Ontwikkelingsschets Zicht op de Grevelingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ontwikkelingsschets Zicht op de Grevelingen"

Transcriptie

1 Ontwikkelingsschets Zicht op de Grevelingen

2 Voorwoord In oktober 2005 is op initiatief van de Europese Kustvereniging EUCC, Staatsbosbeheer, Natuur- en Recreatieschap de Grevelingen en Groenservice Zuid-Holland (G.Z-H) een debat georganiseerd over de toekomst van de Grevelingen. Het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, overheid en politiek discussieerden over de ontwikkeling van een gemeenschappelijke economische en ecologische toekomstvisie voor de Grevelingen als onderdeel van de Delta. De discussie stond onder leiding van commissaris van de Koningin van Zeeland, drs. W. T. van Gelder. De deelnemers zochten naar een meer dynamische benadering om de sluipende achteruitgang van de Grevelingen teniet te doen. De conclusie was om alle ideeën te verkennen tot een integrale visie op de toekomst van de Grevelingen. Deze verkenning heeft inmiddels plaatsgevonden. De initiatiefnemers aangevuld met Rijkswaterstaat en Delta hebben in de eerste helft van 2006 door middel van inventarisatie, idee-uitwerking, workshops en studies een integrale visie opgesteld die is opgenomen in dit rapport. Het Natuur- en Recreatieschap de Grevelingen heeft zich bereid verklaard om het initiatief te nemen over de visie de maatschappelijke dialoog aan te gaan met bestuurders vanuit diverse overheden en maatschappelijke groeperingen. Het rapport wordt in juli 2006 tezamen met de bijbehorende populaire samenvatting Zicht op de Grevelingen als beleidsvoornemen gepresenteerd door het Natuur- en Recreatieschap de Grevelingen, namens de 4 partners. In de komende maanden wordt een maatschappelijke dialoog opgestart met verschillende maatschappelijke organisaties, overheden en bedrijfsleven, met als doel in oktober 2006 de visie vast te stellen en te laten onderschrijven door een brede coalitie van eerder genoemde partijen. Een gezamenlijk project van: 1

3 Inhoudsopgave 1 Zicht op de Grevelingen: visie en samenvatting De Delta Europese en nationale incentives De Grevelingen Natuur en recreatie voor duuzame leefbaarheid Toepassing op het gehele gebied Duurzame energie voor het zeecultuurlandschap De Brouwersdam als voorbeeld Borging en uitvoering Investeringen Leeswijzer 8 2 Water en getij Inleiding Inventarisatie watersysteem Grevelingen Streefbeeld Voorwaarden Aanpak Resultaten en effecten Resultaten Effecten en kansen Conclusie Investeringen 20 3 Natuur Inleiding Vraagstelling De Grevelingen inhoudelijk Maatschappelijke randvoorwaarden Streefbeeld Aanpak Habitatbeelden Kansen en risico s bij introductie van getij en dynamiek Intro Kansen voor natuur bij meer getij en dynamiek Risico s en aandachtspunten Inrichtings- en beheersmaatregelen, die herstel van getij en dynamiek kunnen ondersteunen Eindoordeel 30 4 Duurzame Energie Inleiding Aanleiding en doelstelling Inventarisatie en achtergrond Scenario s Economische voorwaarden van duurzame energieproductie Duurzame energie Getijdenenergie Warmtepompen Biomassa Zonne-energie Osmose Windenergie Toetsing scenario s voor opstellen van het regionale streefbeeld Scenario Duurzame energievoorziening Scenario Economische vitaliteit Scenario Kwaliteit van de ruimte Van scenario s via streefbeelden en denkbeelden naar visievorming Uitgangspunten voor het streefbeeld Streefbeeld en denkbeelden De Grevelingen als voorbeeldregio De samenhang 46 5 Toerisme en recreatie Inleiding Aanpak Inventarisatie Knelpunten Trends Kansen en risico s Streefbeeld Uitwerking streefbeeld Eindoordeel conclusie 55 6 Wonen, werken en verblijven Wonen Inleiding Aanpak Resultaten Kansen en risico s Werken Inleiding Resultaten Kansen en risico s Eindoordeel conclusie 64 7 Ontwikkelingsagenda met projectenlijst Inleiding Water en Getij Natuur en natuurgerichte recreatie Duurzame energie Recreatie en Toerisme Wonen, werken en verblijven Uitvoeringsgerichtheid 74 8 Effecten en werkgelegenheid Inzicht in economische effecten gewenst Tijdelijke effecten Structurele effecten 76 9 Verantwoording Ontwikkelingsschets Grevelingen 79 Bijlage Water en getij 81 Bijlage Natuur 87 Bijlage Duurzame energie 99 Bronnen en literatuur 104 Zicht op de Grevelingen Visie en samenvatting 2

4 1.1 De Delta aanpak. De aanleg van de Tweede Maasvlakte geeft een bijzondere dimensie aan de natuuront- Het gebied de Grevelingen, met het meer en omliggende eilanden. De Delta is een unieke groen-blauwe oase ten zuiden van de wereldhaven Rotterdam en ten noorden van haven en industriegebied van Antwerpen. De Delta is op korte afstand omringd door stedelijke agglomeraties met ca 6 miljoen inwoners en heeft een achterland met een veelvoud daarvan. Na de voltooiing van de Deltawerken, waarmee veiligheid tegen het water van de Noordzee gewaarborgd werd, hebben zich zowel ecologisch als economisch ontwikkelingen voorgedaan die tot nadenken stemmen. De indeling van de zeearmen in grotendeels afgesloten compartimenten deed en doet afbreuk aan het robuuste karakter en de unieke flora en fauna die thuishoren in een getijdengebied met karakteristieke zout-zoet overgangen. Op dit moment is de Delta onvoldoende toegerust om te kunnen reageren op klimatologische veranderingen als wikkeling van de Voordelta. Het is van belang om hierop in te spelen, door zorgvuldig om te gaan met de mogelijkheden van ecotoerisme in de Grevelingen. Zowel de Nota Ruimte als het Omgevingsplan van de provincie Zeeland bieden de randvoorwaarden en kaders om te komen tot een Zeecultuurlandschap de Grevelingen in de eenentwintigste eeuw, waarin de relatie met de Noordzee en Voordelta wordt hersteld. Ook in Delta in zicht de gezamenlijke visie van de drie provincies Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland op een duurzame Delta wordt gepleit voor een integrale aanpak van problemen. Niet alleen aandacht voor economie, maar ook voor ecologie. Werken aan welzijn, maar met het oog op veiligheid. Herstel van de estuariene dynamiek om de integrale balans tussen natuur en economie te herstellen en waarborgen. zeespiegelstijging en verhoogde rivierwaterafvoer. De waterkwaliteit is in een aantal gebieden slecht of toont verschijnselen die op verval 1.3 De Grevelingen duiden. Ook de aan een zeecultuurlandschap verbonden ambachten gingen en gaan in aantal en belang snel achteruit. Weliswaar deed het toerisme opgang, maar de concurrentie is groot - zeker na de éénwording van Duitsland. Zowel het ecologisch als het economisch perspectief van de Delta staat onder druk. Voor de Grevelingen zal indien geen maatregelen worden genomen, de waterkwaliteit achteruitgaan en wordt flora en fauna negatief beïnvloed. Vanuit een voorzorg beginsel is nu handelen noodzaak. Daarnaast is leefbaarheid van de regio door het gebrek aan economisch perspectief een knelpunt. 1.2 Europese en nationale incentives De Europese natuurrichtlijnen en de Kaderrichtlijn Water noodzaken de overheid tot actie over Deze uitgangspunten duurzaam herstel van de dynamiek met een integrale aanpak vormden ook de uitgangspunten van het Grevelingendebat in oktober Dit debat werd op initiatief van de Europese Kustvereniging EUCC, Staatsbosbeheer, Natuur- en Recreatieschap de Grevelingen en Groenservice Zuid-Holland georganiseerd. Het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, overheid en politiek discussieerden over de ontwikkeling van een gemeenschappelijke economische en ecologische toekomstvisie voor de Grevelingen als onderdeel van de Delta. Is het mogelijk om de dynamiek in de Grevelingen te herstellen en zo op een duurzame en integrale manier de belevingswaarde te vergroten en problemen aan te pakken, het gebied economisch en ecologisch te versterken om daarmee een voorbeeld te vormen voor de overige Deltawateren? 1.4 Natuur en recreatie voor duurzame leefbaarheid De basis voor de ontwikkeling van de gemeenschappelijke visie op de Grevelingen is een benadering, waarin estuariene dynamiek en economische dynamiek worden gekoppeld. Het herstel van getij draagt bij aan duurzame waterkwaliteit en daarmee aan duurzame bijzondere natuurwaarden en biedt daarmee kansen voor innovatie op economische gebieden die passen bij deze robuuste natuurwaarden. Deze basisvoorwaarden voor het gebied staan borg voor een duurzaam woon-, werk- en leefklimaat waarin het goed toeven is. Hiervoor worden vier uitgangspunten tijdengebieden door het vergroten van de doorlaatcapaciteit van de Brouwersdam en het investeren in abiotische omstandigheden ten behoeve van de flora en fauna. Herstel en ontwikkeling van broedvogelhabitats voor diverse soorten kustvogels. - Grevelingen als duurzame energiebron. Door het realiseren van blue energy (bijvoorbeeld een getijdencentrale in de Brouwersdam, osmose en warmtepompen), in combinatie met zonne- en windenergie wordt zelfvoorzienendheid op het gebied van energie bereikt voor alle huishoudens op Schouwen-Duiveland en Goeree-Overflakkee. Daarnaast kan nog in voldoende mate duurzame te gaan. Daarbij is de Grevelingen een belang- gehanteerd: energie geëxporteerd worden tot buiten de rijke schakel voor de implementatie van de richt- regio. lijnen in de gehele Delta. De Nota Ruimte pleit - Instandhouding, herstel en ontwikkeling - Vanuit economisch perspectief wordt geïn- voor een dergelijke integrale gebiedsgerichte van kenmerkende flora en fauna voor ge- vesteerd in innovatieve toeristisch-recreatie- 4 5

5 ve concepten en voorzieningen, gerelateerd aan water, land en natuur. - Vanuit een zelfde perspectief wordt geïnves- al dan niet gecombineerd met innovatieve vormen van verblijfsrecreatie. De ontsluiting voor wandelen, fietsen en paardrijden op Schouwen- 1.7 De Brouwersdam als voorbeeld negatieve effecten hebben op de natuurwaarden in de Voordelta. Beheermaatregelen voorkomen een intensivering van de recreatievaart buiten de teerd in een proeftuin voor duurzame woon- Duiveland langs cultuurhistorische bepaalde Uitgaande van een integrale aanpak, kan een huidige vaargeul in het Brouwersgat. Tenslotte en verblijfsrecreatieve concepten, zowel op routes maakt het zuidelijk deel van het rondje nieuwe fase worden ingeluid waarin het toe- geeft een doorlaat in de Brouwerdam een impuls het water als op de grens van land en water. Grevelingen mogelijk. Door binnen de land- komstbeeld van de Grevelingen weer overeen- aan de mogelijkheden voor het opwekken van bouwsector te streven naar streekeigen aquacul- komt met het zonnig karakter van het gebied. energie uit water. Op termijn, nadat de water- 1.5 Toepassing op het gehele gebied tuur gerichte producten kan de cultuurhistorische betekenis van water en oude kernen als Brouwershaven worden benadrukt en versterkt. Daarbij past het handhaven en zo mogelijk ontwik- De aanwezigheid van water is daarbij gids voor en drager van de veranderingen. De integrale aanpak van het zeecultuurlandschap komt direct tot uiting bij de Brouwersdam. De dam is al ja- kwaliteit in het Krammer-Volkerak verbeterd is, zal een doorlaat ook een rol kunnen spelen in de afwatering van de grote rivieren naar zee. Deze aanpak is op het gehele zeecultuurlandschap van toepassing. Daarbij worden de Brouwersdam en Grevelingendam gezien als bakens in zee met mogelijkheden voor het doorlaten van water. Op beide dammen staat de duurzame recreatieve ontwikkeling centraal. Tussen beide bakens bevindt zich een zone waarin de natuurfunctie wordt versterkt. Dit is het gebied waar de Vogel- en Habitatrichtlijnen waarden het best ontwikkeld zijn en dus de zone waar het ontwikkelingsprogramma voor natuur de komende jaren zijn beslag gaat krijgen. In de oeverzones waar de intergetijdengebieden gaan ontstaan, worden schelpenbanken en grindeilanden aangelegd zodat optimale habitats voor kustbroedvogels ontstaan. Door het handhaven van het open karakter in deze zone wordt het contrast en daarmee de dynamiek in de Grevelingen benadrukt. De noordelijke boog van het rondje Grevelingen voor wandelaars, fietsers en paardrijders kan profiteren van unieke uitzichten over de grote natuurgebieden en het aandoen van de karakteristieke, in ere herstelde, haventjes. Door het combineren van vormen van verblijfsrecreatie met permanent wonen, bijvoorbeeld in de vorm van landhuizen met een agrarische bouwstijl, of het herinrichten van een karakteristiek havenfront als woonkern wordt het gebied ontwikkeld op een cultuurhistorisch verantwoorde wijze. De unieke land-water relatie biedt kansen voor opwaarderen van de beleving voor inwoners en gasten. De zuidoever van de Grevelingen leent zich bij uitstek voor de ontwikkeling van enkele nieuwe woonkernen op de scheiding van land en water kelen van een viskraamkamer en het verbeteren van vismigratie mogelijkheden. Daarmee wordt hernieuwd inhoud gegeven aan het begrip zeecultuurlandschap. 1.6 Duurzame energie voor het zeecultuurlandschap Bij deze ontwikkelingen past een uniek concept voor de energievoorziening van Schouwen-Duiveland en Goeree-Overflakkee. Het gebied leent zich door de aanwezigheid van zout en zoet water, de terugkeer van het getij, door het voor Nederlandse begrippen hoge aantal uren zon en de vrijwel altijd aanwezige wind bij uitstek voor duurzame vormen van energiewinning. Het lijkt mogelijk door een combinatie van water, wind en zonne-energie aan de energiebehoefte van de beide gebieden te voldoen. Hiermee wordt voor ons land een belangrijke stap gezet naar het realiseren van meer duurzame energie en kan de kennis op dit terrein verder verbreed worden. Bovendien wordt invulling gegeven aan de verduurzamingsopgave in de energienota Nu voor later van het Ministerie van Economische Zaken. In deze nota is als doelstelling opgenomen dat de bijdrage van duurzame energie aan de totale binnenlandse energie verhoogd moet worden van 2% nu naar 10% in ren een belangrijk, ook internationaal bekend, toeristisch-recreatief gebied. Vele honderdduizenden mensen vinden hun weg naar de dam. Uitgangspunt is dat de aantrekkingskracht van de dam wordt behouden dan wel vergroot. De aanpassing van de dam is dan ook vertrekpunt voor het plan van aanpak zeecultuurlandschap Grevelingen. De investeringen in en op de dam zullen gericht zijn op duurzame ontwikkeling van recreatie, natuur en energiewinning. Daarmee wordt bijgedragen aan het herstel van de natuur, het streven de zelfvoorzieningsgraad in duurzame energie in ons land te vergroten (blauwe steenkool) en het economisch perspectief van de regio. De waarde van dit gebied wordt geborgd door een zorgvuldig gekozen balans tussen de Europese natuurrichtlijnen en de recreatieve functies op en rond de dam. Een vergroting van de doorlaatcapaciteit van de Brouwersdam is een belangrijke randvoorwaarde voor herstel van het intergetijde gebied en het structureel borgen van een afdoende waterkwaliteit zodat de kenmerkende flora en fauna in dit estuarium behouden blijft dan wel zich kan herstellen. Door een verbinding van de Voordelta met de Grevelingen winnen beide wateren aan waarde. Daarnaast maakt een opening in de Brouwersdam recreatievaart tussen Grevelingen en Noordzee mogelijk, zodat de functie van de duurzame jachthaven van de toekomst naast Port Zélande verbreed wordt. De Europese natuurwaarden van de Voordelta blijven hierbij leidend. Dit betekent dat een recreatieve doorvaart niet gericht is op verdere recreatieve ontsluiting van de natuurgebieden in de Voordelta. De doorvaart in de Brouwersdam mag geen significant 1.8 Borging en uitvoering Het concept herstel zeecultuurlandschap Grevelingen biedt ruimte aan vele recent ontstane initiatieven binnen de overheid maar vooral ook in de particuliere sector. Het geeft mogelijkheden de natuurrichtlijnen en de kaderrichtlijn water zodanig te implementeren dat een bijdrage wordt geleverd om de Delta weer als één gebied te benaderen; zowel vanuit de natuur bezien als waterhuishoudkundig. Voor de uitvoering is het van belang dat de pilot Grevelingen m.b.t. de Vogel- en Habitatrichtlijn/ Natura 2000 zoals die in het omgevingsplan Zeeland is opgenomen wordt ingezet. Voor het Zuid- Hollandse deel wordt ervoor gepleit om bij de herziening van het streekplan in ruimtelijke zin enerzijds borging en anderzijds ruimte te creëren voor het implementeren van het herstelplan. Hierdoor kunnen plannen sneller ten uitvoer worden gebracht en kan initiatiefnemers meer zekerheid omtrent hun project worden geboden. Het Natuur- en Recreatieschap de Grevelingen zal, mede namens de overige initiatiefnemers van het Grevelingendebat, als orgaan van samenwerkende overheden in de pré-implementatiefase de trekkersrol op zich nemen en zal daarbij streven naar het bereiken van een brede maatschappelijke coalitie voor de gebiedsontwikkeling. Fondsvorming kan een bijdrage leveren aan verevening van groene, rode en blauwe functies. De sterk groeiende belangstelling om te investeren en te beleggen in groene beleggingsproducten past uitstekend in de visie voor de Grevelingen waar projecten op het gebied van duurzaamheid, 6 7

6 duurzame energie, natuurontwikkeling en groen leidend zijn. Daarnaast wordt gestreefd naar uitwerkingsbevoegdheid voor deze regio met betrekking tot wonen gerelateerd aan het water (Nota Ruimte) zodat vernieuwende en uitstekend passende woonconcepten aan het water niet ten koste gaan van het bestaande volkshuisvestingsbeleid in deze regio. Voor het waarborgen en faciliteren van innovativiteit en ruimtelijke, architectonische vormgeving kunnen prijsvragen en ateliersessies gehanteerd worden. 1.9 Investeringen Het is van belang dat bovengenoemde organisatiestructuur vorm krijgt voor een periode van minimaal 6 jaar ( ) om een wezenlijke aanzet te kunnen geven aan genoemde gebiedsontwikkeling voor de Grevelingen. In de 2 e helft van 2006 dient dit nader te worden uitgewerkt, zodat daadwerkelijk per 1 januari 2007 van start kan worden gegaan met de daarbij benodigde financiën. De benodigde middelen om deze gebiedsgerichte aanpak op te zetten bedragen 0,75 mln. tot 1 mln. per jaar. Er liggen in de regio meer dan voldoende kansen voor het ontwikkelen van de Grevelingen tot groen-blauwe motor voor innovaties. De investeringsbedragen gaan de reikwijdte van de regio ver te boven en vergen daarom een gezamenlijke inspanning van zowel de diverse overheden als de private sector. Deze investeringen zorgen voor substantiële effecten op de werkgelegenheid. In een rapportage van Ecorys (hoofdstuk 8) zijn zowel de tijdelijke als structurele werkgelegenheidseffecten doorgerekend. Maatgevend voor de tijdelijke effecten is de omvang van het investeringsbedrag. Deze investeringen (publiek en privaat) worden grofweg geraamd op circa 1,2 tot 1,5 miljard. Met de realisatie van de verschillende projecten voor de regio zijn vervolgens in totaal circa 2190 tot 2920 fte s gemoeid. De structurele bijdrage van de ontwikkelingschets en de bijbehorende projecten aan de lokale en regionale economie bedraagt 450 tot 750 banen (fte s) Leeswijzer In de maanden na het Grevelingendebat is er door de verschillende organisaties achter het debat hard gewerkt aan het uitwerken en onderbouwen van bovenstaande visie. Deze uitwerkingen en onderzoeken zijn opgenomen in voorliggende rapportage. Er is onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om met eventueel nieuw te bouwen doorlaatopeningen in de bestaande dammen een gedeeltelijk herstel van de oude stromingssituatie te krijgen. Hiervoor zijn in dit rapport in hoofdstuk 2 drie mogelijke scenario s beschreven. Daarnaast is onderzoek gedaan naar de mogelijkheden die dit herstel van de dynamiek biedt voor flora, fauna, bewoners, bedrijven en bezoekers in het gebied. Wat zijn de voordelen voor de natuur en natuurbeleving? Kan het getij worden gebruikt om duurzame energie op te wekken? Kan deze duurzame energie misschien zelfs een substantiële bijdrage leveren aan de energievoorziening van alle huishouden rondom de Grevelingen? Hoe kan de toeristische sector profiteren van de mogelijkheden die dit biedt? Wat zijn de kansen voor recreatie? Hoe kan vanuit wonen en werken worden ingespeeld op de behoefte aan economische dynamiek? Deze vragen worden in dit rapport achtereenvolgens beantwoord in de hoofdstukken 3 tot en met 6. In hoofdstuk 7 volgt een aantal concrete projecten voor het realiseren van de toekomstvisie van een groen-blauw Grevelingen. De bijdrage van deze projecten aan de werkgelegenheid wordt in hoofdstuk 8 beschreven. Water en getij Méér dynamiek in de Grevelingen 8

7 2.1 Inleiding Sinds eind 2000 is de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) van kracht. Die moet ervoor zorgen dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Europa in 2015 op orde is. De Grevelingen valt onder stroomgebieddistrict Schelde en is met deze opgave belast. De uitvoering van de KRW vraagt een grote inspanning van verschillende partijen op internationaal, nationaal en regionaal niveau. In dat kader heeft de Deltaraad in 2003 een integrale visie voor de Deltawateren opgesteld, genaamd Delta Inzicht. Hierin staat dat de Delta, waar de Grevelingen onderdeel van uitmaakt, dynamischer moet worden. Van mozaiek naar aquarel, is het nieuwe adagium. De vraag is of het mogelijk is om aan deze opgave te voldoen, met behulp van het terugbrengen van gedempt getij. De visie maakt duidelijk dat met de Grevelingen een nieuw tijdperk moet worden ingegaan. Dit betekent dat er met volledig behoud van de veiligheid meer water moet gaan stromen (dynamiek), zodat kleinschaligheid en compartimentering in het gebied worden beëindigd (creëren van robuust systeem). In dit deelrapport zal de verkenning naar herstel van dynamiek met behulp van gedempt getij nader toegelicht worden. 2.2 Inventarisatie watersysteem Grevelingen De totale oppervlakte van het Grevelingenmeer is circa ha. Dat is inclusief ruim 3000 ha permanent drooggevallen gebied. De gemiddelde waterdiepte is ongeveer 5 m (over ha), met een maximale diepte van circa 48 m. De totale inhoud van het systeem is ongeveer 560 miljoen m 3. Er is een geulenstelsel met aanliggende ondiepten aanwezig dat nog stamt uit de tijd dat de Grevelingen een estuarium was (voor de afsluiting in 1971). Het peilbeheer De waterstand op de Grevelingen wordt binnen een zekere bandbreedte door het peilbeheer bepaald. Water vanuit de Noordzee stroomt via de Brouwersluis in de Grevelingen. Hiermee wordt het peil geregeld. Deze sluis staat vrijwel jaarrond open (met uitzondering van enkele weken in het najaar) ten bate van de algehele waterkwaliteit en ecologie (o.a. vismigratie). Het vaste streefpeil van het Grevelingenmeer ligt rond NAP 0,20 m. Deze waarde kan fluctueren aan de uiteinden van het meer bij krachtige aanhoudende wind uit westelijke of oostelijke richting. Omwille van de kustvogels wordt in het voorjaar gestreefd naar een lager peil, dat schommelt rond NAP 0,26 m. Het vrijkomend areaal drooggevallen gebied dient als broed- en fourageergebied. In het najaar en de winter wordt het peil juist enigszins opgezet ten behoeve van verzilting van de oevers. Oeverbegroeiing wordt hiermee tegengegaan wat ten goede komt aan het genoemde broedgebied. Uit de omringende polders wordt water via gemalen op het meer geloosd. Deze lozingen leveren geen substantiële bijdrage aan de waterstand. Getij buitenzijde Grevelingen Het gemiddeld hoogwater aan de zeezijde van de Brouwersdam bedraagt circa NAP +1,43 m; het bijbehorend gemiddeld laagwater bedraagt NAP 1,03 m. Er is dus buitengaats een gemiddelde getijslag (verschil tussen hoogwater en laagwater) van bijna 2,5 m. Aan de andere kant van de Grevelingen, dus aan de oostzijde van de Grevelingendam, wordt het getij bepaald door de waterstanden in de Oosterschelde. Het gemiddeld hoogwater is daar NAP +1,62 m met als gemiddeld laagwater NAP 1,38 m (getijslag: 3 m). Omdat de looptijden van het getij verschillen is er een faseverschil tussen de getijden op deze twee plaatsen. De bestaande doorlaatmiddelen De Brouwerssluis De doorlaatsluis in de Brouwersdam: twee kokers met een totale lengte van 195 m. In het vernauwing met schuiven (breedte 6 m en hoogte 4,5 m). Aan weerszijden van de vernauwing neemt de breedte en hoogte toe tot respectievelijk 6 m en 7 m en vervolgens geleidelijk tot 8 m en 7,4 m. Over de laatste gedeelten blijft de hoogte constant (7,4 m), en neemt de breedte van de stroomkokers geleidelijk toe tot 12,8 m bij de opening. De drempel ligt op NAP 11,00 m. De capaciteit als getij-gemiddelde bedraagt circa 140 m 3 /s bij inlaten en 120 m 3 /s bij spuien. Naast de kokers van de doorlaatsluis bevindt zich een vissluis bestaande uit 1 koker, inwendig 2 x 2 m, die zich aan de zeezijde vertakt in twee ronde kokers, die op twee verschillende niveaus, NAP 5,0 m en NAP 10,5 m, uitmonden. De vissluis is sinds 1999 niet meer in gebruik. De Flakkeese spuisluis ( de hevel ) De hevel is destijds aangelegd voor het op peil houden van het zoutgehalte van het Zijpe tijdens de compartimenteringswerkzaamheden. Hierbij werd water uit het Grevelingenmeer naar het Zijpe gespuid. De hevel is sinds 1987 niet meer gebruikt. De spuisluis bestaat uit 6 kokers met een breedte en hoogte van 3,2 m. De drempel ligt op NAP 5,75 m, hevelknie op NAP +3,00 m en hevelkroon op NAP +6,20 m. De capaciteit is etmaalgemiddeld circa 70 m 3 /s (peilfluctuatie orde 4 cm). Rijkswaterstaat is plannen aan het uitwerken voor het aanpassen van de hevel. In 2008 zou de aangepaste hevel dan weer in gebruik kunnen worden gesteld en bijdragen aan een actief peilbeheer door in 2 richtingen te kunnen spuien. Het is de bedoeling om met de herinrichting van de bestaande hevel rekening te houden met andere toepassingsmogelijkheden, zoals een testfaciliteit voor laag verval turbines. De schutsluis Bij Bruinisse bevind zich de Grevelingensluis. Deze biedt de mogelijkheid om met vaartuigen het gebied binnen te komen en te verlaten. De sluis is gesitueerd in de Grevelingendam. Af- breed. Hiermee is het totaal oppervlak circa 2000 m 2. De drempel ligt op NAP 5,50 m. De doorstroomopening van de sluis is circa 90 m 2. In de beginperiode van het Grevelingenmeer tot de realisatie van de Brouwerssluis werd de schutsluis ook gebruikt voor het peilbeheer. Dat is thans niet meer het geval. Oevers De eilanden, recreatiegebieden en slikken op de Grevelingen zijn voornamelijk vlakke laaggelegen gebieden. Met uitzondering van de slikken van Flakkee is 75% van de oevers voorzien van vooroeverbescherming. Daar waar vooroeverbescherming is geplaatst is bovendien 80% voorzien van directe oeverbescherming. Alle aanliggende oeververdedigingsconstructies hebben primair als functie om de erosie van de oever tegen de gaan en daarmee de oever te fixeren. De oeververdedigingsconstructies worden aangelegd op het niveau van het waterpeil, aangezien door de golfaanval op deze hoogte de zwaarste aanval optreedt. In het Grevelingenmeer zijn de aanliggende oeververdedigingen van de secundaire dijken uit het tijdperk dat er getij was, van voor De aanliggende oeververdedigingen van de eilanden en recreatiegebieden zijn ontworpen op het vaste peil van NAP 0,20 m. Vaak in combinatie met aanliggende oeververdediging heeft men vooroevers aangelegd. Deze vooroeververdediging heeft als functie om de door de wind ontstane golfslag weg te nemen. De afstand tot de waterlijn is variërend van enkele meters tot tientallen meters. Op de oeverlijn van de indirect verdedigde oevers vindt nog steeds erosie plaats, hoewel deze wel minder wordt. De snelheid van de erosie is afgenomen van lokaal maximaal 1,9 m/j in de periode tot 0,5 m/j in de periode De toename aan ondiep water gebied is in beide onderzoeksperiodes het gevolg van oeverlijn erosie, hetgeen samengaat met een afname aan droog gebied. De oeverlijn voor de onverdedigde oevers heeft zich in de periode van gemiddeld middendeel zit over een lengte van 20 m een metingen van de sluis zijn 125 m lang en 16 m 0,78 m/j landwaarts verplaatst, terwijl de 10 11

8 ondiepwaterlijn stabiel was. Dit geldt ook voor de verandering van de grootte van het ondiepwaterareaal. Er is een toename van 13,4 ha in de periode en een afname van 6,9 ha in de periode Deze afname wordt voornamelijk bepaald door de Slikken van Flakkee en het oostelijk deel van de Veermansplaat. De oeverafslag die op de Slikken van Flakkee en het oostelijk deel van de Veermansplaat gemeten is blijkt alarmerend groot te zijn. Ruim 50 ha aan droog gebied is hier verloren gegaan. Dit betekent een gevoelig verlies aan waardevol natuurgebied. Deze achteruitgang heeft voornamelijk in de laatste vijf jaar plaats gevonden. Waterkwaliteit De stratificatie in het Grevelingenmeer houdt de gemoederen van de beheerders al jaren bezig. Het niet mengen van verschillende lagen water is de oorzaak van het verdwijnen van bodemleven uit delen van het Grevelingenmeer. Door stratificatie kan namelijk water van slechte kwaliteit, bijvoorbeeld zonder zuurstof, langdurig een kwalijke invloed op de omgeving uitoefenen. Er is daarom een onderzoek uitgevoerd naar het optreden van stratificatie en zuurstofdeficiëntie in het Grevelingenmeer. Hierbij is vooral gekeken naar de effecten van het veranderde spuibeheer. Er is nagegaan wat de invloed is van de openstelling van de spuisluis in de zomerperiode. Deze spuisluis was ter voorkoming van stratificatie altijd dicht in de zomerperiode. Dit beleid is echter sinds januari 1999 gewijzigd. Het unieke van het Grevelingenmeer is dat het een stagnant zoutwatermeer is. Dit betekent echter dat voor de in het meer levende organismen het zoutgehalte min of meer constant gehouden dient te worden. Tevens is een norm voor het zoutgehalte vastgesteld van minimaal 16 g Cl/l. Aan deze norm is vrijwel altijd voldaan, op enkele uitzonderingen na, als gevolg van veel neerslag of een laag zoutgehalte in de Voordelta. In 1999 is om verschillende redenen besloten de Brouwerssluis permanent open te zetten met uitzondering van ± 6 weken in het najaar. Dit laatste is gedaan op verzoek van de palingvissers om de uittrek van paling vanuit het Grevelingenmeer tegen te gaan. Zij mogen zelf bepalen wanneer de sluis gesloten moet worden; over het algemeen is dit zo rond november. Over het verloop van de palingstand en het effect op de palingstand van deze sluiting zijn geen gegevens. Het zoutgehalte in het meer is lager dan in het buitenwater. Vanaf 1999 is te zien dat het zoutgehalte in het meer, zij het met enige vertraging, veel meer synchroon loopt met het zoutgehalte van de Voordelta. Het zuurstofgehalte in het oppervlaktewater van het Grevelingenmeer varieert van 10 à 11 mg O2/l in de winter tot ± 8 mg O2/l in de zomer. Dit komt voornamelijk omdat water bij hogere temperaturen minder zuurstof kan bevatten. Tijdens de zomer kan het water in de diepere delen van het meer zuurstofarm of zelfs zuurstofloos worden. Dit is echter alleen het geval op diepten van meer dan 15 á 20 meter. In het Grevelingenmeer worden oesters geteeld. Daarvoor moet het water aan bepaalde normen voldoen; één van de eisen waaraan dat zogenaamde schelpdierwater moet voldoen is een zuurstofgehalte van minimaal 5 mg O2/l. Omdat de oesterpercelen niet in de diepere delen van het meer liggen, wordt ruimschoots voldaan aan deze norm. 2.3 Streefbeeld De discussie over het instellen van een peil begint vaak nadat zich een probleem voordoet. De kustbroedvogels hebben ruimte nodig, de zoute vegetatie zou voor het behoud wat vaker moeten overspoelen. Maar sinds de Vierde Nota Waterhuishouding, is er een andere benadering, namelijk het streven naar het herstel van natuurlijke processen, waaronder een natuurlijk peilverloop. Het natuurlijke peilverloop in de Grevelingen (voordat het een meer werd) was eb en vloed, zoals overal langs de kust. Streven naar een volledige situatie van eb en vloed zou het volledig openen van de Brouwersdam betekenen en dat is geen reële optie. De Grevelingen weer onderdeel laten uitmaken 12 13

9 van het grote watersysteem, de delta, zou in extreme vorm betekenen dat zowel een groot doorlaatmiddel in de Brouwersdam komt (richting Voordelta), als in de Grevelingendam (richting Oosterschelde en in de toekomst naar rivieren via Volkerak-Zoommeer). Dat einddoel kan in drie fasen worden gevonden. In de eerste fase stroomt alleen water heen en weer door de Brouwersdam en Grevelingendam via de hevel; in de tweede fase kan er zoet water uit het Volkerak-Zoommeer richting Grevelingen stromen; in de derde fase stroomt het beide kanten op. In de visie wordt met name gesproken over deze eerste fase, een doorlaatopening in de Brouwersdam. Om voor de energiehuishouding een bijdrage te leveren is het wenselijk dat er op den duur een getijcentrale komt, waarmee onder normale omstandigheden van getijstromen door laagvervalturbines energie kan worden opgewekt. Als in de toekomst in een latere fase problemen ontstaan met de afwatering van de grote rivieren door klimatologische ver- 2.4 Voorwaarden De in de aanleiding geformuleerde vraagstelling wordt verkend met een aantal uitgangspunten voor de herintroductie van getij. Om antwoord te krijgen op de vraagstelling zijn onderstaande voorwaarden meegenomen in de verkenning: - Veiligheid; de veiligheid van de deltawerken en het achterliggende land blijven gewaarborgd. Eventuele aanpassingen in deltawerken zullen in geen geval het risico verhogen. - Dynamiek; de Grevelingen dient een dynamisch systeem te worden waarbij herstel van gedempt getij uitgangspunt is. - Duurzaamheid; alle mogelijk aangedragen projecten en wijzigingen moeten een duurzaam en integraal karakter hebben die op lang termijn bijdragen aan een veilig en robuust systeem waar natuur, recreatie en energie hun eigen plek krijgen. Variant 2 Ten opzichte van de huidige situatie (variant 1) wordt nu de doorlaatopening van de Brouwerssluis vier keer zo groot gemaakt in combinatie met de hevel die dan naar 2 kanten kan spuien. Variant 3 In deze variant wordt een doorlaatopening gecreëerd in de Brouwersdam die samen met de hevel een noemswaardige peilfluctuatie te weeg brengt. Hoeveel water er in een getijdencyclus gaat stromen hangt af van de doorstroomoppervlakte, de vorm van de opening (gestroomlijnd of niet) en natuurlijk van het peilverschil. Hoe meer water er door de dammen stroomt, des te groter wordt de dynamiek op de Grevelingen. 2.5 Aanpak viteit en het robuuste karakter) van estuaria kan heel groot zijn. Ook voor de waterkwaliteit is een goede doorstroming belangrijk. Tenslotte zijn natuurlijke systemen beter in staat om extremen in de klimatologische omstandigheden op te vangen. Het drukken van een natuurlijk systeem in een harnas van dammen en dijken, maakt het gebied daar juist erg kwetsbaar voor. De verwachte klimatologische verandering (zeespiegelstijging, temperatuurstijging en neerslagintensiteit zijn daar gevolgen van) vormen een extra aanleiding om de mogelijkheden voor herstel van eigenwaarde van de Grevelingen te verkennen. Daarbij hoeft de aanwezigheid van een uitgekiend stelsel van dammen geen concessies te doen aan de veiligheid. 2.6 Resultaten en effecten Resultaten Resultaten zijn verkregen met het doorrekenen andering, dan gebruiken we dezelfde centrale als gemaal. In onze visie zijn we dan al opgeschoven naar de tweede en derde fase. Voorlopig alleen de ingebruikname van de hevel en een aanpassing aan de Brouwersdam bijvoorkeur in de vorm van een grotere doorstroomopening voor meer dynamiek. Gedacht kan worden aan het ombouwen van het noordelijke deel van de Brouwersdam eventueel tot getijcentrale annex stormvloedkering. Om ervaring op Om mogelijkheden te beoordelen op verschillende deelterreinen zoals onder andere natuur zijn drie varianten voor herstel van dynamiek opgesteld, uitgaande van de voorwaarden die hierboven genoemd worden: Variant 1 Huidige situatie: er worden geen nieuwe doorlaatopeningen gemaakt, er wordt enkel geoptimaliseerd. Onderzocht zal worden wat de fysieke voorwaarden en mogelijkheden zijn om in de Grevelingen getijbeweging terug te krijgen. Het gaat daarbij niet om het terugkrijgen van de situatie voor de afsluiting van de Grevelingen in Dat zou immers betekenen dat alle afsluitdammen volledig zouden moeten worden verwijderd. En daar is omwille van de veiligheid tegen overstromingen en alle andere bestaande belangen in het gebied, uiteraard geen sprake van. van de varianten met een hydrologisch model. Voor variant 3 is het bestaande model niet geschikt en zijn op basis van kombergingbeschouwing verschillende resultaten berekend. De resultaten van het doorrekenen zijn te vinden in de bijlage. In tabel 2.6.a staan de resultaten van de stromingsberekeningen samengevat. Tenzij anders aangegeven zijn de getallen van toepassing voor de hele Grevelingen. In variant 1 is het belangrijk te doen kan overigens worden gestart met een pilotproject. De visie gaat verder. Er wordt niet alleen aan herstellen van de beweging van water in west-oost richting (Noordzee-Grevelingen) gedacht, daarnaast worden ook de overgangen van water naar land in de Grevelingen versterkt. Geen harde barrières meer, maar robuuste zones, waarin de bescherming tegen overstroming op de lange termijn beter kan worden gewaarborgd en waarbij bovendien prachtige gebieden met broedvogelhabitats en volop natuurgebieden die ontwikkeld kunnen worden, dit alles in combinatie met een internationale aantrekkingskracht voor recreatie en toerisme. Peilvariaties zijn in zoverre mogelijk door gebruik te maken van de bestaande sluizen en hevels. Deze variant kent twee subvarianten: - Variant 1a: geen gebruik van de hevel in de Grevelingendam; - Variant 1b: wel gebruik van de hevel (dit wordt mogelijk na 2008 als de renovatie van de bestaande hevel is gerealiseerd) Omdat deze variant in praktijk een minimaal verschil in peilfluctuatie teweeg zal brengen worden deze varianten a en b in de vervolgtekst variant 1 genoemd waarbij specifiek genoemd zal worden of de hevel erbij betrokken is of niet. De weeffouten herstellen Gezocht is naar de mogelijkheden om (eventueel) via nieuw te bouwen doorlaatopeningen in de bestaande dammen, aan de hand van genoemde varianten, een gedeeltelijk herstel van getij te krijgen. Hierdoor kan veiligheid samengaan met hestel van de natuurlijke eigenwaarde van het gebied. Deze natuurlijke eigenwaarde kent overigens vele dimensies waarop in het hoofdstuk Natuur verder wordt ingegaan. Zo waren van oudsher de ondiepe estuaria waar ook de Grevelingen toe behoorde een ecologische broedmachine van jewelste. De ecologische draagkracht (producti- te weten dat het net zo goed mogelijk is om deze geringe fluctuatie te handhaven rond een vast van NAP 0.20 m. Hierbij zal een minimale afname zijn van de fluctuatie dan wat in de tabel wordt weergegeven voor fluctuatie rond NAP. Er is weinig ruimtelijk verschil omdat het vullen en ledigen gelijkmatig verloopt. Er is nauwelijks sprake van opslingering of demping. Het gebied is daarvoor te klein ten opzichte van het amplitude. Voor de berekeningen van variant 3 is uitgegaan van een normale afvoercoëfficiënt (0,80). Het is mogelijk om met een hogere afvoer

10 coëfficiënt te rekenen (bijvoorbeeld 1,35) als er geen rechte doorlaatkanalen worden gebruikt, maar kokers met tuitvormige toe- en uitstroomsecties (de zogenaamde venturi-vorm). Het voordeel hiervan is dat er aanzienlijk minder stromingsverliezen optreden, waardoor er meer water bij hetzelfde verval door de openingen kan stromen. Deze variabelen dienen nader onderzocht te worden in een dieper gaande studie Effecten en kansen Kansen voor stapelen van getij In plaats van tijdens ieder getij het water ook weer naar zee te laten terugstromen, kan het water ook op de Grevelingen worden vastgehouden. Met het volgende getij kan er dan weer extra water worden ingelaten. Andersom kan trouwens ook, waardoor ieder getij het waterpeil iets lager komt te staan. Het resultaat hiervan is dat er een grotere amplitude op de Grevelingen mogelijk is, waarbij de cyclustijd aanzienlijk langer wordt. Gebruiken we bijvoorbeeld drie opeenvolgende getijden, dan is de cyclustijd namelijk 3 keer een halve dag, dus 1,5 dag. In tabel 2.6.b staan de bevindingen samengevat. Een getijslag met een amplitude van 20 cm, betekent dat de waterstand 10 cm boven en 10 cm onder het gemiddeld peil reikt. Het amplitude is bij de eerste twee varianten zo gering, omdat het lang duurt voordat het water door de relatief kleine openingen in de Brouwerssluis en hevel de Grevelingen kan instromen. Het structureel stapelen van getij, zodat in de Grevelingen een groter getijslag ontstaat, maar met een langere golflengte (bijv. 36 uur of 4 dagen), is vanuit ecologisch perspectief geen interessante optie en zal daarom buiten beschouwing gelaten worden in de verdere verkenning. Wel is de mogelijkheid aanwezig om op deze manier natuurlijke situaties als frequent hogere waterstanden na te bootsen. Kansen voor areaal droogvallend gebied Door het gedeeltelijk terugbrengen van getij op de Grevelingen zullen bepaalde gebieden tijdens een getij droogvallen en onder water lopen, het zogenaamde intergetijdengebied. Dit intergetijdengebied heeft een grote ecologische waarde. Op grond van de beschikbare gegevens is onderzocht hoe groot het intergetijdengebied is in de verschillende varianten. Het betreft een eerste schatting, omdat er op het moment onvoldoende up-to-date gedetailleerde hoogte-informatie van het gebied rondom NAP beschikbaar is. In tabel 2.6.c staat aangegeven hoeveel hectare in de drie varianten een bepaald percentage van de tijd droogvalt. Uiteraard verschilt ook het totale oppervlakte intergetijdengebied per variant, omdat dat immers afhangt van de waterstandvariaties. Wanneer het areaal intergetijdengebied opgesplitst wordt in verschillende hoogtes en vervolgens voor iedere hoogtezone wordt uitgerekend hoe lang die zone droogvalt tijdens een getij, dan kunnen we uitrekenen hoeveel oppervlakte hoeveel uur ieder getij droogvalt. Dat noemen we de foerageercapaciteit, omdat het aangeeft hoeveel foerageer-gelegenheid er is voor onder andere steltlopers. De resultaten staan in de laatste rij van de tabel samengevat. De enorme toename in de berekende foerageercapaciteit in variant 3 is in ecologisch opzicht een grote verbetering en het meest wenselijke voor kustvogels. Zoals verwacht neemt de foerageercapaciteit toe met toenemende getijslag. Effecten op opwoelen van bodemmateriaal (slib) In de huidige situatie staat het water in de Grevelingen niet stil. Als het waait wordt het water Tabel 2.6.b Getijslag bij het stapelen van getij met verschillende tijden en varianten in de bovenlaag met de wind mee geblazen. Naast een grootschalige waterstandopzet (het wateroppervlak staat dan wat scheef ) ontstaat hierdoor een stroming in de tegengestelde richting in de diepere waterlagen. Tijdens westenwind van minimaal kracht 7 Beaufort, kunnen deze snelheden oplopen tot maximaal 20 cm/s. Alleen de snelheden van variant 3 zijn van deze zelfde orde van grootte (of meer). Om een eerste indruk te krijgen van de opwoeling van slib onder toekomstige situaties met herstel van getij zou daarom kunnen worden gekeken naar de huidige situatie tijdens harde westenwind. Locale waarnemingen tonen aan dat er nauwelijks sprake is van vertroebeling van het water bij harde westenwind. Ervaren duikers in het gebied melden hetzelfde. Alleen bij de inlaatopening van de Brouwerssluis en uitstroomopeningen van gemalen kan tijdelijk het zicht minder zijn, dit heeft dan meer te maken met de lokaal wat sterkere (inlaat-)stroming en water afkomstig uit poldersystemen. Hieruit kan worden aangenomen dat er in de drie varianten weinig extra opwoeling Getijslag over: Variant 1 Variant 2 Variant 3 1,5 dag 15 cm 65 cm 150 cm 2,5 dag 25 cm 100 cm 200 cm 4 dagen 40 cm 150 cm 250 cm Tabel 2.6.a Resultaten waterstanden Grevelingen met verschillende varianten Tabel 2.6.c: Areaal droogvallend gebied per variant Gem. hoogwater spring Gem. hoogwater Gem. hoogwater dood Gem. waterstand Gem. laagwater Getijslag per gemiddeld getij in het westen in het oosten Globale max. stroomsnelheden Locale max. stroomsnelheden (in het directe uitstroomgebied zijn de snelheden groter) Variant 1 Variant 2 Variant 3 NAP +0,03 cm NAP +0,14 cm NAP +0,75 cm NAP +0,03 cm NAP +0,13 cm NAP +0,65 cm NAP +0,02 cm NAP +0,12 cm NAP +0,55 cm NAP 0 m NAP 0 m NAP 0 m NAP 0,02 cm NAP 0,13 cm NAP 0,35 cm 5 cm 23 cm 95 cm 5 cm 27 cm 110 cm 2 cm/s 7 cm/s 20 cm/s 5 cm/s 10 cm/s 40 cm/s Variant 1 (via bestaande Brouwerssluis) Variant 2 (Brouwerssluis 4 x met hevel) Oppervlakte intergetijdengebied (totaal) 100 ha 550 ha 2200 ha Opp. dat 10% van de tijd droogvalt Opp. dat 25% van de tijd droogvalt Opp. dat 50% van de tijd droogvalt Opp. dat 75% van de tijd droogvalt Opp. dat 90% van de tijd droogvalt zone die droogvalt 10% van de tijd (tov NAP) zone die droogvalt 50% van de tijd (tov NAP) zone die droogvalt 90% van de tijd (tov NAP) 10 1) ha 25 ha 50 ha 75 ha 90 ha -0,10 tot -0,09-0,10 tot -0,06-0,10 tot -0,03 60 ha 140 ha 310 ha 450 ha 510 ha -0,16 tot -0,12-0,16 tot -0,01-0,16 tot +0,10 Variant 3 (vrije opening 1850 m 2 met hevel) 90 ha 410 ha 1100 ha 1800 ha 2140 ha -0,50 tot -0,45-0,50 tot +0,03-0,50 tot +0,50 1 ) Gegeven waterstanden zijn vrijwel gelijk bij instandhouding huidig streefpeil, hiervoor dient bij waterstanden 20 cm afgehaald te worden. Foerageercapaciteit (zie uitleg hieronder) m 2 uur/getij m 2 uur/getij m 2 uur/getij 1) Deze getallen zijn verkregen door middel van lineaire interpolatie van 0 ha tot 100 ha (totaal oppervlak) 16 17

11 van slib is te verwachten. Feitelijk stroomt het water daarvoor nog te langzaam. de afsluiting van de Grevelingen was dat ongeveer 400 miljoen m 3 /getij (situatie 1959). Er is dige morfodynamiek zal uitkomen. Dit geldt niet voor variant 3, waarbij een merkbare invloed op 2.7 Conclusie Als er nauwelijks extra sediment van de bodem wordt opgewoeld zal eventuele sedimentatie in afgeschermde gebieden (zoals jachthavens) niet daardoor worden veroorzaakt. Het is wel dus altijd nog een reductie van circa 70 procent ten opzichte van de oude natuurlijke situatie (de situatie waarbij de huidige platen en ondiepten zijn gevormd). de morfologie is te verwachten. Van groot belang voor de morfologie van de Voordelta is de interactie tussen de getijdenstromingen voor de kust langs en de in- en uitgaande getijdenstroming. De Grevelingen kan, zoals de visie en achterliggende verkenning aangeeft, toonaangevend zijn in de Delta. Let s get back to the Flow! mogelijk dat er met het zeewater meer sediment wordt geïmporteerd, zoals zwevend materiaal. Het sediment dat naar binnen komt zal zich naar verwachting vooral in de geulen direct achter het inlaatmiddel afzetten en fijner materiaal in de meer diepere geulen. In een vervolgstudie moet onderzocht worden of er substantiële verslibbing van het toekomstige intergetijdengebied ver- Hoe precies de opbouw en afbraak van hogere gebiedsdelen plaats zal vinden, is tot op heden nog onvoldoende bekend. Mede daarom is er bijvoorbeeld nog geen goede oplossing gevonden om de dreigende teloorgang van het intergetijdengebied in de Oosterschelde te stoppen. Regelmatig suppleren is een optie, maar dat heeft Dit zal nader moeten worden onderzocht. In het hoofdstuk 3 zal verder worden ingegaan op de effecten van genoemde varianten op ecologische systemen. Effecten op bestaande voorzieningen Voor de huidige gebruikers van de Grevelingen, Het herstellen van de schoonheid van stromend water en tegelijkertijd in toom houden. Stromend water als basis voor een gezonde en robuuste omgeving. Robuust ten aanzien van natuurlijke ontwikkelingen en gezond om de gebruiksmogelijkheden voor recreatie, visserij en verblijf, locale economie en beleving kracht bij te zetten. wacht kan worden. Effecten op erosie van oevers De natuurlijke oevers in de Grevelingen zijn voor een deel beschermd. Dat is nodig omdat bij een vast peil alle lokaal opgewekte golfenergie aangrijpt op de waterlijn. Bij een variërende waterstand wordt de golfenergie over een groter gebied verdeeld, zodat de aanval op één specifieke hoogte afneemt. Voor een natuurlijk systeem is een getijdenslag gunstig voor de stabiliteit van de oever. Het maximaal toelaatbare peilverschil waarbij de kwaliteit van (voor-) oeververdediging die ontworpen is voor een vast peil van NAP 0.20 m gewaarborgd blijft is verschillend per locatie i.v.m. verschillende ontwerpdiepte. In het nadelen voor het bodemleven dat dan wellicht te vaak met sediment wordt bedekt. Een andere optie is om de bestaande oeververdediging aan te passen. Er kan voor gekozen worden om op enkele plaatsen stevigere verdedigingen of drijvende oeververdediging aan te leggen die tevens een andere gebruiksfunctie krijgen (bijvoorbeeld recreatief). In de luwte daarvan kunnen dan kansen komen voor natuurlijke aangroei, ook boven de gemiddeld laag waterlijn. Op andere plaatsen kan gekozen worden voor een toename van het oppervlak ondiep water. Dat dit kan onder andere met vooroeververdediging, zo zagen we reeds op de Veermansplaat. De bodemcontouren hoeven niet overal voor eens en altijd constant te blijven. Als water weer voornamelijk recreanten, zullen de effecten van een herstelde getijbeweging merkbaar zijn. Dit geldt vooral voor variant 3, waar het peilverschil het grootst zal zijn. Alle reeds bestaande voorzieningen zijn ontworpen uitgaande van een vast peil van NAP 0,20 m met daarin een zekere bandbreedte voor fluctuaties. Ook de ontwerphoogte van de vaste steigers van de jachthavens (Marina Port Zélande, Herkingen, Bruinisse, Scharendijke en Brouwershaven) is hierop berekend. Andere voorzieningen waar een fluctuerende waterstand invloed op zal hebben zijn: - Bereikbaarheid jachthaven Battenoord; - Eilanden en grotere gebieden met een maai- In een ideale eindsituatie komen er drie doorlaatmiddelen waar het water in twee richtingen doorheen kan stromen. Eén in Grevelingendam (de Flakkeese spuisluis, eventueel met proefopstelling laagverval turbine), de tweede in de Brouwersdam die de verbinding herstelt met de Noordzee (met een getijdencentrale) en één in de Grevelingendam die de verbinding herstelt via het Volkerak-Zoommeer naar de grote rivieren (voor een estuariene karakter met zoet-zout gradiënt op de Grevelingen). De verbinding tussen rivieren en zee is dan weer aanwezig en de getijcentrale in de Brouwersdam kan dan in tijden van zoete watersnood bovendien als gemaal dienen. algemeen zal een amplitude van maximaal 25 cm rond NAP 0,20 m (met daarbij rekening houdend met windopzet) het maximaal haalbare zijn om met de bestaande ontwerpen de kwaliteit en functie te waarborgen. Effecten op morfologie In een natuurlijk dynamisch systeem is sprake van samenhang in erosie en sedimentatie van mag stromen, moet de bodem ook in dynamiek kunnen zijn! Het gaat immers vooral om het behoud van een zeker areaal intergetijdengebied en een daarvan af te leiden foerageercapaciteit. In een gedetailleerde vervolgstudie dienen de mogelijkheden voor lokaal maatwerk te worden onderzocht. Er zijn voldoende aanknopingspunten om het doembeeld van platen achter dijken te vermijden. veld lager dan NAP +0,5 m (zoals Dwars in de weg, en Markenje); - Afwateringscapaciteit gemaal Dreischor en rioleringstelsel Port Zélande; - Maaiveldhoogte van recreatiegebieden en stranden (De Punt, Port Zélande, Kabbelaarsbank, Grevelingendam, etc); - Mogelijkheden om af te meren bij de eilanden; - Kwelstromen naar achterliggende polders. Die ideale situatie is voorlopig niet opportuun. Daarvoor zal onder andere eerst de waterproblematiek van het Volkerak-Zoommeer in al zijn dimensies moeten zijn opgelost. Een tussenfase waarbij het water slechts in één richting door de Grevelingendam kan stromen (richting Grevelingen vanuit Volkerak-Zoommeer) is voorlopig niet aan de orde. hoger gelegen gebieden, platen en geulen, zogenaamde morfodynamiek. Zelfs in de meest verstrekkende variant 3 is er nog geen sprake van herstel van de natuurlijke situatie. Het zogenaamde getijvolume in variant 3 (dat is de hoeveelheid water die tijdens de vloedfase door de getijcentrale het gebied instroomt) bedraagt Als er weer water in en uit de Grevelingen gaat stromen zal ook de morfologie van het mondingsgebied van de Grevelingen veranderen. Dit zal het sterkst zijn in variant 3. Bij variant 1 en in zekere mate ook variant 2, is nauwelijks een verandering van de morfologie te verwachten. Al- Deze en andere effecten moeten nader onderzocht worden in een planstudie. In de verkenningen die binnen in deze ontwikkelingsschets zijn uitgevoerd, is alleen gekeken naar de eerste fase met een opening in combinatie met een getijdencentrale in de Brouwersdam. De andere fasen zijn een optie voor de lange termijn. ongeveer 120 miljoen m 3 /getij. In de situatie vòòr thans niet één die buiten de grenzen van de hui

12 2.7.1 Investeringen Alle veranderingen die een toename van meer dan 0,30 m boven of onder het huidige streefpeil in het waterpeil teweegbrengen, zullen op bestaande objecten een noemenswaardige (merendeels negatieve) invloed hebben. Een voorbeeld van een logische maatregel is het drijvend maken van de bestaande vaste afmeersteigers. Dat is op zich geen technisch probleem, maar vraagt wel investeringskosten. Een globale schatting van de aanpassingskosten geeft een bedrag van circa 30 miljoen Euro (variant 3). In variant 1 en 2 (alleen verbreden van de Brouwerssluis) zijn deze kosten voor de kunstwerken en voorzieningen aanzienlijk lager, orde 1 miljoen. Civiele werken Voor het realiseren van getij is in dit hoofdstuk diverse malen gesproken over de hevel, een getijdencentrale en een vergroting van de Brouwerssluis als mogelijke opties. In deze verkenning is tevens een globale verkenning gedaan naar de geschatte investeringen voor dergelijke civiele werken. Voor elk van de bovenstaande objecten is een quickscan uitgevoerd die in kaart brengt wat er bij eventuele realisatie komt kijken en wat ze ongeveer kosten. Het betreft hier een eerste verkenning. In een eventueel volgende planstudie dient dit verder onderzocht te worden. Hevel Verwacht wordt dat in 2008 de hevel in gebruik wordt genomen, zodat de aangepaste hevel water kan spuien in beide richtingen. Voorheen werd de hevel enkel gebruikt om water van de Grevelingen bij een te hoge waterstand op de Oosterschelde te lozen. Om dit object in 2 richtingen te laten functioneren dient de hevel aangepast te worden. Er is door Rijkswaterstaat een bedrag van 3 miljoen geraamd om dit in 2008 te realiseren. Brouwerssluis Om de Brouwerssluis te vergroten tot 4 maal de huidige capaciteit (variant 2) zijn er zes nieuwe doorlaatkanalen benodigd naast de reeds bestaande twee kanalen. De éénmalige investeringskosten voor deze variant worden voorlopig geraamd op 60 miljoen. Hierbij wordt uitgegaan van 3 maal de aanleg van het huidige object. Als referentie voor kostenraming is gekeken naar de Katse Heule in het Veerse Meer. Getijdencentrale In variant 3 kan in het noordelijk deel van de Brouwersdam een getijdencentrale worden gerealiseerd. Bij dit object horen tevens stroomgeleidingsdammen, bodembescherming, enz. De investeringskosten voor een getijdencentrale wordt geraamd op 240 miljoen: Turbogeneratoren en elektrische installaties tbv getijcentrale: 105 miljoen Civiele werken: 80 miljoen Subtotaal: 185 miljoen Bijkomende kosten (w.o. netaansluiting) 30% 55 miljoen Totaal alle kosten: 240 miljoen Schutsluis Een schutsluis naast de Brouwerssluis aansluitend op de geul Brouwers Gat, ten behoeve van de beroeps- en recreatievaart is binnen iedere variant een mogelijkheid. De éénmalige investeringskosten hiervoor worden voorlopig geraamd op 30 á 40 miljoen. Dit is afhankelijk van de afmeting en de te kiezen doorgang voor het verkeer (beweegbare brug of variabele rijstroken met by-pass). Gebruikskosten worden geraamd op 0.5 miljoen per jaar. In de projectenlijst is een overzicht van genoemde projecten met investeringen opgenomen. Natuur Méér dynamische natuur in de Grevelingen 20

13 3.1 Inleiding het Brouwershavense Gat permanent zijn drooggevallen. Door op- en afwaaiing kunnen zich de huidige natuurwaarden van de Grevelingen niet los gezien kunnen worden van de afsluiting dimentatie (zg. morfodynamiek) in de afgesloten deltawateren te herstellen. Herstel van morfody Vraagstelling De Grevelingen is een natuur- en recreatiegebied van internationale betekenis. Dit komt onder andere tot uiting in het feit dat dit gebied is aangewezen respectievelijk aangemeld voor de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. Het is echter de vraag of het behoud van de huidige natuurwaarden in de Grevelingen ook op langere termijn is gegarandeerd. De meest karakteristieke kustvogels gaan er in aantallen op achteruit, omdat hun broedplaatsen minder geschikt worden. Vochtige duinvalleivegetaties en soortenrijke schraallanden kunnen zich alleen handhaven dankzij een gericht begrazings- en maaibeheer. En met de regelmaat van de klok duiken berichten op over de kwaliteit van het water van de Grevelingen, die geleidelijk zou verslechteren als gevolg van stratificatie, die zich in warme zomers op steeds geringere diepten gaat voordoen. Deze problemen zijn ook onderkend op het Grevelingendebat (10 oktober 2005). Als vervolg op dit debat is besloten om na te gaan of het mogelijk is om natuur en recreatie in de Grevelingen zowel in economische als ecologische zin een meer solide basis te geven. Daarbij wordt met name gedacht aan mogelijkheden om de Grevelingen weer te verbinden met de Noordzee, waardoor herstel van getij mogelijk wordt. Deze notitie geeft de resultaten weer van een verkenning van de mogelijkheden om op deze manier het ecologische functioneren van de Grevelingen te versterken en het behoud van de bijzondere natuurwaarden een meer duurzaam karakter te geven. langs de oevers waterstandschommelingen van enkele tientallen centimeters voordoen en golven kunnen daar ook aanleiding geven tot flinke oeverafslag. Grote delen van het gebied zijn daarom in de afgelopen decennia voorzien van oeververdedigingen, die deels op de kant liggen, maar deels ook het karakter hebben van een vooroeververdediging in het water. In de afgelopen decennia hebben zich, op het land zowel als in het water, bijzondere natuurwaarden ontwikkeld. Beide worden gekenmerkt door relatieve voedselarmoede. Het stagnante zoute water is vanwege de lage stroomsnelheden bijzonder helder en mede als gevolg daarvan heeft het gebied zich in de wintermaanden ontwikkeld tot een van de belangrijkste pleisterplaatsen in West-Europa voor visetende watervogels. Als zodanig kan het vergeleken worden met de Limfjord in Denemarken, die de Noordzee met de getijloze Oostzee verbindt en waarmee de Grevelingen ecologisch veel overeenkomsten vertoont. Op de drooggevallen gronden heeft zich na de afsluiting een snelle vegetatieontwikkeling voorgedaan, die op plaatsen waar deze zich geheel spontaan kon voltrekken (bijv. Slikken van Flakkee Noord) geleid heeft tot het ontstaan van bos en struweel. Onder invloed van een gericht begrazings- en maaibeheer hebben zich op de eilanden en het zuidelijk deel van de Slikken van Flakkee soortenrijke graslanden en duinvalleivegetaties ontwikkeld, die qua soortensamenstelling en soortenrijkdom zonder meer uniek in West-Europa genoemd mogen worden. van de Noordzee in Veel van de actuele natuurwaarden vertegenwoordigen pionierstadia, die bij het huidige waterhuishoudkundige beheer gedoemd zijn op kortere of langere termijn uit de Grevelingen te verdwijnen. Hun plaats zal dan worden ingenomen door bos, struweel of ruigte. In natuurlijke situaties zijn kustbroedvogels en duinvalleiplanten voor hun voortbestaan afhankelijk van het opslibben en droogvallen van nieuwe schorren, slikken en strandvlakten, waardoor de ontwikkelingscyclus van kustnatuur weer van voren af aan kan beginnen. In een afgesloten Grevelingen met stilstaand water is voor dergelijke processen geen ruimte. De vraag is nu of een verbinding met de Noordzee en herstel van getij en dynamiek in de Grevelingen op een of andere manier in deze leemte kan voorzien en een bijdrage kan leveren aan een meer duurzaam karakter van de bijzondere kustnatuur in de Grevelingen Maatschappelijke randvoorwaarden In een natuurlijk estuarium, waar rivieren en de zee elkaar ontmoeten, is sprake van zogenaamde cyclische successie. Waar getij- en rivierstromen langs elkaar scharen worden zand- en slikplaten afgezet, die steeds hoger opslibben. Hieruit ontstaan schorren, strandvlakten en duinen en deze bieden op hun beurt bieden weer volop ruimte aan kustplanten en -dieren om te groeien en te bloeien, te broeden en te foerageren. Eeuwenlang was de Grevelingen onderdeel van een stelsel van riviermondingen en zeearmen, waar zo natuur werd opgebouwd en ook weer afgebroken om ergens anders weer opnieuw te ontstaan. namiek is alleen mogelijk als de Deltawerken in hun totaliteit grotendeels worden teruggedraaid. Dit is thans een onhaalbare en ongewenste optie en dus moeten oplossingen worden gezocht die passen binnen de kaders van de huidige waterhuishoudkundige infrastructuur van Zuidwest-Nederland. Dat betekent dat herstel van grootschalige morfodynamiek in de Grevelingen niet tot de mogelijkheden behoort. Het impliceert ook, dat rekening moet worden gehouden met een sterke dominantie van (potentiële) oevererosie als gevolg van de aanwezigheid van overgedimensioneerde diepe geulen, die dateren uit de tijd van voor de afsluiting van het Brouwershavense Gat. Een geluk bij een ongeluk is daarbij, dat in de eerste decennia na de afsluiting in de Grevelingen op grote schaal oeververdedigingen zijn aangelegd, die het probleem van de oevererosie beheersbaar gemaakt hebben. Handhaving en goed blijven functioneren van deze oeververdedigingen is dan ook een randvoorwaarde bij het realiseren van de wens tot herstel van getij en dynamiek. Idealiter zou herstel van getij en dynamiek in de Grevelingen gepaard moeten gaan met een herstel van een open verbinding naar de grote rivieren, waardoor ook een goed ontwikkelde estuariene zout-zoet gradiënt zou kunnen ontstaan. De beperkte uitwisselingsmogelijkheden met de Noordzee als gevolg van de deltadammen in combinatie met de ge-eutrofieerde toestand van Volkerak-Zoommeer maken het ongewenst de hier bedoelde verbinding te realiseren. De Grevelingen bevat op dit moment helder water, maar De Grevelingen inhoudelijk De Grevelingen beslaat een oppervlakte van circa hectare, waarvan ongeveer hectare water en 3000 hectare land. Het water heeft het karakter van een uitgestrekt zoutwatermeer met een vast peil van 20 cm NAP en een wisselende diepte, waarin geen of weinig stroming optreedt. Het land wordt gevormd door voormalige schorren, slikken en platen, die na de afsluiting van In de eerste jaren na de afsluiting speelden de drooggevallen gronden ook een belangrijke rol als broedgebied voor kust- en zeevogels (dwergstern, grote stern, visdief, kluut, diverse soorten plevieren). In de loop der jaren zijn veel van deze broedgebieden echter minder geschikt geworden en de meeste soorten in aantal sterk afgenomen en in sommige gevallen zelfs helemaal uit de Grevelingen verdwenen. De kustbroedvogels zijn het duidelijkste voorbeeld, dat Herstel van een dergelijke natuurlijke situatie in de Grevelingen is slechts zeer ten dele mogelijk. Dat heeft te maken met een aantal maatschappelijke randvoorwaarden, die de mogelijkheden voor herstel van natuurlijke processen in dit gebied belangrijk inkaderen. De twee belangrijkste worden hieronder kort gememoreerd: De Deltawerken beperken in belangrijke mate de mogelijkheden om het proces van erosie en se- heeft tegelijkertijd een labiele nutriëntenhuishouding. Input van grote hoeveelheden nutriënten vanuit het Volkerak-Zoommeer zou de doodsteek betekenen voor de huidige goede waterkwaliteit van de Grevelingen. Om die reden moet een verbinding van de Grevelingen met het rivierengebied buiten beeld blijven totdat de nutriëntengehalten op het Volkerak-Zoommeer tot natuurlijke proporties zijn teruggebracht. Het voorgaande betekent, dat herstel van estu

14 arien systeem, zoals dat in het verleden in de Grevelingen heeft bestaan op dit moment niet 3.2 Aanpak 3.3 Habitatbeelden - Getijslag van 100 centimeter rondom NAP. Ook in dit scenario is uitgegaan van vrije uit- tot mogelijkheden behoort. Deze beperking laat echter onverlet, dat er wel degelijk mogelijkheden zijn om het karakter van de Grevelingen als zilt kustgebied verder te versterken en uit te bouwen. Daarbij moet niet alleen naar de Grevelingen zelf gekeken worden, maar moeten ook de positieve effecten op bijvoorbeeld Voordelta en Oosterschelde in de beschouwing worden betrokken. Voordelta en Grevelingen zijn nu twee gescheiden kustsystemen, die min of meer onafhankelijk van elkaar functioneren. Door ze te verbinden kan wellicht een meerwaarde worden gecreëerd die ten opzichte van de huidige situatie een plus oplevert. Deze overweging speelt nadrukkelijk mee in de hierna uit te voeren analyse Streefbeeld Het streefbeeld voor een ecologisch duurzame Grevelingen kan als volgt worden omschreven: Een duurzaam kustwater, dat in verbinding staat met de Noordzee en daarmee dagelijks water uitwisselt in de vorm van een heen en weer gaand getij en waar natuurlijke processen goede leefomstandigheden scheppen voor planten, dieren en mensen. Een gevarieerd planten- en dierenleven onder en boven water, dat een wezenlijke bijdrage levert aan het behoud van zeldzame planten en dieren op nationale en internationale schaal. Soorten en habitattypen, die bijdragen aan de instandhoudingsdoelen van Natura 2000 in Zuidwest-Nederland hebben daarbij de voorkeur. Een open kustlandschap dat de identiteit van het Deltagebied verder versterkt en contras- Deze studie heeft het karakter van een quickscan, waarbij op basis van bestaande kennis geprobeerd is de kansen, risico s en openstaande vragen in beeld te brengen die voor natuur en landschap verbonden zijn aan het herstel van getij en dynamiek in de Grevelingen. Daarbij is vooral in de breedte gewerkt en niet in de diepte. De volgende paragrafen geven dan ook vooral het huidige kennisniveau weer en de daarin aanwezige leemten. Definitieve conclusies kunnen in deze fase nog niet worden getrokken. Wel kunnen kansrijke en minder kansrijke ontwikkelingsrichtingen worden aangestipt. Voor deze quickscan is uitgegaan van de soorten en habitattypen van de Europese Habitat- en Vogelrichtlijn. Daartoe zijn beelden geschetst van de in Europees verband belangrijke habitattypen, die actueel of potentieel (na herstel van getij en dynamiek) in de Grevelingen (kunnen) voorkomen. Vervolgens is nagegaan wat de kansen en risico s zijn voor het behoud en de verdere ontwikkeling van deze habitattypen bij verschillende scenario s. Daarbij is ook nagegaan welke mogelijkheden er zijn om in deze scenario s bepaalde ontwikkelingsrichtingen of kansen te ondersteunen dan wel te mitigeren door maatregelen in de sfeer van natuurontwikkeling of -beheer. Eén en ander is vervolgens afgesloten met een samenvatting. De ontwikkelingsrichting voor de Grevelingen kent mogelijkheden voor de volgende Europese Habitattypes: - Helder zout water met onderwaterfauna en visetende vogels - Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten - Schorren en vegetaties van zoutplanten - Habitats voor kustbroedvogels - Schraallanden en vochtige duinvalleivegetaties - Wintergastenwijde - Ruigte, struweel en bos In de bijlage staan de verschillende habitattype uitgewerkt. 3.4 Kansen en risico s bij introductie van getij en dynamiek Intro De kansen en risico s verbonden aan herstel van getij en dynamiek in de Grevelingen zullen in dit hoofdstuk verder worden verkend. Daarbij is uitgegaan van de scenario s zoals deze in het hoofdstuk water en getij opgesteld zijn: - Huidige situatie met een vast peil rondom NAP 0.20 m, waarbij door op- en afwaaiing aan de oevers waterstandsschommelingen optreden in de orde van 20 centimeter. Voor sommige habitattypen is in dit scenario een onderscheid gemaakt tussen een scenario 1a en 1b, afhankelijk van de inzet van de Flakkeese spuisluis (hevel) in de Grevelingendam. wisseling met de Noordzee en is dus sprake van een verhoging van het waterpeil zoals in scenario 2. Met de plaatsing van energieturbines in de Brouwersdam is niet apart rekening gehouden. Er wordt in deze evaluatie uitgegaan van resterend getijslag van 1 meter. Plaatsing van energieturbines heeft mogelijk wel consequenties voor de intrek van (grote) vissen en zeezoogdieren. Ook in dit scenario wordt uitgegaan van het functioneren van de Flakkeese spuisluis. In de scenario s is niet apart plaats ingeruimd voor het kortstondig opzetten van de waterstand gedurende een beperkt aantal getijcycli (zogenaamd getij stapelen). Deze mogelijkheid is in alle scenario s aanwezig. Bij een gegeven sluisdiameter in de Brouwersdam biedt zij de mogelijkheid om hogere waterstanden te realiseren dan bij normale uitwisseling mogelijk zou zijn. Incidenteel gebruik van deze mogelijkheid in het winterhalfjaar is een interessante optie uit een oogpunt van kusthabitats in de Grevelingen omdat daarmee een stormvloed of calamiteit kan worden gesimuleerd. In onderstaande paragrafen en in de tabellen is hierover op relevante plaatsen een opmerking gemaakt. Het structureel stapelen van getij, zodat in de Grevelingen een (hogere) getijslag ontstaat, maar met een langere golflengte (bijv. 24 of 36 uur), is vanuit ecologisch perspectief geen interessante optie en is daarom buiten beschouwing gelaten. De kansen en risico s voor de natuur in de verschillende scenario s zijn per habitattype geanalyseerd. Daarbij is gebleken, dat geen van de teert met de stedelijke omgeving van de Randstad, de Brabantse stedenrij en de Vlaamse en Noord Franse stedelijke milieus. Ruimte en voorzieningen voor mensen om de kustnatuur te beleven, op het water zowel als op het land, uiteraard zonder planten en dieren te verstoren. - Vergroting van de spuisluis in de Brouwersdam met een factor 4, leidend tot een getijslag op de Grevelingen in de orde van 25 cm. Daarbij is uitgegaan van een vrije uitwisseling met de Noordzee, waarbij het waterpeil in de Grevelingen komt te liggen op NAP (dus 20 cm hoger dan thans). Aangenomen wordt, dat in dit scenario ook de Flakkeese spuisluis operationeel is. beoogde maatregelen belangrijke consequenties hadden voor de in de Grevelingen foeragerende herbivore ganzen, eenden en zwanen. Deze functies spelen zich met name af in de hogere delen van het gebied, waar veranderingen van het peilregime niet of nauwelijks van invloed zijn. Deze aspecten worden hier dan ook verder buiten beschouwing gelaten. De resultaten van de overige analyses zijn en detail weergegeven in de 24 25

15 bijlagen 1 tot en met 6. De hoofdlijnen worden relatief kleine waterstandschommelingen in com- verdwijnt hier ongeveer 50 hectare intergetijden- tijdengebied naar diep en ondiep water? In het hieronder samengevat. binatie met gerichte inrichting en beheer kan de gebied per jaar. Het is duidelijk, dat deze ver- kader van deze quickscan kan op deze vragen Kansen voor natuur bij meer getij en dynamiek Grevelingen zich ontwikkelen tot een van de toplocaties voor deze soorten in West-Europa. In de afgelopen decennia is er in de Grevelingen veel liezen niet volledig opgevangen kunnen worden in de Grevelingen. Het is wel zo dat herstel van intergetijdengebied in de Grevelingen een van de geen definitief antwoord worden gegeven. Oriënterende berekeningen wijzen uit, dat zelfs bij een getijslag van 1 meter de gemiddelde stroomsnel- Herstel van getij en meer dynamiek biedt voor kennis en know-how opgebouwd waar het gaat meest concrete en effectieve maatregelen is die heden in het Grevelingenmeer niet veel hoger de natuur op hoofdlijnen drie grote kansen: om inrichting en beheer van kustbroedvogels. op dit moment genomen kunnen worden. Waar zullen zijn dan die welke nu optreden bij wind- De kennis is er, waar het nu om gaat is die toe het gaat om de foerageerfunctie van steltlopers kracht 6. Dit lijkt niet verontrustend. Anderzijds Door de Grevelingen weer structureel met de te passen. Het probleem op dit moment is, dat in de Delta heeft Nederland internationale ver- moeten we ons realiseren, dat deze stromingen Voordelta en de Noordzee te verbinden ontstaat de broedbiotopen verouderen, verruigen en door plichtingen en daarbij telt iedere hectare. Herstel zich in tegenstelling tot windkracht 6 wel het een ecologisch meer gevarieerd en completer landpredatoren onveilig worden gemaakt. Door van getij in de Grevelingen kan helpen. gehele jaar lang en steeds in dezelfde richting kustgebied. De estuaria en zeearmen van Zuidwest-Nederland hadden van oudsher een eigen nieuwe biotopen doordacht aan te leggen en de waterhuishouding zo in te richten, dat deze Risico s en aandachtspunten voordoen. Een substantieel erosief effect kan dus niet worden uitgesloten. Daarom is nader onder- karakter en een eigen ecologische functie bin- biotopen in het winterhalfjaar enkele keren over- Herstel van getij en dynamiek heeft ook een zoek gewenst. Inzicht in de erosieproblematiek nen het Nederlandse kustgebied. Een duidelijk spoelen ontstaan voortplantingsbiotopen. Bij een aantal risico s in zich, waaraan vragen verbonden kan van doorslaggevende betekenis zijn bij de voorbeeld hiervan is de kraamkamerfunctie voor doordacht ontwerp en goed beheer kunnen deze zijn. Deze worden hieronder opgesomd. Vele van uiteindelijke besluitvorming of herstel van getij de visserij. Relatieve luwte, hogere watertem- veel langer meegaan, dan de biotopen die min deze risico s betreffen vraagpunten, die nader en dynamiek wel of niet wenselijk is. peraturen en gunstige voedselomstandigheden of meer bij toeval zijn ontstaan na de afsluiting onderzoek vragen en waarvan op dit moment speelden daarbij een belangrijke rol. In de situ- van het Brouwershavense gat. De mogelijkheid niet zeker is of zij echt een probleem zijn. Voor Is er toekomst voor visetende watervogels? atie van een (vrijwel) gesloten Brouwersdam ont- om de waterhuishouding en de inrichting van een evenwichtige afweging is het echter wel zaak De Grevelingen is op dit moment een helder, wikkelt de kust voor Schouwen en Goeree zich nieuwe broedbiotopen op elkaar af te stemmen om ze nu onder ogen te zien. voedselarm zoutwatermeer. Herstel van getij zal in de richting van een gesloten meer uniforme geeft deze kans een dimensie en een schaal, er waarschijnlijk toe leiden dat het doorzicht kust, zoals die aanwezig is tussen Hoek van Hol- die zijn gelijke in Zuidwest-Nederland niet kent. Oevererosie een risico? (iets?) zal afnemen en dat de productiviteit zal land en Den Helder. Herstel van de uitwisseling Met name langs de oevers van de Slikken van In het hoofdstuk randvoorwaarden is duidelijk toenemen, door opwerveling van gesedimenteerd met zee versterkt de kustnatuur, niet alleen in Flakkee, de Hompelvoet en Veermansplaat lig- aangegeven, dat de Grevelingen een gebied is, slib en import van voedingsstoffen uit zee. Afne- de Grevelingen, maar ook in de Voordelta en de gen over vele kilometers lengte prachtige kansen waar (oever)erosie potentieel een serieus risico mende helderheid leidt mogelijk tot een daling Noordzee. De biodiversiteit neemt toe; het meer voor het creëren van een keten van zandbanken, is. Dat heeft te maken met de aanwezigheid van van de aantallen doortrekkende en overwinte- krijgt een meer marien karakter, waarin zich geen schelpenstrandjes en lage grindkopjes, die al- diepe geulen daterend uit de tijd toen zeestro- rende visetende vogels, omdat de zichtcondities stratificatieproblemen meer voordoen. Anderzijds lemaal kunnen functioneren als broedgebied mingen nog vrije toegang hadden. Het systeem (iets) slechter worden. Anderzijds leidt een ho- ontstaan in de relatief rustige en warme Grevelin- voor kustvogels, die in Europees verband sterk van drooggevallen platen en diepe geulen heeft gere productiviteit tot de beschikbaarheid van gen paai- en opgroeimogelijkheden voor tal van bedreigd worden. de neiging te egaliseren, met als eindresultaat, meer voedsel. Dit leidt, gevoegd bij een meer ge- organismen, die een deel van hun jaar- of levens- dat er een grote ondiepe plas water overblijft varieerde bodem- en visfauna, tot de voorlopige cyclus in de Voordelta of op open zee doorbren- Nieuw intergetijdengebied schept foerageermo- zonder eilanden. Om dit te voorkomen zijn aanname dat de pleister- en overwinteringscon- gen. Voorbeelden zijn Ansjovis en Zeekat (Sepia), gelijkheden voor steltlopers. Herstel van getij in oeververdedigingen aangelegd, die de droog- dities voor visetende vogels in de Grevelingen die zich nu alleen in de Oosterschelde, maar de Grevelingen biedt mogelijkheden om in de gevallen platen en hun vooroevers beschermen. en de Voordelta bij herstel van getij en dynamiek straks mogelijk ook in de Grevelingen kunnen Grevelingen 500 tot bijna 2000 hectare interge- Met name op plaatsen waar bij herstel van getij niet wezenlijk zullen verslechteren. Het betreft voortplanten. Ook de Kreeft is een soort die zal tijdengebied te herstellen en zo foerageermo- grotere stroomsnelheden gaan ontstaan, zal hier echter een aanname, die om nadere onder- profiteren van het verbinden van de Grevelingen gelijkheden te scheppen voor doortrekkende en herverdeling van sediment plaatsvinden en zal bouwing vraagt. met de Noordzee. overwinterende steltlopers. We hebben het hier het zand van ondiepten mogelijk verplaatst wor- over een natuurfunctie, die in de Delta als ge- den naar diepe geulen. Een belangrijke vraag is Hoe zal het nieuwe intergetijdengebied en de De Grevelingen als hotspot voor kustbroed- heel sterk onder druk staat. Onder invloed van op welke schaal dit gaat plaatsvinden en of de zoutvegetatiezone zich ontwikkelen? vogels: herstel van getij en dynamiek biedt de Deltawerken is het areaal intergetijdengebied stabiliteit van de oeververdedigingen is gega- De verwachtingen omtrent de ontwikkeling van uitgelezen kansen om voortplantingshabitats in de gehele Delta en met name ook in de Gre- randeerd. Een vergelijkbare vraag doet zich voor foerageermogelijkheden voor steltlopers in het voor sterns, plevieren, kluten en andere kust- velingen drastisch afgenomen. Daarnaast wordt bij de profielontwikkeling van het toekomstige toekomstige intergetijdengebied en de zonering broedvogels verder te optimaliseren en uit te het resterende intergetijdengebied in de Ooster- intergetijdengebied. Zal hier sprake zijn van een van zoutplantgemeenschappen bij herstel van breiden. Het bijzondere is, dat we daarvoor niet schelde nu blootgesteld aan erosie als gevolg min of meer stabiele situatie of zal er sprake zijn getij zijn gebaseerd op kennis van getijden- afhankelijk zijn van forse getijamplitudes. Met van de zogenaamde zandhonger. Op dit moment van grootschalig zandtransport van het interge- systemen met een amplitude van 2-3 meter. Het 26 27

16 is echter niet zeker dat bodemdierpopulaties en leivegetaties. In dergelijke situaties zouden met scenario s. In simpele varianten kan worden uit- zonering van natuur en recreatie flexibiliteit in vegetatiezoneringen zich op een vergelijkbare behulp van gerichte inrichtingsmaatregelen (bijv. gegaan van thans aanwezige schelpenbanken. te bouwen. Enerzijds om in te kunnen spelen op manier zullen ontwikkelen bij (sterk) gecompri- verwijderen struweel en/of plaggen van de top- Door de verbinding van deze banken met het bijvoorbeeld de dynamiek van broedende kust- merende getijslag van enkele tientallen centi- laag) de geschikte terreincondities voor de bij- achterliggende land te doorgraven kunnen deze vogels, die zich soms op onverwachte plekken meters tot een meter. Onzekerheden zijn er met zondere vegetaties kunnen worden hersteld. het karakter krijgen van langgerekte eilandjes, vestigen. Anderzijds biedt flexibele zonering ook name over de dichtheden aan bodemdieren. Ook waardoor zij zeer aantrekkelijk worden als broed- meer mogelijkheden om mensen dicht bij de na- zijn er vragen over het gedrag van Engels slijk- Invloed van energieturbines op de intrekmoge- gebied. Andere mogelijkheden zijn om nieuwe tuur te brengen. gras in dergelijke situaties. Het is niet ondenk- lijkheden van grote vissen en zeezoogdieren. schelpenbanken aan te leggen op plaatsen waar baar, dat deze soort zich bij een kleine getijslag Het is onduidelijk of de aanwezigheid van ener- de overige condities voor broedende vogels gun- Aanpassingsinrichting na realisatie van de (veel) sterker gaat ontwikkelen, dan tot nu toe gieturbines in de Brouwersdam intrekmogelijk- stig zijn. Indien gekozen wordt voor de realisa- nieuwe waterhuishouding uit schorsystemen bekend was. Deze onzekerhe- heden van grote vissen en zeezoogdieren beper- tie van een forse getijamplitude ontstaan bredere Na realisatie van een nieuwe waterhuishouding, den kunnen belangrijke consequenties hebben ken. Naar verluidt is de techniek van deze turbi- intergetijdengebieden. In dergelijke situaties is met getij en een hoger peil, zullen zich in het voor de foerageermogelijkheden voor steltlo- nes zodanig, dat heelhuidse passage van kleine het zeer aantrekkelijk om meer geïsoleerde gebied nieuwe evenwichten instellen, die bijvoor- pers in deze zone. De voorlopige verwachting en middelgrote zeeorganismen geen probleem grindeilandjes aan te leggen, die worden afge- beeld leiden tot hogere grondwaterstanden. In is dat er goede foerageermogelijkheden zullen is. Het is evenwel de vraag of dit ook het geval werkt met schelpen. Een programma voor herstel dergelijke situaties kan het wenselijk zijn om de ontstaan, maar dat deze mede gezien het zan- is voor grotere dieren. Op dit moment trekken en ontwikkeling van kustvogelhabitats dient inrichting van het gebied aan te passen om zo dige karakter van de bodem andere aantallen van tijd tot tijd zeehonden door de spuisluis. een hoofdpunt te worden van de ontwikkelings- nieuwe kansen en perspectieven mogelijk te steltlopers tot gevolg hebben dan in de meest Een van de redenen om de Grevelingen met de agenda van de Grevelingen. Voorlopig geraamde maken. Het kan bijvoorbeeld gewenst zijn afge- voedselrijke delen van de Oosterschelde. Met Voordelta te verbinden is om dergelijke uitwisse- kosten miljoen. storven struweel te verwijderen en de bodem betrekking tot Engels slijkgras is de verwachting lingen te laten toenemen en te laten uitbreiden oppervlakkig te plaggen om zoutvegetaties of dat onverwachte dominantieproblemen beheers- naar andere soorten (bijv. bruinvis). Nader onder- In winterhalfjaar kortstondig peil opzetten ten vochtige schraallanden te laten ontstaan op baar zijn met het begrazingsbeheer, zoals dat op zoek naar de mogelijkheden hiervoor is gewenst behoeve van kustbroedvogels en zoutvegetaties plekken die vernat zijn door een gestegen grond- dit moment in de Grevelingen gebruikelijk is voor evenals naar de mogelijkheden om calamiteiten Door in het winterhalfjaar kortstondig (max. waterstand. Voorlopig geraamde kosten de drooggevallen gronden. te voorkomen. enkele dagen) het waterpeil enkele decimeters 1 miljoen. op te zetten kunnen geschikte broedplaatsen Afname van duinvalleimilieu s en vochtige schraallanden. Herstel van getij en dynamiek zal er waarschijn Inrichtings- en beheersmaatregelen, die herstel van getij en dynamiek kunnen ondersteunen voor kustbroedvogels en hogere delen van de zilte zone worden overspoeld met zout water. Hiermee wordt als het ware een stormvloed Maatwerk in begrazings- en maaibeheer blijft nodig Grote delen van de Grevelingen kennen op dit lijk toe leiden, dat het areaal duinvalleimilieus Herstel van getij en dynamiek in de Grevelingen of een calamiteit gesimuleerd. Een dergelijke moment een begrazingsbeheer, dat plaatselijk en vochtige schraallanden zal afnemen, omdat is geen maatregel die op zichzelf staat. Zij kan maatregel kan een belangrijke bijdrage leveren wordt aangevuld met een maaibeheer. Deze de lager gelegen standplaatsen van deze vege- en moet worden ondersteund met inrichtings- en aan de kwaliteit en de duurzaamheid van de beheersvormen zullen ook na een eventueel taties meer of minder frequent zullen worden beheersmaatregelen. Dit is vooral van belang pionierstadia van de kusthabitats. Verruiging herstel van getij nodig blijven. Daarvan is in overspoeld met zout water. De vegetaties zullen omdat een volledig herstel van natuurlijke pro- en struikopslag wordt daarmee voorkomen en ieder geval sprake op de hogere gedeelten om daardoor veranderen in de richting van zoutve- cessen en dynamiek niet tot de mogelijkheden grondpredatoren, die een bedreiging vormen te voorkomen, dat ganzenfoerageergebieden en getaties en zilte graslanden. Hierbij moet worden behoort (zie hoofdstuk 1). Goede inrichting en voor kustvogels, worden gedwongen een goed schraallanden dichtgroeien met struweel en bos. aangetekend, dat een peilopzet zoals voorzien in beheer kunnen helpen om een optimaal resultaat heenkomen te zoeken. Op deze manier kunnen Maar het is ook gewenst voor de lager gelegen scenario 2 en 3 er toe leidt, dat de grondwater- te bereiken binnen de randvoorwaarden, die zo natuurlijke processen worden hersteld, die nu zoutvegetaties, die nog beïnvloed worden door stand in de drooggevallen gronden zal stijgen. vanuit het maatschappelijk functioneren worden nog door mensenhanden moeten worden nage- het zilte getijdenwater. Een belangrijk deel van De vegetatiezonering zal daardoor opschuiven gesteld. Hieronder volgt een kort overzicht van bootst. Geraamde kosten: PM. de natuurwaarden van de Grevelingen speelt zich en op een iets hoger gelegen plek ontstaan de belangrijkste mogelijkheden. af in de overgangszone van zout naar zoet en in principe nieuwe standplaatsen voor de hier Goede en flexibele zonering van natuur- en van land naar water. Het is belangrijk, dat daar besproken vegetaties. Daarbij kan zich wel het Inrichten nieuwe voortplantingshabitats voor recreatiefuncties een open vegetatiestructuur blijft bestaan. Begra- probleem voordoen, dat deze standplaatsen al kustbroedvogels Tot op heden is er altijd uitgegaan van een zing speelt daar een essentiële rol in. ingenomen worden door ruigten en struwelen, Zoals hierboven al is aangegeven liggen er in de vaste ruimtelijke zonering van natuur en recre- Geraamde kosten: PM. onder invloed waarvan zich hier een humusrijke, Grevelingen unieke kansen voor het creëren van atie in de Grevelingen. Een dergelijke zonering zure toplaag in de bodem heeft ontwikkeld. voortplantingshabitats voor kustbroedvogels. op hoofdlijnen blijft ook in de toekomst nodig. De standplaats is dan ongeschikt voor duinval- Mogelijkheden daarvoor zijn aanwezig in alle Het is echter wel gewenst ook in de ruimtelijke 28 29

17 3.5 Eindoordeel Samenvattend kan worden geconcludeerd, dat herstel van getij en dynamiek een belangrijke impuls kan geven aan een duurzaam karakter van de bijzondere natuur in de Grevelingen. Deze kansen hebben met name betrekking op onderstaande punten. Tesamen en ieder voor zich zijn zij een belangrijke ondersteuning voor de instandhoudingsdoelen, zoals die door het Ministerie van LNV zijn geformuleerd voor de Natura 2000-gebieden in de Grevelingen en de omringende Deltawateren. Het betreft de volgende punten: - Verbinden van de Grevelingen met de Voordelta en de Noordzee levert een belangrijke bijdrage aan versterking en verbetering van de natuurkwaliteit van de kustzone van Zuidwest- Nederland. Dit geldt met name voor Habitattype 1110 (zeewater met ondiepe zandbanken). - In de Grevelingen liggen unieke kansen voor het realiseren van voortplantingshabitats voor diverse soorten kustvogels van de Europese Vogelrichtlijn. Het gebied heeft de potentie om uit te groeien tot een toplocatie voor kustbroedvogels in West-Europa. - Introductie van getij op de Grevelingen biedt mogelijkheden om hier hectare inter-getijdengebied c.q. foerageergebied voor steltlopers te realiseren. Het kan daarmee een wezenlijke bijdrage leveren aan de oplossing van één van de grootste problemen voor het wetlandbeheer in Zuidwest-Nederland. voor die soorten, die voorkomen op de Europese Vogelrichtlijn. - Hoe zal de zonering van het nieuwe intergetijdengebied en de zoutvegetaties zich na introductie van getij en dynamiek ontwikkelen. Zal zich een rijke bodemfauna ontwikkelen en hoe groot is het risico, dat Engels slijkgras gaat domineren? - Milieus van vochtige duinvalleien en vochtige schraallanden zullen waarschijnlijk afnemen in areaal. Hoe kunnen deze verliezen worden gemitigeerd door inrichtings- en beheersmaatregelen? - Hoe kunnen in geval van energiewinning met behulp van getijdenturbines in de Brouwersdam intrekmogelijkheden voor grote vissen en zeezoogdieren worden gerealiseerd en hoe kan worden voorkomen, dat er calamiteiten plaatsvinden? De risico s verbonden aan herstel van getij in de Grevelingen zijn geen van alle op voorhand onoplosbaar en hebben allemaal betrekking op vragen die nader onderzoek behoeven. Dit leidt tot de conclusie, dat nader onderzoek gewenst is naar de mogelijkheid om getij en dynamiek te herstellen. Dit onderzoek zou bij voorkeur het karakter moeten hebben van een planstudie, waarbij ingezet wordt op de realisatie van een maximaal getij binnen de randvoorwaarden die vanuit het maatschappelijk functioneren wordt gesteld (getijslag van 1 meter). Daarbij zouden dan een nulvariant en een tussenvariant (bijv. getij met amplitude van centimeter) kunnen worden meegenomen. Duurzame energie Méér dynamische energie uit de Grevelingen Herstel van getij en dynamiek in de Grevelingen roept nog wel een aantal vragen op, waaraan risico s verbonden zijn en die dus om antwoord vragen. Deze hebben met name betrekking op: - Risico s van oevererosie en de mogelijkheden om deze te beheersen. - Ontwikkeling van helderheid van het water en de primaire productie en de consequenties daarvan voor visetende vogels en met name 30

18 4.1 Inleiding grote, vooral internationale opgaven: het garanderen van de voorzieningszekerheid en het aan- centratie van broeikasgassen gestabiliseerd zal worden op het niveau waarop gevaarlijke veran- energiecentrales vindt bijstook plaats van biomassa. Sterk in opkomst zijn decentrale GFT- en Aanleiding en doelstelling pakken van het mondiale klimaatprobleem. De Nederlandse regering heeft hiertoe in 2005 dering van het klimaat voorkomen wordt. Nederland en de EU hebben als officiële doelstelling mestvergistingsinstallaties en de productie van bio-brandstoffen. Nederland - en ook Zeeland en Zuid-Holland- de volgende strategie uitgezet: dat de stijging onder de 2 o C moet blijven. beoogt een bloeiende netwerkeconomie te zijn, Milieu- en natuurorganisaties (o.a. WNF) onder- De vraag is hoe Nederland en haar landelijk waarin vitale dorpen en steden samengaan met Voor de korte termijn is een extra energie- strepen dat een dergelijke temperatuurstijging gebied er uit zien als we op grote schaal over- een aantrekkelijke groene ruimte. Er is echter besparing het meest efficiënt. Het vermindert ook al tot grote negatieve effecten zal leiden, schakelen op duurzame energie, wanneer het een toenemende druk op ruimte om te wonen, de uitstoot van CO 2 en andere stoffen, het maar erkennen dat het een realistisch doel is. aandeel duurzame energie wordt uitgebreid van te werken en om te kunnen recreëren. Om eco- beperkt de afhankelijkheid van buitenlandse Eén van de grote onzekerheden is de (duur- de huidige 2 á 3% naar 10, 30 of zelfs 70%? nomische ontwikkeling hand in hand te laten energiebronnen en het levert een kosten- zame) ontwikkelingen van China en India. In de Veel van deze toekomstige duurzame energie- gaan met de kwaliteit van de leefomgeving is reductie op. westerse wereld zal de uitstoot van broeikasgas- productie zal plaatsvinden middels grote bio- er behoefte aan innovatieve concepten voor Voor de middellange termijn blijft voor sen verreweg het sterkst omlaag moeten. De massacentrales en windparken op land en zee. multifunctioneel ruimtegebruik. Landelijk en re- Nederland het realiseren van de Kyoto- reductie in westerse landen zal vergeleken met Maar ook de noodzakelijke decentrale en regio- gionaal dienen we tevens handen en voeten te doelstellingen een belangrijke opdracht in de orde moeten liggen van 50% in 2025 nale duurzame energievoorziening met bijbeho- geven aan het energiebeleid. Realisatie van de De maatregelen richten zich op een tempo en 80% in Deze reductie zal bereikt moe- rende infrastructuur zal in toenemende mate een doelstellingen van duurzame energie in combi- van energiebesparing van 1,5% per jaar, ten worden door energiebesparing, duurzame beslag leggen op, maar ook kansen bieden, voor natie met de realisatie van duurzame ruimtelijke 10% duurzame energie in 2020 en een energie opwekking en CO 2 -opslag. verschillende regio s. kwaliteit, natuur en recreatie lijkt veel kansen te voortgang van de Europese emissiehandel. bieden. Integratie en bundeling van de kennis Voor de lange termijn heeft Nederland de Energietransitie De groene ruimte alsmede de voorwaarden en streefbeelden van ambitie een duurzame energiehuishouding Nederland staat hiermee aan de vooravond van Nederland is één van de kleinste en tegelijker- deze werkgebieden is daartoe wenselijk. door middel van energietransitie te realise- grootschalige introductie van nieuwe duurzame tijd één van de meest dichtbevolkte landen ter ren. Dit betekent dat de uitstoot van broei- energiesystemen; de zogenaamde energie- wereld. De groene ruimte (platteland en natuur) In dit hoofdstuk is de doelstelling: een verken- kasgassen in de komende decennia met transitie. De geschiedenis laat zien dat energie staat daardoor vrijwel permanent onder druk. ning voor het maken van de Grevelingen tot 60 tot 80% omlaag moet. Dit kan alleen met een grote invloed heeft gehad op het landschap. De moderne burger vraagt om een vitale groene voorbeeldregio op het gebied van (kennis over) grote technologische doorbraken en investe- Voorbeelden hiervan zijn de turfwinning en de ruimte met verscheidenheid en eigen functione- opwekking en gebruik van duurzame (groen/ ringen. Nederland wil een stevige bijdrage daarvoor benodigde transportkanalen, de hoog- le, ruimtelijke en ecologische kwaliteit. Een groe- blauwe) energie. Een duurzaam en integraal leveren aan thema s waar ons land goed in spanningsmasten, windmolens, energiecentrales ne omgeving die ruimte biedt aan zijn specifieke ontwikkelingsperspectief voor de Grevelingen en is, waarmee voor het bedrijfsleven boven- en bijbehorende infrastructuur. Maar ook olie- en wensen op het gebied van wonen, recreatie, haar direct omliggende gebied, waarin natuur, dien nieuwe kansen ontstaan. gaswinning lieten eveneens hun sporen achter natuur en duurzaam energiegebruik. Een groene recreatie, water, energie, toerisme en wonen door infrastructuur en bodemdaling, al bleef het ruimte die ook landbouw en natuur nodig heeft elkaar versterken is daarbij het uitgangspunt. Klimaat landschap qua karakter intact. als blijvende drager van het cultuurlandschap. Het klimaat verandert en zal verder veranderen. Belangrijk is dat ook de economische productie In dit deelrapport zal daartoe enige achter- In de tweede helft van de twintigste eeuw is Het huidige aandeel van duurzame energie- en vervoersstromen in dit landschap moeten grondinformatie worden gegeven omtrent de de aarde warmer geworden, en dat is voor een bronnen aan de energievoorziening bedraagt kunnen plaatsvinden. Tenslotte dienen ook verschillende mogelijkheden voor opwekking van belangrijk deel mensenwerk. De temperatuur momenteel 2 á 3%. Energie uit biomassa en waardevolle natuurgebieden en unieke stukken duurzame energie, specifiek toepasbaar in en op aarde zal stijgen: al naar gelang hoeveel windenergie nemen dit aandeel voor een groot landschap voor toekomstige generaties behou- rondom het Grevelingenmeer. Aan de hand van broeikasgassen er nog in de lucht gaan, zal aan deel voor hun rekening. In mindere mate, maar den te blijven. Daardoor is het van groot belang de mogelijkheden zullen drie scenario s worden het eind van deze eeuw de wereldtemperatuur niet minder belangrijk, worden er mogelijkheden te zorgen voor een passend evenwicht tussen de geschetst die de uitersten aangeven van het tussen de 1,4 en 5,8 o C hoger liggen dan nu. De toegepast door gebouwgebonden energie- verschillende functies van de groene ruimte. streefbeeld binnen de kaders natuur en ruimte- zeespiegel gaat tussen 9 en 88 cm omhoog. systemen als warmtepompen en zonne-energie. lijke kwaliteit en economie. Daarnaast zullen extremen in neerslag en droog- Op dit moment staan in Nederland circa 1700 De ruimtegebruiker speelt in deze groene ruimte Inventarisatie en achtergrond te toenemen. windmolens. Daarnaast zijn er zo n 15 kleinere decentrale energieopwekkingsystemen op basis van morgen een sleutelrol. De groene ruimte kan en moet immers tegelijkertijd functies vervullen Klimaatbeleid van biomassa. De bekendste gedifferentieerde op het gebied van ondernemerschap, werken, Energiebeleid De internationale gemeenschap heeft in Het biomassaverbrandingscentrales zijn Cuijk en natuur, recreatie én energiewinning. Het Nederlandse energiebeleid richt zich op twee Klimaatverdrag (Kyoto) afgesproken dat de con- Lelystad. In de grotere kolen- en afvalgestookte 32 33

19 Het één en ander kan worden aangeduid als meervoudig ruimtegebruik. In combinatie met energieproductie zijn er veel mogelijkheden denkbaar: - energieteelt als buffers rond natuurgebieden of als onderdeel van recreatieterreinen; - vergisting, vergassing, pyrolyse, fermentatie en verbranding van biomassa; - bosaanleg voor natuur en als CO2-sinks of biomassaproductie; - benutting van warmte uit oppervlaktewateren; - benutting zout/zoet-overgangen voor duurzame energieproductie door osmose technieken; - benutting getijde verschil voor de opwekking van elektriciteit met getijdencentrale; - benutting waterretentiegebieden voor productie van biomassa; - integrale concepten als energielandgoederen, zonne-eilanden ; - waterstof als energie dragend product; - windenergie. Ruimte voor energie Voor de realisering dienen overheden, maatschappelijke en brancheorganisaties, ondernemers en burgers in de regio de ruimte te krijgen om op integrale wijze hun plannen te realiseren. Hiertoe zal energie geïntegreerd moeten worden met de ruimte-agenda en ruimte geïntegreerd moeten worden met de energie-agenda. De ontwikkeling voor dit meervoudige ruimtegebruik in en rond het Grevelingenmeer kan tot uiting komen in een nieuw op te zetten meerjarenprogramma. Aandacht voor energie, landschap en natuur, waarbij duurzame energieproductie een expliciete functie inneemt in de groene ruimte, echter in synergie met natuur, landbouw, recreatie, cultuur en wonen. Tabel 4.1.a. Getallen uit de regio de Grevelingen De groene ruimte staat voor de uitdaging om binnen dit pakket van eisen en binnen de gehele keten een juiste balans te vinden. Samenwerken zal de sleutel zijn tot duurzaamheid en innovatie. Samenwerken heeft het voordeel van hoge snelheid, grote flexibiliteit en de beschikbaarheid van gespecialiseerde kennis. Tabel 4.1.b. Aantallen wooneenheden in kernen rondom Grevelingen Kern Aantal woon of verblijfeenheden Scharendijke 1350 Brouwershaven 1450 Bruinisse 3170 Bruinisse-recreatiepark 520 Herkingen 1150 Ouddorp 6040 Vakantiedorp Port-Zeelandia Scenario s In het voorgaande hebben we de basiselementen beschreven. De elementen kunnen we daarbij karakteriseren op de kwaliteiten van duurzame energiebijdrage, financiële opbrengst dan wel kosten en invloed op de ruimtelijke kwaliteit. In het navolgende beschrijven we het tot stand komen van een streefbeeld voor de productie van Duurzame Energie in de Grevelingen als een proces waarin steeds de keuze voor één van de kwaliteiten domineert. Dit levert een drietal scenario s op, namelijk: 1. Duurzame energievoorziening waarin het benutten van duurzame energie potentieel centraal staat; 2. Economische vitaliteit dat zich richt op een zo groot mogelijke verdienste uit het duurzame energiepotentieel; Oppervlakte (km2) Inwoners Woningen Bedrijfsvestigingen Totaal Land Water Permanent Recreatie Schouwen-Duiveland Goeree-Overflakkee Kwaliteit van de ruimte en ecologie, waarin het winnen van duurzame energie een bijproduct is van het verhogen van de ruimtelijke kwaliteit en ecologie. De drie scenario s hebben tot doel om een indruk te krijgen wat de gevolgen zijn als één van de kwaliteiten de voorkeur krijgt. In feite verkennen we met deze drie scenario s de uithoeken van het regionale streefbeeld (het klimaatlandschap). Op basis van deze verkenningen kan een meer gefundeerde voorkeur worden uitgesproken over de uiteindelijk te kiezen richting. De onderhavige scenario s zijn met nadruk fictief en uitsluitend bedoeld ter verkenning van de grenzen. Figuur 4.1.: Bepaling regionaal streefbeeld (klimaatlandschap) met als uitgangspunten economische vitaliteit, duurzame energie en ruimtelijke kwaliteit en ecologie. Samengevat moet de Grevelingen als proeftuin dienen voor het innovatief en duurzaam opwekken en toepassen van energie. Het produceren van duurzame energie moet plaatsvinden binnen de kaders die natuur en ruimtelijke kwaliteit, economie en duurzame energieproductie aangeven. 4.2 Economische voorwaarden van duurzame energieproductie Duurzame energieprojecten kunnen in het algemeen economisch nog niet op eigen benen staan, maar hebben nog overheidsstimulering nodig. De overheid heeft hiervoor een instrumentarium ontwikkeld: de MEP-subsidie voor technieken die de demo-fase voorbij zijn en in de leercurve van ontwikkeling zitten. Doelstelling van de MEP-regeling is een krachtige en kosteneffectieve stimulering van de milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie in Nederland. Deze regeling is van toepassing op installaties voor de productie van duurzame energie (biomassa, zon, waterkracht en wind), warmtekrachtkoppelinginstallaties (WKK) en installaties voor klimaatneutrale fossiele energie (KNFE). De MEP-subsidie bedraagt een vast bedrag per kwh en ligt tussen de 0 en 9,7 eurocent voor iedere opgewekte en op een net of een installatie ingevoede kwh. De minister stelt ieder jaar via een Ministeriële Regeling de hoogte van het bedrag vast. De hoogte kan verschillen naargelang de verschillende categorieën producenten en de verschillende categorieën productie installaties. Subsidie wordt éénmalig toegekend, voor een periode van maximaal 10 jaar, voor installaties die duurzame energie produceren. Op basis van de huidige MEP-subsidie kunnen de verschillende duurzame energieproductie opties uiteen worden gezet met betrekking tot het economisch perspectief (investering per MW, opbrengst kwh, terugverdientijden). Het volgende overzicht, afkomstig uit een ECNpublikatie, geeft weer hoe hoog de MEP-subsidie moet zijn om de onrendabele top van de verschillende DE-opties zoveel mogelijk af te dekken

20 Tabel 4.2: Overzicht onrendabele toppen en MEP-subsidies Onrendabele top MEP- subsidie [ct/kwh] AWZI/RWZI -1.8 tot tot Centrales Bijstoken mengstromen Meestook zuivere biomassa Meestook diermeel Windenergie Wind op land Wind op zee 9.3 tot tot Afvalverbrandingsinstallaties Laag rendement 17% Standaard 23.5% Upgraded 29% Hoog rendement 32% Zelfstandige bio-enegiecentrales Kleinschalig (<5MW) Grootschalig (ca 30 MWe) Waterkracht ) Vanaf 1 juli 2006 Daarnaast zijn er subsidies voor R&D- en demoprojecten. Deze subsidie worden over het algemeen verstrekt via SenterNovem (agentschap van het Ministerie Economische zaken) of door provincies. Subsidies worden geleidelijk afgebouwd naarmate technieken meer volwassen worden en/of de prijzen voor conventionele opwekking stijgen (vooral door stijgende brandstofprijzen). Bedrijven die investeren in duurzame energie willen in het algemeen ook graag een rendement op hun investering zien. Gemiddeld ligt dit rond de 10%. In het regeerakkoord heeft het kabinet afgesproken dat de kerncentrale in Borssele uiterlijk in 2013 moet sluiten. De centrale is eigendom van Elektriciteits-Productiemaatschappij Zuid-Nederland (EPZ). In ruil voor het langer openblijven van de kerncentrale, gaan Essent en Delta, de aandeelhouders van EPZ, 250 miljoen extra investeren in duurzame energie. Ook de overheid investeert 250 miljoen. Het geld wordt tussen 2006 en 2012 ongeveer gelijk verdeeld over energiebesparing, CO2-opslag en hernieuwbare energiebronnen. Voor innovatieve duurzame energieprojecten in en rond de Grevelingen liggen hieromtrent dan ook verschillende mogelijkheden. 4.3 Duurzame energie In het navolgende wordt een opsomming gegeven van mogelijkheden voor productie van duurzame energie in de Grevelingen. Een uitgewerkt overzicht over de werking is terug te vinden in de bijlage Getijdenenergie Duurzame productie De Brouwersdam leent zich uitstekend voor inpassing van getijdenenergie. Als er aan een toekomstige getijdencentrale in de Brouwersdam gedacht wordt, dan moge uit het voorgaande duidelijk zijn dat we hier bepaald geen utopistisch beeld voor ogen hebben. Naar de kosten van de bedoelde getijdencentrale in de Brouwersdam is een schatting gemaakt op basis van redelijke aannames. Het enige dat nog extra nodig is voor het opwekken van elektriciteit zijn turbo-generatoren van het type dat in de Rance gedurende de laatste 40 jaar reeds uitvoerig is getest en verbeterd. Alleen moet het ontwerp van die turbines worden aangepast aan het wat gematigder getij in de Grevelingen. Globale berekeningen tonen aan dat in het Figuur 4.3. Schets van de Grevelingen met getijdencentrale in het noordelijk deel van de Brouwersdam, met nog diverse andere voorzieningen aan de buitenzijde van de dam. noordelijk sluitgat van de Brouwersdam een getijdencentrale kan worden gebouwd bestaande uit 70 turbines met een totaal vermogen van 70 MW wat goed is voor een productie per jaar van ruim 150 miljoen GWh. Dit is alleen mogelijk indien variant 3, een getij van minstens 1 meter, gerealiseerd kan worden. Economisch aspecten Voor de getijdencentrale is een investering nodig voor de caissons, de turbogeneratoren en diversen van 240 miljoen. Het is vervolgens mogelijk, door enkele aannames te doen, de kwh-prijs te berekenen. Alle kosten worden ten laste gebracht van de elektriciteits-productie. Een alternatief zou zijn om de kosten voor de civiele werken niet door te berekenen in de kwh-prijs; ook andere functies profiteren immers van deze doorlaatvoorziening. In dat geval zou een lagere kwh-prijs resulteren; - Een annuïteit over 50 jaar met 4% groene rente (dat kost dan 4,8% per jaar); - Voor bedrijfsvoering, reparatie en onderhoud rekenen we nog eens 1% per jaar. Dit brengt het totaal van de kosten voor de elektriciteitsopwekking dus op 5,8% per jaar ( 14 miljoen per jaar); - De resulterende kostprijs per kwh is dan ongeveer 0,09/kWh. Deze centrale levert voldoende elektriciteit voor alle inwoners van de eilanden Goeree- Overflakkee en Schouwen-Duiveland. (Meer informatie omtrent technische aspecten zijn terug te vinden in de bijlagen van water en getij getijdencentrale). Indien de getijdenenergiecentrale gebruik kan maken van de bestaande infrastructuur kunnen veel kosten worden bespaard. Hiermee lijkt getijdenenergie in de bestaande Brouwersdam op de grens te komen van economische vitaliteit. De economische vitaliteit wordt nog meer versterkt indien de investeringen worden ontlast door investeringsbijdragen vanuit ruimtelijke kwaliteit (water, recreatie, etc.). Ruimtelijke inpasbaarheid Door de sterke positieve invloed op de waterkwaliteit en ecologie wordt vooral ingezet op het zo goed mogelijk benutten van getijdenenergie

21 Na goede resultaten van haalbaarheidsstudie, pilots, en demonstratieprojecten wordt een volgende stap gezet. Een consortium van energiemaatschappij, technologieontwikkelingsmaatschappij, groene en blauwe beheerders van de Grevelingen en een financieringspartij biedt aan om het potentieel te ontwikkelen, te financieren en vervolgens te beheren Warmtepompen Duurzame productie Bij collectieve toepassingen wordt de hogere investering al wel terugverdiend door het lage energieverbruik en de lage onderhoudskosten. Op basis hiervan worden stadverwarmingsnetten aangelegd in de dorpen en vakantieparken die direct aan het meer gelegen zijn. Het water uit de Grevelingen zou gebruikt kunnen worden om LTV omgevingswarmte aan te onttrekken, net zoals bij het project in Scheveningen. De potentie ligt met name bij renovatie en nieuwbouw. Als potentie kan derhalve worden opgenomen 25% van de woningen die 25% aardgas besparen. Op basis van ca woningen in en rond de Grevelingen kunnen derhalve ca woningen in de toekomst energieneutraal worden uitgelegd. Economisch aspecten Gebouwbonden Warmtepompen kunnen zonder subsidie al rendabel zijn, afhankelijk van de aard van de toepassing en de ontwikkelingen van de energieprijzen. Grotere warmtepompprojecten op basis van oppervlaktewateren zijn vooralsnog niet rendabel. Ruimtelijke inpasbaarheid Warmtepompen zijn goed te integreren in de bebouwde omgeving en infrastructuur, met name bij nieuwbouwprojecten. Als warmtebronnen wordt ingezet op oppervlaktewater, aquifers (koude-warmte-opslag in de bodem) en warmte uit asfalt vanuit infrastructuurwerken Biomassa Duurzame productie Het natuurgras of andere vormen van biomassa komen vrij uit de natuurgebieden op en rond het Grevelingenmeer. Geschat wordt dat er in totaal op ha, ton gras geoogst kan worden. Centrale opwerkingslocaties worden voor alle technieken gelokaliseerd op bestaande bedrijventerreinen. De 5000 ha koolzaad en ha grasland vertegenwoordigen een energiepotientie van in totaal GJ. Voor koolzaad is dit gebaseerd op 1500 liter biodiesel per ha, dat is 45 GJ per ha. Voor gras kan men uitgaan van een gemiddelde energie-inhoud van 10 GJ/ ton. Op basis hiervan kan men dit vertalen naar een warmtebehoefte van ca woningen (uitgaande van 32 MJ/m 3 aardgas, 1700 m 3 aardgas per jaar per woning, 60% rendement) of het klimaatneutraal laten rijden van ca auto s op koolzaadolie (brandstofverbruik 1:10; km per jaar). De investeringen voor de aanleg van een biomassa energie centrale met een vermogen van 10 MW wordt geraamd op 30 miljoen (hiermee kunnen woningen van warmte worden voorzien). Economisch aspecten Kleinschalige biomassa-projecten zijn rendabel onder voorwaarde dat 10-jarige MEP-subsidie verkregen wordt, dat het zuivere biomassa is in de zin van de elektriciteitswet en dat er voor de levensduur van de installatie voldoende biomassa gecontracteerd kan worden tegen aanvaardbare prijs. Met betrekking tot de omvang van de biomassastromen en de daarmee behaalde energieproductie lijken biomassaprojecten in eerste instantie niet haalbaar. Traditionele gewassen en alternatieve afzetkanalen voor gras (compostering, etc.) zijn economisch aantrekkelijker. Ruimtelijke inpasbaarheid Er worden biomassadepots ontwikkeld waarin hout- en grasachtige biomassastromen worden verzameld en voorbewerkt tot verhandelbare biomassa. De biomassa zal verder worden ingezet in centrale biomassacentrales buiten het onderhavige werkgebied Zonne-energie Duurzame productie Uitgaande van de nieuwe ontwikkelingen wordt er een Zonne-eiland opgezet van 50 ha met een overkapping met PV-folie. De kosten voor de dragende constructie worden geraamd op 25 miljoen, de investering folie zal rond de 75 miljoen bedragen (uitgegaan van 2 /Wp bij een opbrengst van 70 Wp/m 2, kristallijne zonnecellen kosten 3 /Wp bij een opbrengst van 100 Wp/m 2 ). Het zonne-eiland heeft een opgesteld vermogen van 35 MW. Investering voor een dergelijk project zonder aanleg van het eiland bedraagt 100 miljoen. Daarnaast zal er naar gestreefd worden om 50% van de bestaande woningen in en om de Grevelingen de komende 10 jaar (bij vervang van huidige CV-installaties) een combinatie van zonneboilers/cv + 4 m 2 PV te installeren. Een standaard zonneboiler heeft een collectoroppervlak van ongeveer 2,8 m 2. Hiermee bespaart een gemiddeld huishouden 170 tot 200 m 3 aardgas. Dat is al snel de helft van het gas dat gebruikt wordt om tapwater te verwarmen. Uitgaande van een gasprijs van 0,57 per m 3 (prijspeil 2006) levert dat een jaarlijkse kostenbesparing op van zo n 97 tot 114. Komt de zonneboiler in plaats van een elektrische boiler, dan is de gemiddelde besparing veel groter, namelijk zo n 1300 kwh, of bijna 260 per jaar. Met een zonneboilercombi bespaart men ook nog eens 50 m 3 aardgas voor verwarming. Totaal 250 m3 aardgasbesparing per huishouden per jaar, wat ongeveer 10 GJ is. Op Schouwen-Duiveland en Goeree-Overflakkee zijn ruim woningen (incl. recreatie woningen). Uitgaande dat woningen kunnen worden omgebouwd met een zonneboiler van Tabel 4.3.a Aantal woningen rond de Grevelingen 2,8 m 2 per woning, levert besparing op van 250 m 3 aardgas = 10 GJ per woning per jaar wat in totaal een besparing oplevert van GJ. Economisch aspecten Zonne-energieprojecten op basis van PV zijn momenteel niet rendabel uit te voeren omdat de overheidsstimulering niet voldoende is. Zonneboiler projecten zijn onder omstandigheden wel rendabel uit te voeren, met name bij renovaties en nieuwbouw. Ruimtelijke inpasbaarheid Er wordt alleen ingezet op gebouwgebonden zonne-energie, zowel geschikt voor bestaande als nieuwe huizen. Grotere zonne-energieprojecten als een Zonne-eiland hebben een grote impact op het landschap maar door architectonische opgaven kan dit zorgvuldig landschappelijk inpast worden Osmose Duurzame productie De potentie van energiewinning uit zout/zoet overgangen in huidige situatie is door KEMA bepaald op 30 MW in het Grevelingenmeer. Dit is gebaseerd op het potentiaalverschil tussen de zee en het Grevelingenmeer bij de Brouwersdam. Dat is nog verre toekomst want de membranen die marktconforme elektriciteitsopwekking volgens dit principe mogelijk moeten maken, moeten nog ontwikkeld worden, en inclusief proefprojecten gaat hier nog 5-10 jaar overheen. Tabel 4.3.b: De hoeveelheid gespuid polderwater op Grevelingen vanuit omliggende polders op jaarbasis Locatie m 3 /jaar (mln) m 3 /s MW Schouwen-Duiveland Goeree-Overflakkee Permanente woningen Recreatiewoningen Bedrijfsvestigingen Schouwen Duiveland Goeree-Overflakkee Totaal

22 Uitgaande van potentieel 1 MW per m 3 /s gespuid polderwater, (berekening op jaarbasis), lijkt de potentie uit osmose vanuit te spuien zoetwater niet meer te bedragen dan 1 MW. De totale potentie lijkt dan ook ingegeven te worden door potentiaalverschillen bij oppervlaktewateren. Indien echter er ook getijdenenergie wordt gerealiseerd zal het potentiaalverschil nog kleiner worden. Derhalve zal de potentie van osmose afgezwakt worden tot maximaal 10 MW. In de toekomst kan, wanneer doorspoeling van het Volkerak-Zoommeer gerealiseerd wordt, gebruik worden gemaakt van grotere afvoercapaciteiten van zoetwater en daarmee wordt wellicht energie winning via osmose technieken een interessantere optie. Economisch aspecten Osmotische energie bevindt zich nog in een experimentele R&D-fase. Dit zal nog zeker 5-10 jaar het geval zijn voordat opschaling kan plaatsvinden naar commerciële schaal. Tot die tijd is behoefte aan speciale R&D-fondsen voor de ontwikkeling van proefprojecten. Door de verschillende onzekerheden zal osmose niet worden opgenomen in het Economisch scenario. Economisch aspecten De leidraad voor de ontwikkeling van windenergie vormen de gemeentelijke en provinciale ruimtelijke visies met betrekking tot windenergie. Deze visies zijn geheel herzien en geven ruim baan voor met name windenergie. Windenergieprojecten zijn rendabel voor investeerders onder voorwaarde van het verkrijgen van de 10-jarige MEP-subsidie. In 2010 wordt de plaatsing van windmolens en de bouw van de parken gestart, zodat in 2020 in totaal circa 30 windturbines zijn geïnstalleerd met een totaal vermogen van ca 60 MW. Ruimtelijke inpasbaarheid De overheid besluit tot een moratorium op windenergie voor de komende tien jaar. In 2015 zullen nut en noodzaak van windenergie opnieuw op de politieke agenda worden geplaatst, naar verwachting zal dat niet leiden tot plaatsing van windmolens. 4.4 Toetsing scenario s voor opstellen van het regionale streefbeeld Tabel 4.4.a: Uitwerking energie productie voor scenario Duurzame Energie Duurzame energieoptie MW GWh Huishoudens Electrisch Huishoudens Warmte Investering Electrisch Osmose M 3 Zonne-energie boilersop woningen M 3 Zonne-energie PV op woningen M 3 Zonne-eiland M 3 Biomassa M 3 Getijdencentrale M 3 Warmtepompen M 3 Windenergie M 3 Totaal Ca. 265 Ca. 630 Ca Ca Ca. 600 M 3 Tabel 4.4.b: Uitwerking energie productie voor scenario Economische vitaliteit Duurzame energieoptie MW GWh Huishoudens Electrisch Huishoudens Warmte Investering Electrisch Osmose Zonne-energie boilers op woningen M 3 Zonne-energie PV op woningen Zonne-eiland Biomassa Getijdencentrale M 3 Warmtepompen M 3 Windenergie M 3 Totaal Ca. 200 Ca. 520 Ca Ca Ca. 390 M 3 Ruimtelijke inpasbaarheid Zeecontainers van ongeveer 250 kw per stuk, kunnen bijv. in dijken ingebouwd worden en zodoende onzichtbaar gemaakt worden. Osmose past dan ook prima binnen het scenario ruimtelijke kwaliteit Windenergie Duurzame productie Ten aanzien van windenergie ligt het voor de hand in eerste instantie te kiezen voor grote kosteneffectieve projecten bij bedrijventerreinen, langs de bestaande infrastructuur (grote wegen en op de dammen) of buitengaats in grootschalige windparken. In de ruimtelijke visie van de Provincie Zuid-Holland noch in die van de Provincie Zeeland wordt de Grevelingen genoemd als potentiële locatie voor een grootschalige productie uit windenergie Scenario Duurzame energievoorziening Algemeen In het scenario Duurzame energievoorziening geven gemeenten, provincies en andere (semi-) overheidsorganisaties alle ruimte aan duurzame energie. De doelstelling op dit gebied is niet afgeleid van de landelijke doelstelling, maar gaat uit van de lokale mogelijkheden. Door een actieve politieke en bestuurlijke instelling krijgt duurzame energie een breed draagvlak bij ondernemers en burgers. In dit klimaat worden partijen gestimuleerd om met getijdenenergie, biomassa zonne- en windenergie nieuwe bedrijvigheid te ontwikkelen, zoals productielocaties van energiesystemen en expertisecentra. Bij beleidsbeslissingen en toetsing van plannen door de gemeenten en provincies is de bijdrage aan de productie en benutting van duurzame energie een expliciet aandachtspunt dan wel criterium. Vanuit subsidiefondsen worden minder economisch rendabele technieken ondersteund. Ruimtelijke kwaliteit en ecologie zijn onderschikt aan het behalen van de energiedoelstellingen. Resultaten scenario Duurzame Energie In dit scenario bedraagt de bijdrage van duurzame energie rond 2020 ongeveer 630 GWh elektrisch, dit staat gelijk aan de elektriciteit voorziening voor ruim huishoudens. Daarnaast kunnen wooneenheden voorzien worden van duurzame warmte. Vanuit de provincies Zeeland en Zuid-Holland worden de subsidies op duurzame energie uitgebreid. Binnen het scenario Duurzame Energie is het wenselijk dat er een stimuleringsfonds wordt opgericht ter bevordering en ondersteuning van duurzame energieprojecten; Duurzaamheids Fonds Grevelingen. Projecten die bovengemiddeld presteren dragen bij aan de vorming van het Stimuleringsfonds. De ontwikkelingsmaatschappij beheert dit fonds en ondersteunt daaruit minder rendabele projecten en projecten die naast duurzame energie ook een kwaliteitsimpuls aan natuur, landschap, recreatie en/of water Scenario Economische vitaliteit Algemeen In het scenario Economische vitaliteit stellen voornamelijk private initiatiefnemers zich ten doel om de duurzame energiedoelstellingen te behalen, waarbij economische rentabiliteit voor de investeerder voorop staat. De overheid is 40 41

23 terughoudend en laat de markt haar werk doen. Gemeenten en provincies geven gedegen en actieve ondersteuning met betrekking tot locaties voor energieproductie. Subsidieprogramma s vanuit de overheid zijn beperkt en richten zich voornamelijk op de rendabele energieopties. Resultaten scenario economische vitaliteit In dit scenario bedraagt de bijdrage van duurzame energie rond 2020 ongeveer 520 GWh elektrisch, dit staat gelijk aan de electriciteitvoorziening voor ruim huishoudens. Daarnaast kunnen wooneenheden voorzien worden van duurzame warmte. De keuze om de duurzame energiedoelstelling uitsluitend te realiseren met economisch rendabele projecten leidt tot een relatief grote inkomstenstroom uit duurzame energieprojecten. De markt is leidend. De overheid is alleen verantwoordelijk voor de ruimtelijke en ecologische ontwikkelingen, alsmede behoud en beheer van natuur. Binnen dit scenario wordt duurzame energie gedomineerd door windenergie en getijdenenergie. Getijdenenergie heeft een positieve invloed op de ruimtelijke kwaliteit; door zonne-boilers en windenergie worden er geen verbeteringen bereikt voor de ruimtelijke kwaliteit Scenario Kwaliteit van de ruimte Algemeen In dit scenario wordt voornamelijk getoetst op de bijdrage aan de ecologische vitaliteit, versterking van de natuur-, cultuur- en de belevingswaarde van het landschap. De bijdrage aan het duurzame energiedoel of het ontstaan van nieuwe levensvatbare bedrijvigheid is meer resultaat dan doel van het gevoerde beleid. Resultaten scenario ruimtelijke kwaliteit In dit scenario bedraagt de bijdrage van duurzame energie rond 2020 ongeveer 320 GWh elektrisch, dit staat gelijk aan de elektriciteitsvoorziening voor ruim huishoudens. Daarnaast kunnen ca wooneenheden voorzien worden van duurzame warmte. In dit scenario ontbreekt het potentieel van windenergie. Weliswaar wordt de biomassa be- Tabel 4.4.d: Uitwerking energie productie voor scenario ruimtelijke kwaliteit Duurzame energieoptie MW GWh Huishoudens Electrisch Huishoudens Warmte Investering Electrisch Osmose M 3 Zonne-energie boilers op woningen M 3 Zonne-energie PV op woningen M 3 Zonne-eiland Biomassa M 3 Getijdencentrale M 3 Warmtepompen M 3 Totaal Ca. 78 Ca. 320 Ca Ca Ca. 312 M 3 nut, echter buiten het werkgebied. De nadruk zal liggen op het behoud van de bestaande ruimtelijke kwaliteiten en het vermarkten van deze kwaliteit. Uit de verkenning door middel van de scenario s en de gevoerde discussies trekken we de volgende conclusies die de uitgangspunten vormen voor het uiteindelijke streefbeeld : Binnen deze randvoorwaarden passen eigenlijk alleen de toepassing van getijdenenergie, osmose warmtepompen en zonne-energie. Met name de ontwikkeling van getijdenenergie moet als nieuwe economische drager gaan gelden. Daarnaast is er een veelheid aan kwaliteitsimpulsen op het gebied van dynamiek door het terugbrengen van getijden in de Grevelingen. Van alle onderzochte duurzame energiebronnen is windenergie het meest robuust. Windenergie is een bewezen techniek en rendabel te exploiteren. Wind lijkt daarom nodig in het concept om zowel de toekomstige duurzame energiedoelstellingen (regionaal en landelijk) te behalen als bij te dragen aan de economische vitaliteit. Tabel 4.4.c: Waardering van de diverse duurzame energieopties met betrekking tot ruimtelijke kwaliteit en ecologie. Openheid Natuur Kwaliteitskenmerken Zonne-energie; gebouwgebonden Zonne-energie: zonne-eiland Biomassa uit (natuur-)gras Biomassa uit koolzaad Windenergie Getijdenenergie Osmose Warmtepompen Toelichting symbolen: = sterk negatieve invloed = negatieve invloed = neutraal = positieve invloed = sterk positieve invloed Recreatie Cultuur-historie Water-kwaliteit Getijde en dynamiek 4.5 Van scenario s via streefbeelden en denkbeelden naar visievorming Uitgangspunten voor het streefbeeld In de ontwikkelingsschets Grevelingen krijgt de productie van duurzame energie een expliciete functie. Het sluit aan bij de reconstructie en revitalisering van het gebied. Centraal staat daarom de vraag: Hoe is de duurzame energieproductie te integreren in de revitalisering van het gebied. Naast de functionele waarde in en voor het landschap en natuur en de integrale benadering van water, zon, wind en biomassa zijn economische haalbaarheid en sociale acceptatie dan ook randvoorwaarden bij de uitwerking. Wenselijk is dat initiatiefnemers van energieproductie-eenheden bereid zijn om klimaatcontracten af te sluiten, waarin zij prestatie in natura, met betrekking tot ruimtelijke kwaliteit en ecologie, dan wel een financiële bijdrage leveren aan het te vormen Duurzaamheidsfonds Grevelingen. Dit fonds kan een bijdrage leveren aan minder rendabele-initiatieven, maar ook aan initiatieven die bijdragen aan de ruimtelijke kwaliteit en ecologie. De individuele gesprekken en de werkbijeenkomsten tonen interesse en draagvlak voor het gezamenlijk realiseren van de vernieuwing van de Grevelingen. De ondernemers geven wel aan dat initiatieven economisch verantwoord moeten zijn, willen zij er in stappen. Zij zijn bereid het voortouw te nemen om consortia te vormen die uitvoering gaan geven aan de duurzame energieproductie in en rondom de Grevelingen

24 Provinciale en gemeentelijke overheden werken wekken van elektriciteit zijn turbo-generatoren. wordt de hogere investering al wel terugver- voorzien van elektriciteit. Het Zonne-eiland is mee aan een soepele inbedding van duurzame Globale berekeningen tonen aan dat in het noor- diend door het lage energieverbruik en de lage een voorbeeld van een sterk staaltje innovatie! energieproductie. Oftewel hanteren duidelijke ka- delijk sluitgat van de Brouwersdam een getijden- onderhoudskosten. Hiertoe zal bij nieuwbouw ders met zo min mogelijk tegenwerkende regels. centrale kan worden gebouwd bestaande uit 90 zoveel mogelijk worden ingezet op collectieve Daarnaast zal er naar gestreefd worden om 50% turbines met een totaal vermogen van zo n 60 verwarmingnetten op basis van warmtepompen. van de bestaande woningen in en om de Greve- Aan de hand van de uitgangspunten uit het bo- MW. Hierbij treedt in de Grevelingen een getij- Op basis hiervan wordt een tweetal stadver- lingen de komende 15 jaar (bij vervanging van venstaande kunnen we dan het gewenste streef- slag op van 1 m, tegen een oorspronkelijke ge- warmingsnetten aangelegd in de dorpen en huidige CV-installaties) een combinatie van zon- beeld geven, samen met een aantal duidelijke tijslag van 2,5 m. Deze centrale levert voldoende vakantieparken die direct aan het meer gelegen neboilers en PV-panelen te installeren. Dit geeft denkbeelden. Veel partijen in het veld vinden elektriciteit voor alle inwoners van de zijn. Het water uit de Grevelingen wordt gebruikt een opgesteld vermogen van 8 MW, waarmee dat het tijd is om aan de slag te gaan. Daarom eilanden Goeree-Overflakkee en Schouwen- om de grote warmtepomp te voeden. Gestreefd ruim wooneenheden van elektriciteit kun- dus een concreet streefbeeld, waarin een ba- Duiveland. De getijdencentrale is innovatief wordt om in 2020 hiervoor 2000 woningen te nen worden voorzien. Met de zonneboilers/cv lans is gevonden in zoveel mogelijk duurzame en geeft perspectief voor verdere inpassing in laten aansluiten op warmtenetten op basis van kunnen wooneenheden worden voorzien energieproductie binnen de kwaliteitskaders van bestaande infrastructuur (nationaal en internati- warmtepompen. Dit geeft een besparing op van warmte. economie en ruimte. onaal exportproduct). De getijdencentrale Brou- primair energieverbruik van ongeveer 10 GJ per Streefbeeld en denkbeelden wersdam wordt hiermee een (internationale) demonstratieobject. In de nabijheid worden hiertoe woning per jaar vergeleken met conventionele verwarming met HR-ketel. Voor 2000 woningen Zoet en Zout: een spannend verschil Energie uit osmose staat nog geheel in de kin- In 2020 is de energieproductie in en rond de Grevelingen als volgt: Om economische ontwikkeling hand in hand te laten gaan met de kwaliteit van de leefomgeving is er een behoefte aan innovatieve concepten voor multifunctioneel ruimtegebruik. In en rondom het Grevelingenmeer wordt aan de slag gegaan met het landelijke energiebeleid en geeft de regio het voorbeeld. Realisatie van de doelstellingen van duurzame energie in combinatie met de realisatie van duurzame ruimtelijke kwaliteit en ecologie lijken veel kansen te bieden. Integratie en bundeling van de kennis alsmede de agenda s van deze werkgebieden zijn daarmee ingevuld. Binnen dit perspectief worden innovatieve ideeontwikkeling door zowel private en publieke partijen gestimuleerd en gefaciliteerd. De volgende ontwikkelingen worden ingezet in een tijdshorizon tot 2020: expertisecentra opgezet en productielocaties als internationaal exportproduct. De getijdencentrale is het voorbeeld voor versterking van ecologie, technologie en economie. Aanbevolen wordt om zo snel mogelijk te starten met pilots en verder uitwerking van de inpasbaarheid. Groei brengt ons verder De biomassa voor energie en transportbrandstoffen beperkt zich tot natuurgras (ca ha) en de koolzaadteelt (ca ha). Voor gras wordt een biomassadepot ontwikkeld waarin de grasachtige biomassastromen worden verzameld en voorbewerkt tot verhandelbare biomassa. De biomassa zal verder worden ingezet in biomassacentrales buiten het onderhavige werkgebied. De teelt van koolzaad wordt verder geïntegreerd in de landbouw als nieuwe economische drager. De koolzaad worden opgewerkt tot transportbrandstoffen, waarmee ca auto s worden is de besparing dus GJ op jaarbasis. Dit staat gelijk aan het warmtegebruik van ca. 500 wooneenheden. Zonne-eiland Uitgaande van de nieuwe ontwikkelingen wordt er een Zonne-eiland opgezet van 50 ha met een overkapping met PV-folie. Op het Zonne-eiland is plaats voor een duurzame jachthaven en nieuwe vormen van seizoen-ongebonden (overdekte) recreatie. Het Zonne-eiland heeft een opgesteld vermogen van 35 MW en kan woningen derschoenen. Door middel van aanvullende R&D-subsidies en subidies voor demonstratieprojecten kan osmose zich ontwikkelen tot een economisch rendabele techniek. Voorzichtig nemen we aan dat we in 2020 een potentie van energiewinning bij zout/zoet-overgangen kunnen benutten van ca. 5 MW, waarmee ca woningen van elektriciteit kunnen worden voorzien. De technologie zal zoveel mogelijk worden geïntegreerd met bestaande infrastructuur en gebouwen, hierdoor heeft osmose geen effect op ruimtelijke kwaliteit. voorzien van biobrandstoffen. Spanning uit eb en vloed De Brouwersdam leent zich uitstekend voor inpassing van getijdenenergie. Naar de kosten van de bedoelde getijdencentrale in de Brouwersdam is een schatting gemaakt Het natuurgras voor energie levert een geringe bijdrage aan de elektriciteits- en warmte voorziening, maar levert wel een grote bijdrage aan de ruimtelijke kwaliteit en ecologie. op basis van redelijke aannames. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat het gat in de Brouwersdam inclusief een stormvloedkering niet voor rekening van de getijdencentrale komt. Het enige dat nog extra nodig is voor het op- Grevelingenmeer als centrale verwarming Vanwege de hoge investeringskosten is een warmtepomp voor verwarming in de individuele woningbouw nog niet altijd rendabel. Bij collectieve toepassingen en bij nieuwbouw/renovatie 44 45

25 Groene Windkracht Windenergie is rondom de Grevelingen een gevoelige discussie, maar windenergie is qua techniek robuust en economisch het meest ver gevorderd. Windenergie kan daarom bijdragen aan de economische vitaliteit en kan een impuls geven aan de ruimtelijke kwaliteit indien er een koppeling wordt gemaakt tussen economie en ruimtelijke kwaliteit. De leidraad voor de ontwikkeling van windenergie vormen de provinciale ruimtelijke visies met betrekking tot windenergie. In het kader van de voorbeeldfunctie van de Grevelingen krijgt windenergie een belangrijker positie en zullen de ruimtelijke visies moeten worden herijkt. Ten aanzien van windenergie ligt het voor de hand in eerste instantie te kiezen voor grote kosteneffectieve projecten die aansluiten op bestaande infrastructuur. Hierbij wordt gekozen voor een 1-2-tal windparken á 2-3 MW. De windmolens dienen landschappelijk verantwoord te worden ingepast. Gekozen wordt voor grote molens omdat deze een rustig draaibeeld geven. het gebied van (kennis) over opwekking van duurzame energie De samenhang Economie, duurzame energieproductie en ruimtelijke kwaliteit Voor de realisering van alle doelen zullen de agenda s meer en meer op elkaar afgestemd moeten worden. Willen we echter een vitale leefomgeving, natuur, een beperkte verandering van het klimaat, etc., dan zullen er compromissen gesloten moeten worden. De ontwikkeling van dit meervoudige ruimtegebruik kan in en rond het Grevelingenmeer tot uiting komen mits er duidelijke samenhang is. Aandacht voor energie, landschap en natuur, waarbij duurzame energieproductie een expliciete functie inneemt in de groene ruimte, echter in synergie met natuur, landbouw, recreatie, cultuur, werken en wonen. Tevens zal moeten worden aangesloten bij de internationale ontwikkelingen. Allen staan voor de uitdaging van de samenwerking met alle partijen met hun specifieke wensen en eisen. Samenwerken zal de sleutel zijn tot duurzaamheid en innovatie De Grevelingen als voorbeeldregio Indien bovenstaande duurzame energieproductie opties worden gerealiseerd, dan vertegenwoordigt dit een opgesteld vermogen van ca. 200 MW, hiermee kunnen ca huishoudens worden voorzien van energie. Tevens kunnen er ca woningen worden voorzien van duurzame warmte. Door aanvullende energiebesparingsmaatregelen en toekomstige innovaties in techniek bij nieuwbouw en renovatie is verdere opschaling van het aantal woningen op duurzame warmte heel realistisch. Op de eilanden Goeree-Overflakkee en Schouwen-Duiveland zijn ca woningen. De regio zou daarmee bijna energieneutraal zijn. De duurzame energieproductie is tevens voldoende om nagenoeg om alle huishoudens in de gehele provincie Zeeland te voorzien van duurzame elektriciteit. Op basis van deze energieproductie in het streefbeeld kan de Grevelingen en omstreken zich met recht uitroepen tot voorbeeldregio op Hiertoe is het wenselijk dat er een DuurzaamheidsFonds Grevelingen wordt opgericht. Dit fonds kan worden vergeleken met het Waddenfonds ter compensatie van gaswinning in de Waddenzee. De doelstelling van het fonds is de bevordering van een duurzame regionale samenleving, waarin ecologie, technologie en economie elkaar versterken. Een regionale ontwikkelingsmaatschappij (privaat en publiek) beheert dit fonds en ondersteunt daaruit projecten die naast economie ook een kwaliteitsimpulsen geven aan natuur, landschap, recreatie, economie, technologie en/of sociaal gebied. Dit kan breder gaan dan alleen duurzame energie. 46 Toerisme en recreatie Méér recreatie in de Grevelingen

26 5.1 Inleiding 5.2 Aanpak de regio met ongeveer 20% gedaald. Van het totaal aantal overnachtingen door Nederlanders op van) het gebied en de bewegwijzering naar voorzieningen. De recreatieve en toeristische aantrekkingskracht van de Grevelingen staat onder druk. Enerzijds wordt dat veroorzaakt door zonvaste, concurrerende vakantiebestemmingen die tegenwoordig voor zeer lage prijzen te bereiken zijn. Anderzijds verliest het product Grevelingen langzamerhand zijn glans, doordat het recreatieve en toeristische aanbod zich te langzaam vernieuwt en de vaste waarden van het gebied, de natuur en de uitstekende waterkwaliteit, in kwaliteit achteruitgaan. Omdat de recreatieve sector één van de belangrijkste economische dragers van het gebied is, heeft een achteruitgang van deze sector grote gevolgen voor economie en daarmee ook voor de leefbaarheid op Schouwen-Duiveland en Goeree-Overflakkee. In het Grevelingendebat van 10 oktober 2005 is dit probleem ook onderkend. Er is toen besloten de problemen in het Grevelingengebied integraal op te pakken en een oplossingsrichting te bedenken die soelaas kan bieden op het terrein van de recreatie en toerisme, maar ook voor de achteruitgang van de waterkwaliteit, de natuur, de landbouw en de visserij. Via deze integrale oplossing wordt zowel de ruimtelijke als de sociaal-economische kwaliteit en vitaliteit van het gebied verbeterd. De vragen die op het gebied van recreatie en toerisme vanuit het Grevelingendebat zijn voorgelegd, luiden als volgt: Hoe kan het recreatief-toeristisch product van de Grevelingen op een duurzame manier verbeterd worden volgens de benadering waarbij ecologie en economie in evenwicht zijn; welke mogelijkheden biedt de terugkeer van getij daarin? Om tot een integrale en duurzame oplossing te komen voor de problemen in de Grevelingen, met speciale aandacht voor de problemen in de recreatieve en toeristische sector, is eerst gekeken naar de huidige situatie. Daarbij is informatie gezocht over het type recreant dat het gebied bezoekt, de factoren die het gebied de aantrekkingskracht geven die het heeft, de huidige recreatieve voorzieningen, knelpunten in de huidige situatie en trends die zich aftekenen in de vrijetijdsbesteding. Deze informatie is gebundeld en verwerkt, waarna hieruit conclusies zijn getrokken. Deze conclusies hebben als input gediend voor een lijst met projecten en suggesties om het recreatieve en toeristische aanbod in het gebied te verbeteren. Daarbij is gekeken naar ontwikkelingsmogelijkheden in andere sectoren en naar ontwikkelingen in het gebied, waarop aangehaakt kan worden. 5.3 Inventarisatie Het economisch belang van de recreatieve en toeristische sector op Goeree-Overflakkee en Schouwen-Duiveland is groot. De sector genereert niet alleen hoge directe inkomsten, maar zorgt ook voor een belangrijke spin-off naar andere sectoren. De Grevelingen trekt ca. 2 miljoen bezoekers per jaar. Het zijn vooral oeverrecreanten die dit aantal bepalen (75%), de watersporter heeft een belang van 20% en de rest is de sportvisserij, duiksport en rondvaarten. Veel vakantiegangers komen ook voor de rust, het strand en de zee, het mooie weer en de mooie omgeving (ruimte, natuur). Schouwen-Duiveland vindt ongeveer 45% plaats in de maanden juni tot en september. De maand mei is de belangrijkste vakantiemaand (ongeveer 21%). Voor de maanden oktober tot en met april is het aandeel ongeveer 34%. Deze laatste overnachtingen zijn voornamelijk korte vakanties (langweekend). In het gebied brengen vooral gezinnen met kinderen (met name s zomers) en 50-plussers (voor- en naseizoen) hun vakantie door. De recreanten en toeristen op de Kop van Goeree hebben een bovenmodaal inkomen, maar ook op Schouwen-Duiveland komen de laatste jaren steeds meer mensen met een bovenmodaal inkomen recreëren. In de Delta zijn vooral het Grevelingenmeer en het Veerse Meer voor de kleine watersport belangrijk, omdat men daar geen last heeft van hoge golfslag, stroming en grote binnenvaartschepen. Het Grevelingenmeer is vanwege het zoutgehalte voor sportduikers in heel Europa een ecologisch interessant duikwater, waar jaarrond gebruik van wordt gemaakt. Het meer geldt voor sportduikers ook als uitwijkmogelijkheid indien door forse ZW wind de Oosterschelde niet of slecht bruikbaar is Knelpunten De belangrijkste knelpunten op het gebied van recreatie en toerisme rondom de Grevelingen spitsen zich toe op: het ontbreken van goede recreatieve routestructuren voor verschillende vormen van recreatie (wandelen, fietsen, maar zeker ook waterrecreatie); het ontbreken van de juiste voorzieningen en aantrekkelijke aanlegpunten voor watersporters; Een verblijfsrecreatief product dat eenzijdig van samenstelling is en soms verouderd. Campingplaatsen en vakantiehuisjes bevinden zich met name op grotere vakantiecomplexen Trends De volgende trends en kansen zijn te onderscheiden op het gebied van recreatie en toerisme: meer actieve senioren De steeds groter wordende groep 55-plussers beschikt over relatief veel vrijetijd en geld en is ondernemend. Het aantal senioren dat beschikt over een boot groeit. Deze groep heeft steeds grotere en luxere schepen (>14m.) en stelt hogere eisen aan comfort rond de ligplaatsen. Senioren houden veelal van rust en ruimte en zoeken mogelijkheden om te recreëren in geval van slecht weer. meer vraag naar luxe, verzorging en aandacht (verwenmomenten) Een deel van de samenleving vraagt naar luxere vakanties, waarbij verzorging en aandacht centraal staan. Het haastige, snelle leven wordt ontvlucht in de vakantie, waarbij er tijd is om eens lekker verwend te worden. meer vraag naar authenticiteit, gezelligheid, vriendelijkheid, familie/vrienden Naast een hang naar luxe is er ook een behoefte aan gezelligheid, authenticiteit en samenzijn met familie en/of vrienden te signaleren. Vakanties, weekenden en andere vormen van vrijetijdsbesteding worden steeds vaker gebruikt om gezellig samen te zijn met bekenden en de sociale contacten aan te halen. persoonlijke ontwikkeling (sociale ervaringen, actief en gezond, ecologisch, spiritueel) De vrijetijd wordt ook steeds vaker aange- In dit hoofdstuk wordt op deze vragen ingegaan. Het grootste deel van de voorzieningen concentreert zich op de kop van Schouwen-Duiveland. Daarnaast heeft ook Goeree-Overflakkee een aanzienlijk aantal verblijfsrecreatieve voorzieningen, waarvan zo n 75% in de gemeente Goedereede ligt. In de laatste jaren is het aantal vakanties in het ontbreken van slechtweervoorzieningen (voor kinderen), waardoor ook het bezoek aan het gebied buiten het hoogseizoen te wensen overlaat en er niet of nauwelijks wordt ingespeeld op de beleveniseconomie. de slechte bekendheid van (de mogelijkheden wend om zich op persoonlijk vlak te ontwikkelen. Het gaat hierbij om sociale ervaringen en ontmoetingen. Maar ook het gezondheidsaspect (ecologische voeding, actief bezig zijn) en het spirituele welzijn maken hier deel van uit. Cultuurhistorie en rust en 48 49

27 ruimte om in te wandelen (of actiever te len, fietsen, ruitersport, kanoën, skaten, Met zonering kunnen toeristen gestuurd worden door recreanten om zich op persoonlijk vlak te sporten) zijn belangrijke peilers onder deze Nordic walking, etc). Daarbij is behoefte aan naar de plekken die voor hen interessant zijn en ontwikkelen. Het aantal recreanten dat zich inte- vorm van recreatie. informatie over hetgeen beleefd wordt (land- kan een te grote toeloop in kwetsbare gebieden resseert voor de landschappelijke omgeving en risicoloos avonturieren (beleving is belang- schap) en gezien wordt (attracties langs de worden vermeden. Praktisch: door concentratie deze via routes verkent en bekijkt, neemt toe. rijk, maar wel in een veilige omgeving) route). van recreatieve functies op vooraf benoemde lo- Het verbeteren van de toegankelijkheid van het Mensen willen steeds vaker vakantie bele- toename recreatievaart en watersport caties met speciale voorzieningen, kunnen deze ommeland door routestructuren biedt zowel de ven. Actie en spanning horen hier bij, maar De laatste jaren is een toename van het aan- gebieden extra aantrekkelijk worden gemaakt. recreant de mogelijkheid om van de kwaliteit van het dient wel op een veilige manier te tal recreanten dat aan watersport doet te Andere gebieden worden juist ontzien. In één het landschap te genieten als de regio de mo- gebeuren. Hierbij kan gedacht worden aan signaleren. Ook is de recreant gemiddeld van de deelstudies (Kempe Thill) wordt geschetst gelijkheid om de kwaliteit van het landschap te georganiseerde survivaltochten, outdoor- meer dagen per jaar bezig met watersport. hoe de Brouwersdam en de Grevelingendam een verbeteren door ecologische zones of beplanting. events of pathfinding met GPS. Een belangrijk onderdeel van deze water- cruciale rol kunnen spelen bij intensieve recre- Een goede promotie kan de Grevelingen als wa- versnippering van vrijetijd sport is de routegebonden recreatievaart: atie. De noordoever van de Grevelingen kan tersportgebied de komende jaren nog beter op We krijgen steeds meer vrijetijd, maar de geen rondjes, maar routes (ergens naar toe) voorzien in natuurontwikkeling en natuurgerichte de kaart zetten. momenten van vrijetijd worden korter. Dit varen. recreatie, de zuidoever kan worden benut voor vraagt om een efficiënte tijdsbesteding: we innovatieve vormen van verblijf. Voor het behoud van de goede waterkwaliteit is willen zoveel mogelijk beleven in een zo kort mogelijke tijd. Een veelomvattend pakket 5.4 Kansen en risico s Uitwerking streefbeeld het noodzaak de verbinding met de Noordzee te verbeteren. Dit is zowel voor de duiksport, de aan mogelijkheden in een kleine regio kan aan deze wens tegemoet komen. opkomst 24-uurs economie De opkomst van de 24-uurs vrijetijdseconomie hangt samen met de vorige trend (versnippering vrijetijd). Niet alleen wordt de tijd die we aaneengesloten aan recreatie besteden korter, we gaan ook vaker op vakantie. Dit heeft een verspreiding van de vrijetijdsbesteding tot gevolg. Er wordt, naast in de van oudsher drukke vakantieperiodes en feestdagen, steeds meer gerecreëerd in het voor- en naseizoen door kapitaalkrachtige groepen (voornamelijk senioren en dinky s: double income, no kids). vraag naar verblijfsrecreatieve projecten met een relatie met water Steeds meer mensen willen een tweede huisje aan het water om hun vrijetijd in door te brengen. De ligging van het huis aan niet zomaar een water, maar aan een doorgaande verbinding of een groot water (meer of plas) is een absolute pré. Dit biedt namelijk mogelijkheden voor watersport dichtbij het huisje. toename routegebonden recreatie Het aantal recreanten dat zich interesseert voor de omgeving en deze via routes verkent en bekijkt neemt toe. De routes worden op verschillende manieren afgelegd (wande- Uit de vraag naar verbetering en aanpassing, die volgt uit de knelpunten en trends, afgezet tegen de huidige situatie, volgt welke aanpassingen er in het recreatieve en toeristische product nodig zijn om de komende jaren een op de vraag toegespitst aanbod te kunnen leveren. Deze aanpassingen worden in dit hoofdstuk beschreven aan de hand van een streefbeeld Streefbeeld In het streefbeeld voor de toekomst vormen terugkeer van getij en een harmonieus landschapsbeheer (natuur én landelijk gebied) de sleutel tot verduurzaming van de vrijetijdseconomie rond de Grevelingen. Om de huidige kwaliteiten op het gebied van water, natuur, landschap en cultuurhistorie te behouden en beleving en verbinding van land en water te verbeteren, moeten landschappelijke en natuurwaarden en de ecologische vitaliteit van het Grevelingenwater duurzaam worden beheerd. Hierbij is het van belang dat de toeristische en recreatieve ontwikkelingen in de Grevelingen als 1 geheel worden gezien en dat nieuwe ontwikkelingen aan dit geheel en aan de visie worden getoetst. Heeft een initiatief toegevoegde waarde op het terrein van duurzaamheid en innovatie en levert het meerwaarde binnen het gehele gebied? Behoud huidige kwaliteiten De Grevelingen wordt als gebied alom gewaardeerd om zijn rust, openheid en ruimte. Daarnaast is de kwaliteit van het water nog altijd uitstekend en is de Grevelingen, vanwege het grote doorzicht van het water en het feit dat de Grevelingen stilstaand zout water heeft, één van de beste duiklocaties binnen Europa. Daarnaast worden de strandjes veel gebruikt bij mooi weer en is het gebied zeer in trek bij de watersport vanwege de weidsheid en de grootte van het wateroppervlak zonder stroming. De twee miljoen recreanten, die het meer jaarlijks bezoeken, getuigen van deze kwaliteiten. Dit hoge bezoekersaantal heeft het meer ook te danken aan de nabijheid van, en zijn centrale ligging als groenblauwe oase tussen, drie dichtverstedelijkte gebieden. Bovenstaande kwaliteiten zijn van grote waarde, mede omdat ze in dit deel van Europa schaars zijn. Het behouden en waar mogelijk verbeteren van deze kwaliteiten is dan ook een prioriteit. Daarnaast zijn er ontwikkelingen gaande die dit onderstrepen. De steeds groter wordende groep 55-plussers houdt over het algemeen van rust en ruimte en gaat steeds meer op zoek naar een actieve beleving van deze elementen. Cultuurhistorie en rust en ruimte om in te wandelen (of actiever te sporten) worden steeds vaker gebruikt watersport, de hengelsport als de strandbezoekers van belang. De huidige waterkwaliteit maakt het gebied nu zeer aantrekkelijk voor deze vormen van recreatie. Bij de realisatie van een betere verbinding met de Noordzee moet wel in het achterhoofd gehouden worden dat veel watersporters de Grevelingen nu waarderen vanwege de beperkte stroming die in het meer aanwezig is, die het water veiliger maakt dan bijvoorbeeld de Noordzee. Behoud huidige kwaliteiten met verbetering van de beleving van land en water De beleving van het water vanaf het land en vice versa is een sterke kwaliteit van het gebied. De dijk, die nu nog een harde scheidingswand vormt tussen land en water, wordt in plaats daarvan juist gebruikt als verbindend element. De Grevelingen wordt op dit moment omgeven door hoge dijken, die over het algemeen een vrij ontoegankelijke barrière vormen tussen het water en het land. Dit heeft alles met de bescherming van het land tegen het water te maken, die vanuit de historie van het gebied heel goed te begrijpen is. De badkuip die de Grevelingen nu is doet echter de potenties tekort die het gebied heeft als het land en het water weer als één geheel te beleven zouden zijn. De dijk kan daarin van scheidend bouwwerk tot verbin

28 dend element worden. Door de aanleg van een Verbinden van land en water zellig samen te zijn met familie en/of vrienden Getij: verbinding met de Noordzee en motor voor routenetwerk over de dijk rond de Grevelingen Naast het verbeteren van de beleving van het en de drang naar authenticiteit worden groter. natuurgerichte recreatie voor verschillende vormen van routegebonden water en land biedt ook het daadwerkelijk ver- Oude dorpskernen en haventjes met kleinscha- De motor achter allerlei andere projecten binnen recreatie (het zgn. rondje Grevelingen ) kan zo- binden van beide deelgebieden grote aankno- lige horecavoorzieningen bijvoorbeeld bieden het kader van de uitwerking van het Grevelingen- wel het land als het water aan beide zijden van pingspunten om het recreatief-toeristisch product de gezelligheid en authenticiteit die men zoekt. debat, de terugkeer van het getij, heeft ook een de dijk tegelijk beleefd worden. De toename van te verbeteren. Daarnaast worden de watersporters op deze ma- positief effect op de mogelijkheden voor ontwik- actieve senioren, die van het landschap genieten nier uitgedaagd van meer voorzieningen in de keling van de recreatief-toeristische sector. en de toename van routegebonden recreatie in Enerzijds kan het land met het water verbonden Grevelingen gebruik te maken. De bestedingen het algemeen onderstrepen de behoefte aan een worden door van een vorm van watersport over van watersporters in de Delta blijven achter bij Allereerst biedt de nieuwe Brouwersdam tal van verbeterd recreatief routenetwerk, waarvoor het te stappen op een vorm van recreatie op het het landelijk gemiddelde, zo ook in de Grevelin- mogelijkheden voor recreatief medegebruik. Het rondje Grevelingen als ruggengraat dient. Daar- land. Zo worden zogenoemde TOP s gecreëerd: gen, wat waarschijnlijk veroorzaakt wordt door instellen van een kenniscentrum over het ver- naast verbetert de beleving van het landschap toeristische overstappunten. Een voorbeeld hier- het gebrek aan attracties en punten waar men nieuwde denken over de Deltawerken met excur- door een rondje over een hoger gelegen ele- van is het overstappen van een watertaxi op een naar toe kan varen. Deze punten zijn van belang sies naar de getijdencentrale in de dam, kan een ment: er wordt een beter idee van de weidsheid fiets bij een aanlegpunt van de taxi. Door een voor de belevenis van de watersporter en voor toeristische trekpleister van formaat worden. en het landschap verkregen. Het verbeteren van netwerk van dergelijke TOP s langs de gehele de duur van het verblijf in de Grevelingen. Hoe de beleving levert niet alleen meer waardering Grevelingen aan te leggen, kunnen recreanten in meer er te beleven valt, hoe langer de recreant Bij de ontwikkeling van getij in de Grevelingen voor de omgeving op, het speelt ook in op de één keer zowel het water als het land beleven. geneigd zal zijn te blijven. Kleinschalige horeca moet niet uit het oog verloren worden dat de trend dat men meer wil beleven in een kortere Andere vormen van recreatie die hieraan bij kun- in de haventjes kan hier aan bijdragen, omdat meeste watersporters juist naar de Grevelingen tijd tijdens de vakantie of weekendje weg. nen dragen zijn waterfietsen, wandelen, kanoën, uit andere gebieden (IJsselmeer gebied en Wad- komen vanwege het veilige, stromingsvrije water. fietsen, zeilen, paardrijden en skaten. Door de denzee) is gebleken dat dit een grote aantrek- Uit onderzoek is gebleken dat de stroomsnelhe- Daarnaast willen steeds meer mensen hun vrije overstappunten worden recreanten uitgedaagd kingskracht heeft op watersporters. Aangezien de den in het overgrote deel van het meer niet of tijd in een (tweede) huisje aan het water door- het landschap en de Grevelingen op verschillen- Grevelingen voor een groot aantal mensen uit de nauwelijks veranderen. Mits men niet direct in de brengen. Dit brengt niet alleen grote kansen voor de manieren te beleven en wordt de grens tus- Randstad en Brabant sneller te bereiken is dan buurt van de doorlaatopening gaat varen, hoeft de verbetering van de beleving van het water sen water en land in de beleving steeds vager. de andere grote watersportgebieden, liggen hier dit dus geen probleem voor de huidige gebrui- vanaf het land met zich mee (wonen op de dijk), De overstappunten kunnen verbonden worden grote kansen. Hier komt nog bovenop dat er de kers op te leveren. ook vernieuwende woonconcepten op drijvende via het eerder genoemde rondje Grevelingen. laatste jaren een toename van het aantal water- eilanden of woningen met glazen wanden als ka- Dit project kan een stimulans voor route- sportrecreanten te signaleren is. des op of onderlangs dijken kunnen de beleving gebonden recreatie betekenen. Een steeds groter vergroten. Daarnaast kunnen nieuwe vaarverbin- wordende groep recreanten kan hiermee naar de dingen door de eilanden gekoppeld worden aan Grevelingen getrokken worden. wonen aan het water, waardoor het water ook op het land beleefd kan worden en er tevens Anderzijds kan de scheiding tussen land en wa- nieuwe routeverbindingen ontstaan. ter overbrugbaar gemaakt worden. Hierbij kan gedacht worden aan het herstellen van de toe- De verschillen in waterstand tegen de dijk aan gangen tot oude haventjes op Goeree-Overflak- als gevolg van de terugkeer van het getij bren- kee en Schouwen-Duiveland en het creëren van gen de relatie tussen land en water beter in een doorvaartverbinding door beide eilanden, beeld. Dit kan worden versterkt door projecten zodat de Oosterschelde en het Haringvliet vanuit als dijk met bereik, het verbreden op bepaalde de Grevelingen makkelijker en sneller bereikbaar plekken van de overgangszone tussen het water worden. Deze doorvaartverbinding kan gekop- en de dijk en het vergroten van het contactop- peld worden aan innovatieve woonconcepten en pervlak tussen land en water. Deze projecten het versterken van de landschappelijke waarden. vergroten tevens de recreatieve gebruiksmoge- Het herstel van de verbindingen van oude haven- lijkheden van de dijk en de overgang tussen land tjes en dorpskernen met de Grevelingen kan veel en water (oeverrecreatie, duikplekken, strandjes, betekenen voor de recreatieve en toeristische visstekken, aanlegplaatsen). sector enerzijds, maar ook voor de leefbaarheid van de kernen anderzijds. De behoefte om ge

29 trends die aansluiten op ontwikkelingen in de ant een geschikt aanbod van recreatieve moge- Grevelingen. Door de ontwikkeling van bijvoor- lijkheden heeft. beeld luxe resorts, cruises, thermen en beauty farms in de regio kan ingespeeld worden op de vraag naar luxere vakanties, waarbij verzorging 5.5 Eindoordeel - conclusie en aandacht centraal staan. Deze trend komt voort uit de wens het haastige, snelle leven te Er liggen kansen te over voor de recreatief-toeris- ontvluchten, waarbij er tijd is om eens lekker tische sector in de Grevelingen. Het terugbrengen verwend te worden. van het getij in de Grevelingen zal dit nog eens versterken. De regio heeft de potentie om uit De vrije tijd wordt ook steeds vaker aangewend te groeien tot recreatief centrum van de Delta. om zich op persoonlijk vlak te ontwikkelen. Het Aan de ene kant omdat de huidige recreatieve gaat hierbij om sociale ervaringen en ontmoetin- waarden (natuur, rust, ruimte en water(kwaliteit)) gen. Maar ook het gezondheidsaspect (ecologi- al goed ontwikkeld zijn, aan de andere kant om- sche voeding, actief bezig zijn) en het spirituele dat er nog tal van mogelijkheden liggen om ook welzijn maken hier deel van uit. Cultuurhistorie, andere terreinen van de recreatie te verbeteren rust en ruimte om te wandelen zijn belangrijke en zo een vollediger aanbod voor de recreant op peilers onder deze vorm van recreatie. Via health tafel te leggen. De aantrekkingskracht van het farms, diëet-arrangementen en het creëren van gebied wordt op die manier vergroot, zodat ook plekken met de mogelijkheid tot bezinning kan buiten het hoogseizoen en tijdens slecht weer in deze vorm van recreatie en vrijetijdsbesteding de regio zelf voldoende te doen is. gefaciliteerd worden. Door de bestaande zonering op hoofdlijnen te Tot slot is de 24-uurs vrijetijdseconomie ook in handhaven wordt voorkomen dat de druk op de Zo wordt door het openen van de Brouwersdam de kans gecreëerd om een schutsluis voor de recreatievaart in de Brouwersdam te realiseren. Deze schutsluis verbindt dan de Noordzee met de Grevelingen en het achterland en zou een enorme impuls betekenen voor de watersport en aanverwante recreatieve ondernemingen. De duurzame jachthaven van de toekomst verkrijgt op die manier een groot aantal extra potentiële klanten, hetgeen ook geldt voor alle attractiepunten langs en op de Grevelingen, die nu vanaf zee via een simpele verbinding bereikbaar worden. Een minder ingrijpende maar innovatieve oplossing voor het knelpunt, dat de Brouwersdam nu vormt voor de recreatievaart, is een droge overtoom. Hiermee kunnen boten uit het water getild worden, over land getransporteerd worden en vervolgens aan de andere kant van de dam weer te water gelaten worden. Zowel de schutsluis als de droge overtoom betekenen een toename van de mogelijkheden om recreatieve routes te varen en andere gebieden te verkennen. Tot slot betekent de terugkeer van getij in de Grevelingen een aanzienlijke versterking van de natuurwaarden. Het areaal intergetijdengebied wordt enorm vergroot, de dynamiek in successieprocessen wordt teruggebracht, er vindt weer uitwisseling van flora en fauna plaats tussen Noordzee en Grevelingen en de waterkwaliteit blijft op een goed niveau. Hierdoor ontstaan nieuwe mogelijkheden voor natuurbeleving. Enkele voorbeelden: Struintochten onder begeleiding van een gids of boswachter, natuurexcursies, zeehonden-excursies, boottocht met een doorzichtige bodem (beleving onderwaterwereld) en slik-safari s. Bij alle vormen van natuurgerichte recreatie is educatie onderdeel, zodat de kennis over, en daarmee vaak de waardering voor, natuur verhoogd wordt. Door een uitgekiende zonering wordt ervoor gezorgd dat de natuurwaarden worden geborgd. Inspelen op trends Naast de trends die in het bovenstaande deel al her en der beschreven staan, zijn er ook andere de recreatie in opkomst. Niet alleen wordt de tijd die we aaneengesloten aan recreatie besteden korter, we gaan ook vaker op vakantie. Dit heeft een spreiding van de vrijetijdsbesteding tot gevolg. Er wordt, naast in de van oudsher drukke vakantieperiodes en feestdagen, steeds meer gerecreëerd in het voor- en naseizoen door kapitaalkrachtige groepen (voornamelijk senioren en dinky s: double income, no kids). Belangrijk voor het faciliteren van deze groep recreanten is dat er in elk jaargetijde, bij elk weertype voldoende te bevelen valt voor een (korte) vakantie. Daarnaast kan deze doelgroep met leuke arrangementen aangetrokken worden. Door de realisatie van de bovenstaande voorzieningen wordt het algehele recreatieve aanbod aangevuld. Ook recreanten die niet direct voor deze voorzieningen komen, kunnen bij slecht weer of gewoon omdat ze dat prettig vinden, gebruik maken van deze voorzieningen. Een belangrijk sterk punt van de Grevelingen wordt dan dat het gebied voor elk weertype en elke recre- natuur leidt tot verstoring. Door de recreatieve druk op specifieke punten in het gebied te concentreren, blijven andere gebieden beter gevrijwaard van verstoring. Deze zonering kan op 2 niveaus worden gerealiseerd: - regionaal niveau - lokaal niveau De zonering op regionaal niveau houdt in dat het gebied grofweg in 4 delen wordt opgedeeld: - de Brouwersdam, - de zuidoever van de Grevelingen, - de noordoever van de Grevelingen en - de Grevelingendam. Door de grootschalige recreatieve en toeristische activiteiten te ontplooien en te concentreren op en in de buurt van beide dammen (hetgeen nu reeds het geval is), kan het rustiger en natuurlijker middengebied, met de natuureilandjes, ontzien worden van massale recreatie. Dit gebied blijft uiteraard wel toegankelijk voor de watersporter. De zuidoever is geschikt voor natuurlijke 54 55

30 en innovatieve concepten voor wonen aan het water en spelen met de waterfronten. De noordoever, met de Slikken van Flakkee, zal natuur blijven. Voor de ontwikkeling van beide dammen is een concept ontwikkeld door atelier Kempe Thill. Het geven van een identiteit aan de dammen en het verbeteren van de gebruiksmogelijkheden staan hierbij centraal. De uitwerking van de concepten richten zich op duurzaamheid en integraliteit. Voor een verdere toelichting wordt verwezen naar het rapport van Kempe Thill in de bijlage. in combinatie met allerlei arrangementen, aanbeveling tot ontwikkeling, omdat dit het recreatieftoeristische aanbod van de regio, naast de reeds aanwezige recreatieve waarden, kan vervolmaken. Daarmee wordt de aantrekkingskracht van de regio op de potentiële recreant vergroot. Wonen, werken en verblijven Méér verblijven rond de Grevelingen De lokale zonering richt zich met name op de noord- en zuidoever van de Grevelingen. Door hier specifieke attractiepunten te realiseren, waarvan een aantal gericht zijn op de watersporter en routegerichte recreant en een aantal op de natuurgerichte recreant, kunnen ook op dit niveau beide recreatiestromen uit elkaar worden getrokken. De watersporter vaart graag van attractie naar attractie en zal, in geval van voldoende attractiepunten, de natuurlijkere gebieden alleen gebruiken als decor voor zijn reis. De verstoring op de natuurgebieden wordt op die manier minder. Het is daarom van belang deze attractiepunten, zoals haventjes met horeca, jachthavens en recreatieve overstappunten, te realiseren of in aantrekkelijkheid (voorzieningenniveau) te verbeteren. De natuurgerichte recreant houdt meer rekening met de aanwezige natuurwaarden en zal minder verstorend zijn op de natuur met zijn aanwezigheid. Daarnaast bieden natuurgerichte attractiepunten ook goede mogelijkheden om de recreant in het algemeen meer voor te lichten over de natuurwaarden en de kwetsbaarheid ervan. Belangrijk, gezien de trends, in het verdere aanbod van de Grevelingen zijn het Rondje Grevelingen met de recreatieve route-overstappunten, het realiseren van goede routeverbindingen vanaf deze punten naar het land en het water en goede bewegwijzering. En tot slot verdienen de slechtweervoorzieningen, zoals luxe hotels, thermen, beauty resorts, mini-cruises, eventueel 56

31 6.1 Wonen Inleiding De visie voor de Grevelingen is een integrale visie. Eén van de doelstellingen hierbij is het geven van een impuls aan de regionale economie van het gebied. Vanuit deze doelstelling is de onderzoeksvraag: Op welke wijze kan met innovatieve woon- en verblijfsconcepten een kwaliteitsimpuls aan het plangebied worden gegeven middels het versterken van de water-land-relatie Aanpak Binnen het project uitwerking Grevelingendebat zijn bestaande plannen en ideeën zoals deze in de regio zijn ontwikkeld, gecombineerd met en getoetst aan de uitgangspunten duurzaamheid en integraliteit. Een voorbeeld hiervan is Innovation Island. Daarnaast is aan Atelier Kempe Thill opdracht gegeven om een visie te geven op de Grevelingen en daarbij ook innovatieve woonconcepten te betrekken. De rapportage van Atelier Kempe Thill is als bijlage aan deze rapportage toegevoegd. De woon- en verblijfconcepten in deze studies en plannen zijn vertaald naar concrete projecten op de projectenagenda voor de Grevelingen Resultaten In het studiegebied wordt gewoond in relatief kleine dorpen en steden. Opvallend is dat op Tabel 6.1.a: Aantallen in relatie tot wonen en verblijven rondom Grevelingen Toename inwoners 2005 Schouwen-Duiveland sprake is van een licht krimpende bevolking met de daarmee gepaard gaande vergrijzing. Ook op Goeree-Overflakkee is sprake van wegtrekkende jongeren maar hier krimpt de bevolking (nog) niet. In het gehele gebied is sprake van spanning op de woningmarkt en komt het veel voor dat jongeren zich vestigen in recreatiewoningen. Voor het gehele gebied geldt dat de gemiddelde bezetting per woning boven het landelijk gemiddelde ligt. Op Goeree-Overflakkee geldt dit zelfs in zeer sterke mate. Uitgaande van het principe migratiesaldo nul kan dit leiden tot een toenemende druk op de woningmarkt. In het gehele gebied is sterke behoefte aan betaalbare woningen voor starters. Vanuit interviews komt naar voren dat de prijzen van koopwoningen hoog blijven door de relatief sterke en kapitaalkrachtige druk vanuit randstadbewoners die de rust en ruimte van het Deltagebied waarderen. Zij hebben het er graag voor over hier wat extra s voor te betalen en te gaan pendelen. Een andere groep van nieuwkomers is die vanuit vrije beroepen die door de nieuwe ICT-ontwikkelingen minder gebonden zijn aan de randstad. Vooral voormalige boerderijen hebben op hen grote aantrekkingskracht als woon/werklocatie. Gelet op de relatief kleine kernen en het uitgestrekte buitengebied is het studiegebied te kenmerken als platteland. Verwacht zou worden dat het voorzieningenniveau onder druk zou staan. Deze ontwikkeling heeft in het plangebied slechts in beperkte mate plaats gevonden. Op Schouwen-Duiveland is duidelijk waar te nemen Aantal woningen Aantal mensen per woning Inwonersaantal Verblijfsrecreatie (ha) Recreatiewoningen Schouwen-Duiveland , Oostflakkee , Goedereede , Dirksland , Middelharnis , dat zeker kernen als Bruinisse, Zierikzee, Burgh- Haamstede en Renesse dankzij recreatie en toerisme nog over een meer dan adequaat voorzieningenniveau beschikken. Op Goeree-Overflakkee is dit ook goed zichtbaar in Goedereede en Ouddorp. Middelharnis heeft van oudsher een regiofunctie en beschikt over een zeer hoog voorzieningenniveau. Het oostelijk deel van het eiland is wat soberder bedeeld, doch de problematiek is nog niet zo als door Geert Mak zo treffend is beschreven in zijn boek hoe God verdween uit Jorwerd. Samenvattend kan worden gesteld: het gebied heeft een aantrekkelijk woonklimaat met een goed voorzieningenniveau dat echter wel onder druk staat Er bestaat grote behoefte aan woningen voor starters Er is veel druk op de woningmarkt van potentiële pendelaars uit de Randstad Er is veel behoefte aan de combinatie wonenwerken vanuit kleinschalige vrije beroepen die thans in de randstad zijn gevestigd Kansen en risico s Het gebied rond de Grevelingen is ontstaan vanuit de interactie tussen de riviermondingen en de getijdenwerking van de zee en de rol die de wonende en werkende mens daarin heeft vervuld. Al eeuwen voert de mens strijd met het water om veilig te kunnen wonen en in zijn behoeften te kunnen voorzien. De watersnood van 1953 heeft geleid tot een in technisch opzicht geslaagde poging om de zee te beteugelen en buiten te sluiten. De keerzijde hiervan is dat het gebied zijn natuurlijke dynamiek is kwijtgeraakt. Op allerlei gebied moet de dynamiek terug komen en moet het water weer deel gaan uit maken van het wonen en werken op en rond de Grevelingen. De kracht van het water wordt gebruikt om de Grevelingen te gebruiken als een proeftuin voor innovatieve en duurzame woon- en verblijfsrecreatieve concepten aan en op het water. Het gaat hierbij om de volgende woonvormen: Wonen aan het water en aan te realiseren cultuurhistorische vaarverbindingen op Goeree-Overflakkee en Schouwen-Duiveland. Uitgangspunt hierbij is dat de bebouwing ook een bijdrage levert aan de attractiviteit van het gebied. Waterfrontconcepten, waarbij de relatie tussen land en water versterkt wordt. Dit kan door plaatselijk aan te sluiten bij cultuurhistorische kernen als Scharendijke en Brouwershaven, zoals dit ruimtelijk is verbeeld door Innovation Island. Hierbij wordt de bouw van woningen gecombineerd met uitbreiding van de haven, het geschikt maken van de haven voor kleine cruiseschepen en het realiseren van een medisch centrum, een duikcentrum en upgrading van het voorzieningenniveau. Landgoederen, die bijdragen aan de herintroductie en instandhouding cultuurhistorische vaarverbindingen of aan de instandhouding van natuurgebieden en waterpartijen. Door hun aanwezigheid leveren deze landgoederen ook een bijdrage aan de recreatieve en toeristische toegankelijkheid en waarde van het gebied. Verblijfsrecreatieve concepten aan en op het water al dan niet in combinatie watersportfaciliteiten, natuurontwikkelingsmogelijkheden, wellness zorgfaciliteiten, etc. Hierbij bestaat de mogelijkheid voor permanente bewoning indien het concept zich hiertoe leent. Deze projecten leveren bijdragen aan de regionale economie. Hiervoor zijn goede mogelijkheden op Stellendam, het Springersdiep en Bommenede. De uitwerking van Atelier Kempe Thill voor Bommenede geeft aan hoe dit op een zorgvuldige manier kan worden ingepast. Deze woonvormen passen binnen de uitvoeringsgerichte aanpak zoals die in de Nota Ruimte is verwoord. Uitwerkingsbevoegdheid op basis van verevening tussen groene, blauwe en rode functies moet zorgen voor een versterking in natuur, recreatie, landschap, cultuurhistorie en leefomgeving

32 6.2 Werken van het eiland is de situatie wel goed vergelijkbaar, maar in het oostelijk deel is de invloed van Ontwikkelingen In 2005 is de werkgelegenheid in Zeeland met hervestigers die zijn uitgekocht in gebieden in en rond de randstad. Boeren zien blijkbaar nog Inleiding recreatie en toerisme veel minder. De hier gelegen gemeenten Dirksland, Middelharnis en Oost- 1% afgenomen. Opvallend is dat het aantal recreatieve overnachtingen in de regio in 2004 met voldoende toekomst in hun bedrijfstak. Wel zijn zij zich er van bewust dat ook het boerenbedrijf In het kader van de integrale visie is ook onderzocht hoe de regio economisch in elkaar zit en wat naast recreatie en toerisme de dominante sectoren zijn. Het accent wordt hierbij gelegd op die sectoren die sterk gerelateerd zijn aan het recreatief-toeristisch product Grevelingen. Het betreft hier de akkerbouw als drager van het open landschap en de visserij als exploitant van het Grevelingenmeer. Wat is het perspectief voor de akkerbouw in de komende 20 jaar als drager van het landschap en op welke wijze kan dit perspectief zo nodig worden verbeterd. Wat is het perspectief voor de visserij in de komende 20 jaar en op welke wijze kan dit perspectief zo nodig worden verbeterd. Flakkee hebben in het verleden een wat meer afhoudende houding gehad ten opzichte van de recreatie en hebben ook minder kwaliteiten die het gebied als vanzelfsprekend geschikt maken voor deze sector. Middelharnis vervult vanouds een centrumfunctie binnen Goeree-Overflakkee en heeft een sterk ontwikkelde lokale economie met winkels, scholen, kantoren verzorging en verpleging etc. Dirksland en Oost-Flakkee zijn van typische agrarische gemeenten aan het verschuiven naar pendelgemeenten. Wel is merkbaar dat de gemeenten inmiddels niet meer afwijzend staan ten opzichte van recreatie en doende zijn om in te spelen op recreatieve ontwikkelingen. Kenmerkend is dat de gemeenten samen werken aan de ontwikkeling van recreatie en toerisme in het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband ca. 22% is gedaald. Cijfers over 2005 waren nog niet zodanig aanwezig dat dit hier als een hard gegeven kan worden neergezet maar interviews met ondernemers geven aan dat de negatieve cijfers van 2004 zich naar 2005 doorzetten. Of dit uitsluitend veroorzaakt wordt door het wat mindere weer of dat hier ook structurele oorzaken aan te grondslag liggen is nog niet op te maken uit onderzoeken. Ondernemers in het gebied hebben echter de indruk dat de concurrentiekracht van het totale product (prijs, klimaat, belevingswaarde en kwaliteit) niet meer voldoende is ten opzichte van het aanbod in bijvoorbeeld de zonzekere bestemmingen rond de Middellandse Zee. De agrarische sector staat al jaren onder druk. zich zal moeten blijven ontwikkelen. Hiervoor zien zij diverse mogelijkheden in het plangebied: innoveren op producten schaalvergroting parttime-boeren bedrijfsverbreding In deze laatste categorie liggen de kansen voornamelijk in de combinatie met de recreatieve en toeristische sector en in het natuurbeheer. Van de overheid wordt hierbij verwacht dat zij het belang ziet van het behouden van het boerenbedrijf als drager van het landschap en dat zij faciliterend optreedt. De sector zelf ziet de concurrentie uit de nieuwe EG-landen met vertrouwen tegemoet. De verwachting is dat de lage productiekosten in die landen deels teniet zullen Beide onderzoeksvragen dienen vooral beschouwd te worden in het kader van samenwerking met recreatie en toerisme. Goeree-Overflakkee. Deze samenwerking heeft geresulteerd in de rapportage Goeree-Overflakkee: Visie op toeristische ontwikkeling tot Met het vergroten van het werkingsgebied van de vrije Europese markt wordt het voor de akkerbouw steeds moeilijker rendabel te produceren. Het wijzigende beleid met betrekking tot de worden gedaan door de transportkosten die als gevolg van de sterk stijgende energiekosten hoger zullen worden Resultaten Werkgelegenheid De werkloosheidscijfers zijn in het studiegebied landbouwsubsidies maakt dit er niet gemakkelijker op. Met het aloude en beproefde middel van Er zijn vandaag de dag nog 900 Zeeuwen werkzaam in de visserij. In ruimere zin zijn 2300 Op Schouwen-Duiveland is ruim een kwart van de omzet direct verbonden aan de toeristische en recreatieve sector. Ook bouwnijverheid en landbouw en visserij zijn dominante sectoren. De dominante positie van de bouwnijverheid is deels gerelateerd aan de recreatieve ontwikkeling. Daarnaast is er ook veel andere indirecte afhankelijkheid van recreatie en toerisme. Zo draaien winkels, hoveniersbedrijven, banken etc. veel grotere omzetten door de recreanten en toeristen. Feitelijk zal de afhankelijkheid veel hoger liggen dan de eerder genoemde 25%. De regionale economie is dus sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de recreatie en van de landbouw. De visserij in de Grevelingen is belangrijk voor de uitstraling van het gebied maar is geen economische factor van betekenis meer. niet sterk afwijkend ten opzichte van het gemiddelde voor het platteland. Mede door de sterke factor recreatie, valt de jeugdwerkloosheid relatief mee. Wel komt uit de interviews naar voren dat vooral de beter opgeleide jeugd al vrij snel weg trekt naar andere gebieden. Dit komt deels door de woningsituatie maar vooral door het gebrek aan hoogwaardige banen. Forensen De rapportage pendel in Zeeland toont lage cijfers voor zowel woon- als werkforensen in heel de provincie. Uit de interviews komt naar voren dat in het oosten van Schouwen-Duiveland veel pendel naar de Randstad voor komt. Hetzelfde geldt voor geheel Goeree- Overflakkee. Dit heeft uiteraard te maken met de gunstige ligging. De pendel naar het plangebied schaalvergroting wordt getracht hiertegen het hoofd te bieden. Uit de rapportage van Alterra Transitie en toekomst van de Deltalandbouw uit 2006 blijkt echter dat dit niet de enige oplossing kan zijn. Er liggen nog wel kansen voor specialisatie in hoogproductieve, hoogintensieve landbouw waar Nederland door het hoge kennisniveau sterk in is en kan blijven. We hebben het dan over de bollensector, boomkwekerij, pootaardappelen en glastuinbouw. Ook melkveehouderij behoort hiertoe. Of dit allemaal nog past bij duurzaam landgebruik is echter zeer de vraag. In het gehele studiegebied is inmiddels zichtbaar dat het aantal agrarische bedrijven op de beide eilanden afneemt. De schaalvergroting is hiermee in gang gezet. Opvallend is dat uit de interviews blijkt dat het weliswaar voorkomt dat agrarische bedrijven in financiële moeilijkheden geraken, mensen actief in de visserij en aanverwante bedrijvigheid, zoals de handel. Er zijn ongeveer 50 kotters actief. De belangrijkste vangsten zijn tong, schol, kabeljauw en wijting. In 2000 bedroeg de waarde van de totale aanvoer circa 53 miljoen euro (Vlissingen 34 miljoen, Breskens 11 miljoen, Colijnsplaat 9 miljoen). Op de Grevelingen zijn in zeven bedrijven in een samenwerkingsverband actief die voornamelijk vissen op kreeft, paling en oesters. Daarnaast zijn er ook specifieke oestervissers. De vangst op deze typische Zeeuwse producten rendeert. Vooral de kreeft, die in het verleden zelf door de vissers is uitgezet is een kwalitatief hoogwaardig en ook lucratief product. In de huidige omstandigheden kan de visserij in de Grevelingen goed renderen. In Goeree-Overflakkee is de situatie duidelijk anders dan op Schouwen-Duiveland. Op de kop is uitermate gering. maar dat de gronden al vrij snel worden overgenomen door aangrenzende bedrijven of door Samenvattend kan gesteld worden: Indien de huidige tendens van afnemende animo voor het 60 61

33 recreatieve aanbod in de Grevelingen zich doorzet en ook de werkgelegenheid in agrarische sector en in de visserij blijft krimpen is het economisch perspectief voor de regio somber. Immers, men is zeer van deze sectoren afhankelijk. Bij krimp van de omzet zullen de investeringen stagneren en wordt onderhoud uitgesteld. De bedrijven gaan verpauperen of sluiten waardoor de neerwaartse spiraal wordt versterkt. Voor de agrarische sector geldt dat deze voor zichzelf nog een goed toekomstperspectief ziet voor de komende 20 jaar. Er wordt goed ingespeeld op de veranderende positie middels schaalvergroting, bedrijfsverbreding en innovatieve teelten. Ook de visserij rendeert goed op de Grevelingen en ziet toekomstperspectief voor de komende 20 jaar Kansen en risico s Voor akkerbouw en visserij zijn hieronder concepten aangegeven die het toekomstperspectief versterken. De landbouw kent haar eigen ontwikkeling die wordt beïnvloed door externe factoren zoals de vrijer wordende Europese markt. Dit prikkelt de agrarische sector en genereert de dynamiek die de landbouw van oudsher eigen is. In de akkerbouw uit dit zich door schaalvergroting, bedrijfsverbreding en innovatie van de teelten. Primair is het beleid van de overheid er op gericht de traditionele boer alle ruimte te bieden om via schaalvergroting en productinnovatie de concurrentie aan te kunnen gaan. Wat sterk is wordt sterker gemaakt. De overheid faciliteert de schaalvergroting onder meer door functiewijziging van voormalige agrarische bedrijfspanden mogelijk te maken en met duidelijke en soepele regels. In het kader van de innovatie wordt onderzocht of oude typische Zeeuwse gewassen weer kunnen worden geteeld en afgezet. Ook de teelt en afzet van zilte producten als zeekraal en lamsoren verdient nader onderzoek in combinatie met recreatieve of culinaire projecten die juist de eigenheid van de Delta uitstralen. De ontwikkelingen in de Haven van Bommenede bieden hier goede kansen voor in combinatie met van de visserij afkomstige producten. Voor de bedrijfsverbreding wordt vooral gekeken naar agro-toerisme waarbij de bedrijven kunnen inspelen op de vraag vanuit de recreatieve sector naar beleving van het oorspronkelijke gebruik van het landschap. Er komen jeugdherbergen, boerenpensions, zorgboerderijen, landschapscampings met eco-lodges die zijn opgenomen in recreatieve netwerken die de recreant een rijk pallet aan mogelijkheden bieden. Wandelen of varen door het boerenland worden een schakel in dit netwerk. De boer is de drager en behoeder van het zo typisch Zeeuwse en Zuid-Hollandse landschap rond de Grevelingen. Daarnaast heeft hij door de eeuwen heen de consument weten te voeden. De weg van producent naar consument is echter steeds langer geworden waardoor de herkenbaarheid van producten sterk is verminderd. Herstel van de relatie producent consument wordt rond de Grevelingen ingezet. Op diverse plaatsen worden initiatieven ontwikkeld waar op een eigentijdse en stijlvolle manier kan worden meegeleefd met de korte keten die zo veel mogelijk op locatie aanwezig is. De bakker, de slager, de korenmolen, de vissershaven en kwaliteitsrestaurants die zo veel mogelijk (maar niet dogmatisch) gebruik maken van de culinaire geneugten van de streek. De boerderij is de spil waar het om draait. De opzet is zodanig dat gezinnen met kinderen een luxe en gevuld programma kan worden geboden waarin ook ander vermaak dan boerenvermaak mogelijk is. Het complex doet mee in het recreatieve netwerk en biedt ook mogelijkheden voor pension, groepsverblijf etc. Door de hernieuwde dynamiek die in het water optreedt wordt de oude kraamkamerfunctie van de Grevelingen weer in ere hersteld. De visserij profiteert mee van het terugbrengen van het getij door herintroductie van vissoorten die waren verdwenen na de afsluiting door de Brouwersdam. De beroepsvisserij in de Grevelingen kan blijven floreren. De oesterpercelen worden geoptimaliseerd en zo mogelijk uitgebreid met ca. 150 ha

34 Door de sector wordt ingespeeld op de regionale markt. Dit wordt versterkt door in te spelen op initiatieven die tot doel hebben de typische Deltaproducten aan de man te brengen. Zo kan ingehaakt worden op de culinaire ontwikkeling bij de Haven van Bommenede. Landbouw en visserij hebben toekomstperspectief in de Grevelingen. Voor wat betreft de akkerbouw kan dit perspectief met agrotoerisme worden verbeterd. De visserij in het plangebied heeft ook een goed toekomstperspectief. Verbetering kan worden bereikt door uitbreiding van het areaal oesterpercelen met ca. 150 ha. De visserij kan beperkt inspelen op culinaire initiatieven in combinatie met de akkerbouw. 6.3 Eindoordeel - conclusie Het is goed mogelijk om met innovatieve concepten op het gebied van wonen en verblijven een kwaliteitsimpuls te geven aan het gebied. De genoemde concepten kunnen op meerdere locaties worden ingezet. 64 Ontwikkelingsagenda met projectenlijst Méér ontwikkeling in de Grevelingen

Informatiebijeenkomst Getij Grevelingen 11 oktober Getij Grevelingen. Waarom herstel beperkt getij

Informatiebijeenkomst Getij Grevelingen 11 oktober Getij Grevelingen. Waarom herstel beperkt getij Getij Grevelingen Waarom herstel beperkt getij We willen in de Grevelingen de waterkwaliteit verbeteren door beperkt getij terug te brengen. Dat is goed nieuws voor de onderwaternatuur en geeft ook mogelijkheden

Nadere informatie

Gedragscode voor veilig varen door windparken 3. Doorlaat Brouwersdam brengt getij terug 8. Grevelingenmeer: topeisen 50 cm getij 10

Gedragscode voor veilig varen door windparken 3. Doorlaat Brouwersdam brengt getij terug 8. Grevelingenmeer: topeisen 50 cm getij 10 Nieuwsbrief Regioteam Delta Noord Secretariaat: wg.deltanoord@watersportverbond.com Redactie: Kees van der Ree. Bijdragen naar keesvdree@gmail.com Nieuwsbrief, verschijnt verschillende keren per jaar.

Nadere informatie

paspoort Veerse meer

paspoort Veerse meer paspoort Veerse meer 2 Datum uitgifte: 23 januari 2013 De stuurgroep Zuidwestelijke Delta werkt toe naar besluiten over de Zuidwestelijke Delta waarin veiligheid, ecologie en economie zijn geborgd en elkaar

Nadere informatie

Zandhonger. Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde. 19 september 2002

Zandhonger. Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde. 19 september 2002 Zandhonger Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde 19 september 2002 Zandhonger, Gaat de Oosterschelde kopje onder? De Deltawerken veranderden de

Nadere informatie

Goeree-Overflakkee: Ouddorp, Stellendam en Herkingen. Bron: beeldbank.rws.nl

Goeree-Overflakkee: Ouddorp, Stellendam en Herkingen. Bron: beeldbank.rws.nl Goeree-Overflakkee: Ouddorp, Stellendam en Herkingen Bron: beeldbank.rws.nl Introductie Herkingen, Stellendam en Ouddorp zijn gelegen op Goeree-Overflakkee, het meest zuidelijke eiland van de Zuid-Hollandse

Nadere informatie

paspoort Grevelingenmeer

paspoort Grevelingenmeer paspoort Grevelingenmeer 2 Datum uitgifte: 23 januari 2013 De stuurgroep Zuidwestelijke Delta werkt toe naar besluiten over de Zuidwestelijke Delta waarin veiligheid, ecologie en economie zijn geborgd

Nadere informatie

Getijdencentrale. Brouwersdam. Deltatechnologie impuls voor regionale economie

Getijdencentrale. Brouwersdam. Deltatechnologie impuls voor regionale economie Getijdencentrale Brouwersdam Deltatechnologie impuls voor regionale economie Getijdencentrale Brouwersdam De provincies Zuid-Holland en Zeeland, Rijkswater staat en de gemeenten Goeree- Overflakkee en

Nadere informatie

van het overleg met de noordelijke jachthavens van het Grevelingenmeer

van het overleg met de noordelijke jachthavens van het Grevelingenmeer Poelendaelesingel 18 4335 JA Middelburg Postbus 556 3000 AN Rotterdam T (0118) 62 20 00 F (0118) 62 29 99 www.rijkswaterstaat.nl van het overleg met de noordelijke jachthavens van het Grevelingenmeer Contactpersoon

Nadere informatie

o 2 Legenda grevelingen uitbreiden schelpdiervisserij met mosselteelt water hoge dijken / diepe geulen verruigde zoete vegetatie op oevers en eilanden

o 2 Legenda grevelingen uitbreiden schelpdiervisserij met mosselteelt water hoge dijken / diepe geulen verruigde zoete vegetatie op oevers en eilanden Noordzee binnen Legenda grevelingen hoge en / diepe geulen uitbreiden schelpdiervisserij met mosselteelt verruigde zoete vegetatie op oevers en eilanden stagnant zorgcomplexen Goeree versterken toerisme

Nadere informatie

Projectplan Slikken van Flakkee Ontwerpfase quick wins 28-5-2014 Projectnummer: 16508

Projectplan Slikken van Flakkee Ontwerpfase quick wins 28-5-2014 Projectnummer: 16508 Projectplan Slikken van Flakkee Ontwerpfase quick wins 28-5-2014 Projectnummer: 16508 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Overzicht van het Plangebied... 3 3 Ambitie... 3 4 Scope... 4 5 De opgave... 4 6 Fasering...

Nadere informatie

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch Inleiding In deze notitie worden verscheidene scenario s berekend en toegelicht ter ondersteuning van de bepaling van inrichtingsmaatregelen voor de EVZ Ter Wisch.

Nadere informatie

INFOBROCHURE Schouwen-Duiveland

INFOBROCHURE Schouwen-Duiveland INFOBROCHURE Schouwen-Duiveland SCHOUWEN-DUIVELAND KLIMAATBESTENDIG Het klimaat verandert, de zeespiegel stijgt en de neerslag neemt toe. Studies brachten de huidige en toekomstige uitdagingen in kaart,

Nadere informatie

Overzicht projecten Programma De Nieuwe Afsluitdijk

Overzicht projecten Programma De Nieuwe Afsluitdijk Overzicht projecten Programma De Nieuwe Afsluitdijk Exclusief de projecten die meegenomen worden in het Rijkscontract (deze zijn apart hiervan uitgebreider toegelicht) Volgnum Mobiliteit 1 Verruiming sluis

Nadere informatie

Rijksstructuurvisie Grevelingen/Volkerak-Zoommeer. Workshops Bestuurlijke Beslisinformatie. Bijlage: Effecten van alternatieven per vraagstuk

Rijksstructuurvisie Grevelingen/Volkerak-Zoommeer. Workshops Bestuurlijke Beslisinformatie. Bijlage: Effecten van alternatieven per vraagstuk Rijksstructuurvisie Grevelingen/Volkerak-Zoommeer Workshops Bestuurlijke Beslisinformatie Bijlage: Effecten van alternatieven per vraagstuk Februari-April 2013 Effecten Grevelingen (aanpak waterkwaliteit)

Nadere informatie

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor : 2,5 jaar Carola van Gelder-Maas Projectmanager WVL Rijkswaterstaat 31 maart 2014 Hoe zat het ook alweer? Eroderende kustlijn NL kust 12 Mm³ zandsuppleties per jaar Zeespiegelstijging Zwakke schakels

Nadere informatie

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord In het gebied tussen de strekdammen bij Strand Horst Noord en de bebouwing van Harderwijk ligt een klein natuurgebied

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3. Oppervlaktewater

HOOFDSTUK 3. Oppervlaktewater HOOFDSTUK 3 Oppervlaktewater Het oppervlaktewater in het Schelde-stroomgebied wordt ingedeeld in waterlichamen. Deze indeling is belangrijk, want voor ieder waterlichaam moeten doelstellingen geformuleerd

Nadere informatie

Werk aan de grote wateren

Werk aan de grote wateren Werk aan de grote wateren Op weg naar duurzaam beheer en ecologische kwaliteit Water. Wegen. Werken. Rijkswaterstaat. Transitie naar duurzaam waterbeheer Vispassages, natuurlijke oevers, aanpak van verontreinigende

Nadere informatie

paspoort westerschelde

paspoort westerschelde paspoort westerschelde 2 Datum uitgifte: 23 januari 2013 De stuurgroep Zuidwestelijke Delta werkt toe naar besluiten over de Zuidwestelijke Delta waarin veiligheid, ecologie en economie zijn geborgd en

Nadere informatie

Statencommissie REW 1 februari KRW maatregelen rijkswateren

Statencommissie REW 1 februari KRW maatregelen rijkswateren Statencommissie REW 1 februari 2008 Kaderrichtlijn Water in Scheldestroomgebied KRW maatregelen rijkswateren Loes de Jong RWS Zeeland Projectbureau KRW Schelde Rijkswateren Zeeland Inhoud presentatie:

Nadere informatie

VAN BELANG STICHTING DE LEVENDE DELTA VOOR ELKE ZEEUW. STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW 1

VAN BELANG STICHTING DE LEVENDE DELTA VOOR ELKE ZEEUW.  STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW 1 STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW www.delevendedelta.nl STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW 1 HET ONTSTAAN Stichting De Levende Delta is eind jaren 90 van de vorige

Nadere informatie

a) Getijdenwerking en overstromingen op de Schelde

a) Getijdenwerking en overstromingen op de Schelde EXCURSIEPUNT DE SCHELDEVALLEI Hoogte = Ter hoogte van het voormalige jachtpaviljoen, De Notelaar, gelegen aan de Schelde te Hingene (fig. 1 en 2), treffen we een vrij groot slikke- en schorregebied aan,

Nadere informatie

Intentieovereenkomst Alliantie Oosterschelde

Intentieovereenkomst Alliantie Oosterschelde Intentieovereenkomst Alliantie Oosterschelde Afspraken tot samenwerking voor de uitvoering van de Oosterschelde Visie 2012-2018. Middelburg, 6 februari 2013. Intentieovereenkomst Alliantie Oosterschelde

Nadere informatie

Scenariostudie natuurperspectief Grevelingen

Scenariostudie natuurperspectief Grevelingen Scenariostudie natuurperspectief Grevelingen Tom Ysebaert, Marijn Tangelder, John Janssen, Arno Nolte, Brenda Walles, Jeroen Wijsman Kennisdag Grevelingen en Volkerak, 14 juni 2018 Doel studie Het doel

Nadere informatie

VAN BRON TOT DELTA. Paul de Kort. een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent. Eemmeer. Eem. Amersfoort.

VAN BRON TOT DELTA. Paul de Kort. een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent. Eemmeer. Eem. Amersfoort. Eemmeer een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent Eem VAN BRON TOT DELTA Amersfoort Gelderse vallei Paul de Kort Utrechtse heuvelrug stuw gemaal Een Deltarivier in De Blaricummermeent De rivier

Nadere informatie

Overstromingsveiligheid, zonder Delta21:

Overstromingsveiligheid, zonder Delta21: A. Delta21 en Veiligheid tegen overstromingen Overstromingsveiligheid, zonder Delta21: 1. Tijdens langdurige zware stormen op de Noordzee, stijgt de waterstand Overstromingsveiligheid wel met 3-4 m en

Nadere informatie

Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude Polder van Pijnacker - peilgebied OPP XIII

Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude Polder van Pijnacker - peilgebied OPP XIII Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude Polder van Pijnacker - peilgebied OPP XIII Versie 13 april 2018 M.W. Näring, MSc (Hoogheemraadschap van Delfland) 1 Inleiding Het beheergebied van Delfland

Nadere informatie

Waterschap Hollandse Delta. dynamiek in de delta

Waterschap Hollandse Delta. dynamiek in de delta Waterschap Hollandse Delta dynamiek in de delta Inhoud De dynamiek in de tijd Een dynamische ruimte De opgaven nu en voor de toekomst Water besturen Functionele overheid Algemeen belang en specifiek belang

Nadere informatie

Programma Zicht op Grevelingen-2

Programma Zicht op Grevelingen-2 1 Programma Zicht op Grevelingen-2 Voortgangsrapport, september 2016 (AB versie) Pagina 1 van 6 2 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Voortgang programma ZOG-2... 4 2.1 Slikken van Flakkee... 4 2.2 Eilanden voor

Nadere informatie

Kennisontwikkeling zoet-zoutgradiënt Volkerak-Zoommeer gericht op ecologische kwaliteit

Kennisontwikkeling zoet-zoutgradiënt Volkerak-Zoommeer gericht op ecologische kwaliteit Kennisontwikkeling zoet-zoutgradiënt Volkerak-Zoommeer gericht op ecologische kwaliteit Kennisdag Grevelingen Volkerak-Zoommeer Arno Nolte 14 juni 2018 Vraagstelling 1. Wat zijn mogelijkheden om met inzet

Nadere informatie

het noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd.

het noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd. partner in bouwputadvies en grondwatertechniek 1/5 Project : HT140056 Park Waterrijk Hekelingen Datum : 1 September 2014 Betreft : Nota waterhuishouding Opsteller : M. (Marco) Zieverink, MSc Documentstatus

Nadere informatie

Maatregelverkenning. Economie en Ecologie in balans. Petra Dankers 08 november 2013

Maatregelverkenning. Economie en Ecologie in balans. Petra Dankers 08 november 2013 Maatregelverkenning Economie en Ecologie in balans Petra Dankers 08 november 2013 Kader Eerste bijeenkomst Programma Rijke Waddenzee in juni veel maatregelen geidentificeerd Royal HaskoningDHV heeft in

Nadere informatie

Herstel van estuariene dynamiek in de zuidwestelijke Delta; management samenvatting

Herstel van estuariene dynamiek in de zuidwestelijke Delta; management samenvatting Herstel van estuariene dynamiek in de zuidwestelijke ; management samenvatting M.J. Baptist, I. de Mesel, L.C.P.M. Stuyt, R. Henkes, H. de Molenaar, J. Wijsman, N. Dankers, V. Kimmel Rapport C119/7 Vestiging

Nadere informatie

Paneldiscussie Groene Gemeente 2.0

Paneldiscussie Groene Gemeente 2.0 Paneldiscussie Groene Gemeente 2.0 Van uit het perspectief van de organisatie Hoe begin je Hoe ga je verder Wat zijn de voordelen? Voorafgaand korte introductie van Schouwen-Duiveland Presentatie Paneldiscussie

Nadere informatie

Afvoergebied Spuikom Bath; GAF57

Afvoergebied Spuikom Bath; GAF57 Toelichting ontwerp peilbesluit Zuid-Beveland-Oost Versie 1.1 Bijlagen Afvoergebied Spuikom Bath; GAF57 Peilgebied GJP555 Afvoergebied Huidig peilgebied Oppervlakte Peilregulerend kunstwerk GAF57; Spuikom

Nadere informatie

Advies interim boezempeil

Advies interim boezempeil Advies interim boezempeil Aanleiding, waarom interim boezempeil Sinds 1998 geldt in de boezem een zomerpeil van NAP-0,42 m. en een winterpeil van NAP-0,47m. Het lagere winterpeil is ingesteld om de kans

Nadere informatie

paspoort Oosterschelde

paspoort Oosterschelde paspoort Oosterschelde 2 Datum uitgifte: 23 januari 2013 De stuurgroep Zuidwestelijke Delta werkt toe naar besluiten over de Zuidwestelijke Delta waarin veiligheid, ecologie en economie zijn geborgd en

Nadere informatie

Waterdunen. Nota Ruimte budget 18 miljoen euro. Planoppervlak 350 hectare

Waterdunen. Nota Ruimte budget 18 miljoen euro. Planoppervlak 350 hectare Waterdunen Nota Ruimte budget 18 miljoen euro Planoppervlak 350 hectare Trekker Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Stabiele kust, stevige economie De Zeeuwse kust biedt

Nadere informatie

Volkerak-Zoommeer, zoetwaterbekken onder druk. rene.boeters@rws.nl

Volkerak-Zoommeer, zoetwaterbekken onder druk. rene.boeters@rws.nl Volkerak-Zoommeer, zoetwaterbekken onder druk rene.boeters@rws.nl Opzet presentatie > Ontstaansgeschiedenis Volkerak-Zoommeer Ro#erdam > Beheer via kunstwerken Nieuwe Maas > Wat speelt er Haringvliet Oude

Nadere informatie

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling........................................................................................ H. Mulder, RIKZ, juni

Nadere informatie

Westflank Haarlemmermeer

Westflank Haarlemmermeer Nota Ruimte budget 48 miljoen euro Planoppervlak 1500 hectare Trekker Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Westflank Haarlemmermeer Westflank Haarlemmermeer is een Randstad Urgent - project.

Nadere informatie

Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek. Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren

Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek. Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren Rijkswaterstaat beheert de grote rivieren in Nederland. Het stuwensemble Nederrijn en Lek speelt hierin een

Nadere informatie

- Notitie van de Stuurgroep Zuidwestelijke Delta, t.b.v. regionale consultatieronde feb-mrt 2013

- Notitie van de Stuurgroep Zuidwestelijke Delta, t.b.v. regionale consultatieronde feb-mrt 2013 Kenmerk:PZWD2013014 Kiezen voor veilig, veerkrachtig en vitaal Strategieën voor veiligheid en zoet water Veilig wonen, een veerkrachtige natuur en een vitale economie. Dat is het ideaal dat provincies,

Nadere informatie

Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs

Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs Notitie Contactpersoon ir. J.M. (Martin) Bloemendal Datum 7 april 2010 Kenmerk N001-4706565BLL-mya-V02-NL Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs Tauw

Nadere informatie

Morfologie kwelders en. platen Balgzand

Morfologie kwelders en. platen Balgzand Morfologie kwelders en platen Balgzand Autonome ontwikkeling Hoogwatervluchtplaatsen Werkdocument RIKZ/AB - 99.607x ir. B.B. van Marion December 1999 Samenvatting In het kader van het project GRADIËNTEN

Nadere informatie

RSG DE BORGEN. Anders varen. Informatie voor de leerlingen. Inhoud. 1 De opdracht 2 Uitwerking opdracht 3 Het beroep 4 Organisatie 5 Beoordeling

RSG DE BORGEN. Anders varen. Informatie voor de leerlingen. Inhoud. 1 De opdracht 2 Uitwerking opdracht 3 Het beroep 4 Organisatie 5 Beoordeling RSG DE BORGEN Anders varen Informatie voor de leerlingen Inhoud 1 De opdracht 2 Uitwerking opdracht 3 Het beroep 4 Organisatie 5 Beoordeling [1] RSG de BORGEN Anders varen [Technasium] mei 2017 1 DE OPDRACHT

Nadere informatie

Deltanetwerk, 29 november 2012

Deltanetwerk, 29 november 2012 Deltanetwerk, 29 november 2012 Kust- en Deltaontwikkeling in Zuid-Holland Mr. A.M. Kleij MPA Programmadirecteur provincie Zuid-Holland De Zuidvleugel Integrale visie gebiedsontwikkeling Integrale ontwikkeling

Nadere informatie

De Oosterscheldekering. Stormvloedkering in de Oosterschelde

De Oosterscheldekering. Stormvloedkering in de Oosterschelde De Oosterscheldekering Stormvloedkering in de Oosterschelde Op 1 februari 1953 veroorzaakte een combinatie van springtij en noordwesterstorm een van de grootste rampen in de vaderlandse geschiedenis. Een

Nadere informatie

Hydraulische toetsing Klaas Engelbrechts polder t.b.v. nieuw gemaal.

Hydraulische toetsing Klaas Engelbrechts polder t.b.v. nieuw gemaal. MEMO Aan: Van: Kwaliteitsborging: Onderwerp: Koos van der Zanden (PMB) Jeroen Leyzer (WH) Anne Joepen Datum: 27-11-2014 Status: Adviesnummer WH: Hydraulische toetsing Klaas Engelbrechts polder t.b.v. nieuw

Nadere informatie

Presentatie van gebiedsavond Peilbesluit Zegveld Gebiedsavond De Haak 29 oktober 2018

Presentatie van gebiedsavond Peilbesluit Zegveld Gebiedsavond De Haak 29 oktober 2018 Presentatie van gebiedsavond Peilbesluit Zegveld Gebiedsavond De Haak 29 oktober 2018 In gesprek over het water(peil) in De Haak, Zegveld en alternatieven voor het toekomstig waterpeil Programma Welkom

Nadere informatie

De ecologische behoeften van het IJsselmeer en de Waddenzee. Peter M.J. Herman Waddenacademie, NIOZ

De ecologische behoeften van het IJsselmeer en de Waddenzee. Peter M.J. Herman Waddenacademie, NIOZ De ecologische behoeften van het IJsselmeer en de Waddenzee Peter M.J. Herman Waddenacademie, NIOZ Een blik over de dijk Wat zijn grote trends in ecologie IJsselmeergebied? Wat drijft deze trends? Hoe

Nadere informatie

Toestandsevaluatie Natuur 2015 (T2015)

Toestandsevaluatie Natuur 2015 (T2015) Toestandsevaluatie Natuur 2015 (T2015) Belangrijkste toestand en trend resultaten thema s waterkwaliteit, leefomgeving, fauna en flora Opzet Evaluatie natuurlijkheid hoofdlijnen Thema waterkwaliteit Thema

Nadere informatie

Achtergrond rapportage beleidsregel toepassen van drainage in attentiegebieden. Juni 2011

Achtergrond rapportage beleidsregel toepassen van drainage in attentiegebieden. Juni 2011 Achtergrond rapportage beleidsregel toepassen van drainage in attentiegebieden Juni 2011 Achtergrond van de lagen benadering De oorsprong van de lagenbenadering moet gezocht worden in de negentiende eeuw,

Nadere informatie

Bestuurlijke samenvatting. Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal

Bestuurlijke samenvatting. Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal Bestuurlijke samenvatting Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal De Groote Meer, deels gevuld met water De Brabantse Wal: een afwisselend natuurgebied met een grote variatie aan

Nadere informatie

Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve

Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve Inleiding Dit document is opgesteld als vervolg en update van de analyse van de waterhuishouding, opgesteld in januari 2008. Toen is geconstateerd dat de

Nadere informatie

Case Noorder IJplas. Workshop Zon op Water 23 mei 2019

Case Noorder IJplas. Workshop Zon op Water 23 mei 2019 Case Noorder IJplas Workshop Zon op Water 23 mei 2019 Case Noorder IJplas Noorder IJplas - initiatief van bedrijfsleven - Noorder IJplas moet een ecopark worden - kansen - maatschappelijk belang - Vergunningverlening:

Nadere informatie

toekomst veenweide Inspiratieboek

toekomst veenweide Inspiratieboek toekomst veenweide Inspiratieboek BOSCH SLABBERS toekomst veenweide Inspiratieboek Opdrachtgever Kennis voor Klimaat In samenwerking met Alterra, DHV, Gemeente Midden-Delfland, Provincie Zuid-Holland,

Nadere informatie

Opgave waterveiligheid en opties Procesinnovaties POV Holwerd aan Zee (Wetterskip, mei 2016)

Opgave waterveiligheid en opties Procesinnovaties POV Holwerd aan Zee (Wetterskip, mei 2016) Opgave waterveiligheid en opties Procesinnovaties POV Holwerd aan Zee (Wetterskip, mei 2016) Opgave waterveiligheid Westelijk van de veerdam is 2,3 km betonblokkenbekleding in de teen van de dijk afgetoetst

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0) Memo Aan Jasper Fiselier (DHV) Datum Van Pieter Koen Tonnon Jan Mulder Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 464 +31 (0)88 33 58 446 Aantal pagina's 9 E-mail pieterkoen.tonnon @deltares.nl jan.mulder@deltares.nl

Nadere informatie

artikel 105, eerste lid, J artikel 143, tweede lid Provinciewet;

artikel 105, eerste lid, J artikel 143, tweede lid Provinciewet; Voordracht aan Provinciale Staten van Gedeputeerde Staten Vergadering Januari 2015 Nummer 6774 Onderwerp Inbrengen 10 miljoen in fonds voor uitvoering ontwikkelperspectief Grevelingen en Volkerak- Zoommeer

Nadere informatie

BIJLAGE 3: Toetsingskader

BIJLAGE 3: Toetsingskader BIJLAGE 3: Toetsingskader In dit toetsingskader geven partijen een nadere invulling en uitwerking aan de kaders die in de PKB Plus PMR met betrekking tot het deelproject 750 hectare natuur en recreatie

Nadere informatie

Maatschappelijke Kosten- en Baten Analyse: energie uit wind en zon

Maatschappelijke Kosten- en Baten Analyse: energie uit wind en zon Maatschappelijke Kosten- en Baten Analyse: energie uit wind en zon Maatschappelijke Kosten- en Baten Analyse: energie uit wind en zon. Inleiding Het veenkoloniaal gebied in Drenthe is door het Rijk aangewezen

Nadere informatie

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Kaarten Waterbelangen DM: 303052 1 Wateropgaven 2015 / 2027 Kaart 1. Gebieden met een WB21 wateropgave In 2005 is een studie wateropgave uitgevoerd (conform

Nadere informatie

Aspect Omschrijving Vindplaats

Aspect Omschrijving Vindplaats Inleiding Voor de ontwikkeling van Brouwerseiland in de Middelplaathaven aan de Brouwersdam vindt een ontgronding waterbodem en de landbodem plaats. Met betrekking tot de ontgronding van land- en waterbodem

Nadere informatie

In deze notitie wordt de bepaling van de waterbergingsopgave toegelicht en wordt aangegeven hoe deze ingevuld kan worden.

In deze notitie wordt de bepaling van de waterbergingsopgave toegelicht en wordt aangegeven hoe deze ingevuld kan worden. Notitie Referentienummer Kenmerk 190509/Ack 277242 Betreft Waterbergingsopgave Hogewegzone Concept d.d. 19 mei 2009 1 Inleiding De Hogewegzone in de gemeente Amersfoort wordt de komende jaren vernieuwd.

Nadere informatie

Grenzen verleggen in het Waddengebied. Maarten Hajer

Grenzen verleggen in het Waddengebied. Maarten Hajer Grenzen verleggen in het Waddengebied Maarten Hajer De Waddenzee versterken: ja, maar hoe? 2 Waar J.C. Bloem niet geldt 3 En dan: wat is natuur nog in dit land? Waddenzee van (inter)nationaal belang Grootste

Nadere informatie

Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude en Nieuwe Broekpolder - peilgebied ONP V

Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude en Nieuwe Broekpolder - peilgebied ONP V Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude en Nieuwe Broekpolder - peilgebied ONP V Versie 13 april 2018 M.W. Näring, MSc (Hoogheemraadschap van Delfland) 1 Inleiding Het beheergebied van Delfland

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. De notitie is als volgt ingedeeld: 1. Samenvatting.

Nadere informatie

5. Typologieën voor bebouwing

5. Typologieën voor bebouwing 5. Typologieën voor bebouwing Met de eerder genoemde landschappelijke nrichting als basis is tijdens workshops gediscussieerd over geschikte vormen van bebouwing in het gebied. Belangrijke conclusie daarin

Nadere informatie

Effect van herintroductie van getij op waterkwaliteit en ecologische toestand van het Grevelingenmeer

Effect van herintroductie van getij op waterkwaliteit en ecologische toestand van het Grevelingenmeer Effect van herintroductie van getij op waterkwaliteit en ecologische toestand van het Scenarioberekeningen ten behoeve van de MIRT-Verkenning drs. A.J. Nolte C. Spiteri Ph.D. 1201650-000 Deltares, 2011

Nadere informatie

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Watertoets Definitief Provincie Noord Holland Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 11 december 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Inrichting watersysteem...

Nadere informatie

De ramp in 1953 waarbij grote stukken van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland overstroomden.

De ramp in 1953 waarbij grote stukken van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland overstroomden. Meander Samenvatting groep 6 Thema 1 Water Samenvatting De watersnoodramp In 1953 braken tijdens een zware storm de dijken door in Zeeland en delen van Noord-Brabant en Zuid-Holland. Het land overstroomde.

Nadere informatie

Werken aan een waterveilig Nederland. Project Afsluitdijk

Werken aan een waterveilig Nederland. Project Afsluitdijk Werken aan een waterveilig Nederland Project Afsluitdijk 80 jaar De Afsluitdijk beschermt Nederland al meer dan tachtig jaar tegen de zee. De dijk voldoet niet meer aan de huidige normen voor waterveiligheid.

Nadere informatie

Stoommachinemuseum met op de achtergrond De Kleine Vliet (Bron:

Stoommachinemuseum met op de achtergrond De Kleine Vliet (Bron: Medemblik Medemblik Introductie De stad Medemblik maakt deel uit van de Noord-Hollandse gemeente met dezelfde naam. De gemeente Medemblik bestaat uit 15 kernen met in totaal 43.000 inwoners. Wervershoof

Nadere informatie

Klimaatbestendige Oosterschelde

Klimaatbestendige Oosterschelde Oosterschelde (NL) De Nederlandse zeearm Oosterschelde is uitzonderlijk rijk aan vogels, maar de vraag is voor hoe lang nog. De platen, slikken en schorren, die nu nog in uitgestrekte foerageer- en rustplaatsen

Nadere informatie

Samenvatting. Waardensysteem zeesluis Delfzijl. Stuurgroep Vitale kust 3 juli, Bijlage 2b. Een zoektocht naar mogelijkheden rondom de zeesluis

Samenvatting. Waardensysteem zeesluis Delfzijl. Stuurgroep Vitale kust 3 juli, Bijlage 2b. Een zoektocht naar mogelijkheden rondom de zeesluis Stuurgroep Vitale kust 3 juli, Bijlage 2b Samenvatting Waardensysteem zeesluis Delfzijl Een zoektocht naar mogelijkheden rondom de zeesluis Mark de Bel (Deltares) Sien Kok (Deltares) Hendrik van Meerveld

Nadere informatie

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief Dijken Kijken naar dijken www.wshd.nl/lerenoverwater Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Kijken naar dijken Zonder de duinen en de dijken zou jij hier niet kunnen wonen: bijna de

Nadere informatie

Naar veilige Markermeerdijken

Naar veilige Markermeerdijken Naar veilige Markermeerdijken Naar veilige Markermeerdijken Hoogheemraadschap Hollands Noorder kwartier versterkt 33 kilometer afgekeurde dijk tussen Hoorn en Amsterdam. Tijdens de toetsronde in 2006 zijn

Nadere informatie

Waterkracht uit Getijdenbassins. Bedrijfsbezoek KIVI NIRIA 26-10-2010

Waterkracht uit Getijdenbassins. Bedrijfsbezoek KIVI NIRIA 26-10-2010 Waterkracht uit Getijdenbassins Bedrijfsbezoek KIVI NIRIA 26-10-2010 Inhoud Principe Turbines Model Vispassage Nijhuis concepten Grevelingen Conclusie La Rance (Frankrijk) Getijden energie Vloed ~ 6 uur

Nadere informatie

Deltaprogramma Bijlage A. Samenhang in het watersysteem

Deltaprogramma Bijlage A. Samenhang in het watersysteem Deltaprogramma 2013 Bijlage A Samenhang in het watersysteem 2 Deltaprogramma 2013 Bijlage A Bijlage A Samenhang in het watersysteem Het hoofdwatersysteem van Eijsden en Lobith tot aan zee Het rivierwater

Nadere informatie

Windmolenparken Zichtbaar vanaf de kust

Windmolenparken Zichtbaar vanaf de kust Windmolenparken Zichtbaar vanaf de kust De impact op recreatie en toerisme -Addendum bij de studie uit 2014- Inhoud Blz. 1 Inleiding 1 2 Omvang van de impact (actualisatie) 3 3 Conclusies en aanbevelingen

Nadere informatie

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept a Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Colofon Deze samenvatting is een uitgave van de

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding

Samenvatting. Inleiding Samenvatting Inleiding Deze samenvatting hoort bij de rapportage Notitie Kansrijke Oplossingsrichtingen (NKO) voor het project Dijkversterking Tiel Waardenburg en Rivierverruiming Varik - Heesselt. Werken

Nadere informatie

De Ouderenpartij NH maakt zich ernstig zorgen over de hoogwaterveiligheid Den Oever/Afsluitdijk/Kornwerderzand

De Ouderenpartij NH maakt zich ernstig zorgen over de hoogwaterveiligheid Den Oever/Afsluitdijk/Kornwerderzand Vragen nr. 25 Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland Haarlem, 26 juni 2012 Onderwerp: vragen van de heer J.H. Leever (ONH). De voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland deelt u

Nadere informatie

100 MW GETIJDENENERGIE 100% VOORSPELBAAR 100% FLEXIBEL

100 MW GETIJDENENERGIE 100% VOORSPELBAAR 100% FLEXIBEL TIDAL POWER 100 MW GETIJDENENERGIE 100% VOORSPELBAAR 100% FLEXIBEL In 2025 100.000 Zeeuwse huishoudens voorzien van duurzame electriciteit uit getijdenenergie met een totale CO2-reductie van 140.000 ton

Nadere informatie

IJburg, Amsterdam. Data. Voorbeeldprojecten IJburg, Amsterdam. atelier GROENBLAUW, Madeleine d Ersu

IJburg, Amsterdam. Data. Voorbeeldprojecten IJburg, Amsterdam. atelier GROENBLAUW, Madeleine d Ersu Voorbeeldprojecten IJburg, Amsterdam IJburg, Amsterdam atelier GROENBLAUW, Madeleine d Ersu Data Locatie: IJburg, Amsterdam Contact: Projectbureau IJburg Opdrachtgever: Gemeente Amsterdam Ontwerper/waterconcept:

Nadere informatie

KASSABON ENERGIEOPBRENGST ha zonneveld- 155 GWh/jaar. aantal huishoudens: LANDSCHAPPELIJKE INVESTERING. kosten aankoop/aanleg: LAAG

KASSABON ENERGIEOPBRENGST ha zonneveld- 155 GWh/jaar. aantal huishoudens: LANDSCHAPPELIJKE INVESTERING. kosten aankoop/aanleg: LAAG ENERGIE VOOROP Het scenario energie voorop gaat uit van een maximale energieopbrengst binnen de wettelijke kaders en bestaat uit winden zonne-energie. De gemeenteraad heeft expliciet gevraagd om zo n maximale

Nadere informatie

hydraulische, morfologische en scheepvaarteffecten dijkversterking BR636-1 BR636-1/smei/147 ir. A. Zoon

hydraulische, morfologische en scheepvaarteffecten dijkversterking BR636-1 BR636-1/smei/147 ir. A. Zoon memo Witteveen+Bos Postbus 2397 3000 CJ Rotterdam telefoon 010 244 28 00 telefax 010 244 28 88 hydraulische, morfologische en scheepvaarteffecten dijkversterking BR636-1 BR636-1/smei/147 ir. A. Zoon datum

Nadere informatie

Vismigratie Zuidwestelijke Delta

Vismigratie Zuidwestelijke Delta 1 Vismigratie Zuidwestelijke Delta Ecologisch herstel in de Rijkswateren Kees-Jan Meeuse RWS Zeeland adviseur waterbeheer Inhoud 3 1. Rijkswaterstaat Zeeland en vismigratie (rol) 2. Studie: naar een gezonde

Nadere informatie

De plek waar de zee als een brede rivier het land instroomt. Al het werk dat gedaan is om het Deltaplan uit te voeren.

De plek waar de zee als een brede rivier het land instroomt. Al het werk dat gedaan is om het Deltaplan uit te voeren. Meander Samenvatting groep 6 Thema 1 Water Samenvatting De watersnoodramp In 1953 braken tijdens een zware storm de dijken door in Zeeland en delen van Noord-Brabant en Zuid-Holland. Het land overstroomde.

Nadere informatie

Toetsing waterhuishouding

Toetsing waterhuishouding Toetsing waterhuishouding Bedrijventerrein Hattemerbroek - deelgebied Hattem Quickscan waterhuishouding - nieuwe stedenbouwkundige opzet Ontwikkelingsmaatschappij Hattemerbroek B.V. december 2009 concept

Nadere informatie

Inrichtingsproject en proeftuin peilbeheer

Inrichtingsproject en proeftuin peilbeheer Inrichtingsproject en proeftuin peilbeheer Wat zijn effecten van een ander peil op: - veiligheid van de dijk en achterland - waterkwantiteit, waterkwaliteit, kwel en leefomgeving Hoe In- en uitlaat middels

Nadere informatie

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 Memo Aan Port of Rotterdam, T.a.v. de heer P. Zivojnovic, Postbus 6622, 3002 AP ROTTERDAM Datum Van Johan Valstar, Annemieke Marsman Aantal pagina's 5 Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 E-mail johan.valstar

Nadere informatie

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009. Memo Ter attentie van Project management Den Dekker B.V. Datum 03 januari 2013 Distributie Projectnummer 111850-01 Onderwerp Parkeerterrein Jumbo Heythuysen Geachte heer Bosman, 1 WATERBELEID Het streven

Nadere informatie

Bijlage: Protocol voorwaarden voor flexibel storten Kwaliteitsparameters

Bijlage: Protocol voorwaarden voor flexibel storten Kwaliteitsparameters Bijlage: Protocol voorwaarden voor flexibel storten Kwaliteitsparameters Inleiding Met het Tracébesluit is de verruiming van de vaargeul voor de getij-onafhankelijke vaart tot een diepgang 13,10 meter

Nadere informatie

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER FEBRUARI 2010 PILOTPROJECT ZANDMOTOR Het klimaat verandert en de druk van de zee op de Nederlandse kust neemt toe. Daarnaast is in de Zuidvleugel van de Randstad grote behoefte

Nadere informatie

MEMO. Toelichting op maatregelen Oranjebuurt in de Lier.

MEMO. Toelichting op maatregelen Oranjebuurt in de Lier. MEMO Aan: Koos verbeek Van: J. den Dulk Datum: 23 mei 2007 Onderwerp: Stand van zaken maatregelen ter voorkoming wateroverlast Oranjebuurt, De Lier Bijlagen: Functioneel programma van eisen voor de verbetering

Nadere informatie

Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030. Commissie Grondgebied - 12 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle

Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030. Commissie Grondgebied - 12 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle Omgevingsvisie Westvoorne 2030 #WVN2030 Commissie Grondgebied - 12 mei 2015 team Gebiedsontwikkeling, Henk Jan Solle Opzet presentatie moment in het proces terugblik dialoogavonden toelichting uitwerking

Nadere informatie

Code: 20101103-39-2671 Datum: 2010-11-03

Code: 20101103-39-2671 Datum: 2010-11-03 Bijlage 1: Digitale Watertoets Waterschap Hollandse Delta, d.d. 3 november 2010 Code: 20101103-39-2671 Datum: 2010-11-03 Deze uitgangspuntennotitie bevat de waterhuishoudkundige streefbeelden, strategieen

Nadere informatie

Hydraulische randvoorwaarden voor categorie c-keringen

Hydraulische randvoorwaarden voor categorie c-keringen Opdrachtgever: Ministerie van Verkeer en Waterstaat Hydraulische randvoorwaarden voor categorie c-keringen Achtergrondrapport Vollenhove-Noordoostpolder (dijkring 7) en Vollenhove-Friesland/Groningen (dijkring

Nadere informatie