Hieronder vind je programma's voor tieners bij het thema 'Ik en de ander'. Klik op een onderwerp en download het programma.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hieronder vind je programma's voor tieners bij het thema 'Ik en de ander'. Klik op een onderwerp en download het programma."

Transcriptie

1 Programma: Provider Ik en de ander Catechesemateriaal in de categorie 'Ik en de ander'. Hieronder vind je programma's voor tieners bij het thema 'Ik en de ander'. Klik op een onderwerp en download het programma.

2 Geweld(ig) religieus Leeftijd: Thema: bijbel, geweld, Multireligieus, Oorlog Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten In gesprek over religieus geweld. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Deze programma's gaan over religieus geweld en de vraag hoe men daar als christen mee kan omgaan. Het thema wordt verkend door middel van foto's uit de actualiteit en een prikkelende stelling. Vervolgens verdiepen de deelnemers zich in het verband tussen religie en geweld in de wereld. Hierbij bekijken ze onder meer een filmpje over Martin Luther King en lezen ze een Bijbeltekst met een boodschap van liefde. Als creatieve verwerking maken de deelnemers een 'krant van hoop', als tegenwicht voor de negatieve berichten die overheersen in de media. Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers leren om kritisch na te denken over het verband tussen religie en geweld. De deelnemers krijgen inzicht in de complexiteit van dit verband. De deelnemers leren welke aanknopingspunten de Bijbel en de christelijke traditie bieden voor de omgang met onze omgeving en andersgelovigen. De deelnemers leren dat Jezus ons vraagt om God én elkaar lief te hebben. De deelnemers krijgen een positieve associatie met religie(s).

3 Geweld(ig) religieus De deelnemers leren welke aanknopingspunten de Bijbel en de christelijke traditie bieden voor de omgang met onze omgeving en andersgelovigen. De deelnemers leren dat Jezus ons vraagt om God én elkaar lief te hebben. De deelnemers krijgen een positieve associatie met religie(s). Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot tien Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Een bijeenkomst van anderhalf uur Auteur Chantal de Fretes KORTE BESCHRIJVING Dit item gaat over religieus geweld en de vraag hoe men daar als christen mee kan omgaan. Het thema wordt verkend door middel van foto's uit de actualiteit en een prikkelende stelling. Vervolgens verdiepen de deelnemers zich in het verband tussen religie en geweld in de wereld. Hierbij bekijken ze onder meer een filmpje over Martin Luther King en lezen ze een Bijbeltekst met een boodschap van liefde. Als creatieve verwerking maken de deelnemers een 'krant van hoop', als tegenwicht voor de negatieve berichten die overheersen in de media. DOEL De deelnemers leren om kritisch na te denken over het verband tussen religie en geweld. De deelnemers krijgen inzicht in de complexiteit van dit verband. VERANTWOORDING De media berichten geregeld over religieus geweld in de wereld, en veel mensen hebben moeite om religie en geweld los van elkaar te zien. Vandaag de dag, maar ook in de loop van de geschiedenis, lijken religies eerder de oorzaak van geweld dan dat ze bijdragen aan vrede. Zijn religies dan de oorzaak van al het geweld in de wereld? Doen religies niet meer kwaad dan goed? Zulke vragen spelen steeds vaker. Hoe zit dat precies? En hoe moet je je als christen verhouden tot dergelijke zaken? Dit item is bedoeld om de jongeren op zoek te laten gaan naar antwoorden. Er zijn weliswaar Bijbelteksten die lijken aan te sporen tot geweld, maar die blijven in dit item buiten beschouwing: de focus wordt gelegd op Jezus' oproep om een liefdevol leven te leiden, waarin we onze naaste liefhebben zoals onszelf. VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk ook het filmpje. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan het filmpje voor later gebruik. 1

4 Geweld(ig) religieus Zoek enkele afbeeldingen van actueel 'religieus geweld', zoals aanslagen. Zie bijlage 1 voor enkele voorbeelden. Print de gevonden afbeeldingen uit. Leg voor de bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Test alle apparatuur. Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomst: Hoe komt het volgens jou dat religie en geweld vaak worden verbonden? Wat doet religieus geweld met je? Welke gevoelens komen er bijvoorbeeld boven als je denkt aan de aanslagen van de afgelopen jaren? Ben je zelf weleens in aanraking gekomen met religieus geweld? Zo ja, wat gebeurde er? Welke vragen heb je zelf ten aanzien van religieus geweld? Wat is jouw standpunt als gelovige ten opzichte van religieus geweld? Op welke manier zou de kerk met dit onderwerp bezig moeten zijn volgens jou? Wat weet je van geweld in de geschiedenis van het christendom? Lees eventueel ook de werkvorm van JOP over het gebruik van cartoons (jop.nl/werkvormen/de-kracht-van-cartoons). Dat item is gemaakt naar aanleiding van de aanslag op de redactie van het satirisch weekblad Charlie Hebdo in januari BENODIGDHEDEN Voor iedere deelnemer een kopie van de gevonden afbeeldingen (zie Praktische voorbereiding) of eventueel van bijlage 1; Plakbriefjes; Pennen; Twee vellen papier, rood en groen (A4-formaat); Rode en groene kaartjes; Apparatuur om het filmpje te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Voor iedere deelnemer een bijbel (NBV); Per twee deelnemers een vel stevig wit papier (A4-formaat); Benodigdheden voor de krant: - Scharen en lijm of plakstiften; - Oude kranten, folders en tijdschriften; - Stiften en potloden; Een nietmachine of een perforator en een touwtje. PROGRAMMA 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Geef aan dat dit thema lastige vragen kan oproepen, bijvoorbeeld: Zijn religies de oorzaak van al het geweld in de wereld? Doen religies meer kwaad dan goed? Reik echter nog geen antwoorden aan. Deel kopieën uit van de gevonden afbeeldingen van 'religieus geweld'. Laat een deelnemer de kaars aansteken. Vraag de jongeren om een moment stil te zijn voor de mensen die betrokken waren bij het geweld op de foto's - slachtoffers en daders. Deel plakbriefjes en pennen uit. Vraag de jongeren om in stilte hun eerste gedachten bij de foto's op te schrijven en de briefjes op de afbeeldingen te plakken. Loop rond en lees mee terwijl ze schrijven. Bespreek in deze fase niet wat er is opgeschreven, maar kom er eventueel later in de bijeenkomst op terug wanneer het goed aansluit bij het gesprek. 15 minuten Verkenning Neem een groen vel en een rood vel papier en schrijf daar de woorden "eens" en "oneens" op. Hang die op aan twee tegenover elkaar staande muren. Leg er rode en groene kaartjes bij. Lees de volgende stelling voor: "Als er geen religie was, zou er minder oorlog en geweld in de wereld zijn." Laat de deelnemers fysiek stelling nemen. Vraag hun om een kaartje te nemen en in steekwoorden hun argumentatie te noteren. Laat de jongeren hun standpunt uitleggen. Geef hun ook de gelegenheid om op elkaar te reageren. 2

5 Geweld(ig) religieus 20 minuten Verdieping Maak duidelijk dat religie niet de enige oorzaak is van al het geweld in de wereld. Gebruik de informatie in bijlage 2. Vertel de deelnemers dat ze nu een 'krant van hoop' gaan maken, die de lezers laat zien hoe je het beste kunt omgaan met elkaar - ook met iemand van een ander geloof. Welke alternatieven zijn er voor geweld? Benadruk vervolgens dat religie door de eeuwen heen juist vaak weerstand heeft geboden tegen geweld. Denk aan het geweldloze verzet van Martin Luther King of van Mahatma Gandhi. Vraag de deelnemers wat zij weten van deze mannen. Vorm tweetallen. Geef elk tweetal een vel papier en leg de benodigdheden op tafel. Laat elk tweetal een pagina van de krant maken. Wijs één tweetal aan om de voorkant van de krant te maken. Noem enkele mogelijkheden: Een tekening van een situatie die een goed alternatief toont voor geweld. Een Bijbeltekst die zich uitspreekt tegen geweld. Een bemoedigend citaat over samenleven met andersgelovigen. Een eigen ervaring waaruit hoop of liefde blijkt. Laat het filmpje over Martin Luther King zien (goo.gl/zflwgw). Vraag de jongeren om in hun eigen woorden de boodschap van het filmpje te formuleren. Vertel dat Martin Luther King, een dominee, een boodschap van liefde verkondigde. Zijn geweldloze strijd was niet gemakkelijk, maar hij gaf niet op. Door zijn houding begon er iets te veranderen in de gewelddadige verhoudingen tussen blanken en zwarten. Zelfs na zijn dood werkte dit door. Jezus was de inspiratiebron van Martin Luther King. Deel bijbels uit en lees samen Matteüs 22: Leg uit dat Jezus in dit gedeelte de geboden van de Joden samenvat. Het christendom draagt dus een boodschap van liefde uit: niet alleen liefde voor God, maar ook liefde voor onszelf en voor de ander. Bespreek met de jongeren wat Jezus hier zegt. Stel bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Wat houdt het in om de ander lief te hebben als jezelf? Wat voor gedrag hoort daarbij? Hoe zou de wereld eruitzien als iedereen zich aan deze twee regels zou houden? Hoe zou je geweld kunnen doorbreken? 45 minuten Verwerking Leid dit onderdeel als volgt in: Liefde kan een spiraal van geweld doorbreken. Jezus laat daarvan voorbeelden zien. Sommige christenen hebben zich daardoor laten inspireren, zoals Martin Luther King. De media brengen vaak alleen negatief nieuws, over de slechte manier waarop mensen met elkaar omgaan. Maar het is goed om ook te laten zien waar mensen liefdevol met elkaar omgaan, waar mensen zich geweldloos verzetten tegen onrecht. Deel kopieën van bijlage 3 en 4 uit ter inspiratie. Wijs de deelnemers er ook op dat ze de oude kranten kunnen gebruiken om ideeën op te doen voor de lay-out. Leg na afloop alle pagina's naast elkaar op een rij. Geef de deelnemers de gelegenheid om het resultaat te bekijken en te lezen. Deel plakbriefjes uit en vraag hun om complimenten op de pagina's te plakken: wat vinden ze er leuk of goed aan? Als je weinig tijd over hebt, kun je er ook voor kiezen om elk tweetal de pagina van één ander tweetal te laten bekijken. Leg de pagina's tot slot op elkaar en niet ze aan elkaar vast, of maak er met een perforator gaatjes in en verbindt de pagina's met een touwtje. Bespreek eventueel met de deelnemers of ze hun krant zouden willen kopiëren en uitdelen bij een kerkdienst, om zo hun boodschap van hoop en liefde te verspreiden. 5 minuten Afsluiting Vat samen wat de jongeren in deze bijeenkomst hebben besproken en gedaan. Laat de deelnemers zelf formuleren wat voor hen de boodschap van de avond was. Sluit de bijeenkomst af met gebed. Vraag de jongeren of zij gebedspunten hebben. Wellicht zijn er ook gebeurtenissen in de actualiteit die je kunt meenemen in je gebed. 3

6 Geweld(ig) religieus Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. BIJLAGEN 1. Beeldmateriaal 1 2. Achtergrondinformatie 3. Beeldmateriaal 2 4. Bijbelteksten 4

7 Geweld(ig) religieus Bijlage 1 BEELDMATERIAAL 1 1. Steunbetuiging na de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo in Parijs (januari 2015). 2. Redactieleden van Charlie Hebdo. 3. Aanslag op het World Trade Center (september 2001). 5. Meisjes ontvoerd door Boko Haram. 4. Aanval van radicale boeddhisten op moslims. 5

8 Geweld(ig) religieus Bijlage 2 ACHTERGRONDINFORMATIE Religie is niet de enige oorzaak van het geweld in de wereld Richard Dawkins schreef ooit over terroristische aanslagen: "Alleen religie kan een weldenkend en fatsoenlijk mens sterk genoeg motiveren om tot zo'n uiterste dwaasheid te komen." Mensen die willen aantonen dat religies de oorzaak zijn van geweld, wijzen daarbij vaak op een aantal gebeurtenissen. Zo zijn daar de kruistochten van de christenen om Jeruzalem te bevrijden van de Islamitische heersers. Daarbij werden duizenden mensen gedood, ook Oosterse christenen. Men noemt vaak de zelfmoordaanslagen van Islamitische terroristen, waarbij vele onschuldigen zijn omgekomen. Men wijst op de bloedige gevechten tussen christenen en moslims in de Centraal-Afrikaanse Republiek. En men denkt aan de boeddhistische monniken in Myanmar, die moslims proberen te doden omdat die een bedreiging zouden vormen voor het boeddhistische gedachtegoed. Het valt niet te ontkennen dat religie in de loop van de geschiedenis is gebruikt om geweld te rechtvaardigen en dat dit nog steeds gebeurt. Maar wat zegt dit nu eigenlijk? Betekent dit dan dat zulke misdaden de essentie vormen van godsdiensten? De relatie tussen religie en geweld lijkt complexer. Om te beginnen is weerstand tegen onrecht óók vaak religieus geïnspireerd. Zo kan van sommige Joodse profeten, Jezus én Mohammed worden gezegd dat zij idealisten waren die zich richtten tegen het machtssysteem van een onderdrukkende staat. Volgens Karen Armstrong (een bekend auteur op het gebied van godsdienst) is niet religie de meest fundamentele basis van geweld, maar maatschappelijke ongelijkheid. Zij meent dat alle beschavingen zijn gestoeld op vormen van geweld, en dat vooral zwakkere groepen zoals vrouwen en vreemdelingen daarvan het slachtoffer zijn: "Het probleem is niet religie, maar onze menselijke aard en de aard van de staat, die vanaf het begin de gewelddadige onderwerping van 90 procent van zijn onderdanen vereist." Armstrong schetst hoe dit al begon in de eerste landbouwstaten: een klein deel van de bevolking ontwikkelde zich tot machthebbers door een deel van de oogst in beslag te nemen. Door diezelfde machthebbers werden boerenopstanden neergeslagen en andere gebieden geplunderd. Andere manieren om welvaart te verzamelen, waren er toen nauwelijks. In de tijd van de industriële revolutie, waarin de welvaart toenam, ontstond er agressief nationalisme en kolonialisme. En in de geschiedenis hebben koloniale machten en politieke ideologieën (zoals het communisme en het nazisme) de meeste slachtoffers geëist. Volgens Armstrong is het geweld van hedendaagse islamitische extremisten weliswaar religieus geïnspireerd, maar gaat het in feite vooral om een politiek geïnspireerde verzetsbeweging tegen westerse koloniale machten. De huidige situatie zou dan ook vooral het gevolg zijn van eeuwen zelfzuchtig en gewelddadig westers kolonialisme. Enige nuancering van Armstrong is wel op zijn plaats. Zo lijkt het huidige geweld door bijvoorbeeld IS niet terug te voeren op koloniale geschiedenis. Daarnaast kan een zeker verband tussen religie en geweld niet worden ontkend. Zo bevatten godsdiensten vaak geweld in hun verhalen en tradities. Bovendien is religie een effectief middel gebleken voor machthebbers om mensen tegen elkaar op te zetten en aan te zetten tot geweld. Er kan dus wel worden gesteld dat religies niet geheel 'onschuldig' zijn. Iedere ideologie is gevoelig voor geweld, ook religies. Geraadpleegde bronnen: Spiering, H. (2015, 10 januari). Geef religie maar de schuld. NRC Handelsblad. Armstrong, K. (2014). Fields of blood: Religion and the history of violence. London: Bodley Head. 6

9 Geweld(ig) religieus Bijlage 3 BEELDMATERIAAL 2 7

10 Geweld(ig) religieus Bijlage 4 BIJBELTEKSTEN Bemoedigende Bijbelteksten voor in de krant Algemene houding: "Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing." (Galaten 5:22-23a, NBV) "God is liefde. Wie in de liefde blijft, blijft in God, en God blijft in hem." (1 Johannes 4:16b, NBV) "De liefde laat geen ruimte voor angst; volmaakte liefde sluit angst uit, want angst veronderstelt straf." (1 Johannes 4:18a, NBV) "En draag hun op om goed te doen, rijk te zijn aan goede daden, vrijgevig, en bereid om te delen. Zo leggen ze een stevig fundament voor de toekomst, en winnen ze het ware leven." (1 Timoteüs 6:18-19, NBV) "Je kunt beter met zijn tweeën dan alleen zijn." (Prediker 4:9a, NBV) "Is het niet: je brood delen met de hongerige, onderdak bieden aan armen zonder huis, iemand kleden die naakt rondloopt, je bekommeren om je medemensen?" (Jesaja 58:7, NBV) "Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de heer van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God." (Micha 6:8, NBV) Over geweld: "Vertrouw niet op geweld, op iets vluchtigs als geroofd bezit, ook al groeien geld en goed, houd je hart ervan vrij." (Psalmen 62:11, NBV) "Dit zegt de heer: Handhaaf recht en gerechtigheid, red wie beroofd werd uit de handen van zijn onderdrukker, buit vreemdelingen, weduwen en wezen niet uit, pleeg geen geweld tegen hen, vergiet in deze stad geen onschuldig bloed." (Jeremia 22:3, NBV) 8

11 Over mijn lijk Leeftijd: Thema: bijbel, delen, gezondheid Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Wat als je ongeneeslijk ziek bent? De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Deze programm's gaat over ernstig ziek zijn. In de eerste bijeenkomst praten de deelnemers over ziekte in hun eigen omgeving en maken ze kennis met enkele jonge mensen die ongeneeslijk ziek zijn, via een fragment uit het programma 'Over mijn lijk' en een krantenartikel. Aan de hand hiervan denken ze na over wat ziek zijn betekent voor mensen. Tot slot schrijven zij individueel een kaart voor een zieke of bereiden ze als groep een bezoek voor aan iemand die ernstig ziek is. Daarop wordt dan teruggeblikt in de tweede bijeenkomst. In die bijeenkomst gaan de jongeren ook spelenderwijs op zoek naar Bijbelverhalen over ziekte en zieken. Twee van die verhalen worden grondiger behandeld. Ten slotte staan ze stil bij Jezus' oproep om zieken te bezoeken (Matteüs 25) en stellen zij een plan op om aandacht te besteden aan een zieke in hun eigen omgeving. Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers maken kennis met enkele jonge mensen die ongeneeslijk ziek zijn. De deelnemers wisselen met elkaar uit wat hun gedachten en gevoelens zijn bij het idee van een chronische, levensbedreigende of ongeneeslijke ziekte. De deelnemers kunnen onder woorden brengen wat er in je leven verandert als je wordt geconfronteerd met een ernstige ziekte bij jezelf of in je directe omgeving. De deelnemers kunnen enkele Bijbelverhalen noemen waarin een zieke voorkomt. De deelnemers leren dat ziekte en zonde verbonden waren in de tijd van de Bijbel, maar dat Jezus de nadruk legt op het vertrouwen en het geloof dat Hij vindt in de zieke. De deelnemers staan stil bij de Bijbelse opdracht om zieken te bezoeken (Matteüs 25). De deelnemers beseffen dat zieke mensen niet uitgerangeerd zijn, maar mogelijkheden blijven houden om mee te doen in de samenleving. De deelnemers bedenken samen hoe zij de komende tijd aandacht kunnen besteden aan zieken in hun eigen omgeving.

12 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Maximaal zes Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Twee bijeenkomsten van anderhalf uur (en eventueel een ziekenbezoek) Auteur Wielie Elhorst KORTE BESCHRIJVING Dit item gaat over ernstig ziek zijn. In de eerste bijeenkomst praten de deelnemers over ziekte in hun eigen omgeving en maken ze kennis met enkele jonge mensen die ongeneeslijk ziek zijn, via een fragment uit het programma 'Over mijn lijk' en een krantenartikel. Aan de hand hiervan denken ze na over wat ziek zijn betekent voor mensen. Tot slot schrijven zij individueel een kaart voor een zieke of bereiden ze als groep een bezoek voor aan iemand die ernstig ziek is. Daarop wordt dan teruggeblikt in de tweede bijeenkomst. In die bijeenkomst gaan de jongeren ook spelenderwijs op zoek naar Bijbelverhalen over ziekte en zieken. Twee van die verhalen worden grondiger behandeld. Ten slotte staan ze stil bij Jezus' oproep om zieken te bezoeken (Matteüs 25) en stellen zij een plan op om aandacht te besteden aan een zieke in hun eigen omgeving. DOEL De deelnemers wisselen met elkaar uit of zij met ziekte te maken hebben in hun eigen omgeving. De deelnemers maken kennis met enkele jonge mensen die ongeneeslijk ziek zijn. De deelnemers wisselen met elkaar uit wat hun gedachten en gevoelens zijn bij het idee van een chronische, levensbedreigende of ongeneeslijke ziekte. De deelnemers kunnen onder woorden brengen wat er in je leven verandert als je wordt geconfronteerd met een ernstige ziekte bij jezelf of in je directe omgeving. De deelnemers kunnen enkele Bijbelverhalen noemen waarin een zieke voorkomt. De deelnemers leren dat ziekte en zonde verbonden waren in de tijd van de Bijbel, maar dat Jezus de nadruk legt op het vertrouwen en het geloof dat Hij vindt in de zieke. De deelnemers staan stil bij de Bijbelse opdracht om zieken te bezoeken (Matteüs 25). De deelnemers beseffen dat zieke mensen niet uitgerangeerd zijn, maar mogelijkheden blijven houden om mee te doen in de samenleving. De deelnemers bedenken samen hoe zij de komende tijd aandacht kunnen besteden aan zieken in hun eigen omgeving. VERANTWOORDING 'Ernstige ziekte' en 'jong zijn' zijn twee begrippen die je normaal gesproken niet snel met elkaar in verband brengt. Als je jong bent, kun je immers de hele wereld aan en heb je je hele leven (met alle mogelijkheden die het biedt) nog voor je. Dan denk je toch niet aan ziek zijn of aan steeds minder 1

13 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent kunnen? Toch valt aan ziekte niet te ontsnappen, soms zelfs niet aan een chronische, levensbedreigende of ongeneeslijke ziekte. Bijna iedereen maakt het mee in de eigen omgeving. Wat betekent het om ziek te zijn? Sta je dan anders in het leven? En wat gebeurt er met je omgeving? Word je anders behandeld? Het is goed om eens stil te staan bij zulke vragen, ook - en misschien wel juist - voor jongeren, voor wie het waarschijnlijk geen alledaags thema is. In de Bijbel komt het onderwerp ziekte ook geregeld terug. Wat valt er van Jezus te leren over hoe je moet omgaan met mensen die ziek zijn? VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk zo mogelijk een aantal afleveringen van het televisieprogramma 'Over mijn lijk' van BNN (zie oml.bnn.nl). Kies een fragment uit aflevering 1, 2, 3 of 4 om te laten zien in de eerste bijeenkomst. Het moet een fragment zijn van ongeveer tien minuten en Max moet er in voorkomen. Als je weinig tijd hebt om een geschikt fragment te zoeken, gebruik dan het eerste deel van aflevering 1, over Max en Sylvia. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan het fragment voor later gebruik. Lees ook het artikel over Max in NRC Handelsblad (oml.bnn.nl/data/img/max_nrc.pdf). Zoek in overleg met je voorganger, een ouderling of de werkgroep pastoraat naar iemand die ernstig ziek is en die het geen bezwaar vindt om daarover in gesprek te gaan met jouw jongeren. Ga zelf van tevoren kennismaken met deze persoon en bereid het gesprek met hem of haar voor. Let op: dit is een optioneel onderdeel van dit item. Als je met de groep een zieke gaat bezoeken, vraag de deelnemers dan van tevoren om hun agenda mee te nemen naar de eerste bijeenkomst (zodat je het ziekenbezoek kunt inplannen). Koop voor het eventuele ziekenbezoek ook een klein geschenk voor de zieke. Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Test alle apparatuur. Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomsten: Ben je als jongere weleens ziek geweest? Zo ja, hoe was dat? Hoe voelde je je toen en hoe werd er voor je gezorgd? Denk je dat het voor jongeren anders is om ziek te zijn dan voor volwassenen? Hoe was dat voor jou (indien van toepassing)? Ken je iemand uit je omgeving die ongeneeslijk ziek, chronisch ziek of levensbedreigend ziek is of ben je dit zelf (geweest)? Hoe verandert zo'n ziekte het perspectief op je leven en je omgeving? Wat betekent gezondheid voor jou? Jezus geneest nogal wat zieken. Daarbij zegt Hij soms iets als: "Uw geloof heeft u gered" of "Uw zonden worden u vergeven." Wat zou dat betekenen, denk je? Hoe denk je over gebedsgenezing? Wat hebben genezing en geloof volgens jou met elkaar te maken? Hoe kun je God daar bij betrekken? Lees Matteüs 25: Jezus roept Zijn volgelingen hier onder meer op om zieken te bezoeken. Hoe is dat geregeld in jullie gemeente of parochie? Ben je daarin zelf ook actief? Zo ja, wat betekent het contact met zieke mensen voor jou? Vind je het moeilijk om de drempel van een zieke over te gaan? Zo ja, waarom? BENODIGDHEDEN Eerste bijeenkomst Twee grote vellen papier; Enkele markeerstiften; Een grote kaars en iets om deze mee aan te steken; Pennen; Kopieën van bijlage 2 voor alle deelnemers; Apparatuur om het filmfragment te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Voor iedere deelnemer een kopie van het artikel over Max (oml.bnn.nl/data/img/max_nrc.pdf); Schrijfpapier; Een flap-over met stiften; Wenskaarten (als je in de Verwerking kiest voor optie 1); Voor iedere deelnemer een waxinelichtje. 2

14 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent Tweede bijeenkomst Een flap-over met stiften (waaronder een rode); Pennen en schrijfpapier; Voor iedere deelnemer een bijbel (NBV); Een kleine attentie voor het groepje dat de quiz wint. PROGRAMMA Eerste bijeenkomst 10 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Leg een groot vel papier op tafel en schrijf daar het woord "ziek" op. Vraag de deelnemers om te denken aan iemand in hun eigen omgeving die ziek is en diens voornaam op het papier te schrijven. Wie niet zo iemand kent, mag een associatie bij het woord opschrijven. Steek de grote kaars aan en zet die op het papier. Spreek dan het eerste gebed in bijlage 1 uit. Zet de grote kaars daarna op een veilige plaats, met het papier erbij. 15 minuten Verkenning Leg opnieuw een groot vel papier op tafel, Vraag de jongeren om daar alle ziekten op te schrijven die ze tot nu toe hebben gehad. Sta kort stil bij genoteerde ziekten die minder bekend zijn. Vraag de jongeren wat in hun beleving de ergste ziekte was. Kunnen ze zich nog herinneren wat ze destijds voelden en dachten? Let op: er is een kleine kans dat hier ook anorexia, boulimie, depressie en dergelijke worden genoemd. Geef daar dan kort aandacht aan (zie aandachtspunten) en schat in of het nodig is om er na afloop op terug te komen bij de betreffende deelnemer. 35 minuten Verdieping Vraag de jongeren of ze iemand kennen in hun eigen omgeving die ongeneeslijk ziek, chronisch ziek of levensbedrei- gend ziek is. Zo ja, welke ziekte heeft hij of zij en hoe gaat hij of zij ermee om? Het mag ook gaan om iemand die ernstig ziek is geweest en nu weer beter. Deel pennen en kopieën van bijlage 2 uit. Laat het vooraf gekozen fragment zien uit het programma 'Over mijn lijk' (zie Praktische voorbereiding). Schenk na het bekijken van het fragment nog even iets te drinken in. Dit geeft de deelnemers zo nodig de gelegenheid om even stoom af te blazen. Bespreek met elkaar de vragen van bijlage 2. Vraag de jongeren ook hoe zij zouden reageren als zou blijken dat zij zelf een chronische, levensbedreigende of ongeneeslijke ziekte hadden. Deel kopieën uit van het artikel over Max en laat de jongeren dit lezen. Vraag hoe Max in dit artikel reageert op zijn ziekte en hoe dat verschilt van wat hij vooral zegt in het televisiefragment. In het televisieprogramma lijkt de nadruk vooral te liggen op veel plezier hebben in de tijd die nog rest, terwijl het artikel ook duidelijk laat zien dat Max af en toe tijd moeten nemen om stil te staan bij zijn ziekte en te accepteren dat hij dood zal gaan. Vraag de jongeren hoe zij zouden reageren als zou blijken dat iemand in hun eigen omgeving een chronische, levensbedreigende of ongeneeslijke ziekte had. Behandel deze vraag niet al te uitgebreid, want je gaat hier mee verder in het volgende onderdeel. 25 minuten Verwerking Ga nu uitgebreider in op de laatste vraag in de Verdieping. Inventariseer met de deelnemers op de flap-over welke verschillende manieren er zijn om te reageren als je hoort dat een goede vriend of vriendin, iemand in de naaste omgeving of iemand uit de gemeente of parochie een chronische, levensbedreigende of ongeneeslijke ziekte heeft. Geef zo nodig enkele voorbeelden: een kaart sturen, bellen, op bezoek gaan, gewoon blijven doen, leuke dingen met die persoon gaan doen (als dat nog kan), een luisterend 3

15 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent oor bieden, vragen hoe het gaat, troosten - maar ook: negeren, ontwijken, enzovoort. Vraag de deelnemers bij welke manieren van reageren zij zich zelf het prettigst zouden voelen. Hoe reageer je als je hoort dat iemand heel erg ziek of ongeneeslijk ziek is? Ze mogen er een top drie van maken. Deel daarvoor schrijfpapier uit. Vraag de jongeren vervolgens om hun top drie te delen en deze toe te lichten. Kunnen de deelnemers elkaar ook helpen bij wat zij moeilijk vinden? In de tweede helft van dit onderdeel kun je kiezen tussen twee opties: Optie 1: kaart voor een zieke Laat de jongeren een wenskaart uitkiezen en geef aan dat ze daar iets op mogen schrijven voor iemand die ziek is. Vraag hun om eerst een kladversie te schrijven op het schrijfpapier. Laat hen eerst zelf nadenken over een passende tekst. Daarna kun je zo nodig enkele voorbeelden geven: dat je geschrokken bent van het bericht, dat je het heel erg vindt en dat je meeleeft, dat je graag iets wilt doen om te helpen, dat je binnenkort even zult bellen, dat je benieuwd bent hoe het nu gaat, dat je de zieke sterkte wenst. Vraag de jongeren om hun tekst te delen met de rest van de groep. Wat vinden de deelnemers van elkaars teksten? Wat vinden zij goede manieren van reageren via een kaart? En is er ook een reactie mogelijk vanuit het geloof? Geef de deelnemers nu de gelegenheid om hun definitieve tekst op de kaart te schrijven. De kaart mogen ze meenemen naar huis en versturen aan iemand die ze kennen. Als ze hun tekst naar iemand willen whatsappen, kan dat natuurlijk ook. Optie 2: ziekenbezoek voorbereiden Vertel de deelnemers dat je met hen op bezoek wilt gaan naar iemand die ernstig ziek is. Vertel kort iets over de persoon die je hiervoor hebt benaderd (zie Praktische voorbereiding). Let op: hou het kort en geef niet alles prijs. bijeenkomst is besproken. Schrijf hun vragen op de flapover. Let op of de vragen respectvol zijn naar de zieke. Een goede check hiervoor is om de deelnemers voor te houden of ze een bepaalde vraag zelf wel zouden willen beantwoorden als ze ernstig ziek waren. Anderzijds: wees ook niet te terughoudend; jullie gaan immers iemand bezoeken die graag zijn of haar ervaringen wil delen. Kies samen een drietal mogelijke datums voor het ziekenbezoek. Beloof de deelnemers hier zo snel mogelijk op terug te komen. Verzamel zo nodig de mobiele telefoonnummers van de jongeren, zodat je hun de definitieve afspraak kunt doorgeven (bijvoorbeeld via een WhatsApp-groep). 5 minuten Afsluiting Neem het papier van de Opening en de brandende kaars er weer bij. Deel waxinelichtjes uit. Laat de jongeren om beurten hun waxinelichtjes aansteken aan de grote kaars en ze op het papier zetten, bij de opgeschreven naam of associatie. Sluit af met het tweede gebed in bijlage 1. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. Tweede bijeenkomst 10 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst en (indien van toepassing) op het bezoek aan de zieke. Wat is de deelnemers het meeste bijgebleven? Schrijf dat in steekwoorden op het midden van de flap-over. Vraag een van de deelnemers om met een rode stift een groot hart te tekenen om de woorden op de flap-over. Sluit dan af met de volgende woorden: Alle ziekte, alle zieken en alles wat wij daarvan meemaken - het goede, het moeilijke en het verdrietige - dit alles is omgeven door de liefde van God. Daar geloven we in. Vraag de jongeren wat ze aan de zieke zouden willen vragen, mede naar aanleiding van wat er tijdens deze 4

16 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent 20 minuten Verkenning Vertel de deelnemers dat je in deze tweede bijeenkomst wilt stilstaan bij hoe er over ziekte wordt geschreven in de Bijbel. In welke verhalen gebeurt dit eigenlijk? Deel pennen, schrijfpapier en bijbels uit. Vorm twee of drie groepjes. Laat elk groepje binnen vijftien minuten zoveel mogelijk verhalen verzamelen over ziekte en ziek zijn. De jongeren moeten daarbij wel overleggen binnen hun groepje, want een verhaal mag niet dubbel worden genoemd. Om het niet te moeilijk te maken, mogen ze zich beperken tot de evangeliën en het boek Handelingen. Weten de jongeren die Bijbelboeken trouwens zelf te vinden? Vraag welke verhalen de groepjes hebben gevonden. Geef het groepje met de meeste verhalen een kleine attentie. 25 minuten Verdieping Lees met elkaar Lucas 18:35-43, het verhaal over Jezus die een blinde geneest. Lees daarna ook Marcus 2:1-12, het verhaal over Jezus die een verlamde geneest nadat zijn vrienden hem door het dak van het huis hebben laten zakken. Vraag de deelnemers wat hun opvalt in de verhalen. Wat doet en zegt Jezus? Begrijpen de jongeren dat? Geef uitleg aan de hand van bijlage minuten Verwerking Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst: daarin heb je met de deelnemers stilgestaan bij hoe je zou kunnen reageren als iemand ziek is. Geef aan dat aandacht en zorg voor zieke mensen ook door de Bijbel wordt ondersteund. We zien dat aan Jezus' optreden, maar Hij geeft dit ook als expliciete opdracht aan Zijn volgelingen. Lees samen Matteüs 25: Vertel dat dit Bijbelgedeelte duidelijk maakt dat het Jezus menens is: wie een zieke bezoekt, dient daarmee ook Jezus. Daarbij gaat het niet alleen om zieken die je al kent, maar ook - of misschien wel juist - om zieken die weinig andere mensen hebben. Stel met de jongeren een plan op om aandacht te besteden aan zieke mensen. Deel daarvoor opnieuw schrijfpapier uit. Maak duidelijk dat het plan aan drie voorwaarden moet voldoen: Het plan moet duidelijk maken hoe de gemeenschap van de kerk van betekenis kan zijn voor zieke mensen. Herinner de deelnemers aan Max' behoefte aan 'broederschap' (zie het artikel in NRC Handelsblad). Max had graag zijn vrienden om zich heen. Verwijs ook naar het Bijbelverhaal van de verlamde man, die zonder zijn vrienden nooit een nieuwe toekomst zou hebben gekregen. Het plan moet duidelijk maken dat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen mensen die gezond zijn en mensen die ziek zijn. Zieke mensen zijn geen zielige mensen. In de twee gelezen Bijbelverhalen blijken zieke mensen juist tot zeer veel in staat, tot meer zelfs dan gezonde mensen. De uitkomst van het plan moet zijn dat zieke mensen een kans krijgen om weer mee te doen aan iets in de samenleving of in de gemeenschap van de kerk (hoe eenvoudig ook). Zieke mensen zijn dus nooit uitgerangeerde mensen. In de ogen van God telt iedereen mee. Als het plan klaar is, bespreek dan met de jongeren of zij het ook zouden aandurven om zelf aan de slag te gaan volgens het plan. Wat zouden ze leuk of goed vinden? Wat zouden ze moeilijk of spannend vinden? 5 minuten Afsluiting Lees ter afsluiting Openbaring 21:1-4. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. AANDACHTSPUNTEN Het gaat in dit item vooral om somatische ziekten, dat wil zeggen: om ziekten die niet veroorzaakt zijn door of samenhangen met een psychische aandoening (zoals anorexia). Ga het bespreken van dergelijke aandoeningen niet uit de weg, maar hou wel voor ogen wat de focus is van dit item: ernstige lichamelijke ziekte en omgang met ernstig zieke mensen. Anorexia, depressie en dergelijke zijn uiteraard ook de moeite waard om te behandelen, maar passen minder goed bij dit item omdat ze heel andere vragen oproepen. Overweeg na de tweede bijeenkomst nog een terugkommoment, om na te gaan of en hoe het opgestelde plan heeft gewerkt. 5

