In-vitrofertilisatie, ouderlijke subfertiliteit en de gezondheid en ontwikkeling van het nageslacht
|
|
- Alfred van der Wolf
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Artikel In-vitrofertilisatie, ouderlijke subfertiliteit en de gezondheid en ontwikkeling van het nageslacht Pamela Schendelaar Jorien Seggers Mijna Hadders-Algra Samenvatting Ruim één op de tien paren kampt met subfertiliteit: hen lukt het niet om binnen een jaar zwanger te worden. Een toenemend aantal paren maakt gebruik van vruchtbaarheidsbehandelingen, zoals in-vitrofertilisatie (IVF). De gezondheid en ontwikkeling van IVF-kinderen is daarom van maatschappelijk belang. In dit artikel vatten we de literatuur over dit onderwerp samen. We maken hierbij ook gebruik van de gegevens van de Groningen ART (assisted reproductive technology) cohortstudie, een prospectieve, longitudinale follow-upstudie die de gezondheid en ontwikkeling van eenlingen van subfertiele paren, die al dan niet IVF ondergingen, in kaart brengt. Tot op heden werd de ontwikkeling van deze kinderen tot en met de leeftijd van vier jaar onderzocht. De belangrijkste conclusie is dat niet zozeer IVF-behandelingen, maar juist de onderliggende subfertiliteit van de ouders geassocieerd is met aangeboren afwijkingen en een minder optimale ontwikkeling van het zenuwstelsel. Een langere tijd tot zwangerschap (TTZ), een maat voor de ernst van subfertiliteit, is hierbij bepalend. De resultaten benadrukken het belang van langdurige follow-up van kinderen van subfertiele ouders, die met of zonder IVF zwanger werden. Dit is vooral belangrijk in de huidige maatschappij waar de maternale leeftijd ten tijde van de conceptie, subfertiliteit en het toepassen van vruchtbaarheidsbehandelingen toenemen. Trefwoorden IVF-behandeling subfertiliteit gezondheid ontwikkeling kind Inleiding Wereldwijd zijn inmiddels ruim vijf miljoen kinderen na in-vitrofertilisatie (IVF), met of zonder intra- Pamela Schendelaar en Jorien Seggers droegen in gelijke mate bij aan dit artikel. P. Schendelaar ( ) J. Seggers M. Hadders-Algra Afdeling Kindergeneeskunde, Instituut voor Ontwikkelingsneurologie, Universitair Medisch Centrum Groningen, Groningen, Nederland p.schendelaar@gmail.com cytoplasmatische sperma-injectie (ICSI), geboren [1]. Dit maakt de gezondheid en ontwikkeling van IVF-kinderen van algemeen maatschappelijk belang. We weten inmiddels dat de intra-uteriene omstandigheden van de foetus de latere gezondheid van het individu kunnen beïnvloeden [2]. Dit effect van de vroege omgeving staat bekend als de developmental origins of health and disease, voorheen ook wel de Barker hypothese genoemd [3]. Omdat de heel vroege omgeving bij een IVF-zwangerschap wezenlijk verschilt van die van een natuurlijk tot stand gekomen zwangerschap, is het belangrijk de DOI: /s Published online: 4 July 2015
2 102 In-vitrofertilisatie, ouderlijke subfertiliteit en de gezondheid en ontwikkeling De Groningen ART-cohortstudie is een prospectieve, longitudinale follow-upstudie die werd opgezet om de effecten van ovariële hyperstimulatie, de in-vitrolaboratoriumprocedures en de onderliggende subfertiliteit op de gezondheid en ontwikkeling van kinderen separaat te bestuderen. Voor het cohort werden subfertiele ouders met een eenlingzwangerschap en een uitlangetermijnuitkomsten van deze kinderen goed in kaart te brengen. Voordat we de langetermijnuitkomsten bespreken, zullen we eerst de voortplantingstechnieken IVF en ICSI de revue laten passeren. Vervolgens komt de mogelijke rol van de onderliggende subfertiliteit aan de orde en introduceren we de Groningen ART (assisted reproductive technology) cohortstudie. Hulp bij voortplanting: IVF en ICSI Meer dan één op de tien paren is subfertiel: bij hen lukt het niet om binnen een jaar zwanger te worden. Subfertiliteit kan sinds 1978 met IVF behandeld worden, en sinds 1992 met ICSI [4]. De behandeling start meestal met gecontroleerde ovariële hyperstimulatie IVF (controlled ovarian hyperstimulation IVF, COH-IVF). De vrouw krijgt hierbij hormonen toegediend, zodat er in de eierstokken meerdere eicellen tot rijping komen. Het is echter ook mogelijk om geen ovariële hyperstimulatie toe te passen en de ene, dominante eicel die op natuurlijke wijze is uitgerijpt, te gebruiken voor de bevruchting; we spreken dan van IVF in de gemodificeerde eigen cyclus (modified natural cycle IVF, MNC-IVF) [5, 6]. De eicel(len) wordt (worden) vlak voor de ovulatie echogeleid via de vaginawand met een katheter opgezogen en vervolgens in het laboratorium (in vitro) bevrucht. In het geval van mannelijke subfertiliteit kan IVF met ICSI worden toegepast: één zaadcel wordt dan onder microscopisch zicht in de eicel geïnjecteerd. De bevruchte eicel(len) wordt (worden) in een kweekmedium in een incubator geplaatst. Hier vinden de eerste celdelingen plaats. Twee tot vijf dagen na de eicel-aspiratie worden één of twee embryo s op basis van morfologische kenmerken geselecteerd voor plaatsing in de baarmoeder. In theorie zouden ovariële hyperstimulatie en de in-vitroprocedure negatieve gevolgen kunnen hebben voor de ontwikkeling van het kind. Immers, ovariële hyperstimulatie omzeilt de natuurlijke selectie van één eicel (die normaal alleen tot rijping gekomen zou zijn). Bovendien leiden de hoge oestradiolspiegels (als gevolg van de ovariële hyperstimulatie) tot veranderingen van het baarmoederslijmvlies [7]. Daarnaast omvat de in-vitrolaboratoriumprocedure invasieve instrumentele handelingen en het gebruik van kweekmedia [8]. De onderliggende vruchtbaarheidsproblemen Niet alleen de IVF-behandeling zou nadelige gevolgen voor de gezondheid en ontwikkeling van het nageslacht kunnen hebben, ook de onderliggende subfertiliteit en bepaalde kenmerken van de ouders zouden van invloed kunnen zijn [9]. Subfertiele paren zijn gemiddeld ouder, hoger opgeleid, krijgen vaker hun eerste kind en hebben een hogere body mass index (BMI) dan fertiele paren [10]. Om het effect van IVF op het zich ontwikkelende kind te kunnen onderscheiden van het effect van de onderliggende subfertiliteit, is het goed om de ontwikkeling van kinderen die zijn geboren na IVF te vergelijken met de ontwikkeling van kinderen die zijn geboren uit subfertiele paren die uiteindelijk tóch spontaan zwanger werden. Ook kan de tijd tot zwangerschap (TTZ), ofwel de tijd die paren nodig hebben om zwanger te worden, inzicht geven in de rol van subfertiliteit. De TTZ kan namelijk gebruikt worden als een maat voor de ernst van de subfertiliteit. Perinatale gezondheid na IVF en subfertiliteit De eerste grote studies naar de gezondheid van IVF-kinderen concentreerden zich op de perinatale uitkomsten en leverden zorgwekkende resultaten op. Prematuriteit en een laag geboortegewicht komen statistisch significant vaker voor bij kinderen die geboren zijn na IVF [11]. Deze uitkomsten worden slechts gedeeltelijk verklaard door het aanvankelijk zeer hoge aantal meerlingzwangerschappen na IVF. Studies waarin de perinatale uitkomsten van IVF-kinderen vergeleken werden met die van hun natuurlijk verwekte broertjes en zusjes suggereren dat de IVF-behandeling op zich een rol speelt bij het veroorzaken van de suboptimale perinatale uitkomsten. In deze studies werd geen onderscheid gemaakt tussen de rol van ovariële hyperstimulatie en de in-vitrolaboratoriumprocedures [12, 13]. Daarnaast toonden verschillende onderzoeken een relatie aan tussen een langere TTZ en meer perinatale problemen. De onderliggende subfertiliteit van de ouders lijkt dus ook een belangrijke oorzaak van de slechtere perinatale uitkomsten te zijn [14, 15]. De Groningen ART-cohortstudie
