PUBLIC LIMITE NL. Brussel, 28 juni 2007 (10.07) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11281/07. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 CNS LIMITE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "PUBLIC LIMITE NL. Brussel, 28 juni 2007 (10.07) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11281/07. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 CNS LIMITE"

Transcriptie

1 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 juni 007 (0.07) (OR. fr) PUBLIC Interinstitutioneel dossier: 005/059 CNS 8/07 LIMITE JUSTCIV 80 NOTA van: het Duitse en het aantredende Portugese voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (onderhoudsverplichtingen) nr. vorig doc.: 6830/06 JUSTCIV 87 nr. Comv.: 599/06 JUSTCIV Betreft: Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van vonnissen, en de samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen Hierbij gaat voor de delegaties de tekst die het Duitse voorzitterschap en het aantredende Portugese voorzitterschap hebben opgesteld in het verlengde van de besprekingen die in de loop van het eerste semester van 007 in het Comité burgerlijk recht (onderhoudsverplichtingen) zijn gehouden. 8/07 oms/yen/jv

2 Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen, en de samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen [ ] Hoofdstuk I Toepassingsgebied en definities Artikel Werkingssfeer. Deze verordening is van toepassing op onderhoudsverplichtingen die voortvloeien uit familiale betrekkingen, bloedverwantschap, huwelijk of aanverwantschap. Deze verordening heeft als rechtsgrondslag artikel 6, punt c), en artikel 67, lid, VEG; gezien het bepaalde in artikel 65 VEG is de bevoegdheid van de Gemeenschap beperkt tot aangelegenheden met een grensoverschrijdende dimensie. In de verordening zou een overweging moeten worden opgenomen waarin het grensoverschrijdende karakter van het instrument wordt verduidelijkt (zie de punten 9 en 0 van de door de Raad JBZ van april 007 goedgekeurde beleidslijnen (document 8547/07 JUSTCIV 89)). Zie artikel van het Verdrag van Den Haag van 973 inzake de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen. Zie tevens het toelichtend verslag van Michel Verwilghen over het Verdrag, op de website van de Haagse Conferentie: 8/07 oms/yen/jv

3 . In deze verordening wordt onder " lidstaat" verstaan: alle lidstaten behalve Denemarken [en het Verenigd Koninkrijk ( ).]. Artikel Definities In deze verordening wordt verstaan onder: ) gerechten : alle autoriteiten van de lidstaten die bevoegd zijn op het gebied van onderhoudsverplichtingen; ) (...) 3) beslissing : een door een gerecht van een lidstaat gegeven beslissing inzake onderhoudsverplichtingen, ongeacht de daaraan gegeven benaming, zoals arrest, vonnis, beschikking of rechterlijk dwangbevel, alsmede de vaststelling door de griffier van het bedrag van de proceskosten; 4) authentieke akte a) een document inzake onderhoudsverplichtingen dat als authentieke akte is verleden of geregistreerd en waarvan de authenticiteit: i) betrekking heeft op de ondertekening en de inhoud van de akte, en ii) is vastgesteld door een openbare instantie of door een andere instantie, daartoe door de lidstaat van oorsprong gemachtigd, of Het comité moet in een latere fase terugkomen op het horizontale probleem dat rijst doordat het Verenigd Koninkrijk heeft besloten niet aan dit instrument deel te nemen. 8/07 oms/yen/jv 3

4 b) een regeling inzake onderhoudsverplichtingen die met bestuurlijke autoriteiten is getroffen of die door deze autoriteiten authentiek is verklaard; 4 bis) "gerechtelijke schikking": schikking die in de loop van een geding door een gerecht is goedgekeurd of voor een gerecht is getroffen ; 5) lidstaat van oorsprong : de lidstaat waar, naar gelang van het geval, de ten uitvoer te leggen beslissing is gegeven, de gerechtelijke schikking is goedgekeurd of getroffen, de authentieke akte is opgesteld of geregistreerd, [dan wel de in artikel 37 bedoelde overeenkomst is gesloten of goedgekeurd]; 6) lidstaat van tenuitvoerlegging : de lidstaat waar tenuitvoerlegging van de beslissing, de gerechtelijke schikking, de authentieke akte [of de in artikel 37 bedoelde overeenkomst] wordt gevraagd; 7) gerecht van oorsprong : het gerecht dat de ten uitvoer te leggen beslissing heeft gegeven; 8) schuldeiser : elke natuurlijke persoon aan wie alimentatie is verschuldigd of geacht wordt te zijn verschuldigd ; 9) schuldenaar : elke natuurlijke persoon die alimentatie is verschuldigd of geacht wordt te zijn verschuldigd; 0) "domicile" [voor de toepassing van hoofdstuk II,] de betekenis die deze term in het rechtssysteem van Ierland heeft 3 ; 3 Nieuwe formulering op basis van artikel 4, lid, van Verordening (EG) nr. 805/004. Zie artikel 47 ter. Zie de voetnoot bij artikel, lid. 8/07 oms/yen/jv 4

5 ) kwetsbare volwassene : een volwassene wiens eigenschappen zodanig beperkt zijn dat hij niet in staat is om voor zijn belangen op te komen. Hoofdstuk II Bevoegdheid Artikel 3 Algemene bevoegdheid Zijn in de lidstaten bevoegd om uitspraak te doen op het gebied van onderhoudsverplichtingen: a) het gerecht van de plaats waar de verweerder zijn gewone verblijfplaats heeft, of b) het gerecht van de plaats waar de schuldeiser zijn gewone verblijfplaats heeft, of c) het gerecht dat volgens de op hem toepasselijke wetgeving bevoegd is om kennis te nemen van een vordering betreffende de staat van personen, wanneer de eis inzake een onderhoudsverplichting een bijkomende eis is die verbonden is met deze vordering, behalve wanneer deze bevoegdheid uitsluitend berust op de nationaliteit van een der partijen, of d) het gerecht dat volgens de op hem toepasselijke wetgeving 3 bevoegd is om kennis te nemen van een vordering betreffende de ouderlijke verantwoordelijkheid, wanneer de eis inzake een onderhoudsverplichting een bijkomende eis is die verbonden is met deze vordering, behalve wanneer deze bevoegdheid uitsluitend berust op de nationaliteit van een der partijen. 3 Deze definitie komt uit artikel 4 van het Commissievoorstel en komt overeen met de definitie in het Haags Verdrag van 000 inzake de internationale bescherming van volwassenen. Onder de "op hem toepasselijke wetgeving" wordt niet alleen het interne recht verstaan, maar ook het communautaire recht en de internationale overeenkomsten die in die lidstaat van toepassing zijn. Zie de voetnoot bij punt c). 8/07 oms/yen/jv 5

6 Artikel 4 ( ) Forumkeuze. De partijen ( ) kunnen overeenkomen dat geschillen die zich voordoen of kunnen voordoen in verband met onderhoudsverplichtingen zullen worden voorgelegd aan: a) een of de overeenkomstig artikel 3 bevoegd(e) gerecht(en) van een lidstaat, of b) een gerecht of de gerechten van een lidstaat waarvan beide partijen onderdanen zijn, of, in het geval van Ierland, waar beide partijen hun "domicile" (woonplaats) hebben, of 3 c) een gerecht of de gerechten van een lidstaat waar, in het geval van echtgenoten of voormalige echtgenoten, zij gedurende ten minste [een jaar] hun laatste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats hebben gehad. De in de punten a), b) en c) genoemde voorwaarden moeten vervuld zijn op het tijdstip waarop de overeenkomst wordt gesloten. (...) De bij overeenkomst verleende bevoegdheid is exclusief, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.. De overeenkomst tot aanwijzing van een bevoegd gerecht wordt schriftelijk gesloten. Als schriftelijk wordt ook aangemerkt, elke elektronische mededeling waardoor de overeenkomst duurzaam wordt geregistreerd. 3 Zie de voetnoot bij artikel, lid. Het comité zou moeten nagaan of het volstaat dat één van de partijen de nationaliteit van de betrokken lidstaat heeft dan wel daar haar "domicile" heeft. In het voorstel Rome III staat er een soortgelijke bepaling (nieuw artikel 3 bis). Er zou rekening moeten worden gehouden met de werkzaamheden inzake dit voorstel, waarbij men echter voor ogen moet houden dat de context niet helemaal dezelfde is. 8/07 oms/yen/jv 6

7 3. (...) [4. Dit artikel is niet van toepassing op geschillen betreffende een onderhoudsverplichting jegens kinderen beneden 8 jaar of kwetsbare volwassenen]. Artikel 5 Bevoegdheid gebaseerd op de verschijning van de verweerder Buiten de gevallen waarin zijn bevoegdheid voortvloeit uit de artikelen 3 en 4, is het gerecht van een lidstaat waarvoor de verweerder verschijnt, bevoegd. Dit voorschrift is niet van toepassing indien de verschijning ten doel heeft de bevoegdheid te betwisten ( ). OPTIE : (Artikel 6) Artikel 6 Subsidiaire bevoegdheid Indien van geen enkele lidstaat een gerecht op grond van de artikelen 3, 4 en 5 bevoegd is, zijn de volgende gerechten bevoegd: a) de gerechten van de lidstaat van de gemeenschappelijke nationaliteit van de schuldeiser en de schuldenaar, of, in het geval van Ierland 3, de gerechten van hun gemeenschappelijke "domicile" (woonplaats), en b) in het geval van onderhoudsverplichtingen tussen echtgenoten of voormalige echtgenoten, de gerechten van de lidstaat van de laatste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats van de echtgenoten, als dit minder dan [een jaar] voor de rechtsingang nog hun gewone verblijfplaats was. 3 Noot voor de vertaling: zie artikel 4 van Verordening (EG) nr. 44/00. Zie de voetnoot bij artikel 6- (ex-artikel ) Zie de voetnoot bij artikel, lid. 8/07 oms/yen/jv 7

