Hoofdvraag Wat is de invloed van de midden- en kleinbedrijven voor de Nederlandse economie en maatschappij?

Transcriptie

1 Praktische-opdracht door een scholier 2398 woorden 25 maart ,5 14 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdvraag Wat is de invloed van de midden- en kleinbedrijven voor de Nederlandse economie en maatschappij? Deelvraag 1 Wat zijn midden- en kleinbedrijven? Deelvraag 2 Wat zijn WAO-premies en WAO-boetes en waarom verkiezen ze de een boven de ander? Deelvraag 3 Hoe ziet de toekomst voor midden- en kleinbedrijven eruit? Bijlage Hoe start je een onderneming? Wat zijn midden- en kleinbedrijven? Elke dag krijg je te maken met midden- en kleinbedrijven: de groenteboer, de kapper, een restaurant die geen lid is van een keten, boerderijen, loodgieters enz. Midden- en kleinbedrijven zijn bedrijven met 1 tot 100 werknemers. De veel gebruikte afkorting voor midden- en kleinbedrijven is MKB. Een kleinbedrijf is een bedrijf met 1 tot 10 werknemers. Een middenbedrijf is een bedrijf met 11 tot 100 werknemers. Bedrijven met 1 tot werknemers komt het meest voor (ruim bedrijven). 99% van de bedrijven in Nederland bestaat uit midden- en kleinbedrijven. In Europa is dit percentage 98%. Dit zijn in Nederland meer dan bedrijven. Samen werken er zo n 2.3 miljoen mensen. Dit is 60% van de Nederlandse arbeidsbevolking. Er zijn verschillende ondernemingen onder midden- en kleinbedrijven: Eenmanszaak Er kunnen meer mensen werkzaam zijn in het bedrijf, maar je bent de enige eigenaar. Als eigenaar heeft je Pagina 1 van 8

2 recht op de winst die het bedrijf maakt. Over de winst betaalt u inkomstenbelasting. Onder een aantal voorwaarden hebt u recht op zelfstandigenaftrek, startersaftrek en dergelijke. Er is geen verschil tussen je zakelijk en privé-vermogen. Maak je zakelijke schulden, dan kunnen de schuldeisers eisen dat je deze uit uw privé-vermogen afbetaalt. Maakt je privé schulden, dan kunnen de schuldeisers aanspraak maken op je zakelijk vermogen. Bent u getrouwd in gemeenschap van goederen, dan kan ook het vermogen van je partner worden aangesproken door schuldeisers. Door huwelijkse voorwaarden aan te gaan, blijft het privé-vermogen van uw partner geheel of gedeeltelijk buiten de zakelijke aansprakelijkheid. Vennootschap onder firma Je voert met een of meer partners een bedrijf. Jij en je partners zijn vennoten of firmanten. Iedere vennoot brengt geld, goederen en/of arbeidskracht in. Een vennootschapscontract is niet verplicht, maar eigenlijk onmisbaar. Daarin regel je zaken als de duur van de vennootschap, de inbreng, de handelingsbevoegdheid en de uittreding van de vennoten. De winst wordt verdeeld volgens een verdeelsleutel, die is vastgelegd in het vennootschapscontract. Het vennootschapscontract wordt opgesteld door een notaris. Je kan het ook zelf doen, aan de hand van een modelcontract. De belasting beschouwt iedere vennoot in principe als zelfstandig ondernemer. Voor iedere vennoot geldt dan ook de ondernemersaftrek. Iedere vennoot betaalt afzonderlijk inkomstenbelasting over zijn deel van de winst. De vennoten zijn ieder hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van de VOF. Wanneer het vermogen van de vennootschap ontoereikend is, kunt u met uw privé-vermogen aansprakelijk gesteld worden voor schulden van de VOF. Hiervoor gelden dezelfde voorwaarden als bij een eenmanszaak. Twee echtgenoten, samenwonende of geregistreerde partners die samen een onderneming beginnen, kunnen een VOF aangaan met elkaar: een 'man-vrouw'-firma. Om beide recht te hebben op de ondernemersaftrek moeten de taken binnen het bedrijf gelijkwaardig zijn. Nadeel van de man-vrouw-firma is dat beiden hoofdelijk aansprakelijk zijn, ook al zijn ze op huwelijkse voorwaarden bij elkaar. Commanditaire vennootschap De Commanditaire Vennootschap is een bijzondere vorm van de vennootschap onder firma. Er zijn twee soorten vennoten: beherende vennoten; commanditaire vennoten of 'stille' vennoten. De beherende vennoot is actief ondernemer. Pagina 2 van 8

