Geschiedenis Caprolactam (1952) en ACN (1969) op het Chemelot Industrial Park

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Geschiedenis Caprolactam (1952) en ACN (1969) op het Chemelot Industrial Park"

Transcriptie

1 Geschiedenis Caprolactam (1952) en ACN (1969) op het Chemelot Industrial Park Historisch overzicht ontwikkelingen op Chemelot terrein Sittard-Geleen In tien jaar tijd is de Chemelot locatie veranderd van het DSM-terrein, waar elke grasspriet eigendom van DSM was, in het huidige Chemelot waar meerdere bedrijven wereldleiders zijn in hun markten in de sectoren Materials Sciences en Life Sciences. Gedurende de jaren 50 en 60 investeerde het DSM-management zwaar in onderzoek. DSM moest bijblijven, anders zou de concurrentie een te grote voorsprong krijgen. Dit sloot aan bij de trend in de chemische- en elektronische industrie. De onderzoeksactiviteiten werden tot ongekende schaal uitgebreid, waarbij de nadruk lag op wetenschappelijk en fundamenteel onderzoek. DSM zocht daarbij een balans tussen onafhankelijk onderzoek en de beperkingen die de context van een onderneming met zich meebrengen. De voorbeelden voor DSM waren DuPont, BASF en ICI, toen de koplopers in de chemie. Het onderzoek richtte zich concreet op drie belangrijke onderwerpen, namelijk ureum (een kunstmest), caprolactam (een grondstof voor nylon, polyamide) en het aminozuur lysine. Bovendien begon DSM met de productie van polyetheen, EPDM synthetisch rubber en melamine. Daarbij bleef DSM nog lang afhankelijk van kolen als grondstof, want de omschakeling naar aardgas en olie bleek lastig te zijn. In de jaren zestig werd het cokesovengas als grondstof voor ammoniak vervangen door aardgas, dat in het Groningse Slochteren rijkelijk voorhanden bleek na de vondst, op 22 juli 1959, in het bietenveld van boer Boon. Het DSM-management besloot om zich te richten op de ontwikkeling van een grondstof voor synthetische vezels. De keuze viel op caprolactam, een grondstof voor polyamide (PA), een voor DSM nieuw product voor een nieuwe aantrekkelijke markt. Er zijn verschillende soorten polyamiden en in 1938 was DuPont begonnen met de productie van een polyamide onder de merknaam Nylon, die inmiddels tot soortnaam is verworden, IG Farben volgde korte tijd later. Het Centraal Laboratorium baseerde caprolactam op het Duitse proces de kennis daarover kwam na de Tweede Wereldoorlog voor DSM beschikbaar via de IG Farben-patenten in het kader van herstelbetalingen, maar moest zelf nog de nodige problemen oplossen. Het proces begon met fenol, dat vrijkwam uit cokesovengas. De keuze voor caprolactam werd dus ingegeven door de beschikbaarheid van de grondstof, al was de hoeveelheid onvoldoende. Fenol werd daarom (ook) elders geproduceerd. ACN fabriek op het Chemelot Industrial Park 2013 Voor het caprolactamproces werd een cycloon ontwikkeld, vergelijkbaar met een cycloon die eind jaren 30 was ontwikkeld voor het scheiden van steenkool en stenen. Kennis uit de mijnbouw kwam zo van pas in de chemie. Ook werd gebruik gemaakt van kennis over katalysatoren die in de kunstmestfabricage was opgedaan en kennis over organische chemie die met het alcoholproces was verworven.

