Bestemmingsplan Veluwe

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bestemmingsplan Veluwe"

Transcriptie

1 Bestemmingsplan Veluwe Gemeente Apeldoorn Maart 2012

2 Veluwe vastgesteld, maart

3 Inhoudsopgave TOELICHTING 5 1 Een nieuw bestemmingsplan voor de Veluwe Aanleiding Doelstelling Ligging en begrenzing plangebied Geldende bestemmingsplannen Algemene uitgangspunten voor de planopzet Werkwijze en opzet van het bestemmingsplan 9 2 Beleidskader Rijksbeleid Provinciaal beleid Regionaal beleid Gemeentelijk beleid 23 3 Ruimtelijke analyse en visie De Veluwe Thema's 30 4 Juridische planopzet Inleiding De regels De verbeelding 90 5 Uitvoerbaarheid, inspraak en overleg Uitvoerbaarheid Inspraak en overleg 92 REGELS 94 HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 97 Artikel 1 Begrippen 97 Artikel 2 Wijze van meten 103 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS 105 Artikel 3 Agrarisch 105 Artikel 4 Bedrijf 109 Artikel 5 Cultuur en ontspanning 111 Artikel 6 Horeca 113 Artikel 7 Maatschappelijk 115 Artikel 8 Maatschappelijk - Begraafplaats 117 Artikel 9 Maatschappelijk - Militaire zaken 118 Artikel 10 Natuur 119 Artikel 11 Recreatie - Huifkarcentrum 122 Artikel 12 Recreatie - Recreatiewoning 124 Artikel 13 Recreatie - Verblijfsrecreatie 125 Veluwe vastgesteld, maart

4 Artikel 14 Sport 127 Artikel 15 Verkeer - Spoorweg 128 Artikel 16 Verkeer - Weg 129 Artikel 17 Wonen 130 Artikel 18 Leiding - Gas 133 Artikel 19 Leiding - Riool 133 Artikel 20 Waarde - Archeologie Hoog 134 Artikel 21 Waarde - Archeologie Middelhoog 135 HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS 138 Artikel 22 Anti-dubbeltelregel 138 Artikel 23 Algemene bouwregels 138 Artikel 24 Algemene gebruiksregels 140 Artikel 25 cultuurhistorisch gebied 140 Artikel 26 cultuurhistorische bouwwerken 141 Artikel 27 ecologisch water 141 Artikel 28 milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied 142 Artikel 29 milieuzone - waterwingebied 143 Artikel 30 open landschap 143 Artikel 31 Veiligheidszone - lpg 144 Artikel 32 geluidzone - industrie 144 Artikel 33 Algemene afwijkingsregels 144 Artikel 34 Algemene wijzigingsregels 145 Artikel 35 Algemene procedureregels 146 Artikel 36 Verwijzing naar andere wettelijke regelingen 146 Artikel 37 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden 146 HOOFDSTUK 4 OVERGANGS- EN SLOTREGELS 149 Artikel 38 Overgangsrecht bouwwerken 149 Artikel 39 Overgangsrecht gebruik 149 Artikel 40 Slotregel 150 Bijlagen bij de regels 151 Bijlage 1 Lijst van toegelaten nevenactiviteiten 153 Bijlage 2 Lijst van toegelaten horecatypen 155 Bijlage 3 Lijst van toegelaten maatschappelijke voorzieningen 157 Bijlage 4 Lijst van toegelaten vormen van cultuur en ontspanning 159 Bijlage 5 Lijst van toegelaten bedrijfsactiviteiten aan huis 161 Bijlage 6 Lijst van toegelaten bedrijfstypen 163 Veluwe vastgesteld, maart

5 TOELICHTING Veluwe vastgesteld, maart

6 Veluwe vastgesteld, maart

7 1 Een nieuw bestemmingsplan voor de Veluwe 1.1 Aanleiding Een groot deel van de gemeente Apeldoorn maakt deel uit van de Veluwe. Het gebied is uit ecologisch en recreatief oogpunt van groot belang op nationaal en internationaal niveau. Voor dit gebied gelden momenteel een aantal bestemmingsplannen, die onderling verschillen in juridische opzet en die ouder zijn dan tien jaar. Besloten is om een nieuw bestemmingsplan te maken, waarin vrijwel alle geldende plannen voor de Veluwe zijn opgenomen. Daarmee komt voor het overgrote deel van de Apeldoornse Veluwe een éénduidige en actuele regeling tot stand, welke voldoet aan de eisen van de Wet ruimtelijke ordening. 1.2 Doelstelling De Veluwe kent als gebied in zijn samenhang hoge ecologische, landschappelijke en cultuurhistorische waarden. Ter bescherming en ontwikkeling van deze gebiedswaarden is op verschillende overheidsniveaus regelgeving en beleid vastgesteld. Naast de gebiedswaarden zijn op de Veluwe verschillende functies vertegenwoordigd, waarbij de één een grotere binding heeft aan het gebied dan de andere. Voorbeelden zijn recreatie, landbouw, bedrijven en wonen. Met dit bestemmingsplan worden de aanwezige waarden en functies en de geldende regelgeving en beleid in beeld gebracht. Aan de hand daarvan wordt voor het gebied als geheel en per functie de ruimtelijke visie van de gemeente beschreven. Hoofddoelstelling van het bestemmingsplan is het bieden van een regeling waarbinnen de Veluwe als één groot aanééngesloten natuur, cultuur- en boslandschap wordt beschermd en zich verder kan ontwikkelen en het binnen dat kader op een zorgvuldige wijze inpassen van de overige in het gebied voorkomende functies. Het bestemmingsplan voorziet niet in grootschalige nieuwe ontwikkelingen. Het bestemmingsplan neemt de geldende regelingen over, tenzij er dringende ruimtelijke of milieukundige redenen zijn om hiervan af te wijken. 1.3 Ligging en begrenzing plangebied Vrijwel het gehele grondgebied van de gemeente Apeldoorn ten westen van de stad vormt het plangebied. Locaties binnen dat gebied die een eigen kenmerkend karakter hebben en locaties waar relatief grootschalige ontwikkelingen spelen zijn buiten het plangebied gelaten. Het betreft de Agrarische Enclave (waaronder Uddel), de dorpen Hoog Soeren en Hoenderloo, Radio Kootwijk en de verblijfsrecreatieparken in de directe omgeving en ten oosten van Hoenderloo. De plangrenzen rond Hoog Soeren en Hoenderloo zijn in hoofdzaak afgestemd op respectievelijk de grenzen van het beschermde dorpsgezicht en die van de dorps-structuurvisie. De grens van het plangebied aan de westzijde wordt gevormd door de gemeentegrens en de Agrarische Enclave. De gemeentegrens vormt tevens aan de noord- en zuidzijde de plangrens. De oostgrens wordt bepaald door de plangrenzen van de bestemmingsplannen Wenum-Wiesel, Apeldoorn-West, Brink en Orden, Ugchelen en Stuwwalrand Parkzone Zuid. Een deel van laatstgenoemd bestemmingsplan wordt vanwege de situering en de ruimtelijke overeenkomst opgenomen in het nu aan de orde zijnde bestemmingsplan. Veluwe vastgesteld, maart

8 Veluwe vastgesteld, maart

9 1.4 Geldende bestemmingsplannen Het bestemmingsplan Veluwe vervangt de volgende bestemmingsplannen (inclusief partiele herzieningen, uitwerkings- en wijzigingsplannen): Meerveld, vastgesteld op 23 november 1972, goedgekeurd op 9 januari 1974; Wiesel-West, vastgesteld op 18 mei 1972, goedgekeurd op 4 juli 1973; Kootwijk (gedeeltelijk), vastgesteld op 21 december 1972, goedgekeurd op 13 februari 1974; Assel, vastgesteld op 3 juni 1971, goedgekeurd op 2 februari 1972; Uitbreidingsplan in Hoofdzaak (gedeeltelijk), vastgesteld op 30 september 1947, goedgekeurd op 7 november 1948; Hoog Buurlo, vastgesteld op 18 mei 1972, goedgekeurd op 4 juli 1973; Natuurobservatiepost Hazenbergen, vastgesteld op 22 december 1999, goedgekeurd op 10 februari 2000; Berg en Dal (op enkele locaties na), vastgesteld op 21 december 1972, goedgekeurd op 27 februari 1974 Stuwwal Parkranzone Zuid (gedeeltelijk), vastgesteld op 26 april 2001, goedgekeurd op 4 december 2001 Hoenderloo (gedeeltelijk), vastgesteld op 16 oktober 1980, goedgekeurd op 8 januari Algemene uitgangspunten voor de planopzet De Wet ruimtelijke ordening verplicht de gemeente voor het gehele grondgebied een bestemmingsplan vast te stellen, waarbij ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening de bestemming van de in het plan begrepen grond wordt aangewezen en met het oog op die bestemming regels worden gegeven. Op grond van het Besluit ruimtelijke ordening dient een bestemmingsplan vergezeld te gaan van een toelichting De Wet ruimtelijke ordening en het Besluit ruimtelijke ordening stellen eisen aan de vormgeving en inhoud van bestemmingsplannen. Deze eisen bepalen in grote mate de planopzet. Het bestemmingsplan Veluwe is opgezet met in achtneming van deze eisen. Het wijst de bestemmingen aan voor de in het plangebied begrepen gronden en geeft, met het oog op die bestemmingen, regels omtrent de bouw en het gebruik van de gronden en van de zich daar bevindende bouwwerken. 1.6 Werkwijze en opzet van het bestemmingsplan De werkwijze bij het opstellen van een bestemmingsplan wordt bepaald door de ruimtelijke dynamiek van een gebied en door de aanwezigheid van relevant beleid en regelgeving. De Veluwe is een laag dynamisch gebied, waar de nadruk ligt op bescherming en behoud van de aanwezige waarden. Er is divers beleid vastgesteld en er is diverse sectorale wetgeving van toepassing die voor een groot deel de ruimtelijke ordening van het plangebied bepalen. Op basis van die situatie is de werkwijze bepaald. Gestart is met het inventariseren en analyseren van de feitelijk bestaande situatie, het recht zoals opgenomen in de geldende bestemmingsplannen en het geldend beleid en wetgeving. Daarnaast is een cultuurhistorische analyse en een ecologische toets uitgevoerd om een zo compleet mogelijk inzicht te krijgen in de binnen het plangebied voorkomende waarden. Vervolgens zijn de lopende ontwikkelingen in beeld gebracht. Veluwe vastgesteld, maart

10 Aan de hand van deze informatie is een visie opgesteld over de ruimtelijke ordening van het plangebied. Daarbij is gebleken dat deze visie in hoofdlijnen al vastligt in geldend beleid en regelgeving. Vervolgens is de visie vertaald naar bestemmingen en daarbij behorende regels voor de gronden en de bebouwing in het plangebied. Dit in de vorm van het bestemmingsplan Veluwe. Het bestemmingsplan gaat vergezeld van een toelichting. De toelichting geeft: een samenvatting van het relevante beleid en de regelgeving; een beschrijving van het plangebied als geheel (bestaande situatie, beleidskader, geldend recht, ontwikkelingen); op basis daarvan een visie voor een goede ruimtelijke ordening van het plangebied als geheel en de consequenties hiervan voor het bestemmingsplan; een beschrijving van de voor het plangebied relevante thema's (bestaande situatie, beleidskader, geldend recht, ontwikkelingen); op basis daarvan een visie voor een goede ruimtelijke ordening per thema en de consequenties hiervan voor het bestemmingsplan; een onderbouwing van de juridische planopzet per bestemming en aanduiding en het toetsingskader bij afwijkingen, omgevingsvergunningen voor werken en werkzaamheden (voormalige aanlegvergunning) en wijzigingen; inzicht in de uitvoerbaarheid van de bestemmingen, voorzover van toepassing; de resultaten van vooroverleg en inspraak. Veluwe vastgesteld, maart

11 2 Beleidskader 2.1 Rijksbeleid Samenvatting integraal ruimtelijk beleid Het ruimtelijk beleid op rijksniveau is vastgelegd in de Nota Ruimte. Deze nota bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en bevat de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. De Veluwe is in de Nota Ruimte binnen de Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur opgenomen als natuurgebied. De nationale ruimtelijke hoofdstructuur omvat gebieden en netwerken, die voor de ruimtelijke structuur en het functioneren van Nederland van grote betekenis zijn. De Veluwe is tevens aangewezen als Nationaal Landschap. Het nationaal ruimtelijk beleid voor water en groene ruimte richt zich op borging en ontwikkeling van natuurwaarden, de ontwikkeling van landschappelijke kwaliteit en van bijzondere, ook internationaal erkende, landschappelijke en cultuurhistorische waarden. Tevens is borging van veiligheid tegen overstromingen, voorkoming van wateroverlast en watertekorten en verbetering van water- en bodemkwaliteit van groot belang. Provincies en gemeenten zijn in belangrijke mate verantwoordelijk voor de verdere vormgeving en realisering van het ruimtelijk beleid in het buitengebied. Het rijk heeft speciale aandacht voor het hoofdwatersysteem, de Ecologische Hoofd Structuur en de natuurbeschermingswetgebieden. Hetzelfde geldt voor de nationale landschappen, de Werelderfgoedgebieden en de greenports. In de Algemene Maatregel van Bestuur Ruimte worden spelregels en inhoudelijke regels gesteld voor het handelen van medeoverheden. Hiermee wordt concreet invulling gegeven aan het uitgangspunt van de Nota Ruimte: 'centraal wat moet, decentraal wat kan'. In de AMvB Ruimte worden de regels ter bescherming van de kwetsbare gebieden van nationaal en internationaal belang vastgelegd, dus voor de Ecologische Hoofd Structuur en de nationale landschappen. Naast de regels die voor heel Nederland gelden, zullen ook een beperkt aantal specifieke regels uit de andere geldende Planologische Kern Beslissingen (PKB) in de AMvB Ruimte worden opgenomen. Een nieuwe structuurvisie en besluit zijn in voorbereiding. Momenteel bevinden de structuurvisie Infrastructuur en Ruimte en het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening zich in de ontwerp-fase. Belangrijke doelstellingen hieruit zijn: Ruimte voor behoud en versterking van (inter)nationale unieke cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten. Ruimte voor een nationaal netwerk van natuur voor het overleven en ontwikkelen van flora- en Faunasoorten. Natura 2000 en de Ecologische Hoofdstructuur De Veluwe is aangewezen als Natura 2000-gebied en vormt onderdeel van de Ecologische Hoofd Structuur (EHS). Nederland heeft zich verbonden aan het Europese Natuurbeleidsplan "Natura 2000" en heeft daaruit voortvloeiend zgn. Natura 2000-gebieden vastgelegd en wettelijk beschermd met opname in de Natuurbeschermingswet. Daarmee is de verplichting aangegaan om internationaal belangrijk geachte ecosystemen, planten- en diersoorten te beschermen. Verder streeft het rijk naar realisatie van een samenhangend netwerk van kwalitatief hoogwaardige natuurgebieden: de Ecologische Hoofd Structuur. De Natura en EHS-gebieden (die overigens voor een deel samenvallen) leveren samen een belangrijke bijdrage aan de realisatie van het Europees Ecologische netwerk. Veluwe vastgesteld, maart

12 Rijk, provincies en gemeenten zijn verantwoordelijk voor bescherming, instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige bijzondere waarden en kenmerken van de Natura 2000-gebieden en de EHS. De EHS moet in 2018 zijn gerealiseerd. Nota Ruimte: Ecologische Hoofd Structuur Nationaal landschap De Veluwe is aangewezen als Nationaal Landschap. Als kernkwaliteiten van de Veluwe worden genoemd: het schaalcontrast van zeer open naar besloten, de actieve stuifzanden en de grote en aaneengeslotenheid van bos. Nationale landschappen zijn gebieden met internationaal zeldzame of unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten, en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten. Landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten van nationale landschappen moeten behouden blijven, duurzaam beheerd en waar mogelijk worden versterkt. In samenhang hiermee zal de toeristisch-recreatieve betekenis moeten toenemen. Binnen nationale landschappen is daarom 'behoud door ontwikkeling' het uitgangspunt voor het ruimtelijk beleid. De landschappelijke kwaliteiten zijn medesturend voor de wijze waarop de gebiedsontwikkeling plaatsvindt. Uitgangspunt is dat de nationale landschappen zich sociaal-economisch voldoende moeten kunnen ontwikkelen, terwijl de bijzondere kwaliteiten van het gebied worden behouden of worden versterkt. In integrale uitvoeringsprogramma's van de nationale landschappen is specifiek aandacht nodig voor grondgebonden landbouw, natuur, toerisme en recreatie. In het nationaal landschap Veluwe ligt een reconstructieopgave in het kader van de Reconstructiewet concentratiegebieden (bescherming ammoniakuitstoot). Op de Veluwe is extra aandacht nodig voor de uitplaatsing of een betere inpassing van recreatiebedrijven Overzicht sectoraal beleid Naast de Nota Ruimte en de AmvB Ruimte zijn er op rijksniveau een aantal sectorale beleidsnota's Veluwe vastgesteld, maart

13 en regelgeving van belang. Het betreft onder andere het Waterbeleid in de 21e eeuw, Flora en Fauna wet, Boswet en de Wet archeologische monumentenzorg. Deze worden voorzover relevant in hoofdstuk 3.2 bij het betreffende thema nader aan de orde gesteld. 2.2 Provinciaal beleid Samenvatting integraal ruimtelijk beleid De provincie Gelderland heeft haar integrale ruimtelijk beleid vastgelegd in het Streekplan Gelderland Het streekplan is op onderdelen uitgewerkt. De provincie heeft specifiek beleid voor het landelijk gebied op onder andere de thema's: Vitaal Platteland, Natuur, Landschap en Landbouw. Streekplan Gelderland 2005 (provinciale structuurvisie) De hoofddoelstelling van het Gelders ruimtelijk beleid voor de periode is om de ruimtebehoefte zorgvuldig in regionaal verband te accommoderen en te bevorderen dat publieke (rijk, provincie, gemeenten, waterschappen) en private partijen de benodigde ruimte vinden, op een wijze die meervoudig ruimtegebruik stimuleert, duurzaam is en de regionale verscheidenheid versterkt, gebruik makend van de aanwezige identiteiten en ruimtelijke kenmerken. Doelen die als uitwerking van de hoofddoelstelling worden gehanteerd zijn onder andere: bevorderen van een duurzame toeristische-recreatieve sector in Gelderland met een bovengemiddelde groei, de vitaliteit van het landelijk gebied en de leefbaarheid van daarin aanwezige kernen versterken, de waardevolle landschappen verbeteren en de Ecologische Hoofd Structuur realiseren, de watersystemen veilig en duurzaam afstemmen op de veranderende wateraan- en afvoer en de benodigde waterkwaliteit, een gezonde en veilige milieu(basis)kwaliteit bewerkstelligen. Met de Ruimtelijke Verordening Gelderland stellen Provinciale Staten regels over de inhoud, toelichting of onderbouwing van bestemmingsplannen. Deze regels kunnen betrekking hebben op het hele provinciale grondgebied, delen of gebiedsgerichte thema's. De voorschriften in de ruimtelijke verordening zijn gebaseerd op het streekplan. In de in december 2010 vastgestelde verordening zijn onder andere de volgende onderwerpen opgenomen: uitbreidingsruimte nietagrarische bedrijvigheid, recreatiewoningen/ -parken, glastuinbouw, waterwingebied, grondwaterbeschermingsgebied en Ecologische Hoofd Structuur. De provinciale ruimtelijke hoofdstructuur is tweeledig. Een deel dat betrekking heeft op de hoogdynamische functies en een deel dat betrekking heeft op functies en kwaliteiten die afhankelijk zijn van een lage ruimtelijke dynamiek. De gebieden waar laatstgenoemde functies zijn geconcentreerd zijn kwetsbaar voor intensieve vormen van ruimtegebruik. Deze gebieden zijn de EHS, waardevolle open gebieden en de gebieden waar meer ruimte voor water moet worden gecreëerd. Het provinciaal planologisch beleid is gericht op het vrijwaren van deze gebieden van intensieve gebruiksvormen. Dit deel van de provinciale ruimtelijke hoofdstructuur wordt in de beleidskaart aangeduid met overwegend groene en blauwe tinten: het groenblauwe raamwerk. Doel voor de gebieden binnen het groenblauwe raamwerk is het bieden van ruimte voor ecologische en hydrologische dynamiek en het beschermen van stilte, rust en milieukwaliteit. Behoud en ontwikkeling van het groenblauwe raamwerk staat voorop. Van provinciaal belang zijn daarbij onder andere de bescherming van ecologische kerngebieden en waardevolle open gebieden en de realisering van ecologische verbindingszones, die de ecologische kerngebieden verbinden. De provinciale ruimtelijke hoofdstructuur is weergegeven op de Beleidskaart `ruimtelijke hoofdstructuur`. Veluwe vastgesteld, maart

14 Veluwe vastgesteld, maart

15 De Veluwe vormt een belangrijk en omvangrijk onderdeel van de EHS en daarmee van het groenblauwe raamwerk. Inzet is bescherming en ontwikkeling van natuurwaarden, extensivering van menselijke activiteiten, versterking van de recreatieve kwaliteit en verminderen van de barriérewerking van verkeerswegen. De Veluwe is opgenomen in de Europese ecologische hoofdstructuur ('Natura 2000'-netwerk). De Veluwe heeft een grote aantrekkingskracht op mensen die willen genieten van natuur, cultuur, rust en ruimte. Jaarlijks bezoeken miljoenen recreanten en toeristen de Veluwe. De omzet in de recreatiesector op de Veluwe is ruim 1 miljard per jaar en aan werkgelegenheid leveren natuur en recreatie ca arbeidsplaatsen op. De aantrekkingskracht van het gebied - rust en ruimte - maakt het gebied tegelijkertijd kwetsbaar. Het gebruik en de economische betekenis moet zorgvuldig worden afgestemd op ecologische, landschappelijke en recreatieve kwaliteiten én behoud en versterking van deze kwaliteiten moet worden gestimuleerd. Dit betekent bewust investeren in herstel en ontwikkeling van de ruimtelijke kwaliteit ten behoeve van natuur en recreatie. Dit betekent ook economische ontwikkelingen stimuleren die passen bij de bijzondere ecologische waarden en de cultuurhistorische rijkdom en tegelijkertijd economische activiteiten die daar strijdig mee zijn weren of saneren. De Veluwe maakt in zijn geheel deel uit van het landelijk gebied en het daarbinnen gelegen groenblauwe raamwerk. Het specifiek beleid van de provincie voor het landelijk gebied op onder andere de thema's: Vitaal Platteland, Natuur, Landschap en Landbouw heeft voor het bestemmingsplangebied dan ook een integraal karakter. Achtereenvolgens komt het relevante beleid per thema aan de orde. Vitaal Platteland De provincie Gelderland werkt samen met partners aan een vitaal platteland. Een platteland dat vitaal, groen en leefbaar is. Een belangrijk instrument daarbij is het Provinciaal Meerjarenprogramma Vitaal Gelderland. Hierin geeft de provincie Gelderland aan wat er moet gebeuren om Gelderland gezond te maken en te houden. De provincie Gelderland wil een vitaal platteland bereiken door te werken aan natuurontwikkeling, een duurzame, concurrerende landbouw, verbetering van recreatieve mogelijkheden, een mooier landschap, verbetering van de bodemkwaliteit, een betere kwaliteit van het water en verbetering van de leefbaarheid. In Gelderland zijn drie grote terreinbeherende organisaties actief. Naast Het Geldersch Landschap gaat het om Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. Zij beheren nu al veel natuurgebieden in Gelderland. Als regisseur van de uitvoering van het Provinciaal Meerjarenprogramma Vitaal Gelderland heeft de provincie Gelderland overeenkomsten gesloten met deze organisaties, gericht op de aanleg en herstel van natuur en activiteiten om de natuur te beleven. Het in 2000 opgestelde programma Veluwe 2010 is in 2007 integraal opgenomen in het Provinciaal Meerjarenprogramma. Veluwe 2010 is er op gericht om in samenwerking met veel andere partijen het economisch gebruik en het behoud van het gebied zorgvuldig op elkaar af te stemmen. Hoofddoel van 'Veluwe 2010' is een duurzame evenwichtige ontwikkeling van ecologie en economie en ontwikkeling van de Veluwe tot een aanééngesloten natuur, cultuur- en boslandschap, met zo min mogelijk barrières voor mensen en dieren. Uitvoering van het Veluwebeleid vindt plaats langs twee sporen. Het spoor van projecten en het spoor van bescherming. Het projectenprogramma kent zeven thema's, met elk meerdere projecten: Veluwe vastgesteld, maart

