Jaarverslag 2011 Inhoudsopgave

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Jaarverslag 2011 Inhoudsopgave"

Transcriptie

1 Jaarverslag 2011

2 Jaarverslag 2011 Inhoudsopgave Voorwoord van de hoofddirectie Voorwoord van de hoofddirectie 2 Rabo Vastgoedgroep in Bestuur per 31 december Rabo Vastgoedgroep in beeld 8 Bericht van de raad van commissarissen 12 Verslag van de hoofddirectie 14 Rabo Vastgoedgroep in Visie en strategie 14 Ondernemingsbeleid 15 Samenwerking Rabobank Groep 20 Marktontwikkelingen Financieel resultaat 23 Ontwikkeling 24 Financiering 28 Investment Management 30 Medewerkers 32 Vooruitzichten 32 Directeuren per divisie 34 2 De effecten van alle economische tumult in 2011 hadden grote impact op de vastgoedmarkten, waarin de bedrijven van Rabo Vastgoedgroep actief zijn. Verslag van de hoofddirectie Visie en strategie Jaarrekening Geconsolideerde winst-en-verliesrekening 38 Overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 39 Geconsolideerde balans 40 Geconsolideerd vermogensoverzicht 41 Geconsolideerd overzicht van kasstromen 42 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening 43 Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening 57 Toelichting op de geconsolideerde balans 63 Overige informatie Rabo Vastgoedgroep wil de meest logische partner in vastgoed zijn. Onze samenwerking met de Rabobank Groep levert duidelijk voordeel op voor onze klanten.

3 1 Rabo Vastgoedgroep in 2011 Highlights Rabo Vastgoedgroep in beeld Visie Organogram Development Wonen Development Commercieel Vastgoed Finance Investment Management Beheer Maatschappelijke Fondsen B E S T UUR SCENTRU M 4 8 In een onzekere en onrustige vastgoedmarkt hebben wij een bescheiden nettoresultaat van 31 miljoen behaald. Het rendement op eigen vermogen kwam uit op 1,9%. Wij willen de ambities van onze klanten realiseren op het gebied van de woon- en werkomgeving en winkel- en recreatievoorzieningen. Hierbij streven wij naar het beste resultaat op een maatschappelijk verantwoorde wijze. Verslag van de hoofddirectie Marktontwikkelingen 2011 Verslag van de hoofddirectie Vooruitzichten De financiële crisis heeft een grote impact op de economie. Laag consumentenvertrouwen en beperkte investeringsvolumes zijn daarvan de gevolgen. In de huidige situatie is kennis van de markt buitengewoon belangrijk. Rabo Vastgoedgroep is met haar sterke marktpositie en grote expertise bij uitstek een partij die kwaliteit hoog in het vaandel heeft.

4 2 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Voorwoord van de hoofddirectie 2011 was een jaar van politieke en economische onrust. Media berichtten onophoudend over versobering en verarming, over dalende huizenprijzen, over de noodzaak van pensioenfondsen om ingrijpende maatregelen te nemen. Politici worstelden zichtbaar met hun leiderschap, de koers voor Europa en de euro. De financiële sector kampte met kredietkrimp, met grotere risico s in de portefeuille en een verscherping van toezicht en wet- en regelgeving. Al deze turbulentie zorgde voor een gebrek aan vertrouwen bij consumenten en bedrijven. Uiteraard hadden ook de vastgoedmarkten waarin de bedrijven van Rabo Vastgoedgroep actief zijn, last van de turbulentie. De waardering van vastgoed (grondposities, onderhanden werk en gereed product) en vastgoedfinancieringen hebben gezien deze marktomstandigheden en het beperkt aantal transacties onze bijzondere aandacht en zijn ook aan de orde geweest in de raad van commissarissen. De waarderingsmethodiek heeft geleid tot negatieve herwaarderingen en aanvullende kredietvoorzieningen. Meer informatie over de waardering van vastgoed is opgenomen in de toelichting bij de jaarrekening. Toch hebben we 2011 met positieve resultaten afgesloten. Bouwfonds Property Development deed het vooral goed in Frankrijk en Duitsland. Een bevestiging dat de gekozen internationale strategie de juiste is. Bouwfonds REIM sloot het jaar met een bescheiden positief resultaat af. Het bedrijfsresultaat van Rabo Vastgoedgroep in de Nederlandse markt werd in belangrijke mate gedragen door FGH Bank. Ook de samenwerking met de lokale Rabobanken en andere onderdelen van de Rabobank Groep droegen hieraan bij. Die samenwerking is een van onze speerpunten: wij willen toegevoegde waarde bieden als vastgoedexpertisecentrum van de Rabobank Groep. Zo trekken MAB Development en Bouwfonds Property Development samen met de lokale Rabobanken op bij de ontwikkeling van projecten en de vorming van aantrekkelijke hypotheken voor klanten. FGH Bank biedt expertise aan de lokale Rabobanken. Zij doet dit in de vorm van analyse van vastgoedfinancieringsaanvragen, revisies van financiële belangen en taxaties. FGH Vastgoed Expertise biedt de lokale Rabobanken portefeuille- en huisvestingsanalyses. Bouwfonds REIM werkt succesvol samen met Robeco Duitsland bij de plaatsing van een Europees vastgoedfonds. Ondanks de positieve resultaten en de goede samenwerking dwingen de moeilijke marktomstandigheden en het uitblijven van economisch herstel ons tot interne maatregelen. Binnen alle bedrijfsonderdelen van Rabo Vastgoedgroep zijn processen gestart om de efficiency te verhogen en de kosten te reduceren. Personele krimp is daarbij voor een aantal divisies onvermijdelijk. Voor Bouwfonds Property Development en Bouwfonds REIM betekent dit in 2012 een herinrichting van de organisatie. Hierbij wordt nauw samengewerkt met de betrokken ondernemingsraden. Deels gaat het om aanpassingen die al eerder voorzien waren en nu sneller doorgevoerd worden. De organisatie en processen worden beter afgestemd op de veranderende vastgoedmarkt. MAB Development zoekt naar innovatieve oplossingen in de ontwikkeling van commercieel vastgoed om de winstgevendheid te verbeteren. Tegelijkertijd streeft het bedrijfsonderdeel naar een lager risicoprofiel voor bestaande en nieuwe projecten. Ook hier wordt de efficiency van bedrijfsprocessen geanalyseerd en staan kostenbesparingen op de agenda. Bij FGH Bank liggen de uitdagingen vooral in de beheersing van de kredietrisico s in de bestaande portefeuille; door de moeilijke marktomstandigheden zijn die verder toegenomen. Rabo Vastgoedgroep hecht grote waarde aan de transparantie en integriteit in de vastgoedmarkt en in de verslaglegging hieromtrent. De ontwikkelingen op dit gebied worden nauwlettend gevolgd en adequaat opgepakt. Wij zijn dan ook betrokken bij het maatschappelijk debat binnen de sector. Dit geven wij onder meer vorm middels lidmaatschappen van diverse brancheorganisaties, waaronder de NEPROM en de IVBN. Verder neemt FGH Bank, namens de vastgoedfinanciers, deel in het Integriteit Overleg Vastgoed (IOV). Bouwfonds REIM is het nieuwe jaar helaas ingegaan zonder directievoorzitter Jean Klijnen. Hij is vanwege gezondheidsredenen teruggetreden, ook als lid van de hoofddirectie van Rabo Vastgoedgroep. Zijn taken worden voorlopig intern waargenomen, tot in zijn definitieve opvolging is voorzien. Vooruitblik De marktposities van Bouwfonds Property Development, MAB Development, FGH Bank en Bouwfonds REIM zijn solide en worden versterkt doordat Rabo Vastgoedgroep een belangrijk onderdeel is van de Rabobank Groep. De economische barometers laten voor 2012 voorlopig geen herstel zien en

5 3 geven geen uitzicht op het einde van de neerwaartse spiraal. Het herstel van de markten voor vastgoedontwikkeling, vastgoedfinanciering en investment management is in hoge mate afhankelijk van factoren, die helaas buiten de beïnvloedingssfeer van Rabo Vastgoedgroep liggen. Sterk politiek leiderschap binnen de Europese Unie is cruciaal om te komen tot de positieve impulsen die nodig zijn om het brede vertrouwen te herstellen. De Europese schuldencrisis zorgt voor extra terughoudendheid. Echter het voeren van structureel beleid is belangrijker dan de focus op het huidige begrotingsbeleid. Dit alles heeft een grote impact op de financierings- en fundingkosten, temeer omdat door de regelgeving van Basel III hogere eisen worden gesteld aan de solvabiliteit en liquiditeit van banken en instellingen. Helderheid scheppen op de Nederlandse woningmarkt is een politiek issue en vormt een voorwaarde voor herstel van de woningmarkt. In deze sombere en onzekere markt houdt Rabo Vastgoedgroep vast aan de gekozen strategie om een breed scala van vastgoed expertise en vastgoedgerelateerde diensten aan te bieden in Nederland en de kernlanden Frankrijk en Duitsland. Diversificatie over de verschillende disciplines van de vastgoedmarkt zorgt voor voldoende kansen en commerciële slagkracht. Na de reorganisaties van Bouwfonds Property Development en Bouwfonds REIM staan er twee vernieuwde organisaties, afgestemd op de actuele markteisen, klaar om de commerciële kansen te benutten. Daarnaast geldt voor alle bedrijven binnen Rabo Vastgoedgroep een focus op een verlaging van de kosten. i Van links naar rechts: Walter de Boer, Isaäc Kalisvaart, Jos van Lange, Hans van der Linden en Peter Keur Wij hebben het vertrouwen dat de gebundelde kracht, capaciteit, creativiteit en visie binnen Rabo Vastgoedgroep het onderscheidend vermogen biedt om de uitdagingen in 2012 aan te gaan en deze om te zetten in toegevoegde waarde voor onze klanten. De expertise en vaardigheden van onze medewerkers zijn daarbij cruciaal. Daarom blijven we in hun ontwikkeling investeren. Onze sterke marktpositie en de betrokkenheid van de Rabobank Groep als financieel sterke aandeelhouder bieden ons een solide en robuuste basis. Ook in 2012 zullen er genoeg kansen komen voor de bedrijven van Rabo Vastgoedgroep, daarvan zijn wij overtuigd. Hoevelaken, 29 maart 2012 Hans van der Linden, voorzitter Peter Keur, vicevoorzitter Walter de Boer Isaäc Kalisvaart Jos van Lange

6 4 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Rabo Vastgoedgroep in 2011 Highlights Nettowinst 31 miljoen Rendement op eigen vermogen 1,9% Aantal verkochte woningen in Nederland en het buitenland Productie commercieel vastgoed 269 miljoen Omvang kredietportefeuille FGH Bank 19,0 miljard Assets under management Bouwfonds REIM 7,2 miljard Bestuur per 31 december 2011 Hoofddirectie J.A.M. van der Linden (Hans), voorzitter P.C. Keur (Peter) FGH Bank, vicevoorzitter W.P. de Boer (Walter) Bouwfonds Property Development I.M. Kalisvaart (Isaäc) MAB Development J.H.P.M. van Lange (Jos) Chief Financial & Risk Officer Raad van commissarissen L.C. Brinkman, voorzitter S.N. Schat, vicevoorzitter L.M.J. van Halderen J.G. Blokhuis

7 5 Organogram Development Wonen Development Commercieel Vastgoed Finance Investment Management Beheer Maatschappelijke Fondsen BESTUURSCENTRUM

8 6 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Kerngegevens Resultaat Nettoresultaat mln Vermogenspositie Eigen vermogen mln Achtergestelde leningen mln Aansprakelijk groepsvermogen mln Ratio s Rendement op eigen vermogen % 1,9 6,4 BIS-ratio kernvermogen % 10,2 11,4 BIS-ratio totaal toetsingsvermogen % 10,5 11,7 Raroc % 1,8 6,3 Productie Verkochte woningen (inclusief projecten van derden) aantal Productie commercieel vastgoed mln Portefeuille (bruto) Kredieten mln Assets under management mln Beheerd duurzaam maatschappelijk vermogen mln Ontwikkelingsportefeuille Woningen aantal Commercieel vastgoed m Medewerkers Fte s aantal Binnenland Buitenland Headcount aantal Binnenland Buitenland

9 7 Kerngegevens MVO (Nederland) Personeelsgegevens Medewerkers (in fte) aantal Ziekteverzuim % 3,4 3,2 Vrouwen in dienst % Vrouwen in hogere functies ( schaal 11) % Opleidingsinvesteringen per fte duizend 1,28 1,42 Sponsoring en donaties Sponsoring en donaties duizend Bedrijfsvoering 1 CO 2 -uitstoot bedrijfsvoering duizend ton CO 2 5,3 6,7 CO 2 -uitstoot per fte ton CO 2 4,4 5,5 Elektriciteitsgebruik 2 kwh per fte Aandeel groene stroom 2 % Gasverbruik 3 m 3 per m ² brutovloeroppervlak 8,0 11,9 Papiergebruik A4 4 kg per fte Leaseportefeuille A-, B- en C-auto s ten opzichte van totaal % Fondsenbeheer Nederland (per 31 december) Beheerd duurzaam maatschappelijk vermogen mln Kengetallen van de onafhankelijke maatschappelijke fondsen Industrieel erfgoed in eigendom en herontwikkeling dienstverlening (BOEi) aantal Verstrekte stimuleringsleningen voor volkshuisvesting (SVn) mln Verstrekte financieringen voor restauraties (Nationaal Restauratiefonds) mln Verstrekte financieringen voor natuurontwikkelingsprojecten (Nationaal Groenfonds) mln Boerderijen in eigendom en herontwikkeling (Boerderij en Landschap) aantal Gemiddelde 1 oktober 2010 / 30 september Deze gegevens hebben, uitgaande van fte, betrekking op 90% van het personeelsbestand van Rabo Vastgoedgroep. Deze gegevens hebben, uitgaande van fte, betrekking op 88% van het personeelsbestand van Rabo Vastgoedgroep. Deze gegevens hebben, uitgaande van fte, betrekking op 86% van het personeelsbestand van Rabo Vastgoedgroep.

10 8 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Rabo Vastgoedgroep in beeld Visie Rabo Vastgoedgroep wil de ambities van haar klanten realiseren op het gebied van de woon- en werkomgeving en winkel- en recreatievoorzieningen. Wij realiseren deze ambities door onze kennis en ervaring op het gebied van vastgoed in te zetten. Wij vertalen deze in gebiedsontwikkelingen, vastgoedprojecten, -financieringen en -beleggingen. Maar ook door trans parant samen te werken met onze klanten, marktpartijen en overheden. En door resultaatgedreven te handelen. Deze manier van werken vormt de basis voor een duurzaam rendement op vastgoedinvesteringen. Wij streven voor onze klanten naar het beste resultaat op maatschappelijk verantwoorde wijze. Wij voelen ons mede verantwoordelijk voor de omgeving waarin wij Rabo Vastgoedgroep en onze klanten gezamenlijk wonen, werken, winkelen en recreëren. Daarom richten wij ons sterk op duurzaamheid en vinden wij het belangrijk om een maatschappelijke bijdrage te leveren. Dat doen wij vanuit één gezamenlijke noemer: passie voor vastgoed, waarbij de waarden integriteit en betrokkenheid centraal staan in ons doen en laten. Profiel Rabo Vastgoedgroep is het vastgoedexpertisecentrum van de Rabobank Groep. Wij zijn een integrale vastgoedonderneming die actief is in vastgoedontwikkeling (woongebieden en commercieel vastgoed), vastgoedfinanciering en investment management. Dat doen wij onder de merknamen Bouwfonds Property Development, MAB Development, FGH Bank, Bouwfonds REIM en Fondsenbeheer Nederland. Rabo Vastgoedgroep behoort tot de grootste vastgoedonderne mingen in Europa. Buiten Nederland zijn wij vooral actief in Frankrijk en Duitsland. In 2011 realiseerde Rabo Vastgoedgroep een winst van 31 miljoen. Ultimo 2011 werkten er medewerkers (fte) bij onze organisatie, van wie 501 in het buitenland. Activiteiten Ontwikkeling Integrale woongebieden en kleinschalige multifunctionele projecten Bouwfonds Property Development realiseert als een van de grootste Europese gebiedsontwikkelaars al ruim vijfenzestig jaar integrale woongebieden en kleinschalige multifunctionele projecten. De organisatie is een stabiele en betrouwbare partner die kwaliteit, duurzaamheid en de klant centraal stelt. Doel is om leefomgevingen te realiseren met een hoge gebruiks-, belevings- en toekomstwaarde. Bouwfonds Property Development, in Nederland actief onder de merknaam Bouwfonds Ontwikkeling, kan dankzij de marktkennis van haar regio kantoren en het fijnmazige netwerk van de lokale Rabobanken daadkrachtig inspelen op specifieke lokale omstandigheden. Het profijt hiervan is zichtbaar in de kwaliteit van de woongebieden die worden gerealiseerd. Bouwfonds Property Development is marktleider in Nederland en heeft een sterke positie in Frankrijk (Bouwfonds Marignan) en Duitsland (Bouwfonds Immobilien entwicklung). Commercieel vastgoed en toonaangevende multifunctionele projecten MAB Development is met vestigingen in Nederland, Frankrijk en Duitsland één van de leidende ontwikkelaars van commercieel vastgoed in Europa. Onze visie en durf leiden al ruim veertig jaar tot toonaangevende projecten. Samen met gebruikers en geïnspireerd door de locatie voegt de ontwikkelaar duurzame en succesvolle combinaties van wonen, werken, winkelen en recreëren toe aan de stedelijke omgeving. De kwaliteit van MAB Development bestaat uit het kiezen van de juiste locatie, een gedegen stedenbouwkundige benadering, bijzondere architectuur en een duurzame aanpak. Met een sterke focus op retail in de functiemix draagt MAB Development bij aan een levendige omgeving in de stad.

11 9 Financiering FGH Bank is de specialist in het financieren van commercieel vastgoed. De bank biedt alle mogelijke vastgoedfinancieringen: van grond- en/of bouwfinancieringen tot beleggingsfinancieringen. Het financieren van commercieel vastgoed vraagt om een doordachte en gedegen aanpak, waarbij betrouwbaarheid en snelheid een grote rol spelen. Daarom heeft FGH Bank alle vastgoedkennis in eigen huis: het commerciële team wordt ondersteund door ervaren vastgoedanalisten, taxateurs en bouwkundigen. Ook op juridisch en fiscaal gebied staan experts paraat. FGH Bank werkt met een landelijk dekkend netwerk van regiokantoren. Met het label RNHB Hypotheekbank richt FGH Bank zich zowel via intermediairs als via het directe kanaal op de vastgoedmiddenmarkt. Investment Management Als initiator en manager van vastgoedfondsen biedt Bouwfonds REIM op vastgoed gebaseerde beleggingsproducten. Bouwfonds REIM is onder andere actief in de sectoren woningen, winkels, kantoren, parkeergarages, landbouwgronden en telecommunicatie infrastructuur. De vastgoedvermogensbeheerder is naast Nederland met name actief in Duitsland. Bouwfonds REIM behoort tot de tien grootste spelers op het gebied van vastgoedbeleggingen in Nederland. Beheer maatschappelijke fondsen Fondsenbeheer Nederland is een onafhankelijke beheerder van zeven verschillende maatschappelijke fondsen. Elk fonds zet zich intensief in voor een betere kwaliteit van onze leef omgeving. Fondsenbeheer Nederland voert het management voor Nationaal Restauratiefonds, Nationaal Groenfonds, Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) en de Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed (BOEi ). Recent zijn ook Boerderij en Landschap, Stichting Klimaatlandschap Nederland en Stichting Behoud en Her bestemming Religieus Erfgoed ondergebracht bij Fondsen beheer Nederland.

12 10

13 11 Profiel Rabobank Groep Profiel Rabobank De Rabobank Groep is een internationale financiële dienst verlener op coöperatieve grondslag, actief op het gebied van retailbanking, wholesalebanking, vermogensbeheer, leasing en vastgoed. In de dienstverlening van de Rabobank staat het leveren van waarde voor de klant centraal. In Nederland streeft de groep naar breed marktleiderschap, internationaal ligt de focus op het uitbreiden van de leidende positie als food- en agribank. De Rabobank Groep bestaat uit zelfstandige lokale Rabobanken en hun centrale organisatie, de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank B.A. (Rabobank Nederland) met dochters en deelnemingen. De groep heeft een personeelsbestand van ongeveer fte en is wereldwijd actief in 46 landen. Dochterondernemingen en deelnemingen De dochterondernemingen en deelnemingen dragen bij aan de doelstelling van de Rabobank Groep om klanten een vol ledig pakket aan financiële diensten te bieden. De groeps onderdelen zijn specialisten op hun terrein en streven naar intensieve samenwerking in het belang van de klanten. Organisatieschema Rabobank Groep 31 december miljoen klanten 1,9 miljoen leden 139 lokale Rabobanken 872 vestigingen Rabobank Nederland Raad van bestuur Raad van commissarissen Ondersteuning lokale Rabobanken Particulieren Bedrijven Private Banking Overige ondersteunende afdelingen Rabobank International Food & agribusiness Wholesale banking Rural & retail banking Direct banking Rabo Development Staffuncties Rabobank Groep Coöperatie & Duurzaamheid Investor relations Long term funding Overige staffuncties Dochterondernemingen en deelnemingen Vermogensbeheer Leasing Vastgoed Verzekeringen Hypotheken Zakelijk Internationaal retail Partner banken Robeco Schretlen & Co Sarasin (69%) De Lage Landen Athlon Carlease Freo Rabo Vastgoedgroep Bouwfonds Property Development MAB Development FGH Bank Bouwfonds REIM Fondsenbeheer Nederland Achmea (29%) Interpolis Obvion (70%) Rembrandt Fusies & Overnames ACCBank Bank BGZ (60%) Banco Terra (31%) Banco Regional (40%) BPR (35%) NMB (35%) Zanaco (46%) URCB (9%) Banco Sicredi (25%)

14 12 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Bericht van de raad van commissarissen Wij bieden u het jaarverslag 2011 van Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. aan. De jaarrekening is opgesteld door de hoofd directie van Rabo Vastgoedgroep en gecontroleerd door Ernst & Young Accountants LLP. Mede op grond van de controleverklaring stellen wij de aandeelhouder voor de jaarrekening vast te stellen en de winst te bestemmen in overeenstemming met het gedane voorstel. Wij hebben vijf keer vergaderd in aanwezigheid van de leden van de hoofddirectie en twee keer zonder de hoofddirectie. Geen van de vier leden was frequent afwezig. Gelet op de omvang van de raad van commissarissen zijn er geen afzonderlijke commissies. In de vergaderingen zijn de actuele ontwikkelingen in de vastgoedmarkt en de gevolgen daarvan voor Rabo Vastgoedgroep steeds uitgebreid aan de orde geweest. De hoofddirectie heeft ons geïnformeerd over de merkbare en te verwachten gevolgen voor de eigen business. De herinrichting van de organisatie en de personele consequenties zijn daarbij uitgebreid besproken. Op ons verzoek heeft de hoofd directie een presentatie gegeven over de grondposities van de onderneming. Vanwege de omvang van de grondportefeuille in verhouding tot de actuele marktontwikkelingen is extra aandacht besteed aan deze positie en de waardering ervan. Naar aanleiding van de Management Letter en het accountants verslag over 2010 en over het halfjaarrapport 2011 is er drie keer vergaderd in aanwezigheid van de externe accountant. Bij vier vergaderingen was de interne accountant present; daarin werden het auditplan 2011 en de kwartaalrapportages besproken. De raad heeft twee keer vergaderd in aanwezigheid van het hoofd Compliance; dit in verband met de halfjaar - rapportages en het complianceplan voor De hoofd directie heeft ons op de hoogte gesteld van de vorderingen in het proces tegen de verdachten in de vastgoedfraude (Klim-op-zaak). In januari 2012 zijn de meeste verdachten veroordeeld. Tevens hebben we van gedachten gewisseld over de te treffen schikkingen en het gehanteerde Customer Due Diligence (CDD)-beleid. Wij hebben het aangepaste fiatteringskader goedgekeurd, naar aanleiding van de evaluatie van het fiatteringskader door de hoofddirectie. Ook is het beleid voor de risicobereidheid van Rabo Vastgoedgroep goedgekeurd, waarbij nadrukkelijk is stil gestaan bij de stapeling van risico s op het niveau van Rabo Vastgoedgroep. De raad van commissarissen beoordeelt de leden van de hoofddirectie op basis van een performancecontract, waarin de strategische doelstellingen van de onderneming zijn verwerkt. De beloning stellen we vast op basis van de gerealiseerde doelen in het performancecontract. Naar aanleiding van de CRD-III-richtlijn en de regeling beheerst beloningsbeleid is het beloningsbeleid voor het senior management aangepast. De raad van commissarissen heeft dit aangepaste beleid goedgekeurd. In het verlengde daarvan hebben wij het groepsbreed beloningsbeleid van de Rabobank Groep onderschreven. In het verslag over de Code Banken wordt nader aandacht besteed aan specifieke kenmerken van het beloningsbeleid. In verband met de invoering van de Code Banken en het groepsbreed beloningsbeleid zijn ook het directiereglement en het reglement van de raad van commissarissen gewijzigd en door ons goedgekeurd. De raad van commissarissen onderkent het belang van doorstroming van medewerkers naar de hogere posities binnen de onderneming. In bijzijn van de hoofddirectie en het hoofd Human Resources Rabo Vastgoedgroep heeft een review plaatsgevonden van het beleid voor management development. In het kader van permanente educatie hebben we samen met de hoofddirectie een programma gevolgd over ontwikkelingen op de Europese vastgoedmarkt en over zorgplicht. In 2011 hebben we ons eigen functioneren geëvalueerd. Daarbij zijn enkele onderwerpen en bedrijfsonderdelen benoemd waaraan we nader aandacht wensen te besteden, zoals management development, Basel III en Bouwfonds REIM is voor de onderneming een moeilijk jaar geweest. De vooruitzichten voor 2012 zijn zodanig, dat het wederom een uitdagend jaar wordt. Wij hebben er het volste vertrouwen in dat de hoofddirectie en medewerkers van Rabo Vastgoedgroep in staat zijn de onderneming door de moeilijke tijd te loodsen. Hoevelaken, 29 maart 2012 Raad van commissarissen L.C. Brinkman, voorzitter S.N. Schat, vicevoorzitter L.M.J. van Halderen J.G. Blokhuis

15 13 Samenstelling van de raad van commis sarissen in het verslagjaar met personalia, hoofden nevenfuncties Mr. drs. L.C. (Elco) Brinkman, voorzitter (1948, Nederlandse nationaliteit) Commissaris sinds: 2007 Huidige zittingstermijn: Hoofdfunctie: voorzitter Bouwend Nederland Belangrijkste nevenfuncties: voorzitter raad van commissarissen Algemene Pensioen Groep vicevoorzitter VNO-NCW voorzitter bestuur Nederlandse Rode Kruis fractievoorzitter CDA in de Eerste Kamer Mr. S.N. (Sipko) Schat, vicevoorzitter (1960, Nederlandse nationaliteit) Commissaris sinds: 2006 Huidige zittingstermijn: Hoofdfunctie: lid raad van bestuur van Rabobank Nederland Overige bestuursfuncties: Rothschilds Continuation Holding Bank Sarasin & Cie Externe functies namens de Rabobank Groep: Euronext lid dagelijks bestuur VNO-NCW Unico Banking Group Ir. L.M.J. (Ludo) van Halderen (1946, Nederlandse nationaliteit) Commissaris sinds: 2009 Huidige zittingstermijn: Hoofdfunctie: toezichthoudende en adviserende functies Commissaris: Rabobank IJsseldelta Draka Holding Van Gelder Groep Brink Groep Smit Transformatoren Lid raad van advies: Moroccan Dutch Leadership Institute Milieuraad gemeente Amsterdam Lid van bestuur: Ondersteuningsstichting Bachvereniging Introdans voorzitter Kameroperahuis J.G. (Jaap) Blokhuis (1958, Nederlandse nationaliteit) Commissaris sinds: 2010 Huidige zittingstermijn: Hoofdfunctie: tot 1 november 2011: CEO Redevco Nevenfuncties: raad van toezicht NRW raad van toezicht Argidius Foundation

16 14 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Verslag van de hoofddirectie Rabo Vastgoedgroep in 2011 De aanhoudend ongunstige economische omstandigheden hebben een grote impact op de vastgoedmarkten. En dus ook op de resultaten van onze groep. In 2011 behaalde Rabo Vastgoedgroep met 31 miljoen een bescheiden nettowinst. De divisies hebben hun topposities in de markten waarin zij opereren weten vast te houden. Bouwfonds Property Development realiseerde in % minder woningen dan in Er werden woningtransacties gedaan, tegenover in In Nederland bleven de woningverkopen 18% achter bij In het buitenland bleef het aantal woningtransacties met nagenoeg gelijk aan In Frankrijk en Duitsland zijn de marktomstandigheden beter dan in Nederland. In Frankrijk werd het beste resultaat tot nu toe geboekt. Door de moeizame markt voor ontwikkeling van commercieel vastgoed daalde de productie bij MAB Development naar 269 miljoen; 7% lager dan in Hoewel de interesse in langjarig verhuurd vastgoed op goede locaties groeit, blijft het trans actie volume laag. De kredietportefeuille van FGH Bank is met 7% gegroeid naar 19 miljard. De assets under manage ment van Bouwfonds REIM bleven stabiel op 7,2 miljard. Visie en strategie Algemeen Als gedreven vastgoedonderneming de ambities van klanten mogelijk maken op het gebied van wonen, werken, winkelen en recreëren: dat is de missie van Rabo Vastgoedgroep. Onze ambitie is om de meest logische partner in vastgoed te zijn. Dat kunnen we zijn, omdat we de wensen van onze particuliere en zakelijke klanten centraal stellen. We hebben de vastgoedkennis in huis, beschikken over een sterk netwerk en staan bekend als een transparante en duurzame vastgoedonderneming. Als vastgoedexpertisecentrum van de Rabobank Groep beschikken wij bovendien over financiële slagkracht. Bij het realiseren van onze ambitie hanteren wij twee rand voorwaarden: het realiseren van een voor risico gecorrigeerd passend rendement voor onze aandeelhouder en een versteviging van onze sterke nationale en internationale marktposities, met een beheerste groei van de activiteiten in Frankrijk en Duitsland. Ontwikkeling Bouwfonds Property Development bezit een sterk ruimtelijk en regionaal gediversifieerde projectenportefeuille die een solide basis biedt voor de productie van de komende jaren. De ambitie is om het kwantitatief marktleiderschap in Nederland te behouden en het kwalitatief leiderschap te versterken. Daarvoor wordt verder geïnvesteerd in de samenwerking met andere onderdelen van de Rabobank Groep. In Nederland wordt de onderneming aangepast aan de moeilijke markt omstandigheden. De groei moet komen uit Frankrijk en Duitsland: het streven is een top 5-positie in deze markten. De focus ligt hierbij op economisch sterke regio s. De activiteiten in andere Europese landen worden gefaseerd afgebouwd. De markt voor commercieel vastgoed in West-Europa verandert van een uitbreidings- naar een herontwikkelingsmarkt. MAB Development richt zich dan ook vooral op herontwikkelingskansen in de sterke binnenstedelijke gebieden in de thuismarkten Nederland, Frankrijk en Duitsland. Binnen multifunctionele projecten ligt het accent met name op winkels (retail). Financiering De strategie van FGH Bank wordt bepaald door de behoeften van de verschillende klantgroepen en de continu veranderende marktomstandigheden. Daarnaast spelen de risico s op de vastgoedmarkt, nieuwe wet- en regelgeving en de beschikbaarheid van funding en kapitaal een grote rol. De professionaliteit van de klant en de kwaliteit van het vastgoed op korte en middellange termijn staan voorop bij het verstrekken van financieringen. FGH Bank blijft zich in sterke mate richten op de Nederlandse markt. RNHB Hypotheekbank behoudt haar stevige positie in de vastgoedmiddenmarkt. De lokale Rabobanken doen bij vastgoedvraagstukken in toenemende mate een beroep op FGH Vastgoed Expertise op het gebied van analyses, advies en taxaties.

17 15 Investment management De focus van Bouwfonds REIM ligt vooral op het aanbieden van beleggingsproducten met een relatief laag risicoprofiel. Steeds meer (institutionele) beleggers kiezen nadrukkelijk voor duurzaam beleggen. In overleg met de beleggers wil Bouwfonds REIM de komende jaren haar portefeuilles verduurzamen. Bij nieuwe fondsen geldt duurzaamheid al als uitgangspunt. Ondernemingsbeleid Besturingsmodel Rabo Vastgoedgroep wordt bestuurd door de hoofddirectie. Die bestaat uit de voorzitter, de Chief Financial & Risk Officer (CFRO) en de directievoorzitters van de vier divisies. Een van hen is vicevoorzitter. De leden van de hoofddirectie zijn collectief verantwoordelijk voor de besturing van Rabo Vastgoedgroep, de algemene zaken van de onderneming en de divisies. Dit houdt onder meer in dat de hoofddirectie een gezamenlijke visie uitdraagt, het beleid en de strategie per divisie vaststelt en de risico s van grote businessvoorstellen beoordeelt. De raad van commissarissen houdt toezicht op de hoofddirectie. Aandeelhouder Rabobank Nederland benoemt zowel de hoofd directie als de raad van commissarissen. Maatschappelijk verantwoord ondernemen Vastgoed staat in dienst van de eindgebruiker en moet bijdragen aan de kwaliteit van de samenleving in het heden en in de toekomst. Dat is onze overtuiging. Voor Rabo Vastgoedgroep betekent maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO): actief zijn met duurzaam vastgoed; integer ondernemen; verantwoorde bedrijfsvoering; maatschappelijke betrokkenheid; dat alles binnen een financieel verantwoorde huishouding. We integreren MVO in onze strategie en kernactiviteiten. In de komende jaren streven we naar een toppositie in de vastgoedsector op het gebied van MVO. Dit sluit aan bij de ambitie van de Rabobank Groep om tot de mondiale top van meest duurzame financiële instellingen te behoren. Actief zijn met duurzaam vastgoed Alle bedrijfsonderdelen van Rabo Vastgoedgroep leveren een bijdrage aan duurzame vastgoed- en gebiedsontwikkeling. Hierbij spelen naast energieaspecten onderwerpen als multifunctionaliteit, transformatie, mobiliteit en cultuurhistorie een belangrijke rol. Bouwfonds Property Development heeft zich in 2011 op vele vlakken ingezet voor de productie van energiezuinige woningen. Zo zijn onder andere in nauwe samenwerking met Rabobank Nederland de mogelijkheden uitgewerkt om de leencapaciteit voor energiezuinige (nieuwbouw)woningen verder te verruimen. Verder introduceerde Bouwfonds Property

18 16 Development voor woonconsumenten die zich oriënteren op een nieuwbouwwoning de zogenaamde Groene Kopers Keuzelijst waarin een groot scala aan opties op het gebied van milieu en klimaat wordt gepresenteerd. Ook in 2011 was Bouwfonds Property Development donateur van The Borneo Initiative, een niet-gouvernementele organisatie (NGO) die ernaar streeft om in hoog tempo het aandeel van FSC-gecertificeerde bossen in Indonesië substantieel te vergroten. De inspanningen van MAB Development om duurzaamheid in haar ontwikkelingen door te voeren zijn in Duitsland beloond. De kantoortoren NEXTOWER, onderdeel van het binnenstedelijke PalaisQuartier in Frankfurt, heeft het gouden DGNB-certificaat gekregen (Deutsche Gesellschaft für Nachhaltiges Bauen). Daarnaast is de ontwikkeling van het multifunctionele gebouw De Rotterdam op de Kop van Zuid een voorbeeld van een duurzame ontwikkeling door MAB Development. In zowel de voorbereiding, de bouw als in het uiteindelijke gebruik wordt op vele fronten bijgedragen aan de duurzaamheid van zowel het project als de omgeving. FGH Bank heeft in 2011 een pilot opgestart om te inventariseren of de objecten in portefeuille op objectieve wijze van een duurzaamheidslabel kunnen worden voorzien. Daarnaast is duurzaamheid verdergaand geïntegreerd in het taxatieproces. Als founding member van de International Sustainability Alliance (ISA) wil FGH Bank het bewustzijn van het belang van duurzaam commercieel vastgoed vergroten. Daarnaast ondersteunt FGH Bank de Amsterdam School of Real Estate (ASRE) financieel en met haar kennis. Als officiële sponsor van het Internationaal Franz Liszt Pianoconcours bevestigt FGH Bank haar maatschappelijke en culturele betrokkenheid bij de stad Utrecht. Verder neemt FGH Bank zitting in het bestuur van het Nationaal Renovatie Platform (Stichting NRP) en namens de vastgoedfinanciers in het Integriteit Overleg Vastgoed (IOV). Bouwfonds REIM heeft in 2011 het door haar in 2010 ontwikkelde Locatie Object Gebruiker (LOG)-model in gebruik genomen. Met dit model toetst de fondsmanager de portefeuille op duurzaamheidscriteria. Het model maakt gebruik van input van GPR Gebouw en in de Verenigde Staten van Green Globes. Duurzaamheid is onderdeel van de due diligence van nieuw te acquireren vastgoed. Daarnaast heeft Bouwfonds REIM in 2011 veel energie gestoken in het verbeteren van de duurzaamheid van het vastgoed in de bestaande portefeuilles. Fondsenbeheer Nederland heeft als strategisch motto: inves teren in ruimtelijke kwaliteit. Via de door haar beheerde fondsen wordt dit dagelijks gerealiseerd. Integer ondernemen In 2011 is de gedragscode verder ingebed in de buitenlandse onderdelen van Rabo Vastgoedgroep. De code bevat regelingen op het gebied van integriteit en gedrag van medewerkers en sluit aan bij de code van de Rabobank Groep. Bij een aantal buitenlandse onderdelen zijn ultimo 2011 integriteitsmetingen uitgevoerd. In 2012 zal dit ook bij andere buitenlandse onder delen gebeuren. In februari 2011 werd de DNB-beleidsregel Integriteitsbeleid ter zake van zakelijke vastgoed activiteiten binnen Customer Due Diligence van kracht. Een belangrijk onderdeel van deze beleidsregel vormt het zogenoemd afgeleid integriteitsrisico. Rabo Vastgoedgroep heeft in haar CDD-beleid risk-based invulling gegeven aan deze beleidsregel. Onderdeel van het CDD-beleid is dat Bouwfonds Ontwikkeling en MAB Development alle relevante gegevens omtrent de transacties, waar zij bij betrokken zijn, vastleggen. Dit biedt de externe en interne accountant de mogelijkheid om de transactie ook achteraf te toetsen op compliance met wettelijkheid en correctheid.

