Stagehand. Beroepscompetentieprofiel

Transcriptie

1 Stagehand Beroepscompetentieprofiel

2 Inhoudsopgave Wat is een beroepscompetentieprofiel?... 3 Wat is de functie van een beroepscompetentieprofiel?... 3 Waarom een format beroepscompetentieprofiel?... 3 Indeling... 3 Colofon... 4 Brondocumenten Algemene informatie over het beroep Mogelijke functiebenamingen Beschrijving van het beroep Loopbaanperspectief Overzicht van kerntaken en werkprocessen in het beroep Beschrijving van de kerntaken Kerntaak 1 Ondersteunt bij het voorbereiden van de podiumproductie Kerntaak 2 Ondersteunt bij het opbouwen van het podium Kerntaak 3 Organiseert zijn werk Competenties Portretten Stagehand Portret 1: Stagehand bij een evenementenbureau Portret 2: Stagehand bij een muziekfestival Portret 3: Stagehand als oproepkracht bij een theater Er bestaat in het Nederlands een dilemma als het gaat over het gebruik van woorden die als mannelijk en vrouwelijk geïnterpreteerd kunnen worden. We zouden consequent kunnen werken met 'hij/zij' en 'zijn/haar', maar dat geeft een gedwongenheid die wij stilistisch niet verantwoord vinden. De personen die in dit stuk de handelingen verrichten of beschreven worden, kunnen in onze optiek net zo goed mannen zijn als vrouwen BCP Stagehand definitief 2

3 Wat is een beroepscompetentieprofiel? Voor u ligt een beroepscompetentieprofiel (BCP). Dit is een beschrijving van het beroep van een vakvolwassen beroepsbeoefenaar met drie tot vijf jaar ervaring. Het BCP beschrijft de werkzaamheden en competenties die nodig zijn om een bepaald beroep uit te oefenen. Drie begrippen staan centraal in het beroepscompetentieprofiel: kerntaken, opgesplitst in een aantal werkprocessen en de competenties die noodzakelijk zijn bij de uitvoering van de werkzaamheden. De inhoud van een beroepscompetentieprofiel moet herkenbaar zijn voor het bedrijfsleven. Daarom worden deze profielen opgesteld in opdracht van of in samenwerking met het georganiseerde bedrijfsleven. Het georganiseerde bedrijfsleven geeft het document een formele status door het te legitimeren. Wat is de functie van een beroepscompetentieprofiel? Een beroepscompetentieprofiel kan verschillende functies vervullen. Binnen een branche kan het een hulpmiddel zijn bij functiewaardering, het kan ook gebruikt worden voor verdere professionalisering van werknemers, voor de ontwikkeling van competentie-instrumenten en als voorlichtingsmateriaal. Daarnaast kan een beroepscompetentieprofiel dienen als input voor opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs. Het bedrijfsleven is immers afnemer van mbo-gediplomeerden, en is daarom in hoge mate richtinggevend voor de eisen die gesteld moeten worden aan deze gediplomeerden. De eisen hebben zowel betrekking op de aard en inhoud van de werkzaamheden als op de mate van bekwaamheid waarmee iemand handelt: zijn competenties. In het schema is deze laatste functie van het beroepscompetentieprofiel weergegeven: Bedrijfsleven Kenniscentra in samenwerking met onderwijs en bedrijfsleven Onderwijs Beroepscompetentieprofielen > Opleidingseisen in kwalificatiedossier > Concrete opleidingen en examens Conform de ketengedachte is het bedrijfsleven verantwoordelijk voor het ontwikkelen en onderhouden van beroepscompetentieprofielen. Kenniscentra ontwikkelen en onderhouden op basis van deze beroepscompetentieprofielen de opleidingseisen in de vorm van kwalificatiedossiers. Dit gebeurt in samenwerking met vertegenwoordigers van sociale partners en onderwijs. Het onderwijs ontwikkelt op basis van de kwalificatiedossiers concrete opleidingen en examens. Waarom een format beroepscompetentieprofiel? Uitgaande van het feit dat dit beroepscompetentieprofiel de basis vormt voor het eventueel ontwikkelen of aanpassen van een kwalificatiedossier, is het van belang dat het beroepscompetentieprofiel voldoet aan een aantal minimumeisen. Bij de ontwikkeling van kwalificatiedossiers is het verder van belang dat beroepen onderling vergeleken kunnen worden. Een bepaalde mate van uniformiteit is hierbij gewenst. Daarom is een format beroepscompetentieprofiel ontwikkeld. Indeling De informatie over het beroep is verdeeld over vier hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk bevat algemene informatie over het beroep, loopbaanontwikkelingen en trends en innovaties. Het tweede hoofdstuk geeft een overzicht van de hoofdtaken en werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar (kerntaken en werkprocessen). Een uitwerking van deze werkzaamheden en de daarbij behorende competenties komt in hoofdstuk 3 aan bod. In het vierde hoofdstuk worden de essentiële competenties vermeld, inclusief een toelichting. In hoofdstuk 5 worden de portretten beschreven; een weergave van diverse functies waarin de beroepsbeoefenaar werkzaam kan zijn BCP Stagehand definitief 3

