Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2010) 418 definitief.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2010) 418 definitief."

Transcriptie

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 september 2010 (09.09) (OR. en) 13395/10 ECOFIN 508 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie ingekomen: 4 augustus 2010 aan: de heer Pierre de BOISSIEU, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie Betreft: Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over de werking van het Garantiefonds Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2010) 418 definitief. Bijlage: COM(2010) 418 definitief 13395/10 rl DG G1 NL

2 EUROPESE COMMISSIE Brussel, COM(2010) 418 definitief VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT Algemeen verslag over de werking van het Garantiefonds SEC(2010) 968 ES ES

3 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding: het Fonds beschermt de EU-begroting sinds 1994 tegen claims als gevolg van wanbetaling Werking van het Fonds in de periode Door het Fonds gedekte operaties Risicobewaking EIB-leningen aan derde landen: omvang en belangrijkste risicokenmerken van aan de EIB verleende garanties Door het Fonds gedekte macrofinanciële bijstand Door het Fonds gedekte Euratom-operaties Bevredigende ervaring met de nieuwe voorzieningsregeling voor het Fonds Andere parameters van de nieuwe voorzieningsregeling Beheer van de activa van het Fonds in een moeilijk marktklimaat: ontwikkeling en resultaten van het Fonds in de periode Crisisperiode Ontwikkeling van de Fondsportefeuille Evaluatie van het streefpercentage Analyse van het kredietrisicoprofiel Streefpercentage Doorlichting van het Fonds door een externe adviseur Belangrijkste bevindingen Aanbevelingen Specifieke kwantitatieve evaluatie van het streefpercentage Gevolgen van de financiële crisis: meer MFB-leningen Potentiële gevolgen van een sneller uitbetalingstempo van EIB-leningen Aanbevelingen voor het volgende financiële kader na In het algemene verslag van 2006 voorgestelde evaluatie van de institutionele regelingen voor het activabeheer van het Fonds Conclusie...12 ES ES

4 1. INLEIDING: HET FONDS BESCHERMT DE EU-BEGROTING SINDS 1994 TEGEN CLAIMS ALS GEVOLG VAN WANBETALING Bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober (hierna de "Fondsverordening" genoemd) is in 1994 een garantiefonds ingesteld (hierna het "Fonds" genoemd) om de begroting van de Europese Unie te beschermen, mocht de begunstigde van een door de Europese Unie toegekende of gegarandeerde lening in gebreke blijven. De Fondsverordening is drie keer gewijzigd 2 en functioneert momenteel onder de benaming "Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 2009" 3 (gecodificeerde versie). In 1998, 2003 en 2006 hebben drie evaluaties van de werking van het Fonds plaatsgevonden. Naar aanleiding van de laatste evaluatie in 2006 is een nieuwe voorzieningsregeling ingevoerd, die in 2007 in werking is getreden. In een interinstitutioneel akkoord 4 tussen de Raad en de Commissie werd besloten dat er in het kader van het volgende algemene verslag over de werking van het Garantiefonds een grondige analyse van de nieuwe voorzieningsregeling zou worden uitgevoerd. Tegen deze achtergrond heeft de Commissie in september 2009 aan een extern adviesbureau opdracht gegeven een evaluatie van het Garantiefonds uit te voeren om de werking van de nieuwe voorzieningsregeling en de verschillende parameters van het Garantiefonds, en in het bijzonder het streefpercentage van 9%, te beoordelen. Het werkdocument van de diensten van de Commissie (hierna "WDC" genoemd) vult dit verslag met grafieken en tabellen aan. Uit het voorliggende verslag blijkt dat het Garantiefonds in zijn huidige vorm goed functioneert en dat de nieuwe voorzieningsregeling aan de verwachtingen beantwoordt. Deze analyse wordt onderbouwd door de bevindingen van de door een externe adviseur uitgevoerde evaluatie van het Garantiefonds. Er wordt met name bevestigd dat het streefpercentage van 9% passend is in het licht van het door het Fonds gedekte risico. De conclusie van het verslag luidt daarom dat er momenteel geen reden is om de rechtsgrondslag of de parameters van het Fonds te veranderen. 2. WERKING VAN HET FONDS IN DE PERIODE Door het Fonds gedekte operaties De door het Fonds gedekte leningsoperaties hebben betrekking op drie verschillende instrumenten die voor een EU-begrotingsgarantie in aanmerking komen: garanties op leningen van de Europese Investeringsbank (EIB) aan derde landen, Euratom-leningen aan derde landen en macrofinanciële bijstand (MFB) in de vorm van EU-leningen aan derde Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad (PB L 293 van , blz. 1). Verordening (EG, Euratom) nr. 1149/1999 van de Raad (PB L 139 van , blz. 1); Verordening (EG, Euratom) nr. 2273/2004 van de Raad (PB L 396 van , blz. 28); Verordening (EG, Euratom) nr. 89/2007 van de Raad (PB L 22 van , blz. 1). PB L 145 van , blz /0025 (CNS) van 16 januari NL 1 NL

5 landen. Het WDC bevat een organisatieschema van het Fonds waarin de werking van het Fonds wordt beschreven en een overzicht wordt gegeven van alle financiële stromen die de werking van het Fonds met zich meebrengt Risicobewaking Het Fonds dekt de risico s van leningen en leninggaranties aan derde landen. Eind 2009 dekte het Fonds een bedrag van 16,361 miljard EUR aan gegarandeerde leningen, bestaande uit 16,239 miljard EUR aan uitstaande leningen en 122 miljoen EUR aan lopende rente. Sinds in 2007 met de uitvoering van het lopende EIB-mandaat voor leningen aan derde landen 5 een begin is gemaakt, is het gedekte uitstaande bedrag met gemiddeld 15% per jaar gegroeid tot 16,361 miljard EUR. De groei van het door het Fonds gedekte uitstaande bedrag betekent niet dat het Fonds een hoger risico per gedekte euro draagt. Uit de monitoring van de door het Fonds gedragen risico s blijkt immers dat de kredietrisico s van nieuwe operaties stabiel blijven zolang de nieuwe leningen betrekking hebben op projecten met eenzelfde risicoprofiel als de lopende leningenportefeuille (zie de grafieken in punt 5 van het WDC). Dit is sinds 2000 het geval. Daarom luidde de conclusie in het vorige algemene verslag van 2006 dat het streefpercentage op 9% diende te worden gehandhaafd EIB-leningen aan derde landen: omvang en belangrijkste risicokenmerken van aan de EIB verleende garanties Ongeveer 97% van het totale uitstaande bedrag dat door het Fonds wordt gedekt, heeft betrekking op leninggaranties voor door de EIB verstrekte leningen ten behoeve van projecten in derde landen. Op grond van de verwachte uitvoering van het lopende mandaat komt er in de toekomst geen verandering in het overwicht van de EIB-garanties in de door het Fonds gedekte risico s. Als de begunstigde van een gegarandeerde lening op de vervaldag niet betaalt, vraagt de EIB de Commissie de door de wanbetaler verschuldigde bedragen overeenkomstig de tussen de Commissie en de EIB gesloten garantieovereenkomst te betalen. Als de EIB naast de EU-garantie over een andere particuliere of overheidsgarantie beschikt, moet zij eerst op deze garanties van derden een beroep doen voordat aanspraak op de EUgarantie wordt gemaakt. Tabel 1: Aandeel van de EIB-operaties die in 2009 door het Fonds zijn gedekt (uitstaand bedrag in hoofdsom en verschuldigde rente) 5 "Mandaat" heeft betrekking op het garantiebedrag uit de EU-begroting voor de EIB. Mandaten worden doorgaans verleend voor de duur van een financieel kader (huidige periode ) en worden onderverdeeld naar regio s en bedrijfssectoren. NL 2 NL

