou teweegbrengen in de rekeningen van deze instellingen. Er zullen dus aanvullende analyses nodig zijn alvorens de hypothese van pure financiële intermediatie kan worden verlaten voor de sector van de monetaire financiële instellingen. Ten tweede werd een andere bron gebruikt voor de registratie van de deposito s in het buitenland van de niet--bancaire sectoren 1. Tot op heden werden die deposito s geraamd aan de hand van de gegevens van de betalingsbalans. De uitstaande bedragen waren berekend als de som van de stromen, gecorrigeerd voor het verloop van de wisselkoersen. Voortaan worden de deposito s in het buitenland van de niet--bancaire sectoren geregistreerd op basis van door de BIB bij de verschillende nationale centrale banken verzamelde gegevens. Elke nationale centrale bank bezorgt immers aan de BIB een overzicht van de totale actief--passiefsituatie van de kredietinstellingen van haar land, uitgesplitst naar land van de tegenpartij. Aan de hand van die informatie kunnen derhalve gegevens worden verzameld over de deposito s van de Belgische niet--bancaire ingezetenen ten opzichte van het buitenland. Het grote voordeel van de gegevens van de BIB is dat ze worden opgesteld aan de hand van boekhoudkundige gegevens op basis van uitstaande bedragen, terwijl de financiële transacties per saldo worden verkregen. De kwaliteit ervan is dus intrinsiek beter dan die van de gegevens van de betalingsbalans, waarvan de uitstaande bedragen worden berekend op basis van de gecumuleerde stromen. Indien de uitstaande bedragen worden opgesteld aan de hand van de totale stromen kan een lichte overschatting van de netto stromen in elk jaar leiden tot een forse overschatting van de uitstaande bedragen 2. Een dergelijke overschatting heeft zich in het verleden voorgedaan, aangezien het gebruik van de BIB--gegevens heeft geleid tot een ingrijpende neerwaartse herziening van het uitstaande bedrag van de buitenlandse deposito s van de niet--bancaire sectoren (naar rata van 22 miljard euro op 31 december 2005). Deze scherpe daling van het uitstaande bedrag heeft een weerslag op de sector van de particulieren, aangezien die per saldo wordt verkregen door de deposito s voor de overige sectoren, die op basis van andere bronnen worden geregistreerd, af te trekken van het totaal van de deposito s. 1. Particulieren, niet -financiële vennootschappen, overheid en overige niet -monetaire financiële instellingen. 2. Een dergelijke overschatting van de netto stromen zou met name kunnen voortkomen uit een onderschatting van de afname van buitenlandse deposito s, voor zover deze enkel worden geregistreerd in de stromen van de betalingsbalans wanneer ze daadwerkelijk gerepatrieerd worden. 23

24

25 Tabellen

26

27 2. Conjunctuurtests

28 2.1 MAANDELIJKS CONJUNCTUURONDERZOEK GEZAMENLIJKE SYNTHETISCHE CURVE EN COMMENTAAR GRAFIEK 1 GEZAMENLIJKE SYNTHETISCHE CURVE (nijverheid, handel, bouw) Bron: NBB LICHTE VERZWAKKING VAN HET ONDERNEMERSVERTROUWEN IN JANUARI De algemene synthetische brutocurve van de Nationale Bank van België, die sinds medio 2005 een overwegend opwaartse tendens vertoonde, is in januari voor de vierde opeenvolgende maand licht gedaald. De verslechtering van het conjunctuurklimaat kwam tot uiting in de verwerkende nijverheid en in de bouw. In de handel werd daarentegen een verbetering opgetekend. Ondanks een lichte teruggang, blijft het tempo van de economische activiteit krachtig. In de verwerkende nijverheid handhaafde de bezettingsgraad van het productievermogen zich in januari op een zeer hoog niveau (83,2 pct.), dicht bij het in oktober 2006 bereikte peil (83,4 pct.). De algemene afgevlakte synthetische curve, die met een vertraging van enkele maanden het fundamentele verloop van de conjunctuur weergeeft, was voor de tweede opeenvolgende maal neerwaarts gericht. Net als de algemene synthetische curve, is ook de bruto synthetische indicator voor de dienstverlening aan bedrijven gedaald. In die bedrijfstak blijft de afgevlakte indicator evenwel opwaarts gericht. Ter herinnering, de resultaten van deze bedrijfstak worden niet opgenomen in de algemene synthetische indicator. 28