17 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent BIJLAGEN 1. Gebeden 2. Werkblad 3. Achtergrondinformatie 6

18 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent Bijlage 1 GEBEDEN Gebed ter opening van de eerste bijeenkomst Goede God, We willen U danken dat wij samen kunnen zijn, gezond en wel. Mensen kunnen zomaar ziek worden, dat weten we allemaal. We willen op dit moment speciaal aan hen denken, nu we gaan praten over wat het betekent om ziek te zijn, heel erg ziek. God, wees bij alle zieke mensen. Amen. Gebed ter afsluiting van de eerste bijeenkomst Goede God, U bent dicht bij alle mensen, ook bij mensen die ziek zijn. Wilt U zo dichtbij zijn dat zij hun ziekte kunnen dragen. En wilt U ons helpen om iets van U te laten zien door ook dichtbij te zijn, hoe dan ook. Amen. 7

19 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent Bijlage 2 WERKBLAD Kijkvragen bij 'Over mijn lijk' 1. Wat voor ziekte hebben de jonge mensen in het fragment? 2. Hoe gaan de jongeren zelf met hun ziekte om? 3. Hoe gaan de mensen in hun omgeving (vrienden en familie) met hen om? 8

20 Over mijn lijk: Als je ongeneeslijk ziek bent Bijlage 3 ACHTERGRONDINFORMATIE Ziekte in de Bijbel Bij Marcus 2:1-12 Het is lastig om zomaar een rechte lijn te trekken tussen wat er in de Bijbel over ziekte staat en hoe wij daar vandaag de dag mee om zouden moeten gaan. Wanneer Jezus tegen de zieke man zegt: "Uw zonden worden u vergeven", bedoelt Jezus dan dat de man ziek is geworden doordat hij heeft gezondigd? Ziekte en zonde hoorden in de tijd van de Bijbel wel bij elkaar. De mensen dachten dat ziekte een straf van God was, dat je zelfs bestraft kon worden voor wat je ouders of grootouders eerder hadden gedaan. Jezus wist dat natuurlijk en misschien was Hij het er ook wel mee eens. Maar wat opvalt, is dat Jezus helemaal niet vraagt naar wat de zonde van de man dan zou zijn. De man ligt nog niet voor Jezus, of Hij zegt al dat zijn zonden vergeven zijn. Jezus kijkt dus niet achterom, maar vooruit. Hij wil een nieuw leven voor deze man, dat hij weer mee kan doen in het leven, zoals zijn vrienden. Het gaat hier dus niet alleen om genezing van een ziekte, maar ook om sociale heling. Het is een groot verschil met de manier waarop de schriftgeleerden in het verhaal tegen de zieke man aankijken. Bij Lucas 18:35-43 In het verhaal over de genezing van de blinde man zegt Jezus tegen deze man: "Uw geloof heeft u gered." Ook al zo'n lastige uitspraak. Bedoelt Jezus hier dat je alleen genezen kunt worden als je gelooft? We weten dat het niet zo werkt: je wordt niet altijd beter 'als je maar hard genoeg gelooft'. En ook niet 'als je er maar hard genoeg tegen vecht', zoals je tegenwoordig vaak hoort zeggen. De boodschap van dit verhaal is dat deze blinde man - in tegenstelling tot veel ziende mensen - weet bij wie hij terecht kan. De blinde man weet wat Jezus waard is. Jezus laat in het verhaal zien dat er niets of niemand in kan staan tussen Hem en de mensen die weten wie Hij echt is en waarvoor Hij op aarde is gekomen. Ondanks zijn letterlijk uitzichtloze situatie heeft de blinde man vertrouwen en dat vertrouwen redt de man. Jezus bevestigt dat vertrouwen eigenlijk alleen maar. Hij zegt als het ware: het is al goed, jij hebt het tenminste door. Conclusie Moet je nu uit de Bijbel begrijpen dat alle zieke mensen kunnen genezen? Nee. Dat was ook niet de bedoeling van Jezus. Door het genezen van zieken wilde Hij iets laten zien van waar Hij over vertelde: een nieuwe wereld, het koninkrijk van God. Daar zal het gedaan zijn met alle ziekte en zelfs met de dood. Iedereen mag daar in geloven en naar leven, of je nou gezond bent of ziek. Dat maakt niets uit, ook voor God niet. 9

21 Groei in je gave Leeftijd: Thema: identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Welke talenten en gaven hebben de tieners? De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Deze programma's focussen op talenten en gaven die jongeren hebben, en de mogelijkheden die er zijn om deze met anderen te delen. De deelnemers ontdekken in twee bijeenkomsten wat hun talent of gave is, wat ze ermee kunnen en hoe ze dit kunnen inzetten. Dit doen ze in de eerste bijeenkomst door o.a. een moodboard van zichzelf te maken. In bijeenkomst 2 ontdekken de deelnemers hoe ze deze talenten of gaven in kunnen zetten in hun omgeving, in de kerk, voor hun vrienden en voor God. Doelen van deze bijeenkomsten: Deelnemers worden zich bewust van wat een talent of gave is en wat dit inhoudt. Deelnemers ontdekken wat hun eigen talent is. Deelnemers beseffen dat ze talenten en gaven van God hebben gekregen. Deelnemers begrijpen dat niet iedereen dezelfde talenten heeft. Deelnemers kunnen aangeven hoe ze hun eigen talenten kunnen inzetten voor God, in de kerk en/of voor vrienden. Deelnemers zijn bereid om hun talenten in te zetten niet alleen voor zichzelf, maar ook voor de ander.

22 Deel je talent, groei in je gave Deelnemers kunnen aangeven hoe ze hun eigen talenten kunnen inzetten voor God, in de kerk en/of voor vrienden. Deelnemers zijn bereid om hun talenten in te zetten niet alleen voor zichzelf, maar ook voor de ander. Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot tien Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Twee bijeenkomsten van anderhalf uur Auteur Ramona van den Hoed KORTE BESCHRIJVING Dit item focust op talenten en gaven die jongeren hebben, en de mogelijkheden die er zijn om deze met anderen te delen. De deelnemers ontdekken in twee bijeenkomsten wat hun talent of gave is, wat ze ermee kunnen en hoe ze dit kunnen inzetten. Dit doen ze in de eerste bijeenkomst door o.a. een moodboard van zichzelf te maken. In bijeenkomst 2 ontdekken de deelnemers hoe ze deze talenten of gaven in kunnen zetten in hun omgeving, in de kerk, voor hun vrienden en voor God. DOEL Deelnemers worden zich bewust van wat een talent of gave is en wat dit inhoudt. Deelnemers ontdekken wat hun eigen talent is. Deelnemers beseffen dat ze talenten en gaven van God hebben gekregen. Deelnemers begrijpen dat niet iedereen dezelfde talenten heeft. VERANTWOORDING Holland s got talent. De meesten kennen het programma wel. Het is een platform om je eigen talenten aan heel Nederland te tonen. De gekste en mooiste talenten komen aan bod. Maar als iemand aan ons zou vragen: wat is jouw talent of gave? Zou je het dan kunnen noemen? God heeft iedereen talenten en gaven gegeven. De een is zich er bewust van, de ander niet. God vraagt van ons om deze goed te gebruiken en daarbij anderen te helpen. Maar om je talent of gave te delen, moet je deze eerst ontdekken. Daar gaan de jongeren in deze bijeenkomsten mee aan de slag. VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk op internet verschillende moodboards om jezelf een idee te geven van wat het is en hoe je dit vorm kan geven. Bekijk het filmpje v=i-63h2yvzaq&list=plu9libcdylzeqkcefsriuku2h4vnidxn&index=3. Dit fragment is van Superkids. Dit was de winnaar van 2015 en is een mooi voorbeeld van hoe twee talenten samenwerken: Zoë die danst voor Malala. In die dans gaat het om de kracht van onderwijs. Zie in dit fragment hoe deze twee talentvolle kinderen elkaar aanvullen en de boodschap versterken. Dit gebruik je aan het eind van deze bijeenkomst. 1

23 Deel je talent, groei in je gave Voor de verdieping kan je uit twee oefeningen kiezen. Oefening 2 is leuk als de groep elkaar al langer kent en er een vertrouwde en veilige sfeer is. Als de groep elkaar niet zo goed kent, is oefening 1 meer geschikt. Voor oefening 1: zoek van tevoren plaatjes op internet van verschillende beroepen en vaardigheden en neem deze twee keer uitgeprint mee. Zie bijlage 2 voor voorbeelden. Tip: via Pinterest kan je veel goede afbeeldingen vinden. Voor oefening 2 heb je drie keer een flap-overpapier horizontaal nodig of maak je gebruik van een whiteboard. Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Bij bijeenkomst 2 hang je alvast de moodboards op van bijeenkomst 1. Bereid het spel voor met behulp van bijlage 4. Tweede bijeenkomst Kaars met aansteker; Bijbels, bijvoorbeeld de Bijbel in Gewone Taal; Flap-over met stiften; Moodboards van de vorige bijeenkomst; 8 papieren bekertjes en klosje touw of dikke garen voor het samenwerkingsspel van bijlage 4; Voor iedere deelnemer een bijbel; Een lang stuk papier (bijvoorbeeld glad behang) waar iemand op kan liggen in de breedte en in de lengte; Minimaal 10 verschillende kleuren stiften; Check of de meeste jongeren een Twitteraccount hebben; zo niet maak er dan zelf één aan. Persoonlijke voorbereiding Lees van tevoren uit de Bijbel 1 Korintiërs 12 en laat de tekst op je inwerken. Wat zijn gaven volgens jou? En wat zegt bovenstaande Bijbeltekst daarover volgens jou? Welke betekenis heeft jouw geloof in God als het gaat over gaven, zowel van jezelf als die van anderen? Wat zijn jouw persoonlijke gaven? En hoe zet je deze in? Hoe heb je je gaven of talenten gevonden? Was dat moeizaam of juist heel makkelijk? Wat spreekt je aan in deze quote?: Waar talenten en de behoeften van de wereld elkaar kruisen ligt je roeping (Aristoteles). Waarom zou het belangrijk zijn om je talenten ook in je omgeving in te zetten? PROGRAMMA Eerste bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). BENODIGDHEDEN Eerste bijeenkomst Bijbels, bijvoorbeeld de Bijbel in Gewone Taal; Apparaat om filmfragment mee af te spelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Flap-over met stiften; Eventueel een whiteboard met whiteboardstiften; Bijlage 1: Talentenlijst; Voor iedere deelnemer een vel karton (A3-formaat); Scharen en lijm of plakstiften; Kranten, folders en tijdschriften; Eventueel letterstickers of ander decoratiemateriaal. 15 minuten Verkenning Vertel aan de deelnemers dat iedereen talenten heeft, of met een ander woord: gaven. Vraag aan de deelnemers welke verschillende talenten er zijn die mensen hebben. Laat ze die opnoemen en schrijf ze op de flap-over. Laat ze vervolgens met een andere kleur stift omcirkelen waarvan zij zelf denken dat dit hun talent of gave is. Gebruik eventueel bijlage 1 als achtergrondinformatie wanneer de jongeren het moeilijk vinden om te beginnen. Geef ook aan dat ze buiten dit lijstje om talenten en gaven kunnen bedenken minuten Verdieping Vraag de deelnemers wat volgens hen een talent of gave is, en vul hen eventueel aan. Een talent of gave is vaak een aangeboren eigenschap. Het is iets waar je aanleg voor hebt. Het is iets wat je drijft en waar je vaak ook goed in bent. Het is iets waar je handig in bent of waar je heel geschikt voor bent. Een talent kan je motiveren en je energie geven. 2

24 Deel je talent, groei in je gave In de Bijbel wordt er ook gesproken over bijzondere eigenschappen van mensen. Daar worden ze gaven genoemd. Lees met de deelnemers 1 Korintiërs 12: Bespreek deze tekst met de jongeren, vraag hen bijvoorbeeld: Wat valt je op aan wat je net gelezen hebt? Wat zegt deze tekst over gaven? Wat spreekt je hierin aan? Wat niet? Nu je dit gelezen hebt over gaven of talenten: kijk je daar nu anders naar of niet? Vertel de deelnemers vervolgens ook iets van wat deze tekst voor jouw geloof en denken over gaven betekent, zowel die van jezelf als van anderen. Je kunt hierbij denken aan: God heeft ieder van ons gaven gegeven; iets om heel blij mee te zijn en te koesteren! Hoe verschillend we ook zijn, we horen bij elkaar en bij God, ieder op zijn of haar eigen manier. We hebben onze gaven gekregen om het goede te doen, om elkaar aan te vullen en om elkaar en de wereld om ons heen te dienen. Vertel dat jullie over dit laatste verder gaan nadenken in de volgende bijeenkomst. 45 minuten Verwerking Onderdeel A Vertel de jongeren dat jullie in deze bijeenkomst verder gaan met het ontdekken van wat ieders eigen gaven nou eigenlijk zijn. Vertel dat jullie hiervoor nu een oefening gaan doen. Gebruik hiervoor de uitwerking van oefening 1 of 2 van bijlage 2. Onderdeel B Vertel de deelnemers dat ze een moodboard gaan maken over zichzelf en over wat hun talent of gave is aan de hand van tijdschriften, kranten, folders en andere creatieve materialen. Leg uit dat de bedoeling is dat na afloop iedereen zijn moodboard ophangt en dat anderen er langslopen om er naar te kijken. Hang de moodboards op een plek in de ruimte, zodat ze goed te zien zijn voor iedereen. Geef elke deelnemer een A3-karton. Ze mogen elkaar helpen. Vragen die je kan gebruiken om de jongeren op weg te helpen zijn: Waar denk jij dat je goed in bent? Wat waarderen vrienden/ ouders aan jou? Wat zorgt er voor dat vrienden/ ouders graag met jou omgaan? Waar vinden vrienden/ouders jou goed in? Waar zouden vrienden/ouders je hulp voor inschakelen? Geef in totaal 5 minuten de tijd om elkaars moodboard te bewonderen en te bekijken. Vertel dat de moodboards bewaard zullen blijven voor de volgende bijeenkomst. 5 minuten Afsluiting Sluit af met het gebed uit bijlage 3. Bedank de jongeren voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. Tweede bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst. Wat is bij de groep blijven hangen? Wijs iedereen op de moodboards. Vertel kort iets over wat je deze bijeenkomst gaat doen. Open met een kaars aansteken als teken dat God bij jullie is. 10 minuten Verkenning Vertel de deelnemers dat ze een spel gaan spelen dat te maken heeft met samenwerking. Deze opdracht vereist goede samenwerking. Ga rond de tafel staan waar je het spel van bijlage 3 hebt voorbereid en leg uit wat de bedoeling is. Welk team kan hierbij het beste samenwerken? Bespreek met de jongeren hoe ze het hebben aangepakt. 20 minuten Verdieping Lees met de jongeren 1 Korintiërs 12: 12-27, bijvoorbeeld uit de Bijbel in Gewone Taal. Verdeel de groep vervolgens in twee- of drietallen en vraag de jongeren om in 1 tweet deze tekst samen te vatten in eigen woorden. Deze samenvatting hoeft niet alles te omvatten; het gaat om wat zij eruit opgepikt hebben. Natuurlijk mogen ze de tekst hierbij gebruiken, nog een keer lezen etc. Ga zelf actief de groepjes langs om te checken of ze uit de voeten kunnen met de opdracht. 3

25 Deel je talent, groei in je gave Als je denkt dat deze opdracht te moeilijk is voor jouw groep, bespreek dan eerst de tekst kort door bijvoorbeeld te vragen: Wat valt je op in deze tekst? Wat begrijp je niet? Wat vind je mooi? Waar kan je wel iets mee en waar kan je niks mee? Als de jongeren een bericht hebben opgesteld, mogen ze dat twitteren. Zo nodig mogen ze dat via jouw account doen. Bespreek vervolgens met elkaar wat de overeenkomsten en wat de verschillen zijn tussen de tweets. De jongeren zullen zelf al een belangrijk deel hebben opgepikt van de boodschap. Sluit hierbij aan en vertel iets van het volgende: God heeft ons talenten gegeven, niet alleen omdat wij hier zelf energie van krijgen, maar juist ook om de anderen daarmee te helpen. In de tekst die je net hebt gelezen staat dat we elkaar nodig hebben, zoals een lichaam alle lichaamsdelen nodig heeft. Als je een been verliest dan is het lastiger lopen dan als je twee benen hebt. Door onze verschillende talenten voor elkaar in te zetten vormen we een eenheid, zoals het lichaam dat ook doet. Het lichaam heeft allemaal verschillende delen en los hebben ze niet zo veel nut. Maar bij elkaar functioneert het juist goed. Zo kan je dat ook zien in de verschillende gaven die we hebben gekregen. We onderscheiden onszelf juist doordat we allemaal eigen gaven en talenten hebben. En dat onderscheid en verschil is er juist om elkaar te kunnen helpen, door met elkaar samen te werken. 45 minuten Verwerking Onderdeel A Vertel de jongeren dat jullie gaan nadenken hoe zijzelf hun eigen gaven kunnen inzetten voor de ander. Pak de rol papier (of behang) en leg het op de grond. Vraag of een van de jongeren op het papier wil gaan liggen. Laat een ander een omtrek maken op het papier (let op: als het papier is opgerold is het handig om de uiteinden op de vloer te plakken. Je zou dit ook in de voorbereiding kunnen doen als je minder tijd hebt). Geef elke jongere zijn eigen moodboard van bijeenkomst 1 (of zorg dat ze bij elkaar liggen.) Laat ze allemaal een kleur stift uitzoeken. Leg uit dat jullie aan de hand van de omtrek van het lichaam gaan kijken hoe jullie de eigen talenten een plek kunnen geven. Kijk met elkaar naar de verschillende moodboards. Waar zijn de overeenkomsten en waar zijn de verschillen? Waar kan je elkaar aanvullen en/of helpen? Gebruik de talenten die je in het begin op de flap-over hebt geschreven om te koppelen aan de moodboards. Dit doe je door de groep zelf op post-its de woorden over te laten schrijven van de flap en bij het moodboard te laten plakken. Het leuke aan deze verwerking is dat de jongeren met elkaar in gesprek moeten. Geef ze daarin de ruimte om te discussiëren en het samen eens te worden. Jouw taak is om dit proces in goede banen te leiden. Onderdeel B Ga in gesprek met de groep over hoe ze dit nu concreet vorm kunnen geven in hun omgeving. Neem als voorbeeld de kerk. Hoe kan en wil ieder het beste zijn of haar gaven inzetten in de kerk en de missie van de kerk? Geef aan dat dit gewoon een vrijblijvende inventarisatie is van wat zou passen; ze zijn vrij om er al dan niet iets mee te doen. Daag hen vooral ook uit om niet alleen te denken aan wat er al is, maar vanuit waar ze zelf goed in zijn en wat ze daarmee zouden willen/ kunnen betekenen voor de gemeenschap. Misschien bedenken ze wel hele leuke, waardevolle dingen die buiten de gebaande paden gaan. Stimuleer dat en denk met hen mee. Probeer een vervolgafspraak te maken met (een deel van) de jongeren als je merkt dat er enthousiasme is om met dingen aan de slag te gaan of ze verder uit te denken. Tip: Maak een koppeling naar een mogelijke gavenbank in de kerk. Vraag na of die in de kerk aanwezig is. Het zou bijvoorbeeld leuk zijn om iemand die daarbij betrokken is uit te nodigen. Die kan er iets over vertellen en concreet aangeven waar ze nog hulp bij nodig hebben in de kerk etc. 5 minuten Afsluiting Bedank de jongeren voor hun bijdrage, inbreng en aanwezigheid. Sluit af met het gedicht in bijlage 5 of laat het volgende fragment zien: watch?v=i-63h2yvzaq&list=plu9libcdylzeqkcefsriu ku2-h4vnidxn&index=3 Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. 4

26 Deel je talent, groei in je gave BIJLAGEN 1. Voorbeelden van talenten en gaven 2. Oefening 1 & 2 3. Gebed 4. Samenwerkspel 5. Gedicht Jij bent jij 5

27 Deel je talent, groei in je gave Bijlage 1 VOORBEELDEN VAN TALENTEN EN GAVEN iemand die leest iemand die goed kan luisteren creatief muzikaal talent leidinggeven liefde voor de natuur of dieren iemand die goed kan denken behulpzaam zijn inlevingsvermogen geduldig zijn gastvrij zijn onderwijs geven technisch inzicht met je handen werken voor mensen zorgen voorstellingsvermogen goed kunnen schrijven reactievermogen talenkennis (makkelijk talen leren) rekenvaardigheid goed kunnen organiseren goed overzicht hebben improviseren goed geheugen schrijver wetenschapper tekenaar profvoetballer vlogger een appbouwer arts leraar danser 6

28 Deel je talent, groei in je gave Bijlage 2 OEFENING 1: GROEPSGESPREK Voorbereiding Zoek van tevoren plaatjes op internet van verschillende beroepen en neem deze 2x uitgeprint mee. Bijvoorbeeld: schrijver, wetenschapper, tekenaar, profvoetballer, vlogger, een appbouwer, arts, leraar, danser, iemand die leest, iemand die goed kan luisteren, creatief (tekenen), muzikaal talent, leidinggeven, liefde voor de natuur of dieren, iemand die goed kan denken. Voor meer voorbeelden gebruik bijlage 1. Tip: via Pinterest kan je veel goede afbeeldingen vinden. Lukt het niet om van elk beroep of talent een plaatje te vinden, schrijf dan op een kaartje de overgebleven beroepen en talenten. Zorg ook voor lege ongeschreven kaartjes. Daar kun je dan later nog iets van de groepjes of van jezelf opschrijven. Uitvoering Leg de geprinte foto s in het midden van de kring. Laat iedereen in de groep er even een moment naar kijken en stel de volgende vraag: welk beroep of vaardigheid/talent op de plaatjes spreekt het meeste aan? Begin een groepsgesprek met behulp van de volgende vragen: Waarom spreekt dit beroep of dit talent jou het meest aan? Wat vind je leuk? Wat is het talent van diegene die dit beroep uitoefent? Hoe kan je dat zien of weten? Zou jij deze persoon zelf willen zijn? Waarom wel of niet? Waar denk jij dat je goed in bent? Hoe kan je dat zien? Als ze moeite hebben om in gesprek te komen, kan je eerst zelf een eigen voorbeeld geven door een beroep te kiezen. Dat kan helpen, maar zorg dat je niet de enige bent die aan het woord is. OEFENING 2: IEMAND IN HET ZONNETJE ZETTEN Deze oefening is leuk en geschikt als de groep elkaar al wat beter kent. Hang een flap-overvel horizontaal op, zodat je er volledig op kan schrijven. En zo dat je er met je hoofd en eventueel schouders tegenaan kan staan. Als het op de muur niet mogelijk is kan je hem eventueel ook op de grond leggen. Vertel nu aan de jongeren dat jullie een oefening gaan doen waarbij jullie elkaar gaan helpen om elkaars talenten te ontdekken. Vraag een vrijwilliger om bij de flap-over te gaan staan (of te liggen). Maak een zonnetje met stift om het hoofd van de persoon heen. Vraag nu aan de jongeren: Bedenk tenminste 1 positieve eigenschap van [noem naam]. Of iets waar hij/zij goed in is. Zeg dit hardop en schrijf dit dan boven het hoofd van [noem naam]. Laat elke jongere die wil iets positiefs schrijven, zodat er allerlei positieve eigenschappen komen te staan bij de jongere. Doe dit voor iedere jongere. Help de jongeren zo nodig actief op weg en doe zelf ook mee, zeker als je merkt dat het wat op gang moet komen of dat een bepaalde jongere erg weinig positiefs toebedeeld krijgt. Houd goed in de gaten dat dit proces voor iedereen goed en veilig is! Bekijk ten slotte het resultaat en vertel aan de jongeren dat ze dit ook thuis kunnen doen in hun gezin of met vrienden, om zo te ontdekken wat hun talenten zijn. 7

29 Deel je talent, groei in je gave Bijlage 3 GEBED Heer onze God zoveel dingen om ons heen zijn tastbare tekenen van uw goedheid van de mens Op deze dag willen we u speciaal danken voor de talenten die U ons heeft gegeven al vanaf de geboorte. Help ons deze te ontdekken en te begrijpen Geef ons kracht om onze talenten en gaven op de juiste manier in te zetten. Leid ons hier en help ze verder te ontwikkelen In eer en glorie voor U, God. Dank U. 8

30 Deel je talent, groei in je gave Bijlage 4 SAMENWERKSPEL Zet een aantal papieren bekertjes ondersteboven op een lange tafel. Maak aan 1 bekertje meerdere touwtjes vast. Elk touwtje wordt door een andere jongere vastgehouden. Opdracht: Slalommen om de andere bekertjes heen. Welk team kan hierbij het beste samenwerken? Bespreek met de jongeren hoe ze het hebben aangepakt. Wat ging goed en wat ging minder goed? Zie ook de afbeelding: Bron: 9

31 Deel je talent, groei in je gave Bijlage 5 GEDICHT JIJ BENT JIJ Ben je anders dan een ander Ja natuurlijk, jij bent jij. Want je bent apart geschapen Uit een ander hoopje klei. Kijk gerust eens in de spiegel Naar het kunstwerk dat je bent. Jouw gezicht, jouw lijf en leden. Jouw karakter, jouw talent. Zie je wel, je bent een wonder. Niets aan jou is saai en grijs. Wees maar jij en blijf bijzonder. Zing gewoon je eigen wijs. Toon Hermans 10

32 Hier mag je alles zeggen Leeftijd: Thema: bijbel, Normen en waarden, Vrijheid Tijdsduur: 60+ min. Over vrijheid van meningsuiting en de grenzen van die vrijheid. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van het programma: In deze bijeenkomst staat de vrijheid van meningsuiting centraal. Nadat de jongeren het vuur van de vrijheid hebben aangestoken, verkennen ze samen op een creatieve manier wat voor hen wel en geen vrijheid is. Daarna gaan ze online. Op Twitter onderzoeken de jongeren live de vrijheid van meningsuiting, onder andere bij een trending topic. Na deze verkenning luisteren ze naar wat er in de Bijbel gevonden kan worden over het vrijuit delen van je mening. In een rollenspel ervaren de jongeren vervolgens wat dat vrijuit delen met je kan doen en waar de grenzen liggen. De bijeenkomst wordt afgesloten bij het vuur van vrijheid, dat blijft branden, zelfs na vertrek van de deelnemers. Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers denken na over wat het begrip vrijheid voor hen betekent. De deelnemers maken kennis met verschillende voorbeelden van vrijheid van meningsuiting en zij vormen hun eigen oordeel over deze voorbeelden. De deelnemers delen hun eigen ervaringen op dit gebied met elkaar. De deelnemers verdiepen zich in de verschillende visies op vrijheid van meningsuiting, inclusief enkele Bijbelse uitspraken hierover. De deelnemers kunnen benoemen waar voor hen de grens ligt van vrijheid van meningsuiting. De deelnemers ervaren hoe het vrijuit delen van een mening over kan komen op een ander.

33 Hier mag je ALLES zeggen Een Provideritem over vrijheid van meningsuiting en de grenzen van die vrijheid Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Onbeperkt Leeftijd 14+ Duur / aantal bijeenkomsten Eén bijeenkomst van maximaal 2 uur Auteur Anne-Meta Kobes-Gerritsen KORTE BESCHRIJVING In deze bijeenkomst staat de vrijheid van meningsuiting centraal. Nadat de jongeren het vuur van de vrijheid hebben aangestoken, verkennen ze samen op een creatieve manier wat voor hen wel en geen vrijheid is. Daarna gaan ze online. Op Twitter onderzoeken de jongeren live de vrijheid van meningsuiting, onder andere bij een trending topic. Na deze verkenning luisteren ze naar wat er in de Bijbel gevonden kan worden over het vrijuit delen van je mening. In een rollenspel ervaren de jongeren vervolgens wat dat vrijuit delen met je kan doen en waar de grenzen liggen. De bijeenkomst wordt afgesloten bij het vuur van vrijheid, dat blijft branden, zelfs na vertrek van de deelnemers. DOEL De deelnemers denken na over wat het begrip vrijheid voor hen betekent. De deelnemers maken kennis met verschillende voorbeelden van vrijheid van meningsuiting en zij vormen hun eigen oordeel over deze voorbeelden. De deelnemers delen hun eigen ervaringen op dit gebied met elkaar. De deelnemers verdiepen zich in de verschillende visies op vrijheid van meningsuiting, inclusief enkele Bijbelse uitspraken hierover. De deelnemers kunnen benoemen waar voor hen de grens ligt van vrijheid van meningsuiting. De deelnemers ervaren hoe het vrijuit delen van een mening over kan komen op een ander. VERANTWOORDING Het recht op vrijheid van meningsuiting is een van de bekendste mensenrechten in Nederland. Het recht om in vrijheid een mening te kunnen vormen en deze ook in vrijheid te kunnen uiten, is vastgelegd in artikel 7 van de Grondwet. Daarom wordt dit recht een grondrecht genoemd. Veel mensen beroepen zich op dit grondrecht. Juist ook jongeren, die in de leeftijd zijn hun eigen meningen te vormen. Maar zijn er eigenlijk ook grenzen aan de vrijheid van meningsuiting? En wat zegt de Bijbel over vrijuit je mening geven? In dit item gaan we op zoek naar kaders voor onze vrijheid van meningsuiting in het dagelijks leven. 1

34 Hier mag je ALLES zeggen VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Leg voor de bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Heb je als begeleider zelf geen Twitteraccount, vraag dan (vooraf) of je de inloggegevens van iemand anders mag gebruiken of maak een profiel aan. Persoonlijke voorbereiding Bedenk: wat is jouw ervaring met vrijheid van meningsuiting? Vind je het een belangrijk recht of niet en waarom? Denk alvast aan jouw groep: wat kan bij dit item jouw jongeren raken? Waar liggen pijnpunten, spanningen? Wat vind je belangrijk om over dit onderwerp mee te geven aan jouw jongeren? vrijheid maak je met elkaar rood is het vuur het vuur is een vogel wit is de vrijheid kijk een vredesduif blauw is de fakkel een fakkel die brandt het vuur van de vrijheid gaan we het samen maken? Bron: maak_je_met_elkaar/ BENODIGDHEDEN Tuinfakkel; Kopieën van bijlage 2 en 3; Raam + raamstiften (bijvoorbeeld bij de Hema: Window markers); Meerdere apparaten met internetaansluiting; ook de mobieltjes van de jongeren zelf kunnen hiervoor gebruikt worden; Twitteraccount; 10 blanco vellen papier, een stift en plakband. PROGRAMMA 10 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Vraag de jongeren of ze weten wat er op 5 mei gevierd wordt. De vrijheid in Nederland wordt dan herdacht. Er is geen oorlog meer. In het hele land zijn die dag bevrijdingsfestivals. Misschien zijn ze wel eens op zo n festival geweest? Hoe was dat? Deel bijlage 2 uit met het logo erop. Het logo van het bevrijdingsfestival is een fakkel. Een fakkel als symbool voor de vrijheid. Daarom steken jullie nu ook een fakkel aan. Ga naar buiten en steek de fakkel aan. Prik deze in de grond, zó dat jullie het vuur van binnenuit kunnen zien. Als de fakkel brandt, lees dan het volgende gedicht: 15 minuten Verkenning A Ga met elkaar weer in een kring of om de tafel zitten. Vertel: er is geen oorlog in Nederland. Dat vieren we ieder jaar. Geweldig! De vrijheid is ons dierbaar, het is belangrijk voor ons. Maar wat betekent vrijheid? Waar denk je aan als je het woord vrijheid hoort? En wat is eigenlijk het tegenovergestelde van vrijheid? We gaan dat nu met elkaar verkennen. Teken met een Window marker twee grote vakken op een raam of spiegel. Schrijf in het ene vak: Vrijheid is en in het andere vak Vrijheid is niet. Geef de jongeren ook een paar stiften en laat ze de vakken vullen met woorden of voorbeelden. Tekenen mag ook. Bespreek daarna de oogst met elkaar. Nu de hersens een beetje gymnastiek hebben gehad, vraag je de jongeren naar hun eigen ervaringen met vrijheid. Wanneer hebben zij zich echt vrij gevoeld? En wanneer niet? 30 minuten Verkenning B Vat samen dat jullie nu het begrip vrijheid verkend hebben. Vertel dat de jongeren daarvoor om hun eigen visie en denkbeelden en ervaringen gevraagd werd. 2

