ANTON DE KOM UNIVERSITEIT VAN SURINAME Faculteit der Maatschappij Wetenschappen Studierichting Rechten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ANTON DE KOM UNIVERSITEIT VAN SURINAME Faculteit der Maatschappij Wetenschappen Studierichting Rechten"

Transcriptie

1 ANTON DE KOM UNIVERSITEIT VAN SURINAME Faculteit der Maatschappij Wetenschappen Studierichting Rechten MILIEURECHTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN ONDERNEMINGEN IN DE BAUXIETSECTOR Thesis ter verkrijging van de graad van Bachelor of Laws (LL.B) Serena Nikita Essed Begeleider: mr. C. Wallerlei Co, begeleider: mr. M.G.A. Vos Paramaribo, oktober 2012

2 Inhoudsopgave Lijst van afkortingen Voorwoord Inleiding iii iv v 1. Milieuschade en het belang van bescherming Van het milieu Inleiding Het milieu Regelingen ter bescherming van het milieu Wettelijke bepalingen Agenda 21 en de Verklaring van Rio de Janeiro Het Bauxiet Instituut Suriname Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname Milieueffectenrapportage Milieuschade Rehabilitatie Wettelijke milieuaansprakelijkheid van Bauxietondernemingen Inleiding Artikel 1386 BW: onrechtmatige daad Vereisten onrechtmatige daad Beroep op de onrechtmatige daad 16 ii

3 2.2.3 Milieuschade en onrechtmatige daad De Mijnbouwwet Concept milieuwet Milieurechtelijke aansprakelijkheid krachtens de Brokopondo Overeenkomst Inleiding De Brokopondo Overeenkomst De ALCOA standaarden Closure en Rehabilitatieactiviteiten in de Accaribomijn De vergunningsvoorwaarden van de Suralco Conclusies en Aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen 45 Bronvermelding 47 iii

4 Lijst van Afkortingen ALCOA BHP B.I.S. BW CI-Suriname GMD M.E.R. MIT NBW NIMOS NMR Stinasu SBxM Suralco V.N. WO II Aluminium Company of America BHP Billiton Bauxiet Instituut Suriname Burgerlijk Wetboek Conservation International Suriname Geologische Mijnbouwkundige dienst Milieu Effecten Rapportage System Dynamic Group of the Massachusetts Institute of Technology Nieuw Burgerlijk Wetboek Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname De Nationale Milieu Raad Stichting Natuurbehoud Suriname Surinaamse Bauxiet Maatschappij N.V. Suriname Aluminum Company Verenigde Naties De Tweede Wereldoorlog iv

5 Voorwoord Voor het afronden van de rechtenstudie (bachelor fase) aan de Anton de Kom Universiteit van Suriname, is het vereist dat de studenten een thesis moeten schrijven. Ik heb gekozen voor een onderwerp op het gebied van het Milieurecht. Deze bewuste keuze heb ik gemaakt vanwege mijn liefde voor de natuur. Wanneer ondernemingen bauxiet exploiteren is er een aannemelijke kans dat er blijvende schade aan het milieu wordt aangebracht. Om die reden acht ik het van groot belang dat er adequate wetgeving dient te zijn die ondernemingen aansprakelijk stelt voor schade die zij (kunnen) aanrichten aan het milieu. Ik draag deze thesis op aan mijn ouders, mijn oma, groottante Millie, tante Naomi en overige familieleden die mij vanaf de peutertijd het belang van studeren hebben bijgebracht. Ze hebben mij altijd ondersteund door mijn studiefase heen en dat ik nu een LLB graad kan behalen, is dankzij hen. Voorts dank ik mijn vriendinnen en medestudenten Janice Pengel, Maureen Palmtak en Nicole Simson voor de ondersteuning die ze mij hebben gegeven gedurende deze studie. Ik ben mr. M.G.A. Vos zeer erkentelijk voor alle tijd en moeite die ze heeft genomen om het beste uit mij te halen en mij in deze te begeleiden. Tevens bedank ik mr. C. Wallerlei Serena Nikita Essed Paramaribo, oktober 2012 v

6 Inleiding De mens leeft in een wereld waarbij haar voortbestaan afhangt van de kwaliteit van het milieu, ook wel de milieukwaliteit genoemd. Het is bekend dat het milieu in de wereld door menselijke handelingen drastische verandering ondergaat. De gevolgen van deze achteruitgang c.q. verontreiniging van het milieu zijn wereldwijd al lang te merken. Dat er gebieden in ons binnenland zijn die dusdanig zijn vervuild, als gevolg waarvan mensen ziek kunnen worden, is geen geheim. Landen die al te kampen hebben gehad met de gevolgen van drastische verandering van het milieu weten al te goed dat herstel van schade als gevolg hiervan in de miljarden kan oplopen. Indien er geen actie wordt ondernomen om de milieukwaliteit te waarborgen, zullen de generaties die na ons komen onder erbarmelijke omstandigheden leven. Het is daarom noodzakelijk dat elk land, dus ook Suriname, actie onderneemt om een kwalitatief milieu te behouden. Ter bescherming van het milieu is het van belang dat bedrijven die zich bezig houden met de exploratie en/of exploitatie van de natuurlijke hulpbronnen, waaronder bauxiet, alle voorschriften in acht nemen. Deze voorschriften zijn allereerst terug te vinden in de wet, daarnaast in de overeenkomst gesloten tussen partijen en/of de vergunningsvoorschriften. De voorschriften behoren richtlijnen, geboden of verboden te bevatten waaraan de bedrijven zich dienen te houden en op grond waarvan zij aansprakelijk zijn bij het veroorzaken van schade aan het milieu en/of derden. Bij schade aan het milieu gaat het om twee zaken, schade aan het milieu (de niet in eigendom aan derden toebehorende grond) en schade aan derden of belanghebbenden. Dit onderscheid is belangrijk, omdat derden zich niet zonder meer kunnen beroepen op de aansprakelijkheid van het milieu nu deze hen niet in eigendom toebehoort 1. Wanneer een onderneming schade heeft aangericht aan het milieu dient nog te worden onderzocht wie een beroep kan doen op het aansprakelijk stellen van de onderneming. 1 P.A Kottenhagen-Edzes en P. Klik, milieu praktijkboek, p. FI-89 vi

7 In de (internationale) Verklaring van Rio de Janeiro, die Suriname mede heeft ondertekend, is de aansprakelijkheid geregeld van zij die schade aanrichten aan het milieu en/of derden. Deze verklaring is een beknopte tekst welke bestaat uit 27 beginselen die de bouwstenen zijn voor nationale en internationale beleidsformulering rond leefmilieu en duurzame ontwikkeling. Ingevolge beginsel 13 van voornoemde verklaring is Suriname verplicht adequate wetgeving te hebben betreffende aansprakelijkheid en schadevergoeding voor slachtoffers van verontreiniging en andere schade aan het milieu. Volgens de Surinaamse wetgeving zijn ondernemingen in de mijnbouwsector ex artikel 1386 BW (lex generalis) altijd aansprakelijk voor de door hen aangebrachte schade. Dit artikel kan als kapstokartikel worden beschouwd. Naast de lex generalis, is er ook lex specialis, namelijk de Mijnbouwwet. In de artikelen 48 en 49 van de Mijnbouwwet is eveneens de aansprakelijkheid van deze ondernemingen en/of houders van een mijnbouwrecht geregeld. Aangezien de aansprakelijkheid van ondernemingen in de mijnbouwsector in het algemeen te ruim omvatten is, zal ik mij in onderhavige thesis beperken tot de aansprakelijkheid van ondernemingen in de bauxietsector, in het bijzonder de Suralco als enige multinational. In dit kader zal ook de Brokopondo Overeenkomst (de bauxietovereenkomst) nader aan beschouwing worden onderworpen, met name omtrent de regelingen handelende over de aansprakelijkheid. In de bauxietovereenkomsten kunnen partijen de (wettelijke) aansprakelijkheid namelijk nog verruimen of beperken. Bij mij rijst evenwel de vraag of de huidige regelgeving in de wet en de vigerende overeenkomst afdoende voorschriften bevat om bauxietondernemingen aansprakelijk te stellen voor schade die zij aanrichten aan het milieu en/of derden. Op grond van het bovenstaande kom ik tot de volgende probleemstelling: Is de huidige regelgeving afdoende om ondernemingen in de bauxietsector aansprakelijk te stellen voor schade die zij aanrichten aan het milieu en als gevolg daarvan mede aan derden? vii

8 Naar aanleiding van deze probleemstelling kunnen de volgende subvragen worden gesteld: 1. Wat is het belang van het milieu voor de mens? 2. Hoe is de aansprakelijkheid van bauxietondernemingen in de wet geregeld bij schade aan het milieu en als gevolg daarvan aan derden? 3. Hoe is de aansprakelijkheid van de Suralco in de Brokopondo Overeenkomst geregeld bij schade aan het milieu en/of derden? De werkwijze welke gehanteerd zal worden bij dit onderzoek is: literatuur en/of documentenonderzoek interviews De opbouw van deze scriptie is als volgt: Hoofdstuk 1 In dit hoofdstuk wordt een algemeen beeld gegeven over het belang van het milieu voor de mens en de (noodzakelijke) bescherming daarvan voor de mensheid. Voorts zal het begrip milieuschade en rehabilitatie nader worden bekeken. Hoofdstuk 2 In dit hoofdstuk wordt onderzocht welke milieurechtelijke regelgeving de huidige wetgeving bevat met betrekking tot aansprakelijkheid van bauxietondernemingen. Tevens zal worden nagegaan als de aansprakelijkheid afdoende waarborging biedt. Hoofdstuk 3 In dit hoofdstuk zal de aansprakelijkheidsregeling in de Brokopondo Overeenkomst worden bestudeerd en daarbij worden nagegaan als zulks afdoende waarborging biedt. Deze thesis zal worden afgesloten met conclusies en aanbevelingen. viii

9 Relevantie van het onderzoek: Het milieu is op diverse punten van eminent belang voor de overleving van de mensheid. Het behoeft daarom geen betoog dat bescherming van het milieu noodzakelijk is. Vanuit een economisch oogpunt is exploitatie van de natuurlijke hulpbronnen en dus van bauxiet eveneens van belang voor de ontwikkeling van land en volk. De exploitatie van bauxiet in de afgelopen jaren is ons over het algemeen zeker ten goede gekomen. Dit mag echter niet ten koste gaan van het milieu. Bescherming van het milieu kan preventief geschieden door middel van specifieke wetgeving. De bescherming kan eveneens indirect geschieden door goede aansprakelijkheidsregelgeving in de wet en de bauxietovereenkomst op te nemen. In hoeverre daarvan sprake is, is de vraag. Gezien mijn liefde voor de natuur (milieu) acht ik het belangrijk dit nader te onderzoeken. Met het onderzoek wil ik tevens een bijdrage leveren aan de discussie of de milieurechtelijke aansprakelijkheid afdoende is geregeld in de wet en de bauxietovereenkomst, en waarnodig zulks aanvulling en/of wijziging behoeft. ix

10 1. Milieuschade en het belang van bescherming van het milieu 1.1 Inleiding Door de jaren heen zijn er alarmerende berichten geweest over aanslagen op het milieu die moeilijk afwendbaar, en nog moeilijker omkeerbaar zijn. Hierdoor is wereldwijd de bezorgdheid over de kwaliteit van het milieu gegroeid. Zo kwam in 1968 een groep van ongeveer 60 vooraanstaande particulieren uit alle werelddelen te Rome bijeen om haar zorg uit te spreken over de toenemende bedreigingen voor het milieu. Deze zgn. Club van Rome nodigde in 1970 de MIT (System Dynamic Group of the Massachusetts Institute of Technology) 2 te Boston uit om een onderzoek te doen naar de trends en wisselwerkingen van een beperkt aantal factoren die de samenleving bedreigen. Onder leiding van prof. Dennis Meadows werd aan de hand van computerberekeningen aangetoond dat als de groeitrend in de wereldbevolking, de industrialisatie, de vervuiling, de voedselproductie en de uitputting van natuurlijke hulpbronnen onveranderd zou doorzetten, de grenzen op onze planeet binnen de komende honderd jaar bereikt zou worden. Het was volgens de Club van Rome mogelijk deze groeitrends te veranderen door onder andere adequate wetgeving 3. Met de verbetering van het economisch klimaat in de westerse industrielanden in de jaren tachtig nam het besef toe dat ingrijpende maatregelen nodig waren ter bescherming van het milieu. De economische opbloei droeg op twee manieren bij aan dit besef. Enerzijds schiep de verbeterde sociaaleconomische situatie ruimte voor opleving van de bezorgdheid over de milieuproblematiek, terwijl aan de andere kant de negatieve uitwerking van de toegenomen economische bedrijvigheid op de kwaliteit van het natuurlijk milieu meer manifest werd dan ooit. Het inzicht dat het ook om economische redenen gewenst was te streven naar herstel en/of 2 De MIT (Massachusetts Intstitute of Technology) is een universiteit in Massachusetts die gespecialiseerd is in natuurwetenschappen en technologie 3 F.P.C.L. Tonnaer, Het Nederlands milieurecht in ontwikkeling, p 10 1

11 behoud van de milieukwaliteit nam daardoor toe. 4 In mei 2006 heeft de toenmalige Amerikaanse presidentskandidaat Albert Arnold Gore jr., een onderzoek gedaan naar de gevolgen die klimaatsverandering met zich mee kan brengen. Hij heeft zijn onderzoek verfilmd in een documentaire, genaamd An Inconvienent Truth. In deze documentaire blijkt duidelijk dat indien er geen maatregelen worden getroffen om het milieu adequater te beschermen klimaatsverandering wereldwijd vele negatieve gevolgen met zich mee zullen brengen. Zo zullen onder andere landen die beneden de zeespiegel liggen, zoals Nederland, onderwater lopen door de stijgende zeespiegel, met als gevolg dat er honderdduizenden mensen als vluchteling zullen leven, veel diersoorten zullen uitsterven en in bepaalde gebieden grote hongersnood zal heersen door de droogte. Dus als politici geen actie ondernemen om middels wetgeving ervoor te zorgen dat het milieu beschermd wordt, zullen de generaties die na ons volgen ongetwijfeld met een ernstig milieuproblematiek te kampen krijgen. Om de milieukwaliteit in ons land te waarborgen is adequate wetgeving dus noodzakelijk. In dit kader zal er adequate regeling moeten zijn die ondernemingen verplicht om preventief het milieu te beschermen bij exploitatie, alsmede die de ondernemingen aansprakelijk stelt indien er toch schade aan het milieu is aangericht. Om te komen tot een goede aansprakelijkheidsregelgeving moet eerst duidelijk zijn wat het belang van het milieu is voor de mens. In dit kader zal in paragraaf 1.2 en paragraaf 1.3 uitleg worden gegeven over hoe de bescherming van het milieu in Suriname geschiedt. Voorts zal in paragraaf 1.4 aandacht worden besteed aan milieuschade. Tot slot zal in paragraaf 1.5 de rehabilitatie van uitgemijnde mijnen worden uitgewerkt. 1.2 Het milieu Het milieu is het geheel van de levende en niet-levende elementen van het milieu, op zichzelf en in onderlinge samenhang, te weten: water, bodem, lucht, mensen, dieren, planten, goederen en de relatie daartussen: ecosystemen, natuur en landschap. 5 4 F.P.C.L. Tonnaer, Het Nederlands milieurecht in ontwikkeling, p S. Brussucuur, Milieurecht, p. 8 2

12 Het milieu levert de mens dus de basis om te kunnen overleven. Vanuit een christelijk oogpunt is dit ook in overeenstemming met de bedoeling van de Schepper (God). Toen de Here de planten en de dieren schiep, heeft hij dit gedaan om de mens voedsel c.q. overlevingskansen te geven. In Genesis 1 vers 29 en 30 zegt de Here: Ik geef u al het zaaddragend gewas op de gehele aarde en al het geboomte, waaraan zaaddragende vruchten zijn; het zal u tot spijze dienen. Maar aan al het gedierten der aarde en al het gevogelte des hemels en al wat op de aarde kuipt, waarin leven is, (geef ik) al het groene kruid tot spijzen; en het was alzo. Hiermee maakt God duidelijk dat de bron van ons voedsel ligt in de planten en de dieren. Deze dienen door de mens beschermd te worden ter voorkoming van hongersnood etc. Los van de essentiële elementen voor ons bestaan zoals zuurstof en voedsel, levert het milieu ons tevens economische voordelen op en kunnen we genieten van haar schoonheid. De menselijke gedraging kan een positieve en een negatieve invloed uitoefenen op het milieu. Jammer genoeg is het laatste vaker het geval. De betekenis die het milieu voor de mens heeft, kan men aanduiden als de kwaliteit van het milieu. Deze milieukwaliteit heeft betrekking op de waarde van het milieu voor allerlei menselijke gebruiksvormen en op de eigen waarden van het milieu los van bepaalde gebruiksvormen. Kortom, het milieu is van essentieel belang voor de overleving van de mensheid. 1.3 Regelingen ter bescherming van het milieu Zoals reeds gebleken is, is het milieu essentieel voor het voortbestaan van de mens. Het is dus noodzakelijk het milieu adequaat te beschermen ter voorkoming dat het wordt aangetast. Exploitatie van onder andere bauxiet heeft nadelige gevolgen voor het milieu. Om dit te minderen, althans het milieu optimaal te beschermen,dat economisch ook belangrijk is voor het land, dienen er afdoende milieubeschermende regelingen te zijn. De milieubeschermende bepalingen zijn allereerst terug te vinden in de nationale wetgeving, ten tweede in (internationale) verdragen waar Suriname partij bij is en ten derde in de betreffende overeenkomsten met bauxietondernemingen c.q. concessiehouder. In hoeverre deze afdoende zijn, komt nader aan de orde. Er zijn overigens ook door of van overheidswege opgerichte instituten, waaronder het Bauxiet Instituut Suriname (BIS) en het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname (Nimos), die bijdragen aan de bescherming van het milieu. In de praktijk zijn er ook (ongeschreven) regels ontstaan die inmiddels niet weg te denken zijn. Zo is 3

13 het gebruikelijk dat voorgaande aan de exploitatie van bauxiet een milieueffectenrapportage (m.e.r.) wordt opgemaakt. Nu onderhavige thesis handelt over milieurechtelijke aansprakelijkheid na het hebben aangebracht van schade, zal in de volgende paragraaf de milieubeschermende regels in samenhang worden bekeken met de aansprakelijkheidsregelingen. Tevens zal aandacht worden besteed aan het BIS, het Nimos en de milieueffectenrapportage, daar zulks belangrijk is in het kader van bescherming van het milieu Wettelijke bepalingen Ter bescherming van het milieu zijn aansprakelijkheidsregelingen vereist. Aansprakelijkheid heeft naast het verantwoordelijk stellen van de veroorzaker van milieuschade ook een preventieve functie. Elke concessiehouder zal de nodige voorzichtigheid in acht moeten nemen ter voorkoming van schade aan het milieu. De algemene aansprakelijkheid, waar ook de milieurechtelijke aansprakelijkheid onder valt, is geregeld in artikel 1386 BW, beter bekend als de onrechtmatige daad (lex generalis). Dit artikel wordt als het kapstokartikel beschouwd. Verder is ook wel is de aansprakelijkheid in een specifieke wet (lex specialis) geregeld, en wel in de Mijnbouwwet. In hoofdstuk 2 zal uitvoerig op deze wettelijke bepalingen worden ingegaan Agenda 21 en Verklaring van Rio de Janeiro De verdragen met betrekking tot het milieu maken deel uit van het internationaal milieurecht 6. Dit gebied van het recht is voor een groot deel reactionair, wat betekent dat de bestaande regels of verdragen vaak reacties zijn op milieudreigingen of reeds geleden milieuschade. Voor onderhavige thesis zijn geen verdragen van toepassing, maar wel Agenda 21 en de Verklaring van Rio de Janeiro. 6 In het kader van het internationale milieurechtelijke verdragen kan worden gedacht aan de International Plant Protection (IPPC) en de International Tropical Timber Agreement (ITTA) 4