6 MFB 3% Euratom 0% EIB 97% De EU-garantie dekt alle kredietrisico s van een gegarandeerde leningsoperatie in derde landen. Elke door de EIB aangegane en door een overheidsgarantie gedekte financieringsoperatie met een staat, overheidsorgaan of particuliere onderneming wordt ipso facto door een allesomvattende garantie gedekt. Voor andere soorten operaties, in het bijzonder operaties in de particuliere sector, wordt de garantie beperkt tot welomschreven politieke risico s Door het Fonds gedekte macrofinanciële bijstand Bij deze categorie door het Fonds gedekte operaties neemt de Europese Unie op de financiële markten een lening op en leent zij de opbrengst (aansluitend) door aan derde landen (hierna "MFB-leningen" genoemd). Alle MFB-leningen moeten afzonderlijk door de Raad worden goedgekeurd. Het terugbetalingsschema van de verstrekte leningen is gelijk aan dat van de door de EU opgenomen leningen Door het Fonds gedekte Euratom-operaties De Euratom-leningsfaciliteit kan worden gebruikt voor de financiering van projecten binnen de lidstaten (Besluit 77/270/Euratom van de Raad) of projecten in bepaalde derde landen (Oekraïne, Rusland of Armenië) (Besluit 94/179/Euratom van de Raad). In 1990 heeft de Raad het leningplafond vastgesteld op 4 miljard EUR, waarvan ongeveer 3,4 miljard EUR is benut. In 2002 stelde de Commissie voor het leningplafond op te trekken van 4 miljard EUR tot 6 miljard EUR, maar de Raad heeft daarover nog geen overeenstemming bereikt. Met het oog op de verstrekking van Euratom-leningen neemt Euratom op de financiële markten leningen op, waarvan zij de opbrengst (aansluitend) doorleent aan ondernemingen die in bepaalde derde landen actief zijn op het gebied van kernenergie. Het terugbetalingsschema van de verstrekte leningen is gelijk aan dat van de door Euratom opgenomen leningen. In 2009 was het aandeel van de Euratom-activiteiten marginaal (minder dan 1%) in vergelijking met het uitstaande totaalbedrag in hoofdsom en rente dat door het Fonds wordt gedekt (zie bovenstaande tabel 1) Bevredigende ervaring met de nieuwe voorzieningsregeling voor het Fonds De in 2007 ingevoerde nieuwe voorzieningsregeling bracht verandering in de voorzieningsregels voor het Fonds door een einde te maken aan de eerdere praktijk om bedragen voor het Fonds uit te trekken op grond van prognoses voor te verstrekken leningen NL 3 NL

7 zonder rekening te houden met de feitelijke uitbetalingen. De nieuwe voorzieningsregeling is op de netto-uitbetalingen gebaseerd. Met deze verandering werd het belangrijkste doel bereikt, namelijk het verbeteren van de werking van het Fonds door het aantal overdrachten per jaar tussen de EU-begroting en het Fonds tot slechts één terug te brengen en door de nauwkeurigheid van de financiële stromen tussen het Fonds en de begroting te vergroten. In feite vinden de stortingen thans plaats op grond van de effectieve netto-uitbetalingen van gegarandeerde leningen, waardoor de voor de stortingen vereiste begrotingsmiddelen tijdig in de reguliere begrotingsprocedure kunnen worden opgenomen. Deze verandering heeft een einde gemaakt aan de structureel te grote stortingen in het kader van de oude voorzieningsregeling, die goed functioneerde tijdens de beginperiode van het Fonds. Zoals uit tabel 2 van het WDC blijkt, waren tijdens de eerste helft van het huidige financiële kader voor de periode de door de begrotingsautoriteit beschikbaar gestelde begrotingsmiddelen van 200 miljoen EUR per jaar meer dan voldoende voor het dekken van de stortingen in het Fonds. Uit ramingen van de in 2012 en 2013 in het Fonds te verrichten stortingen blijkt echter dat het Fonds, afhankelijk van het tempo waarin het EIB-mandaat voor leningen aan derde landen ten uitvoer wordt gelegd, mogelijk 598 miljoen EUR nodig heeft. Het bedrag dat in de indicatieve financiële programmering voor 2012 en 2013 is opgenomen, bedraagt 400 miljoen EUR. Dit bedrag zal worden aangevuld met de rente-inkomsten uit de activa van het Fonds (zie punt 3.2). Verwacht wordt dat de totale gebruikte en geraamde middelen in de gehele periode aanzienlijk lager zullen uitvallen dan het totaalbedrag van 1,4 miljard EUR dat oorspronkelijk uit hoofde van het financieel kader was uitgetrokken. De ratio tussen de totale stortingen uit de begroting in het Fonds en de in totaal uitgetrokken begrotingsmiddelen zal aan het einde van de periode naar verwachting ongeveer 60% bedragen Andere parameters van de nieuwe voorzieningsregeling Om de EU-begroting tegen schokken te beschermen, kent de voorzieningsregeling een afvlakkingsmechanisme om een grens te stellen aan het jaarlijkse bedrag dat in geval van aanzienlijke wanbetalingen aan het Fonds wordt overgedragen. Bovendien zijn er drempelwaarden ingevoerd. De bedoeling daarvan is ervoor te zorgen dat de begrotingsautoriteit van aanzienlijke verliezen van het Fonds op de hoogte wordt gesteld (bij een drempelwaarde van 80%, dat wil zeggen wanneer de waarde van het Fonds daalt tot minder dan 80% van het streefbedrag) of dat de Commissie een verslag indient over de uitzonderingsmaatregelen die eventueel vereist zijn om het Fonds weer aan te vullen (bij een drempelwaarde van 70%). Het afvlakkingsmechanisme werkt als volgt: indien vanwege een of meer wanbetalingen het door het Fonds te dekken bedrag in een bepaald jaar meer dan 100 miljoen EUR bedraagt (met gevolgen voor de begroting aan het begin van het jaar n+2 na de wanbetaling), wordt het deel van het bedrag dat hoger is dan 100 miljoen EUR in de loop van de volgende jaren in jaarlijkse tranches van maximaal 100 miljoen EUR aan het Fonds overgemaakt. De omvang van de jaarlijkse tranche is het kleinste van de volgende twee bedragen: 100 miljoen EUR of het resterende verschuldigde bedrag (artikel 6 van Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009). Sinds de invoering van de nieuwe voorzieningsregeling is het afvlakkingsmechanisme nog niet geactiveerd, aangezien er in deze periode geen beroep op het Fonds is gedaan. NL 4 NL

