Praktische opdracht Economie Inflatie
|
|
- Greta van der Woude
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Praktische opdracht Economie Inflatie Praktische-opdracht door een scholier 1658 woorden 20 juni ,9 44 keer beoordeeld Vak Economie Wat is Inflatie? Wat is inflatie en wat is een prijsindexcijfer? Inflatie is het proces van prijsstijging en geldontwaarding, de koopkracht van het geld daalt. Simpeler gezegd: geld wordt minder waard, voor hetzelfde geld kan je dus minder goederen en diensten kopen. Alle goederen en diensten hebben een prijs. Als de prijzen van producten veranderen wordt dat weergegeven met een prijsindexcijfer. Een prijsindexcijfer geeft een beeld van de gemiddelde prijsstijging (in procenten), dit is de stijging (of daling) van de inflatie. Als het prijsindexcijfer wordt berekend over de consumptiegoederen en diensten die het gemiddelde huishouden in Nederland in een basisjaar heeft gekocht, wordt dit het ConsumentenPrijsIndex genoemd, kort gezegd CPI. Het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) wil het CPI weten en houd de gegevens van de gezinsconsumptie bij. Gebruik en Berekening van het CPI Een paar keer per jaar berekent (en publiceert) het CBS de CPI. Het CPI laat de prijsontwikkeling zien van consumptiegoederen en diensten die huishoudens kopen. Het laat goed zien hoe groot de inflatie is, de inflatie wordt gemeten als de procentuele stijging van de CPI in een bepaalde periode ten opzichte van dezelfde periode van het voorgaande jaar. Het CPI wordt o.a. gebruikt bij het onderhandelen over de lonen. Tot 1982 was er in Nederland automatische prijscompensatie, dit betekent dat de lonen automatisch in verhouding evenveel stegen als de prijzen. Tegenwoordig wordt dit systeem niet meer gebruikt, toch houden de vakbewegingen nog wel rekening met de prijsindexcijfers en de inflatie. Niet alle kosten van het gezin tellen mee in het CPI. Op de volgende bladzijde een rijtje met een paar soorten uitgaven die wel of niet meetellen om een globaal beeld te schetsen. Wel: Pagina 1 van 5
2 Dagelijkse boodschappen Uitgaven voor duurzame consumptiegoederen (bijv. wasmachine en auto) Huur Consumptiegebonden belastingen (bijv. onroerendezaakbelasting en motorrijtuigenbelasting School- en collegegeld niet: Inkomstenbelasting Sociale premies Uitgaven voor verzekerde medische zorg Niet ieder product telt even zwaar mee in het CPI, goederen en diensten die vaak worden gekocht tellen procentueel zwaarder mee. Het CBS bepaald hoeveel ieder product meetelt bij de berekening van het samengestelde prijsindexcijfer, om dit gewogen gemiddelde te berekenen worden er wegingsfactoren gebruikt. Het CBS kijkt om de 5 jaar naar de gezinsuitgaven, de gezinnen (er is een gemiddeld modaal gezin genomen van twee ouders met twee kinderen) geven in de loop van de jaren hun geld steeds aan andere producten uit omdat de behoeften veranderen en er ook steeds nieuwe producten te koop zijn. Hierdoor verandert steeds de grootte van de wegingsfactor per product. Om het CPI te berekenen wordt er een basisjaar gekozen, deze prijzen zijn het uitgangspunt. Het CBS kijkt naar de uitgaven van gezinnen in het basisjaar. M.b.v. de wegingsfactoren wordt er een gewogen gemiddelde berekend. Het getal wat nu berekend is krijgt het (samengesteld) prijsindexcijfer van 100. Nu gaat het CBS gegevens verzamelen over de uitgaven van gezinnen uit het jaar waarvan de inflatie berekend moet worden, met deze gegevens wordt weer een gewogen gemiddelde berekend en dit is het CPI van het nieuwe jaar. Maar er is ook een grote groep inkomens die lager zijn dan het gemiddelde: mensen met een uitkering of het minimumloon. Deze mensen geven hun inkomen voor een groot deel uit aan goederen die meer dan evenredig duurder zijn geworden. Een goed voorbeeld is de invoering van de euro. Mensen kregen toen in verhouding minder te besteden terwijl men stellig volhield dat de