8 OPTIE : (Artikel 6 schrappen, nieuw Artikel 6 bis) Artikel 6 (...) Artikel 6 bis Residuele bevoegdheid Indien geen gerecht van een lidstaat op grond van de artikelen 3, 4 en 5 bevoegd is, wordt in elke lidstaat de bevoegdheid beheerst door de wetgeving van die lidstaat. OPTIE 3: (Artikel 6 schrappen) Artikel Z Beperking van de bevoegdheid tot de staten die partij zijn bij [het Haags Verdrag inzake de internationale inning van alimentatie voor kinderen en andere gezinsleden]. ( ) Wanneer een beslissing inzake een onderhoudsverplichting is gegeven in een staat die partij is bij [het Haags Verdrag inzake de internationale inning van alimentatie voor kinderen en andere gezinsleden] [,ook al betreft het een lidstaat,] 3 ( ) kan de schuldenaar uitsluitend in die staat een nieuwe of gewijzigde beslissing vorderen zolang de schuldeiser zijn gewone verblijfplaats in die staat behoudt. 3 Zie de voetnoot bij artikel 6- (ex-artikel ). Vele delegaties gaven de voorkeur aan de opneming van een bepaling betreffende artikel 5 van het ontwerp-verdrag van Den Haag. Zo zou men de bewoordingen van artikel 5 van het ontwerp-verdrag kunnen overnemen of naar dat artikel kunnen verwijzen, bijvoorbeeld als volgt: "De artikelen [ ] worden toegepast overeenkomstig artikel 5 van [het Haags Verdrag inzake de internationale inning van alimentatie voor kinderen en andere gezinsleden].". Zie artikel 53 van het ontwerp-verdrag van Den Haag. 8/07 oms/yen/jv 8

9 . Lid is niet van toepassing: a) op de in de artikelen 4 en 5 bedoelde gevallen; b) indien het gerecht in de verdragsluitende staat waar de beslissing is gegeven, zijn bevoegdheid om een gewijzigde of een nieuwe beslissing te geven, niet kan of wil uitoefenen; en c) indien de in de staat van oorsprong gegeven beslissing niet erkend of uitvoerbaar verklaard kan worden in de verdragsluitende staat waar een geding met het oog op een nieuwe of een gewijzigde beslissing wordt overwogen. Artikel 6 - (ex-artikel 9 ) Aanhangigmaking van een zaak bij een gerecht Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt een zaak geacht aangebracht te zijn bij een gerecht: a) op het tijdstip waarop de akte van rechtsingang of een gelijkwaardig stuk bij het gerecht wordt ingediend, mits de eiser vervolgens niet heeft nagelaten te doen wat hij met het oog op de betekening of de kennisgeving van het stuk aan de verweerder moest doen, of b) indien de akte betekend of medegedeeld moet worden voordat het bij het gerecht wordt ingediend, op het tijdstip waarop de autoriteit die verantwoordelijk is voor de betekening of kennisgeving het stuk ontvangt, mits de eiser vervolgens niet heeft nagelaten te doen wat hij met het oog op de indiening van het stuk bij het gerecht moest doen. De volgorde van de artikelen 7 tot en met is in overeenstemming gebracht met die van de artikelen 6 tot en met 0 van de Verordening Brussel II bis. Noot voor de vertaling: zie artikel 30 van Verordening (EG) nr. 44/00. 8/07 oms/yen/jv 9

10 Artikel 6 - (ex-artikel ) Toetsing van de bevoegdheid Het gerecht van een lidstaat waarbij een zaak is aangebracht waarvoor het noch overeenkomstig deze verordening, noch overeenkomstig een overeenkomst of verdrag in de zin van artikel 49 bevoegd is [en waarvoor overeenkomstig deze verordening een gerecht van een andere lidstaat bevoegd is] verklaart zich ambtshalve onbevoegd. Artikel 6-3 (ex-artikel 3) Toetsing van de ontvankelijkheid. Indien de verweerder die zijn gewone verblijfplaats in een andere ( ) staat heeft dan de lidstaat waar de zaak aanhangig is gemaakt, niet verschijnt, houdt het bevoegde gerecht zijn uitspraak aan zolang niet vaststaat dat de verweerder tijdig genoeg kennis heeft kunnen nemen van de akte van rechtsingang of een gelijkwaardig stuk om zijn verdediging te kunnen voorbereiden, of dat daartoe al het nodige is gedaan. bis Artikel 9 van Verordening (EG) nr. 348/000 is in plaats van het bepaalde in lid van toepassing, indien de akte van rechtsingang of het gelijkwaardig stuk overeenkomstig die verordening door een lidstaat aan een andere lidstaat diende te worden toegezonden.. (...) 3. Indien de bepalingen van Verordening (EG) nr. 348/000 niet van toepassing zijn, wordt artikel 5 van het Verdrag van 's-gravenhage van 5 november 965 inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en handelszaken toegepast, op de akte van rechtsingang die of het gelijkwaardig stuk dat overeenkomstig dat verdrag aan een andere staat diende te worden toegezonden. De tekst zonder haken is van toepassing indien voor artikel 6 de opties en 3 worden gekozen. De tekst tussen haken is van toepassing indien optie wordt gekozen. 8/07 oms/yen/jv 0

11 Artikel 6-4 (ex-artikel 7) Aanhangigheid. Wanneer voor gerechten van verschillende lidstaten tussen dezelfde partijen vorderingen aanhangig zijn, die hetzelfde onderwerp betreffen en op dezelfde oorzaak berusten, houdt het gerecht waarbij de zaak het laatst is aangebracht zijn uitspraak ambtshalve aan totdat de bevoegdheid van het gerecht waarbij de zaak het eerst is aangebracht, vaststaat.. Wanneer de bevoegdheid van het gerecht waarbij de zaak het eerst is aangebracht, vaststaat, verklaart het gerecht waarbij de zaak het laatst is aangebracht, zich onbevoegd. Noot voor de vertaling: zie artikel 7 van Verordening (EG) nr. 44/00. De voorzitterschappen stellen voor dat het comité zich beraadt op de door de Franse delegatie voorgestelde formulering voor een nieuw lid 3 (zie doc. 538/07, blz. 85): "3. In afwijking van de leden en houdt het gerecht waarbij de zaak het eerst is aangebracht zijn uitspraak ambtshalve aan wanneer zijn bevoegdheid gegrond is op artikel 3, punt a) of punt b), terwijl de bevoegdheid van het gerecht waarbij de zaak het laatst is aangebracht, gegrond is op artikel 3, punt c) of punt d). Wanneer in dat geval de bevoegdheid van het gerecht waarbij de zaak het laatst is aangebracht, vaststaat, verklaart het gerecht waarbij de zaak het eerst is aangebracht, zich onbevoegd.". Deze bepaling, waarmee proceseconomie wordt beoogd, zou echter de bescherming van de schuldeiser als bedoeld in artikel 3, punt b), kunnen verminderen. Derhalve zou het comité moeten nagaan of de toevoeging van andere voorwaarden in de lijn van artikel, lid 3, punt b), van Brussel II bis, zoals bijvoorbeeld de instemming van de schuldeiser, nodig is. 8/07 oms/yen/jv

12 Artikel 6-5 (ex-artikel 8) Samenhang. Wanneer samenhangende vorderingen aanhangig zijn voor gerechten van verschillende lidstaten, kan het gerecht waarbij de zaak het laatst is aangebracht, zijn uitspraak aanhouden.. Ten aanzien van samenhangende vorderingen in eerste aanleg kan het later geadieerde gerecht ook, op verzoek van een der partijen, zich onbevoegd verklaren, mits eerst het geadieerde gerecht bevoegd is van beide vorderingen kennis te nemen en zijn wetgeving de voeging ervan toestaat. 3. Samenhangend in de zin van dit artikel zijn vorderingen waartussen een zo nauwe band bestaat dat een goede rechtsbedeling vraagt om hun gelijktijdige behandeling en berechting, teneinde te vermijden dat bij afzonderlijke berechting van de zaken onverenigbare beslissingen worden gegeven. Artikel 6-6 (ex-artikel 0) Voorlopige maatregelen en maatregelen tot bewaring van recht In de wetgeving van een lidstaat vastgestelde voorlopige of bewarende maatregelen kunnen bij de gerechten van die staat worden aangevraagd, zelfs indien een gerecht van een andere lidstaat krachtens deze verordening bevoegd is om van het bodemgeschil kennis te nemen. Artikel 7 (verplaatst - zie artikel 6-4) Artikel 8 (verplaatst - zie artikel 6-5) Noot voor de vertaling: zie artikel 8 van Verordening (EG) nr. 44/00. Noot voor de vertaling: zie artikel 3 van Verordening (EG) nr. 44/00. 8/07 oms/yen/jv

13 Artikel 9 (verplaatst - zie artikel 6-) Artikel 0 (verplaatst - zie artikel 6-6) Artikel (verplaatst - zie artikel 6-) Hoofdstuk III Toepasselijk recht [Artikel Geen gevolgen voor het bestaan van familiale betrekkingen De bepalingen van dit hoofdstuk wijzen ( ) het recht aan dat van toepassing is op onderhoudsverplichtingen en bepalen niet welk recht van toepassing is op [het bestaan van] een van de in artikel bedoelde betrekkingen. De voorzitterschappen vinden dat de voorschriften betreffende het op onderhoudsverplichtingen toepasselijke recht op communautair niveau en op internationaal niveau samenhangend zouden moeten zijn. Derhalve moet rekening worden gehouden met de werkzaamheden van de Haagse Conferentie met betrekking tot de voorschriften inzake het toepasselijke recht. Er zijn evenwel enkele - meestal technische - wijzigingen aangebracht op voorstel van de Commissie. 8/07 oms/yen/jv 3