35 Hier mag je ALLES zeggen Hun mening was en is belangrijk en die mochten en mogen ze in vrijheid delen. Voor de rest van de bijeenkomst ligt de focus dan ook op dát deel van de vrijheid: de vrijheid van meningsuiting. We gaan nadenken over vragen als: mag je jouw mening altijd uiten of moet je je aan regels houden? En wat is het effect van het vrijuit je mening geven op anderen? Lees eventueel de eerste alinea van bijlage 1 voor, over het grondrecht vrijheid van meningsuiting. Vertel dat jullie een aantal voorbeelden gaan bekijken van mensen die hun mening geven. Dat doen jullie op Twitter. Zorg voor een aantal apparaten met internetverbinding. De jongeren kunnen ook hun eigen telefoon gebruiken. Ga naar Twitter.com en log in. Wijs de jongeren op het vak onder de profielfoto. Daar staat boven Trends. Eronder volgt een lijst met de trending topics : tien onderwerpen waarover op dit moment veel getweet wordt, veel gesproken wordt op Twitter. Laat de jongeren samen één van deze onderwerpen kiezen. Bekijk samen de tweets die over dit onderwerp gaan. Zie je tweets waarin mensen hun mening geven? Hoe formuleren die mensen hun mening? Terughoudend of fel? Zijn er tweets die de jongeren te ver vinden gaan en waarom wel of niet? Wijs zelf een paar tweets in de lijst aan waar je de jongeren op laat reageren. Overkoepelende vraag is: mag je alles zeggen? Of gaat het soms ook te ver en waarom dan? Laat de jongeren na deze eerste verkenning zoeken op de hashtag #zwartepiet of of de Stel de vragen: wat hier gezegd wordt, vind je dat oké? Waarom wel / niet? Disclaimer: let goed op de reacties van de jongeren. Op Twitter worden soms erg harde dingen gezegd. Zet eventueel het gesprek even stil, als je ziet dat er iemand zelf door geraakt wordt en bespreek wat zo n tweet met iemand doet. 30 minuten Verdieping Schenk eventueel nog een tweede ronde drankjes in of houd een korte pauze als de Twitter-verkenning veel heeft losgemaakt. Zo krijgen de jongeren de kans om zich te focussen op de nieuwe informatie die nu komt. Haal terug dat jullie op Twitter heel veel meningen hebben zien langskomen en dat jullie het er over gehad hebben wat je wel en wat niet vindt kunnen. Voor de één liggen die grenzen anders dan voor een ander. In de kerk proberen we vaak te kijken naar hoe de Bijbel ons kan helpen om de grenzen te bepalen. In de tijd dat de Bijbel werd geschreven was er natuurlijk nog geen Twitter. Maar men gaf al wel vrijuit zijn mening en dat kon best eens botsen. Vertel dat jullie nu fragmenten uit de Bijbel gaan lezen om erachter te komen wat de bijbelschrijvers over vrijheid van meningsuiting te zeggen hadden. Deel de kopieën van bijlage 3 uit, of geef de jongeren allemaal een Bijbel en houd voor jezelf de bijlage bij de hand. Vertel wat achtergrondinformatie bij het eerste fragment. Leg uit dat dit een stuk uit een brief is die hoogstwaarschijnlijk geschreven is door een vriend van Jezus: Petrus. Misschien kennen de jongeren het verhaal van de haan die drie keer kraaide op de avond dat Jezus gevangen werd genomen? Petrus zei toen drie keer dat hij Jezus niet kende en na elke keer schrok hij: want de haan kraaide en Petrus wist dat hij zijn vriend in de steek liet. Toch was Petrus geen matige vriend van Jezus. Petrus wordt het meest genoemd van alle vrienden en Jezus noemt hem rots (rots = Petrus in het Grieks). Hij is volgens Jezus dé sterke en krachtige basis van de kerk. In het fragment dat we gaan lezen vertelt Petrus hoe je met elkaar om moet gaan. Laat de jongeren de eerste tekst eerst voor zichzelf lezen en vraag daarna iemand om de tekst hardop voor te lezen. In dit fragment schrijft Petrus: Vertel dan geen leugens over anderen. Zeg geen dingen die niet waar zijn. Wat vind je hiervan? Is liegen een grens van de vrijheid van meningsuiting? En wanneer lieg je eigenlijk? Leg bij deze uitspraak van Petrus een uitspraak van Paulus een man die Jezus zelf nooit ontmoet heeft maar wel enthousiast werd van zijn boodschap. Ook hij schreef brieven. Efeziërs 4:29: Zeg geen slechte, negatieve dingen over mensen. Maar zeg, als het nodig is, dingen die het geloof van anderen sterker maken. Zeg iets dat mensen goeddoet. Vinden de jongeren dat zo n advies goed is om te volgen, of vinden ze het belangrijk dat je alles kunt zeggen wat je wilt? 3

36 Hier mag je ALLES zeggen Vertel dat jullie nu de visies van twee volgelingen van Jezus hebben gelezen. Maar wat heeft Jezus hier zelf over gezegd, volgens de bijbelschrijvers? Lees met elkaar Matteüs 12: Wat vind je er van dat Jezus hier zegt dat een mens op zijn woorden beoordeeld wordt? En heeft dat ook invloed op hoe je zelf met je woorden omgaat? 25 minuten Verwerking Een mens wordt op zijn woorden beoordeeld, zegt Jezus. Maar hoe komen die woorden eigenlijk over op een ander? Vraag de jongeren om de beurt één ding te noemen die ze meenemen van deze bijeenkomst. Iets nieuws wat ze hebben gehoord, iets wat ze goed vonden en graag onthouden. Bedank de jongeren en nodig ze uit voor de volgende keer. Laat de fakkel branden tot de jongeren weg zijn. BIJLAGEN 1. Achtergrondinformatie over vrijheid van meningsuiting 2. Logo s Bevrijdingsdag 3. Bijbelfragmenten over vrijheid van meningsuiting Laat de jongeren een rollenspel spelen, waarin ze voelen waar de grens ligt van wat er tegen je gezegd mag worden. Hang briefjes op de muur met daarop de verschillende rollen. Bijvoorbeeld een oude vrouw/moslim/ dominee/dakloze/koning/puber/student. Wijs per rol één jongere aan. Die staat zo meteen bij het briefje. Geef daarna de jongeren vijf minuten om voor elke rol, behalve die van hem- of haarzelf, meningen te verzinnen. Bij de oude vrouw bijvoorbeeld: oh, die zeggen áltijd dat het vroeger allemaal véél beter was De jongeren mogen overdrijven. Plaats na de vijf minuten de jongeren bij hun rolbriefje en geef hen een meningendouche. Het gaat niet over henzelf maar het komt wel dichtbij. Wat ervaren de jongeren nu? Waar ligt een grens? Disclaimer: dit is een pittig spel. Het laat het thema van dit item heel dichtbij komen. Dat is leerzaam en kan een blijvende indruk achterlaten. Dat is goed als het in een positieve sfeer gebeurt, maar het kan ook vervelend zijn. Bekijk daarom goed wat de groep aan kan. Is er vertrouwen? Humor om te relativeren? Vind je deze vorm te confronterend, verdeel de rollen dan niet over de jongeren. Haal tenslotte met elkaar de titel van dit item nog eens terug: hier mag je alles zeggen. Klopt dit, volgens de jongeren? 10 minuten Afsluiting Bedank de jongeren voor hun inbreng en voor het feit dat ze hun mening gedeeld hebben. Hopelijk hebben ze ervaren dat ze dat in vrijheid konden doen. Nodig ze uit weer bij de fakkel te komen staan. 4

37 Hier mag je ALLES zeggen Bijlage 1 ACHTERGRONDINFORMATIE OVER VRIJHEID VAN MENINGSUITING Vrijheid van meningsuiting in Nederland Het recht op vrijheid van meningsuiting is een van de bekendste mensenrechten. Dit blijkt onder meer uit onderzoek naar de beleving van mensenrechten in Nederland. Het recht om in vrijheid een mening te kunnen vormen en deze ook in vrijheid te kunnen uiten, zijn absolute voorwaarden voor een democratische samenleving. Het uitoefenen van de menings- en uitingsvrijheid kan onrecht aan het licht brengen en biedt iedereen de vrijheid zich kritisch te mengen in politieke discussies. Daarbij is een onafhankelijke, diverse en vrije pers een onmisbare voorwaarde. In Nederland is afgesproken dat de overheid geen censuur mag uitoefenen. Onder de vrijheid van meningsuiting valt onder meer het recht om te demonstreren, het recht van artistieke expressie, de persvrijheid en het uiten van je mening via bijvoorbeeld het internet. Het recht op vrije meningsuiting biedt niet alleen bescherming aan denkbeelden die positief of onverschillig worden ontvangen, maar ook aan meningsuitingen die mogelijk als kwetsend, schokkend en/of verontrustend ervaren worden. De vrijheid van meningsuiting is echter geen absoluut recht, het mag door de overheid ingeperkt worden als dit nodig is om de rechten of goede naam van anderen te beschermen, of in het belang van de nationale veiligheid, of ter bescherming van de openbare orde, de volksgezondheid of de goede zeden. Dit is in internationale verdragen vastgelegd. Soms moeten verschillende rechten tegen elkaar worden afgewogen, bijvoorbeeld vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst, of vrijheid van meningsuiting en non-discriminatie. Aangezien er geen vaste hiërarchie van mensenrechten bestaat, wordt een dergelijke afweging per geval gemaakt. Wat zegt de wet? Nederlandse wetgeving Nationaal is de meningsvrijheid vastgelegd in artikel 7 Grondwet en daarom wordt dit recht een grondrecht genoemd. Artikel 7 Grondwet garandeert de vrije meningsuiting 'behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet'. Dit betekent dat in andere formele wetten beperkingen op de vrijheid van meningsuiting gemaakt mogen worden. Dit is bijvoorbeeld het geval in de Auteurswet en het Wetboek van Strafrecht (Sr). Om te beginnen zijn er de antidiscriminatiebepalingen: Artikel 137c Sr stelt strafbaar om zich in het openbaar beledigend uit te laten over een groep wegens hun ras, godsdienst of levensovertuiging, seksuele gerichtheid of handicap; Artikel 137d Sr bevat een verbod tot het in het openbaar aanzetten tot discriminatie, haat of geweld tegen leden van groepen vanwege bovengenoemde kenmerken en ook vanwege geslacht; Artikel 137e Sr verbiedt het openbaar maken, verspreiden of ter verspreiding in voorraad hebben van publicaties met een dergelijke inhoud. Ook ongevraagde toezending valt hieronder. Daarnaast is in de artikelen 131 en 132 Sr het opruien tot geweld en tot het plegen van strafbare feiten strafbaar gesteld. Ten slotte is er nog de strafbaarstelling van smaad (artikel 261 Sr), laster (artikel 262 Sr) en eenvoudige belediging (artikel 266 Sr). Deze beschermen individuen tegen onterechte beschuldigingen. Als het gaat om opzettelijke belediging van de Koning(in) zijn de artikelen Sr aan de orde. 5

38 Hier mag je ALLES zeggen Bijlage 1 Internationaal kader Het recht op vrije meningsuiting is internationaal vastgelegd in artikel 19 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR), in artikel 10 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) en artikel 11 van het EU-Grondrechtenhandvest. Zoals uit de bovengenoemde voorbeelden blijkt, zijn er grenzen aan de vrijheid van meningsuiting. Beperking ervan door de overheid is soms noodzakelijk wegens zwaarwegende maatschappelijke belangen. Artikel 19 IVBPR noemt als geoorloofde beperkingsgronden het belang van de rechten of de goede naam van anderen en het belang van de nationale veiligheid of de bescherming van de openbare orde, de volksgezondheid of de goede zeden. Bron: De website van Het College voor de Rechten van de Mens. Geraadpleegd op 29 augustus

39 Hier mag je ALLES zeggen Bijlage 2 LOGO S BEVRIJDINGSDAG Bron: google 7

40 Hier mag je ALLES zeggen Bijlage 3 BIJBELFRAGMENTEN OVER VRIJHEID VAN MENINGSUITING 1 Petrus 3:8-11 uit de Bijbel in Gewone Taal 8 Ten slotte zeg ik tegen jullie allemaal: Maak geen ruzie met elkaar. Leef met elkaar mee, en houd van elkaar als broers en zussen. Wees vriendelijk en bescheiden. 9 Als iemand je kwaad doet, doe hem dan geen kwaad terug. Als je wordt uitgescholden, scheld dan niet terug. Jullie zijn uitgekozen om goed te doen. Wens mensen dus het goede toe. Dan zal God ook goed voor jullie zijn. 10 Want in de heilige boeken staat: «Houd je van het leven en wil je gelukkig zijn? Vertel dan geen leugens over anderen. Zeg geen dingen die niet waar zijn. 11 Doe geen kwaad, maar wees goed. Probeer om met anderen in vrede te leven, elke dag weer.» Efeziërs 4:29 uit de Bijbel in Gewone Taal Zeg geen slechte, negatieve dingen over mensen. Maar zeg, als het nodig is, dingen die het geloof van anderen sterker maken. Zeg iets dat mensen goeddoet. Matteüs 12:34-37 uit de Bijbel in Gewone Taal 34 Jullie zijn een stelletje slangen! Uit jullie mond kan niets goeds komen, want jullie zijn slecht. Aan de dingen die mensen zeggen, kun je zien hoe ze van binnen zijn. 35 Een goed mens zegt goede dingen, omdat hij van binnen goed is. En een slecht mens zegt slechte dingen, omdat hij van binnen slecht is. 36 Luister naar mijn woorden: God zal rechtspreken over de wereld. En dan bekijkt hij of mensen verkeerde dingen gezegd hebben. 37 Want de woorden die je spreekt, bepalen of God je een goed of een slecht mens vindt. Bron: De Bijbel (debijbel.nl) 8

41 Schoonheid en kracht Leeftijd: Thema: identiteit, Lichaam, Uiterlijk Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Hoe denkt onze maatschappij over 'uiterlijk' en wat vinden de tieners zelf? De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Deze programma's gaan over mooi zijn in de breedste zin van het woord. In de eerste bijeenkomst bespreken de deelnemers wat iemand mooi maakt. Hiervoor gaan ze op zoek naar 'mooie mensen' in tijdschriften, doen ze een quiz over uiterlijk en proberen ze de 'perfecte mens' te tekenen. Verder staan ze stil bij de rol van de media hierin, onder meer naar aanleiding van twee filmpjes. De deelnemers krijgen ook een thuisopdracht mee: ze moeten op zoek gaan naar dingen die men mooi vindt aan de mens en daar een foto of filmpje van maken. De tweede bijeenkomst begint met sportieve oefeningen waarbij de deelnemers kunnen laten zien hoe sterk ze zijn. Daarna gaan ze bekijken wat de Bijbel zegt over uiterlijk en over het lichaam. Tot slot verwerken de jongeren hun ideeën hierover in een creatieve expositie voor de eigen gemeente. Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers kunnen benoemen hoe er in de maatschappij wordt aangekeken tegen uiterlijk en het lichaam, en wat de mogelijke oorzaken daarvan zijn. De deelnemers kijken kritisch naar hun eigen visie op uiterlijk en de invloed daarvan op henzelf en op anderen. De deelnemers leren dat in de Bijbel de hele mens belangrijk is: het lichaam, maar ook het innerlijk. De deelnemers kunnen hun eigen mening over dit onderwerp verwoorden en creatief uitbeelden voor andere gemeenteleden.

42 Make me beautiful, make me strong! Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot tien Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Twee bijeenkomsten van anderhalf uur Auteur Chantal de Fretes KORTE BESCHRIJVING Dit item gaat over mooi zijn in de breedste zin van het woord. In de eerste bijeenkomst bespreken de deelnemers wat iemand mooi maakt. Hiervoor gaan ze op zoek naar 'mooie mensen' in tijdschriften, doen ze een quiz over uiterlijk en proberen ze de 'perfecte mens' te tekenen. Verder staan ze stil bij de rol van de media hierin, onder meer naar aanleiding van twee filmpjes. De deelnemers krijgen ook een thuisopdracht mee: ze moeten op zoek gaan naar dingen die men mooi vindt aan de mens en daar een foto of filmpje van maken. De tweede bijeenkomst begint met sportieve oefeningen waarbij de deelnemers kunnen laten zien hoe sterk ze zijn. Daarna gaan ze bekijken wat de Bijbel zegt over uiterlijk en over het lichaam. Tot slot verwerken de jongeren hun ideeën hierover in een creatieve expositie voor de eigen gemeente. DOEL De deelnemers kunnen benoemen hoe er in de maatschappij wordt aangekeken tegen uiterlijk en het lichaam, en wat de mogelijke oorzaken daarvan zijn. De deelnemers kijken kritisch naar hun eigen visie op uiterlijk en de invloed daarvan op henzelf en op anderen. De deelnemers leren dat in de Bijbel de hele mens belangrijk is: het lichaam, maar ook het innerlijk. De deelnemers kunnen hun eigen mening over dit onderwerp verwoorden en creatief uitbeelden voor andere gemeenteleden. VERANTWOORDING In onze maatschappij is uiterlijk erg belangrijk. Veel jongeren zijn hier voortdurend mee bezig: ze vragen zich af of ze er wel goed uitzien en wat anderen van hen vinden. Ze streven ernaar om een zo goed mogelijk beeld van zichzelf te geven. De media spelen hier een grote rol in. Daarnaast zien we dat veel jongeren bezig zijn met gezond leven. Ze willen goed voor hun lichaam zorgen en gaan bijvoorbeeld naar de sportschool. Dit item is bedoeld om de deelnemers te helpen zoeken naar een balans tussen innerlijk en uiterlijk, ook in het licht van de Bijbel. VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk ook alle filmpjes. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan de filmpjes en het resultaat van de thuisopdracht voor later gebruik. 1

43 Make me beautiful, make me strong! Bedenk hoe je de deelnemers het resultaat van de thuisopdracht wilt laten delen (zie Afsluiting eerste bijeenkomst). Als jullie groep al een platform heeft om zaken te delen (zoals een eigen Facebookpagina), kun je dat gebruiken. Zorg anders voor een geschikt platform. Heb je dit nog niet eerder gedaan? Lees je dan in of vraag een jongere om je hiermee te helpen. Denk ook aan een hashtag om te gebruiken op Twitter of Instagram, bijvoorbeeld #makemebeautifulandstrong. Denk na over de mogelijkheden voor een expositie (zie Verwerking tweede bijeenkomst). Wil je de deelnemers laten kiezen wat voor soort expositie het moet worden, of wil je dat zelf van tevoren bepalen? Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een foto-expositie: dan kun je zorgen voor de benodigde apparatuur, zodat de deelnemers tijdens de bijeenkomst foto's kunnen maken en direct kunnen bewerken. Bespreek de mogelijkheden voor deze expositie ook met je predikant of kerkenraad: hoe en wanneer mag je het werk van de jongeren tentoonstellen? Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Test alle apparatuur. Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomsten: Wat vind je mooi aan de mens? Waarom? In hoeverre besteed jij aandacht aan je uiterlijk? Zijn jouw gedachten over het uiterlijk veranderd in de loop van de tijd? Waarom wel of niet? Welke persoonlijke voorbeelden en/of ervaringen hebben invloed gehad op jouw gedachten over het uiterlijk? Op welke wijze heeft het geloof bijgedragen aan je gedachten over het uiterlijk? Wat zou je de jongeren willen meegeven met betrekking tot het uiterlijk? BENODIGDHEDEN Eerste bijeenkomst Lijm en scharen; Oude tijdschriften, voor jongens (bijvoorbeeld sportbladen) en voor meisjes (bijvoorbeeld modebladen); Voor iedere deelnemer een vel papier (A3-formaat); Vier vellen gekleurd papier (A4-formaat); Plakband; Stiften en kleurpotloden; Voor iedere deelnemer twee kopieën van bijlage 2; Apparatuur om de filmfragmenten te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes). Tweede bijeenkomst Bakjes met ongezonde snacks (zoals chips en chocola) en gezonde snacks (zoals snoeptomaatjes en andere groenten); Pen en papier; Twee emmers met zand (voor het 'gewichtheffen'); Apparatuur om het resultaat van de thuisopdracht te laten zien (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Voor iedere deelnemer een kopie van bijlage 3 (in kaartjes geknipt); Voor iedere deelnemer een bijbel (NBV); Verschillende materialen om creatief aan de slag te gaan voor de expositie, bijvoorbeeld: - Gekleurd karton en papier; - Stiften en kleurpotloden; - Lijm en scharen; - Make-up en/of schmink; - Diverse verkleedkleren (sportief, oud/nieuw, mooi/ vies, enzovoorts); Eventueel een digitale camera en een laptop. PROGRAMMA Eerste bijeenkomst 10 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Leg lijm, scharen en de tijdschriften op tafel. Deel papier uit en vraag de deelnemers om het vel doormidden te vouwen. Vraag de jongeren om te bepalen wie hun favoriete persoon uit de tijdschriften is. Het is de bedoeling dat ze die persoon uitknippen en op de linkerhelft van hun papier plakken. Vraag de jongeren waarom ze voor een bepaalde persoon hebben gekozen. Wat vinden ze leuk of mooi aan die persoon? 2

44 Make me beautiful, make me strong! 35 minuten Verkenning Hang op vier verschillende plaatsen in de ruimte een papier met een letter (A, B, C en D). Stel de quizvragen in bijlage 1. Laat de deelnemers antwoord geven door bij de letter van hun keuze te gaan staan. Als je genoeg ruimte hebt, kun je de jongeren hierbij wat meer laten bewegen: geef dan bij elke vraag aan hoe ze naar hun antwoord moeten gaan (bijvoorbeeld: hinkelen, springen, op hun hurken lopen, op handen en voeten lopen). Geef bij elke vraag één of twee jongeren de gelegenheid om hun keuze toe te lichten. Leg nu ook stiften en kleurpotloden op tafel. Geef elke deelnemer één kopie van bijlage 2. Vraag de jongeren om het poppetje uit te knippen en op de rechterhelft van hun papier uit de Opening te plakken. Dit poppetje moeten de jongens veranderen in de 'perfecte man' en de meisjes moeten het veranderen in de 'perfecte vrouw'. Daarbij mogen ze gebruikmaken van stiften en kleurpotloden, maar ze mogen ook dingen uit de tijdschriften knippen. Bespreek het resultaat. Vraag de jongeren om toelichting. Laat hen ook kort antwoord geven op de volgende vragen: Moet je perfect zijn? Waarom wel of niet? Waar zou het verlangen naar perfectie vandaan komen? Wat of wie zouden we eigenlijk willen zijn? 15 minuten Verdieping Geef aan dat je nu dieper wilt ingaan op de vraag waar het verlangen naar perfectie vandaan komt. Hoe komt het dat veel mensen zo graag dingen zouden willen veranderen aan hun lichaam? Laat de deelnemers eerst zelf antwoorden bedenken. Als het niet ter sprake komt, vraag dan wat de rol is van de media. Verwijs daarbij naar de tijdschriften die de jongeren aan het begin van de bijeenkomst hebben bekeken. Laat vervolgens het filmpje 'Dove evolution' zien (youtu.be/ iyhcn0jf46u). Vraag de deelnemers vooraf om tijdens het kijken na te denken over de boodschap van dit filmpje. Bespreek na het kijken samen wat de boodschap is. Verwijs zo nodig naar de conclusie in het filmpje: "No wonder our perception of beauty is distorted" (Geen wonder dat ons idee van schoonheid vervormd is). De beelden van zulke mooie, 'perfecte' mensen in de media creëren een schijn- wereld. Die wereld bestaat niet echt: de mensen op die foto's zijn in het echt niet zo perfect. Toch willen veel mensen net zo zijn als de mensen op die foto's. Vraag de deelnemers of ze vinden dat dit filmpje werkt of niet. Denken ze dat zij zelf door dit filmpje minder bezig zullen zijn met schoonheid en uiterlijk? Maakt het daarbij uit of ze iets hebben met het merk Dove? Waarom wel of niet? Geef tot slot een korte toelichting bij het filmpje: Volgens Dove is het doel van de campagne om de aandacht te verleggen van 'perfect zijn' naar 'zelfverzekerd zijn'. Dove krijgt echter ook kritiek, omdat hun reclames toch gefocust zijn op uiterlijk. Er worden immers mooie modellen in hun reclames gebruikt, ook al zijn die misschien wel minder dun dan gebruikelijk. 25 minuten Verwerking Deel opnieuw kopieën uit van bijlage 2. Zeg dat mensen uiteindelijk wel meer willen zijn dan alleen mooi qua uiterlijk. Wat zou een beter beeld zijn van een 'mooi mens'? Dat mogen de deelnemers uitbeelden op de bijlage. Daarbij mogen ze weer gebruikmaken van stiften, kleurpotloden en de tijdschriften. Bespreek samen het resultaat. Wat is een 'mooi mens' volgens de jongeren? Hoe hebben ze dit uitgebeeld? Wat zijn de verschillen met de 'perfecte mens' die ze eerder hebben uitgebeeld? Wat is er verwijderd ten opzichte van die 'perfecte mens' en wat is er gebleven? Stel tot slot de vraag: moet je altijd iets aanpassen om 'mooi' te zijn, of kun je ook mooi zijn zoals je nu bent? Sluit dit onderdeel af met een positieve noot door één van de volgende filmpjes te laten zien: Videoclip #LeukGenoeg (youtu.be/rwsfxeqztgm) Reclamefilmpje Menzis (youtu.be/r8jqtejy7x0) 5 minuten Afsluiting Vertel de deelnemers dat jullie in de volgende bijeenkomst dieper zullen ingaan op de vraag wat een 'mooi mens' is, mooi in de breedste zin van het woord. Daarvoor krijgen ze 3

45 Make me beautiful, make me strong! een thuisopdracht: de jongeren moeten vóór de tweede bijeenkomst in hun eigen omgeving op zoek gaan naar dingen die anderen 'mooi' vinden aan de mens en daar een foto of filmpje van maken om te delen met de rest van de groep. Maak duidelijk waar en hoe ze dat kunnen delen (zie Praktische voorbereiding). De deelnemers mogen dingen gebruiken uit hun dagelijks leven, maar ze mogen ook gericht mensen gaan interviewen. Geef voorbeelden van mogelijke aandachtspunten: Wat vinden mensen tegenwoordig mooi? Waar besteden mensen de meeste aandacht aan en waarom? Wat valt op in de gesprekken? Wat wordt veel genoemd? Sluit af met gebed. Deel daarvoor briefjes uit en vraag de jongeren om een dankpunt op te schrijven: als je naar jezelf kijkt, waar ben je God dan dankbaar voor? Je kunt de briefjes innemen en zelf oplezen tijdens het gebed, maar je kunt de jongeren ook vragen om elkaars briefjes of hun eigen briefjes op te lezen. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. Tweede bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom. Bied iets te drinken aan en deze keer ook iets te eten (zowel gezond als ongezond). Vertel er niet bij dat je hier vragen over zult stellen in de Verkenning. Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst. 20 minuten Verkenning Vertel dat het in de eerste bijeenkomst ging over uiterlijk en schoonheid; nu gaan de jongeren iets doen wat betrekking heeft op een ander aspect van het lichaam. Benoem het beeld dat meisjes vaak bezig zijn met hun uiterlijk en jongens met hoe sterk ze zijn. Geef aan dat je weleens wilt zien hoe het ervoor staat in deze groep: hoe sterk is iedereen? Vorm twee of meer groepen (bijvoorbeeld een jongensgroep en een meisjesgroep). Noem de verschillende onderdelen: opdrukken, gewichtheffen (twee emmers met zand) en buikspieroefeningen (sit-ups). Vraag de jongeren om een snelle inschatting te maken van hoe vaak ze deze dingen kunnen doen, binnen maximaal drie minuten. Noteer hun antwoorden. Laat de jongeren de oefeningen doen. Houd bij hoe vaak het ze lukt. Voor elk onderdeel dat ze goed hebben ingeschat, noteer je 10 punten. Komen ze uit onder hun schatting, geef dan minder punten (naar eigen inzicht). Geef de uitslag. Wie had goed ingeschat wat hij of zij aankon? Hoe kwam dat? Kwam dat misschien doordat ze zelf ook weleens zulke oefeningen doen? Praat hier kort over door met de deelnemers. In welke mate sporten zij? Vinden ze sporten belangrijk? Waarom wel of niet? Kom nog even terug op de Opening. Er stond allerlei eten klaar. Bespreek met de deelnemers wat ze hebben genomen en waarom. Is hun keuze bijvoorbeeld beïnvloed door thuis, de media of vrienden? Speelde het een rol wat de gevolgen zouden zijn voor hun lichaam en uiterlijk? Bespreek vervolgens de thuisopdracht. Laat een aantal foto's en/of filmpjes zien die de jongeren op het gekozen platform hadden geplaatst. Vraag de deelnemers naar hun ervaringen. Ze kunnen bijvoorbeeld vertellen hoe de gesprekken gingen en hoe ze het uitvoeren van de opdracht hebben beleefd. Vat daarna samen wat hun vondsten waren met betrekking tot de vraag wat een 'mooi mens' is. Wat vinden mensen tegenwoordig mooi? Waar besteden ze de meeste aandacht aan en waarom? Gaat het vooral om de buitenkant of om de binnenkant? Wat is er nog meer opgevallen? Vertel dat je nog wat duidelijker wilt krijgen wat de jongeren belangrijk vinden. Geef elke deelnemer een setje met de uitgeknipte kaartjes van bijlage 3. Vraag de jongeren om de woorden voor zichzelf in volgorde van belangrijkheid te leggen. Vraag hun daarna om een toelichting. Praat hier nog even over door met elkaar. Vinden de deelnemers het eigenlijk wel mogelijk om een volgorde te geven? Waarom wel of niet? Zijn er woorden die met elkaar te 4

46 Make me beautiful, make me strong! maken hebben? Zijn er misschien woorden die ze zouden willen toevoegen, of woorden die ze juist zouden willen weglaten? 20 minuten Verdieping Vertel dat er in de Bijbel ook wordt gesproken over uiterlijk en over het lichaam. Deel bijbels uit en lees samen de volgende teksten: Psalmen 139: Samuel 16:7 1 Korintiërs 6:19-20 Bespreek deze teksten met elkaar. Wat halen de deelnemers hier uit? Zie ook aandachtspunt. Geef aan dat God beide kanten van belang vindt: het is goed om ons lichaam te verzorgen, maar ook het innerlijk is belangrijk. Vraag de jongeren om in de Bijbel te zoeken naar teksten die volgens hen duidelijk maken wat een mooie binnenkant is. Als ze dat moeilijk vinden, kun je hen ook online op zoek laten gaan naar de zeven deugden. Zo nodig kun je de volgende Bijbelteksten aanreiken om te bestuderen: Galaten 5:22-23 Filippenzen 4:8-9 Kolossenzen 3:12-17 Matteüs 22:37-40 Bespreek met de deelnemers wat ze hebben gevonden. Hoe zouden ze dit kunnen toepassen in hun eigen leven en in relatie tot anderen? Wat vonden ze mooi om te lezen? Wat lijkt lastig toe te passen en waarom? Vraag de jongeren om nog eens te kijken naar de uitgeknipte kaartjes van bijlage 3, die ze in het vorige onderdeel in volgorde van belangrijkheid hadden gelegd. Zouden ze nu een andere volgorde geven? Zouden ze nu misschien andere woorden willen toevoegen en/of weglaten? Geef hun eerst tien minuten de tijd om samen te bedenken en te formuleren wat voor boodschap ze zouden willen delen met de kerk. Wat willen ze duidelijk maken aan de gemeenteleden? Geef hun daarna de tijd om samen te bedenken wat voor soort expositie ze zouden willen maken (of leg uit wat je hier zelf voor had bedacht, zie Praktische voorbereiding). Wijs hen op de verschillende materialen die ze kunnen gebruiken. Laat hen vervolgens hun ideeën uitwerken. Maak tot slot duidelijke afspraken met betrekking tot de expositie in de kerk. Wie doet wat, en wanneer? 5 minuten Afsluiting Sluit af met gebed. Vraag één van de deelnemers om te bidden voor de geplande expositie. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. AANDACHTSPUNT De tekst van Psalm 139 kan gevoelig liggen. Denk bijvoorbeeld aan mensen met verstandelijke beperkingen of (chronische) zieken. Geef de mogelijkheid om vragen te stellen, maar laat ook ruimte om eventuele vragen te 'parkeren'. BIJLAGEN 1. Quiz 2. Werkblad 3. Gesprekskaartjes 40 minuten Verwerking Maak duidelijk dat de deelnemers een creatieve expositie gaan maken voor in de kerk, waarin ze laten zien wat ze in deze bijeenkomsten hebben geleerd over uiterlijk en het lichaam, over de binnenkant en de buitenkant. Hun expositie moet een boodschap hebben. 5

47 Make me beautiful, make me strong! Bijlage 1 QUIZ 1. Hoe vaak ga je shoppen? a. één keer per maand of minder b. twee of drie keer per maand c. één keer per week d. meerdere keren per week 2. Waar besteed je het meeste geld aan? a. kleding b. schoenen c. mobiel d. anders 3. Hoe lang sta je 's ochtends voor de spiegel? a. een paar minuten b. tien minuten c. een halfuur d. minstens een uur 4. Hoe vaak ben je op school nog bezig met je uiterlijk? a. Ik check voortdurend mijn uiterlijk, met een spiegeltje of mijn mobiel. b. Na elke les. Dan ga ik even snel naar de wc om te checken of alles nog goed zit. c. In elke pauze. d. Niet. Dat doe ik pas als ik weer thuis ben (en soms zelfs dan niet). 6. Hoe belangrijk vind je sporten? a. Niet belangrijk. b. Een beetje belangrijk. Het is goed om af en toe te bewegen. c. Heel belangrijk. Sporten is nodig om spieren te ontwikkelen en/of om niet te dik te worden. d. Heel belangrijk. Het is gewoon leuk! 7. Als je iets kon veranderen aan jezelf, wat zou je dan veranderen? a. mijn benen of voeten b. mijn gezicht of hoofd c. mijn bovenlichaam d. niets Optioneel bij 7: Laat de deelnemers zelf een 'beweging' bedenken om uit te beelden wat ze aan het gekozen lichaamsdeel zouden willen veranderen. Vraag een aantal jongeren om een toelichting bij hun beweging. Vraag ook waarom ze dat lichaamsdeel zouden willen aanpassen. 5. Voor de jongens: stel, je bent met vrienden in een park. Er loopt een mooi meisje langs met een groep vriendinnen. Hoe reageren jullie? Voor de meisjes: stel, je bent met vriendinnen in een park. Er loopt een knappe jongen langs met een groep vrienden. Hoe reageren jullie? a. We roepen hen na en/of we maken opmerkingen over hoe ze eruitzien. b. We proberen hen te scoren met een cijfer van c. Als ze voorbij zijn, zeggen we tegen elkaar dat er wel een heel leuke tussen zat. d. We doen niets. Bij 5: Vraag door. Wat is de reden dat ze zo reageren? Wat vinden ze hiervan? 6

48 Make me beautiful, make me strong! Bijlage 2 WERKBLAD 7

49 Make me beautiful, make me strong! Bijlage 3 GESPREKSKAARTJES Je hart Familie Sporten Gezond eten Vrienden Karakter Kleding Goede daden doen 8

50 De gemeente als familie Leeftijd: intergeneratief Thema: bijbel, erbij horen, Kerk Tijdsduur: 60+ min. Met tieners en volwassenen in gesprek over de kerk als een familie. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Jongeren en volwassenen denken samen na over de kerkelijke gemeente als 'familie' en over wat dat betekent voor de onderlinge verbondenheid. Door het afleggen van een hindernisbaan met extra belemmeringen, merken ze dat mensen elkaar nodig hebben om verder te kunnen komen. Vervolgens bespreken ze aan de hand van enkele Bijbelteksten in welke opzichten de kerkelijke gemeente lijkt op een familie. Naar aanleiding van een liedje van Elly en Rikkert denken de deelnemers na over hun 'rare' eigenschappen, hun talenten en hoe ze die talenten zouden kunnen inzetten voor de gemeente. Ook wordt hun onderlinge verbondenheid op een speelse manier zichtbaar gemaakt. Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers beseffen dat ze deel uitmaken van de gemeente als 'kerkelijke familie'. De jongeren maken kennis met volwassen gemeenteleden en hun ervaringen met de gemeente als 'familie'. De deelnemers ontdekken dat ze een onmisbaar deel zijn van de gemeente. De deelnemers denken na over hoe ze hun talenten zouden kunnen inzetten voor de opbouw van de gemeente.

