Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna "het Comité");

Transcriptie

1 1/13 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr 29/2016 van 25 augustus 2016 Betreft: Aanvraag van de V.Z.W. Instituut voor Wegtransport en Logistiek België om toegang te krijgen tot informatiegegevens betreffende het rijbewijs en om het Rijksregisternummer te gebruiken met het oog op de aflevering van kaarten voor de digitale tachograaf (AF-MA ) Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna "het Comité"); Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis; Gelet op het koninklijk besluit van 17 december 2003 tot vaststelling van de nadere regels met betrekking tot de samenstelling en de werking van bepaalde sectorale comités opgericht binnen de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; Gelet op de aanvraag van de V.Z.W. Instituut voor Wegtransport en Logistiek België (hierna ITLB of "de aanvrager") ontvangen op 28 juni 2016; Gelet op de aanvraag van het technisch en juridisch advies gericht aan de Federale Overheidsdienst Fedict op 26 juli 2016; Gelet op het verslag van de Voorzitter; Beslist op 25 augustus 2016, na beraadslaging, als volgt:

2 Beraadslaging FO 29/2016-2/13 I. CONTEXT EN VOORWERP VAN DE AANVRAAG 1. Op 28 juni 2016 diende ITLB een machtigingsaanvraag in bij het Comité om toegang te krijgen tot informatiegegevens betreffende het rijbewijs en om het Rijksregisternummer te gebruiken met het oog op de aflevering van kaarten voor de digitale tachograaf. 2. Het verzoek kadert in de toepassing van de Europese Verordening (EU) Nr. 165/2014 van 4 februari , die een eerdere Europese Verordening Nr. 3821/85 in deze materie heeft ingetrokken. 3. De FOD Mobiliteit verkreeg reeds op 15 juni 2005 een machtiging van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer om toegang te krijgen tot de informatiegegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1 tot en met 5 van het Rijksregister 2 en om het Rijksregisternummer te gebruiken met het oog op de aflevering van kaarten voor de digitale tachograaf. 4. ITLB wenst te werken met een nieuwe webservice. Voor een vergelijking van de oude en nieuwe webservices : zie bijlage bij deze beraadslaging. 5. Voorheen werkte ITLB met een webservice van de FOD Mobiliteit die een geautomatiseerde controle toeliet op basis van het rijbewijsnummer. De aanvrager van de kaart noteerde hierbij op het aanvraagformulier zijn rijbewijsnummer dat door het ITLB gevalideerd werd via het oproepen van de webservice. Bij validatie werd aan ITLB het rijksregisternummer teruggegeven ter controle van de overeenstemming van de aanvrager van de kaart en de categorieën van rijbewijs met de geldigheidsperiode. In dat geval werd het aanvraagdossier gevalideerd en verder verwerkt. 6. ITLB wenst te werken met de webservice WseconsultDrivLIcVxx bij de Kruispuntbank der Rijbewijzen. De aanvrager van de kaart noteert hierbij op het aanvraagformulier zijn rijbewijsnummer en landcode van uitgifte dat door het ITLB gevalideerd werd via het oproepen van de webservice. Bij validatie worden aan ITLB teruggegeven: het rijksregisternummer, de naam en de voornaam, geboortedatum en geboorteplaats met vermelding van de categorieën en begin en einddatum van de geldigheid van de categorie van het rijbewijs. 7. Om de beveiliging van haar processen en systemen te garanderen werd door het ITLB van bij aanvang een Information Security Management System (hierna ISMS ) opgezet volgens de norm ISO 1 Verordening (EU) nr. 165/2014 van het Europees Parlement en van de Raad van 4 februari 2014 betreffende tachografen in het wegvervoer, tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 3821/85 van de Raad betreffende het controleapparaat in het wegvervoer en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer, PB, L 60, , p. 1 33, 2 Naam en voornamen van de bestuurder, geboortedatum van de bestuurder en woon-of verblijfplaats van de bestuurder, zie beraadslaging RR nr. 25/2005 van 15 juni 2005.

