Beleidsregels individuele voorzieningen December 2005

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Beleidsregels individuele voorzieningen December 2005"

Transcriptie

1 Beleidsregels individuele voorzieningen December 2005 Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 1

2 Beleidsregels individuele voorzieningen Gebaseerd op de Verordening maatschappelijke ondersteuning Voorwoord Voor u liggen de beleidsregels individuele voorzieningen WMO. De beleidsregels zijn een uitwerking van de Verordening WMO zoals die door de gemeenteraad is vastgesteld. In de beleidsregels wordt aangegeven hoe in de praktijk vorm wordt gegeven aan de in de verordening gestelde regels. Naast de beleidsregels kent de gemeente het besluit maatschappelijke ondersteuning. Ook dit besluit is een verdere uitwerking van de verordening maar dan met name op het terrein van financiën en de regeling van het persoonsgebonden budget. In verband met de samenwerking tussen de 5 Kempengemeenten en de komst van de Intergemeentelijke sociale dienst De Kempen is tevens geprobeerd het beleid in de 5 Kempengemeenten verder te harmoniseren. Naast de harmonisatie van de Wvg-beleidsregels zijn in het huidige document de beleidsregels voor de nieuwe voorziening hulp bij het huishouden opgenomen. Het document gebruikelijke zorg en het inidicatieprotocol van het CIZ zijn WMO-proof gemaakt. Vooralsnog wordt uitgegaan van het bestaande document. Dat wil niet zeggen dat de gemeente niet gevoelig is voor de kritiek die er vanuit cliëntenorganisaties is op de wijze van indicatiestelling. De gemeente zal ervaring met de verstrekking van deze voorziening op moeten doen en kijken waar verandering van beleid noodzakelijk of wenselijk is. Met name de wijze waarop de indicatiestellers in concrete situaties het protocol hanteren zal onderwerp van discussie zijn. Ook hier zal 2007 een leerjaar zijn. Wij hebben niet de illusie dat de beleidsregels nu al wmo- en samenwerkingsproof zijn. In 2007 zullen hier zeker aanpassingen aan plaats vinden moeten wij daarom ook als een overgangsjaar beschouwen waarin zowel de verordening, het besluit maatschappelijke ondersteuning en de beleidsregels kritisch gevolgd en waar nodig bijgesteld worden. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2

3 Inhoudsopgave Voorwoord Lijst van gebruikte afkortingen Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Algemene bepalingen Vorm van te verstrekken individuele voorzieningen Voorzieningen hulp bij het huishouden Woonvoorzieningen Vervoersvoorzieningen Rolstoelvoorzieningen Het verkrijgen van een voorziening Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 3

4 Lijst van afkortingen AAW = Algemene Arbeidsongeschiktheidswet ADL = Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen AOW = Algemene Ouderdomswet ARBO = Arbeidsomstandighedenwet AWBZ = Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten ANW = Algemene Nabestaandenwet BGSHG = Besluit geldelijke steun huisvesting gehandicapten BW = Burgerlijk Wetboek CAK = Centraal Administratie Kantoor CIZ = Centrum Indicatiestelling Zorg GGD = Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Kb = Koninklijk besluit PGB = Persoonsgebonden budget RGSHG = Regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten Stb = Staatsblad UWV = Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen VMO = Verordening Maatschappelijke Ondersteuning VNG = Vereniging van Nederlandse Gemeenten Vvg = Verordening voorzieningen gehandicapten VT = Vakantietoeslag WAO = Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering WAZ = Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen WAJONG = Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten WMO = Wet maatschappelijke ondersteuning Wvg = Wet voorzieningen gehandicapten WWB = Wet werk en bijstand Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 4

5 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 1. Eigen verantwoordelijkheid De gemeente stelt de eigen verantwoordelijkheid van personen met beperkingen centraal. Dit betekent dat zij een afweging wil maken bij een hulpvraag met betrekking tot de eigen mogelijkheden van de hulpvrager of diens omgeving alvorens ondersteuning te bieden vanuit de compensatieplicht van de gemeente. De eigen verantwoordelijkheid hangt nauw samen met de wijze waarop de gemeente in de verordening en de beleidsregels de compensatieplicht inhoud geeft. Omdat de gemeente in bijzondere omstandigheden voor maatwerk wil staan en niet rigide wil zijn, heeft het lokaal loket een cruciale rol in de integrale benadering van de hulpvraag. Voorheen had de gemeente in het kader van de Wvg de zorgplicht voor die burgers die ergonomische belemmeringen ondervonden bij hun maatschappelijke functioneren. Daaruit vloeide voort dat de hulpvrager op basis van een medische indicatie, behoefte en financiële draagkracht recht had op een voorziening. De Wmo verlangt dat mensen hun eigen verantwoordelijkheid nemen bij het oplossen van hun belemmeringen. Ook de omgeving van de ondersteuningsbehoevende moet deze verantwoordelijkheid zoveel mogelijk meedragen. Met andere woorden, een aantal verzekerde rechten verdwijnt. Hoe kan een burger de eigen verantwoordelijkheid vormgeven? Een aantal beperkingen kan een burger zelf compenseren door aanschaf van een algemeen gebruikelijke voorziening. Dit is een voorziening die overal te verkrijgen is en laagdrempelig in de aanschaf. Een elektrische fiets of een verhoogd toilet zijn algemeen gebruikelijk. De hulpvrager kan een beroep doen op een voorhanden zijnde voorliggende voorziening. Indien er geen sprake is van aantoonbare meerkosten in vergelijking met de situatie voorafgaand aan het optreden van de beperking, is een beroep op de ondersteuning bij de gemeente niet noodzakelijk. De hulpvrager heeft dan zelf de mogelijkheid om ook deze kosten te dragen. Bij het doen van een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van de burger moeten we altijd kijken naar de individuele situatie van de hulpvrager. Van de ondersteuningsbehoevende verlangen we dat hij bij keuzes die hij maakt rekening houdt met zijn levensfase en de beperkingen die horen bij de individuele omstandigheden. Een ondersteuningsbehoevende moet naar levensfase anticiperen op zijn eigen participatiebehoeften. Er kunnen altijd individuele omstandigheden zijn waardoor dit geen reëel verlangen is en een beroep op ondersteuning van de gemeente dus noodzakelijk is. De gemeente ondersteunt, als de eigen mogelijkheden niet leiden tot een aanvaardbare oplossing, de hulpvrager door de beperking te compenseren. Vanuit deze compensatieplicht maakt de gemeente andere afwegingen. Indien een burger aan het lokaal loket komt met een hulpvraag, maakt het loket een afweging aan de hand van de volgende stappen. 1. Wat is het probleem? Vraagverheldering en vraaganalyse! Het lokaal loket benadert de vraag van de klant niet vanuit het aanbod aan producten. Niet de gevraagde voorziening staat centraal, maar eerst moet helder gesteld zijn wat het probleem van de hulpvrager is. Welke beperking belemmert de hulpvrager bij zijn maatschappelijke participatie? 2. Begeleiden en sturen eigen verantwoordelijkheid van de burger. Als het probleem duidelijk in beeld is, worden de mogelijkheden van de hulpvrager bekeken. Kan de hulpvrager zelf (een deel van) het probleem oplossen? Kan de omgeving, de buurt van de hulpvrager ondersteuning bieden? Wat mogen wij van de burger verwachten? Mensen die dat kunnen dienen meer dan nu het geval is zelf oplossingen te bedenken in de eigen sociale omgeving voor problemen die zich voordoen De burger dient op een adequate wijze te anticiperen op (komende) veranderingen in diens levenssituatie, waarbij de burger: Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 5

6 - eerst naar de eigen mogelijkheden kijkt; - een beroep doet op het eigen (sociale) netwerk - een beroep doet op zijn eigen financiële middelen. 3. Compensatieplicht voor gemeente Als aanvulling op, dan wel bij het ontbreken van de mogelijkheid om een beroep te doen op de eigen verantwoordelijkheid, compenseert de gemeente de beperking van de hulpvrager. Daarbij staat voorop: Maatwerk: zorg op maat. Beoordeling gebeurt op basis van individuele omstandigheden, inkomen en leeftijd. Keuzevrijheid: bij een noodzakelijke voorziening krijgt men de keuze uit een pgb en ZIN, en bij ZIN de keuze uit 3 aanbieders. Ruime toepassing PGB De gemeente compenseert: - de beperkingen die de burger niet zelf kan opheffen - de beperkingen waarvan we het niet reëel vinden dat de kosten daarvan geheel voor rekening van de burger komen De beleidsregels geven richting aan de voorzieningen waarmee de gemeente beperkingen kan compenseren. Met deze regels gaan we 2007 in. Dit jaar gebruiken als overgangsjaar. Dit betekent dat we in 2007 richtlijnen voor de eigen verantwoordelijkheid verder gaan uitwerken. In 2007 gaan wij met burgers communiceren over wat wij als gemeenten verstaan onder de eigen verantwoordelijkheid. Vervolgens wordt vanaf 2008 bij de afweging van aanvragen de wijze waarop de burger heeft geanticipeerd (of heeft kunnen anticiperen) op diens beperkingen, betrokken. Deze eerste regels over de eigen verantwoordelijkheid geven een basis voor de beoordeling in het lokaal loket. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 6

