Additionele beoordeling opleiding tot Master of Public Health (MPH) Universiteit Maastricht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Additionele beoordeling opleiding tot Master of Public Health (MPH) Universiteit Maastricht"

Transcriptie

1 Additionele beoordeling opleiding tot Master of Public Health (MPH) Universiteit Maastricht April 2005 QANU (Quality Assurance Netherlands Universities) Catharijnesingel 56 Postbus RA Utrecht T F E info@qanu.nl I

2 Inhoud Inleiding Hoofdstuk 1 Doelstellingen opleiding Hoofdstuk 2 Programma opleiding Hoofdstuk 3 Inzet van het personeel Hoofdstuk 4 Voorzieningen Hoofdstuk 5 Interne kwaliteitszorg Hoofdstuk 6 Te verwachten resultaten Bijlagen 1. opleidingsrapport ongedeelde opleiding 2. curriculum vitae commissie 3. werkwijze - 2 -

3 Inleiding a) Dit deelrapport betreft de masteropleiding Public Health (MPH), Universiteit Maastricht, CROHO-nummer b) Opleidingsvariant: voltijds/deeltijds (zie het eindoordeel van de commissie). c) De opleiding wordt organisatorisch verzorgd door Faculteit der Gezondheidswetenschappen. d) De opleiding bouwt voort op de ongedeelde opleiding Algemene Gezondheidswetenschappen (CROHO-nummer 6851) waarover is gerapporteerd in het visitatierapport Algemene Gezondheidswetenschappen (QANU, oktober 2004); dat rapport maakt mede deel uit van deze beoordeling (zie bijlage 1). De masteropleiding Public Health start op 1 september 2004 aan de Universiteit Maastricht. Commissie a) Samenstelling: De beoordelingscommissie bestond uit de volgende personen: - prof. dr. P.A.H. van Lieshout, parttime hoogleraar Theorie van de zorg, Faculteit der Sociale Wetenschappen Universiteit Utrecht, lid Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (vanaf 1 september 2004), voormalig directeur-generaal Gezondheidszorg, ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (voorzitter); - prof. dr. J.F.M.J. van Hout, hoogleraar Onderwijskunde, in het bijzonder het hoger onderwijs, Universiteit van Amsterdam; - prof. drs. J. van Londen, emeritus hoogleraar Algemene Gezondheidszorg, Faculteit der Geneeskunde Universiteit Utrecht, voormalig directeur-generaal Volksgezondheid, ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, voormalig voorzitter van de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg; - prof. dr. J. Pacolet, docent Economie en gezondheidseconomie en hoofd Sector Sociaal en Economisch Beleid van het Hoger Instituut voor de Arbeid van de Katholieke Universiteit Leuven; - mevrouw prof. dr. M. de Visser, hoogleraar Neuromusculaire ziekten, Universiteit van Amsterdam/Academisch Medisch Centrum, voormalig voorzitter van het bestuur van het Onderwijsinstituut Geneeskunde AMC, vicevoorzitter van de Gezondheidsraad; - de heer Th. Zwiers, student Algemene Gezondheidswetenschappen Erasmus Universiteit Rotterdam. Secretaris van de commissie was: mevrouw mr. M.H.J. Coppens-Wijn, medewerker QANU Als bijlage 2 zijn de curricula vitae van de leden van de commissie opgenomen. b) Taak: De commissie had tot taak om krachtens de tussen de NAO en de VSNU overeengekomen Overgangsregeling bekostigd wetenschappelijk onderwijs en de daarop gebaseerde Richtlijnen vervroegde accrediteringsaanvraag: - een samenvattend totaal oordeel over de opleiding uit te spreken alsmede - een oordeel over doelstellingen, programma en interne kwaliteitszorg en, - gebaseerd op het reguliere visitatierapport, een oordeel over inzet personeel, voorzieningen en te verwachten resultaten. c) Werkwijze: zie bijlage

4 Overzicht beoordeling commissie Onderwerp Oordeel 1 Facet Oordeel 1. Doelstellingen van de opleiding Domeinspecifieke eisen Niveau Oriëntatie + 2. Programma Eisen WO + 3. Inzet van personeel Relatie doelstellingen en + programma 2.3. Samenhang programma Studielast Instroom Duur Afstemming vormgeving en + inhoud 2.8. Beoordeling en toetsing Eisen WO Kwantiteit personeel Kwaliteit personeel + 4. Voorzieningen Materiële voorzieningen + 5. Interne kwaliteitszorg Studiebegeleiding Evaluatie resultaten Maatregelen tot verbetering + 6. Resultaten Betrokkenheid van + medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld 6.1. Gerealiseerd niveau Onderwijsrendement + 1 Voldaan = + Niet voldaan =

5 Vooraf De Master of Public Health (MPH) omvat de volgende vijf differentiaties die afgeleid zijn van vijf afstudeerrichtingen/specialisaties van de ongedeelde opleiding: 1. Beleid en beheer van de gezondheidszorg Health Economics, Policy and Management (HEPM) 2. Gezondheidsvoorlichting Health Education and Promotion (HEP) 3. Arbeid en gezondheid Work and Health (W&H) 4. Zorgwetenschappen Health Care Studies (HCS) 5. keuzetracé Epidemiologie Epidemiology (Epid). De afstudeerrichtingen Bewegingswetenschappen en Geestelijke Gezondheidkunde zijn rechtstreeks omgezet in respectievelijk Master of Physical Activity and Health (MPA&H) en Mental Health Sciences (MMHS). De faculteit voert de volgende argumenten aan voor het bovenstaande aanbod van drie masters en de clustering van vijf differentiaties in één Master of Public Health. Het aanbod aan initiële masteropleidingen omvat de biologisch georiënteerde MPA&H, de gedragswetenschappelijke MMHS en de MPH. In de MPH komt een breed pallet van onderwerpen op het internationaal erkende terrein van Public Health samen: a) epidemiologie: internationaal gezien een belangrijke component van Public Health opleidingen; b) preventie: hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen enerzijds de preventie op het gebied van arbeid (Work & Health) en programmatische preventie (Health Education and Promotion); c) organisatie: op zowel microniveau (Health Care Studies) als meso- en macroniveau (Health Economics, Policy and Management). Het profiel van de MPH dat aldus ontstaat, is naar het oordeel van de faculteit een internationaal herkenbaar profiel. Hierdoor is de MPH beter in staat buitenlandse studenten aan te trekken dan de afzonderlijke afstudeerrichtingen uit de ongedeelde opleiding. Voorts sluit de bundeling van differentiaties binnen de MPH aan bij de ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan op het terrein van wetenschappelijk onderzoek van de faculteit. De onderzoeksinstituten Maastricht Health Research Institute for Prevention and Care (Health) en Research Institute for Extramural and Transmural Health Care (Extra) zijn samengegaan in Care and Public Health Research Institute (Caphri). Het merendeel van de docenten in het masterprogramma Public Health is betrokken bij onderzoek binnen dit instituut en brengen zo hun onderzoeksexpertise op het gebied van Public Health direct in het onderwijs in. Deze masteropleiding kent geen masterplan waarin globaal inhoud en vorm van de opleiding is beschreven. In plaats daarvan is sprake van vijf differentiatieplannen. De differentiatieplannen liggen mede ten grondslag aan deze beoordeling. Uit de additionele informatie waarover de commissie beschikte tijdens haar visitatiebezoek en dat mede ten grondslag ligt aan dit beoordelingsrapport, blijkt dat hier in feite sprake is van vijf in één masteropleiding samengebrachte opleidingen, elk met een eigen programma. Het gaat hier om een verzamelprogramma dat niet één bindend, voor alle differentiaties geldend programmaonderdeel kent. Zelfs de cognitieve eindtermen zijn per differentiatie verschillend zonder enige verwijzing naar elkaar of gemeenschappelijke terreinen. Hoewel de vijf differentiaties gemeen hebben dat zij alle behoren tot het domein van de Public Health en als onderdeel van de ongedeelde opleiding hun bestaansrecht hebben bewezen, kan de commissie bezwaarlijk een eigen identiteit van deze master vaststellen. Het begrip opleiding dat - 5 -