2 Caprolactamfabriek op het Chemelot Industrial Park 2013 Opstart caprolactamfabriek in 1952 De caprolactamfabriek werd in 1952 opgestart. Daarna werd intensief gewerkt aan verbetering van het productieproces, waarbij met name in de jaren 70 veel aandacht werd besteed aan de reductie van het bijproduct ammoniumsulfaat. Bij de productie van caprolactam kwamen namelijk grote hoeveelheden ammoniumsulfaat vrij, die steeds lastiger konden worden verkocht. Het onderzoek resulteerde in het HPO-proces (hydroxylamine phosfaat oxime). De hoeveelheid ammoniumsulfaat kon drastisch worden gereduceerd. Het onderzoek was al in 1965 begonnen, maar het duurde tot 1977 voordat DSM de HPOfabriek opstartte. Die tijd was nodig om problemen op te lossen met het chemisch proces, katalysatoren, reactoren en de opschaling. De caprolactam fabriek in Sittard-Geleen 1974 Ureum en caprolactam zijn voorbeelden van technology push en het betreden van snelgroeiende markten. Het onderzoek naar caprolactam had vooral betrekking op het vinden van de beste routes naar eindproducten en/of tussenproducten. De afzet van caprolactam verliep vrijwel geheel via het Nederlandse bedrijf AKU (Algemene Kunstzijde Unie) waarmee DSM een wederzijds exclusieve afnameovereenkomst had afgesloten. In de jaren 70 waren de mijnen inmiddels gesloten. Zaken als stijgende arbeidskosten, veiligheid en milieuverontreiniging speelden een steeds grotere rol. De winstgevendheid stond onder druk. Op onderzoek, met name fundamenteel onderzoek, werd fors bezuinigd mede ingegeven door het debacle met lysine, maar ook volgens de trend in de chemische industrie. Het DSM-management koos ervoor om op het fundament van de chemische activiteiten uit de jaren 50 en 60 de grote sprong voorwaarts te maken. In dat kader zette DSM in op vraag gestuurde diversificatie via het verwerven van technologie of bedrijven. Marktontwikkelingen werden voortaan betrokken in de afweging om een fabriek te bouwen. DSM begon met de productie van acrylonitril (grondstof voor de acrylvezels, 1969) en de kunststoffen PVC (polyvinylchloride, 1972), PP (polypropeen, 1977) en ABS (acrylonitril-butadieen-styreen, 1974). De fabrieken werden gebouwd op basis van aangekochte technologie, die door DSM werd verbeterd. De afzet van kunststoffen groeide sterk en daarom werden in de jaren 70 twee nieuwe krakers gebouwd (naftakraker 3 en 4). In 1976 werd het Centraal Laboratorium omgedoopt in CRO (Concerndienst Research en Octrooien) en in 1985 tot DSM Research.

