Uitwerkingsplan De Eilanden

Transcriptie

1 Uitwerkingsplan De Eilanden

2

3 Uitwerkingsplan De Eilanden Inhoud Toelichting en bijlagen Voorschriften Plankaart 8 september 2010 Projectnummer

4

5 O v e r z i c h t s k a a r t

6

7 T o e l i c h t i n g toe

8

9 I n h o u d s o p g a v e 1 I n l eidi n g Aanleiding en doel Ligging en begrenzing plangebied Geldende bestemmingsplannen Leeswijzer 12 2 P l a n b e s ch r i j v i n g Huidige situatie Toekomstige situatie Programma 18 3 U i tv o eringsaspecten Inleiding Het Milieueffectrapport Waterfront Harderwijk Akoestisch onderzoek Molenbiotoop Overig noodzakelijk onderzoek 27 4 J u r i d i s ch e p l a n o p z et 29 5 U i tv o er b a a r h eid Economische uitvoerbaarheid Maatschappelijke uitvoerbaarheid 32 B i j l a g en Bijlage 1: Akoestisch onderzoek Bijlage 2: Akoestisch onderzoek aanvullende berekening Bijlage 3: Molenbiotoop Bijlage 4: Commentaar op de zienswijzen Ontwerpuitwerkingsplan De Eilanden Bijlage 5: Brief Vereniging De Hollandsche Molen toe

10

11 I n l e i d i n g A a n l e i d i n g e n d o e l De gemeente Harderwijk werkt al vanaf 1995, in nauw overleg met andere overheden en betrokkenen, aan plannen ter verbetering van het Waterfront. Hiertoe heeft de gemeente het Structuurplan Waterfront opgesteld. Dit is door de gemeenteraad op 14 oktober 2004 vastgesteld. Het gehele project Waterfront strekt zich uit van de wijk Stadsweiden aan de zuidzijde van Harderwijk tot de Hierdense Beek in het noorden van de gemeente. In totaliteit gaat het bij het Waterfront om een complexe ruimtelijke operatie, die primair is gericht op een grondige kwaliteitsimpuls van de gebieden ten noorden en ten noordoosten van de historische binnenstad. In de huidige situatie doen zich hier veel knelpunten voor, die onder meer te maken hebben met bereikbaarheid, parkeren, belevingswaarde, (woon)milieu, het verouderde industrieterrein Haven en bodemverontreiniging. Het project Waterfront is gericht op een structurele verbetering van de ruimtelijke kwaliteit van de Boulevard en omgeving en van het huidige industrieterrein Haven. Een uitvoerige beschrijving van het gehele project Waterfront is te vinden in de Nota van Uitgangspunten Waterfront Harderwijk, deel A (Algemeen deel). Het gedeelte van het Waterfront dat is gelegen tussen de binnenstad, het Dolfinarium en de provinciale weg N302 wordt Waterstad genoemd. Voor dit gebied heeft de gemeenteraad op 5 februari 2008 het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad vastgesteld. Dit bestemmingsplan is onherroepelijk sinds 22 december Het plangebied van het bestemmingsplan 'Waterfront-Zuid Waterstad' omvat het oude industrieterrein Haven ten noordoosten van de binnenstad, met de daarbij behorende havens (de Lorentzhaven en de jachthaven De Knar). Het grootste deel van het plangebied is bestemd als 'Gemengd-uit te werken'. In dit gebied kunnen woningen en voorzieningen worden gebouwd, maar pas nadat het bestemmingsplan door burgemeester en wethouders nader is uitgewerkt. Het voorliggende uitwerkingsplan De Eilanden betreft een uitwerking van een gedeelte van het bestemmingsplan 'Waterfront-Zuid Waterstad', en dient om de uitvoering van ongeveer de helft van het plan Waterstad mogelijk te maken toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

12 1. 2 L i g g i n g e n b e g r e n z i n g p l a n g e b i e d Dit uitwerkingsplan heeft betrekking op een gedeelte van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad. Het plan Waterfront-Zuid Waterstad heeft betrekking op een gebied dat is gelegen tussen de historische binnenstad en het Dolfinarium (aan de zuidwestzijde) en de provinciale weg N302 (aan de noordoostzijde). Op de navolgende kaartjes is tweemaal (indicatief) de begrenzing van het uitwerkingsplan aangegeven. Op het bovenste kaartje is de begrenzing ingetekend op de plankaart van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad. Op het onderste kaartje is de begrenzing van het uitwerkingsplan ingetekend in het stedenbouwkundig ontwerp voor Waterstad ('het Samenspel') dat is opgesteld door het Consortium van marktpartijen die dit deel van het Waterfront gaan realiseren toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

13 toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

14 1. 3 G e l d e n d e b e s t e m m i n g s p l a n n e n Voor het gehele plangebied van dit uitwerkingsplan vigeert het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad. Dit bestemmingsplan is door de gemeenteraad vastgesteld op 5 februari 2008, en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland op 26 september Het bestemmingsplan is onherroepelijk sinds 22 december Het gehele plangebied van dit uitwerkingsplan heeft betrekking op gronden met de bestemming 'Gemengd-uit te werken'. Tevens vigeert voor het plangebied het 'Bestemmingsplan Geluidzone industrieterrein Haven en bedrijventerrein Lorentz c.a.'. Dit bestemmingsplan is een zogenaamd 'parapluplan'; het overlapt de plangebieden van meerdere andere bestemmingsplannen. Het 'Bestemmingsplan Geluidzone industrieterrein Haven en bedrijventerrein Lorentz c.a.' is op 20 november 2008 vastgesteld door de gemeenteraad. Het bestemmingsplan is onherroepelijk L e e s w i j z e r Het uitwerkingsplan De Eilanden bestaat uit een plankaart en voorschriften en gaat vergezeld van deze toelichting. Omdat dit plan een uitwerking betreft van het vigerende bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad zijn op dit uitwerkingsplan, voor zover relevant, ook de voorschriften van dat bestemmingsplan van toepassing. In deze toelichting wordt de opzet van dit uitwerkingsplan gemotiveerd. Omdat dit plan een uitwerking betreft van het vigerende bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is voor dit uitwerkingsplan ook de toelichting van dat bestemmingsplan relevant. Na de toelichting volgen de juridisch bindende onderdelen van het uitwerkingsplan, namelijk de voorschriften en de plankaart. Hoofdstuk 2 van deze toelichting bevat de planbeschrijving. Het hoofdstuk beschrijft de huidige situatie en de beoogde toekomstige herinrichting van het plangebied. In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op diverse uitvoeringsaspecten. Dit betreft onderbouwend onderzoek dat voor dit uitwerkingsplan is verricht, in aanvulling op hetgeen daarover al is opgenomen in het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad. Met name wordt ingegaan op de inmiddels uitgevoerde MER, op aanvullend akoestisch onderzoek en op de invloed van de geprojecteerde bebouwing op de windvang van de molen De Hoop. De hoofdstukken 4 en 5 gaan in op de meer technische aspecten van het uitwerkingsplan. Zo komen de juridische vormgeving en uitleg van de planvoor toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

15 schriften aan bod. Het laatste hoofdstuk beschrijft de uitvoerbaarheid, waarbij aandacht wordt gegeven aan de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

16

17 P l a n b e s c h r i j v i n g H u i d i g e s i t u a t i e Op de huidige situatie wordt hier maar kort ingegaan. Voor meer informatie wordt verwezen naar hoofdstuk 2 van het vigerende bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad. De onderstaande luchtfoto geeft een beeld van de tot dusver bestaande situatie. De grens van het plangebied van dit uitwerkingsplan is met een witte lijn aangegeven (deze grens is indicatief; de exacte begrenzing op de plankaart is maatgevend). Binnen het plangebied komen vier hoofdfuncties voor: bedrijven, jachthaven, water en verkeer. De aanwezige bedrijfsactiviteiten zullen verdwijnen. Een deel van de bedrijven wordt verplaatst naar andere locaties, met name naar het aan te leggen bedrijventerrein Uitbreiding Lorentzhaven. De aanleg van dit nieuwe bedrijventerrein maakt deel uit van het project Waterfront; om die aanleg planologisch mogelijk te maken is het bestemmingsplan Waterfront toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

