Beleidsregels artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo
|
|
- Gabriël Verlinden
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 < klik hier voor meer toelichting mbt schrijven beleidsregel Z , docnr Beleidsregels artikel 2.12, eerstelid, onder a, onder 2 van de Wabo Wetstechnische informatie (Vastgesteld op 11 maart 2014) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Gemeente Waalwijk Officiële naam regeling Beleidsregels artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo Citeertitel Beleidsregels magazijnverkopen Waalwijk 2013 Vastgesteld door Onderwerp college van burgemeester en wethouders ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer Eigen onderwerp Opmerkingen met betrekking tot de regeling De Wabo geeft gemeenten ruimte om af te wijken van het bestemmingsplan voor zogenoemde "kruimelgevallen". Gelijke gevallen moeten gelijk behandeld worden en burgers dienen van te voren te weten hoe dit flexibiliteitinstrument wordt toegepast. Met deze beleidsregels specifiek gericht op zgn. magazijnverkopen wordt dit inzichtelijk gemaakt. Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd 1. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, 2.12,1,a, 2. Besluit omgevingsrecht 2.7 jo. 4 bijlage II Datum inwerkingtreding Terugwerkende kracht tot en met Datum uitwerkingtreding Betreft Datum ondertekening Bron bekendmaking Kenmerk voorstel Nieuwe regeling Tekst van de regeling Hoofdstuk 1: Algemeen 1.1 Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in werking getreden. De Wabo heeft gevolgen voor de zogenaamde buitenplanse ontheffing van het bestemmingsplan die in artikel 3:23 van de Wet ruimtelijke ordening was beschreven. Dit artikel is inmiddels vervangen door artikel 2:12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo. In artikel 2.7 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) gelezen in combinatie met artikel 4 van bijlage II van het Bor wordt vermeld voor welke categorieën planologische gebruiksactiviteiten een omgevingsvergunning kan worden verleend. Artikel 4 van bijlage II van het Bor vervangt het oude artikel van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). In artikel 4 van bijlage II van het Bor staan diverse categorieën vermeld waarvoor afgeweken kan worden van het bestemmingsplan. Per categorie zijn maximum maten c.q. criteria genoemd die niet overschreden mogen worden. Het afwijken van het bestemmingsplan is echter een bevoegdheid en geen plicht. Dit insinueert reeds dat niet automatisch de maximale mogelijkheden hoeven te worden toegepast. Om de door de wetgever gegeven beleidsvrijheid verder in te vullen is het wenselijk dat beleidsregels worden opgesteld zodat duidelijk wordt in welke gevallen het college van burgemeester
2 en wethouders wil afwijken van het bestemmingsplan middels artikel 2:12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo. De directe aanleiding voor de regels is gelegen in de wens om magazijnverkopen door bedrijven vanaf bedrijventerreinen of overige locaties binnen de gemeente te reguleren, voor zover het bestemmingsplan deze activiteit niet toestaat. 1.2 Doel Het is van belang dat met gelijke gevallen ook gelijk omgegaan wordt. Met de beleidsregels kan dit worden gewaarborgd. Daarnaast is het voor burgers en bedrijven van belang dat zij van te voren weten hoe de gemeente Waalwijk met de gegeven bevoegdheid in concrete gevallen omgaat. Ook geeft het juridisch gezien een motiveringsvoordeel wanneer een beleidsregel wordt opgesteld. Dit is handig bij het beoordelen van een aanvraag om een omgevingsvergunning. Tot slot is deze afwijking van het bestemmingsplan onderdeel van de reguliere procedure van de Wabo. Dit betekent dat het bevoegd gezag binnen acht weken moet reageren op een aanvraag. Doen zij dat niet dan ontstaat er een van rechtswege verleende vergunning. In een dergelijke procedure is het dus essentieel om snel te handelen. Voorliggende beleidsregels dragen daaraan bij. 1.3 Leeswijzer In hoofdstuk 2 is de juridische basis en de noodzaak tot het opstellen van beleidsregels weergegeven. In hoofdstuk 3 is beschreven hoe de beleidsregels moeten worden toegepast. Tot slot zijn in hoofdstuk 4 de beleidsregels weergegeven. Hoofdstuk 2: Beleidsregels en de noodzaak 2.1 Beleidsregels De Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) bepaalt in artikel 4:81 Awb dat een gemeente beleidsregels kan opstellen. Het voordeel daarvan is dat conform artikel 4:82 Awb bij de motivering van een besluit volstaan kan worden naar het verwijzen naar de beleidsregels. Het is dus niet meer nodig om elke aanvraag afzonderlijk te motiveren. Indien er geen beleidsregels zijn dan zal elk besluit afzonderlijk wel gemotiveerd moeten worden. Dit conform afdeling 3.7 van de Awb. Het opstellen van beleidsregels betekent dat het bestuur in beginsel gebonden is om ook conform de beleidsregels te handelen. Voor bijzondere gevallen biedt artikel 4:84 Awb echter een afwijkingsmogelijkheid. Het spreekt voor zich dat hier slechts incidenteel gebruik van mag worden gemaakt. 2.2 Noodzakelijkheid beleidsregels De vraag is of het opstellen van beleidsregels noodzakelijk is voor de gemeente Waalwijk. Van groot belang is dat wij in onze gemeente beschikken over de actuele (ontwerp)bestemmingsplannen Haven, Haven Zeven en Bedrijventerreinen. Daarnaast zijn ook groothandelsbedrijven gevestigd in het gebied dat zal worden gereguleerd door het bestemmingsplan gemengde gebieden. De algemene regel is dat het niet wenselijk is om van actuele bestemmingsplannen, en het daarin opgenomen beleid, af te wijken. In basis komt dat beleid erop neer dat detailhandel op bedrijventerreinen onwenselijk is. Detailhandel is daarom expliciet verboden. In de bestemmingsplannen is wel opgenomen dat ondergeschikte en niet-zelfstandige productiegebonden detailhandel is toegestaan. Deze detailhandel is in de regel gebonden aan een maximum 10% van het totale bruto vloeroppervlak tot een maximum bruto vloeroppervlak van 100 m2. Op die situatie zien deze beleidsregels niet. In de beleidsregels worden de vergunningen veelal gekoppeld aan de bedrijventerreinen. In het kader van deze beleidsnotitie wordt het bedrijventerrein Haven in drie afzonderlijke delen beschouwd, te weten Haven Zeven, het gebied ten westen van de haven en het gebied ten oosten van de haven. 2.3 Overgangsrecht Er is één bedrijf dat aanspraak kan maken op overgangsrechtelijk beschermd illegaal gebruik als het gaat om stocksales. met dit bedrijf is overleg gevoerd, hetgeen geresulteerd heeft in persoonsgebonden overgangsrecht voor dit bedrijf voor een periode van drie jaar. Daarna zijn de beleidsregels integraal van toepassing.