7 Hoofdstuk 2 Vorm van te verstrekken individuele voorzieningen 2.1 Keuzevrijheid Op grond van de WMO dient klanten een keuzevrijheid te worden geboden (art. 2.1.VMO). De keuzevrijheid betreft: - een keuze tussen een voorziening in natura of een persoonsgebonden budget; - indien het een voorziening in natura voor hulp bij het huishouden betreft, een keuze tussen de drie zorgaanbieders met wie de gemeente, na de aanbesteding, een contract heeft gesloten. Naast een voorziening in natura of pgb kennen wij de financiële tegemoetkoming. Bij de voorzieningen die uitsluitend gegeven worden in de vorm van een financiële tegemoetkoming is geen verstrekking in natura mogelijk. Voorzieningen in de vorm van een financiële tegemoetkoming zijn de woningaanpassingen, verschillende soorten vergoedingen zoals vervoerskostenvergoedingen, verhuis- en inrichtingskosten, onderhoud en reparatie en sportrolstoelen. Bij een voorziening in natura voor hulpmiddelen is géén keuzevrijheid in de aanbieders zoals dat bij de hulp in het huishouden is. Ten aanzien van de verstrekking hulp in het huishouden in natura dient nog te worden opgemerkt dat in principe wordt uitgegaan van de drie geselecteerde zorgaanbieders. Het is het mogelijk om, naast de drie geselecteerde aanbieders, eventueel een contract af te sluiten met een andere zorgaanbieder. Van deze mogelijkheid kan in incidentele gevallen gebruik gemaakt worden: 1. indien de zorgvrager al zorg krijgt van een, niet gecontracteerde, zorgaanbieder; 2. indien er geen passende zorg verleend kan worden door een van de geselecteerde zorgaanbieders; 3. indien het de nadrukkelijke wens van de ondersteuningsbehoevende is; 4. de prijs mag nooit hoger zijn dan de maximale prijs voor de aanbestede producten. Bij de keuze voor een niet geselecteerde zorgaanbieder moeten vooraf prijsafspraken worden gemaakt en in een overeenkomst worden vastgelegd èn bekeken moet worden of de % regeling niet wordt overschreden. Dit laatste houdt in dat slechts 20% tot een maximaal bedrag van ,00 van alle hulp in natura, buiten de drie geselecteerde zorgaanbieders om mag worden mag worden ingezet. 2.2 Voorzieningen in natura Voorzieningen in natura kunnen in drie vormen worden verleend: 1. in eigendom 2. in bruikleen 3. als persoonlijke dienstverlening De onder 2 en 3 genoemde vormen zullen het meest voorkomen. In bruikleen worden de hulpmiddelen verstrekt en als persoonlijke dienstverlening wordt de hulp bij het huishouden gegeven. Bij roerende woonvoorzieningen kan het voorkomen dat een ondersteuningsbehoevende een voorziening in natura wenst maar dat de bruikleenprijs over de verwachte gebruiksperiode hoger zal zijn dan bij een aanschaf in eigendom. Bekeken moet worden of de ondersteuningsbehoevende geen pgb wenst om de voorziening zelf aan te schaffen. Indien hij dat niet wenst kan de voorziening door de gemeente worden gekocht en in eigendom worden gegeven aan de ondersteuningsbehoevende. Hierbij valt met name te denken aan artikelen die, bij beëindiging van de gebruikperiode, afgeschreven dan wel niet goed meer inzetbaar zullen zijn zoals eenvoudige douche/toiletstoelen. Bij deze voorzieningen moet dus altijd een kostenafweging worden gemaakt. Bij een verstrekking in eigendom dient ook de eigen bijdrage te worden berekend. Indien een voorziening van de leverancier niet in bruikleen kan worden verkregen omdat deze niet in het assortiment van de leverancier zit, schaft de gemeente de voorziening in eigendom aan maar verstrekt de voorziening vervolgens in bruikleen aan de ondersteuningsbehoevende. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 7

8 2.3 Financiële tegemoetkoming Een financiële tegemoetkoming wordt verstrekt onder aftrek van het eigen aandeel (zie 2.5). In een aantal situaties wordt de financiële tegemoetkoming verstrekt zonder dat de ondersteuningsbehoevende (eventueel) een eigen aandeel hoeft te betalen. Dit geldt voor de vergoeding van de volgende onkosten en forfaitaire vergoedingen: - verhuis- en inrichtingskosten - kosten van huurderving - kosten voor onderhoud, reparatie en keuring voor zowel hulpmiddelen als roerende woonvoorzieningen - forfaitaire vervoerskostenvergoedingen - kleine autoaanpassingen i.p.v. een toekenning deelname c.v.v. In deze situaties zouden ook pgb houders die jaarlijks een vergoeding voor onderhoud en reparatie ontvangen gedupeerd worden als ze door zuinig te zijn op hun voorziening toch voor de kosten voor onderhoud, keuring en reparatie een eigen aandeel moeten betalen. Voor een aantal voorzieningen geldt dat zij veelal niet kostendekkend zijn zodat, bij inhouding van een eigen aandeel, de vergoeding nog lager wordt. 2.4 Persoonsgebonden budget In de verordening is geregeld voor welke voorzieningen een persoonsgebonden budget kan worden verstrekt. In het besluit maatschappelijke ondersteuning is geregeld hoe het pgb voor individuele voorzieningen wordt bepaald. Er dient een onderscheid gemaakt te worden tussen een pgb voor hulp bij het huishouden, vervoersvoorzieningen, rolstoelen en roerende woonvoorzieningen: 1. Voor de voorziening hulp bij het huishouden zijn de bedragen in het besluit maatschappelijke ondersteuning opgenomen. 2. Voor vervoersvoorzieningen en rolstoelen wordt een pgb verstrekt ter hoogte van de bruikleenprijs die, op grond van de indicatie en selectie, voor de goedkoopst adequate voorziening aan de door de gemeente gecontracteerde leverancier betaald zou moeten worden. Dit bedrag is inclusief de standaardaanpassingen. De individuele aanpassingen worden, eenmalig, aan de ondersteuningsbehoevende betaald. 3. voor roerende woonvoorzieningen wordt een pgb verstrekt voor de aanschaf van de goedkoopst adequate voorziening uit het kernassortiment van de leverancier. Het pgb wordt vastgesteld op 100% van de goedkoopst adequate voorziening. Dit bedrag is inclusief de standaard- en individuele aanpassingen. Het pgb voor hulp bij het huishouden wordt maandelijks verstrekt. Indien de ondersteuningsbehoevende langdurig wordt opgenomen in ziekenhuis of verpleeghuis dient hij daarvan zo snel mogelijk melding te maken aan de gemeente. De gemeente zal beoordelen of de opname moet leiden tot het onderbreken van het pgb. Gedacht moet worden aan een opname van langer dan twee maanden. Het pgb voor vervoersvoorzieningen en rolstoelen wordt maandelijks verstrekt gedurende de periode dat er recht bestaat op de voorziening. Een ondersteuningsbehoevende kan er voor kiezen om een voorziening zelf aan te schaffen en voor te financieren. Het pgb voor roerende woonvoorzieningen wordt eenmalig verstrekt Weigeringsgronden voor een pgb In het besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente is een aantal argumenten opgenomen (art. 1.7 besluit m.o) op grond waarvan geen pgb wordt verstrekt. 1. als een algemene of collectieve voorziening aanwezig is en toereikend wordt geacht. Zo zal iemand die deel kan nemen aan het c.v.v. geen vervoerskostenvergoeding ontvangen. Ook zal iemand die gebruik kan maken van een rolstoelpool voor incidenteel gebruik geen rolstoel toegekend krijgen. 2. het kan zijn dat blijkt dat een ondersteuningsbehoevende niet met geld om kan gaan. Dit moet uit het onderzoek blijken. In dergelijke situaties wordt geen pgb verstrekt. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 8

9 3. als de ondersteuningsbehoevende zich eerder niet aan de voorwaarden voor een pgb heeft gehouden kan een volgend pgb worden geweigerd. 4. een ondersteuningsbehoevende kan in een schuldsaneringstraject zit, failliet verklaard zijn of er kunnen beslagen op zijn uitkering/inkomen liggen. In die situaties kan het gebeuren dat, indien het pgb wordt uitbetaald, het pgb voor andere doeleinden worden ingezet. 5. Als uit de indicatie blijkt dat de voorziening niet nodig zal zijn gedurende de periode waarover de voorziening wordt afgeschreven, kan overwogen worden een pgb te weigeren. Dit zal zich met name voordoen bij een progressief ziektebeeld of een korte levensverwachting. In die situaties is het economisch onvoordelig om een persoonsgebonden budget te verstrekken Verplichtingen bij de verlening van een pgb Indien er een eenmalig pgb wordt verstrekt voor de aanschaf van een hulpmiddel gelden de volgende voorwaarden voor het gebruik: 1. het pgb moeten worden besteed aan de kosten die betrekking hebben op het compenseren van de beperkingen waarvoor men geïndiceerd is. 2. indien het pgb betrekking heeft op individuele aanpassingen bij vervoersvoorzieningen en rolstoelen dan kunnen de kosten voor een individuele aanpassing slechts opnieuw worden vergoed indien de voorziening is afgeschreven of de aanpassing niet meer adequaat is. 3. met een eenmalig pgb moet minimaal de afschrijftermijn van de geselecteerde voorziening worden overbrugd. Indien iemand een andere voorziening wenst is dat, binnen marges, toegestaan maar de afschrijftermijn wordt daardoor niet bekort. 4. indien een goedkopere voorziening wordt aangeschaft kan, na overleg met de gemeente, de afschrijftermijn bekort worden of de periode waarvoor de eigen bijdrage geldt, kan worden beperkt. Het pgb wordt beperkt tot aankoopprijs van de gekochte voorziening. 5. Indien nadat de afschrijftermijn is verstreken, de voorziening nog in goede staat verkeert, wordt geen nieuw pgb verstrekt. Dit heeft voor de ondersteuningsbehoevende het voordeel dat er niet opnieuw een eigen bijdrage hoeft te worden betaald. 6. Van de ondersteuningsbehoevende wordt verwacht dat hij zorgvuldig met de voorziening omgaat en onnodige schade en slijtage voorkomt. 7. de ondersteuningsbehoevende dient zelf zorg te dragen voor een aansprakelijkheidsverzekering voor schade die door het gebruik van de voorziening aan derden kan ontstaan. 8. voor het onderhouden van de voorziening wordt jaarlijks een bedrag ter beschikking gesteld. 9. indien de ondersteuningsbehoevende niet gedurende de gehele termijn waarbinnen de voorziening wordt afgeschreven recht heeft op de voorziening, wordt het pgb van de ondersteuningsbehoevende teruggevorderd tot het bedrag waarvoor de afschrijftermijn nog niet verstreken is. Hiermee wordt het risico voor het gebruik van het pgb bij de ondersteuningsbehoevende gelegd. Weliswaar loopt hij hiermee een risico maar langs de andere kant kan het pgb een financieel voordeel opleveren omdat de eigen bijdrage maar gedurende maximaal 39 perioden van 4 weken wordt opgelegd en niet, zoals bij een bruikleenvoorziening of periodiek pgb gedurende de gehele (bruikleen)periode. Indien er een periodiek pgb wordt verstrekt geldt dat het pgb moet worden besteed aan de kosten die betrekking hebben op het compenseren van de beperkingen waarvoor men geïndiceerd is Verantwoording van het pgb Bij de verantwoording van het pgb dient een onderscheid gemaakt te worden tussen de verantwoording voor een periodiek pgb en een eenmalig pgb. Van een periodiek pgb is sprake bij hulp bij het huishouden, vervoersvoorziening en rolstoelen. Van een eenmalig pgb is sprake bij roerende woonvoorzieningen en individuele aanpassingen aan vervoersvoorzieningen en rolstoelen. Verantwoording van een pgb vindt in een lichte vorm plaats. Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen het pgb voor hulp bij het huishouden, vervoersvoorzieningen en rolstoelen. 1. Voor de verantwoording van het pgb voor hulp bij het huishouden kan aangesloten worden bij de wijze waarop de verantwoording nu geschiedt voor het zorgkantoor. Iedere pgb houder dient minimaal een verantwoordingsformulier in te vullen en te overleggen bij de gemeente. Het pgb wordt als voorschot uitbetaald. Eenmaal per jaar wordt het pgb definitief vastgesteld. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 9