29 2.1.2 VERWERKENDE NIJVERHEID, HANDEL, DIENSTVERLENING AAN DE BEDRIJVEN EN BOUWNIJVERHEID GRAFIEK 2 VERWERKENDE NIJVERHEID GRAFIEK 4 HANDEL Bron: NBB Bron: NBB GRAFIEK 3 DIENSTVERLENING AAN BEDRIJVEN 1 GRAFIEK 5 BOUWNIJVERHEID Bron: NBB 1 De curve van de dienstverlening aan bedrijven is niet opgenomen in de gezamenlijke curve. Bron: NBB 29

Methodologische overzicht van de financiële rekeningen van België

Methodologische overzicht van de financiële rekeningen van België Integrale versie Methodologische overzicht van de financiële rekeningen van België De financiële rekeningen geven een uitvoerig overzicht van de ontwikkeling van de vorderingen en de financiële schulden

Nadere informatie

3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen

3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Integrale versie 3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Om tegemoet te komen aan de voorschriften van het ESR 1995, werd de op de verzekeringsinstellingen

Nadere informatie

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking Statistisch tijdschrift 2010-04 ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

Statistisch Tijdschrift. Maandelijkse bijwerking

Statistisch Tijdschrift. Maandelijkse bijwerking Statistisch Tijdschrift Maandelijkse bijwerking 2004-05 Nationale Bank van België, Brussel. Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking Statistisch tijdschrift 2008-10 ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 8.5.2003 COM(2003) 242 definitief 2003/0095 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende financiële kwartaalrekeningen

Nadere informatie

Statistisch Tijdschrift. Maandelijkse bijwerking

Statistisch Tijdschrift. Maandelijkse bijwerking Statistisch Tijdschrift Maandelijkse bijwerking 2004-08 Nationale Bank van België, Brussel. Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

FINANCIËLE STATISTIEKEN

FINANCIËLE STATISTIEKEN FINANCIËLE STATISTIEKEN 1 INHOUD De financiële statistieken over institutionele sectoren en financiële markten bieden sectorgebonden informatie en inlichtingen over marktontwikkelingen. Bij de aanvang

Nadere informatie

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking Statistisch tijdschrift 2009-04 ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie RICHTSNOEREN

Publicatieblad van de Europese Unie RICHTSNOEREN 6.9.2014 L 267/9 RICHTSNOEREN RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 3 juni 2014 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2013/23 inzake statistieken betreffende overheidsfinanciën (ECB/2014/21) (2014/647/EU)

Nadere informatie

EUROPESE CENTRALE BANK

EUROPESE CENTRALE BANK L 276/32 Publicatieblad van de Europese Unie 17.10.2008 II (Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is) RICHTSNOEREN EUROPESE CENTRALE BANK RICHTSNOER VAN

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2013 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN

NATIONALE REKENINGEN NATIONALE REKENINGEN Kwartaalaggregaten 2003 - I Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en economische statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie De kwartaalrekeningen

Nadere informatie

INTEGRATIE VAN STATISTISCHE TABELLEN DIE VOORHEEN DOOR DE COMMISSIE VOOR HET BANK-, FINANCIE- EN ASSURANTIEWEZEN WERDEN GEPUBLICEERD

INTEGRATIE VAN STATISTISCHE TABELLEN DIE VOORHEEN DOOR DE COMMISSIE VOOR HET BANK-, FINANCIE- EN ASSURANTIEWEZEN WERDEN GEPUBLICEERD Integrale versie INTEGRATIE VAN STATISTISCHE TABELLEN DIE VOORHEEN DOOR DE COMMISSIE VOOR HET BANK-, FINANCIE- EN ASSURANTIEWEZEN WERDEN GEPUBLICEERD INLEIDING Vanaf deze editie van het Statistisch Tijdschrift