14 Artikel 3 Algemene regels. De onderhoudsverplichtingen worden beheerst door het recht van het land waar de schuldeiser zijn gewone verblijfplaats heeft.. Het recht van het aangezochte gerecht is van toepassing: a) indien de schuldeiser krachtens het overeenkomstig lid aangewezen recht geen alimentatie van de schuldenaar kan krijgen, of b) indien de schuldeiser daarom verzoekt en dit het recht is van het land waar de schuldenaar zijn gewone verblijfplaats heeft. 3. Indien de schuldeiser niet op grond van één van de overeenkomstig de vorige leden aangewezen rechtsstelsels alimentatie van de schuldenaar kan ontvangen, en indien uit het geheel van de omstandigheden volgt dat de onderhoudsverplichting nauw verbonden is met een ander land, in het bijzonder dat van de gemeenschappelijke nationaliteit van de schuldeiser en de schuldenaar, is het recht van het land waarmee de onderhoudsverplichting nauw verbonden is, van toepassing. Artikel 4 Rechtskeuze Niettegenstaande het bepaalde in artikel 3, kunnen de schuldeiser en de schuldenaar: a) op het tijdstip van de rechtsingang, uitdrukkelijk of op een andere ondubbelzinnige wijze, het recht van het aangezochte gerecht aanwijzen voor de procedure; Onderzocht moet worden of het begrip "gemeenschappelijke nationaliteit" moet worden uitgebreid tot de "domicile" (woonplaats) in het geval van Ierland, het Verenigd Koninkrijk en eventueel andere landen waarin een soortgelijk begrip wordt gebruikt, dan wel of een toelichting in een overweging volstaat. Zie ook de voetnoot bij artikel, lid, en artikel 8. 8/07 oms/yen/jv 4

15 b) te allen tijde een schriftelijke overeenkomst sluiten over het toepasselijke recht, behalve in het geval van een onderhoudsverplichting jegens een kind beneden 8 jaar [of jegens een kwetsbare volwassene ( )], en mits het een van de volgende rechtsstelsels betreft: i) hun op het tijdstip van de aanwijzing gemeenschappelijke nationale recht ; ii) iii) het recht van het land van hun gemeenschappelijke gewone verblijfplaats of van het land waar de schuldeiser of de schuldenaar zijn gewone verblijfplaats heeft ten tijde van de aanwijzing; het recht dat ten tijde van de aanwijzing op hun vermogensrechtelijke betrekkingen van toepassing is, in het geval van een onderhoudsverplichting tussen twee personen die gehuwd zijn of tussen wie een betrekking bestaat die krachtens het daarop toepasselijke recht soortgelijke gevolgen heeft. Artikel 5 Niet-toepassing van het aangewezen recht op verzoek van de schuldenaar. Ten aanzien van andere onderhoudsverplichtingen dan die jegens kinderen [en kwetsbare volwassenen] en tussen echtgenoten of voormalige echtgenoten, kan de schuldenaar tegen de vordering van de schuldeiser aanvoeren dat er op hem geen onderhoudsverplichting rust volgens hun gemeenschappelijke nationale recht, of, als zij geen gemeenschappelijke nationaliteit 3 hebben, volgens het recht van het land waar hij zijn gewone verblijfplaats heeft.. Ten aanzien van onderhoudsverplichtingen tussen echtgenoten of voormalige echtgenoten, kan de schuldenaar tegen de vordering van de schuldeiser aanvoeren dat er op hem geen onderhoudsverplichting rust volgens het recht van het land waarmee het huwelijk het nauwst verbonden is. 3 Zie de voetnoot bij artikel 3. Zie de voetnoot bij artikel 3. Zie de voetnoot bij artikel 3. 8/07 oms/yen/jv 5

16 Artikel 6 Overheidsinstantie Het recht van een overheidsinstantie om terugbetaling van de aan de schuldeiser betaalde uitkering te vragen, wordt beheerst door het recht waaraan deze instantie is onderworpen. Artikel 7 Werkingssfeer van het toepasselijke recht. Het op een onderhoudsverplichting toepasselijke recht bepaalt onder meer: a) het bestaan en de omvang van de rechten van de schuldeiser en jegens wie hij deze kan uitoefenen; b) de mate waarin de schuldeiser retroactief alimentatie kan vragen; c) de berekening van de alimentatie en de indexering daarvan ( ); d) de verjaring en de termijnen waarbinnen de vordering moet worden ingesteld; e) het recht van het overheidsorgaan op terugbetaling van de aan de schuldeiser betaalde alimentatie en de grenzen van de verplichting van de schuldenaar. [. Ongeacht de inhoud van het geldende recht, wordt bij de bepaling van het bedrag van de alimentatie-uitkering rekening gehouden met de behoeften van de schuldeiser en de middelen van de schuldenaar.] Artikel 8 Universeel karakter Het door deze verordening aangewezen recht is toepasselijk, zelfs als dit niet het recht van een lidstaat is. 8/07 oms/yen/jv 6

17 Artikel 9 Uitsluiting van herverwijzing. Waar deze verordening de toepassing van het recht van een land voorschrijft, worden daaronder verstaan de rechtsregels die in dat land gelden, met uitsluiting van de regels van het internationaal privaatrecht.. (...) Artikel 0 Openbare orde De toepassing van een bepaling van het door deze verordening aangewezen recht kan slechts terzijde worden gesteld indien deze toepassing kennelijk onverenigbaar is met de openbare orde van het land van de rechter. (...) Artikel Staten met meerdere rechtsstelsels Indien een staat uit meer dan een territoriale entiteit bestaat en elke entiteit daarvan eigen rechtsregels voor onderhoudsverplichtingen heeft, wordt voor de bepaling van het overeenkomstig deze verordening toe te passen recht elke territoriale entiteit als een land beschouwd.] Hoofdstuk IV Gemeenschappelijke procedureregels Artikel (...) 8/07 oms/yen/jv 7

18 Artikel 3 (verplaatst - zie artikel 6-3) Artikel 4 (verplaatst - zie artikel 6 bis) Hoofdstuk V Erkenning en uitvoerbaarheid van beslissingen Artikel 5 Afschaffing van het exequatur. De in een lidstaat gegeven beslissing wordt in een andere lidstaat erkend zonder dat daartoe enigerlei procedure vereist is en zonder dat verzet tegen de erkenning openstaat.. De in een lidstaat gegeven beslissing welke in die lidstaat uitvoerbaar is, is in een andere lidstaat uitvoerbaar zonder dat zij aldaar uitvoerbaar behoeft te worden verklaard. Het Comité moet onderzoeken of kan worden geëist dat er een certificaat met een bepaald standaardformulier wordt verstrekt waarin bevestigd wordt dat aan bepaalde vormvoorschriften is voldaan. Voorts moet worden besproken of de afschaffing van het exequatur moet worden beperkt tot bepaalde soorten alimentatie, zoals bijvoorbeeld alimentatie voor een kind. 8/07 oms/yen/jv 8

19 Artikel 5 bis Erkenning Een partij die een in de zin van artikel 5 erkende beslissing in een andere lidstaat geldend wenst te maken, moet een expeditie van de beslissing overleggen, die voldoet aan de voorwaarden om de echtheid ervan vast te stellen. [[In voorkomend geval] stelt het gerecht van de lidstaat van oorsprong op verzoek van een belanghebbende partij een certificaat op volgens het modelformulier in bijlage X.] [Artikel 6 Uitvoerbaarheid bij voorraad De in een andere lidstaat gegeven beslissing is van rechtswege uitvoerbaar, onverminderd elk beroep waarin het nationale recht voorziet. De bevoegde autoriteit van deze lidstaat kan echter anders beslissen, in de gevallen waarin zijn rechtsstelsel daarin voorziet.] Hoofdstuk V bis Verzoek tot herziening De laatste zin is bedoeld om discriminatie met terugwerkende kracht te voorkomen. De voorzitterschappen stellen het Comité voor artikel 6 te schrappen. Als alternatief zou de formulering van de tweede alinea van lid van de artikelen 4 en 4 van Brussel II bis kunnen worden overgenomen. 8/07 oms/yen/jv 9

20 Artikel 6 bis (ex-artikel 4) Recht om een herziening te vragen. Een verweerder die niet is verschenen, heeft het recht aan het bevoegde gerecht van de lidstaat van oorsprong de herziening van de beslissing te vragen wanneer: a) niet is aangetoond dat hij de akte van rechtsingang of een gelijkwaardig stuk heeft ontvangen, of b) de betekening of kennisgeving van deze akte buiten zijn wil niet tijdig genoeg is geschied om hem de mogelijkheid te bieden zijn verdediging voor te bereiden, of c) hij de alimentatievordering door overmacht of buitengewone omstandigheden buiten zijn wil niet heeft kunnen betwisten.. De termijn om de herziening te vragen gaat in op de dag waarop de verweerder daadwerkelijk kennis heeft gehad van de inhoud van de beslissing en hij in staat is te reageren, uiterlijk op de dag waarop de voor de tenuitvoerlegging bevoegde autoriteit hem van de beslissing kennis geeft. [Deze termijn begint pas te lopen wanneer de verweerder in of tegelijk met de beslissing naar behoren in kennis is gesteld van de voorwaarden inzake de herzieningsprocedure, met inbegrip van de naam en het adres van het gerecht waar het verzoek tot herziening moet worden ingediend en, in voorkomend geval, de toepasselijke termijn.] [De termijn mag niet korter zijn dan 0 dagen.] De verweerder moet in ieder geval zonder verwijl handelen. bis Het in lid bedoelde recht op herziening kan niet door de verweerder worden ingeroepen wanneer: Formulering is herzien in het licht van het arrest van het Hof van Justitie van 4 december 006 in de zaak C-83/05 Het Comité moet nagaan hoe kan worden gewaarborgd dat de schuldenaar naar behoren in kennis wordt gesteld van de herzieningsmogelijkheden. 8/07 oms/yen/jv 0

21 a) de verweerder zich tijdens een procedure van beroep tegen de beslissing in de lidstaat van oorsprong heeft beroepen op één of meer in lid genoemde omstandigheden en het bevoegde gerecht van de lidstaat van oorsprong hieraan geen gevolg heeft gegeven; of b) de verweerder de door de lidstaat van oorsprong voorziene rechtsmiddelen niet heeft uitgeput om de in lid genoemde omstandigheden te doen gelden terwijl hij daartoe in staat was. 3. (...) 4. Indien het gerecht het in lid bedoelde verzoek tot herziening weigert omdat geen van de in dit lid genoemde herzieningsgronden van toepassing is, blijft de beslissing van kracht. Indien het gerecht besluit dat de herziening om een van de in lid bedoelde redenen gegrond is, is de beslissing nietig. Zie artikel 33, lid, onder a). Deze bepaling stemt overeen met artikel 0, lid 3, van Verordening (EG) nr. 896/006. 8/07 oms/yen/jv

22 Hoofdstuk VI Tenuitvoerlegging Artikel 7 Tenuitvoerleggingsprocedure Onverminderd de bepalingen van deze verordening wordt de procedure voor de tenuitvoerlegging van in een andere lidstaat gegeven beslissingen, met inbegrip van de vereisten voor de indiening van het verzoek tot tenuitvoerlegging, beheerst door het recht van de lidstaat van tenuitvoerlegging ( ). Artikel 7 bis Vertegenwoordiging met het oog op tenuitvoerlegging Van de partij die om de tenuitvoerlegging van een in een andere lidstaat gegeven beslissing verzoekt, wordt niet verlangd dat zij in de lidstaat van tenuitvoerlegging beschikt over: a) een gemachtigd vertegenwoordiger, of b) een postadres anders dan bij de instanties die bevoegd zijn voor de tenuitvoerleggingsprocedure. Artikel 8 Documenten Om tenuitvoerlegging in een andere lidstaat te verkrijgen, verstrekt de eiser aan de bevoegde tenuitvoerleggingsautoriteiten de volgende stukken 3 : 3 De laatste zin is geschrapt in het licht van het nieuwe lid 3 van artikel 33. Deze bepaling stemt overeen met artikel, lid 3, van de verordening inzake geringe vorderingen (PE-CONS 3604/5/07). Dit lid is in overeenstemming gebracht met artikel, lid, van Verordening (EG) nr. 896/006. 8/07 oms/yen/jv

23 a) een expeditie van de beslissing die voldoet aan de voorwaarden om de echtheid ervan vast te stellen; b) het door de bevoegde instantie van de lidstaat van oorsprong overeenkomstig bijlage I opgestelde standaardformulier ; en c) in voorkomend geval, de vertaling van het standaardformulier in de officiële taal van de lidstaat van tenuitvoerlegging, of indien er in die lidstaat verscheidene officiële talen bestaan, in een officiële rechtstaal van de plaats waar de beslissing ten uitvoer moet worden gelegd, zulks overeenkomstig het recht van die lidstaat, of in een andere taal die de lidstaat van tenuitvoerlegging heeft aangegeven te aanvaarden. Iedere lidstaat kan mededelen welke officiële taal of talen van de instellingen van de Europese Unie hij naast zijn eigen taal of talen, voor de invulling van het standaardformulier kan aanvaarden. d) (...) De bevoegde instanties van de lidstaat van tenuitvoerlegging kunnen van de eiser geen vertaling van de beslissing verlangen, tenzij de tenuitvoerlegging van de beslissing op grond van artikel 33 wordt aangevochten. De vertaling [van het standaardformulier en van de beslissing] moet worden gemaakt door een persoon die bevoegd is om vertalingen in een van de lidstaten op te stellen. Onderzocht moet worden of het vraagstuk van de betalingsachterstand in het standaardformulier kan worden opgelost. Tevens kan worden besproken of het formulier niet bepaalde elementen van waarmerking zou kunnen bevatten (zie de voetnoot bij artikel 5). Alle verplichtingen tot mededeling van bepaalde gegevens (zoals gegevens over de aanvaarde talen) moeten in artikel 49 worden samengebracht. Tot deze gegevens zou ook de lijst van bevoegde instanties in de lidstaten kunnen behoren. 8/07 oms/yen/jv 3

24 Artikel 9 Rechtsbijstand [De verzoeker die in de lidstaat waar de beslissing is gegeven, gehele of gedeeltelijke kosteloze rechtsbijstand of vrijstelling van kosten en uitgaven heeft genoten, geniet in de tenuitvoerleggingsprocedure de meest gunstige bijstand of de meest ruime vrijstelling waarin het recht van de lidstaat van tenuitvoerlegging voorziet.] Artikel 30 Zekerheid en depot Van de partij die in een lidstaat om de tenuitvoerlegging van een in een andere lidstaat gegeven beslissing verzoekt, kan geen enkele zekerheid of depot, onder welke benaming ook, worden gevraagd op grond van het feit dat zij onderdaan is van een andere lidstaat of van het feit dat zij niet haar woon- of verblijfplaats heeft in de lidstaat van tenuitvoerlegging. Artikel 3 Legalisatie of soortgelijke formaliteit Geen legalisatie of soortgelijke formaliteit mag worden geëist met betrekking tot de in deze verordening bedoelde documenten. Artikel 3 Ontstentenis van inhoudelijke toetsing van de beslissing. In geen geval wordt de in een lidstaat gegeven beslissing in de lidstaat van tenuitvoerlegging inhoudelijk getoetst.. (...) De formulering van dit artikel moet stroken met de overeenkomstige bepaling in het ontwerp-verdrag van Den Haag. De verhouding tot de richtlijn rechtsbijstand moet worden bestudeerd. Niet van toepassing op de Nederlandse vertaling. 8/07 oms/yen/jv 4

25 Artikel 33 Weigering of opschorting van de tenuitvoerlegging. Op verzoek van de schuldenaar weigert de bevoegde instantie van de lidstaat van tenuitvoerlegging geheel of gedeeltelijk de uitvoering van de beslissing van het gerecht van oorsprong alleen indien: a) (...) b) (...) c) (...) 3 d) het recht op tenuitvoerlegging van de beslissing van het gerecht van oorsprong geheel of gedeeltelijk is verjaard [, hetzij volgens de wetgeving van de lidstaat van oorsprong, hetzij volgens de wetgeving van de lidstaat van tenuitvoerlegging, maar in ieder geval volgens de langste termijn]; of e) (...) f) de beslissing onverenigbaar is met een beslissing die in de lidstaat van tenuitvoerlegging is gegeven, of met een [latere] in een andere lidstaat of derde staat gegeven beslissing die aan de voorwaarden voor erkenning in de lidstaat van tenuitvoerlegging voldoet.. Op verzoek van de schuldenaar kan de bevoegde instantie 4 van de lidstaat van tenuitvoerlegging de uitvoering van de beslissing van het gerecht van oorsprong alleen geheel of gedeeltelijk schorsen indien: 3 4 Besproken moet worden of in artikel 49 bis de verplichting moet worden opgenomen om de bevoegde instanties op te geven. Zie lid, onder a). Punt c) is geschrapt in het licht van het nieuwe lid 3. Besproken moet worden of in artikel 49 bis de verplichting moet worden opgenomen om de bevoegde instanties op te geven. 8/07 oms/yen/jv 5

26 a) bij het bevoegde gerecht van de lidstaat van oorsprong overeenkomstig artikel 6 bis een verzoek is ingediend tot herziening van de beslissing van het gerecht van oorsprong; of b) (...) c) bij een bevoegd gerecht door de schuldenaar een verzoek is ingediend tot verkrijging van een nieuwe beslissing op gronden die in de procedure in de lidstaat van oorsprong niet konden worden aangevoerd. Voorts schorst de bevoegde instantie van de lidstaat van tenuitvoerlegging de uitvoering van de beslissing van het gerecht van oorsprong indien de uitvoerbaarheid van deze beslissing in de lidstaat van oorsprong is geschorst. 3. Onverminderd de leden en wordt een in een andere lidstaat gegeven beslissing die uitvoerbaar is, op dezelfde voorwaarden ten uitvoer gelegd als een in de lidstaat van tenuitvoerlegging gegeven beslissing. Punt b) is geschrapt in het licht van de nieuwe alinea in lid. 8/07 oms/yen/jv 6

27 Artikel 34 ( ) Vele delegaties kanten zich tegen de opneming van de artikelen 34 en 35 van het Commissievoorstel. De voorzitterschappen stellen echter voor om op basis van een later in te dienen werkdocument na te denken over andere mogelijkheden om de uitvoering van beslissingen te verbeteren. De artikelen 34 en 35 luidden als volgt: "Artikel 34 - Opdracht tot maandelijkse automatische incasso. Op verzoek van de schuldeiser kan het gerecht van oorsprong een opdracht tot maandelijkse automatische incasso afgeven die in een andere lidstaat is bestemd voor de werkgever van de schuldenaar of voor de financiële instelling waarbij de schuldenaar een bankrekening heeft. De opdracht tot maandelijkse automatische incasso is overeenkomstig de artikelen 5 en 6 in dezelfde mate uitvoerbaar als de beslissing.. De opdracht tot maandelijkse automatische incasso kan slechts worden gegeven indien de beslissing op een van de in artikel bedoelde wijzen aan de schuldenaar is betekend of in kennis is gebracht. 3. Het verzoek en de opdracht tot maandelijkse automatische incasso zijn in overeenstemming met de modelformulieren in bijlage III bij deze verordening. 4. Van de opdracht tot maandelijkse automatische incasso wordt door het gerecht van oorsprong door middel van aangetekende brief met ontvangstbevestiging kennis gegeven: a) aan de werkgever van de schuldenaar of aan een financiële instelling waarbij de schuldenaar een rekening-courant heeft, en b) ten laatste vijf dagen daarna aan de schuldenaar, samen met de beslissing van het gerecht van oorsprong en de informatienota, volgens het modelformulier in bijlage III bis bij deze verordening. 5. Zodra de geadresseerde een opdracht tot maandelijkse automatische incasso heeft ontvangen, gaat hij over tot het eerste incasso. Indien hij de incasso's volstrekt niet kan uitvoeren, geeft hij het gerecht van oorsprong hiervan kennis binnen 30 dagen na de ontvangstbevestiging of het laatste incasso. 6. De schuldenaar te wiens aanzien een opdracht tot maandelijkse automatische incasso is gegeven, moet elke verandering van werkgever of bankrekening aan de schuldeiser en het gerecht van oorsprong meedelen. Artikel 35 - Opdracht tot tijdelijke bevriezing van een bankrekening. Een schuldeiser kan het gerecht waarbij de zaak ten gronde is aangebracht, verzoeken om een opdracht tot tijdelijke bevriezing van een bankrekening, die wordt gericht tot de financiële instelling in een andere lidstaat waarbij de schuldenaar een bankrekening heeft. Het verzoek en de opdracht tot tijdelijke bevriezing zijn in overeenstemming met de modelformulieren in bijlage IV bij deze verordening.. Het gerecht doet binnen 8 dagen uitspraak over het verzoek van de schuldeiser, zonder dat de schuldenaar van het verzoek op de hoogte wordt gesteld en zonder dat hem de mogelijkheid wordt geboden te worden gehoord. Het geeft de opdracht tot tijdelijke bevriezing indien het oordeelt dat het verzoek van de schuldeiser kennelijk niet ongegrond is en de kans groot is dat de schuldenaar zijn verbintenis niet nakomt. 3. De opdracht tot tijdelijke bevriezing: a) wordt door het gerecht aan de financiële instelling waarbij de schuldenaar een rekening-courant heeft, door middel van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging meegedeeld; 8/07 oms/yen/jv 7

