Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining,

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining,"

Transcriptie

1 Trainingsboek Economie VMBO Kader 2016

2 Hey jij daar! Welkom op de examentraining Economie VMBO Kader! Het woord examentraining zegt het al: trainen voor je examen. Tijdens deze training behandelen we de examenstof in blokken en oefenen we ermee. Daarnaast besteden we ook veel aandacht aan de vaardigheden voor je examen; je leert handigheidjes, krijgt uitleg over de meest voorkomende vragen en leert uit welke onderdelen een goed antwoord bestaat. Verder gaan we in op hoe je de stof het beste kunt aanpakken, hoe je verder komt als je het even niet meer weet en vooral ook hoe je zorgt dat je overzicht houdt. Naast de grote hoeveelheid informatie die je krijgt, ga je zelf ook aan de slag met examenvragen. Tijdens het oefenen hiervan zijn er genoeg trainers beschikbaar om je verder te helpen, zodat je leert werken met de goede strategie om je examen aan te pakken. Hierbij is de manier van werken belangrijk, maar je kunt natuurlijk altijd inhoudelijke vragen stellen; ook over de onderdelen die niet klassikaal behandeld worden. Voor iedere vraag zijn er uiteraard uitwerkingen beschikbaar, maar gebruik deze informatie naar eigen inzicht. Vergeet niet dat je op je examen ook geen uitwerkingen krijgt. Sommige vragen worden klassikaal besproken, andere vragen moet je zelf nakijken. Mocht je nog meer willen oefenen na deze examentraining, neem dan een kijkje op Daar vind je oude examens en ons lesmateriaal van vorig jaar. Na de tips volgen het programma voor vandaag en de bijbehorende opgaven. We verwachten niet dat je alle opgaven binnen de tijd af krijgt, maar probeer steeds zo ver mogelijk te komen. Als je niet verder komt, vraag dan om hulp! We willen je graag leren hoe je er wél uit kunt komen. En onthoud goed, nu hard werken scheelt je straks misschien een heel jaar hard werken We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining, Eefke Meijer Hoofdcoördinator Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

3 Tips en trics bij het voorbereiden en tijdens je examens Examens voorbereiden Tip 1: Heb vertrouwen in jezelf Laat je niet gek maken door uitspraken als Nu komt het er op aan. Het examen is een afsluiting van je hele schoolperiode. Je hebt er dus jaren naartoe gewerkt en hebt in die tijd veel kennis en kunde opgedaan om examen te kunnen doen. In al die jaren ben je nooit wakker geworden om vervolgens te ontdekken dat al je kennis was verdwenen. De beste garantie voor succes is voorbereiden, en dat is nu net wat je al die jaren op school hebt gedaan. Heb vooral vertrouwen in jezelf! Tip 2: Bereid je goed voor Om jezelf goed voor te bereiden op je eindexamen maak je een planning, leer je de stof en oefen je met vragen. Hoe pak je dit nou het beste aan? Begin allereerst met het maken van een overzicht van alle stof en een planning. Je kunt bijvoorbeeld een schema maken met daarin alle hoofdstukken die je moet leren en welke onderwerpen daarbij horen. Daarbij schrijf je wanneer je welk onderdeel gaat leren. Als je aan de slag gaat met leren, zorg dat je op tijd begint en plan dan niet teveel studieuren achter elkaar. Pauzes zijn noodzakelijk, maar zorg ervoor dat ze kort blijven, anders moet je iedere keer opnieuw opstarten. Wissel verschillende vakken af en wissel het leren af met oefenen. Op die manier kun je je beter concentreren en leer je effectiever. Wat je concentratie (en je planning) ook ten goede komt, is leren op vaste tijdstippen. Tip 3: Leer alsof je examens zit te maken Oefenen voor je examen bestaat natuurlijk ook uit het voorbereiden op de situatie zelf. Dit betekent dat je je leeromgeving zoveel mogelijk moet laten lijken op je examensituatie. Zorg dus voor zo min mogelijk afleiding (lees: leg je telefoon weg) en maak je tafel zo leeg mogelijk. Maak ook een keer een proefexamen met een timer of eierwekker erbij, zodat je weet hoe het is om voor langere tijd een examen te maken en zodat je weet hoe je je tijd het beste in kunt delen. Tip 4: Herhaal de geleerde stof Belangrijk is om alle leerstof te herhalen! Wat heb je de vorige dagen ook alweer geleerd? Door te herhalen blijft de stof langer in je hoofd (lange termijn geheugen) en verklein je de kans dat je het weer vergeet. Zorg dat je de dag vóór het examen geen nieuwe stof meer hoeft te leren en dat je alles nog even doorneemt en herhaalt. Tip 5: Leer op verschillende manieren (lezen, schrijven, luisteren, zien en uitspreken) Alleen maar lezen in je boek verandert al snel in staren in je boek zonder dat je nog wat opneemt. Wissel het lezen van de stof in je boek dus af met het schrijven van een samenvatting. Let op dat je in een samenvatting alleen belangrijke punten overneemt, zodat het ook echt een samenvatting wordt. Kijk ook eens op Youtube, daar zijn talloze filmpjes te zien waarin de stof duidelijk wordt uitgelegd. Maak daar gebruik van, want op die manier komt de stof nog beter binnen omdat je er naar hebt kunnen luisteren. Met mindmaps zorg je er voor dat je de stof voor je kunt zien en kunt overzien. Het werkt tot slot heel goed om de stof aan iemand uit te leggen die de stof minder goed beheerst dan jij. Door uit te spreken Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

4 waar de stof over gaat merk je vanzelf waar je nog even in moet duiken en welke onderdelen je prima beheerst. Mindmap: Goed voor jezelf zorgen! Tip 1: Zorg voor voldoende beweging Eigenlijk is leren net als topsport: het vergt een goede voorbereiding, planning, rust, oefenen en concentratie. Om een goede prestatie te leveren, is het belangrijk dat je je fit voelt. Sporten en bewegen tussen het leren door en aan het einde van de dag is daarom aan te raden. Het doorbreekt de sleur van het leren, brengt zuurtstof naar de hersenen, zorgt voor ontspanning en dat je je weer opgeladen voelt om verder te gaan met leren. Tip 2: Zorg voor een goede balans tussen spanning en ontspanning Om een goede prestatie te leveren is er een goede balans nodig tussen spanning en ontspanning. Spanning zorgt ervoor dat je alert bent en ontspanning zorgt ervoor dat je je aandacht erbij kan houden. Teveel spanning is niet goed en teveel ontspanning ook niet. Als je merkt dat je té ontspannen bent en dat daardoor je concentratie en motivatie weg zijn, probeer dan voor jezelf doelen te stellen. Slagen met een 8 gemiddeld bijvoorbeeld, dan komt die gezonde spanning vanzelf. Als je té gespannen bent, probeer dan eens of mindfulness iets is voor jou of ga lekker sporten. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

5 Tip 3: Zorg voor voldoende slaap Een nachtje doorblokken is geen slim idee. Je hebt namelijk slaap nodig om goed te kunnen functioneren en concentreren. Bovendien, tijdens je slaap wordt alle geleerde informatie van die dag vastgelegd in je geheugen. Langdurig onthouden lukt dus beter als je na het leren gaat slapen, in plaats van eindeloos door te blijven leren. Tip 4: Zorg dat je goed eet en drinkt Het onderzoek naar het verband tussen voeding en geheugen staat weliswaar nog in de kinderschoenen, toch weten we al een aantal handige dingen daarover. En waarom zou je daar geen gebruik van maken? Zo is het inmiddels duidelijk dat je hersenen veel energie nodig hebben in periodes van examens, dus ontbijt elke dag goed. Let dan wel op wat je eet, want brood, fruit en pinda s leveren meer langdurige energie dan koekjes en snoep. Koffie en thee bevatten cafeïne, wat kan zorgen voor een betere concentratie. Drink er echter niet teveel van; het kan je onrustig maken. En dan het examen zelf De dag is eindelijk gekomen. Je bent er klaar voor en de examens worden uitgedeeld. Je mag beginnen! Tip 1: Blijf rustig en denk aan de strategieën die je hebt geleerd Wat doe je tijdens het examen? - Lees rustig alle vragen - Blijf niet te lang hangen bij een vraag waar je het antwoord niet op weet - Schrijf zoveel mogelijk op maar. voorkom wel dat je onzinverhalen gaat schrijven. Dat kost uiteindelijk meer tijd dan dat het je aan punten gaat opleveren. - Noem precies het aantal antwoorden, de redenen, de argumenten, de voorbeelden die worden gevraagd. Schrijf je er meer, dan worden die niet meegerekend en dat is natuurlijk zonde van de tijd. - Vul bij meerkeuzevragen maar één antwoord in. Verander je je antwoord, geef dit dan duidelijk aan. - Ga je niet haasten, ook al voel je tijdsdruk. Tussendoor even een mini-pauze nemen is alleen maar goed voor je concentratie. - Let niet op wat klasgenoten doen. Sommige van hen zullen al snel klaar zijn, maar trek je daar niets van aan en ga rustig verder. - Heb je tijd over? Controleer dan of je volledig antwoord hebt gegeven op álle vragen. Hoe saai het ook is, het is belangrijk, je kunt immers gemakkelijk per ongeluk een (onderdeel van een) vraag overslaan. - Tot slot: bedenk van tevoren of je thuis je antwoorden van het zojuist gemaakte examen wilt nakijken. Hoe reageer je als blijkt dat je veel fouten hebt? Heeft dit negatieve of juist positieve invloed op het leerwerk voor de examens die nog komen gaan? Tip 2: Los een eventuele black-out op met afleiding Mocht je toch een black-out krijgen, bedenk dan dat je kennis echt niet verdwenen is. Krampachtig blijven nadenken versterkt de black-out alleen maar verder. Het beste is om even iets anders te gaan doen. Ga even naar de WC of leg gewoon even je pen neer. Als je Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

6 goed bent voorbereid, zit de kennis in je hoofd en komt het vanzelf weer boven. En mocht het bij die ene vraag toch niet lukken, bedenk dan dat je niet alle vragen goed hoeft te hebben om toch gewoon je examen te halen. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

7 Hoe pak je open vragen en meerkeuzevragen aan? Een examen bestaat vaak uit een mix van open en meerkeuzevragen. Je hebt verschillende strategieën om tot het juiste antwoord te komen. Bij meerkeuzevragen gaat het erom dat je de juiste uitspraak of bewering kiest, bij meerkeuzevragen is het belangrijk dat je antwoord geeft op de vraag, dat je volledig bent of dat je de juiste berekening toepast. Meerkeuzevragen Veel leerlingen vinden meerkeuzevragen lastig. Er staan namelijk vaak meerdere antwoordmogelijkheden die op elkaar lijken. Hoe pak je zo n vraag nou het handigste aan? Tip 1: Omcirkel en streep de foute antwoorden weg Lees de vraag goed en omcirkel eventueel de belangrijkste kernwoorden uit de vraag. Vervolgens kun je het beste eerst nagaan welk antwoord je zelf zou geven. Daarna vergelijk je dat met alle antwoordmogelijkheden die er staan. Vaak kun je dan al de twee meest foute antwoord wegstrepen. Er blijven dan nog twee antwoorden over. Lees de vraag nogmaals en bekijk welk antwoord van de twee overgebleven antwoorden het meest volledig is. Tip 2: Blijf bij je gevoel Het komt je vast bekend voor: je krijgt een toets terug, waarbij je ziet dat je het goede antwoord toch nog op het laatst hebt veranderd in een antwoord dat fout blijkt te zijn. Daarom: je eerste ingeving blijkt meestal te kloppen. Verander je antwoord alleen als het een extreem wilde gok was, als je nieuwe inzichten hebt gekregen of als je de vraag per ongeluk verkeerd hebt gelezen. Tip 3: Gok als je het antwoord niet weet Het kan natuurlijk gebeuren dat je het antwoord echt niet weet op de vraag. Gok in dat geval het antwoord, wie weet gok je goed. Je hebt immers een kans van 1 op 4 en misschien zelfs groter als je een fout antwoord hebt weg kunnen strepen. Als je moet gokken, kun je dat slim doen : - Streep foute antwoorden eerst weg - Let op woorden als altijd, nooit of in geen enkel geval. Vaak zijn die fout. - Laat je niet leiden door de langste zin of het meest ingewikkelde antwoorden. - Heb je bij je vorige vragen al drie keer A geantwoord, trek je daar niets van aan. Een vierde keer A kan ook gewoon. - Bekijk welke antwoorden sterk op elkaar lijken, vaak is een van die twee antwoorden juist. Open vragen Tip 1: Wees volledig Het komt vaak voor dat vragen niet volledig worden beantwoord en dat je daardoor niet alle punten voor die vraag krijgt. Kijk daarom goed wat er precies gevraagd wordt. Let op woorden als: leg uit, verklaar, waarom etc. Als er gevraagd wordt naar twee redenen, let er dan op dat je ook echt twee redenen geeft. Als je er meer geeft, tellen die niet mee. Nadat Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