3 Beraadslaging FO 29/2016-3/ Hierbij worden alle componenten die binnen de rode lijn vallen beschouwd als binnen de reikwijdte van het ISMS van ITLB. 8. Schematisch zien de gegevensstromen er als volgt uit: De drie externe systemen die door het back-end systeem worden geraadpleegd (paars omcirkeld in voormeld schema) en waarvan de eerste twee stromen vallen onder de bevoegdheid van het Comité zijn : RBDB : databank rijbewijzen National Register : Rijksregister/bis register Kruispuntbank Ondernemingen (KBO) II. ONDERZOEK VAN DE AANVRAAG A. BEVOEGDHEID VAN HET COMITE 9. De in de aanvraag beoogde elektronische mededeling van gegevens zal uitgaan van de FOD Mobiliteit. Gelet op artikel 36bis van de WVP is het Comité derhalve bevoegd.

4 Beraadslaging FO 29/2016-4/13 B. TEN GRONDE 1. FINALITEITSBEGINSEL 10. Artikel 4, 1, 2, WVP laat de verwerking van persoonsgegevens slechts toe voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden en de gegevens mogen bovendien niet verder worden verwerkt op een wijze die onverenigbaar is met die doeleinden. 11. De dienst DIGITACH van ITLB werd aangeduid door het Ministerieel besluit van 5 augustus om in te staan voor de uitgifte en de verdeling van de smartcards verbonden aan de digitale tachograaf gebruikt voor de controle van het wegvervoer 12. De aanvrager omschrijft het doeleinde meer uitgebreid als volgt: Het doeleinde is de goede uitvoering van de opdracht toevertrouwd aan het ITLB door de Belgische Staat. De opdracht bestaat er in om digitale tachograafkaarten af te leveren aan vier categorieën van rechthebbenden. Deze 4 categorieën zijn : De bestuurders; De werkplaatsen; De bedrijven voor het vervoer voor rekening van derden en voor eigen rekening ; De controle-instanties; De afleveringsprocedure bestaat er in: Het ter beschikking stellen van de gebruikers van de middelen die hen toelaten de aanvraag in te dienen; De aanvragen te ontvangen; Zich te verzekeren van de juistheid en de volledigheid van de bezorgde informatie volgens de wettelijke en reglementaire vereisten; De informatie te valideren via de consultatie van de beschikbare bestanden als de afleveringsvoorwaarden zijn vervuld; De kaarten af te leveren of te weigeren; De betrokken persoon dient een aanvraagformulier in. De identificatie van de betrokken persoon wordt verricht via de consultatie van zijn gegevens beschikbaar via de KBO Wi diensten bij elke aanvraag die wordt ingediend. Eerste aanvraag 3 Ministerieel besluit van 5 augustus 2005 tot aanduiding van de bevoegde instelling voor de uitgifte en de verdeling van de digitale tachograafkaarten, B.S. 8 augustus 2005,

5 Beraadslaging FO 29/2016-5/13 Aanvraag tot vernieuwing bij het bereiken van de vervaldatum ( 5 jaar voor een bestuurderskaart) Bij aanvraag tot vervanging in geval van slechte werking of verlies van de kaart, of bij wijziging van de gepersonaliseerde gegevens op de kaart. Bij uitwisseling Ter gelegenheid van de behandeling van deze informatie is het nodig dat het ITLB de Kruispuntbank voor Rijbewijzen consulteert om de geldigheid van het rijbewijs, de juistheid van het rijbewijsnummer en de overeenstemming van de houder van dit rijbewijs met de aanvrager te valideren. 13. Gelet op wat voorafgaat, oordeelt het Comité dat de beoogde doeleinden welbepaald, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigd zijn en dus conform artikel 4, 1, 2 van de WVP. Het Comité onderlijnt dat de gevraagde gegevens slechts voor die doeleinden mogen worden verwerkt. De bedoelde verwerkingen zijn toelaatbaar op basis van artikel 5, c) van de WVP. 14. In deze context dient ook te worden geanalyseerd of de doeleinden van de geplande verwerkingen niet onverenigbaar zijn met de doeleinden waarvoor de gegevens oorspronkelijk door de FOD Mobiliteit zijn verwerkt. Conform artikel 4, 1, 2 WVP dient bij de beoordeling van deze verenigbaarheid rekening te worden gehouden met alle relevante factoren, waaronder de redelijke verwachtingen van de betrokkene en de toepasselijke wettelijke en reglementaire bepalingen. Het Comité stelt in dit verband vast dat: a. De wet houdende diverse bepalingen van 14 april 2011 zorgde voor de oprichting van een Kruispuntbank van de rijbewijzen binnen de FOD Mobiliteit. De doelstellingen van de kruispuntbank van de rijbewijzen staan vermeld in artikel 6 van deze wet. Onder meer kunnen de gegevens die worden verwerkt in de kruispuntbank van de rijbewijzen worden verwerkt voor de controle op de naleving van de bepalingen betreffende de politie van het wegverkeer en van de verkeers- en de vervoersreglementering. (artikel 6, 8 van de voormelde wet van 14 april 2011). b. De voormelde EU verordening 165/2014 regelt de materie van de tachografen in het wegvervoer. Voor de bestuurderskaarten wordt door deze verordening onder meer voorzien in een Europees elektronisch uitwisselingssysteem, genaamd TACHONet. c. Het Comité merkt op dat de huidige aanvraag geen betrekking heeft op de controle van de geldigheid, status en uniciteit van bestuurderskaarten onder TACHNONet. Om de geldigheid, status en uniciteit van bestuurderskaarten doeltreffend te kunnen