3 Neuroprax 2015; gerekende datum tussen maart 2005 en december 2006 op de polikliniek Voortplantingsgeneeskunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) gerekruteerd. Zo ontstonden drie groepen: 1. Kinderen geboren na gecontroleerde ovariële hyperstimulatie IVF/ICSI (COH-IVF), de conventionele vorm van IVF waarbij verschillende eicellen tot rijping komen. 2. Kinderen geboren na gemodificeerde natuurlijke cyclus IVF/ICSI (MNC-IVF). In deze groep vond geen ovariële hyperstimulatie plaats. De eicel die volgens het natuurlijke programma aan de beurt was, werd gebruikt voor conceptie. 3. Kinderen van subfertiele ouders die uiteindelijk op natuurlijk wijze zwanger werden. Deze paren stonden op de wachtlijst voor fertiliteitsevaluatie of -behandeling en werden na een periode van meer dan één jaar proberen om zwanger te worden, toch spontaan zwanger (Sub-NC). Door COH-IVF-kinderen met MNC-IVF-kinderen te vergelijken, bestuderen we met name het effect van ovariële hyperstimulatie. Door MNC-IVF-kinderen met Sub-NC-kinderen te vergelijken, bestuderen we met name het effect van de in-vitroprocedure. De vergelijking tussen COH-IVF-kinderen en Sub-NC-kinderen geeft informatie over het effect van de combinatie van hormoonbehandeling met laboratoriumprocedures (zie Fig. 1). Het effect van de aanwezigheid van subfertiliteit werd bestudeerd door de drie groepen samen te vergelijken met een referentiegroep die bestond uit kinderen van fertiele ouders die op sommige meetmomenten beschikbaar waren (zie Fig. 2). Het inclusiecriterium voor de fertiele controlegroep was een TTZ van minder dan één Figuur 1 De drie groepen van het Groningen ART-cohort. COH-IVF: gecontroleerde ovariële hyperstimulatie IVF of ICSI; MNC-IVF: gemodificeerde natuurlijke cyclus IVF of ICSI; Sub-NC: subfertiel, natuurlijke conceptie. jaar. Het effect van de ernst van de subfertiliteit werd bestudeerd met behulp van de TTZ. De kinderen van het Groningen ART-cohort zijn op de leeftijd van 2 weken, 3, 4, 10 en 18 maanden en 2 en 4 jaar onderzocht. Tot op de leeftijd van 18 maanden werd alleen de neurologische ontwikkeling van de kinderen in kaart gebracht. Er werden geen verschillen gevonden tussen de drie groepen, wat betekent dat ovariële hyperstimulatie en de in-vitroprocedure niet van invloed lijken te zijn op de neurologische ontwikkeling [16, 17]. Echter, de kinderen uit het Groningen ART-cohort bleken op de leeftijd van 3 maanden wel iets vaker licht afwijkende spontane bewegingen te vertonen dan kinderen van een bestaande fertiele controlegroep [16]. Door deze bevinding lijkt een minder optimale neurologische ontwikkeling eerder geassocieerd met subfertiliteit dan met de IVF-behandeling zelf. In dit overzichtsartikel worden de resultaten op de leeftijd van 2 en 4 jaar besproken, waarvan de publicaties gebundeld zijn in de recent verschenen proefschriften van Pamela Schendelaar en Jorien Seggers [18, 19]. Gezondheid en ontwikkeling na IVF/ICSI en subfertiliteit We vatten de bevindingen uit de literatuur samen, waarbij we ook de gegevens afkomstig van het Groningen ART-cohort verwerken. Aangeboren afwijkingen na IVF en subfertiliteit Aangeboren afwijkingen komen statistisch significant vaker voor bij IVF-kinderen dan bij kinderen van fertiele ouders. Hansen et al. beschreven in hun meta-analyse een toename van %, die bleef bestaan na correctie voor bekende confounders, zoals maternale leeftijd, pariteit en meerlingzwangerschap [20]. Benadrukt moet worden dat de relatieve risicotoename van % slechts een bescheiden absolute toename behelst: wanneer men er vanuit gaat dat 5 % van de normaal verwekte kinderen een aangeboren afwijking heeft (inclusief kleine afwijkingen), dan geldt dat voor nog geen 7 % van de IVF-kinderen. Omdat gebleken is dat kinderen van subfertiele ouders, die spontaan zwanger werden, net als IVF-kinderen vaker aangeboren afwijkingen hebben dan kinderen van fertiele ouders (respectievelijk 6, 6,7 en 5 %) lijkt de onderliggende subfertiliteit een belangrijke rol te spelen [21]. De resultaten van de Groningen ART-cohortstudie ondersteunen deze gedachte. Op de leeftijd van 2 jaar werden bij alle kinderen van het cohort kleine dysmorfieën (zoals laagstaande oren, een brede neusbrug of
4 104 In-vitrofertilisatie, ouderlijke subfertiliteit en de gezondheid en ontwikkeling Figuur 2 Stroomdiagram van het Groningen ART-cohort. X-benen) en grote afwijkingen (klinisch irrelevant, zoals een bijoor of een milde scoliose, dan wel klinisch relevant, zoals een aangeboren hartafwijking of een klompvoet) volgens de methode van Merks systematisch in kaart gebracht. Kleine dysmorfieën en grote afwijkingen kwamen even vaak voor in de drie groepen. De resultaten suggereerden daarmee geen nadelig effect van ovariële hyperstimulatie of de in-vitroprocedure op dysmorfieën. De TTZ daarentegen was significant geassocieerd met grote afwijkingen (aor: 1,20; 95 %-CI: 1,02 1,40), met name met klinisch relevante afwijkingen (aor: 1,22; 95 %-CI: 1,01 1,48). De bevindingen suggereren een rol van de onderliggende subfertiliteit in het ontstaan van aangeboren afwijkingen bij het nageslacht [22]. Cardiometabole status na IVF en subfertiliteit Verschillende studies hebben een iets slechtere cardiometabole uitkomst gerapporteerd bij IVFkinderen ten opzichte van normaal verwekte kinderen [23 25]. Zo vergeleek een Nederlandse cohortstudie 225 kinderen die waren geboren na IVF-behandeling met 225 natuurlijk verwekte kinderen van subfertiele ouders op de leeftijd van 12 jaar en vond hogere systolische en diastolische bloeddrukken in de IVF-groep (resp. 109 vs. 105 mmhg; p < 0,001 en 61 vs. 59 mmhg; p < 0,001) [23]. Daarnaast hadden de IVF-kinderen uit dit onderzoek significant dikkere huidplooien en hogere nuchtere glucosewaarden dan controles. Deze verschillen bleven bestaan na correctie voor confounders inclusief perinatale uitkomsten. Omdat er in deze studie een subfertiele controlegroep gebruikt werd, speelt de IVF-behandeling zelf waarschijnlijk een rol in het veroorzaken van de slechtere cardiometabole uitkomsten. De resultaten van de Groningen ART-cohortstudie ondersteunen deze gedachte en suggereren bovendien dat de nadelige effecten mogelijk aan de ovariële hyperstimulatie te wijten zijn [19). Op de leeftijd van 4 jaar werden bloeddruk en antropometrie bij de drie groepen bepaald. Na correctie voor relevante achtergrondvariabelen hadden COH- IVF-kinderen een bloeddruk die 14,09 percentielpunten hoger lag dan die van MNC-IVF-kinderen (95 %-CI: 5,39 22,79). De percentielpunten hou-
5 Neuroprax 2015; len in methodologie, zoals het ontbreken van een goede controlegroep, weinig sensitieve meetinstrumenten, de hoge uitval van proefpersonen en de diversiteit in de neurologische uitkomstmaten, evenals de leeftijden waarop de kinderen zijn getest. Daarnaast spelen ook verschillen in ouderkarakteristieken tussen de groepen een rol [26]. De drie groepen van de Groningen ARTcohortstudie werden zowel op de leeftijd van 2 jaar als op de leeftijd van 4 jaar neurologisch, cognitief en gedragsmatig onderzocht. Soortgelijke ontwikkelingsgegevens werden verzameld van kinderen geboren uit fertiele ouders die via verschillende consultatiebureaus in de stad Groningen gerekruteerd werden en vrijwillig deelnamen (n = 101 op de leeftijd van 2 jaar en n = 98 op de leeftijd van 4 jaar, zie Fig. 2). Het neurologisch onderzoek bestond uit de leeftijdsspecifieke methode van Hempel [31] die zich richt op lichte neurologische disfuncties (minor neurological dysfunction, MND), wat wordt gedefinieerd als het voorkomen van neurologische disfunctie in de afwezigheid van evidente neurologische pathologie. De neurologische uitkomst werd in deze studie op verschillende manieren uitgedrukt: in termen van neurologische optimaliteit (neurologische optimaliteitsscore, NOS), een score voor vloeiend bewegen (fluency score) en de prevalentie van MND. Er bestaan twee typen MND: eenvoudige en complexe MND. Eenvoudige MND representeert een normale maar suboptimale ontwikkeling van het brein. Complexe MND is de klinisch relevante variant van MND die is geassocieerd met leer- en gedragsproblemen op latere leeftijd [32, 33]. De Kaufman Assessment Battery for Children, tweede editie, werd gebruikt om de cognitieve functies te evalueren [34]. De uitkomst werd uitgedrukt in IQ-scores. De totale probleemscore op de Child Behavior Checklist, een oudervragenlijst, werd gebruikt voor de evaluatie van gedrag [35]. Onze bevinding was dat ovariële hyperstimulatie en de in-vitroprocedure niet geassocieerd waren met een slechtere neuromotorische, cognitieve of gedragsmatige ontwikkeling tot en met de leeftijd van 4 jaar [18]. De aanwezigheid van subfertiliteit was niet geassocieerd met een slechtere neurologische uitkomst, maar wel met een lager IQ en meer gedragsproblemen. Meer nog dan de aanwezigheid van de subfertiliteit was een langere TTZ geassocieerd met een suboptimale ontwikkelingsuitkomst. Een langere TTZ was gerelateerd aan een verhoogd risico op MND (beide vormen) op de leeftijd van 2 jaar (adjusted odds ratio (aor): 1,30; 95 %-CI: 1,05 1,61) en het voorkomen van complexe MND op de leeftijd van 4 jaar (aor: 1,21; 1,04 1,40), in het bijden rekening met leeftijd, lengte en geslacht van de kinderen. Tevens hadden COH-IVF-kinderen in vergelijking met Sub-NC-kinderen dikkere subscapulaire huidplooien, dat wil zeggen dikkere huidplooien net onder het schouderblad. De resultaten suggereren daarmee dat ovariële hyperstimulatie een rol speelt in het veroorzaken van iets slechtere cardiometabole uitkomsten bij het nageslacht op de leeftijd van 4 jaar [19]. Neuromotorische, cognitieve en gedragsmatige ontwikkeling na IVF en subfertiliteit Uit een systematische review uit 2008 van Middelburg et al. (een van de onderzoekers van het Groningen ART-cohort), bleek dat IVF geen nadelige invloed heeft op de neuromotorische, cognitieve en gedragsmatige ontwikkeling gedurende de eerste twee postnatale jaren [26]. Er bleek echter verbazingwekkend weinig bekend te zijn over de langetermijnontwikkeling van kinderen die waren geboren na IVF. Slechts een handvol studies rapporteerde over de neurologische uitkomsten van IVF-kinderen. Hoewel de meerderheid van deze studies geen verschillen aantoonden tussen IVF-kinderen en natuurlijk verwerkte kinderen, waren er ook studies die betere of slechtere neurologische uitkomsten rapporteerden na IVF [26]. Deze tegenstrijdigheden vormden de aanleiding voor het opzetten van de Groningen ARTcohortstudie. Het feit dat er geen nadelig effect van IVF op de vroege ontwikkeling is, hoeft nog niet te impliceren dat er geen nadelig effect is op de ontwikkeling op latere leeftijd. Immers, de leeftijdsspecifieke eigenschappen van het kinderbrein bepalen voor een groot deel hoe (dis)functie tot uiting komt. Daardoor kunnen alleen die (dis) functies worden onderzocht die op dat moment tot de specifieke, leeftijdsafhankelijke vermogens behoren. Kinderen die aanvankelijk normaal functioneren, kunnen op latere leeftijd toch disfuncties ontwikkelen, omdat de complexiteit van de hersenfuncties toeneemt met de leeftijd [27]. Inmiddels zijn er na het review van Middelburg et al. weer een aantal jaren verstreken en zijn er meer onderzoeken gedaan naar het mogelijke effect van IVF op de ontwikkeling na de leeftijd van 2 jaar. De resultaten van deze onderzoeken zijn niet eenduidig. Het merendeel van de studies beschrijft dat IVF-kinderen zich in neuromotorisch, cognitief en gedragsmatig opzicht net zo ontwikkelen als kinderen die geboren zijn na natuurlijke conceptie. Er zijn echter ook studies die rapporteren dat de ontwikkeling van IVF-kinderen slechter, of juist beter is dan die van normaal verwekte kinderen [26, 28 30]. De tegenstrijdige resultaten zijn deels te verklaren door verschil-