8 je het antwoord hebt opgeschreven, lees de vraag dan nog even door en kijk of je volledig bent geweest. Tip 2: Haal informatie uit de bronnen Vaak krijg je bij een vraag een bron erbij. Dit kan een kaart, afbeelding, grafiek, tabel of afbeelding zijn. Het goed bestuderen van de bron kan je al een eind op weg helpen in het beantwoorden van de vraag. Wat zie ik eigenlijk? Wat is de titel? Wat geeft de bron weer? Is er een legenda? Wat staat er op de x-as en y-as? Welke eenheden zijn er gebruikt? Wie is de maker? Staat er een jaartal bij? Tip 3: Schrijf tussenstappen op Je krijgt niet alleen punten voor het juiste antwoord, ook de tussenberekeningen leveren punten op. Het is jammer om die punten te verliezen, terwijl je wel weet hoe het moet. Tip 4: Schrijf nuttige informatie op Weet je het antwoord op de vraag niet, maar weet je wel iets nuttigs te melden over de vraag? Schrijf maar op! Vaak krijg je hier ook punten voor. Zorg er wel voor dat het relevant blijft en dat je geen onzin op gaat schrijven. Tip 5: Zorg dat je alles nog even controleert Je hebt de laatste vraag gemaakt en het liefst wil je zo snel mogelijk naar huis. Blijf toch nog even zitten en controleer je toets nog even. Heb je niet per ongeluk een vraag overgeslagen? Heb je antwoord gegeven op de vraag? Zijn je antwoorden leesbaar? Ben je nog iets vergeten? Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

9 Programma Belangrijke formules Blok 1 Consumptie Blok 2 Arbeid en productie Blok 3 Internationale ontwikkelingen Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

10 Welkom op de examentraining economie VMBO Belangrijke formules Programma: Wat gaan we doen? Consumptie Belangrijke formules Blok 1 Consumptie Blok 2 Arbeid en productiviteit Blok 3 Internationale ontwikkelingen Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Belangrijke formules Procenten Formule: Belangrijke formules getal 100% x aantal % = antwoord Voorbeeld Brahim heeft op een spaarrekening 500,- staan. Op deze spaarrekening krijgt hij 5% rente. Hoeveel euro aan rente krijgt Brahim? Antwoord: % Consumptie x 5% = 25 Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

11 Belangrijke formules Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Aantal procent van iets deel Formule: x 100% = antwoord in % geheel Internationale ontwikkelingen Voorbeeld Pieter heeft 20 knikkers in een pot. Hij haalt er 7 knikkers uit om aan zijn neefje te geven. Hoeveel procent heeft Pieter van zijn knikkers weggeven. 7 Antwoord: x 100% = 23,3 % 30 Belangrijke formules Belangrijke formules Stijging of daling in procenten Formule: (nieuw oud) oud x 100% = antwoord in % Voorbeeld 1 Klas 2A heeft in uur les gehad. In 2015 heeft klas 2A 900 uur les gehad. Hoeveel procent heeft klas 2A in 2015 langer les gehad? Antwoord: Consumptie ( ) 800 Arbeid en productie x 100% = 12,5 % gestegen Internationale ontwikkelingen Belangrijke formules Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Stijging of daling in procenten (nieuw oud) Formule: x 100% = antwoord in % oud Internationale ontwikkelingen Voorbeeld 2 Klas 2A heeft in uur les gehad. In 2015 heeft klas 2A 750 uur les gehad. Hoeveel procent heeft klas 2A in 2015 korte les gehad? Formule: ( ) 800 x 100% = - 6,3% Let op: bij daling staat er een min voor het antwoord!!! dus 6,3% gedaald Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

12 Belangrijke formules Consumptie Consumptie Arbeid en productie Behoeften, is alles wat een mens nodig heeft of waarnaar hij verlangt - Basisbehoeften (eerste levensbehoeften) - Overige behoeften (secundaire/luxe behoeften) Consumeren, is het kopen van goederen en diensten om te voorzien in je behoeften Welvaart, is de mate waarin je in je behoeften kunt voorzien Internationale ontwikkelingen Ruilen Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Door te ruilen kun je over goederen beschikken waarin je zelf niet kunt voorzien. Directe ruil/ruil in natura: goederen en diensten tegen goederen en diensten ruilen Indirecte ruil: goederen en diensten tegen geld ruilen Geld Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Geldsoorten: Chartaal geld (munten en biljetten) Giraal geld (rekening en pinpas) Als je geld pint uit de automaat dan zet je giraal geld om in chartaal geld Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

13 Functies van geld Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen -Ruilmiddel. Om goederen en diensten te kopen. -Spaarmiddel. Redenen om te sparen zijn: -Rente -Later -Onvoorziene uitgaven -Rekenmiddel. Om waarden te vergelijken en te rekenen. Belangrijke formules Consumptie Inkomens Arbeid en productie Brutoloon: Loon voordat loonbelastingen, sociale verzekeringspremies en andere bedragen er vanaf getrokken zijn. Nettoloon: Het loon dat de werknemer overhoudt als de loonbelasting en de sociale verzekeringspremies eraf zijn getrokken. Internationale ontwikkelingen Belangrijke formules Inkomenstenbronnen Consumptie Arbeid en productie Uit arbeid (bijv. loon, vakantiegeld, loon in natura) Uit bezit: Rente: inkomsten uit spaargeld Dividend: inkomsten uit aandelen Huur: inkomsten door een huis of gebouw te verhuren Pacht: inkomsten door grond te verhuren Winst: inkomsten uit je bedrijf Internationale ontwikkelingen Uit overdrachten: Uitkeringen betaald uit belastinggeld (bijv. Bijstand/kinderbijslag) Uitkeringen betaald uit premies (bijv. AOW/WW) Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

14 Belangrijke formules Consumptie Budgetteren Begroting: overzicht van geschatte inkomsten en uitgaven in een bepaalde periode Begrotingssaldo: inkomsten uitgaven Arbeid en productie Reserveren: geld opzij leggen voor toekomstige uitgaven Internationale ontwikkelingen Belangrijke formules Consumptie Uitgaven Arbeid en productie Dagelijkse uitgaven: huishoudelijke uitgaven (bijv. boodschappen) Vaste lasten: regelmatig en verplicht (bijv. huur en gas) Incidentele uitgaven: onverwacht of onregelmatig (bijv. reparaties of vakantie) Internationale ontwikkelingen Vragen maken Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen SUCCES! Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

15 Belangrijke formules Arbeid en productie Consumptie Productie -Produceren is het maken van goederen of diensten 4 productiefactoren -Natuur huur of pacht -Arbeid loon -Kapitaal rente -Ondernemerschap winst Arbeid en productie Productie kan kapitaalintensief of arbeidsintensief zijn Internationale ontwikkelingen Belangrijke formules Arbeidsproductiviteit Consumptie Arbeid en productie Arbeidsproductiviteit Gemiddelde productie per werknemer in een bepaalde periode. Internationale ontwikkelingen Voorbeeld In het 2 e kwartaal van 2015: Worden er flesje geproduceerd met 5 werknemers. Hoeveel is de arbeidsproductiviteit in het 2 e kwartaal van 2015 Belangrijke formules Verhogen productiviteit Consumptie -Arbeidsverdeling: specialisatie sneller en beter werken -Scholing: meer productie per werknemer Arbeid en productie -Meer kapitaalgoederen: meer machines en gereedschap zorgt voor snellere productie -Betere kapitaalgoederen: betere en snellere machines -Arbeidsomstandigheden: gezond en veilig stimuleert productie Internationale ontwikkelingen Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

16 Gevolgen arbeidsproductiviteit Belangrijke formules -Loonkosten dalen per product: uurloon verdeeld over meer producten -Betere concurrentiepositie: lagere loonkosten per product lagere prijs -Hogere lonen: lagere loonkosten per product meer winst loonsverhogingen -Meer winst = meer werk Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Productiesectoren Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen -Primaire sector: landbouw, bosbouw, mijnbouw, visvangst. -Secundaire sector: industrie. Verwerkt producten uit primaire sector. -Tertiaire sector: commerciële dienstverlening. -Kwartaire sector: niet-commerciële dienstverlening (bijv. school/politie). Belangrijke formules Opbrengsten en kosten Consumptie Arbeid en productie Opbrengsten - Afzet: aantal verkochte producten - Omzet: aantal verkochte producten x verkoopprijs (= excl. BTW) - Consumentenprijs: verkoopprijs incl. BTW Kosten - Vaste kosten (bedrijfskosten) - Variabele kosten (inkoopwaarde) Internationale ontwikkelingen Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

17 Berekenen winst Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Opbrengsten Inkoop (waarde) Bruto winst Bedrijfskosten Netto winst Belangrijke formules Arbeidsmarkt Consumptie Arbeid en productie Vraag naar arbeid: werkgevers en overheid. Aanbod van arbeid: werkenden en geregistreerde werklozen (= mensen die werk zoeken voor minimaal 12 uur per week) -Ruime arbeidsmarkt: meer aanbod dan vraag werkloosheid -Krappe arbeidsmarkt: meer vraag dan aanbod werkgelegenheid Internationale ontwikkelingen Belangrijke formules WIL KAN Beroepsbevolking Consumptie Bevolking Beroepsgeschikte bevolking (15 67 jaar) Arbeid en productie Bevolking Niet beroepsgeschikte bevolking (<15 of >67) Niet beroepsbevolking WIL NIET Internationale ontwikkelingen KAN NIET Werkenden Werkzoekend Scholieren Huisvrouwen Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

18 Werkloosheid Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Meten in personen of arbeidsjaren. Arbeidsjaar = een fulltime baan. Verhouding personen/arbeidsjaren geeft mate van deeltijd werk aan. Belangrijke formules Soorten werkloosheid Consumptie Conjunctureel: vraag naar producten daalt. Oplossing: Belastingen verlagen en overheidsuitgaven verhogen. Structureel: arbeidsplaatsen verdwijnen of vraag/aanbod sluiten niet aan. Oplossing: bijv. loonmatiging, scholing, reiskosten vergoeden, innovatie stimuleren. Frictie: tijdelijk. Oplossing: voorlichten/bemiddelen. Arbeid en productie Seizoen: in bepaalde tijden van het jaar. Oplossing: verschillende producten aanbieden. Internationale ontwikkelingen Vragen maken Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen SUCCES! Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

19 Belangrijke formules Internationale ontwikkelingen Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Nederland = open economie: veel handel met buitenland. Importeren: kopen van goederen en diensten in het buitenland. Exporteren: verkopen van goederen en diensten aan het buitenland. Belangrijke formules Redenen om te handelen Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen -Goederen goedkoper in buitenland -Niet alle goederen aanwezig in land -Kwaliteit goederen beter in buitenland Handel Belangrijke formules Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Voorbeeld handelsblok: Europese Unie. Hierbinnen sprake van vrijhandel: goederen en diensten mogen vrij over de grens. Geen bemoeienis of beperkende regels. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

20 Belangrijke formules Protectionisme Consumptie Arbeid en productie Beschermen van de eigen economie tegen buitenlandse concurrentie, omdat: -Bang voor verlies werkgelegenheid in eigen land -Kans geven aan nieuwe bedrijven in eigen land -Niet afhankelijk zijn van buitenland -Politieke redenen producten boycotten Internationale ontwikkelingen Belangrijke formules Import belemmeringen Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen -Invoerrechten heffen: kostprijsverhogende belasting om importgoederen duurder te maken. -Importquota: beperkt aantal van een product invoeren. -Importverboden: door stellen van kwaliteitseisen. Belangrijke formules Export bevorderingen Consumptie Arbeid en productie -Export subsidie: eigen producten goedkoper op wereldmarkt. -Belastingvoordelen aan exporterend bedrijf: eigen producten goedkoper op wereldmarkt. Internationale ontwikkelingen Protectie leidt tot tegenmaatregelen sneeuwbaleffect belemmeren wereldhandel Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

