GEBIEDSDOCUMENT WESTEINDERPLASSEN. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GEBIEDSDOCUMENT WESTEINDERPLASSEN. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit"

Transcriptie

1 GEBIEDSDOCUMENT WESTEINDERPLASSEN Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek 2300 AD Leiden oplage: telefoon (071) datum: 30 oktober 2013 telefax (071) projectnummer:

2 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE Samenvatting Inleiding Doel Werkwijze Streefbeeld Procedure, fasering Beschrijving gebied Ligging en begrenzing Ontstaan en status Hydrologie en morfologie Gebruik en functies Huidige situatie en ontwikkelingen Uitgevoerde en geplande maatregelen Waterkwaliteit en ecologie Diagnose Diagnose 1. Voedselrijkdom Ecologische Sleutelfactor 1: Externe belasting met nutriënten Ecologische Sleutelfactor 2. Lichtklimaat Ecologische Sleutelfactor 3. Bodem Samenvatting Diagnose Diagnose 2: Overige ecologische factoren Ecologische Sleutelfactor 4. Habitatgeschiktheid Ecologische Sleutelfactor 5. Verspreiding Ecologische Sleutelfactor 6. Verwijdering Ecologische Sleutelfactor 7. Organische belasting Ecologische Sleutelfactor 8. Toxiciteit Samenvatting Diagnose Diagnose 3. Beleving Afleiding ecologische doelstellingen Samenvatting maatregelen KRW2/ Hoogheemraadschap van Rijnland 2

3 0. SAMENVATTING Inleiding In dit gebiedsdocument beschrijven we de huidige situatie van de Westeinderplassen, de ontwikkelingen die er thans plaatsvinden en de knelpunten voor het bereiken van een goede ecologische kwaliteit van het water. Dit document hebben we gebruikt om in een gebiedsproces, waarbij belanghebbende partijen betrokken zijn, maatregelen te formuleren om de knelpunten op te lossen. Het resultaat ven het gebiedsproces is in voorliggend rapport verwerkt.. Algemene beschrijving De Westeinderplassen zijn ontstaan door turfwinning. In het noordelijk deel is nog het patroon van petgaten en legakkers zichtbaar. Het gebied is later niet drooggemalen. Er zijn twee zwemwaterlocaties. Er vindt beroeps- en pleziervaart plaats en beroeps- en hengelsportvisserij. De plassen staan in open verbinding met de boezem. Van de plassen vindt inlaat plaats naar de omliggende polders. Ecologische kwaliteit De gehalten aan nutriënten zijn hoog. Toch is het water helder. Dit komt door de aanwezigheid van driehoeksmosselen, die het water filtreren. Wel zijn er regelmatig blauwalgen die problemen geven voor de zwemwaterkwaliteit. Ondanks de helderheid van het water, groeien er vrijwel geen waterplanten. De visbiomassa is matig hoog. Er komen veel meervallen voor. Dit zijn rovers en hebben een positieve invloed op het ecosysteem. Aanpak voedselrijkdom De toevoer van voedingstoffen (zoals fosfor) is veel te hoog. Normaliter zou dit tot een groene soep van algen leiden. Dat het water toch helder is, komt zoals gezegd door de filtratie door driehoeksmosselen. We gaan onderzoeken hoe we de driehoeksmosselen kunnen behouden of zelfs kunnen uitbreiden. Overige knelpunten en maatregelen De bodem levert geen fosfaat na, maar is wel voedselrijk. Als er waterplanten zouden komen, zou het een weelderige maar monotone vegetatie worden. Het vreemde is dat er ondanks de helderheid van het water geen waterplanten voorkomen. We willen eerst onderzoeken hoe dat komt. Er zijn niet veel natuurlijke oevers. Het is ook lastig deze aan te leggen, omdat er veel particuliere eigenaren zijn en omdat we eigenlijk het land op willen als we ze aanleggen. Er vinden echter (op kleine schaal) al wel particuliere initiatieven plaats. We zien geen noodzaak of mogelijkheden om maatregelen op het gebied van vismigratie te maken. Hoogheemraadschap van Rijnland 3

4 1. INLEIDING 1.1 Doel Het Hoogheemraadschap van Rijnland voert het waterbeheer in het gebied tussen Amsterdam en Den Haag en van de duinen tot een deel van het groene hart. Het waterbeheer omvat veiligheid (voorkomen van overstromingen), kwantitatief waterbeheer (droge voeten, voldoende water) en kwaliteitsbeheer. Wat het kwaliteitsbeheer betreft streeft het Hoogheemraadschap naar schoon en gezond water dat geschikt is voor vele doeleinden, zoals gebruik in de landbouw, maar ook voor recreatie en in natuurwaarden in daarvoor aangewezen gebieden. Om al deze functies te waarborgen, moet niet alleen het water chemisch op orde zijn, ook moeten de planten en dieren die in sloten en plassen thuis horen, er voorkomen. Dat wil het Hoogheemraadschap zelf, maar vanuit Europese wetgeving is er ook een verplichting de ecologische kwaliteit van het oppervlaktewater op orde te brengen en te houden: de Kaderrichtlijn Water (KRW). Deze KRW geeft ons een goede systematiek om met de ecologische kwaliteit van oppervlaktewateren bezig te gaan. Er is een methodiek opgesteld om de ecologische waarde van wateren te bepalen en doelen te formuleren en er is een verplichting om plannen met maatregelen op te stellen om die doelen te halen. Voor dit alles is een tijdschema opgesteld. Verder is er een verplichting om betrokken instanties bij de planvorming te betrekken. Momenteel worden de maatregelen uit de eerste plancyclus, die loopt van 2009 tot 2015, uitgevoerd. Het Hoogheemraadschap is nu bezig de tweede plancyclus voor te bereiden. Deze plancyclus loopt van 2016 tot Het Hoogheemraadschap heeft besloten niet alle gebieden (in KRW-termen: waterlichamen) tegelijk uit te voeren. In de eerste plancyclus worden dus maatregelen genomen in een gedeelte van alle waterlichamen. In de tweede plancyclus is een volgende set aan waterlichamen aan de beurt. In de derde en laatste plancyclus voeren we de rest uit. Zoals gezegd, moeten bij de planvorming ook belanghebbende instanties betrokken worden. Het Hoogheemraadschap heeft dit per waterlichaam gedaan via zogenaamde gebiedsprocessen. Samen met belanghebbenden hebben we nagedacht over maatregelen om het water schoon en gezond te maken en te houden. Het doel van dit gebiedsdocument is de volgende informatie te verschaffen: - De huidige kwaliteit en de ontwikkeling daarin (trends) - Knelpunten (diagnose) - Mogelijke maatregelen en de effectiviteit daarvan. - Ecologische doelstellingen. 1.2 Werkwijze Zoals gezegd streeft het Hoogheemraadschap naar schoon en gezond water waarin planten en dieren die er thuis horen, er ook in voorkomen. Een plas, een sloot of een kanaal is te beschouwen als een ecosysteem. Planten en dieren die er in voorkomen hebben onderling relaties en ze hebben relaties met het milieu waarin ze leven, bijvoorbeeld wat betreft de hoeveelheid voedingsstoffen in het water, het zuurstofgehalte, maar ook de vorm van de oevers, het peilbeheer, etc. Het is, kortom, een complex geheel, waarin vele factoren op elkaar invloed hebben. Hoogheemraadschap van Rijnland 4

5 Gelukkig wordt er al lang onderzoek gedaan naar water-ecosystemen, en is er veel bekend over processen, effecten van maatregelen, etc. We hebben aansluiting gezocht bij verschillende systematieken om water-ecosystemen te onderzoeken, een diagnose te stellen en zinvolle maatregelen te formuleren. We noemen de volgende projecten en rapporten: - Volg- en Stuursysteem. Dit is een project waarin verschillende waterschappen, waaronder het Hoogheemraadschap van Rijnland, en onderzoeksinstituten samenwerken. Het doel is watersystemen op een inzichtelijke manier in beeld te krijgen en ook informatie te hebben over knelpunten en mogelijke maatregelen voor de waterkwaliteit. - Watesysteemrapportage. Dit is een intern rapport van Hoogheemraadschap van Rijnland, waarin ondermeer meetgegevens en berekeningen van het watersysteem zijn beschreven. - Achtergronddocument bij gebiedsdocumenten. Ook dit is een intern rapport van Hoogheemraadschap Rijnland. In dit rapport worden de achtergronden van diverse onderdelen in voorliggend gebiedsdocument toegelicht. Het gaat daarbij vooral om de achtergronden vanuit de Kaderrichtlijn Water en de implementatie daarvan in Nederland en bij het Hoogheemraadschap. Al deze kennis gebruiken we dus om maatregelen te formuleren waarmee we de kwaliteit van de oppervlaktewateren kunnen opkrikken. We willen op dit moment wel een nuancering bij deze aanpak maken. Hoewel we inmiddels veel weten over de ecologie, de processen en de flora- en faunasoorten van oppervlaktewateren, het voorspellen van deze zaken blijft lastig. Op basis van de inzichten die we hebben, verwachten we een bepaald effect als we maatregelen nemen. Of deze reactie van het ecosysteem ook werkelijk optreedt, is vooraf nooit met zekerheid te zeggen. Het kan zijn dat er andere factoren een rol spelen, die we op dit moment nog niet kennen of het belang daarvan nog niet goed kunnen kwantificeren. Of we de doelen met de geformuleerde maatregelen uiteindelijk ook halen, is dus nooit vooraf met zekerheid te zeggen. Daarbij moet ook bedacht worden dat ecologische reacties soms traag verlopen. Er zijn soms terugkoppel-mechanismen die ervoor zorgen dat een bepaalde toestand in stand blijft. Pas na lang duwen en trekken kan een werkelijke reactie op gang worden gebracht. Dit hebben we ook op basis van maatregelen in het verleden geleerd. De reductie van de belasting van oppervlaktewateren met fosfor wordt in Nederland al jarenlang uitgevoerd (fosfor uit wasmiddelen, aanleg riolering en P-verwijdering op awzi s, mestbeleid). We zien dat hierdoor de afgelopen decennia fosforgehaltes in het oppervlakte wel zijn gedaald, maar nog lang niet overal geleid hebben tot een structurele afnamen van de algengroei en het helder worden van de wateren. 1.3 Streefbeeld Zoals in paragraaf 1.1 is aangegeven, streeft het Hoogheemraadschap naar schoon en gezond oppervlaktewater en geeft de Kaderrichtlijn Water daar mede sturing aan. Zo zijn er voor de watertypen die in Nederland voorkomen, referentiebeelden opgesteld. Dit zijn beschrijvingen van de wateren zoals ze er in ongestoorde toestand, dus zonder menselijke beïnvloedingen, uit zouden zien. Op basis van deze referentiebeelden zijn ook maatlatten opgesteld, waarmee de huidige toestand beoordeeld kan worden. Een situatie zonder menselijke beïnvloeding is, zeker in het dichtbevolkte westen van Nederland, ondenkbaar. De referentie is daarom geen doel. De referentie beschouwen we als een stip aan de horizon, die ons richting geeft. Waar streven we dan wel naar? We hebben ons eigen streefbeeld voor de waterkwaliteit en de ecologie van ondiepe plassen als volgt omschreven: Hoogheemraadschap van Rijnland 5