6 106 In-vitrofertilisatie, ouderlijke subfertiliteit en de gezondheid en ontwikkeling zonder bij meisjes (aor: 1,54; 95 %-CI: 1,16 2,05), een lager IQ en meer gedragsproblematiek op de leeftijd van 4 jaar. In de praktijk uit zich dit bij de kinderen bijvoorbeeld in problemen met houdingsregulatie en fijne motoriek, moeite hebben met leren of sneller afgeleid zijn in de klas. Deze resultaten geven aan dat met name de ernst van de subfertiliteit, en niet zozeer de aanwezigheid van subfertiliteit of de IVF-procedures de ontwikkeling negatief beïnvloeden [18]. Tevens zouden meisjes vatbaarder kunnen zijn voor het effect van ernstige subfertiliteit dan jongens. De uitkomsten van de Groningen ART-cohortstudie sluiten aan bij die van Zhu et al., die rapporteerden dat een langere TTZ geassocieerd is met het later bereiken van enkele cognitieve en taalkundige ontwikkelingsmijlpalen [36]. Conclusies Kinderen die met IVF verwekt zijn, zijn over het algemeen gezond. Perinatale problemen, aangeboren afwijkingen en suboptimale cardiometabole uitkomsten komen iets vaker voor na IVF, maar het absolute risico is weinig groter. De risico s zijn voor een groot deel toe te schrijven aan factoren die samenhangen met de onderliggende subfertiliteit van de ouders. Daarnaast speelt ovariële hyperstimulatie mogelijk een rol in het veroorzaken van iets hogere bloeddrukken en dikkere huidplooien van het nageslacht. IVF lijkt geen nadelig effect te hebben op de neurologische, cognitieve en gedragsmatige ontwikkeling van het nageslacht tot en met de leeftijd van 4 jaar. Echter, subfertiliteit van de ouders, en met name ernstige subfertiliteit, is wel geassocieerd met een suboptimale ontwikkeling van het zenuwstelsel. Follow-upstudie bij IVF-kinderen, vanaf jonge leeftijd tot en met in ieder geval de fertiele levensfase, is van belang om subfertiele paren goed voor te kunnen lichten. Bovendien is het noodzakelijk voor het monitoren van de veiligheid van IVFbehandelprotocollen. Toekomstig onderzoek naar de langetermijngezondheid en -ontwikkeling van kinderen van subfertiele ouders die met of zonder IVF zwanger werden, moet gecontinueerd worden, omdat het aantal IVF-kinderen stijgt en gezondheidsproblemen in deze groeiende populatie een grote ziektelast voor de maatschappij kunnen betekenen. Follow-upstudies moeten daarbij niet alleen aandacht schenken aan de hersenfuncties op de schoolleeftijd en daarna, maar ook aan het voortplantingspotentieel en andere gezondheidsuitkomsten, zoals astma en kanker. Zolang er onduidelijkheid is over de langetermijngevolgen van IVF is voorzichtigheid geboden bij het stellen van een indicatie voor IVF en zouden kinderen die zijn geboren na een zwangerschap die tot stand kwam na een periode van subfertilteit beschouwd kunnen worden als een mogelijke risicogroep voor lichte ontwikkelingsproblemen. Financiële ondersteuning De Groningen ART-cohortstudie kon worden uitgevoerd met behulp van financiële ondersteuning van de Rijksuniversiteit Groningen, het Universitair Medisch Centrum Groningen (subsidienummer ), de Junior Scientific Masterclass, de Postgraduate School of Behavioural and Cognitive Neurosciences en de Cornelia Stichting. Belangenconflict Geen gemeld. Literatuur 1. Ferraretti AP, Goossens V, Kupka M, Bhattacharya S, Mouzon J de, Castilla JA, et al. Assisted reproductive technology in Europe, 2009: results generated from European registers by ESHRE. Hum Reprod. 2013;28: Painter RC, Roseboom TJ, Bleker OP. Prenatal exposure to the Dutch famine and disease in later life: an overview. Reprod Toxicol. 2005;20: Barker DJ. The origins of the developmental origins theory. J Intern Med. 2007;261: Palermo G, Joris H, Devroey P, Steirteghem AC Van. Pregnancies after intracytoplasmic injection of single spermatozoon into an oocyte. Lancet. 1992;340: Rongieres-Bertrand C, Olivennes F, Righini C, Fanchin R, Taieb J, Hamamah S, et al. Revival of the natural cycles in in-vitro fertilization with the use of a new gonadotrophin-releasing hormone antagonist (Cetrorelix): a pilot study with minimal stimulation. Hum Reprod. 1999;14: Pelinck MJ, Vogel NE, Hoek A, Arts EG, Simons AH, Heineman MJ. Minimal stimulation IVF with late follicular phase administration of the GnRH antagonist cetrorelix and concomitant substitution with recombinant FSH: a pilot study. Hum Reprod. 2005;20:642 8.
7 Neuroprax 2015; Rackow BW, Kliman HJ, Taylor HS. GnRH antagonists may affect endometrial receptivity. Fertil Steril. 2008;89: Dumoulin JC, Land JA, Montfoort AP van, Nelissen EC, Coonen E, Derhaag JG, et al. Effect of in vitro culture of human embryos on birthweight of newborns. Hum Reprod. 2010;25: Draper ES, Kurinczuk JJ, Abrams KR, Clarke M. Assessment of separate contributions to perinatal mortality of infertility history and treatment: a case-control analysis. Lancet. 1999;353: Salem Yaniv S, Levy A, Wiznitzer A, Holcberg G, Mazor M, Sheiner E. A significant linear association exists between advanced maternal age and adverse perinatal outcome. Arch Gynecol Obstet. 2011;283: Helmerhorst FM, Perquin DA, Donker D, Keirse MJ. Perinatal outcome of singletons and twins after assisted conception: a systematic review of controlled studies. BMJ. 2004;328(7434): Romundstad LB, Romundstad PR, Sunde A, During V von, Skjaerven R, Gunnell D, et al. Effects of technology or maternal factors on perinatal outcome after assisted fertilisation: a population-based cohort study. Lancet. 2008;372: Henningsen AK, Pinborg A, Lidegaard O, Vestergaard C, Forman JL, Andersen AN. Perinatal outcome of singleton siblings born after assisted reproductive technology and spontaneous conception: Danish national sibling-cohort study. Fertil Steril. 2011;95: Basso O, Baird DD. Infertility and preterm delivery, birthweight, and Caesarean section: a study within the Danish National Birth Cohort. Hum Reprod. 2003;18: Raatikainen K, Kuivasaari-Pirinen P, Hippelainen M, Heinonen S. Comparison of the pregnancy outcomes of subfertile women after infertility treatment and in naturally conceived pregnancies. Hum Reprod. 2012;27: Middelburg KJ, Heineman MJ, Bos AF, Pereboom M, Fidler V, Hadders-Algra M. The Groningen ART cohort study: ovarian hyperstimulation and the in vitro procedure do not affect neurological outcome in infancy. Hum Reprod. 2009;24: Middelburg KJ, Haadsma ML, Heineman MJ, Bos AF, Hadders-Algra M. Ovarian hyperstimulation and the in vitro fertilization procedure do not influence early neuromotor development; a history of subfertility does. Fertil Steril. 2010;93: Schendelaar P. Offspring of subfertile couples: neurodevelopmental outcome at preschool age. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen; Seggers J. Health of children born to subfertile couples aetiological pathways and neurodevelopmental correlates. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen; Hansen M, Kurinczuk JJ, Milne E, Klerk N de, Bower C. Assisted reproductive technology and birth defects: a systematic review and meta-analysis. Hum Reprod Update. 2013;19: Zhu JL, Basso O, Obel C, Bille C, Olsen J. Infertility, infertility treatment, and congenital malformations: Danish national birth cohort. BMJ. 2006;333: Seggers J, Haadsma ML, Bos AF, Heineman MJ, Keating P, Middelburg KJ, et al. Dysmorphic features in 2-year-old IVF/ICSI offspring. Early Hum Dev. 2012;88: Ceelen M, Weissenbruch MM van, Vermeiden JP, Leeuwen FE van, Delemarre-van de Waal HA. Cardiometabolic differences in children born after in vitro fertilization: follow-up study. J Clin Endocrinol Metab. 2008;93: Belva F, Roelants M, Schepper J De, Roseboom TJ, Bonduelle M, Devroey P, et al. Blood pressure in ICSI-conceived adolescents. Hum Reprod. 2012;27: Scherrer U, Rimoldi SF, Rexhaj E, Stuber T, Duplain H, Garcin S, et al. Systemic and pulmonary vascular dysfunction in children conceived by assisted reproductive technologies. Circulation 2012;125: Middelburg KJ, Heineman MJ, Bos AF, Hadders- Algra M. Neuromotor, cognitive, language and behavioural outcome in children born following IVF or ICSI-a systematic review. Hum Reprod Update. 2008;14: Graaf-Peters VB de, Hadders-Algra M. Ontogeny of the human central nervous system: what is happening when? Early Hum Dev. 2006;82: Bay B, Mortensen EL, Kesmodel US. Assisted reproduction and child neurodevelopmental outcomes: a systematic review. Fertil Steril. 2013;100: Hart R, Norman RJ. The longer-term health outcomes for children born as a result of IVF treatment. Part II Mental health and development outcomes. Hum Reprod Update. 2013;19: Schendelaar P, Heuvel ER Van den, Heineman MJ, Bastide-Van Gemert S La, Middelburg KJ, Seggers J, et al. Increased time to pregnancy is associated with less optimal neurological condition in 4-year-old singletons, in vitro fertilization itself is not. Hum Reprod 2014;29: Hempel MS. The neurological examination for toddler-age. Groningen: University of Groningen; Peters LH, Maathuis CG, Hadders-Algra M. Limited motor performance and minor neurological dysfunction at school age. Acta Paediatr 2011;100: Jong M de, Punt M, Groot E De, Minderaa RB, Hadders-Algra M. Minor neurological dysfunction in children with autism spectrum disorder. Dev Med Child Neurol 2011;53:641 6.
8 108 In-vitrofertilisatie, ouderlijke subfertiliteit en de gezondheid en ontwikkeling 34. Kaufman AS, Kaufman NL. Kaufman assessment battery for children, 2nd ed. Circle Pines: AGS Publishing; Achenbach TM. Manual for the child behavior checklist 1 1/2-5 and 1991 profile. University of Vermont Department of Psychiatry. Burlington; Zhu JL, Basso O, Obel C, Hvidtjorn D, Olsen J. Infertility, infertility treatment and psychomotor development: the Danish National Birth Cohort. Paediatr Perinat Epidemiol 2009;23:
Offspring of subfertile couples: neurodevelopmental outcome at preschool age Schendelaar, Pamela
Offspring of subfertile couples: neurodevelopmental outcome at preschool age Schendelaar, Pamela IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite
Nadere informatieNeurodevelopmental outcome of children born following assisted reproductive technology Middelburg, Karin
Neurodevelopmental outcome of children born following assisted reproductive technology Middelburg, Karin IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish
Nadere informatieHoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3
Samenvatting S 146 In vitro fertilizatie (IVF) is in de loop van de jaren wereldwijd uitgegroeid tot een routine procedure binnen de voortplantingsgeneeskunde voor koppels met vruchtbaarheidsproblemen.
Nadere informatieSamenvatting. Hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2
Samenvatting 125 Samenvatting Hoofdstuk 1 Gedurende de laatste 20 jaar is binnen de IVF de aandacht voornamelijk uitgegaan naar de verbetering van zwangerschapsresultaten. Hierdoor is er te weinig aandacht
Nadere informatieOffspring of subfertile couples: neurodevelopmental outcome at preschool age Schendelaar, Pamela
Offspring of subfertile couples: neurodevelopmental outcome at preschool age Schendelaar, Pamela IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite
Nadere informatieOffspring of subfertile couples: neurodevelopmental outcome at preschool age Schendelaar, Pamela
University of Groningen Offspring of subfertile couples: neurodevelopmental outcome at preschool age Schendelaar, Pamela IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's
Nadere informatieEindelijk zwanger Catja Warmelink Verloskunde Academie Groningen
Eindelijk zwanger Catja Warmelink Verloskunde Academie Groningen Met dank aan Wietske Adema,Annelies Pranger en andere studenten VAG Eindelijk zwangeren Geen belangenverstrengeling Rode draad Is een zwangerschap
Nadere informatieFetal Origins of Socioeconomic Inequalities. in Early Childhood Health. The Generation R Study. Lindsay Marisia Silva SAMENVATTING
Fetal Origins of Socioeconomic Inequalities in Early Childhood Health The Generation R Study Lindsay Marisia Silva SAMENVATTING Sociaal-economische gezondheidsverschillen vormen een groot maatschappelijk
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Inleiding In vitro fertilisatie (IVF) is een veel gebruikte methode van kunstmatige bevruchting waarbij een of meerdere eicellen buiten het lichaam van de vrouw in een kweekmedium
Nadere informatieIvf in de gemodificeerde natuurlijke cyclus
Stand van zaken Ivf in de gemodificeerde natuurlijke cyclus Annelies M.E. Bos, Marie-José Pelinck, John C.M. Dumoulin, Eus G.J.M. Arts, Jannie van Echten-Arends en Arnold H.M. Simons Bij in-vitrofertilisatie
Nadere informatieStop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap.
Stop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap. Promovendi: Drs. Nina Molenaar, arts, Erasmus MC Marlies Brouwer, MSc, psycholoog, UU Projectleaders:
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting nederlandse samenvatting De groei en de ontwikkeling van diverse orgaansystemen en regelmechanismen in de foetus tijdens de periode in de baarmoeder worden verstoord door vroeggeboorte.
Nadere informatieCHAPTER 12. Samenvatting
CHAPTER 12 Samenvatting Samenvatting 177 In hoofdstuk 1 wordt een toegenomen overleving gerapporteerd van zeer vroeggeboren kinderen, gerelateerd aan enkele nieuwe interventies in de perinatologie. Uitkomsten
Nadere informatieCognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial
Cognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial dr. T. Verbeek arts-epidemioloog Afd. Huisartsgeneeskunde en Epidemiologie 22 januari
Nadere informatieManagement of preterm delivery in women with abnormal fetal presentation
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Management of preterm delivery in women with abnormal fetal presentation Bergenhenegouwen, L.A. Link to publication Citation for published version (APA): Bergenhenegouwen,
Nadere informatieDe lichamelijke gezondheid van kinderen verwekt via geassisteerde voortplantingstechnieken
[Faculty of Science Kennispunt Bètawetenschappen] De lichamelijke gezondheid van kinderen verwekt via geassisteerde voortplantingstechnieken Dianne Hamerpagt Miranda Overbeek KPB/10-3 De lichamelijke gezondheid
Nadere informatieGrowing into a different brain
221 Nederlandse samenvatting 221 Nederlandse samenvatting Groeiend in een ander brein: de uitkomsten van vroeggeboorte op schoolleeftijd De doelen van dit proefschrift waren om 1) het inzicht te vergroten
Nadere informatieMethoden Tussen februari 2009 en januari 2012 werden patiënten geïncludeerd voor de studie.