16 THEMA'S PROJECTEN 1. Kwaliteitsimpuls voor natuur, bos en landschap - Realisatie EHS en ecologische verbindingszones - Ecologische poorten - Vermindering raster - Realisering grote graasweide - Milieuherstel voor bos en natuur 2. Afstemming tussen verkeer, natuur en recreatie - Veiligheid, rust en paseerbaarheid binnenwegen - Aanleg wildviaducten - Natuurtransferia 3. Kwaliteitsimpuls voor natuurgerichte recreatie - Ontwikkelingsperspectief verblijfsrecreatie - Grenze(n)loos fietsen - Nationaal natuur-educatiecentrum - Imago nationaal park nieuwe stijl - Samenwerking Europese parken 4. Kwaliteitsimpuls landbouw - Perspectiefontwikkeling Agrarische Enclave - Perspectiefontwikkeling Noord-Oost Veluwe - Stimulering verbrede landbouw 5. Kwaliteitsimpuls integraal waterbeheer - Integraal waterbeheer Oost-Veluwe en Apeldoorns kanaal - Sprengen en beken - Vermindering grondwaterontrekking 6. Kwaliteitsimpuls cultuurhistorie - Cultuurhistorisch erfgoed - De toekomst van Radio Kootwijk - De toekomst van militaire complexen 7. Kwaliteitsimpuls via gebiedenbeleid - Uitvoeringsprogramma Gebiedenbeleid Veluwe - Status, organisatie en financiering Veluwe - Monitoring Veluwebeleid - Communicatie en voorlichting - Verlegging geldstromen - Toezicht In Veluwe 2010 zijn 48 projecten benoemd die de provincie Gelderland samen met andere partijen uitvoert op de Veluwe. De belangrijkste daarvan zijn: Ecoducten, Ecologische poorten, Fietstotaalplan, Groei en Krimp, Hart van de Veluwe, Imagoversterking Veluwe, Nationaal Landschap Veluwe, P-Veluwe, Radio Kootwijk en Veluwetransferia. Via het spoor van bescherming wordt geregeld dat de bestaande waarden van de Veluwe, de waardevolle landschappen, ecosystemen, aardkundige kwaliteiten, archeologie en cultuurhistorie strikt beschermd worden. Uitvoering vindt onder andere plaats in de vorm van provinciale omgevingsplannen en bestemmingsplannen. Natuur Het beleid van de provincie Gelderland draagt bij aan het behoud en de ontwikkeling van natuur. Onderdelen van het natuurbeleid zijn de Ecologische Hoofd Structuur, het Gebiedsplan Natuur en Landschap 2006 en de beheerplannen op basis van de Natuurbeschermingswet. Ecologische Hoofd Structuur De natuur in Nederland is behoorlijk versnipperd. Om daar verandering in aan te brengen, leggen het Rijk en de provincies sinds 1990 een samenhangend netwerk van grote en kleine natuurgebieden en natuurrijke cultuurlandschappen aan, de Ecologische Hoofd Structuur. Door het vergroten van natuurgebieden, het ontwikkelen van nieuwe natuurgebieden en het aanleggen van ecologische verbindingszones en robuuste verbindingen ontstaat een samenhangend netwerk. Vergroting en verbinding kunnen problemen als verdroging, vermesting en versnippering tegengaan. Het doel van de EHS is om te komen tot duurzame populaties van kwetsbare planten en diersoorten. Om de planten- en diersoorten gezond en veerkrachtig te houden, moeten ze in verschillende leefgebieden kunnen voorkomen. Dit is belangrijk voor de voortplanting; het bevorderd de genetische variatie binnen een soort. Soorten hebben zo meer overlevingskansen en meer uitwisselingsmogelijkheden. Veluwe vastgesteld, maart

17 Veluwe vastgesteld, maart

18 De begrenzing en ruimtelijke bescherming van de EHS is geregeld in het Streekplan Gelderland In 2009 is de grens definitief vastgesteld. Binnen de EHS geldt de 'nee, tenzij'-benadering. Dit houdt in dat bestemmingswijziging niet mogelijk is, als daarmee de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied worden aangetast. Afwijken van deze regel is alleen mogelijk als het maatschappelijk belang groot is en er geen reële alternatieven zijn. De provincie heeft de wezenlijke kenmerken en waarden beschreven in de in 2006 vastgestelde streekplanuitwerking Kernkwaliteiten en omgevingscondities van de Gelderse ecologische hoofdstructuur. Natuurbeheerplan 2009 In het Natuurbeheerplan, dat in 2009 is vastgesteld, is per perceel aangegeven voor welk soort natuurbeheer subsidie aangevraagd kan worden. Agrariërs en andere grondbezitters kunnen op basis van de Subsidieregeling Natuur en Landschapsbeheer vergoedingen aanvragen voor agrarisch-, natuur- en landschapsbeheer. Daarnaast biedt het stelsel de mogelijkheid om subsidie aan te vragen voor de aanleg van nieuwe natuur en de inrichting daarvan. Beheerplannen Alle landen van de EU hebben met elkaar afgesproken om het natuurlijk erfgoed van Europa te beschermen. Dit doen zij door Natura 2000-gebieden aan te wijzen. Natura 2000 zorgt ervoor dat toekomstige generaties, of dat nu mensen, dieren of planten zijn, de vruchten van de unieke Gelderse natuur kunnen blijven plukken. Voor een goede afweging tussen alle belangen in de Natura 2000-gebieden stelt de provincie Gelderland met betrokken partijen beheerplannen op. Het beheerplan beschrijft de huidige situatie van het gebied, geeft een visie op de gewenste ontwikkelingsmogelijkheden voor de lange termijn, beschrijft concrete maatregelen voor een periode van zes jaar en biedt het kader voor de vergunningverlening. De provincie Gelderland neemt het voortouw voor de opstelling van de plannen voor onder andere de Veluwe. Het beheerplan voor de Veluwe is in voorbereiding. Landschap De Rijksoverheid heeft twintig karakteristieke gebieden in Nederland aangewezen als Nationaal Landschap, zeven liggen (deels) in Gelderland. Eén daarvan is de Veluwe. De provincie Gelderland streeft naar instandhouding en versterking van de bijzondere kenmerken van het landschap en naar het (nog) beter toegankelijk maken van de Nationale Landschappen voor inwoners en bezoekers. Binnen de Nationale Landschappen geldt 'behoud door ontwikkeling'. Dit betekent dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen bijdragen aan het behouden en versterken van de kernkwaliteiten van het landschap. De komende jaren voert de provincie Gelderland samen met gemeenten, waterschappen en andere partijen projecten uit in de zeven Nationale Landschappen. De projecten moeten het landschap en de cultuurhistorie verfraaien en de toegankelijkheid vergroten. Voor ieder Gelders Nationaal Landschap heeft de provincie Gelderland een uitvoeringsprogramma gemaakt met concrete voorstellen voor uitvoering van de projecten. In juli 2007 is de streekplanuitwerking Nationale Landschappen en het Uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap Veluwe vastgesteld. Met de streekplanuitwerking hebben de door de provincie nader gedetailleerde grenzen van de Nationale Landschappen in Gelderland de streekplanstatus gekregen. In het uitvoeringsprogramma zijn de begrenzing, de kernkwaliteiten en een globale projectenlijst opgenomen. Veluwe vastgesteld, maart

19 Nationaal Landschap Veluwe Landbouw De land- en tuinbouw zijn in Gelderland van groot belang. Niet alleen voor de economie en werkgelegenheid, maar ook voor het beheer van natuur, landschap en water. Boeren beheren ook natuur en zorgen voor een aantrekkelijk en cultuurhistorisch waardevol landschap. De agrarische bedrijvigheid is in belangrijke mate verantwoordelijk voor de vitaliteit van de plattelandsgebieden in Gelderland, ook van de plattelandskernen. De landbouw krijgt dan ook provinciale steun om duurzamer te produceren, met behoud van de concurrentiepositie. In gebieden als de Achterhoek, Veluwe en Gelderse Vallei is er grote veedichtheid, een sterke verweving met kwetsbare natuur, uitspoelingsgevoelige bodems en waardevolle landschappen. Voor deze gebieden heeft de provincie reconstructieplannen opgesteld en worden projecten uitgevoerd om de landbouw te verduurzamen. Het reconstructieplan Veluwe, dat is vastgesteld in 2005, is nodig om de problemen die op het platteland spelen te kunnen aanpakken. In delen van het landelijk gebied zitten de (intensieve) landbouw, wonen, werken, recreatie natuur en landschap elkaar te vaak in de weg. Het gevolg is dat vooral economisch belangrijke sectoren als landbouw en recreatie zich niet genoeg kunnen ontwikkelen en de kwaliteit van natuur, landschap en water te weinig verbetert. Dit heeft grote gevolgen voor de leefbaarheid en vitaliteit van het platteland. In het reconstructieplan worden de functies bijna opnieuw over de gebieden verdeeld en nieuwe ontwikkelmogelijkheden gestimuleerd. Een aantal onderdelen uit het reconstructieplan wordt rechtstreeks overgenomen in het streekplan en de bestemmingsplannen. Het reconstructieplan verdeelt de Veluwe in zeven deelgebieden. Het bestemmingsplan Veluwe ligt in deelgebied "De eindeloze Veluwe". De gebiedskwaliteit voor De Eindeloze Veluwe is als volgt geformuleerd: "groot aaneengesloten bosstructuur met verspreide landbouwenclaves, heide- en Veluwe vastgesteld, maart

20 zandverstuivingen en landgoederen". Een belangrijk onderdeel van het reconstructieplan is de zonering. Gebieden hebben een bepaalde bestemming gekregen: gebieden waar landbouw voorrang krijgt (landbouwontwikkelingsgebieden) gebieden waar de natuur voorrang krijgt (extensiveringsgebieden) gebieden waar verschillende functies naast elkaar bestaan (verwevingsgebieden) Deze indeling heeft gevolgen voor bijvoorbeeld vestiging of uitbreiding van intensieve veehouderijen. Behalve voor een nieuwe toekomst voor de veehouderij is er ook aandacht voor het versterken van de natuur- en landschapswaarden en voor verbetering van de waterhuishouding en waterkwaliteit. De belasting van het milieu moet verminderden en infrastructuur, woon- en werkklimaat en de economische structuur juist verbeteren. Zo ontstaat er weer een vitaal platteland. Er moet meer ruimte komen voor nieuwe natuurgebieden en nieuwe vormen van recreatie. In het reconstructieplan zijn krimpgebied en zoekgebieden recreatieclusters opgenomen. Op "De eindeloze Veluwe" is primaat gegeven aan ontwikkeling natuur en landschap ten opzichte van de verblijfsrecreatie. Ook is er behoefte aan meer ruimte voor verbrede landbouw en andere niet-agrarische economische functies, zoals een zorg-, kampeer- of kaasboerderij en ambachtelijke en dienstverlenende bedrijven. Dit is nodig om de plattelandseconomie vitaal te houden Overzicht sectoraal beleid Naast het bovengenoemde gebiedsbeleid bestaat er op provinciaal niveau sectoraal beleid. Het betreft onder andere het Waterplan Gelderland en het Gelders Milieuplan 3. Daarnaast bevatten de in genoemde beleidsplannen ook sectoraal beleid. Vermeldenswaardig is verder nog het Waterbeheersplan Veluwe van het Waterschap Veluwe. Dit sectorale beleid wordt voorzover relevant in hoofdstuk 3.2 bij het betreffende thema nader aan de orde gesteld. Veluwe vastgesteld, maart

21 2.3 Regionaal beleid Samenvatting integraal ruimtelijk beleid De Regionale Structuurvisie De Voorlanden van de regio Stedendriehoek maakt samen met de al eerder vastgestelde visie voor het bundelingsgebied (grofweg het gebied binnen de lijn Apeldoorn, Deventer en Zutphen) het ruimtelijk beleid voor de regio 'compleet'. Beide documenten vormen samen de visie op de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van dit gebied tot 2030, en vormen daarmee een richtinggevend kader voor beleid en uitvoering. Deze visie over De Voorlanden richt zich op het versterken en uitbouwen van de kwaliteiten van natuur en landschap, de gevarieerde en hoogwaardige woon- en werkomgeving, de sterke landbouw en het toeristisch profiel van het landelijk gebied van de regio Stedendriehoek. Duurzaam waterbeheer als basis voor ruimtelijke ontwikkeling vormt één van de strategische keuzes voor de regio. De grote variatie aan hoogwaardige landschappen vormt de schatkamer van de Stedendriehoek. Met een versterkte inzet van bestaande beleidsmiddelen voor water, natuur en landschap kan dat worden gewaarborgd. De verschillende kwaliteiten van de landschappen in De Voorlanden leveren ook aantrekkelijke milieus voor wonen en (nieuwe) bedrijvigheid en zijn aangrijpingspunt voor versterking van het toeristische profiel. Landbouw is één van de pijlers van een sterke plattelandseconomie in De Voorlanden. De agrarische sector ontwikkelt zich in de richting van schaalvergroting (grotere bedrijven) en verbreding (zoals agrotoerisme, zorg, natuurbeheer). Ingezet wordt op het behouden van ruimte voor de sector, binnen de mogelijkheden die landschap, milieu en de inzet van nieuwe technologieën bieden. Ook wordt verbreding en schaalvergroting ondersteund als die de groene kwaliteiten van De Voorlanden helpen behouden en versterken. Toerisme en recreatie vormt een tweede pijler onder de economie van De Voorlanden. Ingezet wordt op het verbeteren van de toeristische bereikbaarheid door combinatie van aantrekkelijke routes met toeristische uitvalsbases in enkele kernen en langs de snelwegen. Ook wordt de ontwikkeling van cultuurtoerisme beoogd. De kanalen en sprengen, de stoomspoorlijn en de vele landgoederen en cultuurlandschappen bieden daarvoor kansen. Initiatieven die passen bij de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten van De Voorlanden worden gefaciliteerd. Hoogwaardig, samenhangend en kleinschalig zijn daarbij de trefwoorden, bijvoorbeeld op het gebied van verblijfsaccommodatie op het platteland Overzicht sectoraal beleid Naast het bovengenoemde gebiedsbeleid bestaat er op regionaal niveau sectoraal beleid. Het betreft beleid voor functieverandering van vrijkomende agrarische opstallen, dat in 2008 is vastgelegd in de nota "Waar stallen verdwijnen, oude erven, nieuwe functies". Verandering is mogelijk naar wonen en bedrijvigheid. Dit beleid wordt voorzover relevant in hoofdstuk 3.2 bij het betreffende thema nader aan de orde gesteld. Veluwe vastgesteld, maart

22 Veluwe vastgesteld, maart

23 2.4 Gemeentelijk beleid Samenvatting ruimtelijk beleid De gemeente heeft geen eigen integraal beleid voor de Veluwe als geheel. De geldende bestemmingsplannen zijn dermate verouderd dat deze niet als zodanig aangemerkt kunnen worden. Wel is er sectoraal beleid op een groot aantal voor het landelijk gebied van belang zijnde onderwerpen. Het betreft: de notitie "Woningsplitsing in het buitengebied" uit 2006; de notitie "Paardenbakken, stapmolens en lichtmasten in de apeldoornse bestemmingsplannen" uit 2006; de notitie "Meerdere huishoudens in één woning: inspelen op behoeften" uit 2008, wat onder andere de mogelijkheid biedt om dependances te realiseren bij woningen; de welstandsnota "Over welstand geschreven" uit 2004; het apeldoorns waterplan "Werken aan water" uit 2005; de Groene Mal; de nota I-cultuur uit 2006, over archeologie en cultuur-historie. Dat beleid wordt voorzover relevant in hoofdstuk 3.2 bij het betreffende thema nader aan de orde gesteld. Vanwege de aard van het plangebied en de weinige bebouwing wordt geen gebiedsgericht welstandsbeleid opgesteld. Veluwe vastgesteld, maart

24 Veluwe vastgesteld, maart

25 3 Ruimtelijke analyse en visie 3.1 De Veluwe Bestaande situatie Het plangebied vormt een belangrijk onderdeel van de Veluwe. Dit, voor Noordwest-Europese begrippen, grote en aaneengesloten glooiende boslandschap, wordt gekenmerkt door een variatie van zeer open actieve stuifzand- en heidegebieden en zeer besloten bossen. De oppervlakte aan bos is in ons land ongeëvenaard. De Veluwe vormt het grootste leefgebied van Nederland voor grote zoogdieren als hert, wild zwijn, boommarter en das. Het plangebied maakt deel uit van de oostelijke rand van de stuwwal het Veluwemasief. Er zijn diverse cultuurhistorische en archeologisch waardevolle gebieden en elementen aanwezig. Te noemen zijn kleine landbouwenclaves, gekoppeld aan oude nederzettingsvormen (Hoog Buurlo), lijnvormige structuren als markegrenzen en hessenwegen, sprengen, grafheuvels en waardevolle bebouwing zoals het Aardhuis. De Veluwe is uit recreatief oogpunt van groot belang op nationaal en internationaal niveau. De aanwezige landschappelijke en natuurwaarden vormen de belangrijkste recreatieve peilers. Met name fietsen, wandelen en paardrijden zijn populaire vormen van dagrecreatief gebruik. De verblijfsrecreatieve voorzieningen binnen het plangebied zijn beperkt. De Veluwe bevat een grote hoeveelheid schoon en zoet grondwater, die in een brede zone rondom het gebied naar boven kwelt en zowel voor de natuur als voor de drinkwatervoorziening van groot belang is. Oppervlaktewater komt voor in de vorm van vennen en sprengen. De bossen op de Veluwe worden mede benut voor houtproductie. Landbouw komt in beperkte mate voor. Het betreft geen intensieve veehouderij. Verspreid over het plangebied zijn verder functies aanwezig die geen directe binding hebben met het natuurgebied. Voorbeelden hiervan zijn woningen en bedrijven. Het plangebied wordt doorkruist door de Rijksweg A1 en de spoorweg Apeldoorn- Amersfoort. Kernkwaliteiten van De Veluwe die op het plangebied betrekking hebben zijn: De groene long van Nederland. Stuwwal met grootschalige afwisseling van open heide, gesloten bos, uitgestrekt open stuifzand en vennen, agrarische enclaves. Schaalcontrast van zeer open naar besloten. Actieve stuifzanden. De grootte en aaneengeslotenheid van het bos. Rijk aan aardkundige kwaliteiten (vooral het reliëf). Afwezigheid van oppervlaktewater met uitzondering van de vennen. Weinig bebouwing. Een 'antropogene' leegte van nu met een schatkamer van cultuurwaarden van toen: landgoederen, grafheuvels, boerderijen et cetera. Rijke variatie aan (cultuurhistorisch bepaalde) soorten bos: van zeer oude loofboscomplexen tot rechtlijnig verkaveld productiebos. Rust, ruimte, donkerte. Veluwe vastgesteld, maart

26 Veluwe vastgesteld, maart

27 3.1.2 Beleidskader Het beleid op gebiedsniveau is met name vastgelegd in provinciale plannen, die in paragraaf 2.2 aan de orde zijn geweest. Kernpunten van het gebiedsgerichte beleid zijn de volgende. 1. Een duurzame evenwichtige ontwikkeling van ecologie en economie en ontwikkeling van de Veluwe tot één groot aanééngesloten natuur, cultuur- en boslandschap, met zo min mogelijk barrières voor mensen en dieren. De ecologische uitwerking is gericht op stevige bescherming van natuur, landschap en cultuurwaarden, op hoge kwaliteit van milieu en water, op het passeerbaar maken van hoofdwegen en minder verkeer op de binnenwegen, op een versterking van de samenhang tussen Veluwe en omgeving door groene wiggen, ecologische poorten en nieuwe natte natuur in beekdalen en kwelgebieden. De economische uitwerking is gericht op uitstekende, moderne recreatievoorzieningen, op grondgebonden landbouw, met klinkende kansen voor agro-toerisme, agrarisch natuurbeheer, biologische landbouw en Veluwse streekproducten. 2. De Veluwe vormt onderdeel van de Ecologische Hoofd Structuur. Door het vergroten van natuurgebieden, het ontwikkelen van nieuwe natuurgebieden en het aanleggen van ecologische verbindingszones en robuuste verbindingen ontstaat een samenhangend netwerk. Vergroting en verbinding kunnen problemen als verdroging, vermesting en versnippering tegengaan. Het doel van de ecologische hoofdstructuur is om te komen tot duurzame populaties van kwetsbare planten en diersoorten. Rijk, provincies en gemeenten zijn verantwoordelijk voor bescherming, instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige bijzondere waarden en kenmerken van de EHS. De Veluwe vormt een belangrijk en omvangrijk onderdeel van de EHS en daarmee van het groenblauwe raamwerk. Inzet is bescherming en ontwikkeling van natuurwaarden, extensivering van menselijke activiteiten, versterking van de recreatieve kwaliteit en verminderen van de barriérewerking van verkeerswegen. Binnen de ecologische hoofdstructuur geldt de 'nee, tenzij'-benadering. Dit houdt in dat bestemmingswijziging niet mogelijk is, als daarmee de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied worden aangetast. Afwijken van deze regel is alleen mogelijk als het maatschappelijk belang groot is en er geen reële alternatieven zijn. 3. De Veluwe is aangewezen als Natura 2000-gebied (die overigens voor een groot deel samenvalt met de EHS). Natura 2000-gebieden zijn vastgelegd en wettelijk beschermd op basis van de Natuurbeschermingswet. Daarmee is de verplichting aangegaan om internationaal belangrijk geachte ecosystemen, planten- en diersoorten te beschermen. De kernopgave voor de Veluwe luidt: "Vergroten van de interne samenhang van gebieden door herstel van evenwichtige verdeling van open en gesloten met meer geleidelijke overgangen van zandverstuivingen, heide, vennen, graslanden en bos. Versterken van het ruimtelijke netwerk van bos, heide- of stuifzandgebieden, waarbij tussenliggende gebieden gebruikt kunnen worden als stapstenen, vooral voor soorten als reptielen en vlinders. Versterken van overgangen van droge naar natte gebieden, zoals beekdalen en herstel van vennen op landschapsschaal." Rijk, provincies en gemeenten zijn verantwoordelijk voor bescherming, instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige bijzondere waarden en kenmerken van de Natura 2000-gebieden. Op basis van de Natuurbeschermingswet kan een vergunning nodig zijn voor activiteiten die een negatief effect hebben op de kwaliteit en de instandhoudingsdoelen van het gebied. Veluwe vastgesteld, maart