28 b) heeft vanaf de ontvangst ervan tot gevolg dat elke verrichting op de bankrekening die tot gevolg zou hebben dat de rekeninghouder de in de opdracht tot tijdelijke bevriezing bepaalde som niet meer zou kunnen betalen, verboden is. 4. Zodra de opdracht tot tijdelijke bevriezing het in lid 3, onder b), beschreven gevolg heeft, worden de schuldeiser en de schuldenaar door middel van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging in kennisgesteld van de opdracht. 5. De schuldenaar kan het gerecht dat de opdracht tot tijdelijke bevriezing heeft gegeven, om de opheffing van de opdracht verzoeken. Het gerecht doet uitspraak binnen 8 dagen. Het gerecht kan het verzoek inwilligen, en zo nodig eisen dat de schuldenaar zekerheid stelt. 6. De opdracht tot tijdelijke bevriezing houdt op gevolgen te hebben zodra het gerecht aldus beslist of indien het niet binnen 8 dagen uitspraak doet, en ten laatste wanneer het een beslissing ten gronde geeft. Zodra de beslissing ten gronde is gegeven, kan de opdracht tot tijdelijke bevriezing ook worden vervangen door een opdracht tot maandelijkse automatische incasso, indien de schuldeiser overeenkomstig artikel 34 daarom verzoekt. Van de beslissing tot opheffing van de opdracht tot tijdelijke bevriezing wordt door het gerecht door middel van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging aan de financiële instelling kennis gegeven.". 8/07 oms/yen/jv 8

29 Artikel 35 ( ) Zie de voetnoot bij artikel 34. 8/07 oms/yen/jv 9

30 [Artikel 36 Voorrang voor alimentatievorderingen Bij de tenuitvoerlegging van schuldvorderingen wordt voorrang gegeven aan alimentatievorderingen.] HOOFDSTUK VII Gerechtelijke schikkingen, authentieke akten [en overeenkomsten tussen partijen] Artikel 37 Erkenning en uitvoerbaarheid Worden erkend en zijn in dezelfde mate uitvoerbaar als beslissingen in de zin van artikel 5: a) in een lidstaat uitvoerbare gerechtelijke schikkingen, b) in een lidstaat uitvoerbare authentieke akten, [c) in de lidstaat van oorsprong uitvoerbare overeenkomsten tussen partijen [die zijn gesloten voor een openbare instantie of een andere instantie die daartoe gemachtigd is, of die door een dergelijke instantie zijn goedgekeurd]. Artikel 38 Tenuitvoerlegging ( ). De bepalingen van hoofdstuk VI zijn, voor zover nodig, van toepassing op de erkenning en de tenuitvoerlegging van de gerechtelijke schikkingen, de authentieke akten [en de overeenkomsten tussen partijen] bedoeld in artikel 37. De voorzitterschappen stellen voor dit artikel te schrappen en in de plaats daarvan een overweging op te nemen. In deze overweging zou worden gesteld dat, indien het nationale recht daartoe de mogelijkheid biedt, de lidstaten de uitvoering van alimentatievorderingen zoveel mogelijk met voorrang zouden moeten behandelen. 8/07 oms/yen/hd 30

31 bis. De bevoegde autoriteit van een lidstaat van oorsprong geeft op verzoek van elke belanghebbende partij (...) het standaardformulier overeenkomstig bijlage II af.. (...) 3 [3. In afwijking van lid kan de tenuitvoerlegging van een overeenkomst tussen partijen worden geweigerd indien de tenuitvoerlegging kennelijk zou indruisen tegen de openbare orde in de lidstaat van tenuitvoerlegging.] 4 Artikel 38 bis (Geschrapt) (zie de artikelen 37 en 38) 3 4 In de slotbepalingen zou een verplichting kunnen worden opgenomen om de bevoegde instanties bekend te maken aan de Commissie, die deze informatie vervolgens zou publiceren. Bij de opstelling van bijlage II moet tevens rekening worden gehouden met de gerechtelijke schikkingen. Zie de voetnoot bij artikel 34. De voorzitterschappen stellen voor dit lid te schrappen en de overeenkomsten tussen partijen te onderwerpen aan de regeling waarin artikel 57 van Brussel I voorziet. 8/07 oms/yen/hd 3

32 Hoofdstuk VIII Samenwerking Artikel 39 Centrale autoriteiten. Elke lidstaat wijst één of meer centrale autoriteiten aan die behulpzaam moeten zijn bij de toepassing van deze verordening, en bepaalt hun relatieve en hun absolute competentie.. Indien een lidstaat meer dan één centrale autoriteit heeft aangewezen, worden mededelingen in beginsel direct aan de bevoegde centrale autoriteit toegezonden. Is een mededeling toegezonden aan een centrale autoriteit die niet bevoegd is, dan zendt deze autoriteit die mededeling door aan de bevoegde centrale autoriteit en stelt zij de afzender daarvan in kennis. 3. (...) Artikel 40 Algemene taken De centrale autoriteiten verstrekken informatie betreffende de nationale wetgeving en procedures 3 en nemen maatregelen om de toepassing van deze verordening te verbeteren en hun onderlinge samenwerking te versterken. Daartoe wordt gebruikgemaakt van het bij Beschikking 00/470/EG ingestelde Europese justitiële netwerk in burgerlijke en handelszaken. 3 De verhouding tot de regels inzake samenwerking in het ontwerp-verdrag van Den Haag moet worden verduidelijkt. De regels van de verordening moeten een aanvulling zijn op die in het Verdrag van Den Haag, in die zin dat zij een ruimer gebied bestrijken, maar niet beperkter zijn. Hoe dit moet worden bewerkstelligd, daarover moet een besluit worden genomen. Bij de bespreking van hoofdstuk VIII moet duidelijk zijn dat er in dit stadium geen definitieve formulering kan worden voorgesteld en dat het hoofdstuk moet worden herzien in het licht van het ontwerp-verdrag. De verplichting om informatie over centrale autoriteiten te verstrekken kan naar de slotbepalingen worden overgeheveld. In een overweging moet komen te staan dat "procedures" niet slaat op individuele gevallen, maar op algemene informatie over de beschikbare procedures, waaronder de tenuitvoerleggingsprocedures. 8/07 oms/yen/hd 3

33 Artikel 4 Samenwerking in specifieke gevallen. De centrale autoriteiten werken in specifieke gevallen met elkaar samen ter verwezenlijking van de doelstellingen van deze verordening. Daartoe nemen zij, rechtstreeks of door tussenkomst van overheidsdiensten of andere instanties, alle passende maatregelen om: a) informatie te verzamelen en uit te wisselen: i) over de situatie van de schuldeiser en de schuldenaar, door met name gebruik te maken van de artikelen 44 tot en met 47, ii) over lopende procedures, of iii) over gegeven beslissingen; b) informatie te verstrekken en bijstand te verlenen aan schuldeisers die betrokken zijn bij een procedure op hun grondgebied; c) door bemiddeling of anderszins overeenstemming tussen de schuldeisers en schuldenaars te bevorderen en daartoe grensoverschrijdende samenwerking te bevorderen.. Indien een schuldeiser, die zijn gewone verblijfplaats in een lidstaat heeft, daartoe een verzoek indient, wordt hij vertegenwoordigd door: a) de centrale autoriteit van de lidstaat waar zich het bevoegde gerecht bevindt (...) of b) de centrale autoriteit van de lidstaat van tenuitvoerlegging. De centrale autoriteiten handelen daartoe rechtstreeks of door tussenkomst van overheidsdiensten of andere instanties of personen. 8/07 oms/yen/hd 33