prijzen enkel waren omgerekend en dat er geen inflatie was. Ook een punt om rekening mee te houden, het CPI geld alleen voor gezinnen en houdt weinig rekening met bijvoorbeeld jongeren, alleenstaanden en ouderen. Als deze mensen een ander uitgavenpatroon hebben kunnen ze financieel in de knoop raken. Een voorbeeld, jongeren gaan vaker uit dan gezinnen. Daar wordt weinig rekening mee gehouden, een lage wegingsfactor, dus dat zit in hun inkomen niet mee berekend. Ook veel hogere uitgaven en kosten zijn niet in het CPI verwerkt, bijvoorbeeld verhoging van gemeentelijke heffingen/belastingen en grotere bijdragen in de sociale verzekeringen. Hierbij horen ook de verhoging van de ziekenfondsbijdrage en de toename van het aantal medicijnen en verrichtingen die de verzekerde zelf moet betalen. Pagina 2 van 5
3 Berekening van inflatie Aan het verschil tussen twee prijsindexcijfers van het CPI valt de inflatie af te lezen. Om nu de gewogen gemiddelde prijsstijging tussen 1996 en 1997 te berekenen moet men gebruik maken van deze formule: (Nieuw - Oud)/Oud x 100% = procentueel verschil Soorten Inflatie Er zijn heel veel soorten inflatie omdat er ook veel redenen zijn waardoor de prijzen kunnen stijgen. Hieronder een paar voorbeelden, deze komen het meeste voor. Kosteninflatie. Als de productiekosten van bedrijven zijn gestegen kunnen ze (om dezelfde winst te kunnen behalen) de prijzen van hun producten verhogen. De consument moet dan meer betalen. Er zijn veel verschillende soorten kosteninflatie, bijvoorbeeld door gestegen loonkosten, importkosten of hogere belastingen. Loonkosteninflatie. Deze soort inflatie hoort bij kosteninflatie. In dit geval zijn de productiekosten gestegen doordat de loonkosten hoger zijn (de lonen zijn sneller gestegen dan de arbeidsproductiviteit). Door hoge loonkosten komt er inflatie, maar door deze inflatie gaan ook weer de loonkosten stijgen zodat mensen in verhouding evenveel te besteden hebben. De cirkel is rond en men noemt dit de loon-prijsspiraal. Winstinflatie. Als bedrijven meer winst willen behalen dan dat ze nu doen kunnen ze de prijzen van hun producten verhogen. Het geld dat de consument nu meer uitgeeft aan hun producten is winst voor de producent. Wel moet er rekening mee worden gehouden dat de consumenten minder producten kopen als de prijzen stijgen. Het is voor de producent een uitdaging om het juiste evenwicht te vinden tussen de prijzen en de vraag ernaar. (Over)bestedingsinflatie. Als er meer producten gekocht worden dan dat er gemaakt word gaan de prijzen omhoog. Dit komt omdat er een grote vraag is naar de producten en zelfs tegen hoge prijzen word het evenveel verkocht. Deze inflatie kan worden verholpen door hulp van de overheid. Ze kunnen Belastingen verhogen, mensen hebben dan minder geld over en kunnen minder kopen. Geïmporteerde inflatie. Als de producten die wij importeren duurder worden moet de Nederlandse consument meer betalen. Wij importeren dus niet alleen het product uit het buitenland maar ook de prijs(stijging) ervan. Conclusie Pagina 3 van 5
4 Onderzoek de inflatie van de laatste tien jaar en speciaal sinds de invoering van de euro. Veel mensen denken dat het officiële prijsindexcijfer voor de gezinsconsumptie niet klopt, dat de prijzen in werkelijkheid meer gestegen zijn. Hoe zit dat? Inflatie is het proces van prijsstijging en geldontwaarding, geld wordt minder waard dus voor hetzelfde geld kan je minder goederen en diensten kopen. Als de prijzen van producten veranderen wordt dat weergegeven met een prijsindexcijfer. Een prijsindexcijfer geeft een beeld van de gemiddelde prijsstijging (in procenten), dit is de stijging (of daling) van de inflatie. Het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) berekent dit prijsindexcijfer. Ze gebruiken gegevens over het consumptiepatroon van gezinnen, daarom noemen ze dit het CPI (ConsumentenPrijsIndex). Niet ieder product telt even zwaar mee