8 3. BEHEER VAN DE ACTIVA VAN HET FONDS IN EEN MOEILIJK MARKTKLIMAAT: ONTWIKKELING EN RESULTATEN VAN HET FONDS IN DE PERIODE Crisisperiode In de periode bleef het absolute rendement van de Fondsportefeuille steeds positief en had de portefeuille niet te lijden van enig door de financiële crisis veroorzaakt kapitaalverlies. Noch de externe en interne auditors, noch de Europese Rekenkamer hebben enige bezorgdheid geuit over het door de EIB onder toezicht van de diensten van de Commissie gevoerde activabeheer van het Fonds. Ondanks de moeilijke financiële omstandigheden heeft de EIB onder toezicht van de Commissie de activa van het Fonds met veel succes beheerd. Tijdens de gehele periode boekte het Fonds een algemeen absoluut rendement van gemiddeld +4,6928% per jaar. Tegen de achtergrond van de ergste crisis die zich in de recente geschiedenis op de wereldwijde financiële markten heeft voorgedaan, is het rendement van het Fonds echter gemiddeld 15,27 basispunten per jaar lager uitgekomen dan de benchmarkindex. De Garantiefondsportefeuille had op 31 december 2009 een totale marktwaarde van 1 240,5 miljoen EUR (inclusief kasmiddelen) met een gewijzigde duration van 3,01 jaar Ontwikkeling van de Fondsportefeuille Grafiek 2 in het WDC laat zien dat de omvang van het Fonds na de invoering van de nieuwe voorzieningsregeling in 2007 is afgenomen. De omvang van het Fonds nam in 2008 wederom toe en bereikte in 2009 het bedrag van 1 240,5 miljoen EUR. De daling in 2007 valt te verklaren door de langzame uitbetaling van leningen aan het begin van het lopende EIBmandaat voor derde landen, wat leidde tot de overdracht van een overschot van 125,75 miljoen EUR van het Fonds naar de begroting. De waarde van de activa van het Fonds is sinds 2007 met gemiddeld 2,5% per jaar toegenomen. Deze waarde zou blijven groeien tot ongeveer 2,2 miljard EUR in De verwachte groeiversnelling van de waarde van de activa van het Fonds is toe te schrijven aan de mogelijke versnelling in 2010 van het uitbetalingstempo in het kader van het mandaat voor leningen aan derde landen en de potentiële groei van de MFB-operaties (zie de punten 6 en 7 van het WDC). Naast stortingen via het desbetreffende EU-begrotingsonderdeel bestaat de voornaamste inkomstenbron van het Fonds uit de rente op zijn activa. De rente-inkomsten uit de activa van het Fonds zijn sinds 2007 teruggelopen wegens de algemene daling van de rentetarieven op de markten tot historisch lage waarden. In de periode bedroegen de rente-inkomsten 146 miljoen EUR (zie tabel 1 van het WDC: inkomende en uitgaande financiële stromen sinds de instelling van het Fonds). Eind 2009 bedroegen de totale activa van het Fonds 1 240,5 miljoen EUR (marktwaarde). Van dit bedrag is 84,3% belegd in obligaties en 15,6% in deposito's, terwijl 0,1% op rekeningen-courant stond. 4. EVALUATIE VAN HET STREEFPERCENTAGE In 2006 werd de rechtsgrondslag van het Fond gewijzigd met het oog op de invoering van de nieuwe voorzieningsregeling in De Commissie heeft zich bereid verklaard om in het 6 [Zie voetnoot 2]. NL 5 NL