51 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Tien tot twintig (inclusief enkele volwassenen) Leeftijd jaar plus enkele volwassenen Duur / aantal bijeenkomsten Een bijeenkomst van vijf kwartier Auteur Nienke de Ronde KORTE BESCHRIJVING In dit item denken jongeren en volwassenen samen na over de kerkelijke gemeente als 'familie' en over wat dat betekent voor de onderlinge verbondenheid. Door het afleggen van een hindernisbaan met extra belemmeringen, merken ze dat mensen elkaar nodig hebben om verder te kunnen komen. Vervolgens bespreken ze aan de hand van enkele Bijbelteksten in welke opzichten de kerkelijke gemeente lijkt op een familie. Naar aanleiding van een liedje van Elly en Rikkert denken de deelnemers na over hun 'rare' eigenschappen, hun talenten en hoe ze die talenten zouden kunnen inzetten voor de gemeente. Ook wordt hun onderlinge verbondenheid op een speelse manier zichtbaar gemaakt. DOEL De deelnemers beseffen dat ze deel uitmaken van de gemeente als 'kerkelijke familie'. De jongeren maken kennis met volwassen gemeenteleden en hun ervaringen met de gemeente als 'familie'. De deelnemers ontdekken dat ze een onmisbaar deel zijn van de gemeente. De deelnemers denken na over hoe ze hun talenten zouden kunnen inzetten voor de opbouw van de gemeente. VERANTWOORDING Jongeren maken net zo goed deel uit van een gemeente als volwassenen. Om een gemeente goed te laten functioneren, zowel nu als in de toekomst, is het belangrijk dat de jongeren zich er thuis voelen. Door de jongeren te laten nadenken over hun talenten en hoe zij die kunnen inzetten, worden ook zij betrokken bij de opbouw van de gemeente. En de gemeente is weer van groot belang voor de geloofsontwikkeling van de jongeren. Als de jongeren andere gemeenteleden ontmoeten en beter leren kennen, kunnen zij zich aan hen spiegelen. En op hun beurt kunnen de andere gemeenteleden ontdekken wat er onder de jongeren speelt. Zo groeit het besef dat elk lid van de gemeente zijn of haar eigen inbreng heeft en daarom onmisbaar is. Hierbij kan het verhelderend zijn om eens naar de gemeente te kijken als een 'familie'. VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Nodig enkele volwassen gemeenteleden uit voor de bijeenkomst, die samen een representatief beeld van de gemeente geven (met verschillende leeftijden en achtergronden). Nodig per drie jongeren één volwassene uit. 1

52 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Regel een ruimte die groot genoeg is voor een 'hindernisbaan', bijvoorbeeld met enkele stoelen en/of tafels waar de deelnemers onderdoor, overheen of omheen moeten. Zet vlak voor de bijeenkomst de hindernisbaan op. Maak het niet te gemakkelijk, maar heb wel oog voor de eventuele hoge leeftijd van sommige volwassen deelnemers. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan het filmpje voor later gebruik of regel een cd met het lied ( We hebben allemaal wat van Elly en Rikkert). Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Test alle apparatuur. Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomst: Hoe ervaar je je eigen familie? Wat is jouw rol in je familie? Voel je je gelukkig in die rol? Zie je jouw gemeente ook als 'familie', bijvoorbeeld met God als Vader/Moeder en andere gemeenteleden als broers en zussen? Waarom wel of niet? Hoe zie je jouw gemeente verder? Ben je er thuis? Kun je er jezelf zijn? Ontmoet je er God? Wat vind je mooi aan je gemeente? Wat vind je minder mooi? Hoe passen de deelnemers volgens jou in deze gemeente? Zijn ze er op hun plaats? Hoeveel aandacht is er voor hen? Wat voor rollen zouden ze kunnen vervullen? Hoeveel ruimte is er voor hen om hun talenten in te zetten? BENODIGDHEDEN Materiaal voor de 'hindernisbaan', bijvoorbeeld enkele stoelen en/of tafels; Kopieën van alle bijlagen voor alle deelnemers; Een bijbel (NBV); Een flap-over met stiften; Apparatuur om het lied te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Twee grote bollen wol; Voor iedere deelnemer een waxinelichtje; Iets om de waxinelichtjes mee aan te steken. PROGRAMMA 10 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Maak een voorstelrondje. Vraag de deelnemers om daarbij extra goed op te letten in verband met het spel dat volgt. Vraag de deelnemers om in een kring te gaan staan en elkaars hand vast te houden, jongeren en volwassenen door elkaar. Laat alle deelnemers om beurten tegen de persoon aan hun linkerhand zeggen: "Fijn dat je er bent," gevolgd door de naam van de ander. Lukt het alle deelnemers om in dit rondje de naam van de eigen buurman of -vrouw te noemen? En wie van de jongeren en volwassenen is na dit rondje in staat om de namen te noemen van alle aanwezigen? 10 minuten Verkenning Vorm teams van ongeveer vijf deelnemers. Laat de teams om beurten de hindernisbaan afleggen, waarbij alle teamleden de finish moeten bereiken. Geef ieder teamlid een beperking, bijvoorbeeld: de een mag zijn handen niet gebruiken, de ander mag niet lopen, de volgende moet zijn ogen sluiten, enzovoort. Omdat alle teamleden de finishlijn moeten bereiken, zullen zij elkaar moeten helpen. Bespreek na afloop plenair hoe de teams de hindernisbaan hebben afgelegd. Leg vervolgens uit wat het idee hierachter is: Een gemeente bestaat uit veel verschillende leden, ieder met zijn of haar eigen beperkingen en zwakheden. Om als gemeente te kunnen groeien en verder te kunnen komen, moet iedereen elkaar helpen. De 'sterkere' helpt de 'zwakkere' - maar die rollen kunnen ook opeens omgedraaid zijn. 30 minuten Verdieping Geef aan dat de deelnemers nu enkele Bijbelteksten gaan lezen waarin de gemeente als een soort familie wordt gezien, op verschillende manieren. Deel kopieën uit van bijlage 1. Geef één van de jongeren een bijbel en laat hem 2

53 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie of haar 1 Timoteüs 5:1-8 oplezen. Vraag de andere deelnemers om mee te lezen in de bijlage. Bespreek vervolgens de gelezen tekst met elkaar aan de hand van de gespreksvragen onder aan de bijlage. Vorm groepjes van ongeveer vier deelnemers. Zorg dat de groepjes een evenwichtige samenstelling hebben, met zowel jongeren als volwassenen. Deel kopieën uit van bijlage 2 tot en met 5. Vraag de groepjes om de Bijbelteksten in deze bijlagen te lezen en te bespreken aan de hand van de gespreksvragen onderaan. Geef hiervoor twintig minuten de tijd. Bespreek dan plenair wat de groepjes hebben ontdekt in de Bijbelteksten. Laat bijvoorbeeld ieder groepje iets zeggen over een ander Bijbelgedeelte. Maak hier notities van op de flap-over. Wat valt op? Hebben de deelnemers met elkaar kunnen ontdekken dat de gemeente bestaat uit mensen die God als Vader/Moeder hebben en daardoor elkaars broers en zussen zijn? 20 minuten Verwerking Deel kopieën uit van bijlage 6. Beluister met elkaar het lied We hebben allemaal wat van Elly en Rikkert (youtu.be/ jcr7t5vltic). Bespreek het lied met de deelnemers. Vraag bijvoorbeeld of zij zichzelf erin herkennen. Hoe past dit lied bij de zojuist besproken Bijbelteksten? Benoem zo nodig dat iedereen volgens dit lied wel een rare eigenschap heeft, iets wat anderen maar gek vinden - maar dat we desondanks familie van elkaar zijn en dus ook van elkaar mogen houden. Vraag de deelnemers om opnieuw in een kring te gaan staan. Geef een bol wol aan een jongere of volwassene. Leg uit wat de bedoeling is: De eerste deelnemer mag een 'rare' eigenschap van zichzelf noemen en vervolgens de bol wol naar iemand anders gooien. Daarbij moet hij of zij wel het uiteinde van de draad blijven vasthouden. Degene die de bol vangt, noemt ook een 'rare' eigenschap van zichzelf en gooit de bol wol weer door. Ook deze deelnemer blijft een stukje van de draad vasthouden. Enzovoorts. Laat de bol wol zo rondgaan, tot alle deelnemers met elkaar verbonden zijn. Benoem dat er nu een web is ontstaan van relaties: relaties tussen mensen die allemaal een 'rare' eigenschap hebben, maar wel met elkaar verbonden zijn. Neem de tweede bol wol en laat die op dezelfde manier rondgaan - maar laat de deelnemers nu een talent van zichzelf noemen in plaats van een 'rare' eigenschap. Laat hen daarbij ook kort benoemen hoe hun talent zou kunnen bijdragen aan de opbouw van de gemeente als familie. Maak hier notities van op de flap-over. Laat de bol wol zo rondgaan, tot alle deelnemers ook via deze draad met elkaar verbonden zijn. Benoem dat er nu een web is ontstaan van mensen die elkaar nodig hebben als familie. Vraag de deelnemers om het web voorzichtig op de grond te leggen en er omheen te gaan zitten. Bespreek met elkaar hoe de genoemde talenten zouden kunnen worden gebruikt in de gemeente. 5 minuten Afsluiting Blijf met de deelnemers rond het web zitten. Deel waxinelichtjes uit. Steek je eigen lichtje aan en noem daarbij een 'rare' eigenschap en een talent van jezelf. Nodig de deelnemers uit om hetzelfde te doen. Sluit af met de volgende woorden: God was in ons midden, bij ons: Zijn kinderen, net zo raar als we mooi zijn, ieder met eigen gaven en talenten; Gods kinderen, wij, familie van elkaar, broers en zussen door dik en dun, voor altijd met elkaar verbonden. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. AANDACHTSPUNT Dit item sluit goed aan op het item De boom in: Familierelaties. Gebruik dit item bij voorkeur daarna. 3

54 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie BIJLAGEN 1. Bijbeltekst en gespreksvragen 1 2. Bijbeltekst en gespreksvragen 2 3. Bijbeltekst en gespreksvragen 3 4. Bijbeltekst en gespreksvragen 4 5. Bijbeltekst en gespreksvragen 5 6. Songtekst 4

55 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Bijlage 1 BIJBELTEKST EN GESPREKSVRAGEN 1 1 Timoteüs 5:1-8 (NBV) Ga niet tekeer tegen een oude man. Als je hem vermaant, beschouw hem dan als een vader, zoals je jonge mannen als broers moet zien, oude vrouwen als moeders en jonge vrouwen als zusters en dit in alle zuiverheid. Ondersteun weduwen die alleen staan. Als een weduwe kinderen of kleinkinderen heeft, moeten die godvruchtig voor haar huishouding zorgen. Zo betalen ze hun voorouders terug, en dat is God welgevallig. Een weduwe die helemaal alleen staat, houdt haar hoop op God gevestigd en blijft smeken en bidden, dag en nacht. Maar een weduwe die losbandig leeft, is levend dood. Houd hun dit voor, zodat ze een onberispelijk leven kunnen leiden. Wie niet voor de eigen familie zorgt, zelfs niet voor huisgenoten, heeft het geloof verloochend en is slechter dan een ongelovige. Gespreksvragen 1. Wat valt je op als je deze tekst leest? 2. Wat vind je mooi aan deze tekst? 3. Wat vind je moeilijk? 4. Wat zegt deze tekst over God? 5. Wat zegt deze tekst over de gemeente als familie? 6. Wat betekent het om samen kinderen van God te zijn? 5

56 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Bijlage 2 BIJBELTEKST EN GESPREKSVRAGEN 2 Romeinen 12:3-17 (NBV) Met een beroep op de genade die mij geschonken is, zeg ik u allen dat u zichzelf niet hoger moet aanslaan dan u kunt verantwoorden, maar verstandig over uzelf moet denken. Denk overeenkomstig het geloof, dat is de maatstaf die God u heeft gegeven. Zoals ons ene lichaam vele delen heeft en die delen niet allemaal dezelfde functie hebben, zo zijn we samen één lichaam in Christus en zijn we, ieder apart, elkaars lichaamsdelen. We hebben verschillende gaven, onderscheiden naar de genade die ons geschonken is. Wie de gave heeft te profeteren, moet die in overeenstemming met het geloof gebruiken. Wie de gave heeft bijstand te verlenen, moet bijstand verlenen. Wie de gave heeft te onderwijzen, moet onderwijzen. Wie de gave heeft te troosten, moet troosten. Wie iets weggeeft, moet dat zonder bijbedoeling doen. Wie leiding geeft, moet dat doen met volle inzet. Wie barmhartig voor een ander is, moet daarin blijmoedig zijn. Laat uw liefde oprecht zijn. Verafschuw het kwaad en wees het goede toegedaan. Heb elkaar lief met de innige liefde van broeders en zusters en acht de ander hoger dan uzelf. Laat uw enthousiasme niet bekoelen, maar laat u aanvuren door de Geest en dien de Heer. Wees verheugd door de hoop die u hebt, wees standvastig wanneer u tegenspoed ondervindt, en bid onophoudelijk. Bekommer u om de noden van de heiligen en wees gastvrij. Zegen uw vervolgers; zegen hen, vervloek hen niet. Wees blij met wie zich verblijdt, heb verdriet met wie verdriet heeft. Wees eensgezind; wees niet hoogmoedig, maar zet uzelf aan tot bescheidenheid. Ga niet af op uw eigen inzicht. Vergeld geen kwaad met kwaad, maar probeer voor alle mensen het goede te doen. Gespreksvragen 1. Wat vind je mooi aan deze tekst? 2. Wat vind je moeilijk? 3. Wat zegt deze tekst over de gemeente als familie? 6

57 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Bijlage 3 BIJBELTEKST EN GESPREKSVRAGEN 3 1 Petrus 3:8-12 (NBV) Tot slot vraag ik u: Wees allen eensgezind, leef met elkaar mee, heb elkaar lief als broeders en zusters, wees barmhartig en bereid de minste te zijn. Vergeld geen kwaad met kwaad, en als u wordt uitgescholden, scheld dan niet terug; zegen juist, opdat u ook zelf zegen ontvangt, want daartoe bent u geroepen. Immers: Wie het leven liefheeft en gelukkig wil zijn, moet geen laster of leugens over zijn lippen laten komen, hij moet het kwaad uit de weg gaan en het goede doen, en voortdurend vrede nastreven. Want de Heer verliest de rechtvaardigen niet uit het oog en luistert naar hun gebeden, maar hij keert zich tegen wie kwaad doen. Gespreksvragen 1. Wat vind je mooi aan deze tekst? 2. Wat vind je moeilijk? 3. Wat zegt deze tekst over de gemeente als familie? 7

58 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Bijlage 4 BIJBELTEKST EN GESPREKSVRAGEN 4 Marcus 3:31-35 (NBV) Intussen waren zijn moeder en zijn broers aangekomen. Ze stuurden iemand naar binnen om hem te halen. Zelf bleven ze buiten wachten. Er zat een groot aantal mensen om hem heen, en die zeiden tegen hem: Uw moeder en uw broers staan buiten en zoeken u. Hij antwoordde: Wie zijn mijn moeder en mijn broers? Hij keek de mensen aan die in een kring om hem heen zaten en zei: Jullie zijn mijn moeder en mijn broers. Want iedereen die de wil van God doet, die is mijn broer en zuster en moeder. Gespreksvragen 1. Wat vind je mooi aan deze tekst? 2. Wat vind je moeilijk? 3. Wat zegt deze tekst over de gemeente als familie? 8

59 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Bijlage 5 BIJBELTEKST EN GESPREKSVRAGEN 5 1 Korintiërs 12:12-27 (NBV) Een lichaam is een eenheid die uit vele delen bestaat; ondanks hun veelheid vormen al die delen samen één lichaam. Zo is het ook met het lichaam van Christus. Wij zijn allen gedoopt in één Geest en zijn daardoor één lichaam geworden, wij zijn allen van één Geest doordrenkt, of we nu Joden of Grieken zijn, of we nu slaven of vrije mensen zijn. Immers, een lichaam bestaat niet uit één deel, maar uit vele. Als de voet zou zeggen: Ik ben geen hand, dus ik hoor niet bij het lichaam, hoort hij er dan werkelijk niet bij? En als het oor zou zeggen: Ik ben geen oog, dus ik hoor niet bij het lichaam, hoort het er dan werkelijk niet bij? Als het hele lichaam oog zou zijn, waarmee zou het dan kunnen horen? Als het hele lichaam oor zou zijn, waarmee zou het dan kunnen ruiken? God heeft nu eenmaal alle lichaamsdelen hun eigen plaats gegeven, precies zoals hij dat wilde. Als ze met elkaar slechts één lichaamsdeel zouden vormen, zou dat dan een lichaam zijn? Het is juist zo dat er een groot aantal delen is en dat die met elkaar één lichaam vormen. Het oog kan niet tegen de hand zeggen: Ik heb je niet nodig, en het hoofd kan dat evenmin tegen de voeten zeggen. Integendeel, juist die delen van het lichaam die het zwakst lijken zijn het meest noodzakelijk. De delen van ons lichaam waarvoor we ons schamen en die we liever bedekken, behandelen we zorgvuldiger en met meer respect dan die waarvoor we ons niet schamen. Die hebben dat niet nodig. God heeft ons lichaam zo samengesteld dat de delen die het nodig hebben ook zorgvuldiger behandeld worden, zodat het lichaam niet zijn samenhang verliest, maar alle delen elkaar met dezelfde zorg omringen. Wanneer één lichaamsdeel pijn lijdt, lijden alle andere mee; wanneer één lichaamsdeel met respect behandeld wordt, delen alle andere in die vreugde. Welnu, u bent het lichaam van Christus en ieder van u maakt daar deel van uit. Gespreksvragen 1. Wat vind je mooi aan deze tekst? 2. Wat vind je moeilijk? 3. Wat zegt deze tekst over de gemeente als familie? 9

60 We hebben allemaal wat: De gemeente als familie Bijlage 6 SONGTEKST We hebben allemaal wat We hebben allemaal wat, we zijn allemaal raar. En toch zijn we broertjes en zusjes. We hebben allemaal wat, we zijn allemaal raar. En toch houden we van elkaar. Kijk, dat is Wim: die is niet zo slim; die weet niet dat twee en twee vier is. En daar is Tom: ook al zo dom; die denkt dat Amerika hier is. Kijk, daar is Jack: die stottert zo gek als 'ie met ons wil p-praten. En daar is Leen: die trekt met z'n been; die loopt overal in de gaten. (refrein) Kijk, daar is Aad: die spuugt als 'ie praat, zodat je haast helemaal nat wordt. Dat is nog niks vergeleken bij Trix: die rijdt door een plas zonder spatbord. Daar heb je Pien: altijd zo kien; de tong uit haar mond als ze rekent. En daar is Marij: die zegt steeds "goodbye"; ze weet niet eens wat het betekent. (refrein) Kijk, dat is Pim: die mag niet op gym, omdat het niet goed voor z'n hart is. En daar is Margot: die doet altijd zo; ze lijkt op de apies uit Artis. Daar heb je Wil: die is toch zo stil; z'n pa en z'n ma zijn gescheiden. En daar is Teus: verband op z'n neus; hij wou van de trapleuning glijden. (refrein) Bron: Zuiderveld, R. (1990). Een boom vol liedjes [cd]. Heemstede: EMI. 10

61 Wijs op levensreis Leeftijd: 13-16, intergeneratief Thema: bijbel, Reizen Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Over wijsheid, het Bijbelboek Spreuken en levenslessen van oudere gemeenteleden. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Dit item gaat over wijsheid en levenslessen. Gedurende dit item houden de deelnemers een schriftje bij met wijze levenslessen. In de eerste bijeenkomst denken ze ook na over wat wijsheid nu eigenlijk is, onder meer naar aanleiding van ludieke posters en het Bijbelboek Spreuken. Daarnaast mogen ze een kei versieren met 'wijsheid'. In de tweede bijeenkomst krijgen de deelnemers een gelukskoekje met een tekst uit Spreuken en staan ze stil bij het verhaal van Salomo en de koningin van Seba. Ook bereiden ze zich voor op de derde bijeenkomst, waarvoor ze zelf 'wijze' gasten mogen uitnodigen om hun eigen levensvragen aan te stellen. De derde bijeenkomst wordt dan ook een intergeneratieve, waarin de deelnemers en hun gasten met elkaar in gesprek gaan in de vorm van een soort speeddaten. De opgedane levenslessen mogen ze vervolgens letterlijk op een tegeltje schrijven. Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers denken na over wat er nu precies wordt bedoeld met 'wijsheid' en 'levenslessen'. De deelnemers worden zich ervan bewust dat wijsheid iets anders is dan intelligentie en dat levenslessen vaak worden opgedaan in het contact met een ander of door bepaalde gebeurtenissen. De deelnemers ontdekken dat er veel wijsheidsuitspraken in de Bijbel staan, vooral in het Bijbelboek Spreuken en in de Evangeliën. De deelnemers leren meer over de wijze koning Salomo, die zijn wijsheid ontving als geschenk van God omdat hij daarmee oprecht zijn volk wilde helpen. De deelnemers ontdekken dat zij zelf ook 'wijze levenslessen' bezitten die ze kunnen delen met anderen. De deelnemers worden zich ervan bewust dat het bij wijsheid niet gaat om het hoofd of om de handen (dus niet om wat je denkt of doet), maar om het hart (betrokkenheid, innerlijke beweging).

62 Wijs op levensreis Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot tien (plus in de derde bijeenkomst evenveel volwassenen). Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Drie bijeenkomsten van een uur Auteur Ivanka Druijf-den Hoedt KORTE BESCHRIJVING Dit item gaat over wijsheid en levenslessen. Gedurende dit item houden de deelnemers een schriftje bij met wijze levenslessen. In de eerste bijeenkomst denken ze ook na over wat wijsheid nu eigenlijk is, onder meer naar aanleiding van ludieke posters en het Bijbelboek Spreuken. Daarnaast mogen ze een kei versieren met 'wijsheid'. In de tweede bijeenkomst krijgen de deelnemers een gelukskoekje met een tekst uit Spreuken en staan ze stil bij het verhaal van Salomo en de koningin van Seba. Ook bereiden ze zich voor op de derde bijeenkomst, waarvoor ze zelf 'wijze' gasten mogen uitnodigen om hun eigen levensvragen aan te stellen. De derde bijeenkomst wordt dan ook een intergeneratieve, waarin de deelnemers en hun gasten met elkaar in gesprek gaan in de vorm van een soort speeddaten. De opgedane levenslessen mogen ze vervolgens letterlijk op een tegeltje schrijven. DOEL De deelnemers denken na over wat er nu precies wordt bedoeld met 'wijsheid' en 'levenslessen'. De deelnemers worden zich ervan bewust dat wijsheid iets anders is dan intelligentie en dat levenslessen vaak worden opgedaan in het contact met een ander of door bepaalde gebeurtenissen. De deelnemers ontdekken dat er veel wijsheidsuitspraken in de Bijbel staan, vooral in het Bijbelboek Spreuken en in de Evangeliën. De deelnemers leren meer over de wijze koning Salomo, die zijn wijsheid ontving als geschenk van God omdat hij daarmee oprecht zijn volk wilde helpen. De deelnemers ontdekken dat zij zelf ook 'wijze levenslessen' bezitten die ze kunnen delen met anderen. De deelnemers worden zich ervan bewust dat het bij wijsheid niet gaat om het hoofd of om de handen (dus niet om wat je denkt of doet), maar om het hart (betrokkenheid, innerlijke beweging). VERANTWOORDING Wijze levenslessen kun je op verschillende manieren leren. Sommige lessen haal je misschien uit boeken, terwijl je andere lessen opdoet door wat je meemaakt of door wat je hoort van wijze mensen. Maar wat maakt iemand eigenlijk 'wijs'? Heeft dat te maken met ouderdom of levenservaring? Kun je ook wijs zijn door de manier waarop je in het leven staat? Wijsheid is in ieder geval iets anders dan intelligentie. Ook de Bijbel bevat veel wijze lessen: lessen over goed leven, God eren en de ander respecteren en liefhebben. Reden genoeg om hier eens wat dieper op in te gaan. 1

63 Wijs op levensreis VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk ook het filmpje. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan het filmpje voor later gebruik. Regel voor de derde bijeenkomst een ruimte die groot genoeg is voor twee ringen stoelen (zie Verdieping) plus knutseltafels. Bak voor de tweede bijeenkomst gelukskoekjes voor alle deelnemers of laat dit eventueel doen door iemand anders uit de gemeente. Zie bijlage 2 voor het recept. Knip de spreuken in bijlage 3 uit om te gebruiken als 'vulling'. Maak voor de tweede bijeenkomst een lijstje van 'wijze' mensen die je zou kunnen uitnodigen voor de derde bijeenkomst, om achter de hand te hebben voor het geval er jongeren zijn die zelf niemand kunnen bedenken. Daarbij hoef je niet per se te denken aan ouderlingen of de dominee; het kunnen ook gewoon mensen zijn die je wijs vindt om wat ze zeggen of doen. Maak voor de derde bijeenkomst gesprekskaartjes met (een deel van) de levensvragen die de deelnemers hebben genoteerd in de Verwerking van de tweede bijeenkomst. Maak zoveel kaartjes als er deelnemers zijn. Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Test alle apparatuur. Persoonlijke voorbereiding In dit item maken de deelnemers een persoonlijk 'boekje van wijze levenslessen'. Doe dit de komende tijd zelf ook, zodat je het in de bijeenkomsten kunt laten zien (zie toelichting in de Verdieping van de eerste bijeenkomst). Stel jezelf ook de volgende vragen om je persoonlijk voor te bereiden op de bijeenkomsten: Wat was of is voor jou een wijze levensles? Wat is volgens jou het verschil tussen wijs en slim? Wat maakt iemand een wijs mens in jouw ogen? Wat is jouw definitie daarvan? Lees 1 Koningen 10:1-13. Wat raakt je? Wat maakt je nieuwsgierig? Waar heb je vragen bij? De roem van Salomo's wijsheid ging voor hem uit. Dat maakte de koningin van Seba nieuwsgierig. Voor wie of wat kom jij in beweging? Wat motiveert jou? Neem het Bijbelboek Spreuken door en kies elke dag een spreuk om op te 'kauwen'. Wat zegt deze spreuk jou? Kun je er iets mee in jouw leven? BENODIGDHEDEN Eerste bijeenkomst Een grote kaars en iets om deze mee aan te steken; Keien in verschillende kleuren, vormen en maten (ongeveer twee keer zoveel als er deelnemers zijn); Voor iedere deelnemer een bijbel (NBV); Je eigen 'boekje van wijze levenslessen' (zie Persoonlijke voorbereiding); Voor iedere deelnemer een schrift met harde kaft; Pennen; Materiaal om de schriften te versieren (bijvoorbeeld stiften, glitters en stickers); Materiaal om de keien te beschrijven en versieren, bijvoorbeeld Giotto decor-stiften (verkrijgbaar in hobbywinkels en via internet); Apparatuur om een foto van de keien te nemen en die online te plaatsen (bijvoorbeeld een smartphone of tablet met internetverbinding). Tweede bijeenkomst Een grote kaars en iets om deze mee aan te steken; Een schaal met gelukskoekjes (zie Praktische voorbereiding); Apparatuur om reacties bij de foto van de keien te kunnen bekijken (bijvoorbeeld een smartphone of tablet met internetverbinding); Voor iedere deelnemer een bijbel (NBV); Pennen; Briefjes; Vellen karton voor de uitnodigingen; Materiaal om de uitnodigingen te versieren (bijvoorbeeld stiften, glitters en stickers). Derde bijeenkomst Een grote kaars en iets om deze mee aan te steken; Voor iedere deelnemer een gesprekskaartje met levensvragen (zie Praktische voorbereiding); Koekjes of snoepjes in de vorm van hartjes; Voor iedere deelnemer en gast een wit badkamertegeltje; Materiaal om de tegeltjes te beschrijven en versieren, bijvoorbeeld Giotto decor-stiften (verkrijgbaar in hobbywinkels en via internet); Kopieën van bijlage 6 voor alle deelnemers en gasten; Apparatuur om het lied te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en geluidsboxjes). 2

64 Wijs op levensreis PROGRAMMA Eerste bijeenkomst 10 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Steek de grote kaars aan. Benoem dat er allerlei keien naast liggen. Laat alle jongeren een kei pakken die hen aanspreekt. Berg de overgebleven keien op. Maak vervolgens een rondje langs alle deelnemers: waarom hebben ze juist die ene kei uitgekozen? Stel na het rondje vast dat er verschillende dingen kunnen zijn die iemand aanspreken. Misschien was het de vorm, de kleur of het formaat - maar iedereen heeft wel iets gezien in die ene kei wat hem aantrok. Zo is het ook met het thema van dit item: wijze levenslessen. In een bepaalde uitspraak of tekst kan de één iets heel moois ontdekken wat een ander misschien helemaal niet ziet. Zet de grote kaars daarna op een veilige plaats. Vraag de jongeren om hun keien weer bij de kaars te leggen. Geef aan dat ze moeten onthouden welke van hen is en dat je later op de keien zult terugkomen. 5 minuten Verkenning Laat de posters in bijlage 1 zien. Bespreek deze kort met elkaar. Hebben de jongeren zulke posters weleens gezien? Zit er tussen deze posters misschien ook een wijsheid die hen aanspreekt? Toon eventueel nog enkele voorbeelden van en/of 20 minuten Verdieping Vraag de jongeren of ze kunnen uitleggen wat wijsheid eigenlijk is. Als ze er niet uit komen, kun je de volgende mogelijke definitie geven: wijsheid is de kunst om in alle levensomstandigheden juist te oordelen en te handelen. een levensles is een les die je inzicht geeft in het leven en belangrijk is voor je persoonlijke vorming of groei. Merk daarbij op dat je zo'n les soms pas achteraf ziet: op het moment zelf ben je je niet altijd bewust van hoe belangrijk een bepaald moment of een bepaalde opmerking is. Merk op dat de Bijbel ook veel wijsheden en levenslessen bevat. Deel bijbels uit en laat de deelnemers daarin het overzicht van de Bijbelboeken opzoeken. Kunnen ze raden welk Bijbelboek een verzameling wijsheden bevat? Maak zo nodig duidelijk dat het gaat om Spreuken. Laat de jongeren het Bijbelboek Spreuken opzoeken. Laat iedereen een willekeurige spreuk daaruit voorlezen. Ga daar verder niet op in. Vertel wel dat de meeste van deze wijsheden worden toegeschreven aan Salomo, een zeer wijze koning. Vertel dat ook het Nieuwe Testament veel levenslessen bevat. Zo legt Jezus mensen vaak uit hoe ze goed moeten leven. Goed leven wil hier zeggen: op zo'n manier leven dat Gods nieuwe wereld, Zijn koninkrijk, steeds beter zichtbaar wordt. Benoem dat Salomo en Jezus dus twee voorbeelden zijn van mensen die als wijs worden gezien. Vraag de jongeren of ze nog meer voorbeelden kunnen noemen. Dat mogen ook minder bekende mensen zijn, bijvoorbeeld uit hun eigen omgeving. Praat hier kort over door met elkaar. Wanneer vinden de deelnemers iemand wijs? Waar merk je aan dat iemand wijs is? Noem zelf ook iemand die jij een wijs mens vindt. Leg uit waarom je die persoon wijs vindt en wat je van daarvan herkent in je eigen leven. Vertel daarna dat je de afgelopen tijd een persoonlijk 'boekje van wijze levenslessen' hebt bijgehouden. Laat je schrift zien. Vertel wat je er in hebt geschreven of geplakt en waarom. Laat ook zien welke wijze personen je in het schrift hebt opgenomen, indien van toepassing. Maak duidelijk dat de deelnemers in dit item ook zo'n persoonlijk 'boekje van wijze levenslessen' gaan maken. Deel de schriften uit. Vraag vervolgens of ze kunnen uitleggen wat een levensles is. Ook hier kun je zo nodig een mogelijke definitie geven: 3

65 Wijs op levensreis Leg uit wat de bedoeling is: In het boekje moeten ze de komende tijd bijhouden welke 'wijze' teksten hen raken. Dat kan op verschillende manieren. Ze kunnen bijvoorbeeld aansprekende teksten in een boek of op een website overschrijven in hun schrift. Aansprekende teksten in tijdschriften of kranten kunnen ze uitscheuren en opplakken. En als ze een mooie uitspraak horen, kunnen ze die in hun eigen woorden opschrijven. Ze kunnen er ook afbeeldingen bij plakken van mensen die ze wijs vinden. Het schrift zelf mogen ze persoonlijk maken door het te versieren of in te kleuren. Geef de jongeren de gelegenheid om alvast een begin te maken met hun boekje. Ze kunnen er bijvoorbeeld vast een mooie tekst in schrijven, of ze kunnen het versieren. Deel daarvoor pennen uit en zet materiaal op tafel om de schriften te versieren (bijvoorbeeld stiften, glitters en stickers). 20 minuten Verwerking Vraag de deelnemers om de kei erbij te nemen die ze hebben uitgekozen bij de Opening. Vertel de jongeren dat ze daarvan hun eigen 'wijsheidskei' mogen gaan maken. Nodig hen uit om er een mooie, wijze tekst op te schrijven. Dat mag een tekst zijn die ze tijdens deze bijeenkomst zijn tegengekomen, maar het mag ook een eigen wijsheid zijn. Ze mogen hun kei ook versieren. Zet hiervoor de benodigdheden op tafel. Als de jongeren klaar zijn, maak dan een foto van alle 'wijsheidskeien' bij elkaar. Deel deze namens de groep op Facebook of Twitter, met het bijschrift "Wat is wijs?" Geef aan dat je in de volgende bijeenkomst zult kijken naar de reacties hierop. 5 minuten Afsluiting Lees ter afsluiting de teksten op alle wijsheidskeien voor. Geef aan dat de jongeren hun keien mogen meenemen naar huis, als herinnering aan deze bijeenkomst. Herinner hen eraan dat het de bedoeling is dat ze de komende tijd hun 'boekje van wijze levenslessen' bijhouden. Als ze het moeilijk vinden, mogen ze hulp vragen aan hun ouders of verzorgers. Geef hun eventueel de tip om de wijsheidskei in hun jaszak te stoppen, zodat ze die elke dag tegenkomen als herinnering om iets met hun 'boekje van wijze levenslessen' te doen. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. Benadruk daarbij dat ze dan ook hun schrift moeten meebrengen. Tweede bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst. Steek de grote kaars aan. Laat daarna de schaal met gelukskoekjes rondgaan. Vraag de jongeren om een koekje van de schaal te nemen en het briefje eruit te halen. Laat hen om beurten de levenswijsheid op het ontvangen briefje voorlezen. 10 minuten Verkenning Bekijk met elkaar de reacties bij de foto met de wijsheidskeien die je in de vorige bijeenkomst hebt gedeeld op Facebook of Twitter. Vraag de jongeren hoe het met hun 'boekje van wijze levenslessen' gaat. Hebben ze sinds de eerste bijeenkomst nog teksten of afbeeldingen toegevoegd? Zijn er nog wijze mensen in het schrift terechtgekomen? Zo ja, wie dan? 15 minuten Verdieping Geef aan dat je nu wilt stilstaan bij een wijs persoon uit de Bijbel: koning Salomo. Deel bijbels uit. Lees 1 Koningen 10:1-13 met elkaar. Licht dit gedeelte kort toe met behulp van bijlage 4 (paragraaf 1). Benoem in ieder geval het volgende: De koningin van Seba kwam in beweging door het gerucht over Salomo's wijsheid. Ze ging zelf op onderzoek uit en deelde de levensvragen die haar ten diepste bewogen. En Salomo gaf haar de antwoorden die ze zocht: hij 'zag' haar. Gezien en gehoord worden is een van de mooiste geschenken die je kunt ontvangen. 4