18 Noord II in procedure gebracht. Pas als de bedrijven zijn vertrokken, kunnen de nieuwe bestemmingen worden gerealiseerd. De bestaande jachthaven De Knar wordt binnen Waterfront-Zuid vervangen door een nieuw aan te leggen jachthaven; dit wordt planologisch mogelijk gemaakt in het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad T o e k o m s t i g e s i t u a t i e De inrichting van het plangebied zal de komende jaren ingrijpend veranderen. Nadat de bedrijfsactiviteiten van alle aanwezige bedrijven zijn beëindigd worden de opstallen gesloopt. Vervolgens zal een grondige bodemsanering plaatsvinden, omdat de bodem in een groot deel van het plangebied is verontreinigd, onder meer met asbest, afkomstig van de voormalige Asbestona-fabriek. Daarna kan worden gestart met de herinrichting van het plangebied. Binnen het gebied Waterfront-Zuid worden verschillende deelgebieden onderscheiden. Deze zijn in het onderstaande kaartje aangegeven. G e b i e d s i n d e l i n g e n n u m m e r i n g v a n d e d e e l g e b i e d e n i n W a t e r f r o n t - Z u i d Het bestemmingsplan 'Waterfront-Zuid Waterstad' omvat de deelgebieden 1, 2, 3, 4, 5, 6, 15 en 16. Het plangebied van dit uitwerkingsplan valt ongeveer samen met de deelgebieden 2, 3, 4 en toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

19 In de Nota van Uitgangspunten voor het project Waterfront zijn deze deelgebieden als volgt omschreven: D e e lg e b i e d 2/ 3 D e E i l a n d en In dit gedeelte worden grillig gevormde eilanden aangelegd, die met elkaar en met de oever zijn verbonden middels bruggen. Op de eilanden worden woningen gebouwd; overwegend eengezinshuizen die met een tuin of terras aan het water grenzen. Bij (het merendeel van) die huizen is een aanlegmogelijkheid voor een boot. Op het westelijke uiteinde van het meest noordelijke eiland is de bouw van een appartementencomplex voorzien, het 'Lichthuis '. D e e lg e b i e d 4 D e B a kens Woningbouwlocatie gelegen tussen De Eilanden en de provinciale weg N302. Een deel van de hier te bouwen woningen wordt gebouwd in de vorm van appartementen in enkele woontorens, De Bakens. Daarnaast worden (niet grondgebonden) eengezinshuizen gebouwd, op parkeerdekken. De parkeerplaatsen ten behoeve van de woningen in dit deelgebied worden onder de parkeerdekken gesitueerd. D e e lg e b i e d 5 W a t e r s p o r t b o u l ev a r d Locatie met gemengde bebouwing. Langs de waterkant worden detailhandelsen/of leisure-voorzieningen gesitueerd. Daarnaast en daarboven zijn woningen gedacht, geheel of overwegend in de vorm van gestapelde appartementen. Mogelijk wordt in dit deelgebied een hotel gerealiseerd; als alternatief is een optie om het hotel te realiseren in deelgebied 6 (Kop Stadswerven) of 10 (Boulevard Noord). De bebouwing in De Eilanden en De Bakens bestaat uit woonbebouwing. De bebouwing aan de oostzijde van de Bakens, langs de provinciale weg N302 dient een afschermende functie te vervullen, om te voorkomen dat de daar achter gelegen bebouwing een te hoge geluidsbelasting ondervindt van wegverkeer en industrielawaai. Daarom wordt voor de 'eerstelijnsbebouwing' langs de N302 uitgegaan van grotere bouwhoogten dan voor de daarachter gelegen bebouwing. De begrenzing van dit uitwerkingsplan is zodanig gekozen, dat voldoende afscherming door bebouwing langs de N302 kan worden gerealiseerd om te kunnen waarborgen dat ter plaatse van de te bouwen woningen op De Eilanden (en van de bebouwing direct achter de 'eerstelijnsbebouwing') de toelaatbare geluidsbelastingen niet worden overschreden. In paragraaf 3.3 wordt nader ingegaan op het aspect geluid toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

20 2. 3 P r o g r a m m a In het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is voor het gehele plangebied van dat bestemmingsplan het volgende indicatieve programma aangegeven (toelichting paragraaf 6.12): Binnen het plangebied van dit uitwerkingsplan worden circa 700 woningen gerealiseerd; het exacte aantal is afhankelijk van de uiteindelijke bouwplannen. De jachthaven de Knar en de openbare parkeergarage zijn buiten het plangebied van dit uitwerkingsplan geprojecteerd. Het uitwerkingsplan maakt de realisering mogelijk van een 'evenredig' gedeelte van de overige in het bestemmingsplan toegelaten functies (leisure en/of detailhandelsfuncties). Binnen dit uitwerkingsplan worden geen parkeervoorzieningen voor bezoekers van het Dolfinarium of de binnenstad gerealiseerd. Het bestemmingsplan geeft geen normering aan voor te realiseren parkeergelegenheid ten behoeve van de woningen en andere functies. De gemeente Harderwijk hanteert hiervoor de parkeernormen die zijn opgenomen in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoersplan (GVVP); de desbetreffende normen zijn overwegend gebaseerd op de kencijfers die zijn opgenomen in het handboek ASVV van het CROW. De wegen en straten in het plangebied dienen te worden ingericht conform de in het GVVP opgenomen uitgangspunten toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

21 3 U i t v o e r i n g s a s p e c - t e n 3. 1 I n l e i d i n g In dit hoofdstuk wordt ingegaan op aanvullend onderzoek naar uitvoeringsaspecten dat voor dit uitwerkingsplan is verricht. In het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is al veel relevant onderzoeksmateriaal opgenomen. In aanvulling daarop wordt in dit hoofdstuk ingegaan op: - het Milieueffectrapport Waterfront Harderwijk; - aanvullend akoestisch onderzoek met betrekking tot wegverkeerslawaai en industrielawaai; - de invloed van de geprojecteerde bebouwing op de windvang van de molen De Hoop (de molenbiotoop); - overig noodzakelijk onderzoek H e t M i l i e u e f f e c t r a p p o r t W a t e r f r o n t H a r d e r w i j k In 2009 is een m.e.r.-procedure gestart voor het project Waterfront Harderwijk. Daar waren drie redenen voor: - de aanleg van één of meer recreatieve of toeristische voorzieningen in gevallen waarin de activiteit betrekking heeft op een voorziening die bezoekers of meer per jaar aantrekt. Dit leidt tot een projectm.e.r.-plicht; - de realisatie van meer dan 250 ligplaatsen in Waterfront-Zuid (exclusief jachthaven De Knar waarvoor al een m.e.r.-procedure doorlopen is). Dit leidt tot een m.e.r.-beoordelingsplicht; - voor Waterfront-Noord diende een passende beoordeling (als bedoeld in de Natuurbeschermingswet) te worden opgesteld; dit verplicht tevens tot het opstellen van een plan-m.e.r. Het Milieueffectrapport (MER) Waterfront Harderwijk was in februari 2010 gereed. Het is vanaf 18 februari 2010 in het stadhuis ter inzage gelegd. Belanghebbenden zijn in de gelegenheid gesteld op het MER te reageren. Het MER is, met de ingekomen reacties, in april 2010 toegezonden aan de Commissie voor de milieueffectrapportage en de wettelijke adviseurs toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

22 De Commissie voor de milieueffectrapportage heeft in mei 2010 een positief advies over het MER uitgebracht. Het MER is daarmee definitief. In het MER is geconcludeerd (deel A bladzijde 20/100) dat de effecten van het project Waterfront op veel milieuaspecten positief of neutraal zijn. Belangrijke oorzaken van deze constatering is dat het milieubelang altijd een belangrijke rol heeft gespeeld bij de in het verleden gemaakte keuzes (Masterplan, Structuurplan, bestemmingsplannen). Met name met betrekking tot het aspect geluid worden negatieve effecten geconstateerd. Het MER geeft aan dat en op welke wijze maatregelen getroffen kunnen worden om te komen tot haalbaar en uitvoerbaar plan, en welke aanvullende maatregelen daarnaast nog zullen worden overwogen. Op basis van de uitkomsten van het MER is een 'voorkeursalternatief' (VKA) voor het project Waterfront opgesteld. De ecologische effecten van het VKA zijn beoordeeld in de 'passende beoordeling', die als bijlage 5 bij het MER is gevoegd. Deze passende beoordeling, die is opgesteld met de beste ter beschikking staande kennis en informatie, wijst uit dat het project Waterfront Harderwijk, zowel afzonderlijk als in combinatie met andere projecten, ten opzichte van de instandhoudingsdoelstellingen van de Natura 2000-gebieden Veluwerandmeren en Veluwe geen significant negatieve gevolgen heeft en evenmin een aantasting oplevert van de natuurlijke kenmerken van deze gebieden. Deze conclusie is mede gebaseerd op het uitgangspunt dat als onderdeel van het project Waterfront Harderwijk in het Wolderwijd en in het Veluwemeer rustgebieden voor watervogels zullen worden aangelegd. In de passende beoordeling, paragraaf 4.2.6, is aangegeven dat toename van vaarbewegingen (mogelijke uitwaaiering van recreatief vaarverkeer) in de winterperiode vanuit de toekomstige woongebieden Eilanden en Stadswerven zou kunnen leiden tot negatieve effecten (verstoring van watervogels). Om deze mogelijk negatieve effecten te voorkomen zijn twee rustgebieden in het project Waterfront opgenomen waar in de winterperiode (tussen 1 september en 1 april) een toegangsbeperking geldt voor vaartuigen. Hiermee worden met zekerheid effecten van verstoring van watervogels door de desbetreffende vaarbewegingen voorkomen (paragraaf 4.2.7). De instelling van de rustgebieden kan in juridische zin via verschillende grondslagen tot stand worden gebracht: 1. door toepassing van artikel 20 Natuurbeschermingswet 1998; 2. door herziening van de ter plaatse vigerende bestemmingsplannen; 3. door het verbieden van het bevaren of betreden van de rustgebieden op grond van artikel 461 Wetboek van Strafrecht. Elk van deze grondslagen kan worden bekrachtigd en versterkt door het (doen) opnemen van de rustgebieden in de nog op te stellen beheerplannen voor de Natura 2000-gebieden van de Veluwerandmeren. De instelling en inrichting van de beoogde rustgebieden via één of meer van de genoemde grondslagen is gebonden aan afzonderlijke besluitvormingsprocedu toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

23 res die de nodige tijd zullen vergen. Het staat dan ook niet vast dat de rustgebieden juridisch en feitelijk gerealiseerd zullen zijn ten tijde van de vaststelling van dit uitwerkingsplan. Indien ten tijde van de gronduitgifte de rustgebieden juridisch en feitelijk niet of nog niet tot stand zijn gebracht en de gemeente niet of nog niet in een toekomstbestendig beheer heeft (doen) voorzien, dan zal in de uitgiftevoorwaarden van de gronden in het plangebied de voorwaarde worden opgenomen dat uitvaren op de randmeren gedurende de periode van 1 september tot 1 april is verboden. Deze voorwaarde vervalt zodra de rustgebieden juridisch en feitelijk tot stand zijn gebracht en de gemeente in een toekomstbestendig beheer heeft voorzien. De voorwaarde wordt in de openbare registers ingeschreven als kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 6:252 Burgerlijk Wetboek. Hierdoor worden ook toekomstige eigenaren van de desbetreffende gronden aan deze verplichtingen gebonden A k o e s t i s c h o n d e r z o e k In het MER is vastgesteld dat negatieve milieueffecten met name worden verwacht met betrekking tot het aspect geluid. Niet omdat het project Waterfront zelf geluidhinder veroorzaakt, maar omdat in het plangebied Waterfront Zuid Waterstad (waarin geluidgevoelige functies zijn geprojecteerd) een hoge geluidsbelasting ondervindt van verkeerslawaai en industrielawaai. Dit was ook al geconstateerd in het akoestisch onderzoek dat is verricht ten behoeve van het bestemmingsplan Waterfront Zuid Waterstad. In de toelichting van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad (paragraaf 6.4) is op dit aspect uitvoerig ingegaan. Het toenmalige onderzoek wees uit dat de eerstelijnsbebouwing (de bebouwingswand die het dichtst bij de geluidsbronnen is geprojecteerd) geluidsbelastingen als gevolg van wegverkeerslawaai en industrielawaai zal ondervinden die de zogenoemde voorkeursgrenswaarden aanmerkelijk overschrijden. Er is voor gekozen om deze eerstelijnsbebouwing zodanig uit te voeren dat deze een afschermende functie vervult, waarmee wordt voorkomen dat de daarachter gelegen bebouwing een te hoge geluidsbelasting ondervindt van wegverkeer en industrielawaai. Voorafgaand aan de vaststelling van het bestemmingsplan Waterfront Zuid Waterstad zijn hogere grenswaarden (ontheffingen) aangevraagd en vastgesteld voor in totaal 500 geprojecteerde woningen in de eerstelijnsbebouwing langs de N302, de Burgemeester de Meesterstraat, de Havendijk en de ontsluitingsweg naar de grote parkeergarage die centraal in het gebied Waterstad is geprojecteerd (in deelgebied 6, Kop van de Stadswerven). De onderstaande tabel (uit de toelichting van het bestemmingsplan Waterfront Zuid Waterstad) geeft aan voor welke plangedeelten voor welke aantallen woningen hogere grenswaarden zijn vastgesteld toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

24 Van de in totaal 500 woningen waarvoor hogere grenswaarden zijn vastgesteld worden er maximaal 170 gerealiseerd binnen het plangebied van dit uitwerkingsplan De Eilanden (de exacte aantallen zijn afhankelijk van de uiteindelijke bouwplannen). Het akoestisch onderzoek dat ten grondslag lag aan het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is al enkele jaren oud. Inmiddels is nieuwe informatie beschikbaar over de te verwachten verkeersintensiteit op de N302. Ook bestaat er nu meer inzicht in de te verwachten geluidbelasting van bedrijfsactiviteiten op het bedrijventerrein Lorentz. Op basis van deze actuele informatie is in 2010 door bureau Tauw een akoestisch onderzoek opgesteld dat inzicht geeft in te verwachten geluidsbelastingen vanwege wegverkeerslawaai en industrielawaai in het plangebied van dit uitwerkingsplan. Het desbetreffende onderzoeksrapport is als bijlage 1 bij deze toelichting gevoegd. In het rapport worden de volgende conclusies getrokken. M e t b e t r ekki n g to t g e z o n e er d e w eg en : Uit de berekeningsresultaten blijkt dat de geluidbelasting van de gezoneerde wegen bij de woningen op de Eilanden voldoet aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db uit de Wgh. Ook wordt op de tweedelijnsbebouwing bij de Bakens en de Watersportboulevard voldaan aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wgh met uitzondering van de doorgang in de Watersportboulevard waar de weg naar de parkeergarage loopt. Voor deze woningen langs de weg naar de parkeergarage is echter wel een hogere grenswaarde van 58 db vastgesteld maar alleen voor de geluidbelasting vanwege verkeer op de weg naar de parkeergarage. De geluidbelasting van de N302 overschrijdt de vastgestelde hogere grenswaarde niet. Bij een gedeelte van de eerstelijnsbebouwing van de Bakens en de Watersportboulevard is de geluidbelasting van de N302 maximaal 66 db (dit is 1 db hoger dan in het MER omdat de ligging van de waarneempunten door het uitwer toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