4 Colofon Ontwikkeld door GOC In opdracht van Bestuur GOC Verantwoording Inhoudelijk gelegitimeerd door: werkveldoverleg OSAT (Platform Onderwijs Arbeidsmarkt in de Theaterbranche) waarin zijn vertegenwoordigd Vereniging van Schouwburgen en Concertgebouwdirecties (VSCD), Vereniging voor Podiumtechnologie (VPT), Nederlandse Associatie voor Podiumkunsten (NAPK), Vereniging van Evenementenmakers (VVEM) en de Koepel Opera. Op: 1 december 2010 te Amsterdam Vastgesteld door: Bestuur GOC Op: 29 maart Te: Veenendaal Brondocumenten Verslagen van bezoeken aan de volgende bedrijven: Verhuurbedrijf CyberDance in Maarssen Verhuurbedrijf Flashlight in Utrecht Facilitair bedrijf Hulskamp in Utrecht Stadsschouwburg Utrecht in Utrecht Theater de Kikker in Utrecht Theater de Lampegiet in Veenendaal Facilitair bedrijf voor theatertechniek Evelements in Noordwijkerhout Onderzoeken: Toekomstvisie Media Waardeweb, TNO Markmonitor 2008, GOC, BCP Stagehand definitief 4

5 1 Algemene informatie over het beroep In dit hoofdstuk wordt het beroep nader omschreven. 1.1 Mogelijke functiebenamingen Stagehands, zalenzetters, crew. 1.2 Beschrijving van het beroep Werkomgeving De stagehand is werkzaam voor muziekpodia, evenementenbureaus, verhuurbedrijven en op festivals. In het geval van muziekpodia verricht de stagehand alle werkzaamheden op de locatie van het muziekpodium. In overige gevallen is hij werkzaam op de thuisbasis van het betreffende evenementenbureau of verhuurbedrijf (verzamelen en inladen) en op locatie (uitladen, opbouwen en weer afbreken). De stagehand heeft te maken met technici of de productieleider, van wie hij instructies ontvangt, en met de andere stagehands en de performers. De stagehand heeft in de uitvoering van zijn werkzaamheden te maken met eisen uit bijvoorbeeld de Arbowetgeving (Arbopodium) en het Bouwbesluit. Typerende beroepshouding De stagehand moet zich volledig ten dienste van anderen (technici, artiesten) opstellen. Bij het uitvoeren van zijn werkzaamheden moet hij altijd klaar staan om anderen te helpen en instructies direct op te volgen. De stagehand moet passie hebben voor het vak en beschikken over doorzettingsvermogen omdat hij lange, intensieve en onregelmatige werkdagen heeft en fysiek zwaar werk verricht. Ook moet hij flexibel zijn: hij moet zich kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden en met druk en tegenslag kunnen omgaan. Het komt regelmatig voor dat gemaakte afspraken tussentijds wijzigen of dat zaken opnieuw moeten worden gebouwd. De stagehand moet hier tegen kunnen. De stagehand moet goed kunnen communiceren. Er vindt regelmatig afstemming plaats met de technici over de uit te voeren werkzaamheden. Bij problemen vraagt de stagehand ondersteuning van zijn leidinggevende. Tijdens het plaatsen, ophangen en aansluiten van de apparatuur en decorstukken heeft de veiligheid van BCP Stagehand definitief 5