6 de faculteit in deze hanteert, staat op gespannen voet met wat de commissie, het afnemend veld en de studenten onder opleiding verstaan. Inmiddels heeft de faculteit in december 2004 aan de commissie het volgende bericht: Deze master heeft in de periode na verschijning van het dossier met additionele informatie voor de beoordeling een veranderingsproces doorgemaakt. Op het moment van het schrijven van voornoemd dossier en het visitatiebezoek van de commissie in november 2003 was de gezamenlijkheid binnen deze master minimaal. In de voorbereidingen op de start van de opleiding in september 2004 is er reeds een natuurlijk proces van samenwerking tussen de verschillende differentiaties ontstaan. Er is inmiddels wel degelijk sprake van differentiaties die gezamenlijk blokken aanbieden. Een overzicht hiervan treft U in bijlage aan. Dit proces van toenemende gezamenlijkheid dat door de gemeenschappelijke fundamenten van de differentiaties is ontstaan wordt door het Bestuur ondersteund en gestimuleerd en is mede daarom te beschouwen als een proces dat nog niet is afgerond. Het Bestuur verwacht dat kernthema s verder uitkristalliseren, geleid door de internationale ontwikkelingen op het terrein van Public Health. De commissie concludeert dat de faculteit met dit proces in de richting van meer gezamenlijkheid en samenhang op de goede weg is, zij het dat de aangeboden gezamenlijke blokken (zie par voor een overzicht daarvan) veeleer perifere vakken betreffen en niet een gezamenlijk basisvak dat de differentiaties draagt, of een gemeenschappelijk kader dat de differentiaties bijeenbrengt. Aanvankelijk vreesde de commissie voor begripsinflatie en verwarring bij het afnemend veld, daar haar slechts MPH-opleidingen bekend waren met een postinitieel of advanced karakter. Afgestudeerden van de initiële MPH-opleiding zouden ten onrechte de indruk kunnen wekken dat zij naast MPH ook anderszins initieel zijn geschoold. Echter, een recent door de faculteit uitgevoerd onderzoek naar Public Health opleidingen in Europa wijst overtuigend uit dat, hoewel traditioneel gezien masteropleidingen op het terrein van Public Health een post-initieel of advanced karakter hebben, inmiddels een aantal opleidingen op dit terrein op initieel niveau (bachelor en master) wordt aangeboden. Overigens had de commissie het op prijs gesteld als ook onderzoek was gedaan naar initiële masterprogramma s MPH in Angelsaksische landen; veel uitwisseling vindt immers met die landen plaats. Ook België, dat toch een deel van het achterland is van deze faculteit, komt niet in het onderzoek voor. Verder mist de commissie afstemming over de instelling van deze master met een belangrijke partij in Nederland waar het gaat om postinitiële opleidingen en onderzoek op het gebied van Public Health: de Netherlands School of Public and Occupational Health NSPOH. Al met al is de commissie van oordeel dat het bestuur belangrijke stappen in de richting van meer gezamenlijkheid heeft gezet, maar dat zijn inspanning zich vooral zou moeten richten op het ontwikkelen van een gemeenschappelijk kader voor de master als geheel, zodat terecht van differentiaties gesproken kan worden. De commissie acht het noodzakelijk dat het bestuur daarvoor een concreet plan ontwikkelt. In het hiernavolgende zal de commissie in principe iedere differentiatie beschouwen als ware zij een eigenstandige master. Ook de faculteit ging in de zelfstudie voor de onderwijsvisitatie (voorjaar 2003) uit van de omzetting van iedere specialisatie in een eigen mastertraject

7 - 7 -

8 Hoofdstuk 1 Doelstellingen opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). De cognitieve eindtermen van de MPH zijn op differentiatieniveau uitgewerkt. De affectieve eindtermen gelden voor alle differentiaties. A. Cognitief - Health Economics, Policy and Management (HEPM) De afgestudeerde: 1. heeft kennis van de meest recente inzichten van wetenschappelijke theorieën over economie, beleid en management van en in de gezondheidszorg op meso- (instellings-) en macroniveau en kan deze kennis zelfstandig toepassen op actuele ontwikkelingen in de gezondheidszorg; 2. heeft kennis en inzicht in methoden en technieken van empirisch onderzoek op het terrein van zorg, zorgmanagement en -beleid en kan deze kennis zelfstandig toepassen; 3. is in staat praktische en theoretische vraagstukken op het terrein van economie, beleid en management op verschillende niveaus van de gezondheidszorg te analyseren en kan op basis daarvan effectieve interventies ontwikkelen. - Health Education and Promotion (HEP) De afgestudeerde: 1. is in staat de belangrijkste theorieën en bevindingen op het terrein van de gezondheidsvoorlichting en -bevordering te benoemen en te omschrijven; 2. beschikt over kennis aangaande: a. lokaal, nationaal en mondiaal gezondheidsbeleid; b. evaluatie van interventies op het terrein van de gezondheidsvoorlichting en -bevordering; 3. is in staat op efficiënte en kritische wijze wetenschappelijke gegevens op het terrein van de gezondheidsvoorlichting en -bevordering te verzamelen, verwerken en presenteren; 4. is in staat gezondheidsvoorlichting en -bevordering in een maatschappijwetenschappelijke, een gedragswetenschappelijke en biologische context te plaatsen en is in staat om constructief bij te dragen aan deze context; 5. is in staat programma's op het gebied van gezondheidsvoorlichting en -bevordering te initiëren, gestructureerd te organiseren, te coördineren, te implementeren en te evalueren; 6. is in staat systematisch en planmatig in multidisciplinaire teams gezondheidsproblemen in diverse settings te analyseren, een interventie te ontwikkelen en te evalueren. - Work and Health (W&H) De afgestudeerde is in staat: 1. een adequate analyse van de relatie tussen werk, gezondheid en ziekte te maken en deze relatie in een bredere organisatorische context te kunnen plaatsen; 2. managementvraagstukken op het gebied van Arbeid en Gezondheid, in het bijzonder ten opzichte van personeel en verzuim, te analyseren en oplossingen te bieden; - 8 -

9 3. problemen in relatie met de werkplek, werkinhoud en werkorganisatie systematisch in kaart te brengen en effectieve oplossingen voor de specifieke problemen te bedenken; 4. bestaande methodieken voor begeleiding van (verzuimende, uitgevallen) werknemers te beoordelen en nieuwe methodieken zelf te ontwikkelen; 5. knelpunten in samenwerkingsrelaties tussen individuen en partijen te analyseren op basis van theoretische uitgangspunten; 6. complexe vraagstukken rond preventie van arbeidsgebonden risico's, verzuim en arbeidsreïntegratie te begrijpen en interpreteren, en deze op wetenschappelijk verantwoorde wijze te onderzoeken en daarover te rapporteren; 7. voor deze complexe vraagstukken oplossingen te vinden en advies te geven over de aanpak van zulke oplossingen; 8. strategieën voor grootschalige veranderingen in de samenleving en in organisaties daarbinnen te bedenken en op concrete problemen toe te passen; 9. systematisch en planmatig in multidisciplinaire teams gezondheidsproblemen in diverse settings te analyseren, een interventie te ontwikkelen en te evalueren. - Health Care Studie (HCS) De afgestudeerde is in staat: 1. de volgende zorgwetenschappelijk aspecten te benoemen en te omschrijven: a. de gevolgen van chronische ziekten in termen van complexiteit en aan de patiëntenstatus en - carrière gerelateerde problemen en verschijnselen; b. autonomie van chronische zieke patiënten vanuit ethisch en juridisch perspectief; c. de (on)mogelijkheden voor de vertaling van maatschappelijke ontwikkelingen en beleidsbeslissingen naar zorginnovaties; d. theorieën en modellen met betrekking tot gezondheidszorg, specifiek op het gebied van innovatie en veranderingsmanagement in de zorg aan met name chronisch zieken; e. de (toepassings)mogelijkheden voor de evaluatie van zorg en zorgvernieuwing; f. strategische beheersing en planning in de zorg op micro-, meso-, en macroniveau, zowel nationaal als internationaal (Europees verband) en hun toepassingen in de context van zorginnovaties. 2. veranderingen in het primaire proces van zorg te entameren, te coördineren, te sturen en te begeleiden; 3. problemen samenhangend met zorgvernieuwing te identificeren en te helpen oplossen vanuit het perspectief van de patiënt; 4. aan de gezondheidszorg gerelateerd wetenschappelijk onderzoek te verrichten (met name op het gebied van evaluatie van zorginnovaties) en om de resultaten ervan te implementeren. - Epidemiology (Epid) Conform de eisen die gehanteerd worden in het kader van de Epidemioloog-A registratie, zijn voor de differentiatie Epidemiology de volgende eindtermen van toepassing: A. Theoretisch epidemiologische kennis en vaardigheden: 1. Inzicht hebben in en kunnen werken met maten voor frequentie van ziekten en maten van effect. 2. Inzicht hebben in de verschillende vormen van epidemiologisch onderzoek, de sterke en zwakke kanten van deze vormen en de geschikte meet- en analysemethoden. De bedoelde onderzoeksvormen omvatten tenminste cross-sectioneel onderzoek, cohortonderzoek, patiëntcontrole onderzoek en interventieonderzoek (trials). 3. Kunnen omgaan met begrippen als randomisatie, causaliteit, effectmodificatie, precisie en validiteit, waaronder generalisatie, confounding en bias. 4. Inzicht hebben in de eigenschappen en kwaliteit van meetinstrumenten