25 kingsplan is gewijzigd) en dus boven de maximaal toelaatbare geluidbelasting en de vastgestelde hogere grenswaarde van 63 db. Als geluidreducerende maatregelen niet mogelijk zijn, is woningbouw bij deze geluidbelasting alleen mogelijk bij toepassing van dove gevels. M e t b e t r ekki n g to t n i e t - g ezoneer d e wegen : Uit de berekeningsresultaten blijkt dat de geluidbelasting van 30 km/uur wegen in vergelijking met de voorkeursgrenswaarde uit de Wgh bij de woningen op de Eilanden beneden de voorkeursgrenswaarde uit de Wgh ligt. De geluidbelasting bij de woningen op de Watersportboulevard langs de hoofdontsluitingsweg van het plangebied (maximaal 57 db) en een deel van de ontsluitingsweg van de Bakens en Watersportboulevard (maximaal 53 db) ligt boven de voorkeursgrenswaarde uit de Wgh. Vanuit de Wgh is dit geen belemmering, maar bij deze woningen moet wel rekening gehouden worden met de geluidwering van de gevel zodat wordt voldaan aan de binnenniveau-eis van 33 db uit het Bouwbesluit. M e t b e t r ekki n g to t i n d u s t r i e la w a a i : Uit het akoestisch onderzoek blijkt bij dat bij zowel variant 1 als 2 op de Eilanden en de tweedelijnsbebouwing van de Bakens en de watersportboulevard wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 50 db(a). Op een deel van de eerstelijnsbebouwing van de Watersportboulevard vindt alleen in variant 2 (in deze variant wordt uitgegaan van afschermende bebouwing langs de N302 met een hoogte van 18 m) een overschrijding plaats van de hogere grenswaarde van 55 db(a). De overschrijding bedraagt 1 db(a) op de bovenste bouwlaag. In het MER was geen sprake van een overschrijding op deze locatie. De overschrijding wordt veroorzaakt doordat de bouwhoogte nu één bouwlaag hoger (18 m in plaats van 15 m) is dan de bouwhoogte uit het MER. Als geluidreducerende maatregelen geen oplossing bieden zijn woningen op deze bouwlaag alleen mogelijk bij toepassing van dove gevels. Bij de uitwerking van de bouwplannen zal nader worden bepaald voor welke woningen in de eerstelijnsbebouwing gekozen wordt voor het toepassen van dove gevels, en voor welke woningen gebruik gemaakt zal worden van de vastgestelde 'ontheffingen' (vastgestelde hogere grenswaarden). Daarbij mag het maximum aantal woningen met ontheffing niet worden overschreden. Bouwvergunningen voor woningen die deel uitmaken van de eerstelijnsbebouwing kunnen en zullen alleen worden verleend als wordt voldaan aan de voorwaarden die gelden op grond van de Wgh of op basis van vastgestelde hogere waarden. In de voorschriften van dit uitwerkingsplan is bepaald dat woningen die geen deel uitmaken van de eerstelijnsbebouwing pas als woning in gebruik kunnen worden genomen nadat afscherming door de eerstelijnsbebouwing is gerealiseerd waardoor ter plaatse wordt voldaan aan de voorwaarden die gelden op grond van de Wgh. Voordat de afschermende bebouwing (volledig) is gerealiseerd mag al wel met de bouw van deze achterliggende woningen worden begonnen toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

26 In het bovengenoemde onderzoek is er van uitgegaan dat de eerstelijnsbebouwing twee bouwlagen hoger zou moeten zijn om te voorzien in voldoende afscherming van industrielawaai. Het onderzoek wees uit dat met twee bouwlagen verschil in ieder geval sprake zou zijn van voldoende afscherming. Nadien rees de vraag of ook met lagere bebouwing volstaan zou kunnen worden. Er is daarom een aanvullend akoestisch onderzoek ingesteld, waarin werd uitgegaan van één bouwlaag verschil (bebouwing op de Eilanden maximaal drie bouwlagen; eerstelijnsbebouwing langs N302 vier bouwlagen). Deze 'Aanvullende berekening akoestisch onderzoek bestemmingsplan de Eilanden - variant 3' is bij deze toelichting gevoegd als bijlage 2. Ten opzichte van de varianten 1 en 2 uit het oorspronkelijke onderzoek is de bouwhoogte van de eerstelijnsbebouwing aan de N302 verlaagd naar 12 m (vier bouwlagen). De bouwhoogte op de Eilanden is 9 m (drie bouwlagen). Uit dit aanvullende akoestisch onderzoek blijkt dat in variant 3 bij de woningen op de Eilanden voldaan kan worden aan de voorkeursgrenswaarde voor wegverkeerslawaai en industrielawaai uit de Wgh. Ook kan in deze variant voldaan worden aan de vastgestelde geluidbelasting uit het Besluit hogere grenswaarden Waterfront Zuid Waterstad, met uitzondering de woningen langs de N302 (eerstelijnsbebouwing van de Bakens en de Watersportboulevard) met een geluidbelasting boven de 63 db als gevolg van wegverkeerslawaai. Daarbij wordt het volgende aangetekend: als geluidreducerende maatregelen niet mogelijk zijn is woningbouw boven een geluidbelasting van 63 db alleen mogelijk door het toepassen van dove gevels. Woningen met dove gevels tellen niet mee in het quotum voor de N302 of in het quotum voor industrieterrein Lorentz. Op grond van het bovenstaande is in de voorschriften van dit uitwerkingsplan bepaald dat de bebouwingshoogte op De Eilanden in beginsel niet meer mag bedragen dan drie bouwlagen (9 m). Voor de eerstelijnsbebouwing is een maximum bouwhoogte aangegeven van 18 m. In principe zou hier, om voldoende afscherming te kunnen realiseren, met een bouwhoogte van 12 m kunnen worden volstaan M o l e n b i o t o o p Aan de rand van het plangebied van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad staat de historische molen De Hoop. Op grond van de Gelderse Molenverordening moet rekening worden gehouden met de invloed van geprojecteerde bebouwing op de windvang van de molen. Ook in de voorschriften van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is een bepaling opgenomen die verband houdt met de bescherming van de molenbiotoop (artikel 4 lid 2 onder a sub 4). In de toelichting van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is op de bescherming van de molenbiotoop reeds uitvoerig ingegaan (in paragraaf 6.11) toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