10 Steekproefsgewijs kan de gemeente het verantwoordingsformulier controleren door onderliggende stukken op te vragen. Van een pgb voor hhh is 1,5% met een minimum van 250,00 en een maximum van 1250,00 op jaarbasis vrij besteedbaar, zoals dat nu ook in het kader van de AWBZ mogelijk is. 2. Verantwoording van het pgb voor vervoersvoorzieningen en rolstoelen vindt plaats door op verzoek van de gemeente een bewijs van de aanschaf of huur van de voorziening te overleggen. De gemeente kan steekproefsgewijs controleren of de voorziening ook daadwerkelijk is aangeschaft of wordt gehuurd. 3. De verantwoording van een eenmalig pgb vindt plaats door op verzoek van de gemeente een bewijs van aankoop te overleggen. De gemeente kan steekproefsgewijs controleren of de voorziening ook daadwerkelijk is aangeschaft. 2.5 Eigen bijdrage Indien er sprake is van een voorziening in natura of een persoonsgebonden budget dient een eigen bijdrage te worden betaald. De eigen bijdrage wordt altijd geïnd door het CAK. Bij de betaling van het persoonsgebonden budget kiest de gemeente voor een bruto-uitbetaling, d.w.z. zonder dat de mogelijke eigen bijdrage wordt ingehouden. Vaak kan, voordat het pgb wordt verstrekt, al worden aangegeven of de ondersteuningsbehoevende nog een eigen bijdrage over het pgb zal moeten betalen. Van het bedrag dat als pgb wordt ontvangen kan dus nog aan het CAK een bijdrage moeten worden betaald. Er wordt gekozen voor een bruto pgb omdat het CAK beschikt over de informatie op grond waarvan bepaald kan worden welke eigen bijdrage iemand verschuldigd is. De ondersteuningsbehoevende ontvangt jaarlijks een beslissing van het CAK waarin is opgenomen welke eigen bijdrage over welke periode is of moet worden betaald. Bij een ongewijzigde situatie in een volgend jaar kan de pgb houder zelf inschatten wat zijn eigen bijdrage zal zijn. Indien de gemeente een pgb netto zou uitkeren moet er altijd, na afloop van het jaar, een herberekening plaatsvinden. Dit leidt tot veel administratieve werkzaamheden die, door de uitbetaling van een bruto pgb, voorkomen worden. De verantwoordelijkheid voor de inning van het pgb wordt derhalve bij het CAK weggelegd. Het debiteurenrisico moet wel door de gemeente worden gedragen. Indien blijkt dat een ondersteuningsbehoevende niet op een juiste wijze met het pgb omgaat kan dat een weigeringsgrond zijn voor het (verder) verstrekken van een pgb. 2.6 Eigen aandeel Indien een ondersteuningsbehoevende een financiële tegemoetkoming ontvangt kan een eigen aandeel in de kosten worden gevraagd. Uitgezonderd zijn de onder punt 2.3 genoemde kostenposten. Een eigen aandeel moet altijd in mindering worden gebracht op de uitbetaling van de financiële tegemoetkoming. Het CAK vordert niet het eigen aandeel in. Bij de uitbetaling van de financiële tegemoetkoming zal daarom als volgt moeten worden gehandeld: 1. heeft de ondersteuningsbehoevende voorzieningen waarvoor reeds een maximale eigen bijdrage wordt betaald? Als dat zo is hoeft er geen eigen aandeel in rekening te worden gebracht. 2. heeft de ondersteuningsbehoevende voorzieningen waarvoor een eigen bijdrage in rekening wordt gebracht maar waarmee zijn financiële ruimte niet volledig wordt benut? In dat geval zal berekend moeten worden hoe groot zijn eigen aandeel is. De beslissing over het eigen aandeel is voorlopig. Pas nadat het CAK een definitieve berekening heeft gemaakt kan het eigen aandeel definitief worden vastgesteld. 3. Indien er nog geen eigen bijdrage wordt betaald zal de gemeente aan de hand van de inkomensgegevens van het voor vorige jaar, bij benadering, moeten bepalen hoe hoog het eigen aandeel is. Dit bedrag wordt voorlopig vastgesteld en pas, na afloop van het kalenderjaar definitief vastgesteld. Het eigen aandeel bedraagt maximaal 39 perioden van 4 weken. Er vindt dus een berekening per periode plaats die gecumuleerd wordt tot totaal 3 jaar. Dat bedrag dient ingehouden te worden. Per jaar moet berekend worden hoe groot het eigen aandeel voor dat jaar moet zijn. Per jaar dient het eigen aandeel voor dat jaar te worden vastgesteld. Alle voorzieningen waarvoor een financiële tegemoetkoming wordt verstrekt en waarvoor een eigen aandeel is verschuldigd moeten gemeld worden bij het CAK om cumulatie te voorkomen. 2.7 Eigen bijdrage/eigen aandeel en bijzondere bijstand Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 10

11 Indien een ondersteuningsbehoevende een inkomen heeft tot 110% van de voor hem geldende bijstandsnorm worden de eigen bijdrage of het eigen aandeel als bijzonder noodzakelijke bestaanskosten aangemerkt die voor vergoeding in aanmerking komen. 2.8 Inkomensberekening in verband vaststelling norminkomen Bij een beperkt aantal voorzieningen speelt de juiste vaststelling van het norminkomen een rol om te kunnen bepalen of men voor de voorziening in aanmerking komt. Dit speelt bij het recht op deelname aan het collectief vraagafhankelijk vervoer en de forfaitaire vervoerskostenvergoedingen. Uitgangspunt voor het berekenen van het netto inkomen is de loon- of uitkeringsspecificatie over de betaalperiode direct voorafgaande aan de datum van de aanvraag. Het bruto-inkomen wordt verminderd met verschuldigde belasting, sociale verzekeringspremies en de pensioenpremies. Inhoudingen op het bruto inkomen die op grond van de verordening niet als aftrekpost kunnen worden meegenomen, worden na berekening van de loonheffing bij het inkomen opgeteld (zoals spaarloon e.d.). Vervolgens wordt het jaarinkomen berekend, waarbij rekening wordt gehouden met de periode waarover het salaris wordt uitbetaald: 1. salaris per maand x salaris per week x salaris per vier weken x salaris per kwartaal x 4 5. salaris per dag x 260 Als er sprake is van een wisselend inkomen dan moet een redelijke termijn in acht genomen worden waarover het netto inkomen kan worden vastgesteld. Het jaarinkomen van een zelfstandig ondernemer wordt bepaald aan de hand van de boekhouding over de laatste 3 boekjaren, tenzij dit inkomen geen juiste weergave biedt van het besteedbaar inkomen in het jaar waarin de aanvraag op grond van de Verordening wordt ingediend. Is er sprake van aanvullende bijstand dan wordt uitgegaan van de bijstandsnorm, omdat bij de berekening van de bijstand al rekening wordt gehouden met alle mogelijke inkomsten en kosten. Aan het jaarinkomen wordt het netto vakantiegeld toegevoegd, berekend conform de bijstandsregeling vakantietoeslag. Het vermogen zelf is vrij. Inkomsten uit vermogen worden wel betrokken bij de vaststelling van de ruimte in het inkomen. Om ingewikkelde berekeningen te voorkomen en spaargelden niet te zeer te belasten zal voor de alleenstaande een bedrag van 750,00 en voor een alleenstaande ouder en echtparen een bedrag van 1500,00 als inkomsten uit vermogen worden vrijgelaten. Het meerdere aan inkomsten uit vermogen wordt bij het netto inkomen opgeteld onder aftrek van 30% in verband met de (fiscale) vermogensrendementsheffing. Met deze rekenmethode wordt op een eenvoudige wijze en op een reële manier rekening gehouden met inkomen uit vermogen. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 11