10 5. Kennis hebben van en kunnen toepassen van elementaire epidemiologische methoden, zoals patiëntenjarenanalyse, gebruik van de levenstafel, en methoden voor correctie van confounding, zoals directe en indirecte (SMR) standaardisatie en stratificatie. 6. Kennis hebben van en kunnen toepassen elementaire statistiek. Hieronder worden tenminste verstaan kennis over verschillende verdelingen, eenvoudige statistische toetsen, P-waarden en betrouwbaarheidsintervallen. 7. Kennis hebben van de verschillende vormen van multivariate (regressie)analyse. 8. Kennis hebben van dataverzameling en analyse met behulp van de computer. Hier wordt onder meer onder verstaan kennis over het verzamelen, verwerken, reduceren en het opslaan van data, alsmede enige kennis van data-analytische mogelijkheden en programmatuur. B. Kennis van toepassingsgebieden van de epidemiologie: a. Kennis m.b.t. de epidemiologie van ziekten: - kennis hebben van zowel de frequentie als van determinanten van enkele belangrijke ziekten; - kennis hebben van gezondheidsstatistiek en van het gebruik van ziekteen sterfteregistraties; b. Kennis van minimaal drie vrij te kiezen deelgebieden van de epidemiologie naar keuze. C. Kennismaking met de praktijk van epidemiologisch onderzoek.. B. Affectief De afgestudeerde MPH is bereid en in staat tot: 1. het samenwerken met vertegenwoordigers uit andere, relevante disciplines; 2. het kritisch beschouwen van één van de differentiaties behorend tot het veld van Public Health; 3. het zorgdragen voor de eigen (kwaliteits)controle en verdere professionalisering. Op masterniveau zijn er in de wereld vele opleidingen te vinden met de titel Master of Public Health. Het betreft hier een groot scala aan opleidingen die qua inhoud vele verschillende gezichten vertonen. Zo bestaan er zowel in Europa als in de Verenigde Staten veel MPH-opleidingen met post-graduate karakter. Daarnaast zijn veel Public Health opleidingen met een biomedische achtergrond of met een meer beroepsgerichte opleiding. Binnen Europa worden Public Health opleidingen waarbij elementen terug te vinden zijn in het Maastrichtse curriculum vooral aangeboden in Scandinavische landen en het Verenigd Koninkrijk. De masteropleidingen van de faculteit zullen zich, evenals in het oude ongedeelde programma, gaan richten op internationale uitwisseling. De thematiek van het programma wordt in internationaal perspectief geplaatst en de voertaal van de masteropleidingen is Engels waardoor de instroom van buitenlandse studenten mogelijk wordt gemaakt. De meeste differentiaties binnen de MPH kennen een periode voor keuzeonderwijs dat ook in het buitenland kan worden gevolgd. Tevens bestaat de mogelijkheid om de onderzoeksstage in het buitenland te volgen. In Europa zijn in het kader van het Socrates/Erasmus programma facultaire samenwerkingsverbanden met universiteiten in België, Denemarken, Spanje, Griekenland, Italië, Zweden, Finland, Verenigd Koninkrijk en Ierland. Voorts is er op bilateraal niveau veel contact met universiteiten in de VS, Australië en Afrika. Via ISEP (International Student Exchange Program) vindt er in het doctoraalprogramma jaarlijks uitwisseling richting de Verenigde Staten plaats. De zogenaamde 'Free Movers'

11 volgen in deze continenten onderwijs of lopen aldaar hun onderzoeksstage. De verwachting is dat dit in de masterfase niet anders zal zijn. De faculteit streeft naar internationale alliantievorming binnen onderwijs en onderzoek. Samenwerkingsverbanden met andere, Europese universiteiten worden in de toekomst steeds belangrijker door harmonisatie van het onderwijs binnen de EU. De gedachten gaan uit om in samenwerking met één of meerdere Europese universiteit(en) gezamenlijke masterprogramma's te ontwikkelen. De eerste beleidsonderzoeken in deze richting worden momenteel verricht. De commissie neemt waar dat veel aandacht wordt besteed aan het internationaal perspectief van de opleiding, maar dat op tal van punten nog sprake is van voornemens. Met name waar het gaat om (inter)nationale benchmarking is een slag te maken. De faculteit verwacht dat de eindkwalificaties per differentiatie van de afgestudeerden Master of Public Health op dezelfde wijze aansluiten op de beroepspraktijk als de huidige afstudeerrichtingen van de ongedeelde opleiding: Arbeid en Gezondheid, Beleid en Beheer van de Gezondheidszorg, Gezondheidsvoorlichting en Zorgwetenschappen. In de WO-monitor 2002 van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (2003) wordt een beeld gegeven van hoe de aansluiting op de arbeidsmarkt één jaar na afstuderen wordt ervaren door afgestudeerden van de betreffende specialisatie. De gegevens over de specialisaties Arbeid en Gezondheid, Beleid en Beheer en Gezondheidsvoorlichting, gemeten over de periode van 1996 t/m 2002, worden hieronder vermeld. Gegevens over Epidemiologie en Zorgwetenschappen zijn (nog) niet voorhanden. A&G= BB= GVO= totaal W&H HEPM HEP N Werkloosheid (na 1 jaar) 0% 4% 3% 3% Vaste aanstelling 70% 52% 36% 46% Voltijd aanstelling 94% 87% 77% 83% Opleidingsniveau vereist 59% 61% 52% 57% Opleidingsrichting vereist 58% 67% 76% 70% De commissie heeft kennis genomen van het gegeven dat bij deze specialisaties, zoals ook bij de specialisatie Bewegingswetenschappen, ruim 40% van de afgestudeerden één jaar na afstuderen aangeeft dat een WO-opleidingsniveau voor de huidige functie niet is vereist. Deze specialisaties kennen een relatief grote zijinstroom van HBO-afgestudeerden die vaak na afronding van hun in deeltijd gevolgde opleiding nog werkzaam zijn in de oude functie op HBO-niveau. Dit ware met loopbaanbegeleiding van de afgestudeerden te corrigeren. De commissie stelt vast dat men weliswaar een beeld heeft van de aansluiting op de arbeidsmarkt zoals de alumni die ervaren, maar dat het ontbreekt aan inzicht in de waardering van de opleiding vanuit de beroepspraktijk. Het nieuwe kwaliteitsbeleid zal dit tekort opheffen. Gezien het bovenstaande is de commissie van mening dat de eindtermen van iedere differentiatie duidelijk en helder zijn geformuleerd, en in voldoende maar voor verbetering vatbare mate aansluiten bij de eisen die door de (buitenlandse) vakgenoten en beroepspraktijk worden gesteld. De commissie is daarom van oordeel dat iedere differentiatie voldoet aan de domeinspecifieke eisen die aan de eindtermen worden gesteld

