Van G7 was het met name het subtype: - G7b Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; voedselrijk tot zeer voedselrijk

Transcriptie

1 Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus AC DELFT twitter: KNNVafdDelfland facebook: KNNV-afdeling-Delfland 3 juli 2017 Onderwerp: Provinciale Weg 2016 Inleiding De Provinciale Weg is al decennia in een hooilandbeheer met tweemaal per jaar maaien. Het leek goed om de kwaliteit van de vegetatie eens te bekijken. Er zijn eind mei 2016 soortenlijsten gemaakt van een oppervlak van 25 m 2. Ecologisch Groenbeheer De analyse met de soortenlijsten voor ecologisch groenbeheer geven de beheertypen: - G7 Matig voedselrijke tot voedselrijke, (matig) vochtige bodem - G9 Zeer voedselrijke, vochtige bodem Van G7 was het met name het subtype: - G7b Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; voedselrijk tot zeer voedselrijk Voor de overige is G7 het aangewezen beheertype: Gewoonlijk tweemaal per jaar maaien en afvoeren. Eerste maaibeurt: eind mei begin juni, tweede: september half oktober. Indien gewenst één maaibeurt per jaar, dan in september. Methode Rijkswaterstaat De twee belangrijkste onderhoudtypen zijn: - AK1 Ruige glanshaverhooilanden Het beheer van tweemaal maaien plus afvoeren van het maaisel kan hier leiden tot een vergroting van het aantal planten, waaronder bloeiende kruiden. Het kan zich ontwikkelen tot EK1 Bloemrijke glanshaverhooilanden. - EV3 Dottebloemhooilanden Het is onwaarschijnlijk dat deze vegetatie verandert onder invloed van beheermaatregelen, omdat de vegetatie hoofdzakelijk bepaald wordt door de waterkwaltieit en de fluctuaties van het waterpeil en in veel mindere mate door het beheer. Commentaar De methode van Rijkswaterstaat en de Veldgids ontwikkelen van kruidenrijk grasland geven een kwaliteitindicatie. De Veldgids komt op een aanduiding van Gras-kruidenmix bij een soortenaantal van per 25 m 2. Rijkswaterstaat geeft in hoofdzaak AK1 te zien waarbij de A staat voor Actueel. Zij denkt dat door volhardend te hooien er een eindsituatie EK1 kan gaan ontstaat die wel bloemrijk is. Ondanks het voorbeeldige beheer en het ontbreken van bemesten is de kwaliteit van het grasland dus nog maar net een voldoende. De methode van Koster geeft een gedetailleerde beschrijving van het beheer. De KNNV afdeling Delfland staat voor een natuurlijke leefomgeving, zie ook Voor de doelstellingen en het werkgebied, zie de website onder Vereniging

2 Locatie PW6 Bibliografie - Koster, Ecologisch Groenbeheer, Schuyt & Co, Overzicht van de vegetatie langs Rijkswegen, Rijkswaterstaat, W. Schipper, I. Bax en M. Gardenier, Veldgids ontwikkelen van kruidenrijk grasland, Aardewerkadvies, 2012 Tramkade en Gaagpad, KNNV afdeling Delfland, 30 mei

3 Locaties Loc. X [m] Y [m] PW PW PW PW PW PW PW Tramkade en Gaagpad, KNNV afdeling Delfland, 30 mei

4 Opnamen CBS Nederlandse naam Wetenschappelijke naam Fioringras Agrostis stolonifera X 42 Grote vossestaart Alopecurus pratensis X X X 70 Fluitenkruid Anthriscus sylvestris X 96 Glanshaver Arrhenatherum elatius X X X X X 135 Madeliefje Bellis perennis X X 235 Ruige zegge Carex hirta X X 259 Oeverzegge Carex riparia X Cerastium fontanum subsp. 296 Gewone hoornbloem vulgare X X X X X 319 Gewone margriet Leucanthemum vulgare X X 331 Akkerdistel Cirsium arvense X 336 Speerdistel Cirsium vulgare X 390 Kropaar Dactylis glomerata X X X X X 446 Kweek Elytrigia repens X X X 462 Heermoes Equisetum arvense X X X 514 Rietzwenkgras Festuca arundinacea X X 520 Rood zwenkgras s.s. Festuca rubra X 546 Kleefkruid Galium aparine X 570 Slipbladige ooievaarsbek Geranium dissectum X X 585 Liesgras Glyceria maxima X 607 Gewone berenklauw Heracleum sphondylium X X X X X 631 Gestreepte witbol Holcus lanatus X X X X X X X 715 Veldlathyrus Lathyrus pratensis X 755 Italiaans raaigras Lolium multiflorum X 756 Engels raaigras Lolium perenne X X 797 Gevlekte rupsklaver Medicago arabica X X 946 Smalle weegbree Plantago lanceolata X X X X X X X 959 Ruw beemdgras Poa trivialis X X X X X X 967 Veenwortel Persicaria amphibia X 1040 Scherpe boterbloem Ranunculus acris X X X X X X 1056 Kruipende boterbloem Ranunculus repens X X X X X X 1093 Veldzuring Rumex acetosa X X 1098 Krulzuring Rumex crispus X 1101 Ridderzuring Rumex obtusifolius X X X 1250 Vogelmuur Stellaria media X 1259 Gewone smeerwortel Symphytum officinale X 1299 Kleine klaver Trifolium dubium X X 1305 Rode klaver Trifolium pratense X X X X 1393 Gewoon langbaardgras Vulpia myuros X 2430 Paardenbloem Taraxacum officinale X X 2457 Gewone klit Arctium minus X 5455 Vergeten wikke Vicia sativa subsp. segetalis X X X X X 5497 Jakobskruiskruid s.s. Jacobea vulgaris subsp. Vulgaris X X Aantal Tramkade en Gaagpad, KNNV afdeling Delfland, 30 mei

5 MethodeEcologische Groenbeheer Locatie Nr Beheertype % % % % % % % G1 Voedselarme, natte tot vochtige zure bodem G1a Voedselarme, natte tot vochtige, zure bodem; natte bodem G1b Voedselarme, natte tot vochtige, zure bodem; natte tot vochtige bodem G2 Voedselarme, vochtige tot droge, zure bodem G2a Voedselarme, vochtige tot droge, zure bodem; vochtige bodem G2b Voedselarme, vochtige tot droge, zure bodem; vochtige tot droge bodem G2c Voedselarme, vochtige tot droge, zure bodem; droge bodem G3 Voedselarme tot iets voedselrijke, overwegend droge (matige vochtige), zwak zure tot basische bodem G3a Voedselarme tot iets voedselrijke, overwegend droge, zwak zure tot basische bodem; droge tot matig vochtige bodem G3b Voedselarme tot iets voedselrijke, overwegend droge, zwak zure tot basische bodem; droge bodem G4 Voedselarme tot iets voedselrijke, overwegend (matig) droge, basische bodem G5 Matig voedselrijke, zomerdroge tot vochthoudende, kalkhoudende bodem G6 Matig voedselrijke, droge tot matig vochtige bodem G6a Matig voedselrijke, droge tot vochthoudende bodem; droge, matig droge bodem G6b Matig voedselrijke, droge tot vochthoudende bodem; vochthoudende tot matig droge bodem G7 Matig voedselrijke tot voedselrijke, (matig) vochtige bodem G7a Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; matig voedselrijk G7b Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; voedselrijk tot zeer voedselrijk G8 Voedselrijke natte bodem G8a Voedselrijke, natte bodem; matig voedselrijk G8b Voedselrijke, natte bodem; matig voedselrijk tot voedselrijk G9 Zeer voedselrijke, vochtige bodem G10 Grazige vegetatie met soorten van bos en bosranden % verzadiging ten opzichte van het maximale aantal indicerende soorten in het beheertype. Top drie zijn geel gearceerd. Tramkade en Gaagpad, KNNV afdeling Delfland, 30 mei

6 Methode Rijkswaterstaat Locatie Nr Beheertype % % % % % % % AK1 Ruige glanshaver hooilanden AK2 Gemeenschap van Engels Raaigras en Grote Weegbree AK3 Soortenarme oevervegetatie AV1 Rietoever AZ1 Vlasbekje-St-janskruid berm AZ2 Klaproos-Raket berm AZ3 Vogelmuur-Herderstasje berm AZ4 Soortenarm grasland op zand AZ5 Droge ruigte AZ6 Boomweide AZ7 Gazon AZ8 Jong dennenbos EK1 Zoomvegetatie EK2 Bloemrijke glanshaverhooilanden EK3 Loofbos op kleigrond EV1 Soortenrijke oever EV2 Bloemrijke natte ruigte EV3 Dotterbloemhooiland EV4 Moerasbos EZ1 Bermen met Zachte Witbol en havikskruiden EZ2 Glanshaverhooilanden op schrale gronden EZ3 Zandblauwtje-Biggenkruid berm EZ4 Stuifzand EZ5 Heischraal grasland EZ6 Gemeenschap van Biggenkruid en Moerasrolklaver EZ7 Heide EZ8 Oud dennenbos (incl. bos van andere naaldbomen) EZ9 Loofbos op zand % verzadiging ten opzichte van het maximale aantal indicerende soorten in het beheertype. Top drie zijn geel gearceerd. Tramkade en Gaagpad, KNNV afdeling Delfland, 30 mei