Aan de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uit de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aan de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uit de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG"

Transcriptie

1 Aan de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uit de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG Den Haag : 8 maart 2006 Ons kenmerk : S.A /K Uw Kenmerk : - Betreft : Reactie op ontwerp-pensioenwet (TK 30413) Geachte dames en heren, Naar aanleiding van uw uitnodiging om te reageren op het wetsvoorstel Pensioenwet, wil de Stichting van de Arbeid door middel van deze brief uw dringende aandacht vragen voor een aantal aspecten van dit wetsvoorstel die naar haar oordeel wijziging behoeven. De Stichting van de Arbeid wil echter allereerst haar waardering uitspreken voor het ontwerp zoals dat nu voorligt. Het wetsvoorstel voorziet niet alleen in een technische herziening van de huidige Pensioen- en Spaarfondsenwet, maar biedt ook de modernisering die na zo vele jaren zeker nodig is. De waardering van de Stichting geldt ook de voorbereiding van de wet, de wijze waarop het pensioenveld bij het tot stand komen van de teksten is betrokken en de wijze waarop is omgegaan met de adviezen van de Stichting van de Arbeid en de Sociaal- Economische Raad. Los van de waardering heeft de Stichting van de Arbeid bij een aantal artikelen van het wetsvoorstel opmerkingen en doet zij suggesties die, naar haar mening, de wet evenwichtiger, completer en beter uitvoerbaar maken. In haar reactie volgt de Stichting van de Arbeid daarbij de opbouw van de wet. Daaraan voorafgaand wil de Stichting van de Arbeid uw aandacht vragen voor twee punten van meer algemene aard. Invoeringswet De Stichting van de Arbeid vraagt uw bijzondere aandacht voor de invoeringswet. Deze wet is nog niet bij de Tweede Kamer ingediend. De Stichting van de Arbeid stelt zich

2 2 op het standpunt dat de nieuwe Pensioenwet zo mogelijk vanaf 1 januari 2007 wordt ingevoerd. Daarvoor is het echter nodig dat betrokkenen tijdig op de hoogte zijn van de definitieve tekst van de Pensioenwet, van de Invoeringswet en van de teksten van de AMvB s die bij deze wet horen en die pas in de loop van de parlementaire behandeling beschikbaar zullen komen. De Stichting zou het betreuren als de zorgvuldigheid die bij de voorbereiding is betracht teloor zou gaan. In verband daarmee bepleit de Stichting van de Arbeid dat er over het tijdstip van inwerkingtreding en overgangsrecht zorgvuldig overleg plaatsvindt met de sociale partners in de Stichting van de Arbeid alsmede met de organisaties van betrokken pensioenuitvoerders. Zonodig moet een gefaseerde invoering niet worden uitgesloten. Algemene Maatregelen van Bestuur In dit voorstel van wet wordt op een groot aantal plaatsen aangegeven dat krachtens algemene maatregel van bestuur regels (zullen) worden gesteld. Daarmee zal de reikwijdte van de wet en de preciesheid van de bepalingen in belangrijke mate bepaald worden door de inhoud van de AMvB s. De uiteindelijke strekking van de wet kan naar het oordeel van de Stichting van de Arbeid dan ook alleen beoordeeld worden door dit voorstel samen en tegelijk met de aangekondigde AMvB s te bezien. Daarbij meent de Stichting van de Arbeid dat de zorgvuldige voorbereidingsprocedure die is gevolgd voor de wetteksten voortgezet moet worden als het gaat om de teksten van deze AMvB s en overige delegatiebepalingen. Betrokkenen kunnen dan aangeven wat zij wenselijk vinden, maar vooral ook kunnen zij vanuit hun expertise aangeven wat de praktische mogelijkheden en beperkingen zijn van bepaalde formuleringen en specifieke bepalingen. De Stichting van de Arbeid dringt er dan ook bij u op aan te bevorderen, dat zij in de gelegenheid wordt gesteld om opmerkingen te maken over de beleidsmatige aspecten van de AMvB's en zonodig van de andere vormen van nadere regelgeving en dat de koepels van pensioenuitvoerders de gelegenheid krijgen daarover in meer uitvoeringstechnische zin te adviseren. Deze tussenslag zal de uitvoerbaarheid van deze belangrijke wet- en regelgeving zeker ten goede komen. Ten slotte zou de Stichting het op prijs stellen dat, evenals bij de Wet financiële dienstverlening het geval is geweest, ook de Tweede en Eerste Kamer bij de inhoud van de op te stellen AMvB s worden betrokken. Minimumleeftijd, artt. 7:5a en 13 Met de artikelen 7 en 13 wordt een minimumpensioenleeftijd geïntroduceerd in de wetgeving. In artikel 7 wordt aangegeven dat als een werkgever een pensioenovereenkomst aanbiedt, hij werknemers alleen op grond van leeftijd mag uitsluiten als zij jonger zijn dan 21 jaar. Artikel 13 bepaald dat het verwerven van aanspraken op ouderdomspen-

3 3 sioen op basis van een pensioenovereenkomst uiterlijk op de 21-jarige leeftijd (of op de latere datum van indiensttreding) begint. De Stichting is ten principale van oordeel dat de leeftijd waarop begonnen wordt met pensioenopbouw onderdeel uitmaakt van de inhoud van de regeling waarvoor partijen betrokken bij de totstandkoming van die regeling primair verantwoordelijk zijn. Uiteraard is er ook een verantwoordelijkheid van de overheid, in die zin dat de wetgever goede redenen heeft om hoge minimumleeftijdsgrenzen tegen te gaan. De noodzaak om een leeftijdsgrens te stellen is echter, zo meent de Stichting, in ons land niet meer nodig. De Stichting wijst in dit verband op haar aanbevelingen om bestaande toetredingsdrempels (minimumleeftijdsgrenzen en/of wachttijden) en uitsluitingsbepalingen te verlagen of op te heffen. 1 Door partijen op deze wijze toch enige vrijheid te geven, kan rekening gehouden worden met specifieke sector- of bedrijfstakomstandigheden, waarbij in het bijzonder wordt gedacht aan de Horeca, de Detailhandel en de Schoonmaak- en Uitzendsector. Zo zijn in (delen van de) de Horeca veel jongeren werkzaam op tijdelijke en/of deeltijdbasis en kunnen de werkzaamheden beschouwd worden als vakantiewerk of als bijverdienste ter financiering van bijvoorbeeld studie. Het opnemen van deze werknemers met korte en frequent wisselende dienstverbanden in een regeling leidt tot hoge uitvoeringskosten (ten laste van de overige deelnemers) die in geen verhouding staan tot de lage pensioenaanspraken die door betrokkenen verworven worden. De opmerking in de MvT dat de administratieve lasten aanzienlijk beperkt kunnen worden door de verruimde mogelijkheid kleine pensioenen af te kopen (art. 60) lijkt de Stichting van de Arbeid niet geheel terecht, omdat afkoop pas mogelijk is als een en ander geadministreerd is, terwijl ook afkoop de nodige (administratieve) kosten met zich brengt. Tot slot meent de Stichting dat de geïntroduceerde leeftijdsgrens beargumenteerd dient te worden op nationale argumenten passend bij het nationale pensioenstelsel en niet op basis van de zogenoemde concept-portability-richtlijn. Ondanks deze principiële bezwaren is de Stichting van de Arbeid bereid de voorgestelde leeftijd van 21 jaar te accepteren, waarbij de Stichting overweegt, dat het kabinet deze leeftijd aanvankelijk op 18 jaar wilde stellen en gelet op het meer algemene en ook door de Stichting onderschreven belang van het verder terugdringen en verkleinen van de zo genoemde witte vlekken. 1 Stichting van de Arbeid; Moderne en betaalbare pensioenen voor alle werknemers; 17 mei 2001, publicatienummer 5/01. De cijfers die in de MvT worden gegeven (p. 29) laten zien dat voor bijna 60 procent van de deelnemers geen leeftijdsgrens of een minimumleeftijd lager dan 21jaar geldt.

