Conferentiebundel Slotconferentie HO-tour Conferentiebundel met discussienotities Slotconferentie HO-tour 2 maart 2015
|
|
- Emma Janssen
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Conferentiebundel met discussienotities Slotconferentie HO-tour 2 maart uur De Fabrique, Maarssen 1
2 2
3 Inhoud Voorwoord... 5 Discussienotitie Onderwijskwaliteit en kwaliteitscultuur... 8 Discussienotitie Toegankelijkheid, aansluiting en doorstroom Discussienotitie Responsieve instellingen Discussienotitie Bestuurlijke verhoudingen In het kader van de Hoger Onderwijs-tour 2015 zijn er overal in het land bijeenkomsten georganiseerd over de toekomst van het hoger onderwijs. Voor de verslagen en foto-impressies van de HO-tour bijeenkomsten, en voor cijfermatige achtergrondinformatie ten behoeve van de slotconferentie, kijk op 3
4 4
5 Voorwoord Beste deelnemer aan de Slotconferentie HO-tour 2015, De Hoger Onderwijs-tour 2015 bracht de afgelopen maanden al veel bijzondere ontmoetingen tussen studenten, docenten, onderwijsleiders en beleidsmakers. Na meer dan een dozijn bijeenkomsten overal in het land vindt op 2 maart in Utrecht de slotconferentie plaats. In dezelfde maanden heeft ook het parlement ingestemd met de invoering van het studievoorschot. Hiermee vragen we van studenten meer zelf verantwoordelijkheid te nemen. Desalniettemin, blijft de overheid, ook na invoering van het studievoorschot, nog steeds het grootste gedeelte van de kosten van het hoger onderwijs voor haar rekening nemen; namelijk gemiddeld circa per student per jaar via de onderwijs-bekostiging. Dit bedrag zal door het geld dat vrijkomt met het wegvallen van de basisbeurs, bovendien nog toenemen. Daar bovenop blijft de overheid de kosten betalen van het verstrekken van een reisvoorziening, een aanvullende beurs, een eventuele eenoudertoeslag, en leningen met een lage rente en zo nodig eventuele kwijtschelding. Maar de overheid draagt niet meer generiek bij aan de kosten voor levensonderhoud. Hierdoor kunnen we extra investeren in de kwaliteit van het hoger onderwijs. Dat geeft ons de verantwoordelijkheid om die extra middelen zo goed mogelijk in te zetten. Om gezamenlijk te werken aan hoger onderwijs van wereldformaat. We zetten op 2 maart weer een belangrijke stap in een doorgaande dialoog over de toekomst van het hoger onderwijs, onze gezamenlijke ambities en de opdracht die hieruit voortvloeit. In deze bundel vindt u teksten ter voorbereiding op de conferentie. Vier discussienotities geven een verdiepend beeld van de thema s van de werkgroepen op deze conferentie; onderwijskwaliteit, toegankelijkheid en doorstroom, responsieve instellingen en bestuurlijke verhoudingen. Daarnaast is er een aparte discussienotitie ten behoeve van de werkgroep over trends en ontwikkelingen. Ik vraag u gericht de notitie te lezen van de werkgroep van uw keuze. In deze inleidende brief kijk ik terug op de HO-tour tot nu toe en werp ik een blik vooruit naar 2 maart. De opbrengsten van de HO-tour worden meegenomen in de Strategische Agenda Hoger Onderwijs Een blik terug: opbrengsten van de HO-tour tot nu toe In alle HO-tour bijeenkomsten kwam een uitdaging uitdrukkelijk terug: het hoger onderwijs beweegt zich in toenemende mate in een onvoorspelbare, complexe wereld. De exponentiële ontwikkeling van technologie doet de arbeidsmarkt razendsnel veranderen. Niet alleen zullen we steeds vaker zien dat de beroepspraktijk sneller innoveert dan dat opleidingen daarop kunnen inspelen, het onderwijs leidt op voor banen die nog niet bestaan. Daarnaast stijgt de vraag naar hoger opgeleiden, terwijl juist de baanzekerheid van het middensegment van de arbeidsmarkt onder druk komt te staan als gevolg van robotisering en digitalisering. Nieuwe technologieën vragen om nieuwe vaardigheden: waar routine en stabiliteit aan waarde verliezen, neemt het belang van wendbaarheid en creativiteit toe. Deze nieuwe wereld biedt ook veel kansen voor het hoger onderwijs. Het is een wereld waarin nieuwe verbindingen ontstaan. Regionale netwerken van kennisinstellingen en bedrijfsleven vormen voor studenten een omgeving waarin ze ook tijdens hun studie hun creativiteit kunnen toetsen in de praktijk. Ontmoetingen over grenzen, of die nu plaatsvinden in de eigen collegezaal, Google-hangout, of aan de andere kant van de wereld, zorgen voor leerervaringen die steeds waardevoller blijken in een globaliserende wereld. Wanneer onzekerheid troef is, voegt onderwijs de meeste waarde toe door studenten de vaardigheden te leren om kansen te zien in een open toekomst. Het vermogen tot kritische reflectie, samenwerken, creativiteit en pragmatisch oplossingsvermogen zijn vaardigheden die de afgelopen maanden veel zijn genoemd. Daarbij past ook een leercultuur, die aanmoedigt om een leven lang te blijven leren. Niet in de laatste plaats wordt het belang van interdisciplinariteit benadrukt: het leggen van verassende verbanden tussen verschillende manieren van denken en doen. 5
6 In het onderwijs in de 21 ste eeuw staat talentontwikkeling centraal. Studenten zullen ook zelf meer regie over hun eigen opleidingstraject willen krijgen. Dit betekent dat er op opleidingen een goede balans moet zijn tussen de vakinhoudelijke basis en ruimte voor persoonlijke keuze. Uit de HO-tour komt naar voren dat de keuzeruimte binnen en buiten de opleiding nog aanzienlijk kan worden vergroot. Deze ruimte kan worden benut voor het opdoen van internationale ervaring, stages, community service, creatieve inzichten en ondernemerschap. Het bieden van meer ruimte voor personalisatie van het leertraject dient gepaard te gaan met goede persoonlijke begeleiding, bijvoorbeeld in de vorm van een vaste tutor. Voor de student die zelf zijn leertraject uitstippelt, moet doorstroming goed mogelijk zijn. Versterkte samenwerkingen tussen vooropleidingen in het VO en MBO en het HO en het opbouwen van duurzame samenwerkingsverbanden draagt hieraan onmiskenbaar bij. Een eerste voorwaarde voor een rijke leeromgeving is een volle waardering van het onderwijs. Dit onderwijs is kleinschalig, intensief, uitdagend en biedt ruimte voor individuele feedback. Juist in een wereld die draait om het vermogen nieuwe oplossingen te bedenken is het belangrijk dat onderwijs op universiteiten en hogescholen sterk is ingebed in de wereld van onderzoek. Een docent moet vooral ook kunnen inspelen op de diversiteit in haar collegezaal. Personalisatie van het leren vergt van de docent permanente professionalisering. Online learning en learning analytics kunnen verdergaande personalisatie ondersteunen. Bovenal gaat het om een algemene kwaliteitscultuur waarin men elkaar op basis van vertrouwen aanspreekt op verbeteringen. Ook bestuurlijke verhoudingen varen het best bij een kwaliteitscultuur waarbij ruimte is voor vernieuwing. Bijdragen aan een relatie van verdiend vertrouwen is een gedeelde opdracht voor instellingen en overheid. Een blik vooruit: focus van de conferentie Op basis van deze inzichten over uitdagingen, kansen en voorwaarden, richten we ons tijdens de conferentie op het vaststellen van ambities. We nemen daarvoor vier thema s als uitgangspunt: onderwijskwaliteit, toegankelijkheid en doorstroom, responsieve instellingen, en bestuurlijke verhoudingen. Binnen de werkgroepen over het eerste thema wordt doorgesproken over wat Bildung in de 21 ste eeuw vraagt en hoe een rijke leeromgeving er uit ziet. In het kader van het tweede thema wordt gediscussieerd over de toegankelijkheid van en doorstroom in het hoger onderwijsstelsel. Een onvoorspelbare wereld en een flexibele student vragen om een responsief stelsel. Hoe we de dynamiek tussen onderwijs, onderzoek en beroepspraktijk sterker kunnen verankeren in het stelsel is het onderwerp van het derde thema. Hoe bestuur en toezicht in het hoger onderwijs beter kunnen inspelen op deze ontwikkelingen wordt besproken in het kader van het vierde thema. De vraag of de huidige sturingsfilosofie nog voldoende fungeert als gedeeld referentiekader voor de gezamenlijke opdracht tot bieden van hoger onderwijs van de hoogste kwaliteit. Deze thema s worden verder ingeleid door de vier discussiepapers. Daarnaast wordt er in een werkgroep doorgesproken over de brede trends die invloed hebben op het hoger onderwijs van de toekomst. De HO-tour en deze slotconferentie komen op een mooi moment: de toekomst vraagt om ambitie hoger onderwijs van wereldformaat en het heden geeft ons veel om mee aan de slag te gaan. Het studievoorschot maakt het mogelijk een historische kwaliteitsimpuls te geven aan het Nederlands hoger onderwijs. Technologische vooruitgang zorgt niet alleen voor een meer complexe en onvoorspelbare wereld, het verrijkt het onderwijs met veelbelovende innovaties. Ik zie vooral de student als kans: zij denkt al wendbaar, creatief en grensverleggend in een wereld die daar nu juist om vraagt. Laten we elkaar op 2 maart spreken over haar ambities en over de onze. Ik kijk ernaar uit u te ontmoeten. Hartelijke groeten, Dr. Jet Bussemaker Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 6
7 7
