H1 Duits: Kapitel 0. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie

1 Auteur gewijzigd Laatst 10 February 2013 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet. Wikiwijs Maken is een onderdeel van Wikiwijsleermiddelenplein, hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt.

2 Inhoudsopgave 1. Start 1a. Übung 1b. Übung 1c. Übung 2. Hören 2a. Hallo, ich heiße Kim 2b. Birgit: Mein Leben 2c. Sarah stellt sich vor 3. Lesen 3a. Tekst 1 3b. Tekst 2 4. Sprechen 4a. Kennismaking 4b. School & vrije tijd 5. Schreiben 5a. Persoonlijk 5b. Formeel 5c. Übung 6. Landeskunde 6a. Wist je dat? 6b. Zelftest 7. Wortschatz 7a. Wörter 8. Grammatik 8a. Getallen 9. Extra 9a. Extra informatie Over dit lesmateriaal Pagina 1

3 1. Start Start 1a. Übung Wat weet je al van Duitsland? Dat kun je hier even testen: Vraag 1 Hoeveel deelstaten heeft Duitsland? Pagina 2

4 a. 14 b. 15 c. 16 d. 17 e. 18 Vraag 2 Hoeveel buurlanden heeft Duitsland? a. 6 b. 7 c. 8 d. 9 e. 10 Pagina 3

5 Vraag 3 Wat is de grootste rivier van Duitsland? a. Maas b. Rijn c. Waal d. Lek e. IJssel 1b. Übung Vraag 1 Zoek de juiste foto bij de juiste stad 1. a Hamburg b. Berlijn c. Bonn d. Oberhausen e. Straatsburg 1c. Übung Pagina 4

6 Vraag 1 Duitsland heeft een Staatsbank. a. Waar b. Niet waar Vraag 2 De grootste luchthaven van Duitsland is Frankfurt a. Waar b. Niet waar Pagina 5

7 2. Hören Hören 2a. Hallo, ich heiße Kim Opdracht 2a: In dit fragment stelt Kim zich voor. Probeer goed te luisteren naar wat er gezegd wordt. Geef vervolgens antwoord op de bijhorende vragen. kn.nu/ww82d65b0 (audiolingua.eu) Vragen bij het fragment: Waar komt Kim vandaan? Waar ligt haar woonplaats? Hoe oud is Kim, zegt zij zelf? Hoe heet de zus van Kim? Noem 1 vrijetijdsbesteding. Leest Kim graag boeken? 2b. Birgit: Mein Leben Opdracht 2b: In dit fragment vertelt Birgit over haar leven. Probeer goed te luisteren naar wat er gezegd wordt. Geef vervolgens antwoord op de bijhorende vragen. kn.nu/ww7fee2c0 (audio-lingua.eu) Vragen bij het fragment: Waar komt Birgit vandaan? In welk land woont Birgit? Hoeveel kinderen heeft ze? Hoe oud zijn haar kinderen? Pagina 6

8 5. Wat zijn haar eigen hobbies? 6. Waarom vakantie in Duitsland? 2c. Sarah stellt sich vor Opdracht 2c: In dit fragment stelt Sarah zich voor. Probeer goed te luisteren naar wat er gezegd wordt. Geef vervolgens antwoord op de bijhorende vragen. kn.nu/ww2e353da (audiolingua.eu) Vragen bij het fragment: Zoek uit wat Fremdsprachenassistentin? betekent. Wat is de achternaam van deze mevrouw Sarah? In welk gebied ligt de woonplaats van Sarah? Waar werkt Sarah? (In welk land werkt ze?) Pagina 7

9 3. Lesen Lesen 3a. Tekst 1 Vragen bij de tekst: Waar gaat dit artikel over? Welke 2 personen deden dit? Hoe heet het nieuwe nummer? Waar denk je aan bij de titel? Wat vertelt de eerste alinea? Wat vertelt de tweede alinea? Wat vertelt de derde alinea? Wat vertelt de vierde alinea? 3b. Tekst 2 Pagina 8

