Onderwerp Gevolgen uitspraak hoger beroep legesheffing bestemmingsplannen ouder dan 10 jaar. - Besluitvormend

Transcriptie

1 BESLUIT OPSCHRIFT Vergadering van 27 september 2016 Besluit nummer: 2016_BW_00750 Onderwerp Gevolgen uitspraak hoger beroep legesheffing bestemmingsplannen ouder dan 10 jaar. - Besluitvormend Beknopte samenvatting Op 31 maart 2016 heeft het Gerechtshof Den Haag geoordeeld dat de stichting "De molen van Sassenheim" geen legeskosten hoeft te betalen voor de vergunningaanvraag voor het afbouwen van de molenstomp aan de H. Knoopstraat in Sassenheim. Het Gerechtshof schrapt de rekening, omdat de vergunningaanvraag onder meer is getoetst aan een bestemmingsplan dat ouder is dan tien jaar en dan mogen geen legeskosten in rekening worden gebracht. Dit collegebesluit leidt ertoe dat gelijke gevallen, die wel de legeskosten hebben betaald maar niet in bezwaar en beroep zijn gegaan, de legeskosten krijgen terugbetaald. Bevoegd portefeuillehouder: Bas Brekelmans HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS AANHEF Bijgevoegde bijlage(n): Uitspraak Gerechtshof Den Haag heffingsambtenaar 31 maart 2016 MOTIVERING Volgende feiten gaan aan de beslissing vooraf: Op 31 maart 2016 heeft het Gerechtshof Den Haag de uitspraak van de Rechtbank Den Haag bevestigd, dat de heffingsambtenaar van de gemeente Teylingen ten onrechte leges heeft geheven voor het weigeren van een omgevingsvergunning voor het afbouwen van "De molen Van Speelman" te Sassenheim, vanwege een bestemmingsplan ouder dan 10 jaar. In dit voorstel wordt de vraag beantwoord of deze vernietiging er ook niet toe moet leiden dat de ingevorderde leges bij gelijke gevallen, die wel de legeskosten hebben betaald maar niet in bezwaar en beroep zijn gegaan, de legeskosten krijgen terugbetaald. Deze beslissing wordt genomen om volgende redenen: 1.1 Het Gerechtshof Den Haag en de Rechtbank Den Haag zijn van oordeel dat de heffingsambtenaar van de gemeente Teylingen niet langer bevoegd was de leges te heffen. Wordt niet tijdig een nieuw bestemmingsplan vastgesteld dat ouder is dan 10 jaar of een p 1 van 25