66 Wijs op levensreis Ga hierover in gesprek met de jongeren. Stel bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Heb je weleens een wijze les van iemand geleerd? Zo ja, wat voor les dan? Zou over jou ook het gerucht kunnen gaan dat je iemand bent van wie men een wijze les kan leren? Voel je de vrijheid om te delen wat je zelf belangrijk vindt, zoals de koningin van Seba deed? Zo ja, merk je dan ook dat anderen dat 'zien', zoals koning Salomo in het verhaal? Merk je dan dat anderen het mooi vinden of er waardering voor hebben? Vraag de jongeren of ze weten waar de wijsheid van koning Salomo vandaan komt. Leg dit zo nodig uit aan de hand van bijlage 4 (paragraaf 2). 25 minuten Verwerking Geef aan dat de deelnemers in dit item zelf ook op zoek zullen gaan naar 'wijsheid', net als de koningin van Seba. Ze gaan levensvragen bedenken die ze aan een wijs iemand zouden willen stellen. Lees eerst met elkaar Spreuken 1:1-7. Dit gedeelte is een soort inleiding bij de wijze levenslessen die worden toegeschreven aan koning Salomo. Vertel de deelnemers dat ze in deze bijeenkomst al een aantal van die wijze levenslessen hebben gehoord: de spreuken in de gelukskoekjes. De spreuken van Salomo kunnen dienen als inspiratie bij het formuleren van levensvragen. Deel pennen en briefjes uit. Laat de jongeren één of meer levensvragen opschrijven. Ze kunnen ter inspiratie in het boek Spreuken kijken. Neem de briefjes met vragen in en leg uit dat je daar gesprekskaartjes van gaat maken voor de volgende bijeenkomst. Het is de bedoeling dat de jongeren daarvoor 'wijze' mensen gaan uitnodigen, om antwoord te geven op de verschillende levensvragen die ze met elkaar hebben bedacht. Vraag de deelnemers om in tweetallen te bedenken wie ze zouden kunnen uitnodigen. Daarbij kunnen ze bijvoorbeeld denken aan familieleden of aan mensen in de kerkelijke gemeente. Maar het mag ook iemand zijn van buiten de gemeente, zoals een docent of een trainer. Leeftijd maakt niet uit: het mag een volwassene zijn, maar ook een leeftijdsgenoot. Jongeren die het moeilijk vinden om zelf iemand te bedenken, kun je op weg helpen met het lijstje dat je hiervoor achter de hand hebt. Maak duidelijk dat het de bedoeling is dat de jongeren hun gast zelf uitnodigen voor de derde bijeenkomst. Laat hen zelf een uitnodiging voor hun gast maken. Leg het materiaal daarvoor op tafel. Wie er nog niet uit is, kan de naam van de genodigde openlaten en later invullen. Benadruk dat de uitnodiging alle informatie moet bevatten die van belang is voor de gast: wat, wanneer, waar, waarom en voor wie? 5 minuten Afsluiting Vertel dat koning Salomo "de koning van de vrede" wordt genoemd. Zijn naam betekent ook 'vredebrenger'. Sluit vervolgens af met het gebed in bijlage 5. Wijs de jongeren erop dat het de bedoeling is dat ze ook de komende tijd hun 'boekje van wijze levenslessen' blijven bijhouden. Ze zouden er ook iets in kunnen schrijven over de 'wijze' die ze gaan uitnodigen. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. Benadruk daarbij dat ze dan opnieuw hun schrift moeten meebrengen - en natuurlijk hun gast! Derde bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers en de gasten welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Kom nog even terug op de vorige bijeenkomst(en). Steek de grote kaars aan. Maak dan een kennismakingsrondje: laat alle aanwezigen hun naam noemen en vervolgens in één zin antwoord geven op de vraag: op welk moment was jij deze week wijs of juist onwijs? 5

67 Wijs op levensreis 10 minuten Verkenning Benoem dat alle jongeren een gast hebben meegenomen. Laat de jongeren om beurten iets over hun eigen gast vertellen. Vraag hun om daarbij uit te leggen waarom ze juist deze persoon hebben uitgenodigd. 20 minuten Verdieping Maak duidelijk dat de deelnemers en de gasten nu met elkaar in gesprek zullen gaan over levensvragen, in de vorm van een soort speeddaten. Zet daarvoor eerst stoelen in twee kringen: een binnenkring en een buitenkring. Gebruik in totaal evenveel stoelen als er deelnemers en gasten zijn. De kringen moeten evenveel stoelen hebben, en de stoelen moeten zo staan dat er overal twee personen tegenover elkaar zitten. Verdeel de aanwezigen vervolgens over de twee kringen. Plaats deelnemers en gasten door elkaar, zowel in de binnenkring als in de buitenkring. Maak dus geen kring met 'oude wijzen' en een kring met 'jonge leerlingen'. Deel de gesprekskaartjes met levensvragen uit aan de mensen in de binnenkring. Leg uit wat de bedoeling is: Op het kaartje staan verschillende vragen die de deelnemers in de vorige bijeenkomst hebben genoteerd. Degene in de binnenkring mag steeds zelf bepalen welke vraag van het kaartje hij stelt aan degene in de buitenkring. Na het stellen van de vraag mogen beide gesprekspartners daarover in gesprek gaan met elkaar. Om de drie minuten geef jij een signaal en dan moeten de mensen van de buitenkring doorschuiven naar rechts. Laat de aanwezigen op de beschreven manier met elkaar in gesprek gaan. Hou de tijd in de gaten en geef steeds na drie minuten het teken om door te schuiven. Laat zo vijf vragen bespreken. Neem daarna even de tijd voor een plenaire terugkoppeling. Vraag alle aanwezigen om een eerste reactie in één woord. Vraag hen vervolgens om kort aan te geven wat ze hebben ontdekt over wijze levenslessen. Hoe ontstaat een wijze levensles? Wat kun je leren van elkaar? 20 minuten Verwerking Geef aan dat de deelnemers in dit item veel levenslessen zijn tegengekomen. Vraag hun om te bedenken welke hen het meeste is bijgebleven. Dat kan een wijsheid zijn die ze in deze bijeenkomst hebben gehoord, maar ook iets wat ze in hun schrift hebben staan. Maak duidelijk dat ze die levensles letterlijk op een tegeltje mogen gaan schrijven. Nodig de gasten uit om mee te doen. Deel de tegeltjes uit en zet het benodigde materiaal op tafel. Laat alle aanwezigen hiermee aan de slag gaan. Bespreek tijdens het knutselen of de aanwezigen het leuk zouden vinden om hun tegeltjeswijsheden na afloop te delen - en zo ja, op welke manier. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door een kleine tentoonstelling na afloop van een kerkdienst, of door via Facebook elke week een foto van een 'tegeltjeswijsheid' te delen. Vraag de aanwezigen tot slot om hun eigen tegeltjeswijsheid voor te lezen. 5 minuten Afsluiting Deel kopieën uit van bijlage 6. Laat de deelnemers luisteren naar het lied 'Create in me a clean heart' (youtu.be/ BGPmMcDeRpM). Onder de liedtekst in de bijlage staat de Psalm waarop het lied is gebaseerd. Maak duidelijk dat het lied gaat over het verlangen naar een oprecht hart, door goed naar God te luisteren en in Zijn geest te handelen. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Wijs zo nodig op afspraken die zijn gemaakt met betrekking tot de presentatie van de tegeltjeswijsheden. BIJLAGEN 1. Posters 2. Recept 3. Teksten gelukskoekjes 4. Toelichting Bijbelteksten 5. Gebed 6. Liedtekst en Bijbeltekst Deel tot slot koekjes of snoepjes in de vorm van een hartje uit. Vertel daarbij dat het bij wijsheid niet gaat om het hoofd of om de handen (dus niet om wat je denkt of doet), maar om het hart (betrokkenheid, innerlijke beweging). 6

68 Wijs op levensreis Bijlage 1 POSTERS DE MAAT VAN ECHTE LIEFDE IS LIEFDE ZONDER MAAT 7

69 Wijs op levensreis Bijlage 1 GOD SCHIJNT ALTIJD GENOEG LICHT OP JE PAD OM DE VOLGENDE STAP TE KUNNEN ZETTEN 8

70 Wijs op levensreis Bijlage 1 JE HOEFT ER NIET VOOR TE ZORGEN DAT JE IN GODS KONINKRIJK KOMT, ZORG DAT ZIJN KONINKRIJK IN JOU KOMT 9

71 Wijs op levensreis Bijlage 1 BIDDEN VERANDERT NIET NOODZAKELIJK JE SITUATIE, HET VERANDERT JOU IN DIE SITUATIE 10

72 Wijs op levensreis Bijlage 1 BRENG JE ZORGEN MAAR BIJ GOD, HIJ IS TOCH DE HELE NACHT WAKKER 11

73 Wijs op levensreis Bijlage 1 HEB IK EINDELIJK DE ZIN VAN HET LEVEN IN ELKAAR GEPUZZELD BA Po s t bus em A r nh ZIJN ER NOG DRIE SCHROEFJES OVER. l oe s www je. n l 12

74 Wijs op levensreis Bijlage 2 RECEPT Fortune cookies: maak ze zelf! Ingrediënten voor ongeveer 15 stuks 100 gram bloem 1½ eetlepel maizena 50 gram kristalsuiker 1 theelepel zout 3 eetlepels zonnebloemolie 3 eiwitten 1 theelepel water 1½ theelepel vanille-extract ½ theelepel amandelextract Bereidingswijze Verhit de oven voor op 170 graden. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Schrijf gelukswensen op stukjes papier van ongeveer 1 bij 6 centimeter. Zeef de bloem en maizena in een grote kom. Voeg het zout en de suiker toe en meng alles goed. Roer de olie, de eiwitten, het water en het vanille- en amandelextract erdoor met een houten lepel. Schep eetlepels van het mengsel op het bakpapier. Gebruik de achterkant van een lepel om het mengsel uit te smeren tot rondjes van ongeveer 10 centimeter doorsnee. Laat genoeg ruimte tussen de koekjes over, omdat ze in de oven iets uitzetten. Er passen ongeveer 5 koekjes op één bakplaat, dus je moet de koekjes in meerdere keren maken. Bak de koekjes minuten in de oven tot de uiteinden goudbruin zijn. Leg vervolgens een papiertje in het midden van elk koekje. Vouw het koekje doormidden nu het nog zacht en vormbaar is. Duw de uiteinden bij elkaar om ze dicht te maken. Leg het koekje nu op de rand van een glas of kop en trek de twee uiteinden naar beneden, één aan de binnenkant van de kop en één aan de buitenkant. Zo krijgen de koekjes de echte gelukskoekjes-vorm. Laat de koekjes afkoelen voor je ze uitdeelt. Bron: Fortune cookies: maak ze zelf! (2013). Geraadpleegd op: 13

75 Wijs op levensreis Bijlage 3 TEKSTEN GELUKSKOEKJES Spreuken 28:13 (NBV) Wie zijn fouten verbergt, zal geen voorspoed kennen, wie ze toegeeft en vermijdt, krijgt vergeving. Spreuken 19:22 (NBV) Een mens heeft het verlangen goed te doen, je kunt beter arm dan onbetrouwbaar zijn. Spreuken 16:3 (NBV) Vertrouw bij je werk op de heer, en je plannen zullen slagen. Spreuken 12:25 (NBV) Kommer maakt een mens neerslachtig, een hartelijk woord beurt op. Spreuken 11:27a (NBV) Wie het goede zoekt, zal waardering vinden. Spreuken 11:24 (NBV) Wie vrijgevig is, wordt almaar rijker, wie gierig is, wordt arm. Spreuken 11:17 (NBV) Wie liefdevol is, bewijst zichzelf een weldaad, wie wreed is, schaadt zichzelf. Spreuken 10:4 (NBV) Luie handen maken arm, ijverige handen brengen rijkdom. Spreuken 4:5 (NBV) Streef naar wijsheid, zoek naar kennis, wijk niet af van wat ik zeg, vergeet het niet. Spreuken 3:5 (NBV) Vertrouw op de heer met heel je hart, steun niet op eigen inzicht. 14

76 Wijs op levensreis Bijlage 4 TOELICHTING BIJBELTEKSTEN 1. Salomo en de koningin van Seba Op de huidige wereldkaart zou het rijk van de koningin van Seba zich bevinden in Ethiopië en zou het zich uitstrekken in de richting van Jemen. Dit gebied werd gekenmerkt door een hoogwaardige cultuur en grote welvaart. Daar zijn nog steeds overblijfselen van te vinden. Mogelijk kennen de jongeren het spelprogramma 'De Pelgrimscode' van de EO (zie tinyurl.com/jop-pelg). Hierin maakten de deelnemers net als de koningin van Seba een reis van Ethiopië naar Jeruzalem, de plaats waar eens het paleis van koning Salomo stond. In de tijd van koning Salomo ging er een gerucht rond. Het ging van mond tot mond, en uiteindelijk drong Salomo's roem zelfs door tot het paleis van de koningin van Ethiopië. En nu vraagt de koningin zich af of het echt waar is. Zou de wijsheid van die koning Salomo nu echt zo groot zijn, of is het gerucht sterk overdreven? (De jongeren kennen vast het fluisterspelletje wel: als je een zin aan elkaar doorfluistert, komt er uiteindelijk vaak iets heel anders uit.) Het gerucht brengt de koningin in beweging. Ze gaat naar Salomo toe. En eenmaal daar aangekomen, stelt ze hem op de proef met raadsels en vragen. Het gaat hier niet om 'puzzels', maar om spreuken met een diepere verborgen betekenis. Het zijn praktische levenslessen. Maar ze krijgt antwoord op iedere vraag. Koning Salomo blijkt zelfs veel nog wijzer dan haar was verteld! 2. Salomo's wijsheid De wijsheid van Salomo's antwoorden heeft de koningin van Seba waarschijnlijk nog nieuwsgieriger gemaakt. Want hoe komt Salomo zo wijs? Wie is zijn voorbeeld? Door de antwoorden van Salomo heen hoort de koningin dat hij die wijsheid van God heeft ontvangen. Dat benadrukt zij ook in haar enthousiaste reactie (1 Koningen 10:9). Hoe Salomo zijn wijsheid precies gekregen heeft, is te lezen in 1 Koningen 3:5-15. In een droom vraagt Salomo God om wijsheid om zijn volk te regeren. En dan ontvangt hij ook "het vermogen om te luisteren en te onderscheiden tussen recht en onrecht". Die kwaliteiten zullen Salomo helpen om de juiste beslissingen te nemen en het volk op een goede manier te regeren. Het resultaat is voorspoed in het hele land. 15

77 Wijs op levensreis Bijlage 5 GEBED Heer, maak van mij een instrument van Uw vrede. Laat mij liefde brengen waar haat is. Laat mij vergeving brengen waar schuld is. Laat mij eenheid brengen waar tweedracht is. Laat mij waarheid brengen waar dwaling is. Laat mij geloof brengen waar twijfel is. Laat mij hoop brengen waar wanhoop is. Laat mij licht brengen waar het duister is. Laat mij vreugde brengen waar verdriet is. Heer, laat mij ernaar streven niet dat ik getroost word, maar dat ik troost; niet dat ik begrepen word, maar dat ik begrijp; niet dat ik geliefd word, maar dat ik liefheb. Want wie geeft, ontvangt; wie zichzelf vergeet, vindt; wie vergeeft, zal vergeving ontvangen; en wie sterft, zal ontwaken tot eeuwig leven. Toegeschreven aan Franciscus van Assisi Bron: Liedboek: Zingen en bidden in huis en kerk. Zoetermeer: BV Liedboek. 16

78 Wijs op levensreis Bijlage 6 LIEDTEKST EN BIJBELTEKST Create in me a clean heart (Lied 51b) Create in me a clean heart, O God, and renew a right spirit within me. Create in me a clean heart, O God, and renew a right spirit within me. Cast me not away from Thy presence, O Lord. Take not Thy Holy Spirit from me. Restore unto me the joy of Thy salvation. And renew a right spirit within me. Bron: Liedboek: Zingen en bidden in huis en kerk. Zoetermeer: BV Liedboek. Psalm 51:12-14 (NBV) Schep, o God, een zuiver hart in mij, vernieuw mijn geest, maak mij standvastig, verban mij niet uit uw nabijheid, neem uw heilige geest niet van mij weg. Red mij, geef mij de vreugde van vroeger, de kracht van een sterke geest. 17

79 Liefde is... Leeftijd: Thema: bijbelse personages, Liefde Tijdsduur: 60+ min. Over romantische liefde in de Bijbel en in het leven vandaag. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Dit programma gaat over romantische liefde. Maar wat is liefde? De deelnemers denken na over mogelijke antwoorden op deze vraag en wat verschillende bronnen daarover zeggen. Ze bekijken filmpjes over het thema en verdiepen zich in enkele Bijbelverhalen over 'stellen'. Ook proberen ze hun beeld, idee of definitie van liefde op een creatieve manier onder woorden te brengen. Liefde in een intieme relatie is een thema dat vrijwel alle jongeren dagelijks bezighoudt. Over dit onderwerp krijgen ze vaak zeer verschillende boodschappen mee, vanuit diverse bronnen (ouders, vrienden, internet, muziek, de kerk, enzovoort). Dit item is bedoeld om jongeren te helpen bij het bepalen en verwoorden van wat zij zelf belangrijk vinden ten aanzien van de liefde. Bijbelverhalen over 'stellen' kunnen daarbij dienen als voorbeeld van hoe een relatie eruit kan zien Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers denken na over wat diverse bronnen zeggen over de liefde. De deelnemers zijn zich ervan bewust aan welke van deze bronnen zij waarde hechten en waarom. De deelnemers ontdekken dat de Bijbel liefdesverhalen bevat die verschillende beelden geven van wat liefde is. De deelnemers denken na over de vraag of deze Bijbelverhalen relevant zijn voor mensen in deze tijd en voor henzelf. De deelnemers worden zich bewust van Gods leiding in veel Bijbelse relaties en kunnen verwoorden hoe zij aankijken tegen het idee van Gods leiding over hun eigen liefdesleven. De deelnemers denken na over hun eigen antwoord op de vraag wat liefde is en kunnen dit op een creatieve manier verwerken

80 Love is... De deelnemers denken na over de vraag of deze Bijbelverhalen relevant zijn voor mensen in deze tijd en voor henzelf. De deelnemers worden zich bewust van Gods leiding in veel Bijbelse relaties en kunnen verwoorden hoe zij aankijken tegen het idee van Gods leiding over hun eigen liefdesleven. De deelnemers denken na over hun eigen antwoord op de vraag wat liefde is en kunnen dit op een creatieve manier verwerken. Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot twaalf Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Een bijeenkomst van anderhalf uur Auteur Lisa Borgerhoff-van den Bergh KORTE BESCHRIJVING Dit item gaat over romantische liefde. Maar wat is liefde? De deelnemers denken na over mogelijke antwoorden op deze vraag en wat verschillende bronnen daarover zeggen. Ze bekijken filmpjes over het thema en verdiepen zich in enkele Bijbelverhalen over 'stellen'. Ook proberen ze hun beeld, idee of definitie van liefde op een creatieve manier onder woorden te brengen. DOEL De deelnemers denken na over wat diverse bronnen zeggen over de liefde. De deelnemers zijn zich ervan bewust aan welke van deze bronnen zij waarde hechten en waarom. De deelnemers ontdekken dat de Bijbel liefdesverhalen bevat die verschillende beelden geven van wat liefde is. VERANTWOORDING Liefde in een intieme relatie is een thema dat vrijwel alle jongeren dagelijks bezighoudt. Over dit onderwerp krijgen ze vaak zeer verschillende boodschappen mee, vanuit diverse bronnen (ouders, vrienden, internet, muziek, de kerk, enzovoort). Dit item is bedoeld om jongeren te helpen bij het bepalen en verwoorden van wat zij zelf belangrijk vinden ten aanzien van de liefde. Bijbelverhalen over 'stellen' kunnen daarbij dienen als voorbeeld van hoe een relatie eruit kan zien. VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele onderwerp goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk ook alle filmpjes. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan de filmpjes voor later gebruik. Leg voor de bijeenkomst alle benodigdheden klaar. ` Test alle apparatuur. 1

81 Love is... Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomst: Wat is liefde volgens jou? Wat zijn de 'bronnen' van jouw ideeën over de liefde? Denk aan: je ouders, films, boeken, je partner, de Bijbel, enzovoort. Aan welke bron hecht je de meeste waarde? Waarom? Welke Bijbelverhalen over 'stellen' ken je? Welk stel spreekt jou het meest aan? Waarom? Wat kun en wil je van het bovenstaande delen met de jongeren? Maak zo mogelijk ook zelf de creatieve opdracht in de Verwerking. Door het resultaat te laten zien tijdens de bijeenkomst, inspireer je de deelnemers om dit onderdeel serieus te nemen. BENODIGDHEDEN Apparatuur om de filmpjes in de Opening en Afsluiting te laten zien (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluids boxjes); Een grote kaars en iets om deze mee aan te steken; Een exemplaar van het nieuwe Liedboek; Zes vellen wit papier (A3-formaat); Markeerstiften; Eventueel tape om de vellen op te hangen; Pennen; Kopieën van bijlage 1, 2 en 3 voor alle deelnemers; Per twee deelnemers een bijbel (NBV); Eventueel nog enkele apparaten met internetverbinding (voor de Verdieping en de Verwerking); Schrijfpapier; Romantische achtergrondmuziek (bijvoorbeeld een cd of een playlist op een computer met internetverbinding); Blanco briefjes. PROGRAMMA 10 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Vertel de jongeren dat ze gaan kijken naar een compilatie van filmfragmenten over de liefde. Laat het filmpje zien (youtu.be/iit9fpdlpgq). Stop het filmpje bij 1:33. Vraag de jongeren wat hun is opgevallen aan het filmpje. Hoe praten de mensen in het filmpje over liefde, met welke emotie? Steek de grote kaars aan. Lees dan het eerste couplet voor van Lied 793 uit het nieuwe Liedboek. Zet de grote kaars daarna op een veilige plaats. 15 minuten Verkenning De zin "Love is..." is op veel verschillende manieren aan te vullen. Allerlei bronnen geven verschillende antwoorden op de vraag wat liefde is. Leg zes grote vellen papier op tafel of hang ze op. Leg er markeerstiften bij. Teken boven aan elk vel een hartje en schrijf daar één van de volgende koppen naast: volgens romantische films volgens de kerk volgens tv en internet volgens mijn vrienden volgens mijn vriendje/vriendinnetje volgens mijn ouders Vraag de jongeren om op de vellen te schrijven wat deze bronnen volgens hen zeggen over de liefde. Bekijk na afloop de antwoorden met elkaar. Welke van de bronnen vinden de jongeren zelf belangrijk? 25 minuten Verdieping Vertel dat er in de Bijbel ook verschillende voorbeelden staan van liefdesrelaties. Soms gaat het om romantische verhalen, maar je kunt ook lezen over verraad, overspel en teleurstelling. Maak duidelijk dat de jongeren nu enkele van zulke verhalen gaan bekijken. Vorm tweetallen (zo mogelijk van gelijke sekse). Wijs elk tweetal één van de volgende Bijbelverhalen toe: Simson en Delila Isaak en Rebekka Jozef en Maria Hooglied 2

82 Love is... Geef elke deelnemer een pen en een kopie van bijlage 1 en 2. Voorzie elk tweetal ook van een bijbel. Vraag de tweetallen om de opdrachten op bijlage 1 uit te voeren en de vragen op het blad te beantwoorden. Let op: Bij twee van de verhalen hoort ook een filmpje. Dat mogen de jongeren op hun eigen smartphone bekijken of op de apparatuur die eventueel klaarstaat. onderwerp in te plannen. Deel de blanco briefjes uit. Vraag alle jongeren om daarop aan te geven of ze erover willen doorpraten of niet - en zo ja, of ze dat dan één of één willen en/of met de groep. Ze mogen ook opschrijven waarover ze dan precies willen doorpraten. Vraag hun om ook hun naam op het briefje te schrijven. Benadruk daarbij dat je vertrouwelijk met de briefjes zult omgaan. Vraag de jongeren om de uitkomst te presenteren. Ze mogen elkaar ook vragen stellen. Neem de briefjes weer in. Ga voor jezelf na of er veel deelnemers zijn die hebben aangegeven dat ze een extra bijeenkomst willen met de groep. Als dat het geval is, overleg dan met de hele groep waarover ze zouden willen doorpraten. Als er behoefte is aan individuele nazorg, benoem dan in het algemeen dat je dat zult regelen. 30 minuten Verwerking Deel schrijfpapier uit. Nodig de deelnemers uit om hun beeld, idee of definitie van liefde op een creatieve manier onder woorden te brengen. Dat kan bijvoorbeeld door het schrijven van een eigen liefdesverhaal, een sprookje, een stripverhaal, een filmscript, een liefdeslied of een gedicht. Deel ter inspiratie kopieën uit van bijlage 3. Laat tijdens dit onderdeel op de achtergrond wat liefdesliedjes horen, bijvoorbeeld: 'Fire' van The Pointer Sisters 'Lovesong' van Adèle 'Haven't met you yet' van Michael Bublé 'Love Song' van Sara Bareilles 'I belong to you' van Lenny Kravitz 'Love song' van Rihanna 'True love' van Coldplay Geef de jongeren de gelegenheid om hun creatie te presenteren. Maak wel duidelijk dat dit niet per se hoeft. 10 minuten Afsluiting Vertel dat 1 Korintiërs 13 een Bijbels perspectief geeft op de liefde. Deel opnieuw bijbels uit en lees dit hoofdstuk samen met de jongeren. Laat het bijbehorende filmpje zien (youtu.be/wtfpr582vso) en vertel erbij dat hierin de uitspraken over de liefde uit 1 Korintiërs 13 terugkomen, in het Engels. Geef aan dat het mogelijk is om later over het onderwerp door te praten. Benadruk dat dit één op één kan. Benoem ook de mogelijkheid om een extra bijeenkomst over dit Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. AANDACHTSPUNTEN Het kan voor jongeren best spannend zijn om over dit onderwerp te praten. Benoem daarom dat praten over liefde en romantiek inderdaad spannend kan zijn, maar dat het ook heel leuk kan zijn. Bewaak ook de veiligheid in de groep. Herhaal zo nodig de afspraken die daarbij horen: - Iedereen heeft het recht zo veel of zo weinig te vertellen als hij of zij kwijt wil. - Alles wat hier wordt besproken, blijft binnen de groep. - Het doel van de bijeenkomst is in gesprek komen, niet debatteren of elkaar uitlachen. Wees je ervan bewust dat jongeren in deze leeftijdsfase hun seksuele oriëntatie ontdekken. Zorg ook in dit opzicht voor veiligheid. Probeer er in je woordkeuze bijvoorbeeld op te letten dat je niet automatisch uitgaat van meisjes die op jongens vallen en andersom. Om die reden wordt ook in het item zoveel mogelijk over relaties gesproken in inclusieve termen (zoals 'partner'). Vraag de jongeren ook niet om hun antwoorden te delen, maar laat de 'opbrengst' zoveel mogelijk bij de jongeren zelf. Als er behoefte is aan nazorg of een extra bijeenkomst over dit onderwerp, dan kun je daar eventueel iemand voor benaderen die affiniteit heeft met het onderwerp. Denk bijvoorbeeld aan een stel dat betrokken is bij huwelijkscursussen, een jeugdwerker, een kerkelijk werker of de dominee. 3

83 Love is... BIJLAGEN 1. Werkblad 1 2. Werkblad 2 3. Ideeën creatieve verwerking 4

84 Love is... Bijlage 1 WERKBLAD 1 Opdrachten en vragen bij Bijbelverhalen over liefde 1. Lees de Bijbeltekst die hoort bij jullie verhaal en bekijk het filmpje (indien van toepassing). Simson en Delila: Lees Rechters 16:4-30 en bekijk youtu.be/r9jvjbfljkg. Isaak en Rebekka: Lees Genesis 24. Jozef en Maria: Lees Matteüs 1:18-2:15 en bekijk youtu.be/kk01fhmec-k. Hooglied: Lees Hooglied 2: Bekijk bijlage 2. Omcirkel de woorden die volgens jullie het beste passen bij het verhaal. 3. Welke van de omcirkelde woorden raken jullie het meest? Kies er allebei drie en licht je keuze toe. Gaat het bijvoorbeeld om iets wat je zelf hebt meegemaakt of gezien bij anderen, of om iets wat je zelf zou willen meemaken (of juist niet)? 4. Kunnen mensen in deze tijd nog iets leren van dit verhaal? En jullie zelf? Zo ja, wat dan? Zo nee, waarom niet? 5. Veel Bijbelverhalen over huwelijken draaien om Gods leiding. Zo leidt God sommigen regelrecht naar hun geliefde, bijvoorbeeld Isaak. En Hosea krijgt van God de opdracht om met een prostituee te trouwen. Ruth, daarentegen, trekt haar eigen plan: zij biedt zichzelf aan door te gaan liggen aan de voeten van haar droomman. Wat vinden jullie van het idee dat God de leiding heeft over jullie liefdesleven? Heeft Hij daar invloed op? Zo ja, hoe dan? Zo nee, waarom niet? 6. Bespreek wat jullie van al het bovenstaande kunnen en willen delen met de rest van de groep. 5

85 Love is... Bijlage 2 WERKBLAD 2 Verleiding Passie Overspel Seks Teleurstelling Gehoorzaamheid Gods leiding Trouw Verraad Hoop Zorgzaamheid Opoffering Liefde Geloof Kracht Vertrouwen Rebellie Inspiratie Uithuwelijking Emancipatie Slimheid Zwakheid Schoonheid Teamwerk Traditie Domheid "Liefde maakt blind" Opvoeding Cultuur Wanhoop Angst Lieve woordjes Afwijzing Arrogantie Agressie Pril IJdelheid Egoïsme Verwennen Gezellig Verlangen Overmoed Lust Communicatie Zwanger Grenzen Familie Sensatie Assertiviteit Vrienden Mislukt Roddel Scheiden Boosheid Stiekem Verslaving Zonde Vies Vergeving Complimenten Schaamte Vernederen Hypocriet Delen Feest 6

86 Love is... Bijlage 3 IDEEËN CREATIEVE VERWERKING Wat kun je maken? Een stripverhaal over een ideale liefdesrelatie. Een brief aan je toekomstige partner, waarin je vertelt wat voor relatie je graag zou willen en waarom. Een romantisch sprookje. Een filmscript voor een romantische film. Een songtekst of gedicht over de liefde. Vragen om je op weg te helpen Bekijk bijlage 2 nog eens. Welke elementen vind jij belangrijk in een liefdesrelatie? Geloof je in 'de ware'? En is liefde volgens jou 'voor altijd'? Denk eens aan de relatie die ouders kunnen hebben. Wat zou je willen overnemen en wat juist niet? Wat voor liefdesverhaal zou je het liefst willen in je eigen leven? Hoe zou dat gaan? - Waar en hoe ontmoet je je geliefde? - Hoe ziet hij of zij eruit? - Wat is er zo leuk aan hem of haar? - Hoe reageren je ouders op hem of haar? - Wat gaan jullie samen doen? - Wat doen jullie samen qua geloof? Bijvoorbeeld: samen naar de kerk, Bijbellezen, bidden. - Wanneer zoenen en vrijen jullie voor het eerst? - Waarover maken jullie ruzie? Hoe lossen jullie dat vervolgens op? - Gaan jullie trouwen? Waarom wel of niet? - Hoe regelen jullie het huishouden? - Krijgen jullie kinderen? Hoe gaat jullie gezinsleven er dan uit zien? Tips Vind je het lastig om zelf een verhaal te bedenken? Zoek dan een bestaand verhaal of lied dat past bij jouw idee over de liefde. Schrijf die tekst vervolgens over in je eigen woorden, of vat het samen. Heb je een bepaalde tekstvorm in gedachten (zoals een sprookje of een songtekst), maar weet je niet goed hoe je het aan moet pakken? Zoek dan online naar voorbeelden van en tips over deze tekstvorm. 7

87 #Faal Leeftijd: Thema: bijbel, bijbelse personages, identiteit, zonde Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Over falen en genade. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Het onderwerp 'falen' wordt ingeleid met een grappige compilatie van 'faalvideo's'. Daarna lezen de deelnemers het verhaal van Zacheüs en bekijken ze wie er eigenlijk faalt in dat verhaal. Daarna reageren ze op stellingen over falen. Tot slot bedenken de jongeren zelf een hedendaags spiegelverhaal over falen en presenteren dat als een fotostrip of slideshow. In de tweede bijeenkomst staan de jongeren stil bij wat genade inhoudt. Dit doen ze aan de hand van een ludiek spel, het Bijbelverhaal van David en Batseba en een eenvoudige debatvorm. Verder staan ze stil bij hun eigen ervaringen met 'falen en opstaan'. Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers wisselen ervaringen uit van falen en van succes. De deelnemers denken na over het verschil tussen de schijn van succes die mensen soms ophouden en de werkelijkheid die daarachter ligt. De deelnemers leren dat God genadig is wanneer mensen falen. De deelnemers leren dat 'genade' te maken heeft met 'gift' (iets wat je kunt ontvangen en doorgeven) en met 'gratie' (het ontheffen van straf).

