Onderwerp: Bijlagen: Dagtekening: Raadsvergadering Diversen 16 april 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderwerp: Bijlagen: Dagtekening: Raadsvergadering Diversen 16 april 2015"

Transcriptie

1 Onderwerp: Bijlagen: Dagtekening: Raadsvergadering Diversen 16 april 2015 Hierbij nodig ik u uit tot bijwoning van een openbare vergadering van de raad der gemeente Asten, te houden op dinsdag 28 april a.s. s avonds om uur, in de raadzaal van het gemeentehuis, Koningsplein 3 alhier. De voorstellen betreffende de agendapunten, aangeduid met een ) worden u hierbij toegezonden. De voorstellen betreffende de agendapunten die in een commissievergadering zijn behandeld zijn u al toegezonden. De stukken liggen voor u ter inzage in de leeszaal van het gemeentehuis vanaf 16 april mr. H.G. Vos burgemeester van Asten AGENDA: Opening en trekken van het lot Vaststellen agenda ) Verslag van de openbare vergadering van 31 maart Ingekomen stukken en mededelingen B. Structuurvisie Kwaliteitsverbetering van het landschap B. Vaststellen Beleidsnota plattelandswoningen A. Oprichting van en deelname in Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost Sluiting.

2 CONCEPT VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op dinsdag 31 maart 2015, om uur in de raadzaal van het gemeentehuis Aanwezig zijn: De voorzitter burgemeester H.G. Vos De leden F.G.A. Hurkmans, F.C. van Helmond, P.W.J.M. van de Ven Schriks, H.A.M. van Moorsel, P.P.M. Bakens, D.R. van Schijndel, J.P.E. Bankers, J.G. Leenders, J.H.G. de Groot, R. Wever, A.J. Koopman, P.A.J.M. Berkers-Coolen, M.J.H. Vankan, M.A.T.M. van den Boomen, A.H.H. Beniers, A.W. van Egmond De genodigden de wethouders J.H.J. van Bussel, Th.M. Martens en J.C.M. Huijsmans en de gemeentesecretaris W.M.A. Verberkt De griffier M.B.W. van Erp-Sonnemans De notulist M.J.C. Feijen-Lamberts Afwezig m.k: N. Hagelaar-Koppens Agenda 1. Vaststellen agenda 2. Verslag van de openbare vergadering van 3 maart Ingekomen stukken gericht aan de raad 4. Dienstverleningsovereenkomst zorg 2015 en Gewijzigde samenwerkingsovereenkomst Participatiewet 2015 gemeente Asten 5. Statutenwijziging Raad van Toezicht PlatOO 6. Vaststellen bestemmingsplan fietspad Meijelseweg 7. Vaststellen bestemmingsplan De Loo Nota verbonden partijen gemeente Asten Accorderen gunningsadvies Accountantscontrole gemeenten Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Someren plus de GR Peel Sluiting De voorzitter opent de vergadering. Bij lot wordt bepaald dat de beraadslagingen en eventuele hoofdelijke stemmingen zullen aanvangen bij het lid Leenders van de fractie CDA. Agendanummer 15.03/b.01 Vaststellen agenda De voorzitter stelt voor om als agendapunt 10 toe te voegen: delegatiebesluit werkgeverscommissie griffie. De raad stemt hiermee in. De agenda wordt gewijzigd vastgesteld.

3 -2- CONCEPT verg. Raad d.d Agendanummer 15.03/b.02 Verslag van de openbare raadsvergadering van 3 maart 2015 Zonder dat iemand het woord verlangt, zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt het verslag vastgesteld. Agendanummer 15.03/b.03 Ingekomen stukken en mededelingen Zonder dat iemand het woord verlangt, worden de ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen. De voorzitter doet mededeling van de afmelding van de heer Jansen als burgercommissielid namens de fractie VVD in de commissies Ruimte en AZC. Agendanummer 15.03/b.04 Dienstverleningsovereenkomst zorg 2015 en Gewijzigde samenwerkingsovereenkomst Participatiewet 2015 gemeente Asten De fractie D66-HvA kan instemmen met het voorstel, maar heeft wel een aantal opmerkingen. Dit betreft een regeling met terugwerkende kracht vanaf juli 2014 tot De uitvoering is al gestart. Er zijn financiële consequenties voor de gemeente. Het is mosterd na de maaltijd. We willen de lokale betrokkenheid vergroten. Uit de dienstverleningsovereenkomst lijkt het tegendeel het geval te zijn. Helmond doet voorbereiding, Helmond doet inrichting, met hoge overheadkosten als gevolg. Is hier nog wat aan te doen? Uitvoeringskosten: de programmakosten worden omgeslagen naar gebruik per gemeente, dat is logisch. Overhead en apparaatskosten: voor 1 aanvraag wordt 14,25 u consulent en 3 u per aanvraag voor administratieve ondersteuning gerekend: 900 euro. Dat is duur, terwijl er ook veel eenvoudige aanvragen zijn. Vanuit de AWBZ zijn al ongeveer 30% van de klanten bekend. Het betreft veel herindicaties. De gemiddelde tijdsinvestering is erg hoog. Het apparaat werkt bureaucratisering in de hand en dat staat haaks op gewenste deregulering. Wij proberen lokaal te kantelen, dat moeten we dan centraal ook doen. Kosten apparaat en overhead: worden verrekend per inwoner. Wij doen ons best lokaal, maar dat heeft geen effect op onze financiële bijdrage. Verkeerde prikkel op deze manier. Wethouder wat kunt u hier aan doen? De fractie Leefbaar Asten kan instemmen met de overeenkomst. In de commissie is afgesproken dat het de bedoeling is dit zo kort mogelijk te laten duren. Er zijn diverse kritische brieven vanuit de gemeenten verstuurd over de DVO. Het antwoord daarop van Helmond was voldoende motivatie om de overeenkomst te tekenen. De monitor die in april beschikbaar komt moet kritisch gevolgd worden. Inhoudelijk ook vragen: Sociale domein: in de commissie van februari is aangeven om snel de website Guido in de lucht te krijgen. Deze is nog niet beschikbaar, wanneer wel? Bereikbaarheid: diverse ouders met kinderen die behoefte hebben aan hulpmiddelen, bijv. rolstoelen hebben aangegeven dat de communicatie moeilijk gaat. Zit hier al verbetering in? De fractie PGA/PvdA staat achter het samenwerkingsverband, en de tijdelijkheid via Helmond. Het is wel van belang dat de overhead niet teveel wordt, 60% is veel te

4 -3- CONCEPT verg. Raad d.d hoog. Dit moeten we goed blijven controleren, monitoren etc. Van belang is ook dat de klachtenregeling goed is. De fractie VVD kan instemmen. Het is goed om de financiën te blijven monitoren. We moeten dit laag houden voor de bewoners van Asten. Hij vraagt de wethouder ook om verder te gaan kijken naar de tegenprestatie voor WMO en werk. En verder geeft de fractie aan om richting toekomst bij de GGD misschien toch iets meer te doen om jongeren bewust te maken met betrekking tot synthetische drugs. Dit lijkt uit de hand te gaan lopen. De fractie Algemeen Belang kan akkoord gaan. In de aanvang van een nieuw samenwerkingsverband heb je te maken met aanloopkosten. Dat is veel en lijkt wellicht veel, maar ze vraagt andere partijen dan ook met voorstellen te komen hoe het minder kan. Gedurende dit jaar is het van belang om alle zeilen bij te zetten, de puntjes op de i te krijgen om beter een vinger hierop te krijgen en de kosten naar beneden te krijgen. Wethouder Huijsmans, Ja, we sluiten een DVO met Helmond. Dat is een overgangssituatie. Dat wil niet zeggen dat Helmond alles bepaalt. Integendeel, de discussie is in Peel 6.1 breed gevoerd. Het is een gezamenlijk product. Visiestukken hierover zijn ook in de raad behandeld. Ja, er zijn nogal wat kosten mee gemoeid. De organisatie is in ontwikkeling. Het is lastig om meteen helemaal draaiend te zijn, ook qua klanttevredenheid, en ja er gaat nog wel eens wat fout. Om een beeld te geven: in januari heeft het KCC 4898 contacten behandeld, in februari 3799, waarvan er 3658 zijn afgewerkt. De wachttijd was gemiddeld 3.23 minuut in januari, in februari is dit teruggebracht naar 1.04 minuut. 96,3 % van de telefoontjes is direct opgenomen, de gemiddelde gesprekstijd was 4.21 minuut. Inmiddels is de wachttijd dus teruggebracht tot ongeveer 1 minuut. We mogen stellen dat er op zich geen verkeerde start is gemaakt, en dat er druk aan de slag is gegaan met signalen die er komen van klanten en medewerkers. 17 April a.s. gaan alle portefeuillehouders en 1 beleidsmedewerker per gemeente en een aantal van Peel 6.1 een dag de hei op om te kijken waar we staan, waar zijn verbetermomenten etc. Ook bekijken hoe dit voor de korte en lange termijn tot aanpassingen kan leiden. Website Guido Asten: de bedoeling was inderdaad om begin februari te starten. Daar hebben we ons in vergist, o.a. omdat de content voor de website vanuit Peel 6.1 en vanuit de lokale betrokkenen zelf gevuld moet worden, en dat had meer voeten in de aarde. Ook spelen er nog wat technische zaken. De website komt pas in de lucht zodra deze in orde is. Inschatting: wordt halverwege april. Tegenprestatie WMO / werk: dit onderwerp staat op de agenda van de commissie van volgende week. De raad heeft aan de voorkant kans om hierop te reageren. Tweede termijn De fractie Leefbaar Asten: goed voor ongeruste ouders dat er verbetering is. Benieuwd naar de uitkomsten van de heidag van 17 april a.s. Zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Agendanummer 15.03/b.05 Statutenwijziging Raad van Toezicht PlatOO Zonder dat iemand het woord verlangt, zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten.

5 -4- CONCEPT verg. Raad d.d Agendanummer 15.03/b.06 Vaststellen bestemmingsplan fietspad Meijelseweg De fractie CDA vindt het besluit over dit fietspad van groot belang. Het gaat over de gevaarlijkste weg die we hier in Asten kennen. Qua planning kan wellicht nog vlak voor de bouwvak of direct daarna de schop in de grond gaan. Voor wat betreft de omwonenden kan het niet vlug genoeg gaan. Dit is een goede en veilige fietsvoorziening. Het CDA kan instemmen. De fractie D66-HvA vindt rondom de grondverwerving nog niet alles duidelijk. Ze wacht eerst de reactie van de wethouder af. Veiligheid staat voorop, maar niet ten koste van alles. De fractie Leefbaar Asten geeft aan dat dit onderwerp al jarenplan speelt voor de bewoners van de Meijelseweg. Ze is het eens met de vaststelling van dit bestemmingsplan. Ze kan instemmen met het voorliggende gewijzigde raadsvoorstel en met de brief naar de provincie met het verzoek om aan te geven of er een aanwijzing komt, i.v.m. de deadlines rondom de subsidie. Ze kan instemmen. De fractie PGA/PvdA is ook voor. Graag z.s.m. aan de slag, zodat ook de subsidie veilig gesteld wordt. De fractie VVD was kritisch met betrekking tot het fietspad, met name door het tijdspad. Dat ziet er nu goed uit. Ze is akkoord. De fractie Algemeen Belang is ook voor aanleg van het fietspad. Het bestemmingsplan is akkoord. Ze is blij dat het een raadsbreed gedragen besluit zal zijn. De planning is cruciaal, het is van belang dat het hele verhaal nauwkeurig wordt bewaakt door de wethouder om de subsidie binnen te halen. Wethouder Martens is blij dat de raad snel wil beginnen. Er is directe communicatie met de provincie om het plan snel door te laten lopen. Met betrekking tot de grondaankopen zijn er nu vier mondelinge overeenkomsten, een zo goed als, en bij vijf is nog enigszins discussie. Er zijn altijd mensen die wat langer wachten. De gemeente houdt de druk er op en wil de grond in eigendom voordat de schop de grond in gaat. De wethouder heeft er alle vertrouwen in dat dit gered wordt. De planning wordt na de bouwvak, ook omdat er pas na 15 juli bomen mogen worden gekapt, i.v.m. de vogels. Tweede termijn De fractie D66-HvA constateert dat het antwoord van de wethouder haar bezwaren heeft weggenomen. Ze kan ook instemmen met het voorstel. Zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Agendanummer 15.03/b.07 Vaststellen bestemmingsplan De Loo De fractie CDA vindt het van belang dat er voor een kleine kern als Ommel voldoende huizen zijn. Dit bevordert de leefbaarheid zodat de gemeenschap dynamisch blijft. Ze kan instemmen. De fractie D66-HvA stemt in. Fijn dat deze ontwikkelingen in een kleine kern van de grond komen. Ze steunt dit van harte.

6 -5- CONCEPT verg. Raad d.d De fractie Algemeen Belang is ook verheugd, ze kan instemmen met het bestemmingsplan. De ontvangen aanvullende informatie was helder, ook over de planschadeclaims. Zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Agendanummer 15.03/b.08 Nota verbonden partijen gemeente Asten 2015 Zonder dat iemand het woord verlangt, zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Agendanummer 15.03/b.09 Accorderen gunningsadvies Accountantscontrole gemeenten Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Someren plus de GR Peel 6.1. De voorzitter geeft aan dat vragen stellen over dit voorstel uiteraard mogelijk is, dit moet echter dan wel in beslotenheid gebeuren. De raad heeft geen vragen, er kan in het openbaar worden besloten onder dankzegging aan de raadsleden Van Moorsel en Wever voor de goede voorbereiding. Zonder dat iemand het woord verlangt, zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Agendanummer 15.03/b.10 Delegatiebesluit werkgeverscommissie griffie De voorzitter geeft aan dat in het besluit van 3 februari jl. een komma onjuist staat, die er uit zou moeten. Dit is in het presidium besproken. Zonder dat iemand het woord verlangt, zonder amendering en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Sluiting Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering. Voor verslag, de griffier mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans dict: MF typ : NO03b coll:

7 -6- CONCEPT verg. Raad d.d

8 Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: Agendanummer: p.h.: Ingekomen stukken 28 april HV de raad van de gemeente Asten De stukken genoemd onder 1 tot en met 3 voor kennisgeving aannemen: Besluitenlijst van de vergadering van de raad d.d. 31 maart Overzicht van ingekomen stukken, gericht aan de raad. Lijst van toezeggingen.

9 BESLUITENLIJST RAADSVERGADERING 31 maart 2015 Aanwezig zijn: De voorzitter De leden De genodigden De griffier De notulist burgemeester H.G. Vos F.G.A. Hurkmans, F.C. van Helmond, P.W.J.M. van de Ven Schriks, H.A.M. van Moorsel, P.P.M. Bakens, D.R. van Schijndel, J.P.E. Bankers, J.G. Leenders, J.H.G. de Groot, R. Wever, A.J. Koopman, P.A.J.M. Berkers-Coolen, M.J.H. Vankan, M.A.T.M. van den Boomen, A.H.H. Beniers, A.W. van Egmond de wethouders J.H.J. van Bussel, Th.M. Martens en J.C.M. Huijsmans en de gemeentesecretaris W.M.A. Verberkt M.B.W. van Erp-Sonnemans M.J.C. Feijen-Lamberts Afwezig m.k.: N. Hagelaar-Koppens Agendanr. Onderwerp Besluit 15.03/b.00 Opening en trekken van het lot De beraadslagingen en evt. stemmingen vangen aan bij de heer Leenders of de fractie CDA 1503/b.01 Vaststellen agenda /b.02 Verslag van de openbare vergaderingen van 3 maart /b.03 Ingekomen stukken en mededelingen 1 t/m 3 Vastgesteld cf. voorstel en toevoeging nagekomen agendapunt 10 Ongewijzigd vastgesteld Ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen. Mededelingen De heer Janssen stopt als burgerlid van de commissies Ruimte en AZ&C namens de fractie VVD. Voor kennisgeving aangenomen 15.03/b.04 Dienstverleningsovereenkomst zorg 2015 en Gewijzigde samenwerkingsovereenkomst Participatiewet 2015 gemeente Asten 15.03/b.05 Statutenwijziging Raad van Toezicht PlatOO 15.03/b.06 Vaststellen bestemmingsplan fietspad Meijelseweg 15.03/b.07 Vaststellen bestemmingsplan De Loo Vastgesteld cf. voorstel Vastgesteld cf. voorstel Vastgesteld cf. voorstel Vastgesteld cf. voorstel

10 -2- Agendanr. Onderwerp Besluit 15.03/b.08 Nota verbonden partijen gemeente Asten Vastgesteld cf. voorstel /b.09 Accorderen gunningsadvies Accountantscontrole gemeenten Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Someren plus de GR Peel /b.10 Delegatiebesluit werkgeverscommissie griffie Vastgesteld cf. voorstel Vastgesteld cf. voorstel 15.03/b.11 Sluiting griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans

11 INGEKOMEN STUKKEN GERICHT AAN DE RAAD Commissie Burgers d.d. 7 april 2015 = voor kennisgeving aannemen: a. Brief d.d , Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid: Rapportage Uitvoering Wwb voor jongeren (18-27 jaar). Commissie Ruimte d.d. 8 april 2015 = in handen van B&W ter voorbereiding: a. Brief d.d , J.M.H. Lindelauf te Asten: Aanvulling brieven en betreffende situatie Kasteellaan te Heusden. Commissie AZ/C d.d. 9 april 2015 = in handen van B&W ter voorbereiding: a. Brief d.d , Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant te Eindhoven: Ontwerpbegroting 2016; b. Brief d.d , Ministerie Binnenlandse Zaken: agenda Lokale Democratie; = in handen van B&W ter afdoening: c. Brief d.d , Metropoolregio Eindhoven te Eindhoven: Leden bestuurscommissie.

12 LIJST VAN TOEZEGGINGEN APRIL 2015 GEMEENTERAAD Datum Toezegging Portef.h Afd Afdoening Vragen over technische maatregelen Fonds ruimtelijke kwaliteit cieruimte worden schriftelijk beantwoord TM RO Voor raad cieruimte -- Griffier, M. van Erp Raad ontvangt nadere informatie over mogelijkheid afstandsnormering in beleid Plattelandswoningen TM RO Voor raad

13 RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/ Onderwerp: Structuurvisie Kwaliteitsverbetering van het landschap Bijlage(n): Vergadering van: Agendanummer: p.h.: 1 28 april ThM de raad van de gemeente Asten Samenvatting De ontwerpstructuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap heeft vanaf 21 november 2014 voor 6 weken ter inzage gelegen. In deze termijn zijn er twee inspraakreacties ingediend. Uw raad wordt gevraagd in te stemmen met de beantwoording van de inspraakreacties en de structuurvisie vast te stellen. Beslispunten 1. In te stemmen met de beantwoording van de inspraakreacties; 2. De structuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap vast te stellen. Inleiding Op 14 oktober 2014 is de ontwerpstructuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap voor wensen en bedenkingen in de commissie RUIMTE behandeld. Uw commissie heeft een aantal opmerkingen gegeven. Ter verduidelijking en beantwoording nog enkele punten: - de regeling gaat uit van de oppervlakte van de ontwikkeling, daarin zit de diversiteit in bijdragen aan de kwaliteitsverbetering van het buitengebied. Dit wijkt af van de regeling van de provincie waar van financiële bestemmingswinst per m²(waardevermeerdering) wordt uitgegaan. - De bijdragen van de ontwikkelingen worden gestort in het fonds kwaliteitsverbetering en worden vastgelegd in een anterieure overeenkomst. De uitvoering van de projecten gebeurt door de gemeente zelf. Een overzicht van het fonds en uitgevoerde projecten is bijgevoegd. - Welke projecten worden uitgevoerd bepaalt de gemeente zelf, de projectenlijst is hiervoor leidraad en is nogmaals geactualiseerd. Wat willen we bereiken Een vastgestelde structuurvisie. Wat gaan we daarvoor doen: Naar aanleiding van het gesprek met provincie en uw opmerkingen uit de commissie ruimte van 14 oktober 2014 is de structuurvisie op enkele punten tekstueel aangepast. Mogelijke alternatieven: NVT *

14 Risico s: Tegen het besluit tot vaststelling van de structuurvisie door de gemeenteraad is geen bezwaar of beroep mogelijk. Wat mag het kosten: De structuurvisie is ambtelijk opgesteld. Voor publicatie op ruimtelijkeplannen.nl is een dataset nodig, deze bestaat uit een kaart (GML-bestand) van het grondgebied van Asten gekoppeld aan de structuurvisie. Deze dataset wordt uit het budget reconstructie/plattelandsontwikkeling betaald. Bijlage(n)/ter inzage (incl. AST-nr): -vast te stellen structuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap AST/2015/ overzicht fonds kwaliteitsverbetering buitengebied AST/2015/ /3

15 RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer: Structuurvisie Kwaliteitsverbetering van het landschap 28 april De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 maart 2015 met zaaknummer AST/2015/002722; gehoord het advies van de commissie Ruimte van 8 april 2015; b e s l u i t: In te stemmen met de beantwoording van de inspraakreacties; De structuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap vast te stellen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten van 28 april De raad voornoemd, griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans voorzitter, mr. H.G. Vos doc: RV.RO.15.tk.008 typ: m.vantienen-bekkers@asten.nl coll:

16 Structuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap Maart 2015

17 Ontwerp ter inzage: 21 november 2014 t/m 2 januari 2015 Vastgesteld:.. 2

18 Inhoud 1. Inleiding Aanleiding: Structuurvisie ruimtelijke ordening en Verordening Ruimte Plangebied structuurvisie in relatie tot bestaand beleid Opzet structuurvisie Visie Kwaliteitsverbetering landschap bij een ruimtelijke ontwikkeling in het buitengebied Landschap Uitvoering/procedure kwaliteitsbijdragen Procedure ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied en de hoogte van de kwaliteitsbijdragen Borging bijdrage kwaliteitsverbetering Hardheidsclausule en bijzondere situaties Exploitatie/ projecten Voorbereidingsprocedure...15 Bijlage 1: Projectenlijst...16 Bijlage 2: Inspraakreacties

19 1. Inleiding 1.1 Aanleiding: Structuurvisie ruimtelijke ordening en Verordening Ruimte In de structuurvisie ruimtelijke ordening van de provincie Noord-Brabant in werking getreden op 1 januari 2011 is de ruimtelijke visie voor de provincie vastgelegd. In de Verordening Ruimte 2014, eveneens van de provincie Noord-Brabant, zijn regels vastgelegd die de belangen van de provincie bij ruimtelijke ontwikkelingen moeten beschermen. Met deze visie en regels moet bij de opstelling van bestemmingsplannen rekening worden gehouden. In artikel is de visie op de zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit opgenomen, zie onderstaande passage. Kwaliteitsverbetering van het landschap Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen wil de provincie dat de initiatiefnemer zorgt voor een kwaliteitsverbetering van het landschap om daarmee het verlies aan omgevingskwaliteit te beperken. Dit uitgangspunt geldt voor ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied én buiten de ecologische hoofdstructuur en maakt de principes van ontwikkelingsplanologie toepasbaar. Voor (planmatige) stedelijke ontwikkelingen bestaat deze zogenaamde rood-met-groen regeling al langer. De provincie wil dit beleid verbreden naar overige ontwikkelingen in het buitengebied. Concreet betekent dit dat passende functies zich kunnen ontwikkelen als er ook een prestatie voor het landschap tegenover staat. Daardoor wordt aantasting van de basiskwaliteit (bodem, water) en verlies aan ecologische, cultuurhistorische en landschappelijke waarden voorkomen. Ontwikkelingen die passen bij de aard, schaal en functie van het landelijk gebied, zoals agrarische en recreatieve ontwikkelingen en kleinschalige dienstverlening zijn mogelijk. Ook de ontwikkeling van andere (rode) functies is onder voorwaarden mogelijk. De ruimtelijke onderbouwing van een besluit geeft aan welke bijdrage wordt geleverd aan de kwaliteitsverbetering van het landschap en hoe dit is geborgd. In principe gaat de provincie uit van de realisering van een fysieke prestatie op de projectlocatie en/of de directe projectomgeving. Indien dat niet mogelijk is, is de vorming van gemeentelijk of regionaal landschapsfonds een optie. Bron: provinciale Structuurvisie ruimtelijke ordening, deel A, hoofdstuk In artikel 3.2 van de Verordening Ruimte is de visie uitgewerkt in een regeling en wordt verplicht gesteld dat ruimtelijke ontwikkelingen in het buitengebied bij moeten dragen aan de verbetering van de kwaliteit van het landschap. Deze regeling is van toepassing op alle ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied (begrenzing volgens de verordening) die in strijd zijn met het geldende bestemmingsplan, maar waaraan vanuit ruimtelijke overwegingen toch medewerking kan worden verleend. De verplichting om de kwaliteit te verbeteren komt bovenop de basis -verplichting om te zorgen voor de (handhaving) van de ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied, zoals is opgenomen in artikel 3.1 van de Verordening Ruimte en bovenop verplichte maatregelen zoals in het kader van de zorgvuldige veehouderij (BZV). De gemeente wordt dus verplicht een bijdrage te vragen bij een ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied. Randvoorwaarde voor het vragen van een bijdrage voor kwaliteitsverbetering van het landschap bij een ruimtelijke ontwikkeling is dat de samenhang tussen de ontwikkelingen tot uiting komt in een structuurvisie (artikel 6.24 eerste lid onder a Wro). De voorliggende structuurvisie vormt de wettelijke grondslag en heeft tot doel de bijdrage juridisch veilig te stellen en afdwingbaar te maken. In de uitvoeringsparagraaf van deze structuurvisie wordt de bijdrage van een ruimtelijke ontwikkeling gekoppeld aan de uitvoering van diverse projecten voor kwaliteitsverbetering in het buitengebied. 4

20 1.2 Plangebied Asten bestaat uit de kern Asten en de kerkdorpen Heusden en Ommel. De Brabantse Peel en de beekdalen zijn kenmerkend voor het landschap van de gemeente. De voorliggende Structuurvisie heeft betrekking op het gehele grondgebied van de gemeente. Op deze manier kan bij elke ontwikkeling een bijdrage voor kwaliteitsverbetering gevraagd worden. 1.3 structuurvisie in relatie tot bestaand beleid Deze structuurvisie is gericht op verbetering van de ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied. De structuurvisie geldt voor alle ontwikkelingen in het buitengebied die niet rechtstreeks passen binnen de regels van het bestemmingsplan (wijzigingsplan, uitwerkingsplan, bestemmingsplan, omgevingsvergunning op basis van art. 2.12, 1 e lid, onderdeel a, onder 3 van de Wabo). Het uitgangspunt voor medewerking aan ruimtelijke ontwikkelingen is of het past binnen bestaand beleid (voor het buitengebied) of toekomstige beleid van de gemeente Asten. Bestaand beleid is onder andere de structuurvisie De Avance en de specifiek voor de bebouwingsconcentraties in het buitengebied de structuurvisie bebouwingsconcentraties Daarnaast is in het landschapsontwikkelingsplan de Peel het beleid voor het landschap opgenomen. Tevens is er een regeling sloop ongewenste bebouwing buitengebied. De voorliggende structuurvisie vormt een aanvulling op het bestaande beleid op het gebied van kwaliteitsverbetering van het buitengebied. Het kan gezien worden als een koppeling tussen de verschillende beleidsdocumenten. Toekomstig vast te stellen beleid voor bijv. mogelijke ontwikkelingen in het buitengebied wordt automatisch gekoppeld aan deze structuurvisie tenzij anders besloten wordt. 1.4 Opzet structuurvisie De Structuurvisie vult de genoemde beleidsdocumenten aan met een regeling bijdrage kwaliteitsverbetering buitengebied, een uitvoeringsparagraaf en een exploitatieparagraaf, waarin aangegeven wordt hoe de gewenste kwaliteitsverbetering daadwerkelijk uitgevoerd en gefinancierd zal worden. Een belangrijk onderdeel van de structuurvisie is de verbeelding. Deze legt de begrenzing vast van het gebied waar de regeling kwaliteitsverbetering buitengebied van toepassing is. Dit is het gebied buiten bestaand stedelijk gebied volgens de verordening Ruimte

21 6 Verbeelding Verordening Ruimte 2014

22 2. Visie 2.1 Kwaliteitsverbetering landschap bij een ruimtelijke ontwikkeling in het buitengebied Er kunnen zich allerlei ontwikkelingen in het buitengebied voordoen. Een ontwikkeling dient te passen binnen het gemeentelijk vastgelegd en toekomstig beleid. Dit kunnen onder andere uitbreidingen van (agrarische) bedrijven, omschakelingen van bedrijven en recreatieve ontwikkelingen betreffen. De provincie heeft in haar Verordening Ruimte 2014 de volgende definitie voor ruimtelijke ontwikkeling opgenomen: bouwactiviteiten en planologische gebruiksactiviteiten waarvoor een wijziging van het planologisch regime nodig is. Bij een dergelijke ontwikkeling dient een verantwoording opgenomen te zijn van de wijze waarop financieel, juridisch en feitelijk is verzekerd dat de realisering van de beoogde ruimtelijke ontwikkeling gepaard gaat met een aantoonbare en uitvoerbare fysieke verbetering van het landschap. De gemeente kan er voor kiezen om per ontwikkeling te onderbouwen hoe met de kwaliteitsverbetering wordt omgegaan en per ontwikkeling overleg te hebben met de provincie of met deze onderbouwing kan worden ingestemd. Er kan ook voor worden gekozen om vooraf vast te leggen hoe in het algemeen met de kwaliteitsverbetering wordt omgegaan, deze algemene omgang af te stemmen met de provincie en vervolgens bestemmingsplannen in overeenstemming met deze algemene werkwijze op te stellen. Dit laatste heeft de voorkeur omdat het voordeel is dat vooraf voor de initiatiefnemers duidelijk is welke bijdrage vanuit de ontwikkeling moet worden gedaan en dat hierover overeenstemming bestaat met de provincie. Daarmee worden onnodige planontwikkelingskosten voorkomen, omdat niet eerst sprake moet zijn van een volledige uitgewerkt plan voordat op dit onderdeel duidelijkheid ontstaat ten aanzien van de haalbaarheid. Belangrijke uitgangspunten voor een algemene regeling voor de bijdrage aan kwaliteitsverbetering van het landschap bij ruimtelijke ontwikkelingen in het buitengebied zijn: bij elke ontwikkeling een goede landschappelijke inpassing (waar landschappelijk passend); bij onevenredige kwaliteitsbijdragen moet maatwerk mogelijk blijven; de bijdrage aan kwaliteitsverbetering moet gerelateerd zijn aan de grootte/omvang aantasting/verlies aan buitengebied/impact; als naast een landschappelijk inpassing een kwaliteitsbijdrage aan verbetering van het landschap is gewenst, moet deze aansluiten bij de eerder vastgestelde regeling (2007) rood met groen voor stedelijke ontwikkelingen van 2,- per m² en mag geen belemmering vormen voor de ontwikkeling van stedelijke ontwikkelingen (realistische tegenprestatie); inzet van de kwaliteitsbijdrage aan verbetering van het landschap nabij het initiatief heeft de voorkeur; de financiële bijdrage van verschillende initiatieven moeten vergelijkbaar met elkaar zijn: bijvoorbeeld het verlies aan/aantasting van het buitengebied door een stedelijke ontwikkeling ten opzichte van het verlies aan/aantasting van het buitengebied door de bouw van een agrarisch bedrijfsgebouw; bedrijfsmatige ontwikkelingen (niet aan het buitengebied gebonden) dienen een extra bijdrage in kwaliteitsverbetering te doen, omdat dit soort bedrijven niet gebiedseigen voor het buitengebied is en daardoor altijd een grote impact heeft; de financiële bijdrage kan worden verlaagd als al op een andere manier positief wordt bijgedragen aan de ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied; dit kunnen o.a. de volgende aspecten betreffen: -aanleg robuuste natuur- en landschapselementen 7

23 -voorzieningen extensief recreatief medegebruik -cultuurhistorie, archeologie, architectonische meerwaarde -medewerking aanleg EVZ/EHS -sloop van gebouwen/stallen/kassen. 2.2 Landschap De bijdragen aan kwaliteitsverbetering van het landschap moet passen in het Astense landschap. De landschappelijke structuur in de gemeente Asten kenmerkt zich door de ontginningen in het hoogveenlandschap van de Brabantse Peel. Het landschap valt op basis van de historie van de ontginningen in te delen in: - Essen & kampen; - Kleinschalige zandontginningen en; - Grootschalige ontginningen. Bestaande uit droge en natte grootschalige ontginningen. De meer natuurlijke landschappen zijn de: - Beekdalen en; - Bos en mozaïekgebieden. Deze landschapstypes vormen het uitgangspunt voor de kwaliteitsverbetering van het landschap. Voor de beschrijving van de landschapstypes wordt verwezen naar de structuurvisie bebouwingsconcentraties. De visie op het landschap komt voort uit het LOP. Voor een nadere beschrijving van de visie op het landschap, wordt verwezen naar het LOP. 8

24 3. Uitvoering/procedure kwaliteitsbijdragen 3.1 Procedure ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied en de hoogte van de kwaliteitsbijdragen Zoals in hoofdstuk 1.1 opgenomen moet elke ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied bijdragen aan de verbetering van de kwaliteit van het landschap. Het gaat dan om ontwikkelingen die in strijd zijn met het geldende bestemmingsplan, maar waaraan vanuit ruimtelijke overwegingen toch medewerking kan worden verleend. De procedure voor ruimtelijke ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied kan als volgt schematisch weergegeven worden: Stap 1: Beoordelen plan Iedere ontwikkeling wordt aan het bestemmingplan getoetst. Past een plan niet rechtstreeks in het geldende bestemmingplan dan wordt beoordeeld of het plan wel ruimtelijk aanvaardbaar is op basis van bestaand beleid en structuurvisies. Stap 2b: Bepalen impact Aan de hand van verschillende aspecten wordt de impact van het initiatief bepaald. Is er sprake van geen/verwaarloosbare, een kleine of een grote impact? Stap 3: Bepalen tegenprestatie/bijdrage Op basis van de grootte van de impact en het type ontwikkeling wordt de tegenprestatie bepaald. Opstellen bestemmingsplan/ wijzigingsplan/wabo projectbesluit Hieronder volgt de uitgebreide omschrijving van de bovengenoemde stappen en het bepalen van de hoogte van de kwaliteitsbijdragen: 9

25 Stap 1: Beoordelen plan Iedere ruimtelijke ontwikkeling wordt aan het bestemmingplan getoetst, meestal gebeurt dit op basis van een principeverzoek. Als een ontwikkeling niet direct binnen de regels van het bestemmingsplan past, dient te worden beoordeeld of het plan wel ruimtelijk aanvaardbaar is op basis van bestaand beleid en structuurvisies. De volgende beleidsstukken vormen het ruimtelijke toetsingskader voor nieuwe ontwikkelingen: de kern: - de bestemmingsplannen voor de kernen; - de structuurvisie de Avance. buitengebied: - Bestemmingsplan Buitengebied; - de structuurvisie Bebouwingsconcentraties; - de structuurvisie de Avance. Stap 2: Bepalen impact Na de beoordeling of een plan dat niet rechtstreeks in het bestemmingsplan past ruimtelijk aanvaardbaar is, wordt voor alle type ontwikkelingen de impact van het initiatief bepaald. De impact wordt gebaseerd op het verschil in planologische mogelijkheden op de onderstaande aspecten: de grootte van een ontwikkeling (vergroting bouwvlak/bouwvolume) wordt er gebruik gemaakt van nieuw of bestaand terrein/bebouwing nadelige effecten voor de omgeving (geluid, geur, verkeer, aantasting natuur en landschap enz.) gewenste ontwikkeling op basis van beleid (bijv. recreatie) Per bovenstaand aspect kan positief (+), neutraal (0) of negatief (-) gescoord worden. Bij de beoordeling wordt altijd uitgegaan van de huidige situatie, nieuw wordt met oud vergeleken. Zo kan er bijvoorbeeld in de oude situatie al sprake zijn van nadelige effecten op de omgeving maar nemen deze niet toe, dan is er voor dit initiatief geen sprake van een negatieve score op dit aspect. Hieronder volgt een nadere toelichting wanneer er bij de bovenstaande aspecten sprake is van positief (+), neutraal (0) of negatief (-): de grootte van een ontwikkeling (vergroting bouwvlak/bouwvolume): er is sprake van een kleine ontwikkeling waarbij het bestemmingsvlak en/of het bouwvolume wordt verkleind: + er is sprake van een ontwikkeling waarbij het bestemmingsvlak en het bouwvolume niet wordt vergroot of verkleind: 0 er is sprake van een grote ontwikkeling waarbij het bestemmingsvlak en/of het bouwvolume wordt vergroot: - nieuw of bestaand terrein/bebouwing: er wordt bestaande bebouwing en terreinverharding hergebruikt en overtollige bebouwing of verharding wordt gesloopt resp. verwijderd: + er is geen verschil in bebouwing en terreininrichting: 0 er sprake van verlies aan open gebied en/of natuur/bos: - effecten voor de omgeving (geluid, geur, verkeer, aantasting natuur en landschap enz.) het initiatief heeft een positief effect voor de omgeving, bestaande nadelige effecten nemen (gedeeltelijk) af: + het initiatief heeft geen negatief/positief effect op de omgeving: 0 het initiatief heeft op enkele aspecten een nadelig effect op de omgeving: - gewenste ontwikkeling op basis van beleid (hierop kan niet negatief gescoord worden omdat er dan sprake is van een ongewenste ontwikkeling waaraan geen medewerking zal worden verleend): 10

26 het initiatief draagt bij aan maatschappelijke doelstellingen (woningbouw, zorg, bedrijven) of de gemeentelijke visie (bijv. recreatie): + voor het initiatief zijn geen beleidsuitgangspunten: 0 Op basis van de totaalscore kan er dan een indeling voor de diverse ontwikkelingen worden gemaakt: op geen van bovenstaande punten negatieve score: geen of verwaarloosbare impact op enkele punten negatieve score of ook deels positieve score: kleine/beperkte impact op (bijna) alle punten negatieve score: grote impact Stap 3: Bepalen tegenprestatie/bijdrage Aan de beoordeelde impact wordt vervolgens de tegenprestatie gekoppeld. Daarnaast wordt bekeken wat voor type ontwikkeling het is. Is er sprake van een niet-agrarische bedrijfsmatige ontwikkeling die normaal gesproken thuishoort op een bedrijventerrein dan moet er bovenop de bijdrage voor de impact, een extra bijdrage worden geleverd vanwege de mindere wenselijkheid van een dergelijke ontwikkeling in het buitengebied. Een dergelijke ontwikkeling is natuurlijk alleen toelaatbaar indien de locatie geschikt is en de bedrijfsmatige activiteiten passen. Deze beoordeling gebeurt in stap 1. Schematisch weergegeven betekent dit het volgende: Overige ontwikkelingen Bedrijfsmatige ontwikkeling categorie Geen impact Kleine/beperkte impact Grote impact Type ontwikkeling: nietagrarisch bedrijf dat oorspronkelijk op een bedrijventerrein thuishoort bijdrage geen tegenprestatie goede landschappelijke inpassing (min. 10 % inpassing van totale bestemmingsvlak) goede landschappelijke inpassing (min. 10 % inpassing van totale bestemmingsvlak) + 2,- per m² over de uitbreiding van het bestemmingsvlak/bouwvlak (excl. de m² voor inpassing) + extra bijdrage Sloop aantal m² bebouwing in het buitengebied gelijk aan toe te voegen bebouwing voor de bedrijfsmatige ontwikkeling Door bovenstaande systematiek te hanteren wordt zoveel mogelijk zuinig ruimtegebruik gestimuleerd. Immers een grotere toename van het bouwblok/ruimtegebruik betekent een grotere bijdrage in het fonds ruimtelijke kwaliteit. De impact zou hierdoor zo beperkt mogelijk moeten blijven. 11

27 Vervolg: Opstellen bestemmingsplan/ wijzigingsplan/wabo projectbesluit Naast de hiervoor bepaalde tegenprestatie/bijdrage bij een ruimtelijke ontwikkeling worden er natuurlijk verdere inhoudelijk eisen gesteld aan het bestemmingsplan/ wijzigingsplan of wabo projectbesluit: Ruimtelijk - Er dient sprake te zijn van een passende landschappelijke en/ of stedenbouwkundige inpassing. De verplichte aanleg van erfbeplanting of andere landschapselementen is situatie- en locatieafhankelijk. Er kunnen aanvullende architectonische/stedenbouwkundige eisen worden gesteld aan de plannen. - De nieuwe functies en bebouwing dienen te passen binnen de stedenbouwkundige structuur. Aanwezige cultuurhistorische- en landschapswaarden moeten hierbij behouden of versterkt worden. - Zorgvuldig ruimtegebruik; indien mogelijk dient de ontwikkeling binnen het bestaande bestemmingsvlak plaats te vinden. Daarnaast dient bebouwing waar mogelijk geclusterd te worden. - Overtollige bebouwing moet gesloopt worden. Onder voorwaarden kan deze ingezet worden als andere vorm van tegenprestatie* (zie hieronder). Planologisch - In een ruimtelijke onderbouwing dienen de ontwikkelingen te worden getoetst aan alle relevante beleidsvoorwaarden. Indien nodig dient het plan te worden aangepast op de randvoorwaarden voortvloeiend uit het beleid. Het plan dient in ieder geval in overeenstemming te zijn met de Verordening Ruimte. - In het kader van goede ruimtelijke ordening dienen relevante ruimtelijke en milieuaspecten als bodem, water, archeologie, flora en fauna, verkeer en geluid, bedrijven en milieuzonering, geur etc. te worden onderzocht. - Bij bedrijfsmatige ontwikkeling dient een bedrijfsplan te worden geschreven. - In een anterieure overeenkomst worden indien nodig de afspraken vastgelegd. Financieel - De aanleg van erfbeplanting vindt plaats op kosten van de initiatiefnemer. - Eventuele planschadekosten worden door de gemeente verhaald op de initiatiefnemer via een anterieure overeenkomst. - In het geval van de bouw van een ruimte-voor-ruimtewoning, waarbij geen sloop van agrarische bebouwing binnen de gemeente Asten plaatsvindt, zal een ruimte-voorruimtetitel moeten worden aangekocht door de initiatiefnemer bij de ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor Ruimte C.V.. - Bij ontwikkelingen in de kern wordt op dit moment nog geen bijdrage per m² uitgeefbare grond gevraagd aan de bovenwijkse kosten. * Andere vorm van tegenprestatie Wanneer er naast de verplichte landschappelijke inpassing in een andere vorm een wenselijke bijdrage wordt gedaan, kan de onder stap 3 bepaalde financiële bijdrage in het fonds ruimtelijke kwaliteit worden verlaagd. De gemeente kan bepalen dat de bijdrage verkleind wordt met (een gedeelte van) de investeringskosten van aspecten met een maatschappelijke meerwaarde zoals: extra aanleg natuur- en landschapselementen/landschappelijke inpassing voorzieningen voor extensief recreatief medegebruik cultuurhistorische, archeologische, architectonische meerwaarde medewerking aanleg EVZ/EHS sloop van gebouwen/stallen/kassen (met een maximum van 25,-/m²) Middels een exploitatieberekening (investeringskosten) dient aangetoond te worden wat de financiële bijdrage aan bovengenoemde aspecten is. Na uitvoering of bij afronding van iedere fase dienen de facturen van de werkelijk gemaakte kosten te worden overlegd. Afspraken hierover worden vastgelegd in de anterieure overeenkomst. 12

28 3.2 Borging bijdrage kwaliteitsverbetering De afspraken voor de kwaliteitsverbetering van het buitengebied bij een ruimtelijke ontwikkeling moeten juridisch worden vastgelegd. Een fysieke tegenprestatie ter plaatse van de ontwikkeling dient via de publiekrechtelijke weg te worden geborgd. In een bestemmingsplan (of wijzigingsplan of projectomgevingsbesluit) worden hiervoor voorwaardelijke verplichtingen opgenomen. Deze worden dan als voorwaarde bij de te verlenen ontheffing of omgevingsvergunning opgenomen. Het gebruik van de gronden met de bestemming X conform de bestemming is alleen dan toegestaan indien -omschrijving kwaliteitsverbetering- wordt opgericht (binnen een bepaalde termijn) en in stand gehouden. voorbeeldformulering voorwaardelijke verplichting De financiële bijdrage wordt bindend vastgelegd in een anterieure overeenkomst als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening. Ook de eventuele andere vorm van tegenprestatie wordt vastgelegd in de overeenkomst. Daarnaast wordt hierin ook nogmaals de aanleg als de instandhouding van de landschappelijk inpassing vastgelegd. 3.3 Hardheidsclausule en bijzondere situaties Wanneer er sprake is van een zeer gewenste beleidsmatige ontwikkeling (maatschappelijke bijdrage) of een zeer grote ontwikkeling kan de gevraagde bijdrage in kwaliteitsverbetering onevenredig groot zijn. Bij deze gevallen blijft maatwerk mogelijk. In enkele gevallen kan er bij een initiatief sprake van zijn dat landschappelijke inpassing ter plaatse niet (volledig) mogelijk of wenselijk is. In die gevallen moet een bijdrage worden gedaan bij andere projecten voor kwaliteitsverbetering in het buitengebied. De verlangde inpassing wordt omgerekend naar een geldbedrag. Dit bedrag dient dan gestort te worden in het fonds ruimtelijke kwaliteit. 13

29 4. Exploitatie/ projecten In deze paragraaf zijn de middelen fonds ruimtelijke kwaliteit en projectenlijst toegelicht. Deze instrumenten worden beheerd door de gemeente. De invulling van de rol van de gemeente in het uitvoeren van de structuurvisie wordt eveneens nader toegelicht. Fonds ruimtelijke kwaliteit Voor de uitvoering van de kwaliteitsverbetering in het buitengebied heeft de gemeente een fonds ruimtelijke kwaliteit ingesteld. Vanuit dit fonds kan de gemeente noodzakelijke inrichtingsmaatregelen in het buitengebied financieren. Hierbij moet bijvoorbeeld worden gedacht aan de aanleg van maatschappelijk belangrijke maatregelen, zoals de aanleg en onderhoud van ecologische en groenzones, recreatieve wandel- en fietspaden, sloop van bebouwing etc. Aan de hand van de beoordeling van de impact van een initiatief wordt de gewenste tegenprestatie bepaald (fysieke en/of een financiële bijdrage). De financiële bijdrage wordt in dit fonds ruimtelijke kwaliteit gestort. Deze bijdrage wordt voldaan, voordat de planologische status een feit is. Het fonds ruimtelijke kwaliteit wordt ingezet voor de realisatie van projecten die ruimtelijke kwaliteit nastreven. De omvang van het fonds ruimtelijke kwaliteit is afhankelijk van de ontwikkeling van ruimte-voor-ruimte-woningen (waarvan de gemeente een gedeelte van de aankoop van een titel krijgt teruggestort) in het buitengebied. Daarnaast is de vulling afhankelijk van het aantal ruimtelijke ontwikkelingen in het buitengebied waarbij een financiële tegenprestatie gevraagd wordt. Derhalve is het niet van tevoren aan te geven wat de omvang van de geldstromen zal zijn en welke projecten op welke termijn kunnen worden uitgevoerd. De beschikbare budgetten bepalen de aard en omvang van uit te voeren projecten en de planning daarvan. Het doel is dat de inkomsten en uitgaven uit het fonds ruimtelijke kwaliteit in evenwicht met elkaar zijn. Als instrument voor de bepaling van projecten en planning hanteert de gemeente de hierna beschreven projectenlijst. Projectenlijst Bij deze Structuurvisie behoort een separate projectenlijst (zie bijlage). De projectenlijst is een overzicht van projecten die middels het fonds ruimtelijke kwaliteit worden uitgevoerd. Uitgangspunt voor alle projecten is dat het een positieve bijdrage levert aan de kwaliteit van het buitengebied. Het kunnen particuliere of gemeentelijke projecten betreffen. Wanneer het particuliere initiatieven betreffen worden de kosten na realisatie (na ontvangst van de factuur) uit het fonds betaald. De lijst omvat projecten die voortkomen uit het LOP en gemeentelijke doelstellingen ten aanzien van recreatie en cultuurhistorie. Deze lijst zal actief worden beheerd door de gemeente en aan de hand daarvan worden projecten uitgevoerd. Jaarlijks zal worden bekeken welke projecten ervan kunnen worden uitgevoerd. Op deze wijze wordt voldaan aan de wettelijke verplichting om objectief meetbaar inzichtelijk te maken hoe bijdrages aan het fonds ruimtelijke kwaliteit worden ingezet. 14

30 5 Voorbereidingsprocedure Het ontwerp van de structuurvisie heeft op basis van artikel van het Besluit ruimtelijke ordening vanaf 21 november 2014 zes weken ter inzage gelegen. Er zijn twee inspraakreacties ingediend. Deze zijn samengevat en beantwoord in bijlage 2. 15

31 Bijlage 1: Projectenlijst De onderstaande projectenlijst is een overzicht van projecten waaruit een keuze gemaakt kan worden (afhankelijk van haalbaarheid) die middels het fonds ruimtelijke kwaliteit kunnen worden uitgevoerd. Hier volgt een overzicht van de projecten zoals in het LOP genoemd: - Aanleg en beheer van kleinschalige landschapselementen bij particulieren - Integrale ontwikkeling van de Ooststappense Heide; - Inrichting de Bleeken; - Waterretentie Beekerloop; - Beeklandschapherstel Aa; - Waterberging Diesdonk. Daarnaast wordt met deze structuurvisie ook gestreefd naar de uitvoering van de volgende projecten: - Stimuleren invulling intensief recreatief gebied Diesdonk; - Aanleggen laan vanuit Heusden richting Kasteel (Vaarsenhoff); - Aanleg EVZ s (Astense Aa, Aa en Eeuwselse Loop); - Stimuleren toegankelijk en beleefbaar maken van agrarische bedrijven; - Saneren glastuinbouw uit het beekdal van de Aa; - Slopen/saneren agrarische bedrijven; - N279: inpassing Noordoostcorridor; - Beekherstel bovenloop De Aa; - Aanleg groene zone tussen uitbreidingswijk Heusden oost en het glastuinbouwconcentratiegebied; - Ontsnipperingsmaatregelen voor fauna (faunatunnels onder wegen en hekwerken ter geleiding); - diverse projecten zoals realiseren poelen, nestkasten, ecologisch bermbeheer, educatieprojecten, soortenprojecten; - ondersteunen van nieuwe fiets- en wandelroutes/ommetjes (langs onverharde wegen). - Wandelroute langs waterwegen: via koppeling met onderhoudspaden; - Verbindings- en ontsluitingsroutes voor ruiterpaden; - recreatieve fietsroute kern Asten - Groote Peel; - Stimuleren ketenbenadering voor bedrijven: duurzame recreatie, branding van de Peel, arrangementen; - Landschapskwaliteitsverbetering zowel door middel van vergroten van de soortenrijkdom alsook de inpassing van gebouwen; - Komen tot robuuste natuurgebieden met dito verbindingen, dus ver buiten het Peelgebied (droge EVZ's); - overige projecten die leiden tot een kwaliteitsverbetering in het buitengebied. Ten aanzien van cultuurhistorie: - Ontwikkeling erfgoedkaarten; - Behoud en herstel erfgoed en cultuurhistorie in het buitengebied zoals Peel-Raamstelling/ kazematten bij de Groote Peel, grenspalen provinciegrens, ontginningslandschap rond de Groote Peel; 16

32 - beleefbaar maken van cultuurhistorie. Vanuit de Uitvoeringscommissie Groote Peel zijn de volgende projecten voorgesteld: - Fietsroute voor Rondje Peel; - Meer erfbeplantingsprojecten; - Verwijderen van de Eeuwselse Loop uit te Peel; - N279: ontsnippering, sanering van de vuilstort Asten en geluidsreductie. 17

33 Bijlage 2: Inspraakreacties 1 ZLTO Asten Inspraakreactie De voorgestelde regeling is onvoldoende concreet om een goede afweging te maken of deze werkbaar is. Wat een grote of kleine impact beschrijft u niet. Het is niet duidelijk waar agrarische ontwikkelingen onder vallen. Standpunt gemeente Getracht is de regeling zoals opgenomen in de structuurvisie zo concreet mogelijk te maken. In principe zullen de meeste agrarische ontwikkelingen/uitbreidingen zoals uitbreiding met stallen of sleufsilo s onder de categorie grote impact vallen. Er is bewust voor gekozen om geen oppervlakten op te nemen om grensgevallen te voorkomen en maatwerk te kunnen leveren. Appellant geeft de voorkeur aan de De insteek van de voorliggende provinciale regeling, omdat deze uitgaat gemeentelijke regeling is uit te gaan van van de daadwerkelijke meerwaarde van de impact van een ontwikkeling op het een uitbreiding. buitengebied en niet van de financiële De landschappelijke inpassing mag daarin meerwaarde van een ontwikkeling. Er is onderdeel uitmaken van de 20% financiële uitgegaan van het aangetaste oppervlak inbreng. (m²). Binnen de provinciale regeling is het inderdaad mogelijk dat de landschappelijke inpassing onderdeel uitmaakt van de 20% financiële inbreng. Het is echter wel zo dat er niet slechts sprake is van landschappelijke inpassing Wij hebben juist voor een opsplitsing (landschappelijke inpassing + 2,-/m²) gekozen om zo concreet mogelijk aan te geven wat de bijdrage moet zijn en geen discussie te hebben om de grootte van de meerwaarde en gelijkheid te creëren tussen diverse ontwikkelingen in het buitengebied. Gevolgen voor de structuurvisie - 2 dhr. A. Manders Inspraakreactie Om de kwaliteit van het landschap in het buitengebied te verbeteren stelt appellant voor de verplichting op te nemen om bij verbouw of nieuwbouw van een agrarisch bedrijf of andere bedrijfsruimte, een wal aan te leggen met de minimale hoogte van de goot van het gebouw. Een houtsingel rondom een gebouw werkt niet omdat de bomen niet groeien, volledig doorzichtig zijn of niet worden aangelegd. Door de aanleg van een wal zal het acceptatieniveau van recreanten veel Standpunt gemeente In het landschap van de gemeente Asten zijn van oorsprong geen wallen en weinig hoogteverschillen aanwezig. Voor de beleving van het landschap is het wenselijk zo veel mogelijk aan te sluiten bij de historie van het betreffende landschap en niet het introduceren van gebiedsvreemde elementen. Slechts in uitzonderingsgevallen is het aanleggen van een wal geschikt als onderdeel van inpassing. Als een inpassing van bedrijven met wallen 18

34 hoger zijn en zal het een positieve invloed hebben op stank omdat stofdeeltjes omhoog worden gestuwd en verdund. standaard wordt, wordt daarmee niet het landschap versterkt maar verandert een deel van de karakteristiek van het landschap. Om deze wallen in te passen in het landschap moeten deze beplant worden als houtsingels die nu op de meeste plaatsen als geschikte inpassing worden aangemerkt. Het niet aangroeien of doorzichtig zijn van een verplichte houtsingel wordt niet opgelost door het aanleggen van wallen. Ook de beplanting op deze wallen zou immers niet aangelegd kunnen worden, kunnen dood gaan of doorzichtig kunnen zijn. Het resultaat zou dan zijn dat de bedrijvigheid nog steeds in het zicht ligt en er bovendien een kale wal in het landschap ligt. Voor het verbeteren van luchtkwaliteit (stof en stank) zijn grondwallen niet geschikt. Door het aanleggen van de wal wordt de luchtkwaliteit en geur niet gereduceerd. Door het aanleggen van wallen verandert de luchtcirculatie in de directe omgeving. Door de wervelingen bij de wal zal dichtbij de wal waarschijnlijk een afname van de belasting zijn. Direct achter de wal kan een gunstig effect ontstaan maar op een grotere afstand is het mogelijk dat de situatie verslechterd. De belasting neemt niet af door een wal. - Gevolgen voor de structuurvisie 19

35 Fonds kwaliteitsverbetering buitengebied Omschrijving inkomsten Omschrijving uitgaven Bedrag Bedrag Aanvullende info Afdracht Ruimte-voor-ruimte, tegenprestaties ruimtelijke ontwikkelingen ,00 Subsidie aan waterschap tbv EVZ Astense Aa om kassen in beekdal te slopen ,00 Opheffen milieuverg + sloop agr. bedrijfsgebouwen Heusden tbv woningbouw Heusden ,96 Bijdrage gemeente aan Stimuleringskader Groen Blauwe diensten over 1,5 jaar. Hieruit worden nieuwe landschapselementen aangelegd ,00 Herstel cultuurhistorisch landschap de Bleeken ,25 Subsidie wandelroutebrochure Heemkunde museum Klok & Peel naar Groote Peel en omgeving Groote Peel (reservering) 5.350,00 Aanleg dassenraster (reservering) IVN ,00 Aanleg recreatieve fietsroute Groote Peel, traject Mussenbaan (reservering) ,00 Subsidie gem. Nederweert (reserveren) ,00 Poelenproject (reserveren) ,00 Bijdrage technische maatregelen knelpuntlocaties nav dialoog (reserveren) ,00 Voorfinanciering, vloeit op termijn terug in fonds Ook andere Peelgemeenten, Waterschappen en MRE dragen hieraan bij. Het gezamenlijke bedrag wordt hierna verdubbeld door provincie. Voor periode is in totaal voor de Peel ,00 beschikbaar, waarvan de gemeente Asten over de periode ,00 bijdraagt. Bijdrage van de provincie ,00 voor dit project. Bijdrage gemeente Nederweert ,00 aan deze fietsroute. Daarnaast wordt slim gebruikt gemaakt van de europese subsidie Life+ die is toegekend voor de aanleg van kades om de Groote Peel te vernatten. De bedoeling is dat de werkpaden op de kades ook de functie van fietspad krijgen. Bijdrage is vereiste voor subsidieverkrijging gem. Nederweert (traject Mussenbaan) van provincie Limburg voor recr. Fietsroute Groote Peel op Nederweerts grondgebied (totale kosten bedragen voor gem. Nederweert ,00) Bijdrage is vereiste voor subsidietoekenning (50%) door provincie Noord-Brabant Totaal inkomsten Totaal uitgaven , ,21

36 MEMO ZAAKNUMMER : AST/2015/ AAN : gemeenteraad VAN : Wethouder Th.M. Martens, NAMENS DEZE : M.E. (Maartje) van Tienen-Bekkers, team Ruimtelijke Ontwikkeling/Beleid DATUM : 14 april 2015 ONDERWERP : Memo Raad 28 april 2015 Structuurvisie Kwaliteitsverbetering Tijdens de vergadering van de commissie ruimte van 8 april 2015 is toegezegd dat uw raad nog nadere informatie ontvangt over de technische maatregelen knelpuntlocaties. In de lijst van het fonds kwaliteitsverbetering buitengebied is de omschrijving bijdrage technische maatregelen knelpuntlocaties n.a.v. dialoog (reserveren) opgenomen. Hiermee wordt bedoeld dat er middelen worden gereserveerd die het mogelijk moeten maken om evt. technische maatregelen op knellocaties te kunnen nemen die leiden tot een verbetering van de kwaliteit van het buitengebied. Daarnaast hebben we nog geconstateerd dat sinds de invoering op 1 november 2014 van de nieuwe uitgebreide lijst van aangewezen gevallen onder 2.12, lid 1, sub a onder 2 o Wabo (kruimelgevallen) de mogelijkheden voor wijzigingen in het buitengebied zijn verruimd. Functiewijzigingen voor logies en tijdelijke vergunningen worden hier onder andere mee mogelijk gemaakt. In de voorliggende structuurvisie wordt dit artikel (2.12, lid 1, sub a onder 2 o Wabo) niet genoemd en hoeft er geen tegenprestatie volgens de regeling te worden geleverd. Het is echter wel wenselijk bij dergelijke gevallen ook naar de impact te kijken en wellicht een bijdrage te vragen. We adviseren daarom de structuurvisie in artikel 1.3 (eerste alinea) aan te vullen met dit artikel 2.12, lid 1, sub a onder 2 o Wabo. Tevens zijn er nog vragen gesteld over uitbreiding van bedrijven in het kader van dierenwelzijnseisen. Hierover willen we nog het volgende opmerken. Ten eerste is er bijna nooit sprake van enkel en alleen uitbreiding voor de verbetering van het dierenwelzijn, maar (bijna) altijd in combinatie met een uitbreiding van het bedrijf (aantal dieren). In die gevallen is het bepalen van de impact en een mogelijke bijdrage voor kwaliteitsverbetering wenselijk. Ten tweede zal een uitbreiding die enkel is gericht op verbetering van het dierenwelzijn positief scoren op het aspect gewenste ontwikkeling, waardoor de (negatieve) impact kleiner zal zijn.

37 RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/ Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering van: Agendanummer: p.h.: Vaststellen Beleidsnota plattelandswoningen 1 28 april ThM de raad van de gemeente Asten Samenvatting Op 1 januari 2013 is de Wet plattelandswoning in werking getreden. De wet voorziet in de mogelijkheid om voormalige agrarische bedrijfswoningen door derden te laten bewonen. Burgemeester en wethouders van Asten willen in bepaalde gevallen gebruik maken van deze wettelijke mogelijkheid. De randvoorwaarden voor het aanwijzen van plattelandswoningen zijn vastgelegd in voorliggende Beleidsnota plattelandswoningen. Uw raad wordt gevraagd de beleidsnota vast te stellen. Beslispunten De Beleidsnota plattelandswoningen vaststellen. Inleiding Wet plattelandswoning De meeste agrarische bedrijven beschikken over een bedrijfswoning. Deze is bestemd voor (het huishouden van) de betreffende agrariër. In sommige gevallen woont niet de agrariër, maar een derde (burger), die geen functionele binding heeft met het agrarisch bedrijf, in de bedrijfswoning. Dit is in strijd met het bestemmingsplan. De Wet plattelandswoning biedt gemeenten de mogelijkheid om dergelijke illegale situaties planologisch te regelen. Woon- en leefklimaat Op grond van de Wet plattelandswoning genieten de bewoners van een plattelandswoning hetzelfde beschermingsniveau als de agrariër die in een bedrijfswoning woont. In tegenstelling tot een reguliere burgerwoning wordt een plattelandswoning niet beschermd tegen de milieugevolgen van het (bijbehorend) agrarisch bedrijf. In lijn met de wet vindt het college het aanvaardbaar dat bij het toekennen van plattelandswoningen minder hoge eisen worden gesteld aan het woon- en leefklimaat (o.a. geur). Een recente uitspraak van de Raad van State ( /5) toont echter dat dit niet kan gelden voor het aspect luchtkwaliteit (zwaveloxide, lood, koolmonoxide, benzeen, stikstofoxiden en fijn stof). Hiermee zet de Raad van State een streep door een deel van de bedoelingen van de Wet plattelandswoning. Mogelijk betekent dit dat bij veehouderijen het aanwijzen van plattelandswoningen in veel gevallen onhaalbaar zal blijken gezien de matige luchtkwaliteit ter plaatse. Bij andere agrarische bedrijven, zoals glastuinbouwbedrijven, speelt luchtkwaliteit een ondergeschikte rol *

38 Beleidsnota plattelandswoningen Naast het accepteren van een minder goed woon- en leefklimaat, voor zover wettelijk toegestaan, bevat de Beleidsnota plattelandswoningen de volgende randvoorwaarden voor het toestaan van plattelandswoningen in de gemeente Asten: 1. Het aanwijzen van plattelandswoningen dient zich te beperken tot bestaande knelpuntsituaties. Als peildatum wordt de datum van bekendmaking van de gemeentelijke beleidsnota gehanteerd. In de gemeente Asten gaat het naar schatting om ca. 10 potentiële locaties. 2. De aanwijzing van een plattelandswoning mag niet leiden tot aanvraag van nieuwe bedrijfswoning(en) op enige termijn. 3. Een plattelandswoning wordt alleen toegestaan als het bijbehorend agrarisch bedrijf actief is en ook in de nabije toekomst actief blijft. Als het agrarisch bedrijf gestopt is of op korte termijn gaat stoppen dient aan de gehele locatie een andere herbestemming (bijv. wonen) gegeven te worden. 4. Voor de plattelandswoning gelden dezelfde bouwregels als voor een bedrijfswoning (o.a. een maximale inhoud van 750 m³ en maximaal 80 m² aan bijgebouwen). Wat willen we bereiken Gemeentelijke beleidsregels op grond waarvan uw raad planologische medewerking kan verlenen aan het aanduiden van plattelandswoningen. Wat gaan we daarvoor doen: Indien uw raad instemt met voorliggende beleidsnota vindt de bekendmaking plaats in het digitale gemeenteblad ( Daarnaast zal een nieuwsbericht in het Peelbelang geplaatst worden. De Beleidsnota plattelandswoningen zal raadpleegbaar zijn op de gemeentelijke website Om een agrarische bedrijfswoning aan te duiden als plattelandswoning is herziening van het geldende bestemmingsplan noodzakelijk. Het initiatief hiervoor dient genomen te worden door de eigenaar van de woning. Mogelijke alternatieven: Het aanwijzen van plattelandswoningen is een bevoegdheid die de wetgever aan gemeenten biedt. Veel gemeenten maken van deze bevoegdheid gebruik en hebben beleidsregels vastgesteld voor het aanwijzen van plattelandswoningen. Er zijn echter ook gemeenten die expliciet hebben uitgesproken in beginsel geen gebruik te maken van de mogelijkheden die de Wet plattelandswoning biedt. Risico s: Het aanduiden van plattelandswoningen betekent dat de traditionele ruimtelijke scheiding tussen milieugevoelige (wonen) en milieubelastende (veehouderijen) functies wordt losgelaten. Toegestaan wordt dat burgers op korte afstand van een inwerkingzijnde veehouderij wonen. Hoewel deze burgers hier willens en wetens voor kiezen bestaat het risico op nieuwe belangenconflicten tussen boer en burger. Ook zijn de gezondheidsrisico s van wonen in de buurt van een veehouderij onbekend. Wat mag het kosten: Het aanwijzen van plattelandswoningen vindt plaats door herziening van het bestemmingsplan. De kosten hiervoor worden op de aanvrager verhaald. Bijlage(n)/ter inzage (incl. AST-nr): - Beleidsnota plattelandswoningen (AST/2014/016918) 2/3

39 RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer: Vaststellen Beleidsnota plattelandswoningen 28 april De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 maart 2015 met zaaknummer AST/2015/002575; gehoord het advies van de commissie Ruimte van 8 april 2015; b e s l u i t: de Beleidsnota plattelandswoningen vast te stellen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten van 28 april De raad voornoemd, griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans voorzitter, mr. H.G. Vos doc: RV.RO.15.tk.009 typ: s.olschewsky@asten.nl coll:

40 Beleidsnota plattelandswoningen

41 Titel: Beleidsnota plattelandswoningen Versie: 10 Datum: 26 februari 2015 Auteur(s): ir. S.F. (Stefan) Olschewsky

42 Inhoudsopgave 1. Inleiding Wat is het probleem? Wet plattelandswoning Uitspraak Raad van State Het begrip plattelandswoning Plattelandswoningen in Asten Overwegingen Legalisering in plaats van handhaving Woningmarkt Woon- en leefklimaat Relatie met VAB-beleid Toekomst agrarisch bedrijf Het beleid van de gemeente Asten Alleen bestaande gevallen Geen nieuwe bedrijfswoning(en) Alleen bij levensvatbaar agrarisch bedrijf Acceptatie minder goed woon- en leefklimaat m.u.v. luchtkwaliteit Bouwregels conform geldende bestemmingsplan Planologische regeling Aanduiding in bestemmingsplan Procedure en werkwijze Tot slot Communicatie Overgangsrecht Hardheidsclausule

43 1. Inleiding Op 1 januari 2013 is de Wet plattelandswoning in werking getreden. Om op een goede wijze uitvoering te geven aan deze wet heeft de gemeente Asten beleid opgesteld wanneer zij zal overgaan tot aanwijzing van een plattelandswoning. 1.1 Wat is het probleem? Bijna alle agrarische bedrijven in de gemeente Asten beschikken over één of soms twee bedrijfswoningen. Deze woningen zijn in het verleden planologisch mogelijk gemaakt om te voorzien in de behoefte van eigenaren en medewerkers om in de directe nabijheid van het agrarisch bedrijf te verblijven. Als gevolg van automatisering, modernisering en schaalvergroting in de agrarische sector worden bedrijfswoningen (met name tweede bedrijfswoningen) in een aantal gevallen overbodig. Deze woningen worden vervolgens verkocht aan personen die niet functioneel verbonden zijn aan het agrarisch bedrijf. Ook kan er sprake zijn van zogenaamde rustende boeren. Deze bestaan uit het toenemende aantal stoppende agrariërs die hun agrarische opstallen verkopen, maar zelf nog wel in de bedrijfswoning blijven wonen. In beide gevallen zou er binnen het huidige juridische kader sprake zijn van strijdig gebruik. Immers een derde/burger bewoont een bedrijfswoning, die eigenlijk alleen door eigenaren/werknemers (zij die functioneel verbonden zijn) van het bedrijf mag worden bewoond. In beginsel is de gemeente verplicht hiertegen handhavend op te treden. In de praktijk zijn gemeenten echter weinig genegen om mensen, die soms al hun hele leven in een huis wonen, uit hun eigen woning te zetten. Daarnaast kon de illegale burgerbewoning van een agrarische bedrijfswoning er ook voor zorgen dat het betreffende agrarisch bedrijf in zijn ontwikkelingsmogelijkheden werd beperkt. Met de Wet plattelandswoning heeft de wetgever beoogd een einde aan te maken aan deze ongewenste situatie. 1.2 Wet plattelandswoning De Wet plattelandswoning (of eigenlijk een wijziging van de Wabo en een aantal aanverwante milieuwetten en regelingen) voorziet in de mogelijkheid om voormalige agrarische bedrijfswoningen door derden te laten bewonen. Dit houdt in dat illegale burgerbewoning van agrarische bedrijfswoningen niet langer wordt beschermd tegen milieugevolgen van het bijbehorende bedrijf. Voortaan is het planologisch regime bepalend voor de bescherming tegen negatieve milieueffecten en niet langer het feitelijke gebruik. De wet maakt het mogelijk om de voormalige bedrijfswoning specifiek als plattelandswoning aan te wijzen en deze hiermee een lager beschermingsregime dan een reguliere burgerwoning toe te kennen, gelijk aan dat van een bedrijfswoning. De woning blijft juridisch gezien onderdeel van de inrichting (het agrarisch bedrijf). Voor de omliggende agrarische bedrijven maakt dit overigens geen verschil. De wet lost geen effecten op met naastgelegen agrarische bedrijven. Hierin ligt echter geen probleem. Binnen de geldende milieuwetgeving wordt immers geen onderscheid gemaakt tussen het beschermingsniveau van een (agrarische) bedrijfswoning van een derde of een burgerwoning van een derde. 1.3 Uitspraak Raad van State Op 4 februari 2015 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een uitspraak gedaan die een streep zet door een deel van de bedoelingen van de Wet plattelandswoning 2

44 (Uitspraak /5). De Wet beoogt burgerbewoning van een agrarische bedrijfswoning te legaliseren door deze burgers hetzelfde beschermingsniveau te geven als de agrariër die in de bedrijfswoning woont. In haar uitspraak van 4 februari 2015 oordeelt de afdeling echter dat dit niet kan gelden voor het aspect luchtkwaliteit (o.a. fijn stof). Dit is namelijk in strijd met de Wet luchtkwaliteit die is gebaseerd op Europese wetgeving. Dit betekent dat een burger in een bedrijfswoning met betrekking tot het aspect luchtkwaliteit hetzelfde beschermingsniveau dient te hebben als een burger in een burgerwoning. Gevolg van de uitspraak is dat het toestaan van een plattelandswoning gezien het aspect luchtkwaliteit gevolgen kan hebben voor de ontwikkelingsmogelijkheden van het agrarische bedrijf. Voor het aspect geur geldt dit overigens niet. 1.4 Het begrip plattelandswoning De Wet plattelandswoning voorziet erin dat een bedrijfswoning behorend bij een agrarisch bedrijf door derden bewoond mag worden. Het dient dus nadrukkelijk te gaan om een agrarische bedrijfswoning. Alle agrarische bedrijfsvormen komen hiervoor in aanmerking. De Wet geldt niet voor bedrijfswoningen bij andersoortige bedrijven in het buitengebied, waaronder ook agrarisch verwante en agrarisch-technische hulpbedrijven. Op grond van bovenstaande wordt het begrip plattelandswoning als volgt gedefinieerd: een van oorsprong agrarische bedrijfswoning die is gelegen binnen een agrarisch bouwblok en die gebruikt mag worden door derden die geen functionele relatie hebben met het agrarisch bedrijf dat ter plaatse nog wordt uitgeoefend. Het is een bevoegdheid van de gemeente om al dan niet gebruik te maken van de mogelijkheid die de wetgever biedt om plattelandswoningen aan te duiden. De Wet is nadrukkelijk bedoeld om bestaande knelpuntsituaties op te kunnen lossen. Hiervan is sprake als de agrarische opstallen en de bijbehorende bedrijfswoning verschillende eigenaren hebben. Verhuursituaties en daarmee gelijk te stellen constructies komen niet in aanmerking voor de aanduiding plattelandswoning. Hierbij is nog geen onomkeerbare duurzame situatie ontstaan. De woning is namelijk nog privaatrechtelijk in eigendom van de agrariër die het bedrijf uitvoert. 1.5 Plattelandswoningen in Asten Het is niet duidelijk hoeveel woningen in de gemeente Asten op grond van bovenstaande in aanmerking komen om aangeduid te worden als plattelandswoning. Bij de gemeente zijn twee locaties bekend. Dit betreft de woningen aan Gevlochtesebaan 10 en Hazeldonk 24. Op grond van een korte inventarisatie wordt geschat dat ca. 10 andere woningen in aanmerking komen voor de aanduiding plattelandswoning. 3

45 2. Overwegingen Met de invoering van de Wet plattelandswoning kunnen agrarische bedrijven niet langer in hun ontwikkeling belemmerd worden door illegale bewoning van bedrijfswoningen bij het betreffende bedrijf. Daarnaast biedt de wet gemeenten de mogelijkheid om deze illegale bewoning planologisch te regelen. Bij de vraag hoe hiermee om te gaan, spelen verschillende overwegingen een rol. 2.1 Legalisering in plaats van handhaving De wet geeft gemeenten de mogelijkheid illegale bewoning van een agrarische bedrijfswoning door derden te legaliseren. Door deze woningen in het bestemmingsplan aan te duiden als plattelandswoning kunnen gemeenten niet langer gedwongen worden hiertegen handhavend op te treden. Niettemin zou men als gemeente ook kunnen besluiten om wel alsnog te handhaven op deze illegale bewoning. Tot nu toe is dit echter nooit gemeentelijk beleid geweest, omdat de gevolgen van handhavend optreden onevenredig zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen. Bovendien is hiervoor ook nooit een handhavingsverzoek ingediend. 2.2 Woningmarkt De planologische toekenning van plattelandswoningen betekent in theorie een verruiming van de woningmarkt. Immers wordt bewoning door burgers in het buitengebied, die eerder nog illegaal, was toegestaan. Echter indien het toekennen van plattelandswoningen wordt beperkt tot bestaande knelpuntsituaties zullen er feitelijk geen woningen bijkomen en zal dit geen negatief effect hebben op de woningmarkt. Verondersteld wordt dat een plattelandswoning beter verkoopbaar is dan een losgekoppelde agrarische bedrijfswoning. Zodoende kan het toekennen van plattelandswoningen ook een positief effect hebben op de doorstroming op de woningmarkt. Anderzijds kan men zich wel afvragen hoe gewild plattelandswoningen bij burgers zijn op de huidige woningmarkt. Weliswaar betreft het vaak landelijk gelegen woningen met veel ruimte. Echter zonder bescherming tegen de negatieve milieueffecten van het bijbehorende agrarisch bedrijf. 2.3 Woon- en leefklimaat Uit het voorgaande volgt een belangrijke beleidsmatige afweging met betrekking tot plattelandswoningen. Namelijk wil je de traditionele ruimtelijke scheiding tussen wonen en agrarische bedrijvigheid loslaten? Door de korte afstanden van de plattelandswoning tot de agrarische bedrijfsgebouwen zal in de meeste gevallen een goed woon- en leefklimaat niet gegarandeerd kunnen worden. Indien je dit als gemeente onwenselijk acht ligt het toestaan van plattelandswoningen op locaties waar een verdere groei van de agrarische sector wordt voorzien niet voor de hand. Anderzijds is de wet plattelandswoning juist bedoeld om knelpuntsituaties in dit soort gebieden op te lossen. Kern van de wet is dat de plattelandswoning net als een reguliere bedrijfswoning niet beschermd wordt tegen de milieueffecten van het bijbehorende agrarisch bedrijf. Dit betekent dat het accepteren van een minder woon- en leefklimaat voor plattelandswoningen in veel gevallen niet alleen onvermijdelijk is, maar ook in lijn met de bedoelingen van de wetgever. De Raad van State oordeelt echter op haar beurt dat de wetgever hiermee voorbijgaat aan de Europese regels voor luchtkwaliteit (zie paragraaf 1.3). De beleidsvrijheid die met de Wet plattelandswoning wordt 4

46 beoogd is in de praktijk dus beperkt tot het toestaan van een hogere geluids- en/of geurbelasting. Het accepteren van een slechte luchtkwaliteit is wettelijk niet toegestaan. De legalisatie van plattelandswoningen beperkt zich tot feitelijk bestaande situaties. Hierbij hebben de bewoners van de woning al de keuze gemaakt dat ze in de agrarische omgeving willen wonen en verblijven. Daarmee hebben zij impliciet aangegeven de omgeving te accepteren als een goed woon- en leefklimaat. 2.4 Relatie met VAB-beleid Het beleid voor plattelandswoningen kan niet los gezien worden van het VAB-beleid 1. Dit VABbeleid is bedoeld om stoppende agrariërs alternatieve ontwikkelingsmogelijkheden te bieden om zodoende verloedering van het buitengebied tegen te gaan. Bijvoorbeeld door op sommige plekken in het buitengebied omschakeling naar niet-agrarische bedrijfsvormen toe te staan waarbij de overtollige stallen gesloopt dienen te worden. Een ruimhartig beleid t.a.v. plattelandswoningen zal dit VAB-beleid ondermijnen. Immers indien een stoppende agrariër de mogelijkheid wordt geboden zijn stallen gesplitst te verkopen, los van de woning, dan zal hij minder snel geneigd zijn tot een VAB-ontwikkeling en sloop van stallen. De beleidsdoelen van het VAB-beleid worden zodoende niet behaald en bovendien werkt het de schaalvergroting van de landbouw in de hand. Bovenstaande pleit voor een terughoudend beleid t.a.v. plattelandswoningen, waarbij de toekenning van plattelandswoningen wordt beperkt tot bestaande gevallen en op bouwblokken met een levensvatbaar agrarisch bedrijf. Immers indien sprake is van een stoppende agrariër is omschakeling naar een woonbestemming (burgerwoning), waarbij de agrarische stallen worden gesloopt, dan wel een andere VAB-ontwikkeling beter passend. 2.5 Toekomst agrarisch bedrijf Op grond van voorgaande dient het toestaan van plattelandswoningen zich te beperken tot situaties waar sprake is van een in werking zijnd bedrijf met enig toekomstperspectief. Echter valt niet uit te sluiten dat het bij de plattelandswoning behorende agrarisch bedrijf op enig moment in de toekomst toch wordt beëindigd. Op dat moment dient één passende (her)bestemming gegeven te worden aan zowel de plattelandswoning als de leeggekomen agrarische opstallen. 1 VAB: Vrijkomende Agrarische Bedrijfsbebouwing 5

47 3. Het beleid van de gemeente Asten Op grond van voorgaande overwegingen worden de volgende beleidsregels gehanteerd voor het planologisch toekennen van plattelandswoningen. 3.1 Alleen bestaande gevallen De wet plattelandswoning dient gezien te worden als een middel om bestaande knelpuntsituaties op te lossen. Dit betekent dat een plattelandswoning enkel kan worden toegekend aan bestaande gevallen. Als peildatum wordt de datum van bekendmaking van deze beleidsnota gehanteerd (zie paragraaf 5.1). De kadastrale afsplitsing van de bedrijfswoning van de bedrijfsgebouwen dient voor deze datum te hebben plaatsgevonden. 3.2 Geen nieuwe bedrijfswoning(en) De aanwijzing van een plattelandswoning mag niet leiden tot aanvraag van nieuwe bedrijfswoning(en) op enige termijn. Het provinciale beleid sluit dit bovendien uit. De plattelandswoning blijft immers onderdeel van het agrarisch bouwblok. Medewerking aan een nieuwe bedrijfswoning is daarom uitgesloten. 3.3 Alleen bij levensvatbaar agrarisch bedrijf Plattelandswoningen zijn in beginsel in het gehele buitengebied toegestaan, mits op hetzelfde bouwblok een (economisch) levensvatbaar bedrijf is gevestigd. Immers als de betreffende agrariër gestopt is of dit op korte termijn zal doen, dan heeft een omschakeling naar een woonbestemming de voorkeur. Of sprake is van een levensvatbaar bedrijf is enerzijds afhankelijk van de agrariër zelf. Als recent investeringen zijn gedaan in het bedrijf of de agrariër hiervoor concrete plannen heeft voor de nabije toekomst dan dient geconcludeerd te worden dat het bedrijf levensvatbaar is. Anderzijds hangt de levensvatbaarheid ook af van de ontwikkelingsruimte die het gemeentelijk en provinciaal beleid bieden voor de agrarische sector op de betreffende locatie. In gebieden waar het beleid is gericht op beperking van de veehouderij (voorheen extensiveringsgebied) zal eerder sprake zijn van een niet-levensvatbaar bedrijf. 3.4 Acceptatie minder goed woon- en leefklimaat m.u.v. luchtkwaliteit Met uitzondering van het aspect luchtkwaliteit (zwaveloxide, lood, koolmonoxide, benzeen, stikstofoxiden en fijn stof) worden plattelandswoningen niet beschermd tegen de milieueffecten van het bijbehorende agrarisch bedrijf. Hierdoor dient men te aanvaarden dat de geluids- en geurbelasting op een plattelandswoning in veel gevallen hoger is dan op een reguliere burgerwoning acceptabel wordt geacht. Dit betekent dat, behalve ten aanzien van de luchtkwaliteit, de gemeente geen minimale eisen oplegt aan het woon- en leefklimaat. Wel dient een aanvraag voor een plattelandswoning vergezeld te gaan van een motivering van het woon- en leefklimaat. Hierbij gaat het erom inzichtelijk te maken hoe de milieukwaliteit ter plaatse is t.a.v. alle relevante milieuaspecten. De conclusies dienen opgenomen te worden in de ruimtelijke onderbouwing. Dit schept duidelijkheid aan de kant van de aanvrager, omwonenden, omliggende bedrijven, professionele partijen zoals makelaars, maar ook de gemeente en overige overheden. 6

48 3.5 Bouwregels conform geldende bestemmingsplan De bouwregels voor een agrarische bedrijfswoning blijven van toepassing op de plattelandswoning. Conform het bestemmingsplan Buitengebied Asten 2008 betekent dit dat plattelandswoningen een maximale inhoud van 750 m³ kunnen hebben. Dit is meer dan reguliere burgerwoningen waarvoor een maximale inhoud van 600 m³ is toegestaan. Indien de inhoud van de bestaande woning groter is dan 750 m³, geldt deze inhoud ook als maximale inhoud voor de plattelandswoning. Voor vrijstaande bijgebouwen bij alle woningen in het buitengebied geldt dat op grond van het geldende bestemmingsplan 80 m² is toegestaan. In beginsel geldt deze oppervlakte ook als maximum voor de vrijstaande bijgebouwen bij plattelandswoningen. In veel gevallen zal de oppervlakte aan bijgebouwen bij voormalige agrarische bedrijfswoningen (plattelandswoningen) echter meer bedragen dan 80 m², doordat bij de splitsing van het agrarisch bedrijf voormalige bedrijfsgebouwen (schuren, loodsen) bij de woning zijn betrokken. Deze bebouwing wordt niet positief bestemd bij het aanduiden van de plattelandswoning, maar valt onder het overgangsrecht (zie paragraaf 5.2). 7

49 4. Planologische regeling Mits voldaan wordt aan het hiervoor beschreven beleid dient een planologische regeling getroffen te worden teneinde bestaande knelpuntsituaties definitief op te lossen. Hierna wordt beschreven op welke wijze dit dient te gebeuren. 4.1 Aanduiding in bestemmingsplan Voor iedereen dient duidelijk te zijn welke agrarische bedrijfswoningen als plattelandswoning worden aangemerkt. Daarom dienen deze woningen op de verbeelding van het bestemmingsplan voorzien te worden van de aanduiding plattelandswoning. De onderliggende agrarische bestemming blijft hierbij ongewijzigd, zodat de relatie tussen de plattelandswoning en het bijbehorend agrarisch bedrijf behouden blijft. De plattelandswoning blijft dus een bedrijfswoning, maar krijgt een extra aanduiding plattelandwoning. Om de aanduiding op de verbeelding van het bestemmingsplan vast te leggen dient het bestemmingsplan herzien te worden. Met een omgevingsvergunning waarbij op grond van artikel 2.12 lid 1, sub a onder 3 van de Wabo wordt afgeweken van het bestemmingsplan is dit niet mogelijk. 4.2 Procedure en werkwijze Om een agrarische bedrijfswoning aan te duiden als plattelandswoning is herziening van het geldende bestemmingsplan noodzakelijk. Het initiatief hiervoor dient genomen te worden door de eigenaar van de plattelandswoning. Bij voorkeur dient hij hierbij ook de eigenaar van het bijbehorend agrarisch bedrijf te betrekken. Zij hebben de ontstane planologisch strijdige situatie immers zelf veroorzaakt. Zij kunnen daarom in beginsel ook verantwoordelijk gehouden worden voor het oplossen van de knelpuntsituatie. Zij dienen hiervoor een verzoek in te dienen bij de gemeente. Mits voldaan wordt aan de hiervoor gestelde voorwaarden kan medewerking worden verleend aan het verzoek. Medewerking vindt plaats door herziening van het bestemmingsplan. Hierbij is het mogelijk om voor ieder verzoek een afzonderlijke procedure te volgen (postzegelplan). Vanuit het oogpunt van efficiency is het wenselijk aan te sluiten bij de nieuwe gemeentelijke werkwijze van de (half)jaarlijkse bestemmingsplanherzieningen (veegplan). Tenslotte kan in het nieuwe bestemmingsplan buitengebied een wijzigingsbevoegdheid opgenomen worden op grond waarvan burgemeester en wethouders bevoegd zijn plattelandswoningen toe te kennen. 8