Nadere informatie

EUROPESE CENTRALE BANK

EUROPESE CENTRALE BANK 1.9.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 228/25 RICHTSNOEREN EUROPESE CENTRALE BANK RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 31 juli 2009 inzake statistieken betreffende overheidsfinanciën (herschikking)

Nadere informatie

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2019-04-29 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van 2019 Over het hele jaar 2018

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Deel 2 Gedetailleerde rekeningen en tabellen 2000-2009 Inhoud van de publicatie De jaarlijkse gedetailleerde nationale rekeningen van België

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 - Derde kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 2000 - Eerste kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 Eerste kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 2001 - Eerste kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en economische statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking Statistisch tijdschrift 2009-11 ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2017 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Over het hele jaar 2016

Nadere informatie

(ECB/2013/23) (2014/2/EU) (PB L 2 van , blz. 12)

(ECB/2013/23) (2014/2/EU) (PB L 2 van , blz. 12) 02013O0023 NL 01.09.2018 001.001 1 Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 9.12.2003 COM(2003) 761 definitief 2003/0295 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de berekening en indiening van gegevens over de

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2018-04-27 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2018 Over het hele jaar 2017

Nadere informatie

ECONOMISCHE INDICATOREN VOOR BELGIE

ECONOMISCHE INDICATOREN VOOR BELGIE WEKELIJKSE PUBLICATIE NATIONALE BANK VAN BELGIE DEPARTEMENT ALGEMENE STATISTIEK SYNTHESE VAN DE PROGNOSES 998 r r Realisaties NBB EC OESO EC OESO (veranderingspercentages tov het voorgaande jaar) A BBP

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 2000 - Derde kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en economische statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2008 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking Statistisch tijdschrift 2012-04 Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

RICHTSNOEREN. RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 25 juli 2013 inzake statistieken betreffende overheidsfinanciën.

RICHTSNOEREN. RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 25 juli 2013 inzake statistieken betreffende overheidsfinanciën. L 2/12 Publicatieblad van de Europese Unie 7.1.2014 RICHTSNOEREN RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 25 juli 2013 inzake statistieken betreffende overheidsfinanciën (herschikking) (ECB/2013/23)

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2015 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

BIJLAGE A bij het. voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

BIJLAGE A bij het. voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.12.2010 COM(2010) 774 definitief Bijlage A/Hoofdstuk 14 BIJLAGE A bij het voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende het Europees

Nadere informatie

STATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT

STATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT STATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT AUGUSTUS 2003 De statistieken van de Europese Centrale Bank (ECB) hebben als belangrijkste doel de ondersteuning van het monetaire beleid van de ECB en andere

Nadere informatie

RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK 2005O0005 NL 01.10.2008 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 17

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen. Rekeningen van de overheid 2004

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen. Rekeningen van de overheid 2004 Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2004 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Tweede kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Tweede kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 2001 - Tweede kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en economische statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2017 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

NATIONALE BANK VAN BELGIË

NATIONALE BANK VAN BELGIË NATIONALE BANK VAN BELGIË STATISTISCH TIJDSCHRIFT 1998-III Bestelinformatie en abonnementsvoorwaarden Verkrijgbaar bij de Nationale Bank van België, dienst Documentatie de Berlaimontlaan 14, 1000 Brussel.

Nadere informatie

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2008-IV

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2008-IV Kwartaal Statistisch tijdschrift 2008-IV ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet--commerciële

Nadere informatie

Nationale Bank van België, Brussel.

Nationale Bank van België, Brussel. Nationale Bank van België, Brussel. Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet-commerciële doeleinden is toegestaan mits bronvermelding.