28 De bescherming van de wezenlijke kenmerken en waarden vindt plaats door toepassing van een specifiek afwegingskader, het zogenoemde 'nee, tenzij'-regime. Binnen de gebieden waar het 'nee, tenzij'-regime van kracht is, zijn nieuwe plannen, projecten of handelingen niet toegestaan indien deze de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied significant aantasten, tenzij er geen reële alternatieven zijn, er sprake is van dwingende redenen van groot openbaar belang en de negatieve effecten worden gecompenseerd. 4. De Veluwe is aangewezen als Nationaal Landschap. Nationale landschappen zijn gebieden met internationaal zeldzame of unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten, en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten. Landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten van nationale landschappen moeten behouden blijven, duurzaam beheerd en waar mogelijk worden versterkt. In samenhang hiermee zal de toeristischrecreatieve betekenis moeten toenemen. Binnen nationale landschappen zijn ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk, mits de kernkwaliteiten van het landschap worden behouden of worden versterkt ('ja, mits'-regime). 5. De Veluwe heeft een belangrijke recreatieve functie. De aantrekkingskracht van het gebied - rust en ruimte - maakt het gebied tegelijkertijd kwetsbaar. Het gebruik en de economische betekenis moet zorgvuldig worden afgestemd op ecologische, landschappelijke en recreatieve kwaliteiten én behoud en versterking van deze kwaliteiten moet worden gestimuleerd. Dit betekent bewust investeren in herstel en ontwikkeling van de ruimtelijke kwaliteit ten behoeve van natuur en recreatie. Dit betekent ook economische ontwikkelingen stimuleren die passen bij de bijzondere ecologische waarden en de cultuurhistorische rijkdom en tegelijkertijd economische activiteiten die daar strijdig mee zijn weren of saneren Ontwikkelingen Ter uitvoering van het gebiedsgerichte beleid lopen er verschillende ontwikkelingen. De belangrijkste zijn de volgende. 1. Er zijn 48 projecten benoemd die de provincie Gelderland samen met andere partijen uitvoert op de Veluwe. De belangrijkste daarvan zijn: Ecoducten, Ecologische poorten, Fietstotaalplan, Groei en Krimp, Hart van de Veluwe, Imagoversterking Veluwe, Nationaal Landschap Veluwe, P-Veluwe, Radio Kootwijk en Veluwetransferia. Voor dit bestemmingsplan relevante projecten komen verder aan de orde bij de betreffende thema's (paragraaf 3.2). 2. De provincie Gelderland heeft overeenkomsten gesloten met de drie grote terreinbeherende organisaties: Het Geldersch Landschap, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. De overeenkomsten zijn gericht op de aanleg en herstel van natuur en activiteiten om de natuur te beleven. In deze overeenkomsten is afgesproken dat de terreinbeherende organisaties 60% van de nieuwe natuur in Gelderland moeten aanleggen. De drie overeenkomsten zijn in 2008 gesloten en beslaan een periode van zes jaar. Daarnaast bestaan er provinciale subsidieregelingen voor agrarisch natuurbeheer en natuurbeheer. 3. Voor een goede afweging tussen alle belangen in de Natura 2000-gebieden stelt de provincie Gelderland met betrokken partijen beheerplannen op. Het beheerplan beschrijft de bestaande situatie van het gebied, geeft een visie op de gewenste ontwikkelingsmogelijkheden voor de lange termijn, beschrijft concrete maatregelen voor een periode van zes jaar en biedt het kader voor de vergunningverlening. Het beheerplan voor de Veluwe is in voorbereiding Visie Al het beleidskader voor de Veluwe wijst één richting op: de bescherming en ontwikkeling van de ecologische, landschappelijke en cultuurhistorische waarden, met voldoende ruimte voor binnen die waarden passende vormen van recreatie. Het gaat met name over de kwaliteiten van en Veluwe vastgesteld, maart

29 samenhangen tussen die waarden. Het streven is om één aaneengesloten grootschalig natuurgebied te realiseren. De gebiedsvisie voor het Apeldoornse deel van de Veluwe zet daarom primair in op behoud en versterking van de aanwezige ecologische, landschappelijke en cultuurhistorische waarden en in samenhang daarmee het behoud en de versterking van de recreatieve kwaliteiten van het gebied. Duurzaam waterbeheer speelt daarbij een belangrijke rol. Gebruik dat afbreuk doet aan het natuurbeleid wordt geweerd. Het betreft onder andere intensieve vormen van recreatie en intensieve veehouderijen. Nieuwvestiging en grootschalige uitbreidingen van functies als wonen en bedrijvigheid passen eveneens niet binnen de beoogde gebiedsontwikkeling. Vertaling van de gebiedsvisie in het bestemmingsplan vindt plaats door voor het natuurgebied een daarop afgestemde bestemming "Natuur" te geven. Een zwaardere, meer specifieke planologische bescherming van de actuele waarden wordt beperkt tot uitsluitend die elementen en structuren waarvoor een zodanige bescherming nodig wordt geacht. Met deze opzet wordt enerzijds een passende bescherming gegeven waar nodig en anderzijds waar mogelijk flexibiliteit geboden bij het beheer en het versterken van de gebiedswaarden. Bij het bepalen in hoeverre de natuurdoelstellingen (op basis van de Natuurberschermingswet) flexibiliteit mogelijk maakt is onderzoek verricht (Tauw, Eerste fase passende beoordeling bestemmingsplan Veluwe, 25 oktober 2011, projectnr , in vervolg aangeduid als 'ecologisch onderzoek'). Dit onderzoek is als bijlage opgenomen in dit plan. Uitkomst van het onderzoek is dat de ruimte om flexibiliteit te bieden in het bestemmingsplan beperkt is. Het bestaande legale gebruik binnen het plangebied zal positief bestemd worden. Hetzelfde geldt voor beoogde ontwikkelingen die voortvloeien uit het beleidskader en de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied niet significant aantasten. Bestaande niet direct aan het buitengebied gerelateerde functies wordt binnen een vastgelegde begrenzing enige uitbreidingsmogelijkheid geboden. Uit bovengenoemd ecologisch onderzoek is gebleken dat deze mogelijkheden geen negatief effect hebben op de wezenlijke kenmerken en waarden van het gebied. Veluwe vastgesteld, maart

30 3.2 Thema's Landschap en natuur Bestaande situatie Landschap De Veluwe is het grootste vrijwel aaneengesloten bos- en heidegebied van Nederland. De Veluwe als geheel heeft een noord-zuid richting, waarbinnen een landschappelijke zonering is te herkennen. Het betreft een zonering van west naar oost: De westzoom, overgang naar de Gelderse Vallei. De relatief open centrumzone, met grote zandgebieden en de agrarische enclave rond Uddel. De centrale boszone. De oostzoom, waarin de vele sprengenbeken markante structuren vormen. Het plangebied betreft voornamelijk delen van de relatief open middenzone en de centrale boszone. Het landschap binnen het plangebied wordt gekenmerkt door de hoge ligging op de stuwwal en bestaat uit uitgestrekt bosgebied, afgewisseld door open heide, open stuifzand, vennen en kleine agrarische enclaves. De landschappelijke afwisseling en samenhang tussen droge en natte gebieden, stilstaand en stromend water, open heidecomplexen en uitgestrekte bossen en alle tussenliggende gradiënten vormt een belangrijke peiler voor de hoge biodiversiteit op de Veluwe. Verder vormt de grote oppervlakte, de uitgestrektheid en de samenhang van de Veluwe een belangrijke peiler hiervoor. De aanwezige open ruimtes hebben een landschappelijke kwaliteit. Bebouwing ontbreekt nagenoeg in het gebied. Karakteristiek zijn het reliëf en de vele lanen en onverharde wegen. Restanten van oude loofbossen, de zogenaamde malebossen, vormen de oudste boskernen op de Veluwe. Deze zijn visueel aantrekkelijk vanwege het karakter (grillige opzet, loofhoutsoorten). Het overgrote deel van het bosgebied zijn 19e eeuwse heideontginningen, bestaande uit naaldhoutbossen. Binnen dit grote natuurgebied liggen twee dorpen: Hoenderloo en Hoog Soeren. Beide vallen buiten het plangebied. Verder komt er incidentele, verspreid liggende bebouwing voor. Bijzondere elementen in het landschap zijn het landgoed Deelerwoud en oude agrarische enclaves als Haslo, Assel, Hoog Buurlo, Ugchelen en Woeste Hoeve. Vooral de aanwezige infrastructuur en de vele rasters en omheiningen vormen barrières in het landschap en beperken de toegankelijkheid. Natuur De Veluwe vormt het grootste natuurgebied en het grootste leefgebied voor grote zoogdieren van Nederland. Het gebied combineert twee eigenschappen die in Nederland schaars zijn: reliëf en uitgestrekte bossen. Als kerngebied binnen de EHS is de Veluwe zowel nationaal als internationaal van grote betekenis voor het behoud van biodiversiteit en uitgestrekte bossen. Op de Veluwe zijn de volgende vegetaties aanwezig: Bosvegetaties: de bosvegetaties op de arme zandgronden bestaan oorspronkelijk uit Berken- Zomereikbos. Door de gunstige bosontwikkeling van de laatste decennia, die meer is gericht op ontwikkeling van "natuurbos", is sprake van een toename aan biodiversiteit. Gebiedsvreemde bosvegetaties bestaan uit cultuurhoutsoorten als fijnspar, douglas, amerikaanse eik en dergelijke. Deze vegetaties hebben weinig natuurwaarden. De bossen met de heide als foerageergebied zijn van groot belang voor roofvogels, spechten, uilen en kleine zangvogels. Veluwe vastgesteld, maart

31 Zeer waardevol zijn de heidebroedvogels, met een aantal opvallende soorten. Heidevegetaties: zowel de droge als vochtige/natte heidevegetaties herbergen een aantal bijzondere reptielen, amfibieën en vlinders. Bij vennen en leemkuilen zijn vochtige vegetaties te vinden, zoals natte heidevegetatie. De meeste vennen zijn tegenwoordig verzuurd. Door de ongewone chemische samenstelling van het zuivere water van de sprengen kennen de oevers van de sprengebeken en de sprengekoppen vaak bijzondere bronvegetaties. Waardevolle habitats in het plangebied zijn: stuifzanden, met struikheide, zandverstuivingen, vochtige heiden, droge heiden, binnenlandse kraaiheidebegroeiingen, jeneverbesstruwelen, heischrale vegetaties, actieve hoogvenen, blauwgraslanden, zwakgebufferde vennen, zure vennen, pioniersvegetaties met snavelbiezen, beken en rivieren met waterplanten, beuken-eikenbossen met hulst, eiken-haagbeukenbossen en oude eikenbossen, Het gebied kent eveneens een rijke fauna: Van het ree, edelhert en wild zwijn komen binnen Apeldoorn drie deelpopulaties voor. Deze vormen een onderdeel van de leefgebieden Zuid-Oost Veluwe, Midden Veluwe en Kroondomein Het Loo. Voorkomende roofdieren zijn vos, boommarter en das. Het leefgebied van deze soorten is echter versnipperd door de aanwezigheid van rasters, wegen en bebouwing. In het plangebied komen diverse soorten amfibieën en reptielen voor, met name in de heidegebieden, vennen en leemkuilen. Waardevolle soorten in het plangebied zijn: gevlekte witsnuitlibel, vliegend hert, kamsalamander, meervleermuis, wespendief, draaihals, zwarte specht, nachtzwaluw, roodborsttapuit, grauwe klauwier en ijsvogel. Kernkwaliteiten Kernkwaliteiten wat betreft natuur en landschap zijn: Het grootschalige samenhangende bos- en natuurgebied waarbinnen uitwisseling van planten en dieren mogelijk is, waarbinnen natuurlijke processen zo veel mogelijk ongestoord verlopen, en waarbinnen het beheer optimaal is afgestemd op de gevarieerde natuurdoelstellingen. Hierbij is zowel ruimte voor grote eenheden natuur en natuurbos als voor meer 'beheerde' natuur: multifunctioneel bos, heide, vennen en stuifzanden en de daarbij behorende flora en fauna. De uitwisselingsmogelijkheden voor planten en dieren binnen de hele Veluwe. In het bijzonder de vrije verplaatsing van herten en wilde zwijnen binnen het gehele bos- en natuurgebied van de Veluwe. De verbinding van de Veluwe met de IJsselvallei, Rijnuiterwaarden, Gelderse Vallei en Randmeerkust via verbindingszones en in de toekomst poorten en robuuste verbindingen Veluwe vastgesteld, maart

32 (Hattemer-, Wisselse, Beekberger-, Soerense, Haviker-, Renkumse, Voorthuizer- en Hierdense poort). Planten en dieren kunnen zich ongestoord verplaatsen binnen deze verbindingszones en poorten. In de poorten kunnen de abiotische processen op de overgang van Veluwe en de lagere randgebieden zo veel mogelijk ongestoord verlopen. De verwevenheid en het samengaan van cultuurhistorie en natuur in onder andere landgoederen, sprengen, oude landbouwenclaves, grafheuvels en hakhoutbossen. De beken, sprengen en beekdalen op de flanken van de Veluwe met hun hydrologische en landschappelijke samenhang met hun omgeving. Bijzondere elementen Binnen het plangebied komen een aantal, direct aan de natuur gerelateerde, bijzondere elementen voor. Het gaat om: Twee ecoducten over de rijksweg A1. De natuurobservatiepost Hazenbergen. Voorzieningen voor de jacht. Gebouwen voor natuurbeheer aan de Otterloseweg. Een voederschuur. Een wildobservatiepost in het Paleispark. Emma's Oord (wonen en natuur/parkbeheer). Een parkeerplaats nabij de Koningslaan. Geldend recht Verreweg het grootste deel van het plangebied heeft momenteel bestemmingen gericht op het behoud en herstel van de aanwezige natuurwaarden. Het betreft met name de bestemming "Natuurgebied" en daaraan verwante bestemmingen als "Bos", "Bos of parkstrook", "Bos en natuurgebied" en "Bosterreinen". De voorschriften van deze bestemmingen laten over het algemeen nauwelijks tot geen bebouwing toe. In de voorschriften is een omgevingsvergunningenstelsel voor werken en werkzaamheden opgenomen. Binnen de natuurbestemmingen komen bijzondere aanduidingen en bepalingen voor met betrekking tot onder andere ecoducten, archeologische monumenten, grafheuvels, bebouwing voor natuureducatie, picknickplaatsen en groepskamperen. Beleidskader Het plangebied bestaat vrijwel geheel uit natuur. Natuurbeleid is daardoor sterk bepalend voor de ontwikkeling van het gebied als geheel en is dan ook al, als zodanig, benoemd in paragraaf "De Veluwe, beleidskader". Aanvullend hierop is nog de volgende wetgeving en beleid relevant. Flora en Faunawet Deze wet, die zich niet beperkt tot bepaalde gebieden, regelt de bescherming van planten- en diersoorten. In de Flora- en faunawet zijn EU-richtlijnen voor de bescherming van soorten en het internationale CITES-verdrag voor de handel in bedreigde diersoorten opgenomen. De doelstelling van de wet is de bescherming en het behoud van in het wild levende planten- en diersoorten. Het uitgangspunt van de wet is 'nee, tenzij'. Dit betekent dat activiteiten met een schadelijk effect op beschermde soorten in principe verboden zijn. Van het verbod op schadelijke handelingen ('nee') kan onder voorwaarden ('tenzij') worden afgeweken, waarvoor specifiek ontheffing gevraagd moet worden. Daarnaast stelt de wet dat ook dieren die geen direct nut opleveren voor de mens van onvervangbare waarde zijn. Boswet De Boswet heeft tot doel om bossen te beschermen. In het kort zegt de Boswet: wat bos is, moet bos blijven. Bos dat wordt gekapt, moet worden herplant. Als dat niet kan op dezelfde plaats, dan Veluwe vastgesteld, maart

33 elders (compensatie). Alleen bij een groot maatschappelijk belang wijkt de Boswet. Onder de Boswet vallen alle beplantingen van bomen die groter zijn dan 10 are of, als het een rijbeplanting betreft, uit meer dan 20 bomen bestaan. Alleen bos dat buiten de bebouwde kom ligt valt onder de Boswet. Een aantal boomsoorten valt niet onder de wet. De Boswet kent drie belangrijke instrumenten: een meldingsplicht, herplantplicht en kapverbod. De minister van LNV kan een kapverbod opleggen als het natuur- en landschapsschoon ernstig geschaad dreigt te worden door de voorgenomen kap. Faunabeheer Het faunabeheer wordt in veel gevallen overgelaten aan zogenaamde beheereenheden. Gedeputeerde staten kunnen samenwerkingsverbanden van jachthouders erkennen als faunabeheereenheden ten behoeve van het beheer van diersoorten of de bestrijding van schade aangericht door dieren. Het beheer moet plaatsvinden in overeenstemming met het zogeheten faunabeheerplan. Hierin is informatie opgenomen over de bestaande en de gewenste populaties van de te beheren diersoorten. Tevens is informatie opgenomen over schade die in het verleden is opgetreden en schade die in de toekomst te verwachten is. In 2009 zijn de Gelderse faunabeheerplannen , waaronder die voor de Veluwe, goedgekeurd. Ontwikkelingen Algemeen Voor het natuur en landschap relevante ontwikkelingen zijn al genoemd in paragraaf "De Veluwe, ontwikkelingen". Het betreft: De uitvoering van diverse concrete projecten, waaronder de aanleg van een ecoduct. De aanleg en herstel van natuur door de grote terreinbeherende organisaties: Het Geldersch Landschap, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. Verder zijn in het beleidskader de volgende ontwikkelingsopgaven voor de Veluwe opgenomen: Het saneren van storende bebouwing (o.a. verblijfsrecreatie). Het ontwikkelen van de ecologische poorten tot samenhangende gebieden waarbinnen uitwisseling van soorten mogelijk is en waarbinnen een natuurlijke ontwikkeling in de gehele gradiënt van hoog/droog naar laag/nat plaatsvindt. Deze ontwikkeling vindt plaats door omvorming van landbouwgronden in natuurterrein, aangepast agrarisch beheer, aanpassing van de waterhuishouding, het versterken van het kleinschalige cultuurlandschap en het opheffen van barrières. Veluwe vastgesteld, maart

34 Het herstellen, ontwikkelen en verbinden van heide en heischrale vegetaties ten behoeve van hieraan gebonden soorten als reptielen en insecten. Het realiseren van één aaneengesloten leefgebied voor grote zoogdieren (hert, wild zwijn, das en boommarter) met verbindingen naar de uiterwaarden van IJssel en Rijn en met voldoende passeerbaarheid van de aanwezige wegen. Verminderen van de lengte aan rasters. Ontwikkelen van agrarische cultuurgronden tot graasweiden met prioriteit bij de "ecologische poorten". Aanpassen van het bosbeheer zodat een duurzame populatie van het vliegend hert zich kan ontwikkelen. Het terugdringen van de ammoniakbelasting op kwetsbare natuurdoeltypen. Natura 2000 beheerplan Veluwe Zoals in paragraaf aangegeven stelt de provincie Gelderland een beheerplan op voor het Natura 2000 gebied de Veluwe. Ondanks dat er nog geen vastgesteld plan is vereist deze ontwikkeling vanwege de samenhang met het bestemmingsplan wel aandacht. Vanwege de aanwezigheid van bepaalde habitattypen en soorten is de Veluwe aangewezen als Natura 2000 gebied. Voor de Veluwe zijn instanhoudingsdoelstellingen geformuleerd. Per soort of habitattype is bepaald of er verbetering van kwaliteit of een toename in aantallen of oppervlakte nodig is, of dat het voldoende is om de natuurwaarden te behouden door behoud van de huidige situatie. In dat kader worden vier landschapstypen onderscheiden. Deze omvatten samen de aangewezen habitattypen en soorten. De vier landschapstypen zijn: open zandlandschap, oud boslandschap, vennenlandschap en bekenlandschap. 1. Open zandlandschap Het open landschap omvat de hoge droge delen van de Veluwe. Aangewezen habitattypen en - soorten die in dit landschap voorkomen zijn: stuifzandheien met struikhei, binnenlandse kraaiheibegroeiing, stuifzanden, droge heide, jeneverbesstruwelen, heischrale graslanden, nachtzwaluw, draaihals, boomleeuwerik, duinpieper, roodborstapuit en tapuit. De instandhoudingsdoelstellingen richten zich op behoud en vergroting van het areaal, onder andere door het realiseren van verbindingen tussen de gebieden, en het verbeteren van de kwaliteit door vergroting en variatie in structuur en ontwikkeling van geleidelijke overgangen met bos. Knelpunten voor het behoud en het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen zijn: vergrassing als gevolg van stikstofdepositie vanuit landbouw en verkeer, fragmentering en versnippering door de aanplant van naaldbossen en door infrastructuren, verstoring door recreatie en toerisme, onvoldoende geleidelijke overgangen naar natte landschappen en/of boslandschappen en een tekort aan 'rafelige randen' en verdroging van vochtige locaties als gevolg van grondwateronttrekkingen en hoge verdamping. 2. Oud boslandschap Dit landschap komt voor op oude stuwwalgronden en de armere leemarme bodems. Aangewezen habitattypen en -soorten die in dit landschap voorkomen zijn: beuken- en eikenbossen met hulst, oude eikenbossen, wespendief, zwarte specht en vliegend hert. De instandhoudingsdoelstellingen richten zich op behoud en vergroting van het areaal en het verbeteren van de kwaliteit. Knelpunten voor het behoud en het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen zijn: versnippering van leefgebieden, onvoldoende samenhang in het boslandschap, onvoldoende (natuurlijke) variatie tussen gesloten en meer open, rafelige randen naar open landschap met als gevolg een te eentonig microklimaat, vergrassing, verstoring bodemfauna en verstoring voedselketen als gevolg van stikstofdepositie, het ontbreken van voldoende grote rustgebieden waar met name grote zoogdieren onverstoord kunnen verblijven en het gestaag veranderen van oude eikenbossen in eiken/beukenbossen. 3. Vennenlandschap Veluwe vastgesteld, maart

