De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging"

Transcriptie

1 Bijzonder onderwerp H. Kalsbeek De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging In 1972 werden de resultaten gepubliceerd van een onderzoek naar het langetermijneffect van jeugdtandverzorging, een voorziening die toen nog schooltandverzorging werd genoemd. In het onderzoek werd een vergelijking gemaakt tussen militaire rekruten afkomstig uit gemeenten met en zonder jeugdtandverzorging. De belangrijkste uitkomstmaten waren gebitsgezondheid en gebitsverzorgingsgezindheid, variabelen waarin een aantal gebits- respectievelijk gedragskenmerken waren gecombineerd. Tussen beide groepen rekruten werden slechts marginale verschillen gevonden. Deze uitkomst was onverwacht omdat uit eerder onderzoek was gebleken dat bij leerlingen van de lagere school veel minder onbehandelde cariës voorkwam als er in de gemeente jeugdtandverzorging beschikbaar was. Later onderzoek wees uit dat de verzorgingsgraad van cariëslaesies bij kinderen die waren ingeschreven bij een instelling voor jeugdtandverzorging in het algemeen hoger was dan bij kinderen die behandeld werden door een huistandarts. Vooral bij kinderen die door kindertandverzorgers waren behandeld, was de verzorgingsgraad hoog. Het feit dat binnen de meeste instellingen voor jeugdtandverzorging geprotocolleerde zorg werd verleend, lijkt een belangrijke oorzaak te zijn voor dit resultaat. Doordat de groep kinderen die aan jeugdtandverzorging deelnam qua sociaaleconomische status meestal verschilde van de groep die in de huispraktijk kwam, was een mogelijk extra cariëspreventief effect van jeugdtandverzorging niet goed aan te tonen. H. Kalsbeek. De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging Ned Tijdschr Tandheelkd 2007; 114: Inleiding In een publicatie van het Ivoren Kruis uit de jaren 30 van de vorige eeuw werd jeugdtandverzorging, die toen nog schooltandverzorging werd genoemd, beschouwd als het enige middel tot behoud van het gebit voor het opgroeiende geslacht (Backer Dirks, 1937). Alleen door een collectieve benadering van de jeugd via de school kon ervoor worden gezorgd dat ieder kind op tijd bij een tandarts zou komen om ten minste het blijvend gebit in stand te kunnen houden. Men moet hierbij in aanmerking nemen dat het (half)jaarlijks tandartsbezoek destijds geen gangbare gewoonte was. Eveneens op basis van de veronderstelling dat een collectieve aanpak noodzakelijk was, werd de staatssecretaris voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne in 1977 aanbevolen de tandheelkundige zorg voor de jeugd, verleend door een regionale instelling voor jeugdtandverzorging, gratis beschikbaar te stellen, terwijl voor zorg geleverd door de huistandarts wel betaald zou moeten worden (Centrale Raad voor de Volksgezondheid, 1977). Men kan zich indenken dat tegen dit voorstel vanuit de Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Tandheelkunde sterk werd geageerd. Al voor de Tweede Wereldoorlog werden in enkele gemeenten diensten voor de jeugdtandverzorging opgericht. Na 1945 breidde het aantal diensten zich sterk uit. In 1972 was in meer dan driekwart van Nederland een dienst voor jeugdtandverzorging actief. Waar zo n instelling bestond, nam ongeveer 60% van de leerlingen van de lagere school (de latere basisschool) eraan deel (Nederlandse Vereniging en Centrale Raad voor Sociale Tandheelkunde, 1973). Uit onderzoek in Brabant kon worden afgeleid dat de beschikbaarheid van jeugdtandverzorging voor leerlingen van de lagere school leidde tot een lager aantal onbehandelde caviteiten in het blijvend gebit (DT). In Tilburg en Eindhoven, gemeenten met jeugdtandverzorging, hadden 12-jarigen gemiddeld respectievelijk 1,3 en 2,5 DT (Beukers en Hoyng, 1970). In Breda, waar geen jeugdtandverzorging beschikbaar was, bedroeg het aantal DT bij 12-jarigen gemiddeld 6,4 (GG en GD Breda, 1969). Of dit gunstige effect zou blijven bestaan als de kinderen de lagere school zouden hebben verlaten, was echter onzeker. Bekend was dat een aantal kinderen zich niet hield aan het advies voortaan elk halfjaar naar de huistandarts te gaan. In 1966 startte een onderzoek naar het langetermijneffect van jeugdtandverzorging. Bij rekruten van de landen luchtmacht werd nagegaan of er een verband bestond tussen enerzijds het al dan niet beschikbaar zijn van jeugdtandverzorging tijdens de jeugd en anderzijds de gebitstoestand en het mondhygiënisch gedrag aan het begin van de diensttijd (Kalsbeek, 1972). In dit artikel wordt ingegaan op de methode en de uitkomsten van dat onderzoek. Vervolgens wordt een aantal latere onderzoeken besproken naar de effecten van jeugdtandverzorging op de gebits- 496 Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december 2007

2 Kalsbeek: De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging toestand van de jeugd. Ten slotte volgt een algemene discussie over de huidige betekenis van regionale instellingen voor jeugdtandverzorging. Onderzoek naar het langetermijneffect van jeugdtandverzorging Materiaal en methode Bij rekruten van de land- en luchtmacht werd de mond klinisch onderzocht op het voorkomen van tandcariës, tandplaque en tandsteen. Voor het cariësonderzoek werden ook bitewing-opnamen gebruikt. Met behulp van een door de rekruut in te vullen vragenlijst en een interview werden gegevens verzameld over de tandheelkundige zorg in voorgaande jaren (waaronder eventuele deelname aan jeugdtandverzorging), tandenpoetsen, voeding- en snoepgedrag en angst voor de tandheelkundige behandeling. Bovendien werden de opleiding van de rekruut, het beroep van zijn vader, de verzekering tegen ziektekosten en de woonplaats(en) geregistreerd. Alle gegevens werden op ponskaarten overgebracht en met een computer verwerkt. Omdat de DMFT- en DMFS-waarden die uit de cariësgegevens werden berekend geen afgewogen beeld gaven van de toestand van het gebit, werd op grond van het aantal en de locatie van caviteiten, restauraties en extracties een variabele gebitsgezondheid ontworpen. In deze variabele telde een onbehandelde caviteit bijvoorbeeld zwaarder dan een gerestaureerde, een al dan niet gerestaureerde caviteit in een frontelement zwaarder dan een in een molaar en een approximale caviteit zwaarder dan een occlusale caviteit. Gegevens over tandartsbezoek, mondhygiëne en voedingsgedrag werden geclusterd tot de variabele gebitsverzorgingsgezindheid, een vertaling van het toen in Nederland gangbare begrip dental mindedness. Aangezien in gemeenten met jeugdtandverzorging de deelname daaraan mede afhankelijk was van de aandacht van de ouders voor het gebit een belangrijke factor voor de mondgezondheid van het kind kon het effect van jeugdtandverzorging niet goed worden bepaald door deelnemers met niet-deelnemers te vergelijken. Een vergelijking tussen rekruten uit gemeenten met en zonder een dienst voor jeugdtandverzorging gaf daartoe wel de mogelijkheid. Om een goed beeld te krijgen van een eventueel effect werd uitgegaan van subgroepen met een ongeveer gelijke sociaaleconomische achtergrond, een factor die een sterke invloed bleek te hebben op zowel de gebitsgezondheid als de gebitsverzorgingsgezindheid. Omdat in alle grote gemeenten jeugdtandverzorging beschikbaar was, werden rekruten uit gemeenten met meer dan inwoners niet bij de vergelijking betrokken. Uitkomsten In totaal deden rekruten aan het onderzoek mee. Van rekruten was een complete set gebitsgegevens beschikbaar. Geen van hen had een gaaf gebit. Aantal DMFS JTV (n=287) Afb. 1. Het gemiddelde aantal DMFS bij rekruten uit lagere en hogere sociaaleconomische milieus uit gemeenten < inwoners met en zonder jeugdtandverzorging (JTV) (Kalsbeek, 1972). Percentage rekruten JTV (n=219) JTV (n=117) Gebitsgezondheid JTV (n=44) goed redelijk onvoldoende slecht Afb. 2. De verdeling van rekruten uit lagere en hogere sociaaleconomische milieus uit gemeenten < inwoners met en zonder jeugdtandverzorging (JTV) naar gebitsgezondheid (Kalsbeek, 1972). FS DS MS In afbeelding 1 zijn het gemiddelde aantal DMFS en de diverse componenten daarvan uitgebeeld voor 4 subgroepen. Bij rekruten uit de lagere sociaaleconomische milieus voor wie jeugdtandverzorging beschikbaar was, waren significant meer tandvlakken gerestaureerd en significant minder vlakken door extractie verloren gegaan dan bij vergelijkbare rekruten uit gemeenten zonder jeugdtandverzorging. Binnen de hogere sociaaleconomische milieus bestonden geen significante verschillen tussen beide categorieën. In afbeelding 2 worden voor dezelfde groepen de uitkomsten voor de geconstrueerde variabele gebitsgezondheid getoond. In geen van beide milieucategorieën kwamen significante verschillen voor tussen rekruten uit gemeenten met en zonder jeugdtandverzorging. Afbeelding 3 toont de uitkomsten voor de variabele gebitsverzorgingsgezindheid. In de lagere sociaaleconomische milieus scoorden degenen voor wie jeugdtandverzorging beschikbaar was significant beter dan degenen voor wie dat niet het geval was. Het verschil kwam voort uit het feit dat rekruten uit gemeenten met jeugdtandverzorging de laatste jaren voor de aanvang van de militaire dienst vaker bij de tandarts waren geweest. Voor het mondhygiënische gedrag en het voorkomen van plaque en tandsteen bestonden geen significante verschillen tussen de groepen. Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december

3 Bijzonder onderwerp Gebitsverzorgingsgezindheid Percentage rekruten JTV JTV goed redelijk onvoldoende slecht Afb. 3. De verdeling van rekruten uit lagere en hogere sociaaleconomische milieus uit gemeenten < inwoners met en zonder jeugdtandverzorging (JTV) naar gebitsverzorgingsgezindheid (Kalsbeek, 1972). Discussie en conclusie Uit de resultaten blijkt dat tussen rekruten uit gemeenten met en zonder jeugdtandverzorging slechts marginale verschillen bestonden. Het hogere percentage regelmatige tandartsbezoekers in de laatste jaren voor de aanvang van de militaire dienst is als een positief effect van de jeugdtandverzorging te beschouwen, maar dit resulteerde uiteindelijk niet in een gezonder gebit. De hoge prevalentie van cariës en het toen bestaande tekort aan tandartsen zullen daar mede debet aan zijn geweest. De tandarts had het druk en behandelde meestal alleen caviteiten die zonder röntgenfoto s zichtbaar waren. Geconcludeerd werd dat de door de schooltandarts geleverde zorg op lange termijn niet veel meer opleverde dan de zorg die in gemeenten zonder jeugdtandverzorging door huistandartsen werd verstrekt. De hoge cariësprevalentie vestigde de aandacht op het feit dat de tandheelkundige zorg in preventief opzicht tekortschoot. Achteraf kan men stellen dat er, met uitzondering van drinkwaterfluoridering in een beperkt gedeelte van Nederland, destijds vrijwel geen effectieve cariëspreventieve methoden beschikbaar waren. Onderzoek liet zien dat tandenpoetsen in die tijd geen effect had op het ontstaan van cariës. Dat veranderde pas toen in de jaren 70 van de vorige eeuw fluoridetandpasta in de handel kwam. Gevolgen De resultaten van het onderzoek lieten de schooltandartsen en hun koepelorganisatie, de Vereniging voor Sociale Tandheelkunde, niet onberoerd. Aanbevolen werd de jeugdtandverzorging meer te gaan richten op de preventie van cariës. De ouders en de leerkrachten van de school zouden daarbij betrokken moeten zijn. Geadviseerd werd eerder met de zorgverlening te beginnen, niet bij 6-jarigen in de eerste klas van de lagere school, maar al bij 4-jarigen, de jongste leerlingen van de kleuterschool, zodat ook het tijdelijk gebit nog kon worden behandeld. Hiervan werd een preventief effect verwacht op het ontstaan van cariës in het blijvend gebit. Diverse jeugdtandverzorgingsdiensten brachten deze voorstellen in de praktijk. Om de koerswijziging te benadrukken werd de schooltandverzorging omgedoopt in jeugdtandverzorging. De jeugdtandverzorging werd op dat moment nog niet uitgebreid tot oudere leeftijdscategorieën. Later onderzoek Er zijn na 1972 nog diverse andere onderzoeken uitgevoerd naar de effecten van jeugdtandverzorging. In het hierna volgende overzicht wordt alleen onderzoek besproken waarbij het vóórkomen en de verzorgingsgraad van cariëslaesies als effectmaten werden gebruikt. Het Model Drenthe De Jeugdtandverzorging Drenthe was een van de eerste instellingen die ging werken volgens het nieuwe inzicht dat preventie van cariës meer nadruk zou moeten krijgen (Rijnsburger, 1978). In deze dienst werden vanouds 2 systemen toegepast. In een deel van Drenthe werd het klassieke systeem gevolgd, waarbij kinderen in een tandartsenbus werden gecontroleerd en behandeld door tandartsen in dienst van de instelling (jeugdtandartsen). In het andere deel volgde men een verwijzingssysteem, waarbij de jeugdtandarts het gebit onderzocht, maar de kinderen voor behandeling verwees naar de huistandarts. De nieuwe aanpak had alleen betrekking op het klassieke deel van de dienst. Omdat men ervan uitging dat een volledige sanering van het tijdelijk gebit noodzakelijk was als men cariës in het blijvend gebit wilde voorkomen, werden carieuze tijdelijke molaren die niet meer gerestaureerd konden worden systematisch geëxtraheerd. Vergelijkend onderzoek werd uitgevoerd bij kinderen die door de jeugdtandartsen waren behandeld en kinderen die naar een huistandarts waren verwezen. De resultaten zijn weergegeven in tabel 1 en 2. Uit de aantallen dmfs en DMFS kan worden afgeleid dat er in preventief opzicht geen resultaat werd geboekt. Wel blijkt dat de verzorgingsgraad van het tijdelijk gebit bij kinderen die door jeugdtandartsen waren behandeld veel hoger was. Opvallend was dat veel ouders, ondanks dit in tandheelkundig opzicht gunstige resultaat, hun kind lieten uitschrijven. De uitbreiding van de zorgverlening leidde tot veel hogere kosten die een sterke verhoging van het abonnementstarief noodzakelijk maakten. Dit kon echter voor ziekenfondsverzekerden, die zelf niet voor de zorg hoefden te betalen, geen reden zijn geweest om het kind af te melden. Onbegrip bij de ouders voor de vele extracties die werden uitgevoerd, kan een rol hebben gespeeld. De afname van het deelnemersbestand van de jeugdtandverzorging in Drenthe was overigens niet uniek. Ook in andere instellingen deed dit fenomeen zich voor (afb. 4). Het project Kindertandverzorging Tiel In Tiel, de gemeente waar van 1952 tot en met 1973 gefluorideerd drinkwater werd gebruikt, werd in 1972 naast de bestaande jeugdtandverzorging een Stichting voor Kin- 498 Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december 2007

4 Kalsbeek: De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging Bron Jaar Plaats/regio Zorgverlener Leeftijd Aantal ds ms fs dmfs Verzorgings- (jaar) kinderen graad* Rijnsburger, Drenthe Jeugdtandarts ,9 4,9 5,3 13,1 0,65 Huistandarts (na ,6 2,7 1,3 12,6 0,13 verwijzing door JTV Kalsbeek, Tiel Jeugdtandarts (94%) 5, ,6 0,5 3,1 7,2 0,47 Huistandarts (2%) Geen tandarts (2%) Onbekend (2%) 1980 Culemborg Huistandarts (79%) 5, ,5 0,6 1,1 7,2 0,16 Jeugdtandarts (11%) Geen tandarts (8%) Onbekend (2%) Burgersdijk, Nijmegen Kindertandverzorger ,5 0,1 4,2 4,8 0,89 Huistandarts ,9 0,9 1,3 6,0 0,25 Kalsbeek et al, NO Noord-Brabant Kindertandverzorger ,8 0,2 0,7 1,6 0,45 en Nijmegen of jeugdtandarts Zoetermeer Jeugdtandarts ,6 0,0 0,7 1,3 0,53 Den Haag Jeugdtandarts ,1 0,4 1,6 5,0 0,34 Enschede Jeugdtandarts ,6 0,6 2,1 7,2 0,31 Rotterdam Jeugdtandarts ,0 0,3 1,2 5,5 0,23 Texel Huistandarts**** ,2 0,3 0,6 2,1 0,35 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,2 0,5 1,3 3,0 0,51 of jeugdtandarts 4 gemeenten** Huistandarts ,6 0,1 0,4 2,1 0,20 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,8 0,5 1,6 3,8 0,47 of jeugdtandarts (63%) Huistandarts (37%) 3 gemeenten*** Huistandarts ,0 0,3 0,4 2,8 0,18 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,1 0,4 0,6 3,1 0,23 of jeugdtandarts 4 gemeenten** Huistandarts ,1 0,5 0,5 4,1 0,13 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,3 0,4 0,6 3,2 0,20 of jeugdtandarts (51%) Huistandarts (49%) 3 gemeenten*** Huistandarts ,3 0,5 0,5 4,3 0,12 Schuller, NO Noord-Brabant Kindertandverzorgster ,1 1,5 1,2 3,8 0,53 en Nijmegen of jeugdtandarts Zoetermeer Jeugdtandarts ,1 0,8 1,8 3,7 0,62 Rotterdam Jeugdtandarts ,1 1,4 3,6 8,1 0,54 Texel Huistandarts**** ,5 0,2 0,9 2,6 0,39 * fs/(ds + fs) ** Alphen aan den Rijn, Breda, Gouda en s-hertogenbosch *** Alphen aan den Rijn, Breda en Gouda **** Jeugdtandverzorging wordt uitgevoerd door de op Texel gevestigde huistandartsen Tabel 1. Uitkomsten van de besproken onderzoeken met betrekking tot het voorkomen van cariës en de verzorgingsgraad van cariëslaesies in het tijdelijk gebit bij 5- en 6-jarigen. Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december

5 Bijzonder onderwerp Bron Jaar Plaats/regio Zorgverlener Leeftijd Aantal DS MS FS DMFS Verzorgings- (jaar) kinderen graad* Rijnsburger, Drenthe Jeugdtandarts ,2 0,0 0,3 0,5 0,65 Huistandarts (na ,4 0,0 0,1 0,5 0,25 verwijzing door JTV) Carpay en Nieman, regio s (zie tekst) Kindertandverzorger , Jeugdtandarts 102 0,93 Huistandarts 326 0,86 Kalsbeek et al, NO Noord-Brabant Kindertandverzorger ,3 0,1 1,1 1,5 0,79 en Nijmegen of jeugdtandarts Zoetermeer Jeugdtandarts ,2 0,0 0,9 1,0 0,83 Rotterdam Jeugdtandarts ,5 0,0 2,0 2,5 0,80 Den Haag Jeugdtandarts ,3 0,1 1,6 1,9 0,86 Enschede Jeugdtandarts ,3 0,2 3,0 3,4 0,92 Texel Huistandarts**** ,4 0,0 0,8 1,2 0,67 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,1 0,0 1,3 1,4 0,95 of jeugdtandarts 4 gemeenten** Huistandarts ,4 0,2 0,9 1,4 0,71 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,2 0,0 1,3 1,5 0,88 of jeugdtandarts (67%) Huistandarts (33%) 3 gemeenten*** Huistandarts ,4 0,1 0,9 1,4 0,66 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,5 0,1 0,7 1,3 0,59 of jeugdtandarts 4 gemeenten** Huistandarts ,9 0,0 0,6 1,5 0,41 Kalsbeek et al, s-hertogenbosch Kindertandverzorger ,5 0,0 0,6 1,1 0,53 of jeugdtandarts (61%) Huistandarts (39%) 3 gemeenten*** Huistandarts ,9 0,1 0,6 1,5 0,41 Schuller, NO Noord-Brabant Kindertandverzorger ,2 0,1 0,9 1,1 0,85 en Nijmegen of jeugdtandarts Zoetermeer Jeugdtandarts ,1 0,0 0,5 0,6 0,85 Rotterdam Jeugdtandarts ,2 0,2 1,2 1,6 0,84 Texel Huistandarts**** ,5 0,0 0,3 0,8 0,40 * FS/(DS+FS) ** Alphen aan den Rijn, Breda, Gouda en s-hertogenbosch *** Alphen aan den Rijn, Breda en Gouda **** Jeugdtandverzorging wordt uitgevoerd door de op Texel gevestigde huistandartsen Tabel 2. Uitkomsten van de besproken onderzoeken met betrekking tot het voorkomen van cariës en de verzorgingsgraad van cariëslaesies in het blijvend gebit. dertandverzorging opgericht (Kalsbeek, 1976; Kalsbeek en Kwant, 1983). Doel was het voorkómen van cariës door middel van voorlichting in een zo vroeg mogelijk stadium. Daartoe werd samengewerkt met de verloskundige, de medewerkers van het consultatiebureau voor zuigelingen en kleuters, de plaatselijke tandartsen, de schoolartsen, de huisartsen en de lokale pers. Kinderen werden vanaf 1,5 jaar met hun ouders opgeroepen in een centrum waar voorlichting werd gegeven over voeding en mondhygiëne en waar het gebit van de kinderen werd onderzocht en zonodig behandeld. Na het stoppen van de drinkwaterfluoridering werd geadviseerd de kinderen fluoridetabletten te geven, een 500 Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december 2007

6 Kalsbeek: De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging advies dat door ongeveer 70% van de ouders werd opgevolgd. Het project is voortgezet tot In dat jaar werd 74% van alle Tielse 2-jarigen, 78% van de Tielse 3-jarigen en ongeveer 80% van de Tielse 4- tot en met 8-jarigen in het centrum verzorgd. De 0- en 1-jarigen kwamen nog niet in het centrum, want die werden via het consultatiebureau voorgelicht. Bijna elke baby kwam daar. Uit een onderzoek van TNO in 1980 bleek dat de verzorgingsgraad van het tijdelijk gebit bij 5,5- en 6-jarige kinderen in Tiel aanzienlijk hoger was dan bij leeftijdgenoten in Culemborg, waar geen speciale activiteiten waren uitgevoerd (tab. 1). Het aantal dmfs in Tiel niet meer beïnvloed door de drinkwaterfluoridering omdat die ruim 6 jaar vóór dit onderzoek was stopgezet was in beide plaatsen gelijk. Ook hier kon dus geen effect van de preventief gerichte activiteiten worden aangetoond. Uit een latere evaluatie onder 15-jarigen bleek dat de behandeling van het tijdelijk gebit en het gebruik van fluoridetabletten op de peuter- en kleuterleeftijd evenmin hadden geleid tot een lagere cariësprevalentie in het blijvend gebit. Bij kinderen die op jonge leeftijd regelmatig fluoridetabletten hadden gebruikt, kwam wel significant meer fluorose voor dan bij kinderen die van hun ouders geen tabletten hadden gekregen (Kalsbeek et al, 1992). Onderzoek kindertandverzorger versus huistandarts In 1972 werd in Nijmegen een onderzoek gestart naar de mogelijkheid om mondhygiënisten en studenten mondhygiëne na een opleiding van 1 jaar in te schakelen in de jeugdtandverzorging (Burgersdijk, 1979). De als kindertandverzorger opgeleide medewerkers werden tewerkgesteld in een centrum waar kinderen vanaf 2 jaar met hun ouders terecht konden voor voorlichting, preventieve en curatieve mondzorg. Uit vergelijkend onderzoek bij kinderen die in het centrum waren verzorgd, en kinderen die in een van de huispraktijken in Nijmegen waren behandeld, bleek dat de verzorgingsgraad van de eerstgenoemde groep veel hoger was (tab. 1). Verder werd bij kinderen uit het lage en midden milieu ook een preventief effect geconstateerd: het gemiddelde aantal dmfs bij de in het centrum verzorgde groep was significant lager dan in de door huistandartsen verzorgde groep. Geconcludeerd werd dat kindertandverzorgers in staat zijn de aan hen gedelegeerde taken op een hoog kwalitatief niveau uit te voeren. Onderzoek naar de betekenis van jeugdtandverzorging In 1980 en 1981 werd vergelijkend onderzoek uitgevoerd bij 4 diensten voor jeugdtandverzorging (Carpay en Niemans, 1986). In 2 daarvan, de diensten Noordoost Noord-Brabant en Nijmegen, werd de zorg geheel of voor een deel verleend door kindertandverzorgers werkzaam in een centrum; in de 2 andere, de diensten Groot Kennemerland en Geldrop/ De Peel, werd de zorg in een tandartsenbus verleend door jeugdtandartsen. Bij het epidemiologische deel van het Percentage kinderen Afb. 4. Deelname aan jeugdtandverzorging in gemeenten waar zo n instelling beschikbaar was (Nederlandse Vereniging en Centrale Raad voor Sociale Tandheelkunde 1973; Nederlandse Vereniging voor Sociale Tandheelkunde 1984). onderzoek waren behalve deelnemers aan de jeugdtandverzorging ook kinderen betrokken die door de huistandarts waren verzorgd. In het sociaalwetenschappelijk deel van het onderzoek werd onder meer nagegaan welke motieven moeders hadden hun kind al dan niet aan te melden bij de jeugdtandverzorging. Uit het klinische onderzoek kwam naar voren dat de kwaliteit van de restauraties aangebracht door de kindertandverzorgers beter was dan die van de tandartsen. De kwaliteit van restauraties gemaakt door huistandartsen en jeugdtandartsen was ongeveer gelijk. Voor de verzorgingsgraad van cariëslaesies bereikten de kindertandverzorgers de hoogste waarde, gevolgd door de jeugdtandartsen en ten slotte de huistandartsen (tab. 2). Doordat een ongebruikelijke cariësindex werd toegepast waarbij gegevens van het tijdelijk gebit en het blijvend gebit werden opgeteld, zijn de gegevens over de prevalentie van cariës niet vergelijkbaar met die van de andere onderzoeken. Uit het onderzoek bij de moeders bleek dat de voorkeur voor de eigen tandarts onder meer voortkwam uit de wens bij de behandeling aanwezig te zijn. Negatieve herinneringen aan de schooltandarts door wie ze vroeger zelf waren behandeld, speelden ook een rol. Vaak hadden de moeders hun kind, op het moment dat de jeugdtandverzorging zich aandiende, al meegenomen naar de huistandarts. Ouders die voor de jeugdtandverzorging kozen, deden dat vaak uit gemakzucht. De keuze het kind in te schrijven in een centrum waar kindertandverzorgers werkzaam waren, berustte wel op positieve argumenten. De aandacht die het kind daar kreeg en het feit dat de kinderen door gespecialiseerde medewerkers werden behandeld, werden positief gewaardeerd. Evaluatie Besluit tandheelkundige verzorging jeugdige ziekenfondsverzekerden De beantwoording van de vraag in hoeverre jeugdtandverzorging in een georganiseerd verband andere resultaten opleverde dan de zorg voor kinderen in de huispraktijk was oorspronkelijk een van de doelstellingen van het project Besluit tandheelkundige verzorging jeugdige ziekenfondsverzekerden (TJZ) (Kalsbeek et al, 1989). Het onderzoek Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december

7 Bijzonder onderwerp begon in 1987 en werd 1 keer in de 3 jaar herhaald. Deelnemers aan het onderzoek waren ziekenfondsverzekerden van 5 tot en met 23 jaar die woonden in bepaalde wijken van Gouda, Alphen aan den Rijn, Breda of s-hertogenbosch. In s-hertogenbosch werd een deel van de jeugd in een centrum van de Regionale Instelling voor Jeugdtandverzorging verzorgd. Een belangrijk deel van die zorg werd daar door kindertandverzorgers verleend. In tabel 1 en 2 worden de resultaten uit 1993 en uit 1999 vermeld (Kalsbeek et al, 1994; Kalsbeek et al, 2000). Hieruit blijkt dat de verzorgingsgraad van cariëslaesies bij de deelnemers aan de jeugdtandverzorging hoger was dan bij leeftijdgenoten die in een huispraktijk waren behandeld. Ook op populatieniveau werd een positief effect geconstateerd. In s-hertogenbosch was de verzorgingsgraad gemiddeld hoger dan in de 3 andere gemeenten. Een dergelijk verschil werd in 1993 en 1999 ook bij 17-jarigen gevonden, wat er op zou kunnen wijzen dat de invloed van de jeugdtandverzorging duurzamer is dan van de vroegere schooltandverzorging. Doordat de sociaaleconomische achtergrond van deelnemers en niet-deelnemers van de jeugdtandverzorging kan verschillen, is over een eventueel effect van preventieve activiteiten niets te zeggen. Uit een enquête in 1996 onder ouders bleek dat in de groep 8-jarigen met meer dan 8 dmfs die in het centrum waren behandeld, 43% van de kinderen wel eens kiespijn had gehad of een pijnlijke behandeling had ondergaan. In de vergelijkbare groep die door huistandartsen was verzorgd, gold dit voor 74% van de kinderen (Kalsbeek et al, 1997). Evaluatie van regionale instellingen voor jeugdtandverzorging In werd een vergelijkend onderzoek uitgevoerd bij 7 andere regionale instellingen voor jeugdtandverzorging (Kalsbeek et al, 1994). Het onderzoek betrof zowel het resultaat van de zorgverlening in tandheelkundige zin als de kosten van de zorg. Om gegevens te verkrijgen over het mondhygiënisch gedrag van de kinderen die door de instellingen werden behandeld en hun sociaaleconomische achtergrond, werden ouders geënquêteerd. In de tabellen zijn enkele resultaten vermeld. Van de regionale instellingen Nijmegen en Noordoost Noord-Brabant, die werkten onder 1 directie, zijn de gegevens samengevoegd. Uit de cijfers blijkt dat de gebitstoestand van de deelnemers van de diverse instellingen sterk uiteenliep, zowel wat de gemiddelde aantallen dmfs en DMFS betreft, als de verzorgingsgraad van cariëslaesies. Bij de instellingen in de grote steden waren vooral kinderen ingeschreven uit de lagere sociaaleconomische milieus en kinderen van migranten. Bij deze kinderen was de cariësprevalentie hoog en de verzorgingsgraad laag. De verzorgingsgraad was ook laag bij Texelse kinderen. De jeugdtandverzorging op Texel wordt door de plaatselijke tandartsen uitgevoerd. In 1998 en 2005 is het onderzoek in 5 instellingen herhaald (Kalsbeek en Poorterman, 1999; Schuller, 2006). Uitkomsten van het laatste onderzoek zijn in de tabellen 1 en 2 opgenomen. Uit deze cijfers komt een vergelijkbaar beeld naar voren. Algemene discussie Uit vrijwel al het besproken onderzoek komt naar voren dat de verzorgingsgraad van cariëslaesies bij kinderen die bij een instelling voor jeugdtandverzorging waren ingeschreven, hoger was dan bij kinderen die door een tandarts in een huispraktijk werden verzorgd. Hierbij moet de kanttekening worden gemaakt dat tussen de instellingen voor jeugdtandverzorging belangrijke verschillen voorkomen voor de bereikte graad van verzorging. In het algemeen was het niet goed mogelijk een cariëspreventief effect van de jeugdtandverzorging aan te tonen. Een probleem daarbij is dat de keuze voor het type behandelaar lag bij de ouders die door hun gedrag veel meer invloed kunnen hebben op het ontstaan van cariës dan de tandarts of kindertandverzorger. Stratificatie van de onderzoeksgroep naar sociaaleconomische status lost dit probleem niet geheel op. Voor het gunstige effect van de instelling voor jeugdtandverzorging op de verzorgingsgraad zijn diverse oorzaken te noemen. Allereerst wordt er binnen deze instellingen vaker met een behandelprotocol gewerkt dan onder solistisch werkende tandartsen. De naleving van zo n protocol door de medewerkers is mede afhankelijk van de wijze van leiding geven en de mate van onderling overleg. Dit is waarschijnlijk een van de redenen dat de resultaten tussen de verschillende diensten van jeugdtandverzorging uiteenlopen. Gunstig voor de huidige jeugdtandverzorging is ook dat de medewerkers bewust voor de jeugdtandverzorging hebben gekozen. Dit zal in het bijzonder voor kindertandverzorgers gelden. Een belangrijk argument om destijds de jeugdtandverzorgingsdiensten op te richten, was het grote aantal kinderen dat zonder zo n dienst niet of te laat tandheelkundig zou worden verzorgd. Ondanks de toegenomen belangstelling voor mondzorg zijn er nog steeds kinderen die extra aandacht behoeven. Dit geldt in het bijzonder voor kinderen met een allochtone achtergrond waarvan niet alle ouders een tandarts bezoeken. Voor die categorie zijn regionale instellingen voor jeugdtandverzorging onmisbare organisaties. Maar ook als de instellingen niet specifiek op deze doelgroep zijn gericht, vervullen ze een belangrijke functie door de kwaliteit van de geleverde zorg. In het onderzoek dat aan het begin van dit artikel werd besproken (Kalsbeek, 1972), stond de vraag centraal naar het langetermijneffect van jeugdtandverzorgingsdiensten. Met kan deze vraag ook stellen ten aanzien van de huidige instellingen jeugdtandverzorging. Door gebrek aan onderzoek daarnaar is hier niets met zekerheid over te zeggen. Doordat er, anders dan destijds, nu wel effectieve preventieve middelen en methoden beschikbaar zijn en er geen sprake meer is van een tekort aan tandartsen, zijn 2 belangrijke oorzaken weggenomen van het destijds vrijwel ontbreken van een permanent effect. Bovendien zijn diverse instel- 502 Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december 2007

8 Kalsbeek: De meerwaarde van instellingen voor jeugdtandverzorging lingen voor jeugdtandverzorging ertoe overgegaan kinderen te blijven verzorgen tot 18 jaar, waardoor een breuk in de zorgverlening op het 12e jaar wordt voorkomen. Ook om al deze redenen mag er over het langetermijneffect van de huidige instellingen voor jeugdtandverzorging zeker enig optimisme bestaan. Literatuur > Backer Dirks JJ. Schooltandverzorging, het enige middel tot behoud van het gebit voor het opgroeiende geslacht. Rotterdam: Ivoren Kruis, > Beukers JT, Hoyng MHHM. Onderzoek naar de gebitstoestand van de schoolgaande jeugd in hun 13e levensjaar in Eindhoven. Eindhoven: Stichting Schooltandverzorging Eindhoven, > Burgersdijk RCW. De kindertandverzorgster. Een experiment in de tandheelkundige verzorging van kinderen van twee tot twaalf jaar met inschakeling van hulpkrachten met curatieve bevoegdheden in een tandheelkundig centrum te Nijmegen. Nijmegen: Katholieke Universiteit Nijmegen, Academisch proefschrift. > Advies inzake de gewenste toekomstige tandheelkundige voorzieningen in Nederland. Rijswijk: Centrale Raad voor de Volksgezondheid, > Carpay JJ, Nieman FHM. Het professioneel functioneren en de maatschappelijke betekenis van de jeugdtandverzorging. Nijmegen: Katholieke Universiteit Nijmegen, Academisch proefschrift. > GG en GD Breda. Een onderzoek naar het voorkomen van tandcariës bij 12-jarige schoolkinderen in Breda, Breda: Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst Breda, > Kalsbeek H. Schooltandverzorging: een sociaal-tandheelkundig onderzoek bij rekruten. Utrecht: Rijksuniversiteit, Academisch proefschrift. > Kalsbeek H. Het project Kindertandverzorging Tiel. I. Algemeen overzicht. Ned Tijdschr Tandheelkd 1976; 83: > Kalsbeek H, Kwant GW. Het project kindertandverzorging Tiel. V. De gebitstoestand bij kinderen van 4,5-6 jaar vanaf het begin tot aan het eind van het project. Ned Tijdschr Tandheelkd 1983; 90: > Kalsbeek H, Eijkman MAJ, Verrips GHW. Tandheelkundige hulp Jeugdige verzekerden Ziekenfondsverzekering. Een onderzoek naar mondgezondheid na effectuering van het besluit TJZ. Beginmeting Leiden: NIPG-TNO; Amsterdam: Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam, Publ. nr > Kalsbeek H, Verrips GH, Backer Dirks O. The use of fluoride tablets and effect on prevalence of dental caries and dental fluorosis. Community Dent Oral Epidemiol 1992; 20: > Kalsbeek H, Tiel JPM van, Verrips GH, Poorterman JHG. Resultaten van jeugdtandverzorging. Een onderzoek naar mondgezondheid en mondhygiënisch gedrag bij deelnemers aan Regionale Instellingen. Ned Tijdschr Tandheelkd 1994; 101: > Kalsbeek H, Eijkman MAJ, Poorterman JHG, Verrips GH, Kieft JA. Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden (TJZ). Een onderzoek naar veranderingen in mondgezondheid en preventief gedrag na de stelselwijziging. Tussenmeting Leiden: TNO Preventie en Gezondheid; Amsterdam: Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam, Publ. nr > Kalsbeek H, Poorterman JHG. Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging Leiden: TNO Preventie en Gezondheid, Publ. nr. PG/JGD/ > Kalsbeek H, Poorterman JHG, Verrips GH, Eijkman. Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden (TJZ). Mondgezondheid en preventief gedrag na de stelselwijziging. Leiden: TNO Preventie en Gezondheid; Amsterdam: Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam, Publ. nr. PG/JGD/ > Nederlandse Vereniging en Centrale Raad voor Sociale Tandheelkunde. Verslag over het jaar Amsterdam: > Nederlandse Vereniging voor Sociale Tandheelkunde. Jaarverslag over het jaar Amsterdam: > Rijnsburger BE. De georganiseerde jeugdtandverzorging. Het model Drenthe. De beschrijving van een verzorgingssysteem en de daarmee bereikte resultaten. Academisch proefschrift. Amsterdam: Vrije Universiteit, > Schuller AA. Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging Leiden: TNO Kwaliteit van Leven, Publ. nr. KvL/B&G/ Summary The value of institutions for youth dental care In 1972 the results of a study of the long term effect of dental care for youths in the Netherlands, a programme which was then still called school dental care, were published. In the study a comparison was made between military recruits from municipalities with school dental care and those from municipalities without it. Results were measured most importantly in two areas, dental health and habits of dental care, variables in which a number of dental and behavioural characteristics were combined. Between the groups of recruits only marginal differences were found. This result was unexpected because previous research had indicated that in the case of primary school students there was much less untreated caries if school dental care was available in a municipality. Subsequent research revealed that the level of care of caries lesions in the teeth of children who were registered with an institution for dental care for youths, was generally higher than that of children who were treated by a general health practitioner. The level of care was especially high among children who were treated by specialists in child dental care. The fact that most institutions for dental care for youths make use of treatment protocols seems to be an important reason for this result. The fact that most of the children who participated in a dental care for youths programme differed in socio-economic status from those who received care from a general dental practitioner meant that the extra caries-preventive effect of dental care for youths could not easily be established. Bron H. Kalsbeek Uit de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek(tno) Kwaliteit van Leven, Leiden Datum van acceptatie: 18 oktober 2007 Adres: dr. H. Kalsbeek, Populierenlaan 1, 2224 EK Katwijk ZH huib.kalsbeek@xs4all.nl Ned Tijdschr Tandheelkd 114 december

Trends in mondgezondheid Cariësprevalentie en frequentie van controlebezoek aan de tandarts

Trends in mondgezondheid Cariësprevalentie en frequentie van controlebezoek aan de tandarts A.A. Schuller, J.H.G. Poorterman Trends in mondgezondheid Cariësprevalentie en frequentie van controlebezoek aan de tandarts In 2003 werd voor de zesde maal het project Tandheelkundige verzorging Jeugdige

Nadere informatie

De restauratieve verzorgingsgraad bij de jeugd 1 Patiëntgebonden factoren

De restauratieve verzorgingsgraad bij de jeugd 1 Patiëntgebonden factoren A.A. Schuller, J.J.M. Bruers, B.A.F.M. van Dam, J.H.G. Poorterman, V.A.M. Gerardu, G.J. Truin De restauratieve verzorgingsgraad bij de jeugd 1 Patiëntgebonden factoren In 2007 vond een onderzoek plaats

Nadere informatie

Tandcariës in Nederland rond de eeuwwisseling

Tandcariës in Nederland rond de eeuwwisseling Kalsbeek en Poorterman: Tandcariës in Nederland H. Kalsbeek 1 J.H.G. Poorterman Tandcariës in Nederland rond de eeuwwisseling Samenvatting Trefwoorden: Cariologie Epidemiologie Sociaal-economische status

Nadere informatie

1~111~1~1~1. ~ gemeentelijke geneeskundige en gezondheidsdienst amsterdam. Mondgezondheid van Amsterdammertjes. Samenvatting

1~111~1~1~1. ~ gemeentelijke geneeskundige en gezondheidsdienst amsterdam. Mondgezondheid van Amsterdammertjes. Samenvatting dienen de poetsgewoonte op veel vroegere leeftijd tot stand te brengen, zo bleek uit het onderzoek onder 5-jarigen. Nederlandse organisatie voor toegepast natuurwetenschappelijk onderzoek Hoofdgroep Gezondheidsonderzoek

Nadere informatie

Jeugdmondzorg: De restauratieve verzorgingsgraad

Jeugdmondzorg: De restauratieve verzorgingsgraad TNO-rapport KvL/P&Z 2007.102 Jeugdmondzorg: De restauratieve verzorgingsgraad Preventie en Zorg Wassenaarseweg 56 Postbus 2215 2301 CE Leiden www.tno.nl T 071 518 18 18 F 071 518 19 10 info-zorg@tno.nl

Nadere informatie

Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging 2005

Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging 2005 TNO-rapport Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging 2005 TNO Kwaliteit van Leven A.A. Schuller TNO-rapport TNO Kwaliteit van Leven KvL/B&G/2006.078 Evaluatie Regionale Instellingen voor

Nadere informatie

Wordt het kindergebit slechter?

Wordt het kindergebit slechter? 2 epidemiologisch bulletin, 2007, jaargang 42, nummer 2 Trends in de prevalentie van tandcariës, tanderosie en gebitsverzorging bij de Haagse jeugd in de periode 1996-2005 1 Wordt het kindergebit slechter?

Nadere informatie

Diagnostisch en restauratief gedrag van Nederlandse tandartsen in de kindertandheelkunde

Diagnostisch en restauratief gedrag van Nederlandse tandartsen in de kindertandheelkunde J.S.C. Heijdra, J.S.J. Veerkamp Diagnostisch en restauratief gedrag van Nederlandse tandartsen in de Het doel van dit onderzoek was inzicht te krijgen in de aanpak van Nederlandse tandartsen bij de behandeling

Nadere informatie

Gebitstoestand en mondgezondheid van basisschoolkinderen

Gebitstoestand en mondgezondheid van basisschoolkinderen Oorspronkelijke bijdragen C osić e.a.: Gebitstoestand en mondgezondheid K. Ćosić 1,2 C.A. Bos 3 C.H.M. van Jaarsveld 1 C.P. van der Schans 2 Gebitstoestand en mondgezondheid van basisschoolkinderen Samenvatting

Nadere informatie

A.A. Schuller, G.H.W. Verrips

A.A. Schuller, G.H.W. Verrips Evaluatie Regionale instellingen voor jeugdtandverzorging 2012 A.A. Schuller, G.H.W. Verrips 2 Evaluatie regionale instellingen voor jeugdtandverzorging 2012 ISBN nummer: 978-90-5986-442-9 Rapportnummer:

Nadere informatie

Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden 3

Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden 3 Oorspronkelijke bijdragen Kalsbeek e.a.: TJZ 3 Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden 3 H. Kalsbeek 1 J.H.G. Poorterman M.A.J. Eijkman G.H. Verrips 1 Tandartsbezoek en mondhygiënisch

Nadere informatie

Trends in de prevalentie van tandcariës bij de Nederlandse jeugd

Trends in de prevalentie van tandcariës bij de Nederlandse jeugd Oorspronkelijke bijdragen Boelens e.a.: Trends in cariësprevalentie Trends in de prevalentie van tandcariës bij de Nederlandse jeugd C. Boelens M. Delahaye G.J. Truin M.A. van t Hof Hebben zich de afgelopen

Nadere informatie

Trends in de prevalentie van cariës bij de 6- en 12-jarige jeugd in Nederland

Trends in de prevalentie van cariës bij de 6- en 12-jarige jeugd in Nederland G.J. Truin, A.A. Schuller, J.H.G. Poorterman, J. Mulder t Trends in de prevalentie van cariës bij de 6- en 12-jarige jeugd in Nederland 511 Om te achterhalen hoe de cariësprevalentie bij de Nederlandse

Nadere informatie

Mondhygiënist onmisbaar voor verantwoorde mondzorg

Mondhygiënist onmisbaar voor verantwoorde mondzorg M.S.E. van der Sanden-Stoelinga, J. la Rivière-Ilsen, P.T. Calkoen Mondhygiënist onmisbaar voor verantwoorde mondzorg In 1968 ging in Nederland de eerste opleiding van mondhygiënisten van start. Er werd

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Tandheelkundige zorg sinds de stelselwijziging van 1995

Tandheelkundige zorg sinds de stelselwijziging van 1995 Mening Den Dekker en Abbink: Tandheelkundige zorg na stelselwijziging J. den Dekker 1,2 E.J.A.A. Abbink 1 Tandheelkundige zorg sinds de stelselwijziging van 1995 Evaluatie van beperkingen in de vergoeding

Nadere informatie

Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging Augusms H. Kalsbeek J.HJG. Poorterman

Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging Augusms H. Kalsbeek J.HJG. Poorterman o o o Ki^ TNO-rapport PG/JGD/99.27 Evaluatie Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging - TNO Preventie en Gezondlieid Jeugd Gottergetwuw: Wassenaarseweg 56 Postbus 2215 231 CE Leiden Telefoon 71

Nadere informatie

TM* TNO-Gezondheidsonderzoek ! JUL Een onderzoek bij voormalige deelnemers aan verzorging in Tiel

TM* TNO-Gezondheidsonderzoek ! JUL Een onderzoek bij voormalige deelnemers aan verzorging in Tiel ^^ ^ 4r TNO-Gezondheidsonderzoek Nederlands Instituut voor Praeventieve Gezondheidszorg TNO Wassenaarseweg 56 v-^^/ N S 2333 AL Leiden Postbus 124 l 2300 AC loeiden K. m C» \ Fax 071-1763 82 Telefoon 071-1811

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking

Nadere informatie

Prevalentie van tandcariës en tanderosie bij Haagse schoolkinderen in de periode

Prevalentie van tandcariës en tanderosie bij Haagse schoolkinderen in de periode G.J. Truin, J.E. Frencken, J. Mulder, A.J. Kootwijk, E. de Jong Prevalentie van tandcariës en tanderosie bij Haagse schoolkinderen in de periode 1996-2005 In 2005 vond opnieuw een tandheelkundig klinisch

Nadere informatie

Inhoudsopgave Samenvatting Summary Inleiding Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Inhoudsopgave Samenvatting Summary Inleiding Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Evaluatieonderzoek naar de Effectiviteit van de Zomercursus Plezier op School bij Kinderen met Verschillende Mate van Angstig en Stemmingsverstoord Gedrag en/of Autistische Gedragskenmerken Effect Evaluation

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/266/25196

Nadere informatie

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit 1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan

Nadere informatie

1972 werd een centrum voor kindertandverzorging. de eerste groep kleuters, die het preventieprogramma

1972 werd een centrum voor kindertandverzorging. de eerste groep kleuters, die het preventieprogramma Ned Tijdschr Tandheelkd 90 (1983) maart ONDERZOEK HET PROJECT KINDERTANDVERZORGING TIEL V. DE GEBITSTOESTAND BU KINDEREN VAN 41/2-6 JAAR VANAF HET BEGIN TOT AAN HET EIND VAN HET PROJECT H. KALSBEEK*) G.

Nadere informatie

Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden 2

Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden 2 Oorspronkelijke bijdragen Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden 2 H. Kalsbeek 1 J.H.G. Poorterman 2 J.A. Kieft 2 G.H. Verrips 1 Prevalentie en behandeling van orthodontische afwijkingen

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Het effect van de klachtkans op een behandelbeslissing. Een exploratief onderzoek onder vierdejaarsstudenten tandheelkunde

Het effect van de klachtkans op een behandelbeslissing. Een exploratief onderzoek onder vierdejaarsstudenten tandheelkunde A.M.F.P. Verweij, M.W. van der Wel, P.A. Mileman, J. den Dekker, W.B. van den Hout Het effect van de klachtkans op een behandelbeslissing Een exploratief onderzoek onder vierdejaarsstudenten tandheelkunde

Nadere informatie

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A. Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten

Nadere informatie

2007 Verslag gebitsonderzoek onder basisschoolleerlingen groep 2 en groep 7 in de gemeente Noordoostpolder

2007 Verslag gebitsonderzoek onder basisschoolleerlingen groep 2 en groep 7 in de gemeente Noordoostpolder 007 Verslag gebitsonderzoek onder basisschoolleerlingen groep en groep 7 in de gemeente Noordoostpolder Inleiding Tussen 199 en 005 is er onderzoek gedaan naar de gebitssituatie van basisschoolleerlingen

Nadere informatie

Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden (TJZ)

Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden (TJZ) Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam TNO Kwaliteit van Leven Tandheelkundige verzorging Jeugdige Ziekenfondsverzekerden (TJZ) Een onderzoek naar veranderingen in mondgezondheid en preventief tandheelkundig

Nadere informatie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en Discrepantie The Relationship between Involvement in Bullying and Well-Being and the Influence of Social Support

Nadere informatie

Zorgen rondom IVF Boekaar, J.; Riemersma, M.

Zorgen rondom IVF Boekaar, J.; Riemersma, M. Zorgen rondom IVF Boekaar, J.; Riemersma, M. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document

Nadere informatie

icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence,

icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence, icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence, en het Verband tussen Adherence en Effect icoach, a Web-based

Nadere informatie

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten The relationship between depression symptoms, anxiety symptoms,

Nadere informatie

Fluorideapplicaties bij jeugdige verzekerden

Fluorideapplicaties bij jeugdige verzekerden Rapport Fluorideapplicaties bij jeugdige verzekerden Op 22 november 2011 uitgebracht aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Publicatienummer Uitgave College voor zorgverzekeringen Postbus

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Onder redactie van Dr. A.A. Schuller

Onder redactie van Dr. A.A. Schuller De tandheelkundige zorg is de laatste decennia regelmatig onderhevig geweest aan wetswijzigingen. Een belangrijk uitgangspunt was en is, en dat werd in 1995 door de toenmalige minister van VWS verwoord,

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children 1 Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working mothers with spouse and young children Verschil in stress en stressreactiviteit tussen hoogopgeleide thuisblijf-

Nadere informatie

1. Uitstroom mondzorg achttien- tot tweeëntwintigjarigen

1. Uitstroom mondzorg achttien- tot tweeëntwintigjarigen Samenvatting In 1995 is de aanspraak op tandheelkundige hulp voor volwassen verzekerden beperkt. De beperking van de aanspraak op tandheelkundige hulp is doorgevoerd om daarmee de gewenste financiële verantwoordelijkheid

Nadere informatie

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent

Nadere informatie

De restauratieve verzorgingsgraad bij de jeugd 2 Tandartsfactoren

De restauratieve verzorgingsgraad bij de jeugd 2 Tandartsfactoren Oorspronkelijke bijdragen J.J.M. Bruers, B.A.F.M. van Dam, A.A. Schuller, G.J. Truin De restauratieve verzorgingsgraad bij de jeugd 2 Tandartsfactoren Als onderdeel van een breder onderzoek naar de restauratieve

Nadere informatie

Mondgezondheid van thuiswonende ouderen 1

Mondgezondheid van thuiswonende ouderen 1 Oorspronkelijke bijdragen Kalsbeek e.a.: Mondgezondheid thuiswonende ouderen 1 Mondgezondheid van thuiswonende ouderen 1 Gebitstoestand, verleende professionele tandheelkundige zorg en mondhygiënisch gedrag

Nadere informatie

Kies voor Tanden. Een onderzoek naar mondgezondheid en preventief tandheelkundig gedrag van jeugdigen

Kies voor Tanden. Een onderzoek naar mondgezondheid en preventief tandheelkundig gedrag van jeugdigen Kies voor Tanden Een onderzoek naar mondgezondheid en preventief tandheelkundig gedrag van jeugdigen Tussenmeting 2009, een vervolg op de reeks TJZ-onderzoeken A.A. Schuller J.H.G. Poorterman C.P.F. van

Nadere informatie

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Difference in Perception about Parenting between Parents and Adolescents and Alcohol Use of Adolescents

Nadere informatie

Rapport. Signalement Mondzorg 2007

Rapport. Signalement Mondzorg 2007 255 Rapport Signalement Mondzorg 2007 Rapport Signalement Mondzorg 2007 Op 17 december 2007 uitgebracht aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Publicatienummer Uitgave College voor zorgverzekeringen

Nadere informatie

De Invloed van Innovatiekenmerken op de Intentie van Leerkrachten. een Lespakket te Gebruiken om Cyberpesten te Voorkomen of te.

De Invloed van Innovatiekenmerken op de Intentie van Leerkrachten. een Lespakket te Gebruiken om Cyberpesten te Voorkomen of te. De Invloed van Innovatiekenmerken op de Intentie van Leerkrachten een Lespakket te Gebruiken om Cyberpesten te Voorkomen of te Stoppen The Influence of the Innovation Characteristics on the Intention of

Nadere informatie

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus EJ DEN HAAG. Datum 6 juli 2016 Betreft Signalement Mondzorg 2016

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus EJ DEN HAAG. Datum 6 juli 2016 Betreft Signalement Mondzorg 2016 > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG 0540.2016055886 Zorginstituut Nederland Kwaliteitsinstituut Eekholt 4 1112

Nadere informatie

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource. Open Universiteit Klinische psychologie Masterthesis Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: De Leidinggevende als hulpbron. Emotional Job Demands, Vitality and Opportunities

Nadere informatie

NVM-najaarscongres vertelt ze over haar ervaringen als mondhygiënist in een kinderpraktijk. Nederlands Tijdschrift voor Mondhygiëne

NVM-najaarscongres vertelt ze over haar ervaringen als mondhygiënist in een kinderpraktijk. Nederlands Tijdschrift voor Mondhygiëne Lisette van der Harst is mondhygiënist voor kinderen in Den Haag. Haar praktijk richt zich uitsluitend op kinderen en jongeren tot en met 18 jaar. Ze werkt sinds begin 20146 met de Gewoon Gaaf-methode.

Nadere informatie

Anxiety, fainting and gagging in dentistry: Separate or overlapping constructs? van Houtem, C.M.H.H.

Anxiety, fainting and gagging in dentistry: Separate or overlapping constructs? van Houtem, C.M.H.H. UvA-DARE (Digital Academic Repository) Anxiety, fainting and gagging in dentistry: Separate or overlapping constructs? van Houtem, C.M.H.H. Link to publication Citation for published version (APA): van

Nadere informatie

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.

Nadere informatie

Û5« TM« Nederlands Instituut voor Praeventieve Gezondheidszorg TNO. Nederlandse organisatie voor toegepast natuurwetenscliappelijk onderzoek

Û5« TM« Nederlands Instituut voor Praeventieve Gezondheidszorg TNO. Nederlandse organisatie voor toegepast natuurwetenscliappelijk onderzoek Nederlandse organisatie voor toegepast natuurwetenscliappelijk onderzoek TNO-rapport Û5«Nederlands Instituut voor Praeventieve Gezondheidszorg TNO Postbus 124 2300 AC Leiden Wassenaarseweg 56 2333 AL Leiden

Nadere informatie

Adherence aan HWO en meer bewegen

Adherence aan HWO en meer bewegen Adherence aan HWO en meer bewegen Een experimenteel onderzoek naar de effecten van het motivationele stadium van patiënten en de adherence aan huiswerkoefeningen (HWO) bij fysiotherapie en het meer bewegen.

Nadere informatie

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven Neuropsychologische Behandeling en Sociaal Emotioneel Welzijn bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie Neuropsychological Treatment and Social Emotional Well-being of Children with a Severe Form

Nadere informatie

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen Voorschoolse vorming en de ontwikkeling van kinderen 1 De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van Kinderen The Relationship between Early Child Care, Preschool Education and Child Development

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 1 3

Inhoud. Woord vooraf 1 3 Inhoud Woord vooraf 1 3 1 Mondzorg en de samenleving 1 5 1.1 Inleiding 1 5 1.1.1 De wereld verandert 1 5 1.1.2 Professionals in de mondzorg 1 6 1.2 Professionele autonomie 1 7 1.2.1 Autonomie en vertrouwen

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 juni 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 juni 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1. De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress. en Energie bij Moeders

Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1. De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress. en Energie bij Moeders Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1 De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress en Energie bij Moeders The Effect of MBSR-training on Mindfulness, Perceived Stress

Nadere informatie

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Onderzoek met het Virtuele Lab Social Cognition in Psychologically Healthy Adults Research with the Virtual Laboratory Anja I. Rebber Studentnummer: 838902147

Nadere informatie

Some issues in applied statistics in clinical restorative dental research Tobi, H.

Some issues in applied statistics in clinical restorative dental research Tobi, H. UvA-DARE (Digital Academic Repository) Some issues in applied statistics in clinical restorative dental research Tobi, H. Link to publication Citation for published version (APA): Tobi, H. (1999). Some

Nadere informatie

TANDHEELKUNDIG EPIDEMIOLOGISCH ONDERZOEK IN BASISGÊZONDHEIDSDIENSTEN. H.Kalsbeek. Nederlands lnstituut voor Praeventieve Gczondheidrzorg.

TANDHEELKUNDIG EPIDEMIOLOGISCH ONDERZOEK IN BASISGÊZONDHEIDSDIENSTEN. H.Kalsbeek. Nederlands lnstituut voor Praeventieve Gczondheidrzorg. TANDHEELKUNDIG EPIDEMIOLOGISCH ONDERZOEK IN BASISGÊZONDHEIDSDIENSTEN H.Kalsbeek Nederlands lnstituut voor Praeventieve Gczondheidrzorg mg"ilo Leiden TANDHEELKUNDIG K EPIDEMIOLOGISCH ONDERZOEK IN BASISGEZONDHEIDSDIENSTEN

Nadere informatie

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Child dental fear and quality of life Klaassen, M.A. Link to publication

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Child dental fear and quality of life Klaassen, M.A. Link to publication UvA-DARE (Digital Academic Repository) Child dental fear and quality of life Klaassen, M.A. Link to publication Citation for published version (APA): Klaassen, M. A. (2010). Child dental fear and quality

Nadere informatie

Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij

Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Een vergelijking van een depressieve en een niet-depressieve groep met Experience-Sampling-Method

Nadere informatie

ttd TJZ ÆGTN wb Hrc"ilO D,S TANDHEELKUNDIGE HULP JEUGDIGE VERZEKERDEN ZIEKEN F O N D S V E R ZE K E R IN G

ttd TJZ ÆGTN wb HrcilO D,S TANDHEELKUNDIGE HULP JEUGDIGE VERZEKERDEN ZIEKEN F O N D S V E R ZE K E R IN G TANDHEELKUNDIGE HULP JEUGDIGE VERZEKERDEN ZIEKEN F O N D S V E R ZE K E R IN G Een onderzoek naar mondgezondheid na effectuering van het besluit T JZ Beginmeting 1987 H. Kalsbeek/M.A.J. Eijkman/G.H.W.

Nadere informatie

Paro-info januari 2017

Paro-info januari 2017 Paro-info januari 2017 Geachte lezer, Voor u ligt de eerste Paro-info van 2017. Het team van de Parodontologische Kliniek wenst u allen een voorspoedig en gezond 2017 toe. In deze Paro-info treft u aan

Nadere informatie

On becoming edentulous. An investigation into the dental and behavioural reasons for full mouth extractions. Bouma, Jelte

On becoming edentulous. An investigation into the dental and behavioural reasons for full mouth extractions. Bouma, Jelte On becoming edentulous. An investigation into the dental and behavioural reasons for full mouth extractions. Bouma, Jelte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's

Nadere informatie

Prevalentie van tandcariës en erosieve gebitsslijtage bij de Haagse jeugd

Prevalentie van tandcariës en erosieve gebitsslijtage bij de Haagse jeugd 2 epidemiologisch bulletin, 2002, jaargang 37, nummer 1 Prevalentie van tandcariës en erosieve gebitsslijtage bij de Haagse jeugd H.M. van Rijkom, G.J. Truin en M.A. van t Hof Vanaf 1969 vindt periodiek

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

Mondzorgbijpersonenmet eenbeperking: eensituatieschets

Mondzorgbijpersonenmet eenbeperking: eensituatieschets Gezondin de mond Mondzorgbijpersonenmet eenbeperking: eensituatieschets PROFDOMINIQUEDECLERCK BevolkingsstudiesMondgezondheid, Departement Mondgezondheidswetenschappen, KU Leuven Kindertandheelkunde &

Nadere informatie

(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1

(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 (SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 Psychologische Inflexibiliteit bij Kinderen: Invloed op de Relatie tussen en de Samenhang met Gepest worden en (Sociale) Angst Psychological

Nadere informatie

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla

Nadere informatie

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. 0 Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve

Nadere informatie

Evaluatie-onderzoek Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging, 17-jarigen

Evaluatie-onderzoek Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging, 17-jarigen Uit het onderzoek dat in 2005 in opdracht van de Stichting Samenwerkende Regionale Instellingen werd uitgevoerd, naar de mondgezondheid en het mondhygiënisch gedrag van 5-, 8- en 11-jarige kinderen bleek

Nadere informatie

Activiteiten preventieve mond- en tandzorg voor kinderen en jeugdigen door de GGD Noorden Oost- Gelderland in de Achterhoek

Activiteiten preventieve mond- en tandzorg voor kinderen en jeugdigen door de GGD Noorden Oost- Gelderland in de Achterhoek Activiteiten preventieve mond- en tandzorg voor kinderen en jeugdigen door de GGD Noorden Oost- Gelderland in de Achterhoek Inleiding In de Achterhoek bestaat sinds jaar en dag het ROMA, het Regionaal

Nadere informatie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie 1 Keuzetwijfels in de Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze in Relatie tot Depressie Open Universiteit Nederland Masterscriptie (S58337) Naam: Ilse Meijer Datum: juli 2011

Nadere informatie

Identificatie van cariësrisicopatiënten

Identificatie van cariësrisicopatiënten Oorspronkelijke bijdragen Van Palenstein Helderman e.a.: Cariësrisicopatiënten Identificatie van cariësrisicopatiënten W.H. van Palenstein Helderman 1 M.A. van t Hof C. van Loveren 3 Een nieuw predictiemodel

Nadere informatie

MCDA methodiek in SELFIE: meten en wegen

MCDA methodiek in SELFIE: meten en wegen MCDA methodiek in SELFIE: meten en wegen Maureen Rutten-van Mölken SELFIE tweede nationale workshop 29 maart 2018 Agenda 12:00 12:30u Inloop met koffie, thee en broodjes 12:30 12:45u Voorstelrondje 12:45

Nadere informatie

Nexø aan de Noordzee NOCTP en de rol van de Nederlandse mondhygiënist

Nexø aan de Noordzee NOCTP en de rol van de Nederlandse mondhygiënist Nexø aan de Noordzee NOCTP en de rol van de Nederlandse mondhygiënist Erik Vermaire, tandarts-onderzoeker Lustrumsymposium Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht, 4 oktober 2013 Achtergrond - RCT uitgevoerd

Nadere informatie

1. Toekomst van de mondzorg 2. Taakherschikking 3. Loopbaan mogelijkheden Veranderende zorgvraag zorgaanbod Tooth decay is the number one chronic illness for children, more prevalent than asthma. (Nash,

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van het vijfde leerjaar lager onderwijs tot het zevende

Nadere informatie

Mondgezondheidsrapport

Mondgezondheidsrapport Mondgezondheidsrapport sensibiliseringproject Glimlachen.be 2014 Effectevaluatie van een 4-jaar longitudinaal sensibiliseringproject in scholen in Vlaanderen Samenvatting J Vanobbergen Glimlachen - Souriez

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

Mondgezondheid en preventief tandheelkundig gedrag van jeugdige verzekerden

Mondgezondheid en preventief tandheelkundig gedrag van jeugdige verzekerden Rapport Signalement Mondzorg 2013 Mondgezondheid en preventief tandheelkundig gedrag van jeugdige verzekerden Op 10 juni 2013 uitgebracht aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Uitgave College

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

Directe toegankelijkheid van de mondhygiënist 2 Standpunten van mondhygiënisten en tandartsen

Directe toegankelijkheid van de mondhygiënist 2 Standpunten van mondhygiënisten en tandartsen Oorspronkelijke bijdragen A.A. Schuller, K. van Overbeek, W.Th.M. Ooijendijk Directe toegankelijkheid van de mondhygiënist Standpunten van mondhygiënisten en tandartsen In dit artikel worden de standpunten

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria De Invloed van Religieuze Coping op Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria Ria de Bruin van der Knaap Open Universiteit Naam student:

Nadere informatie

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope Een onderzoek naar de relatie tussen sociale steun en depressieve-

Nadere informatie

Zelfinstructie bij de Training MBSR

Zelfinstructie bij de Training MBSR Zelfinstructie bij de Training MBSR De Effecten op Stress, Mindfulness, Self efficacy en Motivatie Audrey de Jong Zelfinstructie bij de Training MBSR 2 Zelfinstructie bij de Training MBSR De Effecten op

Nadere informatie

Mondzorg in verpleeg- en

Mondzorg in verpleeg- en Oorspronkelijke bijdragen H. Kalsbeek 1, A.A. Schuller 1, M.M. Kivit 1, C. de Baat 2 Mondzorg in verpleeg- en verzorgingshuizen en instellingen voor verstandelijk gehandicapten * Onderzoek werd gedaan

Nadere informatie