9 voorliggende algemene verslag een analyse van de werking van de nieuwe regeling te presenteren. Bovendien werd overeengekomen dat zou worden nagegaan of de belangrijkste parameters van het Fonds, en in het bijzonder het streefpercentage van 9% (de verhouding tussen de omvang van het Fonds en het totaalbedrag aan gedekte risico's), deugdelijk waren Analyse van het kredietrisicoprofiel Sinds het laatste algemene verslag van 2006 is het kredietrisicoprofiel van het Fonds ongewijzigd gebleven (zie punt en de grafieken in punt 5 van het WDC; het risicoprofiel van de door het Fonds gedekte leningen in 2006 en 2009). In dezelfde periode is er geen beroep op het Fonds gedaan ter dekking van wanbetalingen. De analyse van het kredietrisicoprofiel van de leningen die door het Fonds worden gedekt, wijst erop dat het streefpercentage niet hoeft te worden veranderd. Het risico van wanbetaling door een begunstigde van een lening is echter wel degelijk aanwezig en dit komt tot uitdrukking in het handhaven van het streefpercentage op 9%. In dit verband zij erop gewezen dat in 2009 ongeveer 14% van de portefeuille gegarandeerde leningen een rating had van minder dan B (Moody s of gelijkwaardig), hetgeen volgens de door de grote ratingbureaus gepubliceerde historische cumulatieve wanbetalingspercentages voor de diverse voor landenrisico s over verschillende tijdshorizons bestaande ratings betekent dat de kans op wanbetaling in een jaar niet verwaarloosbaar is. De relatieve stabiliteit van het landenrisicoprofiel hangt samen met de geografische spreiding van de door het Fonds gedekte leningsoperaties, die in de periode relatief stabiel is gebleven. De spreiding van het EIB-mandaat vormt een verklaring voor deze stabiliteit: de spreiding van leningsoperaties in het kader van het vorige mandaat en in het kader van het lopende mandaat is immers vergelijkbaar. Ongeveer 81% van de leningsoperaties is gericht op de Mediterrane landen en op zowel potentiële als kandidaat-lidstaten (zie grafiek 3 in het WDC: geografische spreiding van door het Fonds gedekte leningsoperaties in 2009). Het Fonds dekt het kredietrisico van wanbetaling in 42 landen. De 10 belangrijkste begunstigde landen zijn goed voor ongeveer 81% van het totale risico. Het maximale risico in één land vertegenwoordigt in % van het totale risico. Sinds 1994 is op het Fonds een beroep gedaan voor een cumulatief bedrag van ongeveer 478 miljoen EUR, waarbij het invorderingspercentage gelijk was aan 100% (zie tabel 1 van het WDC). De laatste beroepen op het Fonds vonden plaats in 2003 en 2004 en hadden betrekking op Argentinië. Daarmee was een bedrag van in totaal 10 miljoen USD gemoeid. De bedragen zijn in 2004 en 2008 volledig teruggevorderd, inclusief boeterente Streefpercentage Afgaande op eerdere waarnemingen en op de analyse van het kredietrisicoprofiel van de door het Fonds gedekte lopende leningsoperaties is de belangrijkste parameter van het Fonds (het streefpercentage van 9%) op een voldoende hoog niveau vastgesteld om rekening te houden met de door het Fonds gedragen risico's en de mogelijke ontwikkeling van het kredietrisico als gevolg van de financiële crisis. 5. DOORLICHTING VAN HET FONDS DOOR EEN EXTERNE ADVISEUR Tussen september 2009 en februari 2010 hebben GHK Consulting en Volterra Consulting het Fonds doorgelicht. NL 6 NL

10 Doel van de doorlichting was de relevantie, effectiviteit en efficiëntie van het Fonds te onderzoeken, waarbij bijzondere aandacht is besteed aan de deugdelijkheid van de huidige waarden van de belangrijkste parameters van het Fonds, en met name het streefpercentage. Om een antwoord te vinden op de evaluatievragen werden er in het onderzoek verschillende kwalitatieve en kwantitatieve technieken gecombineerd, zoals onder meer deskresearch en -analyse, interviews en modellering van het kwantitatieve risico (Monte Carlo-simulaties) Belangrijkste bevindingen Het Fonds is een effectief en efficiënt instrument voor het aanleggen van buffers tegen de risico s die met EU-leningsactiviteiten in derde landen samenhangen. De beheerskosten van het Fonds zijn bescheiden in vergelijking met de bescherming van de begroting en de stabiliteit die door het Fonds worden geboden. De huidige beheersmethoden voor het Fonds werken doeltreffend en zijn op hun doel berekend. Het streefpercentage van 9% aan voorzieningen is een deugdelijk niveau dat een royale buffer tegen verliezen biedt. Zelfs bij een versneld scenario 7 (een type wanbetaling dat tot dusver nog niet bij EU-leningen is voorgekomen), geeft de kwantitatieve beoordeling aan dat in beginsel een verlies dat eens in de twintig jaar voorkomt, kan worden opgevangen. De voorzieningsregeling houdt in voldoende mate rekening met het risicoprofiel van het Fonds. Aangezien het onwaarschijnlijk is dat het Fonds tot onder de drempelwaarden van 80% of 70% daalt, dekt de huidige regeling op afdoende wijze het risico dat betalingen op leningen worden gemist. Ten aanzien van de toereikendheid van de voor het Fonds uitgetrokken begrotingsmiddelen luiden de conclusies van de doorlichting als volgt. De stortingen in het Fonds wegens verliezen worden door het afvlakkingsmechanisme beperkt tot maximaal 100 miljoen EUR. De uitkomsten van de modellen wijzen erop dat het afvlakkingsmechanisme en de grens van 100 miljoen EUR deugdelijk zijn. De stortingen in het Fonds die uit aanvullende uitbetalingen voortvloeien, zullen volgens de raming het thans in de begroting opgenomen jaarlijkse bedrag van 200 miljoen EUR overtreffen Aanbevelingen Het Fonds dient de EU-leningen aan derde landen te blijven dekken. 7 Doorgaans wordt slechts een beroep op het Fonds gedaan voor het bedrag van een betaling (rente en/of aflossing) die op een bepaalde vervaldag niet heeft plaatsgevonden. Dit betekent dat het gehele bedrag van in de toekomst verschuldigde betalingen pas van invloed wordt op het Fonds naarmate deze betalingen opeisbaar worden. Theoretisch kan de crediteur van een lening nadat een betaling niet tijdig heeft plaatsgevonden, echter alle toekomstige betalingen opeisen als niet te verwachten valt dat deze bedragen ooit zullen worden betaald. Om een maximale druk op het Fonds te simuleren, is er in de kwantitatieve analyse ook een scenario gesimuleerd waarbij betalingsachterstanden een versnelde opeisbaarheid van alle in de toekomst verschuldigde betalingen veroorzaken. NL 7 NL