35 Het vennenlandschap omvat de natte en vochtige delen van de Veluwe. Aangewezen habitattypen en -soorten die in dit landschap voorkomen zijn: zwak gebufferde vennen, zure vennen, vochtige heide, heideveentjes, pioneervegetaties met snavelbies, drijvende waterweegbree, nachtzwaluw, grauwe klauwier, roodborstapuit, gevlekte witsnuitlibel en kamsalamander. De instandhoudingsdoelstellingen richten zich op behoud en vergroting van het areaal en het verbeteren van de kwaliteit. Knelpunten voor het behoud en het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen zijn: verdroging door wateronttrekking en hoge verdamping (door met name naaldbomen), verzuring en vermesting door stikstofdepositie vanuit landbouw en verkeer en verzuring van zwakgebufferde vennen door het opraken van de buffercapaciteit (tekort aan calcium). 4. Bekenlandschap Dit landschap wordt gevormd door de laaggelegen gebieden aan weerszijden van de beken. Aangewezen habitattypen en -soorten die in dit landschap voorkomen zijn: zwak gebufferde vennen, beken en rivieren met waterplanten, blauwgraslanden, beekbegeleidende bossen, eiken haagbeukenbossen, ijsvogel, beekprik, rivierdonderpad, gevlekte witsnuitlibel en kamsalamander. De instandhoudingsdoelstellingen richten zich op behoud en vergroting van het areaal en kwaliteitsverbetering. Knelpunten voor het behoud en het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen zijn: verdroging door verlaging waterafvoer door grondwaterwinningen en onnatuurlijke morfologie. Om de instandhoudingsdoelstellingen te behouden en te bereiken en de knelpunten te bestrijden zijn maatregelen nodig. Het grootste deel van de te nemen maatregelen vallen buiten het kader van een bestemmingsplan. Visie Natuur en landschap zijn bepalend voor het plangebied als geheel. De visie voor dit thema is dan ook al grotendeels verwoord in paragraaf "De Veluwe, visie". De daarin opgenomen belangrijkste elementen voor wat betreft natuur en landschap zijn: het behoud van de aanwezige natuur en landschapswaarden, gebruik dat afbreuk doet aan de waarden weren en de aanleg en het herstel van natuur waar mogelijk faciliteren. Terreinbeherende organisaties wordt voor zover mogelijk voldoende ruimte geboden voor het beheer, de aanleg en het herstel van natuur. De instandhoudingsdoelstellingen voor het Natura 2000 gebied Veluwe worden in achtgenomen. Inzet is om de aangewezen, specifieke habitattypen en -soorten te beschermen. De legaal aanwezige bijzondere elementen worden gehandhaafd. Omdat uit het faunabeheerplan niet de directe noodzaak naar voren komt voor de realisatie van voorzieningen ten behoeve van de jacht, zoals bijvoorbeeld hoogzitten, bestaat er geen aanleiding om nieuwe voorzieningen mogelijk te maken in dit bestemmingsplan. Indien verzoeken hiertoe zich voordoen zullen deze, op basis van de concrete locatie, worden afgewogen op ruimtelijke aanvaardbaarheid en haalbaarheid, waarbij ondermeer toetsing aan de Natuurbeschermingswet zal plaatsvinden. Veluwe vastgesteld, maart

36 Consequenties bestemmingsplan Voor de bos- en natuurgebieden wordt de bestemming "Natuur" opgenomen. De natuurbestemming is conserverend van aard en beschermt deze gebieden en de daarbinnen aanwezige waarden, onder andere met een omgevingsvergunningstelsel voor werken en werkzaamheden. De bestemmingsregeling wordt zodanig opgezet dat een goed natuurbeheer, bijvoorbeeld in de vorm van het omzetten van bos naar hei of uitbreiding van stuifzandgebieden, bij recht mogelijk is. Met de opzet van de natuurbestemming is goed uitvoering te geven aan het behoud en het bereiken van de verschillende instandhoudingsdoelstellingen vanuit Natura Zo is binnen de natuurbestemming uitbreiding van het areaal aan habitattypen en het realiseren van verbindingen daartussen mogelijk. Ook maatregelen als het verleggen van recreatieve wandel- en fietspaden en parkeerplaatsen zijn toegestaan. Ter bescherming van de instandhoudingsdoelstellingen worden verbodsbepalingen en een omgevingsvergunningenstelsel voor werken en werkzaamheden Veluwe vastgesteld, maart

37 opgenomen. Onder andere wordt geen nieuwe veehouderij toegestaan en wordt er geen nieuwe intensieve dag- of verblijfsrecreatie mogelijk gemaakt. Met een omgevingsvergunningplicht voor werken en werkzaamheden voor onder andere het aanleggen en verharden van recreatieve langzaamverkeerroutes en parkeerplaatsen, het afgraven van de bodem, het kappen van bomen en activiteiten die mogelijk het (grond)watersysteem aantasten worden de instandhoudingsdoelstellingen beschermd. Vergunningverlening zal alleen mogelijk zijn als de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied niet significant worden aangetast. Uit het uitgevoerde ecologisch onderzoek (zie bijlage) is naar voren gekomen dat met in achtneming van dit criterium vergunningverlening mogelijk is. Een nog verdergaande beschermingsregeling is niet wenselijk en noodzakelijk. De natuurwetgeving kent een eigen beschermingsregime waarmee het behoud van natuurwaarden voldoende gegarandeerd is. Delen van het landgoed Deelerwoud en de oude agrarische enclaves Haslo, Assel, Hoog Buurlo, Ugchelen, Hoenderloo en Woeste Hoeve hebben vanwege hun openheid een landschappelijke kwaliteit die bescherming vraagt. Instandhouding wordt verzekerd door het opnemen van de aanduiding "open landschap" met daaraan gekoppeld een omgevingsvergunningplicht voor het aanbrengen van hoogopgaande beplanting. Het plaatsen van nieuwe, ongewenste rasters wordt met een specifieke regeling voorkomen. Om het omzetten van agrarische gronden naar natuur mogelijk te maken wordt een daarop afgestemde wijzigingsbevoegdheid opgenomen. Randvoorwaarde hierbij is het instandhouden van de openheid en de agrarische uitstraling van de oude agrarische enclaves. De bijzondere elementen in het gebied krijgen voorzover nodig een specifieke aanduiding met een daarop afgestemde bebouwingsregeling. Voorbeelden hiervan zijn de twee ecoducten, de natuurobservatiepost en de natuurbeheerbebouwing. Veluwe vastgesteld, maart

38 3.2.2 Cultuurhistorie en archeologie Bestaande situatie Geologie en bodem De wijze van het gebruik van het landschap door de mens hangt sterk samen met hoe dit landschap van nature is ontstaan. Reliëf, bodem en grondsoort hebben een sterke invloed op de gebruiksmogelijkheden van het landschap en de ecologische kwaliteiten. Het plangebied bevindt zich op het oostelijke deel van het Veluwemassief, die geomorfologisch als stuwwal wordt aangeduid. Daarmee maakt het deel uit van de grootste, hoogste stuwwallen van Nederland en één van de indrukwekkendste van Noordwest Europa. Er zijn voor Nederland zeer steile hellingen aanwezig met een hellingspercentage tot dertig procent. In het plangebied zijn verschillende bodemsoorten aanwezig. Het betreft holtpodzolgronden, haarpodzolgronden, duinvaaggronden en de bodemsoorten van de land- en stuifduinen. De aanwezigheid van het stuwwalcomplex, duinencomplexen, droogdalen, vennencomplexen en dergelijke geeft het plangebied een grote aardkundige waarde. De rapporten "Cultuurhistorische analyse van het Centraal Veluws Natuurgebied, gemeente Apeloorn" en "Cultuurhistorische resten in het Orderbos" (zie bijlage) geven meer informatie over de geologische ontstaansgeschiedenis. Archeologie In het gebied zijn al sinds de Jonge Steentijd ( v Chr.) mensen actief. Op de Veluwe zijn uit diverse perioden van ons verleden archeologische resten bewaard gebleven. Deze archeologische waarden bestaan bijvoorbeeld uit losse (vuurstenen) gebruiksvoorwerpen uit de Steentijd, grafresten in de vorm van grafheuvels en urnenvelden, bewoningssporen en sporen van ijzerwinning. Mede op basis hiervan is een archeologische beleidskaart opgesteld. Op deze kaart staan bekende archeologische vindplaatsen en terreinen waarbij reeds is vastgesteld dat er archeologische waarden aanwezig zijn. Daarnaast is het plangebied verdeeld in zones met een hoge, middelhoge en een lage archeologische verwachtingswaarde. Deze verdeling is gebaseerd op onder andere bodemkundige, geo(morfo)logische, archeologische en historische kaarten. Deze verwachtingswaarden geven geen feitelijke vindplaatsen weer, maar de kans op het aantreffen van een archeologische vindplaats bij het uitvoeren van bodemingrepen. Cultuurhistorie De historie van het plangebied is omvangrijk en divers. Deze is aan de hand van vier thema's in beeld gebracht met de rapporten "Cultuurhistorische analyse Centraal Veluws Natuurgebied, gemeente Apeldoorn" en "Cultuurhistorische resten in het Orderbos" (zie bijlage). 1. Bewoningsgeschiedenis en nederzettingen De Veluwe kent een lange bewoningsgeschiedenis, die begint in de vroege Jonge Steentijd ( v. Chr.). Aanvankelijk woont men in zeer kleine nederzettingen die regelmatig verplaatsen. Men leeft van jagen en verzamelen, en later steeds meer van veeteelt. Naderhand wordt akkerbouw belangrijker, en worden de nederzettingen ook stabieler. Vanaf ongeveer 800 n. Chr. zijn namen van dorpen en gehuchten terug te vinden in de archieven. In deze periode is de lokale winning van ijzer een industrie van interregionaal belang. De nederzettingen hebben een sterke binding met de omgeving, dus ook erbuiten heeft de mens vele sporen in het landschap nagelaten. Sporen die iets vertellen over de leefwijze en gebruiken van vroeger. Voorbeelden van Veluwe vastgesteld, maart

39 Archeologische beleidskaart landschapselementen zijn: oude (boswachters)woningen, grafheuvels, zand- of leemkuil, bakhuis, galgenberg, ijzerkuil en zaagkuilen. De droge zandgronden waren op zich niet erg geschikt voor akkerbouw. Alleen met veel mest, vermengd met bijvoorbeeld heideplaggen, konden kleine stukken grond in gebruik zijn als akkergrond. Door deze bemesting ontstonden dikke esdekken bij de nederzettingen, zoals bij Hoog Buurlo, Haslo, Ugchelen en Woeste Hoeve. Wildwallen waren nodig om de akkers te beschermen tegen het wild. Voorbeelden van landschapselementen zijn: boswal, drift, es, greppel, heide, houtsingel, houtwal, schaapskooi en zandverstuivingen. In het plangebied komt op dit moment veel bos voor. In de prehistorie was dat ook het geval, maar tussen ongeveer de zesde en de 19de eeuw heeft toenemende ontbossing plaats gevonden, ten gevolge van het afplaggen, overbegrazing en houtkap voor brandstof voor onder andere de ijzerindustrie. Vanaf eind 19de eeuw is weer veel bos aangeplant. Vele sporen van de houtproductie, brandpreventie en afvoerwegen zijn nog te zien. Sommige percelen met (eiken)hakhout zijn echter (beduidend) ouder dan de 19de eeuw. Voorbeelden van landschapselementen zijn: laan, brandsingel, brandstrook en hakhout. Veluwe vastgesteld, maart

40 2. Verbindingen en Grenzen Op de Veluwe zijn nog veel historische routes aanwezig. Wegen die voornamelijk als handelswegen in gebruik waren, onder andere in verband met de middeleeuwse ijzerindustrie. Later zijn daar ook wegen bijgekomen die in verband staan met Paleis het Loo en de grootschalige houtproductie vanaf eind 19de eeuw. Diverse hedendaagse routes hebben zo een belangrijke historische betekenis. Daarnaast zijn er ook routes/paden die bij het grote publiek niet bekend zijn, maar in het landschap nog wel te herkennen zijn. Voorbeelden van functies van wegen zijn: jachtweg, kerkenpaden en bospaden. Eigendommen van het koninklijk huis, van de marken, kloosters en kapittels werden in het landschap aangegeven door middel van grensaanduidingen. Een aantal daarvan zijn vandaag de dag nog te zien in het landschap. Voorbeelden van landschapselementen zijn: grenspol (steen, paal of boom) en wallen die ook als grens dienden. 3. Militair en Koninklijk Het koninklijk huis is van grote invloed geweest op de inrichting van het landschap. Bij Het Loo, dat in de 17de eeuw door de Oranjes werd gekocht, werd een groot park gecreëerd dat ten dele doorloopt in het onderhavige bestemmingsplangebied, en daarbuiten groeide het 'kroondomein', dat onder andere werd gebruikt voor de jacht. De sporen hiervan hebben dan ook vaak een relatie met de jacht. Een ander groot, nog altijd bestaand, landgoed in het gebied is het Deelerwoud, ten zuidoosten van Hoenderloo. Voorbeelden van landgoedgebonden landschapselementen zijn: wildweiden, voederakkers, lanen en restanten van de waterleiding naar de fonteinen van Het Loo. In het parkbos van Het Loo zijn de restanten te vinden van een aantal 'speelforten', die halverwege de 19de eeuw werden aangelegd ter oefening. Ander militair erfgoed is te vinden ten noordwesten van Hoog Soeren, waar in het bos restanten liggen van munitieopslagplaatsen van de bezettingsmacht uit WO II. Bij de Woeste Hoeve bevindt zich een oorlogsmonument van nationaal belang. 4. Water Water speelt een grote rol in het landschap van de Veluwe. Water was voor mens en dier nodig om te leven, maar het had bijvoorbeeld ook een industriële functie voor de aandrijving van watermolens. Voorbeelden van landschapselementen zijn: bron, spreng, beek, bospoel, put en vennen. De binnen het plangebied voorkomende rijks- en gemeentelijke monumenten zijn opgesomd in de rapporten "Cultuurhistorische analyse Centraal Veluws Natuurgebied, gemeente Apeldoorn" en "Cultuurhistorische resten in het Orderbos". In deze rapporten zijn eveneens de ensembles en losse objecten binnen het plangebied gewaardeerd op hun cultuurhistorische belang. Dat is vervolgens vertaald in een cultuurhistorische waardenkaart. Veluwe vastgesteld, maart

41 Binnen het plangebied verdienen de volgende elementen en/of thema's bijzondere aandacht. 1. Laanstructuren / infrastructuur De ontwikkelingsgeschiedenis van het plangebied wordt mede zichtbaar gemaakt door de ontwikkeling van de infrastructuur. Het 'wegennet' gaf het belang van de regio en de kernen aan. In de loop van de eeuwen is het wegennet langzaam uitgebreid, waardoor het gebied steeds meer ontsloten werd. Onderdeel van de infrastructuur vormt het lanenstelsel. In het plangebied komen lanen voor met diverse achtergronden en betekenissen. Zo zijn er de lanen die een sterke binding hebben met de koninklijke geschiedenis. Van de jacht- en koningslanen is duidelijk door wie ze zijn aangelegd en met welke reden. Dit geldt ook voor de lanen die zijn aangeplant ten bate van de bosontginningen vanaf eind 19de eeuw. De lanen, veelal beukenlanen, hadden een brandwerende functie wanneer bosvakken vlam zouden vatten. Het zijn daarmee geen lanen met koninklijk elan, maar hebben een bedrijfsmatig doel gehad. Het verdient aanbeveling om de diverse soorten lanen te behouden en indien noodzakelijk te herstellen. Lanen hebben altijd een sterk cultuurhistorische achtergrond en geven tot op heden elan aan de Veluwe. 2. Landbouwenclaves De enclaves te midden van de vroegere heidevelden waren centrale plekken in de cultuurhistorie van het plangebied. Hier vond het leven plaats en hier was het mogelijk om een bestaan op te bouwen. Het leven in deze nederzettingen was nauwkeurig afgestemd op de mogelijkheden die de omgeving bood. De ouderdom van de diverse (voormalige) landbouwenclaves in het plangebied levert tevens dit bewijs. Bronvermeldingen vanaf de 9e eeuw na Chr. geven de enorme historische waarde aan. Hoog Buurlo en Haslo (voormalig Assel) zijn voorbeelden van deze centrale plekken. Behoud door ontwikkeling lijkt hier nauwelijks op van toepassing. De ontwikkelingsdruk ligt hier zo laag dat behoud door conservering hier meer voor de hand ligt. De Woeste Hoeve en het huidige Assel kennen een minder lange geschiedenis, maar leveren wel degelijk hun bijdrage aan de historie van de landbouwenclaves in het plangebied. Bij de landbouwenclaves is ook de relatie met de aanwezigheid van water van belang. Water was nodig om een bestaan op te kunnen bouwen. Bij elke landbouwenclave komt dit aspect dan ook terug. De vennen op heide en de later aangelegde waterputten voorzagen in de behoefte aan water. 3. Eikenhakhoutpercelen en bosontginning Op de Veluwse zandgronden was het eikenhakhout veel voorkomend. Het was een belangrijk onderdeel van het bestaan van een groot deel van de bevolking. Het hakhout werd gebruikt als brandstof voor huishoudens en industrie, en de eikenschors diende als grondstof voor de leerlooierij. Voor de grootschalige bosontginningen vanaf eind 19de eeuw bestonden de bossen veelal uit eikenhakhoutpercelen. Na het wegvallen van het economisch nut en de opkomst van het naaldhout zijn vele eikenhakhoutpercelen omgevormd tot naaldbossen. De eiken in de overgebleven percelen werden op éénen gezet en zorgen vandaag de dag voor een kronkelig ogend bos. Goed bewaard gebleven eikenhakhoutpercelen zijn echter schaars, maar herbergen wel een cultuurhistorische waarde en vormen een belangrijk onderdeel van de geschiedenis. In de kern van Hoog Buurlo en in de omgeving van Dikkelt zijn enkele percelen te vinden. Bij de bosaanplant in de late 19de en eerste helft van de 20ste eeuw ging het meestal om naaldhout, waar grote behoefte aan ontstond voor de constructie van mijngangen voor kolenmijnen. De grootschalige bosontginningen sinds de late 19de eeuw kenmerken zich door een stelselmatig aanplant van vakken bos. Deze structuur is nog op een aantal plaatsen goed herkenbaar, zoals ten oosten van Hoog Buurlo. Hier is de vakmatige structuur nog goed terug te zien, evenals de lanen die de vakken van elkaar scheidden. Veluwe vastgesteld, maart

42 4. Koninklijk elan / jacht De koninklijke invloed heeft de Oost-Veluwe flank tot een bijzonderheid gemaakt. De Oranjes hebben hun sporen duidelijk achtergelaten. Niet alleen letterlijk in het veld met vele objecten en landschappelijke elementen, maar ook met de spanning van de verhalen over de jacht en militaire activiteiten. Het is de status van Kroondomein het Loo die deze geschiedenis niet alleen praktisch in het landschap, maar zeker ook gevoelsmatig behoudt. Binnen de terreinen zijn dan ook diverse sporen te zien van de voormalige koninklijke aanwezigheid. Diverse voerkelders, aangelegde lanen en bebouwing geven dit deel van het plangebied een aparte status. 5. Solitaire bomen en grenspalen Solitaire grensobjecten geven de vroegere en huidige bezitsverhoudingen weer in het landschap. De invloed en verdeling van de pre-20ste-eeuwse marken is bijvoorbeeld nog steeds zichtbaar in het landschap. Ook solitaire elementen die verwijzen naar de Koninklijke geschiedenis zijn nog veelvuldig aanwezig. Solitaire bomen en andere objecten met een historische betekenis dienen dan ook behouden te blijven. 6. Tweede wereldoorlog De Tweede Wereldoorlog heeft in het plangebied toonbaar haar sporen achtergelaten. Het gebied ten oosten van Hoog Soeren herbergde een groot Duits munitie-opslagdepot - vermoedelijk zelfs het grootste depot van Europa - met 273 half ingegraven opslagplaatsen. Schuttersputjes, hekwerken en gevechtsstellingen markeerden de grenzen van het gebied. De staf van de Duitsers was gelegerd in Hotel Oranjeoord in Hoog Soeren. Het overgrote deel van de Duitsers, die ingezet werden voor de bewaking van het terrein, was gelegerd in Nieuw-Millingen. Cultuurhistorisch is het een gebied waar nog vele sporen van deze geschiedenis te zien zijn. Diverse naoorlogse springputten herinneren aan de opruimwerkzaamheden van de depots. Langs de wegen is exact te zien waar de depots hebben gestaan. Na afgraving van de gronden voor sanering is hier nieuwe grond opgekomen die een andere vegetatie laat zien. Tevens zijn aan de randen van het gebied nog plaatsen te zien waar tanks gestaan hebben om het gebied te beschermen. De sporen van de rupsbanden zijn zelfs na ruim 60 jaar nog niet uitgewist. 7. IJzerindustrie De resten van de grootschalige ijzerindustrie uit de Vroege Middeleeuwen - in de vorm van hopen ijzerslakken en kuilen waar het ruwe ijzer uit werd gewonnen - zijn elementen die behouden moeten worden voor de toekomst. Het ijzer werd gewonnen uit klapperstenen, die voorkomen in de ertsaders van de stuwwal. Door de druk van het landijs zijn deze aders schuin gezet. Voor zover bekend is dit - naast een kleine ijzerwinning op de stuwwal bij Nijmegen - de enige ijzerwinning op basis van klapperstenen. Binnen het plangebied komen rijks- en gemeentelijke monumenten voor. Deze zijn opgesomd in bijlage 3 van de "Cultuurhistorische analyse Centraal Veluws Natuurgebied, gemeente Apeldoorn". In de rapportage Cultuurhistorische panden Hoenderloo, september 2011 (zie bijlage), zijn een aantal panden in de directe omgeving van het dorp geinventariseerd met een karakteristieke waarde. Geldend recht Verreweg het grootste deel van het plangebied heeft momenteel een natuurbestemming. Deze natuurbestemmingen zijn mede gericht op de bescherming van cultuurhistorische waarde. De voorschriften van deze bestemmingen laten over het algemeen nauwelijks tot geen bebouwing toe. In de voorschriften is een aanlegvergunningenstelsel opgenomen, waarbij de instandhouding van cultuurhistorische waarden een afwegingsgrond vormt. Binnen de natuurbestemmingen komen aanduidingen voor als "grafheuvels". De regeling ter bescherming van cultuurhistorische en archeologische waarden is in het actuelere bestemmingsplan Stuwwalrand Parkzone Zuid Veluwe vastgesteld, maart

43 uitgebreider. Ondermeer belangrijke archeologische zones, open enken en monumenten zijn specifiek aangeduid en beschermd. Beleidskader Het plangebied maakt deel uit van het Nationaal Landschap Veluwe. Behoud en versterking van de cultuurhistorische waarden vormt een wezenlijk onderdeel in het beleid voor de Nationale Landschappen. De komende jaren voert de provincie Gelderland samen met gemeenten, waterschappen en andere partijen projecten uit in de Nationale Landschappen. De projecten moeten het landschap en de cultuurhistorie verfraaien en de toegankelijkheid vergroten. Het streekplan bevat een aantal specifieke uitgangspunten over cultuurhistorie. Voor de gebieden met aardkundige kwaliteiten vraagt de provincie om rekening te houden met de kwaliteiten bij bestemming, inrichting en beheer. Het plangebied is grotendeels gewaardeerd als aardkundige kwaliteit van internationaal niveau. Het hoofduitgangspunt voor cultuurhistorie is "behoud door ontwikkeling". Ruimtelijke plannen en projecten die archeologische gegevenheden in de bodem kunnen aantasten moeten zo veel mogelijk rekening houden met bekende en te verwachten archeologische waarden. Het plangebied kent overwegend een hoge en middelhoge archeologische verwachtingswaarde. Wet op de archeologische monumentenzorg In 1992 is door de lidstaten van de Raad van Europa het Europese Verdrag van Valletta gesloten, beter bekend als het Verdrag van Malta. Uitgangspunt is 'om de bodemwaarden zoveel mogelijk te beschermen door ze in de bodem te behouden'. Het verdrag heeft geleid tot de Wet op de archeologische monumentenzorg (WAMZ). Uitgangspunt van de WAMZ is om archeologische waarden te beschermen, zonder meer maatschappelijke last te veroorzaken dan nodig is. Wat er moet gebeuren, verschilt per gebied en regio, dus niet alle activiteiten zijn even ingrijpend. De WAMZ heeft vier belangrijke pijlers: archeologische waarden moeten zo veel mogelijk in de bodem (in situ) worden bewaard archeologie moet tijdig worden meegenomen in de procedures van ruimtelijke planvorming de verstoorder van het bodemarchief betaalt de kosten van archeologisch vooronderzoek en noodzakelijke volwaardige opgravingen, voorzover die kosten redelijkerwijs kunnen worden toegerekend aan de verstoorder gemeenten en provincies krijgen een belangrijke rol in de verankering van archeologie in hun ruimtelijke plannen en vergunningen; zij krijgen de ruimte om vergunningvoorwaarden genuanceerd in te vullen Provinciaal Archeologisch Kader De provincie Gelderland zet zich in voor verschillende waardevolle gebieden in Gelderland. In het Provinciaal Archeologisch Kader beschrijft de provincie hoe zij dit doet en wat ze wil bereiken. In het Provinciaal Archeologisch Kader wordt bijvoorbeeld beschreven hoe de provincie Gelderland de gebieden van provinciaal belang heeft geselecteerd. Daarnaast wordt aangegeven welke ambities de provincie met deze gebieden heeft. En hoe ze deze ambities samen met gemeenten en andere partners wil realiseren. Ook staat hierin beschreven hoe de provincie omgaat met de taken en bevoegdheden die zij door de WAMZ gekregen heeft. Nota I-cultuur De nota I-cultuur is door de gemeenteraad vastgesteld op 16 februari Kern van de nota is dat cultuurhistorie van essentieel belang is voor de identiteit van Apeldoorn. De kwaliteiten van de woonwijken, de binnenstad, de dorpen en het afwisselende buitengebied gelden als leidraad voor nieuwe ontwikkelingen. Cultuurhistorie levert bouwstenen aan om ruimtelijke projecten mogelijk te maken met behoud van identiteit. Hiervoor wordt een cultuurhistorische analyse van een gebied Veluwe vastgesteld, maart

