Wetenschappelijke publicaties

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wetenschappelijke publicaties"

Transcriptie

1 Overzicht wetenschappelijke publicaties 2012

2 2013 Amphia Ziekenhuis Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j het Besluit van 20 juni 1974, St.b. 351, zoals gewijzigd bij Besluit van 23 augustus 1985, St.b. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatie- of andere werken (artikel 16 Auteurswet 1912), in welke vorm dan ook, dient men zich tot de samenstellers/vormgever te wenden. De inzichten in de geneeskunde en wetenschap zijn voortdurend aan verandering onderhevig als gevolg van onderzoek en ervaring. De auteurs en uitgever zijn uiterst zorgvuldig te werk gegaan, om ervoor te zorgen dat de in dit boek verstrekte informatie, in overeenstemming is met de huidige kennis van zaken. Dit ontslaat de gebruiker van het boek echter niet van de verplichting om aan de hand van bestaande richtlijnen, protocollen en wetenschappelijke informatie te controleren of de daar verstrekte informatie afwijkt van de gegevens in dit boek en daarmee vast te stellen of de inhoud nog in overeenstemming is met de huidige stand van zaken ten aanzien van kennis en handelen. Ondanks alle aan de samenstelling van deze uitgave bestede zorg, zullen noch de samenstellers, noch de vormgever aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige fout die in deze uitgave zou kunnen voorkomen. 2

3 Voorwoord Dit is het vijfde wetenschapsboek van het Amphia Ziekenhuis. Net als voorgaande jaren geeft het een goed overzicht van de diverse wetenschappelijke activiteiten van het afgelopen jaar. Veel specialisten hebben ook nu weer naast hun reguliere werkzaamheden bijgedragen aan wetenschappelijk onderzoek. Dit is noodzakelijk om de geneeskunde verder te brengen en genezing dichterbij. Hierin spelen STZ ziekenhuizen inmiddels een centrale rol. Door hun goede infrastructuur voor wetenschap en opleiding, en hun grote patiëntenpopulatie zijn zij de leveranciers van omvangrijke patiëntencohorten die noodzakelijk zijn voor de noodzakelijke bewijskracht (power) achter wetenschappelijke studies en experimenten. Gelukkig zijn steeds meer patiënten bereid om ook daaraan mee te werken. Op deze plaats is ook een woord van dank op zijn plaats aan al die patiënten die belangeloos meewerken aan nieuwe studies. Op het gebied van de primaire STZ-taken, te weten wetenschap, onderwijs en opleiding heeft het Amphia Ziekenhuis zich wederom bewezen. Door middel van de hier gepresenteerde onderzoeksresultaten, maar ook door een zeer geslaagde hernieuwing van haar lidmaatschap en het doorstaan van bijbehorende visitaties. Ik wens u veel genoegen met het doorlezen en spreek namens het Directiecomité mijn dank uit aan auteurs van de artikelen en de samenstellers van dit boek. Dr. J.J. (Hans) Meij, directeur Innovatie 3

4 Wetenschapsbureau In de zorg betaalt men voor de Mercedes evenveel als voor de Fiat Panda Decaan prof. dr. Jo Caris en wetenschapscoördinator dr. Attie Tuinenburg van het Wetenschapsbureau van de Amphia Academie zetten zich in voor meer wetenschappelijk onderzoek van hoog niveau. Dat gebeurt onder meer door het ondersteunen en stimuleren van onderzoekers. Een belangrijk uitgangspunt is integratie van zorg, opleiding en onderzoek, zowel voor de praktijk als in het beleid. Hiermee streven we naar een optimaal onderzoeksklimaat. Het Amphia Ziekenhuis is een Samenwerkend Topklinisch opleidingsziekenhuis (STZ). Anders dan bij academische ziekenhuizen valt het niet altijd mee om tijd vrij te maken voor onderzoek. Medici en paramedici besteden het grootste deel van hun tijd en aandacht aan de zorg voor patiënten, en terecht. Wetenschapscoördinator dr. Attie Tuinenburg (links) en decaan prof.dr. Jo Caris. Wetenschapsbureau 4

5 Attie Tuinenburg: Wat wij als wetenschapsbureau kunnen doen, is het voor de onderzoekers zo gemakkelijk mogelijk maken om onderzoek te doen. We kunnen ondersteunen met bijvoorbeeld methodologische en statistische hulp. Daarnaast verbeteren we de procedures rondom onderzoek binnen het ziekenhuis. Een belangrijk uitgangspunt voor het onderzoek in het Amphia Ziekenhuis is integratie van zorg, opleiding en onderzoek, zowel voor de praktijk als in het beleid. De nadruk ligt op de samenhang tussen de kwaliteit van zorg, de organisatie van zorg, en de kosten. We stimuleren onderzoek dat de eigen discipline overstijgt, dus waarbij zorgkernen samenwerken. Maatschappelijke relevantie Naast een duidelijk omschreven klinische relevantie benadrukken Caris en Tuinenburg ook het toenemende belang van de maatschappelijke relevantie van wetenschappelijk onderzoek. Zo kan een andere behandeling naast reductie van bijvoorbeeld morbiditeit ook leiden tot een snellere terugkeer van de patiënt op de arbeidsmarkt, of kan een minder invasieve behandeling leiden tot een hogere kwaliteit van leven en lagere kosten. De maatschappij (publiek, patiëntenorganisaties, politiek, verzekeraars) verwacht hiervoor tegenwoordig steeds meer aandacht. Bijna al het wetenschappelijk onderzoek dat in het Amphia Ziekenhuis wordt uitgevoerd bevat deze elementen zonder dat ze nadrukkelijk benoemd worden. Het accentueren van de klinische en maatschappelijke relevantie kan als voordeel hebben dat er eerder tweede en derde geldstromen beschikbaar worden gesteld ter financiering van het betreffende onderzoek. Organisatorisch onderzoek Het woord organisatie valt regelmatig tijdens het gesprek. Jo Caris is opgeleid als organisatiepsycholoog en zat dertig jaar lang in besturen van zorginstellingen. Hij promoveerde op het onderwerp Kwaliteit van consulten. Caris als hoogleraar Organisatieontwikkeling in de Zorg verbonden aan de TiasNimbas Business School (Universiteit Tilburg). Onderzoek via de Theory of Constraints (waarbij naar optimalisering van processen wordt gekeken) en de discussie over tussenafdelingen, zoals een PACU (post anesthesia care unit) zijn voorbeelden van organisatorische thema s met zorginhoudelijke en kwaliteitsconsequenties. Caris stelt dat de toenemende complexiteit van de zorg aanzet tot nadenken over beheersbaarheid en bestuurbaarheid. De zorg is de enige sector waar kwaliteit nog losgekoppeld is van kosten. Maar je koopt toch ook geen auto zonder dat daar een prijskaartje aan hangt? In de zorg betaalt men voor de Mercedes evenveel als voor de Fiat Panda. Maar als je een boodschappenwagen zoekt dan koop je toch geen Jaguar, als je de kosten zelf moet betalen? Voegt het waarde toe om personen van 93 jaar te opereren? Misschien wel, maar het is belangrijk om op voorhand wél die vraag te stellen en de consequenties goed te onderkennen. Wetenschapsbureau 5

6 Industrie-geïnitieerd en eigen onderzoek Waarom is het belangrijk dat er onderzoek in het Amphia Ziekenhuis plaatsvindt? Het is voor de kwaliteit van zorg van belang dat de zorgverleners op de hoogte zijn van de meest recente ontwikkelingen en onderzoeksresultaten. Door deel te nemen aan bijvoorbeeld industrie-geïnitieerd onderzoek staan de zorgverlener en de patiënt op de voorste rij wat betreft behandeling, antwoordt Tuinenburg. Maar ook studies geïnitieerd door onderzoekers uit het Amphia Ziekenhuis leiden tot verbetering van zorg of zorgprocessen waar de patiënt voordeel bij heeft. Tuinenburg benadrukt dat samenwerking met academische ziekenhuizen gestimuleerd wordt. Veel onderzoek wordt daar opgestart. Kennis, ervaring en data uit STZ-ziekenhuizen zijn daarbij onmisbaar. Attie Tuinenburg is opgeleid als arts en epidemioloog en deed haar promotieonderzoek (zowel lab- als klinisch onderzoek) naar hart- en vaatziekten en slagaderverkalking bij patiënten met stollingsstoornissen. In maart 2013 promoveerde ze. Deze functie past prima bij mij. Ik ben bezig met wetenschapsinhoud, methodologie en statistiek. Daarbij is een artsenopleiding een groot voordeel, ik kan snel schakelen en aansluiten bij de beroepspraktijk. Caris en Tuinenburg vullen elkaar naar eigen zeggen aan door de combinatie van methodisch en organisatorisch denken en dat zorgt voor een stevige bundeling van krachten. Ambitie en groei De wetenschap ontwikkelt zich in Amphia! Jo Caris en Attie Tuinenburg zijn recent gestart in het Amphia Ziekenhuis. Met Jan van Trier (bibliothecaris), Elmar Beekman (Kernproject Subsidies, Sponsoring en Fondsenwerving) en Birgitte Schaerlaeckens- Jordan (ambtelijk secretaris AMOA (Adviescommisssie Mensgebonden Onderzoek Amphia) vormen zij op dit moment het Wetenschapsbureau. Caris: De afgelopen weken hebben we veel onderzoekers gesproken. En de komende tijd richten we ons op wetenschappelijke inhoudelijke ondersteuning, beleidsontwikkeling, procesverbetering (AMOA/METC) en wetenschapspromotie. De komende jaren streven we naar een optimaal wetenschapsklimaat in het Amphia Ziekenhuis, waarbij het Wetenschapsbureau goed toegankelijk is en onderzoekers op alle benodigde gebieden kan ondersteunen. Wetenschapsbureau 6

7 Inhoud Anesthesiologie 8 Cardiologie 14 Cardiothoracale Chirurgie 35 Chirurgie 37 Dermatologie 64 Gynaecologie 65 Interne Geneeskunde en Maag- Darm- Levergeneeskunde 77 Keel-, Neus- en Oorheelkunde 86 Kindergeneeskunde 89 Klinisch Chemisch Hematologisch Laboratorium 95 Klinische Farmacie 99 Klinische Geriatrie 102 Laboratorium voor Microbiologie en Infectiepreventie 103 Longgeneeskunde 122 Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie 136 Neurologie 139 Nucleaire Geneeskunde 142 Oogheelkunde 144 Orthopedie 147 Pathologie 158 Radiologie 159 Reumatologie 165 Seksuologie 170 Sportgeneeskunde 171 Urologie 172 Kwaliteit & Veiligheid 177 Zorginnovatie 182 Publicaties medisch specialisten Publicaties arts-assistenten Publicaties overige werknemers

8 Anesthesiologie Kerngegevens Zorgkern Anesthesiologie 28 anesthesiologen: A. (Anna) Besselink-Lobanova, S.F. (Sjoerd) de Boer, H.P. (Henk) van Driel, M.J.P.G. (Maarten) van Eerd, F.E.A. (Ferd) Geisler, G. (Gerhard) van Gelder, dr. B.M. (Bas) Gerritse, C. (Carla) van Gompel, dr. V.L.H. (Vincent) Hoffmann, L.H. (Lode) Jacobs, G.M.J. (Greg) Jansen, A. (Aad) van Keeken, J.D.L. (Johan) Konings, E.B. (Edmund) Lachitjaran, F. (Frank) de Loos, P.P.M. (Paul) Maas, dr. B.J.M. (Nardo) van der Meer, R.J. (Robert) Meulemans, F.X. (Frank) O Connor, P.M.J. (Peter) Rosseel, T.A. (Tom) Rijpstra, D.B. (David) Schockman, T.V. (Thierry) Scohy, G.C.H. (Gilbert) Tjiang, W.A. (Anton) Visser, M.A.J. (Michael) Voets, E. (Erik) Winters, S.I.M. (Simone) van Zijll Langhout-Kokke. 5 assistenten niet in opleiding 3 assistenten in opleiding Chef de clinique: P.A.V. (Peter) Frietman, P. (Pim) van der Heiden, I. (Iris) Witsch Internist-intensivist: R.A.L. (Ruud) de Waal, F.J. (Frits) Schuitemaker Longarts-intensivist: H.N.A. (Huub) Belderbos Samenvattingen gepubliceerde artikelen Van der Kleij SC, Koolen BB, Newhall DA, Gerritse BM, Rosseel PM, Rijpstra TA, Geisler FE, van der Meer NJ.Clinical evaluation of a new tracheal impedance cardiography method. Anaesthesia Jul;67(7): Epub 2012 Mar 15. Non-invasive cardiac output measurement by means of impedance cardiography has been evaluated before, and agreement with other methods has been variable. We decided to study a newly developed tracheal impedance device, that is claimed to be more accurate and reliable. This incorporates new software and mathematical formulae, that are designed to reduce signal noise from diathermy, leading to improved accuracy. In 25 cardiothoracic surgery patients, simultaneous measurements were performed using both pulmonary artery thermodilution and the tracheal impedance device, at five peri-operative time points: before skin incision; after weaning from cardiopulmonary bypass; after sternal closure; and 30 min and 2 h after arrival in the intensive care unit. Mean cardiac output, bias and 95% limits of agreement were 5.3, 0.03 and -2.8 to 2.8 l.min(-1), respectively. Tracheal impedance showed good correla tion with measurement trends using thermodilution in 88% of measurements, with a mean (95% limit of agreement) angular bias of -9.0 (-83.3 to 65.3 ). However, the wide limits of agreement and high percentage error of 53% that were apparent in this study mean that, in its present guise, tracheal impedance is not an acceptable alternative to thermodilution in cardiac surgical patients. Anaesthesia 2012 The Association of Anaesthetists of Great Britain and Ireland. PMID: Anesthesiologie 8

9 Dieleman JM, Nierich AP, Rosseel PM, van der Maaten JM, Hofland J, Diephuis JC, Schepp RM, Boer C, Moons KG, van Herwerden LA, Tijssen JG, Numan SC, Kalkman CJ, van Dijk D; Dexamethasone for Cardiac Surgery (DECS) Study Group*. [van der Meer NJ et al...]. Intraoperative high-dose dexamethasone for cardiac surgery: a randomized controlled trial. JAMA Nov 7;308(17): CONTEXT: Prophylactic corticosteroids are often administered during cardiac surgery to attenuate the inflammatory response to cardiopulmonary bypass and surgical trauma; however, evidence that routine corticosteroid use can prevent major adverse events is lacking. OBJECTIVE: To quantify the effect of intraoperative high-dose dexamethasone on the incidence of major adverse events in patients undergoing cardiac surgery. DESIGN, SETTING, AND PARTICIPANTS: A multicenter, randomized, double-blind, placebo-controlled trial of 4494 patients aged 18 years or older undergoing cardiac surgery with cardiopulmonary bypass at 8 cardiac surgical centers in The Netherlands enrolled between April 13, 2006, and November 23, INTERVENTION: Patients were randomly assigned to receive a single intraoperative dose of 1 mg/kg dexamethasone (n = 2239) or placebo (n = 2255). MAIN OUTCOME MEASURES: A composite of death, myocardial infarction, stroke, renal failure, or respiratory failure, within 30 days of randomization. RESULTS: Of the 4494 patients who underwent randomization, 4482 (99.7%) could be evaluated for the primary outcome. A total of 157 patients (7.0%) in the dexamethasone group and 191 patients (8.5%) in the placebo group reached the primary study end point (relative risk, 0.83; 95% CI, ; absolute risk reduction, -1.5%; 95% CI, -3.0% to 0.1%; P =.07). Dexamethasone was associated with reductions in postoperative infection, duration of postoperative mechanical ventilation, and lengths of intensive care unit and hospital stays. In contrast, dexamethasone was associated with higher postoperative glucose levels. CONCLUSION: In our trial of adults undergoing cardiac surgery, the use of intraoperative dexamethasone did not reduce the 30-day incidence of major adverse events compared with placebo. TRIAL REGISTRATION: clinicaltrials.gov Identifier: NCT Anesthesiologie 9

10 Collaborators (42) : Bredée JJ, Buhre WF, Dieleman JM, van Dijk D, van Herwerden LA, Kalkman CJ, van Klarenbosch J, Moons KG, Nathoe HM, Numan SC, Ottens TH, Roes KC, Sauer AM, Slooter AJ, Nierich AP, Ennema JJ, Rosseel PM, van der Meer NJ, van der Maaten JM, Cernak V, Hofland J, van Thiel RJ, Diephuis JC, Schepp RM, Haenen J, de Lange F, Boer C, de Jong JR, Tijssen JG, Hofland J, de Jong JR. PMID: Van Seventer R, Vos C, Giezeman M, Meerding WJ, Arnould B, Regnault A, van Eerd M, Martin C, Huygen F. Validation of the Dutch Version of the DN4 Diagnostic Questionnaire for Neuropathic Pain. Pain Pract Jun;13(5): Epub 2012 Oct 31. Difficulties in diagnosing neuropathic pain in routine clinical practice support the need for validated and easy-to-use diagnostic tools. The DN4 neuropathic pain diagnostic questionnaire aims to discriminate neuropathic pain from nociceptive pain, but needs clinical validation. A total of 269 patients with chronic pain in three pain clinics were included in the study of which 248 had analyzable data. The mean duration of pain was 4.9 years. The most frequent etiologies were posttraumatic (36%), (pseudo) radicular (14%), and mechanical back pain (12%). The mean intensity of pain at visit was 5.6 on a 0-10 scale. Hundred and ninety-six of 248 patients had an identical pain diagnosis from both physicians: 85 had neuropathic pain, 57 had nociceptive pain, and 54 had mixed pain. Among patients with identical diagnoses of neuropathic or nociceptive pain, using a receiver operating characteristic curve analysis, the area under the curve (AUC) was 0.81 for the DN4 7-item and 0.82 for the 10-item version. A cutoff point of 5/10 for the full questionnaire resulted in a sensitivity of 75% and a specificity of 79%, while a cutoff point of 4/7 for the partial questionnaire resulted in a sensitivity of 74% and a specificity of 79%. The items brushing, painful cold, and numbness were most discriminating. The DN4 is an easy-to-use screening tool that is reliable for discriminating between neuropathic and nociceptive pain conditions in daily practice. Item-specific scores provide important information in addition to the total score The Authors Pain Practice 2012 World Institute of Pain. PMID: Hulsman N, Gerritse BM. Het cardiale trauma. A&I : nascholingstijdschrift over perioperatieve geneeskunde. 2012;4(4): Cardiaal letsel kan worden onderverdeeld in stomp en penetrerend letsel. Stompe cardiale traumata kunnen, afhankelijk van de omvang van het trauma, worden onderverdeeld in een contusio en een commotio cordis. Ook kan bij een hoogener- Anesthesiologie 10

11 getisch trauma letsel ontstaan aan de anatomische structuren van het hart (hartkleppen, coronairarteriën en septum). De belangrijkste complicatie van stomp en penetrerend cardiaal letsel is een tamponnade. Bij de opvang van een multitrauma is het herkennen van cardiaal letsel en eventuele complicaties cruciaal. Niemeijer ND, van Daele PL, Caliskan K, Oei FB, Loosveld OJ, van der Meer NJ. Löffler endocarditis: a rare cause of acute cardiac failure. J Cardiothorac Surg Oct 10;7(1):109. [Epub ahead of print] We describe a patient with acute cardiogenic shock due to cardiac involvement in idiopathic hypereosinophilic syndrome (Loffler endocarditis). At the echocardiography, there was a huge mass in the left ventricular cavity, resulting in inflow- and outflow tract obstruction. The posterior leaflet of the mitral valve apparatus was completely embedded in a big (organized) thrombus mass. The patient was treated with high dose corticosteroids, however without effect. Partial remission was achieved after treatment with hydroxycarbamide. He was also treated with anticoagulants and high dose beta-blockers. The patient s condition improved remarkably after correction of the mitral valve insufficiency by a mitral valve bioprothesis. PMID: Jansen NE, van Leiden HA, Haase-Kromwijk BJ, van der Meer NJ, Vorstius Kruijff EV, van der Lely N, van Zon H, Meinders AJ, Mosselman MJ, Hoitsma AJ. Inzet van getrainde donatiedeskundigen: vaker toestemming van nabestaanden voor orgaanen weefseldonatie* [Appointing trained donation practitioners results in a higher family consent rate in the Netherlands: a multicenter study]. Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156(6):A4300. [ ]. OBJECTIVE: The process of obtaining consent for organ and tissue donation is complex for both families and professionals. The objective of this study was to assess whether the long-term guidance of the relatives of ICU patients, in combination with the training of staff on communicating on organ donation, is of overriding importance in increasing the donation consent rate. A multicentre study was conducted at 3 hospitals for this purpose. DESIGN: Multicentre study. METHOD: We compared the family consent rate for donation at 1 intervention hospital with those from 2 control hospitals between December 2007 and November At the intervention hospital, trained donation practitioners guided 66 families throughout the ICU hospitalisation until they had reached decisions regarding donation. At the first control hospital, where no family guidance or training took place, 107 families were approached. At the second control hospital, hostesses not trained in discussing Anesthesiologie 11

12 donation-related questions supported 99 families during the period of hospitalisation. A total of 272 families of potential donors were approached and asked to consent for donation. We compared consent rates, and evaluated the families experiences by means of a questionnaire sent approximately 4 months after death. RESULTS: Family consent rates were significantly higher at the intervention hospital (57.6%) than at the control hospitals (34.6% and 39.4%, respectively). The response rate to the questionnaire was 69%. The answers revealed no confounding variables that could have influenced the consent rate. CONCLUSION: The appointment of trained donation practitioners at the intervention hospital, who guided families during the period of ICU hospitalisation and the dona tion decision-making process, resulted in a significantly higher consent rate. Comment in [More donation: through the community, the government or the market?]. [Ned Tijdschr Geneeskd. 2012] [More donation: through the community, the government or the market?]. Bos GM. Ned Tijdschr Geneeskd. 2012; 156(6):A4556. PMID: Scohy Th V. Perioperatieve driedimensionale transoesofagiale echocardiografie : Inleiding in de praktische toepassing. A&I dec;4(4). 3D TEE is een logisch vervolg op de 2D-echocardiografie en stelt ons in staat om perioperatief betrouwbare en gedetailleerde uitspraken te doen, m.n. aangaande klepafwijkingen. De 3D echografische technologie moet gezien worden als een aanvulling op de al bestaande 2D en dopplerechografie. 3D-echocardiografie heeft een duidelijk voordeel wat betreft LVEF-meting en morfologische en functionele analyse van hartafwijkingen. Toekomstig onderzoek zal deze nieuwe technologie in het juiste perspectief plaatsen. Visser WA, Ermens AA, De Boer HD, Van Os E. Rocuronium reversed by sugammadex for electroconvulsive therapy in a patient with prolonged duration of action of succinylcholine. Anaesth Intensive Care Nov;39(6): No abstract available. Comment on: Anaesth Intensive Care Jul;39(4): PMID: Anesthesiologie 12

13 Visser WA. Spinal anesthesia failure after local anesthetic injection into cerebrospinal fluid. Reg Anesth Pain Med Nov-Dec;36(6):631. Comment on: Reg Anesth Pain Med Jul-Aug;36(4): Fuzier R [et al...]: Spinal anesthesia failure after local anesthetic injection into cerebrospinal fluid: a multicenter prospective analysis of its incidence and related risk factors in 1214 patients. PMID: Xxx 13

14 Cardiologie Kerngegevens Zorgkern Cardiologie 15 cardiologen: dr. A.M.W. (Marco) Alings, dr. B.J.L. (Ben) van den Branden, W.A.J. (Wim) Bruggeling, dr. P.H.J.M. (Peter) Dunselman, H.P.J. (Henry) de Haan, dr. P. (Peter) den Heijer, dr. B. (Bart) Hooft van Huysduynen, dr. M. (Martijn) Meuwissen, S.G (Sander) Molhoek, dr. J. (Jeroen) Schaap, dr. B. (Bas) Schölzel, dr. S. (Sipke) Strikwerda, dr. J. (Jeroen) Vos, dr. R.P. (Rob) Wielenga, dr. W.J.M. Dewilde chef de clinique: dr. D.P.W. (Driek) Beelen, cardioloog 3 assistenten in opleiding 10 assistenten niet in opleiding 4 verpleegkundig specialisten Subspecialismen: algemene cardiologie (hart- en vaatziekten in brede zin), beeldvorming (echocardiografie, cardiale CT en MRI), interventiecardiologie (stenten dotterbehandelingen, vervanging hartklep), elektrofysiologie (behandeling van hartritmestoornissen) Samenvattingen gepubliceerde artikelen Van der Werf C, Nederend I, Hofman N, van Geloven N, Ebink C, Frohn-Mulder IM, Alings AM, Bosker HA, Bracke FA, van den Heuvel F, Waalewijn RA, Bikker H, van Tintelen JP, Bhuiyan ZA, van den Berg MP, Wilde AA. Familial evaluation in catecholaminergic polymorphic ventricular tachycardia: disease penetrance and expression in cardiac ryanodine receptor mutation-carrying relatives. Circ Arrhythm Electrophysiol Aug 1;5(4): Epub 2012 Jul 10. BACKGROUND: Catecholaminergic polymorphic ventricular tachycardia (CPVT) is an inherited arrhythmia syndrome associated with mutations in the cardiac ryanodine receptor gene (Ryr2) in the majority of patients. Previous studies of CPVT patients mainly involved probands, so current insight into disease penetrance, expression, genotype-phenotype correlations, and arrhythmic event rates in relatives carrying the Ryr2 mutation is limited. METHODS AND RESULTS: One-hundred sixteen relatives carrying the Ryr2 mutation from 15 families who were identified by cascade screening of the Ryr2 mutation causing CPVT in the proband were clinically characterized, including 61 relatives from 1 family. Fifty-four of 108 antiarrhythmic drug-free relatives (50%) had a CPVT phenotype at the first cardiological examination, including 27 (25%) with nonsustained ventricular tachycardia. Relatives carrying a Ryr2 mutation in the C-terminal channelforming domain showed an increased odds of nonsustained ventricular tachycardia (odds ratio, 4.1; 95% CI, ; P=0.007, compared with N-terminal domain) compared with N-terminal domain. Sinus bradycardia was observed in 19% of relatives, whereas other supraventricular dysrhythmias were present in 16%. Ninety-eight (most actively treated) relatives (84%) were followed up for a median of 4.7 years (range, years). During follow-up, 2 asymptomatic relatives experienced exercise-induced syncope. One relative was not being treated, whereas the other was noncompliant. Cardiologie 14

15 None of the 116 relatives died of CPVT during a 6.7-year follow-up (range, years). CONCLUSIONS: Relatives carrying an Ryr2 mutation show a marked phenotypic diversity. The vast majority do not have signs of supraventricular disease manifestations. Mutation location may be associated with severity of the phenotype. The arrhythmic event rate during follow-up was low. PMID: Van den Broek KC, Kupper N, van der Voort PH, Alings M, Denollet J, Nyklícek I. Trajectories of Perceived Emotional and Physical Distress in Patients with an Implantable Cardioverter Defibrillator. Int J Behav Med Nov 17. [Epub ahead of print]. BACKGROUND: Little is known about the course of emotional and physical distress in patients with an implantable cardioverter defibrillator (ICD). PURPOSE: We examined (1) trajectories of emotional and physical distress in the first 18 months postimplantation and (2) predictors of these trajectories, including demographical, clinical, and personality factors. METHODS: Dutch patients with an ICD (N?=?645) completed measures on anxiety, depression, somatic symptoms, and perceived disability at the time of implantation, and 2, 12, and 18 months postimplantation. Measures on Type D personality (tendency to inhibit the expression of negative emotions) and anxiety sensitivity (tendency to fear anxiety-related sensations) were also completed at baseline. RESULTS: Latent class analysis (LatentGOLD) identified six to seven distinct trajectories, varying largely in overall levels of distress, and remaining relatively stable after a small initial decline. Multinomial regression showed that Type D personality and anxiety sensitivity were the most prominent predictors, particularly of trajectories that reflected higher distress levels. Cardiac resynchronization therapy and coronary artery disease also increased the risk for distress, whereas ICD indication and shocks did not. CONCLUSIONS: The course of emotional and physical distress may be relatively stable after ICD implantation. In clinical practice, identification of patients with high risk of higher levels of emotional and physical distress may be warranted; as such, patients with high levels of anxiety sensitivity or a Type D personality should be identified and offered behavioral support. PMID: Cardiologie 15

16 Borer JS, Böhm M, Ford I, Komajda M, Tavazzi L, Sendon JL, Alings M, Lopez-de-Sa E, Swedberg K; SHIFT Investigators*. Effect of ivabradine on recurrent hospitalization for worsening heart failure in patients with chronic systolic heart failure: the SHIFT Study. Eur Heart J Nov;33(22): Epub 2012 Aug 27. AIMS: We explored the effect of treatment with ivabradine, a pure heart rate-slowing agent, on recurrent hospitalizations for worsening heart failure (HF) in the SHIFT trial. METHODS AND RESULTS: SHIFT was a double-blind clinical trial in which 6505 patients with moderate-to-severe HF and left ventricular systolic dysfunction, all of whom had been hospitalized for HF during the preceding year, were randomized to ivabradine or to placebo on a background of guideline-recommended HF therapy (including maximized ß-blockade). In total, 1186 patients experienced at least one additional HF hospitalization during the study, 472 suffered at least two, and 218 suffered at least 3. Patients with additional HF hospitalizations had more severe disease than those without. Ivabradine was associated with fewer total HF hospitalizations [902 vs events with placebo; incidence rate ratio, 0.75, 95% confidence interval (CI), , P = ] during the 22.9-month median follow-up. Ivabradine-treated patients evidenced lower risk for a second or third additional HF hospitalization [hazard ratio (HR): 0.66, 95% CI, , P < and HR: 0.71, 95% CI, , P = 0.012, respectively]. Similar observations were made for all-cause and cardiovascular hospitalizations. CONCLUSION: Treatment with ivabradine, on a background of guidelines-based HF therapy, is associated with a substantial reduction in the likelihood of recurrent hospitalizations for worsening HF. This benefit can be expected to improve the quality of life and to substantially reduce health-care costs. Comment in: Time to move on from time-to-first : should all events be included in the analysis of clinical trials? [Eur Heart J. 2012] Time to move on from time-to-first : should all events be included in the analysis of clinical trials?anker SD, McMurray JJ. Eur Heart J Nov; 33(22): Epub 2012 Aug 27. PMID: Easton JD, Lopes RD, Bahit MC, Wojdyla DM, Granger CB, Wallentin L, Alings M, Goto S, Lewis BS, Rosenqvist M, Hanna M, Mohan P, Alexander JH, Diener HC; ARISTOTLE Committees and Investigators Apixaban compared with warfarin in patients with atrial fibrillation and previous stroke or transient ischaemic attack: a subgroup analysis of the ARISTOTLE trial. Lancet Neurol Jun;11(6): Epub 2012 May 8. BACKGROUND: In the ARISTOTLE trial, the rate of stroke or systemic embolism was reduced by apixaban compared with warfarin in patients with atrial fibrillation (AF). Pa Cardiologie 16

17 tients with AF and previous stroke or transient ischaemic attack (TIA) have a high risk of stroke. We therefore aimed to assess the efficacy and safety of apixaban compared with warfarin in prespecified subgroups of patients with and without previous stroke or TIA. METHODS: Between Dec 19, 2006, and April 2, 2010, patients were enrolled in the ARISTOTLE trial at 1034 clinical sites in 39 countries. 18,201 patients with AF or atrial flutter were randomly assigned to receive apixaban 5 mg twice daily or warfarin (target international normalised ratio ). The median duration of follow-up was 1 8 years (IQR ). The primary efficacy outcome was stroke or systemic embolism, analysed by intention to treat. The primary safety outcome was major bleeding in the on-treatment population. All participants, investigators, and sponsors were masked to treatment assignments. In this subgroup analysis, we estimated event rates and used Cox models to compare outcomes in patients with and without previous stroke or TIA. The ARISTOTLE trial is registered with ClinicalTrials.gov, number NTC FINDINGS: Of the trial population, 3436 (19%) had a previous stroke or TIA. In the subgroup of patients with previous stroke or TIA, the rate of stroke or systemic embolism was 2 46 per 100 patient-years of follow-up in the apixaban group and 3 24 in the warfarin group (hazard ratio [HR] 0 76, 95% CI 0 56 to 1 03); in the subgroup of patients without previous stroke or TIA, the rate of stroke or systemic embolism was 1 01 per 100 patient-years of follow-up with apixaban and 1 23 with warfarin (HR 0 82, 95% CI 0 65 to 1 03; p for interaction=0 71). The absolute reduction in the rate of stroke and systemic embolism with apixaban versus warfarin was 0 77 per 100 patient-years of follow-up (95% CI to 1 63) in patients with and 0 22 (-0 03 to 0 47) in those without previous stroke or TIA. The difference in major bleeding with apixaban compared with warfarin was 1 07 per 100 patient-years (95% CI ) in patients with and 0 93 ( ) in those without previous stroke or TIA. INTERPRETATION: The effects of apixaban versus warfarin were consistent in patients with AF with and without previous stroke or TIA. Owing to the higher risk of these outcomes in patients with previous stroke or TIA, the absolute benefits of apixaban might be greater in this population. FUNDING: Bristol-Myers Squibb and Pfizer. Copyright 2012 Elsevier Ltd. All rights reserved. *Collaborators (1129) Erratum in: Lancet Neurol Dec;11(12):1021. Comment in: Reducing the risk of recurrent stroke in patients with AF.Hart RG, Eikelboom JW. Lancet Neurol Jun; 11(6): Epub 2012 May 8. PMID: Cardiologie 17

18 Bogale N, Priori S, Cleland JG, Brugada J, Linde C, Auricchio A, van Veldhuisen DJ, Limbourg T, Gitt A, Gras D, Stellbrink C, Gasparini M, Metra M, Derumeaux G, Gadler F, Buga L, Dickstein K; Scientific Committee, National Coordinators, and Investigators* [Alings M et al...]. The European CRT Survey: 1 year (9-15 months) follow-up results. Eur J Heart Fail Jan;14(1): METHODS AND RESULTS: Patients who had a successful CRT implantation were enrolled from 141 centres in 13 countries between November 2008 and June Baseline demographics, clinical and implantation data were collected, with a follow-up of ~1 year (9-15 months). The current report describes clinical outcomes including symptom severity, cardiovascular (CV) hospitalization, and survival. A total of 2438 patients were enrolled, and follow-up data were acquired from 2111 patients (87%). The population included important groups of patients poorly represented in randomized controlled trials, including very elderly patients and those with prior device implantation, atrial fibrillation, and/or QRS duration <120 ms. Investigators reported substantial improvement in New York Heart Association (NYHA) functional class at follow-up. Patient selfassessment indicated that 81% of the patients felt improved, 16% reported no change, and 4% reported deterioration. During follow-up, 207 (10%) patients died, 346 (16%) had a CV hospitalization, and 501 (24%) died or had CV hospitalization. Worse NYHA functional class, atrial fibrillation, ischaemic aetiology, and device type (CRT-P, i.e. CRT alone) were associated with poorer survival. Women had a better outcome, as did patients who had a CRT-D (with an implantable cardioverter defibrillator function) device. CONCLUSIONS: Outcomes including death and hospitalization in this European CRT survey were consistent with results from clinical trials of CRT. At 1 year follow-up, most patients who received a CRT device considered their symptoms improved compared with their pre-implant assessment. Although prospective, this is an observational study of successful CRT implantations, and outcomes in subgroup analyses must be interpreted with appropriate conservatism. *Collaborators (40): Dickstein K, Priori S, Auricchio A, Bogale N, Brugada J, Cleland JG, Derumeaux G, Gitt A, Gras D, Komajda M, Linde C, Morgan J, van Veldhuisen DJ, Fruhwald F, Strohmer B, Goethals M, Vijgen J, Trochu JN, Gras D, Kindermann M, Stellbrink C, McDonnald K, Keane D, Ben Gal T, Glikson M, Metra M, Gasparini M, Maass A, Jordaens L, Alings M, Larsen AI, Færestrand S, Delgado J, Mont L, Persson H, Gadler F, Brunner-La Rocca HP, Osswald S, Squire I, Morgan J. PMID: Cardiologie 18

19 Schwartz GG, Olsson AG, Abt M, Ballantyne CM, Barter PJ, Brumm J, Chaitman BR, Holme IM, Kallend D, Leiter LA, Leitersdorf E, McMurray JJ, Mundl H, Nicholls SJ, Shah PK, Tardif JC, Wright RS; dal-outcomes Investigators* [Alings MA et al...]. Effects of dalcetrapib in patients with a recent acute coronary syndrome. N Engl J Med Nov 29;367(22): Epub 2012 Nov 5. BACKGROUND: In observational analyses, higher levels of high-density lipoprotein (HDL) cholesterol have been associated with a lower risk of coronary heart disease events. However, whether raising HDL cholesterol levels therapeutically reduces cardiovascular risk remains uncertain. Inhibition of cholesteryl ester transfer protein (CETP) raises HDL cholesterol levels and might therefore improve cardiovascular outcomes. METHODS: We randomly assigned 15,871 patients who had had a recent acute coronary syndrome to receive the CETP inhibitor dalcetrapib, at a dose of 600 mg daily, or placebo, in addition to the best available evidence-based care. The primary efficacy end point was a composite of death from coronary heart disease, nonfatal myocardial infarction, ischemic stroke, unstable angina, or cardiac arrest with resuscitation. RESULTS: At the time of randomization, the mean HDL cholesterol level was 42 mg per deciliter (1.1 mmol per liter), and the mean low-density lipoprotein (LDL) cholesterol level was 76 mg per deciliter (2.0 mmol per liter). Over the course of the trial, HDL cholesterol levels increased from baseline by 4 to 11% in the placebo group and by 31 to 40% in the dalcetrapib group. Dalcetrapib had a minimal effect on LDL cholesterol levels. Patients were followed for a median of 31 months. At a prespecified interim analysis that included 1135 primary end-point events (71% of the projected total number), the independent data and safety monitoring board recommended termination of the trial for futility. As compared with placebo, dalcetrapib did not alter the risk of the primary end point (cumulative event rate, 8.0% and 8.3%, respectively; hazard ratio with dalcetrapib, 1.04; 95% confidence interval, 0.93 to 1.16; P=0.52) and did not have a significant effect on any component of the primary end point or total mortality. The median C-reactive protein level was 0.2 mg per liter higher and the mean systolic blood pressure was 0.6 mm Hg higher with dalcetrapib as compared with placebo (P<0.001 for both comparisons). CONCLUSIONS: In patients who had had a recent acute coronary syndrome, dalcetrapib increased HDL cholesterol levels but did not reduce the risk of recurrent cardiovascular events. (Funded by F. Hoffmann-La Roche; dal-outcomes ClinicalTrials. gov number, NCT ). Comment in Dalcetrapib in patients with an acute coronary syndrome. [N Engl J Med. 2013] Dalcetrapib in patients with an acute coronary syndrome.schwartz GG, Olsson AG, Barter PJ. N Engl J Med Feb 28; 368(9): Cardiologie 19

20 Dalcetrapib in patients with an acute coronary syndrome. [N Engl J Med. 2013] Dalcetrapib in patients with an acute coronary syndrome.tomoda H. N Engl J Med Feb 28; 368(9):869. Lipids. Dalcetrapib raises HDL-cholesterol level, but does not reduce cardiac risk. [Nat Rev Cardiol. 2013] Lipids. Dalcetrapib raises HDL-cholesterol level, but does not reduce cardiac risk.lim GB. Nat Rev Cardiol Jan; 10(1):5. Epub 2012 Nov 20. *Collaborators (1041) PMID: Teeuwen K, Adriaenssens T, Van den Branden BJ, Henriques JP, Van der Schaaf RJ, Koolen JJ, Vermeersch PH, Bosschaert MA, Tijssen JG, Suttorp MJ. A randomized multicenter comparison of hybrid sirolimus-eluting stents with bioresorbable polymer versus everolimus-eluting stents with durable polymer in total coronary occlusion: rationale and design of the Primary Stenting of Occluded Native Coronary Arteries IV study. Trials Dec 15;13:240. BACKGROUND: Percutaneous recanalization of total coronary occlusion (TCO) was historically hampered by high rates of restenosis and reocclusions. The PRISON II trial demonstrated a significant restenosis reduction in patients treated with sirolimuse luting stents compared with bare metal stents for TCO. Similar reductions in restenosis were observed with the second-generation zotarolimus-eluting stent and everolimuseluting stent. Despite favorable anti-restenotic efficacy, safety concerns evolved after identifying an increased rate of very late stent thrombosis (VLST) with drug-eluting stents (DES) for the treatment of TCO. Late malapposition caused by hyper sensitivity reactions and chronic inflammation was suggested as a probable cause of these VLST. New DES with bioresorbable polymer coatings were developed to address these safety concerns. No randomized trials have evaluated the efficacy and safety of the newgeneration DES with bioresorbable polymers in patients treated for TCO. METHODS/DESIGN: The prospective, randomized, single-blinded, multicenter, noninferiority PRISON IV trial was designed to evaluate the safety, efficacy, and angiographic outcome of hybrid sirolimus-eluting stents with bioresorbable polymers (Orsiro; Biotronik, Berlin, Germany) compared with everolimus-eluting stents with durable polymers (Xience Prime/Xpedition; Abbott Vascular, Santa Clara, CA, USA) in patients with successfully recanalized TCOs. In total, 330 patients have been randomly allocated to each treatment arm. Patients are eligible with estimated duration of TCO =4 weeks with evidence of ischemia in the supply area of the TCO. The primary endpoint is insegment late luminal loss at 9-month follow-up angiography. Secondary angiographic endpoints include in-stent late luminal loss, minimal luminal diameter, percentage of diameter stenosis, in-stent and in-segment binary restenosis and reocclusions at 9-month follow-up. Additionally, optical coherence tomography is performed in the Cardiologie 20

21 first 60 randomized patients at 9 months to assess neointima thickness, percentage of neointima coverage, and stent strut malapposition and coverage. Personnel blinded to the allocated treatment will review all angiographic and optical coherence assessments. Secondary clinical endpoints include major adverse cardiac events, clinically driven target vessel revascularization, target vessel failure and stent thrombosis to 5-year clinical follow-up. An independent clinical event committee blinded to the allocated treatment will review all clinical events. TRIAL REGISTRATION: Clinical Trials.gov: NCT Patient recruitment started in February PMID: PMCID: PMC Post S, Post MC, van den Branden BJ, Eefting FD, Goumans MJ, Stella PR, van Es HW, Wildbergh TX, Rensing BJ, Doevendans PA. Early statin treatment prior to primary PCI for acute myocardial infarction: REPERATOR, a randomized placebo-controlled pilot trial. Catheter Cardiovasc Interv Nov 1;80(5): Epub 2012 Mar 14. OBJECTIVE: The aim of this pilot study was to determine whether early atorvastatin treatment will reduce left ventricle (LV) remodeling, infarct size, and improve microvascular perfusion. BACKGROUND: In animal studies, early statin therapy reduces reperfusion injury after a percutaneous coronary intervention (PCI) for acute myocardial infarction (AMI). METHODS: Forty-two consecutive patients (82% male, mean age 61.2 ± 9.8) who underwent a primary PCI for a first ST-elevated AMI were randomized for pretreatment with atorvastatin 80 mg (n = 20) or placebo (n = 22) and continued with the same dosage daily for 1 week. All patients received atorvastatin 80 mg once daily 7 days after primary PCI. The LV function and infarct size were measured by magnetic resonance imaging within 1 day, at 1 week, and 3 months follow up. The primary endpoint was the end-systolic volume index (ESVI) at 3 months. Secondary endpoints were global LV function measurements, myocardial infarct size, biochemical cardiac markers, TIMI flow, and ST-T elevation resolution. RESULTS: ESVI 3 months after AMI was 25.1 ml/m(2) in the atorvastatin arm and 25.0 ml/m(2) in the placebo arm (P = 0.74). The differences in change from baseline to 3 months follow up in global LV function and myocardial infarct size did not differ between both treatment arms. Furthermore, biochemical markers, TIMI flow, and ST-T elevation resolution did not differ between atorvastatin and placebo arm. Cardiologie 21

22 CONCLUSIONS: In this pilot study, pretreatment with atorvastatin in an acute myocardial infarction does not result in an improved cardiac function, microvascular perfusion, or decreased myocardial infarct size. Copyright 2012 Wiley Periodicals, Inc. Cardiologie 22

23 Comment in: Statin pleiotropy in acute myocardial infarction--is it about timing? [Catheter Cardiovasc Interv. 2012] Statin pleiotropy in acute myocardial infarction--is it about timing?puri R, Tuzcu EM. Catheter Cardiovasc Interv Nov 1; 80(5): PMID: Van den Branden BJ, Swaans MJ, Post MC, Rensing BJ, Eefting FD, Jaarsma W, Van der Heyden JA. Percutaneous edge-to-edge mitral valve repair in high-surgical-risk patients: do we hit the target? JACC Cardiovasc Interv Jan;5(1): OBJECTIVES: This study sought to assess the feasibility and safety of percutaneous edgeto-edge mitral valve (MV) repair in patients with an unacceptably high operative risk. BACKGROUND: MV repair for mitral regurgitation (MR) can be accomplished by use of a clip that approximates the free edges of the mitral leaflets. METHODS: All patients were declined for surgery because of a high logistic EuroSCORE (>20%) or the presence of other specific surgical risk factors. Transthoracic echocardiography was performed before and 6 months after the procedure. Differences in New York Heart Association (NYHA) functional class, quality of life (QoL) using the Minnesota questionnaire, and 6-min walk test (6-MWT) distances were reported. RESULTS: Fifty-five procedures were performed in 52 patients (69.2% male, age 73.2 ± 10.1 years, logistic EuroSCORE 27.1 ± 17.0%). In 3 patients, partial clip detachment occurred; a second clip was placed successfully. One patient experienced cardiac tamponade. Two patients developed inguinal bleeding, of whom 1 needed surgery. Six patients (11.5%) died during 6-month follow-up (5 patients as a result of progressive heart failure and 1 noncardiac death). The MR grade before repair was =3 in 100%; after 6 months, a reduction in MR grade to =2 was present in 79% of the patients. Left ventricular (LV) end-diastolic diameter, LV ejection fraction, and systolic pulmonary artery pressure improved significantly. Accompanied improvements in NYHA functional class, QoL index, 6-MWT distances, and log N-terminal pro-b-type natriuretic peptide were observed. CONCLUSIONS: In a high-risk population, MR reduction can be achieved by percutaneous edge-to-edge valve repair, resulting in LV remodeling with improvement of functional capacity after 6 months. Copyright 2012 American College of Cardiology Foundation. Published by Elsevier Inc. All rights reserved. PMID: Cardiologie 23

24 Van den Branden BJ, Rahel BM, Laarman GJ, Slagboom T, Kelder JC, Ten Berg JM, Suttorp MJ. Five-year clinical outcome after primary stenting of totally occluded native coronary arteries: a randomised comparison of bare metal stent implantation with sirolimus-eluting stent implantation for the treatment of total coronary occlusions (PRISON II study). EuroIntervention Feb;7(10): AIMS: The aim of this study was to examine the five-year clinical outcome in patients enrolled in the Primary Stenting of Totally Occluded Native Coronary Arteries II (PRI SON II) study. METHODS AND RESULTS: Patients with totally occluded coronary arteries were randomised to either sirolimus-eluting stent (SES, n=100) or bare metal stent (BMS, n=100) implantation. At five years, patients in the SES group had significantly lower rates of target lesion revascularisation (12% vs. 30%, p=0.001), target vessel revascularisation (17% vs. 34%, p=0.009) and major adverse cardiac events (12% vs. 36%, p<0.001). There were no significant differences in death and myocardial infarction. Eight (8%) cases of stent thrombosis (seven definite and one probable; one early, one late, and six very late) were noticed in the SES group versus three cases (3%, one definite and two possible; all very late) in the BMS group (p=0.21). CONCLUSIONS: The results of the present study show that the documented superior short-term angiographic and clinical results of SES in patients with total coronary occlusions are maintained during long-term 5-year follow-up as compared with BMS. On the other hand, there is a trend to a higher stent thrombosis rate in the SES group. PMID: Parving HH, Brenner BM, McMurray JJ, de Zeeuw D, Haffner SM, Solomon SD, Chaturvedi N, Persson F, Desai AS, Nicolaides M, Richard A, Xiang Z, Brunel P, Pfeffer MA; ALTITUDE Investigators. [Dunselman PH et al...] Cardiorenal end points in a trial of aliskiren for type 2 diabetes. N Engl J Med Dec 6;367(23): Epub 2012 Nov 3. BACKGROUND: This study was undertaken to determine whether use of the direct renin inhibitor aliskiren would reduce cardiovascular and renal events in patients with type 2 diabetes and chronic kidney disease, cardiovascular disease, or both. METHODS: In a double-blind fashion, we randomly assigned 8561 patients to aliskiren (300 mg daily) or placebo as an adjunct to an angiotensin-converting-enzyme inhibitor or an angiotensin-receptor blocker. The primary end point was a composite of the time to cardiovascular death or a first occurrence of cardiac arrest with resuscitation; nonfatal myocardial infarction; nonfatal stroke; unplanned hospitalization for heart failure; end-stage renal disease, death attributable to kidney failure, or the need for Cardiologie 24

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A. Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten

Nadere informatie

Update PCSK9 trials. Vascular Rounds MUMC

Update PCSK9 trials. Vascular Rounds MUMC Update PCSK9 trials Vascular Rounds MUMC 16 mei 2017 Frank L.J. Visseren Disclosures Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties: Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding

Nadere informatie

Nurse Specialist in Hartfalen: What s in a name

Nurse Specialist in Hartfalen: What s in a name BWGCVN Nurse Specialist in Hartfalen: What s in a name Jan Vercammen Hartfalenverpleegkundige ZOL Genk Voorzitter Belgian Heart Failure Nurses Wat is hartfalen Definitie: The inability of the heart to

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Het Effect van Voortgangsfeedback aan Behandelaars op de Uitkomsten van Psychologische Behandelingen; een Pilot Onderzoek

Het Effect van Voortgangsfeedback aan Behandelaars op de Uitkomsten van Psychologische Behandelingen; een Pilot Onderzoek Het Effect van Voortgangsfeedback aan Behandelaars op de Uitkomsten van Psychologische Behandelingen; een Pilot Onderzoek The Effect of Progress Feedback to Therapists on Psychological Treatment Outcome;

Nadere informatie

Anemie en transfusies bij cardiochirurgie

Anemie en transfusies bij cardiochirurgie Anemie en transfusies bij cardiochirurgie Sanquinavond, 4 Maart 2015 Leo van de Watering Sanquin Bloedvoorziening Nederland Divisie Research, CCTR Divisie Bloedbank, UTG Anemie en transfusies bij cardiochirurgie

Nadere informatie

Landelijk Diabetes Congres 2016

Landelijk Diabetes Congres 2016 Landelijk Diabetes Congres 2016 Insuline Pompen, zelfcontrole en sensoren, need to know Thomas van Bemmel, Internist Gelre Ziekenhuis Apeldoorn Disclosures (potentiële) belangenverstrengeling zie hieronder

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

de Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality

de Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Emotioneel Eten: de Rol van Persoonlijkheid The Relationship between Daily Stress and Emotional Eating: the Role of Personality Arlette Nierich Open Universiteit

Nadere informatie

Tahnee Anne Jeanne Snelder. Open Universiteit

Tahnee Anne Jeanne Snelder. Open Universiteit Effecten van Gedragstherapie op Sociale Angst, Zelfgerichte Aandacht & Aandachtbias Effects of Behaviour Therapy on Social Anxiety, Self-Focused Attention & Attentional Bias Tahnee Anne Jeanne Snelder

Nadere informatie

Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic Play Group Therapy for Children. with Internalizing Problems.

Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic Play Group Therapy for Children. with Internalizing Problems. Spelgroepbehandeling voor kinderen met internaliserende problemen De Effectiviteit van een Psychodynamische Spelgroepbehandeling bij Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic

Nadere informatie

De Effecten van de Kanker Nazorg Wijzer op Psychologische Distress en Kwaliteit van. Leven

De Effecten van de Kanker Nazorg Wijzer op Psychologische Distress en Kwaliteit van. Leven De Effecten van de Kanker Nazorg Wijzer op Psychologische Distress en Kwaliteit van Leven The Effects of the Kanker Nazorg Wijzer on Psychological Distress and Quality of Life Miranda H. de Haan Eerste

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Impact en disseminatie Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Wie is wie? Voorstel rondje Wat hoop je te leren? Heb je iets te delen? Wat zegt de Programma Gids? WHAT DO IMPACT AND SUSTAINABILITY MEAN? Impact

Nadere informatie

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal Running head: momentaan affect en seksueel verlangen bij vrouwen 1 De Samenhang Tussen Momentaan Affect en Seksueel Verlangen van Vrouwen en de Modererende Rol van Seksuele Gedachten The Association Between

Nadere informatie

Effecten Omgevingsinterventie en Fysieke Activiteit 1. Hoofdeffecten en Mediators van een Omgevingsinterventie op Maat ter Bevordering van

Effecten Omgevingsinterventie en Fysieke Activiteit 1. Hoofdeffecten en Mediators van een Omgevingsinterventie op Maat ter Bevordering van Effecten Omgevingsinterventie en Fysieke Activiteit 1 Hoofdeffecten en Mediators van een Omgevingsinterventie op Maat ter Bevordering van Fysieke Activiteit bij Ouderen Main Effects and Mediators of a

Nadere informatie

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken 1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:

Nadere informatie

Behandeleffecten. in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel. Treatment effects in. Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel

Behandeleffecten. in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel. Treatment effects in. Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel Behandeleffecten in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel Treatment effects in Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel S. Daamen-Raes Eerste begeleider: Dr. W. Waterink Tweede begeleider:

Nadere informatie

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope Een onderzoek naar de relatie tussen sociale steun en depressieve-

Nadere informatie

PRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten

PRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten PRO De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten Prof. dr. Saskia Middeldorp, internist Afdeling Vasculaire Geneeskunde Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Wat zegt de NHG standaard

Nadere informatie

De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis.

De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis. De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis. The influence of resilience on the relationship between pain and psychological symptoms

Nadere informatie

Introduction Henk Schwietert

Introduction Henk Schwietert Introduction Henk Schwietert Evalan develops, markets and sells services that use remote monitoring and telemetry solutions. Our Company Evalan develops hard- and software to support these services: mobile

Nadere informatie

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen The Association between Daily Hassles, Negative Affect and the Influence of Physical Activity Petra van Straaten Eerste begeleider

Nadere informatie

STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1. Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer

STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1. Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1 Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer Stigmatization of Patients with Lung Cancer: The Role of

Nadere informatie

Falende Interpretatie? De Samenhang van Faalangst met Interpretatiebias

Falende Interpretatie? De Samenhang van Faalangst met Interpretatiebias Falende Interpretatie? De Samenhang van Faalangst met Interpretatiebias Failing interpretation? The Relationship between Test Anxiety and Interpretation Bias Kornelis P.J. Schaaphok Eerste begeleider:

Nadere informatie

Meta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst

Meta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst Meta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst Intensivist/cardioloog @iccvanderhorst Conflict of interest Perner A, Laake J, van der Horst ICC. Innovation and safety in critical care: should

Nadere informatie

Adherence aan HWO en meer bewegen

Adherence aan HWO en meer bewegen Adherence aan HWO en meer bewegen Een experimenteel onderzoek naar de effecten van het motivationele stadium van patiënten en de adherence aan huiswerkoefeningen (HWO) bij fysiotherapie en het meer bewegen.

Nadere informatie

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van het I-change Model The explanation of the physical activity of elderly by determinants of the I-change Model Hilbrand Kuit Eerste begeleider:

Nadere informatie

Gedrag en gezondheid

Gedrag en gezondheid Gedrag en gezondheid Schroeder, S.A. Effect of healthy lifestyle Willett (2002). Science, 296, p696. BACKGROUND: Self-management interventions improve various outcomes for many chronic diseases. The definite

Nadere informatie

Summary 136

Summary 136 Summary 135 Summary 136 Summary The objectives of this thesis were to develop of a mouse model of neuropathic pain and spinal cord stimulation (SCS) and to increase the efficacy of spinal cord stimulation

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

Disclosure belangen spreker

Disclosure belangen spreker Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding Aandeelhouder

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen Voorschoolse vorming en de ontwikkeling van kinderen 1 De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van Kinderen The Relationship between Early Child Care, Preschool Education and Child Development

Nadere informatie

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD 1 Opvoedstijl en Externaliserend Probleemgedrag en de Mediërende Rol van het Zelfbeeld bij Dak- en Thuisloze Jongeren in Utrecht Parenting Style and Externalizing Problem Behaviour and the Mediational

Nadere informatie

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering

Nadere informatie

Het Effect van de Kanker Nazorg Wijzer* op Werkgerelateerde Problematiek en Kwaliteit. van Leven bij Werkende Ex-Kankerpatiënten

Het Effect van de Kanker Nazorg Wijzer* op Werkgerelateerde Problematiek en Kwaliteit. van Leven bij Werkende Ex-Kankerpatiënten Het Effect van de Kanker Nazorg Wijzer* op Werkgerelateerde Problematiek en Kwaliteit van Leven bij Werkende Ex-Kankerpatiënten The Effect of the Kanker Nazorg Wijzer* on Work-related Problems and Quality

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Het Effect van Online Cognitieve Gedragstherapie op Seksuele Disfuncties bij Vrouwen The Effectiveness of Internet-based Cognitive-Behavioural

Nadere informatie

Samenvatting Tussen januari 2002 en december 2005 is er een grootschalig onderzoek uitgevoerd naar de kosten-effectiviteit van gezins cognitieve gedra

Samenvatting Tussen januari 2002 en december 2005 is er een grootschalig onderzoek uitgevoerd naar de kosten-effectiviteit van gezins cognitieve gedra 139 Samenvatting Tussen januari 2002 en december 2005 is er een grootschalig onderzoek uitgevoerd naar de kosten-effectiviteit van gezins cognitieve gedragstherapie en individuele of kind cognitieve gedragstherapie

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

LTA Hartfalen, perspectief vanuit de huisarts

LTA Hartfalen, perspectief vanuit de huisarts LTA Hartfalen, perspectief vanuit de huisarts Mark M. J. Valk, huisarts-onderzoeker Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde Huisarts in Amersfoort 1 Wie wil dat huisartsen

Nadere informatie

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Difference in Perception about Parenting between Parents and Adolescents and Alcohol Use of Adolescents

Nadere informatie

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit 1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan

Nadere informatie

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Hester A. Lijphart Eerste begeleider: Dr. E. Simon Tweede

Nadere informatie

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla

Nadere informatie

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten The relationship between depression symptoms, anxiety symptoms,

Nadere informatie

Flash: chemotherapie en allergie

Flash: chemotherapie en allergie Flash: chemotherapie en allergie Karen Geboes UZ Gent 4 december 2015 Opbouw Herkennen/graderen Bij welke producten/wanneer Behandeling Preventie? 2 Herkennen/graderen 3 4 5 6 Allergy 2013 7 Bij welke

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Met opmaak: Links: 3 cm, Rechts: 2 cm, Boven: 3 cm, Onder: 3 cm, Breedte: 21 cm, Hoogte: 29,7 cm Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Stigmatisation of Persons

Nadere informatie

Functioneren van een Kind met Autisme. M.I. Willems. Open Universiteit

Functioneren van een Kind met Autisme. M.I. Willems. Open Universiteit Onderzoek naar het Effect van de Aanwezigheid van een Hond op het Alledaags Functioneren van een Kind met Autisme M.I. Willems Open Universiteit Naam student: Marijke Willems Postcode en Woonplaats: 6691

Nadere informatie

Cognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten

Cognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten CBM-I bij Faalangst in een Studentenpopulatie 1 Cognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten Cognitive Bias Modification of Interpretation Bias for Students with Test Anxiety

Nadere informatie

De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving

De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving Relationships between Attachment and Well-being among the Elderly: The mediational Roles of Mindfulness

Nadere informatie

Master thesis. Naam student: S. Friederichs Studentnummer: Afstudeerrichting: Klinische Psychologie

Master thesis. Naam student: S. Friederichs Studentnummer: Afstudeerrichting: Klinische Psychologie Effects of motivational interviewing and self-determination theory in a web-based computer tailored physical activity intervention: a randomized controlled trial Master thesis Naam student: S. Friederichs

Nadere informatie

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers

Nadere informatie

Hypertensie bij ouderen

Hypertensie bij ouderen Medisch Symposium: Geriatrie voor Huisartsen 01/10/2011 Hypertensie bij ouderen Em. Prof. R. Fagard Afdeling Hypertensie en Cardiovasculaire Revalidatie KU Leuven SBP and DBP (mmhg) Bloeddruk vs leeftijd

Nadere informatie

Genes, Molecular Mechanisms and Risk Prediction for Abdominal Aortic Aneurysm

Genes, Molecular Mechanisms and Risk Prediction for Abdominal Aortic Aneurysm Genes, Molecular Mechanisms and Risk Prediction for Abdominal Aortic Aneurysm Arne IJpma Clinical Genetics Department, Erasmus MC, Rotterdam, The Netherlands Financial Disclosure I have no financial relationships

Nadere informatie

Mentaal Weerbaar Blauw

Mentaal Weerbaar Blauw Mentaal Weerbaar Blauw de invloed van stereotypen over etnische minderheden cynisme en negatieve emoties op de mentale weerbaarheid van politieagenten begeleiders: dr. Anita Eerland & dr. Arjan Bos dr.

Nadere informatie

Diabetes in ACS. Dr. M.A. Brouwer, UMC Nijmegen. No disclosures

Diabetes in ACS. Dr. M.A. Brouwer, UMC Nijmegen. No disclosures Diabetes in ACS Dr. M.A. Brouwer, UMC Nijmegen No disclosures Wat we weten van diabeten Outcome na ACS slechter dan bij niet diabeten: o Dood o Infarct o Stroke o Bloeden Korte termijn én lange termijn:

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering The Relationship between Daily Hassles and Depressive Symptoms and the Mediating Influence

Nadere informatie

Running head: BREAKFAST, CONSCIENTIOUSNESS AND MENTAL HEALTH 1. The Role of Breakfast Diversity and Conscientiousness in Depression and Anxiety

Running head: BREAKFAST, CONSCIENTIOUSNESS AND MENTAL HEALTH 1. The Role of Breakfast Diversity and Conscientiousness in Depression and Anxiety Running head: BREAKFAST, CONSCIENTIOUSNESS AND MENTAL HEALTH 1 The Role of Breakfast Diversity and Conscientiousness in Depression and Anxiety De Rol van Gevarieerd Ontbijten en Consciëntieusheid in Angst

Nadere informatie

Wetenschappelijke publicaties

Wetenschappelijke publicaties Overzicht wetenschappelijke publicaties 2012 2013 Amphia Ziekenhuis Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar

Nadere informatie

Anemie, DM en CNS: hoe verder na TREAT?

Anemie, DM en CNS: hoe verder na TREAT? Anemie, DM en CNS: hoe verder na TREAT? Dr M van Buren internist-nefroloog HAGA ziekenhuis Den Haag Dr CAJM Gaillard internist-nefroloog Meander Medisch Centrum Amersfoort VU Medisch Centrum Amsterdam

Nadere informatie

Socio-economic situation of long-term flexworkers

Socio-economic situation of long-term flexworkers Socio-economic situation of long-term flexworkers CBS Microdatagebruikersmiddag The Hague, 16 May 2013 Siemen van der Werff www.seo.nl - secretariaat@seo.nl - +31 20 525 1630 Discussion topics and conclusions

Nadere informatie

Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen

Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen Determinants and Barriers of Providing Sexual Health Care to Cancer Patients by Oncology

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal

Nadere informatie

Het Effect van Cliëntgerichte Speltherapie op Internaliserende Problematiek bij. Kinderen: Affect als Moderator

Het Effect van Cliëntgerichte Speltherapie op Internaliserende Problematiek bij. Kinderen: Affect als Moderator 1 Het Effect van Cliëntgerichte Speltherapie op Internaliserende Problematiek bij Kinderen: Affect als Moderator The Effect of Client-Centered Play Therapy on Internalizing Problems of Children: Affect

Nadere informatie

PCSK9-remming: voor welke patienten?

PCSK9-remming: voor welke patienten? PCSK9-remming: voor welke patienten? Symposium tijdens het NVVC voorjaarscongres 2016 Noordwijkerhout, 1 april 2016 F.L.J. Visseren Disclosures Afdeling Vasculaire Geneeskunde UMC Utrecht: Onderzoek wordt

Nadere informatie

Cognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten

Cognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten Cognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten Cognitive Bias Modification of Interpretation Bias in Students with Anxiety Janneke van den Heuvel Eerste begeleider: Tweede

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Longitudinal Driving Behaviour At Incidents And The Influence Of Emotions. Raymond Hoogendoorn

Longitudinal Driving Behaviour At Incidents And The Influence Of Emotions. Raymond Hoogendoorn Longitudinal Driving Behaviour At Incidents And The Influence Of Emotions Raymond Hoogendoorn. Primary thesis coordinator: Dr. W. Waterink Secondary thesis coordinator: Dr. P. Verboon April 2009 School

Nadere informatie

Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease

Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease Nadine Goessens Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease Utrecht, Universiteit Utrecht,

Nadere informatie

De Relatie tussen Lichamelijke Gezondheid, Veerkracht en Subjectief. Welbevinden bij Inwoners van Serviceflats

De Relatie tussen Lichamelijke Gezondheid, Veerkracht en Subjectief. Welbevinden bij Inwoners van Serviceflats De Relatie tussen Lichamelijke Gezondheid, Veerkracht en Subjectief Welbevinden bij Inwoners van Serviceflats The Relationship between Physical Health, Resilience and Subjective Wellbeing of Inhabitants

Nadere informatie

Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het. Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met. een Psychotische Stoornis.

Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het. Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met. een Psychotische Stoornis. Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met een Psychotische Stoornis. The Effect of Assertive Community Treatment (ACT) on

Nadere informatie

Value based healthcare door een quality improvement bril

Value based healthcare door een quality improvement bril Rotterdam, 7 december 2017 Value based healthcare door een quality improvement bril Ralph So, intensivist en medisch manager Kwaliteit, Veiligheid & Innovatie 16.35-17.00 uur Everybody in healthcare really

Nadere informatie

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden Laatst bijgewerkt op 25 november 2008 Nederlandse samenvatting door TIER op 5 juli 2011 Onderwijsondersteunende

Nadere informatie

Het ontwikkelen en valideren van een vragenlijst

Het ontwikkelen en valideren van een vragenlijst Het ontwikkelen en valideren van een vragenlijst een praktijkvoorbeeld Dr. Marie Louise Luttik, Senior Onderzoeker Lectoraat Verpleegkundige Diagnostiek/Projectleider IWP Familiezorg, Hanzehogeschool Groningen

Nadere informatie

MENTALE VEERKRACHT, COPINGSTRATEGIEËN EN EETPROBLEMATIEK 1

MENTALE VEERKRACHT, COPINGSTRATEGIEËN EN EETPROBLEMATIEK 1 MENTALE VEERKRACHT, COPINGSTRATEGIEËN EN EETPROBLEMATIEK 1 De Invloed van Mentale Veerkracht op Copingstrategieën bij Eetproblematiek The Influence of Resilience on Coping Strategies and Disordered Eating

Nadere informatie

CVRM addendum (kwetsbare) ouderen

CVRM addendum (kwetsbare) ouderen CVRM addendum (kwetsbare) ouderen Prof. Dr. Majon Muller Internist-OUDGNK Hoofd sectie OUDGNK Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties

Nadere informatie

Het Effect van Actief Plus op de Kwaliteit van Leven bij 50-plussers en de Mediërende. Invloed van Beweeggedrag

Het Effect van Actief Plus op de Kwaliteit van Leven bij 50-plussers en de Mediërende. Invloed van Beweeggedrag Actief Plus en Kwaliteit van Leven 1 Het Effect van Actief Plus op de Kwaliteit van Leven bij 50-plussers en de Mediërende Invloed van Beweeggedrag The Effect of the Actief Plus Intervention on the Quality

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

OPVOEDING EN ANGST EN DE INVLOED VAN EEN PREVENTIEVE TRAINING 1. Opvoeding en Angst en de Invloed van een Preventieve Training

OPVOEDING EN ANGST EN DE INVLOED VAN EEN PREVENTIEVE TRAINING 1. Opvoeding en Angst en de Invloed van een Preventieve Training OPVOEDING EN ANGST EN DE INVLOED VAN EEN PREVENTIEVE TRAINING 1 Opvoeding en Angst en de Invloed van een Preventieve Training Parenting and Child Anxiety and the Influence of a Preventative Training Judith

Nadere informatie

PrOP Tussen Je Oren. gebaseerd op het PrOP-model. the PrOP-model. Mariëtte J.C.P. van der Stappen

PrOP Tussen Je Oren. gebaseerd op het PrOP-model. the PrOP-model. Mariëtte J.C.P. van der Stappen Effectiviteit kortdurende behandeling PrOP model 1 PrOP Tussen Je Oren Effectiviteit van een Kortdurende Psychologische Behandeling bij Kinderen en Jongeren gebaseerd op het PrOP-model Effectiveness of

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Multidisciplinaire interventie voor patiënten met systemische sclerose

Multidisciplinaire interventie voor patiënten met systemische sclerose Multidisciplinaire interventie voor patiënten met systemische sclerose Effect op distress, ziektecognities en coping Effect of a multidisciplinary intervention in patients with systemic sclerosis Simone

Nadere informatie

Motivationele oriëntatie bij sociale vergelijking: Wanneer, waarom en met wie vergelijken?

Motivationele oriëntatie bij sociale vergelijking: Wanneer, waarom en met wie vergelijken? Motivationele oriëntatie bij sociale vergelijking: Wanneer, waarom en met wie vergelijken? Motivational orientation in social comparison: When, Why en with whom to compare? Dirk J. van Os eerste begeleider:

Nadere informatie

De Invloed van Familie op

De Invloed van Familie op De Invloed van Familie op Depressie- en Angstklachten van Verpleeghuisbewoners met Dementie The Influence of Family on Depression and Anxiety of Nursing Home Residents with Dementia Elina Hoogendoorn Eerste

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

De Invloed van Kenmerken van ADHD op de Theory of Mind: een Onderzoek bij Kinderen uit de Algemene Bevolking

De Invloed van Kenmerken van ADHD op de Theory of Mind: een Onderzoek bij Kinderen uit de Algemene Bevolking Kenmerken van ADHD en de Theory of Mind 1 De Invloed van Kenmerken van ADHD op de Theory of Mind: een Onderzoek bij Kinderen uit de Algemene Bevolking The Influence of Characteristics of ADHD on Theory

Nadere informatie

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij patiënten met type 2 diabetes? A. Huidige richtlijn CVRM is achterhaald

Nadere informatie

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn Chapter 4 Understanding Families In this chapter, you will learn Topic 4-1 What Is a Family? In this topic, you will learn about the factors that make the family such an important unit, as well as Roles

Nadere informatie

Back to lipids lange termijn effecten van sta6nes

Back to lipids lange termijn effecten van sta6nes Back to lipids lange termijn effecten van sta6nes Prof Dr Johan De Su.er Universiteit Gent AZ Maria Middelares Gent Sta:ne gebruikers in België : 2005-2015 CM rapport 2015 ZIV uitgaven voor sta:nes: 2005-2015

Nadere informatie

Stoppen-met-roken Begeleiding door Cardiologie Verpleegkundigen: Intentie, Gedrag en Determinanten

Stoppen-met-roken Begeleiding door Cardiologie Verpleegkundigen: Intentie, Gedrag en Determinanten Stoppen-met-roken Begeleiding door Cardiologie Verpleegkundigen: Intentie, Gedrag en Determinanten Smoking Cessation Guidance by Cardiac Nurses: Intention, Behavior and Determining Factors Jan van Riet

Nadere informatie

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden van Sporten en de Invloed van Egodepletie, Gewoonte en Geslacht The Role of Selfregulation, Motivation and Self-efficacy

Nadere informatie

Is de behandeling van lage rugklachten door middel van tractie evidence based? Dr Peter Verspeelt Fysische geneeskunde en revalidatie 24 oktober 2015

Is de behandeling van lage rugklachten door middel van tractie evidence based? Dr Peter Verspeelt Fysische geneeskunde en revalidatie 24 oktober 2015 Is de behandeling van lage rugklachten door middel van tractie evidence based? Dr Peter Verspeelt Fysische geneeskunde en revalidatie 24 oktober 2015 Wat is de invloed van tractie op een lumbale

Nadere informatie