11 Het streefpercentage van het Fonds dient op 9% te worden gehandhaafd; wel dient dit van tijd tot tijd te worden geëvalueerd. In het volgende financiële kader dienen de voor het Fonds uitgetrokken begrotingsmiddelen beter op het verwachte profiel van de vereiste stortingen te zijn afgestemd. Het is dus aan te bevelen om het in de begroting opgenomen jaarlijkse bedrag op te trekken tot 250 à 300 miljoen EUR. Er is verdere analyse vereist om uit te maken of de Commissie eenzelfde kwaliteit van portefeuillebeheer (als door de EIB) kan bereiken tegen lagere kosten (in vergelijking met de aan de EIB betaalde beheersvergoedingen) Specifieke kwantitatieve evaluatie van het streefpercentage In het kader van de externe doorlichting van het Fonds werd onder meer een kwantitatieve analyse van het risicoprofiel van het Fonds en het overeenkomstige peil van de activa van het Fonds verricht. Dit bevestigde de conclusie van de diensten van de Commissie dat het streefpercentage van 9% het Fonds in staat stelt zijn belangrijkste doelstelling te halen, namelijk een liquiditeitsbuffer bieden ingeval EU-debiteuren in gebreke blijven en tevens de stabiliteit van de begroting garanderen. Het onderzoek bevestigt dat het huidige niveau van 9% passend is in het licht van het huidige kredietrisico dat aan de door het Fonds gedekte leningen en verstrekte leninggaranties verbonden is. Uit door de externe adviseurs uitgevoerde gevoeligheidsanalyse blijkt dat het handhaven van het streefpercentage op het huidige niveau (9%) als een prudente aanpak moet worden beschouwd, gezien het risicoprofiel van de portefeuille waarbij al rekening is gehouden met de onvermijdelijke onzekerheid over de kans op wanbetalingen. Het zou onvoorzichtig zijn het huidige streefpercentage van 9% te verlagen om zo de voor de financiering van de stortingen in het Fonds bestemde begrotingsmiddelen te kunnen verminderen. Dit is meer dan ooit waar gezien het risicoprofiel van de thans door het Fonds gedekte leningenportefeuille en de verslechterde economische toestand in veel landen als gevolg van de financiële crisis Gevolgen van de financiële crisis: meer MFB-leningen De ernst van de internationale financiële crisis heeft ertoe geleid dat diverse pretoetredingslanden en buurlanden de Commissie formeel of informeel hebben benaderd met verzoeken om MFB-leningen. In de periode zouden de potentiële MFBleningsoperaties in deze landen ongeveer 1,5 miljard EUR vertegenwoordigen (voor de periode na 2011 is geen prognose voorhanden). Deze ontwikkeling zou ten vroegste in 2012, al naar gelang het tempo waarin de leningen worden uitgekeerd, een maximumeffect sorteren in de vorm van een verhoging van de stortingen in het Fonds met 135 miljoen EUR Potentiële gevolgen van een sneller uitbetalingstempo van EIB-leningen In de periode was er sprake van een laag uitbetalingstempo van de EIB-leningen die in het kader van het lopende mandaat zijn verstrekt. Daarom zijn de jaarlijkse overdrachten uit de begroting aan het Fonds aanzienlijk lager uitgekomen dan de beschikbare begrotingsmiddelen. Het mogelijk snellere uitbetalingstempo van de EIB-leningen in combinatie met de toename van MFB-operaties met ongeveer 1,5 miljard EUR zou betekenen dat het voor het Fonds beschikbare budget meer dan waarschijnlijk onvoldoende zal blijken, tenzij de voor het verrichten van stortingen in het Fonds uitgetrokken begrotingsmiddelen in de periode worden verhoogd. Dit zou tot het aflopen van het financieel kader in NL 8 NL

12 2013 leiden tot een grotere druk op begrotingsonderdeel "Voorziening van het Garantiefonds" Aanbevelingen voor het volgende financiële kader na 2013 De in de periode na 2014 voor het Fonds benodigde begrotingsmiddelen vallen moeilijk te ramen. De omvang ervan zal voornamelijk afhangen van de toekomstige herziening van de financiële EU-architectuur (op grond van het verslag-camdessus 8 ), en in het bijzonder van het nieuwe EIB-mandaat voor derde landen uit hoofde van de nieuwe financiële kaders. Tijdens de doorlichting van het Fonds zijn er simulaties uitgevoerd op basis van de veronderstelling dat tijdens de periode van het volgende financiële kader eenzelfde mandaat zou worden verleend. Uit de resultaten van de simulaties blijkt dat het profiel van de EIB-uitbetalingen wederom een sterke invloed zou hebben op de noodzakelijke stortingen in het Fonds (zie punt 9 van het WDC). Afgaande op de huidige situatie is een vast jaarlijks bedrag aan begrotingsmiddelen voor de voorziening van het Fonds niet aan te bevelen. Met dit aspect dient rekening te worden gehouden bij de opstelling van het volgende financiële kader na In het algemene verslag van 2006 voorgestelde evaluatie van de institutionele regelingen voor het activabeheer van het Fonds. In 2003 heeft de begrotingscommissie van het Europees Parlement de vraag gesteld of de Commissie dan wel de EIB de Fondsportefeuille zou moeten beheren. De enige reden om een dergelijke verandering te overwegen, was een mogelijke kostenbesparing indien de activa direct onder het beheer van de Commissie zouden staan. Er is evenwel niets dat erop wijst dat de kwaliteit van het EIB-activabeheer te wensen overlaat en daardoor een dergelijke verandering rechtvaardigt. Alleen een vergelijkende analyse van de beheerskosten van de EIB en van de Commissie zou de noodzakelijke harde feiten opleveren om een dergelijke verandering voor te stellen. Momenteel bestaan er geen betrouwbare nadere gegevens over de (alternatieve) kosten van de Commissie ingeval zij de activa van het Fonds direct zou beheren in vergelijking met de situatie waarin de EIB het beheer voert. De Commissie zal zich in de toekomst buigen over de vraag of een dergelijke analyse moet worden uitgevoerd. In afwachting van een beslissing ter zake worden er geen voorstellen gedaan om verandering te brengen in de regeling met de EIB. 8 Het verslag-camdessus is opgesteld door een groep van wijzen in het kader van de in februari 2010 verrichte tussentijdse evaluatie van het EIB-mandaat voor derde landen. NL 9 NL

13 6. CONCLUSIE De nieuwe voorzieningsregeling heeft de beoogde verbetering in de begrotingsprocedure opgeleverd doordat de stortingen thans op de effectieve netto-uitbetalingen worden gebaseerd. Dit heeft geleid tot een verbetering van de begrotingsprocedure wat de voorziening van het Fonds betreft. Uit een grondige kwantitatieve analyse van het door het Fonds gedekte risico en het streefpercentage van 9% van het Fonds is gebleken dat dit streefpercentage en de andere voornaamste parameters van het Fonds deugdelijk zijn. De Commissie ziet daarom geen noodzaak om het streefpercentage of andere parameters van het Fonds te veranderen. Dit neemt evenwel niet weg dat deze parameters van tijd tot tijd moeten worden geëvalueerd om na te gaan of zij in voldoende mate rekening blijven houden met het door het Fonds gedragen risico. In het kader van het voor 2013 geplande volgende algemene verslag over de werking van het Fonds zal een dergelijke evaluatie worden gepresenteerd. Wat het huidige financiële kader betreft, kan het totaalbedrag van de voor het Fonds uitgetrokken begrotingsmiddelen als passend worden aangemerkt, maar de bepaling van de in het Fonds te storten bedragen is voor verbetering vatbaar. Deze verbetering dient bij de planning van het financiële kader na 2013 te worden doorgevoerd. NL 10 NL

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 5.4.2005 COM(2005) 130 definitief 2005/0025 (CNS). Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 tot

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 juni 2005 (24.06) (OR. fr) 10467/05 ECOFIN 220 FIN 223

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 juni 2005 (24.06) (OR. fr) 10467/05 ECOFIN 220 FIN 223 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 23 juni 2005 (24.06) (OR. fr) 10467/05 ECOFIN 220 FIN 223 INGEKOMEN DOCUMENT van: mevrouw Patricia BUGNOT, directeur, namens de secretaris-generaal van de Europese Commissie

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 januari 2006 (14.02) (OR. en) 5053/06 FIN 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 januari 2006 (14.02) (OR. en) 5053/06 FIN 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 januari 2006 (14.02) (OR. en) 5053/06 FIN 1 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Nadere informatie

Over de passage tussen haken op de bladzijden 2-3 is nog geen overeenstemming bereikt.