19 17 Verantwoorde bedrijfsvoering Rabo Vastgoedgroep streeft in Nederland per medewerker naar een reductie van CO 2 -uitstoot van 20% in 2013 ten opzichte van In 2011 hebben we deze doelstelling gerealiseerd, de CO 2 -uitstoot per medewerker was 30% lager dan in Bij nieuwe investeringen in onze eigen gebouwen en apparatuur, wordt rekening gehouden met mogelijke energiebesparingen. Maatschappelijke betrokkenheid Rabo Vastgoedgroep is al vijfentwintig jaar hoofdsponsor van Open Monumentendag, een van de grootste culturele evenementen van Nederland. Rabo Vastgoedgroep vindt het van groot belang dat monumentale bouwwerken behouden blijven, zodat mensen zich bewust blijven van het cultureel erfgoed. Open Monumentendag past bij Rabo Vastgoedgroep als bewust opererende vastgoedonderneming. De vijfentwintigste Open Monumentendag heeft naar schatting bezoekers bij ruim monumenten getrokken. Rabo Vastgoedgroep geeft haar maatschappelijke betrokkenheid verder vorm via de activiteiten van een aantal non-profitbedrijfsonderdelen: Fondsenbeheer Nederland voert het management over publiek/private maatschappelijke fondsen die zich inzetten voor ruimtelijke kwaliteit in Nederland. Rabo Vastgoedgroep levert al geruime tijd een gerichte bijdrage aan het Nederlandse kunst- en cultuurklimaat. Bouwfonds Kunststichting en Bouwfonds Cultuurfonds realiseren de ambities van Rabo Vastgoedgroep op dit gebied. Bouwfonds Kunststichting houdt zich bezig met het beheren van de bedrijfscollectie, draagt bij aan een stimulerend werk klimaat en biedt expertise bij kunsten cultuurprojecten van de divisies. Via Bouwfonds Cultuurfonds werden in 2011 ruimtelijke en culturele initiatieven ondersteund, variërend van het NAi in Rotterdam en Museum De Fundatie in Zwolle tot de restauratie van de Drommedaris in Enkhuizen. Fondsenbeheer Nederland Fondsenbeheer Nederland maakt groei van fondsen mogelijk op het gebied van monu menten (Nationaal Restauratiefonds), volkshuisvesting (SVn), natuur (Nationaal Groenfonds), industrieel erfgoed (BOEi), agrarisch erfgoed (Boerderij en Landschap), natuur ontwikkeling met duurzame energie (Stichting Klimaatlandschap Nederland) en religieus erfgoed (Stichting Behoud en Herbestemming Religieus Erfgoed). Eind 2011 bedroeg het totale balans totaal van de fondsen miljoen. Eind 2010 was dit miljoen. Projecten in 2011 Met de invoering van de Restauratie fondsplus-hypotheek besloot het ministerie van OCW in 2011 tot een verdere verschuiving van subsidie naar duurzaam financieren. In totaal wordt in de komende zes jaar 103 miljoen toegevoegd aan het revolving fund van Nationaal Restauratie fonds dat hiermee laagrentende leningen verstrekt voor grootschalige restauraties en herbestemming van rijks monumenten. In 2011 kreeg de Stichting Behoud en Her bestemming Religieus Erfgoed vorm bij Fondsenbeheer Nederland. Deze organisatie bundelt kennis, professionaliteit en financierings capaciteit om religieus erfgoed in Nederland te behouden en van een passende, nieuwe (neven)bestemming te voorzien.

20 18 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Financieel beleid Financieel wil Rabo Vastgoedgroep, vanuit het perspectief om de klant goed te bedienen, een rendabele onderneming zijn met een evenwichtig risicoprofiel. In het performancecontract met Rabobank Nederland zijn strategische doelstellingen uit gewerkt, zowel voor Rabo Vastgoedgroep als geheel als voor de afzonderlijke divisies. Dit leidt tot strategische, operationele en financiële afspraken, gericht op waardecreatie waarbij we, rekeninghoudend met externe omstandigheden, streven naar een voor onze aandeelhouder passend voor risico gecorrigeerd rendement op het geïnvesteerde vermogen. Risicobeheersing Rabo Vastgoedgroep vindt het zorgvuldig afwegen en bewust accepteren van risico s een voorwaarde voor duurzaam ondernemen. Wij hechten dan ook grote waarde aan een onafhankelijke risicomanagementfunctie, waar risico s worden geduid en gewogen. Nieuwe risico s worden getoetst aan onze risicobereidheid. Bestaande risicovolle projecten en posities, inclusief de waarderingsconsequenties, worden intensief gevolgd en beheerst op alle niveaus binnen de organisatie. De acceptatie van markt- en kredietrisico wordt beoordeeld via een gelaagde fiatteringsstructuur met mandaten voor personen, afdelingen, divisies, de hoofddirectie van Rabo Vastgoedgroep en zo nodig de raad van bestuur van Rabobank Nederland. Het Balans en Risicomanagement Comité (BRMC) monitort de ontwikkeling van risico s in bestaande posities. Dit comité, dat maandelijks bijeenkomt, bestaat uit de CFRO van Rabo Vastgoedgroep en de financieel directeuren van de divisies, aangevuld met controllers, risicomanagers en treasurers. Het BRMC bespreekt balans-, markt- en kredietrisico s op portefeuille niveau. Daarnaast staan operationeel risico- en kapitaalmanagement op de agenda. Rabo Vastgoedgroep hanteert normen kaders voor deze risico s en toetst de ontwikkeling hieraan. Rabo Vastgoedgroep kent een productgoedkeuringsproces. Nieuwe producten worden vóór de marktintroductie breed getoetst op onder meer het operationeel risico en reputatie risico. Ook wordt beoordeeld of de producten passen binnen de strategie van Rabo Vastgoedgroep. Verder hebben wij goede vorderingen geboekt bij de invoering van een Business Control Framework bij alle divisies en het Bestuurscentrum. Dit maakt de belangrijkste risico s en regelgeving inzichtelijk en draagt daardoor bij aan het in control zijn. Meer informatie over risico beheersing, waaronder het gebruik van financiële instrumenten, is opgenomen in de risicoparagraaf van de jaar rekening op pagina 85. Impact crisis op Rabo Vastgoedgroep De crisis heeft aanzienlijke en aanhoudende consequenties voor de vastgoeddeelmarkten en de daarvoor beschikbare funding. Er komen relatief weinig nieuwe woningbouwprojecten van de grond, de ontwikkeling van commercieel vastgoed moet concurreren met leegstand in bestaand vastgoed en de vraag naar vastgoedbeleggingsfondsen is beperkt. Ook in de bestaande financieringsportefeuille zijn de consequenties van de crisis duidelijk zichtbaar; via actief beheer wordt getracht die zo veel mogelijk te beperken. Verder heeft de waarde van het vastgoed en de grondposities op onze balans te lijden onder de aanhoudende, slechte economische omstandigheden. Rabo Vastgoedgroep heeft haar risico s scherp in beeld en maakt welbewuste afwegingen tussen

21 19 rendement en risico. Voor de financiële slagkracht die nodig is om posities tijdens de crisis in beheer te houden, kunnen we rekenen op het vertrouwen van de Rabobank als aandeelhouder. Compliance Rabo Vastgoedgroep kent een onafhankelijke complianceorganisatie, bestaande uit een centrale compliancefunctie met decentraal per divisie een eigen compliance officer of compliance representative. Naast een functionele lijn tussen de centrale compliance-afdeling en de decentrale compliance officer of representative, rapporteert het hoofd Compliance aan de voorzitter van de hoofddirectie en de raad van commissarissen. Alle activiteiten van Rabo Vastgoedgroep moeten voldoen aan wet- en regelgeving, maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden en aan de specifieke normen en waarden van de groep. Rabo Vastgoedgroep verwacht van haar medewerkers dat zij bij hun activiteiten integer en professioneel handelen. En meer in het bijzonder dat een integere belangenafweging plaatsvindt, waarbij de positie van Rabo Vastgoedgroep in het oog wordt gehouden. Integriteit is een mindset: inbedding ervan in de cultuur van onze organisatie is een voorwaarde. Rabo Vastgoedgroep werkt daarom met een gedragscode waarvan een klokkenluiderregeling onderdeel is. De gedragscode wordt periodiek geëvalueerd en waar nodig aangepast. Desondanks kunnen zich altijd incidenten voordoen doordat individuele medewerkers zich niet houden aan regels en voorschriften. Bij gesignaleerde (vermoedens van) onregelmatig heden, grijpt Rabo Vastgoedgroep in. Periodiek onderzoekt Rabo Vastgoedgroep ook het integriteit- en complianceklimaat onder medewerkers. In 2011 is deze meting, een nulmeting, bij enkele buitenlandse vestigingen gedaan. Rabo Vastgoedgroep meent dat de geldende beheersingsmaatregelen de genoemde risico s adequaat afdekken. Jaarlijks worden medewerkers bevraagd omtrent de naleving van de gedragscode. In zijn algemeenheid, maar meer in het bijzonder ook in het huidige verslechterende economisch klimaat, geldt dat ondernemingen kwetsbaarder zijn geworden voor risico s ten aanzien van compliance en integriteit. Dit noopt tot alertheid op wenselijke of noodzakelijke aanscherping van regels die gelden voor de organisatie en de medewerkers. Klim-op-zaak De activiteiten op het gebied van de Klim-op-zaak van de FIOD-ECD en het Openbaar Ministerie zijn in 2011 gecontinueerd en steeds meer gericht op verhaals acties op de verdachten. Daarnaast heeft dit dossier input geleverd voor ons Customer Due Diligence (CDD)-beleid. De werkzaamheden zijn uitgevoerd met behulp van externe partijen. Sinds 2007 is aan forensisch onderzoek en externe juridische ondersteuning ongeveer 26 miljoen besteed. In verband met vermoedens van strafbare feiten hebben wij in 2011 meerdere malen aangifte gedaan. De inhoudelijke behandeling van een groot deel van de straf zaken heeft in 2011 plaatsgevonden. Begin 2012 is vonnis gewezen en zijn alle verdachten veroordeeld. In het voorjaar start de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen een aantal andere verdachten uit dit dossier. Met instemming van het Openbaar Ministerie is in het verslagjaar door een aantal verdachte partijen een vaststellingsovereenkomst gesloten met de benadeelde partijen Philips Pensioenfonds en Rabo Vastgoedgroep. Verder zijn civielrechtelijke procedures opgestart gericht op het verhalen van schade bij verdachte partijen die geen bereidheid tonen tot terugbetalen van schade. Code Banken In september 2009 is de Code Banken vastgesteld. Formeel geldt deze code binnen Rabo Vastgoedgroep alleen voor FGH Bank als instelling met een bankvergunning in het kader van de Wet op het financieel toezicht, maar Rabo Vastgoedgroep heeft ervoor gekozen om de Code Banken op al haar meerderheidsdeel nemingen toe te passen. Daarbij is rekening gehouden met de specifieke kenmerken van een vastgoedbedrijf. Daar waar in de hiernavolgende tekst Rabo Vastgoedgroep gelezen wordt geldt dit zonder uitzondering eveneens voor FGH Bank. Hieronder volgen de hoofdonderwerpen van de Code Banken, waarbij de eventuele afwijkingen expliciet zijn aangegeven. Raad van commissarissen De raad van commissarissen van Rabo Vastgoedgroep is divers samengesteld en de leden vullen elkaar aan. FGH Bank heeft een eigen raad van commissarissen, maar kent een personele unie met de raad van commissarissen van Rabo Vastgoedgroep. In 2011 heeft de raad zijn eigen functioneren geëvalueerd. Alle leden hebben zich in het kader van permanente educatie verdiept in het onderwerp zorgplicht en de ontwikkelingen op de Europese vastgoedmarkt. In het jaarverslag legt de raad van commissarissen verantwoording af over zijn werkzaamheden. Conform de Code Banken zijn er profielschetsen van de leden. Hoofddirectie De voorzitter, alle leden van de hoofddirectie van Rabo Vastgoedgroep en de directieleden van FGH Bank hebben een moreel-ethische verklaring ondertekend. In 2011 heeft de volledige hoofddirectie in het kader van de permanente educatie kennisgenomen van het onderwerp zorgplicht en de ontwikkelingen op de Europese vastgoedmarkt. De leden van de statutaire directie van FGH Bank hebben zich verdiept in de onderwerpen vastgoed & integriteit en duurzaamheid. Risicomanagement De hoofddirectie en de raad van commissarissen ontvangen periodiek rapportages over de groepsbrede ontwikkeling van onder meer krediet-, markt- en operationeel risico, het risico van non-compliance, renterisico en de liquiditeitspositie van Rabo Vastgoedgroep. Deze rapportages geven beide organen tijdig inzicht in de materiële risico s die Rabo Vastgoedgroep loopt. De hoofddirectie is verantwoordelijk voor het vaststellen, uitvoeren, monitoren en bijstellen van het risicobeleid en de risicobereidheid. De operationele beslissingen zijn gedelegeerd aan het BRMC, dat de hoofddirectie ook adviseert bij beleidsbeslissingen. De hoofddirectie heeft in 2011 een beleidsstuk over de risicobereidheid vastgesteld, dat is goedgekeurd door de raad van commissarissen. Productgoedkeuringsproces Sinds eind 2010 geldt binnen de totale Rabobank Groep een productgoedkeuringsbeleid. In 2011 is het goedkeuringsbeleid van Rabo Vastgoedgroep hierop afgestemd. Op onderdelen zijn

22 20 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 de interne goedkeuringsprocessen aangescherpt. Zo vindt een toetsing plaats op relevante aspecten, waaronder zorgplicht. Auditfunctie Rabo Vastgoedgroep voldoet aan alle bepalingen van de Code Banken op het gebied van audit. Er is een onafhankelijk gepositioneerde auditfunctie die rapporteert aan de voorzitter van de hoofddirectie en de voorzitter van de raad van commis - sarissen. Tussen audit en de externe accountant vindt periodiek informatie-uitwisseling plaats. De risicoanalyse, bevindingen en auditplan van de interne en externe accountant worden op Rabobank Groep-niveau besproken met De Nederlandsche Bank. Beloning Rabo Vastgoedgroep onderschrijft de visie op belonen, een beleidsdocument van de Rabobank Groep. In afwijking van de Code Banken stelt de aandeelhouder, met goedkeuring van de raad van commissarissen, de beloning van de hoofddirectie vast. De hoofddirectie en de raad van commissarissen streven naar de mediaanpositie in de relevante beloningsmarkt, waarbij Rabo Vastgoedgroep in essentie, in lijn met de Code Banken, trendvolgend in de markt is. Hoofddirectieleden krijgen bij ontslag een vergoeding die is gebaseerd op de kantonrechtersformule, waarmee de bestaande arbeidsovereenkomsten worden gerespecteerd. Dit betreft een afwijking van de Code Banken. Variabele beloningen voor de hoofd directie en identified staff bedragen nooit meer dan 100% van het vaste inkomen en kennen een langetermijncomponent die mede afhankelijk is van winstgevendheid en/of continuïteit. Een hoofddirectielid krijgt alleen een variabele beloning als hij in dienst is op het moment van uitkering en er geen sprake is van disciplinaire sancties. De beloningsuitkomsten zijn evenwichtig en de performancecriteria zetten medewerkers niet aan tot het nemen van onverantwoorde risico s. In Frankrijk stuit de invoering van de Code Banken op het gebied van variabele beloningen op de marktconforme afspraken, zoals overeengekomen in de bedrijfstak-cao, waardoor sprake is van een afwijking van de Code Banken. De variabele beloning is daar voor bepaalde commerciële functies niet begrensd tot 100%. In 2011 heeft Rabo Vastgoedgroep het beloningsbeleid in overeenstemming gebracht met de CRD-III-richtlijn en de regeling beheerst beloningsbeleid van De Nederlandsche Bank. Daarmee wordt voldaan aan het door Rabobank Nederland vastgestelde groepsbreed beloningsbeleid. Zowel De Nederlandsche Bank als de AFM houdt toezicht op de implementatie van de regeling beheerst beloningsbeleid. In 2011 is voor de onder toezicht van de AFM staande divisies van Rabo Vastgoedgroep een risicoanalyse uitgevoerd ten aanzien van de compliance met de regeling. Op hoofdlijnen wordt door Rabo Vastgoedgroep aan de regeling voldaan en daar waar dit door de hoofddirectie nodig werd geacht zijn aanvullende beheersmaatregelen voorgesteld, goedgekeurd en in gang gezet. Retentie-, exit- en welkomstpakketten zijn in principe niet toegestaan binnen Rabo Vastgoedgroep. Indien dit in incidentele gevallen toch noodzakelijk is, behoeven zij goedkeuring op het niveau van de hoofddirectie en worden deze vervolgens besproken in de raad van commissarissen. Samenwerking Rabobank Groep De onderdelen van Rabo Vastgoedgroep werken steeds meer samen met andere disciplines binnen de Rabobank Groep, zoals de lokale Rabobanken. Die samenwerking levert synergievoordeel op. Een aantal voorbeelden daarvan uit 2011: Het Rabo Vastgoedloket is gecontinueerd. Medewerkers van de Rabobank Groep kunnen hun vastgoedvragen hier neerleggen, op die manier komt de vraag bij de juiste specialist terecht. Het loket functioneert goed en biedt gemakkelijk toegang tot de bedrijfsonderdelen van Rabo Vastgoedgroep. De regiokantoren van Bouwfonds Ontwikkeling trekken in toenemende mate samen op met Rabobank Nederland en de lokale Rabobanken, zoals bij de verkoop van nieuwbouwprojecten, herontwikkeling van gebieden of acties om de lokale woningmarkt te stimuleren. Tevens wordt samengewerkt aan lokale woningmarktvisies; een voorbeeld daarvan is de woonvisie voor de regio van Rabobank Uden Veghel. Bouwfonds Ontwikkeling introduceerde Bouwfonds Connect. Hiermee heeft de lokale Rabobank inzicht in klanten die geïnteresseerd zijn in een woning van Bouwfonds Ontwikkeling en mogelijk ook in een hypotheek van de Rabobank. Bouwfonds Ontwikkeling werkte intensief samen met de Rabobank voor het landelijk evenement Bouwfonds Woonproeven. Ook zijn met diverse Rabobanken lokale marketingacties geïnitieerd. Voor bestuurders van de lokale Rabobanken werden door FGH Bank en Bouwfonds Ontwikkeling regionale vastgoedbijeenkomsten gehouden. Het doel was kennisuitwisseling. Ook zijn nieuwe samenwerkingsmogelijkheden bekeken. Bouwfonds Ontwikkeling heeft samen met Rabobank Nederland de woonlastencalculator geactualiseerd, waarbij niet alleen wordt uitgegaan van de kaders die het Nibud hanteert, maar waarbij ook rekening wordt gehouden met het soort woning en vooral de energieprestatie van de woning. Dit heeft geresulteerd in een verruiming van de leencapaciteit voor kopers van een duurzame nieuwbouwwoning. MAB Development werkt steeds vaker met de lokale Rabobanken samen bij vastgoedvraagstukken, bijvoorbeeld bij kleinschalig commercieel vastgoed en de herontwikkeling van vastgoed van hun klanten. Dit geldt ook voor de kantoren van deelnemingen en onderdelen van Rabobank Nederland. MKB Vastgoed Plan, onderdeel van MAB Development, is actief in herontwikkeling van wijk-, dorps- en kleinere stadscentra. De lokale Rabobank is in veel gevallen in die centra gevestigd en maakt deel uit van de herontwikkeling, zoals in s-gravenzande en Wezep. De raad van bestuur van Rabobank Nederland heeft in 2011 besloten om de samenwerking tussen FGH Bank en de lokale Rabobanken hechter te maken. Als vastgoedfinancieringsspecialist kan FGH Bank juist in tijden waarin de vastgoedmarkt het moeilijk heeft, haar meerwaarde aan de groep bewijzen.

23 21 FGH Bank ondersteunt de lokale Rabobanken met de analyse van vastgoedfinancieringsaanvragen. Daarnaast heeft FGH Bank de FGH RaboTaxatieDesk in het leven geroepen. De lokale Rabobanken kunnen hier terecht met taxatie vragen. FGH Vastgoed Expertise adviseert de lokale Rabobanken op het gebied van markt- en locatieonder zoeken en portefeuille- en huisvestingsanalyses. Bouwfonds REIM intensiveerde de samenwerking met Robeco Duitsland voor de verkoop en distributie van het Bouwfonds European Residential Fund. Inmiddels is voor enkele honderden miljoenen euro s geïnvesteerd in woningen in Nederland, Frankrijk, Duitsland, Noorwegen en Zweden. Rabo Eigen Steen heeft inmiddels 91 panden in bezit. Rabo Eigen Steen, waar ook Bouwfonds REIM, FGH Vastgoed Expertise en MAB Development hun expertise inbrengen, biedt de Rabobanken de mogelijkheid om het beheer en de exploitatie van het door hen gebruikte vastgoed te verzorgen. De lokale Rabobank verkoopt zijn vastgoed aan Rabo Eigen Steen en huurt het vervolgens terug. Ook kunnen de banken Rabo Eigen Steen inschakelen voor nieuwbouw of de herontwikkeling van panden. Fondsenbeheer Nederland heeft in verschillende projecten samengewerkt met de Rabobank Groep op het gebied van maatschappelijk vastgoed. Zo hebben Rabobank Amersfoort en omstreken, Nationaal Restauratiefonds en Nationaal Groenfonds een financieringsarrangement gesloten voor de financiering van projecten van Boerderij en Landschap. Groenfonds is als adviseur en kassier betrokken bij het opzetten van gebiedsfondsen. Hierbij wordt met regelmaat samengewerkt met de Rabobank, die aan deze gebiedsfondsen een RaboStreekrekening koppelt. Daarnaast werken Groenfonds en de Rabobank nauw samen bij het financieren van bedrijfsverplaatsingen van intensieve-veehouderij bedrijven ten behoeve van natuurontwikkeling. Het Nationaal Restauratiefonds financiert met regelmaat restauratie projecten van monumenten samen met de lokale Rabo banken. Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn) financiert samen met Rabobanken vooral starters op de woningmarkt, maar ook specifieke projecten. Zo boden Rabobank Rotterdam en SVn cofinancieringen voor het aankopen van kluswoningen en voor funderingsherstel.

24 22 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Marktontwikkelingen 2011 Financiële crisis slaat over van banken naar landen De Europese schuldencrisis heeft een grote impact op de economie van de eurozone. Na het aanvankelijk ingezette economisch herstel van begin 2011, koelde de economie vanaf het derde kwartaal van 2011 sterk af. In sommige landen, zoals Nederland, was zelfs sprake van economische krimp. Woningmarkt Nederland: opleving in 2010 was van korte duur, markt zakt verder in De markt voor bestaande woningen ontwikkelde zich vanaf het begin van 2011 ongunstig. Het aantal transacties was aanvankelijk nog op peil, maar de waardedaling zette onverminderd voort. De laatste maanden daalden bestaande woningen ongeveer 3% in waarde ten opzichte van dezelfde periode een jaar daarvoor. Het aantal transacties kwam in 2011 uit op , 3% minder dan in Opvallend in 2011 was de negatieve stemming van consumenten. Onzekerheid over de Europese schuldencrisis, economische ontwikkelingen maar ook over eventuele ingrepen van de overheid op de woningmarkt waren daar debet aan. Daarnaast ondervindt de woningmarkt hinder van de aangescherpte regels voor banken ten aanzien van kredietverstrekking. Ook in de markt voor nieuwbouwwoningen was de negatieve stemming voelbaar. In de eerste helft van 2011 lag het aantal projectmatig ontwikkelde nieuwbouwwoningen ruim een kwart lager dan in Als de trend doorzet zal dat aantal richting de gaan. Dit is meer dan in het crisisjaar 2009, maar minder dan in de jaren voorafgaand aan de crisis. Vooral het (middel)dure segment staat onder druk. Per 1 juli 2011 bedroeg de gemiddelde huurprijsstijging (inclusief huurharmonisatie) 1,8%, historisch gezien een beperkte stijging. De lage huurstijging had te maken met de wettelijk toegestane verhoging van 1,3%, het inflatiepercentage over De extra stijging van 0,5% kwam door de harmonisatie van huren, doordat na opzegging van de huurder, de woningen voor een hogere huurprijs opnieuw in de markt worden gezet. De huurprijzen in de vrije sector blijven ongekend stabiel en stijgen gemiddeld maar licht ten opzichte van een jaar geleden. Frankrijk: overheidsmaatregelen belangrijke stimulans woningmarkt Ondanks de donkere wolken boven Frankrijk bleef de markt voor nieuwbouwwoningen overeind. Na de hectiek in 2010 viel de Franse markt in de eerste helft van 2011 enigszins terug. Het aantal verkochte projectmatig ontwikkelde nieuwbouwwoningen kwam in 2011 circa 5% lager uit dan in 2010 toen nog woningen werden verkocht. De prijzen van nieuwe woningen stegen door, 8% bij appartementen en 2% bij eengezinswoningen. Als vanouds waren de regionale verschillen binnen Frankrijk heel groot. Verhoudingsgewijs heeft de nieuwbouw in Frankrijk een hoog volume ten opzichte van de bestaande markt. In de bestaande markt kwam het aantal transacties uit op In Île-de-France stegen de prijzen nog sterker dan in de rest van verstedelijkt Frankrijk (respectievelijk 14% versus 8%). Ook in Frankrijk is de onzekerheid toegenomen ten gevolge van de Europese schuldencrisis. Verder speelt op de achtergrond het komende verkiezingsjaar en de waarschijnlijk daaruit voortvloeiende bezuinigingsronde. De grote vraag is of de fiscale stimulansen van de Franse woningmarkt vooral Le dispositif de la loi Scellier overeind blijven. Duitsland: gezonde woningmarkt De economische ontwikkelingen in Duitsland waren in 2011 positief, vooral door een hoog consumentenvertrouwen en een grote binnenlandse vraag naar producten. De (hypotheek)- rentes waren historisch laag en de enorme spaartegoeden van de Duitsers op de bank leverden te weinig op. Daardoor werd veel in woningen belegd. Ook vele buitenlandse investeerders hebben de Duitse woningmarkt als een zekere belegging gevonden. Het bouwvergunningenvolume steeg na vele jaren van daling. De prijzen in de grote steden namen fors toe, zowel die van de huur- als van koopwoningen. Opvallend was de verschuiving van de vraag van landelijk naar stedelijk wonen: appartementen worden meer gevraagd dan grondgebonden woningen. De aantrekkelijkste gebieden zijn: München, Hamburg, Stuttgart, Frankfurt en Düsseldorf/Keulen. Commercieel vastgoed Nederland Kantorenmarkt: leegstand neemt nauwlijks toe De Nederlandse kantorenmarkt liet in 2011 enkele opmerkelijke ontwikkelingen zien. Door het lichte herstel van de economie eind 2010 steeg de vraag naar kantoren in de eerste helft van De opname lag liefst 30% hoger dan in dezelfde periode in Deze ontwikkeling maakte duidelijk dat de opname capaciteit aan Nederlandse kantoorruimte bij een aantrekkende economie hoger ligt dan soms wordt verondersteld. Sinds de zomermaanden is de vraag naar kantoren echter weer gedaald. Bedrijven anticipeerden op de verslechterende economische omstandigheden. Per saldo kwam de totale opname van kantoorruimte in 2011 uit op 1,25 miljoen m², vergelijkbaar met het opnamevolume in de afgelopen twee jaar. Opvallend is dat het aanbod nauwelijks steeg en met 7,415 miljoen m² vergelijkbaar was met het niveau in Dit kwam onder andere door de forse daling van nieuwbouw en de transformatie van bestaande gebouwen. In sommige regio s, waaronder Amsterdam, is het aanbod vorig jaar zelfs gedaald. De huurprijzen voor kantoorruimte daalden vorig jaar naar gemiddeld 132, /m². Meer dan ooit waren incentives nood zakelijk om huurders aan te trekken. De incentives werden in toenemende mate verspreid over de totale duur van het contract. Winkelmarkt: vertrouwen terug bij af De Nederlandse winkelmarkt stond in 2011 onder druk door het zwakke consumentenvertrouwen. Mede door de crisis zakte dit vertrouwen aan het einde van 2011 tot het laagste punt tot dan toe. Dat had directe consequenties voor de omzetten in winkels, die ook last hadden van de verder gestegen aankopen

25 23 via internet. Opvallend genoeg heeft dit de opname van winkel ruimte door retailbedrijven niet direct geraakt. De opname steeg vorig jaar tot m² winkelruimte, 15% meer dan in Het aanbod aan winkelmeters steeg tot m², terwijl de leegstand iets verder opliep. De tweedeling in het winkelvastgoed werd daarmee steeds duidelijker: op de toplocaties in met name de grotere steden bleef de dynamiek op peil, daarbuiten nam de leegstand verder toe. Bedrijfsruimtemarkt: op de golven van de wereldhandel De dynamiek in de bedrijfsruimtemarkt in Nederland is sterk gerelateerd aan de ontwikkelingen in de wereldhandel. Doordat deze wereldhandel in 2010 en begin 2011 opbloeide, nam de behoefte aan bedrijfsruimte aanvankelijk toe. De tweede helft van 2011 liet daarentegen een tegengestelde beweging zien. Desondanks steeg de jaaropname in 2011 tot 2,9 miljoen m², 16% meer dan in Het aanbod nam licht toe tot 9,4 miljoen m². Winkelvastgoed Frankrijk en Duitsland Logischerwijs heeft de algemene economische onzekerheid die Europa in 2011 in haar greep hield impact op de retailvastgoedmarkt in alle Europese landen. In de meeste landen bleef het consumentenvertrouwen laag en namen winkelbestedingen niet of nauwelijks toe. Positieve uitzondering in Europa was Duitsland, dat relatief goede groeicijfers liet zien en een gezonde arbeidsmarkt kent. Ondanks de algemene economische situatie presteerde in de meeste Europese landen het winkelvastgoed in 2011 relatief goed. Dat geldt ook voor Frankrijk en Duitsland. De consument nam misschien een meer afwachtende houding aan, maar internationale beleggers en retailers in zowel Frankrijk als Duitsland bleven bereid tot investeren. Het meest gezocht was moderne winkelruimte op A1-locaties, hoofdzakelijk geconcentreerd in de kernen van grotere steden. Ruimte is op dergelijke locaties per definitie schaars leegstand kwam er nauwelijks voor maar door de terugval van het aantal nieuwbouw ontwikkelingen is het nu nog schaarser dan voorheen. Naast deze toegenomen interesse in binnensteden bleef ook de belangstelling voor outletontwikkelingen op meer perifere locaties in de nabijheid van de stad groot. Beleggen in vastgoed Terughoudendheid beleggers Na een positief begin werd 2011 toch een jaar van stilstand op de vastgoedbeleggingsmarkten. De onzekerheid over de economische ontwikkeling en de financiële markten heeft geleid tot een zeer laag beleggingsvolume in veel landen en in vrijwel de hele vastgoedsector. Hiervan was vooral sprake in de tweede helft van De beperkte beschikbaarheid van financieringen, concurrentie vanuit andere asset classes en de economische afkoeling hebben bij beleggers geleid tot terughoudendheid met betrekking tot het investeren in de vastgoedmarkt. Het risico mijdende gedrag van beleggers zorgde voor oplopende verschillen in aanvangsrendementen tussen top- en secundair vastgoed. Financieel resultaat Rabo Vastgoedgroep heeft in 2011 een nettowinst gerealiseerd van 31 miljoen, 70% lager dan in De moeizame vastgoedmarkten hadden via voorzieningen en afwaarderingen vooral in de tweede helft van het jaar een forse impact op onze financiële resultaten, waardoor de nettowinst over het gehele jaar minder dan de helft is van het halfjaarresultaat. Het rendement op het eigen vermogen van Rabo Vastgoedgroep over 2011 bedroeg 1,9% tegen 6,4% over Het saldo van de baten en lasten resulteert in een bedrijfsresultaat van 55 miljoen. Dit is 91 miljoen ofwel 62% lager dan het bedrijfsresultaat van De belastingdruk is uitgekomen op 34,6% tegenover 28,7% in 2010.

26 24 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Bouwfonds Property Development ONTWIKKELING Aantal woningtransacties daalt bij Bouwfonds Property Development In 2011 verkocht Bouwfonds Property Development woningen, tegenover in Het beeld van de woningmarkten waarop Bouwfonds Property Development acteert, was wisselend. In Nederland was sprake van moeilijke omstandigheden, vooral als gevolg van het lage consumentenvertrouwen. Het aantal transacties in Nederland daalde van naar In Frankrijk en Duitsland waren de marktomstandigheden normaal. Na het topjaar 2010 daalde het aantal woningtransacties in Frankrijk licht tot In Duitsland steeg het aantal woningtransacties naar 779. Voor het eerst werden er in Frankrijk en Duitsland tezamen meer woningen verkocht en waren er meer medewerkers dan in Nederland. Een bevestiging dat de gekozen meerlandenstrategie de juiste is. Het beleid blijft gericht op het beperken van de voorraad onverkochte woningen. Bouwfonds Property Development beperkt bij nieuwe productie het risico door strikte voorverkoopnormen te hanteren. Waar mogelijk vindt fasering in deelprojecten plaats. Ook wordt samen met Rabobank gekeken naar verkoopstimulerende acties in Nederland. In het verlengde van de sterke daling van het aantal woningtransacties in Nederland en het kleiner worden van de marges op woningen heeft Bouwfonds Property Development in 2011 een reorganisatie in gang gezet. Door personeelsreductie en herinrichting van delen van de organisatie geeft Bouwfonds Property Development begin 2012 vorm aan de noodzakelijke aanpassing aan de veranderde marktomstandigheden in Nederland. Buitenland 17 % Nederland 83 % Jaar Aantal Nederland Aantal buitenland Totaal BOUWFONDS PROPERTY DEVELOPMENT verkochte woningen in aantallen BOUWFONDS PROPERTY DEVELOPMENT portefeuille woningen in procenten

27 Projecten in 2011 [Nederland] In oktober werd gestart met de verkoop van de eerste 56 woningen in het westelijk deel van het project Oostpoort in Amsterdam. Het winkelcentrum van m² en de bijbehorende parkeergarage met circa 800 plaatsen zijn aan beleggers verkocht en de ruim 200 koopwoningen worden nu geleidelijk in verkoop gebracht. Oostpoort is een ontwikkeling van Ontwikkelings Combinatie Polderweggebied (OCP), waarin Bouwfonds Ontwikkeling met Ymere en Stadgenoot participeert, in samenwerking met MAB Development en het stadsdeel van Oost-Amsterdam. In Maassluis is binnen korte tijd 85% van de appartementen verkocht in de appartemententorens De Elbe en De Furie in het project Het Balkon. Door goed te luisteren naar de individuele wensen van de klant werd het ontwerp aangepast. Het Balkon wordt ontwikkeld in samenwerking met Maasdelta, een corporatie uit Spijkenisse. Het Balkon bestaat uit woningen, waarvan circa 400 appartementen. De Elbe en De Furie bevatten 130 appartementen. Bouwfonds Ontwikkeling realiseert met Park Hagen 47 grondgebonden woningen en 15 appartementen aan de rand van het dorp Sint- Michielsgestel. Nagenoeg alle grondgebonden woningen werden vlot verkocht. In Berggierslanden Meppel is de laatste woning van het type Hydra verkocht. In samenwerking met Brummelhuis is hier Begeleid Particulier Opdrachtgeverschap toegepast. Het project laat zien hoe met een goed ontwerp en een goede locatie successen behaald kunnen worden. Winkelcentrum Castellum in Houten werd opgeleverd, een wijkwinkelcentrum van ruim m² winkeloppervlak. In totaal biedt het complex ruimte aan meer dan 25 winkels. Onder het winkelcentrum bevindt zich een grote parkeergarage. In Castellum West en Oost samen komen circa 775 woningen, waarvan 320 eengezinswoningen en 455 appar te menten. Bijzonder is de menging van enerzijds alle segmenten woningen, van dure huur- tot zorgapparte menten en sociale huur, en anderzijds de centrumvoorzieningen voor de wijk. Projecten in 2011 [Frankrijk] In het project Innova in Parijs realiseert Bouwfonds Marignan een energiezuinig appartementencomplex met 73 appartementen en een landschapstuin. In hetzelfde arrondissement wordt een tweede project ontwikkeld met 65 luxueuze appartementen. Bouwfonds Marignan werkt in Lyon aan de ontwikkeling van 700 woningen (koop en huur), m² kantoorruimte, winkels en een hotel. De eerste fase van dit stadsvernieuwingsproject is succesvol in verkoop gegaan. Bouwfonds Marignan realiseert een energieneutraal gebouw in Lyon. Dit gebouw krijgt het label Passivhaus, wat inhoudt dat het warmteverbruik onder de 15 kwh primaire energie per m² per jaar ligt. Verder wordt ook rekening gehouden met de kwaliteit van het binnenklimaat. In 2011 startte de samenwerking voor de realisatie van een woongebied met 500 woningen vlak bij Nice. Het project voorziet in appartementen (koop en sociale huur), woningen, winkels, een woonzorgcentrum en een crèche. Projecten in 2011 [Duitsland] Bouwfonds Immobilienentwicklung is in 2011 gestart met het project Düsseldorf Bilk-Residence. Het betreft de ontwikkeling van een gebouw met 150 appartementen in het centrum. Bouwfonds Immobilien - entwicklung heeft in 2011 twee projectbedrijven overgenomen voor de ontwikkeling van 238 appartementen in Keulen en 153 woningen en appartementen in Bonn. 25

28 26 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 MAB Development ONTWIKKELING MAB Development: productie commercieel vastgoed vrijwel stabiel Bij MAB Development bedroeg de productie van commercieel vastgoed in miljoen bij een productie van 288 miljoen in Ondanks de lastige economische omstandigheden heeft MAB Development redelijke voortgang geboekt in de verhuur van haar projecten. Door een focus op herontwikkelingskansen in de sterke stedelijke gebieden werden een viertal projecten aan de portefeuille toegevoegd. De joint venture met het Spaanse NEINVER voor het ontwikkelen van factory outletcentres kreeg het afgelopen jaar meer vorm, met uitbreiding van de scope van Frankrijk naar Duitsland en Nederland. Ook de binnenstedelijke retailontwikkelingen zijn uitwerkingen van de vernieuwde strategie van MAB Development. Eind 2011 had MAB Development zes projecten in aanbouw. Gedurende 2011 werden zes projecten voor een beleggingswaarde van circa 650 miljoen opgeleverd en werden 94 woningen verkocht als onderdeel van multifunctionele projecten. Duitsland 22 % Multifunctionele projecten 48 % Nederland 62 % Winkels 45 % Frankrijk 16 % PORTEFEUILLE COMMERCIEEL VASTGOED MAB DEVELOPMENT in m 2 bruto vloeroppervlak in procenten totale vloeroppervlakte m 2 Kantoren 7% PORTEFEUILLE COMMERCIEEL VASTGOED MAB DEVELOPMENT in m 2 bruto vloeroppervlak in procenten totale vloeroppervlakte m 2

29 27 Projecten in 2011 [Nederland] Nieuwbouwproject De Kroon in Den Haag is in 2011 afgerond. De 130 meter hoge toren biedt ruimte aan m² retail, m² kantoren en 125 huur- en 128 koopappartementen. In november won De Kroon de Betonprijs De jury roemt de tijdloze architectuur van internationale allure en noemt het gebouw een sieraad voor de omgeving. Op het Oosterdokseiland werden met het bereiken van het hoogste punt van de bebouwing op kavel 3, de oplevering van het Mint Hotel en het nieuwe kantoor Nijenburg voor Vodafone drie belangrijke mijlpalen behaald. De dynamiek van het eiland trekt trendbewuste bedrijven aan die hun eigen filosofie hebben over Het Nieuwe Werken. MAB Development en Generali Real Estate Investments tekenden een koopovereenkomst voor het project Raaks. De overeenkomst heeft betrekking op circa m² winkels, horecavoorzieningen en een bioscoop. In Breda tekenden MAB Devel opment en Dura Vermeer Vastgoed de overeenkomst voor de ontwikkeling van het project Achter de Lange Stallen. Het multi functionele project behelst m² retail, 71 appartementen en ondergrondse parkeerplaatsen. Op 11 november 2011 opende het project Bigshops Parkboulevard in Rotterdam. Het project, dat tot stand is gekomen in samenwerking met Dura Vermeer, omvat m² winkelruimte en 750 parkeerplaatsen. MAB Development heeft samen met de gemeenten Waalwijk en Zevenaar twee nieuwe themaparken geïnitieerd. Leerpunt Waalwijk wordt een schoenen- en ledercentrum dat uniek is in de wereld. Het project krijgt m² aan commerciële, educatieve en cultuurhistorische belevingsruimte en een parkeergarage voor 800 auto s. In Zevenaar ontstaat een themapark van m² met het TRY & BUY concept. Consumenten kunnen ter plaatse de producten proberen voordat ze deze kopen. Projecten in 2011 [Frankrijk] MAB Development en NEINVER onthulden in 2011 de eerste gevel van het outlet centre Roppenheim The Style Outlets. Het hele project is volledig in aanbouw genomen. Het outlet centre krijgt circa m² aan kledingwinkels, brasseries, cafés en gratis parkeerplaatsen. The Style Outlets zal in de lente van 2012 opengaan. Projecten in 2011 [Duitsland] In Frankfurt opende het Jumeirah-hotel zijn deuren voor publiek. Het hotel maakt deel uit van het PalaisQuartier. Het 218 kamers en suites tellende vijfsterrenhotel behoort tot de in Dubai gevestigde hotelgroep Jumeirah. Het is het eerste Jumeirah-hotel op het Europese vasteland. MAB Development en Sonae Sierra werken samen aan de ontwikkeling van een innovatief nieuw winkelcentrum in de Duitse stad Solingen. Het winkelcentrum, gevestigd in het centrum van de stad, bestaat uit circa m² winkels/horeca en een ondergrondse parkeer garage voor 600 auto s.

30 28 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 FGH Bank FINANCIERING Gedegen portefeuillebeheer resulteert in stabiel resultaat FGH Bank Onder moeilijke marktomstandigheden toont FGH Bank zich een stabiele partner en behoudt ze haar sterke positie in de Nederlandse vastgoedfinancieringsmarkt. Het is evident dat hogere kredietvoorzieningen noodzakelijk zijn. Desondanks realiseert FGH Bank nog steeds een zeer bevredigend en stabiel resultaat. Met onverminderde kracht is ingezet op het intensief beheren van de kredietportefeuille en zijn, weliswaar selectief, risicomatig goede financieringen verstrekt. De portefeuille groeide licht tot 19,0 miljard. De samenwerking met lokale Rabobanken is verder geïntensiveerd: banken deden in toenemende mate een beroep op de expertise van FGH Bank. Ten behoeve van de kredietportefeuille werden hogere kredietvoorzieningen getroffen, maar deze bleven beperkt tot 64 basispunten van de kredietportefeuille. Horeca 3% Overige 5% Grond 2% Winkels 22 % Kantoren 27 % Jaar Leningen Debetfaciliteiten Lease Totaal Bedrijfsruimte 15 % Woningen 26 % ONTWIKKELING BRUTOPORTEFEUILLE FGH BANK naar product in miljoen SAMENSTELLING PORTEFEUILLE FGH BANK naar objecttype in procenten

31 29 FGH Bank in 2011 In het voorjaar van 2011 publiceerde FGH Bank het FGH Vastgoedbericht 2011: Duurzaam voldoen aan de vraag. In dit rapport ligt de nadruk op de nieuwe strategische keuzes waar de vastgoedmarkt voor staat. In een te ruime markt zullen alleen partijen die in staat zijn in de behoefte van de eindgebruiker te voorzien, voldoende rendement genereren. De komende jaren ligt de belangrijkste opgave in de binnenstedelijke omgeving. Een complexe opgave, waar alle vastgoedprofessionals zich mee bezig zullen moeten houden en die een beroep zal doen op het innovatie vermogen en de professionaliteit van de sector. Daarnaast biedt verduurzaming kansen: het is een oplossing voor verouderde objecten, daarnaast neemt de vraag naar verduurzaming nog steeds toe. Het FGH Vastgoedbericht geeft jaarlijks een compleet overzicht van de trends en ontwikkelingen in de commercieel-vastgoedmarkt en de visie van FGH Bank hierop. In 2011 is het Integriteit Overleg Vastgoed (IOV) geïnitieerd. Het IOV wil een bijdrage leveren aan het verbeteren van het imago van de vastgoedsector en wil via zelfregulering de sector opschonen. Participanten zijn vertegenwoordigers vanuit de gehele vastgoedsector, onder meer vanuit Bouwend Nederland, IVBN, NEPROM en NVM. FGH Bank neemt namens de vastgoedfinanciers zitting in dit overleg. Tijdens de vastgoedbeurs Provada 2011 ondertekenden de grote Nederlandse vastgoedfinanciers, waaronder FGH Bank, een duurzaamheidsconvenant. Met de ondertekening laten de financiers zien dat ze belang hechten aan duurzaamheid in de vastgoedsector en dat ze daaraan vanuit hun rol als vastgoedfinanciers een stimulans willen geven. In 2011 is het Nationaal Renovatie Platform opgericht. FGH Bank neemt deel aan het bestuur en is penningmeester. De Stichting NRP stelt zich ten doel: het bevorderen van het duurzaam gebruik van de bestaande gebouwde omgeving door renovatie en transformatie. In het kader van deze doelstelling wil het NRP de urgentie van de problematiek en mogelijke oplossingsrichtingen voor verbetering van de randvoorwaarden onder de aandacht van het openbaar bestuur en de politiek brengen.

32 30 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Bouwfonds REIM INVESTMENT MANAGEMENT Moeilijke marktomstandigheden voor Investment Management 2011 was voor Bouwfonds REIM een moeilijk jaar. In de lopende fondsen bleef Bouwfonds REIM zich richten op actief fund en asset management, met volop aandacht voor verhuur, cash management en kostenbeheersing. Voor verschillende fondsen werden in 2011 verkopen en grote verhuurtransacties gerealiseerd, onder andere door samen met de huurders bestaande panden te verduurzamen. Ook is verdergegaan met de verduurzaming van kantoren, winkels en woningen op basis van vijf duurzaamheidscriteria: energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde. Bouwfonds REIM ziet verduurzaming van de bestaande portefeuille als eis om de waarde van het vastgoed op peil te kunnen houden. In de Verenigde Staten zijn de ontwikkelactiviteiten stopgezet; de focus daar ligt op het uitvoeren van property management. De hoeveelheid assets under management bleef constant op 7,2 miljard. Bouwfonds REIM heeft in 2011 een basis gelegd voor een strategische heroriëntatie en een nieuwe corporate-governancestructuur, waaronder de inrichting van een Management Board en een managementteam. De implementatie daarvan zal in 2012 plaatsvinden. Industrieel 2% Parkeergarages 4% Overige 1% Infrastructuur 6% Kantoren 16 % Woningen 38 % Winkels 33 % Jaar Vermogen , , , , ,2 ONTWIKKELING BEHEERD VERMOGEN BOUWFONDS REIM in miljard BEHEERD VERMOGEN BOUWFONDS REIM naar sector in procenten

33 31 Bouwfonds REIM-fondsen in 2011 In het verslagjaar is Bouwfonds European Residential Fund doorgegroeid naar een fondsvolume van circa 400 miljoen, met een leverage van circa 30%. Het fonds heeft in nieuwe regio s geïnvesteerd in Denemarken en Nederland alsook zijn Duitslandexposure verder uitgebouwd. De exposure in Frankrijk, Noor wegen en Zweden is gelijk gebleven. Wegens aanhoudend sterke belangstelling van institutionele beleggers en family offices in Duitsland alsook daarbuiten heeft het fonds opnieuw een wachtlijst moeten opstellen teneinde over liquiditeit te vermijden. De portfolio van Rabo Farm Europe Fund is in 2011 gegroeid van ha aan het begin van 2011 tot meer dan ha aan het einde van het jaar, waarmee het fondsvolume op circa 70 miljoen uitkwam. De focus van Rabo Farm voor de komende jaren is gericht op Oost-Europa, primair op Polen, maar daarnaast wordt ook de Roemeense markt steeds aantrekkelijker. Rabo Farm Europe Fund geniet een steeds groter wordende interesse van agrariërs (nationaal en internationaal) die samen willen werken met het fonds. Rabo Bouwfonds Communication Infrastructure Fund (CIF) investeert met een langetermijnvisie in telecommunicatie infrastructuur, zoals kabelnetwerken, zendmasten en datacenters voor institutionele beleggers. CIF heeft in 2011 een aantal nieuwe investeringen gedaan. Hierdoor is de portefeuille verder gegroeid naar een omvang van circa 430 miljoen. CIF heeft de mogelijkheid om door te groeien tot een fondsomvang van 1 miljard. in 2011 is het eerste parkeergarage fonds voor particuliere beleggers, Bouwfonds European Parking Fund III CV, geïntroduceerd en geplaatst.

34 32 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Medewerkers Rabo Vastgoedgroep wil een aantrekkelijke werkgever zijn in de turbulente situatie waarin de organisatie zich bevindt. Wij hechten grote waarde aan de kwaliteit en integriteit van ons personeel. Dit begint al bij de selectie- en aannameprocedure waarbij iedere medewerker wordt gescreend. Ook besteden wij aandacht aan de duurzame inzetbaarheid van onze medewerkers en investeren wij in dat kader onder meer in opleidingen, zowel functiegericht als toekomstgericht. Passend binnen deze onzekere marktomstandigheden is op 1 april 2011 met de vakbonden een CAO overeengekomen met als motto werken vanuit mogelijkheden. Met dit motto wordt de koers op het gebied van duurzame inzetbaarheid voortgezet en verder vormgegeven. Het staat ook voor een houding die gevraagd wordt van leidinggevenden en medewerkers: klantgericht, ondernemend, betrokken en flexibel. In de CAO is een aantal arbeidsvoorwaardelijke instrumenten op het gebied van duurzame inzetbaarheid afgesproken, zoals: introductie van een nieuwe systematiek voor variabele beloning; uitbreiding van het keuzebudget met een deel van de bovenwettelijke verlof- en de adv-uren; uitbreiding van de werkingssfeer van de seniorenregeling voor parttimemedewerkers. In de CAO is ook een studieafspraak gemaakt voor Performance and Competence Management (PCM). Doel van deze afspraak is om de huidige PCM-systematiek te evalueren en de eventuele wenselijkheid van een nieuwe systematiek te onderzoeken. Ook is afgesproken dat Rabo Vastgoedgroep nadrukkelijk aan de slag gaat met slimmer werken binnen het bedrijf en dat daarvoor een plan van aanpak zal worden opgesteld met als doel dit in 2012 uit te voeren. Rabo Vastgoedgroep is in het verslagjaar verdergegaan met de herijking van haar beleid op het gebied van functiewaardering en beloning voor het senior management. In 2011 heeft Rabo Vastgoedgroep het beloningsbeleid in overeenstemming gebracht met de CRD-III-richtlijn en de regeling beheerst beloningsbeleid van De Nederlandsche Bank. Daarmee wordt voldaan aan het door Rabobank Nederland vastgestelde groepsbreed beloningsbeleid. De activiteiten op het gebied van management development zijn in het jaar 2011 voortgezet. De inventarisatiewerkzaamheden uit voorgaande jaren hebben tot een aantal interne benoemingen geleid. Ook is een eerste aanzet gedaan om te komen tot een leiderschapsprogramma voor het senior management. Als gevolg van de marktomstandigheden zijn personeelsreducties voorzien, die in de eerste helft van 2012 plaatsvinden. Voor de medewerkers, die als gevolg hiervan boventallig worden, is in de CAO een sociaal plan opgenomen met goede faciliteiten. Dit plan voorziet ook in outplacementbegeleiding. Vooruitzichten Herstel in de eurozone onzeker De Europese schuldencrisis zal ook in 2012 haar weerslag hebben op de economie. Hoe het economisch zal gaan in 2012 is voor een groot deel afhankelijk van het succes van de landen in de eurozone om de schuldencrisis te bezweren. Naar verwachting zal de economie in 2012 niet groeien. Daardoor is de vraag naar vastgoed beperkt. Dit zal een negatieve invloed hebben op de waardeontwikkeling van vastgoed. Met de verwachte bezuinigingsrondes van overheden in Europa zullen consumenten op korte termijn te maken krijgen met koopkrachteffecten van verhoogde belastingen en een oplopende werkloosheid. Bedrijven zullen hernieuwd naar hun kostenstructuur kijken, alhoewel daar de uitgangspunten en winst gevendheid door eerdere herstructureringen relatief op orde zijn. Het proces van schuldenafbouw in de maatschappij zal er een van lange adem zijn. Het vertrouwen in de financiële markten kan pas terugkeren als nood zakelijke maatregelen zijn genomen. Woningmarkt: alleen in Duitsland positieve vooruitzichten De crisis lijkt in 2012 alle woningmarkten te raken, indirect of direct. In Nederland is de onzekerheid bij de consumenten het grootst, omdat de crisis versterkt wordt door het ontbreken van een eenduidig woningmarktbeleid op de lange termijn (hypotheekrenteaftrek, huurbeleid, nationale hypotheekgarantie, hypotheekverstrekkingsbeleid, enzovoort). De Nederlandse woon consument zal zich daardoor relatief weinig bewegen. In Frankrijk worden enerzijds grote bezuinigingen verwacht die het inkomen van de burgers zullen treffen, anderzijds zijn in Frankrijk verkiezingen die van invloed kunnen zijn. De eerste signalen voor tragere woningverkopen zijn zichtbaar. Duitsland zal door de crisis licht geraakt kunnen worden. De woningmarkt zal hier in positieve zin iets van merken, omdat deze als veilige investeringshaven wordt gezien. De woningprijzen in de stedelijke agglomeraties blijven op hetzelfde niveau of stijgen nog iets. Commercieel vastgoed: terug naar schaarste De commercieel-vastgoedmarkt staat voor een enorme uitdaging. Er is onvoldoende evenwicht tussen vraag en aanbod, waardoor de huren en waarden van panden onder druk staan. Dat is niet het directe gevolg van de crisis, maar een fenomeen dat zich al langere tijd voordoet. Nu de financiële gevolgen daarvan zichtbaar zijn geworden, leidt dit tot menig probleem in vastgoedportefeuilles. In plaats van groei van de vastgoedvoorraad zal in toenemende mate een verschuiving plaatsvinden naar een optimale bezetting. Daarbij kunnen we het in grote lijnen af met de bestaande voorraad. Sterker nog, als gevolg van bijvoorbeeld Het Nieuwe Werken en online winkelen lijken de kantoren- en de winkelmarkt in een te ruime jas te zitten. We zullen producten in deze deelmarkten opnieuw moeten beoordelen op hun functionaliteit. Dit betekent ook dat willen we terugkeren naar een gezonder marktevenwicht een deel van de bestaande voorraad geen kans op overleven heeft. Die zal aan de markt

35 33 onttrokken moeten worden om uiteindelijk weer terug te kunnen keren naar een markt die door aanbodschaarste zijn waarde behoudt. Daarin past echter wel een genuanceerde discussie. Vandaag de dag lijkt elk herstel van de vastgoedmarkt op voorhand moeizaam. De realiteit is dat de vraagzijde van de markt het opnamevolume op een historisch laag niveau ligt. Er is bij een aantrekkende economie op termijn wel degelijk kans op nieuwe vraag. Zo groeit de bevolking in bijvoorbeeld de Randstad de komende jaren nog aanzienlijk. Een evenwichtiger verhouding tussen vraag en aanbod kunnen we daarom deels ook bereiken door juist selectief te investeren in kansrijke (groei)regio s. Meer regionale differentiatie is een vereiste. Beleggen in vastgoed: tweedeling verscherpt De aanvankelijke vrees voor oplopende inflatie is door de verslechterde vooruitzichten afgenomen. Als op langere termijn de inflatie wat oploopt, zal dit een stimulans zijn voor de interesse in vastgoed van (institutionele) beleggers. Echter door de aanhoudende onzekerheid bij beleggers zal de interesse meer toegespitst zijn op vastgoed in het topsegment. Dit zal in dit segment kunnen leiden tot verdere prijsstijgingen, aangezien aanvangsrendementen bij laag blijvende renteniveaus laag zullen blijven. Door de toegenomen vraag naar vastgoed in het topsegment is de kans op over waardering gestegen. De verschillen in aanvangsrendementen met het secundaire vastgoed zullen nog verder toenemen. Het aanhoudend lage renteniveau heeft een positief effect op de betaalbaarheid van portefeuilles, die geconfronteerd worden met leegstand. De verder oplopende leegstand vormt een steeds grotere uitdaging voor beleggers. Rabo Vastgoedgroep in 2012: veranderende vastgoedmarkt De moeilijke marktomstandigheden en het uitblijven van economisch herstel dwingen Rabo Vastgoedgroep tot interne maatregelen. Binnen alle bedrijfsonderdelen zijn processen gestart om de organisatie beter af te stemmen op de veranderende vastgoedmarkt, de efficiency te verhogen en de kosten te reduceren. Personele krimp is daarbij onvermijdelijk. Bijzondere investeringen zijn niet voorzien. Ontwikkelingen in wet- en regelgeving, regulering, accountingstandaarden en dergelijke worden nauwlettend gevolgd en hierop zal adequaat worden gereageerd. Over de omstandigheden waarvan de omzetontwikkeling en rentabiliteit in 2012 van Rabo Vastgoedgroep afhankelijk zijn kunnen we geen uitspraken doen. Deze liggen op dit moment in hoge mate buiten onze beïnvloedingssfeer. In deze onzekere situatie is kennis van de markt buitengewoon belangrijk. Rabo Vastgoedgroep is met haar sterke marktpositie en grote expertise bij uitstek een partij die kwaliteit hoog in het vaandel heeft. Tijdig is ingezien dat we maatschappelijke verantwoordelijkheid moeten nemen. De duurzaamheid van vastgoed is dan ook al geruime tijd speerpunt van beleid. Met deze maatregelen is de groep goed voorbereid om kansen in de toekomst optimaal te benutten.

36 34 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Directeuren per divisie Development Bouwfonds Property Development B.V. W.P. de Boer (1958) Voorzitter van de directie H.W.J. Doornink (1961) Directeur Operations J.C. Kreikamp (1968) Directeur Financiën J.J.M. Franck (1949) Directeur Nederland Bouwfonds Ontwikkeling B.V. W.C.T.F. de Zeeuw (1952) Directeur Nieuwe Markten R.A. Willems (1951) Directeur Regio Noord-West H.H. Janssen (1973) Directeur Regio Noord-West F.A. Holleman (1966) Directeur Regio Noord-Oost P.J.J. Hoen (1953) Directeur Regio Zuid C.M.J.H. Smeets (1967) Directeur Regio Zuid E.A.M. van Winsen (1964) Directeur Regio Zuid-West W.K. de Haas (1964) Directeur Regio Zuid-West P.B.J.M. Joosen (1963) Directeur Regio Midden Frankrijk Bouwfonds Marignan Immobilier S.A.S. J.P. Bourgade (1957) Voorzitter van de directie P.E. Berger (1965) Directeur Regio Provence-Languedoc Var-Côte d Azur J.X. Bonnet (1961) Directeur Regio Rhône-Alpes Savoie Midi-Pyrenées M. Niederlender (1963) Directeur Regio Pays-de-Loire Bretagne Centre J.C. Szaleniec (1955) Directeur Regio Paris Île-de-France G. Robic (1955) Directeur Regio Nord-Picardie Haute-Normandie Alsace B. Kunvari (1961) Directeur Commercieel Vastgoed Duitsland Bouwfonds Immobilienentwicklung GmbH F.J. Lickteig (1959) Voorzitter van de directie en Directeur Regio Düsseldorf S. Messemer (1964) Directeur Regio Frankfurt A. Kirsch (1954) Directeur Regio Stuttgart M. Keller (1964) Directeur Regio Hamburg C. Gaspers (1963) Directeur Regio Keulen A. Kleinert (1962) Directeur Regio München MAB Development B.V. I.M. Kalisvaart (1955) CEO J.G.F. Eijkemans (1954) Managing Director International R.J.A.E. van Dam (1970) CFRO N.A.F. Blüm (1950) Directeur Legal & Operations Nederland MAB Development Nederland B.V. L.J.M.J. Melchers (1958) Directeur F.E.A. Dechesne (1964) Directeur Frankrijk MAB Development France S.A. M.A. Vaquier (1953) Directeur Duitsland MAB Development Deutschland GmbH M.L. Flesch (1967) Directeur

37 35 Finance FGH Bank N.V. P.C. Keur (1953) CEO R.H.J. Wismans (1972) CFRO R.A.M. van de Bilt (1969) Statutair directeur J.H. Boerrigter (1961) Statutair directeur G.M. Brenninkmeijer (1967) Directeur Vastgoed- & Accountmanagement H.H.J. Dijkstra (1958) Directeur Structured Real Estate Finance G.P.H. Overbeek (1957) Directeur RNHB Hypotheekbank F.J. van den Berg (1968) Kantoordirecteur Utrecht L. van Dorp (1953) Kantoordirecteur Rotterdam L.F.M. van der Pol (1964) Kantoordirecteur Eindhoven- Maastricht J.F.M. Marquenie (1957) Kantoordirecteur Arnhem-Groningen J.B. Burwinkel (1950) Kantoordirecteur P.H. Lubach (1955) Directeur Beleggingsfinanciering E. van der Hoek (1968) 1 Kantoordirecteur Den Haag J.G. van der Tol (1968) Kantoordirecteur Amsterdam Duitsland D. Groh (1953) Kantoordirecteur Frankfurt Investment Management Bouwfonds REIM B.V. J.L.M.J. Klijnen (1958) Senior Managing Director tot A.W. Rozendaal (1962) Managing Director Finance A.S.P. Brouns (1957) Managing Director Business Unit Residential Real Estate Investments E.L. Franssens (1954) Managing Director Business Unit Alternative Real Estate Investments J.L.M. van Susante (1953) Managing Director Business Unit Commercial Real Estate Investments Beheer Maatschappelijke Fondsen Fondsenbeheer Nederland B.V. P. Bouwman (1956) Directeur J. Meems (1961) Directeur Bedrijfsvoering Nationaal Restauratiefonds P. Siebinga (1962) Directeur Nationaal Groenfonds W.J. Kooy (1949) Directeur Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten J.W. van Beek (1960) Directeur Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed A.K.D. Boon (1964) Directeur Boerderij en Landschap P. Bouwman (1956) Directeur Stichting Klimaatlandschap Nederland J. van Olst (1958) Directeur Stichting Behoud en Herbestemming Religieus Erfgoed S.C.J.M. Pijnenborg (1971) Directeur Frankrijk Bouwfonds REIM S.A.S. P. Rossard (1946) Managing Director Duitsland Bouwfonds REIM GmbH M. Haupt (1959) 2 Managing Director 1 2 Per januari Tot februari 2012.

38 36 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Jaarrekening 2011 Geconsolideerde winst-en-verliesrekening 38 Overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 39 Geconsolideerde balans 40 Geconsolideerd vermogensoverzicht 41 Geconsolideerd overzicht van kasstromen 42 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening 43 1 Algemene informatie 43 2 Overzicht van de belangrijkste grondslagen Overeenstemmingsverklaring Gehanteerde grondslagen bij de opstelling van de jaarrekening Nieuwe, gewijzigde standaarden en voorgestelde veranderingen Grondslagen voor consolidatie Valutaomrekenverschillen Renteresultaat Projectresultaat Provisieresultaat Resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening Resultaat vastgoedbeleggingen Overige Financiële activa en verplichtingen Saldering Hedge accounting Waardeverminderingen van financiële activa Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen Vastgoed Immateriële activa Pensioen en andere regelingen na pensionering Voorzieningen Overige verplichtingen, acute en latente belastingen Uitgegeven schuldbewijzen Aandelenkapitaal Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat Kasstroom 56 Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening 57 3 Renteresultaat 57 4 Projectresultaat 58 5 Provisieresultaat 58 6 Resultaat uit deelnemingen 59 7 Resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening 59 8 Resultaat vastgoedbeleggingen 59 9 Overige Personeelskosten Algemene en beheerskosten Afschrijvingen Bijzondere waardeveranderingen Belastingen 61

39 37 Toelichting op de geconsolideerde balans Kasmiddelen Kredieten en vorderingen bankiers Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Voor verkoop beschikbare financiële activa Kredieten en vorderingen private en publieke sector Waardeveranderingen kredieten en vorderingen private en publieke sector Vastgoed Deelnemingen Immateriële activa Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen Belastingvorderingen Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen Overige activa Activa geclassificeerd als aangehouden voor verkoop Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Overige verplichtingen Voorzieningen Pensioenregeling werknemers Belastingverplichtingen Achtergestelde schulden Aandelenkapitaal en reserves 78 Overige informatie Voorwaardelijke schulden en onherroepelijke kredietfaciliteiten Overige niet uit de balans blijkende activa en verplichtingen Overnames en afstotingen Kasstroomoverzicht Reële waarde Bezoldiging bestuurders en raad van commissarissen Risk management Kortlopende en langlopende balansposten Solvabiliteit Joint ventures Verbonden partijen Gebeurtenissen na balansdatum Vennootschappelijke jaarrekening Belangrijkste deelnemingen Overige gegevens Statutaire bepalingen inzake de winstverdeling 99

40 38 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Geconsolideerde winst-en-verliesrekening Jaar eindigend op 31 december in duizenden euro s Toelichting Rentebaten Rentelasten Renteresultaat Projectbaten Projectlasten Projectresultaat Provisiebaten Provisielasten Provisieresultaat Resultaat uit deelnemingen Resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waarde veranderingen in de winst-en-verliesrekening (2.820) Resultaat vastgoedbeleggingen Overige Baten Personeelskosten Algemene en beheerskosten Afschrijvingen Bedrijfslasten Bijzondere waardeveranderingen Totaal lasten Bedrijfsresultaat vóór belastingen Belastingen 14 (18.889) (41.880) Jaarwinst na belastingen inclusief belang derden Jaarwinst toekomend aan belang derden (1.763) Jaarwinst toekomend aan aandeelhouders moedermaatschappij Zie bijgaande toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening.

41 Overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 39 Jaar eindigend op 31 december in duizenden euro s Toelichting Jaarwinst na belastingen inclusief belang derden voortvloeiend uit de periode Totaal gerealiseerd resultaat na belastingen Ongerealiseerde resultaten op macrokasstroomhedges 17 (21.041) Wijzigingen in reële waarde voor verkoop beschikbare financiële activa 19 (60) (338) Totaal niet-gerealiseerd resultaat, na belastingen (21.101) Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, na belastingen Toe te rekenen aan Aandeelhouders moedermaatschappij Derden (1.763) Zie bijgaande toelichting op de geconsolideerde balans.

42 40 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Geconsolideerde balans Per 31 december in duizenden euro s Toelichting Activa Kasmiddelen Kredieten en vorderingen bankiers Financiële activa tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Voor verkoop beschikbare financiële activa Kredieten en vorderingen private en publieke sector Vastgoed Deelnemingen Immateriële activa Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen Belastingvorderingen Uitgestelde belastingvorderingen Overige activa Activa geclassificeerd als aangehouden voor verkoop Totaal activa Verplichtingen Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Financiële verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Overige verplichtingen Voorzieningen Belastingverplichtingen Uitgestelde belastingverplichtingen Achtergestelde schulden Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal verplichtingen Eigen vermogen Aandelenkapitaal Agioreserve Ingehouden winst Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat ( ) ( ) Eigen vermogen aandeelhouders moedermaatschappij Belang van derden Totaal eigen vermogen Totaal verplichtingen en eigen vermogen Zie bijgaande toelichting op de geconsolideerde balans.

43 41 Geconsolideerd vermogensoverzicht Eigen in duizenden euro s Agioreserve Ingehouden winst Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat Aandelenkapitaal vermogen aandeelhouders moedermaatschappij Belang van derden Totaal eigen vermogen Stand per 1 januari ( ) Jaarwinst na belastingen (gerealiseerd resultaat) Ongerealiseerd resultaat na belastingen (21.101) (21.101) (21.101) Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, na belastingen (21.101) Toevoegingen Dividenduitkering (1.336) (1.336) Deconsolidatie (3.413) (3.413) Koersverschillen (41) (41) (16) (57) Overige (1.260) (1.260) 175 (1.085) Stand per 31 december ( ) Stand per 1 januari ( ) (2.698) Jaarwinst na belastingen (gerealiseerd resultaat) (1.763) Ongerealiseerd resultaat na belastingen Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, na belastingen (1.763) Toevoegingen Dividenduitkering (189) (189) Deconsolidatie Koersverschillen (729) 6 Overige (418) (418) (353) (771) Stand per 31 december ( )

44 42 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Geconsolideerd overzicht van kasstromen Jaar eindigend op 31 december in duizenden euro s Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten Bedrijfsresultaat vóór belastingen Aangepast voor: Niet-geldelijke posten opgenomen in de winst Afschrijvingen Waardeveranderingen Dotatie/(vrijval) vastgoedvoorzieningen Dotatie/(vrijval) overige voorzieningen (7.154) Resultaat niet-geconsolideerde deelnemingen en resultaat verkoop van dochterondernemingen (15.242) (12.469) Ongerealiseerde reële waardeveranderingen vastgoedbeleggingen (3.510) (1.868) Ongerealiseerde reële waardeveranderingen uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening (2.820) Nettomutatie in operationele bedrijfsmiddelen Vorderingen en verplichtingen aan bankiers Kredieten en vorderingen private en publieke sector ( ) ( ) Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening ( ) (20.230) Vastgoed (3.874) Nettomutatie in verplichtingen uit hoofde van operationele activiteiten Verplichtingen private en publieke sector Mutatie in overige voorzieningen (21.613) (9.219) Overige mutaties in overlopende activa en passiva (7.425) Betaalde belastingen (47.910) Overige mutaties uit operationele activiteiten Ontvangen dividenden uit niet-geconsolideerde deelnemingen Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten ( ) Kasstromen uit investeringsactiviteiten Voor verkoop beschikbare financiële activa (Verwerving)/ontvangsten uit aankoop en verkoop van niet-geconsolideerde deelnemingen en participaties vastgoedfondsen 1 Overname van dochterondernemingen, na aftrek van overgenomen geldmiddelen (10.892) Verwerving van immateriële activa (1.090) (1.240) Verwerving uit aankoop en verkoop van onroerende zaken en bedrijfsmiddelen (5.660) (10.711) Ontvangsten uit verkoop van onroerende zaken en bedrijfsmiddelen Nettokasstroom uit investeringsactiviteiten (2.487) (20.578) Kasstromen uit financieringsactiviteiten Dividend belang derden (1.336) (189) Nettokasstroom uit financieringsactiviteiten (1.336) (189) Nettomutatie in liquide middelen ( ) Beginstand liquide middelen Eindstand liquide middelen

45 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening 43 in duizenden euro s, tenzij anders weergegeven 1 Algemene informatie Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. (voorheen Rabo Bouwfonds N.V.) is in Nederland gevestigd. De geconsolideerde jaarrekening over het boekjaar 2011 omvat de cijfers van Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. en haar dochterondernemingen (hierna tezamen Rabo Vastgoedgroep ) en het belang van Rabo Vastgoedgroep in deelnemingen. Sinds 1 december 2006 houdt De Coöperatieve Centrale Raiffeisen- Boerenleenbank B.A. (hierna Rabobank Nederland ) te Amsterdam middels Rabo Bouwfonds Holding N.V. alle aandelen van Rabo Vastgoedgroep en wordt zij aangeduid als de uiteindelijke eigenaar van Rabo Vastgoedgroep. De bedrijfsactiviteiten van Rabo Vastgoedgroep hebben betrekking op het ontwikkelen, financieren en managen van vastgoed. De jaarrekening is op 29 maart 2012 geautoriseerd en vrijgegeven voor publicatie door de hoofddirectie. 2 Overzicht van de belangrijkste grondslagen 2.1 Overeenstemmingsverklaring De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals aanvaard door de Europese Unie (EU) en met Titel 9 Boek 2 BW. Op grond van de geboden mogelijkheid in artikel 402 van het Burgerlijk Wetboek 2, Titel 9 neemt Rabo Vastgoedgroep in haar enkelvoudige jaarrekening een verkorte winst-en-verliesrekening op. 2.2 Gehanteerde grondslagen bij de opstelling van de jaarrekening De jaarrekening luidt in euro s, de rapporterings- en functionele valuta van Rabo Vastgoedgroep, afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal. Bij de opstelling van de jaarrekening is van verschillende waarderingsgrondslagen gebruikgemaakt. De reële waarde wordt gebruikt voor afgeleide financiële instrumenten, voor financiële activa en verplichtingen die worden aangehouden voor handelsdoeleinden of die zijn aangewezen als tegen reële waarde op te nemen posten met verwerking van waarde veranderingen in de winst-en-verliesrekening, en voor activa die beschikbaar zijn voor verkoop. De boekwaarde van activa en verplichtingen die deel van een reëlewaardehedgerelatie uitmaken, wordt aangepast met betrekking tot reële waardeveranderingen die voortvloeien uit het afgedekte risico. Overige financiële activa (met inbegrip van kredieten en vorderingen) en verplichtingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Niet-financiële activa en verplichtingen worden gewaardeerd tegen historische kostprijs, behalve de vastgoedbeleggingen welke worden gewaardeerd tegen reële waarde. De opstelling van de jaarrekening in overeenstemming met IFRS zoals aanvaard door de Europese Unie (EU) vereist dat beoordelingen en schattingen worden gemaakt die van invloed zijn op de opname en waardering van activa en verplichtingen, de informatieverschaffing over voorwaardelijke vorderingen en schulden per de datum van de jaarrekening en de gerapporteerde baten en lasten over de verslagperiode. Hoewel deze schattingen met betrekking tot actuele gebeurtenissen en handelingen naar beste weten van het management worden gemaakt, kunnen de feitelijke uitkomsten uiteindelijk afwijken van deze schattingen. Tot de belangrijkste onderdelen waarvoor beoordelingen en schattingen moeten worden gemaakt, behoren risico en rendement en andere relevante criteria om te bepalen of een financieel actief niet langer op de balans moet worden opgenomen of op welk moment een voor een bijzonder doel opgezette entiteit (Special Purpose Entity) moet worden geconsolideerd. Hiertoe behoren eveneens het bepalen van de reële waarde van bepaalde activa en verplichtingen, belastingen, de omvang en de timing van toekomstige kasstromen uit kredieten die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, de uitkomst van geschillen en verstrekte garanties en de veronderstellingen die ten grondslag liggen aan het vaststellen van langlopende personeelsverplichtingen en overige voorzieningen. Tevens behoren hiertoe de tussentijdse vaststelling van resultaten op verkochte projecten in het kader van vastgoedontwikkeling. Door verslechterde marktomstandigheden voor zowel woningen als commercieel vastgoed en het beperkte aantal transacties zijn de onzekerheden met betrekking tot de waardering van vastgoed (grondposities, onderhanden werk en gereed product) en vastgoedfinancieringen toegenomen. De waardering van vastgoed kent verschillende aannames en waarderingstechnieken. Het gebruik van verschillende aannames en technieken kan, door het subjectieve karakter, tot verschillende uitkomsten leiden. 2.3 Nieuwe, gewijzigde standaarden en voorgestelde veranderingen Nieuwe standaarden uitgegeven door de IASB en bekrachtigd door de Europese Unie In 2011 zijn IFRIC 19 Aflossing van financiële verplichtingen met eigen vermogensinstrumenten, de gewijzigde interpretatie IFRIC 14 Vooruitbetalingen bij minimaal vereiste dekkingsbijdragen, de gewijzigde standaarden IAS 24 Informatieverschaffing over verbonden partijen en IAS 32 Financiële instrumenten: presentatie en de 2010 verbeteringen aan de IFRS-standaarden in werking getreden. Deze nieuwe standaarden hebben geen invloed gehad op de jaarrekening van Rabo Vastgoedgroep.

46 44 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Nieuwe standaarden uitgegeven door de IASB, bekrachtigd door de Europese Unie, maar nog niet van toepassing Er zijn geen standaarden die uitgegeven zijn door de IASB, bekrachtigd door de Europese Unie, maar nog niet van toepassing zijn. Nieuwe standaarden uitgegeven door de IASB, maar nog niet bekrachtigd door de Europese Unie IFRS 9 Financiële instrumenten IFRS 10 Geconsolideerde jaarrekening IFRS 11 Gezamenlijke overeenkomsten IFRS 12 Informatieverschaffing over belangen in andere entiteiten IFRS 13 Waardering van de reële waarde IAS 19R Personeelsbeloningen IFRS 9 Financiële instrumenten IFRS 9 is gericht op het vervangen van IAS 39 Financiële instrumenten met als doelstelling de bruikbaarheid van de jaarrekening te verbeteren door de classificatie en waarderingsvereisten rondom financiële instrumenten te vereenvoudigen. In 2009 heeft de IASB dit project in drie fasen onderverdeeld. De eerste fase is afgerond en behandelt de rubricering en waardering van financiële activa en verplichtingen. De tweede fase (bijzondere waardeverminderingen van financiële instrumenten) en derde fase (hedge accounting) zijn op dit moment nog in ontwikkeling. Het is op dit moment nog niet duidelijk wanneer alle fasen van deze nieuwe standaard afgerond zijn en in werking zullen treden, maar de verwachting is dat dit op zijn vroegst pas 1 januari 2015 zal zijn. Rabo Vastgoedgroep beoordeelt de gevolgen van deze nieuwe standaard zodra alle fasen zijn afgerond. IFRS 10 Geconsolideerde jaarrekening Deze standaard geeft nieuwe regels voor consolidatie. Degene die control heeft, consolideert. Dat kan ook gelden voor minder heidsaandeelhouders en in extreme gevallen voor vastgoed vermogensbeheerders die geen direct belang hebben in een vastgoedfonds, maar door de combinatie van variabele beloningen, hun beslissingsbevoegdheid en de rechten van anderen, dan wel de afwezigheid daarvan, wel control hebben. Van belang hierbij is het begrip variabele beloning. Rabo Vastgoedgroep beoordeelt momenteel de gevolgen van deze nieuwe standaard. Deze nieuwe standaard treedt naar verwachting in werking met ingang van 1 januari IFRS 11 Gezamenlijke overeenkomsten De IASB heeft in mei 2011 een standaard met betrekking tot joint ventures gepubliceerd, die IAS 31 en SIC 13 vervangen. Proportionele consolidatie van joint ventures wordt niet langer toegestaan. Alle belangen in joint ventures dienen volgens de equitymethode te worden verwerkt. Met deze wijziging is convergentie met US GAAP bereikt. Voor het overige zijn de regels voor een groot deel hetzelfde als onder IAS 31. Rabo Vastgoedgroep beoordeelt momenteel de gevolgen van deze nieuwe standaard. Deze nieuwe standaard treedt naar verwachting in werking met ingang van 1 januari IFRS 12 Informatieverschaffing over belangen in andere entiteiten IFRS 12 combineert alle toelichtingsvereisten die er bestaan voor dochterondernemingen, samenwerkingsverbanden, deelnemingen en zogenaamde niet geconsolideerde gestructureerde entiteiten in één allesomvattende standaard. Deze toelichtingsvereisten waren voorheen opgenomen in IAS 27, 28 en 31, maar er zijn ook nieuwe vereisten bijgekomen. Rabo Vastgoedgroep beoordeelt momenteel de gevolgen van deze nieuwe standaard. Deze nieuwe standaard treedt naar verwachting in werking met ingang van 1 januari IFRS 13 Waardering van de reële waarde IFRS 13 behandelt verslaggeving op basis van reële waarde (fair value). Alle verwijzingen in andere standaarden naar reële waarde komen te vervallen, waaronder die in IAS 40 en worden samengevoegd in één alles omvattende standaard. IFRS 13 brengt geen veranderingen aan in de vereisten of opties om reële waarde te gebruiken maar wel hoe reële waarde moet worden gemeten. Rabo Vastgoedgroep beoordeelt momenteel de gevolgen van deze nieuwe standaard. Deze nieuwe standaard treedt naar verwachting in werking met ingang van 1 januari IAS 19R Personeelsbeloningen In juni 2011 heeft de IASB verbeteringen gepubliceerd van de vereisten inzake de verantwoording van vergoedingen na uitdiensttreding. De werknemers van Rabo Vastgoedgroep vallen onder de pensioenregeling van Stichting Rabobank Pensioenfonds. Deze pensioenregeling dient te worden beschouwd als een toegezegd-pensioenregeling die risico s delen tussen verschillende entiteiten onder gemeenschappelijke zeggenschap (Rabobank Nederland) waarbij de nettokosten uit hoofde van de toegezegd-pensioenregeling voor het pensioenplan als geheel niet als zodanig wordt doorbelast door de Rabobank aan Rabo Vastgoedgroep. De Rabobank beoordeelt momenteel de gevolgen van deze nieuwe vereisten. Deze nieuwe standaard treedt naar verwachting in werking met ingang van 1 januari 2013.

47 Grondslagen voor consolidatie Dochterondernemingen en acquisities Dochterondernemingen zijn die ondernemingen waarover Rabo Vastgoedgroep de zeggenschap heeft. Er wordt geacht sprake te zijn van zeggenschap indien Rabo Vastgoedgroep de mogelijkheid heeft om, direct of indirect, het financiële en operationele beleid van een onderneming te bepalen teneinde voordelen te verkrijgen uit de activiteiten van de onderneming. Deze ondernemingen worden in de jaarrekening van Rabo Vastgoedgroep in de consolidatie betrokken indien, gezien de aard van de relatie tussen Rabo Vastgoedgroep en de onderneming, Rabo Vastgoedgroep de feitelijke zeggenschap over de onderneming heeft. Bij het beoordelen of Rabo Vastgoedgroep zeggenschap heeft, wordt eveneens het bestaan van eventuele stemrechten die alsdan uitgeoefend of geconverteerd kunnen worden, evenals het effect daarvan, in aanmerking genomen. De jaarrekeningen van dochterondernemingen zijn in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen vanaf de aanvangsdatum van de zeggenschap tot aan het moment waarop deze eindigt. Het belang van derden in het eigen vermogen en het nettoresultaat worden afzonderlijk gepresenteerd in respectievelijk de geconsolideerde balans en de geconsolideerde winst-enverliesrekening. IFRS 3 Bedrijfscombinaties is van toepassing op fusies en overnames. De verkrijgingsprijs van een overgenomen entiteit wordt bepaald op de reële waarde van de opgegeven activa, de uitgegeven aandelen of de aangegane verplichtingen per de overnamedatum, vermeerderd met de direct aan de overname toe te rekenen kosten. Het positieve verschil tussen de verkrijgingsprijs en het aandeel van Rabo Vastgoedgroep in de reële waarde van het saldo van identificeerbare activa en verplichtingen (waaronder begrepen bepaalde voorwaardelijke schulden) van de overgenomen entiteit wordt opgenomen als goodwill. Een uitzondering vormen overgenomen ondernemingen en entiteiten die worden aangehouden voor verkoop. In het geval van een stapsgewijze acquisitie waarbij de zeggenschap in fasen tot stand komt, worden alle activa en verplichtingen van de overgenomen entiteit, met uitzondering van goodwill, geherwaardeerd naar de reële waarde per de datum van de laatste aandelenovernametransactie. Verschillen in de reële waarde van bestaande belangen worden direct ten gunste of ten laste van het eigen vermogen gebracht. Het feit dat alle activa en verplichtingen van de dochteronderneming tegen reële waarde worden opgenomen, leidt ertoe dat het belang van derden wordt berekend aan de hand van deze reële waarde. Investeringen met invloed van betekenis Deelnemingen zijn die ondernemingen waarin Rabo Vastgoedgroep invloed van betekenis (over het algemeen wanneer Rabo Vastgoedgroep tussen 20% en 50% van de stemrechten bezit) heeft op het operationele en financiële beleid, maar waarover Rabo Vastgoedgroep geen zeggenschap heeft. Investeringen waarbij invloed van betekenis wordt uitgeoefend, worden volgens de equitymethode verantwoord. Volgens deze methode wordt de investering bij eerste opname verantwoord tegen kostprijs en vervolgens verhoogd (of verlaagd) met de nettowinst (of het nettoverlies) na de overname, overige mutaties die het eigen vermogen van de participatie beïnvloeden en eventueel noodzakelijke aanpassingen voor waardeverminderingen. Indien het aandeel van Rabo Vastgoedgroep in verliezen hoger is dan de boekwaarde van de investering, wordt de boekwaarde verlaagd tot nihil en wordt de verantwoording van verdere verliezen stopgezet, behalve voor zover Rabo Vastgoedgroep verplichtingen is aangegaan of betalingen heeft verricht namens de participatie. Entiteiten waarover gezamenlijke zeggenschap wordt uitgeoefend Entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend (joint ventures), zijn die ondernemingen waarover Rabo Vastgoedgroep gezamenlijke zeggenschap heeft, zoals vastgelegd in een overeenkomst. In de geconsolideerde jaarrekening wordt het belang van Rabo Vastgoedgroep in deze entiteiten proportioneel geconsolideerd. De geconsolideerde jaarrekening bevat het evenredige aandeel van Rabo Vastgoedgroep in de activa, verplichtingen, baten en lasten van deze ondernemingen, vanaf de aanvangsdatum van de gezamenlijke zeggenschap tot aan de datum waarop deze eindigt. Activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten Activa en/of bedrijfsactiviteiten worden aangewezen als aangehouden voor verkoop indien de boekwaarde daarvan hoofdzakelijk gerealiseerd zal worden door middel van een verkooptransactie en niet door het voortgezette gebruik. Verder dient het actief voor verkoop gereed te zijn en de verkoop dient volgens planning binnen twaalf maanden plaats te vinden. Indien aan deze voorwaarden is voldaan, worden voor verkoop aangehouden activa gewaardeerd tegen de boekwaarde of, indien lager, de reële waarde minus de verkoopkosten en worden zij afzonderlijk van de andere activa in de balans opgenomen. De activa en verplichtingen van een voor verkoop aangehouden bedrijfsactiviteit worden afzonderlijk weergegeven. Het resultaat uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (indien deze van betekenis en afzonderlijk te onderscheiden zijn) wordt in de winst-enverliesrekening gepresenteerd als één bedrag dat bestaat uit de nettowinst en/of het nettoverlies van de beëindigde bedrijfsactiviteit en het resultaat na belastingen dat is gerealiseerd bij verkoop of de

48 46 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 waardering tegen reële waarde minus de verkoopkosten van de nettoactiva die de beëindigde bedrijfsactiviteit omvat. Dit vereist dat de nettowinst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten en de nettowinst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten afzonderlijk worden verantwoord. De vergelijkende cijfers in de winst-en-verliesrekening worden aangepast indien in de verslagperiode bedrijfsactiviteiten als te beëindigen worden aangemerkt. Eliminatie van transacties bij consolidatie Verhoudingen en transacties tussen groepsmaatschappijen en daarmee verband houdende niet-gerealiseerde winsten worden geëlimineerd bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening. Niet-gerealiseerde winsten op transacties met deelnemingen en entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend, worden geëlimineerd naar rato van het belang dat Rabo Vastgoedgroep in de onderneming heeft. Niet-gerealiseerde verliezen worden eveneens geëlimineerd, tenzij uit de transactie blijkt dat er sprake is van bijzondere waardevermindering van het overgedragen actief. 2.5 Valutaomrekenverschillen De financiële resultaten van de buitenlandse activiteiten van de groep die worden uitgeoefend via kantoren, dochterondernemingen, deelnemingen en joint ventures, worden uitgedrukt in de valuta die het best de economische betekenis van de onderliggende gebeurtenissen en omstandigheden weergeeft die relevant zijn voor die entiteit ( de functionele valuta ). Transacties in een andere valuta dan de functionele valuta van de entiteit die de transactie aangaat worden omgerekend in de functionele valuta tegen de wisselkoers op de transactiedatum. Overlopende activa en verplichtingen worden omgerekend op basis van de wisselkoers op de laatste dag van de maand waarop de resultaten betrekking hebben. Monetaire activa en verplichtingen die in vreemde valuta luiden, worden omgerekend tegen de wisselkoers per balansdatum. In vreemde valuta luidende niet-monetaire activa en verplichtingen die tegen historische kostprijs worden gewaardeerd, worden omgerekend tegen de wisselkoers op de datum van eerste opname. Valutaomrekenverschillen op monetaire financiële activa en verplichtingen, ongeacht of deze tegen geamortiseerde kostprijs of reële waarde worden gewaardeerd, worden opgenomen onder valutakoersresultaten. Valutaomrekenverschillen op niet-monetaire posten die worden aangehouden tegen reële waarde, worden eveneens opgenomen onder valutakoersresultaten in de winst-en-verliesrekening. Valutaomrekenverschillen op voor verkoop beschikbare financiële activa worden opgenomen in het eigen vermogen, in de component Winsten verliesposten niet opgenomen in het resultaat. De activa en verplichtingen van buitenlandse entiteiten, met inbegrip van goodwill en correcties voor purchase accounting, worden omgerekend in euro s tegen de wisselkoers per balansdatum. De baten en lasten van buitenlandse activiteiten worden omgerekend in euro s tegen de wisselkoers per maandultimo. De aldus ontstane valutaomrekenverschillen worden direct opgenomen in het eigen vermogen (reserve valutaomrekenverschillen). Wanneer buitenlandse activiteiten geheel of gedeeltelijk worden verkocht, worden deze valutaomrekenverschillen in de winst-en-verliesrekening opgenomen. 2.6 Renteresultaat Rentebaten en -lasten worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen volgens de effectieve-rentemethode. De toepassing van deze methode omvat de amortisatie van een eventueel disagio of agio of andere verschillen tussen de eerste boekwaarde van een rentedragend instrument en het bedrag per vervaldatum, berekend op basis van de effectieve rentevoet. Onder deze post worden tevens rentebaten en -lasten met betrekking tot handelsposities verantwoord. Indien leningen onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering, worden zij afgewaardeerd tot hun realiseerbare bedragen. De rentebaten worden vervolgens verantwoord op basis van het rentetarief dat is gehanteerd om de toekomstige kasstromen contant te maken teneinde het realiseerbare bedrag te bepalen. 2.7 Projectresultaat Binnen Rabo Vastgoedgroep wordt met betrekking tot de opbrengstverantwoording van projecten onderscheid gemaakt tussen overeenkomsten die kwalificeren als overeenkomsten voor de constructie van vastgoed in opdracht van derden en overeenkomsten die hier niet toe kwalificeren. Indien over het ontwerp en de belangrijke specificaties van het project is onderhandeld met de koper kwalificeert het project zich als overeenkomst voor de constructie van vastgoed in opdracht van derden. Bij een dergelijke overeenkomst geldt dat de opbrengstverantwoording plaatsvindt naar gelang de voortgang van het project. De voortgang wordt bepaald aan de hand van de uitgevoerde projectfasen. Verwachte verliezen op projecten worden onmiddellijk in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Indien de koper geen of slechts beperkte invloed heeft op de belangrijke specificaties van het project, dan dient de opbrengst verantwoord te worden volgens de bepalingen van IAS 18 Opbrengsten uit verkoop van goederen. Volgens deze bepalingen geldt dat bij een geleidelijke overgang van het risico naar de afnemer gedurende de bouw de opbrengsten eveneens worden verantwoord naar gelang de voortgang van het project. Indien een geleidelijke risico-overdracht ontbreekt, dan vindt de opbrengstverantwoording plaats op moment van oplevering.

49 Provisieresultaat Onder provisieresultaat zijn opgenomen de provisiebaten en -lasten uit structureringen, acquisities, syndiceringen, performance, vermogensbeheer en fondsenbeheer. Deze vergoedingen worden verantwoord wanneer de betrokken dienst wordt verleend op basis van het toerekeningsbeginsel. Resultaatafhankelijke provisie wordt pas opgenomen op het moment dat aan de performancecriteria is voldaan. 2.9 Resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening Dit omvat de winsten en verliezen uit de verkoop van niet voor handelsdoeleinden aangehouden financiële activa en verplichtingen, de ineffectiviteit van bepaalde reëlewaardehedges en de reële waardeveranderingen met betrekking tot activa en verplichtingen die zijn aangewezen als tegen reële waarde op te nemen posten met verwerking van veranderingen in de reële waarde in de winst-enverliesrekening Resultaat vastgoedbeleggingen De exploitatieopbrengsten, exploitatielasten en de reële waarde mutaties uit de vastgoedbeleggingen worden in de winst-enverliesrekening opgenomen onder het resultaat vastgoedbeleggingen Overige De post overige omvat alle resultaten die niet onder andere categorieën kunnen worden verantwoord Financiële activa en verplichtingen Rubricering Rabo Vastgoedgroep rubriceert de financiële activa en verplichtingen in de volgende waarderingscategorieën: Kredieten en vorderingen zijn niet-afgeleide financiële activa met vaste of bepaalbare betalingen, die niet in een actieve markt zijn genoteerd. Deze activa ontstaan wanneer Rabo Vastgoedgroep geldmiddelen of diensten direct aan een klant verstrekt zonder het voornemen de lening te verhandelen of te verkopen. Leningen die zijn verstrekt met het voornemen om deze te verkopen, worden gerubriceerd onder overige activa en aangewezen als posten waarbij veranderingen in de reële waarde in de winst-en-verliesrekening worden verwerkt. Financiële activa aangehouden tot einde looptijd zijn niet-afgeleide financiële activa met vaste of bepaalbare betalingen (bijvoorbeeld schuldbewijzen ) en een vaste looptijd die Rabo Vastgoedgroep voornemens is en in staat is aan te houden tot het einde van de looptijd. Rabo Vastgoedgroep heeft geopteerd om financiële instrumenten, die niet worden verworven of aangegaan om winst te genereren uit korte termijnfluctuaties in prijzen of marges van handelaren, aan te wijzen als Resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening. Financiële activa en verplichtingen zijn door het management in deze categorie geclassificeerd bij eerste verwerking indien wordt voldaan aan een van de volgende criteria: deze aanwijzing elimineert of vermindert significant een inconsistente behandeling die anders zou zijn ontstaan bij het waarderen van de activa of verplichtingen of bij het erkennen van winsten of verliezen op verschillende waarderingsgrondslagen; de activa en verplichtingen zijn onderdelen van een groep van financiële activa, financiële verplichtingen of beide die gemanaged en beoordeeld worden op basis van de reële waarde in overeenstemming met een gedocumenteerd risicomanagementstrategie of investeringsstrategie; of het financieel instrument bevat een embedded derivative tenzij het embedded derivative geen significante impact heeft op de kasstromen of indien het evident is dat, met een beperkte of geen analyse, het niet apart hoeft te worden opgenomen. Rente gerealiseerd of te betalen op deze activa en verplichtingen wordt verantwoord als rentebaten of -lasten. Alle overige gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen bij herwaardering van deze financiële instrumenten tegen reële waarde worden opgenomen onder Resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening. Financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden zijn afgeleide financiële instrumenten die weliswaar als economische afdekkingen fungeren in het kader van de risicobeheerposities maar niet kwalificeren voor hedge accounting volgens de specifieke regelgeving van IFRS en worden derhalve behandeld als voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten. Alle derivaten voor handelsdoeleinden met per saldo een positieve reële waarde, alsmede gekochte opties, worden verantwoord als financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden. Alle derivaten voor handelsdoeleinden met per saldo een negatieve waarde, alsmede geschreven opties, worden verantwoord als financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden. Alle gerelateerde gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen worden opgenomen onder Resultaat uit financiële transacties. Rente verdiend op voor handelsdoeleinden aangehouden financiële activa wordt verantwoord als rentebaten.

50 48 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Derivaten zijn afgeleide financiële instrumenten die geen of een geringe netto-investering vereisen en waarbij de toekomstige verrekening afhankelijk is van een tarief dat als benchmark fungeert, bijvoorbeeld rentetarieven. De reële waarde van derivaten wordt beïnvloed door mutaties in de verwachte toekomstige kasstromen als gevolg van veranderingen in het onderliggende benchmark. Alle derivaten worden in de balans tegen reële waarde opgenomen. Reële waardeveranderingen van derivaten worden in de winst-enverliesrekening opgenomen, behalve wanneer een post wordt aangemerkt als kasstroomhedge (zie 2.14 Hedge accounting). Sommige hybride contracten bestaan uit zowel een afgeleide als een niet-afgeleide component. In dergelijke gevallen wordt de afgeleide component een embedded derivative genoemd. Wanneer de economische kenmerken van dergelijke in contracten besloten derivaten niet nauw zijn verbonden met die van het basiscontract, worden deze derivaten gescheiden van het basiscontract, tenzij het basiscontract is aangemerkt als een tegen reële waarde opgenomen post met veranderingen via het resultaat en wordt verantwoord op een wijze die overeenkomt met op zichzelf staande derivaten. Instrumenten die afscheidbare derivaten bevatten, bevinden zich doorgaans in de handelsportefeuille. Er kan ook voor worden gekozen om dergelijke samengestelde instrumenten tegen reële waarde op te nemen met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening. Voor verkoop beschikbare financiële activa zijn financiële activa die zijn bedoeld om voor onbepaalde tijd te worden aangehouden en die kunnen worden verkocht om te voorzien in liquiditeitsbehoeften of als reactie op wijzigingen in het rentetarief, wisselkoersen of aandelenkoersen. Financiële verplichtingen niet aangehouden voor handelsdoeleinden die niet zijn aangewezen als tegen reële waarde op te nemen posten met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening, worden opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs. Opname in en verwijdering van balans Een financieel actief (of een deel van een financieel actief ) wordt van de balans verwijderd als: de rechten op de kasstromen uit het actief aflopen; de rechten op de kasstromen uit het actief en nagenoeg alle risico s en voordelen van het eigendom van het actief worden overgedragen; een verplichting om de kasstromen uit het actief over te dragen verondersteld wordt en nagenoeg alle risico s en voordelen worden overgedragen; een verplichting om de kasstromen uit het actief over te dragen verondersteld wordt; of niet alle economische risico s en voordelen worden overgedragen of behouden maar de zeggenschap over het actief wordt overgedragen. Indien Rabo Vastgoedgroep de zeggenschap over het actief behoudt maar niet nagenoeg alle risico s en voordelen, wordt het actief verantwoord overeenkomstig de mate van de aanhoudende betrokkenheid van Rabo Vastgoedgroep. Een gerelateerde verplichting wordt eveneens verantwoord overeenkomstig de mate van aanhoudende betrokkenheid. De verantwoording van de wijziging in de waarde van de verplichting geschiedt in overeenstemming met de verantwoording van wijzigingen in de waarde van het actief. Aankopen en verkopen van beleggingen en verhandelde instrumenten worden opgenomen op de transactiedatum. Dit is de datum waarop Rabo Vastgoedgroep zich verplicht tot het kopen of verkopen van het onderliggende instrument. Kredieten en vorderingen en elders aangehouden tegoeden worden opgenomen op het moment dat zij door Rabo Vastgoedgroep worden verworven of gefinancierd en worden niet langer opgenomen op het moment dat zij worden afgewikkeld. Uitgegeven schuldbewijzen worden opgenomen per uitgiftedatum; toevertrouwde middelen worden opgenomen wanneer de geldmiddelen bij Rabo Vastgoedgroep worden gestort. Overige financiële activa en verplichtingen, met inbegrip van derivaten, worden opgenomen op de balans wanneer Rabo Vastgoedgroep partij wordt in de contractuele bepalingen van het actief of de verplichting. Waardering Alle voor handelsdoeleinden aangehouden instrumenten en financiële activa en verplichtingen die zijn aangewezen als tegen reële waarde op te nemen posten en voor handelsdoeleinden, worden verwerkt tegen reële waarde, waarbij de transactiekosten direct ten laste van de winst-en-verliesrekening worden gebracht. Alle derivaten worden in de balans opgenomen tegen reële waarde, terwijl veranderingen in de reële waarde in de winst-en-verliesrekening worden verwerkt, tenzij het derivaat in aanmerking komt voor verantwoording als kasstroomhedge. Financiële activa beschikbaar voor verkoop worden bij eerste waardering verantwoord tegen kostprijs en direct geherwaardeerd tegen reële waarde. De niet-gerealiseerde winsten en verliezen worden na aftrek van belastingen direct ten gunste of ten laste van het eigen vermogen gebracht. Indien voor verkoop beschikbare activa worden verkocht of worden geïncasseerd, wordt de cumulatieve winst of het

51 49 cumulatieve verlies overgeboekt van het eigen vermogen naar het resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening. Indien voor verkoop beschikbare activa een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt dit verlies opgenomen als Bijzondere waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening. De waarde van een financieel actief is bijzonder verminderd wanneer de inschatting is dat de kostprijs blijvend hoger is dan de geschatte realiseerbare opbrengstwaarde. De realiseerbare opbrengstwaarde van een tegen reële waarde verantwoord instrument is de contante waarde van verwachte toekomstige kasstromen op basis van de actuele marktrente voor een vergelijkbaar financieel actief. De eerste waardering van alle overige financiële activa en verplichtingen geschiedt tegen reële waarde, met inbegrip van direct toerekenbare transactiekosten. Daarna worden zij gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met gebruik van de effectieve-rentemethode. Door toepassing van deze methode worden agio s en disagio s, inclusief daarvoor in aanmerking komende transactiekosten, opgenomen in de boekwaarde van het desbetreffende instrument en geamortiseerd op basis van de oorspronkelijke effectieve rentevoet van het instrument gedurende de periode tot de einddatum of de verwachte vervroegde aflossing. Reële waarden worden ontleend aan genoteerde marktprijzen in liquide markten, mits deze beschikbaar zijn. Indien geen genoteerde marktprijs beschikbaar is, wordt de reële waarde van het instrument geschat aan de hand van prijsnoteringen van handelaren, prijsbepalingsmodellen en/of contantewaardemethoden. De in prijsbepalingsmodellen gehanteerde gegevens zijn in het algemeen in de markt waarneembare gegevens of kunnen van in de markt waarneembare gegevens worden afgeleid. Bij toepassing van een contantewaardemethode worden de geschatte toekomstige kasstromen gebaseerd op de beste schattingen van het management. De bij deze methode gehanteerde disconteringsvoet is een marktgerelateerde voet per balansdatum voor instrumenten met vergelijkbare voorwaarden. Ongeacht de rubricering van activa en verplichtingen in de balans, wordt ontvangen of betaalde rente verwerkt in de winst-enverliesrekening onder rente. Op soortgelijke wijze worden ontvangen dividenden verwerkt onder Resultaat uit financiële transacties Saldering In het geval dat Rabo Vastgoedgroep hetzij de wettelijke hetzij de contractuele bevoegdheid en tevens het voornemen heeft financiële activa en verplichtingen gesaldeerd of gelijktijdig af te wikkelen, worden deze gesaldeerd en wordt het saldo in de balans opgenomen. Vanwege tijdsverschillen in feitelijke kasstromen worden derivaten met een positieve reële waarde over het algemeen niet gesaldeerd met derivaten met een negatieve reële waarde, zelfs niet als zij bij dezelfde tegenpartij worden aangehouden Hedge accounting Rabo Vastgoedgroep maakt als onderdeel van het risicobeheer gebruik van afgeleide instrumenten voor het beheer van posities die blootstaan aan rente-, valuta- en kredietrisico s, met inbegrip van posities die voortvloeien uit toekomstige transacties. Rabo Vastgoedgroep past hetzij reëlewaardehedge accounting hetzij kasstroomhedge accounting toe wanneer transacties voldoen aan bepaalde criteria die gelden voor de administratieve verwerking van hedgetransacties ( Hedge accounting ). Een hedgerelatie komt in aanmerking voor hedge accounting indien: er bij het aangaan van de hedge formele documentatie van de hedgetransactie aanwezig is; de hedge naar verwachting zeer effectief zal zijn; de effectiviteit van de hedge betrouwbaar kan worden bepaald; de hedge gedurende de hele verslagperiode zeer effectief is; en voor het afdekken van toekomstige transacties: de transactie zeer waarschijnlijk zal plaatsvinden en dit neerkomt op een blootstelling aan bewegingen in kasstromen die uiteindelijk het nettoresultaat zouden kunnen beïnvloeden. Een afgedekte positie kan zijn een actief, een verplichting, een vaststaande verplichting, een zeer waarschijnlijke toekomstige transactie of een netto-investering in een buitenlandse entiteit (a) waarmee de entiteit wordt blootgesteld aan het risico van veranderingen in de reële waarde of toekomstige kasstromen en (b) die wordt aangemerkt als afgedekte positie. Het afgedekte risico betreft met name rente- of valutabewegingen. Voor kredietrisicoderivaten (ook wel aangeduid als Credit Default Swaps, CDS) wordt geen hedge accounting toegepast. In overeenstemming met het bovenstaande beoordeelt Rabo Vastgoedgroep formeel, zowel bij het aangaan van de hedgerelatie als gedurende de looptijd daarvan, of de derivaten waarvan gebruik is gemaakt ten behoeve van hedgetransacties zeer effectief zijn (geweest) voor het opvangen van veranderingen in de reële waarde of kasstromen van de afgedekte positie. Een hedge wordt normaliter geacht zeer effectief te zijn indien Rabo Vastgoedgroep, vanaf het begin en gedurende de gehele looptijd, kan verwachten, en de werkelijke resultaten hierop wijzen, dat veranderingen in de reële waarde of de kasstromen van de afgedekte positie worden gecompenseerd door veranderingen in de reële waarde of kasstromen van het hedge-instrument, binnen een bandbreedte van 80% tot 125%.

52 50 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Een hedgerelatie is zeer effectief als Rabo Vastgoedgroep daarmee bewerkstelligt dat veranderingen in de reële waarde of kasstromen voor het afgedekte risico worden gecompenseerd. Het ineffectieve deel van een hedgerelatie (de mate waarin de veranderingen in de reële waarde van het derivaat verschillen van de veranderingen in de reële waarde van de afgedekte positie of de mate waarin veranderingen in de verwachte kasstromen van het derivaat verschillen van de verwachte veranderingen in de kasstromen van de afgedekte positie) en de winsten en verliezen op componenten van een derivaat die bij de beoordeling van de effectiviteit van de hedgetransactie buiten beschouwing worden gelaten, worden direct in het resultaat verwerkt. Rabo Vastgoedgroep zal hedge accounting beëindigen indien: a) vastgesteld wordt dat een derivaat niet of niet langer zeer effectief is als hedge-instrument; b) het derivaat afloopt of wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend; c) de afgedekte positie vervalt of wordt verkocht of terugbetaald; d) een voorziene transactie niet langer als zeer waarschijnlijk wordt beschouwd; en e) in bepaalde omstandigheden Rabo Vastgoedgroep besluit hedge accounting te beëindigen, ook al is de hedgerelatie nog steeds zeer effectief, door het financieel instrument niet langer aan te merken als een hedge. Vervolgens worden eventuele hieraan gerelateerde derivaten verwerkt als financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden, tenzij deze opnieuw als hedge worden aangemerkt in een nieuwe hedgerelatie. Reëlewaardehedges Wanneer een afgeleid financieel instrument dient ter afdekking van veranderingen in de reële waarde van opgenomen activa of verplichtingen, wordt de boekwaarde van de afgedekte post aangepast voor het afgedekte risico. Winsten of verliezen bij herwaardering van zowel het hedge-instrument als de afgedekte post worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening, doorgaans onder Resultaat uit financiële transacties. Wanneer een hedge-instrument of hedgerelatie in het kader van een reëlewaardehedge wordt beëindigd, wordt een eventuele reële waardeaanpassing van de boekwaarde van een rentedragend financieel actief of een rentedragende financiële verplichting geamortiseerd in de winst-en-verliesrekening gedurende de resterende looptijd van de oorspronkelijke afgedekte post. Kasstroomhedges Wanneer een afgeleid financieel instrument dient ter afdekking van de variabiliteit van de kasstromen uit opgenomen activa of verplichtingen, verwachte transacties of vaststaande verplichtingen, wordt het effectieve deel van de winst of het verlies als gevolg van de herwaardering van het hedge-instrument direct opgenomen in het eigen vermogen. Indien een hedge-instrument of hedgerelatie ter afdekking van kasstromen wordt beëindigd, maar de afgedekte transactie naar verwachting nog steeds zal plaatsvinden, blijft de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies opgenomen in het eigen vermogen. In het eigen vermogen verwerkte cumulatieve winst of verlies wordt overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening op het moment dat de afgedekte transactie het nettoresultaat beïnvloedt en wordt gepresenteerd op dezelfde regel als de afgedekte transactie. In het uitzonderlijke geval dat de afgedekte transactie naar verwachting niet langer zal plaatsvinden, wordt de cumulatieve winst die of het cumulatieve verlies dat is opgenomen in het eigen vermogen, direct overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening Waardeverminderingen van financiële activa Rabo Vastgoedgroep beoordeelt op elke balansdatum of er objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardevermindering van een financieel actief of een groep financiële activa. Een financieel actief of een groep financiële activa heeft een bijzondere waardevermindering ondergaan indien er objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardevermindering als gevolg van een of meer gebeurtenissen die zich hebben voorgedaan na de eerste opname van het actief en vóór de balansdatum (een tot verlieslijdende gebeurtenis ) en een dergelijke gebeurtenis een nadelig effect heeft op de geschatte toekomstige kasstromen uit het financieel actief of de groep financiële activa. Uitsluitend als en voor zover dit het geval is, wordt er een bijzonder waardeverminderingsverlies opgenomen. Objectieve aanwijzingen voor waardeverminderingen van een financieel actief of een groep financiële activa bestaan uit waarneembare gegevens die ter kennis van Rabo Vastgoedgroep komen omtrent de volgende tot verlieslijdende gebeurtenissen: aanzienlijke financiële problemen van de emittent of debiteur; contractbreuk, zoals achterstallige rentebetalingen of aflossingen; een concessie die de kredietgever om economische of juridische redenen verleent aan de kredietnemer in verband met financiële problemen van de kredietnemer en die de kredietgever anders niet zou overwegen te verlenen; waarschijnlijk faillissement van de kredietnemer of waarschijnlijke financiële herstructurering van de kredietnemer; het wegvallen van een actieve markt voor het betreffende financieel actief vanwege financiële problemen; of waarneembare gegevens die erop wijzen dat er sprake is van een meetbare afname van de geschatte toekomstige kasstromen uit

53 51 een groep financiële activa sinds de eerste opname van die activa, hoewel de afname nog niet kan worden vastgesteld bij de individuele financiële activa in de groep, waaronder: 1. nadelige veranderingen in de betalingsstatus van kredietnemers in de groep financiële activa; 2. nationale of lokale economische omstandigheden die correleren met achterstallige betalingen ten aanzien van activa in de groep financiële activa. Rabo Vastgoedgroep beoordeelt eerst of er objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardevermindering van financiële activa (met inbegrip van eventuele daaraan gerelateerde faciliteiten en garanties) die ieder afzonderlijk significant zijn, en doet dit individueel of collectief voor financiële activa die afzonderlijk niet significant zijn. Indien Rabo Vastgoedgroep vaststelt dat er geen objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardevermindering van een afzonderlijk beoordeeld financieel actief, wordt dit actief toegevoegd aan een groep financiële activa met vergelijkbare kenmerken qua kredietrisico, waarna deze groep collectief wordt beoordeeld op bijzondere waardevermindering. Financiële activa waarvoor individueel wordt vastgesteld dat er sprake is van bijzondere waardevermindering, worden niet meegenomen in een collectieve beoordeling van bijzondere waardevermindering. Voor kredieten en vorderingen en activa aangehouden tot einde looptijd wordt het verlies uit hoofde van bijzondere waardevermindering bepaald op het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de contante waarde van toekomstige kasstromen, verdisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rente van het actief. Het verlies wordt opgenomen in de winst-en-verliesrekening onder Bijzondere waardeveranderingen en Overige voorzieningen voor kredietrisico. In de berekening van de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen van een financieel actief waarvoor zakelijke zekerheden zijn verstrekt, wordt rekening gehouden met de kasstromen die kunnen ontstaan bij uitwinning van de zekerheden, ongeacht of uitwinning al dan niet waarschijnlijk is, minus de kosten die gemaakt moeten worden om de zekerheden te verkrijgen en te verkopen. Toekomstige kasstromen in een groep financiële activa die collectief op bijzondere waardevermindering worden beoordeeld, worden geschat op basis van de contractuele kasstromen van de kredieten in de portefeuille en historische verliesgegevens voor kredieten met kredietrisicokenmerken die vergelijkbaar zijn met die van kredieten in de portefeuille. Historische verliesgegevens worden aangepast op basis van actuele waarneembare gegevens, zodat rekening wordt gehouden met actuele omstandigheden die geen rol speelden in de periode waarop de historische verliesgegevens betrekking hebben en de effecten worden geëlimineerd van omstandigheden in de historische periode die thans niet actueel zijn. De methodologie en veronderstellingen waarvan bij het schatten van toekomstige kasstromen gebruik is gemaakt, worden regelmatig geëvalueerd om eventuele verschillen tussen geschatte verliezen en daadwerkelijk opgetreden verliezen te verminderen. Het effect van veranderingen in schattingen en realiseringen wordt opgenomen in de winst-en-verliesrekening onder Bijzondere waardeveranderingen. Rentebaten na bijzondere waardevermindering worden opgenomen op basis van de oorspronkelijke effectieve rentevoet die voor het bepalen van het bijzondere waardeverminderingsverlies is gehanteerd bij de berekening van de contante waarde van de toekomstige kasstromen. Wanneer een krediet oninbaar is, wordt het afgeboekt op de betreffende voorziening voor bijzondere waardevermindering kredieten. Afboeking van dergelijke kredieten vindt plaats nadat alle vereiste procedures zijn afgerond en het bedrag van het verlies is vastgesteld. Bedragen die na afboeking alsnog worden geïnd, worden ten gunste van de winst-en-verliesrekening gebracht onder Bijzondere waardeveranderingen. Activa die in het kader van een afwikkelingsprocedure worden verkregen in ruil voor kredieten en vorderingen, worden opgenomen als verkoop van het krediet en verkrijging van het actief. Indien als gevolg van de transactie zeggenschap over een entiteit wordt verkregen, wordt de betreffende entiteit geconsolideerd. Om te beoordelen of zich een bijzondere waardevermindering van voor verkoop beschikbare schuldbewijzen en eigen vermogensinstrumenten heeft voorgedaan, wordt een significante of langdurige daling van de reële waarde daarvan tot onder de verkrijgingsprijs in aanmerking genomen. Indien hiervoor aanwijzingen zijn, wordt het cumulatieve nettoverlies dat eerder direct ten laste van het eigen vermogen is gebracht, overgeboekt van het eigen vermogen naar resultaat uit financiële transacties in de winst-en-verliesrekening. Teruggenomen waardeverminderingen van schuldbewijzen, met inbegrip van voor verkoop beschikbare schuldbewijzen, worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Teruggenomen waardeverminderingen van aandelen worden niet in de winst-en-verliesrekening verantwoord; reële waardestijgingen van aandelen na bijzondere waardevermindering worden direct in het eigen vermogen verantwoord.

54 52 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen in eigen gebruik worden gewaardeerd tegen historische kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen en eventuele waardeverminderingen. Als onroerende zaken en bedrijfsmiddelen zijn samengesteld uit belangrijke componenten met een verschillende gebruiksduur, worden deze componenten elk afzonderlijk verwerkt. Toevoegingen en uitgaven na eerste verwerking worden geactiveerd uitsluitend voor zover zij naar verwachting de toekomstige economische voordelen van het actief doen toenemen. Uitgaven ter vervanging van componenten worden afzonderlijk geactiveerd. Overige uitgaven na eerste verwerking worden uitsluitend geactiveerd indien zij de toekomstige economische voordelen van de betreffende onroerende zaken en bedrijfsmiddelen doen toenemen. Alle overige uitgaven worden als last in de winst-enverliesrekening opgenomen op het moment dat zij worden gedaan. Wanneer onroerende zaken en bedrijfsmiddelen buiten gebruik worden gesteld of worden afgestoten, wordt het verschil tussen de verkoopopbrengst minus kosten en de boekwaarde opgenomen in de winst-enverliesrekening. Investeringen in gehuurde gebouwen (langetermijnverbeteringen of verbouwingen van gehuurde objecten) worden tegen kostprijs (verkrijgingsprijs) opgenomen en lineair afgeschreven op basis van de gebruiksduur (gewoonlijk gelijk aan de resterende looptijd van de betreffende huurovereenkomst). Afschrijvingen worden lineair ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht gedurende de geschatte gebruiksduur van onroerende zaken en bedrijfsmiddelen en van belangrijke componenten die afzonderlijk worden verwerkt. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Rabo Vastgoedgroep hanteert in het algemeen de volgende geschatte gebruiksduur: gebouwen in eigen gebruik 5 40 jaar bedrijfsmiddelen 1 5 jaar Om rekening te houden met eventuele wijzigingen in omstandigheden, worden afschrijvingspercentages, afschrijvingsmethoden en restwaarden van onroerende zaken en bedrijfsmiddelen periodiek getoetst. Bij de afschrijving van geactiveerde verbeteringen aan huurobjecten wordt rekening gehouden met de looptijd van de desbetreffende huurovereenkomst Vastgoed Hieronder vallen alle actiefposten die betrekking hebben op de ontwikkeling en exploitatie van vastgoed. De posten zijn als volgt onderverdeeld: bouwterreinen en vereveningsfondsen; onderhanden werk; handelsdebiteuren vastgoed; gereed product; vastgoedbeleggingen. Bouwterreinen en vereveningsfondsen Terreinen worden gewaardeerd tegen kostprijs, met inbegrip van toegerekende rente en bijkomende kosten voor de aankoop en het bouwrijp maken van terreinen. Voor grond waarop volgens het bestemmingsplan geen speciale bestemming rust, wordt, indien er geen zekerheid bestaat dat de grond bebouwd zal worden, geen rente toegerekend. In de kostprijs van grond is niet de voorwaardelijke verplichting opgenomen die afhankelijk is van toekomstige bestemmingswijziging op de betreffende grond. Voor bij verkoop verwachte verliezen wordt een bijzondere waardevermindering toegepast op de boekwaarde van het terrein. De vereveningsfondsen hebben betrekking op geactiveerde bouwrechten aangekocht van derden, naast bouwrechten die zijn ontstaan bij verkoop van terreinen aan gemeentelijke overheden of andere partijen als het saldo van de kostprijs van de terreinen en de verkoopopbrengst. Deze bedragen, die dienen te worden terugverdiend uit toekomstige bouwprojecten, worden verminderd met eventueel noodzakelijke voorzieningen. Onderhanden werk Onderhanden werk betreft verkochte en onverkochte commercieelvastgoedprojecten, alsmede verkochte en onverkochte woningbouwprojecten in aanbouw of voorbereiding. Onderhanden werk wordt gewaardeerd tegen gemaakte kosten vermeerderd met toegerekende rente, verminderd met eventueel noodzakelijke voorzieningen. Indien het project kwalificeert als overeenkomst voor de constructie van vastgoed in opdracht van derden, geldt dat eveneens het resultaat naar gelang de voortgang van het project wordt verantwoord onder het onderhanden werk. Verwachte verliezen op projecten worden onmiddellijk in mindering gebracht op het onderhanden werk. Indien de koper geen of slechts beperkte invloed heeft, maar wel sprake is van een geleidelijke overgang van het risico naar de afnemer gedurende de bouw eveneens het resultaat naar gelang de voortgang van het project wordt verantwoord onder het onderhanden werk. Indien deze geleidelijke overdracht van het risico ontbreekt, dan vindt de resultaatverantwoording pas plaats op moment van oplevering. Aan kopers en opdrachtgevers gefactureerde termijnen worden in

55 53 mindering gebracht op onderhanden werk. Indien voor een project het saldo negatief is (de gefactureerde termijnen bedragen meer dan de geactiveerde kosten), wordt het saldo op dat project overgeboekt naar Overige verplichtingen. Handelsdebiteuren vastgoed Vastgoeddebiteuren betreffen vorderingen op kopers van commercieel vastgoed en woningbouw. De vorderingen kunnen zowel vervallen, nog niet betaalde termijnen op onderhanden werk betreffen als de gehele koopsom bij gereed product. Gereed product Niet-verkocht commercieel vastgoed en woningen worden opgenomen tegen de productiekosten, verminderd met eventueel noodzakelijke voorzieningen. Zowel de boekwaarde van het gereed product als het onverkochte onderhanden werk wordt jaarlijks getoetst op indicaties van mogelijke waardedalingen. Indien een indicatie aanwezig is, wordt de opbrengstwaarde van het gereed product of het onderhanden werk ingeschat. De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs in het kader van de normale bedrijfsvoering minus de geschatte kosten van voltooiing en de geschatte kosten die nodig zijn om de verkoop te realiseren. Indien de kostprijs de verwachte opbrengstwaarde overstijgt, wordt een afwaardering verantwoord voor zover deze voor rekening komt van Rabo Vastgoedgroep. Bij het bepalen van de opbrengstwaarde worden de geschatte toekomstige kasstromen verdisconteerd tegen een disconteringsvoet waarbij rekening wordt gehouden met de huidige marktinschatting van de tijdswaarde van geld en de operationele risico s die verbonden zijn aan dit actief. Vastgoedbeleggingen Vastgoedbeleggingen worden opgenomen tegen reële waarde. De reële waarde wordt bepaald op de meest waarschijnlijke prijs die redelijkerwijs per balansdatum (dus niet per een datum in het verleden of in de toekomst) in de markt kan worden verkregen. De reële waarde is gebaseerd op de huidige prijzen in een actieve markt voor soortgelijk vastgoed op dezelfde locatie en in dezelfde staat. Indien deze informatie ontbreekt wordt de reële waarde bepaald met behulp van een discounted cashflowwaarderingsmethode of met behulp van een conventionele methode. Bij de conventionele methode wordt de waarde bepaald op basis van kapitalisatie tegen netto-aanvangsrendementen van vergelijkbare transacties. Eventuele winsten of verliezen die voortvloeien uit reële waardeveranderingen, worden opgenomen in de winst-enverliesrekening Immateriële activa Kosten die direct verband houden met identificeerbare en unieke softwareproducten waarover Rabo Vastgoedgroep de beschikkingsmacht heeft en waarmee waarschijnlijk gedurende meer dan één jaar economische voordelen zullen worden gegenereerd die hoger zijn dan de kosten, worden geactiveerd als immateriële vaste activa. Directe kosten omvatten mede de personeelskosten van het softwareontwikkelingsteam. Uitgaven die de gebruiksmogelijkheden of -duur van computersoftware vergroten of verlengen ten opzichte van de oorspronkelijke specificaties, worden beschouwd als investering en toegevoegd aan de oorspronkelijke historische kostprijs van de software. Software wordt afgeschreven over een periode van drie jaar. Overige door Rabo Vastgoedgroep verworven immateriële activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs verminderd met cumulatieve amortisatie en bijzondere waardeverminderingsverliezen. De overige immateriële activa bestaan uit afzonderlijk identificeerbare posten die voortvloeien uit de overname van dochterondernemingen, zoals verworven klantrelaties. De amortisatie geschiedt lineair ten laste van de winst-en-verliesrekening gedurende de geschatte gebruiksduur van het immaterieel actief. Tevens worden aangeschafte licenties onder immateriële activa gepresenteerd. Kosten in verband met het onderhoud van computersoftware worden als last opgenomen in de periode waarin ze worden gemaakt Pensioen en andere regelingen na pensionering Voor de medewerkers in Nederland en voor de meeste medewerkers in het buitenland zijn pensioen- of andere oudedagsregelingen getroffen in overeenstemming met de in die landen bestaande voorschriften en usances. Deze regelingen zijn grotendeels bij afzonderlijke pensioenfondsen of bij derden ondergebracht. Hierbij wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de toegezegde-bijdrageregeling en de toegezegd-pensioenregeling. Met ingang van 1 augustus 2008 vallen de werknemers van Rabo Vastgoedgroep in Nederland onder de pensioenregeling van Stichting Rabobank Pensioenfonds. Deze pensioenregeling dient te worden beschouwd als een toegezegd-pensioenregeling die risico s delen tussen verschillende entiteiten onder gemeenschappelijke zeggenschap (Rabobank Nederland) waarbij de nettokosten uit hoofde van de toegezegd-pensioenregeling voor het pensioenplan als geheel niet als zodanig wordt doorbelast aan de groepsentiteiten.

56 54 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Rabobank Nederland verwerkt daarom deze toegezegd-pensioenregeling in haar geconsolideerde jaarrekening als toegezegdpensioenregeling en Rabo Vastgoedgroep verwerkt de periodieke pensioenbijdrage als toegezegde-bijdrageregeling. In de jaarrekening van Rabo Vastgoedgroep wordt de pensioenverwerking van Rabobank Nederland in de toelichting opgenomen. Toegezegde-bijdrageregeling De verschuldigde premies voor pensioenregelingen op grond van de toegezegde-bijdrageregeling komen rechtstreeks ten laste van het resultaat over het jaar waarop zij betrekking hebben. Toegezegd-pensioenregeling De voortvloeiende verplichtingen met betrekking tot de toegezegdpensioenregeling worden beschouwd als eigen verplichtingen, ongeacht of de uitvoering is ondergebracht bij een pensioenfonds of op een andere wijze plaatsvindt. De pensioenverplichtingen voor de toegezegd-pensioenregeling worden berekend in overeenstemming met de projected unit credit method of actuarial cost allocation. Volgens deze methode wordt de contante waarde van de pensioenverplichtingen en overige personeelsverplichtingen bepaald op basis van het aantal actieve dienstjaren tot aan de balansdatum, het geraamde salarisniveau per de verwachte pensioneringsdatum en de marktrente op bedrijfsobligaties van hoge kwaliteit. Voor de bepaling van de pensioenlasten wordt tevens het verwachte rendement op de beleggingen in de berekening betrokken. Verschillen tussen het verwachte rendement en het gerealiseerde rendement op de pensioenbeleggingen, alsmede actuariële winsten en verliezen, worden uitsluitend als baten of lasten opgenomen indien de netto cumulatieve, niet-opgenomen actuariële winsten en verliezen aan het einde van het voorgaande boekjaar groter zijn dan 10% van de verplichtingen uit hoofde van de pensioenregeling of, indien hoger, de reële waarde van de daaraan gerelateerde pensioenbelegging. Het gedeelte boven 10% wordt opgenomen in de winst-en-verliesrekening over de verwachte resterende dienstjaren van de medewerkers die deelnemen aan de pensioenregelingen. Verschillen tussen de aldus bepaalde pensioenlasten en de af te dragen premies worden als voorziening dan wel vooruitbetaalde bedragen verantwoord. Verplichtingen uit hoofde van vervroegde uittreding van medewerkers (V.U.T.) worden in dit kader als pensioenverplichtingen aangemerkt. Wanneer de aanspraken uit hoofde van een pensioenregeling worden verbeterd, wordt het gedeelte van de verbeterde pensioenaanspraken dat betrekking heeft op de verstreken dienstjaren van medewerkers lineair als last in de winst-en-verliesrekening opgenomen gedurende de gemiddelde periode totdat de pensioenaanspraken onvoorwaardelijk worden. Voor zover de aanspraken direct onvoorwaardelijk worden, wordt de last onmiddellijk in de winst-en-verliesrekening opgenomen Voorzieningen Rabo Vastgoedgroep treft een voorziening wanneer ze een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden, het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is en een betrouwbare schatting van de verplichting kan worden gemaakt. Indien het effect van materiële betekenis is, worden voorzieningen bepaald door de toekomstige kasstromen contant te maken tegen een disconteringsvoet vóór belasting waarin de actuele markttarieven tot uitdrukking komen, alsmede, voor zover van toepassing, de risico s die specifiek zijn voor de verplichting. Primaire en secundaire personeelsvoorzieningen Overige rechten na pensionering, waaronder bijdragen aan ziektekosten verzekering, jubileumuitkeringen, seniorenregelingen, hypotheekrentekortingen en uitkeringen aan niet-actieve medewerkers, worden berekend op basis van actuariële veronderstellingen. Garantiefonds Dit fonds betreft de aangegane garantieverplichtingen met betrekking tot verkochte en opgeleverde woningen. Eigenaren van Rabo Vastgoedgroep-woningen verkrijgen bij aankoop een garantiecertificaat dat tien jaar geldig is. De daaruit voortvloeiende financiële verplichtingen worden uit dit fonds voldaan. Herstructureringsvoorziening Een herstructureringsvoorziening wordt opgenomen indien er een verplichting bestaat. Dit laatste is het geval wanneer de groep een gedetailleerd plan heeft goedgekeurd en bij de bij het plan betrokken partijen een gefundeerde verwachting heeft gewekt door met de uitvoering van het plan een aanvang te maken of de belangrijkste kenmerken van het plan bekend te maken. Er wordt geen voorziening getroffen voor toekomstige bedrijfslasten. Overige voorzieningen Overige voorzieningen betreffen hoofdzakelijk andere garanties en juridische claims Overige verplichtingen, acute en latente belastingen Onder de overige verplichtingen zijn opgenomen de crediteuren, het negatieve saldo onderhanden werk (zie voor beschrijving onderhanden werk 2.17 Vastgoed), ontwikkeling vastgoedprojecten, te betalen rente opgenomen gelden en overige overlopende passiva. De ontwikkeling vastgoedprojecten vormt per saldo een verplichting aan klanten indien meer in rekening is gebracht over grondprojecten dan de kostprijs.

57 55 De verschuldigde belastingen worden als last opgenomen in de periode waarin de winsten ontstaan, op basis van de geldende belastingwetgeving in het desbetreffende rechtsgebied. Het toekomstig fiscaal voordeel van voorwaarts verrekenbare verliezen wordt opgenomen als een actief wanneer het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn waarmee deze verliezen kunnen worden verrekend. Niet-latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden uitsluitend gesaldeerd als zij binnen dezelfde fiscale eenheid ontstaan en zowel de wettelijke bevoegdheid als het voornemen bestaat om de vorderingen en verplichtingen gesaldeerd af te wikkelen of gelijktijdig te realiseren. Nederlandse vennootschappen waarin Rabo Vastgoedgroep (on)middellijk een 100%-belang heeft worden in het algemeen opgenomen in de fiscale eenheid van de Rabobank. Latente belastingen worden opgenomen voor tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van activa en verplichtingen ten behoeve van de financiële verslaggeving en de fiscale boekwaarde daarvan. De belangrijkste tijdelijke verschillen vloeien voort uit vastgoedontwikkelingsactiviteiten, de reële waarde van derivatencontracten, voorzieningen voor pensioenen en purchase accounting met betrekking tot overnames. Voor de volgende tijdelijke verschillen wordt geen voorziening getroffen: de eerste opname van activa of verplichtingen die noch de commerciële noch de fiscale winst beïnvloeden en verschillen die verband houden met investeringen in dochterondernemingen en deelnemingen voor zover zij in de voorzienbare toekomst waarschijnlijk niet zullen worden teruggenomen. Het bedrag van de latente belastingen is gebaseerd op de wijze waarop de boekwaarde van de activa en verplichtingen naar verwachting zal worden gerealiseerd of afgewikkeld, waarbij de belastingtarieven die zijn vastgesteld op balansdatum, dan wel waartoe materieel reeds is besloten, worden gehanteerd. Er wordt uitsluitend een latente belastingvordering opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn die voor de realisatie van de vordering kunnen worden aangewend Uitgegeven schuldbewijzen Uitgegeven schuldbewijzen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met gebruik van de effectieve-rentemethode, tenzij de schuldbewijzen een hybride karakter hebben en worden aangemerkt als tegen reële waarde op te nemen posten met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening. Uitgegeven financiële instrumenten of hun componenten worden gerubriceerd als verplichtingen indien Rabo Vastgoedgroep volgens contractuele bepalingen in overwegende mate een verplichting heeft om geldmiddelen of een ander financieel actief aan de houder te leveren, financiële instrumenten te ruilen onder voorwaarden die mogelijk nadelig zijn of op een andere wijze aan de verplichting te voldoen dan door de ruil van een vast bedrag aan geldmiddelen of een ander financieel actief voor een vast aantal van de eigen vermogensinstrumenten. Uitgegeven financiële instrumenten of hun componenten worden gerubriceerd als eigen vermogensinstrumenten indien zij niet als verplichting kunnen worden aangemerkt en een restbelang in de activa van Rabo Vastgoedgroep vertegenwoordigen. Indien uitgegeven financiële instrumenten zowel een vreemd vermogenscomponent als een eigen vermogenscomponent bevatten, worden deze componenten afzonderlijk verwerkt. De eigen vermogenscomponent wordt alsdan opgenomen tegen het bedrag dat overblijft nadat op het totale instrument de afzonderlijk bepaalde reële waarde van de vreemd vermogenscomponent in mindering is gebracht Aandelenkapitaal Marginale externe kosten die direct zijn toe te rekenen aan de uitgifte van nieuwe aandelen worden, onder aftrek van daarop betrekking hebbende belastingen, in mindering gebracht op het eigen vermogen. Dividend op gewone aandelen wordt ten laste van het eigen vermogen gebracht in de periode waarin het door de aandeelhouder wordt goedgekeurd Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat Reserve valutaomrekenverschillen De reserve valutaomrekenverschillen bevat alle valutaverschillen die voortvloeien uit de omrekening van de jaarrekening van buitenlandse dochterondernemingen en deelnemingen, na aftrek van het valutakoerseffect van de omrekening van verplichtingen. Reserve kasstroomhedges Deze post omvat het effectieve deel van de cumulatieve reële waardeveranderingen van uitgevoerde kasstroomhedges. Reserve voor verkoop beschikbare financiële activa De niet-gerealiseerde winsten en verliezen met betrekking tot voor verkoop beschikbare financiële activa worden na aftrek van belastingen direct ten gunste of ten laste van het eigen vermogen gebracht. Indien voor verkoop beschikbare activa worden verkocht of worden geïncasseerd, wordt de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies overgeboekt van het eigen vermogen naar het resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening.

58 56 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Kasstroom Voor wat betreft het kasstroomoverzicht worden onder kasmiddelen verstaan de aanwezige kasmiddelen en de per saldo aanwezige nostrotegoeden bij andere banken. Het op de indirecte berekeningsmethode gebaseerde kasstroomoverzicht geeft inzicht in de herkomst van de kasmiddelen die gedurende het jaar beschikbaar zijn gekomen en de wijze waarop de kasmiddelen gedurende het jaar zijn aangewend. De kasstromen worden gesplitst naar operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. Mutaties in kredieten en vorderingen en interbancaire deposito s zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Investeringsactiviteiten omvatten aan- en verkopen en aflossingen inzake financiële beleggingen, alsmede de aan- en verkopen van deelnemingen en van onroerende zaken en bedrijfsmiddelen. De uitgifte van aandelen en de opname en aflossing van lang vreemd vermogen worden als financieringsactiviteit aangemerkt. Mutaties uit hoofde van valutaomrekenverschillen worden, evenals de consolidatie-effecten bij de verwerving van deelnemingen, voor zover van materiële betekenis, uit de kasstromen geëlimineerd.

59 Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening 57 3 Renteresultaat De rentebaten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Kredieten en vorderingen bankiers Kredieten en vorderingen private en publieke sector Overige Subtotaal Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal rentebaten De rentelasten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Achtergestelde leningen Overige Subtotaal Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal rentelasten Van de totale rentelasten is een bedrag gealloceerd en geactiveerd onder vastgoed van 36 miljoen (2010: 19 miljoen). Het gemiddelde toegepaste rentepercentage voor de bepaling van de te activeren rentekosten ligt in de range van 2,0% tot 4,5% (2010: van 1,5% tot 4,4%).

60 58 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Projectresultaat De projectbaten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Woningbouw Commercieel vastgoed Diensten Totaal projectbaten De projectlasten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Woningbouw Commercieel vastgoed Diensten Totaal projectlasten In het projectresultaat is een last van 126 miljoen (2010: 79 miljoen) aan afwaarderingen opgenomen. Deze afwaarderingen zijn het gevolg van verslechterde marktomstandigheden voor zowel woningen als commercieel vastgoed waardoor vooruitzichten in de slagingskans van projecten, termijn van realisatie, verwachte marges, aantallen woningen en verwachte verhuur- en verkoopopbrengsten van commercieel vastgoed zijn gewijzigd. 5 Provisieresultaat De provisiebaten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Asset management Fund management Garantieprovisies Overige Totaal provisiebaten De provisielasten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Asset management Fund management Overige Totaal provisielasten De provisiebaten omvatten een garantieprovisie die is ontvangen voor het verstrekken van een garantie op door de Rabobank teruggekochte waardepapieren die Rabo Vastgoedgroep had uitgegeven en waarvoor Rabo Vastgoedgroep zich jegens de Rabobank heeft garant gesteld (zie 49 Verbonden partijen).

61 59 6 Resultaat uit deelnemingen In deze post is onder meer opgenomen het aandeel in het resultaat van de lopende vastgoedfondsen waarop Rabo Vastgoedgroep een significante invloed van betekenis heeft. 7 Resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waarde veranderingen in de winst-en-verliesrekening Dit resultaat kan als volgt worden onderverdeeld: Financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden Derivaten niet aangewezen als hedge-instrument (7.073) Financiële activa bij eerste opname aangewezen tegen reële waarde Schuldpapieren (791) Eigen vermogensinstrumenten Overige Totaal resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening (2.820) 8 Resultaat vastgoedbeleggingen Het resultaat kan als volgt worden onderverdeeld: Huurbaten vastgoedbeleggingen Exploitatielasten vastgoedbeleggingen Totaal exploitatieresultaat vastgoedbeleggingen Reële waardeveranderingen vastgoedbeleggingen (474) (602) Totaal resultaat vastgoedbeleggingen De afname in huurbaten vastgoedbeleggingen in 2011 wordt voor een groot deel verklaard door een wijziging in de groepssamenstelling in Overige Deze post heeft betrekking op resultaten die niet onder de andere categorieën kunnen worden verantwoord Overige baten Totaal overige De overige baten 2011 zijn diverse individueel geringe baten. In 2010 betrof deze post onder andere een ontvangen compensatie van 4,6 miljoen van Rabobank Nederland.

62 60 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Personeelskosten Salarissen (incl. variabele beloningen enzovoort) Pensioenlasten (incl. vervroegde pensionering) Sociale lasten Overige personeelskosten Totaal personeelskosten Gemiddeld aantal medewerkers (in fte s) Ontwikkeling Financiering Management Bestuurscentrum Totaal gemiddeld aantal medewerkers De pensioenlasten hebben betrekking op de bijdrage aan de pensioenregeling zoals uiteengezet in 35 Pensioenregeling werknemers. 11 Algemene en beheerskosten Professionele dienstverlening Personeelgerelateerde kosten Zakenreizen en transport Huisvestingskosten Kantoorbenodigdheden en drukkosten Communicatie en informatie Commerciële kosten Automatiseringskosten Dotatie/(vrijval) voorzieningen (7.154) Diverse kosten Totaal algemene en beheerskosten In de voorzieningen is opgenomen een dotatie van 26,4 miljoen (2010: 0,7 miljoen) met betrekking tot herstructureringsvoorzieningen (zie 34 Voorzieningen). 12 Afschrijvingen Land en gebouwen in eigen gebruik Bedrijfsmiddelen Immateriële vaste activa Totaal afschrijvingen

63 61 13 Bijzondere waardeveranderingen Kredieten en vorderingen private en publieke sector Voor verkoop beschikbare financiële activa Ontvangst na afboekingen (110) (75) Overige activa 460 Totaal bijzondere waardeveranderingen Een toelichting op de toename van de bijzondere waardeveranderingen kredieten en vorderingen private en publieke sector die een waardevermindering hebben ondergaan is opgenomen bij 45.7 Kredietrisico. In de bijzondere waardeveranderingen kredieten en vorderingen private en publieke sector is een dotatie van 1 miljoen (2010: 17 miljoen) aan de kredietvoorziening opgenomen voor Nog niet gerapporteerde verliezen op kredieten en vorderingen (IBNR). 14 Belastingen Deze post betreft de over de jaarwinst verschuldigde vennootschapsbelasting en het geldende belastingtarief, rekening houdend met de bestaande belastingfaciliteiten. De effectieve belastingdruk op het resultaat bedraagt 34,6% (2010: 28,7%). De belastingdruk is uit de volgende componenten opgebouwd: in procenten (%) Nominale belastingdruk Nederland 25,0 25,5 Effect belastingvrije inkomsten in Nederland (3,6) (1,4) Effect afwijkende belastingdruk overige landen 8,5 0,8 Effect niet-gewaardeerde actieve latentie 2,9 3,0 Effect belastingen voorgaande jaren (0,8) 2,4 Effect benutting niet-gewaardeerde actieve latentie (0,5) Fiscaal vrijgestelde inkomsten ter voorkoming van dubbele belastingen 0,7 (1,3) Effect verandering in tarieven belastinglatenties (0,2) Uitgaven niet aftrekbaar 2,6 0,3 Overige (0,2) (0,4) Effectieve belastingdruk bedrijfsresultaat 34,6 28,7 Het effect afwijkende belastingdruk overige landen heeft in 2011 voornamelijk betrekking op het hogere belastingtarief in Frankrijk.

64 62 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Aansluiting tussen de opgenomen belastingen en het bedrag dat resulteert uit toepassing van het Nederlandse belastingtarief op de boekwinst over de boekjaren 2011 en 2010: Totaal bedrijfsresultaat vóór belastingen Tegen belastingtarief van 25% (2010: 25,5%) (13.632) (37.220) Effect belastingvrije inkomsten in Nederland Effect afwijkende belastingdruk overige landen (4.632) (1.244) Effect niet-gewaardeerde actieve latentie (1.585) (4.334) Effect belastingen voorgaande jaren 411 (3.562) Effect benutting niet-gewaardeerde actieve latentie Fiscaal vrijgestelde inkomsten ter voorkoming van dubbele belastingen (363) Effect verandering in tarieven belastinglatenties 343 Uitgaven niet aftrekbaar (1.406) (382) Overige Tegen een effectieve belastingdruk van 34,6% (2010: 28,7%) (18.889) (41.880) Actuele winstbelastingen verslagjaar (20.252) (51.753) voorgaande jaren 411 (3.563) Uitgestelde winstbelastingen (zie 27 Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen) Totaal belastingen (18.889) (41.880)

65 Toelichting op de geconsolideerde balans Kasmiddelen De post liquide middelen omvat alle wettige betaalmiddelen inclusief vreemde valuta. 16 Kredieten en vorderingen bankiers Deze post omvat alle vorderingen op kredietinstellingen Rekening-courant Kredieten van banken Totaal kredieten en vorderingen bankiers Vrijelijk beschikbaar Niet-vrijelijk beschikbaar Totaal kredieten en vorderingen bankiers De niet-vrijelijk beschikbare kredieten en vorderingen bankiers hebben betrekking op een niet-opeisbaar depot, die door Rabo Vastgoedgroep als protectie is verstrekt op de exposure van schuldpapieren (zie Credit Default Swap opgenomen onder 18 Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening). Onder kredieten en vorderingen bankiers zijn tevens vorderingen opgenomen op verbonden partijen (zie 49 Verbonden partijen).

66 64 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Rabo Vastgoedgroep gaat verschillende financiële derivaten aan die als afdekking van reële waarde of kasstroom zijn bestemd en zich als zodanig kwalificeren. Rabo Vastgoedgroep gaat tevens derivaattransacties aan als afdekking van economische risico s waarvoor geen hedge accounting wordt toepast. Deze zijn opgenomen onder financiële activa en verplichtingen bij eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde (zie 18 Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening) Financiële activa aangehouden als kasstroomhedge Financiële activa aangehouden als reëlewaardehedge Totaal financiële activa aangehouden voor hedge accounting Financiële verplichtingen aangehouden als kasstroomhedge Totaal financiële verplichtingen aangehouden voor hedge accounting Reëlewaardehedge Onder financiële activa aangehouden als reëlewaardehedge zijn twee derivaten opgenomen met een marktwaarde van 11 miljoen (2010: 18 miljoen) die zijn afgesloten om de fair value-mutaties van de schuldpapieren van miljoen (2010: miljoen) en de achtergestelde leningen van 40 miljoen (2010: 42 miljoen) af te dekken. Kasstroomafdekkingen Rabo Vastgoedgroep maakt gebruik van renteswaps om veranderingen in de kasstromen van bepaalde variabelrentende schuldinstrumenten af te dekken. Mutaties in deze derivaten worden in het eigen vermogen verwerkt volgens de principes van hedge accounting. De gecontracteerde nominale bedragen van derivaten aangehouden voor hedging-doeleinden zijn aan de actiefzijde in totaal 23 miljoen (2010: 155 miljoen) en aan de passiefzijde in totaal miljoen (2010: miljoen). Per 31 december 2011 hebben de reëlewaardemutaties van de derivaten aangemerkt als kasstroomafdekkingen geleid tot een netto niet-gerealiseerd verlies van 148 miljoen (2010: 126 miljoen). In 2011 is de mutatie van 21 miljoen negatief uit hoofde van kasstroomhedges (2010: 33 miljoen positief ) rechtstreeks verwerkt in de eigen vermogenscomponent Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat. De perioden waarin de kasstromen naar verwachting zullen plaatsvinden en naar verwachting het resultaat zullen gaan beïnvloeden is als volgt: Hoofdsom Reële waarde Binnen 1 jaar Tussen 1 5 jaar Meer dan 5 jaar Totaal 2011 Financiële activa aangehouden als kasstroomhedge Financiële verplichtingen aangehouden als kasstroomhedge Hoofdsom Reële waarde Binnen 1 jaar Tussen 1 5 jaar Meer dan 5 jaar Totaal 2010 Financiële activa aangehouden als kasstroomhedge Financiële verplichtingen aangehouden als kasstroomhedge

67 65 18 Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening De financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via de winst-en-verliesrekening bestaan uit financiële activa en verplichtingen die bij eerste opname worden gerubriceerd als financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde door de winst-en-verliesrekening en de financiële activa en verplichtingen die worden aangehouden voor handelsdoeleinden. Rabo Vastgoedgroep heeft ervoor geopteerd om financiële instrumenten als Financiële activa en verplichtingen bij eerste opname tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening aan te wijzen die niet worden verworven of aangegaan om winst te genereren uit kortetermijnfluctuaties in prijzen of marges van handelaren. De criteria voor deze rubricering zijn opgenomen in de grondslagen onder 2.12 Financiële activa en verplichtingen (Rubricering). Financiële activa tegen reële waarde door winst-en-verliesrekening kan als volgt worden onderverdeeld: Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden Derivaten niet aangewezen als hedge-instrument Financiële activa bij eerste opname aangewezen tegen reële waarde Schuldpapieren Eigen vermogensinstrumenten Overige Totaal financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening De eigen vermogensinstrumenten betreffen belangen die niet-beursgenoteerd zijn. Deze belangen worden gewaardeerd tegen equitywaarde. De equitywaarde vertegenwoordigt in deze de beste benadering van de reële waarde omdat de vastgoedbeleggingen in de fondsen zijn gewaardeerd tegen reële waarden. De onder schuldpapieren aangekochte gesecuritiseerde schuldpapieren worden gewaardeerd op basis van een modelmatige waarderingsmethodiek. Deze waarderingsmethodiek houdt rekening met de huidige beperkte verhandelbaarheid van de instrumenten en maakt gebruik van afgeleide observeerbare marktparameters. Op basis van de huidige beperkte liquiditeit in bepaalde schuldpapieren en markten is een afgeleid product gebruikt dat dezelfde karakteristieken vertoont en waarvoor de illiquiditeit niet in dezelfde mate geldt. Hierbij wordt tevens rekening gehouden met de kwaliteit, locatie en aard van de onderliggende activiteiten waarvoor de leningen zijn verstrekt. Verwachte toekomstige kasstromen worden op basis van deze afgeleide parameters contant gemaakt. Financiële verplichtingen tegen reële waarde door winst-en-verliesrekening kunnen als volgt worden onderverdeeld: Financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden Derivaten niet aangewezen als hedge-instrument Financiële verplichtingen bij eerste opname aangewezen tegen reële waarde Schuldpapieren Totaal financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening De gemiddelde rentevoet over de schuldpapieren is 1,8% (2010: 1,2%). De reële waarde van deze schuldpapieren wordt gewaardeerd op basis van een discounted cashflowmethode, waarbij, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de schuldpapieren, contant is gemaakt tegen een in de markt gebruikelijke rente. Een deel van de verstrekte kredieten ter waarde van 2 miljard (2010: 3 miljard), opgenomen onder 20 Kredieten en vorderingen private en publieke sector is als zekerheid verstrekt voor de schuldpapieren. De financiële activa en verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden betreffen derivaten (Interest Rate Swaps, hierna IRS ) die niet aangewezen zijn als hedge-instrument. De reële waarde van de IRS-contracten met een positieve waarde per jaareinde bedraagt 250 miljoen (2010: 260 miljoen) en de onderliggende hoofdsom bedraagt miljoen (2010: miljoen). De reële waarde van de IRS-contracten met een negatieve waarde per jaareinde bedraagt 241 miljoen (2010: 250 miljoen) en de onderliggende hoofdsom bedraagt miljoen (2010: miljoen). Tevens is onder de derivaten niet aangewezen als hedge-instrument een Credit Default Swap (CDS) opgenomen met een negatieve reële waarde van 4 miljoen (2010: 5 miljoen).

68 66 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Voor verkoop beschikbare financiële activa Deze post omvat niet-beursgenoteerde eigen vermogensinstrumenten. Ongerealiseerde winsten en verliezen worden verantwoord in het eigen vermogen, tenzij bijzondere waardeverminderingen plaatsvinden. Deze worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening. De belangrijkste beleggingen betreffen aangehouden participaties in eigen vermogensinstrumenten van twee vastgoedfondsen. In een van de vastgoedfondsen wordt een belang aangehouden van 6% (2010: 6%) en bedraagt de waarde per 31 december 3 miljoen (2010: 7 miljoen). In het andere vastgoedfonds wordt een belang aangehouden van 4% (2010: 4%) en bedraagt de waarde per 31 december 3 miljoen (2010: 3 miljoen). De voor verkoop beschikbare financiële activa vertoonden het volgende verloop: Stand per 1 januari Aankopen 70 Verkopen (3.982) (1.611) Bijzondere waardevermindering door winst-en-verliesrekening (1.024) Waardevermindering door eigen vermogen (60) (338) Overig (30) Stand per 31 december Kredieten en vorderingen private en publieke sector Deze post omvat alle vorderingen uit hoofde van kredieten niet zijnde vorderingen op kredietinstellingen. De kredieten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Hypotheken met onderpand woonhuizen Hypotheken met onderpand niet-woonhuizen Kredieten vastgoedactiviteiten Kredieten managementactiviteiten Overige Totaal kredieten en vorderingen private en publieke sector De verdeling van de kredieten naar sector is als volgt: Overheid Private sector zakelijk Private sector particulier Totaal kredieten en vorderingen private en publieke sector vóór aftrek voorziening waardeverminderingen Voorziening waardeverminderingen (zie 21 Waardeveranderingen kredieten en vorderingen private en publieke sector) ( ) (87.714) Totaal kredieten en vorderingen private en publieke sector In de risk managementparagraaf (zie 45 Risk management) wordt ingegaan op het beheer van financiële risico s aangaande de kredietportefeuille.

69 67 21 Waardeveranderingen kredieten en vorderingen private en publieke sector Stand per 1 januari Dotatie (via Bijzondere waardeverandering ) Vrijval (via Bijzondere waardeverandering ) (5.721) (3.720) Onttrekking (12.758) (14.200) Wijziging in groepssamenstelling (7.454) Overige mutaties Stand per 31 december Alle kredieten die een waardeverandering hebben ondergaan, zijn afgeschreven tot het realiseerbare bedrag. De toegenomen dotatie aan de kredietvoorzieningen is het gevolg van verslechterde financiële posities van kredietnemers en de afgenomen waarde van het onderliggende onroerend goed waardoor toekomstige kasstromen voor rente en aflossing negatief beïnvloed kunnen worden. In de waardeveranderingen kredieten en vorderingen private en publieke sector is een kredietvoorziening opgenomen voor Nog niet gerapporteerde verliezen op kredieten en vorderingen (IBNR) van 18 miljoen (2010: 17 miljoen).

70 68 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Vastgoed Deze post omvat de posities betreffende de vastgoedactiviteiten en kan als volgt worden onderverdeeld: Bouwterreinen en vereveningsfondsen Onderhanden werk Handelsdebiteuren vastgoed Gereed product Vastgoedbeleggingen Totaal vastgoed Bouwterreinen en vereveningsfondsen Bouwrijpe kavels Bouwrijp te maken kavels Terreinen met bestemmingsplan Overige terreinen zonder bestemmingsplan (incl. Vinex) Binnenstedelijke gronden met bestemming wonen Binnenstedelijke terreinen zonder bestemming wonen Binnenstedelijke herstructurering in naoorlogse wijken Vereveningsfondsen Geactiveerde reële waarde Totaal bouwterreinen en vereveningsfondsen Onderhanden werk (opgenomen onder 22 Vastgoed) Woningen in voorbereiding en in aanbouw Commercieel vastgoed in ontwikkeling en in uitvoering Vooruitgefactureerde termijnen woningbouw ( ) ( ) Vooruitgefactureerde termijnen commercieel vastgoed ( ) ( ) Totaal onderhanden werk (opgenomen onder 22 Vastgoed) Onderhanden werk (opgenomen onder 33 Overige verplichtingen) Woningen in voorbereiding en in aanbouw Commercieel vastgoed in ontwikkeling en in uitvoering Dienstverlening (2.990) (5.119) Vooruitgefactureerde termijnen woningbouw ( ) ( ) Vooruitgefactureerde termijnen commercieel vastgoed ( ) ( ) Totaal onderhanden werk (opgenomen onder 33 Overige verplichtingen) ( ) ( ) Totaal onderhanden werk Onderhanden werk (opgenomen onder 22 Vastgoed) Onderhanden werk (opgenomen onder 33 Overige verplichtingen) ( ) ( ) Totaal onderhanden werk Van de in totaal (2010: ) woningen in aanbouw zijn er totaal (2010: ) verkocht. Gereed product Woningbouwprojecten Commercieel-vastgoedprojecten Totaal gereed product

71 69 Overzicht van de opgeleverde, onverkochte woningen per jaareinde: Nederland Frankrijk Duitsland 3 18 Overige landen Totaal opgeleverde, onverkochte woningen Voorziening vastgoed In vastgoed is een voorziening opgenomen van 664 miljoen (2010: 375 miljoen) voor projecten die verlieslatend zijn of worden gebaseerd op de informatie die beschikbaar is per balansdatum. Deze voorziening betreft hoofdzakelijk onderhanden werk voor een bedrag van 355 miljoen (2010: 177 miljoen) en bouwterreinen voor een bedrag van 298 miljoen (2010: 183 miljoen). Het restant van de voorziening betreft een voorziening van 4 miljoen (2010: 7 miljoen) inzake gereed product en een voorziening van 7 miljoen (2010: 8 miljoen) inzake handelsdebiteuren vastgoed. Gedurende het jaar heeft Rabo Vastgoedgroep op gronden, onderhanden werk en voorraad 230 miljoen (2010: 158 miljoen) toegevoegd aan de voorziening op vastgoed als gevolg van de verslechterde marktsituatie. Deze afwaarderingen weerspiegelen de mate waarin de huidige marktomstandigheden invloed hebben gehad op de managementverwachtingen omtrent de verkoopprijzen en dit heeft geleid tot een lagere boekwaarde dan de kostprijs. Tevens heeft gedurende dit jaar een onttrekking van de vastgoedvoorziening plaatsgevonden van 11 miljoen (2010: 117 miljoen). Vanwege de omvang van de grondportefeuille in verhouding tot de actuele marktontwikkelingen waaronder de afhankelijkheid van derde partijen, is in 2011 de voorraad gronden zonder bestemming geanalyseerd. In deze analyse zijn de gronden volgens de huidige inzichten ingedeeld naar categorie op basis van kans op realisatie en doorlooptijd. Op gronden waarvan realisatie op basis van de huidige inzichten onwaarschijnlijk wordt geacht, zijn (aanvullende) voorzieningen getroffen op basis van de directe opbrengstwaarde. Op gronden worden geen financieringskosten geactiveerd tenzij de grond of het project in vervaardiging is. Onverkocht vastgoed in aanbouw wordt gewaardeerd tegen de laagste waarde van de kostprijs of de opbrengstwaarde. De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs in het kader van de normale bedrijfsvoering minus de geschatte kosten van voltooiing en de geschatte kosten die nodig zijn om de verkoop te realiseren. Op basis van de verslechterde marktomstandigheden en onzekere toekomstverwachtingen zijn gedurende 2011 impairmenttoetsen uitgevoerd op geactiveerde projectkosten van de meest omvangrijke projecten die nog onverkocht maar nagenoeg gereed zijn. Voor projecten met een totale boekwaarde van 448 miljoen (2010: 504 miljoen) is voor de impairmenttoets gebruikgemaakt van externe taxaties. Gelet op de huidige marktomstandigheden bestaat een grote onzekerheid omtrent de aannames en schattingen die zowel intern als door externe taxateurs bij de bepaling van de waarde van het vastgoed zijn gehanteerd. In de externe taxaties voor een aantal onderhanden projecten is de toekomstige waarde bepaald uitgaande van realistisch geachte markthuren rekening houdend met het verwachte transactiemoment, het ontwikkelbudget, de nog te maken kosten zoals huurincentives of leegstandkosten, toekomstige exploitatieverliezen en eventuele kredietrisico van joint venture-partners. In de externe taxaties worden toekomstige marktontwikkelingen in ogenschouw genomen. Deze kunnen ten opzichte van de werkelijke toekomstige marktontwikkelingen van significante invloed zijn op de uitkomsten van de huidige waardering. Vastgoedbeleggingen Stand per 1 januari Uitbreidingen Verkopen (98.486) ( ) Herwaardering via resultaat (474) (602) Wijziging in groepssamenstelling (14.580) ( ) Overige (15.572) (14.905) Stand per 31 december De mutatie uit hoofde van wijziging in groepssamenstelling in 2010 heeft voornamelijk betrekking op de deconsolidatie van een omvangrijk vastgoedfonds door vermindering van het aangehouden belang (van 52% naar 49%), waardoor Rabo Vastgoedgroep geen zeggenschap meer heeft in dit fonds.

72 70 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 De vastgoedbeleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij niet of nauwelijks sprake is van huurincentives. Van de totale reële waarde ultimo 2011 is 130 miljoen (2010: 12 miljoen) gewaardeerd door een onafhankelijke taxateur of gebaseerd op recente aankoopprijzen. Een deel van de vastgoedbeleggingsportefeuille van in totaal 319 miljoen (2010: 378 miljoen) is bepaald op basis van een discounted cashflowwaarderingsmethode waarbij als belangrijkste aannames zijn gehanteerd een gemiddelde disconteringsvoet van 1,4% (2010: 1,7%) en rekening is gehouden met huurontwikkelingen. De gemiddelde disconteringsvoet is opgebouwd uit de volgende marktconforme rentestanden: in procenten (%) maands 1,4 1,0 1-jaars 1,1 1,5 5-jaars 1,6 2,4 10-jaars 2,3 3,2 Gewogen rentevoet 1,4 1,7 De waardering per 31 december 2011 van de overige vastgoedbeleggingen van in totaal 247 miljoen (2010: 332 miljoen) heeft plaatsgevonden op basis van interne taxaties. Bij deze interne waarderingen wordt gebruikgemaakt van de interne vastgoedkennis en is rekening gehouden met recente marktontwikkelingen en gebruikgemaakt van externe marktgegevens. Bij een substantieel deel van deze vastgoedbeleggingsportefeuille zijn de volgende veronderstellingen gehanteerd. Een verwachte huurontwikkeling van 0% tot ruim 2% (2010: van 0% tot ruim 2%), een verwachte waardeontwikkeling van 0% tot 4% (2010: van 0% tot 4%), indien van toepassing een verwachte mutatiegraad van 9% (2010: 9%) en verwachte exploitatiekosten van ruim 35% (2010: ruim 35%). De gehanteerde disconteringsvoet van ruim 6% (2010: ruim 6%) is gebaseerd op objecttype, locatie, verwachte huuruitval en verwachte verkoopsnelheid. Daarnaast wordt bij de waardering rekening gehouden met een verschil tussen de contracthuur en de markthuur. De langlopende operationele leaseovereenkomsten met betrekking tot vastgoedbeleggingen zullen naar verwachting tot de volgende minimale cumulatieve leaseontvangsten leiden: in miljoenen euro s Korter dan één jaar Van één tot vijf jaar Langer dan vijf jaar 5 12 Totaal langlopende minimale operationele leaseontvangsten Deelnemingen Deze post betreft de niet-geconsolideerde deelnemingen die voor langere tijd worden aangehouden. De geaggregeerde financiële informatie van de belangrijkste deelnemingen per jaareinde is hieronder opgenomen: in miljoenen euro s Totaal activa Totaal verplichtingen Totaal resultaat De boekwaarde van deze deelnemingen bedraagt 83 miljoen (2010: 77 miljoen).

73 71 24 Immateriële activa De immateriële activa betreffen de aangeschafte contractuele klantenrechten en aangeschafte licenties. De mutatie in immateriële activa was als volgt: Kostprijs Cumulatieve afschrijvingen (1.191) (532) Stand per 1 januari Uitbreidingen Wijziging in groepssamenstelling 996 Afschrijvingen (948) (659) Overige mutaties Stand per 31 december Bestaande uit: Kostprijs Cumulatieve afschrijvingen (2.139) (1.191) 25 Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen De boekwaarde van onroerende zaken en bedrijfsmiddelen vertoonde in 2011 het volgende verloop: Land en gebouwen in eigen gebruik Bedrijfs middelen Totaal Kostprijs Cumulatieve afschrijvingen (49.980) (58.742) ( ) Stand per 1 januari Uitbreidingen Verkopen (281) (281) Afschrijvingen (2.100) (6.680) (8.780) Overige mutaties 8 (146) (138) Stand per 31 december Bestaande uit: Kostprijs Cumulatieve afschrijvingen (52.080) (64.715) ( )

74 72 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 De boekwaarde van onroerende zaken en bedrijfsmiddelen vertoonde in 2010 het volgende verloop: Land en gebouwen in eigen gebruik Bedrijfs middelen Totaal Kostprijs Cumulatieve afschrijvingen (47.982) (53.087) ( ) Stand per 1 januari Uitbreidingen Verkopen (723) (723) Wijziging in groepssamenstelling (649) (649) Afschrijvingen (1.998) (5.849) (7.847) Overige mutaties (39) (303) (342) Stand per 31 december Bestaande uit: Kostprijs Cumulatieve afschrijvingen (49.980) (58.742) ( ) 26 Belastingvorderingen Deze post betreft niet-latente belastingvorderingen uit hoofde van (buitenlandse) vennootschapsbelasting.

75 73 27 Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen De uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen kunnen aan de volgende posten worden toegerekend: Vorderingen Verplichtingen Via winst-enverliesrekening Via eigen vermogen Overige Vorderingen Verplichtingen Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen (1.860) 963 Vastgoed Voorzieningen (90) 966 Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden (7.241) Geactiveerde compensabele verliezen (1.204) Overige Totaal uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen (952) (7.241) Via eigen Via winst-en- Vorderingen Verplichtingen verliesrekening vermogen Overige Vorderingen Verplichtingen Kredieten en vorderingen private en publieke sector Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen (658) Vastgoed (17.601) (17.191) Voorzieningen Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Geactiveerde compensabele verliezen (5.014) Overige (2.689) Totaal uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen (13.436) (22.863) De belastinglatenties binnen de post Vastgoed hebben hoofdzakelijk betrekking op de verschillen in commerciële en fiscale verwerkingswijze van (1) de geactiveerde rente in de gronden in vervaardiging, (2) de geactiveerde reële waarde op overgenomen vastgoedondernemingen en (3) de ongerealiseerde waardeveranderingen vastgoed. De belastinglatenties op de financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde voor hedgingdoeleinden hebben betrekking op de ongerealiseerde waardemutaties van de kasstroomhedges die netto rechtstreeks in het eigen vermogen worden verwerkt. De belastinglatenties op de voorzieningen hebben betrekking op de verwerkingswijze van de personeelsvoorzieningen. De belastinglatenties op de onroerende zaken en bedrijfsmiddelen hebben betrekking op het verschil in verwerkingswijze van de afschrijvingen. Per 31 december 2011 heeft Rabo Vastgoedgroep voor in totaal 51 miljoen (2010: 42 miljoen) aan compensabele verliezen opgebouwd, waarvoor geen uitgestelde belastingvordering is opgenomen. De compensabele verliezen hebben voor een bedrag van 30 miljoen (2010: 28 miljoen) betrekking op activiteiten in België. Aan deze verliezen is geen beperking in looptijd verbonden. Het is echter niet waarschijnlijk dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn aangezien de activiteiten in dit land worden afgebouwd. Voor een bedrag van 9 miljoen (2010: 4 miljoen) hebben de verliezen betrekking op activiteiten in Nederlandse vennootschappen die geen onderdeel uitmaken van de fiscale eenheid van de Rabobank. Deze verliezen expireren vanaf Een cumulatief verlies van 12 miljoen heeft betrekking op overige landen (2010: 10 miljoen).

76 74 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Overige activa De overige activa hebben betrekking op vooruitbetaalde bedragen voor kosten die ten laste van de volgende periode komen en de nog te ontvangen bedragen wegens baten ten gunste van de huidige of voorgaande periode Nog te ontvangen rente Overige activa Totaal overige activa Activa geclassificeerd als aangehouden voor verkoop De activa aangehouden voor verkoop ter waarde van 5 miljoen (2010: 8 miljoen) betreft gedurende het boekjaar verkregen vastgoed dat als onderpand was verstrekt aan Rabo Vastgoedgroep voor verstrekte kredieten. Dit vastgoed is beschikbaar voor verkoop en de boekwaarde zal worden gerealiseerd door verkoop en niet door het voortgezette gebruik. 30 Verplichtingen bankiers Deze post omvat aan kredietinstellingen verschuldigde bedragen, niet zijnde schuldbewijzen en achtergestelde schulden Termijndeposito s Hypothecaire leningen Geldmarktdeposito s Daggeld en direct opvraagbare kredietsaldi Totaal verplichtingen bankiers In verband met ontvangen financieringen van 145 miljoen (2010: 235 miljoen) zijn zekerheden verstrekt in de vorm van vastgoedbeleggingen met een boekwaarde van 79 miljoen (2010: 144 miljoen). 31 Verplichtingen private en publieke sector Deze post omvat alle niet-achtergestelde verplichtingen private en publieke sector, die ontvangen zijn van niet-kredietinstellingen Private sector Spaargelden particulieren Publieke sector Totaal verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Deze post omvat uitgegeven waardepapieren welke worden verhandeld aan Euronext te Amsterdam. De gemiddelde rentevoet over deze schuldpapieren is 2,3% (2010: 1,7%).

77 75 33 Overige verplichtingen Onderhanden werk (zie 22 Vastgoed) Ontwikkeling vastgoedprojecten Crediteuren Te betalen rente opgenomen gelden Overige overlopende passiva Totaal overige verplichtingen Voorzieningen Primaire en secundaire personeelsvoorzieningen Garantiefonds Personeelsvoorziening na uitdiensttreding Herstructureringsvoorziening Overige voorzieningen Totaal voorzieningen Primaire en Garantiefonds secundaire personeelsvoorzieningen Personeelsvoorziening na uitdiensttreding Herstructureringsvoorziening Overige voorzieningen Totaal Stand per 1 januari Toevoeging ten laste van resultaat Onttrekkingen (999) (1.368) (15) (2.245) (5.844) (10.471) Vrijval ten gunste van resultaat (1.671) (129) (4.392) (2.201) (8.393) Wijziging in groepssamenstelling Overige mutaties 13 (247) Stand per 31 december Primaire en secundaire personeelsvoorzieningen Deze voorziening heeft betrekking op uitkeringen na pensionering, niet zijnde pensioenrechten en de V.U.T.-regeling alsmede uitkeringen die zijn aan te merken als secundaire arbeidsvoorwaarden. Garantiefonds Eigenaren van Rabo Vastgoedgroepwoningen krijgen een garantiecertificaat uitgereikt. De daaruit voortvloeiende financiële verplichtingen worden uit dit fonds voldaan. Personeelsvoorziening na uitdiensttreding De personeelsvoorziening na uitdiensttreding heeft voornamelijk betrekking op de afkoop van een toegezegd-pensioenregeling van twee oud-medewerkers. Herstructureringsvoorziening Deze voorziening is gevormd uit hoofde van toezeggingen die zijn gedaan in het kader van de besluitvorming over wijzigingen in de organisatiestructuur. Overige voorzieningen Deze post omvat hoofdzakelijk overige garanties van 9 miljoen (2010: 12 miljoen).

78 76 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Pensioenregeling werknemers De werknemers van Rabo Vastgoedgroep vallen onder de pensioenregeling van Stichting Rabobank Pensioenfonds (hierna Rabobank Pensioenfonds ). Onder deze hoofdpensioenregeling vallen medewerkers (2010: medewerkers) van Rabo Vastgoedgroep. Deze pensioenregeling dient te worden beschouwd als een toegezegd-pensioenregeling die risico s delen tussen verschillende entiteiten onder gemeenschappelijke zeggenschap (Rabobank Nederland) waarbij de nettokosten uit hoofde van de toegezegd-pensioenregeling voor het pensioenplan als geheel niet als zodanig wordt doorbelast door de Rabobank aan Rabo Vastgoedgroep. Rabobank Nederland verwerkt daarom deze toegezegd-pensioenregeling in haar geconsolideerde jaarrekening als zodanig en Rabo Vastgoedgroep verwerkt alleen de periodieke pensioenbijdrage als kosten in de jaarrekening. Deze periodieke pensioenbijdrage betreft een gelijkblijvende premie (30%) gebaseerd op het bruto arbeidsinkomen. Aangezien het reglement in geen enkel opzicht voorziet in de mogelijkheid van bijstortingen en/of onttrekkingen aan het fonds, kan een surplus of een tekort in de regeling geen invloed hebben op het bedrag van toekomstige bijdragen. De mogelijkheid tot wijziging van de premie is van jaar op jaar aanwezig, maar deze zal van geringe omvang zijn. De volgende informatie heeft betrekking op het Rabobank Pensioenfonds in zijn geheel In onderstaande tabellen is informatie opgenomen over de pensioenregeling van Rabobank Nederland zoals opgenomen in de jaarrekening van de Rabobank Groep per 31 december De Rabobank heeft een aantal pensioenregelingen ingesteld, dat een aanzienlijk percentage van haar medewerkers bestrijkt. In de meeste gevallen gaat het om al dan niet in een fonds ondergebrachte toegezegd-pensioenregelingen op basis van middelloon. De activa van de in een fonds ondergebrachte regelingen worden onafhankelijk van de Rabobank activa aangehouden in afzonderlijke, door trustees beheerde fondsen. De verplichtingen worden elk jaar op basis van de door IFRS voorgeschreven methode door onafhankelijke actuarissen gewaardeerd. De meest recente actuariële waarderingen zijn verricht ultimo Circa 95% van de pensioenverplichting heeft betrekking op het Rabobank Pensioenfonds, 3% op buitenlandse pensioenfondsen en 2% op overige Nederlandse pensioenfondsen. De gewogen gemiddelden van de belangrijkste actuariële veronderstellingen ten behoeve van de waardering van de voorziening voor pensioenen (toegezegd-pensioenregelingen) zijn per 31 december: in procenten (%) Disconteringsfactor 4,60 4,90 Verwachte salarisontwikkelingen 3 3 Looninflatie 2,25 2,25 Consumentenprijsinflatie (indexatie) 2 2 Verwacht rendement beleggingen 5,10 5,50 Het verwachte langetermijnrendement van de portefeuille van het Rabobank Pensioenfonds wordt voor een belangrijk deel bepaald door de verdeling van de beleggingen over de verschillende categorieën: vastrentende waarden, aandelen, vastgoed en alternatieven, omdat voor iedere categorie specifieke rendementsverwachtingen worden gehanteerd. De Nederlandsche Bank, als toezichthouder voor de pensioensector, heeft maxima gesteld aan de rendementsverwachtingen die, in het kader van de continuïteitsanalyse, mogen worden gehanteerd voor de verschillende beleggingscategorieën. Op basis van de actuele verdeling van de portefeuille van het Rabobank Pensioenfonds over de verschillende beleggingscategorieën en gebaseerd op de door De Nederlandsche Bank vastgestelde parameters, wordt het verwachte langetermijnrendement ingeschat op 5,10% (2010: 5,50%). De Rabobank past vanaf 31 december 2010 de recent gepubliceerde overlevingstafel toe, waaraan de sterftekansen zullen worden ontleend. Dit betreft de AG-prognosetafel uitgegeven door het Actuarieel Genootschap met startjaar 2012.

79 77 in miljoenen euro s Contante waarde van in een fonds ondergebrachte verplichtingen Reële waarde van planactiva (16.208) (13.794) (663) (244) Niet-verantwoorde actuariële winsten (verliezen) (1.187) (1.343) Niet-verantwoorde backservicekosten Nettoverplichting (1.850) (1.587) Ervaringsaanpassingen Verplichtingen van de regeling Planactiva Contante waarde van in een fonds ondergebrachte verplichtingen Contante waarde aanspraken 1 januari Valutakoersverschillen 5 9 Interest Toename aanspraken in het boekjaar Premiebijdrage werknemers Uitkeringen (247) (219) Waardeoverdracht Wijziging pensioenregeling (33) - Overige (7) 11 Verwachte contante waarde aanspraken 31 december Actuarieel resultaat Contante waarde aanspraken 31 december Reële waarde van planactiva Reële waarde activa 1 januari Valutakoersverschillen 4 8 Verwachte opbrengst beleggingen Premiebijdrage werkgever Premiebijdrage werknemer Uitkeringen (247) (219) Waardeoverdrachten en kosten Wijziging pensioenregeling (17) - Overige (27) (21) Verwachte reële waarde activa 31 december Actuarieel resultaat Reële waarde activa 31 december De verwachte premiebijdrage aan de regeling voor 2012 zal naar schatting 695 miljoen bedragen. De fondsbeleggingen zijn als volgt belegd: in procenten (%) Aandelen en alternatieven 55,9 50,6 Vastrentende waarden 38,5 40,8 Vastgoed 6,6 6,9 Liquiditeiten (1,0) 1,7 Totaal Minder dan 5% van de fondsbeleggingen wordt aangehouden in eigen middelen van de Rabobank. Dit betreffen voornamelijk liquiditeiten aangehouden bij de Rabobank.

80 78 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 in miljoenen euro s Werkelijke opbrengst beleggingen Verwachte opbrengst beleggingen Actuarieel resultaat Werkelijke opbrengst beleggingen De in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van de Rabobank Groep over het boekjaar verantwoorde bedragen zijn als volgt: in miljoenen euro s Kosten op basis van diensttijd gedurende het jaar Rente over verplichting Verwacht rendement op planactiva (775) (713) Amortisatie van actuariële (winsten)/verliezen Verliezen/(winsten) op kortingen/(vereffeningen)/kosten Totaal kosten toegezegd-pensioenregelingen Belastingverplichtingen Deze post betreft niet-latente belastingverplichtingen uit hoofde van (buitenlandse) vennootschapsbelasting. 37 Achtergestelde schulden De achtergestelde schuld bedraagt 40 miljoen (2010: 42 miljoen) en bestaat uit een lening met een vast rentepercentage van 6% (2010: 6%) en vervalt in De achtergestelde schuld is achtergesteld aan alle huidige en toekomstige schulden. 38 Aandelenkapitaal en reserves Geplaatst en gestort aandelenkapitaal Agioreserve Ingehouden winst inclusief nettowinst huidige boekjaar Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat ( ) ( ) Totaal eigen vermogen aandeelhouders moedermaatschappij Het maatschappelijk kapitaal bedraagt 20,7 miljoen (2010: 20,7 miljoen) en bestaat onveranderd uit 18 miljoen aandelen, waarvan aandelen zijn geplaatst en volgestort. De aandelen hebben een nominale waarde van 1,15 elk. De algemene vergadering besluit tot uitgifte van aandelen. De algemene vergadering kan de directie aanwijzen als het tot uitgifte bevoegde orgaan; zolang de directie tot uitgifte bevoegd is, kan de algemene vergadering niet tot uitgifte besluiten. De winst staat ter vrije beschikking van de algemene vergadering. De vennootschap kan aan de aandeelhouders en andere gerechtigden tot de voor uitkering vatbare winst slechts uitkeringen doen voor zover haar eigen vermogen groter is dan het geplaatst kapitaal vermeerderd met de reserves die krachtens de wet moet worden aangehouden. In de ingehouden winst is een bedrag opgenomen van 22 miljoen (2010: 20,9 miljoen) die betrekking heeft op ongerealiseerde waardeveranderingen in het eigen vermogen, welke vennootschappelijk als wettelijke reserve dient te worden beschouwd.

81 79 De Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat hebben betrekking op ongerealiseerde verliezen uit kasstroomhedges. In 2011 is een bedrag van 21 miljoen negatief (2010: 33 miljoen positief ) rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen uit hoofde van kasstroomhedges en geen mutatie rechtsreeks verwerkt in het minderheidsbelang (2010: nihil). Het belastingeffect over deze ongerealiseerde verliezen bedraagt 7,2 miljoen positief (2010: 8,4 miljoen negatief ) (zie 27 Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen). Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar het overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten en het geconsolideerd vermogensoverzicht.

82 80 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Overige informatie 39 Voorwaardelijke schulden en onherroepelijke kredietfaciliteiten Deze post betreft garanties afgegeven inzake verplichtingen van derden en voorwaardelijk aangekochte grond. Deze hebben hoofdzakelijk betrekking op verplichtingen die gebruikelijk zijn in ontwikkelingsprojecten Voorwaardelijke schulden Voorwaardelijke verplichtingen voortvloeiend uit afgegeven garanties Voorwaardelijke verplichtingen inzake terreinen Totaal voorwaardelijke schulden De voorwaardelijke verplichtingen voortvloeiend uit afgegeven garanties zullen voor een groot deel verlopen bij beëindiging van het project zonder dat zij geheel of gedeeltelijk tot betaling leiden. Dit betekent dat de opgevoerde bedragen niet de verwachte toekomstige kasstromen weergeven. De afgegeven garanties hebben voor 837 miljoen (2010: 845 miljoen) betrekking op concerngaranties aan derden en voor 180 miljoen (2010: 166 miljoen) betrekking op concerngaranties aan de Rabobank in ruil voor verstrekte bankgaranties door de Rabobank aan derden Onherroepelijke kredietfaciliteiten Beschikkingsruimte kredietfaciliteiten en bouwdepots Openstaande offertes (gewogen naar slagingskans) Totaal onherroepelijke kredietfaciliteiten Overige niet uit de balans blijkende activa en verplichtingen De verplichtingen uit hoofde van werk in uitvoering betreffen (2010: ) woningen in aanbouw, waarvan er (2010: ) reeds zijn verkocht. Met betrekking tot niet-commerciële vastgoedprojecten zijn per 31 december 2011 voor een bedrag van 615 miljoen (2010: 614 miljoen) verplichtingen aangegaan met derden, waaronder onderaannemers en architecten. Met betrekking tot commerciële vastgoedprojecten zijn voor een bedrag van 172 miljoen (2010: 65 miljoen) verplichtingen aangegaan met onderaannemers en architecten. Rabo Vastgoedgroep is voor een bedrag van 426 miljoen (2010: 430 miljoen) toekomstige afnameverplichtingen aangegaan met betrekking tot gronden voor zowel commerciële als niet-commerciële vastgoedprojecten. Met hoofdelijke aansprakelijkheid ten aanzien van verplichtingen van samenwerkingsverbanden met derden wordt in de balans slechts rekening gehouden indien en voor zover de financiële positie van een of meerdere partners daartoe aanleiding geeft. Er zijn langlopende verplichtingen aangegaan betreffende de huur van kantoorpanden en de operationele leasing van auto s. Uit hoofde van langlopende huur- en leasecontracten waren per jaareinde de volgende verplichtingen aangegaan: Korter dan één jaar Van één tot vijf jaar Langer dan vijf jaar Totaal langlopende verplichtingen

83 81 De hoofddirectie en raad van commissarissen van Rabo Vastgoedgroep hebben in de eerste helft van 2007 besloten tot een breed en diepgaand forensisch onderzoek naar vermeende fraude bij een aantal projecten uit de tijd van het vroegere ABN AMRO Bouwfonds. Eind 2007 heeft het Openbaar Ministerie in dit kader invallen gedaan, onder meer bij Rabo Vastgoedgroep. De totale kosten van de externe onderzoeken en adviezen bedragen vanaf 2007 tot en met 2011 circa 26 miljoen. De inschatting van het management is vooralsnog dat het saldo van de mogelijke kosten door toekomstige claims versus toekomstig verhaal nihil zal bedragen. De reeds geïncasseerde schikkingsopbrengsten in 2011 zijn verantwoord in het resultaat Overnames en afstotingen In 2011 hebben een aantal insignificante groepswijzigingen plaatsgevonden. De belangrijkste overname in 2010 betrof de acquisitie van de in Keulen gevestigde woningontwikkelaar Kontrola van Grontmij. De overnameprijs bedroeg 11 miljoen. Kontrola verkocht de afgelopen jaren gemiddeld 200 woningen per jaar. Rabo Vastgoedgroep verwierf door de overname een ontwikkelportefeuille van 600 woningen. De overname sluit goed aan op de ambitie van Rabo Vastgoedgroep om door te groeien in Duitsland om ook daar een vooraanstaande positie in te nemen in de woningmarkt. 42 Kasstroomoverzicht In het geconsolideerde kasstroomoverzicht presenteert Rabo Vastgoedgroep de kasstromen die kunnen worden toegeschreven aan operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. Bepaling van de liquide middelen: Kasmiddelen Direct opvraagbare tegoeden bij banken (zie 16 Kredieten en vorderingen bankiers) Totaal liquide middelen Stand per 1 januari Mutatie liquide middelen ( ) Stand per 31 december De operationele kasstroom omvat 895 miljoen (2010: 837 miljoen) aan ontvangen rente en 596 miljoen (2010: 569 miljoen) aan betaalde rente.

84 82 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Reële waarde In de onderstaande tabel wordt de reële waarde van financiële instrumenten weergegeven, met inbegrip van financiële instrumenten die in de jaarrekening niet tegen reële waarde zijn opgenomen. De reële waarde is het bedrag waarvoor een actief geruild, of een verplichting afgewikkeld zou kunnen worden tussen voldoende geïnformeerde, bereidwillige partijen in een zakelijke transactie. in miljoenen euro s Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde Financiële activa Kredieten en vorderingen bankiers Financiële activa tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Voor verkoop beschikbare financiële activa Kredieten en vorderingen private en publieke sector Totaal financiële activa Financiële verplichtingen Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Financiële verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Achtergestelde schulden Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal financiële verplichtingen Reële waarde van financiële instrumenten De reële waarde van variabelrentende financiële instrumenten die tegen geamortiseerde kostprijs worden opgenomen, wordt verondersteld gelijk te zijn aan de boekwaarde. De reële waarde van vastrentende kredieten en hypothecaire leningen die tegen geamortiseerde kostprijs worden opgenomen, wordt berekend door de contractuele kasstromen te verdisconteren tegen de actuele marktrente voor soortgelijke kredieten en leningen. Wijzigingen in de kredietkwaliteit van leningen in de portefeuille worden niet in aanmerking genomen bij het bepalen van de bruto reële waarde, aangezien het effect van de bijzondere waardevermindering afzonderlijk wordt verantwoord door de kredietvoorzieningen in mindering te brengen op zowel de boekwaarde als de reële waarde. In voorkomende gevallen wordt de per balansdatum op financiële instrumenten opgebouwde rente opgenomen in de boekwaarde van de financiële instrumenten. De waarderingsmethoden en aannames zorgen voor een consistente bepaling van de reële waarde van de in de tabel opgenomen activa en verplichtingen van Rabo Vastgoedgroep. Derivaten gebruikt voor hedging-doeleinden worden in de balans opgenomen tegen de reële waarde. De waardeveranderingen in de derivaten aangehouden als kasstroomhedge worden rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt. De waardeveranderingen van de overige derivaten lopen via de winst-en-verliesrekening. De reële waarde van niet-financiële activa en verplichtingen als vastgoed, bedrijfsmiddelen, vooruitbetalingen en niet-rentegerelateerde overlopende posten, is niet in de tabel opgenomen. Methode van waardering Rabo Vastgoedgroep waardeert haar financiële instrumenten op basis van twee uitgangspunten. Indien beschikbaar geven genoteerde marktprijzen de beste indicatie van reële waarde. Indien geen genoteerde marktprijzen beschikbaar zijn voor financiële instrumenten, bepaalt Rabo Vastgoedgroep de reële waarde op basis van een waarderingstechniek met gebruikmaking van marktgegevens. Hierbij worden de verwachte kasstromen contant gemaakt op basis van marktinformatie per balansdatum, zoals rentetarieven en valutakoersen, die in overeenstemming is met de resterende rentevaste periode van het financieel instrument. Voor vaststelling van reële waarde kunnen diverse methoden en aannames worden gehanteerd. Rabo Vastgoedgroep hanteert reële waarde van financiële activa en verplichtingen voor analyse van rentegevoeligheid en de methodes en aannames zijn gericht op ondersteuning van die toepassing van reële waarde. Veranderingen in de methodes en aannames kunnen een materieel effect hebben op de bepaling van de reële waarde. Het Balans en Risicomanagement Comité (BRMC) bewaakt de toepassing van de juiste waarderingsmethodes en -technieken. Leidraad hierbij zijn de waarderingsmethoden zoals die door de Rabobank worden toegepast.

85 83 In de tabellen hieronder wordt weergegeven welke waarderingsmethodes zijn gebruikt ter bepaling van financiële activa en verplichtingen. Hierbij worden drie categorieën onderscheiden: Categorie I: Waardering op basis van genoteerde marktprijzen; Categorie II: Waardering op basis van waarderingstechnieken waarbij veronderstellingen worden gehanteerd die wel worden ondersteund door marktprijzen of markttarieven; Categorie III: Waardering op basis van waarderingstechnieken waarbij veronderstellingen worden gehanteerd die niet worden ondersteund door marktprijzen of markttarieven. Reële waarde Voor 2011 zijn de cijfers als volgt: Categorie I Categorie II Categorie III Totaal Financiële activa tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Voor verkoop beschikbare financiële activa Totaal financiële activa tegen reële waarde Financiële verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal financiële verplichtingen tegen reële waarde De bezittingen in categorie III betreffen geactiveerde, toekomstige prestatiebeloningen van boven verwachting renderende vastgoedfondsen die door Rabo Vastgoedgroep beheerd worden, alsmede toekomstige aanspraken op verwachte winst uit projecten van verkochte deelnemingen waarbij is afgesproken het resultaat van die projecten op nacalculatiebasis te zullen verdelen. Deze toekomstige kasstromen zijn contant gemaakt naar balansdatum met gebruikmaking van een verdisconteringsvoet gebaseerd op eigen inzicht van de risico s, zonder dat daarbij kan worden gesteund op in de markt beschikbare yield-curves. Reële waarde Voor 2010 waren de cijfers als volgt: Categorie I Categorie II Categorie III Totaal Financiële activa tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Voor verkoop beschikbare financiële activa Totaal financiële activa tegen reële waarde Financiële verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal financiële verplichtingen tegen reële waarde

86 84 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Het verloop van de reële waarde van financiële instrumenten welke onder categorie III zijn opgenomen laat het volgende beeld zien: Verloop van de financiële instrumenten tegen reële waarde in categorie III 1 januari 2011 Waardeveranderingen opgenomen in winst-en-verliesrekening Aankopen Afwikkelingen Verkopen 31 december 2011 Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening 11 7 (1) 17 Voor verkoop beschikbare financiële activa 7 (4) (1) (4) 20 1 januari 2011 Waardeveranderingen opgenomen in winst-en-verliesrekening Aankopen Afwikkelingen Verkopen 31 december 2011 Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening 5 (1) 4 5 (1) 4 44 Bezoldiging bestuurders en raad van commissarissen De leden van de hoofddirectie en de raad van commissarissen worden vermeld op pagina 4 van het jaarverslag. In 2011 bedroeg de bezoldiging van de leden en de oud-leden van de hoofddirectie en haar rechtsvoorgangers 4,1 miljoen (2010: 3,7 miljoen). Dit bedrag is opgenomen onder personeelskosten en bestaat uit: Kortetermijnpersoneelsbeloningen Pensioenregelingen Andere langetermijnpersoneelsbeloningen Totaal bezoldiging bestuurders De totale vergoeding voor leden en oud-leden van de raad van commissarissen heeft in totaal 0,1 miljoen belopen (2010: 0,1 miljoen). Aan het eind van 2011 bedroegen aan de hoofddirectie verstrekte leningen 0,3 miljoen (2010: 0,4 miljoen).

87 85 45 Risk management 45.1 Governance Rabo Vastgoedgroep heeft risicomanagement stevig verankerd in haar processen en belegd op het hoogste niveau in de organisatie. De hoofddirectie is collectief verantwoordelijk voor het risicoprofiel van Rabo Vastgoedgroep en hanteert daarbij een risicobereidheidsverklaring waarin per risicocategorie is vastgelegd welke blootstelling maximaal geaccepteerd zal worden. Risico s worden geïdentificeerd aan de hand van gericht beleid per risicocategorie, dat is goedgekeurd door de hoofddirectie. De formele vastlegging van het risicomanagementproces en haar feitelijke werking worden periodiek geëvalueerd. De hoofddirectie staat bij haar vaststelling van de risicobereidheid en het risicobeleid per risicocategorie onder toezicht van de raad van commissarissen. De hoofddirectie wordt bij haar verantwoordelijkheid geadviseerd door het Balans en Risicomanagement Comité (BRMC) en het Platform Informatiebeleid (PIB). Op Bestuurscentrumniveau is een afdeling Risk Management ingericht voor beleidsontwikkeling, risicoanalyse en geconsolideerde risicorapportage. Deze afdeling Risk Management Bestuurscentrum is vertegenwoordigd in BRMC en PIB, die onder leiding staan van de Chief Financial & Risk Officer (CFRO). De CFRO is verantwoordelijk voor de implementatie en naleving van het risicobeleid. Rabo Vastgoedgroep heeft haar risicomanagementactiviteiten zo veel mogelijk decentraal bij de divisies georganiseerd. Beoordeling van risico s vindt primair plaats binnen de divisies van Rabo Vastgoedgroep. Risk Management Bestuurscentrum adviseert aanvullend de hoofddirectie wanneer de grootste financieringsposten en investeringsvoorstellen ter goedkeuring worden voorgelegd. Naast Risk Management Bestuurscentrum, worden grote financieringen eveneens beoordeeld door Kredietrisicomanagement van Rabobank Nederland Marktontwikkelingen De Nederlandse vastgoedmarkt lijdt hevig onder de crisis. Afgenomen consumentenvertrouwen en onzekerheid over hypotheekrenteaftrek leidt tot vraaguitval op de woningmarkt. Aangescherpte regels voor kredietverstrekking spelen starters op de woningmarkt parten, maar leidt ook tot herfinancieringsproblemen bij portefeuilles met commercieel vastgoed. De verhuurbaarheid van kantoren staat nog immer onder druk, versterkt door een afnemende vraag naar vloeroppervlak als gevolg van Het Nieuwe Werken. Winkelvastgoed houdt vooralsnog het beste stand in de markt, maar ook daar beginnen de consequenties van huuruitval door faillissementen zich in portefeuilles af te tekenen. Waardering van commercieel vastgoed wint bovendien in toenemende mate aan complexiteit in een markt met relatief weinig transacties en met huurcontracten waarvan steeds meer de levensvatbaarheid van de huurder en niet de lengte van het huurcontract een waardebepalende factor is. De financiële markt kenmerkt zich door een lage rente in combinatie met hoge liquiditeitsopslagen die een gebrek aan vertrouwen tussen banken weerspiegelen. Rabo Vastgoedgroep financiert haar activiteiten bij haar aandeelhouder Rabobank Nederland die steeds bewuster keuzes moet maken ondanks relatief uitstekende toegang tot geld- en kapitaalmarkten. Financiering voor de ambities in de huidige markt van Rabo Vastgoedgroep is desondanks beschikbaar Financiële instrumenten Ontwikkeling, bezit en financiering van vastgoed is kapitaalintensief. Een belangrijk deel van het resultaat van de activiteiten van Rabo Vastgoedgroep wordt daarom bepaald door het efficiënt en risicobewust kunnen hanteren van beschikbare financiële instrumenten. Hierbij speelt de keuze voor een korte dan wel lange rentevaste periode, waarbij vooral aansluiting wordt gezocht bij de volatiliteit en flexibiliteit van de kasstroom van de te financieren positie. Aanvullend hanteert Rabo Vastgoedgroep renteswaps om zichzelf en haar cliënten te beschermen tegen fluctuaties op de rentemarkt. Deze swaps mogen uitsluitend als risicoafdekking in combinatie met een lening worden afgesloten. Rabo Vastgoedgroep beoordeelt regelmatig de animo in de markt voor mogelijkheden om op een andere wijze financiering aan te trekken dan via de financieringslijn met haar aandeelhouder Rabobank Nederland, zoals middels syndicering of securitisatie. Alleen syndicering blijkt in de huidige markt in specifieke gevallen een alternatief te zijn Meting, normering en rapportage Risk Management ziet erop toe dat alle relevante risico s van activiteiten op consistente wijze gemeten, gelimiteerd en beheerst worden. Dit doet Risk Management door middel van toetsing van de risico s aan voor dat doel opgesteld risicobeleid en de risicobereidheid. Het risicobeleid is vastgelegd voor markt- en kredietrisico, balansrisico, operationeel risico, productontwikkeling en concentratierisico en is waar mogelijk in overeenstemming met dat van de Rabobank. Risk Management rapporteert minimaal ieder kwartaal over risico s aan de hoofddirectie en aan de raad van commissarissen. Ook onderhoudt Risk Management Bestuurscentrum een rechtstreekse lijn met Group Risk Management van Rabobank Nederland. Het beleid en de positie van Rabo Vastgoedgroep ten aanzien van de risicocategorieën wordt in de paragrafen hierna besproken.

88 86 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Marktrisico Marktrisico is het risico dat de verandering van marktvariabelen, als gevolg van wijzigingen in het algemene economische klimaat, leidt tot winsten of verliezen op aangehouden posities. Rabo Vastgoedgroep is actief op de rentemarkt en de vastgoedmarkt. Een kwantificering van het marktrisico op de rentemarkt is opgenomen in de paragraaf over renterisico. De posities op de vastgoedmarkt verdeelt Rabo Vastgoedgroep naar vastgoed in ontwikkeling en vastgoed in beheer. Een besluit om te investeren in ieder van die deelmarkten, wordt genomen op basis van een gelaagde fiatteringsstructuur en een oordeel van ervaren risicoanalisten. Divisies en Rabo Vastgoedgroep mogen binnen hun mandaat fiatteren, terwijl voor de meest omvangrijke investeringen goedkeuring moet worden verkregen van Rabobank Nederland. Deze fiatteringsstructuur wordt jaarlijks geëvalueerd. Een Customer Due Diligence (CDD)-onderzoek is een vast onderdeel van de fiatteringsstructuur. Jaarlijks analyseert Rabo Vastgoedgroep de gevoeligheid van haar bezittingen voor een scenario dat sterk negatief, maar over een middellange periode bezien niet ondenkbaar is. De impact van dit scenario wordt berekend voor vastgoedbezit en voor het bezit van financiële activa, doorgaans met vastgoed als onderliggende waarde. Het doorgerekende scenario resulteert in een majeure impact op de vermogenspositie van Rabo Vastgoedgroep, maar moet wel in het licht worden bezien van reeds doorgevoerde impairments en genomen voorzieningen. Ook levert een voltrekking van een dergelijk scenario over een middellange termijn voldoende gelegenheid voor managementinterventie. Marktrisico van vastgoed Waardedalingen op de vastgoedmarkt hebben rechtstreeks impact op het direct vastgoedbezit van Rabo Vastgoedgroep. Onder direct vastgoedbezit wordt verstaan de grondportefeuille, het onverkochte vastgoed in aanbouw, onverkocht maar reeds opgeleverd vastgoed, vastgoed in exploitatie ten behoeve van herontwikkeling of ten behoeve van nog te structureren vastgoedbeleggingsfondsen en vastgoed dat uit hoofde van leaseconstructies in bezit is van Rabo Vastgoedgroep. Per 31 december 2011 was de omvang van het direct vastgoedbezit miljoen (2010: miljoen). In een gevoeligheidsanalyse wordt een afwaardering van al het direct vastgoedbezit doorgerekend, maar ook een afwaardering van gemaakte voorbereidingskosten van projecten die nog niet in realisatie zijn. Voorts wordt rekening gehouden met indirecte effecten, omdat waardedaling op de vastgoedmarkt ook ten koste gaat van vastgoed dat als onderpand voor leningen is ondergeschoven. Marktrisico van financiële activa Rabo Vastgoedgroep heeft ook indirect vastgoedbezit, omdat in voorkomende gevallen een belang wordt aangehouden in eigen beleggingsfondsen met vastgoed als onderliggende waarde. Per 31 december 2011 was de omvang van deze portefeuille met participaties 51 miljoen (2010: 43 miljoen). De participaties in fondsen waarvoor geen actieve markt is, worden gewaardeerd op basis van de equitymethode. Indien het fonds beursgenoteerd is, wordt de beurskoers gehanteerd. De participaties worden aangehouden tot het moment waarop het fonds wordt beëindigd. Waar de gevoeligheidsanalyse een rechtstreekse afwaardering van het direct vastgoedbezit van Rabo Vastgoedgroep doorrekent, wordt bij de afwaardering van het indirect vastgoedbezit rekening gehouden met de hefboom die ontstaat wanneer beleggingsfondsen naast eigen vermogen, ook met vreemd vermogen zijn gefinancierd. Rabo Vastgoedgroep bezit tevens financiële activa waarvan de waardemutaties direct in het resultaat verwerkt worden. Rabo Vastgoedgroep is daarmee blootgesteld aan de risico s op de markten waarop deze activa verhandeld worden en op de markten waarop prijsvorming tot stand komt die gebruikt wordt bij de waardering van deze activa. Indien financiële activa beursgenoteerd zijn, wordt de beurskoers gehanteerd (zie voor verdere toelichting 18 Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening). De totale exposure van financiële activa waarvan de waardemutaties direct in het resultaat verwerkt worden, exclusief de participaties waarin een belang kleiner dan 20% wordt aangehouden, is per ultimo miljoen (2010: 140 miljoen) Rente-, valuta- en liquiditeitsrisico Renterisico Renterisico is het risico van verandering in het resultaat of de waarde van een onderneming als gevolg van fluctuaties op de rentemarkten. Renterisico kan worden gekwantificeerd in waarde- en in inkomenseffecten. De gevoeligheid van de waarde van Rabo Vastgoedgroep voor rentemutaties, wordt uitgedrukt in de modified duration van het eigen vermogen. BRMC is zich bewust van de aannames die ten grondslag liggen aan de berekeningen en kijkt daarom voornamelijk naar de ontwikkeling van dit getal van maand tot maand, waarbij de goedgekeurde aannames zo veel mogelijk constant gehouden worden. De modified duration van het eigen vermogen op 31 december 2011 was 3,9 (2010: 4,3). Een parallelle stijging van de rentecurve met 100 basispunten leidt bij die positie per 31 december 2011 tot een daling van de marktwaarde van het eigen vermogen van 93 miljoen (2010: 108 miljoen). De inkomenseffecten worden met behulp van Income-at-Risk (IaR) gemeten. Deze maatstaf geeft de gevoeligheid weer van het renteresultaat voor het komende jaar bij een gelijkblijvende balanssamenstelling en zonder managementinterventie. Rabo Vastgoedgroep zou per 31 december 2011 negatief geraakt kunnen worden door een scenario van rentestijging en zou in dat geval maximaal 11 miljoen (2010: 7 miljoen) aan renteresultaat

89 87 verliezen. Dit bedrag aan IaR wordt berekend aan de hand van zowel een stijgend als een dalend rentescenario waarbij voor alle looptijden de rente in 12 maanden geleidelijk oploopt, dan wel afneemt, met 200 basispunten. Mocht een daling van de rente op enig moment in de komende 12 maanden leiden tot een negatieve rente, dan wordt een minder steil scenario toegepast. Per jaareinde was dit het geval. Het scenario van rentedaling zou leiden tot een toename van het renteresultaat van 4 miljoen. Voor de financieringsactiviteiten van Rabo Vastgoedgroep is een IaR-limiet van kracht. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de wisselkoers van een vreemde valuta zodanig verandert dat de waarde van een vordering of schuld luidende in die vreemde valuta nadelig wijzigt. Het risicobeleid van Rabo Vastgoedgroep schrijft voor dat investeringen luidend in een vreemde valuta moeten worden gefinancierd met een lening in dezelfde valuta. Rentemarge en overig resultaat onderhevig aan valutakoersschommelingen zijn niet materieel. Daarom vindt geen indekking van die posities plaats. Rabo Vastgoedgroep had op 31 december 2011, evenals per ultimo 2010, afgedekte valutaposities in Britse ponden en Amerikaanse dollars. Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico is het risico dat Rabo Vastgoedgroep niet tijdig aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen. Dit kunnen rente- en aflossingsverplichtingen zijn van lopende schulden, maar ook investeringen uit hoofde van bezittingen, zoals bouwtermijnen uit hoofde van vastgoedontwikkeling. Rabo Vastgoedgroep financiert zich bij de Rabobank, die dankzij haar kredietstatus goede toegang heeft tot geld- en kapitaalmarkten. Jaarlijks wordt de financieringsbehoefte voor het komende jaar begroot, op basis waarvan een limiet wordt afgesproken met de Rabobank. Voor het analyseren van de herfinancieringsverplichting is inzicht nodig in de kasstromen. Naast de hoofdsommen en opgelopen rente van de verplichtingen, dragen ook toekomstige couponbetalingen bij aan inzicht in de liquiditeitspositie van Rabo Vastgoedgroep. De tabel hieronder groepeert al deze verplichtingen met betrekking tot financiële instrumenten van Rabo Vastgoedgroep onverdisconteerd naar liquiditeitstypische looptijd op basis van de resterende periode per balansdatum tot de eerst redelijke contractuele vervaldatum. De totaalbedragen sluiten niet aan op de waarden in de geconsolideerde balans, aangezien in de tabel naast aflossingsbetalingen, ook couponbetalingen worden getoond. Verplichtingen Direct opvraagbaar Minder dan 3 maanden 3 maanden tot een jaar 1 5 jaar Langer dan 5 jaar Totaal Contractuele vervaldatum financiële verplichtingen per 31 december 2011 Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Financiële verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Achtergestelde schulden Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal verplichtingen Contractuele vervaldatum financiële verplichtingen per 31 december 2010 Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Financiële verplichtingen tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Achtergestelde schulden Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Totaal verplichtingen

90 88 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat Rabo Vastgoedgroep verliezen moet nemen als rechtstreeks gevolg van het niet nakomen van betalingsverplichtingen door de tegenpartij. Fiattering van kredietrisico s geschiedt middels een gelaagde fiatteringsstructuur en op basis van een oordeel van ervaren krediet- en risicoanalisten. Als aanvulling op het beoordelen van kredietrisico s heeft Rabo Vastgoedgroep robuuste processen rondom CDDregelgeving ingericht. Maximale kredietrisicopositie De tabel hieronder toont de maximale kredietrisicopositie per financieel actief. De positie is weergegeven zonder de mitigerende effecten van nettingovereenkomsten en verkregen onderpanden Kasmiddelen Kredieten en vorderingen bankiers Financiële activa tegen reële waarde voor hedging-doeleinden Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Voor verkoop beschikbare financiële activa Kredieten en vorderingen private en publieke sector Overige actiefposten Totaal maximale kredietrisicopositie Kredietgerelateerde en voorwaardelijke verplichtingen Bij Kredietgerelateerde en voorwaardelijke verplichtingen zijn de ontvangen garanties opgenomen. In onderstaande tabel wordt de risicoconcentratie van de totale post Kredieten en vorderingen private en publieke sector weergegeven % 2010 % Dienstverlening , ,6 Handel en industrie , ,9 Landbouw , ,1 Particulieren , ,4 Overheid ,1 Totaal kredieten en vorderingen private en publieke sector De kredietrisicoconcentratie in de bedrijfstak Handel en industrie is inherent aan de activiteiten en marktpositie van Rabo Vastgoedgroep. Minimaal ieder kwartaal wordt bewaakt of zich andere concentraties voordoen, voornamelijk ten aanzien van contractpartijen. Hiervoor is in 2011 een concentratierisicobeleid opgesteld. Zekerheden Het beleid van Rabo Vastgoedgroep is erop gericht van klanten passende zakelijke zekerheden te verlangen voordat goedgekeurde kredieten ter beschikking worden gesteld. De belangrijkste vorm van zekerheid die Rabo Vastgoedgroep accepteert is hypothecaire zekerheid. Bij het taxeren van de waarde van het als onderpand aangeboden onroerend goed wordt zoveel mogelijk een beroep gedaan op interne vastgoedspecialisten. De waardeontwikkeling van het als onderpand verkregen vastgoed is onderdeel van een revisiebeleid waarbij alle aspecten van een verstrekking die bijdragen aan het kredietrisico periodiek worden herzien. Ook worden aan Rabo Vastgoedgroep garanties verstrekt als zekerheid. Doorgaans betreft het contragaranties die van samenwerkingspartijen worden verkregen ter compensatie van een deel van een door Rabo Vastgoedgroep verstrekte garantie aan de tegenpartij van het samenwerkingsverband. Voor 99% (2010: 98%) van de verstrekte kredieten aan de private sector zijn hypothecaire of andere zekerheidsstellingen ontvangen. Kredietkwaliteit Rabo Vastgoedgroep hanteert voor het grootste deel van de kredietportefeuille een geavanceerde methode van kredietrisicobeheersing. Deze geavanceerde aanpak behelst dat op het moment van verstrekken van een financiering een gedetailleerd oordeel wordt gevormd over de kredietkwaliteit van de tegenpartij en van de kwaliteit van het te financieren object. Gedurende de looptijd van een financiering zal deze beoordeling regelmatig worden gereviseerd. Onderstaande tabellen geven inzicht in de verdeling van alle uitstaande kredieten naar die kredietkwaliteit.

91 89 Kwaliteit uitstaande kredieten Niet in achterstand, noch afgewaardeerd Zeer hoge kwaliteit Hoge kwaliteit Normale kwaliteit In achterstand of afgewaardeerd Totaal Per 31 december 2011 Kredieten en vorderingen bankiers Kredieten en vorderingen private en publieke sector Per 31 december 2010 Kredieten en vorderingen bankiers Kredieten en vorderingen private en publieke sector In de volgende overzichten wordt de ouderdomsanalyse getoond per jaareinde van uitstaande kredieten die vervallen zijn, maar niet afgewaardeerd. Ouderdomsanalyse vervallen kredieten in miljoenen euro s < 31 dagen dagen dagen > 90 dagen Totaal Per 31 december 2011 Kredieten en vorderingen private en publieke sector Per 31 december 2010 Kredieten en vorderingen private en publieke sector De reële waarde van het onderpand dat verkregen is ter dekking van financiële activa die per jaareinde een betalingsachterstand kenden, bedroeg 875 miljoen (2010: 282 miljoen). De boekwaarde van leningen die in default zijn per jaareinde bedraagt miljoen (2010: 741 miljoen). De boekwaarde van leningen die een waardevermindering hebben ondergaan bedraagt 958 miljoen (2010: 741 miljoen). De reële waarde van het onderpand van de leningen die een waardevermindering hebben ondergaan bedraagt 958 miljoen (2010: 680 miljoen). Het onderpand was in alle gevallen onroerend goed. Per 31 december 2011 heeft Rabo Vastgoedgroep een portefeuille in-bezit-genomen-onderpand met een waarde van 5 miljoen (2010: 8 miljoen) op de balans Operationeel risico Operationeel risico is het risico van verliezen door inadequate of falende interne processen, menselijk gedrag en systemen of door externe gebeurtenissen. Hierin is begrepen het meten van de effecten van omissies op het gebied van bedrijfscontinuïteit, informatiebeveiliging, juridische zaken, fiscale zaken, compliance, governance en reputatiemanagement. Bedrijfscontinuïteit en informatiebeveiliging zijn binnen Rabo Vastgoedgroep expliciet bij Risk Management belegd. Rabo Vastgoedgroep hanteert een geavanceerde aanpak voor operationeel risicomanagement (ORM), die in 2011 stevig is aangescherpt. De aanpak dwingt een gestructureerde aanpak af voor het identificeren en analyseren van operationele risico s en incidenten en voor het meten van heel specifieke risico s middels risicoindicatoren. Het ORM-raamwerk van het identificeren van risico s, het vastleggen van beheersmaatregelen en het testen van de werking van die maatregelen sluit aan op de implementatie van een Business Control Framework waarin naast het ORM-raamwerk ook andere raamwerken (zoals SOx en raamwerken voor informatiebeveiliging en bedrijfscontinuïteit) worden geïncorporeerd. Het consequent doorvoeren van de ORM-aanpak in alle divisies van Rabo Vastgoedgroep heeft geleid tot eenduidige divisierapportages over operationele risico s. Op basis van die rapportages wordt ieder kwartaal een dashboard samengesteld voor BRMC, hoofddirectie en raad van commissarissen. Dit heeft geleid tot een verdere verhoging van de aandacht voor operationeel risicomanagement. Hierdoor beperkt Rabo Vastgoedgroep de impact van operationele risico s op de organisatie, stelt zij zich in staat veranderingen in haar risicoprofiel te volgen en kan ze bepalen hoeveel kapitaal aangehouden moet worden ter dekking van onverwachte operationele verliezen.

92 90 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Kortlopende en langlopende balansposten De tabel hieronder vermeldt voor de materiële balansposten het bedrag dat naar verwachting na meer of minder dan twaalf maanden zal worden geïnd of afgewikkeld. Deze tabel wordt niet gehanteerd voor beheersing van het liquiditeitsrisico maar beoogt inzicht te geven in het onderscheid tussen kortlopende en langlopende activa en verplichtingen. Onderscheid kortlopende en langlopende balansposten Korter dan één jaar Langer dan één jaar Totaal Per 31 december 2011 Kredieten en vorderingen bankiers Kredieten en vorderingen private en publieke sector Vastgoed Overige actiefposten Totaal activa Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Overige passiefposten Totaal verplichtingen Per 31 december 2010 Kredieten en vorderingen bankiers Kredieten en vorderingen private en publieke sector Vastgoed Overige actiefposten Totaal activa Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Uitgegeven schuldbewijzen Financiële verplichtingen tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening Overige passiefposten Totaal verplichtingen Solvabiliteit De Nederlandsche Bank stelt normen voor vermogensratio s, die zijn afgeleid van de solvabiliteitsrichtlijnen van de Europese Unie en het Bazels Comité voor het Bankentoezicht. Deze ratio s drukken de solvabiliteit uit door het daarvoor in aanmerking komende vermogen van Rabo Vastgoedgroep te vergelijken met de in de balans opgenomen activa, niet in de balans opgenomen verplichtingen en markt- en overige risicoposities op basis van naar risico gewogen bedragen. Vanaf 2008 meet Rabo Vastgoedgroep haar solvabiliteit op basis van aangescherpte regelgeving, het zogenoemde Basel II-akkoord. Hierbij wordt een meer geavanceerde risicowegingsmethodiek gehanteerd voor de berekening van kapitaaldekking voor kredietrisico. Niet in de balans opgenomen verplichtingen, voortkomend uit bijvoorbeeld garanties en termijncontracten, worden vermenigvuldigd met een conversiefactor die recht doet aan de kans dat een positie tot een vordering zal leiden. De resulterende equivalente bedragen worden vervolgens naar risico gewogen als of het reguliere vorderingen betreffen. Naast kapitaal voor kredietrisico wordt onder het Basel II-regime ook voor markt- en operationeel risico kapitaal aangehouden als buffer voor onverwachte verliezen.

93 91 Het in aanmerking komende vermogen bestaat uit twee delen. Het Tier 1-vermogen, ofwel kernvermogen, bestaat uit het eigen vermogen van aandeelhouders en daarvoor in aanmerking komende achtergestelde schulden, verminderd met goodwill en immateriële activa. Het Tier 2- vermogen bestaat uit aanvullende en daarvoor in aanmerking komende achtergestelde schulden. De volgende tabel geeft een overzicht van het aanwezige vermogen en het minimumvermogen dat vereist is om aan de normen van de toezichthouder te voldoen. vermogen in miljoenen euro s; ratio s in procenten (%) Vereist Aanwezig Vereist Aanwezig Totaal vermogen Ratio totaal vermogen (Tier 1 en 2) 8,0 10,5 8,0 11,7 Kernvermogen Ratio kernvermogen (Tier 1) 4,0 10,2 4,0 11,4 Als aanvulling op deze kapitaalberekening voor de toezichthouder, heeft Rabo Vastgoedgroep een intern solvabiliteitssysteem ingericht waarbij meer risicocategorieën voor kapitaaldekking in aanmerking komen, op basis van prudentere modellen en aannames. Deze modellen zijn toegespitst op de specifieke activiteiten en risico s van Rabo Vastgoedgroep en stellen Rabo Vastgoedgroep daarom goed in staat om haar strategische en commerciële activiteiten te toetsen op basis van een voor risico s aangepast rendement op het met die modellen berekende benodigd vermogen (economic capital). 48 Joint ventures Joint ventures met derden waarin geen der partijen overwegende zeggenschap heeft, worden proportioneel in de consolidatie opgenomen. De hoofdelijke aansprakelijkheid voor de verplichtingen die joint ventures met derden zijn aangegaan, worden alleen in aanmerking genomen indien en voor zover de financiële positie van een of meer van de partners dit rechtvaardigt. In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderstaande activa, verplichtingen, baten en lasten van joint ventures opgenomen. De bedragen geven het aandeel van Rabo Vastgoedgroep weer Activa Kredieten en vorderingen bankiers Kredieten en vorderingen private en publieke sector Vastgoed Overige actiefposten Totaal activa Verplichtingen Verplichtingen bankiers Verplichtingen private en publieke sector Overige passiefposten Totaal verplichtingen Winst-en-verliesrekening Operationele baten (8.524) Operationele bedrijfslasten (4) Bedrijfsresultaat vóór belastingen (21.684) Belastingen (1.906) 724 Jaarwinst (20.960)

94 92 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 De belangrijkste joint ventures waarin Rabo Vastgoedgroep participeert zijn: Palais Quartier GmbH & Co. KG, Duitsland (50%) SCCV Promenade, Frankrijk (50%) Oosterdokseiland Ontwikkeling Amsterdam C.V. (50%) Inflation Exchange Fund Capital N.V. (40%) Ontwikkelingscombinatie Wateringse Veld C.V. (50%) Rotij Planontwikkeling Beheer B.V. (25%) Rotij Vastgoedontwikkeling B.V. (25%) Rotij Projecten B.V. (42%) New Chinatown Amsterdam C.V. (44%) Ontwikkelingsmaatschappij Assendelft Noord C.V. (25%) Bouwfonds Fortis Vastgoedontwikkeling Leidsche Rijn V.O.F. (50%) IJ-Delta Ontwikkeling V.O.F. (25%) V.O.F. Leidschendam Centrum (25%) 49 Verbonden partijen De verbonden partijen van Rabo Vastgoedgroep zijn de dochterondernemingen, de geassocieerde deelnemingen, de joint ventures, de bestuurders en commissarissen (zie 44 Bezoldiging bestuurders en raad van commissarissen), de uiteindelijke moedermaatschappij Rabobank Nederland en andere belangrijke deelnemingen van Rabobank Nederland. In het kader van de gewone bedrijfsuitoefening gaat Rabo Vastgoedgroep een aantal bancaire transacties met verbonden partijen aan. Deze transacties worden uitgevoerd tegen commerciële voorwaarden en tegen markttarieven. Conform IAS 24.4 wordt in de geconsolideerde jaarrekening geen melding gemaakt van transacties binnen Rabo Vastgoedgroep. Voor kredieten aan verbonden partijen zijn in 2011 en 2010 geen voorzieningen wegens oninbaarheid getroffen. De transacties gedurende en openstaande bedragen ultimo 2011 en 2010 tussen Rabo Vastgoedgroep enerzijds en Rabobank Nederland, de belangrijkste joint ventures en de overige verbonden partijen anderzijds zijn opgenomen in onderstaande tabel. Jaar Interestbaten van verbonden partijen Interestlasten van verbonden partijen Te ontvangen van verbonden partijen Verschuldigd aan verbonden partijen Verbonden partijen Rabobank Nederland Rabobank Nederland Joint ventures Joint ventures Overige verbonden partijen * Overige verbonden partijen * * Onder de overige verbonden partijen zijn de belangrijkste dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen van Rabobank Nederland opgenomen, zoals De Lage Landen en Achmea. Er hebben geen materiële transacties plaatsgevonden met de geassocieerde deelnemingen en er staan geen significante vorderingen van en/of schulden aan geassocieerde deelnemingen open. In aanvulling op de financieringsbaten en lasten die te relateren zijn aan de Rabobank is over 2011 een garantieprovisie van 5 miljoen ontvangen van de Rabobank. Deze is opgenomen onder de provisiebaten. De Rabobank heeft in 2011 uitstaande waardepapieren teruggekocht die Rabo Vastgoedgroep had uitgegeven en zich jegens de Rabobank garant had gesteld. Rabo Vastgoedgroep heeft een garantie ontvangen van de Rabobank betreffende potentiële verliezen in de portefeuille projecten bij acquisitie. De omvang van deze garantie is 278 miljoen. Bij de waardering van de vastgoedposities is hiermee rekening gehouden.

95 93 50 Gebeurtenissen na balansdatum Tot op heden hebben zich geen gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan die effect hebben op de cijfers over Vennootschappelijke jaarrekening Grondslagen De vennootschappelijke jaarrekening van Rabo Vastgoedgroep N.V. is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Met ingang van 1 januari 2005 stelt Rabo Vastgoedgroep de geconsolideerde jaarrekening op volgens International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals aanvaard door de Europese Unie. In de vennootschappelijke jaarrekening zijn dezelfde grondslagen toegepast als in de geconsolideerde jaarrekening conform de mogelijkheid die artikel hiervoor geeft. De waardering van de deelnemingen in groepsmaatschappijen vindt plaats tegen equitymethode, die wordt bepaald op basis van IFRS zoals aanvaard door de Europese Unie. Gehanteerde grondslagen bij de opstelling van de jaarrekening De jaarrekening luidt in euro s, afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal. De euro is de rapporterings- en functionele valuta van Rabo Vastgoedgroep.

96 94 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Verkorte vennootschappelijke winst-en-verliesrekening Jaar eindigend op 31 december in duizenden euro s Resultaat deelnemingen na belastingen Overig resultaat na belastingen (14.213) (18.848) Jaarwinst

97 Vennootschappelijke balans (vóór winstbestemming) 95 Per 31 december in duizenden euro s Toelichting Activa Kasmiddelen 2 2 Kredieten en vorderingen bankiers A Financiële activa tegen reële waarde via winst-en-verliesrekening 612 Kredieten en vorderingen private en publieke sector B Deelnemingen in groepsmaatschappijen C Deelnemingen 471 Immateriële activa Onroerende zaken en bedrijfsmiddelen Overlopende activa Latente belastingvordering Totaal activa Verplichtingen Verplichtingen bankiers D Verplichtingen private en publieke sector E Voorzieningen Overlopende passiva Acute belastingverplichtingen Totaal verplichtingen Eigen vermogen Aandelenkapitaal Agioreserve Ingehouden winst Winst- en verliesposten niet opgenomen in het resultaat ( ) ( ) Eigen vermogen aandeelhouders moedermaatschappij F Totaal verplichtingen en eigen vermogen Zie bijgaande toelichting op de vennootschappelijke balans.

98 96 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2011 Toelichting op de vennootschappelijke balans in duizenden euro s, tenzij anders weergegeven A Kredieten en vorderingen bankiers Deze post omvat alle vorderingen op kredietinstellingen. Deze vorderingen hebben geen betrekking op groepsmaatschappijen. B Kredieten en vorderingen private en publieke sector Deze post omvat alle vorderingen uit hoofde van verstrekte kredieten, niet zijnde vorderingen op kredietinstellingen, obligaties en andere vastrentende waardepapieren. Van deze vorderingen heeft 74 miljoen (2010: 71 miljoen) betrekking op groepsmaatschappijen die deel uitmaken van Rabo Vastgoedgroep. C Deelnemingen in groepsmaatschappijen Stand per 1 januari Aandeel in de resultaten Overige mutaties (22.402) Stand per 31 december Kredietinstellingen Overige groepsmaatschappijen Totaal groepsmaatschappijen Onder overige mutaties is opgenomen de rechtstreekse mutaties in het eigen vermogen van de deelneming als gevolg van kasstroomhedges van 21 miljoen (2010: 33 miljoen). D Verplichtingen bankiers Deze post omvat aan kredietinstellingen verschuldigde bedragen, niet zijnde schuldbewijzen en achtergestelde leningen. E Verplichtingen private en publieke sector Deze post omvat alle verplichtingen private en publieke sector, zoals rekening-couranttegoeden en niet-achtergestelde onderhandse leningen. Van deze verplichtingen heeft 66 miljoen betrekking op groepsmaatschappijen (2010: 82 miljoen). F Eigen vermogen aandeelhouders moedermaatschappij Voor het verloop en de toelichting op het eigen vermogen wordt verwezen naar het Geconsolideerd vermogensoverzicht en 38 Aandelenkapitaal en reserves. Voorwaardelijke schulden Voor een bedrag van miljoen (2010: miljoen) zijn bank- en groepsgaranties afgegeven, waarvan 837 miljoen (2010: 845 miljoen) betrekking heeft op concerngaranties aan derden en 180 miljoen (2010: 166 miljoen) betrekking heeft op concerngaranties aan de Rabobank in ruil voor verstrekte bankgaranties door de Rabobank aan derden.

99 97 (tenzij anders vermeld is het deelnemingspercentage 100%) 52 Belangrijkste deelnemingen De jaarrekening omvat de gegevens van Rabo Vastgoedgroep en de hierna opgesomde belangrijkste deelnemingen: Development Wonen Bouwfonds Property Development B.V., Hoevelaken Bouwfonds Ontwikkeling B.V., Hoevelaken BPD Frankrijk B.V., Hoevelaken Bouwfonds Marignan Immobilier S.A.S., Parijs BPD Duitsland B.V., Hoevelaken Bouwfonds Deutschland GmbH & Co. Projectentwicklungs KG, Frankfurt BPD Tsjechië B.V., Hoevelaken BPD Zweden B.V., Hoevelaken BPD Denemarken B.V., Hoevelaken BPD België B.V., Hoevelaken Nouville Ontwikkeling B.V., Heerlen Brummelhuis Bouwcoördinatie B.V., Deventer Rotij Projecten B.V., Rijssen (41,5%) Onroerend Goed Exploitatie Maatschappij Weldam B.V., Hoevelaken Commercieel Vastgoed MAB Development Group B.V., s-gravenhage MAB Development Nederland B.V., s-gravenhage MAB Development France S.A., Parijs MAB Development Deutschland GmbH, Frankfurt am Main Onroerend Goed Exploitatie Maatschappij Hoevelaken B.V., Hoevelaken MKB Vastgoed Plan B.V., Apeldoorn MAB Development Outlet Centre B.V., s-gravenhage Investment Management Bouwfonds Real Estate Investment Management B.V., Hoevelaken Bouwfonds Asset Management Deutschland GmbH, Berlijn Bouwfonds Investments B.V., Hoevelaken Bouwfonds Real Estate Investment Management S.A.S., Parijs ZRS Holding, LLC, Orlando, FL (50%) Bouwfonds Real Estate Services B.V., Hoevelaken Bouwfonds Vastgoedfondsen Beheer B.V., Hoevelaken Inflation Exchange Fund Capital N.V., Amsterdam (40%) Bouwfonds Food & Agri Real-assets Management (FARM) B.V., Amsterdam Finance FGH Bank N.V., Utrecht Beheer Maatschappelijke Fondsen Fondsenbeheer Nederland B.V., Hoevelaken Een complete lijst van alle deelnemingen als voorgeschreven in de artikelen 379 en 414 van Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel. Ingevolge artikel 403, Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is de vennootschap vrijgesteld van deponering bij de Kamer van Koophandel van de jaarrekeningen van een aanzienlijk aantal Nederlandse groepsmaatschappijen die zijn geconsolideerd. Ten behoeve van deze groepsmaatschappijen zijn algemene garanties afgegeven.

100 98 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag Overige gegevens Aan: Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2011 van Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. te Hoevelaken gecontroleerd. De jaarrekening omvat de geconsolideerde en de enkelvoudige jaarrekening. De geconsolideerde jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde balans per 31 december 2011, geconsolideerde winst-en-verliesrekening, geconsolideerde overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, geconsolideerde vermogensoverzicht en geconsolideerde overzicht van kasstromen over 2011 alsmede uit een overzicht van de belangrijkste grondslagen voor financiële verslaggeving en overige toelichtingen. De enkelvoudige jaarrekening bestaat uit de enkelvoudige balans per 31 december 2011 en de enkelvoudige winst-en-verliesrekening over 2011 met de toelichting. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 BW, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Bij het maken van deze risicoinschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risicoinschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel betreffende de geconsolideerde jaarrekening Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. per 31 december 2011 en van het resultaat en de kasstromen over 2011 in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 BW. Oordeel betreffende de enkelvoudige jaarrekening Naar ons oordeel geeft de enkelvoudige jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. per 31 december 2011 en van het resultaat over 2011 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder f BW melden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 29 maart 2012 Ernst & Young Accountants LLP w.g. A.F.J. van Overmeire RA Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.

101 99 54 Statutaire bepalingen inzake de winstverdeling De statutaire bepalingen inzake de winstverdeling luiden als volgt: Artikel 37 Winst en verlies 1. Uitkering van winst ingevolge het in dit artikel bepaalde geschiedt na vaststelling van de jaarrekening waaruit blijkt dat zij geoorloofd is. 2. De winst staat ter vrije beschikking van de algemene vergadering. Bij staking van stemmen over uitkering of reservering van winst wordt de winst waarop het voorstel betrekking heeft gereserveerd. 3. De vennootschap kan aan de aandeelhouders en andere gerechtigden tot de voor uitkering vatbare winst slechts uitkeringen doen voor zover haar eigen vermogen groter is dan het bedrag van het geplaatste kapitaal vermeerderd met de reserves die krachtens de wet moet worden aangehouden 4. Ten laste van de door de wet voorgeschreven reserves mag een tekort slechts worden gedelgd voor zover de wet dat toestaat. Winstverdeling 2011 De winst van 31,4 miljoen (2010: 105,8 miljoen) zal voor het volledige bedrag worden toegevoegd aan ingehouden winst.

102

103 Colofon Uitgave Rabo Vastgoedgroep Corporate Communications Exemplaren van het Jaarbericht zijn op te vragen bij: Rabo Vastgoedgroep Corporate Communications Westerdorpsstraat 66 Postbus DA Hoevelaken Telefoon (033) Fax (033) Realisatie C&F Report Amsterdam B.V. Fotografie Jacques Damez Edwin Walvisch Publicatie Deze publicatie vormt het Jaarverslag van Rabo Vastgoedgroep Holding N.V. Dit verslag is alleen digitaal verkrijgbaar en te downloaden via Openbaarmaking De geconsolideerde jaarrekening 2011, het jaarverslag en de overige gegevens worden na vaststelling gedeponeerd ten kantore van het handelsregister bij de Kamer van Koophandel onder nummer

104 APRIL 2012

Financiering van innovaties

Financiering van innovaties Financiering van innovaties Volgorde en taak van financiers en de financiële opties Mark Poldner, directeur Commerciële Zaken Rabobank Noord-Holland Noord 1 Inhoud 2 I Introductie Rabobank Groep 3 Rabobank

Nadere informatie

Jaarverslag 2010. Rabo Vastgoedgroep

Jaarverslag 2010. Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2010 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2010 Inhoudsopgave Voorwoord van de hoofddirectie 02 Rabo Vastgoedgroep in 2010 04 Bestuur per 31 december 2010 04 Rabo Vastgoedgroep in beeld 08 Bericht

Nadere informatie

02 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2012

02 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2012 Jaarverslag 2012 02 Rabo Vastgoedgroep Jaarverslag 2012 Jaarverslag 2012 Inhoudsopgave 2 Voorwoord van de hoofddirectie 6 Rabo Vastgoedgroep in 2012 6 Kerncijfers 6 Bestuur per 31 december 2012 7 Organogram

Nadere informatie

Rabobank boekt 2,0 miljard euro nettowinst in 2013

Rabobank boekt 2,0 miljard euro nettowinst in 2013 Persbericht 27 februari 2014 Rabobank boekt 2,0 miljard euro nettowinst in 2013 De Rabobank Groep boekte in 2013 een nettowinst van 2.012 miljoen euro. Dit is 46 miljoen euro of 2% minder dan in 2012.

Nadere informatie

Jaarverslag 2013. Inhoudsopgave. 2 Voorwoord van de hoofddirectie

Jaarverslag 2013. Inhoudsopgave. 2 Voorwoord van de hoofddirectie Jaarverslag 2013 Jaarverslag 2013 Inhoudsopgave 2 Voorwoord van de hoofddirectie 4 Rabo Vastgoedgroep in 2013 4 Kerncijfers 4 Bestuur en toezicht per 31 december 2013 5 Organogram 6 Kerngegevens 7 Kerngegevens

Nadere informatie

Verantwoordingsdocument Code Banken over 2014 Hof Hoorneman Bankiers NV d.d. 18 maart 2015. Algemeen

Verantwoordingsdocument Code Banken over 2014 Hof Hoorneman Bankiers NV d.d. 18 maart 2015. Algemeen Verantwoordingsdocument Code Banken over 2014 Hof Hoorneman Bankiers NV d.d. 18 maart 2015 Algemeen Mede naar aanleiding van de kredietcrisis en de Europese schuldencrisis in 2011 is een groot aantal codes,

Nadere informatie

Jaarcijfers 2013. Persconferentie. 27 februari 2014

Jaarcijfers 2013. Persconferentie. 27 februari 2014 Jaarcijfers 2013 Persconferentie 27 februari 2014 Jaarcijfers 2013 Rinus Minderhoud, voorzitter raad van bestuur 2013: een bewogen jaar Moeilijke omstandigheden; ruim 2 miljard euro nettowinst LIBOR-schikking:

Nadere informatie

Matrix Comply-or-Explain Code Banken 2017

Matrix Comply-or-Explain Code Banken 2017 Matrix Comply-or-Explain Code Banken 2017 In oktober 2014 heeft de Nederlandse Vereniging van Banken de herziene Code Banken (de "Code Banken"), onderdeel van een pakket met de naam "Future Oriented Banking"

Nadere informatie

Visie op belonen. Rabobank Groep

Visie op belonen. Rabobank Groep Visie op belonen Rabobank Groep 2014 1 Contactgegevens: Human Resources Rabobank Humanresourcesrabobank@rn.rabobank.nl 2 Visie op belonen Intentieverklaring De Rabobank Groep hanteert een zorgvuldig, beheerst

Nadere informatie

Rabobank Utrechtse Heuvelrug, de bank die ambities waarmaakt... Het is tijd voor de Rabobank.

Rabobank Utrechtse Heuvelrug, de bank die ambities waarmaakt... Het is tijd voor de Rabobank. Rabobank Utrechtse Heuvelrug, de bank die ambities waarmaakt... Het is tijd voor de Rabobank. Een dynamische bank in een dynamische regio De Rabobank is één van de grootste financiële dienstverleners van

Nadere informatie

Implementatie Code Banken

Implementatie Code Banken Implementatie Code Banken Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 070 3750 750 www.bngbank.nl BNG Bank is een handelsnaam van N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, statutair gevestigd te Den Haag, KvK-nummer

Nadere informatie

Vastgoed en vastgoedfinancieringen

Vastgoed en vastgoedfinancieringen Vastgoed en vastgoedfinancieringen Dé strategisch vastgoedpartner voor pensioenfondsen Syntrus Achmea Real Estate & Finance is dé strategisch vastgoedpartner voor pensioenfondsen. Dankzij onze unieke

Nadere informatie

Vastgoed en vastgoedfinancieringen

Vastgoed en vastgoedfinancieringen Vastgoed en vastgoedfinancieringen Dé strategisch vastgoedpartner voor pensioenfondsen is dé strategisch vastgoedpartner voor pensioenfondsen. Dankzij onze unieke combinatie van pensioenexpertise en vastgoedexpertise

Nadere informatie

Toelichting toepassen Governance Principes Verzekeraars

Toelichting toepassen Governance Principes Verzekeraars Toelichting toepassen Governance Principes Verzekeraars INHOUD 1. TOELICHTING TOEPASSEN GOVERNANCE PRINCIPES VERZEKERAARS 2. RAAD VAN COMMISSARISSEN SAMENSTELLING EN DESKUNDIGHEID RVC TAAK EN WERKWIJZE

Nadere informatie

Strategisch Pensioenmanagement

Strategisch Pensioenmanagement Strategisch Pensioenmanagement Strategisch Pensioenmanagement is samenbrengen. Strategisch Pensioenmanagement De belangrijkste taak van Strategisch Pensioenmanagement is ervoor te zorgen dat u in control

Nadere informatie

Jaarbericht 2013. Inhoudsopgave. Voorwoord van de hoofddirectie

Jaarbericht 2013. Inhoudsopgave. Voorwoord van de hoofddirectie Jaarbericht 2013 Jaarbericht 2013 Inhoudsopgave 2 Voorwoord van de hoofddirectie 4 Rabo Vastgoedgroep in 2013 4 Kerncijfers 4 Bestuur en toezicht per 31 december 2013 5 Organogram 6 Kerngegevens 7 Kerngegevens

Nadere informatie

Remuneratierapport 2014 Loyalis N.V.

Remuneratierapport 2014 Loyalis N.V. Remuneratierapport 2014 Loyalis N.V. Voorwoord Dit remuneratierapport geeft inzicht in de belangrijkste ontwikkelingen in het beloningsbeleid van Loyalis N.V. over het jaar 2014. Met dit rapport wil Loyalis

Nadere informatie

Variabel beloningsbeleid Identified Staff Kempen & Co

Variabel beloningsbeleid Identified Staff Kempen & Co Variabel beloningsbeleid Identified Staff u 2014 heeft een zorgvuldig, beheerst en duurzaam beloningsbeleid, dat vanzelfsprekend voldoet aan de geldende wettelijke vereisten. Belangrijke doelen van dit

Nadere informatie

Remuneratierapport 2015 Loyalis N.V.

Remuneratierapport 2015 Loyalis N.V. Remuneratierapport 2015 Loyalis N.V. Voorwoord Dit remuneratierapport geeft inzicht in de belangrijkste ontwikkelingen in het beloningsbeleid van Loyalis N.V. over het jaar 2015. Met dit rapport wil Loyalis

Nadere informatie

Bouwfonds Investment Management Belangenconflictenbeleid (Samenvatting)

Bouwfonds Investment Management Belangenconflictenbeleid (Samenvatting) Bouwfonds Investment Management Belangenconflictenbeleid (Samenvatting) October 2013 Bouwfonds Investment Management Belangenconflictenbeleid (Samenvatting) Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Belangenconflicten

Nadere informatie

Implementatie Regeling beheerst beloningsbeleid Wft 2011 bij BNG

Implementatie Regeling beheerst beloningsbeleid Wft 2011 bij BNG Implementatie Regeling beheerst beloningsbeleid Wft 2011 bij BNG Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 070 3750 750 www.bng.nl Vastgesteld door de Raad van Bestuur op en goedgekeurd door de Raad van Commissarissen

Nadere informatie

Governance principes November 2015

Governance principes November 2015 Governance principes November 2015 Inhoud 1. Naleving Code en transparante verantwoording... 2 2. Raad van commissarissen... 2 3. Raad van bestuur... 4 4. Risicomanagement... 6 5. Audit... 8 6. Beloningsbeleid...

Nadere informatie

Rabobank halfjaarcijfers 2014: 1,1 miljard euro nettowinst

Rabobank halfjaarcijfers 2014: 1,1 miljard euro nettowinst Persbericht 21 augustus 2014 Rabobank halfjaarcijfers 2014: 1,1 miljard euro nettowinst De Rabobank Groep boekte in het eerste halfjaar van 2014 een nettowinst van 1.080 miljoen euro. Het resultaat werd

Nadere informatie

Herinrichting Raden van Commissarissen van Triodos Groenfonds en Triodos Vastgoedfonds en Raad van Toezicht van Triodos Fair Share Fund

Herinrichting Raden van Commissarissen van Triodos Groenfonds en Triodos Vastgoedfonds en Raad van Toezicht van Triodos Fair Share Fund Toelichting bij agendapunt 6 van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Triodos Groenfonds N.V. en de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Triodos Vastgoedfonds N.V. en bij agendapunt 4

Nadere informatie

Persbericht. Triodos beleggingsfondsen houden stand in lastig beleggingsklimaat Geringe daling van 3% in eerste halfjaar 2011

Persbericht. Triodos beleggingsfondsen houden stand in lastig beleggingsklimaat Geringe daling van 3% in eerste halfjaar 2011 Persbericht Triodos beleggingsfondsen houden stand in lastig beleggingsklimaat Geringe daling van 3% in eerste halfjaar 2011 Zeist, 26 augustus 2011 Ondanks het moeilijke klimaat voor beleggen is het volume

Nadere informatie

Implementatie Code Banken

Implementatie Code Banken Implementatie Code Banken Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 070 3750 750 www.bngbank.nl BNG Bank is een handelsnaam van N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, statutair gevestigd te Den Haag, KvK-nummer

Nadere informatie

Code Banken. dec-16 Code Banken 1

Code Banken. dec-16 Code Banken 1 Code Banken dec-16 Code Banken 1 Code Banken De nieuwe Code Banken beoogt in samenhang met het Maatschappelijk Statuut en de, hierna te bespreken, introductie van bankierseed, gedragsregels en tuchtrecht

Nadere informatie

PERSBERICHT. Versterking kapitaalpositie ING met 10 miljard euro

PERSBERICHT. Versterking kapitaalpositie ING met 10 miljard euro PERSBERICHT Versterking kapitaalpositie ING met 10 miljard euro Op 19 oktober 2008 is bekend gemaakt dat ING haar kapitaal verder heeft versterkt met behulp van de Nederlandse overheid. De solvabiliteit,

Nadere informatie

Toepassing van de Governance Principes Verzekeraars door Waard Leven N.V. in 2015 (geldt ook voor Waard Schade N.V. en Hollands Welvaren Leven N.V.

Toepassing van de Governance Principes Verzekeraars door Waard Leven N.V. in 2015 (geldt ook voor Waard Schade N.V. en Hollands Welvaren Leven N.V. Toepassing van de Governance Principes Verzekeraars door Waard Leven N.V. in 2015 (geldt ook voor Waard Schade N.V. en Hollands Welvaren Leven N.V.) Principe Naleving door verzekeraar Toelichting door

Nadere informatie

Toepassing van de Governance Principes Verzekeraars door Nationale Onderlinge Waarborg Maatschappij tegen Brandschade U.A. in 2011

Toepassing van de Governance Principes Verzekeraars door Nationale Onderlinge Waarborg Maatschappij tegen Brandschade U.A. in 2011 Toepassing van de Governance Principes Verzekeraars door Nationale Onderlinge Waarborg Maatschappij tegen Brandschade U.A. in 2011 Principe Naleving door verzekeraar Toelichting door verzekeraar Raad van

Nadere informatie

Wij passen dit principe volledig toe zoals de Code voorschrijft. Wij passen dit principe volledig toe zoals de Code voorschrijft.

Wij passen dit principe volledig toe zoals de Code voorschrijft. Wij passen dit principe volledig toe zoals de Code voorschrijft. Raad van commissarissen Samenstelling en deskundigheid 2.1.1 De raad van commissarissen is zodanig samengesteld, dat hij zijn taak naar behoren kan vervullen. Complementariteit, collegiaal bestuur, onafhankelijkheid

Nadere informatie

Persbericht. N.V. Bever Holding - resultaten verslagjaar 2016

Persbericht. N.V. Bever Holding - resultaten verslagjaar 2016 Persbericht N.V. Bever Holding - resultaten verslagjaar 2016 Resultaat Bever Holding heeft het verslagjaar afgesloten met een resultaat na belastingen van ca. EUR 9,6 miljoen (2015: EUR 29 duizend). Op

Nadere informatie

Code Banken. 93 Code Banken

Code Banken. 93 Code Banken Code Banken Achtergrond Naar aanleiding van de financiële crisis die medio 2007 ontstond, is er een diepgaand maatschappelijk debat op gang gekomen over het functioneren van financiële instellingen. In

Nadere informatie

SNS PROFIEL 2010 PROPE RTYFI NA NCE

SNS PROFIEL 2010 PROPE RTYFI NA NCE SNS PROPE RTYFI NA NCE 1 GEWOR TELDIN NEDER LAND SVAST GOED DE FEITEN SPREKEN VOOR ZICH. De Nederlandse vastgoedbranche heeft de afgelopen tijd een moeilijke periode doorgemaakt. De ergste economische

Nadere informatie

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT KEMPEN N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V. Vastgesteld door de RvC op 8 december 2017 0. INLEIDING 0.1 Dit reglement is opgesteld door de RvC ingevolge artikel

Nadere informatie

PERSBERICHT. Propertize op koers met afbouw. Utrecht, 3 juli 2015

PERSBERICHT. Propertize op koers met afbouw. Utrecht, 3 juli 2015 PERSBERICHT Propertize op koers met afbouw Utrecht, 3 juli 2015 Propertize heeft op 3 juli 2015 zijn Jaarverslag 2014 gepubliceerd. Uit de cijfers blijkt dat de netto omvang van de portefeuille aan vastgoedfinancieringen

Nadere informatie

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN 24 november 2017 INHOUD HOOFDSTUK 1: Rol en status van het Reglement 1 HOOFDSTUK 2: Samenstelling RAC 1 HOOFDSTUK 3: Taken RAC 2 HOOFDSTUK

Nadere informatie

COMPLIANCE MET DE NEDERLANDSE CORPORATE GOVERNANCE CODE

COMPLIANCE MET DE NEDERLANDSE CORPORATE GOVERNANCE CODE COMPLIANCE MET DE NEDERLANDSE CORPORATE GOVERNANCE CODE Corporate Governance Novisource streeft naar een organisatiestructuur die onder meer recht doet aan de belangen van de onderneming, haar klanten,

Nadere informatie

Algemene vergadering van Aandeelhouders. 15 mei 2014

Algemene vergadering van Aandeelhouders. 15 mei 2014 Algemene vergadering van Aandeelhouders 15 mei 2014 Agendapunt 2a Bericht van de Raad van Commissarissen Agendapunt 2b Jaarverslag van de Raad van Bestuur over 2013 2013 hoofdpunten Winstherstel in 2013

Nadere informatie

Onderlinge Winterswijk W.A.

Onderlinge Winterswijk W.A. GOVERNANCEVERSLAG Versie 04-03-2014 1. Inleiding Door de financiële crisis en maatschappelijke ontwikkelingen is de aandacht voor Corporate Governance bij financiële instellingen en toezichthouders de

Nadere informatie

Beloningsbeleid Maart 2015

Beloningsbeleid Maart 2015 Beloningsbeleid Maart 2015 Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Relevante wet- en regelgeving... 2 4. Bestuur (directie)... 3 5. Raad van Commissarissen... 3 6. Medewerkers... 3 7. Publicatie... 5 8. Governance

Nadere informatie

GOVERNANCE PRINCIPES 2013. N.V. Levensverzekering-Maatschappij De Hoop

GOVERNANCE PRINCIPES 2013. N.V. Levensverzekering-Maatschappij De Hoop GOVERNANCE PRINCIPES 2013 N.V. Levensverzekering-Maatschappij De Hoop 1/19 Inleiding De Governance principes zijn opgesteld door het Verbond van Verzekeraars. Zij geven richtlijnen voor de samenstelling,

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE AUDIT, COMPLIANCE EN RISICO COMMISSIE VAN PROPERTIZE B.V.

REGLEMENT VOOR DE AUDIT, COMPLIANCE EN RISICO COMMISSIE VAN PROPERTIZE B.V. REGLEMENT VOOR DE AUDIT, COMPLIANCE EN RISICO COMMISSIE VAN PROPERTIZE B.V. Datum: 11 mei 2015 Artikel 1. Definities AvA: Commissie: Reglement: RvB: RvC: Vennootschap: de algemene vergadering van aandeelhouders

Nadere informatie

Outlook Henk Jagersma Directievoorzitter Syntrus Achmea Real Estate & Finance 27 oktober 2015

Outlook Henk Jagersma Directievoorzitter Syntrus Achmea Real Estate & Finance 27 oktober 2015 Outlook 2015 2018 Henk Jagersma Directievoorzitter Syntrus Achmea Real Estate & Finance Profiel > 15 miljard beheerd vermogen Grootste beheerder van vastgoed en hypotheken in Nederland op de markt van

Nadere informatie

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V.

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V. REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V. Vastgesteld door de RvC op 23 juni 2016 0. INLEIDING 0.1 Dit reglement is opgesteld door de RvC ingevolge artikel 5 van het

Nadere informatie

Principe Naleving door verzekeraar Toelichting door verzekeraar. Binnen de mogelijkheden van de OBM passen wij dit principe toe.

Principe Naleving door verzekeraar Toelichting door verzekeraar. Binnen de mogelijkheden van de OBM passen wij dit principe toe. Toepassing van de Governance Principes Verzekeraars door Onderlinge Brandwaarborg Maatschappij (OBM) in de voormalige gemeente Ransdorp en Zunderdorp in 2015 opgemaakt: 24 maart 2015 Principe Naleving

Nadere informatie

Remuneratierapport 2017 Loyalis N.V.

Remuneratierapport 2017 Loyalis N.V. Remuneratierapport 2017 Loyalis N.V. Voorwoord Dit remuneratierapport geeft inzicht in de belangrijkste ontwikkelingen in het beloningsbeleid van Loyalis over het jaar 2017 en gaan we in op de belangrijkste

Nadere informatie

voor meer informatie: 1 juli 2008 Drs. Hellen M. Molenkamp

voor meer informatie: 1 juli 2008 Drs. Hellen M. Molenkamp PERSBERICHT voor meer informatie: 1 juli 2008 Drs. Hellen M. Molenkamp Marketing & Communicatie T : +31 20 557 52 30 I : www.kasbank.com KAS BANK N.V. geeft invulling aan Europese groei door strategische

Nadere informatie

Algemene Vergadering van Aandeelhouders Triodos Bank NV 17 mei 2013 1 1. Welkom Algemene Vergadering van Aandeelhouders Triodos Bank NV 1. Welkom 2. Verslag van de Directie 2012 3. Vaststelling jaarrekening

Nadere informatie

GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES

GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES November 2006 1 GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES PRINCIPES I. Naleving en handhaving van de code Het bestuur 1 en de raad van commissarissen zijn verantwoordelijk voor

Nadere informatie

ONVZ past dit principe toe. Het principe is uitgewerkt in het reglement van de raad van bestuur.

ONVZ past dit principe toe. Het principe is uitgewerkt in het reglement van de raad van bestuur. Raad van bestuur Samenstelling en deskundigheid Samenstelling 3.1.1. De raad van bestuur is zodanig samengesteld, dat hij zijn taak naar behoren kan vervullen. Complementariteit, collegiaal bestuur en

Nadere informatie

Bankieren met de menselijke maat. Jaarverslag 2015

Bankieren met de menselijke maat. Jaarverslag 2015 Bankieren met de menselijke maat Jaarverslag 2015 42 SNS Bank N.V. Jaarverslag 2015 > Verslag van de Directie 4.3 IN GESPREK MET STAKEHOLDERS Ons succes valt of staat met de mate waarin we kunnen voldoen

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE RISICO COMMISSIE VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN VAN DE VOLKSBANK N.V. 30 maart 2019

REGLEMENT VOOR DE RISICO COMMISSIE VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN VAN DE VOLKSBANK N.V. 30 maart 2019 REGLEMENT VOOR DE RISICO COMMISSIE VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN VAN DE VOLKSBANK N.V. 30 maart 2019 De Volksbank N.V. (de Volksbank) bestaat uit vier merken (handelsnamen): ASN Bank, BLG Wonen, RegioBank

Nadere informatie

Zondag Ontwikkeling. Profiel. Over Zondag Ontwikkeling. ...gelooft in mogelijkheden, niet in beperkingen

Zondag Ontwikkeling. Profiel. Over Zondag Ontwikkeling. ...gelooft in mogelijkheden, niet in beperkingen Zondag Ontwikkeling...gelooft in mogelijkheden, niet in beperkingen Zondag Ontwikkeling is altijd op zoek naar betere oplossingen op het gebied van wonen en commercieel vastgoed. Ons streven is om snel

Nadere informatie

2. Raad van Commissarissen

2. Raad van Commissarissen (GOOD) GOVERNANCE Good Governance oftewel goed bestuur en toezicht is een belangrijk thema in de verzekeringsbranche. Kort samengevat gaat het bij Good Governance om verantwoord, integer, professioneel

Nadere informatie

Persbericht. N.V. Bever Holding - resultaten verslagjaar 2015

Persbericht. N.V. Bever Holding - resultaten verslagjaar 2015 Persbericht N.V. Bever Holding - resultaten verslagjaar 2015 Resultaat Bever Holding heeft het verslagjaar afgesloten met een positief resultaat na belastingen van ca. EUR 29 duizend (2014: EUR 2,7 miljoen

Nadere informatie

Slimme zet! Vindingrijk in vastgoedopgaven!

Slimme zet! Vindingrijk in vastgoedopgaven! Slimme zet! Vindingrijk in vastgoedopgaven! Postbus 711 3900 AS Veenendaal Kerkewijk 26 3901 EG Veendaal (T) 0318-55 19 60 (F) 0318-55 19 61 (M) info@ingeniousvastgoed.nl (I) www.ingeniousvastgoed.nl Haar

Nadere informatie

Samenvatting beloningsbeleid Datum: Versie: definitief

Samenvatting beloningsbeleid Datum: Versie: definitief STICHTING ACHMEA ALGEMEEN PENSIOENFONDS Samenvatting beloningsbeleid Datum: 28-9-2018 Versie: definitief 1 Inhoudsopgave Inleiding... 4 Uitgangspunten... 5 Leveranciers... 6 Procedures en beheersmaatregelen...

Nadere informatie

Leden van de FORUMVAST Belangenvereniging Aanbieders Vastgoedbeleggingsproducten

Leden van de FORUMVAST Belangenvereniging Aanbieders Vastgoedbeleggingsproducten Minimumeisen Gedragscode FORUMVAST 2013 Doel Leden van de FORUMVAST Belangenvereniging Aanbieders Vastgoedbeleggingsproducten (hierna:forumvast) zijn aanbieders van vastgoedbeleggingsproducten die zich

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG. Onderlinge Levensverzekering-Maatschappij s-gravenhage U.A.

VERKORT JAARVERSLAG. Onderlinge Levensverzekering-Maatschappij s-gravenhage U.A. VERKORT JAARVERSLAG 212 Onderlinge Levensverzekering-Maatschappij s-gravenhage U.A. PROFIEL De Onderlinge Levensverzekering-Maatschappij s-gravenhage U.A. stelt zich op grond van haar Reglement ten doel

Nadere informatie

Duurzaam Bankieren in 2015: hoogtepunten en vooruitblik. Waarde creëren voor onze stakeholders

Duurzaam Bankieren in 2015: hoogtepunten en vooruitblik. Waarde creëren voor onze stakeholders Duurzaam Bankieren in 2015: hoogtepunten en vooruitblik Waarde creëren voor onze stakeholders Duurzaam bankieren bij ABN AMRO ABN AMRO levert een scala aan producten en diensten aan particuliere, private

Nadere informatie

I M T E C H N. V. B U S I N E S S P R I N C I P L E S

I M T E C H N. V. B U S I N E S S P R I N C I P L E S I M T E C H N. V. B U S I N E S S P R I N C I P L E S Algemeen Het beleid van Imtech N.V. is gericht op de continuïteit van de onderneming als een winstgevende organisatie, die met haar bedrijven en medewerkers

Nadere informatie

Triodos Bank Private Banking

Triodos Bank Private Banking Triodos Bank Private Banking Triodos Bank Private Banking biedt een breed pakket van financiële en niet-financiële diensten aan voor vermogende particulieren, stichtingen, verenigingen en religieuze instellingen.

Nadere informatie

governance principes Inleiding

governance principes Inleiding governance principes Inleiding De Governance principes zijn opgesteld door het Verbond van Verzekeraars. Zij geven richtlijnen voor de samenstelling, de onderlinge verhoudingen en het functioneren van

Nadere informatie

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen RAPPORT Prins Willem-Alexanderlaan 651 Postbus 700 7300 HC Apeldoorn Telefoon (055) 579 39 48 www.achmea.nl Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen Rapportage Intern toezicht in het kader van

Nadere informatie

Reglement Bestuur HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN

Reglement Bestuur HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN Reglement Bestuur HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN Artikel 1 - begrippen Bestuur : bestuur van de RPO zoals bedoeld in artikel 2.60b van de Mediawet; Bestuurder : lid en tevens voorzitter van het Bestuur; Raad van

Nadere informatie

Voor een houdbaar en betaalbaar inkomen voor later

Voor een houdbaar en betaalbaar inkomen voor later Vermogensbeheer Voor een houdbaar en betaalbaar inkomen voor later Een houdbaar en betaalbaar inkomen voor later. Dat is de belofte van uw pensioenfonds aan uw deelnemers. Verder gaan is nu zorgen voor

Nadere informatie

Duurzame belastingbetaler

Duurzame belastingbetaler Duurzame belastingbetaler 1 a.s.r. Duurzame belastingbetaler In lijn met haar missie en MVO-beleid wil a.s.r. een duurzame belastingbetaler zijn a.s.r. wil in de maatschappij de volgende rollen vervullen:

Nadere informatie

GOVERNANCE PRINCIPES

GOVERNANCE PRINCIPES GOVERNANCE PRINCIPES 2014 Pagina: 1 van 27 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 1 NALEVING CODE VERZEKERAARS... 3 2 RAAD VAN COMMISSARISSEN... 4 2.1 SAMENSTELLING EN DESKUNDIGHEID... 4 2.2 TAAK EN WERKWIJZE...

Nadere informatie

Persbericht. Jaarcijfers 2012 Triodos Investment Management. Triodos Beleggingsfondsen groeien met 7% in 2012

Persbericht. Jaarcijfers 2012 Triodos Investment Management. Triodos Beleggingsfondsen groeien met 7% in 2012 Persbericht Jaarcijfers 2012 Triodos Investment Management Triodos Beleggingsfondsen groeien met 7% in 2012 Zeist, 28 februari 2013 Het totaal aan vermogen van de door Triodos Investment Management beheerde

Nadere informatie

MPC PRIVATE EQUITYFONDS

MPC PRIVATE EQUITYFONDS MPC PRIVATE EQUITYFONDS GLOBAL 8 CV GRONINGEN Financieel verslag 2011 MPC Private Equityfond Global 8 CV Groningen JAARVERSLAG Hierbij bieden wij u het jaarverslag 2011 aan van MPC Private Equityfonds

Nadere informatie

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen RAPPORT Prins Willem-Alexanderlaan 651 Postbus 700 7300 HC Apeldoorn www.achmea.nl Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen Rapportage Intern toezicht in het kader van Pension Fund Governance

Nadere informatie

Activiteiten Resco Partners

Activiteiten Resco Partners Activiteiten Resco Partners 2011 Wie zijn wij: Resco Partners is een onafhankelijk team van vastgoeddeskundigen met jarenlange ervaring en een veelzijdige kennis van zaken. Resco Partners adviseert over

Nadere informatie

De remuneratie disclosure is conform artikel 25 van de RBB.

De remuneratie disclosure is conform artikel 25 van de RBB. Remuneratie disclosure 2013 De remuneratie disclosure betreft de remuneratie van de leden van de Raad van Bestuur, de leden van de Raad van Commissarissen en de groep functionarissen die in het nieuwe

Nadere informatie

Delta Lloyd Groep. Duurzaam ondernemen bij Delta Lloyd Groep. Nyenrode Business Universiteit, 28 mei 2010

Delta Lloyd Groep. Duurzaam ondernemen bij Delta Lloyd Groep. Nyenrode Business Universiteit, 28 mei 2010 Delta Lloyd Groep Duurzaam ondernemen bij Delta Lloyd Groep Nyenrode Business Universiteit, 28 mei 2010 Aanwezige leden van de Raad van Bestuur Niek Hoek CEO Emiel Roozen CFO Voorzitter van de Raad van

Nadere informatie

Compliance met CDR IV artikel 88 t/m 95

Compliance met CDR IV artikel 88 t/m 95 Compliance met CDR IV artikel 88 t/m 95 Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 070 3750 750 www.bngbank.nl BNG Bank is een handelsnaam van N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, statutair gevestigd te Den Haag,

Nadere informatie

GOVERNANCE PRINCIPES

GOVERNANCE PRINCIPES GOVERNANCE PRINCIPES 2013 Pagina: 1 van 27 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 1 NALEVING GOVERNANCE PRINCIPLES... 3 2 RAAD VAN COMMISSARISSEN... 4 2.1 SAMENSTELLING EN DESKUNDIGHEID... 4 2.2 TAAK EN WERKWIJZE...

Nadere informatie

Reglement HR commissie van de raad van commissarissen

Reglement HR commissie van de raad van commissarissen Reglement HR commissie van de raad van commissarissen Vaststelling en wijziging reglement. Artikel 1. 1.1. Dit reglement is vastgesteld door de raad van commissarissen met ingang van 1 januari 2016. 1.2.

Nadere informatie

CODE VERZEKERAARS 2012 1

CODE VERZEKERAARS 2012 1 CODE VERZEKERAARS 2012 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 3 2. Raad van Commissarissen... 4 2.1 Samenstelling en deskundigheid... 4 2.2 Taak en werkwijze... 6 3. Raad van Bestuur... 7 3.1 Samenstelling en

Nadere informatie

Resultaten Vivenda Media Groep 2011 Aangescherpte focus legt fundament voor toekomstige groei

Resultaten Vivenda Media Groep 2011 Aangescherpte focus legt fundament voor toekomstige groei Persbericht Hilversum, 19 maart 2012 Resultaten Vivenda Media Groep 2011 Aangescherpte focus legt fundament voor toekomstige groei Vivenda Media Groep NV (VMG) publiceert vandaag haar kerncijfers 2011.

Nadere informatie

Bericht van de Raad van Commissarissen

Bericht van de Raad van Commissarissen Bericht van de Raad van Commissarissen Verslag toezichtstaken Raad van Commissarissen In het kader van zijn toezichtstaken heeft de Raad van Commissarissen aandacht besteed aan de realisatie van de ondernemingsdoelstellingen,

Nadere informatie

Privacy STATEMENT. Privacy STATEMENT

Privacy STATEMENT. Privacy STATEMENT Privacy Privacy PRIVACY Vista Hypotheken verder Vista, verwerkt als onderdeel van de Rabobank Groep -persoonsgegevens. Wij willen je hierover graag duidelijk en transparant informeren. In dit privacy statement

Nadere informatie

Corporate Governance verantwoording

Corporate Governance verantwoording Corporate Governance verantwoording Algemeen De Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur van Verenigde Nederlandse Compagnie (VNC) respecteren de principes en best practice bepalingen van de Corporate

Nadere informatie

PERSBERICHT. Van Lanschot trading update: eerste kwartaal 2016

PERSBERICHT. Van Lanschot trading update: eerste kwartaal 2016 PERSBERICHT Van Lanschot trading update: eerste kwartaal 2016 Nettowinst bedraagt 14,0 miljoen (Q1 2015: 28,9 miljoen) Inkomsten lager dan Q1 2015 vanwege ongunstige marktomstandigheden en lager resultaat

Nadere informatie

Samenvatting beloningsbeleid

Samenvatting beloningsbeleid Samenvatting beloningsbeleid 1. Inleiding In de wet van 25 april 2014 op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen werden de regels vastgelegd met betrekking tot het beloningsbeleid van financiële

Nadere informatie

Beloningsbeleid 4 januari 2012

Beloningsbeleid 4 januari 2012 Beloningsbeleid 4 januari 2012 Inhoudsopgave Inleiding 3 Doel beloningsbeleid 4 Uitgangspunten beloningsbeleid 4 Inschaling en beschrijving beloning 4 Beloningsmodel onderneming 5 Risicobeheersing 5 Beoordeling

Nadere informatie

RFM Regulated Fund Management BV Registratiedocument (als bedoeld in artikel 4:48 lid 1 Wet op het financieel toezicht)

RFM Regulated Fund Management BV Registratiedocument (als bedoeld in artikel 4:48 lid 1 Wet op het financieel toezicht) RFM Regulated Fund Management BV Registratiedocument (als bedoeld in artikel 4:48 lid 1 Wet op het financieel toezicht) I Gegevens betreffende de werkzaamheden van de beheerder RFM Regulated Fund Management

Nadere informatie

Investeren in ruimtelijke kwaliteit. Fondsenbeheer Nederland. Investeren in ruimtelijke kwaliteit

Investeren in ruimtelijke kwaliteit. Fondsenbeheer Nederland. Investeren in ruimtelijke kwaliteit Investeren in ruimtelijke kwaliteit Fondsenbeheer Nederland Westerdorpsstraat 68 Postbus 15 3870 DA Hoevelaken T: (033) 253 94 28 E: info@fondsenbeheer.nl www.fondsenbeheer.nl Investeren in ruimtelijke

Nadere informatie

Reglement remuneratiecommissie

Reglement remuneratiecommissie Reglement remuneratiecommissie Reglement remuneratiecommissie Dit reglement is vastgesteld op grond van artikel 7 van het reglement van de raad van commissarissen van BinckBank N.V. en met inachtneming

Nadere informatie

Aantal werknemers * Het resultaat na belasting en het eigen vermogen zijn gedeeld door aandelen.

Aantal werknemers * Het resultaat na belasting en het eigen vermogen zijn gedeeld door aandelen. Persbericht N.V. Bever Holding heeft over het eerste halfjaar 2015 een negatief resultaat voor belastingen behaald van 1.412.000 als gevolg van een negatieve exploitatie uit vastgoed van 188.000, netto

Nadere informatie

Compliance- verklaring

Compliance- verklaring Compliance- verklaring 23 januari 2013 1 van 6 Inleiding Spaarnelanden en de Code Goed Bestuur Publieke Dienstverleners Spaarnelanden wenst haar governance in lijn te brengen met de laatste inzichten op

Nadere informatie

Directiereglement Voorgesteld door de directie op: 14 juni 2011 Vastgesteld door de raad van toezicht op: 14 juni 2011

Directiereglement Voorgesteld door de directie op: 14 juni 2011 Vastgesteld door de raad van toezicht op: 14 juni 2011 Directiereglement Voorgesteld door de directie op: 14 juni 2011 Vastgesteld door de raad van toezicht op: 14 juni 2011 HOOFDSTUK I. ALGEMEEN Artikel 1. Begrippen en terminologie Dit Reglement is opgesteld

Nadere informatie

REGLEMENT AUDIT, RISK & COMPLIANCE COMMISSIE PGGM N.V. 26 november 2013

REGLEMENT AUDIT, RISK & COMPLIANCE COMMISSIE PGGM N.V. 26 november 2013 REGLEMENT AUDIT, RISK & COMPLIANCE COMMISSIE PGGM N.V. 26 november 2013 Inhoudsopgave 1. Algemeen... 3 2. Taken en bevoegdheden... 3 3. Samenstelling... 6 4. De voorzitter... 7 5. De secretaris... 7 6.

Nadere informatie

Naleving Governance Principes. door

Naleving Governance Principes. door Naleving Governance Principes door Conservatrix Levensverzekeringen N.V. Nuvema Natura-Uitvaartverzekeringen N.V. Hooghenraed Levensverzekeringen N.V. ressorterend onder Conservatrix Groep B.V. Mei 2014

Nadere informatie

Uitbestedingsbeleid 2015

Uitbestedingsbeleid 2015 Uitbestedingsbeleid 2015 versie 16 juni 2015 1 1. Inleiding Stichting Bedrijfstakpensioenfonds TrueBlue (verder: TrueBlue) heeft uit strategische overwegingen delen van haar bedrijfsprocessen en activiteiten

Nadere informatie

REGLEMENT AUDITCOMMISSIE RAAD VAN COMMISSARISSEN KWH Water B.V.

REGLEMENT AUDITCOMMISSIE RAAD VAN COMMISSARISSEN KWH Water B.V. REGLEMENT AUDITCOMMISSIE RAAD VAN COMMISSARISSEN KWH Water B.V. Vastgesteld door de Raad van Commissarissen op 11 december 2014 INLEIDING Dit reglement is opgesteld ingevolge artikel 12 lid 5 en 12 van

Nadere informatie

Governance Principes MediRisk

Governance Principes MediRisk Governance Principes MediRisk MediRisk acht transparantie en naleving van de Governance Principes die zijn opgesteld door het Verbond van Verzekeraars van groot belang. De Governance Principes, hierna

Nadere informatie

Code Verzekeraars Woningborg N.V.

Code Verzekeraars Woningborg N.V. Code Verzekeraars Woningborg N.V. versie 2014 Inhoud Blz. 1. Naleving Code 1 1.1 Toepassing Code 1 1.2 Verantwoording Code 1 2. Raad van Commissarissen 1 2.1 Samenstelling en deskundigheid 1 2.2 Taak en

Nadere informatie

NB: De agendapunten 4, 6, 8a, 8b, 9, 11, 12, 13, 14 en 15 zullen ter stemming worden gebracht.

NB: De agendapunten 4, 6, 8a, 8b, 9, 11, 12, 13, 14 en 15 zullen ter stemming worden gebracht. Beter Bed Holding N.V. Agenda Algemene Vergadering van Aandeelhouders op donderdag, 28 april 2011 om 12.30 uur bij IBN Vergadercentrum, Hockeyweg 5, 5405 NC Uden 1. Opening. 2. Bespreking jaarverslag 2010.

Nadere informatie

Kerngegevens 30-jun dec jun-17. Bedrijfsresultaat (x 1.000) Netto resultaat (x 1.000)

Kerngegevens 30-jun dec jun-17. Bedrijfsresultaat (x 1.000) Netto resultaat (x 1.000) Persbericht N.V. Bever Holding heeft over het eerste halfjaar 2018 een positief resultaat voor belastingen behaald van 1.067.415 hetgeen toe te rekenen is aan een verkoopresultaat vastgoed 2.423.871, een

Nadere informatie