6 De ondiepe plassen in het beheergebied van Rijnland zijn ontstaan door vervening. Bij veel plassen zijn nog petgaten en slootjes aanwezig. Die hebben we bewust bij het waterlichaam betrokken. Ze zorgen voor een rijke en gevarieerde structuur die kenmerkend is voor laagveenplassen. We streven naar helder en plantenrijk water met een daarbij behorende soortenrijke macrofauna- en visgemeenschap. Concreter uitgewerkt betekent dit het volgende: Een fors deel van de bodem is bedekt met submerse vegetatie. Optimaal is deze vegetatie soortenrijk met kritische soorten zoals Kranswieren, diverse soorten Fonteinkruiden en in de luwe delen Krabbenscheer. Ook komen velden met drijfbladplanten (waterlelies, gele plomp) voor. Ook de oevers zijn goeddeels begroeid met vegetatie. Tussen het riet groeien diverse andere soorten water- en oeverplanten. De vegetatie op de oevers vormt tevens een kern van emergente plantensoorten die vanaf de oever het meer in kunnen groeien. De vorm van de oevers kan variëren. Dit hangt samen met de expositie ten opzichte van de overheersende windrichting (inwerking wind en golven), de bodemsoort, etc. In de optimale situatie zijn er ook flauwe oevers in combinatie met een zekere natuurlijke peilfluctuatie. Op s zomers droogvallende in s winters geïnundeerde oevers kunnen soortenrijke vegetaties tot ontwikkeling komen. Hierbij hoort een visgemeenschap die te karakteriseren is als de overgang tussen het Snoekblankvoorn en Ruisvoorn-snoek viswatertype (zie figuur 1). In dit viswatertype komt Brasem in lage dichtheden voor. Plantminnende vissen komen in relatief hoge dichtheden voor en maken minstens de helft uit van de totale visbiomassa. Ook het aandeel zuurstoftolerante vissen (Grote modderkruiper, Kroeskarper en Zeelt) is hoog. Er komen 14 tot 16 soorten voor 1. 1 Bosveld J, M Kroes & R Schreuders (2011). Goede visstand in Rijnland. TAUW, in opdracht van Hoogheemraadschap van Rijnland. Hoogheemraadschap van Rijnland 6

7 Figuur 1. Viswatertypen en onze doelstelling (ondiepe meren) De gevarieerde structuren en vegetatietypen zorgen voor een diversiteit aan habitats voor macrofauna. De macrofaunagemeenschap is daarom soortenrijk. Er komen veel algemene soorten voor, maar ook meer kritische soorten. Soorten van modderbodems die op voedselrijke en zuurstofarme condities duiden, komen hooguit in lage aantallen voor. Voor de algen streven we naar lage dichtheden, zodat het water helder kan worden. Bloei van plaagsoorten, met name blauwalgen komt niet of weinig voor 1.4 Procedure, fasering In dit gebiedsdocument hebben we geanalyseerd wat de huidige situatie is, wat de knelpunten zijn als het beschreven doel niet wordt gehaald, en met welke maatregelen die knelpunten opgelost kunnen worden. De maatregelen die we noemen zijn volgens de mening van het Hoogheemraadschap reële en noodzakelijke maatregelen om de beschreven doelstelling te bereiken. De maatregelen zijn mede tot stand gekomen op basis van een gebiedsproces. Het resultaat van het gebiedsproces is dus een breed gedragen voorstel voor maatregelen. We stellen voor de maatregelen in de tweede planperiode uit te voeren. Uiteindelijk beslist het bestuur van Hoogheemraadschap van Rijnland op basis van een kostenanalyse welke maatregelen in de plannen worden opgenomen. Ook neemt het bestuur een beslissing over de fasering van de uitvoering. De plannen krijgen nog een inspraakronde en moeten goedgekeurd worden door de betreffende provincies. Daarna worden ze vastgesteld en bijvoorbeeld voor de Kaderrichtlijn Water aan de Europese Commissie gerapporteerd. Dat laatste zal het Rijk voor heel Nederland doen. OVB, De OVB-viswatertypering deel 2: Diepe wateren. Vis & Water Magazine, 2e jaargang, nr. 1 Hoogheemraadschap van Rijnland 7

8 2. BESCHRIJVING GEBIED In dit hoofdstuk geven we een algemene beschrijving van de Westeinderplassen. De administratieve kenmerken van Westeinderplassen zijn in Tabel 1 weergegeven. Tabel 1. Administratieve gegevens Westeinderplassen Parameter Waarde KRW code NL13_107 Watertype M27, Matig grote, ondiepe laagveenplassen Status Kunstmatig Polder of boezem Boezem VHR gebied Nee PEHS Ja Waterparel Nee Zwemwaterlocatie RO579, Westeinderplassen vanaf strand RO749, Westeinderplas Kudelstaart 2.1 Ligging en begrenzing De Westeinderplassen liggen tussen Leimuiden en Aalsmeer (zie Figuur 2). Aan de noordwestzijde van de plas ligt het dorp Rijsenhout. Bij het waterlichaam hoort de plas zelf, de (voormalige) petgaten aan de noordzijde en die aan de westzijde. 2.2 Ontstaan en status De Westeinderplassen zijn ontstaan als gevolg van turfwinning. Men liet smalle stukjes land (legakkers) tussen het open water staan. Als gevolg van de wind sloegen de legakkers weg en ontstonden er grote wateroppervlakten. Op deze wijze ontstonden ook de Westeinderplassen. Door de veenontginning van West-Nederland ontstond er een landgebrek waardoor de meeste meren voor agrarische doeleinden drooggemalen werden. De Westeinderplassen zijn echter één van de weinige plassen die niet drooggemalen zijn Omdat de plassen geen natuurlijke oorsprong hebben, is dit waterlichaam als kunstmatig aangemerkt. De meest gelijkende natuurlijke referentie van het waterlichaam de Westeinderplassen is die van de matig grote ondiepe laagveenplassen (M27). Hoogheemraadschap van Rijnland 8

9 Figuur 2. Topografie. Hoogheemraadschap van Rijnland 9

10 2.3 Hydrologie en morfologie De plassen maken deel uit van Rijnlands boezemsysteem en staan in open verbinding met het oostelijke deel van de Haarlemmermeerse Ringvaart (kortweg: Ringvaart). Het waterpeil in de plassen (peilbesluit: zomerpeil= NAP -0,61 m winterpeil = NAP -0,64 m) is veel hoger dan in de omliggende polders (ca vier tot meer dan vijf meter). Het boezempeil is ook hoger dan de stijghoogte van het eerste en tweede watervoerende pakket (beiden lager dan -2 m NAP). Hierdoor is sprake van een inzijgingssituatie; circa 0,5-1 mm/d. De plas heeft de volgende hydromorfologische kenmerken: - De maximale diepte van de plas is minder dan 3 m. - De plas staat in open verbinding met de boezem. - Er is een vast streefpeil. Het zomerpeil is -0,61 mnap, het winterpeil -0,64 mnap. - Er vindt wegzijging plaats naar de omliggende polders. - Vanuit de plas wordt ook water ingelaten naar de omliggende polders via diverse inlaatwerken. Gemiddeld gaat het om ruim 4 miljoen m 3 per jaar. - De verblijftijd is relatief kort: ca. 3 maanden. Dit komt vooral door de uitwisseling met de boezem. - De zuidwestoever van de plas (circa 6% van de totale oeverlengte van de plas) is natuurlijk ingericht: geen beschoeiing en een onderwatertalud van circa 1:10. Het overige deel van de oever is niet natuurvriendelijk ingericht en heeft een talud steiler dan 1: Gebruik en functies De plassen maken deel uit van het boezemsysteem van Rijnland en vervullen met name een functie in het bergen van water. Op de boezemlanden tussen de Kleine Poel en de Groote Poel bevindt zich bebouwing. De plassen maken deel uit van de PEHS en vanuit alle vier de windrichtingen komen ecologische verbindingszones uit in de Westeinderplassen. Op en rond de plassen wordt veel gerecreëerd. Het gebied kent de volgende functies: - De plas heeft als onderdeel van de boezem de functie van waterberging. - Het gebied ligt in een ecologische verbindingszone. - De gehele plas heeft de functie viswater. Er vindt ook beroepsvisserij plaats op zowel aal als witvis (waaronder vermoedelijk ook snoekbaars). - Er zijn twee aangewezen zwemwaterlocaties. - Er vindt recreatievaart plaats. In het zuidoostelijke deel van de plas is een speedbotenbaan aanwezig. Hoogheemraadschap van Rijnland 10

11 3. HUIDIGE SITUATIE EN ONTWIKKELINGEN Paragraaf 3.2 gaat over uitgevoerde en geplande maatregelen. We beschrijven eerst welke maatregelen we in het verleden al genomen hebben. Dan geven we de lijst met maatregelen die we in de vorige plancyclus hadden geformuleerd. Daarbij geven we aan wat we inmiddels uitgevoerd hebben en wat nog niet. Daarnaast noemen we andere geplande maatregelen of toekomstige ontwikkelingen die rond het waterlichaam van belang zijn. In paragraaf 3.1 beschrijven we de huidige chemische en biologische kwaliteit van het water en de trends die daarin zijn opgetreden. We proberen gevonden ontwikkelingen te koppelen aan uitgevoerde maatregelen of andere ontwikkelingen. 3.1 Uitgevoerde en geplande maatregelen In Tabel 2 en Figuur 3 zijn de maatregelen gegeven die in het MEP/GEP-document van 2009 zijn opgenomen. De uitvoering van maatregelen voor de Westeinderplassen stond niet voor de eerste planperiode gepland. De maatregelen zijn daarom nog niet uitgevoerd. Tabel 2. Voorgestelde maatregelen voor de KRW, MEP/GEP-document, De nummers verwijzen naar de kaart van Figuur 3. Nr Maatregel Type maatregel Op kaart 2 Verdiepen Inrichtingsmaatregel 3 Structuurmaatregelen Inrichtingsmaatregel 4a Aanleg natuurvriendelijke oevers Inrichtingsmaatregel 4b Behoud natuurvriendelijke oevers Inrichtingsmaatregel 6 Vooroever met verontdieping Inrichtingsmaatregel 7 Bestrijding drijflagen Effectbestrijding en preventie - Uitlaten verminderen / opheffen Hydrologische aanpassing Aanvullende maatregelen/randvoorwaarden - Natuurvriendelijk onderhoud 2 Beheer en onderhoud - Emissiereductie in boezem Emissiemaatregel Deze lijst met maatregelen is opgesteld op basis van een groslijst met maatregelen, waaruit eerst alle maatregelen zijn geïnventariseerd die de negatieve effecten van ingrepen op de ecologie verzachten. Vervolgens is geanalyseerd of de mogelijke maatregelen significante negatieve effecten op gebruiksfuncties hebben. Hierbij is de memo uitgangspunten significante schade van het Hoogheemraadschap van Rijnland als leidraad gebruikt. Maatregelen met een significante schade zijn vervolgens uit de lijst geschrapt. De resterende maatregelen zijn in de plannen opgenomen. 2 Bij (onderhouds-)werkzaamheden wordt bovendien rekening gehouden met de locale meervalpopulatie. Hoogheemraadschap van Rijnland 11