27 In die paragraaf wordt verwezen naar het 'Rapport behorende bij planontwikkeling in de omgeving van: Molen De Hoop te Harderwijk, A. Hofsteenge, 22 januari 2008'. In dat rapport is voor het plangebied van Waterstad op hoofdlijnen de invloed van de huidige bebouwing op de molenbiotoop onderzocht in vergelijking met de beoogde bebouwingsmogelijkheden. Het gehele plangebied van Waterstad is bezien en niet uitsluitend (zoals in veel bestemmingsplannen gebruikelijk) van een gebied met een straal van 400 m rond de molen. De uitkomst van het onderzoek uit 2008 was de volgende: 'In de totale afweging valt door de uitvoering van de plannen een (lichte) verbetering van de windomstandigheden voor de molen waar te nemen. Dit wordt met name veroorzaakt door het op grotere afstand komen van de hogere bebouwing. Dit onder het voorbehoud dat dicht rond de molen de bouwhoogte beperkt blijft tot 9 m (de hoogte van de stelling van de molen). Aanbevolen wordt een gebied van circa 200 m rond de molen vrij te houden van hoger opgaande bebouwing dan de stellinghoogte.' Op basis van dit onderzoek is in het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad een regeling opgenomen die het volgende inhoudt: - de bouwhoogte voor de bebouwing van Waterstad is bepaald op 12 m; - in afwijking daarvan mag de bouwhoogte van bebouwing in de vorm van een toren, het Lichthuis en De Bakens, 45 m bedragen (deze torenbebouwing ligt ruim buiten de voor bestemmingsplannen gebruikelijke cirkel met een straal van 400 m rond de molen); - de algemene bouwhoogte mag verhoogd worden tot maximaal 18 m indien, alvorens een uitwerkingsplan wordt vastgesteld, is aangetoond dat de toestroom en afvoer van de wind tot molen De Hoop zodanig blijft dat de molen op een adequate wijze kan blijven functioneren (deze redactie is overgenomen uit de Gelderse Molenverordening). Het plangebied van dit Uitwerkingsplan De Eilanden ligt in z'n geheel op een afstand van meer dan 400 m van de molen. Voor het merendeel van het plangebied wordt (overeenkomstig het bestemmingsplan) een bouwhoogte van maximaal 12 m toegelaten. Voor de geprojecteerde hoogbouw in het plandeel De Bakens (dat binnen het plangebied van dit uitwerkingsplan is gelegen) is een hoogte van maximaal 45 m toegelaten. Wat dit betreft verschilt het uitwerkingsplan niet van het bebouwingsplan waarop het bovengenoemde rapport van de heer Hofsteenge betrekking heeft. Dit uitwerkingsplan staat echter, in afwijking van het bestemmingsplan, voor de bebouwing met een geluidsafschermende functie (de 'eerstelijnsbebouwing') nabij de N302 een bouwhoogte van maximaal 18 m toe. In beginsel staat het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad ter plaatse een bouwhoogte van maximaal 12 m toe; daarbij is echter bepaald dat een bouwhoogte van maximaal 18 m in een uitwerkingsplan kan worden toegestaan als is aangetoond dat toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

28 de toestroom en afvoer van de wind tot molen De Hoop zodanig blijft dat de molen op een adequate wijze kan blijven functioneren. Teneinde te bepalen wat de invloed is van de geprojecteerde bebouwing op de molenbiotoop, is advies ingewonnen bij de heer ir. E.J. Laméris (bureau Laméris-Huis advieurs te Vlist). De heer Laméris heeft een methode ontwikkeld om op een gestandaardiseerde wijze de invloed van bebouwing op een molenbiotoop te beoordelen. In opdracht van de gemeente Harderwijk heeft Laméris onderzoek ingesteld naar de invloed van hogere bebouwing buiten de gebruikelijke cirkel met een straal van 400 m rond de molen. Dit heeft geresulteerd in de rapportage ' Effect van bebouwing op grotere afstand op de molenbiotoop van de molen De Hoop in Harderwijk', die als bijlage 3 bij deze toelichting is opgenomen. In deze rapportage wordt geconcludeerd : Allereerst is het mogelijk effect van ontwikkelingen in het plangebied De Eilanden maar in 11,1% van de tijd van invloed, omdat dan wind uit deze windrichtingen komt. Daarnaast zal de theoretische invloed van obstakels in het plangebied op het windaanbod bij de molen nihil zijn. Daarbij zijn er in de praktijk nog allerlei omstandigheden te benoemen waardoor deze theoretische effecten van de obstakels nog verder gereduceerd zullen worden. Dit bij elkaar genomen zorgt er voor dat het effect van ontwikkelingen in het plangebied De Eilanden verwaarloosbaar zal zijn voor het functioneren van de molen. Mochten de obstakels in het plangebied De Eilanden al enige invloed hebben dan zal dit er zeker niet toe leiden dat de molen niet meer op adequate wijze kan functioneren. Voor het functioneren van de molen is het van meer belang dat de molenbiotoop op korte afstand van de molen zo min mogelijk wordt belemmerd. Met deze rapportage is aangetoond dat het Uitwerkingsplan geen aantasting oplevert van het adequaat functioneren van molen De Hoop. Een vergunning op basis van de Molenverordening, voorafgaand aan de vaststelling van het uitwerkingsplan, is niet vereist. In relatie tot de molenbiotoop bevat het moederplan 'Waterstad' de norm om in het uitwerkingsplan een grotere bouwhoogte dan 12 m toe te staan. Die norm sluit in materiële zin aan bij artikel 4a. lid 2 van de Uitvoeringsregeling bij de Molenverordening. De provincie heeft aan die normstelling haar goedkeuring gehecht. Zij heeft daarmee uitgesproken dat op voorhand redelijkerwijs is te verwachten dat een eventueel vereiste vergunning zal kunnen worden verleend. Dit betekent dat aan de vaststelling van het uitwerkingsplan geen verdergaande eisen worden gesteld dan het aantonen dat de toestroom en afvoer van de wind tot molen De Hoop zodanig blijft dat de molen op een adequate wijze kan blijven functioneren. Met het meergenoemde rapport van de heer Laméris is dat ruimschoots aangetoond. Dat rapport concludeert dat het uitwerkingsplan het normale gebruik van de molen niet belemmert of onmogelijk maakt (art. 3 Molenverordening), toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

29 laat staan dat het adequate functioneren daarvan in gevaar komt. Daardoor behoeft aan de relatieve toetsing van artikel 4.a. lid 2 van de uitvoeringsregeling niet te worden toegekomen. Op grond van deze rapportage kan worden geconcludeerd dat de hogere bebouwing in het plangebied van dit uitwerkingsplan geen belemmering zal vormen voor de windvang en het functioneren van de molen De Hoop. Deze rapportage is eveneens toegestuurd aan de Vereniging De Hollandsche Molen en deze vereniging onderschrijft de conclusies van de rapportage. De brief van de vereniging De Hollandsche Molen is opgenomen als bijlage bij deze toelichting. De provincie heeft in reactie op het ontwerpuitwerkingsplan bevestigd dat een vergunning in het kader van de Gelderse Molenverordening niet nodig is. De Molenverordening als zodanig speelt in juridische zin geen rol bij de vaststelling van het uitwerkingsplan. De verordening heeft geen betrekking op plannen, maar slechts op handelingen te weten het oprichten, of wijzigen van bouwwerken, dan wel het aanleggen van bomen, struiken of heesters die een nadelige invloed op de molenbiotoop kunnen hebben. Zie de verbodsbepaling van artikel 4 lid 3 van de Molenverordening O v e r i g n o o d z a k e l i j k o n d e r z o e k In de toelichting van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is uitvoerig ingegaan op de milieuaspecten bodem- en waterkwaliteit, geur, luchtkwaliteit en externe veiligheid. Ook op archeologie en op de Watertoets is in de toelichting van het bestemmingsplan al ingegaan. Er is geen aanleiding om in dit kader op deze onderwerpen nog nader in te gaan, te meer niet daar de Milieueffectrapportage heeft uitgewezen dat met betrekking tot deze onderwerpen geen problemen worden voorzien toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