12 1.2 Niveau De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een master. De commissie heeft de eindtermen van de differentiaties gerelateerd aan de eisen die volgens de Dublin-descriptoren aan een masteropleiding worden gesteld. Kennis en inzicht De MPH beschikt over de brede kennis van de gezondheidswetenschappen en over specialistische kennis op het gebied van een van de vijf differentiaties. De master integreert vakinhoudelijke kennis met de kennis van en de inzichten in de wetenschappelijke methoden en technieken om (onderzoeks)programma's te analyseren, te evalueren en te ontwikkelen. Zie de eindtermen HEPM-A1; HEP-A2; W&H-A1, -A2 en -A6; HCS-A1 (a/mf) en EPI- A1 en -A2. Overigens merkt de commissie ten aanzien van deze descriptor het volgende op. Volgens de faculteit behoort tot het profiel van de afgestudeerde MPH onder meer dat hij over brede kennis van de gezondheidswetenschappen beschikt. Daar de domeinspecifieke, differentiatiegerichte eindtermen van deze master niet de breedte van de gezondheidswetenschappen betreffen, is er geen garantie dat afgestudeerden van deze masteropleiding deze eindterm zullen bereiken. Dit kan met name gelden voor die afgestudeerden die zijn ingestroomd op basis van een andere opleiding dan de bacheloropleiding Algemene Gezondheidswetenschappen die aan deze masteropleiding ten grondslag ligt.. Toepassen van kennis en inzicht De MPH is in staat om de verworven theoretische kennis en inzichten toe te passen teneinde problemen die zich binnen het terrein van de Public Health voordoen, te kunnen benoemen en te onderzoeken volgens de wetenschappelijke norm. Hierbij integreert de master zonodig de kennis en inzichten die binnen de verschillende onderwijsonderdelen zijn aangebracht en waardoor hij in staat is oplossingrichtingen te formulieren voor complexe problemen en situaties. Zie de eindtermen HEPM-A1, -A2, -A3 en -B1; HEP-A2, -A3, -A5, -A6, en -B1; W&H- A2, -A3, -A7, - A8, -A9 en -B1; HCS-A2, -A3, -A4 en -B1; EPI-A1, -A3 en -B1. Oordeelsvorming De master beschikt over onderzoeksmethodologische kennis en heeft de vaardigheid om naar aanleiding van complexe onderzoeksvraagstelling binnen het domein van de Public Health een onderzoeksvoorstel te ontwikkelen. Tevens beschikt de master over de kennis van statistische analysetechnieken en is hij in staat met behulp van statistische software date te analyseren en te interpreteren. Bij onvolledige en/of beperkte informatie is de master in staat hypothesen te formuleren die gebaseerd zijn op toepassing van zijn kennis op het gebied van de Public Health. Zier de eindtermen HEPM-A2, -A3 en -B2; HEP-A3, -A4, -A5, -A6, -B2; W&H-A1, - A2, -A4, -A5, -A6, -A9 en -B2; HCS-A1, -A3, -A4 en -B2; EPI-A1, -A3 en-b2. Communicatie De master kan bevindingen uit wetenschappelijk onderzoek, op het gebied van (een van de differentiaties van) Public Health, op schriftelijke en mondelinge wijze rapporteren aan vakgenoten en niet-vakgenoten. Hierbij is de master in staat onderliggende theoretische concepten te verklaren en achterliggende argumenten voor de opzet en de uitvoering van het onderzoek en de analyse van de onderzoeksgegevens in deze presentatie te betrekken. Zie de eindtermen HEPM-A3 en -B1; HEP-A3, -A5, -A6 en -B1; W&H-A6, -A7, -A8, - A9 en -B1; HCS-A2, -A4 en -B1; EPI-A3 en -B1. Leervaardigheden

13 De master is in staat hiaten in de benodigde kennis te herkennen en heeft de vaardigheid om zich nieuwe concepten eigen te maken. Hierbij is hij in staat om naast de concepten als probleemgestuurd onderwijs, project georiënteerd onderwijs en zelfgestuurd specialisatieleren, gebruik te maken van het onderwijsconcept autonoom leren. Zie de eindtermen HEPM-B2 en -B3; HEP-B2 en -B3; W&H-B2 en -B3; HCS-B2 en - B3; en EPI-B2 en B3. Gezien het bovenstaande is de commissie van oordeel dat de eindtermen van de opleidingen, waarbij de differentiaties door de commissie als zelfstandige masteropleidingen worden begrepen, aansluiten bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een master. 1.3 Oriëntatie De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de volgende beschrijvingen van een master in het WO: de eindkwalificaties zijn ontleend aan eisen vanuit de wetenschappelijke discipline, de internationale wetenschapsbeoefening en voor daarvoor in aanmerking komende opleidingen de relevante praktijk in het toekomstige beroepenveld; een WO-master heeft de kwalificaties om zelfstandig wetenschappelijk onderzoek te verrichten of multi- en interdisciplinaire vraagstukken op te lossen in een beroepspraktijk waarvoor een WOopleiding vereist is of dienstig is. De MPH bouwt voort op de ongedeelde opleiding. In de eindtermen van de diverse differentiaties is het wetenschappelijke karakter verweven. De masteropleiding gaat voort op de weg die tijdens de bachelorfase is ingegaan. Onderzoeksmethodologie en vakinhoudelijke kennis op het gebied van de Public Health zijn geïntegreerd. Zoals hierboven aangeduid, dienen de eisen vanuit de beroepspraktijk nader te worden onderzocht en geëxpliciteerd. Beziet men de eindtermen van de bachelor en van de differentiaties van deze master in onderlinge samenhang en in relatie tot de eindtermen van de ongedeelde opleiding, dan kan de conclusie niet anders zijn dan dat de eindtermen voldoende, zij het soms impliciet, de eisen vanuit de wetenschap en de beroepspraktijk weerspiegelen. De master heeft dezelfde competenties als de afgestudeerde van de oude opleiding op het vlak van het zelfstandig opzetten, uitvoeren en (schriftelijk) presenteren van de resultaten van een wetenschappelijk onderzoek. De eindtermen van beide typen opleiding lopen op dit punt niet uiteen. De masterthesis staat gelijk aan de doctoraalscriptie van de ongedeelde opleiding. De commissie heeft zich in haar beoordeling van de gerealiseerde onderwijskwaliteit positief uitgelaten over de kwaliteit van de afstudeerscripties. De commissie vertrouwt derhalve dat de kwalificaties van de gelijkwaardige master op het punt van het verrichten van wetenschappelijk onderzoek voldoen. Gezien het bovenstaande is de commissie van oordeel dat de eindtermen van de differentiaties van de opleiding terecht een wetenschappelijke oriëntatie hebben. 1.4 Gewogen eindoordeel over doelstellingen De commissie is van oordeel dat de doelstellingen voldoen

14 Hoofdstuk 2 Programma opleiding 2.1 Eisen wetenschappelijk onderwijs Het programma sluit aan bij de volgende criteria voor het programma van een WOopleiding: kennisontwikkeling door studenten vindt plaats in interactie tussen het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek binnen relevante disciplines; het programma sluit aan bij ontwikkelingen in de relevante wetenschappelijke discipline(s) door aantoonbare verbanden met actuele wetenschappelijke theorieën; het programma waarborgt de ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van wetenschappelijk onderzoek; bij daarvoor in aanmerking komende opleidingen heeft het programma aantoonbare verbanden met de actuele praktijk van de relevante beroepen. Hieronder volgt een overzicht van het programma van de diverse differentiaties. Master of Public Health/Health Economics, Policy and Management (HEPM) Titel ECTS Health economics 6 Quality and professionalism 6 Health policy law and ethics 9 Logistics & operations management in health care 6 Financial management 3 Organisational change and transformation 6 Preparation for the thesis research project 6 Thesis (12 weeks) 18 Master of Public Health/Health Education and Promotion (HEP) Titel ECTS Cancer prevention 6 Best practices in health education and promotion 6 Prevention of cardiovascular diseases 6 Worksite health promotion 6 Mental health promotion 6 Organisational change and transformation 6 Preparation for the thesis research project 6 Thesis (12 weeks) 18 Master of Public Health/Health Care Studies (HCS) Titel ECTS Care for the elderly 6 Ouality and professionalism 6 Care in multidisciplinary context 6 Care innovation and evaluation 6 Cooperation in health care 6 Organisational change and transformation 6 Preparation for the thesis research project 6 Thesis (12 weeks)