2 verlengingsbesluit genomen, dan vervalt volgens artikel 3.1 lid 4 van de Wet ruimtelijke ordening de bevoegdheid tot invordering van leges voor bouwvergunningen (financiële sanctie). Het doel hiervan is om de actualiteit van bestemmingsplannen te waarborgen en om een actieve houding van het bestuur op dit punt zoveel mogelijk te waarborgen. Wij zijn met de rechtbank Noord-Holland (uitspraak van 4 december 2015) uitgegaan van een beperkte uitleg van dit artikellid. Dit houdt in dat niet voor de toetsing van het bouwplan aan het bestemmingsplan, maar wel voor de toetsing van het bouwplan aan het bouwbesluit, de bouwverordening en redelijke eisen van welstand leges mogen worden geheven. Onze huisadvocaat La Gro en een second opinion van ANG op verzoek van de heffingsambtenaar hebben ons hierin gesterkt dat dit standpunt goed verdedigbaar was. In het licht van duidelijkheid zou de keuze door te procederen voor heldere jurisprudentie ook aan te raden zijn. Dit heeft ertoe geleid dat de heffingsambtenaar in hoger beroep is gegaan tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag. Het Gerechtshof Den Haag heeft echter op 31 maart 2016 de uitspraak van de Rechtbank Den Haag bevestigd dat naast de invorderingsambtenaar ook de heffingsambtenaar niet langer bevoegd is de leges te heffen. Dit betekent dat ten onrechte leges zijn geheven in verband met het in behandeling nemen van een door de stichting "De molen van Sassenheim" aangevraagde omgevingsvergunning voor het afbouwen van "De molen Van Speelman". Daarbij heeft het Gerechtshof Den Haag wel overwogen dat de uitspraak anders zou kunnen zijn indien de door de heffingsambtenaar genoemde, van de behandeling van de aanvraag deel uitmakende door of vanwege de gemeente verrichte werkzaamheden - te weten de toetsing van de bouwactiviteiten aan het bouwbesluit, de bouwverordening, het bestemmingsplan en de redelijke eisen van welstand - in de van kracht zijnde Legesverordening als afzonderlijke belastbare diensten waren aangewezen. Doch in dit geval is volgens het Gerechtshof Den Haag sprake van één belaste dienst (het in behandeling nemen van de aanvraag van een omgevingsvergunning) ter zake waarvan de stichting "De molen van Sassenheim" één bedrag verschuldigd was. Op grond hiervan heeft de heffingsambtenaar berust in deze uitspraak en geen cassatie ingesteld. 1.2 Het niet terugbetalen is in strijd met het beginsel van fair play, het rechtszekerheidsbeginsel en legaliteitsbeginsel. Uit de uitspraken van het Gerechtshof Den Haag en de Rechtbank Den Haag blijkt dat sprake is van het heffen van belasting waarvan de invordering bij wet is verboden en in strijd is met de algemene rechtsbeginselen, in het bijzonder het beginsel van fair play, het rechtszekerheidsbeginsel en het legaliteitsbeginsel. Gelet op deze uitspraken hebben wij bezien hoe u desondanks tegemoet kunt komen aan betrokkenen die ook te maken hebben gehad met de heffing van leges die strijdig is met deze uitspraken ook al hebben zij daartegen geen bezwaar gemaakt of beroep ingesteld. In de jurisprudentie heeft de invordering van leges waartegen rechtsbescherming heeft opengestaan maar niet is benut als rechtmatig te gelden. Deze invordering wordt niet aangetast door een latere rechterlijke uitspraak, zoals die van het Gerechtshof Den Haag of van de Rechtbank Den Haag, dat de invordering van de leges niet rechtvaardigde. Hier geldt formeel de regel van de formele rechtskracht. Gelet op de uitspraken van het Gerechtshof en de Rechtbank zijn wij in dit geval van oordeel dat wij ons niet op formele gronden kunnen verschuilen achter het leerstuk van de formele rechtskracht, maar ook in deze gevallen ruimhartiger aan kunnen geven op welke wijze materieel tegemoet zal worden gekomen aan andere betrokkenen vanwege ingevorderde leges op grond van bestemmingsplannen ouder dan 10 jaar. p 2 van 25

3 Dat betekent dat wij ambtshalve de ten onrechte ingevorderde leges in gelijke gevallen aan hen zullen terugbetalen. Het totaalbedrag is ,39. Beslist het volgende: BESLISSING Besluitpunt 1: De ten onrechte ingevorderde leges aan gelijke gevallen vanwege de bestemmingsplannen ouder dan 10 jaar terugbetalen. BIJKOMENDE INFO BIJ HET BESLUIT Bedrijfsvoering Organisatie en Advies Financiële consequenties: De te restitueren leges worden geboekt als negatieve ontvangst op fcl/ecl I. BIJLAGE DIE INTEGRAAL DEEL UITMAAKT VAN HET BESLUIT Uitspraak Gerechtshof Den Haag heffingsambtenaar 31 maart 2016 p 3 van 25

4 Uitspraak Gerechtshof Den Haag heffingsambtenaar 31 maart 2016 p 4 van 25

5 p 5 van 25

6 p 6 van 25

7 p 7 van 25

8 p 8 van 25

9 p 9 van 25

10 p 10 van 25

11 p 11 van 25

12 p 12 van 25

13 p 13 van 25

14 p 14 van 25

15 Goedgekeurd door het college van burgemeester en wethouders in vergadering van 27 september 2016 p 15 van 25