Over de passage tussen haken op de bladzijden 2-3 is nog geen overeenstemming bereikt. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 november 2003 (21.11) (OR. en) 15014/03 ECOFIN 353 FIN 519 RELEX 437 NOTA van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad het Coreper/de RAAD Ontwerp-verslag

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 juni 2008 (12.06) (OR. en) 10616/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0095 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 juni 2008 (12.06) (OR. en) 10616/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0095 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 juni 2008 (12.06) (OR. en) 10616/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0095 (COD) COEST 125 COMAG 16 PESC 778 RELEX 441 FIN 225 DEVGEN 108 MED 36 VOORSTEL van: de Europese

Nadere informatie

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Moldavië

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Moldavië RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 juni 2000 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 99/0213 (CNS) 9028/00 LIMITE ECOFIN 137 NIS 66 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 maart 2010 (OR. en) 7934/10 ECOFIN 182 UEM 86

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 maart 2010 (OR. en) 7934/10 ECOFIN 182 UEM 86 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 maart 2010 (OR. en) 7934/10 ECOFIN 182 UEM 86 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2015 (OR. en) 13159/15 FIN 699 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 20 oktober 2015 aan: Nr. Comdoc.: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende door de algemene begroting gedekte garanties Situatie op 31 december 2016

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende door de algemene begroting gedekte garanties Situatie op 31 december 2016 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.12.2017 COM(2017) 721 final VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende door de algemene begroting gedekte garanties Situatie op 31 december

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 12.11.2014 COM(2014) 704 final 2014/0332 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 houdende toepassing van Besluit

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 mei 2012 (OR. en) 10369/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0390 (COD)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 mei 2012 (OR. en) 10369/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0390 (COD) RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 24 mei 2012 (OR. en) 10369/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0390 (COD) ECOFI 436 RELEX 469 COEST 170 IS 46 CODEC 1426 I GEKOME DOCUME T van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 maart 2006 (29.03) (OR. en) 7813/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0037 (CNS)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 maart 2006 (29.03) (OR. en) 7813/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0037 (CNS) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 maart 2006 (29.03) (OR. en) 7813/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0037 (CNS) N 20 CORDROGUE 27 FISC 45 BUDGET 13 SAN 71 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 14 maart

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.1.2011 COM(2011) 10 definitief Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.1.2010 COM(2010)7 definitief 2010/0005 (E) Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 september 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 september 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 29 september 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0277 (NLE) 13680/14 VOORSTEL van: ingekomen: 26 september 2014 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: PROAPP 17 JAI 714

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.4.2011 COM(2011) 226 definitief Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 oktober 2005 (06.10) (OR. en) 12916/05 Interinstitutioneel dossier: 2005/0195 (CNS) ECOFIN 300 RELEX 496

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 oktober 2005 (06.10) (OR. en) 12916/05 Interinstitutioneel dossier: 2005/0195 (CNS) ECOFIN 300 RELEX 496 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 oktober 2005 (06.10) (OR. en) 12916/05 Interinstitutioneel dossier: 2005/0195 (CNS) ECOFIN 300 RELEX 496 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 30 september 2005 Betreft:

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2009) 918 definitief.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2009) 918 definitief. RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 7 juli 2009 (08.07) (OR. en) 11783/09 ECOFI 505 UEM 211 I GEKOME DOCUME T van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretaris-generaal van de Europese Commissie

Nadere informatie

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2017/2061(BUD)

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2017/2061(BUD) Europees Parlement 2014-2019 Begrotingscommissie 2017/2061(BUD) 9.5.2017 ONTWERPVERSLAG over het standpunt van de Raad inzake het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 2/2017 van de Europese Unie voor het

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 maart 2012 (OR. en) 7909/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0052 ( LE) ACP 37 FI 217 PTOM 7

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 maart 2012 (OR. en) 7909/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0052 ( LE) ACP 37 FI 217 PTOM 7 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 20 maart 2012 (OR. en) 7909/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0052 ( LE) ACP 37 FI 217 PTOM 7 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 20 maart 2012 Nr. Comdoc.: COM(2012)

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2010 (OR. fr) 10039/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0117 (NLE) STAT 6 FIN 200

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2010 (OR. fr) 10039/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0117 (NLE) STAT 6 FIN 200 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 mei 2010 (OR. fr) 10039/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0117 (NLE) STAT 6 FIN 200 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 6 mei 2010 Betreft: Voorstel voor

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 17 maart 2017 (OR. en) 7431/17 EF 52 ECOFIN 216 DELACT 53 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 16 maart 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0124 (NLE) 10201/17 FISC 137 VOORSTEL van: ingekomen: 8 juni 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 januari 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 januari 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 13 januari 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 5133/15 PECHE 11 VOORSTEL van: ingekomen: 12 januari 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. over de ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. over de ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.11.2017 COM(2017) 696 final VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF Systeem voor vroegtijdige waarschuwing

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 25.8.2017 COM(2017) 452 final 2017/0213 (APP) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Beschikking 2003/76/EG tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.6.2016 COM(2016) 414 final VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD met de beoordeling zoals vereist op grond van artikel 24, lid 3, en artikel 120,

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.4.2011 COM(2011) 199 definitief MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Technische aanpassing van het financieel kader voor 2012 op grond van de

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 4 februari 2010 Betreft: Voorstel

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE. Brussel, C(2018) 1674 final

EUROPESE COMMISSIE. Brussel, C(2018) 1674 final EUROPESE COMMISSIE Brussel, 26.03.2018 C(2018) 1674 final OPENBARE VERSIE Dit document is een intern document van de Commissie dat louter ter informatie is bedoeld. Betreft: Staatssteun SA.48350 (2017/N)

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 17 december 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0314 (NLE) 15405/15 ASIM 176 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 16 december 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft:

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) PUBLIC 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 12 mei 2010 Betreft:

