Trap 3. Trap 2. Trap 1 HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Transcriptie

1 HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. GELDENDE BEGRIPPEN Reguliere opvang: opvang die o minstens 220 dagen per jaar open is op die locaties waarvoor het initiatief de financiële ondersteuning aanvraagt. o groepsopvang trap 1: minstens 10 uur per dag ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. groepsopvang trap 2 die op 1 april 2014 subsidies voor IKG ontvangt: in 2014 en 2015 minstens 9 uur per dag ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. Vanaf 2016 minstens 11 uur ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. groepsopvang trap 2 opgestart na 1 april 2014: minstens 11 uur ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. o kinderen opvangt van 0 tot 3 jaar en openstaat voor zowel baby s als peuters. Groepsopvang: een initiatief van minstens 9 kinderen van 0 tot 3 jaar, met een vergunning van Kind en Gezin Gezinsopvang: een initiatief met maximum 8 kinderen van 0 tot 3 jaar, met een vergunning van Kind en Gezin De aanvrager van de financiële ondersteuning: het organiserend bestuur van de groepsopvang waarover de aanvraag gaat. Het bestuur duidt aan wie de aanvraag voor financiële ondersteuning indient Vergunning: de vergunning van Kind en Gezin die een initiatief nodig heeft om kinderopvang te mogen inrichten Kindplaatsen: het aantal kindplaatsen vermeld op de vergunning van Kind en Gezin. Het decreet kinderopvang: het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters Nieuwe kindplaatsen: kindplaatsen ingericht in een nieuw initiatief of een bestaand initiatief dat extra kindplaatsen inricht Opstartdatum: de datum die Kind en Gezin registreert als startdatum Inplanting groepsopvang: het adres waar de groepsopvang gevestigd is of gevestigd zal zijn Trappen 1, 2, 3: het niveau van de trap is gedefinieerd in de regelgeving van Kind en Gezin. De trap geeft de soort en de hoeveelheid subsidies aan die het initiatief ontvangt van Kind en Gezin. Trap 1 Basissubsidie Trap 2 Subsidie voor inkomenstarief Basissubsidie Trap 3 Plussubsidie Subsidie voor inkomenstarief Basissubsidie Trap 2B: initiatieven die bij het inwerkingtreden van het decreet kinderopvang wel bij trap 2 horen, maar tijdens de overgangsfase van 6 jaar nog niet de volledige subsidie van Kind en Gezin voor trap 2 ontvangen. Zolang zij de volledige subsidie van trap 2 niet ontvangen, kunnen zij financiële ondersteuning ontvangen van de stad Antwerpen. Rechtspersoon: een rechtspersoon is een vzw, de inrichtende macht van een school, een bedrijf, een bvba, vof, nv, cvoa, gcva of cvba. Natuurlijk persoon: een natuurlijk persoon is één persoon die een éénmanszaak opricht. Feitelijke vereniging: een feitelijke vereniging is een vereniging van twee of meer personen zonder rechtspersoonlijkheid. Zij organiseren in onderling overleg een activiteit met het oog op de verwezenlijking 1

2 van een onbaatzuchtige doelstelling, zonder winstverdeling onder haar leden en bestuurders. De vereniging oefent rechtstreekse controle uit op de werking van de vereniging. Artikel 2. DOEL VAN DIT REGLEMENT De stad Antwerpen streeft naar 33 opvangplaatsen per 100 kinderen van 0 tot 3 jaar. Dit reglement heeft tot doel de groepsopvang voor 0 tot 3-jarigen zowel kwantitatief als kwalitatief te stimuleren door middel van financiële ondersteuning. Artikel 3. INWERKINGTREDING VAN DIT REGLEMENT Dit reglement is van toepassing vanaf 1 mei Ingediende maar nog niet goedgekeurde aanvragen zullen behandeld worden volgens dit reglement. Artikel 4. TOEPASSINGSGEBIED Dit reglement omvat drie mogelijkheden voor financiële ondersteuning 1. Een opstarttoelage voor nieuwe kindplaatsen 2. Een toelage voor maatregelen tegen geluidsoverlast 3. Tussenkomst in de onkosten van een brandcontrole, zowel periodiek als bij opstart of uitbreiding Artikel 5. WIE KOMT IN AANMERKING? 1. Groepsopvang die aan al deze voorwaarden voldoet: 1.1. reguliere groepsopvang met een vergunning 1.2. zonder subsidies of met subsidies trap 1 of trap 2 B. Uitzondering : samenwerkende onthaalouders, gesubsidieerd volgens trap 2, komen toch in aanmerking voor de toelage brandcontrole gevestigd op het grondgebied van de stad Antwerpen 1.4. die niet kan beschikken over VIPA subsidies 1.5. groepsopvang die uitgaat van een bedrijf of organisatie moet openstaan voor kinderen uit andere bedrijven en/of organisaties en de omgeving. 2. Groepsopvang van de groep stad Antwerpen of haar dochters komt niet in aanmerking. 3. De werking van de groepsopvang mag niet strijdig zijn met 3.1. het decreet kinderopvang 3.2. de vergunning van Kind en Gezin Artikel 6. JAARLIJKSE BUDGETTERING De stad Antwerpen voorziet jaarlijks een budget voor opstarttoelage, toelage brandcontrole en toelage tegen geluidsoverlast. Indien de kredieten van het jaar waarin de aanvraag wordt gedaan ontoereikend zijn, kan de aanvraag worden goedgekeurd en geheel of gedeeltelijk het volgend werkingsjaar worden uitbetaald met de kredieten van dat werkingsjaar. AANVRAGEN FINANCIËLE ONDERSTEUNING Artikel 7. CUMULATIE VAN FINANCIËLE ONDERSTEUNING DOOR DE STAD ANTWERPEN 2

3 De opstarttoelage, de toelage voor maatregelen tegen geluidsoverlast en de toelage voor brandcontrole zijn cumuleerbaar. Ze kunnen samen of apart worden aangevraagd. Artikel 8. COFINANCIERING Cofinanciering (financiering door bvb een andere overheid of een particulier) is toegestaan in het kader van duurzaamheid en slaagkans van het initiatief. Artikel 9. DUBBELE FINANCIERING Voor dezelfde uitgaven financiële steun ontvangen van verschillende financieringsbronnen is niet toegestaan. Artikel 10. DIGITALE AANVRAAG De aanvraag gebeurt digitaal en kan enkel ingediend worden via Alle communicatie en opvolging gebeurt via dit platform. Artikel 11. VORMVEREISTEN VOOR HET AANVRAGEN VAN FINANCIËLE ONDERSTEUNING 1. De aanvrager duidt aan voor welke financiële steun hij een verzoek indient, hij motiveert en omschrijft de reden waarvoor hij meent een beroep te kunnen doen op financiële steun. 2. De verplicht in te vullen gegevens omvatten: 2.1. identificatiegegevens van de aanvrager die de aanvraag ondertekent en persoonlijk verantwoordelijk is voor de aanvraag en de verdere opvolging en verantwoording van de aanwending van de toelage 2.2. identificatiegegevens van het initiatief 2.3. de identificatie- en contactgegevens van de contactpersoon 2.4. informatie over de beheersvorm, de structuur, het doel en de werking van de organisatie 2.5. IBAN-bankrekeningnummer 3. Verplicht in te dienen documenten: 3.1. kopie van de vergunning 3.2. Betalingsbewijzen en gedetailleerde facturen met de vermelding van het leverdres/adres waar de werken plaatsvonden, gedetailleerde kassabonnen 4. Verplicht in te dienen gegevens en documenten voor de opstarttoelage en de toelage tegen geluidsoverlast: Deze substantiële vormvereisten zijn afhankelijk van de rechtsvorm van het initiatief: 4.1. Rechtspersonen: een verwijzing naar de publicatiedatum van de geldende statuten in het Belgisch Staatsblad de identiteit, het adres en het telefoonnummer van de namens de rechtspersoon gemandateerde bestuurder, die de aanvraag ook ondertekent de identiteit, het adres en het telefoonnummer van de door de raad van bestuur aangestelde gevolmachtigden voor dagelijks bestuur het bankrekeningnummer van de rechtspersoon het laatst goedgekeurde jaarverslag, inclusief de balans, de resultatenrekening, de toelichting bij de rekeningen en het activiteitenverslag de laatst goedgekeurde begroting het btw-statuut; 4.2. Feitelijke verenigingen: 3