44 gemaakt. Daarmee ontstaat inzicht in de aanwezige (boven- en ondergrondse) cultuurhistorische waarden. Naast het vastleggen van kennis over landschap, geomorfologie, stedenbouw, archeologie en architectuur geeft de analyse aanbevelingen over de inzet van deze waarden in nieuwe ontwikkelingen. Bij de nota horen een archeologische en een cultuurhistorische beleidskaart. Archeologische beleidskaart De archeologische beleidskaart doet op perceelsniveau een uitspraak over de trefkans van archeologische resten. De trefkans kent drie gradaties: 1 Hoge trefkans: bij ruimtelijke ontwikkelingen is archeologisch onderzoek verplicht. Gestreefd wordt naar behoud van archeologische waarden. 2 Gemiddelde trefkans: bij ruimtelijke ontwikkelingen is archeologisch bureauonderzoek verplicht, afhankelijk van de uitkomsten kan veldonderzoek verplicht worden. Gestreefd wordt naar behoud van archeologische waarden. 3 Lage trefkans: bij ruimtelijke ontwikkelingen is een archeologische quick-scan vereist, afhankelijk van de resultaten wordt vervolgonderzoek aanbevolen. Behoud van archeologische waarden wordt aanbevolen. Cultuurhistorische beleidskaart Op de cultuurhistorische beleidskaart staat de mate waarin de cultuurhistorische waarden een rol zullen spelen bij ruimtelijke plannen. De attentiewaarde kent drie gradaties: 1 Hoge attentiewaarde: bij ruimtelijke ontwikkelingen is cultuurhistorisch onderzoek verplicht. Gestreefd wordt naar behoud, herstel en versterking van de cultuurhistorische waarden. 2 Gemiddelde attentiewaarde: bij ruimtelijke ontwikkelingen is cultuurhistorisch bureauonderzoek verplicht. Gestreefd wordt naar behoud, herstel en versterking van de cultuurhistorische waarden. 3 Lage attentiewaarde: bij ruimtelijke ontwikkelingen is een cultuurhistorische quick-scan naar objecten verplicht. Aanbevolen wordt om cultuurhistorische waarden te behouden, herstellen en te versterken. In de nota is vastgelegd dat gebieden met de hoogste cultuurhistorische waarden in het bestemmingsplan een beschermende regeling krijgen. Het plangebied kent hoge en middelhoge archeologische attentiewaarde en hoge, gemiddelde en lage cultuurhistorische attentiewaarden. Ontwikkelingen Ontwikkelingen zijn niet bekend. Visie Het plangebied kent een grote variatie aan, deels unieke en hoge, aardkundige, archeologische en cultuurhistorische waarden. Deze waarden zijn bepalend geweest voor de ontwikkeling van de Veluwe en geven het gebied het huidige bijzondere, unieke karakter. Bescherming van deze waarden is van groot belang om dat karakter te behouden. Binnen de kaders van de totale ruimtelijke visie van het plangebied wordt gebruik dat afbreuk doet aan de aardkundige, archeologische en cultuurhistorische waarden geweerd, herstel van de waarden wordt zoveel mogelijk gefaciliteerd. Veluwe vastgesteld, maart

45 Consequenties bestemmingsplan Vanwege de visie voor de Veluwe, die zich richt op bescherming en herstel van de aanwezige waarden, is de opzet van het bestemmingsplan conserverend van aard. Bescherming van de aardkundige, archeologische en cultuurhistorische waarden past daar goed in. De overwegend voorkomende natuurbestemming kent een omgevingsvergunningenstelsel voor werken en werkzaamheden, waarbinnen het egaliseren, ophogen en afgraven van gronden vergunningplichtig wordt. Eenzelfde verplichting wordt opgenomen voor de aanduiding "Cultuurhistorische gebied". Met het opnemen van het criterium aan vergunningverlening dat aardkundige waarden behouden moeten blijven worden deze voldoende beschermd. De regeling voor het behoud van archeologische waarden sluit aan op de standaard werkwijze binnen de gemeente, waarbij op basis van de WAMZ en de archeologische beleidskaart uit de nota I- cultuur, voor de gebieden met een hoge en gemiddelde trefkans de dubbelbestemmingen "Waarde - Archeologie Hoog" en "Waarde - Archeologie Middelhoog" worden opgenomen. Deze dubbelbestemmingen bevatten regels voor het bouwen en het uitvoeren van werken en werkzaamheden, gericht op bescherming van de archeologische waarden. Uit de uitgevoerde analyses zijn de specifieke cultuurhistorische waarden van het plangebied in beeld gebracht, wat een daarop gebaseerde specifieke regeling in het bestemmingsplan mogelijk maakt. Waardevolle gebieden, waaronder lijnelementen, krijgen de aanduiding "Cultuurhistorisch gebied", tenzij de onderliggende bestemming danwel aanduiding al voldoende bescherming geeft. Met een specifiek op het behoud van deze gebieden gericht omgevingsvergunningenstelsel voor werken en werkzaamheden worden deze beschermd. Waardevolle bebouwing, waaronder karakteristieke panden, krijgt de aanduiding "Cultuurhistorische bebouwing", tenzij de onderliggende bestemming al voldoende bescherming biedt. Noodzaak van die aanduiding is dat deze bebouwing overwegend in de natuurbestemming staat, waarbinnen onder andere gebouwen niet zijn toegestaan. Met een specifieke aanduiding wordt de waardevolle bebouwing positief bestemd en beschermd en kan deze indien nodig hersteld worden. Bescherming tegen tenietgaan wordt geboden door het opnemen van een omgevingsvergunningstelsel met betrekking tot sloop. Rijks- en gemeentelijke monumenten worden deels beschermd met bovengenoemde regelingen.. De Monumentenwet 1998 en de gemeentelijke monumentenverordening kennen overigens een eigen beschermingsregime waarmee het behoud van de monumenten gegarandeerd is. Veluwe vastgesteld, maart

46 3.2.3 Water Bestaande situatie Grondwater Het plangebied behoort tot het infiltratiegebied van het watersysteem van de Veluwe. De grondwaterspiegel ligt tussen de 10 en 60 meter onder het maaiveld. Een deel van het grondwater komt aan de randen van de Veluwe als kwelwater aan de oppervlakte, vooral in de sloten van de lage gebieden aan weerszijden van de IJssel. Daarom wordt het centraal veluws massief wel de "blauwe motor" genoemd voor de Veluwerand en het gebied langs de IJssel. Drinkwater De Veluwe bevat een grote hoeveelheid schoon en zoet grondwater. Binnen het plangebied ligt nabij Hoenderloo een waterwingebied. Dat gebied wordt omringd door een grondwaterbeschermingsgebied. Een deel van een bij de stad Apeldoorn liggend grondwaterbeschermingsgebied nabij de Amersfoortseweg ligt eveneens in het plangebied. Oppervlaktewater In de helling van de Veluwestuwwal komt het grondwater dicht aan de oppervlakte. Op de plaatsen waar grond- en kwelwater dicht aan de oppervlakte kwam, werden vanaf de 16e eeuw sprengkoppen uitgegraven die een stelsel van gekanaliseerde beken (sprengen) voedden. De sprengen dienden onder meer als drinkwatervoorziening en als krachtbron voor (papier)watermolens en wasserijen. Toen andere energiebronnen beschikbaar kwamen raakten de sprengen buiten gebruik. In de oostkant van de Veluwe liggen verschillende sprengenbeken, zoals de Wenumse beek, de Beekbergsche beek, de Schoolbeek en de Orderbeek. Deze laatste twee beken liggen voor een deel in het plangebied. Daarnaast zijn in het plangebied enkele vennen en drinkwaterputten aanwezig. Deze liggen onder andere op de Asselsche heide. Geldend recht Het waterwingebied nabij Hoenderloo is in het geldend bestemmingsplan als zodanig bestemd. Het oppervlaktewater en de grondwaterbeschermingsgebieden binnen het plangebied maken deel uit van natuurbestemmingen. Water van het Hoogste Ecologische Niveau (HEN) is binnen bestemmingsplan Stuwwalrand Parkzone Zuid specifiek beschermd. Beleidskader Grondwater Verdroging van de Veluwe vormt een risico voor de aanwezige natuur. Provincie en Waterschap voeren beleid om verdroging tegen te gaan. Daartoe zijn TOP-lijstgebieden aangewezen. Dat zijn gebieden waar maatregelen nodig zijn. Binnen het plangebied komen geen TOP-lijst gebieden voor. In samenhang worden voor het gebied rondom de TOP-lijstgebieden Gewenste Grond- en Oppervlaktewaters Regiems (GGOR) vastgesteld. Een deel van een GGOR ligt binnen het plangebied (ten zuidoosten van Hoenderloo). Het oostelijk deel van het plangebied is in het Waterplan Gelderland aangemerkt als een zone die extra gevoelig is voor grondwateroverlast, de grondwaterfluctuatiezone. Het is van belang Veluwe vastgesteld, maart

47 om bij stedelijke ontwikkelingen in deze zone hier in het proces van de watertoets rekening mee te houden en zonodig maatregelen te nemen. Drinkwater Het doel van grondwaterbeschermingsgebieden is er voor te zorgen dat het grondwater op eenvoudige wijze (zonder ingrijpende en kostbare zuivering) kan worden gebruikt voor de bereiding van drinkwater. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in waterwingebieden (begrensd door de z.g. 1jaarszone) en grondwaterbeschermingsgebieden (begrensd door de z.g. 25-jaarszone). De waterwingebieden omvatten de directe omgeving van het puttenveld. Het belang van de waterwinning is hier zo evident, dat alleen bestemnmingen zijn toegestaan die geen negatief effect kunnen hebben op de kwaliteit van het grondwater. De mogelijkheden tot uitbreiding van al aanwezige bebouwing (anders dan voor de waterwinning) moeten tot het uiterste worden beperkt. In het overige deel van de grondwaterbeschermingsgebieden (de 25-jaarszones) zijn nieuwe bestemmingen met grotere grondwaterrisico's dan bestaande niet acceptabel. Uitbreiding van bestaande activiteiten mag ook geen hoger risico opleveren (stand still). Er wordt gestreefd naar vermindering van risico's (step forward). Oppervlaktewater De Schoolbeek, Orderbeek en de vennen binnen het plangebied zijn aangemerkt als oppervlaktewater van het Hoogste Ecologische Niveau. Verder zijn delen van het plangebied aangemerkt als natte landnatuur. De gehele EHS, dus ook de natte delen daarvan, en de HENwateren behoren tot het groenblauwe raamwerk. Rondom natte natuur en HEN-wateren gelden beschermingszones. Voor de natte delen van de EHS en de HEN-wateren geldt dat ruimtelijke ingrepen/ontwikkelingen niet mogen leiden tot verlaging van de grondwaterstand in en om de natte natuur of (bij wateren) tot verslechtering van de waterkwaliteit en aantasting van de morfologie van de beken en waterlopen. Voor een bufferzone ten behoeve van de waterkwaliteit bij HEN-wateren wordt uitgegaan van een 15 m. brede zone aan weerszijden van het HEN-water zelf en 10 m. aan weerszijden van de toestromende A-watergangen waarin het gebruik van mest en bestrijdingsmiddelen wordt geweerd. In het bestemmingsplan dient de nieuwvestiging van teelten die dergelijke middelen gebruiken voorkomen te worden. Bestaande agrarische bedrijfsvoering wordt door deze zones niet belemmerd. De bescherming van de natte delen van de EHS, de HEN-wateren en de bijbehorende beschermingszones dienen in bestemmingsplannen te worden geregeld. Er vindt afstemming plaats met de regelingsmogelijkheden die de Keur biedt, met als uitgangspunt dat wat met de Keur kan worden geregeld, niet alsnog in het bestemmingsplan hoeft te worden geregeld Ontwikkelingen Ontwikkelingen zijn niet bekend. Veluwe vastgesteld, maart

48 Visie Ondanks het feit dat binnen het plangebied geen grootschalige stedelijke ontwikkelingen zijn voorzien verdient bescherming van het grondwaterpeil toch aandacht. Bepaalde werkzaamheden kunnen negatieve gevolgen hebben voor het (grond)watersysteem, met als mogelijke consequentie verdroging of vernatting en daarmee negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen op basis van Natura Dergelijke effecten moeten voorkomen worden. Bescherming van de kwaliteit van het grondwater is vanwege het gebruik als drinkwater noodzakelijk binnen aangewezen grondwaterbeschermingsgebied en waterwingebied. Dit door geen nieuw gebruik en bebouwing toe te staan die een negatief effect kunnen hebben op het grondwater binnen het beschermingsgebied en door geen ander gebruik en bebouwing toe te staan dan bestaand en ten dienste van waterwinning binnen het wingebied. Voor het instandhouden van de kwaliteit van HEN-water dient verlaging van de grondwaterstand en verslechtering van de waterkwaliteit en aantasting van de morfologie van de beken en waterlopen voorkomen te worden. Consequenties bestemmingsplan De grondwaterbeschermingsgebieden en het waterwingebied krijgen de aanduiding "Milieuzonegrondwaterbeschermingsgebied" en "Milieuzone-waterwingebied". Het aanwezige HEN-water inclusief de bijbehorende beschermingszone krijgt de aanduiding "ecologisch water". Binnen deze aanduidingen gelden bouw-, gebruiks- en verbodsregels en een omgevingsvergunningstelsel voor werken en werkzaamheden, gericht op de bescherming van respectievelijk de grondwaterkwaliteit en de grondwaterstand, waterkwaliteit en morfologie van de beken, vennen en waterlopen. De overige natte natuur maakt deel uit van de bestemming "Natuur" en wordt binnen dat kader beschermd. Ter bescherming van het (grond)watersysteem wordt voor het gehele plangebied een omgevingsvergunningplicht voor werken en werkzaamheden in het leven geroepen. Vergunningverlening zal alleen mogelijk zijn als de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied niet significant worden aangetast. Uit het uitgevoerde ecologisch onderzoek (zie bijlage) is naar voren gekomen dat met in achtneming van dit criterium vergunningverlening mogelijk is. Veluwe vastgesteld, maart

49 3.2.4 Landbouw en bosbouw Bestaande situatie In het plangebied komt één agrarisch bedrijf voor. Het betreft Haslo 1 (akkerbouw). Intensieve veehouderij is niet aanwezig. Op het perceel Assel 12 is een huifkarcentrum aanwezig waar circa 20 pony's en paarden aanwezig zijn. Binnen het landgoed Deelerwoud bevindt zich een land- en bosbouwbedrijf dat zich bezig houdt met de teelt van zaaigranen voor biologische landbouw, het houden van rundvee en bosbouw ten behoeve van houtverkoop voor de meubelindustrie. Daarnaast zijn er op het landgoed een aantal kleinschalige landbouwterreinen. Nabij Hoog Buurlo heeft Staatsbosbeheer een schaapskooi in beheer (Hoog Buurlo 3 en 5). Aan de rand van het dorp Hoenderloo komen verspreide, kleinschalige terreinen voor met een (semi)-agrarisch gebruik. De in het plangebied aanwezige landbouwgronden hebben een beperkte landbouwkundige productiebetekenis. De oude agrarische enclaves Haslo, Assel, Hoog Buurlo, Ugchelen en Woeste Hoeve en de agrarische gronden van landgoed Deelerwoud hebben een cultuurhistorische en, vanwege hun openheid, een landschappelijke waarde. Het plangebied heeft verder een functie voor houtproductie in combinatie met natuurbeheer. Geldend recht Verspreid over het plangebied komen verschillende locaties voor met een agrarische bestemming. Het betreft overwegend locaties waar geen bebouwing is toegelaten, waarbij de voorschriften zich mede richten op behoud en herstel van natuurwaarden. In de voorschriften is een daarop gericht aanlegvergunningenstelsel opgenomen. Voor zeven locaties is een agrarisch bouwperceel opgenomen in de geldende plannen. Beleidskader Uitgangspunt voor het ruimtelijk beleid is dat de bedrijfsontwikkeling in de landbouw wordt gefaciliteerd onder voorwaarden van economische en ecologische duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit. De provincie beschouwt voedselproductie en bloemen/plantenteelt als de primaire functie van agrarische bedrijven. Gecombineerd met productie zijn er tal van mogelijkheden zoals nietagrarische productie, landschapsbeheer en zorgverlening. Ligging in het groenblauwe raamwerk of multifunctioneel gebied geven daarbij verschillende ontwikkelings- en transformatiemogelijkheden. Grondgebonden landbouw De grondgebonden landbouw speelt een belangrijke rol als beheerder van het landelijk gebied. Dergelijke bedrijven dienen voldoende perspectief te houden. Zij krijgen ruimte om hun agrarische activiteiten uit te breiden. Bij de groei wordt op grond van wet- en regelgeving in het kader van milieu en dierenwelzijn winst geboekt. De groei wordt door het ruimtelijk beleid gefaciliteerd. Nieuwvestiging (oprichting van een nieuw bouwperceel) van volwaardige grondgebonden melkveebedrijven en akkerbouwbedrijven is niet toegestaan in het groenblauwe raamwerk. Intensieve veehouderij Het plangebied is aangewezen als extensiveringsgebied, waar het primaat ligt bij de natuur. Nieuwvestiging en hervestiging van of omschakeling naar intensieve veehouderij is niet toegestaan Veluwe vastgesteld, maart

50 Veluwe vastgesteld, maart

51 Nevenactiviteiten Neveninkomsten uit andere bron dan voedselproductie kunnen voor een deel van de grondgebonden landbouwbedrijven belangrijk zijn voor vergroting van hun economische levensvatbaarheid. Bijkomend maatschappelijk voordeel is dat de, met de melkveehouderij en andere grondgebonden takken samenhangende, landschappen kunnen worden onderhouden. De provincie wil daarom ook niet-agrarische activiteiten ruimte bieden. Het is mogelijk om voor agrarische bedrijven in bestemmingsplannen te regelen dat bij recht maximaal 25% van het bebouwd oppervlak tot een maximum van 350 m² van de bedrijfsgebouwen te gebruiken is voor niet-agrarische nevenfuncties. Randvoorwaarde is dat de nevenfunctie qua oppervlak en inkomensvorming ondergeschikt moet blijven aan de hoofdfunctie. Als voorwaarden gelden dat er geen aanzienlijke verkeersaantrekkende werking optreedt en dat er geen detailhandel plaatsvindt anders dan verkoop van lokaal geproduceerde agrarische producten. Buitenopslag is niet toegestaan. Bedrijfswoning Vanuit bedrijfsmatig oogpunt is een bedrijfswoning bij een agrarisch bedrijf over het algemeen noodzakelijk. Het kan gelet op de bedrijfsvoering gewenst zijn om een tweede bedrijfswoning te realiseren. Dit wordt beoordeeld aan de hand van drie criteria: de aard, omvang en continuïteit van het bedrijf. De tweede bedrijfswoning moet nodig zijn voor controle en toezicht buiten normale werkuren en op niet te voorziene tijdstippen. Kassen Voor bedrijven met glastuinbouw als neventak of in gemengde bedrijfsvoering geldt dat de huidige omvang van de glasopstanden per bedrijf bij recht eenmalig mag worden vergroot met maximaal 20%. Teeltondersteunende voorzieningen Teeltondersteunende voorzieningen (TOV) zijn voorzieningen die toegepast worden om de teelt van groente, fruit, bomen of potplanten te bevorderen en te beschermen. Onder TOV worden onder andere verstaan tunnelkassen, containerteelt, schaduwhallen, hagelnetten, stellingen en regenkappen. Uitgangspunt is dat binnen het groenblauwe raamwerk TOV niet zijn toegestaan. Dit verbod geldt niet bij TOV-toepassing voor grondgebonden landbouw binnen de EHS verweving, aangezien aan de grondgebonden landbouw een blijvende rol is toegedicht. Eveneens geldt dit uitgangspunt niet voor de landbouw binnen de waterbergings(zoek)gebieden. Paardenbakken Oprichten van paardenbakken is op basis van de gemeentelijke nota "Paardenbakken, stapmolens en lichtmasten in de apeldoornse bestemmingsplannen" in natuur in principe uitgesloten. Bosbouw Bossen in Gelderland zijn bij uitstek gebieden met meervoudig ruimtegebruik: ze zijn van groot belang voor recreatie en toerisme, ze hebben aanzienlijke landschappelijke en ecologische betekenis, ze zijn van belang voor de houtproductie, ze beschermen de grondwaterwinning, en een belangrijk deel van de Gelderse bossen is van grote cultuurhistorische betekenis. De ruimtelijke doelen van het bosbeleid zijn: behoud, bescherming en kwalitatieve verbetering van het bestaande bos en uitbreiding van het bosareaal voor zowel natuur, recreatie als houtproductie. Houtproductie behoort ook in een groot gedeelte van de bossen van de EHS tot het nagestreefde meervoudig ruimtegebruik. Functieverandering Vanwege ontwikkelingen in de land- en tuinbouw verliezen in de komende periode veel (vooral agrarische) gebouwen en bouwpercelen in het buitengebied hun huidige functie, of hebben die Veluwe vastgesteld, maart