4 4 Karakter pensioenovereenkomst, art. 9 In de Pensioenwet worden drie typen pensioenovereenkomst onderscheiden: a. een uitkeringsovereenkomst, b. een kapitaalovereenkomst, en c. een premieovereenkomst. Dit onderscheid is nieuw ten opzichte van de PSW en beoogt duidelijkheid over de aard van de pensioenovereenkomst te creëren. Dit doel wordt vanzelfsprekend door de Stichting van de Arbeid onderschreven. Toch wil de Stichting erop wijzen dat de huidige indeling te beperkt is voor de praktijk, zoals die juist de afgelopen jaren is ontstaan. Dit geldt vooral de uitkeringsovereenkomst. In de MvT omschreven als een toezegging voor een uitkering, bijvoorbeeld via een eind- of middelloonregeling, waarbij het risico dat de inkomsten over de belegde gelden mee- of tegenvallen, te allen tijde ligt bij de pensioenuitvoerder (MvT, p. 32). De Stichting van de Arbeid wijst erop dat er de laatste tijd pensioenregelingen zijn ontstaan die enerzijds het karakter hebben van een uitkeringsovereenkomst, veelal een middelloonregeling, en daarnaast kenmerken hebben van een premieovereenkomst omdat de werkgever zijn premiebijdrage en andere bijdragen vooraf beperkt tot een maximum en andere bijdragen, bijvoorbeeld in de vorm van bijstortingen, uitsluit. Daarmee ontstaat een regeling met een gemengd karakter die wel omschreven wordt als collectief defined contribution (cdc). De huidige Pensioen- en Spaarfondsenwet alsmede de ontwerp-pensioenwet voorzien niet in dit type regeling. Het ontbreken van een passend wettelijk kader leidt er onder ander toe, zo heeft de Stichting van de Arbeid begrepen, dat de DNB tot nog toe zeer terughoudend is in het goedkeuren van dit type pensioenregelingen. De risicoverdeling die behoort bij een regeling, maakt integraal onderdeel uit van de inhoud van de regeling waarvoor partijen betrokken bij de totstandkoming van die regeling verantwoordelijk zijn. Dit geldt ook voor de risicoverdeling die hoort bij een regeling met een gemengd karakter. De Stichting van de Arbeid is dan ook van oordeel dat als partijen een dergelijke regeling overeenkomen, de Pensioenwet die niet in de weg moet staan. De Stichting wil er dan ook op aandringen om aan de verschillende typen pensioenregelingen en de daaraan te stellen eisen zowel in de wet alsook in de Memorie van Toelichting meer aandacht te besteden. Dit is des te meer van belang indien in de beschouwing tevens worden betrokken de doorwerking van de nieuwe internationale verslaggevingsregels (IFRS) en de mogelijk vergaande gevolgen daarvan en wat juist over de transparantie in de risicoverdeling nader is vastgelegd in het Financieel Toetsingskader, welk kader in hoofdstuk 6 integraal in de ontwerp-pensioenwet is opgenomen. Dit laat vanzelfsprekend onverlet dat partijen en individuele deelnemers (vooraf) goed moeten worden ingelicht over aard en karakter van dergelijke regelingen en de (andere) verdeling van de risico s die daaruit voortvloeien.

5 5 Informatie bij betalingsachterstand, artt. 27, 28 Artikel 27 geeft aan dat pensioenfondsen elk kwartaal de deelnemersraad of de deelnemers, gewezen deelnemers en gepensioneerden moeten informeren als er een betalingsachterstand is van vijf procent van de jaarpremie en het minimale vereiste eigen vermogen van het fonds niet aanwezig is. In lid 2 is voorts bepaald dat een ondernemingspensioenfonds in geval van een betalingsachterstand als omschreven in lid 1, tevens elk kwartaal de ondernemingsraad van de onderneming die nog premie aan het pensioenfonds verschuldigd is, moet informeren. De Stichting acht het positief dat het pensioenfonds een informatieplicht heeft bij betalingsachterstand, een situatie die in het bijzonder van belang is bij onwilligheid van de werkgever om belanghebbenden te informeren. Deze mogelijkheid is naar voren gebracht in het SER-advies Nieuwe Pensioenwet. 2 Desalniettemin heeft de Stichting van de Arbeid enkele bezwaren tegen dit artikel. In de eerste plaats bevreemdt het de Stichting van de Arbeid dat de informatieplicht over de betalingsachterstand van de werkgever gekoppeld is aan de slechte financiële positie van het fonds. 3 De Stichting onderkent dat betalingsachterstand ernstige consequenties kan hebben als ook de financiële positie van het fonds slecht is. Hier is echter de situatie aan de orde dat de werkgever, om wat voor reden ook, niet aan zijn verplichtingen tegenover pensioenfonds en werknemers voldoet. De Stichting is dan ook van oordeel dat de betalingsachterstand zelf reden moet zijn om belanghebbenden te informeren. Daarbij meldt de Stichting dat bij bedrijfstakpensioenfondsen (Bpf en) het zo is dat betalingsachterstand of betalingsverzuim van een werkgever wordt opgevangen (betaald) door de andere werkgevers en werknemers binnen de sector. Een tweede bezwaar is, zo vindt de Stichting, dat de grens van vijf procent betalingsachterstand te laag is, juist als wordt uitgegaan van een zelfstandig feit, los van een onvoldoende dekkingsgraad van het fonds, een situatie die de Stichting bepleit. Bij die grens gaat het namelijk om een betalingsachterstand van nog geen drie weken. De Stichting van de Arbeid wijst er nadrukkelijk op dat een verplichting tot te snelle informatie heel gemakkelijk kan leiden tot volstrekt onnodige onrust bij deelnemers en gepensioneerden. Het kost heel veel tijd en energie om deze onnodig gecreëerde onrust weer te laten verdwijnen! Gelet op het voorgaande bepleit de Stichting in dit artikel de informatieplicht uitsluitend te koppelen aan de betalingsachterstand van de werkgever, daarover in eerste instantie de deelnemersraad en de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging te infor- 2 3 SER-advies Nieuwe Pensioenwet, publicatienr. 01/06, Den Haag 2001, p Indien de financiële situatie van het fonds daar aanleiding toe geeft, gelden aparte regels voor het informeren van de deelnemers/belanghebbenden (artt. 103, 126, 128, 35, zie toelichting op art. 103).