3 Hoofdstuk 3: Toepassen beleidsregels 3.1 Inleiding Voorafgaand aan de toetsing aan de beleidsregels vindt eerst de toetsing plaats aan het bestemmingsplan. Indien de aanvraag om een vergunning in het bestemmingsplan past of past in de in het bestemmingsplan opgenomen regels inzake afwijking dan vinden deze beleidsregels geen toepassing. Indien een aanvraag niet in het bestemmingsplan en de daarin opgenomen regels inzake afwijking past, dient te worden bezien of de activiteit qua maatvoering past binnen de op bijlage II genoemde maten. Indien dit het geval is dan kan aan de beleidsregels worden getoetst. Het voorgaande is inherent aan de systematiek van artikel 2:12 Wabo. In het eerste lid is de mogelijkheid benoemd om regels inzake afwijking op te nemen in het bestemmingsplan. Het tweede lid bevat de verwijzing naar bijlage 2 van het Bor en indirect dus ook naar de beleidsregels. Indien ook dit geen oplossing kan bieden kan het derde lid worden ingezet wat toeziet op het voeren van een uitgebreide afwijkingsprocedure (voorheen projectbesluit). 3.2 Organisatie Aanvragen voor een omgevingsvergunning worden getoetst door de afdeling LVH. Primair wordt getoetst aan het bestemmingsplan. Indien niet vergund kan worden op basis van het bestemmingsplan, wordt toepassing gegeven aan het bepaalde in artikel 2.12, eerste lid, onder a, 2 van de Wabo jo artikel 4, negende lid, bijlage II van de BOR. Bij eventuele twijfel of de beleidsregels toepasbaar zijn dient de afdeling RSO te worden geraadpleegd Procedure Het concept van de beleidsregels wordt ter goedkeuring gestuurd naar het college. Vervolgens worden de beleidsregels zes weken ter inzage gelegd. Daarna worden de beleidsregels definitief vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. Daarbij wordt ook ingegaan op eventueel ingebrachte zienswijzen en hoe deze zienswijzen inhoudelijk zijn beoordeeld. In de bij deze regels behorende beleidsnotitie, welke geldt als toelichting, is ingegaan op de zijnswijzen. Hoofdstuk 4 Beleidsregels Artikel 1 Begripsbepalingen groothandel het bedrijfsmatig, anders dan aan particulieren, te koop aanbieden, verkopen en afleveren van goederen. detailhandel het bedrijfsmatig aan particulieren te koop aanbieden, verkopen en/of afleveren van goederen magazijnverkopen verkoop van modische goederen welke tot de normale bedrijfsvoering van het betreffende bedrijf behoren, waaronder de verkoop van restpartijen, monstercollecties en collecties met een productiegebrek, gezamenlijk te noemen restpartijen. Restpartijen de verkoop van overjarige seizoensrestanten, waarbij moet kunnen worden aangetoond dat de te verkopen artikelen langer dan 6 maanden aanwezig zijn geweest in het bedrijf. Artikel 2 Gebruik van bouwwerken Artikel 4, negende lid van bijlage II van het Bor Burgemeester en wethouder kunnen omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bestemmingsplan ten behoeve van het gebruiken van bouwwerken, al dan niet in samenhang met inpandige bouwactiviteiten, mits:
4 1.het bouwwerk binnen de bebouwde kom is gelegen, en; 2.de wijziging betrekking heeft op een oppervlakte van niet meer dan1500 m². Uitgangspunten bij toepassing: Binnen de gemeente gevestigde ondernemingen krijgen maximaal twee maal per kalenderjaar de mogelijkheid om een incidentele verkoop te houden. Ten aanzien van bedrijven die een verkoop aanvragen met een maximaal verkoopvloeroppervlak van 500m2 wordt een maximum van 12 bedrijven voor de gehele gemeente gehanteerd, die in aanmerking komen voor vergunning Ten aanzien van bedrijven die een verkoopvloeroppervlak tussen de 500 en de 1500 m2 hanteren wordt een maximum van 6 bedrijven voor de gehele gemeente gehanteerd, die in aanmerking komen voor vergunning. Ten aanzien van alle bedrijven geldt dat toestemming kan worden verleend als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: Het bedrijf moet tenminste een half jaar gevestigd zijn op de betreffende locatie in de gemeente Waalwijk, teneinde te voorkomen dat bedrijven zich enkel kortstondig vestigen om incidentele verkoop mogelijk te maken; Het betreft de verkoop van goederen welke tot de normale bedrijfsvoering van het betreffende bedrijf behoren; Het betreft de verkoop van restpartijen of collecties met een produktiefout, slechts de verkoop van modische artikelen is toegestaan; Er moet voldoende parkeergelegenheid aanwezig zijn op het eigen perceel. Indien gebruik gemaakt wordt van nabij gelegen percelen moet de eigenaar van de betreffende percelen hiervoor schriftelijk toestemming verlenen; Er mogen geen ernstige nadelige gevolgen voor de verkeersafwikkeling plaatsvinden en de bereikbaarheid door hulpdiensten moet gegarandeerd zijn; het bedrijf dient zelf zorg te dragen voor het reguleren van het verkeer; Incidentele verkopen voor bedrijven met verkoopoppervlakte tussen 500m2 en 1500m2 mogen niet gelijktijdig in meer dan één bedrijf op hetzelfde bedrijventerrein plaatsvinden; ten aanzien van bedrijven met een oppervlakte tot 500m2 mogen niet meer dan vier verkopen gelijktijdig plaatsvinden op hetzelfde bedrijventerrein. De verkopen mogen maximaal op drie aaneengesloten dagen plaatsvinden, uitsluitend in de periode oktober t/m november en april t/m mei; de verkooptijden en verkoopdagen mogen niet afwijken van de voor betreffende dagen vastgelegde tijden in de winkeltijdenverordening van de gemeente Waalwijk. Het gebouw waar de verkoop gaat plaatsvinden dient te voldoen aan de eisen uit het Bouwbesluit en de eisen uit het gebruiksbesluit ten aanzien van brandveiligheid voor dit specifieke tijdelijke afwijkende gebruik van het gebouw; Uiterlijk 8 weken voor aanvang van de verkoopactiviteiten dient door initiatiefnemer een omgevingsvergunning voor de verkoop te worden gevraagd en een gebruiksmelding te worden ingediend zodat getoetst kan worden of het gebouw voldoet aan deze eisen. Wanneer deze melding niet op tijd wordt ingediend kan de verkoopactiviteit niet doorgaan. De gebruiksmelding wordt ook getoetst aan de eisen van Externe veiligheid (BEVI). Artikel 3 Hardheidsclausule Het college van burgemeester en wethouders blijft bevoegd om af te wijken van deze regeling, met name wanneer deze voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen. Indien tussentijds blijkt dat het aantal aanvragen voor vergunning het toegestane maximum aantal vergunningen overstijgt, zoals genoemd bij de uitgangspunten, kan het college, na overleg met WBP en WOF, besluiten alsnog vergunning te verlenen. Artikel 4 Inwerkingtreding en evaluatie
5 Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari Deze werking van deze regeling wordt geëvalueerd één jaar na inwerkingtreding van de regeling Artikel 9 Titel Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als Beleidsregels Magazijnverkopen Waalwijk 2013 Aldus vastgesteld in de vergadering van het College van Waalwijk op 11 maart Het College van Waalwijk, De secretaris, de burgemeester, J.H. Lagendijk drs. A.M.P. Kleijngeld Bijlage I: Artikel 2:12 Wabo Artikel Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, kan de omgevingsvergunning slechts worden verleend: a. indien de activiteit in strijd is met het bestemmingsplan of de beheersverordening: 1. met toepassing van de in het bestemmingsplan of de beheersverordening opgenomen regels inzake afwijking, 2. in de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen gevallen, of 3. indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat; b. indien de activiteit in strijd is met het exploitatieplan: met toepassing van de daarin opgenomen regels inzake afwijking; c. indien de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening: voor zover de betrokken regels afwijking daarvan toestaan; d. indien de activiteit in strijd is met een voorbereidingsbesluit: met toepassing van de in het voorbereidingsbesluit opgenomen regels inzake afwijking. 2. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder a, onder 3, kan de vergunning, voor zover zij betrekking heeft op een activiteit voor een bepaalde termijn, worden verleend, indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. 3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de inhoud van de ruimtelijke onderbouwing, bedoeld in het eerste lid, onder a, onder 3. Bijlage II: Artikel 4 Bijlage II van het besluit omgevingsrecht Hoofdstuk IV. Categorieën gevallen waarin voor planologische gebruiksactiviteiten een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de wet kan worden verleend