6 performers, technici en publiek de hoogste prioriteit bij de stagehand. Hij gebruikt geschikt materiaal en hanteert bij zijn werkzaamheden de veiligheidsnormen die er voor staan. Dit vraagt enerzijds om kennis hiervan, maar anderzijds ook om de juiste attitude. De stagehand verricht fysiek zwaar werk. Het is belangrijk dat hij hier op een verstandige manier mee omgaat. Zo moet hij bij het verzamelen en vervoeren van apparatuur verantwoord tillen. Hier bestaan richtlijnen voor, maar in de praktijk vergt het vaak discipline om deze richtlijnen na te leven. Rol en verantwoordelijkheden De stagehand heeft een uitvoerende en ondersteunende rol. Hij maakt deel uit van een team en ondersteunt de productieleider en andere technici van wie hij de instructies krijgt. Het grootste gedeelte van de werkzaamheden voert de stagehand vervolgens in samenwerking met en onder begeleiding van de technici uit. In een aantal gevallen voert de stagehand zelfstandig zijn taken uit. Hij is dan verantwoordelijk voor het zo goed mogelijk uitvoeren van zijn eigen werkzaamheden. De stagehand ondersteunt de technici die de apparatuur bedienen, maar het komt soms ook voor dat de stagehand zelf eenvoudige apparatuur mag bedienen onder toezicht van een ervaren technicus. De positie van een stagehand is kwetsbaar omdat de wereld van evenementen een kleine wereld is. Hij moet zich ervan bewust zijn dat, indien hij zijn werk goed doet, hij ook voor andere klussen gevraagd zal worden. Complexiteit Als gekeken wordt naar de werkzaamheden zelf is het beroep niet complex. De stagehand voert de meeste werkzaamheden uit volgens een bepaalde routine, maar het komt wel regelmatig voor dat hij met nieuwe apparatuur moet werken waarvoor hij een instructie moet krijgen. De stagehand voert zijn werkzaamheden uit onder veelal verschillende omstandigheden. Hij maakt over het algemeen lange en onregelmatige werkdagen: 12 uur komt regelmatig voor en er wordt ook veel s avonds, s nachts en in het weekend gewerkt. Mede daardoor is het zwaar en vermoeiend werk. Daarnaast kan het fysiek zwaar zijn om bijvoorbeeld met bekabeling te werken omdat er veel materialen verplaatst moeten worden. De stagehand werkt voor performers en technici die moeten presteren en daarmee steeds weer onder druk staan. Hij moet kunnen omgaan met erg veeleisende mensen en perfectionisten. De stagehand kan zich dienstbaar maken aan en omgaan met mensen met verschillende achtergrond, werkwijze, normen en waarden. In de hektiek van optredens moet de stagehand taakgericht zijn en duidelijk en tactvol communiceren met de verschillende partijen waar hij mee samenwerkt BCP Stagehand definitief 6

7 De stagehand moet zich aan de ene kant houden aan een strakke planning, maar zich daarnaast ook flexibel opstellen naar de verschillende technici. Wettelijke beroepsvereisten Branche vereisten Nederlands en (moderne) vreemde talen Niet van toepassing Voor het bedienen van toneelhijsinstallaties met trekken zijn de door de branche benoemde, en door OSAT beheerde afspraken van toepassing. De stagehand moet correct in het Nederlands kunnen communiceren met technici. Het gaat dan om goed luisteren en gesprekken voeren. Hij moet werkzaamheden afstemmen met andere technici. Hij zal hierbij ook vragen stellen over apparatuur die hij niet kent. De stagehand moet incidenteel instructies in het Nederlands en Engels lezen. Verder moet de stagehand eenvoudig Engels kunnen begrijpen. In poppodia treden namelijk vaak niet-nederlandse performers op. Rekenen/ wiskunde De stagehand moet over basale wiskundige kennis en vaardigheden beschikken om zijn werk goed te kunnen uitvoeren. Denk hierbij aan: Volgens constructietekeningen werken Bekabelingsschema s lezen en uitvoeren 1.3 Loopbaanperspectief Stagehands kunnen na werkervaring en/of aanvullende opleiding doorstromen naar de functie van podium- en evenemententechnicus. 1.4 Trends en innovaties Hieronder worden relevante ontwikkelingen voor het beroep beschreven. Trends en innovaties geven aan in hoeverre het beroep nog kan veranderen onder invloed van vernieuwingen. Het gaat hierbij om ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, ontwikkelingen in wetgeving en overheidsregulering en ontwikkelingen in de beroepsuitoefening zelf (b.v. technologische veranderingen of marktontwikkelingen in de sector) BCP Stagehand definitief 7