6 6 meren en daarbij een betekenisvolle achterstandstermijn te kiezen van bijvoorbeeld drie maanden, binnen welke termijn het fonds de nodige inspanningen kan verrichten om de betalingen alsnog geïnd te krijgen (zie ook art. 28:2). Overigens is de Stichting van oordeel dat bij overschrijding van deze termijn ook DNB geïnformeerd dient te worden. Met artikel 28 worden ook verzekeraars verplicht deelnemers en werkgevers te informeren bij betalingsachterstand. De Stichting onderschrijft deze verplichting, maar is van mening dat, in lijn met de procedure die is voorgesteld voor ondernemingspensioenfondsen, het ook voor verzekeraars moet worden toegestaan om de aankondiging van voorgenomen premievrijmaking te richten aan de Ondernemingsraad van de werkgever in plaats van directe informatieverstrekking aan alle werknemers. Voorts wijst zij er echter op dat de in de wet genoemde termijn van drie maanden in relatie tot premievrijmaking erg kort is en op die wijze kan leiden tot te vroegtijdig informeren van belanghebbenden. Dit zal ook leiden tot onrust, terwijl in veel gevallen zal blijken dat deze onrust onnodig is geweest. Verantwoordelijkheidsverdeling tussen werkgevers en verzekeraars, art. 33 In de Pensioenwet is de werkgever verantwoordelijk voor de inhoud van de pensioenovereenkomst met de werknemer en de onderbrenging daarvan bij een pensioenuitvoerder. Daartoe sluit hij een schriftelijke uitvoeringsovereenkomst met een pensioenuitvoerder. De pensioenuitvoerder moet vervolgens een pensioenreglement vaststellen in overeenstemming met de pensioenovereenkomst en de uitvoeringsovereenkomst. Op het eerste gezicht lijkt dit een logische procedure. In geval van een pensioenfonds geschiedt de vaststelling van een pensioenreglement immers ook door het pensioenfonds, te weten het bestuur van de pensioenuitvoerder. Het pensioenfondsbestuur bestaat echter uit vertegenwoordigers van partijen die betrokken zijn bij de totstandkoming van de pensioenovereenkomst. Dit is bij de uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen niet het geval. Het laten vaststellen van een pensioenreglement door een verzekeraar betreft naar de mening van de Stichting van de Arbeid een ongewenste verschuiving van taken en verantwoordelijkheden ten opzichte van de Pensioenen spaarfondsenwet. Een verschuiving die bovendien tot juridische complicaties leidt, die nog niet zijn opgelost in het wetsvoorstel. Niet duidelijk is waarom het kabinet deze structuurwijziging voorstelt. Niet voor niets werden in de adviesaanvraag aan de SER voor de nieuwe PSW d.d. 2 mei 2000 door het toenmalige kabinet juist vragen voorgelegd over het spanningsveld dat zich in de praktijk voordoet tussen de verantwoordelijkheid van de werkgever die de pensioentoezegging doet en de verantwoordelijkheid van het bestuur van een ondernemingspensioenfonds. Prominent kwam de vraag aan de orde hoe het reglement van het pensioenfonds zich verhoudt tot de pensioentoezegging van de werkgever, met name in het geval reglement en toezegging niet (meer) met elkaar overeenkomen. Bij ondernemingspensioenfondsen kwamen onduidelijke situaties voor. De situatie bij een contract tussen werkgever en verzekeraar in het kader van een

7 7 zogenaamde rechtstreekse regeling werd door het kabinet helder bevonden. De werkgever is geheel verantwoordelijk voor de inhoud van de pensioenregeling. Ook werd aangegeven hoe de relatie tussen premiebetaling en pensioenopbouw is. De SER adviseerde om de verantwoordelijkheidsverdeling tussen partijen die verantwoordelijk zijn voor de inhoud en partijen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering te verhelderen met een opdrachtbrief. De afspraken zouden meer in lijn gebracht worden met de procedures die gangbaar zijn bij verzekerde regelingen. Het voorliggende wetsvoorstel kiest er echter voor de procedures voor verzekerde regelingen te wijzigen, waardoor er geen onduidelijkheden worden opgelost, maar wel nieuwe problemen worden gecreëerd. Dat verzekeraars een eigen verantwoordelijkheid hadden en hebben voor het naleven van wettelijke voorschriften staat niet ter discussie. Dat rechtvaardigt echter niet het voorstel om de verantwoordelijkheid voor vaststelling van het pensioenreglement over te hevelen van werkgever naar verzekeraar. De Stichting verzoekt u te bevorderen dat het wetsvoorstel op dit punt wordt aangepast. Informatieverstrekking aan deelnemers, art. 35 en verder In artikel 35 en verder wordt de informatieplicht van de pensioenuitvoerder geregeld. De Stichting van de Arbeid is met de wetgever van oordeel dat een goede en ook ruime informatieverstrekking onderdeel moet zijn van een pensioenregeling en de pensioenuitvoering. In het nu voorliggende voorstel is de omschrijving van de informatieplicht aanmerkelijk ingekort ten opzichte van eerdere versies. Dat is in lijn met de opvatting van de Stichting dat voor zover de wet tot informatie verplicht vooral het doel wordt omschreven en niet gedetailleerd wordt aangegeven hoe, wanneer en met welke middelen deze informatie moet worden verstrekt. In het wetsvoorstel wordt bij de informatieartikelen aangegeven dat bij AMvB regels zullen worden gesteld over hoe de informatie verstrekt moet worden. De Stichting van de Arbeid vreest dat op die wijze de detaillering die, naar het oordeel van de Stichting terecht, uit de wet is weggenomen via de weg van de AMvB weer wordt teruggebracht. De Stichting erkent dat in wetgeving details van belang kunnen zijn. Een te gedetailleerde regelgeving kan echter ook leiden tot verstarring, in die zin dat de regelgeving weliswaar strikt wordt uitgevoerd, maar dat niet langer wordt nagedacht over hoe de kwaliteit van de informatieverstrekking verbeterd kan worden, of dat strikte toepassing van gedetailleerde voorschriften ertoe leidt dat het gebruik van nieuwe media achterwege blijft. Op die wijze zou het paard achter de wagen worden gespannen. Een ander gevaar van te gedetailleerde voorschriften inzake de informatieverstrekking, in het bijzonder waar deze van toepassing zijn op uitkeringsovereenkomsten, is dat dit zou kunnen leiden tot een ontmoediging van dergelijke overeenkomsten.