6 Artikel 4 Voor verlening van een omgevingsvergunning waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de wet van het bestemmingsplan of de beheersverordening wordt afgeweken, komen in aanmerking: o 1. een bijbehorend bouwwerk: a. binnen de bebouwde kom, b. buiten de bebouwde kom, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: 1. niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf, 2. de oppervlakte niet meer dan 150 m 2, en 3. het bouwen niet tot gevolg heeft dat het aansluitend terrein voor meer dan 50% wordt bebouwd dan wel dat de oppervlakte die op grond van het bestemmingsplan of de beheersverordening voor bebouwing in aanmerking komt voor meer dan 50% wordt overschreden; o 2. een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening als bedoeld in artikel 2, onderdeel 18, onder a, dat niet voldoet aan de in dat subonderdeel genoemd eisen, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. niet hoger dan 5 m, en b. de oppervlakte niet meer dan 50 m²; o 3. een bouwwerk, geen gebouw zijnde, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. niet hoger dan 10 m, en b. de oppervlakte niet meer dan 50 m²; o 4. een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw; o 5. een antenne-installatie, mits niet hoger dan 40 m; o 6. een installatie bij een glastuinbouwbedrijf voor warmtekrachtkoppeling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder w, van de Elektriciteitswet 1998; o 7. een installatie bij een agrarisch bedrijf waarmee duurzame energie wordt geproduceerd door het bewerken van uitwerpselen van dieren tot krachtens artikel 5, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet aangewezen eindproducten van een krachtens dat artikellid omschreven bewerkingsprocedé dat ziet op het vergisten van ten minste 50 gewichtsprocenten uitwerpselen van dieren met in de omschrijving van dat procedé genoemde nevenbestanddelen; o 8. het gebruiken van gronden of bouwwerken ten behoeve van evenementen met een maximum van drie per jaar en een duur van ten hoogste vijftien dagen per evenement, het opbouwen en afbreken van voorzieningen ten behoeve van het evenement hieronder begrepen; o o 9. het gebruiken van bouwwerken, al dan niet in samenhang met inpandige bouwactiviteiten, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. binnen de bebouwde kom, en b. de oppervlakte niet meer dan 1500 m²; 10. het gebruiken van een recreatiewoning voor bewoning, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. de recreatiewoning voldoet aan de bij of krachtens de Woningwet aan een bestaande woning gestelde eisen; b. de bewoning niet in strijd is met de bij of krachtens de Wet milieubeheer, de Wet geluidhinder, de Wet ammoniak en veehouderij en de Wet geurhinder en veehouderij gestelde regels of de Reconstructiewet concentratiegebieden,
7 c. de bewoner op 31 oktober 2003 de recreatiewoning als woning in gebruik had en deze sedertdien onafgebroken bewoont, en d. de bewoner op 31 oktober 2003 meerderjarig was. Bijlage III: Bedrijventerreinen De regeling is van toepassing op alle bedrijven die gevestigd zijn in de gemeente Waalwijk, meer in het bijzonder de bedrijven die gevestigd zijn op de bedrijventerreinen in de gemeente Waalwijk, geregeld door het ontwerpbestemmingsplan Haven, het bestemmingsplan Haven Zeven en het ontwerpbestemmingsplan Bedrijventerreinen
8 Toelichting op Beleidsregels Magazijnverkopen Waalwijk 2013 Notitie Beleidsregels Waalwijk magazijnverkopen Publiekssamenvatting Om de overlast van de magazijnverkopen in te perken wil de gemeenten de excessen terugdringen door beperkingen te stellen. De gemeente wil aan in de gemeente gevestigde ondernemingen maximaal twee maal per kalenderjaar de mogelijkheid bieden een incidentele verkoop te houden binnen een door het college vastgestelde periode. Voor grotere bedrijven wordt aan maximaal zes bedrijven toestemming gegeven. Voor kleinere bedrijven wordt aan maximaal twaalf bedrijven toestemming gegeven Voor alle bedrijven geldt dat toestemming slechts wordt verleend als wordt voldaan aan een aantal voorwaarden. De nieuwe beleidsregels hebben als doel rechtsgelijkheid te bieden. Ze bieden de mogelijkheid voor de gemeente om eenduidig op te kunnen treden, zodat iedereen weet wat wel en wat niet is toegestaan. Kerngegevens Inleiding De gemeente wordt regelmatig geconfronteerd met eenmalige verkopen van restpartijen aan particulieren (magazijnverkoop). Dan gaat het meestal om incidentele partijenverkopen op bedrijventerreinen vanuit een bedrijfs- of groothandelsbestemming. Dit betreft detailhandel en is in strijd met de bestemmingsplannen die voor de bedrijventerreinen gelden en is dus niet toegestaan. Gelet op de gestelde prioriteiten in de handhaving wordt momenteel tegen magazijnverkopen slechts opgetreden indien de openbare orde of veiligheid in het gedrang komt. Een absoluut verbod en strikte handhaving wordt niet als realistisch gezien. Gezien de behoefte die bestaat bij groothandelsbedrijven om dit soort verkopen te houden en het economisch belang dat men daarbij heeft en tegelijkertijd de onrust die bij reguliere winkeliers is ontstaan, is aanvullend beleid echter wel wenselijk. In dit beleid wordt geregeld hoe omgegaan wordt met partijenverkoop die niet past in het bestemmingsplan. De voorgestelde beleidsregels hebben als doel rechtsgelijkheid te bieden en bieden de mogelijkheid om als gemeente eenduidig op te kunnen optreden. De beleidsregels betekenen een inperking van de huidige praktijk, waarbij de beperkingen niet alleen liggen in tijdsduur (= aantal dagen) maar ook in tijdvak (tijdens de opruimtijd en niet vlak daarvoor) en bezoekersaantallen (via parkeermogelijkheid en brandveiligheidsmelding) en vloeroppervlak (maximale maatstelling verkoopoppervlak) Om het gat te overbruggen tussen huidige gedoogpraktijk en de straks toegelaten praktijk is in een werkgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van gemeente, WOF, WBP, centrummanagement en een onafhankelijk deskundige gesproken over de invulling van de beleidsregels en de mogelijke alternatieven. Daarbij is vastgesteld dat alternatieven, zoals het faciliteren van magazijnverkopen in het centrum, zeker voor zover deze betrekking hebben op de bedrijven die een groot vloeroppervlak in gebruik hebben, feitelijk niet uitvoerbaar zijn. Reden waarom is teruggevallen op het beperken van de magazijnverkopen zodat excessen kunnen worden voorkomen. Daarbij is ook van belang dat de regels dusdanig moeten worden geformuleerd dat deze handhaafbaar zijn. De bevoegdheid en de verantwoordelijkheid voor het stellen van deze beleidsregels berust bij het college. Daarbij zijn de belangen meegewogen maar het is niet zo dat de beleidsregels op voorhand geheel onderschreven worden door de belangenvertegenwoordigers.
9 Bij de formulering van beleidsregels is aandacht geschonken aan de juridische houdbaarheid van de regels. De juridische grondslag moet deugdelijk zijn. Door aan te haken op het bepaalde in Wabo en met name gebruik te maken van de vrijstellingsmogelijkheden ten aanzien van het gebruik, dient voor een magazijnverkoop een omgevingsvergunning te worden aangevraagd. Naast het gegeven dat de gemeente daardoor goed zicht krijgt in de aard en hoeveelheid van magazijn verkopen in de gemeente, ontstaat daardoor ook de mogelijkheid van bezwaar en beroep voor zowel aanvrager als belanghebbenden. Door het op deze manier in te steken betekent het wel dat magazijnverkopen primair vanuit het perspectief van ruimtelijke ordening benaderd moeten worden en het dus vooral gaat om het reguleren van de ruimtelijke effecten en de ruimtelijke uitstraling van het pand en de activiteiten die ondernomen worden. In de bestemmingsplannen is momenteel opgenomen dat ondergeschikte en nietzelfstandige productie gebonden detailhandel is toegestaan. Deze detailhandel is in de regel gebonden aan een maximum 10% van het totale bruto vloeroppervlak tot een maximum bruto vloeroppervlak van 100 m2. Blijft het daarbinnen dan is dus sprake van een positief bestemde activiteit. Voor deze activiteit behoeft dan geen vergunning te worden gevraagd op grond van deze beleidsregels. Als het gaat om het voeren van economisch beleid of anti-concurrentiebeleid, dan zijn de mogelijkheden van de gemeente beperkt. Naar analogie van een uitspraak van de Afdeling rechtspraak van 18 september 2013 is het enkel op grond van economische motieven weren van detailhandel haast onmogelijk, tenzij de detailhandel betrekking heeft op eerste levensbehoeften. Het criterium van de duurzame ontwrichting staat echter zeker niet in de weg aan het stellen van nadere criteria aan detailhandel, mits daarmee een dwingende reden van algemeen belang is gediend. Een dwingende reden is gelegen in de ruimtelijke ordening. Door aan te haken op artikel 2.12, eerste lid, onder a, 2 van de Wabo jo artikel 4, negende lid, bijlage II van de BOR wordt de mogelijkheid gecreëerd om ontheffing van de gebruiksvoorschriften te geven (dus ook van het gebruik als detailhandel) mits geen grotere vloeroppervlakte in beslag wordt genomen dan 1500 m2. Dit is