ECCVA/U Lbr: 09/102 CvA/LOGA09/19. Dit is een ledenraadpleging over de ontwikkeling van het functiewaarderingssysteem voor de gemeentesector.

Transcriptie

1 Brief aan de leden T.a.v. het college en de gemeenteraad 0 0 i informatiecentrum tel. (070) betreft tweede ledenraadpleging functiewaardering Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U Lbr: 09/102 CvA/LOGA09/19 Vereniging van Nederlandse Gemeenten bijlage(n) 1 datum 12 augustus 2009 Dit is een ledenraadpleging over de ontwikkeling van het functiewaarderingssysteem voor de gemeentesector. De VNG financiert de ontwikkeling en het onderhoud van dit systeem. De leden kunnen zich vrijwillig en tegen betaling aansluiten. In een eerdere ledenraadpleging in 2007 hebben de leden ingestemd met de ontwikkeling van het systeem, en aangegeven of zij zich in de toekomst bij dit systeem willen aansluiten. Bij de ledenraadpleging in 2007 zijn enkele algemene uitgangspunten voor het systeem gedefinieerd. De afgelopen periode heeft de VNG met behulp van externe expertise en in overleg met de sector deze algemene uitgangspunten vertaald naar de concrete kenmerken van het systeem. In deze ledenraadpleging leggen wij die concrete kenmerken aan u voor. Daarnaast vragen wij u opnieuw of uw gemeente voornemens is om zich aan te sluiten bij het systeem en of uw gemeente als proefgemeente wil fungeren. Als wij met deze ledenraadpleging uw instemming krijgen, kunnen wij in oktober offertes opvragen en begin 2010 het sectoraal functiewaarderingssysteem gaan ontwikkelen. Deze ledenbrief bevat een toelichting op onze vragen, een overzicht van de belangrijkste kenmerken van het systeem, en een korte samenvatting van het ontwikkelingstraject. Het reactieformulier vindt u in de bijlage. U kunt uiterlijk 24 september reageren.

2 Aan de leden $ é informatiecentrum tel. (070) betreft tweede ledenraadpleging functiewaardering uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U Lbr: 09/102 CvA/LOGA 09/19 Geacht college en gemeenteraad, Vereniging van Nederlandse Gemeenten bijlage(n) 1 datum 12 augustus 2009 i 1. Inleiding Met deze brief raadplegen wij u over de kenmerken van het sectoraal functiewaarderingssysteem gemeenten. De VNG bereidt nu de aanbesteding en ontwikkeling van dit systeem voor. In een ledenraadpleging van november 2007 stemden de leden hiermee in op basis van een aantal algemene uitgangspunten. Wij hebben deze algemene uitgangspunten nu vertaald in een voorstel voor een systeem met concrete kenmerken. Wij raadplegen u nu opnieuw om te controleren of dit voorstel aansluit bij de behoeften van de leden. Hiernaast vragen wij u opnieuw wij deden dit eerder in onze ledenraadpleging in 2007 of u het voornemen hebt om u in de toekomst bij het systeem aan te sluiten. En wij vragen u opnieuw of u als proefgemeente wil helpen met de ontwikkeling van het systeem. In paragraaf 2 geven we een overzicht van onze drie vragen en leggen we uit wat de reden voor deze ledenraadpleging is. Hierna lichten we deze drie vragen achtereenvolgens in de paragrafen 3, 4 en 5 toe. Vervolgens geven we in paragraaf 6 een overzicht van de al genomen stappen in de ontwikkeling van het systeem en van de verdere planning. U kunt per fax ( ) of per (CvAnieuws@vnq.nl) reageren. U vindt hiervoor in de bijlage een antwoordformulier. U kunt uiterlijk 24 september a.s. reageren. 2. Aanleiding ledenraadpleging In deze ledenraadpleging stellen wij u drie vragen: 1. Stemt u in met de kenmerken van het sectoraal functiewaarderingssysteem? 2. Denkt u in de toekomst aan te sluiten bij het sectoraal functiewaarderingssysteem, en zo ja, per wanneer: binnen 3, binnen 5, of binnen 10 jaar? 3. Wilt u deelnemen als proefgemeente? In de ledenraadpleging van 2007 stelden wij u vrijwel dezelfde vragen, maar dan op basis van enkele algemene uitgangspunten voor het systeem. De ledenraadpleging nu gaat over concrete kenmerken van het systeem. Voor de volledigheid herhalen wij hier de algemene uitgangspunten voor het systeem, zoals wij ze met de ledenraadpleging van 2007 hebben vastgesteld: Betreft Datum 12 augustus