6 Beraadslaging FO 29/2016-6/13 controleren, worden de lidstaten verplicht om met ingang van 2 maart toegang te verlenen tot het TACHOnet-meldingssysteem aan de nationale autoriteit die de kaarten afgeeft. Dit ingevolge artikel 5 lid 2 van de uitvoeringsverordening (EU) 2016/68 van de Europese Commissie van 21 januari Ook worden de lidstaten verplicht om alle maatregelen te nemen om de interoperabiliteit met TACHNOnet, vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid van de gegevens te garanderen Gelet op het voorgaande, is het Comité van oordeel dat de geplande, verdere verwerkingen niet onverenigbaar zijn in de zin van artikel 4, 1, 2 van de WVP. 16. Wel is het Comité van oordeel dat het Belgische reglementaire kader (het voormelde M.B. van augustus 2005) in de nabije toekomst dient te worden aangepast aan de voormelde EU Verordening 165/2014 en de Uitvoeringsverordening 2016/68. Zo zal ITLB (of een andere dienst) in de nabije toekomst formeel moeten worden aangeduid als de autoriteit die de kaarten afgeeft in de zin van de Uitvoeringsverordening 2016/68 van 21 januari Ook zullen de controletaken op de geldigheid, status en uniciteit van bestuurderskaarten formeel moeten worden toegewezen. Daarenboven zal de Europese plicht om alle maatregelen te nemen om de interoperabiliteit met TACHNOnet, vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid van de gegevens te garanderen ook formeel moeten worden toegewezen PROPORTIONALITEITSBEGINSEL 3.1. Aard van de gegevens 17. Artikel 4, 1, 3, WVP stelt dat persoonsgegevens toereikend, terzake dienend en niet overmatig dienen te zijn, uitgaande van de doeleinden waarvoor zij worden verkregen of waarvoor zij verder worden verwerkt. a. Het Rijksregisternummer 18. Krachtens artikel 5 van de wet van 5 mei 2014 houdende verankering van het principe van de unieke gegevensinzameling in de werking van de diensten en instanties die behoren tot of taken uitvoeren voor de overheid en tot vereenvoudiging en gelijkschakeling van elektronische en papieren 4 Datum van toepassing van de Uitvoeringsverordening 2016/68 van 21 januari 2016 betreffende gemeenschappelijke procedures en specificaties die nodig zijn voor de onderlinge verbinding van elektronische registers van bestuurderskaarten, PB, 22 januari 2016, 5 Uitvoeringsverordening 2016/68 van 21 januari Bijlage 1 punt 2 Beheer bij de Uitvoeringsverordening 2016/68 van 21 januari Bijlage 1 punt 2 Beheer bij de Uitvoeringsverordening 2016/68 van 21 januari 2016.

7 Beraadslaging FO 29/2016-7/13 formulieren, is het Sectoraal comité voor de Federale Overheid bevoegd om het gebruik van het Rijksregisternummer te machtigen. Dit artikel bepaalt immers "De toezichthouder staat toe dat het Rijksregisternummer wordt gebruikt telkens als over een gegevensstroom of verwerking van persoonsgegevens wordt beslist. Deze beslissing geldt als machtiging in uitvoering van artikel 8 van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen" De aanvrager is belast met taken van algemeen belang, hiervoor vermeld in randnummer 11. De aanvrager komt bijgevolg krachtens artikel 8 van de WRR in aanmerking om het Rijksregisternummer te gebruiken. Het Comité stelt vast dat het Rijksregisternummer, dat een uniek nummer is, in combinatie met de naam, voornaam en woonplaats, toelaat een persoon met grote nauwkeurigheid te identificeren. Verwarring of misverstanden die zich kunnen voordoen ingevolge homonymie of schrijffouten in de naam worden aldus vermeden. Gelet op de beoogde doeleinden en de gevolgen die dit mogelijk kan hebben voor de betrokkene, is het belangrijk dat er met betrekking tot de identiteit van de persoon niet de minste fout wordt begaan. 20. Bijgevolg machtigt het Comité ITLB om voor de bovenvermelde doeleinden het Rijksregisternummer te gebruiken. 21. ITLB verzoekt verder om gemachtigd te worden om toegang te krijgen tot volgende gegevens die door de FOD Mobiliteit ( Kruispuntbank der Rijbewijzen ) worden bijgehouden. b. Het Rijbewijsnummer 22. Enkel een geldig rijbewijs kan aanvaard worden om een bestuurderskaart toe te kennen. Het nummer van een geldig rijbewijs staat vermeld in artikel 31 van de EU verordening 165/ Voor ITLB is de verwerking van dit gegeven noodzakelijk, vermits het rijbewijsnummer een verplichte vermelding op de bestuurderskaart is. 8 Artikel 3, 6 definieert als "toezichthouder": "de publiekrechtelijke instelling bedoeld in artikel 28 van de Richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en in artikel 8.3 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie van 12 december 2007, die thans bestaat uit de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, ingesteld door artikel 23 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, alsook uit de sectorale comités ingesteld door artikel 31bis van dezelfde wet van 8 december 1992, de Vlaamse toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer, ingesteld door artikel 10 van het decreet van het Vlaamse Parlement van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer, de Commissie Wallonië- Brussel voor het toezicht op de gegevensuitwisselingen, ingesteld door artikel 22 van het samenwerkingsakkoord van 23 mei 2013 tussen het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschap over het opstarten van een gemeenschappelijk initiatief om gegevens te delen en over het gemeenschappelijk beheer van dit initiatief, en iedere andere gelijkaardige instantie opgericht bij wet, decreet of ordonnantie".

8 Beraadslaging FO 29/2016-8/13 c. De begin en einddatum van de periode van geldigheid van het rijbewijs 24. Enkel een geldig rijbewijs kan aanvaard worden om een bestuurderskaart toe te kennen. Volgens ITLB is de begin- en de einddatum van de periode van geldigheid van het rijbewijs ter zake dienend vermits dit gegevenselement de geldigheidsperiode van de bestuurderskaart bepaalt. d. De landcode van de uitgifte van het rijbewijs 25. Enkel een geldig rijbewijs kan aanvaard worden om een bestuurderskaart af te leveren. De plaats van afgifte van het rijbewijs staat vermeld in artikel 31 van de EU verordening 165/2014. e. De categorie van het rijbewijs 26. Enkel een geldig rijbewijs kan aanvaard worden om een bestuurderskaart toe te kennen. De kennis van de categorie van het rijbewijs blijkt noodzakelijk gelet op het gegeven dat bepaalde voertuig(categorieën) zijn vrijgesteld van de EU verordening 165/ f. Besluit en Overige gegevens 27. Gelet op de doeleinden die de aanvrager nastreeft en op bovenstaande motivatie, besluit het Comité dat de opgevraagde gegevens bij de FOD Mobiliteit en Vervoer, conform artikel 4, 1, 3 van de WVP zijn. 28. Het Comité merkt op dat de bijlage bij de Uitvoeringsverordening 2016/68 ook nog het gebruik van aanvullende informatie en metadata voorschrijft onder de rubriek Minimumeisen voor de inhoud van XML-berichten. De huidige aanvraag en machtiging hebben geen betrekking op deze aanvullende informatie die kadert in de externe flux met TACHOnet Bewaringstermijn van de gegevens 29. Aangaande de bewaringstermijn van de gegevens herinnert het Comité er aan dat de gegevens niet langer bewaard mogen worden dan nodig voor het realiseren van het doeleinde waarvoor ze werden ingezameld (artikel 4, 1, 5, WVP). 9 Zie overwegingen 3 en 4 van deze verordening