3 De commanditaire vennoot blijft op de achtergrond. Veelal is hij de geldschieter. Hij heeft veel minder bevoegdheden, en draagt minder risico. Hij mag voor de buitenwereld niet optreden als beherende vennoot. Ook mag zijn naam niet vermeld worden in de naam van de CV. Een CV ontstaat vaak uit een eenmanszaak of VOF wanneer een commanditair vennoot toetreedt om een bedrijf extra geldmiddelen te verschaffen om te kunnen groeien. Ook hierbij wordt een vennootschapscontract vastleggen. De belasting beschouwt beherende vennoten in principe als zelfstandig ondernemer. Voor beherende vennoten gelden dan ook de ondernemersaftrek, fiscale oudedagsreserve, meewerkaftrek en stakingsaftrek. Iedere beherende vennoot betaalt afzonderlijk inkomstenbelasting over zijn deel van de winst. Als de commanditaire vennoot alleen deelneemt in het vermogen van een onderneming zonder aansprakelijk te zijn voor schulden van de onderneming, dan is hij in het nieuwe belastingstelsel geen ondernemer, maar een medegerechtigde. Een ondernemer is namelijk de belastingplichtige voor wiens rekening een onderneming wordt gedreven en die rechtstreeks verbonden is aan de verbintenissen van die onderneming. De beherende vennoot is hoofdelijk aansprakelijk voor schulden van het bedrijf. De commanditaire vennoot is niet aansprakelijk tegenover derden. Hij kan slechts het ingebrachte geld kwijtraken. Besloten vennootschap De Besloten Vennootschap is een rechtspersoon. Dat beperkt de risico's van hoofdelijke aansprakelijkheid. Bij de oprichting moet een BV een kapitaal hebben van in geld of goederen. Het kapitaal wordt verdeeld in aandelen. Deze zijn niet vrij overdraagbaar en 'staan op naam': u kunt er niet mee gaan handelen. Voor het oprichten moet de notaris akte opmaken. Ook is een 'Verklaring van geen bezwaar' nodig. Deze wordt afgegeven door het ministerie van Justitie. Het ministerie onderzoekt of de oprichter(s) betrokken zijn geweest bij faillissementen of vermogensdelicten. Er is geen recht op de ondernemersaftrek. Er wordt vennootschapsbelasting geheven over de winst en inkomstenbelasting over het salaris van de directie. Als de aandeelhouder van een BV meer dan 5% van de aandelen bezit, wordt dit aanmerkelijk belang genoemd. De inkomsten uit aanmerkelijk belang, zoals dividend en winst door eventuele verkoop van aandelen, worden in het nieuwe belastingstelsel belast in box 2 met 25%. De BV is een rechtspersoon. Schuldeisers maken in principe alleen aanspraak op het vermogen van de BV en niet op het vermogen van de directeur(en) of aandeelhouder(s). De aandeelhouders lopen een klein risico: de aansprakelijkheid geldt voor het geïnvesteerde bedrag. Pagina 3 van 8

4 Er zijn ook veel organisaties die midden- en kleinbedrijven steunen. bijvoorbeeld MKB-Nederland die zich bezighoudt met het organiseren van activiteiten. Ze houden de eigenaars van midden- en kleinbedrijven op de hoogte van nieuwe wet- en regelgeving. EIM voorziet midden- en kleinbedrijven van kennis voor beslissingen. Ze adviseren bedrijven dus bij belangrijke beslissingen, met behulp van grafieken, persberichten enz. Architectenwerk en BNA houden zich bezig met de culturele positie, de ontwikkeling van het ondernemerschap en beroepsgroep van architectenbureaus. De Metaalunie is met ruim leden de grootste organisatie voor ondernemers in de metaalsector. De Metaalunie richt haar activiteiten op het midden- en kleinbedrijf in alle voorkomende branches van de metaalsector, waaronder ook handel en service. En zo zijn er nog veel meer organisaties. Wat zijn WAO-premies en WAO-boetes en waarom moeten midden- en kleinbedrijven hier tussen kiezen? WAO is de wet op arbeidsongeschiktheidsverzekering die in 1967 is ingevoerd en daarna in 1976, 1993 en 1998 nog eens is veranderd. De wet verzekert werknemers tegen het verlies van inkomen als ze door ziekte, door zwangerschap of ander gebrek langdurig (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn. Met deze regeling krijg je 70% van je loon doorbetaald zolang je niet op het minimumloon zit. Deze regeling wordt ook de Ziektewet genoemd. Als je na een jaar nog in de ziektewet zit kom je in aanmerking voor een WAOuitkering. Er stromen meer vrouwen in de WAO dan mannen. Het percentage van vrouwen is 2% en die van mannen 1,2%. Ook oudere mensen gaan sneller de WAO in. Bij jarigen is het percentage nog 0,5%, terwijl het bij jarige oploopt tot 2,6%. Ruim driekwart van de WAO-ers in 2000 zijn autochtoon. Turken en Marokkanen hebben een grotere kans om in de WAO te komen, maar ze vormen maar een kleine groep (7%). Het relatieve instroompercentage van Marokkanen en Turken is 3,5 keer zo groot als die van autochtonen. Surinamers hebben ook een relatief groter instroompercentage, maar niet zo hoog. Deze regeling kost de overheid veel geld en natuurlijk ook voor de werkende mensen. Daarom is de WAOboete ingevoerd. Die ook wel Pemba genoemd wordt. Deze wet is vanaf 1 januari 1998 aangenomen om arbeidsongeschikte werknemers snel weer aan het werk te krijgen. Als er meer werknemers in de WAO terechtkwamen dan het gemiddelde intstroompercentage, kreeg de werkgever een hoge boete die kon oplopen tot duizenden guldens. Voorheen betaalden de midden- en kleinbedrijven een premie voor de WAO, die niet zo hoog was en bij de maandelijkse lasten hoorde. MKB-Nederland protesteerde namens de bedrijven tegen de WAO-boete. De voorzitter van MKB- Pagina 4 van 8