3 1. Vrijwilligheid. De VNG ontwikkelt het systeem voor alle leden. De leden bepalen zelf of ze zich bij het systeem aansluiten. Het is dus een sectoraal en niet een centraal systeem. 2. Financiering door de VNG. De VNG financiert de ontwikkeling en het onderhoud van het systeem. De leden kunnen zich tegen betaling bij het systeem aansluiten. Het systeem moet kostendekkend zijn. 3. Sectoraal functiewaarderingssysteem, lokaal beloningsbeleid. Er komt geen centrale conversietabel (een conversietabel koppelt de functiewaardering aan de salarisschalen). Het beloningsbeleid blijft dus geheel lokaal, ook voor gemeenten die zich bij het systeem aansluiten. 4. Generiek en resultaatgericht, aansluiting bij modern personeelsmanagement. De functiebeschrijvingen zijn generiek en resultaatgericht en sluiten aan bij modern personeelsmanagement. Bij de ledenraadpleging van 2007 reageerden 201 leden. Hiervan stemde een overgrote meerderheid van 187 leden (93%) in met de ontwikkeling van een sectoraal functiewaarderingssysteem op basis van bovenstaande uitgangspunten. Uit aanvullend onderzoek door Research voor Beleid bleek de uitkomst van de ledenraadpleging representatief te zijn voor de sector. Voor de VNG staan deze uitgangspunten niet ter discussie: op basis hiervan hebben de leden ons een mandaat gegeven om het systeem te ontwikkelen. De VNG geeft opdracht voor de ontwikkeling en het onderhoud van het systeem door een nietopenbare Europese aanbesteding. Ter voorbereiding van deze aanbesteding hebben wij de boven genoemde algemene uitgangspunten vertaald in concrete kenmerken van het gewenste systeem. Dit hebben wij gedaan in overleg met vertegenwoordigers uit de sector, in de vorm van een begeleidingscommissie en een klankbordgroep (u kunt hierover meer lezen in paragraaf 6.1). Vermeldenswaardig is dat in dit overleg de bovengenoemde uitgangspunten niet of nauwelijks ter discussie stonden. Wel bleek regelmatig dat er behoefte was aan verduidelijking van deze uitgangspunten. Bij de vertaling van een aantal uitgangspunten in concrete kenmerken ontstond wel inhoudelijke discussie. Uiteindelijk leidde deze discussie tot concrete voorstellen die een breed draagvlak hebben onder de leden van de begeleidingscommissie en de klankbordgroep. Wij willen onze leden een op maat van de sector gesneden en modern systeem aanbieden, dat intergemeentelijke samenwerking vergemakkelijkt en dat leidt tot kostenbesparing. De VNG doet hiervoor een forse financiële investering. Nu wij een breed gedragen voorstel hebben voor de belangrijkste kenmerken van het systeem, willen wij bij u controleren of dit voorstel voorziet in uw wensen. We lichten onze drie vragen afzonderlijk toe in de paragrafen Stemt u in met de kenmerken van het sectoraal functiewaarderingssysteem? In overleg met de begeleidingscommissie en met de klankbordgroep hebben wij de volgende kenmerken voor het sectoraal functiewaarderingssysteem ontwikkeld: Betreft Datum 12 augustus 2009