12 Figuur 3. Voorgestelde maatregelen voor de KRW, MEP/GEP-document, Waterkwaliteit en ecologie Biologie ondersteunende stoffen In Tabel 3 zijn de waarden voor de huidige situatie voor de biologie ondersteunende stoffen gegeven. Deze waarden zijn getoetst aan de KRW-doelstellingen uit de eerste planperiode, dus de doelstellingen die voor 2015 gelden. De kleurcodering is als volgt: - groen: goed (voldoet aan GEP) - geel: matig (66-100% van het GEP) - oranje: ontoereikend (33-66% van het GEP) - rood: slecht (minder dan 33% van het GEP) Tabel 3. Huidige situatie (gegevens 2012) en doelstelling (GEP voor KRW1) biologie ondersteunende stoffen. Voor toelichting: zie tekst. Parameter Eenheid Toetswaarde Huidige situatie Doelstelling Temperatuur C Maximum 20,3 25 Zuurstofverzadiging % Zomergemiddelde Chloride mg/l Zomergemiddelde Doorzicht m Zomergemiddelde 1,8 0,9 Zuurgraad ph Zomergemiddelde 8,3 5,5 7,5 Totaal fosfor mgp/l Zomergemiddelde 0,22 0,06 Totaal stikstof mgn/l Zomergemiddelde 2,6 1,3 Hoogheemraadschap van Rijnland 12

13 De nutriëntengehalten (fosfor, stikstof) in de Westeinderplassen zijn te hoog, maar wel een stuk lager dan in Kagerplassen. De aanwezigheid van driehoeksmosselen hebben een grote invloed op de waterkwaliteit doordat ze het water filteren en een groot deel van de algen consumeren. Het doorzicht is bijna 2 meter. In de zomer wordt het doorzicht bepaald door de aanwezigheid van chlorofyl-a (algen) en niet door (anorganische) slibdeeltjes. In Figuur 4 zijn de ontwikkelingen van de concentraties fosfaat en chlorofyl en van het doorzicht vanaf 1985 weergegeven. In de periode tot ca is het fosfaatgehalte gedaald. Pas vanaf ongeveer 1995 daalt ook het chlorofyl gehalte en neemt het doorzicht toe. De verandering in het chlorofylgehalte en het doorzicht lopen dus niet parallel met de ontwikkeling van het fosfaatgehalte. Vrijwel zeker komt dit door de vestiging van driekhoeksmosselen sinds midden jaren 90. Door de filterende werking van deze mollusken is de helderheid beter dan op basis van het fosforgehalte te verwachten is. In 2002 is door duikers de hoeveelheid driehoeksmosselen op de bodem geïnventariseerd. Er is toen geconstateerd dat er veel exemplaren aanwezig waren. De hoeveelheid daarvan was voldoende om het toegenomen doorzicht te kunnen verklaren. Biologische kwaliteitselementen In Tabel 4 en Tabel 5 zijn de toetsingen van de biologische kwaliteitselementen gepresenteerd, respectievelijk op basis van de maatlatversie 2007 en In de plas groeien geen ondergedoken waterplanten. Hierdoor heeft de macrofauna zich niet optimaal ontwikkeld. Het visbestand is geraamd op ruim 100 kg/ha. In totaal zijn tijdens de bemonstering (uitgevoerd in 2011) 17 vissoorten aangetroffen. Het geraamde bestand op basis van de biomassa wordt gedomineerd door brasem (66%) en verder heeft paling een redelijk aandeel (9%). Met de natuurlijke maatlat (M27) is de visstand beoordeeld als ontoereikend (score = 0,20). Op de deelmaatlat aantal soorten na ( goed), scoren alle andere deelmaatlatten slecht. Vooral het hoge biomassa aandeel van brasem heeft zowel een directe als indirecte negatieve invloed op de score van de verschillende aandeel gerelateerde deelmaatlatten. Hoogheemraadschap van Rijnland 13

14 Trendplot P (RO281) 0.5 meetwaarden tijdreekswaarden gecensureerd Lowess trendlijn 0.4 mg/l jaar Trendplot CHLFa (RO281) meetwaarden tijdreekswaarden gecensureerd Lowess trendlijn ug/l jaar Trendplot ZICHT (RO281) meetwaarden tijdreekswaarden Lowess trendlijn 30 dm Figuur 4. Trends in totaal-fosfaat, chlorofyl-a en jaar doorzicht. Grijs: meetgegevens. Donker blauw: meetgegevens bewerkt naar gelijke tijdsintervallen. Paarse stippen: aangepaste meetgegevens (bijvoorbeeld vanwege detectiegrens analysemethode). Rode lijn: lineaire (rechtlijnige) trend. Lichtblauwe lijn: geleidelijke trend over kortere periode (daarom niet altijd een rechte lijn). Hoogheemraadschap van Rijnland 14

15 Tabel 4. KRW-toetsingen biologische kwaliteitselementen op basis van de maatlatversie 2007 Tabel 5. KRW-toetsingen biologische kwaliteitselementen op basis van de maatlatversie 2012 Waarde (EKR) Gekoppeld aan ander waterlichaam Jaar Fytoplankton 0,55 Nee 2011 Macrofyten 0,05 Nee 2011 Macrofauna 0,26 Nee 2011 Vis 0,07 Nee 2011 Kwaliteit zwemwater De bacteriologische kwaliteit van de zwemwaterlocaties is voldoende. De aanwezigheid van drijflaagvormende blauwalgen leidt wel regelmatig tot overlast op de zwemwaterlocaties. Bijna ieder jaar is er sprake van blauwalgen en vaak vormen de blauwalgen vanaf juni drijflagen die voor overlast zorgen. De overlast bestaat bijvoorbeeld uit een negatief zwemadvies of een zwemverbod op de zwemwaterlocaties. Tevens zorgen de drijflagen in het noordoosten van de plas (Aalsmeer) regelmatig voor stankoverlast. Hoogheemraadschap van Rijnland 15

16 4. DIAGNOSE Om te komen tot een pakket van maatregelen waarmee de ecologische kwaliteit van de Westeinder plassen verbeterd kan worden, heeft het Hoogheemraadschap een analyse van de plassen uitgevoerd. Dat is gedaan aan de hand van Ecologische Sleutelfactoren (ESF s). Dit zijn factoren die bepalend zijn voor de ecologische kwaliteit van het water. Er zijn in totaal negen ESF s, ingedeeld in drie Diagnoses (groepen): Diagnose 1: voedselrijkdom - ESF1: externe belasting met nutriënten - ESF2: lichtklimaat - ESF3: bodem Diagnose 2: overige ecologische factoren - ESF4: habitat - ESF5: verspreiding - ESF6: verwijdering - ESF7: organische belasting - ESF8: toxiciteit Diagnose 3: sociale aspecten - ESF9: belevingswaarde en gebruiksfuncties De sleutelfactoren zijn in feite bottlenecks: het zijn factoren die de ontwikkeling van een gezond ecosysteem in de weg staan. Er is pas een ecologische verbetering te verwachten als de sleutelfactor op orde is. Maatregelen die een sleutelfactor maar voor de helft verbeteren, hebben in de meeste gevallen weinig zin. Bovendien is het zo dat de sleutelfactoren bewust in een bepaalde volgorde zijn gezet. Ze kennen een hiërarchische opbouw. Het heeft daarom meestal ook weinig zin om maatregelen voor een bepaalde sleutelfactor te nemen als niet alle bovenliggende sleutelfactoren op orde zijn. Het denken in sleutelfactoren is een methode om op een inzichtelijke manier te kunnen bepalen welke maatregelen we moeten nemen. De methode met ESF s hebben we overigens niet zelf bedacht, maar komt voort uit het project Volg- en Stuursysteem. Dit project, waaraan door het Rijk subsidie is verleend, wordt getrokken door de STOWA. Naast het Hoogheemraadschap van Rijnland zijn Waternet, het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, het Waterschapshuis, Deltares en Nelen & Schuurman bij het project betrokken. Informatie over het project is te vinden op de website van de STOWA ( thema s watermozaïk Volg- en Stuursysteem). In het technisch achtergronddocument bij voorliggend gebiedsdocument is informatie over de ESF s samengevat. De sleutelfactoren zijn in detail onderzocht en beschreven in een Watersysteemanalyse die wij hebben uitgevoerd. In voorliggend gebiedsdocument geven we de essentie van het resultaat van die analyse aan: is de sleutelfactor op orde of niet, waar komt dat door en welke maatregelen zijn mogelijk om de sleutelfactor zo nodig wel op orde te krijgen. Hoogheemraadschap van Rijnland 16

17 4.1 Diagnose 1. Voedselrijkdom De drie sleutelfactoren in deze diagnose gaan over de mate van voedselrijkdom van het water. Deze factoren zijn in belangrijke mate bepalend voor de groei van algen, de helderheid en de groei van ondergedoken waterplanten. Direct of indirect (via algen en waterplanten) heeft de voedselrijkdom ook invloed op macrofauna en vis. De voedselrijkdom is dus een belangrijke factor voor de ecologische kwaliteit van het water Ecologische Sleutelfactor 1: Externe belasting met nutriënten. De externe belasting (toevoer) van nutriënten, bepalen in belangrijke mate de groei van algen. Bij sterke algengroei is het water troebel en kunnen ondergedoken waterplanten niet tot ontwikkeling komen. Als de algengroei beperkt wordt door reductie van de externe belasting, neemt de kans op ontwikkeling van ondergedoken waterplanten toe. Fosfaat is in zoete wateren meestal de beperkende en daarmee ook sturende nutriënt voor de groei van algen en waterplanten. Voor de externe belasting met nutriënten wordt daarom alleen naar fosfaat gekeken. Hoogheemraadschap van Rijnland 17

18 Analyse In Figuur 5 is de huidige belasting van de Westeinderplassen met fosfaat weergegeven. De rode en groene lijn geven de kritische zone voor de belasting. fosfor belasting (g P m-2 j-1) huidig helder initiele toestand troebele initiele toestand Figuur 5. Belasting met nutriënten. Er is maar één bron: uitwisseling met de boezem. De rode en groene lijn geven de kritische zone van de belasting. Lager dan de groene lijn is goed, hoger dan de rode lijn is niet goed. Uit bovenstaand figuur blijkt dat de huidige externe fosforbelasting de kritische belasting ruimschoots overschrijdt. Dit betekent dat op basis van de huidige belasting niet kan worden verwacht dat de plas helder is. Zoals gezegd is de plas wel helder door de filterende werking van driehoeksmosselen. Er zijn echter wel problemen met blauwalgen. Hoogheemraadschap van Rijnland 18

19 Maatregelen Hoewel de belasting veel hoger is dan de kritische belasting, zijn er dus toch geen problemen met de helderheid van het water vanwege de filterende werking van de aanwezige driehoeksmosselen. We weten niet waarom de driehoeksmosselen hier in groten getale voorkomen en vooral ook niet of ze langdurig aanwezig blijven. Mochten de mosselen op een gegeven moment verdwijnen, dan zullen er vrijwel zeker alsnog problemen ontstaan met algengroei en het doorzicht van het water. We willen daarom onderzoeken hoe we de hoeveelheid driehoeksmosselen kunnen behouden en mogelijk zelfs uitbreiden, bijvoorbeeld in combinatie met de aanleg van vooroeververdediging. Bij dit onderzoek betrekken we ook de vraag waarom er onvoldoende waterplanten tot ontwikkeling komen als het water wel helder genoeg is. Dit laatste onderzoek wordt op drie locaties uitgevoerd, ook bij de Amstelveense Poel en de Nieuwe Meer. Ondanks de filterende werken van de driehoeksmosselen zijn er nog wel problemen met blauwalgen. Om dit probleem terug te dringen moet de externe belasting met fosfor (fors) teruggedrongen worden. Deze maatregel wordt ook noodzakelijk als de driehoeksmosselen ondanks onze pogingen deze te behouden, toch verdwijnen. Er zijn in theorie verschillende maatregelen om de fosfaatbelasting beneden de kritische zone te krijgen: - Kwaliteit van het boezem- en (uitgeslagen) polderwater verbeteren, - Uitwisseling met de boezem verminderen (geheel of gedeeltelijk isoleren), - Systeemeigenschappen van het meer veranderen waardoor de kritische balasting hoger wordt (minder streng). Hoogheemraadschap van Rijnland 19

20 Voor de verbetering van boezem- en polderwaterenen is er het emissiebeheerplan en het lozingenbeleid. Het emissiebeheerplan richt zich landbouwemissies en lozingen uit de afvalwaterzuiveringsinstallaties. Voor de landbouwemissies is een plan van aanpak waarbij in de eerste planperiode onderzoeksmaatregelen met de sector zijn uitgevoerd (bloembollen, boomteelt, veenweidegebied). De resultaten daarvan gaan we in de tweede en derde planperiode van de KRW uitvoeren waar dat zinvol is in de rest van het beheergebied. Deze aanpak loopt dus tot en met De lozingen uit de afvalwaterzuiveringsinstallaties vallen onder het lozingenbeleid. Dat voorziet in een graduele reductie van de lozingen uit de afvalwaterzuiveringsinstallaties, in lijn met de toekomstige verbetering van de boezemwaterkwaliteit. Voor de verbetering van de kwaliteit van de boezem loopt thans een apart project waarin het watersysteem van de boezem onderzocht wordt en maatregelen geformuleerd worden. Daarbij gaat het ook om maatregelen in de landbouw. Dit project loopt nog tot eind Er is onderzocht wat de fosfaatbelasting van de Westeinderplassen wordt, als de fosfaatconcentratie van de boezem aan de norm voldoet. Deze norm bedraagt 0,25 mgp/l. Bij deze fosfaatconcentratie is de fosfaatbelasting van de Westeinderplassen nog steeds een factor 4 te hoog. Om de kritische belasting te kunnen bereiken, is een kwaliteitsverbetering van de boezem tot 0,03 mgp/l nodig. Dit wordt als onrealistisch beschouwd. Ook het beperken van de uitwisseling met de boezem is lastig: er is veel scheepvaart, zowel beroeps als plezier. Modelmatig is doorgerekend wat de gevolgen voor de uitwisseling en daarmee de fosfaatbelasting zijn, als de doorgangen tussen de plassen en de Ringvaart vernauwd worden tot 20 à 30 meter breedte. Dat is tien maal zo smal als de doorgangen nu zijn. Door deze maatregel wordt de uitwisseling inderdaad lager, maar een tegengesteld effect is dat de kritische belasting ook lager wordt omdat de verblijftijd hoger wordt. Het gecombineerde effect is, dat de belasting ca. 10 maal zo hoog blijft als de kritische belasting; net als in de huidige situatie dus. Als de plassen helemaal worden geïsoleerd en alleen water vanuit de boezem wordt aangevoerd voor peilhandhaving, dan nog is de belasting te hoog. Het reduceren van de fosforbelasting is dus erg lastig. We zien wel positieve ontwikkelingen. We blijven daarom de ontwikkelingen in de plas volgen en stellen nu behalve voortzetting van het regulier emissiebeheer en maatregelen voor verbetering van de kwaliteit van de boezem. Hoogheemraadschap van Rijnland 20

21 4.1.2 Ecologische Sleutelfactor 2. Lichtklimaat. Bij deze sleutelfactor gaat het om verdere analyse van het lichtklimaat. Naast algen (sleutelfactor 1) kunnen er ook andere oorzaken zijn van een slecht lichtklimaat die de vestiging van ondergedoken waterplanten belemmeren, zoals slibdeeltjes, ijzerverbindingen, etc. Voor de kieming van waterplanten is het nodig dat tenminste 4% van het licht tot op de bodem doordringt. Optimaal is als dit op 25% van de bodem het geval is. Analyse In Figuur 6 is het percentage invallend licht op de bodem bij twee verschillende extincties van het water gegeven. De twee extincties geven de huidige variatie in helderheid van het water. In het rode gebied valt onvoldoende licht op de bodem voor de groei van ondergedoken waterplanten. Bij de overige kleuren is wel voldoende licht. Afhankelijk van de extinctie is dit gebied dus groter of kleiner. In Figuur 7 is het diepteprofiel van de plas gepresenteerd (gemaakt door Sportvisserij Nederland). Het middengedeelte van de plas is dieper dan 3 meter en hoort niet bij het begroeibaar areaal. Van een groot gedeelte van de zone die ondieper is dan 3 meter (dus het begroeibaar areaal) valt periodiek voldoende licht op de bodem. We streven naar 25% bedekking met waterplanten in het hele meer. Wat lichtinval betreft is er geen beperking voor die mate van plantengroei. We zien bovendien een positieve ontwikkeling: de helderheid van de plas neemt gemiddeld langzaam toe (zie Figuur 4, onderste deel). De conclusie is dat het lichtklimaat niet beperkend is voor de groei van waterplanten. Figuur 6. Percentage invallend licht op de bodem bij twee verschillende extincties. Deze waarden geven de huidige variatie in transparantie van het water weer. Bij rood is er onvoldoende licht voor ondergedoken waterplanten, bij de overige kleuren is voldoende licht. Maatregelen Het gedeelte van het begroeibaar areaal (ondieper dan 3 meter) waar voldoende licht op de bodem doordringt voldoet (periodiek) aan ons streefbeeld. We zien bovendien een positieve ontwikkeling. We willen die ontwikkeling eerst verder afwachten voordat we maatregelen nemen. Hoogheemraadschap van Rijnland 21

22 Figuur 7. Diepteprofiel Ecologische Sleutelfactor 3. Bodem. Bij deze sleutelfactor wordt gekeken naar de voedselrijkdom van de bodem. Als die te hoog is, zal de ondergedoken vegetatie die dan ontstaat, erg uitbundig groeien (en mogelijk tot overlast voor de scheepvaart leiden) en soortenarm zijn. De ecologische waarde van een dergelijke vegetatie is niet hoog of op zijn minst gezegd: niet optimaal. Het kan zijn dat na verloop van tijd de bodem uitgeput raakt. Of en vooral wanneer dat gebeurt, weten we niet maar waarschijnlijk kan dat jaren duren. Analyse Op de bodem ligt voor een deel slap slib, dat door wind en golven zich over de bodem kan verplaatsen. De bodem daaronder is een harde veenbodem. Er zijn metingen van de hoeveelheid organische stof, stikstof, fosfor en sultaat in het poriewater van de bodem uitgevoerd. Hieruit blijkt dat de bodem voedselrijk is en dat er een risico is op afbraak van het veen in de bodem, waardoor extra fosfor vrijkomt. Dit is geen optimale situatie voor de groei van waterplanten: er zou een (te) weelderige en monotone (uit een of twee soorten bestaande) vegetatie kunnen ontstaan. Maatregelen Het vreemde is, dat er nu helemaal geen waterplanten voorkomen, hoewel dit wat betreft externe belasting en lichtklimaat (ESF s 1 en 2) wel zou kunnen. We willen eerst uitzoeken waarom dat niet gebeurt, voordat we maatregelen voor de bodem nemen. Hoogheemraadschap van Rijnland 22

23 4.1.4 Samenvatting Diagnose 1. In Figuur 8 zijn de Ecologische stuurfactoren van Diagnose 1 met de huidige situatie en de voorgestelde maatregelen om de ESF s op orde te krijgen, schematisch weergegeven. Figuur 8. Overzicht diagnose Diagnose 2: Overige ecologische factoren In deze diagnose wordt gekeken of andere factoren die nodig zijn voor een waardevol ecosysteem op orde zijn, zoals de geschiktheid van het habitat, de mogelijkheden voor planten en dieren om zich te vestigen en de afwezigheid van factoren die plantengroei kunnen belemmeren. De nadruk ligt op water- en oeverplanten, maar ook macrofauna en vis spelen een rol in deze diagnose. In totaal zijn er vijf sleutelfactoren (genummerd 4 t/m 8) Ecologische Sleutelfactor 4. Habitatgeschiktheid. Bij deze sleutelfactor wordt gekeken of het habitat geschikt is voor de vestiging van diverse soorten planten en dieren. Aspecten zijn de vorm van de oevers, de mate van golfslag die inwerkt op de oevers, de structuur van de bodem en ook chemische karakteristieken van het water die bepalend zijn voor de soortensamenstelling van flora en fauna. Analyse Hoogheemraadschap van Rijnland 23

24 Het grootste gedeelte van de oevers is verhard met stortstenen of soms zelfs met een damwand. Alleen aan de westkant zijn onverharde oevers. Zie Figuur 9. Op ongeveer 30% van de oevers staat een rietkraag. De breedte van de rietkraag is aangegeven in Figuur 10. Er zijn echter in het noordelijk en westelijk deel van het waterlichaam veel slootjes en petgaten. Deze bieden waarschijnlijk wel een grote hoeveelheid aan vegetatiestructuren en habitats. De petgaten in het westelijke deel van de oevers hebben waarschijnlijk mooie rietoevers. Voor zover bekend slibben ze niet dicht. Dat laatste geldt wel voor de kopslootjes aan de ringvaart. Ook kan het zijn dat de scheepvaart daar de vestiging van waterplanten bemoeilijkt (zie daarvoor verder onder ESF5). Figuur 9. Typen oevers. Maatregelen De huidige situatie is niet optimaal. Er vinden echter nu al initiatieven plaats door de Stichting Bovenlanden en door particulieren om oude structuren te behouden of te herstellen. Hier willen we verder mee samenwerken. We zullen dit tijdens het gebiedsproces oppakken. Daarnaast willen we zoveel mogelijk behouden van de reeds aanwezige natuurvriendelijke oevers door goed beheer en onderhoud. Voor heel Rijnland zijn we bezig met het opstellen van een beheer en onderhoudsplan, hierin zal deze maatregel verder worden gespecificeerd. Langs de zuidelijke oever, westelijk deel, wordt de kade verhoogd. De huidige rietoever gaat daarmee verloren. Normaliter vervangen we in zo n geval de natuurlijke oever. In dit geval lukt dat om technische redenen echter helaas niet. De kopslootjes langs de Ringvaart zouden gebaggerd kunnen worden, maar we verwachten hier geen substantiële vestiging van waterplanten wegens de scheepvaart die in deze Hoogheemraadschap van Rijnland 24

