Wetgeving in stooklokalen

Transcriptie

1 Wetgeving in stooklokalen Wat wordt er verwacht van U? Welke norm is van toepassing? Waar moet of kan u op letten? Is het een nieuw stooklokaal of renovatie? Stookplaats boven 70kW volgens NBN B61-001

2 Evolutie van de norm.

3 Wetgeving boven 70kW volgens NBN B Voor stookplaatsen +70kW staan volgende voorwaarden beschreven: De aanvoer van lucht De afvoer van verbrandingsgassen Andere nuttige norm is de NBN B voor gas. Boven 70kW is een stookplaats vereist. Deze norm is gezaghebbend voor installateurs van verwarmingsinstallaties met een totaal nuttig warmtevermogen van tenminste 70kW.

4 Klasse van stookplaats Klasse 1: kW Klasse 2: kW Klasse 3: vanaf 2000Kw

5 Wetgeving in stooklokaal boven 70kW De wanden van de stookplaats hebben een weerstand tegen brand van minimaal 1 uur. Alle binnenwanden die de stookplaats van de binnenkant van het gebouw scheiden, moeten een brandweerstand hebben van Rf 1uur. De binnendeur die toegang bied tot het stooklokaal heeft een brandweerstand van ½ uur, is opendraaiend naar buit en zelfsluitend. De stookplaats beschikt over een boven- en onder verluchting. De brandstoftoevoer moet afsluitbaar zijn buiten de stookplaats.

6 Brandveiligheid Bouwjaar bepaalt de brandweerstand Oude installaties van voor uur en ½ uur voor de deuren Nieuwe installaties vanaf uur en 1 uur voor de deuren

7 Brandveiligheid Situatie voor 1986 Wanden 1 uur brandbestendig Deuren ½ uur brandbestendig Vanaf 1986 Wanden 2uur brandbestendig Deuren 1 uur brandbestendig Vermelding van EI60 op zijkant van de deur Certificering van deze deur. Minimale hoogte van het stooklokaal tenminste 2.50m Gemeten tussen vloer en onderkant plafond of plafondliggers.

8 Brandveiligheid De aanwezige deur Moet naar buiten draaiend zijn een kenteken van EI60 bezitten zelfsluitend zijn voorzien zijn van een paniekslot Moet vanbinnen geopend kunnen worden voorzien zijn van een pictogram stookplaats * Blusbeveiliging aanwezig in het stooklokaal

9 Brandveiligheid, informeer bij het plaatselijk bestuur en/of brandweer.

10 Verluchten van de stookplaats. Benodigde lucht in functie van de brandstof Stookolie Voor 1 liter brandstof hebben we 12.5 m3 lucht nodig. Gas Voor 1m3 gas hebben we 6.5m3 lucht nodig Of 1m3 lucht per 1650W

11 Verluchten van de stookplaats Belangrijk voor de aanvoer van verse lucht voor de verbranding & De verversing van de aanwezige lucht in het lokaal.

12 Verluchten van de stookplaats Natuurlijke verluchting De verluchtingsopeningen staan rechtstreeks, hetzij met kanalen in verbinding met de buitenlucht. Een stooklokaal moet dwars geventileerd worden. Mogen niet afsluitbaar zijn. Een insectengaas voorzien mag wel uiteraard. De plaatsing moet gebeuren zodat er geen ophoping van bladeren kan ontstaan.

13 Verluchting via het keldergat!!!

14 Deze situaties moeten uiteraard opgevolgd worden bij het periodiek onderhoud van de installatie. Een stookplaats heeft niet de functie van berging of opslag.

15 Verluchten van de stookplaats De gehele ventilatie is wettelijk bepaalt en omvat: Benedenverluchting voor de aanvoer van verse lucht Bovenverluchting noodzakelijk voor afvoer van verontreinigde lucht. Bovenverluchting = 1/3 van de onderverluchting. Onderverluchting= 1.5dm2/17.5kW

16 Verluchten van de stookplaats

17 Schoorsteen Onderscheid tussen: Schoorsteen tot 6m Schoorsteen boven 6m

18 Onderverluchting direct

19 Schoorsteen boven 6m De minimale oppervlakte (S)van de lucht aanvoeropeningen of van de lucht aanvoerkanalen bedraagt 1dm2 per 17.5kW Voorwaarden: Het aantal roosters en bochten (90gr) niet meer dan 3 is. Elk rooster mag ten hoogste 1 afscherming tegen regen en/of traliewerk hebben. De vrije doorlaat moet ten allen tijde 75% bedragen van de berekende doorlaat.

20 Schoorsteen boven 6m Voor elk bijkomend rooster of bochtstuk 90gr. Moet de berekende doorlaat 10% verhoogd worden. Men neemt als basis een drukverlies van 5Pa in de luchtaanvoer De luchtsnelheid mag niet meer zijn dan 1m/s Een minimaal luchtdebiet in het kanaal van 2m3 per 1.16kW geïnstalleerd vermogen.