12 Hoofdstuk 3 Voorzieningen hulp bij het huishouden 3.1 Algemeen De voorziening die de gemeente kan verstrekken voor de hulp bij het huishouden bestaat uit 2 onderdelen: 1. voorziening in natura. Hierbij is een onderscheid gemaakt in 3 soorten dienstverlening: categorie A: Huishoudelijke werkzaamheden. De uit te voeren werkzaamheden bestaan onder andere uit de volgende onderdelen: - boodschappen voor het dagelijkse leven doen; - maaltijdverzorging, bereiding broodmaaltijd/ warme maaltijd - licht poetswerk in huis, kamers opruimen; - huishoudelijke werkzaamheden, stofzuigen wc/badkamer schoonmaken - verzorging kleding / linnengoed categorie B: Organisatie van het huishouden De uit te voeren werkzaamheden in deze categorie bestaan naast de bovenstaande huishoudelijke werkzaamheden, uit de volgende onderdelen: - opvang en/of verzorging van kinderen/volwassen huisgenoten (anderen helpen met zelfverzorging) - anderen helpen bij het bereiden van maaltijden; - dagelijkse organisatie van het huishouden. categorie C: Hulp bij ontregelde huishouding De uit te voeren werkzaamheden in deze categorie bestaan naast de bovenstaande lichte ondersteuning in het huishouden en de huishoudelijke werkzaamheden, uit de navolgende onderdelen: - Psychosociale begeleiding, tevens observeren; - Advies, instructie, voorlichting gericht op het huishouden. 2. Pgb met ondersteunende dienstverlening. De zorgvrager met pgb kan ondersteuning voor de uitvoering van zijn pgb inkopen. De ondersteuning kan bestaan uit: - bemiddelingsfunctie - administratieve ondersteuning (afdracht sociale lasten, betaling loon en dergelijke) - regelen inval bij ziekte en verlof. Voor de voorziening in natura zijn 3 zorgaanbieders geselecteerd. In het kader van de keuzevrijheid kunnen ondersteuningsbehoevenden zelf bepalen van welke aanbieder zij de zorg willen ontvangen. Voor de ondersteuning van pgb-houders is met één dienstverlener een raamovereenkomst gesloten. Pgb-houders kunnen zelf bepalen of zij van deze dienstverlener gebruik willen maken. De door het CIZ opgestelde protocollen voor de functie huishoudelijke verzorging in het kader van de AWBZ worden in deze beleidsregels, aangepast, overgenomen. In deze beleidsregels zijn de richtlijnen uitgewerkt, die het CIZ eerder heeft uitgewerkt, die de indicatiestellers dienen te hanteren als bij het bepalen van de aanspraak op ondersteuning vanuit de Wmo. Tevens aan de orde is het beoordelen van hetgeen van huisgenoten onderling kan worden verwacht aan zorg van en voor elkaar. De gemeente houdt de mogelijkheid, in geval toepassing van de richtlijnen in concrete gevallen tot kennelijke onbillijkheid leidt, om zelf en waar nodig te besluiten dat van de richtlijnen moet worden afgeweken Aanbesteding en contractafspraken Omdat de hulp bij het huishouden is aanbesteed maakt het contract en de daar onderliggende stukken deel uit van de afspraken die met de zorgaanbieders zijn gemaakt. In het programma van eisen zijn kwaliteitseisen opgenomen waarin de zorgaanbieder moet voldoen. Belangrijk is de eis ten aanzien van de start van de werkzaamheden. Daarvoor is de volgende eis opgenomen: De zorgaanbieder dient binnen 3 werkdagen, na opdracht van de opdrachtgever, een afspraak te hebben gemaakt met de zorgvrager om de werkafspraken vast te leggen. Binnen 10 werkdagen na opdracht dient gestart te zijn met de opgedragen hulp. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 12

13 Voor het leveren van spoedeisende hulp is aan alle zorgaanbieders gevraagd hoe zij die denken te kunnen leveren. De aanbiedingen hiervoor zijn te vinden in de diverse offerten. Alle drie de aanbieders kunnen binnen hooguit 3 dagen spoedeisende hulp leveren Gebruikelijke zorg Gebruikelijke zorg en mantelzorg Het bepalen van aard en omvang van gebruikelijke zorg in relatie tot een eventuele aanspraak op hulp vanwege ondersteuning vanuit de Wmo heeft alleen betrekking op de functie hulp bij het huishouden In relatie tot ondersteuning vanuit de Wmo is het van belang de term gebruikelijke zorg goed te onderscheiden van het begrip mantelzorg. Gebruikelijke zorg en mantelzorg zijn elkaar uitsluitende begrippen. Gebruikelijke zorg is per definitie zorg waarop geen aanspraak bestaat vanuit de Wmo. Het is de normale, dagelijkse zorg die partners of ouders en inwonende kinderen geacht worden elkaar onderling te bieden omdat ze als leefeenheid een gezamenlijk huishouden voeren en op die grond een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben voor het functioneren van dat huishouden. Gebruikelijke zorg is ook alleen aan de orde als er een leefeenheid is die een gezamenlijk huishouden voert. Uitwonende kinderen vallen hier dus buiten. Bij mantelzorg gaat het om ondersteuning vanuit de Wmo waarop de burger vanuit het compensatiebeginsel een beroep kan doen op de gemeente. Mantelzorg is zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, door personen uit diens directe omgeving waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie (Zorg Nabij, VWS 2001). Bij mantelzorg wordt de normale (gebruikelijke) zorg in zwaarte, duur en/of intensiteit aanmerkelijk overschreden. Mantelzorg vindt plaats op basis van betrokkenheid, dat wil zeggen dat de mantelzorger bereid en in staat geacht mag worden deze zorg te leveren De omgeving als wegingsfactor De fysieke en sociale omgeving zijn van invloed op de zorgbehoefte van de zorgvrager. Huisgenoten, andere naasten en verwanten van de zorgvrager kunnen zowel in positieve als in negatieve zin de zorgbehoefte beïnvloeden. Zij kunnen zelf zorg behoeven (kleine kinderen, een gehandicapte huisgenoot/familielid), zij kunnen ook verlichting geven en bijdragen aan te verrichten taken (gezonde volwassenen). In het indicatieonderzoek naar beperkingen en participatieproblemen van zorgvragers zal altijd de fysieke en sociale omgeving van de vrager meegenomen worden in de afweging. In geval er voor de zorgvrager mantelzorg vrijwillig beschikbaar is kan dat deel van de zorgaanspraak buiten het indicatiebesluit blijven omdat daar geen hulp bij het huishouden vanuit de ondersteuning in de Wmo voor ingezet hoeft te worden. De mantelzorger voorziet al in die hulp en de indicatiesteller weegt dat mee in het opstellen van het indicatiebesluit. Welke zorg de mantelzorger op zich neemt en in welke omvang is, in overleg met de zorgvrager, uitsluitend en alleen aan de mantelzorger zelf om te bepalen. Het meewegen van de mantelzorg betekent ook dat de indicatiesteller nagaat of voor een deel van de mantelzorg alsnog ondersteuning vanuit de Wmo geïndiceerd moet worden ter ondersteuning van de mantelzorger zodat die regelmatig tijdelijk ontlast wordt. In geval er voor een zorgvrager geen mantelzorg beschikbaar is of mantelzorg wegvalt, wordt dus ondersteuning vanuit de Wmo geïndiceerd. 3.3 Definities en algemene uitgangspunten Gezamenlijke huishouding De definitie van gezamenlijke huishouding is opgenomen in de wet Wmo art. 1 lid 4: Van een gezamenlijke huishouding is sprake indien twee personen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en zij blijk geven zorg te dragen voor elkaar door middel van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding dan wel anderszins. Lid 5: Een gezamenlijke huishouding wordt in ieder geval aanwezig geacht indien de betrokkenen hun hoofdverblijf hebben in dezelfde woning en: Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 13

14 a. zij met elkaar gehuwd zijn (geweest) of eerder voor de toepassing van deze wet daarmee gelijk zijn gesteld, b. uit hun relatie een kind is geboren of erkenning heeft plaatsgevonden van een kind van de een door de ander, c. zij zich wederzijds verplicht hebben tot een bijdrage aan de huishouden krachtens een geldend samenlevingscontract, of zij op grond van een registratie worden aangemerkt als een gezamenlijke huishouding die naar de aard en strekking overeenkomstig met de gezamenlijke huishouding, bedoeld in het vierde lid Huisgenoot Hieronder wordt verstaan: iedere meerderjarige met wie de aanvrager duurzaam gemeenschappelijk een woning bewoont Eén- en meerpersoonshuishouden Indien de zorgvrager deel uitmaakt van een leefeenheid bestaande uit meerdere personen (meerpersoonshuishouden) moet de indicatiesteller vaststellen wat, gezien de samenstelling van die leefeenheid, in dat geval verstaan wordt onder gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar. Pas dan kan het indicatieorgaan besluiten op welke ondersteuning vanuit de Wmo de zorgvrager redelijkerwijs is aangewezen. In geval zorgvrager een éénpersoonshuishouden voert is er geen sprake van gebruikelijke zorg Maatschappelijke participatie Iedere volwassen burger wordt verondersteld naast een volledige baan of opleiding een huishouden te kunnen voeren. In geval van een meerpersoonshuishouden staat het hebben van een normale baan of het volgen van een opleiding per definitie het leveren van gebruikelijke zorg niet in de weg. Gebruikelijke zorg gaat voor op andere activiteiten van leden van de leefeenheid in het kader van hun maatschappelijke participatie Culturele diversiteit Bij het inventariseren van de eigen mogelijkheden van het huishouden wordt geen onderscheid gemaakt op basis van sekse, religie, cultuur, de wijze van inkomensverwerving of persoonlijke opvattingen over het verrichten van huishoudelijke taken. Er is sprake van een pluriforme samenleving waarin een ieder gelijke aanspraken op ondersteuning vanuit de Wmo kan maken PGB en mantelzorg Bij het vaststellen van de zorgbehoefte wordt rekening gehouden met wat van een huisgenoot kan worden verwacht in het kader van gebruikelijke zorg. Voor dat deel is er in principe- geen aanspraak op ondersteuning vanuit de Wmo. Wanneer een huisgenoot of partner mantelzorg verleent die de gebruikelijke zorg te boven gaat en de zorgvrager voor dat deel van de zorg een aanvraag indient, kan er een aanspraak zijn. Of de huisgenoot de zorg vervolgens zelf gaat uitvoeren met behulp van een PGB speelt geen rol bij de indicatiestelling Betrekken van huisgenoten/mantelzorgers bij het indicatieonderzoek Indien er sprake is van huisgenoten, die gebruikelijke zorg dan wel mantelzorg leveren, is het zaak dat de indicatiesteller die huisgenoten altijd persoonlijk hoort in het kader van het indicatieonderzoek. Op die manier kan de indicatiesteller correct inventariseren welke taken de huisgenoot/mantelzorger uitvoert en hoe hij/zij de belasting van deze taken ervaart in relatie tot zijn/haar maatschappelijke participatie. Ook of juist - wanneer het gaat om min of meer gebruikelijke zorg en de inzet van de huisgenoot, vereist de zorgvuldigheid dat deze wordt gehoord. Ook een mantelzorger dient gehoord te worden Gemotiveerd afwijken Indien er sprake is van een zorgvraag waarvan de indicatiesteller objectief heeft vastgesteld dat het gaat om zorg die valt onder de eigen verantwoordelijkheid van het huishouden dan wel om zorg die vrijwillig door mantelzorg wordt geleverd, kan conform dit document worden vastgesteld dat er geen grondslag voor ondersteuning vanuit de Wmo is. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 14