52 functie al verloren. Om te bevorderen dat deze gebouwen op een goede wijze kunnen worden (her)gebruikt is op regionaal niveau functieveranderingsbeleid vastgesteld in de nota "Waar stallen verdwijnen, oude erven, nieuwe functies". Op basis hiervan is het mogelijk om in ruil voor het hergebruik of de sloop van (voormalige) agrarische opstallen en onder voorwaarden de agrarische functie te veranderen naar wonen of werken. Ontwikkelingen Op het merendeel van de in de geldende bestemmingsplannen opgenomen agrarische bouwpercelen is geen sprake meer van agrarische activiteiten en is de bedrijfsbebouwing gesloopt. In een aantal gevallen vindt alleen nog bewoning plaats. Staatsbosbeheer heeft landbouwgronden aangekocht. Deze worden omgezet naar natuur. Visie De agrarische functie binnen het plangebied is beperkt. Het vergroten van deze functie wordt niet verwacht. Realisatie van nieuwe agrarische bouwpercelen of vestiging van (intensieve) veehouderij past niet binnen de visie voor het gebied als geheel die zich richt op bescherming en ontwikkeling van de ecologische, landschappelijke en cultuurhistorische waarden. De aanwezige agrarische activiteiten en productiegronden worden gehandhaafd. Om de agrarische bedrijvigheid voldoende perspectief te bieden wordt enige uitbreidingsmogelijkheid geboden van de nu aanwezige bebouwing. Er wordt ruimte geboden voor houtproductie. De houtproductie mag niet ten koste gaan van specifieke gebiedskwaliteiten, zoals bijvoorbeeld het oude boslandschap en cultuurhistorische waarden. Met de Boswet en Natuurbeschermingswet worden deze al in belangrijke mate beschermd. Nevenactiviteiten zijn aanvaardbaar als deze een rechtstreekse binding hebben met het gebied. Zo kan de agrarische bedrijvigheid bijdragen aan het beheer van het natuurgebied en aan het instandhouden van de daarin aanwezige waarden. Kleinschalige en extensieve vormen van recreatie, zoals een recreatief rustpunt en Bed&Breakfast, worden passend geacht mits geen nadelige effecten optreden voor de in het gebied aanwezige waarden. Gelet op aard en schaal van de agrarische bedrijvigheid en de gebiedskwaliteiten wordt het aantal bedrijfswoningen per bedrijf beperkt tot één en worden nieuwe teeltondersteunende voorzieningen en kassen niet toestaan. Wat betreft paardenbakken en functieverandering wordt het geldend beleid gevolgd. Om uitvoering van de doelstellingen voor het behoud en ontwikkeling van natuur mogelijk te maken wordt de mogelijkheid geboden om agrarische gronden om te zetten naar natuur. Dit mag echter niet ten koste gaan van aanwezige waarden en gebiedskwaliteiten. Consequenties bestemmingsplan De agrarische gronden krijgen de bestemming "Agrarisch". Voor de percelen Haslo 1, Hoog Buurlo 3/5 en Deelerwoud wordt een agrarisch bouwvlak opgenomen, gebaseerd op de aanwezige bebouwing en enige uitbreidingsmogelijkheid. Nieuwe veehouderij wordt uitgesloten. Geldende agrarische bestemmingen die feitelijk niet meer aanwezig zijn worden bestemd conform de bestaande situatie. Binnen de agrarische bestemming wordt recreatief medegebruik, zoals wandelen, fietsen en hobbymatig weiden van vee, mogelijk gemaakt. Een afwijkingsbevoegdheid wordt opgenomen voor nevenactiviteiten bij een agrarisch bedrijf zoals een recreatief rustpunt, natuurbeheer en bed&breakfast. Tweede bedrijfswoningen, nieuwe teeltondersteunende voorzieningen en kassen worden niet mogelijk gemaakt. Functieverandering vraagt zodanig maatwerk dat een algemene regeling in bestemmingsplan niet goed mogelijk is. Veluwe vastgesteld, maart

53 Binnen de natuurbestemming is bosbouw en houtproductie toegestaan. Een omgevingsvergunningplicht voor het kappen van bomen voorziet in de bescherming van aanwezige waarden. Een wijzigingsbevoegdheid maakt, onder voorwaarden, het omzetten van de agrarische bestemming naar een natuurbestemming mogelijk Veluwe vastgesteld, maart

54 3.2.5 Landgoed Bestaande situatie Binnen het plangebied is één landgoed aanwezig. In het zuidelijke deel, direct aan het dorp Hoenderloo, ligt het landgoed Deelerwoud. Dit relatief jonge landgoed is aangelegd bij de verdeling van de marken. De grotendeels boomloze gronden van de Speldermark werden in de 2e helft van de 19e eeuw omgevormd tot gronden voor de bosbouw, landbouw en de jacht. In 1851 was al 545 hectare van het landgoed ontgonnen. Hoofdzakelijk in gebruik genomen door de bosbouw. Voor landbouwgrond was 4 hectare beschikbaar. Daarnaast werd 23 kilometer lanen aangelegd. De 1e eigenaar van het gebied, Del Court, liet diverse woningen bouwen die onder andere bestemd waren als boswachterswoning. Na Del Court werden de bezittingen verdeeld en werd er in 1904 en 1905 een kasteelachtig landhuis gebouwd. Zo werden begin 20e eeuw meer objecten aan het landgoed toegevoegd en vonden er ook landschappelijke ingrepen plaats. Er werd onder meer een toegangsweg tussen het huis en het dorp Hoenderloo aangelegd en werd er een koetshuis gebouwd. Het landhuis werd tevens diverse malen uitgebreid en gemoderniseerd. In die periode vond ook een uitbreiding van de landbouwgronden en een intensivering van de bosbouwactiviteiten plaats. Het landhuis is in 1945 door een bombardement een groot deel van haar oorspronkelijke luister kwijtgeraakt. De tuinaanleg rond het huis is door Leonard Springer ontworpen, maar nu sterk in verval. Het landgoed heeft een bijzondere cultuurhistorische waarde door de verwijzing naar de historische ontwikkelingen in dit deel van de gemeente Apeldoorn. Hier vormt het bij Hoenderloo gelegen Deelerwoud een uitstekend voorbeeld van 19e eeuwse landgoedontwikkeling, zoals die ook elders op de Veluwe, veelal op de oude markegronden, tot stand kwamen. n de opzet van het landgoed met verschillende voor de betreffende bedrijfsvoering evenals bewoning bestemde bouwdelen neemt het landhuis een cruciale positie in, als reflectie van de woonactiviteiten van de landheer. Alhoewel het oorspronkelijke kasteeltje verloren ging, weerspiegelt het huidige huis nog altijd de historische betekenis van Deelerwoud. In zijn opzet en vormgeving geeft het bouwwerk een goede indruk van de ideeën over landgoedbewoning zoals die na de oorlog bestonden. In deze betekenis heeft het landhuis een typologische waarde als voorbeeld van de (versoberde) leef- en woonsituatie van een landgoedeigenaar in de 2e helft van de 20e eeuw. De nu nog over het landgoed verspreide bebouwing bestaat naast het landhuis uit een poortgebouw (2 woningen), een (voormalig) koetshuis/woning, een boswachterswoning, een grote boerderij met watertoren, een voormalig boerderijtje met bakhuis en een woning (aan de westzijde van het landgoed). Geldend recht De geldende bestemmingen voor het Landgoed Deelerwoud zijn afgestemd op de eind jaren zeventig bestaande situatie (oa agrarisch, natuurgebied, agrarische industrie, landgoedbebouwing). Beleidskader Provinciaal beleid laat nieuwvestiging van landgoederen binnen het overgrote deel van het plangebied niet toe. Op basis van maatwerk zijn er mogelijkheden voor functieverandering van bestaande landgoederen als geheel. De kwetsbaarheid van de omgeving is leidend voor de beoordeling van dergelijke functieveranderingen. Veluwe vastgesteld, maart

55 Ontwikkelingen Veluwe vastgesteld, maart

56 Een aantal partijen, waaronder de eigenaar van het landgoed Deelerwoud, werken aan een toekomstvisie voor het landgoed. Daarbij wordt geacht aan nieuwe bebouwing en functies. Onderdeel van de visie zal zijn om een deel van de bestaande bebouwing te renoveren en nieuwe functies te geven. Visie Nieuwvestiging van landgoederen binnen het overgrote deel van het plangebied is niet mogelijk. Als er een concreet initiatief komt voor een locatie waar wel mogelijkheden bestaan zal deze afzonderlijk getoetst worden. Deelerwoud is een groot landgoed met natuur en cultuurhistorische waarde. Het landgoed, dat momenteel grotendeels is afgesloten door hekken en daardoor zeer beperkt toegankelijk is, verkeert in een slechte staat van onderhoud. Vanuit diverse belangen is het wenselijk om het landgoed meer toegankelijk te maken en de aanwezige waarden te behouden en te versterken. Een betere toegankelijkheid voor zowel wild als recreanten draagt bij aan het beleid om de Veluwe verder te ontwikkelen tot één aaneengesloten natuurgebied en het benutten van de recreatieve potenties van het gebied. Om dat te bereiken zijn nieuwe functies wenselijk die kunnen bijdragen aan die beoogde ontwikkeling. De haalbaarheid hiervan zal voor een groot deel afhangen in hoeverre deze inpasbaar zijn binnen het Natura 2000-gebied, waar het landgoed in ligt. Consequenties bestemmingsplan De visievorming voor het landgoed en onderzoek naar de haalbaarheid daarvan is niet in een zodanig vergevorderd stadium dat opname in dit bestemmingsplan mogelijk is. In het bestemmingsplan wordt het landgoed bestemd overeenkomstig de feitelijk bestaande situatie (bebouwing en gebruik). Concreet houdt dit in de bestemmingen Natuur en Agrarisch, waarbij de aanwezige bebouwing een agrarisch bouwperceel (ter plaatse van de grote boerderij) of een woonbestemming krijgt. Veluwe vastgesteld, maart

57 3.2.6 Recreatie Bestaande situatie De Veluwe heeft vooral vanwege de aanwezige landschappelijke, natuur en cultuurhistorische waarden een belangrijke recreatieve functie. Fietsen, wandelen en paardrijden zijn populaire vormen van dagrecreatief gebruik. De verblijfsrecreatieve voorzieningen binnen het plangebied zijn beperkt. Aanwezige recreatieve voorzieningen in het plangebied zijn: Rabitt Hill Dit verblijfsrecreatiepark van Landal Greenparks ligt aan de Grevenhout 21. Het betreft het enige grootschalige recreatiepark binnen het plangebied. Op het park zijn 292 recreatiewoningen en 150 plaatsen voor kampeer middelen aanwezig. Verder bevinden zich op het park voorzieningen (o.a. winkel, zwembaden, horeca). Landgoedcamping Westerwolde Het betreft een camping aan de Alverschotenseweg 21 met 93 plaatsen voor kampeermiddelen en voorzieningen in de vorm van een loods/sanitaire ruimte. De camping richt zich met name op natuurliefhebbers. Recreatieterrein Hoog Buurloseweg Dit terrein ten noorden van de Hoog Buurloseweg is in gebruik bij de Nederlandse Caravan Club. Er zijn 15 plaatsen voor kampeermiddelen aanwezig die het hele jaar in gebruik zijn. Op het terrein staan enkele kleinschalige voorzieningengebouwtjes. Recreatieterrein Otterloseweg Ten westen van de Otterloseweg ligt recreatieterrein De Kooiberg. Aanwezig zijn 20 plaatsen voor kampeermiddelen en een kleine sanitaire ruimte. Dagrecreatieterrein 't Leesten Aan de Otterloseweg ligt dit terrein dat gericht is op dagrecreatie. Aanwezige voorzieningen zijn een kiosk, een speelweide en een groot parkeerterrein. Het vormt een startpunt voor wandelaars. Huifkarcentrum De Kronkel Op Assel 12 is een huifkarcentrum aaanwezig. Vanuit het perceel worden huifkartochten en paardrijdtochten uitgevoerd. Gemiddeld zijn zo'n zes karren gelijktijdig in gebruik. Op het perceel en in de omgeving vinden tevens spelactiviteiten plaats, vrijwel uitsluitend in weekenden in het vooren najaar. Verder is er een overnachtingsmogelijkheid in twee pipowagens en, voor vier personen, in de aanwezige bedrijfswoning. Horeca-activiteiten zijn kleinschalig en ondersteunend aan de recreatieve activiteiten. Op de Veluwe is een netwerk van wandel- en fietspaden aanwezig en een route voor paardrijden (Veluwe Trail). Ten behoeve van recreanten zijn verspreid over het gebied, overwegend kleinschalige, parkeerplaatsen aanwezig. Veluwe vastgesteld, maart

58 Veluwe vastgesteld, maart

59 Geldend recht Rabit Hill heeft de bestemming Verblijfsrecreatie, waarbinnen specifiek voor dit recreatiepark regels zijn opgenomen over onder andere het totale oppervlak aan recreatiewoningen (max m2) en verzorgende gebouwen (max m2) en de oppervlakte per recreatiewoning (max. 65 m2). De landgoedcamping Westerwolde heeft de bestemming Kampeerterrein (met beperkte bebouwing). Maximale aantallen kampeerplaatsen zijn niet bepaald in het geldende bestemmingsplan. Voor de overige verblijfsrecreatieterreinen geldt een vergelijkbare regeling, overwegend in de vorm van een specifieke aanduiding binnen een natuurbestemming. Voor het dagrecreatieterrein is een soortgelijke aanduiding opgenomen, waarbinnen onder andere een kiosk is toegestaan. Het huifkarcentrum is bestemd als agrarisch bouwperceel. De recreatieve wandel- en fietsroutes en de voor recreanten bedoelde parkeerterreinen zijn niet afzonderlijk bestemd maar maken deel uit van de gebiedsbestemming, welke overwegend Natuur is. Beleidskader Het Veluwe massief neemt in het recreatiebeleid een bijzondere positie in, zij kent immers een vrij uitgewerkte visie voor (verblijfs)recreatie voortkomende uit Veluwe 2010 en het reconstructieplan Veluwe. Dit beleid is in hoofdlijnen geïmplementeerd in het streekplan. Extensieve recreatie De provincie wil de extensieve vormen van recreatie en toerisme stimuleren. Onder extensieve recreatie wordt verstaan: kleinschalige nevenactiviteiten, zijnde verhuur van recreatieve producten of horeca aan huis, een minicamping of gelijksoortige vormen met een beperkte capaciteit. Deze vormen van recreatie & toerisme kunnen een waardevolle bijdrage leveren aan de leefbaarheid van het landelijk gebied en kunnen ook een nieuwe functie vormen voor vrijgekomen agrarische bedrijven. Voorwaarde blijft dat de extensieve vormen van recreatie te verenigen moeten zijn met natuur- en landschapsdoelstellingen. Bezien vanuit de kwetsbaarheid van de EHS-natuur is het 'nee, tenzij'-regime ook van toepassing op extensieve vormen van verblijfsrecreatie, tenzij het gaat om functieverandering van vrijkomende (agrarische) bebouwing. Door de provincie Gelderland lopen acht LAW's (lange afstands wandelroutes) en zeven LF's (lange afstand fietsroutes), terwijl tevens een aantal belangrijke rondgaande wandel- en fietsroutes aanwezig zijn. Genoemde LF- en LAW-routes vormen een onderdeel van het landelijke routenetwerk en worden gekenmerkt door een hoge recreatieve belevingswaarde, een landelijk uniforme bewegwijzering en een bewezen gunstig effect op de economische omzet van bedrijven langs de routes. Deze routes worden van zo'n groot belang geacht voor de toeristisch-recreatieve belevingswaarde van Gelderland, dat zij planologische bescherming behoeven. Intensieve recreatie Terreinen met recreatiewoningen dienen gezien hun aard en functie een aan de omgeving aangepast karakter te hebben. Om dit te waarborgen zijn richtlijnen ten aanzien van oppervlakte en bouwvolume gesteld. Er wordt een maximummaat toegestaan van 75 m2 en 300 m³ (inclusief berging, en kelder). Aan de bouw van solitaire recreatiewoningen wordt geen medewerking verleend. Voor recreatiewoningen geldt als nadere eis deze slechts mogen worden opgericht en gebruikt voor de verhuur ten behoeve van wisselend gebruik. Stacaravans die groter zijn dan 55 m2 (inclusief bijgebouwen en overkappingen), ook wel chalets genoemd, worden voor wat betreft handhaving beschouwd als zijnde recreatiebungalows. Ten aanzien van de mogelijke ontwikkelingen van verblijfsrecreatie op het Veluwemassief geldt een specifiek beleid, te weten het Groei- en krimpscenario, zoals ontwikkeld in het kader van de nota Veluwe 2010 en uitgewerkt in het reconstructieplan Veluwe. Het groei- en krimpscenario gaat uit Veluwe vastgesteld, maart

60 van een betere ruimtelijke afstemming op het Veluwemassief van recreatie en natuur om zo een kwaliteitsslag voor beiden te kunnen maken. Hoofdlijn van dit scenario is het enerzijds groei (ontwikkelingsmogelijkheden) toestaan aan recreatiebedrijven op vanuit natuuroverwegingen minder kwetsbare plekken en anderzijds krimp (saneren) van recreatiebedrijven, die vanuit natuuroverwegingen ongunstig gelegen zijn. Groei aan recreatiebedrijven is denkbaar mits gesitueerd in een zgn. groeicluster en de gemeente voor dat cluster een visie heeft vastgesteld. Zo'n visie is opgesteld voor de groeiclusters Hoenderloo en Beekbergen. Uitvoering van de visie loopt. In het geldende bestemmingsplan is met wijzigingsbevoegdheden ingespeeld op die visie. Het plangebied maakt deel uit van het krimpgebied. In krimpgebieden, waar primaat wordt gegeven aan de ontwikkeling van natuur en landschap ten opzichte van verblijfsrecreatie, dient het volgende te worden uitgesloten: nieuwvestiging verblijfsrecreatieve functies, hervestiging verblijfsrecreatieve functies, uitbreiding (qua oppervlakte en/of door verdichting cq omschakeling) verblijfsrecreatieve functies, omzetting bestaande toeristische standplaatsen naar vaste standplaatsen en bungalows. Planologische restcapaciteit aan recreatiebungalows en stacaravans/chalets (voorzover vallend onder regime Woningwet) dient te vervallen. Voor alle onderwerpen binnen de intensieve dagrecreatie gelden dezelfde algemene uitgangspunten als voor intensieve verblijfsrecratie. Ontwikkelingen Een belangrijke beleidsdoelstelling uit Veluwe 2010 en het Provinciaal Verkeer en Vervoersplan is het tegengaan van recreatief autoverkeer in de kwetsbare natuurgebieden. Hiervoor worden Veluwetransferia ontwikkeld en aanvullend, verspreid over de Veluwe, kleinere transferpunten: 'P- Veluwe'. Streven is om nabij de Otterloseweg en de rijksweg A1 zo'n Veluwetransferium te realiseren, onder andere met bezoekerscentrum en horecavoorziening. Mogelijk wordt het dagrecreatieterrein 't Leesten bij deze ontwikkeling betrokken. Zodra de planvorming verder is uitgewerkt zal een aparte planologisch-juridische procedure worden doorlopen. De provincie Gelderland gaat in samenwerking met onder andere natuurorganisaties P-Veluwe locaties ontwikkelen. Ze bieden naast parkeergelegenheid ook informatie over de toeristische (route)mogelijkheden in de directe omgeving, zoals fiets- en wandelroutes. Staatsbosbeheer heeft het voornemen om de woningen Hoog Buurlo 1 en Hoenderloseweg 197 en de bedrijfswoning Otterloseweg 122 te benutten als recreatiewoning in het kader van het project 'Buitenleven'. Visie De recreatie behoort tot de grootste economische factoren van de Veluwe. De recreatie is gebaseerd op de aanwezige landschappelijke, natuur en cultuurhistorische waarden. Ontwikkeling van recreatie zal dus die waarden niet mogen aantasten. De afstemming tussen recreatie en genoemde waarden is vastgelegd in, overwegend provinciaal, beleid. Bepalend voor het plangebied is met name het feit dat het deel uitmaakt van een in het Groei & Krimp beleid aangewezen krimpgebied. Uitbreiding van intensieve verblijfs- en dagrecreatie is daardoor niet mogelijk. Het in enige mate vergroten van het oppervlak aan voorzieningen op bestaande verblijfsrecreatieterreinen is aanvaardbaar als daarmee de indeling van het terrein in Veluwe vastgesteld, maart

61 ruimtelijke zin wordt geoptimaliseerd ten opzichte van de in het gebied voorkomende waarden en daarmee een kwaliteitsverbetering wordt bereikt waarbij zowel de voorkomende waarden als het Veluws toeristisch-recreatieveproduct gebaat is. De groeiclusters Hoenderloo en Beekbergen maken geen deel uit van dit bestemmingsplan. Reden hiervoor ligt in het feit dat uitvoering van de clustervisie een lopend proces is wat door het nu geldende bestemmingsplan wordt gefaciliteerd. Versterking van de recreatieve mogelijkheden van de Veluwe zal vooral plaats moeten vinden door uitvoering te geven aan de beoogde ontwikkelingen die voortvloeien uit het beleidskader. Het gaat dan om extensieve vormen van recreatie als de aanleg van parkeerplaatsen (de eerdergenoemde P- Veluwe locaties), de aanleg en het beheer van recreatieve routes voor wandelaars, fietsers en ruiters met daarbij behorende voorzieningen als picknickplekken en uitkijkpunten en kleinschalige nevenactiviteiten bij agrarische bedrijven en woningen (recreatief rustpunt, bed&breakfast). Streven is om die ontwikkelingen mogelijk te maken in het bestemmingsplan onder de randvoorwaarde dat de aanwezige natuurwaarden niet significant worden aangetast. Het omzetten van de woningen Hoog Buurlo 1 en Hoenderloseweg 197 en de bedrijfswoning Otterloseweg 122 naar recreatiewoning heeft een positief effect op de recreatieve mogelijkheden op de Veluwe. Dit initiatief heeft geen negatief ruimtelijk effect op de omgeving. Consequenties bestemmingsplan De bestaande verblijfsrecreatie-terreinen worden positief bestemd in de vorm van een bestemming "Recreatie-verblijfsrecreatie" of (indien minder dan 25 kampeerplaatsen) een specifieke aanduiding binnen de bestemming "Natuur". De feitelijke situatie wat betreft ondermeer het aantal recreatiewoningen, voorzieninggebouwen en kampeerplaatsen wordt vastgelegd. Uitbreiding van het aantal wordt niet toegestaan. Permanente bewoning van recreatiewoningen wordt specifiek verboden. Wat betreft de maatvoering is aangesloten op het provinciaal beleid (maximaal 75 m2 en 300 m3 per recreatiewoning). Een afwijkingsbevoegdheid maakt het mogelijk, onder voorwaarden, om het oppervlak aan voorzieningengebouwen met maximaal 15% uit te breiden. Afwijking is alleen mogelijk als er sprake is van ruimtelijke optimalisatie en kwaliteitsverbetering. De kiosk en de parkeerplaats van 't Leesten worden krijgen respectievelijk de bestemming "Horeca" en de aanduiding "parkeerterrein" binnen de natuurbestemming, waarbij eveneens de bestaande situatie wordt vastgelegd. De percelen Hoog Buurlo 1, Hoenderloseweg 197 en Otterloseweg 122 krijgen de bestemming Recreatie-Recreatiewoning. Binnen de bestemmingen "Natuur" en "Agrarisch" wordt een recreatief medegebruik toegestaan in de vorm van paardrijden, wandelen en fietsen. De lange afstands wandelroutes en fietsroutes krijgen een specifieke aanduiding. Aanleg van voorzieningen ten behoeve van dit medegebruik in de vorm van recreatieve wandel-, fietspaden of ruiterpaden en parkeerplaatsen ten dienste van deze recreanten (P-Veluwe) wordt toegestaan, mits er geen significant negatieve effecten optreden voor de in het gebied aanwezige waarden. Om te verzekeren dat dit niet gebeurt wordt de aanleg (maar ook het aanbrengen van verharding bij bestaande paden en parkeerplaatsen) van deze voorzieningen omgevingsvergunningplichtig. Recreatieve nevenactiviteiten als een recreatief rustpunt en bed&breakfast bij agrarische bedrijven en woningen wordt uitsluitend toegestaan onder dezelfde voorwaarde. In de betreffende bestemmingen wordt een afwijkingsbevoegdheid opgenomen. Ter plaatse van de bebouwing en het erf van Assel 12 wordt een op de bestaande situatie gebaseerde bestemming "Recreatie-huifkarcentrum" opgenomen. Het aanliggende agrarische terrein dat tevens benut wordt voor spelactiviteiten krijgt de bestemming "Agrarisch" met de aanduiding Veluwe vastgesteld, maart