8 Arbeidsmarkt In Nederland zijn zo n mensen werkzaam in de Podium en Evenementenbranche. Daarvan is 70% in loondienst en werkt 22% als zelfstandige beroepsbeoefenaar. De gemiddelde bedrijfsomvang is met 3,3 medewerkers klein te noemen. Dit betekent dat technische mensen breed inzetbaar moeten zijn (Trendrapport GOC, 2009). Uit het Schoolverlatersonderzoek (2009) van GOC blijkt dat ongeveer een kwart van alle gediplomeerde schoolverlaters doorstroomt naar een vervolgopleiding, de helft vindt snel een baan en 17% begint als zelfstandige. Vier op de vijf schoolverlaters vindt direct werk dat in het verlengde van de opleiding ligt. De mbo-opleiding voor podium en evenemententechniek is een relatief jonge, maar snel groeiende opleiding. Er is sprake van een toegenomen aantal leerlingen voor een gelijk gebleven aantal functies/vacatures. Wetgeving en regelgeving Ontwikkelingen in de beroepsuitoefening Het is een uitdaging voor de bedrijven in de evenementenbranche om op de juiste wijze om te gaan met de eisen op het gebied van de arbeidstijden en de gehoorbescherming. De wetgeving op het gebied van Arbo is minder gedetailleerd en deels gereguleerd. Er wordt meer verantwoordelijkheid bij de branches en het individuele bedrijf gelegd. Technologische ontwikkelingen Technologische ontwikkelingen gaan erg snel en hebben een grote invloed op het werk. Er komen met name nieuwe technieken die de creatieve mogelijkheden vergroten, constructie of bediening eenvoudiger maken, of de veiligheid vergroten. Er komen steeds betere hulpmiddelen (o.a. lichter materiaal) waardoor het werk lichter wordt. De stagehand moet continu blijven leren om zijn werk goed te kunnen blijven uitvoeren. Aangezien hij een uitvoerende en ondersteunende rol heeft, geldt voor de meeste ontwikkelingen dat het voldoende is als de stagehand er vanaf weet. Op het moment dat hij met nieuwe apparatuur moet werken, krijgt hij hiervoor een uitleg van technici. Marktontwikkelingen Bij veel bedrijven wordt met krappe tijdschema s gewerkt. Dit vraagt om meer voorbereiding en afstemming van de medewerkers. Bedrijfsorganisatorische ontwikkelingen Doordat met name evenementenbureaus meer opdrachten uitvoeren als onderdeel van totaalconcepten, moeten deze bedrijven ondernemender en commerciëler denken BCP Stagehand definitief 8