50 5. Tot slot 5.1 Communicatie De bekendmaking van deze beleidsnota wordt digitaal gepubliceerd in het Gemeenteblad op De Beleidsnota plattelandswoningen zal raadpleegbaar zijn op de gemeentelijke website Daarnaast zal een nieuwsbericht in het Peelbelang geplaatst worden. 5.2 Overgangsrecht Een plattelandswoning wordt alleen toegestaan bij een levensvatbaar agrarisch bedrijf. Toch is het niet ondenkbaar dat de agrarische activiteiten op enig moment in de toekomst beëindigd worden. Op dat moment vervalt ook de planologische grondslag van de plattelandswoning. Sloop van de vrijkomende stallen en omschakeling naar een bestemming wonen vormt dan een logische en meest gewenste herbestemming. Indien omschakeling naar een woonbestemming niet mogelijk blijkt wordt het gebruik van de plattelandswoning onder het overgangsrecht van het bestemmingsplan gebracht. De oppervlakte aan bijgebouwen bij de plattelandswoning, groter dan op grond van het bestemmingsplan is toegestaan bij een reguliere bedrijfswoning wordt ook onder het overgangsrecht van het bestemmingsplan gebracht (zie ook paragraaf 3.5). 5.3 Hardheidsclausule Het college van burgemeester en wethouders kan in het belang van een goede ruimtelijke ordening afwijken van het beleid zoals omschreven in deze nota indien de strikte toepassing van het beleid zou leiden tot een niet gewenste uitkomst. 9

51

52

53

54

55

56

57

58

59

60

61

62 MEMO ZAAKNUMMER: AST/2015/ AAN : Gemeenteraad VAN : Wethouder Th.M. Martens, NAMENS DEZE : S.F. (Stefan) Olschewsky, team Ruimtelijke Ontwikkeling/Beleid DATUM : 15 april 2015 ONDERWERP : Memo Beleidsnota plattelandswoningen In de vergadering van de commissie Ruimte van 8 april jl. is de Beleidsnota plattelandswoningen besproken. Hierbij kwam de regeling van de gemeente Venray ter sprake, die een ruimtelijke scheiding tussen plattelandswoning en agrarische bedrijfsactiviteiten voorschrijft. In deze memo wordt uw raad nader geïnformeerd over de mogelijkheden voor het opnemen van afstandsnormen. Beleidsnota Plattelandswoningen gemeente Venray In hoofdstuk 5 van de beleidsnota Plattelandswoningen gemeente Venray zijn de voorwaarden voor het toekennen van een plattelandswoning omschreven. De gemeente Venray hanteert o.a. de volgende voorwaarden: Bij nieuwbouw van bedrijfsgebouwen dient een ruimtelijke scheiding ten opzichte van de plattelandswoning in acht te worden genomen van ten minste 25 meter. Dit vervangt de 15 meter die bij een agrarische bedrijfswoning van toepassing is en sluit aan bij de afstand die van toepassing is bij burgerwoningen. Voor bedrijfsmatige activiteiten buiten de bedrijfsgebouwen dient een ruimtelijke scheiding ten opzichte van de plattelandswoning in acht te worden genomen van ten minste 25 meter. Dit betreft bedrijfsactiviteiten zoals opslag kadavers, rangeren en parkeren van bedrijfsmaterieel of afspuiten van machines. Wel of geen afstandsnorm? Door bij het toekennen van plattelandswoningen een ruimtelijke scheiding tussen de plattelandswoning en de agrarische bedrijfsactiviteiten te eisen beoogt de gemeente Venray de bewoners van de plattelandswoning te beschermen tegen de milieueffecten van het bijbehorend agrarisch bedrijf. Indien uw raad het ook belangrijk vindt dat de bewoner(s) van de plattelandswoning beter beschermd worden tegen (de toekomstige ontwikkeling van) het bijbehorend agrarisch bedrijf, is het mogelijk om ook in het Astense beleid hier een afstandsnorm voor op te nemen. Wij geven uw raad hierbij wel de volgende overwegingen mee: 1. De kadastrale splitsing is bepalend Plattelandswoningen worden slechts toegestaan in bestaande situaties waarbij het eigendom van de bedrijfswoning is gesplitst van de bedrijfsgebouwen. Hiermee is feitelijk al een ruimtelijke scheiding verwezenlijkt die schijnbaar acceptabel was voor de bewoner van de plattelandswoning. Het is voor de agrariër niet mogelijk om zijn bedrijf uit te breiden op grond die niet zijn eigendom is. N.B. zal bij het planologisch toekennen van een plattelandswoning niet alleen de woning worden aangeduid als plattelandswoning, maar komen ook het bijbehorende

63 2. 3. erf en tuin binnen het aanduidingsvlak plattelandswoning te liggen. In veel gevallen zal de begrenzing van dit aanduidingsvlak gelijk zijn aan de kadastrale grens. Plattelandswoning wordt al beschermd op luchtkwaliteit Op grond van de uitspraak van de Raad van State van 4 februari jl. geniet een burger in een agrarische bedrijfswoning met betrekking tot het aspect luchtkwaliteit (o.a. fijn stof) hetzelfde beschermingsniveau als een burger in een burgerwoning. Dit betekent dat bij de nieuwbouw van een bedrijfsgebouw de plattelandswoning m.b.t. het aspect luchtkwaliteit al wettelijk wordt beschermd. Agrarisch bedrijf wordt onnodig belemmerd Op grond van voorgaande worden plattelandswoningen in de praktijk al beschermd tegen de milieueffecten van het bijbehorend agrarisch bedrijf. Het is de vraag hoeveel het opnemen van een afstandsnorm hier nog aan bijdraagt. Een minimale afstand tussen woning en bedrijfsactiviteiten biedt evenmin zekerheid dat geen (milieu)overlast ontstaat. Als het bijvoorbeeld gaat om geuroverlast zijn de plaats van het emissiepunt van de stal en mitigerende maatregelen (luchtwassers) meer bepalend voor de ervaren (geur)overlast. Door het opnemen van een afstandsnorm loop je het risico dat de toekomstige ontwikkeling van het agrarisch bedrijf onnodig wordt beperkt. Op grond van bovenstaande en met het oog op beperking van regeldruk adviseren wij geen afstandsnorm op te nemen voor nieuwe agrarische bedrijfsgebouwen /-activiteiten t.o.v. de plattelandswoning. Voor u ligt ter inzage: Beleidsnota Plattelandswoningen gemeente Venray (AST/2015/6243) 2/2

64 RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/ Onderwerp: Oprichting van en deelname in Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost Bijlage(n): Vergadering van: Agendanummer: p.h.: 1 28 april HV De raad van de gemeente Asten Samenvatting Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost is een samenwerkingsverband tussen gemeenten, (justitiële) overheidsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Het doel is de verbetering van veiligheid en leefbaarheid in de 21 gemeenten in Brabant Zuidoost. Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost heeft momenteel geen formele status. De basis voor besluitvorming door het bestuur is niet vastgelegd. Het bestuur van het Veiligheidshuis heeft daarom besloten het Veiligheidshuis een formele status te geven middels een samenwerkingsovereenkomst en de oprichting van een beheersstichting, waarin alle 21 gemeenten zullen deelnemen. De oprichting van en deelname in een stichting is een bevoegdheid van de colleges. Op grond van artikel 160, tweede lid, van de Gemeentewet zijn de colleges verplicht om, voorafgaand aan de definitieve besluitvorming, de afzonderlijke gemeenteraden in de gelegenheid te stellen om wensen en bedenkingen kenbaar te maken over het voorgenomen besluit. Beslispunten Wij adviseren uw Raad: 1. in te stemmen met het voorgenomen besluit van het college tot oprichting van en deelname in de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost; 2. geen wensen en bedenkingen over dit voorgenomen besluit kenbaar te maken. Inleiding Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost is een samenwerkingsverband tussen gemeenten, (justitiële) overheidsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Het doel is de verbetering van veiligheid en leefbaarheid in de 21 gemeenten in Brabant Zuidoost. De kracht van het veiligheidshuis is een goede samenwerking tussen de verschillende organisaties, zoals gemeenten, politie, Openbaar Ministerie, Raad voor de Kinderbescherming, maatschappelijk werk, verslavingszorg en Slachtofferhulp Nederland. Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost mist, in tegenstelling tot veel andere veiligheidshuizen, een formele status. Het Veiligheidshuis kent op dit moment geen rechtsvorm. Het is beheersmatig gekoppeld aan de gemeente Eindhoven, maar behoort feitelijk toe aan alle 21 gemeenten in de *

65 regio Brabant Zuidoost. Uit de 21 gemeenten is een bestuur gekozen dat bestaat uit een zevental burgemeesters en wethouders. Deze opzet is niet vastgelegd. Het ontbreken van een formele status heeft tot gevolg dat het bestuur geen formele basis heeft op grond waarvan zij besluiten kan nemen. Ook beheersmatige zaken, zoals het vaststellen van de begroting en de verantwoordelijkheid daarvoor, liggen niet vast. Dit probleem speelt ook bij de samenwerking met de ketenpartners. Wat willen we bereiken: Het tot stand brengen van een bestuurlijke en juridische structuur voor het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost, waarbinnen de beoogde doelen op een efficiënte en effectieve wijze kunnen worden gerealiseerd. Wat gaan we daarvoor doen: Het bestuur van het Veiligheidshuis heeft besloten het Veiligheidshuis een formele status te geven. Dit gebeurt op twee manieren: 1. De organisatie van het Veiligheidshuis, de opbouw, de doelstelling, de taken en rolverdeling van de verschillende organen en de samenwerking met de ketenpartners worden geborgd in een samenwerkingsovereenkomst. Aan de samenwerkingsovereenkomst nemen naast de 21 gemeenten ook de ketenpartners. Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd om de samenwerkingsovereenkomst aan te gaan. 2. Het financiële beheer, de huisvesting en het faciliteren van personeel en organisatie worden belegd bij een op te richten beheersstichting, de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost. Aan de beheersstichting nemen alleen de 21 gemeenten deel. Van iedere gemeente wordt één persoon uit het college van burgemeester en wethouders afgevaardigd om plaats te nemen in het Algemeen bestuur. Het is aan de gemeenten zelf om te beslissen wie wordt afgevaardigd. Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten dat vanuit Asten de burgemeester wordt afgevaardigd. Wensen en bedenkingen Het college kan op grond van artikel 160, tweede lid, van de Gemeentewet slechts besluiten tot oprichting van en deelname in een stichting, indien dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen openbaar belang. In het geval van het Veiligheidshuis is overwogen dat de oprichting van een stichting met een sterk beheersmatig karakter de meest effectieve en efficiënte vorm van samenwerking is om het te dienen openbaar belang te kunnen behartigen. Op grond van artikel 160, tweede lid, van de Gemeentewet kan het college het besluit tot oprichting van of deelname in een stichting pas definitief nemen, indien de gemeenteraad de gelegenheid heeft gehad om wensen en bedenkingen over het voorgenomen besluit kenbaar te maken. Daarom wordt in alle 21 gemeenten het voorgenomen besluit voorgelegd aan de gemeenteraad. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten heeft in haar vergadering van 10 maart 2015 een voorgenomen besluit genomen tot oprichting van en deelname in de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost. Wij adviseren u in te stemmen met dit voorgenomen besluit en geen wensen of bedenkingen kenbaar te maken. Vervolg Het oprichten van de stichting behoeft op grond van artikel 160 lid 3 Gemeentewet de goedkeuring van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant. Eventueel geuite wensen en bedenkingen door de gemeenteraad moeten daarbij ook aan de provincie gemeld worden. Zodra de colleges van alle deelnemende gemeenten een definitief besluit hebben genomen, worden deze besluiten gezamenlijk in één procedure door het Veiligheidshuis voorgelegd ter provinciale goedkeuring. Deze goedkeuring kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. 2/4

66 Mogelijke alternatieven: Niet instemmen met het voorgenomen besluit over de oprichting van en deelname in de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost is een alternatief. De gemeente zal dan een alternatief moeten zoeken bij de aanpak van complexe casuïstiek waarbij zorg en veiligheid een rol spelen. Risico s: Geen. Wat mag het kosten: Deelname aan de stichting heeft geen gevolgen voor de jaarlijkse financiële bijdrage. Deze blijft 3.873, - bedragen. Bijlage(n)/ter inzage (incl. AST-nr): - Stichtingsakte Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost (concept) (AST/2015/003197) 3/4

67 RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer: Oprichting van en deelname in Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost 28 april De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 maart 2015 met zaaknummer AST/2015/001199; gehoord het advies van de commissie Algemene Zaken en Control van 9 april 2015; b e s l u i t: In te stemmen met het voorgenomen besluit van het college tot oprichting van en deelname in de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost. Geen wensen en bedenkingen over dit voorgenomen besluit kenbaar te maken. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten van 28 april De raad voornoemd, griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans voorzitter, mr. H.G. Vos dikt: RV.MO.15.tk.007 typ: a.verberkt@asten.nl coll:

68 COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/ Voorstel voor de vergadering van de Commissie Algemene Zaken en Control op 9 april 2015 Agendanummer : Onderwerp: Opsteller: Portefeuillehouder: Oprichten van en deelname in de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost Mevrouw A. Verberkt, team Veiligheid en Brandweerzorg De heer H. Vos Datum: 24 februari 2015 Voorstel: Presentatie: Wensen en bedenkingen meegeven aan college van burgemeester en wethouders over oprichting van en deelname in de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost. Nee Bijlage(n)/ter inzage - Ontwerpbesluit college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten tot de oprichting van en deelname in de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost; - Stichtingsakte Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost (concept) Samenvatting Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost is een samenwerkingsverband tussen gemeenten, (justitiële) overheidsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Het doel is de verbetering van veiligheid en leefbaarheid in de 21 gemeenten in Brabant Zuidoost. Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost heeft momenteel geen formele status. De basis voor besluitvorming door het bestuur is niet vastgelegd. Het bestuur van het Veiligheidshuis heeft daarom besloten het Veiligheidshuis een formele status te geven middels een samenwerkingsovereenkomst en de oprichting van een beheersstichting, waarin alle 21 gemeenten zullen deelnemen. De oprichting van en deelname in een stichting is een bevoegdheid van de colleges. Op grond van artikel 160, tweede lid, van de Gemeentewet zijn de colleges verplicht om, voorafgaand aan de definitieve besluitvorming, de afzonderlijke gemeenteraden in de gelegenheid te stellen om wensen en bedenkingen kenbaar te maken over het ontwerpbesluit. In Asten is deze gelegenheid voorbehouden aan uw commissie. Inleiding Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost is een samenwerkingsverband tussen gemeenten, (justitiële) overheidsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Het doel is de verbetering van veiligheid en leefbaarheid in de 21 gemeenten in Brabant Zuidoost. De kracht van het veiligheidshuis is een goede samenwerking tussen de verschillende

69 organisaties, zoals gemeenten, politie, Openbaar Ministerie, Raad voor de Kinderbescherming, maatschappelijk werk, verslavingszorg en Slachtofferhulp Nederland. Het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost mist, in tegenstelling tot veel andere veiligheidshuizen, een formele status. Het Veiligheidshuis kent op dit moment geen rechtsvorm. Het is beheersmatig gekoppeld aan de gemeente Eindhoven, maar behoort feitelijk toe aan alle 21 gemeenten in de regio Brabant Zuidoost. Uit de 21 gemeenten is een bestuur gekozen dat bestaat uit een zevental burgemeesters en wethouders. Ook deze opzet is niet vastgelegd. Het ontbreken van een formele status heeft tot gevolg dat het bestuur geen formele basis heeft op grond waarvan zij besluiten kan nemen. Ook beheersmatige zaken, zoals het vaststellen van de begroting en de verantwoordelijkheid daarvoor, liggen niet vast. Dit probleem speelt ook bij de samenwerking met de ketenpartners. Wat willen we bereiken Het tot stand brengen van een bestuurlijke en juridische structuur voor het Veiligheidshuis Brabant Zuidoost, waarbinnen de beoogde doelen op een efficiënte en effectieve wijze kunnen worden gerealiseerd. Wat gaat we daarvoor doen: Het bestuur van het Veiligheidshuis heeft besloten het Veiligheidshuis een formele status te geven. Dit gebeurt op twee manieren: 1. De organisatie van het Veiligheidshuis, de opbouw, de doelstelling, de taken en rolverdeling van de verschillende organen en de samenwerking met de ketenpartners worden geborgd in een samenwerkingsovereenkomst. Aan de samenwerkingsovereenkomst nemen naast de 21 gemeenten ook de ketenpartners. Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd om de samenwerkingsovereenkomst aan te gaan. 2. Het financiële beheer, de huisvesting en het faciliteren van personeel en organisatie worden belegd bij een op te richten beheersstichting, de Stichting Beheer en Exploitatie Veiligheidshuis Brabant Zuidoost. Aan de beheersstichting nemen alleen de 21 gemeenten deel. Van iedere gemeente wordt één persoon uit het college van burgemeester en wethouders afgevaardigd om plaats te nemen in het algemeen bestuur. Het is aan de gemeenten zelf om te beslissen wie wordt afgevaardigd. Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten dat vanuit Asten de burgemeester wordt afgevaardigd. Wensen en bedenkingen Het college kan op grond van artikel 160, tweede lid, van de Gemeentewet slechts besluiten tot oprichting van en deelneming in een stichting, indien dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen openbaar belang. In het geval van het Veiligheidshuis is overwogen dat de oprichting van een stichting met een sterk beheersmatig karakter de meest effectieve en efficiënte vorm van samenwerking is om het te dienen openbaar belang te kunnen behartigen. De stichtingsakte is opgesteld door een uitgebreide groep van juristen (van de gemeenten Bladel, Eindhoven, Helmond, Nuenen, Reusel-De Mierden en het A2 samenwerkingsverband) in samenwerking met de ketenmanager van het Veiligheidshuis. Het college kan het besluit tot oprichting van of deelname in een stichting conform artikel 160 lid 2 Gemeentewet pas definitief nemen, indien de gemeenteraad de gelegenheid heeft gehad om wensen en bedenkingen kenbaar te maken. In alle 21 gemeenten wordt het voorgenomen besluit daarom eerst voorgelegd aan de raad. In Asten berust de taak om 'wensen en bedenkingen uit te spreken of te formuleren ten behoeve van het college ter verdere voorbereiding van voorstellen of te nemen besluiten' conform de Verordening op de raadscommissies niet bij de gemeenteraad, maar bij de 2/3

70 raadscommissies. Daarom stellen wij uw commissie in de gelegenheid om wensen en bedenkingen over het voorgenomen besluit kenbaar te maken aan het college. Wij adviseren u in te stemmen met het voorgenomen besluit over de oprichting van en deelname in de stichting Beheer en Exploitatie veiligheidshuis Brabant Zuidoost en geen wensen of bedenkingen kenbaar te maken. Vervolg Het oprichten van de stichting behoeft op grond van artikel 160 lid 3 Gemeentewet de goedkeuring van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant. Eventueel geuite wensen en bedenkingen moeten daarbij ook aan de provincie gemeld worden. Zodra de colleges van alle deelnemende gemeenten een definitief besluit hebben genomen, worden deze besluiten gezamenlijk in één procedure door het Veiligheidshuis voorgelegd ter provinciale goedkeuring. Deze goedkeuring kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Mogelijke alternatieven: Niet instemmen met het voorgenomen besluit over de oprichting van en deelname in de stichting Beheer en Exploitatie veiligheidshuis Brabant Zuidoost is een alternatief. De gemeente zal dan een alternatief moeten zoeken bij de aanpak van complexe casuïstiek waarbij zorg en veiligheid een rol spelen. Risico s: Geen. Wat mag het kosten: Deelname aan de stichting en de samenwerkingsovereenkomst heeft geen gevolgen voor de jaarlijkse financiële bijdrage. Deze blijft 3.873,- bedragen. 3/3

71

72

73

74

75

76

77

78

79

80

81

82

83

84

85

86

Structuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap

Structuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap Structuurvisie kwaliteitsverbetering van het landschap 28 april 2015 Ontwerp ter inzage: 21 november 2014 t/m 2 januari 2015 Vastgesteld: 28 april 2015 2 Inhoud 1. Inleiding... 4 1.1 Aanleiding: Structuurvisie

Nadere informatie

Vastgesteld 3 november 2015

Vastgesteld 3 november 2015 Vastgesteld 3 november 2015 GEMEENTERAAD VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten gehouden op dinsdag 6 oktober 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis. Aanwezig: De voorzitter

Nadere informatie

CONCEPT. van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten gehouden op dinsdag 2 februari 2016 in de raadzaal van het gemeentehuis.

CONCEPT. van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten gehouden op dinsdag 2 februari 2016 in de raadzaal van het gemeentehuis. CONCEPT GEMEENTERAAD VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten gehouden op dinsdag 2 februari 2016 in de raadzaal van het gemeentehuis. Aanwezig: De voorzitter De leden per

Nadere informatie

CONCEPT. van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op 5 maart 2013, om uur in de raadzaal van het gemeentehuis.

CONCEPT. van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op 5 maart 2013, om uur in de raadzaal van het gemeentehuis. VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op 5 maart 2013, om 20.00 uur in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter De leden De genodigden

Nadere informatie

CONCEPT. van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op 7 juli 2014, om uur in de raadzaal van het gemeentehuis.

CONCEPT. van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op 7 juli 2014, om uur in de raadzaal van het gemeentehuis. VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op 7 juli 2014, om 20.00 uur in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter burgemeester H.G.

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad Vergadering: 7 oktober 2013

Aan de gemeenteraad Vergadering: 7 oktober 2013 Aan de gemeenteraad Vergadering: 7 oktober 2013 Nummer: 9A Tubbergen, 27 september 2013 Onderwerp: Vaststellen van het beleidskader voor de toepassing van de Kwaliteitsimpuls groene omgeving KGO. Samenvatting

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

04. SINT-NUCHIELSgSTEL gemeente

04. SINT-NUCHIELSgSTEL gemeente Gemeenteraad 04. SINT-NUCHIELSgSTEL Raadsvergadering van 9 juli 2015. Punt Bijlage Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan "Actualisatieplan Buitengebied" en de structuurvisie "Aanvulling

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Agendapunt nr.:

Raadsvoorstel. Agendapunt nr.: Agendapunt nr.: Raadsvoorstel Onderwerp: Gewijzigd vaststellen van het bestemmingsplan Buitengebied 2009, herziening Kattenbos 6 te Reusel Datum besluit B&W: 5 februari 2019 Vergaderdatum: 12 maart 2019

Nadere informatie

Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Kokmeeuwenweg 22

Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Kokmeeuwenweg 22 Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Kokmeeuwenweg 22 burgemeester en wethouders van A s t e n; gezien het verzoek om medewerking van A.J.M. van Hoof, Kokmeeuwenweg

Nadere informatie

van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op dinsdag 3 april 2012, om uur in de raadzaal van het gemeentehuis.

van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op dinsdag 3 april 2012, om uur in de raadzaal van het gemeentehuis. VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op dinsdag 3 april 2012, om 20.00 uur in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter De leden

Nadere informatie

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begripsbepaling 5 Hoofdstuk 2 Algemene

Nadere informatie

CONCEPT

CONCEPT VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op dinsdag 3 februari 2015, om 20.00 uur in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter burgemeester

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Nummer Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan 'Parapluherziening Buitengebied Bunnik'

RAADSVOORSTEL. Nummer Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan 'Parapluherziening Buitengebied Bunnik' RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 01-11-2018 18-088 Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan 'Parapluherziening Buitengebied Bunnik' Aan de raad, Onderwerp Vaststellen bestemmingsplan 'Parapluherziening

Nadere informatie

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging en begrenzing

Nadere informatie

Raadsvergadering. 8 maart

Raadsvergadering. 8 maart RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 8 maart 2018 18-017 Onderwerp Vaststellen bestemmingsplan 'Odijk, Zeisterweg 103' Aan de raad, Onderwerp Vaststellen bestemmingsplan Odijk, Zeisterweg 103 Gevraagde

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/003710

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/003710 RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/003710 Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering van: Agendanummer: p.h.: Starterslening 2 7 juli 2014 14.07.07 ThM de raad van de gemeente Asten Samenvatting Bij de behandeling

Nadere informatie

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 30 mei Voorstel van : college van burgemeester en wethouders

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 30 mei Voorstel van : college van burgemeester en wethouders GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD Datum : 30 mei 2017 Voorstel van : college van burgemeester en wethouders Onderwerp : Bestemmingsplan Bovenstehuis 17 Samenvatting Op de locatie Bovenstehuis 17 te

Nadere informatie

Aan de Gemeenteraad. Raad. Onderwerp : Vervangende nieuwbouw van een vrijstaande woning op het perceel Boelenswei 76 te Boelenslaan.

Aan de Gemeenteraad. Raad. Onderwerp : Vervangende nieuwbouw van een vrijstaande woning op het perceel Boelenswei 76 te Boelenslaan. Aan de Gemeenteraad Raad Status 14 mei 2009 Besluitvormend Onderwerp Vervangende nieuwbouw van een vrijstaande woning op het perceel Boelenswei 76 te Boelenslaan Punt no. 10 Te besluiten om 1. de voorbereiding/procedure

Nadere informatie

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie ALGEMENE ZAKEN en CONTROL, gehouden op 15 mei 2014 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn:

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in artikel lid 1, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 6.5, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht;

gelet op het bepaalde in artikel lid 1, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 6.5, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht; ^2 gemeente T -^^fc Nijkerk RAADSBESLUIT Nummer: 2012-094 De raad van de gemeente Nijkerk; gelezen het collegevoorstel van 2 oktober 2012; gelet op het bepaalde in artikel 2.27. lid 1, van de Wet algemene

Nadere informatie

Doel van dit voorstel: De ingediende aanvraag om omgevingsvergunning planologisch mogelijk maken.

Doel van dit voorstel: De ingediende aanvraag om omgevingsvergunning planologisch mogelijk maken. Raadsvoorstel Voorstelnummer: 2015-083 Houten, 17 november 2015 Onderwerp: Verzoek om Verklaring van geen bedenkingen uitbreiden en wijzigen bedrijf Schonauwenseweg 8 Beslispunten: ^ 1. het Toetsingskader

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren Gemeente Someren Opdrachtgever: Projectlocatie: Dhr. N.H.L. Michiels Hollandseweg 19 5712RM Someren Hollandseweg 19, Someren Projectnummer: 16418-001 Datum:

Nadere informatie

Beleidskader. Vrijkomende Agrarische Bebouwing

Beleidskader. Vrijkomende Agrarische Bebouwing Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing Beleidskader December 2016 3 Beleid Vrijkomende Agrarische Bebouwing Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doelstellingen 1.3 Relatie met ander beleid

Nadere informatie

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 15 december 2008 Agenda nr: Onderwerp: voorstel tot delegatie in het kader van de nieuwe Wro. Aan de gemeenteraad,

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 15 december 2008 Agenda nr: Onderwerp: voorstel tot delegatie in het kader van de nieuwe Wro. Aan de gemeenteraad, Raadsnota Raadsvergadering d.d.: 15 december 2008 Agenda nr: Onderwerp: voorstel tot delegatie in het kader van de nieuwe Wro Aan de gemeenteraad, 1. Doel, Samenvatting en Advies van het raadsvoorstel

Nadere informatie

Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing

Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haaren. Nr. 21696 15 februari 2017 Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing 1. Inleiding 1.1 Aanleiding De afgelopen decennia is het aantal agrarische bedrijven

Nadere informatie

Nota kwaliteit. Achtergrond

Nota kwaliteit. Achtergrond Nota kwaliteit Achtergrond In de structuurvisie is opgenomen dat bepaalde ruimtelijke ontwikkelingen in het buitengebied alleen mogelijk zijn wanneer deze een bijdrage leveren aan kwaliteitsverbetering

Nadere informatie

CONCEPT

CONCEPT VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten, gehouden op dinsdag 23 september 2014, om 20.00 uur in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter burgemeester

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing De Kouwe Noord 3, Geffen Gemeente Oss Raadhuislaan 2 5341 GM Oss T: 14 0412 F: 0412 642605 www.oss.nl RUIMTELIJKE ONDERBOUWING De Kouwe Noord 3 te Geffen Februari maart 2016 1

Nadere informatie

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK GEMEENTE OLDEBROEK STRUCTUURVISIE PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK 188197 Inhoudsopgave 1 Beleidskader 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Beleidsmatige aspecten 5 2 Toetsingskader

Nadere informatie

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Verordening vastgesteld: 26-06-2003 In werking getreden: 15-09-2003 COMPENSATIEVERPLICHTING Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

C.C.A. Evers 3678

C.C.A. Evers 3678 Agendapunt commissie: 3.3 steller telefoonnummer email C.C.A. Evers 3678 carlijn.evers@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering 123325/225214 portefeuillehouder M. Wijnen onderwerp Verklaring

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER:

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: 2018013416 COMMISSIE Burgers op 18 juni 2018 Onderwerp: Burgerinitiatief voor totstandkoming van een Stichting Burgerschuldhulp Asten-Someren Bijlage(n): Vergadering

Nadere informatie

Gewijzigde vaststelling '4e herziening bestemmingsplan Buitengebied gemeente Dalfsen, Plattelandswoningen'.

Gewijzigde vaststelling '4e herziening bestemmingsplan Buitengebied gemeente Dalfsen, Plattelandswoningen'. Raadsvoorstel Status: Besluitvormend Agendapunt: 12 Onderwerp: Gewijzigde vaststelling '4e herziening bestemmingsplan Buitengebied gemeente Dalfsen, Plattelandswoningen'. Datum: 22 juli 2014 Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Bestemmingsplan 'Stedelijk Gebied: Lensheuvel 91, Reusel' Datum voorstel: 5 juni 2018 Vergaderdatum: 3 juli 2018 Registratienr.

Bestemmingsplan 'Stedelijk Gebied: Lensheuvel 91, Reusel' Datum voorstel: 5 juni 2018 Vergaderdatum: 3 juli 2018 Registratienr. Raadsvoorstel Agendapunt: 16 Onderwerp: Bestemmingsplan 'Stedelijk Gebied: Lensheuvel 91, Reusel' Datum voorstel: 5 juni 2018 Vergaderdatum: 3 juli 2018 Registratienr.: 060-2018 Opsteller: Toon Capel Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Keizersdijk 2

Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Keizersdijk 2 Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro burgemeester en wethouders van A s t e n; gezien het verzoek om medewerking van Crijns Rentmeesters B.V. namens mevrouw Van Bussel-Drieshen voor de splitsing van

Nadere informatie

Portefeuillehouder: Bijlagen: Ter inzage: H. Bakker Ambtelijke coördinatie: afdeling GG/OW Steller: Pie Bauer/John Mandemakers. 1.

Portefeuillehouder: Bijlagen: Ter inzage: H. Bakker Ambtelijke coördinatie: afdeling GG/OW Steller: Pie Bauer/John Mandemakers. 1. Aan de Raad Made, 27 februari 2007 Aan de commissie: Grondgebiedzaken Datum vergadering: 20 maart 2007 Agendapunt : 12 Raadsvergadering: 12 april 2007 Nummer raadsnota: Onderwerp: Uitwerking Rood-met-groen

Nadere informatie

ONTWERP Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Behelp 1

ONTWERP Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Behelp 1 ONTWERP Besluit artikel 3.6 lid 1 onderdeel a Wro Buitengebied Asten 2008, wijziging Behelp 1 burgemeester en wethouders van A s t e n; gezien het verzoek om medewerking van Archimil B.V. namens de heer

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. ONTWERPVERKLARING VAN GEEN BEDENKINGEN Gramserweg 37 te Austerlitz

RAADSVOORSTEL. ONTWERPVERKLARING VAN GEEN BEDENKINGEN Gramserweg 37 te Austerlitz RAADSVOORSTEL ONTWERPVERKLARING VAN GEEN BEDENKINGEN Gramserweg 37 te Austerlitz Portefeuillehouder Dhr. S. Jansen Ronde Tafel 24 januari 2017 Opsteller Mevrouw Y.W.E.P Kerkhof Debat 07 februari 2017 Zaak/stuknummer

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 juli 2016 met zaaknummer AST/2016/010134;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 juli 2016 met zaaknummer AST/2016/010134; RAADSBESLUIT Gemeente ^i'sten Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer: Bestemmingsplan Asten Bedrijventerrein Florapark 2013 19 juli 2016 16.07/b.04 De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Beoogd effect. Ag. nr.: Reg. nr.: BP Datum:

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Beoogd effect. Ag. nr.: Reg. nr.: BP Datum: Datum: Raadsvoorstel College Ja Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Eindhovenseweg 10-12 te Boxtel Status Besluitvormend Voorstel 1. In te stemmen met de beantwoording van de zienswijzen volgens bijgaande

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief Nr. :

Raadsinformatiebrief Nr. : Raadsinformatiebrief Nr. : Reg.nr. : 4106385 B&W verg. : 9 december 2014 Onderwerp: Ontwerp bestemmingsplan '3 woningen Maliskampsestraat 61 1) Status Het voorliggende bestemmingsplan betreft een ontwerp

Nadere informatie

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie ALGEMENE ZAKEN en CONTROL, gehouden op donderdag 1 december 2011 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - -

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 april 2018 met zaaknummer ;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 april 2018 met zaaknummer ; Gemeente ^l^sten RAADSBESLUIT Onderwerp: Burgerinitiatief voor totstandkoming van een Stichting Burgerschuldhulp Asten-Someren Dagtekening: Agendanummer: 3 juli 2018 18.07.05 De raad van de gemeente Asten;

Nadere informatie

Notitie Inspraak Voorontwerp Bestemmingsplan Buitengebied 2012, De Heimolen te Rucphen (identificatienummer: NL.IMRO.0840.

Notitie Inspraak Voorontwerp Bestemmingsplan Buitengebied 2012, De Heimolen te Rucphen (identificatienummer: NL.IMRO.0840. Notitie Inspraak Voorontwerp Bestemmingsplan Buitengebied 2012, De Heimolen te Rucphen (identificatienummer: NL.IMRO.0840.9000B0010-ON01) Inspraak Ingevolgde artikel 7 van de inspraakverordening van de

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Van Provincie Noord-Brabant Aan Gemeente Bladel Onderwerp Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Ter attentie van Zaak identificatie 07-11-2017

Nadere informatie

Onderwerp: Bijlagen: Dagtekening: Raadsvergadering Diversen 27 mei 2015

Onderwerp: Bijlagen: Dagtekening: Raadsvergadering Diversen 27 mei 2015 Onderwerp: Bijlagen: Dagtekening: Raadsvergadering Diversen 27 mei 2015 Hierbij nodig ik u uit tot bijwoning van een openbare vergadering van de raad der gemeente Asten, te houden op dinsdag 9 juni a.s.

Nadere informatie

Raadsvoorstel Agendanr. :

Raadsvoorstel Agendanr. : Raadsvoorstel Agendanr. : Onderwerp: Vaststelling bestemmingsplan Herziening Coppensdijk 10 Vinkel Reg.nr. : 5459860 B&W verg. : 20 januari 2016 Commissie : ROB Cie_verg. : 16 februari 2016 Raadsverg.

Nadere informatie

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Rucphen, 7 november 2012 INHOUD; 1. Procedure 2. Ingediende zienswijzen 3. Inhoud zienswijzen en inhoudelijke

Nadere informatie

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland)

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) De gemeente Berkelland vraagt voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied, Kieftendijk Haaksbergseweg

Nadere informatie

TITEL Ontwerpverklaring van geen bedenkingen voor bouw woningen aan de Stavestraat en de Valkestraat

TITEL Ontwerpverklaring van geen bedenkingen voor bouw woningen aan de Stavestraat en de Valkestraat RAADSVOORSTEL Van Aan Portefeuillehouder Burgemeester en Wethouders Gemeenteraad Wethouder P. van den Berg Reg.nr. Datum 4410142 8 april2014 B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit

Nadere informatie

Nota beoordeling inspraakreacties, het vooroverleg en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Duizel-Noord

Nota beoordeling inspraakreacties, het vooroverleg en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Duizel-Noord Nota beoordeling inspraakreacties, het vooroverleg en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Duizel-Noord Gemeente Eersel afdeling ontwikkeling team Ruimte 2011 VOOROVERLEG Provincie Noord-Brabant Een

Nadere informatie

Voorbereidingsbesluit. Cultuurhistorie Enschede. Status: Vastgesteld

Voorbereidingsbesluit. Cultuurhistorie Enschede. Status: Vastgesteld Voorbereidingsbesluit Cultuurhistorie Enschede Status: Vastgesteld Cultuurhistorie Enschede Inhoudsopgave Toelichting 3 Regels 5 Hoofdstuk 1 Verbodsbepalingen 6 Artikel 1 Omgevingsvergunning voor het

Nadere informatie

Buitengebied 2009, partiële herziening De Wildert 4

Buitengebied 2009, partiële herziening De Wildert 4 Bestemmingsplan Buitengebied 2009, partiële herziening De Wildert 4 Nota van zienswijzen Vastgesteld 19 september 2017 Behoort bij het besluit van de gemeenteraad van Reusel-De Mierden d.d. 19 september

Nadere informatie

MAA? HORST A/D. gemeente Bestemmingsplan Tienrayseweg Horst raadsvoorstel. onderwerp vaststellen bestemmingsplan Tienrayseweg Horst

MAA? HORST A/D. gemeente Bestemmingsplan Tienrayseweg Horst raadsvoorstel. onderwerp vaststellen bestemmingsplan Tienrayseweg Horst gemeente HORST A/D MAA? 17-0039188......ii III iiiii iiiii iiii im Bestemmingsplan Tienrayseweg Horst raadsvoorstel onderwerp vaststellen bestemmingsplan Tienrayseweg Horst datum B&W-besluit 28 maart 2017

Nadere informatie

Bijlage 1. Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens de Verordening Ruimte

Bijlage 1. Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens de Verordening Ruimte Bijlage 1 Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens de Verordening Ruimte Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens Verordening Ruimte, fase 2 In onderstaande tabel geeft de gemeente Gemert-Bakel

Nadere informatie

E. van den Boom raad00684

E. van den Boom raad00684 Agendapunt commissie: steller telefoonnummer email E. van den Boom 3665 ebo@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering onderwerp 13raad00684 Vaststellen bestemmingsplan Waalreseweg - Dijkstraat

Nadere informatie

0sten RAADSBESLUIT. Gemeente. Dagtekening: Agendanummer: Onderwerp: Vaststelling bestemmingsplan Asten Verzamelplan juli

0sten RAADSBESLUIT. Gemeente. Dagtekening: Agendanummer: Onderwerp: Vaststelling bestemmingsplan Asten Verzamelplan juli Gemeente 0sten RAADSBESLUIT Onderwerp: Vaststelling bestemmingsplan Asten Verzamelplan 2018-1 Dagtekening: Agendanummer: 3 juli 2018 18.07.06 De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het

Nadere informatie

VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie RUIMTE, gehouden op 10 maart 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis.

VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie RUIMTE, gehouden op 10 maart 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis. COMMISSIE RUIMTE VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie RUIMTE, gehouden op 10 maart 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter De leden De genodigden

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief. Onderwerp: Concept ruimtelijke onderbouwing Oranje Nassaustraat 1B-1H. 1) Status

Raadsinformatiebrief. Onderwerp: Concept ruimtelijke onderbouwing Oranje Nassaustraat 1B-1H. 1) Status Raadsinformatiebrief Reg.nr. : 8211456 B&W verg. : 20 november 2018 Onderwerp: Concept ruimtelijke onderbouwing Oranje Nassaustraat 1B-1H 1) Status Dit stuk wordt u ter informatie aangeboden in het kader

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg. Aan de raad,

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg. Aan de raad, RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 12-09-2013 13-065 Onderwerp gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg Aan de raad, Onderwerp Gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg.

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Registratienummer: 00533567 Op voorstel B&W d.d.: 23 december 2014 Datum vergadering: 10 maart 2015 Portefeuillehouder: Helm Verhees Rol gemeenteraad: Verklaring

Nadere informatie

Ontwikkelingen Ruimtelijke Ordening en paardenhouderij. Yvonne Verhagen Adviseur RO en Milieu Specialist Paarden

Ontwikkelingen Ruimtelijke Ordening en paardenhouderij. Yvonne Verhagen Adviseur RO en Milieu Specialist Paarden Ontwikkelingen Ruimtelijke Ordening en paardenhouderij Yvonne Verhagen Adviseur RO en Milieu Specialist Paarden Specialisten ROMB ZLTO Advies Complete begeleiding bij bedrijfsontwikkeling vanaf 1e idee,

Nadere informatie

E.G.M. van den Boom / juli 2017

E.G.M. van den Boom / juli 2017 steller telefoonnummer email Agendapunt commissie: 3.1 E.G.M. van den Boom 3665 Evelien.van.den.Boom@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering 120977/239451 6 juli 2017 portefeuillehouder

Nadere informatie

Gemeenteraad. Onderwerp: Volgnummer Vaststellen bestemmingsplan 'partiële herziening 1 Buitengebied Lith '. Dienst/afdeling SRO

Gemeenteraad. Onderwerp: Volgnummer Vaststellen bestemmingsplan 'partiële herziening 1 Buitengebied Lith '. Dienst/afdeling SRO Gemeenteraad Onderwerp: Volgnummer 2015-53 Vaststellen bestemmingsplan 'partiële herziening 1 Buitengebied Lith - 2013'. Dienst/afdeling SRO De raad van de gemeente Oss; gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie ALGEMENE ZAKEN en CONTROL, gehouden op 25 april 2013 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn:

Nadere informatie

Vergaderdatum Gemeenteblad 2011 / Agendapunt. Aan de Raad

Vergaderdatum Gemeenteblad 2011 / Agendapunt. Aan de Raad Betreft: Het delegeren van bevoegdheden zoals bedoeld in de Wabo en het Bor (door aanwijzing van categorieën van gevallen waarvoor in het kader van de Wabo geen verklaring van geen bedenkingen is vereist)

Nadere informatie

2013/7644 Raadscommissie AZ

2013/7644 Raadscommissie AZ RAADSVOORSTEL Beleidsnotitie uitwerking landschapsinvesteringsregeling 2013/7644 Raadscommissie AZ Auteur: Gea van den berg E-mail: Gea.van.den.Berg@uden.nl Raadscommissie PZ Raadscommissie REO Afdeling:

Nadere informatie

Concept-omgevingsvergunning voor het wijzigen van de kavelindeling op het perceel Kadijkweg tegenover 39 in Andijk

Concept-omgevingsvergunning voor het wijzigen van de kavelindeling op het perceel Kadijkweg tegenover 39 in Andijk Omgevingsvergunning Voor het wijzigen van de kavelindeling op het perceel Kadijkweg tegenover 39 in Andijk Inhoudsopgave 1. FEITEN 2. WETTELIJK KADER 3. VERKLARING VAN GEEN BEDENKINGEN 4. INGEKOMEN REACTIES

Nadere informatie

GEMEENTE HOOGEVEEN. Raadsvoorstel

GEMEENTE HOOGEVEEN. Raadsvoorstel Datum raadsavond : Programma Onderwerp : Hoogeveen Ontwikkelt : Verklaring van geen bedenkingen en delegatie bevoegdheid tot het vaststellen van een exploitatieplan in het kader van de Wabo. Samenvatting

Nadere informatie

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Bijlage 3 Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Artikel 2.1 - Zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit 1. Een bestemmingsplan dat voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk

Nadere informatie

Wijziging Verordening ruimte ivm plan Locht 125, Veldhoven. vastgesteld

Wijziging Verordening ruimte ivm plan Locht 125, Veldhoven. vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Locht 125, Veldhoven vastgesteld Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begripsbepaling 5 Hoofdstuk 2 Algemene regels 5 Artikel 2 Wijzigingen

Nadere informatie

Op onderstaande luchtfoto is de locatie aangeduid met een rode omcirkeling.

Op onderstaande luchtfoto is de locatie aangeduid met een rode omcirkeling. Raadsvoorstel no. R2015.0011 Agendapunt no. 13 Onderwerp Verklaring van geen bedenkingen Stierop 3 Uitgeest, 14 april 2015 Aan de gemeenteraad Aanleiding Op 2 juli 2014 is er een aanvraag omgevingsvergunning

Nadere informatie

van de openbare vergadering van de commissie Burgers gehouden op 14 september 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis

van de openbare vergadering van de commissie Burgers gehouden op 14 september 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis Vastgesteld 12 oktober 2015 COMMISSIE BURGERS VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie Burgers gehouden op 14 september 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis Aanwezig: De voorzitter De leden

Nadere informatie

Onderwerp : Bestemmingsplan Borculo, A.H. Zwartschool 2014

Onderwerp : Bestemmingsplan Borculo, A.H. Zwartschool 2014 Zaaknummer : 117548 Raadsvergaderin : 7 april 2015 Agendapunt : g Commissie : Ruimte Onderwerp : Bestemmingsplan Borculo, A.H. Zwartschool 2014 Collegevergadering : 24 februari 2015 Agendapunt : 8. Portefeuillehouder

Nadere informatie

Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer

Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer Omgevingsvergunning (artikel 2.1, 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer 2011.00165 Gezien het verzoek ingediend door: N.V. Nederlandse

Nadere informatie

C. Evers raad00510

C. Evers raad00510 Agendapunt commissie: steller telefoonnummer email C. Evers 3678 cev@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering onderwerp 13raad00510 Omgevingsvergunning Nieuwe Waalreseweg 38-140 (Ginneve).

Nadere informatie

Eva Welten - van Gerwen Advies

Eva Welten - van Gerwen Advies Eva Welten - van Gerwen Advies Van: Mol, Raymond van Verzonden: dinsdag 2 september 2014 13:57 Aan: Niezen, Henk Onderwerp: RE: vooroverleg wijzigingsplan Dr. de Quayweg 76 in De

Nadere informatie

Vaststelling bestemmingsplan 'Gastransportleiding' gemeente Peel en Maas / gemeente Venlo

Vaststelling bestemmingsplan 'Gastransportleiding' gemeente Peel en Maas / gemeente Venlo Raadsvoorstel venlo GEMEENTEBESTUUR onderwerp raadsnummer 2017 collegevergadering d.d. raadsvergadering d.d. fatale termijn programma portefeuillehouder Vaststelling bestemmingsplan 'Gastransportleiding'

Nadere informatie

COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/016030

COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/016030 COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/016030 Voorstel voor de vergadering van de Commissie Ruimte op 11 oktober 2016 Agendanummer : 5 Onderwerp: Opsteller: Portefeuillehouder: NIMBY project

Nadere informatie

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie ALGEMENE ZAKEN en CONTROL, gehouden op 29 augustus 2013 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig

Nadere informatie

Vastgesteld 2 februari 2016

Vastgesteld 2 februari 2016 Vastgesteld 2 februari 2016 GEMEENTERAAD VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten gehouden op dinsdag 8 december 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis. Aanwezig: De voorzitter

Nadere informatie

B&W voorstel. Openbaar na informeren betrokkenen

B&W voorstel. Openbaar na informeren betrokkenen B&W voorstel Steller : Martens Tel. : 6155828 Portefeuille : Geers e-mail. : t.martens@shertogenbosch.nl B&W : 20 november 2018 Agenda nr. : B.9 Reg.nr. : 8454462 Openbaar : Openbaar na informeren betrokkenen

Nadere informatie

weigeren verklaring van geen bedenkingen ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning Meirweg 1a in Lage Mierde

weigeren verklaring van geen bedenkingen ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning Meirweg 1a in Lage Mierde Raadsvoorstel Onderwerp: Datum voorstel: 20 februari 2018 Vergaderdatum: 27 februari 2018 Registratienr.: 008-2018 Agendapunt 7 weigeren verklaring van geen bedenkingen ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning

Nadere informatie

Informatieavond DORPSRAAD MIDDELAAR EN PLASMOLEN

Informatieavond DORPSRAAD MIDDELAAR EN PLASMOLEN Informatieavond DORPSRAAD MIDDELAAR EN PLASMOLEN Bestemmingsplan - Kent aan gronden binnen plangebied een bestemming toe (Wonen, Bedrijf, Agrarisch) - Per bestemming bouw- en gebruiksregels op maat - Flexibiliteitsbepalingen

Nadere informatie

Nota van Inspraak en Overleg bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21

Nota van Inspraak en Overleg bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21 Nota van Inspraak en Overleg bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21 Het voorontwerp bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21 heeft met de bijbehorende stukken met ingang van donderdag 3 oktober 2013 gedurende

Nadere informatie

Aan de Gemeenteraad.

Aan de Gemeenteraad. Aan de Gemeenteraad. Raadsvergadering : 28 februari 2012 Nummer : Commissie : Commissie Grondgebied Portefeuillehouder : wethouder T. Kokke Afdeling : Bouwen en Wonen Opsteller : J. Rozema Productiedatum

Nadere informatie

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo) Zaaknummer: OLOGMM11-01 Collegevoorstel Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingrecht (Wabo) in werking getreden. Hiermee zijn enkele ruimtelijke instrumenten en bevoegdheden

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Werkhovenseweg 16. Aan de raad,

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Werkhovenseweg 16. Aan de raad, RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 27-10-2016 16-063 Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Werkhovenseweg 16 Aan de raad, Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Werkhovenseweg 16 Gevraagde beslissing

Nadere informatie

Gelet op het collegebesluit van 22 januari 2019, gelet op de Wet ruimtelijke ordening en het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op het collegebesluit van 22 januari 2019, gelet op de Wet ruimtelijke ordening en het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht; venlo Raadsvoorstel GEMEENTEBESTUUR onderwerp Vaststellen bestemmingsplan 'Vilgert 47 Velden' raadsnummer 2019 14 collegevergadering d.d. 22-01-2019 raadsvergadering d.d. 27-02-2019 fatale termijn programma

Nadere informatie

Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Registratienr.: 2012I02088

Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Registratienr.: 2012I02088 Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Afdeling: Beleid Leiderdorp, 3-01-2013 Onderwerp: RVS Transformatie naar wonen Elisabethhof 1 ( Astellas) Aan de raad. Beslispunten 1. Akkoord te gaan met transformatie

Nadere informatie

8 november Te besluiten om:

8 november Te besluiten om: Raadsvoorstel Agendanummer: Datum raadsvergadering: Registratienummer: 8 november 2012 Onderwerp: Algemene verklaring van geen bedenkingen omgevingsrecht Gevraagde Beslissing: Te besluiten om: 1.Op grond

Nadere informatie

Als omwonende van de Turfweg waar het college een locatie voor Skaeve Huse wil aanwijzen, wil ik uw aandacht vragen voor het volgende.

Als omwonende van de Turfweg waar het college een locatie voor Skaeve Huse wil aanwijzen, wil ik uw aandacht vragen voor het volgende. College van B&W van Doetinchem Postbus 9020 7000 HA DOETINCHEM Vooraf per e-mail Geachte raad, geachte raadsleden, Als omwonende van de Turfweg waar het college een locatie voor Skaeve Huse wil aanwijzen,

Nadere informatie

M- C ^ y* ) iieywegein. y*^-% Roytingformylier. Middelen/ dekking Akkoord concei Akkoord leidinggevende. Nummer: 2010/73G4

M- C ^ y* ) iieywegein. y*^-% Roytingformylier. Middelen/ dekking Akkoord concei Akkoord leidinggevende. Nummer: 2010/73G4 iieywegein Roytingformylier Nummer: 2010/73G4 y* ) Onderwerp: Opstarten projectbesluitprocedure fietsenstalling Ringstede Afdeling Duurzame Ontwikkeling Behandelend ambtenaar Susanne Siebers Naam portefeuillehouder

Nadere informatie

VOORBLAD RAADSVOORSTEL. bestemming bedrijf naar wonen aan de Krullelaan 36 te Zeist

VOORBLAD RAADSVOORSTEL. bestemming bedrijf naar wonen aan de Krullelaan 36 te Zeist VOORBLAD RAADSVOORSTEL 12RAAD0116 Ronde Tafel : N.v.t. Debat : N.v.t. Raadsvergadering : 04 december 2012 Gewijzigd voorstel : - Portefeuillehouder : Jacqueline Verbeek Organisatieonderdeel : Publiek &

Nadere informatie

Raadsvoorstel vaststellen bestemmingsplan 'De Utrecht' Datum voorstel: 4 februari 2014 Vergaderdatum: 25 februari 2014 Registratienr.

Raadsvoorstel vaststellen bestemmingsplan 'De Utrecht' Datum voorstel: 4 februari 2014 Vergaderdatum: 25 februari 2014 Registratienr. Raadsvoorstel Onderwerp: vaststellen bestemmingsplan 'De Utrecht' Datum voorstel: 4 februari 2014 Vergaderdatum: 25 februari 2014 Registratienr.: 014-2014 Opsteller: Marijn Hartgerink Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan '2e herziening Buitengebied Roerdalen' ("Veegplan")

Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan '2e herziening Buitengebied Roerdalen' (Veegplan) Raadsbesluit Jaar2016/04/21/10 Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan '2e herziening Buitengebied Roerdalen' ("Veegplan") De raad van de Roerdalen heeft; gezien het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie