' 2 5 APR. 2014

Transcriptie

1 m Alblasserdam Yachtbuilding B.V. Marineweg BX ALBLASSERDAM Parallelweg 1 Postbus milieudienst AV Schiedam T F W wmw.dcmr.nl E coen.boogerd@dcmr.nl BESLUIT van gedeputeerde staten van Zuid-Holland Ons kenmerk Uw Kenmerk Bijlagen Datum ' 2 5 APR Contactpersoon Doorklesnr. Afdeling C. Boogerd Expertisecentrum Onderwerp Ontheffing ex artikel 8.1a, eerste lid, van de Wet luchtvaart, voor het met een helikopter opstijgen van en/of landen op een terrein gelegen aan de Marineweg 1 te Alblasserdam, in Geachte heer/mevrouw. Op 11 oktober 2013 heb ik het verzoek ontvangen van Alblasserdam Yachtbuilding B.V. (hierna: AYB-Oceanco) voor het verkrijgen van een locatiegebonden tug-ontheffing van het verbod om buiten een luchthaven met een helikopter te mogen landen en opstijgen. Het betreft een verzoek om op 12 dagen in 2014 per dag 1 start en 1 landing uit te voeren van en naar een terrein gelegen aan de Marineweg 1 te Alblasserdam. Op 18 november 2013 heb ik u verzocht een aanvulling te geven op uw de tug-aanvraag. Deze heb ik op 19 november 2013 ontvangen. Op 13 februari 2014 heeft een overleg plaatsgevonden op uw kantoor. Naar aanleiding daarvan heb ik op 11 maart 2014 een verzoek ingediend bij de Omgevingsdienst Haaglanden voor een beoordeling of een vergunningplicht geldt op grond van de Natuurbeschermingswet Op 10 april 2014 heb ik die beoordeling ontvangen. Uw aanvraag is getoetst aan de Beleidsregel landen op en opstijgen van terreinen anders dan van luchthavens Zuid-Holland 2013 (hierna: Beleidsregel leo). Ik heb vastgesteld dat uw aanvraag niet voldoet aan de eisen van artikel 5, artikel 14 en artikel 34 onder b van de Beleidsregel. In artikel 5 wordt namelijk gesteld dat tug-ontheffingen worden verleend aan gezagvoerders, houders van een luchtvaartuig of luchtvaartmaatschappijen. In artikel 14 wordt gesteld dat locatiegebonden tugontheffingen niet worden verleend voor het landen op of opstijgen van terreinen gelegen binnen 250 meter van aaneengesloten woonbebouwing. In artikel 34 onder b wordt gesteld dat een vergunning Natuurbeschermingswet 1998 vereist is voor het starten en landen met een luchtvaartuig in de bufferzones van Natura2000-gebieden. Blad 1 van 1