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2014-04-30 Links Publicatie BelgoStat On-line Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Bij een stijging van 0,3 % in

Nadere informatie

Nationale rekeningen 2004 Revisie 2001

Nationale rekeningen 2004 Revisie 2001 Centraal Bureau voor de Statistiek Publicatiedatum CBS-website 9 mei 2005 Nationale rekeningen 2004 Revisie 2001 Enkele belangrijke uitkomsten revisiejaar 2001 Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK NL L 2/34 Publicatieblad van de Europese Unie 7.1.2014 RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 25 juli 2013 betreffende de statistische rapportagevereisten van de Europese Centrale Bank met betrekking

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213, Ontwerp voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD betreffende de toerekening van de indirect gemeten diensten van financiële intermediairs (IGDFI) in het kader van het Europees systeem van nationale en regionale

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2016 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Over het hele jaar 2015

Nadere informatie

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen t7 7 Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen tweede kwartaal 28 Publicatiedatum CBS-website: 8 oktober 28 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2015-04-29 Links: Publicatie NBB.stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015 De economische activiteit stijgt met

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN. Historische reeksen Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN. Historische reeksen Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN Historische reeksen 1970-1994 Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en economische statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie De historische

Nadere informatie

A. Gedematerialiseerde effecten van de overheidsschuld

A. Gedematerialiseerde effecten van de overheidsschuld PPB-2007-4-CPB-2 BIJLAGE II : OVERZICHT VAN DE REGLEMENTERING INZAKE HET BIJHOUDEN VAN GEDEMATERIALISEERDE EFFECTEN A. Gedematerialiseerde effecten van de overheidsschuld 1 Erkenning voor het bijhouden

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.3.2003 COM(2003) 114 definitief 2003/0050 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de statistische gegevens die moeten worden gebruikt

Nadere informatie

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2012-II

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2012-II Kwartaal Statistisch tijdschrift 2012-II ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet-commerciële

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog Publicatiedatum CBS-website Centraal Bureau voor de Statistiek 9 december 25 Beleggingen institutionele beleggers in 24 met 8,1 procent omhoog drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2016 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

NATIONALE BANK VAN BELGIË

NATIONALE BANK VAN BELGIË NATIONALE BANK VAN BELGIË STATISTISCH TIJDSCHRIFT 1999-I Bestelinformatie en abonnementsvoorwaarden Verkrijgbaar bij de Nationale Bank van België, dienst Documentatie de Berlaimontlaan 14, 1000 Brussel.

Nadere informatie

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2009-I

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2009-I Kwartaal Statistisch tijdschrift 2009-I ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet--commerciële

Nadere informatie

NAM-multiplicatoren: handleiding

NAM-multiplicatoren: handleiding Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten NAM-multiplicatoren: handleiding De multiplicatoren die hier voorgesteld worden, zijn afgeleid van een model gebaseerd op een National Accounting

Nadere informatie

PERSBERICHT. DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002

PERSBERICHT. DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002 8 januari 2002 PERSBERICHT DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002 I. Overgang op de chartale euro 2002 Zoals aangekondigd op 3 augustus 2000 en 5 juli 2001 heeft de Raad van

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010 11 Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in John Gebraad Publicatiedatum CBS-website: 3-11-211 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer ** = nader

Nadere informatie

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2013-II

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2013-II Kwartaal Statistisch tijdschrift 2013-II Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet-commerciële

Nadere informatie

INHOUD. Veertigste jaargang Deel II Juli-december De monetaire school versus de inkomens-bestedingsmethode, door Prof. R.T. Selden.

INHOUD. Veertigste jaargang Deel II Juli-december De monetaire school versus de inkomens-bestedingsmethode, door Prof. R.T. Selden. NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Veertigste jaargang Deel II Juli-december 1965 ALGEMEEN Blz. De monetaire school

Nadere informatie

Statistisch Product. Geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen

Statistisch Product. Geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen Metadata Statistisch Product Geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen De geharmoniseerde consumptieprijsindex (HICP) is een economische indicator de prijsevolutie van goederen en diensten, gekocht

Nadere informatie

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2014-I

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2014-I Kwartaal Statistisch tijdschrift 2014-I Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet-commerciële

Nadere informatie

LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL

LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL 009-04-3 Links: BelgoStat On-line Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - april 009 LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL Voortaan worden de synthetische curven

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa

Nadere informatie

RICHTSNOEREN. Artikel 1. Wijzigingen

RICHTSNOEREN. Artikel 1. Wijzigingen L 41/28 18.2.2016 RICHTSNOEREN RICHTSNOER (EU) 2016/231 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 26 november 2015 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2011/23 betreffende de statistische rapportagevereisten van de