3 Bouw van de ACN fabriek in Sittard-Geleen 1968 In 1989 was DSM niet langer een staatsbedrijf, maar werd het een beursgenoteerde onderneming in 1996 verkocht de Staat haar laatste aandelen DSM. Het DSM-terrein in Sittard-Geleen was een geïntegreerd chemisch complex, wat mogelijkheden bood om de benodigde utilities stroom, stoom, gassen gezamenlijk te produceren, terwijl reststromen tussen fabrieken werden uitgewisseld. Dit geldt tot op heden, maar tot 1996 werden de utilities door DSM zelf geproduceerd. In dat jaar werden deze activiteiten overgedragen van DSM Utilities op EdeA, een dochteronderneming van de regionale elektriciteitsmaatschappij (indertijd PLEM, tegenwoordig Essent). Binnen tien jaar werden ook andere diensten overgedragen. Bijvoorbeeld onderhoud aan Stork en GTI (nu Cofely), het interne spoorwegvervoer aan DB Schenker, het laboratorium Polychemlab (vooral monsteranalyse ten behoeve van kwaliteitscontrole) aan het Britse bedrijf Intertek, de op- en overslag (vooral van meststoffen) in de haven Stein aan Wessem Port Services en de centrale afvalverwerking (CBA) aan Van Gansewinkel. De bedrijfsbrandweer (opgericht in 1925), de beveiliging, de algemene infrastructuur (wegen, spoorwegen, kolommenbanen, rioleringen) en afvalwaterzuivering werden voortgezet door Sitech Services (sinds 2009). In 1996 gingen DSM en ExxonMobil onder de naam DEXPlastomers een joint venture aan, waarbij ExxonMobil de technologie leverde en DSM een HDPE-fabriek. Dit bedrijf produceert sinds 1997 LLDPE (lineair lagedichtheidpolyethyleen, oftewel plastomeren), wat het midden houdt tussen polyolefinen (PE/PP) en synthetische rubbers en dat onder meer in verpakkingen wordt toegepast. DEXPlastomers werd in 2012 verkocht aan Borealis. DSM Research zocht in de jaren 90 steeds vaker samenwerking met universiteiten in binnen- en buitenland. In 1997 werd door de industrie en universiteiten het Dutch Polymer Institute te Eindhoven opgericht voor pre-competitief onderzoek naar polymeren. Hiermee werd het onderzoek door DSM verbreed naar fundamenteel onderzoek, bijvoorbeeld naar een nieuwe generatie katalysatoren voor polyolefinen. Ook ging DSM steeds meer onderzoek verrichten in samenwerking met andere bedrijven open innovatie. De basis daarvoor was kennis over katalysetechnologie, procestechnologie en producttechnologie. In 1998 formuleerde het DSM-management een nieuwe strategie, waarbij de focus kwam te liggen op materials & life science-producten, oftewel een verschuiving richting minder cyclische activiteiten. De (bulk)producten die in Geleen werden geproduceerd werden geclusterd in Polymers & Industrial Chemicals en voorzien van het strategische motto actively maintain (actief handhaven). In 1999 werd de ABS-fabriek in Geleen verkocht aan BASF, die de productie enkele jaren later beëindigde. Vision 2005 Eind 2000 lanceerde DSM een nieuwe strategie met grote gevolgen voor het DSM-terrein in Geleen: Vision De weg werd ingeslagen van bulkchemie en polymeren naar specialty products in performance materials, health en nutrition en tegelijkertijd naar een verdere internationalisering van de onderneming. Het meest ingrijpende aspect aan deze koerswijziging was de verkoop van de petrochemie, dat ruwweg de helft van DSM s activiteiten in Geleen omvatte. In 2002 werd deze activiteit aan de Saudi-Arabische onderneming SABIC verkocht: op 1 juli van dat jaar werden de activiteiten overgedragen.