30

31 4 J u r i d i s c h e p l a n o p z e t Dit plan is een nadere uitwerking van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad. Daarom zijn op dit uitwerkingsplan, voor zover relevant, ook de voorschriften van het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad van toepassing. B e s t e m m i n g In het uitwerkingsplan is de bestemming Gemengd opgenomen waarbij de functies in de voorschriften en op de plankaart nader zijn uitgewerkt. Het betreffen de volgende functies: a. wonen, waarbij een regeling voor aan huis verbonden is opgenomen; b. verkeers- verblijfsvoorzieningen; c. water; d. leisure, met de functies vermaak, horeca, watersportgebonden detailhandel en maatschappelijke voorzieningen. B e b o u w i n g s b e p a li n g e n In de voorschriften is bepaald dat gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'eerstelijnsbebouwing' uitgevoerd worden als eerstelijnsbebouwing. In het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad is nader verklaard wat onder eerstelijnsbebouwing wordt verstaan. De bouwhoogte van de eerstelijnsbebouwing bedraagt minimaal 12 m en maximaal 18 m, met dien verstande dat in het noord-westelijke deel van het plangebied een gebouw is toegestaan met een maximale bouwhoogte van 45 m. In artikel 2 lid 2.4 van het uitwerkingsplan is bepaald dat woningen gelegen buiten de gronden aangeduid als eerstelijnsbebouwing uitsluitend in gebruik mogen worden genomen als is voorzien in de eerstelijnsbebouwing. De bouwhoogte van deze gebouwen bedraagt maximaal 9 m. Door middel van een binnenplanse ontheffing wordt de mogelijkheid geboden voor een hogere bouwhoogte van maximaal 12 m. Voor ontheffingverlening zijn de voorwaarden opgenomen dat de bouwhoogte 12 m mag bedragen indien is aangetoond dat wordt voldaan aan het gestelde bij of krachtens de Wgh toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

32

33 U i t v o e r b a a r h e i d E c o n o m i s c h e u i t v o e r b a a r h e i d Voor het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad (waarvan dit uitwerkingsplan deel uitmaakt) is de financiële haalbaarheid getoetst. Daarbij zijn twee fasen te onderscheiden, Fase 2b en Fase 3, onderverdeeld naar zeven deelgebieden. Per saldo leveren deze deelgebieden een neutraal resultaat op. Het bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad kan echter niet los worden gezien van het Waterfront als geheel. Op 22 december 2006 is na een niet-openbare Europese aanbestedingsprocedure een samenwerkingsovereenkomst gesloten met een consortium. Dit consortium realiseert voor haar rekening en risico Fase 2a en 2b. Fase 2a behoort niet tot bestemmingsplan Waterfront-Zuid Waterstad, Fase 2b wel. De gemeentelijke inzet voor Fase 2a en Fase 2b beperkt zich tot de planontwikkeling, de verwerving, het tot stand brengen van het benodigde planologische kader vanuit haar publieke functie, de inbreng van gelden (waaronder het aanbestedingsresultaat van Fase 2a en 2b) en verkrijging van subsidies. Voor Fase 2a en Fase 2b tezamen resteerde een tekort van ,--. Hiervoor is een provinciale bijdrage gevraagd. Inmiddels is hiervan ,-- formeel toegezegd. Met de provincie Gelderland zijn verregaande afspraken over het beschikbaar stellen van de resterende ,-- in de vorm van GSO III gelden. Bij het Rijk is een beroep gedaan op de inzet van FES-gelden, ter dekking van de buitensporige saneringskosten van asbest in met name Fase 3. Ook hiervoor zijn de afspraken in een dusdanig vergevorderd stadium, dat uitgegaan mag worden van een bijdrage van het rijk van ,-- (als onderdeel van een verzoek van ,-- voor meerdere projecten tezamen). Daarmee resteert een tekort van ,-- voor Fase 3 en een reeds in bestemmingsplan Waterfront-Noord eerder geformuleerd tekort van eveneens ,--. Tegelijk met het raadsbesluit van 21 december 2006 inzake gunning van Fase 2a en Fase 2b aan het consortium, is van gemeentewege een dekkingsbesluit genomen voor de resterende 2x ,--. Daarmee is voor het gehele Waterfront een sluitende exploitatie verkregen toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september

34 5. 2 M a a t s c h a p p e l i j k e u i t v o e r b a a r h e i d Het ontwerp van dit uitwerkingsplan heeft in het kader van de vaststellingsprocedure vanaf 1 juli 2010 gedurende zes weken ter inzage gelegen. De terinzagelegging is tevoren op de gebruikelijke wijze bekendgemaakt. Gedurende de periode van terinzagelegging is eenieder in de gelegenheid gesteld zijn/haar zienswijze naar voren te brengen. In totaal zijn drie zienswijzen ontvangen. Dit heeft echter niet geleid tot een gewijzigde vaststelling van het ontwerpuitwerkingsplan. Wel zijn enkele kleine wijzigingen aangebracht in deze toelichting behorend bij het uitwerkingsplan. In bijlage 4 is het document commentaar op de zienswijzen ontwerpuitwerkingsplan De Eilanden opgenomen. Hierin is een samenvatting van de zienswijzen opgenomen en de beantwoording van deze zienswijzen toe - Uitwerkingsplan De Eilanden - 8 september 2010

35 B i j l a g e n

36

37 Bijlage 1: Akoestisch onderzoek

38

39 Bijlage 2: Akoestisch onderzoek aanvullende berekening

40

41 Tauw bv Handelskade 11 Postbus AC Deventer T (0570) F (0570) E info.deventer@tauw.nl Postbus 133, 7400 AC Deventer Gemeente Harderwijk t.a.v. de heer R. van Drunen Postbus AC Harderwijk Contactpersoon ir. Harald Dickhof Doorkiesnummer (0570) harald.dickhof@tauw.nl Datum 19 mei 2010 Ons kenmerk L HDI-kmn-V02-NL Uw kenmerk Onderwerp Aanvullende berekening akoestisch onderzoek bestemmingsplan de Eilanden - variant 3 Geachte heer Van Drunen, beste Reinout, Inleiding In opdracht van de gemeente Harderwijk zijn voor het bestemmingsplan De Eilanden berekeningen voor variant 3 uitgevoerd. Deze berekeningen zijn een aanvulling op het akoestisch onderzoek met kenmerk N HDI-pws-V02-NL van 26 maart Uitgangspunten aanvullende berekeningen De aanvullende berekeningen zijn uitgevoerd voor wegverkeerslawaai van de N302 en industrielawaai van Lorentz. In figuur I is variant 3 weergegeven. Ten opzichte van de varianten 1 en 2 is de bouwhoogte van de eerstelijnsbebouwing aan de N302 verlaagd naar 12 meter (4 bouwlagen). De bouwhoogte op de Eilanden is 9 meter (3 bouwlagen). Tauw bv is gevestigd in Amsterdam, Assen, Deventer, Eindhoven, Rotterdam en Utrecht en is onderdeel van de Tauw groep, met vestigingen in België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Nederland en Spanje. KvK Lid NLingenieurs

42 Datum 19 mei 2010 Ons kenmerk L HDI-kmn-V02-NL Pagina 2 van 7 Figuur I Variant 3, bouwhoogte eerstelijnsbebouwing De Bakens en Watersportboulevard 12 meter en bouwhoogte De Eilanden 9 meter Voor de overige uitgangspunten in dit onderzoek wordt verwezen naar het akoestisch onderzoek van het bestemmingsplan De Eilanden van 26 maart Toetsingskader De geluidbelasting van de N302 en industrieterrein Lorentz op de bouwblokken in variant 3 is getoetst aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db inclusief aftrek ex artikel 110g Wet geluidhinder (Wgh) voor wegverkeerslawaai en 50 db(a) voor industrielawaai en de maximaal toelaatbare grenswaarde uit de Wgh of de hogere grenswaarden uit het Besluit hogere grenswaarden Waterfront Zuid Waterstad. De hogere grenswaarden gelden op de eerstelijnsbebouwing van Waterfront ten opzichte van de N302 en industrieterrein Lorentz en bedragen 63 db inclusief aftrek ex artikel 110g Wgh voor wegverkeerslawaai en 55 db(a) voor industrielawaai. Er is niet getoetst aan het quotum voor de woningen met een hogere grenswaarde uit het bovengenoemde besluit omdat de stedenbouwkundige invulling op woningniveau op dit moment nog niet bekend is.