8 8 Zorgplicht bij premieovereenkomsten met beleggingsvrijheid, art. 47 In dit artikel wordt geregeld dat de zorgvuldigheid die de pensioenuitvoerder in acht moet nemen voor pensioen ook geldt voor premieovereenkomsten met beleggingsvrijheid. De SER, in zijn advies Nieuwe Pensioenwet (p. 70, 71) en de Stichting van de Arbeid, in haar aanbevelingen 2001 (p. 10), hebben hier op gewezen en aangegeven dat de in de PSW (en het voorstel Pw) vereiste prudentie ook voor deze regelingen geldt. Prudentie houdt dan in een zekere spreiding in beleggingen en een verhouding tussen vastrentende en zakelijke waarden die rekening houdt met de resterende looptijd tot pensioendatum. Daarbij is ook aangegeven dat de aard van de regeling, basis of aanvullend, van invloed kan zijn op de mate van vrijheid die wordt toegestaan. De Stichting van de Arbeid wijst erop dat weliswaar de pensioenuitvoerder moet voldoen aan eisen van prudentie, maar dat anderzijds de pensioenuitvoerder slechts uitvoerder is. De eisen die in dit artikel geformuleerd zijn, dienen dus onderdeel te zijn van de regeling die het fonds of de verzekeraar uitvoert. Het is echter aan partijen betrokken bij de pensioenovereenkomst om de inhoud van regelingen te bepalen. Zij zouden derhalve bepalingen moeten overeenkomen over de spreiding van beleggingen en de verhouding tussen vastrentende en zakelijke waarden in relatie tot de pensioendatum. Het is vervolgens aan de pensioenuitvoerder en in laatste instantie aan DNB om te bepalen of de regeling past binnen het kader van de prudent-person regel en het kader van de Pensioenwet. Dit artikel legt de pensioenuitvoerder verplichtingen op die, naar het oordeel van de Stichting van de Arbeid, niet stroken met de rol en verantwoordelijkheden van de uitvoerder ten opzichte van de rol en verantwoordelijkheid van het individu. Dit betreft in het bijzonder de verplichting zoals geregeld in art. 47. lid 3, waarin is geregeld, dat de pensioenuitvoerder zonodig tegen de uitdrukkelijke wens van de deelnemer in, eenzijdig de beleggingen zoals gekozen door de deelnemer moet corrigeren. Dergelijke vergaande voorschriften zullen zeer ontmoedigend werken op de ook door de politiek en de sociale partners gewenste flexibiliteit in pensioenregelingen en op de behoefte tot het creëren van ruimte waarbinnen de eigen verantwoordelijkheid van het individu kan worden waargemaakt. Bovendien vereist een dergelijk voorschrift jaarlijkse controle en mogelijke bijstelling (complexe uitvoeringsactiviteiten) en leidt derhalve ook tot onverantwoord hoge uitvoeringskosten. Afkoop klein ouderdomspensioen bij beëindiging deelneming, art. 60 Met betrekking tot het afkoopbedrag van 400 euro per jaar heeft de Stichting van de Arbeid eerder al laten weten dat werkgevers dit bedrag graag verhoogd zouden zien tot 1000 euro per jaar in verband met vooral administratieve lasten en kosten. Werknemers willen volstaan met het bedrag van 400 euro om te voorkomen dat pensioen, bij verschillende bronnen, te ruim kan worden afgekocht.

9 9 Wel is de Stichting van de Arbeid unaniem van oordeel dat het afkoopbedrag verdubbeld zou moeten worden ingeval van emigratie. De huidige Pensioen- en Spaarfondsenwet kent deze verdubbeling bij emigratie ook. De Stichting van de Arbeid ziet geen enkele aanleiding om deze mogelijkheid tot verdubbeling in de Pensioenwet achterwege te laten. Minimaal vereist eigen vermogen, art. 119 en Kortetermijnherstelplan, art. 128 Artikel 119 regelt de zekerheid voor de deelnemers aan pensioenregelingen door eisen te stellen aan het minimaal vereist eigen vermogen van een pensioenfonds. Artikel 128 regelt wat het fonds moet doen in het geval het fonds, naar verwachting, niet meer aan deze vereisen voldoet. De regel voor het kortetermijnherstelplan is dat het fonds binnen een jaar terugkomt op een dekkingsgraad van 105 procent. In artikel 129 wordt vervolgens bepaald dat de toezichthouder (DNB) op grond van specifieke omstandigheden ontheffing kan verlenen van art. 128 als aan de eisen van dat artikel redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doelstellingen die dit artikel beoogt te bereiken worden bereikt. De Stichting van de Arbeid wil u erop wijzen dat er rond deze artikelen een discussie is ontstaan over het realiteitsgehalte van de hersteltermijn van één jaar. Ook tijdens de beschouwingen over de Rijksbegroting-2006 zijn hierover in de Tweede Kamer opmerkingen gemaakt en vragen gesteld. Hoewel de Stichting van de Arbeid destijds bewust en op goede gronden voor deze hersteltermijn van één jaar heeft gekozen, moet thans worden vastgesteld dat op grond van voortschrijdend inzicht een heroverweging gerechtvaardigd is. Erkend moet worden dat het niet altijd realistisch is om er van uit te gaan, dat binnen een termijn van één jaar een fonds weer uit de situatie van onderdekking kan geraken, zonder dat het fonds draconische maatregelen moet nemen, zoals het heffen van zeer hoge premies en het afstempelen van pensioenaanspraken. Ook voor de eventuele versobering van de regeling is veelal meer tijd nodig. Verwacht mag daarom worden dat in bijna alle gevallen van onderdekking, sprake zal blijken van een noodzaak om maatwerk toe te passen, waartoe art. 129 de mogelijkheid biedt. Degenen die kritiek hebben op artikel 128, wijzen erop dat als op voorhand duidelijk is dat een eis (terug naar 105 procent binnen een jaar) niet haalbaar is, het beter is deze eis niet te stellen, maar zo aan te passen dat een wel haalbare eis wordt gesteld. Dit kan ook een positief effect hebben op het beleggingsbeleid, omdat gevreesd wordt dat de huidige tekst dwingt tot een risicomijdend beleggingsbeleid met op termijn navenant lagere beleggingsopbrengsten. Anderen wijzen er daarentegen op dat de, wellicht te strenge, eis plus de mogelijkheid van maatwerk normerend werkt, duidelijk is en ervoor zorg draagt dat maatwerk ook echt wordt toegespitst op de situatie bij het fonds met problemen.

10 10 De Stichting van de Arbeid heeft in deze discussie geen positie ingenomen maar is wel van mening dat er aanleiding is om de voor- en nadelen van een hersteltermijn van één jaar tegen de actuele achtergrond opnieuw te wegen. In die zin wil de Stichting dit vraagstuk onder uw aandacht brengen. Toezichthouders, art. 137 In dit artikel wordt bepaald dat De Nederlandsche Bank (DNB) belast is met het prudentieel en materieel toezicht op pensioenfondsen. De Stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM) is belast met het gedragstoezicht op pensioenuitvoerders. Dit impliceert dat pensioenfondsen/-uitvoerders te maken krijgen met twee toezichthouders. De Stichting van de Arbeid heeft al eerder te kennen gegeven dit een ongewenste situatie te vinden. Ondanks onderscheid naar prudentieel- en materieel toezicht enerzijds en gedragstoezicht anderzijds, zal afbakening nodig zijn. Deze afbakening vraagt om interpretaties en die leiden per definitie tot interpretatieverschillen. In zijn reactie op het advies van de Raad van State geeft het kabinet aan dat de verdeling over de toezichthouders de komende jaren in beweging zal blijven en dat er artikelen in de Pensioenwet zijn waarbij sprake is van interferentie van gedragsnormen en prudentiële normen. Verder stelt het kabinet dat AFM en DNB een convenant voorbereiden met werkafspraken over de vraag hoe te voorkomen dat dubbeltoezicht ontstaat en hoe om te gaan met geschillen van opvattingen bij toezichthouders. 4 Deze reactie sterkt de Stichting van de Arbeid in zijn vrees dat dubbel toezicht tot nieuwe problemen en tot extra kosten zal leiden. Bovendien wijst de Stichting op de mogelijkheid dat het overleg tussen de toezichthouders ertoe leidt dat de opvattingen van de toezichthouders resulteren in werkafspraken en toezichtsmodellen die op gespannen voet staan met interpretatie van de wet die door de wetgever is beoogd. De problemen spitsen zich toe op de voorlichting en communicatie over de pensioenregeling. De DNB moet de voorlichting door het pensioenfonds toetsen op bijvoorbeeld het aspect of voldoende helder is of de toezegging een voorwaardelijk of een onvoorwaardelijk karakter heeft. Dit is van belang in het kader van het Financieel Toetsingskader, bijvoorbeeld in de relatie tot het toeslagbeleid en het toepassen van de indexatiematrix door de DNB. Mede daardoor wordt bepaald of er wel of geen voorziening moet worden aangelegd, hetgeen van wezenlijk belang is ook met het oog op de kosten van de regeling. Tegelijkertijd moet de AFM de voorlichting vanuit het gedragstoezicht toetsen, waarbij de verschillende pensioenproducten vooral worden gezien als (individuele) financiële producten zoals die ook door andere financiële instellingen worden aangeboden, hetgeen op zich overigens geheel ten onrechte is, omdat de (aanvullende en vrijwillige) pensioenproducten in de tweede pijler vanwege de noodzakelijke aanwezige solidariteitskenmerken daarmee niet te vergelijken zijn. 4 TK ( ) nr. 4, p.4.

11 11 Kwaliteitseisen, art. 139 en Kosten toezicht, art. 140 Hoewel artikel 139 voor de toezichthouder voorschriften bevat, gericht op een kwalitatief goede en transparante uitvoering van de toezichtstaak en de toezichthouder bovendien een ieder die met hem in aanraking komt in de gelegenheid dient te stellen voorstellen tot verbetering van werkwijzen en procedures te doen, mist de Stichting van de Arbeid in dit wetsvoorstel expliciete aandacht voor de doelmatigheid. Bij doelmatigheid hoort een afweging tussen kwaliteitseisen of, meer algemeen, de eisen die aan het toezicht worden gesteld enerzijds en de kosten van het toezicht anderzijds. Artikel 200 bevat bepalingen over de informatievoorziening aan de Staten-Generaal over het functioneren van de toezichthouder(s). Het tweede lid betreft de doelmatigheid en doeltreffendheid van het functioneren van de toezichthouder. De Stichting van de Arbeid stelt voor dit artikel uit te breiden in die zin dat ook regelmatig wordt bezien of de eisen van de wet in relatie tot wat daarmee beoogd wordt en in verhouding tot het toezicht dat daarmee gemoeid is, nog als doelmatig en doeltreffend kunnen worden omschreven. Op die wijze wordt het mogelijk om in de toekomst ook uitspraken te doen over de vraag in hoeverre de kosten van het toezicht verantwoord zijn geweest, mede gelet op de doelstellingen van de toezichthouder en de realisatie daarvan. Slot De Stichting van de Arbeid vertrouwt erop dat uw Kamer vorenstaande opmerkingen van de Stichting zal betrekken bij uw overleg met de regering over dit wetsvoorstel alsmede bij uw uiteindelijke standpuntbepaling hierover. Uiteraard is de Stichting van de Arbeid gaarne bereid desgewenst een nadere mondelinge toelichting te geven. Voor de goede orde zij opgemerkt dat de Stichting een afschrift van deze brief zal doen toekomen aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Hoogachtend, STICHTING VAN DE ARBEID drs. E.H. Broekema secretaris

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Kamervragen van de leden Omtzigt en Van Hijum (beiden CDA)

Kamervragen van de leden Omtzigt en Van Hijum (beiden CDA) De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33

Nadere informatie

' Zie de brief van deze organisaties van 2 november 1999 aan de Vaste Tweede Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

' Zie de brief van deze organisaties van 2 november 1999 aan de Vaste Tweede Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Stichting van de Arbeid Pens./1253 Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 90801 2509 LV Den Haag Den Haag : 8 februari 2000 Ons kenmerk : S.A. 00.02835/K Uwkenmeik : SV/VP/99/68981

Nadere informatie

Voorstel van wet houdende invoering van de Pensioenwet (Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet)

Voorstel van wet houdende invoering van de Pensioenwet (Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet) Voorstel van wet houdende invoering van de Pensioenwet (Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet) Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben,

Nadere informatie

Info over de PENSIOENWET voor Ondernemingspensioenfondsen. Nieuwe verdeling verantwoordelijkheden tussen werkgever, werknemer en pensioenuitvoerder

Info over de PENSIOENWET voor Ondernemingspensioenfondsen. Nieuwe verdeling verantwoordelijkheden tussen werkgever, werknemer en pensioenuitvoerder Info over de PENSIOENWET voor Ondernemingspensioenfondsen Nieuwe verdeling verantwoordelijkheden tussen werkgever, werknemer en pensioenuitvoerder De Pensioenwet Op 26 september is de Pensioenwet na jarenlange

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 711 Wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen

Nadere informatie

DNB en AFM zijn op grond van de Europese pensioenrichtlijn (2003/31/EG) verplicht om te dit overzicht te publiceren.

DNB en AFM zijn op grond van de Europese pensioenrichtlijn (2003/31/EG) verplicht om te dit overzicht te publiceren. Overzicht van het toepasselijke sociaal en arbeidsrecht, de informatievoorschriften en beleggingsrestricties die van toepassing zijn op Nederlandse pensioenregelingen die worden uitgevoerd door een pensioeninstelling

Nadere informatie

Directie Directe Belastingen. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. 16 november 2007 DB M

Directie Directe Belastingen. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. 16 november 2007 DB M Directie Directe Belastingen De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk 16 november 2007 DB 2007-00589 M Onderwerp Vrijwillige

Nadere informatie

Overzicht Nederlands sociaal en arbeidsrecht en voorschriften van informatieverstrekking

Overzicht Nederlands sociaal en arbeidsrecht en voorschriften van informatieverstrekking Bij de uitvoering van de pensioenregeling van een in Nederland gevestigde werkgever door een pensioeninstelling uit een andere lidstaat blijven, op grond van de Europese Richtlijn EU 2016/2341/EU, het

Nadere informatie

Info over de PENSIOENWET voor Bedrijfstakpensioenfondsen. Nieuwe verdeling verantwoordelijkheden tussen werkgever, werknemer en pensioenuitvoerder

Info over de PENSIOENWET voor Bedrijfstakpensioenfondsen. Nieuwe verdeling verantwoordelijkheden tussen werkgever, werknemer en pensioenuitvoerder Info over de PENSIOENWET voor Bedrijfstakpensioenfondsen Nieuwe verdeling verantwoordelijkheden tussen werkgever, werknemer en pensioenuitvoerder De Pensioenwet Na jarenlange discussie is de Pensioenwet

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

7 VERBOND VAN VERZEKERAARS

7 VERBOND VAN VERZEKERAARS 7 VERBOND VAN VERZEKERAARS STICHTING VAN DE ARBEID Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Mevrouw drs. J. Klijnsma, staatssecretaris Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG Den Haag : 31 oktober 2013 Betreft

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

ADDENDUM BIJ DE PENSIOENOVEREENKOMST

ADDENDUM BIJ DE PENSIOENOVEREENKOMST ADDENDUM BIJ DE PENSIOENOVEREENKOMST In aanvulling op de eerder tussen de werkgever en diens werknemers gesloten pensioenovereenkomst maken met ingang van 1 januari 2008 de hierna vermelde bepalingen deel

Nadere informatie

Toelichting bij de ministeriële regeling toeslagenmatrix.

Toelichting bij de ministeriële regeling toeslagenmatrix. Toelichting bij de ministeriële regeling toeslagenmatrix. Algemene toelichting Artikel 86 van de Pensioenwet schrijft voor dat er bij voorwaardelijke toeslagverlening een consistent geheel dient te zijn

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 711 Wijziging van de Pensioen- en Spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen

Nadere informatie

IORP II De implementatie is nu een feit: Communicatie

IORP II De implementatie is nu een feit: Communicatie Nieuwsbericht Datum: 28 januari 2019 Van: Swalef pensioenjuristen en academie Onderwerp: IORP II De implementatie is nu een feit: Communicatie Nieuwsbericht 2 van 4 In werking! Op 13 januari 2019 is de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 378 Wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en de Pensioenwet in verband met de bevoegdheden van de ondernemingsraad inzake de arbeidsvoorwaarde

Nadere informatie

DNB-intern. 27 januari Volledig herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur,

DNB-intern. 27 januari Volledig herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur, Toezicht Pensioenfondsen en beleggingsondernemingen Amsterdam Postbus 98 1000 AB Amsterdam DNB-intern Volledig herverzekerde fondsen 27 januari 2011 Uw kenmerk Behandeld door Vinken, W.C.M. Doorkiesnummer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 863 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en enkele andere wetten in verband met het van toepassing worden

Nadere informatie

Belangenvereniging SPD De Pensioenwet vanaf 1 januari 2007

Belangenvereniging SPD De Pensioenwet vanaf 1 januari 2007 Belangenvereniging SPD De Pensioenwet vanaf 1 januari 2007 1 Het pensioenhuis van Nederland Derde verdieping Individuele voorzieningen verzekeraars (lijfrente) Tweede verdieping - pensioen werkgever -

Nadere informatie

Reglement van het Verantwoordingsorgaan

Reglement van het Verantwoordingsorgaan Reglement van het Verantwoordingsorgaan Per 3 december 2014 Inhoudsopgave Hoofdstuk I Algemene bepalingen 3 Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Artikel 2 Voorzitter en plaatsvervangend voorzitter 4 Artikel 3

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 182 Wijziging van de Pensioenwet en enige andere wetten in verband met versterking van het bestuur bij pensioenfondsen en enige andere wijzigingen

Nadere informatie

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer mr. A.J. de Geus Postbus LV DEN HAAG. B/1155 AC/2185 Pens.

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer mr. A.J. de Geus Postbus LV DEN HAAG. B/1155 AC/2185 Pens. Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer mr. A.J. de Geus Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG B/1155 AC/2185 Pens./1839 Den Haag : 19 januari 2005 Ons kenmerk : S.A.05.00397/K Uw Kenmerk

Nadere informatie

Memo. Van TKP. Kenmerk. Datum 15 juni Onderwerp Communicatie-verplichtingen IORP II. Aantal pagina s 7 1/7

Memo. Van TKP. Kenmerk. Datum 15 juni Onderwerp Communicatie-verplichtingen IORP II. Aantal pagina s 7 1/7 Van TKP Datum Onderwerp Communicatie-verplichtingen IORP II Aantal pagina s 7 Inleiding Deze notitie gaat in op de informatieverplichtingen die voortvloeien uit de IORP II-richtlijn en het wetsvoorstel

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES

Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES Juni 2017 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Algemene

Nadere informatie

Nieuwsbericht. Datum: 10 december 2018 Swalef pensioenjuristen en academie. Medezeggenschap en pensioen

Nieuwsbericht. Datum: 10 december 2018 Swalef pensioenjuristen en academie. Medezeggenschap en pensioen Nieuwsbericht Datum: 10 december 2018 Van: Swalef pensioenjuristen en academie Onderwerp: Medezeggenschap en pensioen Inleiding Dit betreft een update van onze eerdere nieuwsberichten in verband met medezeggenschap

Nadere informatie

Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015

Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015 Aanvullend reglement 1 Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015 20150324 Reglement Pensioenopbouw Extra pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015 Aanvullend reglement 2 Voorwoord

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 765 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet in verband met waardeoverdracht

Nadere informatie

Stichting S van de Arbeid

Stichting S van de Arbeid Stichting S van de Arbeid Aan: - de centrale organisaties van werkgevers en van werknemers - de Vereniging van Bedrijfspensioenfondsen (VB) - de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen (OPF) - het Verbond

Nadere informatie

Het wetsvoorstel is op 3 juli 2014 aangenomen door de Tweede Kamer. ChristenUnie, SGP, VVD, Van Vliet, D66, GroenLinks en PvdA stemden voor.

Het wetsvoorstel is op 3 juli 2014 aangenomen door de Tweede Kamer. ChristenUnie, SGP, VVD, Van Vliet, D66, GroenLinks en PvdA stemden voor. Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) datum 3 juli 2014 Betreffende wetsvoorstel:

Nadere informatie

Artikel 1 - Definities

Artikel 1 - Definities Reglement Verantwoordingsorgaan Versie BV 21 december 2016 Artikel 1 - Definities In dit reglement wordt verstaan onder: Pensioenfonds: Bestuur: het bestuur van het Pensioenfonds Verantwoordingsorgaan:

Nadere informatie

3. De positie van pensioenfondsen in de PSW

3. De positie van pensioenfondsen in de PSW 3. De positie van pensioenfondsen in de PSW 3.1 Inleiding De PSW schrijft voor dat een pensioentoezegging moet worden uitgevoerd door een pensioenfonds of een verzekeraar. De PSW schrijft ook voor dat

Nadere informatie

AC/2149 Pens./1817. Geachte heer De Geus,

AC/2149 Pens./1817. Geachte heer De Geus, Aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De heer mr. A. J. de Geus Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG AC/2149 Pens./1817 Den Haag : 2 december 2004

Nadere informatie

1. In het eerste en tweede lid wordt schriftelijk vervangen door: schriftelijk of elektronisch.

1. In het eerste en tweede lid wordt schriftelijk vervangen door: schriftelijk of elektronisch. CONCEPT Voorontwerp van het voorstel van wet tot wijziging van de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met verbetering van de pensioencommunicatie (Wet pensioencommunicatie)

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 344 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Wet op de loonbelasting 1964 in verband met invoering van

Nadere informatie

5 Samenvatting met visie en aanbevelingen van de raad

5 Samenvatting met visie en aanbevelingen van de raad SAMENVATTING MET VISIE EN AANBEVELINGEN VAN DE RAAD 5 Samenvatting met visie en aanbevelingen van de raad Dit hoofdstuk bevat een korte samenvatting van het advies. Daarin zijn ook de visie van de raad

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 013 Wijziging van de Pensioenwet en enige andere wetten (Verzamelwet pensioenen 2012) Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN Dit wetsvoorstel

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

116 De Pensioenwereld in 2015

116 De Pensioenwereld in 2015 12 116 De Pensioenwereld in 2015 Verslaggeving & communicatie 117 Meer inzicht nodig in evenwichtige belangenbehartiging bij uitvoeringskosten Auteurs: Myrna van Engelen en Tristan Helsloot Pensioenfondsen

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

DNB-intern. 27 januari Gedeeltelijk herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur,

DNB-intern. 27 januari Gedeeltelijk herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur, Toezicht Pensioenfondsen en beleggingsondernemningen Postbus 98 1000 AB Amsterdam DNB-intern Gedeeltelijk herverzekerde fondsen 27 januari 2011 Uw kenmerk Behandeld door Vinken, W.C.M. Doorkiesnummer Bijlage(n)

Nadere informatie

Communicatieregels IORP II. mr. Monica Swalef

Communicatieregels IORP II. mr. Monica Swalef Communicatieregels IORP II mr. Monica Swalef donderdag 14 november 2018 1 Samen werken aan een hoger niveau 2 Leeswijzer Deze presentatie is opgemaakt naar de laatste stand van zaken Pensioenontwikkelingen

Nadere informatie

Advies W /III

Advies W /III Advies W12.18.0366/III Datum: woensdag 28 november 2018 Soort: Voorlichting Ministerie: Sociale zaken en Werkgelegenheid Vindplaats: Kamerstukken I 2018/19, 34934, nr. E Verzoek om voorlichting van de

Nadere informatie

De Pensioenwet. Zwitserleven zet de belangrijkste onderdelen voor u op een rij.

De Pensioenwet. Zwitserleven zet de belangrijkste onderdelen voor u op een rij. De Pensioenwet. Zwitserleven zet de belangrijkste onderdelen voor u op een rij. 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.1 LET OP!!! Lage resolutie! Inhoudsopgave. De overeenkomst 03 Algemene

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 294 Hoofdlijnen voor een nieuwe Pensioenwet Nr. 2 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon "

Aanvullend pensioenreglement Excedent middelloon Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon " STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG voor de werknemers geboren op of na 1 januari 1950 ORSIMA April 2018 1 Voorwoord

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 330 Wijziging van de Wet op de loonbelasting 1964 en van enige andere wetten (Wet aanvullend overgangsrecht fiscale behandeling pensioen) Nr.

Nadere informatie

OR Spring. Meer invloed op pensioenen dankzij vernieuwd instemmingsrecht

OR Spring. Meer invloed op pensioenen dankzij vernieuwd instemmingsrecht OR Spring Meer invloed op pensioenen dankzij vernieuwd instemmingsrecht Uw docenten Ernst van Win Monica Swalef Agenda Uitbreiding instemmingsrecht Vastlegging Informatie Procedure Beroepsmogelijkheden

Nadere informatie

Regels betreffende pensioenen (Pensioenwet) Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Regels betreffende pensioenen (Pensioenwet) Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 30 413 Regels betreffende pensioenen (Pensioenwet) Nr... NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: Na artikel 31 wordt een artikel ingevoegd, luidende : Artikel 31a.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 598 Besluit van 12 november 2009 tot wijziging van het Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met

Nadere informatie

STiCHTING VAN DE ARBEID. Aan de leden van de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal

STiCHTING VAN DE ARBEID. Aan de leden van de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal STiCHTING VAN DE ARBEID Bezuidenhoutseweg 60 Postbus 90405 2509 LK DEN HAAG Aan de leden van de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal T 070-3499

Nadere informatie

Beleidsregel ontheffingen Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling

Beleidsregel ontheffingen Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling Beleidsregel ontheffingen Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling Beleidsregel van De Nederlandsche Bank N.V. van 28 augustus 2007, nr. TB/2007/01465, inzake de verlening van ontheffingen

Nadere informatie

Aandachtspuntenlijst reglementen rechtstreekse regeling

Aandachtspuntenlijst reglementen rechtstreekse regeling Aandachtspuntenlijst reglementen rechtstreekse regeling Dit reglement betreft een: (versie augustus 2012) A. Verplichte PW artikelen

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum Betreft Financiële positie pensioenfondsen

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum Betreft Financiële positie pensioenfondsen > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Gids bij de overstap naar Centraal Beheer APF Medezeggenschap bij pensioenregelingen

Gids bij de overstap naar Centraal Beheer APF Medezeggenschap bij pensioenregelingen Gids bij de overstap naar Centraal Beheer APF Medezeggenschap bij pensioenregelingen Inhoudsopgave Voorwoord 5 1. Medezeggenschap bij pensioen 6 2. Bij wie ligt de medezeggenschap? 8 2.1 Grote ondernemingen:

Nadere informatie

Algemene Ledenvergadering Vereniging (VeLP) 17 februari 2011

Algemene Ledenvergadering Vereniging (VeLP) 17 februari 2011 Algemene Ledenvergadering Vereniging (VeLP) 17 februari 2011 Agenda Welkom Notulen vergadering 2 november Performance SPLB Het pensioengebouw en juridisch advies Financiën Communicatie en LinkedIn groep

Nadere informatie

Het speelveld van de medezeggenschap bij wijziging pensioenregeling. Bijeenkomst VVA, 30 mei 2013 Nicolette Opdam

Het speelveld van de medezeggenschap bij wijziging pensioenregeling. Bijeenkomst VVA, 30 mei 2013 Nicolette Opdam Het speelveld van de medezeggenschap bij wijziging pensioenregeling Bijeenkomst VVA, 30 mei 2013 Nicolette Opdam Inhoud presentatie Pensioen de basisdocumenten De pensioenovereenkomst De uitvoeringsovereenkomst

Nadere informatie

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer mr. A.J. de Geus Postbus LV DEN HAAG. Geachte heer De Geus,

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer mr. A.J. de Geus Postbus LV DEN HAAG. Geachte heer De Geus, Bezuidenhoutseweg 60 postbus 90405 2509 LK Den Haag tel. 070-3499 577 fax 070-3499 796 e-mail: w.kroes@ser.nl Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer mr. A.J. de Geus Postbus 90801

Nadere informatie

uit dienstbetrekking voortvloeiende rechtsbetrekking tussen overheidswerkgever

uit dienstbetrekking voortvloeiende rechtsbetrekking tussen overheidswerkgever 2. Pensioenwet (PW) 2.1 Pensioenovereenkomst 1 ¾ Pensioenovereenkomst is ¾ hetgeen tussen werkgever en werknemer over pensioen is overeengekomen ¾ navolgende gelijkgestelde rechtsbetrekkingen uit dienstbetrekking

Nadere informatie

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting IKEA Pensioenfonds Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a) Bestuur: het bestuur van het fonds. b) Code Pensioenfondsen: de Code opgesteld

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ), de heer H. de Munnik RA Postbus AD Amsterdam (RJ271.3) Geachte heer De Munnik,

Aan de voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ), de heer H. de Munnik RA Postbus AD Amsterdam (RJ271.3) Geachte heer De Munnik, RJ-Comm. 1076 Aan de voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ), de heer H. de Munnik RA Postbus 7984 1008 AD Amsterdam Kenmerk : 08088/FP/GR/hdh 15 september 2008 Onderwerp : Reactie pensioenkoepels

Nadere informatie

Kemira Rotterdam B.V.

Kemira Rotterdam B.V. Kemira Rotterdam B.V. Collectieve arbeidsovereenkomst over pensioenen 2019-2023 Pagina 1 van 7 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST OVER PENSIOENEN Ondergetekenden: Kemira Rotterdam B.V. te Botlek-Rotterdam

Nadere informatie

NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN

NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN Ontvangen op 21-01-2019 Verwerkt op 21-01-2019 NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid t.a.v. de heer drs. W. Koolmees Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG Den Haag, 21

Nadere informatie

Artikel Pensioenwet Artikel lid Artikel PSW Regelgeving op basis van PSW of Wtv 1993 Hoofdstuk 1 1. definities 1 2. nadere bepalingen definities

Artikel Pensioenwet Artikel lid Artikel PSW Regelgeving op basis van PSW of Wtv 1993 Hoofdstuk 1 1. definities 1 2. nadere bepalingen definities Transponeringstabel van Pensioenwet naar Pensioen en spaarfondsenwet Artikel Pensioenwet Artikel lid Artikel PSW Regelgeving op basis van PSW of Wtv 1993 Hoofdstuk 1 1. definities 1 2. nadere bepalingen

Nadere informatie

Wijziging van de Pensioenwet en enige andere wetten in verband met de invoering van een algemeen pensioenfonds (Wet algemeen pensioenfonds)

Wijziging van de Pensioenwet en enige andere wetten in verband met de invoering van een algemeen pensioenfonds (Wet algemeen pensioenfonds) 34 117 Wijziging van de Pensioenwet en enige andere wetten in verband met de invoering van een algemeen pensioenfonds (Wet algemeen pensioenfonds) Nota van wijziging Het voorstel van wet wordt als volgt

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 832 Wijziging van de Wet privatisering ABP in verband met de wijziging van de aanwijzingsvoorwaarden voor deelneming in het ABP Nr. 3 Het advies

Nadere informatie

Code Rechtstreeks verzekerde regelingen

Code Rechtstreeks verzekerde regelingen Code Rechtstreeks verzekerde regelingen Voorwoord De (hierna: de Code) is opgesteld door het Verbond van Verzekeraars en de Stichting van de Arbeid. Met de Code wordt nader invulling gegeven aan de waarborging

Nadere informatie

A.1 Is het aantal werknemersvertegenwoordigers ten minste gelijk aan het aantal werkgeversvertegenwoordigers in het bestuur?

A.1 Is het aantal werknemersvertegenwoordigers ten minste gelijk aan het aantal werkgeversvertegenwoordigers in het bestuur? Stroomschema medezeggenschap in een ondernemingspensioenfonds De Stichting van de Arbeid (hierna STAR) en het Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (hierna CSO) hebben een medezeggenschapsconvenant

Nadere informatie

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Voorstel van wet tot wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en de Pensioenwet in verband met de bevoegdheden van de ondernemingsraad inzake de arbeidsvoorwaarde pensioen Allen die deze zullen zien

Nadere informatie

Pensioenregeling Stichting pensioenfonds Groothandel Vegro

Pensioenregeling Stichting pensioenfonds Groothandel Vegro Pensioenregeling Stichting pensioenfonds Groothandel Vegro december 2006 Paulien Siegman Redenen voor een nieuwe Pensioenwet Reden wijziging: veroudering en onoverzichtelijkheid PSW Nieuwe Pensioenwet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 34 008 Wijziging van de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met verbetering van de pensioencommunicatie (Wet pensioencommunicatie)

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor dit reglement zijn de begripsomschrijvingen van de statuten van de Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 934 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Wet op het financieel toezicht in verband met de implementatie

Nadere informatie

Directie Financiële Markten. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. 5 juli 2007 FM 2007-01654 M

Directie Financiële Markten. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. 5 juli 2007 FM 2007-01654 M Directie Financiële Markten De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk 5 juli 2007 FM 2007-01654 M Onderwerp Wetgevingsoverleg

Nadere informatie

Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics Inhoud REGLEMENT ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN STICHTING VOORZIENINGSFONDS GETRONICS Begripsomschrijvingen... 3 Artikel 1

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 934 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Wet op het financieel toezicht in verband met de implementatie

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 141 d.d. 30 mei 2011 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. B.F. Keulen en mr. A.W.H. Vink, leden en mr. F.E. Uijleman, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De heer drs. M. Rutte Postbus LV Den Haag. Geachte heer Rutte,

Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De heer drs. M. Rutte Postbus LV Den Haag. Geachte heer Rutte, Bezuidenhoutseweg 60 postbus 90405 2509 LK Den Haag tel. 070-3499 577 fax 070-3499 796 e-mail: w.kroes@ser.nl Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De heer drs. M. Rutte Postbus

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 813 De gevolgen van de privatisering van het ABP voor de pensioenen en uitkeringen van het personeel van de Koninklijke Hofhouding (Wet gevolgen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag

Nadere informatie

Waarom een APF? mr. Marianne M. Zweers Juridische zaken a.s.r.

Waarom een APF? mr. Marianne M. Zweers Juridische zaken a.s.r. Waarom een APF? mr. Marianne M. Zweers Juridische zaken a.s.r. Het APF wordt dé toekomst voor het onderbrengen van pensioen Ja / Nee? 2 APF verruimt pensioenmogelijkheden binnen het arbeidsvoorwaardenoverleg

Nadere informatie

Stichting E3 van de Ar beid

Stichting E3 van de Ar beid Stichting E3 van de Ar beid Pens./441a Paraplu/2a Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG s-gravenhage 20 j Unl 1991 Ons kenmerk S. A. 91.13511/K Uwkenmerk

Nadere informatie

de aangesloten onderneming volgens de statuten van het pensioenfonds; de personen, in dienst van de werkgever.

de aangesloten onderneming volgens de statuten van het pensioenfonds; de personen, in dienst van de werkgever. REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino Artikel 1. Definities Bestuur: Ondernemingsraad: Pensioenreglement: Statuten: Uitvoeringsovereenkomst: Vereniging van gepensioneerden:

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 198 Besluit van 2 juni 2014 tot wijziging van het Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling en het Besluit financieel

Nadere informatie

Bewaar deze startbrief zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn.

Bewaar deze startbrief zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn. Bewaar deze startbrief zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn. Geachte heer/mevrouw.., Van harte welkom bij het Bedrijfspensioenfonds voor de Agrarische

Nadere informatie

Aanvullend reglement. Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag) 2016. 20150622 Reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag)

Aanvullend reglement. Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag) 2016. 20150622 Reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag) Aanvullend reglement 1 Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag) 2016 20150622 Reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag) Aanvullend reglement 2 Voorwoord De verplichte pensioenregeling

Nadere informatie

Overzicht Beleid & Wet- en regelgeving pensioenen

Overzicht Beleid & Wet- en regelgeving pensioenen Overzicht Beleid & Wet- en regelgeving pensioenen 14 september 2015 VERD VERD VERD VERD GEWIJZI Vooraf VERD VERD 08 VERD Herziening IORP-richtlijn VERD G 01 02 03 04 05 VERD Toekomst pensioenstelsel Algemeen

Nadere informatie

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van, tot wijziging van de Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met de invulling van het begrip consistentie

Nadere informatie

De arbeidsvoorwaarde pensioen en de verplichtingen van de werkgever

De arbeidsvoorwaarde pensioen en de verplichtingen van de werkgever De arbeidsvoorwaarde pensioen en de verplichtingen van de werkgever Inleiding Een werkgever kan diverse arbeidsvoorwaarden aanbieden aan een werknemer. Een belangrijke arbeidsvoorwaarde is pensioen. Een

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 008 Wijziging van de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met verbetering van de pensioencommunicatie (Wet pensioencommunicatie)

Nadere informatie

mr. Niels Mourits directeur FIDIN Vereniging g voor Pensioenrecht Utrecht, 8 juni 2010

mr. Niels Mourits directeur FIDIN Vereniging g voor Pensioenrecht Utrecht, 8 juni 2010 DE PENSIOENADVISEUR ONDERSCHAT mr. Niels Mourits directeur FIDIN Vereniging g voor Pensioenrecht Utrecht, 8 juni 2010 Federatie Intermediaire Dienstverlening in Nederland (FIDIN) Cluster Pensioen - beoordelen

Nadere informatie

Het wijzigen van een pensioenregeling; stand van zaken

Het wijzigen van een pensioenregeling; stand van zaken Het wijzigen van een pensioenregeling; stand van zaken Bij een werkgever kan om diverse redenen de behoefte ontstaan om de met zijn werknemers overeengekomen pensioenregeling te wijzigen. De vraag die

Nadere informatie