4 Daarmee ontstond een nieuwe situatie: twee grote spelers op één industrieterrein, DSM en SABIC. DSM verwierf de middelen om zijn ambities in de Life Sciences en Materials Sciences te realiseren en daardoor minder gevoelig te worden voor cyclische schommelingen in omzet en winstgevendheid. SABIC steeg in één klap van de 22e naar de 11e plaats op de wereldranglijst van petrochemische industrieën. Introductie Chemelot De naam Chemelot heeft connaties met chemie, lot (plaats) en uiteraard Camelot, het mythische kasteel van koning Arthur. Nu zowel DSM als SABIC op de locatie gevestigd waren, werd de naam Chemelot sinds 2002 gebruikt. Chemelot omvat het Industrial Park en de Brightlands Chemelot Campus. Het jaar 2005 kan gelden als het échte startpunt voor Chemelot. Na de overname van de petrochemie door SABIC werden de stafafdelingen van de resterende DSM-onderdelen tijdens operatie Copernicus ingrijpend gereorganiseerd ( ). In datzelfde jaar sloot DSM een convenant met de gemeente Sittard-Geleen, de Provincie Limburg en de vakbonden. Het convenant zette in op ontwikkeling van het voormalige DSM-terrein tot een open industrieterrein voor chemische productie, onderzoek en ontwikkeling. Er werden doelen gesteld voor het aantrekken van nieuwe bedrijven en het scheppen van nieuwe werkgelegenheid in de periode 2005 tot en met Vandaar: 2005 als startpunt voor Chemelot. Brightlands Chemelot Campus De strategie van DSM had invloed op DSM Research in Geleen. De onderzoeksactiviteiten werden gedecentraliseerd naar de business. De meer algemene activiteiten, waaronder analyse, werden verdeeld over afdelingen die voortaan onder eigen namen, zoals DSM Resolve, naar buiten traden. De naam DSM Research verdween, de onderzoekslocatie werd voortaan als Chemelot Campus aangeduid. Dit werd de plaats waar DSM, SABIC en steeds vaker ook andere bedrijven hun (nieuwe) activiteiten op het gebied van onderzoek en ontwikkeling vestigden en uitvoerden tot op heden. Naar een open chemiepark DSM investeerde in acquisitie en vastgoed. De gemeente Sittard-Geleen investeerde in infrastructuur, onder andere in een vernieuwde toegang (Gate 2) tot de Chemelot Campus, de Gate to Innovation, geopend in En in de Prof. Van Krevelenstraat die in datzelfde jaar een openbaar toegankelijk deel van het Chemelot-terrein van 27 ha ontsloot. Mammoet bouwde er in 2012 een nieuw bedrijfspand. In samenwerking met Industriebank LIOF richtte DSM speciaal voor de ontwikkeling van Chemelot het kapitaalfonds Limburg Ventures op. In 2009 kon worden vastgesteld dat de doelstellingen in het convenant ruimschoots waren gerealiseerd. De meest opmerkelijke acquisitie was het Japanse chemieconcern Sekisui dat op Chemelot een nieuwe fabriek bouwde voor polyvinyl butyral hars, een grondstof voor folies voor veiligheidsglas (bv. autoruiten). Deze fabriek ging in 2006 in productie en in 2010 werd de capaciteit verdubbeld. Sitech Services In 2007 besloot DSM om een groot deel van de resterende bulkactiviteiten te verkopen, activiteiten met een zwaartepunt op Chemelot. De focus van DSM kwam zo nog nadrukkelijker te liggen op voedings- en gezondheidsproducten en hoogwaardige materialen. Voordat deze verkoop z n beslag kreeg werden de ondersteunende diensten (DSM Manufacturing Center DMC) ondergebracht in een nieuwe entiteit: Sitech Services (2009). De aandeelhouders van Sitech zijn de ondernemingen die eigenaar waren of zouden worden van de fabrieken die DSM op het Industrial Park overhield na de verkoop in 2002 van de petrochemie aan SABIC. Enerzijds ondersteunt Sitech deze fabrieken met uiteenlopende diensten, zoals het onderhoud. Anderzijds verleent Sitech diensten aan de locatie als geheel, met name de bedrijfsbrandweer, de beveiliging en de algemene infrastructuur

5 (wegen, spoorwegen, kolommenbanen, rioleringen) en afvalwaterzuivering. Met de vorming van Sitech Services werd voorkomen dat de expertise teveel zou versnipperen en te duur zou worden. Naast het partnerschap met CVC Capital Partners voor caprolactam, acrylonitril en composite resins, bedrijft DSM de Stanyl en StanylForTii fabrieken op Chemelot Industrial Park en bedrijft SABIC voor DSM Dyneema de UHMW-PE fabriek.

Als er niets meer valt te winnen

Als er niets meer valt te winnen Als er niets meer valt te winnen Onderzoek naar de gevolgen van het afbouwen en beëindigen van de aardgaswinning voor de ruimtelijk economische structuur van Noord-Nederland Lisa van der Molen s1888315

Nadere informatie

Scherp aan de wind! Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid. Handvat voor een Europese strategie voor Nederlandse (top)sectoren.