43 Datum 19 mei 2010 Ons kenmerk L HDI-kmn-V02-NL Pagina 3 van 7 Resultaten In tabel I zijn de resultaten voor de geluidbelasting van de N302 en industrieterrein Lorentz opgenomen. In de tabel zijn alleen de waarneempunten opgenomen met een geluidbelasting boven de voorkeursgrenswaarde van 48 db voor wegverkeerslawaai en 50 db(a) voor industrielawaai. Op de overige waarneempunten wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde. Een geluidbelasting boven de voorkeursgrenswaarde maar beneden de maximaal toelaatbare grenswaarde of hogere waarde van 63 db voor wegverkeerslawaai en 55 db(a) voor industrielawaai is oranje gemarkeerd. Een geluidbelasting boven de maximaal toelaatbare grenswaarde of hogere waarde is rood gemarkeerd. Uit de berekeningen blijkt dat bij de woningen op de Eilanden en bij de appartementen van het Lichthuis voldaan wordt aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wgh. Bij meerdere woningen langs de N302 op de eerstelijnsbebouwing van de Bakens en de Watersportboulevard ligt de geluidbelasting boven de 63 db als gevolg van wegverkeerslawaai van de N302 en kan niet voldaan worden aan de vastgestelde hogere grenswaarden uit het Besluit hogere grenswaarden Waterfront Zuid Waterstad. Als geluidreducerende maatregelen niet mogelijk zijn is woningbouw boven deze geluidbelasting alleen mogelijk door het toepassen van dove gevels. Woningen met dove gevels tellen niet mee in het quotum voor de N302 of in het quotum voor industrieterrein Lorentz. Verder mogen de woningen tussen de doorgang in de Watersportboulevard (de weg naar de parkeergarage, waarneempunten 011 en 022) met een geluidbelasting boven de voorkeursgrenswaarde als gevolg van de N302 toegerekend worden aan het quotum voor de weg naar de parkeergarage omdat de geluidbelasting van de N302 ruimschoots lager is dan de vastgestelde geluidbelasting voor de weg naar de parkeergarage in het besluit. Tabel I Geluidbelasting N302 en industrieterrein Lorentz in variant 3 Naam Omschrijving Hoogte Geluidbelasting N302* L den (db) Geluidbelasting Lorentz L Ar,lt (db(a)) 008_D Bakens 12m 1e lijns 10,5 66,0 51,1 008_C Bakens 12m 1e lijns 7,5 65,9 51,2 007_D Bakens 12m 1e lijns 10,5 65,4 50,3 008_B Bakens 12m 1e lijns 4,5 65,4 51,3 007_C Bakens 12m 1e lijns 7,5 65,3 50,3 007_B Bakens 12m 1e lijns 4,5 65,0 50,5 002_B Bakens 45 m 7,5 64,3 49,5 002_C Bakens 45 m 16,5 64,3 49,3

44 Datum 19 mei 2010 Ons kenmerk L HDI-kmn-V02-NL Pagina 4 van 7 Naam Omschrijving Hoogte Geluidbelasting N302* L den (db) Geluidbelasting Lorentz L Ar,lt (db(a)) 008_A Bakens 12m 1e lijns 1,5 64,3 51,5 002_D Bakens 45 m 25,5 63,9 49,3 007_A Bakens 12m 1e lijns 1,5 63,8 50,6 014_C Watersportboulevard 7,5 63,7 54,9 12m 1e lijns 014_D Watersportboulevard 10,5 63,7 55,1 12m 1e lijns 001_C Bakens 45 m 16,5 63,5 47,4 002_E Bakens 45 m 34,5 63,5 49,7 013_D Watersportboulevard 10,5 63,5 53,8 12m 1e lijns 014_B Watersportboulevard 4,5 63,4 54,8 12m 1e lijns 001_B Bakens 45 m 7,5 63,3 47,6 001_D Bakens 45 m 25,5 63,2 47,3 002_F Bakens 45 m 43,5 63,0 50,3 013_C Watersportboulevard 7,5 63,0 53,7 12m 1e lijns 001_E Bakens 45 m 34,5 62,8 47,6 009_D Bakens 12m 1e lijns 10,5 62,7 51,7 014_A Watersportboulevard 1,5 62,7 53,0 12m 1e lijns 001_F Bakens 45 m 43,5 62,4 48,1 013_B Watersportboulevard 4,5 62,4 53,8 12m 1e lijns 009_C Bakens 12m 1e lijns 7,5 62,3 51,7 009_B Bakens 12m 1e lijns 4,5 61,4 51,9 013_A Watersportboulevard 1,5 61,2 54,0 12m 1e lijns 009_A Bakens 12m 1e lijns 1,5 60,4 52,0 002_A Bakens 45 m 1,5 59,9 49,7 010_D Watersportboulevard 10,5 59,7 51,8 12m 1e lijns 015_D Watersportboulevard 12m 1e lijns 10,5 59,1 53,5

45 Datum 19 mei 2010 Ons kenmerk L HDI-kmn-V02-NL Pagina 5 van 7 Naam Omschrijving Hoogte Geluidbelasting N302* L den (db) Geluidbelasting Lorentz L Ar,lt (db(a)) 015_C Watersportboulevard 7,5 59,0 53,2 12m 1e lijns 010_C Watersportboulevard 7,5 58,8 51,9 12m 1e lijns 012_D Watersportboulevard 10,5 58,8 51,2 12m 1e lijns 015_B Watersportboulevard 4,5 58,5 53,2 12m 1e lijns 010_B Watersportboulevard 4,5 58,0 52,0 12m 1e lijns 005_D Bakens 45 m 43,5 57,9 49,6 012_C Watersportboulevard 7,5 57,9 52,3 12m 1e lijns 010_A Watersportboulevard 1,5 57,8 52,1 12m 1e lijns 005_C Bakens 45 m 34,5 57,6 49,1 015_A Watersportboulevard 1,5 57,5 49,7 12m 1e lijns 012_A Watersportboulevard 1,5 57,4 52,6 12m 1e lijns 012_B Watersportboulevard 4,5 57,3 52,5 12m 1e lijns 006_D Bakens 45 m 43,5 57,0 49,7 004_D Bakens 45 m 43,5 56,7 46,0 006_C Bakens 45 m 34,5 56,6 49,2 001_A Bakens 45 m 1,5 56,5 47,8 004_C Bakens 45 m 34,5 56,5 45,5 016_D Watersportboulevard 10,5 56,3 52,8 12m 1e lijns 016_C Watersportboulevard 7,5 55,9 52,7 12m 1e lijns 016_B Watersportboulevard 4,5 55,1 52,7 12m 1e lijns 003_E Bakens 45 m 34,5 54,9-99,9 003_F Bakens 45 m 43,5 54,8-99,9 004_B Bakens 45 m 25,5 54,6 45,3 005_B Bakens 45 m 25,5 54,5 48,7