9 2 Overzicht van kerntaken en werkprocessen in het beroep In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de kerntaken en werkprocessen, kenmerkend voor het beroep. Een kerntaak is een kenmerkende taak binnen de beroepsuitoefening. Het betreft een substantieel deel van de beroepsuitoefening naar omvang, tijdsbeslag, frequentie en/of belang. Een werkproces is een afgebakend onderdeel van een kerntaak. Het werkproces kent een begin en een eind, heeft een resultaat en wordt kenmerkend herkend in de beroepspraktijk. De werkprocessen worden in handelingen beschreven opdat duidelijk is wat de beroepsbeoefening inhoudt. Stagehand Kerntaak Werkproces Kerntaak 1 Ondersteunt bij het voorbereiden van de podiumproductie 1.1 Bereidt het laden en lossen van apparatuur, materiaal en decorstukken voor 1.2 Laadt en lost apparatuur, materiaal en decorstukken 1.3 Verdeelt apparatuur, materiaal en decorstukken met interne transportmiddelen Kerntaak 2 Ondersteunt bij het opbouwen van het podium 2.1 Overlegt over het opbouwen van het podium 2.2 Brengt locatie in orde en ruimt achteraf op 2.3 Bouwt het decor van de productie- of evenementlocatie op en af 2.4 Plaatst en demonteert onder toezicht licht-, geluids- en beeldapparatuur (opbouwen en inhangen) 2.5 Legt bekabeling aan voor licht, beeld en geluid 2.6 Sluit onder toezicht licht- en geluidsapparatuur aan 2.7 Signaleert en meldt gebreken aan apparatuur, materiaal en decorstukken Kerntaak 3 Organiseert zijn werk 3.1 Verwerft opdrachten en voert administratie 3.2 Ontwikkelt zijn deskundigheid 3.3 Draagt zorg voor inzetbaarheid op lange termijn BCP Stagehand definitief 9

10 3 Beschrijving van de kerntaken In dit hoofdstuk zijn de verschillende kerntaken in dit beroepscompetentieprofiel beschreven. 3.1 Kerntaak 1 Ondersteunt bij het voorbereiden van de podiumproductie Werkprocessen bij kerntaak Bereidt het laden en lossen van apparatuur, materiaal en decorstukken voor Ontvangt en interpreteert instructies van de productieleider voor de te laden en lossen apparatuur, materiaal en decorstukken. Achterhaalt waar apparatuur, materiaal en decorstukken naartoe moeten worden verplaatst en welke interne transportmiddelen hier eventueel bij moeten worden gebruikt. Stelt vragen als er onduidelijkheden zijn. Inzicht in de uit te voeren opdracht. De opdracht kan naar tevredenheid worden uitgevoerd. 1.2 Laadt en lost apparatuur, materiaal en decorstukken Laadt en lost apparatuur, materiaal en decorstukken volgens laadplan in of uit het vervoermiddel. Gebruikt interne transportmiddelen conform voorschriften. Behandelt de apparatuur bij het laden en lossen op voorgeschreven en veilige wijze. Alle voor de productie benodigde apparatuur, (reserve)materialen en decorstukken zijn volgens plan in- of uitgeladen in/uit het vervoermiddel. 1.3 Verdeelt apparatuur, materiaal en decorstukken met interne transportmiddelen Verplaatst apparatuur, materialen en evt. decorstukken met een vervoermiddel naar de locatie. Werkt volgens de geldende arbonormen met externe of interne transportmiddelen. Behandelt de apparatuur, materialen en decorstukken bij het vervoeren op voorgeschreven wijze. De apparatuur, materialen en decorstukken zijn op de juiste tijd op de juiste plaats vindbaar voor degenen die ermee moeten werken De interne transportmiddelen worden doeltreffend en volgens de veiligheidsregels gebruikt. Toelichting kerntaak 1: De stagehand verricht fysiek zwaar werk. Het is belangrijk dat hij hier op een verstandige manier mee omgaat. Zo moet hij bij het verzamelen en vervoeren van apparatuur verantwoord tillen. Hier bestaan richtlijnen voor, maar in de praktijk vergt het vaak discipline om deze richtlijnen na te leven BCP Stagehand definitief 10