88 #Faal De deelnemers denken na over het verschil tussen de schijn van succes die mensen soms ophouden en de werkelijkheid die daarachter ligt. De deelnemers leren dat God genadig is wanneer mensen falen. De deelnemers leren dat 'genade' te maken heeft met 'gift' (iets wat je kunt ontvangen en doorgeven) en met 'gratie' (het ontheffen van straf). Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot tien Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Een bijeenkomst van een uur en een van vijf kwartier Auteur Dorien Keus KORTE BESCHRIJVING Dit item draait om falen. Het onderwerp wordt ingeleid met een grappige compilatie van 'faalvideo's'. Daarna lezen de deelnemers het verhaal van Zacheüs en bekijken ze wie er nu eigenlijk faalt in dat verhaal. Daarna reageren ze op enkele stellingen over falen. Tot slot bedenken de jongeren zelf een hedendaags spiegelverhaal over falen en presenteren dat als een fotostrip of slideshow. In de tweede bijeenkomst staan de jongeren stil bij wat genade inhoudt. Dit doen ze aan de hand van een ludiek spel, het Bijbelverhaal van David en Batseba en een eenvoudige debatvorm. Verder staan ze stil bij hun eigen ervaringen met 'falen en opstaan'. VERANTWOORDING Falen is menselijk, maar de meeste mensen proberen zo weinig mogelijk te falen. Er zijn echter veel aspecten in het leven die je een gevoel kunnen geven van falen of tekortschieten, zoals school, werk, relaties, sport en geloof. Niet voor niets wordt de hashtag #faal veel gebruikt op Twitter. Al gaat het op Twitter vaak om triviale zaken - want wie wil nu zijn échte falen kenbaar maken aan de hele wereld? Gehemelte verbrand aan de pizza, alsof mij dat nog niet eerder gebeurd is... #faal Het gevoel te falen is in wezen het idee niet aan verwachtingen te voldoen. De verwachtingen van onze omgeving zijn of lijken vaak hoog. We leven onder de druk om te moeten presteren, op alle terreinen. We zijn streng voor anderen maar ook voor onszelf. En voor jongeren is de druk om het goed te moeten doen vaak nog hoger dan voor volwassenen, aangezien 'de mening van de groep' voor hen belangrijker is. DOEL De deelnemers wisselen ervaringen uit van falen en van succes. 1

89 #Faal Maar is het wel zo erg om te falen? Vanuit de Bijbel leren we dat we ook mogen falen. We hoeven ons niet beter voor te doen dan we zijn. Natuurlijk moet je je best doen, maar God geeft ook steeds nieuwe kansen. Let kids fail... and learn. "I've failed over and over and over again in my life. That is why I succeed." - Michael Jordan. #failure #learning VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk ook alle filmpjes. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan de filmpjes voor later gebruik. Bedenk wat voor soort fotopresentatie je de deelnemers wil laten maken in de Verwerking van de eerste bijeenkomst. Er zijn handige programma's om eenvoudig een fotostrip te maken, zoals Comic Life. Een gratis probeerversie van Comic Life is te downloaden op plasq.com/downloads/win. Als je deze software wilt laten gebruiken, download en installeer die dan van tevoren op de computers waarop de deelnemers straks gaan werken. Maak 'cadeautjes' voor het spel in de tweede bijeenkomst. Maak per deelnemer twee briefjes met het woord "genade" erop. Stop elk briefje in een leeg doosje. Gebruik daarvoor lege verpakkingen van verschillende afmetingen. Verzwaar deze om de indruk te wekken dat er echt cadeaus in zitten. Pak de doosjes vervolgens mooi in met cadeaupapier. Bepaal welke versie van het lied 'Amazing grace' je wilt laten horen ter afsluiting van de tweede bijeenkomst. Er staan heel veel versies op internet, bijvoorbeeld deze: youtu.be/zojz2santyo. Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Test alle apparatuur. Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomsten: Welke associaties roept het woord 'falen' bij je op? Wanneer had jij het idee dat je faalde? Wat gebeurde er toen en hoe ervoer je dat? Welke associaties roept het woord 'genade' bij je op? In hoeverre speelt genade een rol in je geloof? En in je relatie met andere mensen? Lees het verhaal van David en Batseba (2 Samuël 11 en 12). Vind je dat God genadig is richting David? Waarom wel of niet? Waaruit blijkt dat? Vul voor jezelf een kopie van bijlage 6 in. Zou je je antwoorden kunnen en willen delen met de jongeren? Zo nee, vul dan het werkblad opnieuw in met een situatie die je wel kunt en wilt delen. BENODIGDHEDEN Eerste bijeenkomst Apparatuur om het filmfragment te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Een flap-over met stiften; Pennen; Kopieën van bijlage 2 voor alle deelnemers; Schilderstape of een touw; Twee of drie digitale fotocamera's; Twee of drie computers. Tweede bijeenkomst Apparatuur om de filmfragmenten te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Eventueel kopieën van bijlage 5 en 7 voor alle deelnemers; Kopieën van bijlage 6 voor alle deelnemers; Cadeautjes voor het spel (zie Praktische voorbereiding); Een grote dobbelsteen; Voor iedere deelnemer een bijbel (NBV); Pennen en schrijfpapier. PROGRAMMA Eerste bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Open met het gedicht in bijlage 1. 2

90 #Faal 10 minuten Verkenning Vertel dat er op internet veel zogenaamde faalvideo's staan: filmpjes van dingen die misgaan. Vaak zijn dat grappige homevideo's. Laat ter illustratie een gedeelte zien van de compilatie op youtu.be/fkwo1hrsaf4. Vraag de jongeren welke associaties het woord 'faal' bij hen oproept. Noteer hun antwoorden op de flap-over. Probeer tot slot met elkaar een definitie te bedenken van 'falen'. Schrijf deze ook op de flap-over. 20 minuten Verdieping Leid dit onderdeel als volgt in: Falen is van alle tijden. Ook in de Bijbel gaat het over mensen die niet de goede dingen doen. Denk maar eens aan Zacheüs. Zacheüs is een slechterik die zijn eigen volk afperst. Iemand die hopeloos faalt. Toch? Maar dan zet Jezus het verhaal in een ander perspectief. Deel pennen en kopieën van bijlage 2 uit. Laat een van de jongeren het verhaal oplezen. Vraag de jongeren vervolgens om het verhaal voor zichzelf opnieuw te lezen en daarbij aan te strepen waar Zacheüs faalt in het verhaal. Bespreek de antwoorden met elkaar. Benoem dat iedereen waarschijnlijk zou verwachten dat Zacheüs degene is die faalt in het verhaal. Hij is toch de slechterik, die geld heeft geïnd voor de bezetter? Maar in het verhaal staat eigenlijk nergens dat Zacheüs faalt. Jezus zegt nergens dat Zacheüs iets niet goed gedaan heeft. Jezus noemt Zacheüs zelfs "zoon van Abraham". Vraag de jongeren om het verhaal te lezen en nu aan te strepen waar de omstanders falen. Bespreek de antwoorden met elkaar. Benoem zo nodig mogelijke antwoorden: De omstanders kijken neer op Zacheüs; ze noemen hem een zondig mens (vers 7). De omstanders morren omdat Jezus bij Zacheüs wil overnachten (vers 7). Vertel dat je de deelnemers nu enkele stellingen wilt voorleggen. Maak eerst een lijn op de vloer, bijvoorbeeld met een touw of met schilderstape. Geef aan dat de ene kant van de lijn staat voor 'eens' en de andere kant voor 'oneens'. Vraag de jongeren om bij elke stelling aan te geven of ze het ermee eens zijn of niet door aan de betreffende kant van de lijn te gaan staan. Lees vervolgens een voor een de volgende stellingen op en vraag steeds enkele jongeren om hun keuze toe te lichten: Zacheüs doet zelf niets om te veranderen; Jezus doet al het werk. Jezus vindt het erg als mensen falen. Ik doe alles om te voorkomen dat ik faal. Falen en succes hebben, zijn twee kanten van dezelfde medaille. Als iemand zegt dat het oké is als ik faal, dan geloof ik dat. Ik laat het anderen weten als ze gefaald hebben. Ik vind het een geruststelling dat Jezus als het ware zegt: je mag er zijn, probeer het nog maar een keer. 35 minuten Verwerking Leid dit onderdeel als volgt in: Het verhaal van Zacheüs laat zien dat Jezus mensen een tweede kans geeft. Falen mag. Opnieuw proberen ook. Jezus vraagt Zacheüs bijvoorbeeld niet om meteen een ander beroep te kiezen. En de 'falende' omstanders? Uit het vervolg blijkt dat Jezus hun gewoon een nieuwe gelijkenis vertelt, alsof er niets gebeurd is. Vorm groepjes van drie of vier jongeren. Geef aan dat elk groepje een fotopresentatie gaat maken. Ze krijgen het begin van een verhaal en mogen zelf bepalen hoe het verder gaat. Het is de bedoeling dat ze het verhaal verder uitwerken en vervolgens in de vorm van een fotostrip of slideshow gieten. Deel kopieën van bijlage 3 uit, voorzie hen van apparatuur en laat hen aan de slag gaan. Wijs de deelnemers ook op de software voor de fotostrip, indien van toepassing (zie Praktische voorbereiding). Vraag de jongeren om hun foto's te presenteren. 5 minuten Afsluiting Sluit af met een gebed, bijvoorbeeld het gebed in bijlage 4. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. 3

91 #Faal Tweede bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst. Laat het lied 'God, heb genade' horen (youtu.be/cvait23byqk). Vertel erbij dat dit lied uit een film komt: De klokkenluider van de Notre Dame. Deel eventueel kopieën uit van de songtekst (bijlage 5). 10 minuten Verkenning Vertel de deelnemers dat ze een spel gaan spelen dat een variant is op 'het hebzuchtspel' dat weleens wordt gespeeld in Sinterklaastijd. Vraag de jongeren om in een kring te komen zitten en leg de 'cadeautjes' in het midden. Leg uit wat de bedoeling is: De jongeren mogen om beurten met de dobbelsteen gooien. Het aantal gegooide ogen bepaalt wat de deelnemer moet doen: 1: Neem een cadeautje uit het midden. 2: Geef een cadeau van jezelf aan de persoon links van je. 3: Neem een cadeautje uit het midden. 4: Geef een cadeau van jezelf aan de persoon rechts van je. 5: Neem een cadeautje uit het midden. 6: Pak een cadeautje van iemand af. Als alle cadeautjes uit het midden weg zijn, mogen de deelnemers hun cadeautje(s) openmaken. Leg na het spel uit wat het idee erachter is: Elk cadeautje bestaat uit een briefje met het woord "genade" erop. Dat is waarschijnlijk niet wat de jongeren hadden verwacht. Maar zo werkt het dan ook met genade: je krijgt het vaak op onverwachte momenten, en misschien herken je het ook lang niet altijd als een cadeau. En net zoals je in het spel soms een cadeautje aan een ander gaf, kun je genade ook doorgeven aan een ander. Dat doe je bijvoorbeeld als je let op iemands goede eigenschappen en niet alleen op wat hij of zij verkeerd doet. 20 minuten Verdieping Vertel dat 'genade' een lastig woord is, dat in de kerk vaak wordt gebruikt. Maar wat betekent het nu eigenlijk precies? Leg uit dat het verwant is aan het woord 'gratie'. In het Engels worden beide woorden ook vertaald met grace. Het woord 'gratie' wordt alleen in de rechtspraak gebruikt. Het betekent vermindering, verandering of kwijtschelding van een verdiende straf die de rechter heeft opgelegd. Een gevangene kan een gratieverzoek indienen, maar alleen als er sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden waarmee de rechter geen rekening heeft kunnen houden bij het opleggen van de straf (bijvoorbeeld als een verdachte heel erg ziek is). Het ministerie van Justitie zegt daarover: "Gratie wordt alleen verleend als het bijdraagt aan een rechtvaardige, menselijke en doelmatige uitvoering van de straf." Gratie kan alleen worden verleend door de koning. Vraag de jongeren of ze weten hoe het verhaal van David en Batseba gaat. Kunnen ze het verhaal met elkaar reconstrueren? Pak zo nodig 2 Samuel 11 erbij. In het kort komt het verhaal hierop neer: David heeft een oogje op zijn buurvrouw Batseba. Zij is getrouwd met Uria, een soldaat in Davids leger. David slaapt met Batseba en ze raakt zwanger. David probeert zijn daad te verdoezelen, maar dat mislukt. Daarop stuurt David Uria naar het front en zorgt ervoor dat hij daar sneuvelt. Na de rouwperiode trekt Batseba bij David in. Deel nu bijbels uit en lees samen 2 Samuel 12:1-13a. Vat dit gedeelte als volgt samen: God stuurt de profeet Natan naar David om hem te wijzen op zijn verkeerde gedrag. Dat doet Natan in de vorm van een verhaal. Het is duidelijk dat God boos is en David dreigt te straffen. Maar in vers 13a zegt David dat hij spijt heeft. Zo dient hij als het ware een gratieverzoek in bij God. Geef aan dat de deelnemers nu via een debat mogen bepalen of David gratie zou moeten krijgen of niet. Vorm twee groepjes. Laat groep 1 argumenten bedenken waarom David gratie zou moeten krijgen. Laat groep 2 argumenten bedenken waarom David géén gratie zou moeten krijgen. Geef hiervoor enkele minuten de tijd. Deel pennen en papier uit om aantekeningen te maken. Vraag daarna beide groepen om een vertegenwoordiger te kiezen voor het debat. Laat de twee vertegenwoordigers vervolgens hun argumenten uitwisselen als volgt: 1. Vertegenwoordiger groep 1 houdt een pleidooi vóór gratie (2 minuten). 2. Vertegenwoordiger groep 2 houdt pleidooi tegen gratie (2 minuten). 4

92 #Faal 3. Vertegenwoordiger groep 1 reageert op het pleidooi van groep 2 (1 minuut). 4. Vertegenwoordiger groep 2 reageert op het pleidooi van groep 1 (1 minuut). 5. Vrij debat tussen beide vertegenwoordigers. Houd daarna een stemming onder alle deelnemers: wel of geen gratie voor David? Wat vinden ze het beste argument? Lees tot slot 2 Samuel 12:13b-18a en 12: Bespreek met elkaar of David gratie krijgt of niet. En zo ja, hoe ziet die er dan uit? Loopt het verhaal goed af voor David? 20 minuten Verwerking Geef aan dat falen nooit leuk is. Toch heeft iedereen weleens het idee te falen. Deel pennen en kopieën van bijlage 6 uit. Vraag de jongeren om het werkblad in te vullen aan de hand van een situatie waarin zij het gevoel hadden te falen. Vertel erbij dat de deelnemers niet per se hoeven te delen wat ze opschrijven. Ze mogen zelf bepalen wat ze wel en niet delen. 5 minuten Afsluiting Laat het lied 'Amazing Grace' horen in de door jou gekozen versie (zie Praktische voorbereiding). Vertel erbij dat de tekst van dit nog steeds populaire lied al in de achttiende eeuw is geschreven. De schrijver, John Newton, was iemand die ook faalde: hij had jarenlang in slaven gehandeld. In het lied noemt hij zichzelf een ellendeling die door Gods genade wordt gered. Deel eventueel kopieën uit van de songtekst (bijlage 7). Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. BIJLAGEN 1. Gedicht 2. Bijbeltekst 3. Werkblad 1 4. Gebed 5. Songtekst 1 6. Werkblad 2 7. Songtekst 2 Help deelnemers die geen geschikte situatie kunnen bedenken een beetje op weg met vragen als: Is er iets wat niet zo ging zoals je had bedoeld? Is er weleens een plan van je mislukt? Heb je weleens opzettelijk iets verkeerds gedaan? Als iedereen klaar is, laat dan je eigen ingevulde werkblad zien (zie Persoonlijke voorbereiding). Vertel kort wat je hebt opgeschreven en nodig de jongeren uit om hun ervaringen met falen en opstaan te delen. Stel daarbij de volgende gespreksvragen: Is het erg om te falen? Wat doet het met je als je faalt? Hoe hoop je dat anderen dan reageren? Hoe zou je zelf naar anderen kunnen reageren als je faalt? Wat neem je van dit item mee? Als de deelnemers hun verhaal niet willen delen, is dat niet erg. Dan krijgt het gesprek een algemener karakter. Maar de jongeren hebben dan toch voor zichzelf de situatie overdacht. 5

93 #Faal Bijlage 1 GEDICHT Psalm 1 Wat een geluk, wanneer je iemand bent die niet wil opscheppen en het niet zoekt in sensatie, die liever eenvoudig leeft en bescheiden zijn verhaal doet. Dan ben je een mens naar het hart van God. Zo iemand staat sterk in het leven, stevig geworteld als een boom. Die is niet omver te krijgen. Zo iemand houdt stand en kan tegenslag verdragen. Vriendelijkheid gaat ervan uit. Wat een geluk wanneer je zo bent, want eenvoud is de taal van God. Bron: Lint, A. (2005): Ga met God: Gebeden. Rijen: Parochie Heilige Geest. 6

94 #Faal Bijlage 2 BIJBELTEKST Lucas 19:1-10 (NBV) 1 Jezus ging Jericho in en trok door de stad. 2 Er was daar een man die Zacheüs heette, een rijke hoofdtollenaar. 3 Hij wilde Jezus zien, om te weten te komen wat voor iemand het was, maar dat lukte hem niet vanwege de menigte, want hij was klein van stuk. 4 Daarom liep hij snel vooruit en klom in een vijgenboom om Jezus te kunnen zien wanneer hij voorbijkwam. 5 Toen Jezus daar langskwam, keek hij naar boven en zei: 'Zacheüs, kom vlug naar beneden, want vandaag moet ik in jouw huis verblijven.' 6 Zacheüs kwam meteen naar beneden en ontving Jezus vol vreugde bij zich thuis. 7 Allen die dit zagen, zeiden morrend tegen elkaar: 'Hij is het huis van een zondig mens binnengegaan om onderdak te vinden voor de nacht.' 8 Maar Zacheüs was gaan staan en zei tegen de Heer: 'Kijk, Heer, de helft van mijn bezittingen geef ik aan de armen, en als ik iemand iets heb afgeperst vergoed ik het viervoudig.' 9 Jezus zei tegen hem: 'Vandaag is dit huis redding ten deel gevallen, want ook hij is een zoon van Abraham. 10 De Mensenzoon is gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was.' 7

95 #Faal Bijlage 3 WERKBLAD 1 1. Beginsituatie Je beste vriend of vriendin negeert je totaal. Hij of zij wil niet meer naast je zitten op school, laat niets meer van zich horen via WhatsApp en reageert op geen enkel bericht van jouw kant. Op school zie je hem of haar smoezen met een klasgenoot - maar als jij eraan komt, vallen ze ineens stil. "Tsss..." zegt je klasgenoot nog, en dan lopen ze allebei bij je weg. 2. Verhaal bedenken Vul het verhaal verder in door kort antwoord te geven op de volgende vragen. Wat is er gebeurd? Wie heeft er gefaald: jij, je beste vriend(in) of je klasgenoot? Of meerdere personen? Wie zegt tegen degene die faalt dat hij of zij hoe dan ook geen mislukkeling is? Hoe loopt het verhaal af? 3. Uitvoeren Bespreek kort met elkaar hoe jullie het verhaal kunnen uitspelen. Beeld met elkaar enkele scènes uit en maak daar foto's van. Verwerk de foto's vervolgens in een presentatie, bijvoorbeeld door er een slideshow van te maken of een fotostrip. Eventueel kun je tekstballonnen of onderschriften toevoegen. 8

96 #Faal Bijlage 4 GEBED Gebed bij falen Liefdevolle God, Als we anderen tekortdoen, als onze ideeën groter zijn dan dat wat we kunnen realiseren, als we gefaald hebben en onszelf maar waardeloos vinden, dan kijkt U ons aan en zegt tegen ons: "Je mag zijn wie je bent. Probeer het nog maar een keer." Geef dat we op onze levensweg telkens mensen tegenkomen die ons deze boodschap geven. En leer ons om anderen te vertellen dat ook zij niet kunnen mislukken. Amen. 9

97 #Faal Bijlage 5 SONGTEKST 1 God, heb genade Ik weet niet of U mij hoort, Heer. Of bent U echt dichtbij? Zou U naar zigeuners luisteren? Luistert U naar mij? Ja, ik ben misschien wel uitschot. Ik zeg maar wat ik voel. Maar iets in Uw blik vertelt mij dat U weet wat ik bedoel. God, heb genade voor wie niets heeft. Geef het vertrouwen dat niemand hun geeft. God, help mijn vrienden. Hun leven is kil. God, help het uitschot dat niemand meer wil. Ik vraag U faam. Ik vraag U macht. Ik vraag U rijkdom, gezondheid en kracht. Ik vraag geluk zolang ik leef. Ik vraag dat God mij Zijn zegen mag geven. Ik zal niets vragen. Ik hoef niets voor mij. Maar help al die anderen en sta hen toch bij. God, help het uitschot, bespuwd en bespot. Zij zijn toch allen ook kinderen van God God, help het uitschot, ook kinderen van God. Bron: Mann, V. (2006). De Klokkenluider Van De Notre Dame [dvd]. Hoofddorp: Walt Disney Studios Home Entertainment. 10

98 4 WERKBLAD 2 Met falen en opstaan 3 1 #Faal Bijlage Beschrijf een moment waarop je het gevoel had te falen: Waar was je? Wat deed je? Wat dacht je? Hoe voelde je je? 2. Hoe reageerden anderen? 3. Waardoor ging je je weer beter voelen? 4. Hoe kijk je terug op de situatie? 5a. Heb je iets in dit item iets geleerd waardoor je nu anders naar jezelf kijkt? 5b. Hoe zou God jou zien? 11

99 #Faal Bijlage 7 SONGTEKST 2 Amazing grace Genade Gods, Oneindig Groot! Amazing grace, how sweet the sound, that saved a wretch like me. I once was lost, but now am found, was blind, but now I see. Genade Gods, oneindig groot, geeft mij wat 'k niet verdien. Ik was verloren, geest'lijk dood, 'k was blind, maar kan nu zien. 'Twas grace that taught my heart to fear, and grace, my fears relieved. How precious did that grace appear the hour I first believed. Genade gaf mij vrees in 't hart en bracht mij nieuwe moed. Gewassen van mijn zond' en smart in Christus' dierbaar bloed. Through many dangers, toils and snares I have already come. 'Twas grace has brought me safe thus far and grace will lead me home. Door veel gevaren en door nood heeft Hij mij al geleid. 't Is Zijn genade en Zijn dood, die mij ten hemel leidt. The Lord has promised good to me. His word my hope secures; He will my shield and portion be, As long as life endures. De Heer heeft mij heel veel beloofd, Zijn woord zal eeuwig staan. Hij is mijn Schild en Opperhoofd, Die mij steeds voor zal gaan. Yes, when this flesh and heart shall fail, And mortal life shall cease; I shall possess within the veil, a life of joy and peace. En als dit stoff'lijk lichaam faalt, mijn leven hier vergaat, dan wordt mij vrede toegestraald, door God, mijn Toeverlaat. The earth shall soon dissolve like snow, the sun forbear to shine; but God, who called me here below, shall be forever mine. De hele aarde valt en beeft, de zon geeft geen meer licht, de Heer, Die mij geroepen heeft, toont mij Zijn aangezicht. Bron: Newton, J. (z.j.). Genade Gods, Oneindig Groot! (Vertaald door: A. Vermeulen-Miller). Geraadpleegd op 12

100 Familierelaties Leeftijd: Thema: bijbel, bijbelse personages, erbij horen, identiteit, Liefde Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Over familiebanden in het verhaal van Jozef en ons eigen leven. In gesprek, kijken naar 'Het Familiediner' en een creatieve stamboom maken. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: De jongeren onderzoeken hun familierelaties en krijgen zo inzicht in het grotere geheel waarin zij passen. In de eerste bijeenkomst wordt het onderwerp 'familie' breed verkend aan de hand van muziek, Bijbelverhaal over Jozef en fragmenten van het televisieprogramm 'Het Familiediner'. In de tweede bijeenkomst richten de jongeren zich op hun eigen familie. Ze staan stil bij hun eigen namen en maken een creatieve verbeelding van hun familiestamboom. Ook is er ruimte voor de eigen beleving van familierelaties, bijvoorbeeld: 'Door wie voelen de jongeren zich het meest gevormd?', 'Wat betekent het om het jongste, middelste of oudste kind in een gezin te zijn?', 'Hoe is het om geadopteerd te zijn of in een pleeggezin te wonen?' Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers beseffen dat zij in relatie staan tot hun familieleden en dat zij biologisch en emotioneel met hen verwant zijn. De deelnemers beseffen dat 'familie' niet voor iedereen hetzelfde betekent. De deelnemers krijgen oog voor de familierelaties van andere deelnemers en beseffen dat er grote verschillen kunnen zijn tussen familieverhoudingen. De deelnemers leren dat het na een lastige periode mogelijk is om toch weer samen verder te gaan als familie. De deelnemers denken na over het Bijbelse spreken over God als 'familie' (Vader, Moeder) en wisselen uit wat dat hun leert over God en over henzelf

101 De boom in: Familierelaties De deelnemers denken na over het Bijbelse spreken over God als 'familie' (Vader, Moeder) en wisselen uit wat dat hun leert over God en over henzelf. Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Vier tot twaalf Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Twee bijeenkomsten van anderhalf uur Auteur Anne-Meta Kobes-Gerritsen KORTE BESCHRIJVING In dit item onderzoeken de jongeren hun familierelaties en krijgen zo inzicht in het grotere geheel waarin zij passen. In de eerste bijeenkomst wordt het onderwerp 'familie' breed verkend aan de hand van muziek, een Bijbelverhaal en fragmenten van een televisieprogramma. In de tweede bijeenkomst richten de jongeren zich op hun eigen familie. Ze staan stil bij hun eigen namen en maken een creatieve verbeelding van hun familiestamboom. Ook is er ruimte voor de eigen beleving van familierelaties, bijvoorbeeld: Door wie voelen de jongeren zich het meest gevormd? Wat betekent het om het jongste, middelste of oudste kind in een gezin te zijn? Hoe is het om geadopteerd te zijn of in een pleeggezin te wonen? DOEL De deelnemers beseffen dat zij in relatie staan tot hun familieleden en dat zij biologisch en emotioneel met hen verwant zijn. De deelnemers beseffen dat 'familie' niet voor iedereen hetzelfde betekent. De deelnemers krijgen oog voor de familierelaties van andere deelnemers en beseffen dat er grote verschillen kunnen zijn tussen familieverhoudingen. De deelnemers leren dat het na een lastige periode mogelijk is om toch weer samen verder te gaan als familie. VERANTWOORDING Ieder mens, en dus ook iedere jongere, maakt onderdeel uit van een gezin en familie gedurende lange en belangrijke perioden in zijn of haar leven. Gezinnen en families zijn voor jongeren van groot belang bij de ontwikkeling van een eigen persoonlijkheid: gezins- en familieleden gelden namelijk vaak als belangrijke identificatiefiguren. Het zijn mensen aan wie zij zich positief of negatief kunnen spiegelen. Door dat spiegelen krijgen de jongeren handvatten om een eigen antwoord te formuleren op de vraag: wie ben ik (in de ogen van mezelf, de ander, de wereld en God)? Bovendien heeft de relatie tussen een jongere en zijn of haar gezin of familie vaak invloed op het beeld dat die jongere heeft van God. Het is dus zinvol om die verbanden te onderzoeken. VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Bekijk ook alle filmpjes. Regel extra gespreksleiding voor de tweede bijeenkomst. Voor de tweede bijeenkomst: Herinner de deelnemers eraan dat ze hun familiestamboom moeten maken en meenemen. Maak voor jezelf ook een familiestamboom. Is er geen internetverbinding beschikbaar tijdens de bijeenkomst? Download dan de filmpjes voor later gebruik. Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. Test alle apparatuur. Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomsten: Welke gedachten roept het thema 'familie' bij je op? Vond je het gemakkelijk om een familiestamboom van jezelf te maken? Waarom wel of niet? Hoe is jouw relatie met je familie? Waardoor of door wie ben je aangemoedigd in je leven? Wat heeft je belemmerd? In welke mate is jouw godsbeeld beïnvloed door (religieuze) denkbeelden in je familie? JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 1

102 De boom in: Familierelaties Wat weet je van mogelijke knelpunten bij de jongeren aangaande dit thema? Zijn er bijvoorbeeld pijnlijke familiegeschiedenissen waarvoor extra aandacht nodig is? Hoe kun en wil je daarmee omgaan? BENODIGDHEDEN Eerste bijeenkomst Pennen; Kopieën van bijlage 2, 3 en 4 voor alle deelnemers; Plakband; Apparatuur om de filmfragmenten te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Voor iedere deelnemer een bijbel (NBV); Een eenvoudige kinderlegpuzzel (van zo'n vier tot zes stukjes). Tweede bijeenkomst Vijftien bakstenen; Stoepkrijt; Een flap-over met stiften; Eventueel een namenlexicon (om de betekenis van namen op te kunnen zoeken); Voor iedere deelnemer een vel wit papier (A3-formaat); Verf en kwasten; Schorten of oude overhemden met lange mouwen; Handdoeken die goed vuil mogen worden; Potjes met water of terpentine (om de verf in op te lossen als je klaar bent); Groene schrijfpapiertjes. PROGRAMMA Eerste bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Vertel kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Open met het eerste gebed in bijlage minuten Verkenning Deel pennen uit en kopieën van bijlage 2. Leg uit wat de bedoeling is: De deelnemers moeten bij elke letter van het woord "familie" een nieuw woord schrijven dat begint met die letter. De nieuwe woorden moeten iets uitdrukken waar zij aan denken bij het woord 'familie'. Bij de letter 'F' past bijvoorbeeld het woord 'feest'. Geef hiervoor vijf minuten de tijd. Vraag de jongeren vervolgens om hun woorden op te lezen en daar eventueel een korte toelichting bij te geven. Hang daarna de werkbladen op, als 'aankleding' voor de bijeenkomst. Deel kopieën van bijlage 3 uit. Laat de deelnemers vervolgens kijken naar de videoclip van 'We are family' van Sister Sledge (youtu.be/tnaq8llptuo). Lees daarna de Engelse of Nederlandse tekst van het lied op. Bespreek dit lied met de deelnemers. Stel bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Wat vind je van de muziek en van de tekst? Wat maakt dat je familie van iemand bent? Is er een verschil tussen familie en vrienden? Zo ja, wat dan? De vier zangeressen van Sister Sledge zijn ook echt zussen van elkaar. Kun je je voorstellen dat je je ook familie van iemand voelt zonder dat diegene echt een bloedverwante is (bijvoorbeeld als je geadopteerd bent of in een pleeggezin woont)? 20 minuten Verdieping Leid dit onderdeel als volgt in: In de Bijbel zijn familiebanden erg belangrijk. Maar ook in de Bijbelse families is het niet altijd rozengeur en maneschijn. Daarvan is het levensverhaal van Jozef een mooi voorbeeld. Als Jozef nog jong is, ervaren hij en zijn broers de negatieve kanten van familie zijn. Er is onderling veel jaloezie en zelfs haat. Jozef is de jongste zoon in het gezin en hij was niet geliefd bij zijn broers. Wanneer hij op een dag zijn broers gaat opzoeken in het veld, verandert Jozefs leven totaal... Deel daarna bijbels uit en lees samen Genesis 37:18-28 of laat één van de deelnemers dit gedeelte oplezen. Bespreek het JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 2

103 De boom in: Familierelaties gedeelte met de jongeren. Stel bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Wat heb je ervaren tijdens het lezen? Wat voelde je of dacht je erbij? Wat vind je ervan dat de broers plannen maken om Jozef te vermoorden en dat ze hem uiteindelijk verkopen? Wat vind je ervan dat zij als familieleden zo met elkaar omgaan? Of maakt het eigenlijk niet uit dat ze familie van elkaar zijn? fragment met de deelnemers. Stel bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Wat heb je ervaren tijdens het kijken? Wat voelde je of dacht je erbij? Wat vind je ervan dat de broers elkaar niet meer willen spreken vanwege ruzie over poep in een peuterpotje? Kun je je voorstellen dat je zelf zo'n ruzie zou krijgen met een broer of zus (of een ander familielid) dat je hem of haar niet meer zou willen spreken? Vertel hoe het verhaal afloopt: Uiteindelijk wordt Jozef de belangrijkste raadgever van de Farao in Egypte. Er breekt hongersnood uit. Zijn broers komen naar Egypte en vragen Jozef om eten. Ze herkennen Jozef niet - maar hij herkent hen wel. Vorm groepjes van vier deelnemers. Vraag hun om te bedenken hoe dit fragment verder zou kunnen gaan en hoe ze dat kunnen uitbeelden in een korte sketch. Laat hen zelf de rollen verdelen. Er zijn vier rollen: Peter (de broer die 'Het familiediner' heeft ingeschakeld); Marry (de vrouw van Peter); Paulien (de schoonzus van Peter, met wie hij ruzie heeft gemaakt); Daan (Peters broer, die tot nu toe nog niet in het filmpje voorkwam). Lees nu samen Genesis 45:1-5. Bespreek het gedeelte met de deelnemers. Stel bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Hoe zou jij gereageerd hebben als je één van Jozefs broers was en hem weer terugzag in Egypte? Hoe vind je het dat Jozef zijn broers vergeeft? Waarom neemt Jozef het zijn broers niet kwalijk? Begrijp je zijn redenering? Welke boodschap over familie-zijn kun je uit dit verhaal halen? Is die boodschap nog steeds relevant? 45 minuten Verwerking Leid dit onderdeel als volgt in: Gebroken families en familieruzies kwamen natuurlijk niet alleen in de tijd van de Bijbel voor. Dit is van alle tijden. Ook nu worden sommige families verscheurd door ruzie. Misschien heb je daar zelf ook mee te maken. Gelukkig worden ruzies ook vaak bijgelegd - zelfs ruzies die al jaren voortduren. Vertel dat de christelijke omroep EO een programma maakt waarbij de presentator wil helpen familieruzies bij te leggen. Mensen worden herinnerd aan het belang van familie en de mogelijkheid om anderen te vergeven. Het programma heet 'Het familiediner'. Laat een gedeelte zien van een aflevering van 'Het familiediner' (tinyurl.com/jop-fdiner), van 22:39 tot 33:35. Bespreek het Geef de groepjes tien minuten de tijd om zich voor te bereiden. Laat hen daarna de sketches opvoeren. Laat daarna het slot van het filmpje zien, vanaf 33:30 tot het einde. Bespreek dit met de jongeren. Hoe heeft de familie het opgelost? Hadden de jongeren dit einde verwacht? 5 minuten Afsluiting Vat kort samen wat de deelnemers in deze bijeenkomst hebben gedaan: ze hebben hun eerste associaties opgeschreven bij het woord 'familie', ze hebben nagedacht over wat familie is en over hoe familierelaties uit de hand kunnen lopen (zowel in onze tijd als in de tijd van de Bijbel). Neem de puzzelstukjes, leg ze aan elkaar en spreek daarbij het tweede gebed in bijlage 1 uit. Vertel de deelnemers dat de volgende bijeenkomst te maken heeft met hun eigen familiestamboom en dat daar wat voorwerk bij hoort. Deel kopieën van bijlage 4 uit als voorbeeld. Vraag de jongeren om thuis een soortgelijke stamboom van zichzelf te maken. Vertel dat de jongeren de JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 3

104 De boom in: Familierelaties stamboom natuurlijk mogen uitbreiden, als er in hun familie bijvoorbeeld ouders gescheiden zijn en misschien een nieuwe relatie hebben. Ook kunnen ze bijvoorbeeld aangeven dat ze geadopteerd zijn of pleegouders hebben. De deelnemers mogen zelf weten wie ze vermelden in hun stamboom. Als er tijd over is, kun je de jongeren alvast laten beginnen. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. Tweede bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst. Leg de stenen op de grond in de vorm van een stamboom (zie foto bijlage 5). Vraag de jongeren om daar in een kring omheen te komen zitten. Vertel dat deze stenen staan voor familieleden. Schrijf met stoepkrijt het woord "ik" op de onderste steen, en geef aan dat die steen symbool staat voor elke jongere. Open daarna met het gebed in bijlage minuten Verkenning Laat de deelnemers om beurten hun voor- en achternamen noemen, met eventuele doopnamen. Noteer deze op de flapover. Stel daarbij steeds enkele vragen, bijvoorbeeld: Wat vind je mooi en minder mooi aan je namen? Ben je naar iemand vernoemd? Zo ja, naar wie? Weet je wat je namen betekenen? Vond je het lastig om je stamboom te maken? Heb je er hulp bij ingeschakeld, bijvoorbeeld van een ouder? Staan er mensen op je stamboom die je zelf niet kent? Geef aan dat je er nog wat verder op in wilt gaan. Vorm groepjes van maximaal vier deelnemers. Elk groepje krijgt een eigen gespreksleider. De gespreksleiders vragen de jongeren om hun stamboom kort toe te lichten in het eigen groepje, en stellen daarna bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Zijn er dingen die je opvallen in je stamboom? Zijn er bijvoorbeeld namen die je graag wilt toelichten? Wat vind je van jouw plaats in de stamboom? Hoe vind je het bijvoorbeeld om het oudste, middelste of jongste kind te zijn, of enig kind? Hoe is het om geadopteerd te zijn of om pleegouders te hebben? Met welke persoon of personen in de stamboom heb je een klik en met wie juist niet? Hoe komt dat? Welke woorden komen er in je op als je aan jouw familie denkt? Zijn je familieleden belangrijk voor je? Wat zegt je familie over wie je zelf bent? In de Bijbel wordt God ook wel als een 'familielid' voorgesteld (meestal als Vader, maar ook wel als Moeder). Kun je je daar iets bij voorstellen? Wat zegt het volgens jou dat God wordt voorgesteld als familie? En wat zegt dát dan weer over jou zelf? Eventueel kun je de betekenis van een naam opzoeken in een namenlexicon. De jongeren mogen elkaar ook vragen stellen. 40 minuten Verwerking Laat alle deelnemers weer bij elkaar komen. Benoem dat ze nu verschillende stambomen hebben gezien: de 'stenen stamboom' in de Opening, de stamboom die ze zelf hebben gemaakt en misschien de stambomen van de andere jongeren. Laat nog een paar voorbeelden van stambomen zien (zie bijlage 6) en stel vast dat stambomen niet altijd eenvoudig te tekenen zijn, door ingewikkelde relaties. 30 minuten Verdieping Vraag de deelnemers om de stamboom erbij te nemen die ze (als het goed is) thuis hebben gemaakt. Bespreek deze kort met de jongeren. Stel bijvoorbeeld de volgende gespreksvragen: Maak duidelijk dat de deelnemers nu hun stamboom mogen gaan schilderen in een eigen stijl. Het is de bedoeling dat ze bij iedere naam een kleine illustratie toevoegen die bij die persoon past. Bijvoorbeeld: bij een oma die altijd de snoeptrommel klaar heeft staan, zou je een snoepje kunnen schilderen. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 4