4 Een lijst van de bestuursleden; De identiteit, het adres en het telefoonnummer van de aanvrager, die de aanvraag ondertekent en persoonlijk verantwoordelijk is voor de aanvraag en de verdere opvolging en verantwoording van de aanwending van de toelage; Het bankrekeningnummer van de feitelijke vereniging dat niet het rekeningnummer mag zijn van een natuurlijke persoon. Artikel 12. TIJDIG INDIENEN VAN EEN AANVRAAG De aanvrager dient volgende timing te respecteren: 1. voor nieuwe kindplaatsen kan de aanvrager de drie toelagen gezamenlijk of afzonderlijk aanvragen: 1.1. ten vroegste bij de opstart van de kindplaatsen 1.2. ten laatste vier maanden na de opstart van de kindplaatsen 2. voor bestaande kindplaatsen: 2.1. voor tussentijdse brandcontrole: ten laatste vier maanden na betaling van de factuur 2.2. bij geluidsoverlast: ten vroegste na het bekomen van positief advies (zie artikel 36) en ten laatste binnen de negen maanden na de datum van ontvangst van het positief advies Artikel 13. EEN VOLLEDIGE AANVRAAG 1. Een aanvraagdossier is volledig indien het tijdig, digitaal en met alle gevraagde documenten, inclusief bewijsstukken, is ingediend. Indien het dossier onvolledig is, verwittigt de stad Antwerpen de aanvrager. Het dossier moet binnen de maand vervolledigd worden. 2. Zodra het dossier volledig is, krijgt de aanvrager een ontvangstbevestiging op datum. Dan gaat de administratie van de stad Antwerpen over tot inhoudelijk onderzoek van de aanvraag. 3. De aanvrager kan uitstel aanvragen voor maximum één maand voor het indienen van ontbrekende bewijsstukken, met een duidelijke motivatie. De stad Antwerpen kan in dit geval de aanvraag inhoudelijk onderzoeken en beslissen om de aanvraag voor financiële ondersteuning toch al voor te leggen aan het college van burgemeester en schepenen. ADMINISTRATIEF ONDERZOEK EN BESLISSING VAN HET COLLEGE Artikel 14. ONDERZOEK en BESLISSING 1. Het college beslist binnen de vijf maanden na ontvangstbevestiging over de toekenning of afwijzing van de vraag om financiële steun 2. De stad Antwerpen brengt de aanvrager op de hoogte van deze beslissing. UITBETALING FINANCIËLE MIDDELEN EN CONTROLE Artikel 15. PROCEDURE VOOR UITBETALING VAN DE FINANCIËLE STEUN 4

5 De uitbetaling gebeurt binnen de maand na goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen en op voorwaarde dat alle nodige documenten zijn ingediend. Artikel 16. CONTROLEBEREIDHEID OP DE AANWENDING VAN DE FINANCIËLE MIDDELEN Elke aanvrager moet de controle van de stad Antwerpen op het gebruik van de financiële middelen aanvaarden. De stad Antwerpen heeft daarom het recht om, ook achteraf, bijkomende inlichtingen of documenten op te vragen bij het opvanginitiatief of ter plaatse te komen kijken of de voorgelegde aankopen gebeurden. Artikel 17. INTREKKEN VAN FINANCIËLE STEUN EN ONMIDDELLIJKE TERUGVORDERING 1. De stad Antwerpen zal de betoelaging stopzetten en/of de uitbetaalde middelen geheel of gedeeltelijk terugvorderen, indien de aanwending in strijd is met dit reglement. Dit geldt ook indien pas achteraf blijkt dat de criteria en/of de voorwaarden vervat in dit reglement niet worden nageleefd. Enkele voorbeelden: 1.1. indien bewijsstukken van betaling en facturen niet tijdig werden aangeleverd, vervalt de toezegging van de financiële steun 1.2. bedragen werden niet aangewend waarvoor ze werden aangevraagd 1.3. substantiële informatie werd fout aangeleverd om op die manier te voldoen aan de criteria en/of voorwaarden van deze reglementen 1.4. de middelen werden aangewend voor een vestiging buiten de stad Antwerpen 1.5. de groepsopvang weigert controles en/of controlestukken aan te leveren 2. Ook in volgende gevallen zal de stad Antwerpen de financiële middelen onmiddellijk en integraal of gedeeltelijk terugvorderen: 2.1. als het initiatief binnen de twee jaar na het ontvangen van de financiële ondersteuning een vestiging sluit 2.2. bij overname binnen de twee jaar na het ontvangen van financiële ondersteuning, dient diegene die het initiatief overdraagt deze toelage terug te storten 2.3. als het initiatief binnen de twee jaar minder plaatsen ingericht heeft dan aangevraagd Artikel 18. BETWISTING OVER HET TERUGVORDEREN VAN FINANCIËLE STEUN Bij betwisting kan het stadsbestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden om deze financiële middelen terug te vorderen. De rechtbanken van Antwerpen zijn bevoegd. WETGEVING en LOKALE BELEIDSMAATREGELEN Artikel 19. EVALUATIE VAN DE BEDRAGEN VAN DE FINANCIËLE STEUN De bedragen van de toelagen worden jaarlijks herbekeken in functie van beschikbare budgetten, evaluatie van kinderopvangbehoeften en actuele beleidsrichtlijnen van de stad Antwerpen. Artikel 20. ANDERE WETGEVING VAN TOEPASSING OP DIT REGLEMENT 1. Voor zover er in dit reglement niet van wordt afgeweken is de wet van 14 november 1983 over de controle en de aanwending van sommige toelagen van toepassing. 2. Het algemeen reglement op de toelagen, goedgekeurd in de gemeenteraad van 18 december 2006, jaarnummer 2730, is van toepassing. 5

6 3. Het decreet kinderopvang en de bijhorende uitvoeringsbesluiten. Artikel 21. INTERPRETATIE VAN HET REGLEMENT Het college van burgemeester en schepenen beslist over alle niet uitdrukkelijk in het reglement voorziene gevallen. Artikel 22. FUNDAMENTELE RECHTEN Ieder die een subsidie van de stad Antwerpen ontvangt of rechtstreeks of onrechtstreeks gebruik maakt van stedelijke infrastructuur, neemt het engagement op zich om op een constructieve manier mee te werken aan de opbouw van een stad waarin burgers zonder onderscheid, met respect voor elkaar, harmonieus samen leven. Uiteraard betekent dit de volstrekte naleving van de wetten van het Belgische volk en het Europees Verdrag ter bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. De subsidie of infrastructuur aanwenden op een wijze die in strijd is met het engagement leidt steeds tot sancties zoals: 1. weigeren of terugvorderen van de subsidie 2. éénzijdig beëindigen van de samenwerking 3. verhuurverbod in alle stedelijke centra 4. weigering logistieke ondersteuning. De stad kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de schade die geleden wordt naar aanleiding van de opgelegde sancties. HOOFDSTUK 2: OPSTARTTOELAGE Artikel 23. TOEPASSINGSGEBIED 1. De toelage is bedoeld om het inrichten van nieuwe vergunde kindplaatsen in de stad Antwerpen te stimuleren of voor het behoud van kindplaatsen bij overname. 2. Bij wijze van overgangsmaatregel kan wie gestart is tussen 01/11/2013 en de datum van inwerkingtreding van dit reglement de opstarttoelage aanvragen tegen ten laatste 01/09/ Dit reglement heft het toelagereglement opstartpremie voor nieuwe, niet gesubsidieerde kinderopvangplaatsen voor kinderen van 0 tot 3 jaar in de groepsopvang op, goedgekeurd in de gemeenteraad op 22 september 2008, jaarnummer 1389 Artikel 24. BEDRAG De toelage bedraagt maximum 400 euro per nieuw vergunde kindplaats en mag de reëel betaalde kostprijs niet overschrijden. Artikel 25. WIE KOMT IN AANMERKING 1. Zowel bestaande groepsopvang die wil uitbreiden, als starters die nieuwe kindplaatsen inrichten, kunnen een aanvraag indienen. 2. Bij omschakeling van een gezinsopvang naar een groepsopvang, zonder verhuis van het initiatief, komen enkel de bijkomende kindplaatsen in aanmerking voor de berekening van de opstarttoelage. Als de initia- 6

7 tiefnemer een groepsopvang opstart op een nieuwe locatie, komen alle kindplaatsen op de vergunning in aanmerking voor de berekening. 3. Bij de overname van een kinderdagverblijf kan de opstarttoelage worden aangevraagd. 4. Een groepsopvang die verhuist zonder uitbreiding van het aantal kindplaatsen kan geen opstarttoelage aanvragen. Artikel 26. POSITIEF ADVIES 1. Vooraleer een groepsopvang op te starten of uit te breiden moet de aanvrager via de site advies vragen voor de inplanting van de groepsopvang en het aantal nieuwe kindplaatsen dat men wenst te realiseren. Bij de opmaak van het advies houdt de stad Antwerpen rekening met de tekorten aan kinderopvang, de werkzaamheidsgraad en het gemiddelde inkomen in de regio waarin de groepsopvang dat men wenst op te starten of uit te breiden zich bevindt. 2. Enkel indien men een positief advies krijgt, kan men de toelage aanvragen. Dit positief advies blijft 9 maanden geldig. Wie niet binnen de 9 maanden na het bekomen van dit advies opstart, dient een nieuw advies aan te vragen. 3. Groepsopvang die is opgestart vóór de inwerkingtreding van dit reglement hoeft niet te beschikken over dit positief advies, tenzij bij uitbreiding. Artikel 27. VORMVEREISTEN VOOR DE AANVRAAG 1. Bovenop de vormvereisten in artikel 11 dient de aanvrager een ondernemingsplan met financieel plan in dat is goedgekeurd door een overheidsdienst of opdrachthouder. 2. De opstartpremie kan maar één keer worden aangevraagd tenzij bij een uitbreiding. Artikel 28. WAARVOOR MOGEN DEZE FINANCIËLE MIDDELEN AANGEWEND WORDEN 1. Deze middelen mogen enkel aangewend worden voor 1.1. het (ver-) bouwen van infrastructuur 1.2. de inrichting ervan zoals vloeren, wanden, sanitair, 1.3. de aankoop van meubilair 1.4. de aankoop van speelgoed 1.5. werkuren betaald aan een officiële firma 2. De kosten moeten bewezen worden met officiële facturen of kassabonnen met datum, met gedetailleerde vermelding van de aangekochte goederen of de uitgevoerde werken en het leveringsadres/adres waar de werken plaatsvonden. Deze bewijsstukken mogen niet ouder zijn dan 8 maanden, gerekend vanaf de opstartdatum. Ook facturen en kassabonnen met een datum tussen de opstartdatum en de aanvraag komen in aanmerking. HOOFDSTUK 3: TOELAGE BRANDCONTROLE Artikel 29. TOEPASSINGSGEBIED 1. De groepsopvang die wettelijke brandcontroles moet laten uitvoeren door de brandweer van Antwerpen, wordt voor een deel vergoed voor die kosten. 7

8 2. Dit reglement heft het reglement toelage brandcontrole op, goedgekeurd in de gemeenteraad van 22 oktober 2012, jaarnummer Artikel 30. BEDRAG Het bedrag van de toelage bedraagt maximum 200 euro en mag de reëel betaalde kostprijs niet overstijgen. Alle kosten voor de brandpreventieopdrachten opgesomd in Artikel 32 kunnen worden samengeteld. Artikel 31. WIE KOMT IN AANMERKING 1. De aanvrager kan per pand slechts eenmaal de toelage ontvangen, tenzij nieuwe controle nodig is omwille van uitbreiding, verbouwingen, veranderende regelgeving of het verstrijken van de geldigheid van het brandweerattest (8 jaar) 2. Indien een initiatiefnemer meerdere initiatieven heeft, kan hij per initiatief één aanvraag indienen. 