11 De stagehand moet zich aan de ene kant houden aan een strakke planning, maar moet zich daarnaast ook flexibel opstellen naar de verschillende technici. 3.2 Kerntaak 2 Ondersteunt bij het opbouwen van het podium Werkprocessen bij kerntaak Overlegt over het opbouwen van het podium Ontvangt en interpreteert instructies van de productieleider voor de uit te voeren werkzaamheden voor de op- en afbouw van de productie. Informeert de productieleider tussentijds over de voortgang, knelpunten en mogelijke oplossingen. Stelt zich flexibel op bij wijzigingen. Volgt de instructies van de andere technici op. Past zich in kleding en gedrag aan de omgeving waar hij zijn werk moet uitvoeren aan. Inzicht in de uit te voeren opdracht. De opdracht kan naar tevredenheid worden uitgevoerd. De productieleider is voldoende geïnformeerd over de voortgang. 2.2 Brengt locatie in orde en ruimt achteraf op Volgt instructies van de locatieverantwoordelijke/productieleider bij het in orde maken van de locatie. Verwijdert vooraf alle overbodige zaken (verpakkingsmateriaal e.d.) van de locatie. Verwijdert achteraf alle geplaatste zaken van de locatie. De locatie is voor en na de productie opgeruimd. 2.3 Bouwt het decor van de productie- of evenementlocatie op en af Leest het decorplan. Plaatst en monteert decorstukken. Hangt afstoppingen in. Demonteert decorstukken en ruimt ze op. Verwijdert afstoppingen. De productie- of evenementlocatie is opgebouwd voordat apparatuur wordt geplaatst. De productie- of evenementlocatie is afgebouwd voordat wordt begonnen met de voorbereidingen voor de volgende voorstelling. 2.4 Plaatst en demonteert onder toezicht licht-, geluids- en beeldapparatuur (opbouwen en inhangen) BCP Stagehand definitief 11

12 Werkt onder toezicht van en vraagt aanwijzingen van de technici. Leest en interpreteert constructietekeningen. Ondersteunt de technici bij het bouwen, afbouwen en bevestigen van constructies en apparatuur. Ondersteunt de technici bij het op hoogte brengen van constructies en apparatuur. Neemt maatregelen om schade (bijv. door regen) en diefstal te voorkomen. Let op veiligheid en gezondheid van de aanwezigen. Veilig geïnstalleerde constructies en apparatuur. Op juiste wijze gedemonteerde constructies en apparatuur. Risico voor gebruiker en zijn omgeving blijft beperkt. 2.5 Legt bekabeling aan voor licht, beeld en geluid Realiseert het kabelplan (legt o.a. voedingskabels 1 aan) en neemt veiligheidsmaatregelen. Gebruikt hulpmiddelen bij het aanleggen (bijv. rolwagens) en (ont)koppelen van kabels. Maakt zowel analoge als digitale verbindingen. De apparatuur is voorzien van kabels en ontvangt voldoende stroom. 2.6 Sluit onder toezicht licht- en geluidsapparatuur aan Werkt onder toezicht van en vraagt aanwijzingen van de technici. Sluit lichtapparatuur aan. Sluit de nodige apparatuur aan op de lichtcomputer. Sluit geluidsapparatuur (incl. microfoons) aan. Sluit de nodige geluidsapparatuur aan op de computer of analoge apparatuur. De lichtapparatuur is aangesloten. De geluidsapparatuur is aangesloten. 2.7 Signaleert en meldt gebreken aan apparatuur, materiaal en decorstukken Signaleert gebreken aan apparatuur, materiaal of decorstukken. Registreert gesignaleerde gebreken aan apparatuur, materiaal of decorstukken volgens de hiervoor afgesproken systematiek. Meldt gebreken aan apparatuur, materiaal of decorstukken bij de productieleider als er geen afspraken zijn gemaakt over het registreren van gebreken. Gesignaleerde gebreken zijn geregistreerd of gemeld. 1 We volgen in dit BCP de op de werkvloer gehanteerde terminologie. In de NEN normen worden andere termen gebruikt BCP Stagehand definitief 12