8 Discussienotitie Onderwijskwaliteit en kwaliteitscultuur 1. Kernboodschap Goed onderwijs daagt studenten uit om het beste uit zichzelf te halen (persoonsvorming en talentontwikkeling), bereidt ze voor op de arbeidsmarkt (kwalificatie) en draagt bij aan hun vorming tot wereldburgers (socialisatie). Met de extra middelen vanuit het studievoorschot kan en moet gestreefd worden naar Nederlands hoger onderwijs van wereldformaat. Hogescholen en universiteiten worden uitgedaagd om de talenten, behoeften en ambities van individuele studenten meer centraal te stellen, het onderwijs verder te differentiëren, een rijke fysieke en virtuele leeromgeving aan te bieden en het onderzoekend vermogen van studenten in brede zin te vergroten. Hiervoor is het nodig dat nieuwe technologie verregaand wordt geïntegreerd in het onderwijs, het onderwijs steviger wordt ingebed in een onderzoeksomgeving en/ of regio, passend bij de kracht van hogescholen en universiteiten, een reflectieve houding wordt gestimuleerd, en er sprake is van permanente professionalisering van docenten. Studenten dienen maximaal te worden uitgedaagd om het uiterste uit zichzelf te halen, en kunnen zelf meer de verantwoordelijkheid op zich nemen voor hun leerproces. 2. Trends en uitdagingen Trends, zoals razendsnelle technologische ontwikkelingen, vervaging van grenzen (globalisering en regionalisering), nieuwe netwerken en demografische ontwikkelingen stellen de Nederlandse samenleving en dus huidige en toekomstige generaties studenten voor enorme uitdagingen. Aan hogescholen en universiteiten worden terecht hogere eisen gesteld: - In het licht van technologisering zullen oude banen verdwijnen en nieuwe ontstaan. Studenten zullen voldoende toegerust moeten zijn om hierin mee te bewegen, maar ook zullen zij over genoeg kennis en competenties moeten beschikken om op een creatieve en zinvolle wijze om te gaan met deze technologisering. - Studenten zullen zich moeten voorbereiden op het toetreden tot een onvoorspelbare, mondiale arbeidsmarkt. We leiden in toenemende mate op voor banen die nu nog niet bestaan. Wetenschappelijke en culturele instellingen, bedrijven en semioverheden werken allengs meer in wisselende coalities samen aan nieuwe diensten en producten. Op deze wijze ontstaan er ook nieuwe business-modellen. De student zal zich in dit nieuwe speelveld moeten kunnen bewegen. Het belang van goede emotionele en sociale vaardigheden (the big five) neemt toe. - Studenten (met uiteenlopende achtergronden) willen onderwijs krijgen dat optimaal aansluit bij hun eigen talenten, behoeften en ambities, en dat hen uitdaagt om het beste uit zichzelf te halen. - Door voorgenoemde demografische en technologische veranderingen telt elke student voor de toekomst van Nederland, of het nu gaat om Nederlandse of internationale studenten. Aan instellingen wordt gevraagd ervoor te zorgen dat zij elke individuele student in staat stellen om met succes de studie af te ronden. Deze trends en uitdagingen dwingen hogescholen en universiteiten expliciet strategische keuzes te maken: in wat onderwezen wordt, hoe het onderwezen wordt, wie onderwijst, wat geleerd wordt, hoe geleerd wordt, wie leert, en waarom het geleerd wordt. 3. Analyse huidige situatie Het hoger onderwijs valt in drie onderling samenhangende aspecten te bezien: onderwijskwaliteit, studiesucces en kwaliteitscultuur. 8
9 Onderwijskwaliteit Onder onderwijskwaliteit verstaan we de mate waarin leeractiviteiten bijdragen aan de leerprestaties van elke individuele student, gericht op persoonsvorming, kwalificatie en socialisatie. Wat goed onderwijs is, verschilt dus per student. Dit vergt van de opleidingen en haar docenten veel betrokkenheid en maatwerk. Het Nederlandse hoger onderwijs is over het algemeen van hoge kwaliteit, maar onderwijsdifferentiatie (en maatwerk) binnen het huidige stelsel komen nog onvoldoende van de grond. Er wordt nog onvoldoende ingespeeld op de heterogene studenteninstroom. Nog steeds voelt ruim 30% van de studenten zich onvoldoende uitgedaagd. Het onderwijsaanbod bestaat in veel gevallen nog steeds uit vaste curricula, met het idee van one size fits all. De grote toestroom van studenten bij een aantal hbo- en woopleidingen, zoals Rechten, Economie en Bedrijfskunde, heeft als keerzijde dat het onderwijs massaal wordt en het contact tussen student en docent afneemt. Opleidingen dreigen los te raken van hun praktijk- en/of onderzoeksomgeving. In de afgelopen jaren is met name in het wo een grote slag gemaakt met het aanbieden van excellentie-onderwijs (zoals honourstrajecten en University Colleges). De uitdaging is nu om deze kwaliteitsimpuls breder in te zetten en lering te trekken uit het succes van excellentie-onderwijs. Studiesucces Studiesucces betekent dat studenten zich maximaal inzetten om het beste uit zichzelf te halen, en optimaal gebruik maken van de kansen die hoger onderwijs te bieden heeft. Het is aan de instellingen om de studenten daartoe aan te zetten en hiervoor de mogelijkheid te bieden (bijvoorbeeld door middel van een goed studeerbaar programma). In het licht van het studievoorschot hebben studenten er nu nog meer belang bij dat zij hun tijd effectief besteden om hun leertraject met succes af te ronden, gezien het feit dat zij een groter deel van hun studie moeten bekostigen. Door de prestatieafspraken is studiesucces bij de instellingen hoger op de agenda gekomen. Uitgangspunten zijn minder uitval en switchen, een betere studievoortgang en een hoger aandeel studenten dat de opleiding succesvol afrondt. De prestatieafspraken hebben een constructieve rol gespeeld in de discussie bij instellingen over kwaliteit. Er zijn tal van maatregelen in gang gezet om onder andere het vrijblijvend studiegedrag van studenten terug te dringen. Van matchingsactiviteiten, intensivering van onderwijs, continuous assessment, international classrooms, terugbrengen herkansingen, tutoring et cetera. Er zijn goede stappen gezet. Tegelijkertijd is het risico ontstaan dat instellingen studiesucces te instrumenteel benaderen en hun blikveld zich beperkt tot de kwantiteit, in plaats van de kwaliteit. Studiesucces is immers breder dan rendement alleen. Een deel van de instellingen stond in de afgelopen jaren voor het dilemma dat zowel de kwaliteit als het studiesucces niet op orde waren. De instellingen hebben ervoor gekozen om bovenal in te zetten op het verhogen van de kwaliteit van hun opleidingen. Dit proces van het verbeteren van de kwaliteit, opdat uiteindelijk ook het studiesucces verbetert, is nog in volle gang en hierin is nog veel werk te verzetten in de komende jaren. Kwaliteitscultuur De kwaliteit van het onderwijs kan alleen verzilverd worden in studeerbaarheid en studiesucces, wanneer de leeromgeving daar zodanig op is ingericht dat zij studenten, docenten en bestuurders motiveert om het beste uit zichzelf en uit elkaar te halen. Daar is een bloeiende kwaliteitscultuur voor nodig, waarin alle betrokkenen de ruimte krijgen én nemen om structureel te reflecteren op kwaliteit, met elkaar het gesprek daarover te voeren, en dit om te zetten in effectieve verbeteringen. Kwaliteitscultuur is in de afgelopen jaren bij de instellingen hoger op de agenda komen te staan in het kader van interne kwaliteitszorg. Toch valt hier nog een grote slag te maken: docenten geven aan dat zij zich niet gekend voelen als eigenaar van het onderwijs, en tussen vakgenoten komt het inhoudelijke gesprek over verbeteringen nog onvoldoende van de grond. Er lijkt te weinig tijd en ruimte te zijn voor structurele aandacht voor onderwijsvernieuwingen. 9
10 4. Ambities In het akkoord studievoorschot heb ik samen met de fracties van de VVD, PvdA, D66 en GroenLinks afgesproken dat ook bij grotere aantallen studenten de kwaliteit van hoger onderwijs het beste moet zijn dat wereldwijd te verkrijgen is. De kwaliteitsslag die mede door het rapport Veerman (2010) op gang is gekomen in het hoger onderwijs, moet krachtig worden voortgezet. Onderwijsinstellingen staan daarbij niet buiten, maar juist middenin de samenleving en moeten nog meer dan nu de ontwikkelingen en uitdagingen van buiten naar binnen en van binnen naar buiten brengen. Terwijl het wetenschappelijk onderzoek bij de top-3 in de wereld behoort, blijft de kwaliteit van ons hoger onderwijs hierbij achter. Maar met de extra middelen vanuit het studievoorschot kan en moet gestreefd worden naar Nederlands hoger onderwijs van wereldformaat. Met toekomstige opbrengsten voor individuele studenten en niet in de laatste plaats ten bate van toekomstige maatschappelijke welvaart en welzijn. In een wereld waar kennis steeds sneller vernieuwt en veroudert en we nog niet weten voor welke banen we studenten opleiden, zal het hoger onderwijs naast kennis en expertise méér aandacht moeten besteden aan socialisatie (leren voegen in sociale verbanden) en persoonsvorming (onafhankelijk creatief denken en doen). Daarnaast vraagt het oplossen van complexe maatschappelijke vraagstukken steeds meer om een interdisciplinaire benadering. Om een T-shaped professional die specialistische kennis en vaardigheden weet te combineren met het vermogen om over grenzen heen te kijken en te werken. Deze uitdagingen vragen om hoger onderwijs waar individuele talenten en ambities van de student echt centraal komen te staan. Dat vergt ook van de student dat die verantwoordelijkheid neemt voor zijn / haar eigen leerproces. Tegen deze achtergrond zijn de drie belangrijkste ambities van het hoger onderwijs: 1. Maximale talentontwikkeling van iedere student (persoonsvorming) 2. Optimale voorbereiding van studenten op een succesvolle loopbaan in een onvoorspelbare arbeidsmarkt (kwalificatie) 3. Bijdragen aan de vorming tot wereldburger: studenten stimuleren om in vrijheid en verantwoordelijkheid bij te dragen aan de samenleving van vandaag en morgen (socialisatie) Om deze ambities te realiseren is niet alleen kennisvergaring nodig maar ook Bildung: een persoonlijke ontwikkeling op het gebied van meer begrip van de wereld, van de grenzen van kennis en kunde, bij jezelf en van anderen, en van morele en emotionele verbeeldingskracht, gedreven door nieuwsgierigheid, kritisch en empathisch (denk)vermogen. Juist in een wereld die steeds meer versplinterd raakt en maatschappelijke scheidslijnen groter worden, kan het hoger onderwijs een grote vormende en bindende rol spelen. Maar ook het belang van 21st century skills neemt toe. Als studenten de arbeidsmarkt betreden, moeten zij immers wendbaar genoeg zijn om te kunnen blijven inspelen op de eisen die de snel veranderende maatschappij aan hen stelt. In het akkoord studievoorschot wordt daarom aangegeven dat niet alleen een kwaliteitsslag binnen de kaders van het huidige onderwijsaanbod moet plaatsvinden, maar ook ruimte worden gemaakt voor vrijwilligersfuncties, stages, bijvakken en tweede studies. Het onderwijs moet, kortom, plaatsvinden in een leerrijke context. Mede in het licht van de opbrengsten van het studievoorschot is daarom het streven om de komende vier jaar de volgende ontwikkelingen voor het hoger onderwijs in gang te zetten. 1. Hoger onderwijs dat de binding en betrokkenheid van studenten met medestudenten, docenten en de instelling vergroot. Dat betekent bijvoorbeeld het onderwijs waar nodig kleinschaliger (of klein binnen groot ) te organiseren, zorg te dragen voor meer individuele feedback, studenten en docenten meer in leergemeenschappen te laten 10