2 m Met inachtneming van artikel 32 van de beleidsregel leo kan een uitzondering worden aangevraagd op de bepalingen van hoofdstuk 2 van Beleidsregel leo op het moment dat niet wordt milieudienst voldaan aan de toetsingscriteria. Hierop doet u in uw aanvraag een beroep. OVERWEGINGEN De kernactiviteit van AYB-Oceanco is het ontwerpen, bouwen en verbouwen van grote en luxe jachten. De aanvraag voor het uitvoeren van helikopterstarts en -landingen door AYB-Oceanco houdt verband met de bedrijfsvoering en de directe noodzaak om klanten te kunnen binden en faciliteren. Het beschikbaar hebben van de noodzakelijke ontheffing voor het uitvoeren van helikopterstarts en -landingen stelt AYB-Oceanco in staat klanten te bedienen die behoren tot de doelgroep van het bedrijf. Hiermee kunnen zij direct inspelen op een door de klant aangereikt vluchtschema. Dit kan de aanleiding zijn tot het plaatsen van een opdracht Met de verkoop en realisatie van een jacht wordt werkgelegenheid gecreëerd voor 3 tot 4 jaar voor ongeveer 200 tot 450 personen. Hierdoor ontstaat tevens een economisch voordeel voor diverse leveranciers uit de regio. Momenteel werkt AYB-Oceanco aan het realiseren van een nieuwe jachtbouwhal. Naar verwachting zal deze in het derde kwartaal van 2014 gereed zijn. Hierdoor zal het gemiddeld aantal werknemers op de werf verdubbelen. Mede door de aanbouw van de nieuwe hal biedt AYB-Oceanco op dit moment werkgelegenheid aan 500 tot 600 man. Naast het economische belang van AYB-Oceanco hebben ook lokale ondernemers uit verschillende sectoren baat bij een florerende scheepswerf. Het is zeer aannemelijk dat de aanwezigheid van medewerkers en contractanten van AYB-Oceanco in Alblasserdam een grote bron van inkomsten vormt voorde lokale ondernemingen. Het is op voorhand onzeker wie gedurende het komende kalenderjaar per helikopter de scheepswerf bezoekt. Dergelijke bezoeken zijn veelal pas kort voorafgaand aan de vlucht bekend. Daarnaast is het vooraf onbekend of de betreffende (potentiële) klant een helikopter huurt of hiervoor een operator inschakelt. Met het oog op deze onzekerheden is het praktisch vrijwel onmogelijk om tijdig een tug-ontheffing af te geven. Niet zonder reden is de wettelijke beslistermijn hiervoor vier weken. In de Beleidsregel leo is een machtigingsconstructie opgenomen. Deze maakt het voor derden mogelijk een tug-ontheffing aan te vragen namens gezagvoerders, houders van een luchtvaartuig of luchtvaartmaatschappijen. Deze constructie werkt echter niet voor de nog onbekende potentiële klant, die voorafgaand aan een mogelijke opdracht een bezoek wil brengen aan de scheepswerf. Om die reden, tezamen met de belangen van AYB-Oceanco en lokale ondernemers, is het gerechtvaardigd dat een niet-luchtvaart gerelateerd bedrijf een tug-ontheffing aanvraagt. Hiervoor worden wel voorschriften opgenomen. Het aangevraagde terrein ligt op ongeveer 120 meter van de aaneengesloten woonbebouwing. Ingevolge artikel 14 lid 1 van de Beleidsregel leo is het niet toegestaan met een locatiegebonden tug-ontheffing te starten en te landen binnen 250 meter van aaneengesloten woonbebouwing. De aanvraag betreft maximaal één start en één landing per dag met een maximum van 12 dagen per jaar. Deze aantallen blijven binnen de maxima van de generieke tug-ontheffing, genoemd in artikel 22 van de Beleidsregel leo. Ten aanzien van de generieke tug-ontheffing zijn geen afstandseisen tot aaneengesloten woonbebouwing in de Beleidsregel leo opgenomen. Nu het aantal Blad 2 van 6

3 milieudienst aangevraagde starts en landingen niet meer bedraagt dan de aantallen behorende bij een generieke tug-ontheffing, zie ik, mede gelet op de hierboven genoemde belangen van AYB-Oceanco, aanleiding aansluiting te zoek bij de regels geldend voor een generieke tug-ontheffing. Dit houdt in dat ik geen afstand voorschrijf ten aanzien van aaneengesloten woonbebouwing. Een aspect dat hierbij eveneens een rol speelt is het historisch gebruik van de in 2011 tot en met 2013 verleende locatiegebonden tug-ontheffingen. In totaal hebben in die periode, om precies te zijn in 2012, vier starts en vier landingen plaatsgevonden. Verder geeft u in uw aanvraag aan dat u rekening houdt met omwonenden door helikopters alléén te laten aanvliegen vanuit en uitvliegen naar zuidwestelijke richting. De meest nabij gelegen woningen achter de bestaande jachtbouwhal worden daardoor pas op het laatste moment geconfronteerd met de helikopterbeweging. Hiermee wordt bereikt dat de tijdsduur van de blootstelling aan het helikoptergeluid en de daarmee mogelijk gepaard gaande overlast tot een minimum wordt beperkt. Het aangevraagde terrein ligt ruim meter ten zuiden van het Natura2000-gebied Boezems Kinderdijk. Dit natuurgebied wordt mede beschermt vanwege de aanwezige broedvogelsoorten en niet-broedvogelsoorten welke overwegend behoren tot de groep die zeer gevoelig is voor verstoring. Rondom dat Natura2000-gebied ligt een bufferzone welke de natuurwaarden van het gebied voor externe verstorende factoren beschermt. De buffer varieert in afstand tussen het broedseizoen (15 februari - 31 augustus) en daarbuiten. De afstanden van de buitenste grens van de bufferzones tot het Natura2000-gebied bedragen respectievelijk meter (in broedseizoen) en 250 meter (buiten broedseizoen). De start- en landingsplaats bevindt zich dus gedurende het broedseizoen in de bufferzone van het Natura2000-gebied Boezems Kinderdijk. In een bufferzone mag niet zonder een vergunning Natuurbeschermingswet 1998 worden gestart en geland. Om uitsluitsel te krijgen over de vraag of een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 noodzakelijk is, heb ik advies gevraagd aan de Omgevingsdienst Haaglanden (hierna: ODH). Deze dienst toetst namens gedeputeerde staten (in mandaat) of een natuurbeschermingswetvergunning noodzakelijk is. Indien uit de toets volgt dat een dergelijke vergunning noodzakelijk is, dient de aanvrager van een tug-ontheffing zelf een natuurbeschermingswetvergunning aan te vragen bij ODH. Vooruitlopend op de aanvraag van een luchthavenregeling door AYB-Oceanco is bij die toets uitgegaan van maximaal vier starts en landingen verdeeld over maximaal 20 dagen per kalenderjaar. Uit de toets is naar voren gekomen dat, op grond van de verstrekte gegevens, ODH van mening is dat het starten en landen met een helikopter op het terrein van AYB-Oceanco niet zal leiden tot aantasting van de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied Boezems Kinderdijk. Een natuurbeschermingswetvergunning is derhalve niet noodzakelijk. ODH wijst er op dat indien het starten en landen afwijkt van hetgeen in uw brief is vermeld, dit ertoe kan leiden dat wel een vergunning krachtens de Natuurbeschermingswet 1998 nodig is. Aanpassingen van het starten en landen zullen opnieuw ter toetsing aan ons voorgelegd moeten worden. Het bestuurlijk oordeel van ODH van 9 april 2014, kenmerk ODH , is als bijlage bij deze beschikking bijgesloten. Kortom, er is sprake van een groot economisch en maatschappelijk belang. De te verwachten overlast voor direct omwonenden acht ik nihil. ODH heeft aangegeven dat, zolang niet wordt afgeweken van hetgeen in haar bestuurlijk oordeel is vermeld, het gebruik van deze beschikking niet Blad 3 van 6