13 Toelichting kerntaak 2: De stagehand werkt voor performers en technici die moeten presteren en daarmee steeds weer onder druk staan. Hij moet kunnen omgaan met erg veeleisende mensen en perfectionisten. De stagehand kan zich dienstbaar maken aan en omgaan met mensen met verschillende achtergrond, werkwijze, normen en waarden. De stagehand verricht fysiek zwaar werk. Het is belangrijk dat hij hier op een verstandige manier mee omgaat. Zo moet hij bij het verzamelen en vervoeren van apparatuur verantwoord tillen. Hier bestaan richtlijnen voor, maar in de praktijk vergt het vaak discipline om deze richtlijnen na te leven. In de hektiek van optredens moet de stagehand taakgericht zijn en duidelijk en tactvol communiceren met de verschillende partijen waar hij mee samenwerkt. 3.3 Kerntaak 3 Organiseert zijn werk Werkprocessen bij kerntaak Verwerft opdrachten en voert administratie Zorgt dat hij bekend is bij bemiddelingsinstanties en uitzendbureaus. Geeft tijdig zijn beschikbaarheid door. Onderhoudt regelmatig contact met de bemiddelingsinstanties en uitzendbureaus. Komt gemaakte afspraken na. Houdt zijn (uren)administratie zorgvuldig bij. Regelt de benodigde verzekeringen. Een accurate (uren)administratie. Een goede verstandhouding met de bemiddelingsinstanties en uitzendbureaus. 3.2 Ontwikkelt zijn deskundigheid Vraagt feedback aan de opdrachtgevers. Bezoekt vakbeurzen, trainingen, cursussen of seminars. Leest vakliteratuur en handleidingen, volgt relevante websites. Interessant blijven voor opdrachtgevers. 3.3 Draagt zorg voor inzetbaarheid op lange termijn Past zich in gedrag en kleding aan de productie aan. Bekijkt actief kansen om verder te komen in functies met grotere invloed en meer verantwoordelijkheid. Toont doorzettingsvermogen en vastberadenheid. Blijft verantwoord tillen. Interessant blijven voor opdrachtgevers BCP Stagehand definitief 13

14 Gezond en inzetbaar blijven voor toekomstige opdrachten. Toelichting kerntaak 3: De positie van een stagehand is kwetsbaar omdat de wereld van evenementen een kleine wereld is. Hij moet zich ervan bewust zijn dat, indien hij zijn werk goed doet, hij ook voor andere klussen gevraagd zal worden. 4. Competenties In dit hoofdstuk worden de competenties beschreven die nodig zijn om het beroep goed uit te kunnen oefenen. Competenties 1. Instructies en procedures opvolgen 2. Samenwerken en overleggen 3. Kwaliteit leveren 4. Omgaan met verandering en aanpassen 5. Materiaal en middelen inzetten Toelichting De stagehand krijgt meestal een mondelinge instructie van een technicus, die hij vervolgens moet opvolgen. Daarnaast moet hij zich houden aan afgesproken procedures. Ook moet de stagehand regelmatig schriftelijke instructies bij nieuwe apparatuur lezen om ermee te kunnen werken. De stagehand werkt samen in een team met technici, waarbij onderling overleg nodig is. De stagehand moet beschikken over de hiervoor benodigde communicatieve vaardigheden (o.a. beleefd en vriendelijk zijn, Nederlands spreken). De stagehand moet zijn taken op de juiste wijze en naar tevredenheid van zijn opdrachtgever uitvoeren. Alleen als de stagehand voldoende kwaliteit levert, zal hij vaker worden gevraagd voor opdrachten. De stagehand komt vaak in situaties terecht waarin enige flexibiliteit gewenst is, bijvoorbeeld als de opdrachtgever bij nader inzien toch niet tevreden is met de manier waarop apparatuur staat opgesteld. Het is belangrijk dat de stagehand zich in zo n situatie flexibel opstelt en blijft meedenken met zijn opdrachtgever. De stagehand gaat zorgvuldig en netjes met apparatuur, materiaal en decorstukken om. Hij let op de veiligheid en het voorkomen van schade en diefstal BCP Stagehand definitief 14