3. Indien een initiatiefnemer meerdere panden gebruikt voor één opvanginitiatief met één vergunning, kan hij één aanvraag voor financiële ondersteuning indienen, tenzij nieuwe controle nodig is omwille van de hierboven vernoemde redenen 4. Indien de toelage wordt aangevraagd naar aanleiding van de opstart of uitbreiding van een initiatief dient positief advies te zijn verleend voor deze opstart of uitbreiding (zie Artikel 26) 5. Samenwerkende onthaalouders komen eveneens in aanmerking voor zover zij aan de andere voorwaarden voldoen Artikel 32. WAARVOOR MOGEN DEZE FINANCIËLE MIDDELEN AANGEWEND WORDEN Voor volgende brandpreventieopdrachten waarvoor retributie werd betaald aan de brandweer van de stad Antwerpen, zoals bepaald in het retributiereglement voor opdrachten inzake brandveiligheid: 1. alle adviesverleningen en controlebezoeken die wettelijk verplicht zijn 2. de tijd besteed aan voorbesprekingen, studie van de plannen, dossierbehandeling en nabespreking 3. een schriftelijk verslag dat wordt opgesteld naar aanleiding van voor- en /of nabespreking 4. de administratieve kost. HOOFDSTUK 4: TOELAGE TEGEN GELUIDSOVERLAST Artikel 33. TOEPASSINGSGEBIED Deze toelage is bedoeld om geluidsoverlast ten opzichte van de buren, van zowel bestaande als nieuwe initiatieven te voorkomen of te beperken. Deze financiële steun maakt onderdeel uit van een reeks maatregelen die de groepsopvang moet nemen om geluidsoverlast te voorkomen. Artikel 34. BEDRAG De toelage wordt berekend aan maximum 200 euro per vergunde kindplaats. Hierbij wordt rekening gehouden met het aantal kinderen dat de infrastructuur gebruikt waarvoor de toelage wordt aangevraagd. Het toegewezen bedrag kan de reëel betaalde kostprijs niet overstijgen. Artikel 35. WIE KOMT IN AANMERKING 8

9 1. Groepsopvang die geluidsoverlast wil voorkomen of kampt met problemen in verband met geluidsoverlast. 2. Zij moet zich engageren om ook bij de organisatie van de werking geluidsoverlast zoveel mogelijk te voorkomen. 3. Het kan gaan om 3.1. startende groepsopvang 3.2. bestaande groepsopvang 3.3. bestaande groepsopvang die wil uitbreiden 4. Elke groepsopvang kan de toelage slechts één keer aanvragen, tenzij er een uitbreiding wordt gerealiseerd waardoor er opnieuw een risico op geluidsoverlast bestaat. De toelage wordt dan berekend op basis van de uitbreiding. Artikel 36. POSITIEF ADVIES Vooraleer een aanvraag voor geluidsoverlast kan gebeuren, moet de aanvrager via de site positief advies aanvragen voor het plan met maatregelen tegen geluidsoverlast. Dit plan bevat: 1. de architectuurplannen of zelfgemaakte schets van het pand op basis waarvan men planadvies aanvraagt bij Kind en Gezin of het planadvies 2. de beschrijving van de werken die men wil uitvoeren in verband met geluidsoverlast, het waarom van die werken en de materialen die men wenst te gebruiken 3. de timing voor het uitvoeren van de werken Artikel 37. WAARVOOR MOGEN DEZE FINANCIËLE MIDDELEN AANGEWEND WORDEN De toelage wordt enkel toegekend voor die kosten waarvoor positief advies werd verleend door de stad Antwerpen. Deze toelage mag worden aangevraagd voor: 1. verbouwen, bouwen of inrichten met geluidsdempende/geluidsisolerende materialen, zoals bijvoorbeeld het aanpassen van vloeren, wanden, plafonds tussen het initiatief en de buren 2. maatregelen om lawaai van buitenspeelplaatsen te dempen en/of te voorkomen zoals bijvoorbeeld valdempende matten, bekleden van tuinmuren/gevels, het overkoepelen van de probleemzone die aan de buren paalt 3. werkuren betaald aan een officiële firma en bewezen met officiële facturen 9