14 Een verklaring kan worden beschouwd als soft law het heeft dus geen verbintenisscheppende kracht voor de partijen, doch heeft het wel zekere juridische kracht. Een verklaring bevat richtlijnen op grond waarvan de wetgeving tot stand dient te worden gebracht. Er wordt dus van ondertekenden verwacht dat de richtlijnen terug zijn te vinden in de wetgeving. Agenda 21 en de Verklaring van Rio de Janeiro bevatten diverse beginselen die in dit kader belangrijk zijn. Beginselen zijn een reflectie van de groei die het internationale milieurecht heeft doorgemaakt en ze spelen hierbinnen een belangrijke rol 7. Beginselen zijn tevens opvattingen die in de gedachte leven van de justitiabelen die richting geven aan hun handelen, die de theoretische grondslag vormen voor de geldende rechtsregels en die door de praktische toepassing in een oneindig aantal gevallen kan zorgen voor een rechtvaardige beleving van het positieve recht. Ze geven het karakter van het internationale recht weer en kunnen een leidraad zijn binnen de internationale rechtspraak 8 In 1992 vond de VN Conferentie inzake Milieu en Ontwikkeling plaats te Rio de Janeiro, Brazilië. De beslissing van de Algemene Vergadering van de VN in 1989 om deze conferentie te organiseren was sterk geïnspireerd door het Brundtland rapport 9. Deze conferentie was een sleutelmoment voor een globaal beleid inzake het welzijn van de huidige en toekomstige generaties op economisch, ecologisch en sociaal gebied. Ze is het referentiepunt voor de verwijzing naar 'duurzame ontwikkeling' en wordt algemeen beschouwd als een mijlpaal voor een mondiale respons op de globale milieuproblematiek. De conferentie van Rio bereikte overeenstemming over onder andere twee sleutelteksten: Agenda 21 en de Verklaring van Rio Nimos, Internationaal milieurecht, p 5 8 Surinaams Juristenblad, mei 2012, Enkele aandachtspunten inzake duurzame ontwikkeling en recht, Judy M. de Graav, p Het Brundtlandrapport is in 1987 gepubliceerd door Gro Harlem Brundtland. Het rapport handelt over de politieke transformatie die nodig is om de naast elkaar bestaande vraagstukken van milieuachteruitgang en gebrek aan sociale en economische ontwikkeling gezamenlijk aan te pakken. Gehaald uit, SJB, mei 2012, aan de hand van een artikel van mr. Judy M. de Graav, p Surinaams Juristenblad, mei 2012, Enkele aandachtspunten inzake duurzame ontwikkeling en recht, Judy M. de Graav, p. 42 5

15 Agenda 21 Agenda 21 is een programma van de VN met betrekking tot duurzame ontwikkeling. Het is een uitvoerig actieplan, welke uit 4 secties bestaat dat globaal, nationaal en plaatselijk door organisaties van de VN, de overheden, en de belangrijkste organisaties op elk gebied waarbij de mensen het milieu beïnvloeden, moet worden nageleefd 11. De verklaring van Rio de Janeiro De Verklaring van Rio de Janeiro is een uitermate beknopte tekst die bestaat uit 27 principes, de zogenaamde 'Rio Principes'. Een aantal van deze principes zijn toonaangevende bouwstenen geworden voor zowel internationale, nationale en lokale beleidsformulering rond leefmilieu en duurzame ontwikkeling. Enkele belangrijke beginselen betreffende aansprakelijkheid zijn: BEGINSEL 4 Teneinde duurzame ontwikkeling te bereiken dient milieubescherming een integrerend bestanddeel van het ontwikkelingsproces te vormen en niet afzonderlijk daarvan te worden beschouwd. BEGINSEL 11 Staten dienen effectieve milieuwetgeving vast te stellen. Milieunormen en beheersdoelstellingen en -prioriteiten zouden een weerspiegeling moeten zijn van de milieu- en ontwikkelingscontext waarop zij van toepassing zijn. De normen die sommige landen toepassen kunnen voor andere landen, in het bijzonder ontwikkelingslanden, ongeschikt zijn en een ongerechtvaardigde economische en sociale belasting vormen. BEGINSEL 13 Staten dienen het nationale recht betreffende aansprakelijkheid en schadevergoeding voor slachtoffers van verontreiniging en andere schade aan het milieu te ontwikkelen. Staten dienen ook op ondernemende en meer vastberaden wijze samen te werken teneinde het

16 internationale recht betreffende aansprakelijkheid en schadevergoeding voor nadelige gevolgen tot stand te brengen. BEGINSEL 15 Teneinde het milieu te beschermen zullen staten naar hun vermogen op grote schaal de voorzorgsbenadering moeten toepassen. Daar waar ernstige of onomkeerbare schade dreigt, dient het ontbreken van volledige wetenschappelijke zekerheid niet als argument te worden gebruikt voor het uitstellen van kosteneffectieve maatregelen om milieuaantasting te voorkomen. Aangezien deze beginselen richtlijnen bieden, zou de Surinaamse milieuwetgeving dus de navolgende regelingen kunnen bevatten: - effectieve milieuwetgeving waarin er duidelijke milieunormen zijn gesteld; - regelingen ter bescherming van het milieu; - afdoende aansprakelijkheidsregelingen. Een ander belangrijk beginsel in het internationaal milieurecht is het beginsel van de vervuiler betaalt. Dit beginsel is simpel en logisch. Degene die het milieu heeft vervuild of dreigt te vervuilen moet de kosten die gepaard gaan met de opschoning voor zijn rekening nemen. 12 Op grond van deze verklaring zou Suriname adequate milieurechtelijke aansprakelijkheidswetgeving moeten hebben om ondernemingen onder andere de bauxietondernemingen aansprakelijk te stellen voor schade welke ze hebben aangericht of aanrichten aan het milieu. In hoeverre daarvan afdoende sprake is, komt in de volgende hoofdstukken aan de orde. 12 Memorie van toelichting concept milieuwet 7

17 Het Bauxiet Instituut Suriname Op 17 februari 1981 is het decreet ter instelling van het Bauxiet Instituut Suriname (BIS) inwerking getreden 13. Ingevolge artikel 3 van dit decreet heeft het instituut onder andere tot doel: het kennen en begrijpen van het totale gebeuren van de bauxietindustrie, zowel in als buiten Suriname; het voorbereiden van het bauxietbeleid ten behoeve van de regering; het verlenen van medewerking bij het uitvoeren van het bauxietbeleid van de regering, uitgezonderd de daadwerkelijke deelname aan exploratie en exploitatie; het zelfstandig uitoefenen van controle op de activiteiten van de bauxietindustrie. Ingevolge artikel 4 van voormeld decreet heeft het BIS onder andere tot taak: het verzamelen en verwerken van data die betrekking hebben op het gebeuren in en rond de bauxietindustrie; het coördineren van alle van overheidswege te verrichten activiteiten met betrekking tot bauxiet en zijn derivaten; het optreden als coördinatieorgaan met betrekking tot de uitvoering van wetten welke op de bauxietindustrie betrekking hebben; het uitoefenen van controle op de naleving van alle wettelijke regelingen en overeenkomsten op het gebied van de bauxietindustrie, met uitzondering van regelingen en overeenkomsten met betrekking tot de volksgezondheid en arbeid. In een persoonlijk gesprek met medewerkers van het BIS werd mij verteld dat het instituut een nauwe samenwerking heeft met de bauxietondernemingen. De ondernemingen zijn verplicht tijdig te rapporteren aan het instituut. Aan de hand van deze rapportages, bezoeken aan de raffinaderijen en andere data concluderen zij of het beleid van de ondernemingen al dan niet schade zal kunnen toebrengen aan het milieu en/of derden. Tot zover is er nog geen geschil geweest tussen een bauxietonderneming en de Staat betreffende aansprakelijkheid voor schade die ze hebben verricht aan het milieu. 13 Decreet E-9 van 17 februari 1981, houdende de instelling van het Bauxiet Instituut Suriname 8

18 1.3.4 Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname In het kader van de bescherming van het milieu kan het Nimos niet worden uitgesloten. Het Nimos is een overheidsstichting die is opgericht in 1998 als technische werkarm van de Nationale Milieu Raad (NMR). Dit om als oplossing te dienen voor de negatieve ontwikkeling van het milieu. De NMR heeft onder andere als taak het adviseren van de regering over het milieubeleid en het uitoefenen van de controle van dat beleid. De taken van het Nimos zijn onder andere het bewerkstelligen van nationale milieuwetgeving in de ruimste zin des woords, het voorbereiden en verwezenlijken van regelingen inzake bescherming van het milieu en de coördinatie en controle op de naleving daarvan. Zij heeft echter geen wettelijke bevoegdheden om te controleren als ondernemingen in strijd handelen met de wet en/of de wet te handhaven. Indien ondernemingen in de bauxietsector schade mochten aanrichten aan het milieu, heeft zij ook geen wettelijke bevoegdheid de onderneming aansprakelijk te stellen voor die schade. 14 Het Nimos is door de jaren heen uitgegroeid tot meer dan alleen een technisch werkarm van de NMR. Als een bauxietondernemingen bijvoorbeeld een vergunning aanvraagt, zou het Nimos adviezen kunnen geven aan desbetreffende ministerie om de vergunning al dan niet te verlenen. Er is in 2002 een concept Milieuwet en concept Milieu Autoriteit ingediend door het Nimos welke nog niet door de Nationale Assemblee is behandeld. Ingevolge de conceptwet Milieu Autoriteit zal Nimos worden getransformeerd in de Milieu Autoriteit en tevens nieuwe bevoegdheden krijgen. Ingevolge artikel 3 van voornoemde conceptwet zal de Milieu Autoriteit onder andere als doel hebben het uitoefenen van het algemeen toezicht op de naleving van de concept Milieuwet. De Milieu Autoriteit zal het voornaamste instrument zijn bij de uitvoering van het milieubeleid Conceptwet Milieu Autoriteit 9

19 1.3.5 Milieueffectenrapportage Nu deze paragraaf handelt over de bescherming van het milieu dient de m.e.r. ook aan een bespreking te worden onderworpen. Het m.e.r. is een instrument dat tot doel heeft het verhogen van de kwaliteit van voor het milieu belangrijke te nemen besluiten. Het m.e.r. is erop gericht het belang van het milieu een volwaardige plaats in de overheidsbesluitvorming te geven. Dat kan alleen indien voldoende inzicht bestaat in de milieueffecten van activiteiten die belangrijke gevolgen voor het milieu kunnen hebben. Door de m.e.r. wordt ervoor gezorgd dat er voldoende informatie aanwezig is die een samenhangend beeld biedt van een voorgenomen activiteit 16. In Suriname is de m.e.r. niet in de wet geregeld, terwijl in Nederland bijvoorbeeld de m.e.r. uitvoerig in hoofdstuk 7 van wet Milieubeheer is vervat. In het persoonlijk gesprek met het BIS is mij tevens voorgehouden dat alhoewel het maken van een m.e.r in Suriname geen wettelijke verplichting is, is het wel de gewoonte van ondernemingen en instituten, zoals het Nimos en het BIS, om alvorens over te gaan tot exploitatie een m.e.r. te vorderen. Het Nimos heeft bijvoorbeeld Guidelines, op grond waarvan de onderneming een milieustudie moet uitvoeren, alvorens de Staat overgaat tot het verlenen van de concessie. In deze Guidelines is tevens aangegeven hoe de milieustudie moet worden opgebouwd. Het maken van een rehabilitatieplan is tevens onderdeel van deze studie. 1.4 Milieuschade Onderhavige thesis handelt voornamelijk over de milieurechtelijke aansprakelijkheid van ondernemingen in de bauxietsector die schade aan het milieu kunnen of hebben veroorzaakt. In dit kader is het van belang het begrip milieuschade te omschrijven. Dit is eenvoudig gezegd de schade die veroorzaakt is door aantasting van het milieu. De milieuaantasting kan vervolgens worden gedefinieerd als elk menselijk handelen dat vermindering van de kwaliteit van het milieu ten gevolge heeft. Binnen het begrip milieuschade worden twee groepen van schade onderscheiden, te weten: 16 C.W. Backes, Milieuprivaatrecht, p

20 schade aan het milieu schade die is ontstaan via het milieu 17 In veel gevallen zal milieuaantasting beide vormen van milieuschade tot gevolg hebben. De eerste groep kan worden omschreven als het (negatieve) resultaat van milieuaantasting zoals omschreven oftewel de daardoor ontstane kwaliteitsvermindering. Dit is de schade die de mens rechtstreeks toebrengt aan het milieu. Bijvoorbeeld wanneer goudzoekers kwik in water doen komen voor goudwinning wordt het water aldaar rechtsreeks vervuild door die menselijke handeling. Bij de tweede categorie heeft het milieu slechts als intermediair gefungeerd bij het toebrengen van schade aan (rechts) personen en vermogens. Bijvoorbeeld de ernstige bosbranden in de Staat Colorado, De Verenigde Staten van Amerika, van juli 2012 kunnen het gevolg zijn geweest van de verhoogde klimaatstemperaturen (global warming), welke een consequentie kan zijn van te veel uitlaatgassen van voertuigen en fabrieken wereldwijd. In dit geval is de mens de persoon die als eerst de veroorzaker is van de bosbranden, maar er zijn zoveel verschillende menselijke milieuaantastingen voorafgegaan aan de bosbranden dat het haast onmogelijk is om dit te benaderen van een punt dat de mens voor de bosbranden heeft gezorgd. Het milieu heeft hier in principe de schade veroorzaakt als gevolg waarvan vele mensen dakloos zijn geworden en er grote schade is opgelopen. Dus ten gevolge van milieuaantasting is schade toegebracht aan personen of vermogens 18. Er is reeds geconstateerd dat een kwalitatief goed milieu van eminent belang is voor de overleving van de mensheid. De bescherming van het milieu dient derhalve dusdanig te zijn dat er onder andere middels aansprakelijkheidsregelingen erop wordt toegezien dat er geen zodanige schade aan het milieu wordt toegebracht dat het verstoring hiervan tot gevolg heeft. Het aansprakelijk stellen van bauxietondernemingen houdt in principe ook bescherming van het milieu in. Als men van tevoren weet dat als ze schade toebrengen aan het milieu en/of derden ze daarvoor onverkort aansprakelijk zullen worden gesteld, zullen zij eerder geneigd zijn de nodige zorgvuldigheid in acht te nemen ter bescherming van het milieu. Indien men toch het milieu 17 R.J. van Acht, Milieuprivaatrecht, p Idem, p 27 11

21 vervuilt, dient er dus adequate milieurechtelijke aansprakelijkheidsregelgeving te zijn om hen aansprakelijk te stellen voor de schade. De aansprakelijkheid vervult dus ook een preventieve functie. Ondanks de wetenschap dat een kwalitatief milieu belangrijk is om te kunnen voorzien in ons dagelijks levensonderhoud heerst er heden ten dage een grote milieuproblematiek. Deze milieuproblematiek wordt gedefinieerd als de achteruitgang van de milieukwaliteit. De milieuproblematiek heeft dus betrekking op de verstoring van de mensmilieu relatie. Omdat het begrip milieukwaliteit verschillende waarden van het milieu in zich bergt, kan de milieuproblematiek zich in verschillende vormen voordoen 19. De voornaamste zijn: verontreiniging uitputting aantasting 20 De mens verstoort de natuur veelal met de bedoeling zijn overlevingskansen te vergroten. De milieuproblematiek bestaat tegenwoordig vooral uit het dilemma tussen economische en ecologische belangen. Aan de ene kant moet de mens om te kunnen voorzien in haar levensonderhoud delfstoffen exploiteren, terwijl aan de andere kant het belangrijk is om hetzelfde milieu te behouden en te beschermen ter voorkoming dat het milieu dusdanig wordt aangetast dat er geen economische voordelen uit kunnen worden gehaald. Indien het milieu dusdanig wordt aangetast, kan het de overlevingskansen van de mens heel erg verkleinen. Er kan bijvoorbeeld een voedseltekort ontstaan, water- en luchtvervuiling die weer kan leiden tot ziekten (huidkanker door UV stralen) etc. 21 Volgens Backes 22 is het aan de wetgevers om er zorg voor te dragen dat economische voordelen worden gehaald uit het milieu, maar dat er tegelijkertijd beschermende maatregelen worden getroffen tegen aantasting van het milieu. 19 S. Brussucuur, Milieurecht, p 2, 20 Idem, p 3 21 Idem p 4 22 C.W. Backes Milieurect, p 5 12

22 1.5 Rehabilitatie Wanneer een bauxietonderneming zich vestigt in ons land is een belangrijke vraag die gesteld moet worden: in welke situatie zal het milieu verkeren wanneer de bauxietactiviteiten van de onderneming zijn beëindigd? Als bauxietondernemingen hun exploitatie hebben beëindigd, is het ontzettend belangrijk dat dergelijke ondernemingen het milieu herstellen. Dit herstel wordt rehabilitatie genoemd. Het is verwachtbaar dat er niet tot in lengte der dagen bauxiet zal zijn in mijnen die nu worden geëxploiteerd. Wanneer het zover is dat de bauxietactiviteiten worden stopgezet, is het noodzakelijk voor het behoud van een goede milieukwaliteit dat de mijn wordt gerehabiliteerd door die onderneming. Om de rehabilitatie af te dwingen, is het belangrijk dat er wetgeving is die ondernemingen aansprakelijk stelt om de mijnen te rehabiliteren, echter ontbreekt wetgeving hieromtrent in Suriname. In hoofdstuk 2 zal nader hierop worden ingegaan. 13

23 2. Wettelijke milieuaansprakelijkheid van bauxietondernemingen 2.1 Inleiding In hoofdstuk 1 is onder andere gebleken dat het milieu essentieel is voor het voortbestaan van de mens en op grond hiervan dient het milieu goed beschermd te worden. Ter voorkoming dat schade door bauxietondernemingen aan het milieu wordt aangericht, dienen er milieubeschermende rechtsregels c.q. wetten te zijn. Voor verdere bescherming kunnen in de bauxietovereenkomst ook milieubeschermende bepalingen worden opgenomen. Als er toch schade aan het milieu wordt aangericht, komt de aansprakelijkheid in beeld, hetgeen zoals reeds is gebleken ook een preventieve functie vervult. Een bauxietonderneming kan aansprakelijk worden gesteld op grond van de wet en/of de overeenkomst. In dit hoofdstuk zal nader worden ingegaan op aansprakelijkheid voortvloeiende uit de wet. Wanneer het vraagstuk van de aansprakelijkheid aan de orde komt, wordt allereerst gedacht aan artikel 1386 BW (onrechtmatige daad) als te zijn het kapstokartikel. De specifieke milieurechtelijke aansprakelijkheid in de bauxietsector is geregeld in de Mijnbouwwet. In dit hoofdstuk zal nader worden ingegaan op de wettelijke milieurechtelijke aansprakelijkheid en in hoofdstuk 3 milieurechtelijke aansprakelijkheid uit hoofde van de bauxietovereenkomst. Bij de bespreking van de aansprakelijkheid zal tevens worden getoetst als de huidige wet afdoende regelingen bevat om bauxietondernemingen aansprakelijk te stellen voor schade welke zij aan het milieu (mochten) aanrichten. Bij de toetsing is het tevens interessant om na te gaan in hoeverre de beginselen van de Verklaring van Rio de Janeiro zijn geïmplementeerd in de nationale wetgeving. 2.2 Artikel 1386 BW: onrechtmatige daad Vereisten onrechtmatige daad Voor het doen slagen van een onrechtmatige daadsactie zijn er enkele vereisten, deze zijn: 1. onrechtmatig handelen 2. toerekenbaarheid van het onrechtmatig handelen (schuld) 3. causaal verband tussen de schade en de onrechtmatige handeling 14

24 4. relativiteit 23 Ad 1. Volgens het bekend arrest van HR 31 januari 1919, NJ 1919, 161 (Lindenbaum-Cohen) wordt elke handeling die een inbreuk maakt op eens anders recht, een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of de goede zeden en een doen of nalaten in strijd met de zorgvuldigheid welke het maatschappelijk verkeer betaamt als een onrechtmatige handeling gekwalificeerd. Ad 2. Een onrechtmatige handeling kan iemand worden toegerekend op grond van schuld en de geldende verkeersopvattingen. Ten aanzien van de schuld kan worden aangegeven dat het subjectief moet worden opgevat. Het gaat om beantwoording van de vraag als de dader schuld heeft in de zin dat hij moreel en psychisch verantwoordelijk kan worden gesteld voor zijn daad. Ten aanzien van de toerekening op grond van de geldende verkeersopvattingen kan als voorbeeld worden aangehaald de situatie waarbij (rechts) personen (beginnende artsen, automobilisten) door onervarenheid fouten maken. Fouten die men hen gezien de omstandigheden wellicht niet kan verwijten, maar die echter wel volgens de in het verkeer geldende opvattingen voor hun rekening dienen te komen. 24 Ad 3. Voor de aansprakelijkheid op grond van onrechtmatige daad is tevens vereist dat er een causaal verband dient te bestaan tussen het handelen waarop de aansprakelijkheid is gebaseerd en de daardoor veroorzaakte schade. Hoewel beide aspecten in de praktijk vaak niet worden onderscheiden, valt het causaal verband in theorie uiteen in een tweetal onderdelen: het feitelijk causaal verband en het juridisch causaal verband. Bij het feitelijk causaal verband gaat het erom vast te stellen of een schade ook werkelijk een gevolg is van een bepaalde schade-oorzaak. In het kader van de beoordeling van het juridisch causaal verband moet de vraag worden beantwoord of gegeven een feitelijke relatie 23 P.A. Kottenhagen-Edzes en Klik, milieu praktijkboek, F Idem p F

25 tussen handelen en schade een verplichting tot vergoeding van de schade rust op de schadeveroorzaker. 25 Ad 4. Het relativiteitsvereiste houdt in dat men zich alleen op de schending van een norm kan beroepen wanneer de norm beoogt de belangen waarin men werd geschaad te beschermen Beroep op de onrechtmatige daad Zoals is gebleken kan er altijd een beroep worden gedaan op de onrechtmatige daad ex artikel 1386 BW (kapstokartikel) als een bauxietonderneming schade toebrengt aan derden of het milieu. Onder derden dient te worden verstaan: - de belanghebbenden, als het gaat om schade aan (rechts) personen - de Staat of milieuorganisaties, als het gaat om schade aan het milieu 27 Over het algemeen worden milieuorganisaties bij milieuvervuiling niet als direct belanghebbenden worden beschouwd. Om deze reden is het dan ongebruikelijk dat zij een beroep doen op de aansprakelijkheid van de schadeveroorzaker. Volgens de rechtspraak kunnen milieuorganisaties in enkele gevallen een beroep doen op de aansprakelijk. Dit heeft de Rechtbank Rotterdam in het arrest de dato 15 maart 1991, NJ 1992, 91 uitgemaakt. Dit arrest staat bekend als de Borcea-procedure. In deze zaak had de Roemeense Staat via haar staatsrederij (eigenaar van het olielozende vrachtschip Borcea) in het jaar1988 naar schatting 350 ton stookolie geloosd in de Zeeuwse en Zuid-Hollandse wateren en kust. Door deze lozing van stookolie zijn de wateren en de kust vervuild en zijn ten gevolge hiervan tienduizenden zeevogels te zee en aan de kust gedood. De Staat der Nederlanden en de milieuorganisatie De Vogelbescherming 28 hebben alles in hun vermogen gedaan om de stookolie op te ruimen, voor herstel van het milieu, 25 P.A. Kottenhagen-Edzes en P. Klik, milieu praktijkboek, p.f Idem, p F Idem, p FI De Vogelbescherming is een organisatie die ten doel heeft het beschermen van vogels. 16

26 zodat in deze wateren en kust zeevogels weer veilig konden leven. De Staat der Nederlanden en De Vogelbescherming vorderde van De Roemeense Staat veroordeling van de door hun gemaakte opruimingskosten. Ten aanzien van de vraag of De Vogelbescherming bevoegd was om de Roemeense Staat aansprakelijk te stellen voor de door haar gemaakte opruimingskosten en dus de geleden schade te vergoeden, heeft de Rechtbank het volgende overwogen: Ook al zijn zeevogels niet gebonden aan een bepaald land en kunnen zij niet als eigendom worden beschouwd van wie dan ook, toch moet hun behoud en bescherming naar de huidige maatschappelijke opvatting worden beschouwd als een algemeen belang dat in Nederland bescherming verdient. Gelet op de doelstelling van eiseres en de activiteiten die zij (...) ter verwezenlijking daarvan al gedurende 90 jaar heeft ontplooid, moet dat algemeen belang ook als eigen belang van de Vogelbescherming worden gezien en kan zij bij aantasting daarvan niet alleen worden ontvangen in een vordering tot stopzetting van de aantasting, maar ook in een vordering tot vergoeding van de schade die zij heeft geleden bij het beperken van de gevolgen van die aantasting. 29 Nu is gebleken wie een beroep op de onrechtmatige daad kan doen, rijst de vraag: levert elke milieuschade een onrechtmatige daad op? In het onderstaande wordt zal deze vraag middels jurisprudentie worden beantwoord Milieuschade en onrechtmatige daad. Slachtoffers van milieuschade, vooral in de internationale sfeer, hebben vaak een geslaagd beroep gedaan op de onrechtmatige daad. De jurisprudentie wijst echter uit dat de vervuiling van milieuschade op zich niet afdoende is om de schadeveroorzaker aansprakelijk te stellen, doch rust de grondslag voor de aansprakelijkheid vaak op het onzorgvuldig handelen of de voorzienbaarheid. Een tweetal voorbeelden hiervan zijn de arresten van de Hoge Raad van 23 september 1988, NJ 1989, 743 en van 14 april 1989, NJ 1990, P.A. Kottenhagen-Edzes en P. Klik, milieu praktijkboek, p FI-89 17

27 Volgens het arrest van de Hoge Raad van 23 september 1988, NJ 1989, 743 hebben kwekers van gewassen, die sinds 1933 een kwekersbedrijf uit oefenen te Nieuwekerk aan den IJssel, Wateringen en Naaldwijk op grond van de onrechtmatige daad een schadevergoedingsvordering ingesteld tegen Mines de Potasse d Alsace MDPA, een vennootschap handelende in de mijnbouwsector. De kwekers waren voor het besproeien van de door hun gekweekte gewassen in beginsel aangewezen op boezemwater 30. MPDA loost vanaf 1933 via een leidingnet, dat van diverse door haar geëxploiteerde mijnen in de Elzas naar het Grand Canal d Alsace leidt, afvalzouten, die uiteindelijk in de Rijn terecht komt. Door de zoutlozingen van MDPA, die via de Rijn het boezemwater bereiken, is het zoutgehalte van het water verhoogd. Door het toegenomen zoutgehalte is er een opbrengst en kwaliteitsvermindering ontstaan van de door de kwekers geteelde gewassen. De kwekers vorderden dat voor recht wordt verklaard dat de lozing van de afvalzouten in de Rijn door de MDPA ten opzichte van hen onrechtmatig geschiedde, alsmede dat de door hen vanaf 1974 geleden en nog te lijden schade werd vergoed. De HR achtte de zoutlozingen in de Rijn door MDPA onrechtmatig, omdat ze niet zorgvuldig zijn omgegaan met de belangen van de kwekers. Immers hebben ze niet afdoende rekening gehouden met de gevolgen welke de zoutlozing zou hebben voor de kwekers. MDPA werd dus niet reeds aansprakelijk gesteld op grond van het enkele feit dat deze schade is ontstaan door hun zoutlozing. De schadeplicht ontstond pas door het onzorgvuldig handelen, het niet in acht nemen van de belangen van de kwekers en de voorzienbaarheid van de schade De Hoge Raad zette deze rechtsregel voort in de zaak van 14 april 1989, NJ 1990, 702. In deze zaak van de Staat der Nederlanden contra Beckiser looste Beckiser als eigenares van een fabriek, die reeds geruime tijd fosfaathoudende meststoffen produceert, jaarlijks een hoeveelheid afvalgips in de aan de Staat in eigendom toebehorende kreek, de Nieuwe Waterweg genaamd. Het afvalgips is aan te merken als een niet zuurstofbindende stof. De Staat vorderde een verbod van Beckiser tot het lozen of doen lozen van deze gevaarlijke in de Nieuwe Waterweg. In casu legde de Hoge Raad de zaak zo uit dat Beckiser had moeten voorzien dat het storten van het afvalwater bodemverontreiniging zou veroorzaken. Om deze reden kwalificeerde de Hoge Raad 30 Het boezemwater is dat deel van het oppervlaktewater dat geen vast peil heeft. Over het algemeen bevat de boezem het water dat direct op zee of op het IJsselmeer wordt geloosd. (van Dale Grootwoordenboek) 18

28 de handeling van Beckiser als te zijn onzorgvuldig en zijn ze aansprakelijk gesteld de schade te vergoeden. In bovengenoemde arresten is weliswaar een geslaagd beroep gedaan op de onrechtmatige daad, doch was de vervuiling op zich niet afdoende om aansprakelijkheid tot vergoeding van schade aan te nemen. De aansprakelijkheid is echter gebaseerd op de onzorgvuldigheid en de voorzienbaarheid. Als wordt gekeken naar de vereisten waaraan moet worden voldaan om van een onrechtmatige daad te spreken, valt de onzorgvuldigheid onder het onrechtmatig handelen. Uit de eerder besproken arresten blijkt dat consequent wordt vastgehouden aan de onzorgvuldigheid als rechtsgrondslag voor de aansprakelijkheid uit de onrechtmatige daad. 31 Er kunnen echter gevallen zijn waarbij de veroorzaker van schade aan het milieu niet aansprakelijk wordt gesteld, omdat hem onzorgvuldigheid niet kan worden verweten. In het hiernavolgende zullen twee arresten worden besproken waaruit dit blijkt. In het arrest van de Hoge Raad van 24 april 1992, NJ 1993, 644, de Staat der Nederlanden contra Akzo Resins heeft Akzo Resins in de periode van 1953 tot 1967 in de gemeente Katwijk een onderneming gedreven waarin kunstharsen en lijmen werden gefabriceerd. Voor deze fabricage werden allerlei oliën en chemicaliën gebruikt, waaronder diverse aromaten 32 en fenolen 33. Na voornoemde periode is de fabricage te Katwijk beëindigd. De grond en opstallen te Katwijk zijn op 1 maart 1970 verkocht en geleverd aan de gemeente Katwijk. Vervolgens zijn in 1971 op deze grond woningen gebouwd. Na diverse onderzoekingen in de jaren is gebleken dat zowel de grond als het grondwater verontreinigd was met ondermeer aromaten, oliën en fenolen welke zijn ontstaan door het lekken en/of morsen van chemicaliën gedurende de fabricage periode. De overheid is in 1986 overgegaan tot sanering van de bodem, met name door 31 E.H. Hulst, Grondslagen voor milieu-aansprakelijkheid, p Aromaten zijn een type koolwaterstof dat een ringstructuur heeft, zoals benzeen of tolueen. Ze zitten bijvoorbeeld in benzine (Van Dale Groot woordenboek hedendaags nederlands). 33 Fenol of hydroxybenzeen is een organische verbinding bestaande uit een benzeenring waarvan één waterstofatoom is gesubstitueerd door een hydroxylgroep (OH) (Van Dale Groot woordenboek hedendaags nederlands) 19

29 ontgraving van de verontreinigde grond. De Staat vordert in deze procedure veroordeling van Akzo Resins tot betaling van de saneringskosten op grond van de onrechtmatige daad. De rechtbank wijst de vordering van de Staat af door het navolgende te overwegen: a. vóór 1970 lag nog niet voor de hand dat de Staat te zijner tijd zou overgaan tot het voor zijn rekening nemen van saneren van verontreinigde (privé-) grond, zodat voor Akzo Resins nog niet gold de zorgvuldigheidsverplichting om beschermende maatregelen te nemen ter voorkoming van het morsen en lekken van chemicaliën in de bodem en b. anders dan de Staat had gesteld naar geldende rechtsopvattingen in gevallen als onderhavige geen risico aansprakelijkheid geldt. De Staat is tegen deze beslissing in beroep gegaan, maar het Hof en de Hoge Raad hebben het vonnis van de Rechtbank op grond van dezelfde overwegingen bekrachtigd en Akzo Resins niet aansprakelijk gesteld voor de door haar veroorzaakte schade. Hof s-gravenhage heeft dezelfde rechtsregel voortgezet in haar vonnis de dato 30 september 1994, nr In deze zaak van de gemeente Ouderkerk (voorheen Gouderak) contra Shell c.s. heeft Shell in de jaren vijftig gedurende enkele jaren regelmatig fabrieksafval ter storting afgegeven aan transportbedrijven. In dit afval bevonden zich onder meer gehalogeneerde organische verbindingen met name zogenaamde drins 34. Drins leveren bij contact gevaar op voor mens en dier. Het afbraakproces van drins in de bodem verloopt langzaam. Bepaalde drins kunnen zich via de voedselketen in dierlijke organismen ophopen en zodoende na enige tijd schadelijke effecten voor de mens en het ecosysteem veroorzaken. Het drinshoudend afval was voor de transportbedrijven visueel niet te onderscheiden van het andere fabrieksafval. Bedoeld drinshoudend afval is gestort in de zogenaamde zellingen 35 van de Hollandsche IJssel in de gemeente Gouderak. In mei 1959 is een massale vissterfte opgetreden in de Hollandsche IJssel die het gevolg was van de door Shell gestorte giftig drinshoudend afval. Hierna heeft Shell geen drinshoudend of ander giftig afval meer gestort in bedoelde zellingen. Na enige tijd heeft Shell 34 Drins is een verzamelnaam voor verboden insecticiden (Van Dale Groot woordenboek hedendaags nederlands). 35 Een zelling is een ondiep stuk grond langs een rivier. Vroeger werd een zelling gebruikt om rivierklei te winnen voor de steenfabriek (Van Dale Groot woordenboek hedendaags nederlands). 20

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Oudemanhuispoort 4-6 1012 CN Amsterdam Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 5252833 Interventie Syrië Datum 29 augustus 2013 Opgemaakt

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Overzicht. Bevoegdheden inzake milieu. Internationaal: België:

Overzicht. Bevoegdheden inzake milieu. Internationaal: België: Overzicht An Cliquet Vakgroep Internationaal publiekrecht, Universiteit Gent Brussel, 18 oktober 2011 Internationaal: Bevoegdheden inzake milieu Evolutie van internationaal milieurecht Internationale rechtsregels

Nadere informatie

Zie https://www.utrecht.nl/bestuur-en-organisatie/initiatief-en-invloed/participatie/leefstraten.

Zie https://www.utrecht.nl/bestuur-en-organisatie/initiatief-en-invloed/participatie/leefstraten. P O S T A D R E S Postbus 2888 3000 CW ROTTERDAM K A N T O O R A D R E S Blaak 31 3011 GA ROTTERDAM T E L E F O O N +31 10 224 64 39 F A X +31 10 412 58 39 E - M A I L I N T E R N E T arthur.vegt@loyensloeff.com

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 31.10.2014 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift nr. 0770/2004, ingediend door Frantisek Brychta (Tsjechische nationaliteit), over een

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010 Rapport Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014 Rapportnummer: 2014/010 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het College van procureurs-generaal

Nadere informatie

Opinie inzake Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht 17 augustus 2007, LJN: BB1867 (Sint Antonius Ziekenhuis)

Opinie inzake Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht 17 augustus 2007, LJN: BB1867 (Sint Antonius Ziekenhuis) Opinie inzake Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht 17 augustus 2007, LJN: BB1867 (Sint Antonius Ziekenhuis) mr. J.C. (Kees) van de Water, KW Legal, juli 2008 Aan de orde in onderhavige zaak is (mede)

Nadere informatie

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Blad 1 INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Heden, ***, verscheen voor mij, mr. **, notaris te **: **, te dezen handelend als schriftelijk

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2005.2662 (068.05) ingediend door: hierna te noemen 'klagers', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-205/99 Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Douanerechten Invoer van televisietoestellen uit India Ongeldige certificaten van oorsprong Verzoek tot kwijtschelding van invoerrechten

Nadere informatie

Actio Pauliana en onrechtmatige daadvordering. Mr. drs. KP. van Koppen

Actio Pauliana en onrechtmatige daadvordering. Mr. drs. KP. van Koppen Actio Pauliana en onrechtmatige daadvordering Mr. drs. KP. van Koppen Kluwer - Deventer - 1998 Voorwoord V Gebruikte afkortingen XV Algemene inleiding en verantwoording 1 Verantwoording 1 2 Een körte schets

Nadere informatie

Opinie inzake HvJ EG 21 februari 2008, zaak C-412/04 (Commissie-Italië)

Opinie inzake HvJ EG 21 februari 2008, zaak C-412/04 (Commissie-Italië) Opinie inzake HvJ EG 21 februari 2008, zaak C-412/04 (Commissie-Italië) De artikelen 43 EG en 49 EG leggen overigens geen algemene verplichting tot gelijke behandeling op, maar een verbod van discriminatie

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet in verband met het verbeteren van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij verenigingen en stichtingen alsmede de uniformering van enkele bepalingen

Nadere informatie

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan:

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan: - 1 - Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Matrix Asset Management B.V. als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht Gelet op artikel 1:80, 1:81, 1:98 en 3:72,

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. C.A. Koopman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. C.A. Koopman, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-299 (voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. C.A. Koopman, secretaris) Klacht ontvangen op : 5 februari 2015 Ingesteld door : Consument

Nadere informatie

REGLEMENT HOUDENDE GEDRAGSREGELS

REGLEMENT HOUDENDE GEDRAGSREGELS REGLEMENT HOUDENDE GEDRAGSREGELS als bedoeld in artikel 19 van de statuten van de Stichting VRT - Verenigd Register van Taxateurs (de stichting), gevestigd te Rotterdam. Inleiding Blijkens artikel 2.1.

Nadere informatie

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 3 februari 2015 Mr. P.J. Peters 1 HR 23 mei 2014, JOR 2014, 229 Kok/Maas q.q. Bestuurdersaansprakelijkheid/selectieve betaling Casus P. Kok ( Kok ) 100% bestuurder Kok

Nadere informatie

Komt een wijkteammedewerker bij de burger en hij maakt en fout

Komt een wijkteammedewerker bij de burger en hij maakt en fout 1. Inleiding Komt een wijkteammedewerker bij de burger en hij maakt en fout Over aansprakelijkheden en schadevergoeding bij wijkteams Tim Robbe 1 Een wijkteammedewerker komt bij een burger. Vervolgens

Nadere informatie

*** ONTWERPAANBEVELING

*** ONTWERPAANBEVELING EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid 25.10.2012 2012/0120(E) *** ONTWERPAANBEVELING over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting

Nadere informatie

Bestemmingsplan voormalige steenfabriek te Valthermond O N T W E R P

Bestemmingsplan voormalige steenfabriek te Valthermond O N T W E R P Bestemmingsplan voormalige steenfabriek te Valthermond O N T W E R P Bestemmingsplan voormalige steenfabriek te Valthermond O N T W E R P Inhoud Toelichting Regels en bijlagen Verbeelding 16 juli 2013

Nadere informatie

betrekking tot de tarieven voor het onderhoud van het rioleringsstelsel (Wet Tarieven Onderhoud Rioleringsstelsel). Paramaribo, 28 juli 2015

betrekking tot de tarieven voor het onderhoud van het rioleringsstelsel (Wet Tarieven Onderhoud Rioleringsstelsel). Paramaribo, 28 juli 2015 Initiatiefvoorstel krachtens artikel 78 van de Grondwet van de Republiek Suriname (S.B. 1987 no. 116, zoals gewijzigd bij S.B. 1992 no. 38), ingediend door R. Parmessar, s. Akiemboto, J. Vreedzaam en G.

Nadere informatie

Milieu Effecten en de Bauxietsector

Milieu Effecten en de Bauxietsector Milieu Effecten en de Bauxietsector A NIMOS Perspective Quan Tjon-Akon, MSc Field Officer Environmental and Social Assessment Inleiding Uitnodiging Bauxiet Instituut Suriname Uitgekozen door het NIMOS

Nadere informatie

Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM

Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM Mr. Z. Kasim 1 HR 13 juli 2007, nr. C05/331, LJN BA231 Verplichte deelneming pensioenfonds, criteria arbeidsovereenkomst BW artikel 7: 610, artikel

Nadere informatie

VOLSTORTING VAN AANDELEN BIJ OPRICH- TING BESLOTEN VENNOOTSCHAP NAAR NE- DERLANDS RECHT

VOLSTORTING VAN AANDELEN BIJ OPRICH- TING BESLOTEN VENNOOTSCHAP NAAR NE- DERLANDS RECHT VOLSTORTING VAN AANDELEN BIJ OPRICH- TING BESLOTEN VENNOOTSCHAP NAAR NE- DERLANDS RECHT PAS OP VOOR AANSPRAKELIJKHEID! Bij faillissement van een kapitaalvennootschap naar Nederlands recht, onderzoekt de

Nadere informatie

Koopovereenkomst De Bleek 13 te Woerden

Koopovereenkomst De Bleek 13 te Woerden Koopovereenkomst De Bleek 13 te Woerden 1 KOOPOVEREENKOMST De ondergetekenden: 1. Robeco Structured Properties I Limited, gevestigd te Caymaneilanden, rechtsgeldig vertegenwoordigd door naam/namen, als

Nadere informatie

3 Onrechtmatige overheidsdaad

3 Onrechtmatige overheidsdaad Monografieen Privaatrecht 3 Onrechtmatige overheidsdaad Rechtsbescherming door de burgerlijke rechter Prof. mr. G.E. van Maanen Prof. mr. R. de Lange Vierde druk Deventer - 2005 Inhoud VERKORT AANGEHAALDE

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Instructie voor ambtenaren Bouw- en Woningtoezicht.

Instructie voor ambtenaren Bouw- en Woningtoezicht. CVDR Officiële uitgave van Deventer. Nr. CVDR14362_1 15 maart 2016 Instructie voor ambtenaren Bouw- en Woningtoezicht. HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 In deze instructie wordt verstaan onder:

Nadere informatie

No. 162 DE PRESIDENT VAN DE REPUBLIEK SURINAME

No. 162 DE PRESIDENT VAN DE REPUBLIEK SURINAME 2013 1 No. 162 2013 STAATSBLAD No. 162 VAN DE REPUBLIEK SURINAME WET van 10 september 2013, houdende toestemming tot het aangaan van een Delfstoffenovereenkomst met Suriname Gold Company LLC betreffende

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2013-132 d.d. 6 mei 2013 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter en mr. S.N.W. Karreman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2013-132 d.d. 6 mei 2013 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter en mr. S.N.W. Karreman, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2013-132 d.d. 6 mei 2013 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter en mr. S.N.W. Karreman, secretaris) Samenvatting Rechtsbijstandverzekering. In een geval

Nadere informatie

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2011-346 d.d. 2 december 2011 (mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. B.F. Keulen en mr. A.W.H. Vink, leden, en mr.drs. D.J. Olthoff, secretaris)

Nadere informatie

Coöperatieve Rabobank Dommelstreek U.A., gevestigd te Geldrop, hierna te noemen Aangeslotene.

Coöperatieve Rabobank Dommelstreek U.A., gevestigd te Geldrop, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-364 d.d. 3 oktober 2014 (mr. R.J. Paris, voorzitter, mr. M.C.M. van Dijk en mr. E.L.A. van Emden, leden en mr. L.T.A. van Eck, secretaris)

Nadere informatie

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Toelichting Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Stap 1: aanwijzing, artikel 1.65 lid 1 Wet kinderopvang Het college

Nadere informatie

s t u d i e p ockets prlva a t r e c h-t* 47 Milieuprivaatrecht tweede druk Mr. R.JJ. van Acht Mr. E. Bauw 1996 W.E.J. Tjeenk Willink Zwolle

s t u d i e p ockets prlva a t r e c h-t* 47 Milieuprivaatrecht tweede druk Mr. R.JJ. van Acht Mr. E. Bauw 1996 W.E.J. Tjeenk Willink Zwolle s t u d i e p ockets prlva a t r e c h-t* 47 Milieuprivaatrecht tweede druk Mr. R.JJ. van Acht Mr. E. Bauw 1996 W.E.J. Tjeenk Willink Zwolle Inhoudsopgave Afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken

Nadere informatie

DEEL III. Het bestuursprocesrecht

DEEL III. Het bestuursprocesrecht DEEL III Het bestuursprocesrecht Inleiding op deel III In het voorgaande deel is het regelsysteem van art. 48 (oud) Rv besproken voor zover dit relevant was voor art. 8:69 lid 2 en 3 Awb. In dit deel

Nadere informatie

INBRENG IN de naamloze vennootschap: N.V. UNIVÉ HET ZUIDEN SCHADEVERZEKERINGEN, gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

INBRENG IN de naamloze vennootschap: N.V. UNIVÉ HET ZUIDEN SCHADEVERZEKERINGEN, gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Blad 1 INBRENG IN de naamloze vennootschap: N.V. UNIVÉ HET ZUIDEN SCHADEVERZEKERINGEN, gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Heden, ***, verscheen voor mij, mr. **, notaris te **: **, te dezen handelend

Nadere informatie

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 18 juli 2013 houdende regels over de aanleg, het beheer en het onderhoud van spoorwegen en de daarbij behorende infrastructuur, alsmede over

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.10.2017 COM(2017) 628 final 2017/0277 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat op de zevenendertigste vergadering van het Permanent Comité

Nadere informatie

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 ... No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 Bij Kabinetsmissive van 18 juni 2012, no.12.001344, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, bij de Afdeling advisering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 436 Wijziging van de Wet op de rechtsbijstand houdende herijking van de verlening van rechtsbijstand door de raden voor rechtsbijstand en de

Nadere informatie

Inleiding. 1.1 Probleemanalyse

Inleiding. 1.1 Probleemanalyse HOOFDSTUK 1 Inleiding 1.1 Probleemanalyse Winstafdracht conform art. 6:104 BW geeft de benadeelde, die schade lijdt als gevolg van een onrechtmatige daad of tekortkoming in de nakoming van een verbintenis,

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wet van 25 mei 1998, houdende regels over tegemoetkoming in de schade en de kosten in geval van overstromingen door zoet water, aardbevingen of andere rampen en zware ongevallen (Wet tegemoetkoming schade

Nadere informatie

Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) De opzetclausule in aansprakelijkheidsverzekeringen

Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) De opzetclausule in aansprakelijkheidsverzekeringen Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) De opzetclausule in aansprakelijkheidsverzekeringen Prof. dr. M.L. Hendrikse Inleiding: de aard van de aansprakelijkheidsverzekering (1) Art. 7:952 BW (eigen

Nadere informatie

Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse

Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) Eigen schuld en bereddingsplicht bij zorgverzekeringen Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse Algemene opmerkingen (1) De zorgverzekeringsovereenkomst bestaat niet:

Nadere informatie

Clausuleblad. Terrorismedekking. Artikel Datum 1 april 2015

Clausuleblad. Terrorismedekking. Artikel Datum 1 april 2015 Clausuleblad Terrorismedekking Artikel 247-30.1504 Datum 1 april 2015 pagina 1.1 Begripsomschrijving 3 1.1 Terrorisme 3 1.2 Kwaadwillige besmetting 3 1.3 Preventieve maatregelen 3 1.4 Nederlandse Herverzekeringmaatschappij

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 0 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen,

Nadere informatie

Kennisdag Inspectie Waterkeringen. Prof.dr. Marleen van Rijswick Arnhem, 24 maart 2011

Kennisdag Inspectie Waterkeringen. Prof.dr. Marleen van Rijswick Arnhem, 24 maart 2011 Kennisdag Inspectie Waterkeringen Prof.dr. Marleen van Rijswick Arnhem, 24 maart 2011 Waterkeringen, inspecties, innovatie en aansprakelijkheid U vraagt, wij draaien Doelmatig beheer in relatie tot crisissituaties

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Wat houdt het begrip internationale samenwerking in?

Samenvatting. 1. Wat houdt het begrip internationale samenwerking in? Aanleiding voor het onderzoek Samenvatting In de 21 ste eeuw is de invloed van ruimtevaartactiviteiten op de wereldgemeenschap, economie, cultuur, milieu, etcetera steeds groter geworden. Ieder land dient

Nadere informatie

31 mei 2012 z2012-00245

31 mei 2012 z2012-00245 De Staatssecretaris van Financiën Postbus 20201 2500 EE DEN HAAG 31 mei 2012 26 maart 2012 Adviesaanvraag inzake openbaarheid WOZwaarde Geachte, Bij brief van 22 maart 2012 verzoekt u, mede namens de Minister

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:3565

ECLI:NL:RBROT:2017:3565 ECLI:NL:RBROT:2017:3565 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 19-04-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer C/10/507047 / HA ZA 16-758 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Woningeigenaar en overlast. artikel 6:162 BW

Woningeigenaar en overlast. artikel 6:162 BW Woningeigenaar en overlast artikel 6:162 BW lid 1 Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden toegerekend, is verplicht de schade die de ander dientengevolge lijdt, te

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3698-22 Betreft zaak: natuurlijke persoon Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste

Nadere informatie

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster LJN: BW9368, Rechtbank Amsterdam, 6 juni 2012 2. De feiten 2.1. [A] en [B] wonen tegenover elkaar in [plaats]. [C] woont

Nadere informatie

DISCLAIMER. Pagina 1 van 5. verkoop van registergoederen van de Stichting Kenter Jeugdhulp DE ONDERGETEKENDE(N):

DISCLAIMER. Pagina 1 van 5. verkoop van registergoederen van de Stichting Kenter Jeugdhulp DE ONDERGETEKENDE(N): Pagina 1 van 5 DE ONDERGETEKENDE(N): DISCLAIMER verkoop van registergoederen van de Stichting Kenter Jeugdhulp Naam rechtspersoon: Plaats statutaire zetel: Kantooradres: Nummer Kamer van Koophandel: e-mailadres:

Nadere informatie

Bekendmaking Goedkeuring Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen

Bekendmaking Goedkeuring Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen Bekendmaking Goedkeuring Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) heeft een aanvraag ontvangen tot het afgeven van een verklaring in

Nadere informatie

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem De vaststellingsovereenkomst Prof. mr dr Edwin van Wechem Wat is een vaststellingsovereenkomst? Artikel 7:900 BW Bij een vaststellingsovereenkomst binden partijen, ter beëindiging of ter voorkoming van

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 102 d.d. 2 november 2009 (mr. R.J. Verschoof, voorzitter, mr. E.M. Dil-Stork en drs. A.I.M. Kool) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

De Hoge Raad der Nederlanden,

De Hoge Raad der Nederlanden, 2 januari 1980. nr. 19.623 DG. De Hoge Raad der Nederlanden, Gezien het beroepschrift in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

Uw nummer (letter): 2014/28122 Uw brief van: 29 juli 2014 Ons nummer: 14082014.01 Willemstad, 14 augustus 2014

Uw nummer (letter): 2014/28122 Uw brief van: 29 juli 2014 Ons nummer: 14082014.01 Willemstad, 14 augustus 2014 Aan De Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning. De heer Earl Balborda Seru Arrarat z/n Alhier Uw nummer (letter): 2014/28122 Uw brief van: 29 juli 2014 Ons nummer: 14082014.01 Willemstad,

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001320 200700456/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma Chinees Japans Specialiteitenrestaurant A., gevestigd

Nadere informatie

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbams:2013:bz6442&keyword=bz6442 1

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbams:2013:bz6442&keyword=bz6442 1 Modeldagvaarding: Bemiddelingsovereenkomst met makelaar/bemiddelaar voor een zelfstandige woning waarbij de makelaar/bemiddelaar zowel voor de particuliere huurder als de verhuurder heeft bemiddeld. Een

Nadere informatie

De eigendomskwestie KNAW. 9 januari 2014. Dr. mr. H. van Meerten (disclaimer: standpunten komen voor rekening van de auteur)

De eigendomskwestie KNAW. 9 januari 2014. Dr. mr. H. van Meerten (disclaimer: standpunten komen voor rekening van de auteur) De eigendomskwestie Dr. mr. H. van Meerten (disclaimer: standpunten komen voor rekening van de auteur) 9 januari 2014 KNAW Prof. Schoordijk, NJB 2010, 2049 Enige jaren geleden betoogde ik dat de privatisering

Nadere informatie

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERNEMINGEN EN INDUSTRIE Leidraad 1 Brussel, 1.2.2010 - De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-548 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. B.F. Keulen, mr. J.S.W. Holtrop, leden en mr. C.J.M. Veltmaat, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Zitting 1980-1981 16815 Toelatingscriteria numerus fixus-studierichtingen voor het studiejaar 1981-1982 Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

Advies over juridische consequenties verlenging/overschrijding vastgelegde normtijden voor opkomst van de brandweer

Advies over juridische consequenties verlenging/overschrijding vastgelegde normtijden voor opkomst van de brandweer Advies over juridische consequenties verlenging/overschrijding vastgelegde normtijden voor opkomst van de brandweer 14 februari 2011 A.M. Hol, Universiteit Utrecht 1 Vraagstelling: Heeft overschrijding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING...1 2. ADVIES VAN DE COMMISSIE OVER DE M.E.R.-BEOORDELING...2 2.1

Nadere informatie

RaadsbijlageAdvies over het beroep van de heer R. Martens tegen de verleende kapvergunning voor een boom aan de Sophia van Wurthemberglaan 51

RaadsbijlageAdvies over het beroep van de heer R. Martens tegen de verleende kapvergunning voor een boom aan de Sophia van Wurthemberglaan 51 +4 gemeente Eindhoven Dienst Bestuursondersteuning Raadsbijlage nummer 49 Inboeknummer OOV001038 Adviesdatum eie b.b. 25 november 1999 Dossiernummer 007.401 RaadsbijlageAdvies over het beroep van de heer

Nadere informatie

dat door toepassing van artikel 174a Gemeentewet herhaling van overlast vanuit en rond woningen en lokalen kan worden voorkomen;

dat door toepassing van artikel 174a Gemeentewet herhaling van overlast vanuit en rond woningen en lokalen kan worden voorkomen; Victoriabeleid Alkmaar De burgemeester van Alkmaar Overwegende: dat overlast vanuit en rond woningen en lokalen een zeer ernstige inbreuk vormt op de leefbaarheid van een wijk en op de veiligheidsgevoelens

Nadere informatie

Tekststudio Schrijven en Schrappen 06-13 59 30 44 www.schrijven-en-schrappen.nl - lotty@schrijven-en-schrappen.nl -

Tekststudio Schrijven en Schrappen 06-13 59 30 44 www.schrijven-en-schrappen.nl - lotty@schrijven-en-schrappen.nl - Graag zou ik je bij dezen iets vertellen betreffende onnodig moeilijk taalgebruik dat geregeld wordt gebezigd. Alhoewel de meeste mensen weten dat ze gerust in spreektaal mogen schrijven, gebruiken ze

Nadere informatie

Samenwerkingsprotocol

Samenwerkingsprotocol Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Stichting Reclame Code 1 Samenwerkingsprotocol tussen de Consumentenautoriteit en de Stichting Reclame Code Partijen: 1. De Staatssecretaris van Economische

Nadere informatie

REGELING MELDING ONREGELMATIGHEDEN UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING MELDING ONREGELMATIGHEDEN UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING MELDING ONREGELMATIGHEDEN UNIVERSITEIT LEIDEN INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Hoofdstuk 5: Algemene bepalingen Interne procedure De Commissie integriteit Universiteit

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN SOCIAL FINANCE NL B.V.

ALGEMENE VOORWAARDEN SOCIAL FINANCE NL B.V. ALGEMENE VOORWAARDEN SOCIAL FINANCE NL B.V. 1. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle werkzaamheden verricht of te verrichten door of namens Social Finance NL B.V., een besloten vennootschap

Nadere informatie

RISICO-AANSPRAKELIJKHEDEN BIJ PAARDEN. I. Risico-aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door dieren

RISICO-AANSPRAKELIJKHEDEN BIJ PAARDEN. I. Risico-aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door dieren RISICO-AANSPRAKELIJKHEDEN BIJ PAARDEN I. Risico-aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door dieren In de Nederlandse wet is een aantal risico-aansprakelijkheden opgenomen, waaronder voor dieren. De

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :

Zaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Zaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : collegegeld gegrond inschrijven ingetrokken inschrijving

Nadere informatie

Een rechtseconomische analyse van het Nederlandse onrechtmatigedaadsrecht. Louis Visscher

Een rechtseconomische analyse van het Nederlandse onrechtmatigedaadsrecht. Louis Visscher Een rechtseconomische analyse van het Nederlandse onrechtmatigedaadsrecht Louis Visscher Boom Juridische uitgevers Den Haag 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Communicerende vaten 1 1.2 De rechtseconomische

Nadere informatie

De Commissie heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 6 februari 2012.

De Commissie heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 6 februari 2012. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2012-103 d.d. 2 april 2012 (mr. P.A. Offers, voorzitter, B.F. Keulen en mr. A.W.H. Vink, leden, en mr. F.E. Uijleman, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

(Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie)

(Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie) bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 39 van 11/02/2000 (Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie) RAAD Initiatief van het Koninkrijk

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1998 309 Besluit van 14 mei 1998 tot wijziging van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1989 Wij Beatrix, bij

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN

ALGEMENE VOORWAARDEN ALGEMENE VOORWAARDEN Van de besloten vennootschap KlasseStudent B.V. Statutair gevestigd te Nieuwegracht 1 3512 LB Utrecht, Nederland Contact Nieuwegracht 1 3512 LB Utrecht info@klassestudent.nl T: +31(0)6-33

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie

1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere offerte, de website en de overeenkomst tussen Snelontruiming.nl, en u de opdrachtgever.

1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere offerte, de website en de overeenkomst tussen Snelontruiming.nl, en u de opdrachtgever. Algemene voorwaarden Snelontruiming.nl 1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere offerte, de website en de overeenkomst tussen Snelontruiming.nl, en u de opdrachtgever. 2. Alle offertes en aanbiedingen

Nadere informatie

ILIEUHANDHAVING. Wat hebt u eraan? Milieuvervuiling stopt niet bij de grens

ILIEUHANDHAVING. Wat hebt u eraan? Milieuvervuiling stopt niet bij de grens ILIEUHANDHAVING Wat hebt u eraan? Milieuvervuiling stopt niet bij de grens Daarom hebben de EU-landen samen maatregelen goedgekeurd om de gezondheid van de burgers en het milieu te beschermen Dankzij de

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-246 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Klacht ontvangen op : 25 april 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Gedragsregels van de Raad van Advies van Sint Maarten Omtrent de handhaving van de onafhankelijkheid van de Raad en de kwaliteit van zijn adviezen

Gedragsregels van de Raad van Advies van Sint Maarten Omtrent de handhaving van de onafhankelijkheid van de Raad en de kwaliteit van zijn adviezen I. Inleiding Gedragsregels van de Raad van Advies van Sint Maarten Omtrent de handhaving van de onafhankelijkheid van de Raad en de kwaliteit van zijn adviezen De Raad van Advies streeft na de beginselen

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Geheimhoudingsverklaring en disclaimer Selectie- en verkoopprocessen NS Stations V&O. NS Stations Legal

Geheimhoudingsverklaring en disclaimer Selectie- en verkoopprocessen NS Stations V&O. NS Stations Legal Geheimhoudingsverklaring en disclaimer Selectie- en verkoopprocessen NS Stations V&O NS Stations Legal GEHEIMHOUDINGSVERKLARING/DISCLAIMER Selectie- en verkoopprocessen NS Stations V&O Inzake object voormalig

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-721 (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris) Klacht ontvangen op : 5 januari 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Samenvatting. Consument, ARAG SE, gevestigd te Leusden, hierna te noemen: Aangeslotene. 1. Procesverloop

Samenvatting. Consument, ARAG SE, gevestigd te Leusden, hierna te noemen: Aangeslotene. 1. Procesverloop Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-373 d.d. 9 oktober 2014 (mr. P.A. Offers, prof. mr. E.H. Hondius en drs. W. Dullemond, leden en mr. E.E. Ribbers, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende

Nadere informatie

Deelnemersvoorwaarden Stichting Keurmerk Online Veilen

Deelnemersvoorwaarden Stichting Keurmerk Online Veilen Deelnemersvoorwaarden Stichting Keurmerk Online Veilen 1. Inleiding 1.1 De Stichting Keurmerk Online Veilen beoogt jegens consumenten de kwaliteit van online veilingplatformen te waarborgen door deze te

Nadere informatie

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000.

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000. C/& Z^o^jr Edelhoogachtbaar College, y> "2_ Op 17 februari j.l. is door mij namens C igllllllpljp te IHllIll^, hierna belanghebbende, beroep in cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-111 (mr. C.E. du Perron, voorzitter en mr. S.P.J. Holslag, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-111 (mr. C.E. du Perron, voorzitter en mr. S.P.J. Holslag, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-111 (mr. C.E. du Perron, voorzitter en mr. S.P.J. Holslag, secretaris) Klacht ontvangen op : 14 januari 2015 Ingesteld door : Consument

Nadere informatie

13-05- 14. Programma van vandaag. Aansprakelijkheid van (brede) scholen

13-05- 14. Programma van vandaag. Aansprakelijkheid van (brede) scholen 13 mei 2014 Netwerk sport bewegen en gezonde leefstijl Brechtje Paijmans Doelen Advocatuur & Universiteit Utrecht paijmans@doelenadvocatuur.nl Programma van vandaag ongevallen Aspecten van verzekering

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.11.2017 COM(2017) 644 final 2017/0286 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het ACS-EU-Comité van ambassadeurs in te nemen

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van ondernemers. 19 juni 2014. Over Juridiq. * eerstelijns juridisch adviesbureau voor ondernemers

Aansprakelijkheid van ondernemers. 19 juni 2014. Over Juridiq. * eerstelijns juridisch adviesbureau voor ondernemers Aansprakelijkheid van ondernemers 19 juni 2014 1 Over Juridiq * eerstelijns juridisch adviesbureau voor ondernemers * eerstelijn: voor alle vragen en problemen * specialisaties in Juridiq Netwerk * andere

Nadere informatie

Workshop 6: takenpakket lokale toezichthouder

Workshop 6: takenpakket lokale toezichthouder Workshop 6: takenpakket lokale toezichthouder Uitgaande van de filosofie milieuhandhaving: Bestuurlijke handhaving boven strafrechtelijke Probleem helpende handhaving boven bestraffende Van zacht naar

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie