Betreft: Verzoek tot raadpleging m.b.t. voorontwerp RUP Zonevreemde bedrijven fase 1

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Betreft: Verzoek tot raadpleging m.b.t. voorontwerp RUP Zonevreemde bedrijven fase 1"

Lieven Peters
6 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Ruimtelijke Planning AANGETEKEND Aan het college van burgemeester en schepenen P/A Sint-Maartensplein Wervik Sint-Andries, 26 mei 2016 Onze ref.: WBE/16/ /15/4982 Uw ref.: Betreft: Verzoek tot raadpleging m.b.t. voorontwerp RUP Zonevreemde bedrijven fase 1 Bijlagen: - Contactpersoon: Wim Beerten Telefoon Fax wim.beerten@west-vlaanderen.be Geacht college van burgemeester en schepenen, In navolging van uw verzoek tot raadpleging ingevolge het MER-decreet en de bijhorende besluiten, brengt de deputatie advies uit over het in rand vermelde RUP. De officiële adviesvraag namens het college van burgemeester en schepenen van de stad Wervik werd gesteld in de brief van 11/05/2016. Het verzoek tot raadpleging werd op 11/05/2016 op het provinciebestuur ontvangen. Ingevolge dit MER-decreet dd.27/04/2007 en de bijhorende besluiten dient voor elk RUP te worden nagegaan of de genomen opties aanzienlijke milieueffecten kunnen veroorzaken. In toepassing van de omzendbrief LNE/2007 beperkt het advies van de deputatie zich tot het nagaan van de volledigheid van de aangeleverde informatie in de screeningsnota. Dit advies bevat geen inhoudelijke standpunten noch omtrent de in het RUP voorziene ruimtelijke opties, noch omtrent de verenigbaarheid met het GRS en andere beleidsplannen. De inhoudelijke advisering zal gebeuren tijdens de procedure van opmaak van het RUP. Wat betreft het voorliggende verzoek tot raadpleging heeft de deputatie geen bijkomende elementen toe te voegen aan de screeningsnota. Hopende U hiermee van dienst te zijn geweest, verblijven we inmiddels. Met oprechte hoogachting, Namens de deputatie : Voor de provinciegriffier: De gedeputeerde voor ruimtelijke ordening, De adviseur, Stephaan Barbery Franky De Block Zitting deputatie, 26/05/2016 Provinciehuis Boeverbos Koning Leopold III-laan 41 B-8200 Sint-Andries Telefoon Fax

5 Ann Soulliaert Van: Baeteman, Stefaan Verzonden: donderdag 2 juni :10 Aan: Ann Soulliaert Onderwerp: RE: verzoek tot raadpleging RUP zonevreemde bedrijven in Wervik, deelplan 1-9 en deelplan 10 Beste mevr. Soulliaert, Het Agentschap Innoveren en Ondernemen ontving uw Verzoek tot raadpleging i.v.m. bovenvermeld plan in goede orde. Het agentschap heeft geen specifieke opmerkingen op de beschrijven van de potentiële milieu effecten. Het agentschap stemt in met uw conclusie dat de opmaak van een plan MER niet nodig is. Het agentschap wil echter wel vragen goed te overwegen in welke mate volgende opties nuttig/noodzakelijk/relevant zijn: Het al of niet inschrijven van een nabestemming en/of verbieden dat nieuwe bedrijven zich kunnen ontwikkelen (het vestigen van een bedrijf an sich is niet vergunningsplichtig dus niet te verbieden echter als het bedrijf niet in overeenstemming is met het bestemmingsvoorschrift wordt ze wel meteen zonevreemd waarvoor ook basisrechten gelden). Het preventief vermijden van leegstand is ook belangrijk in het ruimtelijk en milieubeleid. Zeker voor bedrijven van dergelijke kleinschalige schaal zou een afweging van welke bedrijven er al of niet op lange termin zich kunnen vestigen nu al moeten kunnen gebeuren en niet telkens na een nieuwe afweging (zelfs zonder procedure planologisch attest duurt die afweging al gauw 2 jaar). Let ook op: dat er geen nieuwe vergunningen kunnen worden afgeleverd betekent ook dat zelfs sloop niet mogelijk is ter voorbereiding van een nieuwe invulling of als sanering van de opstallen; De bestemmingen en indeling in categorie van gebiedsaanduiding: zeker voor aan de landbouw verwante bedrijven gelegen in agrarisch gebied/open ruimte stelt het agentschap voor deze bestemmingen in te delen in de gebiedscategorie landbouw en voldoende mogelijkheden te bieden voor landbouw en aan de landbouw verwante bedrijven zodat zonder nieuw planinitiatief dergelijke sites makkelijk landbouw en aan de landbouw verwante bedrijven ook op lange termijn kunnen bevatten en anderzijds om de druk op langere termijn om deze sites opnieuw in te zetten voor bedrijvigheid en mogelijks opnieuw uitbreidingen ten behoeve van bedrijvigheid te vermijden. Bijkomend voordeel is dat dergelijke bestemmingen niet moeten worden gecompenseerd als deze in herbevestigd agrarisch gebied zijn gelegen, noch sprake kan zijn van planbaten. Met vriendelijke groeten, Stefaan Baeteman Accountmanager Vestiging, Ruimtelijke Ordening en Brownfields AGENTSCHAP INNOVEREN & ONDERNEMEN Dienst Ruimtelijke Economie T , F , M Van: Ruimtelijke Economie, EWI Verzonden: donderdag 12 mei :26 Aan: Baeteman, Stefaan; De Gryze, Claudia Onderwerp: FW: verzoek tot raadpleging RUP zonevreemde bedrijven in Wervik, deelplan 1 9 en deelplan 10 Van: Ann Soulliaert [mailto:a.soulliaert@wvi.be] Verzonden: woensdag 11 mei :01 1

12 Ann Soulliaert Van: MERadvies Verzonden: dinsdag 7 juni :13 Aan: Ann Soulliaert Onderwerp: Re: verzoek tot raadpleging RUP zonevreemde bedrijven in Wervik, deelplan 1-9 en deelplan 10 Bijlagen: standaardopmerkingen bij mail.odt Beste, De OVAM heeft geen specifieke opmerkingen op dit RUP. Als bijlage vindt u onze standaardopmerkingen. met vriendelijke groeten, Natalie Hoffmann Algemene Diensten Team Klantenbeheer OVAM Stationsstraat MECHELEN T F E MERadvies@ovam.be Samen maken we morgen mooier Heeft u onze nieuwsbrief al gelezen? Schrijf u in op Van: "Ann Soulliaert" <a.soulliaert@wvi.be> Aan: ruimtelijkeplanning@west-vlaanderen.be, info@menen.be, "ruimtelijke economie" <ruimtelijke.economie@vlaanderen.be>, "adviesvraag westvlaanderen" <adviesvraag.westvlaanderen@lv.vlaanderen.be>, "apl wvl" <apl.wvl@rwo.vlaanderen.be>, "advies departement" <advies.departement@mow.vlaanderen.be>, MERadvies@ovam.be Cc: "bert verhaeghe" <bert.verhaeghe@wervik.be>, "Goedroen Desmet" <goedroen.desmet@wervik.be> Verzonden: Woensdag 11 mei :00:47 Onderwerp: verzoek tot raadpleging RUP zonevreemde bedrijven in Wervik, deelplan 1-9 en deelplan 10 Beste, In bijlage vindt u het document met betrekking tot de vraag tot ontheffing voor de opmaak van een plan mer voor het sectoraal RUP zonevreemde bedrijven in Wervik. U vindt een document met deelplan 1 tot 9 en een document voor deelplan 10. Deze opsplitsing is gebeurd omwille van een positief planologisch attest voor het bedrijf in deelplan 10. Graag hadden wij uw advies hieromtrent ontvangen in kader van de ontheffingsprocedure. U kan mij steeds contacteren al u nog vragen hebt. Bij voorbaat dank, Ann Soulliaert Het desbetreffende plangebied: 1

13 Het bodemdecreet, in voege sinds 1 juni 2008, voorziet niet dat er door de OVAM advies wordt verleend bij de opmaak van BPA s en/of MER-studies. Concreet kan in dit dossier verwezen worden naar de bodemattesten die afgeleverd werden in het thans geviseerde gebied. Desgevallend kan u ook op de website webtoepassingen en publieke lijsten/geoloket: bodemonderzoeken en -saneringen een kaart raadplegen met informatie betreffende de locatie waarvoor bij de OVAM reeds onderzoeksgegevens beschikbaar zijn, en de fase waarin deze zich bevinden. Als bijkomende informatiebron kan verwezen worden naar de bodemattesten die zijn afgeleverd geweest aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeenten waar de gronden zijn gelegen. Deze gegevens zijn aldaar raadpleegbaar. Verder moet rekening gehouden worden met de volgende standaardopmerkingen: indien er calamiteiten optreden die impact kunnen hebben op de bodem, dienen zo snel mogelijk de nodige acties ondernomen te worden om de verontreiniging weg te nemen. De nodige controlestalen dienen genomen te worden. Indien de calamiteit valt onder het toepassingsgebied van een schadegeval, dienen deze specifieke bepalingen nageleefd te worden (artikel 74 ev van het Bodemdecreet); indien gronden worden overgedragen, dienen de bepalingen van het Bodemdecreet te worden gevolgd (artikel 101 ev van het Bodemdecreet); indien gronden dienen onteigend te worden, dienen de bepalingen van het Bodemdecreet te worden gevolgd (artikel 119 en 119bis van het Bodemdecreet); de nodige aandacht dient te worden geschonken aan de regels van het grondverzet de nodige aandacht dient te worden geschonken aan de voorgenomen bestemming (wijziging) op reeds vastgestelde bodemverontreiniging:. Artikel 38 van het Bodemdecreet: indien een beschrijvend bodemonderzoek werd uitgevoerd op deze grond kan een mogelijk andere bestemming impact hebben op de ernst van de bodemverontreiniging/saneringsnoodzaak en urgentie; artikel 64 van het Vlarebo: indien het bestemmingstype van de grond in die zin wijzigt dat een lagere bodemsaneringsnorm van toepassing wordt, dient een nieuw oriënterend bodemonderzoek te worden uitgevoerd bij overdracht van de risicogrond. Tevens willen wij ook nog aangeven dat het voorstel tot opmaak van een plan van aanleg of MER geen onderzoeksverplichting meebrengt in het kader van het Bodemdecreet.

Vergelijkbare documenten

Het bodemdecreet, in voege sinds 1 juni 2008, voorziet niet dat er door de OVAM advies wordt verleend bij de opmaak van BPA s en/of MER-studies.

Het bodemdecreet, in voege sinds 1 juni 2008, voorziet niet dat er door de OVAM advies wordt verleend bij de opmaak van BPA s en/of MER-studies. Concreet kan in dit dossier verwezen worden naar de bodemattesten