11 samenwerken om elkaar te inspireren, intensieve studiebegeleiding (tutoring), et cetera. 2. Hoger onderwijs dat meer differentieert en maatwerk aanbiedt, bijvoorbeeld in verschillende onderwijsinhoud disciplinaire dan wel interdisciplinaire vakken, in verschillende typen onderwijsvormen en leerstijlen (PGO, project, casus-gedreven, e.d.), in verschillende niveaus (structurerend/ inspirerend/veeleisend), in verschillend tempo (versnellen waar het kan) en in ruimte van organisatie (ruimte voor keuzevakken, minors, MOOC s, extra en co-curriculaire activiteiten, excellentie, honours trajecten, leven lang leren). Wel gelden er uiteraard vooraf gestelde professionele of academische kaders. De arbeidsmarkt heeft immers baat bij heldere uitstroomprofielen. Ook vraagt het vergroten van differentiatie en maatwerk om een goede persoonlijke begeleiding en informatie op het vlak van studiekeuze, vervolgtraject, zelfreflectie, en gewenst beroepsprofiel. 3. Hoger onderwijs dat de onderzoekende houding van studenten stimuleert. Het gaat hierbij om een onderzoekende houding in de meest brede zin van het woord: het ontwikkelen van een kritische houding, het aanwakkeren van nieuwsgierigheid, over grenzen durven te kijken (regionaal, internationaal, intercultureel), en naast kennisverwerving ook kenniscreatie of pragmatisch oplossingsvermogen. Dit vraagt om een bredere, leerrijke context die deze onderzoekende houding aanwakkert en voedt. Met deze drie ontwikkelingen, kunnen instellingen, studenten en overheid, elk vanuit hun eigen rol, het Nederlandse hoger onderwijs tot wereldformaat brengen; ze leiden immers tot een verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Zo draagt binding en betrokkenheid niet alleen bij aan de kans voor studenten om tijdig en met succes hun studie af te ronden, maar ook aan de ontwikkeling van een kwaliteitscultuur waarin stimulerende leergemeenschappen ontstaan. Meer differentiatie en maatwerk om tegemoet te komen aan de talenten, behoeften en ambities van de student. Het stimuleren van een onderzoekende houding bij de student draagt bij aan de voorbereiding op een onvoorspelbare arbeidsmarkt en vorming tot wereldburger. 5. Oplossings- en investeringsrichtingen Deze ambities, gewenste ontwikkelingen en voorwaarden vragen een forse inzet van de instellingen en de overheid. De overheid zal kwaliteitsafspraken maken met de instellingen over binding en betrokkenheid, maatwerk en differentiatie, onderzoekend vermogen, docentversterking en inzet van innovatieve technologieën. Belangrijke oplossings- en investeringsrichtingen kunnen zijn: Activerende leeromgeving Een activerende leeromgeving is hard nodig, willen we het onderwijs naar een hoger niveau tillen. Daarvoor is het essentieel dat wordt ingezet op het vergroten en versterken van binding en betrokkenheid doormiddel van: een kleinschaligere organisatie van het onderwijs bij studentrijke opleidingen ( klein binnen groot ), verbreding en flexibilisering van onderwijsprogramma s, een meer integrale aanpak van matching (juiste student op de juiste plek), tutoring en mentoring, feedback en begeleiding die past bij het individuele leerproces van de student. Maar daarmee zijn we er nog niet; er moet stevig geïnvesteerd worden in meer heterogene en innovatieve leeromgevingen en goed studeerbare programma s, waar mogelijk gebruikmakend van blended learning-onderwijsvormen. Maar wel vanuit een helder didactisch concept, dat uitgaat van ruimte binnen kaders. Het gaat immers om de vorming en ontwikkeling van leergemeenschappen die het uiterste uit studenten én docenten halen. Voorts horen 21st century skills een belangrijke plek in het programma te krijgen, mede in het licht van de T-shaped professional. Tot slot moet er ruimte komen om in te zetten op de ontwikkeling van meer excellentie-trajecten, en succesvolle elementen van excellentie onderwijs moeten (beter) benut worden voor het reguliere onderwijs. Overigens is het niet nodig of zelfs onwenselijk dat alle instellingen dezelfde vormen van maatwerk en differentiatie 11
12 toepassen. Elke instelling zal hierin haar eigen keuzes moeten maken, en als (onderwijs)profiel helder communiceren naar aankomende studenten en afnemend veld. Verhogen van docentkwaliteit Veranderingen beginnen bij goede docenten en bekwame onderwijsleiders. Docenten zullen in het licht van bovenstaande ambities vooral goed moeten kunnen inspelen op verschillende contexten: activerende werkvormen, interesses van de student, groepsdynamica, studenten met verschillende sociale & culturele achtergronden, ICT-gebruik, et cetera. Daarbij gaat het niet om doceren of lesgeven, maar om het leren van de student. Dat vraagt bijvoorbeeld om: - Volgende stappen in de ontwikkeling van BKO/SKO, namelijk permanente professionalisering van docenten en onderwijsleiders om onderwijsvernieuwingen te ontwerpen, in te voeren, te evalueren. Maar ook het vernieuwen van de rol en taakopvatting van de docent als facilitator van het leerproces, in het licht van studentgericht onderwijs. - Er is meer onderzoek nodig naar de praktijk van het hoger onderwijs zodat meer evidence based informatie beschikbaar komt over wat wel en niet werkt. Deze kennis komt dan ook beschikbaar voor professionaliseringstrajecten van docenten en draagt bij aan een goede kwaliteitscultuur. - Daarnaast gaat het om het stelselmatig bevorderen en belonen van variaties in/van carrières van docenten en onderzoekers op hogescholen en universiteiten. Niet altijd hetzelfde accent gedurende de loopbaan en dan niet alleen in termen van onderzoeken onderwijstijd, maar ook qua ontwerptaken, qua innovatie-opdrachten, e.d. Hierdoor kunnen ook excellente docenten en niet alleen excellente onderzoekers en leidinggevenden - een volwaardige carrière maken. - Een nieuw substantieel landelijk beurzen / prijzen programma gericht op veelbelovende en excellente docenten, docententeams en innovatieprojecten kan hier mogelijk aan bijdragen. Verwevenheid van onderwijs en onderzoek Voor de universiteiten ligt de opdracht in het herstellen van een goede balans tussen onderzoek en onderwijs, met als doel het academisch onderwijs steviger in te bedden in de onderzoekomgeving. Hiervoor is het noodzakelijk om voor een aantal disciplines meer docenten / wetenschappers aan te trekken, en in meer stabiele banen. Voor de hogescholen ligt de opdracht in sterkere verwevenheid tussen het onderwijs, praktijkgericht onderzoek en de beroepspraktijk. Er zijn meer lectoren en Centres of Expertise nodig die nauw verbonden zijn met de onderwijsprogramma s. Deze investeringen zijn noodzakelijk om een goed onderzoeksklimaat voor de student te creëren waarin het onderzoekend vermogen van studenten in brede zin wordt gestimuleerd en gefaciliteerd. Denk hierbij aan: undergraduate research, praktijkopdrachten, stages, of casussen, ingebed in een lokale of internationale context. Digitalisering Bovenstaande ambities zijn niet mogelijk zonder verregaande inzet van nieuwe technologie in het hoger onderwijs. Voorbeelden van nieuwe technologie in het hoger onderwijs zijn (open) online onderwijs, geavanceerde kennis- en toetssytemen, online voorlichtings- en matchingsactiviteiten, digital engagement (betrokkenheid student docent), gamification (leren van / via spelelementen), glocalisering (universalisering en lokale verankering) en learning analytics. En echt maatwerk bieden vraagt om het ter discussie stellen van alles wat vanzelfsprekend is: de jaarindeling, de structuur van onderwijsprogramma s, de manier van toetsen, de betekenis van collegezalen, e.d. Echter, (inter)nationale studenten van vandaag en van de toekomst verwachten ook state-of-the-art hoger onderwijs. En door het beste open online onderwijs wereldwijd te integreren in het curriculum ontstaat er extra ruimte voor intensief kleinschalig contactonderwijs ( flipping the classroom ). Deze inzet van nieuwe 12
13 technologieën vraagt om een forse inspanning van universiteiten en hogescholen, bijvoorbeeld via livinglabs waar docenten en studenten experimenteren met onderwijs(vernieuwing). 6. Tot slot: discussievragen Het in gang zetten van de hierboven genoemde ambities, ontwikkelingen en oplossingsrichtingen kost veel tijd en aandacht. Tegelijkertijd vindt al heel veel plaats binnen instellingen en opleidingen. Hier moet met kracht op worden voortgebouwd; ervaringen positief én negatief moeten worden uitgewisseld. Van elkaar leren. Dat is immers ook de kracht van het Nederlands hoger onderwijs. 1. Worden de hiervoor geschetste beelden herkend? 2. Benoem een concrete, gedeelde ambitie voor het thema van deze discussienotitie. 3. Gezien deze ambitie: o Welke opdracht geef je mee aan de overheid/ocw? o Welke opdracht geef je mee aan de instellingen? o Welke opdracht geef je mee aan studenten? 13
14 Discussienotitie Toegankelijkheid, aansluiting en doorstroom 1. Kernboodschap Het onderwijs in Nederland moet zo worden ingericht dat het flexibele en doorlopende leerlijnen faciliteert. Met deze ambitie wil de overheid de komende jaren aan de slag, om zo tegemoet te komen aan twee maatschappelijke behoeften: het onderwijsstelsel moet in staat zijn de groeiende vraag naar hoger opgeleiden op de arbeidsmarkt te kunnen opvangen, en het moet iedereen de kans bieden om zijn of haar talenten maximaal te benutten. Deze ambitie willen we onder andere verwezenlijken door de (regionale) samenwerking tussen instellingen te versterken, door schakelen en doorstromen te faciliteren, en door het stimuleren van een leven lang leren. 2. Trends en uitdagingen Arbeidsmarktontwikkelingen Zoals ook de WRR in zijn advies Naar een lerende economie stelt, is een goed opgeleide beroepsbevolking van groot belang voor onze welvaart en ons welzijn. De vraag naar hoger opgeleiden blijft stijgen, en stijgt harder dan de groei van het aanbod van hoger opgeleiden. Een door Cedefop 1 gemaakte prognose laat zien dat de arbeidsmarktbehoefte naar hoger opgeleiden in de periode zal toenemen met 30%, terwijl de vraag naar middelbaar opgeleiden met 5,2% afneemt. De vraag naar hoger opgeleiden knelt op dit moment al in het onderwijs, de bètatechniek en de zorg. In delen van het onderwijs zijn tekorten voorzien en er is behoefte aan meer masteropgeleide docenten om zo tot breed samengestelde teams te komen. In de sectorakkoorden po en vo zijn over de masterambitie afspraken gemaakt. Ook heeft het kabinet in zijn lerarenagenda maatregelen aangekondigd om het leraarsberoep aantrekkelijker te maken. Deze maatregelen moeten enerzijds de zij-instroom in het lerarenberoep vergroten, en anderzijds meer studenten en meer getalenteerde studenten naar de opleidingen trekken. Voorbeelden hiervan zijn de academische pabo, het traject Eerst de Klas en het Onderwijstraineeship. Ook de VSNU beoogt met zijn lerarenagenda meer studenten te interesseren voor de (universitaire) lerarenopleidingen. In de bètatechniek moet het Techniekpact zorgen voor een grotere doorstroom naar en uitstroom van de technische wo-opleidingen (3TU Sectorplan), de natuur- en scheikunde (sectorplan Natuur- en Scheikunde) en de hbo-techniek (via een transparanter onderwijsaanbod en de regeling praktijkleren). In de zorgsector werken de bewindslieden van VWS en de minister van OCW samen aan een Actieplan zorg. Doel is om de knelpunten in de aansluiting tussen onderwijs en de arbeidsmarkt aan te pakken en samen met alle betrokken partijen de samenwerking tussen onderwijs en (zorg)werkgevers in de regio te versterken. Door de veranderingen in de zorgsector moeten zorgverleners niet alleen andere, maar ook complexere vaardigheden bezitten; dit vraagt bij- en omscholing van medewerkers en aanpassingen in het initieel onderwijs. Ook in andere sectoren spelen deze thema s. Vanuit de arbeidsmarkt worden steeds hogere kwalitatieve eisen gesteld aan het opleidingsniveau van afgestudeerden. Afgestudeerden moeten niet alleen over voldoende vakrelevante kennis en vaardigheden beschikken en zichzelf als persoon kunnen ontwikkelen, zij moeten ook goed toegerust zijn om snel en adequaat in te kunnen spelen op nieuwe omstandigheden; ook als zij eenmaal de arbeidsmarkt hebben betreden. Internationale studie-, bestuurs- of arbeidsmarktervaring wordt daarbij steeds meer gewaardeerd. Dit zet het hoger onderwijs flink onder druk: het vereist immers een veelomvattend en intensief curriculum, dat ook voldoende ruimte biedt 1 Cedefop, Skills Forecasts (juni 2013). 14