9 Beraadslaging FO 29/2016-9/ In de aanvraag en in artikel 26.6 van de EU Verordening 165/2014 wordt in dit verband gesteld dat de geldigheid van de bestuurderskaart is maximaal 5 jaar is, zodat dit gegevens eveneens 5 jaar wordt opgeslagen. 31. Het Comité is van oordeel dat deze voorgestelde bewaartermijn gepast is Frequentie van de toegang en duur van machtiging 32. Betreffende de frequentie van de mededeling van de gegevens, wordt in de aanvraag een permanente toegang gevraagd. De aanvrager stelt dat bij elke individuele aanvraag voor een bestuurderskaart (eerste aanvraag, vervanging, vernieuwing en uitwisseling) de controle van de geldigheid van het rijbewijs, het nummer van het rijbewijs en overeenstemming van de houder van het rijbewijs met de houder van de bestuurderskaart noodzakelijk is. De aanvragen worden door de aanvragers geïnitieerd wanneer ze een tachograaf kaart nodig hebben (bijvoorbeeld een nieuwe bestuurder), of wanneer een bestaande kaart vervalt. 33. Het Comité is van oordeel dat een dergelijke frequentie gepast is in het licht van artikel 4, 1, 3, WVP. 34. De toegang wordt ook voor onbepaalde duur gevraagd. In de aanvraag wordt hierbij gespecifieerd dat de beheersovereenkomst tussen het ITLB en de Belgische staat van onbepaalde duur is. 35. Het Comité constateert dat, met het oog op de realisatie van de opgegeven doeleinden, een machtiging voor onbepaalde duur gepast is (artikel 4, 1, 3 WVP) Bestemmelingen en/ of derden waaraan gegevens worden meegedeeld 36. In de aanvraag wordt aangegeven dat de gegevens intern zullen gebruikt worden bij de dienst DIGITACH van het ITLB. Deze dienst bestaat momenteel uit 8 personen die contractueel in dienst van het ITLB zijn, en die als operator de aanvragen voor berstuurderskaarten verwerken.

10 Beraadslaging FO 29/ / Volgens de informatie verstrekt in de aanvraag zullen de gegevens binnen de EU elektronisch worden uitgewisseld met de kaartuitgevende overheden en controle-instanties van de EU via het TACHOnet systeem. Dit ingevolge artikel 31 van de voormelde EU Verordening 165/2014 en om de uniciteit van bestuurderskaarten te waarborgen. Het Comité neemt hiervan akte. 38. De aangeduide organisatie die op basis van een overheidsgunning de bestuurderskaarten personaliseert binnen de EU (de GmBh Veridos) zal eveneens de gegevens verkrijgen ten behoeve van de grafische en elektronische personalisatie. Deze dienst gebeurt op basis van de gevalideerde gegevens tijdens de aanvraag en omvat eveneens beveiligingselementen (cryptografische versleuteling en certificaten). 39. Het Comité ziet in het licht van artikel 4, 1, 3 WVP geen bezwaren tegen het feit dat bovengenoemde personen en diensten toegang hebben tot onderhavige persoonsgegevens, op voorwaarde dat zij enkel van deze toegang gebruik maken binnen de perken van de taken en bevoegdheden die hen door de regelgeving werden verleend. 4. TRANSPARANTIEBEGINSEL 40. Het Comité herinnert eraan dat een eerlijke verwerking van gegevens een verwerking is die gebeurt op een transparante wijze. Eén van de hoekstenen van een transparante verwerking, betreft de informatieplicht in de zin van artikel 9, 2, WVP. 41. In voorliggend geval zullen de geplande gegevensverwerkingen evenwel verricht worden met het oog op de toepassing van bepalingen voorgeschreven door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie. Op grond van artikel 9, 2, 2 de lid, b), WVP is in een dergelijke situatie een vrijstelling van de informatieplicht van kracht. 42. Deze vrijstelling neemt echter niet weg dat het Comité er zich kan van vergewissen of er passende waarborgen bestaan voor de bescherming van de fundamentele rechten van de betrokkenen. Bovendien wordt de transparantie ook niet uitsluitend gewaarborgd door de informatieplicht (cf. artikelen 4, 1, 1 en 9 tot 15bis WVP). Het Comité onderzoekt dan ook of de betrokkene bij het nemen van een beslissing en bij de kennisgeving van iedere wijziging van deze beslissing onder andere wordt geïnformeerd over de gebruikte gegevens, hun herkomst en de logica die aan de basis ligt van de beslissing.

11 Beraadslaging FO 29/ / In de aanvraag wordt in dit verband gewezen op volgende maatregelen : Het ITLB heeft een privacybeleid dat is uitgeschreven en van toepassing is; Deze verklaring is gepubliceerd op de website Op het voorblad van het aanvraagformulier voor een bestuurderskaart is een clausule voorzien die verwijst naar deze privacyverklaring; Een protocolakkoord met de FOD Mobiliteit zal worden afgesloten en gepubliceerd op de website van zodra de machtiging verkregen is en de data beschikbaar zijn. 44. Het Comité neemt hier akte van en het beveelt aan om bij laatstgenoemde informatieclausule ook een specifieke verwijzing op te nemen naar de gegevensstromen die het voorwerp uitmaken van onderhavige machtiging. 45. Het Comité wenst dat een verwijzing naar de machtiging van het Comité zal gepubliceerd worden op de website van ITLB, naast en bovenop de publicatie van protocolakkoorden op de website van de FOD Mobiliteit en Vervoer. 5. BEVEILIGING 5.1. Op het niveau van ITLB 46. Uit de stukken die door ITLB zijn medegedeeld, blijkt dat zij over een veiligheidsconsulent en een veiligheidsbeleid beschikken. Het Comité heeft er akte van genomen Op het niveau van de FOD Mobiliteit 47. Uit eerder meegedeelde stukken blijkt dat de FOD Mobiliteit over een veiligheidsconsulent en een veiligheidsbeleid beschikt. Het Comité heeft er akte van genomen. OM DEZE REDENEN, het Comité machtigt ITLB om, via de webservice van de FOD Mobiliteit, onder de voorwaarden als bepaald in onderhavige beraadslaging en voor zo lang deze worden nageleefd, de gevraagde gegevens uit de kruispuntbank der Rijbewijzen te ontvangen en het rijksregisternummer te gebruiken;

12 Beraadslaging FO 29/ /13 beslist dat zij het recht behoudt om desgevallend in de toekomst en op geregelde tijdstippen na te gaan of de technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen daadwerkelijk en duurzaam werden ingevoerd overeenkomstig de stand van de techniek en van die aard zijn dat zij de bestaande risico s afdoende kunnen dekken. In dit verband beveelt het Comité de aanvrager iedere relevante wijziging in de beveiliging van de toegelaten verwerkingen ter kennis te brengen van het Comité. De Wnd. Administrateur, De Voorzitter, (get.) An Machtens (get.) Stefan Verschuere

13 Beraadslaging FO 29/ /13 BIJLAGE : vergelijking Dataflux oude en nieuwe webservice Huidige ( niet meer functionerende) webservice Input Rijbewijsnummer Output 1. Positief Rijbewijsnummer Rijksregisternummer Geldigheidsduur per categorie Categoriën 2. Negatief Geen gegevens beschikbaar Nieuwe webservice ( nog te implementeren) Input Output Rijbewijsnummer Landcode ( B) 1. Positief Rijbewijsnummer Rijksregisternummer Geldigheidsduur per categorie Categorieën Naam en voornaam Geboortedatum-geboorteplaats 2. Negatief Geen gegevens beschikbaar