21 Schoorsteen onder 6m Minimale doorgangsoppervlakte S = 1.5dm2 per 17.5kW van het geïnstalleerde vermogen Er moet een van buiten rechtstreekse en lage luchttoevoer of ventilatie worden voorzien. De bovenkant van de luchttoevoer ligt op ¼ van de hoogte van het vertrek, gemeten vanaf de vloer.

22 Hoge ventilatie of verluchting in het stooklokaal De hoge ventilatie of verluchting moet een vrije doorlaat hebben van tenminste ¼ (+6m) of 1/3 (-6m) van de totale doorsnede van de lage ventilatie met een minimum van 2dm2

23 Energietoevoer in een stooklokaal Een noodstop moet voorzien zijn om in geval van nood elektriciteit & gas af te sluiten. Een gasdetector aanwezig in het stooklokaal zal een automatische gasafsluiter geplaatst buiten het stooklokaal afsluiten. De brandstoftoevoer moet afsluitbaar zijn buiten de stookplaats.

24 Brandstof opslag Dit vertrek kan zich bevinden binnenin, Aangrenzend aan, of buiten het gebouw. * De maximale toegelaten hoeveelheid brandstof mag ten hoogste 40000l bedragen. De toegang van de brandstofruimte is beschreven in functie van de ligging van deze ruimte.

25 Afmetingen stooklokaal De afmetingen worden zo bepaald dat de toestellen in gunstige voorwaarden kunnen opgesteld worden. Er voldoende ruimte is om ze te onderhouden en om ze te demonteren. Bovendien moet ze ook voldoende ruimte bieden om het leidingwerk en kraanwerk te voorzien. Richtlijnen van de afmetingen: Vrije hoogte 2.50m tussen vloer en plafond (liggers)

26 Toegang tot het stooklokaal Klasse 1: 1 toegang die uitgeeft in vrije lucht, tenzij in het gebouw Klasse 2 of 3: 2 toegangsdeuren tegenover elkaar afgestemd 1 moet uitmonden in de vrije lucht Indien 1 horizontaal vlak meer dan 8m is en opp. +40m2. Klasse 2 of 3: 1 toegang die uitgeeft in de vrije lucht, tenzij in het gebouw. Indien 1 horizontaal vlak minder dan 8m is en opp. -40m2

27 Hoe controleren? Het is vanzelfsprekend dat we een stookplaats niet eventjes kunnen controleren. Welke hulpmiddelen moeten we dan aanwenden om een besluit te vormen? Hoe gaan we de installatie bekijken? Enkel via de richtlijnen van de norm NBN B of hebben we een ruimer gezichtsveld? Wat vraagt of verlangt de klant of bouwheer van ons? Moeten we alternatieven voorzien om energie te besparen? Als instrument of leidraad kunnen we de gegevens van het keuringsverslag raadplegen. De checklisten van CERGA bij gasinstallaties helpen ons ook al een eindje op weg inzake verluchting en schoorstenen.

28 Hoe controleren? Een AUDIT +100kw Via een checklist worden de verschillende factoren ingebracht in de software om dan tot een productierendement van de installatie te komen. Vanuit dit resultaat kunnen dan weer eventuele noodzakelijke aanpassingen verantwoord worden naar de klant.

29 Richtllijnen van de fabrikant. Voorschriften en normen Dit toestel dient te worden geïnstalleerd conform de geldende regels, en mag enkel worden gebruikt in een voldoende geventileerde ruimte. - Gasinstallatienorm NBN D en NBN B DIN 4109; Geluidsisolatie in de hoogbouw - DIN EN 12828; Verwarmingssystemen in gebouwen - EnEV - Energiebesparingsverordening - Conform de norm NBN B DVGW-TRGI 2008 (DVGW-Afdeling G 600); Technische regels voor gasinstallaties

30 Richtllijnen van de fabrikant. - TRF; Technische Regels voor vloeibaar gas - DVGW-Merkblad G 613; Gastoestellen - installatie, veiligheids - en bedieningshandleidingen - DIN 18380; Verwarmingssystemen en centrale waterverwarmingssystemen (VOB) - DIN EN 12831; Verwarmingssystemen in gebouwen - DIN 4753; Waterverwarming en Waterverwarmingssystemen voor drink- en industriewater - DIN 1988; Technische regels voor tapwaterinstallaties (TRWI) - VDE , DIN EN :

31 Richtllijnen van de fabrikant. - Voorschriften van de plaatselijke energieleveranciersbedrijven - Meldplicht (o.o. vrijstellingsverordening) - ATV-toelichting M251 van de afwateringtechnische vereniging - Lokale wetgeving voor de behandeling van condenswater

32 Bedankt voor uw aandacht.