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2007) 810.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2007) 810. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2007 (18.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2007/0108 (CNS) 10706/07 ADD 2 SIRIS 109 COMIX 558 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN KREDIETOVERSCHRIJVING NR. DEC 42/2009 NIET-VERPLICHTE UITGAVEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN KREDIETOVERSCHRIJVING NR. DEC 42/2009 NIET-VERPLICHTE UITGAVEN COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ALGEMENE BEGROTING 2009 AFDELING III COMMISSIE TITELS 01, 21 BRUSSEL, 16/10/2009 KREDIETOVERSCHRIJVING NR. DEC 42/2009 NIET-VERPLICHTE UITGAVEN EUR VAN HOOFDSTUK

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.9.2016 COM(2016) 604 final 2016/0283 (APP) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende wijziging van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 tot bepaling van het meerjarig

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 3 februari 2010 Betreft: Voorstel

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 1 oktober 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0222 (NLE) 12579/15 PECHE 331 VOORSTEL van: ingekomen: 1 oktober 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi

Nadere informatie

Advies nr. 7/2014. Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 houdende toepassing van

Advies nr. 7/2014. Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 houdende toepassing van Advies nr. 7/2014 (uitgebracht krachtens artikel 287, lid 4, tweede alinea, en artikel 322, lid 2, VWEU) over een voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG, Euratom) nr.

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

12722/01 HD/nj DG G NL

12722/01 HD/nj DG G NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2001 (OR. en) 12722/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0121 (CNS) ECOFIN 264 ENV 490 NIS 73 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 26 januari 2012 Nr. Comdoc.: COM(2012)

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.12.2017 COM(2017) 769 final 2017/0347 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EU) nr. 256/2014 van het Europees

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 8 februari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0018 (NLE) 6080/17 FISC 37 VOORSTEL van: ingekomen: 7 februari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.5.2015 COM(2015) 201 final 2015/0104 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1387/2013 houdende schorsing van de autonome rechten

Nadere informatie

DE EU-BEGROTING 2013 VRAAG EN ANTWOORD

DE EU-BEGROTING 2013 VRAAG EN ANTWOORD EUROPESE COMMISSIE MEMO Brussel, 12 december 2012 DE EU-BEGROTING 2013 VRAAG EN ANTWOORD Wat zijn de kerncijfers van de EU-begroting 2013 die vandaag werd goedgekeurd? De EU-begroting 2013 bevat in totaal

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 16 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0131 (NLE) 10415/17 FISC 144 VOORSTEL van: ingekomen: 15 juni 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 30 oktober 2012 (OR. en) 15291/12 FI 808

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 30 oktober 2012 (OR. en) 15291/12 FI 808 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 30 oktober 2012 (OR. en) 15291/12 FI 808 I GEKOME DOCUME T van: de heer Jasnusz LEWANDOWSKI, lid van de Europese Commissie ingekomen: 26 oktober 2012 aan: de heer Vassos

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft:

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft: RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft: Voorstel voor een verordening (EG, EURATOM) van de

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 oktober 2010 (19.10) (OR. en) 15164/10 AGRILEG 135 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2010) 8467 definitief

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2010) 8467 definitief RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 7 december 2010 (09.12) (OR. fr) 17573/10 MI 533 COMPET 421 EF 204 ECOFIN 820 TELECOM 149 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 12 juli 2006 (13.07) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11603/06 LIMITE YU 3 COWEB 159

PUBLIC. Brussel, 12 juli 2006 (13.07) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11603/06 LIMITE YU 3 COWEB 159 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juli 2006 (13.07) (OR. en) 11603/06 LIMITE PUBLIC YU 3 COWEB 159 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/2072(BUD) 17.10.2014

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/2072(BUD) 17.10.2014 EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Begrotingscommissie 17.10.2014 2014/2072(BUD) ONTWERPVERSLAG over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 september 2008 (18.09) (OR. en) 13187/08 FSTR 20 FC 5 REGIO 25 SOC 516

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 september 2008 (18.09) (OR. en) 13187/08 FSTR 20 FC 5 REGIO 25 SOC 516 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 18 september 2008 (18.09) (OR. en) 13187/08 FSTR 20 FC 5 REGIO 25 SOC 516 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 16 september 2008 Betreft: Voorstel voor een Verordening (EG)

Nadere informatie

Brussel, 1 augustus 2012 (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE. 13037/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0297 (COD)

Brussel, 1 augustus 2012 (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE. 13037/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0297 (COD) RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 1 augustus 2012 (OR. en) 13037/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0297 (COD) DROIPE 115 EF 188 ECOFI 736 CODEC 2004 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 27 juli 2012 Nr.

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 1 maart 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0052 (NLE) 6677/16 VOORSTEL van: ingekomen: 23 februari 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: AELE 7 EEE 4 N 8 ISL 4

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.11.2012 COM(2012) 654 final 2012/0312 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij België wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.11.2013 COM(2013) 770 final 2013/0378 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende aanpassing, met ingang van 1 juli 2013, van het pensioenbijdragepercentage van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 maart 2000 (OR. en) 6485/00 Interinstitutioneel dossier: 99/0172 (CNS) LIMITE ECOFIN 56 NIS 30

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 maart 2000 (OR. en) 6485/00 Interinstitutioneel dossier: 99/0172 (CNS) LIMITE ECOFIN 56 NIS 30 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 maart 2000 (OR. en) 6485/00 Interinstitutioneel dossier: 99/0172 (CNS) LIMITE ECOFIN 56 NIS 30 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD. Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD. Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.6.2017 COM(2017) 299 final MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds Europees Ontwikkelingsfonds (EOF): prognoses

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 6 april 2016 (OR. en) 7604/16 UD 69 DELACT 58 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 5 april 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

Vooraf te betalen bijdragen aan het gemeenschappelijk afwikkelingsfonds (GAF) Vragen en antwoorden

Vooraf te betalen bijdragen aan het gemeenschappelijk afwikkelingsfonds (GAF) Vragen en antwoorden Vooraf te betalen bijdragen aan het gemeenschappelijk afwikkelingsfonds (GAF) 2019 Vragen en antwoorden Algemene informatie over de berekeningsmethode 1. Waarom is de berekeningsmethode die in de bijdrageperiode

Nadere informatie

Titel 1 (eigen middelen): miljoen EUR. Titel 3 (overschotten, saldi en aanpassingen): miljoen EUR

Titel 1 (eigen middelen): miljoen EUR. Titel 3 (overschotten, saldi en aanpassingen): miljoen EUR Raad van de Europese Unie Brussel, 17 juni 2016 (OR. en) 9586/16 BUDGET 15 TOELICHTING Betreft: Ontwerp van gewijzigde begroting nr. 2 bij de algemene begroting 2016: Boeking van het overschot van het

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 19.9.2007 COM(2007) 544 definitief VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF Alarmsysteem

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 12 april 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2012/0011 (COD) 7805/16 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 11 april 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: DATAPROTECT 26

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Sylvain BISARRE, directeur bij

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. over de uitgaven uit het ELGF. Systeem voor vroegtijdige waarschuwing nr.