105 De boom in: Familierelaties Geef de deelnemers het materiaal dat ze nodig hebben en laat hen aan de slag gaan. Geef hiervoor een halfuur de tijd. Vraag de jongeren om hun werk te presenteren. Ze mogen dan bijvoorbeeld vertellen waarom ze voor een bepaalde stijl of vorm hebben gekozen en wat zij zelf het mooiste vinden van hun kunstwerk. 5 minuten Afsluiting Vat kort samen wat de deelnemers in deze bijeenkomst hebben gedaan: ze hebben verwoord wat hun namen voor hen betekenen, ze hebben in de kleine groepjes uitgebreid gesproken over hun families en ze hebben hun stamboom geschilderd in hun eigen stijl. Vraag daarna aan de deelnemers wat zij voor nieuws hebben geleerd of bedacht tijdens deze twee bijeenkomsten over familie. Deel pennen en de groene papiertjes uit. Vraag de jongeren om op hun papiertje te schrijven wat hun het meest zal bijblijven van deze bijeenkomsten. Verzamel de papiertjes en leg ze als boomblaadjes op de stenen stamboom (zie Opening), zodat deze als het ware gaat 'bloeien'. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. BIJLAGEN 1. Gebeden 2. Werkblad 3. Songtekst 4. Beeldmateriaal 1 5. Foto en gebed 6. Beeldmateriaal 2 JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 5

106 De boom in: Familierelaties Gebeden Voor de Opening Trouwe God, Wij danken U dat we hier in vrijheid bij elkaar mogen komen, om een onderwerp te verkennen dat ons allemaal aangaat: familie. God, U weet hoe we hiernaartoe gekomen zijn en welke gedachten er in ons hoofd zitten; of we blij zijn, gestrest, verdrietig of zenuwachtig. Misschien vinden we dit onderwerp wel spannend omdat er in onze eigen familie dingen zijn gebeurd die we moeilijk vinden. Help ons om er samen een leuke bijeenkomst van te maken. Help ons om goed te luisteren naar elkaar en naar onszelf, zodat ieder van ons tot zijn of haar recht kan komen. Zo bidden wij. Amen. Voor de Afsluiting Wij bidden voor alle families die gebroken zijn, voor mensen die scheiden, voor de kinderen van gescheiden ouders, voor familieleden die elkaar niet vertrouwen. God, geef mensen de kracht om relaties te herstellen, om elkaar te vergeven en om nieuwe en vernieuwde familiebanden aan te gaan, zodat iedereen deel uit mag maken van een warm en vertrouwd nest. Amen. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 6 bijlage 1

107 De boom in: Familierelaties Werkblad F A M I L I E JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 7 bijlage 2

108 De boom in: Familierelaties bijlage 3 Songtekst We are Family We are family. I got all my sisters with me. We are family. So get up, everybody, and sing. Wij zijn familie. Ik heb al mijn zussen bij me. Wij zijn familie. Dus kom op, iedereen, en zing! Everyone, they can see we're together as we walk on by. And we fly just like birds of a feather. I won't tell no lie. And all of the people around us they say: "Can they be that close?" Just let me state for the record: We're givin' love in a family dose! Iedereen kan zien dat wij bij elkaar horen als we langslopen. En we hebben veel van elkaar weg. Ik zal er niet om liegen. Alle mensen om ons heen zeggen: "Is het mogelijk dat ze echt zo hecht zijn?" Even voor de goede orde: Wij geven liefde in familieverpakking! [chorus] [refrein] Livin' life is fun and we've just begun to get our share of this world's delights. High hopes we have for the future. And our goal's in sight. No, we don't get depressed. Here's what we call our golden rule: Have faith in you and the things you do. You won't go wrong, oh no. This is our family jewel. Leven is leuk en we zijn nog maar net begonnen om ons deel te nemen van de genoegens van deze wereld. Hoge verwachtingen hebben we voor de toekomst. En ons doel is in zicht. Nee, we raken niet gedeprimeerd. Dit is wat we onze gulden regel noemen: Heb vertrouwen in jezelf en in de dingen die je doet. Je zult niet in de fout gaan, o nee. Dit is het meest waardevolle van onze familie. [chorus] [refrein] Bron: Sister Sledge. (1979). We are family [cd]. New York: Cotillion. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 8

109 De boom in: Familierelaties bijlage 4 BEELDMATERIAAL 1 Mijn familiestamboom mijn mijn mijn mijn oma opa oma opa mijn mijn mijn mijn mijn mijn TANTE OOM MOEDER VADER TANTE OOM mijn mijn IK mijn mijn NEEFJE ZUS BROERTJE NICHTJE JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 9

110 De boom in: Familierelaties bijlage 5 Foto en gebed Leg de stenen neer op de grond zoals aangegeven op de foto hieronder. Spreek daarna het gebed onder de foto uit. Trouwe God, Wij danken U dat de meesten van ons niet alleen op deze wereld staan. Wij danken U dat we verbonden zijn met mensen om ons heen, met andere jongeren hier in deze kring en met onze ouders, broers, zussen en andere familieleden. Wij danken U dat er mensen op deze wereld zijn met wie we kunnen lachen en huilen. Wij bidden U voor mensen die pijn voelen wanneer ze aan familie denken, omdat er familieleden zijn overleden, omdat er geen contact meer is of omdat hun familie geen liefdevolle groep is. Wees bij ons als we gaan nadenken over onze plaats in het grotere geheel van verwanten, zodat we aandacht zullen hebben voor elkaar en onszelf. Zo bidden wij. Amen. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 10

111 De boom in: Familierelaties Beeldmateriaal 2 JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 11 bijlage 6

112 Plaaggeesten en pestkoppen Leeftijd: Thema: bijbel, bijbelse personages, erbij horen, Pesten, Vriendschap Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Over pesten in het verhaal van Jozef en in ons eigen leven. Samen een pestprotocol maken en rollenspelen uitspelen van pestsituaties. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van de programma's: Jongeren gaan op verschillende manieren aan de slag met het thema 'pesten'. In de eerste bijeenkomst bekijken ze een videoclip, staan ze op een speelse manier stil bij enkele feiten en lezen ze wat de Bijbel erover te zeggen heeft. Vervolgens maken ze een eigen pestprotocol. Ook de eigen ervaringen worden meegenomen. In de tweede bijeenkomst doen de jongeren onder andere een snel introductiespel en twee ludieke rollenspellen. Het ene rollenspel is bedoeld als opwarmertje; het tweede betreft een pestsituatie met daarin de verschillende rollen van dader, slachtoffer en omstander. De jongeren bespreken achteraf hoe de verschillende rollen voelden en wat de uitwerking is van een positieve aanpak. Door dit alles heen worden de jongeren uitgenodigd om na te denken over hun eigen geloof in relatie tot hoe je met elkaar omgaat Doelen van de bijeenkomsten: De deelnemers denken na over wat pesten is en leren en ervaren wat het met je doet. De deelnemers verkennen de verschillende 'rollen' in pestsituaties en ervaren de verschillende emoties die daarbij horen. De deelnemers ontdekken dat de eigen houding ten aanzien van pesten van groot belang is en het verschil kan maken tussen het in stand houden van pestgedrag of niet. Meer werkvormen over het thema pesten, inclusief filmpjes om te gebruiken, vind je hier.

113 Plaaggeesten en pestkoppen De deelnemers begrijpen dat ieder mens waardevol, geliefd én gelijkwaardig is in de ogen van God. Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Acht tot twaalf Leeftijd jaar Duur / aantal bijeenkomsten Twee bijeenkomsten van anderhalf uur Auteur Marianne de Vries KORTE BESCHRIJVING In dit item gaan jongeren op verschillende manieren aan de slag met het thema 'pesten'. In de eerste bijeenkomst bekijken ze een videoclip, staan ze op een speelse manier stil bij enkele feiten en lezen ze wat de Bijbel erover te zeggen heeft. Vervolgens maken ze een eigen pestprotocol. Ook de eigen ervaringen worden meegenomen. In de tweede bijeenkomst doen de jongeren onder andere een snel introductiespel en twee ludieke rollenspellen. Het ene rollenspel is bedoeld als opwarmertje; het tweede betreft een pestsituatie met daarin de verschillende rollen van dader, slachtoffer en omstander. De jongeren bespreken achteraf hoe de verschillende rollen voelden en wat de uitwerking is van een positieve aanpak. Door dit alles heen worden de jongeren uitgenodigd om na te denken over hun eigen geloof in relatie tot hoe je met elkaar omgaat. DOEL De deelnemers denken na over wat pesten is en leren en ervaren wat het met je doet. De deelnemers verkennen de verschillende 'rollen' in pestsituaties en ervaren de verschillende emoties die daarbij horen. De deelnemers ontdekken dat de eigen houding ten aanzien van pesten van groot belang is en het verschil kan maken tussen het in stand houden van pestgedrag of niet. VERANTWOORDING Plagerijtjes en geintjes horen bij het leven: ze komen voor in families, bij vrienden, op het werk en op scholen - kortom, in al het sociale verkeer. Bij plagen is er altijd sprake van een gelijkwaardige relatie en het 'slachtoffer' valt niet buiten de groep. Bij pesten ligt dat anders: daarbij wordt een ander doelbewust schade toegebracht en buitengesloten. Het staat buiten kijf dat pesten zeer schadelijk is voor een mens en verstrekkende gevolgen kan hebben. We zien dat regelmatig op tv en in de krant. Alle jongeren hebben niet alleen te maken met plagen, maar ook met pesten: ze zijn zelf gepest, hebben een ander gepest of ze zien het om zich heen. Daarom is het belangrijk om bij dit onderwerp stil te staan en te verkennen hoe ze met alle aspecten van pesten kunnen omgaan en hoe belangrijk hun eigen houding is. Uitgangspunt bij dit alles is dat ieder mens waardevol, geliefd en gelijkwaardig is in Gods ogen - en dat pesten hier haaks op staat. VOORBEREIDING Praktische voorbereiding Lees het hele item goed door, inclusief de bijlagen. Zoek zo nodig een tweede coach (zie aandachtspunten). Regel voor de tweede bijeenkomst een ruimte die groot genoeg is voor het rollenspel (zie Verwerking tweede bijeenkomst). Als je de deelnemers kent, denk dan van tevoren na over de verdeling van de rollen van dat rollenspel (zie bijlage 7). Denk ook na over de bijbehorende emotiekaartjes (zie bijlage 6). Wil je die willekeurig verdelen, of wil je bepaalde rollen bewust bepaalde emotiekaartjes geven? Bekijk het voorbeeld van een pestprotocol op www. puber-wijzer.nl/pestprotocol.html. Koop voor iedere deelnemer een klein spiegeltje. Plak daar een sticker op met de tekst "Jij bent waardevol in Gods ogen" (of een eigen tekst). Leg voor elke bijeenkomst alle benodigdheden klaar. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 1

114 Plaaggeesten en pestkoppen Persoonlijke voorbereiding Met behulp van deze vragen kun je je ook persoonlijk voorbereiden op de bijeenkomsten: Heb je ervaring met plagen en pesten (bijvoorbeeld thuis, op school of op je werk)? Zo ja, was je toen pester, slachtoffer of toeschouwer? Als je toeschouwer was, wat was dan je houding? In hoeverre maak je het principe 'ieder mens is geliefd, waardevol én gelijkwaardig in Gods ogen' concreet in je dagelijks leven? Wat kun en wil je daarvan delen met de jongeren? BENODIGDHEDEN Eerste bijeenkomst Voor iedere deelnemer een vel papier (A4-formaat); Een flap-over met stiften; Apparatuur om het filmfragment te kunnen afspelen (bijvoorbeeld een computer met internetverbinding en een beamer met scherm en geluidsboxjes); Pennen; Kopieën van bijlage 1, 3 en 4 voor alle deelnemers; Twee kleine prijsjes, bijvoorbeeld iets lekkers; Een extra kopie van bijlage 4 voor het pestprotocol, eventueel met een lijstje (A4-formaat); Voor iedere deelnemer een klein stukje papier (A6formaat); Een grote kaars en iets om deze mee aan te steken. Tweede bijeenkomst Drie flap-overvellen met stiften; Een krant; De 'emotiekaartjes' van bijlage 6 (uitgeknipt en dubbelgevouwen); De 'rollenspelkaartjes' van bijlage 7 (uitgeknipt); De spiegeltjes met tekst (zie Praktische voorbereiding). PROGRAMMA Eerste bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Maak zo nodig een voorstelrondje. Geef iedere jongere een vel papier (A4-formaat). Vraag de jongeren om het papier te verkreukelen tot een prop. Vraag hun daarna om het weer 'glad' te strijken. Constateer vervolgens samen dat het papier niet helemaal meer glad te krijgen is. Vertel dan kort iets over de opzet van dit item (zie korte beschrijving). Geef om te beginnen aan wat het onderwerp is: pesten. Het zal gaan over wat pesten met je doet, maar ook over wat je ertegen zou kunnen doen. 15 minuten Verkenning Schrijf het woord "pesten" op de flap-over. Vraag de jongeren waaraan ze denken bij dit woord en schrijf hun antwoorden op de flap-over. Stop na ongeveer een minuut. Probeer dan om samen met de jongeren tot een soort definitie van pesten te komen: wat is het nu precies? Laat vervolgens het videoclipje zien van het nummer Stay Cool van Elles Springs en Master Surreal (youtu.be/ VH1vmFQYLOE). Dit filmpje laat zien hoe heftig pesten is maar het laat ook de kracht zien van het meisje dat wordt gepest. Vraag de jongeren na afloop of ze het nodig vinden om hun definitie van pesten aan te passen naar aanleiding van wat in de clip naar voren komt. Ze kunnen hierbij denken aan wat de pesters doen, aan hoe het meisje reageert en aan wat voor gevoelens er naar voren komen. 35 minuten Verdieping Geef aan dat de jongeren hebben nagedacht over wat pesten is, op basis van hun eigen gedachten en ervaringen en naar aanleiding van het filmpje. Zeg dat je daar nu een aantal feiten naast gaat leggen. Deel pennen en kopieën van bijlage 1 uit. Vraag de jongeren om het werkblad in tweetallen in te vullen. Geef hiervoor vijf minuten de tijd. Vertel dat van alle vormen van geweld, pesten op scholen het meeste vóórkomt. Neem daarna de feiten door met behulp van bijlage 2. Noteer bij elke open plaats welk tweetal het dichtst bij het goede antwoord zit. Geef tot slot het tweetal met de meeste 'beste antwoorden' een klein prijsje. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 2

115 Plaaggeesten en pestkoppen Bespreek kort wat de jongeren van deze feiten vinden. Valt het hun mee of tegen? Herkennen ze zich erin of niet? Geven de feiten nog aanleiding om de eerdere definitie van pesten bij te stellen? Geef vervolgens aan dat pesten iets is van alle tijden. Deel kopieën van bijlage 3 uit en lees samen deel A, over het verhaal over Jozef. Bespreek dit kort met de jongeren. Wat voor verband zien ze met het onderwerp 'pesten'? In welke persoon uit het verhaal kunnen ze zich het beste verplaatsen? Wat zouden ze in die situatie zelf hebben gedaan? Vertel dat er in de Bijbel een soort aanwijzing staat die ook iets over pesten te zeggen heeft, namelijk de zogenaamde 'gouden regel'. Lees samen deel B van bijlage 3. Bespreek dit kort met de jongeren. Wat vinden ze van deze regel? Wat voor betekenis heeft die in hun eigen leven? Hoe zou die regel kunnen werken in situaties waarin iemand wordt gepest? 25 minuten Verwerking Vertel dat bijna alle basisscholen en middelbare scholen een pestprotocol hebben. In zo'n protocol is vastgelegd dat pestgedrag op school niet wordt geaccepteerd en hoe zulk gedrag zal worden aangepakt. Geef zo nodig enkele voorbeelden van wat daarin zou kunnen staan. Nodig de tieners uit om samen een pestprotocol te maken. Dat hoeft natuurlijk niet zo uitgebreid als een officieel pestprotocol. Deel kopieën van bijlage 4 uit en vraag hun om het werkblad in te vullen. Laat hen eerst invullen wat hun definitie van pesten is. Vraag vervolgens wat ze tegen pesten zouden kunnen doen in hun eigen groep. Kunnen ze gezamenlijk tien afspraken bedenken tegen pesten? Ze kunnen gebruikmaken van alle informatie die ze tijdens deze bijeenkomst hebben verzameld. Als er overeenstemming is over de afspraken, schrijf die dan netjes op een aparte kopie van bijlage 4. Hang of plak het pestprotocol plechtig op aan de muur. Eventueel kun je het eerst inlijsten. 10 minuten Afsluiting Neem de verkreukelde vellen papier van de Opening er weer bij. Vertel dat de kreukels staan voor de diepe sporen die pesten kan nalaten in het leven van iemand die wordt gepest. Die sporen kun je niet zomaar uitwissen, ook niet als het pesten op een gegeven moment stopt. De kreukels in het papier blijven ook zichtbaar. Deel de kleine stukjes papier uit. Vraag de jongeren om op hun papiertje een naam te schrijven van iemand die met pesten te maken heeft gehad; als dader, als slachtoffer of als omstander. Steek vervolgens de grote kaars aan. Benoem dat dit een teken is van Gods aanwezigheid. Vraag de jongeren om de papiertjes bij de kaars te leggen. Daarbij mogen ze de namen noemen die op het papiertje staan, maar dat hoeft niet. Wees tot slot samen een moment stil. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. Nodig hen uit voor de volgende bijeenkomst. Tweede bijeenkomst 5 minuten Opening Heet de deelnemers welkom en bied eventueel iets te drinken aan. Kom nog even terug op de eerste bijeenkomst. Hang drie flap-overvellen op en schrijf het woord "pesten" op het middelste vel. Vraag de jongeren om allemaal één of twee woorden te noemen die hun het meest zijn bijgebleven van de vorige bijeenkomst. Noteer hun antwoorden op het flap-overvel. Ga hier verder niet over in gesprek. 10 minuten Verkenning Geef aan dat je het spel 'krantjemep' wilt spelen. Laat de jongeren in een kring gaan zitten, zonder tafels of andere obstakels tussen hen in. Vraag hun om voor zichzelf een schuilnaam te bedenken. Laat hen om beurten die schuilnaam noemen. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 3

116 Plaaggeesten en pestkoppen Neem vervolgens een krant en maak daarvan een rol waarmee je kunt meppen (niet te hard, maar ook niet te slap). Geef de krant aan een van de jongeren en laat hem of haar in het midden van de kring gaan staan. Leg uit dat jij de schuilnaam van het doelwit gaat noemen, en dat de 'krantenmepper' dan op de knieën van die persoon moet slaan. Het doelwit moet zo snel mogelijk de schuilnaam van een andere jongere noemen. Die wordt dan het nieuwe doelwit van de krantenmepper. Als het de krantenmepper lukt om het doelwit te meppen voordat hij of zij een andere naam heeft genoemd, wordt het doelwit de nieuwe krantenmepper. De eerste krantenmepper gaat dan in de kring zitten. Hoe sneller de zittende jongeren zijn met het noemen van elkaars schuilnamen, hoe moeilijker het wordt voor de krantenmepper. Noem nu de schuilnaam van het eerste doelwit. Speel het spel zolang het leuk is. Bespreek het spel heel kort na. Er is nu met een voorwerp gemept, maar kun je ook met woorden slaan? Hoe is dat? Kan dat pijn doen? Wanneer wel en wanneer niet? Wanneer is meppen nog een spelletje en wanneer wordt het pesten? En wat hebben schuilnamen eigenlijk te maken met pesten? Waar ligt de grens tussen bijnamen en scheldnamen? 20 minuten Verdieping Vertel dat je nu wilt gaan kijken naar de verschillende rollen die er zijn in situaties waarin mensen worden gepest. Om te beginnen kan iemand het slachtoffer zijn van pestgedrag. Er is ook een dader: degene die pest. Schrijf het woord "dader" op het lege flap-overvel links en het woord "slachtoffer" op het lege vel rechts. Vraag de jongeren om erbij te schrijven waar ze aan denken bij die woorden. Nodig hen uit om ook op elkaars woorden te reageren, maar alleen op papier en in stilte. Geef hiervoor ongeveer vijf minuten de tijd. Bespreek vervolgens met elkaar wat de jongeren allemaal hebben opgeschreven. Wat zijn de verschillen tussen dader en slachtoffer? Wat zijn de overeenkomsten? Is er altijd een scherpe lijn te trekken tussen dader en slachtoffer? Bekijk dit laatste nog eens aan de hand van het verhaal van Jozef: wie was daar nu dader en wie slachtoffer? Voer een open gesprek met de jongeren. Het is niet erg als ze er niet helemaal uitkomen en geen duidelijke antwoorden hebben op bovenstaande vragen. Het gaat erom dat ze stilstaan bij de termen 'dader' en 'slachtoffer' en wat daarmee samenhangt. Geef aan dat er naast slachtoffer en dader nog een derde rol kan zijn in pestsituaties. Vraag de jongeren of ze weten welke rol. Het is de rol van omstander. Herkennen de jongeren die rol? Zijn ze zelf weleens omstander geweest in een pestsituatie? Zo ja, hoe was dat? 45 minuten Verwerking Geef aan dat je een rollenspel wilt gaan spelen. (Bron: Bosch, H. [z.j.]. Educatieve handleiding bij het spel 'TOKTOK, herrie in het hok'. Maak duidelijk dat de jongeren via dit spel de verschillende rollen in een pestsituatie kunnen verkennen. Vertel dat je wilt beginnen met een simpel rollenspel als opwarmertje: het 'emotiefeestje'. Wijs één of twee deelnemers aan die zogenaamd een feestje geven. Dat kan bijvoorbeeld een verjaardag zijn, maar ook een examenfeestje. Vraag deze 'feestgangers' om midden in de ruimte te gaan staan. Laat de rest van de groep aan de ene kant van de ruimte een rij vormen. Deel vervolgens de dubbelgevouwen emotiekaartjes (bijlage 6) uit aan de deelnemers die in de rij staan. Geef aan dat ze alleen zelf mogen zien wat er op het kaartje staat. Leg uit wat de bedoeling is: Als het spel wordt gestart, mogen de deelnemers in de rij om beurten 'aanbellen' bij de feestgangers. Vervolgens gaan ze naar binnen, feliciteren de feestgangers en gaan ze met anderen in gesprek. Dit doen ze allemaal aan de hand van de emotie op hun kaartje. Alle feestgangers moeten steeds de emotie van de nieuwe gast overnemen. Het feest zal dus steeds voller worden en de sfeer zal elke keer omslaan. Als alle deelnemers op het feest zijn aangekomen, is de warming-up afgelopen. Geef hiervoor maximaal tien minuten de tijd. Geef dan aan dat het eigenlijke rollenspel kan beginnen. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 4

117 Plaaggeesten en pestkoppen Vertel de deelnemers dat ze nu een rollenspel gaan spelen rondom pesten, ook weer met verschillende emoties. Benadruk dat het om een spel gaat: om die reden is er bijvoorbeeld ook gekozen om de rollen grappige namen te geven. Lees het scenario voor: Pestkip en Scharrelkip wachten Piepkuiken op om hem eens even lekker te gaan pesten. Piepkuiken komt eraan en zal worden gepest. Vervolgens komen er voorbijgangers langs: Tjikkie, Soepkip en Wipkip. Hoe zij op de situatie gaan reageren, hangt af van het emotiekaartje dat ze bij zich hebben. Verdeel de rollen zorgvuldig en geef de spelers de bijbehorende emotiekaartjes (bijlage 6) en rollenspelkaartjes (bijlage 7). Pestkip en Scharrelkip krijgen geen emotiekaartje. Geef de spelers even de tijd om de scenario's en emotiekaartjes door te lezen. Als er geen onduidelijkheden of vragen meer zijn, kan het rollenspel beginnen: Vraag Pestkip en Scharrelkip om in het midden te gaan staan en te beginnen. Ze overleggen hardop wat ze van plan zijn. Als Pestkip en Scharrelkip hun plan klaar hebben, mag Piepkuiken opkomen (geef Piepkuiken een seintje). Piepkuiken reageert op de pesterijen vanuit de emotie die op zijn of haar kaartje staat. Terwijl Piepkuiken gepest wordt, stuur je voorbijganger 1 en even later voorbijganger 2 en 3. Zij reageren ook op de situatie, vanuit de emotie op hun kaartje. Hoe voelde het om Piepkuiken te zijn? Hoe voelde het om te helpen als voorbijganger - of juist niet? Zou je deze kippen kunnen vergelijken met mensen? Zo ja, op welke manier? Emoties Hoe verliep de situatie als er een negatieve emotie in het spel was? Hoe verliep de situatie als er een positieve emotie in het spel was? Welke emotie werkte het beste bij het omgaan met het probleem? Wat zegt dit over het omgaan met een echte situatie? Hoe is dit gebruiken in een echte situatie? Veranderen Kun je je houding of emoties veranderen? Zo ja, hoe dan? Hoe kun je anderen helpen om een positieve houding aan te nemen? Wat kun je als klas of als groep doen om een pestsituatie te veranderen? Als je tijd over hebt, kun je het eigen pestprotocol van de jongeren er nog eens bij pakken. Zouden de jongeren nu nog iets willen veranderen aan de afspraken? Staat er ook een afspraak tussen die iets zegt over hoe je tegen pesten kunt aankijken vanuit het geloof? Laat de jongeren verschillende keren van rol wisselen. Zorg dat iedereen aan bod komt. Experimenteer ook met verschillende emoties. Stop het spel na ongeveer tien minuten. Laat dan alle deelnemers in een kring plaatsnemen (bij voorkeur op de grond). Een nabespreking bij deze werkvorm heeft veel meerwaarde. Het kan de deelnemers namelijk helpen om een koppeling te maken naar hun eigen leefwereld. Neem hier ongeveer twintig minuten de tijd voor. Stel bijvoorbeeld de volgende vragen: Rollenspel Hoe voelde het om Pestkip te zijn? Hoe voelde het om Scharrelkip te zijn? 10 minuten Afsluiting Vat de bijeenkomst samen in een paar zinnen. Gebruik je eigen woorden of doe het als volgt: Pesten komt veel voor; iedereen heeft er weleens mee te maken. Je eigen houding kan het verschil maken, maar dat is niet altijd gemakkelijk. Het geloof en de verhalen uit de Bijbel leren ons dat ieder mens waardevol en geliefd is in Gods ogen en dat het doelbewust kwetsen van mensen hier haaks op staat. Deel de spiegeltjes met tekst uit. Lees tot slot het gedicht in bijlage 8 op. Bedank de deelnemers voor hun aanwezigheid en inbreng. JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 5

118 Plaaggeesten en pestkoppen AANDACHTSPUNTEN Dit onderwerp kan heel gevoelig liggen en veel oproepen. Bewaak de veiligheid in de groep. Herhaal zo nodig de afspraken die daarbij horen: - Iedereen heeft het recht zo veel of zo weinig te vertellen als hij of zij kwijt wil. - Alles wat hier wordt besproken, blijft binnen de groep. - Het doel van de bijeenkomst is in gesprek komen, niet debatteren of elkaar uitlachen. Dit item is niet geschikt voor het begin van een seizoen. De jongeren moeten elkaar al wat beter kennen. Het is mogelijk dat één of meer jongeren behoefte hebben om door te praten na afloop van de bijeenkomsten. Let op zulke signalen vanuit de groep. Onderneem zo nodig actie. Het kan best moeilijk zijn om de bijeenkomsten te leiden en tegelijk oog te hebben voor alle jongeren individueel. Daarom kan het goed zijn om een tweede coach te vragen. BIJLAGEN 1. Werkblad 1 2. Antwoordblad 3. Wat de Bijbel zegt 4. Werkblad 2 5. Toelichting spellen 6. Emotiekaartjes 7. Rollenspelkaartjes 8. Gedicht JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 6

119 Plaaggeesten en pestkoppen bijlage 1 Werkblad 1 Feiten over pesten Lees de zinnen hieronder. Vul in welke getallen volgens jou op de open plaatsen passen op de 3 scholen hebben 1...% van de kinderen op de basis- school zegt weleens te worden gepest. Dat zijn 6 tot 8 kinderen in elke klas. 2 Op de middelbare school worden 4...% van de directeuren vindt dat jongens en meisjes evenveel pesten....% vindt dat jongens meer pesten en...% vindt dat meisjes meer pesten. minder kinderen gepest dan op de basisschool. Toch geeft nog...% van de leerlingen aan weleens gepest te worden. Dat zijn er toch wel 2 in elke klas. een pestprotocol. Pesten komt echter evenveel voor op scholen die een pestprotocol hebben als op andere scholen. 6 1 op de... kinderen en 1 op de... jongeren worden weleens gepest via of sms. 5...% van de kinderen in Nederland gebruikt internet....% zit elke dag thuis op internet. 7...% van de kinderen en...% van de jongeren zeggen zelf weleens te pesten via of sms op de 10 kinderen krijgt te maken met seksuele toespelingen tijdens het chatten % van de leerlingen op de middelbare school heeft weleens een medeleerling geholpen die werd gepest. Dat is meer dan de helft. 9...% van de 14-jarigen heeft weleens tijdens het chatten zijn telefoonnummer aan een ander gegeven. In... op de 5 gevallen volgde hierna een vervelende ervaring % van de leerlingen op de middelbare school zegt dat hun mentor weleens iemand heeft geholpen die werd gepest. Geraadpleegde bron: Wist je dat... JOP Joseph Haydnlaan 2a Postbus RM Utrecht Alle rechten voorbehouden Kopiëren alleen voor intern gebruik 7

Leeftijd: Thema: bijbel, delen, gezondheid Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. Wat als je ongeneeslijk ziek bent?

Leeftijd: Thema: bijbel, delen, gezondheid Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. Wat als je ongeneeslijk ziek bent? Over mijn lijk Leeftijd: 13-16 Thema: bijbel, delen, gezondheid Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Wat als je ongeneeslijk ziek bent? De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving

Nadere informatie

Leeftijd: Thema: bijbel, geweld, Multireligieus, Oorlog Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. In gesprek over religieus geweld.

Leeftijd: Thema: bijbel, geweld, Multireligieus, Oorlog Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. In gesprek over religieus geweld. Leeftijd: 13-16 Thema: bijbel, geweld, Multireligieus, Oorlog Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten In gesprek over religieus geweld. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving

Nadere informatie

Geweld(ig) religieus PROVIDER

Geweld(ig) religieus PROVIDER Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot tien Leeftijd 14-16 jaar Duur / aantal bijeenkomsten Een bijeenkomst van anderhalf uur Auteur Chantal de Fretes KORTE BESCHRIJVING Dit item gaat over

Nadere informatie

Leeftijd: Thema: identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. Welke talenten en gaven hebben de tieners?

Leeftijd: Thema: identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. Welke talenten en gaven hebben de tieners? Groei in je gave Leeftijd: 13-16 Thema: identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Welke talenten en gaven hebben de tieners? De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving

Nadere informatie

Leeftijd: Thema: bijbel, bijbelse personages, delen, identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten

Leeftijd: Thema: bijbel, bijbelse personages, delen, identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Wie inspireert jou? Leeftijd: 13-16 Thema: bijbel, bijbelse personages, delen, identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten Over inspirerende (Bijbelse) personen. En hoe kunnen wij een inspiratie zijn?

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: God, heilige Geest, identiteit, Normen en waarden, Pinksteren Tijdsduur: 60+ min.

Leeftijd: 9-12 Thema: God, heilige Geest, identiteit, Normen en waarden, Pinksteren Tijdsduur: 60+ min. Vrucht van de Geest Leeftijd: 9-12 Thema: God, heilige Geest, identiteit, Normen en waarden, Pinksteren Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de uitwerking van de Geest in mensen. Doelen van deze

Nadere informatie

Waar is God? Leeftijd: 9-12 Thema: God Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de aanwezigheid van God onder de mensen.

Waar is God? Leeftijd: 9-12 Thema: God Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de aanwezigheid van God onder de mensen. Waar is God? Leeftijd: 9-12 Thema: God Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de aanwezigheid van God onder de mensen. Doelen van deze bijeenkomst: De kinderen leren dat God overal te vinden is.

Nadere informatie

Deze bijeenkomst gaat over Jezus en over de verschillende namen die er voor Jezus zijn.

Deze bijeenkomst gaat over Jezus en over de verschillende namen die er voor Jezus zijn. Wie is Jezus? Leeftijd: 9-12 Thema: Jezus Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over Jezus en over de verschillende namen die er voor Jezus zijn. Doelen van deze bijeenkomst: De kinderen leren dat

Nadere informatie

Bekende bijbelse verhalen

Bekende bijbelse verhalen Categorie Bijbel Aantal deelnemers 6-20 personen Leeftijd 12-16 jaar Duur / aantal bijeenkomsten Een bijeenkomst van 1,5 uur Auteur Hanna Oosterlee KORTE BESCHRIJVING De Bijbel staat vol met verhalen.

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: bidden, bijbel, gezondheid, Jezus, Toekomst. Deze bijeenkomst gaat over genezing in het Nieuwe Testament.

Leeftijd: 9-12 Thema: bidden, bijbel, gezondheid, Jezus, Toekomst. Deze bijeenkomst gaat over genezing in het Nieuwe Testament. Alles wordt nieuw Leeftijd: 9-12 Thema: bidden, bijbel, gezondheid, Jezus, Toekomst Deze bijeenkomst gaat over genezing in het Nieuwe Testament. Doelen van deze bijeenkomst: De kinderen leren dat er in

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Moeilijke kindervragen

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Moeilijke kindervragen DOELSTELLINGEN De ouders hebben ervaren dat hun kind niet het enige is dat moeilijke vragen stelt en dat zij elkaar kunnen ondersteunen in de omgang hiermee. De ouders kunnen met hun kind in gesprek gaan

Nadere informatie

Beste God... Leeftijd: 9-12 Thema: bidden, God, Vriendschap Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over bidden en communicatie met God.

