Zie zo Spelling blok 2 Dictee

Transcriptie

1 7 Zie zo Spelling blok 2 Dictee Woordendictee: lees de zin voor. Herhaal de vetgedrukte woorden. 1. De boeken kostten precies tien euro toen ik ze enkele jaren geleden kocht. 2. We streven altijd naar voldoende kwaliteit. 3. De dure pen viel uit het etui. 4. De leerling heeft de leerstof herhaald. 5. Vorig weekend rustten we uit. 6. Ik erger me steeds meer aan zijn onverschilligheid. 7. Mama legt de post altijd op de dressoir. 8. De man verwondt zijn hand. 9. Het lessenrooster is veranderd. 10. De tekening was met een punaise vastgeprikt. Zinnendictee: lees de zin volledig voor. De leerlingen herhalen de zin. Dicteer woord per woord. 1. De coureur spurtte op topsnelheid over het spectaculaire circuit. 2. Verandert men in de puberteit? 3. Het plafond is beschadigd. 4. Door de slechte bereikbaarheid had hij geen mogelijkheid om te bellen. 5. De miljonairs openden enthousiast hun portefeuille. Uitgeverij Zwijsen BE 2015 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2, les 7 19

2 7 Zie zo Spelling blok 2 Dictee Naam Datum Woordendictee woord Ik denk dat het goed is. goed fout Een fout? Verbeter het woord /10 20 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2, les 7 Uitgeverij Zwijsen BE 2015

3 7 Zie zo Spelling blok 2 Dictee Naam Datum Zinnendictee zin Ik denk dat het goed is. goed fout Fouten in een zin? Schrijf die zin opnieuw.. /20 Uitgeverij Zwijsen BE 2015 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2, les 7 21

4 Registratieblad dictee blok 2 Woordendictee Naam leerling Persoonsvormen (2 op 3) voltooidd deelwoord (1 op 2) Spelprobleem Franse leenwoorden (2 op 3) woorden op vaste stukjes -teit en -heid (1 op 2) Oefenen 22 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2, les 7 Uitgeverij Zwijsen BE 2015

5 Registratieblad dictee blok 2 Zinnendictee Naam leerling Zinnen Opmerkingen De coureur spurtte op topsnelheid over het spectaculaire circuit. Verandert men in de puberteit? Het plafond is beschadigd. Door de slechte bereikbaarheid had hij geen mogelijkheid om te bellen. De miljonairs openden enthousiast hun portefeuille. De coureur spurtte op topsnelheid over het spectaculaire circuit. Verandert men in de puberteit? Het plafond is beschadigd. Door de slechte bereikbaarheid had hij geen mogelijkheid om te bellen. De miljonairs openden enthousiast hun portefeuille. De coureur spurtte op topsnelheid over het spectaculaire circuit. Verandert men in de puberteit? Het plafond is beschadigd. Door de slechte bereikbaarheid had hij geen mogelijkheid om te bellen. De miljonairs openden enthousiast hun portefeuille. De coureur spurtte op topsnelheid over het spectaculaire circuit. Verandert men in de puberteit? Het plafond is beschadigd. Door de slechte bereikbaarheid had hij geen mogelijkheid om te bellen. De miljonairs openden enthousiast hun portefeuille. De coureur spurtte op topsnelheid over het spectaculaire circuit. Verandert men in de puberteit? Het plafond is beschadigd. Door de slechte bereikbaarheid had hij geen mogelijkheid om te bellen. De miljonairs openden enthousiast hun portefeuille. Uitgeverij Zwijsen BE 2015 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2, les 7 23

6 werkwoorden in de tegenwoordige en de verleden tijd 1 Schrijf de infinitieven op die bij de schuingedrukte persoonsvormen horen. Hij giste het juiste antwoord. Het deeg van het brood gistte. Mama lachte naar mij. Ik wachtte lang. Ik zag niets want het mistte erg. Daardoor miste ik de afslag! Mama boordde de tuin af met paaltjes. Papa boorde de gaten in de muur. Kun je zelf nog twee zinnen bedenken met werkwoorden waarvan de persoonsvorm hetzelfde klinkt maar anders geschreven wordt? voorbeeldoplossing 2 Vul van deze werkwoorden de vijf persoonsvormen in. gis n gisтn lacהn wachтn misтn mis n afboorдn bo n Д rling бantwoordt д vraag van д juf. Gisт n бantwoordд д acтur l vraгn. tt vt lust lust lusten missen redden Ik. mis mist Ik. d dt Ik. Hij. Hij. Hij. Wij lusтn. Wij mis n. Wij dдn. Ik lustт. Ik misт. Ik dд. Wij lustтn. Wij misтn. Wij dдn. 24 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2 Uitgeverij Zwijsen BE 2015

7 3 Vul rijmende persoonsvormen in. tt wij rus tt wij l vt wij k тn usтn usтn vt wij blus vt wij r vt wij kl 4 Vul persoonsvormen in. Let goed op de tijd die je moet gebruiken. rondt losт зtтn landд afronden De metselaar vandaag zijn werk af. oplossen Ali het probleem vorige week zelf op. zetten Wij elke dag de vaat weg. landen Het vliegtuig gisteren niet op tijd. wachтn stтפ kusт blœdt idt ldд wachten Wij nu al een half uur op de dokter! pesten Op zijn vorige school die jongen vaak. kussen De meester de juf en vroeg haar ten huwelijk. bloeden De wonde erg hard. тn ustтn usтn rondleiden De gids de kinderen rond en geeft uitleg. melden Ik meteen het ongeval aan de politie toen ik het zag. Uitgeverij Zwijsen BE 2015 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2 25