62 "dagrecreatie". Uit het uitgevoerde ecologisch onderzoek (zie bijlage) is naar voren gekomen met in achtneming van de instandhoudingsdoelstellingen uit Natura 2000 de voor bvengenoemde functies opgenomen regeling uitvoerbaar is. Veluwe vastgesteld, maart

63 3.2.7 Maatschappelijke functies Bestaande situatie Natuurbegraafplaats Aan de Alverschotenseweg bij Assel ligt een natuurbegraafplaats. Een plek waar mensen kunnen worden begraven in een natuurlijk uitziende, bosrijke omgeving. De graven liggen verspreid in het bos. De omvang is circa vier hectare. Direct aan de begraafplaats staat een kapel. Een naastgelegen woning (Alverschotenseweg 46) is in gebruik als burgerwoning. Paters Don Bosco Nabij Assel ligt het terrein van de orde van Salisianen van Don Bosco (Pomphulweg 104, 106). Het betreft een aantal gebouwen, verscholen in een bosrijke omgeving, en een agrarisch gebied. De agrarische activiteiten op de locatie, met een omvang van totaal 58 ha., zijn sterk afgenomen. Er is geen sprake meer van een volwaardig agrarisch bedrijf. In totaal wonen er nog vijf mensen op het terrein. De Mariahoeve en de woning worden hiervoor benut. Met name het woongebouw en een kampschuur worden gebruikt voor jeugdwerk. Dat jeugdwerk bestaat uit kampen en bijeenkomsten voor kinderen, deels gericht op vorming, bezinning en meditatie. Het woongebouw heeft circa 30 overnachtingsplekken, de kampschuur circa 60. Incidenteel wordt de kampschuur verhuurd ten behoeve van schoolkampen. Aardhuis Het Aardhuis ligt aan de Amersfoortseweg, nabij Hoog Soeren, binnen het terrein van Kroondomein Het Loo. Het gebouw dankt zijn naam aan de Aardmansberg waarop het gebouwd is. De Aardmansberg is bijna het hoogste punt van de Veluwe. In 1861 gaf Koning Willem III opdracht tot de bouw van het pand, met als doel het te gaan gebruiken voor bijeenkomsten met militaire autoriteiten en als plaats om te rusten tijdens de jacht. Na zijn dood werd door Prins Hendrik het accent meer op de jacht gelegd, waardoor de aanduiding "Jachtchalet" ontstond. Het gebouw is een rijksmonument. Veel herinnert aan Koning Willem III en Prins Hendrik. Authentiek zijn de trapopgang, de grote zaal met bijzonder plafond en de stijlkamer waarin zich historische meubels, schilderijen, jachtwapens en jachttrofeeën bevinden. Tijdens de regeringsperiode van Koningin Juliana is het Aardhuis gerenoveerd. Ruim 20 jaar geleden is het Aardhuis ingericht als museum/bezoekerscentrum. Momenteel wordt het als zodanig gebruikt. Bij het Aardhuis is een inpandige bedrijfswoning aanwezig. Nationaal park Hoge Veluwe Aan de rand van Hoenderloo ligt een toegang tot dit park. Binnen het plangebied staat bij de toegang een bezoekerscentrum van het park. Sportvelden Aan de rand van Uddel ligt het complex van de sportvereniging Prins Bernhard (Zandsteeg 35). Het complex bestaat uit twee voetbalvelden, waarvan één met verlichting, en een gebouw met kantine, kleedruimte en dergelijke. Militair terrein Het bosgebied ten zuiden van Radio Kootwijk heeft een militaire functie. Het terrein vormt een onderdeel van het Infanterie Schietkamp Harskamp, welke op grondgebied van Barneveld, Ede en Apeldoorn ligt. Op het terrein zijn een aantal gebouwen aanwezig. Veluwe vastgesteld, maart

64 Veluwe vastgesteld, maart

65 Ontwenningscentrum Aan de Hoogbuurloseweg 145 ligt ontwenningscentrum De Wending. Deze voorziening van het Leger des Heils verzorgt opvang en therapie voor alcoholverslaafden. De Wending heeft een eigen veestapel, een groente- en moestuin en een plantenkas. Wegbeheer Nabij de Aardhuisweg 104 is een gemeentelijk post voor wegbeheer aanwezig Asverstrooiplaats Nabij Hoog Buurlo zal circa één hectare natuurgebied mede gebruikt gaan worden als asverstrooiplaats. Het betreft een kleinschalige activiteit (maximaal 90 verstrooiingen per jaar) zonder specifieke voorzieningen. Geldend recht Het terrein van Don Bosco kent een agrarische bestemming (met bouwperceel, waarbinnen bezinningswerk met daaronder begrepen overnachtingen is toegestaan) en een woonbestemming. De natuurbegraafplaats is als zodanig bestemd. De kapel met de daarbij gelegen woning kent de bestemming "Bijzondere doeleinden", waarbinnen een breed gebruik is toegestaan. Het Aardhuis heeft een woonbestemming. Het bezoekerscentrum van Nationaal park Hoge Veluwe ligt binnen de bestemming "Bijzondere doeleinden". Aan de sportvelden ten zuiden van Uddel is de bestemming "Sportterrein" toegekend. In de omgeving van de Burelhul en de Gerritsflesweg is een locatie aanwezig met de bestemming "Militaire doeleinden" met een afwijkingsbevoegdheid voor het oprichten van gebouwen. Het ontwenningscentrum heeft een maatschappelijke bestemming, de asverstrooiplaats een natuurbestemming. De wegbeheerpost is als zodanig bestemd. Beleidskader De gemeente kent een beleidsnota over bijzondere begraafplaatsen op basis waarvan nieuwvestiging of uitbreiding van begraafplaatsen in het buitengebied als niet passend wordt beschouwd. Ontwikkelingen Wat betreft de Paters van Don Bosco zal in de toekomst de hoofdfunctie van de gebouwen gericht blijven op wonen, jeugdwerk, bezinning en meditatie. De orde wil de locatie gaan benutten als centrum voor bijeenkomsten die vanuit de twaalf locaties van de orde in het land georganiseerd worden. Er zijn geen (vervangende) nieuwbouwplannen. De overige maatschappelijke voorzieningen worden gecontinueerd. Ontwikkelingen zijn niet bekend. Visie Vanwege de ligging in natuurgebied wordt restrictief omgegaan met functies die geen directe relatie hebben met natuur en een potentieel negatief effect daar op hebben. De nu aanwezige maatschappelijke voorzieningen cq -percelen kunnen worden gehandhaafd. Voor de aanwezige gebouwen wordt enige uitbreidingsmogelijkheid geboden (maximum van 10% van het bestaand bebouwd oppervlak). Op bestaande percelen met maatschappelijke voorzieningen mogen zich nieuwe maatschappelijke voorzieningen vestigen, mits deze een relatie hebben met het landelijk gebied en de invloed op de omgeving beperkt blijft (milieucategorie 1). Veluwe vastgesteld, maart

66 Consequenties bestemmingsplan De gronden van de Orde van Don Bosco krijgen op het huidige gebruik afgestemde bestemmingen (agrarisch, maatschappelijk). Voor de natuurbegraafplaats wordt de bestemming "Maatschappelijkbegraafplaats" met, ter plaatse van de kerk, de aanduiding "religie" opgenomen. De woning Alverschotenseweg 46 wordt als zodanig bestemd. De bestemming "Cultuur en ontspanning" wordt toegekend aan het Aardhuis en bezoekerscentrum Hoge Veluwe. De sportvelden, het ontwenningscentrum en de wegbeheerpost krijgen respectievelijk de bestemming "Sport" en "Maatschappelijk". Voor het militaire terrein wordt de bestemming "Maatschappelijk - Militaire zaken" opgenomen. De asverstrooiplaats krijgt binnen de natuurbestemming de aanduiding "specifieke vorm van maatschappelijk-asverstrooiplaats". Uit het uitgevoerde ecologisch onderzoek (zie bijlage) is naar voren gekomen met in achtneming van de instandhoudingsdoelstellingen uit Natura 2000 de voor bvengenoemde functies opgenomen regeling uitvoerbaar is. Veluwe vastgesteld, maart

67 3.2.8 Wonen Bestaande situatie Verspreid over het plangebied zijn woningen aanwezig. De grootste concentratie bevindt zich nabij het dorp Hoenderloo. Over het algemeen gaat het om vrijstaande woningen op grote kavels. Geldend recht In de geldende plannen zijn een deel van de bestaande woningen positief bestemd. Uitbreiding van het aantal woningen is daarbij uitgesloten. Een ander deel van de woningen is vanwege een storende invloed op de natuur en agrarische gebieden onder het overgangsrecht gebracht. Bij partiele herzieningen is daar deels op teruggekomen door voor een aantal legaal aanwezige woningen een woonbestemming op te nemen. Beleidskader Het toevoegen van woningen gebeurt binnen de kernen en de daarbij behorende uitbreidingslocaties. Voor het accommoderen van de behoefte aan landelijk wonen wordt primair uitgegaan van functieverandering van vrijgekomen gebouwen in het buitengebied. Het realiseren van nieuwbouw van woningen in het buitengebied anders dan vervangend of volgens het functieveranderingsbeleid is niet mogelijk. Gemeentelijk beleid, zoals verwoord in de nota's "Woningsplitsing in het buitengebied" en "Meerdere huishoudens in één woning: inspelen op behoeften", biedt de mogelijkheid onder voorwaarden woningen te splitsen en bij een woning een dependance te realiseren. Ontwikkelingen In de loop der tijd zijn bijgebouwen als dependance in gebruik genomen en is na bedrijfsbeëindiging de functie van bedrijfswoningen veranderd in die van een burgerwoning. Begin jaren negentig is met het "selectief pardon" vastgelegd welke illegaal in gebruik zijnde dependances als zodanig opgenomen kunnen worden in bestemmingsplannen. Het betreft de volgende adressen: Alverschotenseweg 24, Hoog Buurloseweg 115, Hoog Buurloseweg 119 en Oudeweg 20. Visie De gebiedsvisie tot bescherming en ontwikkeling van de ecologische, landschappelijke en cultuurhistorische waarden vraagt een zorgvuldige afstemming van de woonfunctie op die waarden. Vanwege het potentiële negatieve effect past een restrictief beleid. Nieuwbouw van woningen anders dan vervangend, in het kader van functieverandering of als dependance wordt in ieder geval niet passend geacht. De nu aanwezige, legale woonbebouwing kan worden gehandhaafd. Uitgangspunt daarbij is wel een regeling die zorgdraagt voor een zo goed mogelijke inpassing in het natuurgebied. Te grootschalige bebouwing en/of een sterke verspreiding hiervan dient te worden voorkomen. Nevenactiviteiten zijn aanvaardbaar als deze een rechtstreekse binding hebben met het gebied. Kleinschalige en extensieve vormen van recreatie, zoals een recreatief rustpunt en een bed&breakfast, worden passend geacht, mits geen nadelige effecten optreden voor de in het gebied aanwezige waarden. Veluwe vastgesteld, maart

68 Veluwe vastgesteld, maart

69 Consequenties bestemmingsplan De bestemming "Wonen" wordt opgenomen voor de legaal aanwezige woningen, waaronder de voormalige (agrarische) bedrijfswoningen en de woningen die onder het overgangsrecht waren gebracht. De woonbestemmingsvlakken omvatten de aanwezige woonbebouwing en de daarbij behorende voorzieningen (bijv. zwembaden). Bouwregels voor woningen wordt opgenomen voor de goothoogte en inhoud. De maximale goothoogte van woningen wordt beperkt tot 4 meter. De maximale inhoud tot 700 m3. In een aantal gevallen wordt, overwegend vanwege het geldend recht, een inhoud van 900 m3 toegestaan. Voor bijgebouwen wordt een maximale oppervlaktemaat van 75 m2 opgenomen. Uitsluitend voor hobbymatige agrarische activiteiten en ten dienste van natuurbeheer kan met afwijking en onder voorwaarden een groter oppervlak worden gerealiseerd. Een afwijkingsbevoegdheid wordt opgenomen voor nevenactiviteiten in de vorm van natuurbeheer en kleinschalige extensieve recreatie zoals een recreatief rustpunt en bed&breakfast. De aanwezige dependances worden als zodanig aangeduid. Functieverandering en nieuwbouw van dependances kan zodanig negatieve gevolgen hebben voor de waarden in het gebied dat een algemene regeling in bestemmingsplan niet goed mogelijk is. Uit het uitgevoerde ecologisch onderzoek (zie bijlage) is naar voren gekomen met in achtneming van de instandhoudingsdoelstellingen uit Natura 2000 de voor bovengenoemde functies opgenomen regeling uitvoerbaar is. Veluwe vastgesteld, maart

70 3.2.9 Bedrijven Bestaande situatie Verspreid over het plangebied zijn een beperkt aantal niet-agrarische bedrijven aanwezig. Het betreft de volgende: Adres Amersfoortseweg 86, 90 Amersfoortseweg 205 Assel 2 Bedrijfstype restaurant en hotel groothandel en detailhandel bosbouw kiosk Europaweg 250 verkooppunt motorbrandstoffen met LPG Grevenhout 7 Grevenhout 9 Grevenhout 13 Hoenderloseweg 191 Oude Arnhemseweg 50 Oude Arnhemseweg 292 Rijksweg A1 738 (oost) Rijksweg A1 779 (west) Van Golsteinlaan 33 Woeste Hoefweg 80, 82 Otterloseweg, nabij 116 nutsvoorziening kunstlederbedrijf kiosk opslag restaurant restaurant en hotel dierenpension verkooppunt motorbrandstoffen met LPG verkooppunt motorbrandstoffen met LPG hotel, restaurant, conferentieoord nutsvoorziening Geldend recht Er komen zes horecabedrijven voor in het plangebied, namelijk De Echoput, Residence Victoria, Buitengewoon, De Woeste Hoeve, de kiosk bij 't Leesten en de kiosk halte Assel. In de geldende bestemmingsplannen zijn voor deze bedrijven specifieke bepalingen opgenomen, gericht op de bestaande functie. Het perceel Otterloseweg 255, die in gebruik is als woning, heeft eveneens een horecabestemming (Hotel). Bij de kruising Kootwijkerweg-Amersfoortseweg (Grevenhout) geldt voor twee percelen een bedrijfsbestemming, waarvan één specifiek voor een meubelmakerij. De drie verkooppunten motorbrandstoffen zijn als zodanig bestemd, evenals het dierenpension en het telecommunicatieperceel bij de Otterloseweg. Grevenhout 13 is bestemd als Opslag voor wegverkeer. Dat perceel is verkocht aan een bedrijf en wordt benut voor opslag. Het perceel Hoog Buurloseweg 104 is in 1972 onder het overgangsrecht gebracht (natuurbestemming). Beleidskader In het groenblauwe raamwerk zijn nieuwe bouwlocaties voor de vestiging van niet-agrarische bedrijvigheid niet mogelijk als er geen relatie is met de gebiedsfuncties. Het kan hierbij gaan om bedrijvigheid die nodig is voor of verwant is aan landbouw, bosbouw, natuurbeheer en recreatie. Tevens geldt als voorwaarde dat niet-agrarische bedrijfsvestiging op nieuwe bouwlocaties alleen mogelijk is als uit onderzoek blijkt dat de vestiging niet kan worden geaccommodeerd in vrijgekomen agrarische bebouwing of op het lokale bedrijventerrein. De meeste vormen van niet-agrarische bedrijvigheid horen thuis op bedrijventerreinen, en niet in het buitengebied. Veluwe vastgesteld, maart

71 Veluwe vastgesteld, maart

72 Ontwikkelingen De aanwezige bedrijfsfuncties worden gecontinueerd. Ontwikkelingen zijn niet bekend. Visie Vanwege de ligging in natuurgebied restrictief omgaan met functies die geen directe relatie hebben met natuur en een potentieel negatief effect daar op hebben. Nieuwe bedrijfspercelen worden niet passend geacht. Beroeps- en bedrijfsuitoefening aan huis wordt beperkt tot de woonbestemming en daar waar nu aanwezig. De aanwezige, legale bedrijfsfuncties cq -percelen kunnen worden gehandhaafd. Voor de aanwezige gebouwen wordt enige uitbreidingsmogelijkheid geboden (maximum van 10% van het bestaand bebouwd oppervlak). Op bestaande bedrijfspercelen mogen zich nieuwe bedrijven vestigen, mits deze een relatie hebben met het landelijk gebied en de invloed op de omgeving beperkt blijft (milieucategorie 1). Consequenties bestemmingsplan De horecabedrijven worden als zodanig bestemd. Voor de aanwezige bedrijfsfuncties wordt de bestemming "Bedrijf" opgenomen. Het perceel Otterloseweg 255 wordt als woning bestemd. Uit het uitgevoerde ecologisch onderzoek (zie bijlage) is naar voren gekomen met in achtneming van de instandhoudingsdoelstellingen uit Natura 2000 de voor bovengenoemde functies opgenomen regeling uitvoerbaar is. Veluwe vastgesteld, maart

73 Publieke functies Bestaande situatie Wegen Het plangebied wordt doorsneden door de spoorlijn Apeldoorn-Amersfoort. De belangrijkste weg in het gebied is de Rijksweg A1. Daarnaast zijn er diverse provinciale en lokale wegen aanwezig, waaronder de Aardhuisweg, Amersfoortseweg en Otterloseweg. Tevens liggen nog een groot aantal fietspaden en onverharde wegen binnen het plangebied. Kabels en leidingen Op de grens van het plangebied aan de Europaweg en rijksweg A1 liggen drie hogedruk aardgasleidingen (N552-69, 6 inch, 40 bar, N552-75, 12 inch, 40 bar en N552-70, 12 inch, 40 bar). Verder lopen twee transportleidingen voor rioolwater door het plangebied. Het betreft persleidingen die rioolwater transporteren van Hoog Soeren en Hoenderloo richting Apeldoorn. Telecommunicatie Er lopen geen straalpaden van KPN-telecom door het plangebied. Wel zijn er zendmasten aanwezig, waaronder twee 2 FM-zenders. Geldend recht De spoorlijn Apeldoorn-Amersfoort is als zodanig bestemd. Op een aantal plaatsen kennen tevens de aangelegen gronden een spoorwegbestemming. Binnen het plangebied kennen een groot aantal wegen een verkeersbestemming, waarbij sprake is van een nadere onderverdeling naar wegtype. Verder zijn bijzondere elementen als zendmasten, nutsvoorzieningen, een (niet meer aanwezige) hoogspanningsleiding, gastransportleidingen en een (niet meer aanwezige) straalverbinding als zodanig bestemd danwel aangeduid. Beleidskader Voor de genoemde publieke functies is geen specifiek beleid geformuleerd. Wel geldt er specifieke regelgeving op het gebied van akoestiek, externe veiligheid en beheer, welke afstanden aangeven waarbinnen bepaalde nieuwe vormen van gebruik en bebouwing niet zijn toegestaan (zie ook thema "Milieu"). Ontwikkelingen Er lopen diverse projecten gericht op de versterking van de Veluwe als natuur- en recreatiegebied. Voorbeelden hiervan zijn de aanleg van een ecoduct over de Rijksweg A1 en een herindeling van parkeerplaatsen voor natuurrecreanten (P-Veluwe). Deze projecten zijn aan de orde gekomen bij de thema's "Natuur en Landschap" en "Recreatie". Veluwe vastgesteld, maart

74 Veluwe vastgesteld, maart

2 BELEIDSKADER EN WETGEVING

2 BELEIDSKADER EN WETGEVING 2 BELEIDSKADER EN WETGEVING De kern van deze bewonersvisie is dat natuur de belangrijkste beleidsfunctie is van het gebied waarbij de gebiedswaarden rust, stilte en donkerte centraal moeten staan en dat

Nadere informatie

voorontwerp Bestemmingsplan Veluwe

voorontwerp Bestemmingsplan Veluwe voorontwerp Bestemmingsplan Veluwe Gemeente Apeldoorn Mei 2010 1 2 INHOUDSOPGAVE 1. EEN NIEUW BESTEMMINGSPLAN VOOR DE VELUWE 6 1.1 AANLEIDING 6 1.2 DOELSTELLING 6 1.3 LIGGING EN BEGRENZING PLANGEBIED 6

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

1. Streekplan Brabant in balans

1. Streekplan Brabant in balans 1. Streekplan Brabant in balans Het plangebied is gelegen in de AHS-landschap; subzone leefgebied dassen en voor een deel (duinrand) binnen de GHS-natuur. De Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant

Nadere informatie

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening (RO) in Nederland Vanuit de geschiedenis is RO al belangrijk in Nederland, denk bijvoorbeeld aan landinrichting en optimaliseren van de waterhuishouding.

Nadere informatie

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl)

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl) Etten-Leur (Bron: www. nederland-in-beeld.nl) Introductie Etten-Leur is een middelgrote gemeente in Brabant, gelegen ten westen van Breda. De gemeente bestaat uit één kern van ruim 40.000 inwoners. Door

Nadere informatie

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 NL.IMRO.0037.BP1303-vs01 25 augustus 2014 blz. 2 Gemeente Stadskanaal Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Plangebied

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS Visie op Zuid-Holland Verordening Ruimte Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS GS 21 mei 2013 ONTWERP VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING RUIMTE Provinciale Staten van

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid HOOFDSTUK 3 Beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door (Europese,) landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante (Europees-,)

Nadere informatie

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Bijlage 3 Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Artikel 2.1 - Zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit 1. Een bestemmingsplan dat voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied

Bestemmingsplan buitengebied Bestemmingsplan buitengebied Voorontwerp Informatieavond dinsdag 26 juni 2012 Wat is een bestemmingsplan? Plan met regels over het gebruik van de ruimte Waar en hoe mag wat worden gebouwd? Welke functies

Nadere informatie

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam VNG 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam Kerntaken provincies Duurzame ruimtelijke ontwikkeling (o.a. waterbeheer) Milieu, energie en klimaat Vitaal platteland, natuurbeheer en ontwikkeling natuurgebieden Regionale

Nadere informatie

Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag)

Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag) Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag) 1.1 Inleiding Het buitengebied van de gemeente Deurne, dat behalve de kernen van Deurne, Vlierden, Liessel, Neerkant en Helenaveen, het gehele grondgebied van

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Vossenstraat 81 Doetinchem Ihkv functieverandering agrarisch naar natuur.

Ruimtelijke onderbouwing Vossenstraat 81 Doetinchem Ihkv functieverandering agrarisch naar natuur. Ruimtelijke onderbouwing Vossenstraat 81 Doetinchem Ihkv functieverandering agrarisch naar natuur. Project : Ruimtelijke onderbouwing Vossenstraat 81, Doetinchem Datum : 21 juni 2013 Status : Definitief

Nadere informatie

Inrichting Ecologische verbindingszone Sparrenrijk Kampina

Inrichting Ecologische verbindingszone Sparrenrijk Kampina Inrichting Ecologische verbindingszone Sparrenrijk Kampina Ruimtelijke onderbouwing bij aanvraag omgevingsvergunning Boxtel, januari 2013 1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding... 3 1.1 Aanleiding...

Nadere informatie

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist.

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Ten behoeve van de stroomlijning van het vooroverleg over: - voorontwerpbestemmingsplannen

Nadere informatie

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek d.d. nr., G.H. Tamminga secretaris J.P.M. Alberse burgemeester GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied

Nadere informatie

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Verordening vastgesteld: 26-06-2003 In werking getreden: 15-09-2003 COMPENSATIEVERPLICHTING Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1999 2000 Nr. 134b 26 800 XIV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (XIV)

Nadere informatie

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Ruimtelijke Onderbouwing Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Gemeente Tynaarlo September 2012 NL.IMRO.1730.ABYdermade3depunt-0301 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied,

Nadere informatie

1.2 landschap, natuur en recreatie. Landschap

1.2 landschap, natuur en recreatie. Landschap 1.2 landschap, natuur en recreatie Landschap Radio Kootwijk vormt een belangrijke schakel in een aaneengesloten open tot halfopen droog tot vochtig stuifzand- en heidegebied dat zich uitstrekt van het

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN

BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN Zaaknummer *190812* BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN VASTGESTELD TOELICHTING Inleiding In 2007 heeft

Nadere informatie

Bijlage: beoordeling duurzame locatie

Bijlage: beoordeling duurzame locatie Bijlage: beoordeling duurzame locatie Het bedrijf is gelegen in een verwevingsgebied. In een verwevingsgebied is een bouwblokvergroting voor intensieve veehouderijen toegestaan indien het bedrijf is gelegen

Nadere informatie

In opdracht van de gemeente Hattem heeft Tauw een bodemfunctiekaart opgesteld. Deze notitie vormt de toelichting bij de gemaakte keuzes.

In opdracht van de gemeente Hattem heeft Tauw een bodemfunctiekaart opgesteld. Deze notitie vormt de toelichting bij de gemaakte keuzes. Notitie Contactpersoon Mirjam Bakx - Leenheer Datum 18 september 2009 Kenmerk N001-4598028LNH-cmn-V01-NL In opdracht van de gemeente Hattem heeft Tauw een bodemfunctiekaart opgesteld. Deze notitie vormt

Nadere informatie

ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL

ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL Gemeente Bladel Memo wijzigingen in Ruimtelijk Casco ten opzichte van DRS en Dorpenplan Medio 2004 heeft de gemeenteraad van Bladel de StructuurvisiePlus, bestaande uit

Nadere informatie

Levende Beerze. Informatieavond Esche Stroom 9 juni 2009

Levende Beerze. Informatieavond Esche Stroom 9 juni 2009 Levende Beerze Informatieavond Esche Stroom 9 juni 2009 Vanavond: Den Bosch De Levende Beerze structuurvisie planmer Esche Stroom en De Levende Beerze Procedure Bergeijk Waarom aan de slag? Nota Ruimte:

Nadere informatie

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening ** Vastgesteld oktober 2014 Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening Visie verplaatsing nietagrarische bedrijven binnen het buitengebied Status: vastgesteld door de gemeenteraad van Houten d.d.

Nadere informatie

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33;

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33; Besluit Provinciale Staten van Utrecht; Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33; Gelezen het concept van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028

Nadere informatie

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen Beleidskader Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen In het buitengebied 1. Inleiding Het Streekplan Gelderland (2005) biedt nieuwe beleidsruimte voor

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT 30 augustus 2016 vastgesteld 52-027 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3

Nadere informatie

Oude Badweg 60 Eelderwolde

Oude Badweg 60 Eelderwolde Oude Badweg 60 Eelderwolde Projectgebied 2 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied, huidige situatie... 4 Op het perceel is reeds een recreatiewoning met bijgebouwen aanwezig. De bestaande

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN. Bestemmingsplan Agrarische Enclave. Uitnodiging

BESTEMMINGSPLAN. Bestemmingsplan Agrarische Enclave. Uitnodiging BESTEMMINGSPLAN Bestemmingsplan Agrarische Enclave De gemeente Apeldoorn werkt aan de actualisering van bestemmingsplannen. Sommige bestemmingsplannen zijn verouderd en voldoen niet meer aan de eisen van

Nadere informatie

nummer 46 van 2012 Vaststelling subsidieplafonds 2013

nummer 46 van 2012 Vaststelling subsidieplafonds 2013 nummer 46 van 2012 Vaststelling subsidieplafonds 2013 Besluit namens gedeputeerde staten van Drenthe van 20 december 2012, kenmerk 51/MO/2012008753, afdeling Management Ondersteuning 1 Nummer 46 van 2012

Nadere informatie

De beleidsopgave vanaf 1990

De beleidsopgave vanaf 1990 1 De beleidsopgave vanaf 1990 Kustzone Slufter in de duinenrij bij Bergen, bij (hoge) vloed kan zeewater in de eerste duinvallei binnenstromen. Dit biedt een geschikt milieu voor veel zeldzame (planten)soorten.

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg In opdracht van G.C. Nagel december 2013 Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a Nederhorst den Berg

Nadere informatie

Buitengebied e wijziging (Broekstraat 23 Wehl)

Buitengebied e wijziging (Broekstraat 23 Wehl) Buitengebied 2002 23e wijziging (Broekstraat 23 Wehl) Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Aanleiding en doel 3 Hoofdstuk 2 Plangebied 4 Hoofdstuk 3 Ruimtelijke - en milieuaspecten 5 Hoofdstuk 4 Landschappelijke

Nadere informatie

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Jonkerstraat 16

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Jonkerstraat 16 Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek d.d. nr. G.H. Tamminga secretaris J.P.M. Alberse burgemeester GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied

Nadere informatie

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Van Provincie Noord-Brabant Aan Gemeente Bladel Onderwerp Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Ter attentie van Zaak identificatie 07-11-2017

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing De Kouwe Noord 3, Geffen Gemeente Oss Raadhuislaan 2 5341 GM Oss T: 14 0412 F: 0412 642605 www.oss.nl RUIMTELIJKE ONDERBOUWING De Kouwe Noord 3 te Geffen Februari maart 2016 1

Nadere informatie

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN Terneuzen Cultuurhistorische Waardenkaart Datum: februari 2013 Opgesteld door: Gemeente Terneuzen Gemeente Terneuzen Stadhuisplein 1 Postbus 35 4530 AA Terneuzen

Nadere informatie

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies SPELREGELS EHS Spelregels voor ruimtelijke ontwikkelingen in de EHS Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies Ministeries van LNV en VROM en de provincies 2 De Ecologische Hoofdstructuur, ook

Nadere informatie

BIJLAGE 4 Voortoets fietspaden, aanvulling op Natuurtoets, september 2009

BIJLAGE 4 Voortoets fietspaden, aanvulling op Natuurtoets, september 2009 BIJLAGE 4 Voortoets fietspaden, aanvulling op Natuurtoets, september 2009 Gemeente Stn..j i Gemeente Ermelo De heer E. Huizing Postbus 500 3850 AM ERMELO Subject Doe nr 1 1 SEP 2009 ^ o3 iss Ruimte & Mobiliteit

Nadere informatie

Blad 2. Beoordeling verzoek

Blad 2. Beoordeling verzoek Ruimtelijke onderbouwing voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van het dempen van een kadesloot en verbreden van watergangen in de Wergeastermarpolder Door het Wetterskip Fryslân is een

Nadere informatie

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Betreft Actualisatie locatieonderzoek natuurwaarden 1 Aanleiding In 2007 is door Grontmij het Locatieonderzoek natuurwaarden Projectlocatiegebied

Nadere informatie

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging en begrenzing

Nadere informatie

Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030. Jeugdraad Westvoorne - 27 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle

Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030. Jeugdraad Westvoorne - 27 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030 Jeugdraad Westvoorne - 27 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle Opzet presentatie moment in het proces terugblik gesprekken waar zijn we nu mee bezig?

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Artikel 2.12 lid 1 sub a onder 3 WABO

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Artikel 2.12 lid 1 sub a onder 3 WABO RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Artikel 2.12 lid 1 sub a onder 3 WABO Hunzeweg 96 De Groeve NL.IMRO.1730.ABHunzewg96-0301 - 2 - Inleiding Deze ruimtelijke onderbouwing is opgesteld voor het vervangen van een

Nadere informatie

Tynaarlo. Bron:

Tynaarlo. Bron: Tynaarlo Bron: www.tynaarlobouwt.nl Introductie Tynaarlo is een klein dorp in de gelijknamige Drentse gemeente waarvan o.a. ook Eelde en Zuidlaren deel uitmaken. Er wonen ongeveer 1800 inwoners. In deze

Nadere informatie

Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030. Commissie Grondgebied - 12 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle

Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030. Commissie Grondgebied - 12 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030 Commissie Grondgebied - 12 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle Opzet presentatie moment in het proces terugblik dialoogavonden toelichting uitwerking

Nadere informatie

Gebiedvisie op het. buitengebied van de. gemeente Drimmelen

Gebiedvisie op het. buitengebied van de. gemeente Drimmelen Gebiedvisie op het buitengebied van de gemeente Drimmelen Door de ZLTO Afdeling Drimmelen Gebiedsvisie voor de gemeente Drimmelen Vanuit de ZLTO-afdeling Drimmelen is het idee gekomen om in navolging van

Nadere informatie

Presentatie dorpsraad Lith Bestemmingsplan Buitengebied. Bestemmingsplan Buitengebied. Lith 2013

Presentatie dorpsraad Lith Bestemmingsplan Buitengebied. Bestemmingsplan Buitengebied. Lith 2013 Presentatie dorpsraad Lith Bestemmingsplan Buitengebied Lith 2013 26 januari 2012 Inhoud presentatie 1. Voortraject 2. Wat is een bestemmingsplan? 3. Inhoud van het voorontwerp Bestemmingsplan Buitengebied

Nadere informatie

Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert

Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert Bestemmingsplan: Oud bestemmingsplan: Gemert-Bakel Buitengebied 2006 Bouwblok: Agrarisch bedrijf, met de aanduiding Intensieve

Nadere informatie

Onderstaand is uitsluitend de voor het onderhavige plan relevante regelgeving weergegeven.

Onderstaand is uitsluitend de voor het onderhavige plan relevante regelgeving weergegeven. Betreft : Bijlage 7: Toets aan het bestemmingsplan Locatie : Krite 23-25 te Boornbergum Van : J.M. Miellet, Exlan Datum : Februari 2016 Ter plaatse van het plangebied vigeert het bestemmingsplan Buitengebied

Nadere informatie

Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015)

Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015) Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015) 4.2 Natuur en landschap in Gelderland De provincie en haar partners streven samen naar een compact en hoogwaardig stelsel van onderling verbonden natuurgebieden

Nadere informatie

Nota Zienswijzen Bestemmingsplan Bos en Golf

Nota Zienswijzen Bestemmingsplan Bos en Golf Nota Zienswijzen Bestemmingsplan Bos en Golf Inhoud 1. Inleiding en juridische procedure 2 2. Zienswijzen overlegpartners 2 - Waterschap Hunze en Aa s 3. Gevolgen voor het bestemmingsplan 4 2 1. Inleiding

Nadere informatie

Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren

Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren ONTWERP Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Centrumgebied Groene Peelvallei. Openbare informatiebijeenkomst over het planmer

Centrumgebied Groene Peelvallei. Openbare informatiebijeenkomst over het planmer Centrumgebied Groene Peelvallei Openbare informatiebijeenkomst over het planmer Programma Opening en korte toelichting project Presentatie PlanMER Vragen Hoe verder? (20.15 20.25 uur) (20.25 20.55 uur)

Nadere informatie

Oplegnotitie NNN-gebied, IJsselzone, Veerweg Olst

Oplegnotitie NNN-gebied, IJsselzone, Veerweg Olst Oplegnotitie NNN-gebied, IJsselzone, Veerweg Olst Project: 16M8038 Onderwerp: Oplegnotitie NNN-gebied, IJsselzone, Veerweg Olst Datum: 15 maart 2018 Auteur: Ing. D. van der Veen (ecoloog LievenseCSO) Bestemd

Nadere informatie

Een tak, die niet meebuigt met de wind, zal breken

Een tak, die niet meebuigt met de wind, zal breken Een tak, die niet meebuigt met de wind, zal breken Inhoudsopgave 1. Locatie 1 2. Omgeving 1 3. Park 2 3.1 Sfeer 2 3.2 Ecologische verbindingszone 2 3.3 Vakantiewoningen 3 3.4 Plattegrond 3 3.5 Wandelbrug

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing bouw schaapskooi Haarweg 16 in Ruurlo

Ruimtelijke onderbouwing bouw schaapskooi Haarweg 16 in Ruurlo Ruimtelijke onderbouwing bouw schaapskooi Haarweg 16 in Ruurlo Inlichtingen: Gemeente Berkelland Afdeling Technisch Ontwerp en Realisatie Telefoon: 0545-250 325 Borculo, juli 2009 Ruimtelijke onderbouwing

Nadere informatie

In het kader van het wettelijk vooroverleg heeft u ons om een reactie gevraagd op de voorontwerp-omgevingsvergunning Oirschotsedijk 52, Wintelre.

In het kader van het wettelijk vooroverleg heeft u ons om een reactie gevraagd op de voorontwerp-omgevingsvergunning Oirschotsedijk 52, Wintelre. Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 Gemeente Eersel Postbus 12 5520 AA EERSEL info@brabant.nl www.brabant.nl IBAN NL86INGB0674560043 3825558

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Op 2 november 2010 is door het college van burgemeester en wethouders het principebesluit genomen om medewerking te

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT 2 februari 2016 vastgesteld 52-007 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3 Plangebied... 6 1.4

Nadere informatie

Toetsingskader. Ruimte voor ruimteregeling. Gemeente Heumen

Toetsingskader. Ruimte voor ruimteregeling. Gemeente Heumen Toetsingskader Ruimte voor ruimteregeling Gemeente Heumen Vastgesteld: 20 december 2011 Inleiding In de raadsvergadering van 21 april is toegezegd dat er vooruitlopend op de structuurvisie die de gehele

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem GEMEENTE BUREN Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem Projectnr. 061-076 / 27 januari 2016 INHOUD BLZ 1 INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding en doelstelling... 3 1.2 Plangebied... 4 1.3 Geldend

Nadere informatie

Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland

Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland Ambitiedocument Regio Rivierenland Wij, de tien samenwerkende gemeenten binnen Regio Rivierenland: delen de beleving van de verscheidenheid in ons gebied;

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing Vijf onderkomens voor recreatieve overnachtingen bij camping aan Drachtster Heawei 38 De Veenhoop 1 2 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING VIJF RECREATIEVE ONDERKOMENS DRACHTSTER HEAWEI 38

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Ruimtelijke onderbouwing Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie 1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking

Nadere informatie

Retrospectieve toets : Verbeelding algemeen

Retrospectieve toets : Verbeelding algemeen Bestemmingen algemeen Diverse benamingen Wettelijke verplichting 2011 Diverse benamingen De benaming van de bestemmingen, de volgorde en de opzet en deels de inhoud van de regels zijn afgestemd op de standaarden

Nadere informatie

Oude Badweg 1 Eelderwolde

Oude Badweg 1 Eelderwolde Oude Badweg 1 Eelderwolde Projectgebied 2 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied, huidige situatie... 4 2.2 Geldende planologische situatie... 5 Het bouwen van recreatiewoningen past niet

Nadere informatie

Toelichting op het bestemmingsplan Geluidzone industrieterrein Werkendam

Toelichting op het bestemmingsplan Geluidzone industrieterrein Werkendam Toelichting op het bestemmingsplan Geluidzone industrieterrein Werkendam HOOFDSTUK 1 Inleiding De gemeente Werkendam heeft in december 2009 het ontwerpbestemmingsplan Zonering industrieterreinen in procedure

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2).

Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2). Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2). Doel en aanleiding Masterplan en Beeldkwaliteitplan Belangrijk brondocument van deze omgevingsvergunning

Nadere informatie

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College,

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College, Bergs Advies B.V. Leveroyseweg 9a 6093 NE Heythuysen Telefoon (0475) 49 44 07 Fax (0475) 49 23 63 E-mail info@bergsadvies.nl Internet www.bergsadvies.nl BIC code: RABONL2U IBAN: NL76RABO0144217414 K.v.K.

Nadere informatie

Beheersverordening Kornputkwartier

Beheersverordening Kornputkwartier Beheersverordening Kornputkwartier ID plan: NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01 datum: maart 2017 status: vastgesteld auteur: SRE Vastgesteld door de raad dd. de griffier, de voorzitter, NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01

Nadere informatie

Structuurvisie Losser. Commissie Ruimte 24 april 2012

Structuurvisie Losser. Commissie Ruimte 24 april 2012 Structuurvisie Losser Commissie Ruimte 24 april 2012 Doel en status nwro verplicht gemeenten een structuurvisie op te stellen waarin het ruimtelijk beleid in hoofdzaak vastligt en de samenhang met andere

Nadere informatie

NOTA ZIENSWIJZE BESTEMMINGSPLAN Molenweg 5-5a Hoogeloon.

NOTA ZIENSWIJZE BESTEMMINGSPLAN Molenweg 5-5a Hoogeloon. NOTA ZIENSWIJZE BESTEMMINGSPLAN Molenweg 5-5a Hoogeloon. *17it.02805* Inleiding Het ontwerpbestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon heeft van 5 oktober tot en met 15 november 2017 ter inzage gelegen. Gedurende

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. behorend bij de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de herbouw van een kleedruimte aan de Pierswijk te Marum

Ruimtelijke onderbouwing. behorend bij de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de herbouw van een kleedruimte aan de Pierswijk te Marum Ruimtelijke onderbouwing behorend bij de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de herbouw van een kleedruimte aan de Pierswijk te Marum Initiatiefnemer: IJsvereniging Samenwerking Marum-Nuis Aanvraagnummer:

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Perceel L 534 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534 Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst, Perceel L 534 Vastgesteld 13 september 2013 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534-VA01

Nadere informatie

TOELICHTING BESTEMMINGSPLAN RANDWEG WEST

TOELICHTING BESTEMMINGSPLAN RANDWEG WEST TOELICHTING BESTEMMINGSPLAN RANDWEG WEST GEMEENTE BLADEL In opdracht van Opgesteld door Auteur STRI-nummer Projectnummer Datum Status Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Beleidskader... 4 3. Huidige en

Nadere informatie

Structuurvisie Noord-Holland. Achtergrondinformatie

Structuurvisie Noord-Holland. Achtergrondinformatie Structuurvisie Noord-Holland Achtergrondinformatie Structuurvisie: waarom en wat? - Inwerkingtreding Wro 1 juli 2008 - elke overheidslaag stelt eigen structuurvisie op (thema of gebied) - structuurvisies

Nadere informatie

Natuurbescherming in Nederland

Natuurbescherming in Nederland Natuurbescherming in Nederland Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Natura 2000 4 2. Ecologische Hoofdstructuur 6 3. Nationale Parken 8 4. Nationale Landschappen 10 5. Soortenbescherming 12 6. Natuurwetgeving

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

Best. Introductie. Gemeente Best (bron:

Best. Introductie. Gemeente Best (bron: Best Best Introductie Best is een Noord-Brabantse gemeente, gelegen op ruim tien kilometer van de stad Eindhoven. De gemeente bestaat uit de centrale kern Best en twee kleine kernen, Aarle en De Vleut.

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied 1994 wijziging bouwperceel Oxersteeg 20-22

Bestemmingsplan Buitengebied 1994 wijziging bouwperceel Oxersteeg 20-22 Bestemmingsplan Buitengebied 1994 wijziging bouwperceel Oxersteeg 20-22 Inhoud: Toelichting Voorschriften Kaart Bijlage Gemeente Deventer RS-EC-ROB 9 juli 2009 Toelichting Algemeen Er is een aanvraag binnengekomen

Nadere informatie

Provincie Vlaams Brabant

Provincie Vlaams Brabant 156 Provincie Vlaams Brabant OPEN RUIMTE Open ruimte is de zuurstof van onze ruimte. Het is dus een kostbaar goed, dat we moeten beschermen. Voor de Visienota Ruimte betekent dit dat we de verdere inname

Nadere informatie

Bijlage 1: Topografische kaart van het studiegebied (2008)

Bijlage 1: Topografische kaart van het studiegebied (2008) Bijlagen Gebiedsvisie Bethlehem Bijlage 1: Topografische kaart van het studiegebied (2008) J F Kennedylaan Terborgseweg Ondernemingsweg Lijsterbeslaan Abdijlaan Bedrijvenweg Oude Terborgseweg Rekhemseweg

Nadere informatie

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland)

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) De gemeente Berkelland vraagt voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied, Kieftendijk Haaksbergseweg

Nadere informatie

Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen

Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen Bestemmingsplan Wergea Voorontwerp Bestemmingsplan Wergea Voorontwerp Overzicht belangrijkste wijzigingen* In dit overzicht zijn de belangrijkste wijzigingen

Nadere informatie

Verzoek tot aanwijzing ter onteigening ex artikel 78 Onteigeningswet. Bestemmingsplan Nieuwe Dordtse Biesbosch, van de gemeente Dordrecht,

Verzoek tot aanwijzing ter onteigening ex artikel 78 Onteigeningswet. Bestemmingsplan Nieuwe Dordtse Biesbosch, van de gemeente Dordrecht, Verzoek tot aanwijzing ter onteigening ex artikel 78 Onteigeningswet Bestemmingsplan Nieuwe Dordtse Biesbosch, van de gemeente Dordrecht, Gemeente Dordrecht Zakelijke beschrijving Administratieve onteigening

Nadere informatie

Beheersverordening Krommeniedijk

Beheersverordening Krommeniedijk Beheersverordening Krommeniedijk ontwerpbestemmingsplan Beheersverordening Krommeniedijk 2 Regels ontwerpbestemmingsplan Beheersverordening Krommeniedijk 3 Hoofdstuk 1 Overgangs- en slotregels Artikel

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren Gemeente Someren Opdrachtgever: Projectlocatie: Dhr. N.H.L. Michiels Hollandseweg 19 5712RM Someren Hollandseweg 19, Someren Projectnummer: 16418-001 Datum:

Nadere informatie

NOTA VAN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN ONTWERPBESTEMMINGSPLAN LANDELIJK GEBIED SANDELINGEN AMBACHT

NOTA VAN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN ONTWERPBESTEMMINGSPLAN LANDELIJK GEBIED SANDELINGEN AMBACHT NOTA VAN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN ONTWERPBESTEMMINGSPLAN LANDELIJK GEBIED SANDELINGEN AMBACHT Het ontwerpbestemmingsplan Landelijk gebied Sandelingen Ambacht heeft vanaf 19 april 2012, gedurende een periode

Nadere informatie

Bijlagen. 11 vastgesteld bestemmingsplan "Buitengebied 2002 Wehl 22e wijziging (Broekstraat 1)"

Bijlagen. 11 vastgesteld bestemmingsplan Buitengebied 2002 Wehl 22e wijziging (Broekstraat 1) Bijlagen 11 vastgesteld bestemmingsplan "Buitengebied 2002 Wehl 22e wijziging (Broekstraat 1)" Bijlage 1 Uittreksel relevante voorschriften en bepalingen bestemmingsplan "Parapluherziening Buitengebied"

Nadere informatie

Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk?

Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk? Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk? Conclusie Er zijn veel ontwikkelingen in het natuurbeleid sinds 2010 Er zijn aanpassingen doorgevoerd of noodzakelijk Natuurbeleid in

Nadere informatie