Aanvragen om nadeelcompensatie in het kader van de Verordening nadeelcompensatie Souterrain Grote Marktstraat/Kalvermarkt.

Transcriptie

1 rv 239 Gemeentelijke Kredietbank nr Den Haag, 6 oktober 1998 Aan de gemeenteraad Aanvragen om nadeelcompensatie in het kader van de Verordening nadeelcompensatie Souterrain Grote Marktstraat/Kalvermarkt. Op 1 juli 1993 heeft uw raad ingestemd met de realisatie van het Souterrain, een tramtunnel en parkeergarage onder de Grote Marktstraat/Kalvermarkt (rv 1993/216). De bouw is op 26 maart 1996 van start gegaan. Op 15 december 1994 heeft uw raad de Verordening nadeelcompensatie Souter-rain Grote Marktstraat/Kalvermarkt vastgesteld. Met die verordening worden aan belanghebbenden mogelijkheden tot compenserende maatregelen (in financiële of andersoortige zin) geboden, indien aan hen door de werkzaamheden ten behoeve van de bouw nadeel wordt toegebracht, dat gelet op de aard en de omvang daarvan, en in aanmerking genomen alle andere relevante factoren, zo disproportioneel is, dat dit redelijkerwijs niet tot hun last mag blijven. Te behandelen aanvragen. Op grond van genoemde verordening liggen van de volgende ondernemingen de aanvragen voor besluitvorming door uw raad gereed: 1. Coffeeclub, Grote Marktstraat 59/100 te Den Haag; 2. J.C. Kanters, Velpsestraat 155, 2573 SH Den Haag; 3. B.L. van den Bree, Purmerendstraat 115, 2547 Den Haag; 4. E.K. Blok, Ocarinalaan 512, 2287 SG Rijswijk; 5. P.G.L. Dickhof, Korte Schaft 13, 3991 AT Houten; 6. T.J. Jue Kleindijk, Thorbeckelaan 227, 2564 BK Den Haag; 7. V.O.F. Firat, Conradstraat 65, 2221 SG Katwijk; 8. J. van Maanen, Heerenweg 17, 2222 AM Katwijk; 9. P.J. Aarssen, Dr. J Presserstraat 211, 2552 LT Den Haag; 10. S. Butt, p/a Gedempte Gracht 442, Unit 3, 2512 KA Den Haag; 11. R. Otten, Heiloostraat 61, 2547 KA Den Haag; 12. L.A. de Haas, p/a Gedempte Gracht 442, Unit 7, 2512 KA Den Haag; 13. H. Ruardy, Van Loostraat 11, 2582 VZ Den Haag; 14. W.J. van der Kolk, Oliver Hardystrook 17, 2726 TX Zoetermeer; 15. Den Besten B.V., Postbus 52, 2410 AB Bodegraven. In verband met de calamiteit in het Souterrain op de locatie Kalvermarkt d.d. 8 maart 1998 dienden de tramlijnen te worden omgelegd. Als gevolg hiervan stellen de bedrijven, genoemd onder punt 2 t/m 15, welke zijn gevestigd in het complex Markthof, financieel nadeel te hebben ondervonden. Voor de inhoud van de aanvragen en overige correspondentie verwijzen wij naar de op deze aanvragen betrekking hebbende dossiers. Samenvatting van de aanvraag onder 1 : (Coffee Club) Als gevolg van de met de aanleg van het Souterrain samenhangende werkzaamheden stelt de Coffeeclub financieel nadeel te hebben ondervonden door daling van de omzet. Met haar brief van 18 september 1996 kondigde aanvrager aan in een later tijdstip te berekenen wat de financiële gevolgen voor het bedrijf van aanvrager zou zijn. Met haar brief van 27 juli 1997 heeft aanvrager een berekening verstrekt inzake het financiële nadeel, dat door haar geleden zou zijn. Op 2 oktober 1997 werd een hoorzitting gehouden, waarin aanvrager in de gelegenheid werd gesteld haar aanvraag toe te lichten. Bij deze hoorzitting werd overeengekomen, dat aanvrager nog voor toezending van aanvullende gegevens zou zorgdragen. Op 8 december 1997 werd een concept-advies met afwijzing uitgebracht. Inhoudelijke beoordeling kon niet plaatsvinden, omdat de benodigde gegevens niet beschikbaar waren. Met haar faxbericht van 1 februari 1998 heeft aanvrager op het concept-advies gereageerd. Rekening houdend met deze reactie kon het definitieve advies worden opgesteld, waarbij op de volgende gronden moet worden afgewezen. Aanvrager heeft zich in 1994 op de desbetreffende locatie gevestigd. Op dat moment waren de plannen van de gemeente Den Haag met betrekking tot de aanleg van het Souterrain en het autoluw maken van de binnenstad bekend. In het bedrijfsplan heeft aanvrager in onvoldoende mate geanticipeerd of rekening gehouden met deze plannen. De te berekenen raadsvoorstellen

2 omzetdaling dient daarom in het onderhavige geval voor rekening van aanvrager te blijven. Op het moment van vestiging op de betreffende locatie had de aanvrager over voldoende informatie kunnen beschikken wat de mogelijke gevolgen waren voor de nabije toekomst. Er is derhalve sprake van risico-aanvaarding aan de zijde van aanvrager. Zie voorstel ad I. Samenvatting van de aanvraag onder 2. (J.C. Kanters) Op basis van verstrekte financiële gegevens heeft aanvrager kunnen aantonen dat het financiële gevolg van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw in de Kalvermarkt f 1.719,00 bedraagt. In verband met het spoedeisende karakter van de aanvraag werd een voorlopige voorziening van f 1.500,00 aan aanvrager toegekend en betaald. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor om aanvrager het bedrag van f 1.719,00 toe te kennen. Op dit bedrag zal uiteraard het reeds verstrekte bedrag van f 1.500,00, zijnde de toegekende voorlopige voorziening, in mindering worden gebracht. Zie voorstel ad II. Samenvatting van de aanvraag onder 3. (B.L. van den Bree, Meubelgroothandel) Op basis van verstrekte financiële gegevens heeft aanvrager kunnen aantonen dat het directe financiële gevolg van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw in de Kalvermarkt f 4,727,55 bedraagt. In verband met het spoedeisende karakter van de aanvraag werd een voorlopige voorziening van f 4.000,00 aan aanvrager toegekend en betaald. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor om aanvrager het bedrag van f 4.727,55 toe te kennen. Op dit bedrag zal uiteraard het reeds verstrekte bedrag van f 4.000,00, zijnde de toegekende voorlopige voorziening, in mindering worden gebracht. Zie voorstel ad III. Samenvatting van de aanvraag onder 4. (E.K. Blok, Slagerij) Op basis van verstrekte financiële gegevens heeft aanvrager kunnen aantonen dat het directe gevolg van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw van de Kalvermarkt f ,55 bedraagt. In verband met het spoedeisende karakter van de aanvraag werd dit bedrag als voorlopige voorziening aan aanvrager toegekend en betaald. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor om aan aanvrager het bedrag van f ,55 toe te kennen, rekening houdend met het feit, dat dit bedrag reeds als voorlopige voorziening werd verstrekt. Zie voorstel ad IV. Samenvatting van de aanvraag onder 5. (P.G.L. Dickhof, De Sterpoelier B.V.) Op basis van verstrekte financiële gegevens heeft aanvrager kunnen aantonen dat het directe gevolg van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw in de Kalvermarkt f 8.074,27 bedraagt. In verband met het spoedeisende karakter van de aanvraag werd een voorlopige voorziening van f 7.500,00 aan aanvrager toegekend en betaald. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor om aanvrager het bedrag van f 8.074,27 toe te kennen. Op dit bedrag zal uiteraard het reeds verstrekte bedrag van f 7.500,00, zijnde de toegekende voorlopige voorziening, in mindering worden gebracht. Zie voorstel ad V. Samenvatting van de aanvraag onder 6. (T.J. Jue-Kleindijk, Bloemenhandel) Op basis van verstrekte financiële gegevens heeft aanvrager kunnen aantonen dat het directe gevolge van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw in de Kalvermarkt f 6.844,00 bedraagt. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor om aan aanvrager het bedrag van f 6.844,00 toe te kennen. Zie voorstel ad VI. Samenvatting van de aanvraag onder 7. (V.O.F. Firat, Im- en Export) Op basis van verstrekte financiële gegevens heeft aanvrager kunnen aantonen dat het directe financiële gevolg van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw in de Kalvermarkt f 1.075,00 bedraagt. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor om aanvrager het bedrag van f 1.075,00 toe te kennen. Zie voorstel ad VII. 2 raadsvoorstellen 1998

3 Samenvatting van de aanvraag onder 8. (J. van Maanen, Bakkerij) Kalvermarkt is nihil, daar de omzet in de betreffende periode gerelateerd aan de berekende referentie minimaal is gedaald en alleen wordt veroorzaakt door een mindere opbrengst in week 20, namelijk 1% van de gemiddelde weekomzet. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor de aanvraag af te wijzen. Zie voorstel ad VIII. Samenvatting van de aanvraag onder 9. (P.J. Aarssen, Slijterij De Markthof) Kalvermarkt is nihil, daar de omzet in de betreffende periode gerelateerd aan de berekende referentie zo weinig is gedaald, dat het niet anders dan gerekend moet worden vallende onder een niet ongebruikelijke fluctuatie. Gelet op het vorenstaande stellen wij uw raad voor de aanvraag af te wijzen. Zie voorstel ad IX. Samenvatting van de aanvraag onder 10. (S. Butt, p/a Gedempte Gracht 442, Unit 3, 2512 KA Den Haag) Aanvrager heeft geen financiële bescheiden overgelegd. Een causaal verband, noch de hoogte van het eventueel geleden nadeel kunnen worden vastgesteld. Daarom stellen wij uw raad voor om de aanvraag af te wijzen. Zie voorstel ad X. Samenvatting van de aanvraag onder 11.(R. Otten) Kalvermarkt is nihil, daar de omzet de betreffende periode gerelateerd aan de berekende referentie, is gestegen. Daar er nu geen aantoonbaar financieel nadeel is geleden, stellen wij uw raad voor om de aanvraag af te wijzen. Zie voorstel ad XI. Samenvatting van de aanvraag onder 12. (L.A. de Haas, Micromarket) Aanvrager heeft geen financiële bescheiden overgelegd. Een causaal verband noch de hoogte van het eventueel geleden nadeel kunnen worden vastgesteld. Daarom stellen wij uw raad voor de aanvraag af te wijzen. Zie voorstel ad XII. Samenvatting van de aanvraag onder 13. (H. Ruardy, Poelier) Aanvrager heeft geen financiële bescheiden overgelegd. Een causaal verband noch de hoogte van het eventueel geleden nadeel kunnen worden vastgesteld. Daarom stellen wij uw raad voor de aanvraag af te wijzen. Zie voorstel ad XIII. Samenvatting van de aanvraag onder 14. (W.J. van der Kolk) Op basis van de verstrekte financiële gegevens heeft aanvrager kunnen aantonen dat het directe gevolg van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw in de Kalvermarkt f 3.251,61 bedraagt. In verband met het spoedeisende karakter van de aanvraag werd dit bedrag als voorlopige voorziening aan aanvrager toegekend en betaald. Wij stellen uw raad voor om aanvrager een vergoeding toe te kennen van f 3.251,61, rekening houdend met het feit, dat dit bedrag reeds als voorlopige voorziening werd verstrekt. Zie voorstel ad XIV. Samenvatting van de aanvraag onder 15. (Den Besten, Kaas en Delicatessen) Aanvrager heeft niet de maandomzetcijfers over de periode van de tramomleiding naar aanleiding van de problemen met de bouw in de Kalvermarkt overgelegd. Een causaal verband, noch de hoogte van het eventueel geleden nadeel kunnen worden vastgesteld. Daarom stellen wij uw raad voor, de aanvraag af te wijzen. Zie voorstel ad XV. Gezien het vorenstaande stellen wij u voor, overeenkomstig het eenstemmige advies van de commissie voor Verkeer, Binnenstad en Beschermde Stadsgezicht, het volgende besluit te nemen: De raad van de gemeente Den Haag, Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders, Besluit: raadsvoorstellen

4 I. gelet op art. 9 van de Verordening Nadeelcompensatie Souterrain Grote Marktstraat/Kalvermarkt de aanvraag van de Coffeeclub wegens kennelijke ongegrondheid af te wijzen; II. III. IV. Kalvermarkt J.C. Kanters een vergoeding van f 1.719,00 toe te kennen, rekening houdend met de reeds verstrekte voorlopige voorziening van f 1.500,00; Kalvermarkt B.L. van den Bree een vergoeding van f 4.727,55 toe te kennen, rekening houdend met de reeds verstrekte voorlopige voorziening van f 4.000,00; Kalvermarkt E.K. Blok een vergoeding van f ,55 toe te kennen, rekening houdend met het feit dat dit bedrag reeds als voorlopige voorziening werd verstrekt; V. Kalvermarkt De Sterpoelier B.V. een vergoeding toe te kennen van f 8.074,27, rekening houdend met de reeds verstrekte voorlopige voorziening van f 7.500,00; VI. VII. VIII. IX. Kalvermarkt T.J. Jue-Kleindijk een vergoeding toe te kennen van f 6.844,00; Kalvermarkt V.O.F. Firat een vergoeding toe te kennen van f 1.075,00; Kalvermarkt de aanvraag van J. van Maanen wegens kennelijke ongegrondheid af te wijzen; Kalvermarkt de aanvraag van P.J. Aarssen wegens kennelijke ongegrondheid af te wijzen; X. Kalvermarkt de aanvraag van S. Butt wegens kennelijke ongegrondheid af te wijzen; XI. XII. XIII. XIV. XV. XVI. Kalvermarkt de aanvraag van R. Otten wegens kennelijke ongegrondheid af te wijzen; Kalvermarkt de aanvraag van L.A. de Haas wegens kennelijke ongegrondheid af te wijzen; Kalvermarkt de aanvraag van H. Ruardy wegen kennelijke ongegrondheid af te wijzen; Kalvermarkt W.J. van der Kolk een vergoeding van f 3.251,61 toe te kennen, rekening houdend met het feit, dat dit bedrag reeds als voorlopige voorziening werd verstrekt; Kalvermarkt de aanvraag van Den Besten wegens kennelijke ongegrondheid af te wijzen;. de bedragen genoemd in besluit I-XV komen ten laste van het krediet Souterrain. Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van ¹) De secretaris, De voorzitter, Burgemeester en wethouders van Den Haag. De secretaris, J.A.M. KROESE-DUIJSTERS. De burgemeester, W.J. DEETMAN. 4 raadsvoorstellen 1998

5 ¹) 15 oktober 1998 raadsvoorstellen