in het CPI, goederen en diensten die vaak worden gekocht tellen procentueel zwaarder mee. Het CBS bepaald hoeveel ieder product meetelt bij de berekening van het samengestelde prijsindexcijfer, om dit gewogen gemiddelde te berekenen worden er wegingsfactoren gebruikt. Vanaf 1990 is de inflatie langzaam gedaald, toen de euro werd ingevoerd steeg deze weer. Maar deze stijging had niet alleen met de invoering van de euro te maken, ook bijvoorbeeld door de vliegtuig-ramp van 11 september ect. Veel mensen hebben het gevoel dat het officiële cijfer voor de gezinsconsumptie (na de invoering van de euro) niet klopt, maar naar mij mening hebben die mensen ongelijk en zijn de prijzen in werkelijkheid evenveel gestegen als het CPI aangeeft gestegen. HP/De Tijd heeft onderzocht wat volgens hun het reële CPI moet zijn, dit is heel iets anders dan dat het CBS heeft berekend! Hier zijn enkele redenen voor: - De CPI-artikelgroepen waarin de goederen en diensten uit het HP/De Tijd onderzoek kunnen worden ingedeeld beslaan slechts 27,8 procent van de totale dekking van de CPI, belangrijke uitgavencategorieën zijn niet zijn opgenomen in het HP/ De Tijd onderzoek. - HP/De Tijd berekent een gemiddelde prijsstijging van goederen en diensten zonder rekening te houden met het bestedingsaandeel van de goederen en diensten in het totale consumptiepakket van een huishouden. - Het onderzoek van HP/De Tijd is niet representatief voor wat betreft de regionale spreiding van de waarnemingen, het aantal en de keuze van de goederen en diensten waarvoor prijsveranderingen zijn gemeten, en de gekozen aankoopkanalen. - Ook het CBS heeft de afgelopen 5 jaar forse prijsstijgingen gemeten voor bepaalde artikelgroepen. Daar staat tegenover dat het CBS voor andere artikelgroepen juist prijsdalingen heeft genoteerd. - In de CPI worden alleen zuivere prijsveranderingen gemeten. Dit betekent dat wanneer een goed of een dienst in kwaliteit verandert, hiervoor wordt gecorrigeerd. Voor de goederen en diensten in het onderzoek van HP/De Tijd spelen kwaliteitswijzigingen slechts een beperkte rol. Pagina 4 van 5
5 Er zijn ook andere redenen te geven waarom het CPI wel klopt maar dat veel mensen dat niet geloven: -Veel mensen bedenken zich niet dat ze veel méér producten kopen met euro s, omdat alles goedkoper lijkt. Ze zien dat alle producten opeens een prijs hebben met een lager getal dus kopen er meer van. Ze denken nog in guldens en dan denken ze dat ziet er goedkoop uit als ze een product in euro s zien. -Mensen rekenen tegenwoordig ook vaak nog dingen om van euro s naar guldens. Ze willen weten of het in verhouding wel klopt. Vaak schrikken ze dan omdat alles in guldens veel duurder lijkt. De prijsstijging is logisch door de inflatie, maar veel mensen realiseren zich dit niet. En ondertussen raken ze ook steeds meer gewend aan de euro, dus met vergeet hoe de prijzen waren voor het invoeren van de euro. -Een ander belangrijk punt heeft te maken met het berekenen van het CPI. Bij het berekenen van dit cijfer letten ze op het uitgavenpatroon van de gezinnen, de gezinsconsumptie. Stel dat de incidentele uitgaven (zoals een nieuwe televisie, koelkast, bank of radio) goedkoper zijn geworden, dan laat dat het CPI dalen. Ondanks dat de dagelijkse boodschappen wel erg veel zijn gestegen lijkt het CPI niet bijzonder hoog. De incidentele uitgaven zorgen dus dat het CPI erg laag lijkt, veel mensen weten dit niet en schrikken van de hoge prijzen van hun boodschappen. Die kosten zijn sterker gestegen dan dat het CPI laat blijken. Pagina 5 van 5
Hoe wordt inflatie berekend? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 1 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V1/5.1
Hoe wordt inflatie berekend? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 1 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V1/5.1 Als je in de examenklas van het vmbo zit, woon je waarschijnlijk nog thuis.
Nadere informatieTe weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.
Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar
Nadere informatieDe prijs van een cd is gestegen met 25% ten opzichte van het basisjaar.
Indexcijfers Berekenen van het prijsindexcijfer Bij economie moet je vaak prijzen met elkaar vergelijken. Door inflatie stijgen de prijzen. Om de prijzen makkelijk met elkaar te vergelijken maken we gebruik
Nadere informatieVroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.
Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding
Nadere informatieCPI = 122,5 Wat zegt dit? Hoe bereken je dit? Categorieën Aandeel Prijsstijging Optelling. Voeding 40% 10% Kleding 35% -5% Overig 0 CPI 102,25
CPI = 122,5 Wat zegt dit? Hoe bereken je dit? Categorieën Aandeel Prijsstijging Optelling Voeding 40% 10% Kleding 35% -5% Overig 0 CPI 102,25 ConsumentenPrijsIndexcijfer Consumenten Prijsindexcijfer in
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Inkomen
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Inkomen Samenvatting door een scholier 1329 woorden 12 maart 2004 7,8 37 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie Inkomen hoofdstuk 1: Inkomen in natura:
Nadere informatie6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE
Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatieALGEMENE ECONOMIE /03
HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Productiefactoren: alle middelen die gebruikt worden bij het produceren: NOKIA: natuur, ondernemen, kapitaal,
Nadere informatieGroep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115
Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken
Nadere informatiePersbericht. Consumentenprijsindex juni
Persbericht PB99-176 9 juli 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex juni De consumentenprijzen zijn tussen mei en juni met 0,4 procent gedaald. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Vergeleken met vorig jaar
Nadere informatiePersbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-107 12 mei 2000 10.30 uur Inflatie loopt in april licht op De inflatie is in april 2000 iets hoger uitgekomen dan in het eerste kwartaal dit jaar. Ten
Nadere informatieUw koopkracht in de toekomst
Een goed gesprek over Uw koopkracht in de toekomst Nadenken over de toekomst. Dat is wat ons kantoor dagelijks doet. De toekomst van u, en die van de andere relaties van ons kantoor. De ene keer gaat het
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de
Nadere informatieBestedingspakket gepensioneerden erden meest in prijs gestegen
08 Bestedingspakket et gepensioneerden erden meest in prijs gestegen Karlijn Bakker Publicatiedatum CBS-website: 17 april 2009 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig
Nadere informatieMicronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden
Samenvatting door een scholier 1037 woorden 19 augustus 2003 5,5 126 keer beoordeeld Vak Economie H1. Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Macroniveau:
Nadere informatieAntwoorden stencils OPGAVE 1 11.313 pond. (36,41%) 1,48 miljard als het BNP in procenten harder is gestegen dan het bedrag in ponden in procenten
Antwoorden stencils OPGAVE 1 1. Nominaal Inkomen 1996 = 25,34 miljard pond x 1,536 = 38,92224 miljard pond Bevolkingsomvang 1996 = 3.340.000 x 1,03 = 3.440.200 Nominaal Inkomen per hoofd = 38,92224 miljard
Nadere informatieAchtergrond van de basisverlegging CPI 2010
Achtergrond van de basisverlegging CPI 2010 Jaarlijkse basisverlegging CPI De Consumentenprijsindex (CPI) meet de prijsontwikkeling van het pakket van goederen en diensten dat de gemiddelde consument afneemt.
Nadere informatieHoofdstuk 3: Inflatie
Hoofdstuk 3: Inflatie 3.1. Begrippen A. Inflatie is een algemene prijsstijging of een stijging van het algemene prijspeil over een langere periode. De levensduurte stijgt. De waarde van het geld kunnen
Nadere informatieSamenvatting Economie Rekonomie
Samenvatting Economie Rekonomie Samenvatting door een scholier 1570 woorden 24 oktober 2011 5,3 76 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Rekonomie Hoofdstuk 1 De cijfers achter de komma worden ook
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatiePersbericht. Consumentenprijsindex maart 1999
Persbericht PB99-085 9 april 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex maart 1999 In maart was de consumentenprijsindex 0,9 procent hoger dan in februari. De stijging is vooral een gevolg van de stijging van
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatiePersbericht. Inflatie in 1999 is 2,2 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-008 14 januari 2000 10.30 uur Inflatie in 1999 is 2,2 procent In 1999 lagen de prijzen voor consumenten gemiddeld 2,2 procent hoger dan in 1998. Dit
Nadere informatieTechnische toelichting
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-080 7 april 2000 10.30 uur Inflatie ook in maart stabiel De inflatie is in maart 2000 uitgekomen op 1,9 procent. Dat is ongeveer even hoog als in de
Nadere informatiePersbericht. Consumentenprijsindex juli 1999
Persbericht PB99-200 6 augustus 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex juli 1999 In juli zijn de consumentenprijzen in Nederland gemiddeld niet veranderd. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Er waren wel
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Achtergrond van de jaarlijkse basisverlegging
Achtergrond van de jaarlijkse basisverlegging Jaarlijkse basisverlegging CPI De Consumentenprijsindex (CPI) meet de prijsontwikkeling van het pakket van goederen en diensten dat de consument gemiddeld
Nadere informatieExamen HAVO. Economie 1
Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2008-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 bij (1) primair bij (2) directe
Nadere informatiePersbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-027 5 april 2007 9.30 uur Inflatie hoger door duurdere kleding De inflatie is in maart 2007 uitgekomen op 1,8 procent. Dat is 0,3 procentpunt hoger dan
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent. Huurstijging gemiddeld 3,1 procent
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-121 5 augustus 2004 9.30 uur Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent De inflatie is in juli 2004 uitgekomen op 1,1 procent. Dat is 0,3 procentpunt lager
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door M. 1189 woorden 16 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Economie, hoofdstuk 4 Loon/winst: zijn vormen van inkomen. Hierover betaal je belastingen
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-007 11 februari 2010 9.30 uur Inflatie omlaag door gas en elektriciteit Energie ruim 17 procent goedkoper dan een jaar eerder Voeding goedkoper Nederlandse
Nadere informatieBijdrage aan en impact op de inflatie
Paper Bijdrage aan en impact op de inflatie Jan Walschots Februari 2016 CBS 2014 Scientific Paper 1 Inhoud 1. Inleiding 3 2. De CBS methode om bijdragen te berekenen 3 3. De Eurostat methode om impacts
Nadere informatiePersbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-002 8 januari 2004 9.30 uur Inflatie in december gedaald De inflatie in Nederland is in december 2003 uitgekomen op 1,7 procent. Dit is de laagste uitkomst
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2006-II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet
Nadere informatieStatistisch Bulletin. Jaargang
Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 41 13 oktober 2016 Inhoud 1. Prijzen 3 Inflatie daalt naar 0,1 procent 3 I. Consumentenprijsindex alle huishoudens (2015=100) (37) 4 II. Consumentenprijsindex, alle
Nadere informatieCPI Statistisch Bulletin, mei 2017
CPI Statistisch Bulletin, mei 2017 Willemstad, juli 2017 Consumentenprijzen Curaçao: mei 2017 Prijzen 0,3 procent lager, vergeleken met de maand april 2017; Inflatie per mei 2017 is 0,7 procent Prijsontwikkeling
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatieRuilen over de tijd (havo)
1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatiePersbericht. Inflatie stabiel ondanks dure energie. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-060 10 maart 2000 10.30 uur Inflatie stabiel ondanks dure energie De inflatie is in februari 2000 uitgekomen op 2,0 procent. Dat is gelijk aan de uitkomst
Nadere informatie6,6. Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Hoofdstuk Bruto- en nettoloon
Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart 2015 6,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Hoofdstuk 1 1.1 Bruto- en nettoloon Loonstrook/Salarisspecificatie -> krijg je elke
Nadere informatiePersbericht. Inflatie in november iets afgevlakt. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-277 8 december 2000 10.30 uur Inflatie in november iets afgevlakt De consumentenprijzen lagen in november 3,0 procent hoger dan in november vorig jaar.
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat
Nadere informatie1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?
Nadere informatieKleurpagina vraagkaartjes beginner Ruilen over de tijd Quiz. Deze pagina 2 keer printen daarna op de achterkant de vraagkaartjes Ruilen over de tijd
Kleurpagina vraagkaartjes beginner Ruilen over de tijd Quiz. Deze pagina 2 keer printen daarna op de achterkant de vraagkaartjes Ruilen over de tijd quiz beginner printen en uitsnijden of knippen. Bijlage
Nadere informatieEconomie module 4 Ruilen in de tijd. goederen kopen
Economie module 4 Ruilen in de tijd 27 blz. werkboek = 1 ½ blz. per les H1 par 1 & 2 vb.1 O O sparen om tijd storting + rente iets te kopen goederen kopen vb.2 O O geld lenen om tijd aflossing + rente
Nadere informatieDomein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl
Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die
Nadere informatiePersbericht. Inflatie in juli 2,8 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-179 4 augustus 2000 10.30 uur Inflatie in juli 2,8 procent CBS-Persdienst Postbus 4000 2270 JM Voorburg tel. (070) 337 58 16 fax (070) 337 59 71 E-mail:
Nadere informatieCBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties
Persbericht PB14-029 8 mei 2014 9.30 uur CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties Inflatie stijgt van 0,8 procent naar 1,2 procent Inflatie omhoog na drie maanden daling Verschil met eurozone
Nadere informatieDOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD. Module 4 Nu en later
DOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD Module 4 Nu en later Inflatie Definitie: stijging van het algemeen prijspeil Gevolgen van inflatie koopkracht neemt af Verslechtering internationale concurrentiepositie Bij
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,1 procent
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-034 10 mei 2011 9.30 uur Inflatie stijgt naar 2,1 procent Inflatie stijgt vooral door duurdere benzine Tabak, voedingsmiddelen en koffie ook duurder
Nadere informatiePersbericht. Inflatie loopt in oktober verder op. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-254 10 november 2000 10.30 uur Inflatie loopt in oktober verder op De inflatie is in oktober uitgekomen op 3,1 procent. Dit is het hoogste cijfer sinds
Nadere informatieCPI Statistisch Bulletin, juni 2017
CPI Statistisch Bulletin, juni 2017 Willemstad, juli 2017 Consumentenprijzen Curaçao: juni 2017 Prijzen 0,1 procent hoger vergeleken met de maand mei 2017; Inflatie per juni 2017 is 0,9 procent Prijsontwikkeling
Nadere informatiePraktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90
Praktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90 Praktische-opdracht door een scholier 3697 woorden 29 juni 2004 4,7 54 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Deze praktische
Nadere informatiePersbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-026 8 april 2010 9.30 uur Dure benzine verhoogt inflatie Inflatie in maart omhoog door prijsstijging benzine Groenteprijzen stijgen door strenge winter
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Vervoer
Samenvatting Economie Lesbrief Vervoer Samenvatting door een scholier 2145 woorden 11 januari 2011 6,8 358 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H 1 Marktaandeel van de afzet= afzet onderneming/afzet
Nadere informatieAbsoluut Relatief = in verhouding = procentueel; procentuele verandering procentpunt; perunage, promille; juist afronden groei over groei
Absoluut Relatief = in verhouding = procentueel; procentuele verandering procentpunt; perunage, promille; juist afronden groei over groei (groeifactoren) terugrekenen in de tijd (met groeifactoren) nominaal,
Nadere informatiePersbericht. Beduidend lagere inflatie in oktober. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-255 9 november 2001 9.30 uur Beduidend lagere inflatie in oktober In oktober is de inflatie gedaald naar 4,3 procent. In september was de inflatie nog