5 Nederland, De Boer zegt: Het midden- en kleinbedrijf is het trouwste deel van het Nederlandse bedrijfsleven. Zij vertegenwoordigen 60% van alle werkgelegenheid. Ze verhuizen niet naar het buitenland om fiscale redenen en werken altijd keihard door. Ze zijn de troost van de economie. Deze mensen verdienen het op een reële manier premie te betalen voor de WAO. De Pemba-boete past daar totaal niet in. De partijen in de Sociaal-Economische Raad (SER), de vakbeweging, werkgevers en kroonleden, waren in de onderhandelingen over een nieuw WAO-gestel al overeengekomen de Pemba-boete te schrappen. En dit is uiteindelijk ook gebeurd Het nieuwe kabinet heeft een nieuw voorstel gedaan; vanaf 1 januari 2003 vervalt de WAO-boete voor bedrijven met minder dan 25 werknemers. Dit zijn meer dan bedrijven. Voor de kleinbedrijven dus geen boete meer, maar voor de meeste middenbedrijven wel. Voor de middenbedrijven wordt binnen 3 jaar de Pemba afgeschaft als de totale WAO-instroom binnen drie jaar na invoering van het nieuwe WAOstelsel sterk afneemt. De kleinbedrijven moeten nu nog wel een premie betalen van 3,52%. Hoe ziet de toekomst voor midden- en kleinbedrijven eruit? Er is te weinig personeel en dit blijft een groot probleem voor het MKB. In 2001 en 2002 zijn er ongeveer nieuwe banen bijgekomen. De banen nemen vooral toe in de groothandel en dienstverlening. In de dienstverlening neemt ook het aantal zelfstandigen toe door het grote aantal starters in deze sector. De groei van starters is in 2002 sterk afgenomen In een groot aantal onderzoeken is bewezen startende (en jonge) bedrijven heel belangrijk zijn voor banencreatie. De komende jaren is het niet alleen belangrijk dat het aantal starters in de breedte toeneemt, maar ook dat er vaker wordt gekozen voor zelfstandig ondernemerschap in nieuwe sectoren met groeipotentieel. Dat de huurprijzen stijgen is ook niet gunstig voor startende ondernemers. Vroeger of later kan een ondernemer te maken krijgen met gedwongen bedrijfsbeëindiging, overname of bedrijfsopvolging. Door gedwongen bedrijfsbeëindiging durven veel Nederlanders geen bedrijf te beginnen. Ze hebben een negatief beeld van een startende onderneming gekregen. De sterk toegenomen toetreding van nieuwe ondernemers zal de komende jaren tot een stijging van het aantal bedrijfsbeëindigingen (exits) leiden. Vernieuwing van producten en diensten is sterk afgenomen. Uit de tabel blijkt dat midden- en kleinbedrijven steeds minder nieuwe producten en diensten op de markt hebben gebracht (die nieuw zijn voor het eigen gebruik). De daling van het aandeel nieuwe producten en diensten kent meerdere oorzaken. De Pagina 5 van 8