15 voor arbeidsmarktoriëntatie. Internationaal is met de invoering van het bama-systeem veelal gekozen voor een meerjarige master om dit te accommoderen. Ook in Nederland zien we een stijgend aantal meerjarige masters, maar die uitbreiding blijft tot nu toe beperkt tot een aantal sectoren. De vraag is of dit een houdbare situatie is. Talentontwikkeling en flexibele leerroutes In het recente akkoord over de hervormingen in de studiefinanciering, is de ambitie geformuleerd om de komende jaren stevig in te zetten op het stimuleren van schakelen en doorstromen. De doorstroom verloopt nog altijd niet vlekkeloos. Eenmaal in het hoger onderwijs, switchen nog teveel studenten in het eerste jaar en vallen nog teveel studenten uit. (zie inzet onder aan de paragraaf). Uitgangspunt in het akkoord is dat de weg naar het hoger onderwijs vrij moet zijn van drempels: of deze nu financieel of cultureel van aard zijn. Alle leerlingen en studenten moeten hun talenten maximaal kunnen ontwikkelingen, via die route in het onderwijs die hen het beste past. Dat betekent ook een stevige beroepskolom, naast de route via het algemeen voortgezet onderwijs. Er is de afgelopen jaren al het nodige werk verzet om het Nederlandse onderwijsstelsel flexibeler te maken, met meer doorstroommogelijkheden, meer switchmogelijkheden tussen beroepsgericht en algemeen/meer wetenschappelijk georiënteerd onderwijs en meer mogelijkheden voor een tijdelijke uitstroom naar de arbeidsmarkt. Met onder meer de wet Kwaliteit in Verscheidenheid zijn belangrijke stappen gezet. Voor een deel hebben die te maken met het beperken van de mogelijkheden om een doorstroomroute te volgen die over het algemeen niet succesvol is. Voor een beperkt aantal mbo-hbo routes zijn nadere vooropleidingseisen geformuleerd die de doorstroom vanaf niet meer vanzelfsprekend maken. Ook voor studenten met een hbo-propedeuse bestaat er geen automatische toelating meer tot het wo. Voor de pabo zijn bijzondere nadere vooropleidingseisen geformuleerd. Wanneer aardrijkskunde, geschiedenis en natuur/techniek geen onderdeel hebben uitgemaakt van het eindexamen moet de aspirant-student door middel van toelatingstoetsen aantonen te voldoen aan de eisen. In het vo en mbo wordt gewerkt aan het verbeteren van de taal- en rekenvaardigheden van de leerlingen en studenten, in de vorm van doorlopende leerlijnen, om zo de doorstroom naar het hoger onderwijs succesvoller te maken. Voor havo, vwo en mbo-4 tellen de resultaten voor Nederlands inmiddels mee voor het behalen van het diploma, vanaf het studiejaar geldt dat ook voor rekenen. Ook is er veel werk verzet om het studiekeuzeproces van studenten te verbeteren. Een bewuste studiekeuzes is vaak een goede studiekeuze, zo blijkt. Daarom zijn de 1-mei-datum en de studiekeuzecheck ingevoerd, met positieve eerste ervaringen: de helft van de studenten vindt dat de studiekeuzecheck heeft bijgedragen aan een goede studiekeuze. Goed voorbeeld is het beleid van de Universiteit Utrecht, waar de introductie van de studiekeuzecheck onderdeel was van een pakket aan maatregelen. Dit pakket maatregelen heeft gezorgd voor een afname van de uitval in het eerste jaar met gemiddeld 12%. Proefstuderen (via keuzelessen, het doen van opdrachten etc) lijkt vooralsnog effectiever dan het invullen van digitale vragenlijsten, maar is ook duurder. Sinds september 2013 heeft de Associate degree (Ad) een definitieve plek in de wet. De Ad speelt in op de behoefte van de arbeidsmarkt aan werkenden met een opleidingsniveau tussen mbo-4 en hbo-bachelor. Voor jongeren met een mbo-4-diploma biedt de Ad een belangrijke extra doorstroommogelijkheid, één die soms aantrekkelijker is dan de stap naar een vierjarige hbo-opleiding. Ook voor werkenden en hun werkgevers is de tweejarige duur van de Ad aantrekkelijk. Na het volgen van een Ad, kun je altijd nog doorstromen naar een hbobacheloropleiding en is de drempel om dat te gaan doen voor nogal wat studenten lager. Sinds 2010 staan de hbo-masters nadrukkelijk op de agenda, dankzij twee belangrijke constateringen van de commissie-veerman:,,nederland heeft internationaal vergeleken een beperkt aantal masterstudenten. [ ] Vanuit internationaal perspectief is het Nederlandse beleid ten aanzien van de bekostiging van professionele masters terughoudend. Sindsdien is er het nodige veranderd. Waar vanaf 2009 de ontwikkeling van hbo-masters door een 15
16 subsidieregeling werd gestimuleerd, is deze vanaf 2012 gestimuleerd door hogescholen de mogelijkheid te bieden bekostiging aan te vragen voor hbo-masters die aansluiten op de topsectoren, de sectoren zorg en onderwijs of op een driejarig vwo-traject. Het deeltijd onderwijs is een onmisbaar deel van ons onderwijs. Voor een brede en duurzame inzetbaarheid moeten mensen zich een leven lang kunnen blijven ontwikkelen en moeten mensen ook op latere leeftijd zich kunnen op scholen, bij te scholen of omscholen. Het is dan ook verontrustend dat de deelname aan het bekostigde deeltijd hoger onderwijs de afgelopen jaren sterk is afgenomen; de instroom is gedaald van ruim studenten in 2001 naar ruim in Voor volwassenen die zich verder willen scholen is het van belang dat het aanbod flexibel is, in iedere fase van hun leven en loopbaan optimaal toegankelijk, en qua inhoud en vormgeving afgestemd op de specifieke kenmerken en behoeften van volwassenen. Er is de afgelopen tijd veel in gang gezet om het leven lang leren in Nederland te stimuleren. In 2015/2016 gaan pilots met flexibilisering van start, waarin ruimte wordt geboden voor een flexibele en vraaggerichte invulling van opleidingen voor volwassenen. Hierin wordt aangesloten op wat mensen al kennen en kunnen en op de mogelijkheden en behoeften die de werkplek biedt. Ook wordt daarbij het gebruik van tijd- en plaatsonafhankelijk online leren versterkt. Daarnaast gaan uiterlijk per september 2016 experimenten met vraagfinanciering van start. Volwassen studenten kunnen in aanmerking komen voor vouchers voor opleidingen in de sectoren Techniek, Zorg en Welzijn. Daarbij wordt gefaseerde deelname aan (modulen van) opleidingen mogelijk gemaakt, zodat volwassenen hun opleidingsdeelname beter kunnen afstemmen op pieken en dalen in drukte in werk en privéleven. Ook geldt in de experimenten vraagfinanciering vrijheid van vestigingsplaats, zodat er geen belemmeringen zijn om (delen van) opleidingen op locatie te verzorgen. Daarnaast wordt per 1 september 2017 het levenlanglerenkrediet ingevoerd. Daarmee kunnen ook deeltijdstudenten en dertigplussers via een sociale lening bij de overheid hun collegegeld bekostigen. De eerste generaties studievoorschotstudenten krijgen een voucher om in te zetten vanaf vijf jaar na hun diploma. Doorstroom, instroom en uitstroom: de cijfers Een flink percentage van de vwo ers (88%), de havisten (82%) en de mbo ers (39%) stroomt direct door naar het hoger onderwijs. Daar komt voor de mbo ers nog een aanzienlijk percentage bij (ongeveer 20%) dat op een later tijdstip het hbo instroomt. Ook voor een grote groep mbo ers is het mbo-4-diploma dus een opstap naar het ho. In het studiejaar stopte 35% van de eerstejaarsstudenten met zijn studie. In het hbo (39%) is dit percentage hoger dan in het wo (26%), en is het licht stijgend. De meeste studenten die stoppen met hun studie, switchen naar een andere opleiding. Het percentage dat in het eerste jaar helemaal besluit te stoppen met studeren, bedraagt 15% in het hbo en 5% in het wo. Van de hbo-studenten met een havo-vooropleiding stopt ongeveer 40% in het eerste jaar met zijn studie. Dit percentage is al enige jaren stabiel. Voor de hbo-studenten met een mbo-vooropleiding is sprake van een ongunstige trend: het percentage dat zijn studie staakt, is de laatste vijf jaar toegenomen van 36% naar 41%. Ongeveer de helft daarvan (21% van de mbo ers) stopt helemaal met studeren, de rest switcht van studie. Voor de hbo-studenten met een havo-achtergrond zijn die percentages 28% (switch) respectievelijk 12% (stoppen met studeren). Bij de vwo ers is het percentage dat in het eerste jaar stopt met zijn studie, zowel in het hbo als wo afgenomen. Mbo-ers die in het eerste jaar stoppen met studeren, hebben een arbeidsmarktkwalificatie en kunnen dus als alternatief de arbeidsmarkt betreden. Kiezen zij hier bewust voor, dan is dat prima. Tegelijkertijd is het percentage van de mbo ers dat nu in het eerste jaar stopt (21%), te hoog. Een bewustere keuze vóór de start van de opleiding en een betere aansluiting mbo-hbo moeten dit percentage omlaag kunnen brengen. 16