15 Wanneer een dergelijke vaststelling voor de indicatiesteller als professional tot kennelijke onredelijkheid en/of onbillijkheid leidt gezien de situatie van de zorgvrager, kan en moet de indicatiesteller (gemotiveerd) van deze richtlijn afwijken en een ander advies geven Cliëntsoevereiniteit Een van de basisprincipes van de Wmo is de cliëntsoevereiniteit. Hiermee wordt bedoeld, dat de wens van de zorgvrager ten aanzien van de vraag van wie hij zorg wenst te ontvangen, leidend dient te zijn bij de (indicatie en) hulprealisatie. Een hulpvrager heeft vanuit dat perspectief zeggenschap in de hulpverlening. In het verlengde daarvan kan hij niet zonder meer verplicht worden (persoonlijke) hulp van de partner/huisgenoot te aanvaarden. Of er vervolgens aanspraak is op ondersteuning vanuit de Wmo hangt af van de uitkomst van de indicatiestelling. 3.4 Richtlijnen voor de indicatiestelling hulp bij het huishouden ondersteuning bij het bepalen van gebruikelijke zorg in relatie tot ondersteuning vanuit de Wmo Ondersteuning vanuit de Wmo aanvullend op eigen mogelijkheden Ondersteuning vanuit de Wmo is aanvullend op de mogelijkheden die de zorgvrager heeft om op eigen kracht zijn probleem op te lossen. Dit is terug te vinden in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning Artikel 2: Er bestaat geen aanspraak op maatschappelijke ondersteuning voor zover met betrekking tot de problematiek die in het gegeven geval aanleiding geeft voor de noodzaak tot ondersteuning, een voorziening op grond van een andere wettelijke bepaling bestaat Wanneer een zorgvrager in zijn hulpvraag voorziet met eigen middelen, en dat niet op eigen kosten wenst te continueren, is er, wanneer daartoe aanleiding bestaat, een aanspraak op ondersteuning vanuit de Wmo. Dit doet zich bv. voor wanneer een zorgvrager particuliere hulp in dienst heeft, of wanneer een zorgvrager op eigen kosten in een beschermende woonomgeving woont. Deze op eigen kosten getroffen voorzieningen zijn NIET voorliggend op ondersteuning vanuit de Wmo. Vervolgens moet bekeken worden of voorliggende voorzieningen een oplossing kunnen bieden voor het zorgprobleem. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt naar wettelijk voorliggende voorzieningen en voorzieningen die algemeen gebruikelijk zijn. Zie bijlage?. Wettelijke voorliggende voorzieningen zijn afdwingbaar terwijl bij algemeen gebruikelijke voorzieningen moet worden nagegaan of deze voorziening ook werkelijk beschikbaar is en adequaat is ingeval van de cliënt Gezondheidsproblemen of (dreigende) overbelasting Een indicatiesteller kan besluiten dat een huisgenoot of partner geen gebruikelijke zorg kan leveren als deze zodanige gezondheidsproblemen en/of beperkingen heeft dat de indicatiesteller redelijkerwijs moet concluderen dat de betreffende taken niet door hem uitgevoerd kunnen worden. Een indicatiesteller moet altijd onderzoeken of een leefeenheid, gegeven de voor die leefeenheid geldende gebruikelijke zorg, door de (chronische) uitval van een gezinslid niet alsnog onevenredig belast wordt en overbelasting dreigt. Wanneer partner of huisgenoot gezondheidsproblemen en/of beperkingen heeft of door de combinatie van een (volledige) werkkring of opleiding en het voeren van het huishouden overbelast dreigt te raken, zullen de (medische) gegevens ter onderbouwing daarvan door de betrokkene moeten worden aangeleverd. De gemeente moet zich daar dan een geobjectiveerd oordeel over vormen. Wanneer de dreigende overbelasting wordt veroorzaakt door een combinatie van werk en gebruikelijke zorg en andere activiteiten dan werk en huishouden, gaan werk en gebruikelijke zorg voor. Het beoefenen van vrijetijdsbesteding kan op zich geen reden zijn om een indicatie te geven voor gebruikelijke zorg. In geval de leden van een leefeenheid dreigen overbelast te raken door de combinatie van werk en verzorging van de zieke partner/huisgenoot, kan een indicatie worden gesteld op de onderdelen die normaliter tot de gebruikelijke zorg worden gerekend. In eerste instantie zal die indicatie van korte duur zijn om de leefeenheid de gelegenheid te geven de onderlinge taakverdeling aan de ontstane situatie aan te passen. Hetzelfde geldt als een partner/ouder ten gevolge van het plotseling overlijden van de andere ouder dreigt overbelast te raken door de combinatie van werk en verzorging van de inwonende kinderen. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 15

16 3.4.3 Fysieke afwezigheid Indien de huisgenoot van een zorgvrager vanwege zijn/haar werk fysiek niet aanwezig is wordt hiermee bij de indicatiestelling uitsluitend rekening gehouden, wanneer het om aaneengesloten perioden van ten minste zeven etmalen gaat. De afwezigheid van de huisgenoot moet een verplichtend karakter hebben en inherent zijn aan diens werk; denk hierbij aan offshore werk, internationaal vrachtverkeer en werk in het buitenland. Wanneer iemand aaneengesloten perioden van ten minste zeven etmalen van huis is, is er in die periode feitelijk sprake van een éénpersoonshuishouden en kan er geen gebruikelijke zorg worden geleverd Korte levensverwachting In geval de zorgvrager een zeer korte, bekende levensverwachting heeft kan ter ontlasting van de leefeenheid van de zorgvrager afgeweken worden van de normering van gebruikelijke zorg Telefonisch indiceren Een aanvraag mag telefonisch worden afgehandeld indien de zorgvrager het eens is met de uitkomst Gebruikelijke zorg naar functie Hulp bij het huishouden Doel hulp bij het huishouden Hulp bij het huishouden is aangewezen wanneer disfunctioneren van de leefeenheid als gevolg van gezondheidsproblemen van (één van) de verzorgende (leden) dreigt. Dat kan zich uiten in vervuiling (van de woning of van kleding), verwaarlozing (gezondheidsrisico s, persoonlijke verzorging, voeding en vocht) of ontreddering van zichzelf of van afhankelijke huisgenoten waardoor het functioneren in huis maar ook buitenshuis belemmerd wordt. Het doel van huishoudelijke verzorging kan dan zijn het schoonhouden van het huis en/of het verrichten van de dagelijks voorkomende huishoudelijke activiteiten, maar ook het ondersteunen bij het organiseren van het huishouden. (Zie verder protocol hulp bij het huishouden ) Leefeenheid primair verantwoordelijk De leefeenheid van een zorgvrager die een beroep doet op ondersteuning vanuit de Wmo blijft altijd primair verantwoordelijk voor het functioneren van het huishouden. Dat betekent dat van een leefeenheid wordt verwacht dat, bij uitval van één van de leden van die leefeenheid, gestreefd wordt naar een herverdeling van de huishoudelijke taken binnen die leefeenheid Huishoudelijke taken: uitstelbaar en niet uitstelbaar Onder huishoudelijke taken vallen zowel de uitstelbare als de niet-uitstelbare taken. Het verzorgen van overigens gezonde- kinderen valt ook onder de functie hulp bij het huishouden. - Niet-uitstelbare taken zijn maaltijd verzorgen, de kinderen verzorgen, afwassen en opruimen; - Wel-uitstelbare taken zijn boodschappen doen, wasverzorging, zwaar huishoudelijk werk: stofzuigen, sanitair, keuken, bedden verschonen. Taken van een jarige Van een volwassen gezonde huisgenoot wordt verwacht dat deze de huishoudelijke taken overneemt wanneer de primaire verzorger uitvalt. Een jarige wordt verondersteld een eenpersoonshuishouden te kunnen voeren. De huishoudelijke taken voor een éénpersoonshuishouden zijn: schoonhouden van sanitaire ruimte, keuken en een kamer, de was doen, boodschappen doen, maaltijd verzorgen, afwassen en opruimen. Te normeren naar 2 uur uitstelbare, zware huishoudelijke taken en 3 uur lichte, niet uitstelbare huishoudelijke taken per week. Daarnaast kunnen zij eventuele jongere gezinsleden verzorgen en begeleiden Indicatie voor het aanleren van huishoudelijke activiteiten Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 16

17 Redenen als 'niet gewend zijn om of geen huishoudelijke werk willen en/of kunnen 1 verrichten' leiden niet tot een indicatie voor het overnemen van huishoudelijke taken. Indien hiervoor motivatie aanwezig is- kan er een indicatie worden gesteld voor 6 weken zorg voor het aanleren van huishoudelijke taken en/of het leren (efficiënter) organiseren van het huishouden. Afstemming met de functies OB/AB in het kader van de AWBZ is noodzakelijk Opvang en verzorging van kinderen bij uitval van een van de ouders Ouders hebben een zorgplicht voor hun kinderen. De ouders zorgen voor de opvoeding van hun kinderen. Dit houdt in: het zorgen voor hun geestelijk en lichamelijk welzijn en het bevorderen van de ontwikkeling van hun persoonlijkheid (en naar draagkracht voorzien in de kosten van dit alles). Deze zorgplicht strekt zich uit over opvang, verzorging, begeleiding en opvoeding die een ouder (of verzorger), onder meer afhankelijk van de leeftijd en verstandelijke ontwikkeling van het kind, normaal gesproken geeft aan een kind, inclusief de zorg bij kortdurende ziekte. Bij uitval van één van de ouders neemt de andere ouder de gebruikelijke zorg voor de kinderen over. Gebruikelijke zorg voor kinderen omvat in ieder geval de aanwezigheid van een verantwoordelijke ouder of derde persoon conform de leeftijd en ontwikkeling van het kind. Opvang is niet structureel in de Wmo. Voor de verzorging van de kinderen kan, zonodig, wel een beroep op ondersteuning vanuit de Wmo gedaan worden. Eigen oplossingen gaan voor. Indien nodig dient de ouder gebruik te maken van de voor hem/haar geldende regeling voor zorgverlof. De indicatiesteller onderzoekt, in geval er mantelzorg aanwezig is, wat in redelijkheid met mantelzorg kan worden opgevangen. Is dit niet mogelijk dan dient de ouder gebruik te maken van (een combinatie van ) crèche, opvang op school, buitenschoolse opvang, gastouder ed. (de zogenaamde algemeen gebruikelijke voorliggende voorzieningen). Het verplichte gebruik van alternatieve opvangmogelijkheden voor kinderen is redelijk, onafhankelijk van de financiële omstandigheden. Voorkomen van crisis en ontwrichting Zijn deze mogelijkheden reeds maximaal gebruikt of afwezig, of is er slechts kortdurend overbrugging nodig in noodgevallen, dan kan de functie huishoudelijke verzorging worden ingezet. Structurele opvang van kinderen is geen taak binnen de Wmo. Niet-structurele opvang van kinderen kan alleen bij ontwrichting of calamiteiten tijdelijk tot ondersteuning vanuit de Wmo leiden. Verzorging van de kinderen kan zonodig tot ondersteuning vanuit de Wmo leiden Uitval van ouder in éénoudergezin Indien er sprake is van uitval van de ouder in een éénoudergezin, of beide ouders ondervinden beperkingen in de opvang en verzorging van de kinderen, wordt er eerst nagegaan wat mantelzorg opvangt, en wat vrijwilligers als vervangende mantelzorg, voorliggende voorzieningen en algemeen gebruikelijke voorzieningen kunnen opvangen. Voor oppas en opvang van gezonde kinderen is in principe geen ondersteuning vanuit de Wmo, daarvoor zijn andere, algemeen gebruikelijke en voorliggende voorzieningen voorhanden. Gebruik van kinderopvang/crèche als voorliggende voorziening voor oppas en opvang van gezonde kinderen tot 5 dagen per week is redelijk. Indien indicatiesteller zich ervan heeft vergewist dat de voorliggende algemeen gebruikelijke voorzieningen niet aanwezig of niet toepasbaar zijn of zijn uitgeput is bij uitval van de ouder in een éénoudergezin afhankelijk van de leeftijd en ontwikkeling van het kind een indicatie voor hulp bij het huishouden mogelijk tot 40 uur per week voor oppas en opvang van gezonde kinderen. Een dergelijke indicatie is in principe van korte duur (max. 3 maanden), de periode waarin een eigen oplossing moet worden gevonden Bijdrage van kinderen aan het huishouden 1 In de zin van niet geleerd hebben Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 17

Beleidsregel Gebruikelijke Zorg

Beleidsregel Gebruikelijke Zorg 1 Beleidsregel Gebruikelijke Zorg In deze beleidsregel zijn de richtlijnen uitgewerkt die de indicatiestellers dienen te hanteren als bij het bepalen van de aanspraak op Wmo-zorg tevens aan de orde is

Nadere informatie

Protocol gebruikelijke zorg Heemskerk. 1 januari 2013

Protocol gebruikelijke zorg Heemskerk. 1 januari 2013 Protocol gebruikelijke zorg Heemskerk 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Definities en algemene uitgangspunten 6 2.1 Definities 6 2.2 Uitgangspunten 7 3 Richtlijnen voor het bepalen van gebruikelijke

Nadere informatie

Bijlage 1: Richtlijn gebruikelijke hulp. Richtlijn gebruikelijke hulp

Bijlage 1: Richtlijn gebruikelijke hulp. Richtlijn gebruikelijke hulp Richtlijn gebruikelijke hulp Dit hoofdstuk geeft nadere invulling aan het begrip redelijkerwijs in artikel 3.2.1 lid 1 Wlz, en de memorie van toelichting bij de Wlz, hoofdstuk 2.2.1. Het gaat daarbij om

Nadere informatie

Beleidsregels gebruikelijke zorg bij hulp bij het huishouden 2008

Beleidsregels gebruikelijke zorg bij hulp bij het huishouden 2008 Beleidsregels gebruikelijke zorg bij hulp bij het huishouden 2008 Burgemeester en Wethouders van Hoogeveen Gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 4:81 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

Protocol Indicatiestelling Hulp bij het Huishouden

Protocol Indicatiestelling Hulp bij het Huishouden BIJLAGEN Bijlage 1: Protocol indicatiestelling hulp bij het huishouden Protocol Indicatiestelling Hulp bij het Huishouden Gemeente Brunssum 2 Activiteiten en tijdsnormering Hulp bij het Huishouden Algemeen

Nadere informatie

Bijlage 3 indicatie-advisering Huishoudelijke ondersteuning (HO)

Bijlage 3 indicatie-advisering Huishoudelijke ondersteuning (HO) Bijlage 3 indicatie-advisering Huishoudelijke ondersteuning (HO) Inhoudsopgave 1 Huishoudelijke ondersteuning... 3 1.1 Beperkingen in het uitvoeren van huishoudelijke taken... 3 1.2 Ondersteuning en resultaat...

Nadere informatie

Toelichting Regeling individuele voorzieningen voor maatschappelijke ondersteuning gemeente DenHaag

Toelichting Regeling individuele voorzieningen voor maatschappelijke ondersteuning gemeente DenHaag Toelichting Regeling individuele voorzieningen voor maatschappelijke ondersteuning gemeente DenHaag Huishoudelijke verzorging algemeen Huishoudelijke verzorging kan in natura of in de vorm van een persoonsgebonden

Nadere informatie

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Achtkarspelen 2012

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Achtkarspelen 2012 FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Achtkarspelen 2012 Hoofdstuk 1. Eigen bijdrage en eigen aandeel in de kosten Artikel 1. Hoogte eigen bijdrage en eigen aandeel Lid 1. Bij het verstrekken

Nadere informatie

Financieel Besluit Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Sint Anthonis 2014

Financieel Besluit Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Sint Anthonis 2014 CVDR Officiële uitgave van Sint Anthonis. Nr. CVDR329216_1 3 oktober 2017 Financieel Besluit Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Sint Anthonis 2014 HOOFDSTUK 1. VOORZIENINGEN GERICHT OP HET HUISHOUDEN

Nadere informatie

besluit van het college

besluit van het college besluit van het college dossiernummer 1231 onderwerp Wijziging Regeling maatschappelijke ondersteuning Gouda 2017 Het college van burgemeester en wethouders van Gouda; gelezen het voorstel van 13 juni

Nadere informatie

Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden Gemeente Stein 2012

Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden Gemeente Stein 2012 Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden Gemeente Stein 2012 Uitgave: Gemeente Stein, november 2012 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Hoofdstuk 1 Uitgangspunten voor Hulp

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010 Burgemeester en wethouders van de gemeente Hoogeveen; Gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Verordening maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BOXMEER HOOFDSTUK 1. VOORZIENINGEN GERICHT OP HET HUISHOUDEN... 2 ARTIKEL 1.1 OMSCHRIJVING VAN DE VOORZIENING... 2 ARTIKEL 1.2 EIGEN BIJDRAGE...

Nadere informatie

Toelichting Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Beemster 2011

Toelichting Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Beemster 2011 Toelichting Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Beemster 2011 Toelichting op het besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Beemster 2011 2 INHOUDSOPGAVE Toelichting

Nadere informatie

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2012 (FINANCIEEL BESLUIT)

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2012 (FINANCIEEL BESLUIT) BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2012 (FINANCIEEL BESLUIT) INLEIDING Het besluit maatschappelijke ondersteuning is bedoeld om alle bedragen in op te nemen. Dit is van belang omdat bedragen tenminste

Nadere informatie

Beleidsregels individuele voorzieningen gemeente Veldhoven 2011

Beleidsregels individuele voorzieningen gemeente Veldhoven 2011 CVDR Officiële uitgave van Veldhoven. Nr. CVDR102264_2 2 mei 2017 Beleidsregels individuele voorzieningen gemeente Veldhoven 2011 Lijst van afkortingen AAW = Algemene Arbeidsongeschiktheidswet ADL = Algemene

Nadere informatie

Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Barneveld

Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Barneveld november 2009 Burgermeester en wethouders van Barneveld; gelet op de bepalingen in de Verordening; besluiten vast te stellen de Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders op 16 november 2009, D.

Nadere informatie

gelet op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Culemborg 2011;

gelet op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Culemborg 2011; Gem: 0612099 Besluit maatschappelijke ondersteuning Culemborg Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Culemborg; gelet op artikel 5 de Wet maatschappelijke ondersteuning, gelet op de

Nadere informatie

Bijlage Overzicht wijzigingen nadere regels

Bijlage Overzicht wijzigingen nadere regels De vetgedrukte cursieve teksten in onderstaand stuk geeft aan waar een wijziging is aangebracht in de huidige teksten in de nadere regels. Daarnaast wordt uiteraard verwezen naar de nieuwe verordening,

Nadere informatie

BIJLAGE Ib. Toelichting Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning ISD De Rijnstreek

BIJLAGE Ib. Toelichting Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning ISD De Rijnstreek A. Algemene toelichting 1.0 Omvang van de eigen bijdrage/eigen aandeel In de Verordening is bepaald dat een cliënt een eigen bijdrage betaalt bij een voorziening in natura of een persoonsgebonden budget

Nadere informatie

BESLUIT VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Súdwest-Fryslân

BESLUIT VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Súdwest-Fryslân BESLUIT VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013 Súdwest-Fryslân 1 INHOUDSOPGAVE Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11

Nadere informatie

Financieel besluit 2010 Hoofdstuk 1 Regels rond verstrekking en verantwoording. Artikel 1. Regels rond verstrekking en verantwoording

Financieel besluit 2010 Hoofdstuk 1 Regels rond verstrekking en verantwoording. Artikel 1. Regels rond verstrekking en verantwoording Financieel besluit 2010 Hoofdstuk 1 Regels rond verstrekking en verantwoording Artikel 1. Regels rond verstrekking en verantwoording a. Een persoonsgebonden budget kan alleen worden toegekend indien een

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Raalte 2013

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Raalte 2013 CVDR Officiële uitgave van Raalte. Nr. CVDR299846_2 8 mei 2018 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Raalte 2013 Burgemeester en wethouders van de gemeente Raalte gelet op artikel 5 van de Wet

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van

Besluit maatschappelijke ondersteuning citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Onderwerp: besluit

Nadere informatie

Dit elektronisch gemeenteblad is een officiële uitgave van het college van de gemeente Reusel-De Mierden. www.reuseldemierden.

Dit elektronisch gemeenteblad is een officiële uitgave van het college van de gemeente Reusel-De Mierden. www.reuseldemierden. Dit elektronisch gemeenteblad is een officiële uitgave van het college van de gemeente Reusel-De Mierden www.reuseldemierden.nl/bekendmakingen Nummer : 2016-005 Datum : 29 januari 2016 Besluit Maatschappelijke

Nadere informatie

Protocol Gebruikelijke zorg bij Persoonlijke Ondersteuning

Protocol Gebruikelijke zorg bij Persoonlijke Ondersteuning Protocol Gebruikelijke zorg bij Persoonlijke Ondersteuning Oorspronkelijke Uitgave: Centrum Indicatiestelling Zorg, april 2005 Aangepast voor de gemeente Helmond, oktober 2006, december 2010 Voorwoord

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grootegast;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grootegast; Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grootegast; gelet op artikel 2.1.3, en 2.1.4 van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet; overwegende dat gelet

Nadere informatie

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BOXMEER 2012 HOOFDSTUK 1. VOORZIENINGEN GERICHT OP HET HUISHOUDEN...2 ARTIKEL 1.1 OMSCHRIJVING VAN DE VOORZIENING...2 ARTIKEL 1.2 EIGEN BIJDRAGE...2

Nadere informatie

Notitie Uitgangspunten hulp bij het huishouden

Notitie Uitgangspunten hulp bij het huishouden Notitie Uitgangspunten hulp bij het huishouden Inleiding Op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is elke gemeente in Nederland verplicht voorzieningen op het gebied van maatschappelijke

Nadere informatie

(HH-algemeen) In de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Aan deze folder kunnen geen rechten worden ontleend.

(HH-algemeen) In de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Aan deze folder kunnen geen rechten worden ontleend. Gemeente Hof van Twente De Höfte 7 Postbus 54, 7470 AB Goor Tel. 0547 85 85 85 Fax 0547 85 85 86 E-mail info@hofvantwente.nl Website: www.hofvantwente.nl (HH-algemeen) In de Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Nadere regels Financiële compensatieregeling Algemene voorziening hulp bij het huishouden 2015 en Huishoudelijke hulp toelage

Nadere regels Financiële compensatieregeling Algemene voorziening hulp bij het huishouden 2015 en Huishoudelijke hulp toelage GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Lisse. Nr. 48118 3 juni 2015 Nadere regels Financiële compensatieregeling Algemene voorziening hulp bij het huishouden 2015 en Huishoudelijke hulp toelage Artikel

Nadere informatie

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MARUM 2016

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MARUM 2016 Burgemeester en wethouders van de gemeente Marum; gelet op artikel 2.1.3. van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet; overwegende dat gelet op de Verordening Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2015 Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2015 Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget Artikel 1. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening Huishoudelijke Ondersteuning De

Nadere informatie

De nadere regels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Arnhem 2015

De nadere regels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Arnhem 2015 Blz. 1 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ARNHEM gelet op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Arnhem 2015, b e s l u i t vast te stellen: De nadere

Nadere informatie

Toelichting Besluit Nadere Regelen Maatschappelijke Ondersteuning 2009

Toelichting Besluit Nadere Regelen Maatschappelijke Ondersteuning 2009 Toelichting Besluit Nadere Regelen Maatschappelijke Ondersteuning 2009 Inhoudsopgave: Hoofdstuk 1 Algemene Bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Hoofdstuk 2 Bijzondere regels over het persoonsgebonden

Nadere informatie

CONCEPT (model)besluit BEHORENDE BIJ DE VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013

CONCEPT (model)besluit BEHORENDE BIJ DE VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013 CONCEPT (model)besluit BEHORENDE BIJ DE VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013 Hoofdstuk 1: Algemeen Artikel 1. Definities In dit besluit wordt verstaan onder: a. Budgethouder: een persoon aan

Nadere informatie

Overzicht aanpassingen Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Waalwijk 2010 -> 2011

Overzicht aanpassingen Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Waalwijk 2010 -> 2011 Overzicht aanpassingen Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Waalwijk 2010 -> 2011 Tekst Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Waalwijk 2010 Artikel

Nadere informatie

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2016

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Best. Nr. 128721 31 december 2015 Nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2016 Artikel 1. Begripsbepalingen 1. In deze nadere regels wordt verstaan onder:

Nadere informatie

Besluit: Vast te stellen het navolgende Besluit voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013.

Besluit: Vast te stellen het navolgende Besluit voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013. Portefeuillehouder: Onderwerp: B.G. Schalkwijk vaststellen van het Besluit voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, overwegende dat

Nadere informatie

Notitie inzake nieuwe beleidsregels Wmo

Notitie inzake nieuwe beleidsregels Wmo Notitie inzake nieuwe beleidsregels Wmo Inleiding Eind september 2006 hebben onze vijf gemeenteraden de verordening Wmo vastgesteld 1. In de verordening staan de kaders voor de verstrekking van individuele

Nadere informatie

1.1. Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt plaats op verzoek van belanghebbende.

1.1. Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt plaats op verzoek van belanghebbende. Besluit voorzieningen Wmo gemeente Middelburg 2014 Vastgesteld in de collegevergadering van 28 december 2011 Gewijzigd: 11 december 2012, 10 december 2013 Publicatiedatum: 4 januari 2012, 19 december 2012,

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Wierden 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Wierden 2015 Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Wierden 2015 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 2 artikel 1. Begripsbepalingen 2 HOOFDSTUK 2. VORM MAATWERKVOORZIENING 2 artikel 2. Vorm 2 HOOFDSTUK 3. NATURAVERSTREKKING

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Heemskerk januari 2009

Besluit maatschappelijke ondersteuning Heemskerk januari 2009 Besluit maatschappelijke ondersteuning Heemskerk 2009 1 januari 2009 BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING HEEMSKERK 2009 Inhoudsopgave Geregistreerd onder nummer Z/2008/148754 Wettelijke grondslag:

Nadere informatie

Toelichting op Besluit individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Slochteren.

Toelichting op Besluit individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Slochteren. CONCEPT CONCEPT CONCEPT Toelichting op Besluit individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente. Inleiding Naast een Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Bijlage 1: Protocol gebruikelijke zorg hulp bij het huishouden gemeente Zundert. Voorwoord

Bijlage 1: Protocol gebruikelijke zorg hulp bij het huishouden gemeente Zundert. Voorwoord Bijlage 1: Protocol gebruikelijke zorg hulp bij het huishouden gemeente Zundert Voorwoord Dit document is afgeleid van het CIZ protocol gebruikelijke zorg. Het document is zoveel mogelijk in stand gehouden

Nadere informatie

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2016

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2016 BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2016 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk; gelet op de artikelen 2, 13, derde en vierde lid, 16, derde en vierde lid, 17, tweede

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2007

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2007 Besluit maatschappelijke ondersteuning 2007 gemeente West Maas en Waal november 2006 BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2007 (op basis van delegatie in de Verordening voorzieningen maatschappelijke

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2016 Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2016 Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget Artikel 1. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening Huishoudelijke Ondersteuning De

Nadere informatie

Hulp bij het huishouden

Hulp bij het huishouden Informatie over de mogelijkheden die de Wet maatschappelijke ondersteuning u biedt wanneer u door een beperking niet zelf het huishouden kunt doen. Hulp bij het huishouden De Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld 2010

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld 2010 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld 2010 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Artikel 1.2 Artikel 1.3 Begripsbepalingen Primaat algemene en

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010 CVDR Officiële uitgave van Hoogeveen. Nr. CVDR23840_1 29 maart 2016 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2010 Burgemeester en wethouders van de gemeente Hoogeveen; Gelet op de Wet

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM INHOUD VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM... 1 HOOFDSTUK BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN...

Nadere informatie

Besluit individuele voorzieningen. Gemeente Tiel 2010. Gemeente Tiel Afdeling Werk, Inkomen en Zorg Unit Wmo

Besluit individuele voorzieningen. Gemeente Tiel 2010. Gemeente Tiel Afdeling Werk, Inkomen en Zorg Unit Wmo Gemeente Tiel 2010 Gemeente Tiel Afdeling Werk, Inkomen en Zorg Unit Wmo Hoofdstuk 1 Artikel 1 Algemene bepalingen...3 Begripsbepalingen... 3 Hoofdstuk 2 Het persoonsgebonden budget en de financiële tegemoetkoming...4

Nadere informatie

Geschreven door MdKG dinsdag, 30 maart :38 - Laatst aangepast donderdag, 05 februari :48

Geschreven door MdKG dinsdag, 30 maart :38 - Laatst aangepast donderdag, 05 februari :48 dinsdag, 30 maart 2010 10:38 Laatst aangepast donderdag, 05 februari 2015 08:48 De Wet van 9 juli 2014, houdende regels inzake de gemeentelijke ondersteuning op het gebied van zelfredzaamheid, participatie,

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Uitgeest 2013. 1 januari 2013

Besluit maatschappelijke ondersteuning Uitgeest 2013. 1 januari 2013 Besluit maatschappelijke ondersteuning Uitgeest 2013 1 januari 2013 Inhoudsopgave Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Artikel 2 Regels rond verstrekking en verantwoording 3 Artikel 3 Vaststelling bedrag persoonsgebonden

Nadere informatie

NADERE TOELICHTING AFWEGINGSKADER PER DOMEIN

NADERE TOELICHTING AFWEGINGSKADER PER DOMEIN NADERE TOELICHTING AFWEGINGSKADER PER DOMEIN Domein 1: Het voeren van een huishouden Allereerst beoordeelt het College of het probleem opgelost kan worden op eigen kracht Uitgangspunt is dat iedere burger

Nadere informatie

TOELICHTING OP HET BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE EEMNES 2011

TOELICHTING OP HET BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE EEMNES 2011 TOELICHTING OP HET BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE EEMNES 2011 INHOUD HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN...2 HOOFDSTUK 2 BIJZONDERE REGELS OVER HET PERSOONSGEBONDEN BUDGET...3 HOOFDSTUK 3

Nadere informatie

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Verordening voorzieningen maatschappelijke

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Verordening voorzieningen maatschappelijke Nummer: 106-10 Portefeuillehouder: Onderwerp: B.G. Schalkwijk vaststellen van wijzigen van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Waterland 2007 De raad van de gemeente Waterland,

Nadere informatie

Gemeente Utrechtse Heuvelrug. Financieel Besluit. Behorende bij de verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2013

Gemeente Utrechtse Heuvelrug. Financieel Besluit. Behorende bij de verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2013 Gemeente Utrechtse Heuvelrug Financieel Besluit Behorende bij de verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2013 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Regels rond verstrekking en verantwoording...

Nadere informatie

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 10 7 mei 2015

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 10 7 mei 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 10 7 mei 2015 Besluit Maatschappelijke Ondersteuning 2015 Burgemeester en wethouders van de gemeente Bergeijk; gelet op de artikelen 11, 12,

Nadere informatie

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE ROERMOND

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE ROERMOND BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE ROERMOND 2014 FINANCIËLE REGELS VANAF 1 JANUARI 2014 INHOUDSOPGAVE Inleiding 3 Artikel 1: Bedragen eigen bijdrage en eigen aandeel 3 Artikel 2. Uurtarief

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget Besluit maatschappelijke ondersteuning Leiderdorp 2015 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp; gelet op de artikelen 11 vierde en zevende lid, 12 tweede, derde en vierde

Nadere informatie

gelet op artikel 2.1.3. van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet;

gelet op artikel 2.1.3. van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet; Burgemeester en wethouders van de gemeente Marum; gelet op artikel 2.1.3. van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet; overwegende dat gelet op de Verordening Wet maatschappelijke

Nadere informatie

FINANCIEEL BESLUIT. maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude

FINANCIEEL BESLUIT. maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude FINANCIEEL BESLUIT maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude 2017 Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen In dit Financieel besluit is zoveel mogelijk de volgorde van de artikelen in de Verordening maatschappelijke

Nadere informatie

Eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf en voor de Wmo

Eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf en voor de Wmo Eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf en voor de Wmo De klant betaalt een eigen bijdrage voor de zorg uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) die deze thuis krijgt (zorg zonder verblijf),

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2016 Besluit maatschappelijke ondersteuning 2016 citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2016 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van het college van B & W van 22 december 2015 Besluit maatschappelijke

Nadere informatie

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal 2015

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal 2015 De raad van de gemeente Roosendaal, gelezen het voorstel van het college van 24 maart 2015, gelet op de artikelen 2.1.3, 2.1.4, eerste, tweede, derde en zevende lid, 2.1.5, eerste lid, 2.1.6, 2.1.7, 2.3.6,

Nadere informatie

NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE WIJDEMEREN 2013

NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE WIJDEMEREN 2013 NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE WIJDEMEREN 2013 Vastgesteld: 21-3-2013 Hoofdstuk 1: Algemeen Artikel 1. Definities In dit besluit wordt verstaan onder:

Nadere informatie

B e s l u i t e n: Burgemeester en wethouders van Purmerend, Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2011,

B e s l u i t e n: Burgemeester en wethouders van Purmerend, Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2011, Burgemeester en wethouders van Purmerend, Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2011, B e s l u i t e n: vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

BESLUIT WMO GEMEENTE WERKENDAM

BESLUIT WMO GEMEENTE WERKENDAM BESLUIT WMO GEMEENTE WERKENDAM Dit besluit is een uitwerking van de onderdelen van de Verordening Wmo gemeente Werkendam. In de tekst wordt deze verordening aangehaald als de Verordening. Het beleid betreffende

Nadere informatie

Discussienotitie voor de discussie bijeenkomst 30 november 2006

Discussienotitie voor de discussie bijeenkomst 30 november 2006 Discussienotitie voor de discussie bijeenkomst 30 november 2006 Onderwerp: Hoe gaat de gemeente, in het kader van de Wmo, om met verstrekking van een persoonsgebonden budget en eigen bijdragen?. Onderwerp

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden De Bestuurscommissie Sociale Dienst Drechtsteden; gezien het voorstel d.d. 2007; gelet op artikel 5, 6, 7, 15 en 19 van de Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Barneveld juli 2008

Besluit maatschappelijke ondersteuning Barneveld juli 2008 juli 2008 Burgermeester en wethouders van Barneveld; gelet op de bepalingen in de artikelen 3, 6, 7, 12, 19, 21 25, 32, 33 38 van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Barneveld;

Nadere informatie

Toelichting Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Toelichting Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Toelichting Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Inleiding. Naast de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden is er ook een Besluit maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

TOELICHTING OP HET BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BUSSUM 2011

TOELICHTING OP HET BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BUSSUM 2011 TOELICHTING OP HET BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BUSSUM 2011 INHOUD HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN...1 HOOFDSTUK 2 BIJZONDERE REGELS OVER HET PERSOONSGEBONDEN BUDGET...2 HOOFDSTUK 3

Nadere informatie

DE BEDRAGEN IN DIT BESLUIT GELDEN PER 1-1-2011. Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

DE BEDRAGEN IN DIT BESLUIT GELDEN PER 1-1-2011. Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden DE BEDRAGEN IN DIT BESLUIT GELDEN PER 1-1-2011 Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden De Bestuurscommissie Sociale Dienst Drechtsteden; gezien het voorstel d.d. 24 april 2007; gelet op artikel

Nadere informatie

4. Bijlagen normering/richtlijnen

4. Bijlagen normering/richtlijnen 4. Bijlagen normering/richtlijnen Bijlage 1. Protocol Gebruikelijke zorg Bijlage 2. Richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden 2015 Bijlage 3. Werkdocument hulpmiddelenoverzicht 2015/2016 Bijlage

Nadere informatie

Vastgestelde beleidsregels - Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Zoeterwoude

Vastgestelde beleidsregels - Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Zoeterwoude GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zoeterwoude Publicatiedatum: 24-12-2014 Nummer gemeenteblad: 0368 Vastgestelde beleidsregels - Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Zoeterwoude

Nadere informatie

Besluit jeugdhulp gemeente Hengelo

Besluit jeugdhulp gemeente Hengelo Besluit jeugdhulp gemeente Hengelo Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hengelo; gelet op de Verordening Jeugdhulp gemeente Hengelo 2015 nummer 1012268; gelet op het bepaalde in artikel

Nadere informatie

GEMEENTE OOSTZAAN 2014

GEMEENTE OOSTZAAN 2014 1 januari 2014 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN...... 3 1. Inleiding... 3 2. Definities... 3 HOOFDSTUK 2 BIJZONDERE REGELS OVER HET PERSOONSGEBONDEN BUDGET... 4 Artikel 2 Regels rond verstrekking...

Nadere informatie

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Hoofdstuk 1 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Hoofdstuk 1 Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget CVDR Officiële uitgave van Grave. Nr. CVDR60541_1 22 mei 2018 Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Hoofdstuk 1 Bijzondere regels over het

Nadere informatie

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2017

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2017 BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2017 Inhoud Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen...3 Artikel 1 Begripsomschrijvingen...3 Hoofdstuk 2 Persoonsgebonden budget...4 Artikel 2.2 Budgetperiode...4

Nadere informatie

Bijlage 5: Normtijdentabel uren Hulp bij het Huishouden (HH)

Bijlage 5: Normtijdentabel uren Hulp bij het Huishouden (HH) Bijlage 5: Normtijdentabel uren Hulp bij het Huishouden (HH) Het doen van boodschappen voor het dagelijkse leven. Het inkopen van boodschappen wordt in de gemeente Alphen-Chaam niet geïndiceerd. De boodschappenservice

Nadere informatie

gelet op artikel 4 en artikel 5 van de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015 besluiten:

gelet op artikel 4 en artikel 5 van de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015 besluiten: Burgemeester en wethouders van Hilversum; gelet op artikel 4 en artikel 5 van de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015 besluiten: De Nadere regels behorende bij de Verordening

Nadere informatie

b e s l u i t: Vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2017

b e s l u i t: Vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2017 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest; gelet op artikel 5.1, 5.2 en 10.3 van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2015 b e s l u i t: Vast te stellen

Nadere informatie

Toelichting. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude

Toelichting. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude Toelichting Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2012 Zoeterwoude Inleiding De nieuwe beleidsregels vormen met de nieuwe verordening een trendbreuk met de oude regels (ooit verstrekkingenboek geheten),

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Ede. 8 februari 2011

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Ede. 8 februari 2011 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Ede 8 februari 2011 1 Besluit maatschappelijke ondersteuning met toelichting versie dinsdag 8 februari 2011 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1. BIJZONDERE REGELS

Nadere informatie

Eigen bijdrage Zorg zonder Verblijf en Wmo 2013. Zorg thuis

Eigen bijdrage Zorg zonder Verblijf en Wmo 2013. Zorg thuis Eigen bijdrage Zorg zonder Verblijf en Wmo 2013 Zorg thuis Ontvangt u zorg thuis zoals verpleging of begeleiding? Dit heet Zorg zonder Verblijf. Heeft u hulp bij het huishouden of een voorziening of hulpmiddel,

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.

Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget. Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2011 Nr. 73307 gelet op het bepaalde in artikel 4 en 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning, alsmede de Verordening maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Ermelo 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Ermelo 2015 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Ermelo 2015 Datum vaststelling 16 december 2014 Datum inwerkingtreding 1 januari 2015 Datum publicatie 31 december 2014 Besluit maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Aalten 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Aalten 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Aalten. Nr. 67 0 januari 05 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Aalten 05 Artikel. Hoogte pgb. De hoogte van een pgb: a. wordt bepaald aan de hand

Nadere informatie

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Edam-Volendam 2017.

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Edam-Volendam 2017. Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Edam-Volendam 2017 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Edam-Volendam; gelet op artikel 12 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Richtlijnen Huishoudelijk werk (HHW) Gemeente Peel en Maas 2013

Richtlijnen Huishoudelijk werk (HHW) Gemeente Peel en Maas 2013 Richtlijnen Huishoudelijk werk (HHW) Gemeente Peel en Maas 2013 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Hoofdstuk 1 Uitgangspunten voor Huishoudelijk werk 1.1 Als er beperkingen zijn bij het voeren van

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget Besluit maatschappelijke ondersteuning Leiderdorp 2016 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp; gelet op de artikelen 11 vierde en zevende lid, 12 tweede, derde en vierde

Nadere informatie

Bijlage 2: richtlijn gebruikelijke hulp

Bijlage 2: richtlijn gebruikelijke hulp Bijlage 2: richtlijn gebruikelijke hulp Algemeen: Gebruikelijke hulp is hulp die naar algemeen aanvaarde opvattingen in redelijkheid mag worden verwacht van de echtgenoot, ouders, inwonende kinderen of

Nadere informatie

Beleidsregels betreffende. tegemoetkoming kosten kinderopvang. op grond van sociaal medische indicatie.

Beleidsregels betreffende. tegemoetkoming kosten kinderopvang. op grond van sociaal medische indicatie. Het college van Burgemeester en Wethouders van Brielle, gelet op artikel 4:21 van de Algemene wet bestuursrecht, besluit vast te stellen de Beleidsregels betreffende tegemoetkoming kosten kinderopvang

Nadere informatie