de maximale maat waarvoor een gebruiksvrijstelling kan worden gegeven. Onder groothandel wordt verstaan: het bedrijfsmatig, anders dan aan particulieren, te koop aanbieden, verkopen en afleveren van goederen. In het bestemmingsplan is opgenomen dat gebouwen en andere bouwwerken op grond met de bestemming niet voor detailhandel mogen worden gebruikt. Onder detailhandel wordt dan verstaan: het bedrijfsmatig aan particulieren te koop aanbieden, verkopen en/of afleveren van goederen; De praktijk laat zien dat de behoefte aan magazijnverkopen aanwezig is zowel bij kleinere bedrijven als bij grotere bedrijven. Bij magazijnverkopen wordt veelal ingestoken op de verkoop van restpartijen en monsterpartijen. Dit kan zowel modische als niet-modische artikelen betreffen. In dit beleid worden de verkopen beperkt tot de modische artikelen. Om te voorkomen dat een lopende collectie wordt verkocht en op die wijze oneerlijke concurrentie wordt veroorzaakt ten opzichte van de reguliere detailhandel wordt als restpartij gezien overjarige seizoensrestanten, waarbij moet kunnen worden aangetoond dat de te verkopen artikelen langer dan 6 maanden aanwezig zijn geweest in het bedrijf. De grotere bedrijven trekken meer aandacht omdat de ruimtelijke uitstraling groter is en heel veel publiek trekken. Vaak is parkeeroverlast dan het gevolg. Als je een koppeling aanbrengt met beschikbare verkoopoppervlakte dan kun je verwachten dat de bezoekers capaciteit daaraan gerelateerd is. Ook indien gewerkt wordt met tijdblokken ontstaat op wisseltijden veel particulier verkeer. Om de ruimtelijke uitstraling te beperken ligt het voor de hand om het aantal grotere verkopen in aantal te beperken en te voorkomen dat samenloop plaatsvindt van gelijktijdige grote verkopen. Over het aantal bestaat tussen het WOF en het WBP geen overeenstemming, reden waarom de gemeente hier een gemotiveerde keus maakt. De last en ruimtelijke uitstraling van
10 een kleinere verkoop is minder groot. Ook is onbekend hoeveel van deze verkopen op dit moment plaatsvinden, wel is bekend dat ze plaatsvinden. De gemeente ontvangt over het algemeen geen klachten over dergelijke verkopen. Echter bij een groot aantal van dit kleinere verkopen kan wel een vorm van oneerlijke concurrentie ontstaan. Indien verbruik wordt gemaakt van de vrijstellingsmogelijkheid van de Wabo moeten ook de kleinere bedrijven vergunning aanvragen. Omdat een ongelimiteerd aantal vergunningen ook een aantrekkende werking kan hebben, wordt ervoor gekozen om ook hier een maximum te stellen aan het aantal bedrijven dat in aanmerking komt voor een vergunning. Bij de voorziene evaluatie kan worden vastgesteld of het aantal vergunningen toereikend is. Daarnaast wordt ook een hardheidsclausule in de beleidsregels opgenomen, zodat, na overleg met belanghebbende partijen, de mogelijkheid bestaat meer vergunningen af te geven dan voorzien. Het is daarnaast zaak dat voorkomen wordt dat een groot aantal kleinere bedrijven gelijktijdig een verkoop houden. Reden waarom zal worden opgenomen dat niet meer dan 4 bedrijven die gevestigd zijn op het hetzelfde bedrijventerrein op hetzelfde moment een verkoop mogen houden. Voor de opstelling van de beleidsregels is in eerste instantie aansluiting gezocht bij de regels die zijn opgesteld voor het bedrijventerrein Mijdrecht. Deze regels stammen in eerste aanleg echter uit 2008 en de regelgeving is sindsdien ingrijpend veranderd, voorts is er de nodige jurisprudentie verschenen. Daardoor berust de economische regulering die ligt besloten in deze regels niet meer op een goede juridische grondslag. Daardoor zijn slechts de bepalingen overgenomen die betrekking hebben op de ruimtelijke uitstraling. De nieuwe beleidsregels houden in, dat op bedrijventerreinen gevestigde ondernemingen maximaal twee maal per kalenderjaar de mogelijkheid krijgen een incidentele verkoop te houden. Daarbij wordt een maximumtermijn van 3 dagen per keer gehanteerd. Deze termijn is gekozen om bedrijven de gelegenheid te geven de bezoekersaantallen beter te spreiden. Ten aanzien van bedrijven die een verkoop aanvragen met een maximaal verkoopvloeroppervlak van 500m2 wordt een maximum gehanteerd van 12 bedrijven voor de hele gemeente die voor vergunning in aanmerking kunnen komen De overige voorwaarden in de beleidsregels gelden onverkort ten aanzien van deze bedrijven. Ten aanzien van bedrijven die een verkoopvloeroppervlak tussen de 500 en de 1500 m2 hanteren wordt een maximum gehanteerd van 6 bedrijven voor de hele gemeente die voor vergunning in aanmerking kunnen komen. Deze grote bedrijven genereren door de mogelijk grotere bezoekersaantallen meer overlast en vragen meer maatregelen, reden waarom een beperking in het aantal redelijk is. Het aantal is mede bepaald door de omvang van de huidige praktijk. Mocht blijken dat de behoefte groter is, dan wordt na overleg met het bedrijfsleven (Wof en Wbp) bezien in hoeverre uitbreiding wenselijk is. Dit geldt ook voor het genoemde aantal van 12. Toestemming kan worden verleend als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: Het bedrijf moet tenminste een half jaar gevestigd zijn op de betreffende locatie in de gemeente Waalwijk, teneinde te voorkomen dat bedrijven zich enkel kortstondig vestigen om incidentele verkoop mogelijk te maken; Het betreft de verkoop van goederen welke tot de normale bedrijfsvoering van het betreffende bedrijf behoren; Het betreft de verkoop van restpartijen; waaronder wordt verstaan de verkoop van overjarige seizoensrestanten, waarbij moet kunnen worden aangetoond dat de te verkopen artikelen langer dan 6 maanden aanwezig zijn geweest in het bedrijf. Er moet voldoende parkeergelegenheid aanwezig zijn op het eigen perceel. Indien gebruik gemaakt wordt van nabij gelegen percelen moet de eigenaar van de betreffende percelen hiervoor schriftelijk toestemming verlenen; Er mogen geen ernstige nadelige gevolgen voor de verkeersafwikkeling plaatsvinden en de bereikbaarheid door hulpdiensten moet gegarandeerd zijn; het bedrijf dient zelf zorg te dragen voor het reguleren van het verkeer;
11 Incidentele verkopen voor bedrijven met verkoopoppervlakte tussen 500m2 en 1500m2 mogen niet gelijktijdig in meer dan één bedrijf op hetzelfde bedrijventerrein plaatsvinden;. Incidentele verkopen voor bedrijven met verkoopoppervlakte tussen tot 500m2 mogen niet gelijktijdig in meer dan 4 bedrijven op hetzelfde bedrijventerrein plaatsvinden De verkopen mogen maximaal op drie aaneengesloten dagen plaatsvinden, m.u.v. zon- en feestdagen en uitsluitend in de periode oktober t/m november en april t/m/ mei; de verkooptijden mogen niet afwijken van de voor betreffende dagen vastgelegde tijden in de winkeltijdenverordening van de gemeente Waalwijk. Het gebouw waar de verkoop gaat plaatsvinden dient te voldoen aan de eisen uit het Bouwbesluit en de eisen uit het gebruiksbesluit ten aanzien van brandveiligheid voor dit specifieke tijdelijke afwijkende gebruik van het gebouw;. Indien een bedrijf zich niet houdt aan de vergunningvoorschriften, danwel een overtreding van de voorschriften wordt vastgesteld, vervalt de vergunning. Uiterlijk 8 weken voor aanvang van de verkoopactiviteiten dient door initiatiefnemer een omgevingsvergunning voor de verkoop te worden gevraagd en een gebruiksmelding te worden ingediend zodat getoetst kan worden of het gebouw voldoet aan deze eisen. Wanneer deze melding niet op tijd wordt ingediend kan de verkoopactiviteit niet doorgaan. De gebruiksmelding wordt ook getoetst aan de eisen van Externe veiligheid (BEVI). Participatie Over dit onderwerp wordt overleg gevoerd in het bestuurlijk overleg met de WOF en het WBP. Ten aanzien van de beleidsregels staat geen direct bezwaar of beroep open (artikel 8:2 Awb). Wel indirect indien een omgevingsvergunning wordt aangevochten welke gebaseerd is op de beleidsregel. In het bestuurlijk overleg heeft de WOF aangegeven zich te kunnen vinden in de geformuleerde regels. Het WBP heeft nog geen bestuurlijk standpunt bepaald. Dat doet men in het kader van de inspraakprocedure. Wel heeft men aangegeven geen voorstander te zijn van het opeggen van stringente economische beperkingen aan bedrijven. Tevens is opgenomen dat de werking van de beleidsregels in samenspraak met belanghebbende partijen na 1 jaar geëvalueerd wordt. Inspraak en zienswijzen. Op 23 januari 2014 is een inspraakavond gehouden, tevens zijn een drietal schriftelijke zienswijzen binnengekomen. Op de inspraakavond is gevraagd of Stocksales beperkt kunnen worden tot modische artikelen. Hoewel de term "modisch" qua definitie moeilijk te begrenzen valt, heeft het college in de definitieve beleidsrels toch deze aanduiding opgenomen. Het leidt tot een iets verdere inperking van de toegestane activiteiten maar het sluit wel aan bij de bestaande praktijk van stocksales. Voor zover bij de gemeente bekend, betreffen de huidige stocksalesverkopen met name artikelen als kleding, schoenen en lederwaren en modeaccessoires. Door af te zien van een nadere definitie van de term "modisch" wordt aangesloten bij hetgeen hieronder onder spraakgebruik wordt verstaan. Op de inspraakavond is ook aandacht gevraagd voor de begrenzing van de bedrijventerreinen. Vanwege de anti-samenloop bepaling zou er op het bedrijventerrein Haven maar één grote stocksale mogen plaatsvinden in een tijdvak. Het college onderkent dat in vergelijking met de andere bedrijventerreinen het bedrijventerrein een bijzonder grote omvang heeft, dusdanig groot dat de ruimtelijke uitstraling van een stocksale aan de ene zijde geen invloed uitoefent op een bedrijf dat
12 een paar kilometer verderop gevestigd is. Ter wille van de vergunningverlening wordt het bedrijventerrein Haven gesplitst in drie gedeelten waarbinnen geen samenloop van stocksales mag plaatsvinden, te weten Haven Zeven, het gebied ten westen van de haven, het gebied ten oosten van de haven. Er is geïnformeerd naar de toepasselijkheid van de winkeltijdenverordening. De raad heeft onlangs een nieuwe winkeltijdenverordening vastgesteld. Daarin is geen beperking meer opgenomen ten aanzien van de koopzondagen, behalve ten aanzien van de kern Sprang-Capelle. In de concept-beleidsregels kon nog geen rekening gehouden worden met de nieuwe regels. In de nu vastgestelde regels is de nu geldende winkeltijdenverordening vernoemd. In de zienswijze van de WOF wordt aandacht gevraagd voor een strikte handhaving van de beleidsregels. Het college is van oordeel dat door het stellen van beleidsregels duidelijkheid bestaat de toegestane activiteiten. Door de activiteit te binden aan een vergunningplicht wordt handhavend optreden tegen bedrijven die zonder vergunning, dus illegaal, een magazijnverkoop organiseren vergemakkelijkt. Het college heeft de intentie om daadwerkelijk handhavend op te treden daar waar gesignaleerd wordt dat een bedrijf zonder vergunning opereert. Indien wordt vastgesteld dat een bedrijf vergunningvoorschriften overtreedt, is de sanctie dat de vergunning van rechtswege vervalt. In dat geval kan bijvoorbeeld de najaarsverkoop niet plaatsvinden. Door het WBP wordt aangegeven dat het maximumstelsel als strijdig wordt ervaren met het gelijkheidsbeginsel. Ook wil het WBP de verkoopperiode verlengen met de maanden juni en december. Het college is van oordeel dat het maximumstelsel niet strijdig is met het gelijkheidsbeginsel. In beginsel is immers de activiteit een verboden activiteit, detailhandel is niet toegestaan op het bedrijventerrein. Vanwege het economische belang van bedrijven wordt incidentele verkoop toegestaan. Bedrijventerreinen zijn echter niet ingericht voor detailhandel. Om de overlast van een grote toeloop van klanten te beperken en vanwege de ruimtelijke aspecten is besloten om een maximumstelsel in te voeren. Er is ingeschat dat de vastgestelde maxima voldoende zijn om aan de vraag tegemoet te komen. Overigens is er de mogelijkheid om het maximum in overleg bij te stellen als blijkt dat het aantal vergunningen niet voldoende is. Uitbreiding van de periode is ook niet aan de orde omdat de huidige opgenomen periode voldoende ruim is om dit aantal vergunningen te vergunnen. Door het bedrijf McGregor wordt gevraagd om een uitzondering te maken op de beleidsregels voor dit bedrijf aangezien de magazijnverkopen die het bedrijf organiseert al tientallen jaren plaatsvinden en op grond van het overgangsrecht van het bestemmingsplan zijn toegestaan. Het college onderkent dat er sprake is van overgangsrechtelijk beschermd gebruik door het betreffende bedrijf. Dat is ook schriftelijk vastgelegd. Het college weet dat dat het bedrijf op korte termijn verhuist naar een nieuwe locatie. Het voortbestaan van een overgangsrechtelijk beschermd gebruik vindt het college niet wenselijk. Door het vaststellen van de beleidsregels ontstaat een situatie waarop magazijnverkopen gelegaliseerd kunnen worden. tegen deze achtergrond wenst het college de uitzonderingspositie te beëindigen. Gelet op de lange termijn waarop het gebruik is toegestaan is met het bedrijf afgesproken dat een overgangstermijn van drie jaar wordt gehanteerd. na deze drie jaar valt het bedrijf onder de beleidsregels. Gedurende deze drie jaar mag het bedrijf twee keer per jaar, in het voor- en najaar verspreid over een periode van twee weken zeven verkoopmomenten van vier uur organiseren. Vijf verkoopmomenten vinden plaats op een doordeweekse avond en twee op een zaterdagochtend/-middag. Dit wordt expliciet schriftelijk vastgelegd, daarbij wordt tevens bepaald dat de overige voorwaarden van de beleidsregels m.m. van toepassing zijn en dat op de oude locatie geen beroep meer kan worden gedaan over overgangsrechtelijk beschermd gebruik. Financiële consequenties
13 D Toelichting Geen
Notitie Beleidsregels Waalwijk magazijnverkopen Voorgesteld wordt. Publiekssamenvatting. Kerngegevens
Notitie Beleidsregels Waalwijk magazijnverkopen Voorgesteld wordt 1. De beleidsregels magazijnverkopen voorlopig vast te stellen. 2. Inspraak open te stellen gedurende 6 weken vanaf 1 januari 2014 en in
Nadere informatieBIJLAGE 4: RELEVANTE WETSARTIKELEN
BIJLAGE 4: RELEVANTE WETSARTIKELEN Pagina 1 van 8 Pagina 2 van 8 WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT (WABO) Artikel 2.12 1. Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel
Nadere informatieHandreiking Uitzonderingen
PROVINCIE NOORD-HOLLAND Handreiking Uitzonderingen Toepassing Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) bij beoordelen van omgevingsvergunningen op basis van artikel 4 Bijlage II Besluit Omgevingsrecht
Nadere informatieBeleidsregels van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Beleidsregels van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Inleiding Op 1 oktober 2010 is de nieuwe Wet algemene bepalingen
Nadere informatieAfwijkingenbeleid kruimelgevallen Bunnik 2013
Afwijkingenbeleid kruimelgevallen Bunnik 2013 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Algemene toelichting 1. Inleiding 2. Procedure invoering beleidsregels 3. Procedure toepassing regeling voor planologische kruimelgevallen
Nadere informatieBeleidsregels Planologische Afwijkingsmogelijkheden
Beleidsregels Planologische Afwijkingsmogelijkheden Gemeente Zederik december 2014 1. Inleiding Aanleiding In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is in artikel 2.12 lid 1 sub a sub 2 geregeld
Nadere informatieOmgevingsvergunning voor de activiteit het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan 2015
Beleidsregels Omgevingsvergunning voor de activiteit het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan 2015 Vastgesteld door het college d.d. 14 juli 2015 Datum inwerkingtreding
Nadere informatieGEMEENTEBLAD. Nr. 67309
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rhenen. Nr. 67309 22 juli 2015 Gemeente Rhenen - Beleidsregels - Omgevingsvergunning voor de activiteit het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met
Nadere informatieGemeente Cuijk BELEIDSREGEL AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN ONDER DE WABO VOOR KRUIMELGEVALLEN 2012
Gemeente Cuijk BELEIDSREGEL AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN ONDER DE WABO VOOR KRUIMELGEVALLEN 2012 Artikel 2.12, lid 1 onder a sub 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Artikel 4 Bijlage
Nadere informatieAanpassing mandaatbesluit aan nieuwe Wet ruimtelijke ordening
ollege Onderwerp: V200900037 Aanpassing mandaatbesluit aan nieuwe Wet ruimtelijke ordening Samenvatting: Inleiding: Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening van kracht geworden, afgekort de
Nadere informatieCollegebesluit Aanpassing beleidsregels kleine buitenplanse afwijkingen o.g.v. de Wabo (planologische kruimelgevallen)
GEMEENTEBLAD Nr. 53720 29 september Officiële uitgave van gemeente Tilburg. 2014 Collegebesluit Aanpassing beleidsregels kleine buitenplanse afwijkingen o.g.v. de Wabo (planologische kruimelgevallen) Dit
Nadere informatieBELEIDSREGEL NIET-ZELFSTANDIGE WOONRUIMTEN (KAMERVERHUUR)
BELEIDSREGEL NIET-ZELFSTANDIGE WOONRUIMTEN (KAMERVERHUUR) (beleidsregel voor verlening van een omgevingsvergunning waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo van
Nadere informatieBELEIDSREGELS PERSOONSGEBONDEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR HET PERMANENT BEWONEN VAN EEN RECREATIEWONING
BELEIDSREGELS PERSOONSGEBONDEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR HET PERMANENT BEWONEN VAN EEN RECREATIEWONING afdeling Milieu & Bouwen i.s.m. afdeling Ontwikkeling & Grondzaken 29 oktober 2012 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...
Nadere informatieBeleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht
Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht Inleiding Arnhem is een dynamische stad. Dat betekent dus ook dat het gebruik van de ruimte in
Nadere informatieBeleidsregels voor het plaatsen van een tijdelijke woonvoorziening
Beleidsregels voor het plaatsen van een tijdelijke woonvoorziening 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Nieuw beleid 3 2.1 Relevante regelgeving betreffende ruimtelijke ontwikkelingen 3 2.2 Relevante regelgeving
Nadere informatieAfwijkingenbeleid Kruimelgevallen
Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen ex artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht j o artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht Gemeente Barneveld maart 2013 Afwijkingenbeleid
Nadere informatieToelichting Beleidsnotie voor bedrijvigheid aan huis Pekela 2013
Toelichting Beleidsnotie voor bedrijvigheid aan huis Pekela 2013 1. - Pagina 1 - Inleiding Algemene doelstelling Deze toelichting is opgesteld om duidelijkheid te geven over deze beleidsnotitie. Ook wordt
Nadere informatieBeleid kruimelgevallen.
Beleid kruimelgevallen. Beleidsregels voor afwijkingen van het bestemmingsplan op grond van artikel 2.12 lid 1 onder a onder 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) jo, Bijlage II, artikel
Nadere informatieBELEIDSREGELS Voor het afwijken van het bestemmingsplan
BELEIDSREGELS Voor het afwijken van het bestemmingsplan Gemeente Middelburg Afdeling Ruimtelijk Beleid Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 17 mei 2011. Toelichting Per 1 oktober
Nadere informatieBeleidsregels binnenplans afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1 Wabo)
Beleidsregels binnenplans afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1 Wabo) Versie: vastgesteld Gemeente Landsmeer, januari 2011 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding...
Nadere informatieToelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela
Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela 2012 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippen... 3 Het beleid uit 2005... 4 Vraagstelling... 4 Planologisch kader... 4 Juridisch
Nadere informatieDe Belangenverenigingen Binnenstad Noord, De Oude en De Nieuwe Delf, en Zuidpoort p/a Rietveld 15 2611 LG Delft
De Belangenverenigingen Binnenstad Noord, De Oude en De Nieuwe Delf, en Zuidpoort p/a Rietveld 15 2611 LG Delft Aan: I.a.a: De gemeenteraad van Delft De fracties van de gemeenteraad van Delft Het college
Nadere informatieAan- en uitbouw Een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
BEGRIPSBEPALINGEN Aan- en uitbouw Een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw. Aansluitend terrein / erf Al dan niet bebouwd perceel, of een
Nadere informatieBeleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht gemeente Lingewaard
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Lingewaard Nr. 114063 5 juli 2017 Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht gemeente Lingewaard
Nadere informatieBeleidsregel voor het tijdelijk plaatsen van vervangende woonruimte (artikel 2.12, lid 2 en artikel 2.23 Wabo)
Beleidsregel voor het tijdelijk plaatsen van vervangende woonruimte (artikel 2.12, lid 2 en artikel 2.23 Wabo) 2014 Datum vaststelling college van B&W: 18 maart 2014 Datum publicatie: 26 maart 2014 2 INHOUDSOPGAVE
Nadere informatieGEMEENTE OLDEBROEK. Beleidsregels intrekken en actualisatie vergunningen op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
Beleidsregels intrekken en actualisatie vergunningen op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Aanleiding Jaarlijks zijn en worden vele omgevingsvergunningen voor de activiteiten bouwen en
Nadere informatieBeleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor)
Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) A. Algemeen 1.1. Inleiding Bij de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening
Nadere informatieBeleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017
Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017 Artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 2 Wabo Beleidsregels toepassing artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 2 Wabo, gemeente Cranendonck 1 Hoofdstuk
Nadere informatieBeleidsregels gemeente Druten: intrekken omgevingsvergunning voor
Beleidsregels gemeente Druten: intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen 1. Inleiding De gemeente Druten verleent jaarlijks veel omgevingsvergunningen. Verreweg het grootste deel van die
Nadere informatieBeleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) A. Algemeen. 1.1.
Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) A. Algemeen 1.1. Inleiding Bij de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening
Nadere informatieD *D * Besluit op aangevraagde omgevingsvergunning (geweigerd)
D170721133 *D170721133* Besluit op aangevraagde omgevingsvergunning (geweigerd) Wij hebben op 5 oktober 2017 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het splitsen van de woning op het perceel
Nadere informatieBeleidsregels intrekken omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen
Beleidsregels intrekken omgevingsvergunningen voor de activiteit Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Vastgesteld door Gemeente Emmen Beleidsregels intrekken omgevingsvergunningen voor
Nadere informatieGEMEENTEBLAD. Nr Aanpassing kruimelgevallenbeleid. Besluit Het college heeft besloten om
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Tilburg. Nr. 30692 14 maart 2016 Aanpassing kruimelgevallenbeleid collegebesluit van 16 februari 2016-08 Aanleiding Door toepassing van de kruimelgevallenregeling
Nadere informatieBeleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen 2. Artikel 1 Begripsbepaling 2
Versie 1-12-2010 Inhoudsopgave Beleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen 2 Artikel 1 Begripsbepaling 2 Artikel 2 Intrekkingsregeling bij uitblijven aanvang bouw 2 Artikel 3
Nadere informatieBeleidsregels permanente bewoning recreatiewoningen gemeente Schagen
Beleidsregels permanente bewoning recreatiewoningen gemeente Schagen Gedoogbeschikking/omgevingsvergunning Op grond van de voorschriften uit de vigerende bestemmingsplannen is in recreatiewoningen uitsluitend
Nadere informatieBeleidsregel Bed & Breakfast in Lelystad
Beleidsregel Bed & Breakfast in Lelystad Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum
Nadere informatieBeleidsnotitie voor bedrijvigheid aan huis gemeente Pekela 2013
Beleidsnotitie voor bedrijvigheid aan huis gemeente Pekela 2013 Wanneer een aanvraag voor het starten van een bedrijf aan huis wordt ingediend, moet deze in eerste instantie worden getoetst aan het bestemmingsplan.
Nadere informatieBeleidsregels voor het intrekken van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen
CVDR Officiële uitgave van Drechterland. Nr. CVDR259554_1 4 oktober 2016 Beleidsregels voor het intrekken van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze beleidsregels
Nadere informatie8 juli 2014 Mevrouw B. Bartelds mei 2013 Projectomgevingsvergunning
8 juli 2014 Mevrouw B. Bartelds 2013-0068 0595 42 1140 2 mei 2013 Projectomgevingsvergunning (Adres) (Aanhef), Burgemeester en wethouders hebben op 2 mei 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning
Nadere informatieBeleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen
1 Beleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen Inhoudsopgave Artikel 1 Begripsbepaling Artikel 2 Intrekkingsregeling bij uitblijven aanvang bouw Artikel 3 Intrekkingsregeling bij
Nadere informatieBeleidsnotitie Bed and Breakfast 2010
Beleidsnotitie Bed and Breakfast 2010 Gemeente Renkum, september 2010 1 INHOUDSOPGAVE INLEIDING... 1 DEFINITIE BED AND BREAKFAST... 1 JURISPRUDENTIE RAAD VAN STATE... 1 BESTEMMINGSPLANNEN... 2 VOORWAARDEN
Nadere informatieParaplubestemmingsplan Parkeren
Paraplubestemmingsplan Parkeren status: ontwerp idn: NL.IMRO.0281.BP00040-on01 gemeente Tiel datum: juni 2018 Bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan Parkeren Gemeente Tiel Toelichting INHOUD TOELICHTING
Nadere informatieBeleidsregels. oude onrechtmatige bewoning. recreatiewoningen
Beleidsregels oude onrechtmatige bewoning recreatiewoningen 1 Deze beleidsregels zijn door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld op 4 december 2012 en gepubliceerd in de Nieuwe Dockumer
Nadere informatie[ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844
Haaren Helvotrt Esch Biezenmorrel gemeente Haaren [ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844 Burgemeester en Wethouders hebben op 13 juli 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het vestigen
Nadere informatieBeleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteiten bouwen en milieu gemeente Bladel
CVDR Officiële uitgave van Bladel. Nr. CVDR337034_1 30 juli 2018 Beleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteiten bouwen en milieu gemeente Bladel Inhoudsopgave Artikel 1 Begripsbepaling
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014
OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014 Burgemeester en wethouders hebben op 14 januari 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het legaliseren van appartementen. De aanvraag
Nadere informatieBeleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen gemeente Utrechtse Heuvelrug.
Opmerkingen m.b.t. de regeling De Wabo geeft de mogelijkheid om omgevingsvergunningen waarvan geen of niet langer gebruik wordt gemaakt, in te trekken. In de beleidsregel wordt omschreven hoe de gemeente
Nadere informatieGemeente Steenbergen Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen 2016
Inhoudsopgave 1. Algemeen 1.1 Inleiding 3 Gemeente Steenbergen Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen 2016 1.2 Doelstelling 3 1.3 Afwijking 3 1.4 Procedure 3 1.5 Leeswijzer 3 2. Beleidsregels 2.1 Begripsbepalingen
Nadere informatieGelet op artikel 2.33, tweede lid, onder a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zuidplas omtrent de toepassing van de bevoegdheid om omgevingsvergunningen in te trekken (Beleidsregels intrekking omgevingsvergunningen)
Nadere informatieNotitie. Beleid ten behoeve van. Ontheffingen in het kader van de Wet ruimtelijke ordening
Notitie Beleid ten behoeve van Ontheffingen in het kader van de Wet ruimtelijke ordening Gemeente Bussum Afdeling Ruimtelijke Inrichting September 2009 1 1. AANLEIDING De gemeente Bussum heeft in het jaar
Nadere informatieOmgevingsvergunning OPENBARE EN GEBOUWDE OMGEVING
OPENBARE EN GEBOUWDE OMGEVING ons kenmerk 967021 behandeld door mevrouw SGM Jacobs doorkiesnummer +31 77 3596828 besluitdatum 10 april 2017 onderwerp besluit Omgevingsvergunning Op 30 mei 2016 en op 6
Nadere informatieBeleidsnotitie afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2 Wabo)
Beleidsnotitie afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2 Wabo) Gemeente Landsmeer, november 2010 1 2 Inhoudsopgave...3 1. Inleiding...4 Algemeen...4 Actualisatie bestemmingsplannen...4
Nadere informatieR A A D S V O O R S T E L E N O N T W E R P B E S L U I T
R A A D S V O O R S T E L E N O N T W E R P B E S L U I T Datum: Portefeuillehouder: 19 september 2017 Krieger Domein / Team: Ruimtelijk/ projectmanagement Behandeld door: P. Hania NIET OPENBAAR Onderwerp:
Nadere informatieGelet op de projectomschrijving en op artikel 2.4 van de Wabo zijn wij in dit geval het bevoegde gezag om op de aanvraag te beslissen.
Omgevingsvergunning Zaaknummer 550658 1. Inleiding Op 21 september 2015 hebben wij uw aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen voor het vergroten van de bestaande dakkapel (wijziging op de eerder
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING (Ontwerp)
OMGEVINGSVERGUNNING (Ontwerp) verleend aan Rabobank Zuid en Oost Groningen voor het bouwen van een Rabobank geldkiosk aan de Hoofdweg 29 in Bellingwolde Veendam Nummer gemeente: 141114 Nummer Liza: 26644
Nadere informatieToelichting op de beleidsregels voor de toepassing van artikel 2.12 eerste lid, onderdeel a sub 2 Wabo Hellevoetsluis 2015
INLEIDING In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is de mogelijkheid opgenomen om voor planologische kruimelgevallen af te wijken van het bestemmingsplan (of een beheersverordening). Dit middels
Nadere informatieOmgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD
Omgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD1309454 Burgemeester en wethouders hebben op 16 december 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het project herbouw van de stal. De aanvraag
Nadere informatieD *D * Besluit op aangevraagde omgevingsvergunning (geweigerd)
D161278889 *D161278889* Besluit op aangevraagde omgevingsvergunning (geweigerd) Wij hebben op 20 juni 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van: voor het plaatsen van een parasoldoek
Nadere informatieBeleidsregel bebouwde kommen De Fryske Marren
Beleidsregel bebouwde kommen De Fryske Marren 1. Inleiding In het kader van de Wet geurhinder en veehouderij (hierna Wgv), het Activiteitenbesluit milieubeheer (hierna Activiteitenbesluit) en het Besluit
Nadere informatieBeleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen
Beleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen Gelet op het bepaalde in artikel 1:3, lid 4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), artikel 4:81 tot en met 4:84 Awb, artikel 1.2
Nadere informatieeurne Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben de omgevingsvergunning verleend. U vindt de vergunning in de bijlage.
eurne J.J.C. Jaspers Gender 42 5751 XA DEURNE Deurne, 25 februari 2015 Kenmerk: HZ-2015-0023 Betreft: toezending omgevingsvergunning Bijlage: vergunning Geachte heer Jaspers, Op 4 januari 2015 diende u
Nadere informatieONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING LET OP! Dit is nog geen omgevingsvergunning. Hiermee kunt u nog niet starten met de werkzaamheden.
VOORBLAD Besluit Burgemeester en wethouders hebben op 12 september een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het plaatsen van een. De aanvraag gaat over nabij Van Heemstraweg 2 te Weurt
Nadere informatieBeslispunt Vaststelling van de lijst categorieën verklaring van geen bedenkingen Stadskanaal 2016.
Voor het kiezen van de datum voor de raadsvergadering --> Klik op het knopje ernaast om een raadsvergaderdatum te selecteren.onderstaande velden worden door tekstverwerking ingevuld!!!stuur DIT RAADSVOORSTEL
Nadere informatieBeheersverordening Krommeniedijk
Beheersverordening Krommeniedijk ontwerpbestemmingsplan Beheersverordening Krommeniedijk 2 Regels ontwerpbestemmingsplan Beheersverordening Krommeniedijk 3 Hoofdstuk 1 Overgangs- en slotregels Artikel
Nadere informatieBeleidsregels ter nadere invulling van artikel 4, onderdeel 10 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (persoonlijke omgevingsvergunning voor
Beleidsregels ter nadere invulling van artikel 4, onderdeel 10 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (persoonlijke omgevingsvergunning voor permanente bewoning van een recreatiewoning) Vastgesteld
Nadere informatieGewaamierkte documenten
Ons kenmerk- 2014/140140 gemeente Zaanstad Omgevingsvergunningen Gemeente Zaanstad De heer R. van Zonneveld Postbus 2000 1500 GA ZAANDAM Stadhuisplein 100 1506 MZ Zaandam Postbus 2000 1500 GA Zaandam Telefoon
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING (definitief besluit) Nummer: W12/003358
OMGEVINGSVERGUNNING (definitief besluit) Nummer: W12/003358 Aanvraag Op 29 februari 2012 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het oprichten van 28 woningen, kadastraal bekend gemeente
Nadere informatieDEFINITIEVE BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT CONSIDERANS
DEFINITIEVE BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT CONSIDERANS Aanvraag Datum aanvraag Datum ontwerp beschikking Datum definitieve beschikking Olo nummer Dossier nummer BAG nummer 03 maart
Nadere informatieVragen en handhavingsverzoek omwonenden over Kapelstraat 46a in Elshout
Collegevoorstel Aanleiding In de raadsvergadering van 20 december 2016 is het bestemmingsplan Elshout vastgesteld. In dit bestemmingsplan is het perceel Kapelstraat 46a in Elshout opgenomen. Over deze
Nadere informatieOntwerp Omgevingsvergunning
De heer J.B. Kamphuis Kloosterallee 3 8167 LT Oene Zaaknummer : 48503 Behandeld door : Team Ontwikkeling Vergunningverlening Telefoonnummer : 14 0578 Onderwerp : Ontwerp omgevingsvergunning uitgebreid
Nadere informatieBestemmingsplan. Buitengebied West, 1 e herziening. Ontwerp
Bestemmingsplan Buitengebied West, 1 e herziening Ontwerp 2 Toelichting 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Op 14 oktober 2015 heeft de gemeenteraad van Bodegraven-Reeuwijk het bestemmingsplan Buitengebied West
Nadere informatieGelet op hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn wij bevoegd om op deze aanvraag te beslissen.
beschikking Omgevingsvergunning Documentnummer: 921860 Aanvraag Op 20 februari 2013 hebben wij, burgemeester en wethouders van de gemeente Alblasserdam, een aanvraag omgevingsvergunning als bedoeld in
Nadere informatieOp grond van artikel 6.5, lid 3 kan de gemeenteraad categorieën gevallen aanwijzen waarin een verklaring van geen bedenkingen niet is vereist.
Definitieve Omgevingsvergunning Zaaknummer 730150 (dossier 2016-08454) 1. Inleiding Op 30 juni 2016 hebben wij uw aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen voor het uitbreiden van detailhandel door
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR442273_1. Coördinatieverordening Rotterdam 2017
CVDR Officiële uitgave van Rotterdam. Nr. CVDR442273_1 3 juli 2018 Coördinatieverordening Rotterdam 2017 De Raad van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 december
Nadere informatieBELEIDSNOTA CONSUMENTENVUURWERK WORMERLAND
BELEIDSNOTA CONSUMENTENVUURWERK WORMERLAND September 2011-1 - Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Doel 3 Verhouding met de APV en het Vuurwerkbesluit 4 Argumentatie 5 Beleidsregels 6 Vaststelling, citeertitel
Nadere informatie2. Advies commissie bezwaarschriften. 3. Uitspraak rechtbank Noord-Nederland. 4. Uittreksel bestemmingsplan Komplan Haren
Voorstel aan : Gemeenteraad van 29 juni 2015 Door tussenkomst van : Raadscommissie van 15 juni 2015 Nummer : 31 Onderwerp : Verklaring van geen bedenkingen voor het bouwplan Horecagelegenheid Vondellaan
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING VOORBLAD
VOORBLAD Besluit Burgemeester en wethouders hebben op 6 december 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het plaatsen van 2 'te koop' borden. De aanvraag gaat over diverse locaties
Nadere informatieOMGEVINGSDIENST ZUIDOOST-BRABANT
BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- BRABANT op de op 29 juli 2014 bij hen ingekomen aanvraag van Attero Zuid B.V. om een vergunning krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)
Nadere informatieOmgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning.
Dossiernummer: 2011/16386 Omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders van Zundert zijn voornemens om overeenkomstig de besluitvormingsprocedure als bedoeld in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen
Nadere informatieBeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Ons kenmerk C2144823/3654471 op de op 17 maart 2014 bij hen ingekomen aanvraag van Fransen Gerrits Vastgoed BV, om vergunning krachtens de Wet algemene
Nadere informatie(ONTWERP)OMGEVINGSVERGUNNING
(ONTWERP)OMGEVINGSVERGUNNING verleend aan Mevr. S.D. van der Veen voor het oprichten van een kleinschalige koffie- en theeschenkerij met kleine kaart en tevens verkoop van meubelen, curiosa, planten en
Nadere informatietot wijziging van het Besluit omgevingsrecht (aanwijzing bovengrondse elektriciteitsleiding als vergunningvrij bouwwerk)
Besluit van tot wijziging van het Besluit omgevingsrecht (aanwijzing bovengrondse elektriciteitsleiding als vergunningvrij bouwwerk) Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van,
Nadere informatieKruimelbeleid. In het kader van artikel 2.12, lid 1a sub 2 Wabo. Gemeente Geldermalsen
Kruimelbeleid In het kader van artikel 2.12, lid 1a sub 2 Wabo Gemeente Geldermalsen 0 Opdrachtgever: Gemeente Geldermalsen Contactpersoon opdrachtgever: de heer R. Oldebesten Datum: november 2015 Projectleider
Nadere informatieHet bouwen van een erfafscheiding in afwijking van het bestemmingsplan
Zaaknummer: 253498 Het bouwen van een erfafscheiding in afwijking van het bestemmingsplan Collegevoorstel Inleiding Op 23 april 2011 is er een aanvraag om omgevingsvergunning ingekomen voor het bouwen
Nadere informatieGemeente Breda 39249] Registratienr: [ Raadsvoorstel
Raadsvoorstel Agendapuntnummer: Registratienr: [ Aantal bijlagen: -- 39249] Onderwerp Ontwerpverklaring van geen bedenkingen voor de functiewijziging en kleinschalige verbouwing van de gebouwen aan de
Nadere informatieVoorstel aan de gemeenteraad van Wormerland
Onderwerp: beleidsnotitie Bed & Breakfast: het verstrekken van logies en ontbijt Invullen door Raadsgriffie RV-nummer: 2016/20 Beleidsveld: Ruimtelijke ordening Datum: 29 maart 2016 Portefeuillehouder:
Nadere informatieÀrchiefexMhpteat ~T. Onderwerp: Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan Dow Benelux B.V.
ÀrchiefexMhpteat Provincie Zeeland 1 1 1 ~T BESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING (REGULIER) Algemeen Aan: Dow Benelux B.V. Postbus 48 4530 AA Terneuzen Kenmerk: 12076689 Afdeling: Milieuhygiëne Datum: 27 november
Nadere informatieInleiding. 1.1 Wat is de omgevingsvergunning?
1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat deel met een korte bespreking wat een omgevingsvergunning is en wat vergunningsvrij bouwen is. De achtergrond en doelstellingen van de belangrijkste regelingen (de Wet algemene
Nadere informatieOnderwerp : Verklaring van geen bedenkingen
Raadsvoorstel *Z0158AF9EC1* Aan de raad Documentnummer : INT-14-14647 Afdeling : Ruimte Onderwerp : Verklaring van geen bedenkingen Inleiding Bij besluit van 2 december 2010 (2010/53460) heeft uw raad
Nadere informatieECLI:NL:RBOBR:2017:3205
ECLI:NL:RBOBR:2017:3205 Instantie Datum uitspraak 12-06-2017 Datum publicatie 21-06-2017 Zaaknummer 17_175 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Oost-Brabant Omgevingsrecht Eerste
Nadere informatieRaadsvoorstel. Samenvatting
Raadsvoorstel Onderwerp: Lijst Verklaring van Geen Bedenkingen Omgevingsrecht Indiener agendapunt: College van Burgemeester en wethouders Roerdalen Portefeuillehouder: C.T.G. Wolfhagen Gevraagd besluit:
Nadere informatieBeleidsregels omtrent de toepassing van artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening
CVDR Officiële uitgave van Midden-Delfland. Nr. CVDR30483_2 6 maart 2018 Beleidsregels omtrent de toepassing van artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening Hoofdstuk 1. Inleiding Paragraaf 1. Artikel
Nadere informatieVOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD
VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Registratienummer: 00533567 Op voorstel B&W d.d.: 23 december 2014 Datum vergadering: 10 maart 2015 Portefeuillehouder: Helm Verhees Rol gemeenteraad: Verklaring
Nadere informatieZeist Paraplubestemmingsplan Parkeernormen Zeist BESTEMMINGSPLAN
Zeist Paraplubestemmingsplan Parkeernormen Zeist BESTEMMINGSPLAN Zeist Paraplubestemmingsplan Parkeernormen Zeist bestemmingsplan identificatie planstatus identificatiecode: datum: status: NL.IMRO.0355.BPParkeernormenZst-VS01
Nadere informatieOnderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)
Raadsvoorstel Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingrecht (Wabo) in werking getreden. Hiermee zijn enkele ruimtelijke instrumenten en bevoegdheden anders vormgegeven. Veel procedures
Nadere informatieUitvoeringsbesluit kamerverhuurpanden Voorne Putten 2014
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Spijkenisse. Nr. 8461 19 februari 2014 Uitvoeringsbesluit kamerverhuurpanden Voorne Putten 2014 De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten op
Nadere informatieBELEIDSREGELS OMGEVINGSVERGUNNING/ GEDOOGBESCHIKKING PERMANENTE BEWONING RECREATIEWONINGEN
BELEIDSREGELS OMGEVINGSVERGUNNING/ GEDOOGBESCHIKKING PERMANENTE BEWONING RECREATIEWONINGEN Inleiding Op grond van de voorschriften uit de vigerende bestemmingsplannen is in recreatiewoningen uitsluitend
Nadere informatieBeleidsregels Intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen. gemeente Bergen (L)
Beleidsregels Intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen gemeente Bergen (L) Door de gemeente Bergen worden jaarlijks veel omgevingsvergunningen verleend, zowel aan particulieren als aan bedrijven.
Nadere informatieRegelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling gemeente Heerhugowaard Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Heerhugowaard 2015 Citeertitel Verordening
Nadere informatieONTWERP Omgevingsvergunning UV
ONTWERP Omgevingsvergunning UV 42868. Burgemeester en Wethouders hebben op 6 maart 2018 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het legaliseren van het gebruik van een loods. De aanvraag
Nadere informatie