17 3. Ambities Studenten moeten de kans krijgen, en geprikkeld worden om het maximale uit zichzelf te halen. Niet alleen vanwege de behoefte van de arbeidsmarkt, maar ook omdat het voor studenten zelf belangrijk is uitgedaagd te worden op het eigen niveau en de kans te krijgen het voor hen hoogst haalbare te bereiken. Zeker voor studenten die niet van huis uit aangemoedigd worden om door te studeren, moet het stelsel uitnodigend zijn en moeten er mogelijkheden zijn om ook later in hun loopbaan de stap naar het hoger onderwijs te zetten. Van het hoger onderwijs, en ook van vo en mbo, vraagt dit flexibiliteit en aandacht. Studenten moeten worden begeleid, zowel bij de overgang naar het hoger onderwijs, als gedurende hun studieloopbaan. Als zij de arbeidsmarkt eenmaal betreden hebben, moeten zij wendbaar genoeg zijn om te kunnen blijven inspelen op de eisen die de snel veranderende maatschappij aan hen stelt. Het onderwijsstelsel dat hierbij hoort is zo ingericht dat het doorlopende lijnen en flexibele leerroutes faciliteert, en waarin de belangrijke overgangen van vo en mbo naar ho, en van hbo naar wo, zo georganiseerd zijn dat elke student die overstap soepel kan maken, op zijn eigen manier, en op zijn eigen moment in de (studie)loopbaan. Dit vraagt om een goede samenwerking tussen voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en wetenschappelijk onderwijs, zodat studenten goed voorbereid kunnen kiezen voor een andere onderwijsvorm, en weten wat hen te wachten staat als zij de volgende stap zetten. Het vraagt om een rijk en gedifferentieerd onderwijsaanbod, met voldoende opleidingen, die voorzien in de wens om elke student op zijn niveau te laten excelleren, of dit nu via een Associate degree is, een professionele master, of een wetenschappelijke master. En het vraagt om een onderwijssysteem dat mensen in staat stelt te blijven leren, hun leven lang, ook als zij eenmaal de arbeidsmarkt hebben betreden. Op dit laatste punt zijn de laatste tijd al belangrijke stappen gezet (zie hierboven). 4. Oplossings- en investeringsrichtingen Associate degree Het aantal Ad-programma s is de afgelopen jaren flink gegroeid, van 22 in 2008, naar 239 in Toch blijft de deelname aan Ad-programma s en ook het aanbod vooralsnog achter bij de ambities. In 2014 stonden in totaal 5827 studenten ingeschreven aan een Ad-programma. Dit aantal heeft deels te maken met de pilotfase waarin de Ad aanvankelijk verkeerde en met de onbekendheid bij aspirant-studenten en werkveld. Dit is echter geen afdoende verklaring. Een gedeeltelijke herpositionering van de Ad lijkt nodig. Een uniform model is daarbij niet wenselijk. Ad s moeten kunnen blijven verschillen afhankelijk van de doelgroep (directe mbodoorstromers, werkenden, in enkele gevallen havisten). Wel wordt gedacht aan de volgende mogelijkheden om de Ad s in de toekomst te versterken: De mogelijkheid om zelfstandige Ad-programma s aan te bieden, los van een hbobachelor; waarbij de doorstroommogelijkheid naar een bacheloreindniveau gegarandeerd moeten zijn. De Ad krijgt dan de status van een volwaardige 2-jarige opleiding. Ruimte voor Ad-programma s met een minder specifieke focus op een bepaalde beroepsuitoefening, bijvoorbeeld Ad s gericht op ondernemerschap of projectleiderschap. De NVAO zal advies uitbrengen over de borging van een betekenisvol civiel effect. Een voorbeeld van een geslaagd model is de Rotterdam Academy (RAC), waarin de Hogeschool Rotterdam en de ROC s Zadkine en Albeda samenwerken. De RAC is fysiek een aparte school met een breed palet aan Ad-programma s (van kunst tot techniek), een apart coachingstraject en een speciale praktijklijn. Van 170 studenten in 2011 is de RAC nu gegroeid naar bijna studenten. Zes hogescholen overwegen iets vergelijkbaars te beginnen, elk met een eigen kleur, passend bij de lokale omstandigheden en samenwerkingsverbanden, maar net als de 17
18 RAC met een aparte organisatorische setting en een pedagogisch concept dat in samenwerking met het mbo wordt ontwikkeld. Regionale samenwerking vo/mbo-ho In het mbo moet de aansluiting op het hoger onderwijs verbeteren. De mbo-opleidingen worden intensiever, uitdagender en de invoering van keuzedelen (verplicht vanaf ) biedt de mogelijkheid om mbo-studenten die overwegen verder te studeren, extra voor te bereiden op een vervolgopleiding. Zo zijn er keuzedelen ontwikkeld die gericht zijn op de doorstroom naar het hbo, en keuzedelen die voorbereiden op specifieke vervolgopleidingen in het hbo, bijvoorbeeld instroom pabo en voorbereiding hbo kunstonderwijs. Belangrijk is dat hbo en mbo bij de ontwikkeling en invulling van de keuzedelen nadrukkelijk samen optrekken. Samenwerking tussen vo-scholen en ho-instellingen en mbo-scholen en hogescholen moet het uitgangspunt zijn bij alle maatregelen die zien op een verbetering van de aansluiting. Samen zijn de instellingen immers verantwoordelijk voor de succesvolle leerloopbaan van hun leerlingen die doorstromen. En samen, als keten, kunnen zij het verschil maken. In het beleid, ook van de overheid, komt dat nu niet altijd naar voren en worden vooral resultaten binnen de eigen sector en binnen de eigen instelling beloond. Wat betekent het voor de nieuw te maken kwaliteitsafspraken als de verantwoordelijkheid voor een succesvolle doorstroom meer bij voen ho-instellingen of mbo-instellingen en hogescholen samen wordt gelegd? Met het oog op een succesvolle doorstroom van hun leerlingen, weten in een aantal regio s toeleverende vo- en mbo-scholen en ontvangende hogescholen en universiteiten elkaar al goed te vinden. Op allerlei terreinen wordt samengewerkt om het onderwijs inhoudelijk beter op elkaar te laten aansluiten en de leerlingen te begeleiden bij een goede studiekeuze en bij de overstap. Goede ervaringen zijn er met docentenuitwisseling en met zogenoemde docentontwikkelteams (DOT s), waarin docenten uit verschillende sectoren werken aan gezamenlijke vakontwikkeling, een verbeterde aansluiting van het onderwijs en/of betere loopbaanoriëntatie en begeleiding (LOB). Ook gegevensuitwisseling tussen scholen over het studiesucces van (oud)leerlingen blijkt een belangrijke prikkel te zijn voor extra inspanningen om de doorstroom te verbeteren. Dit geldt zeker als deze gegevensuitwisseling wordt gecombineerd met het goede gesprek tussen de scholen over hoe deze gegevens geïnterpreteerd moeten worden. De overheid zou hier verder in kunnen investeren, door te bouwen aan een infrastructuur die deze uitwisseling van data stimuleert. Gesprekken over successen en tegenvallers, over waarom de leerlingen van de ene school wel voor die moeilijke toets op het vervolgonderwijs slagen en de leerlingen van de andere school niet, zijn gesprekken die gevoerd moet worden. Het past bij de ketenbenadering van het Sectorakkoord VO dat studiesucces in het ho als kwaliteitsdimensie wordt gezien van ho én vo. Verdere professionalisering van docenten op het terrein van LOB, aansluiting en kennis van de vakinhoud die in de andere sector wordt aangeboden, is cruciaal. Regionale leergemeenschappen van professionals uit verschillende sectoren (al dan niet gevoed door praktijkgericht onderzoek) spelen daarbij een belangrijke rol. Kwetsbaar is dat het succes van de regionale samenwerkingsverbanden nog vaak afhangt van de toevallige personele bezetting bij de instellingen. Wat is er nodig om deze samenwerking over grenzen heen, in het belang van de leerlingen, beter te borgen en kennis en ervaringen tussen regio s beter te verspreiden. Wat kunnen de scholen in de regio s zelf en waarin zou de overheid hen verder moeten faciliteren? Extra onderwijstijd Investeringen in extra onderwijstijd in de vorm van schakelprogramma s mbo-hbo kunnen een goede oplossing zijn voor mbo-studenten die willen doorstromen, maar die voor een succesvolle doorstroom nog wat extra ondersteuning nodig hebben. Vanaf 2015 zijn er via de lumpsum van mbo-instellingen middelen ( 4 mln.) beschikbaar voor schakelprogramma s in het mbo. Met deze middelen kunnen leerlingen die hun mbo 4 hebben afgerond, schakelprogramma s volgen ter voorbereiding op het hbo. Dat hoeven geen traditionele schakelprogramma s te zijn, waarin fysieke aanwezigheid verplicht is. Ook met 18
19 online modules kunnen studenten zich goed bijscholen in de vakken waarin zij nog een kennisachterstand hebben. Hoe kunnen maatregelen / investeringen op het gebied van extra onderwijstijd de doorstroom nog verder verbeteren? Doorstroom naar de master: meer professionele masters Een volwaardig hogeronderwijsstelsel, met daarbinnen een volwaardige beroepskolom, biedt meer mogelijkheden voor studenten voor wie beroepsgerichte opleidingen passend zijn, om een professionele masteropleiding te volgen. Maar de reeds ingezette maatregelen op dit terrein, hebben nog niet tot het gewenste effect geleid. Het aantal aanvragen voor bekostigde hbo-masters is weliswaar gestegen, maar de stijging is minder groot dan verwacht en concentreert zich vooral in de kunstsector. Ook is het aantal ingeschrevenen in hbomasteropleidingen niet toegenomen. Tot 2010 steeg dit aantal naar ingeschrevenen, daarna trad een daling in naar in De laatste twee jaar is er weer sprake van een lichte stijging naar in De vraag is hoe we het hbo-masteraanbod verder kunnen vergroten. Is een landelijke verkenning naar de behoefte aan hbo-masters onder studenten en het werkveld nodig? Zal zo n verkenning hogescholen stimuleren hbo-masteropleidingen te ontwikkelen die voldoen aan die behoefte? Doorstroom hbo-wo Willen we het aantal masteropgeleiden vergroten, dan moeten er ook reële mogelijkheden zijn voor hbo-bachelorstudenten om door te studeren in een wo-master. Tegelijkertijd kan de overstapmogelijkheid van hbo-bachelor naar wo-master de aantrekkingskracht van het hbo voor vwo ers vergroten (ResearchNed, 2011). De daling van het percentage vwo ers dat rechtstreeks doorstroomt naar het hbo is gestopt, maar van een stijging is ook nog geen sprake. Sinds 2008 is het percentage stabiel (12%). Maatregelen in de wet Studievoorschot zorgen ervoor dat schakelprogramma s hbo-wo voor studenten aantrekkelijker worden: het tarief voor schakelprogramma s is vanaf 2017/2018 gemaximeerd op eenmaal het wettelijk collegegeld, of een proportioneel deel daarvan (afhankelijk van de omvang van de studielast). Het kabinet gaat er vanuit dat deze schakelprogramma s kort zijn: maximaal een half jaar en bij hoge uitzondering een jaar. 5. Tot slot: discussievragen Het in gang zetten van de hierboven genoemde ambities, ontwikkelingen en oplossingsrichtingen kost veel tijd en aandacht. Tegelijkertijd vindt al heel veel plaats binnen instellingen en opleidingen. Hier moet met kracht op worden voortgebouwd; ervaringen positief én negatief moeten worden uitgewisseld. Van elkaar leren. Dat is immers ook de kracht van het Nederlands hoger onderwijs. 1. Worden de hiervoor geschetste beelden herkend? 2. Benoem een concrete, gedeelde ambitie voor het thema van deze discussienotitie. 3. Gezien deze ambitie: o welke opdracht geef je mee aan de overheid/ocw? o Welke opdracht geef je mee aan de instellingen? o Welke opdracht geef je mee aan studenten? 19
De waarde(n) van weten
De waarde(n) van weten STRATEGISCHE AGENDA HOGER ONDERWIJS 2015-2025 9 oktober 2015 De HO tour Waarom veranderen? Leven en werken in een in toenemende mate onvoorspelbare, complexe en geglobaliseerde wereld.