Scherp aan de wind! Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid. Handvat voor een Europese strategie voor Nederlandse (top)sectoren. Scherp aan de wind! Handvat voor een Europese strategie voor Nederlandse (top)sectoren advies 77 Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid De Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid

Nadere informatie

Chemie maakt toekomst mogelijk Koers voor de chemie bij NWO 2011-2015

Chemie maakt toekomst mogelijk Koers voor de chemie bij NWO 2011-2015 Chemie maakt toekomst mogelijk Koers voor de chemie bij NWO 2011-2015 September 2011, Den Haag Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Inhoud Samenvatting 5 Inleiding 9 Waar staan we? Chemie

Nadere informatie

Biomaterialen, drijfveer voor de biobased economy. Strategie voor een groene samenleving

Biomaterialen, drijfveer voor de biobased economy. Strategie voor een groene samenleving Biomaterialen, drijfveer voor de biobased economy Strategie voor een groene samenleving Wetenschappelijke en Technologische Commissie voor de biobased economy Biomaterialen, drijfveer voor de biobased

Nadere informatie

samen wat kan, individueel wat moet Samen bouwen aan een netwerk van landelijke voorzieningen

samen wat kan, individueel wat moet Samen bouwen aan een netwerk van landelijke voorzieningen samen wat kan, individueel wat moet Samen bouwen aan een netwerk van landelijke voorzieningen Samenvatting en conclusies van het onderzoek naar een landelijke infrastructuur voor duurzame toegang tot digitale

Nadere informatie

DE EERSTE WERELDOORLOG : ENKELE ECONOMISCHE ASPECTEN

DE EERSTE WERELDOORLOG : ENKELE ECONOMISCHE ASPECTEN blz 1 DE EERSTE WERELDOORLOG : ENKELE ECONOMISCHE ASPECTEN I. INLEIDING Oorlog en economie zijn nauw met elkaar verbonden. Wanneer de Eerste Wereldoorlog ter sprake komt, wordt het thema oorlog in vele

Nadere informatie

Verzakelijking van bedrijventerreinen heeft toekomst

Verzakelijking van bedrijventerreinen heeft toekomst Verzakelijking van bedrijventerreinen heeft toekomst Lessen uit zes Rijkspilots Cees-Jan Pen Veerle Petit Hanneke van Rooijen Bart Pasmans Den Haag, augustus 2013 Uitgave Platform31 Den Haag, augustus

Nadere informatie

Het uit en aanbestedingsbeleid van decentrale overheden in Noord Brabant en Zeeland

Het uit en aanbestedingsbeleid van decentrale overheden in Noord Brabant en Zeeland Het uit en aanbestedingsbeleid van decentrale overheden in Noord Brabant en Zeeland Op zoek naar een balans tussen rechtmatig aanbesteden en doelmatig uitbesteden Onderzoek uitgevoerd in opdracht van:

Nadere informatie

Tussen wetenschap en ondernemerschap

Tussen wetenschap en ondernemerschap Tussen wetenschap en ondernemerschap Publieke managementletter over de sector Life Sciences Oktober 2014 De leden van de NBA vormen een brede, pluriforme beroepsgroep van ruim 20.000 professionals werkzaam

Nadere informatie

ARBEIDSMARKTMONITOR METALEKTRO 2014

ARBEIDSMARKTMONITOR METALEKTRO 2014 ARBEIDSMARKTMONITOR METALEKTRO 2014 ROA-R-2015/2 Ruud Gerards Andries de Grip Marloes de Hoon Annemarie Künn-Nelen Davey Poulissen De Arbeidsmarktmonitor wordt mede mogelijk gemaakt door een bijdrage vanuit

Nadere informatie

brandveilig leven Een nieuw bedrijfsmodel van verbeteren naar fundamentele vernieuwing RBOH

brandveilig leven Een nieuw bedrijfsmodel van verbeteren naar fundamentele vernieuwing RBOH RBOH Een nieuw bedrijfsmodel voor de brandweer: van verbeteren naar fundamentele vernieuwing door dr. ir. R. Weewer Inleiding De brandweer gaat de komende jaren de brandveiligheid vergroten door fundamenteel

Nadere informatie

Werken met krimp. Dimphy Smeets. Publicatie nr. 5 van het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging

Werken met krimp. Dimphy Smeets. Publicatie nr. 5 van het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging Werken met krimp Dimphy Smeets Publicatie nr. 5 van het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging Amsterdam De Burcht / Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging November 2014 Wetenschappelijk Bureau

Nadere informatie

ondernemen in de circulaire economie nieuwe verdienmodellen voor bedrijven en ondernemers

ondernemen in de circulaire economie nieuwe verdienmodellen voor bedrijven en ondernemers 1 2 3 1B4 1C4 1M4 1Y4 70% 70% CMY B C M Y 70% CMY B C M Y CM 1/17/14 2:21 PM 2 3 4 0% CMY B C M Y 70% CMY B C M Y CM CY CMY B C M Y 70% CM ormat 74 2004 Heidelberger Druckmaschinen AG r paskruizen.indd

Nadere informatie

Visie DSM in Nederland 2020 Bright Connecting. DSM verankerd in Nederland, sterk in de wereld

Visie DSM in Nederland 2020 Bright Connecting. DSM verankerd in Nederland, sterk in de wereld Visie DSM in Nederland 2020 Bright Connecting DSM verankerd in Nederland, sterk in de wereld DSM weet zich als multinationale onderneming geworteld in Nederland. De vleugels zijn tegenwoordig meer dan

Nadere informatie

Graven om vooruit te komen

Graven om vooruit te komen Graven om vooruit te komen Een blik op de toekomst in historisch perspectief LSNed Leidingenstraat Nederland GRAVEN OM VOORUIT TE KOMEN EEN BLIK OP DE TOEKOMST IN HISTORISCH PERSPECTIEF WOORD VOORAF Veertig

Nadere informatie

MKB NAAR EEN STERKER MKB

MKB NAAR EEN STERKER MKB MKB 2025 NAAR EEN STERKER MKB Colofon Auteur Katinka Jongkind ING Economisch Bureau katinka.jongkind@ing.nl Redactieraad Liesbeth Berns ING Marketing Zakelijk liesbeth.berns@ing.nl Marcel Peek ING Economisch

Nadere informatie

Sterk vanuit eigen kracht. Nota Economie Heerlen

Sterk vanuit eigen kracht. Nota Economie Heerlen Sterk vanuit eigen kracht Nota Economie Heerlen Sterk vanuit eigen kracht Nota Economie Heerlen Heerlen, maart 2012 Gemeente Heerlen Afdeling Stadsplanning Bureau Economie 2 Inhoud 1. Inleiding.. 5 2.

Nadere informatie

Stabulletin. De bouw wordt. Jack Liemburg: Tailormade is de toekomst JAARGANG 29 NUMMER 02 SEPTEMBER 2014

Stabulletin. De bouw wordt. Jack Liemburg: Tailormade is de toekomst JAARGANG 29 NUMMER 02 SEPTEMBER 2014 Stabulletin JAARGANG 29 NUMMER 02 SEPTEMBER 2014 Jack Liemburg: Tailormade is de toekomst Monika Chao-Duivis, directeur van het Instituut voor Bouwrecht: De bouw wordt steeds meer een kennisindustrie VOORWOORD

Nadere informatie

Gezinnen met Geringe Sociale Redzaamheid. casuïstiek Groningen

Gezinnen met Geringe Sociale Redzaamheid. casuïstiek Groningen Gezinnen met Geringe Sociale Redzaamheid casuïstiek Groningen Utrecht, april 2015 Binnen Samenwerkend Toezicht Jeugd werken vijf rijksinspecties samen, te weten: Inspectie voor de Gezondheidszorg Inspectie

Nadere informatie

We schrijven 2040. De samenleving heeft behoefte aan continuïteit van het maatschappelijk en economisch leven. De brandweer draagt met het

We schrijven 2040. De samenleving heeft behoefte aan continuïteit van het maatschappelijk en economisch leven. De brandweer draagt met het We schrijven 2040. De samenleving heeft behoefte aan continuïteit van het maatschappelijk en economisch leven. De brandweer draagt met het continuïteitsconcept bij aan een brandveilig leven. Het oneindigheidsteken

Nadere informatie

Werken aan de robotsamenleving Rinie van Est & Linda Kool (red.) RA THENAU INSTITUUT

Werken aan de robotsamenleving Rinie van Est & Linda Kool (red.) RA THENAU INSTITUUT Werken aan de robotsamenleving Visies en inzichten uit de wetenschap over de relatie technologie en werkgelegenheid Rinie van Est & Linda Kool (red.) Het Rathenau Instituut stimuleert de publieke en politieke

Nadere informatie

Van voornemens naar voorsprong: Kennis moet circuleren

Van voornemens naar voorsprong: Kennis moet circuleren Nederland Ondernemend Innovatieland Innovatieplatform Van voornemens naar voorsprong: Kennis moet circuleren 1 Van voornemens naar voorsprong: Kennis moet circuleren 2 3 Voorwoord Van voornemens naar

Nadere informatie

Bouwstenen voor een nieuw businessmodel

Bouwstenen voor een nieuw businessmodel Bouwstenen voor een nieuw businessmodel 1 Bouwstenen voor een nieuw businessmodel kpmg.nl Inhoud bouwstenen 1 2 3 4 5 Voorwoord Op weg naar professioneel partnership Anders kijken naar financiering Werkkapitaal

Nadere informatie

The Next Step: Coalition of the Willing

The Next Step: Coalition of the Willing The Next Step: Coalition of the Willing Door samenwerking, kennisdeling en alliantievorming naar innovatief ondernemerschap in de Regio Zwolle Hoofdlijn van de strategie en governance voor het regionale

Nadere informatie

de fusie van belangen over duurzaamheid en rendement in de bouwsector prof.dr.ir. anke van hal

de fusie van belangen over duurzaamheid en rendement in de bouwsector prof.dr.ir. anke van hal de fusie van belangen over duurzaamheid en rendement in de bouwsector prof.dr.ir. anke van hal DE FUSIE VAN BELANGEN Over duurzaamheid en rendement in de bouwsector REDE In verkorte vorm uitgesproken bij

Nadere informatie

Kunstbalie over het belang van een goed netwerk door Jacolien de Nooij

Kunstbalie over het belang van een goed netwerk door Jacolien de Nooij Kunstbalie over het belang van een goed netwerk door Jacolien de Nooij Afgelopen jaar hebben we diverse pioniers op het gebied van Foto s Ad en Clara Cultuur in de Spiegel geïnterviewd om een beeld te

Nadere informatie

Werken op dezelfde golflengte

Werken op dezelfde golflengte Onderwijsprofessionals kiezen steeds vaker voor onderzoek om beter inzicht te krijgen in hun onderwijspraktijk. Vaak blijven de onderzoeksresultaten echter nog beperkt tot de school in kwestie. De ontwikkel-

Nadere informatie

WERK IS DE BESTE ZORG. Participatie voor de meest kwetsbaren in de participatiewet

WERK IS DE BESTE ZORG. Participatie voor de meest kwetsbaren in de participatiewet WERK IS DE BESTE ZORG Participatie voor de meest kwetsbaren in de participatiewet 2 3 Naar verwachting worden over zes maanden worden de Participatiewet, Wmo 2015 en de Jeugdwet van kracht. Gemeenten en

Nadere informatie

Vooruit met procesinnovatie

Vooruit met procesinnovatie Vooruit met procesinnovatie Michiel de Nooij Joost Poort Onderzoek in opdracht van Stichting Industriebeleid & Communicatie (SIC) Amsterdam, juni 2005 SEO-rapport nr. 814 ISBN 90-6733- 295-X Copyright

Nadere informatie

Duurzaam Inkopen bij provincies en gemeenten

Duurzaam Inkopen bij provincies en gemeenten Quick scan Duurzaam Inkopen bij provincies en gemeenten januari 2015 auteur: ir. H.W. Remmers In Samenwerking met: Voorwoord 3 Samenvatting en conclusies 5 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Waarom deze evaluatie?

Nadere informatie