60. SANITAIR / LEIDINGNET sanitair / leidingnet - algemeen... 2
|
|
- Robert Sanders
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 DEEL 6 - TECHNIEKEN / FLUIDA INHOUDSOPGAVE 60. SANITAIR / LEIDINGNET sanitair / leidingnet - algemeen GASINSTALLATIES gasinstallaties - algemeen gasleidingen - algemeen gasleidingen - staal FH st gasleidingen - koper PM gaskranen - algemeen gaskranen - afsluitkranen PM VERWARMING / INDIVIDUELE INSTALLATIES verwarming / individuele installaties - algemeen algemeen - volledigheid van inschrijving PM algemeen - studie & berekening PM algemeen - voeding & aansluiting PM algemeen - keuringen & proeven PM algemeen - documenten & asbuilt-plannen & opleiding PM algemeen - waarborgen PM algemeen - beknopte beschrijving installatie & werken PM gaswandketels - algemeen gaswandketels - gesloten / enkel CV FH st rook- & verluchtingskanalen - algemeen schoorsteenelementen - buizen / roestvast staal (RVS) FH st schoorsteenelementen stalen buizen GP leidingnet & toebehoren - algemeen leidingnet & toebehoren - buizen / staal FH st leidingnet & toebehoren - buizen / koper FH st leidingnet & toebehoren - leidingisolatie PM leidingnet & toebehoren - brandwerende doorvoeren PM installatieonderdelen - algemeen installatieonderdelen - aflaatkranen PM installatieonderdelen - regel & afsluitkranen PM installatieonderdelen - drukregelaars PM installatieonderdelen - circulatoren PM installatieonderdelen - expansiesysteem PM installatieonderdelen - vlotterontluchters FH st installatieonderdelen - microbellenafscheider FH st verwarmingselementen & toebehoren - algemeen verwarmingselementen & toebehoren - plaatradiatoren VH kw warmteregeling & toebehoren - algemeen warmteregeling & toebehoren - radiatorkranen FH st warmteregeling & toebehoren - thermostaatkoppen FH st warmteregeling & toebehoren - kamerthermostaten FH st warmteregeling & toebehoren - manometer PM BRANDBESTRIJDING brandbestrijding - algemeen brandblusapparaten - algemeen brandblusapparaten - poedersnelblussers FH st bluswatervoorziening / intern - algemeen GP bluswatervoorziening / intern - leidingen PM bluswatervoorziening / intern - brandkranen FH st bluswatervoorziening / intern - muurhaspels / zonder kast FH st bluswatervoorziening / intern - manometers PM bluswatervoorziening / intern - pictogrammen PM _bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 1 van 33
2 60. SANITAIR / LEIDINGNET sanitair / leidingnet - algemeen De post "sanitair / leidingnet" omvat de levering, plaatsing en aansluiting van de sanitaire aanvoer- en afvoerleidingen, inclusief alle vereiste toebehoren tot het optimaal functioneren van de verwarmingstoestellen zoals opgenomen in hoofdstuk 65 en de brandbestrijdingsmiddelen zoals beschreven in hoofdstuk 67. Keuring GELIJKVORMIGHEIDSKEURING De drinkwaterinstallatie dient te voldoen aan de voorschriften van de waterdistributiemaatschappij, het Technische Reglement van het SVW (Samenwerking Vlaams Water) en de technische voorschriften van Belgaqua. Bij toepassing van het decreet betreffende water bestemd voor menselijke aanwending van 24 mei 2002 (Drinkwaterdecreet, verschenen in het BS van 23/07/2002) dient de installateur de door hem uitgevoerde sanitaire installatie te laten goedkeuren door een erkend organisme, aanvaard door de watermaatschappij. Deze gelijkvormigheidskeuring moet plaatsvinden voor de eerste ingebruikname. Voor de verschillende installaties dient een afzonderlijk verslag te worden voorgelegd. Voor alle keuringen zal een keuringsattest zonder opmerkingen afgegeven worden. Het aanvragen, evenals de kosten verbonden aan de keuring van aanpassingen aan de sanitaire installaties, alsook alle gebeurlijke onkosten verbonden aan veranderingen, die zouden worden opgelegd wegens disconformiteit met de reglementaire voorschriften, zijn volledig ten laste van de inschrijver. De vereiste gelijkvormigheidskeuringen dienen minimaal 30 kalenderdagen vóór de officiële einddatum van de werken ter beschikking gesteld worden van de bouwheer. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 2 van 33
3 64. GASINSTALLATIES gasinstallaties - algemeen Omvat de levering en plaatsing van alle materialen voor de realisatie van een bedrijfsklare binneninstallatie, conform NBN D , met inbegrip van proeven en aansluiting op de meters. In overeenstemming met de algemene en/of specifieke bepalingen van het bijzonder bestek, dienen de onder deze post begrepen eenheidsprijzen, hetzij volgens uitsplitsing in de samenvattende opmeting, hetzij in hun globaliteit, steeds te omvatten : de ontluchtingen; de uitwendige bescherming; het afleveren van een overeenkomstigheidsattest; de aansluitingen (de aansluiting door de distributiemaatschappij en gasmeter zijn ten laste van de bouwheer); Materialen Alle gebruikte materialen voldoen aan NBN D , de voorschriften van de gasmaatschappij en de vigerende normen. REFERENTIENORMEN Lastenboek K.V.B.G. (Koninklijke Vereniging van Belgische Gasvaklieden) NBN 69 Kleuren voor het merken van pijpleidingen voor het vervoer van vloeibare of gasvormige stoffen in landinstallaties en aan boord van schepen (1972) NBN A Stalen buizen voor courant gebruik - Schroefbare buizen (1997) NBN A Stalen buizen voor courant gebruik - Pijpen met gladde uiteinden, niet schroefbaar NBN D Binnenleidingen voor aardgas en plaatsing van de verbruikstoestellen - Algemene bepalingen (2004) NBN E Schroefdraad - Pijpschroefdraad voor aansluitstukken met zelfdichting - Terminologie, aanduiding, afmetingen en toleranties NBN E Pijpleidingen - Nominale diameter, drukken en temperaturen - Definities en symbolen NBN EN 1057: Koper en koperlegeringen - Naadloze, koperen buizen voor gas- en waterleidingen in sanitaire en verwarmingstoepassingen NBN EN 1555 (1-5) - Kunststofleidingsystemen voor de verdeling van gasbrandstoffen - Polyethyleen (PE) (2003) NBN EN Gasvoorzieningssystemen - Leidingen voor maximale bedrijfsdruk tot en met 16 bar - Deel 1-4 (2000) NBN EN Kathodische bescherming - Uitwendige organische bekleding voor de bescherming tegen corrosie van in de bodem of in het water gelegde stalen buisleidingen die samen met de kathodische bescherming worden gebruikt - Wikkelbanden en krimpbare materialen (1998) NBN EN Gasvoorzieningsystemen - Gasdrukregelinstallaties in dienstleidingen - Functionele eisen (2000) NBN EN Middelen voor het opnieuw afdichten van draadverbindingen van gasleidingen in gebouwen (2001) NBN EN Gasvoorzieningssystemen - Leidingen voor maximale bedrijfsdruk groter dan 16 bar - Functionele eisen (2000) NBN EN Gasvoorziening - Gasleidingen in gebouwen - Maximale werkdruk tot 5 bar - Functionele aanbevelingen (2000) NBN EN 331- Met de hand bediende kogelkranen en plugkranen met gesloten bodem voor gasinstallaties in gebouwen (1998) NBN EN Nodulair gietijzeren buizen, hulpstukken en verbindingen voor gasleidingen - Eisen en beproevingsmethoden (1999) NBN T Buizen van polyethyleen voor de distributie van aardgas (1986) De installaties en hun aansluiting op het aardgasnet dienen te voldoen aan de algemene levering- en aansluitingsvoorwaarden van de netbeheerder, aangevuld met de eventuele voorschriften van de plaatselijke brandweer. Vooraleer een aanvang te nemen met de uitvoering van de installatie zal de aannemer dienaangaande contact opnemen met de netbeheerder. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 3 van 33
4 Keuring OVEREENKOMSTIGHEIDSATTEST In overeenstemming met art. 48 van het K.B. van 28 juni 1971, dient de installateur, een overeenkomstigheidsattest over te maken aan de aardgasmaatschappij dat de binneninstallatie voldoet aan de norm NBN D Alle eventuele wijzigingen uit te voeren om de installatie hiermee in overeenstemming te maken vallen ten laste van de installateur. Dit attest omvat een verklaring van conformiteit en een principeschema van de installatie. Het attest moet worden gevalideerd - na controle ter plaatse - door een verslag van een erkend controle organisme. Indien de installatie geplaatst wordt door een GEHABILITEERD installateur is de tussenkomst van een controle organisme niet vereist. (Reglement van de Intercommunale - 01/01/2002). De vereiste overeenkomstigheidsattesten dienen minimaal 30 kalenderdagen vóór de officiële einddatum van de werken ter beschikking gesteld worden van de bouwheer. Bij het ontbreken van de attesten binnen de vooropgestelde termijn is de aannemer verantwoordelijk voor alle eventuele bijkomende kosten m.b.t. de ontzegeling van verzegelde gasmeters, dewelke in voorkomend geval zullen worden verrekend aan de tarieven van de betreffende netbeheerder. DICHTHEIDSPROEF Vooraleer de aansluiting van een installatie aan te vragen en vooraleer eventuele dekmiddelen of beschildering aan te brengen, zal de installateur de installatie (inbegrepen de tussengasmeters) onderwerpen aan een drukproef volgens 4.7 van NBN D : Deze proef heeft tot doel elke opspoorbare lek te vinden. Na openen van de stopkranen van al de aangesloten verbruikstoestellen, wordt de binnenleiding (inbegrepen de tussengasmeters en de aansluitleidingen van de verbruikstoestellen) beproefd met behulp van lucht of een inert gas (bv stikstof) op een druk van 100 mbar ± 10 mbar. De dichtheid wordt vastgesteld op basis van de volgende gelijktijdige waarnemingen : het niet ontstaan van bellen op al de bereikbare delen tijdens het afzepen met een schuimend product EN na een wachttijd van minstens 10 minuten, die de druk toelaat zich te stabiliseren op ongeveer de initiële druk, het behouden tijdens een voldoende lange periode van de op de controlemanometer aangeduide gestabiliseerde druk. Elk lek moet hersteld worden. Bij deze beproeving is het gebruik van gasvormige brandstoffen of van zuurstof ten strengste verboden. Elke uitbreiding van de leidingen wordt beschouwd als een nieuw gedeelte van de binnenleiding. Dit deel moet bovenstaande proef doorstaan. Indien de installateur niet erkend is en/of voor installaties met een ingesteld vermogen groter dan 25 m3/u, zal de keuring van de installatie worden uitgevoerd door een erkend keuringsorganisme. Het attest van keuring wordt aan het Bestuur overhandigd, bij de oplevering van de werken. Alle aan de keuring verbonden kosten zijn ten laste van de aannemer. OPENEN VAN DE GASMETER De installatie mag slechts in dienst gesteld worden als aan alle voorschriften van de distributeur voldaan wordt. Bij het openen van de gasmeter vergewist de gasmaatschappij zich ervan dat de binneninstallatie gasdicht is voor de verdelingsdruk. Alle eventuele verbruikskosten tijdens de loop van de werken zullen ten laste vallen van de aannemer en desgevallend door het Bestuur worden verrekend aan de tarieven van de betreffende netbeheerder. ONTLUCHTING Conform NBN D Voor de ingebruikname wordt de installatie ontlucht. Deze ontluchting gebeurt, hetzij via een darm die buiten het gebouw uitmondt, hetzij via een makkelijk te bereiken brander van een toestel; in dit laatste geval houdt men een vlam aan de brander en zorgt men ervoor dat het lokaal verlucht wordt. De brander moet lang genoeg blijven branden om de ganse installatie volledig te ontluchten (gevaar van luchtzakken). MERKEN VAN DE LEIDINGEN De gasleidingen worden geel geschilderd (hier inbegrepen) ASBUILT-PLANNEN Voor de voorlopige oplevering van de werken levert de aannemer aan het werfbestuur een tekening van het leidingnet zoals het is uitgevoerd met aanduiding van alle diameters, kranen en de aard van de leidingen gasleidingen - algemeen In de eenheidsprijs zijn begrepen : de leidingen en hulpstukken, de muur- en vloerdoorboringen, de moffen, sleuven en alle herstellingen ervan, de studie, dichtingproeven, het geel schilderen en asbuiltplan van het leidingennet. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 4 van 33