Nadere informatieDiscussienotitie HO-tour. Doorstroom beroepskolom en aansluiting arbeidsmarkt
Discussienotitie HO-tour Doorstroom beroepskolom en aansluiting arbeidsmarkt Zoals ook de WRR in haar advies Naar een lerende economie stelt, is voor onze welvaart en ons welzijn een goed opgeleide beroepsbevolking
Nadere informatieWendbaar en waarde(n)vol onderwijs!
Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! In ons onderwijs staat de mens centraal, of het nu gaat om studenten of medewerkers, om ouders of werknemers uit het bedrijfsleven, jongeren of volwassenen. Wij zijn
Nadere informatieCijfermatige achtergrondinformatie ten behoeve van Slotconferentie HO-tour
Cijfermatige achtergrondinformatie ten behoeve van Slotconferentie HO-tour In deze bijlage zijn feiten en cijfers opgenomen over het hoger onderwijs die illustratief kunnen zijn voor de discussies in de
Nadere informatieDuurzaam toerusten voor arbeidsmarkt en
Duurzaam toerusten voor arbeidsmarkt en samenleving Stel hogere eisen aan het arbeidsmarktperspectief Handhaaf het startkwalificatieniveau met extra aandacht aan studiekeuze mbo niveau 2 studenten. Biedt
Nadere informatiePiter Jelles Strategisch Perspectief
Piter Jelles Strategisch Perspectief Strategisch Perspectief Inhoudsopgave Vooraf 05 Piter Jelles Onze missie 07 Onze ambities 07 Kernthema s Verbinden 09 Verbeteren 15 Vernieuwen 19 Ten slotte 23 02 03
Nadere informatieKadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015
Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Doel en beoogde opbrengst van de dialoog De opdracht van het platform is te komen tot een integrale, maatschappelijk breed gedragen en
Nadere informatieIn gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst
In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst Leraar Schoolleider Bestuurder Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst.
Nadere informatieInvesteren in kwaliteit Kansrijk op arbeidsmarkt. Onderzoek met impact. Hbo als emancipatiemotor. Hbo in vogelvlucht. #hbocijfers
Investeren in kwaliteit Kansrijk op arbeidsmarkt Hbo als emancipatiemotor Onderzoek met impact Hbo in vogelvlucht #hbocijfers Februari 2018 Hbo als emancipatiemotor 453.354 Ingeschreven studenten in studiejaar
Nadere informatieDAG VAN DE BEROEPSKOLOM 9 O K TO B E R 20 1 5
DAG VAN DE BEROEPSKOLOM MBO-HBO 9 O K TO B E R 20 1 5 Doelen Kijken wat al goed werkt Nagaan of iets bijdraagt aan de kwaliteit van de aansluiting en doorstroom Aangeven wat kan verder worden uitgewerkt
Nadere informatieWerkgevers Ondernemers. In gesprek over de inhoud van het onderwijs
Werkgevers Ondernemers In gesprek over de inhoud van het onderwijs 1 Algemeen Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst. Deel gedachten,
Nadere informatieContextschets Techniek
Contextschets Techniek Nationaal Techniekpact 2020... 2 Welke activiteiten ondernemen de hbo-instellingen?... 2 Welke activiteiten ondernemen de universiteiten?... 3 Welke activiteiten onderneemt de 3TU?...
Nadere informatieONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA
ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA VOORWOORD Hoe leiden we elke student op tot de professional voor de wereld van morgen? Met de blik op 2025 daagt die vraag
Nadere informatieFactsheet Toelatingstoets PABO
Pabo-opleidingen zitten in de lift De pabo s hebben de afgelopen jaren veel stappen gezet om de kwaliteit verder te versterken, onder meer door de invoering van de toelatingstoetsen. Deze maatregelen betalen
Nadere informatieToekom(st)room LOB Een stroompunt loopbaangericht onderwijs
SAMENVATTING Toekom(st)room LOB Een stroompunt loopbaangericht onderwijs Advies over hoe LOB na 5 jaar Stimulering LOB verder moet. Utrecht, 1 december 2014 ACHTERGROND Van studie kiezen naar loopbaan
Nadere informatieWet Kwaliteit in verscheidenheid
Wet Kwaliteit in verscheidenheid Betekenis voor de doorstroom vo-hbo en mbo-hbo Presentatie VvSL-congres 7 november 2013 Pierre Poell voorzitter LICA Onderwerpen Achtergrond Wet Kwaliteit in verscheidenheid
Nadere informatieProfessionele Masters. Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters
Professionele Masters Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Professionele Masters Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Inhoud 5 Voorwoord 7 Inleiding 8 Professionele
Nadere informatie4 Toegankelijkheid optimaliseren
4 Toegankelijkheid optimaliseren Benutten van talent betekent ook dat degenen die na een vooropleiding geschikt zijn voor een opleiding in het hoger onderwijs dit onderwijs ook kunnen volgen. Institutionele
Nadere informatiemiddelbaar beroepsonderwijs Brainport regio Eindhoven Onderwijsvisie Onze kijk op onderwijs
middelbaar beroepsonderwijs Brainport regio Eindhoven Onderwijsvisie Onze kijk op onderwijs Summa College maart 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: De vijf onderwijspijlers 4 Hoofdstuk 2: De vijf onderwijspijlers
Nadere informatieHet Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:
BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse
Nadere informatieFlexibilisering van het onderwijs aan volwassenen kan alleen door het systeem volledig anders te gaan opzetten en is niet gebaat bij het veranderen
19 JUNI 2014 Flexibilisering van het onderwijs aan volwassenen kan alleen door het systeem volledig anders te gaan opzetten en is niet gebaat bij het veranderen van de bestaande situatie Flexibilisering
Nadere informatieRegionaal verslag. Landelijk debat Ons Onderwijs Den Haag, 28 mei 2015
Regionaal verslag Landelijk debat Ons Onderwijs 2032 Den Haag, 28 mei 2015 1. Een korte impressie van de dialoog De debatavond in Den Haag bij het HCO is bezocht door circa 35 deelnemers. Van de aanwezige
Nadere informatieDoorstroom mbo-studenten naar lerarenopleidingen op de Hogeschool Rotterdam: de stand van zaken
Doorstroom mbo-studenten naar lerarenopleidingen op de Hogeschool Rotterdam: de stand van zaken Factsheet september 2009. Contactpersoon: Daphne Hijzen, onderzoeker en lid van de Kenniskring beroepsonderwijs
Nadere informatieStudenten over onderwijskwaliteit en talentontwikkeling. Uitkomsten van een dialoog met studenten van Fontys Hogescholen
Studenten over onderwijskwaliteit en talentontwikkeling Uitkomsten van een dialoog met studenten van Fontys Hogescholen Ten geleide Op 14 oktober 2015 en 4 april 2016 hebben docenten en het college van
Nadere informatieDatum 8 februari 2016 Antwoord op schriftelijke vragen van het lid Mohandis (PvdA) over het bericht dat selectie aan de poort allochtonen dupeert
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Hoger Onderwijs & Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375
Nadere informatieOnderwijsconcept Albeda Zet De Toon!
Onderwijsconcept Onderwijsconcept Albeda Zet De Toon! Voorwoord Albeda heeft een mooie en grote maatschappelijke opdracht. We willen een TOP-school zijn voor studenten en bedrijven in de stad Rotterdam
Nadere informatie1. Keuzedelen. 2. Uitrol van de Associate degree, omdat. 3. Regionale Associate Colleges. 4. Flexibilisering
Hans Daale Leido 1. Keuzedelen 2. Uitrol van de Associate degree, omdat 3. Regionale Associate Colleges 4. Flexibilisering Keuzedelen vanaf 2016 Mogelijkheden voor keuzedelen gericht op het hbo Keuzedelen:
Nadere informatieSTRATEGISCHE AGENDA DE WAARDE(N) VAN WETEN EN OPEN ONDERWIJS
STRATEGISCHE AGENDA DE WAARDE(N) VAN WETEN EN OPEN ONDERWIJS Netwerk SIG Open Education 9 oktober 2015 1 SPEERPUNTEN 1. Kleinschalige leergemeenschappen 2. Rijke leeromgeving 3. Kwalitatief goede en inspirerende
Nadere informatieEen bloeiende kwaliteitscultuur
Discussienotitie HO Tour West Een bloeiende kwaliteitscultuur Inleiding Studenten van nu staan voor de uitdagingen van de toekomst. In een wereld waarin de arbeidsmarkt zich internationaal ontwikkelt en
Nadere informatiePartnerschap. en scholen werken op basis van een gezamenlijke verantwoordelijkheid samen met studenten aan hun ontwikkeling tot professional.
Sinds een tiental jaren hebben we opleidingsvormen ontwikkeld die recht doen aan zowel vakbekwaamheid als praktijkkennis van aanstaande leraren. In toenemende mate doen we dat op basis van opleiden in
Nadere informatieAandacht voor jouw ambitie!
Aandacht voor jouw ambitie! ROC Rivor is hét opleidingscentrum van regio Rivierenland. Wij bieden een breed scala aan opleidingen, cursussen en trainingen voor jongeren en volwassenen. Toch zijn we een
Nadere informatieDe voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG.. Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375
Nadere informatieMonitor beleidsmaatregelen 2014. Anja van den Broek
Monitor beleidsmaatregelen 2014 Anja van den Broek Maatregelen, vraagstelling en data Beleidsmaatregelen Collegegeldsystematiek tweede studies uit de Wet Versterking besturing inclusief uitzonderingen
Nadere informatieFeiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers
Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers April 2017 Inhoud 1 Het algemene beeld 2 2 Start van de studie: uitvallers 4 3 Start van de studie: wisselaars 5 4 Afsluiting van de studie: studiesucces
Nadere informatieSubsector overig. Subsector overig
Subsector overig Samenvatting... Grote subsector... 2 Veel switchende studenten... 3 Hoge uitval onder mbo ers... 4 Hoog wo-diplomarendement... 4 Minste studenten van hbo naar wo... 4 8 accreditaties na
Nadere informatieStudenten lerarenopleiding. In gesprek over de inhoud van het onderwijs
Studenten lerarenopleiding In gesprek over de inhoud van het onderwijs 1 Algemeen Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst. Deel
Nadere informatieCONVENANT ASSOCIATE DEGREE
CONVENANT ASSOCIATE DEGREE 3 juli 2018 Partijen: 1. de vereniging MBO Raad, statutair gevestigd en kantoorhoudend te (3447 GM) Woerden aan het adres Houttuinlaan 6, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de
Nadere informatieFlexibel en vraaggericht hoger onderwijs voor werkenden
Flexibel en vraaggericht hoger onderwijs voor werkenden Informatiebijeenkomst VBZ/Sigra 17 januari 2017 Yvonne Bernardt Ministerie van OCW 1 Opzet presentatie 1) Belang van meer flexibiliteit en vraaggerichtheid
Nadere informatieProtocol PDG en educatieve minor
Protocol PDG en educatieve minor 28 april 2014 Inhoud Protocol voor beoordelingen door de NVAO van de kwaliteit van de afstudeerrichtingen algemeen vormend onderwijs en beroepsgericht onderwijs, het traject
Nadere informatieFeiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. Mei 2015
Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs Mei 2015 Feiten en cijfers 2 Inleiding Op 19 mei 2015 hebben de hogescholen hun strategische agenda #hbo2025: wendbaar & weerbaar1
Nadere informatieWERKBOEK VERNIEUWING VMBO & LOB. Bijeenkomst Stichting Platforms vmbo
27-05-2014 WERKBOEK VERNIEUWING VMBO & LOB Bijeenkomst Stichting Platforms vmbo INHOUD 1. Presentatie samen verantwoordelijk voor LOB een kwestie van krachten bundelen 3 2. Opdrachten vernieuwing vmbo
Nadere informatieSuccesvolle leerlingen in een kleurrijke omgeving februari 2015
- Missie/Visie - Succesvolle leerlingen in een kleurrijke omgeving februari 2015 Op AMS staat de leerling centraal. Dat betekent dat alles wat we doen er op gericht is om iedere leerling zo goed mogelijk
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375
Nadere informatieInhoud. Voorwoord 03. Missie en kernwaarden 07. Nieuwe perspectieven voor de toekomst 13. Beloften 23. Merkbaar en herkenbaar 37
Inhoud Voorwoord 03 Missie en kernwaarden 07 Nieuwe perspectieven voor de toekomst 13 Beloften 23 Merkbaar en herkenbaar 37 01 Voorwoord ROC Friese Poort staat midden in de samenleving, want onderwijs
Nadere informatieFLEXIBILISERING, MAAR DAN METEEN GOED
FLEXIBILISERING, MAAR DAN METEEN GOED en met de Associate degree Hans Daale - Leido opzet Invoering van de associate degree als opleiding Flexibilisering, verticaal en horizontaal, van de beroepskolom
Nadere informatie' Zijn wie je bent. Dat is geluk.'
identiteitsbewijs ' Zijn wie je bent. Dat is geluk.' Erasmus 4 Onderwijs draait om mensen Onderwijs draait om mensen. Als we met elkaar in het onderwijs iets willen bereiken, dan draait alles om passie,
Nadere informatieStrategie in Beweging. Koersnotitie. versie 4
Strategie in Beweging Koersnotitie versie 4 Onze Opdracht Het Waartoe zijn wij hier in Alphen aan den Rijn en omgeving? Voor welk vraagstuk zijn wij het antwoord? 1. Wij zijn een stichting voor primair
Nadere informatieInstroom en inschrijvingen
Instroom en inschrijvingen Minder studenten beginnen aan opleidingen in de sector Onderwijs... 2 Instroom pabo keldert in 2015 maar herstelt zich deels in 2016... 3 Minder mbo ers naar sector Onderwijs...
Nadere informatiein het mbo Werken aan uitstroom - instroom
ONTWIKKELINGEN CULTUUREDUCATIE IN HET MBO ONDERWIJSVERNIEUWING Onderwijsvernieuwing in het mbo Onderwijs 2032, nieuwe speerpunten voor het kunstvakonderwijs én binnen het mbo een eigen verklaring over
Nadere informatieDag van de Beroepskolom. 12 oktober 2018
Dag van de Beroepskolom 12 oktober 2018 Doelstelling Kruip in de huid van een mbo-student en probeer te ervaren wat de belangrijkste beslismomenten zijn op weg naar het hbo Identificeer die momenten en
Nadere informatieWetsvoorstel Invoering associate degreeopleiding. LICA bijeenkomst 16 november 2016
Wetsvoorstel Invoering associate degreeopleiding LICA bijeenkomst 16 november 2016 1 Vragen die ik ga proberen te beantwoorden Wat is de associate degree-opleiding en voor wie is het? Wat is van belangrijk
Nadere informatieFeiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016
Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs April 2016 Feiten en cijfers 2 Het algemene beeld Start van de studie uitval en wisselaars Tal van inspanningen bij hogescholen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 03 30 079 VMBO Nr. 36 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 9 oktober
Nadere informatieDe kracht van samenwerking. Brainport Development, 2014
1 De kracht van samenwerking Brainport Development, 2014 2 De kracht van samenwerking Brainport Development, 2014 VAN KORTSLUITING NAAR CONTACT BETA CHALLENGE PROGRAMMA EEN LEERROUTE MAVO-MBO-HBO Henk
Nadere informatieHet vernieuwende van de aanpak van het Zorgpact, is dat onderwijs en arbeidsmarkt met elkaar worden verbonden tot een samenhangend geheel
Waarom het Zorgpact? In de zorg en welzijn volgen ontwikkelingen elkaar in rap tempo op. Om hierop in te kunnen spelen moeten zorgprofessionals meebewegen met deze ontwikkelingen door te blijven leren,
Nadere informatieSTAND VAN EDUCATIEF NEDERLAND
STAND VAN EDUCATIEF NEDERLAND Onderwijsraad TRNDR-resultaten Hilversum, 20 februari 2019 1 TRNDR-RESULTATEN (14-12-2018 T/M 15-02-2019) 2 1. TOP 10 TRENDS Onderwijsraad - TRNDR resultaten 3 TOP 10 TRENDS
Nadere informatieDeze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken.