25 slootjes plaatsvindt. Uiteraard is baggeren van deze slootjes wel zinvol om problemen met de scheepvaart en stankoverlast te voorkomen. Dit behandelen we bij diagnose 3 (ESF 9). Figuur 10. Breedte van de rietkraag Ecologische Sleutelfactor 5. Verspreiding Bij deze sleutelfactor gaat het erom of planten, maar ook dieren, zich na verbetering van de situatie ook kunnen vestigen. Is er van waterplanten bijvoorbeeld een zaadbank aanwezig? Zijn er andere waterplanten op voldoende afstand zodat ze de wateren kunnen koloniseren? Deze laatste vraag geldt ook voor dieren. Analyse De plas en aangrenzende slootjes maken al deel uit van de boezem. Hier is dus vrije migratie van vis mogelijk. In de plassen zijn veel meervallen. Een deel daarvan is van zendertjes voorzien zodat hun beweging gevolgd kan worden. De polders die op de plas afwateren dat zijn de Haarlemmermeerpolder en de Vrieschekoopse polder liggen te diep (te groot peilverschil) om met de plas te verbinden. Voor kolonisatie van de plas met waterplanten en macrofauna worden geen problemen voorzien. Maatregelen Er zijn geen redenen om maatregelen te nemen. Hoogheemraadschap van Rijnland 25

26 4.2.3 Ecologische Sleutelfactor 6. Verwijdering Bij deze sleutelfactor gaat het om de aanwezigheid van factoren die waterplanten verwijderen, zoals maaien, scheepvaart en vraat door watervogels of kreeften. Analyse Er vindt thans geen schoning of maaibeheer plaats. Vaarbeweging van motorboten leveren op de open plas waarschijnlijk geen problemen op omdat de diepte groot genoeg is. In de petgaten en slootjes die aan de plas grenzen kan schroefwater wel een probleem opleveren. Deze zijn meestal ondieper en vaak ligt er veel slib. We denken echter dat, ook als de slootjes regelmatig gebaggerd worden, ze nooit een waardevolle ecologische functie kunnen vervullen, omdat wegens de scheepvaart vestiging van waterplanten zeer gering zal blijven. Het baggeren van de sloten is wel zinvol, maar dan meer vanuit de belevingswaarde en voor de scheepvaart. Dit wordt bij diagnose 3 behandeld. Momenteel houden zich weinig watervogels op de plas op, die een grote graasdruk op waterplanten kunnen veroorzaken. We weten niet of er veel rivierkreeften zitten, die een probleem voor waterplanten kunnen vormen. Maatregelen Op dit moment zien we geen redenen om voor deze sleutelfactor maatregelen te nemen. Hoogheemraadschap van Rijnland 26

27 4.2.4 Ecologische Sleutelfactor 7. Organische belasting Organische belasting leidt tot afname van het zuurstofgehalte. Vooral dieren (vissen, maar ook macrofauna) hebben hiervan te leiden. Bij een overstort kan bijvoorbeeld vissterfte optreden. Analyse De afvalwaterzuivering van Rijsenhout loost het effluent op de Ringvaart. Dit is echter gezuiverd afvalwater en zal normaliter niet tot problemen met de zuurstofhuishouding leiden. De aanwezige woonboten zijn aangesloten op het riool. De recreatievaart is wettelijk verplicht boordtoiletten te hebben. In hoeverre dit gerealiseerd is en er ook volgens de regels gebruik van wordt gemaakt, is onbekend. Voor de beroepsvaart geldt de verplichting niet. Waarschijnlijk is de belasting gering en veroorzaakt het geen probleem voor de zuurstofhuishouding. Overige bronnen, zoals vogels (vogelpoep), bladinval en aanvoer van kroos zijn te verwaarlozen. Maatregelen Op dit moment zien we geen problemen. Er zijn geen redenen om maatregelen te nemen Ecologische Sleutelfactor 8. Toxiciteit Bij toxiciteit gaat het om milieuvreemde stoffen of stoffen die van nature in zeer lage concentraties voorkomen en die een toxisch (giftig) effect op planten en/of dieren kunnen hebben. Voor de KRW is een lijst van toxische stoffen (Prioritaire stoffen en Overige relevante stoffen) en het Hoogheemraadschap meet deze stoffen op enkele hoofdmeetpunten. Stoffen die de norm overschrijden worden in een ander meetprogramma met een hogere meetdichtheid en een hogere meetfrequentie opgenomen. Analyse Op dit moment vormen ammonium en koper een probleem. Uit het ammoniumgehalte wordt het gehalte aan ammoniak berekend. Bij deze omrekening speelt de zuurgraad (ph) een rol. Het water is erg basisch (hoge ph) en uit de berekening volgt dat het ammoniakgehalte dan zo hoog is, dat het toxisch wordt. Dit probleem doet zich voor bij veel oppervlaktewateren in het beheergebied van Hoogheemraadschap van Rijnland. We lopen hier sinds kort tegenaan, omdat het relatief nieuwe normen vanuit de Europese Commissie zijn. Het Hoogheemraadschap gaat onderzoeken wat het probleem werkelijk omvat en hoe het eventueel is op te lossen. Problemen met koper doen zich ook in meer oppervlaktewateren van Rijnland voor. Ook dit probleem willen we waterschapsbreed aanpakken. Maatregelen De problemen met ammonium en koper via generiek beleid aanpakken. Hoogheemraadschap van Rijnland 27

28 4.2.6 Samenvatting Diagnose 2. De stuurfactoren, de maatregelen en de ecologische effecten zijn in het schema van Figuur 11 samengevat. De voorgestelde maatregelen voor Diagnose 2 zijn: - Meewerken met particuliere initiatieven om oevers te verbeteren. - Kopslootjes aan de ringvaart baggeren. - Omvang, oorzaken en mogelijke maatregelen van overschrijding normen voor NH4 en Cu onderzoeken. Figuur 11. Samenvatting Diagnose 2. Hoogheemraadschap van Rijnland 28

29 4.3 Diagnose 3. Beleving Bij deze diagnose gaat het om de belevingswaarde van het water. Hierbij kan gedacht worden aan de kijkfunctie, maar ook gebruiksfuncties zoals varen, vissen en zwemmen. Het aspect beleving hebben we nog niet verder uitgewerkt. We hebben geen maatregelen opgenomen voor de belevingswaarde. Hoogheemraadschap van Rijnland 29

30 5. AFLEIDING ECOLOGISCHE DOELSTELLINGEN In de eerste KRW-planvorming zijn doelstellingen vastgesteld (GEP KRW1) op basis van de gegevens, informatie en kennis die we toen hadden. Voor de tweede KRW-planvorming passen we een correctie van de doelen toe. De redenen zijn: - In sommige gevallen: een andere begrenzingen van waterlichamen en/of een ander watertype; - Nieuwe landelijke maatlatten en wijze van meten, toetsen en beoordelen; - Nieuwe (recentere) meetgegevens; - Heroverweging van maatregelen op basis van toegenomen kennis en ervaring. Voor nadere toelichting: zie het Achtergronddocument. In Tabel 6 staan de doelstellingen zoals die in de eerste KRW-planvorming geformuleerd waren (GEP KRW1) en de gecorrigeerde doelen (GEP KRW2). Ook de huidige situatie is weergegeven. Tabel 6. Huidige situatie en doelstellingen uit de eerste en tweede KRW-planperiode De gegevens zijn ook grafisch gepresenteerd (Figuur 12). De gecorrigeerde doelen zijn als gekleurde staafdiagrammen weergegeven, waarbij vier klassen worden onderscheiden: - goed (groen); de onderkant van deze klasse is het GEP voor KRW2); - matig (geel) - ontoereikend (oranje) - slecht (rood). De zwarte arcering van de kleuren is (volgens voorschrift in de KRW) toegepast omdat het om een kunstmatig waterlichaam gaat. Het GEP uit KRW1 is als een groen lijntje weergegeven. De huidige situatie (meest recente gegevens als een zwart lijntje. Hoogheemraadschap van Rijnland 30

31 Westeinderplassen 1,0 0,9 EKR 0,8 0,7 0,6 0,5 0,4 0,3 0,2 Goed (KRW2) Matig Ontoereikend Slecht GEP KRW1 Huidige situatie 0,1 0,0 Fytoplankton Macrofyten Macrofauna Vis Figuur 12. Ecologische doelstellingen uit de eerste en tweede KRW-planperiode en de huidige situatie De motivatie voor de doelafleiding is als laatste onderdeel in deze paragraaf in tabelvorm verwoord (Tabel 7). Tabel 7. Motivatie afleiding ecologische doelen tweede KRW-planperiode Hoogheemraadschap van Rijnland 31

32 6. SAMENVATTING MAATREGELEN KRW2/3 In onderstaande tabel zijn de maatregelen en de omvang van de maatregelen samengevat. Maatregel Behoud en herstel van oevers. Meeliften met particuliere initiatieven. Baggeren kopslootjes nabij de Ringvaart Beheer en onderhoud natuurvriendelijke oevers Onderzoek naar behoud en toename driehoeksmosselen Onderzoek naar oorzaak achterblijven plantengroei ondanks gunstig lichtklimaat Onderzoek naar oorzaak overschrijding norm ammonium en koper Omvang pm 7500 m3 pm 1 stuk 1 stuk 1 stuk De maatregelen zijn tevens op kosten gezet. Dit is gebeurd op basis van de SSK-methodiek (Standaardsystematiek voor Kostenramingen); deterministisch op basis van onderbouwde kentallen. Enkele maatregelen blijken disproportioneel duur te worden. De maatregelen en kosten dienen als input voor het bestuur om keuzen te maken ten aanzien van de uit te voeren maatregelen. Hoogheemraadschap van Rijnland 32