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. over de uitgaven uit het ELGF. Systeem voor vroegtijdige waarschuwing nr. EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.2.2018 COM(2018) 70 final VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de uitgaven uit het ELGF Systeem voor vroegtijdige waarschuwing nr. 11-12/2017

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende de mobilisering van de marge voor onvoorziene uitgaven in 2017

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende de mobilisering van de marge voor onvoorziene uitgaven in 2017 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.10.2016 COM(2016) 678 final Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de mobilisering van de marge voor onvoorziene uitgaven in 2017 NL

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 3.9.2004 SEC(2004) 1073 definitief. VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT OVER DE LENINGACTIVITEIT VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 11 september 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0229 (NLE) 12039/17 VOORSTEL van: ingekomen: 11 september 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: EF 186 ECOFIN 712

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0183 (NLE) 11618/17 FISC 172 VOORSTEL van: ingekomen: 3 augustus 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 24 augustus 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0205 (NLE) 11719/17 FISC 175 VOORSTEL van: ingekomen: 23 augustus 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD. Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD. Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX COM(2012) 386 final MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds NL NL MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Financiële

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.10.2017 COM(2017) 582 final 2017/0253 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 14 februari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0027 (NLE) 6286/17 VOORSTEL van: ingekomen: 13 februari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: ENV 133 MI 128 WTO

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 9 februari 2016 (OR. en) 5969/16 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 13 januari 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: COMPET 43 ENT 26 EDUC 22 ETS 3 JUR 65 MI 70 DELACT 18 de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 november 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 november 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 19 november 2015 (OR. en) 14195/15 FIN 775 NOTA A-PUNT van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: Raad Betreft: Algemene begroting van de Europese Unie voor het

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0051 (NLE) 6144/15 VOORSTEL van: ingekomen: 3 maart 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: SOC 70 EMPL 31 ECOFIN 97 EDUC

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en) 14484/14 EF 267 ECOFIN 940 DELACT 200 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 17 oktober 2014 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 26 september 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0233 (NLE) 12544/17 FISC 199 VOORSTEL van: ingekomen: 25 september 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 1 september 2008 (02.09) (OR. en) 12583/08 ADD 2 FISC 109

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 1 september 2008 (02.09) (OR. en) 12583/08 ADD 2 FISC 109 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 1 september 2008 (02.09) (OR. en) 12583/08 ADD 2 FISC 109 I GEKOME DOCUME T van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 maart 2010 (19.03) (OR. en) 7701/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0053 (NLE) ACP 66 PTOM 10 COAFR 102

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 maart 2010 (19.03) (OR. en) 7701/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0053 (NLE) ACP 66 PTOM 10 COAFR 102 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 maart 2010 (19.03) (OR. en) 7701/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0053 (NLE) ACP 66 PTOM 10 COAFR 102 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 18 maart 2010 Betreft:

Nadere informatie

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie Brussel, 28 november 2018 (OR. en) 14848/18 COEST 237 WTO 307 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 27 november 2018 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 3 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2013 ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 3 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2013 ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.4.2013 COM(2013) 224 final C7-0246/13 ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 3 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2013 ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN NL NL ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (14.10) (OR. en) 14414/09 ECOFIN 630

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (14.10) (OR. en) 14414/09 ECOFIN 630 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 oktober 2009 (14.10) (OR. en) 14414/09 ECOFIN 630 INGEKOMEN DOCUMENT van: de Europese Commissie ingekomen: 8 oktober 2009 Betreft: Verslag van de Commissie aan de

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 18 oktober 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0259 (NLE) 13354/17 N 36 EEE 39 AGRI 560 VOORSTEL van: ingekomen: 17 oktober 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft:

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 juli 2005 (OR. fr) 10752/05 ACP 92 FIN 238 PTOM 29 DEVGEN 135 ENV 334 OC 490

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 juli 2005 (OR. fr) 10752/05 ACP 92 FIN 238 PTOM 29 DEVGEN 135 ENV 334 OC 490 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 juli 2005 (OR. fr) 10752/05 ACP 92 FIN 238 PTOM 29 DEVGEN 135 ENV 334 OC 490 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad tot vrijgeving

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0182/21. Amendement

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0182/21. Amendement 26.3.2019 A8-0182/21 21 Paragraaf 3 3. steunt het akkoord dat in het overleg tussen het Bureau en de Begrotingscommissie van 19 maart 2019 is gesloten om de verhoging van de begroting 2019 vast te stellen

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 december 2006 (OR. en) 16647/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/194 (CNS) REGIO 70 FIN 673

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 december 2006 (OR. en) 16647/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/194 (CNS) REGIO 70 FIN 673 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 december 2006 (OR. en) 16647/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/194 (CNS) REGIO 70 FIN 673 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING VAN DE

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.11.2013 COM(2013) 718 final 2013/0341 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 met betrekking tot de tarief-

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 31 371 Kredietcrisis Nr. 286 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 27 november

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0417 (NLE) 5087/17 FISC 1 VOORSTEL van: ingekomen: 6 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 november 2003 (14.11) (OR. fr) 14725/03 Interinstitutioneel dossier: (CNS) 2003/0271 AGRIORG 73 AGRIFIN 143

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 november 2003 (14.11) (OR. fr) 14725/03 Interinstitutioneel dossier: (CNS) 2003/0271 AGRIORG 73 AGRIFIN 143 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 november 2003 (14.11) (OR. fr) 14725/03 Interinstitutioneel dossier: (CNS) 2003/0271 AGRIORG 73 AGRIFIN 143 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 12 november 2003 Betreft:

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 9.12.2003 COM(2003) 761 definitief 2003/0295 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de berekening en indiening van gegevens over de

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.3.2014 C(2014) 1410 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 11.3.2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1301/2013 van het Europees Parlement

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2019 COM(2019) 245 final 2019/0120 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 18.7.2001 COM(2001) 411 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE betreffende het statuut en de algemene

Nadere informatie