5 Stedelijk natuurelement Osbroek-Gerstjens

Transcriptie

1 5 Stedelijk natuurelement Osbroek-Gerstjens 39

2 A Relatie met het afbakeningsproces In de hypothese van gewenste ruimtelijke structuur van het regionaalstedelijk gebied Aalst wordt Osbroek-Gerstjens aangeduid als randstedelijk groengebied/stedelijk natuurelement. Het actieprogramma voorziet in een herbestemming van die delen van het gebied die een bedreiging vormen voor de gewenste ontwikkeling van het gebied. De doelstellingen om het gebied in een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van het regionaalstedelijk gebied Aalst op te nemen zijn de volgende: ontwikkelen van één groot samenhangend natuur- en recreatiegebied verhinderen dat vreemde functies zoals wonen en industrie de inrichting en ontwikkeling van dit gebied onmogelijk maken vastleggen van een zeer beperkt aantal inrichtingsaspecten voor dit gebied B Bestaande feitelijke en juridische toestand Kaart 5.1 Bestaande feitelijke toestand: percelering Kaart 5.2 Bestaande feitelijke toestand: topografische kaart Kaart 5.3 Bestaande feitelijke toestand: luchtfoto met aanduidingen Kaart 5.4 Bestaande juridische toestand: gewestplan Kaart 5.5 Bestaande juridische toestand: verkavelingen en contouren BPA's Kaart 5.6 Bestaande juridische toestand: andere plannen Type In het gebied Grensstellend de woonuitbreidingsgebieden. Deze worden afgebakend als een logisch geheel en maximaal rekening houdend met de bestaande tuinen (de herbestemde gebieden zijn kleiner dan de bestemming woonuitbreidingsgebied) Deel van woonuitbreidingsgebied Molenkouterstraat - Kerkhofbaan Deel van woonuitbreidingsgebied A. Van Maelestraat Molenkouterstraat Woonuitbreidingsgebied Gerstenbaan - Overhammekouter Woonuitbreidingsgebied Gerstenbaan - Overhammedreef Delen van het bedrijventerrein, de Dender en rechteroever van de Dender. Enkel de delen van het bedrijventerrein die op termijn kunnen worden ingeschakeld in het functioneren van Osbroek- Gerstjens worden opgenomen. Met name de leegstaande gebouwen ter hoogte van Schotte en de bedrijfsgebouwen van bonnetterie Bosteels ten noorden hiervan. De structuurbepalende elementen voor het gebied zijn: de rivierdoorgang van de Dender door het verstedelijkt gebied Aalst-Erembodegem; een strook van (verlaten) bedrijfsgebouwen langs de Dender; de (in oorsprong) aan het waternetwerk van de Dender gekoppelde natuurgebieden Osbroek (met daarin het stadspark) en Gerstjens, ingesloten tussen de gemengd stedelijke woonomgevingen Aalst en Erembodegem. Het fietspad langs de rechter Denderoever De doorsnijding van het gebied door hoofdinfrastructuren (hoogspanningsleidingen, spoorweg, aardgasleiding Haaltert- Aalst) De Roomshofstraat en de Kappelekensbaan als lokale verbindingswegen tussen Erembodegem en Aalst Gewestplan Aalst-Ninove-Geraardsbergen- Zottegem KB 30/05/1978 Wijziging BVR 02/02/1999: aardgasleiding Haaltert-Aalst Aalst-Ninove-Geraardsbergen- Zottegem KB 30/05/1978 Wijziging BVR 02/02/1999: aardgasleiding Haaltert-Aalst BPA Stadspark nr 11 MB 11/04/1989 Geen Beschermd monument Geen Geen Beschermd landschap Geen Stadspark KB 09/03/1977 Het Osbroek KB 30/11/1977 Beschermde dorpsgezicht Geen Geen Vogelrichtlijngebied Geen Geen Habitatrichtlijngebied Geen BE BVR 04/05/2001 VEN (ontwerp) Geen GEN 220 De Vallei van de Dender en de Mark BVR 19/07/2002 Verkavelingsvergunning Geen Geen De bestemming van het gebied aansluitend bij het habitatrichtlijngebied is industriegebied voor milieubelastende industrie. Het plan is erop gericht dit industriegebied te herbestemmen naar een functie die meer aansluit bij de natuurwaarden in de omgeving. Het plan kan begrepen worden als nodig voor het beheer van het gebied zoals bedoeld in de richtlijn 92/43/EEG art. 6 3 de lid. D Visie en ruimtelijke concept Osbroek-Gerstjens als groene long aan de Dender tussen de twee stedelijke woonomgevingen Aalst en Erembodegem Er wordt één groot aaneengesloten en samenhangend gemengd randstedelijk groengebied/stedelijk natuurelement gerealiseerd aan de Dender. Het bestaande openruimtegebied wordt maximaal gevrijwaard en versterkt. Aalst Osbroek-Gerstjens Erembodegem C Bestaande ruimtelijke structuur en begrenzing van het gebied Binnen dit RUP wordt geopteerd om niet het volledige gebied Osbroek-Gerstjens te herbestemmen. Op korte termijn vormen immers heel wat huidige bestemmingen van het gewestplan (parkgebied, natuurgebied, recreatiegebied, reservaatgebied) geen bedreiging voor de ontwikkeling van dit gebied. Bovendien is een belangrijk deel van de omliggende gebieden opgenomen in het ontwerp VEN (BVR 19/07/2002). In de volgende deelgebieden vormt de huidige bestemming een bedreiging en dringt een herbestemming zich op: 40

3 Fiets- en voetgangersverbindingen doorheen het gebied. Doorheen het gebied kunnen fietsverbindingen worden aangelegd die een kwalitatieve fietsroute realiseren van het stadscentrum naar de kern Erembodegem (langs de Dender of via andere tracés) en tussen Osbroek en Gerstjens (over de Dender) met een verbinding naar het Kluisbos. centrum Aalst ] [ Gerstjens Kluisbos Aalst en Erembodegem blijven goed met elkaar verbonden voor diverse vervoersmiddelen. Het afsluiten van de lokale verbindingsweg mag geen overlast opleveren voor bovenlokale wegen en de woonomgeving. Aalst Osbroek Erembodegem Bedrijfsruimten omvormen tot groen en recreatief scharnierpunt aan de Dender tussen Osbroek en Gerstjens. Het gebied moet een ecologische en toeristischrecreatieve verbinding tussen Osbroek en Gerstjens over de Dender realiseren. De leegstaande en vervallen fabriekspanden worden omgevormd tot een groen dagrecreatiegebied. Natuurwaarden en recreatie komen verweven voor. Osbroek ] [ centrum Erembodegem Gerstjens Behouden van de hoofdinfrastructuur die het gebied doorsnijdt: de hoofdspoorlijn, de hoogspanningsleidingen en de buisleidingen. 150kV 70kV De oever van de Dender als overstapplaats tussen recreatie op het water en recreatie te land. Behouden van reservatie voor een ringweg omwille van het noodzakelijke verder onderzoek voor de optie Zeebergbrug 41

4 E Acties ter realisatie Voor de verdere ordening van delen van het Osbroek-Gerstjens wordt verwezen naar een inrichtingsstudie, die de mogelijke ontwikkeling per deelgebied aangeeft. Deze inrichtingsstudie wordt ingediend samen met de aanvraag van stedenbouwkundige of verkavelingsvergunning. Over de aanvraag wordt een openbaar onderzoek georganiseerd. In het kader van het overleg over een (natuur)inrichtingsplan en afhankelijk van de ingrepen die voorzien worden kan besloten worden een gedetailleerd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor Osbroek-Gerstjens op te maken. Ter uitvoering op termijn wordt op heden voorzien in een recht van voorkoop op het gehele gebied. 42

5 F Vertaling naar verordenende stedenbouwkundige voorschriften inhoudelijke elementen Inhoudelijke elementen Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen Verordenende stedenbouwkundige voorschriften Op te heffen voorschriften Stedelijk natuurelement Osbroek-Gerstjens Het gebied moet bestemd worden voor behoud, bescherming, de ontwikkeling en het herstel van natuurwaarden. Het gebied moet bouwvrij blijven, vreemde functies worden maximaal geweerd Mogelijkheden creëren voor fiets- en voetgangersverbindingen en natuureducatieve voorzieningen Rekening houden met de aanwezige te behouden infrastructuur (zoals voorzieningen van Aquafin). Aandacht voor archeologische implicatie van de ontwikkeling van het gebied Artikel 5.1 Natuurgebied Osbroek-Gerstjens Het gebied is bestemd voor de instandhouding, de bescherming, de ontwikkeling en het herstel van natuur- en landschapswaarden in een stedelijke omgeving. Het gebied heeft als hoofdfunctie natuur. Landbouw, landschapsontwikkeling, natuureducatie, recreatief medegebruik en waterbeheersing zijn ondergeschikte functies. Werken, handelingen, voorzieningen en inrichtingen - zoals bedoeld in artikel 99 1 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening - die nodig zijn voor de instandhouding, de bescherming, het herstel en de ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden zijn toegelaten. Daarnaast zijn toegelaten: - het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur gericht op het al dan niet toegankelijk maken van het natuurgebied voor het publiek; - het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur gericht op natuureducatie of recreatief medegebruik; - de aanleg, het inrichten of uitrusten van wegen of paden voor recreatief medegebruik. Verharde wegen moeten aangelegd worden in een waterdoorlatende verharding. - Werken, handelingen, voorzieningen en inrichtingen die nodig zijn voor het beheersen van overstromingen of het voorkomen van wateroverlast buiten natuurlijke overstromingsgebieden voor zover zij conform de technieken van natuurtechnische milieubouw worden uitgevoerd en passen binnen een integraal waterbeleid; - Het herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande openbare wegenis en nutsleidingen. Alle andere stedenbouwkundige handelingen zijn niet toegelaten, ongeacht of er een stedenbouwkundige vergunning vereist is. Voorkooprecht Op het gehele gebied is een recht van voorkoop als bedoeld in het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening van toepassing. In uitvoering van artikel 63 van dat decreet wordt de rangorde voor de toepassing van het voorkooprecht vastgesteld als volgt: 1. het Vlaams Gewest 2. de provincie Oost-Vlaanderen 3. de gemeente Aalst. Volledige woonuitbreidingsgebieden zoals begrensd op het gewestplan tenzij in de gebieden Molenkouter en Kerkhofbaan waar de zuidelijke grens aangeduid is op plan. Artikel 5.2 Grote Eenheid Natuur Dit gebied maakt deel uit van een Grote Eenheid Natuur en is een onderdeel van het Vlaams Ecologisch Netwerk. Alle werken en handelingen gericht op de duurzame instandhouding van de ecotopen en de verdere ontwikkeling van de biologische waarde in functie van het realiseren van een ruimtelijk-ecologisch samenhangend netwerk zijn toegelaten. Randstedelijk groengebied met dagrecreatieve infrastructuur De bestaande barrièrewerking tussen Osbroek en Gerstjens moet opgeheven worden. De bestaande industriegebieden worden omgevormd tot randstedelijk groengebied met dagrecreatieve infrastructuur en verblijfsaccommodatie voor groepen geïntegreerd in de natuureducatieve infrastructuur. Voorbeelden van kleinschalige verblijfsaccommodatie voor groepen geïntegreerd in de natuureducatieve infrastructuur zijn: een kampeerweide met gemeenschappelijke voorzieningen aansluitend op en slaapzalen in een Artikel 5.3 Randstedelijk groengebied Osbroek-Gerstjens met dagrecreatieve en natuureducatieve infrastructuur Het randstedelijk groengebied met dagrecreatieve en natuureducatieve infrastructuur is bestemd voor de aanleg van dagrecreatieve en natuureducatieve infrastructuur op het schaalniveau van het stedelijk gebied in een nog in te richten groene omgeving. Kleinschalige verblijfsaccommodatie voor groepen is mogelijk en wordt Industriegebied begrensd zoals op het gewestplan tenzij in het zuiden waar de grens aangeduid is op plan Reservatiegebied, aan te leggen waterweg 43

6 Inhoudelijke elementen Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen Verordenende stedenbouwkundige voorschriften Op te heffen voorschriften deel van het complex met natuureducatieve voorzieningen (samen beheerd). Recreatie en natuurwaarden moeten op een oordeelkundige manier met elkaar verweven worden. Tussen Osbroek en Gerstjens kan een fiets- en wandelverbinding gerealiseerd worden. De oever van de Dender kan worden ingericht als aanlegplaats. Een samenhangende ontwikkeling garanderen in elk van de gebieden door middel van de inrichtingsstudie. Aandacht voor archeologische implicatie van de ontwikkeling van het gebied. Een samenhangende ontwikkeling garanderen door middel van de inrichtingsstudie. Deze bevat informatie over de globale ordening van het gebied, meer bepaald het samengaan van de verschillende functies in het gebied, de terreinbezetting, vloeroppervlakte, hoogte, aard en inplanting van de gebouwen, groenvoorzieningen, wandel- en fietspaden en de verkeersorganisatie in relatie met de omringende gebieden. De inrichtingsstudie is een informatief document behorend bij het dossier van iedere vergunningsaanvraag. Indien de aanvrager een bestaande inrichtingsstudie wenst te gebruiken volstaat een verwijzing hiernaar. Indien een aangepaste inrichtingsstudie wordt opgemaakt wordt uiteraard rekening gehouden met de reeds gerealiseerde elementen binnen elk van de deelgebieden. Voorafgaand overleg tussen ontwikkelaar en vergunningverlenende overheid is aangewezen om overbevraging van de burger in verschillende openbare onderzoeken te vermijden. geïntegreerd in de natuureducatieve infrastructuur. Buitendeurse hoogdynamische en/of luidruchtige dagrecreatieve activiteiten zijn verboden. Binnendeurse hoogdynamische en/of luidruchtige dagrecreatieve activiteiten moeten zodanig georganiseerd worden zodat zij geen betekenisvolle geluidshinder of andere betekenisvolle hinder veroorzaken voor de omliggende gebieden Het gebied wordt opgesplitst in drie deelgebieden: het gebied ten oosten van de spoorweg, het gebied van de voormalige bonnetterie Bosteels, het gebied Schotte. Onverminderd de bestemmings- en inrichtingsbepalingen in moeten aanvragen voor stedenbouwkundige vergunningen en verkavelingsvergunningen vergezeld zijn van een samenhangende inrichtingsstudie die een voorstel bevat voor verdere ordening van het deelgebied. In de inrichtingsstudie moet aangegeven zijn hoe tussen Erembodegem en Aalst op de linkeroever van de Dender kan voorzien worden in een ecologische groenverbinding en fiets- en wandelverbinding tussen Osbroek en Gerstjens en hoe tussen Erembodegem en Aalst in het gebied op de linkeroever van de Dender kan voorzien worden in een fiets- en wandelverbinding die een aansluiting geeft op de omliggende gebieden. De inrichtingsstudie maakt deel uit van het dossier betreffende de aanvraag van stedenbouwkundige vergunning of verkavelingsvergunning en wordt aldusdanig meegestuurd aan de adviesverlenende instanties overeenkomstig de toepasselijke procedure voor de behandeling van deze aanvragen. De inrichtingsstudie is een informatief document voor de vergunningverlenende overheid met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag in het licht van de goede ruimtelijke ordening en de stedenbouwkundige voorschriften van Bij elke nieuwe vergunningsaanvraag kan het dossier hetzij een bestaande inrichtingsstudie bevatten, hetzij een aangepaste of nieuwe inrichtingsstudie. Daarbij moet alleszins rekening worden gehouden met de reeds gerealiseerde elementen binnen het gebied. In afwijking van de reglementering betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen is er steeds een openbaar onderzoek vereist voor de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning in elk van de deelgebieden. Het openbaar onderzoek wordt op dezelfde manier georganiseerd als het openbaar onderzoek over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen, zoals beschreven in de wetgeving over ruimtelijke ordening. Daarenboven worden alle eigenaars van percelen gelegen in het betreffende deelgebied en de eigenaars van de percelen palend aan het deelgebied in kennis gesteld van het openbaar onderzoek. Bij aanvraag, bekendmaking van de aanvraag en bekendmaking van het openbaar onderzoek wordt de inhoud van opgenomen. Ten laatste bij de start van het openbaar onderzoek wordt het vergunningsdossier met inbegrip van de inrichtingsstudie voor advies opgestuurd naar de in het gebied bevoegde planologische en stedenbouwkundige ambtenaren van het Vlaams gewest. 44

7 Inhoudelijke elementen Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen Verordenende stedenbouwkundige voorschriften Op te heffen voorschriften Voorkooprecht Op het gehele gebied is een recht van voorkoop als bedoeld in het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening van toepassing. In uitvoering van artikel 63 van dat decreet wordt de rangorde voor de toepassing van het voorkooprecht vastgesteld als volgt: 1. het Vlaams gewest, 2. de gemeente Aalst, 3. de provincie Oost-Vlaanderen. Zone voor spoorweg Het kadastraal perceel waarbinnen de spoorlijn Denderleeuw-Aalst gelegen is kan gebruikt worden te behoeve van het hoofdspoorwegennet. Artikel 5.4 Zone voor hoofdspoorweg Spoorwegen, bestaande lijnen Bestaande hoogspanningsleidingen Behouden van de hoofdinfrastructuur die het gebied doorsnijdt: de hoogspanningsleidingen. De erfdienstbaarheden van Elia die omwille van deze hoogspanningsleidingen op het gebied gelden blijven uiteraard onverminderd van kracht. Artikel 5.5 Bestaande hoogspanningsleidingen Bestaande hoogspanningsleidingen Bestaande buisleiding Behouden van de hoofdinfrastructuur die het gebied doorsnijdt: de buisleiding Artikel 5.6 Bestaande buisleiding Aan te leggen afzonderlijke leiding Reservatiegebied aan te leggen hoofdverkeersweg De reservatie voor de voltooiing van de ring om Aalst blijft behouden omwille van het noodzakelijke verder onderzoek voor de optie Zeebergbrug Artikel 5.7 Reservatiegebied aan te leggen hoofdverkeersweg Reservatiegebied, aan te leggen hoofdverkeersweg 45