33 BIJLAGE I RESULTATEN GEBIEDSPROCES Om een beeld te krijgen van de beleving van de Westeinderplassen bij externe partijen is gesproken met de gemeente Aalsmeer, Stichting de Bovenlanden en de stichting Aalsmeer Westeinder Promotie. De gemeente Aalsmeer ontwikkelt een visie op het Uiterweggebied in het noordoosten van de Westeinderplassen. Hierin staan recreatie en natuur centraal en wordt de ontwikkeling van de Groene As opgenomen. Binnen deze ecologische verbindingszone kunnen natuurvriendelijke oevers een bijdrage leveren aan de KRW doelen. De recreatie heeft in dit gebied behoefte aan meer mogelijkheden voor verblijfsrecreatie en doorvaarten naar de Ringvaart. De gemeente heeft samen met Rijnland de intentie om voor de gehele Westeinder Plassen een toekomstvisie op te stellen waarin thema s zoals waterkwaliteit, recreatie, natuur en veiligheid samen komen. De stichtingen geven beide aan hier graag aan mee te werken. De partijen merken op dat het watersysteem de laatste jaren helderder is geworden. Wel wordt geconstateerd dat met name de waterplanten uit de sloten zijn verdwenen. Doordat de seringenkwekers het gebied (om uiteenlopende redenen) niet meer baggeren slibt dit systeem ook langzaam dicht. Hoogheemraadschap van Rijnland 33

GEBIEDSDOCUMENT AMSTELVEENSE POEL

GEBIEDSDOCUMENT AMSTELVEENSE POEL GEBIEDSDOCUMENT AMSTELVEENSE POEL Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50563 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek 2300 AD Leiden oplage: telefoon (071) 3 063 063 datum: 30 oktober 2013

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. 2 Hoogheemraadschap van Rijnland

INHOUDSOPGAVE. 2 Hoogheemraadschap van Rijnland GEBIEDSDOCUMENT ZEGERPLAS Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50504 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek 2300 AD Leiden

Nadere informatie

GEBIEDSDOCUMENT BROEKVELDEN EN VETTENBROEK. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit

GEBIEDSDOCUMENT BROEKVELDEN EN VETTENBROEK. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit GEBIEDSDOCUMENT BROEKVELDEN EN VETTENBROEK Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50566 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek

Nadere informatie

GEBIEDSDOCUMENT NIEUWE MEER. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit

GEBIEDSDOCUMENT NIEUWE MEER. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit GEBIEDSDOCUMENT NIEUWE MEER Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50506 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Nienke Kamp - van Hest 2300

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. 2 Hoogheemraadschap van Rijnland

INHOUDSOPGAVE. 2 Hoogheemraadschap van Rijnland GEBIIEDSDOCUMENT ZOETERMEERSE PLAS Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50559 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek

Nadere informatie

Europese meerval (Silurus glanis) in de Westeinderplassen

Europese meerval (Silurus glanis) in de Westeinderplassen Europese meerval (Silurus glanis) in de Westeinderplassen Aanwezigheid van een bijzondere veenreus Bart Schaub; Hoogheemraadschap van Rijnland Martin Hoorweg; Sportvisserij Nederland Samen met Gerrit van

Nadere informatie

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen 2. Waterkwaliteit De zomergemiddelden voor 2008 van drie waterkwaliteitsparameters

Nadere informatie

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10. III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10. is opgenomen III.2. Waterkwaliteit De meetpunten van het chemische meetnet liggen

Nadere informatie

GEBIEDSDOCUMENT LANGERAARSE PLASSEN. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit

GEBIEDSDOCUMENT LANGERAARSE PLASSEN. Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit GEBIEDSDOCUMENT LANGERAARSE PLASSEN Mogelijke maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50562 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek

Nadere informatie

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Westeinderplassen Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie postadres: versie: 0

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Westeinderplassen Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie postadres: versie: 0 ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL Westeinderplassen - Archimedesweg CORSA nummer: zie. postadres: versie: postbus auteur: Piet van der Wee AD Leiden oplage: telefoon () datum: i telefax () projectnummer: Hoogheemraadschap

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. 2 Hoogheemraadschap van Rijnland

INHOUDSOPGAVE. 2 Hoogheemraadschap van Rijnland Archimedesweg 1 CORSA nummer: 14.05469 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek 2300 AD Leiden oplage: telefoon (071) 3 063 063 datum: 30 oktober 2013 telefax (071) 5 123 916 projectnummer:

Nadere informatie

GEBIEDSDOCUMENT VOGELPLAS STARREVAART. Mogelijke aanvullende maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit

GEBIEDSDOCUMENT VOGELPLAS STARREVAART. Mogelijke aanvullende maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit GEBIEDSDOCUMENT VOGELPLAS STARREVAART Mogelijke aanvullende maatregelen voor verbetering van de ecologische kwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50565 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel De Grote speelweide Amsterdamse Bos 2017

Actualisatie zwemwaterprofiel De Grote speelweide Amsterdamse Bos 2017 Actualisatie zwemwaterprofiel De Grote speelweide Amsterdamse Bos 2017 Archimedesweg 1 CORSA nummer: 18.077462 postadres: versie: 01 postbus 156 auteurs: P. v.d. Wee / D. Slot 2300 AD Leiden oplage: 1

Nadere informatie

Afleiding biologische doelen voor vrijwel ongestoorde, sterk veranderde en kunstmatige waterlichamen...

Afleiding biologische doelen voor vrijwel ongestoorde, sterk veranderde en kunstmatige waterlichamen... BIJLAGE F Afleiding biologische doelen voor vrijwel ongestoorde, sterk veranderde en kunstmatige waterlichamen....................................................................... De milieudoelstellingen

Nadere informatie

Ontwerp programma tweede uitvoeringstermijn KRW Rijnland Informatiebladen waterlichamen

Ontwerp programma tweede uitvoeringstermijn KRW Rijnland Informatiebladen waterlichamen Ontwerp programma tweede uitvoeringstermijn KRW Rijnland Informatiebladen waterlichamen Archimedesweg 1 postadres: postbus 156 2300 AD Leiden Corsa: 14.87302 telefoon (071) 3 063 063 Versie ontwerp voor

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen

Vermesting in meren en plassen Indicator 16 december 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren en

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Peddelpoel 2016

Actualisatie zwemwaterprofiel Peddelpoel 2016 Actualisatie zwemwaterprofiel Peddelpoel 2016 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april 2016

Nadere informatie

Factsheet: NL33HM. Naam: Hondshalstermeer

Factsheet: NL33HM. Naam: Hondshalstermeer Factsheet: NL33HM Hondshalstermeer -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018

Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018 Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018 1. Inleiding In het beheergebied van waterschap Zuiderzeeland liggen 18 KRW-waterlichamen (zie figuur 1 op volgende pagina). Deze waterlichamen worden zowel

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Meijepark 2017

Actualisatie zwemwaterprofiel Meijepark 2017 Actualisatie zwemwaterprofiel Meijepark 2017 Archimedesweg 1 CORSA nummer: 18.077470 postadres: versie: 01 postbus 156 auteurs: P. v.d. Wee / D. Slot 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen, Indicator 18 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren en plassen

Nadere informatie

Visstand meren (M14/M27) en de KRW

Visstand meren (M14/M27) en de KRW Visstand meren (M14/M27) en de KRW Met het oog op SGBP II 2016-2021, III 2022-2027 Donderdag 25 september 2014 Roelof Veeningen, cluster Gegevensbeheer 1 - Monitoring - Analyse - Prognose - Maatregelen

Nadere informatie

Kansen voor natuurvriendelijke oevers in de boezems van HHNK. KRW onderzoeksproject Natuurvriendelijke Boezem. S. Janssen, S. Zierfuss 12.

Kansen voor natuurvriendelijke oevers in de boezems van HHNK. KRW onderzoeksproject Natuurvriendelijke Boezem. S. Janssen, S. Zierfuss 12. Kansen voor natuurvriendelijke oevers in de boezems van HHNK KRW onderzoeksproject Natuurvriendelijke Boezem Auteurs S. Janssen, S. Zierfuss Registratienummer 12.55095 17-12-12 Versie Status definitief

Nadere informatie

Nieuwkoopse Plassen. Op weg naar water van topkwaliteit. Droge voeten, schoon water

Nieuwkoopse Plassen. Op weg naar water van topkwaliteit. Droge voeten, schoon water Nieuwkoopse Plassen Op weg naar water van topkwaliteit De Nieuwkoopse Plassen en het aangrenzende gebied vormen een prachtig natuurgebied. We werken samen met anderen aan verbetering van de waterkwaliteit

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen, Indicator 14 september 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren

Nadere informatie

Opbouw. Het belang van natuurvriendelijke oevers. EU Kaderrichtlijn Water (KRW) Waterbeleid. Doel KRW voor oevers. EU Kaderrichtlijn Water Maatregelen

Opbouw. Het belang van natuurvriendelijke oevers. EU Kaderrichtlijn Water (KRW) Waterbeleid. Doel KRW voor oevers. EU Kaderrichtlijn Water Maatregelen Het belang van natuurvriendelijke oevers Christa Groshart Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard Opbouw Beleid en Maatregelen Verwachtingen Knelpunten KRW innovatie-onderzoek Waterbeleid Europese

Nadere informatie

Natuurvriendelijke oevers: mogelijkheden per standplaats. Emiel Brouwer en Pim de Kwaadsteniet

Natuurvriendelijke oevers: mogelijkheden per standplaats. Emiel Brouwer en Pim de Kwaadsteniet Natuurvriendelijke oevers: mogelijkheden per standplaats Emiel Brouwer en Pim de Kwaadsteniet Aanleiding Aanleg natuurvriendelijke oevers belangrijk in waterbeheer Bij aanleg mist vaak de relatie met de

Nadere informatie

Utrecht, 19 mei 2009 Pythagoraslaan 101 Tel

Utrecht, 19 mei 2009 Pythagoraslaan 101 Tel Utrecht, 19 mei 2009 Pythagoraslaan 101 Tel. 030-2589111 Afdeling nummer : BEW : 2009ONT236040 Onderwerp: Beantwoording schriftelijke vragen ex artikel 47 van het RvO aan het college van GS, gesteld door

Nadere informatie

Helder water door quaggamossel

Helder water door quaggamossel Helder water door quaggamossel Kansen en risico s Een nieuwe mosselsoort, de quaggamossel, heeft zich in een deel van de Rijnlandse wateren kunnen vestigen. De mossel filtert algen en zwevend stof uit

Nadere informatie

Koninklijke weg. praagmatisch

Koninklijke weg. praagmatisch Maarten Ouboter Kennis Loont! effectiveness is all (T.S. Elliot) Diagnose centraal Weet wat je doet (wat maatregelen doen) Evalueer (herdiagnose) Koninklijke weg objectieve referentie afwijking van natuurlijke

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Haarlemmermeerse Bos 2016

Actualisatie zwemwaterprofiel Haarlemmermeerse Bos 2016 Actualisatie zwemwaterprofiel Haarlemmermeerse Bos 2016 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen Heeft u een perceel of grenst uw woning of bedrijf aan een watergang en wilt u uw oever veranderen in een natuurvriendelijke oever? Dan

Nadere informatie

Factsheet: NL43_11 Bussloo

Factsheet: NL43_11 Bussloo Factsheet: NL43_11 Bussloo -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009 Indicator 6 maart 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De meeste waterlichamen voldoen