4 m zal leiden tot aantasting van de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied Boezems Kinderdijk. milieudienst Met de burgemeester van Alblasserdam heb ik overleg gevoerd over uw aanvraag. Deze heeft op 22 april 2014 per verklaard geen bezwaar te hebben tegen het uitvoeren van de aangevraagde vluchten. BESLUIT Gelet op het vorenstaande heb ik besloten, op grond van artikel 8a.51 van de Wet luchtvaart, artikel 35, eerste lid van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen en de Beleidsregel leo: aan AYB-Oceanco een locatiegebonden tug-ontheffing te verlenen van het verbod om met een helikopter te mogen landen op en/of opstijgen van een terrein gelegen aan de Marineweg 1 te Alblasserdam; de hierna opgenomen voorschriften te verbinden aan dit besluit. ALGEMENE VOORSCHRIFTEN 1. Het aanvraagformulier inclusief de bijlagen met onder meer de locatiegegevens en de 'procedure/instructie voor landing helikopter bij Alblasserdam Yachtbuilding B.V.' en de aanvulling op de aanvraag maken deel uit van deze ontheffing. 2. Deze ontheffing geldt enkel op 12 dagen in 2014 voor een maximum van 1 start en 1 landing per dag op een terrein gelegen aan de Marineweg 1 te Alblasserdam. 3. Van de ontheffing kan gebruik gemaakt worden gedurende de uniforme daglichtperiode. 4. De houder van deze ontheffing is Alblasserdam Yachtbuilding B.V., Marineweg 1, 2952 BX Alblasserdam. 5. De ontheffinghouder voorkomt of beperkt zoveel als mogelijk de overlast en schade voor omwonenden en de omgeving. 6. De ontheffinghouder zorgt er voor dat de HSSE Officer beschikt over een afschrift van deze ontheffing en deze ter plaatse van de landing/start kan tonen. 7. De ontheffinghouder zorgt er voor dat de landing of start op grond van deze beschikking geschiedt conform de 'procedure/instructie voor landing helikopter bij Alblasserdam Yachtbuilding B.V.'. 8. De ontheffinghouder geeft ten minste 24 uur voor het gebruik van de ontheffing aan gedeputeerde staten van Zuid-Holland, de minister van Infrastructuur & Milieu en de burgemeester van de gemeente Alblasserdam, kennis van het voornemen de ontheffing te gebruiken. In deze melding moeten in ieder geval de navolgende gegevens zijn opgenomen: kenmerk van de ontheffing; gebruiker van de ontheffing (gezagvoerder, houder luchtvaartuig of luchtvaartmaatschappij); informatie over de betreffende locatie; registratienummer, soort en kenmerk luchtvaartuig(en); vluchtdatum en tijdstippen waarop de vluchten worden uitgevoerd, en indien de vluchten verbonden zijn aan een evenement, de naam van het evenement. Blad 4 van 6

5 m Aan de minister van Infrastructuur & Milieu kan deze melding verzonden worden naar Aan gedeputeerde staten kan dit naar milieudienst worden verzonden. Naar aanleiding van de in voorschrift 8 aangegeven verplichte 'voormelding' merk ik nog het volgende op. Op een locatie mogen binnen een kalenderjaar maximaal een bepaald aantal vliegtuigbewegingen worden uitgevoerd. Na een voormelding moet ik ervan uitgaan dat het aantal vergunde vliegtuigbewegingen ook daadwerkelijk is uitgevoerd (art. 18 onder 3 en onder 4 van de Beleidsregel leo); in de meeste gevallen betekent dit dat de betreffende locatie wordt aangemerkt als 'volgevlogen' en gedurende de rest van het kalenderjaar niet meer mag worden gebruikt. De praktijk wijst echter uit dat dit maximale aantal toegestane vliegtuigbewegingen vaak niet wordt gehaald. Om te voorkomen dat een locatie ten onrechte wordt aangemerkt als 'volgevlogen', verzoek ik u om binnen 72 uur een namelding uit te voeren indien u niet het vergunde aantal vliegtuigbewegingen heeft uitgevoerd. U kunt deze namelding verzenden naar meldinqtuq@dcmr.nl. Ik verzoek u in de namelding op te nemen: het kenmerk van uw ontheffing, informatie over de betreffende locatie en het aantal daadwerkelijk uitgevoerde landingen en starts. Indien omwonenden melden dat zij overlast ondervinden, verzoek ik u om hen mede te delen dat zij contact kunnen opnemen met de meldkamer van de : Het verlenen van deze ontheffing houdt niet in dat een start of landing, ondanks dat deze overeenkomstig deze ontheffing zou worden uitgevoerd, kan plaatsvinden. De burgemeester van de gemeente waarin het terrein ligt, kan op grond van zijn bevoegdheid met betrekking tot de openbare orde de uitvoering ervan tegenhouden. Tevens kan de Inspectie Leefomgeving en Transport de uitvoering van starts of landingen tegenhouden op grond van haar bevoegdheid ten aanzien van de (vlieg)veiligheid. Ik maak u er tevens op attent dat deze ontheffing onverlet laat dat u dient te voldoen aan de relevante bepalingen van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen en de Wet luchtvaart, voor zover die in de procedure tot verlening van deze ontheffing niet zijn getoetst, alsmede overige wetgeving, zoals de Flora- en Faunawet. BEZWAAR Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bij ons een gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Dit bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag van verzending of uitreiking van het besluit worden toegezonden, onder vermelding van 'Awb-bezwaar' in de linkerbovenhoek van de envelop en het bezwaarschrift. Het bezwaar dient gericht te worden aan: Gedeputeerde staten van Zuid-Holland ta.v. het Awb-secretariaat Postbus LP Den Haag Blad 5 van 6

6 m Krachtens artikel 6:16 van de Awb schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan - als tegen dit besluit bezwaar wordt aangetekend - ingevolge artikel 8:81 van de milieudienst Awb bij de Rechtbank 's-gravenhage, postbus 20302, 2500 EH Den Haag een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Ik verzoek u een kopie van het verzoek om een voorlopige voorziening te zenden aan: Milieudienst ta.v. mw. mr. S. Eekhout Postbus AV Schiedam Hoogachtend, Gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland, Voor dezen. M. Weber Bureauhoofd geluid Milieudienst Bijlage: Brief van ODH van 9 april 2014, kenmerk ODH Kopie verstuurd aan: De burgemeester van de gemeente Alblasserdam, Postbus 2,2950 AA Alblasserdam Inspectie Leefomgeving & Transport, meldingtug@ilent.nl Het Korps Landelijke Politiediensten/Luchtvaartpolitie, Postbus 100, 3970 AC Driebergen Omgevingsdienst Haaglanden, Afdeling Toetsing & Vergunningverlening Milieu, Postbus 14060, 2501 GB Den Haag Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, Afdeling Toezicht en Handhaving, Bureau Milieu en Groen, Postbus 550, 3300 AN Dordrecht Blad 6 van 6

7 omgevingsdienst HAAGLANDEN Gemeenschappelijke regeling Milieudienst T.a.v. mevrouw S. Eekhout Postbus AV SCHIEDAM Bezoekadres Zuid-Hollandplein AW Den Haag Postadres Postbus GB Den Haag T (070) E into@odh.nl I wwwodh nl Datum O 9 APR. im Uw Brief 11 maart 2014 Ons Kenmerk ODH Afdehng Contactpersoon Toetsing & B. de Bles Vergunningverlening Milieu Bi]lage(n) Uw Kenmerk Zaaknummer Team Telefoonnummer T&V Groen, Geluid. Lucht &EV Betreft Helikoptervluctiten Manneweg 1 te Alblasserdam - Natuurtjeschermmgswet 1998 Geachte mevrouw Eekhout, bet\ de.bles@odh nl Op 11 maart 2014 hebben wij uw brief ontvangen inzake mogelijke vergunningplicht ingevolge de Natuurbeschermingswet 1998 (verder: de wet) voor het starten en landen met een helikopter op het terrein van Yachtbuilding Oceanco BV te Alblasserdam nabij het ingevolge artikel 10a van de wet aangewezen Natura 2000-gebied Boezems Kinderdijk (verder: het Natura 2000-gebied). Een beschrijving van de activiteit is uitgewerkt in uw brief van 11 maart De activiteit betreft het starten en landen met een helikopter op het terrein van Oceanco BV. Per jaar zullen maximaal 40 starts en 40 landingen op het terrein van Oceanco BV worden uitgevoerd, verdeeld over maximaal 20 dagen. Het starten en landen vindt plaats in de daglichtperiode. De dichtstbijzijnde grens van het Natura 2000-gebied ligt op circa 1500 meter afstand van het terrein van Oceanco BV. Het Natura 2000-gebied is aangewezen voor de broedvogels purperreiger, porseleinhoen, zwarte stern en snor, en voor de niet-broedvogels smient, krakeend en slobeend. De kwalificerende vogels hebben geen zicht op de start- en landingslocatie van Oceanco BV. Er is geen sprake van areaalbeslag, versnippering of verandering van grondwaterkwaliteit en -kwantiteit van het Natura 2000-gebied De geluidbelasting op 1000 meter ligt tussen de 48 db(a) en de 65 db(a). Deze geluidbelastingen zijn berekend zonder enige afscherming van gebouwen. Tussen het terrein van Oceanco BV en het Natura 2000-gebied ligt de (woon)bebouwing van Alblasserdam, Het geluid van de starts en landingen wordt bovendien afgeschermd door (woon)bebouwing in de directe omgeving. Mede in verband met die woonbebouwing wordt gekozen voor een zuid, tot zuidwestelijke in- en uitvliegroute, zodat ook het Natura 2000-gebied wordt vermeden. Conclusie Op grond van de door u verstrekte gegevens zijn wij van mening dat het starten en landen met een helikopter op het terrein van Oceanco BV te Alblasserdam niet zal leiden tot aantasting van de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied. Er is geen sprake van verslechtering van (kwaliteit van) habitats (van soorten) en/of van significante verstoring van soorten. Gelet hierop achten wij, voor het starten en landen van een helikopter op het terrein van Oceanco BV te Alblasserdam, zoals omschreven in uw bnef van 11 maart 2014, een vergunning ex artikel 19d, eerste lid, van de wet niet nodig.

8 omgevingsdienst HAAGLANDEN Tot slot Wij wijzen u erop dat indien het starten en landen afwijkt van hetgeen in uw brief is vermeld, dit ertoe kan leiden dat wel een vergunning krachtens de wet nodig is. Aanpassingen van het starten en landen zullen opnieuw ter toetsing aan ons voorgelegd moeten worden. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Voor vragen kunt u contact opnemen met de in het briefhoofd vermelde contactpersoon. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, voor dezen, mg. L. Hoofd T van de O tman jfsing & Vergunningverlening Milieu gevingsdienst Haaglanden Afschrift aan: Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, Afdeling Toezicht en Handhaving, Team Groen, T.a.v. dhr. C. Ladrak, Postbus 550, 3300 AN Dordrecht; - Oceanco Yachtbuilding BV, Marineweg 1, 2952 BX Alblasserdam; - Gemeente Alblasserdam, Postbus AA Ablasserdam.