ONDERWIJSVISIE OP HO OFDLIJNEN Geachte collega s, 1 Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken. We
Nadere informatiewaarom? externe drivers Technologie Digitalisering Globalisering
waarom? externe drivers 1 Technologie Digitalisering Globalisering Wat zijn de dominante factoren die leren en werken veranderen in de 21ste eeuw? externe drivers Voortgaande digitalisering veroorzaakt
Nadere informatieHOGER BEDRIJFSDIPLOMA
HOGER BEDRIJFSDIPLOMA 7 APRIL 2016 HANS DAALE LEIDO WAT VOORBIJ KAN GAAN KOMEN Doelstellingen van deze bijeenkomst Kaders HBd (wat is een HBd) Recente, relevante ontwikkelingen (nationaal en internationaal)
Nadere informatieErvaringen van studenten met verschillende routes naar het hoger beroepsonderwijs
Ervaringen van studenten met verschillende routes naar het hoger beroepsonderwijs Harm Biemans 1, Jan Harbers 2, Hans Mariën 3, Erik Fleur 4 & Tanya Beliaeva 4 1 Wageningen University; 2 Terra Groningen;
Nadere informatieDuurzaam leren, werken en innoveren
Duurzaam leren, werken en innoveren 23 april 2015 Faculteit Bèta Sciences and Technology i.s.m. Metaalunie & FME Agenda Organisatie Faculteit Bèta Sciences & Technology en Onderwijsvisie Kennisdeling Werken,
Nadere informatieGROEI LOOPBAAN ONTWIKKELING EIGEN REGIE TALENT INNOVATIEKRACHT BEWUST PERSONEEL FLEXIBILITEIT ZELFSTURING EMPLOYMENT NETWERKEN TOEKOMST WERKNEMER
KADER LOOPBAANONTWIKKELING DIALOOG BEWUST TOEKOMST ZELFSTURING TALENT INNOVATIEKRACHT LOOPBAAN ONTWIKKELING FLEXIBILITEIT EIGEN REGIE NETWERKEN GROEI PERSONEEL KWALITEITEN EMPLOYMENT WERKNEMER INLEIDING
Nadere informatieVerbetering aansluiting havo-hbo
Verbetering aansluiting havo-hbo Inleiding Al langere tijd worden binnen vo, hbo en gemeente gesprekken gevoerd over de verbetering van de overstap van havo naar hbo. Er is veel onderzoek gedaan naar ongediplomeerde
Nadere informatieExcellente docent in de mbo-praktijk
Excellente docent in de mbo-praktijk Uitwisseling scholen HU 7 maart 2014 ROCMN P&O 5-3-2014 1 ROC Midden Nederland Profiel: Kwaliteit, kleinschaligheid en persoonlijk contact Nauwe verbinding met regionale
Nadere informatieStrategienota Ruimte, Relatie & Rekenschap
Strategienota 2019-2022 Ruimte, Relatie & Rekenschap 2 Strategienota Landstede Groep 2019-2022 Inhoudsopgave Inleiding 4 Hoofdstuk 1 Missie & waarden 6 1.1 Missie 6 1.2 Waarden 6 We willen ontwikkelen
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375
Nadere informatieforum beroepsonderwijs. DEC 6 dilemma s pittige discussies constructieve uitkomsten én hilarische momenten 1 oktober 2015 @THNK
forum beroepsonderwijs 1 oktober 2015 @THNK Vindt u ook wat van het beroepsonderwijs? Praat mee! De volgende bijeenkomst vindt plaats op: n e x t DEC 3 Terugblik op het eerste Forum op 1 oktober met als
Nadere informatiefr, Vere : Geachte mevrouw Bussemaker,
t 0 4 fr, Vere : Hogeschoe1if Prinsessegracht 21 Postbus 123 2501 CC Den Haag t (070)31221 21 f(070)31221 00 Aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap - Mevrouw dr. M. Bussemaker Postbus 16375
Nadere informatieStrategische agenda. Auteur Datum. Jan Bartling
Strategische agenda Auteur Datum Jan Bartling 13-09-2018 Strategische agenda digitalisering mbo 2 Strategische agenda digitalisering mbo Bronnen onderzoek Interviews 16 april: conferentie Consultatie Concretiseren
Nadere informatieKopopleiding Leraar Omgangskunde. Bachelor of Teacher Education in Social Skills - Voltijd
2019 2020 Kopopleiding Leraar Omgangskunde Bachelor of Teacher Education in Social Skills - Voltijd In het kort Weinig beroepen zijn zo gevarieerd als het beroep van leraar. Je bent studieloopbaanbegeleider,
Nadere informatieSAMEN WERKEN AAN ONDERWIJS IN WESTLAND TOEKOMSTVISIE ISW
1 SAMEN WERKEN AAN ONDERWIJS IN WESTLAND SAMEN WERKEN AAN ONDERWIJS IN WESTLAND 1 We nodigen iedereen van harte uit met ons mee te denken en mee te doen 2 Onderwijs doe je samen INLEIDING Op 1 september
Nadere informatieDe hbo er aan het werk
De hbo er aan het werk Hogescholen leiden op voor de arbeidsmarkt. Dat doen zij met succes. Het overgrote deel van de studenten vindt binnen 3 maanden een baan op minimaal hbo-niveau. Beroepen en functies
Nadere informatieGeactualiseerde Missie en Visie
Geactualiseerde Missie en Visie Versie juli 2018 Missie De HvA is een kennisinstelling die met een breed aanbod aan beroepsonderwijs een grote variëteit aan studenten opleidt die hun talenten maximaal
Nadere informatieSubsector pedagogische opleidingen
Samenvatting... 2 Gemiddeld in aantal en inschrijvingen... 2 Meeste instroom in hbo-... 3 Weinig uitval... 3 Relatief minder switchers... 3 Hoog rendement in hbo-bachelor en wo-master... 3 Accreditatie-uitkomsten:
Nadere informatieDe voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Kennis IPC 5200 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieNa het examen havo / atheneum 2015/2016
Na het examen havo / atheneum 2015/2016 Decanen Havo: Atheneum-5/6: Anita Schutte Marja Bos HO = Hoger Onderwijs HBO Hoger BeroepsOnderwijs WO Wetenschappelijk (universitair, academisch) Onderwijs Na havo-5
Nadere informatieDatum 09 september 2014 Betreft Aanbieding OESO-rapport Education at a Glance 2014 Onze referentie 659029
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Kennis IPC 5200 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag
Nadere informatieWINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS. Inspirators voor de toekomst
WINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS 90 Tweedegraads docenten en hbo-bachelors met een pedagogisch-didactisch getuigschrift die lesgeven in een beroepsgericht vak, kunnen bij
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 30 012 Leven Lang Leren Nr. 52 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieVAN KORTSLUITING NAAR CONTACT BETA CHALLENGE PROGRAMMA EEN LEERROUTE MAVO-MBO-HBO
VAN KORTSLUITING NAAR CONTACT BETA CHALLENGE PROGRAMMA EEN LEERROUTE MAVO-MBO-HBO April 2014 Kenschets 1963 Ons onderwijsbestel 1963 (opmaat voor Mammoetwet ) Van Mammoet 1968 Industriële vormgeving: lineair
Nadere informatieOnderwijs van de 21ste eeuw:
Onderwijs van de 21ste eeuw: didactiek, wetenschap en technologie 2015-2016 ACADEMIE PEDAGOGIEK EN ONDERWIJS saxion.nl/apo Onderwijs van de 21 ste eeuw: didactiek, wetenschap en technologie Professionaliseringsaanbod
Nadere informatieAchtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:
Achtergrond Basisschool De Regenboog staat in de wijk Zuid-west in Boekel en valt onder het bestuur van Zicht PO. Evenals de andere scholen onder dit bestuur gaan wij de komende periode vorm geven aan
Nadere informatieCao Metalektro: die deal doen we samen
Cao Metalektro: die deal doen we samen De drive om iets slimmer, sneller of beter te doen met de inzet van techniek, heeft de maakindustrie in ons land groot gemaakt. En daar zijn we trots op. Met technologische
Nadere informatieVISIE OP ONDERWIJS. Associate degrees voltijd
VISIE OP ONDERWIJS Associate degrees voltijd Voor u ligt de Visie op Onderwijs voor de Associate degree-opleidingen. Deze visie is tot stand gekomen met de partners in het mbo en het hbo in de regio. In
Nadere informatieUitval studenten. Sectorbeeld Onderwijs, Inspectie van het Onderwijs,
Studenten sector Onderwijs vallen vaker uit... 2 Veel uitval bij 2 e graads hbo... 3 Meer uitval van pabo studenten met mbo-achtergrond... 5 Steeds meer mannen vallen uit bij pabo... 7 Studenten met niet-westerse
Nadere informatieBusiness College Notenboom & Business School Notenboom
University of Applied Sciences Business College Notenboom & Business School Notenboom Ondernemend Inspirerend Ambitieus MBO 4 in 2 jaar HBO-Ad in 2 jaar HBo in 3 of 4 jaar Transparant Persoonlijk Notenboom
Nadere informatieContact. particuliere hogeschool voor beroepsonderwijs. bezoekadres Handelskade 75. postadres Postbus 2119 7420 AC Deventer
Contact bezoekadres Handelskade 75 postadres Postbus 2119 7420 AC Deventer telefoon 0570-60 30 83 fax 0570-60 37 05 e-mail info.next@saxion.nl particuliere hogeschool voor beroepsonderwijs Hbo Tweedegraadslerarenopleiding
Nadere informatieKopopleiding Leraar Omgangskunde. Bachelor of Teacher Education in Social Skills - Voltijd
2019 2020 Kopopleiding Leraar Omgangskunde Bachelor of Teacher Education in Social Skills - Voltijd In het kort Weinig beroepen zijn zo gevarieerd als het beroep van leraar. Je bent studieloopbaanbegeleider,
Nadere informatieHierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het lid Wiersma (VVD) van uw Kamer inzake de techniekopleidingen in het mbo.
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Middelbaar Beroeps Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ
Nadere informatieVernieuwing masterfase UU Inputsessies met studenten. Sessie 3 Keuzemogelijkheden en interdisciplinariteit
Vernieuwing masterfase UU Inputsessies met studenten Sessie 3 Keuzemogelijkheden en interdisciplinariteit Resultaten van inputsessie 10 juni 2014 Introductie Deze PowerPoint bevat de resultaten van de
Nadere informatieUNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS. MASTER OF SCIENCE SCIENCE EDUCATION AND COMMUNICATION
UNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS. MASTER OF SCIENCE SCIENCE EDUCATION AND COMMUNICATION LERARENOPLEIDING NATUURKUNDE, WISKUNDE, SCHEIKUNDE, INFORMATICA EN ONTWERPEN Heb jij een technische bachelor gevolgd
Nadere informatieDe voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering IPC 2250 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus
Nadere informatieGeachte mevrouw Schippers,
De informateur, mevrouw drs. E.I. Schippers pa: Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG E-mail Schooleman@vereniginghogescholen.nl Doorkiesnummer 070 3122614 Datum 6 april 2017
Nadere informatiePedagogisch Professional Kind en Educatie
Associate Degree Pedagogisch Professional Kind en Educatie Voorlichting 21 juni 2016 AANLEIDING ONTWIKKELING OPLEIDING PEDAGOGISCH PROFESSIONAL KIND EN EDUCATIE Nieuwe onderwijsvormen (IKC, SLIMfit, Sterrenscholen)
Nadere informatieLoopbaanoriëntatie Het LOB-programma in 4 havo en 5 vwo
Loopbaanoriëntatie Het LOB-programma in 4 havo en 5 vwo De juiste keuze? Het keuzeproces bij jongeren. LOB programma. Praktisch LOB = Het kiezen van een vervolgopleiding Van puber naar adolescent. Peergroup
Nadere informatieAdvies onderzoeksfase Lef L up! Samenvatting
Advies onderzoeksfase Lef L up! Samenvatting Achtergrond Aansluitend op de strategische doelstelling van Noorderlink 'Mobiliteit tussen Noorderlink organisaties bevorderen' gaan we de kracht van het netwerk
Nadere informatieYoungWorks. weet wat jongeren beweegt. & leerconcepten
YoungWorks Academy weet wat jongeren beweegt ONderwijs & leerconcepten InhoudsOpgave 5 YoungWorks Academy, onderwijs en leerconcepten 9 Thema s & Lezingen en presentaties 10 Workshops en trainingen 12
Nadere informatieVeranderingen en maatregelen die rendementen kunnen beïnvloeden Roel van Asselt
rendementen kunnen beïnvloeden Roel van Asselt Inhoud 1. Ontwikkeling hbo-diplomarendement tot en met 2013 2. Veranderingen in betreffende periode, die verklarend kunnen zijn 3. Dilemma s hborendementen
Nadere informatieInschrijvingen en Instroom
Veel studenten... 2 Minder studenten beginnen aan deeltijdopleiding... 3 Behoorlijk minder hbo-masterstudenten bij deeltijdopleidingen... 4 Veel instroom in maatschappelijke hulp en dienstverlening...
Nadere informatieVeranderen van opleiding
Totale switch na stijging weer op 20 procent... 3 Switchers pabo oorzaak stijging in 2012 en 2013... 4 Meer switch van mbo ers in sector Onderwijs in 2013... 5 Bij tweedegraads lerarenopleidingen meer
Nadere informatie