10 Vragen bij het fragment: Zoek uit wat de "SB" precies betekent. Wat is dit eigenlijk precies voor artikel? Wat is het probleem van deze jongen? Hoe kan hij het probleem oplossen? Hoe oud is de jongen die de brief stuurt? Wat is de naam van de brief-verzender. Pagina 9

11 4. Sprechen Sprechen 4a. Kennismaking Kennismaking Je ontmoet iemand die je nog niet kende. Je stelt jezelf aan elkaar voor. begroeten Allebei vertel je iets over leeftijd, waar je woont, in welke klas je zit, schoolsoort enz. of diegene broers/zussen heeft, welke hobbies tot ziens 4b. School & vrije tijd Over school en vrije tijd Je praat met iemand van een andere school. Je vraagt en vertelt elkaar van alles: welke vakken hoeveel uur wat je langste dag is, hoe lang je op school zit hoe laat en hoe lang de pauzes zijn welke lievelingsvakken / vreselijke vakken rapporten en cijfers wat je in je vrije tijd doet, hoe vaak, waar enz. Ook probeer je een afspraak te maken met diegene, maar dat lukt niet meteen. Hij/zij kan niet altijd. Pas na veel heen en weer gevraag kunnen jullie een moment vinden, waarop jullie allebei kunnen. Pagina 10

12 5. Schreiben Schreiben 5a. Persoonlijk In een persoonlijke brief zijn er bijna geen regels waar je je aan moet houden. Let wel op het volgende: Adressering op de envelop naam en adres van degene die je de brief stuurt: Jochen Klein Schlüterstraße Bonn Bundesrepublik Deutschland Je eigen adres schrijf je linksonder op de voorkant of op de klep aan de achterkant. Gebruik de afkorting Abs. voor afzender. Datum rechtsboven: de woonplaats en de datum. Bijv. Leiden, den 12. Oktober 2014 Leiden, LET OP: De punt achter 12 in het voorbeeld moet je altijd schrijven. Die betekent als je het voluit zou zeggen Leiden, de 12e oktober 2014 Aanhef: Beste (altijd in de eerste naamval) Als je aan een meisje schrijft: Liebe Christel, [= beste Christel] Als je aan een jongen schrijft: Lieber Jochen, [= beste Jochen] Vergeet niet de komma! Begin van je brief De eerste letter van je brief is een kleine letter! Slot: groet en je naam Na de laatste zin groet je met bijv: - Tschüs! - Mach s gut! [= 't beste, hou je taai!] - Ciao! - Viele Grüße - Bis dann! - Viele herzliche Grüße von. - Alles Gute! [= 't beste] - Herzliche Grüße gevolgd door je naam. Pagina 11

13 slot: Als je aan een vriend of vriendin schrijft is het gebruikelijk om daaronder te schrijven: - als je een jongen bent: Dein Hans - als je een meisje bent: Deine Christel 5b. Formeel Een zakelijke brief is heel wat anders dan een persoonlijk briefje. Enkele kenmerken: kort en bondig persoonlijke meningen spelen bijna geen rol: het gaat om belangen, afspraken Adressering op de envelop naam en adres van degene die je de brief stuurt: Siemens GmbH Postfach Frankfurt am Main Bundesrepublik Deutschland Je eigen adres schrijf je linksonder op de voorkant of op de klep aan de achterkant. Gebruik de afkorting Abs. voor afzender.tekst op de envelop Als je ter attentie van een bepaalde medewerker in een bedrijf schrijft, vermeld je dat in het adres. Gebruik daarvoor de afkorting voor zu Händen von: z.h. [= t.a.v. = ter attentie van]. Vermeld de eventuele titels die die persoon heeft: Siemens GmbH z.h. Herrn Dr. Siebert Postfach Frankfurt am Main Bundesrepublik Deutschland LET OP: Na z.h. krijg je de derde naamval, daarom is het in het bovenstaande voorbeeld z.h. Herrn Dr. Siebert.Je eigen adres (de afzender) schrijf je linksonder op de voorkant of op de klep aan de achterkant. Datum rechtsboven: de woonplaats en de datum. Bijv. Leiden, den 12. Oktober 2014 Leiden, LET OP: De punt achter 12 in het voorbeeld moet je altijd schrijven. Die betekent als je het voluit zou zeggen Leiden, de 12e oktober Betreft: Om de verwerking van je brief vlot te laten verlopen is een Betreff handig. Na het woordje Betreff: schrijf je in enkele trefwoorden waar je brief over gaat, de geadresseerde kan dan de brief snel aan de juiste afdeling of persoon doorgeven. Bijvoorbeeld: Betreff: Lieferung vom 10. August 1995 Betreff: Bewerbung Sekretärin Aanhef (altijd eerste naamval) Hoe de aanhef eruit ziet hangt ervan af of je weet aan wie je schrijft: Pagina 12

14 als je geen naam weet schrijf je aan een bedrijf/instantie in het algemeen: Sehr geehrte Damen und Herren, als je de naam wel weet: Sehr geehrter Herr Christiansen, Sehr geehrte Frau Wickert, Vergeet de komma niet! Begin van je brief: De eerste letter van je brief is een kleine letter! Slot: groet, handtekening en je naam Na je laatste zin groet je met: Mit freundlichen Grüßen (zonder komma!) gevolgd door (indien aanwezig: de bedrijfsnaam) je handtekening en je naam. 5c. Übung Spreekopdracht Kapitel 0: Je gaat een brief sturen naar je Duitse opa. Begroet hem, en vraag hoe het met hem gaat. Het moet een mooi geheel worden, met goede tekst. Zeg dat je het leuk vindt om brieven naar elkaar hem te sturen. De brief hoeft dus niet formeel te zijn, je mag het persoonlijk houden. Klikbrief: Tip: Je kan gebruik maken van klikbrief. Met de klikbrief maak je pijlsnel je brief.? Stap voor stap typ je in en klik je aan wat je wilt hebben. Je kunt o.a. allerlei handige standaardzinnen inbouwen. Het programma controleert of je niets belangrijks vergeten bent! Als je klaar bent kun je de brief verder bewerken, kopiëren in je tekstverwerker, printen of mailen. Pagina 13

15 6. Landeskunde Landeskunde 6a. Wist je dat? Lees de volgende weetjes: Wist je dat Duitsland binnen de Europese Unie het land is met de meeste inwoners? Wist je dat In de Duitse stad Ulm de hoogste kerk ter wereld staat? Wist je dat De Duitse baron Karl von Drals in 1817 de loopfiets uitvond? Wist je dat Men in Duitsland de afkorting LKW gebruikt voor een vrachtwagen? Wist je dat het Duitse Dalmer in 2007 met verkochte vrachtwagens de TWEEDE grootste vrachtwagenproducent ter wereld was? Wist je dat Het station van Leipzig (Duitsland) qua oppervlakte het grootste station van Europa is? Wist je dat De Hölloch de langste grot van Duitsland is? Wist je dat De Zugspitze met een hoogte van meter de hoogste berg van Duitsland is? Wist je dat De Donau ook wel de Zwarte Rivier wordt genoemd omdat hij begint in het Zwarte Woud en eindigt in de Zwarte Zee? Wist je dat Hitler in 1933 Ferdinand Porsche de opdracht gaf een wagen voor het volk te maken (Volkswagen)? De opdracht:?kies een stelling uit en ga deze in groepen van 2 verder bestuderen. Houd een korte presentatie voor de klas over de door jullie uitgekozen stelling. Deze presentatie moet minder dan 1:00 minuten duren en moet controleerbaar goed zijn. 6b. Zelftest Opdracht: Hieronder staan een aantal vragen. Probeer deze juist te beantwoorden. Vraag 1 Tijdens het grootste deel van de Koude Oorlog werd Berlijn verdeeld door een muur? Hoe werd deze muur genoemd? Pagina 14

16 a. De Berlijnse Muur b. De Duitse Muur c. De Grote Muur d. De Koude Muur Vraag 2 Welk land uit de Europese Unie telt het meeste inwoners? a. Duitsland b. Engeland c. Frankrijk d. Spanje Vraag 3 Wat is de hoofdstad van Duitsland? a. Bonn b. Frankfurt c. Berlijn d. Dresden Vraag 4 Wat was de hoofdstad van West-Duitsland tussen 1949 en 1990? a. Berlijn b. Frankfurt c. Bonn d. München Pagina 15

17 7. Wortschatz Wortschatz 7a. Wörter De woorden van Kapitel 0 vindt je in WRTS, Net als de lijsten van alle andere 1e Kapitels. Klik HIER om naar het lijstenoverzicht te gaan. Pagina 16

18 8. Grammatik Grammatik 8a. Getallen GETALLEN IN HET DUITS: 0 = null 1 = eins 2 = zwei 3 = drei 4 = vier 5 = fünf 6 = sechs 7 = sieben 8 = acht 9 = neun 10 = zehn 11 = elf 12 = zwölf 13 = dreizehn 14 = vierzehn 15 = fünfzehn 16 = sechzehn 17 = siebzehn 18 = achtzehn 19 = neunzehn 20 = zwanzig 21 = einundzwanzig 22 = zweiundzwanzig 23 = dreiundzwanzig 24 = vierundzwanzig 25 = fünfundzwanzig 26 = sechundzwanzig 27 = siebundzwanzig 28 = achtundzwanzig 29 = neunundzwanzig 30 = drei?ig 31 = einunddrei?ig 32 = zweiunddrei?ig 33 = dreiunddrei?ig 34 = vierunddrei?ig Pagina 17

19 35 = fünfunddrei?ig 36 = sechunddrei?ig 37 = siebunddrei?ig 38 = achtunddrei?ig 39 = neununddrei?ig 40 = vierzig 41 = einundvierzig 42 = zweiundvierzig 43 = dreiundvierzig 44 = vierundvierzig 45 = achtundvierzig 46 = sechundvierzig 47 = siebundvierzig 48 = achtundvierzig 49 = neunundvierzig 50 = fünfzig 51 = einundfünfzig 52 = zweiundfünfzig 53 = dreiundfünfzig 54 = vierundfünfzig 55 = fünfundfünfzig 56 = sechundfünfzig 57 = siebundfünfzig 58 = achtundfünfzig 59 = neunundfünfzig 60 = sechzig 61 = einundsechzig 62 = zweiundsechzig 63 = dreiundsechzig 64 = vierundsechzig 65 = fünfundsechzig 66 = sechundsechzig 67 = siebundsechzig 68 = achtundsechzig 69 = neunundsechzig 70 = siebzig 71 = einundsiebzig 72 = zweiundsiebzig 73 = dreiundsiebzig 74 = vierundsiebzig 75 = fünfundsiebzig 76 = sechundsiebzig 77 = siebundsiebzig 78 = achtundsiebzig 79 = neunundsiebzig 80 = achtzig 81 = einundachtzig 82 = zweiundachtzig 83 = dreiundachtzig 84 = vierundachtzig 85 = fünfundachtzig 86 = sechundachtzig 87 = siebundachtzig 88 = achtundachtzig 89 = neunundachtzig 90 = neunzig 91 = einundneunzig 92 = zweiundneunzig Pagina 18

20 93 = dreiundneunzig 94 = vierundneunzig 95 = fünfundneunzig 96 = sechundneunzig 97 =siebundneunzig 98 = achtundneunzig 99 = neunundneunzig 100 = hundert Pagina 19

21 9. Extra Extra 9a. Extra informatie Voor dit hoofdstuk krijg je geen toets. Vanaf Kapitel 1 is dat dus wel het geval. Je krijgt meer informatie van je docent Duits. Pagina 20

22 Antwoorden Vraag 1 Hoeveel deelstaten heeft Duitsland? Het antwoord is 16 deelstaten. In Duitsland is het in de politiek wat anders geregeld dan in Nederland. Elke deelstaat heeft zijn/haar eigen grondwetten, parlementen en regeringen Vraag 2 Hoeveel buurlanden heeft Duitsland? Het antwoord is 9 buurlanden, dat zijn er veel. Nederland heeft 2 buurlanden. Buurlanden van Duitsland zijn Denemarken, Polen, Tsjechië, Oostenrijk, Zwitserland, Frankrijk, Luxemburg, België en Nederland Vraag 3 Wat is de grootste rivier van Duitsland? 1. Maas 2. Rijn Het antwoord is de Rijn, dit is de breedste rivier waar dagelijks meer dan 100 schepen doorheen varen. Veel van deze schepen varen naar Nederland, om vervolgens daar te kunnen handelen. Goed voor onze economie dus. 3. Waal 4. Lek 5. IJssel Vraag 1 Zoek de juiste foto bij de juiste stad 1. b 2. e 3. d 4. c 5. a Vraag 1 Duitsland heeft een Staatsbank. Pagina 21

23 1. Waar Het antwoord is "Waar". Duitsland heeft een bank genaamd "Deutsche Bank" die geld krijgt van de staat en de Europese Unie, om de economie te stimuleren. Net zoals in Nederland SNS Bank van de staat is. 2. Niet waar Vraag 2 De grootste luchthaven van Duitsland is Frankfurt 1. Waar Het antwoord is "Waar". Frankfurt Airport is inderdaad het grootste vliegveld van Duitsland. Het vliegveld ligt opvallend genoeg niet bij de hoofdstad Berlijn. Het is het op twee na grootste vliegveld van Europa. In 2010 waren er zo'n 53 miljoen passagiers aanwezig. 2. Niet waar Vraag 1 Tijdens het grootste deel van de Koude Oorlog werd Berlijn verdeeld door een muur? Hoe werd deze muur genoemd? 1. De Berlijnse Muur De Koude oorlog ( ) was een periode van militaire, politieke en economische spanning en competitie tussen de Sovjet Unie en zijn satellietstaten en de Westerse Wereld. Berlijn lag tijdens de Koude Oorlog volledig in de toenmalige DDR (Oost-Duitsland). In 1949 werd de Berlijnse Muur gebouwd en splitste de stad in 2 stukken. West-Berlijn geraakte was toen volledig geïsoleerd. De muur werd het symbool van de koude oorlog. 2. De Duitse Muur 3. De Grote Muur 4. De Koude Muur Vraag 2 Welk land uit de Europese Unie telt het meeste inwoners? 1. Duitsland In het jaar 2009 telde Duitsland inwoners. Frankrijk komt op de tweede plaats met 65,5 miljoen inwoners. 2. Engeland 3. Frankrijk 4. Spanje Vraag 3 Wat is de hoofdstad van Duitsland? 1. Bonn 2. Frankfurt 3. Berlijn Berlijn is de hoofdstad van Duitsland. Het is de grootste stad van Duitsland en telt ongeveer 3,45 miljoen inwoners (cijfers 2007). 4. Dresden Pagina 22

24 Vraag 4 Wat was de hoofdstad van West-Duitsland tussen 1949 en 1990? 1. Berlijn 2. Frankfurt 3. Bonn In 1949 werd Bonn de hoofdstad van West-Duitsland. In dat jaar werd Duitsland verdeeld in Duitse Democratische Republiek (DDR) en de Bondsrepubliek Duitsland. In 1990 viel de muur en werd Duitsland weer herenigd. Berlijn werd toen weer de hoofdstad. 4. München Pagina 23

25 Over dit lesmateriaal Colofon Auteur Laatst gewijzigd 10 February 2013 om 12:30 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau HAVO 1; Leerinhoud en doelen Duits; Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 0 uur en 50 minuten Trefwoorden 1havo, duits, kapitel 0 Bronnen Bron Type Video Video Video Pagina 24