21 Belangrijke formules Wisselkoers = Wisselkoers Consumptie prijs buitenlandse munt Vb: 1 dollar kost 2 euro Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen Om te kunnen handelen heb je de munt nodig van het buitenland en andersom. Hoge koers euro euro veel waard - Weinig export. Amerikaanse bedrijven veel dollars betalen voor 1 euro. - Veel import: veel dollars voor 1 euro dus Amerikaanse producten relatief goedkoop. Lage koers euro: - veel export. Amerikaanse bedrijven weinig dollars betalen voor 1 euro. - Weinig import: weinig dollars voor 1 euro dus Amerikaanse producten relatief duur. Belangrijke formules Opdrachten maken Consumptie Arbeid en productie Internationale ontwikkelingen SUCCES! Evaluatie Laat ons weten wat je van de training vond: Enthousiast na deze training? Kijk op voor al je andere vakken Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

22 Blok 1 Consumptie Opgave 1 - Patat: niet alleen de smaak verschilt - berekenen - werken met tabellen - prijzen vergelijken - vraag, aanbod, omzet Opgave 2 - De prijzen rijzen de pan uit - tabellen en grafieken aflezen - logische volgorde oorzaak-gevolg - koopkracht en inflatie Opgave 3 - Het huishouden van Jan Steen - soorten uitgaven - uitgaven berekenen - verklaren Opgave 4 - De ontwikkeling van Gralloo - tekstopgave: veel verhaaltjes + tekst - uitleggen en verklaren - voorbeelden/opties noemen - begrippen gebruiken in je antwoord Opgave 5 - De goedkoopste auto van Nederland - kosten - berekenen - beredeneren Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

23 Opgave 1 - Patat: niet alleen de smaak verschilt Gebruik informatiebron 1 (zie bronnen op de volgende bladzijde). Vraag 1 Bij welke snackbar in Delfgang is de patat het duurste in verhouding tot het gewicht? Laat de berekening zien. De goedkoopste snackbar is lang niet altijd ook de snackbar met de meeste klanten. Sommige mensen kopen hun patat toch bij een duurdere snackbar. Vraag 2 Geef twee redenen waarom sommige mensen hun patat toch bij een duurdere snackbar kopen. Gebruik informatiebron 2. België wordt door veel mensen gezien als hét land van de patat. Je zou dus verwachten dat een Belg gemiddeld per persoon méér patat eet dan een Nederlander. Vraag 3 Is dat laatste juist? Verklaar je antwoord met een berekening. Vraag 4 Waardoor worden de aardappelen in 2007 naar verwachting duurder? A De omzet van de aardappelmarkt wordt groter. B De omzet van de aardappelmarkt wordt kleiner. C De vraag naar aardappelen wordt groter. D De vraag naar aardappelen wordt kleiner. E Het aanbod van aardappelen wordt groter. F Het aanbod van aardappelen wordt kleiner. Gebruik informatiebron 3 en 4. Stephanie woont in Delfgang. Ze koopt patat en andere snacks altijd bij snackbar De Halte. De aankopen zijn niet alleen voor haar zelf bestemd, maar ook voor haar broers en zusters. Op 1 oktober 2007 heeft De Halte een aantal prijzen verhoogd. Vraag 5 Hoeveel euro moest Stephanie in de eerste week van oktober méér betalen als gevolg van de prijsverhoging? Laat de berekening zien. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

24 Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

25 Opgave 2 De prijzen rijzen de pan uit Mees is 16 jaar en was een weekend weg met zijn oma. Die praatte voortdurend over hoe duur alles is en dat vroeger alles goedkoper was. Nu hij weer thuis is, wil hij gaan uitzoeken of dit werkelijk het geval is. Informatiebron 5 Prijsverandering januari 2011 ten opzichte van januari 2005 Gebruik informatiebron 5. Mees bekijkt de tabel die hij heeft gevonden op de site van het CBS. Hij ziet dat de aardappelen de laatste zes jaar het meest in prijs gestegen zijn. In januari 2005 kostte een kilo aardappelen 1,03. Vraag 6 Bereken in twee decimalen hoeveel een kilo aardappelen in januari 2011 kost. Schrijf je berekening op. Mees ziet in de tabel ook vijf producten staan die het meest in prijs gedaald zijn in de afgelopen zes jaar. Al deze producten behoren tot de groep elektronica. Vraag 7 Leg uit waarom elektronische producten gemiddeld steeds goedkoper worden, terwijl de prijzen van de grondstoffen voor deze producten gelijk bleven of zelfs hoger zijn geworden. Vraag 8 Uit informatiebron 5 blijkt dat de prijs van aardappelen meer is gestegen dan de prijs van benzine. Toch kan een gezin meer last hebben van de prijsstijging van benzine dan van aardappelen. Geef hiervoor een verklaring. Naast de prijzen van aardappelen en benzine, zijn de prijzen van veel andere producten ook gestegen. Mees denkt dat de gevolgen van deze prijsstijgingen voor de bedrijven negatief zullen zijn. Hij is bang dat de werkloosheid in Nederland zal toenemen als de inflatie in Nederland hoger is dan in het buitenland. Opgave gaat verder op de volgende bladzijde. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

26 Hieronder staan drie verschijnselen: 1. Nederlandse consumenten kopen meer producten in het buitenland die ze voorheen kochten in Nederland. 2. Productie in Nederland neemt af 3. Werkgelegenheid in Nederland neemt af Vraag 9 Zet de verschijnselen in een zodanige volgorde dat een logische gedachtegang ontstaat. Kies uit één van onderstaande opties: A hogere inflatie in Nederland werkloosheid in Nederland stijgt B hogere inflatie in Nederland werkloosheid in Nederland stijgt C hogere inflatie in Nederland werkloosheid in Nederland stijgt D hogere inflatie in Nederland werkloosheid in Nederland stijgt E hogere inflatie in Nederland werkloosheid in Nederland stijgt F hogere inflatie in Nederland werkloosheid in Nederland stijgt Informatiebron 6 Procentuele verandering nominale lonen en inflatie Gebruik informatiebron 6. Mees klasgenoot Astrid maakt zich vooral zorgen over de gevolgen van de prijsstijging voor de consumenten. Astrid ziet in de krant een diagram. Vraag 10 Wat is er in het betreffende jaar (ongeveer) met de koopkracht van de consument gebeurd? Kies uit één van de onderstaande opties: A De koopkracht is gedaald met 0,5%. B De koopkracht is gedaald met 2,5%. C De koopkracht is gedaald met 3,0%. D De koopkracht is gestegen met 0,5%. E De koopkracht is gestegen met 2,5%. F De koopkracht is gestegen met 3,0%. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

27 Opgave 3 - Het huishouden van Jan Steen Het gezin Steen bestaat uit Jan, Gretchen en twee kinderen. Het is chaos in huize Steen. Een radiator is kapot en het deurtje van de wasdroger is kromgetrokken. Vraag 11 Jan belt de reparateur voor het repareren van de radiator. Na de reparatie krijgt hij de rekening: 203,00. Onder welke uitgavensoort valt deze reparatie? A B C D dagelijkse uitgaven huishoudelijke uitgaven incidentele uitgaven vaste lasten Gretchen wil een nieuwe wasdroger kopen. Op de site van de Consumentenbond bekijkt ze de testresultaten en kiest de beste koop uit. Volgens Jan kan ze beter naar de winkel gaan en zich daar laten voorlichten over wasdrogers. Vraag 12 Noem een voordeel én een nadeel van het zich laten voorlichten in de winkel in plaats van het vergelijkend warenonderzoek van de consumentenbond te gebruiken. Doe het zo: Een voordeel is:. Een nadeel is:. Jan weet niet hoe het gezin er financieel voorstaat. Ik weet niet of er geld is voor een wasdroger, zegt hij. Jan houdt drie weken lang de huishoudelijke uitgaven bij. In deze drie weken heeft het gezin 605 aan huishoudelijke uitgaven besteed. Vraag 13 Bereken in twee decimalen deze huishoudelijke uitgaven omgerekend per maand. Schrijf je berekening op. Jan heeft nog geen rekening gehouden met de reserveringen voor een andere auto. Zijn Peugeot 308 CC (cabriolet) heeft hij twee jaar geleden nieuw gekocht voor de aanschafprijs van Hij verwacht nu nog vijf jaar in de auto te rijden en hem dan te verkopen voor Hij wil dan een andere auto kopen waarvan de aanschafprijs is. Vraag 14 Hoeveel moet Jan per maand reserveren om over vijf jaar de andere auto te kunnen kopen? A 119,05 B 166,67 C 333,34 D 458,34 Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

28 Jan heeft een beknopt overzicht gemaakt van de maandelijkse financiële situatie van zijn gezin: Jan zoekt naar mogelijke oplossingen om te bezuinigen, maar ziet dat hij op een aantal uitgaven op korte termijn niet kán bezuinigen. Vraag 15 Noem een uitgave van Jan en Gretchen waar ze op korte termijn niet op kunnen bezuinigen. Leg uit waarom dat niet kan. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

29 Opgave 4 - De ontwikkeling van Gralloo Hoewel de inwoners van Gralloo weinig luxe goederen hadden, kun je toch zeggen dat ze een zekere mate van welvaart kenden. Vraag 16 Leg dit uit. Gebruik in je uitleg het begrip basisbehoeften. Na een tijd spraken ze elkaar weer. Ze waren razend enthousiast. De arbeidsverdeling had veel voordelen. Toch ontstonden er ook problemen. Zo merkten de gezinnen dat ze veel meer van elkaar afhankelijk waren. Vraag 17 Leg dit met behulp van een voorbeeld uit. De gezinnen produceerden steeds meer. Vader Claesz wilde tijd besteden aan het maken van een weefgetouw. Volgens zijn zoon moest het gezin dan eerst een overschot aan kleding maken. Dit sparen van kleding is nodig om te investeren. Informatiebron 7 Een weefgetouw om kleding mee te maken Vraag 18 Waarom heeft de familie Claesz een overschot aan kleding nodig om te kunnen investeren in een weefgetouw? Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

30 Bij de twee andere gezinnen ging het net zo. Door te investeren produceerden de drie gezinnen meer dan ze nodig hadden. Deze overschotten wilden ze ruilen met gezinnen uit het naburige dorp Onlaa. Dit ruilen van goederen met goederen (directe ruil) kan problemen opleveren. Vraag 19 Noem een mogelijk probleem van directe ruil. Door een slechte oogst heeft boer Jansz maar een kwart van de graanoogst van vorig jaar binnengehaald. Vorig jaar ruilde hij één zak graan voor twee broeken met kleermaker Claesz. Vraag 20 Kan boer Jansz dit jaar een zak graan voor meer, minder of evenveel broeken gaan ruilen? A evenveel B meer C minder Vraag 21 De oorspronkelijke functie van geld was ruilmiddel. Welke twee andere functies heeft geld? De gezinnen uit Gralloo begonnen ook goederen te ruilen met gezinnen uit Onlaa. Ze kochten nu ook goederen die ze in hun eigen dorp niet hadden. Ze besloten dat, nu er goederen met een ander dorp geruild werden, de wegen verbeterd moesten worden. In het dorp Onlaa was er iemand die dat wel wilde doen. Voor 25 Penningen ging hij het hoofdzandpad verbeteren. Vraag 22 Welke moderne economische term zou, geredeneerd vanuit Gralloo, worden gebruikt voor het verbeteren van de weg door iemand uit Onlaa? A het exporteren van een dienst B het exporteren van een goed C het importeren van een dienst D het importeren van een goed De gezinnen in Gralloo hebben een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. Vraag 23 Is de welvaart nu toegenomen als je die vergelijkt met het begin, toen de gezinnen nog zelfvoorzienend waren? Gebruik in je antwoord het begrip behoeften. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

31 Opgave 5 - De goedkoopste auto van Nederland Vraag 24 Waaronder valt de aanschaf van een auto? A de dagelijkse uitgaven B de incidentele uitgaven C de vaste lasten Informatiebron 8 Advertentie Cuore Gebruik informatiebron 8. Dick ziet in de krant de advertentie voor de Daihatsu Cuore. Volgens de advertentie heeft deze auto een hoge restwaarde. Vraag 25 Wat is volgens de advertentie de restwaarde (inruilwaarde) van deze auto na twee jaar? Geef de berekening. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

32 Gebruik informatiebron 8. Dick rekent met behulp van bovenstaande gegevens uit wat een ritje heen en terug met de auto naar zijn stagebedrijf hem aan benzine kost. Vraag 26 Vergelijk de kosten van het treinkaartje met de benzinekosten van de auto. Wat is het goedkoopste? Geef de berekening. Edward vindt dat Dick bepaalde zaken over het hoofd ziet. De auto kost ook geld als we er niet in rijden. Vraag 27 Geef een voorbeeld van dergelijke kosten. De stagebegeleider hoort van de nieuwe auto. Hij had liever gezien dat Edward en Dick voor de trein hadden gekozen. Aan die keuze had de maatschappij iets gehad, want dan worden de maatschappelijke kosten minder. Vraag 28 Leg uit dat een keuze voor de trein minder maatschappelijke kosten tot gevolg heeft. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