15 Master of Public Health/Work and Health (WH) Titel ECTS Management of personnel and absenteeism 6 Quality of work and workplace 6 Individual support in career development 6 Worksite health promotion 6 Cooperation in (occupational) health care 6 Organisational change and transformation 6 Preparation for the thesis research project 6 Thesis (12 weeks) 18 Master of Public Health/Epidemiology (Epid) Titel ECTS Observational research 6 Health measurement 3 Systematic literature review 3 Intervention research 6 Applied epidemiology 6 Advanced statistical analysis techniques 6 Writing a research protocol 6 Thesis (16 weeks) 24 Gezamenlijkheid Master of Public Health Titel Differentiatie Organisational change and transformation HEPM, HEP, HCS, WH Preparation for the thesis research project HEPM, HEP, HCS, WH Quality and professionalism HEPM, HCS Worksite health promotion HEP, WH Cooperation in health care HCS, WH Deze differentiatie-overstijgende onderwijsonderdelen zijn bij genoemde differentiaties onder meer in de plaats gekomen van de eerder voorziene keuzevakken. Het wetenschappelijk niveau van de opleidingen wordt gewaarborgd op drie verschillende wijzen: 1. het afstemmen van het methoden-, technieken- en statistiek- (MT&S) onderwijs op vakinhoudelijke thema's; 2. inbreng van wetenschappelijke casuïstiek; 3. inzet van wetenschappelijk personeel Waar in de bacheloropleiding methoden, technieken en statistiek worden gekoppeld aan vakinhoudelijke thematiek op blokniveau, wordt in de masterfase voornamelijk geanticipeerd op de stageperiode. Binnen het MPH-programma is een blok opgenomen dat de student voorbereidt op het afstudeeronderzoek. De centrale gedachte hierachter is de stap van het vakinhoudelijke en blokgebonden onderwijs naar het afstudeertracé te versoepelen. Het masterprogramma is gesitueerd in een brede onderzoekscontext waarin het onderzoeksinstituut Caphri een belangrijke rol speelt. De onderwijsthema's in de programma s sluiten aan bij de onderzoeksthema's van dit instituut en daarmee ook bij recente wetenschappelijke ontwikkelingen. Onderzoek voor de masterthesis zal vaak binnen een van de onderzoekthema's van Caphri plaatsvinden. Het merendeel van de docenten in dit masterprogramma is betrokken bij onderzoek in dit instituut en brengt zo de onderzoeksexpertise in het algemeen en op het gebied van (een van de differentiaties van) Public Health in het bijzonder direct in het onderwijs in

16 De commissie is van mening dat veel aandacht wordt besteed aan het totstandbrengen van interactie tussen onderwijs en (ontwikkelingen binnen) onderzoek. Onderzoeksvaardigheden In de masterfase vindt een integrale toets plaats van onderzoeksvaardigheden van de masterstudent: de onderzoeksstage. Tijdens de onderzoeksstage wordt van de student verlangd dat hij zelf een onderzoeksvraag op het gebied van een van de differentiaties van Public Health genereert, een bijbehorend design kiest, data verzamelt, analyseert en rapporteert. Het uiteindelijke product is de masterthesis waarin het hele onderzoeksproces wordt beschreven, inclusief de conclusies van het onderzoek en de discussie die gevoerd kan worden naar aanleiding van de bevindingen van het onderzoek. In het kader van het afstudeeronderzoek kunnen studenten samenwerken, bijvoorbeeld door hun betrokkenheid bij een gemeenschappelijk project, maar brengen zij op individuele basis verslag uit van hun stage. De commissie stelt vast dat de omvang van het afstudeeronderzoek en de afstudeerthesis in deze master 18 ECTS (alle differentiaties behalve Epidemiology) c.q. 24 ECTS (Epid) omvat, en dat binnen alle differentiaties de voorbereiding van het afstudeeronderzoek 6 ECTS beslaat. Hoewel de omvang van het afstudeeronderzoek en de afstudeerthesis lager is dan in de ongedeelde opleiding (32 van de 42 studiepunten), is de commissie van mening dat met deze omvang voldoende ruimte wordt gegeven aan een adequate ontwikkeling van de onderzoeksvaardigheden en dus aan de ontwikkeling van een volwaardige masterthesis die volgens de faculteit gelijk staat aan de doctoraalscriptie van de ongedeelde opleiding. De commissie denkt dat dit laatste, gezien het verschil in omvang, (enigszins) moet worden gerelativeerd. Verbanden met de praktijk van het beroep Het masterprogramma MPH ziet zijn alumni vooral aan het werk in onderzoeks-, onderwijs-, advies- en beleidsfuncties op het gebied van een van de differentiaties van de master waarbij mogelijke werkgevers binnen Nederland instellingen voor hoger onderwijs, onderwijsinstituten, instellingen voor gezondheidszorg, overheidsinstellingen en adviesbureaus zijn. Ook buiten Nederland zijn potentiële werkgevers te vinden, zoals de World Health Organisation of de Europese Commissie. Deze potentiële werkgevers zijn ook potentiële stageadressen waar masterstudenten in de laatste fase van hun opleiding de onderzoeksstage kunnen uitvoeren. Op deze wijze worden de eerste contacten met de beroepspraktijk gelegd. De programma s voorzien weliswaar in aantoonbare verbanden met de beroepspraktijk, de omgekeerde situatie waarin de beroepspraktijk mede het programma beïnvloedt, is niet goed waar te nemen. Van dit eenrichtingsverkeer is ook sprake waar het gaat om de eindtermen, zoals de commissie eerder heeft opgemerkt. Gezien het bovenstaande is de commissie van oordeel dat de programma s voldoen aan de wetenschappelijke vereisten van een WO-master

17 2.2 Relatie doelstellingen/programma Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De eindkwalificaties zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. De eindtermen van de MPH worden per differentiatie op blokniveau geoperationaliseerd. De globale uitwerking van het programma is terug te vinden het aan de commissie voorgelegde masterplan. - Academische vaardigheden De basis voor de academische vaardigheden is in de bachelorfase gelegd. In de masterfase wordt hierop voortgebouwd met een blok 'Voorbereiding op afstudeeronderzoek en thesis' waar studenten wordt aangeleerd hoe een onderzoeksvraag op een adequate wijze kan worden vertaald in een onderzoeksdesign. Onderwerpen die tijdens dit blok de revue passeren, zijn formulering van de probleemstelling en hypothesen voor onderzoek, de methodologische opzet van het onderzoek en het verzamelen van gegevens. In de onderzoeksstage komen alle geleerde vaardigheden op het gebied van methodologie, onderzoekstechnieken en statistiek samen en worden daar in praktijk gebracht. - Vakspecifieke vaardigheden Ieder vakinhoudelijk blok van iedere differentiatie kent een eigen vaardigheidstraining. Deze trainingen dragen bij aan het inzichtelijk maken van de aangeboden theorie tijdens dit blok en brengen studenten specifieke vaardigheden bij die in de latere beroepspraktijk noodzakelijk kunnen blijken. Voorbeelden van vakspecifieke vaardigheidstrainingen zijn: training HRM-beleid (W&H), training van methoden en technieken van kwaliteitstoetsing (HCS), Intervention Mapping (HEP). De commissie is van mening dat het wetenschappelijk en vakinhoudelijk karakter van deze masters op goede wijze in de programma s tot uiting komt. Uit de aangeleverde informatie blijkt dat de eindkwalificaties adequaat zijn vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) de programma s. De programma s zijn geheel rond de eindtermen uit hoofdstuk 1 ontwikkeld. Werkvormen, vakinhoudelijke thematiek en vaardigheidstrainingen zijn erop gericht het de student mogelijk te maken deze eindtermen te bereiken. Door middel van evaluatie en toetsing wordt nagegaan in hoeverre de doelstellingen ook daadwerkelijk bereikt worden dan wel bereikt zijn door de student. Gelet op het bovenstaande is de commissie van oordeel dat op differentiatieniveau de relatie tussen de doelstellingen en de programma s voldoet. 2.3 Samenhang programma Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend studieprogramma Binnen de differentiaties van de MPH functioneren programmagroepen. In deze programmagroepen zitten alle docenten met een coördinerende functie. Binnen de programmagroepen worden de differentiaties vormgegeven en worden de eindtermen per differentiatie op blokniveau uitgewerkt. Hierbij worden facultaire randvoorwaarden, zoals bijvoorbeeld onderwijsstructuur, duur en plaats van blokken in het

