Omzendbrief nr. COL 14/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep
|
|
- Laura Peters
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 College van Procureurs-generaal Omzendbrief nr. COL 14/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep Toegestuurd aan de dames en heren Toegestuurd aan de dames en heren Eerste Substituten; Substituten; Gerechtelijke stagiair(e)s; Hoofdgriffier van de Rechtbank van Eerste Aanleg; Hoofdgriffier van de Politierechtbank; Strafbemiddelingsassistenten; Justitieassistenten slachtofferonthaal; Burgemeesters; Hoofdcommissarissen voor gerechtelijke opdrachten; Commandant van de Rijkswachtdistricten en Rijkswachtbrigades; (Hoofd)politiecommissarissen; Brigadecommissarissen en (Hoofd)veldwachters. Eerste Substituten; Substituten; Gerechtelijke stagiair(e)s. Ter uitvoering, tot voorlichting, De Procureur des Konings, Ter uitvoering, tot voorlichting, De Arbeidsauditeur, Ernest Allardstraat 42, 1000 Brussel - tel. 02/ fax 02/
2 (Brussel, Gent, Luik, Bergen, Antwerpen), 15 oktober Mijnheer de Procureur des Konings, Mijnheer de Arbeidsauditeur, Betreft : Ministeriële richtlijn inzake het waardig afscheid nemen van een overledene in geval van interventie door de gerechtelijke overheden. Ik heb de eer U hierbij de ministeriële richtlijn inzake het waardig afscheid nemen van een overledene in geval van interventie door de gerechtelijke overheden over te maken. Ik verzoek U mijn ambt onmiddellijk in te lichten van elke moeilijkheid die zich bij de toepassing van de hierbijgevoegde richtlijn zou kunnen voordoen. De Procureur-generaal, (get.) A. VAN OUDENHOVE F. SCHINS A. THILY G. LADRIERE C. DEKKERS
3 MINISTERIELE RICHTLIJN INZAKE HET WAARDIG AFSCHEID NEMEN VAN EEN OVERLEDENE IN GEVAL VAN INTERVENTIE DOOR DE GERECHTELIJKE OVERHEDEN MINISTER VAN JUSTITIE TONY VAN PARYS 16 september 1998 Ernest Allardstraat 42, 1000 Brussel - tel. 02/ fax 02/
4 2 INHOUDSTAFEL I. RICHTLIJN INLEIDING 1. ALGEMENE BEPALINGEN 2. DOELSTELLINGEN 3. PROCEDURE 3.1. Onmiddellijk na de feiten 3.2. Het overbrengen van het lichaam 3.3. Mededeling van het overlijden 3.4. Laatste groet Advies van niet-vrijgave van het lichaam Identificatie van het lichaam Autopsie Opvang van de nabestaanden Omgeving Maatregelen voor het toonbaar maken van het lichaam Vrijgave van het lichaam Verzegeling van de kist 3.5. Inzage van het dossier, teruggave van persoonlijke bezittingen en overtuigingsstukken 3.6. Hercontactname door het parket 3.7. Evaluatie II. TOELICHTING
5 3 I. RICHTLIJN INLEIDING Gelet op het artikel 3bis van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering en artikel 44 van het Wetboek van strafvordering; Overwegende dat het Strategisch Plan van een Nationaal Slachtofferbeleid (juni 1996) onder meer de volgende aanbeveling bevat: " Bijzondere aandacht verdient ook het vrijgeven van het stoffelijk overschot na een ernstig verkeersongeval, zelfdoding en moord. In vele gevallen wordt het de naastbestaanden afgeraden het lichaam nog te zien, in sommige gerechtelijke arrondissementen is dit zelfs de regel. Algemene regels zijn in dit verband echter niet te formuleren. Sommige nabestaanden willen absoluut de overledene nog zien. Indien dit wordt verhinderd kan de verwerking achteraf grondig verstoord worden. Anderen wensen dergelijke confrontatie niet. In een persoonlijk gesprek met de onderzoeksrechter, de verbindingsmagistraat of de maatschappelijk assistent slachtofferonthaal, zouden nabestaanden de kans moeten krijgen zelf hun standpunt te bepalen. Justitie moet dit niet voor de slachtoffers uitmaken. Bovendien verschillen de praktijken hier van parket tot parket. In elk geval moeten anathoompathologen de middelen krijgen om een dode na een lijkschouwing zo toonbaar mogelijk te maken."; Overwegende dat de Parlementaire Onderzoekscommissie Dutroux-Nihoul en consorten op 14 april 1997 onder meer de aanbeveling deed "om alle nuttige maatregelen te nemen om het verzoek van de ouders in de mate van het mogelijke in te willigen. Het komt alleen de ouders toe hun eigen belang in te schatten."; Gelet op de ministeriële richtlijn van 15 september 1997 inzake het onthaal van slachtoffers op parketten en rechtbanken: "De justitieassistent slachtofferonthaal organiseert, in het geval van een autopsie of inbeslagname de ondersteuning van de familie van een overleden slachtoffer bij de laatste begroeting, wanneer dit nodig is en de nabestaanden hiermee instemmen. Voor de praktische modaliteiten hiervan wordt het akkoord gevraagd van de procureur des Konings of de magistraat-titularis van het dossier."; Gelet op het Samenwerkingsakkoord inzake slachtofferzorg tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap, en in het bijzonder de artikelen 5, 1 en 2 ; 6, 1 en 2 ; 11 1 en 12 1, ondertekend op 7 april 1998, en tussen de Federale Staat, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, en in het bijzonder de artikelen 5, 1 en 2 ; 6, 1 en 2 ; 11 1 en 12 1, ondertekend op 14 mei 1998; Bijgevolg hebben de minister van Justitie en het College van procureurs-generaal, na overleg en elk binnen hun bevoegdheid, beslist de volgende richtlijn af te kondigen.
6 4 1. ALGEMENE BEPALINGEN 1.1 Voor de toepassing van deze richtlijn, wordt verstaan onder: 1 slachtoffer: het overleden slachtoffer; 2 lichaam: het lichaam van het overleden slachtoffer; 3 nabestaande: elke persoon die op een gevoelsmatige manier een band heeft met het slachtoffer; 4 wetsgeneesheer: geneesheer met expertises belast door een magistraat; 5 thanatopraxie: de techniek van verzorging en bewaring van het lichaam; 6 justitieassistenten: assistenten voor slachtofferonthaal die in elk gerechtelijk arrondissement, in het kader van de daartoe uitgewerkte structuren en onder het gezag van de procureur des Konings, deze laatste zowel op individueel als op structureel vlak bijstaan bij de uitbouw en de coördinatie van het onthaal van slachtoffers op de rechtbanken en de parketten; 7 tussenkomende personen: de personen bedoeld onder Deze richtlijn is van toepassing op de gevallen van gewelddadig overlijden of van overlijden waarbij de doodsoorzaak nog niet werd bepaald, die de interventie van de gerechtelijke overheden vragen en die aanleiding geven tot een autopsie of een advies van niet-vrijgave van het lichaam. 1.3 Deze richtlijn is van toepassing op: - de leden van het openbaar ministerie en de officieren en agenten van gerechtelijke politie; - de justitieassistenten en de adjunct-adviseurs slachtofferonthaal; - de leden en het personeel van griffies en parketsecretariaten. De parketmagistraat van dienst of de parketmagistraat belast met het dossier, is verantwoordelijk voor de juiste toepassing van de bepalingen van deze richtlijn. De verbindingsmagistraat slachtofferonthaal is eveneens verantwoordelijk voor de juiste toepassing van deze richtlijn en van de aanbevelingen van de arrondissementele raad voor het slachtofferbeleid. De verbindingsmagistraat mag in elk arrondissement aan de arrondissementele raad voor het slachtofferbeleid praktische modaliteiten voorstellen voor de optimale uitwerking van deze richtlijn.
7 5 1.4 Het is niet mogelijk noch wenselijk dat deze richtlijn anticipeert op alle mogelijke situaties die zich kunnen voordoen in een dossier. 1.5 Bij de toepassing en interpretatie van deze richtlijn staat steeds het belang van de slachtoffers en hun nabestaanden centraal. Deze richtlijn bevat een aantal te respecteren regels. Afwijkingen zijn toegestaan indien hierdoor een betere behandeling van de slachtoffers wordt verzekerd en een betere opvang en bejegening van de nabestaanden. Om dezelfde redenen is het wenselijk dat de parketmagistraat belast met het dossier bij vragen over de toepassing en/of de interpretatie van de richtlijn overleg pleegt met de verbindingsmagistraat en/of de justitieassistenten. Indien bij dit overleg blijkt dat niet kan tegemoet gekomen worden aan de belangen van de slachtoffers of hun nabestaanden, moet de beslissing terzake gemotiveerd meegedeeld worden aan de nabestaanden. De parketmagistraat belast met het dossier bepaalt de vorm waarin dit gebeurt. 2. DOELSTELLINGEN 2.1 Deze richtlijn beoogt de aanpak door de overheden van slachtoffers en hun nabestaanden te harmoniseren. Hiertoe definiëert deze richtlijn de rol en de opdrachten van de personen belast met het onthaal, de opvang, de informatieverlening aan en de gepaste bejegening van de nabestaanden. 2.2 Teneinde secundaire victimisering te voorkomen, moet alles in het werk gesteld worden om te vermijden dat onvoorzichtig, ondoordacht of met een gebrek aan respect wordt gehandeld Alle tussenkomende personen moeten een correcte en aangepaste houding aannemen ten aanzien van het slachtoffer en zijn nabestaanden Er moet bijzondere aandacht besteed worden aan de terminologie die wordt gebruikt in de documenten en in de contacten met de nabestaanden. Hierbij moeten hun emoties en gevoeligheden gerespecteerd worden De inspanningen van de gerechtelijke overheden hebben eveneens tot doel het rouwproces van de nabestaanden te eerbiedigen en respect te betonen voor hun religieuze en filosofische overtuigingen.
8 6 3. PROCEDURE 3.1 Onmiddellijk na de feiten Zodra het belang van het onderzoek dit toelaat, wordt het lichaam onmiddellijk naar een geschikte plaats overgebracht, zodat de nabestaanden een laatste groet kunnen brengen in de best mogelijke omstandigheden. Indien dit niet mogelijk is, moeten de gerechtelijke overheden, bereid tot dialoog en in duidelijke bewoordingen, de redenen voor het ter plaatse houden van het lichaam uiteenzetten. In dat geval worden gepaste maatregelen genomen om het slachtoffer af te schermen voor het publiek. 3.2 Het overbrengen van het lichaam Het overbrengen van het slachtoffer dient te verlopen in gepaste omstandigheden, meer bepaald in een kist en een aangepast voertuig. 3.3 Mededeling van het overlijden Het is de taak van de politiediensten om het overlijden van een persoon te melden. Deze taak valt niet onder de verantwoordelijkheid van de justitieassistenten noch van maatschappelijk werkers in het algemeen. De identiteit van het slachtoffer en zijn familiale situatie moeten geverifieerd zijn teneinde het overlijden te kunnen meedelen aan de meest verwante nabestaanden. De mededeling van het overlijden moet zo vlug mogelijk gebeuren, ongeacht het moment, dus ook 's nachts, in het weekend of op feestdagen, tijdens een persoonlijk onderhoud en bij voorkeur door twee personen. Alles moet in het werk gesteld worden om te vermijden dat de nabestaanden het overlijden vernemen via de pers. In elk geval moet een maximum aan inlichtingen ingewonnen worden over de feiten: plaats, uur bij benadering, verloop van de feiten, staat van het lichaam. De nodige tijd moet voorzien worden om de vragen van de nabestaanden te beantwoorden. De mededeling moet voorbereid en overlegd worden. De rol van elk moet bepaald worden. De personen die het overlijden meedelen, vragen de nabestaanden op een persoonlijke en menselijke manier of zij het lichaam willen groeten. In elk geval moeten ze contact opnemen met de justitieassistenten van het bevoegde parket om deze te informeren over hun interventie.
9 7 Elke persoon die het overlijden meldt, moet daartoe een gepaste opleiding genoten hebben. De arrondissementele raad voor slachtofferbeleid kan geraadpleegd worden inzake de implementatie van deze richtlijn. 3.4 Het brengen van de laatste groet Overeenkomstig artikel 44 van het Wetboek van strafvordering, hebben de nabestaanden, indien zij dit wensen, het recht om een laatste groet te brengen aan de overledene, zowel voor als na de autopsie. De procureur des Konings, of bij delegatie de verbindingsmagistraat, doet het nodige om de justitieassistenten systematisch te verwittigen. Voor de concrete organisatie moeten de nabestaanden de mogelijkheid hebben contact op te nemen met de parketmagistraat belast met het dossier. Deze magistraat dient de vragen van de nabestaanden te beantwoorden, rekening houdend met het onderzoeksgeheim Advies van niet-vrijgave van het lichaam De justitieassistenten moeten door de parketmagistraat op de hoogte gesteld worden van het advies van niet-vrijgave van het lichaam Identificatie van het lichaam Indien gewenst, zullen de justitieassistenten bij de identificatie van het lichaam de opvang van de nabestaanden organiseren Autopsie Opvang van de nabestaanden De parketmagistraat voorziet in de opvang van de nabestaanden voor, tijdens en na het groeten van het slachtoffer. Deze eerste opvang wordt georganiseerd door de justitieassistenten en wordt aangeboden door henzelf, door een lid van een politiedienst, door professionelen of door vrijwilligers. De parketmagistraat brengt de nabestaanden ervan op de hoogte dat zij kunnen weigeren een laatste groet te brengen aan het slachtoffer. De justitieassistenten delen mee dat voor het groeten van het slachtoffer een opvang van de nabestaanden kan worden georganiseerd.
10 8 De nabestaanden moeten geïnformeerd en voorbereid worden door de personen belast met hun opvang. Van deze laatsten wordt verwacht dat zij de vragen beantwoorden die betrekking hebben op de toestand van het slachtoffer en de plaats waar het bezoek zal plaatsvinden. Zij laten aan de nabestaanden de nodige tijd om te beslissen of zij het slachtoffer willen zien of niet, rekening houdend met het tijdstip van de autopsie Omgeving De nabestaanden hebben het recht een laatste groet te brengen in een lokaal dat respectvol is ingericht voor het slachtoffer en de nabestaanden. Het is wenselijk dat elk medico-legaal instituut over een aangepaste onthaalruimte beschikt Maatregelen voor het toonbaar maken van het lichaam Ingevolge artikel 134 van de deontologische code voor geneesheren dient "de geneesheer die een autopsie uitvoert, met zorgvuldigheid en discretie te handelen." Hij neemt alle maatregelen om het lichaam na autopsie zo goed mogelijk toonbaar te maken aan de nabestaanden en zorgt ervoor dat zo weinig mogelijk sporen achterblijven. Er worden specifieke voorzorgen genomen wat het gelaat betreft. De procureur des Konings moet de wetsgeneesheer herinneren aan deze aanbevelingen zodat bij de autopsie rekening wordt gehouden met een eventuele interventie van begrafenisondernemers en/of beoefenaars van de thanatopraxie Vrijgave van het lichaam Zo vlug als het kan wordt het lichaam vrijgegeven zodat de nabestaanden de begrafenis kunnen organiseren volgens hun religieuze en filosofische overtuigingen. De nabestaanden worden zo spoedig mogelijk op de hoogte gebracht van deze beslissing, die zonder verwijl moet worden uitgevoerd Verzegeling van de kist De verzegeling kan enkel door de gerechtelijke autoriteiten gebeuren. De zegels worden niet systematisch of op grond van welke gewoonte dan ook aangebracht op de kist, doch enkel omwille van de noodwendigheden van het onderzoek.
11 9 De gerechtelijke overheden moeten in duidelijke bewoordingen de redenen van de verzegeling uiteenzetten aan de nabestaanden. 3.5 Inzage van het dossier, teruggave van persoonlijke goederen en overtuigingsstukken. De parketmagistraat belast met het dossier moet systematisch de justitieassistenten verwittigen van de inzage van het dossier, de teruggave van de persoonlijke goederen van het slachtoffer en van de overtuigingsstukken. Indien de nabestaanden het gedeelte van het dossier dat over het overlijden handelt mogen raadplegen, worden zij ervan verwittigd door de justitieassistenten dat bepaalde documenten hun gevoelens kunnen kwetsen, in het bijzonder de foto's van het plaatsbezoek en van de autopsie De justitieassistenten moeten, na kritische verificatie, de nabestaanden inlichten over de toestand van de persoonlijke goederen en de overtuigingsstukken. Persoonlijke goederen en overtuigingsstukken worden zo snel mogelijk terugbezorgd. Indien deze voorwerpen na de feiten niet onmiddellijk teruggegeven kunnen worden, zetten de parketmagistraat belast met het dossier of de justitieassistenten de redenen van de weigering uiteen. 3.6 Hercontactname door het parket Het is wenselijk dat de personen die de nabestaanden hebben opgevangen na verloop van tijd opnieuw contact met hen opnemen om te informeren hoe zij het stellen. 3.7 Evaluatie De richtlijn wordt geëvalueerd in samenspraak met het College van procureursgeneraal en de betrokken diensten, na de toepassing ervan gedurende twee jaar. Deze richtlijn treedt in werking op 2 oktober Tony VAN PARYS Minister van Justitie
12 10 II. TOELICHTING ALGEMENE OVERWEGINGEN In hun boek "Leven met een schaduw", verschenen in 1993, vermeldde de v.z.w. "Ouders van een vermoord kind" volgende problematiek: "In de meeste gevallen worden de autopsies onzorgvuldig uitgevoerd, herstel van het lichaam na het gerechtelijk deskundigenonderzoek is zeldzaam, wat de ouders belet een afscheid te nemen van de overledene." Ons land is sterk geschokt geweest door de zaak van de verdwenen en vermoorde kinderen. Ook het Parlement besprak het probleem van de mogelijkheid voor verwanten om, indien ze dit wensen, een laatste groet te brengen aan het slachtoffer. De minister van Justitie heeft bovendien een advies gevraagd aan het Nationaal Forum voor Slachtofferbeleid over deze problematiek. 0p haar vergadering dd. 19 september 1996 stelde het Nationaal Forum voor om een werkgroep op te richten die de problematiek moest analyseren en gepaste oplossingen zoeken. Op 17 oktober 1997 werd gestart met de werkzaamheden binnen de werkgroep. Die bestond uit vertegenwoordigers van de vereniging van vermoorde of verongelukte kinderen, parketmagistraten, leden van de diensten slachtofferonthaal bij de parketten en rechtbanken, juristen van de Steundienst Slachtofferzorg onder leiding van een kabinetsmedewerker van de minister van Justitie. Op 12 maart 1998 heeft het parlement de wet tot verbetering van de strafrechtspleging in het stadium van het opsporingsonderzoek en het gerechtelijk onderzoek aangenomen. Deze wet wijzigt het Wetboek van Strafvordering. Artikel 6 bepaalt: "Ingeval een autopsie wordt bevolen krijgen de nabestaanden de toestemming het lichaam van de overledene te zien. De magistraat die de autopsie heeft bevolen, beslist of de verzoekers als nabestaanden kunnen worden beschouwd en op welk tijdstip zij het lichaam van de overledene mogen zien. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open". De wet treedt in werking op 2 oktober Deze ministeriële richtlijn geeft instructies om tot een optimale toepassing van deze wettelijke bepaling te komen.
13 11 1. ALGEMENE BEPALINGEN 1.1 In dit artikel worden belangrijke begrippen omschreven. Het gebruik ervan wordt aanbevolen. 1 en 2 slachtoffer en lichaam: deze twee begrippen dienen bij voorkeur gebruikt te worden bij de opstelling van de processen-verbaal evenals bij de rechtstreekse contacten met de nabestaanden. Termen zoals "lijk" of "stoffelijk overschot" moeten vermeden worden. Zij getuigen van een gebrek aan respect zowel voor de overledene als voor de nabestaanden. Deze verfijning werd ingevoegd op verzoek van het Ouderplatform van vermoorde, vermiste en verongelukte kinderen. 3 nabestaande: artikel 6 van de wet dd. 12 maart 1998 tot verbetering van de strafrechtspleging in het stadium van het opsporingsonderzoek en het gerechtelijk onderzoek geeft aan de magistraat een appreciatiebevoegdheid over het begrip "nabestaande". Dit begrip moet breed geïnterpreteerd worden. Het dient niet beperkt te worden tot de notie "familie". Zo heeft een persoon die samengewoond heeft met de overledene het recht om het lichaam te zien. Hetzelfde geldt voor ex-echtgenoten en personen die een rechtstreekse band hebben met het slachtoffer. Dit recht breidt zich ook uit tot minderjarigen, na raadpleging van de ouders. Er zijn momenteel voldoende wetenschappelijke gegevens voorhanden om te stellen dat nabestaanden, in functie van de rouwverwerking, niet kan verboden worden het lichaam te zien. Zij moeten daarover zelf beslissen. 4 wetsgeneesheer: de minister van Justitie of de magistraten geven geen instructies aan de wetsgeneesheren. De procureur des Konings zal hen de richtlijnen bezorgen en vragen om hiermee rekening te houden. 5 thanatopraxie: de beoefenaars van de thanatopraxie zijn nog niet erg gekend in België. Zij hanteren moderne technieken om het lichaam in een behoorlijke staat op te baren. De toepassing van de thanatopraxie is nog marginaal en wordt verzekerd door begrafenisondernemers. Sedert enkele jaren echter organiseert het Belgisch Instituut voor Thanatopraxie vormingen om te zorgen voor een betere kennis van de anatomie en de humane pathologie.
14 12 2. DOELSTELLINGEN 2.1 De doelstellingen van deze richtlijn lijken vanzelfsprekend. Niettemin is uit de praktijk gebleken dat de nabestaanden van een slachtoffer klachten hebben over de opvang die hen geboden werd ingeval van autopsie of een verbod van vrijgave van het lichaam. Bovendien is de praktijk verschillend van arrondissement tot arrondissement en van magistraat tot magistraat. Een uniformisering dringt zich op. 2.2 Deze zeer gevoelige materie vereist een zekere tact. Een onderliggende doelstelling is het voorkomen van secundaire victimisering. Men mag niet uit het oog verliezen dat er een delicaat evenwicht moet gevonden worden tussen het onderzoek naar de waarheid door de gerechtelijke overheden en een voortdurende aandacht voor de slachtoffers en hun nabestaanden. De richtlijn vertaalt de wil van de minister van Justitie en het College van procureursgeneraal om een nieuwe cultuur, meer respectvol voor het slachtoffer en zijn nabestaanden, te introduceren. 3. PROCEDURE 3.1 Onmiddellijk na de feiten Het gebeurt regelmatig dat het lichaam van slachtoffer lange tijd op de plaats van de feiten blijft. Dit kan leiden tot een traumatiserende ervaring bij de nabestaanden. Zodra het belang van het onderzoek het toelaat, moet bijgevolg het lichaam zo vlug mogelijk overgebracht worden naar een geschikte plaats. Het is eveneens belangrijk de media niet toe te laten schokkende foto's te nemen met nefaste gevolgen voor de nabestaanden. Indien het lichaam niet mag verplaatst worden, moeten de gerechtelijke overheden uitleg verstrekken aan de nabestaanden. Zij moeten hen uitleggen dat het lichaam ter plaatse moet blijven, niet uit onachtzaamheid, maar omdat dit belangrijk is voor het onderzoek. Deze dialoog is nodig om de nabestaanden te overtuigen dat men niets wil verbergen. 3.2 Het overbrengen van het lichaam In het verleden is het gebeurd dat lichamen werden vervoerd in plastic zakken en/of niet aangepaste voertuigen (zoals oude ambulances). Nabestaanden ervaren dit vaak als een gebrek aan respect voor het slachtoffer. Bijgevolg moet het lichaam overge-bracht worden op een zo waardig mogelijke manier.
15 Mededeling van het overlijden De mededeling van het overlijden moet gebeuren door de politiediensten. Deze delicate taak behoort tot hun bevoegdheid (Omzendbrief OOP15 bis van 29 maart 1994 van de minister van Binnenlandse Zaken). De politiediensten zijn het best geplaatst om het overlijden mee te delen. Zij kunnen immers de meeste informatie verzamelen over de omstandigheden van de feiten. Tevens kunnen zij het overlijden meedelen op elk ogenblik van de dag. De laatste jaren werden de politiediensten hier ook voor opgeleid. Het is belangrijk dat de arrondissementele raad voor het slachtofferbeleid erover waakt dat de politiediensten voor deze problematiek gesensibiliseerd worden door een aangepaste manier van werken te organiseren. De mededeling van het overlijden is het eerste contact van de nabestaanden met de gerechtelijke en politionele overheden. Elke vergissing in dit stadium kan leiden tot een vertrouwensbreuk met de overheid. Opleidingen moeten hieraan aangepast worden. Vanzelfsprekend beoordeelt de parketmagistraat met omzichtigheid de omstandigheden van het overlijden, meer bepaald de mogelijke betrokkenheid van nabestaanden. Artikel 1.5 van de richtlijn stelt dan ook uitdrukkelijk dat afwijkingen toegestaan zijn. - De mededeling moet zo vlug mogelijk gebeuren. De politiediensten moeten het overlijden melden vóór de nabestaanden dit vernemen van de pers, met eventueel verkeerde details. - De mededeling moet op een persoonlijke en respectvolle manier gebeuren. Zij dient te gebeuren aan de nabestaanden persoonlijk. Het past dus niet om bijvoorbeeld een boodschap achter te laten op een antwoordapparaat, of aan de buren te vragen de mededeling te doen. Tevens is het ongepast het slechte nieuws te melden op de deurstoep. - De mededeling gebeurt het best door twee personen. De tweede persoon hoeft niet noodzakelijk een politiebeambte te zijn, het kan een behandelend geneesheer, een maatschappelijk assistent of een naaste persoon zijn. De persoon die de mededeling doet, wordt op voorhand aangeduid. - De mededeling moet voorbereid en gecoördineerd worden. De politiediensten moeten de nodige inlichtingen inwinnen, onder meer precieze inlichtingen over de feiten, over de omstandigheden, evenals over de identiteit van de persoon die verwittigd moet worden en de gezondheidstoestand ervan. Al deze inlichtingen dienen zo mogelijk geverifieerd te zijn. - De politiediensten moeten voldoende tijd voorzien om te antwoorden op de vragen van de nabestaanden. Daar de politiediensten het eerste contact hebben met de nabestaanden, moeten zij vragen aan de nabestaanden of zij de overledene nog willen groeten.
16 14 In elk geval moeten de politiediensten de justitieassistenten slachtofferonthaal van het bevoegde parket verwittigen van hun interventie en hen de wens van de nabestaanden om al dan niet, en met wie, een laatste groet te brengen aan de overledene, meedelen. De justitieassistenten voor slachtofferonthaal en anderen die instaan voor opvang kunnen deelnemen aan vormingen over dit onderwerp. 3.4 Het brengen van de laatste groet De nabestaanden kunnen zelf beslissen of zij een laatste groet wensen te brengen aan de overledene. Anderen mogen niet in de plaats van de nabestaanden beslissen. Uit de praktijk blijkt dat bepaalde personen in geen enkel geval de overledene nog willen zien, terwijl anderen dit absoluut eisen. Deze mogelijkheid moet hen dus geboden worden. De nabestaanden moeten evenwel ingelicht worden over de staat van het lichaam, zonder hun beslissing te willen beïnvloeden. Zo zijn sporen van geweld geen voldoende reden om aan de nabestaanden te weigeren de overledene te zien. Over het ogenblik van het bezoek aan het lichaam zouden de nabestaanden in de mate van het mogelijke zelf moeten kunnen beslissen, dus zowel vóór als na een autopsie. Er moet echter rekening gehouden worden met de feitelijke omstandighe-den. Indien de autopsie onmiddellijk moet uitgevoerd worden, zullen de nabestaanden het lichaam enkel erna kunnen zien. In dit geval dient hierover een dialoog met de nabestaanden te worden gevoerd. De gerechtelijke overheden moeten uitleggen waarom de autopsie onmiddellijk werd uitgevoerd. Het is immers mogelijk dat de na-bestaanden denken dat men hen de waarheid wil verbergen. Een gesprek moet iedere dubbelzinnigheid voorkomen. Indien de nabestaanden een laatste groet willen brengen na de autopsie, dient het bezoek zo vlug mogelijk plaats te vinden, behalve indien een behandeling van het lichaam door een beoefenaar van de thanatopraxie werd voorzien. De magistraat die belast is met het dossier heeft een appreciatiebevoegdheid. Indien de nabestaanden de keuze hebben om de overledene te groeten vóór en na een autopsie, dan beslist de magistraat over eventuele misbruiken Ingeval van niet-vrijgave van het lichaam De justitieassistenten moeten systematisch verwittigd worden ingeval van een advies van niet-vrijgave van het lichaam om hen toe te laten de nodige maatregelen te nemen.
17 Ingeval van identificatie van het lichaam De nabestaanden hebben het recht de identificatie te weigeren en hiervoor een vertrouwenspersoon aan te stellen Ingeval van autopsie Opvang van de nabestaanden Een bijstand aan de nabestaanden moet georganiseerd worden door de diensten slachtofferonthaal bij de parketten. De magistraat blijft verantwoordelijk maar hoeft de organisatie niet op zich te nemen. Dit betekent evenmin dat de justitieassistenten fysisch moeten aanwezig zijn. Zij dienen de bijstand te organiseren en de nabestaanden in te lichten dat deze opvang kan verleend worden door anderen of door henzelf. De nabestaanden kunnen ook vragen bijgestaan te worden door een vertrouwenspersoon, zoals bijvoorbeeld een priester of een buur. Een laatste groet brengen aan een lichaam is een fundamenteel recht. De nabestaanden zijn op deze pijnlijke momenten gemakkelijk beïnvloedbaar. Magistraten en personen die instaan voor de opvang dienen de nabestaanden zo objectief mogelijk te informeren over de keuze om een laatste groet te brengen. Zij mogen de beslissing niet forceren, noch in de ene, noch in de andere zin. De nabestaanden moeten geïnformeerd en voorbereid worden. Indien zij beslissen een laatste groet te brengen aan de overledene moeten zij juist geïnformeerd worden over de staat van het lichaam. Een verrassingseffect moet vermeden worden daar dit schadelijk kan zijn voor het rouwproces. Tevens moeten zij ingelicht worden over de plaats waar het bezoek zal plaatsvinden, daar niet alle lokalen geschikt zijn voor de opvang van nabestaanden. De personen die instaan voor de opvang moeten de nabestaanden ook inlichten over de autopsie. Een autopsie is een nieuwe gewelddaad op het lichaam welke soms moeilijk te dragen is door de nabestaanden. De personen die instaan voor de opvang moeten de redenen uitleggen die de gerechtelijke overheden ertoe hebben aangezet over te gaan tot een autopsie Omgeving Lokalen die gebruikt worden voor het brengen van een laatste groet moeten hiervoor ingericht worden met aangepast materiaal. Het lokaal moet hygiënisch zijn. Het is belangrijk om eveneens over een bijkomend lokaal te kunnen beschikken waar de familie nog even apart kan zijn in aangepaste omstandigheden.
18 Maatregelen voor het toonbaar maken van het lichaam In het verleden is gebleken dat sommige wetsgeneesheren autopsies uitvoerden zonder het lichaam te herstellen. Deze praktijk, die indruist tegen de deontologische code voor geneesheren, kwetste de gevoelens van de nabestaanden die geen laatste groet meer konden brengen in waardige omstandigheden. Een andere moeilijkheid was dat het sluiten van het lichaam niet werd terugbetaald door de gerechtskosten. Dit gebeurt momenteel wel. De procureur des Konings vraagt aan de wetsgeneesheren te waken over de insnijdingen waardoor de overledene zo toonbaar mogelijk blijft. Bovendien wordt het werk van de beoefenaars van de thanatopraxie vergemakkelijkt. De nabestaanden kunnen hierdoor het rouwproces verwerken op een minder pijnlijke manier De zegels In bepaalde gemeenten wordt het aanbrengen van zegels op de kisten voorgeschreven. Bovendien moet de familie betalen voor deze zegels. Deze praktijk leidt tot verwarring bij de nabestaanden. Deze administratieve zegels zijn enkel een betalingsbewijs. Zij zouden gemakkelijk kunnen vervangen worden door een betalingsbewijs te overhandigen aan de nabestaanden na kwijting van de gemeentelijke belasting. De praktijk van het opleggen van zegels moet voorbehouden worden aan de gerechtelijke overheden. Sommige magistraten laten systematisch zegels aanbrengen zonder zich te bedenken over het nut ervan of de gevolgen die deze kunnen meebrengen voor de nabestaanden. Men mag niet vergeten dat een autopsie op zich reeds destructief is. Bovendien heeft het aanbrengen van zegels geen nut meer als een toestemming tot crematie werd verleend. 3.5 Inzage van het dossier, teruggave van persoonlijke goederen en overtuigingsstukken Indien de nabestaanden de toelating kregen om het dossier in te zien, moeten zij correct ondersteund worden. Daarom moeten de justitieassistenten slachtofferonthaal steeds verwittigd worden zodat zij de eventuele bijstand kunnen organiseren. De teruggave van persoonlijke goederen en overtuigingsstukken moet gebeuren op een zo humaan mogelijke manier, en in elk geval na verificatie door de justitieassistenten.
19 Hercontactname door het parket Het is wenselijk dat de nabestaanden zich niet vergeten voelen eens alle zakelijke elementen afgehandeld zijn. Een telefonisch contact of een kaartje, verstuurd door de diensten die de nabestaanden na het overlijden hebben bijgestaan, kan een steun zijn bij moeilijke momenten zoals de verjaardag van het overlijden, enz. 3.7 Evaluatie Twee jaar na het in werking treden van deze richtlijn zal de Procureur-generaal, portefeuillehouder van het slachtofferbeleid, een evaluatie van deze richtlijn voorleggen aan het College van procureurs-generaal en aan de minister van Justitie. In deze evaluatie zullen eventuele verbeteringen of aanvullingen aan de richtlijn voorgesteld worden.
Omzendbrief nr. COL 3/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep
College van Procureurs-generaal Omzendbrief nr. COL 3/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep Toegestuurd aan de dames en heren Toegestuurd aan de dames en heren Eerste Substituten,
Nadere informatieINFO VOOR NABESTAANDEN. Arne Reynaert TUSSENKOMST GERECHTELIJKE OVERHEDEN
INFO VOOR NABESTAANDEN Arne Reynaert TUSSENKOMST GERECHTELIJKE OVERHEDEN INHOUD 01 Inleiding 4 02 Waarom is de politie opgeroepen? 4 03 Rol van het parket 5 04 Wanneer inbeslagname? 5 05 Mag ik bij een
Nadere informatiePolitionele slachtofferbejegening
Politionele slachtofferbejegening Lokale politie? Slachtofferbejegenaar Lokale politie Interventieploeg (combi) 2 Inspecteurs Terreinondersteuner 1 Hoofdinspecteur Federale politie? Labo Wetsgeneesheer
Nadere informatieOmzendbrief nr. COL 16/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep
Brussel, 14 december 1998. College van Procureurs-generaal Omzendbrief nr. COL 16/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep Mijnheer/Mevrouw de Procureur-generaal, Mijnheer/Mevrouw
Nadere informatieAUTOPSIE in de Universitaire Ziekenhuizen Leuven
U N I V E R S I T A I R E Z I E K E N H U I Z E N L E U V E N AUTOPSIE in de Universitaire Ziekenhuizen Leuven Informatie over het onderzoek van het gerecht bij een onverwacht overlijden maart 1999 1 VOORWOORD
Nadere informatieOmzendbrief nr. COL 3/2004 van het College van Procureursgeneraal bij de Hoven van Beroep
COLLEGE VAN PROCUREURS-GENERAAL Brussel, le 27 février 2004. Omzendbrief nr. COL 3/2004 van het College van Procureursgeneraal bij de Hoven van Beroep Mijnheer/Mevrouw de Procureur-generaal, Mijnheer de
Nadere informatieDEEL I DE GEVOLGEN VOOR SLACHTOFFERS VAN VERKEERSONGEVALLEN, DE REGELGEVING EN DE VOORZIENINGEN
INLEIDING 1. Aanleiding en doelstelling van het onderzoek 1.1. De aanleiding 1.2. De doelstelling 1.3. De uitwerking 1.4. De rapportage 2. De problematiek ingeleid 2.1. Enkele cijfers 2.2. Het ontstaan
Nadere informatieNOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING
Nadere informatieOmzendbrief nr. COL 15/99 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep
COLLEGE VAN PROCUREURS-GENERAAL Brussel, 22 november 1999. Omzendbrief nr. COL 15/99 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep Mijnheer/Mevrouw de Procureur-generaal, Mijnheer/Mevrouw
Nadere informatieOmzendbrief nr. COL 12/99 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep
COLLEGE VAN PROCUREURS-GENERAAL Brussel, 3 juni 1999. Omzendbrief nr. COL 12/99 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep Mijnheer / Mevrouw de Procureur-generaal, Mijnheer / Mevrouw
Nadere informatieSamenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik
Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik Gelet op artikel 128, 1, van de Grondwet; Gelet op de bijzondere
Nadere informatieVOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN DIVERSE BEPALINGEN VAN HET DECREET VAN 16 JANUARI 2004 OP DE BEGRAAFPLAATSEN EN DE LIJKBEZORGING
VOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN DIVERSE BEPALINGEN VAN HET DECREET VAN 16 JANUARI 2004 OP DE BEGRAAFPLAATSEN EN DE LIJKBEZORGING MEMORIE VAN TOELICHTING A. Algemene toelichting 1. Samenvatting
Nadere informatieOmbudsfunctie. - telefonisch (tijdens de telefonische permanenties van de ombudspersoon of op het antwoordapparaat buiten de permanentie-uren);
Ombudsfunctie Artikel 1 Het doel van dit huishoudelijk reglement is om de regels inzake organisatie, werking en procedures van de ombudsfunctie van de Kliniek Sint-Jan vast te leggen. Artikel 2 Dit huishoudelijk
Nadere informatieDe (herziene) Europese Overeenkomst inzake adoptie van kinderen
De (herziene) Europese Overeenkomst inzake adoptie van kinderen SARiV Advies 2013/19 SAR WGG Advies 11 juli 2013 Strategische Adviesraad internationaal Vlaanderen Boudewijnlaan 30 bus 81 1000 Brussel T.
Nadere informatieBrussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 39 / 2006 van 27 september 2006
KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hoogstraat, 139, B-1000 Brussel Tel.: +32(0)2/213.85.40 E-mail : commission@privacycommission.be Fax.: +32(0)2/213.85.65 http://www.privacycommission.be COMMISSIE VOOR
Nadere informatie4. Toestemming in iedere tussenkomst van de beroepsbeoefenaar
Welke zijn de rechten van de patiënt? De wet betreffende de rechten van de patiënt voorziet in: 1. Kwaliteitsvolle dienstverstrekking 2. De vrije keuze van een beroepsbeoefenaar 3. Informatie over de persoonlijke
Nadere informatieSectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid
Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/16/206 BERAADSLAGING NR. 16/092 VAN 4 OKTOBER 2016 INZAKE DE TOEGANG TOT DE PERSOONSGEGEVENSBANK E-PV DOOR
Nadere informatieMINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR
Publicatie : 2002-07-17 MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR 26 JUNI 2002. - Koninklijk besluit houdende oprichting van een Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid en een Interministerieel Comité
Nadere informatieSlachtofferonthaal DE JUSTITIEHUIZEN
Slachtofferonthaal DE JUSTITIEHUIZEN U bent slachtoffer van een misdrijf of na(ast)- bestaande van een slachtoffer. Als slachtoffer hebt u het recht om zorgvuldig en correct behandeld te worden. De magistraten
Nadere informatieBijlage: Afstemmingsprotocol onderzoeksraad voor de veiligheid - openbaar ministerie. De onderzoeksraad voor veiligheid Openbaar Ministerie
Bijlage: Afstemmingsprotocol onderzoeksraad voor de veiligheid - openbaar ministerie Afstemmingsprotocol De onderzoeksraad voor veiligheid Openbaar Ministerie Inleiding Indien naar een voorval zowel een
Nadere informatie( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld ( )
Doel Wanneer Wat/wie Nieuwe Gemeentewet Art. 134bis Herhuisvesting van daklozen ( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld
Nadere informatieRapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068
Rapport Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 2 Klacht Verzoeker, slachtoffer van poging doodslag gepleegd door zijn ex-vriendin op 10 december 1999, klaagt erover dat het arrondissementsparket te
Nadere informatieBrussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hallepoortlaan 5-8, B-1060 Brussel Tel. : +32(0)2/542.72.00 E-mail : commission@privacy.fgov.be Fax.: : +32(0)2/542.72.12 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE
Nadere informatieDomein 1 : Bestuurlijke politie (In termen van bevoegdheden van agent van bestuurlijke politie in overeenstemming met het art.
INTERNE KANDIDATUUR: HOOFDINSPECTEUR VAN POLITIE (MIDDEN) Ten gevolge van de problemen met PolDoc: maak soms gebruik van het nieuwe platform PolDMS (te raadplegen via Portal) Domein 1 : Bestuurlijke politie
Nadere informatieVERSLAG AAN DE KONING
2 APRIL 2003. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt opgesteld, herbevestigd, herzien of ingetrokken Sire, 1. Context VERSLAG AAN DE KONING
Nadere informatieFederale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Crisiscentrum Geïntegreerde permanentie
Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Crisiscentrum Geïntegreerde permanentie Mevrouw en Mijnheer de Burgemeester via de Provinciegouverneurs, de Hoge Ambtenaar van de Brusselse
Nadere informatieHet mini-onderzoek : Hefboom voor het verhoor van de accountant en de belastingconsulent als getuige in strafzaken
Het mini-onderzoek : Hefboom voor het verhoor van de accountant en de belastingconsulent als getuige in strafzaken Jan VAN DROOGBROECK De extern accountant en extern belastingconsulent is overeenkomstig
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
1/8 Advies nr 52/2014 van 3 september 2014 Betreft: Advies over het ontwerp van Koninklijk Besluit tot wijziging van het Koninklijk besluit van 14 maart 2006 tot uitvoering van artikel 44/1, lid 5, van
Nadere informatieDeze bijlage blijft gelden zolang als de Verwerker de persoonsgegevens verwerkt namens de Verwerkingsverantwoordelijke.
Bijlage: Toepassing van EU verordening 2016/679 van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 61.528/3 van 15 juni 2017 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest houdende instemming met 1 de overeenkomst tussen de
Nadere informatieCommissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 21 maart 2011 ADVIES 2011-102 over de weigering om toegang te verlenen tot het volledige fiscaal
Nadere informatieTREINONGEVAL BUIZINGEN: INFORMATIEVE NOTA Fase raadkamer
TREINONGEVAL BUIZINGEN: INFORMATIEVE NOTA Fase raadkamer In het gerechtelijk dossier dat werd geopend naar aanleiding van het treinongeval in Buizingen op 15 februari 2010, hebt u zich burgerlijke partij
Nadere informatieMEMORIE VAN TOELICHTING
VOORONTWERP VAN DECREET HOUDENDE DE INSTEMMING MET HET SAMENWERKINGSAKKOORD VAN TOT WIJZIGING VAN HET SAMENWERKINGSAKKOORD VAN 12 SEPTEMBER 2005 TUSSEN DE FEDERALE STAAT, DE VLAAMSE GEMEENSCHAP, DE FRANSE
Nadere informatieWET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT
WET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT (22 augustus 2002, B.S. 26 september 2002) Bijgaande samenvatting verwoordt de beperkte folder uitgegeven door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van
Nadere informatieREGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN RWANDA EN BELGIE INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT
REGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN RWANDA EN BELGIE INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN Artikel 1 Wettelijke grondslag
Nadere informatieJustitiehuis Dendermonde
Justitiehuis Dendermonde Dienst Slachtofferonthaal Treinongeval Wetteren op 4 mei 201 Info op 0 november 2016 Wat vooraf ging Als gevolg van het treinongeval werd een gerechtelijk onderzoek geopend bij
Nadere informatieGelet op de aanvraag van het Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie ontvangen op 25/10/2011;
1/5 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 08/2012 van 11 januari 2012 Betreft: aanvraag van het Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie tot uitbreiding van beraadslaging
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
1/5 Advies nr 17/2012 van 10 mei 2012 Betreft: Adviesaanvraag inzake het voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera
Nadere informatieInhoud. 1. Algemene bepalingen 2. Doelstellingen 3. Verloop van de bemiddelingsprocedure 4. Bijzondere bepalingen. 1. Algemene Bepalingen
Bemiddelingsreglement van het gerechtelijk arrondissement Oost- Vlaanderen afdeling Dendermonde in het kader van de gemeentelijke administratieve sancties (goedgekeurd gemeenteraad 14/09/2016) Inhoud 1.
Nadere informatieCommissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 1 december 2015 ADVIES 2015-94 Over de weigering om toegang te verlenen tot de inspectierapporten
Nadere informatiePROCEDURE TE VOLGEN BIJ LICHAAMSDONATIE AAN DE GROEP BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN VAN DE KULAK
PROCEDURE TE VOLGEN BIJ LICHAAMSDONATIE AAN DE GROEP BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN VAN DE KULAK 1. Bij overlijden moet de universiteit zo snel mogelijk, ten laatste de eerstvolgende werkdag, telefonisch worden
Nadere informatieLokale Politie Brussel-Hoofdstad-Elsene Sylvia Mattens Adviseur/Psycholoog POLITIONELE SLACHTOFFERBEJEGENING
Lokale Politie Brussel-Hoofdstad-Elsene Sylvia Mattens Adviseur/Psycholoog POLITIONELE WIE WORDT AANZIEN ALS SLACHTOFFER? geen eenduidige definitie ieder vanuit eigen invalshoek voor iedereen verschillend
Nadere informatieBrussel, 30 november 2015
Brussel, 30 november 2015 Aan de dames en heren Provinciegouverneurs Aan de heer Hoge Ambtenaar belast met de uitoefening van bevoegdheden van de Brusselse Agglomeratie Aan de heer Voorzitter van het College
Nadere informatieWat is een onmiddellijke inning?... 2. Wat is een minnelijke schikking?... 2
Inhoudsopgave Wat is een onmiddellijke inning?... 2 Wat is een minnelijke schikking?... 2 Wat is een voorstel tot Verval van de Strafvordering door Betaling van een Geldsom of VSBG?... 2 In welke zaken
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,
KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE
Nadere informatieGelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid artikel 92bis, 1;
Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie inzake slachtofferzorg voor
Nadere informatieU bent gedagvaard. >voor de politierechtbank >voor de correctionele rechtbank. Wegwijs in justitie. In de hoofdrol bij justitie.
Wegwijs in justitie In de hoofdrol bij justitie De instellingen Meer informatie Justitie in de praktijk Federale Overheidsdienst Justitie U bent gedagvaard >voor de politierechtbank >voor de correctionele
Nadere informatieAANDACHTSPUNTEN BIJ HET OPSTELLEN/ BIJWERKEN VAN EEN DRAAIBOEK BIJ OVERLIJDEN VAN EEN BEWONER IN DE VOORZIENING
Verbondsinformatief Zorg na het overlijden - Bijlage 1 AANDACHTSPUNTEN BIJ HET OPSTELLEN/ BIJWERKEN VAN EEN DRAAIBOEK BIJ OVERLIJDEN VAN EEN BEWONER IN DE VOORZIENING Opmerkingen vooraf: - Het is belangrijk
Nadere informatieRechten van de patiënt
Rechten van de patiënt (KB 22/08/02) In het Belgisch Staatsblad van 26 september 2002 verscheen de wet van 22 augustus 2002 wet betreffende de rechten van de patiënt. In de wet op de patiëntenrechten staan
Nadere informatieDatum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994
Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994 24 MEI 1994. - Wet tot oprichting van een wachtregister voor vreemdelingen die zich vluchteling verklaren of die vragen om als vluchteling te worden erkend. ALBERT ll,
Nadere informatieGeachte mevrouw Geachte heer
FGEN NANT - PROF. DR. GUY HUBENS CGB - GROENENBORGERLAAN 171 B-2020 ANTWERPEN Prof. dr. Guy Hubens Faculteit Geneeskunde Lab. Experimentele Heelkunde en Anatomie Anatomie en Embryologie Groenenborgerlaan
Nadere informatieProcedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties
REGLEMENT Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties Hoofdstuk 1: Toepassingsgebied, vaststellingsmodaliteiten en aangewezen ambtenaar Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel
Nadere informatieHet Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");
1/6 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr. 47/2016 2016 van 22 juni 2016 Betreft: Aanvraag van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel, Brussel Economie en Werkgelegenheid, om zijn
Nadere informatieBrussel, 23 april _advies_Aslasten. Advies
Brussel, 23 april 2008 080423_advies_Aslasten Advies Over hoofdstuk XIV Aslasten van het ontwerp van decreet houdende diverse bepalingen inzake energie, leefmilieu, openbare werken, landbouw en visserij
Nadere informatieCommissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 16 mei 2011 ADVIES 2011-265 over de weigering om toegang te verlenen tot het volledige fiscaal dossier
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 60.417/3 van 12 november 2016 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest houdende instemming met 1 de overeenkomst tussen
Nadere informatieInlichtingen betreffende het afstaan van een lichaam na overlijden aan het Vesalius Instituut. Laatste wilsbeschikking. Algemene informatie
FACULTEIT GENEESKUNDE VESALIUS INSTITUUT VAARDIGHEIDSCENTRUM ANATOMIE MINDERBROEDERSSTRAAT 12, BLOK Q, BUS 1031 BE-3000 LEUVEN KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN Inlichtingen betreffende het afstaan van een
Nadere informatieHoofdstuk 1 - Inleidende bepalingen p.2. Hoofdstuk 2 - Opdrachten van de ombudspersoon p.3
HUISHOUDELIJK REGLEMENT OMBUDSFUNCTIE INHOUDSTAFEL Inleiding p.2 Hoofdstuk 1 - Inleidende bepalingen p.2 Artikel 1 Begripsomschrijving p.2 Artikel 2 Toepassingsgebied p.3 Hoofdstuk 2 - Opdrachten van de
Nadere informatieSlachtofferhulp Brussel-Halle-Vilvoorde Groot Eiland (deelwerking CAW Archipel) Voorstelling dienst
Slachtofferhulp Brussel-Halle-Vilvoorde Groot Eiland (deelwerking CAW Archipel) Voorstelling dienst Slachtofferhulp Elke dag worden mensen slachtoffer van een misdrijf Historiek Slachtofferhulp Eerste
Nadere informatieWet van 10 mei 2007 betreffende de transseksualiteit
Wet van 10 mei 2007 betreffende de transseksualiteit (BS 11 juli 2007) Hoofdstuk I Algemene bepaling Artikel 1 Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet. Hoofdstuk Il
Nadere informatieGelet op de aanvraag van het Belgische Rode Kruis ontvangen op 11/10/2011;
1/7 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 71/2011 van 14 december 2011 Betreft: machtigingsaanvraag van het Belgische Rode Kruis om het Rijksregisternummer te gebruiken zodat zij voor
Nadere informatieHof van Cassatie van België
10 FEBRUARI 2015 P.14.1763.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1763.N J P A M D M, beklaagde, eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor
Nadere informatieStelling 1: Waardig afscheid nemen kunnen we beter overlaten aan de begrafenisondernemers
Verslag: Stellingen Dag van het Slachtoffer 2014 Groep 4 Datum: 21 februari 2014 Liesbeth Schrijvers Slachtofferbejegening Federale Politie Isabelle Vanderhoeven Directoraat-generaal Justitiehuizen Slachtofferonthaal
Nadere informatieGedragscode voor raadsleden van de stad Antwerpen
Gedragscode voor raadsleden van de stad Antwerpen Raadsleden 1 mogen het vertrouwen dat zij van hun kiezers hebben gekregen, niet schaden. Ze zijn voortdurend in een dubbele positie: aan de ene kant dienen
Nadere informatieOmbudsdienst Consumentengeschillen Advocatuur OCA
Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be Procedurereglement Staatsbladsstraat 8 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be ondernemingsnummer 0267.393.267 Ombudsdienst Consumentengeschillen
Nadere informatieWet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten
Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten Bron : Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten (Belgisch Staatsblad,
Nadere informatieHuishoudelijk reglement van het College van de Ombudsmannen voor de Pensioenen (B.S. van )
Bijlage 2 Huishoudelijk reglement van het College van de Ombudsmannen voor de Pensioenen (B.S. van 16.12.2000) Tekst goedgekeurd door de Minister van Pensioenen Definities Artikel 1 Voor de toepassing
Nadere informatieOmzendbrief nr. COL 12/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep
College van Procureurs-generaal Omzendbrief nr. COL 12/98 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep Toegestuurd aan de dames en heren Toegestuurd aan de dames en heren Eerste Substituten;
Nadere informatieMONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU
55165 FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU 7 APRIL 2017. Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw [C 2017/40263] FILIP, Koning der Belgen, Aan allen
Nadere informatieMP: Code 20. Het uitsturen van een MUG (volgens regulatieniveau 1) is NIET nodig in de context van:
1 MP: Code 20 Het vaststellen en attesteren van een overlijden Conform het BHMR 3.0 wordt in elke situatie van vermoedelijk overlijden gestart met Phone CPR (cf. MP Phone CPR) en worden een MUG en een
Nadere informatieCirculaire 2013/06. Aangifte bij politie van geweld op het werk door derden
Toepassingsgebied Als slachtoffer van een misdrijf is de politie meestal de eerste dienst waarmee hij/zij in contact komt, ofwel omdat de politie naar de plaats van het misdrijf komt, ofwel omdat men zich
Nadere informatieRapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam
Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam Datum: 30 december 2013 Rapportnummer: 2013/213 2 Feiten Verzoeker is
Nadere informatieBELGISCH INSTITUUT VOOR POSTDIENSTEN EN TELECOMMUNICATIE STATISTISCHE INLICHTINGEN DATARETENTIE VOOR 2016 VERSIE BESTEMD VOOR HET PUBLIEK
BELGISCH INSTITUUT VOOR POSTDIENSTEN EN TELECOMMUNICATIE STATISTISCHE INLICHTINGEN DATARETENTIE VOOR 201 VERSIE BESTEMD VOOR HET PUBLIEK Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie Ellipse
Nadere informatieBeroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek
Beroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek Doc: a135005 Tijdschrift: 135 Datum: 17/09/2011 Origine: NR Thema's: Beroepsgeheim Kwetsbare personen Mishandeling van een kind,
Nadere informatieBERAADSLAGING RR Nr 26 / 2007 van 12 september 2007
KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hoogstraat, 139, B-1000 Brussel Tel.: +32(0)2/213.85.40 E-mail : commission@privacycommission.be Fax.: +32(0)2/213.85.65 http://www.privacycommission.be COMMISSIE VOOR
Nadere informatieOp 21 september 1992 trad artikel 95 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst in werking.
Landverzekeringsovereenkomst Doc: a074010 Tijdschrift: 74 p. 25 Datum: 16/11/1996 Origine: NR Thema's: Beroepsgeheim Verzekeringen van de patiënt Landverzekeringsovereenkomst ADVIES OVER ARTIKEL 95 VAN
Nadere informatieKlachtenregeling van Auro, Stichting voor Openbaar Primair Onderwijs. Het bevoegd gezag Auro,
1 Klachtenregeling van Auro, Stichting voor Openbaar Primair Onderwijs Het bevoegd gezag Auro, gelet op de bepalingen van de Wet op het primair onderwijs gehoord de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad;
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing orgaandonatie bij niet-natuurlijke dood
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 4646 26 maart 2010 Aanwijzing orgaandonatie bij niet-natuurlijke dood Categorie: Opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing
Nadere informatieVolgsystemen. tegen diefstal van voertuigen. Informatiefolder bestemd voor de gebruikers van een volgsysteem
Volgsystemen tegen diefstal van voertuigen Informatiefolder bestemd voor de gebruikers van een volgsysteem U hebt een auto of u staat op het punt er een te kopen en u wenst uw voertuig al dan niet op verzoek
Nadere informatieGelet op de aanvraag van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin ontvangen op 04/02/2011;
1/7 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 23/2011 van 20 april 2011 Betreft: aanvraag van Kind en Gezin om het identificatienummer van het Rijksregister te gebruiken in het kader van
Nadere informatieVLAAMS PARLEMENT DECREET. houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat. van Kinderrechtencommissaris. Artikel 1
VLAAMS PARLEMENT DECREET houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris Artikel 1 Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.
Nadere informatieHOOFDSTUK 1 Inleidende bepaling. Artikel 1. HOOFDSTUK 2 Wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek. Artikel 2
25 JUNI 2017. - Wet tot hervorming van regelingen inzake transgenders wat de vermelding van een aanpassing van de registratie van het geslacht in de akten van de burgerlijke stand en de gevolgen hiervan
Nadere informatieCollege van Procureursgeneraal. Collège des procureurs généraux
Collège des procureurs généraux College van Procureursgeneraal Bruxelles, le 18 janvier 2018 Brussel, 18 januari 2018 CIRCULAIRE N 02/2018 DU COLLÈGE DES PROCUREURS GÉNÉRAUX PRÈS LES COURS D APPEL OMZENDBRIEF
Nadere informatieGESCHILLENCOMMISSIE REIZEN CEL VERZOENING GESCHILLENREGLEMENT
GESCHILLENCOMMISSIE REIZEN CEL VERZOENING GESCHILLENREGLEMENT Geschillencommissie Reizen vzw Maatschappelijke zetel bij de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie NORTH GATE III
Nadere informatieGelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;
Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de federale, gewestelijke en gemeenschapsoverheden voor het coördineren van de gegevensverwerking in het gezondheidsbeleid en de bijstand aan personen Gelet op artikelen
Nadere informatieGelet op de aanvraag van Agentschap Jongerenwelzijn, ontvangen op 26/10/2016;
1/6 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 02/2017 van 18 januari 2017 Betreft: aanvraag van het Agentschap Jongerenwelzijn tot uitbreiding van de beraadslaging RR nr. 37/2013 met het
Nadere informatieGelet op de aanvraag van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding ontvangen op 15/03/2012;
1/7 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 37/2012 van 9 mei 2012 Betreft: aanvraag van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding om het identificatienummer van het Rijksregister te
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 61.354/3 van 10 mei 2017 over een voorontwerp van decreet van het Vlaamse Gewest houdende instemming met het Multilateraal Akkoord tussen bevoegde autoriteiten
Nadere informatieBELGISCH INSTITUUT VOOR POSTDIENSTEN EN TELECOMMUNICATIE
BELGISCH INSTITUUT VOOR POSTDIENSTEN EN TELECOMMUNICATIE STATISTIEKEN OVER HET VERSTREKKEN VAN GEGEVENS DOOR OPERATOREN AAN BEVOEGDE AUTORITEITEN IN 2017 VERSIE BESTEMD VOOR HET PUBLIEK Belgisch Instituut
Nadere informatiePatiëntenrechten. Dr. Christina Tobback
Patiëntenrechten Dr. Christina Tobback Patiënt de natuurlijke persoon aan wie gezondheidszorg wordt verstrekt, al dan niet op eigen verzoek hij ontvangt zorg omdat hij ernaar vraagt op vraag van een vertegenwoordiger
Nadere informatieSectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Gezondheid"
Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Gezondheid" SCSZG/17/093 AANBEVELING NR. 17/01 VAN 16 MEI 2017 BETREFFENDE DE ONVERENIGBAARHEID TUSSEN DE ROL VAN ZORGVERLENER MET
Nadere informatieDe Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor?
De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor? Is er in uw bedrijf al eens een ernstig arbeidsongeval gebeurd? Dan bent u als werkgever, als lid van de hiërarchische lijn, als preventieadviseur, als
Nadere informatieSteven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013
Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013 Rechtsmachtrecht Misdrijven op Belgisch grondgebied gepleegd Misdrijven buiten het grondgebied van het Rijk gepleegd Territorialiteitsbeginsel
Nadere informatieGerechtelijk Wetboek
Bron: Belgische wetgeving - FOD Justitie Gerechtelijk Wetboek HOOFDSTUK Vquater De gerechtelijke stage Art. 259octies. 1. De Koning
Nadere informatieMINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 1 van 18 november 1996 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging
Nadere informatieZijn bevoegdheden zijn omschreven in het artikel 302 van de wet betreffende de verzekeringen van 4 april 2014. PROCEDUREREGLEMENT
De Ombudsman van de Verzekeringen komt tussen bij een aanhoudend probleem wanneer de aanvrager geen bevredigend antwoord op zijn verzoek heeft ontvangen van de verzekeringsonderneming of van de verzekeringstussenpersoon.
Nadere informatieA R R E S T. samengesteld uit voorzitter R. Henneuse en de rechters-verslaggevers F. Daoût en A. Alen, bijgestaan door de griffier F.
Rolnummer 5489 Arrest nr. 155/2012 van 20 december 2012 A R R E S T In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 15 van de wet van 19 juli 2012 betreffende de hervorming van het gerechtelijk arrondissement
Nadere informatieOpsporings- en vervolgingsbeleid betreffende mensenhandel. Richtlijn van de Minister van Justitie
Opsporings- en vervolgingsbeleid betreffende mensenhandel Richtlijn van de Minister van Justitie Omzendbrief nr. COL 10/2004 van het College van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep van 30 april
Nadere informatie