46 Datum 19 mei 2010 Ons kenmerk L HDI-kmn-V02-NL Pagina 6 van 7 Naam Omschrijving Hoogte Geluidbelasting N302* L den (db) Geluidbelasting Lorentz L Ar,lt (db(a)) 011_D** Watersportboulevard 10,5 54,0 47,7 12m 1e lijns 016_A Watersportboulevard 1,5 54,0 50,1 12m 1e lijns 003_D Bakens 45 m 25,5 53,9-99,9 011_A** Watersportboulevard 1,5 53,5 46,9 12m 1e lijns 011_C** Watersportboulevard 7,5 53,2 46,9 12m 1e lijns 022_D** Watersportboulevard 10,5 53,0 42,8 12m 1e lijns 011_B** Watersportboulevard 4,5 52,8 46,9 12m 1e lijns 022_A** Watersportboulevard 1,5 52,6 41,9 12m 1e lijns 022_C** Watersportboulevard 7,5 52,2 41,6 12m 1e lijns 022_B** Watersportboulevard 4,5 51,9 41,7 12m 1e lijns 006_B Bakens 45 m 25,5 51,4 48,9 003_C Bakens 45 m 16,5 51,1-99,9 004_A Bakens 45 m 16,5 51,1 45,0 005_A Bakens 45 m 16,5 50,1 48,8 * inclusief aftrek ex artikel 110g Wgh ** woningen tussen de doorgang in de Watersportboulevard Conclusie Uit het akoestisch onderzoek blijkt dat in variant 3 van het uitwerkingsplan bij de woningen op de Eilanden en bij de appartementen van het Lichthuis voldaan kan worden aan de voorkeursgrenswaarde voor wegverkeerslawaai en industrielawaai uit de Wgh. Ook kan in deze variant voldaan worden aan de vastgestelde geluidbelasting uit het Besluit hogere grenswaarden Waterfront Zuid Waterstad met uitzondering de woningen langs de N302 (eerstelijnsbebouwing van de Bakens en de Watersportboulevard) met een geluidbelasting boven de 63 db als gevolg van wegverkeerslawaai. Als geluidreducerende maatregelen niet mogelijk zijn is woningbouw boven deze geluidbelasting alleen mogelijk door het toepassen van dove gevels. Woningen met dove gevels tellen niet mee in het quotum voor de N302 of in het quotum voor industrieterrein Lorentz.

47 Datum 19 mei 2010 Ons kenmerk L HDI-kmn-V02-NL Pagina 7 van 7 Er is niet getoetst aan het quotum voor de woningen met een hogere grenswaarde uit het bovengenoemde besluit omdat de stedenbouwkundige invulling op woningniveau op dit moment nog niet bekend is. Wij verwachten u hiermee van dienst te zijn. Met vriendelijke groet, ir. Harald Dickhof, adviseur geluid en trillingen

48

49 Bijlage 3: Molenbiotoop

50

51 Laméris-Huis Adviseurs West-Vlisterdijk AG Vlist W: Ir. Evert-Jan Laméris M: E: lameris@hotmail.com MEMO Onderwerp: Effect van bebouwing op grotere afstand op de molenbiotoop van molen De Hoop in Harderwijk Deze memo geeft een nadere toelichting op de te verwachten invloed van obstakels uit het plangebied De Eilanden op molen De Hoop. Dit plangebied en mogelijke toekomstige obstakels liggen op meer dan 400 meter afstand van de molen. Het bepalen van effecten van veranderingen in de molenbiotoop, waaronder nieuwe bebouwing, is geen exacte wetenschap. Analyses en methoden om effecten van veranderingen op de molenbiotoop te bepalen zijn versimpelde weergaves of benaderingen van de werkelijkheid. In de volgende paragrafen wordt ingegaan op een aantal verklaringen waardoor redelijkerwijs kan worden gesteld dat de effecten van nieuwe hoge bebouwing op grote afstand van de molen (zeg meer dan 400 meter) van geen of zeer geringe invloed zullen zijn op het windaanbod bij de molen. Kernvragen daarbij zijn: 1) Hoe vaak treedt het effect van windbelemmering op? 2) Wat is het effect van aanwezige obstakels? In het kader van dit onderzoek is het aardig te wijzen op het zogenaamde bufferfly effect. Het vlindereffect is een term om een aantal chaotische fenomenen te omschrijven. De naam is gebaseerd op een metafoor die in 1961 werd gebruikt door wiskundige en meteoroloog Edward Lorenz om aan te geven dat de vleugels van een vlinder in Brazilië maanden later een tornado in Texas zouden kunnen veroorzaken. De les hieruit is dat kleine veranderingen onvermoede gevolgen kunnen hebben. De molenbiotoop en de biotoopformule In de Gelderse molenverordening wordt gebruik gemaakt van de biotoopformule zoals door de Hollandsche Molen is ontwikkeld en aanbevolen om windhinder rond molens te beoordelen. De molenbiotoopformule is ooit bepaald om de maximaal toelaatbare obstakelhoogte in de nabijheid van de molen (tot circa 400 à 500 meter) te bepalen. Deze biotoopformule is echter ook toe te passen op grotere afstanden van de molen. Wat de waarde is van het toepassen van de biotoopformule op grotere afstanden van de molen is onduidelijk. Bij het opstellen van de biotoopformule zijn geen uitspraken gedaan over het toepassingsgebied van de formule. De illustraties in 1/8

52 het onderzoeksrapport lopen over het algemeen door tot maximaal 500 meter van de molen. Een andere gebruikte benadering die ook gebruikt wordt is de 1:30 regel in bebouwd gebied (en de 1:100 regel in het landelijk gebied). Iedere dertig meter vanaf de molen mag 1 meter hoger gebouwd worden, waarbij de eerste 100 meter vrij gehouden moet worden ten opzichte van het niveau van de onderste punt van de verticale wiek. De laatste jaren is 400 meter de gangbare afstand gebleken waartoe de molenbiotoop beperkt blijft. Veel molenbeschermingszones in bestemmingsplannen gaan uit van deze 400 meter. Ook de Hollandsche Molen hanteert de 400 meter grens als uiterste begrenzing van de molenbiotoop. Situatieschets De Eilanden Op meer dan 400 meter van molen De Hoop ligt het plangebied De Eilanden met daarin plannen voor nieuwbouw van woonbebouwing. Figuur 1 geeft een overzicht van het plangebied. De reguliere bouwhoogtes van de deelgebieden variëren van 12 tot 18 meter. In het plan staan ook drie hogere torens gepland binnen de deelgebieden L, O en R. In onderstaande tabel zijn de bouwhoogtes uitgezet tegen toelaatbare hoogtes volgens de biotoopformule uit de Gelderse Molenverordening en de 1:30 regel. Hiervoor is uitgegaan van de kleinste afstand van een deelgebied tot de molen. Voor de biotoopformule is een n waarde van 50 gebruikt (gesloten gebied) (dit houdt in dat voor de berekeningen een '1:50-regel' is gehanteerd). deelgebied maaiveld (m) bouwhoogte (m) totale bouwhoogte (m t.o.v. NAP) kleinste afstand (m) toelaatbare hoogte biotoopformule (m) overschrijding biotoopnorm (m) toelaatbare hoogte 1:30 (m t.o.v. NAP) overschrijding 1:30 (m) F 1, , ,06 2,44 26,43-9,93 K 1, , ,06 3,44 24,77-8,27 L 1, , ,66 19,84 30,77 5,73 N 1, , ,46 0,04 25,43-11,93 O 1, , ,46 26,04 37,10 9,40 P 1, , ,86-1,36 32,77-16,27 Q 1, , ,46 1,04 33,77-14,27 R 1, , ,46 25,04 38,77 7,73 Grofweg kan geconcludeerd worden dat de gewenste bouwhoogtes is het plangebied De Eilanden redelijk in de pas lopen met de maximale bouwhoogtes die met de biotoopformule (of de 1:30 regel) te bepalen zijn, uitgezonderd de hoge bebouwingen (torens) in de deelgebieden L, O en R (rood gearceerd). In de volgende paragrafen zal nader worden ingegaan op het mogelijke effect van deze hoge bebouwing op molen De Hoop. Laméris-Huis Adviseurs 2/8

53 Figuur 1 Laméris-Huis Adviseurs 3/8