18 programma, in acht genomen. Tevens wordt in deze programmagroepen een logische opbouw van het programma samengesteld en worden eventuele blokoverstijgende thema's ingebed in de diverse blokken. Het gremium waarin de samenhang tussen de verschillende differentiaties wordt gewaarborgd, is het overleg tussen opleidingdirecteur en programmacoördinatoren. In dit driewekelijkse overleg worden alle masteropleidingen van de faculteit besproken en wordt de samenhang tussen de differentiaties van de MPH-opleiding vergroot. Belangrijk aandachtspunt hierin is de ontwikkeling in de richting van het inbrengen van meer gemeenschappelijke elementen. De commissie stelt vast dat er sprake is van een systematische opbouw van het verwerven van kennis, inzicht en vaardigheden. Zij waardeert de invoering van het blok Voorbereiding op afstudeeronderzoek en thesis waarin aan de ontwikkeling van academische vaardigheden op masterniveau wordt bijgedragen. De verwerving van vakspecifieke vaardigheden vindt plaats in trainingen die aan de vakinhoudelijke blokken zijn verbonden. In deze master kan worden gekozen uit vijf differentiaties, maar binnen de differentiaties ontbreekt elke keuzemogelijkheid. De commissie oordeelt daarover negatief. Onder meer vraagt zij zich af hoe in een dergelijk strak geprogrammeerde differentiatie nog mogelijk is om een vak in het buitenland te volgen. Gezien het bovenstaande is de commissie van oordeel dat studenten binnen een differentiatie een samenhangend programma volgen. 2.4 Studielast Het programma is studeerbaar doordat factoren die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren, zoveel mogelijk worden weggenomen. De studielast voor de MPH, uitgedrukt in studentbelastingsuren, is verdeeld over verschillende componenten: contactonderwijs (colleges en onderwijs-/projectgroepen), vaardigheidsonderwijs en zelfstudie. Uitgangspunt is een studiebelasting van 40 uur per week. Het onderwijs wordt in een parallelle structuur aangeboden, waarbij in één periode van acht weken of vier weken twee blokken parallel aan elkaar staan geprogrammeerd. Ieder parallel blok bevat gemiddeld per week de volgende onderdelen: 1 onderwijsgroepsbijeenkomst/projectgroep à 2 uur 1 college à 2 uur 1 vaardigheidstraining à 3 uur Dit betekent dat er in een week voor circa 14 uur aan onderwijsactiviteiten staat gepland. Dit impliceert een zelfstudietijd van 26 uur per week. Gedurende de stageperiode zijn geen onderwijsonderdelen gepland. De stageperiode wordt gekenmerkt door de werkvorm zelfgestuurd specialisatieleren. Hierbij wordt van de student verwacht dat hij zelf, in overleg met zijn supervisor en stageadres, structuur aanbrengt in de verschillende onderdelen die in deze studiefase moeten worden afgerond, zoals formuleren van de vraagstelling, opstellen van de onderzoeksopzet, dataverzameling, - verwerking en -analyse en het schrijven van de masterthesis. De commissie stelt vast dat de studielast evenwichtig over de blokken is gespreid. Zij acht een toedeling van 65% van de studiebelastingsuren aan zelfstudie in overeenstemming met de aard van de masterfase. Wel roept zij de faculteit op de relatie tussen de werkelijke en geschatte studielast van het afstudeeronderzoek en de thesis goed in de gaten te houden. Als ervan wordt uitgegaan dat de thesis gelijk staat aan de oude doctoraalscriptie terwijl er minder tijd voor de thesis wordt

19 uitgetrokken, dan dreigt een onevenwichtige studielast. De commissie maakt zich hierover zorgen. Er zal een zware wissel worden getrokken op de kwaliteit van de afstudeerbegeleiding. Op grond van het bovenstaande is de commissie van oordeel dat de geprogrammeerde studielast evenwichtig is. Of zij ook reëel is moet worden afgewacht. Permanente aandacht hiervoor van het opleidingsmanagement is noodzakelijk. 2.5 Instroom Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten. De instroom kan bestaan uit bachelors Algemene Gezondheidswetenschappen van de eigen faculteit en uit bachelors van verwante WO-opleidingen op het gebied van Public Health, Health Policy and Management, Sociale Wetenschappen, Psychologie, Economie, etc. Zij worden in principe direct tot de verwante differentiatie toegelaten. Voor de toelating van binnen- en buitenlandse bachelors van verwante opleidingen op HBO-niveau gelden specifieke ingangseisen. Zij moeten een aan de master verwante HBO-opleiding met goed gevolg hebben afgerond. Tevens moeten zij een voldoende score hebben behaald op de General Record Examination (GRE) of moeten zij voldoen aan de eisen van een door de faculteit te ontwikkelen test. Deze test bestaat uit een toets op het gebied van methoden en statistiek, een schrijfopdracht en een toelatingsgesprek. De faculteit verwacht dat jaarlijks zo n 240 studenten zullen instromen in de initiële masteropleidingen. Indien het percentage studenten dat kiest voor de MPH gelijk blijft aan het percentage dat koos voor de specialisaties die samen zijn gegaan in de MPH, dan zal de instroom jaarlijks in totaal ongeveer 116 studenten bedragen, waarvan in HEPM 45, in HEP 30, in W&H 17 en in HCS 23. De commissie stelt vast dat voor de master Physical Activity and Health een instroom van zo n 35 studenten wordt verwacht, en voor de master Mental Health Sciences ongeveer 62. Het komt de commissie voor dat de verwachte instroom in de differentiaties HEPM en HEP, die vergelijkbaar is met die voor beide genoemde masters, geen belemmering vormt voor een masterstatus voor deze differentiaties. Ten aanzien van W&H en HCS zal het moeilijk worden om ze rendabel uit te voeren. Voor zover de commissie kan overzien heeft de faculteit een adequaat toelatingsbeleid voor ogen. 2.6 Duur De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: WO-master: minimaal 60 ECTS studiepunten, afhankelijk van de opleiding Voor de onderhavige masteropleiding geldt een formele eis van 60 ECTS studiepunten voor de omvang van het curriculum. De commissie oordeelt dat de opleiding voldoet aan deze eis. 2.7 Afstemming vorm en inhoud Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. Wat betreft dit onderdeel wordt het oordeel van de visitatiecommissie overgenomen (aspect 3)

20 De commissie van oordeel dat dit onderdeel voldoet. 2.8 Beoordeling en toetsing Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. Wat betreft dit onderdeel wordt het oordeel van de visitatiecommissie overgenomen (aspect 3). De commissie is van mening dat dit onderdeel voldoet. 2.9 Gewogen eindoordeel over programma De commissie is van mening dat de programma s, als zij in het kader van zelfstandige masteropleidingen zouden worden aangeboden, zouden voldoen

Additionele beoordeling opleiding tot Master of Physical Activity and Health (MPA&H) Universiteit Maastricht

Additionele beoordeling opleiding tot Master of Physical Activity and Health (MPA&H) Universiteit Maastricht Additionele beoordeling opleiding tot Master of Physical Activity and Health (MPA&H) Universiteit Maastricht April 2005 QANU (Quality Assurance Netherlands Universities) Catharijnesingel 56 Postbus 8035

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Additionele beoordeling bacheloropleiding Algemene Gezondheidswetenschappen Universiteit Maastricht

Additionele beoordeling bacheloropleiding Algemene Gezondheidswetenschappen Universiteit Maastricht Additionele beoordeling bacheloropleiding Algemene Gezondheidswetenschappen Universiteit Maastricht April 2005 QANU (Quality Assurance Netherlands Universities) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA

Nadere informatie

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Universiteit Maastricht

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Universiteit Maastricht Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Universiteit Maastricht Dit rapport hoort bij het rapport Rechtsgeleerdheid (VSNU, juli 2004) van de ongedeelde opleiding Nederlands Recht, Fiscaal

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Het is aan het beoordelingspanel om te bepalen of deze toelichting relevant is bij de beoordeling van de onderhavige opleiding. Positionering

Nadere informatie

Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland

Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Het is aan het beoordelingspanel om te bepalen of deze toelichting relevant is bij de beoordeling van de onderhavige

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Additionele beoordeling van de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde van de Universiteit Maastricht