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland 2017

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland 2017 Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland 2017 Archimedesweg 1 CORSA nummer: 18.077479 postadres: versie: 01 postbus 156 auteurs: P. v.d. Wee / D. Slot 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

Huidige situatie. G2 Totaal stikstof (zomergemiddelde) (mg N/l) 1,57 2,4 2,4. G2 Chloride (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 45,3 150 150

Huidige situatie. G2 Totaal stikstof (zomergemiddelde) (mg N/l) 1,57 2,4 2,4. G2 Chloride (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 45,3 150 150 NL09_26 Basisgegevens Naam Code Status Type Stroomgebied Waterbeheergebied Provincie Gemeente Sloten Overbetuwe NL09_26 Kunstmatig M1a - Zoete sloten (gebufferd) Rijn-West Rivierenland Gelderland Neder-Betuwe,

Nadere informatie

Resultaten heroverweging KRW maatregelen De Eendragt. 1. Aanleiding

Resultaten heroverweging KRW maatregelen De Eendragt. 1. Aanleiding Resultaten heroverweging KRW maatregelen De Eendragt 1. Aanleiding In 2012 is het uwbp door de Verenigde Vergadering vastgesteld. Hierin is opgenomen om 5 KRW maatregelen uit het Waterbeheersplan 2009-2015

Nadere informatie

Actualisatie Venegat. Archimedesweg 1 postadres: postbus AD Leiden telefoon (071) telefax (071)

Actualisatie Venegat. Archimedesweg 1 postadres: postbus AD Leiden telefoon (071) telefax (071) Actualisatie Venegat 2018 Archimedesweg 1 postadres: postbus 156 2300 AD Leiden telefoon (071) 3 063 063 telefax (071) 5 123 916 CORSA nummer: versie: definitief auteur: Piet van der Wee datum: april 2019

Nadere informatie

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V.

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V. NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V. 29 september 2010 Inhoud 1 Tekstdelen uit van 5 varianten naar 2 alternatieven 3 1.1 Referentiesituatie 3 1.2 Effecten waterkwaliteit KRW 5 2 Nieuw tekstdeel 7 ARCADIS

Nadere informatie

Factsheet: NL04_OVERIJSSELSKNL-ZWa

Factsheet: NL04_OVERIJSSELSKNL-ZWa Factsheet: NL04_OVERIJSSELSKNL-ZWa Overijssels Kanaal (Zwolle) De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld

Nadere informatie

Factsheet: NL11_8_1 Tussenboezem Vinkeveen a

Factsheet: NL11_8_1 Tussenboezem Vinkeveen a Factsheet: NL11_8_1 Tussenboezem Vinkeveen a -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in

Nadere informatie

Waterplanten en macrofauna profiteren van KRW-maatregelen

Waterplanten en macrofauna profiteren van KRW-maatregelen Waterplanten en macrofauna profiteren van KRW-maatregelen Martijn Hokken (Waterschap Zuiderzeeland), Reinder Torenbeek (Bureau Waardenburg) Om de KRW-doelen te halen, heeft waterschap Zuiderzeeland de

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Spijkerboor

Actualisatie zwemwaterprofiel Spijkerboor Actualisatie zwemwaterprofiel Spijkerboor - 2015 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april

Nadere informatie

Aanpak stedelijke waterprojecten. Dorien Roubos Vissen in de stad 16 juni 2011

Aanpak stedelijke waterprojecten. Dorien Roubos Vissen in de stad 16 juni 2011 Aanpak stedelijke waterprojecten Dorien Roubos Vissen in de stad 16 juni 2011 Inleiding Waterprojecten bij WVE Kwaliteitsbeelden (streefbeelden) Aanleiding Inhoud Toekenning Uitvoer baggerproject(en) Aandachtspunten

Nadere informatie

BOUWSTEEN NOTA SCHOON WATER KRW2

BOUWSTEEN NOTA SCHOON WATER KRW2 BOUWSTEEN NOTA SCHOON WATER KRW2 BEGROEIDE OEVERS Strategie Rijnland 2015-2027 Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.63245 postadres: versie: postbus 156 auteur: Lucienne Vuister 2300 AD Leiden oplage: telefoon

Nadere informatie

Spiegelplas en Ankeveense plassen

Spiegelplas en Ankeveense plassen Spiegelplas en Ankeveense plassen Stand van de natuur en herstelmaatregelen Gerard ter Heerdt Bart Specken Jasper Stroom Floor Speet Winnie Rip Een tienminuten gesprek. Hoe staan onze kinderen er voor?

Nadere informatie

Van achtergrondbelasting naar aanpassing van KRW doelen

Van achtergrondbelasting naar aanpassing van KRW doelen Van achtergrondbelasting naar aanpassing van KRW doelen PEHM, Nijmegen 5 november 2015 Gert van Ee, HHNK Nico Jaarsma, Nico Jaarsma Ecologie en Fotografie Indeling HHNK: gebied, waterkwaliteit en ecologie

Nadere informatie

Kaderrichtlijn Water Nieuwkoopse Plassen

Kaderrichtlijn Water Nieuwkoopse Plassen Kaderrichtlijn Water Nieuwkoopse Plassen Het hoogheemraadschap van Rijnland werkt - samen met gebiedspartners de gemeente Nieuwkoop, de provincie en Natuurmonumenten - al vele jaren aan water van topkwaliteit

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Oosterbad 2014

Actualisatie zwemwaterprofiel Oosterbad 2014 Actualisatie zwemwaterprofiel Oosterbad 2014 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april 2015

Nadere informatie

Aanleiding. Economische impuls regio Waterberging Natuurontwikkeling Recreatie

Aanleiding. Economische impuls regio Waterberging Natuurontwikkeling Recreatie Robert Boonstra 11 maart 2008 Inhoud presentatie Aanleiding van het project Inrichting van het gebied Monitoring vul- en startfase Monitoring ontwikkeling van het meer Resultaten 2007 Aanleiding Economische

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen, Indicator 13 april 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren en plassen

Nadere informatie

GEBIEDSDOCUMENT VLIETLAND. Een update van de plannen voor verbetering van de ecologische kwaliteit

GEBIEDSDOCUMENT VLIETLAND. Een update van de plannen voor verbetering van de ecologische kwaliteit GEBIEDSDOCUMENT VLIETLAND Een update van de plannen voor verbetering van de ecologische kwaliteit 2016-2021 Archimedesweg 1 CORSA nummer: CONCEPT postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek

Nadere informatie

Natuurvriendelijke oevers. Droge voeten, schoon water

Natuurvriendelijke oevers. Droge voeten, schoon water Natuurvriendelijke oevers Droge voeten, schoon water VOOR WIE IS DEZE FOLDER BESTEMD? Deze folder is bestemd voor eigenaren van oevers die in aanmerking komen om hun oever natuurvriendelijk in te richten.

Nadere informatie

De meerwaarde: een casus. Martine Lodewijk programmamanager KRW voor waterschap Amstel Gooi en Vecht

De meerwaarde: een casus. Martine Lodewijk programmamanager KRW voor waterschap Amstel Gooi en Vecht De meerwaarde: een casus Martine Lodewijk programmamanager KRW voor waterschap Amstel Gooi en Vecht Conclusies Wat is de meerwaarde van een systeemanalyse (ESF-analyse)? Diagnose: wat zijn de bepalende

Nadere informatie

Factsheet: NL04_STEEN-WETERINGa

Factsheet: NL04_STEEN-WETERINGa Factsheet: NL04_STEEN-WETERINGa Steenwetering De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Watergeus

Actualisatie zwemwaterprofiel Watergeus Actualisatie zwemwaterprofiel Watergeus - 2015 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april 2016

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Noord Aa 2016

Actualisatie zwemwaterprofiel Noord Aa 2016 Actualisatie zwemwaterprofiel Noord Aa 2016 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april 2016

Nadere informatie

Factsheet: NL43_04 Puttenerbeek

Factsheet: NL43_04 Puttenerbeek Factsheet: NL43_04 Puttenerbeek -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

KRW en N2000. KRW: Doelen voor water en oever; Basisconditie: ecologisch gezond water:

KRW en N2000. KRW: Doelen voor water en oever; Basisconditie: ecologisch gezond water: fonteinkruiden KRW en N2000 KRW: Doelen voor water en oever; Basisconditie: ecologisch gezond water: Natura2000: Volledige verlandingsreeks van helder water, trilveen, veenmosrietland tot hoogveenbossen;

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Westerbouwlandl

Factsheet: NL05_Westerbouwlandl Factsheet: NL05_Westerbouwlandl Westerbouwlandleiding De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de

Nadere informatie

veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers.

veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers. 1 veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers. verbeteren van chemische water kwaliteit verbeteren van de oever stabiliteit verbeteren van de ecologische kwaliteit 2 waarom aandacht voor NVO

Nadere informatie

GEBIEDSDOCUMENT DE WILCK. Maatregelen en doelstellingen voor de tweede KRW-planperiode (2016-2021)

GEBIEDSDOCUMENT DE WILCK. Maatregelen en doelstellingen voor de tweede KRW-planperiode (2016-2021) GEBIEDSDOCUMENT DE WILCK Maatregelen en doelstellingen voor de tweede KRW-planperiode (2016-2021) Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50567 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek 2300

Nadere informatie

De aanpassing van de maatlatten. Eddy Lammens, RWS WVL Roelf Pot. De evaluatie van de maatlatten in 2010

De aanpassing van de maatlatten. Eddy Lammens, RWS WVL Roelf Pot. De evaluatie van de maatlatten in 2010 RWS Water, Verkeer en Leefomgeving De aanpassing van de maatlatten Eddy Lammens, RWS WVL Roelf Pot 1 van Verkeer en van 9-5-201212-4-20128-9 Infrastructuur 12-4-20128-9 en Milieu De evaluatie van de maatlatten

Nadere informatie

Ecologische. sleutelfactoren. in het kort

Ecologische. sleutelfactoren. in het kort Ecologische sleutelfactoren in het kort 2015 31 De ecologische sleutelfactoren Ecologische sleutelfactoren ESF overzicht De ecologische watersysteemanalyse met ecologische sleutelfactoren Hoe begrip van

Nadere informatie

Een ongenode gast: Amerikaanse rivierkreeft

Een ongenode gast: Amerikaanse rivierkreeft Amerikaanse rivierkreeft Een ongenode gast: Opzet workshop Een ongenode gast: Inleiding (Fabrice Ottburg; WUR) Nader inzoomen op een aantal projecten (Winnie Rip; Waternet) Praktijk ervaring aanpak (Jouke

Nadere informatie

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009 Indicator 2 maart 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De ecologische kwaliteit van het

Nadere informatie

Vissen in kanalen en sloten (KRW-Verkenner)

Vissen in kanalen en sloten (KRW-Verkenner) Vissen in kanalen en sloten (KRW-Verkenner) Vissen in beken en kleine rivieren 04 Fish (KRW-Verkenner) Vissen in meren (KRW-Verkenner) Vissen in kanalen en sloten 1. Inleiding De kennisregels hebben betrekking