8 Franse leenwoorden 1 Welke woorden horen bij elkaar? Geef die kaartjes eenzelfde kleur. coureur mayonaise trottoir medaille etui dressoir courgette ordinair braille biscuit it 2 Kleur drie woorden die als /oe/ klinken, groen. Kleur drie woorden waarin je /j/ hoort, blauw. Kleur drie woorden waarin je /wi/ hoort, geel. Kleur drie woorden waarin je /èè/ hoort, rood. Kleur drie woorden waarin je /waar/ hoort, oranje. Kleur de overblijvende Franse leenwoorden woorden, bruin. medaille trottoir hangar dressoir restaurant punaise braille ordinair boulevard reservoir biscuit route etui plafond brancard circuit enthousiast polonaise taille pardon 3 Schrijf de juiste woorden bij de afbeeldingen. הdouc m edail c ourгtт b rail 26 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2 Uitgeverij Zwijsen BE 2015

9 4 Met deze klankgroepen kun je woorden vormen. Wat betekent elk woord? Schrijf het op de juiste plaats in het kruiswoordraadsel. nair-mil-jo da-me-ille bou-vard-le feu-te-ille-por naise-yo-ma siast-en-thou nai-se-pu ve-en-lop cuit-cir Horizontaal 4. Zo voel je je als je graag meedoet: blij en. 5. Iemand die heel veel geld heeft. 7. Dit verdien je als je de wedstrijd wint. 9. Friet met.... Verticaal 1. Plaats om geld in op te bergen. 2. Hiermee prik je papier op een prikbord. 3. Brede wandelstraat. 6. Plaats waar auto s racen. 8. Hierin steek je je brief voor je hem op de post doet. 7 8 m e da n v 9 mayonai s elo 6 ci r c u it p ort 4e f e u 5 m i l ll e 1 2 3b oul ntho e v ljon ard p u n ais s e ir ast p 5 Maak de woorden af. Schrijf dan het woord helemaal op. Heb je een pun Op de b In mij et ou ai se voor mij? Dan kan ik dat briefje ophangen. levard zijn veel winkeltjes met strandartikelen. zitten pennen, potloden en kleurpotloden. Het is de bedoeling dat iedereen enth Op ons ontbijtbordje had ze een warme cr Een meisje uit mijn klas heeft ook een med ou oi ai siast meezingt. ssant gelegd. lle gewonnen. punai bou vard etui enthousiast croissant dail Uitgeverij Zwijsen BE 2015 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2 27

10 het voltooid deelwoord van werkwoorden die beginnen met ge-, be-, her-, ver- en ont- 1 Schrijf van elk voltooid deelwoord de infinitief op. Mijn opa heeft in zijn leven al veel beleefd. Een aantal van zijn verhalen heeft hij tot gedichten verwerkt. De mooiste gedichten heeft hij verzameld. Ze worden door hem in een schrift bewaard. Hij heeft me dit verteld. Zijn schrift heeft hij aan mij beloofd. Daardoor zal ik steeds aan hem herinnerd worden. б вn вr r n вrza n бwa n вrтl n бloвn rin nה 2 Vul de schuingedrukte woorden aan met een d of een t. Is het schuingedrukte woord een persoonsvorm (pv) of een voltooid deelwoord (vd)? Kruis aan. t pv vd pv vd Hij bezorg de post. Ze verzamel foto s. De zin is vertaal. t d Dat gebeur nooit. t t Ik heb het geheim ontdek. d Waar worden de koekjes bewaar? 28 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2 Uitgeverij Zwijsen BE 2015

11 3 Vul het voltooid deelwoord in. Niet alle deelwoorden eindigen op d of t. ik heb zich ik heb me ik ben besluiten verkleden beginnen verslijten verslapen ontsnappen gebruiken herinneren vertrekken бsloтn вrk d бgon n вrs тn вrslaפn ontsnapt гbruikt rin rdה вrtrok n 4 Vul van deze werkwoorden de tegenwoordige tijd of het voltooid deelwoord in. betalen De rekening wordt via een overschrijving. гбurt rsтldה ontдkt вrzorgt б ft rhaaldה гbruikt вr lt ontwaakt gebeuren Het wel eens dat de juf te laat is. herstellen De lekkende kraan is. ontdekken Ik heb een spin. verzorgen De dierenarts de poes. beleven Zij een boeiend avontuur. herhalen De leerstof wordt niet. gebruiken Wie de schaar? vervelen De jongen zich. ontwaken De patiënt is. бtaald Uitgeverij Zwijsen BE 2015 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2 29

12 woorden met vaste stukjes -teit en -heid 1 Omcirkel de woorden die eindigen op -teit of -heid. Reeds in zijn kindertijd verbleef papa het liefst in de keuken. Als kleine jongen de potten uitlikken vond hij een zaligheid. Later studeerde papa elektriciteit, maar van koken maakte hij zijn specialiteit. Papa moet nu kiezen voor de zekerheid als elektricien of de mogelijkheid om een echte kok te worden. 2 Bekijk de afbeeldingen. Welke woorden horen erbij? schoon moeilijk idה idה puber тit zuiver idה majes тit 3 Maak de woorden af in het enkelvoud. Zet de woorden daarna in het meervoud. de ongelijk de priori de omstandig de mogelijk de speciali idה тit idה idה тit enkelvoud meervoud onгlij kהдn prioriтiтn omstandigהдn moгlij kהдn sפcialiтiтn 30 Dit blad hoort bij Zie zo Spelling, leerjaar 6, blok 2 Uitgeverij Zwijsen BE 2015