34 Onder vertegenwoordiging in de zin van dit lid wordt verstaan alle stappen waarmee een beslissing, alsook de daadwerkelijke inning van een alimentatievordering, kunnen worden bewerkstelligd. Artikel 4 Werkwijze. Bij een centrale autoriteit van een lidstaat kan krachtens artikel 4 een verzoek worden ingediend door een schuldeiser die [rechtstreeks] optreedt [dan wel] door tussenkomst van de centrale autoriteit van de lidstaat waar hij zijn gewone verblijfplaats heeft. (...). Bij het verzoek om bijstand wordt alle beschikbare informatie gevoegd die de uitvoering ervan kan vergemakkelijken. 3. Onverminderd lid 4, is de bijstand, overeenkomstig artikel 4 verleend door de centrale autoriteiten, overheidsdiensten en andere instanties, alsook door de door deze autoriteiten aangewezen personen, kosteloos. 4. [Een centrale autoriteit kan van de schuldeiser een deelname in de overeenkomstig artikel 4, lid, gemaakte kosten van vertegenwoordiging verlangen. Aan de schuldeiser die in de lidstaat waar hij zijn gewone verblijfplaats heeft, aan de voorwaarden voldoet om rechtsbijstand te krijgen, kan echter geen bijdrage worden gevraagd.] 5. Elke centrale autoriteit draagt haar eigen kosten. Voetnoot niet van toepassing op Nederlandstalige versie. Deze bepaling moet stroken met het ontwerp-verdrag van Den Haag en mag niet beperkender zijn dan het verdrag. 8/07 oms/yen/hd 34

35 Artikel 43 Vergaderingen. Op gezette tijden worden vergaderingen van de centrale autoriteiten gehouden om de toepassing van deze verordening te vergemakkelijken.. De bijeenroeping van deze vergaderingen geschiedt overeenkomstig Beschikking 00/470/EG betreffende de oprichting van een Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken. Artikel 44 Toegang tot informatie. In de in dit hoofdstuk bedoelde omstandigheden hebben de centrale autoriteiten toegang tot informatie waarmee de inning van alimentatievorderingen kan worden vergemakkelijkt, en die zij doorgeven aan andere bevoegde autoriteiten. Die informatie wordt verstrekt met het oog op het verkrijgen van de volgende gegevens: a) het adres van de schuldenaar; b) de waarde van het vermogen van de schuldenaar, in het bijzonder het bedrag en de aard van zijn inkomsten; c) de werkgever van de schuldenaar; d) de bankrekeningen van de schuldenaar. Er moet worden besproken of de artikelen 44 tot en met 47 (of 47 bis) zullen worden beperkt tot het innen van bepaalde soorten alimentatie, bijvoorbeeld alimentatie voor een kind. 8/07 oms/yen/hd 35

36 . De in lid bedoelde informatie bevat minstens de informatie die de in de lidstaten bevoegde diensten en autoriteiten op de volgende gebieden bezitten: a) belastingen en heffingen, b) sociale zekerheid, inclusief de inning van sociale bijdragen van werkgevers, c) registers van de burgerlijke stand; d) eigendomsregisters, e) inschrijving van motorvoertuigen, f) [centrale banken]. 3. De toegang tot de in dit artikel bedoelde informatie kan in geen geval leiden tot het instellen van nieuwe gegevensbestanden in een lidstaat. De toegang blijft beperkt tot wat nodig is voor de inning van de alimentatievordering. Artikel 45 Doorgifte van informatie. Een schuldeiser kan zich met een verzoek om informatie wenden tot de centrale autoriteit van de lidstaat waar hij zijn gewone verblijfplaats heeft (...); zij zendt het verzoek door naar de centrale autoriteit in de aangezochte lidstaat, indien zij oordeelt dat het verzoek voldoet aan de in dit hoofdstuk vastgestelde voorwaarden.. Het verzoek om informatie wordt door een centrale autoriteit bij een andere centrale autoriteit ingediend door middel van het modelformulier in bijlage V bij deze verordening. 3. Het verzoek dat is gericht op het verkrijgen van de in artikel 44, lid, onder a), bedoelde informatie, kan te allen tijde worden ingediend. Het verzoek dat is gericht op het verkrijgen van de in artikel 44, lid, onder b), c) en d), bedoelde informatie, kan worden ingediend indien de schuldeiser een standaardformulier krachtens artikel 8, onder b) of artikel 38, lid, kan overleggen. 8/07 oms/yen/hd 36

37 4. Naast het in lid bedoelde formulier kan de aangezochte centrale autoriteit de verzoekende centrale autoriteit ook vragen aanvullende documenten over te leggen om een van de in artikel 44, lid, bedoelde doelstellingen te bereiken. 5. Van de aanvullende documenten wordt een vertaling overgelegd, behalve wanneer de aangezochte lidstaat krachtens artikel 49 bis deze vereiste niet oplegt. Indien het verzoek om informatie is ingediend op initiatief van een schuldeiser die volledige of gedeeltelijke rechtsbijstand heeft ontvangen, wordt de vertaling door de verzoekende autoriteit gemaakt, zonder kosten voor de schuldeiser. 6. De informatie wordt door de aangezochte autoriteiten aan de verzoekende autoriteiten meegedeeld. Indien de informatie in geen van de bestanden staat waartoe de aangezochte autoriteit toegang heeft, deelt de aangezochte autoriteit dit onverwijld aan de verzoekende autoriteit mee (...). Artikel 46 Gebruik van informatie. (...). Overeenkomstig deze verordening overgedragen informatie kan alleen (...) worden gebruikt (...) om de inning van alimentatievorderingen door bevoegde gerechten, de voor de kennisgeving of betekening van een gerechtelijk of buitengerechtelijk stuk bevoegde autoriteiten en door de autoriteiten die betrokken zijn bij de tenuitvoerlegging van een beslissing, te vergemakkelijken. (...) De vereisten inzake informatie zouden in de slotbepalingen kunnen komen. 8/07 oms/yen/hd 37

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2008 (22.04) (OR. en) 8467/08. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) LIMITE JUSTCIV 69

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2008 (22.04) (OR. en) 8467/08. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) LIMITE JUSTCIV 69 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 16 april 2008 (22.04) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) 8467/08 PUBLIC LIMITE JUSTCIV 69 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité

Nadere informatie

PUBLIC 13583/08. Brussel, 26 september 2008 (08.10) (OR. fr) RAAD VA DE EUROPESE U IE. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 C S LIMITE JUSTCIV 198

PUBLIC 13583/08. Brussel, 26 september 2008 (08.10) (OR. fr) RAAD VA DE EUROPESE U IE. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 C S LIMITE JUSTCIV 198 Conseil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 26 september 2008 (08.10) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 C S PUBLIC 13583/08 LIMITE JUSTCIV 198 OTA van: het voorzitterschap aan: het Comité

Nadere informatie

PUBLIC LIMITE L. Brussel, 21 oktober 2008 (22.10) (OR. fr) RAAD VA DE EUROPESE U IE 14066/08 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259(C S) LIMITE

PUBLIC LIMITE L. Brussel, 21 oktober 2008 (22.10) (OR. fr) RAAD VA DE EUROPESE U IE 14066/08 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2005/0259(C S) LIMITE Conseil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 21 oktober 2008 (22.10) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2005/0259(C S) PUBLIC 14066/08 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 216 OTA - ADDE DUM van: het voorzitterschap

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) PUBLIC ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper/de

Nadere informatie

Verdrag inzake de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen

Verdrag inzake de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen Verdrag inzake de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.6.2003 COM(2003) 348 definitief 2003/0127 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de lidstaten worden gemachtigd in het belang van de Europese

Nadere informatie

Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken

Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend

Nadere informatie

Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in burgerlijke en handelszaken

Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in burgerlijke en handelszaken Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in burgerlijke en handelszaken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangende gemeenschappelijke bepalingen

Nadere informatie

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt:

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt: Verdrag inzake de wet die van toepassing is op onderhoudsverplichtingen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende de wet

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 november 2007 (04.12) (OR. en) 14449/07 JUSTCIV 281

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 november 2007 (04.12) (OR. en) 14449/07 JUSTCIV 281 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 november 2007 (04.12) (OR. en) 14449/07 JUSTCIV 281 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Coreper/de Raad Resultaten van de Diplomatieke Conferentie te Den

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 61, onder c), en artikel 67, lid 1,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 61, onder c), en artikel 67, lid 1, 32003R2201 Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid,

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD. van 27 november 2003

Publicatieblad van de Europese Unie. VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD. van 27 november 2003 23.12.2003 L 338/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging

Nadere informatie

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0399 (COD) 6932/18 LIMITE NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap INST 96 JUR 109 CODEC 343 JUSTCIV

Nadere informatie

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid INTERNATIONAAL ADVOCATENKANTOOR ADVOCAAT DR. ALFONSO MARRA JURIST VERTALER BEVOEGDHEID VOOR DE TWEETALIGHEID DUITS ITALIAANS VAN DE ZELFSTANDIGE PROVINCIE BOLZANO GESLAAGD VOOR HET STAATSEXAMEN VAN DUITSE

Nadere informatie

Verdrag inzake de toegang tot de rechter in internationale gevallen

Verdrag inzake de toegang tot de rechter in internationale gevallen Verdrag inzake de toegang tot de rechter in internationale gevallen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend de toegang tot de rechter in internationale gevallen te vergemakkelijken, Hebben

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) 13967/03 LIMITE PUBLIC JUSTCIV 208 TRANS 275 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken)

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 mei 2006 (22.05) (OR. fr) 9620/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) JUSTCIV 133

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 mei 2006 (22.05) (OR. fr) 9620/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) JUSTCIV 133 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 mei 2006 (22.05) (OR. fr) 9620/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) JUSTCIV 133 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

Luxemburg 20 mei 1980

Luxemburg 20 mei 1980 Europese Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake het gezag over kinderen en betreffende het herstel van het gezag over kinderen Officiële tekst Europese Verdrag

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1981 Nr. 10

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1981 Nr. 10 21 (1980) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1981 Nr. 10 A, TITEL Europees Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake liet gezag over

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Vertaling C-478/17-1 Zaak C-478/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 augustus 2017 Verwijzende rechter: Tribunalul Cluj (Roemenië) Datum

Nadere informatie

VERDRAG NOPENS DE ERKENNING EN DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLISSINGEN OVER ONDERHOUDSVERPLICHTINGEN JEGENS KINDEREN

VERDRAG NOPENS DE ERKENNING EN DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLISSINGEN OVER ONDERHOUDSVERPLICHTINGEN JEGENS KINDEREN VERDRAG NOPENS DE ERKENNING EN DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLISSINGEN OVER ONDERHOUDSVERPLICHTINGEN JEGENS KINDEREN De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend; Verlangend gemeenschappelijke bepalingen

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 16/09/2013

Datum van inontvangstneming : 16/09/2013 Datum van inontvangstneming : 16/09/2013 Vertaling C-442/13-1 Zaak C-442/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 6 augustus 2013 Verwijzende rechter: Oberster Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

TRACTATENBLAD KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1976 Nr. 144

TRACTATENBLAD KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1976 Nr. 144 25 (1976) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1976 Nr. 144 A. TITEL Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname betreffende de wederzijdse erkenning

Nadere informatie

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 mei 2005 (30.05) (OR. en) 9886/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0020 (COD) LIMITE

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 mei 2005 (30.05) (OR. en) 9886/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0020 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 mei 2005 (30.05) (OR. en) PUBLIC 9886/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0020 (COD) LIMITE JUSTCIV 39 CODEC 555 NOTA van: het voorzitterschap aan: Coreper

Nadere informatie

1. Het Coreper heeft het ontwerp-besluit van de Raad op 1 december 2004 besproken aan de hand van document 15281/04 + COR 1.