Additionele beoordeling van de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde van de Universiteit Maastricht Additionele beoordeling van de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde van de Universiteit Maastricht Dit rapport vormt een aanvulling op het QANU-rapport Geneeskunde (juni 2004), waarin verslag wordt

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties: Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Kunstgeschiedenis Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen

Nadere informatie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie Breakout sessie 2-5 Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling De voorstellen beschreven in deze notitie dienen als uitwerking van (aangekondigde) wetswijzigingen. Op basis van deze wetswijzigingen

Nadere informatie

Samenvatting aanvraag. Bijlage 8

Samenvatting aanvraag. Bijlage 8 Samenvatting aanvraag Bijlage 8 Samenvatting aanvraag Algemeen Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): X Nieuwe opleiding Nieuw Ad programma Nieuwe hbo master Nieuwe joint degree 1 Verplaatsing

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Filosofie

Curriculumevaluatie BA Filosofie Curriculumevaluatie BA Filosofie Beste student, U heeft onlangs het laatste onderdeel van uw bacheloropleiding Filosofie afgerond en staat op het punt het bachelorexamen aan te vragen. Om de kwaliteit

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut

van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut Opleidingsmanager Doel Ontwikkelen van programma( s) van wetenschappenlijk onderwijs en (laten) uitvoeren en organiseren van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen de faculteit, uitgaande van een faculteitsplan

Nadere informatie

De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 27 oktober 2005 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling:

De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 27 oktober 2005 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling: College van bestuur Universiteit Utrecht Postbus 80125 3508 TC UTRECHT Besluit Besluit strekkende tot positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding wo-master Selective Utrecht Medical Master

Nadere informatie

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze

Nadere informatie

ICLON Powerpoint sjabloon

ICLON Powerpoint sjabloon ICLON Powerpoint sjabloon Een voorbeeld van een ICLON presentatie Piet Presentator & Co Copresentator (ICLON) Coby Collega (Leiden University) Max Medewerker (Instituut voor Cooperatie) [Congresnaam, Plaats,

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel bij de OER 2016-2017 Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Neerlandistiek CROHO 60849

Neerlandistiek CROHO 60849 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Eamenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding CROHO 60849 voor het studiejaar 2017-2018 Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Toelating 3. Inhoud en inrichting van de opleiding

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

Samenvatting aanvraag

Samenvatting aanvraag Samenvatting aanvraag Algemeen Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing Nieuwe opleiding is): Nieuw Ad programma Nieuwe hbo master Nieuwe joint degree 1 Verplaatsing bestaande opleiding Nevenvestiging

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Talen en culturen van Latijns Amerika/ Spaans Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Theologie en Religiewetenschappen Programma: Religie en Samenleving Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding 1. Voor toelating tot de

Nadere informatie

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2016-2017 Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe College van Bestuur Hogeschool Drenthe Postbus 2080 7801 CB EMMEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Directeur onderwijsinstituut

Directeur onderwijsinstituut Directeur onderwijsinstituut Doel College van van Bestuur Zorgdragen voor de ontwikkeling van het facultair en uitvoering en organisatie van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen de faculteit, uitgaande

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit

Nadere informatie

Midden-Oostenstudies CROHO 60842

Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Examenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Programma Midden-Oostenstudies voor het studiejaar 2016-2017 Inhoud: 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Vrije Universiteit

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Vrije Universiteit Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Vrije Universiteit Dit rapport hoort bij het rapport Rechtsgeleerdheid (VSNU, juli 2004) van de ongedeelde opleiding Nederlands Recht en Notarieel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen Kunstbeleid en

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool nvao nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool datum 29 december

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie () Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september 2016.

Nadere informatie

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Universiteit Utrecht

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Universiteit Utrecht Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Universiteit Utrecht Dit rapport hoort bij het rapport Rechtsgeleerdheid (VSNU, juli 2004) van de ongedeelde opleiding Nederlands Recht, Notarieel

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Protocol TNO Educatieve Master

Protocol TNO Educatieve Master Protocol TNO Educatieve Master NVAO 14 maart 2016 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze toets nieuwe opleiding educatieve master (womaster) 4 3 Toelichting op het beoordelingskader beperkte toets nieuwe opleiding

Nadere informatie

Master of Psychological Research

Master of Psychological Research Master of Psychological Research Inleiding De master of psychological research is een speciale eenjarige master die voortbouwt op uw onderzoeksvaardigheden die u tijdens uw master of psychology scriptie

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER 2017-2018 Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs

Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs OCW Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs 22 mei 2003/Nr. WO/BS-2003/24136-I Nederlandse Accreditatie Organisatie 1 Opbouw toetsingskader Het toetsingskader voor nieuwe opleidingen in het hoger

Nadere informatie

Docent. Doel. College van van Bestuur. Decaan. Voorzitter Capaciteitsgroep. Dir. Dir. Onderzoeksinstituut. Hoogleraar UHD UD UD. Onderzoeker.

Docent. Doel. College van van Bestuur. Decaan. Voorzitter Capaciteitsgroep. Dir. Dir. Onderzoeksinstituut. Hoogleraar UHD UD UD. Onderzoeker. Docent Doel College van van Bestuur Ontwikkelen en verzorgen van toegewezen wetenschappelijke, uitgaande van het facultaire, teneinde de leerdoelen behorende bij de eindtermen van de ten aanzien van kennis,

Nadere informatie

Opleiden voor Public Health. Prof dr Gerhard Zielhuis Epidemiologie, UMC St Radboud

Opleiden voor Public Health. Prof dr Gerhard Zielhuis Epidemiologie, UMC St Radboud Opleiden voor Public Health Prof dr Gerhard Zielhuis Epidemiologie, UMC St Radboud Public Health = alles wat we doen om de volksgezondheid te verbeteren Cellen > individuen -> maatschappij Preventie Effectiviteit

Nadere informatie

MASTER ONDERWIJSKUNDE

MASTER ONDERWIJSKUNDE ANTON DE KOM UNIVERSITEIT VAN SURINAME INSTITUTE FOR GRADUATE STUDIES AND RESEARCH (IGSR) MASTER ONDERWIJSKUNDE LEREN EN INNOVEREN Met de Master Onderwijskunde: Leren en Innoveren ontwikkelt u de competenties

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO-examen 5. Het Pre-masterprogramma 6. Studeren in deeltijd 8

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO-examen 5. Het Pre-masterprogramma 6. Studeren in deeltijd 8 INHOUD Inleiding 2 Het toelatingsexamen 3 NVO-examen 5 Het Pre-masterprogramma 6 Studeren in deeltijd 8 1 INLEIDING Het Instituut Pedagogische Wetenschappen van de Universiteit Leiden biedt de eenjarige

Nadere informatie

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Radboud Universiteit Nijmegen

Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Radboud Universiteit Nijmegen Additionele beoordeling Faculteit der Rechtsgeleerdheid Radboud Universiteit Nijmegen Dit rapport hoort bij het rapport Rechtsgeleerdheid (VSNU, juli 2004) van de ongedeelde opleiding Nederlands Recht,

Nadere informatie

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen 22 november 2011 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordeling van het bijzonder kenmerk ondernemen 5 2.1 Uitgangspunten voor de beoordeling van het bijzonder

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam ,nvao ~ n e d e rla n d s- vlaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool NAO nederlands- vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool Datum: 1 oktober

Nadere informatie

Additionele beoordeling van de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde van de Universiteit Utrecht

Additionele beoordeling van de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde van de Universiteit Utrecht Additionele beoordeling van de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde van de Universiteit Utrecht Dit rapport vormt een aanvulling op het QANU-rapport Geneeskunde (juni 2004), waarin verslag wordt gedaan

Nadere informatie

Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Voor toelating tot de opleiding Mediastudies komt in aanmerking de bezitter van

Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Voor toelating tot de opleiding Mediastudies komt in aanmerking de bezitter van Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 Opleiding / programma: Mediastudies/ Film- en televisiewetenschap; New Media and Digital Culture (voorheen Nieuwe media en digitale cultuur, see English EER) Artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappij 2019-2020 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

2. Afgestudeerden in de bacheloropleiding Taalwetenschap:

2. Afgestudeerden in de bacheloropleiding Taalwetenschap: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op vwo-niveau:

Nadere informatie

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de doelstellingen, eindkwalificaties en opbouw van de Masteropleiding Filosofie & Maatschappij.