Beste God... Leeftijd: 9-12 Thema: bidden, God, Vriendschap Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over bidden en communicatie met God. Beste God... Leeftijd: 9-12 Thema: bidden, God, Vriendschap Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over bidden en communicatie met God. Doelen van deze bijeenkomst: De kinderen leren dat het gebed een

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Communiceren met je puber Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van jongeren van 12-18 jaar

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Communiceren met je puber Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van jongeren van 12-18 jaar DOELSTELLINGEN Ouders zijn zich ervan bewust dat je altijd en overal communiceert Ouders wisselen ervaringen met elkaar uit over hoe de communicatie met hun pubers verloopt Ouders verwerven meer inzicht

Nadere informatie

Deze bijeenkomst gaat over de dubbele betekenis van de doop: je hoort bij God en je hoort bij Zijn gemeente.

Deze bijeenkomst gaat over de dubbele betekenis van de doop: je hoort bij God en je hoort bij Zijn gemeente. Doop: Je bent nooit alleen Leeftijd: 9-12 Thema: dopen, erbij horen, Kerk, rituelen Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de dubbele betekenis van de doop: je hoort bij God en je hoort bij Zijn

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Rouw en verlies Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van kinderen van 8-12 jaar

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Rouw en verlies Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van kinderen van 8-12 jaar DOELSTELLINGEN De deelnemers worden zich bewust van hun eigen omgang met rouw en verlies en de rol die hun geloof of levensoriëntatie hierbij heeft. De deelnemers weten dat ieder op een eigen manier rouwt

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: Hemelvaart Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over Hemelvaart.

Leeftijd: 9-12 Thema: Hemelvaart Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over Hemelvaart. Hemelvaart: Tot Ziens! Leeftijd: 9-12 Thema: Hemelvaart Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over Hemelvaart. Doelen van de bijeenkomst: De kinderen leren meer over Hemelvaart: het verhaal van het

Nadere informatie

Leeftijd: Thema: identiteit, Kerk Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. In gesprek over persoonlijke geloofsbeleving.

Leeftijd: Thema: identiteit, Kerk Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten. In gesprek over persoonlijke geloofsbeleving. Leeftijd: 13-16 Thema: identiteit, Kerk Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten In gesprek over persoonlijke geloofsbeleving. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving van

Nadere informatie

God gaat met je mee. Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, God, reizen, vertrouwen

God gaat met je mee. Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, God, reizen, vertrouwen God gaat met je mee Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, God, reizen, vertrouwen Deze bijeenkomst gaat over de roeping en reis van Abraham. Doelen van de bijeenkomst: De kinderen leren dat

Nadere informatie

Betekenis van 5 kleuren van het geloof

Betekenis van 5 kleuren van het geloof Betekenis van 5 kleuren van het geloof God is Koning, Hij heeft mij gemaakt en wil dat we voor Hem leven. Goud schittert, zo schittert God, omdat Hij zo groot en heerlijk is. Hij glanst nog véél meer dan

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, dood, Jezus, Opstanding, Pasen

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, dood, Jezus, Opstanding, Pasen Het laatste woord... Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, dood, Jezus, Opstanding, Pasen In deze bijeenkomst staan de laatste kruiswoorden van Jezus centraal. Doelen van deze bijeenkomst:

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Opa, wie is God? Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van kinderen van 0-8 jaar

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Opa, wie is God? Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van kinderen van 0-8 jaar DOELSTELLINGEN Grootouders wisselen ervaringen uit over geloofsopvoeding en kleinkinderen. Grootouders helpen elkaar op weg met tips en adviezen over geloofsopvoeding en kleinkinderen. Grootouders zijn

Nadere informatie

Les 1: het kruis, bekering en geloof

Les 1: het kruis, bekering en geloof Les 1: het kruis, bekering en geloof Deel 1: Terugkijken 1. Omzien naar elkaar Iedereen vat kort samen hoe de afgelopen week is geweest. 2. Aanbidding Dank en prijs God met gebed en zang. 3. Visie Ontwikkel

Nadere informatie

Er is toch niemand die jou aardig vindt. SUKKEL.

Er is toch niemand die jou aardig vindt. SUKKEL. Liefde Ik laat je nooit in de steek. Ik zal je helpen. Jij bent mijn beste vriendin. Het mooiste wat ik heb, geef ik aan jou. Ik ben verliefd... Ik heb alles voor je over. IK HOU VAN JOU! Ik bid voor je.

Nadere informatie

Geloofsopvoeding 3. Leeftijd: Soort bijeenkomst: Soort werkvorm: Thema: 3e bijeenkomst - Communiceren met je kind

Geloofsopvoeding 3. Leeftijd: Soort bijeenkomst: Soort werkvorm: Thema: 3e bijeenkomst - Communiceren met je kind Geloofsopvoeding 3 Leeftijd: Soort bijeenkomst: Soort werkvorm: Thema: 3e bijeenkomst - Communiceren met je kind Doel: Je gaat aan de slag met verschillende manieren om met je kind te communiceren. Het

Nadere informatie

Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub

Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub Leeftijd: 12-16 jaar Tijdsduur: 1 uur Doelen - De jongeren denken na over de betekenis van de muur tussen Israël en de Palestijnse gebieden in het dagelijks

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, identiteit. Deze bijeenkomst gaat over koning David.

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, identiteit. Deze bijeenkomst gaat over koning David. Een koning naar Gods hart Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, identiteit Deze bijeenkomst gaat over koning David. Doelen van deze bijeenkomst: De kinderen leren meer over David en zijn levensloop:

Nadere informatie

Dag 1. Lezen: Johannes 15: 12 13

Dag 1. Lezen: Johannes 15: 12 13 Waaraan herken je een christen? Aan het visje achterop zijn auto? Aan het kruisje om haar hals? Aan de juiste theologie? Waaraan herken je een christen? Aan de leerling herken je de leraar. Jezus is het

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, delen, dromen, Normen en waarden, Toekomst Tijdsduur: 60+ min.

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, delen, dromen, Normen en waarden, Toekomst Tijdsduur: 60+ min. Dromen en werken met een profeet Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, delen, dromen, Normen en waarden, Toekomst Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de profeet Jesaja. Doelen van

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: Opstanding, Pasen Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de Stille Week en Pasen.

Leeftijd: 9-12 Thema: Opstanding, Pasen Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de Stille Week en Pasen. Paasfeest: Opstaan! Leeftijd: 9-12 Thema: Opstanding, Pasen Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de Stille Week en Pasen. Doelen van de bijeenkomst: De kinderen kunnen de belangrijke gebeurtenissen

Nadere informatie

Kennismakingsvragen:

Kennismakingsvragen: Kennismakingsvragen: 1. Als je op een onbewoond eiland belandde, welke 3 dingen zou je dan in ieder geval bij je willen hebben? 2. Wat is je vroegste jeugdherinnering? 3. Wat heeft je doen besluiten om

Nadere informatie

PROGRAMMA CHECK THE FACTS DEEL EN WIN! Clubprogramma op basis van Rock Solid. stichting. Sirkelslag Young Programma Check the facts - Deel en win!

PROGRAMMA CHECK THE FACTS DEEL EN WIN! Clubprogramma op basis van Rock Solid. stichting. Sirkelslag Young Programma Check the facts - Deel en win! PROGRAMMA CHECK THE FACTS DEEL EN WIN! Clubprogramma op basis van Rock Solid stichting Sirkelslag Young Programma Check the facts - Deel en win! 1 Programma check the facts Deel en Win! Clubprogramma op

Nadere informatie

Scheldwoorden inventariseren, werkvorm, filmpje en gesprek en uitbeelden, filmpje en gesprek en werkvorm, stellingen, handvaardigheidswerk

Scheldwoorden inventariseren, werkvorm, filmpje en gesprek en uitbeelden, filmpje en gesprek en werkvorm, stellingen, handvaardigheidswerk Verliefd, en dan... Leeftijd: 12-16 Soort bijeenkomst: club, catechese Soort werkvorm: heel programma Thema: Liefde, Seksualiteit Tijdsduur: 1 uur 40 min. Scheldwoorden inventariseren, werkvorm, filmpje

Nadere informatie

Deze bijeenkomst gaat over wat Jezus deed op aarde: prediken, zegenen, genezen en vergeven.

Deze bijeenkomst gaat over wat Jezus deed op aarde: prediken, zegenen, genezen en vergeven. Wat Jezus deed Leeftijd: 9-12 Thema: Jezus Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over wat Jezus deed op aarde: prediken, zegenen, genezen en vergeven. Doelen van de bijeenkomst: De kinderen leren dat

Nadere informatie

Ik wil graag beginnen met mijn leven...

Ik wil graag beginnen met mijn leven... Ik wil graag beginnen met mijn leven... Leeftijd: 13-16 Soort bijeenkomst: club, catechese Soort werkvorm: heel programma, gebeden, verhalen en gedichten, gespreksvormen Thema: Diaconaat, Oorlog en vrede

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord De vrucht van de Geest Liefde Vreugde Vrede Geduld Vriendelijkheid

Inhoud. Voorwoord De vrucht van de Geest Liefde Vreugde Vrede Geduld Vriendelijkheid Inhoud Voorwoord 6 1. De vrucht van de Geest 9 2. Liefde 23 3. Vreugde 35 4. Vrede 47 5. Geduld 59 6. Vriendelijkheid 71 7. Goedheid 85 8. Geloof 97 9. Zachtmoedigheid 108 10. Zelfbeheersing 121 Nawoord

Nadere informatie

In vuur en vlam. Leeftijd: 12-16, 16+ Soort bijeenkomst: catechese Soort werkvorm: gemeentebreed Thema: Pinksteren Tijdsduur: 9 uur en 20 minuten min.

In vuur en vlam. Leeftijd: 12-16, 16+ Soort bijeenkomst: catechese Soort werkvorm: gemeentebreed Thema: Pinksteren Tijdsduur: 9 uur en 20 minuten min. In vuur en vlam Leeftijd: 12-16, 16+ Soort bijeenkomst: catechese Soort werkvorm: gemeentebreed Thema: Pinksteren Tijdsduur: 9 uur en 20 minuten min. Pinksteren is één van de wonderlijkste gebeurtenissen

Nadere informatie

Relatie <> Religie. Beste Galsem,

Relatie <> Religie. Beste Galsem, RelatieReligie BesteGalsem, Hetfeitdatjouwpatientnuopeenchristelijkevenementisisnietongevaarlijk.Hetgeestelijke levenvanjouwpatientzalgrotesprongenmakennaarhetkampvandevijandtoe.watikjou aanraadisomditnietafteremmen,maaromdittebederven.brengjouwpatientincontactmet

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, zonde, Kwaad Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over het verhaal van Noach.

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, zonde, Kwaad Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over het verhaal van Noach. De ark en de regenboog Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, zonde, Kwaad Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over het verhaal van Noach. Doelen van de bijeenkomst: De kinderen kunnen

Nadere informatie

5. Eindelijk vrij! Pagina 32 JOP BASICS

5. Eindelijk vrij! Pagina 32 JOP BASICS 5. Eindelijk vrij! DOELSTELLINGEN De kinderen leren wat de tien geboden zijn en waar ze in de Bijbel staan. De kinderen leren dat het volk Israël, net bevrijd van slavernij, de tien geboden heeft ontvangen

Nadere informatie

Fijn dat je Genezing ontvangen wilt gaan lezen.

Fijn dat je Genezing ontvangen wilt gaan lezen. Inleiding Fijn dat je Genezing ontvangen wilt gaan lezen. Misschien verlang je naar genezing, omdat je een chronische ziekte hebt, of een verminderde gezondheid, die van invloed is op je dagelijks leven.

Nadere informatie

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

In je kracht. Werkboek voor deelnemers In je kracht Werkboek voor deelnemers Uitleg Mijn toekomst! Benodigdheden: Werkblad Mijn toekomst! (je kunt het Werkblad meegeven om thuis na te lezen, maar dit is niet noodzakelijk) Voor iedere deelnemers

Nadere informatie

Missie Nederlands Gereformeerde Kerk Voorthuizen-Barneveld

Missie Nederlands Gereformeerde Kerk Voorthuizen-Barneveld Waarom een missie? We realiseren ons dat geloven in God en het verlossingswerk van Jezus Christus in 2008 geen vanzelfsprekendheid meer is. De ontkerkelijking is een feit, maar tegelijk is er ook weer

Nadere informatie

Make me beautiful, make me strong!

Make me beautiful, make me strong! Categorie Ik en de ander Aantal deelnemers Zes tot tien Leeftijd 12-14 jaar Duur / aantal bijeenkomsten Twee bijeenkomsten van anderhalf uur Auteur Chantal de Fretes KORTE BESCHRIJVING Dit item gaat over

Nadere informatie

Deze bijeenkomst gaat over gelijkenissen, waarbij de barmhartige Samaritaan als voorbeeld wordt gebruikt.

Deze bijeenkomst gaat over gelijkenissen, waarbij de barmhartige Samaritaan als voorbeeld wordt gebruikt. Wie is mijn naaste? Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, delen, Jezus Deze bijeenkomst gaat over gelijkenissen, waarbij de barmhartige Samaritaan als voorbeeld wordt gebruikt. Doelen van deze bijeenkomst: De

Nadere informatie

4-8. Jezus vertelt over het echte geluk. jaar. Matteüs 5:1-12 VOORBEREIDING. Voorbereiding. Matteüs Jezus vertelt over het echte geluk

4-8. Jezus vertelt over het echte geluk. jaar. Matteüs 5:1-12 VOORBEREIDING. Voorbereiding. Matteüs Jezus vertelt over het echte geluk 4-8 Jezus vertelt over het echte geluk Matteüs 5:1-12 VOORBEREIDING 1 Inleiding bij deze zondag Deze zondag is deel van een blok met twee verhalen uit het Matteüs-evangelie: de Bergrede en het verhaal

Nadere informatie

Op weg naar The Passion

Op weg naar The Passion Op weg naar The Passion Leeftijd: 16-25 jaar Soort bijeenkomst/werkvorm: programma en vesper Thema: Weg, waarheid en leven Tijdsduur: drie keer een uur Auteur: Dorien Keus, JOP The Passion is inmiddels

Nadere informatie

het vuur van de liefde pinksteren 2008

het vuur van de liefde pinksteren 2008 het vuur van de liefde pinksteren 2008 + J. van den Hende het vuur van de liefde pinksteren 2008 + J. van den Hende Pinksteren is het feest van de heilige Geest, het is de afronding van de Paastijd. We

Nadere informatie

INFORMATIE OVER HET GEBRUIK VAN KINDERBIJBELS VOOR GEZINNEN MET JONGE KINDEREN

INFORMATIE OVER HET GEBRUIK VAN KINDERBIJBELS VOOR GEZINNEN MET JONGE KINDEREN INFORMATIE OVER HET GEBRUIK VAN KINDERBIJBELS VOOR GEZINNEN MET JONGE KINDEREN OVER KINDERBIJBELS OM TE BEGINNEN Als je een kinder- of jeugdbijbel aan wilt schaffen dan is het heel belangrijk dat je eerst

Nadere informatie

1 Johannes. - Kringleiderhandeleiding -

1 Johannes. - Kringleiderhandeleiding - 1 Johannes - Kringleiderhandeleiding - Beste kringleider, Hieronder vind je per hoofdstuk een aantal aanvullende gedachten bij het kringmateriaal over 1 Johannes. Met name wordt beschreven wat het doel

Nadere informatie

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8 [1] [2] [3] Johannes 3:16 1 Korintiёrs 1:9 Johannes 3:19 God wil met ons omgaan God wil met ons omgaan Zonde brengt scheiding [4] [5] [6] Romeinen 3:23 Marcus 10:45 Romeinen 5:8 Zonde brengt scheiding

Nadere informatie

Heb ik Jezus nodig??

Heb ik Jezus nodig?? Heb ik Jezus nodig?? Een eerlijke vraag. Ton de Ruiter Een helder antwoord via zes korte vragen. Korte inleiding naar de eerste vraag. Volgens de Bijbel verkondigde Jezus iets bijzonders: goed nieuws!

Nadere informatie

Avondmaal vieren door tieners

Avondmaal vieren door tieners Avondmaal vieren door tieners Leeftijd: 13-16, 16+ Soort bijeenkomst: club, catechese, viering Soort werkvorm: Liturgie Thema: Avondmaal, Bidden, Jezus, Navolging, Offer Avondmaal is een kernritueel in

Nadere informatie

Voorbeeldprogramma startbijeenkomst

Voorbeeldprogramma startbijeenkomst BIJLAGE 3 Voorbeeldprogramma startbijeenkomst Inleiding De startbijeenkomst vindt plaats vooraf aan iedere activiteit, ook wanneer jongeren al vaker mee hebben gedaan met M25. Natuurlijk kun je variëren

Nadere informatie

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt Instructie 1 De relatie met je cliënt Heb jij je voelsprieten uitstaan? Met behulp van dit werkblad onderzoek je of je je voelsprieten hebt uitstaan naar de cliënt. Kies een cliënt en vul met die cliënt

Nadere informatie

Op verhaal komen. Kijk voor een algemene instructie voor contextueel bijbellezen en andere voorbeeld bijbelstudies op

Op verhaal komen. Kijk voor een algemene instructie voor contextueel bijbellezen en andere voorbeeld bijbelstudies op Op verhaal komen Kijk voor een algemene instructie voor contextueel bijbellezen en andere voorbeeld bijbelstudies op www.kerkinactie.nl/ bijbellezen Op verhaal komen Op verhaal komen is een methode van

Nadere informatie

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: 1 Korinthiërs 7, 14 Middagdienst Dopen. Broeders en zusters,

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: 1 Korinthiërs 7, 14 Middagdienst Dopen. Broeders en zusters, Ds. Arjan van Groos (1962-2014) Tekst: 1 Korinthiërs 7, 14 Middagdienst Dopen Broeders en zusters, 1. Zingen : Gezang 25 : 1 en 3 2. Gebed voor de opening van het Woord 3. Bediening van de Heilige Doop

Nadere informatie

Jeremia 1: Vertel het door!

Jeremia 1: Vertel het door! Jeremia 1:4-19 - Vertel het door! Voor preeklezers: ik hoor graag als mijn preek ergens gelezen wordt. Neem dan even contact met mij op: hmveurink@gmail.com. Dan stuur ik ook de bijbehorende powerpoint

Nadere informatie

Jeremia 1:4-19 Vertel het door!

Jeremia 1:4-19 Vertel het door! Jeremia 1:4-19 Vertel het door! Voor preeklezers: ik hoor graag als mijn preek ergens gelezen wordt. Neem dan even contact met mij op: hmveurink@gmail.com. Dan stuur ik ook de bijbehorende powerpoint toe.

Nadere informatie

DISCIPELSCHAP BIJBELSTUDIE VGSU BLOK

DISCIPELSCHAP BIJBELSTUDIE VGSU BLOK DISCIPELSCHAP BIJBELSTUDIE VGSU BLOK 4 2010-2011 INHOUD Inleiding... 5 Avond 1... 6 Avond 2... 8 Avond 3... 10 Avond 4... 12 3 4 INLEIDING Een ieder die niet zijn kruis draagt en achter Mij aankomt, die

Nadere informatie

10. Het laatste woord

10. Het laatste woord 10. Het laatste woord DOELSTELLINGEN De kinderen maken kennis met de zeven kruiswoorden: Jezus laatste woorden vóór Zijn kruisdood. De kinderen leren dat de kruiswoorden een soort samenvatting van Jezus

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, Pasen. Deze bijeenkomst gaat over Maria, de moeder van Jezus.

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, Pasen. Deze bijeenkomst gaat over Maria, de moeder van Jezus. De witte roos (Maria) Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, bijbelse personages, Pasen Deze bijeenkomst gaat over Maria, de moeder van Jezus. Doelen van deze bijeenkomst: De kinderen ontdekken dat Maria als moeder

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, erbij horen, Jezus Tijdsduur: 60+ min.

Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, erbij horen, Jezus Tijdsduur: 60+ min. Iedereen hoort erbij! Leeftijd: 9-12 Thema: bijbel, erbij horen, Jezus Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de plaats die kinderen hebben in de Bijbel. Zij horen erbij! Doelen van de bijeenkomst:

Nadere informatie

Christus als leerling volgen

Christus als leerling volgen Christus als leerling volgen Voorbereiding voor de huisbezoeken van 2014/2015 Het was in Antiochië dat de leerlingen voor het eerst christenen werden genoemd. In onze verhouding tot de Heer kan het waardevol

Nadere informatie

Leeftijd: ouders Thema: geloofsopvoeding Tijdsduur: 60+ min. Interactief en creatief aan de slag rondom het opvoeden van jongens.

Leeftijd: ouders Thema: geloofsopvoeding Tijdsduur: 60+ min. Interactief en creatief aan de slag rondom het opvoeden van jongens. Leeftijd: ouders Thema: geloofsopvoeding Tijdsduur: 60+ min. Interactief en creatief aan de slag rondom het opvoeden van jongens. De programma's vind je in het PDF document in de bijlage. Korte beschrijving

Nadere informatie

120 minuten. Materiaal

120 minuten. Materiaal Soort activiteit Thema( s) Aantal deelnemers Leeftijd Locatie Duur Intensiteit Materiaal Creatief, gesprek Zaligsprekingen Min. 2 / max. 15 spelers begeleiders Binnen 120 minuten Rustig Bijbel, Bijbeltekst

Nadere informatie

Handreiking bij een spirituele zoektocht.

Handreiking bij een spirituele zoektocht. Handreiking bij een spirituele zoektocht. Deze handreiking hoort bij: Oud- en nieuw- katholiek. De spirituele zoektocht van die andere katholieken. Door Joris Vercammen. Valkhof pers 2011. Het boek is

Nadere informatie

DOEL Jongeren ontdekken wat religie kan betekenen en worden aangemoedigd om respectvol met verschillende geloofsuitingen om te gaan.

DOEL Jongeren ontdekken wat religie kan betekenen en worden aangemoedigd om respectvol met verschillende geloofsuitingen om te gaan. thema-activiteit THEMA Omgaan met diverse religies Thema-activiteit DOEL Jongeren ontdekken wat religie kan betekenen en worden aangemoedigd om respectvol met verschillende geloofsuitingen om te gaan.

Nadere informatie

Deze handreiking is van:

Deze handreiking is van: 9 lessen over het volgen van Jezus Deze handreiking is van: Deze cursus is geschreven Beryl Voorhoeve en opgemaakt door Judith Maarsen. Ten behoeve van de kinderstudiegroepen voor de bovenbouw Gebruikte

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Opvoeden en geloven Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van 8-12 jaar

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Opvoeden en geloven Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van 8-12 jaar DOELSTELLINGEN De ouders worden zich bewust van hun eigen geloofsbiografie, de manier waarop zij nu in het geloof staan en wat ze daarvan mee willen geven aan hun kinderen. De ouders gaan met elkaar in

Nadere informatie

1 OPENING Openingsgebed, bidden om de leiding van de Heilige Geest

1 OPENING Openingsgebed, bidden om de leiding van de Heilige Geest Liturgie gebedsbijeenkomst t.b.v. 3D- Day 2017 1 OPENING Openingsgebed, bidden om de leiding van de Heilige Geest Degene die voorgaat leest de tekst, de vetgedrukte tekst lezen we hardop met elkaar lezen:

Nadere informatie

De Geest van God is onzichtbaar. Je kunt Hem alleen zien in wat Hij doet. Wat zie je dan? Dia 1

De Geest van God is onzichtbaar. Je kunt Hem alleen zien in wat Hij doet. Wat zie je dan? Dia 1 1 Preek over 1 Korintiërs 12:7 Geliefden in Christus, De Geest van God is onzichtbaar. Je kunt Hem alleen zien in wat Hij doet. Wat zie je dan? Dia 1 Bij de officiële komst van de Geest op Pinksteren zagen

Nadere informatie

Ge nspireerd door Henri Nouwen

Ge nspireerd door Henri Nouwen Schrijven en zo woorden geven aan ons hart en onze gedachten brengt ons vaak naar plekken in onszelf die we nauwelijks kennen. Een van de mooiste aspecten van schrijven is dat het krachtige bronnen en

Nadere informatie

Om de beurt halen deelnemers nu de briefjes uit de vuilniszak en lezen ze voor. Bespreek wat erop staat.

Om de beurt halen deelnemers nu de briefjes uit de vuilniszak en lezen ze voor. Bespreek wat erop staat. Ik geloof... iets Leeftijd: 12-16, 16+ Soort bijeenkomst: catechese Soort werkvorm: Thema: Geloven en spiritualiteit, Kerk Tijdsduur: 2 uur en 55 min. Kerk: wat mag weg, wat mag blijven; stellingen; Godsbeeld

Nadere informatie

Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12-

Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12- Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12- Voorganger: ds W.G. Teeuwissen Samen in de naam van Jezus 1 Samen in de naam van Jezus heffen wij een loflied aan, want de Geest spreekt alle talen

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord. Inleiding

Inhoud. Voorwoord. Inleiding Inhoud 05 06 Voorwoord Inleiding 10 14 17 21 25 29 33 37 41 44 47 51 56 60 66 Deel 1 Schrijftechnieken 1. Aanvulzin 2. Aanvulzin 3 x 3. Sprinten 4. Lijstje 5. Woordgedicht 6. Elfje 7. Rondeel 8. Herhaalgedicht

Nadere informatie

Inhoud. Bijlage 1. Bijlage 2. Bijlage 3. Bijlage 4. Schrijfboekje bij de kerkdienst 119. Tien boeken om zelf geïnspireerd te worden 122

Inhoud. Bijlage 1. Bijlage 2. Bijlage 3. Bijlage 4. Schrijfboekje bij de kerkdienst 119. Tien boeken om zelf geïnspireerd te worden 122 Inhoud 1 9 2 In de kerkdienst 16 3 Hoe ga je om met ouders? 21 4 Hoe bouw je aan relaties? 26 5 Jouw geloof en kinderwerk 31 6 Wat wil je bereiken? 36 7 Ontwikkeling van kinderen 42 8 Hoe houd je op een

Nadere informatie

En Jezus zei tegen hem: Waarom noemt u Mij goed? Niemand is goed behalve Eén, namelijk God. 19

En Jezus zei tegen hem: Waarom noemt u Mij goed? Niemand is goed behalve Eén, namelijk God. 19 Welkom en opening Intro Jouw passie Schrijf op het hart wat jouw passie is. Waar ga jij met hart en ziel voor? Bijbel Marcus 10: 17-31 7 En toen Hij naar buiten ging om op weg te gaan, snelde er iemand

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12, 13-16, 16+ Thema: bijbel, bijbelse personages, God, Kliederkerk Tijdsduur: 0-20 min.

Leeftijd: 9-12, 13-16, 16+ Thema: bijbel, bijbelse personages, God, Kliederkerk Tijdsduur: 0-20 min. Gods beloften Leeftijd: 9-12, 13-16, 16+ Thema: bijbel, bijbelse personages, God, Kliederkerk Tijdsduur: 0-20 min. Activiteit voor een bezinning rondom Gods beloften. Bijbeltekst Abram had een droom. In

Nadere informatie

Bij u schuil ik, u bent mijn schild,

Bij u schuil ik, u bent mijn schild, Bij u schuil ik, u bent mijn schild, in uw woord stel ik mijn hoop. Psalm 119:114 inleiding Laten we eerlijk zijn: het is niet zo eenvoudig om regelmatig uit de Bijbel te lezen en te bidden. Onze volle

Nadere informatie

Liturgie. stille week HANDLEIDING VOOR INVULLING VAN DE STILLE WEEK

Liturgie. stille week HANDLEIDING VOOR INVULLING VAN DE STILLE WEEK Liturgie stille week HANDLEIDING VOOR INVULLING VAN DE STILLE WEEK Liturgie voor de Stille Week Steeds meer kerken stellen tijdens de laatste week voor Pasen hun kerkgebouw open voor een korte dagelijkse

Nadere informatie

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht I Lichamelijke ontwikkeling en zelfbeeld Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht Lesdoelen: Kinderen worden zich meer bewust van eigen talenten en eigenschappen en ontwikkelen een positief zelfbeeld. Kinderen kunnen

Nadere informatie

Samen één in de liefde van Christus

Samen één in de liefde van Christus Samen één in de liefde van Christus Eerst twee voorbeelden: Je bent verliefd Je hebt elkaar lief Hoe laat je dat aan elkaar merken? * door een complimentje; * door tijd en aandacht; * door iets leuks te

Nadere informatie

Waarom een Zondagboek?

Waarom een Zondagboek? Waarom een Zondagboek? Voor jou Op zondag ga je naar de kerk. Misschien vind je dat wel heel gewoon. Dat doen we toch altijd? Maar eigenlijk is het heel bijzonder. Want in de kerk luisteren we naar de

Nadere informatie

Leeftijd: 9-12 Thema: kerk, muziek Tijdsduur: 60+ min. Verdiepingsbijeenkomst over de verscheidenheid van de Kerk.

Leeftijd: 9-12 Thema: kerk, muziek Tijdsduur: 60+ min. Verdiepingsbijeenkomst over de verscheidenheid van de Kerk. Wereldwijde kerk Leeftijd: 9-12 Thema: kerk, muziek Tijdsduur: 60+ min. Verdiepingsbijeenkomst over de verscheidenheid van de Kerk. Doelen van deze bijeenkomst: De kinderen ontdekken dat er niet slechts

Nadere informatie

GEBEDSWORKSHOPS Werkgroep Gebed CGK / NGK

GEBEDSWORKSHOPS Werkgroep Gebed CGK / NGK GEBEDSWORKSHOPS Werkgroep Gebed CGK / NGK INLEIDING bij de drie workshops Als je christen bent zijn er een paar wezenlijke zaken die bij je horen, n.l. : de bijbel lezen en bidden! Het is de bedoeling

Nadere informatie

15 februari: Ik ben het brood dat leven geeft (Johannes 6:32-40)

15 februari: Ik ben het brood dat leven geeft (Johannes 6:32-40) Liturgisch bloemstuk bij de 40 dagen tijd en Pasen 2015 Elke week wordt één kaars gedoofd, van de kandelaar met 8 kaarsen. Er is elke week een boog bekleed met klimop, als beeld van het verbond van God

Nadere informatie

PROGRAMMA: WAT VIND JIJ?

PROGRAMMA: WAT VIND JIJ? Rise and shine Leeftijd: 12-16, 16+ Soort bijeenkomst: Soort werkvorm: heel programma Thema: Bijbel, Pasen Tijdsduur: 2 uur en 55 min. Keuzeprogramma rond de Goede Week en Pasen. Meningsvorming, Bijbeltekst

Nadere informatie

Een bekend verhaal deze zondag, Dat is natuurlijk het verhaal van Israels profeten en van Jezus. Dat verhaal kennen we wel.

Een bekend verhaal deze zondag, Dat is natuurlijk het verhaal van Israels profeten en van Jezus. Dat verhaal kennen we wel. Dienstnummer: 1307 zondag: 5 e zondag van de veertigdagentijd datum: 07-04-2019 plaats: De Ontmoeting, Assen Schriftlezingen (onderstreept = hoofdlezing): Jesaja 58:6-10; Lucas 20:9-19 liederen: ps 43:1,3;

Nadere informatie

Zand erover. verzoeningsviering voor de tweede graad. VAN IN 2013 Tuin van Heden.nu - Viering

Zand erover. verzoeningsviering voor de tweede graad. VAN IN 2013 Tuin van Heden.nu - Viering Zand erover verzoeningsviering voor de tweede graad Zand erover Verzoeningsviering voor de tweede graad Vooraf in de klas Wat heb je nodig? - twee grote bladen papier, schrijf op het eerste blad het kernwoord

Nadere informatie

Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden;

Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden; Lesbrief 1 Beroemd worden Voorbereiding Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden; - De leerlingen kennen de verschillende

Nadere informatie

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld Groep 8 Les 1. Boeven in beeld Les 1. Boeven in beeld Nationaal Gevangenismuseum Groep 8 120 minuten Samenvatting van de les De les begint met een klassikaal

Nadere informatie

11. Naar de kerk, zei de dominee

11. Naar de kerk, zei de dominee 11. Naar de kerk, zei de dominee DOELSTELLINGEN De kinderen kunnen de belangrijkste onderdelen van een zondagse eredienst benoemen. De kinderen leren dat er bij de eredienst een bepaalde volgorde wordt

Nadere informatie

De nieuwe zorgmedewerker

De nieuwe zorgmedewerker Werkblad De nieuwe zorgmedewerker De zorg verandert in snel tempo. Ook jouw rol als verzorgende of helpende verandert: meer aandacht voor individuele cliënten en hun netwerk. Werken met een zorg-leefplan

Nadere informatie

Tieners ontdekken dat grenzen er zijn om duidelijkheid te geven en bescherming te bieden.

Tieners ontdekken dat grenzen er zijn om duidelijkheid te geven en bescherming te bieden. THEMA Grenzen DOEL Tieners ontdekken dat grenzen er zijn om duidelijkheid te geven en bescherming te bieden. GROEPSDOEL Tieners verwoorden welke grenzen ze lastig vinden. SLEUTELBIJBELTEKSTEN Genesis 2:15-17,

Nadere informatie

Les 3 Radboud Kids: Meet the professor Voor de leraar

Les 3 Radboud Kids: Meet the professor Voor de leraar Les 3 Radboud Kids: Meet the professor Voor de leraar Overzicht Doelen Leerlingen vormen een beeld bij het onderzoek van de professor Leerlingen vergroten hun woordenschat door het leren van nieuwe vaktermen

Nadere informatie

proefprogramma 2015-2016 stay steady samen je geloof verdiepen

proefprogramma 2015-2016 stay steady samen je geloof verdiepen 2015-2016 stay steady samen je geloof verdiepen Stay Steady is een van de clubconcepten uit de verdiepende jaarlijn van Youth for Christ. Samen met Rock Steady (voor de leeftijd van 11-13) en Live Steady

Nadere informatie

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo?

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo? Les 1 Wensen & Grenzen Praten over seks... Hoe en hoezo? In deze eerste les wordt het thema 'Seksueel gedrag' geïntroduceerd. Het is aan jou als mentor / docent om te bepalen of de sfeer in de groep veilig

Nadere informatie

2. God ziet er niet uit

2. God ziet er niet uit 2. God ziet er niet uit DOELSTELLINGEN De kinderen leren dat de naam van God in het jodendom niet wordt uitgesproken, omdat God niet in een naam te vangen is. De kinderen leren dat God echter wel vele

Nadere informatie

Deel je leven rond de maaltijd

Deel je leven rond de maaltijd Deel je leven rond de maaltijd opzet voor zes bijeenkomsten Geloven is geen theoretische aangelegenheid, het raakt en verandert het leven elke dag. Maar hoe wordt dat zichtbaar in het dagelijks leven?

Nadere informatie

In gesprek met God. In gesprek met God. In gesprek met God. m n. Marlies Medema & Agnes Huizenga

In gesprek met God. In gesprek met God. In gesprek met God. m n. Marlies Medema & Agnes Huizenga Voelt bidden voor jou soms als het doen van een lange reeks verzoekjes aan God? Mis je inspiratie om met God in gesprek te gaan? Dit werkboekje geeft je handvatten om je gesprekken met God eens over een

Nadere informatie