1. Het Coreper heeft het ontwerp-besluit van de Raad op 1 december 2004 besproken aan de hand van document 15281/04 + COR 1. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, december 004 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 004/038 (CNS) 58//04 REV LIMITE COPEN 44 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 374/04 COPEN 8

Nadere informatie

Verdrag inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud, New York,

Verdrag inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud, New York, Verdrag inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud, New York, 20-06-1956 VERDRAG INZAKE HET VERHAAL IN HET BUITENLAND VAN UITKERINGEN TOT ONDERHOUD Preambule Overwegende dat het

Nadere informatie

Ten stelligste ervan overtuigd dat het belang van het kind in alle aangelegenheden betreffende het gezag over kinderen van fundamentele betekenis is,

Ten stelligste ervan overtuigd dat het belang van het kind in alle aangelegenheden betreffende het gezag over kinderen van fundamentele betekenis is, Verdrag betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Ten stelligste ervan overtuigd dat het belang van het kind in

Nadere informatie

Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken *

Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken * P5_TA(2002)0441 Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel van de Commissie met het oog op de aanneming

Nadere informatie

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0190 (CNS) 9317/17 JUSTCIV 113 NOTA van: aan: het voorzitterschap nr. vorig doc.: WK 5263/17 Nr. Comdoc.: 10767/16

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2003R2201 NL 01.03.2005 001.006 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD van 27

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. Raad van de Europese Unie Brussel, 29 oktober 2018 (OR. en) 7223/04 DCL 1 JUSTCIV 42 DERUBRICERING van document: 7223/04 d.d.: 11 maart 2004 nieuwe status: Betreft: Publiek Ontwerp-aanbeveling voor een

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0021 (E) 12052/14 JUSTCIV 206 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende

Nadere informatie

2. In het arrest van 20 september 2001 heeft het Hof uitspraak gedaan over twee prejudiciële vragen die respectievelijk betrekking hadden op:

2. In het arrest van 20 september 2001 heeft het Hof uitspraak gedaan over twee prejudiciële vragen die respectievelijk betrekking hadden op: Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 juni 2002 (26.06) (OR. fr) PUBLIC 9893/02 Interinstitutioneel dossier: 2001/0111 (COD) LIMITE 211 MI 108 JAI 133 SOC 309 CODEC 752 BIJDRAGE VAN DE IDISCHE

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 27 april 2009 (OR. en) 2008/0122 (COD) PE-CONS 3735/08 JUSTCIV 269 JURINFO 90 CODEC 1904 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

VERDRAG BETREFFENDE DE RECHTERLIJKE BEVOEGDHEID, DE ERKENNING EN DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLISSINGEN IN BURGERLIJKE EN HANDELSZAKEN

VERDRAG BETREFFENDE DE RECHTERLIJKE BEVOEGDHEID, DE ERKENNING EN DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLISSINGEN IN BURGERLIJKE EN HANDELSZAKEN VERDRAG BETREFFENDE DE RECHTERLIJKE BEVOEGDHEID, DE ERKENNING EN DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLISSINGEN IN BURGERLIJKE EN HANDELSZAKEN CONV/JUD/nl 1 PREAMBULE DE HOGE VERDRAGSLUITENDE PARTIJEN, VASTBESLOTEN

Nadere informatie

's-gravenhage, 25 oktober 1980 HOOFDSTUK I TOEPASSINGSGEBIED VAN HET VERDRAG

's-gravenhage, 25 oktober 1980 HOOFDSTUK I TOEPASSINGSGEBIED VAN HET VERDRAG Verdrag betreffende burgerrechtelijke aspecten van internationale kinderontvoering Officiële tekst Verdrag betreffende burgerrechtelijke aspecten van internationale kinderontvoering 's-gravenhage, 25 oktober

Nadere informatie

Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime,

Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime, Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4 INITIATIEF van: de Sloveense, de Franse, de Tsjechische, de Zweedse, de Slowaakse, de Britse en de Duitse delegatie d.d.:

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. Raad van de Europese Unie Brussel, 29 oktober 2018 (OR. en) 6512/04 DCL 1 JUSTCIV 28 DERUBRICERING van document: 6512/04 d.d.: 20 februari 2004 nieuwe status: Betreft: Publiek Ontwerp-aanbeveling voor

Nadere informatie

2004R0805 NL

2004R0805 NL 2004R0805 NL 04.12.2008 002.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 805/2004 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 juli 2000 (17.07) (OR. fr) 9735/00 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 75

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 juli 2000 (17.07) (OR. fr) 9735/00 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 75 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 7 juli 2000 (17.07) (OR. fr) 9735/00 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 75 NOTA van: aan: Betreft: de Franse delegatie het Comité burgerlijk recht Initiatief van de Franse Republiek

Nadere informatie

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN

Nadere informatie

Verdrag van Lugano betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken

Verdrag van Lugano betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken Verdrag van Lugano betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken Ondertekend te Lugano op 30 oktober 2007 Preambule De hoge

Nadere informatie

14899/09 HD/mm DG H 2 A

14899/09 HD/mm DG H 2 A RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2009 (OR. en) 14899/09 Interinstitutioneel dossier: 2009/0034 (CNS) JUSTCIV 215 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD tot

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN Brussel, 18 januari 2019 REV1 vervangt de kennisgeving aan belanghebbenden van 21 november 2017 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2001 Nr. 134

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2001 Nr. 134 23 (2001) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2001 Nr. 134 A. TITEL Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika inzake de geldendmaking

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet.

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 februari 2003 (10.03) (OR. en) PUBLIC 6614/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0027 (CNS) LIMITE VISA 35 COMIX 117 NOTA van: aan: nr. Comv.: Betreft: het

Nadere informatie

Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen

Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend gemeenschappelijke bepalingen

Nadere informatie

Brussel, 9 december 2010 (OR. fr) ASSOCIATIE TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN MAROKKO UE-MA 2706/10

Brussel, 9 december 2010 (OR. fr) ASSOCIATIE TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN MAROKKO UE-MA 2706/10 ASSOCIATIE TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN MAROKKO De Associatieraad Brussel, 9 december 2010 (OR. fr) UE-MA 2706/10 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE ASSOCIATIERAAD EU-MAROKKO

Nadere informatie

VERDRAG BETREFFENDE DE BURGERLIJKE RECHTSVORDERING

VERDRAG BETREFFENDE DE BURGERLIJKE RECHTSVORDERING VERDRAG BETREFFENDE DE BURGERLIJKE RECHTSVORDERING De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend; Verlangend in het Verdrag van 17 Juli 1905 betreffende de burgerlijke rechtsvordering de door de ervaring

Nadere informatie

L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010

L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010 L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010 VERORDENING (EU) Nr. 1259/2010 VAN DE RAAD van 20 december 2010 tot nauwere samenwerking op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 februari 2010 (22.02) (OR. en) 6198/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 februari 2010 (22.02) (OR. en) 6198/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE eil UE PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, februari 200 (22.02) (OR. en) 698/0 Interinstitutioneel dossier: 2009/057 (COD) LIMITE JUSTCIV 26 CODEC 95 OTA van: het voorzitterschap aan: de Groep burgerlijk

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 622 Wet van 13 december 2001 tot uitvoering van de verordening (EG) Nr. 1348/2000 van de Raad van de Europese Unie van 29 mei 2000 inzake de

Nadere informatie

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed *

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * P7_TA(2010)0477 Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 15 december 2010 over het voorstel voor een verordening van de

Nadere informatie

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 26 februari 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0119 (COD) 14956/15 ADD 1 JUSTCIV 286 FREMP 291 CODEC 1654 ONTWERP-MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Standpunt

Nadere informatie

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen

Nadere informatie

Vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen *

Vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen * P7_TA(2013)0337 Vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 10 september 2013 over het voorstel voor een verordening van de Raad

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785 NOTA van: aan: Betreft: het Voorzitterschap het Strategisch Comité immigratie, grenzen en asiel initiatief

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.7.2006 COM(2006) 399 definitief 2006/0135 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2201/2003 wat

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 15.12.2005 COM(2005) 649 definitief 2005/0259 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning

Nadere informatie

Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam

Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam De besturen van de rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam Artikel 1 Definities In deze regeling wordt verstaan onder: a. een klacht:

Nadere informatie

VERDRAG. betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken

VERDRAG. betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken 21.12.2007 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 339/3 VERDRAG betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken PREAMBULE

Nadere informatie

PUBLIC 11642/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0109 (CNS)

PUBLIC 11642/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0109 (CNS) Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 september 200 (26.09) (OR. fr) PUBLIC 642/0 Interinstitutioneel dossier: 200/009 (CNS) LIMITE JUSTCIV NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 9 juli 2004 (14.07) (OR. en) 11091/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/001 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 9 juli 2004 (14.07) (OR. en) 11091/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/001 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 9 juli 2004 (4.07) (OR. en) PUBLIC 09/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/00 (COD) LIMITE JUSTCIV 99 COMPET 3 SOC 337 CODEC 874 OTA van: het voorzitterschap

Nadere informatie

HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen

HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen GERECHTELIJK WETBOEK - Deel IV : BURGERLIJKE RECHTSPLEGING. HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen Afdeling II. Echtscheiding door onderlinge toestemming. Art.