Nadere informatie

Voor het programma van de opleiding gelden geen aanvullende toelatingsvoorwaarden.

Voor het programma van de opleiding gelden geen aanvullende toelatingsvoorwaarden. Opleidingsspecifiek deel Art.2.1 toelatingseisen opleiding Toelaatbaar tot de opleiding is de bezitter van een Nederlands of een buitenlands diploma van hoger onderwijs die aantoont te beschikken over

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE MASTEROPLEIDING FILOSOFIE 120 EC (WIJSBEGEERTE VAN EEN BEPAALD WETENSCHAPSGEBIED) FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel

Nadere informatie

Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Nederlandse Literatuur en Cultuur (voorheen Nederlandse letterkunde)

Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Nederlandse Literatuur en Cultuur (voorheen Nederlandse letterkunde) Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Nederlandse Literatuur en Cultuur (voorheen Nederlandse letterkunde) Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Sinds 1

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding e taal en cultuur, 2014-2015 1 - Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel A en

Nadere informatie

Besluit. College van bestuur. Vrije Universiteit Amsterdam. De Boelelaan 1105 1081 HV AMSTERDAM

Besluit. College van bestuur. Vrije Universiteit Amsterdam. De Boelelaan 1105 1081 HV AMSTERDAM College van bestuur Vrije Universiteit Amsterdam De Boelelaan 1105 1081 HV AMSTERDAM Besluit datum 26 januari 2006 onderwerp Definitief besluit Toets NO voor de onderzoeksmaster Cognitive Neuropsychology

Nadere informatie

es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Epidemiologie van de Vrije Universiteit Amsterdam

es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Epidemiologie van de Vrije Universiteit Amsterdam ,nvao r nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Epidemiologie van de Vrije Universiteit Amsterdam datum 30 september

Nadere informatie

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. nvao nederiands - viaamse accreditatieorganisatie Besluit datum 21 november 2016 onderwerp Definitief accreditatiebesluit (004107) bijlage 1 Intrekking en nieuwe vaststelling van het accreditatiebesluit

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Talen en culturen van Japan Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Voor de te onderscheiden programma s van de opleiding gelden, in aanvulling op het in art. 2.1 bepaalde, geen aanvullende toelatingsvoorwaarden.

Voor de te onderscheiden programma s van de opleiding gelden, in aanvulling op het in art. 2.1 bepaalde, geen aanvullende toelatingsvoorwaarden. Opleidingsspecifiek deel Art.2.1 toelatingseisen opleiding 1. Toelaatbaar tot de opleiding is de bezitter van een Nederlands of een buitenlands diploma van hoger onderwijs, die aantoont te beschikken over

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september

Nadere informatie

Onderwijs- en Examen Regeling (OER) Programma Masteropleiding Sociologie Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examen Regeling (OER) Programma Masteropleiding Sociologie Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examen Regeling (OER) Programma Masteropleiding Sociologie Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma 1 Master-OER Sociologie 2018/2019 Artikel 1

Nadere informatie

6. Het eindniveau van de onderzoeksvaardigheden die via (1), (2) en (3) verworven zijn, komt tot uitdrukking in het bacheloreindwerkstuk.

6. Het eindniveau van de onderzoeksvaardigheden die via (1), (2) en (3) verworven zijn, komt tot uitdrukking in het bacheloreindwerkstuk. Opleidingsspecifieke deel OER, 0-0 BA Keltische talen en cultuur Artikel Tekst. Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.9 van de wet, heeft betrekking op maximaal vier van de volgende

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor nvao w n e d e rla n d s- vlaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie ; fluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Aarde en Economie van de Vrije Universiteit

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

Het diploma van de opleiding kan behaald worden tot en met 31 december 2015.

Het diploma van de opleiding kan behaald worden tot en met 31 december 2015. Opleidingsspecifieke deel OER, 2015-2016 Opleiding / programma: MSc Logopediewetenschap Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Niet van toepassing NB: Sinds 1 september 2013 is instroom in de masteropleiding

Nadere informatie

Medewerker onderwijsontwikkeling

Medewerker onderwijsontwikkeling Medewerker onderwijsontwikkeling Doel Ontwikkelen van en adviseren over het onderwijsbeleid en ondersteunen bij de implementatie en toepassing ervan, uitgaande van de geformuleerde strategie van de instelling/faculteit

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE MASTEROPLEIDING MIDDEN-OOSTEN STUDIES FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV College van bestuur NHTV Internationale Hogeschool Breda Postbus 3917 4800 DX BREDA Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) Bachelor Religiewetenschappen Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR)

Nadere informatie

GERONTOLOOG WORDEN MASTER OF SCIENCE

GERONTOLOOG WORDEN MASTER OF SCIENCE GERONTOLOOG WORDEN MASTER OF SCIENCE Behaal een academisch diploma. Ontwikkel uw loopbaan als gerontoloog U bent nu net afgestudeerde bachelor of enige tijd werkzaam als zorgverstrekker in een ziekenhuis,

Nadere informatie

Pre-masterprogramma. Negen masterspecialisaties

Pre-masterprogramma. Negen masterspecialisaties Pre-masterprogramma Maakt u plannen voor een masteropleiding Psychologie? Heeft u een afgeronde vierjarige hbo-opleiding of een driejarige bachelor wo-opleiding? Dan kan, voor sommigen van u, het eenjarige

Nadere informatie

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - 2014-2015 Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

4. De bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Liberal Arts & Sciences van de

4. De bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Liberal Arts & Sciences van de Opleidingsspecifieke deel OER, 2015-2016 Opleiding / programma: Mediastudies/ Film- en televisiewetenschap; Nieuwe media en digitale cultuur Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Alle studenten die

Nadere informatie

Opleiding / programma: Communicatie- en Informatiewetenschappen/ Communicatie en Organisatie

Opleiding / programma: Communicatie- en Informatiewetenschappen/ Communicatie en Organisatie Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 Opleiding / programma: Communicatie- en Informatiewetenschappen/ Communicatie en Organisatie Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding 1. Voor toelating tot de

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Nederlandse taal en cultuur

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Nederlandse taal en cultuur Opleidingsspecifieke deel OER, 2015-2016 Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Nederlandse taal en cultuur Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Alle studenten die per 1 september 2016 willen starten

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, 2013-2014 Opleiding / programma: BA Communicatie- en informatiewetenschappen. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleidingsspecifieke deel OER, 2013-2014 Opleiding / programma: BA Communicatie- en informatiewetenschappen. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2013-2014 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op maximaal vier van de volgende

Nadere informatie

Macrodoelmatigheidsdossier BSc Business Analytics AANVRAAGFORMULIER NIEUWE OPLEIDING. 1. Basisgegevens. Tongersestraat LM Maastricht

Macrodoelmatigheidsdossier BSc Business Analytics AANVRAAGFORMULIER NIEUWE OPLEIDING. 1. Basisgegevens. Tongersestraat LM Maastricht AANVRAAGFORMULIER NIEUWE OPLEIDING 1. Basisgegevens Naam instelling(en) Contactgegevens Universiteit Maastricht School of Business and Economics Tongersestraat 53 6211 LM Maastricht 1 Naam Internationale

Nadere informatie

Universiteit van Amsterdam wo-bachelor Biologie (180 EC) 23 maart 2016 Bachelor of Science voltijd Amsterdam

Universiteit van Amsterdam wo-bachelor Biologie (180 EC) 23 maart 2016 Bachelor of Science voltijd Amsterdam ,nvao w nederlands-vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Universiteit van Amsterdam datum 29 juli 2016

Nadere informatie

Registratie eisen Epidemioloog A en B

Registratie eisen Epidemioloog A en B Registratie eisen Epidemioloog A en B Epidemiologie is de wetenschappelijke discipline die het vóórkomen en de verspreiding van ziekten en gezondheidsindicatoren in humane populaties bestudeert, in relatie

Nadere informatie

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus 4200 2350 CA LEIDERDORP Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

2 ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE OPLEIDING Naam

2 ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE OPLEIDING Naam SAMENVATTING AANVRAAG DOELMATIGHEIDSTOETS AD OUDERENZORG 1 BASISGEGEVENS INSTELLING Soort aanvraag: Naam instelling Nieuwe opleiding Avans Hogeschool Contact Adres Bezoekadres: Professor Cobbenhagenlaan

Nadere informatie