4 Onderdelen systeem De VNG verleent opdracht voor: de ontwikkeling van een functiewaarderingssystematiek: een systematiek om beschreven functies te waarderen en op basis daarvan onderling te rangordenen de ontwikkeling van een functieboek: een verzameling van veel voorkomende (generieke) functiebeschrijvingen in de gemeentesector, ingedeeld in functiefamilies of functiereeksen dienstverlening: gegarandeerde diensten van de leverancier aan de VNG en bij het systeem aangesloten leden Rolverdeling VNG en leverancier De VNG geeft opdracht tot de ontwikkeling en het onderhoud van het systeem. Dit gebeurt met een niet-openbare Europese aanbestedingsprocedure. De gekozen leverancier ontwikkelt het systeem. Na afronding wordt de VNG eigenaar van het systeem en zorgt de leverancier voor onderhoud en dienstverlening. Onderhoud en dienstverlening De leverancier levert na de ontwikkeling van het systeem onderhoud en dienstverlening aan de VNG en aan de leden die zich bij het systeem aansluiten. De VNG stelt een klantenpanel/beheerscommissie in met vertegenwoordigers van de gemeentelijke werkgevers en werknemers. Het klantenpanel/de beheerscommissie besluit over eventuele wijzigingen in de waarderingssystematiek en aanpassingen in het functieboek. Geen voorkeur voor een nieuw of bestaand systeem Wij verzoeken kandidaat-leveranciers om een offerte uit te brengen voor een systeem dat is toegesneden op de gemeentesector en dat voldoet aan onze eisen en wensen. De kandidaatleverancier bepaalt zelf of hij zijn offerte baseert op een nieuw systeem of op een aangepast bestaand systeem. Met andere woorden: het gaat de VNG om het resultaat en niet om de herkomst van het systeem. De functiebeschrijvingen zijn generiek en resultaatgericht Generiek De functiebeschrijvingen in het functieboek zijn generiek: ze geven op hoofdlijnen een beschrijving van de werkzaamheden, los van een specifiek organisatieonderdeel of een bepaald vakgebied. Generieke functiebeschrijvingen onderscheiden zich van persoonsgerichte functiebeschrijvingen (afgeleid van de taken van individuele medewerkers) en van organieke functiebeschrijvingen (afgeleid van de organisatie-inrichting). Met het generieke functieboek streeft de VNG naar eenvoud: het functieboek (het totale bestand van functiebeschrijvingen) dekt de binnen de sector voorkomende werkzaamheden, en tegelijk is het aantal functies in het functieboek beperkt. De VNG eist van kandidaat-leveranciers dat zij de functiebeschrijvingen logisch en consistent indelen in functiefamilies of -reeksen. Betreft Datum 12 augustus

5 Resultaatgericht De functiebeschrijvingen zijn resultaatgericht: de werkzaamheden zijn ingedeeld in resultaatgebieden die aansluiten bij voor de sector gangbare organisatieprocessen en bij herkenbare functionele vakgebieden. De VNG vraagt van kandidaat-leveranciers dat zij een voorstel doen voor aansluiting van de resultaatgebieden bij de uitgangspunten van de Eerste Overheid. Daarnaast vraagt de VNG van de leverancier in de functiebeschrijvingen voorzover relevant aandacht te hebben voor het voorkomen van en omgaan met agressie en geweld. Voorwaarde voor het werken met generieke en resultaatgerichte functiebeschrijvingen is dat de gemeentelijke organisatie de functioneringscyclus vormgeeft: voor elke medewerker moet er helderheid zijn over de specifieke werkprocessen, werkinstructies en resultaatafspraken deze komen immers niet in de functiebeschrijving terug. Lokale aanpassingen aan het sectorale functieboek zijn mogelijk De VNG vraagt aan de leverancier om een volledig functieboek te leveren, dat alle mogelijke functies in alle gemeenten dekt. Uit bijeenkomsten in de sector blijkt dat men hier vertrouwen in heeft, maar dat meerdere gemeenten de vrijheid willen hebben om functiebeschrijvingen aan te passen of toe te voegen. De behoefte van gemeenten om zelf functies toe te voegen, is in lijn met de principes binnen de sector ('centraal, tenzij...') en met het principe achter het sectorale functiewaarderingssysteem (vrijwilligheid). Tegelijk wensen de leden ook dat de VNG de kwaliteit en de consistentie van het systeem bewaakt: men wil voorkomen dat er in het functieboek een 'wildgroei' aan functiebeschrijvingen ontstaat. In diverse bijeenkomsten met vertegenwoordigers uit de sector is daarom het volgende voorstel uitgewerkt: De leverancier ontwikkelt een boek met gewaardeerde functiebeschrijvingen. Dit functieboek is beschikbaar voor alle gemeenten die zich bij het systeem aansluiten. Dit zijn de zogenaamde 'geregelde' of 'goedgekeurde' functiebeschrijvingen. Gemeenten die zich bij het systeem hebben aangesloten, mogen op lokaal niveau functiebeschrijvingen toevoegen en waarderen. Deze lokaal toegevoegde functiebeschrijvingen hebben alleen lokale werking. Ze zijn dus geen onderdeel van het sectorale functieboek. De lokaal toegevoegde functiebeschrijvingen worden wel opgenomen in een centrale database. Deze database is beschikbaar voor alle aangesloten gemeenten. Dit zijn de zogenaamde 'ongeregelde' of 'niet-goedgekeurde' functiebeschrijvingen. Het hiervoor genoemde klantenpanel (of de beheerscommissie) beoordeelt het functieboek en de waarderingssystematiek periodiek op actualiteit, en maakt hierbij gebruik van de database met 'ongeregelde' functies. Degene die voor een gemeente functiebeschrijvingen toevoegt en waardeert moet daarvoor een certificaat hebben: een opleiding voor dit specifieke systeem hebben gevolgd en afgesloten met een examen. Dit kan een medewerker van de gemeente zelf, van een derde partij of van de leverancier zijn. Het bovenstaande voorstel houdt in dat de VNG de kwaliteit en consistentie van het systeem Betreft Datum 12 augustus 2009

6 bewaakt, maar gemeenten tegelijk de vrijheid hebben om lokaal aanpassingen te doen. Competenties worden niet gewaardeerd Eén van de uitgangspunten van het systeem is dat het aansluit bij modern personeelsmanagement, en dus onder andere bij competentiemanagement. Bij de voorbereiding van de aanbesteding hebben het CvA en vertegenwoordigers uit de sector discussie gevoerd over de vragen of (a) competenties onderdeel zijn van de \wncwebeschrijving, (b) deze competenties dan onderdeel zijn van de functie waardering en (c) er een sectoraal competentiewoordenboek moet komen en, zo ja, welk woordenboek. In overleg met het veld is het volgende voorstel tot stand gekomen: Het format voor de functiebeschrijvingen bevat open velden voor competenties. Gemeenten bepalen zelf of en hoe ze deze velden invullen. Er komt géén centraal competentiewoordenboek. Verreweg de meeste vertegenwoordigers uit de sector vinden competentiemanagement lokaal domein. De functiebeschrijvingen en de resultaatgebieden daarin sluiten aan bij de uitgangspunten van de Eerste Overheid. Kortom, de gemeente kan competenties aan een functiebeschrijving verbinden, maar die competenties zijn geen onderdeel van de waardering. Inconveniënten zijn geen onderdeel van het systeem In de sector bestaat duidelijk de wens dat inconveniënten geen onderdeel zijn van de functiewaardering. Men gaat uit van het principe dat alleen gewenste kenmerken van een functie in de functiebeschrijving staan en met de waarderingssystematiek worden gewaardeerd. Ongewenste kenmerken van een functie moeten met arbobeleid worden voorkomen, opgeheven of gemitigeerd. Als dit niet mogelijk is, moeten zij apart met een inconveniëntenregeling worden vergoed. Hiernaast zijn inconveniënten niet alleen gebonden aan de functie, maar ook aan specifieke, soms wisselende, omstandigheden. Als een gemeente zich aansluit bij het sectorale systeem heeft dat dus niet automatisch gevolgen voor lokale regelingen voor inconveniënten. Of er lokaal een inconveniëntenregeling is en hoe een eventuele inconveniëntenregeling eruit ziet, is lokaal beleid. Het systeem is \veb-based' Leden die zijn aangesloten bij het systeem kunnen er online in werken. Het systeem kent verschillende autorisatieniveaus voor afzonderlijke groepen belanghebbenden (in ieder geval medewerkers, leidinggevenden en P&O-ers) in de gemeente. Eenvoudig en doorzichtig Het aantal functiebeschrijvingen en het aantal voor de waardering tellende kenmerken is zo beperkt mogelijk. Daarnaast moeten de beschrijvingen en de waarderingsmethodiek zodanig zijn opgesteld, dat ze toegankelijk en begrijpelijk zijn voor alle belanghebbenden in de gemeente. Betreft Datum 12 augustus

7 Dienstverlening Onderhoud De leverancier moet bereid zijn tegen een afgesproken prijs het systeem voor minstens tien jaar te onderhouden. Dit houdt ook in dat de leverancier het systeem periodiek op actualiteit toetst en waar nodig voorstellen aan het klantenpanel of de beheerscommissie doet ter aanpassing. Certificatie De leverancier zorgt voor opleidingen en examens ter certificering van medewerkers van gemeenten en van derden die met het systeem willen werken. Ondersteuning gemeenten De leverancier ondersteunt gemeenten bij de invoering van het nieuwe systeem. De leverancier levert lokale aanpassingen aan het systeem. De VNG maakt afspraken met de leverancier over het tarief. 4. Denkt u in de toekomst aan te sluiten bij het sectoraal functiewaarderingssysteem? In onze ledenraadpleging van 2007 vroegen wij of u voornemens was om u aan te sluiten bij het sectoraal functiewaarderingssysteem, en zo ja, binnen welke termijn. Van de 201 leden die reageerden, spraken 177 (89%) leden het voornemen uit om zich binnen tien jaar bij het systeem aan te sluiten. 1 De vraag was vrijblijvend: gemeenten verplichtten zich met het antwoord niet tot daadwerkelijke aansluiting. Maar de antwoorden gaven wel een overtuigende indicatie van de wenselijkheid en ook de financiële haalbaarheid van het systeem. Omdat we nu bijna twee jaar verder zijn, en ook omdat nu duidelijker is welke concrete kenmerken het systeem krijgt, stellen we u deze vraag nog een keer. Ook hier geldt weer dat een positief antwoord niet bindend is. Wij vragen u alleen naar uw intentie. 5. Wilt u deelnemen als proefgemeente? Bij de ontwikkeling van het systeem maken wij gebruik van proefgemeenten. In onze ledenraadpleging van 2007 hebben wij om aanmelding als proefgemeente gevraagd. Destijds hebben 40 gemeenten zich aangemeld als proefgemeente. Ook deze vraag was vrijblijvend: gemeenten verplichtten zich met hun antwoord niet tot daadwerkelijke medewerking. De planning die wij destijds presenteerden, is nu achterhaald. Daarom vragen wij u nu opnieuw of u bereid bent mee te werken als proefgemeente. Wij vragen kandidaat-leveranciers om een voorstel te doen voor de manier waarop het systeem wordt ontwikkeld. In de voorstellen zal ook de rol van de proefgemeenten duidelijk worden. Wij kunnen nu dus nog geen zekerheid geven over wat een rol als proefgemeente inhoudt. Voor de VNG staat in ieder geval vast dat omwille van de transparantie en toegankelijkheid van het systeem, de leverancier in proefgemeenten alle belanghebbenden moet betrekken. Dit is inclusief de afdeling P&O, leidinggevenden in de lijn, medewerkers en de ondernemingsraad. 1 Waarvan 35% binnen drie jaar, 32% binnen vijf jaar en 36% binnen tien jaar. Betreft Datum 12 augustus 2009

8 Bij de ontwikkeling van het systeem kunnen wij niet alle aanmeldingen honoreren. De selectie van de proefgemeenten gebeurt in overleg met de leverancier, en zal ook afhangen van zaken als gemeentegrootte en regionale spreiding. Ook de leden die zich als proefgemeente hebben aangemeld, zullen hun deelname laten afhangen van wat de VNG en de leverancier concreet van hen vragen. Mogelijk heeft uw gemeente zich in 2007 al opgegeven als proefgemeente. U hoeft dat dan niet opnieuw te doen. Bij de selectie van de proefgemeenten benaderen wij u dan in ieder geval nog een keer individueel. 6. Traject ontwikkeling sectoraal functiewaarderingssysteem De VNG is al geruime tijd bezig met de ontwikkeling van een sectoraal functiewaarderingssysteem. Hieronder geven wij u eerst een overzicht van de al genomen stappen in de ontwikkeling van het sectoraal functiewaarderingssysteem (paragraaf 6.1) en daarna een planning voor de rest van het traject (paragraaf 6.2). 6.1 Voortraject Onderzoek naar haalbaarheid en wenselijkheid van een sectoraal systeem ( ) Het CvA en de bonden hebben in de CAO afgesproken om onderzoek te doen naar de haalbaarheid en wenselijkheid van een centraal functiewaarderingssysteem. Research voor Beleid heeft dit onderzoek in opdracht van het A+O fonds gemeenten uitgevoerd. Het A+O fonds heeft december 2006 het rapport gepubliceerd. De begeleidingscommissie bij het onderzoek heeft geadviseerd om een systeem te ontwikkelen op basis van vrijwillige aansluiting. Ledenraadpleging (2007) De VNG heeft in november 2007 een ledenraadpleging gehouden om de instemming van de leden te vragen voor de ontwikkeling van een sectoraal systeem, en om een indicatie te krijgen van de toekomstige aansluiting bij dit systeem. Kostenonderzoek en garantstelling gemeenten (2008) Gelijktijdig met de ledenraadpleging heeft de VNG onderzoek laten uitvoeren naar de kosten van de ontwikkeling en het onderhoud van een sectoraal systeem. Hierna heeft de VNG een richtbedrag voor aansluitingskosten vastgesteld, en een aantal gemeenten gevraagd om zich voor dit richtbedrag garant te stellen. Dit waren de gemeenten die volgens de ledenraadpleging van 2007 het voornemen hadden om zich binnen drie jaar bij het systeem aan te sluiten, en alle gemeenten. De reacties op dit verzoek bevestigden het beeld van de ledenraadpleging dat de ontwikkeling van het systeem ook financieel haalbaar is. Inhuur externe expertise ( ) De VNG laat zich bij de aanbesteding begeleiden door De Aanbesteder en Meurs HRM. Deze Betreft Datum 12 augustus

9 bureaus leveren inhoudelijke expertise op het gebied van inkoop (De Aanbesteder) en functiewaardering (Meurs HRM). Uitwerking kenmerken systeem ( ) Marktverkenning De VNG heeft eind 2008 een marktverkenning gehouden onder potentiële leveranciers van een functiewaarderingssysteem. De marktverkenning had als doel om de vragen voor de aanbesteding aan te scherpen. Begeleidingscommissie (2009-) De VNG heeft een begeleidingscommissie ingesteld. De begeleidingscommissie ontwikkelt voorstellen voor de aanbesteding en heeft het eindoordeel over stappen in de aanbesteding (selectie, bestek, gunning). De begeleidingscommissie bestaat uit medewerkers van het CvA, drie vertegenwoordigers van de bonden en drie vertegenwoordigers van gemeenten (één G4- gemeente, één gemeente en één kleinere gemeente). Klankbordgroep (2009-) De VNG heeft een klankbordgroep ingesteld. De klankbordgroep bespreekt de voorstellen van de begeleidingscommissie en geeft advies over de stappen in de aanbesteding. De klankbordgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de gemeenten. De klankbordgroep is samengesteld op basis van open inschrijving en telt ruim veertig leden. De klankbordgroep heeft in de eerste helft van 2009 drie bijeenkomsten gehad. Selectie (2009) De VNG heeft in het voorjaar van 2009 een voorselectie gedaan. Alleen bedrijven die in deze procedure zijn geselecteerd, mogen in de aanbesteding een offerte uitbrengen. De geselecteerde bedrijven zijn de kandidaat-leveranciers. Dit zijn: Alons & Partners Berenschot Capgemini Conclusion HayGroup Leeuwendaal i.s.m. BuitenhekPlus 6.2 Vervolgstappen Bestek (oktober 2009) Als de leden instemmen met de in paragraaf 3 genoemde kenmerken van het systeem, kunnen wij in oktober het bestek publiceren en kandidaat-leveranciers vragen om een offerte. Gunning (uiterlijk januari 2010) De begeleidingscommissie beoordeelt de offertes. Wij schatten dat wij december 2009 of uiterlijk Betreft Datum 12 augustus

10 januari 2010 de gunning kunnen verlenen. Ontwikkeling systeem (2010-) Na de gunningverlening kan de leverancier beginnen met het voorbereiden van de ontwikkeling van het systeem. Wij gaan er voor de zekerheid van uit dat deze ontwikkeling minstens een jaar duurt. Het systeem is dus op zijn vroegst begin 2011 klaar en beschikbaar voor de leden. Hoogachtend, College voor Arbeidszaken van de VNG J. Schirmbeck, secretaris Deze ledenbrief staat ook op onder brieven. Betreft Datum 12 augustus

11 Bijlage 1 bij ECCVA/U Reactieformulier sectoraal functiewaarderingssysteem Gemeente: Wethouder/burgemeester: Naam: (SVP doorhalen wat niet van toepassing is) 1. De gemeente stemt in/stemt niet in met: Stemt in / stemt niet in De kenmerken van het sectoraal functiewaarderingssysteem 2. Denkt u in de toekomst aan te sluiten bij het sectoraal Ja / nee functiewaarderingssysteem? Zo ja, per wanneer denkt u aan te sluiten bij het sectorale Binnen 3 jaar / binnen 5 functiewaarderingssysteem? j aar / binnen 10 j aar 3. Wilt u deelnemen als proef gemeente? Ja/nee Hieronder kunt u eventuele opmerkingen plaatsen U kunt dit reactieformulier a.s. faxen naar of mailen naar C v Anieu vng.nl (UITERLIJK 24 SEPTEMBER 2009)