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Vertaling C-83/17-1 Zaak C-83/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 15 februari 2017 Verwijzende rechter: Oberster Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

EUROPESE UNIE Communautair Bureau voor Plantenrassen

EUROPESE UNIE Communautair Bureau voor Plantenrassen EUROPESE UNIE Communautair Bureau voor Plantenrassen BESLUIT VAN DE RAAD VAN BESTUUR VAN HET COMMUNAUTAIR BUREAU VOOR PLANTENRASSEN van 25 maart 2004 inzake de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 1.7.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 VERORDENING (EG) Nr. 1002/2005 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1239/95 betreffende het verlenen van dwanglicenties

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 mei 2011 (OR. en) 9936/11 Interinstitutioneel dossier: 2009/0100 (CNS) JUSTCIV 122

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 mei 2011 (OR. en) 9936/11 Interinstitutioneel dossier: 2009/0100 (CNS) JUSTCIV 122 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 mei 2011 (OR. en) 9936/11 Interinstitutioneel dossier: 2009/0100 (CNS) JUSTCIV 122 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad betreffende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 748 Uitvoering van de verordening (EG) Nr. 1348/2000 van de Raad van de Europese Unie van 29 mei 2000 inzake de betekening en de kennisgeving

Nadere informatie

Verdrag inzake de verkrijging van bewijs in het buitenland in burgerlijke en in handelszaken

Verdrag inzake de verkrijging van bewijs in het buitenland in burgerlijke en in handelszaken Verdrag inzake de verkrijging van bewijs in het buitenland in burgerlijke en in handelszaken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de overmaking en uitvoering van rogatoire

Nadere informatie

Bijgewerkte versie van 1 juni 2005

Bijgewerkte versie van 1 juni 2005 Bijgewerkte versie van 1 juni 2005 Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II (Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 september 2007 (OR. en) 12247/07 JUSTCIV 218 CH 30 ISL 49 N 49

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 september 2007 (OR. en) 12247/07 JUSTCIV 218 CH 30 ISL 49 N 49 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 10 september 2007 (OR. en) 12247/07 JUSTCIV 218 CH 30 ISL 49 N 49 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad inzake de ondertekening namens

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 334 Wet van 6 juli 2004, houdende regeling van het conflictenrecht met betrekking tot het geregistreerd partnerschap (Wet conflictenrecht geregistreerd

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 mei 2005 (08.06) (OR. fr) 9506/05 LIMITE CAB 19 JUR 221

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 mei 2005 (08.06) (OR. fr) 9506/05 LIMITE CAB 19 JUR 221 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 30 mei 2005 (08.06) (OR. fr) PUBLIC 9506/05 LIMITE CAB 19 JUR 221 INLEIDENDE NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 276/12 26.10.2017 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1944 VAN DE COMMISSIE van 13 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot standaardformulieren, templates en procedures

Nadere informatie

Deze tekst van het voorzitterschap moet samen met de toelichting in document 18475/11 JUSTCIV 356 CODEC 2397 worden gelezen.

Deze tekst van het voorzitterschap moet samen met de toelichting in document 18475/11 JUSTCIV 356 CODEC 2397 worden gelezen. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 januari 2011 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) 18475/11 ADD 1 REV 1 (nl) JUSTCIV 356 CODEC 2397 NOTA - ADDENDUM van: het voorzitterschap aan: het Coreper

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 247 E/11

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 247 E/11 31.8.1999 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 247 E/11 Voorstel voor een richtlijn van de Raad inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke

Nadere informatie

Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II. www.europa.eu.int/civiljustice

Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II. www.europa.eu.int/civiljustice NL Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II www.europa.eu.int/civiljustice Inleiding De ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid van de Europese Unie helpt mensen in

Nadere informatie

PUBLIC 9703/1/10 REV 1

PUBLIC 9703/1/10 REV 1 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 mei 2010 (19.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) PUBLIC 9703/1/10 REV 1 LIMITE JUSTCIV 94 CODEC 425 NOTA van: het voorzitterschap

Nadere informatie

L 339 van de Europese Unie

L 339 van de Europese Unie Publicatieblad ISSN 1725-2598 L 339 van de Europese Unie Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 50e jaargang 21 december 2007 Inhoud II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie

Nadere informatie

REGLEMENT TER UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPSOCTROOIVERDRAG EERSTE DEEL BEPALINGEN TER UITVOERING VAN HET EERSTE DEEL VAN HET VERDRAG TWEEDE DEEL

REGLEMENT TER UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPSOCTROOIVERDRAG EERSTE DEEL BEPALINGEN TER UITVOERING VAN HET EERSTE DEEL VAN HET VERDRAG TWEEDE DEEL Nr L 401 / 28 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen 30 12 89 REGLEMENT TER UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPSOCTROOIVERDRAG EERSTE DEEL BEPALINGEN TER UITVOERING VAN HET EERSTE DEEL VAN HET VERDRAG

Nadere informatie

Rolnummer 4792. Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T

Rolnummer 4792. Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T Rolnummer 4792 Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 4, 2, en 6, 2, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken,

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2001R1206 NL 04.12.2008 001.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1206/2001 VAN DE RAAD van 28

Nadere informatie

Behalve de vermeldingen in artikel 43 voorgeschreven, bevat het beslagexploot op straffe van nietigheid:

Behalve de vermeldingen in artikel 43 voorgeschreven, bevat het beslagexploot op straffe van nietigheid: Uittreksel Gerechtelijk Wetboek-beslag Art. 1386 Vonnissen en akten kunnen alleen ten uitvoer worden gelegd op overlegging van de uitgifte of van de minuut, voorzien van het formulier van tenuitvoerlegging

Nadere informatie

Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken

Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de voltrekking van huwelijken en de erkenning van de geldigheid

Nadere informatie

8609/00 HD/kk DG H III NL

8609/00 HD/kk DG H III NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 22 mei 2000 (OR. en) 8609/00 Interinstitutioneel dossier: 1999/0110 (CNS) LIMITE JUSTCIV 59 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Verordening van de Raad

Nadere informatie

JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611

JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611 JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611 ARREST VAN HET HOF (DERDE KAMER) VAN 24 SEPTEMBER 1987. BESTUUR VAN DE SOCIALE VERZEKERINGSBANK TEGEN J. A. DE RIJKE. VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING,

Nadere informatie

VERORDENING (EG) Nr. 1896/2006 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. van 16 december 2015

VERORDENING (EG) Nr. 1896/2006 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. van 16 december 2015 02006R1896 NL 14.07.2017 003.002 1 Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd

Nadere informatie

De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten

De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten EXEQUATURRECHT Vroeger onduidelijkheid omtrent begrippen art. 22 31 WbIPR geeft definities + moet er een rechtelijke

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 31.1.2003 L 26/41 RICHTLIJN 2002/8/EG VAN DE RAAD van 27 januari 2003 tot verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende geschillen, door middel van gemeenschappelijke minimumvoorschriften

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer V. SKOURIS, Voorzitter van het Hof van Justitie d.d.: 4 februari 2008 aan: de heer

Nadere informatie

Unidroit-Overeenkomst inzake de internationale factoring

Unidroit-Overeenkomst inzake de internationale factoring Unidroit-Overeenkomst inzake de internationale factoring DE STATEN, DIE PARTIJ ZIJN BIJ DIT VERDRAG, ZICH ERVAN BEWUST ZIJNDE dat de internationale factoring een belangrijke taak te vervullen heeft in

Nadere informatie

Praktische handleiding voor de Toepassing van de Verordening betreffende de Europese Executoriale Titel

Praktische handleiding voor de Toepassing van de Verordening betreffende de Europese Executoriale Titel NL Praktische handleiding voor de Toepassing van de Verordening betreffende de Europese Executoriale Titel http://ec.europa.eu/civiljustice/ Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken Voorwoord

Nadere informatie

Verdrag betreffende het toepasselijke recht op vertegenwoordiging

Verdrag betreffende het toepasselijke recht op vertegenwoordiging Verdrag betreffende het toepasselijke recht op vertegenwoordiging De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het toepasselijke recht

Nadere informatie

PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE TOEPASSING VAN DE VERORDENING BETREFFENDE BEWIJSVERKRIJGING

PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE TOEPASSING VAN DE VERORDENING BETREFFENDE BEWIJSVERKRIJGING PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE TOEPASSING VAN DE VERORDENING BETREFFENDE BEWIJSVERKRIJGING (Verordening (EG) Nr. 1206/2001 van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de samenwerking tussen de gerechten van

Nadere informatie

Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts

Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Overwegend dat de trust zoals die is ontwikkeld door de equitygerechten

Nadere informatie

PUBLIC LIMITE L RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 4 maart /1/10 REV 1 (de,nl,da,el,es,pt,fi, sv,cs,et,lv,lt,hu,mt,pl,sk,sl,bg,ro)

PUBLIC LIMITE L RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 4 maart /1/10 REV 1 (de,nl,da,el,es,pt,fi, sv,cs,et,lv,lt,hu,mt,pl,sk,sl,bg,ro) eil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 4 maart 200 Interinstitutioneel dossier: 2009/057 (COD) PUBLIC 698//0 REV (de,nl,da,el,es,pt,fi, sv,cs,et,lv,lt,hu,mt,pl,sk,sl,bg,ro) LIMITE JUSTCIV 26 CODEC 95

Nadere informatie