Nadere informatie

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2008-II

Kwartaal. Statistisch tijdschrift 2008-II Kwartaal Statistisch tijdschrift 2008-II ENationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet--commerciële

Nadere informatie

Het ondernemersvertrouwen stabiliseert in november

Het ondernemersvertrouwen stabiliseert in november 25--24 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - november 25 Het ondernemersvertrouwen stabiliseert in november Na de aanmerkelijke stijging in oktober, is

Nadere informatie

STATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT AUGUSTUS 2005

STATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT AUGUSTUS 2005 STATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT AUGUSTUS 5 NL De statistieken van de Europese Centrale Bank (ECB) hebben als belangrijkste doel de ondersteuning van het monetaire beleid van de ECB en van andere

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN

NATIONALE REKENINGEN NATIONALE REKENINGEN Kwartaalaggregaten 2002 - III Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en economische statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie De kwartaalrekeningen

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen. Kwartaalrekeningen 2014-I

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen. Kwartaalrekeningen 2014-I Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Kwartaalrekeningen 2014-I Inhoud van de publicatie De kwartaalrekeningen van België worden opgesteld volgens de definities van het Europees Stelsel

Nadere informatie

EUROPESE CENTRALE BANK

EUROPESE CENTRALE BANK L 334/24 NL 11.12.2002 EUROPESE CENTRALE BANK RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 21 november 2002 betreffende de statistische rapportagevereisten van de Europese Centrale Bank met betrekking

Nadere informatie

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier Nederlandse beleggers hebben in 21 per saldo voor bijna EUR 12 miljard buitenlandse effecten verkocht. Voor EUR 1 miljard betrof dit buitenlands

Nadere informatie

Persbericht. Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek. Consumptie huishoudens ruim 11 miljard hoger

Persbericht. Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek. Consumptie huishoudens ruim 11 miljard hoger Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-047 20 april 2005 9.30 uur Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger Het bruto binnenlands product (BBP) van 2001 is door herziening van definities

Nadere informatie

Statistisch tijdschrift

Statistisch tijdschrift Statistisch tijdschrift Kwartaal 2016-IV Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet-commerciële

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 9 december 2013 pagina 1 Inleiding Door de uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis is het duidelijk geworden dat

Nadere informatie

Statistisch tijdschrift

Statistisch tijdschrift Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking 2017-08 Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

Statistisch tijdschrift

Statistisch tijdschrift Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking 2019-07 Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa Handelsdebiteuren 1.624

Nadere informatie

Statistisch tijdschrift

Statistisch tijdschrift Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking 2018-11 Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

Persbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-112 15 juli 2004 9.30 uur Huishoudens verliezen koopkracht in 2003 In 2003 is het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens voor het eerst in tien jaar

Nadere informatie

Het ESR 2010 en de overheidsrekeningen

Het ESR 2010 en de overheidsrekeningen 7 de Seminarie voor leerkrachten van het secundair onderwijs 08/10/14 Kris Van Cauter (NBB) Inleiding en achtergrondinformatie 2 / 43 Inleiding De rekeningen van de overheid zijn een gevoelig thema en

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT INHOUD. Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962

TIJDSCHRIFT INHOUD. Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHUNT MAANDELIJKS INHOUD Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962 ALGEMEEN Nr. Blz. Produktie- en investeringstempo's,

Nadere informatie

Statistisch tijdschrift

Statistisch tijdschrift Statistisch tijdschrift Maandelijkse bijwerking 2019-05 Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

Hoeveel verdienen de Belgen? Hoeveel geven ze uit?