Nadere informatie

Actualisatie Waterspeelplaats Cronesteijn

Actualisatie Waterspeelplaats Cronesteijn Actualisatie Waterspeelplaats Cronesteijn 2018 Archimedesweg 1 postadres: postbus 156 2300 AD Leiden telefoon (071) 3 063 063 telefax (071) 5 123 916 CORSA nummer: versie: definitief auteur: Piet van der

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland (speelvijver) 2015

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland (speelvijver) 2015 Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland (speelvijver) 2015 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

Spiegelplas en Ankeveense plassen

Spiegelplas en Ankeveense plassen Spiegelplas en Ankeveense plassen Klankbordgroep Vechtplassen 9 dec 2016 tussenresultaten ecologische systeemanalyse Gerard ter Heerdt en anderen Spiegelplas Toestand: matig Spiegelplas Toestand Biologie

Nadere informatie

NVO's en vis. Wat is het effect van NVO s op de visstand? 32 tigste bijeenkomst Vissennetwerk: KRW, Vis & Maatregelen

NVO's en vis. Wat is het effect van NVO s op de visstand? 32 tigste bijeenkomst Vissennetwerk: KRW, Vis & Maatregelen NVO's en vis Wat is het effect van NVO s op de visstand? 32 tigste bijeenkomst Vissennetwerk: KRW, Vis & Maatregelen Amersfoort, 24 november 2011 Carlo Rutjes & Michelle de la Haye Scoren met natuurvriendelijke

Nadere informatie

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen Heeft u een perceel of grenst uw woning of bedrijf aan een watergang en wilt u uw oever veranderen in een natuurvriendelijke oever? Dan

Nadere informatie

Factsheet: NL43_09. Naam: Toevoerkanaal

Factsheet: NL43_09. Naam: Toevoerkanaal Factsheet: NL43_09 Toevoerkanaal -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_BUITEN-REVE Reeve

Factsheet: NL04_BUITEN-REVE Reeve Factsheet: NL04_BUITEN-REVE Reeve De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Bijlage 1: Samenvatting factsheets, toelichting maatregelpakket en administratieve wijzigingen

Bijlage 1: Samenvatting factsheets, toelichting maatregelpakket en administratieve wijzigingen Bijlage 1: Samenvatting factsheets, toelichting maatregelpakket en administratieve wijzigingen In deze bijlagen wordt ingegaan op: - De huidige toestand van de waterkwaliteit; - Het definitieve KRW maatregelpakket

Nadere informatie

Factsheet: NL04_NOORD-ZUIDLEIDING

Factsheet: NL04_NOORD-ZUIDLEIDING Factsheet: NL04_NOORD-ZUIDLEIDING Noord-Zuidleiding De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_EMMERTOCHT-SLOOT

Factsheet: NL04_EMMERTOCHT-SLOOT Factsheet: NL04_EMMERTOCHT-SLOOT Emmertochtsloot De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

GEBIEDSDOCUMENT NIEUWKOOPSE PLASSEN. Voortgang van de maatregelen voor verbetering van de waterkwaliteit

GEBIEDSDOCUMENT NIEUWKOOPSE PLASSEN. Voortgang van de maatregelen voor verbetering van de waterkwaliteit GEBIEDSDOCUMENT NIEUWKOOPSE PLASSEN Voortgang van de maatregelen voor verbetering van de waterkwaliteit Archimedesweg 1 CORSA nummer: 13.50568 postadres: versie: 3 postbus 156 auteur: Reinder Torenbeek

Nadere informatie

Factsheet: NL04_STOUWE-LEIDING Stouwe

Factsheet: NL04_STOUWE-LEIDING Stouwe Factsheet: NL04_STOUWE-LEIDING Stouwe De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL11_5_4 Terra Nova

Factsheet: NL11_5_4 Terra Nova Factsheet: NL11_5_4 Terra Nova -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer:

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer: Bijlagen bij verordening subsidies natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen 2014: 1. Inrichtingseisen natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen; 2. Richtlijnen voor natuurvriendelijk onderhoud.

Nadere informatie

Memo. Onderzoeksopzet voor het verbeteren van de waterkwaliteit in de Sloterplas

Memo. Onderzoeksopzet voor het verbeteren van de waterkwaliteit in de Sloterplas Aan Projectgroep Sloterplas Contactpersoon E.K. Bekking Onderwerp Onderzoeksopzet verbeteren waterkwaliteit Sloterplas Doorkiesnummer 020 608 36 23 Fax afdeling Onderzoeksopzet voor het verbeteren van

Nadere informatie

Herinrichten van diepe plassen door hergebruik baggerspecie: Voor en nadelen voor de visstand. Joke Nijburg

Herinrichten van diepe plassen door hergebruik baggerspecie: Voor en nadelen voor de visstand. Joke Nijburg Herinrichten van diepe plassen door hergebruik baggerspecie: Joke Nijburg 1 Inhoud: Aanleiding Beleid Uitvoeringsmethodieken Voor- en nadelen visstand Praktijkvoorbeelden Conclusies 2 Aanleiding Waterkwaliteit

Nadere informatie

Meetstrategie en methodiek macrofyten 1 METHODIEK

Meetstrategie en methodiek macrofyten 1 METHODIEK ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Meetstrategie en methodiek macrofyten //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

Toelichting ontwerp Factsheets Kaderrichtlijn Water. Planperiode Waterschap Noorderzijlvest

Toelichting ontwerp Factsheets Kaderrichtlijn Water. Planperiode Waterschap Noorderzijlvest Toelichting ontwerp Factsheets Kaderrichtlijn Water Planperiode 2016-2021 Waterschap Noorderzijlvest Pagina 1 1 Introductie De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW, 2000) richt zich op de bescherming van

Nadere informatie

Van helder naar troebel..en weer terug. en de rol van actief visstandbeheer hierbij

Van helder naar troebel..en weer terug. en de rol van actief visstandbeheer hierbij Van helder naar troebel..en weer terug en de rol van actief visstandbeheer hierbij Marcel Klinge 26 augustus 2008 1 Aanleiding OBN Onderzoek Laagveenwateren en de vertaling hiervan in het STOWA-boekje

Nadere informatie

INTERN MEMO. Aan: Algemeen Bestuur Van: Dagelijks Bestuur Datum: 10 november 2015 Onderwerp: Voedingsstoffen in het oppervlaktewater

INTERN MEMO. Aan: Algemeen Bestuur Van: Dagelijks Bestuur Datum: 10 november 2015 Onderwerp: Voedingsstoffen in het oppervlaktewater Intern memo INTERN MEMO Aan: Algemeen Bestuur Van: Dagelijks Bestuur Datum: 0 november 205 Onderwerp: Voedingsstoffen in het oppervlaktewater Bijlage: Bestuursnotitie wfn40342 in DB april 204 Inleiding

Nadere informatie

Welkom bij de informatiebijeenkomst watergebiedsplan Westeramstel. 28 juni 2016 Zuider legmeerpolder en Uithoornse Polder

Welkom bij de informatiebijeenkomst watergebiedsplan Westeramstel. 28 juni 2016 Zuider legmeerpolder en Uithoornse Polder Welkom bij de informatiebijeenkomst watergebiedsplan Westeramstel 9 september 2015 2015 28 juni 2016 Zuider legmeerpolder en Uithoornse Polder Programma Waarom een watergebiedsplan (dhr. G. Korrel) Stand

Nadere informatie

Stad van de Zon Heerhugowaard

Stad van de Zon Heerhugowaard Stad van de Zon Heerhugowaard Nelen & Schuurmans 30 oktober 2008 Platform Herstel meren en Plassen Gert van Ee HHNK Danneke Verhagen Nelen & Schuurmans Stad van de Zon Heerhugowaard Ligging: ten oosten

Nadere informatie

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch Inleiding In deze notitie worden verscheidene scenario s berekend en toegelicht ter ondersteuning van de bepaling van inrichtingsmaatregelen voor de EVZ Ter Wisch.

Nadere informatie

Factsheet: NL36_OWM_015 Dooze

Factsheet: NL36_OWM_015 Dooze Factsheet: NL36_OWM_015 Dooze De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

EVALUATIE KRW-VISMAATLATTEN : zienswijze Sportvisserij Nederland. J. Quak Hoofd cluster Kennis en informatie

EVALUATIE KRW-VISMAATLATTEN : zienswijze Sportvisserij Nederland. J. Quak Hoofd cluster Kennis en informatie EVALUATIE KRW-VISMAATLATTEN : zienswijze Sportvisserij Nederland J. Quak Hoofd cluster Kennis en informatie Opbouw Belang KRW sportvisserij Sportvisserij Nederland Onderzoek TAUW Uitkomsten discussiebijeenkomst

Nadere informatie

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Europapark Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Europapark Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL Europapark - 2013 Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie 14.20468 postadres: versie: postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

Europese Kaderrichtlijn Water

Europese Kaderrichtlijn Water Europese Kaderrichtlijn Water Samenwerkingsverband tussen Waterschap Hollandse Delta en Gemeente Dordrecht www.dordrechtwerktaanwater.nl Inhoud presentatie 1. Toelichting Europese Kaderrichtlijn Water

Nadere informatie

Waterkwaliteit KRW, 2015

Waterkwaliteit KRW, 2015 Indicator 12 januari 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De meeste waterlichamen voldoen

Nadere informatie

score ten opzichte van de referentiewaarde

score ten opzichte van de referentiewaarde IV.1. KRW-waterlichamen, doelen en maatregelen In Alm & Biesbosch liggen drie KRW-waterlichamen (afbeelding IV.1). Met gebruikmaking van de Factsheets (WSRL, 2008) worden deze waterlichamen hieronder kort

Nadere informatie

Zes manieren om de boezem ecologisch gezond te maken. Roelof Veeningen Wetterskip Fryslân

Zes manieren om de boezem ecologisch gezond te maken. Roelof Veeningen Wetterskip Fryslân Zes manieren om de boezem ecologisch gezond te maken Roelof Veeningen Wetterskip Fryslân 1 Friese boezem 1. Monitoring: trends 2. Modellering N en P 3. Watersysteem-analyse: Baggernut/PCLAKE 4. Flexibel

Nadere informatie

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting.

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting. Page 1 of 35 Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting Uitgevoerd door: Laboratorium Specialist in vijverwaterkwaliteit Page

Nadere informatie

Bijlage 2: Waterkwaliteit Kromme Rijn (DM hoort bij bestuursvoorstel DM )

Bijlage 2: Waterkwaliteit Kromme Rijn (DM hoort bij bestuursvoorstel DM ) Bijlage 2: Waterkwaliteit Kromme Rijn (DM 816563 hoort bij bestuursvoorstel DM 832322) Achtergrond informatie en aanleiding slibvang De Kromme Rijn is een laaglandrivier van 35 kilometer lang. Tussen Cothen

Nadere informatie

Factsheet: NL36_OWM_018 Dommerswijk

Factsheet: NL36_OWM_018 Dommerswijk Factsheet: NL6_OWM_018 Dommerswijk De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie