Samenvatting ingezonden projectvoorstellen Verpleegkundeprijs 2015 VUmc

Transcriptie

1 ingezonden projectvoorstellen Verpleegkundeprijs 2015 VUmc Optiflow Kinderafdeling 9C Winnaar Verpleegkundeprijs 2015 Esmée Molenaar,Cursist Specialistische Vervolgopleiding kinderverpleegkunde Basil Waldmann (HZE) VKKC Aanleiding project Optiflow is een manier van zuurstoftherapie waarbij via een neusbril binnen een grote range, zuurstof (21-100%) toegediend kan worden met een flow t/m 40 liter per minuut, afhankelijk van respectievelijk de SpO2 en het gewicht van het kind. Optiflow bij kinderen is binnen het VUmc op dit moment voorbehouden aan de intensive care kinderen (IKIN) en de Intensive Care Neonatologie (INEO). De kinderartsen en IKIN-verpleegkundigen signaleren dat een groot aantal kinderen baat heeft bij Optiflow. Hierbij constateren zij dat een deel van deze kinderen ook op de kinderafdeling verpleegd zouden kunnen worden indien Optiflow ook daar toegepast zou worden. Door het verschuiven van de toepassing van Optiflow naar de kinderafdeling, zou een IKIN/INEO opname in dergelijke gevallen bekort of zelfs voorkomen kunnen worden. Deze verandering in het verpleegkundig beroep past bij het karakter van een academische zorgverlening, waar zorg steeds meer hoog complex wordt en verschuiving van intensive en high care zorg plaats vindt. Bovenstaande aspecten hebben ertoe geleid dat er op zowel medisch als verpleegkundig vlak is gekeken naar de haalbaarheid van Optiflow op afdeling 9C en besloten is over te gaan tot implementatie. Doel van het project en gewenst resultaat Het doel is om middels het toepassen van Optiflow op afdeling 9C de kwaliteit van ademhalingsondersteuning op de kinderafdeling te verbeteren met als gewenst resultaat: - Verhogen van het comfort bij het kind - Daling in het aantal overplaatsingen van de kinderafdeling naar de IKIN (verhoging kwaliteit en veiligheid patiëntenzorg) - Kortere verblijfsduur van het kind op de IKIN/INEO (risicoverlaging patiëntenzorg, kostenreductie) - Deskundigheidsverhoging van verpleegkundigen op de verpleegafdeling De begeleiding van bezoekende kinderen door verpleegkundigen op een volwassen Intensive Care. Evelien de Vries-van Hooff, IC-verpleegkundige Chantal de Kuijer, student hbo-v ICV De begeleiding van bezoekende kinderen door verpleegkundigen op de volwassen ICU in het VU medisch centrum (VUmc) werd niet eenduidig uitgevoerd. Er bestond een grote diversiteit in de begeleiding en frequent kwam het voor dat bezoek van kinderen werd ontraden. Ook was er geen educatief materiaal beschikbaar om een kind te kunnen voorbereiden op een bezoek. Het begeleiden van bezoekende kinderen op de IC is geen onderdeel van de IC-opleiding. Onderzoek heeft uitgewezen dat het goed is om kinderen toe te laten tot de IC, mits zij goed voorbereid en begeleid worden (Vint, 2005)1. Deze informatie en de observaties in de praktijk waren reden tot nader onderzoek naar de begeleiding van kinderen en het invoeren van interventies ter verbetering.

2 Eenduidigheid van de verpleegkundigen bevorderen in de begeleiding van bezoekende kinderen op de volwassen IC. Het is dinsdag 12 mei 2015, u bent in het VU-ziekenhuis in Amsterdam Astrid Verburg betreft alle zorgeenheden Het delier is een toestandsbeeld dat op alle leeftijden kan ontstaan, maar dat het meest voorkomt bij ouderen, meestal op basis van verschillende etiologische factoren tegelijkertijd. Een delier is een uiting van een acute, diffuse cerebrale ontregeling, met complexe pathofysiologie. Tot de factoren die aan een verhoogde kwetsbaarheid kunnen bijdragen, behoren: hoge leeftijd, dementie, psychiatrische stoornissen, alcoholmisbruik, polyfarmacie, visusbeperking, gehoorbeperking, slaaptekort en ondervoeding. Bij een opeenstapeling van een aantal van deze factoren en bij het tekortschieten van compensatiemechanismen kan een beperkte schadelijke prikkel al aanleiding zijn tot het ontstaan van een delier. Het ziekenhuis vervult een belangrijke rol bij het verlenen van behandeling en zorg aan deze patiënten. Preventie begint met het herkennen van risicopatienten. Bij patiënten met een verhoogd risico dienen preventieve maatregelen opgestart te worden. een van de maatregelen zijn: oriënteer de patiënt in tijd plaats. - Een duidelijke kalender/klok op iedere kamer/ruimte voor ieder patiënt met een verhoogd risico op delier. -Gewenst resultaat: de patiënt is georiënteerd in plaats en tijd tijdens de Ziekenhuisopname. Kleur de dag Hester Feenstra VKKB Meewerken aan preventie van (lijn)infecties en het vergroten van de transparantie van zorg naar ouders van kinderen toe. Het invoeren van het stickersysteem Kleur de dag in mei 2015 zodat voor ouders en verzorgers zichtbaar wordt dat sondevoedingssystemen, -lijnen, infuuszakken en systemen respectievelijk dagelijks of elke derde dag verschoond worden en het creëren van duidelijkheid voor verpleegkundigen over de te verschonen systemen per dienst Ligging maagsonde controleren dmv PH meting Longziekten 5c (vlon) Het controleren van een maagsonde is belastend voor de patiënt omdat hij/zij naar de afdeling radiologie moet en straling binnen krijgt. Ook belastend voor de verpleegkundige. Zeker in de avond- en nachtdienst moeten twee

3 verpleegkundigen met bed naar de radiologie. Dit is zeer tijdrovend. Ligging van de maagsonde word vu medische centrum breed gecontroleerd d.m.v een PH-meting omdat uit literatuurstudie is gebleken net zo betrouwbaar is en minder belastend voor patiënten en het verplegend personeel. Opnameplan exacerbatie bij Cystic Fibrosis (CF) Irma Bon kindergeneeskunde Regelmatig ervaart het CF-team bij opnames van CF-patiënten een aantal knelpunten. CF-zorg is complexe zorg. Het is een aandoening die meerdere organensystemen aantast: kinderen kampen zowel met longproblemen, als met een exocriene pancreasinsufficiëntie. Doordat met de hielprikscreening tegenwoordig veel kinderen al op jonge leeftijd worden gediagnosticeerd, is al vroeg intensieve zorg nodig en beginnen ze al snel met medicatie. Een belangrijk aandachtspunt is het segregatiebeleid. Om te voorkomen dat kinderen op jonge leeftijd al met ziekteverwekkende bacteriën, zoals de Pseudomonas aeruginosa in aanraking komen, is het van belang dat CFpatiënten elkaar niet tegenkomen en is goede hygiëne belangrijk. Dit vergt aanpassingen in de logistiek bij poliklinische controles en ook tijdens opnames, indien meerdere patiënten tegelijkertijd zijn opgenomen. Uit de rapportage van de Nederlandse CF-Stichting (NCFS) die afgegeven is naar aanleiding van het behalen van een keurmerk voor ons CF-centrum kwam naar voren dat er meer aandacht zal moeten komen voor het bespreken van de verwachtingen van patiënt en ouders voor een opname. Ook kwam naar voren dat patiënten en ouders ontevreden waren over de deskundigheid van (arts-) assistenten en verpleegkundigen op de afdeling. Bij een klinische opname is er onvoldoende zicht op de thuissituatie, de specifieke medicatie en het gebruik ervan en/of de specifieke vernevelapparatuur. De communicatie tussen de afdeling (artsen en verpleegkundigen) en het CFteam (en vice versa) loopt niet altijd vlekkeloos. Door zoveel mogelijk alles te stroomlijnen en op papier te zetten, én na te leven hopen we op een grote verbetering in deze. De CF-teams van het AMC en VUmc werken al samen, aangezien we samen één CF-centrum vormen. Beide teams bestaan uit: kinderlongartsen, een verpleegkundig CF-consulent, Fysiotherapeut. Diëtist, psychologe, maatschappelijk werker, KNO-arts; er is intensief contact met de afdeling longfunctie, de diabetesverpleegkundige, de medische microbiologie, de educatieve dienst en de poliklinische apotheek. Er zijn al gezamenlijke protocollen. Zowel in het AMC als in het VUmc willen we volgens het opnameplan exacerbatie CF gaan werken. Een opnameplan zorgt ervoor dat ouders en kinderen beter weten waar ze aan toe zijn voor, tijdens en na de opname. Er zijn duidelijke communicatielijnen tussen leden van het CF-team en verantwoordelijke verpleegkundigen en artsen op de afdeling. Iedereen kent zijn taken en handelt daarnaar.

4 Risico-overdracht IC-patiënt Alex Beers, teamleider ICV Intensive Care Volwassenen (ICV) Overdrachten tussen afdelingen zijn niet altijd optimaal waardoor er ongewenste risico s kunnen zijn voor de (post) IC patiënt. Het verbeteren van de kwaliteit van overdrachtsmomenten kan risico s reduceren. Het vergroten van risicobewustzijn bij verpleegkundigen en het reduceren van zorgrisico s door het verbeteren van kwaliteit van overdracht. Dit wordt gerealiseerd door bij IC- patiënten met een ligduur > 7 dagen of specifieke gezondheidsproblemen, bij de overdracht van ICV naar zorgeenheid MEWS criteria en NIC en NOC- criteria met elkaar te verbinden in een zorgplan en verder te evalueren en te vervolgen gedurende de IC Follow-Up bezoeken (minimaal twee voor geïncludeerde patiënten). Structureren communicatie tussen verpleegkundige en artsen Longziekten 5c (vlon) Communicatie tussen arts en verpleegkundige wordt dagelijks op een manier gedaan zoals artsen en verpleegkundigen het op dat moment het beste vinden. Omdat er zich vrijwel elke dag andere artsen en/of verpleegkundigen met de patiënt bezighouden worden zijn belangen met wisselende accenten behartigd. Elke professional stelt tenslotte, vanuit de beste bedoelingen, zijn eigen prioriteiten. Voor een patiënt kan dat verwarrend zijn. Ik wil deze situatie voor de patiënt verbeteren. Dat wil ik doen door gebruik te gaan maken van de zogenaamde SBAR methode bij de artsenvisite. Direct bij de opname van de patiënt wordt er een behandelplan met arts, verpleegkundige en patiënt afgesproken. Door de artsen visite via de SBAR te laten verlopen kan de patiënt hierbij aanwezig zijn. De SBAR helpt professioneel om kort en bondig de actuele toestand van de patiënt te beschrijven. Patiënten kunnen dit beter begrijpen en hierdoor meer optimaal in hun eigen behandelplan participeren. Door een duidelijk en gestructureerde communicatie tussen de arts en verpleegkundige kunnen de bij de opname vastgestelde behandeldoelen efficiënter geëvalueerd worden. SBAR is een bestaande methode die in het VUmc geïmplementeerd is als communicatie middel in acute situatie. Werkdrukanalyse VLON De werkdruk wordt als zeer hoog ervaren door verpleegkundigen. Hierdoor komt de kwaliteit van zorg in het gedrang. Om de patiëntenzorg naar een hoger niveau te tillen wil ik uitzoeken hoe ik de

5 werkdruk naar beneden kan krijgen zodat de patiënten de tijd en aandacht krijgen die zij nodig hebben. Doel van het project en gewenst resultaat : Er wordt aan het eind van het project een werkdrukanalyse opgeleverd zodat er gekeken kan worden waar de hoge werkdruk vandaan komt. Dit wordt gedaan d.m.v. een Multi Moment Opname. De verpleegkundige activiteiten worden onderverdeeld in directe patientenzorg,dwz activiteiten waarbij de patiënt noodzakelijkerwijs aanwezig dient te zijn. Indirecte patiëntenzorg d.w.z. activiteiten wel ten behoeve van de patiënt maar waarbij de patiënt niet noodzakelijkerwijs bij aanwezig hoeft te zijn. En voorwaardenscheppende activiteiten d.w.z. vinden geheel patiënt onafhankelijk plaats. Het gewenste resultaat is een lagere werkdruk. Dit wordt getoetst d.m.v. een tweede nulmeting. Aan het begin van het project is een eerste nulmeting gedaan. Zorg voor beweging! Elleke Verkerke & Jolanda Hensbergen Polikliniek Interne Geneeskunde In Nederland geldt een norm voor gezond bewegen, onder andere beschreven op de website van het Ministerie van Volksgezondheid, welzijn en sport. Deze beweegadviezen zijn in het bijzonder van toepassing op mensen met een chronische aandoening als reuma en diabetes. Het geven van adviezen in de spreekkamer leidt echter niet zomaar tot gedragsverandering, daar is meer voor nodig. We zochten naar een prikkelende manier om beweegadviezen opindividueel niveau dichter bij onze patiënten te brengen. Doel: Beweegadviezen vormen een vast onderdeel van het poliklinisch behandelaanbod voor mensen met een chronische aandoening (reuma, diabetes) Gewenst resultaat: Mensen die voor hun diabetes / reuma behandeling onder controle zijn op polikliniek Interne Geneeskunde VUmc gaan, binnen de individuele mogelijkheden, in aanvulling op de (medicamenteuze) behandeling aantoonbaar meer bewegen en verhogen hiermee de grip op hun ziekte en zelfmanagementvaardigheden.