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2000-I
Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijzen in januari iets hoger dan in december. Daling van inflatie kent meerdere oorzaken
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-016 5 februari 2004 9.30 uur Inflatie in januari gedaald naar 1,4 procent De inflatie in Nederland is in januari 2004 uitgekomen op 1,4 procent. Dit
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-064 7 oktober 2010 9.30 uur Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent Inflatie iets omhoog door prijsontwikkeling benzine Nederlandse inflatie blijft lager
Nadere informatieInflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk
Persbericht PB14-008 13 februari 2014 9.30 uur Inflatie daalt Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk De inflatie is in januari 2014 gedaald
Nadere informatieInflatie daalt licht naar 1,5 procent
Persbericht PB13 077 5 december 2013 9:30 uur Inflatie daalt licht naar 1,5 procent Pakketreizen en voeding verlagen inflatie Benzine verhoogt inflatie Inflatie eurozone stijgt De inflatie is in november
Nadere informatieCPI Statistisch Bulletin januari 2018
CPI Statistisch Bulletin januari 2018 Willemstad, maart 2018 Consumentenprijzen op Curaçao: januari 2018 Gemiddeld prijsniveau 0,6 procent hoger dan in december 2017; Inflatie 1,7 procent Prijsontwikkeling
Nadere informatiePersbericht. Inflatie in juni gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-146 6 juli 2001 9.30 uur Inflatie in juni gedaald In juni is de inflatie gedaald tot 4,5 procent. Vorige maand bedroeg de inflatie nog 4,9 procent. De
Nadere informatiePersbericht. Inflatie loopt in april verder op. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-102 11 mei 2001 9.30 uur Inflatie loopt in april verder op De inflatie is in april opgelopen tot 4,9 procent. Vorige maand werd nog 4,6 procent gemeten.
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 47,5 27,5 100% = 72,73% 27,5
Nadere informatiePersbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-001 6 januari 2011 9.30 uur Inflatie gestegen naar 1,9 procent Duurdere autobrandstoffen verhogen inflatie Inflatie in 2010 gemiddeld 1,3 procent Inflatie
Nadere informatiePrijzen stabiel vergeleken met november; inflatie 2015 is -0,5 procent
Centraal Bureau voor de Statistiek Inlichtingen: (+599 9) 461 1031 fax 461 1696 Adres: Fort Amsterdam z/n E-mail: info@cbs.cw Website: www.cbs.cw Persbericht Willemstad, 10 februari 2016 Consumentenprijzen
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt, huurstijging historisch laag. Daling gasprijs sterkste in jaren
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-056 9 augustus 2007 9.30 uur Inflatie daalt, huurstijging historisch laag De inflatie is in juli 2007 gedaald naar 1,5 procent. Dat is 0,2 procentpunt
Nadere informatieCBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent
Persbericht PB14-046 7 augustus 2014 9.30 uur CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent Inflatie in juli onveranderd laag op 0,9 procent Huren weer fors omhoog Inflatie eurozone gedaald De inflatie in
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8
Begrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8 Begrippenlijst door een scholier 1298 woorden 26 februari 2004 6,2 13 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen hoofdstuk 7 en 8 Collectieve sector -> bestaat uit
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in mei opnieuw gedaald. Prijzen in mei even hoog als in april
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-069 9 juni 2005 9.30 uur Inflatie in mei opnieuw gedaald De inflatie is in mei 2005 uitgekomen op 1,3 procent. Dat is 0,2 procentpunt lager dan in april.
Nadere informatieCPI Statistisch Bulletin, februari 2017
CPI Statistisch Bulletin, februari 2017 Willemstad, April 2017 Consumentenprijzen Curaçao: februari 2017 Prijzen 0,6 procent hoger dan in de maand januari 2017; Inflatie per februari 2017 is 0,2 procent
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036)
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-035 11 maart 2004 9.30 uur Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036) Inflatie in februari gedaald naar 1,2 procent
Nadere informatieCPI Statistisch Bulletin, maart 2017
CPI Statistisch Bulletin, maart 2017 Willemstad, mei 2017 Consumentenprijzen Curaçao: maart 2017 Prijzen 0,2 procent lager dan in de maand februari 2017; Inflatie per maart 2017 is 0,4 procent Het consumentenprijsindexcijfer
Nadere informatiePersbericht. Inflatie in juli naar 4,6 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-177 10 augustus 2001 9.30 uur Inflatie in juli naar 4,6 procent In juli is de inflatie licht gestegen tot 4,6 procent. In de voorgaande maand was de
Nadere informatieConsumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003
Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers
Nadere informatieInflatie stijgt in december naar 1,7 procent
Persbericht PB14-001 9 januari 2014 9.30 uur Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent - Prijzen van benzine en kleding verhogen inflatie - Inflatie in 2013 gemiddeld 2,5 procent - Inflatie eurozone
Nadere informatieLaagste inflatie sinds november 2010
Persbericht PB13-067 7 november 2013 9:30 uur Laagste inflatie sinds november 2010 - Inflatie daalt sterk naar 1,6 procent - Effect btw op inflatie uitgewerkt - Nederlandse inflatie blijft hoger dan in
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt naar 2,4 procent
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-029 10 mei 2012 9.30 uur Inflatie daalt naar 2,4 procent Inflatie omlaag door voeding en tabak Vakanties duurder Inflatie in Nederland nog steeds hoger
Nadere informatieAchtergrond van de basisverlegging CPI 2014
Achtergrond van de basisverlegging CPI 2014 Jaarlijkse basisverlegging CPI De Consumentenprijsindex (CPI) geeft de prijsontwikkeling van een pakket van goederen en diensten zoals dit gemiddeld wordt aangeschaft
Nadere informatieCPI Statistisch Bulletin juli 2018
CPI Statistisch Bulletin juli 2018 Willemstad, juli 2018 Consumentenprijzen op Curaçao: juli 2018 Gemiddeld consumentenprijsniveau 0,4 procent hoger dan in juni 2018; Inflatie dus stijging kosten van levensonderhoud
Nadere informatieStatistisch Bulletin. Jaargang
Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 24 16 juni 2016 Inhoud 1. Prijzen 3 Inflatie blijft in mei 0 procent 3 I. Consumentenprijsindex alle huishoudens (2015=100) (19) 4 II. Consumentenprijsindex, alle
Nadere informatiePersbericht. Inflatie naar 4,6 procent in maart. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-076 6 april 2001 9.30 uur Inflatie naar 4,6 procent in maart De inflatie is in maart opgelopen naar 4,6 procent. Vorige maand was dit nog 4,5 procent.
Nadere informatieBijlage I: Woningmarktcijfers 3 e kwartaal 2008
Bijlage I: Woningmarktcijfers 3 e kwartaal 2008 De prijs van de gemiddelde verkochte woning daalt met -0,3% licht in het 3 e kwartaal van 2008. De prijs per m 2 stijgt daarentegen licht met 0,3%. De prijsontwikkeling
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2004-II
4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 2,6% 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in februari iets hoger. Inflatie gestegen door hogere benzineprijzen
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-017 8 maart 2007 9.30 uur Inflatie in februari iets hoger De inflatie is in februari 2007 uitgekomen op 1,5 procent. Dat is iets hoger dan in januari.
Nadere informatie20.1 Wat is economische groei?!
20.1 Wat is economische groei? Om te beoordelen of er geproduceerd is, moet het BBP worden gecorrigeerd voor de inflatie. BBP is de totale product door binnenlandse sectoren. We vinden dan de toename van
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in december licht gestegen
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB13-001 10 januari 2013 9.30 uur Inflatie in december licht gestegen Inflatie in december 2,9 procent Prijzen van voedingsmiddelen verhogen inflatie Inflatie
Nadere informatiePersbericht. Inflatie opnieuw hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-078 3 december 2009 9.30 uur Inflatie opnieuw hoger Benzineprijs verhoogt inflatie in november Inflatie in Nederland en eurozone nu vrijwel gelijk De
Nadere informatieDomein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)
1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom
Nadere informatieCPI Statistisch Bulletin, januari 2017
CPI Statistisch Bulletin, januari 2017 Willemstad, Maart 2017 Consumentenprijzen Curaçao: januari 2017 Prijzen 0,5 procent hoger dan in de maand december 2016; Inflatie 0,0 procent Het consumentenprijsindexcijfer
Nadere informatieAntwoorden Lesbrief Waar voor je geld
Antwoorden Lesbrief Waar voor je geld Deze lesbrief (derde druk, 2015) is een uitgave van De Nederlandse Bank en tot stand gekomen met medewerking van Gerrit Gorter en Han van Spanje (VECON). 1. Prijzen
Nadere informatie