15 5. Portretten Stagehand In dit hoofdstuk worden verschillende functies geschetst waar de beroepsbeoefenaar werkzaam is. Portret 1: Stagehand bij een evenementenbureau Evenementenbureaus houden zich bezig met het organiseren van evenementen. Het kan dan gaan om bijvoorbeeld drive-in-shows, optredens van muzikanten, attractieverhuur of complete themafeesten. Afhankelijk van de grootte van de opdracht worden stagehands ingeschakeld. De werkdag van de stagehand begint op de thuisbasis: een loods of magazijn waar alle apparatuur en materialen opgeslagen zijn. In opdracht van zijn leidinggevende helpt de stagehand mee met het verzamelen van apparatuur en materiaal en vervolgens het inladen van de vrachtwagen. Meestal doet hij dit werk samen met de andere stagehands. Als ze bij de locatie van de opdrachtgever gearriveerd zijn, helpt de stagehand met het uitladen van de vrachtwagen, het opbouwen van het podium, het plaatsen van apparatuur en het aansluiten ervan. Dan begint de show of het evenement. Soms kan de stagehand dan apparatuur bedienen, maar dan is dat in zeer beperkte mate. Meestal staat de stagehand tijdens de show paraat om de artiesten van drank te voorzien of om hen op een andere manier te assisteren. Na de show helpt de stagehand met het afbreken van het podium, vervolgens het demonteren van apparatuur, het verplaatsen van apparatuur en materialen naar de vrachtwagen en het inladen van de vrachtwagen. Als ze weer op de thuisbasis zijn gearriveerd, helpt de stagehand met het uitladen van de vrachtwagen en het opruimen van alle apparatuur en materialen. Portret 2: Stagehand bij een muziekfestival Bij een muziekfestival worden vaak stagehands ingezet voor de nodige hand- en spandiensten. Als de stagehand op het festival is gearriveerd, ontvangt hij instructies van de projectleider. Dit is één van de technici. Vervolgens voert de stagehand samen met andere stagehands en onder begeleiding van één of meerdere technici verschillende klussen uit ter ondersteuning van de artiesten en technici. Hij helpt bij het uitladen van vrachtwagens van de bands, het opbouwen van het podium, het plaatsen van apparatuur en materiaal en het aansluiten van apparatuur. Meestal heeft een band een eigen crew. Als er tijdens een optreden bijvoorbeeld van instrument moet worden gewisseld, dan worden de bandleden hierbij geassisteerd door hun eigen crew. Verder kan de crew er bijvoorbeeld voor zorgen dat de bandleden voorzien zijn van drank. Als een band niet over een eigen crew beschikt, kan de stagehand voor dit soort zaken worden ingeschakeld. Na een optreden staat de stagehand paraat om de crew van de band te helpen met het afbreken van het podium. Dit zijn de drukste werkmomenten van de stagehand omdat er zo min mogelijk tijd moet zitten tussen de optredens van de bands. Als de band geen eigen crew heeft, is er meer werk voor de stagehands. Na het optreden kunnen stagehands ook de band helpen met het sjouwen en inladen van apparatuur in hun vrachtwagen. Als de festivaldag erop zit, helpt de stagehand met het opruimen van apparatuur die de hele dag gebruikt is. Hij helpt mee met het inladen van apparatuur BCP Stagehand definitief 15

16 Portret 3: Stagehand als oproepkracht bij een theater Ter voorbereiding op een voorstelling bekijkt de projectleider hoeveel vrachtwagens er komen en hoeveel ondersteuning hij nodig heeft. Daarop schakelt hij een uitzendbureau of bemiddelingsinstantie in voor de inhuur van stagehands. Als de stagehand in het theater is gearriveerd, ontvangt hij instructies van de projectleider. Daarna voert de stagehand de ontvangen instructies uit. Waar nodig helpt de stagehand bij het gereedmaken van de zaal. Vervolgens helpt de stagehand de technici van het theater en van het reizend gezelschap bij het uitladen van de bus/vrachtwagen(s) met daarin alle apparatuur en materiaal van het reizend gezelschap in kisten. Hebben de kisten geen wielen, dan worden ze verplaatst met hiervoor bestemde karren. De stagehand plaatst de kisten op de locaties die door de projectleider worden aangewezen. De stagehand helpt voorts mee met het opbouwen van het podium en het decor, het plaatsen van apparatuur en het aanleggen van bekabeling. Tijdens de voorstelling staat de stagehand paraat om de technici te ondersteunen. Na afloop van de voorstelling helpt de stagehand mee met het demonteren en het opruimen van apparatuur, vervolgens het afbreken van het podium en het decor, het opruimen van de zaal en het inladen van de kisten in de vrachtwagen BCP Stagehand definitief 16