Hoeveel verdienen de Belgen? Hoeveel geven ze uit? Hoeveel verdienen de Belgen? Hoeveel geven ze uit? Seminarie voor leerkrachten economie van het middelbaar onderwijs Brussel, 11 oktober 2017 Departement Algemene Statistieken Hans De Dyn 2 / 24 Inhoud

Nadere informatie

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift 2014-11

Maandelijkse bijwerking. Statistisch tijdschrift 2014-11 Maandelijkse bijwerking Statistisch tijdschrift 2014-11 Nationale Bank van België, Brussel Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en

Nadere informatie

Bijlage Circulaire. Gedetailleerde lijsten van de dekkingswaarden van de technische voorzieningen

Bijlage Circulaire. Gedetailleerde lijsten van de dekkingswaarden van de technische voorzieningen Bijlage Circulaire FSMA_2016_01-3 dd. 26/01/2016 Gedetailleerde lijsten van de dekkingswaarden van de technische voorzieningen Toepassingsveld: Instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening 3.1. Gedetailleerde

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 090 IXA Wijziging van de sstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2011 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) Nr. 2 MEMORIE VAN

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers met 7 procent toegenomen

Beleggingen institutionele beleggers met 7 procent toegenomen Publicatiedatum CBS-website: 1 oktober 27 Beleggingen institutionele beleggers met 7 procent toegenomen drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen 27 Verklaring der tekens. =

Nadere informatie

EUROPESE CENTRALE BANK

EUROPESE CENTRALE BANK 26.9.2003 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 241/1 EUROPESE CENTRALE BANK RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 6 februari 2003 inzake bepaalde statistische rapportagevereisten van de Europese

Nadere informatie

Het ondernemersvertrouwen neemt in november verder toe

Het ondernemersvertrouwen neemt in november verder toe 27--23 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven november 27 Het ondernemersvertrouwen neemt in november verder toe Na een fors herstel in oktober is de conjunctuurbarometer

Nadere informatie

Mededeling van de Commissie. van 16.12.2014

Mededeling van de Commissie. van 16.12.2014 EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 16.12.2014 C(2014) 9950 final Mededeling van de Commissie van 16.12.2014 Richtsnoerennota van de Commissie over de tenuitvoerlegging van een aantal bepalingen van Verordening

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 15.05.2002 COM(2002) 234 definitief 2002/0109 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG)

Nadere informatie

ANBI Publicatie Stichting DOB Ecology, Amsterdam

ANBI Publicatie Stichting DOB Ecology, Amsterdam ANBI Publicatie 2017 Stichting DOB Ecology, Amsterdam Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2017 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2017 5 Algemene grondslagen

Nadere informatie

ANBI Publicatie Stichting DOB Ecology, Amsterdam

ANBI Publicatie Stichting DOB Ecology, Amsterdam ANBI Publicatie 2018 Stichting DOB Ecology, Amsterdam Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2018 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2018 5 Algemene grondslagen

Nadere informatie

Bronnen en overgang naar het ESR (Vlaamse provincies)

Bronnen en overgang naar het ESR (Vlaamse provincies) Bronnen en overgang naar het ESR (Vlaamse provincies) Databronnen Door de lokale besturen geboekte ontvangsten en uitgaven die via de digitale rapportering verwerkt worden in de BBC-database van het Agentschap

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

NATIONALE BANK VAN BELGIË

NATIONALE BANK VAN BELGIË NATIONALE BANK VAN BELGIË STATISTISCH TIJDSCHRIFT 1998-I Bestelinformatie en abonnementsvoorwaarden Verkrijgbaar bij de Nationale Bank van België, dienst Documentatie de Berlaimontlaan 14, 1000 Brussel.

Nadere informatie

PERSBERICHT. Eerste publicatie van MFI-rentestatistieken voor het eurogebied 1

PERSBERICHT. Eerste publicatie van MFI-rentestatistieken voor het eurogebied 1 10 december 2003 PERSBERICHT Eerste publicatie van MFI-rentestatistieken voor het eurogebied 1 Vandaag introduceert de Europese Centrale Bank (ECB) een nieuwe reeks geharmoniseerde statistieken betreffende

Nadere informatie

Uitkomsten. derde kwartaal aal Hans Wouters. Publicatiedatum CBS-website: 16 januari Den Haag/Heerlen

Uitkomsten. derde kwartaal aal Hans Wouters. Publicatiedatum CBS-website: 16 januari Den Haag/Heerlen t8 8 Uitkomsten kwartaalsectorrekeningentorrekeningen derde kwartaal aal 28 Hans Wouters Publicatiedatum CBS-website: 16 januari 29 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig

Nadere informatie