6 investeringsbereidheid van de ondernemer zal een voorname rol spelen. De economie zich in een conjunctureel dal, waardoor de investeringsbereidheid van ondernemers niet groot is. In het jaar 2000 was extreme hoogconjunctuur. In 2000 draaide het Nederlandse MKB op volle toeren en er werden in praktisch alle sectoren hoge omzetten en dito winsten behaald. Daardoor vonden ondernemers in het MKB het geen tijd voor innovatie. De moderne economie draagt bij aan economische groei en banencreatie. Het is nog niet echt duidelijk hoe het allemaal werkt en welke rol ondernemerschap in nieuwe sectoren zoals computerhardware en - software, mobiele telefonie en e-commerce speelt. Er loopt nu een belangrijk internationaal onderzoek (de Global Entrepreneurship Monitor) op dit terrein, in een groot aantal landen. EIM doet hier namens Nederland aan mee. Wij beheren een aantal waardevolle databases met betrekking tot Nederland. Met de opgebouwde sectorale database voor een groot aantal landen wordt een verkennend econometrisch onderzoek uitgevoerd. Dit richt zich vooral op de ontwikkeling van zelfstandig ondernemerschap in een aantal grote sectoren, alsmede op de ontwikkeling van schaalgrootte in deze sectoren. Onder al deze omstandigheden zegt de pers dat startende ondernemers erg positief blijven: ruim 72% van midden- en kleinbedrijven zijn positief over de Nederlandse economie. Vorig jaar was dat maar 53%. De ondernemers verwachten flink meer orders en werkgelegenheid dan in drie voorgaande kwartalen. Ze zijn dan ook meer dan voorheen bereid te investeren, melde MKB-Nederland. Vooral horeca, dienstverlening en groothandels rekenen op een hogere omzet. Hoe start je een MKB? Het is moeilijk om een onderneming te beginnen en draaiende te houden. Tegenwoordig is het volgens de vestigingswet niet noodzakelijk om een diploma te hebben voor de volgende bedrijven: de detailhandel, ambulante handel, horecabedrijven, kappers, schilders, reisbureaubedrijven en nog vele andere bedrijven. Waar nog wel diploma s zijn de volgende bedrijven: het bouwbedrijf, bestaande uit het aannemersbedrijf op het gebied van de burgerlijke en utiliteitsbouw; aannemersbedrijf op het gebied van de grond-, water- en wegenbouw; sloopbedrijf; metselaarsbedrijf en timmerbedrijf het installatiebedrijf, bestaande uit het elektrotechnisch installatiebedrijf; centrale verwarmingsbedrijf; kasverwarmingsbedrijf; luchtbehandelingsbedrijf; gasfittersbedrijf; Pagina 6 van 8

7 waterfittersbedrijf; loodgietersbedrijf en koeltechnisch bedrijf het vervoermiddelenbedrijf, bestaande uit het autobedrijf; motorfietsbedrijf; carrosseriebouwbedrijf; carrosserieherstelbedrijf en landbouwmechanisatiebedrijf het levensmiddelenbedrijf, bestaande uit het slagersbedrijf; bakkersbedrijf; poeliersbedrijf en visverwerkingsbedrijf. Voor de volgende bedrijven gelden uitgebreidere eisen van veiligheid, volksgezondheid en milieu, het elektrotechnisch installatiebedrijf; slagersbedrijf; bakkersbedrijf. Ten 2de maak je een ondernemingsplan. Dit ziet er ongeveer zo uit: Persoonlijke gegevens en uw eigenschappen als ondernemer Korte omschrijving van het bedrijf Marketingplan: wat ga je op welke manier aan welke klanten verkopen? Financieel plan: hoeveel moet het bedrijf opleveren, welke kosten maak je daarvoor en hoeveel moet je investeren? Een ondernemingsplan moet je zelf maken, maar de kamer van koophandel kan hierbij wel helpen. Dan kies je een naam. Om verwarring en rechterlijke aanklachten te voorkomen, kan je het beste een naam kiezen die nog niet in gebruik is. Dit kan je navragen bij de Kamer van Koophandel. Bepaal wat voor een bedrijf het wordt. Eenmanszaak Vennootschap onder firma (VOF) Commanditaire vennootschap (CV) Besloten vennootschap (BV) Bepaal of je personeel aanneemt of je het in je eentje gaat doen. Neem je toch personeel, kies dan tussen een uitzendkracht of iemand in vaste dienst. Bereken de kosten Pagina 7 van 8

8 van het personeel. Bedenk of een bedrijfsruimte wilt kopen of huren, wat voor eisen je eraan stelt en ga na of er vergunningen voor nodig zijn. Om je goed te verzekeren, moet je eerst een goede persoonlijke verzekering afsluiten om je bedrijf te starten. Daarna sluit je een goede bedrijfsverzekering af. Zoek een goede boekhouder of accountant die wat van de branche weet waar je in zit. Zelfs als je kan boekhouden kan je toch beter iemand hiervoor aannemen. Meld je aan bij het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Vraag een BTW-nummer aan en meld je aan je aan voor de inkomstenbelasting. Als je personeel in dienst hebt, meld je dan aan bij de uitvoeringsinstelling. START JE BEDRIJF! Pagina 8 van 8