33 Blok 2 Arbeid en productie Opgave 6 - Autoschadebedrijf VELBO BV - rekenopgave - rekenen met tabel - brutowinst, omzet, werkdagen Opgave 7 - Restaurant de Botermarkt - rekenopgave - rekenen met tabel - nettowinst berekenen, omzet, afzet Opgave 8 - Action - brutowinst berekenen - arbeidsproductiviteit - afzet, omzet, winst Opgave 9 - Zure appels - rekenopgave - rekenen met tabel - brutowinstmarge Opgave 10 - Polen heen en weer - immigratie - koopkracht - rekenen - logisch redeneren oorzaak-gevolg Opgave 11 - Lekker eerlijk! - beredeneren en uitleggen - markthandelen, fairtrade - afzet, omzet Opgave 12 - Werkgelegenheid in Nederland - redeneeropgave - werkloosheid en werkgelegenheid - argumenten noemen - veel meerkeuzevragen - logisch redeneren oorzaak-gevolg Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

34 Opgave 6 - Autoschadebedrijf VELBO BV Informatiebron 9 Over 2007 zijn de volgende gegevens verzameld: Gebruik informatiebron 9. Vraag 29 Hoeveel bedraagt de waarde van de productie per fulltime werknemer in euro's per jaar van VELBO BV? Schrijf je berekening op. Er worden in verhouding weinig apk-keuringen verricht. Toch wil de directie de apkkeuringen niet afstoten. De winstmarge van de apk-keuringen is namelijk veel hoger dan die bij de reparaties van auto- en caravanschade. Vraag 30 Wat kan de oorzaak zijn dat de brutowinstmarge bij de apk-keuringen zo hoog is? A Apk-keuringen zijn goedkoop. B De inkoopwaarde is in verhouding laag. C De kosten zijn in verhouding laag. D Er hoeft geen btw over te worden betaald. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

35 Gebruik informatiebron 9. Bij VELBO BV werkt iedereen fulltime, behalve de apk-keurmeester. Een werknemer die fulltime werkt bij VELBO BV, werkt 230 dagen per jaar. De keurmeester heeft een halve dag nodig om een caravan te keuren, inclusief halen en brengen en andere bijkomende werkzaamheden. Vraag 31 Hoeveel dagen per jaar heeft de keurmeester tijd voor andere werkzaamheden op zijn werk? Geef je berekening. Op basis van bovenstaande ontwikkelingen verwacht de directie dat de totale omzet bij VELBO BV in 2008 gaat dalen. Vraag 32 Toon door middel van een berekening aan dat deze verwachting juist is. De directie wil de omzetdaling van schade-auto's voorkomen. Alleen reclame maken helpt niet, denken de directieleden. Vraag 33 Op welke andere wijze zou VELBO BV dan een omzetdaling van schadegevallen kunnen tegengaan? Verklaar je antwoord. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

36 Opgave 7 - Restaurant de Botermarkt Harold doet voor Cock de boekhouding en mag in ruil daarvoor elke week een keer gratis bij hem dineren. Vraag 34 Hoe wordt het inkomen van Harold dat hij krijgt van Cock genoemd? A inkomen in natura B inkomen uit bezit C overdrachtsinkomen Informatiebron 10 Over 2007 zijn de volgende gegevens verzameld: Gebruik informatiebron 10. Cock is niet tevreden. Hij werkt hard, maar aan het einde van het jaar houdt hij maar weinig over. Vraag 35 Bereken de nettowinst over 2007 door aan de hand van onderstaand schema op je antwoordblad de bedragen in te vullen die komen op de plaats van de letters a, b, c en d. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

37 Iedereen in het restaurant heeft een eigen taak: de barkeeper schenkt de drankjes in, de koks koken het eten en de serveersters brengen de drankjes en het eten naar de gasten. Vraag 36 Door deze organisatie is er bij De Botermarkt sprake van: A arbeidsverdeling. B automatisering. C mechanisering. D technologische ontwikkeling. Gebruik informatiebron 10. Harold denkt dat er door de serveersters wel wat harder gewerkt kan worden. Dan zal de arbeidsproductiviteit stijgen en heeft Cock minder serveersters nodig. De serveersters werken allemaal parttime: 15 uur per persoon per week. Vraag 37 Bereken de gemiddelde arbeidsproductiviteit per serveerster in menu s per dag. Cock en Harold bedenken maatregelen om de arbeidsproductiviteit van de serveersters te laten stijgen. Cock denkt erover om het restaurant een uur eerder te sluiten. Hij verwacht dat de afzet van de menu s ondanks deze maatregel gelijk zal blijven. Vraag 38 Zal de gemiddelde arbeidsproductiviteit per serveerster in menu s per dag stijgen, dalen of gelijk blijven als Cock het restaurant een uur eerder sluit? Verklaar je antwoord. Gebruik informatiebron 10. Harold denkt dat ze zich ook meer op de verkoop van drank zouden kunnen richten en zegt tegen Cock: In de horeca is een gouden regel die zegt: de gasten eten je arm, maar drinken je rijk. Kijk maar naar de gegevens: de Brutowinst op de menu s is Vraag 39 Heeft Harold gelijk met zijn gouden regel, als je kijkt naar de gegevens van De Botermarkt? Verklaar je antwoord met behulp van een berekening. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

38 Opgave 8 - Action De winkelketen Action begint dus een grote speler te worden in Nederland. Mensen komen naar Action, omdat ze daar lekker kunnen shoppen voor weinig geld. Naast een permanent assortiment is er ook een steeds wisselend assortiment. Het werken met een steeds wisselend assortiment, zodat klanten niet weten wat ze aan zullen treffen, is een voorbeeld van een marketingstrategie. Vraag 40 Leg uit dat een wisselend assortiment klanten naar de winkel kan lokken. Veel consumenten zijn van mening dat de producten bij Action goedkoop zijn. In de praktijk blijkt het assortiment maar voor een derde deel uit vaste artikelen te bestaan, de rest wisselt om de zoveel tijd. Naast het lokken van klanten heeft Action een andere reden om met een steeds wisselend assortiment te werken. Vraag 41 Noem een andere reden voor Action om met een steeds wisselend assortiment te werken. Vraag 42 Het assortiment speelt dus een belangrijke rol in de marketingstrategie van Action. Tot welk onderdeel van de marketing behoort het assortiment? A plaatsbeleid B prijsbeleid C productbeleid D promotiebeleid Jolanda en Wendy, beiden 16 jaar oud, zijn vriendinnen. Zij zijn op weg naar de Actionwinkel waar Wendy werkt. Jolanda zegt: Gisteren heb ik nog een pennenetui bij jullie gekocht en moest 1,35 (inclusief 0,22 btw) afrekenen bij de kassa. Hoe kan Action hier ooit winst op maken? Nou, zegt Wendy, goedkoop inkopen. De inkoopprijs bedraagt 80% van de verkoopprijs exclusief btw. Vraag 43 Hoeveel bedraagt de brutowinst in euro s op een pennenetui? Schrijf je berekening op Deze opgave gaat verder op de volgende bladzijde. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

39 Wendy zegt: Ook de personeelskosten bij Action zijn laag in vergelijking met andere winkelketens. Ik verdien net iets meer dan het minimumloon en moet er hard voor werken. Onze arbeidsproductiviteit is heel hoog. Dat is gunstig voor een lage kostprijs. Vraag 44 Leg uit waarom een hoge arbeidsproductiviteit zorgt voor een lage kostprijs per product. Om uiteindelijk toch een flinke winst te maken, is het nodig dat Action een grote afzet heeft. Vraag 45 Wat wordt er bedoeld met afzet? A het aantal producten dat ingekocht wordt B het aantal producten dat verkocht wordt C het aantal verkochte producten maal de kostprijs van het product D het aantal verkochte producten maal de verkoopprijs van het product Volgens Jolanda zou Action er verstandig aan doen ook wat duurdere producten te verkopen met een betere kwaliteit. Ik denk dat er dan meer klanten komen, zegt ze. Vraag 46 Geef een argument voor de mening van Jolanda. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

40 Opgave 9 - Zure appels Informatiebron 11 Uit de administratie van Fred Gebruik informatiebron 11. Vraag 47 Bereken voor Fred het nettoresultaat over de maand mei. Geef ook aan of dit een positief of een negatief resultaat is. Schrijf je berekening op. Fred kijkt op de site van het Hoofdbedrijfschap Detailhandel (HBD). Hij wil zijn brutowinstmarges vergelijken met die van andere groentezaken. Gebruik informatiebron 11. Fred ziet dat zijn brutowinstmarge op fruit hoger is dan zijn brutowinstmarge op groente. Vraag 48 Bereken in één decimaal de brutowinstmarge op fruit als percentage van de inkoop. Schrijf je berekening op. Sjoerd kijkt met Fred mee. Hij heeft gezien dat de brutowinstmarge op groente veel hoger is dan op veel andere producten, bijvoorbeeld wasmiddelen. Vraag 49 Verklaar waarom de brutowinstmarge op groente veel hoger moet zijn dan de brutowinstmarge op wasmiddelen. Sjoerd wordt niet bepaald vrolijk van de financiële situatie. Er moet iets gebeuren. Fred is nog veel te jong om te stoppen met werken en een bedrijf dat niet geweldig loopt, is ook niet makkelijk te verkopen. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

41 Informatiebron 12 Aardappelen, groente en fruit Gebruik informatiebron 12. Fred heeft wel een idee waarom de winkel minder goed loopt. Hij heeft veel concurrentie van de supermarkt uit het dorp. De mensen kopen steeds vaker hun aardappelen, groente en fruit bij de supermarkt. Fred laat zijn vriend twee tabellen zien die hij tegen kwam in een vakblad. In een tabel ziet hij dat in 2002 de totale bestedingen aan aardappelen, groente en fruit miljoen bedroegen. In 2012 bedroegen de totale bestedingen aan aardappelen, groente en fruit miljoen. In de andere tabel staan de marktaandelen vermeld. Het marktaandeel is het aandeel dat een aanbieder van een goed heeft in de totale afzet op de betreffende markt in een periode. Vraag 50 Bereken in één decimaal met hoeveel procent de totale bestedingen in de groentezaken in 2012 zijn gedaald ten opzichte van Schrijf je berekening op. Sjoerd stelt voor dat Fred maar eens na moet denken over zijn mogelijkheden tot verbetering van de financiële situatie. Gelukkig krijgt Fred hulp van het Hoofdbedrijfschap Detailhandel. Dat begint een landelijke campagne met de volgende slogan: Echte smaak beleef je bij de groenteman. Fred zal zich moeten onderscheiden van de supermarkt. Hij gaat zich richten op de punten uit de campagne: deskundig advies, persoonlijke service, kwaliteit en een ruim assortiment. Vraag 51 Op welke p van de marketing gaat hij zich dan richten? A plaatsbeleid B prijsbeleid C productbeleid D promotiebeleid Ondanks pogingen weer winst te maken, lukt dat niet. Sjoerd vraagt Fred na te denken over stoppen met zijn eigen zaak en te gaan solliciteren. Vraag 52 Verklaar waarom het voor Fred voordeliger kan zijn om werknemer te worden dan eigenaar te blijven. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

42 Opgave 10 - Polen heen en weer Uit de krant: Meerderheid van de Polen verlaat Nederland na verloop van tijd Van de Polen die sinds 2000 in Nederland zijn komen werken, is inmiddels bijna 60 procent weer vertrokken uit Nederland. Ongeveer 90 procent van de Polen die Nederland verlieten, keerde uiteindelijk terug naar hun geboorteland. Lech is een achttienjarige jongen uit Polen. Hij denkt erover om in Nederland te gaan werken. Het feit dat Polen lid is van de Europese Unie (EU) maakt het voor Lech makkelijker in Nederland te gaan werken. Vraag 53 Welke regeling (afspraak) binnen de EU maakt het voor Lech mogelijk dat hij gemakkelijk in Nederland kan gaan werken? Informatiebron 13 Aantal Poolse immigranten Gebruik informatiebron 13. Lech hoort dat sommige Nederlanders bang zijn dat de Polen hun banen inpikken. Volgens Lech is het aandeel Poolse werknemers in Nederland echter maar heel klein. Eind 2010 waren er in Nederland werkzame personen. Vraag 54 Bereken in twee decimalen hoeveel procent van de in Nederland werkzame personen eind 2010 bestond uit Poolse immigranten. Neem daarvoor de immigratie van 2000 tot en met Schrijf je berekening op Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

43 Lech heeft zich goed laten informeren en heeft besloten om in Nederland te gaan werken. Hij gaat dus zijn geld verdienen in Nederland. Hij wil het meeste geld uitgeven in Polen. Hij denkt dat de koopkracht van zijn inkomen in Polen groter is dan in Nederland. Vraag 55 Verklaar waarom de koopkracht van Lechs inkomen in Polen groter kan zijn dan in Nederland. Een Nederlandse werknemer zou de baan van Lech ook kunnen krijgen. Deze Nederlandse werknemer zou zijn geld dan in Nederland besteden. De vader van Lech zegt: Als het geld in Polen wordt uitgegeven in plaats van in Nederland zal de werkgelegenheid in Nederland gaan dalen. Vraag 56 Geef een argument voor de mening van de vader van Lech. Door de vorming van de EU is de concurrentie op de arbeidsmarkt toegenomen. Dat kan nadelig zijn voor Nederland. Er zijn ook economen die beweren dat het juist voordelig is voor de Nederlandse werkgelegenheid als Poolse werknemers in Nederland komen werken. Hieronder staan drie tussenstappen: 1 aanbod van arbeid stijgt 2 concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven verbetert 3 loonkosten dalen Vraag 57 Zet de tussenstappen in een zodanige volgorde dat de gedachtegang van deze economen juist wordt weergegeven. A B C D E F Polen komen in Nederland werken werkgelegenheid stijgt Polen komen in Nederland werken werkgelegenheid stijgt Polen komen in Nederland werken werkgelegenheid stijgt Polen komen in Nederland werken werkgelegenheid stijgt Polen komen in Nederland werken werkgelegenheid stijgt Polen komen in Nederland werken werkgelegenheid stijgt Er is veel discussie over de komst van Polen. Sommige economen zeggen dat de werkgelegenheid voor de Nederlandse werknemers verbetert, anderen denken van niet. Er is ook een groep economen die nog verdergaat. Volgens hen kán Nederland in de toekomst helemaal niet zonder buitenlandse werknemers. Vraag 58 Geef een argument voor de mening van deze laatste groep economen. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

44 Opgave 11 - Lekker eerlijk! Informatiebron 14 Gebruik informatiebron 14. In de informatiebron gaat het over Fairtrade. Fair trade betekent letterlijk eerlijke handel. Van eerlijke handel is volgens Max Havelaar pas sprake als er een vaste minimumprijs wordt vastgesteld. Vraag 59 Wie hebben er voordeel van een minimumprijs: de cacaoboeren of de consumenten? Geef een argument voor je keuze. De handel in Fairtrade cacao is in 2010 met ton gestegen. Dat is een stijging van 20% ten opzichte van Vraag 60 Hoe groot was de totale handel in Fairtrade cacao in 2009? A ton B ton C ton D ton Eerlijke cacao is duurder dan gewone cacao. Vraag 61 Wat kan de oorzaak zijn dat eerlijke cacao duurder is? Een Verkade reep kostte vroeger 80 eurocent in de winkel, tegenwoordig 95 eurocent. Vraag 62 Hoeveel procent is een Verkade reep duurder geworden? Schrijf je berekening op. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

45 Verkade hoopt dat ondanks de hogere prijs de consumenten voor haar chocoladerepen zullen kiezen. Zij gaat er van uit dat niet alleen de prijs doorslaggevend is bij de keuze van een chocoladereep. Ook de smaak is van belang. Verder zal voor veel consumenten meespelen dat het om eerlijke chocolade gaat. Vraag 63 Noem naast de genoemde motieven nog een motief dat een consument kan hebben om juist voor de repen van Verkade te kiezen. Verkade neemt een groot risico door als eerste A-merk over te stappen naar de duurdere, eerlijke cacao. Vraag 64 Leg uit waarom dit een risico is. Gebruik hierbij het begrip marktaandeel. Sommige mensen zijn kritisch over de nieuwe koers van Verkade. Het gaat Verkade niet om eerlijke handel, maar om een stijging van de omzet, aldus deze mensen. Andere mensen zeggen: Ja, Verkade zal best meer omzet willen bereiken. Dat lukt echter niet zomaar met die eerlijke cacao. Als je meer omzet wilt behalen, is het niet genoeg de prijzen te verhogen. De afzet zal namelijk dalen. Vraag 65 Verkade wil met de eerlijke cacao meer omzet behalen. Wat moet er dan met de afzet in verhouding tot de prijs gebeuren? Gebruik in je antwoord het begrip procentueel of in verhouding. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

46 Opgave 12 - Werkgelegenheid in Nederland Sinds het eerste kwartaal van 2005 is de werkgelegenheid weer gestegen. Het aantal banen steeg in verhouding harder dan de werkgelegenheid in arbeidsjaren. Vraag 66 Wat is hiervoor de verklaring? A Mensen gaan steeds meer in deeltijd werken. B Mensen gaan steeds minder in deeltijd werken. C Steeds meer mensen zoeken een baan. D Steeds minder mensen zoeken een baan. Infomatiebron 15 Gemeten en seizoengecorrigeerde werkgelegenheid Gebruik informatiebron 15. Bij de weergave van de werkgelegenheid houdt men rekening met seizoeninvloeden. Dit noemt men de seizoen gecorrigeerde werkgelegenheid, deze wijkt af van de echte werkgelegenheid. Dat is de werkgelegenheid die men in werkelijkheid meet. Vraag 67 Welke conclusie is juist voor wat betreft de seizoen gecorrigeerde werkloosheid? A In de zomer is er meer werkgelegenheid, dus wordt de echte werkgelegenheid gecorrigeerd naar beneden. B In de zomer is er meer werkgelegenheid, dus wordt de echte werkgelegenheid gecorrigeerd naar boven. C In de zomer is er minder werkgelegenheid, dus wordt de echte werkgelegenheid gecorrigeerd naar beneden. D In de zomer is er minder werkgelegenheid, dus wordt de echte werkgelegenheid gecorrigeerd naar boven. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

47 De president van De Nederlandsche Bank drong er op aan om de komende jaren in Nederland de lonen te matigen. Dit zou de werkgelegenheid ten goede komen. Vraag 68 Geef een argument voor de mening van de president van de Nederlandsche Bank. Andere economen zijn niet zo overtuigd van de noodzaak tot loonmatiging. Volgens hen zou loonmatiging wel eens werkloosheid tot gevolg kunnen hebben. Hieronder staan drie tussenstappen. 1 lagere koopkracht 2 lagere productie 3 minder werkgelegenheid Vraag 69 In welke regel staan de tussenstappen in een zodanige volgorde dat een logische gedachtegang ontstaat? A loonmatiging werkloosheid B loonmatiging werkloosheid C loonmatiging werkloosheid D loonmatiging werkloosheid E loonmatiging werkloosheid F loonmatiging werkloosheid Over de wenselijkheid van loonmatiging wordt dus verschillend gedacht. Volgens de president van De Nederlandsche Bank is loonmatiging goed voor de werkgelegenheid (zie vraag 62) en volgens andere economen juist niet (zie vraag 63). Vraag 70 Wie heeft er volgens jou gelijk? Geef een argument voor je mening. Neem de volgende zin over en kies telkens uit de twee mogelijkheden wat volgens jou de juiste woorden zijn. Ik denk dat de president van de Nederlandsche Bank/de andere economen gelijk heeft/gelijk hebben, want bij conjuncturele/structurele werkloosheid is loonmatiging doorgaans goed/slecht voor de economie, omdat Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

48 Blok 3 Internationale ontwikkelingen Opgave 13 - Koffiepraat - internationale handel - rekenen met procenten - logisch redeneren oorzaak-gevolg Opgave 14 - China stijgt met stip - redeneeropgave - logisch redeneren oorzaak-gevolg - import/export + vraag/aanbod Opgave 15 - Rozen uit Rwanda - verklaarvraag: veel verklaren - internationale handel Opgave 16 Jeroen wil hulp van de EU - internationale handel - wisselkoers + inflatie - veel verklaren - veel meerkeuzevragen Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

49 Opgave 13 - Koffiepraat Toen Kees een pak koffie openmaakte om koffie te zetten, zag hij dat deze koffie uit Guatemala kwam. Informatiebron 16 Top vijf koffieproducerende landen Gebruik informatiebron 16. Guatemala is een van de belangrijkste koffieproducenten van de wereld. Toch is het maar een kleine producent vergeleken met Brazilië. Brazilië levert één derde (1/3) van de wereldproductie van koffie. Vraag 71 Bereken in één decimaal hoeveel procent van de wereldproductie van koffie in Guatemala wordt geproduceerd. Schrijf je berekening op. Het gaat niet goed met de koffieboeren. Volgens een woordvoerder van de milieuorganisatie Greenpeace vormt de aanleg van nieuwe plantages niet alleen een milieuprobleem, maar is het ook één van de oorzaken van de crisis bij de koffieboeren. Hieronder staan drie verschijnselen. 1 groter aanbod van koffie 2 grotere productie van koffie 3 lagere prijzen van koffie Vraag 72 Zet de verschijnselen in een zodanige volgorde dat een logische gedachtegang ontstaat. A nieuwe koffieplantages crisis bij de koffieboeren B nieuwe koffieplantages crisis bij de koffieboeren C nieuwe koffieplantages crisis bij de koffieboeren D nieuwe koffieplantages crisis bij de koffieboeren E nieuwe koffieplantages crisis bij de koffieboeren F nieuwe koffieplantages crisis bij de koffieboeren Deze opgave gaat verder op de volgende bladzijde. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

50 Koffie is een belangrijk exportproduct van Guatemala. De lage exportprijzen voor koffie hebben gevolgen voor de ruilvoet van Guatemala. Vraag 73 Stel dat de exportprijs van koffie uit Guatemala daalt en de importprijzen voor Guatemala niet veranderen. Wat zal er dan gebeuren met de ruilvoet van Guatemala? A De ruilvoet van Guatemala zal gelijk blijven. B De ruilvoet van Guatemala zal verbeteren. C De ruilvoet van Guatemala zal verslechteren. Guatemala produceert koffie van een goede kwaliteit. Het is alleen jammer dat koffie de laatste jaren steeds minder opbrengt. Gelukkig heeft Guatemala geen monocultuur. Vraag 74 Wat is voor een land het nadeel van het hebben van een monocultuur? De arme boeren van Guatemala hebben vaak geen reserves. Vooral voor hen is samenwerken met organisaties als Max Havelaar een manier om iets te doen aan hun slechte inkomenspositie. Voor de Max Havelaar koffie moeten wij in Nederland iets meer betalen dan voor gewone koffie. Informatiebron 17 Gebruik informatiebron 17. Een pak gewone koffie kost 1,80 in de supermarkt. Een vergelijkbaar pak Max Havelaarkoffie kost 1,95. Vraag 75 Hoeveel procent van de consumenten is volgens de enquête-uitslag bereid de hogere Max Havelaarprijs te betalen? Schrijf je berekening op. Deze opgave gaat verder op de volgende bladzijde. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

51 Een andere manier om iets aan de armoede te doen, is ontwikkelingshulp. Guatemala is één van de landen waaraan Nederland ontwikkelingshulp gaf. Een voorwaarde voor het krijgen van ontwikkelingshulp van Nederland is het hebben van een goed bestuur. Vraag 76 Waarom heeft het sturen van ontwikkelingshulp naar een land met een slecht bestuur weinig positieve gevolgen voor de bevolking? Nederland gaf een vast percentage van het nationaal inkomen als ontwikkelingshulp. Piet vindt het beter een vast bedrag per jaar te besteden aan ontwikkelingshulp. Marieke zegt: Een vast percentage van het nationaal inkomen is bij economische groei op termijn voordeliger voor de ontwikkelingslanden dan een vast bedrag aan ontwikkelingshulp. Vraag 77 Leg de mening van Marieke uit. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

52 Opgave 14 - China stijgt met stip Informatiebron 18 Cijfers China en Nederland in 2005 Gebruik informatiebron 18. In Nederland bedraagt het nationaal inkomen per hoofd van de bevolking $ ,25. Vraag 78 Hoe hoog is het nationaal inkomen per hoofd van de bevolking voor China in dollars? Schrijf je berekening op. Velen zien de opkomst van China als een gevaar voor de eigen economie. Zo heeft Europa besloten dat er een invoerheffing komt voor schoenen uit China. Vraag 79 Welk gevolg heeft deze invoerheffing voor de prijs van schoenen? A Schoenen uit China worden in Europa duurder. B Schoenen uit China worden in Europa goedkoper. C Schoenen uit Europa worden in China duurder. D Schoenen uit Europa worden in China goedkoper. Door de economische groei van China stegen de prijzen van grondstoffen op de wereldmarkt enorm. Vraag 80 Wat is de oorzaak van deze prijsstijging? A De vraag naar grondstoffen daalde. B De vraag naar grondstoffen steeg. C Het aanbod van grondstoffen daalde. D Het aanbod van grondstoffen steeg. Uit een onderzoek van het Centraal Plan Bureau (CPB) bleek dat de gevolgen Nederland van het groeien van de Chinese economie niet alleen maar negatief zijn. Volgens het onderzoek bespaart een Nederlands huishouden als gevolg van de economische groei van China 25 per maand. Vraag 81 Geef een verklaring voor deze besparing. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

53 Informatiebron 19 Import uit China als percentage van het totaal van import van goederen Gebruik informatiebron 19. In het rapport van het CPB stond verder: Een aanzienlijk deel van de Nederlandse invoer van goederen komt uit China. Twee derde (2/3e) deel hiervan werd weer verder geëxporteerd naar de rest van Europa. De totale waarde van de goederenimport van Nederland bedroeg in ,424 miljard. Vraag 82 Bereken de waarde van de Chinese goederen die in 2005 via Nederland in de rest van Europa terechtkwamen. Schrijf je berekening op. De export van Nederlandse goederen naar China was in 2005 nog geen 1% van het totaal. Volgens vele economen zal ook de Nederlandse export in de toekomst profiteren van de economische groei in China. Hieronder staan drie verschijnselen: 1 stijging koopkracht in China 2 stijging nationaal inkomen in China 3 stijging van de vraag naar Nederlandse producten Vraag 83 In welke regel staan de verschijnselen in een zodanige volgorde dat eenlogische gedachtegang ontstaat? A economische groei in China Nederlandse export stijgt B economische groei in China Nederlandse export stijgt C economische groei in China Nederlandse export stijgt D economische groei in China Nederlandse export stijgt E economische groei in China Nederlandse export stijgt F economische groei in China Nederlandse export stijgt Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

54 Opgave 15 - Rozen uit Rwanda Het kost veel geld om de rozen per vliegtuig naar Nederland te vervoeren. De rozen uit Rwanda zijn echter niet duurder dan in Nederland gekweekte rozen. Vraag 84 Wat is daarvoor de verklaring? A De arbeidsomstandigheden zijn in Rwanda beter. B De lonen in Rwanda zijn hoger. C Er is in Rwanda meer kennis op het gebied van rozenteelt. D Het klimaat in Rwanda is veel geschikter voor rozenteelt. Rwanda Flower, een rozenkwekerij in Rwanda, verkoopt bijna alle bloemen van de kwekerij in het buitenland. Dat gaat via de bloemenveiling in Aalsmeer. Vraag 85 Waarom worden de rozen in Aalsmeer verkocht en niet in Rwanda? Om in Rwanda eenzelfde hoeveelheid rozen te kweken als in Nederland, zijn er veel meer werknemers nodig dan in Nederland. Vraag 86 Verklaar waarom er in Rwanda meer werknemers nodig zijn om eenzelfde hoeveelheid rozen te kweken als in Nederland. Gebruik informatiebron 20 (zie volgende bladzijde). Rwanda Flora ligt even buiten Kigali en de rozen gaan direct via Kigali Airport naar Schiphol. Op het platteland van Rwanda is de grond veel goedkoper dan in en rond Kigali. Vraag 87 Waarom is het niet verstandig een rozenkwekerij te beginnen op het platteland van Rwanda? Verklaar je antwoord. De regering van Rwanda juicht de komst van rozenkwekerijen toe. Naast de oprichting van dit soort landbouwbedrijven wil de overheid van Rwanda nog liever investeren in de verwerkende industrie van landbouwproducten en de dienstensector. Vraag 88 Geef een reden waarom de overheid van Rwanda de voorkeur geeft aan de verwerkende industrie en de dienstensector boven landbouwbedrijven? Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

55 Gebruik informatiebron 20. Als alle plannen van de regering van Rwanda uitkomen, zal Rwanda op termijn de status krijgen van een middeninkomen land. Dat wil zeggen dat het inkomen per hoofd van de bevolking op 900 dollar uitkomt. Vraag 89 Met hoeveel procent moet het inkomen per jaar per hoofd van de bevolking dan stijgen? Schrijf je berekening op. Ook de Europese Unie (EU) wil de ontwikkeling van Rwanda steunen. Ze heeft daarbij de keus: Europese bedrijven die in Rwanda investeren belastingvoordelen geven Όf De invoerrechten op producten uit Rwanda verlagen. Vraag 90 Welke van de twee maatregelen is volgens jou het meest geschikt om Rwanda te helpen zich te ontwikkelen? Geef aan waarom de door jou gekozen maatregel beter is dan de andere. Informatiebron 20 Gegevens van Rwanda Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

56 Opgave 16 - Jeroen wil hulp van de EU De ECB heeft als belangrijkste doelstelling het streven naar stabiele prijzen(maximaal 2% inflatie). Vraag 91 Wat is een andere taak van de ECB in Europa? A Bij de ECB kun je binnen Europa geld pinnen. B Bij de ECB kunnen producenten geld lenen. C De ECB regelt de uitgifte van bankbiljetten binnen Europa. D De ECB zorgt voor kredietverlening aan consumenten. Vraag 92 Waarom is prijsstabiliteit zo belangrijk voor de consumenten binnen de Europese Unie (EU)? A Een hoge inflatie leidt tot hoge besparingen. B Een hoge inflatie leidt tot hoge investeringen. C Een hoge inflatie leidt tot koopkrachtverlies. D Een hoge inflatie leidt tot loonverlies. Jeroen leest in de krant: De kaas die Jeroen exporteert naar Amerika wordt betaald in euro s. Vraag 93 Is de stijging van de koers van de euro ten opzichte van de dollar voordelig of nadelig voor de kaasverkoop van Jeroen in Amerika? Verklaar je antwoord. In het artikel staat dat de Amerikaanse centrale bank de rente voorlopig erg laag zal houden om de economie te stimuleren. Vraag 94 Verklaar hoe een lage rente de economie kan stimuleren. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

57 Informatiebron 21 Gebruik informatiebron 21. Jeroen bekijkt de exportgegevens van Nederlandse kaas. Hij berekent de prijs van een kilo kaas in 2007: 3,48. Vraag 95 Bereken hoeveel de prijs van een kilo kaas in euro s in 2008 is veranderd ten opzichte van Schrijf je berekening op. Wanneer de prijs van de kaas binnen de EU hoger is dan de prijs op de wereldmarkt, kan de EU beslissen om kaas te subsidiëren. Het subsidiëren van een product heeft vooral voordelen voor de producent van dit product. Vraag 96 Wie heeft op de markt een nadeel van deze maatregel? A consumenten buiten de EU B producenten binnen de EU C producenten buiten de EU Jeroen is in ieder geval erg gelukkig dat de EU een handelsblok vormt tegenover andere delen van de wereld. Vraag 97 Leg uit waarom de EU bereid is om de boeren in de EU financieel te blijven steunen, terwijl er voldoende producten verkrijgbaar zijn op de wereldmarkt. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

58 Antwoorden opgaven Blok 1 Consumptie Opgave 1 - Patat: niet alleen de smaak verschilt 1. maximumscore 2 bij t Hoekje (1) uit de berekening moet blijken dat deze snackbar de hoogste prijs per gewichtseenheid kent, bijvoorbeeld per 100 gram 0,83 (1) 2. maximumscore 2 Voorbeelden van juiste redenen (twee van de volgende, per juist argument 1 punt): De patat is er lekkerder/beter. De bediening/service is er beter. De snackbar is gunstiger gelegen ten opzichte van woning/werk etc. Er is parkeergelegenheid. 3. maximumscore 1 Nee Voorbeeld van een juiste berekening: Nederland: 1,7 miljard porties/ 16 miljoen = ongeveer 106 porties per inwoner België: 1,2 miljard porties/ 11,5 miljoen = ongeveer 104 porties per inwoner Opmerking Als alleen de berekening is gegeven, zonder de expliciete conclusie nee te trekken, mag het punt worden toegekend. Als alleen de conclusie is gegeven, zonder de berekening, mag het punt niet worden toegekend. Als een juiste conclusie is getrokken aan de hand van een foutieve berekening, mag het punt niet worden toegekend. 4. maximumscore 1 F 5. maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 3 0,20 (patat) + 2 0,25 (broodje hamburger) = 1,10 Opgave 2 - De prijzen rijzen de pan uit 6. maximumscore 1 voorbeeld van een juiste berekening: 1,03 x 2,262 = 2,33 7. maximumscore 1 voorbeelden van een juiste uitleg: (Afroompolitiek): de prijs wordt stapsgewijs verlaagd om zo steeds een nieuwe kopersgroep te bereiken. Elektronica veroudert snel, daardoor daalt de prijs van de oudere producten. De ontwikkelingskosten zijn na verloop van tijd terugverdiend en zo kan de verkoopprijs dalen. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

59 8. maximumscore 1 voorbeeld van een juiste verklaring: Een gezin dat geen of weinig aardappelen eet, maar wel een auto heeft die op benzine rijdt, heeft geen last van de prijsstijging van aardappelen. Het gezin moet echter wel meer betalen voor de benzine. 9. maximumscore 1 A 10. maximumscore 1 B Opgave 3 - Het huishouden van Jan Steen 11. maximumscore 1 C 12. maximumscore 2 een juist vermeld voordeel, bijvoorbeeld: Je kunt de wasdrogers bekijken. Je kunt gericht vragen stellen. Je hebt in de winkel vaak de nieuwste modellen. een juist vermeld nadeel, bijvoorbeeld: De winkelier wil graag de wasdroger verkopen waar hij het meest op verdient. Ze hebben maar een beperkt aantal modellen. 13. maximumscore 2 voorbeeld van een juiste berekening: 605 / 3 x 52 = , ,67 / 12 = 873,89 of 605 / 3 = 201,67 201,67 x 52 / 12 = 873,90 ( 873,89 ook goed rekenen) 14. maximumscore 1 B 15. maximumscore 1 voorbeelden van een juiste uitgave met uitleg: Huur. Jan en Gretchen hebben waarschijnlijk een huurcontract dat ze niet direct kunnen opzeggen. Bovendien hebben ze tijd nodig een goedkoper huis te zoeken. Ziektekostenverzekering. Het contract kan niet direct worden opgezegd. Opgave 4 - De ontwikkeling van Gralloo 16. maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste uitleg: Welvaart is de mate waarin je in je behoeften kunt voorzien. Weliswaar produceerden deze gezinnen niet veel goederen, maar ze hadden ook relatief weinig behoeften. Ze waren goed in staat hun basisbehoeften te vervullen. 17. maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste uitleg: Als Jansz s avonds vis wil eten, is hij afhankelijk van een ander. Als Pieterz niets heeft gevangen die dag, is er geen vis. 18. maximumscore 1 Gedurende de tijd die Claesz nodig heeft om een weefgetouw te maken, kan hij geen Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

60 kleding maken. Hij moet dus een voorraad kleding hebben om in de behoefte van de drie families te voldoen. 19. maximumscore 1 Voorbeelden van een juist probleem (één van de volgende): Goederen zijn niet deelbaar. Degene met wie je wilt ruilen, heeft geen behoefte aan jouw goed. 20. maximumscore 1 B 21. maximumscore 1 Voorbeelden van juiste functies (twee van de volgende): spaarmiddel rekenmiddel betaalmiddel Opmerking Alleen als twee juiste functies genoemd zijn 1 punt toekennen. 22. maximumscore 1 D 23. maximumscore 1 Ja, de gezinnen zijn in staat meer goederen te kopen (ruilen) zodat ze meer behoeften kunnen vervullen. Nee, welvaart hangt af van de spanning tussen behoeften en middelen. Doordat er meer goederen beschikbaar zijn, neemt ook de vraag toe. Hierdoor hoeft de spanning tussen behoeften en middelen niet te verminderen. Opgave 5 - De goedkoopste auto van Nederland 24. maximumscore 1 B 25. maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: = maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: De brandstofkosten zijn lager dan de prijs van het treinkaartje. 2 x 35 = 70 km 70 : 16,9 = 4,14 liter 4,14 x 1,39 = 5,75 Ook goed: (70 : 16,9) x 1,39 = 5, maximumscore 1 Voorbeelden van juiste kosten (één van de volgende): afschrijving houderschapsbelasting/motorrijtuigenbelasting verzekering onderhoud APK 28. maximumscore 1 Voorbeelden van een juiste uitleg (één van de volgende): Er vindt minder uitstoot van schadelijke stoffen plaats. Er wordt minder beslag gelegd op het wegennet. Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

61 Blok 2 - Arbeid en productie Opgave 6 - Autoschadebedrijf VELBO BV 29. maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: = /10,5 = ,67 1 Opmerking Ook goedkeuren /11 = ,01 Afrondingsverschillen buiten beschouwing laten. 30. maximumscore 1 B 31. maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: apk-keurmeester werkt 50%. Dat is 0,5 x 230 = 115 dagen. Hij keurt 180 caravans in 90 dagen (180 x 0,5). Hij heeft 115 dagen - 90 dagen geen werk. Dat is 25 dagen per jaar. Indien drie berekeningen goed 2 Indien twee berekeningen goed 1 Indien één of nul berekeningen goed maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: stijging omzet keuring: 525% x = daling omzet schade-auto s: 20% x = (In euro's is de omzetdaling bij schade-auto's groter dan de omzetstijging bij apkkeuringen, daarom zal per saldo de omzet dalen.) 33. maximumscore 1 Voorbeeld van een juist antwoord (één van de volgende): afspraken maken met verzekeringsmaatschappijen en/of de wegenwacht/sleepdiensten om klanten door te sturen afspraken maken met autodealers om werk over te nemen onder de prijs van de autodealers gaan zitten service-uitbreiding door bijvoorbeeld schade-auto's op te halen en weer thuis te brengen of gratis leenauto s aan te bieden aanbiedingen Opgave 7 - Restaurant De Botermarkt 34. maximumscore 1 A 35. maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: Nationale Examentraining Economie VMBO Kader

Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining,

Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining, Trainingsboek Wiskunde VMBO Basis 2016 Hey jij daar! Welkom op de examentraining Wiskunde VMBO-Basis! Het woord examentraining zegt het al: trainen voor je examen. Tijdens deze training behandelen we de

Nadere informatie

Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining,

Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining, Trainingsboek Economie VMBO 2016 Hey jij daar! Welkom op de examentraining Economie VMBO! Het woord examentraining zegt het al: trainen voor je examen. Tijdens deze training behandelen we de examenstof

Nadere informatie

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. De economische kringloop Voor de beantwoording van de vragen 1 tot en met 6 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 1 in de

Nadere informatie

Examen VMBO-GL en TL - COMPEX

Examen VMBO-GL en TL - COMPEX Examen VMBO-GL en TL - COMPEX 2009 tijdvak 1 woensdag 27 mei totale examentijd 2 uur economie CSE GL en TL COMPEX Vragen 1 tot en met 24 In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet

Nadere informatie

Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining,

Hey jij daar! We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining, Trainingsboek Wiskunde VMBO 2016 Hey jij daar! Welkom op de examentraining Wiskunde VMBO! Het woord examentraining zegt het al: trainen voor je examen. Tijdens deze training behandelen we de examenstof

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting door Sanne 1542 woorden 11 april 2017 7,5 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 5 - Werkt dat zo? Paragraaf 5.1 - Aan de slag! Als je

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door D. 1323 woorden 7 februari 2016 1 1 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Hoofdstuk 4; Aan 't werk Boek: 200% Economie 4 mavo/tl Paragraaf 1; productie

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 havo 2000-I

Eindexamen economie 1 havo 2000-I Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van

Nadere informatie

Planner hoofdstuk 1 invullen en kies voor leerroute A, B of C.. (minimaal paragraaf 1 t/m 4 maken) Geplande activiteiten van les 1 en 2 uitvoeren.

Planner hoofdstuk 1 invullen en kies voor leerroute A, B of C.. (minimaal paragraaf 1 t/m 4 maken) Geplande activiteiten van les 1 en 2 uitvoeren. Studieplanner 2019-2020 Klas: M2 Vak: Economie week vanaf leerdoelen docentactiviteiten leertaken Verbreden/ verrijken/ verdiepen* laatste week vakantie 34 19/08/2019 start perio de 1 Hoofdstuk 1.1 wat

Nadere informatie

economie CSE GL en TL

economie CSE GL en TL Examen VMBO-GL en TL 2015 tijdvak 1 vrijdag 22 mei 13.30-15.30 uur economie CSE GL en TL Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 45 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 57 punten te behalen.

Nadere informatie

Samenvatting Economie hoofdstuk 1

Samenvatting Economie hoofdstuk 1 Samenvatting Economie hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 967 woorden 6 november 2016 7,3 6 keer beoordeeld Vak Economie Paragraaf 1: Wat voor inkomen heb je? Inkomsten die je ontvangt kunnen verschillen

Nadere informatie

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Als je moet kiezen welk plaatje je op je cijferlijst zou willen hebben,

Nadere informatie

Markt en overheid - uitwerkingen bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6

Markt en overheid - uitwerkingen bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 Markt en overheid - uitwerkingen bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 1 Nog niet zo lang geleden had je als boer te maken met een melkquotum. Een melkquotum betekent dat je een maximale hoeveelheid

Nadere informatie

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 woensdag 28 mei VERSIE 5 bespreken 12-6-2007 13.30 - vaksectie 15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 woensdag 28 mei VERSIE 5 bespreken 12-6-2007 13.30 - vaksectie 15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen VMBO-KB 2008 tijdvak 1 woensdag 28 mei VERSIE 5 bespreken 12-6-2007 13.30 - vaksectie 15.30 uur economie CSE KB Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 40 vragen. Voor dit examen

Nadere informatie

economie 1 Compex Je geeft de antwoorden op deze vragen op papier, tenzij anders is aangegeven.

economie 1 Compex Je geeft de antwoorden op deze vragen op papier, tenzij anders is aangegeven. Examen HAVO 2007 tijdvak 1 maandag 21 mei totale 13.30 examentijd - 16.003 uur economie 1 Compex Vragen 1 tot en met 20 In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet wordt gebruikt.

Nadere informatie

Hoe wordt inflatie berekend? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 1 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V1/5.1

Hoe wordt inflatie berekend? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 1 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V1/5.1 Hoe wordt inflatie berekend? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 1 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V1/5.1 Als je in de examenklas van het vmbo zit, woon je waarschijnlijk nog thuis.

Nadere informatie

Beste leerling, We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining,

Beste leerling, We wensen je heel veel succes vandaag en op je examen straks! Namens het team van de Nationale Examentraining, Trainingsboek Economie VMBO 2015 Beste leerling, Welkom op de examentraining Economie VMBO! Het woord examentraining zegt het al: trainen voor je examen. Tijdens deze training behandelen we de examenstof

Nadere informatie

Examen HAVO - Compex. economie 1 Compex

Examen HAVO - Compex. economie 1 Compex economie 1 Compex Examen HAVO - Compex Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 31 mei Totale examentijd 3 uur 20 06 Vragen 1 tot en met 21 In dit deel van het examen staan de vragen waarbij

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Bankzaken 1 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste verklaring: De inflatie van 1,6% is een gemiddelde waarin de

Nadere informatie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 3: We gaan voor de winst Exameneenheid: Arbeid en productie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 3: We gaan voor de winst Exameneenheid: Arbeid en productie 3.1 Wat zijn de kosten? Toegevoegde = extra waarde die ontstaat door de bewerking van een product waarde Toegevoegde waarde = verkoopwaarde inkoopwaarde Productiefactoren = productiemiddelen die een producent

Nadere informatie

Examen HAVO. Economie 1

Examen HAVO. Economie 1 Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens?

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? 8.1 Waarom handel met het buitenland? Importeren = het kopen van goederen en diensten uit het buitenland. Waarom? -Goedkoper of van betere kwaliteit -Bepaalde

Nadere informatie

Goede tijden, slechte tijden. Soms zit het mee, soms zit het tegen

Goede tijden, slechte tijden. Soms zit het mee, soms zit het tegen Slides en video s op www.jooplengkeek.nl Goede tijden, slechte tijden Soms zit het mee, soms zit het tegen 1 De toegevoegde waarde De toegevoegde waarde is de verkoopprijs van een product min de ingekochte

Nadere informatie

Budgettering vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Budgettering vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 21 July 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/77298 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

UIT de arbeidsmarkt

UIT de arbeidsmarkt Verandering van de werkloosheid. Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt zijn onderhevig aan continue veranderingen. Als gevolg daarvan verandert de omvang van de werkloosheid in een land ook continue. Werkloosheid

Nadere informatie

Praktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90

Praktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90 Praktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90 Praktische-opdracht door een scholier 3697 woorden 29 juni 2004 4,7 54 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Deze praktische

Nadere informatie

Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present)

Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present) Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present) Antwoorden door een scholier 1164 woorden 25 maart 2004 5,1 76 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: productie en productiefactoren

Nadere informatie

Kees begint voor zichzelf (of niet)!

Kees begint voor zichzelf (of niet)! Kees begint voor zichzelf (of niet)! Bij de beantwoording van de vragen 10 tot en met 14 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 6 in de bijlage. Deze staat helemaal onderaan Kees Baving is ontslagen.

Nadere informatie

Oefentoets Klas: havo 3 / vwo 3

Oefentoets Klas: havo 3 / vwo 3 Oefentoets Klas: havo 3 / vwo 3 Vak: economie Toets over: h1 en h2 Lesbrief: kopen en werken Hulpmiddelen: gewone rekenmachine DEZE OEFENTOETS BESTAAT UIT 8 OPGAVEN! Opgave 1 Begrippen 1 Noem alle productiefactoren

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet

Nadere informatie

H1: Economie gaat over..

H1: Economie gaat over.. H1: Economie gaat over.. 1: Belangen Geld is voor de economie een smeermiddel, door het gebruik van geld kunnen we handelen, sparen en goederen prijzen. Belangengroep Belang = Ze komen op voor belangen

Nadere informatie

Thema: Arbeidsmarkt vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/73796

Thema: Arbeidsmarkt vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/73796 Auteur VO-content Laatst gewijzigd 23 March 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/73796 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein

Nadere informatie

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I 4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 twee van de volgende voorbeelden

Nadere informatie

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 woensdag 27 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 woensdag 27 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen VMBO-KB 2009 tijdvak 1 woensdag 27 mei 13.30-15.30 uur economie CSE KB Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 38 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 49 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

-> Bereken de brutowinst en de nettowinst van Jeroen.

-> Bereken de brutowinst en de nettowinst van Jeroen. BEHEERS JIJ DIT AL? Beheers jij dit al? Bewijs dit dan door op de knop hieronder te klikken en direct de lastigste opgaven te maken. Kun jij dit foutloos? Dan mag je dit onderdeel overslaan! UITLEG Het

Nadere informatie

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken. Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar

Nadere informatie

Examen VMBO-GL en TL - COMPEX

Examen VMBO-GL en TL - COMPEX Examen VMBO-GL en TL - COMPEX 2008 tijdvak 1 woensdag 28 mei totale examentijd 2 uur economie CSE GL en TL COMPEX Vragen 1 tot en met 22 In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet

Nadere informatie

Examen VMBO-BB 2005 ECONOMIE CSE BB. tijdvak 1 donderdag 2 juni 9.00 10.30 uur. 12-10-2004 Versie vaststelling. Naam kandidaat Kandidaatnummer

Examen VMBO-BB 2005 ECONOMIE CSE BB. tijdvak 1 donderdag 2 juni 9.00 10.30 uur. 12-10-2004 Versie vaststelling. Naam kandidaat Kandidaatnummer Examen VMBO-BB 2005 12-10-2004 Versie vaststelling tijdvak 1 donderdag 2 juni 9.00 10.30 uur ECONOMIE CSE BB Naam kandidaat Kandidaatnummer Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje. Dit examen bestaat

Nadere informatie

Indexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100

Indexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100 Samenvatting door een scholier 1391 woorden 3 juni 2005 7 34 keer beoordeeld Vak Economie Economie de arbeidsmarkt hoofdstuk 4 en 5 Hoofdstuk 4 4.1 Werkgelegenheid in Nederland Alleen een opdracht 4.2

Nadere informatie

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 vrijdag 20 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 vrijdag 20 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen VMBO-KB 2016 tijdvak 1 vrijdag 20 mei 13.30-15.30 uur economie CSE KB Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 35 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 45 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6 Samenvatting door een scholier 1377 woorden 29 maart 2010 7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie samenvatting Hoofdstuk 4 Beroepsbevolking

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de

Nadere informatie

Een product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct.

Een product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct. Samenvatting door G. 1151 woorden 21 januari 2015 7,2 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie voor jou Paragraaf 3: 3.1: Produceren: is het maken van goederen of het leveren van diensten. Een product

Nadere informatie

Examenopgaven VMBO-BB 2004

Examenopgaven VMBO-BB 2004 Examenopgaven VMBO-BB 2004 tijdvak 2 dinsdag 22 juni 11.30 13.00 uur ECONOMIE CSE BB Naam kandidaat Kandidaatnummer Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje. Dit examen bestaat uit 30 vragen. Voor dit

Nadere informatie

Examen aantekeningen 2014

Examen aantekeningen 2014 Examen aantekeningen 2014 Basisbehoeften zijn behoeften die je nodig hebt om in leven te blijven. Bijvoorbeeld eten en drinken, kleding en een huis. Luxe behoeften heb je niet echt nodig bijvoorbeeld televisie

Nadere informatie

Markt en overheid bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V/1: 7 en 8

Markt en overheid bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V/1: 7 en 8 Markt en overheid bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V/1: 7 en 8 De markt, marktsector en particuliere sector het zijn alle drie benamingen die

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. De economische kringloop 1 B 2 maximumscore 1 Voorbeelden van een juiste verklaring (één van de volgende): De consumenten

Nadere informatie

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting door een scholier 1239 woorden 30 oktober 2003 6,6 81 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1 Beroepsbevolking= werkgelegenheid

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 havo 2004-II

Eindexamen economie 1 havo 2004-II 4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 2,6% 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1990 woorden 6 december 2010 3,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 2.1 produceren Produceren: het maken van goederen en het

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1291 woorden 7 maart 2004 8,4 13 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief 'de Arbeidsmarkt' Hoofdstuk 1 Concrete markt: een vaste

Nadere informatie

Thema 1 Pizzeria. Deel 1 Consumptie

Thema 1 Pizzeria. Deel 1 Consumptie 1 Thema 1 Pizzeria Deel 1 Consumptie 1. Ieder mens probeert zo veel mogelijk wensen te vervullen. Iedereen begint daarbij met de belangrijkste behoeften: eten, drinken, kleding en een dak boven je hoofd.

Nadere informatie

Opnamekosten Boeterente, indien je je geld eerder opneemt dan de afgesproken looptijd dan moet je een boete rente betalen.

Opnamekosten Boeterente, indien je je geld eerder opneemt dan de afgesproken looptijd dan moet je een boete rente betalen. Samenvatting Economie Hfd.9 Nu kopen later betalen 5 Sparen, hoe werkt dat? Wat is sparen? Sparen is het opzij leggen van inkomen. 3 redenen (motieven) waarom mensen sparen: 1. Om later iets te kopen;

Nadere informatie

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën. Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag van het vak economie havo, eerste tijdvak (2018). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende vraag: In hoeverre

Nadere informatie

Kaarten module 4 derde klas

Kaarten module 4 derde klas 1. Uit welke twee onderdelen bestaan de totale kosten? 2. Geef 2 voorbeelden van variabele kosten. 3. Geef 2 voorbeelden van vaste (of constante) kosten. 4. Waar is de totale winst gelijk aan? 5. Geef

Nadere informatie

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari 2002 7,5 813 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief: Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Concrete markt: een plek waar vragers en aanbieders

Nadere informatie

Examenopgaven VMBO-KB 2004

Examenopgaven VMBO-KB 2004 Examenopgaven VMBO-KB 2004 tijdvak 1 maandag 24 mei tijdsduur voor het gehele examen 09:00-11:00 uur LANDBOUW EN NATUURLIJKE OMGEVING AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE CSE KB Het examen landbouw en natuurlijke

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari keer beoordeeld

Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari 2009 8 3 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 11 Arbeidsmarkt = geheel vraag naar en aanbod van arbeid. Ondoorzichtige markt = werknemers+werkgevers

Nadere informatie

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 vwo 2008-I

Eindexamen economie 1 vwo 2008-I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vergemakkelijken van het ontslaan

Nadere informatie

Ruilen over de tijd (havo)

Ruilen over de tijd (havo) 1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

Praktische opdracht Economie Inflatie

Praktische opdracht Economie Inflatie Praktische opdracht Economie Inflatie Praktische-opdracht door een scholier 1658 woorden 20 juni 2005 6,9 44 keer beoordeeld Vak Economie Wat is Inflatie? Wat is inflatie en wat is een prijsindexcijfer?

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-II

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-II Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 0,15 0,12 100% = 25%

Nadere informatie

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo. Samenvatting door D. 1363 woorden 7 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Paragraaf 1; De werknemer Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te

Nadere informatie

Wat doe je met je geld? vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Wat doe je met je geld? vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 20 October 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/62277 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken

Nadere informatie

Examen VMBO-BB. economie CSE BB. woensdag 26 mei 9.00-10.30 uur. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje.

Examen VMBO-BB. economie CSE BB. woensdag 26 mei 9.00-10.30 uur. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje. Examen VMBO-BB 2010 tijdvak tijdv 1 woensdag 26 mei 9.00-10.30 uur economie CSE BB Naam kandidaat Kandidaatnummer Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje. Dit examen bestaat uit 36 vragen. Voor dit

Nadere informatie

ANTWOORDEN HOOFDSTUK 5

ANTWOORDEN HOOFDSTUK 5 ANTWOORDEN EINDTOETS HOOFDSTUK 5 RONDKOMEN ANTWOORDEN HOOFDSTUK 5 TOETS 1 RONDKOMEN 1 Prioriteiten stellen. 2 B 3 2,55 + 2,80 = 5,35 4 52 27 : 12 + 95 : 2 + 40,50 : 3 + 25 = 203. 5 A 3; B 4; C 2; D 1.

Nadere informatie

1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden

Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Samenvatting door een scholier 1037 woorden 19 augustus 2003 5,5 126 keer beoordeeld Vak Economie H1. Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Macroniveau:

Nadere informatie

Examen HAVO. economie. tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. economie. tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen HAVO 2012 tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur oud programma economie Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 28 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 60 punten te behalen.

Nadere informatie

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën. Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag voor leerlingen van het vak economie vwo, eerste tijdvak (2019). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende

Nadere informatie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie 4.1 Werk je voor loon of voor winst? Werknemer Werkgever zzp = je werkt in loondienst in opdracht van een werkgever en je ontvangt loon = je werkt als zelfstandige met werknemers in dienst en de nettowinst

Nadere informatie

De wensen van mensen zijn onbegrensd. Hoe noemen we in de economie deze wensen? BEHOEFTEN. Categorie Vraag & Antwoord

De wensen van mensen zijn onbegrensd. Hoe noemen we in de economie deze wensen? BEHOEFTEN. Categorie Vraag & Antwoord Categorie Vraag & Antwoord De wensen van mensen zijn onbegrensd. Hoe noemen we in de economie deze wensen? BEHOEFTEN Er zijn te weinig middelen om in alle behoeften te kunnen voorzien. Hoe heet dit verschijnsel?

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale Handel

Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 1611 woorden 9 september 2001 6,5 169 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel Hoofdstuk 1 Nederland is erg

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 4e klas GT

Hoofdstuk 5 4e klas GT Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Monique Kroon 27 juni 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/80430 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Eindexamen vmbo gl/tl economie 2011 - II

Eindexamen vmbo gl/tl economie 2011 - II Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. MINpunten 1 maximumscore 1 2 / 6 x 100 % = 33,3% 2 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste reden: Klantenbinding:

Nadere informatie

Thema: Wat is economie? vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Thema: Wat is economie? vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 03 May 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/76203 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein

Nadere informatie

Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid van een artikel bepalen.

Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid van een artikel bepalen. Praktische-opdracht door een scholier 3871 woorden 8 januari 2003 5,3 45 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Opdracht 1: Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid

Nadere informatie

Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.

Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten. Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a

Nadere informatie

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX 2005

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX 2005 Examen VMBO-GL en TL-COMPEX 2005 tijdvak 1 dinsdag 31 mei totale examentijd 2 uur ECONOMIE CSE GL EN TL Vragen 1 tot en met 23 In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet wordt

Nadere informatie

economie CSE GL en TL

economie CSE GL en TL Examen VMBO-GL en TL 2009 tijdvak 2 dinsdag 23 juni 13.30-15.30 uur economie CSE GL en TL Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 43 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 53 punten te

Nadere informatie

VAK: ECONOMIE METHODE: Pincode 3 VMBO kader 5 e editie KLAS: 3 CONTACTUREN PER WEEK: 3 x 50 minuten per week

VAK: ECONOMIE METHODE: Pincode 3 VMBO kader 5 e editie KLAS: 3 CONTACTUREN PER WEEK: 3 x 50 minuten per week PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING TSG VMBO CURSUSJAAR 01-01 NIVEAU KADER VAK: ECONOMIE METHODE: Pincode VMBO kader 5 e editie KLAS: CONTACTUREN PER WEEK: x minuten per week P periode C code van de toets

Nadere informatie

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. De heilige koe Bij de beantwoording van de vragen 1 tot en met 5 moet je soms gebruikmaken van de informatiebronnen 1 en 2. Nederlanders

Nadere informatie

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 23 juni 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 23 juni 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen VMBO-KB 2009 tijdvak 2 dinsdag 23 juni 13.30-15.30 uur economie CSE KB Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 40 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 47 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

Conjuncturele werkloosheid vmbo-kgt34

Conjuncturele werkloosheid vmbo-kgt34 Auteur VO-content Laatst gewijzigd 20 oktober 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/73813 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs

Nadere informatie

Examen VMBO-GL en TL COMPEX

Examen VMBO-GL en TL COMPEX Examen VMBO-GL en TL COMPEX 2007 tijdvak 1 dinsdag 29 mei totale examentijd 2,5 uur economie CSE GL en TL COMPEX Vragen 1 tot en met 26 In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet

Nadere informatie

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte

Nadere informatie

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. Bankzaken Bij de beantwoording van de vragen 1 tot en met 5 hoef je geen gebruik te maken van informatiebronnen in de bijlage. Uit

Nadere informatie

> betaald > formele sector: wit > informele sector: zwart > onbetaald > informele sector

> betaald > formele sector: wit > informele sector: zwart > onbetaald > informele sector Paragraaf 3.1 Betaalde en onbetaalde arbeid Je kunt werken bij de overheid en bij ondernemingen. Als je werkt verdien je geld hiermee kun je goederen en diensten kopen. Als je werkt krijg je geld voor

Nadere informatie

Kamer van Koophandel (KvK): hier kom je meer te weten over vergunningen, wetgeving en btw.

Kamer van Koophandel (KvK): hier kom je meer te weten over vergunningen, wetgeving en btw. Samenvatting door Sem 1018 woorden 25 januari 2018 7,3 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Samenvatting economie hoofdstuk 3 + 4 + 5 Paragraaf 3.1 Kamer van Koophandel (KvK): hier

Nadere informatie

Thema 1 Pizzeria ANTWOORDEN

Thema 1 Pizzeria ANTWOORDEN 1 Thema 1 Pizzeria ANTWOORDEN Deel 1 Consumptie 1. Ieder mens probeert zo veel mogelijk wensen te vervullen. Iedereen begint daarbij met de belangrijkste behoeften: eten, drinken, kleding en een dak boven

Nadere informatie

5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1

5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1 Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari 2016 5,7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode H4 4.1 Mensen hebben verschillende motieven om te werken. Behalve om geld te verdienen, werken

Nadere informatie

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering. Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie

Nadere informatie

Slagvaardig met geld!

Slagvaardig met geld! Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. Slagvaardig met geld! 1 maximumscore 2 voorbeelden van juiste voordelen: Hij kan het drumstel direct kopen (en gebruiken). Hij

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: economie 1 Compex Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Geboorteoverschot: Bij een geboorteoverschot worden er per jaar meer mensen geboren dan er sterven.

Geboorteoverschot: Bij een geboorteoverschot worden er per jaar meer mensen geboren dan er sterven. Boekverslag door Een scholier 1354 woorden 17 december 2002 7.6 26 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie PW Hoofdstuk 4 4.1 Beroepsbevolking: Het aantal mensen tussen 15 en 65 jaar, dat

Nadere informatie

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën. Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag voor leerlingen van het vak economie vwo, tweede tijdvak (2018). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende

Nadere informatie