5 Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : meeteenheid : per installatie (stuk) aard van de overeenkomst : Forfaitaire Hoeveelheid (FH) Materialen REFERENTIENORMEN De aardgasleidingen beantwoorden aan NBN D Binnenleidingen voor aardgas en plaatsing van de verbruikstoestellen - Algemene bepalingen (2004). De gasbuizen voldoen respectievelijk aan volgende normen : NBN A & 104, NBN 744 of EN (voor staal) NBN E : ISO-pijpschroefdraad NBN EN Koper en koperlegeringen Lastenboeken K.V.B.G. (Koninklijke Vereniging van Belgische Gasvaklieden). NBN 69 : kenkleuren voor het merken van het respectievelijke leidingnet (geel) In iedere ruimte wordt deze kleur aangebracht door middel van PVC banden en/of door het aanbrengen van twee lagen gele roestwerende verf. Zie ook artikel Voor de binneninstallaties (achter de teller) zijn toegelaten : stalen buizen conform NBN A , A of NBN EN koperen buizen conform NBN EN 1057 met een minimale nominale wanddikte van 1mm. Alle ingewerkte buizen worden beschermd (vanuit fabriek of bij plaatsing) door een bekleding van synthetisch materiaal Koperen leidingen zijn steeds vanuit fabriek voorzien van een beschermende bekleding. Verzinkte stalen buizen mogen niet gelast worden. Alle buizen welke beschadigd worden, zowel tijdens het lossen als bij het plaatsen worden vervangen. De leidingen worden geplaatst volgens 3.4 van NBN D en het lastenboek van de KVBG. VERBINDINGEN De verbindingen worden verwezenlijkt met behulp van moffen en koppelingen met draad. Er wordt een voldoende aantal koppelingen voorzien uit drie stukken opdat de installatie zou kunnen worden gedemonteerd per vakken. Verbindingen of hulpstukken mogen niet ingewerkt worden in een muurdoorgang. Verbindingen van stalen op koperen leidingen d.m.v. fittings is verboden. Ten behoeve van de dichtheidsproef wordt een T-stuk voorzien nabij de gasmeter of nabij de verbinding van het nieuwe deel van een installatie op een bestaand deel. BEVESTIGINGEN De leidingen moeten stevig bevestigd worden om verplaatsing, permanente spanningen of latere vervormingen te vermijden; er moet steeds een bevestiging voorzien worden bij stopkranen, richtingsaanwijzingen en aftakkingen. LEIDINGTRACE - DOORVOEREN De leidingen worden uitgevoerd in rechtlijnige tracés en derwijze ondersteund dat de uitzetting van de buizen verzekerd is en doorbuiging vermeden wordt. Bij muur- en vloeropeningen worden de leidingen beschermd door aangepaste doorvoermoffen. De ruimte tussen doorvoermof en buis wordt afgedicht met een aangepaste niet corrosieve en voldoende plastische kit. De mantelbuis steekt 5 cm boven de vloer uit. Alle doorvoeringen worden geboord met een diamantboor. RUIMTELIJKE SCHIKKING Conform de bepalingen van de NBN D GASSTOPKRANEN Elk te installeren verbruikstoestel wordt voorafgegaan van een stopkraan met drieledig koppelstuk (union koppeling). De kraan wordt op een gemakkelijk te bedienen plaats aangebracht zo dicht mogelijk bij het toestel. Alle stopkranen zijn inbegrepen in de prijs van de leidingen, tenzij zij voorzien zijn in de prijs van het verbruikstoestel (als ondermeer gasketels en -waterverwarmers). De diameter van de stopkraan is conform Tabel 5 van NBN D REINIGEN Met afgekoppelde gasmeter en gebruikstoestellen, inblazen van lucht of een inert gas, ter verwijdering van niet klevende deeltjes. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 5 van 33
6 gasleidingen - staal FH st De naadloze stalen buizen voldoen aan de voorschriften van NBN A (zware reeks tot ND 50) en NBN A (normale reeks t/m ND 50) of NBN EN De fittings van smeedbaar gietijzer zijn van het type met versterkte rand en stemmen overeen met NBN E De lasfittings bezitten voldoende mechanische weerstand om bestand te zijn tegen de krachten waaraan zij worden onderworpen. Let wel : verzinkte stalen buizen mogen niet worden gelast. De dichtingen worden bekomen door contact metaal op metaal (vlambooglas, acetyleenlas, schroefdraadverbinding met zelfdichtende draad, conische buitendraad en cilindrische binnendraad, driedelige koppeling met contact metaal op metaal). Zijn verboden : hardsolderen met koper en/of zilverlegering, persverbinding, schroefdraad met vlas als dichtingsmiddel, verbindingen met lange cilindrische schroefdraad, nippels met cilindrische schroefdraad. Type : gelakt of gegalvaniseerd en geschilderd De studie is ten laste van de aannemer en ter goedkeuring voor te leggen aan het Bestuur. De plaatsing gebeurt overeenkomstig de voorschriften van STS De buizen met diameter kleiner of gelijk aan ND 40 worden verbonden door schroefverbindingen. Bij schroefdraadverbindingen wordt gebruik gemaakt van een geschikte pasta en speciale afdichtingsmiddelen met uitsluiting van natuurlijke hennepvezels. Verbindingen met lange cilindrische schroefdraad evenals nippels met cilindrische schroefdraad zijn verboden. De buizen met diameter gelijk aan of groter dan ND 50 worden steeds gelast met acetyleen. Bij lasverbindingen wordt bij richtingsveranderingen verplichtend gebruik gemaakt van lasfittingen. Plaatsing van de leidingen overeenkomstig aanduiding op plan en/of bijzonder bestek : Opbouw : De buizen worden bevestigd met beugels van gegalvaniseerd staal, aan de binnenzijde bekleed met een samendrukbaar materiaal. De bouten van de beugels zijn uit messing of cadmiumstaal. De verticale leidingen mogen niet glijden in hun bevestigingen. De maximale afstand tussen de bevestigingen bedraagt : horizontaal 1,50 m en verticaal 2,00 m. Wanneer verschillende leidingen evenwijdig lopen zullen de steunen gegroepeerd worden en gelijnd zijn. In lokalen met risico op condens moeten verzinkte stalen buizen tegen corrosie beschermd worden. De gasleiding verloopt van aan de teller tot aan de verbruikstoestellen (in opbouw). De bestaande gasleidingen worden aangepast voor de aansluiting van de nieuwe centrale verwarmingsketel na het verwijderen van de leidingen en toestellen van de verwarming met open gasconvectoren. Prijs per individuele installatie gasleidingen - koper PM REFERENTIENORMEN NBN P Buisleidingen en koppelstukken - Koperen pijpen voor leidingen in gebouwen (1994) NBN EN Koper en koperlegeringen - Naadloze, koperen buizen voor gas- en waterleidingen in sanitaire en verwarmingstoepassingen (1996) NBN EN Koper en koperlegeringen - Hulpstukken - Deel 1-5 (1998) NBN EN Koper en koperlegeringen - Naadloze, ronde buizen voor algemene toepassingen (1999) Er wordt gebruik gemaakt van buizen met aangepaste diameter volgens vereist debiet. De wanddikte bedraagt minimaal 1 mm. Zij zijn overeenkomstig het bijzonder bestek van het type : harde roodkoperen buizen (R 290), bestemd voor plaatsing in opbouw of halfharde roodkoperen buizen (R 250) met inwendige oppervlaktebehandeling tegen corrosie, bestemd voor plaatsing in opbouw. Met inbegrip van de fittings en de nodige bevestigingsbeugels. Zij zijn leverbaar in lengtes van 3 en 5m. De beugels zijn uit koper, koperlegering of kunststof. Bij gebruik van verkoperd staal, zamak of ander metaal is een isolatie tussen de beugel en de buis vereist. De studie is ten laste van de aannemer en ter goedkeuring voor te leggen aan de ontwerper.. De plaatsing gebeurt overeenkomstig de voorschriften van STS en NBN D Plaatsing van de leidingen overeenkomstig aanduiding op plan en/of bijzonder bestek : 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 6 van 33
7 Opbouw : De leidingen worden bevestigd met beugels van koper / zamak, aan de binnenzijde bekleed met een samendrukbaar materiaal. De bouten van de beugels zijn uit messing of cadmiumstaal. De verticale leidingen mogen niet glijden in hun bevestigingen. De maximale afstand tussen de bevestigingen bedraagt : horizontaal 1,50 m en verticaal 2,00 m. Wanneer verschillende leidingen evenwijdig lopen zullen de steunen gegroepeerd worden en gelijnd zijn. Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : Aard van de overeenkomst : Pro Memorie (PM). Inbegrepen in artikel ,gasleidingen - staal Aansluting tussen stalen gasleiding en verbruikstoestel gaskranen - algemeen Het betreft de levering en montage van alle nodige stopkranen voor aansluiting van toestellen en/of de afsluitkranen om een deel van de installatie af te sluiten. Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : aard van de overeenkomst : Pro Memorie (PM) Inbegrepen in de prijs van het leidingnet. Materialen Het kraanwerk moet voldoen aan de eisen van de plaatselijke gasmaatschappij en de voorschriften bepaald in NBN D en NBN EN 331 en zijn van het type R HT. Kwarttoerbediening met ondubbelzinnige aanduiding van open of gesloten stand. Afneembare bedieningssleutels zijn verboden. Alle materialen zijn BGV-gekeurd. Met de hand bediende kogelkranen en plugkranen met gesloten bodem voor gasinstallaties in gebouwen (1998) gaskranen - afsluitkranen PM De afsluitkranen zijn van het type sferische plugkranen met volle doorlaat met drieledig koppenstuk conform NBN D De diameters zijn aangepast aan de gasleiding en debiet van het aangesloten verbruikstoestel, zoals aangeduid op plannen en meetstaat. Geplaatst zo dicht mogelijk bij het verbruikstoestel en gemakkelijk bereik- en bedienbaar. Nabij alle verbruikstoestellen voor zoverre deze niet is ingegrepen in het toestel. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 7 van 33
8 65. VERWARMING / INDIVIDUELE INSTALLATIES verwarming / individuele installaties - algemeen Het betreft de levering en plaatsing per woongelegenheid van een volledig bedrijfsklare en volgens de regels van de kunst afgewerkte CV-installatie. In overeenstemming met de algemene en/of specifieke bepalingen van het bijzonder bestek, dienen de onder de respectievelijke artikels begrepen eenheidsprijzen, hetzij volgens uitsplitsing in de samenvattende opmeting, hetzij in hun globaliteit, steeds te omvatten : de levering en plaatsing van de sanitaire aanvoer- en afvoerleidingen, inclusief alle vereiste toebehoren tot het optimaal functioneren van de verwarmingsinstallatie. de levering, plaatsing, aansluiting en in bedrijfstelling van de ketels en alle noodzakelijke toebehoren en installatieonderdelen, expansievaten, circulatoren, ontluchters, ontgassers, elektrische voeding, regelapparatuur, eventuele boilers voor sanitair warm water, e.d., ; de levering en montage van het integrale distributiesysteem voor het circulatiewater van de verwarmingsinstallaties tussen de CV-ketels en de verwarmingselementen, met inbegrip van bijhorende collectoren en kraanwerk, ventielen en terugslagkleppen, de bevestigingsbeugels, het waar nodig voorzien van een isolerende mantels, schilderwerk, corrosiebescherming van de buizen, e.d., ; de levering en plaatsing van de verwarmingselementen met inbegrip van steunen, radiatorkranen en koppelstukken, ; het slijpen, boren en/of kappen van alle sleuven en doorvoeropeningen, nodig voor de verwezenlijking van de installatie, alsook het naderhand opvullen en passend afwerken zijn inbegrepen in de desbetreffende posten; de proeven en controle op de goede werking in de installatie, alle eventuele aanpassingen en/of vervangingen tot een perfecte werking van de installatie; een volledige waarborg op de gehele installatie met inbegrip van minstens één onderhoudsbeurt tot aan de definitieve oplevering, tenzij anders vermeld in dit bestek of het bijzonder bestek; de levering van alle nodige documenten, attesten, garantiebewijzen, keuringsverslagen en asbuiltplannen; het opruimen van de werf en verwijderen van alle afval. Materialen ALGEMEEN Alle toegepaste materialen zijn in overeenstemming met de beschrijvingen van onderhavig bestek en/of het bijzonder bestek. Algemeen gelden volgende bepalingen : Alle gebruikte materialen zijn onderling verenigbaar. Bijzondere aandacht wordt besteed aan het vermijden van elektrochemische koppels. In hun functie en plaatsing mogen de materialen geen negatieve invloed hebben op de goede en rendabele werking van de verwarmingsinstallatie of gelijk welke component ervan (zoals elektrolyse, putcorrosie, ). De aannemer zal pas overgaan tot de bestelling van de materialen na goedkeuring door de ontwerper en het Bestuur van de materiaallijst aangevuld met alle nodige technische documentatie, attesten, monsters, en vermelding van oorsprong, evenals alle bijkomende informatie nuttig geacht door het Bestuur en de ontwerper. Alle materialen zijn nieuw en voorzien van een aangepaste en ongeschonden verpakking die een gemakkelijk identificatie ervan toelaat. Alle materialen zijn afkomstig uit lidstaten van de Europese gemeenschap, zoniet wordt dit uitdrukkelijk vermeld in de voor te leggen materialenlijst! Bij levering op de werf wordt door de ontwerper de overeenstemming met de goedgekeurde materialenlijst nagegaan. Alle afgekeurde leveringen moeten onmiddellijk van de werf verwijderd worden. De goedkeuring van de leveringen houdt geenszins de goedkeuring van de werken in. De aannemer is volledig verantwoordelijk en neemt alle nodige maatregelen voor het transport, de opslag en de verwerking van de materialen volgens de bepalingen van het bestek, de regels van goed vakmanschap (NBN normen, STS'en, ATG s, TV s, ) en de voorschriften van fabrikant. Voor het transport van personen en materialen mag geen gebruik worden gemaakt van de bestaande personen of goederenliften, tenzij schriftelijke toelating en volgens de bepalingen van het Bestuur. REFERENTIENORMEN KB van betreffende de veiligheid van gastoestellen KB van (BS ) tot regeling van de stikstofoxides (NOX) en koolmonoxide (CO)-<emissieniveaus> voor de olie- en gasgestookte centrale <verwarmingsketels> en branders, met een nominaal thermisch vermogen gelijk aan of lager dan 400 kw 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 8 van 33
9 NBN B Centrale verwarmingsketels met een nominaal vermogen kleiner dan 70 kw - Voorschriften voor hun opstellingsruimte, luchttoevoer en rookafvoer NBN D Centrale verwarming, ventilatie en luchtbehandeling - Bijzondere eisen voor hoge drukverwarmingsinstallaties (met water of met stoom) NBN D Ketels voor centrale verwarming - Algemene eisen van toepassing op alle ketels + addenda NBN D Centrale verwarming, ventilatie en klimaatregeling - Warmeluchtgeneratoren met ventilator - Algemene eisen van toepassing op alle typen + addenda NBN D Centrale verwarming, ventilatie en luchtbehandeling - Opleveringsproeven voor installaties NBN D Binnenleidingen voor aardgas en plaatsing van de verbruikstoestellen - Algemene bepalingen NBN ISO Gebouwen - Uitdrukking van gebruikerseisen - Deel 1 - Warmteëisen ALGEMEEN De werken worden uitgevoerd volgens de bepalingen van onderhavig en/of het bijzonder bestek en zoals aangegeven op de plannen en de hydraulische schema s. De werken dienen bovendien te worden uitgevoerd in overeenstemming met de meest recente uitgave en addenda van : de gehomologeerde en geregistreerde NBN normen; reeks NBN D 30 - Centrale verwarming, ventilatie en luchtbehandeling - Gemeenschappelijke eisen voor alle systemen het algemeen reglement op de elektrische installaties (AREI); het algemeen reglement op de arbeidsbescherming (ARAB); het technisch reglement voor water van het SVW en de voorschriften van Belgaqua. de technische voorlichtingsnota s (TV) van het WTCB; het type bestek TB Centrale verwarming, verluchting en klimaatregeling (Regie der gebouwen, 1990) (voor elementen welke niet zouden zijn opgenomen in dit typebestek); de lastenboeken uitgegeven door het KVBG (Koninklijke Vereniging der Belgische Gasvaklieden); de voorschriften van de nutsvoorzieningsmaatschappijen; het KB van betreffende de rendementseisen voor olie- en gasgestookte centrale verwarmingsketels; het KB van inzake de basisnormen brand alsook de voorschriften van de plaatselijke brandweer; het KB van tot voorkoming van luchtverontreiniging bij het verwarmen van gebouwen met vaste of vloeibare brandstoffen; de norm NBN S Akoestiek - Grenswaarden voor de geluidsniveaus om het gebrek aan comfort in gebouwen te vermijden (1987) het KB van inzake tijdelijke of mobiele werkplaatsen; de Europese richtlijnen en normen; de bepalingen van Vlarem II; eventuele plaatselijke reglementen; de meest recente wetgeving AANNEMINGSMODALITEITEN De aannemer wordt verondersteld over alle technische en praktische vaardigheden te beschikken om de beschreven werken uit te voeren. Voor werken in onderaanneming dient de hoofdaannemer zich te richten tot installateurs erkend in de geëigende ondercategorieën D16 of D17 of D18, de klasse dient in overeenstemming te zijn met het overeenkomend bedrag van de onderaanneming. In geval van installaties op gas zal de installateur GEHABILITEERD zijn. Werken aan stookolieketels worden enkel uitgevoerd door een erkend brandertechnicus. Het bewijs hiervan zal geleverd worden op eenvoudig verzoek van de ontwerper of de bouwheer. PLANNING - WERFOPVOLGING De aannemer is gehouden een planning op te maken, in overleg met de andere aanwezige ambachten, en deze voor de aanvang van de werken ter goedkeuring voor te leggen aan het Bestuur en de ontwerper. Daarbij moet een goede onderlinge coördinatie met de andere aannemers worden gegarandeerd. De verschillende fasen van de werken kunnen pas starten na goedkeuring door het Bestuur en de ontwerper van alle nodige plannen, en uitvoeringsmodaliteiten Gedurende de werken zorgt de aannemer voor netheid op de werf : de installateur zal de afbraakmaterialen, voortkomend van zijn werken uit de lokalen verwijderen en van de bouwwerf afvoeren conform de geldende reglementeringen, bij het voltooien van de installatie zorgt hij voor een grondige reiniging van de werf. WERKEN IN BESTAANDE GEBOUWEN In geval de lokalen bewoond blijven tijdens de uitvoering van de werken zal de aannemer alle nodige maatregelen nemen om de veiligheid van de bewoners en eventuele bezoekers te verzekeren en 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 9 van 33
10 de inhoud van de lokalen te beschermen. De hinder voor de bewoners dient tot een minimum beperkt te blijven. Elke begonnen installatie wordt volledig afgewerkt vooraleer een andere wordt aangevat. Tenzij anders bepaald, gebeuren de werken tijdens de normale werkuren tussen 7u s morgens en 6u s avonds van maandag tot vrijdag of volgens een met het Bestuur afgesproken planning. OPMETING & DIMENSIONERING De inschrijver zal zelf alle opmetingen en berekeningen opmaken. Afwijkingen t.o.v. het bestek en de plannen moeten gemeld worden bij de inschrijving, zoniet wordt verondersteld dat eventuele afwijkingen zijn inbegrepen in de offerte. DUURZAAM BOUWEN Bij het geheel van de installatie worden de principes inzake duurzame ontwikkeling nagestreefd. Daarbij worden zoveel mogelijk milieuvriendelijke toestellen, materialen en technieken tewerk gesteld. Systemen met technische goedkeuring (Benor, ATG, Key-mark of gelijkwaardig) krijgen de voorkeur. Alle elementen moeten zuiver geschikt zijn voor hun toepassing. Het gebruik van kitten zal tot een minimum beperkt worden. Breekwerken en afval wordt tot een minimum herleid door correcte maatvoering en gebruik van standaard maten, apparatuur en systemen, door een grondige voorbereiding van het werk, door het gebruik van aangepast gereedschap, herbruikbare verpakkingen, leveringen in containervorm, door een ordelijke werforganisatie, Afval wordt zoveel mogelijk gesorteerd in grote fracties in overleg eventuele andere ambachten. Verpakkingsmateriaal zal bij voorkeur worden teruggenomen door de leveranciers. Ook wordt de voorkeur gegeven aan toestellen en onderdelen met een terugname/recyclage waarborg vanwege de leverancier na buiten gebruik stelling algemeen - volledigheid van inschrijving PM Algemeen De aannemer wordt gewezen op de volledigheid van de inschrijving : Alle leveringen en prestaties niet specifiek beschreven in dit bestek of de bijgaande plannen en schema s en onontbeerlijk voor de volledige en vakkundige uitvoering van de installaties maken integraal deel uit van de overeenkomst en worden verondersteld te zijn opgenomen in de prijsbieding. Leemtes of opmerkingen moeten gemeld worden bij de inschrijving. Zoniet worden deze verondersteld te zijn inbegrepen in de offerte. De aannemer kan zich niet beroepen op onderschatting of misvatting van de beschreven werken om afwijkingen van het aannemingscontract te bedingen. De inschrijver voorziet in zijn prijs alle noodzakelijke maatregelen om - in functie van de locale omstandigheden - de werken tot een goed eind te brengen en is daartoe gehouden zich te vergewissen van de toestand ter plaatse. Geen enkel supplement voor onvoorziene omstandigheden zal uit dien hoofde mogen verrekend worden. Nutsvoorzieningen worden niet ter beschikking gesteld door het Bestuur, tenzij uitdrukkelijk schriftelijk overeengekomen, en zijn ten laste van de aannemer volgens de geldende voorschriften en worden verdeeld over de betreffende posten algemeen - studie & berekening PM Algemeen De aannemer is, tenzij anders vermeld in het bijzonder bestek, verantwoordelijk voor de berekening van : de warmteverliezen (per lokaal), de kringdebieten uitgaande van een regime 70/50 C of lager (voorzover de isolatiegraad van het gebouw dit toelaat, zoniet maximaal 80/60 C), het dimensioneren van de leidingdiameters (watersnelheid < 1m/s) en van de warmte-afgifte en afmetingen van de radiatoren. De installateur zal alle productgegevens ter beschikking stellen, teneinde hem toe te laten de conformiteit met de energie-prestatie-regelgeving te controleren. PRESTATIEVOORSCHRIFTEN De warmteverliezen worden berekend op basis van de norm NBN B Berekening van de warmteverliezen van gebouwen (1986) en EN (2003). Bij de berekening worden onderstaande richttemperaturen gehanteerd : Buitentemperatuur : - 8 C o Verenigingslokalen : 20 C o Bergingen : 16 C o Toilet, Inkomhal, traphal, tochtsassen, : niet verwarmd 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 10 van 33
11 Voor berekening de ventilatieverliezen wordt uitgegaan van een ventilatievoud van 1 volume/u, tenzij op basis van de NBN D of de berekeningen voor mechanische ventilatie hogere debieten vereist zijn. Hydraulische berekeningen voor gedwongen circulatie volgens Rietschel en Raiss. Voor leidingen met diameter tot ND 50 wordt de watersnelheid beperkt tot 1 m/s. Bij éénpijpinstallaties met horizontale ring geldt TV 93 van het WTCB als leidraad waarbij uitgegaan wordt van een T van 10 C. Bij éénpijpsverwarming zal het vermogen gelijkmatig verdeeld worden over de verschillende kringen. De radiatoren van snel op te warmen lokalen worden in het begin van de kring geplaatst. Voor het dimensioneren van de radiatoren wordt uitgegaan van een regime 70/50 C of lager indien de isolatiegraad van het gebouw dit toelaat (maximaal 80/60 C). Dimensionering van de gasleidingen op basis van de vereenvoudigde formules van Renouard of Mounier of van de diagrammen uit de NBN D Berekening van het expansie-systeem volgens volgens de bepalingen van art WTCB Rapport nr 1 : Dimensionering van centrale verwarmingsinstallaties met warm water. NBN EN Warmte-eigenschappen van gebouwen - Berekening van het energiegebruik voor verwarming - Woningen en woongebouwen (1998) De lastenboeken en aanbevelingen van het KVBG algemeen - voeding & aansluiting PM Algemeen ELEKTRISCHE BORDEN & VOEDING De elektrische voeding van de verwarmingsinstallatie in de nabijheid van de ketel en een wachtbuis tussen ketel en kamerthermostaat, worden in principe begrepen in de post elektriciteit (zie artikel voeding / CV). In andere gevallen zal de installateur CV zelf instaan voor de elektrische voorzieningen en dienen zij te zijn inbegrepen in de plaatsing van de ketels en hun toebehoren. De installatie wordt aangesloten op het elektrisch net (eenfazig 230 V 50Hz met aarding) via een bordje te plaatsen in de directe nabijheid van de ketel. Dit bordje omvat : een algemene schakelaar, twee automaten 10 A / aangepast aan het vermogen van de ketel De aders van de voedingsleidingen hebben een sectie van 2,5 mm2 voor voeding en 1,5 mm2 voor sturing. Ongeacht het type kamerthermostaat wordt steeds een buis met minstens 3 geleiders voorzien voor eventuele voeding. Alle installatiemateriaal is CE-CEBEC-gekeurd. De installatieonderdelen worden overeenkomstig de geldende normen inzake elektrische installaties verbonden met de aardelektrode. De elektrische installaties worden uitgevoerd conform het AREI. De installatie wordt pas opgeleverd na aflevering aan het Bestuur van een keuringsattest zonder opmerkingen opgemaakt door een erkend controle-organisme. AANSLUITING GAS Een gasleiding is te voorzien vanaf de teller tot aan de ketel. De diameters worden bepaald volgens NBN D ifv van het vermogen van de aangesloten toestellen. De installatie is conform de voorschriften van de netbeheerder en de gasleverancier aan te leggen. Ter hoogte van de aansluiting op het verbruikstoestel is een BVG-gekeurde gaskraan voorzien. De installatie voldoet aan de bepalingen van hoofdstuk 64. AANSLUITING (KOUD-)WATER De watertoevoer is aanwezig in de verenigingslokalen. De aansluiting gebeurt volgens de voorschriften van SVW, de waterleverancier en de bepalingen van de fabrikanten van de toestellen. De koudwatertoevoer is voorzien van een veiligheidsgroep (overdruk beveiliging en een terugslagklep) waarvan de afvoer wordt verbonden via een trechter met de riolering. AANSLUITING RIOLERING De riolering is aanwezig in de verenigingslokalen (of in de onderliggende verenigingslokalen). De aansluiting gebeurt volgens de geldende voorschriften (watermaatschappij, brandweer, ). AFVOER ROOKGASSEN Voor ketels met een nominaal vermogen tot 70 kw gebeurt de installatie volledig conform de norm NBN D Centrale verwarmingsketels met een nominaal vermogen kleiner dan 70 kw - Voorschriften voor hun opstellingsruimte, luchttoevoer en rookafvoer (2003). Indien de voorziene schouwafmetingen opgenomen in hoofdstuk 25 niet aangepast zouden zijn om een goede trek te garanderen, dient de aannemer zijn eventuele opmerkingen terzake te voegen bij de inschrijving. Voor 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 11 van 33
12 de verbrandingstoestellen op gas zijn de voorschriften van de NBN D inzake uitmonding in gevel en dak van toepassing. GESLOTEN GASTOESTELLEN TYPE C : AANVOER VERBRANDINGSLUCHT EN AFVOER ROOKGASSEN Overeenkomstig de voorschriften van de fabrikant en met behulp van meegeleverde buizen voor de aanvoer van verbrandingslucht en afvoer van rookgassen. De plaats van uitmonding van de systemen (eindstuk) t.o.v. openingen in de woning en hindernissen voldoet aan bijlage G van de norm NBN D en de aanbevelingen van de leverancier algemeen - keuringen & proeven PM Algemeen De aannemer stelt het benodigde personeel, gereedschap en apparatuur ter beschikking voor de uitvoering van de proeven, keuringen, Rendementsproef op ketel d.m.v. rookgasanalyse met meting van het gasverbruik. Drukproef in koude toestand van de leidingen volgens NBN D (verplicht uit te voeren op elke installatie) : de installatie wordt gedurende minstens 2 uur aan een waterdruk onderworpen van 4.5 bar (minimaal 1.5 maal de hoogste bedrijfsdruk,met een maximum van 6 bar), en mag daarbij geen enkel lek vertonen (geen drukval). Proef uit te voeren terwijl de leidingen nog volledig zichtbaar en toegankelijk zijn. Drukproef in warme toestand van de installatie volgens NBN D : uit te voeren bij het optarten van de afgewerkte installatie ; de installatie wordt gedurende minstens 2 uur op maximale bedrijfstemperatuur gehouden. De goede werking en dichting van alle onderdelen en verbindingen van de installatie wordt nagezien. Circulatie / temperatuurproef volgens NBN D (kan in combinatie met de drukproef in warme toestand). De installatie wordt, na volledige spoeling, gevuld met water en ontlucht en opgewarmd tot de maximale bedrijfstemperatuur waarna opnieuw wordt ontlucht en eventueel bijgevuld. De volledige installatie wordt gedurende 2 dagen in regime gehouden en waarbij de algemene werking van de installatie, het evenwicht en de gelijkmatige verdeling van de warmte (met temperatuursmetingen) worden gecontroleerd en desgevallend bijgeregeld. Keuring van de elektrische installatie door een erkend controle organisme. Zie ook artikel 70. De proeven gebeuren steeds in aanwezigheid van de ontwerper. De proefverslagen worden onmiddellijk na uitvoering van de proeven ter goedkeuring overgemaakt aan de ontwerper. De verwarminsketels beschikken over een verklaring van overeenstemming (opgenomen in de technische handleiding van het toestel) volgens de bepalingen van het KB van inzake CO- en NOx-emissies algemeen - documenten & asbuilt-plannen & opleiding PM Algemeen De installateur verstrekt het Bestuur ter plaatse alle inlichtingen omtrent het gebruik, de goede werking, het onderhoud, de ontstoring, van de installatie. Volgende documenten, in het Nederlands, moeten in twee exemplaren aan het Bestuur afgeleverd worden vóór de voorlopige oplevering : asbuilt-plannen (met 1 exemplaar op kalkpapier of informatiedrager), elektrische schema s van de installaties, een gedetailleerde materialenlijst met vermelding van merk, type, specifieke kenmerken en leveranciers, een gedetailleerde technische documentatie van alle onderdelen van de installatie, met gebruiksvoorwaarden, richtlijnen i.v.m. onderhoud en ontstoring, de nodige attesten en verslagen van proeven, keuringen, waarborgen, een gebruiksaanwijzing van de ketels en van alle onderdelen van de installatie als kamerthermostaat, thermostatische kranen, eventuele boiler, één exemplaar per geplaatst toestel. Deze wordt opgehangen in een map nabij de ketel algemeen - waarborgen PM Algemeen Op het geheel van de installatie en op de respectievelijke onderdelen zijn behoudens strengere voorschriften in het bijzonder bestek, onderstaande standaard waarborgtermijnen van toepassing : Installatie : Vanaf de voorlopige oplevering geldt een totale waarborg (materialen, arbeidsprestaties, verplaatsingen, taksen, attesten, ) van één jaar op de volledige installatie. Deze omvat minimaal alle herstellingen (binnen de 24u) en vervangingen (binnen de 5 werkdagen), alsook een onderhoudsbeurt met controle en de nodige bijregelingen van de volledige installatie (uit te voeren op het einde van de waarborgperiode). 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 12 van 33
13 Ketels : Solidair door aannemer en leverancier worden de ketels en hun toebehoren gewaarborgd gedurende minimaal 3 jaar, vanaf de datum van de voorlopige oplevering. Deze waarborg heeft betrekking op de materialen, de arbeidsprestaties en de verplaatsingskosten. Een dienst naverkoop is georganiseerd in de regio. Kunststofleidingen : De aannemer levert solidair met de leverancier een schriftelijke systeemwaarborg af van tien jaar op het geheel van de leidingen, koppelingen en alle hulpstukken tussen collectoren en verwarmingselementen. Verwarmingselementen (radiatoren en convectoren) : waarborg van 5 jaar, vanaf de datum van de voorlopige oplevering, op fabricage- en materiaalfouten algemeen - beknopte beschrijving installatie & werken PM Leveren en plaatsen van 2 individuele centrale verwarmingsinstallaties in de verenigingslokalen op de derde verdieping : vooraan en achteraan. Elke entiteit wordt voorzien van een afzonderlijke hoogrendements-condenserende gaswandketel in gesloten uitvoering en paneelradiatoren gaswandketels - algemeen Het betreft de levering, plaatsing, hydraulische en elektrische aansluiting en de in bedrijfstelling van de gaswandketels bestemd voor individuele centrale verwarming (vermogens tot 30 kw), met inbegrip van alle nodige toebehoren. Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : meeteenheid : per stuk (installatie) aard van de overeenkomst : Forfaitaire Hoeveelheid (FH) Materialen Alle toestellen zijn CE-gekeurd voor het gebruik van gassen : Cat. I2E+ (alle toestellen). De ketels zijn tevens KVBG HR+ Lage Temperatuur of HR-top gekeurd en voorzien van een kenplaat (met vermelding van merk en type, CE-label, vermogen, maximale druk, ). Zij zijn conform NBN EN Veiligheids- en regelinrichtingen voor gasbranders en gasverbruikstoestellen - Algemene eisen (2000). BASISPRESTATIES Beschermingsgraad IP-44 Het werkingsregime van de ketel is in principe 70 / 50 De ketels zijn geschikt voor lage temperatuurverwarming. De ketels werken geluidsarm. Ketels gevoed door netspanning gaan in veiligheid bij stroomonderbreking en schakelen automatisch terug in bij herstel van de spanning. Elektriciteit : 230 V / 50Hz, Maximum CO-emissie : 110 mg/kwh, Maximum NOx-emissie : 150 mg/kwh bij atmosferische branders en 120 mg/kwh bij ventilatorbranders. KENMERKEN TOESTELLEN MET ATMOSFERISCHE BRANDERS (HR+ LAGE TEMPERATUUR) De gasketels zelf zijn minimaal voorzien van : een universele zelfreinigende atmosferische of premix corrosie bestendige brander; een inrichting die een geleidelijke ontsteking en een stabiele werking van de brander waarborgt; een thermische terugslagbeveiliging op de toestellen van het type B; een voorziening die de schakelfrequentie beperkt; een zowel in- als uitwendig corrosiebestendige warmtewisselaar; een inrichting die het brandervermogen automatisch en continu tussen 35 en 100 % aanpast aan de warmtevraag; een elektronische ontsteking met ionisatiebeveiliging; een beveiliging tegen oververhitting en watergebrek; een venster voor visuele controle van brander en ontsteking; een bekleding uit geëmailleerde staalplaat of gelijkwaardig, gemakkelijk te onderhouden en afneembaar voor onderhoud; een waterdicht en ontstoord elektrisch gedeelte voorzien van de nodige aansluitklemmen voor elektrische voeding, regeling, pompsturing, ; nippels voor het meten van de gasdruk en de branderdruk; een vorstbeveiliging van het toestel zelf indien de ketel op zolder of een niet vorstvrij lokaal wordt geplaatst; 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 13 van 33
14 gemakkelijk bereikbare en duidelijke bedieningsknoppen voor aan/uit-schakeling, temperatuursregeling CV; een regeling met microprocessor met werkings- en storingsindicatie d.m.v. led s of code; BIJKOMENDE BEPALINGEN VOOR CONDENSERENDE KETELS (HR- TOP) een voorgemengde en traploos modulerende brander (premix) met ontstekingselektrode; een hoog rendement (minimaal 107 % op onderste verbrandingswaarde); lage CO, CO 2 en NOx emissies; een condenswaterafvoer aangesloten via een open verbinding op een riool. TYPEAANDUIDING TOESTELLEN MET GESLOTEN VERBRANDINGSKAMER (TYPE C) De gesloten toestellen beantwoorden aan NBN EN Centrale-verwarmingsketels met atmosferische branders - Type C-ketels met een nominale belasting tot 70 kw (+ corrigendum) (1999). De diverse typen worden aangeduid door Cnm volgens de indeling van de NBN D Wandketels van het type C hebben een beschermingsgraad IP42. KETELTOEBEHOREN - INSTALLATIEONDERDELEN De toestellen worden uitgerust met volgende installatieonderdelen (al dan niet ingebouwd in de ketel -> zie ook respectievelijke installatieonderdelen) : Een drukexpansievat met kunststofmembraan en stikstofvulling en waarvan de totale inhoud en de voordruk (min 0,5 bar) aangepast zijn aan de waterinhoud en de kenmerken van de installatie conform art Een circulator (met mogelijkheid tot snelheidsregeling) zonder pakking en smering, met geruisloze werking, nadraaischakeling, elektrisch ontstoord en aangepast aan de debiet en de opvoerhoogte van de installatie (installatie- en pompkarakteristieken voor te leggen); Een gemakkelijk afleesbare thermometer welke de temperatuur (in C) van het vertrekwater aangeeft; Een gemakkelijk afleesbare manometer (in bar) op de kring verwarming; Een instelbare verschildrukregelaar (by-pass); Een BVG-gekeurde gasafsluitkraan; De nodige afsluitkranen voor het isoleren van de ketel (koudwatervoeding, CV, sanitair, gas); Een aflaatkraan (geschikt voor aankoppeling van rubberdarm); Een automatische ontluchter, gemakkelijk vervangbaar; Een water aansluitset, Belgaqua gekeurd, en omvattende minimaal een afsluitkraan, een terugslagklep en een overdrukbeveiliging, een soepele aansluitdarm; Een veiligheidsventiel (1/2 ) op de verwarmingskring, ingesteld op 3 bar, een corrosie- en temperatuursbestendige trechter voor onderbroken aansluiting op een afvoer; Een afzonderlijk leverbare steun als ketelsokkel; Overeenkomstig de bepalingen van het bijzonder bestek beantwoorden de toestellen aan de respectievelijke randvoorwaarden verbonden aan onderstaande bestemming en uitrustingen : ENKEL VERWARMING ZONDER SANITAIRE WARMWATER PRODUCTIE REFERENTIENORMEN NBN D Installaties voor brandbaar gas lichter dan lucht, verdeeld door leidingen + addenda (laatste uitgave) NBN D aangevuld met de voorschriften van de ketelfabrikant NBN D Centrale verwarming, ventilatie en luchtbehandeling - Gemeenschappelijke eisen voor alle systemen - Buisleidingen NBN CR Europees schema voor de indeling van gastoestellen volgens de methode van de afvoer van de verbrandingsgassen (Typen) NBN B Stookafdelingen en schoorstenen NBN B Centrale verwarmingsketels met een nominaal vermogen kleiner dan 70 kw - Voorschriften voor hun opstellingsruimte, luchttoevoer en rookafvoer DOCUMENTEN Ten behoeve van de gebruikers wordt per toestel een duidelijke gebruikshandleiding in het Nederlands geleverd, inzake de bediening, het onderhoud en het ontstoren van de ketel en zijn toebehoren (1 per toestel + 2 voor het Bestuur), het geheel opgehangen onder een plastic beschermmap in de directe nabijheid van de ketel. De gebruikshandleidingen beantwoorden aan de vorm- en inhoudsvereisten van de norm NBN EN & Verwarmingssystemen in gebouwen, Leiddraad voor het opstellen van handleidingen voor bediening, onderhoud en gebruik (2002). Ten behoeve van het Bestuur worden twee exemplaren van een gedetailleerde technische handleiding inzake gebruik, onderhoud en ontstoring van het toestel en zijn toebehoren alsook een gedetailleerde wisselstukkenlijst met vermelding van leveranciers. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 14 van 33
15 Keuring Alle toestellen dienen CE gekeurd te zijn voor België, HR+ voor de hoog rendement ketels en HR- top voor de condenserende ketels. Solidair door aannemer en leverancier worden ketels en toebehoren gedurende minimaal 3 jaar gewaarborgd. Deze waarborg heeft betrekking op de materialen, de arbeidsprestaties en de verplaatsingskosten. Een dienst naverkoop is georganiseerd in de regio gaswandketels - gesloten / enkel CV FH st Het betreft wandketels, met gesloten verbrandingskamer (type C). Het verwarmingstoestel wordt samen met zijn systeem voor lucht aanvoer en verbrandingsgassen afvoer gedekt door de CEmarkering. ENKEL METALEN KANALEN MOGEN GEBRUIKT WORDEN, KUNSTSTOF IS VERBODEN. De voorschriften van de fabrikant moeten strikt worden nageleefd en er mag uitsluitend materiaal voorgeschreven of geleverd door de fabrikant gebruikt worden. De toestellen zijn bestemd en uitgerust enkel voor verwarming zonder sanitair warmwaterproductie, volgens artikel gaswandketels - algemeen. : Type : condenserend (HR-top) Vermogen : 30 kw (vermogen afgestemd op berekende warmteverliezen) Pomp : elektronische toerentalregeling, debiet en opvoerhoogte aangepast aan de installatie Expansievat : Nuttige inhoud en voordruk aangepast aan de installatie De plaats van uitmonding van de systemen (eindstuk) t.o.v. openingen in de woning en hindernissen voldoet aan de aanbevelingen van het KVBG (Inforgas Speciaal dossier nr 2) en van de leverancier. Bij HR-hoogrendements- en/of condenserende gasketels wordt een aangepaste condensvang voorzien met afvoer naar de riolering. Voeding en aansluiting volgens artikel algemeen - voeding & aansluiting. Hoogrendements-condenserende gaswandketel in de verenigingslokalen op de derde verdieping vooraan en achteraan rook- & verluchtingskanalen - algemeen schoorsteenelementen - buizen / roestvast staal (RVS) FH st Dubbelwandige metalen geïsoleerde rookgasafvoersysteem Binnendiameter : volgens voorschriften van de fabrikant en in functie van de aan te sluiten verwarmingstoestellen. Wanddikten : volgens ATG Isolatiemateriaal : volgens ATG Hulpstukken : beugels, ondersteuningselementen, aansluitstukken, vloer- of wandsteun, daksteun, brandwerende plaat, aansluitingsslabben, Geprefabriceerd dakdoorgangsstuk met bijhorende plakplaat aangepast aan de dakdichting van het platte dak Kleur bovendaks gedeelte : te kiezen uit standaard assortiment van de leverancier. De geïsoleerde dubbelwandige schoorsteen is vervaardigd uit een binnenwand in RVS (AISI 316L) en een buitenwand in RVS (AISI 304). De inox buizen zijn langsnaad doorlopend gelast met een gegarandeerde dichtheid. De centrering van binnen- en buitenbuis gebeurt via verbindingsstukken. De elementen en hulpstukken zijn voorzien van een mannelijk en vrouwelijk (mof- en spie-) uiteinde. Door het principe van de in elkaar schuivende binnenbuizen en de voorziene speling kan deze binnenbuis bij opwarming vrij uitzetten. Het systeem wordt geleverd en gemonteerd conform de voorschriften van de ATG. Voorafgaandelijk wordt een voorstel opgemaakt en ter goedkeuring voorgelegd. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 15 van 33
16 Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : meeteenheid : per stuk (installatie) aard van de overeenkomst : Forfaitaire Hoeveelheid (FH) Volledige rookgasafvoersysteem ; aansluiting op het verwarmingstoestel, dakdoorvoer, bovendakse buizen en eindstuk schoorsteenelementen stalen buizen GP Enkelwandige gegalvaniseerde stalen rookgasafvoerbuis Diameter en wanddikte : aangepast aan de diameter van de bestaande te verplaatsen buis Hulpstukken inbegrepen : bocht- en aansluitstukken, beugels, brandwerende isolatie, dakdoorgang, Dakdoorgangsstuk uit geprefabriceerd gegalvaniseerde staal met bijhorende plakplaat aangepast aan de dakdichting. De buizen zijn langsnaad doorlopend gelast met een gegarandeerde dichtheid. De elementen en hulpstukken zijn voorzien van een mannelijk en vrouwelijk (mof- en spie-) uiteinde. Door het principe van de in elkaar schuivende binnenbuizen en de voorziene speling kan deze binnenbuis bij opwarming vrij uitzetten. Het systeem wordt geleverd en gemonteerd conform de voorschriften van de ATG. Opstelling : zichtbaar, opbouw aard van de overeenkomst : Globale Prijs (GP) Demonteren en verplaatsing van de bestaande fornuisrookgasafvoer met muurdoorgang via de traphal. Herplaatsen en alle nodige aanpassingen via het nieuwe tracé met dakdoorgang. Alle nodige elementen, hulpstukken en werken aan dak en muren inbegrepen tot het bekomen van een vakkundig afgewerkt geheel leidingnet & toebehoren - algemeen Het betreft de levering, plaatsing en aansluitingen tot realisatie van een bedrijfsklaar warmtedistributienet, met inbegrip van alle toebehoren (bochten, T-stukken, aftakkingen, verbindingen, beugels, collectoren, ) en de vereiste drukproeven, met uitzondering van het kraanwerk. Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : meeteenheid : stuk (globaal per installatie) aard van de overeenkomst : Forfaitaire Hoeveelheid (FH) Materialen De onderdelen, buizen en hulpstukken maken deel uit van één systeem en vormen bij de verwerking één geheel. Zij worden geleverd door dezelfde fabrikant en/of verenigbare handelsmerken, zoals aanbevolen door de buizenfabrikant. De keuze inzake materialen heeft tot gevolg dat de aannemer de volledige verantwoordelijkheid draagt voor het tracé en bevestigingen inzake de vormveranderingen die tot stand kunnen komen in de leidingen tengevolge van de temperatuursverschillen. Vermenging van stalen en koperen buizen in een kring moet worden vermeden. Koperen buizen mogen zich enkel stroomafwaarts bevinden van stalen buizen. Kunststofbuizen zijn voorzien van een diffusiescherm. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 16 van 33
17 LEIDINGTRACÉ Het tracé van de leidingen is aangegeven op de plannen, maar kan tijdens de werken kleine wijzingen ondergaan. In zoverre deze wijzigingen geen wezenlijke meerlengten met zich meebrengen, worden zij uitgevoerd zonder recht op enig supplement De aannemer CV moet er op toezien dat kruisingen, doorvoeren of andere moeilijkheden vakkundig worden opgelost in coördinatie met de uitvoeringsposten ruwbouw, sanitair, elektriciteit, afwerking, (zie ook art van Deel A 2001). Ingewerkte of achteraf onbereikbare koppelingen zijn verboden (ook al is deze mogelijkheid voorzien in de technische goedkeuring). Er wordt rekening gehouden met voldoende uitzettingsmogelijkheden voor de leidingen. Lokale spanningen (o.a. bij zettingsvoegen, ) worden opgevangen d.m.v. aangepaste doorvoermoffen. De treksterkte van gerealiseerde verbindingen moet minstens even groot zijn als die van de buis. Waar vereist moet bij het plaatsen van de leidingen en beugels de nodige ruimte voorzien worden voor een doorlopende thermische isolatie. Behoudens bij roestvaste (kunststof-)materialen, worden alle leidingen en toebehoren voorzien van twee corrosiewerende verflagen (van verschillende kleur). Prijs inbegrepen in het leidingnet. De gehele installatie wordt grondig gespoeld voor ingebruikname. Voor het aanbrengen van de leidingen wordt rekening gehouden met eventueel andere aanwezige technieken als sanitaire leidingen, elektra, ventilatie, SLEUVEN - DOORVOEREN Het aantal boringen, kapwerken en sleufwerken tot een minimum beperkt blijven, de nodige openingen in muren en vloeren zullen zoveel mogelijk worden uitgespaard tijdens de ruwbouwwerken. Bij het uitzagen en boren van openingen, sleuven en doorgangen moet voorzichtig tewerk worden gegaan, teneinde nutteloze beschadigingen aan aangrenzende constructie-onderdelen te vermijden. Er wordt uitsluitend gebruik gemaakt van aangepast, trillingsarm gereedschap d.m.v. een roterende beweging (zagen, frezen, slijpen, boren, ). Doorboringen in betonplaten zullen steeds uitgevoerd worden met een gekoelde diamantboor. Daarbij wordt erop toegezien geen wapeningen van het beton bloot te leggen of te beschadigen. De sleuven in gemetste muren hebben een aangepaste sectie, zonder hun stabiliteit in gevaar te brengen. Het inwerken van leidingen in wanden met een dikte van minder dan 9 cm, in systeemwanden of in holle ruimtes van samengestelde wanden is verboden. Doorvoeren worden zo voorzien dat muur- of vloerzettingen de buis niet kunnen belasten. Bij een muur- of vloerdoorgang wordt dienaangaande steeds een aangepaste beschermhuls (doorvoermof) rond de leidingen geplaatst, waarin de buis vrij kan bewegen. De hulzen zullen 1 cm door de afgewerkte muren en de plafonds steken en minimum 2 cm door de bovenzijde van de afgewerkte vloeren. Na het plaatsen van de leidingen moet de installateur de sleuven en doorgangen opnieuw dichten, rekening houdend de voorziene oppervlakteafwerking van de omgevende wand en de eventuele bijzondere eisen inzake brandveiligheid. Bij elke doorgang van een leiding door een eventueel aanwezige brandcompartimentering (vloer of muur) wordt, overeenkomstig de norm NBN , gebruik gemaakt van dubbelwandige branddovende doorgangshulzen. De tussenruimte is voorzien van een chemisch product dat, bij brand, de eigenschap heeft in elkaar te vloeien en de doorvoeropening dicht te smelten. Attesten dienen voorgelegd te worden bij de monsterkeuring. AKOESTISCHE VOORZORGEN Een goede contact- en/of luchtgeluidsisolatie is qua resultaat sterk afhankelijk van de uitvoering. Ieder rechtstreeks contact tussen de bevestigingsmiddelen en de leidingen (metaal op metaal), alsook tussen de leidingen en wanden of vloeren moet worden vermeden, om hinder veroorzaakt door wrijving van de buizen in de beugels of tegen het gebouw, als gevolg van uitzetting of inkrimping, te voorkomen. Om geluidsoverdracht in het gebouw tegen te gaan zal de installateur de nodige voorzieningen treffen, zoals Keuring de ruimte tussen doorvoerkokers en buizen opvullen met een aangepaste isolatiestof de steunbeugels aan de binnenzijde voorzien van een samengedrukte isolatielaag. De gebruikte trillingsisolerende stoffen moeten zelfdovend en rotvrij zijn. Alle leidingen en hun verbindingen zijn blijvend waterdicht bij de vooropgestelde bedrijfsdruk en - temperatuur. Het CV-leidingnet zal uitgetest worden op haar waterdichtheid volgens NBN D : Drukproef in koude toestand van de leidingen (verplicht uit te voeren op elke installatie) : de installatie wordt gedurende minstens 2 uur aan een waterdruk onderworpen van 4,5 bar (minimaal 1,5 maal de 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 17 van 33
18 hoogste bedrijfsdruk, met een maximum van 6 bar), en mag daarbij geen enkel lek vertonen (geen drukval). Hydraulische proef uit te voeren terwijl de leidingen nog volledig zichtbaar en toegankelijk zijn (d.w.z. geen anticorrosiebanden, geen bekleding, geen dekvloer). De installateur stelt het personeel en het materiaal voor het uitvoeren van de proeven ter beschikking. De prijs is opgenomen in onderstaande artikels tenzij anders vermeld in het bijzonder bestek. Proefattesten af te leveren aan het Bestuur leidingnet & toebehoren - buizen / staal FH st Leidingen uit roestvast staal, welke op moment van aanbesteding beschikken over een geldige technische goedkeuring (ATG). Bewijs hiervan voor te leggen vóór bestelling van de materialen. Leidingen uit gegalvaniseerd staal (zinklaag minimaal 400 gr/m2), ze zijn geschikt voor verwarmingsinstallaties (<110 C) met een maximale werkdruk tot 10 bar. NBN A Stalen buizen voor courant gebruik - Schroefbare buizen (1979) NBN A Stalen buizen voor courant gebruik - Pijpen met gladde uiteinden, niet schroefbaar (1979) EN Naadloze en gelaste stalen buizen - Afmetingen en massa's per lengte-eenheid (1994) De plaatsing van de leidingen gebeurt overeenkomstig de voorschriften van STS Sanitaire leidingen (1966) en TV 145. Alle leidingen worden met afschot naar de ketel of een aftapkraan gelegd zodat het net volledig kan geledigd worden. Alle hoogste punten worden voorzien van een ontluchtingsmogelijkheid (via radiator en/of een automatische gemakkelijk te onderhouden ontluchter). Geen enkele verbinding mag geplaatst worden op achteraf onbereikbare plaatsen (vloeren, wanden, ). De verbindingen en dichtingen worden uitgevoerd overeenkomstig NBN 237 De leidingen die in opbouw geplaatst worden, zullen trillings- en geluidsvrij bevestigd worden d.m.v. daartoe geschikte beugels met schroef en plug of op gegalvaniseerd stalen rails in U-vorm bevestigd door minstens twee vijzen en pluggen. Waar mogelijk worden ze gegroepeerd in leidingkokers of opgelegd in schalen. Bij doorvoeringen door wanden en vloeren worden hulzen gebruikt die de vrije uitzetting van de buizen toelaten, zij steken 1 cm boven de afgewerkte vloer uit en worden waterdicht afgewerkt. Het leidingverloop biedt voldoende mogelijkheden tot uitzetting. Waar nodig worden uitzettingscompensatoren voorzien. De nodige berekeningen en een gedetailleerd uitvoeringsschema worden ter goedkeuring voorgelegd aan de ontwerper. Leidingen die worden ingewerkt in muren en vloeren zijn beschermd met een PVC-mantel en/of worden vooraf spiraalvormig omwonden met anticorrosie hechtende PVC-band, waarbij iedere winding de vorige overlapt met een overlapping van minimaal 20 mm per winding, overeenkomstig NBN EN De omhulde leidingen dienen volledig bestand te zijn tegen corrosie van chemische en elektrolytische aard. Alle leidingen worden in opbouw geplaatst. Leidingisolatie : ter voorkoming van warmteverliezen dienen alle ingewerkte leidingen en opbouwleidingen in niet verwarmde ruimten geïsoleerd te worden met een zelfdovende en dampdichte buisisolatie. Tussen ketel en radiatoren (systeem in opbouw) volgens het tracé aangegeven op de plannen Aanpassing van bestaande leidingen naar het nieuwe tracé buiten de traphal leidingnet & toebehoren - buizen / koper FH st REFERENTIENORMEN NBN P Buisleidingen en koppelstukken - Koperen pijpen voor leidingen in gebouwen (1994) NBN EN Koper en koperlegeringen - Naadloze, koperen buizen voor gas- en waterleidingen in sanitaire en verwarmingstoepassingen (1996) NBN EN Koper en koperlegeringen - Naadloze, ronde buizen voor algemene toepassingen (1999) TV Aanbevelingen voor het gebruik koperen buizen voor de distributie van sanitair koud en warm water (WTCB, 1984) TV Kunststofbuissystemen voor de distributie van warm en koud water onder druk in gebouwen (WTCB, 1998) 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 18 van 33
19 Overeenkomstig het toepassingsgebied wordt gebruik gemaakt van halfharde roodkoperen buizen met inwendige oppervlaktebehandeling tegen corrosie voor plaatsing in opbouw, met inbegrip van de fittings en de nodige bevestigingsbeugels. Zij zijn leverbaar in lengtes van 3 en 5m. Waar mogelijk worden ze gegroepeerd in leidingkokers of opgelegd in schalen. In onverwarmde lokalen en op plaatsen met vorstgevaar worden de buizen (elk afzonderlijk) geïsoleerd met inbegrip van de koppelstukken en beugels. Het gebruik van voorgeïsoleerde buizen wordt aanbevolen. De beugels zijn uit koper, koperlegering of kunststof. Bij gebruik van verkoperd staal, zamak of ander metaal is een isolatie tussen de beugel en de buis vereist. De buizen beschikken op het moment van de aanbesteding over een geldige Technische goedkeuring (ATG) afgeleverd door het BUtgb. Voor bestelling van de materialen zal het bewijs hiervan worden geleverd aan de ontwerper. De buizen zijn over hun volledig lengte gemerkt : norm (EN 1057), nominale afmetingen (buitendiameter x wanddikte), merk en fabricagedatum. De buisdiameters moeten zodanig gekozen worden dat de circulatiesnelheid van het water beperkt blijft tot 1,5 m/s voor technische ruimtes en 1 m/s voor woonruimten (om akoestische redenen). Verbindingen gebeuren door mechanische (pers)koppelstukken uit te voeren met een speciaal voor deze toepassing voorziene persmachine, ofwel door zachtsolderen (temperatuur < 450 C) met tinkoper of tot diameter 22 met tin-zilver met gebruik van vloeimiddel of (vertinnings-)pasta volgens de voorschriften van de leverancier. Bij klemkoppelingen is het gebruik van steunhulzen aangeraden. Er wordt bij de uitvoering rekening gehouden met de uitzetting van het materiaal. Wanneer men werkt met buizen van grote lengten, en grote uitzettingen van de buizen mogelijk zijn, zal men deze opvangen met dilatatielussen of axiale compensatoren (volgens TV 154 (WTCB)). Alle doorvoeringen door muren en vloeren zullen uitgevoerd worden met moffen, waarin de buis vrij kan bewegen (cfr. art ). Aanvullende uitvoeringsvoorschriften Alle leidingen worden in opbouw geplaatst. Leidingisolatie : ter voorkoming van warmteverliezen dienen alle ingewerkte leidingen en opbouwleidingen in niet verwarmde ruimten geïsoleerd te worden met een zelfdovende en dampdichte buisisolatie. Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : meeteenheid : per stuk (installatie) aard van de overeenkomst : Forfaitaire Hoeveelheid (FH) Leidingen nieuwe CV installaties 3 de verdieping Aanpassing van bestaande leidingen naar tracé buiten de traphal leidingnet & toebehoren - leidingisolatie PM Alle leidingen, zowel in opbouw als ingewerkt en gesitueerd in onverwarmde ruimten, worden verplicht voorzien van een thermische leidingisolatie conform NBN D Centrale verwarming, ventilatie en luchtbehandeling - Gemeenschappelijke eisen voor alle systemen - Thermische isolatie (1992). Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : aard van de overeenkomst : Pro Memorie (PM). Inbegrepen in de prijs van de installatie De leidingisolatie is chemisch neutraal, niet giftig en bestand tegen temperaturen van -15 C tot 90 C. De binnendiameter van de isolatie moet aangepast zijn aan de buitendiameter van de leidingen zodat deze perfect worden omsloten. De dikte van de isolatie bedraagt daarbij minstens 20 mm tot ND 32 en minstens 30 mm vanaf ND 40. Bij diameters vanaf ND40 worden alle toebehoren (kranen, koppelingen, ) eveneens geïsoleerd. Op vraag van het werfbestuur legt de aannemer legt een technische nota voor, waaruit blijkt dat de dikte van de isolatie voldoet. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 19 van 33
20 Er kan gebruik worden gemaakt van soepele slangen of voorgevormde klapschalen uit hoogwaardig polyurethaanschuim / geëxtrudeerd polyethyleen, met gesloten celstructuur en gladde buitenwand. Naadafdichting zelfklevend of door verlijming. Warmtegeleidingscoëfficient : λ < 0,04 W/mK (bij 40 C) De reactie bij brand van het isolatiemateriaal dient te beantwoorden aan klasse A1 (volgens NBN S ). De nodige maatregelen worden genomen om het nat worden van de isolatie te vermijden. Bij het aanbrengen moeten zowel de isolatie als de leidingen volledig droog zijn. De richtlijnen van de fabrikant worden stipt opgevolgd. Het plaatsen van de isolatie wordt pas uitgevoerd nadat de leidingen en apparaten van de nodige beschildering en/of beschermingstape werden voorzien en na uitvoering van de circulatie en dichtheidsproeven van de leidingen. Elke leiding wordt afzonderlijk geïsoleerd. De installateur zal de leidingen daartoe met voldoende tussenruimte plaatsen om een vakkundige plaatsing en verzorgde afwerking van de isolatie mogelijk te maken. De isolatie wordt goed aaneensluitend op de leidingen aangebracht en mag niet onderbroken worden ter plaatse van bochtstukken, bevestigingen of steunen van de leidingen. De bochten en aftakkingen worden uitgevoerd met voorgevormde stukken of met op maat gesneden segmenten. Naden worden naar beneden gericht en zorgvuldig dichtgekleefd of dichtgelijmd. Alle vrij opgestelde CV-leidingen in niet verwarmde ruimten leidingnet & toebehoren - brandwerende doorvoeren PM Bij elke doorgang van leidingen door een eventueel aanwezige brandcompartimentering (vloer of muur) wordt gebruik gemaakt van dubbelwandige branddovende doorgangshulzen. De tussenruimte is voorzien van een chemisch product dat, bij brand, de eigenschap heeft in elkaar te vloeien en de doorvoeropening dicht te smelten. aard van de overeenkomst : Pro Memorie (PM). Inbegrepen in de prijs van de installatie De brandwerende isolatie rond leidingen bij doorvoeren van vloeren en wanden voldoet aan NBN De brandvrije mof wordt gebruikt als afsluiting van doorgangen van kunststofbuizen en bestaat uit twee schalen die na het plaatsen van de buis aangebracht worden of een stuk buis voorzien van omhulsel, dat tijdens het plaatsen van de PE buizen tussengevoegd wordt en de vrije uitzetting van de buizen toelaat. Zij is samengesteld uit anorganische materialen en bevat een product dat ingeval van brand zwelt en de buisdoorgang vuurbestendig en rook- en gaasdicht afsluit. Brandweerstand : Rf 1 u Voor bochten worden speciale schalen toegepast. De brandvrije schalen worden volgens de richtlijnen van de fabrikant ingewerkt en zijn van voldoende overbruggingslengte volgens het proefrapport. Attesten dienen voorgelegd te worden bij de monsterkeuring. Alle doorvoeringen door compartimenterende wanden en vloeren installatieonderdelen - algemeen Het betreft de levering en plaatsing van alle bijkomend benodigde installatieonderdelen noodzakelijk voor een bedrijfsklare werking van de verwarmingsinstallatie (kranen / circulatoren / expansiesystemen / ontluchters / ). Desgevallend zijn deze ingebouwd in de ketels en wordt hiervoor geen afzonderlijke prijs opgegeven. 3151_bestek_technische bepalingen_deel_2_hvac p. 20 van 33
SYLLABUS AARDGASINSTALLATIES
SYLLABUS AARDGASINSTALLATIES KONINKLIJKE VERENIGING VAN BELGISCHE GASVAKLIEDEN VERSIE VAN 01 JULI 2009 VOORWOORD Deze syllabus bevat ENKEL de onderwerpen die verondersteld worden gekend te zijn voor de
Nadere informatieLASTENBOEK DEEL 6 TECHNIEKEN FLUÏDA. ARCHITECTENBUREAU TYBERGHIEN & PARTNERS BVovvCVBA Jan Verspeyenstraat 26 9000 GENT T 09/223.69.
LASTENBOEK DEEL 6 TECHNIEKEN FLUÏDA ARCHITECTENBUREAU TYBERGHIEN & PARTNERS BVovvCVBA Jan Verspeyenstraat 26 9000 GENT T 09/223.69.63 60. SANITAIR LEIDINGNET 3 60.00. sanitair leidingnet - algemeen 3 60.60.
Nadere informatieOPLEIDING MODULE BUTAAN / PROPAAN PROFESSIONELE GASINSTALLATEUR BIJSCHOLING 2011 NBN D 51-006 2 de UITGAVE (2010) VOORNAAMSTE WIJZIGINGEN
OPLEIDING MODULE BUTAAN / PROPAAN PROFESSIONELE GASINSTALLATEUR BIJSCHOLING 2011 NBN D 51-006 2 de UITGAVE (2010) VOORNAAMSTE WIJZIGINGEN 1 JANUARI 2011 DEEL 1 - TERMINOLOGIE NIEUWE DEFINITIES 3.1.62.1
Nadere informatieGEHABILITEERD AARDGASINSTALLATEUR
GEHABILITEERD AARDGASINSTALLATEUR SYLLABUS KONINKLIJKE VERENIGING VAN BELGISCHE GASVAKLIEDEN VERSIE 01 JANUARI 2007 GEHABILITEERD AARDGASINSTALLATEUR - VOORWOORD VOORWOORD Deze syllabus bevat ENKEL de
Nadere informatieHeatMaster. Montage- en installatiehandleiding. 201 Booster. HeatMaster. 200N (Gas) Booster. HeatMaster ENGLISH FRANCAIS NEDERLANDS ITALIANO NL 1
Heataster ENGLISH ontage- en installatiehandleiding Heataster 201 Booster FANCAIS Heataster 200N (Gas) Booster NEDELANDS NL 1 ENGLISH WAASCHUWINGEN 2 Bestemmelingen van deze handleiding 2 Symbolen 2 Certificatie
Nadere informatieMEETSTAAT STERKERK OFFERTE - AANVRAAG R 30/12/99 l b m2 h m3 st EH subtot TOT EP TSSTOTAAL TOTAALPRIJS afvoerbuizen - algemeen 0,00
MEETSTAAT STERKERK datum 14/12/2015 project kadastrale gegevens projectverantwoordelijke opdrachtgever BOUWEN VAN EEN SCHOOLGEBOUW Jules Sellekaertsstraat 9 1930 Zaventem afdeling 22, sectie B, nr 292g4
Nadere informatieKVBG/ /2002
Versie 10/2002 KVBG/2000.60.01 Lastenboek voor de controle van de dichtheid van de binneninstallaties voor brandbaar gas lichter dan lucht,verdeeld door leidingen, bij de opening van de gasmeter 1/7 1.
Nadere informatieGemeenschappelijke schoorstenen in bestaande appartementsgebouwen
Gemeenschappelijke schoorstenen in bestaande appartementsgebouwen 1 Inhoudsopgave Bestaande situatie Atmosferische ketels Gemeenschappelijk opbouwvoorbeeld Werkingsprincipe Verse luchttoevoer Rookgasafvoer
Nadere informatieCONVECTIEVERWARMING GASGESTOOKTE CONDENSERENDE LUCHTVERHITTERS. Vermogens : 26,5 tot 61,7 kw BVBA BLONDEAU & ZONEN. Fabriekstraat, 56 B - 2547 Lint
CONVECTIEVERWARMING BVBA BLONDEAU & ZONEN Fabriekstraat, 56 B - 2547 Lint Tel. +32-3/454.38.50 Fax +32-3/454.38.44 info@blondeau.be www.blondeau.be GASGESTOOKTE CONDENSERENDE LUCHTVERHITTERS Vermogens
Nadere informatieModulair systeem voor verwarmingsinstallaties
member of varimix VARIMIX Modulair systeem voor verwarmingsinstallaties > modulair systeem voor verwarmingsinstallaties De Varimix is een modulair systeem voor verwarmingsinstallaties dat uitermate geschikt
Nadere informatieGebruiksaanwijzing. Gasbranders. 057.130.7 Gasbrander zonder vlambeveiliging 057.131.7-057.146.3 Gasbranders met vlambeveiliging.
Gasbranders Overzicht 057.130.7 gasbrander 20cm, butaan/propaan, 5 kw, zonder vlambeveiliging 057.131.5 gasbrander 30cm, butaan/propaan, 7 kw + vlambeveiliging 057.132.3 gasbrander 40cm, butaan/propaan,
Nadere informatieHandleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE
Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE 2.1 Aflevering 2.2 Voorschriften 2.3 Opstelling 2.4 Montage beveiligingen 2.5 Montage rookgasafvoer 2.6 Montage
Nadere informatieProefcentrum voor sierteelt
Pagina 1 Teken- & Studiebureau HVAC - Verwarming - Koeling - Ventilatie - Klimatisatie - EPB - Energieaudit Duurzame energie - Warmtepompen - Zonnepanelen - WKK - Sanitair Project : Proefcentrum voor sierteelt
Nadere informatieInstallatievoorschriften. Bel-Ro-combi CLV systeem
Installatievoorschriften Bel-Ro-combi CLV systeem Inhoudsopgave Bel-Ro-combi CLV systeem 1 Inhoudsopgave 2 Bedrijfsgegevens 3 Voorwoord 4 Toepassingsgebied 5 Temperatuurklasse 5 Keuze systeem & diameter
Nadere informatieBeveiligingen voor huishoudelijke sanitaire toestellen
Beveiligingen voor huishoudelijke sanitaire toestellen 1 Na de watermeter Na de watermeter dient steeds een algemene afsluitkraan en goedgekeurde controleerbare keerklep (type A) geïnstalleerd te zijn.
Nadere informatieSTUDIEGEBIED Koeling en warmte
STUDIEGEBIED Koeling en warmte Modulaire opleiding Loodgieter BO KW 004 Versie 1.0 BVR Pagina 1 van 9 Inhoud 1 Deel 1 Opleiding... 3 1.1 Korte beschrijving... 3 1.1.1 Relatie opleiding - beroep... 3 1.1.2
Nadere informatieMINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST
MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST 23 DECEMBER 1998. - Besluit van de Waalse Regering waarbij toelagen worden verleend aan gezinnen met een bescheiden inkomen ter bevordering van rationeel en efficiënt energiegebruik
Nadere informatieLASTENBOEK AFWERKING SEMI-CASCO LORETTEKLOOSTER BEGIJNENSTRAAT MECHELEN
LASTENBOEK AFWERKING SEMI-CASCO LORETTEKLOOSTER BEGIJNENSTRAAT MECHELEN INHOUD 2. Pleisterwerken p.3 3. Chapewerken, p.3 6. Sanitaire installatie p.3 7. Elektrische installatie p.4 8. Verwarmingsinstallatie
Nadere informatieHet cascadesysteem. in één compact toestel
Het cascadesysteem in één compact toestel De ThermoSystem HRM is met recht uniek te noemen. En wel omdat het een ruimtebesparend alternatief is voor de gebruikelijke cascade-opstelling. Het blijft verbazingwekkend
Nadere informatieGAS. Installaties die niet aan de voorschriften voldoen, moeten afgekoppeld worden.
VEILIGHEIDSREGLEMENT BRUSSELS EXPO GAS 5.1 ALGEMENE BEPALINGEN 5.1.1 Controle De gasinstallaties worden, vóór indienststelling, gekeurd door een EDTC. De standhouder of zijn afgevaardigde zal in zijn eigen
Nadere informatieSTUDIEGEBIED Koeling en warmte
STUDIEGEBIED Koeling en warmte Modulaire opleiding Installateur individuele gasverwarming BO KW 003 Versie 1.0 BVR Pagina 1 van 9 Inhoud 1 Deel 1 Opleiding... 3 1.1 Korte beschrijving... 3 1.1.1 Relatie
Nadere informatieDOSSIER: hsreno02 lot 4 elektr. GDR-architecten bvba tel. 09/331.57.90 info@gdr-architecten.be DATUM:31/01/2012
DEEL 0 - AANNEMING / WERF INHOUDSOPGAVE 00. INLEIDING / ALGEMEEN... 2 00.10. voorwoord - algemeen... 2 00.20. uitgangspunten - algemeen... 2 00.30. structuur & opvatting - algemeen... 2 00.40. gebruiksaanwijzing
Nadere informatie: Kinderdagverblijf gemeente Sint-Pieters-Woluwe "Crèche du Centre"
SAMENVATTENDE OETING : HVAC - SANITAIR -BRANDBEVEILIGING 1. ALGEMEEN 1.01. EENHEIDSPRIJZEN EN INSCHRIJVING - - - - - - - - De eenheidsprijzen omvatten steeds, tenzij anders bepaald, de levering, plaatsing,
Nadere informatieTechnische voorschriften voor een aftakking van een appartementsgebouw
Technische voorschriften voor een aftakking van een appartementsgebouw Intercommunale Waterleidingsmaatschappij van Veurne-Ambacht Maatschappelijke zetel: Doornpannestraat 1-8670 Koksijde RPR Veurne -
Nadere informatieElke afwijking van de principetekening en de toegepaste technieken moeten ter goedkeuring voorgelegd worden aan de keuringsdienst van de VMW.
Nr. T.V./018/1-B Datum: 21.11.2002 Aantal bladzijden: 5 afdeling Watertechnologie cel Materialentechnologie TECHNISCHE STEEKKAART ENKEL VOOR BESTELLING VAN ONDERDELEN VAN DE BESTAANDE MESSING STOPKRAAN
Nadere informatieLOT 4 CENTRALE VERWARMING en SANITAIR
1082 BOUWEN VAN SOCIAAL HUIS Veurnestraat 18-22 te 8970 Poperinge OCMW Poperinge Bouwheer : OCMW Poperinge Veurnestraat 22 8970 Poperinge LOT 4 CENTRALE VERWARMING en SANITAIR BESCHRIJVENDE MEETSTAAT artikel
Nadere informatieLASTENBOEK -------------------------------------------------------------
lastenboek bladzijde 1 LASTENBOEK ------------------------------------------------------------- Algemene Beschrijving van de werken en materialen INHOUD Hoofdstuk 08: Isolatie Hoofdstuk 09: Bezetwerken
Nadere informatieVR 2016 2201 DOC.0045/11
VR 2016 2201 DOC.0045/11 Bijlage 9 bij het besluit van de Vlaamse Regering van tot wijziging van diverse besluiten inzake leefmilieu, wat betreft een aanpassing aan de evolutie van de techniek Bijlage
Nadere informatieConform neutraal besteksystematiek release 6 van het CBS/NAV-bestek - uitgave 2012
Bestekteksten Conform neutraal besteksystematiek release 6 van het CBS/NAV-bestek - uitgave 2012 DEEL 4 SPECIALE TECHNIEKEN - VERWARMING & SWW, VENTILATIE, HVAC, 2 LOT 40 CENTRALE VERWARMING - INDIVIDUELE
Nadere informatieLASTENBOEK -------------------------------------------------------------
lastenboek bladzijde 1 LASTENBOEK ------------------------------------------------------------- Algemene Beschrijving van de werken en materialen INHOUD Hoofdstuk 08: Isolatie Hoofdstuk 09: Bezetwerken
Nadere informatieGASGESTOOKTE DONKERE STRALINGSBUIZEN BLONDEAU INDUSTRIAL HEATING
Bij verwarming door middel van gasgestookte donkere stralingsbuizen worden oppervlaktes verwarmd - geen volumes meer - zonder lucht- en / of stofverplaatsing. Dit biedt tal van mogelijkheden en voordelen,
Nadere informatieJe aftakking op het drinkwaternet
Je aftakking op het drinkwaternet (Ver)bouw je? Dan is het belangrijk dat je in je woning tijdig over drinkwater beschikt. Deze folder legt stap voor stap uit hoe je een aftakking op het drinkwaternet
Nadere informatieINSTALLATIES 12 ONAFHANKELIJKHEID VAN EEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE TEN OVERSTAAN VAN ANDERE INSTALLATIES
9 9.01 ELEKTRISCHE Nominale spanning Elektrische installaties moeten in al hun onderdelen onderworpen en uitgevoerd worden in functie van hun nominale spanning 9.02 Regels van goed vakmanschap gelijkvormigheid
Nadere informatieDOSSIER NR 1 BINNENLEIDINGEN VOOR AARDGAS. conform de norm NBN D 51-003 (2004) GASAANSLUITING VAN TOESTELLEN
Inforgas DOSSIER NR 1 BINNENLEIDINGEN VOOR AARDGAS conform de norm NBN D 51-003 (2004) LEIDINGEN STOP- EN AFSLUITKRANEN GASAANSLUITING VAN TOESTELLEN A A N B E V E L I N G E N V A N D E K. V. B. G. Voorwoord
Nadere informatieDe siderocementbuis bestaat van binnen naar buiten uit volgende elementen:
SVW - Document Nr. T.V./057/1-A bladzijde 2. Het toepassingsgebied van deze buizen en hulpstukken wordt beperkt tot volgende waterkwaliteit die in contact mag komen met materialen op basis van cement:
Nadere informatieGE556Y306 Satellieten voor geïndividualiseerde collectieve installaties
Omschrijving De satellieten van de serie GE556 bieden een uitstekende oplossing voor de verwarming en voor de productie van sanitair warm water (SWW) in geïndividualiseerde collectieve installaties die
Nadere informatieOPLEVERINGSATTEST VAN EEN VERWARMINGSSYSTEEM VAN TYPE 2
OPLEVERINGSATTEST VAN EEN VERWARMINGSSYSTEEM VAN TYPE 2 EPB-verwarmingsadviseur VTI : Onderneming :..... Particulier Naam :... Erkenningsnummer :... Onderneming :... BTW-nummer :... Straat :... Huisnummer
Nadere informatieGASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen
Januari 2001 GASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen COLOFON GASTEC NV, Centrum voor Gastechnologie, werkt voor energiebedrijven, fabrikanten en andere opdrachtgevers met behoefte
Nadere informatieFlexibels : C.V. & sanitair
Flexibels : C.V. & sanitair Sanutal beschikt over de nodige machines om flexibele slangen voor sanitair en verwarming te produceren. Deze productie laat ons toe een volledig en hoogwaardig gamma uit voorraad
Nadere informatieINSTALLATIE VOORWAARDEN
INSTALLATIE VOORWAARDEN 1 Algemene installatievoorwaarden: Maten in mm van afgewerkte vloer en wanden. Keuken leverancier is niet aansprakelijk van door derden opgegeven aansluitpunten,deze punten moeten
Nadere informatieGEBRUIKERSHANDLEIDING
GEBRUIKERSHANDLEIDING Warmwater circulatie-unit O DVU 3 kw 230 V INHOUDSOPGAVE Voorwoord pag. 4 Inleiding pag. 5 Technische specificaties pag. 5 Veiligheidsvoorzieningen en instructies pag. 6 Werking van
Nadere informatieGASGESTOOKTE LUCHTVERHITTERS BLONDEAU INDUSTRIAL HEATING
GASGESTOOKTE LUCHTVERHITTERS De gasgestookte luchtverhitters SOLARONICS zijn toestellen geschikt voor verwarming van industriële en tertiaire gebouwen, goed geïsoleerd, met een geringe hoogte, die volledig
Nadere informatieVOORAL DE ALINEA S IN HET ROOD ZIJN ZEER BELANGRIJK VOOR HET JAARMARKTGEBEUREN
DIT BRANDWEERREGLEMENT IS ZEER BELANGRIJK ONDERMEER VOOR DE UITBATERS VAN KRAMEN WAAR VERWARMINGSTOESTELLEN WORDEN GEBRUIKT. GELIEVE HIERMEE REKENING TE HOUDEN EN NA TE LEVEN VOORAL DE ALINEA S IN HET
Nadere informatieAansluiten op aardgas van appartementen met maximum 9 standaard gasmeters
Aansluiten op aardgas van appartementen met maximum 9 standaard gasmeters Inhoud Hoe vraag je een aardgasaansluiting aan?... 3 Neem zo snel mogelijk contact op met Fluvius... 4 Geef door hoeveel gasmeters
Nadere informatieMETING WARMTEVERBRUIK SATELLIETEN GE556Y101 GE556Y101. Omschrijving. Belangrijkste eigenschappen. Functies. Toepassing.
Omschrijving De satellieten GE556 zijn de oplossing voor de meting van het warmteverbruik in appartementsgebouwen met een centrale productie van het water voor de centrale verwarming en een locale, individuele
Nadere informatieKNOEIWERK. FOTO 2 Aansluitkanaal - twee stukken flexibele metalen buis met verschillende doormeter aan elkaar vastgezet.
KNOEIWERK FOTO 1 Foutief gebruik van flexibele metalen buizen als aansluitkanaal [NBN B 61-002 ( 7.3.2)]: - twee metalen flexibels; - de lengte is in beide gevallen groter dan 1 m; - elk van de aansluitkanalen
Nadere informatieHeatMaster 25 C 25 TC 35 TC 45 TC 70 TC 85 TC 120 TC
made in Belgium With the future in mind HeatMaster 25 C 25 TC 35 TC 45 TC 70 TC 85 TC 120 TC Condenserende gasketel met dubbele functie HeatMaster condensatie op CV HeatMaster condensatie op CV en sanitair
Nadere informatieANCO-TORENS TURNHOUT. VERKOOPSLASTENBOEK PARKEERGARAGE Fase
Generaal Lemanstraat 27 B-2018 Antwerpen Telefoon 03 232 08 79 Telefax 03 232 21 38 www.wilma.be ANCO-TORENS TURNHOUT VERKOOPSLASTENBOEK PARKEERGARAGE Fase 4 Versie: 30 juli 2010 anco verkoopslastenboek
Nadere informatieRVV 375 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 375 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over drie ontwerpbesluiten betreffende de regeling van de emissieniveaus van verwarmingsketels, verwarmingstoestellen en radiatoren Brussel, 15 maart 2007 De Raad
Nadere informatieInstallatievoorschriften. CRB systeem
Installatievoorschriften CRB systeem Inhoudsopgave CRB systeem 1 Inhoudsopgave 2 Bedrijfsgegevens 3 Voorwoord 4 Toepassingsgebied 5 Temperatuurklasse 5 Keuze systeem & diameter 5 CRB standaard 5 CRB toestel
Nadere informatieForfaitaire verbruiken. Regels voor een elektriciteitsafname zonder meting
C3/2 Forfaitaire verbruiken Regels voor een elektriciteitsafname zonder meting C3/2 Versie 2009.04 1/6 1. Algemeenheden en toepassingsdomein Dit document stelt de regels vast inzake de elektriciteitsafname
Nadere informatieDe muurdoorgang en multiplexplaat bij nieuwbouw
De muurdoorgang en multiplexplaat bij nieuwbouw Inhoud De nutsleidingen binnenbrengen... 3 Definities... 3 De wachtbuizen... 3 De energiebocht/energiesteen plaatsen... 4 Energiebocht voor opstelling op
Nadere informatieMontage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p
Montage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p Instructies voor het monteren en gebruik van de Powerfire: Technische data: Gas type Butaan Propaan Werk druk: mbar 30-50 37-52 Categorie
Nadere informatieMinimum te plaatsen beveiliging voor een sanitaire toestel voor een conforme huishoudelijke binneninstallatie
Minimum te plaatsen beveiliging voor een sanitaire toestel voor een conforme huishoudelijke binneninstallatie Inhoud 1. Na de watermeter... 2 2. Voor de waterbehandeling... 2 3. Voor de dubbeldienstkraan...
Nadere informatieElektrische convectoren BMS (standaard) BMT (met timer) BMH (met beugel)
Dendermondesteenweg 268 B - 9070 Destelbergen tel.: 09 / 228 32 31 fax: 09 / 228 63 51 www.thermelec.be Elektrische convectoren BMS (standaard) BMT (met timer) BMH (met beugel) 1 1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Nadere informatieInfo avond schouwspel
Info avond schouwspel Programma 19u00 Ontvangst 19u15 Infosessie: toelichting door de heer Didier Geraerts van Schootec 20u00 Vragenronde 20u20 Warm Limburg: toelichting door mevrouw Cathérine Schepers
Nadere informatieInfoblad. Onderhoud, nazicht en meetverplichtingen van stooktoestellen en andere branders
Onderhoud, nazicht en meetverplichtingen van stooktoestellen en andere branders Infoblad Er bestaat heel wat wetgeving omtrent het onderhoud en nazicht van branders. Bovendien worden in vele gevallen ook
Nadere informatieNederlands 11/10/06 GSR 330 N. Gasketel 30 C. Gebruiksaanwijzing. www.oertli.fr
0 I 0 C Nederlands 11/10/0 GSR 0 N Gasketel Gebruiksaanwijzing 122 www.oertli.fr 2 Inhoud Toegepaste symbolen......................................................................... Belangrijke instructies........................................................................
Nadere informatieKVBG aanbeveling in verband met de collectoraansluiting voor verbrandingsgassen van meerdere op aardgas gestookte warmtegeneratoren
KVBG aanbeveling in verband met de collectoraansluiting voor verbrandingsgassen van meerdere op aardgas gestookte warmtegeneratoren 1. Probleemstelling We zien de laatste tijd een stijgende vraag om gastoestellen
Nadere informatieDe muurdoorgang en multiplexplaat bij nieuwbouw
De muurdoorgang en multiplexplaat bij nieuwbouw Inhoud De nutsleidingen binnenbrengen... 3 Definities... 3 De wachtbuizen... 3 De energiebocht/energiesteen plaatsen... 4 Energiebocht voor opstelling op
Nadere informatieBedieningsvoorschrift
6300 4749 05/2000 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano G234 Zorgvuldig lezen vóór bediening Voorwoord Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234 van Buderus
Nadere informatieBESTEKOMSCHRIJVINGEN. 8.1 Sanitair 99. 8.2 Verwarming 104
BESTEKOMSCHRIJVINGEN. Sanitair. Verwarming . SANITAIR Algemene beschrijving Leidingsysteem voor sanitaire toepassingen bestaande uit meerlagenbuizen en perskoppelingen. Het volledige systeem bezit technische
Nadere informatieHANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies
HANDLEIDING Sesame Thermoplastic Tank Technologies INSTALLATIE- EN GEBRUIKSAANWIJZING INHOUD 1. ALGEMEEN 3 2. BELANGRIJK 3 3. INSTALLATIE EXPANSIEVAT 4 4. GEBRUIK EXPANSIEVAT 5 5. VERVANGEN LUCHTCEL 5
Nadere informatieMeting warmteverbruik Technische fiche nr 0982B - EL SATELLIET GE556Y303
Figuur 1 Basisuitvoering zonder opties Omschrijving De satellieten GE556 zijn de oplossing voor de meting van het warmteverbruik in appartementsgebouwen met een centrale productie van het water voor de
Nadere informatieGebruikershandleiding en installatievoorschrift. Comfort 100-130 - 160-210 - 240 661Y1000 D
NL Gebruikershandleiding en installatievoorschrift Comfort 00-0 - 60-20 - 20 66Y000 D INHOUDSTAFEL NL ALGEMEEN Opmerkingen Certificatie CE-normen Verpakking VEILIGHEIDSINSTRUCTIES 5 Gebruikte symbolen
Nadere informatiePOLITIEVERORDENING. Deel 1: Toepassingsgebied. 1.1 Algemeen
1 POLITIEVERORDENING Veiligheidsmaatregelen bij het gebruik van occasionele installaties met vloeibaar gemaakte petroleumgassen, aardgas en/of elektriciteit Deel 1: Toepassingsgebied 1.1 Algemeen De politieverordening
Nadere informatiePRAKTISCHE FICHE / DE VOORBEREIDING Beschikbaar op www.legrand.be
Het A.R.E.I. en verlichtingskringen De verlichting in uw woning is het belangrijkste onderdeel van uw elektrische installatie n De kringen Een verlichtingskring wordt bekabeld met draden van 1,5 mm 2 en
Nadere informatieLOGBOEK Verwarmingssysteem type 2. Gebouw :. Adres :.
LOGBOEK Verwarmingssysteem type 2 Gebouw :. Adres :. Brussel CONTEXT Het logboek is de 'referentie'-documentatie voor de verwarmingssystemen. Het bijhouden van een logboek is een van de eisen van de EPB-reglementering
Nadere informatieConform neutraal besteksystematiek release 6 van het CBS/NAV-bestek - uitgave 2012
Bestekteksten Conform neutraal besteksystematiek release 6 van het CBS/NAV-bestek - uitgave 2012 DEEL 4 SPECIALE TECHNIEKEN - VERWARMING & SWW, VENTILATIE, HVAC, 2 LOT 40 CENTRALE VERWARMING - INDIVIDUELE
Nadere informatiePompgroepen IC GPD IC GPM Gebuiksaanwijzingen
Pompgroepen IC GPD IC GPM Gebuiksaanwijzingen IC GPM met mengkraan gemotoriseerde via SM90.120.2CA 230VAC IC GPD zonder mengkraan Mengkraan met instelbare manuele bypass Servomotor 3-punts sturing Grundfos
Nadere informatieCerapur TOP 30-3 ZWB TOP 30/42-3 ZWB TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB. condensatieketels met gestuwde afvoer
Technische en praktische voorschriften TOP 30-3 TOP 30/42-3 TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB N Cerapur condensatieketels met gestuwde afvoer Een onberispelijke werking kan slechts dan gewaarborgd worden, wanneer
Nadere informatieDatasheet 1/2002 Optigas -gasappendages
atasheet 1/2002 Optigas -gasappendages Toepassingsgebied: In het gasappendageprogramma Optigas van Oventrop zijn appendages opgenomen voor een veilige distributie en aanvoer van gas naar de huisaansluiting
Nadere informatieDe installatie moet worden uitgevoerd door een installateur en voldoen aan Richtlijn NBN D51.006/A
HYDRA GS Flexibele buizen voor gas Het HYDRA GS systeem bestaat uit een flexibele geribbelde inox buis in inox 316 L (Hydra Witzenmann) beschermd met een geel synthetisch omhulsel op rol en uit messing
Nadere informatieUNIMIX compact en universeel regelsysteem voor vloerverwarming. member of
UNIMIX compact en universeel regelsysteem voor vloerverwarming member of UNIMIX DE UNIMIX IS EEN COMPACT EN UNIVERSEEL REGELSYSTEEM VOOR VLOERVERWARMING DAT VOORZIEN IS VAN EEN INGEBOUWDE THERMOSTATISCHE
Nadere informatiePeriodiek Onderhoud Akkoord
Periodiek Onderhoud - PO SCOPE 1 - ATMOSFERISCH TOESTEL - AARDGAS SCIOS identificatiecode : XYZ001 Inspectie referentie : 2718KE-149-11-XYZ001-I-PO_G Naam : Demo locatie Adres : Marineblauw 149 Postcode
Nadere informatieOPLEVERINGSATTEST VAN EEN VERWARMINGSSYSTEEM VAN TYPE 1
OPLEVERINGSATTEST VAN EEN VERWARMINGSSYSTEEM VAN TYPE 1 Erkende verwarmingsinstallateur VTI : Onderneming :..... Particulier Naam :... Erkenningsnummer :... Onderneming :... BTW-nummer :... Straat :...
Nadere informatieBIJZONDER BESTEK NR. 351
OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN SINT-GILLIS BIJZONDER BESTEK NR. 351 AFWIJKINGEN Zie A, I, 5. VOORWERP VAN DE OPDRACHT. De opdracht betreft de aanpassing van de elektrische installaties
Nadere informatieT Technische Informatie
Technisch-commercieel info-news T Technische Informatie Zonnesystemen Wijzigingen in het gamma Nr. ODB_BE_2007002 Datum : 15/ 04 /2007 1. Wijzingen in de verpakking van ons gamma zonnesystemen De wijzigingen
Nadere informatieNATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING BORDEN VOOR CONVENTIONELE LIJNEN
NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING S - 10 BORDEN VOOR CONVENTIONELE LIJNEN UITGAVE : 2003 Index 1. INLEIDING...3 1.1. ONDERWERP...3 1.2. TOEPASSINGSDOMEIN...3 1.3. DOCUMENTEN
Nadere informatieATMOSFERISCHE BRANDER
Op het attest van oplevering alsook van periodieke controle van een verwarmingsketel dient het type brander (atmosferisch, premix of ventilator) aangeduid te worden (zie Fig. 1). Fig. 1 Uittreksel uit
Nadere informatieBestekteksten Conform systematiek Neutraal Bestek
DEEL 8 LOT 86 AFWERKINGEN VLOERAFWERKING 86.80. DIVERSE AFWERKINGEN 86.82.00. VLOERPLINTEN 86.82.50. 4. Vloerafwerkingen, plinten, metalen / alg. (43) Hh.10. OMVANG.12. De werken omvatten: - Het leveren
Nadere informatieLUCHTVERWARMING. Tot 50% gasbesparing Rendement tot 108% HR - Modulerend & Condenserend Premix Brander RVS Warmtewisselaar
LUCHTVERWARMING A D N KO L- Tot 50% gasbesparing S EN Rendement tot 108% HR - Modulerend & Condenserend Premix Brander RVS Warmtewisselaar Gasgestookte Luchtverhitter KonKONDENSA / TECHNISCHE DATAata Model
Nadere informatie20 De normen en voorschriften waar naar verwezen wordt in de onderstaande tekst, zijn steeds deze met de recentste versie.
BELANGRIJKE OPMERKING: 10 Deze voorschriften vervangen in het geheel alle andere specificaties met betrekking op het behandeld onderwerp. Dit document stemt overeen met het SVW -document nr. T. V J093/I-A
Nadere informatieElectrische Boiler. Installatie, gebruik en onderhoud TNC 10 TNC 15 TNC 30 TNC 50 TNC 80 TNC 80 H TNC 100 TNC 100 H TNC 150 TNC 150 H
Electrische Boiler Installatie, gebruik en onderhoud TNC 10 TNC 15 TNC 30 TNC 50 TNC 80 TNC 80 H TNC 100 TNC 100 H TNC 150 TNC 150 H Wij feliciteren u met de aanschaf van uw boiler. De electrische verwarmers
Nadere informatieVIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl. voor de vakman
Montagehandleiding voor de vakman Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl VIESMANN Vitoplex 200 type SX2A, 700 tot 1950 kw Olie-/gasketel VITOPLEX 200 5/2011 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften
Nadere informatieVvE Koning Karel 12 e
Reactie op vragen/opmerking rapportage haalbaarheids onderzoek vervanging rookgasafvoeren d.d. 16-08-2010 Uitgangspunten: de ontvangen rapportages van Nefit en VvE beheer en de ontvangen foto s van een
Nadere informatieSENTRY ELEKTRISCHE BOILERS
SENTRY ELEKTRISCHE BOILERS MODELLEN: ES3 ES4 ES5 ES65 Installatie- en bedieningsvoorschriften Onderhoudsinstructies Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden. 4.1.4 INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN
Nadere informatieOp de zitting te 11:00 uur zal de voorzitter overgaan tot het openen van de offertes.
STAD ANTWERPEN CV1/CW PATRIMONIUMONDERHOUD Bestek Voorwerp van de opdracht: Oudestraat 51 te 2660 Hoboken. Sportzaal Notelaar, vernieuwen van de centrale besteknummer PO/2009/5048/3 Prijs bestek + illustratie
Nadere informatieHANDLEIDING BIJ HET PLAATSEN VAN EEN ZELFBOUWPAKKET VERWARMING
1 HANDLEIDING BIJ HET PLAATSEN VAN EEN ZELFBOUWPAKKET VERWARMING INHOUDSTABEL Voorwoord p. 03 HOOFDSTUK 1: plaatsen en aansluiten van een Integra-radiator p. 05 HOOFDSTUK 2: plaatsen en aansluiten van
Nadere informatieAdministratieve voorwaarden Bellevuekaai - Blok FG
Bellevuekaai - Blok FG Artikel 1 Volgende documenten vormen een geheel met het verkoopscontract: In volgorde van belangrijkheid : - de architectuurplannen (zie verkoopsbrochure), - Het verkoopslastenboek,
Nadere informatieCollectieve kunststof rookgasafvoersystemen. Geen kunst met kunststof!
Collectieve kunststof rookgasafvoersystemen Geen kunst met kunststof! COLLECTIEVE KUNSTSTOF ROOKGASAFVOERSYSTEMEN Ubbink is dé specialist in kunststof rookgasafvoersystemen. Wij bieden tal van oplossingen
Nadere informatieVIESMANN. Montageaanwijzing VITOROND 200. voor de vakman. Vitorond 200 Type VD2A, 125tot270kW Verwarmingsketel op olie of gas
Montageaanwijzing voor de vakman VIESMANN Vitorond 200 Type VD2A, 125tot270kW Verwarmingsketel op olie of gas VITOROND 200 4/2007 Na montage deze aanwijzing recycleren! Veiligheidsaanwijzingen Volg deze
Nadere informatieMEETSTAAT STERKERK OFFERTE - AANVRAAG R 30/12/99 l b m2 h m3 st EH subtot TOT EP TSSTOTAAL TOTAALPRIJS afvoerbuizen - algemeen 0,00
MEETSTAAT STERKERK datum 14/12/2015 project kadastrale gegevens projectverantwoordelijke opdrachtgever BOUWEN VAN EEN SCHOOLGEBOUW Jules Sellekaertsstraat 9 1930 Zaventem afdeling 22, sectie B, nr 292g4
Nadere informatieWetgeving in stooklokalen
Wetgeving in stooklokalen Wat wordt er verwacht van U? Welke norm is van toepassing? Waar moet of kan u op letten? Is het een nieuw stooklokaal of renovatie? Stookplaats boven 70kW volgens NBN B61-001
Nadere informatieFlamco T-plus. 268 Productcatalogus Nederland Wijzigingen voorbehouden. Levering via de groothandel.
9. Flamco T-plus De T-plus is een ideaal product bij uitbreiding, ombouwing of renovatie van een bestaande installatie. De installatie kan gewoon in werking blijven terwijl de T-plus wordt gemonteerd.
Nadere informatieafdeling Watertechnologie - cel Materialentechnologie
TECHNISCHE STEEKKAART afdeling Watertechnologie - cel Materialentechnologie Nr. T.V./058/6-A Datum: 30.06.2005 Aantal bladzijden: 5. + bijlage BUIZEN EN HULPSTUKKEN VAN GEWAPEND BETON MET PLAATSTALEN KERN
Nadere informatieCascade-opstelling Nefit EcomLine HR pakket L2A. Lijnopstelling
Nefit houdt Nederland warm Installatie-instructie Cascade-opstelling Nefit EcomLine HR pakket L2A Lijnopstelling 1. INSTALLATIE-INSTRUCTIE BOUWPAKKET Nominaal vermogen Pakket L2A 44 kw 2 x HR 22 52 kw
Nadere informatieEisen aan uw meterruimte en invoervoorzieningen Informatie voor aanvragers van een Lianderaansluiting
Eisen aan uw meterruimte en invoervoorzieningen Informatie voor aanvragers van een Lianderaansluiting voor nieuwbouw iedereen energie eisen aan uw meterruimte en invoervoorzieningen Voor uw eigen veiligheid
Nadere informatieELEKTRICITEITSKEURING
ELEKTRICITEITSKEURING 1. Wat is een elektriciteitskeuring? Residentiële elektrische installaties dienen regelmatig te worden gekeurd, waarbij wordt gecontroleerd of aan de regels, opgelegd door het AREI,
Nadere informatieZEUS PYRO. Werking volgens onderdruk principe. Rendement 82-90% Geringe afmetingen. Ingebouwde veiligheidskoelspiraal
ZEUS PYRO Werking volgens onderdruk principe Rendement 82-90% Geringe afmetingen Ingebouwde veiligheidskoelspiraal Hoogwaardig keramisch vuurbeton LACFIRE 1800/20 SiC Aslade kan geledigd tijdens het verwarmingsbedrijf
Nadere informatie