Letrozole versus Clomiphene for Infertility in the Polycystic Ovary Syndrome Richard S. Legro et al; N Engl J Med 2014;371:119-29 door Laura van Loendersloot en Marloes Derks, AIOS, cluster AMC Introductie
Nadere informatieSAMENVATTING. Chapter 10
SAMENVATTING Dit proefschrift richt zich op niet-invasieve embryo beoordeling in IVF. Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrond, het doel en de inhoud van dit proefschrift. In dit hoofdstuk wordt de huidige
Nadere informatiePraktische opdracht Biologie IVF / ICSI
Praktische opdracht Biologie IVF / ICSI Praktische-opdracht door een scholier 1669 woorden 30 november 2003 4,7 16 keer beoordeeld Vak Biologie ivf 2 voordelen. Het aantal afwijkingen bij kinderen die
Nadere informatieDe ervaringen en de verloskundige zorgbehoeften van cliënten in de transitie van subfertiliteit naar ouderschap: een kwalitatieve studie.
De ervaringen en de verloskundige zorgbehoeften van cliënten in de transitie van subfertiliteit naar ouderschap: een kwalitatieve studie. i Catja Warmelink, Wietske Adema, Annelies Pranger en Paul de Cock
Nadere informatieThe infant motor profile Heineman, Kirsten Roselien
The infant motor profile Heineman, Kirsten Roselien IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below.
Nadere informatieAfwachtend beleid bij subfertiele paren met een goede kans op natuurlijke conceptie
SAMENVATTING Afwachtend beleid bij subfertiele paren met een goede kans op natuurlijke conceptie Een paar is subfertiel als er na een jaar onbeschermde geslachtsgemeenschap geen zwangerschap optreedt.
Nadere informatie124 Dit proefschrift gaat over de oorzaken van vroeg folliculair verhoogde FSHspiegels bij vrouwen met een regelmatige cyclus. In de Introductie (hoof
Samenvatting 124 Dit proefschrift gaat over de oorzaken van vroeg folliculair verhoogde FSHspiegels bij vrouwen met een regelmatige cyclus. In de Introductie (hoofdstuk 1) wordt de reproductieve veroudering
Nadere informatieA c. Dutch Summary 257
Samenvatting 256 Samenvatting Dit proefschrift beschrijft de resultaten van twee longitudinale en een cross-sectioneel onderzoek. Het eerste longitudinale onderzoek betrof de ontwikkeling van probleemgedrag
Nadere informatieStop or Go? TerugvalprevenBe training bij het begeleid ahouwen van anbdepressiva in de zwangerschap.
Stop or Go? TerugvalprevenBe training bij het begeleid ahouwen van anbdepressiva in de zwangerschap. Promovendi: Drs. Nina Molenaar, arts, Erasmus MC Marlies Brouwer, MSc, psycholoog, UU Projectleiders:
Nadere informatieCitation for published version (APA): van Rumste, M. M. E. (2013). Outcome measures in reproductive medicine trials
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Outcome measures in reproductive medicine trials van Rumste, M.M.E. Link to publication Citation for published version (APA): van Rumste, M. M. E. (2013). Outcome
Nadere informatieKLINISCH-GENETISCHE DIAGNOSTIEK ROND DE TOEPASSING VAN ICSI. Versie 1.0
KLINISCH-GENETISCHE DIAGNOSTIEK ROND DE TOEPASSING VAN ICSI Versie 1.0 Datum Goedkeuring 30-03-1996 Methodiek Consensus based Discipline Verantwoording nvog Introductie Op het gebied van de kunstmatige
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) Fertility treatment in obese women Koning, A.M.H. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Fertility treatment in obese women Koning, A.M.H. Link to publication Citation for published version (APA): Koning, A. M. H. (2015). Fertility treatment in obese
Nadere informatieNederlandse samenvatting
138 Uitstel van ouderschap De positie van de vrouw in de westerse maatschappij is de laatste tientallen jaren fundamenteel veranderd. Vrouwen zijn hoger opgeleid dan vroeger en werken vaker buitenshuis.
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Cardiovasculaire Beoordeling na Hypertensieve Afwijkingen van de Zwangerschap Hypertensieve zwangerschapscomplicaties rondom de uitgerekende datum zijn veelvoorkomende complicaties.
Nadere informatieSummary & Samenvatting List of Abbreviations Curriculum Vitae
Summary & Samenvatting List of Abbreviations Curriculum Vitae 118 _ Development and Health born after ICSI _ Marjolijn Knoester Development and Health born after ICSI _ Marjolijn Knoester _ 119 Summary
Nadere informatieHoe ziek word je van zitten?
Hoe ziek word je van zitten? Evi van Ekris EMGO + Instituut afd. Sociale Geneeskunde VU Medisch Centrum Er is altijd wat te doen Naast het stimuleren van sporten is het belangrijk bewegen meer te integreren
Nadere informatieAfwegingen bij de keuze voor ICSI. Polikliniek Gynaecologie Route 48
Afwegingen bij de keuze voor ICSI Polikliniek Gynaecologie Route 48 0 De inhoud van deze voorlichtingsfolder is samengesteld door de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG). Deze folder
Nadere informatieSamenvat v t at in t g 129
129 Onderzoek naar handvoorkeur van de mens bestaat al eeuwen. Het is nog steeds niet precies bekend wat precies de oorzaak is van het gebruik van de linker dan wel de rechter hand. De krachtigste aanwijzingen
Nadere informatie1/04/2015. Kennis rond vruchtbaarheid in de Vlaamse populatie. Maternale leeftijd in Vlaanderen. Problemen bij uitgesteld moederschap
Kennis rond vruchtbaarheid in de Vlaamse populatie dr. Ilse Delbaere Maternale leeftijd in Vlaanderen SPE 13 Problemen bij uitgesteld moederschap Zwanger worden duurt langer (of lukt niet meer) Minder
Nadere informatieLifestyle and reproduction Mutsaerts, Meike
Lifestyle and reproduction Mutsaerts, Meike IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document
Nadere informatieDe overgang van stepped care naar personalized care bij de combinatie van lichamelijke en psychische klachten
De overgang van stepped care naar personalized care bij de combinatie van lichamelijke en psychische klachten Dr. Jonna van Eck van der Sluijs Psychiater en senior onderzoeker Symposium Personalized medicine:
Nadere informatieVrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte
Samenvatting Vrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte in vergelijking met vrouwen die zwanger zijn van een eenling. Ongeveer 5-9% van de eenlingen wordt te vroeg
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Achtergrond In 2016 werden in Nederland 169.136 kinderen geboren; hiervan werden 11.622 kinderen prematuur ofwel te vroeg geboren (na minder dan 37 weken zwangerschap) en 2.295 extreem prematuur (na minder
Nadere informatiePatiёnteninformatie. Cost-effectiveness of IUI, IVF and ICSI for male subfertility. The MAle Subfertility Therapy Effectiveness Rcts (MASTER trial)
Patiёnteninformatie Cost-effectiveness of IUI, IVF and ICSI for male subfertility. The MAle Subfertility Therapy Effectiveness Rcts (MASTER trial) Kosteneffectiviteit van IUI, IVF en ICSI bij mannelijke
Nadere informatieDutch summary. Nederlandse samenvatting
Dutch summary Nederlandse samenvatting 127 Kinderen die te vroeg geboren worden, dat wil zeggen bij een zwangerschapsduur korter dan 37 weken, worden prematuren genoemd. Na de bevalling worden ernstig
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/66121 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Voskamp, P.W.M. Title: Prepare; before starting dialysis : outcomes in patients
Nadere informatieSamenvatting, conclusies en implicaties
Samenvatting, conclusies en implicaties Samenvatting, conclusies en implicaties Samenvatting Naar schatting 10 tot 15% van de paren met een kinderwens wordt geconfronteerd met subfertiliteit. Intrauteriene
Nadere informatieAls schoolarts Speciaal Onderwijs cluster 2
Babette Diepeveen jeugdarts arts maatschappij en gezondheid Als consultatiebureau arts Als arts spraaktaalteam Audiologisch Centrum Als schoolarts Speciaal Onderwijs cluster 2 Als consultatiebureau arts
Nadere informatieWat is IVF en wat is ICSI?
IVF en ICSI Wat is IVF en wat is ICSI? IVF IVF is de afkorting van in vitro fertilisatie. Letterlijk betekent dit bevruchting in glas. Sinds 1982 wordt deze behandeling in Nederland aangeboden. Na de
Nadere informatieS Samenvatting Veldman, Karin.indd :25
S Samenvatting Psychische problemen tijdens de kindertijd en adolescentie kunnen langdurige negatieve gevolgen hebben, bijvoorbeeld doordat ze de overgang van school naar werk negatief beïnvloeden. Jongeren
Nadere informatieDutch summary 1. Dutch summary. Dutch summary
http://hdl.handle.net/1765/105797 Dutch summary Dutch summary 1 Dutch summary 2 Erasmus Medical Center Rotterdam Dutch summary 3 Introductie Kinderen die in de neonatale periode zeer ernstig ziek zijn
Nadere informatieAddendum. Nederlandse Samenvatting
Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.
Nadere informatievruchtbaarheidssparende behandeling
Nederlands Netwerk Fertiliteitspreservatie vruchtbaarheidssparende behandeling Invriezen Invriezen van van embryo s eicellena IVF informatie voor vrouwelijke patiënten vruchtbaarheidssparende behandeling
Nadere informatieAutisme, wat weten we?
Autisme, wat weten we? Matt van der Reijden, kinder- en jeugdpsychiater & geneesheer directeur Dr Leo Kannerhuis, Oosterbeek 1 autisme agenda autisme autisme en het brein: wat weten we? een beeld van autisme:
Nadere informatieKaren J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon
Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety
Nadere informatieLichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and
Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers
Nadere informatieGroene, rode en oranje bolletjes. Rood bolletje, wat is er aan de hand?
Groene, rode en oranje bolletjes U ziet enkele groene en mogelijk ook rode of oranje bolletjes staan voor de genoemde oorzaken van verminderde vruchtbaarheid. Een groen bolletje betekent dat dit zeer waarschijnlijk
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur
Nadere informatiehet laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en
Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens
Nadere informatieSamenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie
Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder
Nadere informatieObservationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review
Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende
Nadere informatieintracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI)
patiënteninformatie intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI) ICSI is een afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. ICSI is een vorm van reageerbuisbevruchting. Bij een ICSI-behandeling brengt
Nadere informatieOnderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie
Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische
Nadere informatieDARTS: de PRN-IVF studie 20 Februari 2015
Dutch Assisted Reproductive Techniques Studies (DARTS) De PRN-IVF studie Effecten van In Vitro Fertilisatie op zwangerschapsuitkomsten. Welke ouderlijke en techniek gerelateerde factoren spelen de grootste
Nadere informatieMeerlingen en IVF. Petra De Sutter Gent/UZGent
Meerlingen en IVF Petra De Sutter Gent/UZGent Petra.desutter@uzgent.be Tweelingen en Drielingen: Engeland en Wales en Frankrijk 1970-1998 Twins Triplets Blondel & Kaminski 2002. Semin 2 Perinatol 26:239-49.
Nadere informatieAddendum bij de multidisciplinaire richtlijn Dreigende Vroeggeboorte gepubliceerd in 2011. Opgesteld door de Otterlo Werkgroep, versie 2014
Addendum bij de multidisciplinaire richtlijn Dreigende Vroeggeboorte gepubliceerd in 2011 Opgesteld door de Otterlo Werkgroep, versie 2014 Uitgangsvraag: Leidt een rescue -behandeling met corticosteroïden
Nadere informatieComparison: Kinderen zonder deze risicofactor.
Zoekstrategieën JGZ-richtlijn Taalontwikkeling oekstrategie Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken tot beantwoordbare vragen zijn deze eerst omgewerkt tot PICO uitgangsvragen.
Nadere informatieSubfertiliteit en myomen. Dr. J. Kwee 25 januari 2019 Gynaecoloog OLVG West
Subfertiliteit en myomen Dr. J. Kwee 25 januari 2019 Gynaecoloog OLVG West geen disclosures Potentiele problemen 1. Zwanger worden 2. Zwanger blijven 3. Complicaties zwangerschap 4. Complicaties partus
Nadere informatieInleiding tot (in)fertiliteit
Inleiding tot (in)fertiliteit Frauke Vanden Meerschaut, MD PhD Afdeling Reproductieve Geneeskunde, UZ Gent PUO Medisch begeleide voortplanting 4 september 2018 2010 Universitair Ziekenhuis Gent Definitie
Nadere informatieHoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het
Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve
Nadere informatieNederlandse samenvatting. (summary in Dutch)
(summary in Dutch) Type 2 diabetes is een chronische ziekte, waarvan het voorkomen wereldwijd fors toeneemt. De ziekte wordt gekarakteriseerd door chronisch verhoogde glucose spiegels, wat op den duur
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) The enigma of unexplained subfertility Bensdorp, A.J. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) The enigma of unexplained subfertility Bensdorp, A.J. Link to publication Citation for published version (APA): Bensdorp, A. J. (2016). The enigma of unexplained
Nadere informatieCitation for published version (APA): Tjon-Kon-Fat, R. I. (2017). Unexplained subfertility: Illuminating the path to treatment
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Unexplained subfertility Tjon-Kon-Fat, R.I. Link to publication Citation for published version (APA): Tjon-Kon-Fat, R. I. (2017). Unexplained subfertility: Illuminating
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nicotine en alcohol kunnen de placenta passeren en zo het risico op nadelige uitkomsten voor het ongeboren kind verhogen. Stoppen met roken en alcoholgebruik tijdens de zwangerschap lijkt vanzelfsprekend,
Nadere informatieCognitive self-therapy A contribution to long-term treatment of depression and anxiety
Cognitive self-therapy A contribution to long-term treatment of depression and anxiety Uitgave in de RGOc-reeks, nummer 12 Copyright 2006 Peter C.A.M. den Boer, Groningen Cognitive self-therapy. A contribution
Nadere informatiehet psychisch functioneren van de ouder, de tevredenheid van de ouders met de (huwelijks)relatie en de gezinscommunicatie. Een beter functioneren van
9 Samenvatting 173 174 9 Samenvatting Kanker is een veel voorkomende ziekte. In 2003 werd in Nederland bij meer dan 72.000 mensen kanker vastgesteld. Geschat wordt dat het hier in 9.000 gevallen om mensen
Nadere informatieDifficult birth, difficult life? Tuin-Batstra, Laura van der
Difficult birth, difficult life? Tuin-Batstra, Laura van der IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document
Nadere informatiedat we ervoor moeten zorgen dat dit met zo weinig mogelijk complicaties gepaard gaat.
Waar komt uw interesse voor de gynaecologie vandaan? Ik ben aanvankelijk geïnteresseerd geraakt in de verloskunde en gynaecologie toen ik geneeskunde studeerde. En dan vooral in het samenspel van de hormonen.
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) Medically assisted reproduction in the context of time Scholten, I. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Medically assisted reproduction in the context of time Scholten, I. Link to publication Citation for published version (APA): Scholten, I. (2015). Medically assisted
Nadere informatieNeuro-cognitieve ontwikkeling van meerlingen een populatiegebonden onderzoek
Symposium 50-jarig bestaan Oost-Vlaams Meerlingenregister Neuro-cognitieve ontwikkeling van meerlingen een populatiegebonden onderzoek Zaterdag 25-10-2014 UZ Gent Prof. Dr. Evert Thiery Universiteit Gent
Nadere informatieICSI Intracytoplasmatische sperma-injectie
ICSI Intracytoplasmatische sperma-injectie Inhoudsopgave Algemeen Voor wie is ICSI? Hoe verloopt een ICSI-behandeling? Welk onderzoek is nodig voor een ICSI-behandeling? De kans op zwangerschap na een
Nadere informatieDe Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen
Voorschoolse vorming en de ontwikkeling van kinderen 1 De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van Kinderen The Relationship between Early Child Care, Preschool Education and Child Development
Nadere informatieMale subfertility and assisted reproduction: the quest for the ultimate treatment strategy van Weert, J-M.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Male subfertility and assisted reproduction: the quest for the ultimate treatment strategy van Weert, J-M. Link to publication Citation for published version (APA):
Nadere informatieVeel vrouwen gebruiken medicijnen tijdens hun zwangerschap. Van veel van deze medicijnen zijn de mogelijke teratogene effecten vaak nog niet goed beke
107 Veel vrouwen gebruiken medicijnen tijdens hun zwangerschap. Van veel van deze medicijnen zijn de mogelijke teratogene effecten vaak nog niet goed bekend. Onderzoek naar welke medicijnen gebruikt worden
Nadere informatieDisclosure. Inleiding. Voeding en vruchtbaarheid in de publiciteit. Wetenschappelijk onderzoek. In Vitro Fertilisatie
06-11-16 Voeding en vruchtbaarheid: de invloed van B-vitamines Disclosure Presentatie op uitnodiging van Goodlife Jolanda Boxmeer gynaecoloog Inleiding 10-15% van alle paren: vruchtbaarheidsproblemen 48-50%
Nadere informatieHet executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen
Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Executive and social cognitive functioning of mentally
Nadere informatiePerinatale sterfte verschillen naar zorgregio s in Nederland
Perinatale sterfte verschillen naar zorgregio s in Nederland Anita CJ Ravelli, AMC afdeling Klinische Informatiekunde Mede namens: Martine Eskes, Jan Jaap HM Erwich, Hens AA Brouwers, Erna Kerkhof, Joris
Nadere informatieNederlandse samenvatting
De zoektocht naar het optimale GnRH-antagonistschema voor de vergelijking met GnRHagonisten tijdens IVF behandelingen. Ondanks het gegeven dat in meer dan 200 klinische studies gebruik gemaakt wordt van
Nadere informatieNeurocognitieve prestaties en blootstelling aan luchtvervuiling. Saenen Nelly - UHasselt
Neurocognitieve prestaties en blootstelling aan luchtvervuiling Saenen Nelly - UHasselt Fijn stof - translocatie Fijn stof Fijn stof Organische componenten Metalen Water oplosbare componenten Koolstof
Nadere informatieDifficult birth and motor outcome in early infancy and at school age van Iersel, Patricia Anna Maria
University of Groningen Difficult birth and motor outcome in early infancy and at school age van Iersel, Patricia Anna Maria IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's
Nadere informatieChapter 10. Samenvatting
Chapter 10 Samenvatting 1 Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrondinformatie van de relatie tussen intrauteriene groeivertraging, waarvan het lage geboortegewicht een uiting kan zijn, en de gevolgen in de
Nadere informatieop het latere leven Anja Huizink Vrij Universiteit Amsterdam Radboud Universiteit Nijmegen
De gevolgen van prenatale stress op het latere leven Anja Huizink Vrij Universiteit Amsterdam Radboud Universiteit Nijmegen De ontwikkeling begint prenataal Dierstudies: prenatale stress Programmerend
Nadere informatiehoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5
SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) * 132 Baby s die te vroeg geboren worden (bij een zwangerschapsduur korter dan 37 weken) hebben een verhoogd risico op zowel ernstige ontwikkelingproblemen (zoals mentale
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 207 208 Deel I Het wordt steeds belangrijker gevonden om kinderen een stem te geven. Hierdoor kunnen kinderen beter begrepen worden en kan hun ontwikkeling worden geoptimaliseerd.
Nadere informatieAutisme spectrum stoornissen: van molecuul tot maatschappij. Wouter Staal, 19 mei, 2017
Autisme spectrum stoornissen: van molecuul tot maatschappij Wouter Staal, 19 mei, 2017 Autisme spectrum stoornissen: van molecuul tot maatschappij Kenmerken van autisme Genetica van autisme Hersenen en
Nadere informatieSummary & Samenvatting. Samenvatting
Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische
Nadere informatiePlasma volume expansie in ernstige hypertensieve aandoeningen van de zwangerschap
Samenvatting Plasma volume expansie in ernstige hypertensieve aandoeningen van de zwangerschap Samenvatting Dit proefschrift beschrijft het effect van plasma volume expansie in de behandeling van ernstige
Nadere informatieRisk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING
Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology EDERLADSE SAMEVATTIG 157 Het komt regelmatig voor dat psychiatrische klachten clusteren in families. Met andere woorden, familieleden
Nadere informatiezondag 6 november 2016
Geen belangenverstrengelingen Fertiliteitspreservatie Annemiek Nap Gynaecoloog-VPG VOG congres Nijkerk 3-11-2016 Wat is fertiliteitspreservatie? Bewaren van vruchtbaarheid voor later In de praktijk: behoud
Nadere informatieUniversity of Groningen. Mental health from a life-course perspective Veldman, Karin
University of Groningen Mental health from a life-course perspective Veldman, Karin IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please
Nadere informatie