Het Bestuur van de Stichting Opruiming Restanten Landbouwbestrijdingsmiddelen (hierna te noemen: "STORL"), te s-gravenhage,

Transcriptie

1 REGLEMENT OP HET GEBRUIK VAN DE COLLECTIEVE MERKEN: STORL VERPAKKING STORL VERPAKKING BEDRIJFSAFVAL STORL VERPAKKING KLEIN GEVAARLIJK AFVAL Het Bestuur van de Stichting Opruiming Restanten Landbouwbestrijdingsmiddelen (hierna te noemen: "STORL"), te s-gravenhage, Overwegende dat een aantal houders van toelatingen voor middelen die krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden zijn toegelaten (hierna: toelatinghouders), tezamen met de toenmalige Nederlandse Federatie van Distribuanten van Bestrijdingsmiddelen en het toenmalige Landbouwschap met de Nederlandse overheid op 23 december 1988 het Convenant resten en gebruikte verpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen (hierna: Convenant) zijn overeengekomen; dat toelatinghouders zich op grond van het Convenant onder meer hebben verplicht tot betaling van de kosten die KCA-depots maken voor de inname en vernietiging van in het Convenant omschreven resten en gebruikte verpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen; dat toelatinghouders de Stichting Opruiming Restanten Landbouwbestrijdingsmiddelen (STORL) hebben aangewezen als instantie waaraan gemeenten deze kosten in rekening kunnen brengen. De STORL zal deze kosten via een verdeelsleutel over toelatinghouders omslaan; dat toelatinghouders de verpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen die onder de werkingssfeer van het Convenant vallen wensen te onderscheiden van verpakkingen van andere producten en van andere gewasbeschermingsmiddelen in het bijzonder; dat in verband daarmee artikel 8b in het Convenant is opgenomen; dat toentertijd is besloten ten behoeve van deze onderscheiding het merk "STORL Verpakking" te introduceren en dat toelatinghouders daarmee hebben ingestemd; dat de rechtsopvolgers van de Nederlandse Federatie van Distribuanten van Bestrijdingsmiddelen (zijnde Agrodis), alsmede van het Landbouwschap (zijnde LTO Nederland en het Productschap Akkerbouw, het Productschap Tuinbouw en het Productschap Zuivel) de betreffende verantwoordelijkheden voortvloeiende uit het Convenant inmiddels hebben overgenomen in aanmerking nemende dat de STORL bij het Benelux Merkenbureau heeft ingeschreven het depot van het collectieve merk STORL Verpakking (zie bijlage) en voornemens is bij het Benelux Merkenbureau in te schrijven de depots "STORL Verpakking Bedrijfsafval (zie bijlage), alsmede STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval (zie bijlage)

2 heeft het navolgende Reglement op het gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, "STORL Verpakking Bedrijfsafval en STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval, als bedoeld in artikel 21 van de Benelux Merkenwet, vastgesteld. Artikel 1 1. Het bestuur van de STORL is bevoegd het recht tot gebruik van een of meerdere van de collectieve merken STORL Verpakking, "STORL Verpakking Bedrijfsafval en STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval voor gewasbeschermingsmiddelen met inachtneming van de bepalingen van dit reglement toe te kennen aan toelatinghouders die het Convenant hebben ondertekend (hierna: toelatinghouders). 2. Verder is het Bestuur van de STORL bevoegd het recht tot gebruik van een of meerdere van de collectieve merken STORL Verpakking, "STORL Verpakking Bedrijfsafval en STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval toe te kennen aan de Nederlandse Stichting voor Fytofarmacie, Nefyto; Agrodis; LTO Nederland; het Productschap Akkerbouw; het Productschap Tuinbouw en het Productschap Zuivel uitsluitend ten behoeve van de gezamenlijke activiteiten, in het kader van de voorlichting omtrent het Convenant. 3. De toelatinghouders die bevoegd zijn (verklaard) tot het gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval zijn gerechtigd deze collectieve merken uitsluitend aan te brengen op de verpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen (als omschreven in artikel 2), alsmede op reclame-uitingen over de betreffende gewasbeschermingsmiddelen (als omschreven in artikel 2). 4. Toelatinghouders of de organisaties genoemd in lid 2 zijn niet bevoegd het recht tot gebruik van het collectieve merk aan derden over te dragen of aan een derde hierop een licentie te verlenen. Artikel 2 1. Het gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking Bedrijfsafval of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval is aan toelatinghouders uitsluitend toegestaan op etiketten van verpakkingen van door toelatinghouders op de markt gebrachte gewasbeschermingsmiddelen, op de zogenaamde overdoos waarin gewasbeschermingsmiddelen worden verpakt, alsmede in reclame-uitingen over de specifieke gewasbeschermingsmiddelen, waarbij het merk in de reclame-uiting gelijk dient te zijn met het merk op het etiket. 2. Als gewasbeschermingsmiddelen worden beschouwd krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden toegelaten professioneel te gebruiken of gebruikte gewasbeschermingsmiddelen die door de toelatinghouders op de markt worden gebracht, alsmede deze gewasbeschermingsmiddelen waarvan de toelating niet meer geldig is. 3. Het is toelatinghouders of de organisaties genoemd in artikel 1 niet toegestaan de aanduidingen STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval op andere wijze te gebruiken dan in dit Reglement is bepaald. 2

3 Artikel 3 1. Het bestuur van de STORL is krachtens dit Reglement aangewezen als toezichthoudend orgaan op gebruik van de merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval. 2. Indien blijkt dat toelatinghouders of de organisaties genoemd in artikel 1 de collectieve merk STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval op andere wijze gebruiken dan in dit Reglement is bepaald, is het bestuur van de STORL gerechtigd, een of meer van de volgende maatregelen te nemen, resp. de volgende sancties op te leggen aan de in overtreding zijnde toelatinghouder resp. organisatie: a. waarschuwing, gepaard met een aanwijzing, welke interne maatregelen door de toelatinghouder resp. organisatie moet worden genomen om in de toekomst aan de in artikel 2 lid 1 gestelde vereisten te kunnen voldoen; b. oplegging van een boete met een maximum van 2500,- voor iedere overtreding. Artikel 4 1. Alvorens over te gaan tot oplegging van een van de in artikel 3 genoemde maatregelen of sancties is het bestuur van de STORL verplicht de betrokken toelatinghouder resp. organisatie genoemd in artikel 1 in de gelegenheid te stellen kennis te nemen van de beweerde overtreding en zich daartegen te verweren. 2. Het bestuur zorgt er daarbij voor dat voldoende waarborgen in acht worden genomen voor de toepassing van het beginsel van hoor en wederhoor en voor motivering van de beslissing. Artikel 5 1. Alle toelatinghouders resp. iedere organisatie genoemd in artikel 1 die gerechtigd zijn resp. is tot gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval zijn resp. is verplicht iedere inbreuk van de collectieve merken die hun ter kennis komt mede te delen aan het bestuur van de STORL. 2. De toelatinghouder resp. organisatie genoemd in artikel 1 die gerechtigd zijn tot gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval is desgevraagd bevoegd tezamen met de STORL, een vordering in te stellen tegen ieder, die zonder daartoe gerechtigd te zijn, gebruik maakt van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval of van een overeenstemmend teken, dan wel in een zodanig geding tussen de STORL en de inbreukmaker zich te voegen of tussen te komen. 3. Indien toelatinghouders resp. de organisaties als bedoeld in artikel 1 die gerechtigd zijn tot gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval geen gebruik maken van hun in lid 2 omschreven bevoegdheid, is de STORL die alleen tegen de inbreukmaker optreedt, verplicht het bijzonder belang van de toelatinghouders te laten gelden en in zijn eis tot schadevergoeding de bijzondere schade die een of meer van hen hebben geleden, op te nemen. 3

4 4 Artikel 6 1. Iedere toelatinghouder resp. iedere organisatie als bedoeld in artikel 1 die gerechtigd is tot gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval is bevoegd bij het bestuur van de STORL voorstellen in te dienen tot wijziging van dit Reglement. 2. Tot wijziging van het Reglement kan worden besloten door het bestuur van de STORL, met inachtneming van de vereisten, gesteld in de statuten, voor het nemen van rechtsgeldige besluiten. Artikel 7 1. Het recht op het gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval eindigt, onverminderd het bepaalde in de Benelux Merkenwet en in artikel 8 van dit reglement door: a. de beëindiging van het Convenant of de opzegging van de deelname daaraan door een individuele toelatinghouder. b. indien een toelatinghouder resp. organisatie als bedoeld in artikel 1 ook na sommatie in gebreke blijft binnen veertien dagen de in artikel 1 lid 3 bedoelde vergoeding aan de Stichting te voldoen. 2. De toelatinghouder die gerechtigd is tot gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval, wiens recht ingevolge het in het eerste lid bepaalde eindigt, heeft geen recht op vergoeding van de schade, die hij lijdt doordat hij het in artikel 1 lid 2 bedoelde materiaal, voorzien van het collectieve merk, niet meer mag gebruiken. Artikel 8 1. De toelatinghouders resp. organisaties genoemd in artikel 1 die gerechtigd zijn tot gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval zijn niet meer aan dit Reglement gebonden, zodra het collectieve merk is vervallen, nietig verklaard of doorgehaald. 2. In afwijking van het bepaalde in het vorige lid blijven de toelatinghouders resp. organisaties genoemd in artikel 1 die gerechtigd zijn tot gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en/of STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval onderworpen aan de maatregelen en sancties als bedoeld in artikel terzake van overtredingen die hebben plaatsgevonden ten tijde, dat het collectieve merk of de collectieve merken nog ingeschreven was resp. waren.

5 Mei

6 Bijlage bij het Reglement op het gebruik van de collectieve merken STORL Verpakking, STORL Verpakking Bedrijfsafval en STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval 6 STORL Verpakking STORL Verpakking Bedrijfsafval STORL Verpakking Klein Gevaarlijk Afval